Click here to load reader
View
0
Download
0
Embed Size (px)
Academiejaar 2011-2012
Het criterium van de
“vereffening van het vorige stelsel”
voor het bepalen van het onderscheid tussen de kleine en de
grote wijziging aan het huwelijksvermogensstelsel.
Masterproef van de opleiding
“master in de Rechten”
Ingediend door:
Callaert Kelly 00703169
Promotor: Prof. dr. Jan Bael
Commissaris: Stan Devos
Callaert Kelly 00703169
II
Dankwoord.
Het schrijven van een masterproef vergt de nodige inspanningen. Niet alleen van de
schrijver, maar ook van vele andere mensen. Ik vind het dan ook zeer belangrijk dat deze
personen een speciale plaats krijgen in mijn dankwoord.
Eerst en vooral wil ik mijn promotor, Prof. Dr. Jan Bael, bedanken voor het interessante
onderwerp. Het onderwerp wist me te boeien tot het laatste moment en zal me in de
toekomst zeker en vast nog ten dienste zijn. Daarnaast wil ik mijn commissaris Stan Devos
bedanken voor de vele leerrijke en vooruithelpende gesprekken, het nalezen van mijn tekst
en het geven van nuttige tips en kritische bedenkingen. Vervolgens dank ik mijn beste
vriendin, Annelien Sandra, voor de taalkundige tips en het verstaanbaar maken van mijn
scriptie voor zowel de jurist als de niet-jurist. Notaris Ann Chijs en mijn collega’s Monique,
Sandra, Charlotte en Jolien dank ik voor de juridische gesprekjes en nieuwe inzichten. Ook
Christine Bauwens en Guy De Praetere dank ik voor nieuwe juridische inzichten. Uiteraard
dank ik ook mijn moeder, voor de nodige financiële en morele steun. Ook mijn vriend
Christophe wil ik graag bedanken om mijn eeuwige steun en toeverlaat te zijn. Het laatst,
maar niet het minst, dank ik mijn vriendinnen voor de nodige ontspanning tussendoor.
Zonder jullie allen was het me niet gelukt.
Callaert Kelly 00703169
III
Inhoud
I. Inleiding ............................................................................................................................... 1
II. Geschiedenis ....................................................................................................................... 1
III. De huidige regeling.......................................................................................................... 4
1. Grond- en vormvoorwaarden ......................................................................................... 4
2. Boedelbeschrijving .......................................................................................................... 8
3. Wijzigingsakte................................................................................................................ 11
4. Publiciteit ....................................................................................................................... 13
a) Register van de Burgerlijke stand .............................................................................. 13
b) Oorspronkelijk huwelijkscontract .............................................................................. 14
c) Belgisch Staatsblad .................................................................................................... 14
d) Handelsregister .......................................................................................................... 16
e) CRT/CRH ..................................................................................................................... 17
f) Hypotheekkantoor ..................................................................................................... 18
5. Afschaffing van de homologatie ................................................................................... 18
6. Temporeel toepassingsgebied ...................................................................................... 19
7. Beschermingsmaatregelen bij de wijziging van het huwelijksvermogensstelsel ......... 20
a. Bescherming van de echtgenoten ............................................................................. 20
b. Bescherming van de (al dan niet gemeenschappelijke) kinderen ............................. 22
c. Bescherming van derden ........................................................................................... 25
IV. De vereffening van het vorig stelsel .............................................................................. 30
1. De term vereffening bij echtscheiding en nalatenschap .............................................. 32
2. De term vereffening bij de wijziging van het huwelijksvermogensstelsel .................... 33
a) Criterium “vereffening” sensu stricto ........................................................................ 33
b) Criterium “vereffening” sensu lato ............................................................................ 35
V. Concrete toepassingsgevallen .......................................................................................... 36
1. Van gemeenschap van goederen naar scheiding van goederen .................................. 36
2. Overgang van een gehandhaafde oude gemeenschap naar het nieuwe wettelijke
stelsel .................................................................................................................................... 37
3. Toevoeging van een beperkte gemeenschap aan een stelsel van scheiding van
goederen ............................................................................................................................... 38
Callaert Kelly 00703169
IV
4. Van scheiding van goederen naar stelsel van gemeenschap van aanwinsten ............. 38
5. Van scheiding van goederen naar een stelsel van gemeenschap van roerende
goederen en aanwinsten. ..................................................................................................... 41
6. Van scheiding van goederen naar stelsel van algehele gemeenschap ......................... 41
7. Van beperktere gemeenschap naar een ruimere gemeenschap .................................. 42
8. Van een ruimere naar een beperktere gemeenschap .................................................. 43
9. Inbreng in het gemeenschappelijk vermogen en overheveling naar het eigen
vermogen. ............................................................................................................................. 45
10. Wijzigingen die zonder discussie onder de kleine procedure vallen ........................ 46
VI. Grensoverschrijdende wijzigingen ................................................................................ 47
1. Wijziging intern aan één buitenlands rechtsstelsel. ..................................................... 49
2. Overgang van buitenlands stelsel naar Belgisch stelsel met rechtskeuze. ................... 50
a) Overgang van buitenlands stelsel naar Belgisch stelsel met retroactieve werking .. 50
b) Overgang van buitenlands stelsel naar Belgisch stelsel zonder retroactieve werking .
................................................................................................................................... 51
VII. Besluit ............................................................................................................................ 53
VIII. Bibliografie .................................................................................................................... 55
1. Wetgeving ..................................................................................................................... 55
2. Rechtspraak ................................................................................................................... 55
3. Rechtsleer ...................................................................................................................... 57
Callaert Kelly 00703169
1
I. Inleiding
1. Deze tekst handelt over de wijziging aan het huwelijksvermogensstelsel en alles wat
daarbij hoort. Maar bovenal wordt de nadruk gelegd op de discussie wanneer er toepassing
moet gemaakt worden van de kleine of de grote wijzigingsprocedure.
Eerst wordt de geschiedenis van de procedure bekeken waarna de huidige regeling volgt.
Vervolgens bekijken we de term vereffening, zowel binnen als buiten de problematiek van
de wijziging aan het huwelijksvermogensstelsel. Nadien volgt een opsomming van
toepassingsgevallen. Deze opsomming is niet exhaustief, maar probeert de belangrijkste en
meest bediscussieerbare voorbeelden te geven. Ten slotte wordt de grensoverschrijdende
wijziging besproken.
Het is geenszins de bedoeling exhaustief te zijn betreffende het onderwerp. Sommige
discussiepunten die uiterst interessant zijn zouden ons namelijk te ver wegbrengen van de
kern van deze scriptie.
II. Geschiedenis
2. Voor de wet van 14 juli 19761 gold een absoluut beginsel van onveranderlijkheid der
huwelijksovereenkomsten2, met als enige uitzondering de gerechtelijke scheiding van
goederen3 die in geen mate te vergelijken is met de huidige mogelijkheid tot vrijwillige
wijziging aan het huwelijksvermogensstelsel.4 De echtgenoten konden voor het aangaan van
hun huwe