BSc-thesisprotocol 2011/2012

Handleiding voor BSc-thesis Bedrijfs- en Consumentenwetenschappen

Code: YSS- 81812 (Thesis Bedrijfswetenschappen)YSS- 82312 (Thesis Consumentenwetenschappen)

Credits: 12 ECTS

Contact Persoon: Ir. E.P. (Edwin) Kroese

Inhoudsopgave: 1. Aard en leerdoelen van de BSc-thesis2. Begeleiding van de BSc-thesis3. Beoordelingsprocedure

Bijlagen

Department of Social SciencesSocial Sciences (YSS)LeeuwenborchHollandseweg 1Building 2016706 KN Wageningen

1. Aard en leerdoelen van de BSc-thesis

1.1 Wat is een thesis?De BSc-thesis is een individuele proeve van bekwaamheid van verschillende academische onderzoeksvaardigheden, toegepast op het eigen vakgebied, uitmondend in een thesis, waarmee de Major van de Bacheloropleiding Bedrijfs en Consumentenwetenschappen (BBC) wordt afgesloten. Deze thesis is verplicht voor alle studenten.

Een BSc-thesis is een schriftelijk werkstuk over een maatschappijwetenschappelijk onderwerp op basis van zelfstandig onderzoek. Door het maken van een thesis laat je als student zien dat je geheel zelfstandig:

a) de inhoudelijke kennis van een bepaald maatschappijwetenschappelijk vakgebied beheerst en kunt toepassen;

b) relevante literatuur kunt opsporen en raadplegen; c) relevante literatuurgegevens kunt selecteren en ordenen;d) de verzamelde gegevens op een kritische wijze kunt analyseren en interpreteren;e) een samenvattende, duidelijke en logisch opgebouwde tekst kunt schrijven;f) de werkzaamheden in overeenstemming met de beschikbare tijd kunt indelen en plannen.

Bij een thesis draait het om het zich eigen maken en het leren toepassen van onderzoeksvaardigheden, en het op een systematische en heldere wijze beschrijven en analyseren van de onderzoeksresultaten. Daarbij gaat het onder andere om: het kiezen van een interessant maatschappelijk dan wel wetenschappelijk probleem dat zich leent voor nader onderzoek, het formuleren van afgebakende onderzoeksvragen en de verantwoording van de selectie van de gekozen onderzoeksmethoden. Gezien de omvang van de BSc-thesis zal het in de meeste gevallen gaan om het zoeken en grondig bestuderen van de relevante literatuur, het verzamelen van de benodigde gegevens, het verwerken en analyseren van literatuur (en gegevens) en het zorg dragen voor een goede verslaglegging. Bij die verslaggeving moet er op worden gelet dat de probleemstelling, de onderzoeksvragen, de gehanteerde onderzoeksmethoden en het theoretische kader zoveel mogelijk op een samenhangende manier worden beschreven. In bijlage 1 staat beschreven wat de kenmerken zijn van een goede BSc-scriptie.

In de studiegids (versie van studiejaar 2011/2012) staat als vakomschrijving van de BSc-thesis. The student has to study (by means of a literature review or empirical research) a subject within the field of the major and prove to have sufficient knowledge to critically analyse and summarise the given subject. He/she must also be able to clearly communicate the findings in writing and by oral presentation. The subject will be determined in consultation with the thesis supervisor. The student has to define the research problem and formulate research questions in a proper way, deal with the logistics of carrying out such an individual research project, plan and schedule the different activities in a decent way, and present the results in writing in a clearly organized report.

De thesis mag in het Nederlands of Engels worden geschreven. Voor de beoordeling van de thesis maakt dit in principe geen verschil. Door de thesis in het Engels te schrijven krijg je de gelegenheid je vaardigheid in het schrijven van een Engelse tekst te oefenen en te laten beoordelen.

Een verplicht onderdeel van de BSc-thesis is het geven van een mondelinge presentatie (colloquium). Voor elke student is er 20 minuten gereserveerd: 10-15 minuten om te presenteren en 5-10 minuten voor discussie. Je sluit in overleg met je begeleider kort wanneer je jouw thesis (resultaten) presenteert. Als je denkt dat je presentatie vaardigheden te moeten verbeteren kun je contact opnemen met Stefan Nortier (leerstoelgroep ECS). Hij zal met jou bespreken wat voor jou de beste manier is om je presentatievaardigheden te trainen.  

Het zal duidelijk zijn dat de BSc-thesis als afsluiting van de BSc verschilt van de MSc-thesis, die de afsluiting is van de MSc. De sturing door de begeleider zal bij de BSc-thesis groter zijn dan bij de MSc-thesis. Een ander belangrijk verschil is dat een BSc-thesis meestal alleen literatuurstudie betreft en een MSc-thesis ook eigen dataverzameling inhoudt. Voor de helderheid en afbakening van beide ‘afsluitende’ vakken geldt het volgende:

BSc-thesis MSc-thesisOpdrachtformulering Student krijgt enigszins

voorgestructureerde opdrachtStudent structureert zelf

opdrachtTheoretisch Student moet een aantal

theorieën toepassen en noemenStudent inventariseert zelf

theorieën, selecteert en brengt ze met elkaar in verband

Methodisch Student wordt geholpen bij de keuze van een methode en past

deze toe

Student kiest zelf de methode en reflecteert op deze toepassing

Bij het maken van je thesis komen een aantal vaardigheden van pas. Voor een overzicht hiervan, zie bijlage 2. In bijlage 3 wordt er meer aandacht besteedt aan voorwaarden voor het schrijven van een goede thesis en in bijlage 4 vindt je tips voor de rapportage. Hier is ook een voorbeeld te vinden van een mogelijke hoofdstukindeling.

1.2 Omvang van de thesisDe BSc-thesis heeft een omvang van 12 credits.

De code voor de BSc thesis is:Voor bedrijf: YSS 81812Voor consument: YSS 82312

1.3 Aard van de thesisDe aard van het onderzoek is gericht op het kritisch verwerken, analyseren en methodisch bewerken van kennis, concepten, theoretische inzichten en stromingen. Het onderzoek heeft daarom primair het karakter van een literatuurstudie. Daarbinnen kun je verschillende accenten leggen. Bij het kiezen van een thesisonderwerp moet dan ook nader worden bepaald wat de doelstelling is van het te verrichten literatuuronderzoek. Theses kunnen al naar gelang hun doelstelling worden onderverdeeld in een aantal verschillende typen, zoals:- Verkenning van aanwezige literatuur;- Geven van een overzicht van recente ontwikkelingen;- Kritische analyse van bestaande theorieën;- Kritische analyse van discrepanties bij of tussen verschillende auteurs;- Verbanden leggen tussen verschillende onderzoeksresultaten of theoretische bevindingen;- Een historisch-analytische beschouwing;- Toetsing van literatuur, theorieën, concepten dan wel denkbeelden aan de empirie of empirische

representaties (bestaande databestanden).

2

De aard van het onderzoek kan verschillen per leerstoelgroep, afhankelijk van de onderzoek stijl van de betrokken leerstoelgroep. Kenmerkend voor de BSc-thesis is dat academische vaardigheden worden toegepast op het eigen vakgebied en een integraal onderdeel vormen van een interpreterend, analyserend en methodisch kader en verbonden zijn met een meer theoretische vraagsteling. Hoewel het niet de bedoeling is om voor de theses zelf data te verzamelen, kan dit in sommige gevallen wel mogelijk zijn, maar gezien het aantal studiepunten is dit zeer beperkt. De aard en omvang van de thesis dienen in ieder geval met het aantal studiepunten in overeenstemming te zijn (12 credits). Gezien de functie van de thesis (toetsing van individuele kennis en vaardigheden) is het niet toegestaan de scriptie samen met anderen te maken; de scriptie moet individueel worden gemaakt.

1.4 Leerdoelen van de thesisDe BSc-thesis laat zien dat de student het vakgebied beheerst, dat wil zeggen eerder verworven kennis en onderzoeksmethoden kan toepassen én integreren. Daarnaast heeft de scriptie tot doel dat de student leert:

individueel en zelfstandig te werken; de taak te overzien, de werkzaamheden te plannen en uit te voeren binnen de beschikbare

tijd; een onderzoeksprobleem te formuleren en zelfstandig een studie te verrichten; resultaten van dit onderzoek schriftelijk en mondeling te rapporteren.

In de studiegids (versie van studiejaar 2011/2012) staan als learning outcomes geformuleerd:The student is expected to be able to:

formulate a research problem and do (literature) research according to scientific standards; integrate knowledge from various sources and apply theoretical knowledge obtained in the

study; work individually and independently in scientific research (under supervision); plan and carry out work within the available time; report in writing in a clear and understandable way; orally present and defend the results of such work.

1.5 Onderwerpkeuze van de thesisJe bent vrij om zelf je onderwerp te kiezen op een terrein dat relevant is voor Bedrijfs- en Consumentenwetenschappen.

1.6 Voorvereisten om te kunnen startenOm aan een scriptie te mogen beginnen moet je eerst contact opnemen met je studieadviseur. Wanneer je voldoende bent gevorderd met je studie, dat wil zeggen dat je alle vakken uit het eerste jaar hebt gehaald en minimaal 42 studiepunten hebt gehaald in je tweede jaar (daarbinnen mogen leerstoelgroepen voorvereisten stellen aan de vakken die gehaald moeten zijn tot een maximum van 12 credits), tekent hij/zij mede het BSc-thesis contract en heb je op basis daarvan recht op begeleiding.

1.7 Aanbevolen literatuur voor het maken van de thesisVoor duidelijkheid over het maken van een scriptie en het vermijden, c.q. oplossen van problemen die zich daarbij kunnen voordoen, bestaan diverse nuttige boekjes en handige websites. Voor het samenstellen van deze handleiding is voornamelijk gebruik gemaakt van Miranda & Wardenaar

3

(1988) en de Studiewijzer voor de biologische scriptie, OWI-Levenswetenschappen, 2001. Hieronder vind je enkele bronnen die jij zelf kunt gebruiken bij het maken van je thesis.

Eco, U. (2000). Hoe schrijf ik een scriptie? Amsterdam: Uitgave Ooievaar, 2e druk. Feijen, E. & P. Trietsch (2007). Snel afstuderen. Stap voor stap naar een geslaagde scriptie. Bussum:

Coutinho, 1e druk. Miranda, M.J.A. & E. Wardenaar (1988). Scriptieproblemen. Groningen: Wolters-Noordhoff, 2e druk. Oosterbaan, W. (1995). Het schrijven van een leesbare scriptie. Rotterdam: Uitgave NRC Handelsblad. Verschuren, P. & H. Doorewaard (1995). Het ontwerpen van een onderzoek. Utrecht: Uitgeverij

LEMMA BV. Internet: http://educatie-en-school.infonu.nl/diversen/3239-hoe-schrijf-je-een-scriptie.html Internet: http://owl.english.purdue.edu Internet: http://www.studietips.leidenuniv.nl/scriptie.html

2. Begeleiding van de BSc-thesis

2.1. Hoe kom je aan een begeleider?De scriptie dient aan te sluiten bij de major die je binnen BBC gevolgd hebt ; de begeleiding moet daarom vanuit een van de direct betrokken leerstoelgroepen geschieden. In het geval van Bedrijf zijn dat BEC, INF, MCB, MST, ORL, PDQ/SCH (Consumententechnologie). Voor Consument zijn dat COM, ECH, MCB, SCH of PDQ. Op deze manier kan een zekere mate van disciplinaire verdieping worden bereikt. Naast de verantwoordelijkheid voor de begeleiding ligt ook de verantwoordelijkheid voor de examinering bij de betrokken leerstoelgroep. De inhoudelijke begeleiding van de scriptie is tevens in handen van de betrokken leerstoelgroepen (hoogleraar en docentenstaf, al of niet met een tweede begeleider/beoordelaar van de eigen leerstoelgroep of van een andere leerstoelgroep). Je dient daarom een onderwerp te kiezen dat past binnen het domein van de opleiding en dat bij een van de betrokken leerstoelgroepen past. Duidelijk mag zijn dat het goed is al eerder zelf met de voorbereiding van je thesis te beginnen en je op de verschillende mogelijkheden te oriënteren. In bijlage 5 tref je hiervoor een overzicht aan van de websites van de betrokken leerstoelgroepen aan.

Voor het krijgen van begeleiding en de keuze van (of oriëntatie op) het onderwerp is het van belang dat je minimaal 1 onderwijsperiode van tevoren een afspraak maakt met je studieadviseur waarmee je nadenkt over de link tussen je BSc-thesis en de invulling van je vrije keuze ruimte Daarna neem je contact met de onderwijscoördinator van een leerstoelgroep. Hij/zij kan je doorverwijzen naar een docent. Eventueel kan je zelf direct de hoogleraar of een van de vaste docenten van de leerstoelgroep van je keuze benaderen. Om definitieve afspraken te kunnen maken met de begeleidende docent(en) heb je de akkoordverklaring van je studieadviseur nodig, die mede het scriptiecontract ondertekent. De tweede begeleider van je scriptie speelt vooral een rol bij de beoordeling. Deze tweede begeleider hoef je niet zelf te regelen, dit wordt geregeld door de eerste begeleider.

2.2 BegeleidingDe begeleiding van een scriptie bestaat uit verschillende onderdelen. In bijlage 6 vind je een samenvatting van de taken van de diverse betrokkenen bij de thesis.

Advisering bij onderwerpkeuze De begeleider adviseert bij het kiezen van een onderwerp. De begeleider kan suggesties doen voor mogelijke onderwerpen. Voor een eerste oriëntatie kan de student de begeleider om enige

4

startliteratuur vragen. De uiteindelijke onderwerpkeuze dient de student zelf te maken op basis van zelf verzamelde achtergrondinformatie.

Opstellen scriptiecontractWanneer de begeleider en de student overeenstemming hebben bereikt over een concrete scriptieopdracht, worden de afspraken formeel vastgelegd in een standaard BSc-thesiscontract (zie bijlage 7). Een kopie van dit contract wordt door de docent naar de onderwijscoördinator van de betreffende leerstoelgroep gestuurd voor centrale archivering.

Advisering bij afbakening onderwerp en opzet van de scriptieHet zal in veel gevallen noodzakelijk zijn om binnen een gekozen onderwerp een nadere afbakening te maken van het te bewerken thema en de te raadplegen literatuur. Dit is in de eerste plaats de taak van de student zelf, die met concrete voorstellen hierover zijn ideeën terugkoppelt naar de begeleider. De begeleider ziet erop toe dat de plannen realistisch en uitvoerbaar zijn binnen de beschikbare tijd.Voor de globale opzet van de scriptie maakt de student een concreet werkplan waarbij primair aandacht dient te worden besteed aan de nadere precisering en afbakening en een globale indeling in hoofdstukken. Over de uiteindelijke omvang van de scriptie, zoals aantal woorden, of pagina’s getypte tekst (exclusief literatuurlijst, citaten en illustraties) worden concrete afspraken gemaakt.

Voortgangsgesprekken In het ontwikkelingsproces van de thesis zullen er regelmatig voortgangsgesprekken plaatsvinden. In deze gesprekken bespreekt de student samen met de begeleider hoe de voortgang van de thesis verloopt. Ook wordt beoordeeld of de student de leerdoelen weet te bereiken. De begeleider beslist of de student op dezelfde manier kan doorwerken of dat het proces moet worden aangepast.

Becommentariëring concepttekstenAlvorens de eindversie van een scriptie wordt ingeleverd krijgt de student de gelegenheid eerdere conceptversies voor commentaar voor te leggen aan de begeleider. De begeleider levert vervolgens kritisch commentaar op verschillende aspecten van deze concepten. Op basis van dit commentaar krijgt de student de gelegenheid een definitieve eindversie te maken, waarop de uiteindelijke beoordeling zal worden gebaseerd (zie hoofdstuk 3). In het scriptiecontract (bijlage 7) kan worden vastgelegd hoe vaak de student de gelegenheid krijgt een concepttekst in te leveren en op welke verschillende onderdelen zij zal worden begeleid.

3. Beoordelingsprocedure

3 .1. Praktische zaken alvorens thesisbeoordeling Om je thesis te kunnen laten beoordelen wordt er van je verwacht dat je drie exemplaren van de uiteindelijke scriptie inlevert. Deze exemplaren lever je in bij de docent (eerste begeleider). Eén exemplaar is bedoeld voor je eerste begeleider, één exemplaar voor je tweede begeleider en één ‘schoon’ exemplaar voor de leerstoelgroep. De printkosten voor je scriptie kunnen vergoed worden door de leerstoelgroep waarbij je je scriptie hebt geschreven, overleg dit met je (eerste) begeleider en vergeet niet het bonnetje van de printkosten mee te nemen. In het studentenstatuut 2010/2011 staat het volgende geschreven over kopieer en printkosten:

“Kopieer en printkosten van drie exemplaren van het eindverslag van de bachelor afsluiting komen voor rekening van WU (in dit geval de departementen) en kunnen zonodig via de coördinator van het vak worden gedeclareerd bij de betreffende leerstoelgroep/ het bureau van de betreffende

5

kenniseenheid. Als de student er voor kiest meer dan noodzakelijk te besteden, bijvoorbeeld ter verfraaiing van het verslag, zijn de meerkosten voor zijn rekening.”

Daarnaast word je scriptie beschikbaar gemaakt in de bibliotheek. Als je scriptie beoordeeld is, ontvangt je studieadviseur ook graag nog een kopie van je (ingevulde) beoordelingsformulier.

3.2 BeoordelingsprocedureDe scriptie wordt primair beoordeeld door de begeleider en altijd in samenspraak met een tweede beoordelaar. De beoordeling van een scriptie heeft zowel betrekking op de vorm en de inhoud van het uiteindelijke werkstuk, maar ook op het proces van totstandkoming ervan (opzet, uitvoering en verslaglegging). Zowel het proces als het resultaat wordt dus beoordeeld. Voor een overzicht van de beoordelingscriteria in het standaard beoordelingsformulier zie bijlage 8. In het formulier worden vier onderdelen beoordeeld die allemaal een relatief gewicht in het totaaloordeel hebben. De verschillende onderdelen zijn:

1) De onderzoeksvaardigheden van de student. Dit gaat over het proces waardoor de thesis tot stand gekomen is. De dagelijkse begeleider is uiteraard degene die dit het beste kan beoordelen;

2) Het thesisrapport. De tweede beoordelaar/examinator, die idealiter alle theses van de leerstoelgroep beoordeeld en dus een goed overzicht heeft, is degene die dit in overleg met de begeleider het beste kan beoordelen;

3) Het colloquium (mondelinge presentatie van je scriptie), verplicht voor BBC studenten. 4) Het eindgesprek.

Daarnaast kunnen –indien gewenst– nog andere specifieke bijzonderheden worden toegevoegd aan het beoordelingsformulier, die van belang zijn voor het uiteindelijke eindoordeel. Het ingevulde beoordelingsformulier wordt tezamen met de scriptie door de leerstoelgroep bewaard.

3.3 Fraude en plagiaatIn het studentenstatuut 2010/2011 staat het volgende geschreven over fraude en plagiaat: “Wanneer in scripties en werkstukken delen van de tekst zijn overgenomen uit boeken of tijdschriften (eventueel van internet), zonder bronvermelding, is sprake van plagiaat. Dit is naar het oordeel van de examencommissies fraude. In de wetenschappelijke wereld en het academisch onderwijs is het de norm dat het gebruiken van gedachten, ideeën, bevindingen of tekst van iemand anders tot uitdrukking komt in de bronvermelding in de tekst én in de literatuurlijst. Bij letterlijk citeren van tekst dient daarnaast in de opmaak van de tekst ondubbelzinnig duidelijk gemaakt te worden welk deel geciteerd is (bijv. door het gebruik van aanhalingstekens). Overigens dient de verhouding tussen dat wat geciteerd wordt en de totale omvang van de scriptie of het werkstuk gerechtvaardigd te zijn gelet op de bedoeling van de scriptie of het werkstuk. Met andere woorden, een scriptie die voor 75% uit geciteerd werk bestaat (keurig voorzien van bronvermelding) is niet acceptabel. Wanneer een docent of examinator een dergelijk plegen van plagiaat constateert, dient hij de examencommissie hiervan onmiddellijk in kennis te stellen evenals de betreffende student(en). De examencommissie besluit, na de betrokkenen gehoord te hebben, of er inderdaad sprake is van fraude en kan als straf de betreffende student(en) voor maximaal een jaar uitsluiten van het afsluiten van het vak (hetzij door het doen van een examen, hetzij door het inleveren van het werkstuk of de scriptie). De examencommissie kan het College van Bestuur adviseren om te inschrijving van de student te beëindigen”

Belangrijk is dat je consequent voor een bepaalde referentiestijl kiest en alles op eenzelfde manier verwijst, zoals je dat in je eerste jaar geleerd hebt.

6

Bijlage 1. Wat is een BSc-thesis?

Een bachelor thesis is een wetenschappelijke literatuurstudie met een omvang van ongeveer 6.000-8.000 woorden, met als doel het beantwoorden van een onderzoeksvraag gebaseerd op wetenschappelijke literatuur (meestal wetenschappelijke artikelen).

DoelDe competenties die je nodig hebt bij het schrijven van een bachelor thesis zijn gerelateerd aan informatie vaardigheden en wetenschappelijk redeneren.

Informatie vaardigheden zijn alle vaardigheden met betrekking tot het zoeken, selecteren, interpreteren en communiceren van informatie (voornamelijk uit wetenschappelijke tijdsschriften): Hoe en waar vind ik de artikelen die ik nodig heb, hoe selecteer ik de juiste informatie daaruit, en hoe verwerk ik het artikel in mijn thesis? Welke papers zijn relevant voor het beantwoorden van mijn onderzoeksvraag en welke zijn dat niet? Van alle informatie vaardigheden is schrijfvaardigheid de meest belangrijke.

Wetenschappelijk redeneren heeft betrekking op het feit dat een bachelor thesis meer is dan een simpele samenvatting of een encyclopedie van theorieën en onderzoeksresultaten. Er wordt van je verwacht dat je komt met materiaal dat (gedeeltelijk) origineel is in die zin dat het is gebaseerd op je eigen manier van redeneren. Voorbeelden hiervan kunnen zijn dat je een theorie toepast op een gebied waarop het nog nooit is toegepast, een synthese maakt van twee verschillende theorieën of juist een eigen theorie ontwerpt aan de hand van uiteenlopende of gedateerd onderzoek wat is uitgevoerd door anderen.

Kenmerken Een goede bachelor thesis is compleet, correct, inzichtelijk en beslissend. “Beslissend” refereert aan het feit dat gebaseerd op jouw synthese van de literatuur, nieuwe inzichten worden afgeleid. Wanneer bijvoorbeeld onderzoeksresultaten tegenstrijdig zijn en/of er onverenigbare theorieën bestaan, kan jouw literatuurstudie het licht laten schijnen op een mogelijke integratie van theorieën (bijvoorbeeld door rekening te houden met mogelijk gemiddelde variabelen). Met andere woorden: het schrijven van een bachelor thesis is niet alleen samenvatten wat je hebt gelezen in de literatuur: het brengt ook een persoonlijke en originele bijdrage aan het onderzoeksgebied met zich mee. “Beslissend” impliceert ook dat je altijd argumenten moet aandragen om een bepaalde mening te ondersteunen. Bijvoorbeeld, een statement als “diversificatie leidt tot een betere prestatie” is niet compleet als het niet onderbouwd met ondersteunende argumenten. Om deze claim waar te maken moet je refereren aan onderzoeksresultaten van andere onderzoeken en uitleggen waarom de onafhankelijke variabele (diversificatie) leidt tot de afhankelijke variabele (betere prestatie). In dit voorbeeld kunnen positieve factoren als marktdominantie en schaalvoordelen verklaren waarom diversificatie kan leiden tot betere prestatie.

Overgenomen uit: Bachelor Thesis Organization & Strategy, Bachelor Thesis Guide 2010 (Tilburg University)

7

Bijlage 2 Vaardigheden voor het maken van een thesis (Mirande & Wardenaar,1988)

I. Individueel en zelfstandig kunnen werken1. gedurende enkele weken met een taak bezig kunnen zijn2. helemaal individueel kunnen werken3. weten wat je zelf wil4. eigen werk kunnen indelen en plannen5. doorzetten en volhouden6. jezelf in de hand kunnen houden7. zelf contact zoeken met de begeleider8. eigen beperkingen kennen9. eigen fouten kunnen corrigeren10. gemotiveerd zijn

II. De taak kunnen overzien11. relatie taak met beschikbare tijd kunnen overzien12. plannen van werkzaamheden13. de tijd per onderdeel of fase bewaken14. vooruitzien en anticiperen op wat nog komt 15. de omvang van de werkzaamheden bewaken

III. Literatuuronderzoek kunnen verrichten16. zelf een geschikt scriptie-onderwerp kunnen kiezen17. onderzoekbaarheid van een onderwerp kunnen inschatten18. onderwerp nader afbakenen en een concrete probleemstelling kunnen formuleren19. relevante literatuurbronnen kunnen zoeken en vinden 20. relevante literatuurbronnen selecteren en gebruiken21. literatuurgegevens op overzichtelijke wijze kunnen samenvatten en weergeven22. literatuurgegevens kunnen interpreteren in het licht van de probleemstelling23. conclusies kunnen trekken op grond van de gegevens in relatie tot de probleemstelling24. conclusies kunnen relateren aan een theoretisch kader25. gedane keuzes kunnen motiveren en verantwoorden

IV. Schriftelijk rapporteren26. vormgevingsaspecten kennen en toepassen27. een logische structuur hanteren28. indelen van de scriptie in hoofdstukken, paragrafen, alinea’s en bijbehorende titels29. lay-out van tekst, tabellen en figuren beheersen30. juist verwerken van bijzondere tekstdelen (zoals voorwoord, bijlagen, noten, literatuurlijst, referenties, citaten, samenvatting)31. duidelijk formuleren32. eenduidig definiëren33. consistent schrijven34. hanteren van een juiste stijl35. foutloos spellen 36. een samenvatting schrijven37. met een tekstverwerker omgaan

8

V. Beheersing van het vak38. eigen visie hebben op, dan wel creativiteit ontplooien t.o.v. het vakgebied.39. algemene disciplinespecifieke (basis)kennis bezitten en toepassen40. disciplinespecifieke denkwijze toepassen41. disciplinespecifieke kaders en begrippen toepassen42. methodologische kennis toepassen43. statistische kennis toepassen44. overzicht hebben over (ontwikkelingen in) het eigen vakgebied45. grondige kennis van het scriptie-onderwerp bezitten / verwerve

9

Bijlage 3 Voorwaarden voor een goede BSc-thesis

Als je rekening houdt met… Advies:

Onderwerpkeuze1. Voldoende voorkennis over het onderwerp. 1. Zorg dat je voldoende voorkennis hebt van het

te kiezen onderwerp, of dat de gewenste voorkennis binnen redelijke termijn is te verwerven.

2. Voldoende motivatie t.a.v. onderwerp. 2. Maak voor jezelf duidelijk waarom je een bepaald onderwerp kiest; begin niet aan een onderwerp waarbij je twijfelt of het je zal blijven interesseren.

Afbakening onderwerp / probleemstelling3. Realistische doelstelling. 3. Neem niet teveel hooi op je vork! Kies een

onderwerp voor je scriptie dat redelijkerwijs binnen de beschikbare tijd uitvoerbaar is.

4. Voldoende nauwkeurige probleemstelling; Voldoende afbakening van onderwerp.

4. Formuleer een duidelijke probleemstelling voor je scriptie; baken het onderwerp zo scherp mogelijk af. Voorkom dat je 'verdrinkt' in de veelheid van aspecten die er aan een onderwerp te behandelen zijn.

Selectie en ordening van gegevens5. Voldoende selectief verzamelen van literatuurgegevens.

5. Weet waarnaar je precies moet zoeken; voorkom dat je achteraf moet schiften in een overmaat aan literatuurgegevens.

6. Voldoende zicht hebben op samenhang van gegevens en complexiteit van onderwerp.

6. Voorkom dat je eerst allerlei literatuurgegevens gaat verzamelen en je pas daarna gaat afvragen welke samenhang daartussen zou kunnen bestaan. Leg direct de linken en denk ‘out of the box’, kijk breder.

Schriftelijk rapporteren7. Een deugdelijke opzet voor de scriptie. 7. Probeer een goede indeling van hoofdstukken

en paragrafen te maken.8. De vaardigheid om het op papier zetten van begrijpelijke tekst.

8. Voorkom dat het schrijfproces in een impasse raakt; raadpleeg een van de boekjes uit de literatuurlijst; vraag zo nodig advies aan begeleider of scriptiecoördinator

9. Aanvaarden van kritiek op conceptteksten. 9. Beschouw commentaar / kritiek op eerste teksten niet als teken van falen, maar als een normale stap om tot een leesbare tekst te komen.

Uitvoering en controle van werkzaamheden10. Voldoende zelfdiscipline 10. Maak een realistische tijdsplanning met

ruimte voor andere bezigheden die je ook belangrijk vindt; bekijk wekelijks of je voldoende voortgang maakt; voorkom dat je de voortgang van je scriptie frustreert doordat je je niet aan je werkplanning houdt.

10

Bijlage 4 Tips voor de rapportage

Voorbeeld indeling van een BSc-thesisOnderstaande lijst – ontleend aan Verschuren en Doorewaard (1995) en http://educatie-en-school.infonu.nl/diversen/3239-hoe-schrijf-je-een-scriptie.html (15 december 2007) – kan gezien worden als een suggestie, niet als een voorschrift. Afhankelijk van de omvang van het onderzoek en het type (literatuuronderzoek of empirisch onderzoek) kunnen onderdelen toegevoegd of weggelaten worden, of in één hoofdstuk samengevoegd.Probeer in plaats van onderstaande hoofdstuktitels meer concrete, op het onderwerp toegesneden titels te kiezen.

Omslagpagina en titelbladPakkende titel, auteur, leerstoelgroep, eerste en tweede begeleider, datum

VoorwoordHierin kunnen persoonlijke getinte opmerkingen

SamenvattingHierin wordt de kern van de scriptie beschreven

InhoudsopgaveInclusief paginanummering, men kan eventueel de lijst van tabellen, grafieken en diagrammen apart opnemen

InleidingDe inleiding bevat de context van of de aanleiding tot de onderzoeksvraag en bevat de doel- en vraagstelling

Inhoudelijke oriëntatieHierbij gaat het om literatuurverkenning, analyseonderwerpen en hypothesen of beoordelingscriteria

Methodische verantwoordingHierin wordt het technisch ontwerp beschreven, keuze van databronnen en de wijze van dataverzameling

ResultatenDe resultaten vormen een feitelijke weergave van wat je gevonden hebt. Behandel deze bevindingen in volgorde van de onderzoeksvragen, niet in volgorde van een eventuele vragenlijst.

DiscussieIn de discussie interpreteer en verklaar je de resultaten van je onderzoek en vergelijk je deze met resultaten uit de literatuur. Ook bespreek je in de discussie eventuele opmerkingen in verband met de methodiek, tekortkomingen van jouw eigen onderzoek en suggesties voor de toekomst.

Conclusies en aanbevelingenIn conclusies worden verbanden gelegd; een conclusie volgt uit de resultaten (of uit de literatuurstudie). Er wordt hierin ook gereflecteerd op het gehanteerde theoretisch kader

LiteratuurlijstHierin worden alle geraadpleegde bronnen opgesomd, inclusief websites. De bronnen kunnen op volgorde van verwijzen of op alfabetische volgorde worden genoteerd.

BijlagenIn de tekst moet duidelijk naar de bijlage worden verwezen.

11

Tips voor het schrijvenHieronder volgt een aantal tips voor het schrijven van je BSc-thesis:

scheid verwijzingen (wat heb je gelezen) van resultaten (wat je ermee gedaan hebt) en meningen (wat je er zelf van vindt);

zorg voor een logische opbouw; wees consistent in taalgebruik en spelling; zorg dat taal aansluit bij doelgroep (zie ook de tips

voor het schrijven); zorg voor een overzichtelijke lay-out; wees concreet en precies; wees zorgvuldig; formuleer kort en bondig; vermijd de passieve vorm; vermijd tangconstructies; vermijd jargon, neem eventueel een afkortingenlijst op.

Bijlage 5 Overzicht leerstoelgroepen & websites

12

Bedrijf

Leerstoelgroep

Website Onderwijscoördinator

BEC http://www.bec.wur.nl/UK/education/MSc+thesis/ Alfons Oude Lansink *

INF http://www.ldi.wur.nl/UK/Education/Internship+and+Thesis/

Maarten Zijp

MCB http://www.mcb.wur.nl/UK/education/Theses/ Ynte van DamMST http://www.mst.wur.nl/UK/education/BSc+Thesis/ Onno OmtaORL http://www.ldi.wur.nl/UK/Education/

Internship+and+Thesis/Frits Claassen

PDQ http://www.ctp.wur.nl/UK/education/ Bea Steenbekkers* Met vragen over je BSc-thesis kun je ook bij Gerard Giesen terecht.

Consument

Leerstoelgroep Website OnderwijscoördinatorCOM http://www.com.wur.nl/UK/Education/Bachelor+thesis/ Vera MentzelECH http://www.ech.wur.nl/UK/education/ Johan van OphemMCB http://www.mcb.wur.nl/UK/education/Theses/ Ynte van DamPDQ http://www.ctp.wur.nl/UK/education/ Bea Steenbekkers/Carja

ButijnSCH http://www.sch.wur.nl/UK/education/ Hilje van der Horst

Als je kennis wilt maken met de onderwerpen die door leerstoelgroepen worden behandeldkun je colloquia bijwonen die door master studenten worden gegeven.Deze colloquia worden bijgehouden op de volgende lijst:https://eduweb.wur.nl/courses/YSS30803 zie onder het kopje “events”.Je kunt een colloquium altijd bijwonen. Je hoeft je niet op te geven.

13

Bijlage 6 Overzicht van de taken v.d. betrokkenen bij de thesis

1. Taken studentVoordat je kunt beginnen met het schrijven van je bachelorthesis moet het hele eerste jaar van je bacheloropleiding zijn gehaald en minimaal 42 studiepunten hebt gehaald in je tweede jaar (daarbinnen mogen leerstoelgroepen voorvereisten stellen aan de vakken die gehaald moeten zijn tot een maximum van 12 credits). Wanneer dit het geval is ga je naar de studieadviseur die toestemming zal geven via het studiecontract, wanneer de student inderdaad zo ver is dat hij/zij mag beginnen met de BSc-thesis.

Op het BSc-thesiscontract moet je vervolgens aangeven wie de begeleider en de tweede beoordelaar is van je thesis. Tenslotte moet er op het contract vermeld worden wat het onderwerp van de scriptie is en wat de streefdata zijn voor de diverse fasen van de scriptie (zoals werkplan, conceptversie en eindversie en mondelinge presentatie).

Het BSc-thesisbeoordelingsformulier (universiteitsbreed ingevoerd voor BSc theses) is opgenomen in bijlage 6. Aan de hand van de aandachtspunten van het formulier wordt jouw thesis en het proces dat tot deze thesis heeft geleid door je begeleider en tweede beoordelaar geëvalueerd.

Het staat je vrij zelf personen voor je presentatie uit te nodigen (naast je begeleiders). In de afgelopen jaren waren er bv. enkele ouders, vrienden, c.q. vriendinnen van de studenten bij de presentatie.

2. Taken studieadviseurDe studieadviseur verklaart in het BSc-thesis contract (bijlage 5) dat je voldoet aan de hierboven gestelde voorvereisten. De studieadviseur kan je direct doorverwijzen naar een bepaalde docent met het onderwerp van keuze of de onderwijscoördinator van een leerstoelgroep.

3. Taken onderwijscoördinator aangaande BSc-thesisDe onderwijscoördinator van de gekozen leerstoelgroep stuurt je door naar een geschikte docent (= begeleider/eerste beoordelaar). De coördinator maakt een overzicht van alle binnen het studiejaar gemaakte scripties en stuurt die samen met een kopie van de beoordelingsformulieren, uiterlijk één maand na het einde van elk academisch jaar (dus voor 1 oktober), door naar de secretaris van de Examencommissie. Elke leerstoelgroep moet een archief bijhouden waarin alle beoordelingsformulieren, contracten en scripties worden opgenomen.

4. Taken BSc-thesisbegeleider leerstoelgroepDe BSc-thesisbegeleider is allereerst verantwoordelijk voor het controleren van het ontvangen studiecontract van de student. Alleen als de studieadviseur een goedkeuring heeft gegeven mag de docent de student gaan begeleiden. Eerder mag er niet aan de BSc-thesis begonnen worden. De BSc-thesisbegeleider is verantwoordelijk voor de inhoudelijke begeleiding van jou als student. Jullie leggen samen de afspraken vast in het BSc-thesiscontract en jij stuurt een kopie van het ingevulde contract door naar de studieadviseur. De begeleider zoekt ook een tweede beoordelaar binnen of buiten de leerstoelgroep die betrokken wordt bij de eindbeoordeling van de scriptie.

14

5. Taken van de BSc-thesis tweede beoordelaarDe BSc-thesis tweede beoordelaar is medeverantwoordelijk voor de beoordeling van het eindresultaat van de thesis. Hij/zij beoordeelt het verslag met behulp van het beoordelingsformulier (zie bijlage 6).

6. Taken ExamencommissieDe Examencommissie moet er op toezien dat de beoordeling goed en uniform plaatsvindt. Daarom vraagt zij jaarlijks een scriptieoverzicht van alle gemaakte BSc-theses samen met de ingevulde beoordelingsformulieren. De Examencommissie kijkt of de formulieren goed zijn ingevuld en neemt in geval van twijfel contact op met de betrokken leerstoelgroep.

15

Bijlage 7 BSc-thesis contract

Gegevens student:

Naam:......................................................................................... Reg. nr.:…………………………..

Adres:......................................................................................... Opleiding en specialisatie: ………

Tel.: ............................................................................................

Verklaring studieadviseur:

Naam: ........................................................................................, heeft zich op de hoogte gesteld van de

studievorderingen, en gaat akkoord met de plannen voor het maken van een BSc-thesis.

Datum:...................................................... Handtekening:……………………………………

Gegevens eerste begeleider

Naam eerste begeleider/ beoordelaar en Leerstoelgroep: ……………..

………………………………………………………………………………

Gegevens tweede begeleider :

Naam eerste begeleider/ beoordelaar en Leerstoelgroep: ……………..

………………………………………………………………………………

Afspraken over te maken BSc-thesis:

1. Onderwerp ……………………………………………………………………………………………………

………………………………………………………………………………………………………………………….

………………………………………………………………………………………………………………………….

2. Omvang en code …………………………………………………………………………………………..

3. Streefdata: 1. Start werkzaamheden: ……………………………….

2. Inleveren concept-werkplan: ……………………………….

3. Bespreking concept-werkplan: ……………………………….

4. Inleveren conceptversie thesis: ………………………………..

5. Bespreking conceptversie: ……………………………….

6. Inleveren eindversie thesis: ……………………………….

7. Mondelinge presentatie1 ………………………………..

Andere afspraken: ………………………………...

Ondertekening:

1 Dit onderdeel is alleen verplicht voor BBC/BGM en BEB-studenten16

Begeleider :...................................................................... Student: ……………………………….

17

Status van het Thesis Contract- Het contract dient om de afspraken met betrekking tot het doen van een BSc-thesis vast te leggen tussen

student en leerstoelgroep. In die zin is het een nadere invulling en uitwerking van de wederzijdse rechten en plichten die partijen op basis van de WHW, de OER en het studentenstatuut al hebben.

Invullen en ondertekenen- Dit formulier dient namens de leerstoelgroep en door de student voor aanvang van de werkzaamheden

ingevuld te worden;

- Student en leerstoelgroep ondertekenen twee exemplaren van het ingevulde formulier. Beide krijgen een getekend exemplaar, een kopie wordt gezonden naar de studieadviseur.

- Na aanvulling of bijstelling van het contract krijgt de student een nieuwe kopie.Problemen en klachten- Bij problemen of klachten omtrent begeleiding en beoordeling kan de student zich wenden tot: - haar / zijn opleidingsdirecteur;

- een Studentendecaan;- de Onderwijscoördinator van de betrokken leerstoelgroep;- de Examencommissie; of- de Vertrouwenspersoon.

- Zonodig kan de juridische afdeling behulpzaam zijn bij het kiezen van de meest gerede instantie voor en bij het indienen van de klacht.

Bijlage 8 BSc-thesis beoordelingsformulier

18