Campuskrant 23-nr10

Embed Size (px)

DESCRIPTION

Campuskrant jaargang 23 (2011-2012), nr. 10. Campuskrant is het tijdschrift van de KU Leuven.

Citation preview

  • t ijdschrif t va n de k u l eu v en 2 7 juni 2 012 | nr 10 | 2 3 s t e ja a rg a ng | w w w.k ul eu v en.be /ck /

    verschijnt maandelijks, uitgez. juli en aug.

    afgiftekantoor2099 antwerpen X

    erkenning: p303221

    tijdschrift - toelating gesloten verpakking

    2099 antwerpen X n bc 6379

    Pb-nr. b-4883

    kort achter de orenjuni is scheermaand aan het Zotechnisch centrum van de ku leuven: na een tijdje van hogere temperaturen is de wol rijp, en naaktlopen is voor het schaap ook het aangenaamst als het verschil tussen dag- en nacht-temperatuur klein is. stijn Massart neemt in deze periode de 800 schapen van het centrum onder handen. Hij volgde cursus in nieuw-Zeeland en is nu n van de snelste scheerders van ons land: in amper anderhalve minuut ontdoet hij een schaap van zon 3 kilo wol.Op 30 juni organiseert het Zotechnisch Centrum een Schapenscheerdag met initiaties.Info: www.biw.kuleuven.be/nieuws/documenten/schapenscheerdag.pdf

    Wiskunde geeft boost aan eco-rijdenMet een zuinige rijstijl kan je op een eenvoudige manier 5 tot 15 procent brandstof besparen. Burgerlijk ingenieur Bart Saerens ontwikkelde in zijn doctoraat een wiskundige methode om de op-timale rijstijl te berekenen. Die kan nog enkele procenten extra ecologische winst betekenen.

    ludo Meyvis

    Hoe belangrijk is ecologisch rij-den? Transport zorgt wereldwijd voor 13% van de broeikasgassen van menselijke origine, in Eu-ropa zelfs voor 20%, steekt Bart Saerens van wal. Eco-rijden be-spaart op je brandstofverbruik en zo ook op de uitstoot van broeikasgassen voor een totaal van 5 tot 15%. Is dat de moeite? Zeker wel. Ecologie zal altijd een kwestie blijven van een cumula-tief effect van maatregelen die op het eerste gezicht misschien geen megaresultaten opleve-ren.

    Ecologisch bewuste bestuur-ders kunnen in hun rijstijl re-kening houden met een aantal vuistregels (zie kader op p. 4), maar ook de technologie schiet hen ter hulp. Saerens: Over eco-

    rijden is natuurlijk al veel nage-dacht en gerekend en er zijn al aardig wat pogingen om die bere-keningen te vertalen naar bakjes die je in je auto kunt inbouwen om optimaler, zuiniger te rijden. Daar schort echter meestal wat aan. Vaak zijn de gebruikte be-rekeningen te eenvoudig, en de wat complexere berekeningen zijn meestal alleen achteraf zin-vol: als je wat trager gereden had, zou je x procent minder verbruikt hebben.

    wiskunde aan het woordEen juiste aanpak is met an-dere woorden een kwestie van de juiste wiskunde: Je kunt eco-rijden als een probleem van optimale controle definiren. Op-timale controle berekent welke controlesignalen een kost voor een bepaald systeem minimali-

    seren. Concreet: bij eco-rijden zijn de controlesignalen de rota-tiekracht van de motor, de rem-kracht en de versnelling. De kost is uiteraard het verbruik, en het systeem is de auto.

    Zon probleem kan je wiskun-dig langs verschillende wegen benaderen. Een zeer hoog aan-geschreven methode is geba-seerd op het maximumprincipe van Pontryagin, een Russische wiskundige. Dat principe is he-laas onmogelijk in twee regels uit te leggen, maar het maakt het mogelijk om een optimale mo-torcontrole en optimaal scha-kelgedrag te berekenen. Op die manier heb ik een aantal verfij-ningen kunnen formuleren in de bestaande opvattingen over eco-rijden.

    pagina 4

    verschijningsdata caMpuskrant jaargang 24 nr. 1 26 seP 2012 nr. 2 24 okt 2012 nr. 3 21 nov 2012 nr. 4 19 dec 2012 nr. 5 30 jan 2013

    ( ku leuven | rob stevens)

    studerenin leuvensPeciale bijl age [Paginas 8 tot 12]

    Carcassonneop studentenmaatHet sPelbord van Het Hoger onderwijs [8]

    Er zit leven in Leuvenbekende oud-studenten over Hun favoriete Plekken in leuven [10]

    Eerste hulp bijtwijfelgevallenvra ag en ant woord: studiebegeleiding [11]

    Ik heb weken op wolken gelopenstudent-triatleet siMon de cuyPer grijPt ticket voor olyMPiscHe sPelen [2]

    Pacman onder de microscoopintrigerende wetenscHaPsfotos [7]

    Muziek is zelfmedicatieleven na leuven: lisa sMolders, antroPologe enstubru-Presentatrice [14]

  • 2 Nieuws campuskrant

    Jaak poot

    Bij een kwarttriatlon zwemmen de atleten 1,5 km, fietsen ze 40 km en lopen ze 10 km bij triat-lon is dat respectievelijk 3,8, 180 en 42 km. Lopen is mijn sterkste discipline, zwemmen mijn zwak-ste. Die sport begon ik pas op mijn zestiende echt te beoefenen en ik heb nog altijd een techni-sche achterstand in te halen.

    Ik heb jarenlang alleen aan sport gedaan voor de fun, zegt Simon, zoon van docent en sport-psycholoog Bert De Cuyper van de Faculteit Bewegings- en Re-validatiewetenschappen. Een beetje squash, wat tennis, volley, karate ook. Maar in geen van die sporten was ik een uitblinker. Ik voelde me niet meteen geroepen om topsporter te worden. En mijn ouders stuurden daar ook niet erg op aan. Mijn droom toen ik 10 was? Architect worden. Dus koos ik voor wiskunde-weten-schappen. Dan kon ik later voor burgerlijk ingenieur studeren.

    Sneller klaar dan verwachtIn het vijfde jaar middelbaar ben ik eerder toevallig met triatlon gestart. Ik voelde al snel de drang om erin uit te blinken. De trai-ningen waren echt wel intensief. Dat zag ik niet te combineren met ingenieursstudies. Daarom koos ik lichamelijke opvoeding en bewegingswetenschappen. Ik spreidde mijn studies om ze met sport te combineren. Ik plande eerst zes jaar. Maar na een paar jaar werd duidelijk dat ik meer moest trainen om de top te halen. Daarom spreidde ik de studies nog wat meer en deed ik er uit-eindelijk acht jaar over. Dit jaar werkte ik alleen aan mijn thesis over isokinetische krachttraining op de fiets.

    In een gewone week train ik toch al gauw meer dan 20 uur. En bij de echt intensieve trainings-weken zit ik aan 30 tot 35 uur. Dan doe je voor de rest niet veel mr dan languit op bed liggen! Dat valt echt niet te combineren met academisch studiewerk.

    Simon heeft er net een training in Toulouse opzitten. Straks vol-gen nog drie weken in de Alpen en een paar wedstrijden. En op 7 au-gustus beginnen de Olympische Spelen voor hem. Dat was niet direct de bedoeling. Ik mikte op de Spelen van 2016 in Rio. Maar kijk, ik ben sneller klaar dan mijn trainer of ikzelf verwacht hadden. En tegen zon selectie zeg je geen nee.

    De echte ambitie blijft wel 2016. Dan wil ik bij de eerste acht eindigen. Nu mik ik op een plaats bij de eerste twintig. Voor-al in het zwemmen moet ik nog een hoger niveau halen. Van de atleten die ik in Mexico versloeg, gaan er twintig mee naar Londen. Maar daar komen nog eens twin-tig top-atleten bij.

    triatleet simon De cuyper heeft ticket voor lonDen beet

    colofon CampuSkrantmaandelijks tijdschrift van de ku Leuven

    hoofdredaCtieSigrid Somersreiner Van hove

    redaCtietine danschutter, ilse frederickx, Ludo meyvis, Julia nienaber, rob Stevens,Jos Stroobants, ine Vanhoudenhove, Wouter Verbeylen,inge Verbruggen

    redaCtieadreSoude markt 13 bus 50053000 Leuvent 016 32 40 13 [email protected]

    adreSWiJzigingen alumni Lovaniensesnaamsestraat 63 bus 56013000 [email protected]

    medeWerkerSLien Lammar, Jaak poot, katrien Steyaert, karen Van uytven grafiSCh ontWerpCatapult, antwerpen

    Lay-out en zetWerkWouter Verbeylen

    fotografierob Stevens, patrick holderbeke

    CartoonSJoris Snaet

    reCLameregieinge Verbruggen t 016 32 40 [email protected]

    opLage58.250 ex.

    drukWerkeco print Center, Lokeren

    Campuskrant wordt gedrukt met milieuvriendelijke waterloze druktechnologie.

    VerantWoordeLiJkeuitgeVerpieter knapenoude markt 13 bus 50053000 Leuven

    Copyright artikeLSartikels kunnen overgenomen worden mits toestemming.

    Joris steekt De Draak

    3D-printen biedt steeds meer mogelijkheden. lees het artikel op pagina 6.

    olympische ouD-stuDentenop de olympische Spelen in Lon-den treden ook alvast de se-lectie is nog niet compleet drie alumni van de ku Leuven aan:

    Judoka ilse heylen (lichame-lijke opvoeding, 1999 zie ook p. 10)

    Tienkamper hans van alphen (revalidatiewetenschappen en kinesitherapie, 2005)

    Mountainbiker kevin van hoovels (lichamelijke opvoe-ding en bewegingsweten-schappen, 2009)

    Masterstudent Simon De Cuyper (25) won begin mei een wereldbekerwedstrijd kwart-triatlon in Mexico. Daarmee haalde hij een ticket binnen voor de Olympische Spelen in Londen. Zon wedstrijd winnen, daar doe je het voor. Dan loop je weken op wolken.

    elk jaar beterDe helft van de 55 geselecteer-de atleten ken ik, want je komt elkaar ongeveer elke maand op een wedstrijd tegen. Ik ben bij de jongsten in mijn sport: veel topat-leten in kwarttriatlon zitten rond de 30. De twee topfavorieten zijn maar 21 en 23. Maar ja, die trai-nen al vanaf hun 6 jaar intensief voor de drie disciplines. In elk ge-val weet ik na Londen veel beter hoe het er op Olympische Spelen aan toe gaat en kan ik me des te efficinter voorbereiden op Rio 2016. En dan op naar 2020!

    Zonder succeservaringen hou je topsport echt niet vol, denk ik. Ik zit gelukkig nog in een fase waarbij ik elk jaar beter word. Dat geeft me de kracht om door te gaan. Want ik moet er wel wat voor opofferen. Dan denk ik niet alleen aan de gespreide studie, maar ook aan de sociale contac-ten: die staan op een laag pitje.

    Nu betaalt de sportfederatie alle kosten terug. En in september hoop ik op een Bloso-contract. Ik zal niet op tien jaar binnen zijn met deze sport. Maar ik houd er vast een berg mooie herinnerin-gen aan over.

    Lees ook: Blade Runner Oscar Pistorius op pagina 4

    Simon de Cuyper ( ku Leuven | rob Stevens)

    Student zwemt, fietst en loopt op Olympische Spelen

  • Ilse FrederIckx

    De paleisstad Nabada ligt op een heuvel nabij het dorp Tell Beydar in het noordoosten van Syri. Na-bada was 4.500 jaar geleden een belangrijke handelsstad in Bo-ven-Mesopotami, vertelt profes-sor Joachim Bretschneider, ar-cheoloog bij de Onderzoeksgroep Oude Nabije Oosten: Mesopota-mi had zelf geen grondstoffen of hout: die werden ingevoerd vanuit de omliggende gebie-den. Zuid-Mesopotami voerde bijvoorbeeld wel textiel en graan uit en Nabada exporteerde last-dieren voor transport en oor-logswagens. Het was geen echte woonstad, maar een plaats waar men naartoe kwam om handel te drijven, administratie te regelen en om het paleis of de tempels te bezoeken. De koning van Nagar verbleef regelmatig in het provin-ciepaleis van Nabada voor rituele feesten of vergaderingen.

    Nabada is n van de best be-waarde steden uit dat tijdperk in die regio. Het is uitzonderlijk dat we hier zowel de architectuur als een grote hoeveelheid adminis-tratieve documenten uit de laat-ste bewoningsfase van Nabada konden blootleggen: naast spij-kerschrifttabletten werden meer dan 1.500 verzegelde kleiklom-pen opgegraven. Die vormden lang vr de uitvinding van slot en sleutel een efficint be-veiligingssysteem: deuren, voor-raadkruiken, kisten, zakken en manden werden afgesloten met een nog vochtig kleiklompje. De verantwoordelijke rolde vervol-gens zijn zegel een gegraveerde stenen cilinder af op de klei. Bij het openen werd de kleiklomp gebroken. Ongemerkt stelen werd dus onmogelijk. Om verval-singen te voorkomen werden ge-bruikte verzegelde kleiklompen weggeworpen in diepe muur-spouwen een papierversnippe-raar avant la lettre.

    CorruptiebestrijdingDe afdrukken op de verzegelin-gen bevatten een schat aan in-formatie. De achterkant van de kleiklomp verraadt het voorwerp waarop de klei was aangebracht. De voorkant onthult het zegel van de ambtenaar of administratieve eenheid. De zegelafbeelding be-

    vat meestal een mythologische verwijzing, vertelt Bretschnei-der. We hebben bijvoorbeeld een afbeelding gevonden van de zonnegod die s nachts naar de onderwereld reist; hij staat sym-bool voor de vruchtbaarheid. Dit rolzegel werd gebruikt om vijf graankamers af te sluiten, maar ook voor zakken waarschijnlijk met graan in andere delen van het paleis. Het controlesysteem was dus heel uitgebreid, zowel extern als intern. Het paleis was omringd met een monumentale muur, maar de ambtenaren die erin werkten, werden ook gecon-troleerd, om diefstal en corruptie te bestrijden. Het toont aan dat het paleis een belangrijke econo-mische functie had. Er kwamen

    vele en diverse goederen de regio in en uit. Het paleis had voor vele daarvan het monopolie en deed de verdeling.

    De onderzoekers vonden ze-gelafdrukken van ongeveer hon-derd verschillende ambtenaren, maar eentje sprong er tussenuit, zegt Bretschneider: We vonden een groot zegel van vier centime-ter dat alleen gebruikt werd op deuren in het centrale deel van het paleis. De afbeelding stelt een scne met een oorlogswagen en de verering van een godheid voor. Dit zegel werd zeer waar-schijnlijk gebruikt door de ko-ning of zijn plaatsvervanger. De oorlogsscne stelt misschien n van zijn overwinningen voor. Zo legitimeerde hij zijn macht.

    Weg uit SyriNabada werd 4.300 jaar geleden verlaten. In het noorden van Me-sopotami waren een aantal ko-ninkrijken in conflict met elkaar, totdat het gebied veroverd werd door Sargon van Akkad, de eerste koning van heel Mesopotami. Toen verloor het paleis van Naba-da zijn functie. De stad werd deels verwoest en verlaten. Over het lot van de heerser en de bureaucraten weten we niets. Het enige wat rest zijn de afdrukken van hun vingers en rolzegels in de klei.

    De opgravingen zijn al een tijd-je achter de rug: Met Europese en Syrische collegas groeven we in Tell Beydar tien jaar op: tus-sen 1992 en 2001. Na deze op-gravingen in het oude Nabada zijn we onderzoek gestart in Tell Tweini, een oude kuststad in Sy-ri aan de Middellandse Zee. Door de moeilijke politieke situ-atie zijn de archeologen momen-teel niet actief in Syri, vervolgt Bretschneider. We werken nu in andere landen waarnaar Me-sopotami zich uitstrekte, zoals Saudi-Arabi en Cyprus. Maar er is ook nog veel opgegraven ma-teriaal uit Syri te onderzoeken, dat vergt nog jaren tijd.

    De resultaten van het onderzoek staan in het boek Seals and sea-lings from Tell Beydar/Nabada van Greta Jans en Joachim Bret-schneider, uitgegeven bij Brepols.

    27 junI 2012 Nieuws 3

    GecIteerdStart me up Bodytalk, 20.6.2012Inspanningsfysioloog Peter Hespel deed onlangs een interessant ex-periment. Hij vroeg recreatieve jog-gers om 2 keer 30 minuten te lopen. De proefpersonen deden dit 1 keer met hun favoriete liedjes in de oor-tjes en 1 keer zonder muziek. Gemid-deld liepen de sporters met muziek bijna 1 kilometer verder. ()Een klassieker bij sportieve inspan-ningen is Eye of the Tiger, een hit van de hardrockband Survivor. Het gaat om liedjes die atleten associ-eren met doorzettingsvermogen en de overwinningsroes, vertelt sportpsycholoog Bert De Cuyper. Het kunnen ook heel persoonlijke keuzes zijn. Soms hangt er voor de atleet een mooie herinnering aan vast en doet het nummer hem bij-voorbeeld denken aan hoe hij met veel verbetenheid het hart van zijn lief veroverde. Het kan ook een nummer zijn dat hij linkt aan vroege-re overwinningen. Zo is bekend dat Tia Hellebaut voor een sprong graag naar Start me up van The Rolling Stones luistert, onder meer omdat dat toevallig het liedje was dat ze hoorde toen ze een tornooi won.

    Giftige perfectie Het laatste nIeuws, 21.6.2012Uit een nieuwe studie blijkt dat ap-pels de meeste pesticiden bevatten van alle groenten en fruit: liefst 98% bevat pesticiden. Het resultaat van de appel verrast me enigszins, om-dat in het verleden vooral aardbeien en breedbladige groenten zoals sla hoog scoorden, zegt toxicoloog Jan Tytgat. Een eenduidige verkla-ring daarvoor heeft hij niet. Heeft de appel met meer ziektes en in-sectenplagen te kampen? Het is een mogelijkheid, maar ik denk dat hier zeker ook economische facto-ren spelen. De consument wil graag een ronde, glanzende appel zonder foutjes. Een appelboer zal er dan ook alles aan doen om die perfecte vrucht te telen en een maximum aan pesticiden inzetten. Een ajuin met een bult stoort de consument heel wat minder.

    Liplectuur Gazet Van antwerpen, 21.6.2012Voetballers en trainers op het EK voetbal zijn in de ban van liplezers: alles wat ze tegen elkaar zeggen of roepen kan door liplezers vertaald worden voor de media. ()Er zijn een stuk of zeven klanken en klankgroepen die je kunt zien, zegt audiologe Ellen Boon. De klin-kers o, a en e, dan p, b en m, de ch van chocola, de v en f, de w en oe ... Probleem: het onderscheid tus-sen bijvoorbeeld p en m (papa of mama?) kunnen alleen de beste lip-lezers maken.Zonder context kan een gemiddelde liplezer misschien dertig procent van wat iemand zegt met zekerheid lezen. Maar ik ken mensen die doof geboren zijn die bijna aan honderd procent geraken. Je kunt er een gesprek mee hebben zonder dat je merkt dat ze niet het minste geluid horen. Dat is echt verbluffend. De meeste gehoorgestoorden vangen nog wel flarden geluid op en vullen dat aan met liplezen. Maar zij heb-ben al als baby geleerd zich totaal te focussen op het gezicht van hun moeder. Zon niveau kan iemand an-ders nooit halen.

    De sleutels tot het Mesopotamisch paleisleven

    De opgravingssite van de paleisstad Nabada in het oude Boven-Mesopotami, nu Syri ( J. Bretschneider)

    Dankzij afdrukken van rolzegels hebben archeologen van de KU Leuven het leven in een paleisstad in Noord-Mesopotami minutieus kunnen re-construeren. De zegels zijn amper twee tot drie centimeter groot, maar verraden heel wat over de activiteit in en rond het paleis.

    Een afdruk van het koninklijke rolzegel ( J. Bretschneider)

    kulak biedt volledige 3-jarige bachelor economie aanStudenten die volgend academiejaar voor een bacheloropleiding Toege-paste Economische Weten-schappen (TEW) kiezen, zullen die bachelorstudie volledig aan Kulak kunnen afwerken. Het nieuwe der-de bachelorjaar TEW krijgt een uitgesproken Business School-profiel.

    Het Kortrijkse programma zal focussen op Ondernemerschap en Innovatie enerzijds en Ac-countancy en Recht anderzijds. Deze nieuwe opleidingsonderde-len sluiten aan bij de noden van ondernemingen in de eigen re-gio en daarbuiten. Door de klein-schaligheid kan Kulak in het derde jaar bijna een programma op maat aanbieden aan haar stu-denten. Bedrijfsstages zullen een wezenlijk onderdeel vormen van de opleiding, en Kulak kan daar-

    bij rekenen op de expliciete steun van VOKA West-Vlaanderen.

    Kulak blijft haar eigen onder-wijsconcept verder uitbouwen, zegt campusrector Jan Beirlant. Door onze kleinschaligheid kunnen we activiteiten aanbie-den die de opleidingen verrijken en extra boeiend maken. Ik denk bijvoorbeeld aan stages in be-drijven, aan samenwerking met sterke regionale spelers en aan colleges van buitenlandse top-docenten.

  • 4 Nieuws campuskrant

    pagina 1

    Wouter Verbeylen

    Professor Christophe Delecluse van de Faculteit Bewegings- en Revalidatiewetenschappen (FaBeR) is de perfecte man om een antwoord te geven op deze vraag. Het team van Delecluse on-derzoekt al jarenlang sprinters, van onze Kim Gevaert tot Usain Bolt, op hun explosiviteit, versnel-ling, paslengte, ... Dat sprinters snel zijn, weten we wel. Op basis van de metingen bepalen we in welk deel van de sprint ze nog marge voor verbetering hebben, en wat de optimale trainings-aanpak daarbij is. In 2010 kreeg Delecluse zo ook de kans om het sprintvermogen van Oscar Pisto-rius te testen, in samenwerking met de Universiteit Stellenbosch.

    Door met atleten met protheses te werken, krijgen we zelf ook een beter inzicht in de biomechanica van de sprintprestatie.

    Geen enkelsEerste argument tegen prothe-ses: het gaat louter om technolo-gie, met een betere loopprothese sprint je sneller. Zo simpel ligt het niet, zegt Delecluse. Als sprinten uit n fase bestond, dan zou er een perfecte looppro-these of blade bestaan. Maar een sprint is biomechanisch vrij complex, en bestaat uit vier fases. Er is niet n blade die in alle vier die fases optimaal rendeert. In een sprint streeft de atleet naar een optimale overdracht van de energie, zodat spierkracht in horizontale snelheid wordt om-

    gezet. De strekking van de enkel speelt tijdens de eerste stappen een grote rol. Je ziet al het pro-bleem: amputees als Oscar Pisto-rius hbben helemaal geen enkel-gewricht. Het enige wat ze bij de start kunnen doen, is hun blades zo hard mogelijk tegen de grond slaan (zie foto). Een voordeel kan je dat moeilijk noemen. Pistorius start dan ook systematisch trager dan de rest van het veld.

    Maar kan Pistorius met zijn bla-des geen grotere passen nemen? We hebben zelf vastgesteld dat de staplengte en pasfrequentie van Pistorius binnen de marges van gewone lopers liggen: bij 10 me-ter per seconde zet hij 4,6 passen per seconde met een lengte van 2m20. De blades zijn dus geen ze-venmijlslaarzen, zoals men soms

    beweert. Er zijn wel verschillen. Elke pas bestaat uit een afstoot-fase en een doorhaalfase. Een blade weegt minder dan een been, dus kan je het in principe sneller doorhalen. Maar de afstoot op de blade duurt dan weer iets langer bij Pistorius. De combinatie van beide verschillen brengt ons terug bij een normale pasfrequentie.

    Snelste zonder benenDaarmee is nog niet verklaard waarom precies Pistorius de snel-ste man zonder benen is. Pisto-rius is door omstandigheden de perfecte amputee. Hij werd met onderbenen geboren, maar al vr zijn eerste verjaardag werden die geamputeerd toen men daar een onvolgroeid bot in vaststelde. Pistorius zette zijn eerste stapjes

    op prothesen, in tegenstelling tot atleten die op latere leeftijd hun benen verloren. Hij heeft ook niet het nadeel van single amputees dat hij op twee verschillende be-nen moet lopen.

    Conclusie? Een volledig objec-tieve optelling van alle factoren kan je nooit maken. Maar niets wijst op een evident voordeel van lopen op blades. De andere lopers aanvaarden Oscar Pistorius mo-menteel als n van hen, al besef ik dat dat snel kan veranderen, als hij ooit de allersnelste zou worden. Het sterkste argument pro Pisto-rius blijft dit: er zijn veel blade run-ners, maar er is er slechts n die in de buurt komt van de gewone lopers. Pistorius is gewoon een heel bijzondere atleet zoals je er in de sport maar zelden ziet.

    Faber-team onderzocht oscar pistorius, loopWonder op protheses

    Is de Blade Runner in het voordeel?Oscar Pistorius is een fenomeen. De Zuid-Afrikaanse atleet zonder onderbenen haalde in 2011 op de Wereld-kampioenschappen de halve finale van de 400 meter, en eerder dat jaar dwong hij via de rechtbank startrecht af op de gewone Olympische Spelen van Londen, waar hij de gebroeders Borle partij kan geven. Waar Pisto-rius verschijnt, laait de controverse op: haalt hij uit zijn beenprotheses of blades geen oneerlijk voordeel?

    Ik heb bijvoorbeeld aangetoond dat het tijdens het vertragen op hogere snelheden sneller dan 50 km/u gunstig kan zijn om het ontkoppelingspedaal inge-drukt te houden. Een ander voor-beeld: bij versnellen was er geen consensus over de vraag of je nu hard of net traag moet optrek-

    ken. Ik heb aangetoond dat hoe groter het verschil is tussen de huidige snelheid en de snelheid naar waar je wil versnellen, hoe harder je moet optrekken. Hoe-veel winst mijn verfijning ople-vert, is moeilijk te zeggen, maar ik vermoed dat eco-rijden op basis van mijn onderzoeksresul-taten zeker nog vijf procent beter zou moeten kunnen.

    Ik heb geprobeerd zoveel mo-gelijk aspecten van het rijden in rekening te nemen, en tegelijk een methode te ontwerpen die praktisch is en tijdens het rij-den gebruikt kan worden. Dat betekent dat mijn berekenings-methode vertaald kan worden in een apparaatje dat in de auto ingebouwd wordt en informatie geeft aan de bestuurder om zo zuinig mogelijk te rijden. Het kan bijvoorbeeld de huidige snelheid en de optimale snelheid tonen, en de huidige versnelling en de optimale. Enkele van onze inge-nieursstudenten hebben al een

    prototype van zon apparaatje ge-bouwd. Een piste uitwerken voor commercialisering, via een spin-off of op een andere manier, zat er tijdens mijn doctoraatsman-daat niet in, maar in de toekomst sluit ik het zeker niet uit.

    Cruise controlNatuurlijk doen we niet alleen in Leuven onderzoek rond deze problematiek. In Linkping in Zweden is er bijvoorbeeld een grote onderzoeksgroep die werkt aan een eco cruise control. Ik heb zelf samengewerkt met collegas uit Blacksburg en het Virginia

    Tech Transportation Institute in de VS. Daar heb ik vooral gewerkt aan een geschikt verbruiksmo-del, via metingen tijdens testrit-ten. Zon samenwerking geeft veel voldoening en verruimt ook je onderzoeksmogelijkheden.

    Na mijn doctoraat ga ik eerst negen maand lesgeven in Zuid-Afrika. Daarna zien we wel. Onze unieke aanpak is veelbelovend, en ik hoop dat ik daar in de toe-komst nog een en ander mee kan doen. De ecologische dreiging van broeikasgassen is in elk ge-val t groot om alles zomaar op zijn beloop te laten.

    Vervoer geen onnodig gewicht, controleer regelmatig de banden-spanning en wees spaarzaam met airco.

    De optimale snelheid ligt tussen 50 en 90 km/u. De tijdswinst bij hoge snelheden weegt niet op te-gen het meerverbruik: per 10 km/u sneller is er een meerverbruik van meer dan 10%.

    Hou je snelheid zoveel mogelijk constant, wat betekent dat je anticiperend moet rijden.

    Hoe groter het verschil tussen je huidige snelheid en de snelheid die je wil bereiken, hoe krachtiger je mag versnellen.

    Schakel bij een benzinemotor rond 2.000 rpm; bij een dieselmo-tor rond 1.500 rpm. Dit lijkt laag, maar is voor moderne motoren

    geen probleem. Het moeilijkste onderdeel van

    eco-rijden is optimaal vertragen. Bij snelheden boven 50 km/u hou je het ontkoppelingspedaal ingedrukt. Bij lagere snelheden rem je op de motor. Bij snelheden lager dan 20 km/u gebruik je de remmen. Hoe korter de afstand waarover je moet vertragen, hoe sneller je moet remmen op de mo-tor en hoe sneller je moet remmen.

    Begin meteen te rijden wanneer je de motor start. Opwarmen is niet nodig.

    Zet de motor uit wanneer je langer dan 5 seconden stilstaat maar niet op een kruispunt of bij verkeerslichten.

    Kies voor een kleine auto, of nog beter: openbaar vervoer of fiets.

    Christophe Delecluse (midden achteraan) neemt tests af bij Oscar Pistorius. ( ingezonden)

    eco-rijden doe je zo

    Wiskunde geeft boost aan eco-rijden

  • 27 juni 2012 Nieuws 5

    jos stroobants

    Uiteraard heb ik heel uiteen-lopende gevoelens bij de op til staande viering, zegt professor Van der Stock, die aan het hoofd staat van Illuminare, het Stu-diecentrum voor Middeleeuwse Kunst van de KU Leuven. Samen waren ze de drijvende kracht achter een aantal grote tentoon-stellingen en Veronique Vande-kerchove bereidde ook een doc-toraat bij hem voor. Ik heb het geluk gehad tien jaar met haar sa-

    men te werken. We zagen elkaar geregeld, want er waren meer dan tien projecten die we samen in voorbereiding hadden.

    Veronique was een sterke vrouw die wist wat ze wilde. Mede dankzij die gedrevenheid is ze erin geslaagd om Leuven als mu-seumstad internationaal op de kaart te plaatsen. De vele aspecten van haar werk willen we tijdens de herdenking zichtbaar maken en ook voor de toekomst veran-keren. Dat gebeurt op verschil-lende manieren. Zo publiceert

    Illuminare de proceedings van het internationale colloquium Rogier van der Weyden in Context, waar-van Veronique Vandekerchove gastvrouw en medeorganisator was. Museum M zelf draagt de grote zaal met laatgotisch beeld-snijwerk aan haar op en plaatst een gedenkplaat aan het begin van het museumparcours.

    Utopia en 1968De rol die Veronique Vande-kerchove speelde in de samen-werking tussen museum, stad en universiteit krijgt ook waar-dering n voortzetting. De KU Leuven reikt haar op 29 juni pos-tuum de eerste clavis terrarum uit, een nieuwe onderscheiding die bijzondere verdiensten voor de universiteit erkent (zie kader-stuk). De stad Leuven richt aan de KU Leuven de Veronique Van-dekerchoveleerstoel van de stad Leuven in. Met het bedrag dat daaraan vasthangt, 65.000 euro per jaar, kunnen jonge kunsthis-torici wetenschappelijk onder-zoek doen dat in de lijn ligt van haar werk.

    Concreet gaan we met deze leerstoel onder meer aan de slag voor het Utopia-jaar 2016, zegt professor Van der Stock. Dan herdenken we de 500ste verjaar-dag van de publicatie bij Dirk Martens, hier in Leuven van Thomas Mores Utopia, onge-twijfeld het meest invloedrijke boek dat ooit in deze stad werd gedrukt. Het moet een groots op-gezet feestjaar worden, met een drietal tentoonstellingen rond oude kunst, architectuur en he-dendaagse kunst en een viertal congressen rond verschillende themas die verband houden met het werk. Dankzij de leer-stoel kunnen we het nodige we-tenschappelijk onderzoek doen en specialisten uitnodigen, en hebben we financile armslag om prospectie naar interessante kunstwerken te doen.

    Je kan dit Utopia-jaar zien als

    een opstap naar een project dat we in 2018 op poten willen zet-ten, een halve eeuw na het roerige jaar 1968. We willen dan op zoek gaan naar de nawerking mis-lukkingen n verwezenlijkingen van de vernieuwende ideen over onderwijs en cultuur die dat jaar zowel nationaal als interna-tionaal de kop opstaken. Je kan misschien wel enkele parallellen trekken tussen het optimisme dat de samenleving rond 1500 typeerde en de dynamiek aan de

    universiteiten in 1968. Dergelijke overpeinzingen vormden ook het onderwerp van mijn laatste ge-sprek met Veronique, nauwelijks drie uren voor haar ongeval.

    Haar doctoraatsonderzoek naar het 15de-eeuwe Brabantse paneel met de Passietaferelen van Christus, uit de collectie van museum M, bleef jammer genoeg onafgewerkt. Maar ook daar gaan we op zoek naar mogelijkheden om haar werk weer op te nemen en te valoriseren.

    Stad en universiteit brengen passend eerbetoon aan bezieler museum MOp 29 juni brengen de stad Leuven, de KU Leuven en museum M hulde aan Veronique Vandekerchove, gewezen hoofdconservator en bezieler van museum M, die op 25 janu-ari van dit jaar overleed na een verkeerson-geval. Veronique was een sterke vrouw die een scherpe visie combineerde met ontegen-sprekelijke charme en bescheidenheid, zegt professor kunstwetenschappen Jan Van der Stock, die nauw met haar samenwerkte en de naar haar genoemde leerstoel aan de KU Leuven zal cordineren.

    Met de clavis terrarum een kunstwerk in brons heeft de KU Leuven een nieuwe onder-scheiding in het leven geroepen die bijzondere verdiensten voor de universiteit erkent. Het wordt de hoogste onderscheiding voor prestaties van niet strikt aca-demische of wetenschappelijke aard, uitsluitend bestemd voor mensen die geen lid zijn van de universitaire gemeenschap.De moderne universiteit leeft niet meer in een ivoren toren en zoekt actief de dialoog op met de samenleving, zegt rector Mark

    Waer. Hierbij kunnen leden van deze samenleving, die zelf niet behoren tot de universiteit, maar er wel op een meer dan occasio-nele manier mee communiceren, een essentile rol spelen en de universiteit stimuleren en hel-pen bij haar maatschappelijke opdracht.De onderscheiding kreeg de vorm van een kunstwerk in brons, ontworpen door beeld-houwer Fred Bellefroid. De sleu-tel symboliseert de brug die de universiteit wil vormen tussen wetenschap en samenleving.

    Veronique Vandekerchove in september 2009, net voor de opening van de tentoonstelling Rogier van der Weyden 1400-1464 / De Passie van de Meester in museum M ( Danil Rys)

    De clavis terrarum

    Filosofie studerenVoor wie echt dieper wil graven

    HOGER INSTITUUT VOOR WIJSBEGEERTEhttp://hiw.kuleuven.be | [email protected]+32 (0)16 32 63 21

    Als aanvullende studieProgrammas op maat: van afzonderlijke vakkentot bachelor, dag- en avondonderwijs

    Als basisopleidingMajor-minorsysteem dat je toelaat om filosofiete combineren met een van de optiepakketten:rechten, economie, sociologie, politicologie, psychologie, godsdienst, geschiedenis,Nederlands, fysica

    ADVeRtentie

  • 6 Onderzoek campuskrant

    Ilse FrederIckx

    Deckers en Craeghs werken als onderzoekers in het Departement Werktuigkunde, onder leiding van professor Jean-Pierre Kruth. De kracht van 3D-printen is de enorme ontwerpvrijheid. Dat spreekt ook tot de verbeelding, zegt Deckers terwijl hij een tijds-lijntje van 3D-spulletjes op tafel zet. De eerste printers in de jaren 90 die materialen konden prin-ten, deden dat met kunststof (zo-als het rode atomium op de foto of het witte vormpje dat op een zeeplantje lijkt). Daarna volgden metaal (de appel in titanium) en nu experimenteert men met ke-ramische materialen (Manneken Pis in alumina).Materialen printen kon al in de jaren 90? Het is dus eigenlijk al een oude technologie?Deckers: Ja, het principe is altijd: in lagen werken. Je vertrekt steeds van een virtueel ontwerp op de computer. Dat wordt opgedeeld in laagjes. Dan print je die lagen, alsof je op een blad steeds op de-zelfde plaats blijft printen zodat je ook in de hoogte print. Maar de manier waarop het basismateriaal wordt gevormd, varieert. Bij n van de oudste technieken wordt een laag vloeibare kunststof een hars met een laserstraal selectief verhard. Dat blijf je herhalen tot je een 3D-object hebt. Bij kunststof-poeder kan je op bepaalde plaat-sen verwarmen, zodat het poeder aan elkaar kleeft. Bij keramische materialen kan je een poeder van kunststof en keramisch materiaal gebruiken, waarbij de kunststof achteraf in een oven wordt weg-gebrand.

    Craeghs: In de jaren 90 werd de techniek enkel gebruikt voor rapid prototyping. Vervolgens ging men niet alleen prototypes, maar ook mallen en uiteindelijk producten maken. Ondertussen kunnen we zeer lichte en sterke componen-ten maken. De wetenschappe-lijke verzamelnaam voor de ver-schillende technieken is additive manufacturing (AM): je print door laagjes toe te voegen. Bij de klas-

    sieke technieken zoals draaien, slijpen en frezen waarbij materi-aal wordt weggenomen spreken we van subtractive manufacturing. Soms wordt AM daarmee gecom-bineerd, om zeer nauwkeurige componenten te maken.Voor welke toepassingen wordt additive manufacturing nu al courant gebruikt?Craeghs: Je kan schoenen van kunststof printen, maar voor massaproductie is materiaal-printen vaak nog te duur. Als het gaat om complexe onderde-len die in kleine series gemaakt moeten worden, dan is de tech-niek wel geschikt. Op die manier wordt additive manufacturing het meest toegepast: van onderde-len van matrijzen en turbines tot de tv-beugels in een vliegtuig. In Belgi hebben we trouwens een hoog aantal materiaalprinters per vierkante meter. Materialise is een spin-off van de KU Leuven die zich vooral toelegt op kunst-stofprinten bijvoorbeeld voor de auto-industrie en op de soft-ware die erachter zit. Een andere spin-off is LayerWise: die werken op metaal. Onlangs pakten ze uit met een titanium kaakimplantaat op maat van de patint.

    Deckers: De medische sector is trouwens n van de belangrijk-ste toepassingsgebieden. Denk daarbij aan implantaten, hoorap-paraten of onderdelen van tand-protheses op maat van de patint. En van de eerste toepassingen was trouwens een print van de hersenpan van een kankerpati-nt, zodat de chirurg zich vooraf een beeld kon vormen van de tu-mor. Nu werken we aan ontwer-pen van poreuze structuren voor botdefecten: als je die inbrengt, dan kan het bot teruggroeien door de gaatjes van de prothese.Materiaalprinters worden wel eens aangekondigd als de nieu-we industrile revolutie, maar toch gebruikt de industrie ze nog niet zoveel. Hoe komt dat?Craeghs: Het probleem is de kwaliteitscontrole: hoe kan je weten of het printen goed gelukt is? Als het om een component

    van een vliegtuig gaat, is het cru-ciaal dat het geen microscopisch kleine scheurtjes vertoont. Je kan het ding scannen. Of aan tests onderwerpen, maar dan maak je het meestal kapot. Hier experi-

    menteren we met methodes om tijdens het printen al te monito-ren en bij te sturen. Aan de KU Leuven hebben we sinds 1994 een eigen materiaalprinter. Die

    is al verschillende keren omge-bouwd door onderzoekers: ik heb er zelf een hogesnelheidscamera ingebouwd die het proces in de printer fotografeert, met 20.000 beelden per seconde. Dat vergt natuurlijk ook een intelligente manier van dataverwerking, want zon object printen kan een paar uren duren. Zowel op de camera als op de software hebben we hier ondertussen een patent geno-men. En er is interesse voor van-uit de industrie.Wat staat er nog op stapel qua on-derzoek?Craeghs: Het materiaalgamma waarmee je nu kan printen, is nog zeer beperkt. Vandaar het onderzoek van Jan naar kerami-sche materialen, zoals alumina of zirkonia, die in de industrie veel gebruikt worden. Hier in Leuven zullen we ook nog verder onder-zoek doen naar kunststof, want er zijn nu niet veel soorten kunst-

    stof waarmee je kan printen.Deckers: Er is ook nog funda-

    menteel onderzoek nodig, want eigenlijk begrijpen we de fysica en de chemie op microscopisch niveau nog niet zo goed, bijvoor-beeld waarom bepaalde kunst-stofpoeders beter smelten en aaneenklitten dan andere. Vaak moeten we binnen ons onder-zoek zeer pragmatisch te werk gaan. Als we materiaalprinten op microscopisch niveau beter be-grijpen, zullen er weer meer mo-gelijkheden zijn.

    Aan de KU Leuven doet een inter-disciplinair team van 15 werk-tuigkundig en materiaalkundig ingenieurs onder leiding van de professoren Jean-Pierre Kruth, Jan Van Humbeeck en Jef Vleugels onderzoek op additive manu-facturing. Dit onderzoek gebeurt in nauwe samenwerking met VITO, de Associatie Universiteit Gent en Lessius (Mechelen).

    Wetenschap In stroomversnellIng

    Printen in laagjes, daar komt additive manufactu-ring (AM) in de volksmond 3D-printen genoemd op neer. De inktpatroontjes zijn bepaald niet goed-koop; het gaat hier ook niet meer om inkt, maar wel om kunststof, metaal en keramiek. In een labo met printers van enkele vierkante meters groot geven Jan Deckers en Tom Craeghs twee jonge burger-lijk ingenieurs ons tekst en uitleg.

    Van inkt naar keramiek in de printer

    Zelf 3d-printen in het FablabIn het Leuvense FabLab een fabrication laboratory staan allerlei computergestuurde ma-chines, zoals een freesmachine en een laser cutter, waarmee creatievelingen zelf aan de slag kunnen. Er staan ook een paar 3D-printers, waarvan n industrieel en n doe-het-

    zelfmodel. Particulieren en vooral studenten, bijvoorbeeld van de opleiding architectuur, maken er gebruik van. Om een voorbeeld te geven: er is ooit ie-mand een onderdeeltje van een dampkap komen printen omdat het niet meer verkrijgbaar was in de handel, zegt FabLab-

    manager Marc Lambaerts. Ons doe-het-zelfmodel maakt de drempel lager. Op de professi-onele machine kost het printen 50 cent tot 1 euro per kubieke centimeter geprint materiaal, op de doe-het-zelfprinter is dat maar 15 cent.www.fablab-leuven.be

    Uit de 3D-printer gerold: twee Mannekens Pis in alumina, een appel in titanium en twee structuren in kunststof ( KU Leuven | Rob Stevens)

    Tom Craeghs en Jan Deckers tonen het ontwerp en het geprinte resultaat, met achter hen de materiaalprinter. ( RS)

    Je kan zelfsschoenen

    van kunststofprinten.

  • Beeldige wetenschapEen wetenschapper in een laboratorium is niet enkel een tech-nicus: hij is ook een kind dat door natuurverschijnselen geboeid wordt als door een sprookje. Wie de inzendingen voor de weten-schappelijke fotowedstrijd SPIEKULographic ziet, kan zich iets voorstellen bij die uitspraak van Marie Curie. SPIE KU Leuven Stu-dent Chapter, een vereniging van onderzoekers die zich met licht en optica bezighouden, organiseert die wedstrijd dit jaar voor de tweede keer. De winnaar is op 27 juni bekend, maar Campuskrant maakte alvast een eigen selectie uit de tien fraaie finalisten.

    (Ilse Frederickx)Het werk van de tien finalisten is te zien op www.spiekul.be/index.php/spiekulographic2012

    27 juni 2012 Onderzoek 7

    Een oceaanbodem van staalFotograaf: Wassim Zein Eddine

    De Libanese doctoraatsstudent Wassim Zein Eddine heeft al duizenden fotos gemaakt van roestvrij staal onder de microscoop, voor zijn onderzoek over wrijving en slijtage aan het Departement Metaalkunde en Toegepaste Mate-riaalkunde. Er bestaan verschillende methodes om stalen structuren te maken: bij eentje wordt een straal metaal-poeder door een laserstraal gespoten, zodat het poeder in millisecondes smelt. Doordat het metaalpoeder dan ook zeer snel te snel afkoelt, krijgt het staaloppervlak een speciale structuur met bol- en schelpachtige vormpjes en blijft er ook veel niet-gesmolten metaalpoeder op het op-pervlak over.

    Een inwendig beeldhouwwerkFotograaf: Wouter Fannes

    Een foto van de interne genitalin van een vrouwelijke spin van het geslacht Zyngoonops, een groep van tro-pische gnoomspinnen waarvan de meeste nauwelijks 1 millimeter groot zijn. Deze soort werd tot nu toe alleen teruggevonden in Kivu, Congo, en meet 1,4 millimeter. We zien hier het equivalent van de vagina: de opgerolde buis van de geslachtsopening naar de baarmoeder, die enorm lang is gezien de totale grootte van de spin. Omdat de vrouwtjesspin met verschillende mannetjes paart, bereikt alleen sperma van zeer goede kwaliteit uiteindelijk de baarmoeder. Om de foto te maken moest Wouter Fannes, doctorandus in de biolo-gie, een dissectie uitvoeren, de genitalin dehydrateren en een laagje goud geven om ze dan onder een ras-terelektronenmicroscoop die het mogelijk maakt iets op zon kleine schaal te bekijken te fotograferen.

    De Cubaanse Pacman Fotograaf: Brecht Verstraete

    Een pollenkorrel van Exostema longiflorum, een Cubaanse struik die familie is van de koffiestruik. Brecht Verstraete, die deze foto nam voor zijn masterproef over kleine structuren in meeldraden en nu doctoreert in de biologie, trok ervoor naar de Nationale Plantentuin van Belgi in Meise. De pollenwand heeft verschillende stekeltjes en doorboringen. Hier is ook n van de drie groeven van de pollenkorrel zichtbaar: op die plaatsen is de pollenwand verzwakt. Langs die weg zullen de mannelijke voortplantingscellen zich een weg naar buiten banen wanneer ze op de stempel van een bloem geland zijn en die willen bevruchten. Het pollen is 3.200 keer vergroot en is in werkelijk-heid 25 micrometer 25 duizendsten van een millimeter groot.

    Ontdek jezelf. Begin bij de Bachelorbeurs.D infobeurs waar je een overzicht krijgt van alle bacheloropleidingen & enkele schakel-, voorbereidings- en masterprogramma's. Leuven en Kortrijk, zaterdag 8 september 2012www.kuleuven.be/bachelorbeurs

  • Kot inrichten Studentenwelkom ( KU Leuven | Rob Stevens)

    De tegels op het spelbord van het hoger onderwijs

    Ine Van HoudenHoVe / cartoon JorIs snaet

    Professionele bachelorMarlies De Clerck (20):Ideaal evenwicht tussen theorie en praktijk

    Ik studeer sociaal werk aan de KHLeuven. In het tweede jaar moeten we een afstudeerrich-ting kiezen en voor mij wordt dat maatschappelijk assistent. De opleiding valt heel goed mee; ik hou van de combinatie van the-orie en praktijk. De twee vakken met de meeste studiepunten zijn praktijkvakken bijvoorbeeld sociale vaardigheden oefenen maar we hebben evengoed een paar kleppers van cursussen te studeren die een broodnodige basis vormen. Volgend jaar heb ik negen weken observatiestage en het jaar nadien lopen we het hele tweede semester stage. Daar kijk ik erg naar uit, dan kom je echt terecht in het werkveld van je keuze. Maar ik denk niet dat ik daarna meteen ga solliciteren; ik zou graag nog iets bijstuderen, misschien zelfs aan de universi-teit of in het buitenland. Dan heb ik met dit diploma alvast een goe-de basis en mogelijks ook al een aantal vrijstellingen.

    academische bachelorHannes Van Eynde (20):Ik kan nog alle richtingen uit voor mijn master

    Ik zit in de tweede fase het

    tweede jaar van de bachelor bio-ingenieurswetenschappen. Om-dat ik op Erasmus ga, heb ik wat vroeger moeten beslissen welke richting ik volgend jaar ga volgen. Het is landbouwkunde gewor-den; al heb ik ook lang getwijfeld over land- en bosbeheer. Nu, na mijn bachelor kan ik nog steeds elke masterrichting binnen bio-ingenieur aanvatten, al raden ze voor sommige richtingen wel aan om een bijstuurminor te volgen. Maar als je landbouw kiest, kan je zelfs halverwege het jaar nog naar land- en bosbeheer over-schakelen. Ik kijk enorm uit naar mijn Erasmusavontuur in Lissa-bon. Het lijkt me boeiend om een nieuw land en nieuwe mensen te leren kennen en ik ben ook be-nieuwd naar de lokale invulling van de opleiding; ik verwacht bij-voorbeeld dat het accent zal lig-gen op olijfteelt en wijnbouw.

    Verkorte bachelor Stijn Christiaens (22):Opleidingen komen in de juiste volgorde

    Ik heb medische beeldvorming gevolgd aan de HUB en vatte tijdens een congres over foren-sische beeldvorming het plan op om die richting uit te gaan en criminologie bij te studeren. Dankzij mijn vooropleiding kan ik de verkorte bachelor volgen: ik mag een aantal algemene en inleidende vakken laten vallen

    en kan de bachelor criminolo-gie in twee in plaats van drie jaar afwerken. Daarna wil ik ook de master doen, nog n bijkomend jaar dus. Het niveauverschil tus-sen een professionele en een academische bachelor is toch wel hoog, heb ik ondervonden. Een ander groot verschil is dat bij een professionele bachelor de praktijk echt in de hele opleiding verweven zit, terwijl bij crimino-logie enkel de master een stage omvat. Ik ben in ieder geval blij dat ik de opleidingen in deze volgorde volg.

    schakelprogramma Koen Lutin (21): Ik wilde meer theoretische bagageNa mijn professionele bachelor in de verpleegkunde had ik het gevoel dat er nog meer uit een verpleegkundige carrire te halen valt. Daarom volg ik het schakel-programma om volgend jaar de master verpleeg- en vroedkunde te kunnen starten, een opleiding waarin theorie en wetenschap-pelijk onderzoek hand in hand gaan. Ik vind het heel boeiend om te leren wat er achter de verpleeg-

    kundige praktijk schuilt, hoe de gezondheidszorg georganiseerd is Na mijn master wil ik graag aan de slag als verpleger, maar op termijn hoop ik dankzij deze op-leiding een stap hogerop te kun-nen zetten in mijn carrire.

    VoorbereidingsprogrammaYannick Snoecx (23):Ik kan al enkele vakken uit de master volgen

    Ik volg het voorbereidingspro-gramma voor de master in de

    Binnenkort zet je voor de eerste keer jouw pion op het bord van het hoger onderwijs. Met een zucht van verlichting, of met enige vertwijfe-ling. Elke keuze betekent tegelijk winnen en verliezen. Maar vergeet niet dat je ook tijdens je studie je eigen parcours kan uittekenen. De keuzes die je maakt, zetten steeds de deur open naar nieuwe mogelijkheden. Acht studenten getuigen over hun keuze en hun ervaringen.

    Studeren in Leuven27 JunI 2012 SpECI a L E bIjL agE | w w w.baCHEL ORSK UL EU V En.bE

    a

    cad

    emIe

    Jaa

    r

    In b

    eeld

  • 27 juni 2012 Studeren in Leuven 9

    24-urenloop Practicum Bezoek Stephen Hawking ( KU Leuven | Rob Stevens)

    Burgerlijk ingeni-eur Pieter Tielens is net terug uit Keulen, waar hij de European Talent Award for In-novative Energy Sys-tems in ontvangst mocht nemen. Hij kreeg de onderschei-ding voor zijn thesis Frequency Control by Wind Power Plants in an Isolated Power System. En nu in mensentaal, graag. Ludo Meyvis

    Mijn thesis ging over de inte-gratie van windenergie in het elektriciteitsnet, begint Tie-lens. Hernieuwbare energie wint steeds meer veld. Dat is een goede ontwikkeling, maar ze levert ook problemen op, bijvoorbeeld op het vlak van de stabiliteit van het net. Die heb ik verder onderzocht. Met de klas-sieke generatoren kan je ingrij-pen als de nood zich voordoet, bijvoorbeeld bij plotse pieken of dalen in de energieconsumptie.

    Dat houdt het systeem stabiel en dus betrouwbaar. Met windener-gie ligt dat anders, omdat de elektriciteitsproductie uit wind-turbines moeilijk voorspelbaar en controleerbaar is. Er wordt aan gewerkt om dit te verbete-ren, ook door de netbeheerders en de windturbineproducenten zelf. Door nieuwe controles uit te werken voor de turbines zal de stabiliteit van ons net ver-beteren zodat black-outs (grote stroomuitvallen red.) kunnen worden vermeden.

    Elektrische energie moet je op Europese schaal bekijken. Wat er bijvoorbeeld in Duits-land gebeurt, heeft gevolgen voor ons. Concreet: wanneer Duitsland beslist om zijn kern-energie af te bouwen en te ver-vangen door energie uit her-nieuwbare bronnen, heeft dat een impact op ons land. En als de windenergieproductie op de Noordzee toeneemt, wat zeker op de agenda staat, kan dat ge-volgen hebben voor de stabili-teit van het netwerk in Belgi.

    Momenteel werk ik aan mijn doctoraat, dat gaat over integra-tieproblemen rond zonne-ener-gie en andere hernieuwbare energiebronnen. Het is een erg uitdagend onderzoeksterrein, en het is heel leuk om daar met de collegas van Electa bij het Departement Elektrotechniek

    (ESAT) aan te werken. Binnen onze groep wordt er verder nog onderzoek gedaan naar smart grids, planning van het net, en-zovoort.

    WaarderingIk ben nu pas terug uit Keulen, waar Power-gen Europe georga-niseerd werd. Dat is een grote Europese beurs waar zowat alle bedrijven die met elektriciteits-productie te maken hebben, aanwezig zijn. Interessant om al die grote namen eens te kun-nen ontmoeten. Eentje kende ik al goed, namelijk ABB uit Zweden. Bij dat bedrijf heb ik drie maanden stage gelopen ter voorbereiding van mijn the-sis. Op zon stage leer je heel veel bij. Je kan er over je onder-werp spreken met experten, legt nieuwe contacten en in je vrije tijd kan je ook nog eens de plaatselijke cultuur opsnuiven. Ik kan het iedereen aanraden.

    Samen met de promotor van mijn thesis, professor Jo-han Driesen, ben ik uiteraard ook naar de uitreiking van de awards tijdens Power-Gen ge-weest. Mijn prijs heeft me aar-dig wat waardering opgeleverd. Er waren maar drie laureaten over heel Europa, waardoor hij toch wel een tamelijk exclusief tintje heeft

    Meer prijswinnaars op p. 19

    Thesis bekroond MeT europese TaLenTenprijs

    Een ingenieur met energie in overvloed

    economie, het recht en de be-drijfskunde. Die richt zich op ba-chelors maar ook masters in rechten of economie. Zelf heb ik toegepaste economische weten-schappen gestudeerd, daarom hoef ik de economische vakken niet te volgen. Ik heb altijd getwij-feld tussen rechten of economie en zou later graag een richting uitgaan waarbij je de twee met elkaar kan combineren, zoals iets in het domein van handelsrecht, of de wetgeving rond mededin-ging. De praktische zijde van de wetgeving in ieder geval. Dit pro-gramma omvat 30 studiepunten en daarom wordt het vaak in een bachelor bijgevolgd. Ik doe het in een apart jaar, maar volg tegelij-kertijd wel al een deel vakken uit de master, zodat ik die in n in plaats van in twee jaar kan afron-den. Het enige nadeel is dat de volgorde van de vakken daardoor niet altijd netjes klopt.

    initile masterEsma Alouet (24): Ik wil het liefst het onderzoek in

    Ik heb destijds ook gedacht aan sociale en culturele antropologie, maar ben toch heel blij met mijn uiteindelijke keuze voor psycho-logie. Ik zit in het laatste jaar van mijn master nu. Na vier jaar the-orie heb ik dit jaar acht maanden stage gelopen bij het CGG (Cen-trum Geestelijke Gezondheidszorg red.) en de PAAZ (Psychiatrische Afdeling Algemeen Ziekenhuis red.) van Genk. Dat bleek uitein-delijk toch iets minder interes-sant dan ik had verwacht en echt aan de slag gaan als therapeute zie ik mezelf dan ook niet doen. Ik hoop eerder terecht te komen in het klinisch onderzoek, bij-voorbeeld naar de ziekte van Par-kinson of alzheimer. Volgend jaar kan ik alvast drie maanden aan de slag als onderzoeker-assistent en wie weet, misschien wordt dat mandaat wel verlengd

    LerarenopleidingSophie De Meester (22):Helemaal mijn dinggevonden

    Na mijn master lichamelijke opvoeding volg ik nu de leraren-opleiding, een voltijdse opleiding

    van n jaar waarna je les mag geven in de derde graad van het secundair onderwijs, maar ook in het hoger onderwijs. Ik was ei-genlijk helemaal niet van plan het onderwijs in te gaan; ik ben aan de opleiding begonnen omdat ik kans wou maken op een job als praktijkassistent. Maar door sta-ge te lopen heb ik ondervonden dat het onderwijs helemaal mijn ding is en ik ben nu volop aan het solliciteren. Jammer dat er maar weinig plaatsen zijn. Wat me nog het allermeeste zou interesseren is een combinatie van onderwijs en wetenschappelijk onderzoek naar onderwijs in lichamelijke opvoeding.

    Master-na-masterJosephine Malonza (33): Zwaar, maar zeer de moeite waard

    Ik kom uit Kenia, maar woon en werk in Rwanda, waar ik in 2009 betrokken was bij het oprichten van de Faculty of Architecture aan het Kigali Institute of Science and Technology, en achtereenvolgens werd aangesteld tot assistant lec-turer en decaan. Hier in Leuven volg ik de Master of Human Settle-ments, dankzij een beurs van de VLIR (Vlaamse Interuniversitaire Raad red.). Ik werd aangetrok-ken door de goede reputatie van de universiteit, maar ook door de vriendelijkheid tegenover bui-tenlanders, en zelfs door heel praktische aspecten, zoals de beschikbaarheid van ingredin-ten om te kunnen koken wat ik gewend ben. Het is een zwaar en intensief jaar: ik kom maar aan vier uur slaap per nacht soms helemaal geen en ik heb mijn man en dochtertje van vier moe-ten achterlaten, maar het is het waard: ik heb enorm veel geleerd over hoe je aan onderzoek doet en academische papers schrijft. Wat me opvalt, is dat de proffen hier de studenten zo steunen en aanmoedigen. Ik kijk er echt naar uit om op mijn beurt mijn kennis te delen met mijn studenten in Rwanda.

    Alle opleidingen aan de KU Leuven vind je terug opwww.bachelorskuleuven.be/studieaanbod

    ( KU Leuven | Rob Stevens)

  • 10 Studeren in Leuven campuskrant

    Bloed geven Practicum College op campus Gasthuisberg ( KU Leuven | Rob Stevens)

    Ik heb het Van Dalecollege al-tijd n van de mooiste plekjes in Leuven gevonden, vooral van-wege de verborgen tuin. Als stu-dent wilde ik er samen met een vriendin die er op kot zat mijn 21ste verjaardag vieren met een picknick annex dansfeestje, maar een bewaker dacht daar anders over.

    In het laatste jaar van mijn rechtenstudie zat ik vooral in de kapel van het college omdat we daar repeteerden voor de revue, een toneelstuk waarin studen-ten proffen van de rechtenfacul-teit spelen. Ik regisseerde ook dat jaar. In de humaniora had ik al in toneelstukjes gespeeld

    en het zat me in het bloed. Mijn vader was lang regisseur van school- en amateurtoneel.

    We hebben toen drie keer de schouwburg gevuld, drie keer achthonderd man! Achteraf hebben we een zwaar feestje gebouwd in Caf Eclips op de Oude Markt. We hebben er de avond gemaakt, inclusief dan-sen op de toog. Tien jaar later hebben we dat nog eens over-gedaan tijdens een renie van het VRG (Vlaams Rechtsgenoot-schap; de studentenkring van rechten red.). In het begin van mijn studie heb ik me een beet-je opgesloten, maar in de licen-ties, en zeker bij de studenten-

    Journalist wim de vilder

    Repeteren in de kapel

    In mijn eerste jaar lichamelijke opvoeding mocht ik kiezen: een auto of een kot. Ik wilde in de week nog naar Wilrijk om te trai-nen dus ik koos voor de auto. Maar zodra ik de overstap gemaakt had naar de Leuvense judoclub, ging ik toch op kot. Ik had een zolder-kamertje in een oud herenhuis op de Naamsevest. Het leuke was dat er nog een echte kotmadam was. Ze woonde op de benedenverdie-

    ping en hield van de beweging in huis.

    Ik zat er met drie jongens, drie ingenieurs. Ze volgden wat ik deed op televisie of in de krant. Nu heb ik geen contact meer met hen, maar ik heb wel nog vrien-den van het sportkot. Als je el-kaar vaak ziet op het veld en in de kleedkamer, worden de banden heel nauw. Ik hield van die sfeer en ging graag naar De Spuye (stu-

    dentenrestaurant aan het Universi-tair Sportcentrum red.) om iets te drinken. Het werd wel nooit later dan elf uur, want ik moest de dag erop weer fris zijn.

    Toen ik me aansloot bij de ju-doclub van Leuven, kwam alles in een stroomversnelling terecht. Ook internationaal zette ik betere resultaten neer. Het belang van de judozaal, onder de tribunes van Stade Leuven, kan dus niet overschat worden. Hij was oud en vuil, maar omdat de sfeer in de groep zo leuk was, zag ik dat niet. Heel veel studenten vonden de weg ernaartoe. Doordat ik meer trainingspartners had, kon ik de stap naar een hoger niveau zet-ten. Het bracht een ommekeer in mijn carrire, maar ook in mijn leven. Ik heb er mijn trainer leren kennen, ondertussen mijn man.

    De judozaal bestaat niet meer, we zitten nu in de Sportoase. Ik kom er nog altijd een paar keer per maand trainen. Als het kan, ga ik nadien iets drinken in de Pi-geon dOr. Jean Paul, de uitbater, is de sponsor van onze club en al kan ik het nog steeds niet laat maken ik ontmoet er graag mijn medejudokas en vrienden.

    Het is raar: het lijkt alsof een groot deel van mijn studenten-tijd uit mijn geheugen is gewist, maar de fak, zijnde de fakbar van Letteren ik studeerde Germaanse komt me meteen voor de geest. Het was een af-tands herenhuis, waar we altijd op dezelfde plek aan de muur stonden te praten met een min of meer vaste bende van vijf. Ik ben een gewoontedier; ik zie die mannen nu nog altijd.

    Het was een ongeschreven afspraak elke avond even langs de fak te gaan. De chat bestond nog niet om af te spreken, maar je wist met een aan zekerheid grenzende waarschijnlijkheid dat er in de fak iemand zou zijn. In het laatste jaar was ik uitgeno-digd voor de afzuip, de laatste avond voor de blok waarop alles tot de laatste druppel op moest. Het voelde bijna als een eer. Op de ouwezakkenavonden na mijn studies voelde ik me al rap niet meer op mijn plaats. Ook

    Caf Dadario, waar ik eens door het dolle heen mijn eerste zit heb gevierd, is verleden tijd.

    Als ik tegenwoordig eens niet de hort op ben met de band, verkies ik mijn zetel boven de toog. Ik ben wel nog eens spa-ghetti gaan eten in de Com-merce. Dat deed ik vroeger minstens een keer per week. Ik viel omver: de smaak was nog exact dezelfde, net als diegene die hem klaarmaakt. Ik was daar zeer blij om.

    Naast de Commerce lag Music Mania, n van de twee cd-winkels in Leuven waar ik tot drie keer per week kwam. Het grappige is dat de baas die toen altijd boos op mij was als ik weer eens een cd beluisterde maar geen geld had om hem te kopen, nu de manager is van Customs.

    Mijn muzikale debuut be-leefde ik in Jeugdhuis Sojo, achter het station. Het was zeer kleinschalig en underground,

    Judoka ilse heylen Tatami Love customs-frontman kristof uittebroekOuwe zakken en

    toekomstige managers

    Er zit leven in LeuvenLeuven staat niet alleen synoniem voor leren, maar ook voor leven. Drie bekende oud-studenten maken een trip down memory lane, langs de plaatsen die hun studententijd tekenden en de herinneringen die eraan vasthangen. Leuven heeft geen van hen helemaal losgelaten, zo blijkt uit hun relaas.

    katrien steyaert / fotos rob stevens

    Ilse Heylen aan Sportoase, waar ze geregeld komt trainen.

    Wim De Vilder aan de Vaartkom: Vroeger was dit een vieze buurt, nu wordt ze helemaal opgeknapt.

  • 27 juni 2012 Studeren in Leuven 11

    Openluchtcantus Blokken in de Kruidtuin Cultuurevent Faculty Stars ( KU Leuven | Rob Stevens)

    Ik heb gekozen, maar ben ik wel helemaal voorbereid voor mijn studie?Honderd procent voorbereid zal je nooit zijn. Maar als je al een goe-de vooropleiding hebt gevolgd en je motivatie niet ontbreekt, dan kan je nu eigenlijk op beide oren slapen. Voor enkele opleidingen kun je online een zelftest doen. Daarnaast richt de KU Leuven ook een aantal zomercursussen in. Die zijn er in verschillende maten en gewichten: van een al-gemene cursus Academisch Ne-derlands over een voorbereiding chemie voor bio-ingenieurs tot een kennismakingsdriedaagse voor studenten Lichamelijke Opvoeding. Zon cursus kan een goede opfrissing van je kennis zijn, n misschien is het wel een eerste opstapje naar een nieuwe vriendenkring.

    Soms kan je ook tijdens het jaar nog bijspijkeren. Voor wiskunde bijvoorbeeld organiseert de Fa-culteit Wetenschappen tijdens de eerste week een voorken-nistest voor alle eerstejaars. Op basis van je resultaat word je dan uitgenodigd voor extra lessen.

    Het aanbod aan zelftests en zomercursussen vind je op www.bachelorskuleuven.be/voorbereidendecursussen

    Ik wil extra uitleg bij een oplei-dingsonderdeel. Moet ik daar de prof zelf voor aanklampen?Nee, elke opleiding heeft studie-begeleiders of monitoren, die voor verschillende opleidingson-derdelen vrijblijvend specifieke begeleiding voorzien. Meestal ge-beurt dat in kleine groepen, soms ook individueel. Vaak overloopt de begeleider de leerstof nog eens of maakt hij alles inzichtelijker, krijg je tips over wat echt belang-rijk is en hoe je de cursus best in-studeert. Mocht n en ander ng grote vragen oproepen, dan kan je een individuele afspraak maken. Na de les of tijdens de pauze kan je de docent natuurlijk wel aan-spreken, en hij (of zij) zal zelf wel aangeven of hij tijd heeft. Meestal heeft de docent ook assistenten die je kunnen verderhelpen.

    Tijdens het jaar merk ik dat ik de cursussen niet vlot verwerkt krijg. Wat nu?De kunst is: op tijd beginnen. Je leerstof systematisch bijhou-den dus. Maar als dat om de n of andere reden toch niet lukt, of als je aanpak van de middel-bare school niet meer blijkt te werken, heb je misschien extra hulp nodig. Sowieso geven de studiebegeleiders algemene tips over concentreren, memorise-ren, studie- en examenplanning En misschien lost een extra individueel gesprek met je mo-nitor al veel op. Er bestaan ook brochures en boeken over, maar toegegeven: het verschil tus-sen lezen en toepassen is soms groot. Daarom organiseert de Dienst Studieadvies ook een aan-tal praktische trainingen, waar je bijvoorbeeld een evenwichtige studieplanning leert opmaken of doelgericht leert studeren.

    Nuttige brochures en info over trainingen vind je op www.kuleuven.be/studieadvies/studiebegeleiding Ook voor stress en faalangst kan

    je cursussen volgen, of je vindt een luisterend oor bij de studen-tenpsycholoog: www.kuleuven.be/gezondheid/psycholoog

    Ik heb gehoord dat de opleidin-gen tussentijdse toetsen organi-seren die niet echt meetellen. Waarom zou ik daaraan mee-doen?Die tussentijdse toetsen zijn inderdaad vrijblijvend, maar daarom niet minder nuttig. Ze bestaan in heel wat formats. In sommige faculteiten gaat het om een echt proefexamen, waar-bij je een duidelijk beeld krijgt van de wijze waarop examens worden georganiseerd. Deelne-men is dan een goede test om te zien hoever je op dat moment staat. Andere faculteiten laten je zelfs kiezen: wil je een toets in de vorm van het echte examen (bij-voorbeeld mondeling), of voel je je daar nog niet klaar voor, en hou je het liever bij een schrifte-lijk openboekexamen?

    En als die echte examens mis-lukken?

    Je krijgt je resultaten digitaal en meestal ook op papier meege-deeld. Bij vele opleidingen, aan de Faculteit Letteren bijvoor-beeld, word je na de eerste exa-menperiode meteen uitgenodigd voor een gesprek. Dat is alweer vrijblijvend, je moet zelf beslis-sen of het je nuttig lijkt. Maar misschien is het wel goed om eens samen te kijken waar het misloopt soms volstaat een an-dere studieaanpak en eventueel je studiekeuze bij te stellen. Dat gebeurt beter vroeg dan laat. De regels van de studie-efficintie en leerkrediet vereisen immers dat je voldoende vooruitgang boekt, al kan je na je eerste aca-demiejaar nog alle kanten uit als je studieresultaten tegenvallen.

    (wv)

    Ik heb nog vragenOp zaterdag 8 september ben je welkom op de Bachelorbeurs: www.kuleuven.be/bachelorbeursVoor hulp bij je studiekeuze kan je terecht op: www.kuleuven.be/ studieadvies/studiekeuze

    Studiebegeleiding: eerste hulp bij twijfelgevallenCheck, je hebt de Perfecte Opleiding gevonden. Maar ben je er wel helemaal klaar voor? En wat als je tijdens het jaar met twijfels zit of je echt goed bezig bent? Vraag en ant-woord graag!

    vereniging, heb ik mijn schade ingehaald.

    Ik herbeleef dat af en toe want ik woon nog in Leuven, vlakbij de Vaartkom. Dat was vroeger een vieze, donkere buurt waar je niet moest en wou zijn. Vandaag wordt ze helemaal opgeknapt. Ik ga er geregeld joggen en de men-sen van Kaminksy hebben er een caf geopend.

    Misschien moeten ze er ook eens aan denken de Studio-filmza-len te renoveren. Twee, soms drie keer per week, scheurde ik er de kaartjes. De filmzalen zaten toen vaak bomvol, zeker op donder-dagavond voor de sneak preview. Ik werkte er heel graag, ook omdat ik heel veel films gratis meegepikt heb: de eerste van Pedro Almod-var bijvoorbeeld, of Dangerous Li-aisons met Glenn Close en John Malkovich. Er is bijna geen enkele goeie film uit de jaren negentig die ik niet gezien heb.

    en het zweet droop van het pla-fond. Nu staat de Sojo op een laag pitje, op vraag van buurtbewo-ners. Dat zijn soms net de man-nen die destijds in de fakbar grote plannen smeedden om de wereld te veranderen. Er is niet veel van gekomen.

    Ik hield een muzikale carrire toen niet voor mogelijk. Ik was te nuchter en koos eerder voor ze-kerheden. Dat is intussen serieus veranderd en eigenlijk heb ik al veel meer gedaan dan ik van plan was.

    Kristof Uittebroek in de Commerce

  • 12 Studeren in Leuven campuskrant

    Win viptickets voor M-idzomer en ontmoet

    Intergalactic Lovers! Doe vanaf midden juli mee op www.facebook.com/KULeuven

    www.m-idzomer.be

    Ik ben iemand die graag ini-tiatief neemt en dingen or-ganiseert. De stap naar het presidium was dan ook snel gezet. Vorig jaar ben ik sport-preses geweest. Samen met mijn mede-sportpreses heb ik de jaarlijke Kulak-skireis ge-organiseerd, wekelijkse loop-trainingen, een interfacultair voetbaltornooi, swinglessen, zumba en pilates, ... Het vraagt veel inzet en discipline, maar het was een fantastische er-varing. Ik wilde bewijzen dat ik mijn taak in het presidium kon combineren met mijn

    studies: dat was een extra mo-tivatie. Je stopt er veel tijd in, maar je krijgt er ook veel voor terug. Je leert organiseren en samenwerken n je ontmoet een hoop nieuwe mensen. Ik heb in het presidium vrienden voor het leven gemaakt.

    Na dat jaar viel ik een beetje in een zwart gat. Daarom heb ik dit jaar mee mijn schou-ders gezet onder de Kulak 24u, waarbij we vierentwin-tig uur gepaintballd hebben. We hebben er een goed doel aan gekoppeld, met succes: we hebben meer dan zesdui-

    zend euro kunnen schenken aan het Kinderkankerfonds. Dat geeft ontzettend veel vol-doening. Vanaf volgend aca-demiejaar ruil ik Kortrijk in voor Leuven, maar ik weet nu al dat ik me ga inzetten voor de oud-studenten van Kulak. Je ergens voor engageren, ver-rijkt je academiejaar. Ik raad het iedereen aan!

    Op de website van LOKO (Leuvense Overkoepelende KringOrganisatie) vind je een overzicht van alle kringen: www.loko.be

    Ze zetten hun schouders on-der populaire sportevene-menten, zitten rond de tafel met docenten om pijnpunten in de opleiding aan te kaarten of helpen me-destudenten bij de voorberei-ding van hun Erasmusavon-tuur. Annelies, Mattijs en Ei-leen zijn enkele van de vele stu-denten die zich elk academie-jaar opnieuw inzetten voor hun studenten-kring.

    Dit is het derde jaar op rij dat ik me ingezet heb voor Poli-tika. Als vicekrico ondersteun je de krico (preses red.) in alle taken. Samen probeer je van de kring een zo efficint mogelijk geheel te maken. In de werk-groep extern hou ik me bezig met de samenwerking met an-dere kringen en verenigingen, maar ook met de opvang van Erasmusstudenten en de voor-bereiding van studenten die naar het buitenland gaan. Zo hebben we voor het eerst een

    Erasmuscaf georganiseerd, waar we studenten die volgend jaar op Eramus vertrekken sa-menbrachten met mensen die al geweest waren. Zon caf is kleinschaliger en informeler dan een infosessie van de fa-culteit.

    Engagement voor de kring heeft al heel wat mensen her-examens gekost inclusief mezelf (lacht). Dat hoort erbij: als je je engageert, moet je er ook voldoende tijd voor vrijma-ken. Dankzij mijn taken in de

    kring heb ik niet alleen mijn vriendengroep uitgebreid, ik heb ook veel bijgeleerd: hoe je effectief kunt vergaderen, hoe je een groep moet aansturen of hoe je kunt samenwerken met mensen die een andere mening hebben dan jijzelf. Ook uit minder succesvolle ac-tiviteiten steek je altijd wel iets op, al wil je dat natuurlijk lie-ver niet te veel meemaken. Een geslaagd evenement organise-ren, zoals een galabal of een debat, daar doe je het voor.

    Ik had al meegedraaid op de cursusdienst toen ik in het derde jaar in de POC (Perma-nente Onderwijscommissie) terechtkwam. Bijzonder inte-ressant vond ik dat. Dit jaar was ik onderwijsverantwoor-delijke bij Wina en zat ik in de POC Wiskunde, in de Depar-tementsraad Wiskunde, de Faculteitsraad en de facultaire POC. We zitten daar als stu-dent niet om de plaatsen op te vullen. Er wordt echt naar je geluisterd. Je kunt iets bete-kenen voor je medestudenten n de studenten die na jou ko-men. Dit jaar zijn we bijvoor-beeld van start gegaan met een onderwijsnieuwsbrief, waarmee we onze leden op de hoogte willen houden van ver-

    anderingen in de opleiding. We hebben ook een Plan Achterban georganiseerd: een dag waarop de studenten naar ons toe kunnen komen om hun mening te geven over de opleiding. De voorbije ja-ren was de opkomst vrij klein, maar dit jaar was het een groot succes. We hebben veel input gekregen van de studen-ten, waarmee we dan naar de docenten getrokken zijn. Daar ben ik best trots op.

    Volgend academiejaar ga ik op Erasmus naar Parijs. Ik ga mijn verantwoordelijkheid bij Wina zeker missen. Ik heb zelfs even getwijfeld of ik wel op Erasmus zou gaan (lacht). Mijn inzet voor de kring is haast een passie geworden.

    Lien Lammar

    annelies Jaspers (22), 1ste master wiskunde onderwijsverantwoordelijke bij Wina, kring van de studenten wiskunde, informatica en fysica

    eileen Van de putte (20), 3de bachelor geneeskunde aan kulak organisator Kulak 24u

    mattijs messely 1ste master sociale en culturele antropologie vicekringcordinator en verantwoordelijke extern bij Politika, kring van de studenten politieke en sociale wetenschappen

    Drie stuDenten oVer hun engagement in een kring

    Het is bijna een passie geworden

    Eileen Van de Putte ( Patrick Holderbeke)

    Annelies Jaspers ( KU Leuven | Rob Stevens)

    Mattijs Messely ( KU Leuven | Rob Stevens)

    Museum M, Het Depot en 30CC slaan van 2 tot en met 5 augustus voor het derde jaar op rij de handen in elkaar voor het festival M-idzomer, een unieke combinatie van muziek, dans, woord, the-ater, comedy en beeldende kunst in de feerieke bin-nentuin en het imposante gebouw van M. De KU Leuven is ook dit jaar hoofdsponsor. Onder de muzikale headli-

    ners vinden we klinkende namen als CocoRosie, Jaz-zanova, Jos James, Interga-lactic Lovers, Absynthe Min-ded, Amatorski, Isbells en Spinvis. Bezoekers kunnen ook de tentoonstelling Sol LeWitt. Colors meepikken, met monumentale, kleurrij-ke wall drawings van de we-reldberoemde Amerikaanse kunstenaar.

    www.m-idzomer.be

    kleurrijke editie m-idzomer

  • 27 juni 2012 Studenten 13

    ilse Frederickx

    Dit academiejaar liep voor de eerste keer het ASSistent-project, waarbij ASS staat voor autisme-spectrumstoornis: studenten van de lerarenopleiding begeleid-den normaal- tot hoogbegaafde leerlingen met autisme uit het eerste jaar van het secundair on-derwijs. De studenten werden zelf ondersteund vanuit de leraren-opleiding en gecoacht door een leerkracht uit het buitengewoon onderwijs die in het kader van Gentegreerd Onderwijs (GOn) in een secundaire school ge-plaatst wordt om daar leerlingen met een handicap of leerstoornis te helpen.

    Hendrik Moeys was n van de 21 toekomstige leraren die en-thousiast in het pilootproject stapten. Hij studeerde geschiede-nis en volgde dit academiejaar de lerarenopleiding geschiedenis, kunst en muziek. Toen ik vroe-ger bij de leiding van de jeugd-beweging zat, hadden we in onze groep iemand met ASS, vertelt hij. Ik ben toen met de ouders gaan praten. Dat was een leerrij-ke ervaring en positief voor beide partijen. Vandaar mijn interesse voor dit project.

    Hendrik kreeg een scholier van het eerste middelbaar toegewe-zen die hij eerst in de klas ging observeren. Na een gesprek met de GOn-leerkracht begon Hen-drik de jongen huiswerkbegelei-ding te geven, meestal een uur per week: Die jongen is qua taal hoog ontwikkeld, maar hij vraagt niet om hulp en camoufleert zijn angsten. Ik heb hem vooral gehol-pen om te studeren voor zijn exa-mens. Hij wist niet hoe hij moest leren. Op een gegeven moment merkte ik dat visueel werken bij hem heel goed aansloeg: ik maakte een tekening met pijltjes en hij vulde de daarbij horende woordenschat in. Toen kwam er een klik. Zijn moeder liet me zelfs weten dat die jongen vanaf toen voor het eerst op eigen initiatief was beginnen te studeren. Zijn punten op school zijn tijdens het schooljaar fel verbeterd, op een paar vakken na. Maar vooral, hij is aangepast geraakt aan het sys-teem van het secundair onderwijs en hij heeft zelfstandig leren wer-ken.

    Zelf heeft Hendrik er ook veel aan gehad: Van de lerarenop-leiding heeft dit me het meeste bijgebracht. Het heeft me ook geleerd dat leerlingen soms

    meer vertrouwen verdienen dan ze krijgen: ze worden af en toe onderschat. Ten slotte blijft elke scholier een individueel geval en een kleine ingreep in de klas of de school kan een groot verschil maken.

    Aanstekelijke bezielingKim Van Schap is GOn-leerkracht in twee van de Leuvense scholen die deelnamen aan het project en was betrokken bij vijf scholieren en hun bijhorende ASSistenten. GOn-begeleiding is beperkt tot twee jaren per onderwijsniveau, dus alle hulp is welkom. In dit project kreeg die meestal de vorm van huiswerkbegeleiding door de ASSistenten: leren studeren, ge-

    structureerd werken, plannen en de boekentas maken. Maar het kan ook gaan om hulp op sociaal vlak, bijvoorbeeld door middel van speciale activiteiten op de speelplaats. Voor de studenten uit de lerarenopleiding is dit pro-ject zeker een meerwaarde, want er zullen in de toekomst meer en meer kinderen met ASS in het ge-wone onderwijs terechtkomen. De GOn-begeleiders hopen alvast dat dit project volgend academie-jaar een vervolg kan krijgen.

    Dat laatste wordt ons bevestigd bij het Academisch Vormings-centrum voor Leraren (AVL), door stafmedewerker diversiteit Freddy Mathyssen en cordinator Bregt Henkens. We behouden

    dezelfde formule met dezelfde scholen, alleen wordt de vorming van de studenten lerarenoplei-ding lichtjes aangepast, zegt Henkens. Ook de studenten van dit schooljaar werken trouwens nog steeds aan dit project: ze ma-ken nu een website voor kinde-ren met ASS, met uitleg over de overgang van basisschool naar secundaire school. Ze hebben ook allemaal vrijwillig meer bege-leidingssessies gedaan dan ver-plicht. De bezieling en de motiva-tie waarmee ze met de jongeren aan het werk gingen, werkte voor iedereen zeer aanstekelijk.

    Meer info: www.kuleuven.be/slo/stage/diversiteitsstage.html

    Als student in de lerarenopleiding kan je in Leuven kiezen voor een diversiteitsstage. Naast de traditionele lessen in een stage-school geef je dan studiebegeleiding aan kinderen waarbij het leren wat moeilijk loopt. Hendrik, een student geschiedenis, begeleidde een jongen van het eerste jaar se-cundair met een autismespectrumstoornis.

    Waar zit je ergens?Ik studeer een jaar lang in Stock-holm. Nog enkele dagen, want dan vertrek ik weer naar huis. Ik zal Stockholm missen; het is een geweldige stad, waar je niet op uitgekeken raakt, met veel water en veel groen. Na zes minuten metro zit je midden in de natuur. De universiteit zelf is ook heel mooi gelegen, in een natuurge-bied. Er heerst een heel aange-name sfeer; ik zit er vaak gewoon een koffietje te drinken in elk gebouw heb je wel een koffiebar. Zweden heeft een echte koffiecul-tuur; om vier uur drinkt iedereen

    koffie met een koekje en daar ne-men ze ruim de tijd voor.Heb je veel contact met de Zwe-den?Ik heb hier heel goede vrienden gemaakt, maar bijna allemaal Erasmussers. Mijn ervaring is dat Zweden vrij gereserveerd zijn; vriendelijk maar voor een buiten-lander is het niet makkelijk om ze echt te leren kennen. Tegelijk zijn ze toch ook wel relaxed: de proffen bijvoorbeeld zijn heel ca-sual gekleed, en je spreekt ze ge-woon met de voornaam aan. We hebben hier les in groepjes van twintig; dat speelt ook een rol wel-

    licht. Het Zweedse systeem waar-bij je zes weken lang les hebt over n vak, meteen gevolgd door een examen, bevalt me trouwens heel erg; dat zouden ze bij ons ook mo-gen introduceren.

    Iets waar ik toch wel even aan moest wennen: Zweden geven geen kussen, maar wel van die Amerikaanse hugs. Als je iemand leert kennen, geef je die natuur-lijk een hand, maar als je vijf mi-nuten later vertrekt, is dat dus

    een knuffel dat zal ik nu weer moeten afleren (lacht). Je moet hier ook overal een nummertje trekken: in elke winkel, in de apo-theek, En anders gaan mensen spontaan in de rij staan, zoals bij het wachten op de bus.Zou je in Zweden kunnen wonen?Ik weet het niet zo. Ik koos on-der meer voor een Erasmusver-blijf in Scandinavi omdat ik wel van een beetje koude hou. Maar dat is soms toch wel tegengeval-

    len en afgelopen winter was dan nog n van de mildste in zoveel jaar. Ik had er vooraf ook niet bij stilgestaan wat voor een effect die lange donkere dagen hebben op je gemoedsgesteldheid. Als het pas om tien uur licht wordt en om drie uur s namiddags alweer don-ker, verlang je om vier uur al naar je bed Tijdens de donkerste dagen zijn we wel naar Lapland getrokken: sneeuwscooteren, ijs-vissen, langlaufen, rijden met de hondenslee Maar verder bleven we in december en januari toch liever binnen. Net als de Zweden leefden we allemaal enorm op bij de eerste zonnestralen een paar maanden geleden. Je zag mensen opeens weer veel vaker glimla-chen. Op dit moment is het hier dan weer heel lang licht. Best ver-warrend voor je innerlijke klok; ik word soms al wakker om drie uur s morgens.

    Ik heb in ieder geval een gewel-dig jaar achter de rug, ik verwacht een zware Erasmusdip. En ik ga de vrienden die ik hier heb ge-maakt uit alle hoeken van Euro-pa en zelfs Australi ontzettend missen. Er zijn al heel wat vluch-ten gepland (ivh)

    Buiten de zoneIn deze rubriek jagen we de telefoonrekening van de KU Leuven schaamteloos de hoogte in. Maar wl met een achtenswaardig journalis-tiek doel: achterhalen waar onze professoren, onderzoekers en studenten in het buitenland zich zoal mee bezighouden. In deze aflevering Kaat De Vis (22), masterstudente rechten.

    Kaat De Vis in Stockholm ( ingezonden)

    Studenten dragen steentje bij tot autismevriendelijk leerklimaat

    Hendrik Moeys op de speelplaats van het Sint-Albertuscollege in Haasrode, waar hij een leerling met een autismespectrum-stoornis begeleidde. ( KU Leuven | Rob Stevens)

  • 14 Leven na Leuven campuskrant

    antropologe en stuBru-presentatrice

    lisa smolders

    in Gent ze wou toch even een an-dere stad verkennen , maar keer-de voor haar licenties terug naar haar geboortegrond. Met mijn schoolvrienden ging ik graag op caf en ik maakte veel muziek. Zwaar uitgaan deed ik toen niet. Ik heb ook lang niet gedronken. Misschien loodste dat verant-woordelijkheidsgevoel haar ook naar de Leuvense gemeenteraad, waar ze van haar 20ste tot 22ste zetelde voor Groen! Dat engage-

    ment heb ik van thuis. Ik vond het interessant om contacten te leg-gen en op lokaal niveau de dingen groener aan te pakken. Ik zat ook in de commissies voor studenten en cultuur, multiculturaliteit, en jongeren.

    Ze doet het niet meer geen tijd , maar een bewuste houding heeft ze nog wel. Door de crisis liep het kapitalistische apparaat stuk. Misschien is het goed dat het mensen bijna verplicht om na te denken, bijvoorbeeld over hun drang om dingen te kopen.

    katrien steyaert

    Bang van een uitdaging lijkt Lisa (25) nochtans niet. Sinds ze twee zomers geleden opgepikt werd door Studio Dada het laboratori-um voor jong radiotalent van Stu-dio Brussel presenteerde ze op die zender Sex, Drugs & Rock-n-roll, met Stijn Van de Voorde, en Super Sunday, De Middag Draait Door en Sound of Lisa. Een sei-zoen lang draaide ze de plaatjes aaneen in Reyers Laat op Canvas en ze werd het gezicht van Metro-polis en Humos Rock Rally Rap-port op Acht.

    Sinds drie weken organiseert ze mee het grootste studenten-feestje van het land: Blok Party, elke avond tussen tien en midder-nacht op StuBru. Elk jaar doen we iets speciaal voor studenten in die zware blokperiode, zegt ze. Dit jaar is dat Blok Party, iets tus-sen radio en televisie we zijn ook te zien op OP12. Met hun webcam filmen studenten zichzelf, ze ko-men meespelen met n van de bands of ze dansen in de studio mee met de dj van de avond. Het is echt een party, twee uur lang.

    De studenten zijn superblij met het initiatief. Ze hebben nood om zich te laten gaan, zeker in de blok. Sommige mensen vra-gen zich misschien terecht af of zulke afleiding wel helpt om be-tere examens af te leggen, maar uit mijn eigen studententijd en dat is helemaal niet lang geleden herinner ik me hoe belangrijk het is om te ontspannen.

    Matrozen en hippiesVoor mij is het een leuk pro-gramma omdat er veel ruimte is voor improvisatie en het soms een tikkie absurd is, daar hou ik wel van. Stijn Van de Voorde is de kapitein van het schip die aan de knoppen staat. Hij is een creatief brein met veel ervaring. Ik ben blij met mijn rol als rondhuppe-lende matroos.

    Ik ben niet meer zo verlamd door angst als in het begin. In de media smijten ze je erin en je moet je er maar uit zien te redden. Het was een beetje growing up in

    public; mensen hoorden hoeveel fouten ik maakte. Ik hoop maar dat ze dat al vergeten zijn. Het voordeel is dat ik nu beter dan wie ook bij ons weet wat je allemaal niet moet doen, lacht ze. Radio maken gaat over zoveel details dat je het alleen al doende kunt leren. School alleen volstaat niet.

    Ze heeft op school wel geleerd om creatief te zijn. Ik had maat-schappelijk bewuste, alternatieve ouders. Zeker mijn moeder was een beetje een hippie en heeft mee een freinetschool in Weze-maal opgericht, in een prach-tig oud hotel. Het was een heel leuke periode. Toen mijn ouders scheidden en mijn moeder haar dochters niet naar verschillende scholen kon brengen, ging ik met mijn zus mee naar Leuven. In de steinerschool groeide mijn inte-resse voor pedagogie en ik wilde schoolpsychologie studeren. Ik hou ook enorm van taal, maar omdat ik de concentratie van een goudvis heb, heb ik sinds mijn tiende geen goeie, dikke boeken meer gelezen en kon ik een studie als Germaanse vergeten.

    Proffen op mensenmaatIk vond mijn studies psychologie en later antropologie heel boei-end, maar ik heb er soms minder van genoten dan anderen. Zelf je leven structureren en heel veel materie naar binnen schrokken, ik vond dat niet makkelijk. Ge-lukkig kreeg ik hulp van het mo-nitoraat en legde ik in tweede zit altijd goede examens af. De prof-fen waren vaak verbaasd dat het toch in mij zat.

    Toen ik doorhad dat schoolpsy-chologie neerkwam op vragenlijs-ten, metingen en het CLB (Centrum voor Leerlingenbegeleiding red.) stond mijn hoofd daar helemaal niet naar. Wat wil je? Ik kwam uit het freinetonderwijs, waar je nooit punten kreeg en de wereld holistisch bekeken wordt. Maar wat moest ik dan wel doen? Het was geen simpele periode, maar eens ik in eerste lic overschakelde naar antropologie zat ik goed. Ik was als kind al genteresseerd in andere, verre culturen, ook omdat

    mijn moeder gengageerd was in Noord-Zuidprojecten. De proffen vertelden vanuit hun veldonder-zoek en waren daardoor veel men-selijker dan de proffen in de grote aulas.

    Ik ben ook op Erasmus kun-nen gaan, naar Murcia, een klein stadje in Spanje. Het was een heel fijne ervaring, in een andere wereld. Mijn Spaanse vrienden waren kinderen van druivenpluk-kers en bouwvakkers en de eerste

    generatie die naar de universiteit ging. Toen pas voelde ik het ver-schil met Leuven, waar ongeveer al mijn vrienden hoogopgeleide ouders hebben en er een sfeer hangt van hoge cultuur, Delhai-zes en FNACs. Het draait hier vaak rond prestatie, maar er zijn ook veel mooie, vooruitstrevende initiatieven. Dat maakt Leuven tot een soort wereldstadje, klein, maar met alle mogelijkheden.

    HyperactiefSmolders deed haar kandidaturen

    Mijn vriendinnen gaan graag sa-men shoppen, maar ik vind dat raar. Ik heb niet het gevoel dat het mij gelukkiger maakt. Ik lees nu dat mensen door de crisis soms gelukkiger worden, net omdat ze dingen in handen nemen en prio-riteiten stellen.

    Er gebeuren verschrikkelijke dingen, maar het zijn ook boei-ende tijden, waarin mensen naar alternatieven zoeken. Mijn vriend werkt bij de cel innovatie van de VRT en ik vind het tof als hij mij vertelt over dingen die over tien jaar misschien de wereld veran-deren. Zelf ben ik het heel blij met internet. Wikipedia heeft mijn leven zo hard veranderd. Ik kan uren zitten doorklikken. Ik ben wat hyperactief en word onrustig als ik te weinig gelezen heb.

    Grote liefdeOnrust is er ook altijd als er keu-zes moeten worden gemaakt. Na mijn afstuderen was het eventjes crisis omdat ik niet wist wat ik wilde met mijn leven. Die onze-kerheid had ik ook al als student. Uiteindelijk durfde ik toch te dro-men en te luisteren naar de men-sen die zeiden dat het Rits iets voor mij zou zijn. Ik wist wel dat ik de studie niet ging afmaken ik had er al vijf jaar op zitten , maar het was interessant.

    Ik wilde werken en ben heel snel met Reyers Laat begonnen, ook omdat de tijd van studiebeur-zen en studentenjobs voorbij was en ik een inkomen nodig had. Het was fijn om met een ploeg te wer-

    Het gaat me om het plezier

    Lisa Smolders heeft naar eigen zeggen de concentratie van een goudvis, maar ze heeft toch probleemloos haar studies antropologie afgemaakt. Na de lessen maakte ik vaak muziek. Ik droom er nog altijd van om mijn eigen band te hebben en de wereld rond te toeren. Maar ja, voor wat je het allerliefste wilt, heb je altijd een beetje schrik.

    Mijn start in de mediawas een beetje growing up

    in public. Ik hoop maar dat de mensen al diefouten vergeten zijn.

    ( KU Leuven | Rob Stevens)

  • 27 juni 2012 Alumni & personeel 15

    ken en gezamenlijke deadlines te hebben, maar radio blijft mijn grote liefde. Het heeft iets myste-rieus. Als kind luisterde ik al met grote oren en een groot deel van mijn muzikale opvoeding kreeg ik via Studio Brussel. Muziek is voor mij zelfmedicatie. Als ik na Blok Party helemaal opgeladen en laat thuiskom, zet ik Richard Harley of Bill Evans op om te kal-meren. En als ik echt down ben, luister ik naar disco. Het is zon dwaas genre dat ik er na n mi-nuut weer bovenop ben.

    Ze gaat nu nog vaak naar optre-dens, in Brussel waar ze woont, of laatst nog in Barcelona. Overdag zwemmen in de zee en s avonds naar het Primavera-festival voor The Cure, Beach House of Afghan Whigs. Een droomvakantie! Ik was ook heel blij om op Werchter Boutique de band Mastodon te zien, een soort alternatieve Metal-lica. Ik heb echt een heel brede smaak en weet veel trivia over mu-ziek. Die geef ik graag mee aan de luisteraars. Goede radio is voor mij: de juiste platen draaien en er niet te veel vervelende dingen bij zeggen. Je spreekt mensen heel in-tiem toe en probeert zo hun leven ietsje aangenamer te maken.

    The battles of lifeLisa noemt zichzelf een beginner en zegt zich niet te willen onder-scheiden van collegas. Ik ben al blij als ik een min of meer goeie uitzending maak. Ik heb niet het talent of de ambitie om de nieu-we Tomas De Soete te worden. Hij is zo origineel en goed ter tale, dat kunnen alleen de besten. Ik werk er wel hard aan om te blijven vooruitgaan.

    Deze zomer is ze voor StuBru reporter op Werchter, Pukkelpop en Tomorrowland. Weer op de festivalweide staan zal misschien vreemd aanvoelen. Vorig jaar overleed mijn moeder en drie we-ken later stond ik al op Werchter te werken. Ik heb me afgevraagd of het wel een goed idee was, maar eigenlijk was het goed als afleiding. Het duurt sowieso lang voor je beseft wat er echt gebeurd is. Je leeft in een soort andere werkelijkheid.

    Ach, iedereen heeft zijn battles in life. Het is wel niet makkelijk om dan vrolijke radio te maken. Vooral van meisjes wordt ver-wacht dat ze glimlachen en niet zeuren. Soms is dat een uitda-ging, maar je moet daar professi-oneel in zijn en het kan je er ook weer bovenop helpen.

    Alle lof dus voor radio. En toch Als ze me voor de keuze zou-den stellen: of je wordt een hele goeie radiomaker, of je hebt je eigen band waarmee je de wereld rondtoert, ik zou voor het laatste