491

Kroniek van Peter van Os

Embed Size (px)

Citation preview

RGPkleine serie

87

KRONIEKPETERVANOS

Rijks Geschiedkundige Publicatie« nuitgegeven door het

Instituut voor Nederlandse Geschiedenis

Kleine Serie87

Instituut voorNederlandseGeschiedenis

RGP

Kroniek van Peter van Os

Geschiedenis van 's-Hertogenbosch enBrabant van Adam tot 1523

Uitgegeven doordrs. A.M. van Lith-Droogleever Fortuijn

dr. J.G.M. Sandersdrs. G.A.M.Van Synghel

Instituut voor Nederlandse Geschiedenis

Den Haag / 1997

Het Instituut voor Nederlandse Geschiedenis maakt deel uit van de Stichtingvoor HistorischeWetenschappen, die ressorteert onder de Nederlandse Organi-satie voorWetenschappelijk Onderzoek.

Illustratieverantwoording:Met dank aan het Gemeentearchief 's-Hertogenbosch (foto's pag. xxvii boven, xxxvii enstofomslag), het Rijksarchief in Noord-Brabant te 's-Hertogenbosch (foto's pag. xvii, xviii,xix, xxvii onder, xxviii, xlii en schutbladen) en deKoninklijke Bibliotheekte 's-Gravenhage(foto pag. 356).

Stofomslag:Oudst bekende gezicht op 's-Hertogenbosch ca. 1524. Detail van een manuscriptkaart vanhet Gelderse rivierengebied.Wenen, Oesterreichisches Staatsarchiv, Belgien, D.D. 237, fol. 387

Schutbladen:Kaart van het hertogdom Brabant door Jacob vanDeventer, ca. 1550.'s-Hertogenbosch, RA, kaarten- en prentenverzameling, inv.nr. 34

isbn 90-5216-097-x geb.issn 0921-90nugi 641

Stofomslagontwerp Luc de Ruijter, AmsterdamGezet door Gra¢sch Serviceburo Assist, GoesGedrukt door Gra¢sch Produktiebedrijf Gorter bv, SteenwijkGebonden door Callenbach bv, Nijkerk

C 1996 Instituut voor Nederlandse Geschiedenis, Den HaagPostbus 90755 . 2509 LT . e-mail [email protected] uit deze uitgave mag worden verveelvoudigd en/ofopenbaar gemaakt, opwelke wijzedan ook, zonder voorafgaande schriftelijke toestemming.No part of this book maybe reproduced in any way whatsoever, without prior written per-mission from the publisher.

Inhoud

Woord vooraf

Inleiding1 Het belang van de kroniek2 Codicologische beschrijving

HerkomstMateriaalCollatieSchrift en dateringDecoratieTaalBandTekst¢liatie

3 Samensteller4 Politieke constellatie ten tijde van het ontstaanvan de kroniek5 Bronnen6 Typologie7 Betrouwbaarheid en accuratesse8 Receptie9 Stedelijke historiogra¢e naVan Os

Verantwoording van de tekstuitgave en tekstpresentatie

Kroniek van Peter vanOs

Bijlagen1 Lijst met vertaling vanvaakvoorkomende Latijnse zinsneden en passages2 Lijst van signa3 Concordantie van kroniek en cartularium

Lijst van afkortingen

Literatuurlijst

Index van persoons- en geogra¢sche namen

VII

IXXII

XXIXXIIXXVXXIXXXXIIXXXIVXXXV

XLI

1

353355357

383

385

389

Woord vooraf

In 1948 publiceerde H.P.H. Camps, bewerker van het eerste deel van het Oor-kondenboekvan Noord-Brabant, zijn proefschrift over de stadsrechten van graafWillem IIvanHolland en hunverhouding tot het recht van 's-Hertogenbosch.Hetbestaanvan de oudste tekst van het stadsrecht vanDenBoschwas hembekenduiteen marginale aantekening in de kroniekvan Peter vanOs, die op haarbeurt weerverwees naar een afschrift in een tot dan toe onbekend cartularium. Camps weesin zijn zevende stelling op het belang van de kroniek: `De uitgave van de stads-kroniek van Den Bosch van Pieter van Os is een dringend desideratum in onzehistorische literatuur'.Bijnavijftig jaar later is het dan zover: deze oudst bewaard gebleven exponent vanstedelijke geschiedschrijving te 's-Hertogenboschvormt de inhoudvan de voor Uliggende uitgave.In de kroniek van Peter van Os wordt de geschiedenis van 's-Hertogenbosch enBrabant vanaf de schepping van de wereld tot en met het jaar 1515 beschreven.Een tweede scriptor voegde daar een aanvulling aan toe tot en met het jaar 1523.Publicatie van dit type bronnen vindt in Nederland verspreid plaats. Er is name-lijk geen equivalent van de in 1862 groots opgezette Duitse serie Die ChronikenderdeutschenStÌdtevon 14. bis ins 16. Jahrhundert.Wij zijn het Instituut voorNe-derlandse Geschiedenis dan ookdankbaar dat het deze bron onder zijn auspicie« nwil uitgeven.Bij de totstandkoming van de uitgave hebben we van verschillende zijden steunontvangen. Dr. J.G. Smit (coÎrdinator van de sectie Middeleeuwen van het Insti-tuut voor Nederlandse Geschiedenis) begeleidde het gehele traject intern en gafons waardevolle adviezen en praktische steun bij de tekstuitgave, inleiding en op-maak van de index. Mw. dr. B. Ebels-Hoving en dr. R. Stein hebben als externereferent de inleiding van kritische opmerkingen voorzien. C. Keij en vervolgensF. Aussems (beiden werkzaam bij de uitgeverij van het Instituut) hebben op con-structieve en nauwgezette wijze het produktieproces in goede banen geleid. Eenwoord van dank gaat ookuit naar het Rijksarchief in Noord-Brabant te 's-Herto-genbosch, eigenaar van dekroniek, datonsgedurende een lange periode gastvrij-heid en faciliteiten bood.Moge de publicatie van de kroniek van Peter van Os een vruchtbare bodem zijnvoor verder wetenschappelijkonderzoek.

Sint-Michielsgestel, april 1997

drs. A.M. van Lith-Droogleever Fortuijndr. J.G.M. Sandersdrs. G.A.M.Van Synghel

VII

Inleiding

1 Het belang van de kroniek

In De Kroniek van Peter van Os1, bestaande uit 396 beschreven folia, is de ge-schiedenis van 's-Hertogenbosch en Brabant beschreven, vanaf Adam tot het be-gin van het jaar 1523. Het Rijksarchief in Noord-Brabant te 's-Hertogenbosch iseigenaar van het handschrift van de kroniek en heeft dit in bewaring gegeven aandeKUB teTilburg.2De samensteller van de kroniek is eenvan de stadssecretaris-senvan 's-Hertogenbosch,3 namelijk Peter vanOs. Hijwaswerkzaam in de stede-lijke secretarie van 1483 tot 1542.Van Os zelf beschreef de geschiedenis van staden hertogdom tot en met het jaar 1515. De periode 1515-1523 is aangevuld dooreen andere, niet ge|« denti¢ceerde scriptor, eveneens werkzaam in de secretarievan Den Bosch.WaaromVan Os deze periode niet zelf beschreven heeft, blijftvooralsnog een raadsel. Hij heeft immers voor het aanvullend gedeelte wel zelfde oorkonden verzameld en gekopieerd in een cartularium, dat de basis vormtvoor de bewijsstukken in zijn kroniek. Ook blijft hij gedurende de jaren na 1515aktief in de stedelijke secretarie, zonder wijziging in de aard van zijn werkzaam-heden.

Subscriptio door Peter van Os.'s-Hertogenbosch, RA, archief klooster Marie« nburg op de Uilenburg te 's-Hertogenbosch, inv.nr. 306,oorkonde d.d. 9 mei 1522

IX

1 Carasso-Kok,Repertorium, 379, nr. 350.2 Tilburg, KUB, Brabantica-collectie hs 339a H3.3 In het begin van de zestiende eeuw zijn verschillende stadssecretarissen tegelijk werk-zaam in de stedelijke secretarie, Jacobs, Justitie en politie, 83-85.

In de kroniek zijn drie delen van niet-evenredige omvang aan te wijzen. Op deeerste drie foliawordt een opsomming gegeven van de kwartieren, steden, vrijhe-den, abdijen en baanderijen van het hertogdom Brabant. Daarna volgt een inlei-dend gedeelte van circa 40 folia met een genealogie van de hertogen van Brabanten de legitimatie van hun positie. In het resterende deel, circa 350 folia, staan destad 's-Hertogenbosch, de Meierij en het hertogdom centraal. Deze inhoudelijkeaccentverschuiving loopt parallel met een wijziging in de chronologische inde-ling. In het inleidendgedeelte heeft VanOs dehistorische gegevens chronologischgerangschikt in de vormvan korte paragrafen, voorzienvan een rubriek.Vanaf fo-lio 42r voert hij een chronologische indeling in opbasis van het schepenjaar, dat in's-Hertogenbosch loopt van 1 oktober tot 30 september. Binnen deze structuurpast hij de gebeurtenissen in. Deze jaarindeling blijft gehandhaafd tot het eindvan de kroniek. Een secundaire tijdsaanduiding staat bovenaan elke folio. Daarwordt het betre¡ende jaar voor of na Christus vermeld, of de naam van de rege-rende Brabantse vorst.Vanaf Hendrik I vindt de vermelding van de regerendevorst consequent plaats tot het eind van de kroniek.Uitgangspunt voor de opbouw van de kroniek zijn dus de schepenjaren. Elk jaarvindt men de formulering Remigii confessoris anno v scabini v4 of een variantdaarvan. Daarna volgen eerst de schepennamen, voor zover Van Os deze kent.Met name in de dertiende eeuw zijn er veel lacunes. Een groot aantal schepenja-ren doet VanOs afmet zeven symbolische punten. In de vijftiende eeuw noemthijna de schepenen ook andere functionarissen, zoals secretarissen, rentmeesters,burgemeesters en goede mannen. Speci¢eke gegevens die verband houden metde ambtstermijn vallen ookonder dit paragraafje. Aan de hand van het schepen-jaar groepeert hij dan de historische gegevens, die vaakondersteund zijn met di-plomatische stukken, zoals oorkonden, akten en eedformulieren. De verhoudingtussen de zuiver verhalende en de diplomatische passages is wisselend. Sommigeschepenjaren bevatten uitsluitend de vermelding van bepaalde privileges, anderehebben alleen verhalende tekstdelen en weer andere hebben een gemengde sa-menstelling. In de verhalende passages besteedt hij aandacht aan politieke, mo-netaire, economische en militaire geschiedenis, zowel van de stad als van hethertogdom. Ook gebeurtenissen buiten het hertogdom, voornamelijk uit Enge-land, Frankrijk en het Duitse Rijk, vinden er hun plaats.Voor een groot deel vandeze verhalende passages heeft Van OsDie alderexcellenste cronyke van Brabant,Hollant, Seelant,Vlaenderen int generael met vele nieuwe addicien dye in die andernietgheweest en zijn, gheprent thAntwerpen int iaeronsHeerenMCCCCCendeXIIinoctobri gebruikt.Gegevens die hij nietontleent aanDiealderexcellenstecronykevanBrabantbetre¡en onder andere deGelderse oorlogen, dehuldiging vanKarelV in Den Bosch en de typisch kroniekmatige aantekeningen zoals stadsbranden,het klimaat, de bouw van stadsmuren, het instellen van een loterij, het gieten vaneen klok enz.

X

4 Vertaling: op 1 oktober in het jaarvwaren schepenenv.Voor vertaling van deze formu-leringen zie bijlage 1 (Lijst met vertaling van vaak voorkomende Latijnse zinsneden enpassages). De wisseling van de schepenstoel vond in de stad 's-Hertogenbosch plaats op1 oktober.

De diplomatische tekstdelen zijn ontleend aan een cartulariumvan 's-Hertogen-bosch in twee banden, dat berust in de Koninklijke Bibliotheek te 's-Gravenha-ge.5 Het betreft voornamelijk aan de stad verleende privileges, overeen- komstentussen stad enMeierij, ordonnanties en andere juridische bescheiden. Deze stuk-ken worden in de kroniek deels in extenso, deels geparafraseerd weergegeven. Devolledige tekst van de verkorte stukken kan menvia een doorVanOs aangebrach-te folio- en signumverwijzing terugvinden in dit cartularium. De periode dieVanOs zelf bewust meegemaakt heeft, namelijk het derde kwart van de vijftiendeeeuw en de eerste twee decenniavan de zestiende eeuw, wordt het meest uitvoerigbelicht.De uitgave van de kroniekvan Peter vanOsbeoogt een stimulans te geven aan hetonderzoek op diverse terreinen. De kroniek zelf is een zo uitvoerig en ambitieusopgezet specimen van laat-middeleeuwse Nederlandse stadsgeschiedschrijving,dat integrale uitgave vanuit dit oogpunt verantwoord is. Dit temeer omdat bij ge-brek aan moderne edities vanvergelijkbareNederlandse kronieken het verschijn-sel nauwelijks bestudeerd is.Het doorVanOs aangereikte diplomatisch materiaal uit de kroniek, dat tot op he-den nagenoeg volledig onuitgegeven is, biedt samen met het cartularium een uit-stekende basis voor historisch en rechtshistorisch onderzoek. Daarbij kan mendenken aan thema's als bijvoorbeeld de verhouding tussen stad enMeierij en tus-sen stad en de heerlijkheden Ravenstein, Megen, Gemert en Cuijk, de positie vanstad en hoogschout in waterstaatkundige zaken in de Meierij en monetaire ont-wikkelingen. Een deel van het diplomatisch materiaal is niet meer in origineel,maaralleen in afschrift in dekroniekof in hetbijbehorende cartulariumvoorhan-den. Door toevoeging van een concordantie van kroniek en cartularium, waarinde stukken chronologisch geordend zijn envoorzienvan een omschrijving van hetonderwerp, wordt het diplomatisch materiaal voor de onderzoeker inhoudelijkontsloten.Ook kan de uitgave een stimulans geven aan het literatuurhistorisch onderzoek.De kroniek van Van Os is een specimen van laat-middeleeuwse geschiedschrij-ving, tot stand gekomen binnen een stedelijke context, uniek in haar uitgebreideopzet.Waarschijnlijk vormt Den Bosch een uitzondering op het verschijnsel datbelangrijke steden vaakveel diplomatisch, maar weinig historiogra¢sch materi-aal hebben.6 Door deze uitgave is eenvergelijking mogelijk met andere Brabantsekronieken en kan men onderzoek instellen naar de verwevenheid van Brabantsekronieken met die van andere gewesten.7

Ten slotte is de kroniekvan belang voor het taalkundig onderzoek. Het gehele be-gin zestiende-eeuwseBrabantse corpus is een mooi onderzoeksobject in twee op-zichten. Enerzijds maakt het de bestudering van de streektaal mogelijk,anderzijds de studie van de overgang van hetMiddelnederlands naar het Nieuw-

XI

5 's-Gravenhage, KB, hs. nr. 131 B 26. Een micro¢lm van dit cartularium is aanwezig bijhet Rijksarchief in Noord-Brabant, Collectie Schaduwarchieven, inv.nr. 268.

6 ZieWriedt,`Geschichtsschreibung in denWendischen HansestÌdten', 402.7 Zie ookde wens van Carasso-Kok,Repertorium, 171.

Nederlands. Deze overgang is een belangrijke cesuur in de taalontwikkeling.Naar dit aspect is nog weinig onderzoekverricht.

2 Codicologische beschrijving

De titel van het handschrift luidt: Dit boeck inhelt in den iersten die gelegentheitvanBrabantmetter toebehoerten, die afcoemste endededelheitderhoiger doerluch-tiger fursten ende hertoigen van Brabant ende daer nae voirts van versceyden previ-legien, verleeningen by hore princelicheit den landen van Brabant ende oic der statvan sHertogenbosch verleent ende voirts van meer andere ordinancien, vonnissen,appoinctementen, compromissen, uuytspraken, con¢rmacien, tractaten ende vanmeerandere poincten, in cort comprehendeert.8

Op de rug van de band staat een latere titel Handschrift9 wegens10 Braband en's Hertogenbosch door Pieter van Os, secretaris te's Bosch, met daar onder de sig-natuur 57a.Het incipit luidt als volgt: In den iersten is hier te wetene die gelegentheit slants vanBrabantv.Het explicit is:v ende die anderacht by composicien ende anderssins ontquamen.

HerkomstHet handschrift van Peter van Os is via omzwervingen eigendom geworden vanhet Rijksarchief in Noord-Brabant te 's-Hertogenbosch. In 1816 kocht mr.W.C.Ackersdijk, stadssecretaris van 's-Hertogenbosch, het voor een gulden bij de vei-ling van een boekcollectie.11 In juni 1864 verwierf R. van Breugel Douglas hetmanuscript voor ü 50.12 Hij verkocht het op zijn beurt in 1910 aan het Rijksar-chief in Noord-Brabant,13 waar het ondergebracht werd in de CollectieVanBreu-gel, inv.nr. 43. In 1960 is de kroniek in bruikleen gegeven aan de bibliotheekvanhet Provinciaal Genootschap te 's-Hertogenbosch, die thans als Brabantica-col-lectie deel uitmaakt van de Universiteitsbibliotheek te Tilburg. Daar berust hethandschrift onder de signatuur hs 339aH3.14

XII

8 Van Os, Kroniek, fol. 1r.9 Licht vervaagde tekst.

10 Alsvoren.11 's-Hertogenbosch, RA, CollectieVan Breugel, inv.nr. 43=Kroniekvan Peter van Os, los

bijliggend Verslag van het handschrift van Petrus van Os, secretaris der stad 's-Hertogen-bosch begonnen omtrend 1483 en vervolgd tot 1523, p. 16, door mr.W.C. Ackersdijck, als-mede de bijliggende aantekeningen van mr. C.C.D. Ebell, rijksarchivaris in Noord-Brabant.

12 Van Os, Kroniek, ex-libris vanVan Breugel op fol. 1*.13 Ebell,`Rijksarchief in Noordbrabant', 111.14 Het handschrift van Peter van Os is beschreven doorVan deVen,Over Brabant geschre-

ven I, 34-38.

MateriaalDe kroniek is geschreven op papier en bestaat uit 445 folia, waarvan er 396 be-schreven zijn. De oude potloodfolie« ring loopt van fol. 1r tot 396r, een jongere fo-lie« ring van fol. 397r tot 445r.Voorin zijnvijfongefolieerde schutbladen. Slechts eenvan deze schutbladen draagt een folie« ring, namelijk het cijfer 1*, en heeft een be-gin zeventiende-eeuws watermerk.15 De folia 1 tot en met 395 hebben begin zes-tiende-eeuwsewatermerken, de folia 401 tot 445 begin zeventiende-eeuwse.16Defolia met de zeventiende-eeuwse watermerken zijn de niet beschreven bladen. Eris geen wijziging in papiersoort bij de wisseling van de handen. De resterendeblanco folia, ongeveer 45, zijn duidelijkvan jongere datum.Het papier verkeert in goede staat, behalve fol. 1r, waar een kleinebeschadiging isopgetreden.Ter versteviging van het boekblok zijn op diverse plaatsen rond de katernen pa-pierstroken aangebracht: voor fol. 2r, fol. 9r, fol. 33r (met Nederlandse tekst), 49r,97r, 129r (met fragment: te boeck ge), 137r, 145r, 169r, 185r, 218r, 265r, 281r, 289r,305r, 313r, 322r, 328r, 337r, 338r, 345r, 346r, 352r, 353r, 361r, 370r, 377r, 386r, 394r.Het katern met fol. 440 is verstevigd met een perkamenten hartstrook. Dit is depliek van een veertiende-eeuwse Bossche schepenoorkonde, met rechtsonder dedienstaantekening: littera Iohannis Noet; duplicetur, solverunt ambo.

CollatieDe codex is opgebouwd uit 58 katernen, die nagenoeg allemaal uit vier dubbel-bladen bestaan. In schema kan de katernopbouw als volgt weergegevenworden:18 (de eerste drie bladen zijn aan de binnenzijde van het voorplat van de bandgeplakt); 24+2 (fol. 1 en 8 is een enkelblad); 4-528; 536; 54-588 (de laatste tweebladen zijn samen op het achterplat van de band geplakt); (fol. 9 en 104 liggenlos in de codex).17

De bladmaat, gemeten fol. 7r, bedraagt 281 x 205 mm. Dat de oorspronkelijkebladmaat groter was, blijkt uit het feit dat op een aantal plaatsen de custoden(deels) zijn weggesneden.Wat de spiegelmaten betreft kan geen eenvormig for-maat opgegeven worden. Met name in de eerste helft van het handschrift (onge-veer tot fol. 136r) is de bladspiegel zeer onrustig. Diverse tekstdelen wordenonregelmatigoverdebladen geschreven enverbonden door middel van accolades(zie pagina XVII).18 Vanaf fol. 137r treedt een rustiger tekstbeeld in en bedragende spiegelmaten respectievelijk 199 x 117, 199 x 123, 111 x 195 en 209 x 119 mm(fol. 193v, 259r, 309v en 386v).

XIII

15 Briquet, Les Filigranes, nr. 9821.16 De verdeling der watermerken volgens Briquet, Les Filigranes, is als volgt: fol. 1 - fol.

143: nr. 8987; fol. 146 - fol. 256: nr. 8993; fol. 259 - fol. 260: nr. 1677; fol. 263 - fol. 387:nr. 8993; fol. 388: sterkverwant aan nr. 12637; fol. 389 - fol. 390: geenwatermerk aange-tro¡en; fol. 391: nr. 8993; fol. 395: nr. 12518; fol. 396: nr. 8993; fol. 397: sterk verwantaan 12637; fol. 401: nr. 7840; fol. 402: een zeventiende-eeuws watermerk, vanaf fol. 403tot het eind fol. 445 komen de twee laatstgenoemde alternerendvoor. Bij de handschrift-beschrijving vanVan deVen,Over Brabant geschreven I, 34-38 zijn de watermerken nietge|« denti¢ceerd.

17 Katernformule volgens Ker,Catalogue, XXII-XXIV.18 Zie bijvoorbeeld de zeer slordige tekstopmaakop fol. 12v.

Van een linie« ring ontbreekt elk spoor. Signaturen zijn niet aangetro¡en.Vollediggaaf bewaarde custoden ontbreken. Op fol. 371v en 372v (derde envierdeblad ka-tern) staat een nog leesbare custode.Van de custoden op fol. 57r, 58r, 68r, 144v,168v, 192v, 275v, 280v, 336v, 337v, 340v, 369v, 370v, 377v, 378v en 379v is meestalslechts de bovenzijde van een paar letters waarneembaar, soms een gedeelte vande letterschachten, in een enkel geval enkel nog een haaltje, waardoor de oor-spronkelijke woorden niet meer kunnenworden gereconstrueerd.Aanwijzingen voor de lezer tre¡en we aan op fol. 40r: ende keert omme. Nergenszijn bij de grote kopschriften, gewone rubrieken of nota-verwijzingstekens repre-sentantenwaar te nemen.

Schrift en dateringIn het handschrift zijn twee opeenvolgende handen te onderkennen. De eerstehand schrijft het leeuwendeel van de kroniek, van fol. 1r tot fol. 384v. Het is dehand van Peter van Os, stadssecretaris van 's-Hertogenbosch en samenstellervan de tekst. Hij maakt zich in de kroniek twee maal bekend en verwijst bij diegelegenheid naar zijn werkzaamheden binnen de Bossche stadsadministratie.19

De laatste tien folia, namelijk 385r tot 396r,20 zijn geschreven door een niet-ge|« -denti¢ceerde hand, die eveneens voorkomt in stukken van de stedelijke gri¤e.21

De overgang van de eerste naar de tweede hand komt zeer plotseling aan het eindvan een katern,midden in eenwoord.De abruptebee« indiging doorVanOs op fol.384v aan het eindvan een katern,midden in de dateringdaernae in den aprilledenXIXen dach naePaeschen in den iairM, alsmedehetontbrekenvan het tweede deelvan de kop op de rectozijde van fol. 385, wijst op een onverwachte onderbrekingin de schrijfaktiviteiten vanVan Os of op het teloor gaan van een reeds door hemgeschreven katern betre¡ende het schepenjaar 1514.Vermoedelijk is dit slechtseen beperkt aantal folia geweest, omdat uit de inhoudsopgave van het cartulari-

XIV

19 Van Os, Kroniek, fol. 299r-v: Anno LXXXIII predicto (namelijk 1483) ego Petrus de Os,¢lius Iohannis Rutgerssoon, incepi ingrossare litteras scabinales de Buscoducis et in illapractica procedere ad promotionem magistri Franconis de Langel, secretarii dicti opidicuius anima requiescat in pace, en fol. 331v: In dicto scabinatu XIa augusti anno XCVIIIobiit Bruxelle magister Godefridus de Dommelen, secretarius presentis opidi deBuscodu-cis, et in loco eius ego Petrus de Os, ¢lius Iohannis Rutgerssoon, institutus sum et prestitiiuramentumsupero¤ciosecretariatus in dieExaltationis sancteCrucis immediatedictamundecimam diem augusti sequente. Deze hand kan ge|« denti¢ceerd worden aan de handvan het schepenprotocol van Peter van Os, zie 's-Hertogenbosch, GA, Oud archief,inv.nr. 125.

20 Van deVen,Over Brabant geschreven I, 37 vermeldt abusievelijk dat hand 2 de folia 385r

tot 445 zou hebben geschreven.21 Ditblijkt uit de registratie van akten doordeze scriptor in de schepenprotocollenvan

's-Hertogenbosch uit het eerste kwart van de zestiende eeuw, zie onder meer 's-Her-togenbosch, GA, Oud-rechterlijk archief 's-Hertogenbosch, inv.nr. 1326, fol. 1r-332r,en 's-Hertogenbosch, GA, Oud-rechterlijk archief 's-Hertogenbosch, inv.nr. 1333, fol.1r-307r, en in een cartularium van de stad, zie 's-Hertogenbosch, GA, collectie Provin-ciaal Genootschap, inv.nr. 375 (=Privilegeboek), fol. 271r. De veronderstelling vanVandeVen,Over Brabantgeschreven I, 34, dat de jongere handvan Petrus vanOs jr. zou zijn,kan van de hand gewezen worden. De jongere hand in de kroniek is niet identiek aan dedoorVan Os jr. geschreven stukken voor de stedelijke administratie.

um blijkt dat Van Os zijn werkzaamheden aan het cartulariumvoorlopig had af-gesloten in 1515.Bij de tweede scriptor treedt er geen wijziging op in de algehele structuur van dekroniek: tekstopbouw, katernopbouw en bladspiegel blijven gelijk.Wel ontbrekenin het laatste gedeelte de rubricering en de kopteksten bovenaan. In tegenstellingtot Van Os vermeldt de tweede scriptor niet consequent alle rentmeesters. Eenklein onderscheid is ookde toevoeging door de tweede scriptor van scabini of sca-bini inBuscoducis aan de opgave van het schepenjaar.22 Inhoudelijkverandert hetkarakter van de kroniekwel in het laatste gedeelte. De tweede scriptor, die de pe-riode vanaf 19 april 1515 tot 4 januari 1523 beschrijft (en hierbinnen een gebeur-tenis uit maart 1523 vermeldt), geeft een meer gedetailleerd ooggetuigeverslagvan de gebeurtenissen danVan Os, die de feiten sober presenteert. Hij voegt ookviermaal een regest met cartulariumverwijzing toe aan het doorVan Os geschre-ven gedeelte van de kroniek.23

Beide scriptores gebruiken het schrift van de administratie, een littera gothicacursiva libraria, waarbij de tweede hand cursiever is dan die vanVan Os.24

Correcties zijn aangebracht op de voor een papieren codex gee« igende manierdoor middel van doorhalingen met zwarte en rode inkt, behalve een enkele rasuurop fol. 9r, 382v en 388r. De aard van de correcties in de vorm van de vele bij- enbovenschrijvingen wijst in de richting van het direct afschrijven van een schrifte-lijkvoorbeeld, zoals bijvoorbeeld het cartularium enDie alderexcellenste cronykevan Brabant.25 Van Os en de tweede scriptor hebben na het schrijven het hand-schrift nog gecorrigeerd, zoals blijkt uit de toevoeging van vergeten woorden encorrecties van kleine vergissingen. Daarna hebben verschillende latere handenmet name in de schepenlijsten aanvullingen of correcties aangebracht.26

XV

22 ZieVan Os, Kroniek, fol. 389v, 390v, 392r, 392v, 393r, 394r en 395r. Eenmaal wordt deaankondiging in hetMiddelnederlands gedaan, zieVan Os, Kroniek, fol. 388v.

23 Van Os, Kroniek, fol. 86v, 271r, 313r en 322r. Hiervan zijn er drie doorVanOs zelf in hetcartularium geschreven.

24 Voor de terminologie zie Gumbert, Manuscrits dates, texte 24, 26-27; de tweede handvan de kroniek is sterkverwant aan de hand vanGumbert,Manuscrits dates, nr. 372.

25 Zie hierna hoofdstuk 5 (bronnen).26 Van Os, Kroniek, zie de volgende schepenjaren (cijfers achter het schepenjaar geven het

rangnummer van de betre¡ende schepen; waar schepennamen later mogelijk toch doorVan Os geschreven zijn, wordt een vraagteken achter het jaartal toegevoegd; daar waarmogelijk de tweede hand van de kroniek namen toegevoegd heeft, staat een sterretje):1209?: 1, 2; 1257*: 1-7; 1278: 1, 2; 1279: 1, 2; 1291*: 1, 2; 1292?: 1, 2; 1293*: 1, 2;1294*: 1, 2, 3; 1295: 1, 2; 1299: 1, 2; 1300: 1, 2; 1303: 1, 2; 1305: 1, 2; 1308: 3, 4, 5;1310: 1, 2; 1311: 1, 2; 1313*: 3, 4; 1315?: 3, 4; 1316: 4, 5?; 1321: 1, 2; 1322: 1, 2; 1326:1, 2; 1328: 1, 2; 1329: 1, 2; 1330: 4; 1334: 1, 2; 1347*: 1, 2, 3; 1349: 7; 1354: 3-6; 1358?: 1-5; 1359: 1, 2; 1360?: 1, 2; 1362: bij 3 de Andel' toegevoegd, 5, 6; 1367: 3, 4; 1368: 3, 4;1396: 1-4; 1416: 8, 9; 1464: 8.

De ontstaansdatum van de kroniek is met zekerheid te dateren na 1512, aange-zienVanOs zich baseert op de vermeerderde heruitgave in dat jaar vanDie alder-excellenste cronyke van Brabant.27 In de kroniek zijn diverse concrete tijds-aanwijzingen betre¡ende het schrijven zelf terug te vinden. Op fol. 54v verwijstVan Osbij het schepenjaar 1249 naar het jaar 1513,28 ongeveer honderd folia ver-derop legt hij bij de vermelding van de geboorte van Arnold van Egmond in 1463het verband met zijn eigen periode door verwijzing naar Karel van Egmond in1514.29 In het schepenjaar 1482 last hij vermeldingen in van oorkonden uit1487, 1508, 1509 en 1513,30 enbij het schepenjaar 1506 verwijst hij naarde huldi-ging vanKarel V tot hertog van Brabantop 23 januari 1515.31De schrijfaktivitei-ten vanVan Os vallen dus in de periode 1513-1515.32

De werkzaamheden van de tweede scriptor zijn voor een deel gebaseerd op voor-bereidend werkvanVan Os.Wanneer we die oorkonden selecteren uit het tweededeel, die niet in de inhoudsopgave van het cartularium staan en dus geschrevenzijn na 1515, dan betreft dit stukken tussen 5 april 1516 en 15 september 1521,plus drie oudere oorkonden, alle geschreven door Van Os.33 Het zijn juist dezedrie oudste, veertiende- en vijftiende-eeuwse oorkonden, die door de tweedescriptor van de kroniek in het manuscript van Van Os ingelast werden. Dezetweede scriptor heeft bij zijn aanvulling dus gebruik gemaakt van deze doorVanOs geschreven oorkonden tot 1521.

XVI

27 Die alderexcellenste cronyke van Brabant, Hollant, Seelant,Vlaenderen int generael metvele nieuwe addicien dye in die ander niet gheweest en zijn, gheprent thAntwerpen int iaerons Heeren MCCCCC ende XII in octobri, exemplaar te 's-Gravenhage, KB, oude druknr. 1084 B, met het ex-libris ex bibliothecaHultmanniana divendita SylvaeDucis apudH.Palier et ¢lium.

28 Van Os, Kroniek, fol. 54v: syn outste dochter ga¡ hy ten huwelicv ; van hair als van dereenre zyden is gecomen die heer van Croy, nu int iair XVC ende dartien levende.

29 Van Os, Kroniek, fol. 241v: natus est Arnoldus de Egmonda, qui Arnoldus dux Gelrie ap-pellatus est quique fuit avus domini Karoli de Egmonda, pronunc videlicet anno MCCCCCXIIIIto viventis.

30 ZieVan Os, Kroniek, fol. 290r-v, 291v, 293v-294r.31 Van Os, Kroniek, fol. 349v.32 Het laatstehistorisch feit datVanOsvermeldt is het verdrag datKarel VmetFrans I sloot

op 19 april 1515, zieVan Os, Kroniek, fol. 384v-385r.Van deVen,Over Brabant geschre-ven I, 34 geeft bij het signalement als globale datering het eerste kwart van de zestiendeeeuw (na 1523).

33 's-Gravenhage, KB, hs. nr. 131 B 26, band 2: oorkonden d.d. 1331.07.20 (fol. 651r),1493.11.03 (fol. 652r-653r), 1495.06.19 (fol. 659r), 1516.04.05 (fol. 644r-644v),1516.04.16 (fol. 664r-666r), 1516.08.12 (fol. 645r), 1516.11.30(na 1516.11.00) (fol.645v), 1517.04.01 (fol. 660r-661v), 1517.10.07 (fol. 649ar-649br), 1518.03.13 (fol. 662r-664r), 1518.03.30 (fol. 666r-667r), 1518.04.20 (fol. 667r-668r), 1519.05.10,1519.06.30(na 1519.06.00), 1519.08.22 (fol. 683r-684v), 1520.10.06 (fol. 674v-678r),1520.10.19 (fol. 678r-682v), 1521.04.13 (fol. 684v-692r), 1521.09.15 (fol. 694r-695v), eneen ongedateerde oorkonde (fol. 649bv-651r).

Verbinding van tekstdelen door middel van accolades door Peter van Os.Tilburg, KUB, Brabanticacollectie hs 339a H3 = KroniekvanVan Os, fol. 40r

XVII

Hand van Peter van Os.Tilburg, KUB, Brabanticacollectie hs 339a H3 = KroniekvanVan Os, fol. 1r

XVIII

Hand van de tweede scriptor van de kroniek.Tilburg, KUB, Brabanticacollectie hs 339a H3 = KroniekvanVan Os, fol. 390v

XIX

De jongste historische passage in de kroniek is uit de periode maart 1523, zodathet schrijven van de aanvulling op de kroniek gedateerd kan worden na maart1523. Ookdeze scriptor houdt midden in het verhaal op.

DecoratieHet handschrift is niet ge|« llustreerd. De enige vorm van versiering is de rubrice-ring van initialen, kapitalen en minuskels, punten, accolades, kopteksten, verwij-zings-, paragraaf-, nota- en sluitingstekens en tekstgedeelten. De decoratie isaangebracht door middel van ophoging of onderlijning en door gra¢sche uitwer-king van initialen.Van randversiering is geen sprake. Bij fol. 385r, waar de tweedehand begint, stokt de rubricering. De gehele rubricering is door een hand aange-bracht. Dit is zonder twijfel de hand van de eerste scriptor, aangezien de gerubri-ceerde gra¢sche uitwerking van de initialen in dit handschrift identiek is aan deinitialen in de schepenprotocollen, schepenoorkonden en het cartulariumvan dehand van Peter van Os.34 De schepennamen zijn doorgaans zeer dik aangezet enmet een bredere pen geschreven. Zeer belangrijke passages zijn op dezelfde ma-nier aangegeven.35

TaalHet handschrift is hoofdzakelijk in het Middelnederlands geschreven, sommigepassages zijn in het Latijn. De Latijnse passages betre¡en onder andere afschrif-tenvan oorkonden, de aankondiging van de schepenstoel met de daarbij horendegelatiniseerde namen en een beperkt aantal verhalende gedeelten.

BandHet handschrift is gevat in een achttiende-eeuwse, zeer sobere perkamenten split-selband met een omgezette rand. De splitsels zijn van bruin leer en op de gespren-kelde snede is een rood spikkelpatroon aangebracht door middel vanverfdruppels.Op het voor- en achterplat van deband zijn twee gaatjes gemaakt voorde strikslui-ting met leren sluitkoordjes. Tussen de vier ribben, met dubbele binding, zijn terversteviging van de rug vijf overlijmstroken van perkament aangebracht. Tweevan deze overlijmstroken bevatten twee fragmenten, door twee verschillende han-den geschreven, van een vermoedelijk vijftiende-eeuwse Nederlandse tekst. Ge-zien de stevige verlijming op de ribben is nader codicologisch onderzoek op ditogenblik materieel gezien onmogelijk. Het voorplat van de band draagt linksbo-ven de signatuurAanwinst 1910, DIII 5 (in potlood) enNo 3.

XX

34 Zie onder meer 's-Hertogenbosch, GA, Oud archief, inv.nr. A 525 (=Rood Privilege-boek), fol. 122r-152r; 's-Hertogenbosch, GA, Oud archief, inv.nr. A 527 (=Pampiere-boek), fol. 221r-225v.

35 Bijvoorbeeld Van Os, Kroniek, fol. 384r, waar de huldiging van Karel V te Leuven ver-meldwordt.

Tekst¢liatieVan de kroniekvan 's-Hertogenbosch is slechts de autograaf bewaard gebleven eneen achttiende-eeuws afschrift.Van conceptenvoordekroniekdoorde samenstel-ler is niets overgeleverd.36Het afschrift van dekroniekberust in het archiefvan deabdij vanTongerlo.37Dit doorbrand zwaarbeschadigdehandschrift is via deBos-sche familieVan Lanschot in het abdij-archief terechtgekomen. Het handschriftbevat diverse onderdelen, waaronder een namenlijst van de Bossche IllustereLieve-Vrouwebroederschap, die door verschillende handen geschreven zijn.38

De kroniek van 's-Hertogenbosch is geschreven op de folia 23r-214r.39 De tekstvan Peter van Os is sterk ingekort en voor de periode 1523-1628 aangevuld.

3 Samensteller

Meester Peter van Os (Petrus Johannis Rutgerss. de Os) is vermoedelijk tussen1460 en 1470 geboren. Het is onbekend of hij Bosschenaar van geboorte was. Denaam van zijn vader komt niet voor in de Bossche archieven.40 Peter van Os wasmagister artium.We weten niet waar hij gestudeerd heeft. Zijn hele werkzame le-ven speelde zich af in het Bossche stadhuis, waar hij zijn carrie© re begon als klerk

XXI

36 In het GADen Bosch, Collectie Provinciaal Genootschap, inv.nr. 375 (= Privilegeboekvan Den Bosch) is een tiental folia aangetro¡en, geschreven doorVan Os, die tekstueelnauw gelieerd blijken te zijn aan de kroniek. Het betreft de folia 219r-225v en 226v-227v,met een expose over de rechten van de hertogen van Brabant en Den Bosch in het landvanHerpen, fol. 225v, met eenverklaring over de naam Brabant en de eerste heer, en fol.227v-228r inzakeHerpen en Elbout van derGonde. AangezienVanOs deze tekstenvoorzijn expose overHerpen niet letterlijkoverneemt en zelfs herstructureert, lijkt hetniet zoaannemelijk dat het hier een concept voor de kroniek betreft. Mogelijk is dit materiaalover Herpen bij elkaar gebracht ten behoeve van een procesdossier en later ingebondenin het Privilegeboek. Overigens kan het niet helemaal uitgesloten worden dat juist dekroniek gebruikt is voor het schrijven van dit dossier. De teksten betre¡ende de a¡aireHerpen/Elbout van der Gonde en de naamsverklaring Brabant zijn namelijk in de kro-niek en in het Privilegeboek identiek, alleen geeft de kroniek een meer complete versie.Bij het Privilegeboekwordt dit expose bee« indigd met etc. Tegen het gebruik van een ge-detailleerd concept pleiten ook de vergissing in de tweede en derde persoon dieVan Osmaakt bij de parafrasering van oorkonden uit het cartularium.

37 Westerlo, Abdij vanTongerlo, abdij-archief, inv.nr. 372.38 Voor de samenstelling van dit handschrift, zie Corthouts, Inventaris, 232-233, nr. 372.39 Westerlo, Abdij vanTongerlo, abdij-archief, inv.nr. 372, incipit op fol. 23r: In den name

ons lie¡s heeren Goids Ihesu soe is in den iiersten dit boecke begriipende die gelegentheijtdes lants van Brabant.

40 Volgens Cunen,Geschiedenis vanOss, 38-40 en 168, zou Peter vanOs afstammenvan dewijdverbreide familieVan Oss die afkomstig is uit Oss. In en buiten deze plaats hebbentelgenvan ditgeslachtbelangrijke positiesbekleed.Hij vereenzelvigt dekroniekschrijvermet jonker Peter van Os op basis van de vermelding in de stadsrekeningen van 1507-1508 van een ¢nancie« le vergoeding, door het stadsbestuur van 's-Hertogenbosch aanmagister Peter van Oss toegekend voor de schade die aan het versterkte huis van zijn va-der aangericht is (Van Zuijlen, Inventaris I, 172-173). Een afdoende bewijs voor dezeidenti¢catie geeft Cunen echter niet.

van secretaris Frank van Langel.41 De eerste vermelding van zijn werkzaamhe-den dateertuit 1483.VanOswas toen ingrossator van de schepenakten in dit druk-ste schrijfcentrumvan het noorden van het hertogdom Brabant. Na de dood vanFrank van Langel in 1497 werd hij adjunct-secretaris. Het jaar daarop al be-kleedde hij een van de vier secretarisposten als opvolger van Godfried vanDom-melen. Op 14 september legde hij zijn ambtseed af. Hij bleef secretaris tot zijndood in 1542. In tegenstelling tot zijn drie ambtsbroeders werd Peter niet afge-vaardigd naar belangrijke onderhandelingen, zodat hij tijd had om zich in DenBosch aan cartularisatie en geschiedschrijving te wijden. Peter volgde in 1500VanLangel ookop als notaris en oefende dit ambtuit tot 1536.Hij had een admis-sie als keizerlijk, pauselijk en bisschoppelijk notaris en bediende zich in de nota-rie« le aktenvan de titel clericus Leodiensis.42

Peter trouwde begin 1499 met Henrikske, dochter van voornoemde Frank vanLangel, secretaris van 's-Hertogenbosch van 1470 tot 1497. Hij bezat toen eenhuis bij het Loefs Brugske in de stad. Peter en Henrikske woonden in ieder gevaltussen 1500 en 1505 in deOudeHulst, een straat in het centrumvan de stad.Nadedood van Henrikske trouwde Peter met een dochter van Jacob Goyaerts en AleitLoenmans, ook Henrikske geheten. Hij was vanaf 1496/1497 opgenomen in deIllustere Lieve-Vrouwebroederschap in Den Bosch, een gezelschap van hoogge-plaatsten en beter gesitueerden. Zijn medebroeders vierden zijn uitvaart op 2 de-cember 1542.43 Peter had drie kinderen: Peter jr., Jan en Oda. Onbekend is of hetkinderen uit zijn eerste of tweede huwelijk waren. Peter jr. trad in de voetsporenvan zijn vader en was van 1536 tot 1550 secretaris van de stad. Daarna vervuldehij enkele jaren het ambt van schepen.44 Janwerd priester enwas, evenals zijn va-der, magister. Oda ten slotte trouwde met Goossen Jansz., raad van 's-Hertogen-bosch en stadhouder van de hoogschout.

4 Politieke constellatie ten tijde van het ontstaan van de kroniek

Hetpolitiek klimaat is eenvan de factoren ofmogelijk zelfs debeslissende, die eenrol gespeeld heeft bij het vervaardigen van de kroniek. De stad 's-Hertogenbosch

XXII

41 In de schepenprotocollen van 1481/1482 en 1482/1483 (respectievelijk 's-Hertogen-bosch, GA, Oud-rechterlijk archief 's-Hertogenbosch, inv.nr. 1251, fol. 150r en inv.nr.1252, fol. 229r) staan in demargeweliswaaraantekeningen dat de op die folia ingeschre-ven minuutakten opnieuwge|« ngrosseerdmoestenworden door Peter vanOs,maarhet isniet bekend vanwanneer deze aantekeningen dateren. Het gaat daarom te ver deze jarenhet beginvan zijn aktiviteiten als klerk te noemen. Naar eigen zeggen (VanOs, Kroniek,fol. 229r-229v) begon hij in het schepenjaar 1483 (dat liep vanaf 1 oktober 1483) met hetingrosseren van Bossche schepenakten.

42 Sanders,`Peter van Oss', 124-127.43 's-Hertogenbosch,Archief IllustereLieve-Vrouwebroederschap, inv.nr. 49, fol. 36r en 37r

(obitus fratrum) en rekeningen 1528/1529, 1529/1530 en 1542/1543;VanDijk, DeBos-sche optimaten, 200.

44 Namelijk in de jaren 1552/1553, 1553/1554, 1556/1557 en 1557/1558, zie Jacobs, Jus-titie en politie, 273 enVerrreyt en Juten,`Noordbrabantsche zegels III', 229-234, met na-me 231 en 233-234 waar zijn zegel staat afgebeeld.

maakte als vierde hoofdstad deel uit van het hertogdom Brabant, dat in de loopvan de vijftiende eeuw langzaam maar zeker in de Bourgondische invloedssfeergetrokkenwerd. De Brabanders verzetten zich tegen dit Bourgondiseringsprocesen trachtten hun autonomie envroeger verkregenvoorrechtenveilig te stellen.Tel-kenmale als een nieuwe hertog aantrad, benadrukten de Staten van Brabant dezeverlangens.Tijdens de regering van Karel de Stoute (1467-1477) werd de balanstussenvorst en onderdanen gevoelig verstoord door de aantasting van de autono-mie van met name de grote steden. Na zijn dood in 1477 eisten alle gewesten hunteloor gegane rechtenweer op van zijn dochter Maria. Zij gaf toe aan de particu-laristische krachten, maar probeerde daarna langzaam en omzichtig met haarOostenrijkse echtgenoot Maximiliaan een nieuwe machtsbasis op te bouwen.Haar vroegtijdige dood in 1482 leidde tot het regentschap vanMaximiliaan voorhun jonge zoontje Filips, later bijgenaamd de Schone. Tijdens dit regentschapvoerdeMaximiliaan een jarenlange strijd om zijn gezag in de gewesten tevestigenen te consolideren. De Brabantse steden die zich tegen hem verzetten, moestenhun opstandigheid bekopen met verregaande hertogelijke invloed in de samen-stelling van de stadsbesturen, een inperking van depolitieke rolvan de ambachtenen een verzwakking van het stedelijk gezag over hun ommeland.45

De oorlogen die de Bourgondische vorsten met Gelre voerden hadden een groteweerslag op Stad en Meierij van 's-Hertogenbosch. In 1473 veroverde Karel deStoute Gelre. Na zijn dood wierp Gelre het Bourgondische juk weer af.VanuitGrave vielen de Geldersen de Meierij van Den Bosch binnen.46 Hierdoor kwamde handel stil te liggen en vonden vele plunderingen plaats, die leidden tot eensterke economische achteruitgang. De omslag van de zware kosten die Stad enMeierij zich in de Gelderse oorlog moesten getroosten leidde tot con£icten, dieresulteerden in een arbitrale uitspraak in 1483.47

In het najaar van 1494 werd Filips de Schone in zijn landen als hertog gehuldigd.In tegenstelling tot zijnvaderMaximiliaan, die slechts door huwelijkverwantwasmet de oude dynastie, werd hij door de Nederlandse gewesten beschouwd als een`natuerlijcke prince'.48 Ook Filips zette de politiekvan centralisatie en bestuurlij-ke hervorming door.Via de centrale bestuursorganen, waaronder de Rekenka-mer, slaagde hij erin de stad in zijn greep te krijgen, niettegenstaande het verzetvan de Bossche schouten.49 Nog in 1494 legde hij Den Bosch een bestuurshervor-mingop, die de politieke rol van de ambachtsgildenbeperkte en debestuursmachtin handen legde van een hem gunstig gezinde groep patricie« rs.50 Deze hervor-ming was echter een echec en leidde al navier jaar tot de instelling van een collegevan zesgoedemannen, datmet instemming van dehertog hetbewindoverde stadin handen kreeg. Dit college probeerde de penibele ¢nancie« le situatie het hoofd tebieden. De interne perikelen verhinderden echter niet dat Den Bosch, in tegen-stelling tot andere steden in het hertogdom, zijn greep op het omliggende gebied

XXIII

45 VanUytven,`Crisis als cesuur', 428 en 433.46 Van Os, Kroniek, fol. 269v.47 Van Os, Kroniek, fol. 300r-300v.48 Prevenier en Blockmans,DeBourgondische Nederlanden, 198-200.49 Van Lith-Droogleever Fortuijn,`De stad 's-Hertogenbosch', 119.50 Jacobs, Justitie en politie, 60.

wist te verstevigen. Door in 1495 een overeenkomst met de Meierij te sluiten, deRaminghe', werd de stad echt hoofdstad van het omliggende gebied.51

Wat het `buitenland' betreft hield Filips de Schone zich aanvankelijk afzijdig vande grote' politiek van zijn vader. Deze houding was voor Den Bosch pro¢jtelijk,omdatdit een rustpauze in de oorlogmetdeGeldersenmet zich meebracht.Filipsverzette zich niet tegen Karel van Egmond, die in 1492 met steun van de Fransekoning hertog in Gelre gewordenwas zonder belening doorMaximiliaan, die in-tussen Duits keizer was geworden.52 Pas op aanstichting vanMaximiliaan laaidehet con£ict weer op. Namens hem voerde Albrecht van Saksen oorlog tegen deGelderse hertog. Eind 1497 werd een bestand gesloten dat van korte duur zou zij-n.53 In 1498 zag Filips de Schone openlijk af van zijn aanspraken op Gelre, totgroot ongenoegen van zijn vader, die zijn anti-Gelderse politiek doorzette. ToenFilips in 1504 onverwacht koning van Castilie« werd, werd hij medespeler op hetEuropees terrein en was gedwongen een anti-Franse koers te varen. Hierdoorkreeg Maximiliaan de mogelijkheid de strijd tegen Gelre te hervatten, nu samenmet zijn zoon. Net als voorheen moest het noordoostenvan Brabant zich de plun-dertochten van de Geldersen laten welgevallen.Vanaf 1504 fungeerde 's-Herto-genbosch opnieuw als uitvalsbasis en werd het platteland geplunderd engebrandschat.54

De onverwachte dood van Filips in 1506 liet de Nederlanden in een gespannensituatie achter.55 Ook 's-Hertogenbosch zag de toekomst zwaar in. AangezienFi-lips' zoon Karel nog maar zes jaar oud was, nam Maximiliaan het regentschapopnieuw op zich. Dit werd echter met lede ogen aangezien, daar men bevreesdwas voor een herhaling van zijn dynastieke politiek, die onder meer hervattingvan de Gelderse oorlog tot gevolg zou hebben. Die laaide inderdaad weer op enzou in 1512 zelfs bijna tot de inneming van Den Bosch door de Geldersen leiden.In 1513 ten slotte werd een bestand voor vier jaar gesloten.56 Op dat moment washet noordoosten van het hertogdom deerlijk gehavend en ¢nancieel en moreel deuitputting nabij. De stad betaalde een zware tol voor de voortzetting van de`Habsburgse' politiek van centralisatie en gebiedsuitbreiding ten behoeve van dedynastieke belangen. Brabant was voor de vorst als eenheid niet meer vanbelang,de verschillende gewestenwaren ondergeschikt aan de grotere Europese politiek.Het eerste kwart van de zestiende eeuw, de periodewaarin de kroniek in 's-Herto-genbosch tot stand kwam, was aldus een periode van instabiliteit in het noordenvan het hertogdomBrabant, waarin het Brabantse belang volledig ondergeschiktgemaakt was aan het Habsburgse. Het plotselinge overlijden van Filips, het re-gentschap vanMaximiliaan, de hervatting van de Gelderse oorlogen en de voort-durende geldzorgen van de stad hebben er waarschijnlijk toe geleid dat de stadzich ging herbezinnen op haar juridische grondslagen en zich vastklampte aanoude voorrechten en tradities. Dit complex van factoren heeft mogelijk geleid tot

XXIV

51 Jacobs, Justitie en politie, 19.52 Blockmans enVanHerwaarden,`De Nederlanden', 443-447.53 VanHeurn,Historie I, 400-401.54 Zie Blonde,De sociale structuren, 4-10.55 Blockmans enVanHerwaarden,`De Nederlanden', 449.56 VanHeurn,Historie I, 413-426.

een reactie van het stadsbestuur, waarbij de lokale en gewestelijke belangen enprivileges geplaatst werden in een Brabants/Bourgondische context. De kroniekkan dan gezien worden als een uiting van stedelijk particularisme, een o¤cieelhistorisch documentwaarin Den Bosch zich afzet tegen de grensoverschrijdendevorstelijke tendenzen.

5 Bronnen

De kroniek bevat geen proloog waarin de samensteller zijn bronnen toelicht. Opbasis van tekstanalyse kan het schriftelijk bronnenmateriaal vanVan Os gesplitstworden in twee grote categoriee« n, namelijk historiogra¢sche en documentairebronnen.De belangrijkste bron voor de historiogra¢sche passages is Die alderexcellenstecronyke van Brabant.57 Dit werkwerd gedrukt in 1497 (o.s.) door Roland van denDorpe,58 en herdrukt met aanvullingen in 1512, 1518 en 1530.59 Met zekerheidkangezegdworden dat VanOs de aangevulde herdrukuit 1512 gebruikt heeft. DekroniekvanVan Os wordt rondom de verhaallijn uit Die alderexcellenste cronykevan Brabant geweven.Van Os heeft daarbij in wisselende mate op dit historischwerk geleund. Het historiogra¢sch gedeelte in zijn eigen kroniek dat de periodevoor de stichting van de stadDen Bosch bestrijkt, namelijkde eerste veertig folia,is er nagenoeg volledig aan ontleend.Vanaf het jaar 1183 wordt naast de verha-lende elementen uit Die alderexcellenste cronyke van Brabant uitgebreid gebruikgemaakt van Bossche en Brabantse diplomatische bronnen.Van Os heeft zijn voorbeeld niet slaafs gevolgd, maar is selectief tewerk gegaan.De uit zijn voorbeeld overgenomen teksten heeft hij soms letterlijkweergegeven,maar in een aantal gevallen ook bekort, geherstructureerd of aangevuld. De be-kortingen vindt men terug bij zinsdelen,60 maar ook bij grotere tekstdelen.61 VanOs attendeert de lezer hierop door etc62. De interpretaties, moraliserende passa-

XXV

57 Utrecht, UB, incunabel S. fol. 1594. Met bijzondere dank aan drs. R.Wols, die ons opdeze gedrukte kroniek attendeerde. Zie voor de kroniekonder meerVanDijk,`Die alderexcellenste cronyke', 494-502.

58 Het eindvan de tekst van hetUtrechts exemplaar luidt als volgt: hier is voleyndtdese cro-nikeendegeprentbimy,Rolantvan denDorpe,wonendethAntwerpen in dieHuyvetterstra-te bi onser vrouwen broeders annoMCCCCXCVII, op den laetsten dach van februarius oftloumaent.

59 Zie Inventaris van incunabelen, 93 en Polain, Catalogue I, 681-682, nr. 1063 en ibidem,supplement 86.

60 Voorbeelden van dergelijke geschrapte zinsdelen zijnVan Os, Kroniek, fol. 5r: dieFran-soysen, bij Die alderexcellenste cronyke van Brabant: die Gallen dat syn die Fransoysen;Van Os, Kroniek, fol. 5v: deze generacien, bij Die alderexcellenste cronyke van Brabant:deze generacien oft linien.

61 VanOs,Kroniek, onder meerde sterkgecomprimeerde passages fol. 9r, 25v, 27r, 35r, 45r,50v, 247r, 251v, 306v-307r, 331v.

62 Bijvoorbeeld Van Os, Kroniek, fol. 3r en 12r.

ges en de uitweidingen in de levensloop van heiligen neemt hij niet over.63 Eenaantal historische passages herstructureert hij, om het logischverband dat in zijnvoorbeeld verbrokenwas te herstellen.64 Ook splitst hij de tekst uit zijn voorbeeldin kleine paragrafen, voorzienvan een rubriek.Op een aantal plaatsen last hij eenverduidelijking of toelichting in. De toevoegingen betre¡en voornamelijk syno-niemen of kleine tussenzinnetjes.65 Signi¢cante passages bij Van Os die niet inDie alderexcellenste cronyke van Brabant staan, betre¡en paus Stefanus VIII,66

de keurvorsten,67 Herpen68 en een Latijns tractaat over de afstamming van dehertogen van Gelre.69 Tekstdelen betre¡ende onder meer oproer te Mechelen enBrussel neemt hij niet over. Slechts bij uitzondering is Van Os in zijn verhalendgedeelte gedetailleerder dan zijn voorbeeld, zoals bij het relaas over de strijd vanFilips de Schone tegen de Geldersen in 1506.70 De bronvermeldingen in Diealderexcellenste cronyke van Brabant neemt hij nergens over.De documentaire bronnen ontleendeVan Os aan zijn directe werkomgeving, desecretarie van 's-Hertogenbosch. Als stadssecretaris heeft hij bovendien zelf inhoge mate bijgedragen aan de totstandkoming van een compendiumvan zijn di-recte bronnen, namelijk het cartularium.71 In de kroniek zijn de teksten hieruitvolledig of in verkorte vorm opgenomen, met een verwijzing naar de desbetref-fende folia en signa in het cartularium.72 Andere bronnen die in de schrijfkamervan 's-Hertogenboschvoorhem toegankelijkwaren enwaaruit hij aanwijsbaar ge-put heeft, zijn de vonnisboeken,73 de schepenprotocollen74 en de Nomina scabi-norum.75 De marginalia, onder meer aangebracht doorVanOs in het oudste deelvan deze Nomina scabinorum, zijn mogelijk ook een bron geweest voor enkeletekstpassages in de kroniek. Daarnaast doet Van Os verslag van gebeurtenissenuit zijn tijd die hij kent uit eigen waarneming of door berichtgeving.

XXVI

63 ZiebijvoorbeeldVanOs,Kroniek, fol. 9r: na de zinsnedewanthyhemzeerbeminden laathij de toevoegingom synder vromicheyt willeweg; op fol. 18v neemt Van Os de negatievekwali¢caties over Mahomet niet over. De beschrijving van de heiligenlevens in Diealderexcellenste cronyke van Brabant neemt Van Os niet over.

64 Voorbeelden daarvan onder meerVan Os, Kroniek, fol. 8v, 11v, 14v, 18v en 56v.65 Zovoegt hij bijvoorbeeld aan de historische passages inDie alderexcellenstecronykevan

Brabantoverde BrabantsehertogHendrik I, de stichter vanDenBosch, de zinsneden hyfundeerden ierst die stat van Den Bosch en hii was dierste fundateur der stad van sHerto-genbossche toe; andere toevoegingen bevinden zich onder meer op fol. 109v, na enenzoen die hyetWillem en fol. 268v, na zynen oudervader Philips.

66 Van Os, Kroniek, fol. 33r.67 Van Os, Kroniek, fol. 34r.68 Van Os, Kroniek, fol. 41r, 113r e.v., 203v e.v.69 Van Os, Kroniek, fol. 240r e.v.70 Van Os, Kroniek, fol. 345r-345v.71 's-Gravenhage, KB, hs. nr. 131 B 26.72 Zie bijlage 3.73 Ontlening aan de vonnisboeken blijkt uit VanOs, Kroniek, fol. 292r: all nae inhoude van

den vonnesboeck in der scryfcameren deser stat berustende en nae inhoude des vonnes-boecx onderdie forme hiernae volgende.

74 VanOs, Kroniek, fol. 288v: onderdesewoerden, getogen uuyten prothocol dairafwesende.75 Deze schepenlijsten bevinden zich te 's-Hertogenbosch, GA, Oud-administratief ar-

chief, inv.nrs. A 574a, b en d. Het betreft hier enkel inv.nr. 574d, waarvan een deel doorVan Os geschreven is.

Notarissignet van Peter van Os.'s-Hertogenbosch, GA, archief van deTafel van de H. Geest, oorkonde d.d. 23 december 1500

Subscriptio door Peter van Os junior.'s-Hertogenbosch, RA, archief klooster Marie« nburg op de Uilenburg te 's-Hertogenbosch, inv.nr. 307,oorkonde d.d. 7 maart 1550

XXVII

's-Hertogenbosch enVrijdom Stad en Land van Ravenstein Baronie vanBoxmeer

Meierij van 's-Hertogenbosch GraafschapMegen

Rijksheerlijkheid Gemert Grave en land van Cuijk

Kaart van deMeierij van 's-Hertogenbosch en de gebieden ten noordoosten ervan, situatieca. 1500.Kaartje vervaardigd door het Rijksarchief in Noord-Brabant

XXVIII

6 Typologie

Romein heeft in 1931 een eerste indeling voor de Nederlandse middeleeuwse ge-schiedschrijving is gemaakt in zijn Geschiedenis van de Noord-Nederlandsche ge-schiedschrijving in de middeleeuwen.76 Hij onderscheidt naast zeven geogra¢sch/chronologisch geordende categoriee« n77 de kring der moderne devotie ca. 1440-1517, de adelskronieken, en als laatste en tiende categorie de stadskronieken.Vande bewaard gebleven gedrukte bronnen verdient er volgens hem slechts een kro-niekhet predikaat stadskroniek, namelijkde kroniekvanKampen.78 Bruchvoegtdaar in een supplementop hetwerkvanRomein de stadskroniekvanMeynert vanFraneker aan toe.79

Ebels-Hovingondernam de tweede poging tot karakterisering en indeling van delaatmiddeleeuwse geschiedschrijving in het slothoofdstukvan demede door haargeredigeerde bundel Genoechlicke ende lustige historie« n.80 In een algemeen over-zicht van de meest-voorkomende genres in de laatmiddeleeuwse geschiedschrij-ving onderscheidt zij vier grote onderwerpen die het meest in de belangstellingstaan, namelijkde geschiedenis van gewesten, die van de christenheid, toelopendnaar een lokaal punt, die van eigen klooster of orde en de levensgeschiedenis vaneen of meer broeders/zusters uit eigen of verwante orde.81 Daarnaast zijn er nogdrie aandachtspunten': adelsgeslachten, lokale berichten en het Heilige Land.82

Ten aanzien van de lokale berichten uit Ebels-Hoving kritiekop de typologie vanRomein.83 Zij pleit er voor, gezien het divers karakter van het bronnenmateriaaldat onder deze categorie valt, de titel stadskroniek niet te gebruiken. De afwijzingvan de term stadskroniek'door Ebels-Hoving heeft tot gevolg dat deze termvoorde typologie niet meer bruikbaar is. Men kan zich afvragen of dit terecht is.Wan-neer men in de reeksTypologie des sources du moyen aª ge occidental de meest re-cente algemene typologie van lokale en regionale kronieken door Van Houtsbekijkt,84 dan wordt daar nog wel degelijk een indeling gemaakt uitgaande vanhet ontstaansmilieu van de kroniek, namelijk klooster/kerk, dynastie of stad.85

Het fenomeen stadskroniekwordt daar voornamelijk aan de hand van Duitse enItaliaanse kronieken belicht.

XXIX

76 Romein,Geschiedenis.77 Namelijk de Utrechtse school ca. 800-1350, de Egmondsche kring ca. 1125-1325, de

Frieschekring ca. 1200-1300, deHollandsche-Utrechtschekring ca. 1350-1480, deHol-landsche geschiedschrijving in de late middeleeuwen ca. 1350-1490, de Gelderschekring ca. 1420-1515 en de Friesche geschiedschrijving in de late middeleeuwen ca.1400-1517.

78 Romein,Geschiedenis, 230 en 232-235, nr. 93.79 Bruch, Supplement, 73, nr. 95.80 Ebels-Hoving,`Nederlandse geschiedschrijving 1350-1530', 217-242.81 Alsvoren, 223.82 Alsvoren, 224.83 Alsvoren, 225.84 VanHouts, Local and regional chronicles.85 Alsvoren, 17-26.

VolgensVan Houts bevatten de stadskronieken ook externe'gegevens, voor zoverdeze direkt in relatie staan tot de gebeurtenissen in de stad.86Met name deDuitsestadskronieken plaatsen hunverhaal in een regionale of nationale context.87 Ookblijft de stadskroniek niet beperkt tot een korte tijdsspanne, maar wordt herhaal-delijk teruggegrepen op een pre-Romeinse oorsprong.88 De adaptatie van (we-reld)kronieken was hierbij geen ongewoon fenomeen.89 De stadskroniek blijft inzijn algemeenheid dus niet beperkt tot de geschiedenis van de eigen stad binneneen afgebakend kort tijdsbestek.Deze karakteristieken lijken ook van toepassing op de kroniek vanVan Os. Uit-gaande van het ontstaansmilieu (de stad 's-Hertogenbosch), de professionelewerkzaamheden van de samensteller (stadssecretaris en notaris), de ordeningvan de tekst volgens de wisseling van de Bossche schepenbank, de vastleggingvan devele privileges van de stad en haar rechtsgebied en de receptie van zijnwerk(het stadsbestuur), is men geneigd de kroniek naar analogie van de typologie vanVanHouts te typeren als een stadskroniek.De verhouding tussen stedelijke en ge-westelijke gegevens, waarbij de laatste een groot bestanddeel van de kroniek uit-maken, is dusdanig dat misschien beter gesproken kan worden van eenmengvorm van stads- en gewestelijke kroniek. De integratie van lokale geschie-denis in grotere gewestelijke verbanden is overigens wel een karakteristiek ele-ment in de laatmiddeleeuwse geschiedschrijving. Romein spreekt in dit verbandvan deworsteling vanmiddeleeuwse geschiedschrijvers om de navelstrengmet dewereldkroniek door te snijden'.90 Ook schrijvers van stadskronieken hebben hiermoeite mee.91 Samenvattend kan men concluderen dat de kroniekvanVan Os ty-pologisch een stedelijk produkt is met sterk gewestelijke inslag.Dit beeld van de kroniek vanVan Os sluit aan bij dat van Stein over de stedelijkehistoriogra¢e.92 De Brusselse pensionaris Petrus deThimo (1393/94-1474) legtin geogra¢sch opzicht een duidelijk accent op het hertogdom Brabant en niet opde stad Brussel.93Daarnaastmerkt Stein, in navolging vanKÏmmell op, dat in deNoord-Franse en Zuid-Nederlandse steden een grote groep Franstalige kronie-ken ontstaan is, die niet zozeer de stedelijke geschiedenis tot onderwerp heeft,dan wel de dynastieke en wereldgeschiedenis.94 Verbij-Schillings signaleert in deHollandse steden eenzelfde tendens. Zo bevatten de keurboeken van Dordrecht,Haarlem en Zierikzee afschriften van de stadskeuren in de context van een be-knopte geschiedenis van het graafschap.95

In de kroniekvanVan Os worden de verhalende elementen geadstrueerd door di-plomatische bronnen. Dit fenomeen van verwevenheid van historiogra¢e en di-

XXX

86 Alsvoren, 42-43.87 Alsvoren, 15.88 Alsvoren, 44-45.89 Alsvoren, 45.90 Romein,Geschiedenis, 233.91 Lettinck,`Het karakter', 399 signaleert dit in de stadskroniekvan de Kampense secreta-

ris Jacob Bijndop.92 Stein, Politiek en historiogra¢e.93 Alsvoren, 123-124.94 Alsvoren, 283-284. Zie ook KÏmmell, Erinnern, 225-226.95 Verbij-Schillings, Beeldvorming, 272.

plomatiekwerd door Stein reeds voor de Brusselse geschiedschrijving in het mid-denvan de vijftiende eeuwgesignaleerd.96 Net als de Brusselse historiografenwasVan Os als stadssecretaris zeer goed ingevoerd in het politieke circuit en had hijvrij toegang tot het noodzakelijk bronnenmateriaal. Dat het uitoefenen van eendergelijke functie personen in het bijzonder kwali¢ceerde als samensteller blijktuit dekronieken in deDuitse steden, die op enkele uitzonderingen navervaardigdzijn door stadsschrijvers en stadsbestuurders;97 ook in Nederlandse steden zijnhiervan voorbeelden aan te wijzen.98

Eenvergelijking tussen de kroniekvanVanOs en andere laatmiddeleeuwse stads-kroniekenuit het hertogdomBrabantwordtbemoeilijkt door twee factoren: ener-zijds het gebrek aan edities en studies op dit terrein, anderzijds een goedoverzichtvan het bronnenmateriaal.99 De verhalende bronnen uit de Zuidelijke Nederlan-den, 600-1500,100 de Belgische tegenhanger van het Repertorium van Carasso-Kok, vult deze leemte nu, maar heeft als eindpunt 1500, zodat een deel van hetbronnenmateriaal buiten beschouwing blijft. Dit werk bevat naast de Brusselsegeen andere kronieken, ontstaan in de laatmiddeleeuwse Brabantse steden.Ver-dere naspeuring leverde nog de volgende gegevens op. In de stad Leuven zijn aanhet eind van de vijftiende of het begin van de zestiende eeuw geen kronieken ge-produceerd.101Wat Antwerpen betreft zijn bij het Stadsarchief te Antwerpen ge-en stadskronieken uit deze periode bekend.102 Bij een eerste verkennendonderzoek in het handschriftenbezit van de Brusselse KB zijn uit de laatmiddel-eeuwse periode drie Antwerpse kronieken aangetro¡en. Daarvan laat er maareen eenvergelijking toemet dekroniekvanVanOs.103Het is een achttiende-eeuwsafschrift van een uitgebreide kroniek betre¡ende de jaren 1081-1512, geschrevendoorNicolaesClaessensHaijns.104Ookdezekroniekbeschrijft deAntwerpse ge-schiedenis in een ruimer geogra¢sch kader. In tegenstelling tot Van Os worden

XXXI

96 Stein, Politiek en historiogra¢e, 303.97 Du Boulay,`German town chroniclers', 446. Betre¡ende de Italiaanse en Zwitserse ste-

den zieVanHouts, Local and regional chronicles, 48.98 Zie bijvoorbeeld te Rotterdam, Rotterdamse kroniek, 2-3; Groningen, `Kroniek van

Groningen', editie in voorbereiding bij het Instituut voor Nederlandse Geschiedenis,en Kampen,Kamperkronijken.

99 Voor een overzicht van Brabantse kronieken, zie het verslag van Bayot en Cauchie,`[Rapport sur les chroniques du Brabant]', XXXVII-XCIII.

100 Dit repertoriumwordt aangeboden onder de naamNarrative Sources als een elektroni-sche databank, consulteerbaar via Internet. Op dit moment bevat Narrative Sourcesom en bij de 1400 records. Aangezien de elektronische versie tijdens het schrijven vande inleiding nog niet beschikbaar was, is gebruik gemaakt van een draft-versie, berus-tend op de RUL.

101 Vriendelijke mededeling van prof. dr. R.VanUytven.102 Vriendelijke mededeling van mevr. G. Degueldre.103 Brussel, KB, Handschriften,Van den Gheyn, Catalogue, inv.nrs. (7430-31), (7432) en

(6198). De inventarisnummers (7430-31) en (7432) zijn respectievelijk een zeven-tiende- en achttiende-eeuws afschrift van een Antwerpse kroniek betre¡ende de jaren1083-1488 en 1112-1477. De eerste is een zeer kort kroniekje van 20 pagina's, detweede bevat korte aantekeningen van een paar regels per jaar, en dit op slechts 7 pagi-na's.

104 Brussel, KB, Handschriften,Van den Gheyn,Catalogue, inv.nr. 6198, fol. 36r: ickNico-laes Claessens Haijns.

geen diplomatische documenten ingelast.Van de vier hoofdsteden is alleen deBrusselse situatie in de vijftiende eeuw goed gedocumenteerd door het proef-schrift van Stein.105 Nader onderzoek naar de plaats van de kroniek van DenBosch binnen de Brabantse historiogra¢e en de laatmiddeleeuwse stedelijke his-toriogra¢e in Brabant is dringend gewenst. De editie en/of bestudering van kro-nieken uit de Noord- en Zuid-Nederlandse steden zou een ander licht kunnenwerpen op de verspreiding van het fenomeen stadskroniek en de kenmerken er-van in de laat-middeleeuwse periode.

7 Betrouwbaarheid en accuratesse

De betrouwbaarheid en accuratesse van de kroniekvan Peter van Os kunnen ge-toetst worden op drie onderdelen: de zuiver historiogra¢sche passages, de diplo-matische stukken en de lijsten van stedelijke functionarissen.Wat het eerste aspect betreft, de verhalende passages, baseert Van Os zich zoalsvermeld voor het historiogra¢sch kader op Die alderexcellenste cronyke vanBrabant.106 Met name voor de oudste geschiedenis, voor de stichting van de stad's-Hertogenbosch, conformeert Van Os zich aan de legendevorming in zijn voor-beeld en neemt hij de mysti¢caties over.Voorbeelden hiervan zijn deTrojaanse af-stamming van de hertogen van Brabant, de zwaanridderlegende,107 het verhaalvan deNegen Besten108 en het FelleWout sonderGenade.109 Tenbehoevevan zijnpolitiek spectrumBrabant, heeft VanOswelbewust een opmythenberustend uit-gangspunt gekozen. Naast de aan zijn voorbeeld ontleende gegevens, beschrijfthij gedetailleerd de gebeurtenissen uit zijn eigen periode. Dit is een feitelijke op-somming, die een betrouwbare indruk wekt. Er is geen discrepantie waargeno-men met gegevens uit andere bronnen.Een tweede element zijn de ingelaste diplomatische documenten.Vergelijking vande teksten bij Van Os met de nog bewaard gebleven originele oorkonden geeft hetbeeld van een zeer minutieus scribent. De afschriften zijn, met uitzondering vanincidentele kleine schrij¡outen, van zeer goede kwaliteit. De accuratesse en dien-tengevolge de betrouwbaarheid van de doorVan Os vervaardigde kopiee« n is dusgroot.Het derde element, de lijsten van Bossche functionarissen, in het bijzonder deschepenlijsten, is niet zonder meer betrouwbaar.Vergelijking met de door Jacobsgepubliceerde lijsten110 levert een aantal verschillen op. Eenvolledige vermelding

XXXII

105 Stein, Politiek en historiogra¢e.106 Zie hiervoor hoofdstuk 5 (bronnen).107 Zie voor deze legende BlÎte,Das Aufkommen.108 Zie over vroegste ontwikkeling van de Negen-BestentraditieVan Anrooij, `Een vroege

receptiegetuige', 3-13.109 Carasso-Kok interpreteert in `HetWoud zonderGenade', 252, het VlaamseWoud zon-

der Genade niet als een benaming van een bepaald bos ofvan een landstreek, maar alseen toestand, waarin geweld en rechteloosheid heersen of als een situatie waarin in eenbepaald gebied niet de juiste heer of leer aanvaardwordt.

110 Jacobs, Justitie en politie, 241-279.

van alle schepennamen heeft echter geen prioriteit bij VanOs. Hoewel aanvullingvan namen op basis van het door hem aangelegde en voor de kroniek gebruiktecartularium mogelijkwas, heeft hij dit soms achterwege gelaten.111

Een aspect dat in relatie staat tot debetrouwbaarheidvan de gepresenteerde gege-vens, is het dateringsgebruikvanVanOs en de schrijver van de aanvulling.Hoewelhet schepenjaar, dat loopt van 1 oktober tot 30 september, de basis voor de orde-ning van alle gegevens is, heeft Van Os telkens zowel historische gegevens als di-plomatische stukken ingelast die betrekking hebben op de periode januari tot enmet september voorafgaand aan het genoemde schepenjaar. Zo wordt bijvoor-beeld onder het schepenjaar 1274, dat loopt van 1 oktober 1274 tot 30 september1275, de oorkonde vermeld die Jan I, hertog vanBrabant, verleent aanDordrechtop 2 juni 1274.112Men zouverwachten dat dit stukvermeldwordtonder het sche-penjaar 1273. Overigens geeft Van Os wel keurig aan dat deze oorkonde in het`jaar' 1274 verleend is. Eenzelfde ordening van de gegevens tre¡en we ook bij detweede scriptor aan.113 Een ander aspect waarmee de lezer rekening moet hou-den is het gebruik van de paasstijl door Van Os. Met name in zijn eigen periodetre¡en we vaak de combinatie aan van de verwijzing naar het schepenjaar en hetjaartal. Daarbij hanteert Van Os de paasstijl. Zo maakt hij bijvoorbeeld meldingvan de geboorte van Karel V in dicto scabinatu (is het schepenjaar 1499, dat looptvan 1 oktober 1499 tot 30 september 1500) et anno XCIXo predicto XXIIIa febru-arii.114 Het schepenjaar is in overeenstemming met de historische datum 1500,alsook het genoemde jaar, wanneer men rekening houdt met het gebruik van depaasstijl doorVanOs. Ookde schrijver van de aanvulling hanteert de paasstijl. Zomeldt deze de doodvanMaximiliaan in het schepenjaar 1518 (lopendvan 1 okto-ber 1518 tot 30 september 1519), en in ianuario int iaer XVC XVIII,115 terwijlMaximiliaan in 1519 overleden is. Dit bewijst dat ook in de aanvulling op de kro-niek de paasstijl gehanteerd is. De ordening van de gegevens binnen een jaar isniet altijd strikt chronologisch. Zo staatbijvoorbeeld de aanstelling van de nieuwelaagschout Jan van Baecxen in 1509 (omrekening van de doorVan Os genoemdedatum in den voirs. iaerachtomtrent Lichtmisse), tussen de gebeurtenissen uit junien november 1508.116

Een mooi voorbeeld van de twee gebruikte chronologische elementen, namelijkschepenjaar en jaar, met daarbij het gebruik van de paasstijl, is het verhaal vande gebeurtenissen in 1512.117 Onder het schepenjaar 1512 (lopend van 1 oktober1512 tot 30 september 1513) wordt de huldiging van Maximiliaan te Brussel en

XXXIII

111 Zo noemt hij in het schepenjaar 1306 maar twee van de zeven schepenen, terwijl hij indatzelfde schepenjaar een oorkonde parafraseert,met verwijzing naarhet cartularium,waar deze oorkonde in extenso de resterende vijf schepennamen vermeldt.

112 Van Os, Kroniek, fol. 60r.113 Zie bijvoorbeeld Van Os, Kroniek, fol. 389v, waar de tweede scriptor gegevens uit juni

1516 onder het schepenjaar 1516, dat loopt van 1 oktober 1516 tot 30 september 1517,rangschikt.

114 Van Os, Kroniek, fol. 332v.115 Van Os, Kroniek, fol. 392v.116 VanOs, Kroniek, fol. 357v.Voor de aanstelling van Janvan Baecxen opbasis van andere

bronnen zie Jacobs, Justitie en politie, 240.117 Van Os, Kroniek, fol. 369r-375r.

Leuven vermeld. Deze vond evenwel plaats respectievelijk op 24 en 25 mei 1512,dus voorafgaand aan het genoemde schepenjaar. Daarna volgen aantekeningenbetre¡ende de periode september-januari, doorVan Os alle gedateerd anno XII.De daarop volgende gebeurtenissen uit februari en april, dus 1513, worden doorVan Os niet expliciet in een jaar gesitueerd, maar enkel met de tijdsaanduidingdaernae.VoorVan Os is er geen jaarovergang in januari. De laatstgenoemde ge-beurtenis, die met de voorgaande verband houdt en er chronologisch op aansluit,is uit april, en daar volgt wel een jaarcijferaanpassing doorVan Os: den XVIIIen

dach van aprille in den iair XIII naestvolgende. Het jaarcijfer is hier dus door hemgewisseldvan (15)12 in (15)13, omdat in de tussenliggende periode Pasenviel (op27 maart). Samenvattend kan men twee belangrijke zaken signaleren: ten eerstestaan er binnen een schepenjaar zowel gegevens uit dat schepenjaar als uit dedaaraanvoorafgaande periode januari-september in datzelfde jaar, en ten tweedemoet men bij de gebeurtenissen uit de periode voor Pasen rekening houden methet gebruikvan de paasstijl zowel doorVanOs als doorde schrijver van de aanvul-ling.In zijn algemeenheid kan men stellen dat de kroniek vanVan Os met name voorhetoudste deel een onkritische, maar niet slaafse overnamebetreft vanDie alder-excellenste cronyke van Brabant. Dit is dan ook het enige deel van de kroniek metliteraire elementen. Het resterende deel is een sobere, afstandelijke beschrijvingwaarin hij de feiten droog presenteert, met een heilig respect voor het document.Het enigemomentwaarophij emotie enbetrokkenheid toont isbij debeschrijvingvan de Gelderse oorlogen. Slechts bij hoge uitzondering tre¡en we een persoon-lijke noot aan.118 Van Os heeft dan ook als stadssecretaris en notaris hardnekkiggetracht met grote nauwgezetheid en objectiviteit de Bossche rechten met bewij-zen te staven.

8 Receptie

Bij de bepaling van de receptie van de kroniek is een aantal factoren van belang,namelijk de persoon van de samensteller, zijn eventuele opdrachtgever, het ge|« n-tendeerde publiek en zijn politiek programma. De samensteller Peter van Os be-vindt zich als stadssecretaris in een afhankelijke positie ten opzichte van hetstadsbestuur. Hij geeft niet zozeer een chronologisch verslag van de gebeurtenis-sen in zijn stad, als wel een selectie van die documenten in een bepaald jaar dievoor zijn doel in aanmerking komen. Gegevens over de verhouding tussen Staden Meierij, tussen stad en heerlijkheden ten oosten ervan, betre¡ende de positievan de stad en hoogschout in waterstaatkundige zaken, monetaire ontwikkelin-gen enblijde inkomstenvormen dekernvan zijnverhaal. Het zuiver geschiedkun-dig aspect, het verslag van de gesta' in een bepaalde periode, treedt weinig op de

XXXIV

118 Van Os, Kroniek, fol. 353v, waar hij aan het relaas vanDie alderexcellenste cronyke vanBrabant de verzuchting Got heb lo¡, zoe eest gesciet toevoegt. Een aantal andere ogen-schijnlijk persoonlijke opmerkingen heeft Van Os ontleend aan Die alderexcellenstecronyke van Brabant.

voorgrond. Het inlassen van de vele oorkonden en ambtelijke stukken heeft eenlegitimerende functie, namelijk het benadrukken en uitdragen van de historischerechten van de stad 's-Hertogenbosch en de Meierij, waarmee een poging onder-nomen wordt om de eigen privileges binnen een Brabants kader te beschermentegen het centralisatiestreven van de Habsburgers.119 De kroniek kan aldus ge-zien worden als een uiting van het stedelijk zelfbewustzijn.Hoewel geen sporen aangetro¡en zijn die zouden kunnen wijzen in de richtingvan een concrete opdracht aanVan Os, lijkt het onwaarschijnlijk dat een andereinstantie dan de stadsmagistraat als opdrachtgever van dekroniek in aanmerkingkomt. Met de kroniek kreeg de stad een instrument in handen om de stedelijkeaspiraties kracht bij te zetten. Men kan zich dan ook afvragen of men hier nietbeter zou kunnen spreken van een beoogde gebruiker van het manuscript inplaats van een beoogde lezer. Dat het manuscript binnen de stedelijke admini-stratie gecirculeerd heeft, blijkt uit de latere correcties in het handschrift door ste-delijke functionarissen en het gebruik ervan door de zeventiende-eeuwsegeschiedschrijvers Everswijn, Loe¡ enVan Balen.120 De receptie van de kroniekheeft zich waarschijnlijk beperkt tot de kring van stedelijke machthebbers. Tochzou de aanwezigheid in de kroniek van thema's als deTrojaanse afstamming ende Negen-Besten-cultus in de richting van een ander publiek kunnen wijzen, na-melijkdat vanburgerij en adel.Tilmans concludeert immers in haar beschouwin-gen over de Kattendijke-kroniek dat de samensteller, met de aandacht voor deTrojaanse afstamming, gekoppeld aan de oorsprong van de Hollandse steden enmet de verheerlijking van de Hoekse heldendaden, zich richt op de burgerij, ter-wijl hij met de Negen-Besten-cultus en de nadrukop ridderlijke hoofsheid appel-leert aan een adellijke lezerskring.121 Bij de kroniek van Van Os lijkt deaanwezigheidvan deze thema's eerder een resultante van zijn keuze voor zijnBra-bants-nationalistische voorbeeld, Die alderexcellenste cronyke van Brabant, daneen bewuste keuze in functie van de doelgroep adel en burgerij.

9 Stedelijke historiogra¢e naVanOs

Van Os is de eerste historiograaf van de stad 's-Hertogenbosch, wiens werk be-waard gebleven is. De door Carasso-Kokvermelde kroniekvan 's-Hertogenboschoverde periode 1312-1517122 verdient het predikaatkroniek niet.Dit handschriftis eerder een register met gegevens over muntvaluaties, gecombineerdmet enkeleverhalende gegevens, dan een verhalende bron.Vanaf het midden van de zestiende eeuw doet zich een ware explosie van histori-sche aktiviteit voor. In 1540, niet lang na de afronding van de kroniekvanVanOs,schreef Simon Pelgrom, prior van hetWilhelmietenklooster van de Baseldonkof

XXXV

119 De drang tot legitimatie in de laat-middeleeuwse geschiedschrijving is zeer sterk in cri-sistijden, wanneer rechten al dan niet vermeend, aangetast worden of zijn, zie Graus,`Funktionen', 53-54.

120 Zie hierna hoofdstuk 9 (stedelijke historiogra¢e naVan Os).121 Tilmans,`De Kattendijke-kroniek', 189-190.122 Carasso-Kok,Repertorium, nr. 175.

Porta Celi bij 's-Hertogenbosch, een Latijnse kroniek over het ontstaan van destad.123Hethandschrift is nietovergeleverd,maar slechtsbekenduit eenvertalingdoor J. vanOudenhoven.124Uit devertalingblijkt niet dat PelgromdekroniekvanVan Os geraadpleegd heeft.Ongeveer negen jaar later, ca. 1549, voltooideWillemMoel (Molius) zijn Latijnsekroniek.125Molius was priester en kanunnikvan de Sint-Jan in 's-Hertogenboschen heeft als geestelijke veel aandacht voor kerkelijke instellingen en gebeurtenis-sen in de stad. Zijn gegevens put hij exmultis chronographorum scriptis,126 uit een`rood' handschrift127 en uit de zogenaamde chronicae annales.128 OntleningenaanVan Os zijn niet aanwijsbaar.Een derde kroniekschrijver, Albertus Cuperinus, heeft midden zestiende eeuwDie chronicke van der vermaerder ende vromer stadt vanTsertogenbosch, int cortevan Henricus die eerste, hertoge van Brabant, tot Philippus van Oestenryck, conincvan Engelant ende hertoge van Brabant129 geschreven.130 Het oudste deel is ondermeer gebaseerd op de kroniekenvanVan Os enMolius, alsmede op een niet over-geleverde kroniek van Adriaen die Ruyter, een functionaris van het Heilige-Geesthuis in Den Bosch.131 Cuperinus, cisterc|« enzermonnik te Marie« ndonk bijHeusden, schrijft in een zeer levendige stijl en heeft veel belangstelling voor ker-kelijke zaken. Evenals Van Os geeft hij bij ieder schepenjaar voor zover hem be-kend de namen van de schepenen.132 Woordelijke tekstontleningen door Cupe-rinus aanVan Os vallen niet aan te tonen.Waarschijnlijk heeft hij een aantal ge-beurtenissen, doorVan Os zeer sober gepresenteerd, omgewerkt tot een leesbaarverhaal.In de zeventiende eeuw zijn tweebelangrijke kronieken tot standgekomen.De eer-ste werd geschreven in opdracht van het stadsbestuur van 's-Hertogenbosch. Op 9februari 1608 gafdit aan mr.David Everswijn,mr. JacobvanBalen en mr.Bartho-lomeus Loe¡, gezworenen van de stad, en aan pensionarisVan Reys opdracht debelangrijkste stukken van de stad bijeen te brengen en te beschrijven.133 Deze op-dracht hield verband met een verzoek van Jean Baptiste Gramaye, historiograafvan de aartshertogen van Brabant. Gramaye heeft dit verzoekook aan andere ste-dengerichtom er voor zijn geschiedkundigewerkengebruikvan tekunnenmaken.

XXXVI

123 HaismaMulier enVan der Lem,Repertorium, 324-325, nr. 377.124 Oorspronck van's Hertogen-Bosch.125 's-Hertogenbosch, Capucijnenklooster, archief hs. nr. 51=Annales civitatis Buscodu-

censis et rerum domi bellique per Buscoducenses gestarum etactuum recitatioper magis-trumWilhelmumMolium chronice ad posteros enarrata.

126 's-Hertogenbosch, Capucijnenklooster, archief hs. nr. 51, fol. 22r.127 's-Hertogenbosch, Capucijnenklooster, archief hs. nr. 51, fol. 34r en 67r: in rubeo codi-

ce, mogelijk is dit het Rood Privilegeboek, een van de stadscartularia.128 's-Hertogenbosch, Capucijnenklooster, archief hs. nr. 51, fol. 30r.129 Hermans,Verzameling vanKronyken, 1-395. HaitsmaMulier enVan der Lem,Reperto-

rium, 109-110, nr. 134.130 Voor een datering van deze kroniek zieVan Bavel,`Nieuwe gegevens', 19-30.131 Hermans,Verzameling van Kronyken, I en 5-6.132 Helaas heeft Hermans deze in zijn uitgave achterwege gelaten.133 's-Hertogenbosch, RA, handschriftenverzameling, inv.nr. 14, voorwoord (ingevoegd

en ongefolieerd).

Hetdriemanschap schreef de kroniekOrigooppidi Buscoducensis,134 die loopt tot1566. Ze haalden hun informatie tam ex veterum ¢dedignis manuscriptis, exem-plaribus, annalibusprivilegiorum, statutorum etactuumpublicorum regestis et pro-thocollis, quam ex antiquissimis Brabantiae, Hollandiae, Gelriae et UltraiectiLatino etTeutonico idiomate impressischronicis.135Mogelijkhebben zeVanOs ge-raadpleegd voor de hoofdstukken over rechten, bestuursinrichting en functiona-rissenvan de stad.Heel nadrukkelijk is dit gebeurdbij debeschrijving van de invalvan hertog Frederikvan Brunswijk in 1478, waarbij deze Grave en een groot deelvanOss verwoestte.136 Ze prijzenVanOs daarom zijn betrouwbaarheid en nauw-gezetheid.137 Even later is Molius hun bron. Daarna gebruiken ze beide kroniek-schrijvers als hun bron.138 Hoe zwaar door hen opVan Os geleund werd voor deperiode rond 1500, blijkt wel uit het feit dat de zeventien pagina's over dezeperiode in het Middelnederlands geschreven zijn, in tegenstelling tot de rest vande kroniek. Hele zinnen en passages vanVan Os zijn overgenomen.

Plattegrond van 's-Hertogenbosch ca. 1540.'s-Hertogenbosch, GA, fotocollectie stamboeknr. 87

XXXVII

134 's-Hertogenbosch, RA, handschriftenverzameling, inv.nr. 14, titel op de rug.135 's-Hertogenbosch, RA, handschriftenverzameling, inv.nr. 14, voorwoord (ingevoegd

en ongefolieerd) en fol. 1r.136 's-Hertogenbosch, RA, handschriftenverzameling, inv.nr. 14, fol. 82r.137 's-Hertogenbosch, RA, handschriftenverzameling, inv.nr. 14, fol. 82r in de marge:Hec

et sequentia usquev excerpta sunt exmemoriis et manuscriptis libris Petri de Oss senio-ris, secretarii Buscoducensis, qui circa illa tempora vixit et ¢deliter accurateque singulagestaTeutonice scripta reliquit.

138 's-Hertogenbosch, RA, handschriftenverzameling, inv.nr. 14, fol. 82v in de marge en83r: Exmanuscriptis prefati Petri de Oss et dominiWilhelmiMolii.

Een tweede zeventiende-eeuwse kroniek is van de hand van Jacob van Oudenho-ven, die vermoedelijk zijn jeugd doorbracht in 's-Hertogenbosch.139Hij trad inbijde orde van deWilhelmieten. Lang duurden zijn kloosteraspiraties echter niet: in1620 trad hij, samen met twee anderen, uit, bekeerde zich tot het protestantismeen een jaar later ging hij theologie studeren in Leiden. In 1631 werd hij benoemdtot predikant van Nieuw-Lekkerland in de Alblasserwaard. In 's-Hertogenboschheeft hij nooit meer gewoond. Naast historische werken over de Alblasserwaard,Zuid-Holland en Heusden heeft hij zich gericht op de geschiedenis van 's-Herto-genbosch en deMeierij. In 1629 al bewerkte hij een deel van de kroniekvan S. Pel-grom.Zijn eerste grote publicatie dateert van 1649 en is getiteld:Beschryvingederstadt endeMeyerye van's Hertogen-Bossche, vervatende desselfs begin, voortganghendewasdom, soovangeestelijckeals wereltlijckegestichten, oprechtigh van't capit-tel ende collegien, maniere van regeeringe ende hare privilegien, bevorderinghehaerder bisdom ende bisschoppen.Midtsgaders: haerderMeyerye, ende de daerin-ne ghelegene steden, baronyen, heerlijckheden ende dorpen. Alles met grooten ar-beyt uyt verscheyde schriften ende papieren tesamen ghestelt ter liefde sijnsvaderlandts.140 Het werd uitgegeven te Amsterdam. In 1670 verscheen hiervaneen heruitgave, gedrukt te 's-Hertogenbosch. Dit keer waren het twee afzonder-lijke boeken in een band, geheel herzien en aangevuld, onder de titels Silva-Ducisaucta & renata of een nieuwe ende gantsch vermeerderde beschrijvinge van de stadtvan s'Hertogen-Bossche vervatende desselfs begin en voortganck, soo van geestelijc-ke als wereldtlijcke gestichten, oprichten van't capittel, ende collegien, maniere vanregeeringhe, ende hare privilegien ende vryheden, bevorderinghe van haer bisdomende bisschoppen, ende meer andere dingen en Een nieuwe ende vermeerderde be-schryvinge van de meyerye van s'Hertogen-Bossche, behelsende alle de baronijen,heerlijckheden, steden, casteelen, vlecken, dorpen, gehuchten.Mitsgadresalle cano-nisijen, commanderijen, abdijen, ende de andere cloosters van verscheyde ordens,ende geslechten daerin ghelegen, derselver regeeringhemet den aencleven van dien.In de Beschryvinge der Stadt ende Meyerye van 1649 zegt Van Oudenhoven veelgebruik te hebben gemaakt van het werkvan Gramaye, historiograaf van de her-tog van Brabant, uit 1609, getiteld Taxandria, in de wetenschap dat enkele perso-nen uit het stadsbestuur deze van historisch materiaal hebben voorzien.141

Vermoedelijk slaat ditop de genoemdekroniekvanEverswijn,VanBalen enLoe¡.Van Oudenhoven heeft waarschijnlijk deze laatste kroniek niet gebruikt, ook alwas hij nog redelijk recent. Hij rept er met geen woord over en noemt evenminde kroniekvanVan Os.In de verbeterde uitgave van 1670 isVan Oudenhoven wat ruimhartiger in de be-schrijving van de bronnen die hem ten dienste hebben gestaan. Naast een aantalgedrukte, bovenlokale werken, noemt hij alle de gheschreven chronijcken ende

XXXVIII

139 Zie voor eenbiogra¢e van JacobvanOudenhoven, zijnwerken en zijn historiogra¢scheplaatsbepalingVanDijk,`Jacob van Oudenhoven'.

140 HaitsmaMulier enVan der Lem,Repertorium, 317-318, nr. 366.141 VanOudenhoven, Beschryvinge der Stadt endeMeyerye, Inleiding.

oude memorien die wy daervan vele ghesien hebben.142 Een aparte vermeldingkrijgt ook nog een Latijnse, oude Bossche kroniek en de kroniekvan Pelgrom,143

maar ook nu zijn er geen aanwijzingen dat hij Van Os' kroniek onder ogen gehadheeft.Uit onvrede met het werk vanVan Oudenhoven schreef Johan van Heurn in hetderde kwart van de achttiende eeuw de vierdelige kroniek Historie der Stad enMeyeryevan's-Hertogenbosch (Utrecht 1776-1778).144 Alsbelangrijkstebronver-meldt hij Van Oudenhoven, die hij corrigeert aan de hand van originele archief-stukken.Hoewel hij bekend is met het werkvanEverswijn c.s., lijkt hij niet bekendmet de kroniekvan Peter van Os.Uit het bovenstaande blijkt dat de kroniek vanVan Os in de Bossche geschied-schrijving niet veel sporen nagelaten heeft. Alleen het driemanschap Everswijn,VanBalen enLoe¡heeft dekroniekgebruikt, en dan nog tenbehoevevan een zeerkorte periode en een speci¢ekonderwerp.Het feit dat dit alleen doordeze samen-stellers, aangesteld door het stadsbestuur, aanwijsbaar gebeurd is, leidt tot de ver-onderstelling dat het handschrift van Peter van Os voornamelijk in de kring vanstadsbestuurders circuleerde.

XXXIX

142 Van Oudenhoven, Silva-Ducis aucta & renata, 7.143 Alsvoren, 7-10.144 HaitsmaMulier enVan der Lem,Repertorium, 182, nr. 221.

Verantwoording van de tekstuitgave en tekstpresentatie

Bij de tekstuitgave is geopteerdvoor een studie-editie, diebruikbaar is voor gespe-cialiseerdwetenschappelijkonderzoek,metnamevoor mediaevisten. In deze stu-die-editie wordt een verantwoorde leestekst geboden, gebaseerd op de autograaf,met commentaar in de vorm van een technische inleiding. Door de bewerkers isafgezienvan het aanleverenvan die wetenschappelijke elementen die van de grotelijn a£eiden,maar met dienverstande datmenbij het we© l gebodene geheel verant-woordwil zijn. Dientengevolge is gekozenvoor een terughoudende tekstkritischeen historische annotatie.Degegevens over personen, plaatsen en instellingen zijnniet in toelichtende noten, maar in de indices opgenomen. Woordverklaringwordt alleen gegeven bij die woorden die niet in een gangbaar lexicon aangetrof-fen worden, zoals bijvoorbeeld in het Middelnederlandsch Handwoordenboek.1

Bij dateringsopgaven wordt geen toelichtende noot gegeven, omdat deze voormediaevisten aan de hand van het Taschenbuch der Zeitrechnung van Grotefendeenvoudig op te zoeken zijn. Hierbij moet menwel rekening houden met de in dekroniek gehanteerde tijdsopgave.2

Voor de tekstweergave is de kritisch-normaliserende methode gekozen, met in-achtneming van de volgende regels:

^ i, j en y zijn niet genormaliseerd in Nederlandse tekstdelen; ii, ij en de letterypsilon met punten zijn getranscribeerd als ii;

^ u, v, uu, vv enw zijn genormaliseerd, behalve in eigennamen;^ getallen weergegeven in Romeinse cijfers zijn niet in Arabische cijfers afge-

drukt;^ hoofdletters en kleine letters zijn naar hedendaags gebruik genormaliseerd;^ afkortingen zijn, zoveel mogelijk naar het voorbeeld of naar analogie van de

voluit geschrevenvormen in de tekst, stilzwijgendopgelost.Veel voorkomendeafkortingen die op meer dan eenwijze kunnenworden opgelost (zoals `voirs.')zijn onopgelost afgedrukt;

^ in de tekst aaneengeschreven woorden zijn voorzover mogelijk naar heden-daags gebruik gescheiden afgedrukt.Woorddelen die in de tekst gescheidenzijn, zijn voorzover mogelijk naar hedendaags gebruik aaneengeschreven af-gedrukt;

^ de tekst is voorzien van interpunctie naar hedendaags gebruik;^ de tekst is ingedeeld en opgemaakt naar hedendaagse normen.VanOs geeft in

de kroniek twee chronologische markeringen aan: de eerste is de jaarindelingop basis van de Bossche schepenjaren; de tweede wordt gevormd door deregeringsjarenvan de Brabantse hertogen, die bovenaan elke folio geschreven

XLI

1 Verdam,MiddelnederlandschHandwoordenboek.2 Zie hiervoor hoofdstuk 7 van de inleiding (betrouwbaarheid en accuratesse).

Markering door middel van punten ten behoeve van de schepennamen door Peter van Os.Tillburg, KUB, Brabanticacollectie hs 339a H3 = KroniekvanVan Os, fol 72r

XLII

zijn. Aangezien de kop over de vorsten, die telkens herhaald wordt, over degehele folio loopt, komt deze kop bij de transcriptie in een aantal gevallen opeen onlogische plaats te staan. Er is voor gekozen om bij de tekstuitgave dekop slechts eenmaal te zetten bij de desbetre¡ende tekstpassage en wel opeen logische plaats; in het notenapparaat is aangegeven tot welke folio dezeherhaald wordt, met de tekstvarianten. Deze koppen staan in groot kapitaal.Het nieuwe schepenjaar geeft Van Os aan met een vaste formulering, gevolgddoor de namenvan de schepenen.Vooral in de beginfase ontbreken na de aan-kondiging de namen. In plaats daarvan plaatst Van Os, uitgaande van hetaantal schepenen eind vijftiende/begin zestiende eeuw, zeven punten onderelkaar.Wanneer hij slechts een deel van de namen kent, markeert hij de legeplaatsen voor de ontbrekende namen met een punt. Er is van afgezien dezepunten in de tekstuitgave weer te geven, met name omdat, op een uitzonde-ring na in 1209, de jaren 1200 tot 1277 uitsluitend jaaropgaven zijn met debijbehorende zeven punten.VanOs heeft de tekst binnen de jaaropgave verderingedeeld in hoofdstukken. Hij geeft in demarge van elk tekstblok zelf een ru-briek aan, een korte samenvatting van de gepresenteerde tekst. Deze rubrie-ken in margine zijn in de tekstuitgave inspringend boven het betre¡endetekstblok geplaatst en aangegeven in vet. Binnen deze tekstblokken is doorde bewerkers een verdere onderverdeling gemaakt bij de transcriptie van deoorkonden. In een aantal gevallen heeft Van Os zelf al een onderverdelingaangebracht en deze gerubriceerd. In de tekstuitgave worden deze zoge-naamde tussenkopjes van Van Os vet aangegeven, beginnend links aan dekantlijn. Ten behoeve van de lezer hebben de bewerkers vanaf p. 8 bovenaande pagina een sprekende hoofdregel met de jaaraanduiding toegevoegd, opbasis van de eerst- of laatstgenoemde datum;

^ vertoont de basistekst gelijktijdige wijzigingen en/of toevoegingen, danwordtde gewijzigde en/ofvermeerderde versie gegeven. Bijzondere gevallenwordenin de noten gesignaleerd;

^ de bijzondere tekens worden als volgt weergegeven: bij de parafrasering ofvolledige uitgave van oorkonden verwijst Van Os aan het eind ervan naar dedesbetre¡ende folio met eventueel het bijbehorende teken (signum) in het car-tularium. In de tekstuitgave staan deze signa tussen haken, in volgorde ge-nummerd, ½1, ½2, ½3 enz. De corresponderende tekens zijn weergegeven inbijlage 2;

^ delen van de tekst die weggevallen of onleesbaar geworden zijn en met rede-lijke zekerheid gereconstrueerd kunnenworden, worden tussen teksthaken [ ]afgedrukt;

^ kennelijke verschrijvingen in de basistekst worden stilzwijgend verbeterd;^ het eind van een folio wordt weergegeven door een Duitse komma /;^ Latijnse zinsneden en passages worden vertaald, aangezien de kennis van het

Latijn bij mediaevisten geen vanzelfsprekende verworvenheid meer is. Bij devertaling zijn de volgende criteria gehanteerd:1 historische passagesworden bij de tekstuitgave in een noot vertaald; het be-tre¡ende nootcijfer wordt aan het eind van de Latijnse passage of de Latijnse

XLIII

woorden geplaatst, met uitzondering van de uitgebreide tekst p. 207-210,waar de noot met vertaling bij het begin staat;2 bij onvolledige jaaropgaven wordt het desbetre¡ende jaartal tussen hakentoegevoegd;3 de repetitieve tekstdelen worden niet telkens opnieuw bij de tekstuitgave,maar slechts eenmaal vertaald in bijlage 1 (Lijst met vertaling vanvaak voor-komende Latijnse zinsneden en passages);4 niet vertaald worden de teksten van oorkonden, de gelatiniseerde eigenna-men met bijbehorende kwali¢caties, een bijbeltekst, het grootste deel van deintroitusvermeldingen en de maandaanduidingen.Wat de oorkonden betreftis vertaling, nog afgezien van het feit dat deze uiterst gecompliceerd is, nietabsoluut noodzakelijkvoor het volgenvan deverhaallijn, omdatVanOs de in-houdvrijwel zonder uitzondering voorafgaand aan het stuk parafraseert of ineen rubriek toelicht.Waar dit niet gebeurt, kan het desbetre¡ende stuk opge-spoord worden via bijlage 3 (Concordantie van kroniek en cartularium). Bijde gelatiniseerde eigennamen is vertaling in een aantal gevallen niet verant-woord, omdat vaak onzeker is of het een achternaam dan wel een beroeps-naam betreft. De bijbeltekst is in een noot toegelicht. De introitusver-melding, het psalmvers als inleiding tot de mis, maakt doorgaans deel uitvan een datering met dagopgave, zodat de datum geen probleemvormt. Alleintroitus-opgaven zijn in overeenstemming met de genoemde dagopgave.Waar het introitus geen onderdeel van een datering met dagopgave is, is dedatum in een noot omgerekend, behalve in de teksten van oorkonden. DeLatijnse maandaanduidingen spreken voor zich.

XLIV

DDit boeck inhelt in den iersten die gelegentheit slantz van Brabant metter toebe-hoerten, die afcoempste ende dedelheit der hoigerdoerluchtiger fursten ende her-togen van Brabant ende daernae voirts van versceyden previlegien, verleeningen,byhore princelicheit den lande vanBrabant ende oic der stat van sHertogenboschverleent; ende voirts van meer andere ordinancien, vonnissen, appoinctementen,compromissen, uuytspracken, con¢rmacien, tractaten ende van meer anderepoincten in cort comprehendeert.

In den iersten is hier tewetene die gelegentheit slantz van Brabant, dat die uuyter-ste provincie is van Almanien ende is liggende aen Neder-Vrancryck, hebbendedenRyn endeVrieslantoostwairt, die BritaenscheZee ende [den]1Vl[eems]schen1

Schoot noo[rtwairt]1, / Neder-Gallien westwairt ende Hoich-Vrancryck zuyt-wairt, hebbende vele vermeerde steeden.Tes oick te wetene dat Brabant gedeylt is in vier quartieren onder vier principaelhooftsteeden, die ziin: Loeuen, Bruessel, Antwerpen, sHertogenbosch.Int quartier van Loeuen zyn dese steden: Thienen, Leeuwe, Aerschot, Dyest,Gemmelours, Geldenaken, Hannuyt, Halen, Landen, Sichenen.Int quartier van Bruessel liggen dese steden: Nyuele,Vilvoirden.Int quartier van Antwerpen liggen dese steden: Lyere, Herentals, Breda, Bergenop den Zoom, Steenbergen. /Intquartier van sHertogenbosch liggen dese steden:Graue,Helmont, Eyndouen,Rauesteyn, Megen.Endevan desen steden zoe ziin naest denvoirs. vier principalen hooftsteden nochdrie andere hootsteden, te wetene:Thienen, Leeuwe, Nyuele.Item die stat vanMaestricht houden van den keyser die hertoge van Brabant endedie bisscop van Luydick tesamen gelyck.Item in Brabant liggen noch grote vryheiden ende dorpen die beter zyn dan som-mighe steden voirs., te wetene: Turnhout, Gheele, Hoichstraten, Beke, Oirschot,Werchtere, Merchtene,Vueren, Tubeke, Lennicke,Ysche, Grymbergen, Assche,Arendonck, Oisterwyck ende meer andere. /Dit ziin die abdyenvan monickenvan Sinte-Benedictusoirdene in Brabant: Gem-melours, Ha¥igem,Vliebeke.Ende die abdyen van nonnen derselver oirdene zyn:Vorst, Bigaerden.Dit zyn die abdyen van monicken der oirdene van Cisteau oft van Sinte-Bernart:Vileer, Sinte-Bernarts op die Scelde, Nyzele.Ende die abdienvan nonnen zyn:Vrouwenparck, Ewyers,Ter CamerenbyBrues-sel, Rosendale, Nazareth, Lintere, Rameye, Florual, sHertogendale, Argenton,Musen by Mechelen. Dit ziinie abdyen van der oirdene van Premonstreyt: Sinte-Michiels tAntwerpen,Grymbergen, Parck,Tongerloe, Heylicgem, Euerbode,Di-ligem. /Van der regulieren Sinte-Augustynsoirdene die abdye van Sinte-Geertruyt teLoeuen.Die abdyen van edelen ion¡rouwen canonickerssen van Sinte-Geertruden teNyuele, gefondeert van Sinte-Geertruden.

1

fol. 1r

fol. 1v

fol. 2r

fol. 2v

fol. 3r

1 Lacune doorgaatjes in het papier.

Tott Loeuen is thuys oft cloester van den commenduer van Sint-Iansheren vanRodes van Sinte-Augustynsoirdene, geheiten Chanterayn, ende hy gaet te raidemetten Staiten van Brabant op die zyde van den banierheren ende oick mettenprelaten.Oeck soe es een cloester oft huys van derselfder oirden tot Tricht.Item te Gemart es een cloester van den commandeur van der oirdenen van denherenvan Pruysschen.Item in denvoirs. lande van Brabant zyn chartroysen, biddende oirdene ende veleandere oirdene, beyde mannen ende vrouwen, die van reformacien zyn ende velevruchten doen, etc.Die banieriien van Brabant sonder den voirs. abdt van Gemmelours, die in denlantraidt die ierste banyerheere geheiten wordt: Aerschot, Gaesbeke, Bierbeke,Perweys, Rotselair, Ghete, Leefdale, Breda, Bouterzem, Grymbergen, Cuyck,Dyest,Wesemael, Du¥e, Rayues, Cranendonck, Boxtel, Sombre¡. /Item ende dese banyeryen ziin bruedersgedeelten van Brabant, te wetene: Aer-schot, Byerbeke, Gaesbeke, Diest, Perweys.Tot desen zyn noch in Brabant sommige ander heren, geheiten ridderen met ge-sellen, als: Huldeberge, Bouterssem, Ryuieren, Boechout, Assche, Lyntere,Wauere. /

van der afcoempsten ende edelheit der hoiger vorstenende hertogen van brabant

Van Adam tot Noe waren tusschen beyde omtrent XIIC iaren endeierst beginnende van Noe

Soe is in den iersten te wetene dat van beginne dat Got almechtich die ierstemenschenAdam endeEuemaecten optenvrydach, zoewaren omtrentXIIC iarentotNoe toe die de arckemaecte tegen die toecomende diluvie. Ende hyhadde driezoonen, te wetene Sem, Cam ende Iaphet doen hyVC iaer oudt was. Ende Noe bybevele Goids met zynen wyve ende met zynen drie zoonen ende met hoeren wy-ven gingen tsamen in der arcken dair Noe C iaer over getymmert hadde. Endewant alle die werelt in der diluvie verdranck, uuytgenomen dese acht personen.Soe zyn van desen drie zoonen comen alle menschen die ye sint in der werelt ge-weest zyn. Nae der diluvien plancten Noe eenen wyngart ende zoe gescyede dengoedenvaderNoe die dronckenscap van denwyne eer hydie cracht deswyns ken-de, zoedat hy ontdect lach neder ter eerden. Ende Cam, zyn zoen, bespotten zy-nen vader, mar Sem ende Iaphet waren beschaempt ende decten hem.Welkedingen Noe daernae vernemende, soe gebenediden hii Sem ende Iaphet, marCam / vermaledyden hy.Van desen drie zoonen worden by Noes tyden geborenende leefden XXIIIIM ende C mannen sonder die vrouwen ende die kynderendier velemeer waren, wantNoewas oudt als hystarf IXC ende vyftich iaren.Endedit volck hadde drie princen, te weten Nemroth van Cams geslachte, Iettan vanSems geslachte ende Su¡ene van Iaphets geslachte. Overmits desen drie zoonenvan Noe is die werelt gedeylt in drie delen, te wetene Asya, A¡rica ende Europa.

2

fol. 3v

fol. 4r

fol. 4v

Asia bewoenden die van Sem quamen, A¡ricabewoenden die vanCam quamen,Europabewoenden die van Iaphet quamen.Van Sem is comen tvolckvanYsrahellendeOnsHere Ihesus Cristus.VanCam zyn comenvele quade tyrannen endevelequade generacien.

Ende voirts van Iaphet, soen van Noe

Iaphet ende Stuna, zyn wy¡, haddenVII zoenen, te wetene Mosoch,Tyras, Go-mer, Lauan, Magoch, Madan, Tubal. / Van Mosoch ende Tyras zyn comen dievanTracien; van Gomer zyn comen die van Galasien ende dairnae die Fransoy-sen; van Lauan ziin comen die Griecken; vanMogoch zyn comen die Siten; vanMadan zyn comen dieMeden; vanTubal zyn comen dievan Spaengien.Men leestoick dat van Iaphet comen zyn XV generacien die Europen besaten, dairaf dievoirs. Su¡ene tot zynen deel nam Creeten endeYtalien. Oeck van desen Iaphetzyn comen die heren van Troyen, van Romen, vanYtalien, vanVrancryck endevan desen Nederlanden ende al meest die kersten.

Ende voirts nae sommige van Lauan ende nae sommige van Su¡enebegint men dafcoempste van Hector vanTroyen

Dese voirscr. Su¡ene nae sommige boecken is afgedaelt van Gomer voirs. endedie beginnenvan hem die afcoemste vanHector vanTroyen. Sommige andere be-ginnen Hectoirs afcoemste van den voirs. Lauan, die enen zoen hadde die Ioniushyet. /

Ende voirts hoe die generacien van Iaphet, Lauan, Gomer ende Suf-fene vergaderen opTros

Nyettemin beide deze generacien vergaderen ten eynde gelyc opTros, die nae zy-nen name maecte die stat vanTroyen.Tros voirs. hadde enen zoen die hyet Ylus,die bynnenTroyen dede maken een paleys ende noemdent Ylyon.Ylus voirs. hadenen zoen die hyet Laomedon. By tyden van desen waert Troyen ierst destrueertvan Iason endeHercules, die in Colcos trocken om tguldenvlyes ende wairt doot-geslagen.Laomedon voirs., die dorde coninc van Troyen, lyet after enen zoen, geheitenPryamus, die de stat vanTroyen weder scoender ende groter dede maken ende byzynen tyde waertse weder destrueert van den Griecken die thien iair dairvoir la-gen; ende dat was XIC ende omtrent LXIX iair voir Christus gebuert. Priamusvoirs., coninc van Troyen, hadde by Heccube, zyn wy¡, vy¡ zoenen ende tweedochteren, te wetene die zoenen: Hector, dierste van den IX besten,1 Paris, Die-phebus, Helenus,Troylus; die dochteren: Cassandra, Polixena. /

Ten tyde van Hector vanTroyen

Hector voirs. haddebyAndromata, zynwy¡, Francion endemeer schoen kynde-ren. Dese Francion, nae die destructie van Troyen, vloet met meer Troyanen bii

3

fol. 5r

fol. 5v

fol. 6r

1 Zie inleiding noot 108.

namenTurcus, dieTroylus soenwas,metAnthenor,met Eneas,met cleyn Priamusende meer baronen ende mennichten van volcke, doelende over zee ende beemp-denvanMeptides1 ende comende int lant vanYsaurien.Turcus voirs. nam een lantinne dat hy nae hem hyet Turkyen. Anthenor nam inYtalien dair hy Paduaen,Ve-negien ende meer steden stichten. Eneas trac oick inYtalien ende Carthagen.Vanhem quamen die coningen van Albanien ende dedelheit van Ytalien. Francionvoirs. blee¡ inYsauria dair hy enen zoenwan die hyet Hector.Hector voirs. had enen zoen die hyet Troylus. Troylus hadde twee zoenen, te we-tene Francion, die blee¡ heer inYsauria, ende Priamus, die track in Hongariendair hy stichten een stat die hy hyet Sicambrien, ende dat was C XVIII iaer naedie destructie vanTroyen.Priamus voirs. hadde zoenen, te wetene Eneas, die blee¡ heer in Sycambrien,ende Priamus. Eneas voirs. hadde enen zoen die hyet Priamus, heer in Sycam-brien. Priamus voirs. had enen zoen die hyet Siluius Brabon, heer van Sycam-brien. /

Ende voirt die generacienvandenvoirs.Hectoir vanTroyen comende

Van Siluius Brabon voirs. ziin comen sess zoenen ende mitsdien hy die al nyet enconste gegueden, verseynden hy die om lant ende goet te gewynnen, van welkenzoenen die namen zyn:Wandalus, dairaf zyn comen dieWandalen; Polixus, dair-nae heyt dlant van Polen; Rusus, nae hem heyt dlant van Ruyssen; Hunus, dairafzyn comen die Huynen; Frixus, nae hem heyt Frigea; Siluius Brabon, die blee¡heer in Sycambrien.Siluius Brabonvoirs. lestgenoempt hadde zoenen ende dochteren ende die outstezoen hyet Hectoir, oic heer nae hem in Sycambrien. Hector hadde enen zoen diehyet Francion, heer in Sicambrien. Francion hadde Francion Brabon, heer in Sy-cambrien. Francion Brabon voirs. hadde enen zoen die hyet Troylus, heer in Sy-cambrien, ende een dochter die hyet Ylya, dair Mars aen wan twee zoenen diehyeten Romulus ende Remus, dairaf zyn comen die Romeynen. /Troylus voirs. lyet after enen zoen die hiet Brabon. Brabon voirs. liet after enenzoen die hyet Siluius Brabon. Siluius Brabon voirs. liet after enen zoen die hyetHector Brabon. Hector Brabon voirs. lyet after twee zoenen, te wetene: Demo-phon, die wan enen zoen die hiet Tarquinus Priscus, diewelke regneerden conincteRomen; Palamides, heer in Sycambrien. Palamides voirs. liet after drie zoenen,te wetene: Brabon Siluius, heer in Sycambrien; Deiphebus, heer in Deenmarc-ken; Prias, quam in een eylant dat Pontus hyet, dairinne Pilatus2 namaels was ge-sonden.Brabon Siluius voirs. lyet after twee zoenen: Dyomedes, die creech dlant vanAf-friken; Priamusblee¡ heer in Sycambrien. Priamus voirs. lyet after enen zoen diehyet Philomenus, heer in Sycambrien. /

4

fol. 6v

fol. 7r

1 Waarschijnlijk een verschrijving voorNeptunus.2 In margine nota.

Die hercoempste van Iulius Cesar

Philomenus voirs. hadde drie zoenen, tewetene:Archadius, die track inGrieckenende aldair in een lant dat hy nae hem noempden Archadien, dair hy wanne enenzoen geheitenHus, die vader van Iulius Cesar, ende aldus is dedelheit comen uuy-tenTroyanen; Macedo, die trackwonen in een lant dat hy oic nae hem noempdenMacedonien, endehywasvader van Philips, desgroten coninxAlexandersvader;Priamus, heer in Sicambrien.Priamus voirs. had enen zoen die hyet Brabon, dieblee¡ heer in Sicambrien, endeeen dochter die hyet Polixena, die enen man creech, geheitenNeptanabus, conincvan Egipten, tovenaer, die men seegt dat Alexanders moeder bedroech by igno-rancien. Brabon voirs. liet after eenen zoen Laomedon, heer in Sycambrien. /

voir die geboerte onss heren1

Laomedon lyet after eenen zoene geheiten Pelius, die heer blee¡ in Sycambrien.Pelius voirs. lyet after twee zoenen diebeydehyetenTroylus, dairafdeenwairt heervanYerlant ende dander blee¡ heer in Sycambrien.Troylus voirs., heer in Sycam-brien, lyet after enen zoen Troylus Brabon. Troylus Brabon voirs. lyet after enensoen Priamus, heer in Sycambrien. Priamus voirs. lyet after eenen zoenFrancion,heer in Sycambrien. Francion voirs. lyet after enen zoene Siluius Brabon.Siluius Brabon voirs. lyet after enen zoen Troylus Brabon.Van hem quamen tweBrabone, deen nae dander. Dairnae quam een die hyet Hector.Van dien Hectorquam noch een Brabon, al heren in Sycambrien.Van dien Brabon quamPriamus,heer in Sycambrien. /

Hoe ierstwerven dlant dat nu eensdeels Brabant is, gelegen tusschenden Ryn ende Sceld, is begrepen ende by wyen volgt

Priamus voirs. lyet after enen zoen die hyet Francio, heer in Sicambrien. Franciovoirs. lyet afterXIIII zoenen endevy¡dochteren, die hii nyet all gegueden en con-ste ende ga¡alsoe zynen zoenen scat datse dlantbesuecken zouden. Onder welkezoenen die outste blee¡ in Sicambrien ende die iongste, geheiten Brabon, trac inGriecken by den voirs. hertoge Hus, hertoge van Archadien. Desen Brabon, mitsdat hii sterc, vroem ende wyss was, ga¡ hem die hertoich een van zynen edelenvrouwen, dairaen Brabon voirs. wan twee zoenen, te wetene Brabon ende Eneas.Terselvertyt creech die voirs. hertogeHus enen zoen, Iulius geheiten, die gesnedenwaert uuyt zynder moeder lichaem, dairom hyet hii Iulius Cesar ende oickhyet hyGayus; ende een dochter die hiet Zwane.Ende onder dander had Francio voirs. noch enen zoen, die hyet Kaerle. DeseKaerle quam in dit Nederlant tot heydenTongeren endewaert heer van desenNe-derlant tusschen denRyn ende die Sceld ende dedemaken een casteel optenWael,geheiten Megen, dat nu Nymmegen is. Ende dese Kaerle creech enen zoen dieoickhyetKaerle.WelkeKaerle naederhantquamoicwoenenbydenvoirs. hertoge

5

fol. 7v

fol. 8r

fol. 8v

1 Herhaald tot en met fol. 11r.

Hus ende becroep Zwane, zyn dochter, die hy in dit / Nederlant bracht endecreech dairbii eenen zoen, geheiten Octauiaen, ende bleven woenen tot Tongerenende tot Nymmegen, ende een dochter die hyet oick Zwane, als hier nu vercleertzal werden ende sunderlinge van den voirs. Iulius, Zwane, syn suster, ende Bra-bon.Desevoirs. ionghe Zwane, nicht van denvoirs. Iulius, creech tot enen manBrabonvoirs., diewelkewas coninc vanAgrippinen, dats Coelen, dats van denRiin totterSceld toe, ende oic coninc van Doeringen ende oic mercgreve des Helichz Rycx,ende dairaf zyn voirts succedeert die hertogen van Brabant, als hierna blyct.Brabonvoirs. endeEneas, gebrueders, wyessen tsamenmet IuliusCesarop. Iuliuswairt een geleert man ende dairomwairt hygecoren van den Romeynen een con-sul te zyn ende een capiteyn. Die Romeynen hadden drie capiteynen, te wetene:Crassus, wairt gesonden in Persen ende Meden, dair hem om zynrer giericheitgesmouten goutwaert gegoten in zyn kele; Pompeyus, die bewaerdenRomen; Iu-lius, die conquesteerden ende creech Almanien, Zwauen, Zassen, Doeringenende dese Nederlanden. Ende Iulius voirs. maecten den voirs. Brabon conincvan Doeringen, want hy hem zeer beminden.Vandair quam Iulius tot Coelen,dat hyet Agrippinen, ende die stat was thoeft van den conincryc vanAgrippinen,begripende allet lant van den Ryn tot Scelden toe, ende Iulius versloech hoerenconinc ende maecten denselven Brabon doen aldair regeerder.Vandaer trac / Iu-lius nederwairt ende int reysen stichten hyGuylke.Vandair trackhyover dieMazetot in Vlaenderen, dat doen hyet tFelle Wout Sonder Genaden1 ende comendedair die Leye in de Scelde valt, dair stichten hy een stat, die hii hyet nae zynen na-me Gand, want hy Gayus hyet.Vandair trac hii tot Boonen. Dair track hy twee-werven over stryden in Engelant ende wairt alle mael wederomme geslaigenmits gebreckvanvolcke. Alsoe dat Iulius seynden drie van zynen heren, by namenBrucus,2 Crassus ende Ecliopus, omme te halen den voirs. Brabon, coninc vanAgrippinen, dat nuColen heyt, ommehembystant te doen.Welke Brabon mettenzelven heren, die nochtans Brabon zeer benyden, getogen is met groeter machtende zyn gecomen tot Loeuen. Daer stont enen tempel dair die heren den afgotMars plegen te looven. Mar ennige seggen dat Brabon aldair Iulius geloefdenende eedt dede van des Rycx van Romenwegen, doen hy dlant van hem ont¢nckdat nu Brabant is. Dairomme is noch Loeuen die hooftstat van Brabant.

Dat Brabon den reuse versloech

Dieselver Brabon toech vandair voirt metten voirs. drie heren den rechten wechnae Ghent ende lydende dair een lant dat voll ryetz stont, seyden Brabon voirs.:`Hier moet ummers /een water by wesen'. Dairop antwoerden een die tlant ken-den, dat dairby lyep een ryvier die de Sceld hyet, ende dat aldair op die passagiedair zyover musten scepen, leech een rueze op enen torne endewachten dair dentoll.Want wye over die Sceldwoude varen, die moste dair zyn hant te toll laten ofttegens den rueze vechten. Alsoe dat die voirscreven Brabon, comende omme over

6

fol. 9r

fol. 9v

fol. 10r

1 Zie inleiding noot 109.2 Aldus hs., leesBrutus.

te varen, den reuze bevochte ende sloech hem ziin rechterhant a¡ ende dairnaezyn hooft. Ende nam Brabon voirs. des reuzen hant ende werpsche omtrent derhalver Scelde. Ende alsoe verre Brabon die hant werp, behoert die Sceld aenBra-bant ende van dien hantwerp heeft Antwerpen den naem noch behouden.

HoeAntwerpen een mercgrefscapwairt

Dat gesciet toech Brabonvoirs. met allen zynen geselscap over die Sceld inVlaen-deren tot Gendt ende vandair voirt tot Bonen, dair Iulius voirs. lach. Ende doentrac Iulius over met Brabon voirs. ende allen hoeren her in Engelant dair zii denconinc versloegen ende maecten Engelant onderdanich den Romeynen. Endevandair toegen zy weder in Vlaenderen ende vandair ter plaetsen dair Brabonvoirs. den reuze versloech ende dair den / voirs. torne stont dair die voirs. reuseop lach, dair Iulius een borcht dede maken ende maecten die plaetze ende dieeerde heilich1 nae die Roemsche ende heydensche manier ende ga¡ dair schoenerechten ende previlegien ende hy maecten den voirs. coninc Brabon, omdat hyden reuze verslagen hadde, marcgree¡ sHeilichs Rycx. Ende om den hantwerpdie Brabonwerp, bleeft heetendeHantwerpen. Ende Iulius ga¡der stat diewapeneen borcht van zilver in een velt van keelen ende oic twee handen omdat Brabondie hantwerp. Ende alsoe vueren noch die hertogenvan Brabant den tytel van denmercgreefscap des Heilichs Rycx van des keyserrycx van Romenwegen.1

Vandair trac Iulius voirs. naeVrancryc ende sloech neder te Cameric. Ende alsBrabon voirs. vernam dat Iulius dair rusten, nam hy een sceep in de Scelde endewoude by Iulius tot Cameric varen spoelen. Ende onderwegen comende vant hyeen dall dair vele zwanenwaren. Ende Brabon ginc nae enen zwaen schieten,mardie zwaen ontvloet hem ende Brabon zwoer hy zoude den zwaenvolgen. Ende hyvolghden den zwaen lancx den water tot Nymegen in Gelderlant. Ende dair wasIulius Cesar suster / die Zwane hyet,2 die met Kaerle, heer vanTongeren, neder-comenwas. Ende doen zysach dat Brabonvoirs. den zwaen diehygevolchthadde,woude scyeten, ryepsche uuyt hoeren sloot in Griecscher talen: `Heer ridder, laetmynen zwaen zyn leven'. Ende Brabon voirs. verwonderden zeer wye die vrouwewesen mochte ende ginc uuyten sceep opt slot ende doen hy dair boven quam,kenden elckden anderen,want zii tsamen inArchadienbyden hertogeHus, Zwa-nen vader, opgewassen waren. Ende Brabon voirs. trac vandair terstont nae Ca-meric by Iulius ende ga¡Zwane denselven Brabon een cleynbeeldekenvan goudedat Iulius moeder plach tehebben, omdat Iulius, harenbrueder, tebrengen.Dair-mede Iulius zeer blyde was ende toech terstont met Brabon tot Nymegen by zynzuster Zwane voirs., die hem thoenden Octauiaen voirs., haren zoen, ende eenionge dochter, die Zwaen oeck hyet, ende claechden dat hair heer gestorven weerendewasheer vanTongeren. Ende Iulius dedehair slootheelvermaken ende alsoeheytet nuNymegen dat tevoerensMegen hyet. Ende Iulius nam tot hemwairt denvoirs. Octauiaen, zynen neve. Ende hii gafdenvoirs. Brabon zyn ionge nichte, oicZwane geheiten, ende dairmede tconincryc van Agrippinen, dats Colen1, ende

7

fol. 10v

fol. 11r

1 In margine nota.2 In margineVoir Onss Heren geboerte.

allet lant van opten Ryn totter Scelde toe, dairinne Brabant begrepen is, behou-delic dat Iulius suster het hal¡ / ryck behouden zoude zoelange zii leefden. Bra-bon voirscr. wan aen de voirs. ionge Zwane eenen zoen dien hii hyet Kaerle.Vandair trac Iulius naeLoeuen dair hydieborchtdedemaken. Endeomtrent tweemylenvanLoeuen schoethyenen aer vlyegende ende dairnaeheytnochAerschot,dair hy een casteel dede maken.

Dat Brabon voirs. vermoerdt wairt

Ende zoe dan, mitsdien dat Iulius bovenvy¡ iaren hemvan denRomeynen statu-eert in desen Nederlanden blee¡, wairden die Romeynen op hem toernich. Endemitsdien meynden Pompeyus, die bynnen Romen alsdoen een capiteyn was, denvoirs. Iulius uuyt Romen te weren. Dwelc Iulius vernemende trac opwairts naeRomen met Brabon voirs. ende den voirs. Octauiaen, zynen neve, ende met allenzynen volck ende comende voir Romen, zoe quam hem Pompeyus met grootermacht als vyant tegen. Dair vochten zii enen groten strydt ende in denselvenstrydt waert Brabon voirs. vermoert van achter, als van den voirs. Brucus,1 Cras-sus ende Ecliopus die hem haetten. Ende nae vele vechtinge wan Iulius Cesar denstrydt. Pompeyus voirs. vloet in Egipten, dair hem Iulius naetoech ende vandairvloet Pompeyus in Alexandrien dair hy onthoeft wairt ende thoeft waert Iuliusgesonden. / Iulius voirs. keerden wederomme uuyt Egipten ende quam metmachte bynnen Romen ende hy wairt aldair van den Romeynen gemaect een ee-nich prince des noyt tevoerens en hadde geweest. Ende dat was omtrent XLV ia-ren voir Cristus gebuerte. Ende int vierde iair zyns riicx waert hy vermoert optCapitolium, dair hy in den raet stont.Dese Iulius Cesarhadde denRomeynen on-derdanich gemaect Ytalien, Almanien, Gallien, Engelant ende meer landen.

Voir Ons Heren geboerte omtrent XLV iaren was Iulius. Ende om-trent IIII iaren dairnae dat Iulius doot was, waert keyser OctauianusAugustus als omtrent XLIX iair voir Ihesus geboerte

Alsdoenwairt Octauianus Augustus keyser vanRomen. Hy creech alle die wereltonder een monarschie. Die werelt was onder hem in groeter vreden XII iarenende in zyn XLIIen iair wairt Christus Ihesus geboeren. In diere tyt was Sibilla,die van Cristo propheteerden ende die doen den voirs. keyser Octauiaen ver-thoenden in den hemel een schoen maigt, houdende een kyndeken in hair armen.Ende zy zeyden den keyser: `Dit kyndt is meerder dan du bist, hem aenbidt'. Zoehydede ende eerdent met wyerock, etc.

Tussen den tiit dat Adam gescapen ende OnsHeer Ihesus Cristus ge-boerenwaert, waren omtrentVM IIC iaren

Nae seggenvan sommige godlyke doctoren ende nae seggenvan sommige soewa-rent VMC XCV iaren ende IIÃÙÄ maent tusschen die tyt dat Adamwaert gescapenende dat Onser-Liever-Vrouwen-Marie die bootscap quam als datse den zoen

45 v. Chr.

8

fol. 11v

fol. 12r

1 Aldus hs., leesBrutus.

Goidz soude ontfangen, dwelc gesciede in de leste weeck van den mert op enenvrydach; ter compleettyt quam die engel Gabriel ende ter middernacht sprackMaria: `Exite ancilla Domini'.1

teser tiit waert onse heer ihesus cristus geboren

Kaerle voirs., zoen van den voirs. Brabon die voir Romen vermoert wairt, diesel-ver Kaerle wairt nae des voirs. Brabons, zyns vaders, doot coninc van Agrippy-nen, dat nu Colen heyt ende dat van opten Ryn totter Sceld toe strect, ende oicconinc van Doeringen ende mercgree¡ des Heilichs Rycx. Die voirs. Octauiaen,keyser vanRomen, vermeerderden denvoirs.Kaerle zyn ryckvan derEluen totterScelden toe ende van derVriesscher / Zee tot Vermendoys ende verleenden hemvele previlegien, want hy zyn oem was, ende die voirscreven Kaerle regneerdenLXXXI iaren ende in zynre tyt wairt Onss Heer Ihesus Cristus geboeren.Kaerlevoirs., dierste van dien name ende tweeste coninc vanAgrippynen, dat nu Coelenis, hadde twee zoenen, te weteneTitus, die blee¡ coninc in Germanien endeDoe-ringen endewas die vader vanVespaciano, die met Titus, zynen zoen, Iherusalemdestrueerden; ende danderKaerle, die blee¡ coninc vanAgrippinen, dat nu Coe-len is, metten lande tusschen den Ryn ende der Sceld ende tusschen die ZuyerzeeinVrieslant endeVermendoys, dair dat lant van Brabant in besloten is,2 ende be-gan te regneren int iair Ons Heren XXXIX ende regneerden XLI iair. Kaerlevoirs. lyet nae hem twee zoenen, te wetene Brabon, die blee¡ coninc vanVermen-doys totterWestzee toe, dat nuVrancryckheyt, /endeKaerle, die blee¡coninc vanAgrippynen, dat nu Coelen heyt, ende mercgree¡ des Heilichs Rycx ende die be-gan te regneren int iair Ons Heren LXXX ende regneerden LXV iaren. Kaerlevoirs. lyet nae hem enen zoen die oick Kaerle hyet ende was die vierde van dienname ende vyfte coninc vanAgrippynen ende mercgree¡ des Heilichs Rycx endehybegan te regneren int iairOnssHerenCXLVendehy regneerdenLXViaren. Intydenvan denvoirs. Kaerle worden gecruyst XMmartelaers in Armenien. Kaerlevoirs. lyet nae oick enen zoen die oick Kaerle hyet ende was die vyfte van dyenname ende seste coninc van Agrippinen ende was nae zyns vaders doot conincX iaren. /

nae onss heren geboerte c lv iaer

Kaerle lestgenoempt lyet oeck after enen zoen die Kaerle oick hyet ende was dieseste van dien name ende VIIte coninc van Agrippinen, dats nu Coelen, endemarcgree¡ des Heilichs Riicx ende began te regneren als men screef C LVendehy regneerden C ende vy¡ iaren. In deser tyt worden Sinte-Barbara ende Sinte-Cecilia gemarteliseert. Kaerle voirs. lyet oic after enen zoen die oick Kaerle hyetende was dieVIIte van dien name ende dieVIIIte coninc van Agrippynen, dats nu

155 n. Chr.

9

fol. 12v

fol. 13r

fol. 13v

1 Lucas 1, 38.2 In margine nota.

Coelen, endemarcgreefdesHeilichsRycx endebegan te regneren int iairOnsHe-renCCLXendehy regneerden drie iair. Kaerle voirs. lyetoick after enen zoen dieoickKaerle hyet, die Schoene, endewas van dien name dieVIIIte ende coninc vanAgrippinen ende marcgree¡ des Heilichs Rycx die IXte. Hy began te regneren intiair Onss Heren CC LXIII ende hy regneerden LXII iaren ende hy wanNoerwe-gen, Deenmarcken ende Zweeden.In deser tyt was die heilige paeus Siluester, die den groten keyser Constantiindoepten. /

hier ccc xxv nae ons heren geboerte

Oeck in der tyt voirs. omtrent die iaren CCC VII worden gemarteliseert Sinte-Katheryn, Sinte-Margriet, Sinte-Agneet ende nochXXXVIIMmartelaren. Oeckcorts dair tevoerens worden gemarteliseert ontalike martelaren. Ende oick om-trent den iair CCC XV leefden Sint-Anthonys ende vele meer andere heremitenin Egipten. Ende corts dairnae leefden diewerdigebisscop Sinte-Nycolaus.Kaer-le die Schoene voirscreven lyet after twee zoenen, te wetene Eneas ende Brabon,die wairt coninc van Agrippinen ende marcgree¡ des Heilichs Rycx in iair CCCXXV. Hy regnerden XLI iaren. In die tyt leefden Sint-Ian Guldemont, bisscopvan Constantinopole. Brabon voirs. lyet after enen zoen die hyet Kaerle metterCorter Noze.

nae ons heren geboerte ccc lxvi

Desewas die IXte van dien name ende/die thienste coninc vanAgrippynen, datsnu Colen, ende hybegan te regneren int iaer Ons Heren CCC LXVI ende hii reg-neerden XII iaren. Hy was oick mercgreve des Heilichs Rycx.Welke Kaerle, na-dien hy verdreven hadde geweest, wairt hy in Cristo geloevende. In diere tytleefden Sinte-Iheronimus, woenende tot Bethleem aen Ons Heren cribbe, endeSinte-Ambrosius, eertsbisscop van Meylanen, ende Sinte-Marten, eertsbisscopvanTours. Ende omtrent den iaer Ons Heren CCC LXXX leefden Sinte-Augus-tyn in A¡riken. Kaerle metter Corter Nozen voirs. lyet after een zoene geheytenAnsises, die nae zyns vaders doot wairt coninc van Agrippynen ende mercgree¡des Heilichs Riicx. Ansises voirs. began te regneren int iair Ons Heren CCCLXXVIII ende regneerden XXX iaren ende was heyden. Dese Ansises, mitsdienhy zulkenenprevilegien endevryheiden alsOctauiaen, diekeyser, denvoirs.Kaer-le, zynen neve, den tweesten coninc van /Agrippynen, hadde gegeven, nyet over-geven en woude, wairt hy van den keyser Graciaen bevochten ende gevangengevuert tot Romen, dair hyVII iaren in gevenckenisse was. Ende aldus in geven-ckenisse wesende, wairt hy denckende dat hy in zynre stat van Agrippynen, datsnu Coelen, dycwyle hadde hoeren seggen dat die bysscoppen ende priesteren derkersten leerden, zoe wye in Cristo geloefden, die creech hulpe ende bystant, endealdus denckende ryep hy Cristum aen ende geloefden, mucht hy uuytcomen, hyende alle zyn volck souden kerstenwerden.

260

10

fol. 14r

fol. 14v

fol. 15r

ccc lxxxvii nae ons heren geboert

Ende nyet lange dairnae zoe gescyedent dat die voirs. Graciaen, die keyser, ster¡endeTheodosius wairt keyser als men scree¡ CCC LXXXVII. Ende die keyserlyet denvoirs. Ansises uuyter gevenckenissen, omdat hyhem soudehelpenweder-staen Maximiaen, den coninc van Engelant, die keyser woude wesen endeTheo-dosiumverdriven. Ende doe Maximiaen vernam dat Ansises hem bystant zoudedoen, te weten den keyser, doen toech dieselver Maximiaen in Ansises ryck, datdestruerende, endewan die stat vanAgrippinen, dats nuCoelen, dair hy vantAn-sises wy¡, die coninginne, met eenen zoen van VII iaren, welken zoen conincMaximiaen kersten dede doen ende heyten Brabon, om deswille dat dieTroyaen-sche heren Brabon hyeten.

Hier creech dlant gelegen tusschen die Maze ende Sceld den namedattet Brabant heyt ende zynen yersten heer genoempt een princevan den lande1

Ende dese Maximiaen ga¡ desen iongen Brabon dlant dat hy gewonnen haddetusschen die Maze ende die Sceld ende nae dien Brabon wairt tselver lant gehey-ten Brabant.Ende desen Maximiaen toech voert in Ytalien tegens Theodosium, den keyser,dair hy van denselven / keyser wairt verslaigen. Ende doen nam die voirscrevenconinck Ansises oirlo¡ ende toech tot zynen lant wairt.Teser tyt leefden Sinte-Marten. Ende comende tot Tours vant hy dair Sinte-Mar-ten ende ont¢nc tkorsdom van hem ende alle die by hem waren.Vandair toech2

voirt in zyn lant, dat hy vant verdestrueert. Mar doen Ansises vernam dat dievoirs. Brabon, zyn zoen, woenden tusschen Maze ende Sceld ende dat Maxi-miaen hemdat lant gegeven hadde ende Brabant geheiten, zoe toech hy totten sel-ven Brabon, zynen zoen, ende was waeltevreden dat hii corsten was met zynenvolcke. Ende die voirs. Ansises nam zyn vrouwe ende toech tot Agrippinen, datsnu Coelen, ende dede die stat vermaken ende zyn volcke kersten doen endeAnsi-ses voirs. creechby zyn huysvrouwenoch enen zoen, die hyetKaerle, dieblee¡naehem coninc van Agrippinen, ende een dochter, die hyet Voraya.

Heymskynderen

Dese Voraya wan by Heyman, greve van Dormunde, haren man, vier zoenen:Reynout, leegt tot Dormunde verheven zant; Rogier; Olyuier; Adolairt, dese ley-den een heilich leven in dabdye van Corbye. Die voirs. vier zoenen, geheiten dievier Heymskynderen, voeren stryden mettenvoirs. Kaerle, hoeren oem, tegen dieHunen, Gooten ende die sommige worden gemarteliseert.

387

11

fol. 15v

1 In margine nota.2 Aldus hs., men verwacht hierna hy.

Oirspronck van den name Franck, dairnae Francryc oirspronckelicheyt

Hier is oecktewetene dat naedien die Alanenby tyde des keysersGraciaen, vadervan den voirs. Graciaen, Romen hadden belegen ende die Troyanen, die doenwoenden in Pannonien ende in Sicambrien, ten versueck des voirs. keysers Ro-men hadden helpen ontsetten, soe ga¡ dieselver keyser hen quyt haren tribuyt Xiaer lanc ende maectense vrii ende dairomme hyetense doen voirtane Francken.Want franck in Griecken is vry ende coen. Mar naderhant, nae dode des voirs.keysers Graciaen, worden dieselver Francken oft Sicambrinen van Graciaen, zy-nen zoen, omdatse hem genen tribuyt geven en wouden, verdreven ende quamenwoenen opten Riin, dair zy stichten Franckevoirt, Santen, Bonne ende meer an-dere steden ende besloegen dlant van der Denouwen tot opten Ryn. /

nae ons heren geboirte int iaer iiiic xxvii

Van den iersten coninc vanVrancryck.1Dat die coningen van Vranc-ryc oic zyn comen uuytenTroyanen1

Ende alzoe als die voirs. coninck Ansises noch leefden ende die voirs. Franckentvoirs. lant van derDenouwen totoptenRyn haddenbeslagen ende dairwoenden,hadden zy enen hertoghe die hiiet Priamus. Priamus hadde enen zoen die hyetMercomirus, die der voirs. Francken hertoech was XXXIII iaren. Mercomiruslyet after een zoen die hyet Pharamundus ende die was die ierste gecroende co-ninc over die Francken ende hy regneerden X iaren. Ende in zynrer tyt soe ster¡die voirs. conincAnsises, tewetene int iair OnsHerenCCCCXXVIIendeKaerlevoirs., ziin zoen, blee¡ nae hem coninc van Agrippinen, dats nu Coelen. Mar hyen was geen marcgree¡ des Heilichs Rycx, want dat blee¡ aen Brabon, zynenbrueder voirs. Nae den voirs. Kaerle wairt zyn zoen, coninc wesende van Agrip-pynen, veriaecht van denvoirs. Francken, die tconincryc vanAgrippinenwonnenmetten zwerd ende voirt dlant van Gallien dat nuVrancryc heyt.

Dierste prince in Brabant korstenwesende oick

Brabon voirs., Ansises zoen, die tot zynenVII iaren wairt dyerste prince in Bra-bant, hy woenden op Haspegouwe ende dede dair maken een stadt ende hyetseLanden omdat hy dair ierst landen, ende hy was oec marcgree¡ des HeilichsRycx. /

427

12

fol. 16r

1 In margine nota.

nae ons heren geboerte iiiic liii iaer

Ende als hyoudtwas XX iaren, zoe quamen die ongelovigeHuynen endeGootenin zyn lant, die mett Attila, hoeren coninc, vele landen destrueerden ende die ker-stenvervolchden. Brabonvoirs. was heer LI.1 In diere tyt, omtrent den iair CCCCLIII, worden die XIM maighden tot Coelen gemarteliseert van den Hunen endedairnae wairt Coelen gedestrueert.Brabonvoirs. lyet after enen zoengeheytenBrabon, die tweeste prince in Brabant.Hy began te regneren als men scree¡ CCCC LIX ende hy regneerden LX iarenende woenden oec te Landen in zyns vaders stat. In zynre tyt leefden die voirs.Pharomont, der Francken coninc, ende hy lyet after enen zoen geheyten Clodius,die al temechtigen conincwairt. Hy wan dlant van denRyn totDoernic ende Ca-meric toe ende dlant tusschen den Ryn ende Sceld ende die voirs. Brabon verloesoec Brabant, dat hymet dienenwedercreech. Clodius voirs. regneerdenXVIII ia-ren ende zyn neve die hyet Meroueus, wairt nae hem coninc. Meroueus wanHil-dricus ende die wan den moigende coninc vanVrancryc die hyet Clodoueus, diegedoeptwairt van Sinte-Remeys. In diere tyt regneerden diemoigende conincAr-tur, coninc van Engelant, eenvan den IX besten. Brabonvoirs., Brabons zoen, diedorde prince, ende hybegan te regneren int iair CCCCC IX2 ende hii regneerdenLI iaer. /

int vc lx iaer nae ons heren geboerte

Ende dieselver Brabon stont oick onder die coningen vanVrancryc gelyc zyn va-der, hen dienende in stryden.Teser tyt leefden Sinte-Remeys,3 daera¡ Clodoueus gedoept wairt ende die wasdie ierste korsten coninc vanVrancryck. Ende die moigende coninc Clodoueusvoirs. vermeerderden hem zyn ryck totter Zeynen toe ende naedat hii enen groo-ten strydtmettenHoich-Duytschen hadgehadt dair hy tebovenginc, wairt hy ker-sten ende gedoept van Sinte-Remeys voirs. als voirs. is in de stadvan Ryemen, tenvermaenvan die heilige Clotildis, zynre coninginnen, dochter coninxCilprix vanBourgoindien, die een korsten vrouwe was. Ende met hem worden gedoept IIIM

mannen. Ende int doepen quamdair eenwitte duve endebracht dair een pullekeneen4 haren beck met heilige olye, dairmede Sinte-Remeys den voirs. coninc Clo-doueum salfden endewerden noch alle coningenvanVrancryckdairmede gesalft.Nae welcken doepsel die voirs. coninc Clodoueus hyet Lodouicus. Brabon, diedorde prince voirs., nae vele feyten van wapeningen by de coningen vanVrancrycgedaen, ster¡ int iair Ons Heren CCCCC ende LX. Hii lyet after een zoen gehey-ten Kaerleman, die oeck was altyt by den coning vanVrancryc als zyn oppersteraet.

560

13

fol. 16v

fol. 17r

1 Aldus hs., men verwacht hierna iair.2 In margineVC IX.3 In margine nota.4 Aldus hs., men verwacht in.

Teser tyt began die oirdene van Sinte-Benedictus.Clodoueus voirs. lyet after vier zoenen, te wetene: Diederick, die lyet after denheiligen Clodoaldus; Lodomiris; Hildebeert; Lothariis. Dese deilden tryck,mar nae quamt aen Lothariis all. /

nae ons heren geboerte vc lx iaer

Groet-Lothryck

Lothariis voirs. lyet after vier zoenen, die oeck underling dat ryc deylden. Marnaemaels quamt aen Cilprick, een van zynen vier zoenen, ende zyn nacomers.Coninc Cilpric creech by Frigegondis, zyn coninginne, enen zoen geheiten Lo-tharis ende die naemaels hyet die groote coninc Lotharys.Welke conincLotharys,nae groete stryden gehadt, waert coninc van drie conincrycken, als van Oest-Vrancryc, dwelc anders hyet Groot-Lotharys, dairinne Brabant begrepen is, endevan West-Vrancryc ende van Bourgoindien, ende hy regneerden over die Fran-s[oy]sen1 XLIIII. Kaerleman voirs. began te regneren int iair CCCCC LX. Hywas een dueghdelic kersten man, oic zyn woenstat houdende tot Landen endeoic hem houdende gemint by coninck Cilprick, alsdoen die dorde kersten conincvanVrancryc, want hy zyn lant tot dier tyt van hem te leen most houden. Kaerle-man voirs. regneerden prince in Brabant ende op Haspegouwe LV iaren. In diertyt leefden Sinte-Amand, bisscop van Tongeren, dairaf den stoel doen stont totTricht. Noch leefden doen Sinte-Benedictus, Sinte-Lenart, Sinter-Baue, Sinte-Autbeert, bisscop tot Cameryc. Ende oick doen leefden die groete paeus Sinte-Gregorius. Hy was van Sinte-Benedictusoirden. Oeck in tyde Kaerlemans voirs.als int iairVIC XIIIwaert Eraclius keyser, die Cosdras, coninc van Persen, dodenende dat heilige cruys OnsHerenweder bracht te Iherusalem. Int tweeste iair vanEraclius ster¡ Kaerleman voirs. /

vic xv

Kaerleman voirs. lyet after twee salige kynderen, te wetene: Pippiin van Landen,die hertoge wairt; ende Amelberge, die hadde eenen zoen die een greve was endedie by Bertilia, zyn huysvrouwe, hadde twe heilige kynderen als Sinte-Aldegondende Sint-Woutruyt, die nam teman Sinte-Vincent, greve vanHenegouwe, die aenhair wan Sinte-Landric, bisscop van Metz, ende twee devote meechden als Ma-delbeert ende Altruyt; ende een dochter die oick hyet Amelberge. Die troudenenen groten heer geheitenWitgeer, woenende opte palen van Brabant tot Ham.Ende die wan aen hair vy¡ heilige kynderen, als te wetene: Sinter-Goelen; Sinte-Reynelt, die leefden XC iair, als XXX in den mechdelycken staet, XXX in denhuwelic staet ende maigt blivende ende XXX in den weduwelycken staet; Sinte-Pharelt; Sinte-Emelbert, bisscop van Cameric; ende Sinte-Venancius.

560

14

fol. 17v

fol. 18r

1 Onleesbaardoor inktvlek in het hs.

Hier waert Brabant een hertoichdom. Cleyn-Lothryck dat in Arde-nen ende omtrent Aken leegt

Pippiin voirs. wairt nae Kaerleman, zynen vader, prince ende dat als men scree¡VIC XV. Hy stont oeck vromelic by de coningen vanVrancryc, gelyc zyn oudershadden gedaen. Dieselver Pippyn creech ten huwelic des hertogen dochter vanAquitanien, geheitenYdeberge oft Sinte-Itte, dairaf brueder was Sinte-Modoal-dus, eertsbisscop vanTrier, ende1 Sinte-Seuera, abdisse aldair. /

nae ons heren geboerte vic xlviii

Pippiin voirs. oeck wairt van den grooten coninc Lotharys int XXXte iair zynsrycx mitz zynre groeter getrouwicheit, wysheit ende rechtverdicheit geordineerthii ende zyn nacomers tewesen zwertdregers ende regeerders des huys vanVranc-ryck.2 Ende die voirs. groete coninc Lotharys maecten Pippyn voirs. ierste her-toge van Brabant ende van Cleyn-Lothryck, dwelc is gelegen tusschen den Rynende die Sceld, omme dat van den coningen vanVrancryc te leen te houden. Marnaemaels is Brabant metten mercgreefscap van Antwerpen ende metten landevan Riien geworden een skeysers leen mits deilinge der landen, gedaen van dennacomers des voirs. Pippyns, die geworden zyn geweest coningen ende keyseren.In deser tyt leefden Sinte-Loy, bisscop van Noyon, ende Sinte-Remaclus, discipelvan Sint-Amand, biscop3 Tongeren, ende Sinte-Lambrecht ende Sinte-Theodar-dus, discipulen van Sinte-Remaclus voirs. Ende oick Sint-Truydt, heer vanKemp-lant, neve Pippyns voirs, ende Sint-Ioes, zoen sconinx van Britanien, heremyt.

VanMachomet

Oeck regneerden in diere tyt Machomet, yerst wesende een goekelair, nae eensnoode coepman, dairnae een prince der moerdeners ende dairnae quam hy inArabien ende voirts in Perssen, dair hy hem uuytga¡ voir enen propheet. /Pippiin van Landen voirs. ster¡ int iair Ons HerenVIC XLVIII ende hy wairt be-graven te Landen ende naederhant te Nyuele.Die voirs. grote coninc Lothariis lyet after twee kynderen, by namen: Sint-Da-gobeert, die met zynen naecomeren waren coningen vanVrancryc tot XII toe;ende Sint-Blitildis, die trouden enen edelen prince van den keyserlycken blode,die hyet Ausbeert, denwelken coninc Lotharys voirs. ga¡met zynre dochter voirs.ten huwelic dat mercgreefscap des Heylichs Rycx, dats Antwerpen.Ausbeert, nu wesende mercgree¡ voirs., wan aen Blitildis voirs. enen zoen, diehyet Arnout, die nae zyns vaders dootmercgree¡ voirs. wairt, ende noch drie hei-lige kynderen, die hyeten Sint-Ferreolus, Sint-Modericus, Sint-Tarticia. Arnout,mercgree¡ voirs., trouden Sint-Oeyen, een dochter van Vrancryc, dairaen hywan Sint-Arnout, die naderhant wairt bisscop van Metz. / Sint-Arnout voirs.,

648

15

fol. 18v

fol. 19r

fol. 19v

1 Hierna ontbreekt de familieverwantschap.2 In margine nota.3 Aldus hs., hierna ontbreekt van.

wesende oicmercgree¡, ende eerhybisscopwairt creech drie heiligekynderen, bynamen: Sint-Clodulphus, die wairt nae zynen vader bisscop, Sinte-Walciscusende Angiis, dien gebenedide Sinte-Arnout ende propheteerden van hem, dat hyende zyn nacomers zouden werden erfconingen vanVrancryc ende keysers, zoeoic nae gescyeden.Pippiin van Landen ende Sint-Itte voirs. lyeten after drie heilige kynderen, by na-men: Grymoalt, die nae zynen vader voirs. wairt hertoech van Brabant voirs.ende hy regeerden thuys van Vrancryc by tyde Zegebeert, coninc van Vrancryc,nae welcx conincx doot wairt hertoge Grymoalt van ennigen die hem benyden,vermoert sonderoer after te latene ende hy wairt begraven tot IopilienbyHerstal;Sinte-Geertruyt, die stichten dabdye tot Nyuele, dairinne datse hair bega¡; endeSinte-Begge, die nae haren voirs. brueder wairt hertoginne van Brabant. Sint-Ittevoirs. nae die doot des voirs. Pippyns wairt tot Nyuele by Sinte-Geertruyt, hairdochter voirs., een gewyelde nonne ende ster¡ in den ouder van LX iaren. /

in den iair vic lxxxv

Hier vergaderden weder het hertoichdom van Brabant ende datmercgreefscap

Angiis voirs., zoen van Sint-Arnout, marcgree¡ des Heilichz Riicx, trouden Sin-te-Begge voirs. ende hy wairt doen die tweeste hertoich van Brabant ende hy wasoeck groet by de coningen vanVrancryc. Ende op een tyt als hy buyten was iagen,wairt hyals tewetene int iairVIC ende LXXXVvermoert van enen geheiten God-wyn, dien hy opgeholpen hadde ende die dat dede om Sinte-Begge ten wyve tecrigene. Mar Sinte-Begge voirs. ontvloet hem in Ardennen, dair zy een cloosterstichten met VII kercken ende is noch een clooster van edelen ion¡rouwen.

Oirspronck der begynen

Men seegt dat die begynen ierst haren naemvan hair hebben, want zy vele devotevrouwen ende ion¡rouwen altyt by haer hadde, die Got ynnichlick dienden. An-giis ende Sinte-Begge voirs. lyeten after enen zoene geheiten Pippiin vanHerstal-le, omdathy tusschenTricht endeLudickopteMazemaecten een slott. PippynvanHerstalle voirs. wairt als men scree¡ VIC ende LXXXV die dorde hertoge vanBrabant ende van Lothryc ende / oeck marcgree¡ des Heilichs Riicx. Ende hyregneerden XXIX iaren. Hier en bynnen creech Pippyn van Herstalle voirs. bySinte-Plectruyt, zyn echte huysvrouwe, drie zoenen, by namen: Drago, die wairtprince van Kemplant, Sinte-Grimoaldus, die wairt tot Ludich gemarteliseert,Sinte-Siluinus, die rust te Cchymaii in Sinte-Peterskercke; ende een dochter, diehyet Notburgis, die rust te Coelen, blinckende in schoen myraculen. Die voirs.drie zoenen storven al voir hoerenvader.

685

16

fol. 20r

fol. 20v

int iair vic xciiii

Dat Sinte-Lambrecht gedoot wairt

Pippiin van Herstalle voirs. was wys ende vroem. Hy hadde vele oirloigen tegensdieVriesen, tegens die Zwauen ende andere nacien, die hy all verwan. Hy wairtvictorioes. Hii regeerden oic in Oist-Vrancryc nae die doot coninc Hilderix endeoick inWest-Vrancryc ten tyde coninc Didderix, brueder des voirs. conincHilde-rix. Hii maecten dieVriesen onderdanich derVrancrycscher croonen. Hii steldenaldair ende oic tot Vtrecht ende in Hollant ende Zeelant Sinte-Willeboert omtvolc aldair te bekeren, als int iairVICXCIIII.Maer nae die doot van zynenvoirs.drie zoenen ontginc hyhem in overspel met Alpays, dairaf hem Sinte-Lambrechtberispten. Mits welker berispinge Dodo, prince van Orengien, brueder van dervoirs. Alpays, denselven Sinte-Lambrecht dede doden. Inwelcx Sinte-Lambrechsplaetze doen bisscop wairt Sinte-Hubrecht, die den bisdomstoel ierst setten vanTricht tot Ludick ter eeren Sinte-Lambrechts. /Ende nae dode oick des voirs. co-ninx Dircx nam Pippyn van Herstal voirs. inne tgeheel lant van Vrancryc endevoirt waest al zyn tusschen Spaengien ende den Ryn. Ende hy ster¡ int iair alsmen screef VIIC ende XIIII. Pippyn van Herstal voirs. lyet after enen zoen, ge-wonnen aen Alpays voirs., die hyet Kaerle Marteel, dien hii by zynen leven in allmaecten regeerder. Hy hyet Kaerle Marteel, want als enen zwaren hamer ver-sloech hy all zyn vyanden.

Hoe dat die hertoge van Brabant die coningen vanVrancryc regeer-den

Kaerle Marteel voirs. hy en was nyet alleen heer van zynen lande, mar boven dieconingen van Vrancryc, die hy metten lande regeerden, gevende hen datse ver-theerden.Hyhye¡die renthenvan den conincryc, die leggende daerse seker lagenter cronen behoe¡ als een getrou man. Hy had oic vele oirloigen tegens die onge-lovigen ende besunder tegens die Huynen, die hy verdree¡. In zynre tyt was co-nincDagobeert, die tweestevan dien name, coninc vanVrancryc, zoenvan conincHilderic voirs., welke conincDagobeert die croen droech by consente vanKaerleMarteel voirs. Den welken Kaerle Marteel oic wairt gepresenteert die croen vanden herenvanVrancryc diehy weygerden tontfangen, seggende/dattet hemmeer-der eer wair over die coningen te regeren ende domineren ende heer te zyn danzelver coninc te zyn. Dagobeert voirs., als hii vier iaer coninc hadde geweest, zoester¡ hii. Ende Kaerle Marteel voirs. ga¡ die croen Lotharys, brueder van Da-gobeert voirs., die twee iair coninc was.In tyde des voirs. Kaerle Marteel leefden Sinte-Gielis.

Vanversceyden victorien hertoge KaerlsMarteel

Doewas dair een heer die Cilpricus hyet, die neve van den coningen die gestorvenwaren, diewelke trac tot Eudon, den hertoichvanAquitanien, ommehulpe tegensKaerle Marteel voirs. om dieVrancrycsche croene te gecrigen. Ende zy trockentegens denselven Kaerle Marteel ten stryde, die hy, Kaerle, wan. Ende doen seyn-

714

17

fol. 21r

fol. 21v

den die voirs. Cilpric aen Kaerle Marteel om genade, zoevele doende dat KaerleMarteel voirs. hemdie croenga¡, endehy regneerden armelic vy¡ iaren.Nawelcxdoot ga¡CaerleMarteel voirs. die croen enenvan den bloode, geheitenDidderic,die XV iaren regneerden, mar hertoge Kaerle Marteel voirs. was altyt die oversteheer ende prince.

int iaer viic xxvi

KaerleMarteel voirs. trac dairnae stryden opte Zassen die hy tonderbracht.Dair-nae trac hy opte Hoich-Duytsche, die hy dairtoe bracht datse hem thyns mostengeven. Dairnae bedwanc / hii die Zwauen ende Beyersche met al den heren endemaecten hem allet dlantonderdanich totterDenouwen toe ende dlant vanZassentotter Eluen toe. Dairnae hadde Kaerle Marteel voirscr. enen zwaren strydt te-gens hertoge EudonvanAquitanien, die in Spaengienwas getrocken byde heyde-nen ende Sarrasynen die in Spaengienwoenden, omme hem te helpen tegens denvoirs. hertoige Kaerle Marteel. Ende alsoe zyn die voirs. hertoge Eudon ende dieheyden ende Sarrasynen die in Spaengienwoenden met haren coninc Abdyrama,met hoeren kynderen ende wyven gecomen over die Gyronde om inVrancryc teblyvenwoenen.DwelckeKaerleMarteel voirs. vernemende, bereyden hyhemdatte wederstaen metter hulpen Ons Heren ende hy vergaderden een groot heir vanFransoysen, Duytschen, Brabanteren. Mar nochtans cleyn was dat getal tegensdie voirs. heyden, Sarrazynen ende den hertoich Eudon ende zoe quamt tot enenstrydt dien hertoich Kaerle Marteel voirs. wan ende versloech wael driehondert-duysent ende LXXVdusent Sarrasynen ende heyden met hoeren coninc ende hyverloes omtrent XVCmannen. Ende als hertoich Eudonvoirs. sach tverlyes voirs.quam hy om genade aen hertoge Kaerle Marteel voirs. ende der heydenen geltende goet wairt al opt velt verbrant. /

als int iair viic xxxii

Hertoich Kaerle Marteel voirs. omtrent acht iair nae der voirs. victorien ster¡.Die voirs. conincDidderic ende die hertoich ga¡die croen enen diehyetHilderic,die IX iair conincwas,mar hy was dairtoe onnut ende onbequeem.Dievoirs. her-toge Kaerle Marteel voirs. ter begeerten des paeus Gregorius, die dorde van dienname, die hem seynden die sloetelen van Sinte-Peter ende zyn banden, hem bid-dende dat hy woude worden patricius van Romen ende bescudden die HeiligeKercke voir die heydenen die dlant van Prouencien zeer verdructen, heeft hy ge-wonnen weder Auenioen, Nerbone ende Aerle Blanc ende dlant van Prouencienende oic dlant van Bourgoindien. Ende in dien versloech hy twee coningen vanden heyden ende ontalike vele volcx. Ende hy ster¡ int iair Ons HerenVIIC XL. /Hertoge Kaerle Marteel voirs. lyet after vier wittige kynderen, te wetene by na-men: Kaerleman, Pippiin die Cleyne, Sinte-Remeys, die wairt eertsbisscop vanRowaen, Sinte-Landrada, die wairt abdisse tot Bilsen.

726

18

fol. 22r

fol. 22v

fol. 23r

Die voirs. Kaerleman bega¡ hem in een cloester

Die voirs. Kaerleman ende Pippyn die Cleyne, gebruederen, waren beyde wyss,vroeme ende coene ende hielden een wyle tyts als hoer alders dlant tsamen endewaren gelyc hoir vorvaders regeerders van der croonen vanVrancryc. Ende naegroten stryden tsamentlic tegens den hertoge van Aquitanien gehadt ende tegensdie Sarrasynen, dieseversloegen, soewaertKaerlemanvoirs. ontsteeckenmet he-melscher begerten ende overgaf Pippyn, zynenbrueder, allet lant ende trac teRo-men ende ont¢nc van den heiligen paeus Sacharias tcleet van religien endefundeerden in de eere van Sinte-Siluester een cloester te Monseraet, dairinne hyblee¡ woenen. Ende dairnae toech hy boven Romen totMontcassyn, dair eertytsSinte-Benedictus abdthadgeweest ende dairblee¡ hy ten eynde zyns levensGodedienende.

Nota hier waert die hertoich van Brabant oeck coninc vanVrancryc1

Ende Pippiin die Cleyne voirs. blee¡ doen voirt hertoich van Brabant ende alletlant ende tconinc- /ryckvanVrancryc in zyn handen houdende, wyslic regerendeende voir die vyanden bescermende. Ende mitsdien die voirs. coninc Hildric eenslap menschwas, sonder wysheit ende nyet doende dat enen coninc behoerden tedoen, die edelen vanVrancryc deden hem monic werden te Soysson int cloestervan Sinte-Medart. Ende by consent ende oirlove van den voirs. heiligen paeus Sa-charias maicten zydenvoirs. hertoge Pippyn die Cleyn coninc vanVrancryc, den-welken Sinte-Bonifacius, bisscop van Mayanse, by bevele des voirs. paeusSacharias coninc salfden int iairVIIC L.Pippiin die Cleyne voirs., wesende cleynvan persoen mar groet van moede, als hyconinc was, maecten hy synder croonen onderdanich allen die landen die laigentusschen Zassen ende Spaengien.Ter beeden oickdes heiligen paeus Steuen toechhy met enen groten heir inYtalien ende bedwangt den coninc van LombardienAystol¡, die der stat van Romen ende der Heiliger Kercken zeer lastich was, dathy keren moste dat hy hen afgenomen had.In dier tyt leefden Sinte-Gommair vanLyer, dat eenvroem ridder was endegroot,in sconinx palleys. Hy vacht tegens die Huynen ende wederstontsche mantlic.

Datmen die heyligen chieren mach

In tyde oick des voirs. coninx Pippyns was onder die luyden groten twivel of mendie beelden eren mochte. Dwelcke hydede beslichten met groten arbeyt, vergade-rende een consilie vanvele prelaten, /clercken, Griecken ende Latynsche, die datvercleerden dat men in allen plaetsen die beelden van den heiligen verchierenende eeren zoude.

750

19

fol. 23v

fol. 24r

1 In margine nota.

in den iair viic lxviii, ten tyde van den groten kaerl,keyser, coninc, hertoich

Coninc Pippiin die Cleyne voirs. als hy XVIII iaren coninc geweest hadde ster¡hy int iair VIIC LXVIII ende wairt begraven tot Sinte-Denys. Ende hy lyet aftertwe zoenen, byhem gewonnen aen Sinte-Berthe, zynrer coninginnen, des keysersEraclius dochter, teweteneby namenKaerlen denGroten endeKaerleman.Desetwee gebruederen deylden bruederlic dat lant ende wairden beyde coningen ge-croent, te weten Kaerle die Groote in de stat van Noyon ende Kaerleman in destat van Soysson. Deen regneerden in Oist-Vrancryc ende dander inWest-Vranc-ryc. Kaerleman nae cort regnacie ster¡ sonderoir ende allet lant quam in handendes voirs. Kaerle die Groot. Kaerle die Groot voirs. began te regneren int iair naede doot zyns vaders voirs. Hy was vroom, zege in stryden, wyss van clercgien /ende sciencien van den vryen consten, dairinne hy geleert was van Alcuinus, dieeen groet meester ende heilich manwas, die de historie van der heiliger Drievol-dicheit maecten ter begerten van den voirs. Kaerle den Groeten, coninc wesendevanVrancryc ende hertoge van Brabant, etc. welke historie men noch in der Hei-liger Kercken houdende is.

Hier cregen die XII maenden hoir namen

Kaerle die Groete, coninc ende hertoige voirs., want hy vele talen const, ga¡ denXIImaenden proper namen in der Duytscher talen, tewetene loumant, sporckel,etc.

Die quantiteyt van den Groten Kaerl

Hywas lanckende groet van leeden acht voet, zynder voeten die zeer groetwaren,zynen baert droech hy enen voet lanck. Syn aenschyn was anderhalven voet lancende enenvoetbreet. Zyn nazewas enen halvenvoet lanc ende zynvoerhoeft enenvoet breet. Hyhad leeuwsoigen, glinsterende gelyc enen carboinckel.

Ende zyn condicie

Hy at luttel broets, mar op een maeltyt att hy wel tvierendeel van enen hamel ofttwee capuynen oft enen paeuw oft enen haze. Selden dranc hy meer dan driewer-ven. Soe sterckwas hy in den strydt dat hymet enen zwerd enen gewapenden mancloefden met enen slage. Hy brackwel vier hoefyseren tsamen, enen gewapendenman hye¡ hyop, staende op zyn een hant.

ten tyde van den groten coninc kaerle, viiicii

Dierste reyse die hy dede ende hervart, was int lant / van Aquitanien, dat isGhyenne, Langedock, Gascoingien, dair hy zynen iongsten zoen, genoempt Lo-dewyc dieGoedertieren, conincmaecten.Dairnae trackhyopte Zassen, die doenheydenwaren, diehy verwan endemaectense al korsten.Dairnae ter begertenvan

768

20

fol. 24v

fol. 25r

den paeus Adriaen toech hy op die Lombarden ende hoeren coninc, die der Hei-liger Kercken van Romen zeer lestich waren, ende versloech dien coninc endemaecten Lombardien met geheel Italien onderdanich der croenen vanVrancryc.

Dat die universiteyt te Pariis quam

Hydede die universael scoel van Romen brengen tot Parys by consente nochtansvan den paeus, welke scoel ierst te Romen quamvan Athenen uuyt Grieckenlant.Ende dairnae wan hii vele versceyden lant. Int lant vanVlaenderen, doen nochzeer woest wesende ende nyet meer steden hebbende dan Gendt,Thorout, Cort-ryc, Cassele ende die borcht van Oudenaerde, stelden hy enen ridder geheitenLyederic om dat lant van hem te leene te houdene.

Hier wairt die coninc vanVrancryc ende hertoichvan Brabant keyservan Romen1

Daernae als men scree¡ VIIIC II wairt die voirs. coninc Kaerle die Groot optenheiligen Korsdach van paeus Leo den Dorden gecroent Roemssche Keyser endedoen had hy XXXIIII iaer geweest coninc vanVrancryc ende hertoich van Bra-bant ende/het was omtrent CCCC ende LXVIII iaren naedat die paeus Siluesterdoepten den groten Constantyn, die tkeyserryc stelden te Constantinopolen.

Martirologium

Int dierste iair naedat hy keyser gemaect was, sandt hy al die werelt doer om teondersuecken die namen, dat leven ende dat sterven der heiligen, die hyYswar-dum, den monic, vergaderen dede in een boeck, geheiten Martirologium, dwelcmen noch in der kercken leest nae pryem. Oick dede hy vergaderen by Paulum,zynen dyaken, die omelyen ende lessen uuyten scriften der heiliger leraren, diemen noch houdt in der mettenen.1 Hy bekeerden oic tgeheel lant van Spaengienvan der eender zee totter ander, dairinnevele conincrycken ende landenbegrepenzyn, te wetene tconincryc van Poirtegael, van Argon, van Nauerre, Bisschayen,Galissien, een deel vanMoerelant, Prouyncien ende Catheloingien.

Die baden tot Aken

Naegroeten zwair striden gehadt quam hy totAken in Lothryc. Dair dedehy ma-ken heete bayen ende coude getymperde bayen.Hy begiften vier bisdommen als Coelen, Mens, Triere, Salesburch met zwarengueden ende renthen. Hy fundeerden oeck alsoe vele cloesteren als letteren staenin den A, B. /

802

21

fol. 25v

1 In margine nota.

ten tyde van den coninc kaerl

Kaerle die Grote voirs. haddebii Hildegaert, zyn coninginne, drie zoenen, by na-men: Kaerle, dien hy maecte coninc van Almanien, mar hy ster¡ zonder oir intVIIIte iair dat zyn vader keyser was geworden; Pippyn, dien maecten hii conincvanYtalien, die int VIIIte iair dat zyn vader keyser was geworden, creech hy innedie stat vanVenegien ende corts dairnae ster¡ hii te Meylanen; Lodewiic, die ge-heiten was die Goedertieren, dien maecten hy, als boven geseet is, coninc vanAquitanien; hy overleefden zyn bruederen ende wairt nae coninc ende keyser;syn vader in zyn elfte iair zyns keyserrycx croenden hy hem metter keyserlykencroonen; ende drie dochteren, bii namen: Rotruyt, Berga, Hilla. Dese kynderendede hy van ionghs opter scolen gaen ende in dueghden funderen. Zyn zoenen,alst tyts was, dede hy leren wapenen hanteren, iagen, vliegen ende ryden. Syndochteren dede hy int wolwerc leren wercken ende spynnen omdatse nyet ledichen zouden zyn. Ende die voirs. Kaerle die Grote als hy oudt was LXXI iair endegheregneert hadde int Vrancryc, in Brabant, in Lothryc ende allen denvoirs. lan-den XLVI iaren, onder denwelken tyt hy XIII iair geweest hadde keyser, ster¡ hykerstelic ende heilichlic ende wairt tot Aken begraven. /

ten tyde van coninc lodewyck als int iair viiic xv

Dese Lodewyc was oeck keyser, coninc, hertoich

Lodewyck voirs. die men hyet die Goedertieren, nae dode des voirs. Kaerle dieGroete, zyns vaders, wairt int iair VIIIC XV keyser, coninc van Vrancryc endevan Almanien ende hertoge van Lothryc ende van Brabant. Hy was zeer goeder-tieren ende een onderhouder der gebodenGoids. Hy stichten dat cloester van denregulieren tot Bruessel op Couwenberch. Hydede oickvergaderen een groet con-silie van vele bisscoppen ende prelaten ende maecten vele loyen.

Groet-Lothryck, datz Oest-Vrancryc ende dat heeft den name verlo-ren

Lodewiic die Goedertieren voirs. hadde by Ermgart, zyn coningin, drie zoenen,by namen: Lothariis, dien seynden hy inYtalien omdlant aldair te regeren ende inXXVen iair zyns rycx ga¡ hy hem over dat keyserryc ende int iair dairnae, te we-tene int iair VIIIC XLI, ster¡ Lodewyc voirs. ende wairt begraven te Metz; endeLotharys, zyn zoen, blee¡ keyser ende coninc vanYtalien ende oic van den landedatGroot-Lothryc oft Oist-Vrancryc is, dair Brabant een deel a¡ is; Pippyn, ster¡vroech; Lodewiic, die wairt nae dode zyns vaders coninc van Duytschlant vanden Ryn totter Eluen ende Denouwen ende aldair oec zyn nacomers. /

815

22

fol. 26r

fol. 26v

ten tyde van den voirs. coninc lodewyc

Hoe datWest-Vrancryc den name heeft behouden

Lodewyc die Goedertierenvoirs. had noch van Iudith, zynrer tweester coningin-nen, enen zoen die hyet Kaerle die Caluwe, die wairt nae zyns vaders doot conincvanWest-Vrancryc, dat den naemvanVrancryc behouden heeft. Dese Kaerle wasoic keyser, coninck, hertoich. Cleyn-Lothryck is dlant van Ardennen ende om-trent Aken. Kaerle die Caluwe naedien die voirs. Lotharys, zyn brueder, die key-serlycke croen een wile tyts geregeert hadde ende hem hadde begeven ende wasmonic geworden int cloester van Prumen in Ardennen in Lothryc ende naedienoic Lodewyck, zyn zoen, die keyserlycke croen enen corten tyt hadde regeert, soecreech hy oeck die keyserlycke croen ende wairt dieselver Kaerle die Caluwe ge-croent te Romenvan paeus Iannen denAchsten int iairVIIIC LXXVII endewairtoeck hertoge van Lothryc ende van Brabant.

DatHollant een greefscapwaert

Ende int iair tevoerens maecten die voirs. Kaerle die Caluwe Hollant een greef-scap ende stelden dair enen zynen dyenaere diehyetDiederic als hoir ierste greve.In zynen tyden quamen dieDeenen endeNoermannen/uuytDeenmarcken endeNoerwegen ende andere nacien die all heydenen waren, in Almanien ende inVrancryc ende quamen die zee opvaren totter Zeynen ende wonnen tot Parys toedlant dat doen Meustren1 hyet, ende nu heytet Normandien nae die Noerwegersoft Noermannen, diewelke die voirs. Kaerle die Caluwe, coninc, keyser ende her-toge wesende, met hulpen van coninc Salomonvan Engelant manlic wederstont.

Van der doernen croenen, etc.

Hydede brengen oic tot Sinte-Deniis by Pariis die reliquien, als die helfte van derdoernen croenenOnsHeren, een stuckvan den heiligen cruyss, eenvan den nage-len ende dat sudarmen2 Ons Heren tot Compiendien.Hystichten oickvele cloesteren inVranckryck.Ter zynrebeeden oversetten Iohan-nes Scotus uuyten Griecken int Latyn dat boeck van der hemelscher ierarchiendat Sinte-Denys hadde gemaect. Int tweeste iair zyns keyserrycx reysden hy naeRomen ende comende te Mantua wairt hy aldair van enen valschen ioede verge-ven ende hy wairt gevuert tot Sinte-Denys inVrancryc, dair hy waert begraven.Kaerle die Caluwe voirs. lyet after drie zoenen, by namen: Kaerleman, die waertgeestelic;Kaerle, die zeer stercwesende endehemdairopverlatende, waert hy vanenen ridder geheiten Albyn, dairtegens hy vacht, dootgeslagen; Lodewyc, diehyet die Lispere, want hy in zyn spraec lispende was. /

877

23

fol. 27r

fol. 27v

1 Aldus hs., leesNeustrien.2 Aldus hs., lees sudaren.

viiic lxxvii nae ons heren geboert

Dese Lodewyc enwas nyet keyser1

Lodewyc die Lispere voirs. wairt nae der doot zyns vaders voirs. coninc vanVrancriic ende hertoge van Lothryc ende van Brabant. Hyhadde tot eenre conin-ginnen die dochter van den coninc van Spaengien.

Een groet eclipsis

Int tweeste iair van zynen conincryc wairt alsdoen te middage die zonne al don-cker dat men die sterren in den hemel sach.Ende als hy ster¡, was zyn voirs. coninginne bevrucht sonder ander oir after telatene.Wairommewaren die edelenvanVrancryc zeer verslaigen,mitsdien die on-gelovige Nooirmannen ende Deenen weder int lant quamen. Die nae raidt tsa-mentlic gehouden, maecten zy Lodewyc ende Karleman, beyde bastardenwesende van den voirs. Lodewigen den Lispere, regeerders van den lant, die ar-melic XII iair regeerden. Dairnae maecten zy regeerder van der croonen vanVrancryc eenen genoempt Odo, zoenvanRobbrecht, greve van Angouwe, die ne-gen iaren regeerden.

int iair ons heren ixc

Bynnenwelken tyde dievoirs. coninginnegelachvan enen zoen die geheytenwairtKaerle die Simpel, die welke naedien hii tot zekeren zynen iaren was gecomen,wairt/hy van den edelenvanVrancrycmetgroter macht gevuert totRyemen, dairhy int iair IXC coninc wairt gecroent van den bisscop van Ryemen. In zynre tytwaren die ongelovige Deenen ende Noerwegers weder met groeter machten co-men inVrancryc, daira¡die capiteynen ende hooftmannenwaren, te wetene deengeheiten Rollo, diewelke een edell man was ende wairt kersten ende wairt doengeheiten Robbert. Denwelken kerstenwesende Kaerle die Sympel voirs. ga¡ Gil-la, zyn dochter, ende dairmede dlant vanNormandien.

Afcoempst der coningen van Engelant

Dese Robbert wan enen zoen, die hyetWillem, die was goet ende eerbaer.Willemwan enen zoen, geheiten Rychart. Rychart wan twee zoenen, by namen: Richart;Robbert Viscart, die wan naemaels Poelgien, Calabren. Hy verwan oic dieVene-chianen ende oic den keyser Alexis, keyser van Griecken oft Constantinopolen.SynbastartzoenwashertogeWillemvan/Normandien die Engelant creech, dair-a¡die coningenvanEngelant comen zyn.Hyhad noch enen anderen zoen, gehei-ten Boemont. Die was met hertoige Godefroet van Billoen int Heilich Lant endeals Anchiochien was gewonnen, was hydair heer gemaect.

877

24

fol. 28r

fol. 28v

fol. 29r

1 In margine nota.

Dat Bloys waert fundeert

Dander capiteyn der voirs. ongelovigers, geheiten Gello, wairt oic kersten. Dienga¡Kaerle die Sympelvoirs. dieborchvanBloysmethoeren toebehoirten endehymaecten dair een stat.Omtrent deser tyt begonst die oirdene van Cluyngny.In deser tyt leefden Sinte-Wibert, die tcloester te Gemmelours inWals-Brabantfundeerden, dairinne hy leyden een heilich leven. Kaerle die Sympel voirs., nae-dien hygeweest haddeXXViaren coninc vanVrancryc endehertoichvanLothrycendevanBrabant, wairt hii verradelic ende listelic gevangen/vanHerybert, grevevanVermendoys, die de suster hadde van Robberden, den greve van Parys, den-welken Kaerle die Simpel voirs., mits dat hy nae der croenen hadde gestaen, ver-slaigen hadde, welke Robbert was een brueder van den voirs. Odo, die IX iaer diecroene hadde geregeert. Endewairt alsoe die voirs. Kaerle die Sympel in deborchte Peroene gestelt in der gevenckenisse, dairinne hy ster¡.

Een vreemdt coninc1

Kaerle die Sympel voirs. aldus in der gevenckenisse gestorven wesende, syn co-ningin, die een dochter was van coninc Eduwairt van Engelant, vloet met hoerenzoen die hyet Lodewyc die Sympel, noch ionck wesende, in Engelant by haerenvoirs. vader. Ende doen als die heren vanVrancryc sagen datse genen coninc enhadden, aennamen zy Rodolph, den hertoige van Bourgoindien, die een zoenwas van denvoirs. Rychart, den greve. DeseRodolph regneerden inVrancrycXIIIiaren ende doen ster¡ hii.

int iaer ons heren ixc xv

Ende als hydootwas, seynden die Fransche heren in Engelantomdenvoirs. /Lo-dewiic die Sympel ende maecten hem coninc vanVrancryc in iair IXC XVendeoick hertoich van Brabant.

Hoe dese Lodewyc die Sympel met zynen soen Kaerleman werdengevangen

Hy nam ten huwelic die dochter van coninc Henric van Zassen, die hyet Ger-berch, die suster wasvan den iersten keyserOtto. Endehy regneerdenXIX iaeren,bynnen welken iaren tegen hem opstont Huge die Grote, greve van Parys, zoenvan Robberden, die brueder was van den voirs. Odo, die IX iaren, als voirs. is,die croen hadde regeert, ende dairom stont die voirs. Huge nae die croen. Endealsoe gevielt dat hii met Kaerlemannen, zynen zoen, waert gevangen ende totRyemen in der gevenckenisse gestelt, dairinne Kaerleman, die zoen, ster¡.

915

25

fol. 29v

fol. 30r

1 In margine nota.

Die doot coninc Lodewycs die Simpel

Dwelckvernemende die voirs. keyser Otto, quam hy om den voirs. Lodewyc, zy-nen zwager, te verlossen in Vrancryc met enen groten heir ende verlosten hemuuyter gevenckenisse. Ende dairnae ster¡ hy corteling. /

Hier wairt Brabant vanVrancryc gesceiden, dwelc van coninc Pip-pyns die Cleyne tyden, des Groeten Kaerls vader, die coningen vanVrancryc tegader gehouden hebben1

Lodewiic die Sympel voirs. lyet noch after twee zoenen, by namen te wetene: Lo-thariis, die waert nae zynenvader coninc vanVrancriic; Kaerle, diewairt hertoichvan Lothryc ende van Brabant, te weten van Cleyn-Lothriic van der Mazen ne-derwairt totter Sceld.

HoeDoernick comen is aenWest-Vrancryc

Lotharys voirs., nae grote oirloge gehadt tegen den tweesten keyser Otto omGroot-Lothryc wil, dat Oist-Vrancryck heyt, gelegen boven Colen ende dairom-trent, dat zyn ouders hadden gehadt, zoe verteech hii dairop. Ende des ga¡ hemdieselver keyser over Doernic.Hylyet after enen zoen, diehyet Lodewyc, die int ierste iaer zyns rycx ster¡ sonderkynt oft brueder after te latene. /

int iaer ons heren ixc lxxx

Ende oic is hier te wetene dat die voirs. Lotharys ten tyde hy coninc was, maectenhy den voirs. Huge, greve van Parys, marscalck van alleVrancryc. Ende dieselverHuge wan aen zyn huysvrou, genoempt Heilwich, suster van den tweesten keyserOtto, enen zoen, die hyet Huge Capet, ende dien naem Capet creech hy als hyionckwas, omdat hyden edelen kynderen dairmede hy spoelden, hoir capruynenplach te nemenvan den hoofde. EndebydesenHugeCapetwairt dievoirs.Kaerle,hertoich van Brabant, van der cronen beroeft, hoewael hy dairtoe nochtans rechtoir was.1 Kaerle, hertoge van Lothryc ende Brabant voirs., als hy vernam dat dievoirs. coninc Lodewyc, zyn neve endebrueders zoen, sonderoir gestorvenwas alsomtrent den iair IXC LXXX, bereyden hy hem met groeter macht ende eren inVrancryc te comen.Mar intbereydenverthuefden hysoe lange dat die voirs.HugeCapet, die een stout manwas geworden,Vrancriic / in handen creech endewoudeconinc wesen, omdat die voirs. Odo, zyn oude oem, IX iaren coninc hadde ge-weest.

980

26

fol. 30v

fol. 31r

fol. 31v

1 In margine nota.

Hier wairt dat edell geslachte van den voirscr. groeten coninc Kaerleonterft van der croonen vanVrancryc1

Nyettemin nochtans quam die voirs. Kaerle inVrancryc ende bevacht den voirs.Hugen Capet, dair hy victorie hadde ende creech inne die stat van Louwen endeoic meer steden. Mar als dese Huge Capet sach dat hy den voirs. Kaerle nyet enmochte wederstaen, dede hy zulkenen nernsticheit aen den bisscop van Louwen,geheitenAnselmus, die een scalckwas, dat dieselverbisscop in eenre nacht, als dievoirs. Kaerle bynnen Louwen lach en slyep, die poirten van Louwen opdede endelyet dairinne den voirs. Huge Capet met groeter macht, daira¡ die voirs. Kaerleverradelic wairt gevangen ende gevuert tot Oirlyens, dair hy ster¡. Ende alsoeblee¡ Huge Capet voirs. coninc vanVrancryc. Mair naemaels quam die croeneweder in conincx Kaerls die Groete geslachte byhuwelic, overmits Adela, die co-ninginne, die des grevenTybouts van Bloys dochter was, wesende van des voirs.conincxKaerls geslachte, endewasmoeder van coninc Philips dieTweeste, gehei-ten dieVermeerder, des conincx Sinte-Lodewycx oudervader, ende was dieVIIte

coninc nae coninc Huge Capet. /

int iair ons heren m

Coninc Huge Capet voirs. lyet after een zoen die hyet Robbert, die wairt conincnae zynen vader. Hy was een groot clerc. Hy maecten die `Sequencii Sancti Spiri-tus assit nobis gratia', die men singt opten heiligen Sinxtendach. Hy maecten oicmeer sangen dye men helt in der Heiliger Kercken.Isto tempore incepit ordo Sororum BeateMarieVirginis.2

Kaerle voirs. lyet after enen zoen die hyet Otto, diewairt nae zynenvader hertoichvan Lothryc ende Brabant ende hy regneerden XV iaren ende doen ster¡ hy son-der wittich oir; ende twee dochteren die hyeten Geerberch, die waert beroeft vanBrabant nae dode haers brueders Otto voirs. ende behielt alleen Loeuen endeBruessel, dairaf datse grevinne blee¡; Ermgart.

Hier waert Brabant gesceyden

Geerberch voirs., als zii nae hairs brueders doot als erfgenaem meynden dat lantaen te verden, soewas dair een greve vanArdennen, geheitenGodeuart, die tracktotten keyser Henric, /dye men Sinte-Henric heyt, gevende hem te kennen dat altgeslachte van den groeten coninc Kaerle vergaen weer, biddende om dat her-toichdom van Lothryc ende een deel van Brabant, dwelc die keyser hem gonde,ende zoe vercreech hyt voirt met machte. Ende die voirs. edele Geerberch wairtberoeft ende blee¡ alleen grevinne van Bruessel ende van Loeuen met ennigendorpen. Ende aldus behielt die voirs. Godevairt van Ardennen thertoichdomvan Brabant, dairafWals-Brabant een deel a¡ is. Geerberch voirs. trouwden enenman, geheiten Lambert metten Baerdt, brueder van den greve van Henegouwe,

1000

27

fol. 32r

fol. 32v

1 In margine nota.2 Vertaling: in deze tijd begon de orde van de Zusters van deHl.MaagdMaria.

welke Lambrecht nae enen groeten strydt die hyhadde om des lants wil tegen denvoirs. Godeuart van Ardennen, wairt hy verslaigen. Lambrecht metten Baerdtvoirs. lyet after eenen zoen, gewonnen aen Geerberch voirs., die hyet Henric dieOude, die wairt greve van Loeuen ende Bruessel ende mercgre¡ des HeilichzRycx. /

int iaer ons heren m xlvi

Godeuart vanArdennenvoirs., als hyeenwenich tyts hadde regeert thertoichdomvan Brabant, ster¡ hii sonder oir. Ende doen quamt thertoichdom aen zynenbrueder, die hyet Goesseliin, die wat regeerden, ende hy lyet after twe zoenen, bynamen Steuen, diewairt die achste paeus van dien name; Godeuairt, die was zeervroem ende dueghdelic ende hy wairt hertoich nae zynen vader; ende een doch-ter, die hyet Oda, die trouwden desen naegenoemden Lamberden.Hic Stephanus papa octavus sedit annis tribus, mensibus quatuor, diebus sede-cim. Hic cum ponti¢catum suscepisset ita Romanorum sedicionibus vexatusest, ut nil memoria dignum ab eo geri potuerit, quia tam ab eis turpiter mutulatustam ignominiose truncatus fuit, ut quoad vixit in publicum prodire non fuit au-sus.1

Henric die Oude ster¡ int iair M XLVI ende lyet after enen zoen die genoemptwairt Lambert, die wairt greve van Bruessel ende Loeuen ende mercgree¡ desHeilichs Rycx, hy nam te wive die voirs. Oda; ende een dochter die hyetMechtelt,die trouwden den naevolgendenEustaes, grevevanBonen. /Dievoirs.Godevairt,Goesselyns zoen, lyet after enen zoen dye hyet Godevairt metten Bult, die hyeltArdennen, Lothryc ende een deel vanBrabant ende oicHollant; hy wairt totAnt-werpen met eenen ploechcouter dootgeslagen ende alsoe ster¡ hy sonder oir;ende een dochter die hyet Sinte-Yda. Sint-Yda voirs. trouwden Eustacium, zoenvan den voirs. Eustaes ende Mechtelden. Ende zy lyeten after drie zoenen, by na-menGodevairt vanBilloen, aen hem quamt lant vanArdennen ende vanLothrycende een deel van Brabant; Boudewiin; Eustaes, die wairt greve van Bonen. Desedrie zoonenworden naemaels deen nae den anderen coningen van Iherusalem. /

int iair ons heren m liiii

Dat die koerfursten yerst worden ordineert2

Hier is te wetene dat nae den dorden keyser Otto, die geen oir after en lyet, endedat Sinte-Henric keyser wasworden, soeworden ordineert dieVII koerfursten die

1046

28

fol. 33r

fol. 33v

fol. 34r

1 Vertaling: hier zetelde paus StefanusVIIIdrie jaar, vier maanden, zestien dagen. Deze was,toen hij hetponti¢caatopzichgenomen had, zogewond bij deonlusten van deRomeinen dathij zich niets meer kon herinneren, omdat hij door hen zowel misvormend verminkt alsschandelijk verwond was, zodat hij zich tijdens zijn leven niet in het openbaar durfde verto-nen.

2 In margine notavan den koerfursten.

den keyser voirtaen zouden kyesen, te wetene drie geestelycke prelaten als deneertsbisscop van Menss, eertsbisscop van Coelen ende ertsbisscop van Trier alsdrie ertscancellieren van den keyserryc, ende vier werlycke prelaten als den co-ninc van Beemen als scencker, den palsgreve opten Ryn als spysdrager, den her-toich van Zassen als zwertdrager ende den marcgreve van Brandenborch alsopperste camerlinc.Lambert, greve, ende Oda voirs. stichten die canonisyen tot Sinter-Goerlen teBruessel ende tot Sinte-Peters te Loeuen. Hy wairt verslaigen in een groete strydtvoirDoernic int iairMLIIII. Ende zy lyeten after eenen zoene die genoemptwartHenric, die wairt nae zynen vader greve ende mercgreve.

int iaer ons heren m lxviii /

Hetgeboerden dat hy in een strydt die hyhadde, vynck enen edelen man/die hyetHerman, ende lyeten in zyn ho¡gaen op zyngelove.Marby nachtquam hybydenvoirs. greveHenricken dair hy slyep, ende vermoerden hem als int iairMLXVIII.Henrick, greve voirs., lyet after een zoen die oickhyet Henric; hy waert nae zynenvader greve endemercgreve. Hii trouden des hertogen suster vanDoeringen, die-welkeHenrickende die susterdes hertoigenvanDoeringenvoirs. lyeten after tweezoenen by namen: Henric, die waert oec nae zynen vader greve ende mercgreveende hy wairt verslagen oic voir Doernic int iaer M XCVI; Godevairt mettenBaert, die wairt nae zynen voirs. brueder greve ende mercgreve. Keyser Henrickga¡ hem zyn dochter te wive, suster des iongs keyser Henricx.Teser tyt als in den1 MLXXXIIII began der carthuserenoirden. Oick in den iairMXCVIII began dat oirdenen van cisterciensers. /

int iair ons heren m xcix

Hier is tewetene hoe dat die voirscrevenGodevart van Builloen, dairaen Lothrycende een deel van Brabant, als voirs. is, was gecomen, beval thertoichdom vanLothryck ende Brabant greve Henricken van Lymborch, zynen neve, ende toechmet Boudewynen, zynen brueder, endemeer heren byhemwesende nae Iherusa-lem, dat zy wonnen int iair M XCIX. Hy wairt dair coninc, mar hy droech altyteen doernen croen. Hy stichten dair kercken ende cloesteren. Dierste clockendede hy hangen bynnen Iherusalem. In den tempel van den grave fundeerden hycanonicken regulieren, int dal van Iosophat fundeerden hy een cloester van non-nen. Ende naedat hy een iair min drie daigen coninc had geweest, ster¡ hy endewairt begraven aen denvoet desberchs vanCalvarien. Ende die voirs. Boudewyn,zyn brueder, wairt doen coninc van Iherusalem als int iair MC een ende hy wasconinc omtrent XVIII iaren. In den iair van der dootGodeuarts van Builloen be-gan tot Bruessel inWals-Brabant dabdie vanVileer, dairtoe Sinte-Bernart behul-pichwas.

1099

29

fol. 34v

fol. 35r

1 Aldus hs., men verwacht hierna iair.

Godevart metten Bairt voirs. hyet alzoe, want hii hadde denvoirs. Henricken, zy-nen vader, geloeft dat hy nummermeer baert scheren en zoude, voerdat hy Loth-ryc ende Brabant int geheel wederbracht hadde aen zynen iersten name. Ende hyquammer toe aldus:

Van den lant Lymborch

in tyde van denvoirs. keyser Henrick, zynen zweer, toech hertoige Godeuairt vanBuilloen voirs., die hertoge van Lothryc ende van Brabant was ende / afgedaeltwas van den greven van Ardennen van der eenre zyden, ten Heiligen Lant wairt.Ende hy lyet thertoichdomvan Lothryc, dair Brabant dmeestedeel in begrepen is,in bewaringe van den voirs. greve Henricken van Lymborch, zynen neve, die eenongetrou man was, sunderlinge in den twist die was alsdoen tusschen den voirs.keyser Henricken ende Henricken, zynen zoen. Henrick die zoen rees op tegenzynen voirs. vader ende woude keyser wesen. Ende des trac hy tot hemwairt veleheren. Ende zoe hyelt ierst greve Henric van Lymborch voirs. metten zoen partyeende dairnae metten vader. Lymborchwas doen een groot lant, dair Lutsenborcheen deel a¡ was.

Hier quamt thertoichdom van Lothryc ende van Brabant weder aenden rechten stamme1

Het geboerden dat die vader, doude keyser Henric, ster¡ ende Henric, zyn zoen,waert keyser. Ende keyser wesendewairt hygedenckende die ongetrouwicheit desvoirs. greve Henricx van Lymborch. Ende dede denselven greve Henricken vanLymborch vangen, dair hy nochtans naederhant uuytquam, ende beroefden hemvan den hertoichdomvanLothryc, dair meest Brabant in leegt, dwelckehyals erf-genaem van den voirs. Godeuarden van Builloen gehouden hadde, ende ga¡ datden voirs. Godeuairden metten Baert, die greve van Loeuen hyet, ende met key-serlykevonnesmaecten hyhem hertoich. Ende doen had dieselverGodeuairt XViaren greve geweest.

int iair ons heren m c viii

Wapen van Brabant

Diezelver keyser ga¡ hem te dragen enen wapenscilt van zilver, dairinne eenenleeuw van goude, geclaut, getongt ende getant van kele, gelyc wylen hertoge An-gys, Sinte-Beggen man, ende dit gescyede int iair/MCVIII. Ende doenwarent Cende een iaren dat die voirs. Otto, zoenvan denvoirs. Kaerle, coninc vanVrancrycende hertoge van Brabant, ster¡ ende die voirs. Geerberch, zyn zuster, beroeftwaert van den voirs. hertoichdom, behoudende alleen Loeuen ende Bruessel.Mar die voirs. Godeuairt metten Baert, als voirs. is, hevet hier wedercregen.

1108

30

fol. 35v

fol. 36r

1 In margine nota.

Die gelegentheit van Brabant ende Cleyn-Lothryc

Welcke lant, te wetene Cleyn- oft Neder-Lothryc ende Brabant, is gelegen tus-schen die Maze ende die Sceld tot by Doernic ende dat casteel van Herstal opdieMaze tusschen Ludic endeMaestricht was dat hoeft ende casteel vanBrabantende hoert noch tot Brabant endewairt alsoebegrepen Cleyn- oft Neder-Lothrycin Brabant et econtra.1

Groet-Lothryck

Ende Hoich-Lothryc is begripende vele landen tusschen den Ryn ende dieMaze,als Loraynen, gelegen opteMoezel, thertoichdomvanBaren, Lutsemborch, Elsa-ten, dlant van den palsgreve.Godeuaert metten Baert voirs., naedien hii tvoirs. lant weder vergadert ende ge-cregen hadde, ontboet hy diegeen die zynre voirvaderen leenmannen plagen tewesen, als den heer vanHoerne, vanGaesbeeck, van Edingem, die waren gehoir-sam ende ontfongen hoir leen. Mar die heer van Grymbergen, geheyten / heerArnout Berthout, wesende mechtich, ryc, groetmoedich, wesende oick heer vanhal¡Mechelen ende dander helfte hoerden toe by coepe der kercken van Ludick,ende oickwas hyheer vanDu¡ele,Walem, Ruymst, Heyst, Herlair, Gheel, Rethii,Berlair, tot Postel met hore toebehoirten, en woude den voirs. Godeuarden met-ten Baert, nu hertoige van Lothryc ende vanBrabant, nyet kennen noch onderda-nich zyn, alsoe datse tegens malcanderen zwair oirloich hielden.Teser tyt als in den iaerMCXXbegan die oirdenenvan den premonstreyten.An-no Mo Co XLo incepit ordo beate Marie Theutonicorum. Eodem anno Mo Co

XLo incepit ordo IohannitarumRodensis.2

Godevairt metten Baert voirs. stichten die proftye van der Capellen tot Bruessel,die abdye van der nonnen tot Groot-Bigaerden, die abdye van Sint-Truyen begaef-den hymet groten renten. Hy ster¡ int iairMCXL endewairt begraven int cloes-ter tA¥igem. Hii lyet after vy¡ kynderen, by namen: Godevart, die wairt naezynen vader hertoich van Lothryck, van Brabant, etc.; dander zoen wairt monictA¥igem; Aleyt, die wairt coninginne van Engelant;Yda, die wairt gravinne vanCleue; Clarisse, die ster¡ een devote maigt. /

int iair ons heren m c xliiii

Godevairt voirs., zoen van den voirs. hertoge Godeuarden metten Baerdt, wairthertoich nae denselven zynen vader ende dat in den tyde van keyser Coenraet,dien zeer beminden ende dede hem te huwelic hebben Luytgarden, hertoginnevan Salsenbarch, zynre keyserinnen suster. Hyhadde zwairoirloge om dlantswil-le tegen denvoirs. greve Henrickenvan Lymborch. Insgelycx had hy zwair oirlogetegens die voirs. heren van Grymbergen. Ende als hii drie ende een hal¡ iair

1144

31

fol. 36v

fol. 37r

1 Vertaling: en daar tegenover.2 Vertaling: in het jaar 1140 begon de Duitse orde. In hetzelfde jaar begon de orde van de Jo-hannieters van Rhodos.

hadde geregneert, ster¡ hii ende wairt begraven te Loeuen int Sinte-Peterskerckeint iairMCXLIIII. Ende hy lyet after eenen zoene, die noch geen iairoudt enwasende dye men hyet Godeuairt in deWyege.Teser tyt leefden Sinte-Bernart.Desen Godeuarden in deWyege noch geen iair oudt wesende, con¢rmeerden dievoirs. keyser Coenraet allet geen dat zyn vader hem gelaten hadde.Tegen hem inzynre ioncheit stonden op heer Wouter, zoen des voirs. heeren Arnts Bertoutz,heer van Grymbergen, /ende heer Gerart, die men hyet Drakenbaert, zyn brue-der, ende die destrueerden in den gront die borcht van Netelair tusschenVilvoer-den ende Oppegem. Oeck verbranden zy die borch, die zale ende tdorp vanVilvoerden.Nawelken overdaiden zoe vergaderden die banyerherenvanBrabant,bysonder die gecoren mombaren des voirs. iongs hertogen Godeuairts in deWyege, te wetene die heren van Diest, vanWesemael, van Bierbeecke ende vanWemele, allen die macht die zy consten gecrigen, dairtoe zy oeck te hulpen cree-gen greveDirckenvanVlaenderen, die hen bystant dede onder zulkenen conditie,dat als die voirs. ionge hertoge tot zynen mundigen daigen weer gecomen, dat hyalsdan zyn lant vanBrabant van hem, alsgrevevanVlaenderen, te leen zoude ont-fangen, dairinne die mombairs voirs. den zelven iongen hertoich verbonden.

DatGrymbergen gewonnenwaert

Ende aldus metter macht die hen die voirs. greve dede, ende voirts al die macht,diese op consten gebrengen, trocken zy tot Grymbergen, datse wonnen ende ver-branden.

Van der strydt dat Goyart voirs. in de wyege hingt

Dairnae streeden zy tegens den voirs. Grymberchsche een zwair strydt, in welkestrydt die iongh hertoich voirs. in een zilveren wyege aen een willige int veltwaert / gehangen omme zyn volck moet te geven, welken strydt die Brabanterenmet horen hulperen wonnen ende worpen omme Grymbergen in den gront. Indenselven strydt wairt die voirs. heer Arnout Berthoutz zeer gequetst, daira¡ hyster¡.

DatGrymbersche leen versterft opten ioncsten soen

Oeckwerden zyn twee zoenen gevangen. Die outste wairt op zyn gelove uuytge-laten ende die iongste blee¡ zitten te ghisel in der gevenckenisse, dairinne hyster¡. Ende alsoe mitsdien dat die outste den iongsten in der gevenckenisse lyetsterven sonder hem te lossen, wairt by den voirs. hertoech dairnae ordineert dat-tet leen van Grymbergen altyt opten iongsten versterven soude.

1144

32

fol. 37v

fol. 38r

DatDormonde aenVlaenderen quam

Ende oic om deswille dat dair onder meer doot bleven vele edelen uuytVlaende-ren, most die iongh hertoich voirs. dairvoir laten den voirs. greve vanVlaenderendlant van Dermonde, dat onder Lothryc ende Brabant plach te zyn, ende mits-dien halen zy noch hoir hoeft tAntwerpen.

in den iair ons heren m c xlvi

In desen tyde als men scree¡ XIC XLVI soe predicten Sinte-Bernart een cruys-vairt by bevele van den dorden paeus Eugenius, in welker cruysvairt waren dievoirs. keyser Coenraet ende die goede coninc Lodewyc vanVrancryc, die sestevan dien name. /Ende Godevart in deWyege voirs., naedien hii beiairt was, trac hy tot Gent omzyn mombarenvoirs. van allen geloeften, byhen aen denvoirs. grevevanVlaende-ren gedaen, ontslaigen te werdene. Ende dair wesende, vertelden hem dieselvergreve hoe dat zyn mombaren hem geloeft hadden dlant van Brabant aen hem teleen tontvangene, ommedat hyhemuuyt zynen noot zoude helpen, zoehygedaenhadde. Dwelck die iongh hertoige voirs. hoerende, knyelden hy neder op zynknyen ende toech uuyt zyn zwert, presenterende dat den voirs. greve, seggendehy hedde liever zyn hoeft van hem afgeslagen, dan dedel hertoichdom van Bra-bant van enen greve te leen tontfangene. Die greve voirs. aensiende den grootenmoet van den iongen hertoich voirs., hadde hy zyns compassie ende scaut hemquyt alle verbonden, die zyn mombaers met hem gemaect hadden. Hertoge Go-deuart in deWyege voirs., als hii oudt was XVII iaren, nam hy te wyveMargrie-ten, hertoge Henricx dochter van Lymborch, ende mitsdien wairt nedergeleegtden twist die langen tyt gestaen / hadde als van der tyt dat die voirs. hertoge Go-deuart metten Baert Lothryc ende Brabant wedercreech tegen den voirs. greveHenricken van Lymborch, vader des voirs. hertoge Henricx van Lymborch.

dBeginsel hoe Lymborch byBrabant comen is;1 huwelixgoet hertogeGoyarts in deWyege1

Ende metter voirs.Margrietenwaert denvoirs. Goedeuaerden gegeven tcasteel teRode bii Aken met zynen toebehoirten ende die voechdye van Sint-Truyen endenae die doot des voirs. hertoigeHenricxwaert hem toegeseegt tehebbenehet hal¡lant van Lymborch.

1146

33

fol. 38v

fol. 39r

1 In margine nota.

in den iair ons heren m c lxiii

Dat Behem een conincryc waert

In tyde des voirs. hertoge Godeuarts in deWyege waert dat hertoichdomvan Be-hem gemaect een conincryc.Tenzelventyde oick als int iair XIC LXIII worden die heilige drie coningen ge-bracht vanMeylanen tot Coelen.

in den iaer ons heren m c lxxxiii

Godeuart voirs., die men heyt in deWyege, als hy XL iair geweest had hertoge, /track hy over tmeer tot Iherusalem ende wedergecomen zynde vandair ster¡ hyintdorde iair dairnae, als int iairMCLXXXIII.HertogeGodeuart, diemen heytin deWyege voirs., hadde byMargrieten voirs. twe zoenen, te wetene: Henric, diewert nae zynenvoirs. vader hertoich; hy fundeerden ierst die stat van Den Bosch;Aelbrecht, die wairt bisscop van Ludick ende naederhant ten vervolge van keyserHenric dieVyftevoir die stat vanRyemengedootoft gemartelyt; ende een dochter,die hyet Aleit, die wairt coninginne van Engelant. Dese hertoge Henrick, desvoirs. Godeuartz soen, fundeerden die stat van sHertogenbosch.

Dafcoempste der heren van Perewys

Hertoge Godeuart voirs. nae dode der voirs. Margrieten, zynre hertoginnen,trouwden hy die dochter des greven van Loen, dairaen hy wan enen zoen die hyetWillem, die wairt heer van Perewys ende daira¡ zyn gecomen die van Perewys. /

ten tyde van hertoich henrick den yersten

Henrick voirs. dierste hertoich van dien name, wairt nae zynen vader voirs. her-toich van Brabant. Hii was dierste fundateur der stad van sHertogenbossche. Hiinam te huwelic Mechtelden, dochter greveMatheeus van Bonen, dairaen hy wansess kynderen, teweten:Henrick, diehyet dieTweeste, diewert hertoich nae zynenvader; Godeuart, diemen hyet van Bonen;Maria, die trouden denvierden keyserOtto; noch een dochter, die trouden greve Otto van Gelre; die dorde trouden dengreve van Aluerne inVrancryc; / ende die vierde dochter, Mechtelt geheiten, dietrouden ierst den palsgreve opten Ryn ende nae troudense greve Floryssen vanHollant, die aen hair wan twee zoenen bii namen: Willem, die wairt nae zynenvader greve van Hollant ende naederhant coninc van Almanien ende dieVriesenversloegen hem; Florys, die nae strydt mettenVleminge gehadt dieselver verwan;ende een dochter, die wairt grevinne van Henegouwe.

1163

34

fol. 39v

fol. 40r

fol. 40v

Iherusalem dattet weder heyenwaert

In deser tyt wan Saladyn, coninc van Babilonien, weder die stat van Iherusalem.Hertoge Henric dierste van dien name voirs., int iair MC XCIIII nam hy onderden dorden paeus Innocencius aen die cruysvairt ende trac met Coenraden,eertsbisscop van Menss, ende meer anderen heren nae Iherusalem. Hy was daireen principael/capiteyn.Hyhalpwynnen die stat vanBaruth ende Constantino-polen ende dairnae keerden hy weder te lande.

Herpen

In den iair M C XCI soe ont¢ngen heer Henric van Kuyck, heer van Herpen,ende Aelbrecht, zyn zoen, te leen van den voirs. hertoge Henric, den iersten vandien name, dlant van Herpen met zynre toebehoirten, prout in litteris ad signumtale (½1)1 ac folio I.

Strydt

Int achtienste iair van zynen hertoichdom bevacht hy byVden in den Pele greveFloryssen van Hollant ende greve Otten van Gelre. Hy had tegens hen victorieende vincse, mar hy was hen genadich. Ende hy lyet alsoe zoonen, dat hy beydeden voirs. greven ga¡ te huwelic beyde zyn voirgenoemde dochteren.

de henrico primo, fundatore opidi busciducensis2

In den iairMCCCCLXXXVdie scepenenvanDormalen quamen aen scepenendeser stat van Den Bosch met enen hoeftvonnes ende brachten mede een copievan enen previlegium deser stat ende hen verleent van hertoge Henrick van Bra-bant, in vele poincten accorderende metter carthen, beginnende: `In den nameder heiliger ende ongesceyden Drievoldicheit'etc., ende is die copie voirs. ad sig-num tale (½2) et folio CCCC LXXXIIII.3

Previlegium de libertate quam cives opidi Busciducensis habent inReno, ipsis per Henricum sextum Romanorum imperatorem con-cessum annoMo CoXCVIto sub hiis verbis:4

Henricus sextus Romanorum imperator et rex Cecilie /ob puram ¢dem et multaobsequia, que dictus Henricus primus illius nominis illustris dux Lotharingie etBrabantie sibi et imperio constanter exhibuit et ad instantem ipsius postulatio-nem universos homines suos de nova civitate apud silvam a suis theoloniis queubique in Reno ad manus suas habuit, imperiali benignitate in perpetuum absol-

1196

35

fol. 41r

fol. 41v

1 Voordit signum en alle volgende, zie bijlage 2.2 Vertaling: over Hendrik I, stichter van de stad 's-Hertogenbosch.3 In margine nota.4 In margine nota; vertaling: het privilege van de (tol)vrijdom die de burgers van de stad's-Hertogenbosch hebben op de Rijn, aan hen verleend door keizer HendrikVI in het jaar1196 met dezewoorden:

vit, ita quod de rebus que suis sunt, nullum nobis vel nostro nuncio persolvanttheolonium nullaque in eos vel res ipsorum ¢at exactio; quod quidem previlegi-um Karolus imperator depost con¢rmavit et quod previlegium comprehenditurad signum tale (½3) et folio III.

Die vryheit van den toll vanGelre1

AnnoMo CCo tercio supradictus Henricus primus illius nominis, dux Lotharin-gie, Brabantie, post victoriam habitam contra dictumOttonem, comitemGelrie,in quadam concordia pacis inter dictum ducem et comitem predictum facta eun-dem comitem coegit, quod idemOtto, comesGelrie, inter cetera iuravit quod om-nes marcatores terre dicti ducis infra dominium comitis ab omni theolonio inReno sine dolo liberi erunt atque quodburgenses de Silva iuxtaOrthen per totamterram comitis Gelrie ab omni theolonio liberi erunt; quod quidem previlegiumcomprehenditur ad signum (½4) et folio IIII. /

tempore henrici primi, fundatoris opidi de buscoducis2

Sequuntur nomina scabinorum dicte nove civitatis apud silvam, que Buscumdu-cis nuncupatur, incipientia anno Mo CCo, quo quidem anno Buscumducis nondiu steterat, et sic:3

Remigii eodem annoMo CCo hii sequentes fuerunt scabini in Buscoducis.Tempore istius scabinatus incepit ordo predicatorum.4

Remigii confessoris anno Mo CCo primo fuerunt scabini in Buscoducis pre-dicto. /

Remigii confessoris annoMo CCo secundo.

Remigii confessoris annoMo CCo tercio.Tempore istius scabinatus facta est concordia inter dictumHenricum primum etTheodericum, comitem Hollandie, sic videlicet quod Dordrecht et alie ville cir-cumiacentes in feodum teneri debent a duce Brabantie et quod homines ducis interra comitis Hollandie transire debent per terram et aquas cum theolonio suoiure quo theolonia in presencia sue institutionis fuerunt instituta; prout in litterisincipientibus: `In nomine sancte et individue Trinitatis' et comprehensis ad sig-num (½5) et folioVII.Ten tyde van desen scepenstoel heeft die voirs. stat van Den Bosch vercregen dievoirs. vryheit van denvoirs. toll slantz vanGelre nae inhoude der voirs. brieven. /

1203-1204

36

fol. 42r

fol. 42v

1 In margine nota.2 Vertaling: ten tijde vanHendrik I, stichter van de stad 's-Hertogenbosch.3 Vertaling: de namen van schepenen van de nieuwegemeenschap bij het bos, die's-Hertogen-boschgenoemdwordt, volgen, beginnend in het jaar 1200, inwelk jaar's-Hertogenboschnogniet lang bestond, en aldus:

4 In margine nota; vertaling: in dit schepenjaarbegon de orde van de predikheren.

ten tyde van den iersten hertoge henrick voirs.1

Remigii confessoris annoMo CCo quarto fuerunt scabini hii.

Filie ducis possunt succedere2

Tempore iamdicti scabinatus Philippus secundus Romanorum rex in quodamprevilegio inter cetera inibi continenta regia sua auctoritate Henrico primo illiusnominis illustri duci Lotharingie, Brabantie concessit quod ¢lie sue, si masculi-num heredem non habuerit, in feodis suis libere ei tamquam masculi succedant;quodquidem previlegium comprehenditur ad signum (½6) et folioVI.

Remigii confessoris annoMo CCo quinto fuerunt scabini. /

Remigii confessoris annoMo CCo sexto fuerunt scabini in Buscoducis.

Remigii confessoris annoMo CCo septimo.

Remigii confessoris annoMo CCo octavo. /

Remigii confessoris anno Mo CCo nono: Alardus de Keent, Arnoldus Poel-donck.

Remigii confessoris annoMo CCo decimo.Tempore istius scabinatus incepit ordo fratrum minorum.3

Remigii confessoris annoMo CCo undecimo. /

Remigii confessoris annoMo CCo XIIo fuerunt scabini in Buscoducis.Tempore dicti scabinatus die voirs. Henric dierste van dien name, hertoge vanLothryck, van Brabant, etc., in zynen XXVIIIen iaer zyns hertoichdoms op As-censiendach wan hy Ludick dair groete dootslaigen gescieden ende veriaechdenden bisscop, genoempt Huge.

Remigii confessoris annoMo CCo XIIIo. /Ten tyde van den voirs. scepenstoel hertoge Henrick voirs. destrueerden die statvan Tongeren, mar int wederkeren die voirs. bisscop ende greve Lodewyc vanLoen laeghden hem tusschen Montenaken ende Landen opt velt te Sepz endesloegen hem a¡ vele volcx. In den scepenstoel voirs. ende in diere tyt was conincPhilips vanVrancryc die tweeste, die Sinte-Lodewycs des conincx oudersvaderwas, die beriep tot Zoysson enen groeten raet van edelen mannen, dair hertoigeHenric voirs. oec by was. Die voirs. coninc Philips ga¡aldair denvoirscreven her-toich Henricken, want zyn ierste vrouwe doot was, zyn dochter ten huwelic diehyet Maria, daeraen hy wan een dochter die naemaels waert grevinne van Cleue.

Remigii confessoris annoMo CCo XIIII. /

1214-1215

37

fol. 43r

fol. 43v

fol. 44r

fol. 44v

fol. 45r

1 Herhaald zonder voirs. tot en met fol. 48r.2 Vertaling: dochters van de hertog kunnen opvolgen.3 In margine nota; vertaling: in dit schepenjaarbegon de orde van de minderbroeders.

Ten tyde van desen voirscr. scepenstoel quam die voirs. keyser Otto dieVierde totMaestricht, dair hy nam ten huwelic die bovengenoempden Marie, dochter her-toige Henricx endeMechtelts voirs.

Remigii confessoris annoMo CCo XV scabini in Buscoducis fuerunt.

Remigii confessoris annoMo CCo XVIto. /

Remigii confessoris annoMo CCo XVIIo.

Remigii confessoris annoMo CCo XVIIIo.

Remigii confessoris annoMo CCo XIXo. /

Remigii confessoris annoMo CCo XXo fuerunt scabini hii.Ten tyde van den scepenstoel voirs. began die oirdene van den carmeliten.

Remigii confessoris annoMo CCo XXIo.

Remigii confessoris annoMo CCo XXIIo. /

Remigii confessoris annoMo CCo XXIIIo.

Remigii confessoris annoMo CCo XXIIIIto.

Remigii confessoris annoMo CCo XXVto. /

Remigii confessoris annoMo CCo XXVIto.In desen tyden leefden Sinte-Elisabeth, lantgrevinne vanDoeringen ende dochterdes conincx van Hongarien.

Remigii confessoris annoMo CCo XXVIIo.Oeck leefden in desen tyden Sinte-Lodewyc, coninc vanVrancryc, ende Sinte-Lo-dewyc, mynrebrueder, bisscop vanTholosen.

Remigii confessoris annoMo CCo XXVIIIo. /

Remigii confessoris annoMo CCo XXIXo.

Remigii confessoris annoMo CCo XXXo.

Remigii confessoris annoMo CCo XXXIo. /

teser tyt sterff dierste hertoich henrick

Remigii confessoris annoMo CCo XXXIIo.In scabinatu infrascripto Henricus, Romanorum rex, ad instantem postulatio-nemHenrici, maioris ¢lii illustris viri Henrici, ducis Lotharingie, Brabantie, uni-versos homines de nova civitate apud silvam a theoloniis suis in Renoimperpetuum absolvit; prout in litteris contentis folio IX.

Remigii confessoris annoMo CCo XXXIIIo.In desen tyden leefden paeus Innocencius die Dorde, die zeer oirbairlic was derHeiliger Kercken.

1215-1216

38

fol. 45v

fol. 46r

fol. 46v

fol. 47r

fol. 47v

fol. 48r

fol. 48v

Remigii confessoris annoMo CCo XXXIIIIo. /

teser tyt began die tweeste hertoich henric regneren

Remigii confessoris annoMo CCo XXXVto.Ten tyde van desen scepenstoel soe ster¡ die voirscreven Henrick dierste van dienname, hertoich van Lothryc, Brabant, etc. Ende doen had hii XLVIII iaren ge-weest hertoich ende hy wairt begraven tot Loeuen int Sinte-Peterskercke. Intvoirs. iair nae dode des voirs. Henricx dierste van dien name, soe wairt hertoichvan Lothryc ende Brabant Henrick die tweeste van dien name, ziin zoen boven-genoempt, die men hyet die Groetmoedige.

Remigii confessoris annoMo CCo XXXVIto. /

ten tyde van den tweesten hertoich henrick1

Henrick voirs. die tweeste van dien name, hertoge van Lothryck ende Brabant,nam te huwelic Marie, dochter van coninc Philips, Roemsch Coninc, die zoenwas van den iersten keyser Frederic. Hy wan dairaen: eenen zoen, die hyet Hen-rick, die wairt nae zynen vader hertoich; hy was die dorde Henric ende geheitendie Sachtmoedige; ende vier dochteren: Mechtelt, die nam te huwelic den grevevan Artois ende Sympoel, brueder des coninx van Vrancryc; dairaf quam dievrome Robbert van Artois; Maria, die nam te huwelic den hertoich van Beyeren;Beatris, die nam tehuwelic den lantgreve vanDoeringen;Margriet, diewert non-ne in dabdye sHertogendael, die hair vader stichten ende gaf dairtoe die grotetiende van Oueryssche. /

Remigii confessoris annoMo CCo XXXVIIo.Hertoge Henric die Tweeste voirs. hadde zwair oirloge tegens die Coelsche. Hywan metter macht Daelhem met zynre toebehoirten.

Remigii confessoris annoMo CCo XXXVIIIo.In desen tyde leefden Sint-Thomas vanAquinen.Oeck leefdenAelbertusMagnus.

Remigii confessoris annoMo CCo XXXIXo.Oeck in desen tyden leefden Bonauentura ende Alexander de Hales. /

Remigii confessoris annoMo CCo XLo.

GreveWillem van Hollant

In desen tyden wairt den voirs. hertoghe Henricken denTweesten presenteert diekeyserlycke croen van den paeus Innocentio den Vierden nae der doot van densesten keyser Henrick. Mar hy weygerden die aen te verden ende hy promoveer-den dairtoe zynre voirs. suster zoen, greveWillemen van Hollant, die coninc ge-

1240-1241

39

fol. 49r

fol. 49v

fol. 50r

fol. 50v

1 Herhaald tot en met fol. 53r.

maect wairt. Mar eer hy keyser wairt, toech hy opteVriesen, dair hy wert verslai-gen, dat greve Florys, zyn zoen, naemaels wraeck.

Remigii confessoris annoMo CCo XLIo.

Remigii confessoris annoMo CCo XLIIo. /Hertoge Henrick die Tweeste voirs., nae zynre voirs. ierster huysvrouwen doot,trouden hy een edel bloeme die hyet Sophia, dochter van der voirscreven Sinte-Elisabeth, die zeer dueghdelic ende gotvresendewass, dairaen hiiwan enen zoen,die hyet oick Henrick. Die wairt naemaels lantgreve van Doeringen.

Remigii confessoris annoMo CCo XLIIIo.

Remigii confessoris annoMo CCo XLIIIIto. /

Remigii confessoris annoMo CCo XLVto scabini fuerunt hii.Omtrent deser tyt aennam die heilige Sinte-Lodewiic, coninc vanVrancryc, eencruysvairt ende track over tmeer opte ongelovige. Dese Sinte-Lodewiic, conincvanVrancryck, was oeckvan den geslachte desbovengenoempden groeten conincKaerls van zynre ouder moederwegen, der goeder coninginnen Elisabeth, dieden tweesten coninc Philippus getrout hadde, die aen hair wan denVIIen conincLodewyc, die alten kerstelycken endeheiligen conincwas. Endehii hadde getroutSinte-Blancke, dochter des conincx van Spaengien. Ende dairaen wan hy desenvoirs. coninc Sinte-Lodewyc den Achsten ende oic Kaerlen, den greve van An-gouwen, die wert coninc van Cecilien ende Napels ende die was vader van Sinte-Lodewyc, die mynrebrueder ende bisscop was. Dese coninc Sinte-Lodewiic namte wive die edel bloeme Margriet, des greven dochter van Prouencien, dairby hyheylichlic leefden. /

XII genoten

Dese voirs. coninc Sinte-Lodewiic ordineerden ierst die XII genoten vanVranc-ryc omdatse in groten saken raet van der croenen zyn zouden, te wetene: sessgeestelycke by namen: die eertsbisscop ende hertoich van Ryemen, die sal¡t denconinc metterolyen, genomen uuyter ampullen die uuyten hemel quam als Sinte-Remeys denvoirs. conincClodoueus doepten; diebisscop endehertoichvanLou-wen, die dreeghtdie ampulle; diebisscop endehertoichvanLangre, die dreegt desconincxceptre; diebisscop endegreveBeauays, die dreegt des conincxwapenroc;diebisscop ende greve vanChalon in Champanien, die dreegt des conincx signet;die bisscop ende greve van Noyon, die dreegt des conincx gordel; / ende die sesswerlycke genoten: die hertoge van Bourgoindien, die dreegt die coninclike croenende hy gort den coninc zyn zwert; die hertoge van Normandien, die dreegt desconincx ierste banier; die hertoge van Aquitanien, dats vanGwiennen ende Gas-conien, die dreegt des conincx tweeste banier; die greve van Vlaenderen, diedreegt des conincx zwert; die greve van Champanien, die dreegt des coninx stan-dart; die greve vanTholousen, die dreegt des conincx gulden spoeren.In zynre tyt oeckwairt by den vierden paeusVrbanus ingestelt die gloriose feestevan den eerwerdigenHeiligen Sacramentmetten a£aten. /Sinte-Lodewyc coninc

1241-1242

40

fol. 51r

fol. 51v

fol. 52r

fol. 52v

fol. 53r

voirs. ster¡ int iair MCC LXXende liet after enen soen, Philips, die wert conincnae zynen vader.

Remigii confessoris annoMo CCo LXVIo.

Remigii confessoris annoMo CCo LXVIIo.Ten tydevan desen scepenstoel soe ster¡ hertogeHenric dieTweestevoirs. endehywert begraven int cloester teVileer. /

ten tyde van den dorden hertoich henricken1

Hertoge Henrick die dorde van dien name voirs., wart hertoge terstont nae diedoot des voirs. hertoige Henricx des tweeste van dien name.

Waeromme Lothryck voir geset wordt

Hy scree¡ hem altyt hertoge van Lothryc ende Brabant. Hy setten Lothryc voirom deswill dat Lothryck een eertshertoichdom is ende zynen name heeft vanden grooten coninc Lotharys vanVrancryc. Nochtans is thertoichdom van Bra-bant vele ouder.

Remigii confessoris annoMo CCo XLVIIIo.

Remigii confessoris annoMo CCo XLIXo. /Henrickdie Dorde voirs., die men hyet die sachtmoedige hertoige, hy trouden tenwive Aleyten, dochter des hertoigen van Bourgoindien, dairaen hy wan:drie zoenen, by namen: Henricken, diewas onbeset van synnen ende onbequaemdlant te regneren, ende by onderwys van den heren van den lant ende des herenvan Mechlen, geheiten die grote Barthout, die nae die doot hertoich Henrix desDorden geheel raet was van vrouwe Aleiten, bega¡ hy hem in een abdye in Bour-goindien; Iannen, die wairt int achste iair nae zyns vaders doot hertoich vanBra-bant ende hy was dierste hertoich Ian; Godeuarden, die had voir zyn gedeelt inBrabant Aerschot, Bierbeeck, Sichenem ende Sint-Aechten-Rode; hy creech eenedell vrouwe, dairmede hygecreech dlant vanVierson; hy wan dairaen enen zoen,geheiten Ian, ende twe dochteren; dese edelGodeuart ende Ian, zyn zoen, wordennae- /maels verslagen in den vreeslycken strydt van Cortryc, dair vele edele ble-ven.

Dafcoempst der heren van Croy

Syn outste dochter ga¡ hy ten huwelic den greve van Harcourt ende ga¡er mededlant van Aerschot ende Bierbeecke; van hair als van der eenre zyden is gecomendie heer van Croy, nu int iair XVC ende dartien levende; ende zyn ander dochtertrouden den greve van Loen ende ga¡er mede dlant van Sichenem ende Sint-Aeghten-Rode; ende hy gewan aen hair een dochter die naemaels trouden dengreve van Guylic;

1249-1250

41

fol. 53v

fol. 54r

fol. 54v

1 Herhaald tot en met fol. 56r.

ende een dochter Marie, die wairt coningin vanVrancryck, want zy trouden dendorden coninc Philips voirs., Sinte-Lodewycs soen, naedat zyn ierste vrouwedoot was, ende hy had van deser vrouwen enen zoen, geheiten Lodewyc, grevevan Eureux.

Remigii confessoris annoMo CCo Lo.

Tempore istius scabinatus incepit ordo heremitarum beati Augustini.1 Temporeiamdicti scabinatus in ianuario composicio quedam facta est inter Iohannem,dominum de Huesden, /et opidum de Buscoducis inter cetera quod omnia bonaopidanorumde Busco per dominiumdomini deHuesden transeuncia, sic2 in ter-ris, sic2 in aquis, de theolonio libera erunt. Preterea, si contingat, quod aliquisopidanus aliena bona transvexerit et inde convictus fuerit, domicilium domussue confringetur et per annum o¤cio suo carebit et super domo de Huesden iuredebito, si comprehendi poterit, tenebitur ad emendam. Insuper si a domino deHuesden ex unaparte et opidanis de Busco ex altera hec condicio, quod absit, ne-glecta fuerit, post septem dies monitione prehabita tenebitur emendari, interimetiam non erit calumpniatum; prout in litteris3 ad signum (½7) et folio X.

Remigii confessoris annoMo CCo LIo.

Remigii confessoris annoMo CCo LIIo. /

Remigii confessoris annoMo CCo LIIIo scabini fuerunt hii.

Remigii confessoris annoMo CCo LIIIIto.

Remigii confessoris annoMo CCo LVto. /

Remigii confessoris annoMo CCo LVIto.

Remigii confessoris anno Mo CCo LVIIo: Makarius, Iohannes dictus Pape, Egi-diusKnode,Godescalcus deHynden, Iohannes deNeysel, NycholausFermenta-toris, Ludingus.

Remigii confessoris annoMo CCo LVIIIo. /

Remigii confessoris annoMo CCo LIXo.

Remigii confessoris annoMo CCo LXo.

Fundacie van den predicaren te Loeuen

Ten tyde van den voirscreven scepenstoel soe ster¡ hertoge Henrick die Dordevoirs. als hy XIII iaren regneert hadde ende hy wairt begraven te Loeuen indtcloester van den predicaren, dwelcke hii gesticht ende fundeert hadde. /

1250-1251

42

fol. 55r

fol. 55v

fol. 56r

fol. 56v

1 Vertaling: in dit schepenjaarbegon de orde van de heremieten van de heilige Augustinus.2 Aldus hs., lees sit.3 Hierna inferius insertis doorgestreept.

hiernae begonst te regeren dierste hertoige ian, zoenvan den dorden hertoich henrick

Remigii confessoris annoMo CCo LXIo.Omtrent deser tyt hyelt paeus Gregorius die Xte dat consilie te Lyons inVrancryc.Dair waren CCCCC bisscoppen, LX abten ende andere prelaten omtrent M.Dair quamen oec Griecken endeTartaren.Nae die doot van denvoirs. hertoge Henricken den Dorden leefdenvrouweAleytvoirs. langen tyt, wyslyc dat lant regerende, want al hair kynderen ionckwaren. Syster¡ int iair MCCo LXXXIII ende wairt begraven int cloester van den predica-renvoirs. Syhadgroete conversacie metten heiligen man Sinte-Thomas vanAqui-nen, doen levende ende tot Parys woenende, ende als zy ennige twivelachtigesaken in hare consciencien hadde, soe scree¡ zy aen hem om raet ende hy scree¡hair weder mintlike antwoerde.

Remigii confessoris annoMo CCo LXIIo. /

teser tyt began regneren dierste hertoge ian

Remigii confessoris annoMo CCo LXIIIo scabini fuerunt.

Remigii confessoris annoMo CCo LXIIIIo.

Remigii confessoris annoMo CCo LXVto. /

Remigii confessoris annoMo CCo LXVIo.

Remigii confessoris annoMo CCo LXVIIo.

Remigii confessoris annoMo CCo LXVIIIo. /

ten tyde van den iersten hertoich ian1

Ten tyde van denvoirs. scepenstoel als int iairMCCLXVIII soe is Ianvoirs., dier-ste van dien name, zoenvan denvoirs. hertoichHenricken denDorden, int achsteiair nae dode zyns vaders voirs. worden hertoich van Lothryc ende van Brabantende oic voegt van Aken. Hii trouden vrouwe Margrieten, dochter des voirs. co-nincx Philips vanVrancryc. Ende coninc Philips voirs. hadde zyn suster te wiveals voirs. is. Margriet voirs. ster¡ in den arbeit van kinde ende dkinde mede.

Remigii confessoris annoMo CCo LXIXo. /

Nae dode vanvrouweMargrietenvoirs. soe trouden die voirs. ierste Ian die doch-ter van greve Gwydo vanVlaenderen, dairaen hy wan twee zoenen, by namen:Ian, die wairt hertoich nae dode zyns vaders ende hy was die tweeste Ian; Go-deuairt, die ster¡ ionckwesende; ende twee dochteren, by namen: Margriet, die

1269-1270

43

fol. 57r

fol. 57v

fol. 58r

fol. 58v

fol. 59r

1 Herhaald tot en met fol. 68r.

wairt naemaels keyserinne, want zy trouden int iaerMCCXCIIgreveHenrickenvan Lutzenborch, wiens vader doot blee¡ in den strydvoirWoeronck, welkeHen-ric naemaels wert keyser ende men hyeten die goede keyser Henrick; Marie, diewairt grevinne van Sauoyen.

Remigii confessoris annoMo CCo LXXo. /

Remigii confessoris annoMo CCo LXXIo.

Remigii confessoris annoMo CCo LXXIIo.

Remigii confessoris annoMo CCo LXXIIIo. /

Remigii confessoris annoMo CCo LXXIIIIo.In den voirs. iair MCC LXXIIII soe heeft die ierste hertoich Ian voirs. dien vanDordrecht verleent zeker vryheit van tol tot Lyt, prout in litteris incipientibus: `Io-hannes, Dei gratia'et comprehensis folio CCCCLVII et ad signum (½8).

Remigii confessoris annoMo CCo LXVto.

Remigii confessoris annoMo CCo LXXVIto. /

Remigii confessoris annoMo CCo LXXVIIo.

Dat dlant van Lymborch

Omtrent deser tyt hadde die voirs. ierste hertoich Ian enen zwaren strydt teWoe-ronck, die toequam aldus ende oirspronck hadde: want als hertoge Henrick vanLymborch was gestorven ende hertoge Ian voirs. wittelic afgecoft hadde Adol-phen, grevevanDenBerge, die des voirs. hertogeHenricx naeste erfgenaemwass,allen zyn recht dat hyhadde aen thertoichdomvanLymborchvoirs., soe track her-toich Ian voirs. int lant van Lymborch om dat te bescickene. Mar greve Reynoutvan Gelre, die des voirs. hertoich Henrix dochter hadde gehadt ende die sonderoir was gestorven, setten hem dairtegen, seggende dat hem als vanwegen zynrevoirs. vrouwen, die dochter was des voirs. hertoich Henrix, die tocht toebehoir-den. Hertoge Ian voirs. seeghden neen, want greve Reynoutz vrouwe voirs. voirden voirs. hertoich Henricken, haren vader, weer gestorven. Ende alsoe sochtgreve Reynout van Gelre voirs. tegen den voirs. hertoich Iannen al omme hulpe.Ende hy creech te hulpen den eertsbisscop van Coelen, greve Henricken van Lut-cemborch, hereWalrauen, zynen brueder, ende herenWalrauenvanValkenborch,die all tegen hertoich Iannenvoirs. zwoeren hem tehynderen. dWelckdie hertoichvoirs. vernemende, trackhy in den lande van den eertsbisscop ende van den grevevan Lutzemborch voirs., dair hy grote scaide dede, verdestruerende des bisscop-pen lant. Hy toech metter macht opten Ryn ende dede zyn pert drincken in denRyn.1 Endeomtrent Bonne dedehyallen diewyngardenuuytsnyden.Dairnae, terbegerten ende beeden des greve van Den Berge ende der edele van Coelen, be-leeghden hy metten voirs. Godeuarden vanVierson, zynen brueder, tcasteel vanWoeronck, dat een roe¡huys was. Ende dairvoir liggende ten tyde van den voirs.

1270-1271

44

fol. 59v

fol. 60r

fol. 60v

1 In margine nota.

scepenstoel vanLXXVII, quamen die voirs. eertsbisscopvanColen met vele ede-len uuyt Ouerlant, met greve Reynout van Gelre, metten greve van Lutsenborch,den heer vanValkenborch endemeynden hertoich Iannenvoirs. aldair te overval-len. Hy trac met zynen heir hen tegen, alsoe datter quam tot enen strydt dair her-toich Ian te boven ginck ende dair doot bleven die voirs. greve van Lutzenborchmet zynen drie bruederen ende met wel M ridderen. Dair worden gevangen dievoirs. eertsbisscop, die greve van Nassou, heer Walrauen vanValkenborch endevelemeerandereheren. /Ende die strydt gedaenwesende trachy weder voirWoe-ronckvoirs. ende destrueerden dat in den gront.

Remigii confessoris annoMoCCo LXXVIII:Wellinus ¢lius Egidii dicti Knoede,Godescalcus de Bladel.

Aengaet denGroeten Gasthuys

Ten tyde van desen voirs. scepenstoel soe heeft heer Ian, bisscop van Ludick, on-der zynre genaden brieven ingestelt den regule der nonnen ende bruederen vanden Groeten Gasthuys bynnen der stat van sHertogenbosch ende onder meerdairinne ordineert:dat zoe wat ziecke int voirs. gasthuys coempt, ten iersten sal men Gode genochdoen met biechten den priester ende voirtaen zynen naesten dien hy mesdaenheeft, nae synder macht genade heysschen;ende zyn goet oft hy ennich heeft onder getuge datselve den gasthuys bevelen dat-selve alinge weder te hebbene oft hy geneest;ende oft hy, staende perikel des dootz, diezelve alle tsyn dair nyet laten en wille,zoe sal men dairaf nemen den cost / ende van dien dat dair overloept, mach hiizyn testament maken; ende sterft hy sonder testament te makene, allen zyn goetdan sall comen tot behoe¡ den armen des huys voirs.;itemoftyemandt van den ziecken sunderlinge ziect toequameoft heytte ende eensmeesters behoefde ende nyet en hedde den meester te geven, zoe zall tloen desmeesters van der meesterssen des gasthuys gegevenworden, alsoe verre zy mach;item die werlycke gueden des gasthuys voirs. zullen werden gehanteert met raidevier mannen vanwegen des bisscops ende by consent der scepenen ende der ge-sworen der stat vanDenBosch, dairtoe gecoren, diewelke den huysevoirs. trouwedoen zullen; van welken brieven voirs. dbeginsel luydt aldus: `In den name derheiliger Drieuoldicheit'ende is begrepen folio XI ad signum tale (½9).

Remigii confessoris anno Mo CCo LXXIXo: Henricus de Neynsel, Amelius deBucstel. /

Remigii confessoris annoMo CCo LXXXo.Omtrent deser tyt tot Sinte-Quintyns in Vermendoys vergaderden die bovenge-noemde coninc Philips vanVrancryc ende hertoge Ian dIerste voirs., daerse tsa-men feestelic hoveerden. Ende int sceyden vraeghden hem die coninc wye denanderen die sceydelmaeltyt geven zoude, dairop hertoge Ian antwoerden: diezyn spyse ierst gereet hedde; dwelc die coninc consenteerden. Mar hy dede ver-byeden dat men des hertogen lyeden noch hout noch colen vercopen en zoudeomme alsoe metten hertoich te boerden. dWelc die hertoich verstaende dede hy

1280-1281

45

fol. 61r

fol. 61v

fol. 62r

coepen allen die plattelen, nappen ende scotelen die hy crigen conde, ende dair-mede wairt zyn spyse gecooct ende alreierst gereet.

Remigii confessoris anno Mo CCo LXXXIo:Wellinus ¢lius Egidii Knoede, Io-hannes Coman. /

Remigii confessoris annoMo CCo LXXXII.

Remigii confessoris annoMo CCo LXXXIIIo.Ten tyde van desen scepenstoel ster¡ vrouwe Aleyt voirs.Dese naevolgende carthe accordeert metter carthen, beginnende: `In den nameder herleiger1 ende ongesceyden Drievoldicheit', verleent byden dorden hertoichIan.Tempore iamdicti scabinatus feria secunda ante festum Puri¢cationis BeateMa-rieVirginis supradictus Iohannes, primus illius nominis, dux Lottharingie etBra-bantie, univer- /sitati burgensium de Buscoducis concessit subsequentia:

Die vryheit van tol in Brabantin primis ipsos burgenses de Buscoducis ab omni theolonio ubicumque in sua po-testate tam per aquas quam per terras liberavit ac liberos penitus et absolutos essevoluit imperpetuum;item eisdem adhuc concessit si alicui quidquam adversus aliquem burgensem deBuscoducis displicuerit, idem nichil inde nisi iudicium scabinorum habere debetnec etiam ipse aliquid de hoc requiret aut sua posteritas;item si de circumiacentibus alicui burgensium aliquis iniuriam fecerit de bonissuis que burgensis iuste et sine querimonia possedit, villicus de Buscoducis hoccorrigere debet, etc.;

Aengaet die poirtscapitemporte et ingressus opidi de Buscoducis patebunt cuilibet etburgensis ¢eri pote-ritquilibet, etc., dandovidelicet iudici quatuordenarios, preconi unumdenarium etsculteto unum denarium; cuilibet opidano, si necesse habuerit, cedent XLta dies iniulio, totidem in augusto ad messes colligendas et totidem ad seminandum in au-tumpno extra limina dicti opidi, etc.;

Aengaet der bourgeren dagingecum aliquis opidanus in causam fuerit trahendus, debet citari per iudicem vel perpreconem, venturus ad iudicium post duas ebdomadas a die citationis; sed opida-nus citatus potest diem citationis anticipare et dictus modus citandi locum habettantum in causa que vertitur inter opidanos; si autem extraneus opidanum traxeritin causam, iudex tenebitur ei iusticiam facere infra triduum; qui per testes se habetexcusare in iudicio, ille habebit iuducias per duas ebdomadas;

Aengaet tgetugenisse der bourgerenitem tantumopidanus ferre poterit testimonium contraopidanum et simplex opida-nus, ferens testimonium, iurare tenebitur; /

1281-1282

46

fol. 62v

fol. 63r

1 Aldus hs., lees heiliger.

Aengaet hoe scepenen tugen mogenscabinus vel iuratus dicti opidi potest ferre testimonium sine iuramento;

Hoemen dagen salcum quis citatur de re pecuniali, debet citari per iudicemvel preconem in presentiaduorum opidanorum et in citatione debet taxari summa pecunie; et si citatus diepre¢xa non comparuerit, conquerens tantum pecunie obtinuit quanta in citationefuerit taxata; et citatus, quia non comparuit, debet iudici de banno tres solidos;item censuales alicuius domini spiritualis a nobis vel nostro sculteto ad iudiciumcitati fuerint, dominus eorum spiritualis poterit eos a iudice eripere, ita quod pro-mittat certa ¢de se debere iuste iudicare;item cumaliquis superhereditate aliqua citatus ad iudiciumprimadie pre¢xa sibia iudice non comparuerit, citandus est secundo, et si secundo non comparuerit,citabitur tercio, et si tunc non venerit, tenebitur satisfacere iudici de utroque ex-cessu persolvendo ei duos solidos lovanienses; si vero tercio non venerit, cadit ci-tatus a causa et hereditas, super qua citatus est, ipsi abiudicabitur; si autemconquerens aliqua die non comparuerit de dictis tribus diebus citationis, caditpenitus a causa;

Hoemen sal zwerenqui debet iurare de re pecuniali, poterit cadere a causa et eam amittere si verbotenusmale iuraverit vel contra modum iurandi venerit;

Den peen van qualic te zwerenqui iuraverit super hereditates in primo vel secundo iuramento, cadere non poterit;si autem tercio iurans debitum modum iurandi excesserit, cadit a causa et quotiensmale iuraverit, tociens iudici duos solidos lovanienses persolvet;

Van den drie iairgedingenitem in dicto opido tria placita annalia servabuntur, primum proxima feria terciapost EpiphaniamDomini, secundumproxima /feria secunda post octavas Pasche,tercium feria secunda post festumNativitatis Baptiste et dicta placita sunt in eccle-sia indicenda;

Den brueck die yemanden quetstensi quis alium instrumento acutovulneraverit et dehoc per scabinos convictus fuerit,decem talenta domino persolvet vel manu prevabitur;1

dOvervallen bynnen huysesi quis alium infra mansionem suam per se vel per alios occiderit, ipse cum suiscomplicibus, si per scabinos convicti fuerint, erunt in potestate domini;si quis aliquem infra mansionem suam vulneraverit, decem talenta et quilibetcomplicum suorum XLta quinque solidos Lovaniensium domino persolvent, siper scabinos convicti fuerint;si is qui in propriamansione se defendendo aliquemocciderit, quatuorLovanien-ses denarios persolvet et per hoc dominus eum tenebitur tueri et reconsiliare etcondere ¢rmam pacem;

1283-1284

47

fol. 63v

fol. 64r

1 Aldus hs., lees privabitur.

Ius talionisitem si aliquis quassator per scabinos convictus fuerit, caput pro capite, oculumprooculo et simile membrum pro simili membro de proprio membro tenebitur amit-tere;

De crimine capitaliqui super furto, incendio, rapina sive exhibitione veneni deprehensus fuerit et perscabinos convictus, capitalem debet inire sententiam; et si non convictus per scabi-nos sala manu iurando se ab1 poterit excusare;

De fure deprehensoqui furem in domo sua deprehenderit, poterit eum cumvicinis suis tenere et iudicipresentare; si vero deprehensum fuerit, dimiserit et de hoc per scabinos convictusfuerit, id ad gratiam domini emendabit;

De debitoribus servandisqui coram iudice superdebitis convenitur et convincitur, iudexdebetdebitorem cus-todie preconi deputare per duas ebdomadas servandum et interim a precone pas-cendum; et post duas ebdomadas iudex tradet debitorem in potestate, cuius estdebitor, ita quod ille debitorem suum pascet non vexando corpus ipsius donec se-cum componat, etc.; /

Van bourge te stellen in rechtsi quis in iudicio coram iudice comparuerit, tenebitur iudici, si exigerit, quo ad iussuum ponere ¢deiussores; opidanus vero, si in iudicio conveniatur et aliquid iuriscitra eum contigerit iudicem, poterit a iudicio recedere sine ¢deiussore, si tantumpossideat quantum invalore iudici citra eum competit; si non tantumpossideat, te-nebitur prestare ¢deiussoriam cautionem;

Van tegenseggensi quis in iudicio obloquitur scabinis vel sentenciam ipsorum, etc. iniuste et contu-maciter contradixerit, tenebitur domino persolvere decem talenta et cuilibet scabi-norumunum talentum;

De percussis manu vel trusis pedesi quis alium irato animo manu percusserit primo vel pede truserit et de hoc perscabinos convictus fuerit, solvet quindecim solidos, videlicet quinque domino,quinque leso et quinque opido; si vero is, qui percussus fuerit, percussorem incon-tinenti repercusserit sine e¡usione sanguinis vel membri quassatione, que vulgoleemde appellatur, nichil solvet; sed si repercussor primo sine e¡usione sanguinisvel quassatione membri percussus fuerit et alium repercusserit ad e¡usionem san-guinis vel quassationem membri, extunc repercussor solvet penam debitam, etc.;

Dat die tepper van gedroncken bier hemselven aensweren mach. Oic vanwiin, mede, etc.si quis tabernam intraverit et vinum illic biberit et ille, si opidanus sit, facta compu-tatione statim non solverit sed recesserit usque admane antemeridiem crastine diei

1283-1284

48

fol. 64v

1 Aldus hs., men verwacht hierna hoc.

soluturus; si autem ante idem tempus non solverit et querimonia super hoc ad iudi-cem delata fuerit, debitor ille vinitori persolvet tres solidos Lovanienses iudici et vi-nitori duos; si vero debitor debitum huiusmodi, quod de potu vinitori debet,negaverit, ipse vinitor debitum tale suo proprio iuramento a¤rmare poterit usquead summam quinque solidorum Lovaniensium; idem ius erit si bibatur ad cervi-siamvel medonem; /

Altyt te moigen uuyten gelage te gaen ende te betalensi plures ad potum vini, cervisie vel medonis simul biberint et aliquis eorum priusaliis a potu recedere voluerit, quandocumque sibi placuerit recedere poterit, si par-tem que ipsumde potu tunc cum recederevoluerit, persolverit vinitori seu taberna-rio;

De correctione false mensurequi de falsa mensura accusatus et convictus fuerit, tenebitur tres libras Lovaniensesiudici persolvere.Hier nae volgt int dese selve previlegie oft ennichvan man oft wy¡ storve oft deenoft dander weder huwelic dede, hoe die gueden versterven zullen ende des dair-aen cleeft; suecket int selver previlegie;

Van den brueck die den richter tziin ontdreegtitem qui aliquid iuris iudicem contingens violenter a iudicio detulerit et desuper perscabinos convictus fuerit, dabit quindecim talenta iudici pro satisfactione;

Van den recht dat een bourger heeft als een vleeshouwer beesten coeptsi carnifex bovem, vaccam seu ovem a Martini usque Nativitatis Domini ad mac-tandum pro usu hominum emerit et opidanus superveniens huiusmodi animal adproprium usum habere voluerit, si bos vel vacca fuerit, duos denarios, si porcusunum denarium, si ovis obulum dabit carni¢ci magis ex quo emerat et sic opidanusanimal huiusmodi optinebit;

Wat een bourger verliesen mach by zyn huysvrou comanscappendeopidanus habens uxorem que piscare vel braxare solet, poterit per eandem panemiuxta plenitudinem unius fornacis amittere, sic etiam de cervisia, sic etiam de ¢lislaneis et lineis;

De re furtivaitem rem furtivam poterit verus possessor per testes iterum apprehendere et obti-nere;

De duelloitem quod nemo debet vocari ad duellum; /

De homicidio perpetratosi querimonia de homicidio perpetrato ¢at, reus homicidii ter quatuordecim et tri-bus diebus ante tribunal vocari debet et si non ad talem terminum comparaverit,diiudicabitur et pro prescripto reputabitur; si autem infra terminum huiusmodiquassator conductum requisierit a iudice nec obtinuerit, nequaquamdiiudicari po-terit;

1283-1284

49

fol. 65r

fol. 65v

De testimonio contra burgensemextraneus contra burgensem nequaquam poterit testimonium perhibere;

De femina oppressasi femina se vi oppressam seu stupro violatam a viro dixerit et de hoc querimoniafecerit sine ydoneis testibus, processum in querimonia habere non debet;

Debonis titulo pigneris possessissi quis bona titulo pigneris sibi obligata possederit sine reclamatione per annum etamplius et quis eidem iniurietur super hiis, solamanu iurando a¤rmabit quidquamiuris habuerit in illis bonis;

De expensis in iudicio factissi duo coram iudice vocati causam tractaverint, alter qui cadit a causa reliquo ex-pensas solvere tenebitur, ita quod ille qui causam suam defensaverit ipsas expensassuo iuramento taxabit;

De citandis opidanisprecoburgensem nonvocabit ad iudicium nisi ad domum suam coram duobus opi-danis aut pluribus; ad consilium scabinorum nemo accedet nisi vocatus;

De sentenciis scabinorumsentenciam scabini de Busco cum consilio aliorum scabinorum suorum factam etstabilitam nemo poterit cassare;

De servicio burgensiumburgenses de Busco non sunt obligati in servicio alicuius excepto domino; /si bur-genses alicui in adiutorium processerint extra limina opidi, eodem die sole adhucsplendente revertentur ad idem opidum, nisi cumdominus cum ceteris universitati-bus aliorum opidorum communiter iverit; tunc enim burgenses cum domino sicutrelique universitates aliorum opidorum pro¢ciscentur;

De oppresione femine alicuiusqui super violacione alicuius femine competenti probatione in iudicio convictusfuerit, erit plectendus sentencia capitali; et si femina ab huiusmodi probatione defe-cerit, domino solvet decem talenta, que si solvere non poterit, per decem annos ex-terminabitur seu proscribetur ab opido de Busco;

De possessione hereditatis per annumqui patrimoniumvel hereditatem alicuius mercatus fuerit et sub testimonium scabi-norum sine reclamatione per annum et diemvel amplius possederit, nulli post dic-tum terminum, etiam si repetatur, desuper tenebitur respondere;

De arrestatis sine licentia recedendissi arrestatus coram duobus opidanis in opido sine licentia iudicis ab opido recesse-rit et desuper convictus fuerit, XLta quinque solidos solvet iudici;

De testimonio conferendo super debitoqui aliquemdebito aliquo in iudicio conveniat et testes desuper ydoneos habeat, tes-tes iuramento tenentur testimonium perhibere, sed actor non tenebitur iurare;

1283-1284

50

fol. 66r

De censu fundi solvendoquilibet opidanorum de Busco quolibet annoMartini de integra area XII denariosColonienses et duos pullos, de dimidiaVIdenarios et unumpullum domino solveretenetur; scabinus vero scabino exeunte huiusmodi non solvet;

De pascu scabinorum in placitis annalibusiudex opidi pascet scabinos ter in anno ad tria iudicia annalia predicta, et ter adpredictos terminos ipsis exhibebit maheriam;

De libertate burgensiumopidanus dicti opidi nulli debet esse servilis sed secundum iura opidi libertate frue-tur; /

Van hoetvairt te halenitemburgenses de Busco ius opidi sui extraopidum suum non requirent; si vero sen-tencias requirere voluerint, eas requirent apud Louanium;

Quod ¢lii sacerdotum et illegitimi non possunt testariitem ¢lii sacerdotum vel alii non legitimo thoro procreati non poterunt perhiberetestimonium in preiudicium bonorum vel vite alicuius opidani loci de Busco, etc.;prout premissa1 in dicto previlegio lacius continentur, quodquidem previlegiumcomprehenditur folio XVII et ad signum (½10).

Remigii confessoris annoMo CCo LXXXIIIIto.

Remigii confessoris annoMo CCo LXXXVto. /

Remigii confessoris annoMo CCo LXXXVIto.

Van Huesden

Ten tyde van denvoirs. scepenstoel toech die voirs. ierste hertoich Ian met groetermacht voir Huesden ende hy wan die borcht aldair ende besettense met volck.Ende vandair toech hy ne¡ens die Maze ende wan die borcht van Malrepas diehy destrueerden.

Remigii confessoris annoMo CCo LXXXVIIo.

Remigii confessoris annoMo CCo LXXXVIIIo. /

Remigii confessoris annoMo CCo LXXXIXo.

Remigii confessoris annoMo CCo XCmo.

Remigii confessoris anno Mo CCo XC primo: Alardus de Keent, Arnoldus Pol-donck. /Remigii confessoris anno Mo CCo XCIIo: Macharius de Gandauo, ArnoldusRouer.

Remigii confessoris anno Mo CCo XCIIIo: Wellinus ¢lius quondam Hille, Bar-tholdus de Hosdina.

1293-1294

51

fol. 66v

fol. 67r

fol. 67v

fol. 68r

1 Hierna inferius doorgestreept.

Remigii confessoris anno Mo CCo XCIIIIto:Wellinus ¢lius Egidii Cnode, Nyco-laus deMegen,Thomas deVden. /

Remigii confessoris annoMo CCo XCVto:Wellinus ¢lius quondamHille, Henri-cus de Neynsel.

nu sterf dierste hertoich ian

Omtrent der tyt van desen scepenstoel soe trouden die grevevanBaren des coninxdochter van Engelant, daer die voirs. ierste hertoich Ian ter brulochtenwas. Endein een tornoyspel datt daer gehouden wairt, wairt die voirs. hertoich Ian in demuys van zynen arm geraect ende gequetst, daira¡ hy oudt wesende XLI iarenster¡ endewairt gebracht tot Bruessell endebegraven aldair ter mynrebruederen.

Remigii confessoris annoMo CCo XCVIto. /

teser tyt began te regneren die tweeste hertoich ian

Nae dode van den voirscr. iersten hertoge Ian wairt hertoge van Brabant Ianvoirs., ziin zoen, wesende die tweeste hertoge Ian. Dese voirs. tweeste hertogeIan int ierste iair van zynen hertoichdom, als int voirs. iair M CC XCVI, trackhii met heircracht voir Wassenberge ende belach dat langen tyt ende ten eyndecreech hyt met all datter toebehoirden.

ten tyde van den tweesten hertoich ian1

Remigii confessoris anno Mo CCo XCVIIo: Wellinus ¢lius Hille, Arnoldus deWaderle.Omtrent deser tyt began dat vreeslike oirloge van den vierden coninc Philips vanVrancryc, geheiten die Schoen Philips, tegens die Vleminge. Ende hadde / oir-spronck omdat greve Gwido vanVlaenderen een zyn dochter, geheiten Philippa,die de voirs. coninc uuyter fonten hadde geheven, tegens desselfs conincx willegeven woude des coninx zoen van Engelant, welke dochter die coninc vanVranc-ryc voirs. by hem hyelt om thuwelic te beletten. Ende mitsdien die greve den co-ninc van Vrancryc nyet en woude gehoirsam wesen, trac die coninc opVlaenderen, destruerende vele lants aldair. Coninc Eduwart van Engelant voirs.quam den greve te hulpen, mar hy en const hem alsoe nyet gehelpen. Coninc Phi-lips voirs. vingt den greve ende beyde zyn zoen ende stelden greve Iacoppen vanSympol regent inVlaenderen, die deVleminge ongenadichlic regeerden.

Remigii confessoris annoMo CCo XCVIIIo.

1294-1295

52

fol. 68v

fol. 69r

fol. 69v

1 Herhaald vanaf fol. 69v tot en met fol. 73r.

De libra seu statera1

Tempore iamdicti scabinatus Iohannes, secundus illius nominis, dux Lotharin-gie, Brabantie et Lymburgie, / pro conservatione libre seu statere infra opidumde Buscoducis inter cetera contulit et ordinavit, videlicet in primis quod libripen-des seu librarii eiusdem de quocius centum cestarum argenti cer.2 plumarum re-cipient et habebunt tres antiquos Lovanienses; et de qualibet magna libra lane,que continet et facit triginta sex libras unum antiquum Lovaniensem et sic dealiis; prout in litteris3 comprehensis ad signum (½11) et folio C XXXVII.

Remigii confessoris annoMoCCoXCIXo:Thomas deVden, Nycolaus deMegen.

Remigii confessoris anno Mo CCCo fuerunt scabini in Buscoducis sequentes:Walterus ¢lius quondam dicti Nenne, LupardusMerger.4

Den coep van half Mechelen

Int voirs. iair creech die voirs. tweeste hertoige Ian / by coepe van bisscop HugevanLudickhal¡Mechelen ende dander helftebehoerden heren Iannen Barthout,die de5 te leen van denselven hertoghe Iannen hyelt.

Remigii confessoris annoMo CCCo primo: Nycolaus de Ouden.

Remigii confessoris annoMo CCCo secundo.

Remigii confessoris anno Mo CCCo tercio: Wellinus ¢lius Hille, Henricus deZonne. /

Remigii confessoris annoMo CCCo quarto.

Remigii confessoris annoMo CCCo quinto: Gerardus de Neysel, Arnoldus ¢liusBartholdi.

Van den dootslach des heren vanKuyck tot Hyntham gesciet

Tempore istius scabinatus seu anno iamdicto dictus Iohannes, secundus illius no-minis, dux Lottharingie, Brabantie, etc., in certis suis litteris communitatem bur-gensium suorum de Buscoducis de et a certis suis forefactis, excessibus et delictiset a quodam homicidio cuiusdam domini de Kuyck per ipsos burgenses in quo-dam insultu et con£ictu inter ipsosburgenses ex una et homines seu adiutores du-cis ex altera partibus, inter villam de Roesmalen et Hyntham iuxta Buscumduciscommissis et perpetratis, occasione quinque milium et quingentarum/ librarumloco emende absolvit;

1305-1306

53

fol. 70r

fol. 70v

fol. 71r

fol. 71v

1 Vertaling: over het wegen.2 Men verwacht een accusatief. De betekenis is onduidelijk, zie ook: Camps, ONB, I-2, 692,nr. 576.

3 Hierna inferius doorgestreept.4 Aldus hs., leesNiger.5 Aldus hs., lees mogelijkdie.

Prius concessus ad imponendas assisiaset concessit eidem communitati assisias imponere posse ad dictas libras solvendasdestituitque inter cetera in dicto opido magistratum; prout in litteris incipientibus:`Nos Iohannes, Dei gratia Lotharingie, Brabantie', etc. et comprehensis ad signumtale (½12) ac folio XXII.

Remigii confessoris anno Mo CCCo sexto:Wolterus dictus Nenne, Nycolaus deMegen.

Aengaet Lytt

Tempore dicti scabinatus supradictus Iohannes, secundus illius nominis, dux,etc., in certis suis litteris mandavit illis de Lytt, de Littoyen et de Herwarden, qua-tenus sentencias eorum, quociens indiguerint, apudBuscum requirant et ad idemtamquam ad caput eorum pro iudicio habendo accedant, quia ut inibi quitquidiuris episcopus Leodiensis apud eos habebat progenitoribus ducis causa permu-tationis dederat; quequidem littere incipiunt: `Nos Iohannes, Dei gratia dux Lo-tharingie, Brabantie et Lymburgie', etc. et comprehenduntur1 folio XXV et adsignum tale (½13). /

Remigii confessoris annoMo CCCo septimo.

Remigii confessoris anno Mo CCCo octavo: Arnoldus Dicbier, Arnoldus Poel-donck,ThomasValant, Iohannes Francke, Henrickvan Neynsel.

Remigii confessoris annoMo CCCo nono:Wellinus ¢lius quondamHille, Iohan-nes Francke. /

Van den heemael int Eygen

Tempore iamdicti scabinatus supradictus Iohannes secundus concessit carthamdi¤nitorie dicte des heemaels loci dicti van den Eygen. Et inibi loci predicti ordi-navit septem iuratos di¤nitores, dictos heemraden, dans eisdem potestatem utinibi, qui vero locus predictus infra palos et terminos inibi invulgari ideomate ex-pressos et ut sequitur est situatus, videlicet: te beginnen van den dyck, geheitenden Hoofdyck, streckende van der sluysen by Gewanden gelegen, geheiten ge-meyntlic ter Druthuoert, totten seven vierdelen lantz heren Geerlix van denBosch, reyckende voirts totten gericht van Ge¡en ende totter stegen van Nulant,die leeght tusschen die voirs. seven vierdelen lantz ende den gericht van Ge¡en,van derselver stegen voirt boven die stege, geheiten Kepkens Donck, van der zy-den voirt tot Ansems woeninge van Nulant totten dyc toe, geheitenWolfsdyck,ende van dien dyc voirt tot heer Henricx woeninge van Nulant, des ridders, endevan derselver woeningen voirts totter kercken van Nulant, totter kercken vanRoesmalen ende van der kercken van Roesmalen voirt totter kercken van Orthenende van der kerckenvanOrthen al totterDiesen; quequidem cartha comprehen-ditur folio XXV.

1305-1307

54

fol. 72r

fol. 72v

1 Hierna inferius doorgestreept.

Oic van denselven hemael in dEygen

Item nae derselver carthen volgt oic insereert dairnae een ander carthe van dendaet MCCCXLVI, oickvan den heemael van /den Eygen sprekende, ende dair-inne ondermeer isbegrepen dat van allen saken, behorende ter scouwenvan allenguedengelegenbynnen der vriheit der stat vanDenBosch endebynnen den scou-wen van den heemael van den Eygen, zullen wesen van nu voirtaen emmermeerseven heemraiden; welke carthe begint: `Ian, by der gracien Goids', etc. ende isbegrepen opten blade XXVIII.

Remigii confessoris anno Mo CCCo decimo: Nycolaus de Megen, Henricus deSonne.

Remigii confessoris annoMoCCCoXIo:ArnoldusDicbier, IohannesVrancken. /

Remigii confessoris anno Mo CCCo XIIo: Wellinus ¢lius Hille, Arnoldus Poel-donc.

dat die tweeste hertoich ian sterff

Ten tyde van denvoirs. scepenstoel ster¡ hertoich Ian dieTweeste voirs. terVuerenvan den steen ende hy waert begraven te Bruessel tot Sinter-Goedelen. Hii haddetewivevrouweMargrieten, dochter coninx Eduwarts vanEngelant, die de sale terVueren dede maken. Hii wan dairaen enen zoen dien hii afterlyete, die geheitenwas oick Ian. Die was die dorde Ian ende men hyeten Ian van Coudenberch. Hywas schoen, gracioes, zuet van synnen endevan sprake. Dese voirs. dorde Ianwasmer XII iairen oudt als zyn vader voirs. ster¡. / Ende als dieselver tweeste her-toich Ian, zyn vader, noch leefden, zoe was een huwelic begrepen tusschen denvoirs. dorden hertoge Iannen ende vrouwe Marie, dochter greve Lodewiicx vanEureus, die des dorden coninx Philips vanVrancryc zoen was ende zynder twee-ster huysvrouwe, vrouwe Marie, dochter des yersten hertoge Ians van Brabant;soe datse malcanderen bestonden in den tweesten ende dorden graed, mitz wel-ken, eert huwelic bequam, zoe most dat gescieden by dispensacien van den Stoelvan Romen.

ten tyde van den dorden hertoich ian1

Die voirscr. dorde hertoich Ian, die men hyet Ian van Coudenberge, wairt naezyns voirs. vaders doot hertoige van Brabant als int iair voirs. Ende int beginnevan zynen hertoichdom worden die coepluyden uuyt Brabant alomme rasteertvoir die sculden die zyn voirvaders mitz horen oirlogen ende die groete cabbasvan hoeren heren sculdich waren gebleven. Ende by zynen consent betaelden diecoepluyden die sculden ende ont¢ngenweder des hertoigen demaynen.

1312-1313

55

fol. 73r

fol. 73v

fol. 74r

1 Herhaald vanaf fol. 73v tot en met fol. 101r.

Cartha de Cortenberch1

Tempore iamdicti scabinatus dictus Iohannes, tercius illius nominis, dux Lotha-ringie, Brabantie, etc., concessit cartham nuncupatam die carthe van Corten-berge et inibi inter ceteravoluit:2 /

Alleen bede te geven uuyt drie saken, etc.quod nec ipse nec sui successores ullo tempore futuro precariam aliquam recipiant,nisi ex causa milicie aut matrimonii aut captivitatis, etc.; et inibi adhuc:

Datmenvonness geven sal nae uuytwysen der brievendat hy houden sal zyn lant te witte ende te vonnesse ende vonnesse doen gelyc diebrieve spreken diere op gemaect zyn;

Datmen enen yegelycken recht sal doen nae zynrer statrechtitem dat hy ende zyn nacomelingen die goede lieden houden ende handelen zal naerecht van elcker stat van allen dingen ende dairboven nyet werken noch laten wer-ken;

Van den regenten in Brabantitem adhuc inibi habetur quod Brabantia admissione dicti domini ducis stabat subgubernatione quatuor militum, trium proborum virorum de Louanio, trium deBruxella, unius de Antwerpia, unius de Buscoducis, unius deThienen et unius deLeeuwen.

Dese hebben die cartthe van Corthenberge metten voirs. dorden hertoich Iannenbezegelt: greve Gerart van Guylic, greve Arnt van Loen, heer Reynout vanVal-kenborch endevanMonyoen, heer Florys Barthout, heer vanMechelen, heer Ge-rart, heer van Diest, borchgreve tAntwerpen, heer Raess, heer van Liedekerckeende Breda, heer Gerart, heer van Hoerne, heer Arnt, heer vanWesemael, mair-scalc van Brabant, heer Arnt vanWesemael, heer van Bergen, Henric van Loue-ne, Philips, greve vanVyanen, heer Philips vanVyanen, heer van Rumste,Wouter,heer van Edeghem, heer Henric Barthout, heer van Du¥e, van Gheel. /Dese hebben oic besegelt als voir: heer Goessen van Godsenhouen, heer Philipsvan Liedekercke, heer vanHuluenhout, heer Ian Barthout, die men heet vanBer-lair, heer van Keerberge, heerWillem, heer van Craendonc, heer Henric Kemer-linc, heer vanHeuerle, heer Ian, heer van Sembre¡e, heerGerart vanQuaecbeke,heerGoyart, zynbrueder, ridderen, heerDaniel vanBoechout, heer Gerart, heervan Herlair, heer Raess van Grauen, ridderen, heer Meywe, heer vanWauere,heer Arnout van Helbede, heer Arnout Lombart vanYssche, heer Willem vanBouter, heer Robbert van Glore, ridderen, heer Nycoel van Dorne, heer Geerlicvan den Bosch, heer Henric van Meldert, heer Ian van Rasenhoue den ouden,heer Ian van Rasenhoue den iongen, heer Kaerle van der Riuiyeren, heer Ianvan Ophem, heer Iacop van Gentinees, heer Ian, heer van Agimont ende van

1312-1313

56

fol. 74v

fol. 75r

1 Vertaling: het charter van Kortenberg.2 Vertaling: ten tijde van voornoemd schepenjaar heeft genoemde Jan III, hertog vanLotha-ringen, Brabant, etc. het charter van Kortenberg gegeven, waarin hij onder andere vast-legde:

Waelhem, Gerart, heer vanMerbeys ende borchgreve van Bruessel, Gerart, heervan Ghete, Lodewyc van Lummele, voigt van Haspegouwe, heer van Chau-mont. /Desehebben oicbesegelt: heerWillem, heer vanRotselair, Alart, heer vanRieue,Robbrecht van Assche, Gerart van der Aa, Reyner Bordon van Haley, heer Hen-ric vanWanghe, ridder, Ian, heer van Kuyck, Arnout, heer van Crayengen, IanvanHoesden, heer Goyart van den Bosch, ridder, heer Reyner vanBorlammont,heer van der Bruyre, heer Ott vanKuyck, heer Arnt vanDiest, heerThomas, zynbrueder, heer Arnt van Leefdale,Wouter van Berthem; quequidem cartha1 com-prehenditur folio XXXet ad signum (½14).

Remigii confessoris anno Mo CCCo XIIIo: Henricus de Aggere, Iohannes Dic-bier iunior, Arnoldus Dicbier, Arnoldus Poeldonck.Teser tyt was heer Geerlaec van den Bosch, dairaf die Geerlixe brug den nameheeft. / Ten tyde van den voirscr. scepenstoel ende int iair voirs. ster¡ die voirs.keyserHenrick, die zwagerdes voirs. ierstehertoge Ians,wanthydesselfs hertoichIans dochter hadde, geheiten Margriet, dairaen hy hadde gewonnen enen zoen,geheiten Ian, die wert coninc van Behem, die opruerden doirloge der XVI lants-heren tegen den voirs. dorden hertoich Ian, als nae bliict; vanwelken keyserHen-ricken men seegt dat hy ontfangende dat Heilige Sacrament vergevenwairt, etc.

Remigii confessoris annoMo CCCo XIIIIto.

DieWalsche carthe

Ten tyde van den voirs. scepenstoel soe heeft die dorde hertoge Ian voirs. verleenteen carthe die men heyt dieWalsche carthe, /ende dairinne by raide herenLode-wycs, zoen sconinx van Vrancryc, greve van Euereus, ende anderen van zynenrade geordineert:

Oft yemand voir scout sheren gevaenwordtin den ierste, worde yemanden zyn goet genomenvan zynrewegen, dat men dat vanzynen gereetsten goet lossen zal;

Van penningen te slaenitemdatmengheen penningen inBrabant en sal slaen, tenzy invryen steden endebyraide der steden in Brabant;

Con¢rmacie der previlegienitem oic con¢rmeert allen carthen ende letteren ende geloeften den steden, cloeste-ren ende den lande van Brabant verleent;

Van den vorsteriien, etc.itemdatmengeen meyeryen, ondermeyeryen, voirsteryen en sal geven te lyve oft totenen tyde;

1314-1315

57

fol. 75v

fol. 76r

fol. 76v

1 Hierna inferius doorgestreept.

Van denwegenitem dat nyemand en sal moigen ontfaen gelt omwege te maken, hy en zalt dairaenleggen; welke carthe is begrepen nae opten blade XXXIIII.

Remigii confessoris annoMoCCCoXVto: ArnoldusDicbier, Arnoldus vanPoel-donck, Iohannes Lysscop, Iohannes Dicbier iunior.In desen scepenstoel ten versueck van Dircken Roeuerss. waert gedaen en1 be-leydt van den heemraitscap van Empel ende van den recht der scepenenbrievendeser stat, folio C LX.Int iair voirs. zoe begonst te regenen in den meye / ende blee¡ regende omtrenteen iair lanck, alzoe dat coren ende die vruchten all meest verdorven. Oeck be-gonst een grote duer tyt, nyet alleen int coren, mar in alrehande nootdorften, al-soe dat vele menschen storven van honger. Ende int naevolgende iair quam eengrote sterfte.

Remigii confessoris anno Mo CCCo XVIto: Henricus de Zonne, Iohannes Dic-bier, Petrus deVia Lapidea, Henricus de Aggere, Nycolaus deMegen.

Remigii confessoris annoMo CCCo XVIIo. /

Nota datTyel Brabant was

Item ten tyde van denvoirs. scepenstoel stont op tegens den voirs. iongen hertoigeIan den Dorden heer Ott van Bueren, die int lant van Gelre woenden, overmitszekere vorwarden die hy seeghden hemvan den hertoge nyet gehouden te wesen,etc., ende quammet gewapender hant voirTyell, dat doen den hertoich toebehoir-den, dair die van bynnen tegens hem uuytquamen. In welken uuytcomen hy dieversloech ende creech in die stat; dat hem nochtans saeftelic verginc, mitzdat hyhadde diebastartdochter van greveWillemenvanHollant, die de overdaetmettengreve van Gelre tot Hoichstraten nederleeghden.

Aengaet Huesden

Ten tyde van den voirs. scepenstoel soe heeft greve Dirck van Cleue het herscap,toll ende alle alsulcken goet als gelegen is aen geen zyde der Ouder Mazen, gelycdie heer van Huesden ende Ian, zyn zoene, dat van zynen alderen houdende hadgeweest, overgegeven ende verlydt heren Gerarden, heer van Hoerne, van Alte-naa, van Perewys, etc. ende vanHerlair, ende Iannenvan den Elshoute tot behoe¡sheren zoenvanHoesden onder condicie dat hy zoudebetalenVIMponden zwair-terTornoysen, etc.; prout in litteris comprehensis folio CCCCXXI.

Remigii confessoris annoMo CCCo XVIIIo. /

1315-1316

58

fol. 77r

fol. 77v

1 Aldus hs., lees enen.

Aengaet assysen te hoigen, daldemueren af tebreken endedie huysenaf te breken

Ten tydevan denvoirs. scepenstoel soeheeft die voirs. dordehertoge Ian deser statgeoirloft hoir assysen te moegen hoigen, die stat te moigen vesten, die aude mue-ren afbreken ende ennige huysen hen lettende oic af te moigen breken ende by re-denen die proprietarys dairaf te vergeldene; prout in quadam carthacomprehensa folio XXXVII.

Belech voer Zittart

Ten tyde oeckvan den voirs. scepenstoel beleeghden die voirs. dorde hertoich Ianmet groeter macht die stat van Zittart, toebehoerende heren Reynout vanValken-borch, die hy wan ende innecreech.

Remigii confessoris annoMoCCCoXIXo: Iohannes ¢liusHaykini, GhiselbertusLysscap. /

Remigii confessoris annoMo CCCo XXo.

Concernit pannicidas et pannos vendendos1

Tempore dicti scabinatus scabini, iurati et consules opidi de Buscoducis inter2

statuerunt quod nullus burgensium dicti opidi et extraneorum quorumcumqueinfra ambitum loci dicti opidi pannos vendere poterit inscidendos, nisi prius adguldampannicidarum in domopannorumdomini nostri ducis fuerit acceptatus,sub pena trium marcharum;item et quod nullus burgensium et extraneorumpredictorum lani¢cium exercenspannos con¢ciendos pannos vendere poterit quovismodo inscidendos, sub penapredicta; atque quod nullus ibidem pannos vendet inscidendos, nisi in dictadomo pannorum in quantum marcatores omnes ibidem stare poterunt; prout inlitteris comprehensis folio XXXVIII.

Aengaet Huesden

Ten tyde oick van den voirs. scepenstoel vyele twiste tusschen den voirs. dordenhertoge Iannen ter eenre ende greveWillemen van /Hollant, overmits dlant vanHuesden, dwelck heer Ian van Huesden die gestorven was, te leen gehoudenhadde van den hertoich van Brabant. Die hertoge voirs. hadde tslot inne ende diegreve voirs. hadde die stat inne. Ende nae vele vechtinge wairt by seggers, zoe naein brieven blyct, daira¡ uuytgesproken dat die hertoge voirs. die stat ende dlantvan Huesden soude behouden. Ende den heer van Za¡enberge, die van zynrehuysvrouwen wegen erfgenaem was totten voirs. heer van Huesden, hoewel hyzyn recht denvoirs. greve vercoft hadde, waert toegeseegt CCC realen opte rentender voirs. stat van Den Bosch te boeren, alst nae blyct.

1320-1321

59

fol. 78r

fol. 78v

fol. 79r

1 Vertaling: overde gewantsnijders en de verkoop van laken.2 Aldus hs., hierna ontbreekt alia zoals blijkt uit cartularium fol. 38r.

Remigii confessoris anno Mo CCCo XXIo: Emondus ¢lius Roueri, Arnoldus deEynode.

Aengaet Huesden

Ten tyde van den voirs. scepenstoel soe hebben heer Florens, heer tot Mechelen,Gerart, heer vanVorne, borchgreve van Zeelant, Ian, heer van /Arcle, ende Ro-gier van Leuendale, ridder, aengenomen een uuytspraeck te doen tusschen denvoirs. dorden hertoich Iannen ende den voirs. greve van Hollant ende van Hene-gouwe, etc. aengaende der stat ende lande van Huesden; prout in litteris begin-nende: `Wii, Florens Barthout', etc. ende begrepen folio CCCCXXII.Item tenselven tyde soe heeft hemdie voirs. greve in de voirs. seggers overgegeven;prout in aliis litterisbeginnende:`Wy,Willem, grevevanHenegouwe,Hollant', etc.ende begrepen folio CCCCXXIII.Item tenzelven tyde, mitsdien die seggers voirs. tot Hoichstraten, dair den dachgeleegt was, die uuytsprake tusschen die heren voirs. te doen, nyet en accordeer-den, zy enen anderen dach malcanderen gesedt hebben tot Mechelen, ut inibi;prout in litteris begrepen folio CCCCXXIIII.Item ende noch tenzelven tyde soe heeft die voirs. greve van Hollant zyn consentgedragen tottenverleggen des voirs. daigz ende der plaetsenvoirs.; prout in litterisbegrepen folio CCCCXXV.

Remigii confessoris anno Mo CCCo XXIIo: Emondus die Roeuer, GhysbertusLysscap. /

Remigii confessoris annoMo CCCo XXIIIo.

Dopdracht gedaen den hertoich van Brabant van der stat van DenGraue

Tempore iamdicti scabinatus dominus Otto, dominus de Kuyck et de Heuerle,opidum suumdeGrauiadedit in manus dicti ducis Iohannis, tercii illius nominis,et idem dominus Otto dictum opidum cum suis iuribus iterum in feodum iureBrabantino a duce predicto recepit et homagium sibi prestitit;1 prout in litterisincipientibus: `Otto, dominus de Kuyck', etc. et comprehensis folio CC LXXVI.Et subsequitur alia littera dicti domini Ottonis de donatione dicti opidi deGrauia, incipiens: `Nos Otto, dominus de Kuyck',2 etc. et comprehensa folio CCLXXVIII.

Remigii confessoris annoMo CCCo XXIIIIto. /

Remigii confessoris anno Mo CCCo XXVto: Rutgerus deVia Lapidea,WolterusColen.

1321-1322

60

fol. 79v

fol. 80r

fol. 80v

1 Vertaling: ten tijde van voornoemd schepenjaar heeft heer Otto, heer van Cuijk enHeverlee,zijn stad Grave in handen gegeven van genoemde hertog Jan III en heeft diezelfde heer Ottogenoemde stad met haar rechten in leen terugontvangen van voornoemde hertog volgensBrabants recht en heeft hij hem leenhulde gedaan.

2 Vertaling: en er volgt een andere akte van genoemde heer Otto over de schenking van ge-noemde stad Grave, beginnend:Wij, Otto, heer van Cuijk.

Aengaet den hemael van Nulant, Ge¡en, Os, Littoyen, Lyt

Tempore iamdicti scabinatus supradictus Iohannes, tercius illius nominis, con-cessit cartham di¤nitorie dicte des heemaels de Nulant, Ge¡en, Os,Tefelen, Lit-toyen et Lyt, iacentis infra palos infrascriptos, videlicet1 beginnende van dengericht van Nulant totten gericht van Ge¡en ende van den gericht vanGe¡en tot-ten gericht vanOs. Ende dat gericht al doer ende van den gericht vanOs doer tge-richt vanTefelen al totten gericht van Littoyen, al totten gericht van Lyt doer dieweteringe ons heren shertogenvoert varende all totterMazen toe, ende heeft dairgesedt seven heemraiden, etc.; welke carthe is begrepen opten blade CCCCXIX. /

Remigii confessoris anno Mo CCCo XXVIto: Petrus de LapideaVia, EmondusRoeuer.

Hier versocht coninc Ianvan Behemvan zynremoeder wegendeel inBrabant

Omtrent deser tyt quam coninc Ian van Behem voirs., des voirs. keyser Henricxzoen, totten voirs. dorden hertoge Ian te Bruessel, heysschende deell in Brabantals tverster¡ van zynre moeder Margrieten, der keyserinne, die een dochter wasvan den voirs. iersten hertoige Ian. Ende die voirs. dorde hertoge Ian antwoirdendenvoirs. coninc dairop doerdie stemmeheerenRogiers vanLeuendale, dat geenrecht en wair dat een dochter in Brabant een deel hebben zoude ende presenteer-den hem des ten recht.

Doirspronck des oirloigs der XVII lantsheren

Die voirs. coninc Ianwairt toernich, seggende hy zoudt crigen als hy conste, endewairt alsoe zyn vyant.

Remigii confessoris annoMo CCCo XXVIIo. /

Aengaet der weeckmarct deser stat

Ten tyde van denvoirs. scepenstoel soe heeft die voirs. dorde hertoich Ian verleentder stat van Den Bosch die weeckmarct ende gegeven allen comannen ende lie-den, die comen willen ter voirs. marct, vast geleyde varende ende kerende vangwoensdaigz ter noenen tot svrydaigz ter noenen dairnae volgende ende alsoedat men dair nyemanne en sal moigen houden noch rasteren van ennigen scul-den, tenzy dat zy die sculde geloeft hadden bynnen den marctdaige voirge-noempt; prout in litteris comprehensis folio XL.

Remigii confessoris anno Mo CCCo XXVIIIo: Helias Pannicida, Gerardus deNeynsel.

1328-1329

61

fol. 81r

fol. 81v

1 Vertaling: tentijdevanvoornoemd schepenjaarheeftbovengenoemdeJan III hetchartervanhet rechtsdistrict van Nuland, Ge¡en, Oss,Tee¡elen, Lithoijen en Lith gegeven, liggend bin-nen de ondergeschreven grenzen, namelijk

Quitancie van den coep vanGraue

Tempore dicti scabinatus dominus Otto, dominus de Kuyck et de Heuerle, quita-vit illustrem principem / Iohannem, tercium illius nominis, predictum de quin-que milibus libris nigris Turonensibus in quibus idem Iohannes dicto dominoOttoni tenebatur ex causa opidi de Grauia, quod ipse dicto duci supportabat;prout in litteris comprehensis folio CC LXXVIII.

Van den ingebot1 ende pandinge in den lande van Herpen

Ex certis litteris inferius insertis et datis etiam tempore dicti scabinatus patet,quod opidum de Buscoducis plenum habet ius videlicet van ingebot ende pan-dinge infra patriam de Herpen; incipientibus vero dictis litteris: `Nos Iohannes,Dei gracia'et comprehensis folio CCCXLIII.

Remigii confessoris anno Mo CCCo XXIXo: Nycolaus de Megen, Rutgerus deLapideaVia.Teser tyt setten die alde scepenen die nyewe scepenen altiit, zoe oec in dit naevol-gende previlegie verleent is.2

Die carthe van der heiliger Drievoldicheit

Ten tyde des scepenstoels voirs. soeheeft die voirs. dordehertoge Ian, diemen hyethertoge Ian van Coudenberge, deser stat verleent een carthe die men gemeyntlicnoempt die carthe van der heiliger Drievoldicheit, welke carthe in vele poinctenaccordeert met eenre carthen bovengeruert ende / verleent by hertoge Iannen,den iersten van dien name, in den iair MCCLXXXIII.

Die poirteren deser stat zyn tolvry in BrabantIn welke carthe die voirs. dorde hertoge Ian heeft verleent deser stat vryheit van al-len tolle overall te water ende te lande;

Dat die poirteren hier ten recht horenitem dat die poirteren van Den Bosch sullen alleen staen ten vonnisse der scepenenaldair;

Dat die poirteren verantwoirt sullenwerdenitem zoewie van den omseteren ennigen poirteren onrecht dede aen zyn gueden dathymet recht ende sonder clagebeseten hedde, die scouthetmet allenvan der stat saldair varen ende dat afdoen;

Hoemen gedagen zalitem dat die gedagen zullen gescien in presencien van twee poirters ende ten huysevan dengenen die men dagen sal ende int dagen die somme noemen; ende oft diegedaighde nyet voirt en queem, zal hy gelden den richter enen ban van drie scillin-gen;

1328-1329

62

fol. 82r

fol. 82v

1 Het ingebod: het rechtomiemandvoorde rechterstoel tedagen, zie:Coopmans,`HetBosscherecht van ingebod', 42-63.

2 In margine nota.

Hoemen zweren zallitem dat diegeen die zynen stever int zweren van geldelycken saken nyet en volgt,vervalt voir dierste; mar zwerende op erve vervalt hy ierst ter dorder reysen, indienhy zynen stever nyet envolgt; endevan elckqualyc zwerenvervalt hy in den peenvantwe scillingen, etc.;

Van den iairgedingenitem dat in de voirs. stat gehouden zullen werden drie iairgedingen: dierste / desmaendaigs nae Dertiendach, dander smaendaigs nae Beloeken Paeschen, tdordesmaendaigs nae der geboerten Sint-Ians Baptisten; ende in elck iairgedinge sal diescouthet den scepenen teten geven ende hoir gruyt;

Die den anderenwondt, verbuert X pontitem die den anderen met scerpenwapenen oft getouwewondt, die sal geven X pontofte hant verliesen, indien hy met wittigen oirconden bedragenwordt;

Die enen in zynen huyse dootsleet oft quetstitem die by hemselven oft andere yemanden bynnen zynen huyse aenveerden endehy en dootsleet, die dootsleger met allen zynen medeplichteren, werden zy bedra-gen met wittigen oirconden, zullen zyn in der moigentheit des heren; ende oft diedootsleger yemanden bynnen zynen huyse alleen wondt, die sals wesen op X pontende elc van den medeplichteren op XLV scillingen, werden zy dairaf bedragen;

Oft yemand bynnen zynen huyse wordt overvallen ende den overvalderdootsloechitem ende oft yemand bynnen zynre woninge worde aengeveert ende hem verwe-rende den overdadigen dootsloege, hy sal alleene van elcken doden den heer geldenvier penningen; ende dairmede sal hem die heer bescermen ende tegens die mageverzoenen;

Ius talionisende een yegelyc ondedige, werdt hy van zynen moerde met wittigen orconden be-dragen, hoeft voir hoeft, oige voir oige ende gelyc litt voir gelyc lyt van zynen eygenlichaem zall hy verliesen; /

Diebetuygt wordt van hoeftmesdaden geet int vonnis zyns lyfs ende onbe-tuygt mach hy zwerende hem onsculdigenitem dat diegeen die van hoefmisdaden bedragen wordt, als van diefte, van brande,rove, vergi¡enisse oft andere dootlike dingen, ende dat met wittigen orconden, diesal gaen int leste vonnes zyns lyfs; ende en wordt hy met wittigen orconden nyetovertuygt, die mach hem met zynrer hant alleen zwerende dairaf ontsculdigen;

Die poirter genoch geguedt wesende en der¡ voir sheren broecken geenbourgen stellenitem oft den richter in den gedingenyet rechs gevyele aen enen poirter, is hygeguedtdat hy den broeck beteren mach, die mach ewech gaen sonder bourgen te stellen,ende anders moet hy bourgen stellen;

1329-1330

63

fol. 83r

fol. 83v

Datmen der scepenen vonnissenwederspreken mach opXVII pontitem dat men scepenen vonnessen machwederspreken op X pont te verboeren aenden richter ende op1 aen elcken scepenen een pont;

Overtuygt vanvalscher maten verboert III pontitem die vanvalscher maten gevroecht ende metwittigen orconden bedragenwordt,die sal verboeren III ponden;

Aengaet die verster¡enisse der gueden, etc.2

item in derselver carthen volgt dairnae ende is begrepen hoe die gueden verstervenvan den ouderen, wat recht dat die ouderen dairinnebehouden alst deen ster¡t endehoe die kynderen hoer huwelixgoet inbrengen moeten, etc.; /

Die den richter zyn recht in den gedingen ontdreegt, verboert XVpontitem oft den richter in den gedinge yet rechz aen yemanden geviele die hem dat metgewaut ondroege ende dairafmet wittigen orconden bedragenworde, die zal wesenomXV ponden den richter;

Wat een man doer zynwy¡ backende oft brouwende verliesen machitem een poirter, hebbende eenwy¡die pleech tebacken oft tebrouwen, diemachbyhair verliesen een geback broets oft een gebrouwt byers; ende en pleech zy nyet tebacken oft te brouwen, zoe en sal hy mar IIII penwart scaden lyden;

Van den camp te heysschenitem dat men enen poirter vanDen Bosch nyet te camp en sal moigen heyschen;

Aengaet van yemanden te verdeylenwordt yemandt berucht van dootslage ende daira¡ wordt geroepen voirt gerichtende hy geleyde soect ende nyet crigen en can, dien en mach men nyet verwysen oftverdeylen;

Van enen poirter te overtuygenitem dat een manvan buyten nyet en zall moigen tuygen tegen eenen poirter;

Van der scepenen raideitem dat ter scepenen raide nyemand en sal comen ongeroepen;

Van der scepenen vonnesitem tvonnesse eens scepens van Den Bosch, met raide zynre medescepenen ge-maect ende /gestadicht, en sal nyemand moigen wederseggen noch onstadich ma-ken;

Van den dienst der poirterenitem dat een poirter van Den Bosch nyet sculdich en is yemanden te dienen, marwairt dat hii metten scouthet voere buyten die paelsteden, zoe zal hy by zonnen-schyn weder moigen keeren; mar vore hy tot gemeynen hervarde, dan zal hy doengelyc andere van den anderen steden;

1329-1330

64

fol. 84r

fol. 84v

1 Aldus hs.2 In margine nota.

Vanvercrachteitem oft een vrouwe vercrachticht worde, die overdadige zal zyn te pynigen mettenvonnes zyns lyfs, worde hy overtuygt; ende oft die vrouwe aen der proe¡enisse ge-breke, zoe zoude zy tselver vonnes lyden;

Van gecoften erven iair ende dach beseetenitem zoewie yemans erve coeptoftonder getugenisse der scepenen sonderbestoreniair ende dach oft langer besit, die besitter en sal nyeman nae dien tyde, al worde hyoec geaentaelt, dairaf sculdich zyn tantwordene van zulken goede oft van zulkenerve des die vercoeper machtich is te vercoepen;

Van dengeenen die beset werdenitem die in deser stat beset worde voir twee poirters ende daerenboven ewech vairt,die eest op XLV scillingen;

Die scepenen zyn chynsvriiitem dat die scepenen, wesende scepenen, thynsvrii ziin; /

Een poirter is vriiitem een poirter van Den Bosch en sal nyemans eygen wesen, mar sal nae der statrecht vryheit gebruycken;

Van den dienste der poirterenitem als andere poirters dyenen van den andere steden van Brabant, zoe sullen oicdoen die poirters deser stat;

Van den vonnes te Loeuen te halenitem dat die scepenen hoir vonnesse alleen tot Loeuen zullen dorven halen;

Van den getuych tegen enen poirteritem dat diegeen die onwittich zyn, nyet en moigen tuygen tegen enen poirter;

Dat die aude scepenen die nyewe setten moigen1

item dat alst gheboert dat men die scepenen versetten zall, dat dan die aude scepe-nen, dats die dan scepenen zyn, kyesen zullen die nyewe scepenen;

Dat die scouthet den poirteren recht doen salitem ende dat die scouthet den poirteren recht ende vonnesse doen sal nae vonnesder scepenen ende anders nyet et etc. ut inibi;

Dat die scouthet bourgen nemen sal in recht te verbeiden, uuytgesceidendat den lyve aengaetitem dat die scouthet van enen yegelycken die broecachtich is ende zynen broec ver-borgen mach, bourge nemen sal vonnes ende recht te verbeyden, uuytgenomen dataent lyf gaet;

1329-1330

65

fol. 85r

1 In margine nota.

Dat die scepenen hoer vonnesse nyet verseggen en zullenitem dat die scepenen die vonnesse ende getugenisse die zy eens gewyst ende gedaenhebben, om nyemans wille en zullen anderwerf seggen oft verclaren, mar die par-tyen diese aengaen die zullen zy horen, verstaen ende wel houden oft zy willen; /

Van clachten van dootslagenitemwairt dat clachten gedaenwordenvan dootslaige ende dairinneyemanddie on-sculdich weer beroepen worde, dat dan die cleger gelden sal ter beteringe XX pon-den ende die beclaigt is X pont;itemdie in dootslaigewordtgeleegt endehemdairafdiewairheitontdreegt, die salquyt wesen ende dairvoir nyet dorven zweren, ende die cleger sal gelden den peenvan XXX ponden;

Wat hy geeft die poirter wordtitem diegeen die poirter wordt sal geven vy¡ ponden, hal¡ den heer ende half deserstat;itemderkercken Sint-Ians enengrotenTornoysen, den richter twee groet ende denvorster enen Engelschen;

Het loen van ingebiedenitem die van scout ingebodenwordt, dairaf sal hebben die scouthet enen grotenTor-noysen, ende van der mylen voirt ende weder sal men gelden X penningen, die saldiegeen hebben die de poirt huedt ende dairaf sal hydenbode loonen dien hy seyndtom dengenen die men ingebieden sal; ende versit hy dan dingebot, soe sal die scou-thet dien doen panden over X scillingen ende dairaf sal hy loonen dengenen dietuuytpandt; welke carthe is begrepen folio XLI. /Dese hebben die voirs. carthe helpen bezegelen: heer Ott van Kuyck ende vanHeuerle, heer Rogier van Leefdale, borchgreve van Bruessele,Willem, heer vanCranendonck, heer Ian van Rasenhouen, heer van Lees, heer Roelof Pipenpoye,heer van Blaesvelt, heer Gielis van Quaderibbe, drossaet van Brabant, heer Ar-nout, proest vanWassenberch, ende Hermanvan Os.

Van den lakenen opt gewanthuys uuyt te snyden

Oeckten tyde van denvoirs. scepenstoel soe heeft die voirs. dorde hertoich Ian de-ser stat verleent dat men egeenrehant wullen lakenen uuytsnyden en mach te ver-copen dan opt gewanthuys, ten weer dattet naemaels te cleyne worde; prout incartha comprehensa folio XLVII.

Die destructie vanValkenborch

Ten tyde oickvan den voirs. scepenstoel, mitsdien heer Reynout vanValkenborchaengespannenwasmettenvoirs. coninc Ianvan Behem, soe toech die voirs. dordehertoich Ian voirValkenborch, dat hii in den gront omwerpe. /

Remigii confessoris anno Mo CCCo XXXo: Iohannes Aykens,Wolterus de Bla-del,Wellinus de Neynsel, Aelbertus Lose.

1330-1331

66

fol. 85v

fol. 86r

fol. 86v

Van derOsser sluysen die heer IanvanMegen geloeft heeft te onderhouden; proutlitteris wesende van den daetMCCCXXXI, sabbato post Magdalene, begrepenopten bladeVIC LI.1

Remigii confessoris annoMoCCCoXXXIo: Daniel de Aggere, Elyas Pannicida,Gerardus de Neynsel, Geerlacus de Zonne, Iohannes Lysscop, Bartholdus Stem-pels, Nycolaus de Ouden.Omtrent deser tyt Philips vanValoys, coninc vanVrancryc, wairt des voirs. dordehertoige Ians vyant, omme des wil dat hii in zyn lant sustineerden greve Rob-brechten van Artoys, zynen neve, die des voirs. coninx viant was. Ende naediendie voirs. coninc Ianvan Behemverstaen hadde dat coninc Philips vanVrancryckvoirs. vyantwas des voirs. dordehertoich Ians, soe trachy totten selven conincvanVrancryc om hem tonderwysen hoe men den voirs. hertoge hynderen muchte.Die voirs. /coninc vanVrancryc, dairtoe geneygt zynde, ga¡ hii denvoirs. conincvan Behem groet gelt om soudenyers te crigen.

Ende dbeginsel van zynen2 oirloge tegens die XVI lantsheren

Die coninc van Behemvoirs., tvoirs. gelt ontfangen hebbende, socht alomme hul-pe tegens den voirs. dorden hertoge Ian, die men noemden van Coudenberge,ende creech tot hemwarts sestien lantsheren, by namen: die conincstabel vanVrancryc, deertsbisscop van Coelen, deertsbisscop vanTrier, die bisscop van Lu-dick, die greve van Gelre, die greve vanGuylic, die greve van Baren, die greve vanNamen, die greve van Katzenelboge, die prince van der Marck, die heer vanVal-kenborch, die heer van Heynsberch, die heer van Beamont, die heer van Mon-yoen.3 Dese heeren zwoeren allen metten voirs. coninc van Behem tegen denvoirs. dorden hertoich Iannen ende worden zyn vyanden ende ontseeghden hemly¡ ende goet. Nochtans en had hy nyemanden van den heren leet gedaen. Endevele van henwaren zyn maigen ende sommige zyn vassallen ende leenmannen.

Remigii confessoris annoMo CCCoXXXIIo: Iohannes Aykens,Wolterus deBla-del, Wolterus de Oirle, Aelbertus Losen,Wellinus de Neynsel, Bartholdus deHuesden.

Die vergaderinge der sestien lantsheren tegens hertoge Iannen

Dese voirs. sestien lantsheren vergaderden sich tot Bruwilder by Coelen in eenabdye dair zy raet hyelden. dWelc vernemende hertoich Ian voirs. reet /omtrentdeser tyt derwarts ende quam heymelic ende onbekent in hoeren raet ende daerseraet hyelden.

1332-1333

67

fol. 87r

fol. 87v

1 Gehele paragraaf doorde tweede scriptor toegevoegd.2 Namelijk Jan III.3 Door Peter vanOsworden maar veertien personen genoemd.Voorde problematiek ten aan-zien van deze alliantie, zie: Avonds, Brabant tijdens de regering van hertog Jan III (1312-1356). De grote politieke krisissen, 78 e.v.

Hoe hertoich Ian voir al die heren o¡erden

Ende als hy hoeren raet verstaen hadde ende als die heren misse horden ende dieconinc van Behem ende die eertsbisscop van Coelen deen voir den anderen nyeto¡eren enwoude, trat hertoich Ianvoirs. onbekent totten altair voir hen allen endeo¡erden enen gulden penninc, des die heren hen verwonderden wye dat zynmochte. Ende geo¡ert hebbende ginck hy terstont uuyter kercken opt kercho¡ende ga¡ den armen dair liggende oic enen gulden penninc ende aldaer op zynpert scryende seyden hy tot enen heralt die dair stont aldus: `Vrient, eest dat Uyemandvraeghtwie dieman is die dair iersto¡erden, soe segt dattet Ianvan Cou-denberge is ende dat hii hoers raets getroest is ende hy ontbiedt hen velt endestrydt wair zysbegeren'. Ende zoe reet die hertoich haestelic ewech. dWelc die he-ren vernemende zyn hem gevolgt met gewapenden. Mar het was tevergeefs, wantzyn pert was averrechs beslagen ende hy reet tot Lymborch in zyn stat dair hy vriiwas. /

Hoe die voirs. XVII lantsheren tegen een laigen

Die voirs. sestien heren togen tsamen dairnae uuyter voirs. abdyen tot Sint-Truy-den omme dlant van Brabant vandair te beloepen. Die voirs. dorde hertoge Ianbeleeghden dairtegen met volke die stat van Leeuwen. Ende hy ginc liggen metzynen Brabanders tot Helisem, dair tot hem quam die greve van Hollant op eenosbair om metten hertoich te spreken ende te besuecken oft hy vreede conste ge-maken. Ende als hy des hertoigen meyninge wist, track hy tot Sint-Truyden by devoirs. heren omme tselve te proeven. Ende mitsdien die heren voirs. dairnae nyeten wouden hoeren, soe ontboot die greve voirs. dat den voirs. hertoich Iannenende dat hy zyn beste dede.

Hoe hertoich Ian tegen die XVI lantsheren begerden te stryden

Endewant die voirs. hertoge Ian nyet gesint enwas teborren oft te roven in zynrervyanden lant opte arme luyde als int land van Ludic, Loen, etc., dwelc nochtansdie heren voirs. deden op zyn onderseten, soe ontboot hertoich Ian voirs. denvoirs. heren datse nyet en dorsten roeven oft branden. Hy woude hun opte palenvan zynen lande strydt leveren ende hy setten hen enen sekeren corten dach ofteer; wouden zii dat, hybegerden teweten.Vanwelkerbootscappen die voirs. herenzyn vyanden waren bevreest alsoe dat nyemand van hen allen te stryde comen /dorste, hoewael zydairtoevan denvoirs. coninc vanVrancryck, Philips vanValois,gelt hadden ontfangen. Nae denwelcken ende als hertoich Ian voirs. sach dat zynvyanden voirs. nyet stryden en dorsten, stelden hy hem met zynen heir op te trec-ken tegens zyn vyanden ende die te bevechten.

Hoe tusschen die XVII lantsheren dbestant wairt gemaect

In welcken optrecken als in der nacht quamweder tot hem die greve van Hollantvoirs. endebracht tot enenbestant van sessweken tusschen denvoirs. hertoge Ian-nen ende dieXVI lantsheren.Naewelkengemaectenbestant als denXIIen dach in

1332-1333

68

fol. 88r

fol. 88v

meye int voirs. iairMCCCXXXII toegen op die voirs. hertoge Ian ende die XVIlantsheren.

Hoe coninc Philips vanValois ontboot hertoich Iannen voirs.

Terstont dairnae als coninc Philips vanValoys voirs. vernam dattet bestant ge-maect was tusschen die heren voirs. ende sach dat zyn gelt verloren was ende datzyn soudenyers hem seer qualic gedient ende gequeten hedden, soe wairt dievoirs. coninc Philips toernich ende veranderden zyn propoest ende keerden zynherte totten voirs. dorden hertoge Ian ende seynden hem den eertsbisscop vanSens ende den bisscop vanTerwane, hembiddende dat hybyhem inVrancryc co-menwilde. /

Hoe die coninc vanVrancryc ont¢nc hertoich Iannen

Hertoige Ianvoirs.maecten hemgereet ende toech tottenvoirs. conincmet schoe-nen staet. Ende die coninc ont¢nc hem met grooter eeren tot Compiendien. Zoeoeckdeden die coninc van Nauerre ende die greve van Stampes, die hem ten dor-den leedenbestonden.Die conincvoirs. endehertoge Ian dieDordevoirs. haddenaldair tsamen vele conversacie.

Hoe die coninc zyn dochter ga¡ den zoen hertoich Ians.

Ten eynde ga¡ die voirs. coninc vanVrancryc zyn dochter den iersten zoen desvoirs. hertoge Ians, genoempt Ian, met vele goets. Ende alsoe als den huwelicwas gesloten soe track die voirs. hertoghe Ian wederomme in Brabant. Ende inBrabant weder wesende, soe sant die voirs. dorde hertoge Ian den voirs. Iannen,zynen iongen zoen, eerlic in Vrancryc tot zynre bruyt, alsoe vorwairt was. Marnyet lange dairnae ster¡die coninclyckemaigt. Ende die coninclikemaigt gestor-ven zynde, soe sandt die voirs. coninc eerlic wederomme denvoirs. iongen Ian totzynen vader voirs. / Die voirs. dorde hertoich Ian hadde drie zoenen ende driedochteren, bii hem verwect by de voirs. edel vrouwe Marie, zynre geselinnen,dochter des voirs. greve Lodewiics van Eureux, zoen des dorden conincx PhilipsvanVrancryc, tewetene: Ianvoirs., die zoe nuvoirs. is, hadde die dochterdes voirs.coninc Philips vanValois, welcke Ian oic ster¡ sonder oir; Henrick, die wairt her-toichvan Lymborch ende heer vanMechelen; hy nam tewive die dochter van her-toge IanvanNormandien, die des voirs. coninc Philips outste zoenwas;mar zyenwas merVI iaren oudt ende hii ster¡oic sonderoir; Godeuart, die had te wive diedochter des hertogenvan Bouboin ende hy ster¡oic sonderoir; Iohanna, die menhyet die schoen Iohanna, hair yerste man was die vierde greveWillem vanHene-gouwe ende van Hollant, die van denVriesen wairt verslagen; ende als die voirs.greveWillem doot was, soe gafse hertoich Ian voirs. te huwelicWencelyn van Be-hem, hertoige van Lutsenborch, greve van Cini ende voegt van Elsaten, des voirs.Wencelyns vader was dievoirs. coninc IanvanBehem, zoen des voirs. keyserHen-rix, ende keyserKaerle dieVierdewasbruederdes voirs.Wencelyns;Margriet, dietrouwden greve Lodewyc vanVlaenderen; Maria, die trouwden greve Reynoutvan Ghelre den iongen, die dierste hertoichwas van Gelre. /

1332-1333

69

fol. 89r

fol. 89v

Alle dese huwelicken mosten toegaen by dispensacien, wantse gemaigenwaren.Ende die goede coninc Ian vanVrancryc hadde des voirs.Wencelyns suster, dair-aen hy wanvier zoenen, bii namen: coninc Kaerle vanVrancryc, die men hyet dieWyse; Lodewyc, die was hertoich van Angouwen ende van hem zyn comen dieconingen van Cecilien; Ian, die was hertoich van Berrii ende van Aluerne;Philips, geheiten le Herdi, dats coen, hy was sonder lant, hii was seer wys, dueg-delic ende vreedsam. Ende conincKaerle voirs., diemen hyet dieWyse, zyn brue-der, ga¡hem naederhantdathertoichdomvanBourgoindien, datder croonenvanVrancryc was aengestorven, want die hertoich van Bourgoindien was gestorvensonder manlic oir. /

Doirspronck des oirloigs der XV lantsheren tegen hertoge Iannenom der stat vanMechelenwille1

In den voirs. iair M CCC XXXII noch zoe eest geboert als greve Lodewyc vanVlaenderen om hondertduysent realen gecoft hadde die helfte vanMechelen vanden bisscop van Ludick, die des geen macht en hadde langer te vercopen dan zynleven geduerende, ende die vanMechelen den greve voirs. nyet enwouden ontfan-gen, soe nam die greve voirs. dien van Mechelen hoir gueden diese hadden inVlaenderen; ende oick noch corts dairnae in denselven iair nochvercregen haddedie ander helfte vanMechelen voirs. tegen greve Reynout van Gelre als mombaervan zynre outster dochter, dairaf wylen heer Florys Barthout oudervader was,want hair moeder, wyf greve Reynouts voirs., was desselfs heer Florys dochter,soe sandt greve Lodewyc vanVlaenderen voirs. tot Mechelen omme ontfangentewerdene.DievanMechelenweygerden dengrevevoirs. tontfangene,wairommehy den poirteren allen hynder aen hoer gueden dede die hy conste. Die voirs. vanMechelen sochten troest aen den voirs. dorden hertoich Iannen. Hertoge Ianvoirs., aenmerckende dat /mitsdien hy een overheer was van der helfte vanMe-chelen die greve Reynout vercoft had, ende dat tvercoepen buyten zynen consentgesciet weer, zoe weer die helfte verbuert. Ende dander helft gecoft tegen denvoirs. bisscop, genoempt heer Adolph van der Marck, dachte hy te lossen mitsdairtoe nyemand naerder enweer, want die helft van Brabant gecomenweer endebynnen den palen van Brabant gelegen, soe zyn hertoge Ian voirs. ende die vanMechelen overcomen tsamen hoir recht te houden tegens allen wyese weren.Ende als greve Lodewyc voirs. vernamdat hertoge Ian dienvanMechelenbystantdoen zoude, zoe verwecten hy tegen denselven hertoich Iannen ende creech tehulpen XV lantsheren, by namen: den greve van Henegouwe, van Hollant endeZelant ende dander bovengenoempt, uuytgenomen die conincstable vanVranc-ryc ende greve Eduwairt van Baren.

Die vergaderinge der XV lantsheren tegens hertoge Iannen

Dese voirs. XV lantsheren vergaderden tsamen tot Valenciin ende zwoeren Bra-bant tehynderen ende geloefden malcanderen dat deen sonder dander genen paysmaken en soude. Ende wantse nyet te stryde en dachten te comen, zoe overdroe-

1332-1333

70

fol. 90r

fol. 90v

fol. 91r

1 In margine nota.

gense dat een yegelyc van hen uuyt zynen quartieren op Brabant branden enderoeven soude, opdat hertoige Ian tot allen plaetsen dat nyet /en soude cunnen ge-keeren, ende ontseeghden die voirs. lantsheren den voirs. hertoich Iannen, wes-ende terVueren in zyn sale.

Hoe die heren Brabant bestieten

Ende dairnae gingen die voirs. lantsheren Brabant bestoten in allen hoecken. Diebisscop van Ludick beleeghden die stat van Landen, die hy wanne. Die greve vanGelre beleeghden die stat vanTyel, die hy wan mits der twedracheyt die dairinnewas. Die greve van Baren voirs. quam den voirs. hertoich te hulpen metten grevevan Psalmen ende deden hem alle bystant datse consten.

Uuytspraeck tusschen hertoich Iannen ende die XV lantsheren

Dairnae soe nam coninc Philips vanValoys voirs. tvoirs. oirloigh op ende dedeeen uuytspraecke tusschen denvoirs. hertoich Iannen ende die voirs. XV lantshe-ren aldus tewetene, dat die voirs. Ian, zoen des voirs. dorden hertoich Ians, zoudehebben te wive des greven dochter vanHenegouwe ende vanHollant ende dat dievoirs. Henrick, des voirs. hertoge Ians soen, zoude hebben die dochter van Nor-mandien. /

HoeTyel van Brabant is gesceyden

Ende dat die iongreve Reynout van Gelre zoude hebben hertoige Ians dochterende die greve zoude behouden die stat vanTyel. Ende hertoich Ian zoude dairte-gens hebben ander goet gelegen aent lant van Huesden. Ende voirts seeghden dievoirs. coninc vanValoys dat die coninc vanBehem zoude hebben een sommegeltsende die bisscop van Ludic oick. Ende als van der stat van Mechelen, daira¡ enwoude die voirs. coninc Philips vanValoys zyn seggen nyet doen, hy en weer vor-der informeert ende alsoe hyelt hyMechelen in zynen handen.

Remigii confessoris annoMo CCCo XXXIIIo: Daniel de Aggere, Elyas Pannici-da, Nycolaus de Ouden, Gerardus deNeynsel, Bartholdus Stempels, Gerlacus deZonne, Iohannes Lysscap.

Remigii confessoris anno Mo CCCo XXXIIIIto: Gerardus de Neynsel, IacobusGroy.

HoeMechelen enen tyt wairt gehoudenvanden hertoichvan Brabantende den greve vanVlaenderen

Daernae ende omtrent deser tyt zoe overquamen underlinge die voirs. hertoichIan ende greve Lodewiick / vanVlaenderen alsdat zy ende hore beyder oir endeerfgenamen die voirs. stat van Mechelen hal¡ ende hal¡ houden zouden, ondervorwarde dathertoich Ianvoirs. ende zyn erfgenamen teeuwigen daigen hoir helf-te te leen houden zoudenvan den greve vanVlaenderen, ende die greve vanVlaen-deren ende zyn erfgenamen souden hoir helft te leene houden van den hertoichvan Brabant. Ende van hore beyder wegen zouden daer gestelt worden een scou-

1334-1335

71

fol. 91v

fol. 92r

fol. 92v

thet ende een rentmeester, tewetene dat deen zoude setten den scouthet ende dan-der den rentmeester.

Den coep van der helft vanMechelen

Ende als hertoige Ian ende greve Lodewyc aldus Mechelen een wyle tyts haddengehouden, soe cochte hertoich Ian voirs. den voirs. greve zyn helfte a¡ voirLXXXVMendeVC gouden realen.

Remigii confessoris anno Mo CCCo XXXVto: Daniel de Aggere, Nycolaus deOuden, /Gerardus de Neynsel, ArnoldusYsboutz, Iacobus Groy, BartholomeusDiddericx, Goeswinus Steenwech.Ten tydevan denvoirs. scepenstoel soe ster¡dievoirs. edel vrouweMaria,wy¡desvoirs. dorden hertoich Ians ende dochter van greve Lodewyc van Eureux, zoendes dorden coninx Philips van Vrancryc, ende wairt begraven tot Bruessel termynderbruederen.

Dat dese stat hoir gemeynt mocht vercopen

Tempore dicti scabinatus supradictus Iohannes, tercius illius nominis, dux Lo-tharingie, Brabantie, dedit opido de Buscoducis potestatem vendendam suamcommunitatem circa dictum opidum iacentem; ut in quadam cartha incipiente:`Nos Iohannes, Dei gracia', etc. et comprehensa folio XLVIII.

Dat nyemand en mach laken maken dan bynnen deser stat ende harevryheit

Oeckten tyde van denvoirs. scepenstoel soeheeft die voirs. dordehertoich Ianver-leent deser stat dat nyemand die woenechtich is bynnen den scouthetampt deserstat, lakenen maken en mach, noch doen maken, noch getouwe noch comme set-ten, tenzy alleen bynnen der voirs. stat, uuytgesceyden in de dorpen ende vryhei-den dair andere heren in deylen met hem et etc.; ut inibi et folio XLVIII.

Dat dese stat hoir koeren mach hoigen, legen, etc.

Item ende dat dese stat by consente des scouthets hoir kueren ende bruecken hoi-gen, legen ende verwandelen mach, etc.; prout in litteris comprehensis folioXLVIII. /

Remigii confessoris annoMoCCCoXXXVIto: Iacobus de Zulikem,Henricus deArkel,Henricus deAggere,Henricus deVden, Iohannes deHees,MatheusGegel,Godefridus Sceyuel.

Aengaet den commer te stoppen

Ten tyde van denvoirs. scepenstoel soeheeft die voirs. dordehertoge Ian deser statverleent datse zoe vele maken, opsetten ende ordineren mach dairmede datse ha-ren commer mach afdoen, etc.; ut inibi et incipit cartha: `Wy, Ian, by der gracienOnss Heren', etc. ende is begrepen opten blade XLIX.

1335-1336

72

fol. 93r

fol. 93v

Dat die scepenen tot Bamisse afgaen zullen ende dat naeste iaer ge-sworenwesen1

Ende oickten tyde van denvoirs. scepenstoel soeheeft die voirs. dordehertoge Ianom deswille dat dese stat hem geconsenteert heeft emmermeer te moigen settenseven scepenen ende seven gezworen derselver stadt wedergegeven alsdat die se-ven scepenen alle iair afgaen zullen tot elcken Sinte-Remeysmisse ende dat diedat naeste iair gesworenwesen zullen;

Dat die scepenen beyden moeten drie iaer eerse were scepenenwerden2

item ende dat zoe wye scepenen is, dat hy geen scepenen werden en mach voirdatdrie iaren / leden zullen zyn naedien hy zyns scependoms afgegaen is;

Den ouder van den scepenenitemdat nyemand scepenen en salwerden, hy en zygeguet in Brabant ende twe iarenpoirter geweest ende oudt XXV iaren;

Dat ongeroepen van den scepenen nyemand tot horen rade en sal gaenitem dat nyemand ter scepenen rade en sal gaen, hy en zy van hen dairtoe geroepen;

Van den vonnissen te dragen ende ten hoofde te treckenitem dat die scepenen geen vonnissen langer onderhouden en zullen dan drie ge-nechten ofte hoir hoot bevaen; ende zoe wanneer die partyen seker gedaen hebbenvan den cost, zoemoeten zyhoir vonnesse halen tot horen hoode ende dat uuyten tenaesten genechten ende wair zy des nyet en doen, dat zy hoir scependom verlorenzullen hebben en daden kentliken nootsaken sonder argelist;

Den sallaris van dachvaerden ende hooftvonnisse te halenitem van ter dachvaerden te ryden sal elck scepen hebben sdaigs XVoude grotenende nyet meer en zullen die scepenen hebben alse ten hoode omvonnesse ryden;

By wyen den commer gemaect machwerdenitem dat die scepenen op dese stat egenen commer en moigen maken tenzyby raideder gesworen, dekenen ende een deel der goeder knapen deser stat;

Die scouthet moet zweren recht te doenitem dat wie scouthet zyn sal, dat hy zweren sal elcken recht te doen; /

Aengaet den bursdragers ende hoir loenitem ende dat in deser stat zullenwesen tweeburzedragers, die ontfangen ende uuyt-geven zullen ende geloent werden byden raide derselver stat, etc.;

Aengaet deser stat gemeyntenitem ende dat dese stat hore gemeynten mach gebruycken sonder mesdoen;

Aengaet den commer te vyndenitem ende dat dese stat altyt macht heeft haren commer te vynden, etc; prout in car-thabeginnende: `Wy, Ian, by der gracien', etc. ende is begrepen opte blade L.

1336-1337

73

fol. 94r

fol. 94v

1 In margine nota hic.2 In margine adhuc nota.

Remigii confessoris anno Mo CCCo XXXVIIo: Arnoldus Aykens,Yewanus deGrauia, Gerardus Voss, Henricus Stierken, Nycolaus de Berkel, Henricus vanden Lair, Godescalcus Roesmont.

Aengaet den lombarden, etc.

Ten tyde des voirs. scepenstoels soe heeft die voirs. dorde hertoge Ian con¢rmeertdie lombarden, etc. ende geloeft die scepenen deser stat scadeloos te houden, in-dien hen commer quame uuyt saken van wysen over der lombarden scepenen-brieven, etc.; ende dat diegeen die den lombar- /den scout willen bekennen, denscepenen tot horen vragen moeten berichten uuyt wat saken dattet coempt, etc.;ende begint: `Ian, by der gracien', etc. ende is begrepen opten blade LI.

Remigii confessoris anno Mo CCCo XXXVIIIo: Ghysbertus deVlochouen, Ny-colaus Scilder,Theodericus Buxken, Godescalcus de Bladel.

Hoe coninc Eduwairt van Engelant quam tAntwerpen, etc.

Ten tyden van den voirs. scepenstoel quam coninc Eduwairt van Engelant, diedorde van dien name, tot Antwerpen met zynre coninginnen ende zynen kynde-renmetCCCChootschepen om te trecken inVrancryc optenvoirs. coninc PhilipsvanValoys voirs. denVyften omme te crigen dlant vanNormandien. Endebymid-dele van greve Reynout van Gelre ende van den greve van Guylic creech conincEduwart aliancie ende verbont met keyser Lodewyc van Beyeren overmits geltdat hyhem gaf.

Remigii confessoris anno Mo CCCo XXXIXo: Thomas Meleman, Iohannes Ia-copzs., /Godefridus uuyter Cameren,Theodericus Buxken.

Hoe coninc Eduwairt toech totten keyser

Ende als coninc Lodewyc1 omtrent een iair verbeydt had nae hulpe van den key-ser die nyet en quam noch en sant, want coninc Philips voirs. hem afgecoft haddeende meer gelts gegeven, zoe men seeghden, soedat coninc Eduwart selver tracktotten voirs. keyser te Couelens ende dair wesende ga¡ die keyser hem dwywatervan den hove ende maecten hem scalcklyc vicarys van den keyserryc.

Remigii confessoris anno Mo CCCo XLo: Iacobus de Zulikem, Henricus de Ar-kel, Henricus de Aggere, Godefridus Sceyuel, Henricus de Vden, Iohannes deHees, Matheus Gegel.Coninc Eduwart voirs. quam weder van den keyser ende sat te recht tot Eeke2

ende tot Mechelen als vicarys des keysers. Dairnae ginc hy totten voirs. hertoichIannen, die zynder moyen zoenwas, endeversocht hemvan skeyserswegen dat hyhem / bystonde tegens den voirs. coninc Philips, die den keyser te nae getredenhedde, indien dat hydie stat vanCameric ingenomen hadde, die onder den keyserstont. Hertoge Ianvoirs. beriet hem endevernomen hebbende dat die Fransoysen

1337-1338

74

fol. 95r

fol. 95v

fol. 96r

1 Aldus hs., bedoeld wordtEduwairt.2 Aldus hs., lees mogelijk Erke.

Cameric ingenomen hadden, wairt hy, gehoirsam wesende den bevelen des key-ser, viantdes voirs. conincx Philips vanValoys. Ende alsoe toegen dievoirs. conincEduwairt, hertoge Ian, die greve van Gelre, die mercgreve van Guylic, die merc-greve van Brandenborch ende meer heeren naeVrancryc. Nyettemin hertoge Ianvoirs. nam tot diere tyt doirloge op ende bracht tot enen bestande.

Remigii confessoris annoMoCCCoXLIo:ArnoldusAykens,Yewanus deGrauia,Henricus Stierken, Nycolaus de Berkel, Henricus van den Lair, GodescalcusRoesmont, Arnoldus de Globo.Ten tyde van desen scepenstoel dede die voirs. dorde hertoich Ian bedycken Lillo,dat wel LIII iaren toegevloyt ende verdroncken had geweest. /

Remigii confessoris anno Mo CCCo XLIIo:Theodericus Bucxken, Godescalcusde Bladel.

Remigii confessoris anno Mo CCCo XLIIIo: Thomas Meleman, Ghysbertus deVlochouen, Iohannes Basyn, Ludouicus Aelberti de Bussel, Rodolphus de Zuli-kem.Ten tyde van desen scepenstoel soe heeft paeus Clement dieVIte, uuyt Vrancrycgeboren, verandert dat Gulden Iair van Iubileen te Romen, dwelck paeusBonifa-cius de Achste dair tevorens geordineert had te zyne alle hondert iaren.Mar Cle-ment paeus veranderden dat te zyne alle vyftich iaren.

Remigii confessoris annoMoCCCoXLIIIIo: BartholdusDiddericx, Iohannes deHellu, /Arnoldus deWaderle, Arnoldus Berwout, Godefridus Sceyuel, Iohannesde Hees, Matheus Gegel.Hier waert den heer weder gegunnen die scepenen te setten ende des gundenwe-der die heer dat die scepenen die afgaen gesworen zullen wesen, etc.

Aengaet den gesworen

Ten tyde des voirs. scepenstoels soeheeft die voirs. dordehertoich Ian deser stat ineenre carthenverleent dat die scepenen die afgaen dat naeste iair gezworen zullenblyven ende dat die gesworen sculdich zullen wesen ten raide te comen;

Aengaet vercopinge van LX margen gemeyntendat oick dese stat vercopen mochte van hore gemeynten tsestich margen lantz, etc.;welke carthe begint: `Ian, by gracien ons Heren', etc. ende is begrepen opten bladeLII.Teser tiit leefden heerWillemvan den Bosch, ridder.

Dat die scoubrief mar een iaer en duren

Ten tyde oeck van den voirs. scepenstoel soe heeft die voirs. dorde hertoige Iannoch in eenre andere carthen onder meer woerden gegeven ende geconsenteertdat men met scoubrieve mane bynnen iaers nae den dach der gulden. Ende heltmense daer en teynden, dat zydan doot zyn, tenweerdatse voir scepenenvernuwtworden; welke carthebegint:`Ian, byder gracien onsHeren', etc. ende is begrepenopten blade LIII.

1344-1345

75

fol. 96v

fol. 97r

Remigii confessoris anno Mo CCCo XLVo:Wolterus de Oirle, ArnoldusYsbout,Goeswinus Steenwech, /Henricus de Aerle, Henricus de Aggere, Arnoldus Ay-kens, Nycolaus de Berkel.

Hoe dierste manvan vrouwe Ianna doot blee¡

Ten tyde van desen scepenstoel zoe wairt greveWillem van Henegouwe ende vanHollant dieVierde voirs., die de voirs. vrouwe Iohanna, zoe boven verclairt staet,getroudt hadde, met zynen edelen van denVriezen verslaigen.

Remigii confessoris anno Mo CCCo XLVIo: Godescalcus de Bladel, IacobusCoptyt, Ghysbertus de Spina, Rutgerus de Ouden, Andreas Valant, GeerlacusRoeuer.

Van den heemael int Eygen

Tempore iamdicti scabinatus supradictus Iohannes tercius concessit secundamcartham di¤nitorie dicte des heemaels int Eygen, de quaquidem cartha superiusfacta estmentio etque cartha incipit:1 `Ian, bydergracien', etc. et comprehenditurad signum tale (½15) ac folio XXVIII.

Hoe coninc Eduwairt weder inVrancryc quam

Ten tyde van den voirs. scepenstoel soe quam die voirs. coninc Eduwairt weder-omme uuyt Engelant in Normandien met groeter machte ende wan die stat vanCane.Vandaer / toech hy over die Seyne tot by Parys, rovende ende brandende,endevandair toech hyoverdie Ooze ende voirts overdie Somme ende alsoe quamhy int lant van Pontye.

Van den strydt des conincx van Engelant tegen den coninc vanVrancryc

Ende dair wesende quamdie voirs. coninc Philips tegens hem te strydt. Inwelkenstrydt ende ter plaetsen geheiten Cressy doot bleven well XXXM mannen, onderdie welke doot bleven die coninc van Behem, die greve van Alenson, coninx Phi-lips brueder, die hertoge van Loreynen, greve Lodewyc vanVlaenderen, die grevevan Bloys, van Haurcoirt, allen wesende van der zyden des voirs. coninx Philips.

Den tyt dat Caleys onder Engelant quam

Vandair track coninc Eduwairt voirs. voir Caleys, dat doen onderVrancryc was,omtrent Sint-Gielisdach. Endehy laich ervoiromtrent een iair endehy creech Ca-leys.

1345-1346

76

fol. 97v

fol. 98r

1 Vertaling: ten tijde vangenoemd schepenjaargaf bovengenoemde Jan IIIde tweedeaktevanhet rechtsdistrict van der Eigen, vanwelke akte boven melding gemaakt is en welke akte be-gint met:

Aengaet den hertoich vanGelre

ConincEduwairt voirs., liggendevoir Caleys, haddebyhemdenvoirs. iongenRey-nout die doen worden was hertoich van Gelre, ende dwanck denselven, wesendezynre suster zoen, te trouwen die dochter des mercgreven van Guylic, denwelckenzynvaderbevolen hadde te trouwen die dochterdes voirs. dordehertoige Ians.Marwat hy seeghden, ten mochte hem nyet baten. Nyettemin wachten die voirs. iongehertoich hem dat hy des voirs. mercgreven dochter nyet en bekenden, ende onreetden coninc ende quam met zynen brueder die noch ionger was, totten voirs. dor-den hertoich Ian tAntwerpen, diese myntlic ont¢nc ende onderhyeltsche. /

Remigii confessoris anno Mo CCCo XLVIIo: Bartholdus de Huesden,Theoderi-cus Bucxken,ThomasMeleman.

Aengaet den strydt der Ludickers

Ten tyde van desen scepenstoel op Sinte-Marie-Magdalenenavont waren die Lu-dickers in groeter macht, wel XXM, vergadert ende hadden horen bisscop ver-iaegt. Sii toegen voir Arkenteel, datse in den gront omworpen. Sy wouden voirtstgeheel lant dwingen. Hoir hooftmanwas een mollener. Die voirs. dorde hertoichIan quam tegens hen ten strydt met Henricken, zynen zoen, met hertoich Rey-nout vanGelre endemetten greve van Loen ende versloech er XVM voirMaleyneinWals-Brabant ende dander ontvloyen. Hy werpMaleyue, dat toebehoirden derkercken van Ludick ende Brabant scedelic was, in den gront omme. Hertoich1

Henric voirs. hadde hem dair zeer vromelic ende corts dairnae ster¡ hy endebracht den bisscop weder int lant.

Remigii confessoris annoMo CCCo XLVIIIo. /

Aureum previlegium2

Tempore iamdicti scabinatus Karolus quartus, Romanorum rex et Bohemie rex,concessit supradicto Iohanni tercio ob sue probitatis merita et sue circumspecte¢dei puritatem quibus ipse unacum suis progenitoribus sacrumRomanum impe-rium debitis ¢delitatis obsequiis prestancius honoravit necnon suis heredibus etsuccessoribus ac subditis Brabantie, quod nullus iudicum cuiuscumque dignita-tis, status aut conditionis ecclesiastici aut secularis fuerit, in quibuscumque cau-sis civilibus, criminalibus et realibus aut personalibus aliquam iurisdictionem ino¤ciarios servitores aut subditos dictum predictorum ad instantiam cuiuscum-que persone intravel extra limites ipsorum constitutos evocando, citando, appel-lando, abiudicando, banniendo, prescribendo aut alios actus iudiciarios faciendoper sentencias interlocutorias aut di¤nitivas exercere presumat, nisi primitusevidenter testimonio fuerit edoctum sive probatum quod a duce Brabantie etc.aut eius iudicibus iusticie reddentibus presidentibus petenti seu petentibus iustitia

1348-1349

77

fol. 98v

fol. 99r

1 Hendrik wordt hier hertog genoemd, omdat zijn vader Jan III, hertog van Brabant, hem bijzijn meerderjarigheid in 1347 beleend had met het hertogdomLimburg.

2 Vertaling: de Gouden Bul.

fuerit denegata sub pena centummarcharumpuri auri etc.; quod quidemprevile-gium incipit: `Karolus, Dei gratia', etc. et comprehenditur folio CCCCXLV.

Remigii confessoris anno Mo CCCo XLIXo: Bartholdus Diddericxs., ArnoldusBerwout, /Arnoldus de Globo, Iohannes Basyn,Theodericus van Hoculem, Io-hannes Dicbier, ArnoldusYsebout.

Littere executoriales superAureo Previlegio1

Tempore iamdicti scabinatus Karolus Romanorum rex predictus super Previle-gio Aureo predicto litteras executoriales concessit in quibus senescallis Lymbur-gie et Brabantie ducatuum necnon Rodensis et Carpensis provinciarum atquebalivo Nyuellensi et sculteto Antwerpiensi ac ceteris imperii ¢delibus ad quospresentes littere devenerint, commisit et seriose mandavit omnes cuiuscumquepreeminencie iuxta penas pretactas corrigere etc. ut inibi; quequidem littere exe-cutoriales incipiunt: `Karolus, Dei gratia', etc. et comprehenduntur ad signum(½16) ac folio CCCCXLVII.

Littere inquisitorie super premissis2

Tempore etiam iamdicti scabinatus supradictus Karolus adhuc concessit superpremissis suas litteras ad inquisitionem faciendam super attemptationem perepiscopum Leodiensem contra premissa ut inibi; quequidem littere incipiunt:`Karolus,Dei gratia', etc. et comprehendunturad signum tale (½17) et folio CCCCXLVIII.

Van den hemael Kessel, Maren, Alem

Ten tyde oickvan den voirs. scepenstoel soe heeft die voirs. dorde hertoge Ian ver-leent die carthe van den heemael van Kessel, Maren ende Alem ende dairinnegeordineert seven / heemraders genomen te werdene, te wetene drie uuyt Kessel,drie uuyt Maren ende eenen uuyt Alem. Ende heeft gegeven denselven sekermacht ut inibi; que cartha incipit: `Iohan, by der gracien Goids', etc. et compre-henditur folio CCC LXVI.

Remigii confessoris anno Mo CCCo Lo: Petrus deWaderle, Henricus de Arkel,Godefridus Sceyuel, Theodericus Bucxken, Lodouicus Aelbrechts van Bussel,Hermannus de Eyndouia, Godefridus Heerken.

Remigii confessoris anno Mo CCCo LIo: Bartholomeus de Megen, Godescalcusde Bladel, Heymericus de Dordrecht, Ghysbertus Lyscap, Franco de Gestel, Ia-cobusTyt, CoenrardusWriter.

Aengaet der statmuer ende er¡enis dairbuyten liggende

Ten tyde van desen scepenstoel soe heeft dese / stadt Zeboden van Tyel, Iannen

1349-1350

78

fol. 99v

fol. 100r

fol. 100v

1 Vertaling: executiebrieven bij de Gouden Bul.2 Vertaling: brieven van onderzoek bij het vorige.

Dicbier, scouthet deser stat, cum suis gegeven die muer streckende van derVuch-terpoirten totter Ortenderpoirten toe, alsoe verre als die muer volmaect is oft vol-maect salwerden, omop te tymmerenmetstenengevelen endemet harden dacktedecken ende met zekeren er¡enisse dairbuyten liggende ut inibi, beheltelyckennochtans deser stat dengemeynen stroom; prout in litteris incipientibus:`Wy, sce-penen, gesworen, rentmeesteren', etc. et comprehensis folio LIIII.

Hoemen die voirs. muer houden sal et etc.

Oeck ten tyde desselfs scepenstoels nae Paesschen soe hebben die voirs. Zeboed,Ian Dicbier cum suis op achtduysent ponden geloeft die voirs. muer te houdenende te bewaren als mense hen leveren sal, tenweer datsemet cracht neder gewor-penworde, etc. Item ende datse optemuer voirs. nyet en zullen tymmeren dan metsteen ende harden daeck. Item ende als Zeboed, Ian cum suis die voirs. muer nyetlanger houden en willen, soe zullen zy die op moigen geven deser stat met acht-dusent ponden ende metten er¡enisse voirs.; prout in litteris incipientibus: `Et zycond allen denghenen'etc., et comprehensis folio LV.

Remigii confessoris annoMoCCCoLIIo: Henricus deVden, Gysbertus de Spina,Rodolphus de Zulikem, Iohannes de Derentheren, / Iohannes de Eyndouia,Wil-lelmus van der Aa, Arnoldus deVladeracken.

Remigii confessoris anno Mo CCCo LIIIo: Goeswinus Steenwech, Iohannes deHellu, Arnoldus Roeuers, Gerardus de Eyndouia, Arnoldus Stamelart de Penu,GerardusVoss.

Remigii confessoris anno Mo CCCo LIIIIto: Arnoldus de Globo, Henricus deGemart, Petrus deWaderle,WillelmusVrancke, Godeschalcus de Bladel, PetrusSteenwech.

Die annulatie der vonnisse des bisscops van Ludic

Tempore iamdicti scabinatus Karolus Romanorum rex et Bohemie rex, etc. su-pranominatus annulavit omnes sententias / et prescriptiones factas per Engel-bertum Leodiensem episcopum super iudicibus, scabinis et subditis supradictiducis Iohannis tercii; prout in litteris incipientibus: `Karolus, Dei gratia Roma-norum rex', etc. et vidimus desuper confectis incipientibus: 'Universis presenteslitteras inspecturis'et comprehensis ad signum tale (½18) et folio LVII.

Verbont der steden ende vriheiden slantz van Brabant

Oeck ten tyde des scepenstoels voirs. soe is tusschen die steden van Brabant na-mentlic Loeuen, Bruessele, Antwerpen, sHertogenbosch, Thienen, Nyeuele,Leeuwen in den name van hen ende der andere smaelsteden ende vryheidenslants van Brabant als Tricht, Lymborch, Dalem, Rode, Carpen,Wassenborch,Spremont, Lier, Herentals, Turnout, Geldenaken, Hannuet, Genepie, Landen,Dormalen, Halen, Diest, Arschot, Sichen, Bergen opten Zoem, Steenbergen,Breda, Huesden,Graue, Helmont, Eyndouen, Sint-Oedenrode, Oirle,Merchteneende van der Capellen opten Bossche, Eerssel, Oisterwyc,Waelwyc,Vilvoerden,

1354-1355

79

fol. 101r

fol. 101v

Tervueren, Oueryssche, Assche seker verbont gemaect ende hebben underlingegeloeft, deen den anderen zekerheit gedaen ende ten heiligen gesworen die eenbyden anderen teblyvene ewelick, eendrechtelic, ongesceyden ende ongesondert,wathen oickovergaenmucht; prout in litteris incipientibus:`In den name sVaders,Soens ende sHeilich Geests, amen', etc. et comprehensis folio LVIII.

teser tyt sterff die dorde hertoge ian

Remigii confessoris anno Mo CCCo LVto: dominus Iohannes die Roeuer, miles,dominus Henricus de Moerdrecht, miles, / Rutgerus de Ouden, Iohannes Dic-bier, Henricus de Hoculem, Ghysbertus Lysscap, Arnoldus die Beuer.

Van der doot des dorden hertoich Ians

Ten tyde van den scepenstoel voirs. ende die voirs. dorde hertoge Ian XLIII iarenregneert hadde, soe ster¡ hii in den iair voirs. op Sinterclaesavont ende wert be-graven int cloester vanVileer inWals-Brabant.

ten tyde van vrouwe iohanna ende hertoge wencelynvan behem1

NuwordenvrouwIohanna ende hertogeWenceliin gehuldt; huldingevrouwe Ianne ende hertoichWencelyn

Ten tyde oickvan denvoirs. scepenstoel ende als die voirs. dordehertoich Ian dootwas, soeworden opten dorden dach ianuarii tot Loeuengehult endeontfangen dievoirs. vrouwe Iohanna ende hertogeWencelyn ende voirts tot Bruessel, tot Me-chelen ende elders.Welke vrouwe Ianna ende hertoichWencelyn den lande vanBrabant verleenden dese naevolgende poincten:

Die bewaernisse van den previlegienin den iersten dat men die previlegien ende cartheren slants van Brabant bynnendenselven landebewaren salonderdrie sloetelen, als den enen onderder voirs.vrou-wen, den anderen tot Bruessel ende den dorden tot Loeuen, ende insgeliicx te bewa-ren den groeten zegel in Brabant;

Van den raitsluden in Brabantitem dat nyemand in den geswoeren Raide van Brabant en sal wesen, hy en zy byn-nen Brabant geboeren, / van wittigen bedde ende in den lande van Brabant woe-nende ende geguedt;

1355-1356

80

fol. 102r

fol. 102v

1 Herhaald vanaf fol. 102v tot en met fol. 124r; vanaf fol. 103v wordtWencelyn als eerste ge-noemd; alleen op fol. 103v wordt syn geselinne toegevoegd.

Hier heeft men dat Huesden Brabant is geweestitem ende dat dlant van Lymborch, vanDalem, Spremont, Rode, Carpen, dlant vanHuesden ende vanWassenberch blyven sal versekert den lande van Brabant;item dat men die straten oepen ende vry houden sal, elckermalc te varen ende tekeeren op zynen gerechten tolle;

Datmen dlant nyet sceyden noch minderen en zallitem dat zydlant van Brabant geheel ende ongesceyden houden sullen sonder dat teverpanden, te vercopen oft te versetten, etc.;item hebben zyoic dairinne geloeft den lantvrede te houdene zoe hy gemaect is;item hebben oic geloeft geen oirloige aen te nemen sonder wille der steden vanBrabant;

Datmen die meyeryen ende vorsteryen nyet verhueren en zalitem alle diegeen die meyeryen oft voirsteryen hebben, datse die selver zullen moe-ten bedienen;

Die bynnen Brabant gevangenwordt, buyten Brabant nyet vueren en salitem zoewie bynnen Brabant gevangenwordt, dat men dien buyten Brabant nyet ensal vueren gevangen;

Van den gelt te slaenitem dat men geen gelt en sal slaen noch oic den penninc lichten, het en zy by raidevan den lande, ende dat men geen gelt slaen en zal dan in de vry steden;

Van onwittigen personen geen o¤cie te hebbenitem dat diegeen die van gheenen getrouden bedde comen en is, nummermeer o¤-cie in Brabant /hebben en zal noch vueren;

Van der rekeningen der o¤cierenitemdat alle richteren ende o¤ciers in Brabant van iaer te iaren rekenen zullen endegerekent hebben a¡ wesen, etc. ut inibi;

Hoe die onsculdige vrede hebbenitem dat die onsculdige vrede zullen hebbenvan der uren dat ennich gevecht gescietware totter naester noenen des anderendaigz;

Datmen ierst den magen zoenen moetitem dat men nyemanden van dootslage dlant geven en zal, hy en zy ierst tegens diemage verzuent;

Van te camp te heysschenitem dat men nyemanden te camp heysschen en zal opte verbuerte van lyf ende goetende zoewie den anderenvogeren dade buyten lantz, dat hy in denzelven bruec zynzoude;

Van buyten lantz te dagenitem dat deen ingesetenen slantz van Brabant den anderen buyten lantz nyet en zaldagen opte verbuerte van ly¡ ende goet ende ewelic slantz beroeft te wesen, tenweervan testamenten, huwelixe vorwarden ende van aelmoessen;

1355-1356

81

fol. 103r

Van den scaeckitem dat men nyemanden tegens zynen wille ontscaecken sal up verbuerte van lyveende goet ut inibi;

Van onmundigen te ontleydenitem datmen geen ion¡rouwen ontscaecken noch ontleyden sal die onder hoir iarenziin opte verbuerte van ly¡ ende goet; /

Die bedragenwordt, moet overtuygt werden, salt hem onscade doen1

item dat men nyemanden bedragen en mach, dat hem onscaide doen mach vanquetsueren oft dootslagen indien hyhem der wairheit getroesten dar ut inibi;

Vanwynninge byoirlogeitem dat men met oirloge windt by hulpe van den lande van Brabant, aen Brabantblyven sal;

Van der pelingeitem dat men eenen yegelycken pelinge begerende, pelinge sal doen gescien;

Van Sinte-Petersmannenitem dat men Sinte-Petersmannen houden ende handelen sal, gelyc dat men vanouts herbracht heeft;

Van twe leke personen dingechtichwesendeitem oft sake wair dat ennige twee leke personen in recht dingden ende den enentvonnes tegenginc, dat die zyn sake nyet overgeven en sal ennigen paep oft clercomme den anderen te creyten, opte verbuerte van lyve ende goet, etc.;

Van honde te houden, van iagenitem dat elckermalc honde houden mach, die voete ongecoirt sonder calengierenende dat elc all Brabant doer hasen ende vossen iagen mach;

Nochvan iagenitem ende dat alle ridderen ende knapen ende goede lyede uuyten steden ende landevan Brabant moigen iagen alrehant groot wilt al Brabant doer, uuytgesceiden inwouden ende waranden, etc. ut inibi; welke carthe begint: `Iohanna, by der gracienGoids'ende is begrepen folio LX. /

Dierste oirloge van hertoichWencelyn tegens den greve vanVlaende-ren

Corts dairnae als vrouwe Iohanna ende hertogeWencelyn tot Loeuen, tot Brues-sel, tot Mechelen ende voirts elders in Brabant waren gehuldt ende oick ten tydevan den voirs. scepenstoel, soe quam die voirs. greve Lodewyc vanVlaenderen,die ten wive had die voirs. Margriet, dochter des voirs. dorden hertoge Ians endesuster van vrou Iohanna voirs., ende heyschten een groete susterdeylinge in Bra-bant alsoe dat daira¡ tot Mechelen een dachvaert wairt geleegt dair zy beyde terdachvaert waren. Mar eer die dachvaert schyet, soe waest geordineert dat die

1355-1356

82

fol. 103v

fol. 104r

1 In margine nota.

voirs. hertoge ende die greve beyde uuyter stat ryden zouden, zoese deden. Endedairnae quam greve Lodewyc voirs. weder subtylyc bynnen Mechelen ende dedezoevele met vrienden aen die van Mechelen, datse hem ont¢ngen voir enen heer,nyettegenstaende datse den voirs. hertoichWencelyn ende vrouw Iohanne eedtgedaen hadden ende ontfangen. Ende dairomme ga¡ hy dien van Mechelen driemercten, van haver, vyssch ende zout, die de stat vanAntwerpen tevoerens hadde.Ende greveLodewycginc zynpalenbesetten ende desgelyc dede oic dievoirs. her-togeWencelyn. Ende hertogeWencelyn zocht raet ende troest aen zynen voirs.brueder Kaerle, die vierde keyser /ende coninc van Behem, zoe datter een dach-vaert wairt geleegt tot Tricht, dair hertoichWencelyn ende vrou Iohanna quamen.Ende dair by den voirs. keyser wairt gemaect eenwonderlic verbont:1

in den iersten als dat thertoichdom van Brabant ende van Lymborch blyven sou-den aen hertoigeWencelyn ende vrou Iohanna als hoir natuerlycke, wittige prin-cen ende dat hertoichWencelynbuyten consent vanvrou Iohannageengueden oftlanden en zoude moigen versetten, vercopen, veranderen oft belasten;item ende oft vrou Iohanna stor¡ voir hertoichWencelyn sonder oir, zoe soudehertoichWencelyn die landen behouden als natuerlyc heer;ende stor¡ hertoichWencelyn voir vrou Iohanna sonder oir, zoe zoude zy hair le-ven lanc vrou blyven; ende creech zy nae enen anderen man ende daira¡ wittichoir, dat soude nae hair succederen;ende oft zybeyde storven sonderoir, zoe souden die landenvan Brabant ende vanLymborch blyven opten voirs. keyser Kaerle als op den wittigen successeur; endeoft keyser Kaerle dan nyet en leefden, zoe souden die landen blyven op die naestelevende geboert van Lutzenborch; daira¡ brieven worden gemaect van den daetMCCCLVI, dwelc oic die gedeputeerdenvan den steden bygoetdunckenvan en-nigen edelen dairby wesende oic geloefden te doenvolvueren. Ende vrou Iohannaconsenteerden oic dairinne om troest ende bystant te hebbene van den voirs. key-ser Kaerle, / brueder van hertoichWencelyn voirs., want greve Lodewyc voirs.mechtichwas.Ende alsoe ten tydevan denvoirs. scepenstoel, optenXVIIen dach in oext, geboer-den dat greve Lodewyc voirs. quamvoir Bruessel. Die van Bruessel lyepen tegenshem uuyt, dair hyse versloech ende quam alsoe bynnen Bruessel dair hy zynbanyeren uuytstack opter stathuys ende zyn wympelen ten poirten ende zy mos-ten hem hulden. Dairnae quam hy tot Loeuen, mar die en hulden hem nyet endehy bedree¡ vele gewauts in Brabant.Daernae wairt tvoirs. oirloigh tusschen beyde opgenomen van hertoge Willemvan Beyeren, greve van Henegouwe, van Hollant, van Zeelant ende heer vanVryeslant, wantse hem in beyden zyden bestonden ende alsoe van beyden zydenverbonden zyhen met brieven ende zegelen, welke hertoichWillem, als nae blyct,int iair LVII een uuytspraec gedaen heeft.1

1355-1356

83

fol. 104v

fol. 105r

1 In margine nota.

Remigii confessoris anno Mo CCCo LVIo: Godefridus Sceyuel, TheodericusBuxken, Godescalcus de Bladel, Arnoldus deWaderle, Iohannes de Gestel, Pe-trus Steenwech, /Henricus Loze.

Aengaet den houtscat

Ten tyde van den voirs. scepenstoel soe hebben hertoichWencelyn ende vrou Ian-na deser stat verleent die carthe van den houtscat, te wetene dat die poirteren de-ser stat tot ewigen daigen quyt zullen zyn ende vry van den houtscat die men henende hoerenvorderen sculdich is te betalen, alsoe dat men den poirterenvan hoe-ren bosschen oft anderen hout, wassende oft nyet wassende, vry van houtscat sallaten, etc.; welke carthe begint: `Wencelaus', etc. ende is begrepen opten bladeCCC LXXIX.

Aengaet der pelingen vanVlymen, Engelen, dese stat endeVucht

Oeck ten tyde van den voirs. scepenstoel soe hebben die voirs. hertoichWencelynende vrou Iohanna con¢rmeert die pelinge gedaen by heren Bernart, heer vanBourgevail, drossaet van Brabant, tusschen dese stat, den dorpe vanVucht endeCromvoirt ter eenre ende den dorpenvanVlymen ende Engelen ter andere zyden,by welker pelingen bevonden is dat die palen hiernae bescreven deser stat vanouts toebehoirt hebben ende noch toebehoren, te wetene: begynnende aen datcruys dat voir Engelen te staen plach in der zyden tot Dyependyc wairt ende van-dair recht lynrecht opte bleeken van der Engelscher Meeren ende vandaer rechtlynderecht opten Moelenwech ende vandair lyntrecht opten hoerinc van denAmer voirVlymen in der stegen aldair ende vandair lynrecht opten breedenwechende vandair lynrecht opten Dyselberch, etc. ut inibi; prout in litteris incipienti-bus: `Wencelaus', etc. et comprehensis folio LXVII. /

Remigii confessoris anno Mo CCCo LVIIo: Iohannes de Hellu, Ghysbertus deSpina, Gerardus de Eyndouia, Iohannes Enode.Tempore istius scabinatus Iohannes de Lyemde tamquam magister domus vander Eyendonck fuit adiusticiatus ad certas hereditates sitas inVucht, etc., ex qui-bus habetur quod eo tempore dicta domus van der Eyendonck steterat.1

Aengaet den Hamdyc voir DenGraue

Ten tyde van den voirs. scepenstoel soe wairt den Hamdyc, gelegen voir DenGraue, gemaect ende dat by hulpe der ingesetenen deser meyeryen dairomtrentgesetenvangracienwegen ende nyet van recht; welkenHamdycheer Ian, heer vanKuyck ende van Hoostraten, voir zyn voirs. stat van Den Graue ende zyn luydenaldair geloeft heeft ten ewigen daigen te houden ende te doen houden; prout inlitteris incipientibus: Allen denghenen', etc. et comprehensis folio LXVIII.

1356-1357

84

fol. 105v

fol. 106r

1 Vertaling: tentijdevan dezeschepenstoelwerdJanvanLiempdealsmeestervanhetHuisvander Eyendonck gerechtigd tot zekere erven, gelegen inVught, enz., waarvan men aanneemtdat in die tijd het genoemdeHuis van der Eyendonck daarop stond.

Hoe hertoichWillem van Beyeren zyn uuytspraec dede

Ten tyde oick van den voirs. scepenstoel opten vierden dach van iunio dede dievoirs. hertogeWillemvan Beyeren, etc. tusschen hertogeWencelyn ende vrou Io-hanna ter eenre ende greve Lodewyc vanVlaenderen ter anderen zyden syn uuyt-spraeck, wesende dairinne, zoe men hoeren mach, zeer gunstich den grevevoirs.:1 in den yersten, want sommige steden ende edelen in / Brabant den voirs.greve eedt gedaen hebben, soe souden die steden van Loeuen, Bruessel, Nyvele,Thienen denzelven greve eens siaers dyenen ten costen slantz van Brabant elckmet eenre banyeren sess weken lanc elc met XXV mannen gewapent alse vanden greve versocht worden ende des souden die steden ende edelen hoirs eedtsverdragenwesen;item want die greve voirs. hem gescreven hedde hertoich van Brabant, zoe zoudehy den titel moigen behouden zyn leefdaige lanc, oft hy woude;

Hier wairtMechelenVlaemsch

item dat die greve voir zyn costen ende scaden des oirloigs die hygehadt hedde, hyende zyn nacomelinge zoude hebben ende wesen herenvanMechelen;

Hier wairt Antwerpen oicVlaemsch

item ende dat die voirs. Margriet, suster van vrou Iohanna voirs. ende wy¡ vangreve Lodewyc voirs., ende hoir oir, te wetene hair dochter by namen Margrietdie zy van greve Lodewyc voirs. heeft ende vercrigen zal, sal hebben voir hair va-derlic verster¡ XM gulden £orynen er£ic ende dairvoir te leen ende in manscapvanvrou Iohannavoirs. ontfaen zal Antwerpen met hoer toebehoirten;

Hier wairt Huesden Hollantz

item hoewael dat een gemeyn faem is dat die voirs. hertoichWillem int voirs. seg-gen geseegt zoude hebben: `Huesden myn', soe en eest nochtans alsoe nyet, marwant hyt vrouw Iohanna afnam tonrechte, soe maecten hy er a¡ `Huesden myn'1.HertoichWillem voirs. wairt nae tseggen voirs. iammerlic geplaigt als sinloes tezyn ende hertoich Aelbrecht, zyn brueder, die paleysgrave, /deden gevangen ley-den ende leggen totKeynout inHenegouwe, dair hy zyn leefdaigenbuyten synnenblivende gevangenblee¡. Ende nae denvoirs. seggen soeworden die voirscr. greveLodewyc endeMargriet, zyn grevinne, tot Antwerpen endeMechelen gehuldt.

Remigii confessoris annoMo CCCo LVIIIo: Iohannes Knoede, Iohannes de De-renthere, GerardusVosse, Henricus vanVden, GerardusVosse.2

Omtrent deser tyt dede hertoichWencelyn maken tslot tot Vilvoerden.

Remigii confessoris anno Mo CCCo LIXo: GerardusWisseleer, Gerardus Steen-wech.

1359-1360

85

fol. 106v

fol. 107r

1 In margine nota.2 Aldushs., abusievelijktweemaaldezelfdeschepennaamoptweeverschillendemomenten ge-schreven.

Remigii confessoris annoMo CCCo LXo: Arnoldus de Globo, /Ghysbertus Lys-scap.Ten tyde van desen scepenstoel dede heer Geerlic die Roeuer, scouthet van DenBosch, beleyde dat die scouthet deser stat altyt, alst noot is, scouwen mach opdese zyde derMazen tusschen de stat vanDenGraue ende derDiesen; prout folioC XXXVI.1

Aengaet den loss van Oisterwyc

Ten tyde van denvoirs. scepenstoel wairt die meyerye vanOisterwyc gelost by de-ser stat met IIIM IIIÃÙÄ alden scilden die dese stat op hairselven ¢neert hadde;

Ende geen dorpen meer van deser stat te vervreemdenende geloefden hertogeWencelyn ende vrou Iohanna voir hen ende hoir oir, ervenende nacomelingen die wederomme nummermeer te versetten, noch egeen anderedorpen oft vryheiden in deser meyeryen gelegen, noch oic te vervreemdenvan deserstat; prout in litteris incipientibus: `Wencelaus', etc. et comprehensis folio LXIX.

Remigii confessoris annoMoCCCoLXIo: Iohannes deHellu,WillelmusVrancke.

Confederationem opidorum Louaniensis et Busciducensis2

Tempore iamdicti scabinatus scabini, iurati et communitas / de Louanio et deBuscoducis puro corde invicem prehabitum rancorem remittentes confederatio-nem mutue pacis et amicicie coniuraverunt et tamquam fratres inviolabiliter ob-servantes unanimi voluntate fecerunt, ymmo etiam invicem promiseruntubicumque opus habuerint alterum alteri ad suum ius conservantes ¢deliter as-sistere contra unumquemque hominem salvo iure domini ducis; prout in litterisincipientibus: `Universis tam presentibus', etc. et comprehensis folio LXXI.

Remigii confessoris anno Mo CCCo LXIIo: Henricus Stierken, Arnoldus Ber-wout, Arnoldus deWaderle de Andel, Goeswinus Moedel Dicbier, Ghysbertusvan den Doeren de Spina, Henricus de Kessel.

Van den toll omtrent deser stat

Ten tyde van den voirs. scepenstoel soe hebben hertoichWencelyn ende vrou Io-hanna deser stat verleent ende den scouthet derselver stat bevolen dat hy sonderwederseggen ten versueckdeser stat hair bystendich zy af te doen allen onrechtentoll die men omtrent derselver stat van den poirteren nu nemende is, etc.; prout inlitteris incipientibus: `Wencelaus', etc. et comprehensis folio LXXII./

Remigii confessoris annoMo CCCo LXIIIo.

1360-1361

86

fol. 107v

fol. 108r

fol. 108v

1 In margine nota.2 In margine nota; vertaling: het bondgenootschap tussen de steden Leuven en 's-Hertogen-bosch.

Hoe die poirteren bynnen mosten comenwoenen

Ten tyde van den voirs. scepenstoel soe hebben hertoichWencelyn ende vrou Io-hanna deser stat verleent ende geconsenteert onder meer dat zoe wye voirtaenpoirteroft poirterssewordebynnen deser stat, die zullen dairinnemoeten comenwoenen bynnen sess weken naedien dat zy poirteren oft poirtarssen worden zynende zullen gebruycken deser stat vryheit, gelyc andere gecofte poirteren oft poir-terssen;

Hoe lange die poirters uuyt moigenwesenvoirtaen eest vorwarde al vueren dese poirteren oft poirterssenbuyten deser statomcomanscap, in pelgrimagien oft in sheren dienste ende dairomme langer buytenbleven dan drie sess weken, dat zydairmede hoir poirtrecht nyet verlyesen en zullenmoigen, mar zullen hoir poirtrecht gebruycken als zy wedercomen;

Geboeren poirters moigen altyt uuyt wesenitem die ingeboeren poirteren, hoe lange zy uuyt zyn, die en zullen dairmede hoirpoirtrechtnyetmoigenverboeren; prout in litteris incipientibus:`Wencelaus vanBe-hem', etc. et comprehensis folio LXXII.

Van coninc Kaerl vanVrancryc

Ten tyde oickvan den scepenstoel voirs. soe waert coninc vanVrancryc gecroent /die vyfte Kaerle, die men hyet dieWyse, zoen van den voirs. coninc Ian vanVran-cryc die te wive hadde die suster hertoichWencelyns voirs., ende aldus was her-toichWencelyn voirs. oemvan den voirs. Kaerle dieWyse.

Remigii confessoris anno Mo CCCo LXIIIIo: Henricus deVden, GerardusVoss,Franco de Gestel, Coenrardus dieWriter, Petrus Steenwech, Geerlacus de Keel-donc.Ten tyde van desen scepenstoel trac hertoichWencelyn voirs. met groeter machtvoir Rauensteyn tegens den heer vanValkenborch.

Remigii confessoris annoMo CCCo LXVto: Iohannes de Derentheren, Iohannesde Gemart, Arnoldus Heym, Gerardus van der Aa, Ghysbertus deVlochouen, /Iohannes van der Zydewynen, Otto Bilsemans.Hier is te wetene hoe dat die ierste hertoge Reiinout van Gelre by zyn ierstevrouwe hadde twee dochteren; doutste ga¡ hy den greve van Cleue, dair zy geenkyndera¡en creech, endenae zynre doot trouden zydengrevevanBloys; ende dieiongste dochter trouden greve Willem van Guylic, die nae mercgreve wairt ge-maect. Dese greveWillem van Guylic wan aen de voirs. zyn vrouwe, die iongstedochter van hertoich Reynout voirs., enen zoen die hyet Willem, die wert nae-maels hertoich van Guylic ende van Gelre ende die met synen hulperen, bisscop-pen ende papen, die Lynde tot Oisterwiic bornden, als nae blyct in den iaer CCCLXXXVIII.1 /Die voirs. hertoige Reiinout, nae die doot van zynre voirs. ierster vrouwen, namdes dorden coninx Eduwairts van Engelant dochter, dairaen hy wan twee zoenen

1365-1366

87

fol. 109r

fol. 109v

fol. 110r

1 In margine nota.

by namen: Reynout, die nae zyns vaders doot trouden vrou Marien, suster vanvrou Iohannavoirs. ende dochter des voirs. dorden hertoge Ians van Brabant; hiiregeerden dlant van Gelre als hertoge een wyle tyts met rosten, mar nae wairt hyvan Eduwart naegescreven, zynen brueder, gevangen; ende Eduwairt, die haddedat zyn voirs. brueder hem ga¡. Beyde dese Gelderssche zoenen storven sonderoir. Ende als die voirs. ionge hertoich Reynout die vrou Marien voirs. getroudthadde, een wyle tyts had regeert dlant van Gelre ende dat gehouden in vreeden,stont op bynnen den lande voirs. twedrachticheit van tweer handen partien, deenhyeten die Bronchorster, dander hyeten die Heeckerlinge.

Hoe deen brueder vanGelre den anderen vynck

Die Heeckerlinge voirs. worden verheven van den voirs. hertoge Reynout bovendie Bronchorsteren. Des claechden die voirs. Bronchorstere den voirs. Eduwart,die tegens den voirs. iongen hertoge Reynout, zynen brueder, ende die Heecker-linge opstont, vergaderendevolc vanwapenen ende quam tegens denselven zynenbrueder te velde ende ten stryde, alsoe dat die voirs. ionge hertoich Reynout wairtgevangen. /

Hoe die ionge hertoich Reynout uuyter gevenckenissen quam

Ende als vrouMarie voirscr. verhoirt hadde dat hair heer, die voirs. iongehertoichReynout, gevangenwas, toech zyby vrou Iohanna, hair suster, ende hertogeWen-celynen voirs., hen clagende die gevenckenissen hairs heren. HertogeWencelynvoirs. seynden terstont in den lande van Gelre vele volcx van wapenen, die Boe-melreWertomsloegen. Endevoirtsbleeft oirloge tusschen denvoirs. hertogeWen-celyn ende den voirs. Eduwairt ende zynen hulperen, ingesetenen slantz vanGelre, eenen langen tyt, wael drie iaren. Ende ten laetsten in enen strydt die ge-boirden voir Bauswilder, weert Eduwairt voirs. dootgeslagen int lant van Guylic.Ende die voirs. ionge hertoich Reynout van Gelre quam uuyter gevenckenissen,mar ster¡ corts dairnae mits die veranderinge der locht ende sonder oir.

HertoichWencelynwairt oic gevangen

Ende dairnae in den voirs. strydt die geboerden voir Bauswilder als int iair MCCC LXXI, wairt hertoichWencelyn voirs. gevangen ende gevangen gevuert teNyegge, dair hy lange gevangen lach; welke oirloge oic mede toequam ende oicwas tegens den voirs. mercgreveWillemen van Guylic, omdat hy den coepluydenvanBrabanthoeren scade die zy in zyn lant geleden hadden endehenwasgedaen,boven den gesworen lantvrede nyet / oprichten en woude, alsoe zyn vorders ge-loeft hadden te doen.

Die lossinge hertoichWencelyn

Ende als die voirs. keyser Kaerle, brueder van den voirs. hertoichWencelyn, ver-nam hoe zyn brueder gevangenwas, was hy toernich ende begonst een process temaken metten princen van den Ryc omme met vonnesse te beroeven den voirs.hertoichWillem van Guylic van allen zynen heerlicheit. Die voirs. hertoichWil-

1365-1366

88

fol. 110v

fol. 111r

lem van Guylic, dat vernemende, lyet hy uuyter gevenckenissen sonder rantsondenvoirs. hertoichWencelyn.Mardieheren diemethemgevangenwaren, mostengeven IX hondertduysent Vilvoirtsche mottoenen. Daernae stont op grote twistetusschen den voirs. greve van Bloys ende den voirs. mercgreveWillem van Gylicom des hertoichdoms van Gelre. Mercgreve Willem van Guylic voirs. woudetvoirs. hertoichdom van Gelre trecken aen den voirs.Willemen, zynen zoen, zoehy oic dede, om deswille, zoe hy oic seeghden, dattet op geen vrouwen verstervenmochte, als er mans geslachte levende wair van den bloode gecomen.

Hier quamt lant vanGelre ende vanGuylic aeneen

Ende alsoe als omtrent den iair LXXIIwairt die ionge greveWillem hertoich vanGelre ende nae zyns vaders doot hertoich van Guylic /ende duss quam dlant vanGelre ende vanGuylic yerst tegader ende onder enen heer.

Dat Oyen endeTurnout fundeert worden

Item ende nae die doot van den voirs. hertoich Reynout, die als hy uuyter geven-ckenissen was gecomen zeer corts ster¡, soe dede vrouwe Marie voirs., zyn we-due, maken op die eerde van Brabant tslot van Oyen ende die borch totTurnhout, dwelc hair guedinge was ende dair zy al meest was nae hairs herendoot.

Aengaet den vrede te nemen

Ten tyde voirscrevens scepenstoels als van denvoirs. iairMCCCLXVende LXVIsoe hebben hertogeWencelyn ende vrou Iohanna deser stat verleent een carthedairinne datse enen yegelycken poirter deser stat in een ewelic recht gegeven heb-benvoir hen endehoer nacomelingenvreede temoigen nemen, gelyc een scouthetdeser stat. Ende zoe den scouthet oft poirter in orconde van tween poirteren een-wer¡, anderwer¡ ende dordwer¡ weygerden vrede te geven, die zals wesen openen broeck van X ponden ende oft hy en nyet en conste betalen, die sals wesenop zyn een hant a¡ te slaen; prout in litteris incipientibus: `Wencelaus', etc. etcomprehensis folio LXXIII. /

Aengaet den Zegedyc tusschen Haren endeDuer

Oeck ten tyde desselfs scepenstoels soe hebben hertoichWencelyn ende vrou Io-hanna in een andere carthe bevolen den scouthet van Den Bosch het maken vanden Zegedyc tusschen Haren ende Duer altyt metter clocken ende dat te doendoen denghenen diet sculdich zyn oft den gemeynen lande die wynre oft verlieserdairaen zyn moegen, ut inibi; welke carthe begint: `Wencelaus'ende is begrepenopten blade LXXIIII.

1365-1366

89

fol. 111v

fol. 112r

Van der stat ende vitte1 die dese stad heeft op Scoenrelande van denconinc van Deenmarcken

Oeckten tyde van den scepenstoel voirs. soehebben noch hertoichWencelyn endevrouw Iohanna in een ander carthe deser stat geoirloft tegens den coninc vanDeynmarcken temoegen coepen een stat endevitte opScoenrelande, dairdie sce-penen ten tyde deser stat iairlix zullen moigen setten enen voegt die richten sal inder vitten ende stat voirs. van allen saken nae deser stat rechten, gelyc andere ste-den die daer oeckvitten hebben, nae hoeren rechte doen, onder vorwarde dat dievoirs. voegt den scepenen deser stat tot behoe¡derselver stat iairlix van allen foir-fayten ende saken rekeningen sal doen; welke carthebegint:`Wencelaus', etc. endeis begrepen opten blade LXXIIII.

Submissie gedaen byhertoichWencelyn ende heerWalrauen van Val-kenborch in de geswoeren des lantsvrede

Oeck ten tyde van den scepenstoel voirs., den lesten dach van iunio, soe hebbenhertoge Wencelyn van Behem voirs., hertoge van Brabant, ter eenre ende heerWalrauen, /heer tot Borne, Zittart ende slantz van Rauensteyn, ter andere zydenop die oirloge diese met hoeren hulperen op malcanderen aengegrepen hadden,overmitz der hersscap, borch, stat ende lant vanValkenborch ende oic mits zeke-ren brieven, sprekende van XXXVM alder scilden, als gemaect waren ruerendedie voirs. hersscap, borch, stat ende lant vanValkenborch, hercomende van enencoep oft vercoepe die heerHenric vanVlaenderen, wilneer heer vanValkenborch,gedaen hadde, ende oic omme alsulckenen bruecke die hertoichWencelyn voirs.meynden dat heer Walrauen vanValkenborch hem gebruect hedde, zoe om dathuys van Herpen dat dair te staen plach, zoe om andere saken die tusschen beydegaende waren, hen verbonden ende submitteert in de gesworen des gemeynenlantvrede tusschen Maze ende Ryn der doerluchtiger heren ende fursten des eer-werdigen in GodeVaders heren Engelbrechs, archbisscop tot Coelen, des herto-gen van Lutsenborch, etc. ende heren Willems, hertoige van Guylic, ende dersteden van Coelen ende Aken.

Noch submissie tusschen heren Walrauen voirs. ende den hertoichvan Guylic ende heren Reynout van Scoenvorst ende heeren Loe¡van Hoerne

Ende oick in deselve geswoeren soe heeft heerWalrauenvoirs. sichverbondenvanallen twisten wesende tusschen hem ende den voirs. hertoich van Guylic endenoch tusschen hem ende heren Reynout, heer van Scoenvorst, ende oic tusschenhem ende heren Loe¡, heer van Hoerne; welke submissiebrieve des voirs. her-toichWencelyns beginnen: `Wencelaus', etc. ende zyn begrepen ad signum tale(½19) ac folio CCC XCIX. Ende des voirs. herenWalrauens submissiebrieve be-

1365-1366

90

fol. 112v

1 Vitte: naam der nederzettingen en factorijen van deHanzeatische steden op de zuidkust vanZweden, vooral ten behoeve van de vangst en verpakking van haring.

ginnen: `Wy,Walrauen vanValkenborch', etc. ende zyn begrepen ad signum tale(½20) ac folio CCCC. /

Hoe die stat houden sal hoir recht int lant van Herpen

Inwelke submissiebrieve herenWalrauens voirs. dieselver heerWalrauen hem on-der meer verbonden heeft dat die voirs. hertoge van Brabant ende zyn stat vanDen Bosch in allen hoeren ouden rechten ende hercomen blyven zullen, etc.

Uuytspraeck der gesworen des lantsvreden volgt hier

Item ende dat1 in denselven scepenstoel in iulio, des saterdaigz nae Sinte-Mar-grietendach, soe hebben die voirs. gesworen des lantsvrede, nae aenspraec endeverantwoerden van beyden partyen voirs., overgegeven ende oic naedien datsehen met wysen papen die sich des rechz verstonden ende met wysen anderen luy-den hadden besproken ende beraiden, tusschen partyenvoirs. met recht ende voirrecht uuytgesproken als hiernae volgt:2

Van den afgebroken huys tot Herpenin den iersten op die aenspraeck des voirs. hertoigen van Brabant ende antwoerdenherenWalrauens voirs., scriftelic overgegeven, dairinne die hertoichvoirs. denvoirs.herenWalrauen aenspreect, omdat hy zyn oepenen huys tot Herpen afgebroeckenheeft ende ewechgevuert, dat heerWalrauen kenden; ende want geen man zyns he-ren huys noch zyn leene met recht ergeren en mach noch en zal, mar beteren, soehebben zy uuytgesproken dat heer Walrauen dat huys tot Herpen weder zal doenmaken alsoe goet oft beter ast was ende dat van nu Sinte-Remeysmisse naestco-mende over een iair;

Datmen shuys tot Rauesteyn nyet afbreken en salitem op die aenspraeckdair die voirs. hertoich begeert het huys tot Rauesteynwederafgebroken te werdene, want /tegens zynenwille in zynen lande was gemaect, heb-bense uuytgesproken dat heerWalrauen voirs. nyet sculdich en zal wesen dat a¡ tebreecken, etc.;

Van der tiende tot Nysterle, etc.itemop die aensprake dair die voirs. hertoich aenspreect herenWalrauen dat hyhemgenomen hadde zyn tiende tot Nysterle ende den ingesetenen aldair hoir erven metgewalt genomen ende opt verantwoirden by herenWalrauen dairop gedaen, als dathemdie thiende eertytsmet gewalt genomenweer ende naederhantomdienstswillevan den hertoichvan Brabant wedergegeven, hebbense uuytgesproken dat zoe verreheerWalrauen voirs. des anderendaigz nae Sinte-Laureynsdach naestcomende be-wyst dat die thiende ende die erven voirs. hem met gewalt genomen zyn ende hemvan den heer van Brabant wedergegeven, zoe zullense hem ewelic blyven, ende ofthy des nyet en doet bynnen den tyde voirs., soe zal die thiend voirs. blyven aen den

1365-1366

91

fol. 113r

fol. 113v

1 Aldus hs.2 In margine uuytspraeck.

voirs. hertoich van Brabant ende zyn erven ende zal oic heerWalrauen den goedenluyden hoir erven laten, etc.;

Van den scaide gedaen den coeplieden van Zichen bii heerenWalrauenenitem op die aenspraeck des voirs. hertoigen dairinne hy aenspreeck herenWalrauendat hy die coeplieden van Zichen ende andere opter vryer straten gevangen endehoir goet genomen hedde, ten tyde als hy shertogen voirs. raet ende man was, endeopt verantwoirden herenWalrauens, kennende dat hy sulcx gedaen hedde, mar voirscult die hy seeghden aen den hertoich tachter tewesen des nochtans nyet, hebbensemet recht ende voir recht uuytgesproken dat heer Walrauen Sint-Andriesmissenaestcomende weder betalen zall den voirs. hertoge XIIIC alde scilden die hy dencoepluyden betaelt hadde voir hoeren scaiden ende dat dairtoe heerWalrauen enenyegelycken der coepluyden hoeren scaden /op hoir eeden richten sall;itemop die aenspraeckdairdiehertoichvoirs. aenspreeckt denvoirs.Walrauen datRycxken, zyn knecht, zekere bourgeren van Loeuen afgescat haddeVC alde scil-den, hebbense uuytgesproken herenWalrauen daira¡quyt, want hydarmede nyeten hadde te sca¡en ende Rycxken zyn knecht nyet enwas;item op die aenspraeck shertogen voirs. dairinne hii aenspreect herenWalrauenvoirs., als dat herenWalrauens dienres ende huysgesynne weren comen tot Me-chelen ende hedden dair geroeft ende gevangen allet datse dair vonden ende ge-vuert tot Borne opt huys, herenWalrauen des hertogen raet wesende, hebbensedairop uuytgesproken, mitsdien heer Walrauen dat kenden, dat hy dat tusschendit ende Korsdach naestcomende zal oprichten; ende aengaende dat heer Wal-rauen dairaen verboirt hedde zyn have, leen ende goet, dwelc die hertoge voirs.heyschten, hebbense uuytgesproken dat die hertoge daira¡ hebben zal des dieleenmannen dairopwysen zullen;

Aengaet den lantValkenborchende aengaende der aenspraken shertogen dairinne dieselver hertoge aenspreectheren Walrauen ende denzelven heyscht hem over te leveren enen brie¡ vanXXXVM scilden als van den coep der heerlicheit ende lande vanValkenborch dienheer Henric vanVlaenderen gedaen had, ende hertoge Eduwart vanGelre een zoengemaect hadde tusschen heren Henrickenvoirs. ende vrouw Philippe, zynen /wive,als dat zy den brie¡ hebben zoude ende zy hair recht dairaf bekent hadde den voirs.hertoge, hebbense uuytgesproken, want heerWalrauengelydt hadde denbrie¡ voirs.in zynre macht te wesen, dat hy dien leveren sal des sondaigz nae Sinte-Petersdachad Vincula naestcomende bynnen der stat Tricht in des dekens huys van Sinte-Ser-uaes tot behoe¡ shertogen voirs.;

Oeck aengaet den lant vanValkenborchitem op die aenspraeckdes hertogen voirs. dairinne hy voir sich ende zyn geselinne,die hertoginne vrouw Iohanna, aenspreect herenWalrauen van den lande vanVal-kenborch, dat hy in heeft ende dairinne heer Ian van Valkenborch bestorven is,omme alsulkenen vorder recht als hy ercregen hadde van vrouwe Philippe vanVal-kenborch, die abdisse van Mabeuge, den gebruederen van Brederode ende van denhertoge van Guylic, ende mits dat den geswoeren voirs. was gebleken met hertogeIans, hertoge van Brabant lest versceyden, segel, dat vrouw Philippe alle leen der

1365-1366

92

fol. 114r

fol. 114v

heerlicheit vanValkenborch van den hertoge van Brabant alreierst ontfangen haddeende hair tselver leen met recht ende vonnes zynre mannen van Lymborch aenge-wyst was ende zy dairinne geset wairt ende oic zy ende heer Henrick vanVlaende-ren, hair man, van den keyser dairinne gekent waren, nae luyde des keysers brieve,met welken brieven die keyser voirs. voirt bekent had dat heer Reynaut, heer totScoenvorst, in rechter geweer der voirs. hersscap ende lande geseten hadde om al-sulkenen coep als heer Henric vanVlaenderen van zynre ende vrouwe Philippewe-gen den / voirs. heren Reynaut gedaen hadde van den hersscap ende lande vanValkenborch ende dat dairnae heerWillem, hertoge vanGuylic, om alsulkenen ver-copinge als die heer van Scoenvorst voirs. daira¡ hemgedaen hadde, geseten haddeende voir nae allet datse hadden gesien ende bevonden dat heer Walrauen voirs.tvoirs. lant vanValkenborch met gewelt ingehouden hedde, hebbense uuytgespro-ken met recht ende voir recht dat die voirs. hertoich van Brabant ende zyn erventvoirs. lant vanValkenborch halden ende besitten zullen ende eewelic gebruycken,beheltelic den voirs. hertoich van Guylic zyn recht in den lande voirs. nae inhoutzynre brieven; ende oft heer Walrauen dairtoe ennich recht vermeten woude, dathy dat nyet en zall zuecken met oirloge, mar hy mach dat heysschen voir den keyseroft dairt te leen ruert, etc.;item opt poinct dat die voirs. hertoge heyscht herenWalrauen voirs. allet dat hy inden lande vanValkenborch opgeboert heeft ende met gewalt beseten, hebbenseuuytgesproken dat heerWalrauen dat allet keeren sal;

Aengaet dat dese stat tolvrii is tot Rauesteynitem opt poinct dat die hertoich voirs. aenspreect herenWalrauen dat hy dien vanDen Bosch hoir hout hedde doen afhouwen, hoir coeren ende beesten genomenende tot Rauesteyn gevuert, oick met onrecht tot Rauesteyn getolt, want zy tolvryzyn over all opterMazen ende bynnen Gelrelant, hebbense uuytgesproken dat heerWalrauen voirs. den voirs. van Den Bosch wedergeven ende betalen zall hoir hout,coeren ende beesten ende oic dat hy hen afgetolt heeft tot Rauesteyn, zoe ende alsedat by hoir eeden tot Graue zullen halden; /

Dat die stat hoir pandinge in den lande van Herpen heeftitem op poinct dair die hertoge voirs. aenspreect herenWalrauen der pandinge inden landevanHerpengedaen diehybelet hedde, hebbenseuuytgesprokenmet rechtendevoir rechtdat diehertoge ende die stat van sHertogenboschvoirs. zullenblyvenby hoeren heerlicheyden, alden rechten ende herbrengen nae inhoude der voirs.submissiebrieve, etc.;item opt poinct van ioncker Reynaut van den Born daira¡ hy heyscht gebetert tehebben zynen scaide, hebbense uuytgesproken dat ioncker Reynaut die gevangendie hyheeft, loss laten zal ende des sal hem die hertoge zyn sculde betalen, etc.;item onder vele meer andere poincten hebbense uuytgesproken dat alle gevangenvanbeyden zyden die noch ongescat zyn oft die hoir rantsoen nyetbetaelt en heb-ben al weren zy gescat, oeck alle brantscattinge die noch onbetaelt zyn, loss, le-dich, vry ende quyt zullen wesen, etc.;welke uuytsprake der voirs. gesworen des lantsvreden begint: `In Goidz namen,amen. Allen luyden', etc. ende is begrepen opten blade CCCXIX.

1365-1366

93

fol. 115r

fol. 115v

Hoe die uuytspraeck voirs. by der keyser con¢rmeert is; den peen byden voirs. keyser hierop geset

Item ende oick ten tyde van den voirs. scepenstoel soe heeft Kaerle voirs.,Roemsch keyser ende coninc van Behem, in zekere zynre keyserlycke mayesteitsbrieve ende uuyt volcomentheit der keyserlycker /machten die voirs. uuytsprakegecon¢rmeert ende gewilt dat die stedich ende vast blyve ende oft ennich der par-tyen metwoerden oftmet recht dairtegens dede, die soude vallen in enen peenvanduysent marck fyns goutz ende dairtoe oick in des rycke achte vervallen wesen,alsoe dat die brekende partye in egeen vry steden, sloten oft dorpen vry en soudewesen, etc.; welke brieve beginnen: `Wy, Kaerle, van Goidz genaden Roemschekeyser', etc. ende zyn begrepen opten blade CCCXCIX.

Beleydt gedaen van den rechten die de hertoge ende dese stat hebbenin den lande van Herpen ende andere heren lande bynnen desermeyeriien

Oeckten tydevan denvoirs. scepenstoel soeheeft die scouthet deser statvanwegenshertogen van Brabant een beleydt ende wairheit gedaen van den heerlicheit enderechten die de hertoge voirs. ende dese stat hebben ende geherbracht hebben bo-ven mans gedenckenisse in den lande van Herpen ende in andere heren landenbynnen deser meyeryen gelegen, dairinne die scepenen, geswoeren, raitslude,mannen van leenen ende vele poirteren ten tyde deser stat ende dairtoe oick velegoede, wittige mannen uuyter vryheit ende dorpen van Os, Ge¡en, Berchen, Lit-toyen ende Hees op hoir eeden ter manissen des scouthets deser stat hebben ge-tuygt, te wetene:

Dat onse genedige heer is een overheer van den lant van Herpenin den iersten als dat die heerlicheit vanHerpen /met allen hore toebehoirten is eeneygendomdeshertogenvanBrabant ende dat hydair een overheer is ende datmensevan hem te leen houdt, nae uuytwysen der brieven eertyts by den herenvan Herpendairop besegelt, oudt wesende C LXXIII iair ende meer;

Hoe dat dlant van Herpen een Brabants leen isbliict oeck boven tselve ad signum (½21) et folio,1 als dat heer Henric van Kuyck,heer van Herpen, die heerlicheit ende dlant van Herpen te leen ontfangen heeftvan hertoge Henrick den iersten van dien name, hertoge van Brabant, ende dat inden iair MCXCI;

Datmen int lant van Herpen ingebieden mach ende onder die smaelherenitem hebben noch getuygt zoe wat heren oft hoir onderseten van Herpen ende alleandere heren ende hoir onderseten die in der meyeryen deser stat geseten zyn, voirscepenen van Den Bosch oft voir poirteren derselver geloven hetzy have oft erveende nyet en voldeden, dat mense dairvoir mach ingebieden ende en voldoense dannyet, zoe machse die scouthet panden, etc.;

1365-1366

94

fol. 116r

fol. 116v

1 Hierna ontbreekt het folionummer, deze oorkonde staat niet in het cartularium.

Dat die poirteren hier te recht behoerenitem hebben oic getuygt dat nyemand van den heren van Herpen noch van ennigenanderen heren die in deser meyeryen geseten zyn, oft hoironderseten met deser statpoirteren lyve oft gueden buyten in hoeren lande nyet dingen en moegen, noch derpoirteren lyve oft gueden arresteren, mar zoe wye totten poirteren oft hoeren gue-den yet seggen wil, die zal daira¡ voir scouthet ende scepenen van Den Bosch rechtheysschen ende anders nergens;

Dat men in den land van Herpen noch onder die smaelheren trecht deserstat nyet beletten en zalitem hebben oic getuygt oft gevyel dat ennige heren / van Herpen oft andere herenoft hoir richteren oft ennich van hen bynnen deser meyeryen trecht keerden van ge-loeften alhier gedaen, dat dan die scouthet deser stat van shertogen wegen dairzoude ryden ende ontsetten dies heren richteren ende scepenen totdat dat gebetertweer; daira¡ eertyts gesciet is in den lande van Herpen dat heer Ian van Born, heerWalrauens vader, een gericht belette dat die scepenen van Den Bosch gewesen had-den, dat doen die scouthet van Den Bosch dair reet ende ontsetten zyn richterenende scepenen endebesetten thuys totHerpen ende sloech zyn hant aen allen herenIans goet totdat hydat gebetert had ende den cleger zyn gebreckvoldaen;

Previlegien1

ende datse tselver oic moigen doen blyct uuyt sekere previlegien deser stat verleent,inhoudende onder meer, weert sake dat yemand yet werrende weer tegen ennigenpoirteren deser stat, daira¡ en sal hy anders nyet hebben dan vonnes der scepenen,etc.; item ende zoe wie den poirteren onrecht oft gewalt dede aen ziin gueden, dairsal die scouthet ryden met allen dien van deser stat, arme ende ryck, ende dat on-recht afdoen, etc., ut in previlegio;

Dat die scouthet deser stat allomme die dycken mach doen maken tendobbelen costenitem hebben noch getuygt dat die scouthet deser stat allen vervallen dycken in dervoirs. heren landen mach doen maken ende dair hy enen penninc uuytleegt, machhy dair twe voir nemen ende die uuytpanden sonder die voirs. heren oft hoir onder-seten te versuecken ende dat aen degeen dies die dycken zyn; ende oft dies guedennyetgoet genoch enweren, dat alsdan, zoeheerGoyart vanOs, riddere,HenrickvanDordrecht ende een deel mannen van Os getuygt hebben, als den scaide te nemendie scouthet voirt tasten mach aen de heerlicheit daironder die dycken gelegen zynende daira¡ den scaide innemen; /

Van eenrer beslagenwadenitem een deel knapenvan Berchen hebben getuygt dat eertyts eenwade totKessel byWouterToyart, schouthet van Den Bosch, ende IannenWansem,2 scouthet tot Os,beslagen is geweest met sheren bergen van Bucstel ende zynen stroe;

1365-1366

95

fol. 117r

fol. 117v

1 In margine nota.2 Lees mogelijkWausem.

Ad idemitem tuyghden noch dat die scouthet deser stat eertyts tot OyenVden Hensensoenshuys nederwerp om mesdaet die hyhadde mesdaen tegens den hertoge;item dat eertyts heer Dirck die Roeuer, scouthet deser stat, ende Wynric vanOyen, scouthet tot Os, eenwade totMegen beslagen hebben;item ende dat tot Megen gehaelt wart een mesdadichwy¡ ende tot Os gebrant;1

Dat die scouthet deser stat int lant van Herpen geboden gedaen heeftitem ende dat die scouthet deser stat gereden is geweest in den lande van Herpenende geboot die dycken te maken, daira¡ datse hem mosten versekeren oft hy hedsedoen maken;item ende datdie scouthet vanOs enenmandieverkengestolen hadde ende in denlande van Herpen gevangenwas, tot Os dede hangen;

Ad simileitem ende dat Ian van Beeck, scouthet tot Os, int lant van Herpen mannen gehaelthadde ende hincsche tot Os;item ende dat die scouthet van Os vynck den scouthet van Herpen omdat hy eenwade in den lande van Herpen in had laten gaen;item datoick Ianvan Zonne, onderscouthet deser stat, ende /IanWansem2, scou-thet tot Os, reeden tot Oyen ende haelden enen poirter deser stat, denwelkenVdoHensen gevangen hadde ende worpen dairommeVden huys neder;item ende dat een, geheiten Ceelken, in den lande van Megen waert gehaelt endeby deser stat op een rat gesett;1

Hoe dat heerWalrauen verbodenwert te tymmerenitem ende dat die scouthet vanDen Boschvan shertogenwegen met een deel goedermannen van Os ende Berchen waren gereden ende gevaren tot Herpen ende verbo-den herenWalrauen te tymmeren opten wert by Rauesteyn in der Masen liggende,zoe hy bestaen hadde, ende dat dairomblee¡ liggen;item ende dat heerWalrauen oic versocht heeft gehadt Iannen Dicbier, scouthetdeser stat, dat hy hem soude helpen die palen bewaren;

Van gericht in den lant van Herpen gedaenitem ende Lambert van Strathen, sherouthet3 totOs, van shertogenwegenwas gesetscouthet tot Herpen, overmits bruecken die heer Ian van Borne had gebroect, endedat hydoen enen dye¡ van shertogenwegen hynck tot Vden;

Pelinge tusschen dlant van Herpen endeNysterleitem ende dat die scouthet van Den Bosch, heer Ian van den Plasse, ende MathysBack, rentmeester van Den Bosch, zyn gecomen geweest tot Nysterle ende dedendair een peelinge tusschen dlant vanHerpen ende den dorpe van Nysterle ende na-men aldair zeven mannen die op hoir eeden gingen tottenWitten Scilberge toe endewesen dair enen pael dair heer Ian, scouthet voirs., dede setten die galge met enen

1365-1366

96

fol. 118r

1 In margineMegen.2 Lees mogelijkWausem.3 Aldus hs., lees scouthet.

styll; ende voirt gingen die voirs. zeven mannenvan denWitten Scilberge /all tot-tenDedwech endevan denDedwech in de stege tot Slaebroeckende vandair voirtop Hanenberch, vandair voirt op Sleecberch tot midden in den Erpt; ende als ditaldus was gedaen, seeghden die uuyten lande van Herpen dat die zeven mannenvan Nysterle voirs. weren wynres ende verlyesers in deser saken ende dat dai-romme nyet recht gedaen weer; dwelc hoerende die scouthet ende rentmeestervoirs. namen zy zeven anderemannen uuyten dorpenvanOs, Berchen endeHeesdie dairinne noch wynres noch verlyesers en waren ende gingen dieselve allendenzelven ganck ende wesen dieselve palen zoe die ierste zeven mannen gedaenhadden;item ende is oick getuygt dat Rauesteyn staet bynnen shertogen palen van Bra-bant; vanwelkenbeleyde endewairheyt dbeginsel luydt aldus:`Condt zyallen luy-den die nu zyn ende naemaels wesen zullen, dat die scouthet', etc. ende isbegrepen ad signum (½22) ende opten blade CCCC II.

Remigii confessoris anno Mo CCCo LXVIto: Adam de Neynsel, Gerardus Scil-der, Godefridus Sceyuel,Willelmus Eelkini, Bodo deTiela, / TheodericusYewa-ni, Iacobus Coptiten.Ten tydevan den scepenstoel voirs. trachertogeWencelyn mettenBrabanders voireen slot, geheyten Heymersbach, dat een roe¡huys was dair vele lyeden endecoeplyeden beroeft wairden, ende werpt om in den gront.

Remigii confessoris anno Mo CCCo LXVIIo: Ghysbertus de Spina,Wellinus deNeynsel, Ghyselbertus Lyscap, HenricusMaechelini.

Van den erven byden Caluwenberch

Ten tyde van desen scepenstoel heeft dese stat kennesse gedaen aengaende dener¡enisse die gelegen zyn by Caluenberch, streckende langs den grave die de heervan Perewys heeft doen graven tot Vucht wairt, etc.; beginnende die brieve: `Wy,scepenen', etc. ende begrepen folio CCCCLXI.Greve Lodewyc vanVlaenderen voirs. hadde by vrouw Margrieten, zyn vrouwe,suster van vrouwe Iohanna voirs., een dochter, oeck geheiten Margriet, die gege-ven was enen edelen hertoich van Bourgoendien, die ster¡ sonder oir van hair telatene. Ende mitsdien vyel shertoichdom van Bourgoendien opte croen vanVrancryc ende zoeals voirs. is, creech die voirs. Philips le Herdy van denvoirs. co-nincKaerle, zynenbrueder, thertoichdomvan/Boergoendien ende die voirs.we-due, greve Lodewycs dochter, ende oic Rysele, Duway, Oirchyes.

Remigii confessoris anno Mo CCCo LXVIIIo: Henricus Loze, Iohannes Boude-wini, Ghiselbertus de Spina, Nycolaus Scilder.

Remigii confessoris annoMoCCCo LXIXo: Goeswinus Steenwech, Iohannes deGemart, Arnoldus Dicbier, Iohannes de Zydewynen,Willelmus ¢lius ArnoldiTyelkini, Iohannes Sceyuel, Iohannes de Bruheze.

Remigii confessoris anno Mo CCCo LXXo:Willelmus Eelkini, / Iacobus Copty-ten, Gerardus de Berkel, Goeswinus Moel deVia Lapidea, Arnoldus Stamelartvan der Spanct, IohannesTruden.

1370-1371

97

fol. 118v

fol. 119r

fol. 119v

fol. 120r

Remigii confessoris anno Mo CCCo LXXIo: dominus Arnoldus Roeuer, miles,Arnoldus Stamelart de Penu, Arnoldus Heym, Iohannes ¢lius Leonii de Erpe,Wolterus de Oirle, Gysbertus Lyscap iunior.

Dat Eduwart van Gelre, die hertoge Reynout, zynen brueder, hadgevangen, dootblee¡

Ten tyde van desen scepenstoel wairt die voirs. Eduwaert van Gelre, die hertoichReynout, zynen brueder, gevangen had, dootgeslagen te Bauswilder in een strydtdie hertoichWencelyn had tegen denvoirs. mercgreefWillemenvanGuylic, welcxhulper Eduwairt voirs. was.

Die carthe vanversueck

Ten tyde van desen scepenstoel soe hebben hertogeWencelyn ende vrouwe Iohan-na voirs. deser stat verleent een carthe die men noempt die carthe van versueck'ende oic sprekende van der stat knapen, etc. Ende dairinne hebbense voir / hen,hoir oir ende nacomelingen deser stat verleent:

Oft yemand aengetast weer ende hy ten recht wordt versochtoft gevyele dat die scouthet deser stat oft yemant anders van hoere wegen ennigenpoirtere oft poirtarssen aentasten aen lyve oft gueden ende drie scepenen oft meerden scouthet versochten van rechzwegen op zynen eedt dat hy hoeren poirteren oftpoirtarssen hoir ly¡ oft hoer goet dat aengetast weer ten recht ende vonnesse setteendehydan des nyet en dede opten zelven dach oftopten anderen dach dairnae met-ter zonnen, indien dat bynnen deser stat gesciet weer, dat hy dan van den scouthet-ambacht ontset sal wesen ende nummmermeer in deser stat oft meyeryen scouthetzyn en sal noch ambacht vueren; ende gevyelt dat alsoe buyten deser stat ende diescouthet des nyet en dede bynnen XIIII nachten nae den versueckder scepenen de-ser stat, zoe zoude hii ontset zyn als voir;

Aengaet den gruynroyen datse moegen deser stat renten ende assynsenuuytpanden ende vangen ende datse die scepenen setten moigenitem ende dat deser stat knapen deser stat renten ende assynsen ten versueck derscepenen uuytpanden moigen;item ende dat zy van allen saken houden ende vangen moigen ende in gevencke-nissen leyden, mar nyet laten gaen sonder will des scouthets ende deden zy dair-tegens, zoe zouden zy hoirs ambachz quyt wesen ende scepenen zullen moigenenen anderen setten;item ende dat die knapenvoirs. moigen hoir royen dragen sonder hoeren calange,etc.; welke carthe begint: `Wencelaus', etc. ende is begrepen folio LXXV.

Remigii confessoris annoMoCCCoLXXIIo: Iohannes de Bruheze, /LaurenciusBoyen, Nycolaus de Oirle,Willelmus Coptiten.

Van der wetering te oepenen

Ten tyde van den voirs. scepenstoel soe heeft vrouw Iohanna voirs. in eenre car-then bevolen den scouthet deser stat nu wesende ende namaels comende, dat hy

1371-1372

98

fol. 120v

fol. 121r

altyt tenversueckdeser stat die gemeynweteringe, tusschen desen lande ende denlande vanMegen gaende ende voirt doerdese lande tot in derMazen, doe ruymenende oepen houden dattet water zynen ganc hebbe, etc.; welke carthe begint: `Io-hanna, by der gracien Goids', etc. ende is begrepen opten blade LXXVI.

Remigii confessoris annoMoCCCoLXXIIIo: dominusTheodericusRoeuer, mi-les, Iohannes de Derenthere,Wolterus de Erpe, Iohannes de Erpe, Emondus dieRoeuer, Marcelius de Os,Yewanus Styerken.

Remigii confessoris annoMo CCCo LXXIIIIto: Gerardus de Berkel, /ArnoldusStamelart de Spanct,Willelmus de Ouden, Iohannes de Dordrecht, Arnoldus deBeke, Gerardus deVden, Iohannes de Aggere.Ten tyde van desen scepenstoel zoe is een erfdeylinge gemaect tusschen dese statendeVucht aengaende dat Vuchterbroeck; prout in litteris incipientibus:`Wy, sce-penen', etc. et comprehensis folio CCCCLVI.

Remigii confessoris anno Mo CCCo LXXVo: Gerardus Steenwech, ArnoldusHeym, Iacobus Coptiten, Henricus Enode, Henricus de Erpe, Andreas deVden,Iohannes Scrage.

Remigii confessoris annoMoCCCo LXXVIo: Leonius de Lancvelt, Arnoldus deAndel, Iohannes de Bruheze, Symon de Myrobello, IohannesTrude, GhysbertusLysscap iunior, Iohannes de Outhuesden.Ten tyde van desen scepenstoel soe heeft byscop Ian van Ludick in zekere brievenverleent hoe men tGroot Gasthuys sal regeren; ende dieselve brieve beginnen:`Iohannes, Dei gratia episcopus Leodiensis', etc. ende zyn begrepen opten bladeXV. /

Van den strathen nyet te sluyten

Ten tyde van den voirs. scepenstoel soe hebben hertoichWencelyn ende vrouw Io-hanna deser stat verleent een carthe dat men die straten deser meyeryen nyet salsluyten nochbesparren,mardat die coepman salmoegenvaren,wandelen overalldoer die voirs. strathen, ten weer dat openbair vyantscap weer ende dan dat ge-meyntlic in den lande vanBrabant gebodenworde; welcke carthebegint: `Wence-laus', etc. ende is begrepen opten blade LXXVI.Ten tyde oeckvan denvoirs. scepenstoel op Sinte-Andriesdach quamkeyserKaer-le dieVierde voirs., brueder van denvoirs. hertoichWencelyn, tot Bruessel inBra-bant, dair hy met groeter eeren onthaelt waert.

Van dat scismavan twee paeusen, duerendeXL iaren

Ende omtrent derselver tyt zoe waert in der Heiliger Kercken scisma van tweepaeusen ende waerden gecoren dieVIte paeusVrbanus ende dieVIIte paeus Cle-ments ende alsoe voirt, altyt regnerende twee paeusen omtrent XL iaren lanck.

Remigii confessoris anno Mo CCCo LXXVIIo: dominus Theodericus Roeuer,miles,Wolterus de Erpe, Iohannes de Erpe, GoeswinusMoedel de LapideaVia, /Laurencius Boyen, Marcelius de Os, Arnoldus de Gheel.

1377-1378

99

fol. 121v

fol. 122r

fol. 122v

Remigii confessoris annoMo CCCo LXXVIIIo: dominus Arnoldus Roeuer, mi-les,Ghysbertus deVlochouen,Willelmus ¢liusArnoldi Tielkini, Gerardus deBer-kel, Iohannes ¢lius Leonii de Erpe,Willelmus Coptiten, Iohannes de Dynther.

Aengaet der gruyten

Ten tyde van desen scepenstoel soe hebben hertoichWencelyn ende vrouw Iohan-na deser stat verleent een carthewatmenvan hoppenbier voir gruytgelt geven sal,datz te wetene dat die rentmeester van XL vaten voir gruytgelt boeren sal enenalden scilt ende dat men altyt bynnen deser stat hoppe mach brouwen; welke car-the begint: `Wencelaus'etc. ende is begrepen opten blade LXXVII.

Ten tyde oick van denselven scepenstoel soe is by heren Rycout die Cock, ridder,hoichscouthet, scepenen, gesworen, rentmeesteren ende dekenen van den am-bachten deser stat geordineert geweest te wetene: /

Aengaet wat men geven sal opter fointen, yerster missen oft bruyttenin den iersten dat opter fointen int he¡en van enen kynt nyet meer en sal geven danenen alden groeten oft vy¡ scuerken; desgelycx oic enen paep zyn ierst misse sin-gende ende oic nyet meer en sal men geven eenre bruyt enen man nemende; endeall opten peen van X alde scilden ende hieraf is enen brief in der commen.

Van sekeren personen die gebannenworden

Tenselventyde oickwaert Noertken HannenWreychalssoen gebannen C iair endeenen dach ende oicmede dieNoertken dootsloech, die soudehebbenCalde scildeende dien gevangen brochte, die soude hebben CC alde scilde; ende die Claessenden Bastart dootsloech soude hebben vyftich alde scilde ende dien gevangenbrochte zoude hebben C alde scilde; welke poincten zyn begrepen opten bladeLXXVII.

Remigii confessoris anno Mo CCCo LXXIXo: Arnoldus Heym, TheodericusBartholomei, Henricus Knode, Iohannes Scrage, Leonius de Erpe, Iohannes deNeynsel. /

Aengaet het setten broet, byer, wiin

Ten tyde van den voirs. scepenstoel soe hebben hertogeWencelyn ende vrouw Io-hannavoirs. deser stat verleent een carthe dairinne datse den scepenen deser statgeconsenteert hebben die koeren van den brode, wyn ende byer te moigen hoigenende minderen tot XLV scillingen toe Bosch gelts, alst hen belieft;

Dat die gruynroyen moigen eyden die koermeestersende dat die dienres van der gruender royen die koermeesters moigen eydenbywey-geringe des scouthets, ut inibi; welke carthe is begrepen opten blade LXXVIII.

Remigii confessoris anno Mo CCCo LXXXo: Arnoldus Stamelart, Leonius deLancvelt, Iohannes ¢lius Boudewini,Theodericus Lysscap iunior, ArnoldusVeer,Willelmus Scilder, Iohannes de Ouden.

1378-1379

100

fol. 123r

fol. 123v

Remigii confessoris anno Mo CCCo LXXXIo: Arnoldus Stamelart de Spanct,Marcelius deVden, Iohannes de Aggere, Henricus Dicbier ¢lius Godefridi, Ze-bertus de Hoculem, /Gerardus deWyel,Willelmus de Hees.

Remigii confessoris anno Mo CCCo LXXXIIo: Iohannes de Bruheze, Iohannesde Erpe, Iohannes ¢lius Leonii de Erpe,Yewanus Styerken, Iohannes deDynther,Iordanus de Hoculem,Willelmus Scilder.

Dat men alleen daigen mach van testamenten, van geestelycken gue-den, huwelix vorwarde

Ten tyde van den voirs. scepenstoel soe hebben hertogeWencelyn ende vrou Io-hannavoirs. deser stat endemeyeryenverleent dat zoewye aldair citacien, inhibi-cien oft geestelycke geboden anders dan van testamenten, van geestelyckengueden oft huwelix vorwarden brengt, dat die nummermeer aldair in ambachtnoch in recht en zullen zyn, etc. ende buyten hore hoeden zullen wesen; welkecarthe begint: `Wencelaus', etc. ende is begrepen opten blade LXXIX.

Van eenen oploep tot Loeuen

Ten tyde oeckvan denvoirs. scepenstoelwas tot Loeuen enen grooten oploep. Diegemeynt vingt die heren ende hadse opter stathuys daira¡datter tot XVIoft XVIIwairt geworpen van boven neder ende worden van der gemeynten in de pyeckengewacht. /

Hoe hertoichWencelyn tot Loeuen die witt setten

Item nae den oploep voirs. wairt by hertogeWencelyn voirs. geordineert tot ewi-gen dagen tot Loeuen souden wesen vier scepenen van den geslachten ende drievan der gemeynten ende een commoingimeester ende die gesworen zouden vanbeyden zyden genomenwerden hal¡ ende hal¡.

teser tyt sterff hertoge wenceliin

Remigii confessoris annoMo CCCo LXXXIIIo: dominus Arnoldus Roeuer, mi-les, Arnoldus Heym,Willelmus ¢lius Arnoldi Tyelkini, Symon de Myrobello,Henricus Dicbier,Theodericus Berwout, Henricus Scilder.

Dat die scepenen hier moetenwoenen

In den iair voirs. soehebben hertogeWencelyn endevrou Iohannavoirs. deser statverleent een carthe dairinne datse hebben geordineert dat zoewyevoirtaen aldairscepenen sal zyn, dat die dat iair dat hy scepenen is, stocvast woenen sal metzynremeester familienbynnen deser statopteverboerenvyftich alde scilden, etc.;

1383-1384

101

fol. 124r

fol. 124v

Dat scepenen ende dekenen moeten geboeren poirters wesenitem ende dat voirtaen nyemand scepenen oft dekenen en sal moigen wesen, hy enzygeboeren poirter deser stat; welcke carthe begint: `Wencelaus', etc. ende is begre-pen opten blade LXXXI. /

teser tyt waert vrouw ianna wedue; teser tyt sterffhertoich wenceliin

Ten tyde van den voirscr. scepenstoel toech die voirs. hertoichWenceliin nae Lut-zemborch omme zyn lant aldair te visiteren, dair hii syeck wairt ende cortelingster¡ als op Onser-Liever-Vrouwen-Conceptionisdach int iair voirs. ende waertbegraven te Oryuaels int cloester int lant van Lutzemborch. Hii hadde by vrouwIohanna enen zoen gehadt die ionck ster¡.

ten tyde van vrouw iohannawedue wesende1

Die lantcarthe;2 teser tyt was vrou Iohannawedue

Nae die doot van hertoichWencelyn voirscr. in deselve maent opten XIXen dachdecembris dairnae soeheeft vrouwe Iohannavoirs., als nuuweduwewesende, denlande van Brabant verleent die lantcarthe, dairinne datse heeft bevolen ende ge-boden allen richteren slantz van Brabant dat zy, versocht wesende, enen yegely-cken wit ende vonnisse doen bynnen den naesten dorden dach naedien dat diepersoen dair men over clagende is, gehacht is, ende dat zy dien persoen laten ver-bourgen rechz te plegen van allen saken dair hy nae den lant recht oepenbairlicly¡ noch lyt verboert en heeft. Ende oft ennich richter, versochtwesende, deswey-gerden, zoude hy zyns ambachz af wesen ende dairtoe verboert hebben des hydairop staende hadde. Ende voirt oft hy hem zyns ambachs vorder onderweyn-den, dat men hem vangen sal, etc. ut in eadem cartha;3 welke carthe is bezegeltby vrouwe Iohanna voirs. ende by hoeren heren die baenroedsche slants vanBra- /bant, namentlic: heer Zweer, heer vanGaesbeeck, heer Ian, heer vanWes-emael, heer Ian, heer vanRotselair, heer Ian, heer van der Leck ende Breda, heerHenric, heer van Dyest, heer Ian, heer van Bouchout, heer Henrick, heer vanBergen opten Zoom, heerWillem, heer van Du¥e, heer Ian, heer vanWittham;ende welke lantcarthe voirs. begint: `Iohanna', etc. ende is begrepen opten bladeLXXIX.

Remigii confessoris anno Mo CCCo LXXXIIIIto: Arnoldus Stamelart de Penu,Leonius de Lancvelt, Iacobus Coptyten,Gerardus de Berkel,WillelmusCoptiten,Theodericus ¢lius Bartholomei, Iacobus Loze.

1384-1385

102

fol. 125r

fol. 125v

1 Herhaald vanaf fol. 125v tot en met fol. 144v.2 In margine nota.3 Vertaling: zoals in hetzelfde privilege.

Dat payment bynnen deser stat ende meyeryen alleens sal wesen

Ten tyde van den voirs. scepenstoel soe heeft vrouwe Iohanna deser stat endemeyeryen verleent een carthe dairinne datse heeft gegeven dattet payment byn-nen deser stat ende meyeryen alleens zal wesen; welke carthe begint: `Iohanna'ende is begrepen opten blade LXXXII. /

Van den toll totWoudrichem

Ten tyde oickvan denselven scepenstoel soe heeft vrouwe Iohanna deser stat nochverleent een carthe dairinne datse die poirteren deser stat gevrydt heeft van denonrechten toll die men hen tot Woudrichem afgenomen heeft, alsoe datse voir-taen dair varen moigen vry ende loss op hoeren rechten tolle, etc; welke carthebegint: `Iohanna', ende is begrepen opten blade LXXXII.

Die carthe van der stillen van XXX iaren1

Oeck ten tyde van denselven scepenstoel soe heeft vrouw Iohanna deser stat endemeyeryenverleent een carthe dyemen heyt die carthevan der stillen'oftbesitt vanXXX iaren, dairinne datse heeft verleent dat zoewie dartich iaren ende daige be-seten heeft ende besit in erve alse voir zyn erve, dat die dairinne berusten sal naeden rechte der stillen van Brabant; welke carthe begint: `Iohanna'etc. ende is be-grepen opten blade LXXXIII.

Hoe ende wairom hertoichWillem vanGelre opstont tegens vrou Io-hanna, wedue, ende tonrecht

Item ende noch ten tyde des scepenstoels voirs., nae die doot van den voirs. her-toichWencelyn ende als vrouw Iohanna noch met droefheiden bynnen Bruesselsat, soebegonster discoert te rysen ende stont tegens vrouwe Iohannaop dievoirs.hertoichWillemvanGelre, mercgreveWillems van Guylic zoen, omdat men hemnyet en wilde overgeven die heerlicheiden ende sloten van Vucht, Gangel endeMille, die van den heer van Heynsberch, diese er£ic toebehoirden, verset warenaen den voirs. Eduwart van Gelre /ende dieselve Eduwart die voirts verset haddeuuyt gebreke van gelde aen heren Iannen, sgrevenvanMoers iongenbrueder, voirXXXVMalde scilde1.Welkeheer Ian dievoirs. heerlicheit voirts vercoft hadde omeen grote somme van penningen den voirs. hertoichWencelyn ende vrouw Iohan-ne ende hadde dairaf allen zyn recht by raide van zynen mannen overgegevenende die penningen dairaf van die van Tricht ontfangen. Denwelken nyettegen-staende nae die doot van hertoichWencelyn voirs. soe heeft hertoichWillem vanGelre die voirs. heerlicheiden aen hem willen trecken, seggende hoe datse dievoirs. heer van Heynsberch die aen den voirs. Eduwart, zynen oem, verset heddeende dat die pantscap hem verstorven ware, nyet willende weten datse die voirs.Eduwart, zyn oem, voirt verset hedde.

1384-1385

103

fol. 126r

fol. 126v

1 In margine nota.

Hoe hertoich Willem van Gelre seynden ontsegbrieve aen vrou Io-hanna

Ende alsoe ommedat men hemdie nyet enwolde overgeven, wairt hy vyant slantzvan Brabant ende sandt ontsegbrieven aen vrouw Iohanna, noch in de roucamerwesende. Ende als zy dese brieve ontfangen hadde, seyden zy: `Nu eest tyt dat icuuyt mynre cameren gae', ende ginc uuyt hare cameren ende het was meer daneen iair dat hertoichWencelyn voirs. gestorven was. Ende zy sant terstont harendrossaet van Brabant tot sHertogenbosch met volc van wapenen die int lant vanGelre groeten scaide deden ende / wederomme die Gelderssche in Brabant, zoedatter een zwair rydende oirloich gerees ende duerden eenwyle tyts.

Remigii confessoris anno Mo CCCo LXXXVto: Iohannes ¢lius Trude, Leoniusde Erpe, Iohannes deNeynsel,Willelmus Scilder, Emondus deGemart,Henricusdie Raet, Goeswinus Steenwech.

Remigii confessoris annoMo CCCo LXXXVIto: Iohannes de Gemart, Iohannesde Erpe,Yewanus Stierken,Theodericus Roeuer, Iohannes de Ouden, Gerardusde Aa, Arnoldus Berwout.

Een belech voir DenGraue

Ten tyde van desen scepenstoel trac tgemeyn lant van Brabant voir die stat vanDen Graue, /daert voir lach eenwyle tyts.

Hoe hertoich Aelbrecht van Beyeren dat oirloich opnam

Ende dairvoir liggende quam hertoich Aelbrecht van Beyeren voirs., palsgreveende ruwart van Henegouwe, Hollant, Zeelant, diens dochter die voirs. hertoichWillem had getrouwt, ter beeden van denselven hertoichWillemen, tot sHerto-genbosch by vrouw Iohanna ende hy creecht in handen van beyden zyden omeen uuytspraec te doen ende oft ennige die nyet en hyelden, zoe geloefden hy den-selven dairtoe te helpen brengen.

Duuytspraec hertoich Aelbrechts van Beyeren

Uuytsprekende aldus als dat vrouw Iohanna al hair recht in Den Graue hebbenzoude, zoese pleechvoirden oirloge, ende dat alle gevangen ende onbetaelde rant-soen loss ende quyt wesen zoude.

Hoe hertoichWillem vanGelre weder tegens die uuytsprake dede

Mar onlange waert dien pays voirs. gehouden, want als die Brabanders weder-omme thuyswairt waren ende vrouw Iohanna tot Bruessel, soe versetten hertoichWillem van Gelre voirs., contrarie der voirs. uuytspraken, die goede mannen dievrouw Iohanna aldair in de witt ende recht gestelt hadde, ende dede die stat vanDenGraue sterck maken, noch enwoude oic zyn gevangen nyet loss laten. Dwelcvrouw Iohanna claichden denvoirs. hertoich Aelbrechten, die dairop nyet vele enachten.

1385-1386

104

fol. 127r

fol. 127v

Hoe die coninc vanVrancryc ende Philips le Herdii tracteerden ompays metten heer vanGelre voirs., die evenwael des nyet en hyelt

Daernae claechden zyt den voirs. coninc van Vrancryc, haren neve, ende denvoirs. / hertoge Philips van Bourgoingien, geheiten le Herdy, die getroudt hadMargrieten, dochter van denvoirs. greve Lodewyc vanVlaenderen ende vanMar-grieten, suster vanvrouwe Iohannavoirs., die welcke coninc ende hertoge Philipsle Herdy aen hertoige Aelbrecht voirs. screven dat hyhem dairinne zoude quyten.Ende uuyt dien scryven quamt zoe verre dat den Raet des voirs. conincx vanVrancryc ende die voirs. Philips le Herdy ende hertoich Aelbrecht van Beyerendairomvergaderden, ierst tAntwerpen, daernae tot Sinte-Geertrudenberch endedairnae tot sHertogenbosch, dairnae communicacie tsamentlic gehouden. Her-toich Aelbrecht beloefden den voirs. hertoigeWillemen van Gelre, zynen behuw-den zoen, te onderwysen dat hy vrouwe Iohanna laten zoude by hair rechten totGraue ende elders, des hy evenwel nyet en dede, mar bracweder allet dat tracteertwas, alst naebliict endehygevordert had in den iair van LXXXVIII naevolgende.

Remigii confessoris annoMo CCCo LXXXVIIo. /

Teser tyt had hertoichWillemvanGelre tegens vrouw Iohannaoirlog

Ten tyde van den voirs. scepenstoel soe heeft vrouw Iohanna voirs. deser stat ver-leent een carthe om die getrouwe diensten dyese hair gedaen heeft ende sunder-linge in dit iegenwoirdige oirloge van Gelre noch dagelix doende is; in welkercarthe zy deser stat verleent heeft die poincten hiernae volgende:

Dat dese stat hoir assynsen mach boeren, hogen ende nederenin den iersten dat dese stat in haren drien leden hair assynsen altyt he¡enmach endedie moigen setten, hoigen ende nederen;

Datse oic heeft die matenende datse oick die zoutmaet metten anderen maten hebben zal ende behoudenende dairtoe dat strycambacht;

Aengaet denVIM ryalen dairvoir deser stat assynsen gecoft zynitem ende dat dese stat dieVIC ryalen die dese stat iairlix den greve van der Marckvan haren assynsen gibt, altyt afmach quyten met VIM ryalen oft diewerde dairvoirmet der halver payen, te weten met IIIC ryalen;

Dat die gesworen scepenen setten moigen ofse bynnen acht dagen nae Ba-mis nyet geset enwordenitem oft die seven scepenen deser stat bynnen acht daigen nae Sinte-Remeysdachnyet volset noch geeydt en worden, zoe zullen die gesworen, te weten die int naestevoirleden iair scepenen geweest hebben ende gesworen worden zyn, eendrechtelicoft die meeste hoep van hen moigen kyesen ende setten ende sculdich zyn te kyesenende te setten op hoir eeden scepenen deser stat ende voirt alsoe altyt, etc. temoigensetten seven scepenen oft die van hen gebraken, etc.; /

1387-1388

105

fol. 128r

fol. 128v

Ende datse die scepenen setten moeten des anderendaigz nae den acht da-genitem ende datse die setten moeten des anderendaigz nae denvoirs. acht daigen eerseeten oft drincken, etc.;

Aengaet het kyesen der rentmeesterenitem ende als die seven scepenen geset zyn, zullen die nyewe scepenen ende gezwo-ren oft dmeestedeel des anderendaigz moeten kyesen eerse eeten oft drincken tweerentmeesteren die geboeren poirteren zullen wesen ende van wittigen bedde endedie twewarven des iairs zullen rekenen ende nae hoeren afgaen en zullense bynnentwee iaren in deser stat raide nyet moigen comen;

Dat die scouthet, scepenen, gesworen, roydregers assynsen nyet en moe-gen pachtenitem ende dat noch scouthet, noch onderscouthet, noch scepenen, noch gesworen,noch roydregers deser stat assynsen pachten en zullen moigen, etc.; welke carthebegint: `Iohanna'ende is begrepen opten blade LXXXIII.

Dat dese stat enenwisseler mach stellen

Ten selven scepenstoel ende in dier tyt soe heeft vrouw Iohanna noch deser statverleent een carthe dairinne datse heeft consenteert deser stat datse altyt, gelycdie van Loeuen ende Bruessel, enenwisseler zall moigen stellen die alreheren geltbynnen deser stat comende, werderen sal ende boven alle andere gelt hair endehare nacomelingen gelt gaende houden;

Aengaet tsetten der scepenen in der meyeryenitem ende dat men alle iair op Sinte-Remeysdach in den vryheiden van Rode, Oirle,Eerssel ende Os nyewe scepenen setten sal;

Aengaet in der meyeryen vrede te nemenitem ende dat diegeen die scepenen oft gezworen zyn in deser meyeryen altyt zullenmoigen nemen vreede gelyc die scouthet ende vorster aldair, ende dyet hen vieren-wer¡ weygerden, sal verboeren thien pont; /

Aengaet den voirsprekenitem ende dat een voirspreecke die yemanden bynnen deser stat int recht verant-woirt van onscout oft bytichten, hebben zal voir zyn loen III scillingen paymentzende in deselve sakenbuytenvy¡ scillingen ende van erftalenbynnenXX scillingenende buyten XL scillingen ende van dootslaigen buyten ende bynnen XX pondenende den cost; ende oft ennich voirspreeck des weygerden te dyenen, en zoude hynummermeer meer in deser stat oft meyeryen voir moegen spreeken; welke carthebegint: `Iohanna', etc. ende is begrepen opten blade LXXXVI.

Dierste wisseler deser stat was Ian die Ioede

Ten tyde oeck van denselven scepenstoel soe hebben scepenen, gesworen deserstat eenen, genoempt Ian die Ioede, wisseler gemaect, die op die voirs. cartheende naevolgende poincten zynen eedt gedaen heeft:

1387-1388

106

fol. 129r

fol. 129v

Watmenvanwisselen sculdich isende dat hy van wisselen sal nemen te wetene van enen alden scilt ende van elckengulden penninc die van dier werden is ende dairboven XII penningen, datz te we-tene een labbayevoir vier scillingen gerekent, endevan elcken gulden penninc bene-den den alden scilt VIpenningen, oic een labbaye voir vier scillingen gerekent, endedesgelycx van allen zilveren gilt te wisselen;

Dat scepenen, gesworen denwisseler setten ende ontsetten moigenitem ende dat die scepenen ende gesworen altyt den wisseler setten ende ontsettenmoigen; prout in litteris incipientibus: `Wy, scepenen ende gesworen', etc. et com-prehensis folio LXXXVIII. /

Aengaet die forme van zweren

Ten tyde oeckvan den voirs. scepenstoel soe heeft vrouw Iohannavoirs. deser statende meyeryen verleent een carthe, inhoudende zoe wye zweren sal van geldely-cken saken oft van wat anderen saken, dat zii uuytgenomen van erftalen, dat diezweren sal aldus: soe wes men hem tydt, dat hy des onsculdich is, zoe hem Gothelpe ende die heiligen;

Dat een vrouw zwerende nyet vervallen en mach, zoe lange die zon schyntende dat een wy¡ van den voirs. saken nyet en sal vervallen alsoe lange die zonneschynt; welke carthe begint: `Iohanna'ende is begrepen opten blade LXXXIX.

Aengaet tstercken vanOs ende anderswair dairt deser stat belieft1

Ten tyde oeck van denselven scepenstoel soe heeft vrouw Iohanna deser stat ver-leent een carthe dairinne datse gunt deser stat datse Os dairt verbornt is ende an-derswair daert deser stat noot zall duncken, metten luyden deser meyeryenbegripen, mach stercken ende vesten met graven ende anderssins, lastende dair-inne den scouthet deser stat ende allen anderen o¤cieren datse deser stat dairin-ne behulpich zyn; welke carthe begint: `Iohanna', etc. ende is begrepen optenblade LXXXIX.

Remigii confessoris annoMoCCCoLXXXVIIIo: dominusWillelmus deAa, mi-les, / Arnoldus Heym, Gerardus de Berkel, Willelmus Coptyten, EmondusRoeuer, Iohannes de Dordrecht, Iohannes de Aggere.Ten tyde van desen scepenstoel soe heeft vrouw Iohannaverleent den gesellen vanderTae£en der stat van Den Bosch ende hen verlengt hoir iairscharen, etc. endedes aen dese stat voirts versocht datse die voirs. gesellen, gelyc hoir poirteren, ver-antwoirden souden; dairaf die brieven beginnen: `Iohanne, byder gracien Goids',etc. ende zyn begrepen ad signum (½23) et folio CCCCLX.

Teser tyt was Cleue noch een grefscap

Ten tydevan denvoirs. scepenstoel soebegonst dievoirs. hertoichWillemvanGel-re wederomme op Brabant te scedigen met zynen hulpers die hy hadde gecregen,

1388-1389

107

fol. 130r

fol. 130v

1 In margine nota.

te weten den eertsbisscop van Coelen, den bisscop van Breemen, den bisscop vanMunster, denbisscopvanVtrecht, dengrevevanCleue die dairnaehertoichwairt,den greve van Moerss, zoedat hy wael sterc was XXIIIIC glavyen ende XXIIC

mannen te voet ende zyn capiteynenwaren al meest geestelycke prelaten ende pa-pen.

Dat die Liinde tot Oisterwyc verbrant wairt

Ende hiermede trac hy tot Oisterwyc dat hy metter Lynden verbranden, endevoirt tot Gestel, Beeck, Boxtel, dwelc zy oic verbranden, ende alsoe drie daigendair ende dairomtrentwesende toech hywedermet zynenbisscoppen ende papenende anderen heren in zyn lant ende het blee¡ voirt al den aenstaenden winterdoer een rydent oirloige.Vrouwe Iohanna voirs. creech te hulpen den voirs. her-toich Philips van Bour- / goindien, geheiten le Herdii, haren neve, die hair santuuyt Vrancryc drie maenden versout VC glavyen ende blee¡ alsoe een rydent oir-loich totten iair toe van XC dat den pays gemaect wairt.

Remigii confessoris anno Mo CCCo LXXXIXo: Arnoldus Stamelairt de Penu,Gerardus de Vladeracken, Arnoldus Stamelart de Spanct, Willelmus Scilder,Goeswinus Steenwech, Iohannes de Gestel, Iordanus ¢lius Arnoldi Tyelkini.

Van der geloeften des heren van Helmont

Ten tyde van desenvoirs. scepenstoel soe heeft heer Ianvan Berlair, heer vanHel-mont ende vanKeerberch, in presencien van scepenen, gesworen ende gemeynenbourgeren deser stat geloeft nummermeer tegens deser stat rechten te doen, mardie te helpen houden; daira¡ dbeginsel luydt aldus: `Int iair Ons Heren', etc. endeis begrepen ad signum (½24) ac folio LXXXIX.Ten tyde oic van denselven scepenstoel zoe heeft Aelbrecht, hertoichvan Beyeren,palsgreve, greve van Hollant, etc., verlyt Rycout den Cockversceyden gueden totGe¡en van hem te leen te houden; prout in litteris incipientibus: Aelbrecht, byGoids genaden palensgrave opten Ryn', etc. et comprehensis folio CCCCLIX. /

Remigii confessoris anno Mo CCCo XCo: Iohannes de Erpe, Gerardus deVden,Henricus Dicbier ¢lius Godefridi, Iacobus Loze, Gerardus de Aa, Hubertus deGemart, Iohannes Steenwech.

Aengaet hoe die voirs. heer van Gelre hem verbonden heeft in denvoirs. pays

Ten tyde van den voirs. scepenstoel soe cesseerden tvoirs. oirloge, dat was tus-schenvrouwe Iohanna et denvoirs. hertoichWillemenvanGelre ende daira¡ her-toichWillemvoirs. zekerebrievenvan sich heeft gegeven ende geloeft te verhuedendat van zynen landen, steden, sloten, luyden oft ondersaten oft oic yemanden an-ders, wie hy weer, egenen scaide en soude gescien der voirs. vrouw Iohanne, hoe-ren landen, sloeten, luyden ende onderseten op beyden zyden der Masen endesunderlingeMil, Gangelt endeVucht;

1389-1390

108

fol. 131r

fol. 131v

DatGraue een Brabantz leen is1

ende dedeyemant van zynen onderseten dairtegens, dat zoudehy richten met zynenlyve ende gueden, ende dede oic yemand anders dairtegens in zynen lande ende datvan den ampluyden oft onderseten der voirs. vrouw Iohanne, dien zoudehymoegenvervolgen, dairtoe zyn onderseten behulpich zouden moigenwesen, all geduerendeden levenen van / vrouwe Iohanna voirs., onder bespreck dat heer Ian, heer vanKuyck, van vrou Iohanna voirs. ontfangen zal te leen die stat van Den Graue endedat tusschen die tyt ende Korsmisse doen naestcomende; welke brieven beginnen:`Wii,WillemvanGuylic, byder genadenGoidz', etc. ende zyn begrepen opten bladeXC ende welke brieve oec mede zyn bezegelt van zynen Rait, namentlic heer Hen-rick van Steenbergen, proefst van Aldemunster tUtrecht, heren Reynalt, heer vanOy, ende heren Iohanvan Hoenselair, ridder.

Remigii confessoris anno Mo CCCo XCIo: dominus Goeswinus de Aa, miles,Willelmus ¢lius Arnoldi Tielkini,Theodericus Roeuer, Iohannes de Neynsel, Ia-cobusTyt, Arnoldus deVladeracken, Gerardus Raet.

Dat die assynsen deser stat zyn gecoft metVIM ryalen

Ten tyde van den voirs. scepenstoel soe heeft vrou Iohanna, want dese stat hair tothare vruntlycker beden hadde gelevert VIM ryalen, /dairop dese stat was sorteertte geven den greve van derMarckvoir dieVIC ryalen die zyhair van horen assysensculdich was ende die dese stat van harewegen den greve voirs. te geven plach,dairaf datse dese stat quytgescouwen heeft ende geloeft van denVIM ryalen endevan der iairlixer betalinge derVIC ryalen aen denvoirs. greve scadeloes te onthef-fen; prout in litteris incipientibus:`Iohanna, byder gracienGoids', etc. et compre-hensis folio XCI.

Remigii confessoris annoMoCCCoXCIIo: dominusWillelmus de Aa, miles, Sy-mon de Mirabello, Emondus Roeuer, Iohannes de Dordrecht, Iohannes de Ag-gere, ArnoldusVeer,Wolterus Coptyten.Ten tydevan desen scepenstoel is gemaect een ordinancie van den perden te settenbynnen der meyeryen van Den Bosch, beginnende: `Soe wye geguedt is tot derwerden', etc. ende begrepen opten blade CCCCLIX.

Remigii confessoris annoMo CCCo XCIIIo: Gerardus de Berkel, Arnoldus Sta-melart de Spanct, Ghysbertus Lyscap iunior, Goeswinus Steenwech, / Iohannesde Gestel, Iohannes ¢lius Arnoldi Tielkini, Iohannes de Gemart.

Remigii confessoris annoMoCCCoXCIIIIto: dominusTheodericus Roeuer, mi-les, Iohannes de Erpe, Theodericus Berwout, Theodericus Roeuer, IohannesSceyuel, Iohannes deVladeracken, Heymericus Groy.

1394-1395

109

fol. 132r

fol. 132v

fol. 133r

1 In margine nota.

Hoe die heer van Helmont geloeft heeft tegens deser stat rechten nyette doen

Ten tyde van desenvoirs. scepenstoel soe heeft heer Ianvan Berlair, heer vanHel-mont ende van Keerberch, ridder, onder zyn brieve ende zegele deser stat geloeftnummermeer te doen tegens hair rechten, mar die altoes te hulpen te comen endete helpen houden tenversueckdeser stat; welke brieven beginnen: `Wy, IohanvanBerlair', etc. ende zyn begrepen opten blade XCIII.

Aengaet dat tanderen tyden heer Dirc die Roeuer die porcie van derbedendeser stat opgeboert heeft ende daira¡ betaelt die gevangen intlant van Gelre ende andere; oeck aengaet die lossinge der vercofterdorpen

Ten tyde oeckvan denvoirs. scepenstoel soe is vrouwe Iohannavoirs. eenss- /wor-den met deser stat aengaende haren aengedeelt der beden die vrouwe Iohannenvoirs. van den lande van Brabant consenteert was, in der ondergescreven voegen,te wetene dat tgelt van der beden deser stat ende meyeryen comen soude in han-den herenDircx Roeuer, die dairtoe van den scepenen ende geswoeren deser statgeset is rentmeester te wesen, als tot vier termynen te betalen ende daira¡betalenzoude diegeen die in den oirloge gevangen1 als van Gelre gevangen waren endegepant voir vrouwe Iohanna schout, ende oick herenWillemen van Broechuysendie enen poirter deser stat voir vrou Iohanna scoutopgehouden hadde, ende oeckden heer vanKuyckonder condicie zoe verre dairover lyep, zoude men mede los-sen die versette endevercofte dorpenbynnen desermeyeryen, etc.; prout in litterisincipientibus: `Iohanna', etc. et comprehensis opten blade XCIII.

Ten tyde oick van den voirs. scepenstoel soe heeft vrouwe Iohanna voir hair, hairoire ende nacomelingen deser stat verleent:

Aengaet het boeren van den thiins bynnen deser stat ende meyeryenin den yersten dat die rentmeester deser stat ende meyeryen van den goeden luydendairinne geseten die thyns van hoeren erven sculdich zyn, voirtaen boeren sal alsoevele als hair rentmeesteren anderswair bynnen den steden /ende lande van Brabantgemeyntlic voirtaen ontfaen zullen ende nyet meer;

Aengaet het boeren van thiins onder die smaelherenende desgelycx zullen boeren die rentmeesteren der smaelreheren deser meyeryenden thyns hore heren ende nyet meer;

Dat deser stat toebehoeren allen die visscheryen ende stroomen bynnendeser stat, haire vryheit ende totVuchtitem ende dat dese stat harenwil mach doen op enen iairlycken thyns van enen aldengroten met allen die visscheryen ende stroomen in deser stat ende hare vryheit endein der prochienvanVucht, behoudelic hair nochtans dairinne hair hoge heerlicheit;

1394-1395

110

fol. 133v

fol. 134r

1 Aldus hs., dit is een cryptische samenvatting van een meer uitgebreide passage in het cartu-larium.

Aengaet dat elck mach voegelen vangenitem ende dat elckermalck in deser stat, vryheit ende meyeryen geseten mach van-gen entvoegelen, plevieren ende alle andere smael voegelen;

Hoe dic ende hoe lange die rentmeester dingen salitem ende dat die rentmeesteren nyet meer dan vierwer¡ siairs dingen en zullenende dat elck dingtyt nyet langer duren en zal dan een maent ten hoichsten;

Aengaet dat die onderscouthet nyet uuyt en moet wesen sonder enen stat-helder te settenitem ende dat die onderscouthet deser stat uuyt deser stat nyet en sal ryden nochtrecken, tenzy dat hy yerst voir twee scepenen deser stat enen goeden man in zynstede gesetheeft, etc., opberoeft tewesenvan zynen ambachte after dien dach; proutin litteris incipientibus: `Iohanna', etc. et comprehensis folio XCIIII. /

Remigii confessoris anno Mo CCCo XCVto: dominus Goeswinus de Aa, miles,Theodericus Roeuer,Willelmus Scilder, Ghysbertus de Spina, Martinus Ber-wout, Iacobus Coptiten,Theodericus Lu.

Remigii confessoris annoMoCCCoXCVIto: Gerardus deWiel, ArnoldusHeym,Martinus Berwout, Iacobus Coptiten.

Remigii confessoris anno Mo CCCo XCVIIo: Gerardus de Berkel, /ArnoldusStamelart de Spanct, Iohannes deGestel,Hubertus deGemart, Arnoldus deVla-deracken, Henricus deWerthusen, Ludinc Pynappel.

Hoe hertoichWillem van Gelre teser tyt weder aenhye¡ oirloge te-gens vrouwe Iohanna omWouters vanOuerrynwille

Ten tyde van desen voirs. scepenstoel soe hye¡ wederom aen die voirs. hertoichWillem van Gelre oirloige tegens vrouwe Iohanna voirs., overmits eens dienresdes voirs. hertoichWillems, geheitenWouter van Overryn, die met zynen hulpe-ren, droncken zynde, dootsloech enen van vrouwe Iohanna dienre, dairomme hybynnen deser statwairtonthoeft, ende seynden dairomme die voirs. hertoichWil-lem ontsegbrieve aen vrouw Iohanna voirs. Ende quamweder die voirs. hertoichWillemmet zynenvoirs. bisscoppen endehulperenverbydeser stat totOisterwyc,doende aldair groeten scaide.Vrouwe Iohanna, dat vernemende, ontboot hemstryt te leveren, het weer in zyn lant oft bynnen Brabant, ende dat bynnen driedagen. Ende dat hy die arme onderseten lyet dair en bynnen onbescedicht, zysoude hem / seynden C voeder wyns, CCC ossen ende broet ende ander gereet-scap genoch. Mar hy en dorst nyet te stryde comen ende alsoe vertoech hy wederuuyten lande, nae vele scaden tot Oisterwyc ende dairomtrent gedaen met zynenbisscoppen ende papen ende geestelycke prelaten die hy by hem hadde.VrouweIohannavoirs., siende dat die voirs. hertoichWillemvanGelre nyet en dorste stry-den, seynden zy metter hulpen die hair overdwerss comenwas van denvoirs. Phi-lips le Herdy, hertoge van Bourgoindien, int lant van Guylic allen hair machte,dair zy vele dorpen verbranden, scaiden deden ende vele stercten omworpen.Die voirs. Philips leHerdii, hertoge van Bourgoindien, zoenvan denvoirs. conincIanvanVrancryc ende zynmoeder was dochterdes voirs. conincx Ians vanBehem

1397-1398

111

fol. 134v

fol. 135r

fol. 135v

endehertogeWencelynvoirs. was zyngerechte oem ende die voirs. vrouwIohannawas rechtemoyevanvrouweMargrieten, zynenwive, die een dochter was van denvoirs. greve Lodewyc vanVlaenderen ende van grevinne Margrieten, suster vanvrouw Iohanna voirs. Hii wan aen die voirs. vrouwe Margrieten, zyn geselinne,dochter greve Lodewycx voirs., drie zoenen ende drie dochteren, daira¡aen dan-der zyde van den naesten blade,1 /te wetene: Ian, die wairt nae zynenvoirs. vaderhertoich van Bourgoindien ende greve van Vlaenderen, Artoys ende van Bour-goindien; hii trouden die dochter van hertoich Aelbrecht van Beyeren, palsgreveende greve van Hollant, Zeelant, Henegouwe, etc.; dese voirs. hertoich Ian, vanden Dolphyn van Vrancryc ontboden wesende, wairt te Monstruel opt slot inVrancryc dootgeslagen; dese hertoich Ian creech enen zoen, die hyet Philips vanBourgoindien ende wairt nae hertoich van Bourgoindien, Brabant, etc.;Anthonis, die wairt nae hertoich van Brabant; hy trouden vrou Iohanna, dochterherenWalrauens van Sint-Pol, dair hy mede had tgreefscap van Sint-Pol ende vanLigny ende meer sloten ende heerlicheden; zy was zoe schoen, dat men van haerseeghden alse roden wyn dranc, dat men dien doer hair kele sach gaen; hy wanaen hair twe zoenen: Ian, die nae hem hertoichwairt; Philips, die wert greve vanSint-Pol ende van Lignii; ende een dochter, die ionck ster¡;Philips, die wairt nae zynen vader greve van Nyuers ende van Rethel ende dietrouden die dochter van den greve van Eu, dairaen hy wan twee soenen, by na-men: Philips, hy wairt nae greve van Nyuers ende van Rethel; Ian, die wert grevevan Stampes ende nae die doot van den voirs. Philips, zynen brueder, wert hygreve van Nyuers ende van Rethel ende nae creech hy tgreefscap van Eu; hycreech een dochter van zynen yerstenwive, die trouden hertoich Ian van Cleue. /Hertoich Philips le Herdy voirs. hadde oic by de voirs. vrouw Margrieten driedochteren, by namen:die outste had te man hertoge Lupoldumvan Oistryc ende zy ster¡ sonder oir;die ander, geheiten Margriet, had te man hertoichWillemen van Beyeren, zoenvan den voirs. hertoich Aelbrechten; dese hertoichWillemwairt greve van Hene-gouwe, Hollant, Zelant; hii wan aen die voirs. Margriet een dochter, die Iacobhyet; hair voirman was die Dolphyn vanVrancryc, hertoige van Touraynen, diesonder oir ster¡; zii was zeer scoen ende by dispensacien van paeus Marten dieint consilie van Constans paeus gemaect wert, trouwden zy nae de doot van denvoirs.Dolphyn denvoirs. hertoich Iannen, zoenvan denvoirs. hertoichAnthonys,hairs oems, welken huwelic qualic bequam, want vrouw Iacob nae toech inEnge-lant by den hertoich van Gloucestre, brueder des conincx van Engelant, etc.;die dorde dochter had te manne greve Amedeus van Sauoyen, die hertoge wairtende die hem ten eynde ga¡ ten geestelycken leven ende hy wairt int consilie vanBasel paeus gecoren ende hyet Felix die Viifste; naemaels wiickende den paeusNycolaes, was legatus a latere2 ende ster¡ cardinaell.3 / Ende naedien die voirs.Philips le Herdy, hertoge van Bourgoindien, zyn voirs. kynderen ter eeren gehol-

1397-1398

112

fol. 136r

fol. 136v

fol. 137r

1 Dit is een interne verwijzing naar fol. 136v.2 Legatus a latere: legaat met een pauselijke volmacht voor een bepaald gebied of voor eenbepaalde opdracht.

3 In margine nota.

pen ende gestelt hadde ende zynenvoirs. drien zoenen, by namen Iannen,Antho-nysen ende Philipsen, by consent des coninx vanVrancryc ende vrouw Iohannevoirs., hoir landen hadde besceyden ende dairaf by der voirs. Margrieten, zynrevrouwen, een sceydingehadgemaect, tewetene dat die voirs. Ian, zyn outste zoen,zoude wesen hertoich van Bourgoindien ende greve vanVlaenderen, van Artoisende van Bourgoindien, die voirs. Anthonys, zyn middelste zoen, nae doot vanvrouw Iohanna voirs. zoude zyn hertoich van Lothryc, Brabant ende Lymborchende mercgreve des Heilichs Rycx, ende die voirs. Philips, zyn iongste zoen,zoudewesengrevevanNyuerss endevanRethel, soe dedehydenvoirs. zynen zoe-nen geloven malcanderen die voirs. sceydinge tehouden, /onder vorwarde oft en-nichvan hen drien stor¡sondermanlic oir van zynen lyve, soe zouden zyn landencomen opten anderen outsten brueder oft op syns mans oiren. Dat dese geloeftedienden hertoge Philips vanBourgoindien totten hertoichdomvanBrabant te co-men, alst nae blyct als hertoge Philips van Bourgoindien voirs. waert hertoge vanBrabant.1

HoeAntwerpenweder aen Brabant quam

Daernae vercreech die voirs. hertoige Philips le Herdy aen de Staitenvan Brabantzoe vele, dat die voirs. Anthonys, zyn middelste zoen, als opten vyften dach iuniiint iair M CCCC ende vier ontfangen wairt voir ruwairt in Brabant, den levenevan vrou Iohanna voirs. geduerende. Ende des ga¡ die voirs. hertoich Philips leHerdy denzelven Anthonysen, zynen soen, die stat van Antwerpen om altyt on-gesceyden te blyven aen Brabant.

Remigii confessoris annoMo CCCo XCVIIIo: Iohannes de Dordrecht, IohannesdeAggere, HeymericusGroy, Lucas de Erpe ¢lius Iohannis, Iacobus deWyel,Ye-wanus de Grauia, GoeswinusMoedel van der Donck.Ten tyde van desen scepenstoel ster¡ die voirs. vrouwe Maria, wedue wilen her-toichReynouts vanGelre voirs., suster van der voirs. vrouwe Iohanna. Sy stichtenin harenweduestoel die/canozye teTurnhout ende tcloester teKorssendonc endedie borchten tot Turnhout ende Oyen.Ten tyde van desen scepenstoel soe heeft vrouw Iohannavoirs. voir hair ende hairnacomelingen deser stat verleent een carthe, dairinne datse heeft verleent:

Dat die bourgermeesters oec straetmeesters zullen wesen ende twewarventiaers rekenenin den iersten dat die bourgermeesters deser stat mede straetmeesters zullen wesenende zullen deser stat goet ten oirbaer op horen eedt regeren ende tweewarventsiaers rekenen ende alse die doen sullen, dat sal men oepelic in der kercken seggenende verkundigen den scepenen, gesworen, raitsluyden ende dekenen van den am-bachten;

1398-1399

113

fol. 137v

fol. 138r

1 In margine nota hic.

Daira¡ zullen hebben die scepenen, gesworen een boeck, die raitsludeneen ende die dekenen eenende van derselver rekeningen zullen hebben een boeckoft rolle, te wetene die sce-penen ende gesworen een, die raitsluyden een ende die dekenen een ende die rent-meesteren zullen een behouden;

Dat een yegelic die rekeningen der bourgermeesteren mach calengierenbynnen den XIIII nachten, etc.ende datmen hoir rekeningenbynnenXIIII nachten noch loven, nochprysen en salendebynnen tydemach eenyegelic die calengieren; ende ofse calengiert worde endediebourgermeesteren des nyet en constenverantwoirden, zoe zouden zy tgeen datsemysrekent hedden, deser stat weder bewysen ende dairtoe ter beternissen sculdichwesen sesswerven alsoe vele alse mesrekent hedden, voir een dordendeel den heer,dander deser stat ende tdorde dyese gecalengieert hedden; /

Hoe die bourgermeesteren zullen rekenenitem dat die bourgermeesteren in hoir rekeningen zullen noemen die personendiese gelt zullen hebben gegeven ende daira¡ datse gelt zullen hebben ontfangen;

Ofter yet oeverden, etc.item dat oft die bourgermeesters yet overrekenden, datse dat bynnen twee maendenleveren zullen deser stat om in der commen te leggen;

Wat scouthet, scepenen, gesworen ende die clercken hebben als gerekent isitem als die bourgermeesters gerekent hebben opten raethuse, sullen zy den scou-thet geven een gelt wyns, elcken scepenen ende gesworen een gelt wyns, horenclercken een gelt wyns ende elc bourgermeester een gelt wyns;

Van setten der scepenen sonder cost deser statitem als die alde scepenen afgaen ende die nyewe aencomen, daira¡ en sal dese statgenen cost hebben;

Aengaet den clederen der scepenen ende horen drincgeltitem die seven scepenen ende twe bourgermeesters zullen hebben voir hoir clederstsestich alde scilden;itemdie seven scepenen zullen hebben teverdrincken eenvoeder wyns oftXXXIIalde scilden dairvoir;

Aengaet het scenckenitem en sullen die scepenen noch bourgermeesters nyemanden moigen scenckendan onser lantsheer; ende prelaten, baenroetsen, lantsheren, ridderen ende raidenvan goeden steden sal men moegen scencken tot VI kannen wyns naedat zys wer-dich zyn ende dat mer eens tsiaers;

Aengaet het ryden ter dachvaertitem en zullen die scepenen noch gesworen ter dachvaert ryden, tenzy by raide derraitsheren ende dekenen; /

1398-1399

114

fol. 138v

Die opt Oetheren rydt, etc., sal alleen den cost hebbenitem zoe wye van deser statwegen opte Oetheren rydt, oft zoeverre dat hyopten sel-ven dachweder incoempt, die en sall geen loen hebben dan zynen redelycken cost;

Aengaet der stat clederenitem ende dat tsiaers elck scutte deser stat sal hebben 1ÃÙÄ peter tot drien ellen lakensgecoft te werdenen by raide hore hoge dekenenmeester, tween dekenen ende twescutten;

Aengaet der scepenen, gesworen, scouthet ende bourgermeesteren ca-pruynenitem die zeven scepenen,VIIgesworen, twe scoutheten, tweebourgermeesteren zul-len hebben IX gulden om lakenen te coepen tot horen capruynen metten scutten tedragen;

Dat diegeen die poirter wordt, in een ambacht moet comenitem ende dat men nyemand poirter maken en sal, hy en sal mede in een ambachtcomen; welke carthe begint: `Iohanna', etc. ende is begrepen opten blade XCVI.

Remigii confessoris anno Mo CCCo XCIXo: dominusTheodericus Roeuer, mi-les, Ghyselbertus deVlochouen, Iacobus Loze, IacobusTyt,Theodericus Roeuer,Ghiselbertus de Spina, / Iohannes ¢liusWolphardi.

Remigii confessoris annoMo CCCCo fuerunt scabini in Buscoducis: GoeswinusSteenwech, Iordanus ¢lius Arnoldi Tielkini, Iohannes de Bruheze, Gerardus deVden,Yewanus Styerken, Iacobus Coptiten, Iacobus Neynsel.

Remigii confessoris anno Mo CCCCo primo: dominusWillelmus de Aa, miles,Emondus Roeuer, Arnoldus Veer, Hubertus de Gemart, Egidius de Gheel, Ar-noldus Stamelart deVden, Iohannes de Best. /

Remigii confessoris anno Mo CCCCo secundo: dominus Goeswinus de Aa, mi-les, Iohannes deDynther, EgidiusCoptiten,Henricus deVden,DanielRoesmont,Nycolaus Scilder,Willelmus Broeder.

AengaetVIC ryalenvanden greve vanderMarck ende der scadeloes-ser geloeften daira¡

Ten tyde van den voirs. scepenstoel soe heeft vrouwe Iohanna in zekere brievendeser stat verleent dat die scouthet ende rentmeester deser stat tot versueck derscepenen derselver, eer zy hoir ambacht zullen aenverden, met goeden bourgenverbourgen zullen aen den greve van der Marck iairlix te betalen al sulckenenVIC ryalen als hyheeftopvrouw Iohannavoirs. ende dairvoirdese stat endemeye-rye eertyts geloeft hebben gehadt, alsoe dat deser stat endemeyeryen dairafgenenscaide en come; welke brieven beginnen: `Iohanna', etc. ende zyn begrepen optenblade XCVII.

Remigii confessoris annoMoCCCCo tercio:HenricusDicbier ¢liusGodefridi, /Gerardus de Aa,Wolterus Coptiten, Theodericus Rouer, Arnoldus Heym, Bar-tholomeus Spierinc, Henricus Becker.

1403-1404

115

fol. 139r

fol. 139v

fol. 140r

fol. 140v

Ten tyde van desenvoirs. scepenstoel soe heeft vrouwe Iohannavoir hair endehairnacomelingen deser stat verleent een carthe, inhoudende zekere vryheiden endeprevilegien van den iairmercten deser stat, welke vryheiden ende previlegie desestat eewelic sonder yemants wederseggen sal gebruycken, dats te wetene:

Die aude iairmerct deser stat daira¡ en is geen vorder besceyt gevondendat dese stat boven hair aude iairmerct die men hier alle iair pleech te houden endete hanteren, voirtaen ewelic hebben sal moegen twe nyewe iairmercten, behoudelicden heer van desen landevan der voirs. aude iairmerct zynen auden tol ende rechtensoese plegen, ende in de nyewe marcten voirs. van allen tolber goet zoevele als menbuyten der voirs. ouder mercte gewoentlic is geweest te geven;

Aengaet der hal¡vastensmarctende dat die een van den voirs. twe nyewemercten alle iair sal wesen des maendaigsvoir hal¡vasten ende dueren drie dagen, als smaendaigz, dynsdaigs ende gwoens-daigz endehet geleide daira¡ zal ingaen des saterdaigz voir den sondachOculi endeduren tot opten saterdach voir den sondach Letare Iherusalem ende dien dach al; /

Aengaet Sinte-Bartholomeeusmarcteende die ander nyewemarct sal ingaen des anderendaigz nae Sinte-Bartholomeeus-dach ende duren dien dach all ende twee dagen dair naestvolgende ende het geleydedaira¡sal ingaenopSinte-Bartholomeeusavont ende dueren totopSint-Gielisavontdair naestvolgende ende dien dach all;item ende die genechten diebynnen die iairmerctenvoirs. comen, dat die scouthetin absencien van partyen die van sheren wegen mach scorssen, totdat die iair-mercten leden zyn; welke carthe begint: `Iohanna', etc. ende is begrepen optenblade XCVIII.

Aengaet den signetten

Ten tyde oeckvan denzelven scepenstoel soe heeft vrouwe Iohannavoir hair endevoir hair nacomelingen deser stat verleent een carthe die men noempt die carthevan den signet', etc., dairinne datse heeft verleent dat zoe wanneer over ennigenpersoen eenvonniss sal zyngegaenbyscepenen deser statoft datyemandvervolgtzal zyn nae deser stat rechten, dat dan die scepenen, als die dorde dach dairnaeleden salwesen, dengenen die tvonnesbehouden oft tvervolch gedaen sal hebben,sculdich zullen zyn te geven een cedulle met enen signet geteykent, welke cedulledie persoen die tvonness behouden heeft, sal moegen thoenen ennigen van dendrien knapen deser stat;

Aengaet tgericht met signettenende die knape sal macht hebben den voirs. persoen zyn ge- / breckuuyt te pandenende den sculder sonder vertreckmet lyve endemetgoede dairvoir tehoudene endete vangen, behoudelic oft die sculder dair yet met recht tegenseggen woude, datnochtan hy ende zyn goet in hachten blyven zullen totdat hy bourgen geset zal heb-ben, etc., ut inibi;

1403-1404

116

fol. 141r

fol. 141v

Dat die dyenres van den gruynen royen richten moetenitem dat oick oft die knape des weygerden den lyeden recht te doen, zoe soude hyzyns diensts beroeft wesen, etc;

Dat hen nyemand oploepen en moet op te Rutsemedau te gaenitem ende oft yemand den knaep om des uuytpandens, richtens oft vangens wille,oplyepe oft ennich mesgryp dede, die zoude sculdich wesen te doen een bedevaerttotOnser-Liever-Vrouwen teRutsemedau, etc., ut inibi; welke carthebegint: `Iohan-na', etc. ende is begrepen opten blade C.

Aengaet tvercopen vanwullen lakenen

Ten tyde oeckvan denselven scepenstoel soe zyn by deser stat aengaende het sny-den van wullen lakenen dese navolgende poincten overdragen, te wetene dat eenpoirter die lakenen snyden wille die in deser stat gemaect zyn, die zal hy thoenenint gewanthuys deser stat dengeenen die dairtoe van deser stat geset zyn, eer hysesalmoegen snyden, ende sal geven alsdan deser stat eenBrabantsche schietley vanden alingen lakenen ende / van den halven een half Brabantsche schietley, opteverboeren drie ponden payments;item dat als die lakenen alsoe gethoent zyn, zoe zalse die poirter thuys moegenuuytsnyden altyt anders dan sdonredaigz;item dat die poirter die lakenen coept, zy zyn buyten oft bynnen gemaect, endevoirt vercoept oft uutvuert, die sal dairaf geven een scyetley;item die lakenen van buyten gebracht ende gemaect in vryen steden sal men altytmoegen vercopen opten behoerlycken chyns;itemdie gewantsnyders en sullen geen lakenen int gewanthuys nochbynnen horenhuyse snyden, die lakenen en zullen zyn gemaect bynnen deser stat oft anderenvryen steden ende des zullen die lakenen hebben enen zegel, uuytgenomen witvoederlakenen, strype lakenen ende kersey ende wit lakenen ongeverwet;item nyemand van buyten en sal lakenen moigen vercopen bynnen deser stat dandes donredaigz voir der noenen opt vreemde huysken ende in de iairmercten;item ende dat men hetzy van lakenen oft van enniger ander waren gecoft oft ver-coft buyten lantz, hetzy op Schoenen oft in Pruyssen oft tot Vranckevoirt oft wairdat zy, egeenen chyns geven en zall indien die comanscap gevallen zy op geenzyde van den CrommenWyel vanWerckendam ende voirt totter borch toe vanNymmegen ende / op geen zyde van Den Graue ende alsoe voirt totter CattenRyt ende vandair voirt tot Turnoutervoirt toe ende zoe voirt wederomme tottenCrommenWyel toe;item dat men brede lakenen sal maken van Engelscher wollen ende uuytdragen-der goeder Kempenscher wollen ende met twee zegelen bezegelen, etc.; van wel-ken poincten die brieven beginnen: `Wii, scepenen, gesworen, rentmeesteren,dekenen van den ambachten', etc. ende zyn begrepen opten blade C I.Ende teser tyt wairt hertoge Anthonys ruwart van Brabant.

Aengaet die gouvernancie hertoigeAnthoniis

Ten tyde oeck van denselven scepenstoel ende naedien vrouwe Iohanna voirs.

1403-1404

117

fol. 142r

fol. 142v

overgegeven hadde ende consenteert der hertoginnen van Bourgoindien, harenichten, grevinne vanVlaenderen, van Artoys ende van Bourgoindien, moedervan denvoirs. hertoige Anthonys van Bourgoindien, greve vanRethel ende caste-leyn van Ryssele, het regiment ende gouvernancie van den lande ende hertoich-dom van Brabant ende dieselve hertoginne van Bourgoindien tvoirs. regimentvoirt bevolen hadde den voirs. hertoge Anthonys, soe heeft dieselver hertogeAn-thonysgeloeft ende gesworen datnaedienvrouw Iohannavoirs., zynmoye, zal zyncomen van lyve ter doot, dat hy tvoirs. lant van Brabant sal laten gaen tot zynre /voirs. moeder, die hertoichinne van Bourgoindien, als rechte erfgenaem derzel-ver; item ende dat hy dlant van Brabant houden zall by hoir rechten ende aldenherbrengen; item ende dat hy hem in Brabant houden sal oft in zynre absencienenen lieutenant oft stathelder dair laten; vanwelken brieven dbeginsel luydt: An-thonys van Bourgoindien', etc. ende zyn begrepen opten blade C III.

Remigii confessoris annoMo CCCCo quarto:Theodericus Berwout, GoeswinusSteenwech, IacobusTyt,Ghysbertus de Spina, Iohannes ¢liusWolphardi, Iacobusde Neynsel, Gerardus Bathenzoen.

nu sterff hertoich philips le herdy1

Ten tyde van den voirs. scepenstoell opten XXIIen dach in aprille ster¡ die voirs.hertoige Philips le Herdii ende wairt begraven tot Digoen in Bourgoindien./

nu wairt hertoich anthonys rouwairt1

Ten tyde oeckvan denvoirs. scepenstoel denVten dach in iuniowairt die voirs. her-toich Anthonys ontfangen voir rouwairt in Brabant.

Aengaet XVIIIC cronen, verscoten aen den heer van Heynsberch bydeser meyeryen

Ten tyde oeck van den voirs. scepenstoel soe hebben vrouwe Iohanna ende her-toichAnthonys voirs. den dorpen deser meyeryen, die omme te vervallen die ach-terstellen die de heer van Heynsberch tachter was van zyne iairgulden die hyhadde opte demaynen van Loeuen ende diewelke achterstellen die rentmeesteraldair had latenverlopen, geleent haddenXVIIIC croenen, geloeft denzelven dor-pen die te corten ter ierster beden die gegeven sal werden; prout in litteris inci-pientibus: `Wy, Iohanne', etc. et comprehensis folio C IIII.

1404-1405

118

fol. 143r

fol. 143v

1 In margine nota.

Aengaet VIC peters, verset aen den heer van Heynsberch, datse dierentmeester betalen moet

Ten tyde oeck van denselven scepenstoel zoe hebben vrouwe Iohanna ende her-toich Anthonys voirs. deser stat ende meyeryen gegeven zekere brieven aen-gaende den VIC peters die den heer van Heynsberch bewyst waren optedemaynenvanLoeuen ende naewarenbewyst tehe¡en opte demaynen deser stat,als dat hoir genaden rentmeester deser stat, eer hy zyn ambacht aenverden soude,altyt ten versuecke /der scepenen deser stat met goeden bourgen geloven zoudedie voirs.VIC peters te betalen, dat deser stat ende meyeryen daira¡ genen com-mer en soude comen ter tyt toe hoir genaden die gequeeten hedden; prout in litte-ris incipientibus: `Wy, Iohanna'et comprehensis folio C V.

Remigii confessoris anno Mo CCCCo quinto: Iohannes de Dordrecht, Iordanus¢lius Arnoldi Tielkini, Theodericus die Lu, Lucas de Erpe, Egidius de Gheel,Henricus Heym, Iacobus deVladeracken.Ten tyde van den scepenstoel voirs. opten XXVIIIen dach van merte soe ster¡ dievoirs. vrouwe Margriet, dochter van den voirs. greve Lodewyc vanVlaenderenende van grevinne Margrieten, dochter des voirs. dorden hertoge Ians, sustervanvrouwe Iohannavoirs., moeder van den voirs. hertoich Anthonys. /

teser tyt sterff vrouwe iohannavoirs.

Remigii confessoris anno Mo CCCCo sexto: Yewanus Stierken, TheodericusRoeuer, Iacobus deWyel,Arnoldus Stamelairt deVden, EgidiusCoptyten, Iohan-nes Heyme, Petrus de Best.

Nu ster¡ vrouw Iohanna

Int beginsel des scepenstoels voirs. opten yersten dach decembris ster¡ die edelevrouwe Iohanna, naedatse LI iaren had geweest hertoginne, ende waert begravente Bruessel totten bruederen van Onser-Liever-Vrouwen int choer.

Huldinge hertoich Anthoniis

Hertoge Anthoniis voirs., nae der doot van vrouwe Iohanna voirs., in den voirs.iair opten XVIIIen dach decembris wairt ontfangen voir hertoich van Brabantende tot Loeuen gehuld, dairnae tot Bruessel ende voirt in de andere steden, zoegewoentlic was.1 /

1406-1407

119

fol. 144r

fol. 144v

1 Bovendeel van een custode zichtbaar.

ten tyde van hertoge anthoniis1

Incoempste hertogeAnthoniis

Ten tyde des voirs. scepenstoels den XVIIIen dach decembris int voirs. iair vansess soe heeft hertogeAnthonys voirs. in zynre genaden incoempste voir hem, zy-ne oire ende nacomelingen den lande van Brabant verleent dese naevolgende pre-vilegien, te wetene:in den yersten dat hy den goeden luyden ende onderseten van den steden, vryhei-den ende dorpen ende lande van Brabant zoude zyn een getrouwe heer ende diehandelen met recht nae den rechten van den steden ende bancken dair dat be-hoert;

Die bewaernisse der previlegienitem ende datmen die previlegien ende carthen slants vanBrabant in goeder hoedenin onse steden van Brabant houden zal, dairaf zyn genaden eenen sloetel, Loeuenden anderen ende Bruessel den dorden hebben zullen;

Sonder consent slantz en sal men geen oirloge aennemenitem dat hy geen oirloge aennemen sal sonder raet ende consent der steden endeslants van Brabant;

Die raitsluyden in Brabant moeten zyn in Brabant geboren ende geguedtende vanwittigen beddeitem ende dat hy tot zynen gesworen Raide nyemanden en zal neemen, het en zyngoede luyden bynnen Brabant geboren, van /wittigen bedde, bynnen Brabant woe-nende ende geguedt ende die huysen ende slooten van Ouermaze wael doen bewa-ren, etc.;item ende dat hy die goede luyden slantz van Brabant sal houden varende endevlietende op horen gerechten toll, etc.;

Men en zal nyemanden buyten Brabant vuerenitem ende dat men egeenen gevangen bynnen Brabant buyten Brabant gevangenvueren sal, etc.;

Van den penningen te slaenitem ende dat hy geen penningen en sal slaen dan by raide ende consent slantz vanBrabant ende in een vry stat, etc.;

Wye ambacht in Brabant machvuerenitem die van geenen getrouwden bedde en is, en sal nummermeer ambacht in Bra-bant hebben;

Aengaet den vredeitem alle onsculdige van gevechte zullen vrede hebben van der uren dat geboert istotter naester noenen des anderendaigz, etc.;

1406-1407

120

fol. 145r

fol. 145v

1 Herhaald tot en met fol. 151v.

Die heer en sal nyet soenen sonder die magenitem ende dat hy nyemanden van dootslagen dlant sal geven sonder ierste mettenmaigen versoent te wesen;

Aengaet den gedagen buyten lantzitem dat die een Brabander den anderenbuyten lantz nyet en sal doen gedagen, ten-weer van testamenten, huwelixe vorwarden, aelmoessen ende geestelycke gueden,opte verbuerte van ly¡ ende goet;

Dat die steden bannen moegenitem die van den steden gebannen zyn ende zullen worden, dat die gebannen zullenblyven;itemvan den scaeckomnino ut supra; /

Datmen onmundige kynderen nyet ontscaecken en moetitem die ennich onbeiairt kynt, hetzy knechtken oft meysken, ontscaecten, zal ver-boeren zyn lyf ende goet;

Dair die heer wynnen sal, dien moet hy overtuygenitem die van dootslaigen oft quetsuren bedragenwordt, wordt hy nyet overtuygt, zalquyt zyn;

Van pelingeitem dat men enen yegelycken pelinge sal doen gescien;

Van Sinte-Petersmannenitem dat men Sinte-Petersmannen handelen sall zoe van outs gewoentlic is;

Nyemanden buyten te gedagenitem dat ennich leeck persoen zyn sake die hy vonneslic verloren hedde, nyet en salmoigen opdragen ommebuyten lantz yemanden te creyten;

Aengaet het iagen ende hont te houden endemet voegelen vliegen; vry wa-randenitem dat elckermalck mach honden houden sonder calengieren ende oic iagen ha-zen, vossen alle Brabant doer ende oick canynen buyten vryen waranden ende oicmet vogelen vlyegen ende oic iagen alrehant groot wilt, uuytgesceyden in dewaran-den, te wetene Zonyen, Mersdal, Zauentroe ende Groetheyst;

Scout van hout ende boschen hoirt tenwoutrechtitem ende dat men geen scout te woudtrecht oft te boschrecht trecken en sal danscout comende van hout ende bosschen;

Van den richteren inWals-Brabantitemdat diebaeliuwe ende zyn clercke ende andere richteren inWals-Brabant zullenwesen geboren Brabanderen;

1406-1407

121

fol. 146r

Hier quam Antwerpenweder aen Brabant metten lant van Ouermaze1

item ende dat die stat van Antwerpen met der bewysinge dairtoe behorende endemetten/lande ende slote vanOuermazewederommevergadert zullen zyn ende bly-ven totten anderen steden ende landevan Brabant, zoese plegen eerse dairafwordengesceyden;

Con¢rmacie der voirgaender previlegienitem heeft oick alle previlegien den lande verleent con¢rmeert; prout in litteris inci-pientibus: Anthonys'et comprehensis folio C VI.

Aengaet dat men den drossaet van Brabant tot zynen wilcome nyetgeven en zal

Ten tyde oickvan denvoirs. scepenstoel den Xten ianuarii, soe is bynnen deser statin presencie des voirs. hertoich Anthonys alsdoen bynnen deser stat gehuld heb-bende, geordineert dat men voirtaen nummermeer geven en zal ennigen drossa-ten in Brabant ennigerhant gelt tot zynen wilcome oft in ander voegen; vanwelken ordinancie dbeginsel luydt: `Dit is die raminge ende ordinancie' ende isbegrepen opten blade C XI.

Remigii confessoris anno Mo CCCCoVIIo: Gerardus de Aa, Iohannes de Ge-mart, domicellusTheodericusRoeuer, Henricus deVden, /ArnoldusDicbier, Io-hannes Ioede, Zybertus de Hoculem.

DatGraue een Brabantz leen is1

In den voirs. scepenstoel op Sinte-Seuerynsdach tot Empel opten cant van derMazen uuyt bedwange des voirs. hertoich Anthonys soe ont¢nck hertoich Rey-nout, brueder van denvoirs. hertoichWillemvanGelre, nae desselfs hertoichWil-lems, zyns brueders, doot, te leene dlant van Den Graue van den voirs. hertoichAnthonys ende dede hem aldair oepenbairlic eedt.

Hoe hertoich Lodewyc vanOrlyens tot Parys doot bleef

Ende corts dairnae int selver iair wairt hertoich Lodewyc van Orlyens, bruederdes coninx vanVrancryc, verslagen by nacht tot Parys by ennige lyeden hertoigeIans van Bourgoindien, outste brueders hertoichs Anthonys voirs.

Aengaet scepenenbrieven, poirteryen ende Sinte-Petersmanscap teLoeuen ende Bruessele

Ten tyde oeckvan denvoirs. scepenstoel nae altricacie2 wesende tusschen die ste-den van Loeuen ende Bruessel ter eenre ende der stat van Antwerpen ter anderezyden, omme der scepenen brieven ende poirteryen der voirs. stedenvan Loeuenende Bruessel ende Sinte-Petersmansscap / der stat van Loeuen, diewelke die

1407-1408

122

fol. 146v

fol. 147r

fol. 147v

1 In margine nota.2 Altricatio: woordenstrijd.

voirs. van Loeuen ende Bruessel mainteneerden datse sculdichwarenvoirtganc tehebbene doer allet lant van Brabant sonder in vryen steden, ende die vanAntwer-pen dairaf die contrarie sustineerden, etc., soe heeft hertoge Anthonys voirs. on-der zynre genaden brieven, nae besceyde aen allen zyden gehoert, den voirs. vanLoeuen ende van Bruessel hoir scepenenbrieven, poirteryen ende Petersmans-cappen gecon¢rmeert, etc.; welke brieven beginnen: Anthonys', etc. ende zyn be-grepen opten blade C XI.

Dat hertogeAnthonys ierste vrouw ster¡

In den voirs. scepenstoel ende ten tyde desselfs den XIIen dach in oecxt ster¡ dievoirs. vrouwe Iohanna, dochter des voirs. herenWalrauens van Sint-Pol ende ier-ste gesellinne des voirs. hertoge Anthonys.In desen tyden oeck soe leefden tot Parys twee alte groete doctoren in theologien,als meester Peter van Ailly, die nae wairt bisscop van Cameric ende cardinael,ende meester Ian Gerson, zyn discipel, cancellier van der universiteyten van Pa-rys.In dier tyt sach men een vreeselycke comete in de lucht. /

Remigii confessoris anno Mo CCCCoVIIIo: Gerardus de Berkel, Henricus Dic-bier ¢liusGodefridi, ArnoldusHeym, Iohannes de Best, Bartholomeus Spierinc,Henricus Dicbier, Florencius de Aa.

Van den muermeesters ende straetmeesters

Ten tyde van denvoirs. scepenstoel soe heeft hertoge Anthonys onder zynre gena-den brieven deser stat geconsenteert, dat die scepenen ende gesworen derzelveralle iair moegen kyesen twe oft drie personen van horen medepoirteren ommemuermeesters ende straetmeesters te wesen, etc.; welke brieven beginnen: An-thonys', etc. ende zyn begrepen opten blade C XII.

Con¢rmacie der carthen van Roesmalen

Ten tyde oeck van denzelven scepenstoel soe heeft hertoge Anthonys die carthedye men heyt die carthe van Roesmalen', eertyts deser stat by hertoge Iannen,den tweesten van dien name, hertoge van Brabant, etc., in den iair M CCC vy¡verleent, beginnende / dieselver carthe: `Nos Iohannes, Dei gracia', gecon¢r-meert ende dairtoe voir hem, zyn oir ende nacomelingen in meerder cleernisseder voirs. carthen ende omme dese stat in goede staet te houdene derselver ver-leent dese naevolgende poincten:

Dat die scepenen ende gesworen alle iair nyewdekenen souden settenin den yersten dat die scepenen ende gesworen deser stat oft dmeeste deel van henvoirtaen alle iair, wanneer die dekenen afgaen zullen, by den scouthet deser stat ophoir eeden ander dekenen setten zullen ende by den scouthet doen eyden;

Die dekenen alse afgaen in drie iaren geen dekenen en zullenwesenende die dekenen die alsoe geset zullen werden, wanneer zy afgaen in drien iarendairnae egeen dekenenwesen en sullen van ennigen ambachten bynnen deser stat;

1408-1409

123

fol. 148r

fol. 148v

Dat scouthet, scepenen ende gesworen alle dese stat regeren zullenitem ende dat hem nyemand en sal onderweynden bynnen deser stat ennichz regi-mentz dan scouthet, scepenen ende gesworen deser stat opte verboren ly¡ endegoet;

Geen gerucht te makenitem dat nyemand gerucht oft gedringe maken en sal in deser stat, heymelic nochoepenbaer, tegens die hoichheerlicheit oft tregiment deser stat opte verboren alsvoir;

Hoelange die geboden durenitem wat geboden die scouthet deser stat by consent der scepenen ende gesworengebieden sal, dat die duren zullen dien scepenstoel;

Dat die dekenen hoirs ambachz bootscap doen zullen by eede ende elckbysunderitem wanneer die scepenen ende gesworen deser stat die raetsluden ende dekenenontbieden, dat zy/dan zullen comen om te horen des zyhen zullen opdoen, dairopte antwoirden ende oft die dekenen nyet vroet enweren tantwoirdene ende hoir am-bachten begerden te spreken, datse dat zullen moegen doen, ende dat gedaen zalelckdekenen op synen eedt sunderlinge zyns ambachs boetscap den scepenen endegesworen vercundigen sonder anders yemant dat tevorens te verclaren;

Aengaet den commer te vyndenitemwant dese stat in commer is, dat zy dien commer af mach doen ende zoe wan-neer scepenen ende gesworen deser stat die raitsluden ende dekenen van den am-bachten by hen ontbieden omme dien commer af te doen ende versynnen wairmen dien commer ter minster scaden nemen sal, dat zy dat ramen zullen onderhen gemeyntlic bynnen eenre maent naedat die scepenen ende gesworen dien com-mer opgedaen zullen hebben;

Dat die twee ierste leden deser stat moegen sluytenende oft zysbynnen der maentnyet eens enworden, dat dan die scepenen, gezworenende dmeeste deel der raitsluyden dairop hen tsamentlic beraiden zullen ende ac-corderen endewes zydairafoverdragen, dat zullen die dekenen sculdich zyn te hou-dene ende met hen te volbrengen;

Van den sloetelen der commenitem ende dat totter commen zullen wesen vier sloetelen, dairaf die scepenen denenen, die gesworen den anderen, die raitsluyden den dorden ende die dekenen /den vierden zullen hebben; prout in cartha incipiente: Anthonys', etc. et compre-hensa folio C XIII.Dicta cartha ut fertur est annichillata seu rupta.1

Remigii confessoris anno Mo CCCCo IXo: Iohannes de Dordrecht, Iacobus deNeynsel, Egidius de Geel, Nycolaus Scilder,Willelmus Broeder, HenricusHeym,Goeswinus de Berkel.

1409-1410

124

fol. 149r

fol. 149v

1 In margine nota; vertaling: genoemde oorkonde is, naar men zegt, vernietigd.

Van den ingebot1

Ten tyde van desenvoirs. scepenstoel soe heeft die voirs. hertoge Anthonys, tewe-tene doer die stemme heren Ians van Ophem, ridder, ende in presencien des can-celliers van Bourgoindien, heren Peters van Campdonc, cancelliers van Brabant,des ionckers van Nassou, des ionckers van Zeyn, des / heren vanWesemael, desionckers van Monyouwe ende Stevens van der Nederalphen, rentmeesters vanBrabant, endeWouters van der Noot, ende oic in iegenwoirdicheit van den gede-puteerden der stedenvan Loeuen, Bruessel, Antwerpen,Thienen, Nyeuele, LyereendeVilvoirden, toegeseegt deser stat te houden in horen alden rechtenvan horenpandingen ende ingebieden, zoese gehadt heeft by tyden vrouwe Iohanne endehertoige Ians, etc.; dairaf dbeginsel luydt aldus: `Onse genedige heer', etc. ende isbegrepen opten blade C XVI.

Hertoich Anthonys trouden hier zyn tweeste vrouw

Ten tyde oeckvan desen voirs. scepenstoel soe trouden die voirs. hertoich Antho-nys die scone Elisabeth, dochter des hertogen van Gourliez, beyde der coningenvan Hongeren ende van Behem brueders, dairaf die brulocht tot Bruessel gehou-den wairt. Ende hertoge Ian van Bourgoindien, brueder van den voirs. hertoigeAnthonys, ende die grevevanCleermont, bruederdeshertogenvanBourbon, ley-den die bruyt.

Hoe Lutzenborch aen de hertoich van Brabant comen is

Hair was te huwelic gegeven dat hertoichdom van Lutzenborch ende tgreefscapvan Cynni metter voechdyen van Elsaten om ewelic ende er£ic te besitten endevan oir tot oir dairinne /te succederen ende dat van haren oem, conincWencelynvan Behem, die oic Roemsch Coninc was.

Remigii confessoris anno Mo CCCCo Xo: Yewanus Stierken, TheodericusRoeuer, Iacobus Coptiten, Iacobus deWyel, Iohannes Heym, Petrus de Best, Le-onius de Erpe.

Hoese gestraft zyn die de pandinge des ingebotz wederspennich zyngeweest

Ten tyde van desen voirs. scepenstoel soe heeft Goessen Moedel van der Donck,die bynnen deser stat gerasteert ende gevangenwas, mitsdien hii hem mesgrepenhadde in der pandinge die aen zynen persoen by den poirtier gedaen was, geze-kert ende geloeft ter beternisse deser stat hondertduysent gebackens steens; proutin litteris incipientibus:`Ick, GoessenMoedel van derDonc', etc. et comprehensisfolio C XVI.

1410-1411

125

fol. 150r

fol. 150v

1 In margine nota hic.

Dat coninc Segemont wairt gecoren Roemsch Coninc

Ten tyde oeck van den voirs. scepenstoel soe ster¡ die Roemsche Coninc Rob-brecht van Beyeren / ende doen wairt coninc gecoren Segemont, coninc vanHoingeren, brueder des voirs. conincWencelyns van Behemvan svaders wegen.

Remigii confessoris anno Mo CCCCo XIo: domicellus1 Theodericus Roeuer,Daniel Roesmont, Iacobus de Vladeracken, Iohannes de Dussen, Gerardus deAa, Iohannes Dicbier, Petrus Ioede.

Huldinge hertoich Anthonys int lant van Lutsenborch

Ten tyde van den scepenstoel voirs. worden hertoge Anthoniis ende vrouweElisa-beth voirs. ontfangen ende gehuld int lant van Lutsenborch.

Remigii confessoris annoMo CCCCo XIIo: Henricus Dicbier ¢lius Godefridi, /Arnoldus Heym, Henricus de Vden, Bartholomeus Spierinc, Henricus Becker,Willelmus de Aa, Rodolphus Berwout.

Remigii confessoris annoMo CCCCo XIIIo: Gerardus de Berkel, Gerardus Scil-der, Henricus Heym, Gerardus de Aa, Henricus Dicbier, Iohannes Balyart, Ge-rardus de Beirck.

Remigii confessoris anno Mo CCCCo XIIIIo:Yewanus Styerken, Iacobus Copti-ten, / Iacobus de Neynsel, Iohannes Heyme, Arnoldus Dicbier, Iohannes de Ber-kel, Rodolphus Loniis.

Submissie tusschen heren Henricken van der Leck, heer tot Heze-wyc, ter eenre ende Goyarden van Brecht ter andere zyden

Ten tyde van den voirs. scepenstoel den XXIIIten dach in meye soe hebben heerHenrickvan der Leck, ridder, heer vanHezewyc, Dynther ende Gestel by Oister-wyck, ter eenre endeGoyart vanBrecht, totGestel voirs. groetelic geerftwesende,ter andere zyden hengesubmitteert van horen twisten endegescillen diese eenwy-len hadden gehadt ter cause vanwarandien, vysscheryen, thienden, erftalen endevan allen anderen saken diese tegens malcanderen hadden, etc., dats te wetene intwee scepenen van Bruessel ende twee scepenen deser stat die de saken in allesondertasten ende ondersuecken zouden ende voirts in hoir medevennetten endegesellen als in myntlike arbiters omme die gescillen ende twisten voirs. nederge-leegt te wordene; prout in litteris incipientibus: `Heer Henrickvan der Leck, rid-der', etc. et comprehensis folio C XVII. /

Remigii confessoris anno Mo CCCCo XVto: dominusTheodericus Roeuer, mi-les, HeymericusGroy,Theodericus Lu, Henricus deWeerthusen, IacobusMonic,Geerlacus de Gemart,Willelmus Brant Roeuer, Godefridus de Rode, proWeert-husen deposito.

1411-1412

126

fol. 151r

fol. 151v

fol. 152r

fol. 152v

1 In margine.

Van tconsilium te Constans

Omtrent deser tyt was tconsilium te Constans in Almanien geleegt by den voirs.coninc Segemont, die zeer arbeyden om tscisma neder te leggen dat lange in deHeilige Kercke had geweest.

teser tyt waert aflivich hertoge anthoniis

Den stryt van Blangys,1 dairinne hertoich Anthonis doot bleef

Ten tyde van den voirs. scepenstoel op Sinte-Crispyns ende Crispiniaensdach byBlangiis geboerden enen zwaeren strydt tusschen den coninc vanVrancryc endeconinc Henric van Engelant, in welken strydt metten voirs. coninc vanVrancrycende aen zyn zyde waren die voirs. hertoge Anthonys ende greve Philips vanNyuers, zyn ioncste brueder, die beyde dair doot bleven ende noch vele / groteedelen uuyt Vrancryc ende uuyt Brabant, dair die Engelsche den stryt wonnen.Nochtans hadden die Fransoysen X mannen tegen enen Engelschen, mar mitshore hoverdyen verloren die Fransoysen den stryt, wantse die Engelsche woudenbevechten alleen metten edelen uuyt Vrancryc, Brabant, etc.

Wair hertoich Anthonys begravenwairt

HertogeAnthonys voirs. wairt vandair dootgebracht terVueren, dair hy wairt be-graven eerlic.

Uuytspraeck tusschen heren Henrickenvander Leck, heer tot Heze-wyc, ter eenre ende Goyarden van Brecht ter andere zyden

Ten tyde van den scepenstoel voirs. den sesten dachvan merte soe hebben die sce-penen van Bruessel ende deser stat sHertogenbosch tusschen den voirs. herenHenrickenvan der Leck ter eenre ende denvoirs. Goyardenvan Brecht ter anderezyden aengaende denvoirs. horen gescillen ende twisten hoir mynlike uuytsprakegedaen ende pronuncieert, dairinneGoyart voirs. ten meesten onrecht bevondenis; prout in litteris incipientibus: `Want heer Henric van der Leck, heer vanHeze-wyc', etc. et comprehensis folio C XVIII.

teser tiit waert die vierde hertoge ian, soen van hertogeanthonys, gehuldt

Remigii confessoris annoMoCCCCoXVIo: Sibertus deHoculem, /Iohannes deDussen, Iacobus de Gheel, Reynerus Loden, Marcelius die Lu,Willelmus ¢liusWillelmi Arnoldi Tielkini, Arnoldus Monic, Heymericus Groy, Godefridus deRode.

1416-1417

127

fol. 153r

fol. 153v

1 Dit is de slag bij Azincourt.

Dat hertoich Ian, zoen hertoge Anthonys, ontfangen wairt voir her-tochvan Brabant; hy was die vierde hertoich Ian

Ten tyde van denvoirs. scepenstoel ende als die voirs. hertoge Anthonys doot was,soe wairt die voirs. Ian, zyn outste zoen, die mer XIII iaren doen oudt was, ont-fangenvoir hertoge van Brabant onder vorwarde dat als hy weer comen tot zynenXV iaren, dat hy alsdan zynen eedt zoude vernyewen, zoe hyoeckdede.

Dat ennige die uuyt deser stat waren gebannen, dairaf quytgescou-wen zyn

Ten tyde van den voirs. scepenstoel opten XXIXen dach van aprille soe heeft dievoirs. hertoge Ian, zoen hertoge Anthonys, zekere personen die gebannen warenuuyt deser stat, ten bevele des voirs. hertoge Anthonys, zyns vaders, quytgescou-wenvan denselven banne ende die wedergegeven dlant ende te moigen comen tothoren gueden, aengesien dat dese stat genen banne en heeft, etc.; prout in litterisincipientibus: `Ian, by der gracien Goids', etc. et comprehensis opten blade CXXV. /

Int iair ons Heren doe men scree¡MCCCCXVII bynnen der octavenvan Sinte-Remeys soe worden scepenen gezett bynnen deser stat van sherenwegen ende byden onderscouthet tot dier tyt GoeswynMoedel van der Donc geeydt:1 Iacob vanVladeracken, Roelo¡ Berwout, Henrick Dicbier, Ian die Lu, Dirck van Haes-trecht, Ian Hoernken.

Dat die gesworen enen nyewen scepenen hebben geset

Ende mits dat bynnen derselver octaven die seven scepenen nyet volsett en warenende dairaf een scepenen gebrac geset ende geeydt te werdene by den scouthetenvan sheren wegen, soe waert Peter Steenwech des anderendaigs nae der octavenvoirs. scepenen in derselver stat gezettbyden gesworen die int naest voirleden iairscepenen waren, te wetene Sybrechten van Hoculem, Iannen van der Dussen, Ia-coppen van Gheel, Reyneren Loden, Marcelissen die Lu, etc. ende by deser statgesworen knaepGerarden Coenraetz geeydt naebegrip van enen previlegie deserstat van vrouwe Iohannaverleent int iair MCCCLXXXVII. /

ten tyde van den vierden hertoge ian, soen van hertogeanthoniis2

Die voirgenoempde hertoich Willem van Beyeren, greve van Henegouwe, vanHollant, Zeelant, etc., wyens brueder was heer Ian, hertoich van Beyeren, electvan Ludick, dairomme vele bloetstortinge gesciet is, hadde by der voirs. vrouweMargrieten, dochter des voirs. Philips le Herdy ende suster des voirs. hertogeAn-

1417-1418

128

fol. 154r

fol. 154v

1 In margine nota.2 Herhaald tot en met fol. 166r.

thonys, zynre gesellinnen, een dochter die Iacob hyet, die seer schoen was endehad gehadt den Dolphyn vanVrancryc, die sonder oir ster¡.

Nu ster¡ hertoichWillem van Beyeren

Hii hertoichWillem ster¡ int voirs. iair opten heiligen Pinxtdach. Hy begeerdenin zynenuuytersten datmen dievoirs. Iacob, zyn dochter, geven zoude tewive denvoirs. hertoich Iannenvan Brabant, zoenvan hertoge Anthonys voirs., nyettegen-staende datse waren brueder- ende susterkynderen. Ende als hertoich Willemvoirs. was overleeden, trac die voirs. hertoich Ian, zoen hertoich Anthonys voirs.,met schoenen staet totMechelen ende voirt tot Ghent, dair hy met den voirs. her-toich Iannen van Bourgoindien, zynen oem, sprackom ten huwelic te crigene dievoirs. vrou Iacob, zyn nichte.

Hoehertoich Ian, zoen hertoich Anthonys, ende vrouwe Iacob in hu-welic vergaderden

Ende dairnae wairt thuwelic gesloten tot Biervliet, dair die voirs. hertoich Ian,zoen hertoge/Anthonys, quammetgreve Philips vanChairlois, zynen neve, zoendes voirs. hertoge Ians vanBourgoindien, zyns oems. Ende dairnae optenXXIIen

dach novembris int voirs. iair MCCCCXVII paeusMarten, die alsdoen int con-silie van Constans paeus gemaect was ende die andere paeusen afgeset waren,dispenseerden opt huwelic tusschen denselven hertoge Iannen ende vrouwe Ia-coppen, die suster- ende bruederkynderenwaren.

Dit was die vierde hertoge Ian

Ende hertoige Ianbesliepse in DenHage int slot aldair, dair vrouMargriet, moe-der van vrouwe Iacoppen, oic was, ende voirt wairt hy aldair in Hollant, Zeelantende Henegouwgehuld ende voir heer ontfangen ende vrouw Iacobwert weder inBrabantontfangen ende zy leefden tsamen eendrechtelic eenwyle tyts met groetervroeghden ende genuechten, dwelc lacy naederhant by quaden oirsteeckers om-gestootenwairt, alsoe datse tot twedrachticheit quamen tengroetenverder¡enisseder landen ende vele bloetstortinge, zoe nae blycken sal.

Remigii confessoris annoMo CCCCo XVIIIo:Theodericus de Meerhem, domi-nusWillelmus de Ghent, miles, /Hubertus de Gemart,Theodericus die Roeuer,Lucas de Erpe ¢lius Geerlaci, Theodericus die Lu ¢lius Theoderici, IohannesLoenman, GerardusMonic, pro Roeuer defuncto.In isto scabinatu in profesto Petri et Pauli apostolorum fuit magnum incendiumin isto opido.1

1418-1419

129

fol. 155r

fol. 155v

1 Vertaling: in dit schepenjaar was op de dag voor Sint-Pieter en Sint-Paul (= 28 juni) eengrote brand in deze stad.

Hoe zeker gescil in deser stat wesende nedergeleegt is byde vanBruessel endeAntwerpen

Ten tyde van denvoirs. scepenstoel zoewasbynnen deser stat tusschen die ingese-tenen derselver ende ennige ingesetenen deser meyeryen oneendrechticheit, on-gunste, rancoir, wrympinge, discort ende gescille dairaf datse hen hebbensubmitteert in de stedenvan Loeuen, Bruessel ende Antwerpen, die dat voirts ge-stelt hebben by raide ende weten der scepenen deser stat, te wetene Dircken dieLu, HuberdenvanGemart, Heymeric Groy, Henrick Dicbier Goyartss., Bartho-lomeeussen Spierinc ende Peteren van Best, om alle becroen ende beclagen tereenre ende ter andere zyden te ondersuecken. Ende dairnae hebben die voirs.van Bruessel ende van Antwerpen in den name van hen ende voirs. van Loeuengeseegt die voirs. van Den Bosch ende die dair aen cleven moegenversuent tewe-sen, etc.; prout in litteris incipientibus: `In den iair Ons Heren duysent vierhon-dert ende achtiene', etc. et comprehensis folio C XXVI. /

Uuytspraeck gedaen tusschen heren Henricken van der Leck endeheerWillemenvanGhent

Ten tyde oeck van den voirs. scepenstoel soe hebben die van Bruessel ende vanAntwerpen een uuytspraeck gedaen tusschen heren Henricken van der Leck,heer tot Hezewyc, ter eenre ende herenWillemen van Ghent, heer tot Meerwyc,ter andere zyden, aengaende den gescille tusschen hen wesende ten ocsuyne vanzekere toeseggen dat heer Willem voirs. den voirs. heren Henricken toegeseegtsoude hebben, dat hii ten Bosch geen regiment noch ambacht en soude, ten weerby raide heren Henricx voirs., etc.; prout in litteris incipientibus: `Wy, commoin-gemeesteren, scepenen', etc. et comprehensis folio C XXVIII.

tVercriichvander vryheit des tols van Hollant ende Zeelant; Hollant-schen tol

Ten tyde oick van den voirs. scepenstoel soe hebben die voirs. hertoge Ian endevrouw Iacob van Beyeren als optenVten dach in februario int iairMCCCCXVIIIdeser stat verleent voir hen, hoiroiren, erven ende nacomelingengreven ende gre-vinnen van Hollant ende Zeelant, dat hoir poirteren die nu zyn oft naemaels we-sen zullen van desen dage voirtaen op allen steden bynnen Hollant ende Zeelantte water ende te lant met horen gueden, pennewarden ende comanscappen vryvaren ende keeren zullen van allen tollen ende ongelde ende daira¡ ongehoudenende ongelast zyn endeblyven tot ewigen daigen, /hetzyop hoers selfs bodemoftop vreemde bodemen;

Wye ende hoe men den tol gebruycken sal ende vry varen salalsoe wie poirter wordt bynnen deser stat dat die een iair lanc oft meer dair poirterzal zyngeweest eer hyder verleningenvoirs. gebruycken sal, behoudelycken dien datdie poirteren deser stat oft hoer zekere boden by horen gueden, penwairden endecomansscappenwesende, aencomen zullen ende sculdich zyn aen te comen ten tol-steden dair dat gewoentlic is, om oirlof te heysschen voirby te varen aen de tolnerenaldair, die sculdich zullen zyn hen sonder vertreck oirlof te geven voirby te varen

1418-1419

130

fol. 156r

fol. 156v

ende oft dair vertreck in vyele van oirlof te gecrigene, zoe zullen zy moegen voirt-varen sonder mesdoen;weert oick sake dat zy den tolneren nyet en vonden als zy dus aencomen weren,wanneer zy die tolneren kuntlic gesocht hedden, zoe zullen zy oirlo¡ heysschentot hore woenstat aen degeen die daer zyn ende nyet vorder ende dairmede voirt-varen, gelyc voirs.;ende zullen die poirteren deser stat oft hen boden ten versueck van den tolnerenmet horen eeden sculdich zyn te houden dat die gueden poirters gueden zyn vanDenBosch ende nyemanden anders oftmen hen desmethoren simpelenwoerdennyet geloeven enwoude;ende gevyelt dat men vonde dat zy ander gueden geladen hedden dan die henzel-ven toebehoirden, daira¡ sal die heer zyn recht hebben, ende oft dair ander gue-den in weren ende zy dat nyet en seyden ende dairmede verby vuren onvertolt, /zoe sullen allen die gueden die zy geladen hedden, alsoe wael hoer gueden als an-dere verboert zyn; ende diegeen die de gueden verby vuerde ende den toll oft on-gelde onsteecken, die zullen dat sculdich zyn te beteren tegens den heer in dermaten als dair toebehoert; prout in cartha incipiente: `Ian, by der gracien Goidshertoge', etc. ende begrepen opten blade C XXIX. Ende by de voirs. verleningezyn by geweest die ioncker van Gaisbeeck, die heer van Dyest, die ioncker vanMonyoyen, die heer van Rotselaer, die heer van Zeuenbergen, Arnt van Zeuen-bergen, zyn brueder, endeWillemvan den Berge.

Van IIM croenen die dese stat tanderen den vierden hertoich Iannenhad geleent

Noch ten tyde van denvoirscr. scepenstoel soe heeft die voirs. hertoge Ian, als op-tenVten dachvan februario voirs., van deser stat byhanden Ians de Boc, zynre ge-naden clerc ende rentmeesters van allen zynen ¢nancien, die somme van IIM

gulden cronenVrancrycx die dese stat zynen genaden gedaen hadde van zekerenlyfttochtrenten diese voir zyn genaden had vercoft ende dairvoir hy deser stat on-derpant had geset die gruyte ende zyn demaynen bynnen deser stat ende meye-ryen, etc.; prout in litteris incipientibus: `Ian, by der gracien Goids', etc. etcomprehensis folio C XXXI. /

Dat die vryheit van den tollen Hollant, Zeelant zyn gecoft met IXM

cronen; van den Hollantschen tol

Ten tyde oeckvan denvoirs. scepenstoel optenvierden dach in merte soe heeft dievoirs. hertoge Ian die Vierde van deser stat gekent ontfangen te hebbene diesomme van IXM Vrancrycsche croenen ter cause der verleninge der previlegieende vryheiden van tolvry te varen in Hollant ende Zeelant te water ende te landeende oic ten ocsuyne van zekeren anderen previlegien deser stat by hemverleent;prout in litteris incipientibus: `Ian, byder gracien Goids', etc. et comprehensis fo-lio C XXXI.

1418-1419

131

fol. 157r

fol. 157v

Hoemen behaudt zal doen opte verbornde brieven

Oeck ten tyde van denvoirs. scepenstoel denvierden dach in augusto soe heeft dievoirs. hertoge Ian, die vierde van dien name, naedien dese stat zynen genaden tekennen had gegeven dat in den brant die doen had geweest bynnen deser stat diepoirteren derselver groten scade hadden gehadt ende dat hoir scepenenbrievenweren verbornt etc., geconsenteert zoe wye van den poirteren ende ingesetenendeser stat zyn erfbrieven in den voirs. brant verloren hedde, dat hy ly£ic sal tenheiligen zweren dat zyn brieve in den brant verbornt zyn oft verloren ende dathy om dairtoe weder te comen hulpe suect sonder argelist, dairnae sal dieselvepersoen zyn behaudt doen met zynen eede wat brieve hy verloren heeft, wair zygemaect waren, van wat erfrenten oft pacht, / van hoe vele, wair ende wyen datmen dien chyns plach te gelden ende met wat brieven ende geloeften ende weshem te gronde dairaf cundich is;

Hoe ende by wyen den eedt opt behaudt gesterct sal werdenende dan zullen ten minsten twe goede wittige mans onbescaempt van mesdaden,stentich van horen iaren, met hem ten heiligen zweren dat zynen eedt goet, gerech-tich ende onmeynedich is; ende waert sake dat die persoen, man ofwyf, dien alduszyn brieve verbrant oft verloren weren ennich besceydt hedden van transscriptendaira¡, het weer vidimus, instrument, prothocol oft ander vermanisse met ennigenanderen brieven dairmede men bevuelen mucht dat dien persoen zyns behauts tebat weer te geloeven, soe zullen die scepenen ende gesworen ten tyde wesende dieeede moigen sachten ende verlichten, indien dat die persoen van alsulker kennissenende werdenweer, dat men hembilicx soude kennen ende aensien ende hy nochtanten heiligen hielde dat hy tot zynen behoude te doen als voirs. is nyemand en cundegecrigen ende in all dierselver formen sal elck zyn behaudt doen van zynre scout;

Datmen dbehaudt cundigen sal1

ende dit behaut aldus gedaen cundigen in der kercken in der stat van Den Boschende andere prochiekercken dair die erven, onderpanden ende pachtengelegen driesondaigen achtereen sonder middelt volgende; ende eest sake dat die persoen metrecht nyet enwordtwedersprokenbynnen iaers nae die vercundinge, zoe sal hy dair-inneberusten terbesceydenheit der scouthet ende scepenen nae gelegentheit der sa-ken; /

Hoe lange men behaudt mach doenende zullen die behauden moeten gescien bynnen van Sinte-Remeysdage naestco-mende over een iaer ende nae dier tyt en sal men nyemand ontfaen zyn behaudt tedoen;

Hoe men uuytroepinge mach doen doen van erven, chynsen, pachten dieyemand gecoft heeft, dat men dairop geenwairscap en mach zuecken1

item zoe wye voirtaen erve, erfrenten oft erfpacht coept oft vercrygt, dat men tenversueckdes coepers bynnen iaers zal moegen gedagen enenyegelycken int gemeyn

1418-1419

132

fol. 158r

fol. 158v

1 In margine nota.

met enen geruft voir der stathuys vanDenBosch tweevrydaigen achtereenvolgendeende nyet vorder, indien datdie erven oftonderpandenvan dien chynsen oft pachtenbynnen der vryheit vanDen Bosch geleigen zyn; zyn zydair buyten gelegen, zoe salmen nochtans cundigen als voirs. is ende dairtoe twe sondaigen dairnaest volgendein der prochiekerken dair die erven oft onderpanden gelegen zyn ende dan sal menseggenwie dat gecoft oft vercoft zullen hebben ende met wat commer ende hoeveledat meer opte onderpanden gaet boven die voirs. chynsen ende pachten; ende eestsake dat die coeper dairnae iaer ende dach berust in den voirs. erven, chynsen oftpachten onbecalengieert met daigen ende met daiges recht voir scouthet ende sce-penen dair dat behoert, soe sal die coeper dairinne er£ic berusten sonder meercommers uuyten erven te gelden ende sal die coeper zynen chyns ende pacht er£icbehouden onbelast, al worden dairop naemaels ander geloeften bevonden nae denvoirs. tyde; ende dat sal men moigen doen tot drie tyden siaers, te weten ten tweenierstenvrydaigen naeAlreheiligendach ende ten tween ierstenvrydaige naeBelokenPaeschen ende ten tween iersten /vrydaige nae Darthiendaige;

Aengaet den onmundigen ende die buyten lantz zynitem zoe wie bynnen iaers coempt ende die pachten oft chynsen calengieren wil,dien sal men dach setten te spreken met recht in deser stat, behoudelic oft yemandonder zyn iaren weer oft buyten lantz, dat die bynnen iaers naedat hy comen weertot zynen iaren oft bynnen lantz, sall moegen calengieren, gelyc voirs. is;

Dat men alleen van drie iaren manen sal, ten weer met aensprake in rechtgesochtitem dat men iairrenten, chynsen oft pachten nyet en sal moigen manen vorder danvan drie iaren, het enweer dat hydat ter vorens in den rechtmet aenspraken gesochthedde;

Dat den Vuchterendyc ende voirts by tgasthuys goet buyten Pickepoirtbynnen der vryheit deser stat zynitem ende dat diegheen diewoenenbuyten die Pickepoirt, teweten optenVuchteren-dyckvoirt tot Hessels Smolners hostat toe, aengaende des gasthuys goet totter legerstraten toe aen deMaet liggende, wesen endeblyven sullenbynnen der vryheit deserstat, alsoe dat diegeen die dair bynnen woenen met deser stat te scote ende te lotestaen zullen; prout in cartha incipiente: `Ian, by der gracien Goids' ende compre-hensa folio C XXXI. Die heren dairby wesende zyn geweest die ionckeren vanGaesbeeck, vanWeesmalen, vanMonyoyen ende die heer van Assche. /

Remigii confessoris anno Mo CCCCo XIXo: dominusTheodericus Roeuer, mi-les, Hesselo de Drongelen, Godefridus Berwout, Henricus van den Borchacker,Godefridus de Zeelst, Iohannes Berwout, Iohannes die Lu ¢lius Ade, NycolausHels, pro Hesselone defuncto.

Hoe hertoge Ian van Bourgoindien doot blee¡ te Monstruel opt slotinVrancryc

In den voirs. iair van XIX in septembri wairt die voirscreven hertoge Ian vanBourgoingien, zoen van den voirs. hertoge Philips, geheyten Le Herdy, brueder

1419-1420

133

fol. 159r

fol. 159v

van den voirs. hertoich Anthonys ende vader van hertoge Philips van Bourgoin-dien die doen hyet greve Philips van Chairloys, te Monstruel inVrancryc dootge-slagen, dwelc aldus by quam. Naedat coninc Henrick van Engelant inNormandien comen was, zoe wairt tusschen heren Kaerle, den Dolphyn vanVrancryc, ende den voirs. hertoge Ian van Bourgoindien een heymelic verbontvan vrienscappen gemaect ende bezegelt. Dairnae wairt die Dolphyn die nochionc was van omtrent XIIII iaren, gebrocht tot Monstruel, / te wetene van heerTanneghy du Chastel, prevoost van Parys, ende den viconte van Narbone, diehuysgesin waren van den hertoich van Oirlyens, des Dolphyns oem, die te Parysdootgeslagen was, die hertoge Ianne zeer haetten. Soe was hertoge Ian voirs. vandes Dolphynswegen ontbodenbyhem te comen om te tracteren hoemen den co-ninc van Engelant wederstaen zoude die dmeestedeel van Normandien gecregenhadde ende lachvoirdie stat vanRuaen. Endehertoge Ian, betrouwendeopt voirs.verbont, trac opt slot te Monstruel met cleynder macht. Ende als hy dair bynnenwas, wairt die brugopgetogen ende in der presencien des Dolphyns comende zoedede hy hem reverencie zoe dat behoirde. Ende hem wairt gevraegt met scerpenwoerden wairom dat hy dEngelsche nyet wederstaen en hedde, etc. Ende terstontwairt hydair dootgeslagenvan dengenen die dairbydenDolphynwaren.Dieheervan Sinte-George uuyt Bourgoindien vyel opten selven hertoge ende wairt aendootgeslagen.

Hoe hertoich Philips van Bourgoindien verbont maecten metten co-ninc van Engelant om te wreeken die doot des voirs. hertoich Ians,zyns vaders

Hieraf wairt naemaels grote wrake gedaen van den voirs. hertoge Philips vanBourgoindien, zynen zoen, die doe ionc was, ende maecte verbont metten voirs.coninc Henric van Engelant. Ende hy bracht dairtoe dat coninc Henric creech tewivevrouwKatherynen, die ioncste dochter des conincxvanVrancryc, Kaerls dieSeste. /

HoeNormandien aen Engelant comen is

Ende dese coninc Kaerle wairt dairtoe gebracht dat hy coninc Henric van Enge-lant met zynre dochter gaf te huwelic dat hertoichdomvan Normandien ende hyont¢nc dat te leenvan denvoirs. conincKaerle vanVrancryc. Oeckwaest vorwartoft coninc Henric van Engelant manlic oir creech van vrouw Katherynen, zoezoude dat oir die croen vanVrancryc besitten nae des voirs. conincx vanVrancrycdoot ende dieDolphyn zoude dan daira¡beroeft zyn.MardieDolphyn enwoudedat van geenre werden houden, seggende dat in zyns vaders macht nyet en washem te onterven.

Hoe coninc Henric van Engelant ende hertoich Philips van Bour-goindien inVrancryc met oirloge vele landen incregen

Soe datoirlogenmennich iair durende opresen sonderlinge nae die dootdes voirs.conincx vanVrancryc, want die Dolphyn hempynden dat ryc aen te verden tegens

1419-1420

134

fol. 160r

fol. 160v

den voirs. coninc Henric, die hem te Parys coninc dede croonen, ende tegens denvoirs. hertoich Philips van Bourgoindien als met hem verbonden, zoe datsedmeeste deel van der croonen cregen, als Pickardien, Normandien, Gascoingien,dlant omtrent Parys, die Champaingnie ende meer andere landen vanVrancryczeer destrueerden. Mar die hertoichdommen van Oirlyens, van Berry, vanTou-rayen, van Bourbon ende meer andere en creegen zy nyet, noch oic dat Dolphi-naet.1

Hoe heer Ian van Beyeren verteech opt bisdom van Luydick endetrouwden eenwy¡

Omtrent oeck deser tyt als die voirseyde heer Ian van Beyeren, brueder des voirs.hertoichWillems van Beyeren, langen tyt elect van Luydic geweest hadde, ver-teech / hy op zyn kercke ende bisdomme van Ludick in handen van den voirs.paeus Marten int voirs. consilie van Constans ende trouwden by dispensaciendesselfs paeus die voirs. vrouwe Elisabeth, hertoginne van Lutzenborch, weduevan den voirs. hertoich Anthonys, nyettegenstaende dat hy subdiaken was endeoic dat hy hair gevader was. Ende dairnae wer¡ die voirs. heer Ian van Beyerenaen den voirs. Roemschen Coninc Segemont, dat hy hem die landen van Hene-gouwe, Hollant ende Zeelant gegeven heeft, want hertoichWillem, zyn brueder,sonder manlic oir gestorven weer. Ende dairnae creech heer Ian voirs. inne ge-weltlic zekere steden in Hollant ende inhyelsche geweltlic zoelange hy leefden,mar nae creechsche weder die voirs. hertoge Ian.

Hoe een maigt, geheiten Iohanna, gecomen uut Loraynen, den co-ninc vanVrancryck bystant dede

Hier is oick te wetene dat als die voirs. coninckHenric van Engelant ende hertogePhilips van Bourgoindien oirloighden tegens den voirs. Dolphyn die nae conincwairt vanVrancryc, dat zeer lange duerden, wael XVII iaren. Ende zyhadden bii-nae den coninc vanVrancryc zoe verdreven, dat hyhem nyewers te velde verwerenen conste.Marmits eenremaigt endeharehulpen zoe creech dievoirs. coninc vanVrancryc weder vele lantz op die Engelsche ende Bourgoenioene, welcke maigthyet Iohanna endewas vrome doende vele faytenvanwapenen. Ende zii /was co-men uuyt Loraynen, seggende datse die engel Goids totten coninc gesondenhadde tot enen teken dat Got des lantz ontfermenwilde ende verlossen van zynenvyanden. Mair hy voirseide hair dat ziier om soude sterven moeten, dwelc alsoegeboerde, want ten eynde waertse van den Bourgoenioenen gevangen in een

1419-1420

135

fol. 161r

fol. 161v

1 Dooranderehand later inmarginetoegevoegd: ind eyndvan desen oerloech soewaert tus-schen hertoech Philips vanBurghungien ende den coninckvanVranckryck een contracktghemaecktom te soenen den doot van hertoech Ian, syns vaders, hoe dattet hertoechdomvoirscr. van Burghungyen soude succederen moeghen op vrouwpersoenen o¡op mans-persoenen dyewelck nae der rechterlyneen souden spruyten ende koomenuut dye lyndenvan den voerscr. hertoch Philips van Burghunghien, nyetteghenstaende dye ghemeynusantyen ende lanthrechtenvan den coninckryckvanVranckryck; vanwelcken contracktmy seet dat dyebryeven daera¡ syn in secrete bewaringhvan onsen ghenadighen coninckende prins, etc.

sprinckreyse. Ende want vele lieden seggen wouden dat hair dingen tru¡erie wa-ren, soewaertsevanvele doctoren in der gotheit te Beauuaysgeexamineertopvelearticulen daerse alsoe kerstelic ende tamelic op antwoerde, dat mense nyet begri-pen en conste. Nyettemin zy wairt vercoft den Engelschen diese uuyt wraken ver-branden.

Dattet dycrecht alleen staet ten vonnisse der heemraders

Ten tydevan denvoirs. scepenstoel denvyften dach in februario soeheeft dievoirs.hertoich Ian, die vierdevan dien name, in eenre carthen aengaende den dyckrechttot Empel ende al omme opter Mazen, daira¡ die poirteren deser stat woudensustineren dat mense als geprevilegieerde nergent en zoude moigen verwynnendan voir scouthet ende scepenen deser stat ende egeenssyns metten vonnisse derheemraders, verclairt dattet dycrecht nyet enbehoirt tot deser statrechtoft ter ma-nisse oft vonnisse van scouthet ende scepenen deser stat, mar aenruert zynrer ge-naden hoicheit ende heerlicheit, gelyc die leenen, vroenten, gemeynten, etc. die inallen previlegien uuytgesceyden werden ende dat men alsoe tselver dycrecht /hanteren ende regeren sal opte dycken by den dyckgreven ende den gezwoerenheemraders ende by nyemanden anders; prout in cartha incipiente: `Ian, by dergracien Goids', etc. et comprehensa folio C XXXIIII.

Remigii confessoris annoMoCCCCoXXo: Zibertus deHoculem,Godefridus deRode,Wolterus Colen de Oirle, Nycolaus Loenman, Godefridus Smeeds, Gode-fridus de Dommelen, Iohannes van der Haghen.

Drielenders

Ten tydevan denvoirs. scepenstoel dede die voirs. hertoich Ian, dievierde van dienname, tot Bruessel munten penningen die drielanders hyeten, als geconsenteertvan drie landen, te weten Brabant, Henegouwe ende Hollant.

Teser tyt was vrouw Iacob tegens hertoich Iannen, haren heer, twis-tich

Omtrent oick deser stat1 mitsdien die voirs. hertoge Ian, die vyerde van dien na-me, zoe scadelycke dyenars by hem hadde, die zyn eer noch zynre / landen wael-varen nyet en besorchden, mar lyeten hem zyn goeden vercopen ende belastendairaf die penningen tot zynen oirbaer nyet en worden bekeert ende zy maectenoic twist ende discort tusschen den voirs. hertoich Iannen ende zyn edelen; endeoic die sake waren dat vrouw Iacob voirs., zyn geselinne, van den voirs. hertoichIannen gesceyden was, soe hebben die gedeputeerde van den steden van Brabantsich versaempt tot Cortenberch, daerse zekere accoirt maecten tusschen denvoirs. hertoich Iannen ende zynen edelen ende dair gebandt worden sommigedes voirs. hertoge dyenars in Cypers te trecken.

1420-1421

136

fol. 162r

fol. 162v

1 Aldus hs., lees tytof scepenstoel.

Teser tyt wairt greve Philips van Sint-Poul, brueder van den voirs.hertoich Iannen, gemaect ruwart van Brabant, Henegouwe

Ende dairnae wairt die voirs. greve Philips van Sint-Poul, brueder des voirs. her-toich Ians, van desen lande ontboeden ende wairt by consent van denselven her-toich Iannen, zynen brueder, gemaect ruwart van den lande. Hy maecten wederden pays tusschen denvoirs. hertoich Iannen ende vrouwe Iacoppen ende vrouweMargrieten, hare moeder, welcken pays nyet lange en duerden, alst hiernae blyct.

Remigii confessoris anno Mo CCCCo XXIo: Henricus Dicbier ¢lius Godefridi,Henricus Heyme, /Willelmus Brant Roeuer,Theodericus de Haestrecht, Henri-cus Steenwech, Iohannes die Roeuer, ArnoldusWolphardi.

Hoe vrouwe Iacob in Engelant toech ende dede hertoich Iannen, ha-ren man, te Romen dagen

Ten tyde van desen scepenstoel denVIsten dach in merte soe trac vrouwe Iacobvoirs. op hairs selfs hant uuytHenegouwe in Engelant ende dair wesende seyndenzy int ho¡ van Romen te kennen gevende dat tusschen hair ende hertoich Iannengeen wittige huwelic en wair, soe dat paeus Marten die sake committeerde tweecardinalen die den voirs. hertoige Iannen te Romen deden dach besceyden, dairhertoich Ianby raide der landenvanBrabant endeHenegouweprocureurs steldenom zyn sake verantwoirden.

Hoe vrouw Iacob hair verselden metten hertoich van Glocestre,brueder des conincx van Engelant

Dwelcke vrouw Iacob syende en verbeyden zii nyet tvonnesse der Heiliger Ker-cken, mar verselden hair metten hertoge van Gloucestre, brueder des conincxvan Engelant, waira¡ den lande naemaels groeten scade quam, dwelcke die co-ninc van Engelant ende die voirs. hertoge Philips van Bourgoindien gerne belethedden, wantse hertoge Iannen zoe verre hadden gebracht dat hy hem der voirs.saken soude hebben submitteert, mar die voirs. vrouw Iacob ende die hertoge /van Gloucestre enwoudens nyet doen.

Remigii confessoris annoMo CCCCo XXIIo: Gerardus Scilder,Theodericus dieLu,HenricusDicbier, Iohannes de Berkel, Reynerus Loden, Iohannes Loenman,GoeswinusMoedel van der Donck.

Remigii confessoris annoMo CCCCo XXIIIo:Theodericus deMeerhem, PetrusIoede, Iacobus Monic, Marcelius die Lu, Nycolaus Hels, Daniel Roesmont, Io-hannesMonix.Bynnen der octaven van Sinte-Remeys worden van sherenwegen ende by den on-derscouthet geeydt Dirc van Meerhem, Iacob Monic ende Marcelis die Lu hiergenoempt. Ende mits dat bynnen derselver octaven dieVII scepenen nyet volzeten waren, soe worden Peter Ioede, Claes Hels, Danel Roesmont ende Ian Monixdes anderendaigs nae der octaven scepenen geset by den voirs. Geritden Scildercum suis als gezworen ende geeydt by deser stat knaep Ian Oedenzoen nae hey-sche eens previlegie gegeven by vrou Iohanna annoMCCCLXXXVII. /

1423-1424

137

fol. 163r

fol. 163v

Remigii confessoris anno Mo CCCCo XXIIIIo: dominus Willelmus de Ghent,miles, Iacobus de Wyel, Nycolaus Loenman, Arnoldus Roeuer, GhysbertusRoeuer, Godescalcus Roesmont,Willelmus Reeuwe.

Hoe die hertoich van Gloucestre et vrouw Iacop innamen Hene-gouwe ende stercten Breyne

Ten tyde van den voirs. scepenstoel quam die voirs. hertoich van Gloucestre metvrouwe Iacoppenvoirs. uuyt Engelant wael met VM perden ende namen inneHe-negouwe ende voirt stercten zy die stat van Breyne. Als dit gedaen wairt was dievoirs. hertoge Ian, die vierde van dien name, man van vrouwe Iacoppen voirs., inHollant ende Zeelant ende nam weder inne die steden in Hollant ende Zeelantnae dode heren Ians van Beyeren, die deselve geweltlic by synen leven ingehoudenhadde.

Dat Breyne wairt gewonnen

Ende die voirs. greve Philips van Sint-Pol, brueder van hertoich Iannen voirs.,wesende ruwart van den landenvoirs., vergaderden die Brabanders in groot getal,dair die voirs. Philips vanBourgoindienbiiscicten eengroetemennichte vanvolckte perde /ende te voete met drie capiteynen, als den heer van Croy, den heer vanLyleadam endeherenAndries vanBelly, ende toegen tsamenvoir Breyn datse cre-gen als opten XIten dach merte int iair voirs. ende wairt in den gront verbrant.Ende als die stat van Breyn aldus gewonnen ende dairmede gedaen was ende dietydinge quam all Henegouwe doer, vele steden aldair, alsValencyn ende andere,quamen te genaden ende iaechden uuyt die Engelsche die van den voirs. hertogevan Gloucestre dairinne geleegt waren.

Van den banneWillems Steuens van Engelen

Ten tyde oeck van den voirs. scepenstoel den XIIten dach merte wairt uuyt deserstat gebannenvy¡ iarenWillem Steuenss. van Engelen, geloevende nummermeerte doen tegens onsen genedigen heer, deser stat, meyeryen ende ondersaten;prout in litteris incipientibus:`Willem Steuens van Engelen'et comprehensis folioC XXXV.

Remigii confessoris anno Mo CCCCo XXVto: Godefridus de Rode, IohannesDicbier de Myerle, Bartholdus die Lu, / Rodolphus de Haestrecht, IacobusGroye, Iohannes de Berse, Arnoldus de Bladel, Henricus Dicbier ¢lius Godefri-di, pro dicto Haestrecht defuncto, Godefridus die Lu, pro dicto Bartholdo de-functo.

Beleech van der stat van Bergen in Henegouwe

Ten tyde van denvoirs. iair in den meyebeleeghden die voirs. hertoge Ian metgro-

1424-1425

138

fol. 164r

fol. 164v

fol. 165r

ter macht die stat van Bergen in Henegouwe, dair vrouw Iacob voirs. inne was.Ende aldus liggende voir Bergenwairt hertoich Ianvoirs. ontbodenvan denvoirs.hertoich Philips van Bourgoindien, zynen neve, by hem te comen in de stat vanDuway, dair hy toech, latende zyn heir voir Bergen liggen, ende vrouw Iacobvoirs. sant dair oic ennige van haren vrienden.

dOpgeven van Bergen in handen hertoich Ians

Dair, nae vele communicatie gehouden, wairt gesloten dat vrouw Iacob voirs. diestat van Bergen in handen van den voirs. hertoich Iannen geven soude ende woe-nen int lant van Bourgoindien in ennige steden aldair totdat tvonnes van den hu-welic tusschen hair ende hertoich Iannen int ho¡ van Romen gewesen zoude zynoft totter tyt toe dattet process zoude zyn voleyndt by de doot van ennich van henbeyden.

Hoe vrouw Iacop onderhouden zoude werden

Ende zy zoude hebben een redelycke somme gelts iairlix van den landen vanHe-negouwe, Hollant ende Zeelant om haren staet te houdene. Ende hertoich Ianzoude restitueert zyn totten lant vanHenegouwe als dat enen lantsheer toebehoir-den. / Item ende dat alsoe gesloten wesende trac hertoge Ian voirs. van Duwayweder in zyn heir voir Bergen ende dair blee¡ hy totdat vrouw Iacob uuyt Bergenquam in de handen der gedeputeerden des voirs. hertoge Philips van Bourgoin-dien ende uuytcomendebat zy zeer te moigen blyven in ennige steden inBrabant,dwelc hair nyet en mocht geboren. Sy wairt gevuert tot Ghent daerse nae harenstaet onderhouden wairt. Ende alsoe nam hertoge Ian possessie van der stat vanBergen.

Hoe hertoich Philips van Bourgoindien ruwart wert van Hollantende Zeelant

Ende in demaent van iulio dairnae die voirscr. hertoge Ian, aenmerckende dat hyin persoen allen zyn landen nyet wel en soude cunnen regeren, wairt hy beraidenende ga¡ den voirs. hertoghe Philips van Bourgoindien, zynen neve, tregimentvan Hollant ende Zeelant ende daira¡ wairden brieven gemaect ende bezegelt.

Hoe vrouw Iacob heymelic vertrocken is uuyt Ghent ende gecomentot Scoenhouen

Nae desen als vrouw Iacob eenwyle tyts geweest had totGhent, zoe is zyheymelicdairuuyt vertrocken ende gecomen tot Schoenhouen in Hollant, dair die voirs.hertoich van Gloucestre, als hem dat vercundicht was, gesonden heeft vele En-gelschen om dlant aldair inne te nemen.

1425-1426

139

fol. 165v

Van der stryt die hertoich Philips van Bourgoindien als ruwart inHollant, etc. hadde tegens dEngelsche dien hy wan

Die voirs. hertoge Philips van Bourgoindien is dairtegens gecomen met groetermacht ende ten laetsten, als int voirs. iair XXVden XIIIen dach / in de loumaent,quamt teBrouwershauene inZelant tot enen strydt dairdiehertogevanBourgoin-dien voirs. den strydt wan, alsoe datter bleven doot meer dan IIIM Engelsche dieuuytgesocht warenvoir die bloeme van den besten volcke vanwapenen ende aert-schyers.

Uuytspraeck by de cardinalen gedaen opten huwelic tusschen her-toich Iannen ende vrouw Iacoppen

In deselve maent hebben die cardinalen vanVrsine ende vanVenegien, die rich-ters warenvan der saken des voirs. huwelix tusschen hertoge Iannen ende vrouwIacoppen, byoverdrage van den anderen cardinalen by eenre uuytspraken gewe-sen, als dat vrouw Iacob onbehoirlic was gesceyden van hertoich Ians geselscap.Ende hoewael datse mits desen bilcx den voirs. hertoich Iannen gerestitueertzoude zyn, zoe ordineerden zy nochtans om redenen datse totten uuyterlyckenvonnesse van der principael der saken bewairt ende gehouden zoude werden opharen cost byden hertoichvan Sauoyen, die denvoirs. hertoige Iannen ende hairbestont van maescappen ten dorden leede ende van zwagersscappen ten twee-sten leede, mar evenwael blee¡ zy tot Scoenhouen. Ende als die voirs. hertoichvan Gloucestre verstaen hadde die uuytspraeck, toech hy zyn herte van vrouwIacoppen voirs.

Teser tyt quam die universiteyt yerst tot Loeuen

Ten tyde van den voirscr. scepenstoel die voirs. hertoge Ian, uuyt mynnen die hyhadde totter / Heyliger Kercken ende totter clercgyen, heeft vercregen van denvoirs. paeusMarten die geprevilegieerde scole endeuniversiteyt vanLoeuen endehy dede ontbieden vele doctoren ende meesters die hii stipendieren dede van derstat van Loeuen ende die hoir ierste lesse aldair begonsten opten iersten dachvannovembri int voirs. iair XXV.

teser tyt sterff die voirs. vierde hertoge ian

Remigii confessoris annoMoCCCCoXXVIto: Iacobus deVladeracken, Zibertusde Hoculem, Iohannes Balyart, Reynerus Loden,Theodericus die Lu, Godefri-dus de Dommelen, Arnoldus Monix ¢lius Ghiselberti.

Dat die van Noereborch tolvry zyn in Brabant

In denvoirs. iair XXVIdenVten dach in iunio scree¡ die stat vanLoeuen aen desestat ter instancien van zekere coepluyden van Noerenborch die hier voir toll aen-gesproken waren, daira¡ datse screven datse vrii weren mits dat zy onsen genedi-

1426-1427

140

fol. 166r

fol. 166v

gen heer iairlix scencken een zwert, een paer hantschoene ende een roede; proutin litteris beginnende: `Lieve geminde vriende'et comprehensis folioVC XV. /

Terminacien

Ten tyde oick van den voirs. scepenstoel op Sinte-Crispyn ende Crispiniaens-dachworden IanWautgers vanHelmont endeWillemMostelsmits horenmesda-den getermineert deser stat te geven XXVM steens ende zy geloefden tegensdeser statrechten nyet te doene; prout folio CCCCLXIII.Ten tyden oic van den-selven scepenstoel opten XXIXen dach ianuarii wairt Arnt van Goch getermi-neert nummermeer in wynhuys oft bierhuys bynnen deser stat te drincken oftmessen te dragen met oirden op ewelic deser stat beroeft te wesen; prout folio CXXXV.

Dat in Brabantom sheren scult nyet en salwerden arresteert deen on-derseten in des anders stede oft iurisdictie

Ten tyde oick van den voirs. scepenstoel den XXVIIIen dach merte soe is by densteden Loeuen, Bruessel, Antwerpen, sHertogenbosch, Thienen, Leeuwen,Nyeuele, Herentals, Lyere, Bergen opten Zoem, Vilvoerden ende Steenbergenoverdragen omme mynne ende vruntscap in Brabant te houden dat egeen vanden steden, vryheiden oft dorpen des lantz van Brabant en zullen gedoegen datomme scout die onse genedige heer oft zyn voirvaderen gemaect muchten heb-ben, des anders ondersaten bynnen zynre stat oft zynre iurisdictien arresteertwerden, etc.; prout folio CCCCLXII.

Nu ster¡ die vierde hertoich Ian, zoen hertogeAnthoniis

Ten tyde oic van denvoirs. scepenstoel optenWittenDonredach, den XVIIen dachvan april ster¡ die voirs. hertoich Ian, die vierde van dien name, in den ouder vanXXIIII iaren /ende wairt begraven terVueren. Hyhad hertoich geweest tusschenel¡ ende XII iaren langh.

die ierste hertoge philips, zoen van hertoich anthoniis,waert teser tiit gehuldt

Remigii confessoris annoMoCCCCoXXVIIo: Henricus deVden, BartholomeusSpierinc, Henricus Heyme, Marcelius die Lu, Iohannes Monix, Gerardus dieWael ¢liusGhiselberti, Godefridus deDrueten,GhysbertusRoesmont, proHen-rico Heym defuncto.Nae die doot van denvoirs. hertoich Iannen, denvierdenvan dien name, soe es dievoirs. greve Philips van Sint-Pol ende Lyney, zynbrueder, oeck zoenvan denvoirs.hertoich Anthonys, die naeste erfgenaem geweest totten lande van Brabant.

1427-1428

141

fol. 167r

fol. 167v

Dat greve Philips van Sint-Pol, zoen hertoich Anthonys, wairt voerhertoich gehuldt in Brabant

Dieselver greve Philips wairt int voirs. iaer XXVII in Brabant voir hertoich ge-huldt, ierst tot Loeuen, dairnae te Bruessel ende voirts in de andere steden. /Die voirs. Philips, alsnu wesende hertoge van Brabant, stelden zyn raetcamerende Raet in Brabant. Hy maecten meester Iannen Bont, doctoir in beyden rech-ten, zynen cancellier. Hem wairt van den Staiten slantz van Brabant een grotebede geconsenteert omme dairmede te lossen sekere heerlicheiden die becum-mert waren. Hy stelden totten ontfanckvan dien twee van zynen edelen ende tweebourgeren uuyten steden die dairinne getrouw waren, och oft noch alsoe geboer-den.

Remigii confessoris anno Mo CCCCo XVIIIo: Iacobus deWyel, Petrus de Best,Gerardus de Beirck, Iohannes Loenman, ArnoldusWolphardi, Iohannes de Er-pe, Godefridus de Erpe.Tempore istius scabinatus facta est unio camere secretariorum.1 /Remigii confessoris annoMoCCCCoXXIXo:HenricusDicbier ¢liusGodefridi,Gerardus de Aa, Godefridus Roesmont, Iohannes de Berse, Henricus Stierken,Arnoldus Roeuer de Porta, Symon de Gheel.

die voirs. ierste hertoich philips, zoen van hertoich an-thonys, sterff teser tyt in den oixt anno xxx

Remigii confessoris anno Mo CCCCo XXXo:Willelmus de Aa, Rodolphus Lo-nys, Godefridus de Rode, Reynerus Loden,Theodericus die Lu, Iohannes de Er-pe ¢lius Iohannis, Gerardus Balyart.

Van den huwelic hertoge Philips van Brabant

Ten tyde van den voirs. scepenstoel was tracteert een huwelic tusschen den voirs.hertoge Philips, zoen hertoge Anthonys, ter eenre ende vrouweYolente, dochterconyncx Lodewycx van Cecilien /ende hertoige van Anyouwen.

Nu ster¡ hertoge Philips, zoen hertogeAnthonys

Mar eer die voirs. zyn bruyt dairomme zyn heren uuyt waren quam, ster¡ hii, tewetene opten vierden dach van oext int voirs. iair van XXX, naedat hy drie iarenende drie maenden hertoge had geweest.

Hoe hertoge Philips van Bourgoingien aen Brabant quam

In der voirs. tyt, als die voirs. hertoge Philips van Brabant a£ivich wairt, soe lachhertoge Philips van Bourgoengien, zoen hertoge Ians van Bourgoengien, mettenEngelschen voir die stat van Compyengien inVrancryc. Ende als hy, hertoge Phi-

1427-1428

142

fol. 168r

fol. 168v

fol. 169r

1 Vertaling: in dit schepenjaar is een vereniging van de kamer van secretarissen gemaakt.

lips van Bourgoengien, vernomen hadde die doot van den voirs. hertoge Philipsvan Brabant, zyns neve, quam hy terstont neder tot Loeuen opte borcht dair desvoirs. hertoige Philips van Brabant lichaem noch onbegraven lach ende dair dieStaten van Brabant ende van Ouermaze vergadert waren. Ende dair quam oicvrouwe Margriet, dochter wylen des voirs. hertoige Philips, geheiten le Herdy,suster van den voirs. hertoige Iannen ende hertoge Anthonys van Bourgoingien,wedue des voirs. wylen hertogeWillems van Beyeren, greve vanHenegouwe,Hol-lant, Zeelant, etc. als hy leefden, ende moeder vanvrou Iacoppenvoirs., seggendedat lant van Brabant op hair als naestlevende oir verstorvenweer, oic gemerct dattshertoichdomvanBrabant tanderen dycwylen comenweeropvrouwenpersonen.Op dander zyde seeghden hertoge Philips van Bourgoengien voirs. want vrouweIohanna, die / hertoichinne, een er¡vrouwe was van Brabant, zoe waren die lan-den van Brabant, van Lymborch ende van Ouermaze nae hare doot verstorvenopten voirs. hertoich Iannen van Bourgoingien, zynen vader, ende dieselver her-toich Ian, zyn vader, ga¡ die over den voirs. hertoge Anthonysen, zynen brueder,onder vorwarde, zoe wanneer dat zyns gebrake oft dat zyn oir sonder manlic ge-boerte storve, dat dan die landen weder gaen souden tot des voirs. hertoge Iansvan Bourgoingien geboerte; daira¡ bezegelde brieven gemaect weren by consentdes conincx vanVrancryc, des voirs. hertoge Philips le Herdy ende vrouwe Iohan-ne, zynremoyen, dairaf hy thoendenvidimus auctentiic. Endewant dan die voirs.hertoge Anthonys ende beyde zyn zoenen, by namen Ian ende Philips, a£ivichweren sonder wittige geboerte after te latene, zoeweer hydie naeste.Welke redenegehoert ende gewegenwesende van den Staiten der landenvoirs., hebben dieselveStaiten eendrechtelic overdragen denvoirs. hertoge Philips vanBourgoingienvoirhoren prince tontfangen.

teser tyt den vyften dach octobris int iair xxx waertgehuldt die tweeste hertoich philips, wesende hertoichphilips van bourgoindien

Dat hertoge Philips van Bourgoindien gehuldt wairt voir hertoichvan Brabant

Ende alzoe es die voirscr. hertoge Philips van Bourgoindien den vyften dach oc-tobris sdonredaigs int voirs. iair van XXX tot Loeuen gehuldt voir hertoich vanBrabant. /

Die begrae¡enisse van hertoge Philips van Brabant

Ende des saterdaigz dairnae vuerde men tdoode lichaem van den voirs. hertoigePhilips van Brabant, zynen neve, terVueren dairt eerlic begravenwairt. Ende dessondaigs dairnae wairt die voirs. hertoige Philips van Bourgoindien gehuldt teBruessel ende dairnae voirt in de andere steden. Hii was die meeste ende mech-tichsteheer die Brabant in meerdanCCCC iaren gehadt hadde.1Hiiwas hertoich

1430-1431

143

fol. 169v

fol. 170r

1 In margine nota.

van Bourgoindien, van Lothryc, van Brabant, van Lymborch ende naemaelscreech hy by coep thertoichdom van Lutzenborch. Item hy was greve vanVlaen-deren, vanArtoys, van Bourgoindien, vanHenegouwe, vanHollant, Zeelant endeNamen,mercgreve desHeilichsRycx, heer vanVrieslant, vanSalins endevanMe-chelen. Siin yerste vrouwe was dueghdelic, geheiten Mechtelt, dochter des sestenconincx Kaerls van Vrancryc; siin ander vrouwe was die wedue van den voirs.greve Philips vanNyuerss, zoen des voirs. hertoge Philips, geheiten leHerdy, zynsoeme, ende dochter des voirs. greve van Eu; van welcken twee vrouwen die voirs.hertoge Philips van Bourgoindien geen oir en hadde. /

ten tyde van den tweesten hertoich philips, wesendehertoge philips van bourgoindien1

Ende nae die doot van den voirs. twe vrouwen soe trouwden als in den voirs. iairXXIX die voirs. hertoge Philips van Bourgoindien vrouweYsabelen, dochter desconinx van Poirtegael, dairaen hii wan drie zoenen, by namen: Anthoniis, Ioest,die beyde ionck storven, Kaerle, die was greve van Chairloys ende nae hertoichvan Brabant.

Incoempste hertoge Philips van Bourgoindien voirs., wesende dietweeste van dien name, hertoge van Brabant /

In den voirs. iair van XXX den vyften dach in octobri, soe heeft die voirs. herto-ghe Philips van Bourgoindien, hertoge van Lothryc, van Brabant, etc., in zynreincoempste den lande van Brabant et andere, etc. voir hem, zyne oire ende naco-melingen dese naevolgende previlegien verleent, te wetene:

Dat dlant van Brabant met vonniss ende recht zal werden gehandeltin den iersten goet, gerecht ende getrouwe heer te zyn ende allen prelaten, goidshu-sen, baenroetsen, edelen ende ondersetenvan den steden, vryheiden ende lande vanBrabant ende van Ouermaze geloeft te handelen in allen saken met vonnissen enderecht nae den rechten van den steden ende bancken dair dat behoert;

Dat die scouthet tgenecht mar eens uuytsetten en machende dat die richteren hoer genechten zullen moeten houden sonder middel vanuuytset, behoudelic dat zy hoer genechten van der heerlicheit wegen eens zullenmoigen uuytsetten ende nyet meer;

Die bewaernisse der previlegien ende carthenitem dat die previlegien ende carthen slants van Brabant bewairt zullen werdentAntwerpen ende daira¡ zullen wesen drie sloetelen, den enen voir zyn genaden,den anderen tot Loeuen ende den dorden tot Bruessel;

1430-1431

144

fol. 170v

fol. 171r

1 Herhaald tot en met fol. 228r, waarbij de tweede vermelding van Philips soms achterwegeblijft; op fol. 186v een iets andere formulering: ten tyde van hertoich Philips den tweesten,wesende hertoge Philips van Bourgoindien.

Van oirlogen aen te nemenitem egeen oirlogen aen te nemen noch ennichverbont temaken metyemanden, tenzy by raide, wille ende consente der steden ende slants van Brabant;

Van der wapenen ende van den zegelitem dat zyn genaden zullen aennemen den tytel ende wapenen van Lothryc endevan Brabant, van Lymborch ende mercgreve des Heilichs Rycx ende dairnae enenzegel doen maken ende steecken, die altyt in Brabant zal moeten blyven; /

Van den cancellier ende raitslieden in Brabantitemdat in Brabant zullenwesen zevenwerdigemannen, daira¡deen zalwesen can-cellier oft zegeler, geboren in Brabant, drie talen te wetene Latyn,Walsch endeDuytsch kennende, ende die vier daira¡ geboren, woenende ende geguedt in Bra-bant oft baenroetstammen hebbende ende die andere twee zullen wesen zulck alszynen genaden genuegen zal, konnende die Duytsche tale;

Hoe die cancellier ende secretaris hen zullen regulerenende dat alle diegeen die voirtaen in Brabant raidt, segeler ende secretaris zyn zul-len, eer zy hoir o¤cie aenverden, sullen geloven nummermeer dairby noch over tecomen brieve te tekenen oft te bezegelen dair ennige landen, steden, sloten, renthenoft herlichedenverset, vercoft, vervreempt, bezwart, ewechgegeven oft quytgescou-wenwerden, tenzyby consente der drie Staten slants van Brabant op gecorrigeert tewerdene;

Datmen geenbroeken en zal quytscelden noch giften geven, tenzyby raideitem ende dat hy geen broeken oft foirfayten quyt en sal geven noch o¤ciers settennoch ontsetten noch dienste noch groete giften geven, tenzyby raide van den Raidevan Brabant oft tenminsten van vieren van hen die in den brieven getekent zullenmoetenwerden;

Wie in den Raet van Brabant moegenwesenitem dat nyemand in den Raide van Brabant en sal wesen, zii en zyn in Brabant ge-boren van wittigen bedde ende aldair woenende ende geguedt, oft die baenroet-stammen aldair besitten, uuytgenomen die voirs. twe dair voer gewach af gemaectis;

Dat dlant van Lymborch aen Brabant blyven salitem ende dat dlant van Lymborch aen Brabant blyven sal ende daira¡ nyet gescey-denwerden; /

VanDenGraue ende Oyenitem ende dat hii tot Brabant versamenen zal Graue ende Oyen met horen toebe-hoirten die dairaf vervreempt zyn;

Van den lande van Ouermazeende insgelycx dlant ende die sloeten van Ouermaze aen Brabant brengen sal endesonder sceyden dairaen doen blyven ende tselver nyet te belasten, mar met Braban-deren besetten, etc.;

1430-1431

145

fol. 171v

fol. 172r

Hoe een yegelic ten tollen passeren machitem dat die ondersaten der steden ende lande van Brabant ende van Ouermaze inHollant, Zeelant ende in allen anderen landen zullen varen moigen op horen rech-ten toll, zoese van outs geplogen hebben ende dat dat letsel ten Hellegate endeAus-bruggen afgedaen sal wesen;

Van den tol tot Calloeitem ende dat den toll tot Calloe a¡wesen zoude, etc.;

Van den toll van Hollant, Zeelantitemdat hii deser stat endehorenpoirteren con¢rmeren zall hoerbrieven diese heb-ben ende hen van hertoich Iannen ende vrouw Iacoppen gegeven, aengaende vantolvry te varen in Hollant ende Zeelant, etc.;

Van den tol vanGelreende als van den toll in Gelrelant zouden zyn genaden hoir vermoegen doen, dat zyhoir vryheit aldair behouden zouden; item dat elckermalc varen ende keren machop zynen rechten tol, etc.;

Datdie hoeftstedendiewegen, bruggen ende passaigienonder hen gelegenmoigen doen maken ten cost, etc.item oftyemandvan zynrer er¡elicheit oft goedenwegen ennigewegen, bruggen oftpassaigien sculdichweer te houden ende des gebreckelic weer, dat die hoetstat dairtonder gelegen is, dat sal moegen doen doen op sgeens cost ende last die dairinnegehouden zall wesen ende dairtegens en sal nyemant verantwoirt werden gebuerlicrecht te plegen; /

Die pechteners van tollen oft munten en zullen in recht nyet sittenitem die tollen pachten ende dairaen ende oic aen de munten deylen, en zullen hoirpachtinge geduerende in den rechten der steden nyet ontfangenwerden;

Die in Brabant wort gevangen, etc.item die gevangenwordtbynnen den lande van Brabant oft vanOuermaze, dat mendien dairuuyt nyet en sall vueren;

Van gelt te slaenitem dat men geen gelt en zal slaen dan by wil, rait ende consent van den gemeynenlant ende den geslagen penninc nyet moigen lichten endehet slaen sal gescien in eenvan den vryen steden, etc.;

Wie in Brabant geen ambacht en mach hebbenitem die van geenenwittigen bedde en is, die en mach in Brabant rait, drossaet nochrichter wesen noch ambacht hebben;

Vanvredeitem dat die ontsculdige van allen gevecht vrede hebben zall XXIIII uren;

Van dootslegersitem dat men den dootslagers dlant nyet en sal geven, tenzy dat ierst die mage ver-suent zyn;

1430-1431

146

fol. 172v

Van den meyeryen ende vorsteriienitem dat men die vorsteryen ende meyeryen nyet verhueren sal, mar diegeen diesehebben, zullense selver bedyenen;

Van den o¤cien in Brabant nyet meer te verpachtenitem dat men die ambachten ende o¤cien in Brabant nyet meer verpachten en zalnoch beleenen;

Van buyten lantz te dagen; van ten camp te heysschenitem dat deen ingeseten in Brabant den anderen buyten lants nyet en zal rasteren,commeren noch dagen, zy enwerenvoirvluchtich, sonder argelist, noch oic te campheysschen, opteverboertevan ly¡endegoet, uuytgesceydenvan testamenten, huwe-lixe vorwarden, van aelmoessen ende van geestelycken gueden, etc.;

Wat hy verboert die Brabant oft ennige ingesetenen ontseegt, roefden, etc.itemoftyemandvanuuyt Brabant dlant van/Brabantontseeghden oft die ingesetenderselverontseyde, roefde oftbrande, hoir vyanden succurss dede, huysden oft hoef-den wetende, die sal verboeren zyn lii¡ ende goet ende nummermeer dlant weer tecrigen;

Van den scaeck als bovenitem diegheen die een vrouwe ontscaect tegen horenwil, die ende alle zyn hulperenende oic diese wetens huysden oft hoe¡den, verboeren ly¡ ende goet;

Van onmundigen kynderen te ontleydenende insgelycx die ennich onbeiairt knechtken oft meysken ontscaecten oft ontley-den, zoude insgelycx met zynen hulperen verboeren lyf ende goet;

Die heer moet betugen dair hy sal wynnen, etc.item dat men nyemandt bedragen en zal noch en mach dat hem ontscade zal doenvan quetsuren oft dootslagen, indien dat hy hem der wairheit getroesten darre endetsynre ontscout comen totter tyt toe hy verwonnenwordt met recht;item dat men met oirloigen aen Brabant wynt, dairaen sal blyven;

Van palingeitem dat zoe wye meringe oft pelinge begeert, dat men hen die zal doen gescien te-gens den heer ende enen yegelycken;

Vanverdeylenitem ende datmen nyemandenvoirtaenverdeylen en sal, hy en zy voir met rechtver-wonnen;

Van Sinte-Petersmannenitem dat men Sinte-Petersmannen handelen zall, zoe men nae recht sculdich;

Dat nyemand zyn zake om enen anderen te moyen, overgeven en machenen paep oft clerckitem oft twe leke personen van goede bynnen Brabant liggende dingende wordenende deenverloert, dat hydan zyn zake nyetovergeven en mach enen paep oft clerckof om den anderen buyten lants te creyten oft oick ennige ander zyn saken nyet en

1430-1431

147

fol. 173r

machovergeven omden anderenbuyten lantz temoyen, opteverbuertevan ly¡endegoet; /

Datmen hont mach houden; van iagenitem dat elckermalc zyn goet hueden mach ende honden houden, die voete onge-coirt, ende dat elck iagen mach hazen ende vossen al Brabant doer ende oick cony-nen buyten vryenwaranden ende oic overall met vogelen vlyegen;

Van iagenitem dat elck iagen mach alle Brabant doer alrehant groet wilt, uuytsceydende inden waranden, wouden ende bosschen van Zonyen, van Zauenterloe, van Groet-heyst, vanMeerdael ende van Groetenhoudt;

Van denwarandenitem dat bynnen Brabant geenwaranden zyn en zullen noch gehoudenwerden, dandie vry waranden geweest hebben van dat men scree¡MCCCLXVII;

Vanwoutrechtitem dat men allene ten woutrecht trecken sal schout comende van hout ende bos-chen, etc., als van ouden boschen ende wouden, etc.;

Van den o¤cieren ende richteren in Brabantitem die baeliuwe, clerck ende andere ambachteren ende desgelycx die ambachterenende richterenvan den anderen sess groeten ambachten zullen moetenwesen gebo-ren bynnen Brabant;itemvan den ho¡ van Genepie;itemvan der banckvanVckel;

Dat Antwerpen endeNyuel aen Brabant zullen blyvenitem dat die stat van Antwerpen metter bewisinge dairtoe behorende ende die statvan Nyuel ewelic blyven zullen aen Brabant;

Van den drossaet ende rentmeester in Brabantitem die drossaet ende rentmeester in Brabant zullen altyt gesetwerdenby raide vanden gemeynen Raide in Brabant oft tenminsten van sess van hen;

Van den cancellieritem dat die cancellier ende zegeler in Brabant cunnen moet Latyn,Walsch endeDuyts ende zal sculdich / zynen eedt te doen in presentien van den drien Statenslantz van Brabant;

Van den clerc des leenboecxitem ende dat die secretaris ende clerc van den leenboecken zullen wesen geborenBrabanderen, uuytgesceyden dat twe secretarissen geset moigen werden al werenzy geen geboren Brabanderen;

Van den dachvaerdenitem dat men die dachvaerden altoes XIIII daigen tevorens sal bescryven, ten weergroeten haest, ende dat men die bynnen Brabant houden sal;

1430-1431

148

fol. 173v

fol. 174r

Hoe elc zynen last opte dachvaert oepenen machende dat elc ter dachvaert comende zynen last zall moegen opdoen ende dairmedegestaen sonder abolchvan den heer oftyemants anders oft oic dairommewedersiente werdene;

Van den leenenitem dat men die gedaigen van den leenen ende die genechten dairtoe dyenendehouden zal bynnen Brabant;

Den eedt van allen o¤cieren ende regiment hebbende ende die manenende wysenitem dat voirtaen die raitsluyden in Brabant ende alle andere dyeneren, richteren,bourgermeesteren, scepenen, raetsluyden, mannen van leen, laten ende alle anderediemachthebben temanen ende tewysen endevoirt die diensten ofto¤cien houdenin Brabant, nyemandt uuytgesceyden, zweren zullen dat zy gelt, goet, gifte, goet,myede, geenrehande goetdoen nemen en zullen noch hen doen noch laten gelovenoft nemenbyhenselven oft by yemand anders ommeyemanden in den rechte te vor-deren oft te achteren, mar dat zy enen yegelycken, armen ende riicken, recht endevonnesse doen zullen sonder yet anders dairinne te trecken;

Den eedt der scepenen, etc.ende voirt dat zy om bourgermeesterscap, scependom oft raetscap gelt, goet, gifte,myede, geenrehande dyenste noch goetdoen gegeven, geloeft noch / geboden enhebben noch doen geloven, geven oft byeden yemanden van henre wegen noch oicdairomme gebeden noch doen bidden in enniger manieren; ende zoe wye dairte-gens dade, dat die nummermeer in ennigen dienste noch rechte oft regimente enzullen moigenwesen;

Van der wett deser stat ende Lyeritem dat die previlegien ende brieven der steden van Den Bosch ende Lyere dye-nende ten regimente ende wetten derselver steden die dair mesbruyct zyn geweestvoirtaen in hore machten zullen blyven, behoudelic die voirmaels scepenen zyn ge-weest, scepenen zullen moigenwerden;

Aengaett den drossaten ende wethouderen in Brabantitem ende dat alle drossaeten, ambachteren ende wethouderen bynnen Brabant tothoren aencomen zullen zweren allen die poincten voirs. zoe verre in hen is te hou-den;item hoehertoich Philips voirs. geloeft heeft die testamentenvan hertogen Iannenende Philipsen, gebrueders, te volbrengen;

Van der mercten tAntwerpenitem hoe hertoich Philips voirs. geloeft heeft die iairmercten tot Antwerpen tewaterende te lande te vryen ende dat die scouthet endebourgermeesteren aldair die XIIIIdaigen moegen verlengen;

Die verkeringe van den coepluydenitem dat die ingesetenenvan Brabant hoer gueden die zyhebben oft crigen zullen inennich anderen landen peyselic ende vredelic zullen gebruycken ende dat die coep-

1430-1431

149

fol. 174v

luyden van allen des voirs. hertoich Philips landen underlinge moegen wandelenende coepslagen op horen rechten tol; /

Van Huesden ende Sinte-Gertruyenberchitem ende dat ten ewigen daigen aen Brabant blyven zullen die landen, sloten, ste-den vanHuesden ende Sinte-Geertruyenberch met horen toebehoirten, etc.;

Con¢rmacie der previlegien, etc.itemvoirt onder meer zoe heeft die voirs. hertoich Philips van Bourgoindien gecon-¢rmeert den prelaten, cloesteren, baenroetsen, ridderen, steden, vryheiden ende al-len ondersaten in Brabant allen hoir rechten, vryheiden, previlegien, carthenen,costumen, usaigien ende herbrengen die zyhebben ende verleent zyn ende oic diesehebben useert ende herbracht; prout in cartha incipiente: `Philips, by der gracien',etc. et comprehensa folio C XLIII.

Wie o¤cien in Brabant moigen hebben

Noch in den voirs. iair XXX ende opten vyften dach octobris voirs. soe heeft dievoirs. hertoge Philips van Bourgoindien, die tweeste van dien name, hertoge vanBrabant, onder andere den landen van Brabant geloeft ende gewilt dat voirtaenalle smale ambachteren, richteren ende rentmeesteren particulieren ende allecasteleynen in Brabant zullen wesen geboren Brabanders, tenzy dat zy stammenvan hoirsselfs oft huwelix wegen in Brabant besitten;

Dat dieVII raetsheren in Brabant moetenwesen geboren, geguedt in Bra-bantitemwant in der voirs. ierster blyder incoempste aengaende den regiment slantz vanBrabant VIIwerdige personen te stellen, daira¡ die twee van den Raide zyn zoudenzulken als den heer /genuegen zoude, kunnende die Duytsche tale, al en weren zyvan bynnen Brabant nyet, soe is hier ordineert dat die twe oic zullen wesen bynnenBrabant geborenvanwittigen bedde, dairinnewoenende ende geguedtoft die baen-roetstammen aldair besitten van hoirsselfs oft van huwelix wegen;

Aengaet den vorsteriienitem es oeck hierinne ordineert dat dieghene die vorsteryen hebben by giften vanvrouw Iohanna oft by coep van dengenen diese van hoir gehadt hebben oft tenwairdat diegheen diese hebben by giften van hertoge Anthonys, hertoge Ian oft hertogePhilips, die zoe oudt ende zoe cranc weren dat zyse nyet verdienen en consten, ofttenwair dat men die vorsteryen van outs in er£een gehouden hedde, etc., datse diewael moegen verhuren;

Con¢rmacieitem ende ten lesten hebben zyn genaden con¢rmeert te houden ende te doen hou-den allen zynen ondersaten, ingeseten ende singularen personen van Brabant endevan Ouermaze allen hoir redelycke bezegelde brieve vercregen van den voirledenhertogen ende hertoginnen, behoudelic den steden ende landen hoir rechten; proutin litteris incipientibus: `Philips, by der gracien Goids', etc. et comprehensis folio CLVII.

1430-1431

150

fol. 175r

fol. 175v

Omtrent deser tiit waest weer scisma van twe paeusen in der Heiliger Kerckenende tconsilie was doen te Basell.1 /

Aengaet den tolle van Hollant ende Zelant

Noch in den voirs. iair van XXX den XXVIIIen dach octobris soe heeft die voirs.hertoge Philips van Bourgoindien, die tweeste van dien name, hertoge van Bra-bant, in con¢rmacien deser stat vryheit van tollen in Hollant ende Zeelant, allenbaeliuwen, scoutheten, richteren, dyeneren, tolners, pechteners, rentmeesters dertollen inHollant ende Zeelantbevolen datse deser statpoirteren zouden laten methoren pennewarden, gueden ende comanscappen, hoedanich zy zyn gaen endekeren, varen, comen ende blyven bynnen Hollant ende Zeelant, vry, loss endequyt sonder ennige rechten van tollen daira¡ te betalen oft hen te heysschen allin der vuegen die brieven van hertoge Iannen ende vrouwe Iacoppen begripen,etc.; prout in litteris incipientibus: `Philips, by der gracien Goidz', etc. et compre-hensis folio CCCLXXIIII.

Remigii confessoris anno Mo CCCCo XXXIo:Willelmus Brant die Roeuer, Pe-trus Steenwech, /Nycolaus Loenman,Mathias Back, Iohannes Bathens., Iohan-nes de Best, Iohannes Noeden ¢lius Henrici,Theodericus de Derentheren, proNycolao Loenman ¢endo sculteto.

Remigii confessoris anno Mo CCCCo XXXIIo: Petrus de Best, Gerardus deBerck, Iohannes Loenman, Iohannes Monix, Iohannes Dicbier, Godefridus deErpe, Rutgerus de Geldrop.

Aengaet den commanduer ende heren van der Duyscher oirdenendatse vrii ziin

Ten tyde van den scepenstoel voirs. den XXIXten dach in augusto soe heeft dievoirs. hertoge Philips van Bourgoindien den commanduer / provinciael endebruederen van der Duyschen oirdene van der bailgien van den Byessen appro-beert die verleningen ende gracien hen van wylen hertoge Anthonys in den iairMCCCC ende negen gegunnen ende gedaen, als datse ewelic ende ummermeervan allen diensten, corweyden, taillien, beden, tollen ende allen anderen sakenquyt, vry ende ongehouden endeblyven zullen tot ewegen daigen; prout in litterisincipientibus: `Philips, by der gracien', etc. et comprehensis folio C XL.

Remigii confessoris anno Mo CCCCo XXXIII: Iohannes Balyart, Iacobus Mo-nic, Godefridus de Dommelen,Willelmus Reeuwe, ArnoldusMonix ¢lius Ghys-berti, Iacobus de Ge¡en, Iohannes Nolleken.

Aengaet den pays tusschen den coninc van Vrancryc ende hertogePhilips van Bourgoindien

In den voirs. iair paeus Eugenius / seynden den cardinael van Sinte-Cruys ompays te maken tusschen coninc Kaerle vanVrancryc op deen zyde ende den co-

1433-1434

151

fol. 176r

fol. 176v

fol. 177r

fol. 177v

1 In margine nota.

ninc van Engelant ende den voirs. hertoge Philips van Bourgoindien op danderzyde, daira¡ een dachvaert tot Atrecht wert geleyt, mar die Engelsche en warendairtoe nyet gesint.

Aengaende die doot zyns vaders

Hertoge Philips voirs. maecten zeer swair zyns vaiders doot ende en woudts nyetvergeven. Die cardinael voirs., een heilich man wesende, nam dair een wit broetende vermalediden dat in de iegenwoirdicheit des voirs. hertoige Philips ende hetwairt al zwairt, seggende tot hertoge Philipsen, indien hy den doot zyns vadersnyet en woude vergeven, hy soude hem oeck vermalendien. Dwelc hertoich Phi-lips siende wairt hy vervairt ende verga¡ die doot zyns vaders by middele endevorwarde alsdat hy behouden zoude Amyens, Abbeuile, Monstroel, Sinte-Quin-tyns endemeer andere steden inVermendoys ende op die Somme gelegen, als ver-onderpant voir een somme van penningen dairmede datse die coninc soudemoigen lossen. Desgelycx behyelt hertoge Philips noch andere steden opten cantvan Bourgoindien, als Ausoire, Macons.

Van den huwelic hertoge Kaerls

Ten selven tyde wairt oic gesloten een huwelic tusschen vrouw Katherynen, desconinx dochter, ende den voirs. heer Kairle, greve van Chairloys, die noch ionghkynderen waren. / In den voirs. tractaet was oec begrepen die coninc van Enge-lant opdat hy tshertochdom van Normandien behouden mochte, behoudelic dathy dat leen ontfangen zoude van den coninc vanVrancryc, mar die Engelsche co-ninc enwoude dat nyet doen. Ende van dier tyt gingen die Engelsche achterwarts,verliesende vele stryden ende warden van den coninc vanVrancryc ende heer Lo-dewyc den Dolphyn, synen zoen, verdreven uuyt Normandien, uuyt Aquitanien,dats Gwienne ende Gascoingien, ende uuyt vele andere contreyen des rycx.

Hoe hertoich Philips voir Caleys trac

Oeck omtrent deser tyt track hertoge Philips van Bourgoindien mettenVlamin-genvoir Caleys dair zy nochprou¡yt noch eere enbehaelden, want dieVlemingenontvloyen horen prince uuytenvelde. Ende uuyt dienwasgroete commocie onderdie gemeynte inVlaenderen ende bysunder tot Brug.

Remigii confessoris annoMoCCCCoXXXIIIIo: Bartholomeus Spierinc,Henri-cus Dicbier, Reynerus Loden, Marcelius die Lu, Petrus de Erpe,Theodericus deOs,Tyelmannus de Spina.Omtrent deser tyt was een groete duer tyt ende sterfte die meer dan II iaere duer-den. /

Remigii confessoris anno Mo CCCCo XXXVto: Arnoldus Stamelart de Vden,Willelmus de Aa, Rodolphus Loniis, Godefridus die Lu, Arnoldus Heyme, Io-hannes Spierinc,Willelmus Loyer, Henricus die Hoessche, pro Arnoldo Heym¢endo sculteto.

1434-1435

152

fol. 178r

fol. 178v

Dat die scepenen buycvast hier moeten woenen opten peen van Louder scilt

Ten tyde des voirs. scepenstoels den XVIIen dach februarii soe heeft hertoge Phi-lips voirs. quytgescouwen denvoirs. Arnden Stamelairt die helft van den peenvanvyftich alder scilden die hygebroect hadde dat hymit zynremeester familien nyetquamwoenendebynnen deser stat als hyscepenwas, als datbehoirtuuyt crachtenvan eenen previlegie deser stat verleent byhertogeWencelyn ende vrouw/ Iohan-na, wesende van den daet duysent driehondert ende drie ende tachtentich; vanwelker quytsceldinge die brieven beginnen: `Philips, by der gracien Goids', etc.ende zyn begrepen opten blade C XLII.Ten tyde oeck van den voirs. scepenstoel den XXVIen dach septembris soe is ge-maect een ordinancie van craen bynnen deser stat, te wetene wat men van craen-gelt geven zal ende wat goet craengelt sculdich is; welke ordinancie is begrepenopten bladeVC LXXXIII.

Remigii confessoris anno Mo CCCCo XXXVIto: Iohannes Monix, Bartholdusdie Lu, Godefridus de Drueten, Gerardus Balyart, Gerardus de Vladeracken,Goeswinus Heym, Nycolaus de Berse. /

Remigii confessoris anno Mo CCCCo XXXVIIo: Petrus de Best, Gerardus deAa,Theodericus die Lu, Arnoldus Monix ¢lius Ghiselberti,Willelmus Dicbier¢lius Henrici, Leonius de Erpe ¢lius Leonii,Willelmus Dicbier ¢lius Iohannis.DeseVII scepenen doen zii afgegaenwaren, hebben zydese naevolgendeVII sce-penen geset, overmitz gebrec van den heer dat hysebynnen deroctaven nyet geseten had ende tot dier tyt en had dese stat genen scouthet, hoich noch lege, ende diedyenaer van den groender royen opt raithuys eyden die scepenen.

Remigii confessoris annoMo CCCCoXXXVIIIo: IacobusMonic,Marcelius dieLu, Godefridus de Erpe, Iohannes Bathens., Petrus de Erpe, Henricus de Aren-nest, Iohannes de Ouden ¢liusWillelmi. /

Remigii confessoris anno Mo CCCCo XXXIXo: Arnoldus Stamelart de Vden,Henricus Dicbier, Iohannes Balyart, Rodolphus Loniis, Tyelmannus de Spina,Henricus Berwout, Arnoldus Boest.

Remigii confessoris anno Mo CCCCo XLo:Willelmus de Aa, Iohannes Monix,Willelmus Loyer, Henricus die Hoessche, Gerardus de Vladeracken, Andreasdie Lu, Arnoldus Berwout.In desen scepenstoel wert geordineert dat een yegelic zoude moegen comen tap-penwyn bynnen deser stat op zynen chyns, te weten op die vyfte quaert.

Aengaet die belastinge der leengueden

Ten tyde des voirs. scepenstoels den Xten dach octobris aengaende die belastingeder leengueden /ende dexecutie derselver, soe heeft die voirs. hertoge Philips vanBourgoindien, die tweeste van dien name, hertoge van Brabant, geraempt endegesloten om tot ewigen daigen onderhouden tewerdene die naevolgende raminge

1440-1441

153

fol. 179r

fol. 179v

fol. 180r

fol. 180v

ende poincten opte scepenenbrieven deser stat diebekent zyn ende zullenwerdenop leengueden:

Wat die secretaris in der vesten vragen zal van leenguedenin den ierstenwanneer yemand ennige guedenwil verthieren, bezwaren oftbelastenoft dairop yet verlyden voir scepenen deser stat, dat dan die secretaris dairvoir datgeboirt gehouden sal wesen dengenen diese belasten wille te ondervragen wat gue-den dat zyn, ende seegt hydan leengoet tewesen, soe zal die secretaris den scepenendat tekennen geven ende die zullen den partyen seggen datse dat te leen moeten ont-fangen; tot dier meyninge bevont men naemaels leengueden voir chynsgueden be-last te wesen, dat dan die leengueden verbuert zouden wesen duerende den levenenvan dengenen diesebelast hedden, tenweer datseby eeden a¤rmeerden des nyet ge-weten te hebben; ende eer men die brieven dairinne leengueden belast zyn, sal be-segelen oftovergeven, sal den scepenen ierstbybrachtwesen metbrieven oft scriftenauctentyc dat den leenheer voldaen is;

Wat die scouthet van den leengueden behoert te doen ende die secretaris-senitem dat voirtaen die onderscouthet deser stat oft zyn / stathelder van maent temaent sal overnemen van den secretarissen die contracten die opte leengueden ge-maect zullenwesen endevoirt seynden den clerckvan den leenboeckende die secre-tarissen zullen dieselver contracten sculdich wesen te reycken ten costen vandenghenen die de leenen vercopen oft belasten;

Wair men die leengueden opwynnen machitem die den gront oft bodemvan den leengueden uuytwynnen oft metten recht ver-reycken wille, die sal dat moeten doen voir den leenheer ende zyn mannen van leenten steden ende plaetsen dair dat behoert ende den gront hoeft;

Hoemen opte bladinge van den leengueden volgen mach met rechtmar enwairt nyet noot den grontop tewynnenvoir renthen, pachten, etc., soemachmen tgebreck volgen voir scouthet ende scepenen deser stat ende verhalen aen debladinge der leengueden nae der alder gewoente sonder dairomme vorder getogente werdene, by alsoe dat die leenheer yerst daira¡ gedyent zii, gelyc hiernae staetvercleert;

Hoemen opte bladinge van leengoet volgen machitemwant ennige goede luyde voirtyts chynsen, pachten op leengueden gecoft heb-ben, nyet vermoydende dat zy den leenheer dairaf souden moeten dyenen, vanwel-cken chynsen, pachten, etc. die vercoeperen hebben geloeft in scepenenbrievendeser stat wairscap, soe is hier overdragen / ende geraempt als die lieden oft hoererven den leenheer van den pachten, renthen oft commer sullen hebben voldaen,die heer hen geven sal zyn oepenen brieven bezegelt met zynen ende zynre mannenzegelen, in denwelcken hy bekennen sal dairaf voldaen te zyn ende overbrengendedie brieven sullen die goede lyeden ende hoir erven hoer gebreckvoir scouthet endescepenen van Den Bosch moigen vorderen ende verhalen opte vercoepern ende ge-loeveren ende oic opte bladinge van den leen, zoe men tot hertoe geploegen heeft;ende insgelycx sal oic gescien van den leenen gehouden van den smalenheren die

1440-1441

154

fol. 181r

fol. 181v

hoir leenen voirt houden van den hertoge; ende oft geboirden dat by aventuren en-nige lieden die hoir lenen in der voirs. maten voirtyts belast hadden voir scepenenvanDen Bosch sonder lossingemetten gheenen die die commer te nyeuteworde ge-daen, die zullen hoir lenen houden geheel met eenrer mansscap van onsen genedi-gen heer ende der smaelrerheren, gelyc zy deden eer den commer dairop gemaectwairt, betalende daira¡ een hergewey, by alsoe dat dat sculdich zal zyn te gescienbynnen vier iaren naestcomende;item als die renthen te loss staende op leengoet gelost werden, zoe en sal men denleenheerdaira¡ nyetmeerdyenen,marden gront sall verbondenblyven als voir; /

Noch hoe men renthen, etc. op leengoet volgen machitem oft yemand renthen, pachten, etc. met scepenenbrieven deser stat vercregenhedde op leengoet ende chynsgoet tegader ende hemwoude laten genuegen mettenchynsgoet, die sal ongehouden wesen van die pachten renthen te ontfangen te leen;ende van den commeren die tot desen daige toe op leengoet zyn gemaect geweestmet scepenenbrieven deser stat, dair die heer ende die smaelheren in gebreck zynvan horen hergeweden, diegeen die den commer heysschen zullen dien ontfangenvan den heer van den leene ende dair en teynden soude hen executie gescien, etc.;prout in littera;

Noch van leengoetitem oft ennige gueden leen weren worden naedien den commer dairop was ge-maect, dien commer oft die renten en zullen dairmede als metten leen te doen heb-ben;item die secretaris oft clerc van den leenboeck sal tallen tyden ten versueck vanpartyen tot horen redelycken costen hen in gescrift over te geven des van horenleenen int leenboeck is begrepen; ende oft yemanden van noode were des ken-nesse te hebben, zal dairomme comen by den rentmeester van desen quartier oftzynen stathelder, etc.;

Aengaet den leen van denwyve gecomenitem nyemantdie leenen hem comendevan zynswyfswegen, en sal moigenbelastenvoir scepenen deser stat, het en zy by consent zyns wyfs;item die leengueden voir den voirs. iair becommert, sal geven een hergewede /ende die syndert tot desen daige toe becommert zyn, sal men geven alsoe men-nich hergewede als die mennichwerven becummert zyn geweest; ende des ziinter eenre ende andere zyden by den voirs. hertoge Philips ende deser stat brievenbezegelt onder meer inhoudende, daira¡ die brieven beginnen: `Philips, by dergracien Goids', etc. ende zyn begrepen opten blade C LXXXIX.

Remigii confessoris anno Mo CCCCo XLIo: Godefridus de Rode,Theodericusdie Lu, Arnoldus de Erpe, Martinus Monic, Iacobus Steenwech, LudolphusBuck, Martinus Goevy.In desen scepenstoel wairt gemaect den nuwen dyc tusschen Orten ende DenBosch.In denselven scepenstoel ster¡ tercia maii ioncker Engelbert vanNassouwe, heertot Breda.

1441-1442

155

fol. 182r

fol. 182v

Aengaet tvercoep vanwynen

Ten tyde van den voirs. scepenstoel den XXIIen dach septembris /zoe is dese statovercomen dat alle coepluyde drincbair ende fentwynen hier tien iair lanc zoudenvercopen geheels coeps oft ten tappe tot horen scoensten ende op horen assynsende wes zy borchden, sal men hen nae den dorden dach uuytpanden, etc., gelycbegrepen is in de brieven die dese stat daira¡ gesonden hadde aen de steden vanCoelen, Nuyss ende Nymmegen; welke brieven beginnen: Allen denghenen', etc.ende zyn begrepen opten bladeVC XVI.Ten tyde oic van den voirs. scepenstoel ende opten voirs. XXIIen dach septembrissoe zyn dese naevolgende poincten by deser stat overdragen:

Aengaet denwynenin den iersten dat die coepluden allen drincbair ende fentwynen die zy brengen zul-len bynnen X naestcomende iaren, zullen vercopen geheels coeps oft ten tappe, al-soe hoich alse cunnen sonder te staen ter ordinancien der scepenen optengewoentliken chyns als opt voeder dat men geheels coeps vercoept enen alden scilt,opt voeder van den lantwyn ÃÙÄ scilt ende optenV

ten penninc dat ten tap gaet;item ende dat als die coepman een vol stuckop wil steecken om te tappen, dat zalhy voir den kelder doen uuytroepen met enen bornende scoe¡ ende medecundi-gen hoehoech hy tappenwil ende dat hyopsteeckenwil, zal hygeheel verassynsenalsoe hoech hyt opsteect; / nochtans mach die coepman dairuuyt vercopen ge-heels coeps tot eenre tonnen toe, datz tot LXXX quarten toe, oft dairboven;itemoftyemandyet geborcht vanwynenword, datmenvoirdie coepluden dat naeden dorden dach sal uuytpanden;item endeoftyemandden coepluyden hoir gelaechontdroech, die soudz wesen opXLV schellingen;

Aengaet den muermeestren van X iarenitem dat die scepenen ende gesworen ten tyde wesende den voirs. tyt van thien iarengedurende, als zy die bourgermeestren deser stat kyesen, oic zullen kyesen twee er-bare mannen om muermeesteren te wesen, etc.; prout in litteris incipientibus: `Wy,scepenen, gesworen', etc. et comprehensis folioVC XVII.

Remigii confessoris annoMo CCCCoXLIIo: Iohannes die Roeuer, Daniel Roes-mont, Goeswinus Heym, Godefridus Boest, Iohannes die Ioede, Iohannes deCraendonc ¢lius Lodouici, Reynerus Loden ¢lius Reyneri. /

Remigii confessoris anno Mo CCCCo XLIIIo: Iohannes Balyart, Godefridus deDrueten, Iohannes de Erpe, Arnoldus Roeuer de Porta, Arnoldus Heym,Willel-mus Dicbier ¢lius Iohannis, Rycoldus die Borchgreue, Iohannes Waerloes, proDicbier ¢endo sculteto,Willelmus die Ioede, pro Heym defuncto.

Hoe hertoge Philips quam aen Lutsenborch

In denvoirs. iair creech die voirs. hertoge Philips van Bourgoindienvan der voirs.vrouwe Elisabeth, hertoginne van Lutsenborch, wedue wilen hertoge Anthonysvoirs., dlant van Lutsenborch voir sekere penningen ende bewysinge van iairly-cken renten.Want sommige ionckers ende ruyters in steden ende sloten maecten

1441-1442

156

fol. 183r

fol. 183v

fol. 184r

hair des lantz ongebruykich. Ende dairnaewant die greve van Stampes vanwegenhertoich Philips, zyns neven, hadde in die stercke stat van Lutsenborch ende voirtcreech hertoich Philips die ander steden metten lande. /

Den toll ter Gheervlyet

Ten tyde oick van den voirs. scepenstoel den tweesten dach decembris zoe dedehertoge Philips voirs. den Hollanders zekere bevelen totten onderhouden der tol-len tot Gheervlyet ende Gorichem; prout in litteris gallicis incipientibus: `Philip-pe, par la grace'et comprehensis folio CCC LXXXV.

Remigii confessoris annoMoCCCCoXLIIIIo: Arnoldus Stamelart deVden,Ro-dolphus Loniis, Iohannes Monix,Willelmus Dicbier ¢lius Henrici, RodolphusScilder, Amelius van den Hoeuel, Christianus Coenen.In desen scepenstoel den XXIIIIen dach in merte aengaende den maelgelde datdoen oec opgeset was, syn die heren des capittels, die Baselers, predicaers endemynrebrueders overcomen met deser stat dat onder meer hen maelgelt opscry-ven zal ende daira¡ hebben des geleert zoude werde by den heren van den Bra-bantsche Rade, dairaen datse van beyden zyden zouden scicken; prout ininstrumento comprehenso folio CCCXLII.In desen scepenstoel ipso die Huberti doen behyelt die heer van Den Berge met-ten Gulixen tfelt tegens hertoich Arnden van Gelre ende der Gelresche wairt velegevangen ende dootgeslagen. /

Een bede eertyts consenteert hertoge Philips van Bourgoindien vanhondert LXXVI dusent ryders; ende hoe men die gehauen heeft

In den voirs. iair den XXIIten dach van meye soe was den voirs. hertoge Philipsvan Bourgoindien van den lande van Brabant consenteert een bede van hondertendeLXXVIdusent riders, teboren in acht iaren, alle iairXXIIMonderdese nae-volgende voegen ende vorwarden, te wetene:in den iersten dat men elcken stad, vryheit ende dorpe nae der hertellingen zynentax ordineren sal ende dien betalene sal een yegelic dairmede gestaen;

Wat die richter oft vorster heeft voir panden omder bedenwilleitem dat die richter dair die persoen op bede geset onder geseten is oft die guedenonder gelegen zyn, die bede aen hem uuytpanden sal op redelycken sallaris, alsoehy van anderen personen sculdich is tehebbene nae der bancken recht sonder ande-ren cost oft last; ende oft die richter gebreckelic weer, zoe sal hy gehouden zyn dat-selve op te leggen;

Wyemede gelden zullenitem ende dat in der voirs. beden alle werlycke personen gelden zouden, uuytgeno-men die hoich heerlicheit hebben oft dier vader oft oudervader baenroetstammenbezeeten hebben, etc., ende dat in der voirs. beden gelden zullen alle geestelyckepersonen ende begynen van horen patrimonien ende vercregen gueden, etc. tothoirs selfs behoe¡; ende dat oic dairinne gelden sullen alle gueden bynnen Brabantgelegen die de geestelycke personen totter geestelicheit behoe¡, hetzy nyewe cloes-

1444-1445

157

fol. 184v

fol. 185r

tern /oft anderebuyten oft bynnen Brabant gecoft oft vercregen hebben, uuytgeno-men die gueden daira¡ zyover LX iaren geprevilegieert zyn ter contrarien, etc.;

Datmen namptiseren zalitem ende dat die gueden bynnen Brabant gelegen, toebehorende den uuytlendigen,oic mede gelden zullen ende by gebreckvan betalinge ende oft die uuytlendige dairtegens woude seggen, sal hy ierst moeten verleggen ten eynde srechz;

Den eedt der bedezetterenitem ende dat die bedezetteren om die bede te setten eden zullen doen; prout in lit-teris gegeven te Brugge in presentien Henrix Magnus, Ians Hinckart, Symons vanHerbays, meester Claessen Clopper ende Ian1 die Groete, beginnende: `Philips, byder gracien Goids'etc. ende begrepen opten blade CCCCXVI.

Van enen scyetspel

Ten tyde oic van den voirs. scepenstoel was dat groete scyetspel in de stat vanBruessel, desgelycx in genen steden voir noch nae geweest en is.

Sinte-Bernardyn

In desen tyden leefden Sinte-Bernardyn inYtalien, die begonste een nyewe refor-macie van der mynrebruederen oirdenen /die doe ter tyt zoe vervallenwas al ker-stenryc doir, dat nauwe drie cloesteren waren dair die oirdene te recht gehoudenwairt. Hy dede vele miraculen in zynen leven ende oic in zynre doot. Zynen dachcoempt opten XXen dach meye.

Remigii confessoris anno Mo CCCCo XLVto: Godefridus de Rode, ArnoldusMonix ¢lius Ghiselberti, Gerardus de Vladeracken, Arnoldus de Vladeracken,Godefridus Scilder, Bartholomeus deMerlair, GoeswinusToelinc.Ten tyde van desen scepenstoel prima decembris was bynnen deser stat dmeestewater datyemand gewist.

Datmenvan den lyken een kers sculdich is den capittel

Ten tydevan denvoirs. scepenstoel denXXen dach novembris soe is nederleegt diediscoirt wesende tusschen tcapittel als persoen der kerc- / ken bynnen deser statter eenre ende dese stat ter eenre2 zyden, ruerende van den kerssen ende clederencomende met den lyken in derselver kercken, ende ordineert ende gesloten datvoirtaen van allen lyken die comen zullen in der voirs. kercken, dat tcapittel alspersoen hebben zal een kersse gelyc als men brengen zal metten zelven lyke, voirtvan denzelven persoen bekeert te wordene in derselver kercken tot den dienstGoidz ende dairmede sal tselver capittel als persoen voirs. content zyn sondermeer kerssen oft cleer daira¡ te heysschen, tenwair een lyck dat opten hoigenchoer stont, dat zal staen tot gewoentliken rechten; item ende dat men die ordi-

1445-1446

158

fol. 185v

fol. 186r

fol. 186v

1 Aldus hs., lees Ians.2 Aldus hs., lees ter andere.

nancie van den vier missen gemaect, sal doen volbrengen, etc.; alst blyct in eeninstrumentondertekentbyder hant heren IansAmelryc, beginnende:`In nomineSancteTrinitatis', etc. ende begrepen opten bladeVC LXXXV.

Dat men gheen cleder, capruynen, leveryen oft paluren van strypen,van bourdueren gewracht yemanden geven sal, etc.

Noch ten tyde van den voirs. scepenstoel den lesten dach in meerte soe heeft dievoirs. hertoge Philips van Bourgoindien, die tweste van dien /name, bevolen denscouthet deser stat overall bynnen zynen ambacht in presencien van denwethou-deren te gebieden ende onder die smaelheren te doen gebieden, dat nyemand vanden twe werlycken Staiten slants van Brabant noch oic geen ander personen vanbuyten den lande voirs., wye hy zy, uuytgenomen hertogen, greven ende hoir kyn-deren, voirtaen ennigen persoenen bynnen denselven lande geseten cleders, ca-pruynen, rocke, haycke noch ander palluren die gelyc zyn oft van strypen oft vaneenen teken van boirdueren gewracht oft ander, en sal moigen geven noch verco-pen in steden noch in dorpen, dan alleen dengenen die hoir huysgesin zyn, in ho-ren brode ende costen in horen huyse etende ende slapende, behoudelic dat diebaenroetse, edele ende goede mannen slantz van Brabant, hoer rentmeesteren,schoutheten, meyeren ende horen wynnen in horen hove woenechtich, die voirs.clederen wel zullen moigen geven, opte verboerte van den clederen ende thiengouden ryders;

Dat men geen lange messen, gehackelde staven oft Ludicsche pyecken enzal dragendat oick nyemand en zal dragen lange messen, Doernicsche gehackelde staven oftLudicsche piecken, opte verboerte van denselven ende den peen voirs.; prout in lit-teris incipientibus: `Philips, by der gracien Goidz', etc. et comprehensis folio CCCLXXXIIII.

Remigii confessoris annoMo CCCCo XLVIto: Goeswinus Heyme, /Andreas dieLu, Godefridus Boest, Henricus Becker, Iohannes Kepken, Arnoldus de Gheel¢lius Lamberti, Symon die Hoessche.In isto scabinatu in profestoMathie apostoli obiit Eugenius papa.1

tVercoep van der hopmaten

In denvoirs. iair XLVIdenXXten dach septembris soeheeft dese stat die hopmaetoft assysse daira¡ mits tcleyn prou¡yt datse daira¡ had ende mits eenre sommenvan penningen, er£ic vercoft den ingesetenen der dorpen van Berlyckem, Scynle,Gestel, Gemonden ende den goeden lyeden opteDungen, onder vorwarde dat zynoch nyemand anders van der hopmaten oft assyse daira¡ en zullen nemen;prout in litteris incipientibus:`Wy, scepenen, gesworen', etc. et comprehensis folioCCC LXX.

1446-1447

159

fol. 187r

fol. 187v

1 Vertaling: in dit schepenjaar stierf paus Eugenius op de dag voor Sint-Mattijs (= 23 febru-ari).

Aengaet den leenen

Ten tyde oickvan den voirs. scepenstoel ende opten XIIIten dach novembris soe isdie ordinancie tanderen tyden als in den iair MCCCC XLI opte leengueden ge-maect by den voirs. hertoge Philips van Bourgoindien, verclairt ende heeft voirtten onderhoudene van den leenrecht / voir hem, zyne erven ende nacomelingenhertogen ende hertoginnen van Brabant, geordineert ende gestatueert tot ewigendaigen in Brabant gehouden te werdene, te wetene:

Hoemen leengueden vercopen, versetten oft verobligeren mach, etc.in den iersten dat van nu voirtaen geen mannenvan leen, mansmannen oft anderenleengueden houdende van onss oft anderen, etc., ennige wittelicheit oft vorderingeen doe van oft op ennige van den voirs. leengueden, hetzii by coepe, vercope, wis-selinge, giften, opdracht, obligacien, verpandingen, becommeringen met er¡ oftlyfrenten oft anderssins, dan alleen voir den prince oft zynen stathelder ende man-nen van leen oft voir die heren dairaf dieselve leenen werden gehouden oft horenstathouderen, opte verboerte zyn1 leefdage tot behoe¡ des leenheere dieselve leen-gueden; ende nae zynrer doot ende nyet eer wederomme te comen aen zyn rechteerfgenamen diewelke die dan zullen ontfangen, etc.; ende oec opte verboerte totsheren behoe¡ alsulkenen gelt als om alsulckenen leenen gegeven oft geloeft weer,dat oec geen o¤cieren dair over en stae noch consent en geve dat ennigewittelicheitdairaf gescyede dan alleen by ende overmits den leenheren oft horen stathouderen,opte verboerte zynrero¤cien ende nummermeero¤cie temoigenvuren, behoude-lic dat die leenmannen oft mansmannen die des van den prince oirlof hebben, zul-len moegen by horen testamenten disponeren van horen leengoeden nae henrergelieften, by alsoe dat diegheen diese by testamenten crygt salse moeten te leen ont-fangen; /

Hoe die leengueden vercregen moigenwesenitem es nochbydenvoirs. prince statueert dat diegeen die nubesitten leengueden oftrenthen dairop onder tytel gemaect voir den iair M CCCC voir withouderen vanennigen steden, sullen worden gehouden in denselven leengueden ende renthen, byalsoe datse die hergewede dairaf betaelt hebben oft noch bynnen drie maenden be-talen, ende oeckoft yemand alsoe in leengueden voirtyts voir wethouderen geguedtweer ende bynnen twee iaren naestcomende daira¡ nyet en worde impugneert metrecht, dat die dairinne sal berusten, ende noch van gelycken; ut in litteris;item ende van der deylinge der leengueden, etc., gesciet voir den iair CCCC;

Hoemen die leengueden lossen machitem ende is nochbydenvoirs. prince geordineert dat alle leengueden oft renthen opleengueden die comen zyn oft voirtaen comen zullen by coep, gifte oft anderssinsaen ennige cloesteren, goidshusen, kercken oft geestelycken bene¢cien bynnen oftbuyten Brabant gelegen, zoeverre die nyet en zyn admortiseert by des voirs. herenbezegelden brieven oft gegeven ende gelaten totten principalen fundacien van dencloesteren, etc. oft totten iairgetyden oft tot gespeci¢cierde missen oft aelmoessente doen, geloeft zullen moigen werden by dengenen dairaf datse comen zyn oft ho-

1446-1447

160

fol. 188r

fol. 188v

1 Aldus hs., men verwacht een genitief.

ren erven oft dengenen diese gelden oft die die principael hostat besitten, etc., beta-lende / voir elcken penninc XX gelycke penningen vry ende commerloos ende incoerne nae advenande, etc.;

Hoemen van leengueden dingtitem heeft nochordineert dat van nuvoirtaene in allen leenhovenbynnenBrabant inallen saken die aldair te recht zullen comen, die verwerder naedat hy die aensprakein den recht gehoirt heeft, sal hebben oft hem belyeft dach van beraede XIIII nachtlanc, te weten totten naesten genechte, tot welcken genechte die verwerder sal moe-ten antwoirden; ende aensprake ende verantwoirdenen gedaen wesende, zullen diepartyen voirts moegen dingen overmits gemechtichde ende procureurs, nyettegen-staende dat die costume is geweest naedien die aenlegger zyn aensprake gedaenhadde, die verwerder terstont ende opten selven dach most antworden, op zyn saketeverlyesen, welke voirs. statuyten die voirs. princeheeft gewiltonderhouden tewer-den tot ewigen daigen; prout in litteris incipientibus: `Philips, byder gracien Goids'et comprehensis folio CCCCXIII.

Remigii confessoris anno Mo CCCCo XLVIIo: Iohannes Loenman, / Rutgerusde Geldrop,Willelmus Dicbier ¢lius Iohannis, Ludolphus Buck, Marcelius deVden, Arnoldus Berwout ¢lius Rodolphi, Nicolaus Spierinc.In desen scepenstoel den XXVIen dach iulii op Sint-Ianskerckho¡ wairt gegotendie zielmisseclock.

Datmen int geestelic nyemand en machdoen gedagen danbyoirlove

Ten tyde oeckvan den voirs. scepenstoel opten dorden dach in ianuario soe heeftdie voirs. hertoge Philips van Bourgoindien in zynen brieven onder meer geordi-neert endebevolen dat van nu voirtane nyemant van zynen ondersaten den ande-ren ondersate en dage noch en doe daigen noch en werve gedaigt te wordene byhemzelven oft yemanden anders voir ennigen geestelycken richtere noch oic enbrenghe noch en exequere ennige geestelycke monicien, inhibicien oft ander ge-boden van ennigen o¤ciers, wetten oft anderen ondersaten desselfs lantz vanBrabant van oft omme zoe wat saken dat het zii, uuytgenomen alleen om zakenvan geestelycken bene¢cien,1 hy en come ierst by den o¤cier ende wethouderendaironder diegeen dairop die geboden slaen zouden, weer geseten, ende ghevedenzelven te kennen die sake wairomme ende by wat redenen hy hem dairinnemetten geestelycken gerichte zoude willen / behelpen, ten eynde worde die sakebevonden by den o¤cier ende wethouderen dat die kennesse behoirt den geeste-lycken gerichte, datse als dan zullen oirlo¡ geven, van welken oirlove die o¤cierende wethouderen geven zullen hoir oepenen brieven dengenen dies begeren;

Wat hy verboert, die geestelycke geboden brengt sonder oirlo¡ende oft yemand sonder oirlof te hebbene geestelycke monitien oft geboden worveoft exequeerde, die soudeverboren alle ziin goet zoeverrehii die nae onsen lantrechtvan Brabant mach verbueren, ende bovendien aen zyn ly¡ enen wech tot Sinte-Pe-ters ende Pouwels te Romen in persoen ende sonder dien wech te moigen a£eggen

1447-1448

161

fol. 189r

fol. 189v

fol. 190r

1 In margine nota.

met gelde; ende dairtoe noch staen tot zulker correctien als by den Raide van Bra-bant oft by dengenen daironder die mesgrepen geboert zyn, op hem zal worden ge-groet nae die gelegentheit van den mesdaet, etc.; prout in litteris incipientibus:`Philips, by der gracien Goidz', etc. et comprehensis folio CCCCXLIX.

Van den zantbergen bynnen deser meyeriien in den gemeynten we-sende

Ten tyde oeck des voirs. scepenstoels den vyften dach in ianuario soe heeft nochdie voirs. hertoge van Bourgoindien aengaende den zantscellen ende zantbergenin de gemeyntten ende / vroentten wesende te stoppen ende te bepoeten, geordi-neert ende gelast GoessenenHeym, rentmeester deser stat, endemet hem IannenMonix ende Dircken die Lu te trecken overall in deser meyeryen ende die zants-cellen ende santbergen in den gemeynten wesende dairaf scaide gecomen is oftcomen muchte, bydien scepenen daironder gelegen te visiteren ende daeren teyn-den te bepoeten ende te stoppen, etc.; prout in litteris incipientibus: `Philips, byder gracien Goids', etc. et comprehensis folio CCC LXXXII.

Remigii confessoris anno Mo CCCCo XLVIIIo: Theodericus die Lu, IohannesMonix,Theodericus de Os, Rodolphus Scilder, Amelius van den Hoeuel,Wolte-rus deVucht, Petrus de Arennest.

In desen scepenstoel opten XXIen dach meye den iersten dynsdach nae BelokenPinxten doenwairt ierst bestaen die nyewehaven temakenbuten der statboem terMazen toe. /

Dat men van den drien saken wael mach int geestelic doen gedagensonder oirlof, nyet wederstaende des voirs. is

Ten tyde van den voirs. scepenstoel ende in den iair voirs. den XXVIIIen dach inaugusto in der stadvanTricht in derdachvairdenbyden cancellier ende raitsludendes voirs. hertoge Philips van Bourgoindien ter eenre ende den raitslyeden desbisscops van Ludick ter andere zyden opt verbot met mandamenten gedaen denondersatenvan Brabant datse deen den anderen nyet trecken en souden in ennichgeestelic ho¡ sonder consent te hebbene ende oirlo¡, etc., alst blyct in den brievenin den voirgaende iaren verleent, is nae vele redenen tusschen beyde gesloeten datdie voirs. heer van Luydick in den drien saken, te wetene op crachten van testa-menten, van huwelixenvorwarden endegeestelyckengueden ende des aen deselvedrie saken cleeft, hebben endebehouden zal zyne iurisdictie in allen dermanierenals hy die in den lande van Brabant bynnen den crisdom van Ludick van audergewoenten gehadt heeft, alsoe dat deen ondersaet den anderen in den voirs. driensaken sal moegen dagenvoir den o¤ciael voirs. sonder hen te mesgrypen, etcete-ra; prout in acta incipiente:`Ter dachvairt gehouden XXVIIIa augusti'et compre-hensa folio CCCC LIII. /

Remigii confessoris annoMoCCCCoXLIXo: Petrus de Best, Iohannes Spierinc,Gerardus de Vladeracken, Iohannes Dicbier ¢lius Iohannis, Gerardus Boest,

1448-1449

162

fol. 190v

fol. 191r

fol. 191v

Ghiselbertus Haeck, Rodolphus die Beuer,Willelmus Scilder, pro Dicbier ¢endosculteto de Oisterwyc, Arnoldus Heym ¢lius Iohannis, pro Best defuncto.

Remigii confessoris anno Mo CCCCo Lo fuerunt scabini in Buscoducis hii: Io-hannes Bathens., Goeswinus Heym, Andreas die Lu, Martinus Goevy, Iohannesde Aa, /Euerardus van denWater,Wolterus Pynappel.In denvoirs. iair denXIen dach in aprille soe zynbyden cancellier ende raitsludenvan Brabant ende den gedeputeerden van den steden desselfs lants dese naevol-gende poincten overdragen ende voirts alomme in Brabant uuytgeroepen, te we-tene:

Wie ombroet gaen moegenin denyersten dat nyemandbynnen Brabantombroot en zal gaen dan kynderen on-der hoir XII iaren ende doense ambachten onder hoir XVI iaren ende oude, armeluyde over hoir LX iarenwesende, tenweer datse gebrec hedden aen hoir synnen oftleden, datse hoir broet nyet en constenverdienen, etc.;

Dat die ombroet gaen moegen, zullen dragen een teeckenitem diegeen die aldus zullen moegen gaen om broet, zullen dragen om horen halseen kennepen snoer met eenen loetken dairaen hangende, geprentmet zulken tekenals in elck stat dairtoe ordineert salwesen dair zygeseten zyn, ende dat snoir zal aenden hals zyn zoe nauwe dat ment geheel over thoeft nyet en mach afdoen; ende son-der tselver teken en zullen zy nyet moegen bidden, opten peen vanVII dagen tenwater ende broede geset te werdene;item dese tekenen zullense alleen dragen ter steden dairse gegeven weren, endealleen mer een teken tenenmaele sullense moigen hebben / ende tallen plaetsendaerse willen bidden ende buycvast blyven, dair zullense moeten hebben een tee-ken;

Van den vreemden pelgrymenuuytgenomen in desen arme, vreemde pelgryme, die sullen moigen bidden sonderteeken, by alzoe datse in de steden mar twe nachtblyven zullen ende opt platt landeeenen nacht;

Die op saincten oft sanctinnen bidtitem die tvoirs. teken contrafeyt oft die op saincten oft sanctinnen bede sonder dair-af besmet te zyne, sal men gevangen houden een maent te water ende te brode;

Die visitatie van den gasthusenitem ende dat men in de gasthuysen te slapen nyemand sonder tvoirs. teken en zalontfangen, uuytgesceyden arme, lydende pelgryms;item ende dat die wethouders die gasthusen besuecken zullen alle weken om tewetenwat gasten datter optrecken;

Van botteriien ende quaden terlingenitem dat nyemand hem sal behelpen met quaden terlingen oft botteryen met watspele dat zy, opte verbuerte van zynen rechterendume ende X iaren gebannen tewesen;

1450-1451

163

fol. 192r

fol. 192v

Van ledigenwyven ende putyerscapitem ende dat menvan ledigenwyven nyet en zal nemen noch putyerscap hanteren,opte verbuerte van zynen twe cleynen vyngeren ende dairtoe X iaren gebannen tewesen; /

Die dreygen te bernenitem die gedreygt werden afgebrant te werdene, dat die met horen huysgesin, vrien-den ende hulperen tallen plaetzen van den gewyden moegen vangen diegeen dairopzy suspicie moigen hebben, ende die voirts in sheren handen leveren om dairaf tegescien zoe behoren sal;

Die gedreygt wordt om gelt te brengenende oic oftyemandwordvermaentgelt tebrengen op ennige plaetse op afgebrant tewerdene, dat hy met zynen vrienden, dyeneren ende hulperen zal moegen uuytsyndien tewachten ende tevangen ende oft gevyele dootslage oft anders, dat diegeen diedat dade dairaf ongehouden zal zyn tegens den heer ende partye;

Van peyss tusschen partyen te makenitem dat nyemand gelt noch goetdoen en neme om ennige payssen tusschen partyente maken vanwat saken dat zii;

Van yemantz recht over te nemenende dat oic nyemand des anders recht oft aensprake en coepe oft aenneme als zynsselfs sake te vervolgen om prou¡yt dairaf te hebbene, op gebannen te zyn op enenwech in Cypers oft dairvoir te geven vyftich Rynsgulden;item dat alle o¤ciers diegeen die nae der voirs. oirdinancien ten borre ende tenbroode gehouden behoren te werden, sculdich zullen wesen die terstont sondersimulacie te vangen, opte verbuerte van twee ponden audts;item ende dat egeen o¤cier van den lande van Brabant van ennigen poinctenvoirs. geleyde oft remissie en zal geven, tenzydatse yerst richtinge gedaen hebbennae der voirs. ordinancie, opte verbuerte van zynre / o¤cien ende allet dat hydairop staende hadde; prout in acta incipiente: `Opten XIten dach der maent vanaprille', etc. et comprehensa folio CCCCXXX.

Aengaet particuliers vyanden die yemanden int particulier ontseg-gen

Oeck in den iair voirs. denXXVten dach in aprille soeheeft die voirs. hertoge Phi-lips van Bourgoindien in zynen brieven gemaect zekere ordinancie opte vyandendeser landen ende die by den scouthet deser stat doen publiceren, te wetene wanttot dier tyt een, geheitenWynrichvanFrentz,met zynen hulperen die sich onthiel-den omtrent der Mazen ende den Ryn, waren worden vyanden van ennigen on-dersaten deser landen ende hadden die goede luyden ende ondersetenbescedicht; dat dairomme die voirs. hertoge Philips heeft geconsenteert dat alleluyde ende zyn onderseten die by den voirs.Wynrick oft yemanden anders metrove, met brande oft anders in enniger manieren onder schyn van enniger vyan-scap gescedicht zyn oft naemaels gescedicht zullen werden, henzelven by huerenvrienden, dyeneren ende hulperen zullen moigen richten in manierenvanwraken

1450-1451

164

fol. 193r

fol. 193v

ende wederpandingen op ende tegen alle diegeen die hen scade toegevuegt oftdairinne ennichsins gemengt zullen hebben, ende oick tegens alle diegeen dieden heeroft zyn landen ende luden ontseegt hebben oftontseggen selen, ende allehoir dyeneren, hulperen ende anderen hen ennich gunst oft bystant bewysende,ende die oic moigen /vangen ende gevangen in Brabant brengen ende oeck moe-gen scatten, etc.; prout in litteris incipientibus:`Philips, byder gracienGoidz', etc.et comprehensis folio CCC L.

tGulden iair

In den voirs. iair van L was dat gulden iaer van iubileen te Romen, dwelc van al-rehande nacienvanvolcke in groter mennichfuldicheit begaenwairt met alre gro-ter devocien by des vyften paeus Nycolaus tyde.

Remigii confessoris annoMoCCCCo LIo: Iohannes Loenman, ArnoldusMonix¢lius Ghiselberti,WillelmusDicbier ¢lius Iohannis,MartinusMonic, LudolphusBuck, Amelius de Boechem, Arnoldus Grotart de Os.In den voirs. iair LI was den groeten a£aet van Romen tot Mechelen. / In denvoirs. iair LI den XXten dach in septembri soe heeft die voirs. hertoge Philips vanBourgoindien, die twestevan dien name, hertoge vanBrabant, aengaende den be-leyde van den volckvan wapenen, van der iusticien van den lande, van den tollenende van geestelycken gueden ende van der a¡quitinge van dien, den goeden luy-den ende ondersaten slantz van Brabant voir hem, zyne erven ende nacomelin-gen, hertogen ende hertoginnen van Brabant, gegeven, verleent endegewillecoert dese naevolgende poincten ende articulen, te wetene:

Van den volc vanwapenen doer dlant te leydenin den yersten dat hy dlant van Brabant ten besten dat hy can, sal houden onbelastvan alle volc van wapenen ende oft van node weer volc van wapenen dair te hebbe-nen oft doir te leyden, dat dat gescieden zal sonder overdaet ende der goeder luydenscaide;

Waira¡ men int geestelic recht betrocken machwerdenitem ende dat die ondersaten van Brabant van wegen der geestelycken iurisdictienvan Ludic oft Cameric oft oic van wegen der universiteyt van Loeuen ten vervolgevanpartyen oftbyden o¤cierenvan den hoeven derselver iurisdictien nyet en zullenwerden gedaigt, gemoydt oft belast vorder dan nae den rechten slantz van Brabantbehoirt endemen in tyden der voirseten hertogen ende hertoginnen geplogen heeft;ende oft die contrarie geboerden, dat hydat afdoen sal ende die dat gedaen hedden,doen corrigeren ten exempel van anderen;

Dat men eenen yegelic recht doen sal dair hy geseten is ende zoe behoert;van uutstellen der genechtenitem ende dat die goede luyde ondersaten slantz van / Brabant ende elc bysunderzullenwerden gehandelt in allen saken met vonnisse endemet recht nae den rechtenvan den steden ende bancken dair dat ende zoe dat van outs heeft gehoirt sondersimulacie ende sonder dat men die saken met zynen brieven anderswair sall doen

1451-1452

165

fol. 194r

fol. 194v

fol. 195r

oft laten betrecken oft langer dan een genecht van heerlicheit wegen doen oft latenuuytsetten;

Wat saken totten Brabantschen Raet behorenitem dat die cancellier ende andere van den Brabantschen Raide nyemanden voirhen en zullen doen gedaigen noch in recht betrecken oft behouden dan alleen vansaken dairaf hen die kennisse nae der ouder costumen slantz van Brabant behoirt,ende zy alle zaken voir hen comende tusschen partien zullen handelen sommeerliczoe verre moegelic is;

Van den gewysden vonnessen ende beroepeitem ende dat men alle gewysde vonnessen stellen sal ter executien, etc., het enweerdat die wysers hoot hadden ende beroep ende dairaen beroepenweer;

Wanneer doude o¤cier verlaten isitem ende dat doude o¤cier blyven sal zyn o¤cie bedienende totdat die nyewe o¤-cier zynen eedt sal hebben gedaen dairt behoirt;

Die con¢rmacie der previlegienitem ende dat tvoirs. lant vanBrabantbliven endebehouden sal byallen poincten diehydenselven lande verleent ende con¢rmeert heeft, etc.;

Datmen die rabauwen, moertbranders, etc. sal vervolgenitem ende dat alle o¤ciers, alsoe wael die onse als der smaelreheren, gehouden zul-len wesen te onderhouden tgegeven gebot van den rabauwen ende alle andere gege-ven oft noch te geven ende te vervolgen die transeneerders, moertbranders endeandere quaetdoenres;

Hoe eenen yegelycken recht sal gescienende datse oick enen yegelycken recht / ende vonnesse zullen doen van allen sakendie tot hore bancken recht behoren, sonder die langer dan een genecht van heerlic-heit te vertrecken, etc.;

Van den toll te geven ende hoe men dien boeren salitem ende dat tot allen plaetsen dair enen toll leegt, sal die wett hebben een boeckvan den rechten van dien toll om te wetene wye vry zyn ende wat die onvryde scul-dich zyn, ende oic bydenwethouderenbeslicht tewerdene oft twist gevyele tusschenden tolneer ende den coepman ende oft zy die nyet en consten beslichten, zoe machdie coepman pant setten ter sommen van den geheysten tolle dairmede hy gestaenmach sonder in persoen arresteert teblyven; ende ter tyt toe datbyden meesters vander tolcameren daironder dat behoert, oft den Raide van Brabant denwelcken diewethouderen daira¡ alle gelegentheit zullen vercundigen, beslicht zal wesen;

Ende oft yemant meer van toll name dan behoerdenende oft ennich tolneer meer name dan den rechten toll ende des bydenwysers vandenTolcameren oft Radt in Brabant alsoe bevonden worde, soe zal die tolneer ge-houden wesen dat meer weder te keeren ende dairtoe aenleggen alle costen endescaiden die de partye dairom gedaen ende geleden hedde, ende dairtoe werden cor-rigeert nae gelegentheit der zaken, behoudelic in desen dat denwethouderen oic sal

1451-1452

166

fol. 195v

blyven alsulkenen hanteringe op die questie van den tolle ende dat dairaen cleeft, alszii in tyden voirleden gehadt hebben;

Van honden te houdenitem ende dat elckermalc zyns selfs goet sal moegen hueden ende doen hueden endedairtoe honden houden, die voeten ongecort sonder calengieren; /

Van den verstorven gueden te moegen deylen sonder die ierst te dorvenontfaen1

item als van ennigen doden vele erfgenamen blyven in der rechter nedergaender li-nien oft van bezyden, dat zy die goeden achter den doden op hen gebleven sullenmoigen deylen sonder die tierste te moeten ontfaen, ende dat die gedeylt zynde elckvan hen sal moegen ontfaen tgeen des hem te deel gevallen is, betalende daira¡ denheer voir zyn rechte alsoe vele als men te dier plaetsen by tyden van wylen vrouweIohanne ende hertoge Anthonys plach te doen; ende desgelycx zal gescien als mareen erfgenaem nae den dooden enblyft; ende oic als yemandby cope ennige erfgue-denvercregen heeft sonder datyemand dairenbovenbelast zal werden; ende oft tus-schen den rentmeester ende der partyen gescill rese, dat zal beslicht werden by denwysers dairvoir dontfanc sculdich is te gescien;item ende dat die voirs. hertoge Philips sal a£eggen alle erfrenten opte demaynenvercoft, zoeverre zy te loss staen ende dairtegen lyfrenten totter selver sommentoe moegen vercopen;

Aengaet der geestelicheit van gueden te coepenitem ende dat die geestelycheide van buyten lantz egeenrehand er£icheit bynnenBrabant en zal moegen gecrigen ende dat die geestelicheit bynnen lantz insgelycxgeen er£icheit en sal moegen crigen by coope, dan op condicien dat die vercoperoft zyn erfge- / namen die altyt zullen moigen quyten den penninc om achtien;prout in litteris incipientibus: `Philips, by der gracien Goidz', etc. et comprehensisfolio C XCIII, welke poincten ende articulen voirs. die voirs. hertoge Philips denXXVIIIen dach novembris int iair LVII heeft con¢rmeert ewelic onverbrekelic on-derhouden tewerdene; prout in litteris incipientibus:`Philips, byder gracienGoids'et comprehensis folio CCCXCV.

Consent van eenre beden van hondert endeXLIIIIM ryders

Oeck in denvoirs. iair LI den XXen dach septembris soe is denvoirs. hertoge Phi-lips van Bourgoindien van den lande van Brabant geconsenteert een bede vanhondert ende XLIIII dusent ryders ende zynre geselinnen ende greve van Chair-loys, zynen zoen,VIM ryders bynnenVI iaren te betalen. Ende des heeft die voirs.hertoige Philips voir hem, zyne erven ende nacomelingen wederomme consen-teert die poincten hiernae bescreven:

1451-1452

167

fol. 196r

fol. 196v

1 In margine nota.

Die instructie hoe men die bede boeren salin den iersten dat den iersten termyn dairaf vallen sal te Korsmisse ende te Licht-misse vol betaelt ende dat die Staten van den prelaten zullen gestaen betalende tel-ken termyne IIIM ryders ende die twewerlike Staiten XXIIM ryders;item dat men elcker stat, vryheit ende dorpe oirdineren sal zynen tax nae denhertsteden ende dat in den steden die thienste hertstat ende int plat lant die vyftevoir die arme afslaen sal ende die arme alsoe/afgeslagenwesende sal menvoir elchertstat dan blyvende in elc van den vieren principalen hootsteden setten XI stu-vers ende in dander stedenVIIÃÙÄ stuvers ende int plat lant VI stuvers;

Die hooftsteden zullen hebben copie van den taxen der beden hore onder-setenende dat men elcker hootstat overseynden sal copie van den taxen die opte steden,vryheiden ende dorpen onder hen liggende, zullen werden geset;

Die quitancie te geven sonder costitem dat elck stat, vryheit ende dorpe, betalende zyn porcie, dairmede gestaen zalende elcken stat, vryheit ende dorpe, betalende zyn aengedeelt, geven sal quitanciezonder zynen cost;

Van den sallaris des richters van pandinge der bedenitem dat die richter ten versueckvan den bedesetters tgebreckvan ennigen nyet be-talende sal uuytpanden op zulckenen sallaris als hy van anderen personen sculdichis te hebben nae diere bancken recht, sonder vorderen cost oft last, welken sallarisbetalen zal diegeen dairt gebrec in is;

Dat die richter moet pandenende oft die richter gebreckelic weer, zal hy selver tgebreck opleggen zoeverre diepersoen hem bedwenckelic is; ende en weer hy nyet bedwenckelic, die bedesetterszullen dat voirt brengen aen de hootstat, die dat danversuecken zullen aen den heeruuytgericht te werde ende ofs noot weer voirts aen den Brabantschen Raet versue-cken, etc.;

Wat werlycke personen mede gelden sullen ende wair zy zullen geldenitem in der beden voirs. alle richteren, o¤cieren, dyeneren, scepenen, wethouderenende anderewerlycke personen mede gelden zullen ter plaetsen dair zy nuu/woen-echtich ende geseten zyn van allen horen gueden bynnen Brabant gelegen, uuytge-nomen denverloefden gueden ende anderen die bynnen XXX iaren herwarts tegenongevryde persoenen gecregen zyn, ende oec uuytgenomen die hoige heerlicheitbesitten oft dier vader oft oudervader baenroedstammen beseten hebben, etc., be-houdelic oft zy ennige gueden hyelden die voirmaels mede gegouden hebben datsedaira¡gelden zullen, etc.;

Dat geestelycke persoenen ende begynen gelden zullenitem ende dat dairinne oeck zullen gelden alle geestelycke personen ende begynenbynnen Brabant geseten van horen patrimonien ende vercregen gueden, etc.;

1451-1452

168

fol. 197r

fol. 197v

Wat geestelycke gueden gelden zullenitem dat oec gelden zullen ter plaetsen dairse gelegen zyn, alle gueden bynnen Bra-bant gelegen die geestelycke personen tot behoe¡ der geestelicheit, hetzy nyewecloesteren oft anderen, buyten oft bynnen Brabant geseten, vercregen hebben, uuyt-genomen die totter ierster fundacien gegeven zyn ende voirts geamortiseert endeoec uuytgenomen die gueden die totter geestelicheit langer dan over LXX iarenver-cregen zyn ende ye syndert van beden vry zyn gebleven;

Wair ende hoe stocgueden ende andere gelden zullen bynnen XXX iarenvercregenitemdat van allen stocgueden ende anderen die overXXX iaren herwarts vercregenzyn ende nyet verloeft ende desgelycx van gueden die bynnen XXX iaren herwartsvercregen zyn ende nyet verloeft ende die ten tyde als zy vercregen worden ten lastevan den plaetsen dair zy gelegen zyn nyet en stonden, sal een yegelic / gelden terplaetsen dair hy nu bynnen Brabant woent ende geseten is;

Hoe ende wair der bourgeren gueden gelden zullenitem van den gueden die bynnen XXX iaren vercregen zyn ende nyet verloeft endedie alse vercregen worden ten laste stonden daerse gelegen zyn, ende van den gue-den die den tyt van deser beden duerende tegen ongevryde personen vercregen zul-lenwerden, ende andere gueden dairaf scot ende lot geloeft is, zal een yegelic geldendair die gueden liggen; nochtans dat die ingeseten van den steden gestaen zullentelken termyn nae die iairlixewerde der voirs. guedenvan enenmud roggenLoevensoft twe Hollantz gulden te geven enen halven stuver, ende desgelycx van allen corenende penningen nae advenande;

Hoe lyfrenten ende erfrenten gelden zullenitem dat van er¡ ende lyfrenten veronderpant op erven, staende ten laste van derplaetsen daerse gelegen zyn, zal een yegelyc nae den ondersceytbovenverclairt me-de gelden als die erfrenthen nae henre geheelre werden ende die lyfrenthen voir halfgoet;

Dat die gueden der uuytlendige gelden zullenitem alle guedenbynnenBrabant liggende ende toebehorende uuytlendigen oft dienvan Mechelen, mede gelden zullen ter plaetsen dairse gelegen zyn ter tyt toe datsebygebracht zullen hebben by previlegien datse vry zyn ende ye syndert dier vryheitgebruyct;

Van dengenen die by den prince worden gevrydtitem oft ennige gueden oft persoonen die sculdich weren mede te gelden, by denprince gevrydt worden, dat dat nochtans der stat oft dorpe daerse geseten oft gele-gen zyn, afslach doen zal, etc.; /

Hoe ende wair die laten gelden zullenitem dat diegeen die opvreemde gueden nu in pachtinge sitten ten uuytgang van ho-ren termynen, moigen vertrecken dairt hen gelieft ende van dan voirt zullen zy vanhoren gueden betalen daerse getogen zyn; ende die meester van den hoeven die zynhoe¡ weder aenveert, sal dan ten last staen die die wynne oft laet die dairaf getroc-ken is, droech, overmits dbedryf van dien hove; mar diegeen die bynnen den tyde

1451-1452

169

fol. 198r

fol. 198v

van deser beden anders vertrect, die sal dese bede duerende blivene betalene terplaetsen vandair hy vertogen is;1

Van den eedt der bedesetters ende hoer settingeitem ende dat die bedezetters zullen doen eedt dese instructie te achtervolgen endedairnae elcken te setten endeoic geen andere sommen dairinne te setten danby con-sent dergeenre dient aencleeft, ende dat zy te hal¡ merte oft bynnen XIIII nachtendairnae rekeningen doen zullen ende die tevorens op enen sondach vercundigen;ende oft yemand sich over hen woude beclagen, dat zal staen ten berichte der hoot-stat, etc.;

Van te beslicten die gescillen rysende om der bedenwilleitem dat die gescillen die gerysen om betalinge der beden tusschen die bedesettersende singulier personen, ingeseten van ennigen hootsteden, zullen beslicht werdenby der hootstat dair die ingeseten woent, ende die rysen tusschen die bedesettersende ander singulier personen zullen insgelycxbeslicht werden; ende oft die reesentusschen steden, vryheiden ende dorpen onder een hootstat gelegen, die zullen hoirgescillen ierst by hoer hootstat brengen ende die zalse /dairaf mintlic verlyken op-dat vuechelic mach geschien; ende anders zal zy die gelegentheit van der saken denBrabantschenRaetoverscryven omdie sakenbyhenbericht tewerdene; endeoic oftdie resen tusschen steden, vryheiden ende dorpen onder versceyden hootsteden ge-legen, oft ennigen van buyten lantz oft bynnen lantz, dairaf sal die questie in dervoirs. manieren comen voir die hootstat daironder tgoet daer men die bede af heystgelegen is, ombyhen partyen myntlic verenicht tewerden oft tewerden geremitteertin der manierenvoirs.; welke poincten voirs. die voirs. hertoge Philips voir hem, zy-ne erven ende nacomelingen geloeft heeft tonderhoudene ende te doen onderhou-dene, etc.; prout in litteris incipientibus: `Philips, by der gracien Goidz', etc. etcomprehensis folio CCCLXXXVI.

Van den drossaet ende warandmeester van Brabant

Oeck in den voirs. iair van LIden XXen dach septembris soe heeft die voirs. / her-toge Philips van Bourgoindien den lande van Brabant gegunnen ende verleent,dat duerende den tyt van sess iaren die drossaet van Brabant nyet meer dan enenonderdrossaet noch oic dieselve onderdrossaetoft warandmeester nyetmeer o¤-ciers, roeke oft andere dyeners onder hen en sullen moigen setten danvoirtyts ge-plogen is;

Van den ballingenitem ende dat men die sess iaren geduerende genen uuytlendigen ballingen geleydegeven en zal dan om te comenwoenenbynnen enniger genoempder beslotenen stat,in manierenwairt datse gingen buyten mueren oft vesten, datse dairmede verlyesenzullen hoir geleyde, etc.; prout in litteris incipientibus: `Philips, by der gracienGoids', etc. et comprehensis folio CCCXCII.

1451-1452

170

fol. 199r

fol. 199v

1 In margine nota.

Van den lombarden

Oeck in denvoirs. iair van LIdenXXen dach septembris soe heeft hertoge Philipsvoirs. den drien Staten slantz van Brabant toegeseegt dat men in denselven landenyet meer tafelen van lombarden en sal houden dan doen waren, ende alommeevenvoel van woeker nemen sal ende oic nyet meer dan den dorden pennincsiaers; prout in litteris incipientibus: `Philips, by der gracien Goidz', etc. et com-prehensis folio CCCLXVIII. /

Remigii confessoris anno Mo CCCCo LIIo fuerunt in Buscoducis hii sequentesscabini: Iohannes Monix, Christianus Coenen, Godefridus Scilder, NycolausSpierinc,Willelmus de Ghent, IohannesMonix ¢lius Iacobi, Gerardus de Berkel.Burgimagistri seu receptores: Iohannes Ghyselen, Ghysbertus van den Broeck.

Constantinoplenwairt nu gewonnen

In den voirs. iair van LII waert Constantinoplen, die hooftstat van den keyserrycvan Griecken ende die bloeme van den keyserryc, van den GroetenTurck gewon-nen, diese L dagen lanc nacht ende dach bestormden ende ten eyndewaertse /ge-levert van eenen verrader Geneuoys, die corsten was, die van den Groten Turckconinc gemaect was zoe hy hem gelooft hadde, mar als drie dagen leeden waren,dede hy hem onthalsen als enen verrader toebehoirden.

Van der iamer als Constantinoplen ingenomenwas

Van desen verlyes was groet iamer in kerstenheyt, want die Turcken deden daergrote blasfemie Gode ende den heiligen dattet nyet te scryven en is. Den keyservan Griecken dede hy onthalsen naedat hy doot was; dair was groeten bloetstor-tinge der kersten. Dese GroeteTurck creech oeckopte kerstene dat keyserryc vanTrapeson, vier conincrycken, XX provincien ende CC ander steden, dat zeer tebeclagen is.1

HoeGhent opstont tegens hertoge Philips, horen natuerlycken prince

Oeck in den voirs. iair LII opstont die stat van Ghent tegens den voirs. hertoigePhilips, hoeren prince, dien zy nyet en wouden obedieren noch cesseren van veleabuselycke dingen die zy voir recht houdenwouden. Ende uuyt groeter verwaent-heit trocken zy uuytmetgroeter heyrcrachtoptenGoedenVrydach ende namen intslot vanGauer.Daernae in de Paeschdagen trocken zymetgroter heyrcracht voirOudenarden, dair hertoghe Philips quammet cleynremennichten ende sloech ophoir heyr ende verdreefsche vandair. Ende doe versach die voirs. hertoge Philipszyn steden inVlaenderenvanvolckvanwapenen/ende trac over die Sceld totRu-pelmonde int lant vanWaess, dairdievanGhentmetten lantvolcktegens desvoirs.hertogenvolc quamen. Ende int toeloepenwairt dair verslagen heer Cornelis vanBourgoingien, gouvernuer van Lutsenborch, bastartzoen des voirs. hertoge Phi-

1452-1453

171

fol. 200r

fol. 200v

fol. 201r

1 In margine nota.

lips, ende dairnae bleeft grote zwair oirloge tusschen beyde met roeven, brandenende duerde wael twee iaren. Ende ten laetsten trac die voirs. hertoge voir tslot teGauere, daer die vanGhent quamen in groten getal om horen hertoich ende prin-ce te bevechten, alsoe dattet quam tot enen strydt dien die van Ghent verloren,want zy vloden ende al vlyedende opt velt wairter vele verslagen tot by Ghenttoe, mennich M ende vele verdrancker in de Sceld. Ende VIII daigen dairnaenamse die prince in genaden by middel van gelde ende dat hoir abusen tenyeuteworden gedaen. dWelc gescyeden int iair LIIII dairnae.

Ordinancie opte moertbranders ende brantscatters

In denvoirs. iair LIIoptenVIten dachvan merte soeheeft hertoge Philipsvoirscre-ven opte moertbranders ende brantscatters, diere doen vele waren, die goede lie-den verbrandende ende anxtinerende om gelt te gecrigene, gemaect endegeordineert zekere ordinancien ende die overal doen publiceren ende kundingen,te weten:

Datmense nyet en huyse noch dat men hoir boetscappen nyet en dragedat nyemand wetens die en huyse noch sustinere noch hoir dreygementen oft boet-scappen aen yemanden doe noch en drage noch en doe doen oft / dragen, optenpeen van gecorrigeert te werdene van lyve ende goede;

Hoemen die moertbranders vervolgen salende dat omme tegens die voirs. quaetdonres te versien sal men in allen vryheidenende dorpen tot allen ingangen stercke dreybomen maken, die des aivontz sluytenende totten dage gesloten houden; ende dat die o¤ciers wekers zullen moigen endemoeten stellen ten versueck van den gedreyghden, bedwingende enen yegelyckendairtegens te waken;item ende dat een yegelic die moertbranders oft brantscatters wetende, sculdichsal wesen aen te brengen, opten peen van drie gouden ryders;item dat een yegelic die ennige moertbranders oft brantscatters zal weten, die salmoigenvangen, aentasten ende vervolgen ende omby andere vervolgt te werdenedie clocke ende becken slaen, behoudelic als ennich van dien alsoe gevangen zalzyn dat die voirts gelevert sal werden den o¤ciere van der plaetsen dair die aen-getast is; ende oft die quaetdoenre gequetst oft dootgeslagenworde int vangen oftvervolgen, dat diegeen die des dede daira¡ tegens den heer ende vrienden onge-last zal zyn; ende oick sonder mesdoen sal eenygelic die is gebrantscatoft gebrantoft gedreygt met brieven oft verbodingen gebrant te werdene, den mesdadigenmoigen volgen ende dairop procederen als op des lantz van Brabant oepenbairvyande;

Datmen een somme gelts setten zal tot behoe¡desgeens die de moirtbran-ders levertitem ende dat elcke stat setten sal een somme gelts /gegeven te werdene denghenendie onder derzelver stat bedryve alsulkenen mesdadigen leveren zal, welke sommedie stat daironder dat gebuerde, betalen zall; prout in litteris incipientibus: `Philips,by der gracien Goidz'et comprehensis folio CCCLXII.

1452-1453

172

fol. 201v

fol. 202r

In den voirs. iaer LII den XVIen dach in ianuario waert by den voirs. scepenen,gesworen ende raetsluyden deser stat gemaect ordinancie van den gueden endeerven die men te boeckbrengen souden, als begrepen is opten bladeVC XCVIII.

Remigii confessoris anno Mo CCCCo LIIIo: Theodericus de Os, Henricus dieHoesch, Gerardus deVladeracken,Wolterus de Vucht, IohannesWaerloes ¢liusIohannis, Goeswinus de Beeck, Godefridus de Lancvelt.Burgimagistri seu receptores: Anthonius van den Broeck, Iohannes Reymbrantz.

Datmendie penningen optemoertbranders geset vandeser stat endemeyeryen halen sal bedesgewyse

In den voirs. iair den XIIIIten dach iunii soe / heeft hertoge Philips voirs. ten ver-sueck deser stadt geoirdineert dat men alsulckenen somme gelts, as in der voir-gaender ordinancie geordineert is geset te werdene opte moertbranders, settenende halen zal gemeyntlic op ende van deser stat ende ingesetenen deser meye-ryen bedesgewyse, etc; prout in litteris incipientibus: `Philips, by der gracienGoidz', etc. et comprehensis folio CCC LXV.

Dat hertoge Philips tot IIIIM ryders zyn demaynen mocht belasten

Oeck in den voirs. iair LIII, den XIten dach iunii, nae vele dachvairden gehoudenbyden drien Staten slantz van Brabant, hebben dieselve Staiten denvoirs. hertogePhilips tot zynre genaden versueck geconsenteert dat hy zyn renten ende demay-nen zoude moegen bezwaren ende belasten ter sommen van IIIIM riders, hal¡ inlyfrenten ende hal¡ in erfrenten, onder zekere vorwarde die altyt temoigen lossenmet gelycke penningen, etc.; prout in litteris incipientibus: `Nae vele dachvarden',etc. et comprehensis folio CCCXLIX.

Van der scadeloesgeloeften derVC ryders die dese stat verzegelt hadvoir hertoge Philips van Bourgoindien

Oeck ten tyde ende iair voirs. den XVen / dach iulii, naedien den voirs. hertogePhilips byden drien Staiten slantz van Brabant was geconsenteert zyn demaynentemoigenbelasten totter sommenvan IIIIM ryders ende dese stat ter begerten desvoirs. hertoge Philips van Bourgoindienvan der voirs. sommen sich hadde verze-gelt endeverbonden inversceyden lyfrenten totter sommenvanVC gelycke ryders,soe heeft dieselver hertoge Philips geloeft dese stat daira¡ scadeloes te houdenende die voirs. lyfrenten by zynrer genaden rentmeester te doen betalen sonderdeser stat scoude, nae inhoude van zekeren brieven die zyn genaden daira¡ heb-ben bezegelt ende by den drien Staten slantz van Brabant doen bezegelen, te we-tene by heren Henricken, abdt van Ha¥igem, ende heren Iannen, abdt vanGrymbergen, in den name der prelaten ende heren Henricken van Hoerne, heervan Perewys, vanWaelhem, van Du¥e, van Gheel ende van Herlair, ende herenDaniel, heer van Bouchout ende van Loenhout, borchgreve van Bruessele, van-wegen der edelen ende by den bourgermeestren, scepenen ende raet der stedenvan Loeuen, Bruessel ende Antwerpen vanwegen der steden, vryheyden ende

1453-1454

173

fol. 202v

fol. 203r

dorpen slants van Brabant; prout in litteris incipientibus: `Philips, by der gracienGoidz', etc. et comprehensis folio CCCLI. /

Aengaet den ingebode ende bescryven deser stat aen die van Herpen

Oeck in den voirscr. iair LIII ende als noch scepenen waren Ianne Monix, Cor-stiaen Coenen, Goyart Scilders, Claes Spierinc,WillemvanGhent cum suis, eestgeboert dat een, geheiten Elbout1 van der Gonde,2 wesende gecoft poirter deserstat, by de voirs. scepenen clechtich es gecomen hoe dat hem zyn gueden totHer-pen ongebrueck worden gemaect, alsoe dat zy in den name deser stat screvenenen brie¡ aen den scouthet van Herpen ende zynen stathelder, hen verhalendedie clachte Elboutz voirs. ende begerende dongebruyck afgedaen te werdene oftten benoemden daigen ten verantwoirdene te comene. Ende Ott van Doernic,knecht des voirs. Elboutz, metten voirs. brie¡ tot Herpen comende by AerndenClaess., die dair stathouder te wesen plach, en woude dieselver Arnt den brie¡nyet ontfangen, seggende dair nyemand te wesen die hem der herlicheit onder-wonde. Nyettemin leyden Ott den brie¡ dair neder ende terstont dairnae wairthy dair vanwegen der heerlicheit gehouden. dWelc gesciet quam Elbout voirs.ende gaf dat alsoe clechtich weder te kennen. Ende uuytdien scree¡ dese stat an-derwarven, verhalende den iersten brie¡, ende als voir begerden dongebruyc af-gedaen te hebbene ende Otten voirs. ontslaigen oft noch ten verantwoirdene tecomen ende seynden dien brie¡ met enen gesworen bode. /

Van geleyde te geven3

Nae denwelken een, geheiten Willem Stuedman, amptman tot Rauensteyn,scree¡ aen dese stat, verhalende hoe dat die voirs. brieven tot zynrer hant comenweren ende dat Arnt Claess. geen stathouder en weer ende begerende van deserstat geleyde metten genen die met hem souden comen om van der saken voirs.metten scepenen deser stat te spreken. Dairop dese stat weder scree¡ den ampt-mannen geleyde te geven behoerden den scouthet van sherenweghen ende dat zyuuytdien in absencien des scouthets gesproken hedden met zynen stathelder,datse geleyde hedden zoe verre zy metten vonnisse der scepenen deser stat nyetverreyct en weren oft tegens onser genedigen heren metter hant nyet gebruect enhedden.Woude die amptman voirs. die voirs. sake dairomme twewarven gescre-venweer, verantwoirden dat die heer dairaf geen geley geven en mochte, want datden rechten aenginc; mar een yegelic die dat aenginc oft doen woude, mucht datverantwoirden op zyn recht. Ende alsoe is gecomen die amptman voirs. met eendeel goede mannen, doende zyn verantwoirden. In den yersten seeghden dieamptman dat Elbout hed geweest gesworen dienre ende amptman heren Adolfsvan den Cleue ende noch bynnen iairs wair ende dat hymitsdien nyet genyeten enzoude die vryheit deser stat van saken aengaende zyns dyensts ende amptz; ende

1453-1454

174

fol. 203v

fol. 204r

1 LeesmogelijkEwout zoals op fol. 208v en fol. 209v, beide varianten komen ook in het cartu-larium voor.

2 Lees mogelijkGoude.3 In margine nota.

dat dbeslach gesciet weer eer Elbout poirter was ende dat dat voir commer weer,die hy geloeft hed a¡ te doen. Elbout voirs. seyden dairop dat die amptmanvoirs.ende die scouthet van Rauesteyn hem toegeseegt hedden dat heer Adol¡ voirs.hen gescreven hadde dat/die arresteringe zynregueden zoudeblyven staen tottercoempsten heren Adolfs voirs. oft dat hy yemanden gelast seynden ende dat byn-nenmiddelen tyden nyemand ter eenreroft ter ander zyden rechtdairmede plegenen zoude.Spraken die scepenen, gehoirt die clachte ende verantwoerden, uuytdien dat El-bout, sint hy hem gegeven had tsynen eede onder den dienst heren Adolfs voirs.ende nochbynnen iairs was dat hyontlast was, hemdie vryheit der poirteryen de-ser stat nyet dyenen en zoudevan saken aengaende den dienst herenAdolfs voirs.,tenwair dat tiair van zynrerontlastinge omgaenweer. Item ende dat die amptmanden voirs. Otten quytscelden soude ende costeloes ende scadeloes ontslaen, dair-op die amptman seyden dat hy gerne doen soude.

Van gelyke bescryven aen den scouthet van Herpen

Ten tyde voirs. oic, ten versueck Heymericx van der Aelsuoert, poirter deser stat,welcx gueden gelegen tot Herpen hem by Ian van Gael ongebruyck worden ge-maect, scree¡dese stat aenHenricken Snauel, scouthet totHerpen, dat a¡gedaente werdene oft ten verantwoirdene te comen, des die scouthet ten iersten nyet endede, alsoe dat dese stat scree¡ anderwarven als voir. Ende want die scouthet desnoch nyet en dede oft dat die scouthet oft Ian van Gael ten verantwoirden quam,scree¡ dese stat enen versueckbrie¡ aen den voirs. scouthet, verhalende des voirgescrevenwas ende dat hy behoirden van zynrer ongehoirsamheit gestraft tewor-dene, welc versueck die scouthet voirs. noch nyet achtende, tselve versat ende on-gehoirsam was. / Wairomme die scepenen deser stat versochten aen herenYewaen Moll, ridder, scouthet deser stat, dat hy den voirs. Henricken Snauel,scouthet tot Herpen, vangen soude ende brengen bynnen deser stat ende houdenter tyt toe hyHeymerickenvoirs. betaelt soude hebben ende opgericht alle scadendie hy by gebreckvan rechte geleden hedde, ende dairtoe seker te doen zulkenenbeternisse als twee van onss genedigs herenRaide ende die richter ende scepenendeser stat hem seggen souden te doen. dWelc die voirs. heerYewaen als scouthetvoirs. alsoe dede ende die voirs. Henric Snauel alsoe hier in der stat wesende, ver-sochten die scepenen denvoirs. herenYewaenen dat tewillenverkundigen den he-ren van den Raide ons genedigs heren omme bynnen vyf daigen hier te comenende die beternisse dairaf nae der lantcarten te termineren.

Terminacie opte ongehoirsamheit des scouthets van Herpen

Ende mitsdien die voirs. heren van den Raide bynnen die voirs. vyf dagen nyet enquamen endeHeymeric voirs. van denvoirs.Henricken, scouthet totHerpen,ver-nuegt was, hebben die voirs. scouthet ende scepenen deser stat op die ongehoir-samheit ende misdaet Henricx voirs. hoir terminacie gegeven, te wetene: in deniersten dat hy die heerlicheit ons genedigs heren ende den rechten te beternissebidden sal den scouthet in den name der heerlicheit ende den scepenen in den na-me den rechte, dat zy hem om goidzwil willen vergeven des hyder herlicheit ende

1453-1454

175

fol. 204v

fol. 205r

den rechten voirs. hierinne mesdaen heeft, dwelc Henric voirs. terstont willichlicende oetmoedelic dede; / item ende dat Henric voirs. den heer ende deser stat saldoen ter beternisse met zyns selfs lyve een bedevaert tot Onser Liever Vrouwenten Edezel tusschen dit ende Sinte-Mertensmisse naestcomende ende goet be-thoen brengen, oft hy mach die a£eggen met X Rynsgulden tot Sinte-Mertens-misse naestcomende, half den heer ende hal¡ der stat, ende dairaf sal Henriczynen koer hebben ende hy koer terstont tgelt te geven. Gesciet XI daigen in sep-tembri anno LIII in orconden der voirs. scepenen Ians Monix, Corstiaens Coe-nen, Goyart Scilders,1 etc. cum suis; prout ad signum tale (½25) ac foliis CCCLVII, LVIII, LIX.

Remigii confessoris anno Mo CCCCo LIIIIto: Nycolaus Loenman, Symon dieHoesch,2 Arnoldus Berwout ¢lius Rodolphi, Martinus de Rode, Petrus Steen-wech, Martinus Berwout ¢lius Arnoldi, / Iohannes Spiker.Burgimagistri seu receptores: Nycolaus de Straten,Theodericus de Berse.

Dat den gouden leeuwewairt geslagen

Oeck is hier tewetene dat in denvoirgaende iair vanLIIIdenXIXen dach ianuariidie voirs. hertoge Philips van Bourgoindien, die tweeste van dien name, hertogevan Brabant, den gouden leeuwe voirV scillingen groet Vlemsch heeft doen mun-ten; item noch enen gulden penninc, geheiten leeuken, voir drie scillingen IIIIpenningen groet Vlemsch; item ende noch enen halven penninc, geheyten halvenleeu, voir II scillingenVI penningen.

Eenvaluacie3

Ende voirt heeft dieselver hertoge Philips geordineert dat ganck hebben zoudenin Brabant metten voirs. gulden penningen dese naevolgende munten ende pen-ningen ende geen andere, te wetene: die gouden croen voir IIII scillingen groet;item den gouden Philippusryder by den voirs. hertoge Philips gemunt int iairXXXIIII voir IIII scillingen IIIgroet; / itemdenVlemsschen nobele voirVII scil-lingen X denieren groet, die halve ende vierendele nae advenant; item den Engel-schen nobel voir VIII scillingen II penningen groet; item den halven nobele, diesaluyt vanVrancryc, tdordendele van der saluyt, tvierendeel van den Ingelschennobel, elck nae zyn grote nae gelande van den Engelschen nobel; item die ducaetvanVenegien, van Ieneuen, van Florens, van Romen ende den Hongerschen gul-den van LXXI op die marck, voir IIII scillingen I penninc groet; den Rynschengulden ende den gulden van Lutsenborch voir III scillingen III penningen groet;item ende als van der witter munten, nu loep hebbende, ende oick van der oudermunten, geheiten placken oft cromstarten, van vyf Engelschen Vlaemsch tstucende den halven daira¡, dairaf die II gelden enen cromstart, ende andere cleynepenningen van derselver munten van minderen pryse, die zullen blyven by horen

1454-1455

176

fol. 205v

fol. 206r

fol. 206v

1 Aldus hs., men verwachtGoyarden Scilder.2 In margine doorandere hand 1453 ut ante (zoals voorheen)Henricus de Hoesch, Goesse-winus de Beeck 1454.

3 In margine nota.

alden ganck; item den postulaets Ludics gulden zoude loep hebben in Brabantvoir XXIIIIgroet Vlemsch totten lesten dach februarii; ende den Gwillelmussciltvoir XL groet Vlemsch; /

Dat den peter was geset opXVIII stuvers1

den peter voir XXXVIgroten ende Philippusclinckarts voir XXIX groet; metve-le meer ordinancien ende verboden, begrepen in den brieven dairop gegeven, be-ginnende: `Philips, by der gracien Goidz', etc. ende begrepen opten blade CCCCXXVI.

Aengaet trecht dat dese stat heeft int lant van Herpen

In den voirscr. iair LIIII uuytdien die poirtier deser stat ende vanwegen derselverin der stat van Rauesteyn, dair die edele heer Adolph van Cleue, heer tot Rauen-steyn, hadde die heerlicheit, hoge, middel ende lege, hadde gedaen alrehande ex-ploiten ende dairuuyt gehaelt ende geleyt Elbout van der Gonde, die aldair optgewydt lach, ende oick uuytdien dat die hoichscouthet deser stadt tot Rauesteynende in den lande van Herpen scouthet, scepenen ende andere o¤cieren herenAdolfs voirs. aldaer verlaten ende ontset hadde ende andere vanwegen onss gene-digs heren in hoir stat gestelt, omdat die casteleyn tot Rauesteyn den poirtier de-ser stat overmits zynen voirs. exploiten enen nacht gevangen had gehouden endedairnae ontslaigen op geloeften diehygedaen hadde, /als dair nyetmeer sulkenenexploiten te comen doen, die voirs. hertoge Philips ten vervolge heer Adolphsvoirs. heeft ontboden endebevolen denvoirs. scouthet te comene ende den scepe-nen ende raide deser stat hoir gedeputeerde gelast te seynden by den cancellierende raitsludenvanBrabantomme opte clachten herenAdolphs voirs. te antwoir-den ende dair en teynden dairaf te geschien, het weer by vruntlic appoinctementoft strengheit van rechte, zoe behoren zoude.Welke hoichscouthet ende ennige gedeputeerde deser stat, comparerende voirden cancellier ende raitsluden voirs., opte clachtenvoirs. hebben geantwoirt:

Die macht der ingebyeders; van den ingebotin den iersten dat onse genedige heer die hertoge in zynre stat vanDen Bosch heddetwee poirtiers diemen hyet ingebieders, overmits denwelken die vanDenBoschvoirhen muchten doen ingebieden alle die ingesetenen deser meyeryen, zoe verre diegedaen hedden ennige geloeften voir scepenen ofte poirteren deser stat oft dat ziibeseten oft hantplichten ennigen gront van erve die belast weer van ennigen erf-commeren, dairaf die vorwarden gesciet weren voir scepenen deser stat;

Van den getugen te doen gedagenende oic alle die getugen die geseten zyn in der meyeryen deser stat, beyde onderonsen genedigen heer ende onder die smaelheren ende oic onder die heerlicheitvanHerpen,Vden ende Rauesteyn, om te comen tugen; /

1454-1455

177

fol. 207r

fol. 207v

1 In margine nota.

Oft int lant van Herpen den poirtyers belet worde gedaenitem ende dat dese stat previlegieert is oft geboirde dat den poirtyers gewelt oftbelet worde gedaen om hore exploiten wille in der voirs. heerlicheit van Rauen-steyn,Vden ende Herpen by de amptluden aldaer, dat die scouthet deser stat diesoude ontsetten endevan onss genedigsherenwegen andere in hoir stat setten, dieblyven zouden totdatonsen genedigen ende der partyen richtinge endebeternissegedaen zoude wesen;

Der poirteren rechtitem seyden noch die voirs. vanDenBosch dat dese stat previlegieert is dat alle poir-teren derzelver stat van allen personelen saken behoren te recht gestelt te werdenevoir scouthet ende scepenen deser stat ende dat dese stat daira¡ in goeder posses-sien weer geweest ende nochweer, dat nyemanden en gedecht van contrarien; endedat zoe wanneer ennige poirter deser stat tot enniger plaetsen bynnen deser meye-ryengevangen oft arresteertweer, het weeronderonser genedigen heer sonder mid-del oft onder die smaelheren, dat die wethouderen deser stat dan gewoentlic zyn teversuecken den richter daironder die poirter gevangen is, dat dan die richter dienpoirter uuytlaetoftgevangenbrengtbynnen deser statommealdair te recht te staen;

Aengaet den bescryven deser statitem seydenvoirt dat in der voirs. stat vanRauensteyngeweestweerdievoirs. Elboutvan der Gonde, poirter deser stat, om hem aldair te presenteren te rechte van alletgeen dat men hem dair eysschen muchte; ende dat doende wairt hem aengedaenzulkenen vrese van ennigen zynen quaetwilligen, dat hy vlyen / moste opt gewydtin een capelleken aldair; ende dat mitsdien dieselver Elbout poirter was deser stat,scree¡ dese stat hoir brieve in gewoentliker manieren tot tween stonden aen denscouthet van Rauesteyn, dat hyden voirs. Elbout1 soude helpen vryen, dat hy onge-vreest van zynen vyanden hem hedde moigen stellen van den gewydde ende gaendaert hem gelieftde; ende mitsdien die scouthet voirs. des nyet en dede, soe scree¡dese stat haren dorden versueckbrie¡, denwelken dese stat sant metten poirtier de-ser stat ende met Xoft XII scutten, diese hem metWillemen Dicbier toevueghden,omme den voirs. Elbouden2 te halen ende te bescudden; die voirs.Willem Dicbierreysden metten voirs. poirtier in der voirs. stat van Rauesteyn, daerse den scouthetaldair deser stat brie¡ thoenden; die scouthet, dien ontfangen hebbende, dede oe-penbairlic gebieden dat nyemand den voirs. Eewouden mysdaa, ende alsoe reysdendieselver Elbout3 metten poirtier ende Willemen Dicbier voirs. uuyter stat vanRauesteyn tot intgeselscap der scuttenvoirs. diehen daer verwachten, endevandaervoirbynnen deser stat, sonderdatyet anders dairtoe gesciede tegens denvoirs. scou-thet; in welken die voirs. van Den Bosch seyden dat zii geenssins vercort en meyn-den te hebbene den voirs. heren Adolphen aen zynre heerlicheit, etc.;

Aengaet den dagen der poirtieren onder die smaelherenitem ende dat dairnae die voirs. poirtier gereeden weer tot Rauensteyn om naevol-gende den ouden costumen ende oic den rechten deser stat enen /geheitenWillem

1454-1455

178

fol. 208r

fol. 208v

fol. 209r

1 Verbeterd uitEwout.2 Verbeterd uitEewouden.3 Verbeterd uitEewout.

Scoermouw, scouthet aldair, te gedagen oft te doen dagen, dair diezelver poirtierversocht enen diener onder den voirs. scouthet, dat hy denzelven scouthet daigenwoude omme te comen voir scepenen deser stadt om seker geloeften die hy voirhen gedaen hadde; ende want die dyener dat weygerden, zoe daighden die voirs.poirtier selver den voirs.Willemen; ende dairnae vertrock die voirs. poirtier uuytRauensteyn om te gedagen sekere getugen aldair geseten, om der wairheit getuychte geven voir scepenen deser stat; ende dat als die poirtier alsoe van den scouthetvertrocken was, dede die scouthet denselven poirtier wederhalen tot Rauensteynende wedercomende dede vangen denselven, zeer rudelic tracteerden ende vele on-sediger woerden seeghden dat hy hem zoude hangen aen een venster van den slootdie hyhem aldair wees, ende dairtoe dede hydenselven poirtier slaen in enen stock,dairaen die scouthet groetelic hed gebruect tegen onsen genedichsten heren; dair-omme die scouthet van Den Bosch getogenweer met zynen dieneren ende ennigenanderen van deser stadt totten getale van XL, dair hy achtervolgende der voirs. pre-vilegien met woerden ende anders nyet den scouthet ende scepenen tot Rauensteynontlasten van horen ampten van ons genedigs heren wegen, daeraen die voirs. vanDen Bosch seyden dat nyet gedaen enweer dan alsoot behoerde.

Van recht deser stat in den lande van Herpen1

dWelc gehoirt byden cancellier ende raitsluydenvoirs. hebben diezelve dairop ge-raempt, te wetene: in den iersten dat zoeverre aencleeft hen gescillen, / hetzy indie proprieteyt by titule van previlegien oft anders oft oic uuyt crachte van posses-sien bii costumen oft gewoenten, die voirs. partyen zullen blyven geheel in sulke-nen staetoft poincte als zy waren eer tvoirs. gescil opstont ende gelyc oft die voirs.saken dairomme tselver gescille opgestaen is, nyet gevallen nochgesciet enweren;ende dat alsoe die voirs. van Den Bosch zullen blyven geheel in horen rechtenende previlegien om diere te gebruycken in den voirs. lande van Herpen,Vdenende Rauensteyn, gelyc zy deden voir die toecoempste der voirs. saken; ende ins-gelycx zullen die vanHerpen blyven byhoir alde vryheiden, etc., beheltelyc onsengenedichsten heren zyn recht ende interest dat hy heeft totten partyen voirs. omder sakenwille voirs.; item ende aengaende denvoirs. Eewouden, die had geweestrentmeester ende naederhant poirter deser stat wasworden, dat eest sake dat heerAdolph voirs. wil doen voirt varen tegens den voirs. Eewouden om van hem tehebben rekeningen ende bewys van zynen ampte, dat die voirs. van Den Boschhen verdragen zullen denzelven Eewouden dairaf te bescudden by zynrer poirte-ryen; item ende dat allet belet dat by den scouthet van Den Bosch van ons gene-digs heren wegen gedaen is in der heerlicheit voirs. int ontsetten van denampluden ende dienerenvoirs., a¡ zall zyn endeblyven, alsoe dat/dieselver amp-luydenvoirtaen recht endevonnisse zullen moigen doen, het enwairdatbymynenvoirs. genedigen heerom zyns voirs. interestswille naemaels partyen gehoert, an-ders dairop worde geordineert; welke advys, aengehoirt by den gedeputeerdendeser stat, hebben dat aengeveert omme dat in allen zynen pointen van machtente blyven ende gehouden te werdene tot ewigen daigen, by alsoe oec dat heer

1454-1455

179

fol. 209v

fol. 210r

1 In margine nota.

Adol¡ voirs. dat oic alsoe gelyeft taenverdene; dwelc oic meester Ian Soilloit, se-cretaris des voirs. herenAdolfs, aengenomen heeft denselven over te dragen endezyn antwoirde daira¡ by den voirs. cancellier ende raitsluden weder te brengenedes maendaigz nae halfvasten naestcomende; gedaen te Bruessel, XXI februariiint iair XIIIIC LIIII.Dairnae des dynsdachs nae halfvasten, den XVIIIen dach merte in den iair voirs.,die voirs. meester Ian Soilloit, secretaris vanwegen heren Adolfs voirs. ter eenreende die gedeputeerde deser stat by namen Claes Loenman voirs., scepene tentyde, meester Gerart vanVladeracken, gesworen, meester Ian Monix, raitsman,ende meester Arnt vanWeilhusen die ionge, secretarys deser stadt, ter andere zy-den compareerdenvoir denvoirs. cancellier ende raitsluden ende seeghden tevre-den te wesen metten voirs. advyse; welke advys als den XIIen dach van merte intiair voirs. tevorens met zynen brieven hadde approbeert nae inhoude van sekereacten dairop gegeven, beginnende ad signum tale (½26) endebegrepen foliis CCCLIII, LIIII, LV. /

VanM ryders verscoten om die moertbranders te crigen

Oeck in den voirs. iair LIIII den XVIen dach decembris heeft die voirs. hertogePhilips deser stat geoirloft bedesgewyse te setten op hairselven ende op allen deningesetenen deser meyeryen alzulkenen duysent ryders als dese stat had verscho-ten omme te gecrigene zekere moertbranders ende brantscatters dairmede desestat endemeyerye zeer gequelt hadde geweest; prout in litteris incipientibus: `Phi-lips, by der gracien Goidz', etc. et comprehensis folio CCC LX.

Hoe hertoge Philips buyten lantz II iarenwas

In den iair van LIIII voirscr. oeck zoe track die voirs. hertoge Philips van Bour-goindien inAlmanien tot eenderdachvaert, die teReynsberch lach, om te sprekenvan een cruysvaert om te trecken op dieTurcken, dair nyet af en quam. Ende her-toge Philipswaswel twe iaren absentuuyt zynen landen, zoedatmen nyet enwistewair hy was, mar ten eynde quam hy weder int lant als int iair van LVI. /

Remigii confessoris anno Mo CCCCo LVo: Godefridus de Dommelen, Goeswi-nus Heym, Arnoldus Berwout, Ludolphus Buck, Goeswinus Toelinc, GerardusBoest, Iohannes Loenman ¢lius Iohannis, Iohannes de Erpe ¢lius Arnoldi, proDommelen defuncto, qui Iohannes prestitit iuramentumultima augusti.Burgimagistri seu receptores: Ghiisbertus Herinc, Andreas Berntz.

Remigii confessoris anno Mo CCCCo LVIto: Iohannes Monix, / GhyselbertusHaeck, Amelius de Boechem,Theodericus de Aa, Henricus Monix, Adam dieLu, Ghiselbertus van den Broeck.Burgimagistri seu receptores: Nycolaus Oedeuair, Christianus Becker.

Die con¢rmacie van bisscop totVtrecht

Int voirs. iair vercreech hertoge Philips voirs. van den paeus Calixtus die Dordedie con¢rmacie des bisdoms van Vtrecht voir heer Dauid, zynen natuerlycken

1455-1456

180

fol. 210v

fol. 211r

fol. 211v

zoen, die doe bisscop vanTruwane was. Mar die vanVtrecht ende oic dat Ouer-sticht ende dlant van Ouerysel en wouden hem voir genen bisscop ontfangen,want tcapittel vanVtrecht had gecoren den doomproest, des heren zoen van Bre-derode, die dat zwert ende die iurisdictie oic van den keyser gecregen hadde.

Dat heer Dauid bisscop tUtrecht wert

Nyettemin by middele des hertogen van Cleue overquam hertoge Philips metterstat vanVtrecht ende met horen elect van Brederode, dat hy met Dauid, zynenzoen, bynnenVtrecht quam met groeter macht. Ende zii /ont¢ngen heer Dauidvoir horenbisscop. Ende die elect resigneerden zyn recht ende die electwairtvoir-siene met anderen bene¢cien.

Dat hertoge Philips voir Deuenter lach

Mar want dlant van Ouerysele den voirs. heer Dauid voir heer nyet en woudenontfangen, track hertoghe Philips metter macht voir Deuenter, dair hy voir lachomtrent VIII weken. Ende in die tyt regendet dach by dach, zoe datter nyet velebedreven en wairt van wercken van oirloge, mar nyet min wert bededingt dat dieOuerysele steden den voirs. heer Dauid oeckont¢ngen.

Een victorie tegens denTurcke

Oeck int iair voirs. denVIten dachvan oegmaenthadden die kersten inHongeryenover die Denouwe een myraculose victorie tegens den Groten Turck, die vloot.Want dingelen Goidz worden dair gesien in hulpe der kersten. Die heilige Iohan-nes deCastistrano,mynrebrueder, stercten dat kerstenvolc.Dairblevenverslagenomtrent CM heydenen.

Van derTrans¢guracien Ons Heren1

Ende tot dier gedenckenissen in dancbairheit tot Gode zoe instelden paeus Calix-tus die Dorde op dien dach die feeste van derTrans¢guracien, verlenende dairtoediezelve a£aten als totter feesten van den Heiligen Sacrament gegeven zyn.

Dat die kynderen tot Sinte-Michiels toegen

Oeck omtrent deser tyt trocken die kynderen uuyt Almanien ende uuyt anderenlanden met groter scaren ende met groter devocien in pelgrimagie tot Sinte-Mi-chielsberge in Normandien. /

Dat coninc Lodewyc, noch Dolphyn wesende, by hertoge Philipswert onderhouden ende veriaegt van zynen vader

Oeck in denvoirs. iair van LVIquam heer Lodewyc, die DolphynvanVienne, desVIIen coninx Kaerls vanVrancryc zoene, tot Loeuen, want zyn vader op hem ver-bolgenwas ende had hemberoeft van den dolphinaet ende meynden zynen ionc-

1456-1457

181

fol. 212r

fol. 212v

1 In margine nota.

sten zoenKaerle, hertoge van Berry, die crone te laten. Hertoge Philips voirs. ont-¢nc denvoirs. Dolphyn eerlic ende dede hem altyt coninclyke eere ende hyeltenViaren in zyn lant met zynre vrouwen, die Dolphininne, ende gaf hem groete pen-sien op te leven. Ende al meest waren zy tot Genapien inWals-Brabant, dwelc dieDolphyn naemaels qualic bekenden. Endehyhadvan hair enen zoen die Ioachimhyet, die ionck sterf, ende een dochter die Anna hyet, die wert hertoginne vanBourbon.

Dat die voirs. Lodewyc gecroent wert

Ende als die voirs. coninc Kaerle, zyn vader, gestorven was als int iair MCCCCLXI, trac hertoge Philips ende die greve van Charloys, zyn zoen, ende die her-toich van Cleue ende vele andere heren ende edelen met groter macht ende scho-nen staet metten voirs. Dolphyn tot Ryemen inVrancryc, dair hy gecroent wairt.Ende dair dede hertoich Philips den coninc manscap van den hertoichdom vanBourgoindien, van den graefscap vanVlaenderen ende Artoys.

Dat coninc Lodewyc losten die steden op die Somme ende in Ver-mendoys

Ende corts dairnae losten die voirs. nyewe coninc met penningen aen hertogePhilips die steden op die Somme ende inVermandoys, als Amyens, Abbeuyl, Sin-te-Quintyns,Monstruel, Perone, ende hertoich Philips gafse over. /Oeckteser tytdie voirs. hertoge Philipswesende tot Bruessel quamdairbyhemvrouAgnes, her-toginne van Bourbon, wedue, zyn suster, die hii hoechlic ont¢nc.

Van eenre cruysvairt

Oeck teser tyt sant paeus Pius dieTweeste die een cruysvairt predicten op dieTur-cken, aen hertoge Philips, hertelic begerende dat hy in persoene comen woude,zoe hy hem toegeseegt hadde, om te trecken met hem opteTurcken. Hertoge Phi-lips blee¡ thuys ende seynden hertoge Anthonys, zynen bastartzoen, met groetermacht van volc ter zee om den paeus voirs. bystant te doen, die doen was gereysttot Ancone. Oeck trac derwarts vele gemeyns volcs metten cruce getekent. Oeckteser tyt wert hertoge Philips zeer verbolgen opten greve van Chairloys, zynenzoene, dien sommigen heeren tegens hemvermaect hadden, dat naederhant endecorts uuytquam, dairomme een geheiten Iohan Consteyn1 ende noch een andertot Rupelmonde onthalst worden.

Oirspronc van den strydt die hertoge Kaerle had tegen coninc Lode-wyc

Corts dairnae stonden tegens den voirs. coninc Lodewyc op die princen endemeeste heren vanVrancryc, omdat hy by hem zeer verhie¡ onedele kerels endeden hertoge van Berry, zynen brueder, ende andere princen zyns rycs lyet hy on-

1456-1457

182

fol. 213r

1 OfCousteyn.

geacht. Dairomme eenen groeten strydt toequam die gescieden tot Monthery intiair LXVI, als nae blyct. /

Remigii confessoris annoMoCCCCoLVIIo: Gerardus deVladeracken, Petrus deArennest, IohannesMonix ¢lius Iacobi, Iacobus de Berck, Symon deGheel, Ro-dolphus die Beuer ¢lius Rodolphi, Henricus Noeden, Rutgerus Berwout, proBerck defuncto, qui prestitit iuramentum IXa augusti.Burgimagistri seu receptores: Gerardus Symons, Gerardus Sanders.

Con¢rmacie van eenre carten aengaende den beleyde van den volcvanwapenen, verleent int iair LI

In den voirs. iair LVII den XXVIIIen dach novembris soe heeft hertoge Philipsvan Bourgoindien voirs. voir hem, zyn erven ende nacomelingen die verleningeden lande van Brabant, by hem int iair LI lestleden den XXen dach septembrisgedaen, aengaende den beleyde van den volc van wapenen, van der iusticien vanden lande, van den tollen, van der / geestelicheit, hoe ende wye coepen moigenende voirts allen den articulen dairnae volgende, gecon¢rmeert, geapprobeertende gerati¢ceert om denzelven lande ewelic onverbrekelic onderhouden te wer-dene, metsgaders aengaende oft overdaden by volc van wapenen int lant geboer-den ende die capiteynen ofto¤cierenversumelicweren die te stra¡en, hoe ende inwat manieren die gericht ende gestra¡t zullen werden; dairaf die brieven begin-nen: `Philips, by der gracien Goidz', etc. ende zyn begrepen opten blade CCCXCV.

Consent van C L dusent ryders totter reysen opteTurcken

Oeck in den iair LVII voirs. den XXVIIIen dach in novembri soe hebben die drieStaten slantz van Brabant geconsenteert een bede van C ende L duysent ryders inhulpe der reysen te trecken opteTurcken, etc. den voirs. hertoge Philips die der-warts sant Anthonysen, zynen bastartzoen; ende hebben noch consenteert dengreve van Chairloys, zynen ennigen zoen,VIM gelycke ryders, tstuck van XXVstuvers oft vierlenders, al bynnen sess iaren te betalen opte zelve instructie die bydenselven hertoge gemaect is int iair LI lestledenbovenbegrepen; prout in litterisincipientibus: `Philips', etc. et comprehensis folio.1 /

Remigii confessoris anno Mo CCCCo LVIIIo: Martinus Monic, Nycolaus Spie-rinc,Wolterus de Vucht,Willelmus de Ghent, Iohannes Monix ¢lius Iohannis,Henricus Heym, Goeswinus van den Hezeacker.Burgimagistri seu receptores: Henricus Ghysselen, IohannesWitmerii.

Datmen tot Loeuen genenwoeker oft voircoep en sal doen

In denvoirs. iair denVIen dach februarii, naedien ter kennessenvan denvoirs. her-toge Philips vanBourgoindienwas comen datbynnen een deel iaren herwartsver-

1458-1459

183

fol. 213v

fol. 214r

fol. 214v

1 Hierna ontbreekt het folionummer, hoewel het desbetre¡ende stuk in het cartularium staatop fol. 385v-391v en op fol. 394r.

sceyden personen tot Loeuen ende in hare meyeryen aengenomen hedden hen tegeneren met woeker ende voircoepe als gelt omwynninge oft /wasdomme te lee-nen, beyde op panden oft bourgen ende sonder panden ende bourgen, ende alre-hande gueden ende penwairden te vercoepen hoge boven hore werden op langedaigen ende respyt te geven, oft oic ennige gueden ende penwairden te coepenmet gereden gelde om andere wair oft anders verre beneden horen rechten priisendewerde, omdieselve gueden ende penwairden tot zekeren langen toecomendetyde hen te werden gelevert, ende dat oick ennige in alsulkenen comanscappenonderwylen die gueden ende comanscappen die zy alsoe ten hogen pryse endeboven hoir werde vercoft hebben gehadt, hebben plegen selve oft byhorenwyven,dyeneren, knechten oft anderen toegemaecten persoenen weder tegens die coe-peren te coepen oft te doen coepen tot veleminderen pryse dan zydie haddenver-cocht, ende van dengenen die zy hebben gecoft, den vercoperen horen afcoep telaten doen tot velehoegerenpryse dan die ierste comansscap gedroge, bedrivendealsoe oepenbarenwoekere, etc., soe dedehertoge Philips voirs. scerpelic gebiedendat alle diegeen die sint den iair XIIIIC ende XXX, dat hy ontfangen heer is ge-weest, ennigen scade gehadt ende geleden hebben by leenen, coepe oft vercoepevoirs., comen souden by zynrer genaden commissarissen tusschen die tyt endeden iersten dach van april naestcomende omme te vercleren by eeden diegelegentheit van den leeningen, coemanscappen, woekeren ende vercoepe, endedat nyemand, wye hy zy, geestelic oft weerlic, dairaf in gebreke zy, opte verborenalsulkenen sommen als die ierste leeninge oft den/incoep gedroech, ende dairtoeden pene van C leeuwen ende dat van gelycken nyet meer geschie, etc.; prout inlitteris incipientibus: `Philips, by der gracien Goidz', etc. et comprehensis folioCCC LXXIX.Oeck in den iair LVIII voirs. den XXVIIen dach in meye soe heeft die voirs. her-toge Philips van Bourgoindienvoir hem, zyn erven ende nacomelingen, hertogenende hertoginnen van Brabant, mits eenre sommen van IIIM ende IIC Overlen-sche Rijnsgulden den scepenen, gesworen ende raidt deser stat gegevenen endeverleent die disposicien ende giften van den naevolgende o¤cien ende diensten,dat is te wetene die o¤cie van weertscap, van den mynen van den vissch, van deningelt, van den secretarisscap, van den knapen deser stat, van den steken van denbyer, van den herinc te packen, te bernen ende tewerderen, van den lakenen,wul-len ende lynen, te metene, / van den berderen te metene, van den lant te metene,van den coren te metene, van den zout te metene, van der maten van den vissche,van calc te metene, van yser te scrynene, van zegelmeestersscap van den wullenlakenen, van den voegelen te werderen ende van anderen gelycken ende van gely-cken condicien van der administracien, momberiien ende gubernancien der huy-senvan den heiligeest, van den gasthuysen, van der kercken, van den siecken endemelaitsen ende anderen goidshusen oft gelycke der armen bynnen deser stat; ge-lyc die brieven dairop gegeven inhouden, die beginnen: `Philips, by der gracienGoidz', etc. ende zyn begrepen opten blade CCC LXXVI. /

1458-1459

184

fol. 215r

fol. 215v

fol. 216r

Remigii confessoris anno Mo CCCCo LIXo: Arnoldus Berwout ¢lius Rodolphi,IohannesDicbier ¢lius Iohannis,Martinus deRode, Iohannes Steenwech, Iohan-nes Neue,Theodericus de Berse, Henricus van derMerendonc.Burgimagistri seu receptores: Geradus van den Broeck, Ghysbertus Pels.

Remigii confessoris anno Mo CCCCo LXo: Ghysbertus Roesmont, LudolphusBuck, GoeswinusToelinc, Iohannes Spiker, Henricus deVden, / Iohannes Ghys-selen, Henricus ¢lius Godefridi de Hedel.Burgimagistri seu receptores: Gerardus de Achel,Theodericus deWetten.

Remigii confessoris anno Mo CCCCo LXIo: Theodericus de Os, Marcelius deVden, IohannesWaerloes ¢lius Iohannis,Willelmus deWyc ¢lius Leonii, Arnol-dus Stamelairt ¢lius Henrici, Arnoldus Heer ¢lius Gysberti, Tyelmannus Py-ckeuet.Burgimagistri seu receptores:Wolterus deVucht, Martinus de Buchouen.

Remigii confessoris anno Mo CCCCo LXIIo: Symon die Hoesch, / Euerardusvan denWater, Petrus Steenwech, Godefridus van der Aelsuoert, Henricus Dic-bier, Bartramus ¢lius Godefridi de Hedel, Iohannes Spiker ¢lius Iohannis.Burgimagistri seu receptores: Andreas Berntz, Iohannes Zeelmeker.In desen scepenstoel den XIIIen dach in iunio int iair LXIII bornden dese statende ontstac in deVerwerstraet omtrent den bogarden.1

Remigii confessoris anno Mo CCCCo LXIIIo: Goeswinus Heym, IohannesMo-nix ¢lius Iacobi, Symon de Gheel, Goeswinus van den Hezeacker, IohannesGhysselen ¢lius Iohannis, Christianus Becker,Wolterus de Berse.Burgimagistri seu receptores: Martinus de Elmpt,Willelmus Luedinx.In desen scepenstoel den IIen dage in ianuario int iair LXIII soeheeft hertoge Phi-lips van Bourgoindien ten versueck deser stat verleegt die veemarct des anderendaigs nae Sinte-Seuerynsdach die tewesen plach des anderen daigz nae Sinte-Lu-casdach; prout in litteris incipientibus: `Philips', etc. et folioVC XL. /

Van den behaudt te doen opte verbernde brieven

In den voirs. iair LXIII den XXIten dach van oixste, naedien den brant bynnendeser stat als den XIIIten dach van iunio doen lestleden had geweest ende diegoede luyde, bourgeren ende ingesetenen deser stat dairinne hoir brieven by denbrant hadden verloren, soe heeft die voirs. hertoge Philips, opdat die goede luydevan horen gueden nyet en souden werden beroeft, geordineert ende deser stat ge-consenteert die poincten hiernae volgende:

Vier scepenen zullen staen over dbehaudt te doenin den iersten dat diegeen die zyn brieven, het zyn leenbrieven, erfbrieven, lyftocht-brieven, scoubrieven oft andere, hoedanich die zyn, mits denbrant verloren hebbenende begeren dairaf andere oft nyewe brieve te hebbene ende in hebbinge ende pos-sessien van denselven gueden te zyn ende te blyven zoe hy was voir den brant, sal

1463-1464

185

fol. 216v

fol. 217r

fol. 217v

fol. 218r

1 Inmarginenota; hierna is doorlaterehand tinctor accendit lumen in Busco(vertaling: eenververontstak een lamp in's-Hertogenbosch) toegevoegd.

comenvoir scouthet ende scepenen deser stat, derwelker scepenenvier ten minstenzullen moeten zyn, ende zweren dat zyn brieve in den voirs. brant verbrant oft ver-loren zyn ende dat hyomme zyn goet tebehouden ende dairaf in gebruyck tebliven,hulpe suect sonder argelist;

Hoemen zweren sal int dbehaudt te doenitem die persoen sal zweren ende vercleren wat brieven hy verloren heeft, waersegemaect zyn, vanwat gueden oft renten die spreken, wair die gueden oft panden ge-legen zyn ende wyen die aengingen;item oft van den verloren oft verbornden brieven besceyt weer, het weer copien,vidimus, transscripten, instrumenten, prothocollen, boecken, rollen, gescriftenoft registren, dat sal men brengen by scouthet ende / scepenen deser stat ommedairuuyt ende nae andere brieven verleent ende gemaect te moigen werden opteeeden voirs. in behoirlycken formen;

Hoe dbehaudt gescien salitem diehoir brieven aldus verloren hebben, sullen in presentien dergeenre diet aen-gaet, te wetene die de gueden, rechten oft pachten hebben vercocht, die die geldenoft die die sculden sculdich zyn ende bekent hadden, die men dairtoe sal daigenende roepen of mense weet te vynden oft anders in hore absencien, hoir behaudtdoen endeverclerenbyhoer eedenwesbrieven zy verloren hebben, waer zy gemaectwaren, van wat gueden, renthen, pachten, chynsen oft sculden, wair ende wye dienpacht, chyns oft renthe plach te gelden, met wat brieven, guedingen ende geloeftenende dat zii voir den brant dairaf in hebbinge ende gebruyckwaren ende wes hen tegront dairaf kundich is;item oft den scouthet ende scepenen totten voirs. eede ende behaude ennich be-sceyt bybracht worde, het waer van prothocollen, registren, copien oft gescriftendat hen dat genoch dochte, zoe sal die persoen dairmede gestaen sonder vorderbelast te wordene, altyt ten goetduncken van den scouthet ende scepenen;

Hoemen den eedt in dbehaudt sterctitem ende oft den scouthet ende scepenen den eedt ende verclernisse die degeen diezyn brieve verloren had alsoe dade, nyet goet genoch en dochte, soe zullen ten min-sten twee goede mans mettengenen die zyn brieve verloren had, eedt moeten doenende zweren dat zy houden dat dien eedt die de persoen gedaen heeft, is goet endegerechtich; /

Hoement dbehaudt cundigen zalitemditbehaudt aldusgedaen salmenvercundigen hier ter poyen ende in de prochi-kercken dair die gueden, erven, pachten, chynsen ende onderpanden zyn gelegenende dair die personen woenen die die sculden sculdich zyn, drie sondaigen after-eenvolgende met intimacien oft yemand dairtegenwoude seggen, dat die zoude co-men bynnen XL dagen voir scouthet ende scepenen deser stat ende seggendairtegen; ende die XL daigen overleden zynde zal een yegelic versteken zyn vantegenseggen;

1463-1464

186

fol. 218v

fol. 219r

Hoelange men behaud mach doen; van den behaud der onmundiger endeuuytlendigerende dan zal men nyewe brieve maken ende die den voirs. persoen reycken, behou-delic oec dat dit behaudt zal moeten gescien tusschen dit ende Sinte-IansmisseBap-tist in den zoemer, die zyn zal in den zoemer int iair LXVInaestcomende; ende dientyt overleden en sal nyemand dairtoe moegen ontfangen wesen, uuytgenomenionge, onbeiairde kynderen, luyden buyten lantz wesende ende andere van zulkercondicien, die, te weten die ionge kynderen bynnen den tween iersten iaren datsemundich zyn, ende die uuytlendige bynnen den iersten iair datse comen zullenzyn, zullen nae den voirs. tyt hoir behaudt moegen doen;

Van den behaud der onnosele, etc.item oft ennich onnosele of onmechtige oft gebreck hebbende van zinnen ennigebrieven hadden verloren, zoe zullen hoir momberen oft naeste magen oft vriendentgeen dat voirs. is voir hen moegen doen; ende desgelycx oick van den cloesteren,goidshusen, capittelen, kercken, gasthusen ende andere dieregelycke ennige brievenverloren alsoe hebbende, sullen die /overste oft regeerders daira¡ alsoe voirs. staetdbehaudt doen, etc.; ende oft yemand aldus bedriechelic eden dade, die sal menstra¡en als men valsche ende meynedige sculdich is te stra¡en, etc.; prout in litterisincipientibus: `Philips, by der gracien Goids', etc. et comprehensis folio CC IIII.

Ordinancie van den brand

Oeck in den voirs. iair LXIII den XVen dach septembris naedien den voirs. brantbynnen deser stat als denXIIIen dach iunii lestledenwasgesciet, omme teverhue-den dese stat van gelycken brande, soe hebben scepenen, gesworen, raitsluydenende dekenen van den ambachten by gemeynen, eendrechtigen adviize geordi-neert ende overdragen dese naevolgende ordinancien, poincten ende articulenomme van nu Bamisse naestcomende X iaren lanck deen nae den anderen vol-gende vast ende stede gehouden te werdene in der maten zy hiernae bescrevenstaen:

Dat men loss doen mach met XVI den penninc aengaende den renthen,vercoft bynnen X iaren nae den brantin den iersten dat men alle chynsen, renthen ende pachten die van nu voirtane ver-coft ende vercregen zullenwerden op ende uuyt ennigen huysen ende erven bynnendeser stat liggende, a¡ sal moigen quyten ende lossen tot ewigen dagen den pennincmet XVIgelycke penningen ende metten chyns, rente ende pachte van den iair/datmen lossen zal ende metten achterstellen ofter ennige weren; ende oft ennige alsoegelost worden daeraen ennige personen hoir tocht hedden, dat men die penningenweder beleggen sal in staide zoese tevorens stonden;

Van den voirgecoften renthen a¡slach te hebbeneitem ende alle persoenen die renten, chynsen oft pachten op ende aen ennige ervenbynnen poirten deser stadt liggende verbrant, geldende hebben, den goeden luydendie verbrande erven toebehorende, die voirs. renten, chynsen ende pachten desenaeste drie iaren geheel ende al quytscelden zullen; ende oft hen des alsoe nyet gele-gen en is te doen ende zy shoers al nyet ontbeeren en consten, dat zydan dese naeste

1463-1464

187

fol. 219v

fol. 220r

sess iaren lanc durende mar halven pacht en zullen boeren ende daera¡ zal diegeendien die toebehoren, zynen koer hebben; ende desgelycx sal men oic afslach doenvan den lyfrenten nae advenande;

Van den harden daeckitem dat men van nu voirtane in deser stat ende bynnen den uuytersten poirten der-zelver egeen huysen, groot oft cleyn, dye menvan nyews optymmerenwil, zall moe-ten decken met leyen, tychelen oft anderen harden dake ende dat men dairtoe allendie stroyen dakenbynnen deser stat endehorenbuytenpoirten staende, bynnen deseX iaren a¡ zal moeten breken ende met harden dack decken; ende sal des dese statden tymmerende geven van elcken royen leydacx XL ende van den tychelen XLIIIIstuvers; /

Van den afslach der rentenitem dat diegheen die van den renthen, pachten oft chynsen diese uuyt horen ver-bornden erven gelden, quytsceldinge willen hebben nae der ordinancie boven ver-clairt, sculdich zullen zyn te tymmeren tusschen dit ende Sint-Iansmissenaestcomende oft bynnen drie iaren naestcomende;

Van te tymmerenitem ende alsoe vele van den verbranden huysen gestaen hebben op eenre mueren,ennigen personen tsamen ende gemeyntlic toebehorende, ende den enen gelievenmucht te tymmeren ende den anderen nyet, is overdragen dat diegeen die de voirs.muer weder zal willen opmetsen, dat zal moegen doen van den steen die van derandere mueren bleven is, alsoe verre hy reyct totter hoichden toe zoe die vanouts isgeweest; ende oft geboerde dat die ander dairnae oic op ende in derselver muerentymmeren woude, dat dien cost by1 iersten alsoe gedaen die muer gemetst ende be-tymmert hebbende, ende van den anderen die dairnae op ende in tymmeren soudewillen, half ende half gedragen soudewerden; beliefdentoec dengenen die die mueryerst gemetst hedde, diezelver muer hoiger te maken dan zy in voirleden tyden was,dat hydien cost die zygecost heeft hoiger te metsen, byhemzelven ende sonder costvan den anderen gelden alleen betalen sal; mar zoe verre die ander persoen in toe-comende tyden ter zelver hoichden op ende in diezelver muer zoude willen tymme-ren, zoe zoude hy dien cost half moeten dragen ter ordinancie van den wercluyden,hen des verstaende;

Aengaet hoe men tymmeren salitemoft ennige personenverbornde ervenbeseten in tochten ende kynderen heddenvan den voirbedde, dairaf is geordineert dat die tuchter oft tuchtersse / tverborndeerve zal moeten betymmeren bynneniaers, oft hy can, ende den chyns dairuuytgaende betalen, oft die voirkynderen zullen dat moegen optymmeren ende behou-den oft die tuchter oft tuchtersse doot weren; ende oft die tuchter oft tuchtersse voirende naekynderen hedden ende zy tverbornde erven betymmeren wouden, dat zydat zullen moigen doenbyalsoe dat deen helft van denvoirs. erven alsoe betymmertzynde nae die doot des tuchters oft tuchtersse versterven sal opte voirkynderen endemetter andere helft zullen zy moigen disponeren nae henre gelieften; desgelycx zal

1463-1464

188

fol. 220v

fol. 221r

1 Aldus hs., hierna mogelijkdienweggevallen.

oic gescien van den tuchteren oft tuchterssen geen kynderen hebbende, dairaf deenhelft sal comen totten rechten erfgenamen endemetter anderehelfte zullen zy moe-gen disponeren als boven; item van den huysen die ennige in tochten besitten endenae der voirs. ordinancie met harden dack gedect moeten wesen, soe is overdragendat die tuchteroft tuchtersse die deckenmoigen met harden dake ophoren cost,wel-ke costen ende tgeen dat zii dairomme aen den leydack, sparren, leyen, nagelenende dachveren oft anderssins gedaen ende uuytgeleegt zullen hebben, hen weder-omme aengeleegt zal moeten wesen ende werden, eer zii dairaf dorven sceyden;item dat men metten verbornden erven ende huysen die men ontdecken zal, toebe-horende onmundigen kynderen ende onnoselen luyden, doen zal by raide van scou-thet ende scepenen;

Van assiins te vergeldenitem om die lasten van den leyen ende tycheldack te vervallen is overdragen dat denauden assyns die opwyn, bier, meede, speceryedranc gestaen heeft, bliven sal X ia-ren nae der alder manieren; /

Van opgesetten assynsitem dat alle wyn, egeen speceryedranc wesende, als van den nuwen assyns bovenden auden assyns voirs. op elc quaerte die men tappen in der voirs. stat dragen zalII plac, die speceryedranckenvier plac ende die meede II plac Bosch gelts, gelyc datten anderen tyde byder gemeynre stat overdragen is geweest;

Den vyften penninc assynsitem datmenboven den auden chyns boven gescrevenvan allen den bier, hoedanichdat zii, geven sal den vyften penninc, zoeverre dattet bynnen deser stat getaptwordt;

Van den oirt stuvers wechgeltitem is noch overdragen omme dese stat in refectien weder te brengen dat een yege-lic, zy poirter oft geen, desen tyt van X iaren duerende bynnen deser stat wechgeltgeven sal, hetzy vanwagenen oft van karren, ende van elcken een oirt stuvers;

Wye geenwechgelt sculdich zynuuytgenomen smaelheren hoichgerichten hebbende, die en zullen van horen ho¡wagen oft karren, dairmede zy comen oft varen oft provand halen tot horen hooveende huyse dienende, nyet en zullen geven, ende oic uuytgenomen slyckarren slycvuerende, ende moelenkarren coren ter moelen vuerende;

DenGwillelmusthuyn assynsitem is noch overdragen in behulpe als voir dat men van elcken vat byers geven zalenen Gwillelmusthuyn dese X iaren gedurende;item dat men alle gelt comende van den nyen wyn, bierassyns ende wechgelt, be-keren sal totten leyen ende tycheldack;

dAfsetten des staets deser statitem ende is oeckoverdragen dat den staet der /voirs. stadt dese X iaren gedurendeafwesen sal ende datmen nyet ter dachvairt ryden en sal danmet enen secretaris, tenweer dat der gemeynre stat noot dochte; dat oic die scepenen, bourgermeestren, se-

1463-1464

189

fol. 221v

fol. 222r

cretarissen, knapen, boden ende scutten op deser stat cost hoir clederen nyet en zul-len hebben noch die scepenen hoir drinckgelt, etc.;

Van den cramen te gaenitem dat alleen in de cramen zullen moegen gaen eeten die gevaders die tkint gehe-ven hebben uuyter fointen, ende oic vader, moeder, oudervader, oudermoeder,brueder ende suster, oem endemoyen ende hoir huysvrouwen, opten peenvan enenalden scilt;

Hoe elck bynnen zynen huyse mocht brouwen; dat die raitsheren vry zynvan denGwillelmusthuynitem ende dat, hoewael die poirters ende ingesetenen deser stat bynnen horen huy-sen tot hoirs selfs drincken brouwen mochten sonder assyns, nochtans omme desestat in tymmeringen te brengen is overdragen dat die poirters ende ingesetenen zul-len moigen brouwen bynnen hoeren huysen, by alsoe dat zy van elcken mud mautsdat zybrouwen zullen, sculdich zullen zyn tegevenXIIII stuvers endevan elckenvatbyers enen Gwillelmusthuyn, beheltelic dat die raitsluyden van den Gwillelmus-thuyn vry zullen wesen; prout in litteris incipientibus: `Wy, scepenen, gesworen,raitsluyde die men noempt ledige luyden', etc. et comprehensis folio C XCVII. /

Datmen in deser stat decken moet hard dac

Oeck in denvoirs. iair LXIII den tweesten dach ianuarii soe heeft hertoge Philipsvoirs. gestatueert dat men van nu voirtaen bynnen deser stat geen huysen deckenen sal met stroyen oft weken daken, mar met leyen ende tychelen ende die metstroyen daken gedect zyn, bynnen X iaren afwerpen sal ende decken met hardendaken;

Watse hebben totten decken voirs. te batenende dat men elcken alsoe deckende geven sal van den gemeynen goede deser statals van elcker royen leydacx II Rynsgulden ende van der royen tychelsdacx XXIIIIstuvers;

Con¢rmacie van der ordinancie gemaect opten brant voirs.endevoirt hebben zyngenaden dievoirs. ordinancie endepoincten, byder voirs. statopten brande gemaect, gecon¢rmeert ende gewilt die onderhouden te werdene byenen yegelycken, geestelyc ende weerlic, etc.; prout in litteris incipientibus: `Philips,by der gracien Goids', etc. et comprehensis folio CC II.

Dat die cloesteren, religieuse ende geestelycken personen geen gue-den en moigen vercrigen by coepe, gifte oft testamenten dan C stu-vers siairs voir iairgetyde ende dat die mede gelden zullen

Oeck in den voirs. iair LXIII den IIten dach ianuarii soe heeft die voirs. hertoghePhilips voir hem, zyne oir ende nacomelingen hertogen ende hertoginnen vanBrabant, deser stat verleent, geottroyeert, geordineert ende gestatueert /dat vannuvoirtane tot egenen daigen die cloesteren, goidshusen, gasthusen, vergaderrin-gen van mannen ende wyven ende alle andere geestelycke personen, noch nye-mand van hore wegen, noch tot hore behoef egeen chynsen, renthen, pachten oft

1463-1464

190

fol. 222v

fol. 223r

erfgueden by coepe, transpoirte, testament oft anderssins en zullen moigen ver-crigenbynnen deser statoftmeyeryen, tenzybii zynre genaden oepenbaren oirlofende consent ende dat dacte dairaf byoepenen brieven blycke, behoudelic dat diegoede luyde in horen testamente oft anderssins wael moigen laten oft besettenchynsen, renthen, pachten oft erfgueden totter sommen toe van C stuvers elx iairsvoir hoir iairgetyt ende dat diemede staen zullen totter contribucien ende gebuer-lycken rechten;

Datmense lossen mach den penninc met XVIitem ende oft zy ennige cregen by oirlove ende consent als voir, dat die oiren endeerfgenamen oftmaigen endevrienden dergeenre diesebesetoft vercoft hebben, zul-len moigen lossen die renthen ende chynsen tot ewigen daigen den penninc metXVI ende die erfgueden ende pachten nae advenande ende gemeynre taxacien vanden lande;

Dat geestelycken personen nyet en sal aenverstervenitem ende dat genen geestelycken personen in deser stat ende meyeryen, naedien zyprofessie gedaen hebben, ennige chynsen, renten, pachten oft erfgueden van horenalderen oft ennigen anderen personen aenversterven oftby successien aencomen enzullen moigen, mar zullen die gueden die denvoirs. persoen aen souden moigen co-men, comen sterven ende succederen /op hoir naeste oir, erfgenamen ende naco-melingen in denwerlycken leven blivende;

Datmen lossen machdie gueden die geestlycke personen in cloester brengenende dat die maige ende vriende der voirs. geestelycke personen die gueden die hentoebehoerden, toecomen ende verstorven waren eer zy professie deden, nae derdoot der voirs. geestelycker personen ende nyet eer zullen moigen quyten den pen-ninc met XVI gelycke penningen als voirs. is van den gueden by den geestelyckenpersonen vercregen, etc.; prout in litteris incipientibus: `Philips, by der gracienGoidz', etc. et comprehensis folio CC VII.

Dat dontfangen der landen van Kuyc ende Kessel toegevuegt zynBrabant

Oeck in den voirs. iair LXIII1 denVIIten dach van oegxt soe heeft die voirs. grevevan Chairloys, ennige zoen van den voirs. hertoghe Philips, by name hertogeKaerle, in enenWalschen brie¡ toegevuegt het ontfanckvan den demaynen enderenthen van den lande van Kuyck ende Kessel totten ontfanck van der stat endemeyeryen van sHertogenbosch ende totten rentmeester aldair als aen Brabant;prout in litteris incipientibus: `Chairles, par la grace', etc. et comprehensis folioCC LXXVIII. /

Dat die lombarden op scepenenbrieven nyet en sullen lenen

Oeck in den voirs. iair LXIII den IIten dach ianuarii soe heeft die voirs. hertogePhilips voir hem, zyn oiren ende nacomelingen gestatueert ende geordineert

1463-1464

191

fol. 223v

fol. 224r

1 Aldus hs., leesLXXIIIals op fol. 287r.

ende deser stat geottroyeert ende verleent dat die lombarden nu in deser stat tafelhoudende ende in toecomende tyden tafel houden zullen, op geen scepenenbrie-ven deser stat noch op geloeften, obligacien, kennessen ende borgen en zullenmoigen te woeker leenen noch oic gelt dairop doen, mar zullen alleen te woekerleenen op behoerlycke panden gelyc men in anderen steden van Brabant doet,ende dat die scouthet ende scepenen deser stat over zulkenen vorwarden, geloef-ten, obligacien ende contracten nyet en zullen staen noch ennige brieve dairafmaken noch oic ter executien stellen, etc.; prout in litteris incipientibus: `Philips,by der gracien Goidz', etc. et comprehensis folio CCCLXIX.

Van den bier opt platlant te brouwen

Oeck in den voirs. iair LXIII den IIten dach ianuarii soe heeft noch hertoghe Phi-lips voirs. geordineert datmen int plattlant deser meyeryen geenbier van hogerenpryse en sal brouwen dan van IX myten den pott ter tyt toe dat mits den hogenende dieren tyde /die hiernae wesen muchte int coren oft anderssins dairop geor-dineert sal zyn, etc.; prout in litteris incipientibus:`Philips, byder gracien Goidz',etc. et comprehensis folio CCC LXXIIII.

Remigii confessoris anno Mo CCCCo LXIIIIo: Gerardus deVladeracken, Ame-lius de Boechem, Iohannes de Erpe ¢lius Arnoldi, Gerardus Balyart, HenricusGhysselen,1 Iohannes de Arkel ¢lius Petri, Lucas Pieck ¢lius Iacobi, ChristianusBecker.Burgimagistri seu receptores: Iohannes Oedeuair, Christianus van denMeeracker.

Dat hertoich Arnt vanGelre wert gevangen

In desen scepenstoel omtrent Sint-Anthonysdach in der nacht zoe vinck hertogeAdolph van Gelre tot Graue hertoge Arnden, zynen vader, ende / vuerden hemgevangen over Diiss tot Loobeck ende vandair voirt tot Bueren.

Remigii confessoris anno Mo CCCCo LXVto: Iohannes Monix,Willelmus deGhent, Gerardus Symonis, Henricus de Kessel, Ghiselbertus Ghyselen,Theode-ricus deWetten, Engelbertus deVden.Burgimagistri seu receptores: Nycolaus Oedeuair,Wolterus de Palude.

Oirspronck des oirloigs tusschen coninc Lodewyc ende hertogheKaerle2

In desen iair gevyelt dat die princen ende meeste heren vanVrancryc tegens denvoirs. coninc Lodewyc begonsten op te staen, want hy by hem zeer verhye¡ on-edele kerels als iegers ende andere oirstekers. Ende den hertoge van Berrii, gehei-ten Kaerle, zynen brueder, ende andere / princen zyns rycx lyet hy ongeacht.Ende hy dede groete scattinge setten opt volck ende dat lant wairt qualic regeertsoedatter vele uuyt Vrancryc overdroegen metten voirs. greve van Charloys, her-

1464-1465

192

fol. 224v

fol. 225r

fol. 225v

1 In margine Io[hann]es.2 In margine nota.

toge Philips zoen, die tsamen maecten een verbont met bezegelde brieven tegensden voirs. coninc Lodewyc om die sake voirs. Oeck zoe was die greve van Chair-loys voirs. qualic tevreden dat zyn heer vader, hertoge Philips voirs., den voirs.coninc Lodewychad laten quyten endehemovergegeven haddie voirs. steden op-ter Sommen ende inVermendoys die in den pays vanAtrechtbegrepenwaren, etc.Ende zoe wairt eenen sekeren tyt ende plaetse onder henlyeden gesloten datse tesamen met groeter macht in Vrancryc vergaderen zouden, te weten die voirs.Kaerle, hertoge van Berry, des voirs. conincx Lodewycx brueder, hertoge Ianvan Calabren ende van Loraynen, conincx Renez van Sicilien zoen, die hertogevan Bourbon, zwager des conincx vanVrancryc, die hertoge van Britanien, diegreve vanArminac, Charle vanAngiou, oem des conicx vanVrancryc, ende meerandereheren. Aldus dan zoe trac die voirs. grevevanChairloysmet groeter machtvan edelen sonderlinger uuyt / Brabant die hem willichlic op hen zelfs cost tedienst quamen, als die heer van Rauesteyn, die oude heer van Perewys ende nochmeer andere edele. Oec volchden hem die edelen uuyt Vlaenderen, Henegouwe,Artoys, etc. ende die greve van Sint-Poul was hem zeer behulpich. Ende aldustrocken zy over die Somme ende over die Maerne ende over die Seyne tot Mon-therrii boven Parys. Ende op dieselve tyt lach coninc Lodewyc voirs. inBourbon-noys met macht om den hertoge met macht te dwingen, want hy mede van denverbonde was.

Die macht coninx Lodewycs

Ende vernemende coninc Lodewyc voirs. dat die voirs. greve van Chairloys, tewetene hertoge Kaerle, zoe dyep in zyn lant comen was, soe vergaderden hii zyncapiteynen ende al tvolc vanwapenen dat hy conste ende quammin dan inVI da-gen tot Montherry met alte groter macht van zynre ordinancien te perde, velemeer dan die voirs. greve van Chairloys. Ende uuyt Normandien ende anderssinsquam hemoic groot getal van archiers. Ende oic quam hem te hulpen heer Chair-le van Anyouwen, greve van Meyne, coninx Renez brueder, die had VIC glavyenendeVIM franc archiers, mair hy stont stille, ende die senescael vanNormandien,etc.

Den strydt totMontherry

Ende alsoe saen als coninc Lodewyc aencomen was, al vermoyt zynde, zoe enwoude hy zyn volc nyet laten rusten, mar met groter haesten ginc hii dat heyr vandenvoirs. greve Chairloys, /by namen hertogeKaerle, fellic bevechten, zoe dattetdenselven greve zeer scerp stont. Ende nauwe was hy dair bleven, want eenVrancksch capiteyn hadden gegreepen metter banyen, seggende: `Rendez vous'.Dit sach een edel man van Bruessel die dair ridder wairt geslagen, geheiten Rob-brecht Cotereal, die stac selven Francksch capiteyn van den pert ende terstontdoot geslagen. Dair blee¡ alte vele volcx verslagen ende vele edelen gevangen aenbeyden zyden. Dair bleef verslagen die heer van Boechout. Ende ten eynde naevele vechtinge behiielt die voirs. greve van Chairloys, geheiten hertoge Kaerle,tvelt ende die coninc ruymden tvelt ende vloot bynnen Parys. Desen strydt totMontherrii gescieden in den iair MCCCCLXVIden XVIen dach in iulio.

1465-1466

193

fol. 226r

fol. 226v

Hoeden pays gemaect wert; hier creech hertogeKaerlewederdie ste-den op die Somme ende inVermendoys

Daernae quamen by den voirs. greve van Chairloys, geheiten hertoge Kaerle, dievoirs. hertogen van Bourbon, van Berry, van Calabren ende van Britanien endedie greve van Arminac, elck met zynre macht, ende laigen lange omtrent Parys. /Ende coninc Lodewycvoirs., siende dat hydus overvallenwasvan zyns selfs prin-cen ende oec overmerckende zynverlyes voirs., zoe dacht hy subtylic te sceyden enlyet tot Con£ansby Parys een tractaet van peys maken nae der begerten des voirs.hertoge Kaerls, hem weder overlatende die voirs. steden inVermendoys ende opdie Somme. Ende diehertogevanBerry soude zyn hertogevanNormandien endedie greve van Saint-Pol wairt gemaect conincstabel, etc. Dairnae schieden die he-renmintlic vanmalcanderen ende dievoirs. grevevanChairloys, by namehertogeKaerle, is oec vandair gereyst als een vrome heer met victorien.

Remigii confessoris anno Mo CCCCo LXVIto: Martinus Monic, LudolphusBuck, Rycoldus die Borchgreue, Iohannes Ghyselen, Gerardus Bathens., Marti-nus ¢lius Nycolai Martens,Willelmus Pyckeuet.Burgimagistri seu receptores: Michael de Breda, Henricus Eelkens. /

Doirspronc der Ludickers oirloge

In den voirs. iair LXVI ende ten tyde van den voirs. scepenstoel worden die vanLudick met fellen moede verwect opten voirs. hertoghe Philips ende den voirs.heer Kaerle, zynen enigen zoen, ter cause van Lodewyc van Bourbon, horenelect, dair hertoich Philips oem afwas, dien zy verdreven hadden, omdat hy nochgeen priester enwoudewerden, soedat die stat van Ludickont¢nc den marcgrevevan Badem voir gouvernoir des lantz van Ludic ende zy deden hertoge Philipsontseggen ende zyn landen. Ende hertoich Philips ontseegt wesende dede hy zynpalen besetten met volc ende maecten sekeren capiteynen, zoedatter zomwylenscharmust wert. Sunderlinge gevyel enen groeten slach voir Montenaken dairwel IIMLudickers verslagen bleven.

Hoe hertoge Kaerle ierst voir Ludic quam ende die in genaden ont-¢nc ierstwerven

Corts dairnae quamuuyt Vrancryc die voirs. hertoge Kaerle, die men noempdengreve van Chairloys, enige zoen des voirs. hertoge Philips, met zynen volc tenlande van Ludic wairt ende hii quam in de stat van Sint-Truyen. Dairnae trac hynae Ludic ende als die van Ludic dat vernamen, zoe quamen tot hem vele goedeende wyse mannen van Ludic die myshagen hadden van den voirtstelle der qua-den ende baden omgracie, zoedat hydie landenvan Ludic ende van Loen ont¢ncin gracien by zekeren middelen van tractate. Dairnae quam die voirs. hertogeKaerle by zynen vader in Brabant ende doe was gestorven vrou / Ysabeel vanBourbon, zyn geselinne, die begraven wairt tot Sinte-Michiels tAntwerpen, dairhy zeer droeve omwas, want hydairaf mar een dochter behouden hadde.

1466-1467

194

fol. 227r

fol. 227v

fol. 228r

Hoe die Ludickers weder opstonden tegen hertoge Philips ende zy-nen soen ende sunderlinge die stat Dynandt; dat Dynant gewonnenwert

Dairnae woirden die Ludickers argere dan tevoren, zunderlinge ende boven alldie stat van Dynant, die oic lasterlycke woerden spraken op hertoge Philips endezynen soen voirs., soedat hertoge Philips selver in zynre outheit ende hertogeKaerle, zyn zoen, trocken met heyrcracht int lant van Ludic ende vyelen nedervoir Dynant ende wonnen die stat die zeer sterc was bynnen IX dagen ende wertverdestrueert dat den enen steen opten anderen nyet en blee¡ ende dat gesciedenint voirs. iaer LXVIomtrent Sinte-Bartholomeeusdach.

Dat die stat van Ludic anderwerven in genadenwert genomen

Ende als dat gesciet was trocken beyde die voirs. princen te Ludic wairt ende dieLudickerswaren te velde.Maraenmerckende die grotemacht der hertogenbadenzy weder om genade. Ende die princen namen se weder in genaden by middelevan groten sommen van penningen voir hen scade ende behoudelic oic dat seden voirs. heren Lodewyc van Bourbon, horen elect, innemen souden, hemdoende dat se sculdichwaren te doen, ende dat gesciet trocken beyde die princentot Bruessel. /

teser tyt sterff die tweeste hertoge philips ende naehem began te regneren hertoge kaerle van bourgoin-dien, syn soen

Remigii confessoris anno Mo CCCCo LXVIIo: Iohannes de Aa, Martinus deRode, Symon de Gheel, Iohannes Steenwech, Iohannes Spiker ¢lius Iohannis,Godefridus Cleynael, Petrus de Drueten.Burgimagistri seu receptores: Iohannes Geronx, Hermannus Coenen.In desen iair voirs. denXIIen dach in iulio naehuldingehertogeKaerls hebben dieStaten van den lande van Brabant versceiden gebreken die se hadden ende die inzynrer incoempsten nyet genochvercleert enwaren, overgegeven, dairop hertogeKaerle beloefden hen te remedieren, nae inhoude van zekeren brieven, begin-nende: `Kaerle, by der gracien Goidz'ende begrepen opten blade.1

Dat hertoghe Philips van Bourgoindien ster¡

In den voirs. iair LXVII opten XVen dach van iunio die voirs. hertoge Philips vanBourgoindien, oudt zynde LXXII ende regneert hebbende XXXVII, ster¡ totBrugge inVlaenderen ende zyn lichaem wert begraven tot Gedeon in Bourgoin-dienby zyn ouders totten chartroysen ende zyn hertwairtgevuert van denbisscopvan Doernic tot Iherusalem, zoe hy begeert hadde, want hy had grote mynne tot-

1467-1468

195

fol. 228v

1 Hierna ontbreekt het folionummer, deze oorkonde staat niet in het cartularium.

ter heiliger plaetsen ende plach in zynen leven den mynrebruederen aldair woe-nende in den berch van Syonvele goetz te doen. /

Van den iuwelen hertoge Philips1

Die voirs. hertoge Philips hadde in zynen leven vele gouden ende zilveren vatenende costelycke iuwelen ende dierbaer gesteynte als ennich prince die men wiste.Sunderlinge had hy onder vele andere dingen een lelye, dairin was een stuckvanOnssHeren nagel, die gepresenwasCLMgouden croenen. Ende oichad hyenengroten balays die by nachte een geheel camer verlichte.

Dat die oirdene van denGuldenVlies ingestelt is van hertoge Philipsvan Bourgoindien

Desehertoge Philips in zynre tytonderhielt zeer hoechelic ende eerlic die oirdenevan den GuldenVliese, die hy zeer princelic ingestelt hadde.

ten tyde van hertoge kaerle van bourgoindien2

Dat hertoich Kaerle van Bourgoindienwairt gehuldt3

Nae dode van den voirscr. hertoge Philips van Bourgoindien soe wairt die voirs.heer Kaerle, die men hyet die greve van Chairloys, hertoge van Lothriic, vanBra-bant ende van Lymborch, etc. ende wairt gehuldt te Loeuen, Bruessel ende Ant-werpen int tvoirs. iair LXVII. / Ende die voirs. hertoige Kaerle, als hy ierst totGhent in Vlaenderen ontfangen wairt, gescieden zynen genaden enen oploepvan der gemeynten, zoe zy van oudts gewoentlic waren te vorderen. Ende zy cree-gen alsoe eensdeels met gewelde ende eensdeels anderssins van denvoirs. hertogeKaerle als horen greve zekere previlegien, die zy nyet langhe en gebruycten, wanthydwancse corts dairnae datse in zyn handen overbrengen mosten alle hore pre-vilegien die zyhadden ende dairnaemosten zy voirden prince comen teBruessel,dair zy horenvoetval deden.

Hoe die Ludickers weder begonsten te rebelleren tegen hertogeKaerle

Item ende dat dairnae als hertoge Kaerle ierst ontfangen was begonsten die vanLudickweder te rebelleren tegen horenvoirs. bisscopLodewycvanBourbon endetegens den voirs. hertoge Kaerle, zynen swager ende neve, ende belagen die statvan Hoye, die zy wonnen. dWelc hertoich Kaerle voirs. vernemende track hiidordwer¡ int lant van Ludick met alter groter heyrcracht. Als die van Ludick datvernamen, quamen zy op enen avontstont met XXM mannen om die stat vanSint-Truyen tontsetten ende dair gevyel enen strydt dair hertoge Kaerle victorie

1467-1468

196

fol. 229r

fol. 229v

1 In margine nota.2 Herhaald vanaf fol. 229v tot en met fol. 251r.3 Nota boven de tekst toegevoegd.

hadde, ende die van Ludickverloren IIIM mannen die dair doot bleven. Ende dievoirs. hertoge dede dair CCC ridderen slaen. Ende die strydt gesciet quamen dievan Sint-Truyen ten genade endeworpen hoir torns neder endewulden1 hoir graf-ten ende van gelycke deden die van den lande van Loen, als Hasselt, Borchloen,Harcke, /Maeseycke, Bilsen, Breen, etc. ende die vanTongeren.

Hoe hertoge Kaerle dordwer¡ voir Ludick quam

Ende dat gesciet trac voirt die voirs. hertoge Kaerle voir Ludick met zoe grotenvolc dat sonder getall was, ende als tvolcwas voir Ludic nedergeslagen, doenwor-den die bourgers aldair van bynnen zoezeer verveert dat zy weder grote genadesochten ende quamen uuyt in hoer lynen clederenvoir hertogheKaerls tente, bid-dende om zyn ontfermherticheit.

Hoe hertoge Kaerle die Ludickers weder in genaden nam

Als zii lange op hoir kniien gelegen hadden, zoe namse hertoich Kaerle in gena-den op sekere condicien, te wetene dat zy allen hoir wapenen overgeven zoudenende hoer poirten, torren endemueren afwerpen ende gravenvullen, dair die her-toge voirs. met zynen volc in comen soude, als zy deden. Ende naedatse horenvoetval gedaen hadden, soe quam die voirs. hertoge Kaerle metten voirs. herenLodewyc, horen bisscop, bynnen Ludick. Ende alsoe bynnen Ludic wesendemoesten die van Ludic allen hoir bussen, harnasch, zwerden, boogen, etc. over-geven ende allen hoir poirten, torren ende mueren moesten zy afwerpen. Endehoren pyeroen, dair zyhoir iusticie voir hyelden op diemerct, diewert afgebrokenende die prince voirs. deden vueren tot Brugge, dair hy geset wert op die borse.

Dat hertoge Kaerle erfvoegt is slantz van Ludic

Item endewert die voirs. hertoge alsdoen gemaect een erfvoegt endemombair deslantz vanLudickende vanLoen ende oic allen zyn nacomeren, hertogenvanBra-bant zynde. Ende des zoude hy van den lande iairlycx he¡en ende er£ic menichdusent gulden. Ende die stedenvan den lande van Loen zouden hoer hootvonnis-sen teeuwigen daigen halen tot Loeuen. Ende / oeck zouden zy horen bisscopvoirs. ontfangen ende doen alse sculdich waren. Ende dat hertoge Kaerle voirs.die voirs. Ludickers aldus dwanc, dairtoe was hy versocht van den paeus Paulusdie IIte om hoere groete ongehoirsamheit. Ende aldus worden die landen van Lu-dic ende van Loen all bynnen eenre maent verwonnen ende tonderbracht die te-voren zoe sterc waren datse nyemanden en ontsaigen.

Remigii confessoris annoMo CCCCo LXVIIIo: Goeswinus Heym, pro Pyckeuetdefuncto, Symon die Hoesch, Iohannes Spiker,Tielmannus Pyckeuet, Iohannesde Arkel ¢lius Petri, Ghiselbertus Pels, Daniel de Gewanden, Iohannes de Ham.Burgimagistri seu receptores: Christianus van denMeeracker, Reynerus van denHoeuel.

1468-1469

197

fol. 230r

fol. 230v

1 Mogelijk verschrijving voor vulden.

In isto scabinatu quarta marcii prestitit magisterWillelmus de Busco iuramen-tum secretariatus huius opidi in loco Lamberti de Doernen, secretarii, qui obiitsecunda marcii.1 /

Dat hertoge Kaerle eenwyf trouden

In den voirs. iair LXVIII omtrent Sint-Iansmisse trouden hertoge Kaerle voirs.tot enen wive Margrieten vanYorck, suster conincx Eduwarts van Engelant, vanwelken huwelic die voirs. coninc Lodewyc vanVrancryc nyet wel tevreden enwas,wanttet verbodenwas allen den heren onder croenenvanVrancryc datse in Enge-lant geen huwelic doen en mochten. Ende dieselver coninc Lodewycwas van syn-nen dat hy den pays, tracteert nae den strydt tot Montherry, nyet en woudehouden, mar dacht den voirs. hertoge Kaerle weder af te nemen die voirs. stedenende sloten op die Somme.

Hoe hertoich Kaerle weder metter macht inVrancryck toech

dWelc die voirs. hertoich Kaerle verstaende, vergaderden hy vele volcx van wa-penen ende trac int iair voirs. omtrent Bamisseweder naeVrancryc ende ginc lig-gen tot Perone, dair die greve van Sint-Poul ende een legaet van Romen seerarbeyden om tusschenbeyde pays temaken, endebrachtent zoeverre dat dievoirs.coninc Lodewyc ende hertoge Kaerle tot Perone vergaderden ende maecten un-derlinge pays, want die coninc dede al dat hertoge Kaerl begerden.

Hoe die Ludickers weder rebelleerden

Bynnenwelcken tydemaecten henweder sterckdie ballinge ende die GroenTentevan Ludic ende quamen bynnen Ludic ende bedreven dair wonder, want zy ver-dreven dairuuyt diegeen die hertoge Kaerle dairinne geset hadde. Ende bisscopLodewyc van Bourbon was op die tyt / tot Tongeren met vele edelen, als die heervan Bergen ende andere, diewelc vernemende dat peys was tusschen den voirs.coninc Lodewyc ende hertogeKaerle, waren zy verblyt ende zydeden dair vierenmaken opte strate.

Hoe bisscop Lodewyc gevangenwert

Ende in derselver nacht quam die voirs. GroenTente van Ludick subtylic bynnenTongeren al gewapentmetmennichtevanvolc ende ryepen ter merct:`Vive le roy',ende zy vingen horen bisscop ende vuerden hem tot Ludick ende zy maecten diestat sterck met graven ende bolwercken. Ende hertoge Kaerle voirs. te Peronenzynde ende vernemende dat zy sconinx roep hadden geroepen ende horen bis-scop gevangen ende hoe die GroenTente bynnen Ludic zeer sterc was, zoe werthy zeer gram ende hy ginc tot in des coninx camer, die noch te Perone was, ende

1468-1469

198

fol. 231r

fol. 231v

1 Vertaling: in dit schepenjaar op 4 maart legde meesterWillem van den Bosch de eed op hetsecretarisambt van deze stad af in plaats van secretaris Lambert vanDeurnedie op 2maartoverleden was.

sprac hoe die van Ludic metter Groen Tenten waren comen tot Tongeren, roe-pende: `Vive le roy', ende hedden horen bisscop gevangen tot Ludick gevuert.

Hoe die coninc vanVrancryc met hertoge Kaerle voir Ludic quam

Ende dat dit aldus gesciede dat woude hertoich Kaerle den coninc opleggen alsdes medeplichtich zynde, aengesien datse des conincx roep geroepen hadden.Mar die coninc loechende dat sterckelic ende zwoir dat hy van horen opsette nyeten wiste noch dat by zynen consente oft wille nyet gesciet en was ende dat hy datverantwoirden woude. Ende oft noot wair, hy woude selve met hertoich Kaerlevoir Ludic trecken, zoe hy oic dede ende quam met hem voir Ludick ende beley-den die stat. Ende dair werden / buten Ludic vele Lukenaers gedoot van sherenvolc van Rauesteyn, die doe die vangaerde vuerde van hertoge Kaerls heyr. EndedievanLudic, ditwetende, quamenuuytmet Sint-Andriescruce ende zydodevelevan hertoge Kaerls volc, eer dat ment wiste int heyr. Die van Ludic, vervairtzynde, spraken tot horen bisscop dien zy gevangen hadden, dat zy hem zoudenlaten gaen, woude hy henlyeden pays verwerven aen den hertoich, zynen neve,dwelc die bisscop hen geloefden te doen. Ende zoe trac hy uuyt totten hertoge,mar diewyle dat men van peys sprac, zoe zyn CC Lukenaers heymelic by nachtuuytgecomen in hertoge Kaerls heyr tot by zyn tente ende zy staken tvier in som-mige logisen, dodende vele goeder mannen eert men vernam, mar zy bleven dairmeest al verslagen.

Hoe hertoge Kaerl Ludic wan met gewalt

Doe wert hertoge Kaerle zoe gram dat hy die stadt woude bestormen ende dedezoe vreeslyke assout op die stat, dat hyse wan met geweldiger hant.

Ende hoe hii metten coninc vanVrancryc binnen Ludic quam

Ende hy quam metten coninc vanVrancryc dairbynnen met groten volc ende hetwairt al dootgeslagen dat men vant, mannen ende vrouwen, sunderlinge dat menter wapenen vant, ende dair wertter vele in derMazen verdroncken.Vele vrouwenworden dair gevioleert, dair en wairt nyemand gespaert. Aldus wairt die stat vanLudic gewonnen met assaute int voirs. iairMCCCCLXVIIIoptenXXIXen dachoctobris des sondaigs voir /Alreheiligendach te hoichmisse tyde als den introitusende begin van der missenwas, wel dienende ter materien `Omnia que fecisti no-bis, Domine, in vero iudicio fecisti quia peccavimus Tibi', etc. Dairnae wert diestat van Ludic al beroeft ende gespolieert ende die hertoge deedse tsamen ver-branden ende die huysen afbreken. Dairnae reysden die voirs. coninc LodewycinVrancryc ende hertoge Kaerle blee¡ dair, totdat hy dlant al in ordinancien hadgestelt alsoet hem gootdochte, ende dairnae quam hy tot Bruessel.

Van der feesten van denGuldenVlies

Dairnae trac hertoge Kaerle tot Brugge dair hy zyn feest hielt van der oirdenenvan den GuldenVlieze. Ende dair waren bescreven allen die heren van der oirde-nen om ter feesten te comen. Ende die heer van Croy quam dair uut Vrancryc,

1468-1469

199

fol. 232r

fol. 232v

want al was hy verdreven geweest, nochtan en konde men geen valsheit aen hemgevynden. Mar die greve van Nyuers ende van Stampes en wouden dair nyet co-men, overmit dien dat hy dair tevoren te Perone gevangen had geweest ende be-schaempt van hertoge Kaerls wegen.

Aengaet den GroetenGasthuys1

In denvoirs. iair LXVIIIdenXXVIIIen dach februarii heeft hertoichKaerle con-senteert datmen denGroetenGasthuysbynnen deser stat doenmachbesetselvangueden, nyettegenstaende den previlegien gegeven by hertoge Philips van Bour-goindien in den iair LXIII twe dagen in ianuario; prout in litteris incipientibus:`Kaerle, by der gracien'et comprehensis folio CCCCLXXVII.

Hoe hertogeKaerle dien van Lyer gecon¢rmeert heeft die vedemarctende gewilt datse dair ewelic werde gehouden1

Oeck in den voirs. iair LXVIII denVIIIen dach in merte soe heeft die /voirs. her-toge Kaerle van Bourgoindien, van Lothryc, van Brabant, etc. voir hem, zynenoire, erven ende nacomelingen hertogen ende hertoginnen van Brabant, der statvan Lyer gerati¢ceert, gecon¢rmeert ende geapprobeert die brieven van previle-gien hen by zynenvorderen verleent van der vedemarct, ende denselven die vede-marct van nuwes verleent, verclerende dat van den XXen dage van ianuariolestleden voirtane tot ewigen dagen die voirs. vedemarct aldair sal werden gehou-den alle gwoensdage van elcker weken ende nergens elders bynnen Brabant endedat alle coepluydenvanbuyten endevanbynnen ende alle andere die ennige bees-ten bynnen denselven lande van Brabant zullen willen vercopen, die zullen bren-gen ende sculdichwesen te brengen tot Lyer, die aldaer te stapele te stellene endeoptenvoirs. goensdach hoir merct aldair te houdene ende den heer dairaf betalenden sculdigen tol, etc. ende dat altyt sonder preiudiis van den rechten ende previ-legien der steden van Loeuen, Bruessel, Antwerpen ende sHertogenbosch endevanMechelen, all opte verbuerte van denbeesten endeX ponden zwarter tornoy-sen, etc. ende dat alle coepluyden hoirossen endevedebrengende tenversueckdero¤cieren opte palen slantz van Brabant zittende, sculdich zullen wesen caucie tesetten, datse dairmede hoir mercte tot Lyer zullen houden, die aldair driven endevercopen, opte verbuerte van den ossen ende vede ende X ponden tornoysenvoirs. ende noch opten peen vanVI Bourgoenssche gulden ende oic op zekerenpeenen die de o¤cieren verboeren zouden by gebreke, etc.; prout in litteris inci-pientibus: `Kaerle, by der gracien Goids', etc. et comprehensis folio CC VIII. /

Van den toll totWoudrichem ende Ghyessen

Oeck in denvoirs. iair LXVIIIdenXXVIten dachmerte2 soeheeft dese stat zekerewairheiden geleydt aengaende van den toll vanWoudrichem ende van tgeen dessmen aldair sculdich is, te wetene tot Woudrichem een Vlemsschen ende tot

1468-1469

200

fol. 233r

fol. 233v

1 In margine nota.2 Deze datering wijkt af van die in het cartularium fol. 595r, waar sprake is van augustus.

Ghyessen een cleyken, etc.; prout in acta desuper expedita, incipientia: Allenende enenyegelycken'et comprehensa folioVCXCI. Dit voirs. beleydt sal men be-vynden in der scryfcameren after in der kisten aldair staende.

Remigii confessoris annoMo CCCCo LXIXo: IohannesMonix ¢lius Iacobi, Ro-dolphus die Beuer ¢lius Rodolphi, Goeswinus van den Hezeacker, IohannesGhysselen ¢lius Iohannis, Rodolphus Dicbier, Nycolaus de Berkel,Willelmus deBusco.Burgimagistri seu receptores: Iohannes Zeelmeker, Petrus Colen.In isto scabinatu XVIta aprilis obiit Rutgerus de Arkel et institutus est in locumeius in eodem scabinatu XVIIIa aprilis Franco de Langel, qui eodem die prestititiuramentum.1 /

Dat die cloesteren van den manspersonen verbonden zyn te comentot allen processien die men hier houden sal: hoese gaen moeten,hoese singen zullen

In denvoirs. iair LXIXdenXXVIten dach februarii nae scryven des hoefs vanLu-dic soe hebben de cloesteren van den mannen bynnen deser stat ende hare paro-chien gelegen, onder den peen van hondert nobelen, hen verbonden te comen totallen den processien die bynnen deser stat gehouden zullen werden, ende dairin-ne tehouden die ondergescreven manier vangaen, gelycby zekere arbiters, byhendairtoe gecoren, uuytgesproken is onder dese navolgende woerden, te wetene:`Nos Iohannes de Platea, decanus, Goeswinus Keymp et Iohannes de Andel, ca-nonici ecclesie sancti Iohannis evangeliste opidi de Buscoducis, necnon Goeswi-nus Heym, Symon die Hoesch, Symon de Gheel et Iohannes Monix, scabini,iurati et consulares dicti opidi per patres priores conventuum subscriptorumelecti, etc., dicimus, arbitramur etordinamus quod in omnibus et singulis proces-sionibus per clerum et populum huius opidi per idipsum opidum exnunc et inantea perpetuis futuris temporibus tociens quociens facientibus, prior et conven-tus de Porta Celi, dum ad hoc vocati fuerint, impedimento glaciei ac legitimo accanonico cessante ante scolares dicte ecclesie in duobus lateribus iuxta modumeiusdem ecclesie sine medio incedent ac ante eos prior et conventus fratrum pre-dicatorum etiam in duobus lateribus ac ante eos guardianus et conventus fratrumminorum etiam in duobus lateribus necnon prior et conventus fratrum crucifero-rum consimiliter in duobus lateribus; eosdemguardianum et conventum fratrumminorum precedent cum cruce cuiuslibet eorum in medio eorum, quos modumetordinemarbitramur et dicimus exnunc deincepsper patres, fratres et conventuspredictos perpetuo esse servandos, sub pena pretacta, eosdem religiosos pie ex-hortantes quatenus pro maiori populi devotione excitanda domino /Deo in ym-nis et canticis spiritualibus voce et ore psallentes vices successivas, proutquemlibet eorundem conventuum continget in cantu et orationibus Deo persol-vendis, quilibet videlicet eorundem seorsum etper se iuxta consuetudinem cuius-

1469-1470

201

fol. 234r

fol. 234v

1 Vertaling: in dit schepenjaar op 16 april overleed Rutger van Arkel en in zijn plaats werd inditzelfde schepenjaar op 18 april Frank van Langel aangesteld, die op dezelfde dag de eeda£egde.

libet eorum, collegio dicte ecclesie primitus inchoante et aliis successive prose-quentibus peragere et in illis se exercitare velint'; prout in quodam instrumentomanu domini Iohannis Amelrici tamquam notarii conscripto et subsignato con-tinetur lacius, incipiente vero:1 `In nomine sancte et individueTrinitatis, amen',etc. et comprehenso folioVC LXXXVII.

Uuytspraeck tusschen tcapittel ende deser stat aengaende der ordi-nancie van den brande van den iair LXIII

Oeck in den voirs. iair LXIX den XIIIen dach ianuarii oec nae scryven des hoefsvan Ludic, soe is tusschen den capittel deser stat ende den suppoisten desselfs tereenre ende dese stat ende haren ingesetenen ter andere zyden aengaende der sa-ken van den brant die geweest is bynnen deser stat int iair LXIII lestleden, by he-ren Yewaen Moll, ridder, hoichscouthet deser stat, ende meester GerardenHoernken, priester, een uuytspraeck gedaen als hiernae volgt, te wetene in deniersten zoe noch vol naeV iaren zyn geordineert om die stat te repareren dat inden eynde derselver vyf iaren egeen poincten onderbescreven der eender partyentegens die andere preiudiis doen en sullen, mar elc partye sal staen tot zynen rech-te als hy dede voir den voirs. brant; / item die heren van den capittele ende hoirsupposten zullen moegen brouwen ende bier van buyten doen comen als zy tother toe gedaen hebben ende dat gebruycken sonder assyns voir henselven endedieners;item die heren ende suppoisten van den capittele en zullen bynnen dese voirs. vyfiaren egenen gemeynenwynkelder houden, etc.;item als van den renthen ende chynsen gaende uuyten verbranden erven bynnendeser stat, tcapittel ende hoir suppoisten zullen naevolgen die ordinancie by on-sen genedigen heer dairop gemaect;item dat dese stat den capittel ende horen suppoisten tot horen harden dack te ba-ten comen zal gelyc anderen ingesetenen nae uuytwysen der ordinancie dairopgemaect, tewetene aen de roy leydacx IIRynsgulden ende tycheldacxXXIIII stu-vers, etc.; prout in instrumento manu domini Iohannis Amelrici conscripto etsubsignato lacius continetur incipiente:1 `Notum sit universis et singulis', etc. etcomprehenso folio CC LXXXVI.

Remigii confessoris anno Mo CCCCo LXXo: Gerardus deVladeracken, Marti-nus Monic,Willelmus de Ghent, Amelius de Boechem,Willelmus Monix, / Ar-noldus deWeilhuysen, Iohannes Witmerii, Gerardus de Eyck, pro Vladerackendefuncto, qui prestitit iuramentumpenultima iunii, Iohannes de Hedel, pro dictoWitmerii qui obiit XXVta septembris.Burgimagistri seu receptores: Iohannes Oedeuair, Henricus de Oyen.In isto scabinatu prima februarii prestitit magister Henricus Pelgrom iuramen-tum secretariatus.2

1469-1470

202

fol. 235r

fol. 235v

1 Vertaling: zoals uitvoeriger beschreven staat in een zekere notarie« le akte die geschreven enondertekend is doorde hand van heer Jan Amelrijk (als notaris) en die begint:

2 Vertaling: in dit schepenjaar legde meester Hendrik Pelgrom op 1 februari de eed op het se-cretarisambt af.

Aengaet der Gevangenpoirten

In den voirs. scepenstoel den IXen dach in merte des saterdaigz nae den sondachInvocavit soe es gecomen een bode onss genedigsten heren met Henricken Selenals hoichrentmeester van Den Bosch met zekere brieven van mandamenten endestelden ArndenVrancken, die doen deen helfte van der Gevangenpoirten bedien-den, opter selver poirten in der gevanckenisse in meyninge van onss genedigs he-renwegen andere die hy presenteerden dairinne te stellen ende die o¤cie te doenbedyenen, dairtegensWillem van denVelde endeWillem van Oisterwyc, dien dieproprieteyt van der poirten toebehoirden, hen heerlycken opponeerden ende desaen den Hoigen Raet ons genedichsten heren appelleerden, hoepende ende mey-nende in hoer possessie tebliiven; dairafeen certi¢cacie voir scepenen/deser statwairt gemaect, beginnende: `Wy, Gerardt vanVladeracken', etc. ende is begrepenopten bladeVC XCV.

Hoe coninc Eduwairt uuyt Engelant wert verdreven

In denvoirs. iair LXXwairt uuyt Engelant verdreven greve Ritzairt vanWeerwycende hy trac by coninc Lodewyc vanVrancryc, hoepende by zynre hulpen conincEduwart te verdriiven ende conincHenricken, die gevangen lach, weder coninc temaken.Want die prince van Galles, zoen coninx Henricx, had desen greve zyndochter te wive gegeven, welcke prince van Galles was coninc Lodewycken naebelanckvan zynre moederwegen, die coninc Ronez van Sicilien dochter was, be-staende den coninc in den IIten graed. Aldus pynden hemdese greve partye te ma-ken tegens hertoge Kaerle ende hy roefden op die zee dieVlemssche, Hollantscheende Zeelantsche scepen. Ende hy trac alsoe met macht in Engelant, met hemhebbende een deel Fransoysen, om coninc Eduwart te verdriven ende hy quam teDortemuye in Engelant, zoedat hy by conspiracien van zynen vrienden die hy inEngelant hadde, coninc Eduwairt verdreef. Diewelc, siende dat hy verraden was,weeck hy uuyt Engelant ende quam in Hollant omtrent Bamisse ende hii lach inDen Hage tot Korsmisse. Dairnae track hy by hertoge Kaerle tot Hesoyn in Ar-toys ende by zyn suster, hertoge Kaerls huysvrouwe, om hulpe /van hem te heb-bene ende Engelant weder te crigen.

Hoe coninc Eduwairt weder in Engelant quam ende coninc wert

Ende hertoge Kaerle dede hem bystant van volcke ende van scepen, zoedat hy indenvasten dairnae trac in Engelant ende opten heiligen Paeschdachbyde stat vanLonden hadden zy enen stryt tegen coninx Henricx soen ende den greve vanWeerwyc voirs. ende coninc Eduwart had victorie mits sommige heren ende diegreve vanWeerwyc bleef dair verslagen. Ende coninc Henric wert weder gevan-gen ende zyn zoen en woude coninc Eduwairt nyet kennen voir coninc ende hywert gedoot. Ende coninc Eduwairt wert weder geweldich coninc van Engelant.Oeck in den voirs. iair LXX den XXVIIIen dach merte voir Paeschen hertogeArnt vanGelre, wesende tot Ghent, heeft voir notaris ende getugen bekent tewe-sen een leenman als van ennigen plecken des hertogen van Brabant, etc. ende on-der meer heeft geloeft die bourgers deser stat hoir vryheit van tol tehouden in den

1470-1471

203

fol. 236r

fol. 236v

lande vanGelre; prout in instrumento incipiente:`In nomineDomini, amen', etc.et comprehenso folio CCCCLXIII.

Remigii confessoris annoMoCCCCoLXXIo:Martinus deRode,Theodericus deAa, Adam die Lu,Willelmus de Buchouen,Theodericus die Borchgreue, PetrusPels, Iohannes Pynappel. /Burgimagistri seu receptores: magister Ghyselbertus Luey, Arnoldus ¢liusWil-lelmi Heymans.In den voirs. iair LXXI den XVIIIen dach in oixt seynden hertoge Kaerle vanBourgoindien sekere vermaenbrieven aen Nymegen, Zuytphen, Arnhem, etc.,datse souden ophoren van versceyden overdaden diese vorderden in achterdeelhertoge Arnts van Gelre; folioVC LIII.

Hoedie coninc vanVrancrycweder innamAmyens ende Sinte-Quin-tyns

Ende bynnen den voirs. tyde als die voirs. greve vanWerwyc tusschen den conincvanVrancryc ende hertoge Kaerl weder twist gemaect hadde, soe nam die conincweder inne die stedenvanAmyens ende Sinte-Quintyns, etc. dWelchertogeKaer-le vernemende vergaderden hy grote volck ende trac als int voirs. iair LXXI naeDertiendachweder inVrancryc, slaende zyn perckvoir Amyens, dair hybleef lig-gen tot in den meye. Ende dair wert dycwyle gescarmust, want dieGrote Salizairtlach bynnen Amyens ende quam dycwyle uuyt op des hertogen volc ende wordendan dycwyle in de stat gedreven, vele min dan zy uuytquamen. Ten eynde wertdair een bestant gemaect, een iair lanc durende.In den voirs. iaer LXXI denVIIen dach in merte dede heer Peter vanVertaing zy-nen eedt opt hoichscouthetscap der stat van sHertogenbosch ende geloefden me-de voir notaris ende getugen bynnen acht1 naestcomende wittelic te doceren dathy was een geboren Brabander ende oft hydes nyet en dede, zoude den voirs. eedtwesen nul, crachteloes ende van onwerden.

Remigii confessoris anno Mo CCCCo LXXIIo: Theodericus de Os, HenricusMonix, / Symon de Gheel, Arnoldus de Campen, Iacobus deVladeracken, Go-defridus die Lu, Hermannus Coenen.Burgimagistri seu receptores: Arnoldus Pels ¢lius Petri, Arnoldus Eelkens.

Dat hertogeArnt vanGelre overgaf dlant vanGelre voir III CM gou-den gulden, die hy van hertoge Kaerle ont¢nck

Anno predicto septima decembris Arnoldus, dux Gelrie et Iulie, post suam libe-rationem a sua capitivitate ducatumGelrie et comitatumZuytphanie cum omni-bus eorum civitatibus, opidis, castris, villis, territoriis, nemoribus, silvis, aquis,etc. pro summa trecentorum millium £orenorum Renensium boni auri et iustiponderis dicto duci Karolo de Bourgoindia cessit et tradidit; prout in litteris in-cipientibus: Arnoldus, Dei gratia', etc. et comprehensis folio CCCCLXVIII.

1471-1472

204

fol. 237r

fol. 237v

1 Aldus hs., hierna ontbreekt waarschijnlijkdaigen.

Aengaet der hertellingen

In den voirs. iair LXXII den XXten dach in april soe heeft hertoge Kaerle vanBourgoindien voirs. den scouthet deser stat oft zynen stathelder bevolen dat zyachtervolgende den slote van der hertellinge iegenwoirdelic by den tween werly-cken Staiten genomen te byzyne van den wethouderen oft gedeputeerden deserstat op zyne ende hoir eeden ende consciencie zouden tellen ende in den steden,vryheiden ende dorpen bynnen deser meyeryen by den o¤cieren, wethouderen,parochianen ende heilich-geestmeesteren van elcker stadt, vryheit ende dorpedoen tellen elken die hertsteden onder elcken staende, te weten een woenhuysdat bewoentlic is, groot oft cleyne, het1 dat teser tyt bewoent is oft nyet, by ryckenoft armen, geestelic oft weerlic, ende tgetal dairaf setten ende doen setten by goe-der declaracien in gescrifte, van strathe te strathen, ondersceydende die hertstee-den van elcken plaetsen zoe die in der beden /gewoentlic zyn gesedt te werdene,ende die plaetsen dair die contribucien der beden gedaen wordt, ende die goed-shusen die nyet gewoentlic zyn mede te gelden, ende tgetal daira¡ setten in ge-scrifte oft doen setten ende bezegelt overseynden met enen wairechtigen bode inhanden van den commissaryssen dairtoe gestelt tusschen die tyt in den sondachvan Pinxten doen naestcomende, verstaende dat die voirs. tellinge by den voirs.scouthet ende den voirs. anderen o¤cieren gedaen sal werden sonder loen, be-houdelic dat dieboden die de tellingenvoirs. zullenbrengen, dairaf zullen hebbenhoren redelycken sallaris, die onsen genedige heer voirs. zal doen setten met zyn-rer genaden beden ten naesten termyne totter plaetsen, etc.; prout in litteris inci-pientibus:`Kaerle, byder gracienGoids', etc. et comprehensis folio CCCLXXXI.In den voirs. iaer LXXII den XXXen dach in meye geloefden hertoge Kaerle vanBourgoindien tebetalen die er¡- ende lyfrenten die dese stat voir hemgeloeft endevercoft had; prout in litteris folio C LXXXII.2

Hoe hertoge Kaerle weder in Vrancryc trac, doende dair groetenscade

In den voirs. iair LXXII, naedien dattet voirs. bestant in den voirgaende iair ge-maect tusschen denvoirs. coninc Lodewyc endehertogeKaerle voirs. uuytgegaenwas, soe is dieselver hertoge Kaerle weder met groeter heyrvairt gereyst inVranc-ryc ende hy belach ende wan die steden van Nelle inVermendoys, die al gedestru-eert wert. Desgelycx wan hy Roye ende Mondidier. Dairnae trac hy voir die statvan Beuays, die hy mett groeter haest / vreeslic bestormden met assaute, mar dievanbynnenweerden hemvromelic van des smorgens totten donckeren avont endedes avontz quam dairbynnen versch volc van sconincx ordinancie. Ende als dieopte mueren begonsten te comen, zoe trac shertogen volc a¡ ende hy ginc liggendairby int cloester van Sinte-Luciaen. Dairnae ginc die voirs. hertoge Kaerle diestat noch vreesliker bestormen, mar wantter vele volcx versschelic incomen was,zoe en const hyse nyet gewynnen in dien male.

1472-1473

205

fol. 238r

fol. 238v

1 Aldus hs., hierna ontbreekt waarschijnlijk sy.2 In margine nota.

Hoe hertoge Kaerle verbranden vele dorpen inVrancryc

Soe opbrac die voirs. hertoge Kaerle ende trac met overmoede te Rouwaen wertende onderwegen verbranden hy dlant van Caux in Normandien, wel M dorpenende meer. Ende comende voir Rouwaen was dair zeer sterc bynnen die coninc-stabel ende dair wesende wairt bestant gemaect totten iair LXXIIII. Ende zoekeerden die voirs. hertoge weder tot zynen lande.

Van eenre cometen

Oeck in den voirs. iair LXXII omtrent Sinte-Agnetendach in de loumaent sachmen in de locht alten vreesliken comete ende duerden langen tyt tot by Paesschenende zy was vlammichmet enen langen, breeden stert, by nachte luchtende als diemaen.

Aengaet der gevenckenis hertogeArntz

Oeck in den iair voirs. want die voirs. Adolph, zoen hertoge Arnoutz van Gelre,zynen / vader gevangen had ende gehouden hadde well VII iaren ende maectenhemzelven heer by toedoene van sommigen heren ende steden slantz van Gelre,soe wasser grote partysscap ende oirloge opgeresen tusschen hem op deen zydeende hertoge Iannen van Cleue, zynre moeder brueder, ende den heer van Eg-mont, zyns vadersbrueder,met zynen kynderen op dander zyde, dairafvele bloot-stortinge ende scaden quam. Papa Paulus scree¡ aen hertoge Adol¡ zynen vaderloss te laten; patet in littera1 ad signum (½27) ac folio CCCCLXXV.

Dat hertoich Arnt uuyter gevenckenisse quam

Soe is wair dat die keyser Frederic ten versueck van den heer van Egmont denvoirs. hertoge Kaerle commissie gaf ende maecten hem richter in der saken tus-schen den voirs. hertoge Arnout ende Adolphen, zynen zoen. Soe dede hertogeKaerle zoevele aen denvoirs. Adolphen, dat hy zynenvader uuyter gevenckenisselyet.

Hoe hertoich Adolph quam tot Hesdyn by hertoge Kaerle

Ende hertoge Kaerle ontboet denselven Adolphen bii hem te comen tot Hesdyn,dair hy quam. Ende zoe hy zeer onbehoedt van woerden was, zoe sprac hy spitigewoerden in shertogen presencie, zoedat hy dair gehouden wert ende en mochtnyet wederkeren noch van hertoge Kaerle oirlo¡ crigen. Mar heymelic met hemanderontreet hy ende quam tot Namen ende vandair meynde hy te sceep te varenlancxdieMaze neder, mar hy wert dair bekent van zynenwerdt, die dat te kennenga¡, zoedathygevangenwert endewederbrachtbyhertogeKaerle, diewelke/denvoirs. Adolphenvast gevangen dede leggen tot Vilvoerden ende hybleef gevangenzoelange als die voirs. hertoge Kaerle leefden.

1472-1473

206

fol. 239r

fol. 239v

1 Vertaling: het blijkt uit een brief.

Afcoep des rechtz vanGelre aen den hertoich vanGuylic gedaen

Voirt meer want hertoge Kaerle metter wairheit bevant dat hertoge Arnt endeAdolph, zyn zoen, dlant van Gelre tonrecht besaten, als comen zynde van derioncster dochter ende dat die hertoge van Gulic was als afcomen zynde van deroudster dochter endehemoic by keyserlyckenvonnisse aengewesenwas, soe heefthertoghe Kaerle den hertoge vanGuylic a¡gecoft zyn recht om LXXXM goudengulden, die dairvoir betaelt worden. Oeckhad hertoge Arnt denvoirs. Adolphen,zynen zoen, onterft overmits die grote mesdaet die hy tegens zynen vader begaenhad, ende overgaf zyn rechtdenvoirs. hertogeKaerle. tSelve, als dat die voirs. her-toge Arnt ende Adolph, zyn zoen, dlant van Gelre tonrecht besaten, blyct oeckclaerlic uuyt tgeen des hiernae volgt.Linea1 ducumGelrie et quomodo femineus sexus / in ducatu succedere non pot-est, quia feodum masculinum est. Primus Gelrie dux vocatus est Reynaldus, qui

1472-1473

207

fol. 240r

w

1 Vertaling: de afstamming van de hertogen van Gelre en dat vrouwen in het hertogdom nietkunnen opvolgen, omdat het een zwaardleen is. De eerste hertog van Gelre heette Reinoud,die totwettigevrouwnamAlienora, dochter van dekoning vanEngeland, bij wiehij drie kin-deren kreeg, en wel twee zonen en een dochter. De oudste zoon heette Reinoud, gewoonlijkReinoud de Dikke genoemd, de jongste zoon heette Eduard en de dochter, naar men meentMaria geheten, trouwde met de eerste hertog van Gulik. Eduard voornoemd, hoewel jongerdan zijn broer Reinoud die krijgsgevangenwerd gehouden, nam het hertogdomGelre in be-zit. Deze Eduard stierf. Reinoud echterwerd in de stad Tiel uit zijn krijgsgevangenschap be-vrijd na de dood van zijn voornoemde broer, regeerde daarna het hertogdom en hij stierfzonder een wettige, levende nakomeling. Na de dood van beide broers was de hertogszetelvan Gelre vacant, niemand immers durfde die zich toe te eigenen. Als eerste scheen de voor-noemde hertog van Gulik, die vanwege zijn voornoemde echtgenote Maria, zuster van ge-noemde Reinoud en Eduard, de naaste erfgenaam, maar hij nam zich voor het hertogdomGelre niet in bezit te nemen.Hij wist datdathertogdom een zwaardleenwas en dathet daar-om aan de keizer teruggevallen was.En in die tijd regeerde Karel IVals keizer, die als broerWenceslas van Bohemen had, hertogvan Brabant via diens wettige vrouw hertogin Johanna. DezeWenceslas ging oorlog voerentegen devoornoemdeeerste hertog vanGulik, waarbij hij werd verslagen en doordezehertogvan Gulik gevangen genomen. De Brabanders konden dezeWenceslas die lange tijd krijgs-gevangen werd gehouden, niet vrijkopen wegens het door hem verslapte en verwaarloosdebestuurenzededenook niet veelmoeitevoorzijn vrijlating.Daarom reisdegenoemde keizerKarel naarAkenwaar in vreedzamegesprekken en vriendschappelijke besprekingenmetdekeurvorsten, vooral echter met de paltsgraaf, overeengekomen en besloten werd dat hertogWenceslas uit krijgsgevangenschap bevrijd zou worden en dat genoemde keizer KarelWil-lem, zoon van de voorschreven hertog van Gulik, in het hertogdom Gelre zou aanstellen enhem ermee zou belenen. GenoemdeWillem, zoon van de hertog van Gulik, ontving dit her-togdom dan ook in leen van de keizer, omdat zoals gezegd het hertogdom aan de keizer ver-vallenwas.Na rijp beraad metde voornoemdeeerstehertog vanGulik, hoewel die voogdwasvan zijn genoemde echtgenote, de dochter van genoemde Reinoud, eerste hertog van Gelre,wilde genoemde keizer Karel het niet schenken, opdat later door niemand gezegd kon wor-dendathet in devrouwelijkelijngee« rfdwasdoordezehertogvanGulikals voogdvoornoemd,hetgeenopnieuwtweespalt teweeggebracht zou hebbentotgroot nadeel van het rijk.Daaromgaf hij het hertogdom Gelre in leen aan de zoon van deze hertog van Gulik en niet aan dehertog zelf.De reeds genoemde eerste hertog van Gulik verwekte bij zijn genoemde echtgenote Maria,dochter van genoemde Reinoud eerste hertog van Gelre, drie kinderen, te weten: ten eersteWillem, voornoemde hertog van Gelre, die na de dood van zijn genoemde vader hertog vanGelre en Gulik werd en die overleed zonder wettige overlevende nakomelingen'; ten tweede

Alienoram, ¢liam regis Anglie, in legitimam duxit conthoralem, ex qua tres pro-les genuit, duos scilicet ¢lios et ¢liamunicam; etmaior natu ¢lius Reynaldus vul-go Reynaldus Pinguis dictus est etminor natu Eduwardus, ¢lia quoqueMaria, utcreditur, dicta, primo duci Iulie nupsit. Eduwardus predictus licet iunior fratresuo Reynaldo in captivitate detento occupavit ducatum Gelrie. Obiit idem Edu-wardus. Reynaldus autem, in opidoTyela liberatus a captivitate post mortem dictisui fratris, eundem rexit ducatum et decessit absque prole legitima superstite per-manente. Post quorum fratrum obitus vacavit ducatus Gelrie, nemo enim illi seintromittere ausus fuit. Primus dux Iuliacensis predictus, qui exparte dicteMarie,conthoralis, sororis Reynaldi et Eduwardi predictorum, proximior heres videba-tur, ipsum tamenGelrie ducatumoccupare nonpresumpsit. Scivit eundem duca-tum feodum masculinum et ita ad imperatorem esse devolutum. /Et eo tempore Karolus Quartus regnavit imperator, cui frater erat Wenceslaus deBohemia exparte ducisse Iohanne, sue legitime coniugis, Brabancie dux. Quiqui-

Reinoud, die na de dood van zijn genoemde broer beide hertogdommen tegelijkertijd re-geerde zonder wettige nakomelingen tot op de laatste dag van zijn leven; ten derde kreeg hijeen dochter die trouwde met de heer van Arkel. Heer Jan van Egmond schaakte een wettigedochter van genoemde Gulikse dochter, uit welke heer Jan van Egmond en genoemde doch-ter van genoemdedochter van de voornoemdeeerste hertog vanGulikgeboren is Arnold vanEgmond, welke Arnold hertog van Gelre genoemd werd en die de grootvader was van heerKarel van Egmond, nu namelijk in het jaar 1514 levend, enwelke heer Arnold naliet boven-genoemde Adolf, zijn zoon, doorwie hij in gevangenschapwerd gehouden. Omdatde instel-ling in en de schenking van het leen, het hertogdom Gelre, gedaan is als een vacantzwaardleen, toegevallen aan de keizer, en niet als van een leen van vaderszijde, zoals heelduidelijk opgemaakt wordt uit de akte van genoemde keizer, uitgevaardigd voorhertogWil-lem, zoon van de eerstehertog vanGulik, in het hofof het huis vanGulik, blijkthieruit helderdat dit veelgenoemde hertogdom Gelre een zwaardleen is en dat dit hertogdom aan het huisvan Gulik gekomen is, niet krachtens opvolgingsrecht, maardoor een keizerlijke schenking.Uit dezelfde akte blijkt immers dat er belening gedaan is van een vacant en teruggevallenleen, hetgeen duidelijk een schenking is, aangezien immers noch de dochter van de eerstehertog van Gelre, gehuwd met de eerste hertog van Gulik, noch hun zonen in het hertogdomhadden kunnen opvolgen zonder keizerlijke schenking zoals voorschreven is, enz.Vraag is hoe heer Arnold van Egmond, die gewoonlijk hertog Arnold genoemd wordt, in dathertogdom Gelre kon opvolgen, omdat hij zelf geboren is uit een dochter van de zuster vanWillem en Reinoud, hertogen van Gelre en van Gulik, en wel uit de dochter van de dochtervan de eerste hertog vanGelre en aangezien die opvolgingtegen dewil van keizer Sigismundwas en ten nadele van Adolf, hertog van Berg, welke Adolf rechtstreeks afstamde van eenbroer van de eerste hertog van Gulik. Onderaansporing van onze heerde paus deedGerard,hertog van Gulik en Berg en graaf van Ravensberg, afstand van de keizerlijke schenking endroeghij hetvaakgenoemdehertogdomGelreoveraanKarel, hertogvanBourgondie« .Daar-na nam deze hertog Karel de wapens op tegen het voornoemde hertogdom Gelre, voerde hijoorlog en onderwierp hij het, aan welke hertog Karel de inwoners van dat hertogdom in hetopenbaar de eed van trouw die 'huldinge' genoemd wordt, a£egden. Na de dood van hertogKarel ontving de zoon van keizer Frederik, Maximiliaan, die een wettig huwelijk geslotenhad metMaria, dochter van de reedsgenoemde hertog Karel, opnieuwde eed van trouw vande Geldersen. Filips, zoon van de genoemdeMaximiliaan enMaria, ontving dit hertogdomop gelijke wijze en onder de vereiste vorm van zijn vader Maximiliaan, Rooms Koning, diezich toen ophield in de stad Hagenau. Deze Filips, koning van Castilie« , overwon gewapen-derhand Arnhem en enkele andere Gelderse steden en hij heeft ze aan zich onderworpen.Maardeze onderneming moest onafgemaakt blijven wegens zijn vertrek naar Spanje. Dezekoning Filips stierf in Spanjeeen zeerdroevedood, zijn ziel regeert samenmetdeAllerhoog-ste in eeuwigheid. Karel wordt erkend als opvolger van deze koning Filips.

1472-1473

208

fol. 240v

w

demWenceslaus contraprefatumprimumducem Iuliacensembellum in quo suc-cubuit, gessit et ab ipso duce Iuliacensi captus est. EundemWenceslaum diu cap-tivum detentum propter ipsius remissam et negligentem regiminis operamBrabantini redimere non curaverunt neque liberationi eiusdem multum studue-runt. Quapropter dictus Karolus imperator in Aquisgranum descendit, ubi elec-torum imperii, precipue autem comitis palatini, paci¢cis orationibus etamicabilibus interlocutionibus accordatum est et conclusum, quod duxWences-laus a captivitate liberaretur et quod dictus Karolus imperatorWillelmum, ¢liumprefati ducis Iuliacensis, in ducatuGelrie institueret et infeodaret. Quemvero du-catum dictusWillelmus, ¢lius ducis Iuliacensis, ab imperatore in feodum recepit,quia ad imperatorem, ut premittitur, ducatus erat devolutus. Dictus Karolus im-perator maturo consilio prehabito primo duci Iulie predicto, licet tutori et mam-burno dicte sue conthoralis, ¢lie dicti Reynaldi, primi ducis Gelrie, donare nonvoluit, ne imposterum a quopiam diceretur quod ad ipsum Iulie ducem, tam-quam tutorem etmamburnumpredictum, et ita ad femininum/sexum devolutusesset, quod in imperii magnum redividisset preiudicium. Hanc ob causam ¢lioeiusdemducis Iuliacensis et non ipsi duci ducatumGelrie in feodum contulit. Se-pedictus primus dux Iuliacensis ex dicta Maria, sua coniuge, ¢lia dicti Reynaldiprimi ducis Gelrie, tres proles suscitavit: primo scilicet Willelmum, ducem Ge-lrie predictum, qui post decessum dicti sui patris erat dux Gelrie et Iuliacensisdefunctusque est nulla post eum prole legitima ex corpore suo superviva relicta;secundo Reynaldum, qui post dicti fratris sui decessum eosdem duos rexit duca-tus similiter absque prole legitima diem sue vite clausum extremum; tercio genuit¢liam quandam que nupsit domino de Arkel. Dominus Iohannes de Egmondaquandam¢liam legitimamdicte ¢lie Iuliacensis rapuit /exquibus domino Iohan-ne de Egmonda et dicta ¢lia dicte ¢lie primi ducis Iuliacensis predicti natus estArnoldus de Egmonda, qui Arnoldus dux Gelrie appellatus est quique fuit avusdomini Karoli de Egmonda, pronunc videlicet anno MCCCCC XIIIIto viventiset qui dominus Arnoldus reliquit supradictum Adolphum, suum ¢lium, a quo incaptivitate tenebatur. Quoniamquidem institucio et concessio feodi ducatus Gel-rie tamquamde aperto et masculino feodo devoluto quod ad imperatorem et nontamquam de feodo paterno facta est, prout in dicti imperatoris litteris pro duceWillelmo, ¢lio primi ducis Iuliacensis, expeditis in curia seu domo Iuliacensi ex-tantibus evidencius colligitur, hinc patet manifeste sepedictum Gelrie ducatumfeodum esse masculinum eundemque ducatum domui Iuliacensi non iure suc-cessionis sed imperatoria donatione esse devolutum. Patet enim ex eisdem litterisquod illa infeodacio facta est de feodo aperto et devoluto que notorie est donacio,cum enim neque ¢lia primi ducis Gelrie primo duci Iuliacensi nupta neque sui¢lii in ducatu succedere potuisset absque imperiali donatione, ut premittitur,etc. /Questio est quomodo dominus Arnoldus de Egmonda, qui dux Arnoldus vulgonuncupatus est, in eodem ducatu Gelrie succedere potuit, cum ipse sit natus ex¢lia sororisWillelmi et Reynaldi ducumGelrie et Iulie, hoc est ex ¢lia ¢lie primiducis Gelrie cumque illa successio fuerit contra voluntatem Sigismundi impera-toris et in preiudicium Adolphi ducis Montensis, quiquidem Adolphus a fratreprimi ducis Iuliacensis inmediate descendit. Exhortatione domini nostri pape

1472-1473

209

fol. 241r

fol. 241v

fol. 242r

imperiali donatione cessioneque et transportatione sepedicti ducatus Gelrie perGerardum ducem Iuliacensem et Montensem comitemque de Rauensberge Ka-roloBourgoindie duci factis, idemduxKarolus contraducatumGelrie predictumarma sumpsit, bellum gessit et eundem sibi subiugavit, cui duci Karolo incoleeiusdem ducatus iuramentum ¢delitatis quod huldinge dicitur publice presta-runt. Post mortem ducis Karoli Maximilianus, Frederici imperatoris ¢lius, quiMariam, ¢liam ducis Karoli iamdicti, duxit in conthoralem / legitimam, denuoaGelrensibus ¢delitatis iuramentum recepit. Philippus, dictorumMaximiliani etMarie ¢lius, eundem ducatum ab eodem Maximiliano suo patre Romanorumrege in opido Hagenauw existente modo congruo debitaque forma recepit, quiPhilippus Castelle rex armata manu Arnhem ac alia quedam Gelrie opida vicitsibique subiugata sunt. Sed hoc negocium ob Hispanicam profectionem relin-quere oportuit inexpeditum. Qui rex Philippus in Hispania prochdolor mortemobiit, cuius anima cumAltissimo regnet in evum cuiusque regis Philippi Karolussuccessor esse dinoscitur.In den voirs. iair LXXII scree¡ papa Sixtus brieven aen den hertoge van Bour-goindien ende aen de steden slants van Gelre; prout in litteris folioVC LV.

Remigii confessoris anno Mo CCCCo LXXIIIo: Iohannes Monix ¢lius Iacobi,Iohannes Loenman ¢lius Iohannis, Iohannes de Erpe ¢lius Arnoldi, Gerardusde Haestrecht,Willelmus Steenwech, Gerardus Kuyst, / Iacobus van denHoeuel,Wolterus van den Broeck, pro dicto IohanneMonix facto sculteto et prestititWol-terus iuramentumXIIIa septembris, Goeswinus Steenwech, proWillelmo Steen-wech, suo fratre, qui Willelmus ex causa suo scabinatu privatus est et prestititGoeswinus iuramentumXXIIIIta septembris.1

Burgimagistri seu receptores: Gerongius de Busco, Henricus van den Hoeuel.

Van sekere verbont dat hertoge Kaerle maecten metten hertoich vanGuylic als hy hem had overgegeven zyn recht van den lant vanGelre

In dicto anno LXXIII, XXIa iunii cum illustris princeps Gerardus dux Iuliacen-sis etMontensis comesque de Rauensberge suum ius, quod ad ducatumGelrie etcomitatum Zuytphanie ut proximior agnatus habuit et per imperialem donatio-nem investituram di¤nitivamque sentenciam obtinuit, supradicto Karolo duciBourgoindie, Brabantie transportasset, idemKarolus duxcumprefato duce Iulia-censi ad pacem et tranquilitatem suarum hinc inde terrarum quasdam confede-rationes perpetuas ymmo ligas et amicicias fecit, inivit et contraxit. In primisquod ipse Karolus /dux omnem commoditatem prefati ducis Iuliacensis promo-veret ac dampnum, dedecus et dispendium eiusdem et suarum terrarum vitaret,nec quacumque occasione dominia, terras et subditos ducis Iuliacensis predictiinvadere seu invadi permitteret atque subditos eiusdem ducis tamquam suos persuas terras et dominia sub consuetis theoloniis et vectigalibus ire.Voluit ymmo

1473-1474

210

fol. 242v

fol. 243r

fol. 243v

1 Vertaling:Wouter van den Broek legde in plaats van genoemde JanMonix, die schoutwerd,de eed afop 13 september, Gozewijn Steenwech kwam in plaats van zijn broerWillem Steen-wech, diewegens een rechtszaak uithet schepenambtwerd gezet, enGozewijn legdede eed afop 24 september.

etiam inferentes subditis ducis Iulie per rapinam seu spoliamdampna in dominioducis Karoli non haberent salvum conductum. Item et si quis in terris et dominiisdicti ducis Iulie forefecerit seu male¢cium commiserit quod penam sangwinisseu ultimum supplicium requireret, talis in patriis ducis Karoli nullum salvumconductum haberet sed iuxta rigorem iuris communis seu municipalis condig-nam penam sortietur. Item et si aliqua di¡erencia seu contraversia inter dictumducemKarolum et ducem Iuliacensem seu suosheredes et successores aut eorumsubditos post datam presentium exorta fuerit, ad huiusmodi sedendam et diri-mendamordinatum est inter eos quod quilibet duos consules de consilioBraban-tie ad certum locum et diem inframensemper actorempre¢gendos mittere debetet debet actor ex consilio domini nostri conventi nominare et eligere super arbi-trum communemquem reus rogare debebit ut in loco et tempore per ipsum reumpre¢gendis comparere et contraversiam terminare velit, sic quod quatuor com-missarii ab utrisque dominis electi debent et tenebuntur actiones utrarumqueparcium recipere et receptis primitus per vias amicabiles ¢nire quas si nequive-rint extunc debent sententialiter unacum quinto superarbitro desuper decernere.Et quidquid dicti arbitri desuper decreverint, hoc inviolabiliter /observabitur. Siautem subditi contra subditos seu vasallos aliquam actionem movere volueruntaut econtra, tunc actor sequi debet competens forum rei conventi si personali ac-tione vel rei site de qua fuerit questio si actione reali agatur cui iudex rei conventivel rei site iusticiam brevem et condecentem ministrare tenebitur. Quod si actorde denegata iusticia conquestus fuerit eo casu duces contra iusticiarios et o¤cia-rios suos remediabunt, etc.; prout in litteris incipientibus: `Karolus, Dei graciadux Bourgoindie', etc. et comprehensis folio CCCXLVII.

Hoe hertoge Kaerle met heyrcracht int lant vanGelre quam

Dus in den voirs. iair LXXIII naedien hertoge Kaerle voirs. zulcken recht alsvoirs. is hadde vercregen, soe is dieselver hertoge Kaerle getrocken met heyr-crachte nae den lande van Gelre al doer Maestricht ende dair vant hy gereet her-toge Iannen van Cleue, zynen neve, ende den heer van Egmont met zynenkynderen, die hem te hulpen quamen. Ende ierst belach hyVenloe dwelc hem op-gaf, ende voirt al meest creech hy dat lant inne, want vele edele heren van denlandewarenbleven gevangenbinnenHesdiin, als Adolph hoer/heymelic vandairreet.

dBelech voir Nymegen1

Ende mitsdien die stat van Nymegen hair nyet overgeven en woude, soe trac her-toge Kaerle dairvoir met groeter macht op deen zyde van denWale. Ende die her-toge van Cleue ende zyn brueder heer Adolph, heer van Rauensteyn, ende dieheer van Egmont met zynen zoenen lagen op dander zyde van den rivieren.

1473-1474

211

fol. 244r

fol. 244v

1 In margine nota.

DatNymmegen gewonnenwaert

Ende op die stat wairt zeer gescoten ende werden hair cloetelic, mar int leste ga-ven zy hen op in handen hertoge Kaerls voirs. ende hy nampse in genaden mitszekeren tractate ende hy waert aldaer gehuld voir horen lantsheer. Ende die oudehertoge ster¡ dairnae in die stat van Den Graue. Ende hertoge Kaerle vuerdenmet hem uuyt Nymmegen twee ionge kynderen van hertoge Adolph voirs., enensoen ende een dochter, ende deedse in Brabant eerlic ophouden, want die overlee-denvrouwehertogeKaerls voirs. ende diere kynderen moeder waren twe gesuste-ren van Bourbon. Oeck was hertoge Kaerle voirs. ende deser kynderen moeder,brueder ende suster kynderen. Ende dit gesciede int voirs. iair LXXIII, dairafmen seegt aldus: Als hertoge Kaerle voir Nymmegen lach, men noyt zoe heetenzoemer en sach'. /

Hoe keyser Frederic ende hertoge Kaerle totTrier vergaderden

Item dairnae int selve iair LXXIII omtrent Sinte-Michielsdach soe is die keyserFrederick nedergecomen tot Trier met vele bisscoppen, hertogen, marcgrevenende heren om te tracteren met hertoge Kaerle van vele saken.Welke hertogeKaerle met groten state ende vele costelycheiden totten keyser trac, dat des gelycxnyet gesien en heeft geweest, soedat die keyser ende die hertoge voirs. dair ver-saemden in groeter minnen ende vruechden ende elc dede dair den anderen groe-te chier ende werdicheit ende zy vergaderden mennichwerven alle dage bymalcanderen omtrent VIII dagen lanc. Ende ten laetsten dede hertoge Kaerleeen alten costelycken maeltyt bereyden ende noeden den keyser ten eeten met al-len zynen heren.Dair thoendehertogeKaerle zyn costelycke iuweelenvan goude,van zilver ende van gesteynte in der maeltyt, zoedat nyeman desgelycx en sach.Ende men seyde dat die keyser dair comen was om hertoge Kaerle coninc te ma-ken van Bourgoindien, begripende dairinne alle dese Nederlanden. Mar die key-ser wart anders van synne ende trac heymelic uuyt Tryer tscepe om dwelckehertoge Kaerle zeer geturbeert wert ende quamweder in zyn lant.

Dat Perlement totMechelen ingestelt wert

Ende in de vasten dairnae volgende instelden hii tot Mechelen eenWalsch Perle-ment van XXX heren, dwelc hem die keyser also men seyde tot Trier verleenthad. /

Remigii confessoris annoMoCCCCoLXXIIIIo:midsdien op Sinte-Remeysdachnoch bynnen acht dagen dairnae bynnen deser stat van sheren wegen egeen sce-penen gesett oft by den onderscouthet te diere tyt wesende aldair geeydt en wor-den, soehebben die gezworen die int voirleeden iaer scepenen hadden geweestoftdmeestedeel van hen, by namen Ian Loenman Ians soen, Dirck van Haestrecht,Iacob van den Hoeuel,Wouter van den Broeck ende Goessen Steenwech, dairen-teynden gecoren ende geset om scepenen te zyne bynnen deser stat op hoir eedenvoir tvoirs. iair LXXIIII, dats te wetene Ludolphus Buck, Ghiselbertus Haeck,Amelius de Boechem, Goeswinus van den Hezeacker, Gerardus Symonis, Ro-dolphus Dicbier, Iohannes Kanapart ¢lius Iohannis, diewelke by Bartram Ianss.,

1474-1475

212

fol. 245r

fol. 245v

deser stat gesworen knaep, geeydt worden ende dit nae begrip /ende uuytwysenvan enen previlegie, gegeven by vrouwe Iohanna opten XVIIIen dach van merteint iair MCCCLXXXVII, etc.Burgimagistri seu receptores: Coenrardus Keymp, Symon Scheenken.In desen voirs. iair LXXIIII alst bestant uuytginc tusschen coninc Lodewyc vanVrancryc endehertogeKaerle, zoe isser weder eenbestantgemaect, een iair lanckduerende.

Oirsaeck dat hertoge Kaerle nae Nancii toech dair hy blee¡

Oeck int voirs. iair LXXIIII vernam hertoghe Kaerl tydinge van den lande vanFerretten, dwelc hy gecoft had tegen hertoge Zegemont van Oistryc, ende hy haddair enen capiteyngestelt, geheiten PeterHackeback, diewelcke om zyn tyranscapdair gevangenwas ende ter iusticien gestelt ende dairnae onthoeft in een stat, ge-heiten Brisack; om dwelck hertoge Kaerle zeer gestoirt wairt ende vermat hemdat op henlyeden te wreken, wairomme dlant van Ferretten uuyt vresen sloechende sich ga¡onder Zwitselant. /

Oirsaeck dat hertoge Kaerle voir Nuys quam

Oeck int voirs. iair LXXIIII ende opte selve tyt quam heer Robbrecht van Beye-ren, eertsbisscop tot Colen, ende claechden hertoge Kaerle, zynen neve, over diestat van Coelen, van Nuys ende andere datse hem onthielden zyn rechten endedemaynen die hem toebehoirden. Alsoe dat hertoge Kaerle den voirs. eertsbis-scop consenteerden zyn wapen bynnen Coelen voir zyn ho¡ te slaen, dwelc hydede, mar zy wairt by nachte afgetrocken ende int slyc getreden.

dBelech voir Nuyss

dWelc vernemende hertogeKaerle, wairt hy toernich ende alsoe is hymet groeterheyrcracht te perde ende te voet uuyt zynen lande getrocken doer Tricht, heb-bende oic met hemvele Engelsche ende Lombarden, ende ginc liggenvoir die statvan Nuyss omtrent Sinte-Marie-Magdalenendach int voirs. iair. Ende hy hinckzynwapenen costelic aen eenen staeck in enen scilt midden int velt. Ende hy dedemennich zwair assaut ende stormop die stat, mardievanbynnenwerden henvro-melic, want zy waren bynnen waell bewaert van cloecken lyeden, dair thooft afwas heer Herman, des lantgreven brueder van Hessen, die van Sinte-Lysbettenbloede is ende wert namaels ertsbesscop van Coelen. Ende die keyser Frederickhad der stat ontboden dat hyse ontsetten zoude, mar het vyele zoe lange dat dievan bynnen Nuyss by gebreck wael aten CCCC perden, nochtans en gaven zyhen nyet op. / Item den tyde dat hertoge Kaerle dus voir Nuyss lach, maecten key-ser Frederick ende die koerfursten ende die rycsteden een grote aliance ende ver-bont met coninc Lodewyc van Vrancryc. Ende omtrent Sinte-Barbarendachquam by hertoge Kaerle voirs. voir Nuyss in den leger die coninc van Deenmer-cken, van Romen comende, ende hy had byhem greve Gerardt van Oldenbrugge,zynen brueder, ende hertogeHenrickvan Bruynswyc endemeer andere grote he-ren ende arbeyden zeerompays tusschenbeyde temaken,mair twas om nyet ende

1474-1475

213

fol. 246r

fol. 246v

fol. 247r

zoevertrocken zy. Itemdairnae in devasten togen dievanCoelenuuyt endemaec-ten hoir logys ne¡ens die stat van Nuyss over den Ryn ende deden groeten scaidein hertoge Kaerls heyr.

Hoe die keyser quam omNuyss tontsetten

Daernae quam die keyser met groeter heyrcracht om Nuyss tontsetten endesloech neder omtrent een myle van Nuyss ende van hertoge Kaerls heyr, dair hyhembegroe¡ in enenwagenborch ende zy schermutsten dycwilen tegens malcan-deren.

Van pays voir Nuyss

Dairnae begonst men te spreken van payss, dairin zeer arbeyden heer Alexander,bisscop vanForluuen, legaet van den paus gesonden, ende hydede die uuytsprakedat die paus die sake soude eyndenbynnen eenen iair endehier enbynnen zoudenpartyen a£aten van oirlogen ende die stat van Nuyss / zoude blyven staen onderdie protectie van denselven legaet. Ende alsoe dairnae zynbeyde dieheyren opge-broken omtrent Sint-Iansmisse ende hertoge Kaerle quamweder in zyn lant.

Dat die bruederscap van den Rozenhoet ingestelt wert

Item in den voirs. tyde dat hertoge Kaerle voir Nuyss lach, zoe wert die saligebruederscap vanOnser LieuerVrouwen Souter oft Roesenhoede tot Coelen inge-stelt ende vernyewt by der erwerdigen heer meester Ian Sprenger, doctoir in dergotheit, prioir van den predickercloester tot Coelen, ende wert van den voirs. le-gaet ende dairnae van den paeus Sixtus con¢rmeert met vele schoene a¥atendairtoe gegeven. Ende een yegelyc mensche mach dese bruedersscap aennementusschenGot ende hem oic sonder ingescreven te zyn ende lesen daigelix, gaendeoft staende, knyelende oft sittende, een roesenhoyken, dat zyn vy¡ pater nosterende nae elcken pater noster X ave maria, oft hy sal lesen ter weken enen soutervanOnser LieuerVrouwen, dat ziin III hoykens, te weten XV pater noster ende CL ave maria. Ende oft yemand nyet en leest, hy en doet geen sonde, mar hy derftalleen die mededeelachticheit van alden anderen bruederen ende susteren die opdie tyt lesen.

Van coninc Eduwart van Engelant

Oeck want in der tyt dat hertoge Kaerle voirs. voir Nuyss lach een verbont ge-maect was tusschen / coninc Eduwart van Engelant ende hertoge Kaerle tegenden coninc vanVrancryc, soe is coninc Eduwart met groter machten comen toCaleys ende trac voirt in Pikardien om dlant van Normandien weder te wynnen.Marmitsdien hertogeKaerle nyet enwoude sceydenvanNuyss ende conincEdu-wart mercten dat coninc Lodewyc vanVrancryc hem te mechtich was, soe tracconinc Eduwart wederom over in Engelant, dairop dYngelsche zeer murmureer-den, want hy had enen groten scat van den Engelschen op die reyse ontfangen.

1474-1475

214

fol. 247v

fol. 248r

Van den bestant tusschen coninc Lodewyc ende hertoge Kaerle; vanden greve van Sint-Pol die tot Parys onthalst wert

EndehertogeKaerle vernomen hebbende dat conincEduwartweder teruggewasnae Engelant, maecten hy bestant met coninc Lodewyc vanVrancryc IX iaren,want hy dacht te oirlogen in Loraynen ende op die Zwitsen, in welcken bestandewast vorwarde dat die greve van Sint-Pol, conestable vanVrancryc, dairbuyten ge-sloten zoude blyven, want hertoge Kaerle oec op hemvergrampt was. Ende wanthy uuyt Vrancryc tot Bergen in Henegouwe gevloyen was, soe deden hertogeKaerle des voirs. conincx volck leveren tot Perone ende vandair wairt hy gevuerttot Parys dair hy van LX herenvan den Perlament ter doot wert verwesen ende hywert onthalst als in den iair van LXXV. /

Remigii confessoris anno Mo CCCCo LXXVo: dominus Iohannes Back, miles,loco Petri Steenwech prestitit iuramentum IXa iulii, Iohannes de Craendonc, Pe-trus Steenwech, obiit XXIIa iunii in suo scabinatu, Iohannes Ghysselen, Henri-cus deVden, obiit VIta septembris in suo scabinatu, Iohannes de Ham, Iohannesde Os, Reynerus van den Hoeuel, Hubertus Steenwech, locoVden prestitit iura-mentumXIIa septembris.Burgimagistri seu receptores: Gerardus de Palude, Alardus Spiker.

Van den heemraiden inMaeslant

In denvoirs. iair LXXVdenXVen dachvan merte soe zyn geraemptbyden heem-raidenvanMaeslant ende sekere gedeputeerdebynnen deser stat zekere goede or-dinancie denselven aengaende; beginnende die brieven dairaf: `Wy, Ianvan Hamende Reyner van den Hoeuel', etc. ende begrepen opten blade CCCC LXXI.

Hoe hertoge Kaerle Nancii eens had gewonnen

In den voirs. iair LXXV omtrent Sinte-Michielsdach trac hertoge Kaerle metgroeter macht int hertoichdom van Baren ende Loraynen, want Renez, grevevanVaudemont, die hertoich van Loraynenwordenwas by a£ivicheit van hertogeNyclaes vanCalabren, hertogeKaerle ont- /seyt had als hii voir Nuyss lach, mey-nende coninc Lodewyc vanVrancryc dairmede vruntscap te doene, ende quamalsoe voir Nancii die hii wan ende desgelycx die andere steden ende sloten vanden lande. Ende die hertoge van Loraynen weeck inVrancryc, die op die tyt om-trent XX iaren oudt was.

Den iersten stryt die hertoich Kaerle verloes in Zwitserlant

Ende als hertoge Kaerle dlant aldair beset had, toech hii in Sauoyen om den her-toge van Sauoyen te helpen tegens die Zwitzen, dairop hy oec actie hadde wantsedlant van Ferretten tegens hem wouden bescudden, ende trac alsoe ierst voir diestat vanGranzoen in Zwitserlant, die hy wan ende dair hy vele Zwitsen dede han-gen. Hy had by hem vele vrome Lombarden, dair die greve van Campebas capi-teyn af was, die hem, zoe men seeghden, nyet alte getrouw en was. Oeck had hyvele vrome artchiers uuyt Engelant. Ende aldus hertoich Kaerle dair int lant we-

1475-1476

215

fol. 248v

fol. 249r

sende, hielden die Zwitsen groten raet hoe zy hem zouden moegen wederstaen.Ende zy vergaderdenvelevolcx vanZwitsen ende quamen omtrentGarisoen daerdie hertoich lach. Ende die mer lyep in shertogen heyr dat die keyser ende alle diemacht van Almanien aenqueem, ende dairomme vloetter vele als zy die Zwitserssagen aencomen. EndehertoichKaerle, syende zynvolc vluchtich, vloet insgelycxende verloes dair een groot volc ende alle zyn costelycke artilrye van bussen endezyn costelycke iuwelen, zynen scat cleders ende tapeten als in de vasten int iairLXXV. /

Aengaet der visscheryen bynnen deser stat, hare vryheit, in den dorpvanVucht ende tot Berlykem

In denvoirs. iair LXXVdenVten dach in meye op zekere requestbydeser stat over-gegeven den heren president ende anderen van der Rekeningen tot Mechelen re-siderende, soe hebben dieselve heren by appoinctemente vercleert aengaende dervysscheryen die dese stat altyt vredelic had gebruyct bynnen derselver stat endehare vryheit, in der prochien van Vucht ende Berlyckem mits previlegien diesedairaf heeft ende boven incorporeert zyn, ende den ouden groeten diese dairafgeldende is ende die Henric Celen, rentmeester, alsdoen woude seggen nyet be-taelt te wesen, seggende oic dat dese stat vorder hed gebruyct dan die vrydicheitstrecten ende dat in den dorpe van Berlyckem:in den iersten dat dese stat boven de ouden groeten die zy iairlix betaelt onsen ge-nedigen heer endebegrepen staen in den chynsboecken ter cause van der vissche-ryen nae inhoude des voirs. previlegie, noch sal betaelen er£ic in handen desrentmeesters enen anderen ouden groetenTuronensis ten termyn als andere vangelycken alder verschynen, welcken ouden groten van nyews sal werden gesteltop hemselven int chynsboec, besceidelic verclerendewairafmen dien sal betalen;ende sal dese stat hierenboven oic ten ocsuyne van den onbetaelden achterstellevan desen opleggen onsen genedigen heer X derselver ouder groten;item als van tgeen dat dese stat die visscherye vorder hed gebruyct dan nae in-houde des voirs. previlegie als in den dorp van Berlykem, sal dese stat dair- /voirer£icbetalen onsengenedigen heren noch enen anderenoudengrotenTuronensis,die de rentmeesteroec stellen sal int chynsboeck; ende overmits desen soe sal desestat voirtaen ewelic gebruycken hoir visscheryen zoese van oudts geplogen had,daira¡oic die rentmeester voirs. deser stat geven soude zyn behoirlyke brieve on-der zynen zegel, zoe hy oic gedaen heeft ende die beginnen: `Ick, Henric Celen,raedt myns genedigs heren shertogen', etc. ende zyn begrepen folio CCLXXXII.

Hoeverre deser stat visscherye reyct in der prochien van Berlykem

In welke voirs. brieve die voirs. Henric Celen als rentmeester voirs. in den nameons genedigs heren deser stat boven hair voirs. previlegie heeft gewillecoirt hairvolcomen gebruyc van der voirs. visscheryen in deser stat ende vryheit ende ins-gelycx in der prochienvanVucht ende oicbuyten derzelver vryheit in der prochienvan Berlykem, al soeverre zydier tot her toe gebruyct heeft, tewetenebeginnendeende aengaende ter zyden van Roesmalen van eenrer gemeynre stegen genoemptdie Hynthamsche Stege, ter zyden endebyden dreyboembynnen deser meyeryen

1475-1476

216

fol. 249v

fol. 250r

gelegen, ende vandair voirt allet water langs tot verbii die Engelantsche moelenende voirt tot enen gemeynenwaterlaet, comende van DenDungen ende vandairloepende doer die Sporcsche Brug ende voirt int voirs. water loepende tegen eener¡enisse genoemptdie Caluer Straet, dengoids- /huys vanBerne toebehorende;gelyc dieselve brieve breder inhoudende ende zyn van den daet den XVIIIen dachnovembris int iair MCCCCLXXV.

Vonnisse interlocutorie aengaende den Loeuensche toll ende oudegeleyde

Oeck in denvoirs. iair LXXVdenXen dach in aprille, naedien questiewas geresentusschenArnden Schriine1 ende Anthonys vanWinge, als pechteren des tols endeoude geleyde van Loeuen, ende Iannen van Arkel, als onderscouthet, den wet-houdren deser stat endeWillemenvan der Hellen, als pechter des tols bynnen de-ser stat aengaende den voirs. toll van Loeuen, dairaf dat die voirs. Arnt endeAnthonysmeynden ende sustineerden dien temoigen leggen, he¡en ende ontfan-gen van gueden ongevryde personen toebehorende, alsoewael bynnen deser statals in anderen steden, dorpen ende plaetsen des lants vanBrabant, soehebben diepresident ende andere heren van den Raide geordineert in Brabant, dairvoir diequestie voirs. was gecomen nae vele allegacien ter eenre ende ter andere gedaen,voir recht declareert ende appoincteert dat die namptisacie by den voirs. ArndenendeAnthonysenversocht, nyet en salwerden gedaen ende dat duerende tprocesstusschen beyde geport ende hangende ongedecideert, sullen allen die guedenende comansscappen daira¡ Arnt ende Anthonys voirs. pretenderen te hebbenrecht van toll, ten versueck van denselven werden geset in gescrifte by den rent-meester van Den Bosch oft zynen dairtoe gecommitteerden, naevolgende in de-sen zekere andere appoinctemente in der voirs. saken gegeven; prout in litterisbeginnende: `Kaerle, by der gracien Goids'ende begrepen folio CC XII. /

teser tyt waert aflivich die voirs. hertoge kaerle vanbourgoindien

Remigii confessoris anno Mo CCCCo LXXVIo:Willelmus de Ghent, IohannesWaerloes ¢lius Iohannis, Iohannes Steenwech, Henricus de Kessel,WillelmusPyckeuet, Ghyselbertus Pels, Iohannes deVladeracken.Burgimagistri seu receptores: Bernardus Ianssoen,Theodericus van denHoeuel.In den voirs. iair LXXVI nae den verlyes des voirs. striitz in den voirs. vasten ge-hadt, soe heeft hertoge Kaerle voirs. weder vergadert vele volcx ende ginc liggenvoir die stat van Morat by Losanen in Sauoyen, die de Zwitzen inhadden, endealtemet trac zynvolc opten kant van Zwitzenlant ende schermutsten metten Zwit-zen, mar zy en dorsten nyet dyep int lant / ryden om tgroet gebercht dat dairinleegt ende die Zwitsen laigen in de valeyen dat mense nyet en zach.

1476-1477

217

fol. 250v

fol. 251r

fol. 251v

1 Lees mogelijk Schriiue.

Den IIten strydt die hertoich Kaerl verloes tegens die Zwitsen

Ende aldus hertoch Kaerle voirs. voir Morat liggende vergaderden die Zwitseneen groot volck ende heyr, dairtoe zy oic te hulpen creegen hertoge ZegemontvanOistryc ende den hertoichvanLoraynen met vele gebannenFransoysen, endevyelen alsoe den voirs. hertoich aen zeer fellick als op Sint-Ians-Baptistendach temidsoemer des smorgens vroech, alsoe dat alle diegeen die consten ontcomen,vloeden om hair lyf te salveren, alsoe datter van hertoge Kaerls volc doot blee¡wael XVIMmenschen, ende hertoichKaerle voirs. ontquammet luttel volcx endequam int greefscap van Bourgoingien in zyn lant. Ende alsoe geringe als menver-nam dat hertoge Kaerle noch leefden, waren zyn vrienden blyde ende doe wyeshem weder groot volc aen, zoedat hy een groet volc byeen had vergadert endedoevernam hertoich oic dat het lant van Loraynenwederovergegaenwas aen ho-ren hertoich, dairinne hy qualic tevreden was.

Dat hertoge Kaerle weder voir Nancy ginc liggen

Ende dairomme versaemden hy alle tvolc dat hy konde ende quamwederom lig-genvoir die stat vanNancii int hertoichdomvanLoraynen ende/als hy vaste dair-voirblee¡ liggen zoe en quamhem nyet victalie genoich nochprovande aen.Oeckconden zy qualyc voragie crigen voir hoir perden ende dat dairomme want allendie straten ende passaigien waren beleegt van zynen vyanden zeer sterckelyc, al-soe dat hy ende zyn volc dair mosten blyven liggen in groeter armoeden van hon-ger ende andere gebreken, zoedattet heyr zeer machteloes wairt. Oeckwas doenalten couden winter zoedatse groten couden leden. Ende hertoge Kaerle scree¡vele brieven zeer compassilic aen sommige heren van zynen landen om bystantvan volc, van gelde ende vitailie te hebbene, want sonder hulpe en mecht hy van-dair nyet geraken.Mar lazen, hyen creechgeenbystant; hemwairt gesonden enenwagen met gelt geladen, mar hy blee¡ onderwegen verdonckert tot Lutzenborch,etc. zoedat hertoge Kaerle voirs. troesteloes blee¡. Dit vernemende die hertoichvan Loraynen zoe vergaderden hy groot volc. Oeck creech hy uuyt Vrancryc hey-melic IXC lancien, oeck creech hy een groot heyr van Zwitsen dairmede hy hemverbonden had.

Nu blee¡ hertoge Kaerle doot

Opten heiligen Dartienavont op enen sondach int voirs. iair LXXVI quam diehertoge van Loraynen met zynen volc te perde op deen zyde ende die Zwitzen opdander zyde ende bevyelen hertoich /Kaerlen vreeslyken die dair den strydt ver-loos, mitz dat zyn volc crachteloes ende moedeloes was, geen groete were bye-dende, mar een yegelic pynden hem te vlyen. Ende zoe blee¡ dair vele volcxverslagen alsoe dat hertoge Kaerle ten eynde oic vliedende met vele volcx versla-genwertomtrent een cleyn ryvierken dair hybynnen drie dagenvondenwert endewert te Nancy bynnengebracht ende aldair begraven. Ende dair wairt gevangendie greve van Nassou, die greve van Chymay, heer Anthonys, bastart van Bour-goindien ende vele andere.

1476-1477

218

fol. 252r

fol. 252v

ten tyde van iouffrouwe marien, dochter hertoge kaerlsvan bourgoindien1

Hertoge Kaerle voirs. lyet after van ziinre middelster huysvrouwen, vrouweYsa-belenvanBourboen, een eenige dochter, geheitenMaria, dairopBrabant ende dieandere landenvan hertoge Kaerle verstorven ende zii wairt alom gehuld. Nae diedoot hertoge Kaerls voirs. stonden op die gemeynten van den steden tegens diewethouders, diese vyngen ende qualic tracteerden. /

Previlegie van sekere goeden poinctenverleent bii iou¡rouweMarie,hertoginne van Brabant

In den voirs. iair LXXVI den XIten dach in februario nae der a£ivicheit hertogeKaerls voirs. ende als die voirs. iou¡rouweMarie gehuld was wesende tot Ghent,dair by hair comen waren heer Lodewyc van Bourboen, bisscop van Ludic, hairoem, hertoich IanvanCleue endeheerAdol¡, zynbrueder, heer vanRauensteyn,hair neven, ende dair die gedeputeerde van den landen oic waren, soe heeft dievoirs. iou¡rouwe Marie voir hair, hair oiren, erven ende nacomelingen hertogenende hertoginnen, princen ende princerssen der voirs. hare landen geconsen-teert, gegeven ende verleent generalic ende particieerlic elcken lande bysunderdie poincten hiernaeverclairt tot ewigen daigen te gebruycken ende onderhoudente werden sonder breken:in den iersten dat zy zoude stellen enen Groten Raedt van personen ende condi-cien die hoir residencie zouden houden dair zybynnen haren lande zoudewesen,daira¡ alleen deen principael hoot ende cancellier sal wesen, connende Lattyn,Walsch ende Duytsch, ende datse voirts soude stellen uut harenWalschen landenvier heren ende goede mannen, uuyt den lande van Burgoindien twe, uuyt denlande van Artoys ende Pickardyen twee, uuyt den lande van Henegouwe enen,ende /enen uuyten lande vanNamen, uuytenDuytschen landt vier, uuytBrabantvier, uuyt Vlaenderen vier, uuyt Hollant ende Zeelant twee, uuyt LutsenborchendeValkenborch twee, uuyten lande van Lymborch ende Ouermaze twe, dairafdeen helft altyt zal wesen edel ende dander helfte clercken van recht, ende dat totdien die princen endeherenvan horenbloede zullenmoigen comen, etc.; ende datdie secretaryssen tot harenRaidebehorende, zullenwesen in alsulcken getal endeuuyt haren landen als heur verduncken soude, connende ten mynsten Walschende Duytsch;item dat die voirs. van den Groeten Raide zullen eeden doen die rechten, previle-gien, aude ende nyewe, ende oic die costumen ende usaigien van elcken landeende steden te onderhouden;itemdat die sakenvoir hen comende zullenwerden gehandelt in der talen diemenspreect daer die verwerders woenen;item ende datgeen dat tegens die previlegien ingebroken is van onwerden sal we-sen;

1476-1477

219

fol. 253r

fol. 253v

1 Herhaald tot en met fol. 264v.

item ende dat men die brieven die men sal uuytseynden uuyter raetcameren, salseynden in der talen dye men spreect daer mense seyndt, ende ofse anders geson-den worden, soe en sal mense nyet dorven obedieren noch die gedaighde en dor-ven nyet compareren; /item ende datdieConsistorie totMechelen opgeset te nyeute zyn zoude tot ewigendaigen ende afgestelt blyven sonder ennige gelycke in toecomende tyden op testellen;item dat alle saken int Parlament tot Mechelen by evocacien, betogen ende dienoch aldair hangen onbeslicht, gesonden zullen werden ter plaetsen dairse evo-ceert ende uuytgeroepen zyn; insgelycx sal gescien van den saken die by appella-cien int Parlament voirs. betogen zyn;item ende dat zii geen oirlogen en zoude moigen aennemen buyten rade der Sta-ten van allen haren landen;item oft oirloige aengenomen worde by gemeynen overdrage, dat men dat sal pu-bliceren ende nae der publicacie zullen die persoonen van der wederpartyen XLdaigen geleyde hebben om te moigen met horen gueden vertrecken;item ende als ennige oirloge aengeheven sal wesen, alsdan zullen hair vasallenende mannen van leen leen houdende tot dyenst van wapenen, moeten dyenentot op die frontieren van den lande dair hoir leenen gelegen zyn ende nyet vorder,het en zydat hen gelieft, etc. ende dat nae derouder costumen als die leenmannenhen zullen opsetten dat zii alsdan van den heer daironder zy dienen, zullen heb-ben hoir gagien oft soudye alsoe lange zy in den dyenst zullen wesen, des zullendiemansmannen leenehoudende tot gelycken dienstevanwapenen/staende, denvasallen te hulpen zullen comen nae der ordinancien van den Staite van elckerlanden ende dat alle andere ordinancien dairop gemaect zouden wesen casseert;

Dat die Staiten van den gemeynen landen ende van elcken lande bysundermoigen vergaderen alst hen belyeft1

item dat die Staitenvan haren landen generalic om saken ende prou¡yten denselvenaengaende insgelycx die Staiten van elcken lande particuleerlic om saken elckenaengaende zullen moigenvergaderen ter plaetsen dairt hen sal gelieven ende under-linge communiceren alsoe dick alst hen gelieft, sonder dairop te moeten verwervenhare oft hare naecomelinge consent, etc.;

Van den geboden oft verboden tegens die previlegien comendeitemoft geboerden datbyhairoft haren nacomelingen oftbyharenGroetenRaetoftParticulierenRaet ennigebevelen, geboden oft verbodenuuytgesondenworden, ge-dragende tegens die generael oft particuliere previlegien van haren lande, dat diegeen stat en zullen grypen;item ende dat die ondersaten van elcken lande zullen staen te recht ende iurisdic-tienvan horen ordinarisen ende in mediaten richteren daironder zy nae den rech-ten, previlegien, costumen ende usaigien van ouden tyden geresorteert hebben,sonder vorder oft elders betogen te werdene in der ierster instancie;item dat men geen o¤cien van iusticien der landen verpachten en zal;

1476-1477

220

fol. 254r

fol. 254v

1 In margine nota.

item dat men geender comanscappen loep hebbende, horen loep benemen en zalby verboden oft restrictien; /item ende dat men geenderhande abdyen, prelaturen oft digniteyten van nu voir-tane in commenden laten geven en sall in enniger manieren;

Datmen geen tollen opsetten en sal nochwachten derselveritem ende dat men geen nyewe tollen oft wachten van nyewen tollen en sal opsettenende alle nyewe tollen sonder consent van den lande opgeset, te nyeute gedaen zul-len worden;tot onderhoudenisse vanwelken poincten voirs. soe heeft iou¡rouweMarie voirs.hair, hair oir ende nacomelingen zeer zwairlic verobligeert, verlooft ende verbon-den; prout in litteris incipientibus:`Marie, byder gracienGoidz hertoginne'etc. etcomprehensis folio CCCCXXXVende die voirs. brieven tot hare vorder stercke-nissen zyn oic bezegelt geweest bydenvoirs. bisscop Lodewyc van Bourbon endeden heer van Rauensteyn.Item ende in den voirs. iair nae dode van hertoge Kaerle voirs. zoe verhyelt hairiou¡rouweMariavoirs. totGhent, dairdievoirs. bisscopvanLudick, hertoich Ianvan Cleue ende heer Adolph van Rauensteyn by hair quamen om die landen inpays te houdene. /

Dat die cancellier ende Humbercourt worden gericht

Ende terselvertytoptenWittenDonredachwerden totGentonthalst die cancelliervan Bourgoindien ende die heer van Humbercourt ende dat ende diergelyckenaenmerckende, vele van hertoge Kaerls heren toegen over bii coninc LodewycvanVrancryc, als die prothonotarys vanCluygny, heer Philips vanCreuekur, heervanCordes, dieheer vanRochen, dairmede die coninc zeer wairt gesterct endehycreech heerAnthonys den Bastart die teNancygevangenwart. Ende die stat endedlant van Ludic begonst oic te morren, zoedat men hen wedergeven moest harenperoen, die doe stont te Brugge opte borse. Die coninc vanVrancryc voirnam datby der doot van hertoich Kaerle dbestant uuyt was, dwelc hy met hem had ge-maect. Hy ginc innemen vele steden inVermandoys ende op die Somme, die her-toich Kaerle syndert der reysen van Montherry behouden had, ende dair nochsekere steden in Henegouwe ende Artoys.

Dat coninc Lodewyc Bourgoindien innam

Hy creech oec in dat hertoichdom van Bourgoindien, dwelc hy meynden dat dercronen aengestorvenwas ende dattetop geenvrouwenversterven en mocht. Oeckcreech hydie greefscappen van Bourgoindien, van Artoys ende van Boulonoys./

Dat Auennes van den Fransoysenwairt gewonnen

Ende dat omme die palen te bewaren van Henegou worden uuyt Brabant geson-den tot Auennes die heren van Parweys, van Ghete, heer Ian van Rotselair endedie ioncker van Culenborch, heer van Hoichstraten, met groten volck. Mar dieFransoysen wonnen die stat ende die voirs. herenworden gevangen ende zwairlicgescat. Item alsdoen oeck leyden die coninc sterckegarnisoen in de stat vanDoer-

1476-1477

221

fol. 255r

fol. 255v

fol. 256r

nickvanvele Fransche capiteynen, dievele scaden scaden inVlaenderen, inArtoisende Henegouwe.

Dat heerAdolphvanGelre voir Doernic doot blee¡

DieVleminge stelden hen dairtegens ende namen heerAdolphen, zoenvanGelre,die tot Cortryc lach gevangen, tot enen capiteyn ende dieVleminge trocken methemuuytmet groeter macht. Endehy leydensevoirDoernic, dair zy roefden endebranden al dien dach, ende den Fransoysen verdocht tyt, zoe sloegen zy uuytDoernic comende op die Vleminge. dWelc siende heer Adolph van Gelre nameen glavie ende sloech uuyt met zyn dorde zeer onwyselic om hoir glavien te bre-ken, die oic zoevele dair tegens quamen. Mar heer Adolph wairt dair van enenFransoys ter eerden gevelt ende wairt verslagen, want hy zoe verre uuyt zynenhoep gereden was dat hem in tyts geen ontset en conste gecomen, ende die Fran-soysen vuerden den doden lichaem mede bynnen Doernic, dair hy wairt begra-ven. /

Van der commocien die bynnen deser stat was nae der doot hertogeKaerls voirs.

Oeck in denvoirs. iair LXXVIdenXVIIIen dach in merte zoe geboerden een gro-te commocie bynnen deser stat, dat die gemeynte opstont tegens die heren endedat vele van den heerenworden gevangen ende opter poirten in gevenckenisse ge-stelt ende dairinne gehouden totten XXVIen dach toe van meye dair naestvol-gende; ende totdatse verborcht hadden tot behoe¡ deser stat VIIM ende VIIC

Rynsgulden, van denwelcken zii evenwael nyet en gaven, mar worden daira¡ nae-derhant quytgescouwen ende voir alle costen, onmoytten ende scaden geledenopter poirten ende by pandinge op hoir gueden buyten gelegen gedaen ter causeder voirs. verborch der penningen, wairt hen toegevuegt VIIC ende XXV Ryns-gulden; gelyc dit al breder blyct in eenre uuytspraken dairaf gedaen ende dairafdie brieven beginnen: `In den name der heiliger ende ongesceydenreDryevoldic-heyt, amen.Wy, scepenen, gezworen'etc. ende zyn begrepen opten blade.1

Van der commocien tot Loeuen

Die gemeynte van Loeuen rees oeck tegens hoir heeren op ende maecten hoirencapiteyn enen vleeshouwer, geheiten Pouwels Loenken, die tot zynen raide hadenen smet die de /quade smiit hyet, ende zy deden groete fortsen ende excessentegens die wethouders, mar ten eynde worden zy veriaecht ende Pouwels wairtgegrepen in Zeelant van den heer van Cruningen ende wert aldair onthalst alseen muytmaker.Oeck nae der doot van der voirs. hertoge Kaerle begonsten die van Nymegenende andere steden slantz van Gelre hen oic af te keren van den huyse van Bour-goindien ende van Brabant, dairtoe zeer behulpich was iou¡rouw Katheryn vanGelre, zuster van den voirs. hertoich Adolph.

1476-1477

222

fol. 256v

fol. 257r

1 Hierna ontbreekt het folionummer; deze oorkonde staat niet in het cartularium.

Remigii confessoris annoMoCCCCo LXXVIIo: Goeswinus de Beeck,Martinusde Rode, Theodericus de Aa, Adam die Lu, Henricus Sanders,Willelmus Lue-dinx, Gerardus deVladeracken./Burgimagistri seu receptores:Willelmus de Poppel, Egidius Zecker.

Incoempste iou¡rouweMarie

In den voirs. iair LXXVII den XXIXen dach in meye soe heeft iou¡rouweMaria,hertoginnevanBourgoindien, vanLothryc, vanBrabant, etc., voir hair, hairoirenende nacomelingen tot hare blyder incoempsten ten bywesen van hertoge Iannenvan Cleue, van den heer van Rauesteyn, van heer Iorys van Baden, bisscop vanMetz, heren Lodewyck, hertoge van Beyeren, greve vanVeldens, van meester Ian-nen van den Boeuerye, heer vanWyerts, hooft van den Groeten Raide, ende velemeer andere heren, etc. wesende tot Loeuen, den lande van Brabant verleent veleende versceyden poincten ende vesticheiden van rechte.

Hoemen die ingesetenen handelen salIn den iersten dat men die ingesetenen van den lande van Brabant, Lymborch endevan Ouermaze sal handelen nae den rechten van den steden ende bancken daersegeseten oft aengetast werden, uuytgenomen de crimien lese maiestatis;

Van der bewaernisse slants previlegienitem dat die previlegien ende carthen hair ende den lande aengaendebewairt zullenwerden tAntwerpen; /

Van oirlogen aen te nemenitem dat men geen oirloige aennemen en sal sonder consent der steden ende slantsvan Brabant, noch geloven noch bezegelen ennige saken dairmede dlant gecrenctmucht wesen oft bescedicht werden;

Van den titel, wapenen, zegel ende die brieven te tekenenitem dat zy aennemen sal den titel ende wapenen van Lothryc, van Brabant, vanLymborch ende vanGelre, etc. ende dairnae enen zegel doen steeken dairmede allesaken zullen werden bezegelt ende die brieven getekent;

Van den lant vanGelre, Graue, Kuyc ende Oyenitem dat zy thertoichdomvanGelre ende gree¡scap van Zuytphen ende die stat vanDen Graue, dlant vanKuyc ende Oyen aen Brabant zal houden annexeert;

Van der qualiteyten der raitsluden van Brabant ende hoere residencieitem dat zy in Brabant zoude ordineren acht wittige, werdige personen, geborenendegeguedt inBrabantoft int lant vanOuermaze, dairafdievier sullenwesen edeleende sciltboertige, ende dander vier clercken van recht, dairaf deen sal zyn cancel-lier, cunnende spreken Latyn,Walsch endeDuytsch, ende die den zegel bewaren sal,ende datse houden zullen hoir residencie in Brabant;item dat die raitsluden alleen zullen hebben kennisse van den saken zoe des ge-ploegen is geweest by tydenwylen hertoge Philips van Bourgoindien;item dat den Raet van Brabant sal kennesse hebben van alle Brabantsche endeLymborchsche saken, oic in absencie van den prince.

1477-1478

223

fol. 257v

fol. 258r

Item die voirscr. incoempste inhelt oic van den naevolgenden poincten ende arti-culen:itemvan den getale der secretarysenvan denBrabantschenRaide diere sess zullenwesen ende nyetmeer, endehoir tekenen; /itemdatdie raitsluyden,meesters endeauditeurs van der Rekencameren zweren zullen dlant recht ende dat zy nyet we-sen en zullen noch tekenen dair men yet sal versetten oft vercopen, etc.;itemvanwat saken dat men sal moigen appelleren ende reformacie begeren endebynnen wat tyde dat sal moiten gescien ende oick op wat peen, etc. ende dat mensal moigen accuseren die scepenen van corrupcien;itemvan den beroep aen de hooftbanck ende van den hoeftvonnissen te halen;item dat die steden ende vryheiden sullen hebben dbericht van horen scepenenbrieven, poirteren ende van weygeringe van recht ende dat zy die o¤ciers zullenmoigen corrigeren civilic ende dat tvonness van Sint-Odemairs casseert is;item dat die hertoge geen broecken quytscelden noch groete giften geven en saldan byden Raide ende hoe dat men die brieven dairaf sal tekenen;itemdatdlant vanLymborch endevanOuermaze sal blyven aenBrabant, datmendlant ende die sloeten nyet meer belasten en zal ende dat men alle sloten sal doenbewaren ende casteleynen stellen, geboren ende geguedt in den lande;item dat alle o¤cien zullen moeten werden bedient by den principalen ende son-der gesubstituerde persoenen, uutgenomen dat do¤ciers van iusticien stedehou-ders zullen moigen zetten in horen absencien;item dat alle nyewe tollen ende nyewewachten van tollen af zullenwesen ende datalzoe af zelenwesenvele diverse wachten ende dat een yegelic sal varen ende vlye-ten op den auden toll ende last; /itemvan tolle van den wyn die doer dlant passeert;itemvan den toll van den lantwyne;itemvan den toll van tapisseriien;item dat men in Brabant gestaen sal met enen geleyde;item dat questien van den tolle zullen sommeerlic werden appoincteert by denwethouders alsoe verre zy cunnen;item dat men van gueden dye men in Brabant tot Bergen scepen sal, gestaen zalmetten tol van Antwerpen sonder den Zeeusschen toll te betalen, ende dat menalle tolpenningen sal werderen ende die tot allen tolsteden in een boert oepelichangen;item dat die ryvier van den Hont tollvry zal wesen ende dat die Brabanders egee-nen tol en zullen geven tot Myddeborch,Vlissingen, terVeere, Rammekens endeArremuyden;item dat een yegelic tot Antwerpen sal gestaen metten auden tol ende sonder ge-leyde ende diehertoige alle ingeseten slantz salvryenvan den sculden ende geloef-ten die hy gemaect oft geloeft hedde; ende dat die poirters van Den Bosch zullenbehouden hoir vryheit van toll in Hollant ende Zeelant ende dat die stat van DenBosch zal behouden hoir previlegie aengaende denvercrych, verster¡ ende beset-sel der geestelycker personen;item dat eenyegelyc doer die Eendrecht zal vrymoigenvarenvan den Zeeusschentol ende dat die poirters vanDenBosch zullen tollvry wesen in den landvanGelrete water ende te lande;

1477-1478

224

fol. 258v

fol. 259r

item dat men die straten sal vryen ende oepen houden, uuytgenomen van perso-nelen saken, sculden, broecken oft mesdaden; /item dat men alle diegeen die sculdich zyn te maken wegen oft bruggen, dairtoezal bedwingen ende dat in hore gebreckdie hootstat dat zal moigen doen doen;item dat die tolleners, muntmeesters endewysers van der tolcameren nyet en zul-len moigenwesen in den Raide noch der steden rechten;item dat men geen gevangenen bynnen Brabant buyten Brabant vueren en zall;item dat men egenen penninck en sal slaen, het en zybyden Staiten, noch egenenpenninc lichten noch argeren; ende dat men slaen sal in den vryen steden endeassayeren eens siaers ende dat oic egenen penninc bynnen oft buyten den landegeslagen en sal curs hebben, hy en zy ierst geassayeert;item dat die bastarden oft die in overspel sitten egeen o¤cie en zullen moigen be-dienen, uuytgenomen diegeen die sonder middel van hertogen oft greven zyndescendeert, ende dat een yegelic zyn o¤cie selve in persoen sal moeten bedye-nen;itemdat alle onsculdige van gescille oft gevecht vrede zullen hebbenXXIIIIuren;itemdatmen geenen personenvan dootslage dlant en sal moigen geven, hy en hebierst versoent die mage, ende dat men hem gene geleyde en sal moigen geven vanden gewyde te gaen;item dat eenyegelic zyn o¤cie selve sal bedienen sonder die te moigen overgeven,vercopen oft verhueren, ende dat / alle vroenteners ende andere o¤ciers sullenmoeten caucie zetten ende dat eenyegelic zyn selfs cost zal moigen doen ende be-talen sdaigs den vroenteneer eenen stuver;item dat men nyemanden en sal vangen bynnen zynen huyse noch huyssueckingedoen, het enweer, etc.;item dat diegeen die bynnen horen huysen overvallen werden, sullen die overval-ders moigen vangen ende oft zyse in dien dootsloegen, dat zy daira¡ quyt zullenzyn; ende diegeen die in evelen moede yemants doer, venster oft huys opsloege,dat die by dach dat doende verboeren sal enen wech tot Sint-Iacops in Galissenende by nacht enenwech in Cypers;1

item dat men geen o¤cie en sal verpachten noch belenen ende hoe dat men diegeleende penningen vanauts sal betalen;item dat dingesetenen slantz malcanderen buyten lantz nyet en zullen moegencummeren noch dagen, uuytgesceyden van testamenten, huwelicsche vorwarde,aelmoessen ende geestelycke gueden, ende wat die overtreders souden brueckenende dat men nyemanden te camp en zal moigen heysschen;item dat die ontseggers, roevers, branders ende diegeen die die succursde, huysdeoft hoefde, zullen verboren lyf ende goet ende dat men hen dlant nyet en zall moi-gen geven; /itemvan den scaecke dair die persoen cryt oft zwycht ende van den ontleyden deronmundiger kynderen ende die verbuerte;item dat men nyemanden van dootslaige en zal bedragen die hem der wairheitderre getroesten;

1477-1478

225

fol. 259v

fol. 260r

fol. 260v

1 In margine nota.

itemdat diebastarden hoir testament zullen moegen maken ende datmen hen salsuccederen;item dat een yegelic sal vry blyven van kenlycken ongevalle over zyn kynderen,booden, etc. ende datmen die con¢scacie van simplen dootslagen sal moigen los-sen met XXXIRynsgulden;item dese vorste ende naevolgende articulen in de incoempste begrepen zoe diedair int lanck staen, zyn allen van den verboert van dootslage ende van der con-¢scacien van den gueden, etc.;1

item dat men die wethouders, sheren knapen, serganten sal punieren by den ge-richte ende ter plaetsen dair zy geseten zyn;item dat in gevalle do¤cier weygerden recht, publicacie oft geboden te doen, datdie wethouders dat by eenen anderen zullen moigen doen doen;1

itemdatmen nyemanden en sal ontdecken danbydenbourgermeesters oft scepe-nen;item van den zeentscepenen2 ende dat men nyemanden dair egeen oepenbairfame af en is en sal accuseren ende dat men / buyten die zeentdagen nyemandenen sal daigen;itemdat alle plaetsen met den lande gewonnen oft tewynnen aen dlant zullen bly-ven;item dat men eenen yegelycken palange3 sal doen dies begeert;itemvan den buytenpoirters ende Sinte-Petersmannen;van den buytenpoirters ende Petersmannen wair die te recht behoren sonder vangebuerlycken rechte;dat die dorpluyde oeck nyet meer dan twewerven tiaers ter eeningen oft wairheyten zullen dorven comen;dat egeen o¤cier van buyten lantz executie en sal moigen doen in Brabant;dat een leeck persoen den anderen egeen sake overgeven en sal noch en mach, diemet vonnisse weer verloren ende op wat peen dat dat zoude wesen;dat dondersetenvanBrabant van saken dengeestelycken gerichtebehorende, nyeten sullen moigenworden getogen tot anderen gerichte van personen oft gueden;dat diegeen die in overspel sitten oft vrouwen buyten horen huysen houden, geeno¤cie en zullen hebben ende dat diegeen die in keesdomme4 hebbengeseten, zul-len moigen vergaderen in huwelic sonder afcoep; /dat een yegelic zyns selfs goet sal moigen hueden ende honde houden ongecortende dat elc sal moigen iagen hazen, vossen, etc. ende vliegen ende vangen oftschyeten mussen, vincken, sneppen, etc.;1

dat alle ridderen ende goede luyde zullen moegen iagen alrehande groet wilt,uuytgesceyden in den vryenwaranden;van den vryenwaranden;wat sculd dat men sal trecken tenwoudtrecht ende waer die kennesse van dien salwesen;

1477-1478

226

fol. 261r

fol. 261v

1 In margine nota.2 Seentschepen: schepen die als vertegenwoordiger van hetwereldlijkgezagzittingheeft in deseent of kerkvergadering.

3 Palange: grensregeling.4 Kevesdoem: overspel.

dat die drossaet van Brabant, bailiuwe van denWalschen lande, die meyere vanLoeuen,Thienen, mercgreve van Antwerpen, scouthet van Den Bosch ende allerentmeesters zullen zyn geboren Brabanders;van den bancken van Zanthouen ende vanVcle;dat Antwerpen metter bewysinge sal blyven aen Brabant;dat men die dachvairden sal bescriven XIIII dagen tevoren ende tot gelegenenplaetse die veylich is, endehoe die Staiten hoir lasten sullen moigen oepenen endedat men die Staiten nyet en sal arresteren ende dat die Staiten byhenselven zullenmoigen vergaderen;1

van den leenhove ende gedingen ende dat die stathoudere sal zyn residencie hou-den in Brabant ende Brabander zyn ende van den stathouders der Mechelse lee-nen in Brabant gelegen;dat die raitsluyde van Brabant vasallen, o¤cieren, dienders, scepenen, bourger-meesters, raitsluyde, leenmannen ende alle / andere, etc. zweren sullen, etc. datzy nyemanden en zullenveronrechten ende dat zyom horen dienste nyet gegeven,geloeft noch gebeden en hebben;dat die commissarysen die tot der veranderinge van der wittenworden gestelt, oiczullen zweren;van zekeren previlegien van dien van Den Bosch, Herentals, Lyere zullen blyvenin hoer macht;dat die drossaet ende andere groete o¤ciers ende wethouders zullen zweren dieheerlicheyt ende die rechten van den lande te verwaren;dat men die mercten van Antwerpen sal vryen ende oic nyet turberen met gebo-den oft verbodenvan der munten, noch nyemanden aldair arresteren ende oic vander merctvrede;van den nacien die inVlaenderen hoir statie houden ende horen previlegien;dat die Brabanders ende vanOuermaze hoir goede die zy in anderen landen heb-ben, zullen rastelicmoegengebruycken sondergebodeoft verbode ter contrarien;dat die coepluyden van allen den lande sollen underlinge moigen verkeren endecoepslaigen op horen gerechten tolle ende ongelde;dat dlant, slot ende steden van Huesden en van Sinte-Gertruyenberge aen Bra-bant zullen blyven;dat men der stat vanAntwerpen zal verlenen scadeloes- /brieve van lyfrenten diezy voir den hertoge gevest ende gezegelt hebben;item dat die hertogen alsulckenen lyfrenten als die steden in tydenvoirleeden heb-ben gevest, zullen betalen ende enen yegelycken van dien ende oic die opte goid-husen van Luydic lyfgoet hebben, trecht doen ende laten gescien;dat die hertoge van Brabant den hertoge van Guylic zall betalen LXXXM guldenende dat die ingesetenenvan den lande zullenworden gevrydt van den gueden diemen den Coelschen oft anderen afgenomen heeft mitz den veeden;datmen den ingesetenenvanBrabantdie lyfpensien hebben opte steedenvanHol-lant ende Zeelant, het recht sall doen gescien van dien, etc.;

1477-1478

227

fol. 262r

fol. 262v

1 In margine nota.

dat nyet meer dan een doerwerder in Brabant wesen en zal ende dat do¤ciersdie executien zullen doen ende dat die doerwerder ende boden caucie zullenstellen;van den opsetten van grontchynsen ende boeten;dat alle mandamenten geworven oft te werven inhoudende peenen van horenchynsen te betalen tot zekeren daigen oft plaetzen, doot zullen zyn ende dat mendie gebreken sal volgen met der bancken recht ende hoe men beslichten sal diequestie van der betalinge ende dat men nyet dan een recht en zal nemen van di-verse erfgenamen ende dat die richters van eenre executien oft exploite nyet meerdan een recht hebben en zullen;ende wat men sal geven van op- / setten ende boeten van den grontchynsen endedat die rentmeesters hen nyet en zullen onderweynden danvan horen o¤cien;1

dat die o¤ciers oft wethouders van egeenen zaken oft exploiten meer nemen enzullen dan men en pleech int iair XIIIIC XXXende dair tevoren;dat eenyegelyc zynverdroncken goet oft verdreven sceepen zal moigen aenverdenende dat men hetselve goet een iair verwaren sal, het enweer verder¡elic;dat do¤ciers nyemanden moyen en sullen met korweyden, scapen houden oftyetanders te houden, schoove te geven oft tavern te houden om die luyden te bescat-ten;dat nyemand gelt en sal nemen om tvolc vanwapenen te verloigeren noch die dor-pen dairmede scatten;dat men nyemanden en sal bedwingen om gelt te leenen;dat men egeenen procureur oft conterolleur en sal hebben, mar dat alle excessenzullen werden gecorrigeert, etc.;van den saken die gehangen hebben int Parlement, hoe men die zal remitterenende oic van den saken hangende in den Raet van Brabant, hoe die gewyst oft ge-remitteert zullen werden;van anderen saken die int Parlement ierst in zyn gezett, hoe men die sal remvoy-eren; /datmen tot Repelmonde,Worcum,Gyessen, Gorichem, Zeempse endeAelsuoirtnyet meer en zal gevenvan tol dan men pleech byden aencomenvan hertoge Phi-lips van Bourgoindien;dat die Rekencamer sal vertrecken in Brabant ende dat zy geen appoinctementenen zullen geven dan byden Raet, het enweer, etc.;hoe die Staiten van Brabant als zy vergadert zyn hoir lasten zullen oepenen endedat enen staet den anderen nyet belasten en zal;van den sallaris der raitsluyde, secretarissen ende van den recht dat men van denzegel van Brabant zal geven ende den loen der commissarissen;dat die raitsluyde van Brabant, o¤ciers van iusticien oft ontfange nyet en zullencomen ten raide der Staiten, noch in de witte der steden, etc.;van den woecker der lombarden ende wat zy zullen nemen ende enen yegelic ge-rieven ende hoe men die pande sal vercopen;dat die ketten te he¡en af zal zyn;

1477-1478

228

fol. 263r

fol. 263v

1 In margine nota.

dat die hertoge oft die smale heren die penningen, gulden oft zilveren, van horenchynsen nyet hoiger en moigen nemen dan die hertoge oft dan nu gaen;1

hoe men dat gelt van den houtscat sal he¡en;dat men nyet en sal verpachten bolbanen, clootbanen, closbanen, kegelbanen,queeckscoelen, dobbelscoelen, /rincscolen, mar zullen die afwesen;bynnenwat tyde datmen die vonnissenvan alrehande zaken zal moetenwysen ofthet hoet bevaen;dat men geen commissarysen oft raitsluyde en zall zetten boven het getal voir ver-cleert;dat die o¤cier alle gestolen goet wederkeren sal der partyen diet gestolen is;dat men geen quinquernellen noch brievenvan respyt en zal verlenen om sculd tevertrecken;dat alle ottroye van chynsen ende wechgelt zall blyven gecontinueert X iair naeden uuytganckvan denselven ottroye;dat met salvigardien nyemand en sal worden gepraempt dan die dairinne zyn ge-noempt;dat men tot egeenen o¤cien en sal stellen ennige personen die men metten wer-lycken gerichte van horen abusen nyet en soude moigen corrigeren;

Aengaet yemanden te vangendat men nyemanden vangen en sall die tot goeder famen staet ende dat men die ge-vangen zoeverre zii des begeren tot egenen examen en sal stellen, men sal ierst heb-ben informacie van der suspicien;welke poincten allen ende een yegelic voirs. iou¡rouwe Maria voirs. opt heiligeevangelium ly£ic gesworen / ende geloeft heeft te houden ende te doen houdenewelick, con¢rmerende voirts alle andere previlegien, costumen ende herbren-gen, etc.; gelyc dit all breeder begrepen is in zekere brieven beginnende: `Marie,by der gracien Goidz'ende begrepen opten blade CCXIIII.

Remissie opte commotie die was bynnen deser stat nae hertoichKaerls doot

Oeck in den voirs.2 van LXXVII den XXen dach in iunio soe heeft die voirs. iouf-frouweMarie, hertoginne etc., voir hair, hair oiren, erven ende nacomelingen de-ser stat remitteert ende vergeven die commotie ende handelinge die de gemeynthair had gevordert den XVIIIen dach in merte lestleden tegens die wethouderenende raitsluyden diesehadgevangen, by namen IannenvanArkel, onderscouthet,ionckerWillemenvanGent, meester HenrickvanKessel, alsdoen scepenen,Rey-neren van den Hoeuel, gesworen, Ludolfen Buck, Iannen van Erpe Arntss., Sy-mon van Gheel, Goessen van den Hezeacker ende Henricken Noede,raitsluyden; prout in litteris incipientibus: `Marie, by der gracien Goidz' etc. etcomprehensis folio CCCXL. /

1477-1478

229

fol. 264r

fol. 264v

1 In margine nota.2 Aldus hs., lees hierna iair.

ten tyde van hertoge maximiliaen, soen van den keiserfrederick, en van vrouw marien voirs.

Dat hertoge Maximiliaen ende iou¡rou Marie voirs. in huwelic ver-gaderden1

Oeck nae dode van hertoge Kaerle voirs. ende omtrent deser tyt wairt tracteertden huwelic tusschen heerMaximiliaen, zoenvan keyser Frederic, ter eenre endeder voirs. iou¡rouwe Marie ter andere zyden, die oeck in huwelic vergaderden,nochtans by voirgaender dispensacien van den Stoel van Romen, want zy mal-canderenbestonden ten dorden lede van der zydenvan Portegael, want die keyse-rinne, hertoge Maximiliaens moeder, was des coninx dochter van Poirtegael,ende hertoge Kaerls van Bourgoindien moeder waren beyde van brueder endesuster kinderen.

ten tyde van hertoge maximiliaen ende vrouwe maria,syn geselinne2

Approbacie vander incoempst vrouwMarie ende alles datse had ver-leent

Daernae in denselven iair LXXVII denVten dach in decembri soe heeft die voirs.hertoge Maximiliaen allen die poincten ende /articulen, by zynen voirvorderenende nae by zynre geselinnen vrouw Marie int generael oft int particulier denlande van Brabant verleent, als nu in zynyerste incoempste ende ontfangen geap-probeert ende die van nyews verleent ende consenteert te gebruyckene; endeheeftvoirts geloeft opt heilighe evangelium voir hem, zyn oiren ende nacomelingenhertogen ende hertoginnen van Brabant, allen die poincten ende articulen vast tehouden en doen houden tot ewigen daigen, gelyc in de brieven dairop gegevenbreder wordt begrepen, ende dairby waren die bisscop van Metz, die heer vanChymay, ierste camerlinc, die greve van Nassou, meester Ian van der Boeueryen,heer vanWyeres, hoot van den Raide, meester Geldolphvan der Noot, cancelliervan Brabant, die heer van Bersele, heer Robbrecht Coutereau, etc.; welke brievenbeginnen: `Maximiliaen, by der gracien Goidz' etc. ende zyn begrepen optenblade CCXLVIII.

Addicie vander incoempstenvrouwMarie gegevenbyhertogeMaxi-miliaen

Daernae oeck in denselven iair LXXVII opten dorden dach in ianuario naediendie Staten slantz van Brabant denvoirs. hertogeMaximiliaenen/hadden overge-geven zekerepoincten ende gebreken die zyhadden ende ingebrokenwaren tegensdie previlegien van den lande ende sunderlinge tegens die provisie van vrouwe

1477-1478

230

fol. 265r

fol. 265v

fol. 266r

1 In margine nota hic,waaronderde rubriek herhaald wordt.2 Vanaf fol. 266v tot en met fol. 287r herhaald.

Maria, verleent tot Ghent, boven geruert, ende oic tegens hair incoempste die devoirs. Staiten begerden afgestelt te werdene, etc. soe heeft hertoge Maximiliaenvoirs. nae deliberacien dairop gehadt denselven Staten dairop verleent ter reme-dien ende provisien om voirtaen onderhouden ende achtervolgt te werdene deshiernae volgt:in den iersten dat die previlegien slantz van Brabant zouden blyven tot Vilvoirdenende nyet tot Antwerpen comen, dat nochtans die incoempst inhelt om redenendaertoe allegeert;item dat die cancellier ende raitsluyden en zullen hebben geen vordere kennessevan saken danse hadden voir der tyt als hertoge Philips van Bourgoindien aenBrabant quam;item dat die meester van der Rekencamer ende die auditeurs derzelver voir dieStaiten eeden zullen doen ten onderhouden slantz previlegien nae begrip der in-coempst, etc.;item dat die van den Raide geen kennesse nemen en zullen noch partyen voir henbetreckenvan saken die gewyst zynbywettenvan steden oft van anderenplaetsen,dan alleen in saken van reformacien, etc.;item dat elck coepman van buyten ende bynnenlantz met zynen gueden sal moe-gen trecken ter venten dairt / hem gelieft, betalende zynen rechten toll ende on-gelt;dat men mar eens in Brabant tol sculdich is ende die revocacie des den tollere totLoeuen dairaf is verleent;item in gevalle datmenbevonde die coepluydenvanbuytenlantz oft andere onge-vryde, lydende met horen gueden ende comanscappen doer deser stat, den tollealdair betaelt hebbende, dat zydan teMoll ende elswair ter merct in Brabant trec-kende van toll sullen blyven onbelast ende van des ter contrarien den tollere vanLoeuen verleent is, dat dat af sal wesen;item dat men van den tol tot Antwerpen, int Wyel te Repelmonde, te Turnhoutnoch elders nyet meer he¡en en zal van fusteyn, van corten roeden ende wittenwynen noch oic van anderen gueden dan dat van ouden tyden gewoentlic is ge-weest, etc.;

Van den toll totYsickeroirtitem dat die praminge dienvan Bruessel ende anderen in Brabant geseten aen horengueden die zydoenvuerenvoirbyAntwerpen tot Bergen toe ende die zy van Bergenopwairt totAntwerpen ende dair voirbydoenvuerenbydenwachter van den Zeeus-schen toll tot Ysickeroirt gedaen is geweest, afgestelt sal wesen;itemvan den penningen die hy sal doen slaen, ende van horen assay;item dat die o¤cieren moeten zweren die previlegien van den lande ende bysun-der van der incoempste tonderhoudene alsoe die uutwyst;

Van der warande des meesters van Postelitem dat zyn genaden alsulckenen gebode als ten /vervolge des meesters van Postelvan zynregenadenwegengedaen zyn in preiudicievan dienvanEerssel omwarandealdair te houdene, af zullen doen;

1477-1478

231

fol. 266v

fol. 267r

Van den drossaet van Brabantitemdat nyemand als drossaet van den lande exploiteren sal, hy en hebbe ierst zyneneedt gedaen nae der incoempst;itemvan der geloeften dier van Antwerpen gedaen van der borchtochten aen denhertoich vanGuylic;

Van gewynnen ende scryfgelt der rentmeestrenitem dat die rentmeester van den verstorven gueden gewynnen oft scryfgelt nyetmeer en sal nemen dan zoe die incoempst uuytwyst;item dat men alle saken ten Brabantschen Raidebehoerende dairby sal handelen;ende die vonnissen van den Leenhoeve zullen stat grypen by arrest sonder refor-macie;item van den sallaris ende rechten van den zegele, secretaris, commissaris endeanderen;itemvan der con¢scacien der Camerenvan der Financien;van den process aengaende den coepluydenvan Leoens ende Geneuenvan horenafgenomen gueden in Henegouwe;van den Coelschen, aengaende hoir gueden die in Brabant vanwegen hertogeKaerls aenverdt waren;van den cloesteren ende cloesterhoven, datse, onbelast, zullen blyven onbelast;van honden te houden, van den warandhueder, warandmeester, onderdrossaet,velkener, van denvolckvanwapenen, etc.; welke poincten al breder zyn begrepenin zekere / brieven die beginnen: `Maximiliaen' etc. ende zyn begrepen optenblade CCXLIX.

Den eedt die iou¡rouwMariavoirs. tot Loeuen in hare huldinge denXXIXen dach meye dede

Ickgelove ende zwere ten heiligen ende opt heilige evangelie dat ick allen den pre-laten, cloesteren, kercken, goedshuysen, baenroedschen, ridderen, steden, vry-heiden, dorpen ende allen mynen ondersaten ende goeden luyden myns lantzvan Brabant int gemeyn ende bysunder sall houden ende doen houdenwael endegetrouwelic als een goet ende getrouweheer sculdich is te doen allen hoer rechten,previlegien, charten, gewoenten ende herbrengen, gelyc zy die hebben van onsenlieven vorderen, hertogen ende hertoginnen in Brabant, ende gelyc zy diere ge-bruyct hebben sonder innebreken, zoe my Got helpe, dese heiligen ende alle Zynheiligen.Ende meer eeden opten bladen CCCLXXVIII. /

Den eedt die die Staiten van Brabant wederomme deden der voirs.iou¡rouwMarie opten dach ende plaetse voirs.

Wyallen gemeyntlic ende elckvan onss sunderlinge ende voir hemselven geloven,zekeren ende zweren onser geduchtiger vrouwen der hertoginnen van Brabant,diehier iegenwoirdich is endeharen eedtgedaen heeft als een hertoginnevanBra-bant sculdich is te doen, dat wy hair voirtane goet ende getrouwe zyn zullen, inallen saken onderdanich ende gehoirsam ende hair heerlicheyt, landt ende palen

1477-1478

232

fol. 267v

fol. 268r

endehaironrechthelpenbescudden endekeren tegen elker malc endehairdyenenende doen in allen saken als goede, getrouwe luyde horen rechten heer endevrouwe sculdich zyn te doen, zoe moet ons Got helpen ende allen Zyn heiligen.

Remigii confessoris anno Mo CCCCo LXXVIIIo: Iohannes Monix ¢lius Iacobi,obiit in aprili, Symon de Gheel, / Gerardus Symonis, Theodericus die Borch-greue, Hermannus Coenen, Hubertus Monic, Petrus Colen, Christianus Becker,loco IohannisMonix defuncti.Burgimagistri seu receptores: magister Arnoldus van der Cluyten, IohannesVuchz.In den voirs. iair LXXVIII den XXIIen dach in iulio had die voirs. vrouweMariabydenvoirs. hertogeMaximiliaen eene zoen die geheitenwairt Philips, nae zynenoudervader Philips, ende die in Spaengien ster¡.In denvoirs. iair den lesten dach decembris dede /die voirs. hertogeMaximiliaendeser stat desen eedt als hii dair wairt gehuldt:Ickgelove ende zweere dat ickder stat van sHertogenbosch houden sal ende doenhouden wael ende getrouwelic, als een goet ende gerecht heer sculdich is te doen,allen hoir rechten, previlegien, charten, costumen, usaigien ende herbrengen, ge-lyc dat zyse heeft van onsen lieven vorderen, hertogen ende hertoginnen in Bra-bant, ende gelyc dat zyse herbracht heeft sonder innebreken, zoe help my Got,dese heiligen ende alle Goidz heiligen.

Den eedt van der gemeynten deser stad weder gedaen

Wyallen gemeyntlic ende elc van onss sunderlinge ende voir hemselven geloven,zekeren ende zweren onsen geduchten heer, den hertoge van Brabant, die hier ie-genwordich is ende zynen eedt gedaen heeft als een hertoge van Brabant sculdichis te doen, dat wy hemvoirtane goet ende getrouw zyn zullen ende in allen zakenonderdanich ende gehoirsam ende zyn heerlicheyt, lande ende palen ende zynonrecht helpenbescudden ende keren/tegen elcker malck endehemdyenen endedoen in allen saken als goede, getrouwe lyede horen rechten heer sculdich zyn tedoen, zoe moet onss Got helpen ende alle Zyn heiligen.

Dattet oirloge vanGelre began

Omtrent ende nae derselver huldinge begonden die Gelderssche op te rysen endeoirloge aennemen tegens dese stat ende der meyeryen van derselver. Sii creegenvoir eenen heer den hertoge Frederick van Bruynswyck, die hen bystant dedeende die welke heer van Bruynswiic metten Gelderschenwel VIM sterckwesendeomtrent Vastelavont int iair voirs. quam uuyt der stat van Den Graue ende af-branden een groot deel van Oss, mar by zonnenschiin was hy weder bynnen derstat van Den Graue met zynen volcke. Dese stat, alse vernam dat die voirs. her-toich van Bruynswyc metten Gelderschen tot Oss brandende was, tracse uuytmetten clockenslach ende comende totOsswas die voirs. hertoich metten Gelder-schen, als voirs. is, vandair vertoogen. Ende /alsoe track dese stat voirts mettermacht totDriel datseverbranden,marmits der plonderingevan ennigenvertoechdie reyse tot in den avont, mits denwelken zii denbourgeren deser stadt qualic ver-

1478-1479

233

fol. 268v

fol. 269r

fol. 269v

fol. 270r

ginc, want zy mosten benachten tot Hedel, dair een zeker getal van bourgeren ia-merlic worden vermoerdt, etc. Dese stat metter meyeryen ordineerden goedemannen die bevele hadden die palen ende frontieren deser meyeryen te besettenmet ruyters, datse oeck nernstelic deden, te wetene: sybesetten Empel met XXIIknechten, op een blochuys after Engelen X knechten, op een baerdsche LXVknechten, tot Kessel opt huys XLVI knechz, tot Alem XLVI knechs, tot Buc-houen XXX knechs, tot Littoyen XL knechz, tot Megen opt huys XII knechz,tot Megen in de stat X knechz, tot Druenen XXV knechs, / tot Waelwyc XXknechz, tot Os, Berchen, Hees C VIII knechs, tot Erpe XXV knechs, tot VechelXXV knechs, tot Bakel, Milheze, Doernen, Asten, Lyessel, Zoemeren C XXVknechz, opt blochuys tot Lytt XXXIII knechz; item voirt dede dese stat mettermeyeryen slaen voir die stat van Den Graue twe groete blochuysen ende brachtalsoe dlant vanGelreweder totteronderdanicheyt van onsen genedichtsten herenmet groete zware costen, want tselver oirloge duerden omtrent drie iaren lanck.In den voirs. iair LXXVIII optenVten dach van aprille opten Palmsondachwairtalhier payen afgepubliceert een ordinancie, byden drien leden deser stat gemaectop byer te brouwen, te tappen, etc.; welke ordinancie begint: `Te dien eynde'etc.ende is begrepen opten blade.1 /

Remigii confessoris anno Mo CCCCo LXXIXo: Rodolphus die Beuer ¢lius Ro-dolphi, Goeswinus van den Hezeacker, Henricus ¢lius Godefridi de Hedel, Ar-noldus de Campen, Godefridus Dicbier, Arnoldus Roeuer Boest, HerbertusHals.Van sekere certi¢cacie gegeven by desen scepenen, aengaende sekere hooftvon-nissen tot Loeuen gewesen tusschen den commanduer van Gemart ende An-driessen Bernts, alst blyct opten bladeVIC LVI.2

Burgimagistri seu receptores: Iohannes de Kessel, Godefridus die Bye.

Con¢rmacie van tolvrii te varen in den lande van Gelre, gedaen biihertogeMaximiliaen ende vrouMarie

In denvoirs. iair LXXIX in de maent van meye soe hebben hertogeMaximiliaenende vrouweMaria als hertoge ende hertoginne van Gelre, etc. in zekere hoir ge-nadenbrieven die vryheit van tolvrii te varen ende te keren in den lande vanGelre,deser stat ende haren bourgeren / verleent int iair MCC ende drie, daira¡ datsenae der verleninge voirs. ierst spolyeert3 waren geweest by tyde des oirloigs datwas tusschenvrouw Iohanna ende hertogeWillemenvanGelre, endewederommein de possessie gestelt by tyde hertoge Anthonys in eenre dachvart tot Empel, als-doen gehouden tusschen denselven hertoge Anthoniis ende hertoge Reynalt vanGelre, ende daira¡, naedatse weder in possessie van haer vryheit voirs. haddengeweest, wederomme dairuuyt met crachte ende gewelt gestoten zyn geweest bytydenvan hertoge Arnt vanGelre ende hertoge Adolph, zynen zoen, endeweder-omme in possessie gestelt by hertoge Philips van Bourgoindien ende hertoge

1479-1480

234

fol. 270v

fol. 271r

fol. 271v

1 Hierna ontbreekt het folionummer; deze oorkonde staat niet in het cartularium.2 Vanafvan sekere tot en metVIC LVI toegevoegd doorde tweede scriptor van de kroniek.3 Spoliare (Lat.): beroofd worden van.

Kaerlen, zynen zoen, nae vele beleyt ende informacie dairop gedaen ende geno-men, etc. voir hen, hoir erven ende nacomelingen hertogen ende hertoginne vanGelre, tot ewigen daigen deser stat ende haren bourgeren con¢rmeert ende den-selven die vryheit voirs. van nyeuws geottroyeert ende gegunnen; gelyc in sekerenbrieven breder is begrepen, die beginnen: `Maximiliaen ende Marie, by der gra-cien Goidz'etc. ende zyn begrepen opten blade CC LVIII. /

Consent te moigen setten bedesgewyse die penningen van den oir-loge

Oeck in den voirs. iair LXXIX den VIIen dach in ianuario soe hebben hertogeMaximiliaen endevrouweMarie deser stat consenteertXXVIIIMCLXXIRyns-gulden ende X stuvers noch van den oirloge tachter staende, metgaders die pen-ningen die men voirtane totten oirloge behoeven soude, bedesgewyse te moigensetten, he¡en endeborenop endevan den ingesetenengemeyntlicbeydevan deserstat endevan der meyeryen derselver; prout in litteris incipientibus:`MaximiliaenendeMarie, by der gracien Goidz'etc. et comprehensis folio CCLIII.

Remigii confessoris anno Mo CCCCo LXXXo: Ludolphus Buck, GhiselbertusHaeck, Engelbertus deVden, Iohannes de Ham,Willelmus Monix, Henricus deBerck, Henricus die Leeuwe. /Burgimagistri seu receptores: Arnoldus ¢lius Willelmi Heymans, IohannesOems ¢lius Iohannis.

Hollantschen tolle; con¢rmacie van den tolvryheit van Hollant endeZeelant ende declaracie hoe men dien sal gebruycken; dat ierstwer¡worden ordineert tolbrie¡

In den voirs. iair LXXX in iulio soe hebben hertoge Maximiliaen ende vrouweMarie voirs. die verleninge deser stat gedaen by hertoge Iannen van Brabant, denvierdenvan dien name, hertoge vanBrabant, ende vrouwe IacoppenvanBeyeren,zynre geselinnen, als den vyften dach in februario int iair MCCCC XVIII aen-gaende der vryheit van tolvry te varen in Hollant ende Zeelant, nae inhoude derbrieven dairop gemaect, inhoudende onder meer aldus dat die poirteren deserstat op allen steden bynnen den lande van Hollant ende Zeelant te water ende telande met horen gueden ende pennewardenvry varen ende keren zullenvan allentollen ende ongelden, hetzy op hoirs selfs bodemen oft op vreemde bodem, by al-soe datse een iairoft meer poirteren zyn geweest, behoudelic dat die poirteren ofthoir boden oirlof zullen heysschen ten tolsteden ende die tolneer zalse sculdichzyn oirlof te geven terstont ende oft des nyet en geboirden, mogense voirtvarensonder mysdoen. Ende in absencie van den tolnaer / moigense voirtvaren alseaen zynwoenstat oirlo¡ hebben geheyst, ende zullen die poirteren oft hoir bodentenversueckvan den tolneer byhoren eedt sculdich zyn tehoudene dat die guedenpoirtersgueden zyn van Den Bosch ende nyemants anders, of men des hoirensympelen woirden nyet en woude geloeven, etc. metgaders oic die brieven vancon¢rmacien, dairnae als den XXIXen dach decembris int iair M CCCCXXXIIII byhertoge Philips vanBourgoindien aengaende der vryheit voirs. deser

1480-1481

235

fol. 272r

fol. 272v

fol. 273r

stat verleent, gecon¢rmeert ende gerati¢ceert, ende hebben by advyse ende goet-duncken van den tolneren aldair, van den lieden van der Cameren van den Reke-ningen aldair in Den Hage ende tot Bruessele ende van den lieden committeertopt stuck van den demaynen ende ¢nancien, ende oeck van den lieden van denGroetenRaide, voirts verclairt dat altyt, zoe dick endemennichwerven alst gebo-ren zal dat een scip geladen in al oft in deel met goeden, pennewarden ende co-manscappen tot wat plaetsen oft mercten zy gehaelt oft gecocht zyn, enen oftmeer poirteren oft poirterssen van Den Bosch toebehorende, comen, lyden, pas-seren, keren oft weerkeren sal voirby ennige tollen van Hollant ende Zeelant, datdan die poirteroft poirtersse allen die gueden, pennewarden ende comanscappenin den voirs. scepe wesende ende den voirs. poirteren oft poirterssen toebeho-rende, zullen doen verantwoirden met enen poirter oft enen anderen goedenmanvan kennessen, brengende ende thoenende met hem enen brie¡geheiten tol-brie¡, bezegelt met / deser stat zegele van den poirteren, inhoudende dat hy zalzyn een manvangeloven, vangoeder famen ende name ende dat hy voir scepenenvan Den Bosch by manissen des richters by zynen eedt ten heiligen gehoudenende gezworen heeft dat hyop dienvoirs. brie¡ nochpoirterye, egeenrehand goet,comanscappen of penwarden en zal vueren oft doen vueren, passeren oft repas-seren voirby ennige van den voirs. tollen van Hollant ende Zeelant dan zyn eygenproper ende zynrer medepoirteren oft poirtarssen goet, pennewairden ende co-mansscappen die iair ende dach poirteroft poirtarssen der voirs. stat zyn geweestende dat egeen ongevryde personen dairaen oft mede en deylen in al oft in deel inenniger manieren; verclarende die voirs. een poirteroft goede manbymondewatgueden, pennewarden ende comanscappen die voirs. poirteren oft poirtarssen inden voirs. scepe oft anderssins hebben, noemende dair oic met namen endetoenamen diegeene dien die voirs. gueden toebehoren ende dat by zynen eedeende a¤rmacie die hy sculdich zal zyn te doen in den handen des voirs. tolnersende horen committeerden alsoe verre hy des dairtoe versocht zal wesen. Endealst geboren sal dat vele scepen geladen als boven oft andere goede luyden, passe-ren, wesen ende comen zullen tsamen ende met eenre vloeten voirby ennige vanden tollenvoirs., dat desgelycx eengoetman, brengende enen tolbrie¡, zulc ende/van zulcke inhoudt als voirs., sal moegenverantwoirdenvoir alle die gueden endecomanscappen die de poirters oft poirterssen dairinne hebben, noemende oecdie namen ende toenamen dergeenre die de toebehoren sonder dat die poirtersoft poirterssen gueden in de scepen hebbende, gehouden zullen wesen in horenpersoen oft by horen boden oft dieners op ende by hoir voirs. gueden moetenwe-sen oft elck enen tolbrie¡ te moiten brengen, anders dan by der manieren bovenvercleert. Ende datmits desen die tolneren oft hore committeerde zullen die poir-teren ende poirterssen deser stat, nu zynde ende naemaelswesende, vredelic latengebruycken die vryheit van denvoirs. tolrecht, nae inhoude derbrieven dairop ge-maect, die beginnen: `Maximiliaen ende Marie, by der gracien Goidz'etc. endezyn begrepen opten blade CC LXIX, op welke brieve voirs. als opten rug derzel-ver staet gescreven aldus: die luyde ende committeerde op tstuckvan den demay-nen ende ¢nancien onss genedichsten heren ende ¢nancien, etc. residerende inDen Haghe', consenteren in alsoe verre alst in hen is dat dinhoudt in de witte vandesen volcomen zii in alle der vuegen ende manieren als onse genedige heer ende

1480-1481

236

fol. 273v

fol. 274r

vrouwe voirs. dat willen ende bevelen gedaen te hebbene, by denselven gescrevenonder thantteken van eenen van den gecommitteerden, den lesten dach van iulioint iair MCCCCLXXX, etc. /Die luyden van der Rekeninge onss genedichsten heren ende vrouwen voirs., etc.residerende in DenHage, consenteren zoeverre het in hen is dat die poirters endepoirterssen deser stat gebruycken die vryheit der tollen voirs. in alle der formenende manieren gelyc die brieven voirs. dat willen ende bevelen, uuytgesceidenvan enen poincte dairinne begrepen, inhoudende die vryheit voirs. te gebruyckenvan allen gueden, pennewarden ende comanscappen tot wat plaetsen oft merctendie gehaelt oft gecocht waren, enen oft meer poirteren oft poirterssen van DenBosch toebehorende; welke poinct zy gebruycken zullen nae inhoude der iersterprevilegien, hen by hertoge Iannen ende vrouwe Iacoppen gegunt, ende gelyc zydie vryheit uuyt machte van dier tot hertoe gebruyct hebben. Ende oft dair ennigequestie in vyelen dat zyhen dairaf stellen zullen in iusticie voir dengenen ende terplaetsen daer ende zoet behoren sal;

Waer men in Hollant tprevilegium van den tol van Hollant sal vynden re-gistreertwelke brieve geregistreert zyn int registre gehouden in der Cameren van der Reke-ninge in Den Haghe, beginnende in de maent van novembri XIIIIC ende LX, folioC LX, C LXI, C LXII, etc. /

Aengaet den tol ende oude geleyde van Loeuen

Oeck in den voirs.1 LXXX den XXVIIten dach in novembri naedien een geheitenDaniel Boxhoern als pechtener van den ouden tolle ende geleyde van Loeuen bo-ven die verclaringe eertyts daira¡ gedaen, inhoudende dat die coepluyden vanbuyten lantz oft andere onvry personen in der stat van Den Bosch tol betalendete Mol ende elswair in den voirs. lande van Brabant ter merct treckende, soudenvry ende ongehouden zyn elswair ennigen tol in Brabantmeer tebetalen, hem ge-vordert hadde mits brieven van onsen aldergenedichsten heren ende vrouwenvoirs. subrepticelic byhemgeworven, denvoirs. tol ende oude geleyde van nyeuwsin der stat van Bergen te heysschene ende te ontfangen, ende hoewel die voirs. vanBergen hem presenteerden bystant te doen zoeverre ennige coepluyden hen pyn-den den voirs. tolle te ontvueren oft hedden ontvuert, soe persisteerden hy noch-tans in twachten des voirs. tols tot Bergen te doen. Ende nae appellacie by denvoirs. van Bergen dairop gedaen ende denvoirs. Danelen deswas dach besceydenvoir den Raide van Brabant, ende nae allegacie ter eenre ende ter andere zydengedaen, soe is by den cancellier ende Raide van Brabant uuytgesproken dat dievoirs. van Bergen, mits der voirs. presentacien by hen gedaen, te desen male ge-staen zullen ende dat die voirs. Daniel, / die aenverdende, hem verdragen sal tedesen mael in der voirs. stat van Bergen den voirs. tol ende oude geleyde aldair teheysschene, op te boeren oft tontfangene, mar die personen denselven toll endeoude geleyde sculdich zynde ende dien ontvuert hebbende, zoeverre hy die byn-nen Bergenweet te vynden, dat hydie aldair sal moegen aentasten ende aenspre-

1480-1481

237

fol. 274v

fol. 275r

fol. 275v

1 Aldus hs., lees hierna iair.

ken, etc.; gelyc breeder is begrepen in eenre acten dairop gegeven, beginnende:Alsoe als opten XVIIen dach der iegenwoirdiger maent van novembri'etc. endebegrepen opten blade CCCXII.

Con¢rmacie van den previlegien slantz van Brabant

Oeck in denselven iair LXXXdenVIen dach decembris naedien die gedeputeerdevan den drien Staten slantz van Brabant aen onsen genedichsten heren versochtende clachten gedaen hadden dat hen hoir previlegien, voirtyts gegeven, nyet enworden onderhouden mar worden gebroken, soe heeft onse genedichste heervoirs. vercleert ende geordineert dat zyn gelyefte is ende wille dat allen hoir pre-vilegien alsoewel deen als dander henlyeden onder- /houdenwordenvan poinctete poincte, gelyc oeck in eenre andere acte vorder blyct, beginnende: Alsoe alsmyngenedigeheer'etc. endebegrepen met eenreWalscheracten dairaenvolgendeopten blade CCCXIIII.

Aengaende den onderhoude der previlegien

Nae welcker acten inWalschen gescreven volgt dat die Staiten slantz van Brabantbegeerden aen den cancellier endeRaide vanBrabant datsehen allet dairinne be-grepen wouden onderhouden ende dat die voirs. cancellier ende raitsluden, ob-tempererende1 den bevelen ons genedichsten heren voirs., hebben vercleert,abolerende ende te nyeuwte doende alles sgeens des ter contrarien den previle-gien gedaen is ende dairaf die processen in den Raide van Brabant hangendezyn, contrarierende denzelven ende tgeen des ter contrarien van den previlegiengedaen is oft naemaels worde, dat zy dat nu voir alsdan stellen in zynen ierstenstaite, naevolgende den bevelen voirs.;

Hoemen in der cancelreyen sal procederenende dat zy voirtaen achtervolgen zullen die manieren ende costuymen van proce-derene in der cancelreyen nae die previlegienwylen hertoge Philips, in endevoirdeniair van LI onderhouden, sonder die onderseten /dairbuyten te leyden oft te belas-ten in enniger manieren; nae inhoude der acten dairop expedieert van den daet dendorden dach in merte int iair MCCCCLXXX, folio CCCXVII.

Noch van den toll van Loeuen; appoinctement van den Louenschentolle

Ende dairnae int selver iairopten dorden dach aprilis voir Paeschen, naeversueckaen den cancellier ende raitsluden van Brabant by de gedeputeerde der stat vanDyest gedaen vanwegen der coepluyden van ossen, die by tyde van den iair ge-woentlic zyn totDyest ter merct te comene, dat achtervolgende denbevele gedaenDanelen Boxhoern van den tol tot Loeuen by ons genedichs heren brieven vanpanden den coepluyden afgenomen tot Mol in de dryftyt, mits nyet betaelt heb-bende den tol tot Mol uuyt saken van horen beesten, den voirs. coepluyden resti-tueert worden als dat behoerden ende zunderlinge nae uuytwysen der provisien

1480-1481

238

fol. 276r

fol. 276v

1 Obtemperare (Lat.): besluit ten uitvoer brengen.

gedaen den voirs. Staten op zekere hoir gebreken drie dagen in ianuario int iairLXXVII. Ende dairop gehoirt denvoirs.Danelen, seggende onderdander in sub-stancie dat alle ongevryde persoonen zoe schiere zy met horen gueden lantrue-ringe in Brabant deden, den toll van Loeuen sculdich weren, welken tolle menvan hen alomme in Brabant he¡en muchte. Endewant die voirs. coepluyde dewel-ke /bedwongen hadden geweest denvoirs. tol te namptiseren oft panden dairvoirte stellen, ongevryde personen weren, sustinerende dieselver Daniell dat tvoirs.namptissement oft die a¡pandinghe wair wael ende terecht gesciet, nyettegen-staende den voirs. brieven onss genedichs heren aen hem gescreven ter contra-rien. Die voirs. van Dyest blyvende by horen versueck voirs., gemerctsunderlinge die voirs. provisie diewelke onder dander inhelt dat die coepluydenvan buyten lantz oft ander ongevryde, lydende met horen gueden ende coman-scappen doer die stat van Den Bosch ende den tol aldair betaelt hebbende, gelycdie voirs. coepluyden hadden gedaen tot Mol ende elswair ter merct in Brabanttreckende, van tol zouden blyven ongelast ende des hen ter contrarien van dien teMoll by namptisacie afgenomen weer, hen zoude moeten zyn gerestitueert, etc.soe is by den voirs. cancellier ende Raide van Brabant, partyen gehoert, geseegtdat achtervolgende der voirs. provisien int iair LXXVII voirs. verleent, die voirs.panden alsoe den voirs. coepluyden in contrarie van dier te Molle voirs. afgeno-men by den voirs. Danelen oft zynen dyeneren, zullen denselven coepluyden alsvoirs. is restitueert worden; gelyck breeder in eenre acten dairop gegeven, isbegre- /pen, welke actebegint:`Opt versueck, gedaen aen mynen heren'etc. endeis begrepen opten blade CCCXVIII.

Alsnu wairt pays van den oirloge dat dese stat ende hair meyerye tothoren groten costenmet victorien tegens dieGelderssche hadden be-leyt

Oeck in denvoirs. iair LXXXopten GoedenVrydach den XXen dach in april naescryven deser stat, soe is vanwegen onss aldergenedichsten heren ende vrouwenende by horen consent, by heren Philips, greve van Nassouw, heren HenrickenLotthemss., persoen tot Bucstel, als raiden ons genedichsten heren voirs.,Wille-menMonix, SymonenvanGele endemeesterWillemenvan den Bosch als raitslu-den deser stat, tusschen dese stat ende der stat van Boemel, BoemelreWert endeTyelreWert een mynlike dedinge ende tractaet geordineert, gemaect ende geslo-ten, inhoudende onder dander:

Tractaet tusschendese stat ende der stat van Boemel, Boemelre endeTyelreWerdenin den iersten dat allet geen datby tyden hertogeKaerle ende nae zynrer doot in denlande vanGelre verlopen ende gesciet is tot desen dage toe, van den bourgeren endeingesetenen aldair als van Zautboemel ende Boemelre endeTyelreWert ende desge-lycx van den ridderscap die dairmede gehouden hebben, sal wesen vergeven endevergeeten ende / dat onse genedige heer die hertoge van Oistryck enen yegelyckenaldair lantrecht, statrecht, dyckrecht ende leenrecht sal doen ende latenwedervaren,etc.;

1480-1481

239

fol. 277r

fol. 277v

fol. 278r

Van Hemart, den doersteeck ende lynpaden aldairende dat heer IanvanHemart zyngoet, sloot endeheerlicheytwederomme sal moe-gen aenverden metten renthen, gelyc hy die sal vynden, ende dat hy den doersteecktotHemartoepen sall laten ende dairtoe die lynpadenverlenen, dwelc heer Ian endeIoest, zyn zoen, alsoe zullen geloven onder zegele ende brieve ende dairtoe dendoersteeck nyet tebecummeren noch ennigen toloftongelt dair leggen ende datvoirhen, hoir oire, erve ende nacomelingen, etc.;

Dat Boemel tolvry soude wesen tot Loebeeck, Megen ende Lythitem dat die stat van Zautboemel zal blyven by horen rechten, previlegien ende vry-heden die zy heeft te water ende te lant, bynnen ende buyten den lande van Gelreende bysunder aen de tollen van Loebeeck, Megen ende Lyt, gelyc zy die gebruyctheeft by tyde hertoge Arnts vanGelre;

Van den toeleggen des doersteecs tot Herwardenende dat die stat van Boemel onder zegel ende brieve deser stat geloven sal geen be-let te doen in haren toll int lant van Gelre, noch om het toedycken van den doer-steeck van Herwarden tot egenen toecomende tyde noch oic tselver gat nyet wederdoersteeken en zullen;item dat die stat van Boemel, die bourgeren ende ingesetenen aldair ende het rid-derscap onbelast zullen blyven van allen tichten hercomende /van ennigen pen-ningen die by tyden hertogeKaerls hen geheyst waren, zoeverre zydie nyet geloeften hebben; ende oft geboirden dat die van Nymegen hoir gaven ter obedienciendat dieselver van Nymegen oft ander steden genen onraet en zullen zetten op dievan Boemel ofte op triddersscap aldair, etc.;itemdat diebourgeren ende ingesetenenvanBoemel, Boemelre endeThielreWer-den, tridderscap ende mannen van leene die hoir leenen opgescreven hebbenende noch nyet versocht en hebben, sich aen hoer rechte nyet versuympt en zullenhebben ende dat alle vesten voir scepenen oft leenmannen syndert gescyet statzullen grypen, etc.;item dat men die bourgeren ende ingesetenen van Boemel duerende dese vedenyet en zal belasten van dyenste opte ongehoirsame noch oic met scattinge byn-nen twee iaren, etc.; ende dat men in derselver stat geen ruyters en sal leggen dantot L oft LX personen toe;item dat men die steden noch hoir ingesetenen ter eenre noch ter andere zydennyet en sal besetten om ennige penningen die den vyanden oft hoir wederpartyeontweldicht oft ontvuert zyn, etc.;item dat onse genedige heer die voirs. van Boemel, Boemelre enThielreWerdenhelpen zal aen /hoir zegele ende brieve den bisscop vanMunster gegeven om by-stant van hem te crigene;item dat die stat van Boemel ende triddersscap aldair ontfangen zal onsen gene-digen heer voir horengerechten lantzheer ende denselven oft zynengenaden dair-toe huld ende eeden doen;itemoft der voirs. vanBoemel scepenwordengehouden tot Venle,Nymegen,Ars-sen oft tot andere plecken, datse dat wederomme by arrestamente opte selve zul-len moegen verhalen;

1480-1481

240

fol. 278v

fol. 279r

item dat die giften by onsen genedigen heer gegeven van gueden den ingesetenenvan Boemel, Boemelre ende Tyelre Werden oft den ridderscap toebehorende,crachteloes zullen wesen, etc.;item ende dat in desen versoent zal wesende te beyden zyden heer Bartram vanOppurgen, ridder, etc.; prout in litteris incipientibus:`Wy, Philips, greve vanNas-souw'etc. et comprehensis folio CCCXXXVI.Omtrent Sint-Iansmisse int iair LXXX voirs. quam die groeteTurcke Mahumet,wesende een monster in der naturen, met groeter onsprekelycker macht ende be-lach zeer haestelic /Rodes, dair hy vromelicwairt wederstaen ende groeten scadeleet. Ende dairnae toech hy int conincryck van Naples ende wan dair een mech-tige stat, geheytenYdrunte, dair hy den eertsbisscop, geheiten Symon, wesendeeen oudt man, met eenre sagen onttwee dede sagen. Ende corts dairnae ster¡dat ondyer, dat zoevele landen den kerstenen afgenomen hadde.

Remigii confessoris anno M CCCC LXXXI: Iohannes de Aa,Willelmus deGhent,Willelmus Steenwech,Reynerus van denHoeuel, Iohannes Scilder, Iohan-nes ¢lius Godefridi de Hedel, Godefridus Zweders. /Burgimagistri seu receptores: Matheus de Gunterslair,Thomas die Coster.

DatDordrecht ingenomenwairt

In denvoirs. iair LXXXI int beginne nae Paesschen in den aprille quam heer Ianvan Egmond voir Dordrecht met drie cleyn sceepen, geladen met LXXX gewa-pende ende nam die stat inne, dairuuyt hy veriaechden die Hoecken die Dor-drecht in hadden ende die den Geldersschen in den oirloge tegens dese statwaren groot onderstant ende zeer behulpich geweest, zoe men bevant.Want alsDordrecht ingenomen was, gaven die van Nymmegen hen corts dairnae in han-den.

Aengaet den doersteeck tot Hemart

Oeck in denvoirs. iair LXXXIdenXXIIIten dach in aprille des anderen daigz naePaeschdach soe hebben heren Ian van Hemart ende Ioest, zyn zoene, ridderen,voir hen, hoir oiren ende nacomelingen deser stat geloeft ende toegeseegt dendoersteeck gemaect by deser stat in horen dorpe van Hemart, altyt /oepen te la-ten ende dien tot egenen tyde wederomme toe te leggen ende omme dien gevue-chelycker te gebruycken, hen aen beyden zyden te houden die lyndepade alst vannode is;

Die lyndpadenende denselven doersteeck noch die lyndpaden nyettebecommeren noch tebelettennoch oic ennigen tol oft ongelde dair te leggen, etc.; prout in litteris incipientibus:`Wy, Iohanvan Hemart'etc. et comprehensis folio CC LXXX.

1481-1482

241

fol. 279v

fol. 280r

fol. 280v

Aengaet dat die stat van Boemel geloeft geen belet te doen in onsentol ende vryheit inden landvanGelre ende dendoersteec tot Herwar-den toe te leggen

Oeck in denvoirs. iair LXXXIden XXIIIten dach in aprill des anderen daigz naePaeschdach soe heeft die stat van Zautboemel onder horen zegel ad causas1 voirhair erven ende nacomelingen deser stat toegeseegt ende geloeft hair noch harenbourgeren tot egeenen tyde belet te doen in de vryheit die dese stat heeft van dentol int lant van Gelre, etc.; ende noch heeftse geloeft deser stat te gedoegen toe teleggen den doersteeck tot Herwarden ende denselven tot egeenen tyde weder-omme te oepenen; prout in litteris incipientibus: `Wii, scepenen, bourgermeeste-ren, raet ende die gemeyn stat van Zautboemel' etc. et comprehensis folio CCLXXXI. /

Datdie stat vanThiel geloeft deser stat geenbelet te doen in hare vry-heit van tolvry te varen int lant vanGelre ende dendoersteec tot Her-warden toe te laten dycken

Oeck opten Beloeken Paeschdach int voirs. iair LXXXI soe heeft die stat vanThiel onder haren groeten zegel voir hair erven ende nacomelingen deser stat ge-loeft noch haren borgeren nummermeer belet te doen in de vryheit van tolvry tevaren in den lande van Gelre; ende noch heeftse geloeft te gedoegen den doer-steeck tot Herwarden toe te leggen ende tot geenre tyt wederomme te oepenen,etc.; prout in litteris incipientibus: `Wy, scouthet, bourgermeesteren, scepenen,raet ende ganse gemeynte der stat van Thiel' etc. et comprehensis folio CCLXXXII.

Tractaet van peys tusschen den hertoich van Oistryc ende der statBoemel, Boemelre endeTielreWerden

Oeck in den voirs. iair LXXXI in den meye soe zyn die van Zautboemel, Boe-melre endeTyelreWerden ontfangen in genaden van hertoge Maximiliaen endevrouweMarie onder zekere articulen metten selven vanwegen des hertogen voirs.accordeert:in den yersten datse hem oepeninge zullen doen van der stat ende vierdel voirs.ende ontfangenvoir horenwairechtigen natuerlycken heer ende vrouwe, etc. endedatdoende salvergeven endevergetenwesen allet verloep syndert hertoichKaerlstyde gesciet;ende dat men enen yegelycken aldair sal doen gescien / lantrecht, statrecht, dyc-recht ende leenrecht;ende voirts soe hebben hertoge Maximiliaen ende vrouwe Marie den voirs. vanBoemel, Boemelre ende Tielre Werden approbeert ende con¢rmeert die voirs.poincten opten GoedenVrydach int iair LXXX by heren Philips, greve vanNas-souw, herenHenricken Lotthemss., persoen tot Bucstel,WillemenMonix, Symo-nen van Gheel ende meesterWillemen van den Bosch aengaende den pays voirs.

1481-1482

242

fol. 281r

fol. 281v

1 Sigillum ad causas: het zegel ter zake, een bepaald type stadszegel.

concipieert ende gemaect, etc.; prout in litteris incipientibus: `Maximiliaen endeMarie, by der gracien Goids'etc. et comprehensis folio CCCLXXI.

Dat Nymegen Graue metten rittersscap ende ingesetenen dairinneende in den Ryck van Nymegen ende Ouerbetu geseten, in handencomen zyn

Oeck in den voirs. iair LXXXI in den meye soe hebben hertoge Maximiliaenende vrouweMarie onder zekere dedingen, presentacien ende vorwarden hen bydie van Nymegen ende Graue ende ritterscap ende ingesetenen van den Ryc vanNymegen ende Ouerbetu geo¡ereert ende metten selven aengegaen, dieselve ont-fangen in genaden gelyc dat breet ende int lange staet vercleert ende verhaelt insekere brieven dairop bynnen deser stat gegeven; van welken brieven dbeginsellluydt aldus: `Maximiliaen endeMaria'etc. ende zyn begrepen opten blade.1 /

Die feeste van denGuldenVlyes2

Daernae in deselve maent van meye int iair LXXXI soe hielt hertogheMaximi-liaenvoirs. bynnen deser stadt die feeste van deroirdene van denToysone oft Gul-denVlyes, inwelker feestenvoirs. hertoge Philips, zyn zoen, wairt ridder geslagenende ont¢nck tGuldenVlyes.2

Die huldinge vanvrouwMaria

Naewelker feesten in deselve maent van meye, den XXVIIen dach opten sondachals men singt Vocem, wairt bynnen deser stat gehuld vrouwMaria ende dede de-sen eedt:

Den eedt van vrouwMaria

Wygeloven ende zweren dat wyder stat van sHertogenbosch houden zullen endedoen houdenwael ende getrouwelic als een goede ende gerechte lantsvrouwe scul-dich is te doen, allen hair rechten, previlegien, carthen, costumen, usaigien endeherbrengen gelyc dat zyse heeft van onsen lieven vorderen hertogen ende herto-ginnen in Brabant, ende gelyc dat zyse herbracht heeft sonder inbreken, zoe helpeons Got, dese heiligen ende alle Goids heiligen.

Den eedt van der gemeynten

Wy allen gemeyntlic ende elc van ons sunderlinge ende voir hemselven geloven,zekeren ende zweren /onser geduchtiger vrouwen der hertoginnen van Brabantdie hier iegenwoirdich is ende haren eedt gedaen heeft als een hertoginne vanBrabant sculdich is te doen, dat wy hair voirtaen goet ende getrouwe zyn zullenende in allen saken onderdanich ende gehoirsam endehair heerlicheyt, lant endepalen ende hair onrecht helpen bescudden ende keeren tegen elker malc ende

1481-1482

243

fol. 282r

fol. 282v

1 Hierna ontbreekt het folionummer; deze oorkonde staat niet in het cartularium.2 In margine nota.

hair dyenen ende doen in allen saken als goede, getrouwe ondersaten hare ge-rechter lantsvrouwen sculdich zyn te doen, zoe moet ons Got helpen ende alleZyn heiligen.

Aengaet den toll vanGelre ende die con¢rmacie dairaf

Dairnae int selver iair LXXXI in iunio soe hebben hertoge Maximiliaen endevrouw Maria aengaende der vryheyt van tolvry te varen in den lande van Gelredeser stat ende haren borgeren verleent int iair MCC ende drie in der composi-cien tusschen wilen hertoge Henricken, hertoge van Brabant, ende greve Ottenvan Gelre gemaect voir hen, hoir oiren, erven ende nacomelingen deser stat, dievoirs. vryheit ende alle brieven hen dairop verleent, gecon¢rmeert ende geves-ticht;

Ende die nyewe verleninge ende die declaracie hoe mendie gebruycken salende hebben voirts uuyt meerder ende sunderlinger gracien voir hen, hoir oiren, er-ven ende nacomelingen hertogen ende hertoginnen van Gelre, greven ende grevin-nen van Zuytphen, gegunt, / geottroyeert ende gewillecoirt deser stat ende horenbourgeren, nu wesende ende naemaels comende, dat zy voirtaen in den lande vanGelre ende greefscapvanZuytphen methoren comanscappen, gueden ende penne-warden tewater ende te landemoigen gaen, driven, varen, vlieten, keren endeverke-ren sonder ennigen toll oft ongelde dairaf te geven oft te betalen in geendermanieren, beloevende den voirs. bourgeren ende poirteren in de voirs. vryheit endeexemptie tonderhoudene ende doen onderhouden, sonder die meer dairuuyt te la-ten stoten met forse, crachte oft gewelde;

Hoemen den tol vanGelre sal gebruyckenbehoudelic dien dat die voirs. poirteren in alsoe verre als zybyhoren gueden zyn oftanders hoir facteurs, dyeners, wagenluyde, scipluyde oft vluttenersbydenvoirs. gue-den wesende, sculdich zullen wesen aen te comen aen de tolsteden omme aen dietollmeesters oft hoir dyeners oirlo¡ te heysschen voirby te varen, diewelke tolmees-ters oft hoir dyeners voirs. sculdich zullen wesen henlieden sonder vertreck oft yetvan henlieden daira¡ te nemen, oirlo¡ te geven vry voirby te varen; ende oft dievoirs. tolmeesters oft hoir dyeners henlieden denvoirs. oirlo¡ terstont nyet en gevenoft dat dieselve tolmeesters oft hoir dyeners aen de tolstad nyet enweren endemensealdair gesochthedde, soe zullen alsdan die voirs. poirters, hoir facteurs, dieners,wa-geluyde, scipluyde oft vlutteners vry voirt ende voirby moegen /varen, sonder mes-doen oft yet te broecken oft te verboeren, mitz dat dieselve poirteren oft hoirfacteurs, dyeners, wageluyde, scipluyde oft vlutteners oft die eenvan henby eede ne-men zullen als zydes versocht zullenwesen datdievoirs. gueden dairmede zy voirbymeynen te varen, toebehoren poirteren deser stat ende nyemanden anders; ende ofmen bevonde dat yemand ennige gueden, ongevryde personen toebehoerende,hadde verantwoirt voir vry gueden oft dat hy alsulkenen ongevryde gueden alleeneoft by vryguedenwesende, wetendehedverzweegen, oft diezelve ongevryde guedenmet poirteren goeden voirby die tolsteden hedde gevuert sonder van den ongevry-dengueden tebetalen oftoirlo¡ tehebben, zoe zoude dat goetgeheelic verboertwor-den ende insgelycx al dat goet dat dair bevonden zoude werden toebehoerende

1481-1482

244

fol. 283r

fol. 283v

dengenen diet alsoe verzwegen hedde, tapplicerene voir deen helft onsen genedich-sten heren ende dander helfte den tolmeesters, etc.; gelyc in de brieven dairop ver-leent breder is begrepen, welke brieven beginnen: `Maximiliaen ende Marie' etc.ende zyn begrepen opten blade.1

Dat den o¤ciers in den lande van Gelre wordt verkundicht ende oicden tolners bevolen datse dese stat zouden laten by hair vryheit vantoll aldair

Dairnae in de voirs. maent van iunio den vyften dach int voirs. iair LXXXI soe /hebben hertogeMaximiliaen endevrouwMariavoirs. allen horengenaden stede-houderen, richteren, amptluyden, tolneren, rentmeesteren, o¤cieren, dienerenende onderseten scerpelic bevolen datse deser stat ende horen borgeren die vry-heit van den toll van den lande van Gelre ende grefscap van Zuytphen nae in-houde horen vercrych vry van allen tolle doen ende laten passeren ende dat oicallommeverkundigen, etc.; prout in litteris incipientibus:`Maximiliaen endeMa-ria'etc. et comprehensis folio CC LXIII.

Van der vryheit des tols tot Batenborch die dese stat heeft

Dairnae int zelver iair ende in deselve maent van iunio den XXVen dach, nae ze-kere dedinge ende zoene gemaect tusschen ioncker Iacoppen van Bronchorst,heer tot Bathenborch, Aenholt, etc. ende vrouwe Agnees vanWisch, zyn moeder,wedue, ter eenrer ende dese stat ter andere zyden aengaende der nederlagen diedeser stat, bourgeren ende volc van wapenen aldair hadden geleden, soe hebbenioncker Iacop voirs. ende die voirs. vrouwAgnees voir hen, hoir erven ende naco-melingen in recompense der voirs. nederlaigen ende des scadens by deser statdairbygeleden, gegunt, gegeven endeverleent allen denbourgeren ende poirterendeser stat nu zynde ende naemaels wesende, dat zy ten ewigen daigen met horenlyven endemet allen horen gueden, comanscappen ende pennewairden/vry zul-len moegen varen ende vlieten, keren ende verkeren te water ende te lande metscepen, karren, wagen, perden, vlutten oft hoe zy gaende, staende, rydende, va-rende oft vlietende voirby allen hoir tolle van Bathenborch, het zy in mercten oftbuiiten mercten, ende dat zy aldair van allen horen tollen, het zyn mercttollen oftandere, ten ewigen daigenvry zullen bliven sonder ennige tolle oft ongelde te dor-ven betalen, het zy op hoirs selfs bodem, karren oft wagen, oft ander vreemderbodem, karren oft wagen, het zy oick die gueden by henzelven alleen oft oic byander guedenwesen moigen; by alsoe dat die bourgeren zoeverre zy byhoer gue-denweren oft anders hoir facteurs, dieners, boden, vlutteners, scipluyden,wagen-luyden oft andere die by de gueden zullen wesen, sculdich zullen wesen te comenaen de gewoentlicke tolsteden ende aldair oirlof heysschen aen de tolners ten tydewesende, zoeverre die opte tolsteden zyn oft anders aen hoir dyeners oft gebuerenop die tolstat voirs., ende alsdan zullen die tolners oft hoir dyeners sculdichwesendie bourgers oft hoir facteurs voirs. terstont sonder vertreck oirlof te geven vry

1481-1482

245

fol. 284r

fol. 284v

1 Hierna ontbreekt het folionummer, hoewel de oorkonde in het cartularium staat, zie aldaarfol. 258r-262v.

voirby te laten passeren; by alsoe oeck dat zy met horen scepen ende vlutten aentlant leggen zullen zoelange zyom den oirlof te halen uuyt zullenwesen, ende ofseterstont nyet oirlof en geven datse sonder mesdoen voirby moigen passeren, byalsoe datse sculdich zullen wesen of ment begeert tot horen eeden te houden datpoirtersgueden zyn ende oft yemand onvry goet alsoe verantworden, dat alsdantselve met allen den gueden die voir vry gepasseert /zullen zyn, sullenwesen ver-buert; prout in litteris incipientibus: `Wy, Iacob van Bronchorst, heer tot Bathen-borch ende Aenholt'etc. et comprehensis ad signum tale (½28) ac folio CC LXIIIende van welken brieven voirs. die copie aen den voirs. teken ende opten bladevoirs. staet insereert in zekere brieve beginnende: `Wii, scepenen, raet ende ge-meyn bourgeren ende ingesetenen der stat van sHertogenbosch' ende begrepenoptenbladeCCLXII, bydeser stat denvoirs. ioncheer Iacoppen endevrouweAg-nesen wederomme gegeven des anderen daigz, te wetene den XXVIen dach vaniunio, dairinne dese stat wederomme geloeft die vryheit des tols voirs. te gebruy-cken nae inhoudt des voirs. briefs ioncker Iacops voirs. ende nyet vorder noch an-ders, etc.

Van den toll totWoudrichem

Daernae int selve iair LXXXIopten lesten dachvan october soe is tusschen herenIacoppen, greve van Hoerne, heer tot Altenae, tot Craendonck, tot Corters-schem, etc. ter eenre ende dese stat / van sHertogenbosch ter ander zyden aen-gaende den tollen tot Woudrichem ende Ghiessen gelegen, een er¡elyckeraminge ende ordinancie gemaect ende gesloten ten ewigen daigen onderhoudente werdene:

Datse bynnen mueren moeten zyn woenechtich;1 den toll tot Woudri-chemte wetene dat tot allen tyden den voirs. tol ingegangen zynde, staende ende due-rende alle scepen hoedanich die zyn, groet oft cleyn, die poirtergoet deser statbynnen den mueren derzelver woenende inhebbende ende anders egeen, co-mende aen dewachte der voirs. tollen, hoir zeylen zullen stryken omme die wech-ters van denzelven tollen dairaen te comen, zoe geheerbracht is, aldair zydan enenorcontspenninc van den toll zullen geven, zoemennichwerven zybynnen den tydeder tollen alsoe comen gevaren, te wetene eenen wittenVlemsschen oft anderhal-ven grotenVlemsspayments dairvoir; ende zullen die coepluydevan dengoede oftscipper in hore absencien, zoe die tolner des begeert, by hoer eeden beweynentgeen dat deser poirter goet is; ende weren dair ander gueden in, die sullen tol be-talen; ende hiermede zullen zy voirt voirby ombelett moegen varen sonder dair-aen te mesdoen;

Die renthe die menvan den tol totWoudrichem giltende hiertoe sal dese stat alle iair op Sinte-Remeysdach oft bynnen XIIII daigendairnae onbevangen den rentmeester des heren van Altenae bynnen der stat vanWoudrichem loss ende vry XXXVOverlensche gulden, tstuck tot XX stuvers gere-

1481-1482

246

fol. 285r

fol. 285v

1 In margine nota.

kent, opten peenvan enen der voirs. gulden, alle daige nae denvoirs. toldaige te ver-boren, half tot behoe¡ des heren oft vrouwen van Altenae ende half tot behoe¡ desrichters diet versuect; /itemwantdenvoirs. toll den heer vanAltenae van denRoemschen keyser verleentis op zekere afquitinge ende oft alsoe die a¡quytinge geboerden, soe zal die heervan Altenae voirs. overdragen, loss ende vry zyn ende zal alsdan mits den voirs.afquyten staen in zynenvolcomen recht van denvoirs. tol, gelyc die voirs. heer bisin desen daige dairmede gestaen heeft, ende zal die voirs. renthe alsdan doot zynende zal die heer sculdich wesen deser stat te betalen die somme van hondertRynsgulden eens die de voirs. greve nu gereet heeft ontfangen, etc.; gelyc breederin de brieven, diere twee all eensluydende gemaect zyn, is begrepen ende begin-nen: `Condt ende kenlic zy allen luyden'etc. ende zyn begrepen opten blade CCLXXIIII.

Dat die stat Graue, dlant van Kuyck ende Oyen annexeert zyn aenBrabant

Oeck in den voirs. iair LXXXI den XXVIen dach in novembri soe hebben dievoirs. hertoge Maximiliaen ende vrouwMaria voir hen, hoer oir, erven ende na-comelingen dlant ende die stat van Den Graue metten lande van Kuyck ende vanOyen met horen toebehoirten annexeert ende appliceert tot ewigen daigen te bly-ven aent dlant ende hertoichdomvan Brabant, etc.;

Datse hoir hoetvonnisse hier zullen halenende dat die van Den Graue, Kuyck ende Oyen hoer hoetvonnessen halen zullenaen scepenen deser stat / ende dat dingesetenen der voirs. landen zullen gebruy-cken ende genyeten allen der rechten, vryheiden ende previlegien slantz van Bra-bant;

Van den o¤ciers tot Graue, Kuyck ende Oyenende dat die o¤ciers aldair van iusticien ende ontfange ende alle andere hoedanichdie zyn, zullen wesen geboren Brabanders, wel ende behoerlycke in den lande vanBrabant geguedt ende geneem den drie Staten slantz van Brabant ende datse zullendoen eeden gelyc do¤ciers in Brabant, etc.; prout in litteris incipientibus: `Maximi-liaen endeMarie, by der gracien Goidz'etc. et comprehensis folio CC LXXIX.Hier is tewetene dat heerOtt vanKuyckende vanHeuerle opten dach der geboer-ten Sint-Ians Baptisten int iairMCCCXXIII die stat van DenGraue metter toe-behoirtenvercoft ende opgedragen heeft hertoge IannenvanBrabant, den dordenvan dien name, als bovenblyct. Datoic dieselver heer Ott int iairMCCCXXVIIIdairnae gekent heeft ten ocsuyne der vercopinge voirs. ontfangen te hebbeneVM

ponden groetenTournoysen, als boven blyct./Dat oeck dairnae int iair MCCCC LXIII hertoge Kaerle van Bourgoindien toe-gevuegt heeft het ontfanck van den demaynen ende renthen van den landen vanKuyckendeKessel totten ontfanckvan der stat endemeyeryenvan deser stat endetotten rentmeester aldair als aen Brabant, als boven blyct.

1481-1482

247

fol. 286r

fol. 286v

fol. 287r

Hoe die HoyckenVtrecht innamen

Int voirs. iair LXXXI omtrent Korsmisse began tot Vtrecht te wassen die partyevan den Hoycken, dair die heer van Mointfoirt met ennigen Hoycken een grotecommocie maecten tegens bisscop Dauid vanVtrecht; ende omtrent ten eyndevan der loumaent innamen die voirs. vanVtrecht heren Engelbert van Cleue omhem oft Philipsen, zynen brueder, bisscop te makene, dair bisscop Dauid voirs.noch leefden.

teser tyt sterff vrouwe marie, geselinne van hertogemaximiliaen voirs.

Dat vrouweMaria ster¡

Int voirs. iair LXXXI in den merte omtrent Onser-Liever-Vrouwendach Annun-ciationis /die voirscr. vrouwe Maria, synde te perde in de iacht ende springendemettenperde, zoevyel zy ter eerden, bevrucht zynde, endewairt zeer gequetst vanden perde dat op hair trat, datse dairaf ster¡ zeer coirts dairnae als den XXVIen

dach in merte.

ten tyde van hertoge maximiliaen als weduwer vanvrouw marien1

Remigii confessoris annoMoCCCCoLXXXIIo: dominus Iohannes Back,miles,Gerardus de Berkel, Iohannes Kanapart ¢lius Iohannis, Iohannes Heym,Willel-mus de Haestrecht, Bernardus Ianss. de Ouermeer, Iohannes de Aerle.Burgimagistri seu receptores:Wolterus Bolck, Godefridus Pottey./In denvoirscr. iair canoniseerden paeus Sixtus Sinte-Bonauentura ende nochvy¡martelaren van der mynrebruederen oirdene.

Aengaet Oyen

In denvoirs. iair LXXXIIdenXXVIen dachvan aprille des vrydaigs nae den son-dach Misericordia soe is by dese stat ter eenre endeWillemen van Ghent ter an-dere zyden gemaect ende genomen een tractaet ende concept aengaende denvercrige ende coepe van der borch ende sloote metter heerlicheyt van Oyen, metallen horen rechten ende toebehoerten;

Dat dese stat vercoft heeft IIC Rynsgulden die ionckerWillem van Ghentgeloeft heeft te gelden ende te lossen, ende oic Oyen te bewarenin den iersten als dat dese stat van stonden aen zoese gedaen heeft, zoude vercopenIIC Rynsgulden er£ycke renthen op losse ende die penningen dairaf comende tersommen van IIIM Rynsgulden, tstuck tot XX stuvers, by hair gereet houden liggen

1481-1482

248

fol. 287v

fol. 288r

1 Herhaald tot en met fol. 302r met de variant op fol. 300v-301r:Ten tyde van hertogeMaxi-miliaen, weduwer vanvrouwMarien ende mombaer synre kynderen.

totdat die voirs. ionckerWillemvanGhent tvoirs. borch, slot endehoir toebehoirtentegens heren Iannen van Bronchorst ende van Bathenborch, domproest tot Mun-ster, tytlyc heer wesende tot Oyen, gecoft hedde ende daira¡ hedde ontfangen be-hoerlycke veste ende oic ontfangen hedde van onsen genedichsten heren te leeneals hertoge van Gelre; ende oick totdat hy ionckerWillem voir scepenen deser statgeloeft zal hebben die voirs. IICRynsgulden/er¡elycke renthe tebetalen ende te los-sen dat hyoec gedaen heeft met vele meer andere poincten dairnae in denselven iairLXXXII den XXIIIen dach in iulio, gelyc dit all breeder blyct in zekere brieven on-der den zegelen der scepenen deser stat ende des voirs. ioncker Willems ende oiconder den groeten zegele derselver stat; welke brieven beginnen:`Wy, scepenen, ge-sworen, raitsluyden'etc. ende zyn begrepen opten blade CCCXXXIII.

Veste vanOyen gedaen ionckerWillemen vanGhent

Item is hier oeck te wetene dat den voirs. ionckerWillemen van der voirs. borch,slote ende heerlicheyt vanOyen gedaen is veste voir scepenenvan Den Bosch on-der dese woerden, getogen uuyten prothocol dairafwesende:dominus Iohannes de Bronchorst et de Bathenborch, archiprepositus Monaste-riensis, castrum et villas de Oyen et de Dyechden unacum omnibus et singulisiuribus et attinentiis suis quocumque locorum consistentibus, sitis solvendas velreperiendas sibi per et post mortem quondam domini Theoderici de Bronchorstet de Bathenborch, etc. sui patris, militis, iure successionis hereditarie advolutasquas castrum et villas cum suis iuribus /et attinentiis prescriptis domicellusWil-lelmus de Gent in presentia domini nostri ducis Austrie, Brabantie et Gelrie, etc.erga predictum dominum Iohannem acquisierat iuxta continentiam litterarumdesuper ut asseruit confectarum, legitime et hereditarie supportavit predicto do-micelloWillelmo de Ghent, similiter cum dictis litteris aliis et iure, promittenssuper omnia et habenda ratam servare, obligationem et impetitionem ex partesui deponere.Testes Berkel et Bernardus, datumXVta maii anno LXXXIII.

Quitancie van den coep van Oyen, gegeven by den domproest vanMunster

Dictus dominus Iohannespalamquitavit etquitumproclamavit predictum domi-cellumWillelmumdeGhent eiusquebonaproles et¢deiussores de omni regimineper ipsum de o¤cio senescallatus castri et villarum de Oyen et de Dyechden seualias huiusque ab ipso quovismodo habito seu exercitato necnon de omnibus etsingulis computacionibus suis sibi desuper hactenus factis atque de huiusmodisomma sex milium centum et quadraginta £orenorum renensium eidem dominoIohanni a dicto domicelloWillelmo ratione emptionis et comparationis castri etvillarum de Oyen et de Dyechden unacum suis iuribus et attinentiis addicta seupromissa inde quitans prescriptum domicellumWillelmum et suos liberos eo-rumquebona etomnes alios huiusmodi quitantia indigentes, dolo et fraude seclu-sis.Testes, datum supra.

1482-1483

249

fol. 288v

fol. 289r

Quitancie dairinne ionckerWillemen ontfangen heeft XXXC vyftichRynsgulden ende noch een somme int contract van Oyen begrepen

IonckerWillemvanGhent, heer tot Oyen, Rycstel, etc. heeft oepenbairlyc bekentdat hii van der stat van Den /Bosch by handen van Bartramen Ianss., hoirs dye-ners, gehauen ende geboert heeft in den iersten die somme van dartichhondertende vyftichRynsgulden, den gulden tot XX stuvers, diewelke die voirs. stat scul-dich was ioncker Willemen voirs. ende comen wairen van den vercope der IIC

Rynsgulden er£ycken renthen die die stat met horen brieven van den groten zegelvercoft heeft aen diverse personen, naegaende den contract van Oyen onlancxtracteert tusschen dese stat ter eenre ende den voirs. ionckerWillemen ter anderzyden, nae begrip der brieven dairop gemaect; item kenden noch die voirs. ion-ckerWillembyder voirs. stat ende byhandenvan Bartramen Ianss. voirs. ontfan-gen te hebbene alsulckenen somme van Rynsgulden van den pryse voirs., dair diestat aen hem noch verobligeert was overmitz enen poinct oft articule int selvercontract begrepen, ruerende van den weckeren ende poirtieren des slootz vanOyen ende van den costen derzelver, gelyc dat poinct dairaf int lanck inhelt, etc.ende helt hem alsoe die voirs. ionckerWillem van allen desen voir vernuegt endewael betaelt, sceldende die voirs. stat ende Bartramenvoirs., horen dyenaer, endedie poirters ende ingesetenen derselver stat ende alle andere des quitancie behoe-vende dairaf loss, quyt ende vrii. Getugenwaren hierover scepenen in sHertogen-bosch,Willem van Ghent voirs. endeWillem Steenwech. Gegeven opten vierdendach der maent van septembri int iair ons HerenMCCCCLXXXII. /

Quitancie dairinne ionckerWillem van Ghent noch ontfangen heeftVC Rynsgulden als van der meyeryen

Alzoe die stat van sHertogenbosch ende die goede luyde van den plattenlande dermeyeryen derzelver ionckerWillemen van Ghent, heer tot Oyen, gegunnen endetoegeseegt hadden te gevenVC overlens Rynsgulden, tstuck tot XX stuvers oft diewerde dairaf in anderen gelde gerekent, welkeVC Rynsgulden Ian van Arkel ge-kent hadde ontfangen te hebbene in zynrer rekeningenvan der stat ende den plat-tenlande der meyeriien voirs., ende dairnae die voirs. Ian van Arkel denselvenioncker Willemen in afcortinge ende afslage derselver VC Rynsgulden gegevenheeft IIC endeXLVIII endeReyner Loyen endeDirckHagens, nu ter tyt bourger-meesteren derzelver, oeck in afcortinge derselverVC Rynsgulden denselven ion-ckerWillemen gegeven hebben IIC ende LIIRynsgulden,maken tsamen die voirs.VCRynsgulden als zy seeghden, soe is gestaenvoir scepenen hieronder gescrevendie voirs. ionckerWillem ende heeft oepenbairlic gelydt ende gekent dat hy die-selveVC gulden by handen des voirs. Ians van Arkel, Reyneren ende Dircx voirs.ontfangen heeft van der voirs. stat ende plattenlande, sceldende dairaf quyt diestat, het platlant, Reyneren ende Dircken voirs. ende allen anderen des quitanciebehoevende. Getugen hebben hierover geweest scepenen in sHertogenbosch Ge-rart van Eyck ende Ian Pynappel. Gegeven denXXVIen dach der maent van mer-te, des woensdachs nae den sondach als men singt Iudica, int iair ons Herendusent CCCC LXXXVII. /

1482-1483

250

fol. 289v

fol. 290r

Item dat dairnae opten XXIIen dach van iulio int iair M CCCCC ende acht soeheeft dese stat, omme die voirs. IIC Rynsgulden losrenthen te vervolgen op Oyen,gegeven Zweren van Gerwen procuracie onder die forme hiernae volgende:

Procuracie om op Oyen te vervolgen die IIC Rynsgulden

Wy, scepenen, gesworen, raitsluyde ende dekenenvan den ambachten der stat vansHertogenbosch doen condt allen luyden alsoe naedien die drie leeden derselverstat, dats te wetenewy, scepenen ende gesworen representerende dierste lyt, raits-luden dander lyt ende dekenen van den ambachten voirs. tdorde lyt, in der came-ren van den raithuyse der voirs. stat staidzgewyse versaempt wesende, collacieende spraecke hadden underling gehadt opte materie van den penningen die devoirs. stat by vercope van IIC Rynsgulden er£ycke renthen eertyts heeft ¢neertende geworven ende voirts in den handen ioncker Willems van Ghent gelevertende verschoten totten coepe des slootz, dorpe ende heerlicheyt van Oyen metallen hoer toebehoirten, etc. ende oic van der scadeloesgeloefte dairop by denzel-ven ioncker Willemen gedaen, als die voirs. renthen van IIC Rynsgulden iairlixende er£ic te betalen, te lossen ende te quyten dat der voirs. stat dairaf ghenenscaide en zoude comen, des evenwael alsoe nyet en weer achtervolgt, mar dievoirs. stat dairby grotelic bescedicht / geweest ende hedde die voirs. renthen bybedwange van rechte moeten betalen. Ende omme dan dien scaide te vervolgenende opten voirs. sloote, dorpe ende heerlicheyt van Oyen met hore toebehoirtenmet recht alst behoren sal te verhalen ende trecht dairafaen te nemen, soe eest datwy, scepenen, gesworen, raitsluyden ende dekenen van den ambachten voirs. inden name van onss ende der voirs. stat ter bester formen, voegen ende manierendat wy ennichsins cunnen ende moegen hebben geconstitueert, geset ende geor-dineert ende mits desen brieve constitueren, setten ende ordineren ZwederenvanGerwen in onsen wittigen procureur ende facteur, gevende ende verlenende den-selvenvry ende volcomen macht ende sunderlinge bevele voir ons ende in den na-me ende vanwegen der voirs. stat in der voirs. saken te ageren die voirs.scadeloesgeloefte te vervolgen, den voirs. scaide by de voirs. stat dairaf geledenoptenvoirs. slote, dorpe ende heerlicheyt met horen toebehoirten te suecken endete verhalen ende dairinne mede ende op te procederen zoe nae rechte sal behorenende van noode wesen, ende generalic allet dairinne te doen, te procureren endevoirt te keren des ennige wittige procureurs in dien zouden moegen doen endevoirtkeren nae recht. Ende des wy selver doen zouden moegen ende /geloven al-soe voirts in den name van onss ende der voirs. stat in goeden trouwen ende byobligacien der gueden derselver stat den voirs. Zwederen van allen costen die hydoen sal int vervolch der voirs. saken ende van allen lasten die hem dairaf comenmuchten te quiten, te onthe¡en, scadeloes tehouden, te defenderen ende teverant-woirdene sonder wederseggen. Des torconden soe hebbenwydese lettren mettenzegel ad legata1 der voirs. stat doen bezegelen. Gegeven opten XXIIen dach dermaent van iulio int iair ons HerenMCCCCC ende acht.

1482-1483

251

fol. 290v

fol. 291r

fol. 291v

1 Sigillum ad legata: een bepaald type stadszegel.

Ende achtervolgende der voirs. procuracien dede Zweer voirs. byden poirtyer de-ser stat ingebyeden tot Oyen ende tot Diechden Seynen Mulart, drossaet totOyen, ende vele meer andere personen als bruyckeren van der heerlicheit vanOyen ende der gueden, erven ende landen dairtoe behorende ende procedeerdendairopmet recht voir scouthet ende scepenen deser stat ende zoeverre dat by sce-penen deser stat, te wetene Back, Brecht, Erpe, Kuyst, Colen, Geck ende Broeckvonnislic wairt gewesen dat die verwerderen sculdich zullen zyn dese stat te rele-veren van den erfrenten van IIC Rynsgulden voirs. met restitucie van den verloe-pen renthen ende allen commerdairommegeleden, costen ende allen scaidenvanrecht oft hantlichtinge te doen. ActumVta septembris anno M CCCCC acht. /Item tvoirs. vonnisse gewesen zynde, die voirs. Seyn ende andere personen dedenhantlichtinge ende die gedaenwesende, soe bracht Zweer voirs. die voirs. heerlic-heit van Oyen met allen horen toebehoirten te boeck als int iair van acht voirs.endemeesterHenrickdieBye totbehoe¡der voirs. stat vercreech daira¡den coepvoir IIIM IICRynsgulden achterstellen denXXIIIIen dach in septembri int iairMCCCCC XIII, all nae inhoude van den vonnesboeck in der scryfcameren deserstat berustende.Item is hier oeck te wetene dattet voirs. huys ende heerlicheit van Oyen eertyts alsint iair M CCCC XXXI oeck opgewonnen is geweest, nae inhoude des vonnes-boecxonder die forme hiernae volgende: Iohannes Noeden ¢lius quondamHen-rici fuit adiusticiatus ad domum et dominium de Oyen, olim domini Iohannis deArkel, militis, domini temporalis de Oyen, nunc domicelli Iohannis, domini tem-poralis deWezemael et de Phalleys, et ad attinentia earundem domus et dominiisingulas et universas ubicumque locorum consistentes sive sitas, insuper ad uni-versas et singulas alias hereditates achereditariabonaolimdicti domini Iohannisde Arkel quocumque locorum in parochia de Oyen consistentes sive sitas occasi-one defectus solutionis hereditarii census quingentorum aureorum denariorum,communiter cronenvocatorummonete regis Francie, quem censumdictus domi-cellus Iohannes promiserat se daturum et soluturum dicto Iohanni Noeden here-ditarie ex premissis; prout in litteris quarum data continet XVIIIa iulii anno MCCCC XXXI et supportavit Gerardo Mol de Driel et proclamavit primo, 2o, 3o

et vendidit Iohanni Loenman. Testes Petrus Steenwech, Nycolaus,1 / MathiasBack, Iohannes Bathen, Iohannes de Best et IohannesNoeden ¢lius Henrici.Da-tumVIIa aprilis 2a post Iudica anno Domini M CCCC XXXI. Et solvit CCCCcronen Francie et onera.Is hier oeck te wetene dat int iairMCCCCC ende acht dese stat byharen gedepu-teerden is aengegaen een dedinge oft pachtinge met heren Florys vanYselsteyn,diehem rechz totOyenvermatt ende datonderdese forme endewoerden: in deservuegen ende manieren hiernae bescreven zoe zyn die gedeputeerde der stat vansHertogenbosch overcomen metten edelenwaelgeboren heren heeren Florys vanEgmont, heer tot Sinte-Martensdyc, etc. stathelder slantz van Gelre, etc. aen-gaende den huyse, slote ende heerlicheit van Oyen ende Dyechden met allen ho-ren toebehoirten, te weten dat die stat van sHertogenbosch behauden hebbenende besitten zal enen tyt van vyf iaren lanck geduerende, ingaende op datum

1482-1483

252

fol. 292r

fol. 292v

1 Aldus hs., naNycolausontbreektLoenman.

van desen ende zoe voirtduerende die voirs. vy¡ iaren, deen dander sonder mid-del volgende, het voirs. huyse, slote ende heerlichheit van Oyen ende Dyechdenmet allen horen appendencien, tollen, rechten, nyet dairvan uuytgesceiden, dessal die voirs. stat denselven heren Florysen elcx iaers van den voirs. vyf iaren alleiaer geven ende betalen die somme van IIC ende L Rynsgulden, XX stuvers voirdenRynsguldengerekent. Endeomme denvoirs. herenFlorysenvanEgmont, etc.naerder te believen /ende gerieven, sal die voirs. stat die voirs. penningenvan denvoirs. vy¡ iaren int gereet ende terstont betalen op condicien ende voegen dat oftgeboerden dat die voirs. stat bynnen denvoirs. vyf iaren uuytenbesit oft possessieder voirs. heerlicheit van Oyen ende Dyechden met horen toebehoirten bymynengenedigen heren oftyemant anders partye ons genedichs heren houdende, afhen-dich gemaect worden zoedat die voirs. stat in die possessie ende gebruyck nyetblyven en mochte, soe zal myn heer heer Florys van Egmondt, etc. goede su¤-cientebourgen settenbynnen der stat endemeyeryenvan sHertogenbosch genochgeguedt zynde, die welc geloeven zullen in scepenen brieven van Den Bosch datzy alsdan die penningen, teweten nae advenandvan denvoirs. vyf iaren opleggenendebetalen sullen in handen der voirs. stadt in derbester formen.Oicktsyntvor-warden dat die voirs. teynden den vyf iaren voirs. blyven zal ende behouden allealsulkenen IIC Rynsgulden iairlycxe renthe als zy iairlix tachter is ende geldenmoet opte voirs. heerlicheiden, des zoe sal die voirs. stat ombeterswil alle hair af-terstedigen pachten quytscelden ende die tot egenen tyden te heysschen mynenvoirs. heer Florys van Egmont oft zynen erven. Mar oft geboerden dat dat voirs.huys ende heerlicheit van Oyen ende Diechden met horen toebehoirten quamenin anderen handen, soe zal die voirs. stat hoir actie van den achterstelligen pach-ten altyt op die heerlicheit voirs. moigen heysschen ende verhalen sonder argelist.

VanOyenOick tsynt vorwarden alsoe die bewaernisse des huys van Oyen voirs. voele ende totgroten costen belopen zoude, soe sal myn heer heer Florys van onsen genedigen /heren, etc. werven oft zyn vermoegen doen dat men dat voirs. huys van Oyen salmoegen afwerpen ende crencken oft dat myn genedige heer hoesschelycken doerden vyngen sien sal dat men dat huys laet vervallen, opdat die vyanden myns gene-digs heren ende des lantz van Brabant nyet in en nemen. Dit is gesciet op Sinte-Pe-tersdach ad cathedram, anno XVC acht.

VanOyen

Onder dese naevolgende forme is die geloefte gesciet byheren Floryssen ende zy-nenbourgenvanOyen in der voirs. cedullenbegrepen.Alzoe op Sinte-Petersdachad cathedram int iair XVC ende acht die gedeputeerde der stat van sHertogen-bosch overcomen zyn metten edelen waelgeboren heren heren Florys van Eg-mont, heer tot Sinte-Martensdyc, etc. stathelder slantz van Gelre, etc. aengaendeden huyse, sloote ende heerlicheit van Oyen ende Dyechden met allen horen toe-behoirten, te wetene dat die stat van sHertogenbosch voirs. behouden hebbenende besitten zal enen tyt van vyf iaren lanck geduerende, ingaende opten dachende iair voirs. ende zoe voirtduerende die voirs. vyf iaren, ende dat nae inhoudeeenre cedullenvan den daet voirs. dairop gemaect, dairafdie tenuer vanwoerde te

1482-1483

253

fol. 293r

fol. 293v

woerde inhelt aldus, in deser voegen ende manieren hiernae bescreven et sic ulti-mus ut iam supra et ¢nita /sit,1 soe is gestaen voer scepenen hieronder gescrevendie voirs. heer Florys ende heeft oepelic bekent die voirs. vorwarden in der voirs.cedullen begrepen metten gedeputeerden der voirs. stat gemaect ende aengegaentehebbene, geloevendeheer Florys voirs. endemet hem ionckerMaximiliaenvanBergen, zoen wilneer des edelen heren heren Cornelis van Bergen, heer totZeuenbergen, Greuenbroeck, etc. ende Ian van der Aa, heer van Buchouen, etc.als sculderen principael onversceyden op hen ende allen hoir gueden die zy nuhebben ende naemaels vercrigen moeghen, als dat heer Florys voirs. die vorwar-den ende condicien voirs. ende in der voirs. cedullen begrepen zoeverre hem dieaengaen, sal achtervolgen, vast ende stedich houden ende metten werck volbren-gen oftbygebreke van dien dat zy ionckerMaximiliaen ende Ianvan derAavoirs.dieselver vorwarden ende condicien denselven heren Floryssen zullen doen ach-tervolgen ende volbrengen oft selver volbrengen sonder wederseggen, droch endeargelist.Testes Campen et Doerne, datumXIIIa aprilis, quinta post Pasche annoXVC negen.Ende bynnen den voirscr. vy¡ iaren dat Oyen in der stat handen stont, soe wairttslot tot Oyen tenvervolge deser stat byoirlove vanvrouwe/Margrietenvan Oist-ryck, dochter van hertoge Maximiliaen ende vrouwe Maria voirs., douagier vanSauoyen, hertoginne van Oistryc, Brabant, etc. ende alsdoen regent, etc. van dervoirs. stat van Den Bosch mineert ende omgeworpen als nae blycken sal.

VanOyen

Oeck in denvoirs. iair LXXXIIden XIIten dach in iulio soe hebben die voirs. her-toghen Maximiliaen, weduwer wesende, ende Philips, zyn zoene, voir hen, hoiroiren, erven ende nacomelinghen hertogen ende hertoginnen van Gelre, ionckerWillemen van Ghent, voir hem, zyne erven ende nacomelingen, voir die pennin-gen by hem aen heren Iannen van Bronchorst ende van Batenborch, domproestvan Munster, overgegeven ende in zynen handen gestelt tslot van Oyen mettentol, gerichte ende anderen zynen toebehoirten, nyet dairaf uuytgesceyden, alletin der maten als heer Dirck van Bronchorst ende van Batenborch voir ende heerIan voirs., zyn zoen, nae dat gehadt hebben, uuytgesceyden dat hy van XXVIIen

dach meye int iair M CCCC LXXIIII ende voirts genen opslach en sal rekenenvan IIC clinckarts by hertoge Arnden van Gelre voir dbewaren dairop consen-teert, / ende dat hy ionckerWillem gehouden soude wesen tot zynen laste tvoirs.slot te mannen, te stercken ende te onderhouden; item ende dat hy tselver slot denhertoge van Brabant ende deser stat in tyden van oirloge soude oepenen; itemende dat hy alsulckenen IIC Rynsgulden er£ike renthen als dese stat vercoft heeftende die penningen dairaf hem gelevert om Oyen van heren2 voirs. te lossen,soudebetalen sonder deser stat scaide; item ende dat die poirters deser stat tolvrysouden wesen; item ende dat die scepenen van Oyen hoir hootvonnissen halensullen aen de scepenen deser stat; item ende dat ioncker3 tvoirs. slot ende heerlic-

1482-1483

254

fol. 294r

fol. 294v

fol. 295r

1 Vertaling: en zo verder tot het einde als boven.2 Aldus hs., lees hierna mogelijk Iannen.3 Aldus hs., lees hierna mogelijkWillem.

heit nyet en soude vercopen, versetten noch laten bedienen van yemanden, het enzy by consent des hertoigen van Brabant; ende dat dieghene aen denwelken mendat verbynden, versetten oft zoude willen laten bedienen, sal wesen geboren Bra-bander ende bynnen den lande van Brabant merckelic geguet, etc.; gelyc brederbegrepen is in de brieven dairop gegeven, beginnende: `Maximiliaen ende Phi-lips'etc. ende zyn begrepen opten blade CCCCXXXIX.

VanOyen

In welken voirs. brieve staet insereert eenen brie¡ van den daet MCCCCXL dessondaigz nae Sint-Ians-Baptistendach te midzoe- / mer, gegeven by hertoge Ar-nout vanGelre, inhoudende dat heer Dirckvan Bronchorst, heer tot Batenborch,Aenholt, geleent hadde den voirs. hertoge Arnden in gereden gelde, dairmede hyheer Iannen van Rossem tslot van Oyen met zynre toebehoirten afgelost hadde,ende voirts opten voirs. daet noch dairby geleent metten voirs. gelde, tsamenVIM

overlens Rynsgulden. Ende dat dairvoir hertoge Arnt voirs. tvoirs. slot van Oyenmetter heerlicheit ende Diechden metten toebehoirten, metten toll ende mettengerichten den voirs. heren Dircken ingedaen heeft te besitten ende te gebruyckentot zynen scoensten sonder rekeningen ende voir den cost ende bewaernissetsiaers hebben IIC nyewe clinckarts, etc. By alsoe dat hy hertoge Arnt tvoirs. slotOyen ende Diechden met horen toebehoirten wederomme soude moegen lossenaltyt metter sommen voirs.; gelyc in de voirs. brieven claerlic blyct, beginnende:`Wy,Arnout, van der genadenGoidz hertogevanGelre endevanGuylic'ende zynbegrepen ad signum tale (½29) ac folio CCCCXL.In de voirs. brieven byhertogenMaximiliaen ende Philips gegeven, wordtoec ge-ruert ende narreert hoe in den iair LXXIIII den XXVIIen dach meye hertogeKaerle van Bourgoindien den voirs. heren Iannen van Bronchorst, domproestvan /Munster, hadde geconsenteert tvoirs. slot Oyen met zynen toebehoirten temoigen besitten achtervolgende zynen brieven, behoudelic dat hy van doen voirt-ane genen opslach meer rekenen en soude van denvoirs. IIC clinckarts byhertogeArnden voirs. consenteert voir die costen ende bewaernisse, etc.

Istud iuramentum duxMaximilianus post decessum ducisse Marie, sue contho-ralis predicte, prestitit suis Statibus Brabantie in presencia eorundem Statuum inopido Louaniensi XXIIa1 iulii, anno LXXXIIo:2 Wy, hertoge Maximiliaen, va-der endemombaer van hertoge Philips, hertogevanBrabant, vanLymborch endeanderen landen van Ouermaze, ende van iou¡rouw Margrieten, onser wittigerende onbeiaerden kynderen, geloven, zekeren ende zweren dat wy als vader endemombaer derselver kynderen die previlegie van wyle onser liever geselinne in-coempst ende alle andere previlegien,3 rechten, costumen, usaigien ende her-brengen der voirs. landen ende der prelaten, edelen, steden, vryheiden, dorpen

1482-1483

255

fol. 295v

fol. 296r

1 Deze datumwijkt af van de datering in het cartularium fol. 378, waarde eedformulieren op20 juli gedateerd zijn.

2 Vertaling: deze eed zwoer hertog Maximiliaan na het overlijden van hertogin Maria, zijnvoorschreven echtgenote, ten overstaan van zijn Staten van Brabant in aanwezigheid vandiezelfde Staten in de stad Leuven, 22 juli van het jaar (14)82:

3 Vanafvan tot en met previlegien in margine.

ende ondersaten derselver tsamen ende elckbysundere nyet dairinne uuytgescey-den, houden zullen ende doen houden wael ende getrouwelic ende voirt doen aldat een goet vader ende /mombaer zynen onbeiairden kynderen sculdich is vandoen, zoe moet ons Got helpen ende alle Zyn heiligen.

Istud iuramentum prestiterunt Status Brabantie dicto duci Maximiliano vicever-sa in dicto opido Louaniensi die predicto:1 Wy geloven, zekeren ende zweren u,genedige heer, hertoige van Oistryck, etc. als vader ende mombaer van hertogePhilips, hertoge van Brabant, van Lymborch ende andere landen van Ouermaze,onsen er¥ycken ende natuerlycken heer, ende iou¡rouwMargrieten, uwen onbe-iaerden kynderen, goet ende getrouwe te zyne ende all te doen dat goede ende ge-trouwe luyde sculdich zyn van doen, zoe moet onss Got helpen ende allen Zynheiligen.

Oeckomtrent deser tyt begonst die munte te clymmenvan tyde te tyde endewaertzeer lycht dat den gouden gulden quam op drie gulden, etc. /

DatHoren in Hollant gewonnenwairt

Oeck in den voirs. iair LXXXII zoe wonnen die Calbeliaus, die by den Hoeckenuuyter stat van Horen waren verdreven, wederomme dieselve stat van Horen byhulpe van heer Ioest van Lallayn, regent in Hollant, ende den heer van Egmondtende dair gescyede groete bloetstortinge ende doen begonsten die vanVtrecht tevresen.

Van den huwelic tusschen coninc Kaerle van Vrancryc ende vrouMargrieten

Item int selver iair in novembriwairt tracteert een huwelic tusschen herenKaerleden Dolphyn, zoen conincx Lodewycs vanVrancryc, bynnen zyn iairen zynde,ende der voirs. iou¡rouw Margrieten van Oistryck, dochter hertoge Maximi-liaens ende vrouwMarie voirs., oudt omtrent vier iaren, ende was dat hair huwe-licxgoet zoude zyn tgraefscap van Artoys ende van Bourgoindien, dat dieFransoysen inhadden, ende die herlicheit van Macons, Noyers met meer anderearticulen tot C ende een.Ende dairnae omtrent Paesschen int iair LXXXIII int beginne van iunio wairtiou¡rouMargriet voirs. ontfangen met groter blyscappen tot Pariis.

Dat coninc Lodewyc vanVrancryc ster¡

Naedat den huwelic voirs. wasgesloten, ster¡conincLodewycvoirs. in den oixt. /

Dat coninc Kaerle vanVrancryc coninc wairt

Ende die voirs. heer Kaerle die Dolphyn, zyn zoene, wairt coninc vanVrancryc,oudt zynde XIIII iaer.

1483-1484

256

fol. 296v

fol. 297r

fol. 297v

1 Vertaling: dezeeed zwoeren deStatenvanBrabantophunbeurttenoverstaanvangenoemdehertogMaximiliaan in de genoemde stad Leuven op voornoemde dag:

Dat coninc Eduwart ster¡

Item dairnae ster¡ coninc Eduwaert van Engelant ende lyet after twee zoenenende een dochter. Doen was Rychart, hertoich van Glocestre, brueder conincxEduwarts voirs., wesende een boess man, zeer arbeydende om beyde die zoenente gecrigene om alsdan zelver coninc te werden. Mar want die zoenen op vrydomwaren te Londen, zoe en mocht hii dairaen niiet comen dan by practycken endeschoonenwoerden ende geloeften. Ende die twee soenen alsoe hebbende, steldenhy die in handen ende bewaernisse van greve Henricken van Bockingem, die denenen, zoe men seyde, dede doden ende den anderen, dien hy uuyter fonten hadgeheven, dede vueren uuyten lande ende dacht oick coninc te werden uuyt diendat hy had gelesen in een pronosticacie van enen toecomenden coninc van Enge-lant die Henric zoude heyten, die groot ende mechtich zyn zoude ende die hymeynde selver te wesen. / Ende die voirs. een zoen des voirs. conincx Eduwarts,geheyten Rychart, als hy een wyle tyts buyten lantz in Poirtegael had gewoent,quam hy nae by den voirs. coninc Kaerle in Vrancryc ende dairnae by vrouweMargrieten, zynre moyen, wedue wylen hertoge Kaerls van Bourgoindien. Dievoirs. hertoge Rychart van Glocestre maecten hemzelven coninc van Engelantende hy dede den voirs. greve Henricken van Bockingem vangen ende dooden,dat den Engelschen zeer mishaechden.

Dat coninc Henric van Engelant coninc wairt

Alsdoen oeck was uuyt Engelant vluchtich greve Henrick van Richemont, hou-dende hem inVrancryc by den voirs. coninc Kaerle vanVrancryc, want zyn nevewas. Dieselver coninc Kaerle versach denselven greve Henricken met vele volcxvan wapenen ende gelde, dairmede dieselver greve overtrack in Engelant. Endein Engelant wesende quam die voirs. hertoge Rychart, die hemselven coninc ge-maect hadde, omdenvoirs. greveHenricken te bevechten ende alsoe in den strydtblee¡ dieselver hertoge Rychart doot. Ende als hy doot was, wairt die voirs. greveHenric vanRychemont/tot Londen coninc gecroent ende hy trouden die dochtervan coninc Eduwart voirs., omdat hy beter recht zoude hebben totter croonen.Ende dat kint van den hertoichvanClarencen, die coninc Eduwarts bruederzoenwas, hielt men lange gevangen opdat coninc Henric voirs. dairby nyet en zoudewerden verdreven.

Hercoempste van denVIIten coninc Henric van Engelant

Om te weten tgeslachte van desen voirs. coninc Henrick van Engelant, wesendedieVIIte, soe is wair dat vrouwKatheryn vanVrancryc, dochter desVIten conincxKaerls vanVrancryc ende moeder des sesten conincx Henrix van Engelant, dieheilich gerekent wordt, nam nae dode van denvader des voirs. seste conincxHen-ricx, geheiten conincHenrickvanEngelant dieVyfte, teman enen ridder uuytEn-gelant dairop zy verlyefden, die aen hair wan enen zoen, geheyten Henrick,welken zoen die voirs. coninc Henric van Engelant die Seste als zynen bruedertot hemwairt nam ende dede hem hebben die dochter van den greve van Riche-

1483-1484

257

fol. 298r

fol. 298v

mont. Ende is dieselve soen geweest die voirs. coninc Henrick van Engelant dieVIIte. /

Remigii confessoris anno Mo CCCCo LXXXIIIo: Martinus de Rode, HenricusHeym, Rodolphus Dicbier, obiit XXa ianuarii in suo scabinatu, Petrus Pels, Io-hannes deVladeracken,Goeswinus de Brecht, IohannesMonix ¢liusMartini, Io-hannes Dachuerlyes, loco Rodolphi Dicbier defuncti et prestitit iuramentumXXVIIIa ianuarii.Burgimagistri seu receptores: Daniel Bruystens, Iacobus de Hall.

Belech voirVtrecht

In den voirs. iair beleeghden hertoge Maximiliaen voirs. die stat vanVtrecht, inwelken belech heer Ioest van Lallayn, alsdoen stathelder van Hollant, dootge-schotenwairt.

Anno LXXXIII predicto ego Petrus de Os ¢lius Iohannis / Rutgerss. incepi in-grossare litteras scabinales de Buscoducis et in illa practica procedere ad promo-tionem magistri Franconis de Langel, secretarii dicti opidi, cuius animarequiescat in pace.1

dBelech voirVtrecht;2 verclaringen gedaen van den tol totTyel

Oeck in den voirs. iair LXXXIII den vyften dach in iulio in den belech voirVtrecht, naedien versceyden tolneers in den lande vanGelre als tot Rueremunde,Arnhem,Myddelaer,Thiel, die de tollen aldair haddenbeleent, denpoirters deserstat int gebruyc van hore vryheit van aldair tolvrii te varen, vele stootz hadden ge-daen ende bysunder Lambrecht van Bueren als tolneer ons genedichs heren totTyel en nae alles dat van allen zyden allegeert ende dairop bybracht was, soe isbyonsen genedichsten heren hertogeMaximiliaen verclaert dat dese stat naevol-gende hore previlegien die zy heeft van zynen vorderen, greven van Gelre, vantollvry te varen ende oick naegaende den brieven van con¢rmacien dairop by zij-nen genaden dairop verleent, tolvrii varen zullen, vlieten ende verkeren te waterende te lande, etc.; prout in litteris incipientibus: Alsoe die scepenen, gesworen'etc. et comprehensis folio CC LXVI.

Oeck van den tol totTyell

Oeck int selver iair dairnae denXten dachvan iulio soe hebben Lambert vanBue-ren / ende heer Henrick van Zelem Lotthemsoen, persoen tot Bucstel, die denGeldersschen toll tot Tyell van onsen genedigen heer pandsgewysen besaten, voirhen endehoir erven geloeft die poirteren deser stat tolvry te latenvaren ten ewigendaigen sonder letsel ende dat zii denvoirs. tol tot Thyell noch hoir erven dien nyeten sullen versetten oft vercopen, zy en zullen alle wege besceiden die poirteren

1483-1484

258

fol. 299r

fol. 299v

fol. 300r

1 Vertaling: in voornoemd jaar (14)83 begon ik, Peter van Os, zoon van Jan Rutgerss., sche-penakten van 's-Hertogenbosch te ingrosseren en in deze praktijk verder te gaan door toe-doen vanmeester Frank vanLangel, secretaris van genoemde stad, wiens ziel ruste in vrede.

2 In margine nota.

deser stat tolvry te varen voir denselven toll, etc.; prout in litteris incipientibus:`Wii, Lambert van Bueren'etc. et comprehensis folio CC LXVIII.

Compromiss tusschen dese stat endemeyerye van den iersten oirlogevanGelre

Daernae int selver iair LXXXIII den VIIIen dach in ianuario nae scryven deshoefs van Ludickopte twisten ende gescillen die geresenwaren tusschen dese statter eenre ende den plattenlande deser meyeryen ter andere zyden overmits denoirloge tegen dlant vanGelre gevuert ende die grote zwair costen in denselven oir-loge gedaen, soe hebben dese stat van Den Bosch ende die voirs. van den platten-lande deser meyeryen hen gesubmitteert, te wetene dese stat in Iannen Heym,Iannen van Arkel, Goyarden die Bye ende Dircken van Hynden ende die van denplattenlande in heren Henricken van Lotthem, persoen tot Bucstel, heren NataelRobbillart, canonic tot Oirscot endeRode, AnsemenvanTuldel ende LamberdenWillemssoen van / Broegel, ende voirts geloeft opten peen van LM Rynsguldenvast te houden dat by hem tusschen die tyt ende Paeschen naestcomende optevoirs. twisten uuytgesproken zoude werden onder zekere vorwarden nochtans inder submissiebegrepen ende conditioneert; prout in certis litteris et instrumentis,etc. incipientibus: Allen ende een yegelycken'etc. et comprehensis folio CCXCII.Dairnae int voirs. iair LXXXIII den XXIIIIen dach van iunio nae scryven deserstat soe hebben die voirs. arbiters gedaen opte twisten voirs. hoir uuytsprake, be-ginnende aldus: `Soe eest dat wy, Henric van Lotthem'etc. ende begrepen ad sig-num tale (½30) ac folio CCC II.Daernae int selver iair den XVen dach octobris hebben die voirs. arbiters gedaenzekere hoir verclaringe opte duysternisse, etc. beginnende aldus: `Want wy, seg-gers, arbiters'etc. ende begrepen ad signum tale (½31) ac folio CCCVIII. /

Van den transpoirten ende vonnes dairop gegeven

Oeck in den voirs. iair LXXXIII den XXIIIen dach in februario, naedien questiewasgeresenvoirden cancellier vanBrabant aengaende denbrievenvan transpoir-ten die inbuytenbancken geboerenwaren endevoir scepenen deser stat transpoir-teert ende opgedragen waren, etc. ende dairop die partye diese transpoirteertwarenvonnessehaddenvercregenuuyt crachtevan denselven transpoirt, etc. endedat by scepenen deser stat, welke partye dairomme met oepenen brieven te hovewaren bescreven, etc. soe is te hove vonnislic vercleert dat die voirs. oepenenbrieve zyn subrepticelic geworven, verseyndende die sake metten partyen voirdie wethouderen van Den Bosch om by hen getermineert te wordene, zoe naerecht behoeren sal, ende condempnerende den impetrant in de costen van denprocess; prout in litteris incipientibus: `Maximiliaen ende Philips, by der gracienGoidz'etc. et comprehensis folio CC LXXXIX. /

Remigii confessoris annoMoCCCCoLXXXIIIIto: HenricusMonix,Goeswinusvan denHezeacker,Theodericus die Borchgreue,HubertusMonic, IohannesMil-linc, Petrus deVladeracken,Willelmus de Ghent ¢liusWillelmi.Burgimagistri seu receptores:Yewanus Kuyst, Iacobus Sanders.

1484-1485

259

fol. 300v

fol. 301r

fol. 301v

Van den tol tot Zoens

In den voirs. iair LXXXIIII opten XIIIIen dach van ianuario soe heeft dese statmet versceydene haren innewoenenden poirters die hen geneerden metter co-manscappen van den wynen een beleydt /gedaen als dat die poirteren deser statopten toll tot Zoens behoiren te gestaen met halven toll aldair te betalen; prout inlitteris incipientibus: Allen denghenen die dese onse lettren zullen werden ge-thoent'etc. et comprehensis folio CCCXLVI.

teser tyt waert die voirs. hertoge maximiliaen conincvan romen

Remigii confessoris annoMoCCCCoLXXXVto:Willelmus deGhent, Symon deGheel,Willelmus Pyckeuet,Willelmus Steenwech, Henricus die Leeuwe, Rutge-rus de Erpe,Theodericus de Hynden.Burgimagistri seu receptores:Gerardus van derHeyden ¢lius Egidii,Henricus deAerle.

Hoeftvonnes van Oyen

In denvoirs. scepenstoel zoe haelden die vanOyen alhier hoir hoeftvonnes, zoeseoic sculdich / waren te doen uuyt crachten van sekeren ons genedichsten herenMaximiliaen, etc. gegeven int iair LXXXII alst oec boven blyct.

Van heerWillemen van Arenberch

Int voirs. iair zoe vinck heer Frederick van Hoerne, heer van Montigny, buytenSint-Truyen heerWillemenvan Arenborch ende leverden hem teMaestricht, dairhy wairt onthalst.

Dat hertogeMaximiliaenwert Roemsch Coninc

Oeck int voirs. iair LXXXV in ianuario soe wairt te Franckevoirt gecorenRoemsch Coninc hertoge Maximiliaen voirs. van den seven koerfursten in pre-sencien van keyser Frederick, zynenvader. Ende nae Paeschen den tweesten son-dachwert hy tot Aken gecroent.

1485-1486

260

fol. 302r

fol. 302v

ten tyde van den voirs. hertoge maximiliaen, roemschconinc wesende1

Remigii confessoris anno Mo CCCCo LXXXVIo: dominus Iohannes Back, mi-les,Willelmus de Busco,Willelmus de Buchouen, /Gerardus Kuyst, Iohannes deHaren, Henricus deVden, Iohannes deVucht.Burgimagistri seu receptores: Lambertus van denHezeacker,GerardusKetheler.

Dat keyser Frederic quam in Brabant, etc.

In den voirs. iair LXXXVI omtrent der maent van iulio quam keyser Frederick,vader van denvoirs. conincMaximiliaen,metgroten staet in Brabant,Vlaenderenende Hollant, dair hy eerlic wert ontfangen.

Van denwolven te vangen

Oeck in den voirs. iaer LXXXVI den XXIIIen dach in aprille soe heeft die voirs.Maximiliaen, Roemsch Coninc, aengaende ende op die wolven te vangen sekereprovisie verleent opte scoutheten ende o¤cieren die de wolven alleen woudenvangen, ende alse enen hadden gevangenwouden zy hebben een blanckvan elkerkoye, etc. dats te wetene dat zyn genaden den ingesetenen van den plattenlande /deser meyeryen van Den Bosch hebben geconsenteert ende geoirloft dat zy tsa-mentlic ende een yegelic van hen van nu voirtane altyt metten clockeslach zullenmoigen die wolven iagen ende vangen, etc. van denwelcken willen nochtans zyngenaden dat zii ierst den o¤cieren cundigen zullen, etc.; prout in litteris incipien-tibus: `Maximiliaen, byder gracien Goids Roemsch Coninc'etc. et comprehensisfolio CCCCXLIIII.

Van den geestelycken geboden

Oeck in den voirs. iair LXXXVIdenVIen dach in novembri aengaende den gees-telycken geboden, monicien, inhibicien, etc. dairmede die ingesetenen wordendagelix groetelic bezwaert, etc. soe hebben die twee weerlycke Staiten slantz vanBrabant overdragen ende malcanderen geloeft oft contrarie der provisien, tande-ren tyden den ondersaten slantz van Brabant bii hertoge Philips van Bourgoin-dien verleent, den ondersaten scoot geboerden by enniger geestelycheit, dat zyende eenyegelic van hen malcanderen ende oic den gemeynen ondersaten dairin-ne assistencie zullen doen zonder vertreck ten gemeynen coste van den lande, al-soe dat die provisie voirs. sall werden onderhouden, etc.; prout in acta incipiente:`Naedien dat die twee werlycke Staiten'etc. et comprehensa folio CCCCLI.

1486-1487

261

fol. 303r

fol. 303v

1 Herhaald totenmet fol. 312v,metde variant ten tyde van denRoemschen ConincMaximi-liaen van fol. 307v tot en met fol. 312v.

Versceyden ordinancie omme die haven omtrent den craen ruym tehouden; van scepen

Oeck in denvoirs. iair LXXXVIden XXVIen dach /novembris, sonnendach naeden vesperen, soe is hier te poyen vercundicht ende publiceert die raminge endeordinancie by deser stat gesloten, te wetene:in den iersten dat alle coelscepen, calcscepen, leyscepen, grote torfscepen, steen-scepen ende andere soedanige grote scepen, geladen met alsulkenen groven gue-den die men aen den craen nyet ontlossen en dar¡, zullen moeten blyven liggenbeneden sVeren Gat een dick ende oec aen beyden zyden oft hen gelieft, alsoe datdair tusschenbeyde int dyep van den stroemmachblyven een spacye vanXXvoe-ten omme corenscepen ende andere scepen te moigen passeren;ende desgelycx sullen alle ydele ende geloste scepen, alse gelost zyn, hen moetenvuegen ter plaetsen voirs., opten peen van enen pont paymentz, etc.;item ende dat alle pleyten, scuyten ende andere cleyn scepen, geladen met coren,dairaf dat men die mastenvuechelic nederleggen mach, zullen moeten comen terstatwairt inne tusschen dieVyschbrug ende Corenbrugge ende aldair lossen endenergens anders, opten peen voirs.;ende die grote corenscepen sal men moegen lossen als gewoentlic is, beheltelycden stroom zyn ruymde om te passeren als voir;

Daer men coren copen ende vercopen salitem dat nyemand uuyten scepen coren coepen noch vercopen en zal dan alleen totdier plaetsen voirs., opten peen van drie ponden;item ende dat alle andere scepen, die tusschen sVeren Gat /ende derVyschbrug-gen sullen moigen comen in den stroem aldaer, die ruymde sullen moeten latenvan XIIII voeten om te moigen passeren;item ende dat alle ledige pleyten zullen moeten liggenbeneden sVerenGatomdenstroem ruymde te hebbene, opte verbuerte als voer;

Van den houtcolenitem dat die houtcoelen uuytmeten sal byden gesworen meter endemetter statmaet,hebbende den brant;

Van den mandmekers, hoese opte merct sullen staenitem dat die mandmekers hoir manden opte marctdage opte merct brengende dievan eenre sorten zyn die een in dander setten zullen om min plaetse te bespreyen,opte verbuerte van enen pont paymentz; prout in acta incipiente:`Wantmen bevon-den heeft'etc. et comprehensa folio CCCCLXXIX.

Remigii confessoris annoMo CCCCo LXXXVIIo: Martinus de Rode, Engelber-tus deVden,Gerardus deEyck, /Iohannes Pynappel, IohannesDachuerlyes, Go-defridus Grotart de Os, Arnoldus deVucht.Burgimagistri seu receptores: Reynerus Loden,Theodericus Hagens.In den voirs. iair in den meye wairt die stat van Sint-Oemers by nachte den Fran-soysen overgegeven van ennige aldair van den meesten die de wake hyelden. Marnaemaels waertse van deser zydenweder by nachte gecregen.

1486-1487

262

fol. 304r

fol. 304v

fol. 305r

Die scepenen deser stat hebben kennissen van den dycken

Oeck in den voirs. iair LXXXVII den lesten dach aprille soe hebben die voirs.Maximiliaen,RoemschConinc, endehertoge Philips, zyn soen, bevolen ende co-mitteert den scepenen deser stat totter kennessenvan den dycken; prout in litterisincipientibus: `Maximiliaen, by der gracien Goids' etc. et comprehensis folioCCCCLII./

Remigii confessoris anno Mo CCCCo LXXXVIII: Henricus Heym, Goeswinusvan den Hezeacker,Theodericus die Borchgreue, Petrus Pels, Henricus Dicbier¢liusWillelmi, ArnoldusMonic ¢liusMartini, Gerongius de Busco.In isto scabinatu ipso die beati Huberti resignavit magisterWillelmus de Buscoo¤cium secretariatus in manibus istius opidi et iterum institutus est magisterGodefridus de Dommelen.1

Burgimagistri seu receptores: Iohannes Oedeuaer, AdamRoempot.

Hoe die leenmannen van horen leenen te dienen hebben; van dendienst der leenen

In den voirs. iair LXXXVIII den XXIIIen dach in iulio soe zyn by onsen gene-dichsten herenMaximiliaen, Roemsch Coninc, ende Phylips, den eertshertoghe,zynen zoene, uuytgesonden geweest in Brabant zekere oepenebrieve van manda-mente, daerinne allen edelen, mannen van leene ende mansmannen bevolenwairt hen op te setten ende ten dienste/te comen onsen genedichsten herenvoirs.ter ordinancie van den heer van Chierue als horen hoeftman, dats te wetene datalle mannen van leenen ende mansmannen, hoige, middele oft leghe heerlicheithebbende oft andere lenen die egeen bedry¡ en hebben, tweehondert croenentsiaers wert ziinde, zullen dienen met eender glavyen, toegemaect zoe dat be-hoert;item dat andere die gelyc heerlicheiden hebben ende hondert croenen er£ic wertzyn, dienen sullen met enen man te perde;item dat andere oec diere gelycke heerlicheiden hebbende ende vyftich croenener£ic wert synde, dienen zullen met enen man te voet ende alsoe voirts nae adve-nande oft gelande vanwerden van hueren leenen;item dat van allen anderen lenen beneden den voirs. vyftich croenen ende bovendie sestien derselver croenen er¡elic men sal twee oft drie oft meer mannen moe-gen tsamenvuegen om den dienste dairaf oec gedaen te werdene, het zy te perdeoft te voete nae den ondersceyden voirs., te wetene comende tot IIC croenen eenglavie, tot hondert croenen eenen man te perde, tot vyftich enen man te voete, al-soe men dat gevuegen zal cunnen gedoen ende die heer van Chierue dat ordine-ren sal;item dat alle andere leenen onder die voirs. XVI cronen er£ic wert synde sullengestaen mits contribuerende in den beden die men in den lande van Brabant hef-

1488-1489

263

fol. 305v

fol. 306r

1 Vertaling: in dit schepenjaardeed meesterWillemvan den Boschop 3 novemberafstand vanhet ambt van secretaris in handen van de stad en vervolgens werd meester Godfried vanDommelen aangesteld.

fen sal; prout in litteris incipientibus: `Maximiliaen, by der gracien' etc. et com-prehensis folio CCCC LXXXI. /

Dat conincMaximiliaen tot Brug wert gevangen

Oeck in den voirs. iair LXXXVIII als onse genedichste heer Maximiliaen,Roemsch Coninck voirs., een wyle tyts had gehadt een groete garde wael tot IIM

mannen toe te perde ende te voet, die den lyeden ende onderseten groten overlastdeden ende die groeten onwil bedreven, dairmede die vanGhent ende Brug endemeer steden nyet wael tevreden en waren ende en wouden dairomme nyet doennae des voirs. conincx synne ende nae zynen raet, dairaf Peter Langhals, zyn tre-sorier, een van den meesten wass, soe quam die voirs. coninc tot Brug ende diegarde blee¡ dair buyten ligghen. Ende alsoe tot Brug wesende, versochten dievan der garden ennige dingen aen de stede van Brug ende Ghent, dat hen gewey-gert wairt. Dairomme dat in der stat van Brug een commocie gevyele, in welkercommocien wairt gevangen die voirscr. coninc met zynen cancellyer ende denheer van Polen. Ende die coninc voirs. wairt bewairt tot Brug in Cranenborch.Die voirs. hertoge Philips, zyn soen, was doen tot Mechelen, dair hy bewairtwairt. Ende als die voirs. coninc een wyle alsoe bewairt had geweest waert hyuuytgelaten op eeden ende vorwarden die hydede.

Dat keyser Frederic voir Gent lach

Die voirs. keyser Frederick quam neder met groeter macht om te wreecken deszynen soen was gesciet ende ginc liggen voir Ghent, dair hy / groten scade leetende oick dede int lant. Ende als hy dair een wyle had gelegen, vertoech hy wederin Almanien, latende by hertoge Philips hertoge Aelbrechten van Zassen, diedairnae zwair oirloge vuerden in Brabant.

Dattet oirloich in Brabant wass

Die van Mechelen ende Antwerpen had hy met hem ende tegen hem warenBruessel, Loeuen,Thyenen ende meer andere cleyn steden, dair heer Philips vanCleue, zoen des herenvanRauensteyn, capiteynwas mettenVlemyngen, ende ge-scieden alsdoen aen allen zyden groten scaide met brant, roven, dootslaen, etc.Ende alst oirloigh aldus een wyle gestaen had, wert dairnae in de oixtmaent intiair LXXXIX den pays int Brabant gemaect, etc.

Remigii confessoris annoMoCCCCoLXXXIXo: Iohannes deVladeracken,Wil-lelmus Luedinx, Hubertus Monic, Henricus die Leeuwe, Goeswinus de Brecht,Henricus Pelgrum, Henricus Kuyst. /Burgimagistri seu receptores:Theodericus van den Hoeuel, Leonius deWyck.

Dat den peys in Brabant gemaect waert

In den voirs. iair LXXXIX in de oixtmaent wairt den pays in Brabant gemaecttusschen den voirs. hertoge van Zassen ende den steden.

1489-1490

264

fol. 306v

fol. 307r

fol. 307v

Item nae den voirs. pays int selver iair quam die voirs. hertoge van Zassen metgroeter macht tot Oisterwyc, dair dese stat, hoewael datse neutrael geseten had,met hem tracteerden ende geloeftden te geven XXXVIM gulden ende dat gedaenquam hybynnen deser stat.

Dattet gelt geheel leechwairt geset

Oeck in den voirs. iair LXXXIX als des vrydaigz voir Korsdach waert afgestelttgelt dat zeer hoech verlopen was, te wetene den gouden gulden, die verlopenwas op drie gulden, wairt geset op XVIII1/2 stuver, den Philippusstuver, die verlo-pen was op drie stuver, wairt geset op enen Gwillelmusthuyn, etc. Nyettemincorts dairnae verlyep tgelt wederomme eewenich, etc. /

Van den toll tUtrecht

Oeck in den voirs. iair LXXXIX des donredaigs XXIen dach in meye soe hebbenIanvanAmerongen, scouthet,AlferRuysch,HenrickvanGhent,ArntRam endeIohan van Raephorst, scepenen der stat vanVtrecht, onder hoir zegelen certi¢-ceert, dats te wetene dat die voirs. Iohan van Amerongen tuyghde als dat hy dentoll tUtrecht van den heer vanVtrecht gehadt heeft omtrent XXI iaer ende dat hyvan den bourgeren deser stat nyet meer en nam dan van elc scip met enen han-gende roederVIII penningen ende van enen scip sonder roeder IIII penningen,ende zoe mennich bourger als in dat scip goet had van elcken VIII penningen;item dat oick voir hen tuyghde Ian van der Schoer ende Cornelis Steuens als datzydie vanDen Bosch hebben latenvaren endeweten passeren op enen boddregerende op hoir goede recht, etc.; prout in litteris incipientibus:`Wy, IohanvanAme-rongen'etc. et comprehensis folioVIC XLI.

Remigii confessoris annoMo CCCCo XCo: dominus Iohannes Back, miles,Wil-lelmus de Busco, /IohannesKanapart ¢lius Iohannis, Iohannes deVucht,Arnol-dus Keymp, Iohannes de Achel, Iordanus de Boert.Burgimagistri seu receptores:Wolterus de Hall, Aelbertus deMaren.

Belech voirMontfoirt

In denvoirs. iair XC als die heer vanMontfoirt ende die Hoecken met hem tegensdie Hollanders vast roe¡ deden ende brant stichten, soe belach die hertoge vanZassen dat stedeken Montfoirt ten costen van den Hollanders ende ten versueckvan den Calbeliaus. Mar ten eynde wairt daer enen heymelycken payss gemaectende die hertoge schyet vandair.

Mandament tegens den o¤ciael van Ludic om af te stellen zekere ci-tacien van den voirs. o¤ciael geworven

In den voirs. iair XC den XIIIIen dach iulii naedien contrarie den previlegienslants van Bra1 / by wylen hertoge Philips van Bourgoindien in den iair XLVII

1490-1491

265

fol. 308r

fol. 308v

fol. 309r

1 Aldus hs., leesBrabant.

verleent, met sekere citacien oft inhibicien by den o¤ciael van Ludick, te Diestresiderende, ter instancie Iuliaens van der Moelen, procureurs ¢scaels, gedaigtwaren die wethouderen deser stat om deswille dat zy tvoirs. previlegien woudenuseren, onder meer inhoudende dat die ingesetenen slantz van Brabant, die henmet inhibicien oft geestelyckengebodenwoudenbehelpen, eer zydie souden doenexecuteren ierst sculdich souden wesen te comen metten selven geboden voir diewethouderen der stat daerse geseten weren, ende hen te kennen geven die sakewairop die geestelycke geboden weren fundeert oftse van den drien saken werenoft nyet; ende werense dairaf, soe soudense oirlof hebben ende anders nyet;item ende dat noch gedaigt warenHenric vanVden ende IanKanapart met horenadherenten, acht mannen wesende, ende oic die dekenen van den ambachten omdeswille datse enen, genoemptmeester Peter vanCortenbach, zegeler ende cano-nic van Ludick, ende heren Librechten, su¡ragaen van Ludick, die in den oirlogenae den sluyten van den poirten deser stat nyet als geestelycke persoonen mar alsruyteren, gewapent met stelen bogen versien, gereden quamen by der nacht nyetin en lyeten, mar die poirten gesloten hyelden;item ende naedien datse noch gedaigt waren datse seker hout, staende opt Ey-ckendonc, in noot deser stat hadden doen afhouwen ende oeckom deswille datsesekere metseren ende tymmerluyden, die int werck van ennigen vrouwencloeste-ren / bynnen deser stat waren, in nootoirbaer derselver stat hadden doen gaenwercken aen deser statmueren ende poirten, etc. soe hebben die voirs. Maximi-liaen, Roemsch Coninc, ende hertoge Philips, zyn zoen, met horen genaden oe-penen brieven van mandamenten scerp beveelen doen doen den voirs. o¤ciaelende procureur ¢scael op sekere groete penen te verbueren ende te verhalen ophoir gueden in Brabant gelegen opdat zy ennige hebben te cesseren ende hen teverdragen van den voirs. horen vervolge, revocerende, casserende ende annulle-rende die voirs. geboden ende citacien, ende oft zy yet heysschen willen dat zydat doen ter plaetsen dair dat nae den lantrechte behoert ende die voirs. ge-daighde geseten zyn, etc.; prout in litteris incipientibus:`Maximiliaen, byder gra-cien Goids'etc. et comprehensis folio CCCCLXXXVI.

tVonnesse dat die scepenen deser stat kennesse hebben van den leen-gueden; dat men opte bladinge ende vruchten van den leenguedenmette recht deser stat mach procederen; datmendie leengueden nyetopwynnen enmachvoir scepenendeser stat sonder gewonnen te zyn,etc. van den leenheer

Oeck in denvoirs.1XCdenVIIen dachmerte naedien processwasgeresenvoirdencancellier endeRadevanBrabant tusschen heren Ianne, grevevanOetingen, heervan Conde ende van der Hameyden, als impetrant van sekeren oepenen brievenvan mandamenten ter eenre, ende Henricken van Doerne ende Henricken Bre-baert, als procureurs Dircx van Blitterswyc, gedaigde, ter andere zyden, uuyt sa-ken van sekere proceduren /oft rechtvorderinge gedaen byden voirs. gedaighdenmet scepenenbrieven deser stat op die o¤cieren, wynnen oft pechteneren ende

1490-1491

266

fol. 309v

fol. 310r

1 Aldus hs., lees hierna iair.

gueden des voirs. impetrants tot Dynther ende Hezewyck by gebreck van beta-linge van XVRynsgulden die wylen heer Peter vanVertaing uuyten voirs. guedenvanHezewyc ende Dynther voir scepenen deser stat geloeft hadde te betalen, etc.dairafdie voirs. impetrant sustineerden,mitsdien die voirs. guedenvanHeezewycende Dynthere leenguedenweren, dat men dairop nyet en mochte ingebieden oftdairmede agerenvoir scepenen deser stat, etc. soe es byden voirs. cancellier endeRaide geseegt ende vercleert dat die voirs. oepenen brieve van mandamente byden voirs. impetrant in deser saken geworven zyn tonrechte ende met quader sa-ken geworven ende dat die nyet en zullen worden geinterineert,1 mar dat dienende den geboden ende bevelen dairuuyt geprocedeert, nyettegenstaende dievoirs. gedaighde zullen hoir voirs. begonste procedure ende rechtvorderinge voirdie wethouderen deser stat voirts moegen continueren opte vruchten ende bla-dinge van den voirs. leengueden van Hezewyc ende Dynther den voirs. impetranttoebehorende, ende op die wynnen, pechters ende bloeters derselver gueden,daerinne versien dat by alsoe die voirs. gedaigde zoudenwillen pretenderen endemeynen recht te hebbene totten renthen van denselven leengueden ende dieselverrenthen he¡en ende opboren, zy in dien gevalle zullen gehouden zyn te kennenden leenheer van denwelcken die leengueden zyn gehouden ende hoer devoiraen hem /te doen, zoe behoren sal, achtervolgende indien dien previlegien dien-aengaende deser stat van Den Bosch verleent, condempnerende den voirs. impe-trant in de costen van deser instancien, etc.; prout in litteris incipientibus adsignum tale (½32): `Maximiliaen, by der gracien Goids'etc. et comprehensis folioCCCCLXXXIX.

Remigii confessoris anno Mo CCCCo XCIo: Rodolphus die Beuer ¢lius Rodol-phi,Willelmus de Buchouen, Iohannes Heym, Godefridus Grotart de Os, Lucasde Erpe,Yewanus Kuyst,Willelmus Hagens.Burgimagistri seu receptores: Aelbertus Ketheler, Iohannes Hermans. /In den voirs. iair was enen vreesselycken couden wynter ende den naevolgendewas zeer nat van reegen ende den dieren tyt waert meerder dan tevoerens.

Dat die secretarysen nyet en moigen scepenenwesen ende secretarysblyven

Oeck in den voirs. iair XCIdenVIen dach augusti soe is by den drien leeden deserstat eendrechtelic statueert ende gesloten, dat van nu voirtane ingevalle dat en-nige van den secretarysen deser stat scepenen geset worden bynnen deser stat,dat die alsdan van stondenaen zynre o¤cien ende eets van den secretarisscap zalzyn endeblivenverlaten ende die stat sal dairmedemoigen ordineren zoebehorensal; ende dat diegeen die alsoe zynre o¤cienverlatenworde, tot egenen tyde tottero¤cienvan den secretarisscapwederomme en zalworden gestelt; prout in litterisincipientibus: `Wii, scepenen, gesworen, raitsluyde' etc. et comprehensis folioC LXII.

1491-1492

267

fol. 310v

fol. 311r

1 Interineren: een onderzoek instellen.

Van der lossinge van renthen gecoft sindert den iair LXXVII tot iairLXXXVII ende met lichten gelde

Oeck in denvoirs. iairXCIdenXVen dach novembris, naedien op eenre dachvaerttot Bruessele gehouden die gedeputeerden van den drie Staiten slantz van Bra-bant hadden overgegeven zekere puncten ende articulen omme die auctorizeertte hebben, inhoudende dieselve articulen aldus vanwoerde te woerde:

Lossinge der renthenvercoft Sint-Iansmisse LXXXVII tot LXXXIX, etc.ierst, hoewael in der reductien van den penningen by onse genedigen heren endeStaiten van /allen den landen overdragen ende gesloten is onder den anderen aen-gaende den commeren, ¢nancien ende renthen gemaect bynnen den tyde dat diepenningen hoegen curs hadden, te wetene sindert Sint-Iansmisse LXXXVII tottentyde van der publicacien van den mandament op die reductie gemaect, dat die los-singe van alsulkenen renthen ende commeren zoude geboren in alsulcker werdenvan penningen als curs hadden ten tydevan der constitucien derzelver renthen, endenochtans die iaerlixe betalinge zoude geboren met penningen loep hebbende naeuuytwysen der voirs. reductien, dairuuyt die voirs. Staten beviinden naedat henmerckelic bybracht is geheel destructie, verder¡enisse van den ondersaten des voirs.lantz ende dat die nyet moegelic en weren den onderseten te moegen supporterenwant dat alsoe blivende ende onderhouden soudeworden, die goede luyde ende on-derseten van den lande souden moeten geven bynnen den dorden iaer bynae dieprincipael hoetpenningen, dwelc ende meer andere redenen considereert ende by-sunder dat die voirs. onderseten daermede souden verarmen, dat zy onser genedi-gen heren beden oft dienst en souden cunnen gedoen, by den voirs. Staiten terremedienvan desen es overdragen dat van nuuvoirtaen allen dievoirs. renthen er£icende lyftochten, sint den voirs. Sint-Iansmisse LXXXVII gecoft, men sal moegenbetalen den loep van der iairlixer renthen metter werden van penningen alsoe mendie soudemogen lossen oftmet zulkenenpenningen als curshadden ten tydevan derconstitucien derselven renten;

Lossinge ende betalinge der renten vercoft sint LXXXVII voirs. totten af-setten, etc.item want in ennigen plaetsen bynnen den lande vercoft zyn diverse renthen endebevorwairt is in debrievenvan den constitucien derselver renten, dat die iairlixe be-talinge ende oec die lossinge, /als die geboerde, souden gescien in penningen alsoedie in buersen loep hebben souden ten tyde van der iairlixer betalingen oft lossingederselver, soe es overdragen dat in alsulkenen plaetsen men die voirs. betalinge endeoic die lossinge salmoegen doen in penningen alsoe die curs hadden ten tydevan derconstitucienvan alsulkenen renten, nyettegenstaende denvorwarden ende der ordi-nancien ter contrarien van dien gemaect; desgelycx sal gescien van den corenrentenbynnen den voirs. tyde vercoft;

Lossinge ende betalinge der renthen vercoft sint LXXVII tot LXXXVIIitem desgelycx sal men moegen afquyten alle renten ten lyve ende er£ic vercoft sin-dert den iair LXXVII incluys totten iair LXXXVII met zulckenen gelde als zy inder constitucien van den renthen gegeven ende betaelt hebben; mar die iairlixe be-talinge sal gescien met penningen achtervolgende der ordinancien voirs., tenwair

1491-1492

268

fol. 311v

fol. 312r

dat anders bevorwart weeroft bebrieft, wel verstaende alleenvan deser clausulen, tewetene van den iair LXXVII tot Sint-Jansmisse LXXXVII, etc.; soe hebben onsegenedigen heren Maximiliaen, Roemsch Coninc, ende Philips, ertshertoge, dievoirs. poincten ende articulen geauctoriseert, verclerende dat van nu voertanemen in de iairlixe betalinge oft oec lossinge van den renten, dairaf in denselvenpoincten mentie gemaect is, het zyer£ic oft te lyve, in gelde oft in coerne, henyegelicsal moegen reguleren; prout in litteris incipientibus: `Maximiliaen, by der gracienGoids'etc. et comprehensis folioVC XVIII. /

Remigii confessoris anno Mo CCCCo XCIIo: Goeswinus van den Hezeacker,Theodericus die Borchgreue, Petrus Pels, Arnoldus de Campen, obiit in suo sca-binatuVIIIa octobris, Gerardus Kuyst, Petrus deVladeracken, Anthonius Spie-rinc, AdamRoempot, loco dicti Arnoldi de Campen.Burgimagistri seu receptores: Gerardus Ketheler, Iohannes Ghysselen.

DatGarnade gewonnenwairt

In den voirs. iair, naedat coninc Fernant van Argon ende Spaengien met zynreconinginnen thien iairdie stedevanGarnadebelegen hadde, zoewan hii die stedeende vinckden coninck ende besettense met kersten. /

Dat vrouwe Margriet weder uuyt Vrancryc in Brabant wairt geson-den

Oeckomtrent den voirs. iair XCII seynde die voirs. coninck Kaerle vanVrancrycdie voirscr. vrouweMargriet van Oistryck, zyn bruyt, oudt omtrent XI iaren,we-der in Brabant, etc.

Remigii confessoris annoMoCCCCoXCIIIo: Iohannes de Arkel ¢lius Petri, En-gelbertus deVden, Iohannes de Hedel, Bernardus Ianss. de Ouermeer, Iohannesde Aa, Henricus Eyckmans, Iohannes Alardi.Burgimagistri seu receptores: Arnoldus Arntzs. alias Barbier, Hermannus Hen-ricxs. de Orthen.In desen scepenstoel soe is by Maximiliaen, Roemsch Coninc, ende Philips, zy-nen zoen, gemaect seker raminge opt tstuck van der munten, alst blyct optenbladeVIC LII.1

ten tyde van den ertshertoge philips2

Dat hertoge Philips, ertshertoge, gehuldt waert

Anno XCIIIo predicto supradictus Philippus, archidux Austrie, dux Bourgoin-die, Lotharingie, Brabancie, etc. presenteMaximilianoRoma- /norum rege pre-

1493-1494

269

fol. 312v

fol. 313r

fol. 313v

1 Vanaf in desen tot en metVIC LII toegevoegd doorde tweede scriptor van de kroniek.2 Herhaald tot enmet fol. 344rmetde aanvullingop fol. 314v tot en met fol. 318r soenvan denvoirs. Roemschen Coninc.

dicto, suo patre, et ipsum patrie presentante receptus et intronisatus est Louanii,ubi fecit iuramentum consuetum nona septembris.1

Van den straten te veghen

Oeck in den voirs. iair XCIII is gemaect by den drien leeden deser stat zekere or-dinancie van den straten te veegen ende omme die schoen ende reyn gehouden tewerdene; welke ordinancie alsoe gepubliceert is geweest ende begrepen in eenrecedullen beginnende: `Item opdat die straten dairaf die stat iairlix grote sommenvan gelde geven moet'ende begrepen folio CCCCXCIIII.

Remigii confessoris anno Mo CCCCo XCIIIIo: dominus Iohannes Back, miles,e¡ectus est burgimagister in suo scabinatu,2 Iohannes Pynappel, Iohannes deVladeracken, Henricus Dicbier ¢liusWillelmi, /Lucas de Erpe, pro dicto domi-no Iohanne Back qui e¡ectus est burgimagister,3 Raso Raessen, TheodericusPels,Yngramus de Achel.Receptores: Iohannes van den Steen,Theodericus de Dyeperbeeck.

Dat bynnen deser stat yerst worden gestelt bourgermeesteren

In dicto scabinatu in decembri per dictos Maximilianum regem et archiducemPhilippum quo ad consilium presentis opidi facta est reformacio et institute suntseptem naciones loco decanorum et etiam ordinati sunt ad instar aliorum opido-rum Brabancie duo burgimagistri, videlicet dictus dominus Iohannes Back etGoeswinus de Brecht, et in locum dicti domini Iohannis Back, qui fuit scabinus,institutus est pro scabino Lucas de Erpe.4

Dat den raet deser stat verandert wairt ende bourgermeesteren gesetworden

Hier is te wetene dat in den voirs. iaer XCIIII den XXIIen dach decembris soehebben die voirs. Roemsch ConinckMaximiliaen ende /voirs. eertshertoge Phi-lips den raet deser stadt verandert, inwelker veranderinge geordineert zyn tewe-sen tweebourgermeesterengelyc in de stat vanLoeuen ende die gelyckebeweyndtzullen hebben, dairaf die een geset sal werden van den prince uuyten gesworenende rade deser stat ende sal wesen buytenbourgermeester ende dat die bourger-meester, scepenen ende gesworen kyesen zullen uuyt den raitsluden drie goedemannen, dairvan tdorde lyt deser stat kyesen sal den bynnenbourgermeester,

1494-1495

270

fol. 314r

fol. 314v

1 Vertaling: in hetvoornoemde jaar (= schepenjaar)(14)93werdFilips, aartshertogvanOosten-rijk, hertog van Bourgondie« , Lotharingen, Brabant, etc. in aanwezigheid van de voornoemdeMaximiliaan, Rooms Koning, zijn vader, en zijn vaderland vertegenwoordigend, ontvangen eningehuldigd te Leuven, waar hij de gebruikelijke eed afgelegd heeft op 9 september.

2 Vertaling: heer Jan Back, ridder, is benoemd tot burgemeester in zijn schepenjaar.3 Vertaling: in plaats van genoemde heer Jan Back, die benoemd is tot burgemeester.4 Vertaling: in hetgenoemdeschepenjaar in december is doorgenoemdekoningMaximiliaanen aartshertogFilipsvoorde raad vandezestad een hervorminggemaaktenzijn zeven natiesingesteld in plaats van dekens; ook zijn, evenals bij deandere Brabantse steden, twee burge-meestersaangesteld, namelijkgenoemdeheer JanBackenGozewijnBrecht, en in plaats vangenoemde heer Jan Back, die schepenwas, is als schepen Lucas van Erp benoemd.

ende dat in derselver veranderinge die achtien ambachtenwairdengestelt in zevennacien oft gilden, te wetene:bontwerckers, verwers, cremers voir een;louwers, cuypers, spelmekers voir een;wollewevers, lynwevers voir een;vyscoepers, vleyshouwers, hoymekers voir een;gewantsnyders, nastelmekers voir een;smede, plattynmekers voir een;beckers, mollers, corencoepers voir een; /ende dat alle bourgeren deser stat, geboren oft gecochte, gehoudenwaren te zyne ineen van den zeven nacien voirs., uuytgesceyden scepenen, gesworen, raitsluyden;item ende dat die zeven nacien elckvan hen kyesen souden acht notabele mannenuuyt hore nacien, elck geguedt tot VIC gulden eens oft L gulden er¡elic, hetzy ge-boren oft gecochte poirteren, ende dairuuyt souden kyesen die twe overste ledentwee mannen de1 voir dat iair te raide zouden comen gelyc die dekenen pleegen;ende die zullen heyten gesworen van den nacien ende zal alle iair die een afgaenende die ander blyven ende dat ten koese van den oppersten lett;item ende dat die dekenenvan den ambachten die nu zyn ende namaelswesen sul-len ende blyven ende hoir ambachten regeren, koeren ende bruecken innenemenalse gewoentlic zyn, sonder hen vorder in ennige lasten te moyen, etc.; welke ver-anderinge zyn breder begrepen in zekere brieven dairaf dbeginsell is: `Maximi-liaen, by der gracien Goids'etc. ende die begrepen zyn opten blade CCCC XCV.Ende welcken veranderinge ende reformacie van den raide deser stat stont totteniaerXCVIIIRemigii excluys ende diewert doenweder afgestelt. Ende is hieroeckte wetene dat dbeweynde ende die gagien der voirs. bourgermeesteren in devoirscr. / brieven wairden gestelt nae der ordinancie der bourgermeesteren vanLoeuen, die dairaf den raide deser stat scriftelic overgesondenwaert ende die be-gint: `Van der gagien der bourgermeesteren'ende begrepen is opten bladeVC II.

Ordinancie om dlant van Brabant van volc van wapenen ende horenoverlast vry te houden ende dairtoe te kyesen vromemannen

Oeck in denvoirs. iair XCIIIIdenXVIen dach in merte, naedien die prelaten, ede-len ende gedeputeerde van den steden ende vriheiden slantz van Brabant under-linge opte grote clachten die de arme ondersaten van den lande dagelix van dergarden ende anderen luyden ende ruyteren te perde ende te voete leeden ende de-den, tsamentlic hadden communiceert ende in remedien van dien hadden over-dragen ende onsen genedigen heren den ertshertoge overgegeven desenaevolgende articulen ende poincten, te wetene:in den iersten dat men van stonden aen om dlant van Brabant van den volck vanwapenen vry te houden in elcker stat, vryheit ende dorpe, alsoe wel onder onsengenedigen heerals onderdie smaelheren, kyesen sall een zeker getalvan personentotter wapenen nut wesende, die sonder verdrach gereet zullenwesen tallen tydenalst te doen salwesen, welcken personenversien zullenwesenvan temynsten enen

1494-1495

271

fol. 315r

fol. 315v

1 Aldus hs., lees die.

halven creeft, van pyecken, bussen, bogen oft ander gheweren, te wetene in elckstat ende quartier IIIoft IIIIduysentmanspersonen oft dairbeneden nae gelegent-heit der saken; /ende oft die gecoren personen nyetmechtich enweren geweren tecoepenen, zoe zullen hoir steden, vryheiden ende dorpen sculdich zyn die te leve-ren op borchtocht om die weder te leveren alse hoir exploit zullen hebben gedaen,zoeverre die in den exploit nyet enweren gebroken;item ende als men die personen sal besigen, sal men elcken o¤cier int tsyne denweet doen, die alsdan zyn luyde metten clockenslach sal vergaderen ende selve inpersoen met hen comen ter plaetsen ende tyde soe men hen dat ontbieden sal;item die o¤cier sal met hem moeten vueren gelt oft provande voir twee oft driedaigen ten coste van der stat, vryheit oft dorpe dairaf zy uuytreysen zullen;item sal elck stat, vryheit oft dorpe geven elcken persoen die uuytgescict sal wer-denvoir zyn soude van elcken daige drie stuvers ende elc cleyn o¤cier sal hebbensdaigzVI stuvers ende die hoge o¤ciers sdaigs voir elc pert X stuvers, etc.;soe heeft die voirs. eertshertoge Philips die voirs. articulen ende poincten gecon-senteert; prout in litteris incipientibus: `Philips, by der gracien Goids eertsher-toge'etc. et comprehensis folioVC IIII.

Incoempste des eertshertoge Philips

Oeck in den voirs. iair XCIIII den IXen dach in septembri soe heeft hertoghe /Philips, eertshertoge van Oistryck, hertoge van Bourgoindien, van Lothryc, vanBrabant, in zynre genaden blyder incoempste ende ontfange zynre landen vanBrabant, Lymborch ende van Ouermaze, by wille, weten ende consente desRoemschen Conincx, zyns vader, verleent ende geconsenteert deze naevolgendeprevilegien ende poincten, hen geloevende ende zwerende voir hem, zyne oireende nacomelingen die te houden ende te doen houden ten ewigen daigen:

Datmen enen yegelycken handelen sall met recht dair ende zoet behoertin den yersten te wesen hen goet ende getrouwe heer ende die nyet te handelen buy-ten vonnes ende rechte, mar handelen in allen saken met vonnis ende recht nae denrechten van den steden ende bancken dair dat behoren ende sculdich zal zyn te ge-scien, ende dat die richteren hoir genechten sullen moeten houden sonder ennichmiddel van uutsetten by hueren ocsuyne, behoudelic dat die richteren huer genech-ten van heerlicheiden eens sullen moegen uuytsetten ende nyet meer;

Die bewaernis der previlegienitem dat men die previlegien ende charteren die tot Nyuele oft ander plaetzen gele-gen hebben, vergaderen sal bynnen Andtwerpen ende die aldair in hoeden houdenende bewaren;

Van oirloge aen te nemenitem dat hy geen oirloge aennemen en sal dan by consent der steden ende lande vanBrabant, etc.;

Van den zegelitem dat hy aennemen sal den titel ende wapenen van Lothryc, van Brabant, Lym-borch ende mercgreve des Heilichs Roemsch Rycx ende dat nae dien titel ende wa-

1494-1495

272

fol. 316r

fol. 316v

penen enen zegel gemaect sal werden die men nyet en sal veranderen /dan by con-sente der drie Staiten slantz van Brabant ende sal altyt moeten blyven bynnen Bra-bant ende dairmede sal men besegelen alle saken den lande van Brabant ende denonderseten aengaende; ende die brieve die men dairmede sal bezegelen, zullen ge-maect worden by ennige van zynen secretarissen die totten Brabantschen Raet ge-ordineert zullen worden, ende zullen vier van den Brabantschen Raide dairbygetekent zyn;

Van den cancellier ende raitsluden in Brabant ende van hore geloeftenitem dat hy in zynre genaden absencien ordineren sal VII werdige personen, dairafdeen cancellier oft zegeler wesen zal, geboren in Brabant, cunnende Latyn,Walschende Dyetsch; ende die vier sullen wesen geboren, woenende ende geguedt in Bra-bant oft hebben baenroetsestammen in Brabant, ende die ander twee zullen wesenzulc als zynen genaden believen sal, cunnende die Dietsche tale, welkeVII in zynreabsencien zullen hebben tregiment der landen van Brabant;ende diegeen die zynregenaden raetoft secretaris zyn zullen, eer zyhenvan horenraetscap oft o¤cien onderweynden sullen moegen, den drien Staiten tot behoe¡slantz geloven ende toeseggen zullen nummermeer dairby noch overcomen ensullenbrieve scryven, tekenen nochbezegelen dair ennige landen, steeden, sloten,luden, renten oft heerlicheiden verset, beleent, vercoft oft vervreempt werden inenniger manieren, het en zy by consente der drie Staten voirs., etc.;

Van den o¤ciers te setten oft te ontsetten, etc.item dat hy geen foerfayten noch broecken en sall / quyt geven, o¤ciers setten oftontsetten, dienste oft groete gifte geven, dan by raide ende goetduncken des voirs.Rade, oft tenmynsten van den vieren van hen die in de brieve getekent zullen zyn;

Van den raitsluden in Brabantitem dat nyemand totten gesworen Raide in Brabant genomen en sal worden, hy enzy geboren in Brabant, van wittigen bedde, bynnen Brabant woenende ende ge-guedt, oft die baenroetstammen hebben oft bezitten in Brabant, uuytgenomen dietwee dair voir gewach af is gemaect;

Van den landen Lymborch ende Ouermazeitemdattet lant vanLymborch endevanOuermaze ewelic zullenblyven aenBrabantende dat hy dat lossen sal als hy sal cunnen ende moegen;

VanGraue ende Oyenende dat aen Brabant versaempt zullen blyven Graue ende Oyen met hore toebe-hoirten, etc.;

Van den toll in Hollant, Zeelant ende meer anderitem dat hii alle die onderseten der steden ende lande van Brabant ende van Ouer-maze ende allen anderen landen sal houden varende ende vlyetende los ende vryophoren gerechten toll, zoe van outs geplogen is; ende dattet beletopgeset tenHellega-te ende te Ausbrugge van den thienden vysch terstont afgedaen sal wesen, etc.;

1494-1495

273

fol. 317r

fol. 317v

Con¢rmacie van tolvry in Hollant ende Zeelant voer deser statpoirterenitem dat hy heeft den poirteren deser stat van Den Bosch con¢rmeert zulcken brie-ven als zy hebben van hertoge Iannen van Brabant ende van vrouwe Iacoppen, her-toginne, ruerende van tolvry te wesen in Hollant ende Zeelant;

Oic tolvry in Gelreende als van den lande van Gelre dat hy daira¡ doen sal datse oic vry zullen varennae inhoudt hore brieven; /

Van den straten oepen te houdenitem ende dat zyn genaden die vry straten oepen ende vry houden zullen om by el-ckermalc daerover ende doer te moegen varen op zynen gerechten toll, uuytgeno-men van sculden oft geloeften die hy sculdich waer oft zoude moegen geloefthebben oft broecken oft mesdaden die hy muchte mesdaen hebben;

Van denwegen ende bruggen te makenitem dat zyn genaden dengenen die uut saken van horen erven wegen, bruggen oftpassaigien sculdich zyn tehouden, zullen bedwingen die te doen maken endeby ge-breke mach die hooftstat daeronder die behoren ten costen die daerinne gehoudenzyn te doen maken;

Van den tollenitem dat diegeen die de tollen pachten oft aen de munt deylen, in der stedenrechtnyet zullenwerden gestelt;

Die in Brabant wort gevangen, dairuuyt nyet en zal werden gevuertitem die bynnen Brabant gevangenwordt, dairuuyt nyet en zal werden gevuert;

Van penningen te slaenitem dat men geen penningen en sal slaen dan by consent des gemeynen lantz endedat men nergens munten en sal dan in ennige vry steden;

Van den o¤cierenitem die van ghenen getrouwden bed en is, nyet en sal moegen wesen drossaet oftrichter;

Van denvredeitem dat alle onsculdige van gevecht vrede sullen hebben XXIIII uren;

Van dootslagen dlant te gevenitem dat men van dootslage nyemanden dlant geven en sal, hy en heb yerst gesuentden magen;

Van den meyers ende vorstersitem dat die meeyers ende vorsters die meyeryen ende vorsteryen selver zullen be-dyenen ende datse bourgen zullen stellen, etc.; /

Vanverpachtinge der o¤cienitem dat men geen ambachten oft o¤cienvan den lande van Brabant meer verpach-ten sal, etc.;

1494-1495

274

fol. 318r

fol. 318v

Van dagementenitem dat deen Brabander den anderen buyten lantz nyet en sal moegen rasteren,commeren noch dagen, hy en weer voervluchtich, uuytgesceiden van testamenten,van huwelixe vorwarden, van aelmoessen ende van geestelycken gueden, opte ver-buerte van lyve ende goet;

Van te camp te heysschenende oeck opte selve verboerte en zall deen ondersaten den anderen nyet te campheysschen;

Van den ontseggers oft roevers des lantzitem oft yemand van den onderseten des lantz in den lande roefden oft pande oftontseeghden oft den roevers bystant dede, huysden oft hoofden, dat die verbuerenzal zyn ly¡ ende goet;

Van den scakenitem van den schaken ende van den ontleyden van ennigen onmundigen meyskensoft knechtkens, daerinne is te verbueren lyf ende goet;

Van dengenen die bedragenwordtitemdatmen nyemandenbedragen en sal nochbedragen moigen, dat hemonscaidedoen zal moegenvan quetsueren nochvan dootslage indien dat hyhemder wairheitgetroesten derre ende tot zynre ontscout comenwil totter tyt toe dat hy verwonnenzy met rechte;item dat men in Brabant enen Brabantschen Raet oft raetcamer houden sal; /item dat zoe wat landen met gemeynen heer gewonnen wordt, blyven zullen aenBrabant;

Van pelingeitem zoe wye peelinge begeert, dat men hem die zal doen gescien;

Vanverdeylinge tAntwerpenitem dat men nyemanden die in Brabant geseten is, tot Antwerpen verdeylen en sal,hy en zy met recht verwonnen;

Van Sinte-Petersmannenitem dat men Sinte-Petersmannen handelen sal gelyc mense van rechzwegen scul-dich is te handelen;

Van yemanden buyten lantz te betreckenitem waert zoe dat twe partyen leeckeluyde dingende worde van ennigen guedenbynnen Brabant gelegen ende die dairaf in vonnisse comenwaren ende diet verlore,zyn sake overgave enen priester, clerckoft anderen geestelycken persone oft yeman-den anders omden anderen buyten lantz te creyten, oftoic yemandbynnen Brabantgeseten die saken te vorderen hedde, oft oic yemantbynnen lantz die saken overgaveyemanden anders om zynenwederman buyten lantz te creyten, dat diegeen die desennich dade, zullen verbueren lyf ende goet ende en zullen in Brabant nyet moegencomen;

1494-1495

275

fol. 319r

Van iagen ende vlyegenitem dat elckermalc zyns selfs goet sal moigen hueden ende doen hueden ende dair-toehonden houden die voeten ongecort ende dat elc zal moigen iagen hazen, vossenalle Brabant doer ende desgelycx conynen buyten vryen waranden ende oic met vo-gelen overal vlyegen; /

Van iagen, waranden ende bosschenitem dat alle ridderen, knapen ende goede luyde bynnen Brabant geseten zullenmoegen iagen alle Brabant doer alrehant groet wilt, uuytgesceyden in den waran-den, wouden, bosschen van Zonyen, Zauenterloe, Groetheyst, Merdal ende vanGrotenhout;

Van denwarandenitem dat voirtane in Brabant geenwaranden en zullenwerden gehouden dan die vrywarandengeweest hebben alsmen screefMCCCLXVIIende diemen alsoe lange teleen gehouden heeft;

Van denwoutrechtitem dat men geen scout ten woutrecht en sal trecken dan scout comende van co-manscappen van hout ende van boschen als van ouden bosschen des princen endevan anderen bosschen die van outs tenwoutrecht hebben gestaen;

Dat die o¤cieren Brabanders wesen zullen geborenitem dat die baeliuwe inWals-Brabant sal wesen geboren in Brabant ende oic zynclerc ende onder ambachteren ende desgelycx die ambachteren ende richteren vanden sess groeten ambachten zullen zyn in Brabant geboren;item alle smael ambachteren, richteren, rentmeestren particulieren zullen wesenbynnen Brabant geboren ende insgelycx alle casteleynen van sloten in Brabant,het enwaren dat zy baenroetstammen besaten, etc.;

Van den bancken van Zanthouen endeVerleitem dat die gereformeerde bancken van Zanthouen /ende vanVerle in state zullenwerden gehouden alse nu zyn ende dat die scepenen vanVerle hoir residencie hou-den zullen in Bruessel;

Dat Antwerpen aen Brabant sal blyven ende oic NiueleitemdatAntwerpenmetter toebehoirten endeNiuele tot ewigen daigen aenBrabantblyven zullen;

Van den drossaet ende rentmeester van Brabantitem dat die drossaet oft rentmeester van Brabant nyet en zullen werden ontset oftgeset sonder goetduncken van den gemeynen Raide van Brabant;

Van den cancellier van Brabantitem dat die cancellier oft zegeler van Brabant geset zal werden ende gemaect bygoetduncken van den Brabantschen Raide oft tenminsten van den sessen van henende dat hy eedt sal doen in presencien van den prince ende van den drie Staitenslantz van Brabant;

1494-1495

276

fol. 319v

fol. 320r

Van den clerc van den leenboeckende dat die Brabantsche secretarissen ende clerckvan den leenboeck geborenBra-banders zyn zullen, uuytgesceyden twee secretarysen die geen Brabanders en dor-venwesen;

Van den dachvaerdenitemdatmen die dachvairdenXIIIIdaigen tevorens zal bescriven ten dedehaest, datmense op een veylich plaetse sal leggen ende dat elc van den Staten zyn lasten salmoegen oepenen sonder indignacie van den prince ende geboerdenyemanden dair-omme van yemanden yet, dat men des houden sal dien aen zyn lyf ende goet;

Van den gedingen der leenenitem datmen die gedingenvan den leenen ende genechten dairtoe dienende ordine-ren zal ter plaetsen dair die prince zyn residencie in Brabant houdende is; ende alstgeboren sal den prince buyten Brabant te / wesen, dat hy dan mechtigen sal eneneerbaren man die raet in Brabant zyn mach, die ontfanck sal hebben sal van denleenen ende die genechten van den leenrecht houden, etc.;

Den eedt der o¤cieren ende wethouderen, scepenen, etc.item dat alle raetsluyden, dieneren, richteren, bourgermeestren, scepenen, mannenvan leene, laten ende alle andere die macht hebben te manen ende te wysen endedesgelycx die diensten oft o¤cien houden in Brabant, in steden, vryheiden, dorpenzullen zweren dat zy gelt, goet, gifte, myede noch geenrehande goet doen noch ne-men en sullen, hen doen noch laten geloven oft nemen by henselven oft yemandenanders oft yemanden in den recht te vorderen oft te verachteren, mar dat zy enenyegelycken, arm ende ryck, recht doen zullen; ende dat zy om bourgermeesters-scap, scependomme oft raetscap goet, gelt, gifte noch myede geenderhant dienstenoch goetdoen gegeven, geloeft noch geboden en hebben noch doen geloven, gevennoch byeden yemanden van huerenwegen noch dairomme gebeden noch doen bid-den in enniger manieren; ende zoewye dair tegen dede, dathy nummermeer in raet,dienste, rechte oft regimente en sal moigen comen;

Van den previlegien der steden Bosch ende Lyereitem dat sulcke previlegien ende brieve als die steden van Den Bosch ende Lyerehebben, dyenende totten regiment ende wetten derselver steden, die mesbruyct zyngeweest, voirtaen in hore machten gehouden zelen worden ende die rechten endewetten dairnae gestelt, behoudelic dat diegeen die ten Bosch voirmaels scepenenzyn geweest ten scependomme zullen moegen comen; /

Van den eedt des drossaet, ambachteren ende wethouderen in Brabantitem dat die drossate ende die andere grote ambachteren van Brabant ende die wet-houderen van den steden zullen zweren tot horen aencomen te onderhouden allendie poincten voirs. zoeverre in hen is;

Van der iaermercten van Antwerpenitemdatonse genedigeheer die vry iaermerctenvanAntwerpen tewater ende te lantvryen sal ende ofse by den scouthet ende wethouderen van Antwerpen den tyt vanXIIII nachten oft daironder verlengtworde, dat zyn genaden die verlenginge gedue-rende oic vryen sal;

1494-1495

277

fol. 320v

fol. 321r

Van den nacien inVlaenderenitem dat hy den nacien inVlaenderen hoir stacien houdende, geen previlegien oftvryheiden geven en zal die ten achterdeel comen muchten den lande van Brabant;

Van den gebruyck der gueden in anderen landenitem dat hy den ingesetenen van Brabant hoir goeden diese in ennigen anderen zy-nen landen oft gebieden hebben oft hebben zullen ende die vruchten dairafvredelicsullen doen gebruycken, nyettegenstaende ennige geboden ter contrarien;

Van der verkeringe der coepluydenende dat die coepluyden van allen zynen landen, heerlicheiden, machten ende ge-bieden met horen gueden onder malcanderen zullen moegen verkeren ende hoirgueden brengen ten mercten daer hen dat beste zal gelieven op horen rechten tolende ongelde;

Van Huesden ende Sinte-Geertruyenbergeitem dat hyaanBrabant zal doenblyven die landen, sloten ende stedenvanHuesdenende van Sinte-Geertruyenberge met horen toebehoirten, indien dat hyt met rechtdoen mach;

Vanvercoften renthenitem dat hy die renthen eertyts vercoft by wylen hertoghen Ians, hertoge Philips,dairvoirdie stedenvanAntwerpen endeBoschgeloeft endegesegelt hadden, sonderderselver steden last betalen sal; / item van gelycken sal hy oeck doen van den ren-then vercoft by wylen hertogen Philips van Bourgoindien, hertoge Kaerle, vrouweMarien ende den Roemschen Coninc, etc.;

Van den pensionarysen opte Hollantsche steden hebbendeoft gevyele dat die steden van Hollant ende Zelant sulcken tractaet tusschen1 endeden pensionarysen gemaect, nyet en onderhielden, dat hy dan den pensionarysenoptenvoirs. stedenvolcomen recht sal doen ende latengescien, gelyc oft van ennigerander schout ware;

Con¢rmacie der previlegien ende costumenitemvoirt heeft hy con¢rmeert den prelaten, cloesteren, baenroetsen, ridderen, ste-den, vryheiden ende ondersatenvan Brabant allen hoir rechten, vryheiden, previle-gien, charteren, costumen, usaigien, herbrengen; item den toebrie¡ van wylenhertoge Philips van Bourgoindien den drie Staiten verleent ten tyde van zynrer in-coempst van denselven daet; desgelycx twe brieven by denselven verleent, den enenvan den daet M CCCC LI, XXa septembris, den anderen van den iaer M CCCCLVII,XXVIIIa novembris, diewelke zyn genadenvoir hem, zyne oir ende naecome-lingen sonder breken geloeft hebben vast te houden;

Abolicie van der incoempsten vrouwMarie ende van der con¢rmacie desRoemsschen Coninxitem hy heeft tenyet gedaen ende geaboleert die incoempste van vrouwe Marie,zynre moeder, van den daet XXIX meye int iaer LXXVII ende die con¢rmacie

1494-1495

278

fol. 321v

1 Aldus hs., lees hierna hen, zie het cartularium fol. 527r.

dairop verleent by zynen vader, den Roemsschen Coninc, by tyde zynre moederende oic nae haren overlyden; prout in litteris incipientibus: `Philips, by der gracienGoids'et comprehensis folioVC XXI. /

Remigii confessoris annoMo CCCCo XCVto:Willelmus de Busco, Henricus dieLeeuwe, Iohannes ¢lius Godefridi de Hedel,Theodericus de Hiinden, Godefri-dus Grotart de Os, Godefridus die Bye, Iohannes Pels.Burgimagistri: domicellus Iohannes de Aa, dominus de Buchouen, Goeswinusvan den Hezeacker.Receptores: Martinus de Elmpt,Wolterus Bolcx.

Van den gebruycke des tols van Hollant ende Zeelant; certi¢cacie

Ten tyde van desen scepenstoel is beleyt zekere certi¢cacie daerinne genoch blyctvan der vryheit des gebruycx van den tol van Hollant; alst blyct opten bladeVIC

LVIII.1

In dicto anno Henricus Dicbier e¡ectus est iterum scultetus superior dicti opidide Buscoducis et dominus de Bucstel destitutus est.2/

Raminge tusschen dese stat ende meyerye gemaect

In denvoirs. iair XCVden XXVIen 3 dach augusti ziin gemaect, overdragen endegesloten tusschen dese stadt ter eenre ende den plattenlanden deser meyeryen terandere zyden zekere raminge ende overdrach, inhoudende vele diversche endegoede poincten ende articulen zoe int cort hiernae volgt:

Van den transpoirtenin den iersten dat alle erfbrievenvan transpoirten die uuyt erfbrieven geboren in en-nigen bancken deser meyeryen voir scepenen deser stat in waerechtigen contractentotten deser dage toe zullen zyn vanwerden ende staen ten ingeboden; ende als vanden toecomenden tyde, soe zullen sulckenen transpoirten in waireftigen contractenwael moigen gescien, mar die kennesse dairaf sal wesen daer die brieven yerst gebo-ren zyn, etc.;

Van den ingeboden van den transpoirtenitem oft yemanden ennige scultbrieven in buytenbancken passeert voir scepenendeser stat eertyts opgedragen weren, oft naemaels opgedragen worden, die en zalter cause van dien hem nyet moegen behelpen metten ingebode deser stat;item als van den ingeboden die geboren zullen van den transpoirten hier voir-maels gedaen, zoe sal diegeen die wil doen ingebieden, yerst sculdich zyn te ma-nen zynen sculder oft tot zynen geweer in presencien van twee poirters endedairnae een maent geleden mach hy dien doen ingebieden, tenweer dat die brie-ven inhielden bynnen deser stat te leveren;

1495-1496

279

fol. 322r

fol. 322v

1 Vanaf ten tijde tot en metVIC LVIII toegevoegd doorde tweede scriptor van de kroniek.2 Vertaling: in genoemd jaar is Hendrik Dicbier opnieuw aangesteld als hoogschout van ge-noemde stad 's-Hertogenbosch en is de heer van Boxtel afgezet.

3 Aldus hs., leesXXV, zie hierna fol. 349r en het cartularium fol. 174ar.

Van der spleytinge der onderpandenende oft die onderpanden sonder consente van den proprietaris gespleyt weren, zoesalmengestaen met eenremaningevan dengenen/die den chyns oft pacht gewoent-lic is te vergeldene; mar onder die smaelheren die alleen die heerlicheit hebben, saldie ingebieder in persoen dat versuecken aen den scouthet oft voirster oft tot horengeweer ende dat op zynen eedt veri¢ceren eer men dairop vonnisse geven sal, endedat is teverstaenvan allen ingeboden; ende in absencie oftweygeringevan den scou-thet oft vorster zal die ingebieder denweet doen aen dengenen die ingebodenwordtoft tot zynen geweer;

Van den gericht der ingebiederenitem die ingebieder naedien yemandt bevonnest is, sculdich sal wesen ende moegendat gericht alomme doen ende oft die bevonnesden hem afhendich maecten, zoe salmen hemverleenen iuris subsidium, etc.;item ende oft die scouthetoft voirster dan dairinne simuleerden denbevonnesdenaen te tasten, zoe sal die partye zyn gebreckopte selve moigen verhalen, etc.;

Van den costen der bevonnesdenitem als die poirtier den bevonnesden opter poirten heeft, zoe en sal die poirtier diecosten nyet moegen verhalen anders dan alleen opten bevonnesden die gevangen isoft op zyn gueden, etc.;

Hoeverre men manen salitem dat menvortaen nyet vorder manen en sal van achterstellen, pachten oft chyn-sen danvan drie iaeren, tenweer dat die heysscher zyn gebreck met proceduren vanrecht vervolchden, ende die danvorder verlyepen, zoe sal hy dat metten drien iarenmoigen heysschen ende hebben;

Dat die vercoper sculdich is zyn lasten te noemenitemwye ennige erve vercoeptoftopdreechtoft renten oft pachten dairuuyt vest, diesal sculdich zyn te noemen allen die lasten dairuuyt gaende die hy dairuuyt gegou-wen heeft oft selve vercoft, opte verbuerte van / tsestich gouden Bourgoensche gul-den, hal¡ onsen genedigen heer ende hal¡ der plaetsen dair die gebreken geboren,oft opte verboerte van den rechterhant indien hy die nyet mechtich en weer te beta-len, oft een gelycke correctie nae goetduncken der wethouderen;

Den peen dergeenrer die rente vercopen uuyt gueden hen nyet behorendeitem oft yemand ennige renthen vercoft uuyt onderpanden hem nyet toebehorende,die zal verboren zyn lyf oft alsulckenen correctie als den heer ende wethouderengoetduncken sal;

Van pachten te geldeneitem nyemand en sal op hem nemen pachten te geldene dairaf hy die onderpandennyet en heeft, opte verboerte van tsestich Bourgoensche gulden oft deen hant; endeomme dat te onderhauden is overdragen dat die kynderen oft erfgenamen van dengueden diese deylen zullen dairuuyt men versceyden pachten vergeldende is, scul-dich zullenwesen den renthiers pachten dairuuyt hebbende, van der deylinge copiete geven ende die renthierswederomme den deylers copie van horen pachtbrieven tegeven sonder weygeringe, opten peen als voir, etc.;

1495-1496

280

fol. 323r

fol. 323v

Van der betalinge der huerlingeitem dat een huerlinc oft pechtener, uuytgesceyden erfpachtinge, betalende zynhuere ende zyn hantlichtende, sal dairmede gestaen, te wetene oft die huerlinc zy-nen meester betaelt hedde eer hy van den chynsen oft pachten gemaentweer, soe salhy in der manieren voirs. gestaen, beheltelic hem zyn ploechrecht; mar weer hy ge-maent ende dairenboven zyn huer zynen meester betaelt, zoe en sal hy nyet gestaenzyn handen te lichten, mar sal sculdich zyn die pachten ende chynsen / van zynentyde tebetalen, zoeverre die penningenvan derselver hueren oft pachtingen hen zoeverre strecken;

Van den alden pachten te manenitem dat men van alden pachten dairaf die geloever doot is ende die renthyer zynonderpanden nyet en canbewysen, sal men moegen ingebieden den lesten herbren-ger ende betaelder totdat hy enen sculdiger wyst, etc.; tselve van den tween voirs.poincten sal men onder onderhouden opt plat;

Wat erven op te wynnenitem datmen die erven diemenwil opwynnen, nyet en der¡ ledich laten liggen, marsal die moegen bruycken totbehoe¡dergeenre die dairtoe zullenwesen gerecht, be-heltelic den bruycker zyn ploechrecht, ende dat men dairop weder sal zitten teneynde van den iair ende tselve sal oic gescien opt plattlandt;

Van der geldinge der bedenitem dat die ingesetenen van den plattenlande als steden, vryheiden ende dorpenhoir bede gelden zullen daer zy buycvast oft huysraet houdende ziin, het en weerdatse toegen ten Bosch, Megen, Gemart, Rauensteyn oft diere gelycke oft buytendeser meyeryen; in dien gevalle zullen hoir gueden gelden daerse gelegen zyn;

Van der geldinge der geestelycker personenitem dat alle geestelycke personen die geenen onraet dagelix en gelden met horengebueren dair zy woenechtich zyn, dat zy sullen staen nae der instructien van deniair LI;1

Van der geldinge der poirterengueden opt platlant1

item die gueden opt platlant gelegen toebehorende den ingesetenen deser stat diemetten plattenlande syndert den iair LXXX lestleden gegouwen hebben, noch me-de- /gelden sullen alse doen gouwen in alsulkenen staet alse doen waren, ende diegueden diemen syndert denvoirs. iair vercregen heeft ende nochvercrigen sall, me-de contribueren sullen, tewetene als den tax der stat ende meyeryen isVMRynsgul-den, zoe sall een Bosch mud rogen gelden II Brabantz groet ende twe Beyers guldentwee Brabants groet ende dairnae op ende meer;1

Oeck van der geldinge deser poirterenguedenitem deser stat poirterengueden voir den voirs. iaer LXXX by deselve vercregen,zullen vrii zyn; ende oft ennige poirteren syndert tiair LXXX vercregen heddenoft alnoch vercrigen tegen enige poirteren oft gevryde personen ennige gueden, datdieselve vrii zullen blyven zoelange alse gevryder hant zyn;1

1495-1496

281

fol. 324r

fol. 324v

1 In margine nota.

Ad idemende die gueden diebyennige ingevrydeplaetsengecoft zyn oft noch zullenwerden,zullen vry zyn in der manieren voirs.;1

item dat opgewonnen erven voir poirterspachten van auderen daet dan LXXXlestleden oft die noch alsoe opgewonnen zullen werden, vry zullen zyn, tenweerdatse beter weren; in dien gevalle zy van der beternisse gelden zullen;1

item dat chynsen ende pachten den poirteren deser stat syndert den iair LXXXgeloeft vry van beden te leveren, dat men den brieven achtervolgen sal;1

Dat die gueden buyten opgewonnen een iair te verbueten staenitem alsoe in sommigen plaetsenbynnen deser meyeryen opgewonnen erven altyt teverbueten staen, soe / is overdragen dat alsulckenen opgewonnen erven oft guedente verbueten staen sullen een iaer lanck, gelyc dat in der stat van Den Bosch ge-woentlic is, ende teynden den iaer sal men die doen veylen ende dairop sitten omten hoichsten te vercopen;

Ad idemitem die gueden die hier voirmaels opgewonnen zyn, die sal menbynnen iaers moe-ten verbueten, indien men dair weder aenwil comen;

Ad idemitem ende dair die gueden tot genen verbueten en staen, dairaf sal men oec onder-houden trecht deser stat;

Van den onmundigen ende uuytlendigenin desen altyt uuytgesceyden trechtdergeenre diebuyten lantz zyn ende der onmun-diger kynderen;

Van den costen aen de opgewonnen gueden gedaenitem dat die verbuetter sal den opwynre sculdich wesen aen te leggen alle nootlykereparacie ende costen ende zyn ploechrecht laten volgen;

Van der bloetinge der opgewonnen guedenitem dat men die opgewonnen erven oft gueden bynnen iaers nyet en sal bloetten;1

Van den commer gemaect op vercofte ervenitem oft yemand ennigen gueden cofte ende die coeper den vercoeper geloefden inscepenenbrieven pachten oft penningen dairvoir te betalen oft af te leggen ende diecoeper daernae in denselven erve anderen commer maect ende dien in scepenen-brieven geloeft oft voir den coep van den gueden ennigen commer gemaect heddeende geloeft in scepenenbrieven, dat nochtans den daet van den voirs. scepenen byden coeper geloeft voir dat erve voirgaen sal; desgelycx van allen scultbrieven due-rende den tyt in denselven brieven begrepen;1 /

Van den costen te doen voir tplatlantitem dat die stat van Den Bosch egeen costen doen en sal voir tplatlant van dach-vaerden oft anderssins, zy en sal van denselven plattenlant yerst consent hebben,tenweer dat die saken haest hedden;

1495-1496

282

fol. 325r

fol. 325v

1 In margine nota.

Ad idemitem dat men sulcken costen den plattenlant sal moeten heysschen bynnen iaers oftbynnen eenre maent daernae onbegrepen;

Van der interpretacie der poincten voirs.item ende dat alle twivelaigien die rysen muchten in de poincten voirs. oft tusschenpartyen dienaengaende, sullen staen ten beslichte der withouderen deser stat, etc.;gelyc in enen boeck oft brieve dairop gemaect breder is begrepen, beginnendetselve: Alsoe in tyden voirleden vele di¡erenten'ende begrepen folio C LXVI; endewelke raminge ende overdrach voirs. metgaders die articulen ende poincten dairin-ne begrepen, uuytgesceyden die poincten getekent ende noteert in mergine signo,die voirs. eertshertoge Philips den XXIXen dach augusti int iair M CCCCC endesess, doen wesende coninc van Castillien, van Leoen ende van Grenade, etc. heeftcon¢rmeert, gelyc nae blycken sal. /

Remigii confessoris anno Mo CCCCo XCVIto: Goeswinus van den Hezeacker,Willelmus deBuchouen, IohannesKanapart ¢lius Iohannis, Anthonius Spierinc,Martinus de Campen, Henricus Ghiselen ¢lius Henrici, Lambertus van denHe-zeacker.Burgimagistri: Iohannes Heym, Gerardus Kuyst.Receptores: Lambertus Bogart, Henricus de Ophouen.

Datmeester Clais Kuyst secretaris wert

In dicto scabinatu tercia iulii Franco de Langel secretarius / in opido de Busco-ducis resignavit o¤cium suum secretariatus in manibus dicti opidi et ipsum opi-dum in loco eius instituit magistrum Nycolaum Kuyst, qui eodem die suumiuramentum secretariatus prestitit.1

Quod archidux Philippus intravit opidum de Buscoducis2

In dicto anno XCVIto feria tercia videlicet decima tercia decembris, circiter ho-ram quintam post meridiem, supradictus dux Philippus, archidux Austrie, duxBourgoindie, Brabantie, etc. cummagna pompa suumopidumde Buscoducis in-travit ubi etiam magni¢ce receptus est.3

1496-1497

283

fol. 326r

fol. 326v

1 Vertaling: in genoemd schepenjaar op 3 juli deed secretaris Frank van Langel afstand vanzijn ambt van secretaris in handen van de genoemde stad en de stad heeft in zijn plaatsNico-laas Kuyst aangesteld, die diezelfde dag zijn eed op het secretarisambt afgelegd heeft.

2 Vertaling: dat aartshertog Filips de stad 's-Hertogenbosch binnengetreden is.3 Vertaling: in genoemd jaar (14)96 op dinsdag, namelijk 13 december, is rond het vijfde uurna de middag bovengenoemde hertog Filips, aartshertog van Oostenrijk, hertog vanBour-gondie« , Brabant, etc. met groot vertoon zijn stad 's-Hertogenbosch binnengetreden, alwaarhij ookglorieus ontvangen is.

Propina facta archiduci Philippo1

Altera vero die hora septima post meridiem iuxta eiusdem opidi Busciducensisantiquam consuetudinem eidem duci Philippo facta est propina per idem opi-dum de duobus bobus et duabus plaustratis vini dictis twe voeder wyns.2

Intronisacio archiducis Philippi in opido Busciducensi3

Sequenti vero die videlicet decima quinta eiusdem mensis decembris, hora deci-ma ante meridiem, ante domum consulum eiusdem opidi Busciducensis supra-dictus archidux Philippus intronisatus est et prestitit iuramentum solitum dictoopido et villicatui eiusdem, quod quidem iuramentum eidem prestitit Iohannesburgimagister pro tempore eiusdem opidi. Quo vero / iuramento a dicto ducePhilippo prestito burgimagistri, scabini, consules et tota communitas presentisopidi eidem Philippo archiduci viceversa homagium prestiterunt et iuramentumet hoc per organum reverendissimi et nobilis domini Iohannis de Houthem, do-mini de Houthem, de Huldebergen, etc. cancellarii Brabantie, in qua quidem in-tronisacione presentes fueruntdictus dominus cancellarius, dominus PhilebertusdeVeray, nuncupatus LaMouche, grote ende ierste ioncker van der escuirye, latoraurei gladii, dominus Iohannes de Egmonda, dominus Iohannes deBergis, domi-nus de Bergen, deWailhain, dominus Fredericus deYselsteyn, dominus Corne-lius de Bergis et plures alii domini.4

Debaptisatione unius iudei5

Intronisatione facta idem Philippus archidux versus ecclesiam sancti Iohannisequitavit, ubi in summo choro ante summam altare ecclesie per magistrumGhysbertum die Bye, decanum pro tempore eiusdem ecclesie, quidam iudeusnuncupatus Iacob exAlmania in sacro fontebaptismatis est renatus et baptisatus.Quem iudeum idem Philippus archidux, domini Iohannes de Bergis, Corneliusde Bergis et plures alii domini de sacro fonte levarunt et vocatus est Philippuscum cognomine de sancto Iohanne, qui depost ut dicebatur apostotavit. Et dicto

1496-1497

284

fol. 327r

1 Vertaling: de schenkingaan aartshertog Filips.2 Vertaling: de volgende dag echter, het zevende uur na demiddag, is naaroude gewoonte vande stad 's-Hertogenbosch door deze stad een geschenk aangeboden aan hertog Filips vantwee ossen en twee karren wijn, genaamd twee voeder wijn.

3 Vertaling: de intronisatie van aartshertog Filips in de stad 's-Hertogenbosch.4 Vertaling: de volgende dag echter, namelijk 15 december, het tiende uur voor de middag, isvoornoemde aartshertog Filips voor het raadhuis van de stad 's-Hertogenbosch ge|« ntroni-seerd en heeft hij de gebruikelijke eed aan genoemde stad en burgers afgelegd, welke eedaan hem afgelegd is door Jan, op datmoment burgemeester van de stad. Na welke eeda£eg-ging door genoemde hertog Filips de burgemeesters, schepenen, consuls en de gehele raadvan deze stad op hun beurt aan aartshertog Filips hulde brachten en de eed a£egden en ditbij mondevandemeesteerbiedwaardigeen edeleheer JanvanHouthem, heervanHouthem,vanHuldenberg, etc. kanseliervanBrabant; bij deze intronisatiewarenaanweziggenoemdeheer kanselier, heer Filibert vanVeray, genaamd LaMouche, opperstalmeester, drager vanhet gouden zwaard, heer Jan van Egmond, heer Jan van Bergen, heer van Bergen, vanWal-hain, heer Frederik van IJsselstein, heer Cornelis van Bergen en vele andere heren.

5 Vertaling: over het dopen van een jood.

iudeo baptisato idem archidux Philippus eodem die circiter horam duodecimamab hoc opido recessit.1 /

Dat hertoge Philips huwelic dede ende vrouwe Margriet dede oickhuwelic

Oeck in den voirs. iair XCVI, naedat twee huwelycken gesloten waren, te wetenetusschen den prince van Spaengien, des conincx van Spaengien ende van Argonzoene, ende der voirs. vrouwe Margrieten, dochter des Roemschen ConincxMaximiliaens, ende tusschen den voirs. hertoge Philips ende vrouwe Iohanna,die tweeste dochter van denvoirs. coninc van Spaengien, soewairt vrouwe Iohan-na voirs. met groten state te sceep overgebracht in Zeelant ende voirt tot Antwer-pen ende hertoghe Philips voirs. troudense te Lyer ende over een iair dairnaebaerden zy tot Bruessel een dochter, genoempt Leonora. Ende vrouweMargrietwairt oeck overgevuert in Spaengien ende zy trouden aldair den voirs. zoen vanSpaengien, daira¡ zy een vrucht creech die terstont ster¡. Ende insgelycx ster¡haestelyc hair man, die voirs. prince ende zoen van Spaengien. Ende vrouweMargriet voirs. wairt weder overgebracht in desen lande ende wairt bestaedt aenhertoge Philibeert van Sauoyen. /

Addicie van der incoempste hertoge Philips, eertshertoge, etc.

In den voirs. iair XCVI in de maent van merte soe heeft die voirs. eertshertoghePhilips in manieren van addicien tot zynre genaden incoempste van den daetXCIIII lestleden den lande van Brabant verleent, gewillecoert ende geconsen-teert dese naevolgende poincten ten ewigen daigen denselven te onderhoudenende te doen onderhouden, te wetene:

DatGraue, dlant van Kuyc, Kessel, Oyen aen Brabant zullen blyvenin den yersten dat die stat ende lande vanDenGraue metten lande vanKuyck,Kes-sel ende Oyen zullen blyven annexeert aen Brabant ende dairaf nummermeer wer-den gesceyden;

Van der verkeringe der coepluyden ende stapelenitem dat alle coepluyden alsoewael van buyten als van bynnen lantz met horen co-manscappen zullen moegen varen, vlyeten ende verkeren in den lande van Brabantende Ouermaze vredelic, dair hen sal gelieven op horen rechten tolle sonder be-dwongen tewerden hoir comanscap temoeten doen meer in een plaetse dan in dan-der; ende datse moegenwoenen in denvoirs. lande dairt hen gelyeven sal sonder tersaken van ennigen stapelen oft anderssins in horen vryen wil belet te moigen wor-den, behoudelic dat dat nyet vorder en sal moegen worden geextendeert dan totten

1496-1497

285

fol. 327v

fol. 328r

1 Vertaling: na de intronisatie reed deze aartshertog Filips naarde Sint-Janskerk, waar in hethoogkoor voor het hoogaltaar door meester Gijsbert de Bye, op dat moment deken van dekerk, een zekere jood genaamd Jacob van Duitsland in de heilige doopvont herboren en ge-doopt is. Deze aartshertog Filips, de heren Jan en Cornelis van Bergen en vele andere herenhebben deze jood uitdedoopvontgeheven en hij is Filipsgenoemd,metals bijnaamvanSint-Jan, en later, naarmen zei, is hij afvallig geworden. En deze aartshertog Filips is, na de doopvan genoemde jood, diezelfde dag rond het twaalfde uur uit deze stad vertrokken.

stapelen die nu in Brabant zyn, ende dat aengaende dien van Lyer ende Dyest endeden stapele van den vede zouden zyn genaden ordineren zoe men bevynden sal be-horende; /

Van dengeenen die om civile saken gevangen zynitem dat men in Brabant om civile saken geen ondersaten in sloten sal houden ge-vangen, mar dat die hoir gevenckenisse zullen houden in de vroenten ter plaetsendaerse aengetast zyn zoeverre dair vroenten zyn, ende dat mense ontslaen sal opcaucie terecht te staen ende dengewysden tevoldoen, tenweerdatse gevangenwerenvoir gewysde dingen oft voir penningen den prince aengaende;

Van kenlycken ongevallenitem dat alle lyeden ende onderseten van Brabant van kentlycken ongevalle die henaen hoir personen oft aen hoir kynderen, dyeneren, boden oft huysgesynne zoudenmoigen geboren dairaf zy oft ennige van hen van lyve ter doot quamen, sullen staenende blyven vry ende onbelast van enniger verbuerten oft con¢scacien van horengueden, van welken ongevallen die wethouderen van der plaetsen ten versueck vanden o¤cier aldair die zaken zullen aensien ende visiteren ende dat gedaenverclerenoft dat voir ongevalle zal behoren gehouden te werdene oft nyet; ende tgeen des zydienaengaende vercleren zullen, sal men sculdich zyn te achtervolgen;

Van den mercten Bruessel, Antwerpen, Bergenitem dat men die iaermercten van Bruessel, Antwerpen ende Bergen opten Zoomnyet en sal turberen by ennige execucien, bevelen oft verboden, het en zy met brie-ven van marcke, contramarcke, arresten oft diergelyc, in desen uuytgesceyden desprince sculde oft die ordinancie gemaect oft te makene opte munte die men onder-houden sal in de iaermercten als dair buyten ende die overtreders stra¡en; /

Van der visscheryen opter Zinnenitemdat eenyegelic sal moegenvisschen op die rivyer van der Zinnen zoemenplachoft mochte doen ten tyde van hertoge Philips van Bourgoindien;

Inwat tale men uuyten hove die brieven seynden salitem dat men alle brieven die men uuyten hoeve van Brabant uuytseynden zal, ma-ken sal in der talen als men spreect daerse gesonden zullen werden;

Van gestolen goetitem als die o¤cieren gevangen hebbenyemanden die enen anderen zyngeltoft goetgestolen oft ontvreempt heeft ende tselve goet noch hedde oft in zynen name wisteonverthiert, zoe en sal dat nyet verbuert zyn, mar sal die o¤cier gehouden zyn datder partyen te restitueren oft doen restitueren, zoeverre die partye dat zyn maecteoft wittelic bleeck zyn te zyne, behoudelic dat men den o¤cier sal gehouden zyndairaf zynen redelycken sallaris te geven ter discrecien der wethouderen dair dat ge-boren sal;

Datmen nyemanden en sal vangen die ter goeder famen staetitem dat men voirtaen nyemanden egeen vryheit van steden oft anderssins heb-bende, en zal moegen aentasten noch vangen die ter goeder namen ende famen

1496-1497

286

fol. 328v

fol. 329r

staet, do¤cier en sal ierst volcomen informacie genomen hebben van der suspiciendairomme hydien aentasten oft vangen soude willen;

Van yemanden te pynenende dat men nyemanden en sal pynen, do¤cier en zal zyn informacie denwethou-deren gethoent hebben ende hy en zy met vonnisse derselver dairtoe gewesen, etc.;

Datdie o¤ciers uuyt crachtenvan transpoirt oft procuracie nyet enmogencummerenitemdat van nuvoirtaen ten ewigen daigen geen drossaet, amman, scouthet,meyereoft ander o¤cier/uuyt crachte van transpoirte oft procuracie die zy van yemandenzouden moigen hebben oft aennemen, arresteren, cummeren oft belasten en zullenmoegen bynnen horenbedryve byhen oftyemanden anders ennige ingesetenenvanBrabant oft hoir gueden uuyt sakenvan sculden die de steden, vryheiden oft dorpensculdich zyn van lyfrenthen oft andere sculden, opte verbuerte van thien Andries-gulden; prout in litteris incipientibus:`Philips, byder gracien Goids'etc. et compre-hensis folioVC XLII.

Van den penningen heren Cornelissen van Bergen geloeft, etc. tercause vanDenGraue, etc.

Oeck in den voirs. iair XCVIden dorden dach augusti, naedien die voirscr. eerts-hertoge Philips die drie Staten slantz van Brabant versocht hadde hen te willenverbynden aen heren Cornelissen van Bergen in de somme van XXVIIIM IXC

XXXIIII ponden, XIIII scellingen, XI obolen, ten pryse van XL groetenVleemsch elck pont, ende dat by redenen van der bewaernisse der stat ende slotevan Den Graue ende van den onderhouden der ruyteren aldaer by heren Corne-lissenvoirs. gedaen tot den XXVIIIen dachvan iulio int iair XCVI lestleden, endevan der reparacien ende forti¢cacien aen de voirs. stat gedaen tot1 VIen dach aprilint iair XCIIII lestleden, als te wetene denselven heren Cornelissen die te betalentot X iaren, als te wetene ten iersten iair IIIM / ponden ende alsoe negen iarenlanckvervolgende elcx iaer IIIM ponden ende ten Xten iaer trest, etc. onder con-dicien dat die voirs. somme den voirs. Staten afslach soude wesen van iair te iaeraen debeden diese geven souden, etc. ende naedien dieselve Staiten denvoirs. her-toge Philips dairinne hadden belyeft onder zekere versceyden vorwarden endecondicien, soe heeft dieselve hertoge Philips die voirs. Staiten daira¡ gedanctende hen zekere versceyden vorwarden accordeert; prout in litteris incipientibus:`Philips, by der gracien Goidz'etc. et comprehensis in een vidimus byder stat vanBruessel gegeven, beginnende: Allen denghenen die dese letteren'etc. et compre-hensis folioVC XI.

Geloeft van der stat vanDenGraue gedaenbyherenCornelissenvanBergen

Oeck in den voirs. vidimus ad signum tale (½33) staet begrepen enen brie¡ dieheer Cornelis voirs. den voirs. Staten van hem heeft gegeven van den voirs. daet

1496-1497

287

fol. 329v

fol. 330r

1 Aldus hs., men verwacht hierna den.

VIta augustiMCCCCXCVI, daerinneheerCornelis voirs. denvoirs. Staten heeftgeloeft, dat hy ende zyn nacommers, amptmannen ende bewaerders van der statende slote van Den Graue dieselver stat ende slot voirtaen sullen moeten onder-houden metten renten, prou¡yten, beden, gratuiteyten ende vervallen van den-zelven sonder cost oft last van den / lande van Brabant, tenwaer by oirloge byconsente van den prince ende Staten van Brabant aengenomen, etc.;item ende dat hy noch zyn nacommers en zullen moegen aennemen ennige oir-loge noch oic feyten van oirlogen doen uuyten Graue, het en zy by bevele van denprince ende der drien Staten slantz van Brabant;item ende dat hii noch zyn nacommers in den voirs. ampte ende bewaernisse vander stat ende slote van Den Graue dieselve in all noch in deel overgeven en zalnoch stellen in anderen handen dan in handen van den prince ende der Statenvoirs. tot behoe¡ derselver ende des lantz.

Remigii confessoris annoMo CCCCo XCVIIo: Iohannes deVladeracken, Iohan-nes Heym,Yewanus Kuyst, Raso Raessen, doctor in medicinis, Anthonius Hin-ckart, / Willelmus de Achel, Lambertus dieWol¡, Ghysbertus ¢lius GodefridiGielis, loco dicti Hinckart ¢endo sculteto.Burgimagistri:Willelmus de Busco, Petrus Pels; cum istis cessavit magistratus.1

Receptores: Theodericus ¢lius Godefridi Gieliss.,Willelmus ¢lius IohannisWil-lemss.

Dat Os zoe ruekeloes van den heer vanGelre overvallenwairt

In dicto anno ac scabinatu altera festi beati Luce evangeliste in die Iouis dominusKarolus de Gelria sine di¤datione aliqua previa clam et subito illis de Os adhucde mane in lecto iacentibus et nichil quam pacem et bonum scientibus cum suapotentia intravit libertatem de Os et totum combussit, similiter partem de Ge¡enquod posteavindicabatur auxilio ducis Saxonie qui devicit Bathenborch et multavillagia in patria Gelrensi combussit, et eodem anno in die Nativitatis Dominisequente iterum factus est tractatus treugarum inter ducem nostrum et dictumdominumKarolum de Gelria.2

In dicto scabinatu XVIIIa iulii anno XCVIII prestitit Philippus Hinckart iura-mentum super o¤cio scultetatus inferioris in Buscoducis / et dictus AnthoniusHinckart e¡ectus est locum tenens dicti Philippi inferioris sculteti et institutus est

1497-1498

288

fol. 330v

fol. 331r

fol. 331v

1 Vertaling: met dezen eindigde het burgemeesterschap.2 Vertaling: in genoemd jaar en schepenjaar daags na Sint-Lucas op donderdag (= 19 okto-ber) is Karel van Gelre zonder enige voorafgaande waarschuwing heimelijk en plotseling,terwijl de inwoners van Oss vroeg in de morgen nog in bed lagen en van niets anders wistendan van vrede en goedheid, de vrijheid van Oss binnengedrongen met zijn legermacht enheefthaargeheel in brand gestoken, samenmethetdeel vanGe¡en, dat later verworvenwerdmet hulp van dehertog van Saksen, die Batenburg veroverde en vele dorpen inGelderland inbrand stak, en datzelfde jaar op Kerstmis daaropvolgend is opnieuw een verdrag geslotentussen onze hertog en genoemde heer Karel van Gelre.

in loco eius scabinus dictus Ghysbertus ¢lius Godefridi Gielissoen, qui prestititiuramentumXXXa iulii.1

In dicto scabinatu XIa augusti anno XCVIII obiit Bruxelle magister Godefridusde Dommelen, secretarius presentis opidi de Buscoducis, et in loco eius ego Pe-trus de Os ¢lius Iohannis Rutgerss. institutus sum et prestiti iuramentum supero¤cio secretariatus in die Exaltationis sancteCrucis inmedietate dictamundeci-mam diem augusti sequente.2

Nu ster¡conincKaerle vanVrancryc sondermanss oir ende hertogheLodewyck vanOirliens wairt coninc vanVrancryck

Oeck in den voirs. iair XCVII naedat coninc Kaerle van Vrancryck die grootereyse gedaen hadde ende conquesteert tconincryc van Napels dat hem geblevenwas van coninc Renez, zynen ouden oem, die recht coninc was van Napels endeSecilien, quam hii weder inVrancryck ende zynde te Ambose inVrancryck metzynder coninginnen ster¡ hii, oudt wesende omtrent XXVI iaren, zeer rueke-loess. /

Remigii confessoris anno Mo CCCCo XCVIIIo: dominus Iohannes Back, miles,Iohannes Pynappel, Goeswinus de Brecht, Iordanus de Boert, Arnoldus Monix,Matheus Kuyst,Wolterus deVucht.Hic cessavit iterum burgimagistratus seu magistratus opidi Busciducensis et de-stituti sunt nationes predicte.3

Receptores: Iohannes deWyck, Ghysbertus de Hulst.In dicto scabinatu XIIIa ianuarii circiter quintam horam intravit supradictus ar-chidux Philippus hoc opidum de Buscoducis. XXIXa ianuarii sequente que fuitdies Martis supradictus Romanorum rex Maximilianus intravit dictum opidum,veniens de Grauia.4 /

1498-1499

289

fol. 332r

1 Vertaling: in genoemd schepenjaar 18 juli (14)98, heeft Filips Hinckart de eed van laag-schout in 's-Hertogenbosch afgelegd en genoemde Anton Hinckart is als plaatsvervangervan genoemde laagschout Filips aangesteld; in diens plaats is genoemde Gijsbert, zoon vanGodfried Gieliszn., tot schepen benoemd; hij heeft de eed afgelegd op 30 juli.

2 Vertaling: in genoemd schepenjaar stierf op 11 augustus (14)98 te Brussel meester God-fried van Dommelen, secretaris van deze stad 's-Hertogenbosch, en in diens plaats ben ik,Peter vanOs, zoon van JanRutgerszn., aangesteld en ik heb deeed afgeled ophet secretaris-ambtop Kruisverhe¤ng (= 14 september), volgend op elfaugustus.

3 Vertaling: hierhield het burgemeesterschapvan de stad 's-Hertogenboschop en zijn devoor-noemde naties weerafgeschaft.

4 Vertaling: in genoemd schepenjaar op 13 januari rond het vijfde uur is voornoemde aarts-hertog Filips deze stad 's-Hertogenbosch binnengekomen. Op dinsdag 29 januari daarop-volgend is voornoemde Rooms Koning Maximiliaan deze stad binnengekomen, komendvan Grave.

Een nederlage diere van Nymegen

Eciam in dicto scabinatu et anno XCVIIIo sabbato post Invocavit circiter horamquartam circiter Hoemen nobilis dominus Fredericus, dominus de Yselsteyn,cum suis ruteris et certis armigeris ducis Cleuensis prostravit de Nouomagensicirciter mille armatos.1

Remigii confessoris annoMoCCCCoXCIXo: Iohannes de Arkel ¢lius Petri,Wil-lelmus de Busco, Godefridus Grotart de Os, Henricus Kuyst, Iohannes Monix,Iohannes Ghysselen, Arnoldus Beys.

Dat hertoge Kaerle, zoen van den ertshertoghe Philips, wairt gebo-ren

In dicto scabinatu et anno XCIXo predicto XXIIIa februarii natus est in Gan-dauo comes Flandrie, ¢lius supradicti /ducis Philippi, archiducis Austrie, ducisBourgoindie, Brabantie, etc. et baptisatus est ibidem in ecclesia sancti IohannisVIIa marcii et accepit sibi nomen supra sacram fontemKarolus et eundem de sa-cro fonte levarunt princeps de Symay, dominus Iohannes de Bergis, dominaMar-gareta de Oistenryck et domina Margareta, relicta quondam ducis Karoli, sororregis Eduwardi Anglie.2

DatmeesterArnt vanWeilhusen ster¡

In dicto scabinatuVIta februarii obiit magister Arnoldus deWeylhusen, secreta-rius in Buscoducis, et institutus est in locum eius magister Raso Raess., doctor inmedicinis, qui prestitit iuramentum secretariatus XVta februarii inmedietate se-quente.3

Receptores nomine et secundum quid: magister Franciscus Toelinc, IohannesVrancken, et absque receptione sed solum constituti privilegio presentis opidi sa-tisfaciendo.4

1499-1500

290

fol. 332v

fol. 333r

1 Vertaling: ook in genoemd schepenjaaren het jaar (14)98 heeftde edele heer Frederik, heervan IJsselstein, op zaterdag na Invocavit (= 23 februari) rond het vierde uur in de buurt vanHeumen met zijn ruiters en zekere schildknapen van de hertog van Kleefongeveer 1000 ge-wapenden uit Nijmegen verslagen.

2 Vertaling: in genoemd schepenjaaren het voornoemde jaar (14)99 isop 23 februari inGentde graaf vanVlaanderen, zoon van de voornoemde hertog Filips, aartshertog van Oosten-rijk, hertog van Bourgondie« , Brabant, etc. geboren en hij is in de Sint-Janskerk aldaar ge-doopt op 7 maart en heeft bij de doopvont de naam Karel ontvangen; de prins van Chimay,heer Jan van Bergen, vrouweMargareta van Oostenrijk en vrouweMargareta, weduwe vanhertog Karel, zuster van koning Eduward van Engeland, hebben hem uit de doopvont gehe-ven.

3 Vertaling: in genoemd schepenjaar stierfop 6 februari meester Arnold vanWeijlhuijsen, se-cretaris van's-Hertogenbosch, en in zijn plaats is meester RaasRaess., arts, aangesteld, diede eed op het secretarisambt afgelegd heeft op 15 februari daaropvolgend.

4 In margine nota; vertaling: en zonderontvangstbevoegdheid, maaralleen aangesteld om tevoldoen aan het privilege van deze stad.

Dat alreyerst bynnen deser stat ordineert worden sess mannen totterpolicien derselver; die macht der voirs. sess

Want dese stat mits versettinge des raetz derselver gedaen int iair XCIIIIlestleden /ende anderssins, etc. seer ten achterenwas gegaen ende in groten scul-den comen, alsoe dat die bourgeren, coepluyden ende ingesetenen derselver hoirhoeft uuyter poirten nyet en dorsten steecken, zy en worden arresteert voir deserstatrenten ende sculden die zeer hoichverlopenwaren, soeheeft dieselver stat, naevele vergaderinge by haren raide gehadt als den XIIen dach augusti in den voirs.iair XCIX totter policien der voirs. stat ende totten regimente ende beweyndedat die rentmeesters oft bourgermeesters deser stat hadden gehadt, gecoren sessgoede mannen by namen: Aelbert Keteler, Gerart Ketheler, Rolo¡ Noppen,Dirck van Hedel, Ian Pynappel, Henrick van Deuenter, welken sess mannen dievoirs. stat den tyt van sess iaren beginnende Remigii anno XCIX voirs. ende son-der myddelt volgende geordineert heeft te hebbene auctoriteyt endemacht, tewe-tene in den iersten in allesgeens daermede zy moigen helpen dese stat uuyt harencommer ende wes zy by hore redelicheit ende consciencie ordineren dairmededese stat geholpen werde, des zullen / zy van boven tot beneden tot hore consci-encie geloeft wesen ende moegen doen ende dat durende den tyt van sess iareningaende te Bamisse XCIX;item dat die sess mannen daerenbynnen nyet en zullen werden gecoren tot enni-gen staet oft regimente deser stat;item datse geen assynsen en zullen pachten oft dairinne mededeylen;item datse ten versuecke der drien leden deser stat alle iaer sculdich zullen wesente doen rekeningen et reliqua;1

Dat den staet deser stat wairt afgesetitem ende dat den voirs. tyt gedurende den staet deser stat afwesen sal, etc.;

Con¢rmacie der voirs. sesswelke ordinancie endekoere der voirs. sess mannen die voirs. hertoge Philips, eerts-hertoge van Oistryc, etc. heeft gecon¢rmeert ende geapprobeert;

Datse respyt haddenVIII iaer die sculden tebetalen op sekere form, indenBrabantschen Raet verleentende dairtoe verleent deser stat tyt ende respyt van acht iaren naestcomende, begin-nende opten voirs. XIIen dach augusti anno XCIX omme deser stat sculden, ren-then, commeren ende lasten daerenbynnen te moegen betalen in der manierenhiernae volgende, te wetene die twee ierste van den voirs. acht iaren, dairaf diersteiaer vallen sal tSint-Iansmisse naestcomende anno XVC, iairlix alleenlic die loe-pende renthe sonder bynnen die II iaren ennige achterstel te betalen, ende durendedie andere sess iaren oec iairlix die loepende renthe ende oic een sestendeel van denachterstellen, etc.; ende heeft dairtoe accordeert deser stat geleyde den voirs. tyt ge-durende te moigen reysen ende alomme verkeren; gelyc breder begrepen is in debrieve / by onsen voirs. genedigen heer dairop van den voirs. daet verleent, begin-

1499-1500

291

fol. 333v

fol. 334r

fol. 334v

1 Vertaling: en bewijs.

nende dieselvebrieve:`Philips, byder gracienGoids'etc. endebegrepen opten bladeVC LVI.

Dattet respyt van acht iaren is verandert ende gestelt opXII iaren be-ginnende prima octobris XCIX, in den Hoigen Raet verleent

Oeck in den voirs.1 XCIX nae der voirs. con¢rmacie ende respyt by onsen voirs.genedigen heer onder zynre genaden brieven in den Brabantschen Rade gedaen,verleent ende geexpedieert, soe hebben zyn genaden als den XXVIIIen dach sep-tembris in denselven iaer naedien zynen genadenverthoent was dese stat ten ach-teren te wesen in de sommen van CM ende IIIM IXC XXII Rynsgulden, VIIscillingen, IIII penningen in den Groten Rade den tyt oft respyt van den voirs.acht iarenverandertopten tyt vanXII iarenbeginnende den iersten dach octobrisnaestcomende in den voirs. iair XCIX, omme dairenbynnen deser statsculden tebetalen onder deser manieren, te wetene die twe eerste iaren alleenlic die loe-pende renthen ende die andere thien iaren elcx iaers die loepende renthe endethienste deel van den achterstel, etc.; ende dairtoe hebben zyn genaden die voirs.iaren gedurende vast geleyde verleent deser stat overall / in zynre genaden landente moegen verkeren, behoudelic dat in desen respyt nyet en zyn begrepen, marexempt, alle miserabel personen, nyet mechtich te verbeyden ende dies van noot-saken nyet en moigen onberen ende insgelycx zynre genaden dyeneren ende huys-gesynnebyden estron,2 etc.; prout in litteris incipientibus:`Philips, byder gracienGoidz'etc. et comprehensis folioVC LXI.

Dat dese stat die sess mannen geloeft te bescudden, etc.

Oeck in den voirs. iair XCIX den XVIen dach septembris soe heeft dese stat denvoirs. gecoren mannen geloeft voir alle fortse te bescudden ende te verantwoirde-ne, etc.; prout in litteris incipientibus: `Wy, scepenen, gesworen, raitsluyde'etc. etcomprehensis folioVC LXVI.

Van der scadeloesgeloeften dienende voir die bourgeren deen tegendander

Des anderendaigs daernae namentlic den XVIIen dach der voirs. maent septem-bris int voirs. iair XCIX soe is gedaen byden raet deser stat een scadeloesgeloefte,dienende malcanderen van den geloeften den sess mannen van deser stat gedaenscadeloess te houdene; prout in litteris incipientibus: `Wy, scepenen, geswoeren'etc. et comprehensis folioVC LXVIII. /

Remigii confessoris annoMoCCCCCo fuerunt scabini in Buscoducis:Theoderi-cus die Borchgreue, Gerardus Kuyst, Iohannes Kanapart, Henricus die Leeuwe,Iohannes de Berkel, Martinus de Elmpt, Rodolphus van den Broeck.Receptores nomine et secundum quid: magister Henricus ¢liusTheoderici Hen-ricxs., Petrus de Hynden.

1500-1501

292

fol. 335r

fol. 335v

1 Aldus hs., lees hierna iair.2 Staat vermoedelijk in verband met escroisen: de o¤ciers en bedienden van het hof.

Die voirseide sess gecoren mannen hebben noch dit iair gehadt dbeweyndt alsvoirs. /

Magister Symon de Couderborch e¡ectus est secretarius1

In denvoirs. iair CCCCC quinta februarii supradictus magister Raso Raess. o¤-cium suum secretariatus resignavit in manus presentis opidi et ipsum opidum inloco eius instituit magistrum Symonemde Couderborch, qui prestitit desuper iu-ramentumXXIIda iunii anno primo.2

De anno iubileo3

Eciam in eodem scabinatu in profesto Ascensionis Domini in hoc opido intro-ductus est annus iubileus et erecta est crux in ecclesia Sancti Iohannis evangelisteet iterum deposita XXIIda augusti.4

Reformacie opte conservatorye van Loeuen

Oeck in den voirs. iair XVC den XXVen dach decembris soe heeft die voirs. her-toge Philipz, naedien zyn genaden alle conservatorien in zynre genaden landenhadden interdiceert endeverboden, der universiteyt vanLoeuen tothore oetmoe-deger beden gewillecoirt hair conservatorie tot zynre genaden wederroepen, on-der die forme vanwoerden aldus:

Ius conservatorisin primis dominus conservator habebit de sigillis quarumcumque litterarummoni-torialium, inhibitorialium, etc. videlicet de quolibet sigillo, unum stuferum; de in-terlocutoriis, de di¤nitivis, quia compositas per assessorem solum pronunciat,nichil; de absolutione, si pars absolutavelit litteras levare, pro iure sigilli habebit tresstuferos; et si duo vel plures sint, habebit sex stuferos; /

Ius assessorisitem dominus assessor habebit pro laboribus ab universitate quolibet anno centumPeters et a partibus nihil, si agitur vigore conservatorie;

Ius notariiitem notarii habebunt de qualibet littera monitoriali, contumaciali, excommunica-toriali, aggravatoriali IIos stuferos;

1500-1501

293

fol. 336r

fol. 336v

1 Vertaling: meester Simon van Couderborch is aangesteld als secretaris.2 Vertaling: in het voorschreven jaar (1)500, vijf februari, heeft voornoemde meester RaasRaess. afstand gedaan van zijn ambt van secretaris in handen van deze stad en deze stadheeft in zijn plaats meester Simon van Couderborch aangesteld, die de eed daarop afgelegdheeft op 22 juni in het jaar (150)1.

3 Vertaling: over het Jubeljaar.4 Vertaling: ook in hetzelfde schepenjaar de dag voor Hemelvaartsdag (= 27 mei) is in dezestad het Jubeljaar ingesteld en is in de Sint-Janskerk het kruis opgericht en weer verwijderdop 22 augustus.

itempro littera inhibitoriali quatuor stuferos; de litteris absolutionum, salvo quodvadat autmittat cumparte ad iudicem, tres stuferos; si sint plures, habebit sex stu-feros;item pro litteris cum cruce quatuor stuferos;item de notulis sententiarum sive di¤nitivarum sive interlocutorialium nichil sedhabebit terminum suum;item pro quolibet termino habebit a qualibet parte non ultra quam consuevit ha-bere;item si aliquo termino producta fuerint quecumque iura partium ad statim, sal-tem infra triduum, copiabuntur et partibus restituentur, habebitque pro quolibetfolio scripture instar curie Leodiensis;

Ius procuratorisitemprocuratores habebuntde quolibet terminoutili nonultra quam consueverunt;de termino inutili vel iterato, neuter procuratorum aliquid habebit neque eciam no-tarius, et solvet propter hoc in peciam; procurator terminum iterans vel alias inuti-lem terminum agens unum stuferum; poterit nichilominus iuxta qualitatemnegligencie aut certe doli acrius punire iudex procuratorem;

De ¢ctis scolaribusitem ¢cti scolares reicientur, secundum formam statutorumuniversitatis; /

De transportibusitem in transportibus ordinabitur per universitatem vir probus et legalis ad cuiusmanus deponi habebit omnis pecunia, proveniens ex transportibus; qui iuramentosit astrictus pecuniam illam solum convertere in necessarium usum victus, libro-rumvel similium necessitatum scolaris pro tempore studii in quem factus est trans-portus;

Super quibus transportibus debet agiitem non permittetur agi super transportu cuiuscumque debiti quod neglectum fue-rit sedecim annis;item nec permittetur scolaris agere super summa maiore ex transportu, quampersonam scolarem deceat, singulis consideratis, nec certe pro minore ad ean-dem personam quam unius libre Brabancie si pars evocari debeat ultra unamdietam;

Processus ¢ent ad instar curie Leodiensisitemprocessus¢ent instar curie Leodiensis, poterunt tamen termini ad longumnonextendi, etc.; prout in litteris incipientibus:`Philips, vanGoidz genaden'etc. et com-prehensis folio CCCCLIIII.

Oeck in denvoirs. iair oft dairomtrentbegan men tgelt met gewichte uuyt te gevenende te ontfangen ende alle uuytlendige penningenworden verboden.

Remigii confessoris anno Mo CCCCCo primo: Goeswinus van den Hezeacker,Iohannes deVladeracken, /Theodericus de Hynden,Yewanus Kuyst, LambertusBogart, FranciscusToelinc, Arnoldus Paeuweter.

1501-1502

294

fol. 337r

fol. 337v

Receptores nomine ut supra quia dicti sex habebant adhuc eorum regimen: ma-gister Lambertus Zweders, Symon de Noddenvelt.

Remigii confessores anno Mo CCCCCo secundo: dominus Iohannes Back, mi-les, Iohannes Heym, Goeswinus de Brecht, Raso Raessen, doctor in medicinis,LambertusMillinc, Gerardus de Berkel, Petrus die Borchgreue. /Receptores nomine ut supra: Iohannes Eyckman, Nycolaus Coenen.

Van der contribucien der geestelicheit bynnen deser stat

In denvoirs. iaer den XXIIIen dach in iulio, naedien processwas geresen tusschenden herenvan den capitelebynnen deser stat ter eenre ende dieselve stat teranderezyden aengaende der contribucien die dieselve stat van den voirs. capitelen endehoren suppositen versochte, by middel van den sess mannen voirs. dairop te bey-den zyden vele getuygen waren geleydt, soe eest zoeverre becomen dat partyenvoirs. hen hebben submitteert in myntlike arbiters, te wetene meester Lodewy-cken Roelantz, meester Iannen van Coudenberge, meester Goyardenvan Grous-sele1 ende meester Iannen van der Vorst, raitsheren in Brabant, ende in dencancellier van Brabant als overman, etc. diewelke uuytgesproken hebben in deniersten dat die van den capitele ende hoir gueden, renten, huysen die den capitele,provanden, bene¢cien, aelmoessen ende anderen gotliken diensten van outs toe-gevuegt ende geincorporeert ziin, ongehouden zullen zyn te contribueren, etc;item van den geestelycken vercregen gueden hebbense geseegt dat zoeverre diebynnenXXX iaren herwarts vercregen zyn geweest ende voir tvercrigenvan dientot contribucien endewerlyken lasten gestaen/hebben, sullen noch staen ten las-te endebeden, gelyc die andere erfguedenbynnen der stat vanDenBosch gelegentot hertoe gestaen hebben;itemvan denpatrimonie endevercregen gueden den capitele ende suppoisten toe-behorende ende die tot werlycken lasten gestaen hebben eerse tot hen quamen,dat die van den capitele sullen uuyt sakenvan horen patrimonie gueden, zoeverredie bynnen den bedryve der stat voirs. gelegen zyn, metten ingesetenen derselverstaen tot allen werlycken lasten, gelyc den anderen gueden den werlycken perso-nen toebehorende;item als van den penningen ende lasten by der stat gedragen in den oirloge vanGelre ende Hamont, hebbense uuytgesproken dat dat poinct nyet en mach metrecht beslicht worden sonder naerder informacie te nemen op die nootsakendaerinne die voirs. stat ende die werlycke ingesetenen derselver ende van denquartier aldaer waren endevan den saken endematerien dairmede die penningenge¢neert zyn, dat dairommemen sal ten coste van den partyen naerder informa-cie nemen omme, die gesien, dan te appoincteren zoe behoren zal;item want den tax van den werlycken patrimonien ende vercregen gueden nu tertyt zeer onbereet is ende quaet te maken sonder naerder informacie te nemenvandenwerden ende gelegentheit van dien, hebbense uuytgesproken dat by provisienende sonder preiudiis van den recht van beyden den partyen, int principael dievan der geestelicheit / sullen ter goeder rekeningen verleggen ende namptiseren

1502-1503

295

fol. 338r

fol. 338v

fol. 339r

1 Lees mogelijkGronssele.

die somme van XIIC Rynsgulden alle iair IIIC, vier iaer lanck ende dat tot allenKorsmisse ende Sint-Iansmisse hal¡ ende hal¡, des zullen dieselve van der gees-telicheit hoir patrimonien ende vercregen gueden weder die hen uuyt saken vanhoren patrimonie ende successien oft horen kercken ende bene¢cien toebehoren,vry ende onbelast houden ende besitten van den settingen ter tyt toe die voirs. in-formacie genomen ende den staet ende den tax van den werden derselver ge-maect, anders met recht oft metter mynnen sal dairop zyn ordineert;item hebben noch uuytgesproken dat die van den capitele horen wynkelder endevryheit van den assysen van horen wynen die zy voir hoirselfs drincken ende sly-ten inleggen, hebben ende behouden zullen, behoudelic dat zy den werlyckenende onvry personen egenen wyn vercopen en zullen ende horen kelder geslotensal wesen van smorgens tot X uren toe ende van een ure tot vy¡ uren ende insge-lycx nae IXuren;

Van den kerckmeestersvan den kerckmeesters hebbense geseegt dat zybeyde die partyen dairaf stellen endelaten in horen rechte;itemvan der contribucien der hertellingen uuyt saken van den huysen der capite-laren hebbense geseegt dat hoir huysen ende gueden, zoeverre zy den capitele ofthoren bene¢cien over XXX iaren ende meer toegevuegt ende incorporeert zyn,dat die dairafvry ende exempt zyn, mar zoeverre die den /voirs. van den capiteleuuyt sakenvan horen patrimonie oft werlyckenvercregen gueden toebehoren, datdie zullen staen ten gemeynen laste van den hertellingen gelyc andere huysen, be-houdelic dat diebetalinge dairafgescorst zal zyn endeblyven,mitz derbetalingender XIICRynsgulden totter tyt toe dat die voirs. informacie genomen ende gesienanders dairop sal zyn geordineert; ende voirts hebben die arbiters voirs. reser-veert hoir vercleren; prout in litteris seu acta que reservatur ut creditur apud sexdeputatos predictos.1

Van der reductien gedaen van den renthen syndert tiair LXXX ver-cregen, welke reductie ende die betalinge dairnae staende is X iaer

Oeck in den voirs. iair van twee den XXVIIIen dach in iunio, naedien die voirs.sess gecoren mannen, by namen als voir, aen den voirs. eertshertoge Philipzomme dese stat uuyt haren sculden te helpen hadden vervolgt te hebbene reduc-tien van allen renthen, ten erve ende ly¥ic vercoft beneden den behoerlyckenpryse endemetten lichten gelde, soeheeft die voirs. eertshertoge Philips deser statende den ingesetenen derselver gewillecoert ende geconsenteert dat geduerendeden tyt van thien iaren naestcomende ende opten dach voirs. ingaende, dese statsal moegen /betalen die voirs. renthen syndert den iair LXXX vercoft tot lichtenpryse ende in lichter munten, tewetene die erfrenthen reducerende tot XVIIIdenpenninc, die lyfrenthen tot twee lyven reducerende tot thien den penninc endeandere lyfrenthen tot enen lyve reducerende tot acht den penninc;

1502-1503

296

fol. 339v

fol. 340r

1 Vertaling: zoals in eenoorkondediewaarschijnlijk bewaardwordtdoordezes genoemde ge-kozen mannen.

Respyt vanvier iaren ingaende int iair IIendeheeft dairtoe die voirs. onse genedigeheer dairtoe verleent datby provisien dentyt vanvier iaren ende opten dachvoirs. ingaende, die ingesetenen deser stat nyet enzullen moegen bedwongen worden om ennige achterstellen, verschenen ter sakenvan denvoirs. renthen, te betalen, mar denvoirs. tyt vanvier iaren gedurende dairafongemoyt blyven ende gestaen, mitz voirtaen durende denselven tyde horenrenthierenbetalinge doendevan horen loependen renthen; prout in litteris incipien-tibus: `Philips, by der gracien Goids'etc. et comprehensis folioVC LXX.

Remigii confessoris anno Mo CCCCCo tercio: Willelmus de Busco, HenricusKuyst, / Iordanus de Boert, Lucas de Erpe, Iohannes Ghyselen, obiit IXa marciiin suo scabinatu, IohannesMonix ¢lius Iohannis, Geerlacus die Roeuer,MathiasBrugman, loco Ghysselen defuncti.Receptores seu burgimagistri nomine et secundum quid:Theodericus ¢lius Go-defridi Gielis, AndreasMol Geritz.

Maintenue van der weeckmarct deser stat

In denvoirs. iair van drie denXVIen dach ianuarii soeheeft die voirs. eertshertogePhilips dese stat in de possessie van hare weeckmarckt, derselver stat verleent byhertoge Iannen van Brabant, den dorden van dien name, int iair Ons Heren duy-sent driehondert ende XXVII den1 gemaincteneert als dat die coepluyden uuytdeser meyeryen ende van anderswaer zullen moigen ter merct voirs. comen, tewater ende te lande, vry met horen gueden ende comanscappen ende dair thue-ven, vandair sceyden ende wederkeren, zoese van outs gedaen hebben, sonder /duerende die vryheit der weeckmarct voirs. gehouden te werdene, etc.; prout inlitteris incipientibus: `Philips, by der gracien Goids'etc. et comprehensis folioVC

XLVIII.

Remigii confessoris anno Mo CCCCCo quarto: Theodericus die Borchgreue,Gerardus Kuyst, Henricus die Leeuwe, ArnoldusMonix ¢liusMartini,Martinusde Campen, Iohannes de Erpe, Franco de Langel.Receptores seu burgimagistri nomine et secundum quid: Hermannus ¢liusThe-oderici Pelgrums, Iohannes Gheck. /

Vergaderinge van vele heren bynnen deser stat

In denvoirs. iaer vanvier soe vergaderden bynnen deser stat in demaent van sep-tembri vele groete versceyden heren, te wetene in den iersten als denVIIen dachseptembris quamenbynnen deser stat heer IanvanHoerne, bysscop vanLuydick,ende die hertoge van Guylic ende die hertoge van Cleue2 van zynen zoen.

1504-1505

297

fol. 340v

fol. 341r

fol. 341v

1 Aldus hs., hierna ontbreekt de dagtekening van de desbetre¡ende oorkonde uit 1327 (o.s.).2 Aldus hs., waarschijnlijk werd de hertog van Kleef vergezeld van zijn zoon.

Dat hertoge Philips dede uuytroepen oirloge tegens die Gelderssche

Ende opten IXen dach dairnae quambynnen deser stat heerlycke die voirs. eerts-hertoge Philips, dairmede die voirs. herenvele daigen communiceerden, etc. endenae lange communicacie underlinge gehouden, soe dede die voirs. eertshertogePhilips ter poyen met eenre trompet oepenbair oirloge uuytroepen tegens herenKaerle van Gelre ende den lande van Gelre als den XXIIIIen dach in de voirs.maent van septembri.

DatHemart gewonnenwaert

Ende des anderendaigz als den XXVen dach septembris seynden hertoge Philipsvoirs. zyn capiteynen met volck van wapenen voir Hemart, die hen des anderen-daigz als den XXVIen daigh septembris opgaven.

Dat Lyt gebrant wairt

Item dairnae als den tweesten dach octobris int iair voirs. bornden die Gelders-sche Lyt;itemoptenvyften dach octobris verdingden heerKaerl vanGelre die dorpenKes-sel, Maren, naedien /dese stat vertogenwas vandair daerse gelegen hadde, sterckvan bourgeren omtrent IIIIC.

DatVeen gebrant waert

Item den XIIen dach in octobri branden die GeldersscheVeen by Huesden metterkercken aldair.

Dat Apeltern, Alfen,Maesboemel verbrant worden

Item den XXen dach octobris dairnae verbranden heer Florys vanYselsteyn metzynen volc die dorpen van Apeltern, Alfen, Maesboemel ende oic die kercke totMaesboemel, mitzdien datse gebolwerct was ende men dairuuyt weere dede.

Dat Oyen ingenomenwaert

Item dairnae den XXIIen dach octobris nam heer Florys voirs. Oyen inne.

Belech voir Hedel

ItemdenXXVIIIen dachoctobriswaertbelech gemaect voirHedel, welckebelechnaedien dattet aldair geweest was ruekeloes weder optoech.

Dat Buedel gebrant wert

Item opten lesten dach octobris verbranden die Geldersche uuyt RueremundeBuedel.Opten avont Remigii naestcomende gingen a¡die voirs. sess mannen, gecoren inden voirs. iair XCIX.

1504-1505

298

fol. 342r

Remigii confessoris annoMo CCCCCo quinto: Iohannes Kanapart ¢lius Iohan-nis, Henricus deVden, /Arnoldus Monix, Lambertus Bogart, Otto Back, Chris-tianus Coenen, Iohannes Keymp.Receptores seu burgimagistri: magister FranciscusToelinc,Wolterus Oems. Deserentmeesters oft bourgermeesters hebben gehadt beweyndt, wantse onder dienaevolgende sess waeren gecoren.In desen iaer in decembri ster¡ heer Ian van Hoerne, bisscop van Ludick.

Van den anderen sess nyewemannen

In denvoirs. iaer vanvii¡ voir Bamisse, als die voirs. sess mannen gecoren int iairXCIX lestleden a¡gingen ende sess iaren tregiment ende dbeweynde van der po-licien deser stat hadden gehadt, soe heeft die voirs. stat nae vele communicacietsamentlic gehouden wederomme totten beweynde ende regimente van der poli-cien voirs. ende omme dese goede stat te vorderen weder- / omme gecoren sessandere goede mannen, by namen Iannen Kanapart,Yewaenen Kuyst, meesterFransenToelinc,Wouteren Oems, Dircken Scoercop, Iannen van Hedel Iacopzs.;

Die macht deser sess mannendenwelcken sess dese voirs. stat nae overdrach tsamentlic gehouden, gegeven heeftdese naevolgendemacht, tewetene datse zullen ontfangen alle penningen deser stattoebehorende;item datse van den ingehauen penningen zullen betalen die credituren lyfrenten,erfrenthen die dese stat geldende is ende verschenen zyn syndert Bamisse vy¡voirs. ende voirts iairlix alsoe lange als hoir regiment duren sal ende alsoe verredie assysen reycken;itemdat dievoirs. sessmannengeloeft zullen zynbyhore redelicheit te vynden dielasten deser stat boven die lyfpensien ende renten voirs., het zy by imposicien oftsettinge, zoe zy dat zullen cunnen gevynden, etc.;item dat die voirs. sess zullen moegen impetreren brieven van respyt opte achter-stellige renten, vervallen voir den ottroy van den iersten sess mannen; /item dat die voirs. sess nyemandenvan den ingesetenen moyen oft in recht betrec-ken en zullen voir ennige andere richteren dan alleen voir die wethouderen deserstat, tenweer by manierenvan reformacien ende dat by raide der drien leeden de-ser stat;item die voirs. sess mannen zullen dyenen deser stat drie iair lanck, ingaende intiair vy¡ te Bamisse voirs. incluys ende uuytgaende tot Bamisse int iair VIII ex-cluys, etc.;item dat diemannenvoirs. sculdich sullenwesen alle iaer die grote assynsen deserstat te verpachten, tenwair dat deser stat in haren drien leden verdochte beter tewesen dats mense nyet en verpachte, etc.;item dat die voirs. sess mannen ten versueckdeser stat alle iaer sullen doen goederekeningen, te wetene tusschen Bamisse ende Sinte-Martensmisse ende des zul-len die drie leden deser stat sculdich wesen die te loonen oft te calengieren tenlenxten op Sint-Thomasdach dairnae, etc.;ende welke sess mannen dese stat geloeft heeft te verantwoirdene te bescuddene,etc.; gelyc in zekere brieven dairop by der voirs. stat gegeven denVIten dach no-

1505-1506

299

fol. 342v

fol. 343r

fol. 343v

vembris op Sinte-Lenartsdach int iaer XVC vy¡ volcomentliken is begrepen,wel-kebrievenbeginnen:`Wy, scepenen, gesworen'etc. ende zynbegrepen optenbladeVC LXXIIII. /

Respyt van vy¡ iaren beginnendeXIII merte int iair vy¡

Itemdairnae in denvoirs. iair vy¡denXIIIen dachmerte soeheeft die voirs. eerts-hertoge Philips, nuu wesende coninc van Castilien, van Leoen, van Grenaden,den voirs. nyewen sess mannen die brieven van state ende respyt den iersten sessmannen verleent, gecontinueert ende verlengt den tyt van vyf iaren, beginnendeopten daet voirs. achtereenvolgende, willende ende consenterende dat zy nochdie andere ingesetenen deser stat denvoirs. tyt vanvy¡ iaren uuyt gedurende nyeten zullen moegen bedwongen worden ennige achterstellen, verschenen uuyt sa-ken van den renten die dese stat vergeldende is, te betalen, mar zullen denselventyt van vy¡ iaren durende dairaf ongemoydt blyven ende gestaen, mits voirtaenvan denselven tyt gedurende hueren renthieren oft pensionarysen betalingedoende van horen loependen renthen, al nae inhoude van denvoirs. anderenbrie-ven, etc.; gelyc in sekerebrieven dairop gegeven begrepen is, welkebrieven begin-nen: `Philips, by der gracien Goidz' etc. ende zyn begrepen opten blade VC

LXXVII. /

ten tyde des voirs. eertshertoge philips, nu coninc vancastilien wesende

Dat die coninginne van Spaengien ster¡; dat die voirs. eertshertogePhilips coninc wert

In denvoirs. iair vyfoft dairomtrent ster¡die edele ende vrome coninginneElisa-beth van Spaengien ende mitz die zoen van Spaengien ende die outste dochter,coningin van Portugale, haestelic waren gestorven sonder wittige oir, soe wairtdie voirs. eertshertoge Philips coninc van Spaengien, van Leoen, van Grenaden,etc.

Iohannes Heym e¡ectus est scultetus superior1

Anno quinto predicto ultima septembris Iohannes Heym prestitit iuramentumsuper o¤cio scultetatus superioris in Buscoducis.2

1505-1506

300

fol. 344r

fol. 344v

1 Vertaling: JanHeym is aangesteld als hoogschout.2 Vertaling: in hetvoornoemde jaar (=150)5opdelaatstedagvan septemberheeft JanHeymde eed afgelegd op het ambt van hoogschout in's-Hertogenbosch.

Iohannes Kanapart e¡ectus est magisterMense Sancti Spiritus1

Anno etiam quinto predicto XXVIIa marcii sexta post Letare electus est dictusIohannes Kanapart in magistrumMense Sancti Spiritus in Buscoducis.2

Iohannes de Scoenvorst e¡ectus est scultetus inferior3

Etiam dicto anno quinto secunda octobris Iohannes de Scoenvorst prestitit iura-mentum super o¤cio scultetatus inferioris in Buscoducis.4 /

ten tyde van den voirs. coninc philips van castilien, soenvan den voirs. coninc maximiliaen5

Dat die voirs. hertoge Philips, nu coninc wesende, bynnen deser statquam

In den voirs. iair vii¡ den XIXen dach meye soe quambynnen deser stat zeer cos-telic opgeseten die voirs. coninc Philips van Castilien, eertshertoge van Oistryc,ende den XXIIen dach derselver maent, wesende des heilichs Sacramentzdach,volgende hy gaende den eerwerdigen Heiligen Sacrament in der processien metzynen edelen, dragende elck een barnende tortse, ende den lesten dach meyevoirs. reysden hy uuyt deser stat nae Den Graue, dair die coninc van Romen,zyn vader, by hem quam.

Dat die voirs. coninc Philipz opte Gelderssche te velt toech

Item vandair reysden coninc Philips voirs. over der Mazen tot Nederasselt endedairomtrentmet zynen gansen hoep vanvolc vanwapenen, dair hy int velt als denXIten dach iunii benachten, ende vandair toech hy voirts met zynen ganssen hertot Elten opten Berch.

Belech voirArnhem ende innemenvanvele steden dairomtrent

Endevandair sceepten hyoverdenRyn endemaecten zynbelechvoirArnhemalsden XXIIIen dach in iunio opten avont der Geboirten Sint-Ians Baptisten. Endeopten sesten dachvan iulio daernae ga¡die stat vanArnhem hairop ende in han-den des voirs. conincx vanCastilien. Dairnae quamen in handen die stedenHaer-derwyc,Ter Elborch ende oic mede Doesborch, Groll, Lochem endeWilpt endedairnae Hatthem metten slote, dairinne waren / Ian die bastart van Gelre, die al-dair byhem in bewaernisse hadde die witte rose van Engelant, by name den greve

1505-1506

301

fol. 345r

fol. 345v

1 Vertaling: Jan Kanapart is aangesteld als meester van deTafel van deHeilige Geest.2 Vertaling: ook in het voornoemde jaar (150)5, op 27maart, vrijdag naLetare, is genoemdeJan Kanapart gekozen als meester van deTafel van deHeilige Geest in's-Hertogenbosch.

3 Vertaling: Jan van Schoonvorst is aangesteld als laagschout.4 Vertaling: ook in het genoemde jaar (150)5, op twee oktober, heeft Jan van Schoonvorst deeed afgelegd op het ambt van laagschout in's-Hertogenbosch.

5 Herhaald tot en met fol. 349r.

van So¡oc, wesende die zoen van der suster coninc Eduwarts van Engelant, wel-ken greve die voirs. coninc Philips tot hem nam ende deden vueren in Brabantende voirt tot Namen ende dair dede hy hembewaren.

Dat weder pays wairt in Gelrelant

Ende als coninc Philips voirs. vele steden aldus alleynsen increech ende vele Gel-derssche heren ende ioncheren hen gegeven hadden onder die onderdanicheit desvoirs. coninc Philips ende het alsoe gestelt was dat hy tgeheel lant van Gelre, hedhy persevereert, zoude hebben geconquesteert, soe geboerdent by raide van som-migen zyn raetsluyden diebegeerlicwaren te reysen nae Spaengien, dat dair wairtgemaect als den XXVIIIen dach iulii eenen dwasen peys van te behouden dat hygewonnen had.

Concept van der reysen in Spaengien die coninc Philips qualic be-quam

Ende dat heer Kaerle van Gelre met hem trecken soude in Spaengien ten costevan coninc Philips voirs., mar heer Kaerle voirs., naedat hy int ho¡ tot Bruesselals den XVIIIen dach septembris int voirs. iair van vy¡ hadde geweest ende, soemen seeghden om hem op te setten, van coninc Philips voirs. had ontfangenXXVM Philippusgulden, zoe waert hii gesint nyet mede te reysen. /

Consent dat coninc Philips zyn demeynen mocht vercopen ende be-lasten

Item ende omme die voirs. reyse in Spaengien te doen, soe behoefden coninc Phi-lips voirs. vele geltz ende al had hy vele beden ende scattingen van den lande ge-hadt, zoe most hy vele meer hebben ende vergaderden alsoe die Staten van zynenlanden om hoir consent te crigen te vercopen een deel van zynen dameynen endeheerlicheiden, dat hem dwaesselic wairt consenteert van den Staten van Brabant,van Henegouwe, Hollant ende Zelant, mar dieVlamynge en dedens alsoe nyet.

Van denvercope der demaynen

Ende als coninc Philips voirs. aldus consent hadde te moegen vercopen, soewor-den bynnen deser meyeryen van sHertogenbosch vercoft dese dorpen ende heer-licheiden, te wetene: Berlyckem, Scynle, dairaf coeper heer Cornelis van Bergen,Nulant, dairafwas coeper meester IanvanVladeracken, Bakel,Vlierden, emptor1

magister Iohannes de Doern, canonicus Leodiensis,2 Vucht, emptor LambertusMillinc, Roesmalen, emptor dominus Iohannes de Baecx; dese twee dorpenVucht ende Roesmalen zyn weder bii myddel deser stat gelost, van welker verco-pinge sekere acten zyn expedieert, dierste van den daet den XXIen dach der /maent van meye int iair vive voirs. ende dander van den daet den XXVen dachoctobris oeck in den voirs. iair vive ende dierste inhoudende tconsent van den

1505-1506

302

fol. 346r

fol. 346v

1 Vertaling: koper.2 Vertaling: Luiks kanunnik.

Staiten tot VIM Rynsgulden toe er£ic ende dander tot IIM croenen tsiaers endeelcken penninc weder te moigen lossen met XVIgelycke penningen;

Condicie dairop die vercopinge is gedaen van den heerlicheiden, dorpen,etc.ende welke vercopinge gesciet is op vorwarde dat diegeen die ennige heerlicheidenoft andere porcelen van den demaynen copen oft vercrigen zullen, hoer dyenerenoft o¤cieren die nyet vorder oft anders en zullen besitten, gebruycken oft doen be-dienen dan alzoe die onderonsengenedigenvoirs. ende zynenvoirvorderenbeseten,gebruyct ende bedient zyn geweest, zoedat die prelaten, edelen ende steden dairbyin hoeren rechten nyet vercort oft vermindert en worden; dat oic die vercrigers oftcoepers hoir ondersaten nyet en zullen moegen belasten met incoempsten oft aen-verdinge der voirs. heerlicheiden oft porcelen, beden, subvencien, gratuiteyten oftandere belastinge, hoedanich die zyn oft genoempt zouden moigen worden; proutin actis incipientibus: `Naedien onse heer' etc. et comprehensis foliis VC XLVI,XLVII.

DatTyel ende Boemel Bourgoens wairden

Oeck ten tyde als den voirs. pays tusschen den voirs. coninc Philips ende herenKaerle van Gelre was gemaect, in denselven pays was vorwairt dat heer Kaerlevoirs. soude overleveren /den voirs. coninc Philips die steden vanTyel ende Boe-mel met horen toebehoirten, dwelc hy oeck dede, ende heer Kaerle voirs. gincsea¡ende zydeden huldinge denvoirs. coninc Philips ende geloefden ende zwoerenhem trouwe, hulde ende onderdanicheit, nae denwelken coninck Philips dede be-warenTyel by IannenvanBalueren endeBoemelbii enenDie Ioedegenoempt, diebeyde, als nae blycken sal, hoesschelic doer die vynger siende beyde die stedenweder nae dode conincx Philips voirs. heren Kaerle van Gelre lyeten innemen.

Dat coninc Philipz te scepe ginck, reysende nae Spaengien

Nae denwelcken ende als coninc Philips dit al aldus gescict hadde ende naedat hyherenWillemenvan Croy, heer van Chyeuere, van Arschot, etc. zynen stadhelderhadde gestelt, soe vuechden hy hem met vrouwe Iohanna, zynre coninginnen,endemet vele edelen, all meest ionc van iaren, opte reyse nae Spaengien, reysendenae Zeelant, ende ginc te scepe tot Armuyen des anderendaigz nae Dartiendachin den voirs. iaer vy¡.

Van den pericule opte zee, coninc Philips

Ende opter zee wesende opstont al ten groeten tempeest ende storm van winde,zoedat ennige scepenverdroncken ende die voirs. coninc Philips ende vrouwe Io-hanna, /zyn coninginne, met allen horen liedenwaren in uuytnemenden groetenpericulenvan uren te urenverwachtende die doot, mar Got ga¡gracie datse qua-men gedreven in Engelant ende gingen te lande.

1505-1506

303

fol. 347r

fol. 347v

Hoe coninc Philips onthaelt wert van den coninc van Engelant

Ende zy allen beduchten hen van den coninc van Engelant beschaempt te zyne,zoe thoenden nochtans die coninc van Engelant zyn edelheit ende onthaeldensezeer costelic, allen zyn costen daer betalende.

Hoe die greve van So¡ockwert gehaelt

Mar die coninc van Engelant versochte nernstelic op coninc Philipz dat hy hemoverleveren woude den voirs. greve van So¡ock, die gevloyen was uuyt Engelantende denwelcken coninc Philipz gecregen had tot Hatthem int lant van Gelre,van welken greve men seeghden dat hy stack nae die crone van Engelant, wanthy conincx Eduwarts suster zoenwas. Ende dieselve grevehad noch enen bruederdie oeckvluchtichwas uuyt Engelant. Dus dan zoe consenteerden coninc Philipzdat men den voirs. greve van So¡ock halen zoude in de stat van Namen sondermesdoen aen den lyve ende alsoe wairt die voirs. greve gehaelt ende in Engelantgevangen gelevert. Ende dairnae als coninc Philips ende vrouwe Iohannavoirs. inEngelant by den coninc aldair hadden geweest tot Sint-Iorysdach toe daer naest-volgende, reysden zy voirts uuyt Engelant nae Spaengien in Compostella dair hyzyn pelgrimagie als opten Pinxtavont daer naestvolgende int iair sess dede. /Ende dairnaewairt hii ontfangen coninc vanCastilien, vanLyon ende Grenaden,mar nyet lange en leefden hii want hy wairt vergeven, zoe die fame ginc, endester¡ den XXVIen dach septembris int iair sess naestvolgende.

Aengaet den beggynen

Oeck in den voirs. iair vy¡ den XVen dach augusti soe hebben scepenen ende raetdeser stat onder den zegel ad legata1 derselver ten versuecke van den meesterssenvan den Groten Beggynhove bynnen der voirs. stat ende Henricx die Leeuweende Ioirdaens van Boert als provisoren derselver, zekere poincten den voirs.meesterssen ende hove voirs. accordeert die int coirt hiernae volgen, te wetenedat van nu voirtane die voirs. beggynnen hen zullen dragen eerlic ende hair inder comanscappen, indien zy ennige deden, rechtverdelic hebben sonder yeman-den met opset te bedriegen, ende oft naemaels bevonden worde ennige begynendie hair vorderden te coepslagen, alsoe dat zy die goede luyden bedroegen oftoeck yet afcoften dat zy nyet en conste betalen ende dairomme vertoech oft inder gevenckenissen queme ende den meesterssen dairover clachten quemen, datdie begyne hare cameren beroeft /zal wesen ende die camer sal den hove verval-len wesen, beheltelic nochtans dairinne den provisoren ten tyde hoir vercleren;item dat voirtane altyt omtrent Sinte-Martensmisse ende voir Sinte-Andriesdachtwe van den meesterssen zullen afgaen ende twe dair aenblyven ende die aenbly-vende zullen altyt twee nae hore consciencien sculdichwesen te kyesen;item dat voirtane nyemand opten hove voirs. voir begyn zal werden ontfangen oftcamer dair hebben die ennige andere regulen houden dan die men opten hoeve

1505-1506

304

fol. 348r

fol. 348v

1 Sigillum ad legata: een bepaald type stadszegel.

voirs. gewoentlic is te halden, etc.; prout in litteris incipientibus: `Wy, scepenenende raet'etc. et comprehensis folioVIC I.

Oeck in den voirs. scepenstoel waert meester Ghysbert Hollander ordineert pen-sionaris deser stat, mar hy enwaest nyet lange, etc.

Remigii confessoris anno Mo CCCCCoVIto: Iohannes deVladeracken,YewanusKuyst, /RasoRaessen, Lambertus dieWol¡, LambertusMillinc,Goeswinus vanden Broeck, Rodolphus Noppen.Burgimagistri seu receptores: IohannesKanapart,Theodericus Scoercop; recep-ti ex dictis sex electis viris et habent cum aliis onus policie presentis opidi.1

In desen iair soe stelden op dese stat een loetinge om uuyt haren commer te co-men, welcke lotinge began men te doen op Sinte-Lenartsdach denVIten novem-bris nae middach omtrent drie uren ende opten IXen dach novembris dairnaequamen uuyt die grote loten, te weten dieVI silveren cannen, wert wesen2 VIC

gulden, ende XII scalen, welke lotinge duerden tot op Sinte-Martensdach dair-nae.

Con¢rmacie van der raminge, gemaect int iair XCV tusschen desestat ende meyerye

In denvoirs. iairVIdenXXIX dach in augusto soe heeft die voirs. coninc Philips,eertshertogevanOistryc, etc. die raminghe ende poincten ende articulen dairinnebegrepen, gemaect ende overdragen tusschen dese stat ende den plattenlande de-ser meyeryen denXXVen dach augusti int voirs. iair XCV, gecon¢rmeert ende ge-rati¢ceert, uuytgesceyden zekere articulen dairinnebegrepen ende noteert signo;prout in litteris incipientibus:`Philips, byder/gracienGoidz'etc. et comprehensisfolio C LXXIIII.

teser tyt sterff die voirscr. eertshertoge philips, co-ninck van castilien

In den voirs. iair van sess den XXVIen dach septembris soe ster¡ die voirscr. co-ninck Philips van Castilien, etc. eertshertoge van Oistryck, hertoge van Brabant,in debloeme synrer ioncheit in Spaengien in een stat aldair, geheiten Borges, endelyet after twee soenen, by namenKaerle, die wert hertoichvan Brabant gehuld totLoeuen als hy mundich was worden, te weten den XXIIIen dach ianuarii int iairXIIII; Fernandt; ende vier dochteren, by namen Leonora, Maria,Ysabeel endeeen die in Spaengien is; verwect bii vrouwe Iohanna, zyn coninginne voirs. /

1506-1507

305

fol. 349r

fol. 349v

1 Vertaling: genomen uit genoemde zes gekozen mannen en zij hebben met de anderen de lastvan het bestuur van de huidige stad.

2 Aldus hs., leeswesende.

ten tyde van der onmundicheit hertoge kaerls, zoen desvoirs. coninx philips van castilien1

Hoe heer Robbrecht van Arenborch quam in deser meyeryen, daerhy groeten scade dede

In denselven iair sess, corts nae doot van den voirs. coninc Philips, gereess wedertwist ende oirloge tusschen desen lande ende den voirs. heer Kaerle van Gelre,soedat heer Robbrecht van Arenborch met groeter macht quam uuyt Vrancryctot Rueremunde ende voirts te wetene den tweesten octobris quam tot Heze,Leende, Zoemeren, daer hy vele huysluyden vynck ende enen groeten roe¡creech. Dairnae denVIIen dach octobris quam hy in de vryheit van Loemel, diehy eensdeel verbranden ende eensdeels verdinghden ende voirts verbranden hyDessel, Rethy ende allen die scaepzkoyen van Postel.

Dat heer Robbrecht totTurnout quam

Ende voirts opten selven dach des savontz sloegen zy neder tot Turnout, daer diemannen all gevloden waren, ende alsoe verdinghden ende brantscatten hy Tur-nout voir een grote somme, gedragende wael IXM Rynsgulden, ende voirts van-dair nemende met hen IX vrouwen te ghysel vertogen zy in de vryheiden vanEerssel ende Bercheyck, diese verdinghden, ende voirts vandair tot Rueremundeende dairnae metten groeten roe¡ ende gewynne naeVrancryck. Ende denselvenen wairt geen wederstant gedaen by den voirs. heerWillem van Croy, stathelder,ende heer Kaerle van Gelre nam weder inne / die steden Doesborch, Grol, Lo-chem, etc. ende Brabant, dat edel lant, had luttel troest.

Dat die furst van Anholt hoeftmanwert gestelt

Nyettemin quamdievoirs. conincMaximiliaen neder endevoirbewaerdersse deslantz vrouwe Margrieten, zyn dochter ende suster van den voirs. coninc Philips,stelden hii ende vuechden dairby tot enen hoeftman ende capiteyn den edelen he-ren Rodol¡, furst tAnholt, prince tot Aschanien ende heer tot Bernburch, etc.

Remigii confessoris anno Mo CCCCCo VIIo: dominus Iohannes Back, miles,Willelmus de Busco, obiit XVIIIa novembris in suo scabinatu, Goeswinus deBrecht, Lucas de Erpe, loco Busco defuncti, qui Lucas prestitit iuramentum pe-nultima novembris, Matheus Kuyst, / Gerardus Colen, Iohannes Gheck, Lam-bertus van den Broeck.Burgimagistri seu receptores:Yewanus Kuyst, qui habuit onus policie cum dictissex electis viris, Gerardus deWyck, iste nullum habuit onus, sed solum nominefuit burgimagister.2

1507-1508

306

fol. 350r

fol. 350v

fol. 351r

1 Herhaald tot en met fol. 383r.2 Vertaling: burgemeesters of ontvangers: Iwaan Kuyst, die de last van het bestuur had metgenoemde zes gekozen mannen, Gerard vanWijck, die geen enkele last had, maar alleen innaam burgemeester was.

Dat die furst van Anholt yerst in deser stat quam

In den voirs. iair van seven in profesto1 Ascensionis Domini waert bynnen deserstat statelic ingehaelt die voirs. heer Rodol¡, furst tzoe Anholt, greve tzoeAscha-nien ende heer tzoe Bernburch, die gestelt was voir eenen oversten capiteyn ditlant te helpen bewaren tegen die quaetwilligen Gelderssche.Terstont dairnae desanderendaigz nae Pinxtdach als die heer van Gelre in den lande vanVal- / ken-borch zynen wille met bornen ende blaken vorderende was, soe toech die voirs.furst vanAnholt derwarts met IIC bourgeren uuyt deser stat ende XVIIIC lantsa-ten uuyt deser meyeryen die tsamen opten beenen waren omtrent Eyndouen.dWelc vernemende heer Kaerle van Gelre voirs. vertoech hy uuyten lande totRueremunde bynnen ende die bourgeren deser stat quamenwederomme.

Dat die Hollanders Poederoyen beleechden

Oeck in denvoirs. iairVII, denVIIIen dach iulii in den naenacht, soe maecten dieHollanders hoir belech voir Poederoyen ende hadden voir horen principael capi-teyn heren IannenvanEgmondt ende die ondercapiteynenwaren, soemen seegh-den, die alde greve van Hoerne, die ioncheer van Hedel, heer Ian van Baecx,ridder, drossaet tot Gorrichem, ende die heer van Buchouen.

Van den drossaet tot Poederoyen

Op Poederoyen was capiteyn oft drossaet een genoempt Henric van Ensche an-ders Sneeuwynt, die hem screef mairscalc slantz van Gelre ende die ten wivehadde die weduwe vanWillemen van Ghent Willemss., die hem heerlicken hadtegens die Hollanders.

Dat die Hollanders van Poederoyen vertogen

Ende als die Hollanders voir Poederoyen gelegen hadde tot in der maent van sep-tembri daernae, soemaecten heer vanGelrehem sterckommePoederoyen te ont-setten ende quam den XIIen dach septembris van Nymmegen neder in de /Voeren, daer die Hollanders hoir scepen liggende hadden met knechten, dair hymet zynen knechten totten getale van XIIIIC oft XVC doerbraecten ende reysdenvoirts nae Poederoyen. Ende comende omtrent Poederoyenwas den leger van denHollanders metten voirs. heren horen capiteynen omtrent twe uren tevoerens op-gebroken ende vertogen, sommige van den heren tot Gorrichem, sommige totWoudrichem, sommige tot Loeuensteyn ende den hoep van den leger tot Aelstin een dorp dairby liggende, latende after in den leger allet gescutt, groet endecleyn, des vele was, alsoe dat die voirs. heer van Gelre dair nyemanden en vantende ginck alsoe voirts te Poederoyen op ende dede tgescutt boven ende in denwall aldair brengen. Ende dat gedaen smorgens omtrent VIII oft IX negen denXIIIen dach septembris vertoech weder vandaer heer Kaerle van Gelre voirs.met zynen volck nae zynen scepen tot Vauderic, daer zyse hadden gelaten. Endeals dit aldus geboerden, quam dairaf die tydinge bynnen deser stat in der nacht

1507-1508

307

fol. 351v

fol. 352r

1 Vertaling: de dag voor.

ende dese stat die tydinge hebbende, smorgens vroech den raet der stat voirs. ver-gaderden ende dede slaen die groete clockopt raethuyse ende toech uuyt dese statsmorgens omtrent VII uren metten clockenslach ende metter gansen macht terOrthenpoirten uuyt nae den scepen der voirs. Geldersche tot Vauderick, dairdese stat ennige van den schepen der Geldersschen voirs. namen ende die anderedie Gelderssche selver verbranden. Ende heer Kaerle voirs. met zynen voirs.knechten/lyepenvoirts te voetnaeWageningen ende dese statquamdes anderen-daigs wederomme thuyswaert.

Hoedie furst vanAnholt inMaze endeWaele omtrentNymegen endevoirt alle die dorpen verbranden ende tcoren opt velt

Is hier oeck te wetene dat als die voirs. Hollanders hoir belech aldus hadden voirPoederoyen, soe is die voirs. furst van Anholt bydeser stat met vele ruyteren endeingesetenen ende oic een zeker getale vanbourgerenuuyt deser stat gesterct, dair-mede dieselver furst denXVIIen dach iulii int voirs. iaer sevenuuyt deser stat endemeyeryen getogen is ende namen thoeft nae Nymegen, mede hebbende vele zeys-sen ende zichten, ende begonnen ende afbranden yerst in Maze endeWale aldairalle die dorpen ende tcoren aldair opten velde staende, uuytgesceyden Alfen,Droemel endeWamel, die genomen waren onder die protectie der stat vanThiel,die tot dier tyt noch dese zyde haldende was. Itemvoirt waerden verbrant alle diedorpen omtrent Nyemegen ende het coren aldair eensdeels verbrant ende eens-deels afgemeydt.Vandair toech die voirs. furst metten ruyteren, bourgeren endelantsaten voirs. naeWachtendonck, dairvoir heer Kaerle van Gelre had geslagentwe blochuysen die hy wan ende slecht dede maken.Vandaer toech die furst voirs.voir een stercke kercke die sterckelic was gebolwerckt ende dairopwarenvele ruy-teren ende een deel huysluyden die hy oeck /wan ende van den ruyteren dede hydier thien hanghen ende die andere lyet hy loepen.Vandair toech hy voirt int lantende quam omtrent Aldekercken voir een stercke moelen, die gebolwerct wasende die hy stormenderhant terstont wanne, dootslaende ende verbrandendedaerinne vele volcx, ende voirts dairomtrent vele dorpen metten coeren nochopt lant staende.Vandaer toech die voirs. furst vanAnholt naeWildenborch, dair-voir heer Kaerle van Gelre oft Egmond hadde doen slaen twee blochusen, die hystormenderhant wanne, dairinneworden dootgeslagen ende verbrant vele lyedenende ruyteren, ende hy dede die blochuysen slechtmaken ende spysdenWilden-borch.Vandair toech hy weder naeNymegen ende Persicken, dairop Geldersschelagen, ende hy wan Persicken ende besetten dat met volck ende voirt nam hy inneHerren ende Doddendael, al omtrent Nymmegen liggende, ende voirt verbran-den hy uuyt een slott, geheiten Oy, oick omtrent Nymmegen liggende. Ende alleden tyt dat die voirs. furst van Anholt die voirs. grote reyse dede, soe en oepen-baerden hem nergens tegens den furst voirs. die voirs. heer van Gelre omme dieondersaten, die hy seggenwoude zyn onderseten te wesen, te bescudden. /

1507-1508

308

fol. 352v

fol. 353r

Hoe heer Robbrecht van Arenborch ende heer Kaerle van GelreThienen innamen

Oeck in den voirs. iair seven, den XXVIIIen dach septembris, quam weder uuytVrancryc die voirs. heer Robbrecht van Arenborch met vele Fransoysen, dairbyhem vueghden heer Kaerle van Gelre voirs. ende quamen tsamen tot Ruere-munde ende vandair toegen zy tot Thoren, daerse oversceepten, meynendeDiestin te nemen, dat hen belet wairt by den heer van Nassouwe die dair metter machtwas. Ende vandair toegen zy voir die stat vanThiene, diese op Sinte-Michielsdachdairnae omtrent drie uren nae der noenen fortselic innamen, dairse in blevenende deden groete gewalt totten negensten dach octobris daernae; nae welckenIXen dach des snachs dairnaevertogen zy uuyt Thienen, nemendemethen gevan-gen vele bourgeren ende ingesetenen, mannen ende vrouwen, ende allet datseconsten gevueren ende gedragen. Ende alsoe buyten Thienen wesende, sceydenhen die voirs. heren, want heer Robbrecht toech metten Fransoysen naeVrancrycende heer Kaerle van Gelre met zynen Geldersschen nae Rueremunde.

Hoe die Fransoyen in Ardennen nedergetogen zyn

Nae denwelcken, Got heb lo¡, zoe eest gesciet, als die voirs. Fran- / soysen eendeel in getal van VIC perden ryckelic opgeseten, die oic met heer Robbrechtenvoirs. tot Thienen hadden geweest, waren comen tot Sinte-Hubrechts in Arden-nen, byhen hebbendevele gevangen ende grote gewynne, saten zya¡ ende gingenmaken goede chiere ende voirts slapen, wanse moeyde waren gereyst. Ende alsoegevyelt als zy in ruste waren, quamen zekere Namureusen, dats uuyter stat vanNamen, willende aventuer besuecken ende hebbende voir horen capiteyn IohanDesponteyn, ende sloegen op diegeen die dewake van denvoirs. Fransoysen hiel-den, die terstont rug gaven.Vele blee¡ diere doot ende vele lyeper in de bosschenende creegen alsoe die voirs. Namureusen wel VC perden, vele costelycke clede-ren, iuwelen, bagagien ende vingen diere vele ende verlosten gevangen vanThie-nen, die de Fransoysen by hen hadden.Oeck in denvoirs. iair seven, des maendaigs voir Sinte-Marten, soewan die voirs.furst van Anholt stormenderhant tslot, genoempt Rosant, ende die dairop warenworden gekeelt ende Xoft XII gevangen. /

Afcoep des bierassyns der Susteren vanOrten

Oeck in denvoirs.1 seven, denVIen dach iulii, soe hebben die SusterenvanOrthendes huys van Sinte-Andriesbynnen deser stat aen deselve stat afgecoft den bieras-syns als van allen byer dat in denvoirs. huyse van den susteren ende hore familiengesleten zal werden ende dat voir die somme van achtienhondert Rynsgulden,tstuck tot XX stuvers, onder vorwarde dat dese stat dienweder sal moegen lossenaltyt met XVIIIC gelycke Rynsgulden ende dat den voirs. susteren een hal¡ iaertevorens te vercundigen; prout in litteris incipientibus: `Wy, scepenen, gesworen'etc. et comprehensis folioVIC IIII.

1507-1508

309

fol. 353v

fol. 354r

fol. 354v

1 Aldus hs., lees hierna iaer.

Opten avont Remigii confessoris anno octavo gingen a¡ hoirs diensts die voirs.sess mannen, gecoren in den voirs. iair vy¡ lestleden.

Remigii confessoris annoMoCCCCCoVIIIo:GerardusKuyst, obiit XXIIIa mar-cii VIta post Letare, / Henricus die Leeuwe, loco Kuyst defuncti, Iordanus deBoert, Martinus de Campen,Willelmus de Achelen, Euerardus de Doerne, Io-hannes die Beuer, Philippus Sanders.Burgimagistri seu receptores: Ghysselen, Henricus de Broechouen; solum nomi-ne et absque regimine quia infrascripti sex viri electi habuerunt onus policie, etc.In desen iairVIII den XXIIIen dach decembris ster¡ heer Cornelis van Bergen inopido de Grauia.1

In den voirs. iairVIII soe zynweder by deser stat in septembri gecoren sess man-nen, by namenDirckvanHedel, Dirck Scoercop,Mathys Lamberts, Ian dieWolfClaess., DirckvanCreyelt, Claes Coenen, welke sess mannen onse aldergenedig-ste herenMaximiliaen, /gecoren keyser, ende eertshertoge Kaerle den XXIIIIen

dach septembris in denvoirs. iaer acht tenversueckdeser stat hebben geottroyeerttot selven beweynde ende regimente dat hadden die sess mannen, gecoren in deniair XCIX lestleden, ende dat geduerende den tyt van drie iaren, ingaende tot Ba-misse naestcomende int iair acht; prout in litteris incipientibus:`Maximiliaen, byder gracien Goidz gecoren keyser'etc. et comprehensis folioVC LXXX.

Dat conincMaximiliaen keyser wairt gecoren

In den voirs. iairVIII naedien die voirscr. coninc Maximiliaen gecoren was key-ser, soe maecten hygroete vergaderinge omme te Romen te comen ende gecroenttewerdene endewas comen in Lombardien, daer hemvan denVenechianenwaertwederstant gedaen, die doen dair lagen ende verbondenwaren metten coninc vanVrancryc, die doenMylanen inhadde. Ende mitsdien hy daer belet waert ende hyzyn beste gedaen had te Romen te comen, soe consenteerde hem paeus Iulius dathyhem scriven mochte gecoeren keyser. /

Den scenck den keyser gedaen

In den voirs. iair VIII den XXVIen dach iulii omtrent acht uren nae middachquamdievoirs.Maximiliaen, gecoren keyser, bynnen deser stat ende dieselve statscencten hem des anderendaigz voir der noenen omtrent acht uren twel¡ amenwyns ende hondert malder haveren.

DatMaximiliaen, die keyser, bynnen deser stat waert gehuld

Ende den XXVIIIen dach derselver maent iulii omtrent ter twelfter uren optenmiddach soe wairt die voirs. keyser Maximiliaen als voegt der kynderen van co-ninc Philipz, zynen zoen, bynnen deser stat gehuldt.

Dat deser stat den aern verleent wairt

Ende alsdoen verleenden die voirs. keyser deser stat tot haren versueck boven de-ser stat wapene boven den boem te stellene eenen aern.

1508-1509

310

fol. 355r

fol. 355v

fol. 356r

1 Vertaling: in de stad Grave.

Belech voir Poederoyen gedaen byden furst van Anholt

In den voirs. iair vanVIII des nachs nae den iersten woensdach nae Paesdach, tewetene opten XXVIIen dach aprilis donredach, snachs tevoerens, soe heeft dievoirs. furst /vanAnholt ten nernstigenversueck ende vervolge ende oeckten cos-ten deser stat zyn belech gemaect ende zynen leger genomen voir den slote vanPoederoeyen, dat zeer sterckwasmet enen grotenwalle omset ende dair deser statende lande ende den onderseten ons genedigsten heren groten commer uuyt endeoverlast dagelixbyden drossaet, geheitenHenrickvan Ensche anders Sneeuwint,geboirden ende waert gedaen oic mede van zynen ruyteren. Die voirs. furst vanAnholt aldus voir Poederoyen liggende vorderden hy subtylic zyn belech endenam dien van den slote dwater ende ondergroe¡ den wall alleynsen. Heer KaerlevanGelremaecten hem sterckendevergaderdenvele volcxomPoederoyen te ont-setten. Dairtegens ende omme dat te belettenwierden tenversueckdes voirs. furstvan Anholt gesonden tot opten Ham tot Lytt, dair die heer vanGelre lyden most,te wetene in den iair voirs. denVIIen dach meye, uuyt deser stat IIIIC bourgeren,tgeheel quartieren van Oisterwyc ende Maeslant ende uuyten lande van BredaIIIIC mannen metten drossaet aldaer ende bleven dair liggen totten XXen dachmeye ende doen vertogen zy tsamentlic vandair weder thuyswairt ende desestat / lyet dair liggen omtrent VC knechten ende III veerdel bourgers tot Oyen op-ten slote totdat Poederoyenwas gewonnen. Item den thiensten dach meye ten ver-sueckvan denvoirs. furstwordenbynnen deser stat versament allen dieyserhoedeende gesonden voir Poederoyen omme dairmede te stormen.

Dat Poederoyen gewonnenwert

Mar evenwael en geboerden dair genen storme, want die vanPoederoyen, naevelespraken diese hadden gehouden metten voirs. furst, gaven zy hen op in der gena-den desselfs furst als opten dorden dach iunii smorgens omtrent sess uren endeopten selven dach deder die furst voirs. voir denselven huyse ende langs derMa-zen een deel hangen van dengenen die dairop hadden gelegen. Ende tvoirs. slotvan Poederoyen wairt voirt mineert ende omgeworpen ende den wall geslichtmetten ingesetenen deser meyeryen ende dairomtrent geseten ende dairtoe desestat eenwyle houdende was IIC bourgers.

Omwerpen ende slecht maken van den nyewen thoren by Oyen endedenwal aldaer

Oeck in denvoirs. iairVIII ende in de voirs. maent van iunio, des dynsdaigz in deheilige /dage van Pinxten, began men ten versueck deser stat by den ingesetenenvanMaeslantden nyewen thorenbyOyengemaect temineren ende te slichten denwall dairomme liggende dwelcke al zeer zwair waren.

Dat heer Ian van Baecx scouthet wairt

Oeck in den voirs. iair acht, omtrent Lichtmisse, wairt heer Ian van Baecx, ritter,leechscouthet deser stat van sHertogenbosch.

1508-1509

311

fol. 356v

fol. 357r

fol. 357v

Oeck in denvoirs. iair van acht denXVIIen dach novembris tenversueckder voirs.scepenen deser stat quamen die mynrebrueders alhier opten raethuysen omtrentacht uren celebreren ende continueren die misse, die lange ongedaenwas bleven.

Vanden tollenvanHollant, Zeelant, Gelre, Zuytphen is geworvenditprevilegie van den keyser, wesende tot Schoenhouen, by ennigenuuyt deser stat die nyet en verstaenwatse hebben geworven, want hetcontrarieert onser previlegien, want dair die bourgeren met enen tol-brief plegen te gestaen soudense noch moeten hebben certi¢cacie,dairomme tevergeefs geworven

Oeck in den voirs. iair van acht, den XIIIIen dach octobris, soe hebben die voirs.keyser Maximiliaen ende die eertshertoge Kaerle, naedien hen vanwegen deserstat clachtelic te kennenwas gegevenvan den travellacien die denbourgeren deserstat alomme van den tolleneren geboerden, derzelver stat /gewillecoert ende ver-leent dat van nuvoirtane op allen die tollen gelegen inHollant, Zeelant,Gelrelantende Zuytphen, aldaer die poirteren deser stat tolvry zyn ende geweest hebben,dieselver poirteren ende poirtarssen, die voir die o¤ciers deser stat horen behoer-lycken eedt zullen doen dattet goet dat zy vueren willen, hemlieden toebehoirtende nyemand anders, ende oic mede certi¢cacie van denzelven o¤ciers endebourgermeesteren deser stat getekent ende gesegeltmet horen zegel zoet behoert,by denwelcken zy certi¢ceren die tolleneren ende anderen o¤cieren dat alsoe is,mitz oic seyndende hueren tolbrief by den scippers oft bode, die poirters endepoirterssen dairmede ontstaen ende genoch doen zullen sonder dat van ghenennoode en zy dat de poirters oft poirtarssen aldair in persoen zullen moegen gaenoft wesen; prout in litteris incipientibus: `Maximiliaen, by der gracien Goidz'etc.et comprehensis folioVIC XVI.

Remigii confessoris annoMo CCCCCo IXo: Iohannes Kanapart ¢lius Iohannis,Henricus deVden, /Arnoldus Monix, Iohannes de Berkel, Lambertus Bogart,Godefridus Symonis, Gerardus van der Bruggen.Burgimagistri seu receptores nomine et secundum quid.In isto scabinatuXa iulii magisterHenricus, secretarius, resignavit suumo¤ciumsecretariatus ad manus istius opidi et eadem die ipsum opidum in loco eius insti-tuit magistrumMartinum die Greue, qui eadem die desuper suum prestitit iura-mentum.1

Datmen in criminalibus2 ten hoefde wyst

In den voirs. iair negen den yersten dach septembris waert by scepenen deser stattot Loeuen ten hoefde gewesen een vonniss van enen process in criminalibus alsvan enen die van den lyve was aengesproken, wesende van Broegel oft Zonne.

1509-1510

312

fol. 358r

fol. 358v

1 Vertaling: in dit schepenjaar deed meester Hendrik, secretaris, op 10 juli afstand van hetambt van secretaris in handen van deze stad en dezelfde dag stelde de stad in zijn plaatsmeesterMaarten de Greve aan, die hierop dezelfde dagde eed a£egde.

2 Vertaling: in criminele zaken.

Dat Ian van denWygart hoichscouthet waert

Eciam anno nono predicto XXIIIIta iulii Iohannes van denWigart prestitit iura-mentum suum super o¤cio scultetatus superioris in Buscoducis.1 /

Van den pays van Cameriic

Oeck ten tyde van denvoirs. scepenstoel wairt tot Cameric gemaect een grote ver-gaderinge van ambassaden vanVranckryc, van den coninc van Argon, van denkeyser aengaende desen landen Brabant,Vlaenderen, Henegouwe, etc. dair diebisscop van Gurtz ende vrouweMargriet, dochter des keysers voirs., eertsherto-ginne van Oistryc, hertoginne ende grevinne van Bourgoingien, hertoginne dou-agiere van Sauoyen, etc. worden gesonden ende oic van den ambassaiden vanGelre, zoedatter een tractaet van peyss gemaect wairt van allen zyden bezworen.Mar aengaende den lande van Gelre was wat duysterheiden van woerden, dairafvele twist ende scaiden gescieden ende oirloge quamen. Die coninc vanVrancrycbetrouwende op dit verbont, trac selver met vele volcx uuyt Vrancryc ende oicuuyt Lombardien op dieVenechianen, hebbende by hem den marquis vanMan-tua, die een wys ende vrome prins was, verwachtende die hulpe van den keyserende andere, die nyet en quamen.DieVenechianen quamen tegens hemmetmeer-deremacht, alsoe datomtrent Cremonavyel enen grooten stryt, dair dieFransoy-sen haddenvictorie ende versloegen mennichMmensche. Ende dairnae terstontcreech die coninc meestdeel al die steden hem toebehorende, desgelycx die paeusende die keyser ende die coninc van Argon int lant van Napels creechweder mitsdesen hair steden ende sloten.Mar nyet lange en stont dit, /want dieVenechianendie doe bescaempt waren, veroetmoedichden hen voir den paus ende wisten metwysen ende subtylen rade hoir vyanden te verscalken. Oeck ster¡ die cardinaelvan Rouwaen, legaet inVrancryc, ende die den coninc vanVrancryc onderhyelt,die al te swaren scat achterlyet, soe woude die paus den scat hebben, dat die co-ninc weygerden, seggende dat dien nyet alleen gecomen was van zynre admini-stracie int geestelic als legaet, mar oic in der administracie hem van den conincgegeven. Ende mits desen worden die paus ende die coninc contrarie malcande-ren ende die paus verwecten tegen den coninc vanVrancryc vele coningen endeprincen om hemuuyt Lombardien endeYtalien te verdriven.

Dat die coninc vanVrancryc zyn recht vanNapels over heeft gegevenden coninc van Argon

Die coninc van Argonwert oic vyant des conincs vanVrancryc, nyettegenstaendedat een wyle tyts dair tevorens die coninc vanVrancryc peys met hem makendehemgegeven had te huwelic die dochter van den greve van Foys, die zynder susterdochter wass, hem dairmede overgevende zyn recht totten conincryc vanNapels,alsoe verre als die coninc van Argon wettich oer van hair creech, etc. Ende dieionge coninc van Engelant, die zyns brueder wy¡doen getroudt hadby dispensa-

1509-1510

313

fol. 359r

fol. 359v

1 Vertaling: ook in het voornoemde jaar (150)9 legde Janvan denWijngaard op 24 juli de eedafop het ambt van hoogschout in's-Hertogenbosch.

cien, die een dochter van Spaengien was, wert oec getrocken van den paus endevan den coninc van Argon tegens den coninc van Vrancryc te / oirlogen, marnochtans en consten zy den keyser nyet getrecken omvan den coninc vanVranc-ryc te sceyden, want hy trac selver met groten heyr inYtalien teVerone ende tePaduwa opten cost van den keyserryc ende verenicht metten Fransoysen dair hyende zyn capiteynen deden schone feyten van oirlogen tegens die Venechianenvoir Paduwa ende elders.

Remigii confessoris annoMoCCCCCoXo: RasoRaessen, IohannesMonix,Ro-dolphus van den Broeck, Arnoldus Paeuweter, LambertusMillinc, Geerlacus dieRoeuer, Gerardus deWyck.Burgimagistri seu receptores: Iohannes Cock, Iohannes Claess. /

Lossinge vanVucht, Roesmalen

In denvoirs. iair thien dese stat vercreechweder totbehoe¡onsgenedigs heren diedorpen vanVucht ende Roesmalen, die vercoft waren als voirs. is in den iair vy¡,ende heer Ian van Baex, leechscouthet, ont¢nc die weder tot behoe¡ ons gene-dichz heren int iulio.Oeck in denvoirs. iaer, denXIIIIen dach septembris, naedien heerKaerlevanGe-lre, die genen vrede en begeert, ingenomen hadde ende een wyle tyts ingehadthadde dat stedeken van Oldenzeel ende die biscop vanVtrecht dairvoir had gele-gen, creech hy dat weder.

Van den alden toll van Loeuen

Alzoe naedien die tollener van den alden toll oft geleyde van Brabant tot meerstonden had versocht aen dese stat den voirs. toll alhier te leggen, doen he¡enende ontfangen, tselve hem te gunnen ende toe te latene ende dese stat dat vastweygerende, gemerct dat hy noyt hier en had gelegen ende dese stat dairby grote-lic verachtert zoude wesen, ende mitsdien den tolneer voirs. dat wairt geweygertende hii als in den iair voirleden dairomme ennige van den scepenen ende deke-nen deser stat by enen mandamente had doen gedagen ende /executie doen, voir-nemende dieselver tolneer den voirs. tol alhier ende bynnen deser meyeryen daerhem belieftden te leggen ende te doen ontfangen, soe heeft dese stat in denselvenvoirleden iair van IX den XIIIIen dach decembris staitzgewyze versaempt we-sende, den voirs. tolleneer zeekere presentacie gedaen als hem trecht deser stattallen tyden te oepenen ende assistencie te doen totten exploiteren des tols voirs.opte overtreders end opte geen die hem den tol ontvuerden, begerende die voirs.stat den voirs. tolneer dairmede tevreden te wesen, sonder den ontfanck van denvoirs. tol bynnen deser stat oft meyeryen te leggene.

Appellacie van den tol van LoeuenEnde mede oft hy dairmede nyet tevreden en weer, soe appelleerden dese stat voirnotaris ende getugen van allen executien ende onbillicheiden des tolners voirs.; naeinhoudevan enen instrumentdairop gemaict, beginnende;`In den nameOnss LiefsHeren Goids amen'etc. ende begrepen opten bladeVIC XVII.

1510-1511

314

fol. 360r

fol. 360v

fol. 361r

Omtrent deser stat in aprili anno X hadden die voirs. sess mannennoch geworven respyt vanV iaren van den iersten achterstellen

In denvoirs. iair X denXXen aprilis des saterdaigz nae den sondachMisericordiaomme die appellacie voirs. te vervolgen ende te solliciteren te hove dat men vanden toll ledich mucht blyven, soe reysden derwarts Ian Kanapart, Lambert Bo-gart ende zekere dekenen, die vervolchden zoeverre dat die sakevan denvoirs. tollin sorsiancie blee¡ ende dat den tolleneer silencium1 wairt imponeert. /

Van den nyewen brant den herinck aengaende

Oeck in denvoirs. iair X, den XXen dach augusti, soe is geordineert bynnen deserstadtbydenRaet derselver een nyewemaniere van packen ende kueren ende enennyewen brant den herinc te geven boven den alden brant, te wetene:in den iersten datmen allen herinckdiemenvoirtane den nyewenbrant geven sal,dat dien gepact, verleegt ende oversien zal werden van bodem te bodem, van on-der te boven ende dien herinc bevonden zuet ende zuver sal men den nyewenbrant geven ende dbrantyseren zal zyn ¢gureert met deser stat boem ende aenelc zy van den boem een croen ende dat men den bodem ende die tonnen met cir-culen sal teken;item dat men tot desen sal kyesen nae den vischcoeper carthe vier koermeestersende vier peckers die dairop hoer eden zullen doen, ende elc pecker sal zyn ton-nen tekenen met zynen marck;item dat die peckers dairtoe geen knechtenvuegen en zullen als om dien te berey-den ende te wercken, zy en zullen ierst gecomen zyn uuyt horen leeriaren;item dat egeen slytsteren ende die herinc dagelix voir hoer doren met cleynre pen-wart vercopen ende uuyttellen, egenen herinc en zullen doen packen noch desennyewen brant doen geven, / tenzy dat zy dien herinck in yemants plaetse van dencoepluyden van buyten oft van bynnen metten last oft lasten gecoft hedden, endealsdan in derselver plaetsen te laten kueren, packen ende den brant geven, eer zyennigen oft dien herinc van derselver plaetsen zullen moegenvervueren, doen oftlatenvervueren, optenpeenvan drie alde scilden, te deylen in drien als gewoentlicis;item dat die koermeesters zullen hebben van elcken last herinx diese kueren endebranden in der manieren voirs. twe stuvers by der vercoeper te betalen ende datdie koermeesters tallen tyden gereet zullen wesen, opten peen van drie pondenpayments, te deylen in drien als gewoentlic is;itemdatdie peckers sculdich zullen zyn den herincktenversueckalsboven te pac-ken die tonnen met dobbelen banden tot drie plaetsen te spylen, te pluggen metgecroender pluggen ende dicht lofbaerlic aen beyde den eynden te makene endedat zydairaf zullen hebbenvoir horen sallaris, loen ende arbeyt XII stuvers te be-talen hal¡ by den coeper ende hal¡ byder vercoeper;insgelycx van allen herinc die gepact wordt van bodem tot bodem ende die noch-tans nyet en wordt gebrant, dairaf zullen die peckers oick hebben XII stuvers tewerden betaelt als voir;

1510-1511

315

fol. 361v

fol. 362r

1 Vertaling: spreekverbod.

item dat zoe wye voirtaen den voirs. nyewen brant metten last oft halven last he-rinx sal coepen, / dat die sculdich zal wesen in den last mede te ontfangen twetonnen wracx ende een tonne in den halven last ende dat voir elc tonne wracx dievercoeper zal corten den coepmanVIII stuvers;itemdatmengenen herinckueren noch den nyewenbrantgeven en zal, tenzy ierstXIIII nacht nae Bamisse overleden, nae inhoude der carthen van den vyschcoe-perenambachte; prout in litteris incipientibus: `Wy, scepenen, gesworen' etc. etcomprehensis folioVIC XIX.

Van eenre peticien by vrouweMargrieten begeert

Oeck in den voirs. iair X, omtrent den hoichtyde Assumptionis Marie, dedevrouwe Margriet bescryven die Staten van Brabant ende in iegenwoirdicheidenvan den doerluchtigen hoichgeboren ende vermoegende furst hertoge Kaerle,noch onmundich wesende, begeren die somme van LXXXVM Rynsgulden dentermyn van IIII iaren omme dairaf XVM te bekeren tot forti¢cacie van ennigensteden in Brabant ende LXXM tot lossinge van den demaynen by den voirs. co-ninc Philips vercoft ende tot onderhoudenisse van den voirs. hertoge Kaerle. Dietwee iersten staet, tewetene die prelaten ende die edelen, consenteerden dairinneterstontmede; die gedeputeerdenvan den steedenvertogen after/rugge ende naevele dachvairden dairop gehouden, hebben consenteert Loeuen, Bruessel endeAntwerpen in de LXXM Rynsgulden voirs. ende afgeslagen die XVM als denXXVIIen dach octobris int voirs. iair X.

Dat heer Kaerle van Gelre die dochter van Brabant ten huwelic ver-sueckende was

Ten selven tyde waren tAntwerpen die gedeputeerden van heer Kaerle van Gelre,by namen doctoir Langh,Henric vanGhent, Pyetyt Ian ende zekerebourgers vanNymegen tot XXV perden toe, om te vervolgen voir horen heer, heer Kaerle vanEgmondt, die men heyt heer Kaerle van Gelre, te hebbene die dochter van denvoirs. coninc Philips, genoemt Ysabeel. Dieselver gedeputeerden, alse dair had-den eenwyle geweest, vertogen zy weder byherenKaerle vanGelre, horen mees-ter voirs., ende dairbii geweest hebbende toegen zy weder doer dese stat nae denhove, all hoepende ende hen latende duncken datse der voirs. dochter van conincPhilips zeker hedden geweest, dat nochtans verre te halen was, etc. Item hoewaeldie voirs. drie steden hadden consenteert in der peticien voirs., soe excuseerdendese stat hair in dien, wantse armweer ende oic die bede van LXXXM noch loe-pende weer, metgaders oic die bede van den driehondertdusent croenen den key-ser consenteert ende /oickdie LXMconsenteert der voirs. vrouwMargrietenvoirde costen gedaen tot Cameryc indt tracterenvan den pays, etc. alsoe dat hoir nyetmoegelic en weer totter contribucien voirs. te verstaen ende alsoe smelten die pe-ticie voirs.

1510-1511

316

fol. 362v

fol. 363r

fol. 363v

Belech voirYselsteyn

Oeck in den voirs. scepenstoel int iair XI, den XXIIIIen dach in aprill des donre-daigs in den avont nae Paeschdach, beleechden die vanVtrecht die stat vanYsel-steyn.Op desen toecomendenRemigii gingen a¡die voirs. sess gecoren mannen, in denvoirs. iair van acht geordineert.

Remigii confessoris anno Mo CCCCCo XIo: Iohannes deVladeracken, Goeswi-nus de Brecht, Lucas de Erpe, Lambertus van den Hezeacker, Nycolaus de Buc-houen, /Mathias ¢lius Lamberti Stoeters, Henricus de Broechouen.Burgimagistri seu receptores: Segerus ¢lius Iohannis Goyarts, Arnoldus DircArntzs., nomine et absque regimine et onere.In desen scepenstoel in decembri int iair XVCXI is ordineert dat voirtaen die sce-penen deser stat voir zyn ierst wordt, geven sal derselver stat een serpenteyn oftdobbel haecbusse ende in ennige van den ambachten bynnen deser stat meesterwordt, geven zal een haecbusse; prout in acta incipiente: Alsoe in de maent vandecembri'etc. et comprehensa folio CCCC LXVII.Oeck in denselven iair XI, den XVIen dach meye, wert ordineert by deser stat dievoirtaen poirter worde derselver stat geven soude IX stuvers om salpeter te coe-pen; folio etc. CCCCLXVIII.In den voirs. iair van XI voir Sinte-Remeysdach voirs. syn weder by deser stat ge-coren dese sessmannen:HenrickGlauyman,WillemHenricxs.,Marcelis van denHoeuel, DirckvanVechel, Ian die Sceper, Iacob Coelborner.

Die macht deser sess mannen

Denwelken sess mannen dese stat geordineert /heeft te hebbene allet geheel regi-mente ende beweynde dat hadden gehadt die sess mannen gecoren int iair XCIXende nae int iair XVC VIII ende by onsen genedigen heer geottroyeert gedurendeden tyt van drie iaren, ingaende te Bamisse voirs. int iair XI, beheltelicken dat zygeen nyewe assynsen, imposicien oft neringe bynnen deser stat van nyeuws enzullen belasten oftopsetten, tenzybyadvyse, consent ende accoirt der drien ledendeser stat; prout in litteris incipientibus:`Wy, scepenen, gesworen, raitslude'etc. etcomprehensis folioVC LXXVIII.

Belech voirYselsteyn

In den voirs. iair van XI den XXIIIIen dach aprilis des donredaigs in den avontnae Paeschenbeleechden die vanVtrecht Yselsteyn, dairafprincipael hoeftluydenwaren heer Iacob van Apeltern, intrusus1 domdeeken, Euerart Zouderbalch,bourgermeester, ende Egbert vanGruenenberch, die heer FlorysenvanYselsteynheel contrarie waren, ende zy hadden oic mede te hulpen heer Kaerle van Gelreanders van Egmond.

1511-1512

317

fol. 364r

fol. 364v

1 Vertaling: diegene die door usurpatie het ambt verkregen heeft.

Ontset vanYselsteyn

Heer Florys voirs. creechvele heren te hulpen uuyt Henegouwe, uuyten lande vander Marck ommeYselsteyn weder te ontsetten ende / als hy een groete vergade-ringe van perden byeen hadde, zoe toech hy dairmede naeYselsteyn omme dat teontsetten. Ende comende omtrent Yselsteyn die voirs. vanVtrecht als den twee-sten dach iunii int iair XI toegen roekeloess op sonder den voirs. heren Floryssente verwachten ende vloyen in totMontfoirt.

Dat Boemel ingenomenwairt

Ende dairnae den XXVIIIen dach iunii op Ascensienavont int iair el¡ zoe waertdie stat van Boemel weder van den Gelderschen ingenomen by quaden toesienevan den capiteyn aldair,Willem die Ioede, die eenGeldersmanwas, ende doer dievinger gesien mocht hebben.

Dat die coepluydenworden gevangen

Ende hier tevorens in de maent van aprille voir Paesschen int iair X, die voirs.heer Kaerle van Gelre ocsuyn nemende van dat heer Florys vanYselsteyn ennigein BoemelreWerdt hedde gescat die hem nyet en behoerden te scatten ende datden pays van Cameryc dairomme gebroken weer van deser zyden, dede hy bela-gen die coepluyden van Antwerpen, vanMechelen, etc. by Coelen treckende tot-ter merct vanVranckevoirt, die al te wagen saten ende die vangen ende gevangenbrengen tot Geldre, daerse wredelic worden tracteert ende zwaerlic gescat voirvele M gouden gulden. /

Dattet slot van Oyen omgeworpenwaert

Oeck in den voirs. iair XI, den XXVIen dach iunii, naedien dese stat van vrouweMargriete, eertshertoginne vanOistryc, hertoginne ende grevinne vanBourgoin-dien, douagiere van Sauoyen, regente, etc. oirlofende consent hadomme tslot vanOyen te mineren ende om te werpen, soe is uuyt elcken ambachte deser stat ge-leegt een zeker getal van mannen, tsamen wesende IIC mannen, die derwartsnae Oyen toegen met vele werclieden van metsers ende tymmerlyede ende warendair totten vyften dach iulii dair naestvolgende, datse tvoirs. slot geheel haddenmineert ende uuytgebrant ende quamenweder hierinnen tenvoirs.Vten dage, me-debrengende omtrent XXVIwagens, geladen metyserwerck.Ende opten IXen dach dairnae stelden dese stat enen, genoempt Ian Crabbe,scouthet tot Oyen.

Dattet weder oirloge waert tegens die Gelderssche

Dairnae in devoirs.maent van iulio int iairXI soe namdievoirs. vrouweMargrietaen oirloge tegens heerKaerle vanGelre voirs. ende zydede denselven heerKaer-le ontseggen. Sy vergaderden allet volck datse conste gecrigen omme te treckenemetter macht in den lande vanGelre ende dat te brengene /onder die gehoirsam-

1511-1512

318

fol. 365r

fol. 365v

fol. 366r

heit van onsen aldergenedichsten heren hertogeKaerle, haren neve ende zoenvanden voirs. coninc Philipz, haren brueder.

Van den Engelschen hier ten oirloge gecomen

Die conincvanEngelant sant der voirs. vrouweMargrieten te dyensteXVCvromeEngelsche, all van hem versout, dairby waren omtrent vyftich perden, diewelckebynnen deser statquamen in denvoirs. iairXIop Sinte-Peters-apostels-ad-vincu-la-avont ende dat omtrent II uren nae myddach.

Dat vrouwe Margriet bynnen deser stat quam om op Gelrelant tetrecken

Ende opten zelven dach quam oickbynnen deser stat die voirs. vrouweMargriet,by haer hebbende groet getal van perden ende ennige grote capiteynen uuytSpaengen ende heren Philips, bastart van Bourgoingien, ammirael van der zee.

Uuyttrecken naeVenloe

Dairnae den vyften dach augusti in den voirs. iair XI te middage toegen uuyt de-ser stat nae den lande van Gelre allet tvoirs. volckvan wapenen dat vrouweMar-griet vergadert had ende die voirs. Engelsche ende van al was geordineert vanvrouwe Margrieten voirs. capiteyn die voirs. heer Philipz, die bastart van Bour-goingien, welcke vrouwe Margriet met haren gesynne voiruuytgereden was totby den cloester van den Coudewater, daerse den voirs. heren Philipsen ende dieandere capiteynen te Gode beval. /

DatGribbenvorst wairt gewonnen

Ende alsoe die voirs. capiteynen, metten voirs. volck treckende ende by hen heb-bende X groete cortouwen ende XXIX andere mynder busschen al van metaleende C ende XX wagens met andere bussen, cloten, buscruyt ende tenten, qua-men als den IXen dach augusti voir Gribbenforst, dat eenen quaden roe¡nestwas, liggende op dese zyde derMazen, ende datse stormenderhant wonnen endedairinne omtrent IÃÙÄ

CGeldersche dootgeslagenworden endeGribbenvorst waertuuytgebrant ende slecht gemaect als den XIIen dach augusti dairnae.

Dat Aersschenwairt omgeworpen

Ende vandair toegensche voirt terstont naeVyersen datse omsloegen, ende Aers-sen dat slot worpensche om in derMazen.

Dat Stralen ingenomenwairt

Vandair toegensche voirt nae Stralen, dairvoir datse laigen totten XXIIIIen dachaugusti ende opten selven dach dieselver van Stralen gaven hen op, beheltelic henhoir leven, mar tgoet verloren.

1511-1512

319

fol. 366v

Belech voirVenloe

Vandair toegensche voirt nae der stat vanVenle, dairvoir datse hoir belech namendenXXVIIen dach augusti in denselver iairXIendeopten selven dachverbrandendie van Boemel voir Huesden twee dorpen als Aelborch ende Ael.

Van den ingesetenen deser meyeryen voirVenle gesonden

Dairnae als den IXen dach septembris int zelver iair XI worden uuytenquartieren / van Kemplant, Pedelant ende Oisterwyc gecoren duysent mannenende geseynt int belech voirVenle voirs. Item den XVIIen dach septembris op Sin-te-Lambrechsdach toegen uuyt deser stat nae Boemel ennige dekenen deser statom dairvoir blochusen te slaen, dair groeten cost wairt gedaen ende nochtans enworden die blochusen nyet gemaect.

Dat die hertoich vanGuylic ster¡

In den voirs. iair van XI in augusto ster¡ hertogeWillemvan Guylic ende in den-selven iair in septembri wairt als hertoge van Guylic gehuldt die zoene des herto-gen van Cleue die des voirs. hertogheWillems dochter hadde ten huwelic.Den XIIIen dach octobris in den voirs. iair XI quambynnen deser stat by vrouweMargrietenvoirs. greve HenrickvanNassouw, denwelckenvan deser stat wairdengescenct II amenwyns.

DatVenle wairt bestormpt

Dairnae in denselven iair el¡ op Sinte-Hubrechzdach began men ten stormen tescyeten voirVenle ende tselver scyeten nacht ende dach duerden tottenVIIen dachnovembris daernae. Ende denselven dachwaertVenlebestormpt ende dairblevenvele volcx ende ruyteren doot van deser zyden ende Venle blee¡ ongewonnen,want den storm pertydichlic toeginck ende in denselven storm / was die overstecapiteyn heer Floriis vanYselsteyn, want die voirs. heer Philipz vanBourgoingienwas vandair lange vertogen geweest. Ende sdaigz tevoerens voir denzelven stormwairt uuyt Venle gestoten een groot capiteyn van den Spaengiaerts ende hy bleefdoot.

Dat die Engelsche vanVenle optoegen

Ende des thiensten daigs novembris dairnae ende nae den stormvoirs. vertoegendie voirs. Engelsche vanVenle ende quamenbynnen deser stat ende nae twe dagenvertogen zy voirt uuyt deser stat nae Engelant, mar henre wasser voirVenle velebleven.

Dat den heelen leger vanVenle opbrack

Ende dairnae denXVIen dach novembris int selver iair toechvoirts op den heelenhoep vanVenle ende lyeten dat met scanden ongewonnen.Men seeghden dat dairmeer volcx versout waert dan dair was: tgelt vant zynen meester zoe hy was.

1511-1512

320

fol. 367r

fol. 367v

Dat vrouMargriet uuyt deser stat weder vertoech

Daernae den XVIIIen dach novembris int selver iair die voirs. vrouwe Margrietdie den voirs. geheelen tyt hair bynnen deser stat had gehouden, doende vele pro-cessien gaen omvictorie te crigen, vertoechvoirs.1 opbrekendeuuyt deser stat naeBreda, daertoe datse met IIIC bourgeren van deser stat waert geleyt. /

DatWoudrichem ingenomenwert

Item ende naedien dat den voirs. storm voir Venle van deser zyden nyet wael enwas vergaen, soe heeft heer Kaerle van Gelre voirs., die hem duerende tvoirs. be-lech voir Venle nergens en had oepenbaert, hem bestaen te oepenbaren ende alsden XIIIen dach novembris in den voirs. iair XI nam hy inne die stat vanWoudri-chem, vangende den greve van Hoerne, dairuuyt hy vele quaetz dede aen desezyde, ende bleven dieselve Geldersche ruyteren ende knechten bynnenWoudri-chem totten IIen dach van merte daer naestvolgende ende vloyen dairuuyt endenamen met hen al datse consten gedragen ende ten scepe gevuren. Ende teser tytende nae den opbrekenvan denvoirs. belechvanVenle was dese stat sonder troestvanyemanden danvan hairzelven; zii most hairselven ende die arme ingesetenendeser meyeryen bewaren zoese const ende mocht. Die van Antwerpen dede hairwat bystants, mar die van Loeuen ende Bruessele en wouden dairtoe nyet doennoch helpen.

Dat Bakel endeDoern gebrant wert

DieGelderssche deden groeten scaidebynnen deser meyeryen metbranden enderoeven, wantse uuyt Rueremunde endeVenle denVten dach ianuarii in den voirs.iair el¡ branden Bakel ende een deel van Doerne. /

Dat Engelen gebrant wairt

Ende denVIIIen dach ianuarii dairnae verbranden die van Boemelmet horen toe-stenderen tdorp van Engelen.

Dat Asten gebrant wert

Ende den XXIIen dach ianuarii die Geldersche verbranden uuyt Rueremundetdorp van Asten.

DatGe¡en endeNulant gebrant wert

Ende dairnae den XXVIen dach ianuarii tusschen den maendach ende dynsdachdes nachz die Gelderssche, comende uuyt Boemel, verbranden Ge¡en ende Nu-lant.

1511-1512

321

fol. 368r

fol. 368v

1 Aldus hs., lees hiernavrouweMargriet.

Van denVy¡ Ventkens

Tot deser tyt lagen bynnen deser meyeryen opte Langhstraet een zeker getal vanknechten die gelegen hadden oic voirVenle ende die gemeyntlic hyeten die knech-ten van denVyf Ventkens, ende waren in getal omtrent Xoft XIIC. Dese knechtenoft Vyf Ventkens waren vele tachter aen vrouwe Margriet voirs., soese seeghden,ende enwouden nergens henen noch hen sceyden om dese meyerye te helpen be-scudden, zy enweren ierst versekert van hore souldyen. Dus blevense dair stil lig-gen sonder yet te willen doen, wat versueck dese stat aen hen dede om hulp tehebben.

Van der nederlagen die dese stat had in BoemelreWert

Ende hoewel dese stat cleynen troest hadde, soe heeftse nochtans wat willen doenopte vyanden ende heeft alsoe uuyt deser stat gecoren omtrent IIIC mannen endedaerby geroepen metten clockenslach die lantsaten omtrent deser stat geseten, /wesende tsamen in getal met sekeren knechten deser stat omtrent IIM, die tsamenals den lesten dach ianuarii in den voirs. iair XI tot Hedel over der Mazen toegennae BoemelreWert, latende after bynnen deser stat staen tveltgescut, dat noch-tans hengereetwasgemaect. Ende aldus over wesendebegonsten zy ten lantwairtaldaer in te branden, te wetene ierst Driel ende voirt nae Rossum. Ende aldus intwerck van branden wesende, loepende deen hier, dander derwarts sonder ordi-nancien in vyander lant, meynende dat hen nyet en hed moegen gescien, soe eestleyder geboert dat terselver tyt die van den blochuyse dat die heer van BuchouenoverdenWael tot Tuyl had doen leggen endemaken ende dairvoirdieGeldersschein stercker macht lagen, hen opgaven. Ende opgegeven hebbende soe zyn diesel-ver Geldersche met horen knechten tot onsen lyeden waert overcomen, dairsevast branden ende geen ordinancie en hyelden, ende hebbense geheelic ende allnedergetogen ende gevangen ende met hen gebracht tot Boemel, daerse wredelicende onmenschelic tracteert worden ende zwairlic gescat.

Dat heer Kaerle vanGelre voir Hoculemwas

Dairnae den XIIIIen dach februarii in den voirs. iair XI zoe toech die heer vanGelre met zynre macht ende een groet1 bourgers uuyt Boemel nae Hoculem, dathymeynden in te crigen.MardievanHoculem/werden hen alsoe datheerKaerlebescaempt aftoech ende lyet dair wael IIIC dooden, onder welcke vele bourgersvan Boemel waren. Dairnae den vyften dach in merte in den voirs. iair XI, naevele vervolchs gedaen aen den knechten van der Langerstraten oft VyfVeentkens,toegen zy met een zeker getal van knechten, in deser stat souldyen wesende, overderMazen nae BoemelreWert, dair zyt al afbranden endehaddenbyhen een cor-tauwe ende acht slangen om Boemel te benauwen, dairaf evenwael nyet en quam,want die boeven kenden malcanderen ende omme dieselveVy¡ Veentkens op tebrengen ende datse aldus nae Boemel trecken souden omme Boemel te benau-

1511-1512

322

fol. 369r

fol. 369v

1 Aldus hs., bedoeld is een groot aantal.

wen, ¢neerden dese statoverdwerssXVMRynsgulden,mar nae dermaentvertoe-gen dieVyf Veentkens weder in horen alden leger opte Langhstraet.

Remigii confessoris annoMo CCCCCo XIIo:Theodericus die Borchgreue,Mar-tinus de Campen, FranciscusToelinc, Iohannes de Erpe, Rodolphus Noppen,1 /Aelbertus de Berkel, Henricus Kuyst ¢lius Gerardi.Burgimagistri seu receptores: Iohannes Pynappel Ianss., Iohannes ¢lius IohannisHermanss., nomine et absque onere.

DatHenric Kuyst heilich-geestmeester wairt

In dicto scabinatu XXVIIIa maii sabbato post octavas Penthecostes obiit Iohan-nes Kanapart, magister Mense Sancti Spiritus in Buscoducis, cuius anima re-quiescat in pace.2

Et in eodem scabinatuVIta iunii electus est Henricus Kuyst in magistrum eius-demMense.3

In den voirs. iair XII des maendaigz nae den sondach Misericordia4 toech desestat uuyt met een zeker getal van knechten diese in hare souldyen hadde, overder Mazen nae Boemel omme Boemel te benauwen ende aent Oenselsche veereen blochuys op te slaen, dwelc aldair zeer wael soude hebben gedyent. Mar hoe-wael tvoirs. blochuys begonnen was, soe bleeft noch onvolmaect by toedoene vanennigen die tregiment van deser stat dair hadden ende oic byderonwillicheit /derknechten, die naedien dat die maent daerse in waren was overleden, waren zy tebidden ende wouden weder hoir souldye opte hant hebben, dairtegen dese statquade gereetscap had, wantse syndert den opbreken vanVenle groete penningenhadverscoten ende die nederlagevoir Boemel omtrent Rossem hadgeleden, dair-af dese stat vele moetz had verloren.

DatMegen gebrant wert

Ende oic blee¡ tvoirs. blochuys onvolmaect, mitzdien dat dien5 die Geldersscheinnamen Megen ende tslot aldair, datse geheelic uuytbranden als denVIIen dachmeye, vrydach in den voirs. iair XII.

Dat Os ende die kerck aldair ende oic Berchenworden gebrant

Ende oickopten selven branden zy die vryheit van Os metter kercken aldair endedie capel van Sint-Anthonis op Scadewyc ende tdorp van Berchen. Ende alsoeblee¡ tvoirs. blochuys onvolcomen, want die ruyters alsdoen vandair vertogennae Megen, mar evenwael beyden zy zoe lange dat die Gelderssche wael te pass

1512-1513

323

fol. 370r

fol. 370v

1 Rechtsonder rest van custode.2 Vertaling: in genoemd schepenjaar stierf op 28 mei, zaterdag na het octaaf van Pinksteren,JanKanapart, meester van deTafel van deHeiligeGeest in's-Hertogenbosch, wiens ziel rus-te in vrede.

3 Vertaling: en in hetzelfde schepenjaarwerd op 6 juniHendrikKuystgekozen alsmeester vandezelfdeTafel.

4 Namelijk 26 april 1512.5 Aldus hs., verschrijving.

weder ewech waren, ende alzoe kenden die boeven malcanderen dat deser statende ingesetenen deser meyeryen een lestich oirloichwas.

Dat die keyserMaximiliaen in Brabant gehuldt wairt

Dairnae quam die voirs. keyser Maximiliaen weder in Brabant, dair hy als voegtvan den voirs. eertshertoge Kaerle, te wetene tot Loeuen1 /den XXIIIIen dach inmeye ende tot Bruessel denXXVen dach meye in denvoirs. iair XII, wairt gehuldt.

DatTiiel weder van denGeldersschen ingenomenwert

Dairnae ende als die stadt vanTyel syndert dat die voirs. coninc Philips uuytenlande van Gelre toech, aen dese zyde hadde geweest ende bewairt met ruyteren,daira¡ IanvanBalueren capiteyn endehooftmanwas, die tsamenvan deser zydenworden onderhouden, soe zyn die Gelderssche als opten dorden dach septembrisin den voirs. iair XII des smorgens omtrent zeven uren by slappen toesien desvoirs. Ians van Balueren, die een Gelderssche man was, bynnen Tyel gecomenende hebben die stat ingenomen, daerse uuytiaechden alle diegeen die van deserzyden dairinne waren ende lyeten Iannen van Balueren voirs. goetzmoetz uuyttrecken, quare,2 etc. In deselve maent septembris die voirs. Geldersche merc-kende datse vast voirspoet hadden, dat dese stat luttel troest hadde ende dat dieknechtenvan denVyf Ventkens, liggende opte Langstraet, geen feytenvan oirlogeopteGelderssche enwouden doen, wantse vele tachter waren ende nochvan datse/ voir Venle hadden gelegen, soe maecten dieselver Gelderssche hen sterck endeeen grote vergaderinge van knechten ende huyslieden, in getal omtrent XXIIC

soe men seeghden, dairaf overste capiteyn was een die men noempden die grevevanMoerss, een bastart wesende, etc. die hem tot Boemel verhyelt, ende quamenals den XXIIIIen dach septembris in denvoirs. iair XII, bii hen hebbende een deelparden in getal omtrent IIÃÙÄ

C, vanThiel, die voren inne met scepen omtrent denavont tot optenHam ende namen inne thuyss tot Kessel, daerse op3 ende totKes-sel zy hen onthielden dien nacht.

DatHynthamwert gebrant metVII moelens

Ende des anderendaigz, te wetene den XXVen dach septembris smorgens, toegendieselver Geldersche vandairop te richz doer dbroeck ende quamen totRoesmalenende tot Hynthamvoir den boem, dair zekere van den bourgeren deser stat sonderontheyt met drie oft vier veltbussen henen waren gevaren ende geloepen, stellendedieselver bussen dwaeslic buyten den boem. Die Gelderssche oepenbaerde hensubtylic met een deel van hoiren perden byden camp der Zusterenvan Oirten endehoeren hoep van den voetknechten lach omtrent die Mutze. Ende die bourgerendeser stat, siende die voirs. Gelderssche perden, hebben zy dairnae metten voirs.veltgescut gescoten. dWelc siende die Gelders-4/ sche dat die bussen gelost waren,

1512-1513

324

fol. 371r

fol. 371v

fol. 372r

1 Rechtsonder rest van custode den XXIIIIen dach.2 Vertaling: daarom.3 Aldus hs., hierna is een werkwoord weggevallen.4 Rechtsonder rest van custode sche dat die bussen.

soe zynse met enen gedruyss aen comen slaen ende vyngen dair dieselver bourge-ren, diere XVoft XVI wass oft meer, ende namen die bussen ende reden voirts metenen gedruyss, sonder marren verbrandende Hyntham endeVII moelens van denIX moelens die dair stonden. Ende dit gedaen hebbende, toegen zy voirts terstontmede nae Middelrode, datse verbranden, ende voirts tot Scynle, dairse benachten.Ende in der nacht toegen zyop van Scynle, datse verbranden metter kercken aldair,ende vandair toegensche voirt brandende nae Lyeshout, Stiphout ende voirt totGeldrop, daerse die kerck verbranden met vele lyeden opten thoren wesende, son-der nochtans dairaf were te doen. Ende vandair toegensche voirt tot Nederweertdairse benachten, ende vandair voirt tot Rueremunde inne.

Dat dese stat ende meyerye tsamenvercoftenMRynsgulden

Terselvertiit dievoirs.Vy¡Veentkens lagen nochbynnen deser meyeryen ende toe-gen van dorp te dorp, uuyterende die arme ingesetenen boven die groten lastendiese te dragen hadden. Ende zy en wouden den voirs. Geldersschen genen stootdoen, wantse nyet betaelt enweren. Ende dairnae als den XIen dach octobris desestat, ziende datse hoir selver must helpen /zoudtse behouden blyven, heeft zii dievryheiden ende dorpen deser meyeryen bescreven ende hier wesende is een ac-coert genomen tsamentlic te ¢neren XVIC Rynsgulden ende hebben alsoe desestat ende die steden, vryheiden ende dorpen deser meyeryen tsamentlic aen ver-sceyden personenverset ende gevest in er£osrenten duysent Rynsgulden ende ge-loeft malcanderen die nae gelycke porcien te gelden ende bynnen XII iarennaestcomende af te quyten, met welcken penningen ende meer andere die de vanAntwerpen dairby deden, worden betaelt die voirs. knechten van denVy¡Veent-kens. Ende betaelt zynde, worden dairuuyt gecoren M knechten ende noch Mknechten die totWissem hadden gelegen, ende dairtoe nochVC ruyteren te perde,die tsamentlic byde vanAntwerpen ende bydeser stat worden aengenomen endegeleegt alomme tegens die Gelderssche omme noch van vorderen last ledich teblyven.Want all was die keyser in Brabant gehuldt endebilcken troest desen landegedaen zoude hebben, vertoech hy nochtans weder opwaert.

Hoedie keyserdeser stat screef enenbrie¡, ondermeer alhier te seyn-den tonser hulpen den hertoge van Bruynswyck met zynen brueder

Nyettemin hy troesten sunderlinge dese stat metbrieven zoe hymeest conste, seyn-dende dieselver keyser onder meer brieven deser stat enen brie¡, besloten, gegevenin der stat Coelen den XIIen 1 / dach augusti in den voirs. iair XII ende by zynrerhant getekent `per regem'2 ende van deser stat ontfangen dairnae den XIXen dachderselver maent augusti, beruerende dieselver brieven onder meer dat die koerfur-sten, fursten ende Staiten des Heylychz Rycx in eygen persoen weren geweest totCoelen ter dachvaert, daerse om die expedicie van den oirloge van Gelre tesameneen eendrechtige conclusie hedden genomen ende der keyserlyke maiesteyt con-senteert op horen cost te dyenen met een groet getal vanvolck, te voet ende te perde,

1512-1513

325

fol. 372v

fol. 373r

1 Rechtsondercustode dach augusti.2 Vertaling: voorde koning.

ende die ongehoirsame Gelderssche te helpen stra¡en, dairaf overste capiteynenweren geordineert hertogeHenrick endehertoge ErithvanBruynswyck, gebruede-ren, diebynnenXVdaigen hier int landt zoudenwesen. Ende dairnae zoudehyoickcomen om des oirloigs een eyndt te maken, etc. dwelke die voirs. keyserlyke maies-teyt deser stat hare vertroestenisse ende verblydinge alsoe onder meer woerdenver-cundichden, datse goeden moet zoude nemen ende den voirs. corten tyt pacienciehebben ende daerentusschen dbeste doen.Wanthyen zoude dese stat nummermeerbegeven alsoe lange als Got hem op dese werelt lyet leven, etc.; prout in litteris in-cipientibus:`Maximiliaen, vanGoidz genadenRoemssche keyser, altyt vermeerdersrycx, lieve bysundere'etc. et comprehensis folioVIC XXXVI./Opwelke scryven dese statwatmoetz weder nam, verlangende zeer nae denvoirs.XVen dach, bynnen welcken tyde evenwael die hertogen voirs. nyet en quamen,mar vertoech hen coemste tot Sinte-Hubrechsdach toe dair naestvolgende.

Dat hertoge Henrick van Bruyswyc in deser stat quam

Ten welken Sinte-Huybrechsdach wesende woensdach in denselven iair XII om-trent drie uren nae myddach bynnen deser stat quam die voirs. hertoge Henrickvan Bruynswyc, die hem screef Henrick der Altste, met VC perden endeVC voet-knechten oft dairomtrent, latende denvoirs. hertoge Eritden, zynen brueder, meteen deel volcx tot Goch ende dairomtrent.

Dierste reyse van den hertoge van Bruynswyc

Ende die voirs. hertoich Henric reysden des anderendaigz met zynen volck endemet IIIC knechten, dairafHanssKeyser hoeftmanwas, uuyt deser stat nae Gorin-chem ende vandaer naeTyelreWert ende in de Neder-Betuwe, dair hy drie daigennaesteen bornden. Ende dat gedaen quam hy weder bynnen deser stat. End alsoebynnen deser stat wesende, dieselver stat als den XXen dach novembris anno XIIdede noch onder denvoirs. Henric IIIIC knechten diese hemversouten ende dair-af hy hoeftman setten enen genoempt Iheronimus Nyerss, dairmede hy die palenginc besetten. /Item den XXIIIen dach novembris dairnae zoe leenden dese stat den voirs. her-toich tot zynre begerten XVC gouden gulden, die hy guetelic wedergaf dairnaeden XXVIIen dach novembris.

Die ander reyse van den hertoich van Bruynswyc

Item opten voirs. XXVIIen dach novembris anno XII omtrent IX uren voir myd-dach reysden die voirs. hertoge Henrick met allen zynen lyeden ende onsenknechten nae Den Graue ende te Graue over der Mazen wesende, quam dair byhemdie voirs. hertogeErith, zynbrueder,met zynenvolck, diewelke alsoe tsamenreysden nae der voechdyenvanGelre, voirts nae Stralen endevoirts omtrentVenleende Rueremunde, daerse onderwegen ende omme vele dorpen afbranden, alsOuerasselt, Neerasselt, Nyekerc, Audekerc metter moelen, Cappel,Verudruyt,Creuel metter moelen, dlant van Creykenbeeck, Lolburcht, Hynsbeeck, Bryel,Greefroy,Vlasroten tslot,Vyersen dmeestdeel.

1512-1513

326

fol. 373v

fol. 374r

Dat hertoich Erith van Bruynswyc oec bynnen deser stat quam

Ende dese faytenvan oirloge al gevordert zynde, besetten die voirs. hertogen Stra-len met VIC knechten ende hondert perden ende quamen tsamen bynnen deserstat den XVen dach decembris omtrent III uren nae myddach.

Dat die heren tot Colenworden gericht

Item in deselve maent decembris anno XII was in der stat van Coelen enen groe-ten oploep: die heren aldair wordenvan der gemeynten gevangen ende tot VII toeincluys metten zwert gericht. /

Dat hertoich Erithweder wechreysde

Oeck in den voirs. iair XII, den XIen dach ianuarii, nam die voirs. hertoich Erithoirlo¡ ende reysden uuyt deser stat nae den keyser die hem had ontboden, zoemen seeghden.

DatHezewyc, Dynther branden

Item dach1 ianuary dairnae reysden hertoge Henrick voirs. nae Hollant, latendedit quartier heel bloet, ende denXVIen dach daernae, woensdach, verbranden dieGeldersche Hezewyc ende Dynther.

Dat dlant van Altenaa gebrant wairt

Ende den XIXen dach februarii quam die voirs. hertoichweder bynnen deser statende versocht meer ende vorder bystant te hebbene aen de andere stedenvanBra-bant ende oic aen deHollanders, dairop dachvairden tot Bredawordengehouden,mar evenwael en quam dair nyet a¡. Ende alsoe als den XXVIen dach februarydairnae toech die voirs. hertoich nae den keyser omme dairop met hemvorder tecommuniceren, latende zyn volck liggen bynnen deser meyeryen, die nergens totbescud van den lant verstaen en wouden, wantse nyet en worden betaelt. Endewass alsoe die voirs. hertoichHenric van hier totten IXen dachvan aprill toe dair-naest volgende, ten welcken IXen dach die voirs. hertoge Henrickvan Bruynswycweder bynnen deser stat quam ende opten zelven dach verbranden die Gelders-sche dlant van Altenaa. Die voirs. hertoge Henrick der Altste reysden voirts naeden hove tot /Mechelen omme aengenomen te werdene van den lande van Bra-bant. Ziinen heysch was zulck, dat hy nyet aengenomen en waert, mitz denwel-cken hy wederomme vandair vertoech nae deser stat ende quam bynnen deserstat den XVIIIen dach van aprille in den iair XIII naestvolgende.

Remigii confessoris annoMoCCCCCoXIIIo:Henricus die Leeuwe,Henricus deVden, obiit in suo scabinatuVIIa novembris, Iohannes de Berkel, Lambertus Bo-gart, Gerardus Colen, loco Vden defuncti, qui Gerardus prestitit iuramentumXVta novembris, Theodericus die Borchgreue ¢lius Theoderici, Henricus Pel-grum ¢liusTheoderici, Iohannes Cock. /

1513-1514

327

fol. 374v

fol. 375r

1 Aldus hs., men verwacht een datum.

Burgimagistri seu receptores: Wolterus die Ieger, Lambertus ¢lius WillelmiGoess. van der Laerscot, nomine et absque regimine.

Dat hertoech Henric weder vertoech

Die voirs. hertoich Henrick van Bruynswiick ten voirs. XVIIIen dach van aprillebynnen deser stat gecomen zynde ende alhier den tyt van vy¡ oft sess dagen ge-weest hebbende, vertoech hy nae Bucstel, dair hy by den heer van Bucstel te Sta-pelen ginck liggen, ende zyn lieden leeghden hy in den dorp van Bucstel endeLyemde, daerse die ingesetene geheelic uuyteerden sonder yet vele te gevene, dairdie voirs. hertoich oic blee¡ liggen totten XIen dach toe van iunio dairnaest vol-gende. Ende opten selven dach vertoech hy van Bucstel nae Tricht ende voirtsnae den keyser, latende ende sculdich blyvende vele sculden bynnen deser statende dair hii gelegen hadde.

Dat die heer van Nassouw capiteyn van den oirloge wairt

Item die voirs. hertoech van Bruynswyc aldus als voirs. is tot Boxtel liggende, soewert als den XXen dach meye greve / Henric van Nassouwe ordineert voir enenoversten capiteyn omme tvoirs. oirloge tegens die Gelderssche te beleyen endedonderseten te helpen bescudden, ende comende bynnen deser stat worden hemgescenct Vamen wyns ende L malder haveren. Dairnae in den voirs. iair XIII iniunio began men te spreecken van peys tusschen desen lande ende den Gelders-schen ende dairomme reysden vanwegen des heren van Gelre nae den hove vanBrabant den XXIIen dach iunii anno XIII een geheiten doctor Langh, met Hen-ricken van Ghent, etc.

Dat Amerzoyenwairt ingenomen

Dairnae op Sint-Ianss-Baptistenavont nam inne die voirs. heer van Nassou tslotttot Amersoyen.

DatVyerssenweder met vele dorpen gebrant waert

Dairnae den XIXen dach iulii in den voirs. iair XIII die voirs. heer van Nassouwevoir enen oversten capiteyn aengenomenwesende, toech over derMazen byRue-remunde ende verbranden aldairVyerssen ende vele dorpen.

Dat den DordschenWert gebrant wairt

Dairnae op Sint-Iacopsdach deden die Geldersschen in den DordschenWerdenmet branden ende roven groten scaide. /

Van den bestant, gemaect tusschen desen landen ende den heer vanGelre, duerende vier iaren

Daernae in denselven iair XIII, naedien dattet een wyle oirloge had geweest tus-schen desen landen ende denGelderschen ende vele scaiden metbrant, roe¡endegevenckenissen aen allen zyden gesciet waren, soe eest becomen zoeverre dat by

1513-1514

328

fol. 375v

fol. 376r

fol. 376v

der doerluchtiger hoichgeborene furstinne, vrouwe Margrieten, eertshertoginnevan Oistryc, hertoginne ende grevinne van Bourgoindien, naegelaten wedue vanSauoyen, regente ende gouvernante van desen landen, in afwesen der keyserlykemaiesteyt macht ende beveel hebbende by procuracie van zynre maiesteyt endevan den eertshertoge Kaerle, etc. ter eenre, ende herenWillemenvan Lanck, doc-tor, cancellier ende procuratoir heren Kaerls van Gelre, hebbende oic van hemvolcomen macht, ter andere zyden, een goet, vast ende oprechtich bestant endeaenstant van oirlogen tusschen die voirs. heren, horen landen, lyeden, ondersetenende verwanten van beyden zyden gemaect ende gesloten is voir den tyt van vieriaren naestcomende ende achtereenvolgende, ingaende opten lesten dach van iu-lio in den voirs. iair darthien.In den iersten is gesloten dat durende denvoirs. tyt die ondersatenvan beyden zy-den met malcanderen te water ende te lande coepmansgewyse ende anderssinszullen moegen verkeren ende hoir neringe doen opte gewoentlike tollen ende /ongelde, vry, veylich ende ongelet sonderomvyantscapwille oft andere saken ge-sciet zynde durende doirlogebecummert tewerdene ende zullen cesseren alle op-loepen, feyten van oirlogen te beyden zyden;

Hiertegen dede heer Kaerle van Gelre des maendaigz nae den sondachOculi in den voirs. iair XIII als hy die stat van Arnhemweder innam, van-gende ende scattende die Bourgoensche dairinne wesendeitemdat elckvan denvoirs. heren den tyt voirs. duerendehalden endegebruycken saldie steden, sloten, huysen, vestenissen, landen ende heerlicheiden die zy inhebben,dairvan zy nu ter tyt gebruycken, te weten die keyserlyke maiesteyt ende eertsher-toge Kaerle van der stat, scependom ende richterampt van Arnhem, van der statende lant vanWachtendonc, van der stat, slote, lant ende ampte van Montfoirt, zoewilneer coninc Philips die gebruyct heeft, nae den tractaet van Rosendael oick diestat Stralen met horen toebehoren; ende heer Kaerle van Gelre sal behalden datdrossaetampt van Stralen, uuytgesceyden dat die drossaet in der stat Stralen geeniurisdictie en sal hebben, etc.;item ende dat heer Kaerle voirs. sal behalden tganse lant van Kessel ende stellendair zyn ampluyden, uuytgesceyden thuys ende heerlicheyt vanGeysteren mettenrenten ende gueden dairtoe behorende, dwelc blyven sal aen den eertshertogevoirs. ende al durende den tyt des bestantz; ende dat men durende den bestandeter eenre noch ter andere zyden geen nyewe stercten oft vestenissen maken enzall; /item dat die baenreheren, edele, leenmannen ende andere ondersaten van denlande van Gelre ende greefscap van Zuytphen, haldende die zyde ende partyeder keyserlyke maiesteyt ende des eertshertogen, oic houden ende gebruyckenzullen hoir huysen, sloten ende vestenissen zy nu inhebben, metgaders die rentendairtoe behorende zoe zy die nu besitten, ende oic hoir andere gueden diese dairhebben, etc.;item dat die ioncker van Bathenborch durende dit bestant gebruycken sal die stat,slote ende heerlicheit vanBathenborch metten renten dairtoebehorende zoese nuzyn, beheltelyc dat hydaer geen nyewe stercten maken en sal, ende van zynen an-deren gueden, die keyserlykemaiesteyt ende die eertshertoge zullen hemdairvoir

1513-1514

329

fol. 377r

fol. 377v

versien van een redelycke provisie; oick dat hy tegens heer Kaerle van Gelre oftzynen lande durende dit bestant nyet en zal doen, opte verboren die stat endeheerlicheyt van Bathenborch, ende dat hem tegens bestant te doen geen bystantgedaen en zal werden, etc.;item dat heer Kaerle voirs. weder aenvangen zall alle die andere sloten, vestenis-sen, plattelanden van den geheelen hertoichdom van Gelre ende greefscap vanZuytphen, uuytgenomen die vorn. porcelen;item dat die baenreheren, edele ende onderseten slantz van Gelre haldende diezyde des voirs. heren Kaerls van Gelre, insgelycx zullen behalden /ende gebruy-cken allen die huysen, hoven, sloten ende vestenissen diese nu tertyt inhebben,metgaders die renthen ende gueden dairtoe behoerende, etc.;item dat alle die ondersaten van beyden zyden, zoewael die bourgeren ende inge-setenen van Arnhem als andere, haldende die zyde der keyserlyke maiesteyt endedes eertshertogen, ende insgelycx die halden die zydeherenKaerls vanGelre, zul-len terstont comen tot hueren gueden wair die gelegen zyn ende die aenverdenzoese die vinden, ende dan heer Kaerle die nyet anders en sal belasten noch trac-teren dan andere, ne¡ens hen geguedt, etc.; insgelycx zullen heer Kaerls onderse-ten tracteert werden in de gueden diese hebben onder den eertshertoge;item oft duerende den oirloge ennige renten oft gueden van der eenre oft der an-dere zyden by contumacien oft anderssins afgewonnen waren, zulckenen afwyn-ninge zullen tenyet zyn;item dat by desen bestande sal abolicie generael gedaen werden van al des due-rende die veede gesciet machwesen met woerden, wercken oft anderssins;item en zullen die fursten te beyden zyden nyet gestaden dat ennige vyanden dereenre furst lyden doer die steden ende landen des anderen om hem tebescadigen;item oft duerende dit bestande ennige overgrepen gescyeden, zoe en salt dair-mede nyet gebroken wesen, mar die van den fursten des gedaen hedde, sal zulcxrichten bynnen eenre maent nae den versueck /ende oft aen de richtinge twyvol-dichverstant vyel oft gebreck, dat sal staen ter cleringe ende richtinge der conser-vatoren van desen bestande hiernae bescreven, welcke conservatoren gehoudenzullen zyn dairaf bynnen den naesten drie maenden hoir uuytspraeck te doen;item ende in desen bestande zyn begrepen vanwegen der keyserlyke maiesteytende des eertshertogen die eertsbisscop van Coelen, die bisscop vanVtrecht, diehertogenvan Saxe, van Cleue, vanGuylich ende Bruynswycmetten horen landenende onderseten indien zyhen dairafverclerenbynnen IImaenden nae der publi-catie;oeck zullen dairinne begrepen wesen die greven van Egmond ende van Bueren,ende huer kynderen, die greve van Den Berge, die heren van Yselsteyn, Baten-borch, Buchouen, Ott Schenc, Cornelis Pyeck, etc.;insgelycx vanwegen herenKaerls vanGelre zullen hierin begrepenwesen die her-toge van Lothryc, die heer vanMontfoirt, die stat vanVtrecht, etc.;item die conservatoers van desen bestande, te weten vanwegen der keyserlykemaiesteyt ende des eertshertogen die eertsbisscopvanCoelen, endevanwegen he-ren Kaerls van Gelre die hertoge van Beyeren, domdeken tot Coelen;

1513-1514

330

fol. 378r

fol. 378v

Dit bestant heeft heer Kaerle vanGelre bezworen corts dairnaeitem tot zekerheit desbestantz zoe zullen/die furstengehouden zyn tselvebestant teaccepteren, rati¢ceren endebynnen eenremaentnae der publicacien zullen zwerenende geloven in furstelyckenwoerden op die heilige evangelien tselve bestant onver-brekelic tonderhaldene, doen ende laten onderhaldene, ende zy bynnen eenrermaent hiervan zullen geven hoir bezegelde brieven, ende dat die eertshertoge voirs.gehuldt wesende tselver bestant zal accepteren ende rati¢ceren; ende oic tot vastic-heit des bestantz zullen die bourgermeesteren, scepenen ende raet der steden vanNymegen, Rueremunde, Zuytphen,Venle, Tyel, Boemel ende Gelre voir hen endevoir die gemeyn bourgeren oick gehalden zyn den principalen brie¡ des heren vanGelre met hem te bezegelen; ende insgelycx zullen bezegelt werden vanwegen derkeyserlykemaiesteyt ende des eertshertoge gelyckebrievebyden stedenvanBrabantende Hollant, te wetene Loeuen, Bruessel, Antwerpen, sHertogenbosch, Dor-drecht, Leyden, Haerlem, Delft, Amsterdam ende Der Goude ende oic by der statMechelen; prout in litteris incipientibus: `Margriet, geboren eertshertoginne vanOistryc'etc. et comprehensis folio.1

Uuytroepinge des bestantz tusschendesen landen ende den Gelders-schen

Ende tvoirs. bestant wairt hier bynnen deser stat voir den raitshuze ter poyen a¡gepubliceert in den voirs. iair XIII den IXen dach in augusto, dynsdach optenslach van thien uren. /

Dat die EngelscheTerwarnen belagen

Oeck in den voirs. iair XIII soe is opgestanden ende verresen een groete, zwairoirloigh tusschen den coninc van Vrancryck ende zynen landen ter eenre endeden ionghen conincHenric vanEngelant terandere zyden. Ende isgeboirt in den-selven iair omtrent Sint-Iansmisse te midsoemer zyn overcomen die coninc vanEngelant in persoen met wel CMmannen, soe men seeghden, ende maecten hoirbelech voir die stat vanTerwanen.

Hoe die keyser by den coninc van Engelant quam

Ende dairvoir liggende quam die voirs. keyser Maximiliaen neder ende nam zy-nen leger tot Sint-Oedemaers ende dairomtrent ende reysden aen ende a¡ bydenconinc van Engelant. Ende aldus liggende voirTerwanen quamen als des anderendaigz Assumptionis Marie die Fransoysen met groter macht omtrent Terwanenomme den legerop te locken endeTerwanen te provanden ende te spysen.Die key-ser vernemende die Fransoysen heeft hemgesterct uuytenvoirs. leger met een ze-ker getal van edelen ende zyn ten gemuyt getogen den Fransoysen, dairaf datsenedertoegen wel IIIM mannen ende vingen vele groete eedelen van den Fransoy-sen, alsoe dat Terwanen onprovant bleef.

1513-1514

331

fol. 379r

fol. 379v

1 Hierna ontbreekt het folionummer; deze oorkonde staat niet in het cartularium.

DatTerwanenwairt opgegeven

Ende dairnae coirts den XXIIen dach augusti / in denzelven iair XIII maendachzoe heeft die stat vanTerwanen hair opgegeven ende opgegeven hebbende dededie voirs. coninc van Engelant die in poirten, mueren, huysen ende tymmeringengeheelic mineeren, slecht maken ende omwarpen.

DatDoernick belegenwairt ende gewonnen

Dair terstont nae in denselven iair XIII den thiensten dach septembris vertoegendie voirs. keyser ende coninc van Engelant van Terwanen ende maecten belechvoir die stat van Doernic, dairse in groeter macht voir laigen totten XXIIen dachseptembris, ende ten zelven dage gaven die van Doernic hen in handen des key-sers ende conincx voirs. ende bynnenDoernic worden geleegt vele Engelsche, diede stat bewaerden in behoe¡ des conincx.

Hoe die heren in Den Hage screven aen den tolneer totYersickeroirtaengaende der vryheit deser stat

Oeck in denvoirs. iair XIIIdenXVIen dach novembris, naedien dese stat hair aendeherenvan derRekeninge inDenHagebeclaigt haddevanvele ongelycxdat denpoirteren deser stat geboirden van den tolleners van Hollant, Zeelant endeVries-lant ende besunder voir den tol vanYersickeroirt boven die vryheit van den tollendie dese stat aldair / heeft, soe screven die voirs. heren van der Rekeninge in DenHage aen ClaessenVyerlinc, gecommitteert ten ontfange van den tol van Zeelantopte wachte vanYersickeroirt, versueckende dat hy die van Den Bossche zoudelaten in sulcker vryheit als zy tot desen dage toe geweest hedden sonder hen vor-der te traveleren, ende indien hy ter contrarien van dien yet gedaen hedde, tselvesoude repareren ende indien oec hy die previlegien dier van Den Bosch nyet welen verstondt, zy hedden dairaf gecommuniceert met Iannen van den Bosch, zy-nen meester, die soude hem al tverstant van dienwel vercleren, etc.; prout in litte-ris incipientibus: `Die luyde van der Rekeninge in Den Hage'etc. et comprehensisfolio CCCCLXVI.

Datmen den toll in den lande vanGelre begonst op te scryven

Oeck in den voirs. iair XIII omtrent den XXen dach septembris, naedien heerKaerle vanGelre peys cregen haddemetdesen landen ende eenbestant, gelycvoirgeruert staet, den lesten dach iulii lestleden gemaect was, soe heeft dieselver heerKaerle daerenboven dese stat ende hair bourgeren gaen travelieren ende heeft ge-daen bevele alomme zynen tolleners, datse die poirteren deser stat sonder toll /tegeven nyet en souden laten passeren ende dat alsoe wat staende nae vervolch bydeser stat gedaen, waert geordineert dat die tolleneren zouden opscryven zulcke-nen gueden als die poirteren deser stat voirbydie tollen brengen zouden ter tyt toedat die saken van deser stat vryheit met recht oft gevoege oft anderssins uuytge-dragen zoude wesen, onder vorwarde oft men bevonde alsoe dat dese stat geenvryheitopte tollenvoirs. en hedde, dat alsdan die stat voirs. van al des opgescreven

1513-1514

332

fol. 380r

fol. 380v

fol. 381r

sal wesen den voirs. tolleners horen tol dairaf sal refunderen, welke opscryvenduerden tot omtrent Alreheiligemisse dairnae in denselven iair XIII.

Vandeser tyt mostendie poirters deser stat tol in den lande vanGelregeven

Ende nae dier tyt en wouden die tolleners in den lande van Gelre geseten nyetmeer ennige opscryven doen, mar die poirters deser stat voirbyhoir tollen passe-rende, mosten toll geven.Opten naestvolgende dach van Sinte-Remeyss des avonts tevorens in den iairXIIII gingen a¡ die voirs. sess mannen, totter policien deser stat gecoren in deniair el¡ lestleden, / ende den XVIen dach augusti in denselven iair XIIII wordengecoren andere zess mannen als hiernae blyct.

Remigii confessoris annoMoCCCCCoXIIIIto: RasoRaessen, doctor in medici-nis, Iohannes ¢lius Godefridi de Hedel, Matheus Kuyst, Petrus die Borchgreue,Nycolaus Spierinc, Iohannes de Gunterslaer, PetrusToelinc.Burgimagistri seu receptores: Egidius deOsWillemss., Franciscus deElmptMar-tenss., nomine et absque onere et regimine. /In den voirs. iair XIIII den XVIen dach augusti soe hebben die scepenen, geswo-ren, raitsluyden ende dekenen van den ambachten deser stat gecoren sess nyewegoedemannen totter policien derselver stat, by namenDirck Scoercop,DirckvanCreyelt, Reyner Ians Daemss., BruystenWellen Arts., Arnt Monic, lakencoper,Hermanen Keteler, denwelcken sess mannen die voirs. scepenen, gezworen, rait-sluyde ende dekenen van den ambachten deser stat, representerende die drie le-den derzelver stat ende in dien name, gegeven hebben gelycke macht als gehadthebben die sess mannen die in den iair XI lestleden totter policien deser stat ordi-neert waren, ingaende op Bamisse annoXIIII ende duerende drie iaren naestvol-gende sonder myddele.In den voirs. iair XIIII in de heilige daige van Paeschen soe reysden heer KaerlevanGelremet Voft VIperden stillic nae den coninc vanVrancryc ende quamwe-der int lant in denselven iair des woensdaigz nae den sondach Misericordia.1 /Oeck in den voirs. iair XIIII terstont nae den hoichtyde van Paeschen soe begon-sten diebouwmeesters deser stat, by namenGeerlaec dieRoeuer,meesterHenricPelgrum Dircxsoen, Dirck van Hedel, Tyelman van den Broec, opt Hynthamer-eyndt aen te leggen een muere, streckende van der uuyterster HynthamerpoirtendoerdenMuntel, dwerss tot deser statmuerdie dair streckt afterdieTolbrugge, dieopgemaect was omtrent Bamisse in denzelven iair.In den voirs. iair XIIII omtrent den hoichtyde van Sinte-Seruaes soe reysden naeVngarien die voirs.2, suster van den voirs. eertshertoge Kaerle, die desponseertwas des zoen des conincx vanVngarien.

1514-1515

333

fol. 381v

fol. 382r

fol. 382v

1 Namelijk 3 mei 1514.2 Hierna is plaats opengelaten voorde eigennaam, bedoeld wordtMaria vanHongarije.

Dairnae in denselven iair omtrent den hoichtyde van Pinxten wairt tot Mechelenvanwegen des conincx soen van Deenmarcken beslapen die voirs.Ysabela, sustervan den eertshertoge voirs. /

Peys tusschen den keyser ende den coningen vanVrancryc ende En-gelant

Oeck in denvoirs. iair XIIIIomtrent Sint-Iansmisse temidzoemer soewairt trac-teert ende gemaect pays tusschen die voirs. heren den keyser Maximiliaen, denconinc vanVrancryc ende den coninc van Engelant.

Dat die hertoge van Bruynswyc doot bleef

Dairnae in denselven iair XIIII omtrent Sint-Iacopsmisse wairt hertoge Henricder Altste van Bruynswyc dootgescoten inVrieslant voir een slot, genoemt DenOirt, dair hy comen was ten dienste den hertoge van Zassen, die voir die stat vanGruyningen zyn belech had.

DatDenDamwert gewonnen

Ende dairnae omtrent den hoichtydevanOnser-Liever-Vrouwen-Hemelvartsdachwan die voirs. hertoge van Zassen een stat, geheiten Den Damme, dairinne velevolcx doot bleef.

Die dochter van Engelant creech ten huwelic den coninc van Vranc-ryc

Daernae in denselven iair XIIII omtrent Bamisse seynden over inVranckryc denvoirs. coninc Lodewycke vanVranckryc thuys die voirs. coninc van Engelant zynsuster, die hyhem ten huwelic ga¡ ende die tevoerens wass desponseert den voirs.eertshertoge Kaerle.

Dat coninc Lodewyc vanVrancryc ster¡

Die voirs. coninc Lodewyc/vanVrancryc en leefden byhair nyet langhe, want hyster¡opten iairsavont dairnae.

Dat die Dolphin inVrancryc gecroent wairt

Ende als coninc Lodewyc vanVrancryckdoot was, terstont dairnae waert conincgecroent die Dolphyn, by name Franciscus, die hertoge vanValoys ende van En-golemme, die ten wive hadde des voirs. conincx Lodewycs dochter, geheitenvrouw Glaude, die oic gedesponseert had geweest den voirs. eertshertoge Kaerleende dat afgeslagen ende annichileert waert in den iairVI lestleden, als die voirs.coninc Philips van Castilien zyn leste reyse doen zoude te water nae Spaengien,dairaf hy ster¡.

1514-1515

334

fol. 383r

fol. 383v

Van den raet deser stat te houden

Oeck in den voirs. iair XIIII den XXIIen dach augusti soe zyn by den drien ledendeser stat ordineert ende overdragen zekere ordinancien aengaende hoe ende totwat uren men den raet deser stat houden sal ende hoemen die rekeningenvan derstat gueden doen zal, etc.; prout in acta incipiente: `Op huyden dynsdach'etc. etcomprehensa folioVIC V. /

teser tyt waert gehuldt die voirs. kaerle, wesende prin-ce van spaengien, eertshertoge van oistriick, hertoge,etc.

Dat hertoge Kaerle, zoen van coninck Philips van Castilien, etc.waert gehuldt

Dairnae in denselven iair XIIII den XXIIIen dach in ianuario des diinsdaigz voirden hoichtyde der bekeringhe Sinte-Pouwels soe waert die doerluchtige hoichge-boren vermoigende furste voirs., Kaerle, prince van Spaengien, eertshertoge vanOistenryc, hertoge van Bourgoingien, van Brabant, etc. zoen van wylen conincPhilips van Castilien, zoen van den Roemschen keyser Maximiliaen, tot Loeuenontfangen ende gehuldt voir hertoge van Brabant.

ten tyde van den voirs. hertoge kaerle, wesende nu1

Dat hertoge Kaerle consenteert wairt III iaer lanc alle iair CLM

Rynsgulden

In den2 denselven hertoge Kaerle tot synre incoempsten wairden / alsdoen voireen bede accordeert van den drien Staiten slantz van Brabant tot drie iaren alleiair hondert ende vyftichduysent Rynsgulden, tstuck tot XX stuvers, van halveiair tot halven iair te boren, verschynende den iersten termyne Sint-Iansmisse temidzoemer int iair MCCCCCXV.

Dat heerHerman, greve vanWeda, waert gecoren bisscop tot Coelen

In den voirs. iair XIIII den XIIIIen dach in merte des woensdachs nae den son-dach Oculi soe wairt heer Herman, greve van Weda, wesende canonic in dendomme tot Coelen ende brueder van den greve van Moerss, gecoren bisscop totCoelen.

1514-1515

335

fol. 384r

fol. 384v

1 Deze kop is onvolledig en staat bovenaan fol. 384v, het laatste blad dat door Peter van Osgeschreven werd.

2 Aldus hs., hierna verwacht men een datum.

Vandenpays gemaect tussenden coninc vanVrancryc ende onsen ge-nedigen heer ende van den huwelic desselfs ons genedichs heren

Daernae in den aprille den XIXen dach, nae Paeschen, in den iair M /CCCCC1

XVdes donredaigz nae den sondach als men singt in der kercken voir den introitvan der missen Quasi Modo, dede die voirs. hertoge Kaerle met zynre genadenbeslotenen brieven deser stadt sHertogenbosch verkundigen ende voirts open-baerlic publiceren den pays, gemaect tussen den voirs. nyewen coninc vanVranc-ryc zynen landen ende onsen voirs. genedigen heer ende zynen landen, ende denhuwelic tracteert ende gesloten tusschen denzelven onsen genedigen heer endevrouwe Reynata, dochter van wylen coninc Lodewyc van Vrancryck, oudt we-sende omtrent acht iaren, bevelende ende begerende onse genedige heer voirs.processie te begaen, Gode almechtich te dancken ende te bidden om stedicheytdes pays ende voirts blyscap te maken met woerscappen ende vieren te stoocken.

Vander processiebegaenomdes getracteerdenpayswille ende huwe-lix voirs.

Des sondaigs daernae soe heeft men bynnen deser stad begaen een costelyckeprocessie, daerinne omgedragen wierden die reliquien die men gewoentlyc is inde groote processie van Sint-Iansmisse omme te draghen. Ende in derselver pro-cessien ginge in staite die heren scoutheten ende scepenen ende gesworen, secre-tarysen, die goede mannenvan der bruedersscappen Onser LieverVrouwen endedie goede mannen van den scutteryen ende voirts die goede mannen van den am-bachten, elck int zyne statelic ende in allen dien manieren als wordt gedaen in derprocessien van Sint-Iansmisse, uuytgesceiden dat men nyet om en droech hetbeeld van Onser LieverVrouwen, noch het beeld van / Sint-Ian evangelist, onsenpatroene. Ende des avontz desselfs sondaigz vergaderden sich die naburen vanden straitenbynnen deser stadt endehielden tsamenwoerscappen, sommige byn-nen huyss ende sommige opter straten. Ende omtrent der negendalver uren soewaert opter marct voer den raethuse ontsteecken een groete viere aldaer van houtende pecktonnen op malcanderen opgestapelt. Ende voirt ter urenvoirs. woirdenontsteecken in allen straten vele pecktonnen op hoige stillagien op malcanderengestelt.Nae der voirs. huldinge hertoge Kaerls voirs. geschiet tot Loeuen als voirscrevenis in den voirs. iaer van XIIII den XXIIIIen dach in de maent van ianuario, waertdieselver hertoge Kaerle corts daernae gehuldt tot Bruessel, daernae totMeche-len ende daernae tot Antwerpen, daernae tot Ghent ende daernae tot Brugge.Ende daernae als nae Paeschen daernaest volgende in den iaer M VC ende XVvertoech diezelve doerluchtige hoichgeboren vermoigende furst Kaerle naeMid-delborch in Zeelant, daer hy waert gehuldt ende vandaer vertoech hy voirt inHol-lant, daer hy in deen stat voer ende in dander naewaert gehuld, alsoe dat hydaer/sekeren tyt verthuefden totdat Ysabeel, syn suster die den coninc vanDeenmarc-kenwas desponseert, als omtrentden hoichtydevan der geboertten Sint-IansBap-tisten aldair quam. Ende aldair gecomen wesende, reysden die voirs. hertoge

1515-1516

336

fol. 385r

fol. 385v

fol. 386r

1 Hierbegint de tweede scriptor van de kroniek.

Kaerle mett synre voirs. suster ende metten ambassaten des voirs. coninx vanDeenmarcken die eenwyle tytz daer hadden geweest, naeRotterdamme daer die-selve hertogheKaerle ende vrouweMargriet, syn moye, oic daer wesende, als denXIen dach in iuliowoensdach in den voirs. iaer XV scyede vanYsabelenvoirs., diemetten voirs. ambassaiten des coninx van Deenmarcken vandaer reysden naeDerVeer ende voirts die zee inne nae Deenmarcken.Ende hertogeKaerle voirs. reysdenvandaer nae der stat van sHertogenbosch, lo-gerende des donredaigs savonts denXIIen dach in iulio in denselven iaer totHues-den als in den iaer XV. Ende des vrydaigz daernae als den XIIIen dach in iuliovertoech dieselver hertogeKaerle vanHuesden nae noen omtrent ter vierder urenende quambynnen deser stat van sHertogenbosch des avonts omtrent ter achsteruren, daer hy hoechelic waert ontfangen.Want hem reeden tegemuytt die hoich-scouthet, die leechscouthet ende een seker getalvanbourgeren. Oeckopten selvendach ende tenselven tyde gingen hem tegemuette statelic, paer ende paer, in deniersten voirgaende die begynen, dragende elc enen lynen / witten doeck op hairhoofden. Daernae volchden paer ende paer die cruysbrueders, daernae die myn-rebrueders, daernae die predicaren, daernae die brueders des convents van derHemelscher Poirten gelegen aen de Baseldonck.Daernae volchden die bene¢cia-ten ende canonicken metten dekene der kercken collegiaet Sint-Ians evangelistbynnen der voirs.,1 dragende die dekene onder eenblaeuwe cleet die monstranciedaerinne den doeren staet, ende elckvan den bene¢ciaten ende canonicken droe-gen een bernende wessen kersse van enen pont oft daeromtrent. Daernae vol-gende paer ende paer die cloevenyers, daernae die handboechscutters, daernaedie ionghe scutters, daernae die alde scutten, daernae die dekenen van den am-bachten, daernae die secretarissen, daernae die raetsheren, daernae die gesworenende daernae die scepenen deser stat, dragende elck een bernende tortse vanVIoft VII stuvers. Ende alsoe comendevoir der Pickepoirtenwaert dievoirs. hertogeKaerle aldaer by meester Claessen Kuyst als outste secretaris willecoem geheitenende die sloetelen deser stat waerden hem gepresenteert ende dat gedaen reet hyvoirts in deser stat endewaert alsoe geleyt in der herbergen. Ende in den incomenvan den voirs. prince eertshertoge Kaerle stonden bernende opte vloegelen endeuuythoecken van der Pickepoirten ende opte thoerens aldaer ende oick boven opsHeilichz-Cruyspoirt vele pecktonnen endeboven uuyter voirs. Pickepoirtenvoirden voirs. incomen / ende oic nae den incomen waerden gescoten vele haecbus-sen, dobbel ende enckel, ende oick meerder gescutt. In denselven incomenwarenvan der voirs. Pickepoirten herwarts dieVuchterstraet endevoirt die Sadelerstraetvoirbyden raethuyse totter Colperstraten, dieselver Colperstraet ende voirts in deVerwerstraet endevoirts uuyterVerwerstraten nae den straetken loepende nae derLoefsbruggen ende voirts die straete over die Loefsbrugge totter LombaertscherBruggen toe ende voirt totten huyse van Bergen, daer dieselve hertoge logeerden,dieselver straten ende oick die zydelstraten daerbynnen liggende, behangen endeverchyert met meyen ende oick tot sommigen plaetsen met tapisceryen. Oick inden incomen voirs. opten hoeckvan Arnt-Berwoutsstraet op een stillagie aldaerstonden int harnasch properlic gestelt XVII mannen, presenterende die XVII

1515-1516

337

fol. 386v

fol. 387r

1 Aldus hs., hierna ontbreekt stat.

lantsheren elckmet zynewapene ¢gureert. Opten hoeckvan Sint-Iorysstraetoeckop een stillagie aldaer stont ¢gureert Iudith by Olyfernes, etc. /Oeck in denselven incomen opten hoecke die heyt Aen Onser Liever VrouwenPoirt tegensover Houtappels huys op een stillagie aldaer waert verthoent die ¢-guer van den keyser, die de scerpe iusticie dede over synen soen. Item des son-daigs nae den voirscreven incomen, wesende den XVen dach in iulio int iaer XVC

XV, opten slach van XII uren te middage waert die voirs. hertoge Kaerle bynnendeser stad gehuldt voir den raethuyse op een stillagie aldaer gemaect, omhangenmet gruynen lakenen. Dairby waren vrouwe Margriet, syn moye, die heer vanChyeuers, die heer van Roess, die heer van Rauesteyn, die ionghe palsgreve endevele meer heren, daer meester Raess Raess. alsdoenvoir scepenen deser stat hemden eedt staefden ende meester Philips Hanneton, audiencier, staefden der ge-meynten den eedt. In der voirs. huldingewaert van der stillaigienvoirs. gelt gesaytende geworpen onder tgemeyn volck tot omtrent XL gulden, soe geseegt waert.Ende terstont mede als die huldinge was gedaen, waerden aldaer gescenct denvoirscreven hertoge Kaerle twee silveren stoopen ende een / silveren cop metenen decsel, tsamen gecoft voirVIC Rynsgulden min X gulden. Noch wairt hemgescenct twee voeder wynss. Ende des anderendaigs, wesende maendach denXVIen dach iulii ter tweester uren naemiddach, vertoech dievoirs. hertogeKaerleuuyt deser stat nae Breda opte brulocht greve Henrix van Nassouwe, die doentrouwden die suster van den prince van Araingien, ende daer duerende twee dai-gen vertoech hertoge Kaerle voirt nae Loeuen, want tot Bruessel zeer ster¡.1

Ende daer blivende omtrent VIII dagen toech hy vandaer voirt nae Henegouwe.Den XXIen dach in augusto in den voirs. iaer XVC XV quamen die scepenen vanVyanen bynnen der stat van sHertoigenbossche, aen de scepenen derselver statbrengende een hoeftvaert van enen process voir hen bedingt, dwelcke alleen in-hielt die aenspraeck, het verantwoirden ende dinliggen van II oft III scepenen-brieven sonder ennige getugenisse, daira¡ die scepenen deser stat hen hoirvonnisse beslooten medegaven.Int eynde van der voirs. maent van augusto in den voirscr. iaer van XV in den ge-nerael capittele der bruederen van den predicaren oirdene, gehouden ende gece-lebreert tot Napels ter instancien hertoge Kaerls voirs., soe heeft paeus Leogeordineert van der voirs. oirdene een provincie in desen Nederlanden, die ge-noempt soude wesen die / provincie Germanie Inferioris, dairaf tconvent vanden predicaren oirdene van Coelen soude wesen gesceyden.

Tot Sinte-Remeysmisse int iaer XVC vyftien waren scepenen deser stat: Ian vanVladeracken, Goessen van Brecht, Lambert Millinc, Corstiaen Coenen, Ian vanErpe anders Berse, Henric Dachuerlyes, Gerart van der Zantvoert.Rentmeesteren sonder ontfanck: Ian Bolcx, Henric van Aerle.In sterckenisse der vryheit des tols van Hollant ende Zeelant voir dese stat is dye-nende een consultacie van meesteren van recht in desen scepenstoel gesollici-teert, begrepen opten bladeVIC XXXVIII.

1515-1516

338

fol. 387v

fol. 388r

fol. 388v

1 Zeer sterven: het heersen van een pestepidemie.

Aengaet Iannenvan Erpe, dat hy scepenenwas geset ende dat hy geengeboren poirter enwass, zoe ennige wouden sustineren

Den XIXen dach octobris in den voirs. iaer van XV naedien scepenen, gesworen,raitsluden ende dekenenvan den ambachten, representerende die drie leden deserstad, staidzgewyse versament wesende, tsamentlic spraeck hadden gehoudenaengaende den scependomme Ians van Erpe voirs., die scepenen was geset ende,zoe die fame ginck, geen geboren poirter enweer, dwelcweer contrarie den previ-legien deser stat, besunder enen previlegie gegeven by hertoge Wencelyn endevrouwe Iohanna in den iaer MCCCLXXXIII, inhoudende onder meer dat nye-mand voirtaen scepen zyn en sal, noch oic dekenen van ennigen ambachte, hy enzy geboren poirter deser stat, soe hebben dieselver drie leeden hen aldaer een-drechtelic vercleert datse bleven by de previlegien deser goeder stadt verleentendeweren allenvan ganser meyningen die te onderhouden zoeverre in henweer,ende hebben voirts die voirs. drie leeden aldaer eendrechtelic gesloten ende over-dragen dat men die commissarysen die desen Bamisse lestleden bevelen hebbengehadt die scepenen te stellen, voirhouden sal ende verhalen die voirs. previlegienende diezelver commissarysen alsoe guetelic onderwysen datse denvoirs. Iannenvan Erpe van zynen scependomme willen verlaten ende hem zyns eedts verdra-gen ende / enen anderen geboren poirter in zyn plaetze stellen, zoeverre hy nyeten constebygebrengen dat hygeboren poirter is ende oft dan des alsoe nyet en be-coempt ende dat die commissarysen des nyet en doen, dat men alsdan in conser-vacien der previlegien deser stat ten costen derselver des overdwerss zal vervolgendaer ende zoedat sal behoren, zoeverre dat ummers tvoirs. previlegie in dien on-gemeirct blyve ende dat van gelycke nyet meer enwerde gevordert.

Een overdrach dat men ten costen deser stat die previlegien sal doenonderhouden ende daertegens doende zal stra¡en

Ende hebben noch die voirs. drie leden overdragen oft voirtaen alsoe geboerdendat yemand, wye hy weer, worve, impetreerden, haelden oft dede halen ennigemandamenten oft anderegeestlycke geboden diewelcke gedroegen tegens die pre-vilegien deser stat, datmen dengeenen die zulcxworve, impetreerden, haelden oftdede halen oft ter executien stelden, ten exempel van anderen corrigeren endestra¡en zal ende nyet min die ten costen deser stat wederstaen. Ende als tgeendat voirs. alsoe waert gedaen, overdragen ende gesloten, daer waren by, aen endeover: Ian van Vladeracken, Goessen van Brecht, Lambert Millinc, CorstiaenCoenen, scepenen; meester Raess Raessen, Matheeus Kuyst, Peter die Borch-greue, Ian van Gunterslaer, gesworen; Henric Kuyst, Lucas van Erpe,YewaenKuyst, Arnt Monix,Wouter vanVucht, Arnt Beys, Lambert Bogart, FranssToe-linc, Arnt Paeuweter, IanMonix, scouthet van Pedelant, Ianvan Erpe, kercmees-ter, Goessenvan den Broeck, IanGeck, Philips Sanders, Gerart vanWyc, HenricKuyst Geritss., meester Dirc die Borchgreue, raitsluden; Ian Scalckensmit,Wou-ter die Mesmaker, Zebert die Becker, Emond die Becker, Ian Ackerman, PeterEngberts, Henric Osman,Willem Otten, Zebert Ygrams, Peter Screynmaker,Dirck van den Stadeacker, Laureyns van Reeck, Arnt Noyens, Peter die Nastel-

1515-1516

339

fol. 389r

meker,Willem Gysbertss. aen den Put, Iacob van Bladel, Ian Florys, Lenart vanGe¡en ende meer andere, dekenen.Den XIIIIen novembris in den voirs. iaer waert met twe vrouwen betuygt denvoirs. Iannen van Erpe bynnen deser stat over der fointen corsten gedaen te we-sen; als blyct in eenre certi¢cacien begrepen opten bladeVIC XLIII. /

Dat hertoge Kaerle, zoen van coninck Philips, hem noempden co-ninc, scryvende in allen brieven ende mandamenten

Ten tyde van den voirscreven scepenstoel in den merte den XIIIen ende XIIIIen

daigen soe waert by den voirs. doerluchtigen furst hertoge Kaerle tot Bruessel inder kercken van Sinter-Goedele gecelebreert die uuytfaert van coninc Fernande,coninc van Spaengien, hoiger memorien als des donredaigz ende vrydaigz voirPalmsondach int voirs. iair van vyfthien ende in der voirs. celebracien waert ge-geven die croenen van den conincrycken van Argon, van Aluerne, van Naples,van Garnaten, etc. ende diezelver hertoge Kaerle van doen voirt scree¡ hem co-ninc van den conincrycken voirs.

Remigii confessoris annoMoCCCCCoXVIto scabini: Iordanus de Boert,Marti-nus de Campen, IohannesMonix, FranciscusToelinc, Euerardus deDoerne,Ny-colaus de Buchouen, Aelbertus deMaren.Consent dat die geestelicheit in Brabant mach copen losrenten, mar en mogennyet gecrigen ter quytingen oft sonder quiite eygen goeden, leengoede, emphiote-ke gueden oft chynsgulden,1 niet min moigen zy copen losrenten oft chynsen diete quyten staen, maer nyet hoiger dan den penninc XX; blyct opten blade VIC

LXIIII.

Dat die geestelicheit most geven drie iairrenten van horen vercregengueden

In den voirs. iaer XVI in iunio waren uuyten hove committeert meester LenartCoutreau, heer Ian van Baecx, leechscouthet, ende Victor van der Moelen alsrentmeester,mits zekere commissien aengaende de geestelicheit ende allen goids-huysen, kercken ende gasthuysen die taxeert wairden hier datse mosten gevenvanharen renten ende gueden by hen vercregen syndert der a£ivicheit hertoge Kaerlsvan Bourgoingien drie iaer renten; hiera¡ blyct opten bladeVIC XLIIII et ultra2.

Aengaet hier der geestelicheit

In iuniovoirs. worden hier uuytenvoirs. hove gesonden zekere commissarysenbynamen meester Anthonys Hentkens Hoet ende meester Lenart voirs. omme in-formacie te nemen van ende opte abusen die hier die geestelicheit gebruycten inachterdeel der assynsen van byer ende wyn ende dat men bevandt datse op eeniaer hadden gesleten hondert voeder wyns. /In de maent van iunio quamen tot Bruessele een groot getalle van edelen heren

1516-1517

340

fol. 389v

fol. 390r

1 Aldus hs., lees chynsgueden als in het cartularium fol. 664v.2 Vertaling: en verder.

ende mannen uuyt Spaengien omme den voirs. horen coninc Kaerle te visiterenende te halen.

Dat die hoichscouthet enen tot Lit gehaelt heeft ende doen richtenhier voir den raethuys, want hy mesdadichwass

In den voirs. iaer XVI soe heeft Ian van denWygart als hoichscouthet deser statende hare meyeryen in den dorpe van Groet-Lit enen genoempt Gysbert Arnts,ingeseten aldaer, die aldaer een voirvechter was ende dootslagen hadde gedaenende ongesoent waeren, gehaelt ende bynnen deser stat gevangen gebracht. Endenyettegenstaende dat tcapittel van Sinte-Lambertskercktot Ludickdaerom tre¡e-lic screven denzelvenweder tot Litt te werden gelevert, dede dieselver hoichscou-thet den voirs. Ghysberden bynnen deser stat in den voirs. iaer den dorden dachiulii voir den raethuse metten zwert richten.

Van Alcmeer, van Asperen ende vander blootstortinge aldaer onver-boetz gesciet

In denvoirs. iaer in iulio quamen dieGelresschemetgroeter machtonverboetz inHollant ende namen inne Alcmeer, dat se spolieerden, ende daernae quamen totAspren, daerse groot ende vele bloetz stoorten, als nae blyct.In iulio in den iaer voirs. begonsten die bouwmeesters deser stat te leggen diemuere optenVuchterendyc aen de zyde ten Oeterenwaert.

Aengaet den taxe vanwyn ende byer den capittel ierst toegevuegt

In den voirs. iaer XVI den XXVIIen dach van iulio naedien die voirs. Kaerle, nuwesende coninc van Spaengien, eertshertoge van Oistryck, om te beslichten diegescillen wesende tusschen die stat van sHertogenbosch ter eenre ende die vanden capittele van Sint-Ianskercke in derselver stat, soe is by den voirs. coninckden voirs. capittele toegevuegt enen iairlixen taxe van wyn ende byer als alle iaerhondertendetachtentich amen Rynswyns oft voir een aem Rynswyns twee amencorte, gemeene oft cleyn wynen ende XIIC amen byers sonder assyns daera¡ tebetalen, totten wederseggen van den coninc. Ende bynnen vy¡ oft zess maendendaernae mits clachten des capittels, / soe heeft die voirs. coninc den tax vermeer-dert ende den capittel toegevuegt totten tax voirs. noch twentich amen den tyt vanacht iaren, ingaende den iersten dach april int iaer XVI voir Paesschen; alst blyctin zekerebrieven daera¡die copie is beginnende optenbladeVICLXendebegint:Alsoe om te beslichten'.

Remigii confessoris anno Mo CCCCCo XVIIo scabini in Buscoducis: Iohannesde Berkel, Geerlacus die Roeuer,Theodericus die Borchgreue ¢lius Theoderici,Henricus Eyckman, Lambertus Bogart, Rodolphus van den Broeck, Iohannesde Erpe ¢lius Luce.

1517-1518

341

fol. 390v

Van der veemarct

Den XXIIIen dach octobris in den voirs. scepenstoel is by den drien leeden deserstat statueert dat den yersten thoendach van der veemarct die men bynnen deserstat pleech te houden des anderendaigz nae Sinte-Seuerynsdach, voirtane salwesen des anderendaigz nae Sinte-Crispyns- ende Crispiniaensdach, mar dievryheit sal ingaen zoe gewoentlic.

DatNyportenwaert ingenomen

Den XXVIIIen dach in augusto smorgens int iaer XVC XVI soe waert by enencapiteyn van Oist-Vrieslant ingenomen Nypoirten, wesende een veste gelegen byScoenhouen, daerinne dat hy was IIIC 1 sterck ende zy stichten daer rontsommebrant. /Die grevevanNassouwe alsdoen capiteyn generael vergaderdenvolckvanwapenen, toech denVen dach in septembri in denvoirs. iaer XVIvoir Nyepoirten,daerdie Hollanders sterckbyquamen met een deel buschayers, dwelck syende dievoirs. capiteyn uuyt Oist-Vrieslant die metten Geldersche daer bynnen was, ver-lyethymet zynenGeldersschen als opOnser-Liever-VrouwenavontNativitasNye-poirten ende vertoech daeruuyt, achterlatende omtrent XXVII gewapender methoren perden.In den voirs. iaer XVI den achsten dach in novembri waert by den voirs. conincKaerle tot Bruessel gecelebreert ende gehouden die feeste van den GuldenVlyesende waert gegeven ende gesonden den coninc van Vrancryc, den coninc vanHongrien, den coninc van Deenmarcken, dom Fernant, brueder van conincKaerle, den palsgreve, den marcgreve van Brandenborch, den greve van Mans-uelt, ambassaduer van den keyser, den greve Felix, den greve van Poursien, nevevan den heer van Chieuers, den greve vanMontreuel, den heer van Beueren, dengouveneur van Bresse, den heer vanMontingy, den heer van Sympy, den heer vanBesyn, bailiuwe van Henegouwe.Men seeghden doen datonsevoirs. genedigeheer conincKaerle ont¢nckdordenevan den coninckvanVranckryc ende dede zynen eedt ende die voirs. coninc vanVrancryc ont¢nc doer zyn ambassaiten tGulden Vlyess van den voirs. conincKaerle ende die ambassaiten deden den eedt vanwegen sconinx vanVrancryc.2

Dat die Geldersche weder oirloich aenhie¡en

Den XXIIIIen dach octobris op Sinte-Seuerynsdach in den iaer XVI quam enenbrie¡, aen die van Empel gesonden by Cristoferen, greve tot Moerze, heer totZaerwerden, ende by denzelven getekent tot Boemel, daer hy capiteyn wass, in-houdende datse zouden comen verdingen. /

Dat Asperenwart ingenomen

Den IXen dach in iulio int iairXVCXVII, naedien dieGelderssche endeVriesscheknechtenuuytontheyt des herenvanGelre omtrent Sint-IansdachBaptisten inge-

1517-1518

342

fol. 391r

fol. 391v

1 Aldus hs., hierna ontbreekt een substantiefalsmannen of luden.2 In margine dicebatur (vertaling: naar men zei).

nomen hadden Alcmeer, daerse vele quaetz deden ende vele dorpen verbranden,ende naedien datse voirts hadden geweest in den DordscheWert, soe zyn zy we-sende sterck omtrent VIIM gecomen voir Asperen, datse bestormden, daerse inden iersten ende anderen storm lyeten doot wael VIC knechten ende in den dor-den storm creegen zy die stat ende bedreven daer vele ongenaden over mannen,wyf ende kynderen, geestelic ende werlic.

Aengaet den capittele

In den iaer XVIIdie van den capittele, mitz dat horenwyn diese hadden ingeleegtuuyt wass ende zy egeenen anderen en mochten crigen in te leggen ende zy denassyns deser stat nyet enwoudenbeteren oft vorderen, droncken zy vanPaesschentotMagdalene toe romenyen ende bastarden.

dAfbreken der huysen by heren Daems gasthuys

Den IIIIden dach augusti int iaer XVII soe waerden die huysen by den gasthuysheren Adams vanMyerde afgebroken als van der Hekelen totter zusteren moelentoe.

Onse genedige heer Kaerle, coninc van Spaengien, vertoech uuyt desen landenreysende nae Spaengien, ginck te scepe op Onser-Liever-Vrouwendach Nativitasanno XVII ende quam in Spaengien aent lant XIX decembris.

Dat tcapittel hier cess leeghden ende de leggen

Den XIXen dach in merte des vrydaigz nae den sondach Letare Iherusalem intiaer XVC XVII leeghden die heren van den capittele bynnen deser stat cess endeinterdict dat men cesseerden van Goidz dienst overal bynnen deser stat ende datom deswille datse overvloedich horen wynen sleten ende droncken ende medewerlycke personen distribueerden in derogacien ende achterdeel van den assynsdeser stat, die zekerehoir wynen die henwaren comen, hadde doen kelderen endehen onthouden datse daera¡ nyet en mochten gebruycken, /welcke interdict stonttot optenWitten Donredach daernae ende waert alsdoen gescorst op hope vanpeyss een maent; alst bliict in zekere brieven des o¤ciaels van Ludic, begrepenopten bladeleVIC LXII.Dat die greve van Nassouwe waert gestelt capiteyn van den oirloge blyct optenbladeVIC XLIX.

Remigii confessoris anno Mo CCCCCo XVIIIo scabini in Buscoducis: RasoRaessen, Petrus die Borchgreue, obiit in suo scabinatu XVta aprilis,VIta post Iu-dica, Iohannes de Erpe, Nycolaus Spierinc, Iohannes de Gunterslaer, Petrus deHynden,Willelmus Pynappel, Godefridus de Middegael, loco Borchgreue de-functi.Receptores secundum quid: Iohannes de Broegel,Walramus ¢lius Ambrosii deHanenberch.

1518-1519

343

fol. 392r

Dat tcess afgedaen is

Ende op maendach nae Beloken Paeschen den XIIen dach in aprille omme desvoirs. interdictz wille toegen zekere deser stat gedeputeerde ter eenre ende ennigevan den capittele voirs. ter andere zyden totMechelen, daerse gesommeert warente comen ende daer dien van den capittele waert ordineert dinterdict af te doenende geen meer te leggen ende dat gedaen soudense wedercomen. Ende dan zou-den die coninc vercleren van des zy hen hadden mesdragen ende tcess ende din-terdict mosten die voirs. van den capittele tot horen costen a¡doen ende doenafdoene, hoewael datse daermede enen sekeren tyt vertogen, bynnen welcken zyevenwael tvoirs. cess ende interdict gescorst hyelen totten XIXen dach toe dermaent van iulio int iaer XVIII, ten welcken dage diezelve van den capittele ierstopenbaerden tcess ende dinterdict afgedaen te wesen. Ende alsdoen lyet dese statdenselvenvan den capitteleweder volgen horenwynen diebydeser stat henwarenonthouden ende die dese stat hadde doen kelderen; dit blyct opten blade VIC

LXVII.DenXVIIen dach in meye int iaerXVCXVIIIvanwegen des voirs. conincxKaerlewairt bynnen deser stat vercundicht dat dieselve coninckKaerle in Argoingien ineen stat aldair in presencien van den ambassaiten des paeus, des coninx vanVranckryc, des conincx van Engelant weer ontfangen tot zeven conincrycken.

Weeckmarct totWaelwyc

In septembri int iaer XVIII, ten versueck deser stat ende dier van Huesden, vanBreda ende van Sinte-Geertrudenberch ende tot horenvervolge te hove, zoe heb-ben afgecregen die weeckmarct die die vanWaelwyck twee iaren hadden gehadtende surriptiselic hadden vercrigen. /

Van den staven des eedts des hoichscouthet

DenXVIen octobris anno XVIIIdede ioncherHubert, bastart van Bergen, zyne-n1 op thoichscouthetampt deser stat ten staven van meester Raess.

Die doot vanMaximiliaen den keyser

Den XIIen dach in ianuario int iaer XVC XVIII ster¡ Maximiliaen, keyser vanRomen, des zyele Got genadich moet wesen.

Dat heer Kaerle vanGelre eenwy¡ creech

In den voirscr. iaer XVIII in ianuario quam in den lande van Gelre tot Zuytphenheren Kaerle van Gelre thuys die dochter des shertogen van Luynenborch.

Die uuytvaert van keyserMaximiliaen

Nae der doot des voirs. keysersMaximiliaens uuyt bevele van den hovewaert hierbegaen die uuytvaert desselfs ende dat men daertoe began te luyden statelic alle

1518-1519

344

fol. 392v

1 Aldus hs., lees hierna eed.

daige driewerven ende tot elcker reysen een half ure, als smorgens ter sestalveruren, des middagz ter XIer uren ende des savonts ter sester uren, ende als alsoewas geluydt XIIII dagen lanck, zoe deed men in den hoigen choir die uuytvairtdaer geset wairt voir den outaer eenviercante baer, omhangenvan eenen zwartencleet ende daeromme IXgrotewessen kerssen ende rontommeachttortysen, endeelckvan der scutteryen ende dekenenvan den ambachten een torse. Daero¡erdendie hoich ende leechscouthet, scepenen, gesworen, raitsheren, secretarysen endedie dekenen van den ambachten ende als duytfairt aldus was begaen, zoe luydemen noch die clocken als voir acht dagen daernae.Van zekere aliancie gemaect tusschen conincKaerle, coninc van Spaengien, endebyscop Eerart ende lande van Ludic blyct opten bladeVIC LXIX.

Remigii confessoris annoMo CCCCCo XIX scabini in Buscoducis: Iohannes deVladeracken, Arnoldus Monix, Gerardus de Berkel ¢lius Gerardi, Henricus Pel-grum ¢liusTheoderici, / Iohannes de Erpe alias de Berse,Willelmus de Os, Her-mannus de Dauentria.Den Xen dach in meye in den iaer XIX is gedaen zeker overcomen in der Camervan Rekeninge in Den Hage met Willemen Goudt, pechter van den tol tot Gor-cum:in denyersten dat nae daet voirs. dese poirteren opteDiese geen guedenvercopenoft overslaen en sullen;item dat alle gueden die bynnen deser stat gebracht werden aen den craen oft el-ders ten minstenXXIIIIuren uuyten sceep bynnenDen Bosch zullen hebben ge-legen eer men die vreemden luyden sal moigenvercopen, uuytgesceiden portabelgoet, een ton herinx oft wat froytz ende dat elc poirter zyn goet mach verantwoir-den by enen scipper, hetzy dat hy poirter is oft nyet oft een man van kennissen oftgeloven; blyct opten bladeVIC LXXXIII.

Dat coninc Kaerle wairt gecoren keyser

Den XXVIIen dach in iunio maendach int iaer XVC XIX waert gecoren keyserdie voirs. Kaerle, coninc van Spaengien, ende daer tevoerens omtrent XIIII dai-gen worden denselven van den lande van Brabant geconsenteert hondertdusentgulden bynnen twe doen toecomenden iaren te betalen, ende dat1 hoicheit zynsstaetz ende tot vermeerderingen desselfs.

Datmeester Ian Lombart secretaris wart

Den dorden dach in augusto int iaer XX wairt by den drien leden deser stat ge-gunnenmeester IannenLombarts die o¤cievan den secretarisscapbynnen deserstat.

Remigii confessoris annoMo CCCCCo XXo scabini in Buscoducis: Martinus deCampen, obiit in suo scabinatu VIIa iunii, Henricus Kuyst ¢lius Gerardi, locoCampen defuncti, qui prestitit iuramentumXVta iunii, IohannesMonix,Francis-

1520-1521

345

fol. 393r

1 Aldus hs., lees hierna tot.

cusToelinc, Christianus Coenen, Lambertus van den Broeck, Iohannes ¢lius Io-hannis Arntzs. deVladeracken, Iohannes de Broegel.In isto scabinatu XVIta septembris anno XXIo Euerardus de Doerne prestitit iu-ramentum super o¤cio scultetatus superioris de Buscoducis.1

Consent CLM ende vanCM

In octobri den IXen dach anno XX waert den voirs. coninc Kaerle van den landevan Brabant consenteert hondert ende vyftichduysent gulden drie iaren lanck tegelden, daira¡ den iersten termyn wass Sint-Iansmisse XXI, ende noch hondert-dusent eens bynnen twee iaren te betalen.

Dat die voirs. coninc Kaerl waert tot Aken gecroent

Ende als tvoirs. consent was gegeven toech die voirs. coninck / nae Hoye by denbisscop van Ludick ende vandaer tot in der stat van Ludick, daer hy met grootereeren waert ingehaelt, ende vandaer toech hy naeTricht, daer hy oick met groterpompen ingehaelt waert, ende vandaer toech hy tot Aken, daer hy inquam denXXIIIen dach in octobri in den voirs. iaer XX, daer hy waert gecroent conincvanRomen. Ende denXXVIIen dach in octobri reysden hy vanAken nae Coelen,daer hy waert ingehaelt zeer statelic endeblee¡ tot Coelen tottenXIIIIen dach no-vembris. Ende vandaer reysden hy voirt opwairts omdie keyserlycke croen te ont-fangen.

Dat tgelt waert afgeset ende weder togelaten te ontfangen

In den voirs. scepenstoel den XXen dach in merte des woensdaigz nae den son-dach Iudica nae noen omtrent ter dorder uren soe waert tgelt ter payen met enenmandament afgeboden. Ende den XVIIen dach iulii daernaest volgende waert byden keyser gegunnen tgelt weder te moigen ontfangen, zoet had gegaen.

Van der victoren, by gree¡ Felix ende den gree¡ van Nassou gevor-dert

In den voirs. scepenstoel nae Paesschen soe vergaderden gree¡ Felix ende gree¡Henrick van Nassouw uuyt beveel van den keyser vele volcx van wapenen endebeleeden Longy, datse stormenderhant wonnen opten meyedach. Ende toegenvoirts ende wonnen meer slooten die heren Robbrechten van Arenborch toebe-hoirden, ende wonnen noch een stedeken, geheytenMesinccoert.

Dat die audste soen heren Robbrechz van Arenborch waert gevan-gen

Ende daernae omtrent den XVen dach in iunio in denvoirs. iaer ende scepenstoelwonnen zy Floraingy, dwelc was een stedeken met enen sloot daerinne wesende,

1520-1521

346

fol. 393v

1 Vertaling: in dit schepenjaarlegdeEverard vanDeurneop 16 september (15)21 deeed afophet ambt van hoogschout van's-Hertogenbosch.

daerinne datse vonden den outsten zoen heren Robbrechz voirs., die gevangenwaert gebracht tot Bruessel, daer hy den keyser Kaerle, die omtrent twe oft driedagen had geweest endevanBonenwas gecomen, waert gepresenteert endevoirtsin der gevenckenissen gestelt.

Dat een deel Fransoysenworden verslagen

DenXIIIIen dach iulio in denvoirs. scepenstoelwaerden die Franzoysen,Nauarreinhebbende, uuyt Nauarre geweltlic verdreven by de Spaengiaerts, diewelcke vandenFranzoysenvele dootsloegen endevingen. Ende terstont daernae omtrent denXVIen augusti hadden die Spaengiaerts, liggende voir Baioonen, enen slach te-gens die Fransoysen alsoe dat die Spaengiaertz van den Franzoysen nedertogenIIIIC glavyman endeVIIM voetknechten, als men seeghden.Dat die geestelycke personen egeen nyewe thienden en moigen opzetten nochboeren, blyct opten bladeVIC LXXV. /

Dat die coninc vanDeenmarcken quambynnen deser stat

In den voirs. scepenstoel den XXIen dach van augusto int iaer XXI omtrent derVIIer1 nae middach quam bynnen deser stat die coninc van Deenmarcken endemet hemdiebisscop vanBreemen, hebbende tsamenXXperden endeworden ge-logeert in de Roypoirt ende vertogen den vierden dachweder uuyt deser stat naeDordrecht.

Datoirloichwaert tusschenden keyser ende den coninc vanVrancryc

Oick in denvoirs. scepenstoel denXVIIIen dach in augusto int iaerXXIwaert vanskeysers wegen ierst aentast gedaen opVranckryc.

Dat Moyson waert gewonnen ende Maessyers belegen; dat Doernicbelegenwairt

Ende naedien opte Franzoysen aentast was gedaen ende vele slooten ingenomen,soe wairt van skeysers volck als in septembri int iair XXI bestormpt die stat vanMoyson ende gewonnen die zynde, toech tgeheel heir van Maessyers, daert eenwyle tytz lach ende zynen leger hadde, te wetene aen deen zyde laigen die grevenvan Nassou ende die greve van Bueren ende aen dander zyde Franciscus van Zi-chem ende alse eenwyle tytz aldaer hadden gelegen, waerden aldaer vele ruyterenzieck ende storven van den melyzoen, alsoe dattet heir optoech omtrent den Xen

dach octobris anno XXI ende toogen bornen ende blaicken inVranckryck endevoirts nae Doernic, daervoir dieVleminge metter macht toegen ende beleegdendie stat dat daer nyemantuuyt noch inne en mocht. Ende omtrent denXXen dachoctobris int iaer XXI die coninc vanVrancryc openbaerden sich aldaer met velevolcx, mar hy en vorderden daermede nyet.

1521-1522

347

fol. 394r

1 Aldus hs., lees hiernauur.

Remigii confessoris anno Mo CCCCCo vicesimo primo1 scabini in Buscoducis:Iohannes de Berckel, obiit in suo scabinatu XVta septembris, Lambertus Bogart,Geerlacus die Roeuer, Theodericus die Borchgreue ¢lius Theoderici, Iohannesvan denWyngaert, Iohannes de Rauenscot, Henricus de Dauentria, /WalramusDachuerlyes, loco dicti Berkel defuncti, qui prestitit iuramentumXXa septembris.

Aengaet scattinge van den leenen

DenVIIen dach octobris in den voirs. iaer XXI van ons heren des keysers wegenquamen bynnen deser stat meester Lenart Cotreau endeVictor van der Moelen,rentmeester int quartier vanDen Bosch, als commissarysen die hier metten leen-luyden handelden, alsoe datse gaven denVIen penninc van den vruchter hore lee-nen ende dat den rog, leen wesende, taxeert waert op III stuvers.

DatDoernic hen opga¡

Den iersten dach decembris in den voirs.2 XXI die van Doernick nae zwaer be-lech gaven hen op, beheltelicken hen ly¡, mar hoer goet in de goetheit des keysersende den XVen dach daernae die van den sloot aldaer gaven hen oic op, behelte-lycken ly¡ ende goet.

DatmeesterAdriaen vanVtrecht paeus waert

DenVIen dach ianuarii int voirs. iaer XXI waert paeus gecoren meester AdriaenvanVtrecht ende hy waert coroneert den lesten dach augusti int iaer XXII.Totten IXen dach toe van ianuario in denvoirs. iaer XXI enwas geenenwinter ge-weest van vriese, mar op dien dach, wesende donredach, begonst te vriesen endedes saterdaigz daernae vyele enen groten, zwaren sneeu ende daerop bleeft vrie-sende, alsoe dat dien sneeu een langewyle blee¡ liggen ende vyele alleynsen meersneeus ende dien vorst duerden zeer lang, dat men lyep overMaze endeWale.In den voirs. iaer XXI in ianuario was die merct van den rogV gulden, II stuversende in den merte daernae IIIIÃÙÄ gulden ende lyep oec opV gulden,VIII stuvers.Int iaer XXIIdes donredaigz nae Sint-Ians-Baptistendachwas die merct van denrogVIgulden, II stuvers. Ende den XXIIIIen dach iulii int selve iaer XXIIwas diemerct van den rogVI gulden, nochtans wast vol oext.Den XVen dach iulii in denselven iaer XXII soe waert die bisscop van Coelen totCoelen statelic ingehaelt, dwelcke die van Coelen mosten doen op skeysers acht,mar evenwael hem incomende soe enwas daer mer een straet oepen daer hydoerreet ende alle andere stratenwaren met ketthenen gesloten. /

Van der looteryen

In den voirs. scepenstoel soe is by der voirs. stat opgestelt geweest een looterye,daira¡ dat men die looten op Sinte-Petersavont ad vincula nae der noenen om-trent ter vierder uren began uuyt te geven ende dat uuytgeven duerden totten

1521-1522

348

fol. 394v

fol. 395r

1 Vertaling: 21.2 Aldus hs., lees hierna iaer.

XIXen dach, wesende dynsdach der maent augusti dien dach uuyt totter midder-nacht toe.

Remigii confessoris annoXVCXXIIo scabini in Buscoducis: Iohannes deVlade-racken,Willelmus de Achel, loco Gunterslaer defuncti, qui prestitit iuramentumXXIIIa decembris, Arnoldus Monix, Godefridus Symonis, Iohannes de Gun-terslaer, obiit in suo scabinatu XVIIIa decembris, Goeswinus van der Stegen, Ze-gerus ¢lius Iohannis Godefridi de Hedel, Lambertus van der Laerscot ¢liusWillelmi.

Dat die geestelicheit mach copen losrenten

Den vyften dach in septembri int iaer XXI ter begerten van den twee werlyckeStaiten heeft die keyser geconsenteert dat alle geestelycke personen, goidshusen,gasthusen sullen moigen copen losrenten den penninc om XVIII, XX, nyet hoi-ger mar wel daeronder; blyct opten bladeVIC XCIIII.In isto scabinatu feria quinta ante festum Symonis et Iude1 die merct van den rogV gulden.Opten Korsavont die merct van den rog IIII gulden, II stuvers.

Van eenre dachvairt

In den voirs. iaer XVC XXII in augusto int beginsel diere maent waren tot Brues-sel ten versuecke van vrouwe Margriete, als regente van den lande, die Staitenslants van Brabant vergadert, daer hen voir waert gehouden ende aen hen ver-socht te vercopen XVMRynsgulden ende penningen daeraf comende, appliceerttot bewaernisse der landen tegens die Fransoysen ende die Gelderssche, daera¡by den prelaten waert consenteert IXM gulden te werden vercoft. Die gedepu-teerde, dat gehoert hebbende, vertogen thuyswairt ende vergaderden daerop we-der daernae omtrent Alreheiligemisse ende en accordeerden nyet. Daernaeomtrent Sinte-Katherynendach vergaderden zy weder tot Bruessel ende en ac-cordeerden nyet. Daernae vergaderden zy weder tot Antwerpen omtrent Sinte-Barbarendach, daer die van Antwerpen ende Loeuen consenteerden, marBrues-sel noch die stat van Den Bosch nyet. Ende mitz daer egene accort en waert ge-maect, vertogen die abden vanTongeloo ende van Sinte-Bernart met Iherominovan der/Noot, cancellier, ende die gedeputeerde van den steden van Antwerpenende quamen bynnen der stat van Den Bosch den Xen dach decembris ende ver-gaderden des anderendaigz alhier opten raethuse, daer gestelt waren contorenmet zilverwerck, wyn ende dranck, ende die cameren aldaer beneden ende bovenwaren ronsomme behangen met gruynen lakenen, daerse dien dach tsamentliccommuniceerden, ende die van Antwerpen ende Loeuen als voir consenteerden.Die van Bruessel en waren nyet genoch beraden te consenteren. Des anderen-daigz vergaderden dese stat in haren drien leden ende daerop communiceerthebbende, waren die twee ierste leeden genoch gedelibereert te accorderen met-ten anderen steden, mar die dekens van den ambachten wouden hoir ambachten

1522-1523

349

fol. 395v

1 Vertaling: in ditschepenjaaropdonderdagvoorhet feestvanSimonenJudas (=25oktober).

bespreken. dWelck gedaen hebbende, quamen dieselve dekenen des anderen-daigz by de twe ierste leden in der raetcameren ende brachten negativum. Die-selve dekenen vergaderden weder by horen ambachten omme beter antwoirt tebrengen. Sy quamen weder ende brachten negativum als voir. Nyettemin denXVen dach decembris daernae zoe vergaderden dese stat weder in haren drien le-den opte selve zake, daerbydie gedeputeerdevan den anderen drie steden quamenende hen aldaer genoch oepelic vercleerden datse van meyningen waren te con-senteren totten vercope van een zekere quote. Ende als die dekenen van den am-bachten dat hoerden, seeghden zy datse noch hoir ambachten beter woudenspreken ende hoepten goede antwoirt te brengen. Sy vergaderden weder op hoirkerchoven opten XVIen dach decembris ende quamen weder ten raide endedmeestedeel van hen brachten negativum als voir. Ende als die cancellier voirs.hoerden derselver dekenen antwoirde, dede hy die gemeyn ambachten als denXVIIen dach decembris op zekere penen comen op hoir gewoentlycke kerchoven,daeroick quamen ende die cancellier hembyvueghden iersten ten mynrebruede-ren ende nae ter predicaren, daer hyhenverhaelden den lastons heren des keysersende dat zy gescepen weren rueckeloos overvallen te werden van den Gelders-schen, van den Fransoysen, etc. ende datse daerommehet bestewilden doen endemetten anderen consent /dragen. Ende dat alsoe nae den onderwys den dekenenby den cancellier gedaen opten selven dach nae der noenen vergaderden dieselvedekenen hen by den tween yersten leden voirs. ende accordeerden consent te wil-len dragen totten vercope vanVM gulden, onder condicie nochtans dat men hengunnen ende versekeren zoude dat men bynnen den twee mylen naest deser statvan Den Bosch egeen poirtersambachte en zoude doen. Met welcken horen ac-cort die drie leden deser stat denXVIIIen dach decembris in den iaer voirs. gingenbydenvoirs. cancellier ende den greve van Bueren ende den anderen Staiten endegaven denselven dat te kennen. Ende tselve gehoert hebbende, vertogen die voirs.Staten als den XIXen dach decembris tsamentlic uuyt deser stat ende elck naehuys, sonder vordere daerinne te spreken.Daernae in februario waerden geconsenteert LXXXM gulden terstont te werdenbetaelt ende die betalinge daira¡ waert bynnen deser stat in den mert in den vas-ten gedaen by die van Bruessel, Loeuen ende Antwerpen hier wesende denknechten ende omtrent Bamisse tevorenswaren anticipeert CM gulden, behalvendie loepende bede.

Dat tot Postel seker knechtenwaerden gehaelt

Den XXen dach decembris wesende saterdach in den iaer voirs. quamen ennigegoede mannen uuyten goidshuys van Postel aen dese stat clachtich datse in dengoidhuys voirs. van een zeker getal blooter boeven ende knechtenworden overla-den ende belast. Dese stat scicten terstont derwarts metten hoigenscouthet Eue-rarden van Doern een zeker getal van den alden scutten ende cloevenyers tottengetal van XXXVI die derwarts toegen ende wouden aldaer dieselver knechten,die hen aldaer op een camer onthielden ende bestonden hen te weren, die scuttenende cloevenyers vyelen daeraen ende vyngensche ende brachtensche alhier opwagens gebonden ende diere was zesthien. Daira¡ vier warden opten iairsavont

1522-1523

350

fol. 396r

tot Vucht gericht ende op raderen geset ende noch vier daernae den dorden dachnae iairsdach oic tot Vucht gericht ende op raderen geset ende die andere acht bycomposicien ende anderssins ontquamen /

1522-1523

351

Bijlage 1Lijst met vertaling van vaak voorkomende Latijnse zinsneden enpassages

Remigii confessoris annov fuerunt scabini in Buscoducis sequentes:op 1 oktober in het jaarvwaren de volgende personen schepen in 's-Hertogen-bosch

Remigii confessoris annov scabini fuerunt hii:op 1 oktober in het jaarvwaren deze personen schepen

locov ¢endo sculteto:in plaats vanv, die schoutwerd

loco provdefuncto:in plaats vanv, die overleden is

qui obiit (in suo scabinatu):die overleed (tijdens zijn ambtsperiode als schepen)

qui prestitit iuramentum:die de eed a£egde

burgimagistri seu receptores:burgemeesters ofontvangers

burgimagistri seu receptores (solum) nomine et absque (onere et) regimine quiainfrascripti sex viri electi habuerunt onus policie:

burgemeesters of ontvangers (slechts) in naam en zonder (last en) bestuurstaak,omdatde ondergeschreven zes gekozen mannen de bestuurstaak hadden

burgimagistri seu receptores (nomine et) secundum quid:burgemeesters ofontvangers (in naam en) zoals wat voorzegd is

receptores nomine ut supra (quia dicti sex habebant adhuc eorum regimen):ontvangers in naam als boven (omdat genoemde zes tot nu toe zelf de bestuurs-taak hadden)

prout in acta (carta/littera) incipiente, desuper expedita:zoals in een akte beginnend, daarover uitgevaardigd

prout in (certis) aliis litteris/instrumentis:zoals in een (zekere) andere akte (of (zekere) andere akten)

prout in litteris (comprehensis) ad signumv et foliov:zoals in een akte, (staand) bij het tekenv en op foliov

prout in litteris (gallicis) incipientibusvet comprehensis foliovet ad signumv:zoals in een (Franse) akte, beginnendv en staand op foliov en bij het tekenv

353

prout premissa in dicto previlegio lacius continentur, quodquidem previlegiumcomprehenditurv:

zoals de voorschreven zaken in genoemd privilege uitvoeriger aan bod komen,welk privilege staatv

quequidem carta comprehenditur foliov et ad signumv:welke akte staat op foliov en bij het tekenv

ad idem:betre¡ende hetzelfde

(omnino) ut supra:(geheel) als boven

prima, ultima, penultima:eerste, laatste, voorlaatste

tempore iamdicti scabinatus:ten tijde van voornoemd schepenjaar

ut inibi (et folio):zoals daar staat (en op folio)

354

Bijlage 2Lijst van signa

De tekens (= signa) in onderstaande lijst corresponderen met de in de kroniekgenoemde signa en zijn iets verkleind afgebeeld. In de tekst is elk signum tussenhakenweergegeven door een ½-teken gevolgd door een rangnummer.

½ 1 =

½ 2 =

½ 3 =

½ 4 =

½ 5 =

½ 6 =

½ 7 =

½ 8 =

½ 9 =

½ 10 =

½ 11 =

½ 12 =

½ 13 =

½ 14 =

½ 15 =

½ 16 =

½ 17 =

½ 18 =

½ 19 =

½ 20 =

½ 21 =

½ 22 =

½ 23 =

½ 24 =

½ 25 =

½ 26 =

½ 27 =

½ 28 =

½ 29 =

½ 30 =

½ 31 =

½ 32 =

½ 33 =

355

Cartularium met signum.'s-Gravenhage, KB, hs. nr. 131 D 26, band 1 fol. 28r

356

Bijlage 3Concordantie van kroniek en cartularium

De kroniek van Peter van Os is voor de diplomatische stukken gebaseerd op eencartularium in twee banden.1 Om dit cartularium met veel onuitgegeven veer-tiende- en vijftiende-eeuws materiaal over 's-Hertogenbosch nader toegankelijktemaken is deze concordantie toegevoegd.Debeschrijving van het cartularium isvooral toegespitst op de relatie met de kroniek.

Beschrijving

Beide banden zijn op papier geschreven dat dezelfde watermerken heeft als hetpapier van de beschreven folia van de kroniek. Ze hebben elk een eigen inhouds-opgave en zijn doorlopend gefolieerd met Romeinse cijfers. Het komt veelvuldigvoor dat verschillende folia eenzelfde folionummer hebben. De reden hiervan isonduidelijk. Een laterehand heeft een a-b-c-onderscheid toegevoegd,waarvan inde concordantie gebruik is gemaakt. In het cartularium staan niet alleen oorkon-den, maarook andere stukken, zoals bijvoorbeeld eden. De oorkonden zijn door-gaans in extenso gekopieerd.De inhoudsopgavenvan de twee banden zijn omstreeks 1516 toegevoegd; zij cor-responderen met elkeband afzonderlijk. De inhoudsopgave vanband 1 isblijkenseen aantekening opgemaakt in het schepenjaar 1515, dat loopt van 1 oktober1515 tot 30 september 1516.2 In de inhoudsopgave van band 2 zijn niet alle oor-konden opgenomen. De jongst genoemde oorkonde in de inhoudsopgaven is d.d.1516.07.27.Demanier vanverwijzen in de inhoudsopgaven naar het cartulariumis dezelfde als die in de kroniek, echter zonder de signa. In de inhoudsopgavenzitten ook twee kroniekmatige opmerkingen, die wel in de kroniek, maar niet inhet cartularium terug te vinden zijn.3

De inhoudsopgaven gevenvan elke oorkonde een rubriek ( copia litterev'of co-pie van den brieve v'). Deze rubriek staat vaak letterlijk boven de oorkonde inhet cartularium. Soms, bij langereoorkonden, volgt er eenuitgebreidere inhouds-opgave, corresponderend met de verschillende artikelen uit de oorkonde. Regel-matig wordt in de marge het kernwoord van de oorkonde geschreven.Het cartularium is door diverse personen aangelegd. Naast Van Os en de tweedescriptor van de kroniek zijn zeker nog vier andere, ook zeventiende-eeuwse han-den te onderscheiden.Deze nemen dekopieertaakvan elkaaroveropwillekeurige

357

1 's-Gravenhage, KB, hs. nr. 131 B 26.2 's-Gravenhage,KB, hs. nr. 131B 26, band 2, fol. 18, laatste rubriekvan de inhoudsopgavemet aankondiging van een passagebetre¡ende het poorterschap van Janvan Erpe, die nuint iair XVc XV scepene geset is.

3 Den Haag, KB, hs. nr. 131 B 26, band 1, inhoudsopgave fol. 10v, band 2, inhoudsopgavefol. 11v,Van Os, Kroniek, fol. 166r-v en 346r.

momenten: middenin een oorkonde, middenop een bladzijde, middenin een zin.Van Os heeft de inhoudsopgaven zelf geschreven en ookvaak de rubrieken. In deeerste band heeft hij verder slechts (delen van) een tiental oorkonden afgeschre-ven, in de tweede zeker meer danvijftig.Een groot deel van de doorVanOs afgeschreven oorkonden dateert uit de periode1515-1521. De oorkonden uit 1515 zijn nog opgenomen in de inhoudsopgave inband 1 en door hemzelf verwerkt in de kroniek, de overige zijn door de tweedescriptor verwerkt. Het lijkt erop dat Van Os kroniek en cartularium met de in-houdsopgaven in 1516 tot dat moment had bijgewerkt en vervolgens doorgingmet het verzamelen van oorkonden, met het oog op een voortzetting van de kro-niek. De tweede scriptor heeft de kroniek bijgewerkt tot 1523, maar nog materi-aal verzameld tot 1538. Na 1538, het laatste jaar van de ononderbroken reeks,volgen nog vijf oorkonden die door zeventiende-eeuwse handen zijn bijgeschre-ven.In het cartularium is geen strikt chronologische of thematische ordening te her-kennen. Het eerste gedeelte van fol. 1 tot fol. 135, met oorkonden tussen 1191 en1427, is nog redelijk chronologisch. Daarna is de chronologische ordening meerverstoord.

Inrichting van de concordantie

In de concordantie zijn alle oorkonden opgenomen die in kroniek en cartulariumvoorkomen, met opgave van de oorkonder en hetonderwerp. Bij de datering is dedatumregel van de stukken in het cartularium opgelost.Wanneer een datum ont-breekt in het stuk, wordt dezewaar mogelijk gereconstrueerd tussen haken. Dit isniet uitputtend gebeurd. In de kroniek staat bij een oorkonde eenverwijzing naarslechts een folio in het cartularium, ook al beslaat het afschrift daar diverse folia.In de concordantieworden alle folia in kroniek e© n cartulariumvan debetre¡endeoorkonde aangegeven. Op een aantal plaatsen ontbreekt in de kroniek het folio-nummer (de nummers zijn pas later toegevoegd); de betre¡ende oorkonde blijktdan doorgaans niet in het cartularium te staan. Sommige oorkonden in de kro-niek hebben naast de folioverwijzing nog een signumverwijzing.4 Hetzelfde sig-num staat dan, enkele uitzonderingen daar gelaten, in het cartularium bijdezelfde oorkonde.

Concordantie van kroniek en cartularium

½ = signum in de kroniek correspondeert met het signum in het cartulariumv = in de kroniek ontbreekt bij de verwijzing naar het cartularium het folio-

nummer( ) = de datering is niet ontleend aan kroniekof cartularium

358

4 Zie bijlage 2.

De uitgebreide titulatuur bij de Bourgondische hertogen is, waar mogelijk, be-perkt tot de vermelding van de titel hertog van Brabant.

datum kroniekfolio

sig-num

cartulariumfolio

oorkonder(s)/onderwerp bijzonderheden

(ca. 1185) 41r ½ 483r-486ar hertog van Brabant/stads-recht van 's-Hertogenbosch

1191 41r ½ 1v-2r hertog van Brabant/Land vanHerpen

in een vidimus d.d.1362.07.05

1191 116v ½ v hertog van Brabant/Land vanHerpen

1196.06.01 41r-41v ½ 2v-3r keizer/tolvrijdom op de Rijnvoor 's-Hertogenbosch

in een vidimus d.d.1362.07.06

1203 41v ½ 3v-5r graaf van Gelre/tolvrijdom inGelre voor 's-Hertogenbosch

in een vidimus d.d.1334.09.09

1203.11.09 42v ½ 7r-8r hertog van Brabant en graafvan Holland/leenband vanHollandse steden en tollen inHolland

in een vidimus d.d.1362.07.06

1203.11.09 42v ½ 8r hertog van Brabant en graafvan Holland/wederzijdse tol-vrijdom

in een vidimus d.d.1362.07.06

1204.11.14 43r ½ 5v-6v Rooms-koning/vrouwelijkeopvolging in Brabant

in een vidimus d.d.1362.07.06

1233.09.19 48v 8v-9r Rooms-koning/tolvrijdom opde Rijn voor 's-Hertogen-bosch

in een vidimus d.d.1362.07.06

1251.01 54v-55r ½ 9v-10r heer van Heusden/tolvrijdomin Heusden voor 's-Hertogen-bosch

in een vidimus d.d.1362.07.06

1274.(06.02) 60r ½ 457v-458v hertog van Brabant/tolvrij-dom in Lith voor Dordrecht

1277.07 61r-61v ½ 10v-14v bisschop van Luik/regels voorhet Groot-Ziekengasthuis te's-Hertogenbosch

1284.01.31 62v-66v ½ 16v-22av hertog van Brabant/stads-recht van 's-Hertogenbosch

1299.01.15 69v-70r ½ 136v-139r hertog van Brabant/waag van's-Hertogenbosch

1306.02.13 71r-71v ½ 22br-24v en113v

hertog van Brabant/con£icttussen 's-Hertogenbosch ener-zijds en Hintham en Rosma-len anderzijds; accijnzen enbestuur van 's-Hertogenbosch

1307.03.16 71v ½ 24v-25r hertog van Brabant/hofvaartvan Lith, Lithoijen enHeere-waarden

359

datum kroniekfolio

sig-num

cartulariumfolio

oorkonder(s)/onderwerp bijzonderheden

1309.08.28 72v 25r-28r hertog van Brabant/heem-raad van der Eigen

1312.(09.27) 74r-75v ½ 29v-34r hertog van Brabant/chartervan Kortenberg

1314.07.10 76r-76v 34r-37r hertog van Brabant/Waalscharter

1315.10.25 76v 160r-162r 's-Hertogenbosch/heemraadvan Empel

1318.01.12 77v 420cv-421v graaf van Kleef/Heusden1318.09.13 78r 37r-38r hertog van Brabant/accijnzen

en muren te 's-Hertogenbosch1321.01.31 78v 38r-39v 's-Hertogenbosch/laken te

's-Hertogenbosch1321.10.13 79r-79v 422r-422v arbiters/Heusden1321.10.13 79v 422v-424r graaf van Holland/Heusden1321.12.04 79v 425r-425v graaf van Holland/Heusden1321.12.07 79v 424r-425r arbiters/Heusden1323.06.24 80r 275v heer van Cuijk/Grave1323.06.24 80r 276r-276v heer van Cuijk/Grave1325.11.28 80v 418bv-420cv hertog van Brabant/heem-

raadvanNuland, Ge¡en, Oss,Lithoijen en Lith

1328.03.26 81v 40r hertog van Brabant/week-markt van 's-Hertogenbosch

1328.04.04 82r 343r-343v hertog van Brabant/recht vaningebod van 's-Hertogen-bosch in Herpen

1328.07.07 81v-82r 276v heer van Cuijk/Grave1330.01.11 82r-86r 40v-46v hertog van Brabant/charter

van de heilige Drievuldigheid(PrivilegiumTrinitatis)

1330.01.14 86r 46v-47r hertog van Brabant/laken te's-Hertogenbosch

1331.07.20 86v 651r-652r en699v-700r

heer vanMegen/Osse sluis de kroniek geeft alsdatum 27 juli

1334.09.09 3v-5r proost van Koudenberg; de-ken van het St.-Goedelekapit-tel te Brussel/vidimus van eenoorkonde d.d. 1203

1335.08.26 93r 47v-48r hertog van Brabant/gemeintvan 's-Hertogenbosch

1335.12.08 93r 48r-49r hertog van Brabant/laken enkeuren van 's-Hertogenbosch

1336.09.16 93v-94v 49v-51r hertog van Brabant/bestuuren schulden van 's-Hertogen-bosch

360

datum kroniekfolio

sig-num

cartulariumfolio

oorkonder(s)/onderwerp bijzonderheden

1336.09.28 93v 49r-49v hertog van Brabant/schuldenvan 's-Hertogenbosch

1337.12.11 94v-95r 51r-51v hertog van Brabant/lombar-den van 's-Hertogenbosch

1344.06.18 97r 51v-53r hertog van Brabant/bestuurvan 's-Hertogenbosch en ver-koop van land

1344.06.18 97r 53r-53v hertog van Brabant/schuld-brieven van 's-Hertogenbosch

1346.09.20 72v-73r en97v

28r-29r hertog van Brabant/heem-raad van der Eigen

(1349.02.27) 99r 445r-446v Rooms-koning/Gouden Bulvoor Brabant

het cartularium geeftals datum 1348.03.01

1349.03.01 99v ½ 446v-447v Rooms-koning/executiebriefvan de Gouden Bul voor Bra-bant

1349(.07.25) 99v ½ 447v-448r Rooms-koning/brieven vanonderzoekbij de Gouden Bulvoor Brabant

het cartulariumgeefteen onvolledige da-tering

1349.09.02 99v-100r 366r-367bv hertog van Brabant/heem-raad van Kessel, Maren enAlem

1352.03.30 100r-100v 53v-55r 's-Hertogenbosch/stadsmuurvan 's-Hertogenbosch

1352.09.28 100v 55r-56v 's-Hertogenbosch/stadsmuurvan 's-Hertogenbosch

1354.04.04 101r-101v ½ 57r-57v Rooms-koning/annulatie vanvonnissenvan de bisschop vanLuik

in een vidimus d.d.1362.07.06

1355.03.18 101v 57v-59r Brabantse steden/stedenbond1356.01.03 102r-103v 59v-66r hertog van Brabant/Blijde In-

komst1356.09.27 105v 378ev-379r hertog van Brabant/vrijdom

van de houtschat voor 's-Her-togenbosch

1357.06.04 105r en106r-106v

graaf van Holland/geschiltussen de hertog van Brabanten de graaf vanVlaanderen

1357.07.13 106rr 67v-68v drossaard van Brabant; heervan Cuijk en Hoogstraten/Hamdijk bij Grave

(1357.10.01-1358.09.30)

106r Huis van de Eiendonk te's-Hertogenbosch

vermoedelijk eenschepenoorkonde

1360.05.01 107v 135v-136v mannen van de hertog vanBrabant/schouwen van deMaas

in een vidimus d.d.1426.12.02

361

datum kroniekfolio

sig-num

cartulariumfolio

oorkonder(s)/onderwerp bijzonderheden

1360.09.09 107v 68v-70v hertog van Brabant/lossingvan Oisterwijk en vervreem-ding van dorpen in de Meierij

1362.01.31 107v-108r 70v-71v Leuven en 's-Hertogenbosch/stedenbond

1362.07.05 1r-2r abt van A¥igem; proost vanCoudenberg/vidimus van eenoorkonde d.d. 1191

1362.07.06 2r-3r abt van A¥igem; proost vanCoudenberg/vidimus van eenoorkonde d.d. 1196.06.01

1362.07.06 5r-6v abt van A¥igem; proost vanCoudenberg/vidimus van eenoorkonde d.d. 1204.11.14

1362.07.06 6v-8r abt van A¥igem; proost vanCoudenberg/vidimus vantwee oorkonden d.d.1203.11.09

1362.07.06 8v-9r abt van A¥igem; proost vanCoudenberg/vidimus van eenoorkonde d.d. 1233.09.19

1362.07.06 9v-10v abt van A¥igem; proost vanCoudenberg/vidimus van eenoorkonde d.d. 1251.01

1362.07.06 56v-57v abt van A¥igem; proost vanCoudenberg/vidimus van eenoorkonde d.d. 1354.04.04

1363.09.11 108r 71v-72r hertog van Brabant/tolvrij-domvoor 's-Hertogenbosch

1363.09.29 108v 72r-73r hertog van Brabant/buiten-poorters van 's-Hertogen-bosch

1365.06.30 112r-112v ½ 399r-399v hertog van Brabant/Valken-burg

ge|« nsereerd in eenoorkonde d.d.1365.07.18

1365.06.30 112v-113v ½ 399v-400v Walraven vanValkenburg/Val-kenburg

ge|« nsereerd in eenoorkonde d.d.1365.07.18; de kro-niek geeft een andersignum

1365.07.16 116r-118v ½ 401v-405bv 's-Hertogenbosch/rechten van's-Hertogenbosch in Herpenen deMeierij

in een vidimus d.d.1454.09.10

1365.07.18 115v-116r 399r-401v keizer/Landvrede in het ge-schil overValkenburg

met een insertie vantwee oorkonden d.d.1365.06.30

362

datum kroniekfolio

sig-num

cartulariumfolio

oorkonder(s)/onderwerp bijzonderheden

1365.07.19 113r-115v 319r-333r gezworenen van de Land-vrede tussen Rijn enMaas/Landvrede in het geschil overValkenburg

1365.09.19 112r 73v-74r hertog van Brabant/onder-houd van de Zegedijk bij Ha-ren

1366.02.06 112r 74r-74v hertog van Brabant/factorijop Schonen (Zweden)

1366.03.24 111v 73r-73v hertog van Brabant/`vrede' te's-Hertogenbosch

1367.09.09 119r 460v-461v 's-Hertogenbosch/Vught1371.05.05 120r-120v 74v-75v hertog van Brabant/recht-

spraak en stadsdienaren van's-Hertogenbosch

1372.04.06 121r 75v-76r hertog van Brabant/weteringtussen de Meierij en Megen

1374.06.02 121v 456r-457v 's-Hertogenbosch,Vught enCromvoirt/erfdeling van hetVughterbroek

1376.09.06 121v 14v-16v bisschop van Luik/Groot-Ziekengasthuis in 's-Herto-genbosch

1376.12.26 122r 76r-76v hertog van Brabant/open-houden van de wegen in deMeierij

1379.01.09 122v-123r 77r-77v 's-Hertogenbosch/doop enmissen te 's-Hertogenbosch

in de kroniek staatgeen verwijzing naarhet cartularium

1379.03.29 122v 76v-77r hertog van Brabant/bierbrou-wen te 's-Hertogenbosch

1379.(04.10-1379.09.30)

123r 77v aanbrengen van misdadigerste 's-Hertogenbosch

schepenoorkonde

1380.03.13 123v 77v-78v hertog van Brabant/keurenvan brood, wijn en bier te's-Hertogenbosch

1382.04.16 124r 78v-79r hertog van Brabant/testa-menten, geestelijke goederenen huwelijken te 's-Hertogen-bosch

1383.09.06 124v 81r-81v hertog van Brabant/bestuurvan 's-Hertogenbosch

(1382.10.01-1383.09.30)

124v hertog van Brabant/bestuurvan Leuven

1383.12.19 125r-125v 79r-81r hertog van Brabant/`Lantcarte'

363

datum kroniekfolio

sig-num

cartulariumfolio

oorkonder(s)/onderwerp bijzonderheden

1384.06.15 125v 81v-82r hertog van Brabant/waardevan het geld te 's-Hertogen-bosch en in de Meierij

1384.06.15 126r 82r hertog van Brabant/tol vanWoudrichem

1384.06.15 126r 82v hertog van Brabant/ carte vander stillen'

1387.05.15 130r 88v hertog van Brabant/zweren te's-Hertogenbosch

1387.07.10 129r-129v 86r-87r hertog van Brabant/stadswis-selaar van 's-Hertogenbosch

1387.09.09 130r 88v-89r hertog van Brabant/verster-kingen in de Meierij

1387.09.27 129v 87v-88r 's-Hertogenbosch/stadswis-selaar van 's-Hertogenbosch

1388.03.18 128v-129r 82v-85r hertog van Brabant/accijn-zen, maten, schepen- en rent-meestersbenoeming te's-Hertogenbosch

1388.05.29 130v ½ 460r hertog van Brabant/gezellenvan deTafel van 's-Hertogen-bosch

in een vidimus d.d.1388.07.30

1388.07.30 459v-460v 's-Hertogenbosch/vidimusvan een oorkonde d.d.1388.05.29 en gezellen van deTafel van 's-Hertogenbosch

1389.06.03 131r ½ 89r belofte van Jan van Berlaargeen inbreuk te maken op derechten van 's-Hertogenbosch

de kroniek geeft eenander signum

1389.10.23 131r 458v-459r graaf van Holland/goederenin Ge¡en

1390.10.23 131v-132r 89v-90v hertog van Gelre/vrede metBrabant

in een vidimus d.d.1392.08.27

1391.10.04 132r-132v 91r-92r hertog van Brabant/accijnzenvan 's-Hertogenbosch enschuld aan de graaf van derMark

1392.08.27 89v-90v proost van Coudenberg/vidi-mus van een oorkonde d.d.1390.10.23

(1392.10.01-1393.09.30)

132v 459r-459v verplichte bewapening in deMeierij

364

datum kroniekfolio

sig-num

cartulariumfolio

oorkonder(s)/onderwerp bijzonderheden

1394.07.12 133r 92v Jan van Berlaar/belofte vanhulp aan 's-Hertogenbosch

1394.12.16 133r-133v 92v-94r hertog van Brabant/bede in's-Hertogenbosch en deMeierij

1395.02.28 133v-134r 94r-95v hertog van Brabant/cijnshef-¢ng, visserij, vogelvangst enfunctionarissen te 's-Herto-genbosch en in deMeierij

1399.02.13 138r-139r 95v-97r hertog van Brabant/rechtenen plichten van het bestuurvan 's-Hertogenbosch

1403.03.26 140r 97r-98r hertog van Brabant/schuldaan de graafvan der Mark

1403.09.25 140v-141r 98r-99v hertog van Brabant/jaar-markten te 's-Hertogenbosch

1403.09.25 141r-141v 99v-101r hertog van Brabant/'carthevan den signet'

1404.02.24 141v-142v 101r-103r 's-Hertogenbosch/laken te's-Hertogenbosch

1404.06.05 142v-143r 103r-103v Anton van Bourgondie« /gou-verneurschap in Brabant

1404.10.02 143v 104r hertog van Brabant/schuldaan de heer van Heinsberg

1404.10.02 143v-144r 104v-105v hertog van Brabant/schuldaan de heer van Heinsberg

1406.12.18 145r-146v 105v-110v hertog van Brabant/Blijde In-komst

1407.01.10 146v 110v-111r 's-Hertogenbosch/drossaardvan Brabant

1408.03.11 147r-147v 111r-112r hertog van Brabant/geschiltussen Brussel en Leuvenenerzijds en Antwerpen an-derzijds

1408.09.08 148r 112r-113r hertog van Brabant/muur- enstraatmeesters te 's-Hertogen-bosch

1408.12.22 148r-149v 113r-115v hertog van Brabant/bevesti-ging van het charter vanRos-malen (d.d. 1306.02.13)

1409.08.29 483r-486ar stadsrecht van Dormaal notarisakte1409.09.03 177r 139v-140v hertog van Brabant/Duitse

Ordein een vidimus d.d.1432.08.29

1409.10.15 149v-150r 115v-116r recht van ingebod van 's-Her-togenbosch

vermoedelijk herto-gelijke oorkonde

1410.11.29 150v 116r-116v Gozewijn Moedel van derDonk/boetedoening

365

datum kroniekfolio

sig-num

cartulariumfolio

oorkonder(s)/onderwerp bijzonderheden

1414.05.23 152r 116v-117v Brussel/geschil tussenHen-drikvan der Lek en Godfriedvan Brecht

1415.03.06 153r 118r-124v geschil tussen Hendrikvander Lek en Godfried vanBrecht

uitspraak door Brus-sel en 's-Hertogen-bosch

(kort na1415.10.15)

405bv-408r edelen en steden van Brabant/aanklacht tegen 's-Hertogen-bosch

(kort na1415.10.15)

408r-409cv 's-Hertogenbosch/aanklachtvan de edelen en steden vanBrabant

1416.04.29 153v 124v-126r hertog van Brabant/verban-ning uit 's-Hertogenbosch

1417.10.09 154r 85r schepenbenoeming te 's-Her-togenbosch

1418.05.20 155v 126r-128r geschil tussen inwoners van's-Hertogenbosch

uitspraak door Brus-sel en Antwerpen

1418.06.22 156r 128r-128v Leuven, Brussel en Antwer-pen/geschil tussen Hendrikvan der Lek enWillemvanGent

1419.02.05 156r-157r

en272v-273r

128v-130r en269r-270v

hertog van Brabant/ tolvrij-dom in Holland en Zeelandvoor 's-Hertogenbosch

de laatste vermel-ding is ge|« nsereerd ineen oorkonde d.d.1480.07.31

1419.02.05 157r 130v hertog van Brabant/leningvan 's-Hertogenbosch

1419.03.04 157v 131r hertog van Brabant/tolvrij-domvoor 's-Hertogenbosch

1419.08.04 157v-159r 131r-133r hertog van Brabant/regelingnaar aanleiding van de brandin 's-Hertogenbosch

1420.02.05 161v-162r 133v-134v hertog van Brabant/dijkrechtlangs de Maas

1423.10.09 163v 85r-85v schepenbenoeming te 's-Her-togenbosch

1425.03.12 164v 135r verbanning uit 's-Hertogen-bosch en deMeierij

1426.06.05 166v 515r-515v Leuven/tolvrijdom in Brabantvoor NÏrnberg

1426.10.25 167r 462v boete voor inwoners van's-Hertogenbosch

1426.12.02 135v-136v 's-Hertogenbosch/vidimusvan een oorkonde d.d.1360.05.01

366

datum kroniekfolio

sig-num

cartulariumfolio

oorkonder(s)/onderwerp bijzonderheden

1427.01.29 167r 135r voorwaardelijke verbanningvan een inwoner van 's-Her-togenbosch

1427.03.28 167r 461v-462r arrestatie van de inwoners vanBrabant voor de schulden vande hertog

1430.10.05 171r-175r 143r-156v hertog van Brabant/Blijde In-komst

1430.10.05 175r-175v 156v-160r hertog van Brabant/aanvul-ling op de Blijde Inkomst

1431.04.07 292r-292v 's-Hertogenbosch/Oijen1431.07.18 292r 's-Hertogenbosch/Oijen1432.08.29 176v-177r 139v-141r hertog van Brabant/vidimus

van een oorkonde d.d.1409.09.03 en de Duitse Orde

1435.09.26 179r 583r-585r 's-Hertogenbosch/kraangeldte 's-Hertogenbosch

1436.02.17 178v-179r 141v-142r hertog van Brabant/schepenArnoud Stamelart van Udenvan 's-Hertogenbosch

1440.06.26 295r-295v ½ 440r-441r hertog van Gelre/Oijen ge|« nsereerd in eenoorkonde d.d.1482.07.12 in eenbevestiging d.d.1485.05.03

1440.10.10 180r-182v 189r-192v hertog van Brabant/leengoe-deren in Brabant

1441.09.22 182v-183r 515v-516r 's-Hertogenbosch/wijn te's-Hertogenbosch

1441.09.22 183r-183v 516v-518r 's-Hertogenbosch/wijn te's-Hertogenbosch

1443.12.02 184v 385r-385v hertog van Brabant/tol vanGeervliet en Gorinchem

1444.05.22 185r-185v 415bv-418br hertog van Brabant/bede1445.03.24 184v 341v-343r maalgeldvan de geestelijkheid

te 's-Hertogenboschnotarisakte

1445.11.20 186r-186v 585r-587r geschil tussen 's-Hertogen-bosch en het St.-Janskapittelover de inkomsten van het ka-pittel

notarisakte

1445/6.03.31 186v-187r 383v-385r hertog van Brabant/kledingen wapens in Brabant

in de kroniek staatdeze oorkonde on-der het schepenjaar1445

1446.09.20 187v 370r 's-Hertogenbosch/hopmaat te's-Hertogenbosch

367

datum kroniekfolio

sig-num

cartulariumfolio

oorkonder(s)/onderwerp bijzonderheden

1446.11.13 187v-189r 412bv-415bv hertog van Brabant/leengoe-deren in Brabant

1448.01.03 189v-190r 448v-450v hertog van Brabant/verbodaan Brabant omvoor eengeestelijke rechtbank te pro-cederen

1448.01.05 190r-190v 382r-383v hertog van Brabant/zandver-stuivingen in deMeierij

1448.08.28 191r 452bv-453v geschil tussen de hertog vanBrabant en de bisschop vanLuikover het procederen voorgeestelijke rechtbanken

1450.04.11 192r-193v 430r-431cv Raad van Brabant/armen,pelgrims, dobbelspel, hoeren,enz. in Brabant

1450.04.25 193v-194r 349v-351r hertog van Brabant/Winrikvan Frentz

1451.09.20 194v-196v 193r-196v en394v-398br

hertog van Brabant/bewape-ning, rechtspraak, tol en gees-telijke goederen in Brabant

de laatste vermel-ding is ge|« nsereerd ineen oorkonde d.d.1457.11.28

1451.09.20 196v-199r 387r-391v hertog van Brabant/bede ge|« nsereerd in eenoorkonde d.d.1457.11.28

1451.09.20 199r-199v 392r-393r hertog van Brabant/dros-saard, warandmeester en bal-lingen in Brabant

1451.09.20 199v 367bv-368r

en 393r-393vhertog van Brabant/lombar-den in Brabant

1453.01.16 202r 598r-600r 's-Hertogenbosch/opwin-ningsprocedures te 's-Herto-genbosch en in de Meierij

1453.03.06 201r-202r 361v-364r hertog van Brabant/struikro-vers in Brabant

1453.06.14 202r-202v 364v-365r hertog van Brabant/struikro-vers in Brabant

(op/na1453.06.14)

202v 348v-349v het belasten der domeinen inBrabant

1453.07.15 202v-203r 351r-352bv hertog van Brabant/beloftevan schadeloosstelling aan's-Hertogenbosch

1453.09.11 203v-205v ½ 357r-359v 's-Hertogenbosch/schout vanHerpen

1454.01.19 206r-207r 425v-430r hertog van Brabant/muntenin Brabant

368

datum kroniekfolio

sig-num

cartulariumfolio

oorkonder(s)/onderwerp bijzonderheden

1454.09.10 401v-405bv gardiaan van de minderbroe-ders te 's-Hertogenbosch/vi-dimus van een oorkonde d.d.1365.07.16

1454.12.16 210v 359v-361r hertog van Brabant/struikro-vers in Brabant

1455.02.21 207r-210r ½ 352bv-355r Raad van Brabant/geschiltussen 's-Hertogenbosch ener-zijds en Herpen, Uden en Ra-venstein anderzijds over hetrecht van ingebod

1455.03.12 210r 356v-357r heer van Ravenstein, Uden enHerpen/geschil met 's-Herto-genbosch over het recht vaningebod

1455.03.18 210r 355v-356r Raad van Brabant/geschiltussen 's-Hertogenbosch ener-zijds en Herpen, Uden en Ra-venstein anderzijds over hetrecht van ingebod

1457.11.28 213v-214r 394v-398cv hertog van Brabant/insertievan een oorkonde d.d.1451.09.20 en beschermingtegen overlast vanwapenvolkin Brabant

1457.11.28 214r 385v-391v en394r

hertog van Brabant/ insertievan een oorkonde d.d.1451.09.20 en bede voor eenkruistocht

de oorkonde is opfol. 391v onderbro-ken en vervolgd opfol. 394r; beide delenzijn met een signumverbonden

1458.05.27 215v-216r 375v-377v hertog van Brabant/ambten te's-Hertogenbosch

1459.02.06 214v-215v 379r-380v hertog van Brabant/woeker teLeuven

1463.08.21 218r-219v 203v-206r hertog van Brabant/regelingnaar aanleiding van de brandin 's-Hertogenbosch

1463.09.15 219v-222r 196v-201v 's-Hertogenbosch/regelingnaar aanleiding van de brandin 's-Hertogenbosch

1464.01.02 217v 540av-540bv hertog van Brabant/veemarktvan 's-Hertogenbosch

1464.01.02 222v 202r-203v hertog van Brabant/regelingnaar aanleiding van de brandin 's-Hertogenbosch

369

datum kroniekfolio

sig-num

cartulariumfolio

oorkonder(s)/onderwerp bijzonderheden

1464.01.02 222v-223v 206v-208r hertog van Brabant/bezit vande geestelijkheid te 's-Herto-genbosch

1464.01.02 224r 368v-369v hertog van Brabant/lombar-den te 's-Hertogenbosch

1464.01.02 224r-224v 374r-375v hertog van Brabant/bierbrou-wen in deMeierij

1467.07.12 228v v hertog van Brabant/aanvul-ling op de Blijde Inkomst

1468.08.26 233v 590v-595r 's-Hertogenbosch/tol inWou-drichem en Giessen

1469.01.13 234v-235r 286r-288v overeenkomst tussen 's-Her-togenbosch en het St.-Janska-pittel naar aanleiding van debrand

notarisakte

1469.02.26 234r-234v 587r-590v processies te 's-Hertogen-bosch

notarisakte

1469.02.28 232v 476r-478v hertog van Brabant/Groot-Ziekengasthuis te 's-Herto-genbosch

1469.03.08 232v-233r 208r-211v hertog van Brabant/veemarktte Lier

1471.03.09 235v-236r 595r-597v 's-Hertogenbosch/Gevangen-poort te 's-Hertogenbosch

1471.03 28 236v 462v-465bv hertog van Gelre als leenmanvan Brabant

notarisakte

1471.08.18 237r 552v-554v hertog van Brabant/verma-ning aan Gelre

1472.03.25 242v 554v-555r paus/con£ict tussen de hertogvan Brabant en Gelre

1472.03.25 242v 555r-555v paus/con£ict tussen de hertogvan Brabant en Gelre

1472.04.20 237v-238r 380v-382r hertog van Brabant/haardtel-lingen in Brabant

1472.05.30 238r 182r-187r hertog van Brabant/rentenvan 's-Hertogenbosch

1472.09.09 238v-239r ½ 475r-476r paus/Adolf en Arnoud vanGelre

1472.12.07 237v 468r-470r hertog van Gelre/verkoop vanGelre

1473.06.21 243r-244r 345r-345v en346r-348r

hertog van Brabant/verbondmet de hertog van GulikoverGelre

de oorkonde is opfol. 345v onderbro-ken en vervolgd opfol. 346r; beide delenzijn met een signumverbonden

370

datum kroniekfolio

sig-num

cartulariumfolio

oorkonder(s)/onderwerp bijzonderheden

1473.08.07 223v en287r

278r-279ar hertog van Brabant/Cuijk enKessel

in de kroniek staatdeze oorkonde onderhet schepenjaar 1463

1474.10.09 245v-246r 85r-85v schepenbenoeming te 's-Her-togenbosch

1475.04.10 250v 211v-214v hertog van Brabant/Leuvensetol en oude geleide

1475.05.05 249v-250r 282r-283v Rekenkamer vanMechelen/visserij van 's-Hertogenbosch,Vught en Berlicum

ge|« nsereerd in eenoorkonde d.d.1475.11.18

1475.11.18 250r-250v 282r-284v Raadsheer van Brabant/vis-serij van 's-Hertogenbosch,Vught en Berlicum

insertie van een oor-konde d.d.1475.05.05

1476.03.15 248v 470v-475r 's-Hertogenbosch/heemradenvanOss, Ge¡en, Lith en Lithoijen

1477.02.11 253r-255r 433v-438r hertog van Brabant/algemeenprivilege voor Brabant

(na1477.05.26)

256v v 's-Hertogenbosch/oproer te's-Hertogenbosch

1477.05.29 257v-264v 214av-247v hertog van Brabant/Blijde In-komst

1477.05.29 267v-268v 378av-378br

en 378cveden van de hertog van Bra-bant en de Staten van Brabant

1477.06.20 264v 340r-341v hertog van Brabant/oproer te's-Hertogenbosch

1477.12.05 265r-265v 247v-249r hertog van Brabant/bevesti-ging van de Blijde Inkomst

1478.01.03 265v-267v 249r-253r hertog van Brabant/aanvul-ling op de Blijde Inkomst

1478.04.05 270v v 's-Hertogenbosch/bierbrou-wen te 's-Hertogenbosch

(1471.03.03-1478.04.22)

409cv-412br hertog van Brabant/leengoe-deren in Brabant

1478.12.31 268v-269v 378bv-378cr eden van de hertog van Bra-bant en van 's-Hertogenbosch

(tussen1453.01.16 en1479.05.03?)

600r-600v opwinningsprocedures voorschepenen van 's-Hertogen-bosch

1479.05.03 601r 's-Hertogenbosch/opwin-ningsprocedures te 's-Herto-genbosch en in deMeierij

1480.01.07 272r 253r-255v hertog van Brabant/bedehef-¢ng te 's-Hertogenbosch voorde oorlog tegen Gelre

1480.07.31 272v-274v 268v-273r hertog van Brabant/tolvrij-dom in Holland en Zeelandvoor 's-Hertogenbosch

371

datum kroniekfolio

sig-num

cartulariumfolio

oorkonder(s)/onderwerp bijzonderheden

1480.08.31 271r 655v-657v 's-Hertogenbosch/geschil tus-sen Andreas zoon van Bern-hard en de Duitse Orde

1480.09.01 273r-273v Rekenkamer in Den Haag/tolvrijdom in Holland enZeeland voor 's-Hertogen-bosch

1480.11.27 275r-275v 311v-314r Raad van Brabant/Leuvensetol en oude geleide

1480.12.06 275v-276r 314v hertog van Brabant/privilegesvan Brabant

ge|« nsereerd in eenoorkonde d.d.1481.03.03

1480.12.06 276r 314v-315v Raad van Brabant/privilegesvan Brabant

ge|« nsereerd in eenoorkonde d.d.1481.03.03

1481.01.23 315v-316v hertog van Brabant/privilegesvan Brabant

ge|« nsereerd in eenoorkonde d.d.1481.03.03

1481.03.03 276r-276v 314r-317v Raad van Brabant/privilegesvan Brabant

insertie van tweeoorkonden d.d.1480.12.06 en eenoorkonde d.d.1481.01.23

1481.04.03 276v-277v 317v-318v Raad van Brabant/Leuvensetol

1481.04.20 277v-279r 337r-340r Raad van Brabant en raad van's-Hertogenbosch/verdragtussen 's-Hertogenbosch enZaltbommel, Bommeler- enTielerwaard

1481.04.23 280r-280v 279v-280v Jan en Joost van Hemert/doorsteek bij Hemert

1481.04.23 280v 280v-281v Zaltbommel/doorsteekbijHeerewaarden

1481.04.29 281r 281v-282r Tiel/tolvrijdom in Gelre voor's-Hertogenbosch en door-steek bij Heerewaarden

1481.05.23 281r-281v 370v-373r hertog van Brabant/vredes-verdrag met Zaltbommel,Bommeler- enTielerwaard

1481.05.27 282r-282v 378cr-378cv eden van de hertog vanBra-bant en van 's-Hertogenbosch

1481.05 281v v hertog van Gelre/acceptatievan de inwoners van Gelre alsonderdanen

372

datum kroniekfolio

sig-num

cartulariumfolio

oorkonder(s)/onderwerp bijzonderheden

1481.06.05 283v-284r 262v-263r hertog van Brabant/tolvrij-dom in Gelre voor 's-Herto-genbosch

1481.06.25 284r-285r ½ 264r-265r heer van Batenburg/tolvrij-dom in Batenburg voor's-Hertogenbosch

ge|« nsereerd in eenoorkonde d.d.1481.06.26

1481.06.26 284r-285r 263r-265v 's-Hertogenbosch/tolvrijdomin Batenburg voor 's-Herto-genbosch

insertie van een oor-konde d.d.1481.06.25

1481.06 282v-283v 258r-262v hertog van Brabant/tolvrij-dom in Gelre voor 's-Herto-genbosch

in de kroniek staatgeen verwijzing naarhet cartularium

1481.10.31 285r-286r 273v-275v graaf van Horn; 's-Hertogen-bosch/tol vanWoudrichem

1481.11.26 286r-286v 279r-279v hertog van Brabant/aanslui-ting vanGrave, Cuijk en Oijenbij Brabant

1482.07.12 294v-296r 439r-443r hertog van Brabant/Oijen insertie van een oor-konde d.d.1440.06.26, bevesti-ging d.d. 1485.05.03

1482.07.20 296r-296v 378cv-378dr eden van de voogd van de her-tog van Brabant en van deStaten van Brabant

1482.07.23 288r-288v 333r-336v 's-Hertogenbosch enWillemvan Gent/Oijen

1482.09.04 289r-289v kwitantie vanWillemvanGent voor de a£ossing vaneen schuld van 's-Hertogen-bosch

schepenakte

1483.05.15 288v-289r Oijen schepenakte1483.05.15 289r Oijen schepenakte1483.06.24 300r-300v ½ 291v-308r arbiters/geschil tussen 's-Her-

togenbosch en deMeierij overde kosten van de oorlog tegenGelre

1483.07.05 299v 265v-267v 's-Hertogenbosch/tol vanTiel1483.07.10 299v-300r 267v-268v pachters van de tol vanTiel/tol

vanTiel1483.10.15 300v ½ 308r-311r arbiters/geschil tussen 's-Her-

togenbosch en deMeierij overde kosten van de oorlog tegenGelre

1484.02.23 301r 288v-291v hertog van Brabant/compe-tentie van de schepenbankvan's-Hertogenbosch

373

datum kroniekfolio

sig-num

cartulariumfolio

oorkonder(s)/onderwerp bijzonderheden

1485.01.14 301v-302r 344r-345v 's-Hertogenbosch/tol vanZons

1485.05.03 438v-443r hertog van Brabant/Oijen bevestiging van eenoorkonde d.d.1482.07.12, met in-sertie van een oor-konde d.d.1440.06.24

1486.04.23 303r-303v 443r-444v hertog van Brabant/het van-gen vanwolven in de Meierij

1486.11.06 303v 450v-451r twee wereldlijke Staten vanBrabant/rechten van de gees-telijke Staten van Brabant

1486.11.26 303v-304v 478v-480v 's-Hertogenbosch/haven van's-Hertogenbosch

1487.04.30 305r 451v-452br hertog van Brabant/toezichtop de dijken door 's-Herto-genbosch

1488.03.26 290r schuld van 's-HertogenboschaanWillemvan Gent

schepenakte

1488.07.23 305v-306r 480v-483r hertog van Brabant/leenman-nenvan de hertog vanBrabant

1489.01.13 703v-704v 's-Hertogenbosch/geldzakente 's-Hertogenbosch

1489.05.21 308r 640bv-641v Utrecht/rechten van 's-Herto-genbosch in de tol vanUtrecht

1490.07.14 308v-309v 486ar-488r hertog van Brabant/inbreukdoor de o¤ciaal van Luikopde rechten van 's-Hertogen-bosch

1490.07.14 488r-489r bode van de hertog van Bra-bant/inbreuk door de o¤ciaalvan Luikop de rechten van's-Hertogenbosch

1491.03.07 309v-310v ½ 489v-493v hertog van Brabant/geschiltussen 's-Hertogenbosch en deheer van Heeswijk over leen-goederen

ge|« nsereerd in eenoorkonde d.d.1491.12.02

1491.08.06 311r 162r-164r 's-Hertogenbosch/verbod ophet combineren van het secre-tarisambt met het schepen-ambt te 's-Hertogenbosch

1491.11.15 311r-312r 518r-520r hertog van Brabant/renten inBrabant

1491.12.02 489r-493v 's-Hertogenbosch/geschil tus-sen de stad en de heer vanHeeswijkover leengoederen

insertie van een oor-konde d.d.1491.03.07

374

datum kroniekfolio

sig-num

cartulariumfolio

oorkonder(s)/onderwerp bijzonderheden

1493.11.03 313r 652r-655v hertog van Brabant/muntva-luatie

1493.(10.01-1494.03.29)

313v 493v-495r 's-Hertogenbosch/schoon-houden van de straten te's-Hertogenbosch

1494.09.09 316r-321v 520v-528v hertog van Brabant/Blijde In-komst

1494.12.10 496r-497r hertog van Brabant/bestuurs-hervorming te 's-Hertogen-bosch

ge|« nsereerd in eenoorkonde d.d.1494.12.20, die ge|« n-sereerd is in een oor-konde d.d.1494.12.22

(voor1494.12.20)

315r-315v 501v-504r Leuven/bestuur van Leuven

1494.12.20 495v-500v Raad van Brabant/bestuurs-hervorming te 's-Hertogen-bosch

insertie van een oor-konde d.d.1494.12.10; ge|« n-sereerd in een oor-konde d.d.1494.12.22

1494.12.22 314r-315r 495r-501r hertog van Brabant/bestuurs-hervorming te 's-Hertogen-bosch

insertie van een oor-konde d.d.1494.12.20, met in-sertie van een oor-konde d.d.1494.12.10

1495.03.14 315v-316r 504v-507r Staten van Brabant/overlastvan troepen in Brabant

ge|« nsereerd in eenoorkonde d.d.1495.03.16

1495.03.16 315v-316r 504r-507v hertog van Brabant/overlastvan troepen in Brabant

insertie van een oor-konde d.d.1495.03.14

1495.03.24 508r-508v hertog van Brabant/overlastvan troepen in Brabant

1495.06.19 322r 657v-659r 's-Hertogenbosch/tolvrijdomin Holland, Zeeland en Gelrevoor 's-Hertogenbosch

1495.08.25 322v-325v

en 349r165v-174ar 's-Hertogenbosch enMeierij/

afbakening vanwederzijdserechten

1496.08.03 329v-330r 509r-511av hertog van Brabant/Grave in een vidimus d.d.1496.08.19

1496.08.06 330r-330v ½ 511bv-512v Cornelis van Bergen/Grave in een vidimus d.d.1496.08.19

375

datum kroniekfolio

sig-num

cartulariumfolio

oorkonder(s)/onderwerp bijzonderheden

1496.08.19 329v-330v 508v-512v Brussel/bewaring van oor-konden op verzoekvan deStaten van Brabant

vidimussen van oor-konden d.d.1496.08.03 en1496.08.06

1496.12.15 326v-327r 378cr eden van de hertog vanBra-bant en van 's-Hertogenbosch

1496/7.03 328r-329v 542r-545v hertog van Brabant/aanvul-ling op de Blijde Inkomst

1499.08.12 557r-559ar 's-Hertogenbosch/zes goedemannen van 's-Hertogen-bosch

ge|« nsereerd in eenoorkonde d.d.1499.08.26

1499.08.26 333r-334v 556r-560r hertog van Brabant/bestuurs-wijziging en schulden van's-Hertogenbosch

insertie van een oor-konde d.d.1499.08.12

1499.09.16 335r 566r-567bv 's-Hertogenbosch/zes goedemannen van 's-Hertogen-bosch

1499.09.17 335r 567bv-570r 's-Hertogenbosch/zes goedemannen van 's-Hertogen-bosch

1499.09.28 334v-335r 560r-566r hertog van Brabant/schuldenvan 's-Hertogenbosch

1500.09.24 744v-745v hertog van Brabant/onder-houd vanwegen in de Meierij

1500.12.17 336r-337r 454r-455r universiteit van Leuven/rech-ten van de universiteit

ge|« nsereerd in eenoorkonde d.d.1500.12.25

1500.12.25 336r-337r 453v-456r hertog van Brabant/rechtenvan de universiteit van Leuven

insertie van een oor-konde d.d.1500.12.17

1502.06.13 697r-697v hertog van Brabant/onder-houd vanwegen enwaterwe-gen in het Kwartier van's-Hertogenbosch

1502.06.28 339v-340r 570r-573v hertog van Brabant/lasten-verlichting voor 's-Hertogen-bosch

1502.07.23 338r-339v arbiters/geschil tussen 's-Her-togenbosch en het St.-Janska-pittel over bijdragen in delasten van de stad

1504.01.16 340v-341r 548r-549v hertog van Brabant/week-markt van 's-Hertogenbosch

1505.05.21 346r-346v 545v-546v Staten van Brabant/verkoopvan dorpen en heerlijkhedenin Brabant

1505.08.15 348r-348v 601r-604r 's-Hertogenbosch/begijnen

376

datum kroniekfolio

sig-num

cartulariumfolio

oorkonder(s)/onderwerp bijzonderheden

1505.10.25 346r-346v

en 360v547r-547v Staten van Brabant/verkoop

van dorpen en heerlijkhedenin Brabant

1505.11.06 342v-343v 574ar-576v 's-Hertogenbosch/zes goedemannen van 's-Hertogen-bosch

1505.11.16 704v-705r 's-Hertogenbosch/erfrecht te's-Hertogenbosch

1506.03.13 344r 576v-577v hertog van Brabant/lasten-verlichting voor 's-Hertogen-bosch

1506.08.29 325v en349r-349v

174ar-180v hertog van Brabant/afbake-ning vanwederzijdse rechtentussen 's-Hertogenbosch en deMeierij

1507.07.06 354v 604r-604v 's-Hertogenbosch/bieraccijnsvan de Zusters van Orthen

1508.07.22 290v-291v 's-Hertogenbosch/Oijen1508.09.05 291v 's-Hertogenbosch/Oijen1508.09.10 581v-582r 's-Hertogenbosch/zes goede

mannen van 's-Hertogen-bosch

1508.09.24 355r-355v 579bv-581r hertog van Brabant/zes goedemannen van 's-Hertogen-bosch

1508.10.11 581v-582r 's-Hertogenbosch/zes goedemannen van 's-Hertogen-bosch

1508.10.14 357v-358r 164r-165v en616r-617r

hertog van Brabant/tolvrij-dom in Holland, Zeeland,Gelre en Zutphen voor 's-Her-togenbosch

1509.02.22 292v-293v

en293v-294r

overeenkomst tussen 's-Her-togenbosch en Floris van Eg-mond over Oijen

laatste vermelding isge|« nsereerd in eenoorkonde d.d.1509.04.13

1509.04.13 293v-294r overeenkomst tussen 's-Her-togenbosch en Floris van Eg-mond over Oijen

schepenakte; inser-tie van een oorkonded.d. 1509.02.22

1509.12.14 360v-361r 617r-619r 's-Hertogenbosch/Leuvensetol

notarisakte

1510.08.20 361v-362v 619r-620v 's-Hertogenbosch/haring te's-Hertogenbosch

1511.05.16 364r 467v-468r 's-Hertogenbosch/bijdragedoor nieuwe poorters van's-Hertogenbosch voor deaankoop van salpeter

377

datum kroniekfolio

sig-num

cartulariumfolio

oorkonder(s)/onderwerp bijzonderheden

1511.09.30 364r-364v 577v-579bv 's-Hertogenbosch/zes goedemannen van 's-Hertogen-bosch

1511.12.25 364r 467r-467v 's-Hertogenbosch/leveringvanwapens door functiona-rissen van 's-Hertogenbosch

1512.03.05 738v-741r keizer/Gouden Bul voor Bra-bant

1512.08.12 372v-373r 636r-637v keizer/troostbrief voor 's-Her-togenbosch

1513.07.31 376v-379r v landvoogdes/bestand tussenBrabant en Gelre

1513.09.24 292r 's-Hertogenbosch/Oijen1513.11.16 380r-380v 466r-466v Rekenkamer in Den Haag/

tolvrijdom inYersekeroordvoor 's-Hertogenbosch

1514.08.22 383v 605r-607r 's-Hertogenbosch/bestuurvan 's-Hertogenbosch

1515.04.26 549v-552v hertog van Brabant/aanvul-ling op de Blijde Inkomst

1515.06.08 607v-608v Rekenkamer in Den Haag/tolvrijdom in Holland voor's-Hertogenbosch

1515.08.22 609r-611r hertog van Brabant/week-markt te 's-Hertogenbosch

1515.09.04 611v-613v hertog van Brabant/tolvrij-dom in Holland en Zeelandvoor 's-Hertogenbosch

1515.10.19 388v-389r 641v-642v 's-Hertogenbosch/poorter-schap van Jan van Erp enstra¡en bij overtredingen vande privileges van 's-Hertogen-bosch

1515.11.14 389r 642v-643v 's-Hertogenbosch/poorter-schap van Jan van Erp

1516.04.05 389v 644r-644v hertog van Brabant/geestelij-ke goederen in het Kwartiervan 's-Hertogenbosch

1516.04.16 389v 664r-666r verdrag tussen de geestelijkeStaten en de beide wereldlijkeStaten van Brabant over gees-telijke goederen

1516.07.27 390r 613v-615r hertog van Brabant/geschiltussen 's-Hertogenbosch enhet St.-Janskapittel over dewijn- en bieraccijns

378

datum kroniekfolio

sig-num

cartulariumfolio

oorkonder(s)/onderwerp bijzonderheden

1516.08.12 389v 644v-645r rentmeester van Brabant/geestelijke goederen in hetKwartier van 's-Hertogen-bosch

1516.11 645v-648v hertog van Brabant/kloostervan Sint-Marienwater te Ros-malen

1515/1516 388v 638r-640br 's-Hertogenbosch/tolvrijdomin Holland en Zeeland voor's-Hertogenbosch

1517.04.01 390r-390v 660r-661r hertog van Brabant/geschiltussen 's-Hertogenbosch enhet St.-Janskapittel over dewijn- en bieraccijns

1517.10.07 392r 649ar-649br hertog van Brabant/aanstel-ling van de graaf van Nassautot kapitein-generaal van Bra-bant

1517.10.23 390v 's-Hertogenbosch/veemarktvan 's-Hertogenbosch

1518.03.13 391v-392r 662r-664r bisschop van Luik/interdictvoor 's-Hertogenbosch

1518.03.30 392r 666r-667r bisschop van Luik/interdictvoor 's-Hertogenbosch

1518.04.20 392r 667r-668r hertog van Brabant /geschiltussen 's-Hertogenbosch enhet St.-Janskapittel over dewijn- en bieraccijns en inter-dict voor 's-Hertogenbosch

1518.09 392r Raad van Brabant/week-markt vanWaalwijk

1518.11.12 392v 668v-674v Staten van Luik, Bouillon enLoon/bondgenootschap tus-sen debisschopvanLuik en dehertog van Brabant

1519.05.10 393r 683r-684v Rekenkamer in Den Haag/tolvan Gorinchemvoor 's-Her-togenbosch

1519.07.01 741v-744v hertog van Brabant/aanstel-ling vanMargaretavan Oos-tenrijk tot landvoogdes van deNederlanden

1519.08.22 684r Rekenkamer in Den Haag/rondzenden van de uitspraakd.d. 1519.05.10

379

datum kroniekfolio

sig-num

cartulariumfolio

oorkonder(s)/onderwerp bijzonderheden

1520.06 684r-684v Rekenkamer in Den Haag/rondzenden van de uitspraakover de tol van Gorinchemaan verschillende tollenaren

1520.09.05 688v-689r St.-Janskapittel te 's-Herto-genbosch/geschil met de stadover de wijn- en bieraccijns

ge|« nsereerd in eenoorkonde d.d.1520.09.29, die ge|« n-sereerd is in een oor-konde d.d.1521.04.13

1520.09.29 685v-689r hertog van Brabant/geschiltussen 's-Hertogenbosch enhet St.-Janskapittel over dewijn- en bieraccijns

insertie van een oor-konde d.d.1520.09.05; ge|« nse-reerd in een oor-konde d.d.1521.04.13

1520.10.06 393v 674v-677v hertog van Brabant/he¤ngvan nieuwe tienden door degeestelijkheid van Brabant

1520.10.19 678r-682v hertog van Brabant/geestelij-ke goederen in Brabant

1520.11.20 677v-678r deurwaarder van de hertogvan Brabant/he¤ng van nieu-we tienden door de geestelijk-heid van Brabant enafkondiging te 's-Hertogen-bosch

1521.04.13 685r-693v hertog van Brabant/geschiltussen 's-Hertogenbosch enhet St.-Janskapittel over dewijn- en bieraccijns

insertie van een oor-konde d.d.1520.09.29, met in-sertie van een oor-konde d.d.1520.09.05

1521.09.05 395r 693v-695v Staten van Brabant/bede engeestelijke goederen in Bra-bant

1522.07.01 700r-701r heer van Ravenstein/geschiltussen Ravenstein enerzijdsen Berchem en de inwonersvan deMeierij anderzijds overde bede

1523.09.03 716br-720v hertog van Brabant/leengoe-deren in Brabant

1525.08.12 756r-758r hertog van Brabant/bestuurvan 's-Hertogenbosch

1525.08.14 758v-760v hertog van Brabant/gildenvan 's-Hertogenbosch

380

datum kroniekfolio

sig-num

cartulariumfolio

oorkonder(s)/onderwerp bijzonderheden

1525.10.09 697v-699v Staten van Brabant/verkoopvan 12.000 gulden

(1525.08.02-1526.06.11)

760v-763v hertog van Brabant/oproer te's-Hertogenbosch

1527.03.07 749r-750v hertog van Brabant/verbodop het lezen en verkopen vanboeken van Luther c.s. te's-Hertogenbosch

1528.09.04 735r-736r hertog van Brabant/geschilmet de hertog van Gelre

ge|« nsereerd in eenoorkonde d.d.1528.10.03

1528.09.09 736r-737r hertog van Gelre/geschil metde hertog van Brabant

ge|« nsereerd in eenoorkonde d.d.1528.10.03

1528.10.03 726r-737r hertog van Brabant; hertogvan Gelre/vredesverdrag

insertie van oorkon-den d.d. 1528.09.04en 1528.09.09

1529.02.04 737r-738v keizer/bestand met Frankrijken Engeland

1530.07.01 750v-751v hertog van Brabant/tol enoude geleide

1531.09.12 720v-724r hertog van Brabant/onroe-rendgoedzaken te 's-Herto-genbosch en in deMeierij envoogdij over weeskinderen

1533.02.21 751v-752v hertog van Brabant/landtolen oude geleide

1535.09.03 705r-707v 's-Hertogenbosch/Gevangen-poort te 's-Hertogenbosch

1537.05.25 707v-708v hertog van Brabant/rechtenvan 's-Hertogenbosch in hetLand van Ravenstein

1537.11.22 708v-711r Raad van Brabant/rechtenvan 's-Hertogenbosch inMe-gen

1537.11.22 711r-714v hertog van Brabant/rechtenvan 's-Hertogenbosch inMe-gen

1538.07.02 746r-747r landvoogdes/bestand tussende keizer en de koning vanFrankrijk

1538.07.28 747v-748r landvoogdes/vrede tussen dekeizer en de koning vanFrankrijk

1538.07.29 747r-747v Raad van Brabant/vrede tus-sen de keizer en de koning vanFrankrijk

381

datum kroniekfolio

sig-num

cartulariumfolio

oorkonder(s)/onderwerp bijzonderheden

(15e-begin16e eeuw)

377v-378av,378br-378bv

en 378dr-378er

algemene eedformulieren vande hertog van Brabant voorBrabant, Leuven en 's-Herto-genbosch; eedformulierenvande functionarissen van 's-Her-togenbosch

(15e-begin16e eeuw)

285r-286r verbond tussen 's-Hertogen-bosch en deMeierij enerzijdsen stad en Land van Heusdenanderzijds

(voor begin16e eeuw)

365r-366r ('s-Hertogenbosch)/losbandi-ge jeugd

(voor begin16e eeuw)

432r-433r procesrecht te 's-Hertogen-bosch

(voor begin16e eeuw)

513r-514r toltarieven te 's-Hertogen-bosch en in de Meierij

(voor begin16e eeuw)

514r-515r toltarieven te 's-Hertogen-bosch en in de Meierij

(voor begin16e eeuw)

621r-636r leengoederen van Brabant

(voor begin16e eeuw)

649bv-651r toelichting op de stille vanLeuven'

1589.04.29 765r-766v hertog van Brabant/schut-tersgilden van 's-Hertogen-bosch

1603.09.19 na 415bv,ongefolieerd

hertog van Brabant/overlastvan krijgsvolkvoor 's-Herto-genbosch

1603.10.22 na 415bv,ongefolieerd

hertog van Brabant/overlastvan krijgsvolkvoor 's-Herto-genbosch

1611.12.31 767r-768r 's-Hertogenbosch enHeus-den/schuttersgilden van's-Hertogenbosch

1612.05.12 769r-770v 's-Hertogenbosch/tolvrijdomin Holland voor 's-Hertogen-bosch

(begin 17e

eeuw)na 415bv,ongefolieerd

rechten en salaris van inge-bieders (van 's-Hertogen-bosch)

382

Lijst van afkortingen

AGN = Algemene Geschiedenis der NederlandenBMGN = Bijdragen enMededelingen betre¡ende de Geschiedenis der

Nederlandene.v. = en volgendefol. = folioFr. = FransGA = gemeentearchiefhs. = handschriftING = Instituut voor Nederlandse Geschiedenisinv.nr. = inventarisnummerjg. = jaargangKB = Koninklijke BibliotheekKUB = Katholieke Universiteit BrabantLat. = Latijnn. Chr. = na Christusn.s. = nieuwe stijlONB = Oorkondenboekvan Noord-Brabanto.s. = oude stijlr. = rectoRA = rijksarchiefRUL = Rijksuniversiteit Leidens. = seriev. = versov. Chr. = voor ChristusUB = Universiteitsbibliotheek

383

Literatuurlijst

Anrooij,W. van,`Eenvroege receptiegetuige van het gedicht �Van neghen den bes-ten�',Millennium 9 (1995) 3-13.

Avonds, P., Brabant tijdens de regering van hertog Jan III (1312-1356). De grotepolitieke krisissen. Verhandelingen van de Koninklijke Academie voorWetenschappen, Letteren en Schone Kunsten van Belgie« , Klasse der Letterennr. 114 (Brussel 1984).

Bavel, H. van,`Nieuwe gegevens over de Bossche kroniekschrijver Albertus Cu-perinus, Cistercie« nzer vanMarie« ndonk te Elshout',Metgansen trou 23 (1973)19-30.

Bayot,M. en Cauchie,M.,`[Rapport sur les chroniques du Brabant]',Compte ren-du des seances de la Commission royale d'Histoire ou recueil de ses bulletins 5e s.X (1900) XXXVII-XCIII.

Blockmans,W.P. en Herwaarden, J. van, `De Nederlanden van 1493 tot 1555:binnenlandse en buitenlandse politiek'AGN 5 (Haarlem 1980) 443-491.

BlÎte, J.F.D., Das Aufkommen der Sage van Brabon Silvius, dem brabantischenSchwanritter.Verhandelingen der Koninklijke Akademie vanWetenschappente Amsterdam, nieuwe reeks 5, nr. 4 (Amsterdam 1904).

Blonde, B., De sociale structuren en economische dynamiek van 's-Hertogenbosch1500-1550. Bijdragen tot de geschiedenis van het Zuiden van NederlandLXXIV (Tilburg 1987).

Briquet, Ch.M., Les Filigranes. Dictionnaire historique des marques du papier (4dln.; Hildesheim en NewYork 1977).

Bruch, H., Supplement bij de geschiedenis van de Noord-Nederlandsche geschied-schrijving in de middeleeuwen van dr. Jan Romein (Haarlem 1956).

Camps, H.P.H., De stadsrechten van graaf Willem II van Holland en hun verhou-ding tot het recht van's-Hertogenbosch (Utrecht 1948).

Carasso-Kok, M., Repertorium van verhalende historische bronnen uit de middel-eeuwen ('s-Gravenhage 1981).

Carasso-Kok,M.,`HetWoud zonder Genade', BMGN 107 (1992) 241-263.Die Chroniken derdeutschen StÌdte von 14. bis ins 16. Jahrhundert (1862-...).Coopmans, J.P.A., `Het Bossche recht van ingebod' in: Vriendenboek

stadsarchivaris Kuyer ('s-Hertogenbosch 1980) 42-63.Corthouts, J., Inventaris van het archief van de abdij vanTongerlo (Tongerlo 1987).Cunen, J., Geschiedenis van Oss. Met inventaris van de gemeente-archieven (Oss

1932).Die alderexcellenste cronyke van Brabant (Antwerpen 1497).DiealderexcellenstecronykevanBrabant,Hollant, Seelant,Vlaenderen intgenerael

met vele nieuwe addicien dye in die ander niet gheweest en zijn, gheprent thAnt-werpen int iaeronsHeerenMCCCCC ende XII in octobri (Antwerpen 1512).

Dijk, H. van, `Die alder excellenste cronyke van Brabant en de traditie van hetChanson de Roland',De nieuwe taalgids 72 (1979) 494-502.

385

Dijk, L.G.C.M. van, `Jacob van Oudenhoven (1600/1-1690), historicus zonderportret',VariaHistorica Brabantica 3 (1969) 335-387.

Dijk, L.G.C.M. van, De Bossche optimaten. Geschiedenis van de Illustere LieveVrouwebroederschap te's-Hertogenbosch 1318-1973 (Tilburg 1973).

Du Boulay, F.R.H.,`TheGerman town chroniclers' in: Davis, R.H.C. enWallace-Hadrill, J.M. ed.,The writing of history in theMiddle Ages. Essays presented toRichardWilliam Southern (Oxford 1981) 445-469.

Ebell, C.C.D.,`Rijksarchief in Noordbrabant',Verslagen omtrent 's Rijks oude ar-chieven 33 (1910) 111.

Ebels-Hoving, B., `Nederlandse geschiedschrijving 1350-1530. Een poging totkarakterisering' in: Ebels-Hoving, B., Santing, C.G. en Tilmans, C.P.H.M.ed., Genoechlicke ende lustige historie« n. Laatmiddeleeuwse geschiedschrijvingin Nederland. Middeleeuwse studies en bronnen 4 (Hilversum 1987) 215-242.

Gheyn, J. van den,Cataloguedesmanuscrits de la bibliothe© que royalede Belgique.Histoire de Belgique (histoire particulie© re): Anvers et Brabant 8 (Brussel 1908).

Graus,`Funktionen der spÌtmittelalterlichen Geschichtsschreibung' in: H. Patzeed.,GeschichtsschreibungundGeschichtsbewusstsein imspÌtenMittelalter (Sig-maringen 1987) 11-55.

Grotefend, H.,Taschenbuch der Zeitrechnung des deutschen Mittelalters und derNeuzeit (11de verb. druk; Hannover 1971).

Gumbert, J.P., ed., Manuscrits dates conserves dans les Pays-Bas. II: Les manu-scrits d'origine neerlandaise (XIVe-XVIe sie© cles) (Leiden enz. 1988).

HaitsmaMulier, E.O.G. en Lem, G.A.C. van der, m.m.v. Knevel, P.,Repertoriumvan geschiedschrijvers in Nederland ('s-Gravenhage 1990).

Hermans, C.R.,Verzameling van Kronyken, charters en oorkonden betrekkelijk destad en meijerij van's Hertogenbosch ('s-Hertogenbosch 1848).

Heurn, J.H. van,Historiederstad enmeyeryevan'sHertogenbosch, alsmedevan devoornaamste daaden der hertogen van Brabant, 4 dln. (Utrecht 1776-1778).

Inventaris van incunabelen gedrukt te Antwerpen 1481-1500. Publicaties van deStadsbibliotheek en het Archief en Museum voor het Vlaamse cultuurleven(Antwerpen 1982).

Houts, E.M.C. van, Local and regional chronicles. Typologie des sources duMoyen Age occidental 74 (Turnhout 1995).

Jacobs, B.C.M., Justitie en politie in 's-Hertogenbosch voor 1629 (Assen enMaas-tricht 1986).

Kamper kronijken: De annalibus quaedam nota. Bijsterbos, J.C. ed. Werkenuitgegeven door deVereeniging tot beoefening van Overijsselsch Regt en Ge-schiedenis 5 (Deventer 1862).

Ker, N.R., Catalogue ofmanuscripts containing Anglo-Saxon (Oxford 1957).`Kroniekvan Groningen en Ommelanden door Johanvan Lemego en Sicke Ben-

ninge', Hombergh, F.A.H. van den, ed. m.m.v.Wer¡, E.O. van der, en Rinze-ma, A., editie in voorbereiding bij het Instituut voor NederlandseGeschiedenis.

KÏmmell, J., `Erinnern und Vergessen in der Stadt. Ûberlegungen zu FormenspÌtmittelalterlicher Wahrnehmung anhand von AnsÌtzen volkssprachlicher

386

Stadtgeschichtsschreibung im nÎrdlichen Frankreich', Saeculum 35 (1984)225-245.

Lettinck,N.,`Het karakter van laatmiddeleeuwsewereldkronieken inNederland',Theoretische Geschiedenis 16 (1989) 393-401.

Lith-Droogleever Fortuijn, A.M. van,`De stad 's-Hertogenbosch en haarverhou-ding tot het landsheerlijk gezag ca. 1470-1500',Varia Historica Brabantica 5(1976) 55-119.

Oorkondenboek van Noord-Brabant tot 1312. I: De meierij van 's-Hertogenbosch(met de heerlijkheid Gemert), Camps, H.P.H., ed. Rijks Geschiedkundige Pu-blicatie« n (2 dln.; 's-Gravenhage 1979).

Oudenhoven, J. van,Beschryvingederstadtendemeyeryevan'sHertogen-Bossche,vervatende desselfs begin, voortgangh ende wasdom, soo van geestelijcke als we-reltlijcke gestichten, oprechtigh van 't capittel ende collegien, maniere van regee-ringe ende hare privilegien, bevorderinghe haerder bisdom ende bisschoppen.Midtsgaders: haerder Meyerye, ende de daerinne ghelegene steden, baronyen,heerlijckheden ende dorpen. Alles met grooten arbeyt uyt verscheyde schriftenende papieren tesamen ghestelt ter liefde sijns vaderlandts (Amsterdam 1649).

Oudenhoven, J. van, Silva-Ducis aucta & renata of Een nieuwe ende gantsch ver-meerderde beschrijvinge van de stadt van s'Hertogen-Bossche, vervatende des-selfs begin en voortganck, soo van geestelijcke als wereldtlijcke gestichten,oprichten van 't capittel, ende collegien, maniere van regeeringhe, ende hare pri-vilegien ende vryheden, bevorderinghe van haer bisdom ende bisschoppen, endemeerandere dingen ('s-Hertogenbosch 1670).

Pelgrom, S.,Oorspronck van s'Hertogen-bosch, int jaer 1540, int Latyn beschrevendoorSimonPelgromvan s'Hertogen-bosch, priorendeprovinciael vandeordederGuilhelmijnen in zyn leven, mitsgaders int corte het voornaemste so in de voor-gaenden, als dezelaetstebelegeringhevoorgevallen etc., vertaalddoor J. van Ou-denhoven (Amsterdam 1629).

Polain, M.-L., Catalogue des livres imprimes au quinzie© me sie© cle des bibliothe© quesde Belgique I (Brussel 1932) en supplement (Brussel 1978).

Prevenier,W., en Blockmans,W.P., De Bourgondische Nederlanden ([Antwerpen1983]).

Romein, J., Geschiedenis van de Noord-Nederlandsche geschiedschrijving in demiddeleeuwen. Bijdrage tot de beschavingsgeschiedenis (Haarlem 1932).

Rotterdamse kroniek. Aantekeningen van Rotterdamse stadssecretarissen, 1315-1499 (1570). Boom, H. ten, en Herwaarden, J. van, ed. Nederlandse histori-sche bronnen 2 ('s-Gravenhage 1980) 1-102 .

Sanders, J.,`Peter van Oss (?-1542), stadssecretaris van 's-Hertogenbosch en kro-niekschrijver' in: Brabantse biogra¢ee« n 1 (Amsterdam en 's-Hertogenbosch1992) 124-127.

Stein, R., Politiek en historiogra¢e. Het ontstaansmilieu van Brabantse kroniekenin de eerste helft van de vijftiende eeuw. Miscellanea Neerlandica X (Leuven1994).

Tilmans, K.,`DeKattendijke-kroniek' in: Hermans, J.M.M. enHoek,K. van der,ed., Boeken in de late middeleeuwen: verslag van de Groningse codicologenda-gen 1992 (Groningen 1994) 183-200.

387

Uytven, R. van,`Crisis als cesuur 1482-1494'AGN 5 (Haarlem 1980) 420-435.Ven, J.M.M. van der, Over Brabant geschreven. Handschriften en archivalische

bronnen in deTilburgse Universiteitsbibliotheek I. Middeleeuwse handschriftenen fragmenten. Miscellanea NeerlandicaVIII (Leuven 1994).

Verbij-Schillings, J.,Beeldvorming inHolland:HerautBeyeren en dehistoriogra¢eomstreeks 1400 (Amsterdam 1995).

Verdam, J.,MiddelnederlandschHandwoordenboek ('s-Gravenhage 1911).Verreyt, Ch.C.V., en Juten,W.J.F., `Noordbrabantsche zegels III', Taxandria 10

(1903) 229-234.Wriedt, K.,`Geschichtsschreibung in denWendischenHansestÌdten' in: H. Patze

ed.,GeschichtsschreibungundGeschichtsbewusstsein imspÌtenMittelalter (Sig-maringen 1987) 401-426.

Zuijlen, R.A. van, Inventaris derarchievenvan destad 's-Hertogenbosch, chronolo-gisch opgemaakt en de voornaamste gebeurtenissen bevattende (Stadsrekenin-gen van het jaar 1399-1586) I ('s-Hertogenbosch 1863).

388

Index van persoons- en geogra¢sche namen

In de index zijn de namenvanpersonen en geogra¢sche eenheden die voorkomenin de kroniekverwerkt.De inleiding en debijlagen zijn niet ge|« ndiceerd.De cijfersverwijzen naar de paginanummers.Alle namen zijn zo veel mogelijk geÏniformeerd. In de kroniekvoorkomende va-rianten staan tussen haakjes achter de geÏniformeerde schrijfwijze. Bij grote af-wijkingen is ook de variant opgenomen en wordt daarbij verwezen naar degeÏniformeerde vorm.Voor de persoonsnamen is de spelling gevolgd van B.C.M. Jacobs, Justitie en po-litie in 's-Hertogenbosch voor 1629 (Assen en Maastricht 1986); voor de daarinniet voorkomende namen is demeest gangbare ofmeest gebruikte vorm gekozen.Heiligen zijn te vinden op hun eigennaam. Bij de vorsten is de in de kroniek ge-bruikte titulatuur vermeld. Dit geldt ookvoor de hertogen van Brabant en de na-burige landsheren. Deze personen zijn, evenals de uitsluitend met patroniem(en)aangeduide personen, op voornaam ge|« ndiceerd.De geogra¢sche namen zijn gestandaardiseerd volgens Vuga's AlfabetischePlaatsnamengids van Nederland (tiende druk; 's-Gravenhage 1994), H. Hasquinm.m.v. R.VanUytven en J.-M.Duvosquel,GemeentenvanBelgie« . Geschiedkundigen administratief-geogra¢sch woordenboek 4 dln. (z.p. 1980-1981) en De GroteBosatlas (49e druk; Groningen 1981).Verder is gebruik gemaakt van de gangbarehistorische atlassen. Nadere identi¢catie vindt in de index alleen plaats als hetlemma niet met de gebruikelijke hulpmiddelen gevonden kan worden of als hetaanleiding tot verwarring kan geven. Binnen grote eenheden is een onderverde-ling gemaakt naar kleinere geogra¢sche eenheden, wereldlijke en vervolgensgeestelijke instellingen en functionarissen. Enkele lemmata die zeer frequentvoorkomen, zoals 's-Hertogenbosch en zijn stedelijke instellingen, de Meierij en(de hertog van) Brabant, zijn als passim opgenomen.

A

Aa, Dirkvan der (Theodericus de)schepen van 's-Hertogenbosch 180, 204,223

^, Floris van der (Florencius de)schepen van 's-Hertogenbosch 123

^,Gerardvan der (Gerart van der,Gerardusde)schepen van 's-Hertogenbosch 57, 87,104, 108, 115, 122, 126, 142, 153

^, Gozewijn van der (Goeswinus de)ridder, schepen van 's-Hertogenbosch109, 111, 115

^, Janvan der (Ianvan der, Iohannes de)jonker, heer van Bokhoven, burgemees-ter van 's-Hertogenbosch 254, 279schepen van 's-Hertogenbosch 163, 195,241, 269

^,Willemvan der (Willelmus de)ridder, schepen van 's-Hertogenbosch107, 109, 115schepen van 's-Hertogenbosch 79, 126,142, 152, 153

Aal (Ael) bij Wijk en Aalburg 320Aalburg (Aelborch) 320Aalst (Aelst) bij Heusden 307

389

Aalsvoort (Aelsuoirt) bij Herpen of Haps?228

Aalsvoort (Aelsuoert, Aelsuoirt), God-fried van der (Godefridus van der)schepen van 's-Hertogenbosch 185

^, Heimerikvan der (Heymeric van der)poorter van 's-Hertogenbosch 175

Aarle (Aerle), Hendrik van (Henric van,Henricus de)schepen van 's-Hertogenbosch 76ontvanger van 's-Hertogenbosch 260,338

^, Jan van (Iohannes de)schepen van 's-Hertogenbosch 248

Aarschot (Aerschot, Arschot) 1, 2, 8, 41,79heer 303

Abbeville (Abbeuile, Abbeuyl) 152, 182Abdyrama

koning van de Sarracenen 18Achel (Achelen), Gerard van (Gerardus

de)ontvanger van 's-Hertogenbosch 185

^, Ingramvan (Yngramus de)schepen van 's-Hertogenbosch 270

^, Jan van (Iohannes de)schepen van 's-Hertogenbosch 265

^,Willemvan (Willelmus de)schepen van 's-Hertogenbosch 288,310, 349

Ackerman, Jan (Ian)deken van 's-Hertogenbosch 339

Adam 2, 8Adelavan Blois

koningin van Frankrijk 27Adolart (Adolairt) 11Adolf (Adol¡, Adolph, Adolphus)

hertog van Berg 209hertog vanGelre (1465-1471) 192, 206,207, 209, 211, 212, 222, 234graafvan Berg 44van Kleef, heer van Ravenstein 174,175, 177-180, 211, 219, 221; zie ookRavensteinII, van der Marck, bisschop van Luik(1313-1344) 70

Adriaen zieHadrianusAegidius (Gielis), heilige 17Ael zieAalAelbertus zieAlbertus

Aelborch zieAalburgAelbrecht zieAlbrechtAelst zieAalstAelsuoert (Aelsuoirt) zieAalsvoortAeneas (Eneas) 4-6, 10Aenholt zieAnholtAerle zieAarleAerle Blanc zieArlesAerschot zieAarschotAersschen (Aerssen) zieArcenA¥igem (Ha¥igem)

abdij 1, 31abt 173

Afrika (A¡rica, A¡riken) 2, 3, 4, 10Aggere zieDijkAgimont

heer 56Agnes (Agneet)

heilige 10hertogin van Bourbon 182

Agrippinen (Agrippynen) zieKeulenAilly, Pierre d' (Peter van)

doctor in de theologie te Parijs, bisschopvanKamerijk, kardinaal 123

Aistulf (Aystol¡)koning van Lombardije 19

Aken (Aquisgranum) 15, 21-23, 33, 90, 209,260, 346voogd 43

Akko (Ancone) 182Alart zieAllardAlbanie« 4Albertus (Aelbertus) Magnus 39Albrecht (Aelbrecht)

bisschop van Luik (voor 1123-1128) 34I, hertog van Beieren, paltsgraaf op deRijn, ruwaard (1358-1389) daarna graaf(1389-1404) van Henegouwen, Hollanden Zeeland 85, 104, 105, 108, 112hertog van Saksen 264zoon vanHendrikvan Cuijk 35

Albyn, ridder 23Alcmeer zieAlkmaarAlcuinus 20Aldegond, heilige 14Aldekerk (Aldekercken, Audekerc) bij Strae-

len, Duitsland 308, 326Aldenbiezen (Byessen)

balije 151Aleid (Aleit, Aleyt)

390

van Bourgondie« , hertogin van Brabant41, 43, 46van Brabant, koningin van Engeland 31,34

Alem 78, 234hemaal (rechtsdistrict) 78

Alenc° on (Alenson)graaf 76

Alexanderbisschop van Forl|© 214

Alexander de Grote 5Alexandrie« 8Alexios I (Alexis)

Byzantijns keizer 24Alfen zieAlphenAlienoravan Engeland

hertogin van Gelre 208Alkmaar (Alcmeer) 341, 343Allard (Alart)

heer van Re© ves 57Almania zieDuitslandAlmanie« (Almanien) 1, 6, 8, 23, 127, 180,

181, 216, 264koning 22, 34

Alpays 17Alphen (Alfen) aan deMaas 298, 308Altena

Land van 327heer 58, 246, 247

Altruyt 14Aluerne zieAuvergneAmadeus (Amedeus)

hertog van Savoie 112Amandus (Amand), heilige

bisschop vanTongeren 14-15Amboise (Ambose) 289Ambrosius (Bruysten)

heilige, aartsbisschop vanMilaan 10zoon vanWellen Arts, lid van het collegevan zes goede mannen 333; zie ookWal-ram

Amelberge 14Amelrijk (Amelryc, Amelrici), Jan (Ian, Io-

hannes) 159notaris 202

Amerongen, Janvan (Iohanvan)schout van Utrecht 265

Amersoyen, Amerzoyen zieAmmerzodenAmiens (Amyens) 204, 152, 182, 204

Ammerzoden (Amersoyen, Amerzoyen)328

Amsterdam 331Amyens zieAmiensAnchiochien zieAntiochie«Ancone zieAkkoAndel, Arnoud van (Arnoldus de)

schepen van 's-Hertogenbosch 99^,ArnoudvanWaalrevan (Arnoldus deWa-

derle de)schepen van 's-Hertogenbosch 86

^, Janvan (Iohannes de)kanunnik in 's-Hertogenbosch 201

Andreas (Andries), zoon van Bernard 234ontvanger van 's-Hertogenbosch 180,185

Andromache (Andromata) 3Andtwerpen zieAntwerpenAngiis zieAngysAnglia zie EngelandAngouleª me (Engolemme)

hertog 334Angouwe zieAnjouAngys (Angiis)

hertog van Brabant 16, 30Anhalt (Anholt)

vorst 306-309, 311Anholt (Aenholt) bij Bocholt, Duitsland

heer 245, 246, 255Anholt zieAnhaltAnjou (Angouwe, Anyouwe)

hertog 70, 142graaf 24, 40heer 193

Annahertogin van Bourbon 182

Anselm (Ansem) 54Anselmus

bisschop van Laon 27Ansises 10

koning van Keulen, markgraaf van hetHeilige Roomse Rijk 11, 12

Anthenor 4Antiochie« (Anchiochien) 24Anton (Anthoniis, Anthonis, Anthonys)

vanBourgondie« , graafvanRethel, kaste-lein van Lille, ruwaard van Brabant(1404-1406), hertog van Lotharingen,Brabant en Limburg (1406-1415), mark-graaf van het Heilige Roomse Rijk 112-

391

113, 117-120, 122-129, 134-135, 141-143, 150-151, 156, 167, 234zoon van hertog Filips van Bourgondie«144

Antonius (Anthonys), heilige 10Antwerpen (Andtwerpen, Antwerpia,

Antwerpiensis, Hantwerpen) 1, 7, 15,28, 33, 56, 74, 77, 79, 83, 85, 105, 113,122, 123, 125, 130, 141, 144, 148, 149,173, 194, 196, 200, 223, 224, 227, 231,232, 264, 272, 275, 276-278, 285, 286,316, 318, 321, 325, 331, 336, 349, 350markgraaf 15, 227burggraaf 56schout 78, 277wethouder 277klooster van Sint-Bernards op deSchelde 1, 29, 32, 33, 349klooster van Sint-Michiels 1, 194

Antwerpen, Kwartier 1Anyouwe zieAnjouAppeltern (Apeltern) 298Appeltern (Apeltern), Jacob van (Iacob

van)intrusus domdeken vanUtrecht 317

Appingedam (Den Dam, Den Damme)334

Apulie« (Poelgien) 24Aquino (Aquinen),Thomas van 39, 43Aquisgranum zieAkenAquitanie« 20, 152

koning 22hertog 15, 17, 19, 40

Aquitanie« (Aquitanien), Odo van (Eudonvan) 18

Arabie« 15Aragon (Argon) 21

koninkrijk 340koning 269, 285, 313, 314

Araingien zieOrangeArc, Jeanne d' (Iohanna) 135Arcadie« (Archadien) 5, 7

hertog 5Arcen (Aersschen, Aerssen, Arssen) 240,

319Archadien zieArcadie«Archadius 5Arcle zieArkelArdennen (Ardenen) 15, 16, 23, 28, 309

graaf 27, 30

Arenberg (Arenborch)heer 308, 346

Arenberg (Arenberch, Arenborch), Robrechtvan (Robbrecht van) 306, 308, 309, 346

^,Willemvan 260Arendonk (Arendonck) 1Arennest, Hendrikvan (Henricus de)

schepen van 's-Hertogenbosch 153^, Peter van (Petrus de)

schepen van 's-Hertogenbosch 162, 183Argenteau (Arkenteel) 77Argenton

abdij 1Argoingien zieArgonneArgon zieAragonArgonne (Argoingien) 344Arkel (Arcle)

heer 60, 209Arkel, Hendrikvan (Henricus de)

schepen van 's-Hertogenbosch 72, 74, 78^, Janvan (Iohannes de) 250, 259

onderschout van 's-Hertogenbosch 217,229ridder, heer van Oijen 252

^, Janvan (Iohannes de), zoon van Peterschepen van 's-Hertogenbosch 192, 197,269, 290

^, Rutger van (Rutgerus de)secretaris van 's-Hertogenbosch 201

Arkenteel zieArgenteauArles (Aerle Blanc) 18Armagnac (Arminac)

graaf 193, 194Armenie« 9Arminac zieArmagnacArmuyen zieArnemuidenArnemuiden (Arremuyen, Armuyen) 224,

303Arnhem 204, 210, 258, 301, 329, 330Arnoud (Arnoldus, Arnout, Arnt, Art)

heilige, markgraaf van het HeiligeRoomse Rijk, bisschop vanMetz 15-16proost vanWassenberg 66van Egmond, hertog van Gelre en Gulik(1423-1465, 1471-1473) 157, 192, 203,204, 206, 207, 209, 234, 240, 254, 255graafvan Loon 56heer vanKraainem 57heer vanWezemaal, maarschalk van Bra-bant 56

392

Arnoud, zoon van Arnoud, alias Barbierontvanger van 's-Hertogenbosch 269

^, zoon van Berthoudschepen van 's-Hertogenbosch 53

^, zoon vanDirk Arntzs.ontvanger van 's-Hertogenbosch 317

^, zoon vanGijsbert Heerschepen van 's-Hertogenbosch 185

^, zoon vanNicolaasstadhouder vanHerpen 174

^, zoon van Roverschepen van 's-Hertogenbosch 79

^, zoon vanWillemHeymansontvanger van 's-Hertogenbosch 204,235

^, zoon vanWolfhardschepen van 's-Hertogenbosch 137, 142

Arnt zieArnoudArremuyden zieArnemuidenArschot zieAarschotArssen zieArcenArt zieArnoudArthur (Artur)

koning van Engeland 13Artois (Artoys) 182, 193, 203, 219, 222

graaf 39, 67, 112, 113, 144graafschap 221, 256gravin 118

Artois, Robrecht van (Robbert) 39Artur zieArthurAskanie« (Aschanie), geslacht genoemd naar

kasteel in Duitslandprins 306graaf 307

Asia zieAzie«Asperen (Aspren) 341-343Asse (Assche) 1, 2, 80

heer 133Asse (Assche), Robrecht van (Robbrecht

van) 57Asten 234, 321Asya zieAzie«Athene 21Atrecht 152, 193Attila

koning van de Goten 13Audekerc zieAldekerkAuenioen zieAvignonAuennes zieAvesnesAugustinus (Augustyn), heilige 10, 42

Augustus (Octauiaen, Octauianus Augus-tus)keizer van Rome 6-10

Augustyn zieAugustinusAusbert (Ausbeert)

markgraaf van het Heilige Roomse Rijk15

Ausbrugge(n), tolplaats (niet ge|« denti¢-ceerd) 146, 273

Ausoire zieAuxerreAustria zieOostenrijkAutbertus (Autbeert), heilige

bisschop van Cambrai 14Auvergne (Aluerne)

koninkrijk 340hertog 70graaf 34

Auxerre (Ausoire) 152Averbode (Euerbode)

abdij 1Avesnes (Auennes) 221Avignon (Auenioen) 18Aykens, Arnoud (Arnoldus)

schepen van 's-Hertogenbosch 74-76^, Jan (Iohannes)

schepen van 's-Hertogenbosch 66, 67;zie ook Jan

Aystol¡ zieAistulfAywie© res (Ewyers)

abdij 1Azie« (Asia, Asya) 2, 3Azincourt 127

B

Babilonie« (Babilonien)koning 35

Back, Jan (Iohannes), ridderschepen en burgemeester van 's-Herto-genbosch 215, 248, 261, 265, 270, 289,295, 306

^, Matthijs (Mathias, Mathys)schepen van 's-Hertogenbosch 151, 252rentmeester van 's-Hertogenbosch 96

^, Ottoschepen van 's-Hertogenbosch 299

Baden (Badem)markgraaf 194

Baesweiler (Bauswilder) 88, 98

393

Baexen (Baecx, Baex), Jan van (Ian van,Iohannes de), ridderdrossaard vanGorinchem 307laagschout van 's-Hertogenbosch 311,314, 340heer van Rosmalen 302

Baioonen zie BayonneBakel 234, 302, 321Balveren (Balueren), Janvan (Ianvan)

kapitein 303, 324Balyart, Gerard (Gerardus)

schepen 142, 153, 192^, Jan (Iohannes)

schepen van 's-Hertogenbosch 126,140, 151, 153, 156

Bar (Baren)hertogdom 31, 215graaf 52, 67, 70, 71

Barbara, heilige 9Barbier zieArnoudBaren zie BarBartholdus zie BerthoudBartholomeus, zoon vanDirk

schepen van 's-Hertogenbosch 72Barthout (Bartout) zie BerthoutBartram zie BertramBaruth zie BeirutBasel (Basell) 112, 151Basijn (Basyn), Jan (Iohannes)

schepen van 's-Hertogenbosch 75, 78Bastart, Nicolaas den (Claes den) 100Basyn zie BasijnBatenborch (Bathenborch) zie Batenburg,

BronkhorstBatenburg (Batenborch, Bathenborch)

245, 288, 329, 330heer 245, 246, 255, 330jonker 329

Bathen (Bathens., Bathenzoon), Gerard(Gerardus)schepenvan 's-Hertogenbosch 118, 194

^, Jan (Iohannes)schepen van 's-Hertogenbosch 151,153, 163, 252

Baue zie BavoBauswilder zie BaesweilerBavo (Baue), heilige 14Bayonne (Baioonen) 347Beamont zie BeaumontBeatrijs (Beatris) van Brabant

landgravin vanThÏringen 39Beauays zie BeauvaisBeaumont (Beamont)

heer 67Beauvais (Beauays, Beauuays, Beuays) 136,

205; zie ook Sinte-Luciaanhertog en bisschop 40

Becker, Christiaan (Christianus)schepen van 's-Hertogenbosch 180, 185,192, 233

^, Emond de (Emond die)deken van 's-Hertogenbosch 339

^, Hendrik (Henricus)schepen van 's-Hertogenbosch 115, 126,159

^, Zegebert de (Zebert die)deken van 's-Hertogenbosch 339

Beeck zie Beek en HilvarenbeekBeek (Beeck, Beke), Arnoud van (Arnoldus

de)schepen van 's-Hertogenbosch 99

^, Gozewijn van (Goessewinus de, Goeswi-nus de)schepen van 's-Hertogenbosch 173, 176,223

^, Janvan (Ianvan)schout van Oss 96

Beemen zie BohemenBeers (Berse), Dirkvan (Theodericus de)

schepen van 's-Hertogenbosch 176, 185^, Janvan (Iohannes de)

schepen van 's-Hertogenbosch 138, 142^, Jan van Erp alias van (Iohannes de Erpe

alias de)schepen van 's-Hertogenbosch 345

^, Nicolaas van (Nycolaus de)schepen van 's-Hertogenbosch 153

^,Wouter van (Wolterus de)schepen van 's-Hertogenbosch 185

Beersel (Bersele)heer 230

Begge, heiligehertogin van Brabant 16, 30

Behemen zie BohemenBeieren (Beyeren)

heer 213hertog 39, 108, 128, 330

Beijs (Beys), Arnoud (Arnoldus, Arnt)schepen van 's-Hertogenbosch 290raad van 's-Hertogenbosch 339

394

Beirck zie BerckBeirut (Baruth) 35Beke zie Beek en HilvarenbeekBelly, Andreas van (Andries van)

kapitein 138Benedictus, heilige

abt vanMontecassino 14, 19Berchem (Berthem),Wouter van 57Berchen zie BerghemBercheyck zie BergeykBerck (Beirck), Gerard van (Gerardus de)

schepen van 's-Hertogenbosch 126, 142,151

^, Hendrikvan (Henricus de)schepen van 's-Hertogenbosch 235

^, Jacob van (Iacobus de)schepen van 's-Hertogenbosch 183

Berckel zie BerkelBerg (Berge, Montensis)

hertog 209, 210graaf 44, 330heer 157

Berga 22Berge zie BergBerge,Willemvan den 131Bergen

heer 198huis 337

Bergen (Henegouwen) 138, 139, 215Bergen (Bergis), Cornelis van (Cornelius

de) 284, 285, 287, 288, 310heer van Berlicum en Schijndel 302heer van Zevenbergen en Grevenbroek254

^, Hubert van, bastaard, jonkerhoogschout van 's-Hertogenbosch 344

^, Janvan (Iohannes de) 290, 285heer van Bergen enWalhain 284

^,Maximiliaanvan (Maximiliaenvan), jon-ker 254

Bergen op Zoom (Bergen, Bergen optenZoem, Bergen opten Zoom, Bergen opden Zoom) 1, 79, 141, 224, 231, 237, 286heer 56, 102, 284

Bergeyk (Bercheyck) 306Berghem (Berchen) 94-97, 234, 323Berkel (Berckel), Albert van (Aelbertus de)

schepen van 's-Hertogenbosch 323^, Gerard van (Gerardus de)

schepen van 's-Hertogenbosch 97, 99,100, 102, 107, 109, 111, 123, 126, 171,248, 249, 295

^, Gerard van (Gerardus de), zoon van Ge-rardschepen van 's-Hertogenbosch 345

^, Gozewijn van (Goeswinus de)schepen van 's-Hertogenbosch 124

^, Janvan (Iohannes de)schepen van 's-Hertogenbosch 126, 137,292, 312, 327, 341, 348

^, Nicolaas van (Nycolaus de)schepen van 's-Hertogenbosch 74-76,201

Berlaar (Berlair) 31Berlaar (Berlair), Jan van (Ian van, Iohan

van)heer van Helmond en Keerbergen 108,110

^, Jan Berthout (Ian Barthout), genaamdvanheer vanKeerbergen 56

Berlicum (Berlyckem, Berlykem) 159, 216,217, 302

Bernard, heilige 1, 29, 32, 33Bernardinus (Bernardyn), heilige 158Bernburg (Bernburch)

heer 306, 307Berne

abdij 217Bernhard (Bernardus, Bernart)

heer van Bornival, drossaard van Bra-bant 84zoon van Jan, ontvanger van 's-Herto-genbosch 217

Berry (Berrii)hertogdom 135hertog 70, 182, 192-194

Berse zie BeersBersele zie BeerselBerta (Berthe), heilige

koningin van Frankrijk 20Berthem zie BerchemBerthoud (Bartoldus), zoon vanDirk

schepen van 's-Hertogenbosch 75, 78Berthout (Barthout, Bartout), de Grote

heer vanMechelen 41^, Arnoud (Arnout, Arnt); zie ook Gerard,

Wouter heer van Grimbergen, half Me-

395

chelen, Du¡el, Walem, Rumst, Heist,Herlaar, Geel, Retie, Berlaar, Postel31, 32

^, Floris (Florens, Florys)heer vanMechelen 56, 60, 70

^, Hendrik (Henric)heer van Du¡el en Geel 56

^, Jan (Ian)heer van half Mechelen 53

^, Jan (Ian), genaamd van Berlaarheer van Keerbergen 56

Bertilia 14Bertram (Bartram, Bertramus), zoon van

Godfried van Hedelschepen van 's-Hertogenbosch 185

^, zoon van Jandienaar van 's-Hertogenbosch 250

^, zoon van Jangezworen knaap van 's-Hertogenbosch212

Berwout, Arnoud (Arnoldus)schepen van 's-Hertogenbosch 75, 78,86, 104, 153, 180

^, Arnoud (Arnoldus), zoon van Rudolfschepen van 's-Hertogenbosch 161,176, 185

^, Dirk (Theodericus)schepen van 's-Hertogenbosch 101,109, 118

^, Godfried (Godefridus)schepen van 's-Hertogenbosch 133

^, Hendrik (Henricus)schepen van 's-Hertogenbosch 153

^, Jan (Iohannes)schepen van 's-Hertogenbosch 133

^,Maarten (Martinus)schepen van 's-Hertogenbosch 111

^,Maarten (Martinus), zoon vanArnoudschepen van 's-Hertogenbosch 176

^, Rudolf (Rodolphus, Roelo¡)schepenvan 's-Hertogenbosch 126, 128

^, Rutger (Rutgerus)schepen van 's-Hertogenbosch 183

Best, Janvan (Iohannes de)schepen van 's-Hertogenbosch 115,123, 151, 252

^, Peter van (Petrus de)schepen van 's-Hertogenbosch 119,125, 130, 142, 151, 153, 162, 163

Besynheer, baljuw vanHenegouwen 342

Bethlehem (Bethleem) 10Beuays zie BeauvaisBever (Beuer), Arnoud de (Arnoldus die)

schepen van 's-Hertogenbosch 80^, Jan de (Iohannes die)

schepen van 's-Hertogenbosch 310^, Rudolf de (Rodolphus die)

schepen van 's-Hertogenbosch 163^, Rudolf de (Rodolphus die), zoon van Ru-

dolfschepen van 's-Hertogenbosch 183, 201,234, 267

Beuerenheer 342

Beyeren zie BeierenBeys zie BeijsBierbeek (Bierbeeck, Bierbeecke, Bierbeke,

Byerbeke) 2, 41Land van 41heer 32

Biervliet 129Bigaerden zieGroot-BijgaardenBilloen zieGodfriedBilsemans, Otto

schepen van 's-Hertogenbosch 87Bilzen (Bilsen) 197; zie ookMunsterbilzenBisschayen zieGascogneBlaasveld (Blaesvelt)

heer 66Bladel, Arnoud van (Arnoldus de)

schepen van 's-Hertogenbosch 138^, Godschalkvan (Godescalcus de)

schepen van 's-Hertogenbosch 45, 74-76,78, 79, 84

^, Jacob van (Iacob van)deken van 's-Hertogenbosch 340

^,Wouter van (Wolterus de)schepen van 's-Hertogenbosch 66, 67

Blaesvelt zie BlaasveldBlanche (Blancke), heilige

koningin van Frankrijk 40Blangy (Blangiis, Blangys) bij Saint-Josse sur

Mer, Frankrijk 127Blitildis, heilige 15Blitterswyc, Dirkvan (Dirc van) 266Blois (Bloys) 25

graaf 76, 87, 89Boc, Jan de (Ian de)

396

hertogelijk klerk en rentmeester van ¢-nancie« n 131

Bockingem zie BuckinghamBoechem, Amelis van (Amelius de)

schepen van 's-Hertogenbosch 165, 180,192, 202, 212

Boechout (Bouchout) 2heer 102, 173, 193

Boechout^, Daniel van 56^, Daniel heer van Boechout en Loenhout,

burggraafvan Brussel 173Boemel zie ZaltbommelBoemelreWert zie BommelerwaardBoemont zie BohemondBoergoendien zie Bourgondie«Boert, Jordaan van (Ioirdaen van, Iordanus

de)provisor van het Groot Begijnhof in's-Hertogenbosch 304schepen van 's-Hertogenbosch 265, 289,297, 310, 340

Boest, Arnoud (Arnoldus)schepen van 's-Hertogenbosch 153

^, Arnoud Rover (Arnoldus Roever)schepen van 's-Hertogenbosch 234

^, Gerard (Gerardus)schepen van 's-Hertogenbosch 162, 180

^, Godfried (Godefridus)schepen van 's-Hertogenbosch 156, 159

Boeuerye zie BouverieBogart, Lambert (Lambertus) 315

schepen van 's-Hertogenbosch 294, 299,312, 327, 341, 348raad van 's-Hertogenbosch 339ontvanger van 's-Hertogenbosch 283

Bohemen (Beemen, Behem, Bohemia)hertogdom 34koning 29, 57, 61, 66-69, 71, 76, 77, 79,83, 94, 125koninkrijk 34

Bohemond (Boemont)heer van Antiochie« 24

Boijen (Boyen), Laurens (Laurencius)schepen van 's-Hertogenbosch 98, 99

Bokhoven (Buchouen) 234heer 254, 279, 307, 322, 330

Bokhoven (Buchouen), Maarten van (Mar-tinus de)ontvanger van 's-Hertogenbosch 185

^, Nicolaas van (Nycolaus de)schepen van 's-Hertogenbosch 317, 340

^,Willemvan (Willelmus de)schepen van 's-Hertogenbosch 204, 261,267, 283

Bolck (Bolcx), Jan (Ian)rentmeester zonder ontvangst van's-Hertogenbosch 338

^,Wouter (Wolterus)ontvanger van 's-Hertogenbosch 248,279

Bommelerwaard (Boemelre Werdt, Boe-melreWert) 88, 239-242, 318, 322

Bonauentura zie BonaventuraBonaventura (Bonauentura), heilige 39, 248Bonen zie BoulogneBonifacius

VIII, paus (1294-1303) 75heilige, bisschop vanMainz 19

Bonn (Bonne) 12, 44Bont, Jan (Ian)

kanselier van de Raad van Brabant 142Boonen zie BoulogneBorchacker, Hendrik van den (Henricus

van den)schepen van 's-Hertogenbosch 133

Borchgreve (Borchgreue), Dirk de (Dircdie,Theodericus die)schepen van 's-Hertogenbosch 204, 233,259, 263, 269, 292, 297, 323raad van 's-Hertogenbosch 339

^, Dirkde (Theodericus die), zoonvanDirkschepen van 's-Hertogenbosch 327, 341,348

^, Peter de (Petrus die)schepen van 's-Hertogenbosch 295, 333,343gezworene van 's-Hertogenbosch 339

^, Rijkhoud de (Rycoldus die)schepen van 's-Hertogenbosch 156, 194

Borchloen zie BorgloonBordon zieHaleyBorges zie BurgosBorgloon (Borchloen) 197Borlammont zie BourlarmontBorn (Borne) 92

heer 60, 90; zie ookValkenburgBorn (Born), Janvan (Ian van den)

heer vanHerpen 95-96^, Reinoud van (Reynaut van den) 93

397

Borne zie Born enVoorneBornival (Bourgevail)

heer 84Bosch, Den -, zie 's-HertogenboschBosch (Busco), Gerlachvan den (Geerlaec

van den, Geerlic van den) 54, 56, 57^, Gerung van den (Gerongius de)

schepen van 's-Hertogenbosch 263ontvanger van 's-Hertogenbosch 210

^, Godfried van den (Goyart van den), rid-der 57

^, Jan van den (Ianvan den) 332^,Willemvan den (Willelmus van den,Wil-

lelmus de), meester 242burgemeester van 's-Hertogenbosch288schepen van 's-Hertogenbosch 201,261, 265, 279, 290, 297, 306raad van 's-Hertogenbosch 239secretaris van 's-Hertogenbosch 198,263

Bouboin zie BourbonBouchout zie BoechoutBoudewijn (Boudewyn, Boudewiin)

koning van Jeruzalem 28, 29Bouler (Bouter),Willemvan 56Boulogne (Bonen, Boonen, Boulonoys) 6,

7, 347graaf 28graafschap 221

Boulonoys zie BoulogneBourbon (Bouboin) 212

hertogdom 135hertog 69, 125, 193, 194hertogin 182

Bourbon (Bourboen), Isabella van (Ysa-beel van)hertogin van Bourgondie« en Brabant194, 219

Bourbonnais (Bourbonnoys) 193Bourgevail zie BornivalBourgondie« (Boergoendien, Bourgoen-

dien, Bourgoindia, Bourgoindie, Bour-goindien, Bourgoingien, Burgoindien,Burghunghien, Burghungyen) 14, 18,41, 118, 134, 139, 152, 195, 212, 221,219, 222hertogdom 70, 97, 135, 182, 221graafschap 218, 221, 256 (=Franche-Comte)

hertog 25, 40, 41, 70, 97, 111-113, 135,140, 144, 153, 156, 159-162, 164, 165,167, 170, 173, 176, 180, 183-185, 195,196, 200, 204, 205, 210, 211, 269, 283,272, 290, 335, 340hertogin 118, 223, 313, 318, 329graaf 112, 113, 144gravin 118, 313, 318, 329kanselier 125, 221

Bourgondie« (Boergoendien, Bourgoendien,Bourgoindia, Bourgoindie, Bourgoin-dien, Bourgoingien, Burgoindien), Anton(Anthonys) bastaard van 182, 183, 218,221

^, Cornelis, bastaard vangouverneur van Luxemburg 171

^, David, bastaard vanbisschop van Terwaan en Utrecht 180,181, 248

^, Filips (Philips), bastaard vanadmiraal ter zee en kapitein 319, 320

Bourlarmont (Borlammont), Reinier van(Reyner van)heer van Bruye© re 57

Bouter zie BoulerBoutersem (Bouterssem, Bouterzem) 2Bouverie (Boeuerye), Jan van der (Ian van

den/der)heer vanWieiries en hoofd van de GroteRaad 223, 230

Boxhoern, Daniel (Danel, Daniell) 237-239Boxtel (Bucstel) 2, 95, 108, 328

Stapelen 328heer 279, 328persoon 239, 242, 258, 259

Boxtel (Bucstel), Amelis van (Amelius de)schepen van 's-Hertogenbosch 45

Boyen zie BoijenBrabant (Brabantia) passim

hertog passimruwaard 113, 117, 118, 137, 138drager van het gouden zwaard (lator aureigladii) 284drossaard 66, 84, 104, 122, 148, 170, 227,232, 276, 277eerste kamerling 230kanselier 125, 142, 145, 148, 162, 163,166, 177, 179, 180, 219, 223, 230, 231,237-239, 259, 266, 267, 273, 276, 284,295, 349, 350

398

lator aurei gladii zie drager van het gou-den zwaardmaarschalk 56rentmeester 125, 131, 148, 276seneschalk 78warandmeester 170Leenhof 148, 154, 227, 232, 277Raad 80, 120, 142, 145, 148, 150, 157,162, 163, 166, 168, 170, 175, 177, 179,180, 203, 211, 217, 223-225, 228, 230-232, 237-239, 266, 267, 273, 275, 276,291, 292, 295, 328 ; zie ook kanselierRekenkamer 224, 228, 231, 232, 236Staten 2, 113, 142, 143, 159, 168, 171,173, 183, 195, 205, 225, 227, 228, 230-232, 239, 247, 255, 256, 261, 268, 273,276-278, 287, 288, 302, 303, 316, 335,349, 350tolkamer(s) 225

Brabon 4-5koning van Frankrijk 9koning van Keulen, markgraaf van hetHeilige Roomse Rijk 10koning van Keulen enThÏringen, mark-graafvan het Heilige Roomse Rijk 6-9`prins' van Brabant, markgraaf van hetHeilige Roomse Rijk 11-13heer in Sicambrie« 5

Brabon Silvius (Siluius)heer in Sicambrie« 4

Braine-le-Comte (Brain, Braine) 138Brandenburg (Brandenborch)

markgraaf 29, 75, 342Brant zieRoverBrauweiler (Bruwilder) bij Keulen, Duits-

land 67Brebaert, Hendrik (Henric) 266Brecht, Godfried van (Goyardvan, Goyaert

van) 126, 127^, Gozewijn van (Goeswinus de)

schepen van 's-Hertogenbosch 252, 258,264, 289, 295, 306, 317, 338, 339burgemeester van 's-Hertogenbosch 270

Breda 1, 2, 79, 321, 327, 338, 344Land van 311heer 56, 102, 155; zie ook Liedekerke

Breda, Michiel van (Michael de)ontvanger van 's-Hertogenbosch 194

Brederode 92^, Gijsbrecht van

domproost, elect van Utrecht 181^,Walraven van 181Bree (Breen) 197Breisach (Brisack) 213Bremen (Breemen)

bisschop 108, 347Bresse

gouverneur 342Bretagne (Britanien)

hertog 193, 194Breugel (Broegel) 312Breugel (Broegel), Janvan (Iohannes de)

schepen van 's-Hertogenbosch 346ontvanger van 's-Hertogenbosch 343

^, Lambert Willemss. van 259Breyll (Bryel) tussen Venlo en Viersen,

Duitsland 326Breyn (Breyne) zie Braine-le-ComteBrimeu, Guy de, heer van Humbercourt,

graafvanMegen 221Brisack zie BreisachBritaensche Zee 1Britanien zie Bretagne en Brittannie«Brittannie« (Britanien)

koning 15Broechouen zie BroekhovenBroechuysen zie BroekhuizenBroeck (Broec, Broeck, Palude), Anton van

den (Anthonius van den)ontvanger van 's-Hertogenbosch 173

^, Gerard van den (Gerardus van den, Ge-rardus de)schepen van 's-Hertogenbosch 185ontvanger van 's-Hertogenbosch 215

^, Gozewijn van den (Goessen van den,Goeswinus de)schepen van 's-Hertogenbosch 305raad van 's-Hertogenbosch 339

^, Gijsbert van den (Ghiselbertus van den,Ghysbertus van den)schepen van 's-Hertogenbosch 180ontvanger van 's-Hertogenbosch 171

^, Lambert van den (Lambertus van den)schepen van 's-Hertogenbosch 252, 306,346

^, Rudolf van den (Rodolphus van den)schepen van 's-Hertogenbosch 292, 314,341

^,Tielmanvan den (Tyelmanvan den)bouwmeester van 's-Hertogenbosch 333

399

^,Wouter van den (Wolterus van den)schepen van 's-Hertogenbosch 210gezworene van 's-Hertogenbosch 212ontvanger van 's-Hertogenbosch 192

Broeder,Willem (Willelmus)schepenvan 's-Hertogenbosch 115, 124

Broegel zie BreugelBroekhoven (Broechouen), Henricus de

schepen van 's-Hertogenbosch 317ontvanger van 's-Hertogenbosch 310

Broekhuizen (Broechuysen), heer Willemvan 110

Bronkhorst (Bronchorst), Dirkvan (Dirckvan)heer van Batenburg en Anholt 255

^, Jacob van (Iacob van)jonker, heer van Batenburg en Anholt245, 246

^, Jan van (Ianvan)domproost van MÏnster en heer vanOijen 255

Bronkhorst (Bronchorst) en van Baten-burg (de/van Batenborch), Dirk van(Dirckvan,Theodericus de)heer van Oijen 249, 254

^, Jan van (Ianvan, Iohannes de)domproost van MÏnster en heer vanOijen 249, 254

Brouwershaven (Brouwershauene) 140Brucus zie BrutusBruessel (Bruessele, Bruessell) zie BrusselBrugge (Brug, Brugge) 152, 158, 195, 197,

199, 221, 264, 336Cranenborch 264

Bruggen, Gerard van der (Gerardus vander)schepen van 's-Hertogenbosch 312

Brugman,Matthijs (Mathias)schepen van 's-Hertogenbosch 297

Bruheze, Janvan (Iohannes de)schepen van 's-Hertogenbosch 97-99,101, 115

Bruist (Bruyst) zieAmbrosiusBrunswijk (Bruynswiic, Bruynswiick,

Bruynswyc, Bruynswyck)hertog 213, 233, 325-328, 330, 334heer 233

Brussel (Bruessel, Bruessele, Bruessell,Bruxella) 1, 27, 29-31, 52, 55, 56, 61,79, 80, 82, 83, 85, 99, 103, 104, 106,

119, 120, 122, 123, 125, 130, 136, 141-144, 158, 173, 180, 182, 193, 195, 196,200, 199, 231, 264, 268, 276, 285-287,289, 302, 316, 321, 324, 331, 336, 338,340, 342, 347, 349, 350graaf 28gravin 27burggraaf 57, 66, 173schepenen 126, 127Rekenkamer 236abdij Ter Kameren 1broeders van Onze-Lieve-Vrouw 119kerkvan Sint-Goedele 14, 29, 55, 340proosdij van de kapellekerk 31regulieren op de Koudenberg 22minderbroeders 52, 72

Brussel, Kwartier 1Brutus (Brucus) 4, 6, 8Bruwilder zie BrauweilerBruxella zie BrusselBruye© re (Bruyre)

heer 57Bruynswiick (Bruynswyc, Bruynswyck,

Bruyswyc) zie BrunswijkBruyst zieAmbrosiusBryel zie BreyllBuchouen zie BokhovenBuck, Ludolf (Ludolphus)

schepen van 's-Hertogenbosch 155, 161,165, 180, 185, 194, 212, 235raad van 's-Hertogenbosch 229

Buckingham (Bockingem)graaf 257

Bucstel zie BoxtelBucxken zie BuxkenBudel (Buedel) 298Bueren zie BurenBuilloen zieGodfriedBuren (Bueren) 192

graaf 330, 347, 350Buren (Bueren), Otto van (Ott van) 58^, Lambert van (Lambrecht van) 258-259Burgoindien zie Bourgondie«Burgos (Borges) 305Burghunghien, Burghungyen zie Bourgon-

die«Busciducensis, Buscoducis zie 's-Hertogen-

boschBusco zie Bosch en 's-Hertogenbosch

400

Bussel, Lodewijkvan (Lodouicus de, Ludo-vicus de), zoon van Albertschepen van 's-Hertogenbosch 75, 78

Buxken (Bucxken), Dirk (Theodericus)schepen van 's-Hertogenbosch 74, 75,77, 78, 84

Bye, Gijsbert de (Ghysbertus die)meester, deken van het kapittel van's-Hertogenbosch 284, 285

^, Godfried de (Godefridus die, Goyart die)259schepen van 's-Hertogenbosch 279ontvanger van 's-Hertogenbosch 234

^, Hendrik de (Henrick die), meester 252Byerbeke zie BierbeekByessen zieAldenbiezen

C, zie ookK

Caen (Cane) 76Caerle zieKarelCaesar (Iulius Cesar, genaamdGayus) 5-8Calabrie« (Calabren) 24

hertog 193, 194, 215Calais (Caleys) 76, 77, 152, 214Calixtus III

paus (1168-1178) 180, 181Calloe zieKalloCalvarieberg (Berch van Calvarien) 29Cam zie ChamCambrai (Cameric, Cameriic, Cameryc) 7,

13, 75, 165, 313, 316, 318bisschop 14, 123

Camdonc (Campdonc), Peter vankanselier van Brabant 125

Cameren, Godfried uter (Godefridus uuy-ter)schepen van 's-Hertogenbosch 74

Cameric, Cameriic, Cameryc zie CambraiCampdonc zie CamdoncCampebas zie CampobassoCampen, Arnoud van (Arnoldus de)

schepen van 's-Hertogenbosch 204, 234,269

^, Maarten van (Martinus de)schepen van 's-Hertogenbosch 254, 283,297, 310, 323, 340, 345

Campobasso (Campebas)graaf 215

Cane zie Caen

Capellen opten Bossche zie Kapelle-op-den-bos

Cappel zieKapellenCarpen (Carpensis) zieKerpenCarthago (Carthagen) 4Cassandra 3Cassele zieKasselCastella, Castilie(n), Castillien zieKastilie«Castistrano, Janvan (Iohannes de) 181Catalonie« (Catheloingien) 21Catharina (Katheryn)

heilige 10van Frankrijk, koningin van Engeland134, 257van Frankrijk, gravin van Charolais 152vanGelre 222

Catheloingien zie Catalonie«Catten Ryt 117Caux

Land van 206Cchymaii zie ChimayCecilia, heilige 9Cecilia, Cecilien zie Sicilie«Ceelken zieMarcelisCelen (Selen), Hendrik (Henric)

raad van de hertog 216rentmeester van 's-Hertogenbosch 203,216

Cesar zie CaesarChairle zieKarelChairloys zie CharolaisChaª lons-sur-Marne (Chalon)

graaf en bisschop 40Cham (Cam) 2, 3Champagne (Champaingnie, Champa-

nien) 40, 135graaf 40

Chantraine (Chanterayn)kommanderij 2

Charle zieKarelCharloys zie CharolaisCharolais (Chairloys, Charloys)

graaf 144, 152, 167, 182, 183, 191-194,196; zie ook Karel hertog van Bourgon-die«

Chastel,Tanneghyduprovoost van Parijs 134

Chaumontheer 57

401

Chie© vres (Chierue, Chieuers, Chyeuere,Chyeuers)heer van, zie Croij

Chieuer(s) zie Chie© vresChilperik (Cilpric, Cilprick, Cilpricus) 18

koning van Bourgondie« 13I, koning van Frankrijk (561-584) 14II, koning van Frankrijk (715/6-721)17-18

Chimay (Cchymaii, Chymay, Symay) 16graaf, heer, princeps 218, 290, 230eerste kamerling 230Sint-Petruskerk 16

Chiny (Cini, Cynni)graafschap 125graaf 69

Chlodulphus (Clodulphus)heilige, bisschop vanMetz 16

Christo¡el (Cristofer)graafvanMeurs, heer van Saarwerden,kapitein van Zaltbommel 342

Chyeuere zie Chie© vresChyeuers zie Chie© vresChymay zie ChimayCilpric(k) (Cilpricus) zie ChilperikCini zie ChinyC|ª teaux (Cisteau) 1Clarence (Clarencen)

hertog 257Clarisse 31Cleermont zie Clermont

graaf 125Clemens (Clement, Clements)

VI, paus (1342-1352) 75VII, paus (1378-1394) 99

Clement(s) zie ClemensClermont (Cleermont)

graaf 125Cleue, Cleuensis zieKleefCleyn zieKleinCleynael, Godfried (Godefridus)

schepen van 's-Hertogenbosch 195Clodius

koning van de Franken 13Clodoaldus, heilige 14Clodoueus zie ClovisClodulphus zie ChlodulphusClopper, Nicolaas (Claes)

meester 158Clotildis, heilige

koningin van Frankrijk 13Clovis (Clodoueus, Lodouicus)

koning van Frankrijk (481-511) 13, 14, 40Cluny (Cluygny, Cluyngny) 25

protonotaris 221Cluygny (Cluyngny) zie ClunyCluyten, Arnoud van der (Arnoldus van der)

ontvanger van 's-Hertogenbosch 233Cnode zieKnodeCock, Jan (Iohannes)

schepen van 's-Hertogenbosch 327ontvanger van 's-Hertogenbosch 314

^, Rijkhoud de (Rycout die) 108ridder, hoogschout van 's-Hertogenbosch100

Coelborner, Jacob (Iacob)lid van het college van zes goede mannen317

Coelen zieKeulenCoenen, Christiaan (Corstiaen, Christianus)

schepen van 's-Hertogenbosch 157, 171,174, 176, 299, 338, 339, 346

^, Herman (Hermannus)schepen van 's-Hertogenbosch 204, 233ontvanger van 's-Hertogenbosch 195

^, Nicolaas (Claes, Nycolaus)lid van het college van zes goede mannen310ontvanger van 's-Hertogenbosch 295

Coenraet zieKoenraadColchis (Colcos) ten oosten van de Zwarte

Zee 3Colcos zie ColchisColen zieKeulenColen, Gerard (Gerardus)

schepen van 's-Hertogenbosch 252, 306,327

^, Peter (Petrus)schepen van 's-Hertogenbosch 233ontvanger van 's-Hertogenbosch 201

^,Wouter (Wolterus)schepen van 's-Hertogenbosch 60

^,Wouter (Wolterus) ^ van Oerleschepen van 's-Hertogenbosch 136

Coman, Jan (Iohannes)schepen van 's-Hertogenbosch 46

Compie© gne (Compiendien, Compyengien)23, 69, 142

Compostella zie Santiago de CompostelaCompyengien zie Compie© gne

402

Conde-sur-l'Escaut (Conde)heer 266

Con£ans-Sainte-Honorine (Con£ans) 194Constans zieKonstanzConstantijn (Constantiin, Constantyn)

keizer van Rome 10, 21Constantinopel (Constantinoplen, Con-

stantinopole, Constantinopolen) 21, 35,171bisschop 10keizer 24

Consteyn (Cousteyn), Jan (Iohan) 182Coptiten (Coptyt, Coptyten), Gillis (Egi-

dius)schepen van 's-Hertogenbosch 115, 119

^, Jacob (Iacobus)schepen van 's-Hertogenbosch 76, 97,99, 102, 111, 115, 125, 126

^,Willem (Willelmus)schepen van 's-Hertogenbosch 98, 100,102, 107

^,Wouter (Wolterus)schepen van 's-Hertogenbosch 109, 115

Corbie (Corbye)abdij 11

Cordesheer 221

Cortenbach, Peter vanzegelaar en kanunnikvan Luik 266

Cortenberch (Cortenberge, Corthenberge)zieKortenberg

Cortersschem zieKortessemCortryc zieKortrijkCosdras

koning van Perzie« 14Coster,Thomas de (Thomas die)

ontvanger van 's-Hertogenbosch 241Cotereal zie CoutreauCotreau zie CoutreauCoudenberg (Coudenberch, Coudenberge),

Jan van (Ianvan)meester en raadsheer in Brabant 295; zieook Jan III hertog van Brabant

Couderborch, Simonvan (Symon de)meester, secretaris van 's-Hertogenbosch293

Coudewater zieRosmalenCouelens zieKoblenzCousteyn zie ConsteynCoutreau (Cotereal, Coutereau), Leonard

(Lenart) 340, 348^, Robrecht (Robbrecht), ridder 193, 230Crabbe, Jan (Ian)

schout van Oijen 318Cranendonck (Craendonc, Craendonck) 2

heer 56, 66, 246Cranendonck (Craendonc), Janvan (Iohan-

nes de)schepen van 's-Hertogenbosch 215

^, Janvan (Iohannes de), zoonvanLodewijkschepen van 's-Hertogenbosch 156

Crassus 6, 8Crayengen zieKraainemCrecy (Cressy) 7Creeten zieKretaCremona 313Cressy zie CrecyCreuekur zie Cre© vecoeurCreuel zieKrefeldCre© vecoeur (Creuekur), Filips van (Philips

van)heer van Cordes 221

Creyelt, Dirkvan (Dirckvan)lidvan het college van zes goedemannen310, 333

Creykenbeeck zieKrickenbeckCristofer zie Christo¡elCroij

heer 41, 138, 199^, Ferry de

heer van Reux (Roess) 338^,Willemvan

heer van Chie© vres, Aarschot enz. 263,303, 338, 342stadhouder van aartshertog Filips 303,306

Cromvoirt 84Cruningen zieKruiningenCuijk (Cuyck, Cuyk, Kuyc, Kuyck) 2, 247

Land van 191, 223, 247, 285heer 53, 57, 60, 62, 66, 84, 109, 110, 247

Cuijk (Kuyck), Hendrikvan (Henric van)heer van Herpen 35, 94; zie ook Al-brecht, Otto

^, Otto van (Ott van) 57Culemborg (Culenborch)

jonker 221Cuyck (Cuyk) zie CuijkCynni zie ChinyCyprus (Cypers) 136, 164, 225

403

D

Dachverlies (Dachuerlyes),Hendrik (Hen-ric)schepen van 's-Hertogenbosch 338

^, Jan (Iohannes)schepenvan 's-Hertogenbosch 258, 262

^,Walram (Walramus)schepen van 's-Hertogenbosch 348

Daelhem zieDalhemDagobert (Dagobeert)

I, heilige, koning van Frankrijk (623-639) 15III, koning van Frankrijk (711-715) 17

Dalem zieDalhemDalhem (Daelhem, Dalem) 39, 79

Land van 81Dam(me), Den zieAppingedamDaniel^, zoon van Bruist

ontvanger van 's-Hertogenbosch 258Dauentria zieDeventerDauphine (Dolphinaet) 135David (Dauid)

bisschop vanUtrecht zie Bourgondie«Deenmarcken, Deenmercken zie Dene-

markenDeest (Diiss) 192Deiphebus

heer in Denemarken 4Delft 331Demophon 4Den Dam zieAppingedamDenDungen zieDungenDen Hage, Haghe zieHaagDen Graue zieGraveDendermonde (Dermonde, Dormonde,

Dormunde) 11, 33graaf 11Land van 33

Denemarken (Deenmarcken, Deenmer-cken, Deynmarcken) 10, 23, 337koning 90, 213, 334, 336, 337, 342, 347heer 4

Denouwe(n) zieDonauDenys zieDionysiusDerentheren (Derenthere),Dirkvan (The-

odericus de)schepen van 's-Hertogenbosch 151

^, Janvan (Iohannes de)schepen van 's-Hertogenbosch 79, 85, 87,99

Dermonde zieDendermondeDesponteyn, Jan (Iohan)

kapitein van Namen 309Dessel 306Deuenter zieDeventerDeurne (Doern, Doernen) 234, 321Deurne (Doern, Doerne, Doernen, Dorne),

Everard van (Euerardus de)hoogschout van 's-Hertogenbosch 346,350schepen van 's-Hertogenbosch 254, 310,340

^, Hendrikvan (Henric van)^, Janvan (Iohannes de)

meester, heer van Bakel en Vlierden, ka-nunnikvan Luik 302

^, Lambert van (Lambertus de)secretaris van 's-Hertogenbosch 198

^, Nicolaas van (Nycoel van) 56Deventer (Deuenter) 181Deventer (Dauentria, Deuenter), Hendrik

van (Henrickvan, Henricus de)lid van het college van zes goede mannen291schepen van 's-Hertogenbosch 348

^, Hermanvan (Hermannus de)schepen van 's-Hertogenbosch 345

Deynmarcken zieDenemarkenDicbier, Arnoud (Arnoldus)

schepen van 's-Hertogenbosch 54, 55, 57,58, 97, 122, 126

^, Godfried (Godefridus, Goyart)schepen van 's-Hertogenbosch 234

^, Gozewijn (Goeswinus) Moedelschepen van 's-Hertogenbosch 86

^, Hendrik (Henrick, Henricus)hoogschout van 's-Hertogenbosch 279schepen van 's-Hertogenbosch 101, 123,126, 128, 137, 152, 153

^, Hendrik (Henrick, Henricus), zoon vanGodfriedschepen van 's-Hertogenbosch 101, 108,115, 123, 126, 130, 137, 138, 142

^, Hendrik (Henricus), zoon vanWillemschepen van 's-Hertogenbosch 263, 270

^, Jan (Ian, Iohannes)schout van 's-Hertogenbosch 79, 96

404

schepen van 's-Hertogenbosch 58, 78,80, 126, 151

^, Jan (Iohannes) juniorschepen van 's-Hertogenbosch 57, 58

^, Jan (Iohannes), zoon van Janschout van Oisterwijk 163schepen van 's-Hertogenbosch 162, 185

^, Jan (Iohannes) ^ vanMierloschepen van 's-Hertogenbosch 138

^, Rudolf (Rodolphus)schepen van 's-Hertogenbosch 201, 212,258

^,Willem 178^,Willem (Willelmus), zoon vanHendrik

schepen van 's-Hertogenbosch 153, 157^,Willem (Willelmus), zoon van Jan

schout 156schepen van 's-Hertogenbosch 153, 156,161, 165

Didderic zieTheoderikDiechden zieDiedenDieden (Diechden, Dyechden) 249, 252,

253, 255Diederik (Dirck)

graafvanVlaanderen (1128-1168) 32Dielegem (Diligem)

abdij 1Dieperbeek (Dyeperbeeck), Dirkvan (The-

odericus de)ontvanger van 's-Hertogenbosch 270

Diephebus 3Diese(n) zieDiezeDiest (Dyest) 1, 2, 79, 238, 239, 266, 286,

309heer 32, 56, 102, 131

Diest, heer Arnoud van (Arnt van) 57; zieookThomas

Dieze (Diese, Diesen) 54, 86, 345Digoen zieDijonDiiss zieDeestDijk (Aggere), Daniel van den (Daniel de)

schepen van 's-Hertogenbosch 67, 71, 72^, Hendrikvan den (Henricus de)

schepen van 's-Hertogenbosch 57, 58,72, 74, 76

^, Janvan den (Iohannes de)schepen van 's-Hertogenbosch 99, 101,107, 109, 113

Dijon (Digoen) 118Diligem zieDielegem

Dinant (Dynandt, Dinant) 195Dinther (Dynther, Dynthere) 267, 327

heer 126Dinther (Dynther), Jan van (Iohannes de)

schepen van 's-Hertogenbosch 100, 101,115

Dionysius (Denys), heilige 23Dirk (Diederik, Dirck,Theodericus)

I, graafvan Holland (+939?) 23VII, graafvan Holland (1190-1203) 36graafvan Kleef 58

Dirk (Dirck, Theodericus), zoon van Bar-tholomeusschepen van 's-Hertogenbosch 100, 102

^, zoon vanGodfried Gieliss.ontvanger van 's-Hertogenbosch 288,297

^, zoon van Iwaanschepen van 's-Hertogenbosch 97

^, zoon van Rover 58^, zie ookDiederik enTheoderikDoddendaal (Doddendael), kasteel bijBeu-

ningen en Ewijk 308Dodo

prins van Orange 17Doeren zieDoornDoeringen zieThÏringenDoern (Doerne, Doernen) zieDeurneDoernic, Doernick zieDoornik enTournaiDoesburg (Doesborch) 301, 306Dolphinaet zieDauphineDommelen, Godfried van (Godefridus de)

schepen van 's-Hertogenbosch 136, 140,151, 180meester, secretaris van 's-Hertogen-bosch 289, 263

Donau (Denouwe, Denouwen) 12, 18, 22,181

Donck (Donc), Gozewijn Moedel van der(Goessen, Goeswinus, Goeswyn Moe-del van der) 125onderschout van 's-Hertogenbosch 128schepen van 's-Hertogenbosch 113, 137

Doorn (Doeren, Spina), Gijsbert van (Ghi-selbertus de, Ghysbertus de, Gysbertusde)schepen van 's-Hertogenbosch 76, 79,84, 97, 111, 115, 118

^,Tielmanvan den (Tyelmannus de)schepen van 's-Hertogenbosch 152, 152

405

Doorn (Doeren) de Spina, Gijsbert vanden (Ghysbertus van den)schepen van 's-Hertogenbosch 86

Doornik (Doernic), Otto van (Ott van)174, 175

Dordrecht 36, 44, 241, 331, 347Dordrecht, Heimerik van (Heymericus

de)schepen van 's-Hertogenbosch 78

^, Hendrikvan (Henrickvan) 95^, Jan van (Iohannes de)

schepen van 's-Hertogenbosch 99, 107,109, 113, 119, 124

DordtseWaard (DordscheWert) 328, 343Dormaal (Dormalen) 79

schepenen 35Dormonde, Dormunde zieDendermondeDorne zieDeurneDortemuye zie PortsmouthDouai (Duway) 97, 139Drago

prins van Kempenland 16Drakenbaert zieGerardDreumel (Droemel) 308Driel zieKerkdrielDriel, Gerard Mol van (Gerardus Mol de)

252Droemel zieDreumelDrongelen, Hessel van (Hesselo de)

schepen van 's-Hertogenbosch 133Drunen (Druenen) 234Druten (Drueten), Godfried van (Gode-

fridus de)schepen van 's-Hertogenbosch 141,153, 156

^, Peter van (Petrus de)schepen van 's-Hertogenbosch 195

Druthuoert zieGewandeDu¡el (Du¡ele, Du¥e) 2

heer 31, 56, 102, 173Duitse Rijk

vicaris van de keizer 74zie ookHeilige Roomse Rijk

Duitsland (Duytschen Land, Duytsch-lant) 219koning 22

Duitsland (Almania), Jacob van (Iacob ex)284, 285

Dungen, Den 159, 217Sporcsche Brug 217

Duren (Duer), gehucht bij Berchem 89Dussen, Janvan der (Iohannes de)

schepen van 's-Hertogenbosch 126-128Duway zieDouaiDyechden zieDiedenDyeperbeeck zieDieperbeekDyest zieDiestDynandt, Dynant zieDinantDynther, Dynthere zieDintherDyomedes 4

E

Ecliopus 6, 8Edeghem zie EnghienEdezel 176Edingem zie EnghienEduard (Eduwaert, Eduwairt, Eduwardus,

Eduwart)koning van Engeland (899-924) 25I, koning van Engeland (1272-1307) 52,55III, koning van Engeland (1327-1377) 74-77, 87IV, koning van Engeland (1461-1483)198, 203, 214, 215, 257, 290, 302, 304hertog van Gelre (1361-1371) 88, 92, 98,103, 208graafvan Baren 70

Eeke zieHerkEelkens (Eelkini), Arnoud (Arnoldus)

ontvanger van 's-Hertogenbosch 204^, Hendrik (Henricus)

ontvanger van 's-Hertogenbosch 194^,Willem (Willelmus)

schepen van 's-Hertogenbosch 97Eendracht (Eendrecht) 224Eerart zie ErardusEersel (Eerssel) 79, 231, 306

vrijheid 106Egmond (Egmonda, Egmondt, Egmont)

graaf 330heer 206, 209, 211, 256

Egmond (Egmonda, Egmondt, Egmont) zieook IJsselstein, heer van

^, Floris van (Florys van)heer van St.-Maartensdijk, IJsselsteinenz, stadhouder van Gelre 252-254

^, Floris van (Florys van)heer van IJsselstein 298, 317, 318, 320

406

^, Frederikvan (Fredericus de)heer van IJsselstein 284, 290

^, Jan van (Ian van, Iohannes de) 209, 241,284, 307

^, Karel van (Kaerle van, Karolus de), her-tog ( alias') van Gelre 209, 308, 316-317;zie ook Karel (van Egmond) en Gelre,heer van

Egypte (Egipten) 8, 10koning 5

Eigen (Eygen), van derhemaal (rechtsdistrict) 54, 55, 76heemraden, iurati 54, 55

Eijck (Eyck), Gerard van (Gerardus de)schepen van 's-Hertogenbosch 202, 250,262

Eijckman (Eyckman, Eyckmans), Hendrik(Henricus)schepen van 's-Hertogenbosch 269, 341

^, Jan (Iohannes)ontvanger van 's-Hertogenbosch 295

Eindhoven (Eyndouen) 1, 79, 307Eindhoven (Eyndouia), Gerard van (Gerar-

dus de)schepen van 's-Hertogenbosch 79, 84

^, Hermanvan (Hermannus de)schepen van 's-Hertogenbosch 78

^, Janvan (Iohannes de)schepen van 's-Hertogenbosch 79

Elbe (Eluen) 9, 18, 22Elburg (Ter Elborch) 301Eligius (Loy), heilige

bisschop vanNoyon 15Eliksem (Helisem) 68Elisabeth (Lysbet)

koningin van Frankrijk 40koningin van Spanje 300heilige, landgravinvanThÏringen 38, 40,213van GÎrlitz, hertogin van Luxemburg125, 126, 135, 156

Elmpt, Frans van (Franciscus van), zoonvanMaartenontvanger van 's-Hertogenbosch 333

^, Maarten van (Martinus de)schepen van 's-Hertogenbosch 292ontvanger van 's-Hertogenbosch 185,279

Elsaten zie Elzas

Elshout (Elshoute), Jan van den (Ian vanden) 58

Elten opten Berch zieHoch EltenEluen zie ElbeElzas (Elsaten) 31, 125

voogd 69Emelbert, heilige

bisschop vanKamerijk 14Emond (Emondus), zoon van Rover

schepen van 's-Hertogenbosch 60; zieookRover

Empel 122, 136, 234, 342heemraadschap 58

Eneas zieAeneasEngeland (Engelant, Anglia) 6-8, 24, 25,

76, 112, 134, 137, 138, 198, 203, 214,215, 257, 303, 304, 320koning 11, 13, 24, 52, 55, 74, 76, 87,112, 134, 137, 152, 198, 203, 208, 214,257, 290, 313, 304, 319, 331, 332, 334,344koningin 31, 34

Engelbert (Engelbertus, Engelbrecht)aartsbisschop van Keulen (1364-1369)90bisschop van Luik (1345-1364) 79

Engelen 84, 234, 321Dyependyc(?) 84

EngelscheMeer(?) 84Moelenwech(?) 84

Engelen,Willemvan, zoon van Steven 138Enghien (Edingem, Edeghem)

heer 31, 56Engolemme zieAngouleª meEnode, Hendrik (Henricus)

schepen van 's-Hertogenbosch 99^, Jan (Iohannes)

schepen van 's-Hertogenbosch 84Ensche, Hendrik van (Henric van, Henrick

van), alias Sneeuwwinddrossaard, maarschalk van Gelre 307,311

Eppegem (Oppegem) 32Eraclius zieHerakleiosErardus (Eerart)

bisschop van Luik (1505-1538) 345Erik (Erith)

hertog van Brunswijk 326, 327Erith zie ErikErke zieHerk

407

Ermgart 27koningin van Frankrijk 22

Erp (Erpe) 234Erp (Erpe), Arnoud van (Arnoldus de)

schepen van 's-Hertogenbosch 155^, Godfried van (Godefridus de)

schepen van 's-Hertogenbosch 142,151, 153

^, Hendrikvan (Henricus de)schepen van 's-Hertogenbosch 99

^, Jan van (Ianvan, Iohannes de)schepen van 's-Hertogenbosch 99, 101,104, 108, 109, 142, 297, 323, 339, 340,343kerkmeester, raad van 's-Hertogen-bosch 339

^, Jan van (Ianvan), anders van Beersschepenvan 's-Hertogenbosch 338, 345

^, Janvan (Iohannes de), zoonvanArnoudschepen van 's-Hertogenbosch 180,192, 210raad van 's-Hertogenbosch 229

^, Jan van (Iohannes de), zoon van Janschepen van 's-Hertogenbosch 142

^, Jan van (Iohannes de), zoon van Lucasschepen van 's-Hertogenbosch 341

^, Leonius van (Leonius de)schepen van 's-Hertogenbosch 100,104, 125

^, Leonius van (Leonius de), zoon van Le-oniusschepen 153

^, Lucas van (Lucas de)schepen van 's-Hertogenbosch 119,252, 267, 270, 297, 306, 317raad van 's-Hertogenbosch 339

^, Lucas van (Lucas de), zoon vanGerlachschepen van 's-Hertogenbosch 129

^, Peter van (Petrus de)schepenvan 's-Hertogenbosch 152, 153

^, Rutger van (Rutgerus de)schepen van 's-Hertogenbosch 260

^,Wouter van (Wolterus de)schepen van 's-Hertogenbosch 99

Etampes (Stampes)graaf 69, 112, 157, 200

Eugraaf 112, 144graafschap 112

Eudon zieOdo

Eue zie EvaEuerbode zieAverbodeEugenius

III, paus (1145-1153) 33IV, paus (1431-1439) 151, 159

Eureus, Euereus, Eureux zie EvreuxEuropa (Europen) 2, 3Eustatius (Eustaes)

koning van Jeruzalem 28graafvan Boulogne 28

Eva (Eue) 2Evreux (Euereus, Eureus, Eureux)

graaf 42, 55, 57, 69, 72Ewyers zieAywie© resEyck zie EijckEyckman(s) zie EijckEygen zie EigenEyndouen, Eyndouia zie EindhovenEynode, Arnoud van (Arnoldus de)

schepen van 's-Hertogenbosch 60

F, zie ook Ph

FelixV, paus (1439-1449) 112graafvan Porcien 342, 346

FelleWout Sonder Genaden 6Ferdinand (Fernande, Fernandt, Fernant)

305, 342koning van Aragon en Spanje 269, 340

Fermentatoris zieGrutersFernande, Fernandt, Fernant zie FerdinandFerreolus, heilige 15Ferretten zie P¢rtFilibert (Philibeert)

hertog van Savoie 285Filippa (Philippa, Philippe)

vanVlaanderen 52vanValkenburg 92, 93

Filips (Philippus, Philips, Philipz, Phylips) 5II, Rooms-koning (1198-1208) 37, 39de Schone, koning van Castilie« , Granada,Leon, Spanje (1504-1506), aartshertogvan Oostenrijk, hertog van Bourgondie« ,Lotharingen, Brabant, Gelre enz., mark-graafvan het Heilige Roomse Rijk (1494-1506) 210, 233, 243, 254-256, 259, 263,264, 266, 269, 270, 272, 279, 283, 287,289-294, 296-298, 300-306, 310, 316,319, 324, 329, 334, 335, 340

408

II, deVermeerder, koning van Frankrijk(1180-1223) 27, 37, 40III, koning van Frankrijk (1270-1285)41-43, 45, 55, 69, 72IV, de Schone, koning van Frankrijk(1285-1314) 52VI van Valois, koning van Frankrijk(1328-1350) 67-69, 71, 74-76de Stoute (le Herdi, Herdii, Herdy), her-tog van Bourgondie« (1363-1404) 70, 97,105, 108, 111-113, 118, 128, 133, 135,143, 144deGoede, hertog vanBourgondie« (1404-1467) en Brabant (1430-1467), ruwaardvan Holland en Zeeland (1428-1433),graaf van Charolais 112, 113, 129, 134,135, 137, 139, 140, 142, 144, 149-153,155-162, 164-165, 167, 170-174, 176-177, 180-185, 187, 190-196, 200, 223,228, 231, 233-235, 238, 261, 165, 278van Saint-Pol, hertog vanBrabant (1427-1430), ruwaard van Brabant en Hene-gouwen, graaf van Saint-Pol en Ligny112, 113, 137, 138, 141-143, 149, 278;zie ook Saint-Polgraafvan Nassau 241-242graafvanNevers enRethel 112, 113, 127,144, 239; zie ookNeversgraafvanVianden 56van Sint-Jan (de Sancto Iohanne) 284,285

Flandria zieVlaanderenFloraingy zie FlorenvilleFlorence (Florens) 176Florenville (Floraingy) 346Floris (Florys)

graafvan Holland 40IV, graafvan Holland (1222-1234) 34V, graafvan Holland (1256-1296) 40

Florival (Florual)abdij 1

Florual zie FlorivalFoix (Foys)

graaf 313Forl|© (Forluuen)

bisschop 214Forluuen zie Forl|©Francion 3

heer in Isaurie« 4heer in Sicambrie« 4, 5

Francion Brabonheer in Sicambrie« 4

Franciscus zie FransFranke (Francke), Jan (Iohannes)

schepen van 's-Hertogenbosch 54Frankfurt (Franckevoirt, Vranckevoirt) 12,

117, 260, 318Frankrijk (Francryc, Vranckryc, Vranck-

ryck, Vrancriic, Vrancryc, Vrancryck) 3,7, 9, 12, 13, 15-19, 21-27, 34, 40, 43, 69,70, 74-76, 97, 108, 112, 127, 133, 134,135, 142, 176, 182, 192-194, 198, 199,204-206, 215, 218, 257, 269, 289, 306,308, 309, 313, 334koning 12-17, 19-22, 25-27, 30, 33, 37-41, 43, 45, 52, 55, 57, 67-69, 70, 72, 76,87, 105, 113, 122, 127, 134, 135, 143,144, 151, 152, 193, 198, 199, 203, 204,213-215, 221, 256, 269, 289, 310, 313,314, 331, 333, 334, 336, 342, 347koningin 42Dauphin (Dolphyn) 112, 129, 134, 135,181, 182, 334connetable 67, 70, 215maarschalk 26

Frans (Franciscus)I, koning van Frankrijk (1515-1547),hertog van Valois en Angouleª me, dau-phin 334

Frederik (Frederic, Frederick, Fredericus)I, keizer (1152-1190) 39II, keizer (1440-1493) 206, 210, 212,213, 230, 260, 261, 264hertog van Brunswijk 233

Frentz,Winrik van (Wynrich van,Wynrickvan) 164

Friese Zee (Vriesscher Zee) 9Friesland (Vrieslant, Vryeslant) 1, 9, 332,

334heer 83, 144

Frigea zie Phrygie«Frigegondis

koningin van Frankrijk 14Frixus 4

409

G

Gaasbeek (Gaesbeeck, Gaesbeke, Gais-beeck) 2heer 31jonker 131, 133

^, Zweder (Zweer) vanheer van Gaasbeek 102

Gabriel 9Gael, Janvan (Ianvan) 175Galatia (Galasien) 3Galicie« (Galissen, Galissien) 21, 225Galles zieWalesGallie« (Gallien) 8, 12Gand, Gandauum zieGentGangelt (Gangel) ten oosten van Sittard,

Duitsland 103, 108Garisoen zieGransonGarnade, Garnaten zieGranadaGascogne (Bisschayen, Gascoingien,

Gasconien) 20, 21, 40, 135, 152Gavere (Gauer, Gauere) 171, 172Gavere (Grauen), Raas van (Raess van),

ridder 56Gayus zie CaesarGeck (Gheck), Jan (Ian, Iohannes)

schepenvan 's-Hertogenbosch 252, 306raad van 's-Hertogenbosch 339

Gedeon 195Geel (Gheel) 1, 31

heer 56, 173Geel (Gele, Gheel), Arnoud van (Arnol-

dus de)schepen van 's-Hertogenbosch 99

^, Arnoud van (Arnoldus de), zoon vanLambertschepen van 's-Hertogenbosch 159

^, Gillis van (Egidius de)schepen van 's-Hertogenbosch 115,119, 124

^, Jacob van (Iacop van, Iacobus de)schepenvan 's-Hertogenbosch 127, 128

^, Simonvan (Symonvan, Symon de) 242schepen van 's-Hertogenbosch 142,183, 195, 201, 204, 233, 260raad van 's-Hertogenbosch 229, 239

Geerberch zieGerberchGeertruidenberg (Sinte-Geertrudenberch,

Sinte-Geertruyenberch, Sinte-Geer-truyenberge, Sinte-Gertruyenberch,

Sinte-Gertruyenberge) 105, 150, 227,278, 344

Geertruyt zieGertrudisGeervliet (Gheervlyet) 157Ge¡en 94, 108, 288, 321

gerecht 54, 61hemaal (rechtsdistrict) 61

Ge¡en, Jacob van (Iacobus de)schepen van 's-Hertogenbosch 151

^, Leonard van (Lenart van)deken van 's-Hertogenbosch 340

Gegel, Matheusschepen van 's-Hertogenbosch 72, 74, 75

Geldenaken 1, 79Gelderlant, Geldre zieGelreGeldrop 325Geldrop, Rutger van (Rutgerus de)

schepen van 's-Hertogenbosch 151, 161Gele zieGeelGello 25

kapitein, heer van Blois 25Gelre (Gelderlant, Geldre, Gelrelant, Gel-

rensis, Gelria, Ghelre) 7, 36, 58, 88, 89,93, 104, 105, 110, 146, 204, 206, 207,210, 211, 222-224, 233, 234, 239, 240,242, 244, 245, 258, 259, 274, 295, 302,312, 313, 318, 319, 324, 325, 329-333, 344Voechdye van zieVogtei Gelderlandgraafschap 36graaf 36, 44, 45, 58, 67, 69-71, 74, 75, 258jonge graaf 71hertogdom 89, 204, 207-210, 223, 330hertog 69, 77, 87-89, 103, 192, 203, 204,206, 207, 209, 234, 235, 244, 249, 254, 255hertogin 234, 235, 244, 254heer 105, 108, 288, 307-309, 311, 314,316-318, 321, 322, 328-333, 342, 344; zieook Karel van Gelre en Karel van Eg-mondmaarschalk 307stadhouder 252, 253

Gelre, Jan (Ian) bastaard van 301Gelrelant, Gelria zieGelreGembloux (Gemmelours) 1

abdij 1, 25abt 2

Gemert (Gemart) 2, 281commandeur 234

Gemert (Gemart), Emondvan (Emondus de)schepen van 's-Hertogenbosch 104

410

^, Gerlach van (Geerlacus de)schepen van 's-Hertogenbosch 126

^, Hendrikvan (Henricus de)schepen van 's-Hertogenbosch 79

^, Hubert van (Hubertus de)schepen van 's-Hertogenbosch 108, 111,115, 129, 130

^, Janvan (Iohannes de)schepen van 's-Hertogenbosch 87, 97,104, 109, 122

Gemmelours zieGemblouxGemonde (Gemonden) 159Genappe (Genapien, Genepie) 79, 182

hof 148Gendt zieGentGenepie zieGenappeGene© ve (Geneuen) 232Gent (Gand, Gandauum, Gendt, Ghent) 6,

7, 21, 33, 129, 139, 171, 172, 196, 203,219, 221, 231, 264, 264, 290, 336Kerkvan Sint-Jan 290

Gent (Gandavo,Ghent), Hendrikvan (Hen-ric van, Henrickvan) 316, 328schepen vanUtrecht 265

^, Makarius van (Macharius de)schepen van 's-Hertogenbosch 51

^,Willemvan (Willelmus de)schepen van 's-Hertogenbosch 171, 174,183, 192, 202, 217, 241, 250, 260heer vanMeerwijk 130

^,Willemvan (Willelmus de), jonkerschepen van 's-Hertogenbosch 229heer van Oijen 148-151, 154heer van Oijen en Rixtel 250

^,Willemvan (Willelmus de), ridderschepen van 's-Hertogenbosch 129, 138

^,Willemvan (Willelmus de), zoon vanWil-lemschepen van 's-Hertogenbosch 259

Gentinnes (Gentinees), Jacob van (Iacopvan) 56

Genua (Ieneuen) 176Gerard (Gerardt, Gerardus, Gerart)

hertog van Gulik en Berg, graaf van Ra-vensberg 210graafvan Gulik 56graafvan Oldenburg 213heer vanVoorne, burggraaf van Zeeland60

heer van Diest, burggraaf van Antwer-pen 56heer van Jauche 57heer vanHerlaar 56heer vanHorne 56heer vanHorne,Altena, Perwez, enz., enHerlaar 58heer vanMarbais, burggraafvanBrussel57

Gerard, genaamd Drakenbaert, zoon vanArnout Berthout 32

^, zoon vanKoenraadgezworen knaap van 's-Hertogenbosch128

^, zoon van Simonschepen van 's-Hertogenbosch 192, 212ontvanger van 's-Hertogenbosch 183

Gerberch (Geerberch)gravin van Brussel en Leuven 27, 28, 30van Saksen, koningin van Frankrijk 25

Germanie« (Germanien)koning 9

Germanie Inferiorisprovincie van de predikheren 338

Gerson, Jan (Ian)meester, doctor in de theologie te Parijsen kanselier van de universiteit 123

Gertrudis (Geertruyt), heilige 16Gerwen, Zweder van (Zweer van) 251, 252Gestel zie Moergestel en Sint-Michielsges-

telGestel, Frankvan (Franco de)

schepen van 's-Hertogenbosch 78, 87^, Janvan (Iohannes de)

schepen van 's-Hertogenbosch 84, 108,109, 111

Gewande (Gewanden) 54Ter Druthuoert 54Hoofdyck 54

Gewanden, Daniel van (Daniel de)schepen van 's-Hertogenbosch 197

Geysteren 329Ghe- zieGe-Ghete zie JaucheGhi(e)- zie ookGi(e)- en Gij-Ghijsselen (Ghiselen, Ghyselen, Ghysse-

len), Gijsbert (Ghiselbertus)schepen van 's-Hertogenbosch 192ontvanger van 's-Hertogenbosch 310

411

^, Hendrik (Henricus)schepen van 's-Hertogenbosch 192ontvanger van 's-Hertogenbosch 183

^, Hendrik (Henricus), zoon vanHendrikschepen van 's-Hertogenbosch 283

^, Jan (Iohannes)schepen van 's-Hertogenbosch 185,192, 194, 215, 290, 297ontvanger van 's-Hertogenbosch 171,269

^, Jan (Iohannes), zoon van Janschepenvan 's-Hertogenbosch 185, 201

Ghore (Glore), Robrecht van (Robbertvan), ridder 56

Ghyenne zieGuyenneGhyessen zieGiessenGielis zieDirk en GijsbertGiessen (Ghiessen, Ghyessen, Gyessen)

200, 201, 228, 246Gijsbert (Ghysbert, Ghysbertus, Gysbert),

zoon van Arnoud (Arnt) 341^, zoon vanGodfried Gielis(soen)

schepen van 's-Hertogenbosch 288-289Gilla

vrouwe vanNormandie« 24Gironde (Gyronde) 18Glaude zie ClaudiaGlavyman (Glauyman), Hendrik (Hen-

rick)lid van het college van zes goede man-nen 317

Globo zieKlootGlocestre zieGloucesterGlore zieGhoreGloucester (Glocestre, Gloucestre)

hertog 112, 137-140, 257Goch, Arnoud van (Arnt van) 141Godfried (Godefroet, Godeuaert, Go-

deuart, Godevairt, Godevart)van Ardennen, graaf van Ardennen,hertog van Lotharingen en Brabant 27,28van Bouillon (Billoen, Builloen), graafvanArdennen, hertog vanLotharingenen Brabant, koning van Jeruzalem 24,27-30met de Bult (metten Bult), graafvanAr-dennen, Holland, hertog vanLotharin-gen en Brabant 28genaamd van Boulogne 34

I met de Baard (metten Baert), graaf vanBrussel en Leuven, hertog van Lotharin-gen en Brabant (1095-1140), markgraafvan het Heilige Roomse Rijk 29-31, 33II, hertog van Lotharingen en Brabant(1140-1142) 31III in de Wieg (in de Wyege), hertog vanLotharingen en Brabant (1142-1190) 32-34zoon van Jan I van Brabant 43zoon van Jan III van Brabant 69

Godfried, ridder, broer vanGerardvan Qua-kebeke 56

^, zoon van Simonschepen van 's-Hertogenbosch 312, 349

^, zoon van Zwederschepen van 's-Hertogenbosch 241

Godsenhouen zieGoetsenhovenGodwin (Godwyn) 16Goedele (Goelen), heilige 14GÎrlitz (Gourliez)

hertog 125GÎrz (Gurtz)

bisschop 313Goesseliin, Goesselyn zieGozelijnGoetsenhoven (Godsenhouen), Gozewijn

van (Goessen van) 56Goevy zieGovyGomer 3Gommarus (Gommair), heilige 19Gonde (Goude), Elbout van der (Ewout van

der, Eewout van der) 174, 175, 177poorter van 's-Hertogenbosch, rentmees-ter 174, 178, 179

Gorinchem (Gorcum, Gorichem, Gorri-chem) 157, 228, 307, 326, 345drossaard 307

Gouda (Der Goude) 331Goude zieGonde, GoudaGoudt,Willem

pachter van de tol van Gorinchem 345Gourliez zieGÎrlitzGovy (Goevy), Maarten (Martinus)

schepen van 's-Hertogenbosch 155, 163Goyart zieGodfriedGozelijn (Goesseliin, Goesselyn)

hertog van Brabant 28Granada (Garnade, Garnaten, Grenade,

Grenaden) 269koninkrijk 340

412

koning 283, 300, 304Granson (Garisoen, Granzoen) 215, 216Gratianus (Graciaen)

keizer 10-12Graue, Grauen, Grauia zieGraveGrauen zieGravenGrauia zieGraveGrave (Den Graue, Grauia) 1, 60, 62, 79,

84, 86, 93, 104, 105, 109, 117, 122, 145,192, 212, 223, 233, 234, 243, 247, 273,285, 287-289, 301, 310, 326Land van 122Stad en Land van 285Hamdyc 84

Grave (Grauia), Iwaanvan (Yewanus de)schepen van 's-Hertogenbosch 74, 75,113

Graven (Grauen) zieGavereGreefroy zieGrefrathGrefrath (Greefroy) bij Viersen, Duitsland

326Gregorius

I, heilige, paus (590-604) 14III, paus (731-741) 18X, paus (1271-1276) 43

Grenade(n) zieGranadaGreve (Greue), Maarten de (Martinus die)

meester, secretaris van 's-Hertogenbosch312

Grevenbroek (Greuenbroeck)heer 254

Gribbenforst, Gribbenvorst zie Grubben-vorst

Griekenland (Griecken, Grieckenlant) 3, 5,19, 21keizerrijk 171keizer 24, 171

Grimbergen (Grymbergen) 1, 2, 32abdij 1abt 173heer 31, 32

Grimoald (Grymoalt)heilige 16hertog van Brabant 16

Groenlo (Grol, Groll) 301, 306Groet-Lit zieGroot-LithGroet-Lothryck zieGroot-LotharingenGroete, Jan de (Ian die) 158GroeteTurck zieMohammedGroetenhoudt zieGrotenhout

Groetheyst zieGrotenheystGroij (Groy, Groye), Heimerik (Heymeric,

Heymericus)schepen van 's-Hertogenbosch 109, 113,126, 127, 130

^, Jacob (Iacobus)schepen van 's-Hertogenbosch 71, 72,138

Grol, Groll zieGroenloGroll zieGroenloGroningen (Gruyningen) 334Gronssele zieGrousseleGroot-Bijgaarden (Bigaerden, Groot-Bi-

gaerden)abdij 1, 31

Groot-Lith (Groet-Lit) 341Groot-Lotharingen (Groet-Lothryck,

Groot-Lotharys, Groot-Lothryc) 14, 22,26, 31

Grotart zieOsGrotenheyst (Groetheyst), warande bij

Brussel 121, 148, 276Grotenhout (Groetenhoudt), warande bij

Turnhout 148, 276Groussele (Gronssele), Godfried van (Goy-

art van)meester, raadsheer in Brabant 295

Groy(e) zieGroijGrubbenvorst (Gribbenforst, Gribben-

vorst) 319Gruenenberch, Egbert van 317Gruters (Fermentatoris), Nicolaas (Nycho-

laus)schepen van 's-Hertogenbosch 42

Gruyningen zieGroningenGrymbergen zieGrimbergenGrymoalt zieGrimoaldGuiscard (Viscart), Robrecht (Robbert)

heer van Apulie« en Calabrie« 24Guldemont zie JanGulik (Gulic, Guylic, Guylich, Guylke, Iu-

lia, Iuliacensis) 6Land van 88, 89, 111hertogdom 209hertog 87-90, 92, 93, 204, 207-211, 227,232, 255, 297, 320, 330markgraaf 75, 77graaf 41, 56, 67, 74

Gunterslaar (Gunterslaer,Gunterslair), Janvan (Ianvan, Iohannes van)

413

schepen van 's-Hertogenbosch 333,343, 349gezworene van 's-Hertogenbosch 339

^,Matheus van (Matheus de)ontvanger van 's-Hertogenbosch 241

Gurtz zieGÎrzGuyenne (Ghyenne,Gwienne,Gwiennen)

20, 40, 152Guylic, Guylich, Guylke zieGulikGwienne, Gwiennen zieGuyenneGwijde (Gwido, Gwydo)

graafvanVlaanderen 43, 52Gyessen zieGiessenGyronde zieGirondeGysbert zieGijsbert

H

Haag, Den (Den Hage, Den Haghe) 129,203, 236, 332Rekenkamer 236, 237, 332, 345

Haarlem (Haerlem) 331Haastrecht (Haestrecht), Dirk van (Dirck

van,Theodericus de)schepenvan 's-Hertogenbosch 128, 137gezworene van 's-Hertogenbosch 212

^, Gerard van (Gerardus de)schepen van 's-Hertogenbosch 210

^, Rudolf van (Rodolphus de)schepen van 's-Hertogenbosch 138

^,Willemvan (Willelmus de)schepen van 's-Hertogenbosch 248

Hackeback zieHagenbachHadrianus (Adriaen)

I, paus (772-795) 21VI (meester AdriaenvanUtrecht), paus(1522-1523) 348

Haeck, Gijsbert (Ghiselbertus, Ghysel-bertus)schepen van 's-Hertogenbosch 163,180, 212, 235

Haerderwyc zieHarderwijkHa¥igem zieA¥igemHage, Den zieHaag, DenHagen (Haghen), Jan van der (Iohannes

van der)schepen van 's-Hertogenbosch 136

Hagenau (Hagenauw) 210Hagenbach (Hackeback), Peter van

kapitein 213

Hagens, Dirk (Dirck,Theodericus)ontvanger van 's-Hertogenbosch 250, 262

^,Willem (Willelmus)schepen van 's-Hertogenbosch 267

Haghe, Den zieHaag, DenHalen 1, 79Hales, Alexander van (Alexander de) 39Haley, Reinier (Reyner) Bordonvan 57Hall, Jacob van (Iacobus de)

ontvanger van 's-Hertogenbosch 258^,Wouter van (Wolterus de)

ontvanger van 's-Hertogenbosch 265Hals, Herbert (Herbertus)

schepen van 's-Hertogenbosch 234Ham zieHammeHam, Janvan (Ianvan, Iohannes de) 215

schepen van 's-Hertogenbosch 197, 215,235

Hameyden zie LahamaideHamme (Ham) 14Hamont 295Hanenberch zieWalramHanneton, Filips (Philips)

meester, audiencier 338Hannut (Hannuet, Hannuyt) 1, 79Hantwerpen zieAntwerpenHarcke zieHerkHarcourt (Haurcoirt)

graaf 41, 76Harderwijk (Haerderwyc) 301Haren

Zegedyc 89Haren, Janvan (Iohannes de)

schepen van 's-Hertogenbosch 261Haspengouw (Haspegouwe) 12, 14

voogd 57Hasselt 197Hattem (Hatthem) 301, 304Haurcoirt zieHarcourtHector (Hectoir)

heer in Sicambrie« 4, 5Hector (Hectoir) vanTroje 3, 4Hector Brabon 4Hecuba (Heccube)

koningin vanTroje 3Hedel 234, 298, 322; zie ook Bertram, Hen-

drik, Jan en Zegerjonkheer 307

414

Hedel, Dirkvan (Dirckvan)lid van het college van zes goedemannen291, 310bouwmeester van 's-Hertogenbosch 333

^, Janvan (Iohannes de)schepen van 's-Hertogenbosch 202, 269^, Janvan (Ianvan), zoon van Jacoblid van het college van zes goedemannen299

Heer zieArnoudHeerewaarden (Herwarden) 54, 240, 242Heerken, Godfried (Godefridus)

schepen van 's-Hertogenbosch 78Hees zieHeeschHees, Janvan (Iohannes de)

schepen van 's-Hertogenbosch 72, 74, 75^,Willemvan (Willelmus de)

schepen van 's-Hertogenbosch 101Heesch (Hees) 94, 97, 234Heeswijk (Heezewyc, Hezewyc, Hezewyck,

Hezewyck) 267, 327heer 126, 127, 130

Heeze (Heze) 306Heezewyc zieHeeswijkHeilig Land (Heilich Lant) 24, 30Heilige Roomse Rijk (Heilich Rijck, Hei-

lich Roemsch Ryc, Heilich Ryck, HelichRyc, Heylich Rijk, Heylych Ryck)zie ookDuitse Rijk, Duitslandmarkgraafschap 7, 15markgraaf 6, 7, 9, 10, 12, 16, 28, 113,144, 272keurvorsten, vorsten en staten 325

Heilwichgravin van Parijs 26

Heimbach (Heymersbach) 97Heinsberg (Heynsberch)

heer 67, 103, 118, 119Heist (Heyst) 31Helbede zieHellebeekHelenus 3Helisem zie EliksemHellebeek (Helbede), Arnoud van (Arnout

van) 56Hellegat, tolplaats, waar de Rupel in de

Schelde stroomt 146, 273Hellen,Willemvan der 217Hellu, Janvan (Iohannes de)

schepen van 's-Hertogenbosch 75, 79,84, 86

Helmond (Helmont) 1, 79heer 108, 110

Helmond (Helmont), Jan van (Ian van),zoon vanWouter 141

Hels, Nicolaas (Claes, Nycolaus)schepen van 's-Hertogenbosch 133, 137

HelvoirtDyselberch 84

Hemert (Hemart) 240, 241, 298Hemert (Hemart), Jan van (Ian van, Iohan

van) 240, 241^, Joost, ridder, zoon van Jan van Hemert

240, 241Hendrik (Henric, Henrick, Henricus)

abt van A¥igem 173II, heilige, keizer (1002-1024) 27, 28IV, keizer (1056-1106) 29, 30V, keizer (1106-1125) 29, 30, 34VI, keizer (1190-1197), koning van Sici-lie« 35, 39VII, keizer (1309-1313), graaf vanLuxemburg 44, 57, 61, 69Rooms-koning 38van Saksen, koning van Duitsland (919-936) 25V, koning van Engeland (1413-1422)127, 134, 135, 257VI, koning van Engeland (1422-1461)203, 257VII, koning van Engeland (1485-1509),graafvan Richmont 257, 258VIII, koning van Engeland (1509-1547)331hertog van Brunswijk 213(Der Altste), hertog van Brunswijk 326-328, 334hertog van Limburg 33, 44hertog van Limburg en heer vanMeche-len 69, 77I, hertog van Lotharingen en Brabant(1190-1235) 34-39, 94, 244II (deGrootmoedige), hertog vanLotha-ringen en Brabant (1235-1248) 34, 38-41III (de Zachtmoedige), hertog van Lo-tharingen en Brabant (1248-1261) 39,41, 43van Bockingem, graaf van Buckingham257graaf van Leuven en Brussel, markgraafvan het Heilige Roomse Rijk 29, 30

415

(die Oude), graaf van Leuven en Brus-sel, markgraaf van het Heilige RoomseRijk 28graafvan Limburg 29-31, 33graafvan Nassau 320, 328, 338, 346landgraafvanThÏringen 40heer van Bergen op Zoom 102heer van Diest 102ridder te Nuland 54

Hendrik, zoon van Hendrik III van Bra-bant 77

^, zoon van Jan III van Brabant 71^, meester zie Pelgrom^, zoon vanDirk Henricxs.

meester, ontvanger van 's-Hertogen-bosch 292

^, zoon vanGodfried van Hedelschepenvan 's-Hertogenbosch 185, 234zie ookWalraven

Henegouwen (Henegou, Henegouw, He-negouwe) 85, 129, 135-139, 193, 215,219, 222, 232, 313, 318, 338graaf 14, 27, 60, 69-71, 76, 83, 112, 128,143, 144gravin 34ruwaard 104, 137baljuw 342Staten 302

Henric, Henrick, Henricus zieHendrikHensen(soen), Udo (Vdo) 96Herakleios

keizer (610-641) 14, 20Herbais (Herbays), Simon van (Symon

van) 158Hercules 3Herentals 1, 79, 141, 227Heribert (Herybert)

graafvanVermendois 25Herinc, Gijsbert (Ghiisbertus)

ontvanger van 's-Hertogenbosch 180Herk (Eeke, Harcke) 74, 197Herlaar (Herlair) 31; zie ook Sint-Mi-

chielsgestelheer 56, 58, 173

Herman 29V, graafvanWied, bisschop vanKeulen(1515-1547) 335IV, broer van de landgraaf van Hessen,aartsbisschop van Keulen (1480-1508)213

Herman (Hermannus), zoon van Dirk Pel-gromontvanger van 's-Hertogenbosch 297

Hernen (Herren) 308Herpen 35, 90, 91, 95, 96, 174, 175, 179

Land van 35, 62, 91, 93-97, 177-179heerlijkheid 94, 177, 178heer 35, 94, 95schout 96, 174, 175

Herren zieHernenHerstal 16, 17, 31's-Hertogenbosch (Den Bosch, de Busco,

Busciducensis, Buscoducis, sHertogen-bosch, Silva iuxta Orthen) passimAdam-van-Mierde-gasthuis of Daems-gasthuis 343Berewoutstraat 337Deuteren (Oet(h)eren) 115, 341Domus pannorum zie gewanthuisEiendonk 84Eikendonk 266Geerlingse Brug 57Gevangenpoort 203Gewanthuis (domus pannorum) 59, 66Hekel 343Heilige-Kruispoort 337Hinthamereind 333Hinthamerpoort 333Houtappels huis 343Huis van Bergen 337Huis van Sint-Andries 309Kolperstraat 337Korenbrug 262Loefsbrug 337Lombartse Brug 337Muntel 333Oetheren zieDeuterenOnze-Lieve-Vrouwepoort 338Orthenpoort 79, 308Pieckepoort 133, 337raadhuis 114, 153, 251, 308, 312, 336-338,341, 349Roypoort 347Sint-Janskerkhof 161Sint-Jorisstraat 338stadhuis 133Tolbrug 333Verwerstraat 185, 337Vughterbroek 99Vughterdijk 133, 341

416

Vughterpoort 79Vughterstraat 337'sVeren Gat 262Visbrug 262Zadeleerstraat 337Broederschap vanOnze LieveVrouw 336Groot Begijnhof, begijnen 304, 337Groot Gasthuis 45, 99, 200kapittel 157, 202, 295, 296, 337, 341,343, 344kerk 66, 201, 284, 293kerkmeesters 296klooster van de Bazeldonk, Bazelaars,Hemelse Poort, Porta Coeli 157, 201,337kruisbroeders 201, 337minderbroeders 157, 201, 312, 337, 350predikheren 157, 201, 337, 350zusters van Orthen 309, 324, 343

's-Hertogenbosch,Vrijdom 55, 72, 87, 110,111, 133, 216; zie ook Den Dungen,Hintham en OrthenMaet 133

's-Hertogenbosch enMeierijhoogschout 86, 89, 94, 95-98, 100, 106,115, 123, 124, 128, 136, 153, 159, 164,174, 175, 177-179, 202, 204, 205, 227,313, 336, 337, 341, 344, 350meier (villicus) 46

's-Hertogenbosch, Kwartier 1rentmeester 96, 97, 100, 110, 111, 115,119, 155, 162, 173, 191, 203, 216, 247,340, 348

's-Hertogendaal (Shertogendael, Sherto-gendale)abdij 1, 39

Herwarden zieHeerewaardenHerybert zieHeribertHerzogenrath (Rode, Rodensis) 33, 79

Land van 81seneschalk 78

Hesdin (Hesdiin, Hesdyn, Hesoyn) in Ar-tois, Frankrijk 203, 206, 211

Hesoyn zieHesdinHessen

landgraaf 213Heuerle zieHeverleeHeukelum (Hoculem) 322Heumen (Hoemen) 290Heusden (Hoesden, Huesden) 42, 51, 58-

60, 79, 81, 85, 150, 227, 278, 298, 320,337, 344Land van 59, 71, 81Stad en Land van 59, 60heer 42, 58, 59

Heusden (Hosdina, Hoesden, Huesden),Berthoud van (Bartoldus de)schepenvan 's-Hertogenbosch 51, 67, 77

^, Janvan (Iohannes de) 57, 59Heverlee (Heuerle)

heer 42, 56, 60, 62, 66, 247Heyden, Gerard van der (Gerardus van

der), zoon vanGillisontvanger van 's-Hertogenbosch 260

Heylissem (Heylicgem)abdij 1

Heylich Rijk, Heylych Ryck zie HeiligeRoomse Rijk

Heym (Heyme), Arnoud (Arnoldus)schout van 's-Hertogenbosch 152schepen van 's-Hertogenbosch 87, 98-101, 107, 111, 115, 123, 126, 152, 156

^, Arnoud (Arnoldus), zoon van Janschepen van 's-Hertogenbosch 163

^, Gozewijn (Goessen, Goeswinus)schepen van 's-Hertogenbosch 153, 156,159, 163, 180, 185, 197, 201rentmeester van 's-Hertogenbosch 162

^, Hendrik (Henricus)schepen van 's-Hertogenbosch 119, 124,126, 137, 141, 183, 258, 263

^, Jan (Iohannes) 259hoogschout van 's-Hertogenbosch 300burgemeester van 's-Hertogenbosch 283,284schepen van 's-Hertogenbosch 119, 125,126, 248, 267, 288, 295

Heymangraafvan Dendermonde 11

Heymans zieArnoudHeymeric zieHeimerikHeymersbach zieHeimbachHeynsberch zieHeinsbergHeyst zieHeistHeze zieHeezeHezeacker, Gozewijn van den (Goessen van

den, Goeswinus van den)schepen van 's-Hertogenbosch 183, 185,201, 212 234, 259, 263, 269, 283, 294raad van 's-Hertogenbosch 229

417

burgemeester van 's-Hertogenbosch 279^, Lambert van den (Lambertus van den)

schepenvan 's-Hertogenbosch 283, 317ontvanger van 's-Hertogenbosch 261

Hezewyc, Hezewyck, Hezewyk zie Hees-wijk

Hieronymus (Iheronimus), heilige 10Hijnden (Hiinden, Hynden), Dirk van

(Dirckvan,Theodericus de) 259schepen van 's-Hertogenbosch 260,279, 294

^, Godschalkvan (Godescalcus de)schepen van 's-Hertogenbosch 42

^, Peter van (Petrus de)schepen van 's-Hertogenbosch 343ontvanger van 's-Hertogenbosch 292

Hildebert (Hildebeert) 14Hildegart (Hildegaert)

koningin van Frankrijk 22Hilderik (Hilderic, Hildric, Hildricus) 18

koning van Frankrijk 13, 17-19Hinckart, Anton (Anthonius)

schout van 's-Hertogenbosch 288plaatsvervanger van de laagschout 288,289schepen van 's-Hertogenbosch 288

^, Filips (Philippus)laagschout van 's-Hertogenbosch 288,289

^, Jan (Ian) 158Hinsbeck (Hynsbeeck) bij Lobberich,

Duitsland 326Hintham (Hyntham) 53, 324, 325Hispania zie SpanjeHoch Elten (Elten opten Berch) 301Hoculem zieHeukelumHoculem, Dirkvan (Theodericus van)

schepen van 's-Hertogenbosch 78^, Hendrikvan (Henricus de)

schepen van 's-Hertogenbosch 80^, Jordaanvan (Iordanus de)

schepen van 's-Hertogenbosch 101^, Zegebert (Sibertus de, Sybrecht van, Ze-

bertus de, Zibertus de, Zybertus de)schepen van 's-Hertogenbosch 101,127, 128, 136, 140

Hoei (Hoye) 196, 346Hoemen zieHeumenHoenselair, Janvan (Iohanvan)

ridder 109

Hoerne zieHornHoernken, Gerard (Gerart)

meester, priester 202^, Jan (Ian)

schepen van 's-Hertogenbosch 128Hoesch (Hoessche), Hendrik de (Henricus

die)schepen van 's-Hertogenbosch 152, 153,173

^, Hendrikvan (Henricus de)schepen van 's-Hertogenbosch 176

^, Simon de (Symon die)schepen van 's-Hertogenbosch 159, 176,185, 197, 201

Hoesden zieHeusdenHoet, Anton (Anthonys) Hentkens 340Hoevel (Hoeuel), Amelis van den (Amelius

van den)schepen van 's-Hertogenbosch 157, 162

^, Dirkvan den (Theodericus van den)ontvanger van 's-Hertogenbosch 217, 264

^, Hendrikvan den (Henricus van den)ontvanger van 's-Hertogenbosch 210

^, Jacob van den (Iacob van den, Iacobus vanden)schepen van 's-Hertogenbosch 210gezworene van 's-Hertogenbosch 212

^, Marcelis van denlid van het college van zes goede mannen317

^, Reinier (Reyner van den, Reynerus vanden)schepen van 's-Hertogenbosch 215, 241gezworen van 's-Hertogenbosch 229ontvanger van 's-Hertogenbosch 197

Hoich(-) zieHoog(-)Hoingeren zieHongarijeHolland (Hollandia, Hollant) 17, 23, 28, 36,

39, 129-131, 135, 136, 138-140, 146, 151,203, 219, 224, 227, 235-237, 256, 261,273, 274, 278, 279, 312, 327, 331, 332,336, 338, 341graaf 34, 58-60, 68-71, 76, 83, 108, 112,128, 143, 144ruwaard 104, 139regent 256Staten 302

Hollander, Gijsbert (Ghysbert)meester, pensionaris van 's-Hertogen-bosch 305

418

Holofernes (Olyfernes) 338Hongarije (Hoingeren, Hongarien, Honge-

ren, Hongeryen, Hongrien,Vngarien) 4,181, 333koning 38, 125, 126, 333, 342

Honte (Hont) 224Hoog-Frankrijk (Hoich-Vrancryck) 1Hoog-Lotharingen (Hoich-Lothryc) 31Hoogstraten (Hoichstraten, Hoostraten) 1,

58, 60heer 84, 221

Hoorn (Horen) 256Horn (Hoerne)

graaf 246, 307, 321; zie ook Jacobheer 31, 56, 58, 90

Horn (Hoerne), Frederik van (Frederickvan)heer vanMontigny 260

^, Hendrikvan (Henric van)heer van Perwez 173

^, Loe¡ vanheer vanHorn 90

Hosdina zieHeusdenHouthem

heer 284Houthem, Jan van (Iohannes de)

heer van Houthem, Huldenbergen, enz.,kanselier van Brabant 284

Hoye zieHoeiHubertus, heilige

bisschop van Luik (ca. 700-727)Huesden zieHeusdenHugo (Huge) Capet

II, bisschop van Luik (1200-1229) 37III, bisschop van Luik (1295-1301) 53koning van Frankrijk (987-996), graafvan Parijs 26, 27de Grote, graaf van Parijs, maarschalkvan Frankrijk 25, 26

Huldenberg (Huldeberge, Huldenbergen) 2heer 284

Hulst, Gijsbert van (Ghysbertus de)ontvanger van 's-Hertogenbosch 289

Huluenhout zieUlvenhoutHumbercourt

heer zie BrimeuHunus 4Hus

hertog van Arcadie« 5-7Hynden zieHijnden

Hynsbeeck zieHinsbeckHyntham zieHintham

I / J

Iacob, Iacop zie Jacob, JacobaIan zie Jan, JohannesIanna, Ianne zie JohannaIaphet zie JafethIason zie JasonIda (Yda)

heilige, gravin van Boulogne 28gravin van Kleef 31

Ieneuen zieGenuaIerland (Yerlant)

heer 5Iettan zie JoktanIheronimus zieHieronymusIherusalem zie Jeruzalem 195IJsbout (Ysbout,Ysboutz,Ysebout), Arnoud

(Arnoldus)schepenvan 's-Hertogenbosch 72, 76, 78

IJsselstein (Yselsteyn) 317, 318heer 290, 317, 318, 320, 330; zie ook Eg-mond

Ilion (Ylyon) 3Innocentius (Innocencius)

III, paus (1198-1216) 35, 38IV, paus (1243-1254) 39

Ioachim zie JoachimIoede zie JodeIoes zie JoosIoest zie JoostIohanna zie Johanna en ArcIohannes zie JohannesIonius zie JoniusIopilien zie Jupille-sur-MeuseIordanus zie JordaanIorys zie JorisIosophat zie JosafatIsabella (Ysabeel,Ysabela)

van Bourbon, hertogin van Bourgondie«194-219van Portugal, hertogin van Bourgondie«144dochter van aartshertog Filips 316, 334,336

Isaurie« (Ysauria,Ysaurie« n) 4Israel (Ysrahell) 3

419

Italie« (Italien,Ytalien) 3, 4, 8, 11, 19, 21,22, 313, 314keizer 22koning 22

Itisberge (Itte,Ydeberge), heilige 15, 16Itte zie ItisbergeIudith zie JudithIulia, Iuliacensis zieGulikIulius zie JuliusIulius Cesar zie CaesarJacob (Iacob, Iacop)

graaf van Horn, heer van Altena, Cra-nendonck, Kortessem enz. 246; zie ookHorngraaf van Saint-Pol, regent inVlaande-ren 52

Jacoba (Iacop) van BeierenhertoginvanBrabant, gravinvanHene-gouwen, Holland en Zeeland (1417-1433) 112, 129-130, 136-140, 143, 146,151, 237, 274

Jafeth (Iaphet) 2, 3Jan (Ian, Iohan, Iohannes)

Guldemont, heilige, bisschop van Con-stantinopel 10III, bisschop van Luik (1274-1281) 45V, bisschop van Luik (1364-1378) 99VI van Beieren, elect van Luik (1389-1418), graaf' van Henegouwen, Hol-land en Zeeland (1418-1425) 128, 135,138IX vanHorn, bisschop van Luik (1482-1505) 297, 299abt van Grimbergen 173koning van Bohemen 57, 61, 66, 67, 69II de Goede, koning van Frankrijk(1350-1364) 70, 87, 111hertog van Berry en Auvergne 70hertog van Bourgondie« , graaf vanVlaanderen, Artois en Bourgondie«(1404-1419) 112-113, 122, 125, 129,133, 134, 135, 142, 143hertog van Calabrie« en Lotharingen193hertog van Kleef 112, 206, 211, 219,221, 223I, hertog van Lotharingen en Brabant,voogd van Aken (1261-1294) 41, 43-46, 51, 52, 55, 57, 61, 62II, hertog van Lotharingen, Brabant en

Limburg (1294-1312) 43, 52-55III van Coudenberch, hertog van Lotha-ringen, Brabant enz. (1312-1355) 46, 55-62, 66-80, 82, 88, 02, 119, 123, 125, 247,297IV, hertog van Lotharingen en Brabant,graaf van Henegouwen, Holland en Zee-land (1415-1427) 112, 127-133, 136-141,143, 146, 149-151, 235, 237, 278zoon van Jan III van Brabant 69, 71hertog vanNormandie« 69graaf van Etampes, Nevers, Rethel en Eu112broer van de graafvanMeurs 103graaf van Oetingen, heer van Conde envan Lahamaide 266heer van Agimont en vanWalhain 56heer van Arkel 60heer van Boechout 102heer van Cuijk 57, 109heer van Cuijk en Hoogstraten 84heer vanHeusden 42heer van de Lek en Breda 102heer vanMegen 67heer van Rotselaar 102heer vanWezemaal 102jonker, heer vanWezemaal en Fallais252heer vanWittem 102

Jan, (Ian, Iohan, Iohannes) zoon van Allardschepen van 's-Hertogenbosch 269

^, zoon van Arnoud Tielkinischepen van 's-Hertogenbosch 109

^, zoon van Boudewijnschepen van 's-Hertogenbosch 97, 100

^, zoon van Florisdeken van 's-Hertogenbosch 340

^, zoon vanGerungontvanger van 's-Hertogenbosch 195

^, zoon vanGodfried vanHedelschepen van 's-Hertogenbosch 241, 279,333

^, zoon vanGodfried vanVierzon 41^, zoon vanHaykinus

schepen van 's-Hertogenbosch 59; zie ookAykens

^, zoon vanHermanontvanger van 's-Hertogenbosch 267

^, zoon van de heer van Heusden 58^, zoon van Jacob

420

schepen van 's-Hertogenbosch 74^, zoon van Jan Hermanss.

ontvanger van 's-Hertogenbosch 323^, zoon van Jan Spiker

schepen van 's-Hertogenbosch 185, 195^, zoon van Jan vanVladeracken, zoon van

Arnoudschepen van 's-Hertogenbosch 346

^, zoon van Leonius van Erpschepen van 's-Hertogenbosch 98, 100,101

^, zoon vanNicolaasontvanger van 's-Hertogenbosch 314

^, zoon van Odastadsknaap van 's-Hertogenbosch 137

^, zoon van Reinbrandontvanger van 's-Hertogenbosch 173

^, zoon vanTrudeschepen van 's-Hertogenbosch 104; zieookTruden

^, zoon vanWolfhardschepen van 's-Hertogenbosch 115, 118

Jason (Iason) 3Jauche (Ghete) 2

heer 57, 221Javan (Lauan) 3Jeger (Ieger),Wouter de (Wolterus die)

ontvanger van 's-Hertogenbosch 328Jeruzalem (Iherusalem) 9, 14, 29, 34, 35

koning 28, 29Joachim (Ioachim), zoon van Lodewijk IX

van Frankrijk 182Jode (Ioede), Jan (Ian, Iohannes)

schepen van 's-Hertogenbosch 122^, Jan de (Ian die, Iohannes die)

schepen van 's-Hertogenbosch 156wisselaar van 's-Hertogenbosch 106

^, Peter (Petrus)schepen van 's-Hertogenbosch 126, 137

^,Willem de (Willelmus die)schepen van 's-Hertogenbosch 156kapitein van Zaltbommel 303, 318

Johanna (Iohanna, Ianna, Ianne)koningin van Castilie« 285, 303-305de Schone, hertogin van Brabant, gravinvan Henegouwen en Holland 69, 76, 80,82-90, 92, 97-113, 115-119, 125, 128,137, 143, 150, 153, 167, 208, 213, 234,339

van Saint-Pol, hertoginvan Brabant 112,123

Johannes (Iohannes)VIII, paus (872-882) 23

Joktan (Iettan) 2, 3Jonius (Ionius) 3Joos (Ioes), heilige 15Joost (Ioest), zoon van Filips van Bourgon-

die« 144Jordaan (Iordanus), zoon van ArnoudTiel-

kinischepen van 's-Hertogenbosch 108, 115,119

Joris (Iorys) van Badenbisschop vanMetz 223

Josafat (Iosophat) 29Judith (Iudith) 338

koningin van Frankrijk 23Julius (Iulius)

II, paus (1503-1513) 310Jupille-sur-Meuse (Iopilien) 16

K, zie ook C

Kaerl(e), Kairle zieKarelKaerleman zieKarlomanKallo (Calloe) 146Kanapart, Jan (Ian, Iohannes) 266, 315

lidvan het college van zes goedemannen299schepen van 's-Hertogenbosch 292ontvanger van 's-Hertogenbosch 305meester van deTafel van de H. Geest in's-Hertogenbosch 301, 323

^, Jan (Iohannes), zoon van Janschepen van 's-Hertogenbosch 212, 248,265, 283, 299, 312

Kapelle-op-den-Bos (Capellen opten Bos-sche) 79

Kapellen (Cappel) bij Geldern, Duitsland326

Karel (Charle, Chairle, Chairles, Kaerl,Kaerle, Kairle)de Grote, keizer, koning van Frankrijk,hertog van Brabant (768-814) 20-22, 26,27, 40de Kale (die Caluwe), keizer, koning van(West-)Frankrijk, hertog van Lotharin-gen en Brabant (840-877) 23

421

IV, (Rooms-)keizer, koning van Bohe-men (1347-1378) 36, 69, 77-79, 83, 88,94, 99, 208, 209V, keizer, koning van Spanje, aartsher-tog, hertog van Brabant, graaf vanVlaanderen (1515-1555) 210, 290,305, 306, 310, 312, 316, 319, 324, 329,333-338, 340-347koning van Agrippinen (Keulen) 11-12koning van Agrippinen (Keulen), ko-ning van ThÏringen, markgraaf vanhet Heilige Roomse Rijk 8-9koning van Agrippinen (Keulen),markgraaf van het Heilige RoomseRijk 9-10met de Korte Neus, koning van Agrip-pinen (Keulen), markgraafvan hetHei-lige Roomse Rijk 10de Schone, koning van Agrippinen(Keulen), markgraaf van het HeiligeRoomse Rijk 10de Simpele, koning van Frankrijk, her-tog van Lotharingen en Brabant (898-922) 24, 25koning van Frankrijk, hertog van(Klein-)Lotharingen en Brabant 26,27, 30V, de Wijze, koning van Frankrijk(1364-1380) 87, 97VI, koning van Frankrijk (1380-1422)134, 144, 257VII, koning van Frankrijk (1422-1461)151, 181, 182VIII, koning van Frankrijk, koning vanNapels (1483-1498) 256, 257, 269, 289koning van Napels en Sicilie« , graaf vanAnjou 40hertog van Berry 182, 192, 193hertog van Bourgondie« , hertog vanBrabant, hertog van Gelre, graaf vanCharolais, erfvoogd van Luik (1467-1477) 144, 152, 182, 183, 191-200,203-207, 210-219, 221, 222, 229, 230,232,235, 239, 240, 242, 255, 278, 340;zie ook CharolaisMartel, hertog van Brabant, regeerdervan Frankrijk (714-741) 17, 18van Anjou, graafvanMaine 193van Egmond, hertog (`heer') van Gelre(1492-1538) 209, 288, 298, 302, 303,

306-309, 311, 314, 316-318, 321, 322,329-333, 344; zie ook Gelre, heer van enEgmond, Karel vanheer vanNederland 5heer vanTongeren 7zoon vanKarel de Kale 23

Karloman (Kaerleman, Karleman)koning vanWest-Frankrijk 20prins van Brabant en Haspengouw 13-15regeerder van Frankrijk 18, 18, 24

Kassel (Cassele) 21Kastilie« (Castella, Castilie, Castilien, Castil-

lien)koning 210, 283, 300, 301, 304-306, 334,335

Katheryn zie CatharinaKatzenelnboge (Katzenelboge) in het Rijn-

land, Duitslandgraaf 67

Keeldonc zieKeldonkKeent, Allard van (Alardus de)

schepen van 's-Hertogenbosch 37, 51Keerbergen (Keerberch, Keerberge)

heer 56, 108, 110Kelder (Penu), Arnoud Stamelart van den

(Arnoldus Stamelart de)schepen van 's-Hertogenbosch 79, 98,102, 108

Keldonk (Keeldonc), Gerlach van (Geerla-cus de)schepen van 's-Hertogenbosch 87

Kemerlinc, Hendrik (Henric)heer vanHeverlee 56

Kemp (Keymp), Arnoud (Arnoldus)schepen van 's-Hertogenbosch 265

^, Gozewijn (Goeswinus)kanunnikvan 's-Hertogenbosch 201

^, Jan (Iohannes)schepen van 's-Hertogenbosch 299

^, Koenraad (Coenrardus)ontvanger van 's-Hertogenbosch 213

Kempenland (Kemplant)Kwartier 320prins 16heer 15

Kepken, Jan (Iohannes)schepen van 's-Hertogenbosch 159

Kerkdriel (Driel) 233, 322Kerpen (Carpen, Carpensis) 79

Land van 81

422

seneschalk 78Kessel, in Noord-Brabant 78, 95, 234, 298,

324hemaal (rechtsdistrict) 78

Kessel, in LimburgLand van 191, 247, 285, 329

Kessel, Hendrik van (Henrick van, Henri-cus de)schepen van 's-Hertogenbosch 86, 192,217meester, schepen van 's-Hertogenbosch229

^, Janvan (Iohannes de)ontvanger van 's-Hertogenbosch 234

Keteler (Ketheler), Albert (Aelbert, Aelber-tus)lid van het college van zes goedemannen291ontvanger van 's-Hertogenbosch 267

^, Gerard (Gerardus, Gerart)lid van het college van zes goedemannen291ontvanger van 's-Hertogenbosch 261,269

^, Hermanlid van het college van zes goedemannen333

Keulen (Agrippinen, Agrippynen, Coelen,Colen) 6, 7, 9-13, 16, 21, 26, 34, 44, 67,90, 156, 213, 214, 318, 325, 327, 346, 348aartsbisschop 29, 44, 45, 67, 68, 90, 108,213, 330bisschop 335, 348deken van de dom 330kanunnikvan de dom 335koninkrijk 6, 7, 12koning 6, 9-12broederschap van de Rozenhoed 214predikheren 214, 338

Keymp zieKempKeynout zieQuesnoyKeyser, Hanss

hoofdman 326Kleef (Cleue, Cleuensis)

graafschap 107hertog 108, 181, 182, 206, 211, 290, 297,320, 330graaf 58, 87, 108gravin 31, 37

Kleef (Cleue), Adolf van (Adolph van den)

heer van Ravenstein 174, 177; zie ookRavenstein

^, Engelbert van 248^, Filips van (Philips van) 248, 264; zie ook

RavensteinKlein-Lotharingen (Cleyn-Lothriic, Cleyn-

Lothryc, Cleyn Lothryck) 15, 23, 26,31hertog 15

Kloot (Globo), Arnoud van der (Arnoldusde)schepen van 's-Hertogenbosch 75, 78,79, 86

Knode (Cnode, Knoede), Gillis (Egidius)schepen van 's-Hertogenbosch 42; zieookWellen

^, Hendrik (Henricus)schepen van 's-Hertogenbosch 100

^, Jan (Iohannes)schepen van 's-Hertogenbosch 85

Koblenz (Couelens) 74Koenraad (Coenraet)

aartsbisschop vanMainz 35III, keizer (1138-1152) 31-33

Konstanz (Constans) 112, 127, 129, 135Korssendonc

klooster 113Kortenberg (Cortenberch, Corthenberge)

56, 136Kortessem (Cortersschem)

heer 246Kortrijk (Cortryc) 21, 41, 222Kraainem (Crayengen)

heer 57Krefeld (Creuel) bij Geldern, Duitsland

326Kreta (Creeten) 3Krickenbeck (Creykenbeeck) bij Hinsbeck,

DuitslandLand van 326

Kruiningen (Cruningen)heer 222

Kuyc(k) zie CuijkKuyst, Gerard (Gerardus)

burgemeester van 's-Hertogenbosch 283schepen van 's-Hertogenbosch 210, 261,269, 292, 297, 310

^, Hendrik (Henric, Henricus)schepen van 's-Hertogenbosch 264, 290,297

423

raad van 's-Hertogenbosch 339meester van de Tafel van de H. Geest323

^, Hendrik (Henric, Henricus), zoon vanGerardusschepenvan 's-Hertogenbosch 323, 345raad van 's-Hertogenbosch 339

^, Iwaan (Yewaen,Yewanus)lid van het college van zes goede man-nen 299schepen van 's-Hertogenbosch 267,288, 294, 305raad van 's-Hertogenbosch 339ontvanger van 's-Hertogenbosch 259,306

^, Matheus (Matheeus)schepen van 's-Hertogenbosch 289,306, 333gezworene van 's-Hertogenbosch 339

^, Nicolaas (Claes, Clais, Nycolaus)meester, secretaris van 's-Hertogen-bosch 283, 337

L

Laarschot (Laerscot) zie LambertLahamaide (Hameyden)

heer 266Lair zie LareLalaing (Lallayn), Joost van (Ioest van)

stadhouder van Holland 256, 258Lambert (Lambertus, Lambrecht)

heilige, bisschop vanMaastricht 15, 17graaf van Leuven en Brussel, mark-graaf van het Heilige Roomse Rijk 28,29met de Baard, broer van de graaf vanHenegouwen 27, 28

Lambert, zoon vanWillem van der Laar-schotschepen van 's-Hertogenbosch 349

^, zoon vanWillem Goess. van der Laar-schotontvanger van 's-Hertogenbosch 328

^, zoon van Zwedermeester, ontvanger van 's-Hertogen-bosch 295

Lanck zie LanghLancvelt, Godfried van (Godefridus de)

schepen van 's-Hertogenbosch 173

^, Leonius van (Leonius de)schepen van 's-Hertogenbosch 99, 100,102

Landen 1, 12-16, 37, 71, 79Landericus (Landric), heilige

bisschop vanMetz 14Landrada, heilige

abdis te Bilsen 18Landric zie LandericusLangedock zie LanguedocLangel, Frankvan (Franco de)

schepen van 's-Hertogenbosch 297secretaris van 's-Hertogenbosch 201, 258,283

Langerstraten zie LangstraatLangh (Lanck),Willemvan

doctor, kanselier vanKarel vanGelre 316,328, 329

Langhals, Petertresorier vanMaximiliaanvanOostenrijk264

Langres (Langre)bisschop en hertog 40

Langstraat (Langerstraten, Langhstraet,Langstraet) 322-324

Languedoc (Langedock) 20Laomedon

koning vanTroje 3heer in Sicambrie« 5

Laon (Louwen) 27bisschop 27hertog 40

LapideaVia zie Steenwech enVia LapideaLare (Lair), Hendrik van den (Henricus van

den)schepen van 's-Hertogenbosch 74, 75

Lauan zie JavanLausanne (Losanen) 217Leefdaal (Leefdale) 2Leefdaal (Leefdale, Leuendale), Arnoud van

(Arnt van) 57^, Rogier van 60, 61

ridder, burggraafvan Brussel 66Leende 306Lees zie LeezLeeuw (Leeuwe), Hendrik de (Henric die,

Henricus die)schepen van 's-Hertogenbosch 235, 260,264, 279, 292, 297, 310, 327

424

provisor van het Groot Begijnhof in's-Hertogenbosch 304

Leeuwe(n) zie ZoutleeuwLeez (Lees)

heer 66Leiden (Leyden) 331Leie (Leye) 6Lek (Leck)

heer 102Lek,Hendrikvan der (Henric van der,Hen-

rickvan der)ridder, heer van Heeswijk, Dinther enMoergestel 126, 127, 130

Lembeek (Lennicke) 1Lenart zie LeonardusLennicke zie LembeekLeo

III, paus (795-816) 21X, paus (1513-1521) 338

Leodiensis zie LuikLeon (Leoen) 232

koning 283, 300, 304Leonardus (Lenart), heilige 14Leonora, dochter van aartshertog Filips

285, 305Leopold (Lupoldus)

hertog van Oostenrijk 112Leuendale zie LeefdaalLeuven (Loeuen, Louaniensis, Louanium)

1, 2, 6, 8, 27, 29, 30, 32, 51, 56, 65, 79,80, 82, 83, 85, 86, 92, 101, 106, 118,119, 120, 122, 123, 125, 130, 140-144,173, 181, 183, 184, 196, 197, 200, 217,222, 223, 231, 232, 234, 237-239, 255,256, 264, 270, 293, 305, 312, 314, 316,321, 324, 331, 335, 338, 349, 350graaf 28, 30gravin 27meier 227burgemeesters 271iurati 86universiteit 140, 165, 293abdij van Sint-Geertrui 1predikheren 42, 43Sint-Petruskerk 29, 32, 39

Leuven (Loeuen), Kwartier 1Leuven (Louene),Hendrikvan (Henric van)Leyden zie LeidenLeye zie LeieLibrecht

su¡ragaanvan Luik 266Liedekerke (Liedekercke)^, Filips van (Philips van)

heer vanUlvenhout 56^, Raso van (Raess van)

heer van Liedekerke en Breda 56Liederik (Lyederic)

ridder, leenmanvanVlaanderen 21Liempde (Lyemde), Jan van (Iohannes de)

meester van de Eiendonk 84Lier (Lyer, Lyere) 1, 19, 79, 125, 141, 149,

200, 227, 277, 285, 286Lieshout (Lyeshout) 325Liessel (Lyessel) 234Ligny (Lignii)

graafschap 112graaf 112, 141

Lille (Rysele, Ryssele) 97kastelein 118

Lillo 75Limburg (Lymborch, Lymburg, Lymbur-

gia) 29, 30, 33, 44, 68, 79, 81, 83, 143,145, 219, 223, 224, 272, 273hertogdom 44, 77, 83hertog 44, 53, 54, 69, 93, 113, 144, 196,255, 256seneschalk 78

Lintere zieOplinterL'Isle-Adam (Lyleadam)

heer zieVillersLith (Lit, Lith, Litt, Lyt, Lyth, Lytt) 44, 54,

234, 240, 298, 311, 341; zie ook Groot-LithHam 61gericht 61hemaal (rechtsdistrict) 61

Lithoijen (Litoijen, Littoyen) 54, 94, 234gericht 61hemaal (rechtsdistrict) 61

Lobberich (Lolburcht), Duitsland 326Lobith (Loebeeck, Loobeck) 192, 240Lochem 301, 306Loden (Loyen), Reinier (Reyner, Reynerus)

schepen van 's-Hertogenbosch 127, 128,137, 140, 142, 152ontvanger van 's-Hertogenbosch 250,262

^, Reinier (Reynerus), zoon van Reinierschepen van 's-Hertogenbosch 156

425

Lodewijk (Lodewiic, Lodewiick, Lode-wyc, Lodewyck); zie ook Clovisheilige, bisschop vanToulouse 38van Bourbon, elect later bisschop vanLuik (1456/1466-1482) 194-198, 219,221de Goedertieren, keizer, koning vanFrankrijk en Duitsland, hertog vanAquitanie« , Lotharingen en Brabant(814-840) 20, 22, 23II, keizer (855-875) 23IV van Beieren, keizer (1314-1347) 74koning vanDuitsland (840-876) 22de Stotteraar (die Lispere), koning vanFrankrijk, hertog van Lotharingen enBrabant (877-879) 24III, koning van Frankrijk (879-882) 24IV de Simpele, koning van Frankrijk,hertog van Brabant (936-954) 25, 26V, koning van Frankrijk (986-987) 26VI, koning van Frankrijk (1108-1137)33VIII (kroniek foutief VII), koning vanFrankrijk (1223-1226) 40IX (kroniek foutief VIII) de Heilige,koning van Frankrijk (1226-1270) 27,37, 38, 40, 42XI, koning van Frankrijk (1461-1483),dauphin van Vienne 152, 181, 182,192-194, 198, 199, 203, 205, 213-215,221, 256XII, koning vanFrankrijk (1498-1515),hertog van Orleans 289, 334, 336koning van Sicilie« , hertog van Anjou142hertog van Anjou 70, 142hertog van Beieren, graaf van Veldenz223hertog van Orleans 122, 289graafvan Evreux 42, 55, 57, 69, 72graafvan Loon 37I, graafvanVlaanderen 70-72, 76II, graaf vanVlaanderen 69, 82, 83, 85,97, 105, 112, 119

Lodomiris 14Lodouicus zie ClovisLoebeeck zie LobithLoemel zie LommelLoen zie LoonLoenhout

heer 173Loenken, Paul (Pouwel) 222Loenman, Jan (Iohannes) 252

schepen van 's-Hertogenbosch 129, 137,142, 151, 161, 165

^, Jan (Ian, Iohannes), zoon van Janschepen van 's-Hertogenbosch 180, 210gezworene van 's-Hertogenbosch 212

^, Nicolaas (Claes, Nycolaus)schout 151schepen van 's-Hertogenbosch 136, 138,151, 176, 180, 252

Loeuen zie LeuvenLoevestein (Loeuensteyn) 307Loijer (Loyer),Willem (Willelmus)

schepen van 's-Hertogenbosch 152, 153Lolburcht zie LobberichLombardije (Lombardien) 21, 310, 313

koning 19Lombart, Jan (Ian)

meester, secretaris van 's-Hertogenbosch345

^, Arnoud (Arnout) ^ vanYssche 56Lommel (Loemel) 306Londen 203, 257Longlier (Longy) 346Longy zie LonglierLonijs (Loniis, Lonys), Rudolf (Rodolphus)

schepen van 's-Hertogenbosch 126, 142,152, 153, 157

Loobeck zie LobithLoon (Loen) 68, 194, 197

graaf 34, 37, 41, 56, 77Loraynen, Loreynen zie LotharingenLosanen zie LausanneLose zie LozeLotharingen (Loraynen, Loreynen, Lotha-

ringia, Lothryc, Lothryck, Lottharingia,Lottriic) 21-23, 28-31, 33, 41, 145, 135,215, 223, 272Land van 218hertogdom 27, 29, 30, 215, 218hertog 16, 22-27, 30, 31, 35-39, 41, 43, 46,53, 54, 56, 72, 76, 113, 144, 193, 196, 200,215, 218, 269, 272, 330hertogin 223

Lotharis, Lotharys zie LothariusLotharius (Lothariis, Lotharis, Lotharys)

keizer, koning van Italie« en Groot-Lotha-ringen (Oost-Frankrijk) 22, 23

426

koning van Frankrijk 14, 17, 26koning van Groot-Lotharingen (=Oost-Frankrijk),West-Frankrijk en Bourgon-die« 14, 17, 26

Lothriic, Lothryc, Lothryck, Lottharingia,Lottriic zie Lotharingen

Lotthem (Lotthemss.), Hendrikvan (Henricvan, Henrickvan)persoonvanBoxtel 239, 242, 259; zieookZelem

Louaniensis, Louanium, Louene zie Leu-ven

Louwen zie LaonLoy zie EligiusLoyen zie LodenLoyer zie LoijenLoze (Lose, Losen), Albert (Aelbertus)

schepen van 's-Hertogenbosch 66, 67^, Hendrik (Henricus)

schepen van 's-Hertogenbosch 84, 97^, Jacob (Iacobus)

schepen van 's-Hertogenbosch 102, 108,115

Lu, Adam de (Adam die)schepen van 's-Hertogenbosch 180, 204,223

^, Andreas de (Andreas die)schepen van 's-Hertogenbosch 153, 159,163

^, Berthoud de (Bartholdus die)schepen van 's-Hertogenbosch 138, 153

^, Dirk de (Dirck die,Theodericus die) 162schepen van 's-Hertogenbosch 111, 119,126, 130, 137, 140, 142, 153, 155, 162

^, Dirkde (Theodericus die), zoonvanDirkschepen van 's-Hertogenbosch 129

^, Godfried de (Godefridus die)schepen van 's-Hertogenbosch 138, 152,204

^, Jan de (Ian die)schepen van 's-Hertogenbosch 128

^, Jan de (Iohannes die), zoon van Adamschepen van 's-Hertogenbosch 133

^, Marcelis de (Marcelius die, Mercelis die)schepen van 's-Hertogenbosch 127, 128,137, 141, 152, 153

Lucianus (Luciaen), heilige 205Ludic, Ludich, Ludick zie LuikLuding (Ludingus)

schepen van 's-Hertogenbosch 42

Luedinx,Willem (Willelmus)schepen van 's-Hertogenbosch 223, 264ontvanger van 's-Hertogenbosch 185

LÏneburg (Luynenborch)hertog 344

Luey, Gijsbert (Ghyselbertus)meester, ontvanger van 's-Hertogen-bosch 204

Luik (Leodiensis, Ludic, Ludich, Ludick,Luydic, Luydick) 16, 17, 31, 37, 68, 77,162, 165, 194-199, 221, 227, 345, 346bisdom 135bisschop 1, 34, 45, 53, 54, 67, 70, 71, 78,79, 162, 219, 221, 297, 299, 346elect 128, 135o¤ciaal 265, 266, 343su¡ragaan 266kanunnik 266zegelaar 266gouverneur 194heer 162Hof (curia) 201, 294kapittel van Sint-Lambert 341

Luitgard (Luytgard)hertogin van Sulzbach 31

Lummen (Lummele), Lodewijkvan (Lode-wyc van)voogd van Haspengouw, heer van Chau-mont 57

Lupoldus zie LeopoldLutcemborch, Lutsemborch, Lutsenborch,

Lutzemborch, Lutzenborch zie Luxem-burg

Luxemburg (Lutcemborch, Lutsemborch,Lutsenborch, Lutzemborch, Lutzen-borch) 30, 31, 83, 102, 125, 126, 156,157, 176, 218, 219hertogdom 125, 144hertog 69, 90hertogin 135, 156graaf 44, 45gouverneur 171

Luydic, Luydick zie LuikLuynenborch zie LÏneburgLuytgard zie LuitgardLyederic zie LiederikLyemde zie LiempdeLyer, Lyere zie LierLyeshout zie LieshoutLyessel zie Liessel

427

Lyleadam zie L'Isle-AdamLymborch, Lymburg, Lymburgia zie Lim-

burgLyney zie LignyLyntere zieOplinterLyon (Lyons) 43; zie ook LeonLysbet zie ElisabethLysscap (Lyscap, Lysscop), Dirk (Theode-

ricus) juniorschepen van 's-Hertogenbosch 100

^, Gijsbert (Ghiselbertus, Ghysbertus,Ghyselbertus)schepen van 's-Hertogenbosch 59, 60,78, 80, 86, 97

^,Gijsbert (Ghysbertus,Gysbertus) juniorschepen van 's-Hertogenbosch 98, 99,109

^, Jan (Iohannes)schepen van 's-Hertogenbosch 58, 67,71

Lyt, Lyth, Lytt zie Lith

M

Maarten (Marten, Martinus)heilige, aartsbisschop vanTours 10, 11

Maarten, zoon vanNicolaasMartensschepen van 's-Hertogenbosch 194

Maas (Mase, Maze, Mazen) 6, 11, 16, 26,31, 51, 61, 86, 90, 93, 96, 99, 108, 122,136, 162, 164, 199, 206, 301, 308, 311,319, 322, 323, 326, 328, 348; zie ookOudeMaas

Maasbommel (Maesboemel) 298Maaseik (Maeseycke) 197Maasland (Maeslant) 215, 311Maastricht (Maestricht, Tricht) 1, 2, 14,

16, 17, 31, 38, 79, 83, 103, 162, 211,213, 260, 328, 346huis van de deken van Sint-Servaas 92

Mabeuge zieMaubeugeMacedo 5Macedonie« (Macedonien) 5Machomet zieMohammedMachteld (Mechtelt)

van Boulogne, hertogin van Lotharin-gen en Brabant 34, 38van Brabant, gravin van Artois enSaint-Pol 39gravin van Boulogne 28

van Brabant, paltsgravin op de Rijn, gra-vin vanHolland 34van Frankrijk, hertogin van Bourgondie«144

Maª con (Macons) 152heerlijkheid 256

Madas (Madan) 3Madelbeert 14Maechelini zieMechelenMaerne zieMarneMaesboemel zieMaasbommelMaeseycke zieMaaseikMaeslant zieMaaslandMaessyers zieMezie© resMaestricht zieMaastrichtMagnus, Hendrik (Henric) 158Magog (Magoch, Mogoch) 3Mahumet zieMohammedMaine (Meyne)

graaf 193Mainz (Mayanse, Mens, Menss) 21

aartsbisschop 29, 35bisschop 19

Makariusschepen van 's-Hertogenbosch 42

Maleyue zieMele© vesMalrepas, kasteel 51Mansfeld (Mansuelt)

graaf 342Mansuelt zieMansfeldMantua 23

markies 313Marbais (Merbeys)

heer 57Marcelis (Ceelken) 96Marck zieMarkMaren 78, 298

hemaal (rechtsdistrict) 78Maren, Albert van (Aelbertus de)

schepen van 's-Hertogenbosch 340ontvanger van 's-Hertogenbosch 265

Margareta (Margriet) 39heilige 10van Provence, koningin van Frankrijk 40aartshertogin van Oostenrijk, hertogin engravin van Bourgondie« , douarie© re van Sa-voie enz., regentes 254-256, 269, 285, 290,306, 313, 316, 318-322, 329, 331, 337,338, 349; zie ook Savoie

428

van Frankrijk, hertogin van Brabant 43,55van Limburg, hertogin van Lotharingenen Brabant 33, 34vanVlaanderen, hertogin van Bourgon-die« 85, 97, 105, 112, 113, 119, 128vanYork, hertogin van Bourgondie« 198,257, 290van Bourgondie« , gravin van Henegou-wen, Holland en Zeeland 112, 129, 137,143van Brabant, gravin van Luxemburg 43,57, 61van Brabant, gravin vanVlaanderen 69,82, 85, 97, 105, 112, 118, 119

Maria (Marie)(Onse-Lieve-Vrouwe-Marie), heilige 8, 9van Brabant, keizerin 34, 38van Brabant, koningin van Frankrijk 42,55van Brabant, hertogin van Beieren 39vanEvreux, hertoginvanBrabant 55, 69,72van Brabant, hertogin van Gelre 69, 88,89, 113vanGelre, hertogin van Gulik 208, 209hertogin van Lotharingen en Brabant 39van Frankrijk, hertogin van Lotharin-gen, Brabant enz. 37van Bourgondie« , hertogin van Lotharin-gen, Brabant, Gelre enz. (1477-1482)210, 219, 221, 223, 229-236, 242-245,247, 248, 254-256, 278van Brabant, gravin van Savoie 44van Hongarije, dochter van aartshertogFilips 305, 333

Mark (Marck)prins 67graaf 109, 115, 318heer 70

Marne (Maerne) 193Mars 4, 6Marteel zieKarelMarten zieMaarten enMartinusMartinus (Marten)

V, paus (1417-1431) 112, 129, 135, 137,140

Mase zieMaasMatheus (Mattheus)

graafvan Boulogne 34

Matthijs (Mathias,Mathys), zoonvanLam-bertlidvan het college van zes goedemannen310

^, zoon van Lambert Stoetersschepen van 's-Hertogenbosch 317

Maubeuge (Mabeuge)abdis 92

Maximianus (Maximiaen)koning van Engeland 11

Maximiliaan (Maximiliaen, Maximilia-nus)aartshertog van Oostenrijk, (Rooms-)koning, keizer, hertog van Brabant enGelre als voogd van Filips de Schone enKarel V (1477-1519) 210, 230, 236, 242-245, 247, 248, 254-256, 258-261, 263,264, 266, 267, 269-271, 289, 301, 306,310, 312, 324, 326, 331, 334, 335, 344

Mayanse zieMainzMaze, Mazen zieMaasMechelen (Mechlen) 1, 53, 60, 70-72, 74,

80, 82, 83, 85, 92, 129, 165, 169, 200,212, 227, 264, 318, 331, 334, 336, 344overheer van de helft 70heer van (Half-) 31, 41, 56, 60, 69, 85,144schout 71, 72rentmeester 72Consistorie 220Grote Raad 219, 220, 223Hof 327Parlement 212, 215, 220, 228Rekenkamer 216

Mechelen (Maechelini), Hendrikvan (Hen-ricus)schepen van 's-Hertogenbosch 97

Mechtelt zieMachteldMedardus (Medart), heilige 19Medie« (Meden) 6Meeracker, Christiaan van den (Christia-

nus van den)ontvanger van 's-Hertogenbosch 192,197

Meerdaal (Meerdael, Merdal, Mersdal),warande bij Leuven 121, 148, 276

Meerhem, Dirkvan (Dirc van,Theodericusde)schepen van 's-Hertogenbosch 129, 137

429

Meerlair (Merlair), Bartholomeus van(Bartholomeus de)schepen van 's-Hertogenbosch 158

Meerwijk (Meerwyc) bij Empel 130Megen 1, 5, 7, 96, 234, 240, 281, 323Megen, Bartholomeus van (Bartholomeus

de)schepen van 's-Hertogenbosch 78

^, Jan van (Ianvan) 67^, Nicolaas van (Nycolaus de)

schepen van 's-Hertogenbosch 52-55,58, 62

Meierij passim; zie ook 's-HertogenboschMeldert, Hendrikvan (Henric van) 56Meleman,Thomas

schepenvan 's-Hertogenbosch 74, 75, 77Mele© ves (Maleyue) 77Mens, Menss zieMainzMeptides 4Merbeys zieMarbaisMerchtem (Merchtene) 1, 79Mercomirus

hertog van de Franken 12Merdal zieMeerdalMerendonc, Hendrik van der (Henricus

van der)schepen van 's-Hertogenbosch 185

Merger (moet zijn: Niger), Luppert (Lu-pardus)schepen van 's-Hertogenbosch 53

Merlair zieMeerlairMeroveus (Meroueus) 13

koning van de Franken/Frankrijk 13Mersdal zieMeerdaalMesech (Mosoch) 3Mesmaker,Wouter die

deken van 's-Hertogenbosch 339Messancourt (Mesinccoert) 346Metz 22

bisschop 14, 15, 223, 230Meurs (Moers, Moerss, Moerze)

graaf 103, 108, 324, 335, 342Meustren zieNeustrie«Meylanen zieMilaanMeyne zieMaineMeywe zieMieweMezie© res (Maessyers), thans Charleville-

Mezie© res 347Middegael, Godfried van (Godefridus de)

schepen van 's-Hertogenbosch 343

Middelaar (Myddelaer) 258Middelburg (Middelborch, Myddeborch)

224, 336Middelrode 325Mierlo (Myerle), Jan Dicbier van (Iohannes

Dicbier de)schepen van 's-Hertogenbosch 138

Miewe (Meywe)heer vanWavre 56

Mil zieMillenMilaan (Meylanen, Mylanen) 22, 34, 310

aartsbisschop 10Milheeze (Milheze) 234Millen (Mil, Mille) ten noorden van Sittard,

Duitsland 103, 108Millinck (Millinc), Jan (Iohannes)

schepen van 's-Hertogenbosch 259^, Lambert (Lambertus)

heer vanVught 302schepen van 's-Hertogenbosch 295, 305,314, 338, 339

Mirabello (Myrobello), Simon van (Symonde)schepen van 's-Hertogenbosch 99, 101,109

Modericus, heilige 15Modoaldus, heilige

aartsbisschop vanTrier 15Moedel Dicbier, Gozewijn (Goeswinus)

schepen van 's-Hertogenbosch 86Moedel van der Donck, Gozewijn (Goeswi-

nus)onderschout van 's-Hertogenbosch 128schepen van 's-Hertogenbosch 113, 137

Moedel (Moel) de Via Lapidea, Gozewijn(Goeswinus)schepen van 's-Hertogenbosch 97, 99

Moelen, Juliaanvan der (Iuliaen van der)procureur ¢scaal 266

^,Victor van derrentmeester van het Kwartier van 's-Her-togenbosch 340, 348

Moerdrecht zieMoordrechtMoergestel (Gestel) 108, 126

heer 126Moers, Moerss, Moerze zieMeursMoezel 31Mogoch zieMagogMohammed (Machomet, Mahumet),

profeet 15

430

II, de Grote Turk (1451-1481) 171, 181,241

Mointfoirt zieMontfoortMol (Moll) 231, 237-239Mol (Moll), Andreas, zoon vanGerard

ontvanger van 's-Hertogenbosch 297^, Iwaan (Yewaen), ridder

hoogschout van 's-Hertogenbosch 175,202

Mol van Driel, Gerard (Gerardus Mol de)252

Moll zieMolMonasteriensis zieMÏnsterMondidier zieMontdidierMonix (Monic), Arnoud (Arnoldus, Arnt)

lakenkoopman, lid van het college vanzes goede mannen 333schepen van 's-Hertogenbosch 127, 153,289, 299, 312, 345, 349raad van 's-Hertogenbosch 339

^, Arnoud (Arnoldus), zoon vanGijsbertschepen van 's-Hertogenbosch 140, 151,158, 165

^, Arnoud (Arnoldus), zoon vanMaartenschepen van 's-Hertogenbosch 263, 297

^, Gerard (Gerardus)schepen van 's-Hertogenbosch 129

^, Hendrik (Henricus)schepen van 's-Hertogenbosch 180, 204,259

^, Hubert (Hubertus)schepen van 's-Hertogenbosch 233, 259,264

^, Jacob (Iacobus)schepen van 's-Hertogenbosch 126, 137,151, 153

^, Jan (Ian, Ianne, Iohannes) 162schout van Peelland, raad van 's-Herto-genbosch 339schepen van 's-Hertogenbosch 137, 141,151, 153, 157, 162, 171, 174, 176, 180,192, 201, 233, 290, 314, 340, 345meester, raad van 's-Hertogenbosch 180

^, Jan (Iohannes), zoon van Jacobschout 210schepen van 's-Hertogenbosch 171, 183,185, 201, 210, 233

^, Jan (Iohannes), zoon van Janschepen van 's-Hertogenbosch 183, 297

^, Jan (Iohannes), zoon vanMaarten

schepen van 's-Hertogenbosch 258^, Maarten (Martinus)

schepen van 's-Hertogenbosch 155, 165,183, 194, 202

^,Willem (Wilhelmus) 242schepen van 's-Hertogenbosch 202, 235raad van 's-Hertogenbosch 239

Monschau (Monyoen, Monyouwe, Mon-yoyen)heer 56, 67jonker 125, 131, 133

Monseraet zieMontserratMonstroel, Monstruel zieMontereauMont Saint-Michel (Sinte Michiels in Nor-

mandie, Sinte-Michielsberge) 181Montdidier (Mondidier) 205Montecassino (Montcassyn) 19Montenaken 37, 194Montensis zie BergMontereau (Monstroel, Monstruel) 112,

133, 134, 152, 182Montfoirt zieMontfoort enMontfortMontfoort (Mointfoirt,Montfoirt) 265, 318

heer 248, 265, 330Montfort (Montfoirt) 329Monthlery (Montherrii, Montherry, Mon-

thery) 183, 193, 198, 221Montigny (Montingy)

heer 260, 342Montreuil (Montreuel)

graaf 342Montserrat (Monseraet)

klooster 19Monyoen, Monyouwe, Monyoyen zieMon-

schauMoordrecht (Moerdrecht), Hendrik van

(Henricus de), ridderschepen van 's-Hertogenbosch 80

Morat zieMurtenMosoch zieMesechMostels,Willem 141Mouche, La zieVerayMouzon (Moyson) 347MÏnster (Monasteriensis, Munster)

bisschop 109, 240domproost (archipraepositus) 249, 254,255

Muizen (Musen)abdij 1

Mulart, Seyn

431

drossaard van Oijen 252Munster zieMÏnsterMunsterbilzen (Bilsen)

abdis 18Murten (Morat) 217, 218Musen zieMuizenMyddeborch zieMiddelburgMyddelaer zieMiddelaarMyerle zieMierloMylanen zieMilaanMyrobello zieMirabello

N

Namen 206, 219, 302, 304, 309graaf 67, 144

Nancy (Nancii) 213, 215, 218, 221Napels (Naples) 313, 338

koninkrijk 241, 289, 313, 340koning 40, 289

Narbonne (Narbone, Nerbone) 18viconte 134

Nassau (Nassou, Nassouw, Nassouwe)graaf 45, 218, 230, 239, 241, 242, 320,328, 338, 342, 343, 346, 347heer 309, 328jonker 125

Nassau (Nassouwe), Engelbert vanheer van Breda 155

Nastelmeker, Peter de (Peter die)deken van 's-Hertogenbosch 339

Navarra (Nauarre, Nauerre) 21, 347koning 69

Nazarethabdij 1

Neder-Betuwe 326Neder-Frankrijk (Neder-Vrancryck) 1Neder-Gallie« (Neder-Gallien) 1Neder-Lotharingen (Neder-Lothryc) 31Nederalphen, Steven van

rentmeester van Brabant 125Nederasselt (Neerasselt) 301, 326Nederland (Nederlant) 5, 6

heer 5Nederlanden 3, 6, 8, 212, 338Nederweert 325Neerasselt zieNederasseltNelle zieNesleNemroth zieNimrodNenne,Wouter (Wolterus)

schepen van 's-Hertogenbosch 54; zie ookWouter

Neptanabuskoning van Egypte 5

Neptunus 4Nerbone zieNarbonneNesle (Nelle) bij Peronne, Frankrijk 205Netelair, kasteel tussen Vilvoorde en Eppe-

gem 32Neue zieNeveNeuss (Nuys, Nuyss) 156, 213-215Neustrie« (Meustren, Neustrien) 23Neve (Neue), Jan (Iohannes)

schepen van 's-Hertogenbosch 185Nevers (Nyuers, Nyuerss) zie ook Filips

graaf 112, 113, 200Neynsel, Neysel zieNijnselNicolaas (Nyclaes, Nycolaus)

heilige, bisschop 10hertog van Calabrie« 215

Nicolaus (Nycolaes, Nycolaus)V, paus (1447-1455) 112, 165

Nideggen (Nyegge) bij DÏren, Duitsland 88Nienoord zieOirtNieukerk (Nyekerc) bij Geldern, Duitsland

326Nieuwpoort (Nyepoirten, Nypoirten, Ny-

porten) bij Schoonhoven 342Niger zieMergerNijmegen (Nouomagensis, Nyemegen, Ny-

megen, Nymmegen) 5-7, 117, 156, 204,211, 212, 222, 240, 241, 243, 290, 307,308, 316, 331Rijkvan 243

Nijnsel (Neynsel, Neysel), Adam van (Adamde)schepen van 's-Hertogenbosch 97

^, Gerard van (Gerardus de)schepen van 's-Hertogenbosch 53, 61, 67,71, 72

^, Hendrikvan (Henrickvan, Henricus de)schepen van 's-Hertogenbosch 45, 52, 54

^, Jacob van (Iacobus de)schepen van 's-Hertogenbosch 115, 118,124, 126

^, Janvan (Iohannes de)schepen van 's-Hertogenbosch 42, 100,104, 109

^,Wellen van (Wellinus de)schepen van 's-Hertogenbosch 66, 67, 97

432

Nimrod (Nemroth) 2Nistelrode (Nysterle) 91, 96, 97

Dedwech 97Erpt 97Hanenberch 97Slaebroeck 97Sleecberch 97Witten Scilberge 96, 97

Nivelles (Niuele, Nyeuele, Nyuel, Nyuele,Nyuelensis, Nyvele) 1, 15, 16, 79, 85,125, 141, 148, 272, 276baljuw 78abdij 1, 16

Nizelles (Nyzele)abdij 1

Noach (Noe) 2, 3Noddenvelt, Simon van (Symon de)

ontvanger van 's-Hertogenbosch 295Noe zieNoachNoeden (Noede), Hendrik (Henrick, Hen-

ricus)schepen van 's-Hertogenbosch 183raad van 's-Hertogenbosch 229

^, Jan (Iohannes), zoon vanHendrikschepen van 's-Hertogenbosch 151, 252

Noereborch, Noerenborch zieNÏrnbergNoerwegen zieNoorwegenNolleken, Jan (Iohannes)

schepen van 's-Hertogenbosch 151Noorwegen (Noerwegen) 10, 23, 24Noot, Geldolf van der (Geldolphvan der)

meester, kanselier van Brabant 230^, Hieronymus van der (Iherominus van

der)kanselier 349

^,Wouter van der 125Noppen, Rudolf (Rodolphus, Rolo¡)

lid van het college van zes goedemannen291schepen van 's-Hertogenbosch 305, 323

Normandie« (Normandien) 23, 24, 71, 74,76, 134, 135, 181, 152, 193, 206, 214hertogdom 134, 152hertog 40, 69, 194seneschalk 193

Normandie« ,Willemvan 24Notburgis 16Nouomagensis zieNijmegenNoyens, Arnoud (Arnt)

deken van 's-Hertogenbosch 339

Noyers, bij Auxerre, Frankrijkheerlijkheid 256

Noyon 20bisschop 15, 40graaf 40

NÏrnberg (Noereborch, Noerenborch) 140Nuland (Nulant) 54, 302, 321

Kepkens Donck 54Wolfsdyck 54gericht 61hemaal (rechtsdistrict) 61

Nuys, Nuyss zieNeussNyclaes, Nycolaes, Nycolaus zieNicolaasNyegge zieNideggenNyekerc zieNieukerkNyemegen zieNijmegenNyepoirten zieNieuwpoortNyerss, Hieronymus (Iheronimus)

hoofdman 326Nyeuele zieNivellesNymegen, Nymmegen zieNijmegenNypoirten, Nyporten zieNieuwpoortNysterle zieNistelrodeNyuel, Nyuele, Nyuellensis zieNivellesNyuers, Nyuerss zieNeversNyvele zieNivellesNyzele zieNizelles

O

Octauiaen, Octauianus Augustus zie Au-gustus

Oda (Oeye)heilige, markgravin van het HeiligeRoomse Rijk 15gravin van Brussel en Leuven, markgra-vin van het Heilige Roomse Rijk 28, 29

Odo (Eudon)koning van Frankrijk 24-26hertog van Aquitanie« 17, 18

Oedevaer (Oedeuaer), Jan (Iohannes)ontvanger van 's-Hertogenbosch 192,202, 263

^, Nicolaas (Nycolaus)schepen van 's-Hertogenbosch 180ontvanger van 's-Hertogenbosch 192

Oems, Jan (Iohannes), zoon van Janontvanger van 's-Hertogenbosch 235

^,Wouter (Wolterus)

433

lid van het college van zes goede man-nen 299ontvanger van 's-Hertogenbosch 299

OenselOenselsche veer 323Oerle (Oirle) 79

vrijheid 106Oerle (Oirle), Nicolaas van (Nycolaus de)

schepen van 's-Hertogenbosch 98^,Wouter van (Wolterus de)

schepen van 's-Hertogenbosch 67, 76,98

^,Wouter Colen van (Wolterus Colen de)schepen van 's-Hertogenbosch 136

Oest-Vrancryc zieOost-FrankrijkOetingen

graaf 266Oeye zieOdaOijen (Oyen) 89, 96, 113, 145, 223, 247-

255, 260, 273, 285, 298, 311, 318Land van 247heer 249, 250, 252drossaard 252schepenen 254

Oijen (Oyen), Hendrikvan (Henricus de)ontvanger van 's-Hertogenbosch 202

^,Winrikvan (Wynric van)schout van Oss 96

Oirchyes zieOrchiesOirle zieOerleOirlyens zieOrleansOirschot (Oirscot) 1

kanunnik 259Oirt, Den (= Nienoord), kasteel bij Gro-

ningen 334Oise (Ooze) 76Oist- zieOost-Oisterwijk (Oisterwiic, Oisterwyc) 1, 79,

86, 108, 111, 126, 265Kwartier 311, 320Meierij 86Liinde, Lynde 87, 108schout 163

Oisterwijk (Oisterwyc),Willemvan 203Oldenbrugge zieOldenburgOldenburg (Oldenbrugge)

graaf 213Oldenzaal (Oldenzeel) 314Olivier (Olyuier) 11Olyfernes zieHolofernes

Onse-Lieve-Vrouwe-Marie zieMariaOoij (Oy) 308

heer 109Oost-Frankrijk (Oest-Vrancryc, Oist-Vranc-

ryc, Oist-Vrancryck) 14, 17, 20, 22, 26Oost-Friesland (Oist-Vrieslant) 342Oostenrijk (Austria, Oistenryc, Oistriick,

Oistryc, Oistryck)aartshertog 269, 272, 283, 290, 291, 301,305, 335, 341aartshertogin 313, 318, 329, 331hertog 213, 239, 249, 256, 242hertogin 254

Ooze zieOiseOphem zieOppemOphoven (Ophouen), Hendrikvan (Henricus

de)ontvanger van 's-Hertogenbosch 283

Oplinter (Lintere, Lyntere) 2abdij 1

Oppegem zie EppegemOppem (Ophem), Janvan (Ian van) 56

ridder 125Oppurgen, Bertramvan

ridder 241Orange (Araingien, Orengien)

prins 17, 338Orchies (Oirchyes) 97Orengien zieOrangeOrleans (Oirlyens) 27

hertogdom 135hertog 134

Orthen (Orten) 36, 54, 155Orthen, Hermanvan (Hermannus), zoonvan

Hendrikontvanger van 's-Hertogenbosch 269

Orval (Oryuaels)klooster 102

Oryuaels zieOrvalOs, Arnoud Grotart van (Arnoldus Grotart

de)schepen van 's-Hertogenbosch 165

^, Dirkvan (Theodericus de)schepen van 's-Hertogenbosch 152, 162,173, 185, 204

^, Gillis van (Egidius de), zoon vanWillemontvanger van 's-Hertogenbosch 333

^, Godfried van (Goyart van)ridder 95

434

^, Godfried Grotart van (Godefridus Gro-tart de)schepen van 's-Hertogenbosch 262, 267,279, 290

^, Hermanvan 66^, Janvan (Iohannes de)

schepen van 's-Hertogenbosch 215^, Marcelis van (Marcelius de)

schepen van 's-Hertogenbosch 99^, Peter van (Petrus de), zoon van Jan Rut-

gerss.ingrossator van 's-Hertogenbosch 258secretaris van 's-Hertogenbosch 67, 289,335

^,Willemvan (Willelmus de)schepen van 's-Hertogenbosch 345

Osman, Hendrik (Henric)deken van 's-Hertogenbosch 339

Oss (Os) 67, 94-97, 107, 233, 234, 288, 323Schadewijk 323gericht 61hemaal (rechtsdistrict) 61vrijheid 106, 323schout 95, 96

Otranto (Ydrunte)aartsbisschop 241

Otten,Willemdeken van 's-Hertogenbosch 339

OttoI, keizer (962-973) 25, 26II, keizer (973-983) 26, 27III, keizer (983-1002) 28IV, keizer (1198-1218) 34I, graaf van Gelre (1185-1207) 34, 36,244heer van Cuijk en Heverlee 60, 62, 66,247

OudeMaas (OudeMaze) 58Ouden, Jan de (Iohannes de)

schepen van 's-Hertogenbosch 100, 104^, Jan de (Iohannes de), zoon vanWillem

schepen van 's-Hertogenbosch 153^, Nicolaas de (Nycolaus de)

schepen van 's-Hertogenbosch 53, 67,71, 72

^, Rutger de (Rutgerus de)schepen van 's-Hertogenbosch 76, 80

^,Willem de (Willelmus de)schepen van 's-Hertogenbosch 99

Oudenaarde (Oudenaerde, Oudenarden)21, 171

Oudheusden (Outhuesden), Janvan (Iohan-nes de)schepen van 's-Hertogenbosch 99

Ouer- zieOver-Overasselt (Ouerasselt) 326Overbetuwe (Ouerbetu) 243Overijse (Oueryssche,Ysche) 1, 39, 80Overijssel (Ouerysel, Ouerysele) 181Overland (Ouerlant) 45Overmaze (Ouermaze) 120, 145, 150, 227

Land(en) van 122, 143-146, 219, 223,224, 255, 256, 272, 273, 285

Overmeer (Ouermeer), Bernard van (Ber-nardus van), zoon van Janschepen van 's-Hertogenbosch 248, 249,269

Overrijn (Ouerryn, Overryn), Wouter van111

Oversticht (Ouersticht) 181Oy zieOoijOyen zieOijen

P

Padua (Paduaen, Paduwa) 4, 314Paeuweter zie PauweterPalamides

heer in Sicambrie« 4Palsgreve zieRijnPalude zie BroekPannicida zieGewandsnijderPannonie« (Pannonien) 12Pape, Jan genaamd (Iohannes dictus)

schepen van 's-Hertogenbosch 42Parck zie ParkParijs (Pariis, Paris, Parys) 3, 21, 23, 43, 76,

122, 123, 134, 135, 193, 194, 215, 256graaf 25, 26kanselier van de universiteit 123provoost 134

Park (Parck)abdij van 't 1

Parweys zie PerwezPaulus

II, paus (1464-1471) 197, 206Paulus Diaconus 21Pauweter (Paeuweter), Arnoud (Arnoldus,

Arnt)

435

schepenvan 's-Hertogenbosch 294, 314raad van 's-Hertogenbosch 339

Pedelant zie PeellandPeel (Pele) 35Peelland (Pedelant)

Kwartier 320schout 339

Pele zie PeelPelgrom (Pelgrum, Pelgrums), Hendrik

(Henricus)schepen van 's-Hertogenbosch 264meester, secretaris van 's-Hertogen-bosch 202, 312

^, Hendrik (Henric, Henricus), zoon vanDirkschepenvan 's-Hertogenbosch 327, 345meester, bouwmeester van 's-Herto-genbosch 333

^, Herman zieHermanPelius

heer in Sicambrie« 5Pels, Arnoud (Arnoldus), zoon van Peter

ontvanger van 's-Hertogenbosch 204^, Dirk (Theodericus)

schepen van 's-Hertogenbosch 270^, Gijsbert (Ghiselbertus, Ghysbertus,

Ghyselbertus)schepen van 's-Hertogenbosch 185,197, 217

^, Jan (Iohannes)schepen van 's-Hertogenbosch 279

^, Peter (Petrus)burgemeester van 's-Hertogenbosch288schepen van 's-Hertogenbosch 204,258, 263, 269

Penu zieKelderPepijn (Pippiin, Pippyn) 22

de Kleine, koning van Frankrijk, her-tog van Brabant (751-768) 18-20, 26koning van Italie« 22van Landen, zwaarddrager, hertog vanBrabant en Klein-Lotharingen, regeer-der van Frankrijk 14-16vanHerstal, hertog van Brabant en Lo-tharingen, markgraaf van het HeiligeRoomse Rijk 16, 17

Perewys zie PerwezPeronne (Peroene, Perone, Peronen) 25,

182, 198, 200, 215

Persen, Perssen zie Perzie«Persicken zie PersingenPersingen (Persicken) 308Perwez (Parweys, Perewys, Perweys) 2, 34

heer 34, 58, 97, 173, 193, 221Perzie« (Persen, Perssen) 6, 15

koning 14Peter, zoon van Engelbert

deken van 's-Hertogenbosch 339Petrus (Peter), heilige 18P¢rt (Ferretten) 213, 215Ph- zie ook F-Phalleys

heer 252Pharaildis (Pharelt), heilige 14Pharomont (Pharamundus)

koning van de Franken 12, 13Philibeert zie FilibertPhilippa zie FilippaPhilippus, Philips zie FilipsPhilomenus

heer in Sicambrie« 4, 5Phrygie« (Frigea) 4Phylips zie FilipsPicardie« (Pickardien, Pickardyen, Pikardien)

135, 214, 219Pieck, Lucas, zoon van Jacob

schepen van 's-Hertogenbosch 192Pijnappel (Pynappel), Jan (Ian, Iohannes)

lid van het college van zes goede mannen291schepen van 's-Hertogenbosch 204, 250,262, 270, 289

^, Jan (Iohannes), zoon van Janontvanger van 's-Hertogenbosch 323

^, Luding (Ludinc)schepen van 's-Hertogenbosch 111

^,Willem (Willelmus)schepen van 's-Hertogenbosch 343

^,Wouter (Wolterus)schepen van 's-Hertogenbosch 163

Pikardien zie Picardie«Pilatus 4Pipenpoy (Pipenpoye), Rudolf (Roelof)

heer van Blaasveld 66Pippiin, Pippyn zie PepijnPius

II, paus (1458-1464) 182Plas (Plasse), Janvan den (Ianvan den)

schout van 's-Hertogenbosch 96

436

Platea zie StratenPlectrudis (Plectruyt), heilige 16Poederoijen (Poederoeyen, Poederoyen)

307, 308, 311drossaard 307

Poeldonk (Poeldonc, Poeldonck, Poldonck),Arnoud/Arnoud van (Arnoldus, Arnol-dus de/van)schepen van 's-Hertogenbosch 37, 51,54, 55, 57, 58

Poelgien zieApulie«Poirtegael zie PortugalPoldonck zie PoeldonkPolen 4; zie ook PolheymPolheym (Polen) 264Polixena 3

koningin van Egypte 5Polixus 4Pompeius (Pompeyus) 6, 8Ponthieu (Pontye)

Land van 76Pontus 4Pontye zie PonthieuPoppel,Willemvan (Willelmus de)

ontvanger van 's-Hertogenbosch 223Porcien (Poursien)

graaf 342Porta, Arnoud (Arnoldus) Roever de

schepen van 's-Hertogenbosch 142, 156Portsmouth (Dortemuye) 203Portugal (Poirtegael, Portegael, Portugale)

230, 257koning 144, 230koningin 300koninkrijk 21

Postel 31, 306, 350abdij 350meester 231

Pottey, Godfried (Godefridus)ontvanger van 's-Hertogenbosch 248

Poursien zie PorcienPremontre (Premonstreyt) 1Priamus (Pryamus) 4

koning vanTroje 3hertog 12heer in Sicambrie« 4-5

Prias 4Provence (Prouencien, Prouyncien) 18, 21

graaf 40PrÏm (Prumen)

klooster 23Pruisen (Pruysschen, Pruyssen) 2, 117Prumen zie PrÏmPryamus zie PriamusPsalmen zie SalmPut,Willem aen den, zoon vanGijsbert

deken van 's-Hertogenbosch 340Pyckevet (Pyckeuet),Tielman (Tielmannus,

Tyelmannus)schepen van 's-Hertogenbosch 185, 197

^,Willem (Willelmus)schepen van 's-Hertogenbosch 194, 217,260

Pyeck, Cornelis 330Pyetyt Jan (Pyetyt Ian) 316Pynappel zie Pijnappel

Q

Quaderebbe (Quaderibbe), Gillis van (Gie-lis van)drossaard van Brabant 66

Quakebeke (Quaecbeke), Gerard van (Ge-rart van) 56; zie ookGodfried

Quesnoy (Keynout), Le, kasteel in Hene-gouwen 85

R

Raaphorst (Raephorst), Janvan (Iohanvan)schepen vanUtrecht 265

Raatshoven (Rasenhoue, Rasenhouen), Janvan (Ianvan)heer van Leez 66de jonge 56de oude 56

Raess zieRasoRaet, Gerard (Gerardus)

schepen van 's-Hertogenbosch 109^, Hendrik de (Henricus die)

schepen van 's-Hertogenbosch 104Ram, Arnoud (Arnt)

schepen vanUtrecht 265Ramee (Rameye), La

abdij 1Rammekens 224Rasenhoue(n) zieRaatshovenRaso (Raess)

zoon van Raso, meester, doctor in medi-cinis, schepen, gezworene, secretaris van

437

's-Hertogenbosch 270, 288, 290, 293,295, 305, 314, 333, 338, 339, 343, 344

Rauensberge zieRavensbergRauenscot zieRaveschotRauensteyn, Rauesteyn zieRavensteinRavensberg (Rauensberge)

graaf 210Ravenstein (Rauensteyn, Rauesteyn) 1,

87, 91, 93, 96, 97, 177-179, 199, 281heerlijkheid 177, 178heer 90, 177, 193, 211, 219, 221, 223,264, 338; zie ookAdolf; Kleefambtman 174kastelein 177schout 175, 178, 179schepenen 179

Raveschot (Rauenscot), Janvan (Iohannesde)schepen van 's-Hertogenbosch 348

Rayues zieRe© vesReek (Reeck), Laurens van (Laureyns van)

deken van 's-Hertogenbosch 339Reeuwe,Willem (Willelmus)

schepenvan 's-Hertogenbosch 138, 151Reiinout zieReinoudReims (Ryemen) 13, 24, 25, 34, 182

(aarts)bisschop 24, 40hertog 40

Reinhild (Reynelt), heilige 14Reinier (Reyner), zoon van Jan Daemss.

lid van het college van zes goede man-nen 333

Reinoud (Reiinout, Reynaldus, Reynalt,Reynaut, Reynout) 11I, graaf van Gelre (1271-1326) 44, 45,70, 74II, de jonge, graaf (1326-1338), laterhertog (1338-1343) van Gelre 69, 87-89, 207, 209III, Pinguis (de Dikke), jonkgraaf, laterhertog van Gelre (1343-1361) 71, 77,98, 113, 208IV, hertog van Gelre en Gulik (1402-1423) 122, 209, 234heer van Ooij 109heer van SchÎnforst 90, 93heer vanValkenburg en Monschau 56;zie ookValkenburg

Remaclus, heilige 15Remigius (Remeys), heilige 13, 40

heilige, aartsbisschop van Rouen 18Remus 4Renata (Reynata) van Frankrijk 336Rene (Renez)

koning vanNapels en Sicilie« 289koning van Sicilie« 193, 203hertog van Lotharingen en graaf vanVaudemont 215

Renus zieRijnRepelmonde zieRupelmondeRethel

graaf 112, 113, 118Retie (Rethii, Rethy) 31, 306Reux (?) (Roess)

heer, zie CroijRe© ves (?) (Rayues, Rieue) 2

heer 57Reynaldus, Reynalt, Reynaut zieReinoudReynata zieRenataReynelt zieReinhildReyner zieReinierReynout zieReinoudReynsberch zieRheinbergRheinberg (Reynsberch) 180Richard (Richart, Rychart, Ritzairt) 24

hertog vanGloucester 257graaf 25graafvanWarwick 203

Richemont zieRichmondRichmond (Richemont)

graaf 257Rieue zieRe© vesRiien zieRijenRiin zieRijnRijen (Riien)

Land van 15Rijn (Renus, Riin, Ryn) 1, 5, 6, 8, 9, 12, 13,

15, 17, 22, 29, 31, 35, 36, 38, 44, 90, 164,214, 301paltsgraaf 34, 108, 338, 342

Ritzairt zieRichardRivieren (Ryuieren) 2Rivieren (Riuiyeren), Karel van der (Kaerle

van der) 56Rixtel (Rycstel)

heer 250Robbert zieRobrechtRobbillart, Natal (Natael)

kanunnik in Oirschot en Sint-Oedenrode259

438

Robbrecht zieRobrecht en RupprechtRobrecht (Robbert, Robbrecht)

koning van Frankrijk (996-1031) 27graafvan Artois 67graafvan Parijs 25heer van Arenberg 308, 309, 346, 347heer vanNormandie« 24

Rocamadour (Rutsemedau) 117La Roche-en-Ardenne (?) (Rochen)

heer 221Rode zieHerzogenrath en Sint-OedenrodeRode, Godfried van (Godefridus de)

schepen van 's-Hertogenbosch 126, 127,136, 138, 142, 155, 158

^, Maarten van (Martinus de)schepen van 's-Hertogenbosch 176, 185,195, 204, 223, 258, 262

Rodensis zieHerzogenrath en RodosRodes zieRodosRodol¡, Rodolph zieRudolfRodos (Rodensis, Rodes) 31, 241Roelantz, Lodewijk (Lodewyck)

meester, raadsheer in Brabant 295Roempot, Adam

schepen van 's-Hertogenbosch 269ontvanger van 's-Hertogenbosch 263

Roermond (Rueremunde) 258, 298, 306,307, 309, 321, 325, 326, 328, 331

Roesmalen zieRosmalenRoesmont, Daniel (Danel)

schepen van 's-Hertogenbosch 115, 126,137, 156

^, Godfried (Godefridus)schepen van 's-Hertogenbosch 142

^, Godschalk (Godescalcus)schepen van 's-Hertogenbosch 74, 75,138

^, Gijsbert (Ghysbertus)schepen van 's-Hertogenbosch 141, 185

Roess zieReuxRoeuer zieRoverRogier 11Rollo

heer vanNormandie« 24Rome (Romen) 3, 6, 8-10, 12, 18, 19, 21, 23,

55, 75, 137, 139, 161, 165, 176, 213, 230,310legaat 198Capitool 8keizer 9, 21, 344

koning 4, 346patricius 18

Romulus 4Ronez zieReneRoosendaal (Rosendael, Rosendale)

abdij 1Rosande (Rosant), kasteel 309Rosendael zieRozendaalRosendale zieRoosendaalRosmalen (Roesmalen) 53, 54, 123, 216,

302, 314, 324Engelantsche moelen 217Hynthamsche Stege 216Mutze 324klooster van Coudewater 319

Rossum (Rossem) 322, 323Rossum (Rossem), Janvan (Ian van) 255Rotruid (Rotruyt) 22Rotselaar (Rotselaer, Rotselair) 2

heer 57, 102, 131Rotselaar (Rotselair), Janvan (Ianvan) 221Rotterdam (Rotterdamme) 337Rouen (Rouwaen, Rowaen, Ruaen) 134,

206aartsbisschop 18kardinaal, legaat in Frankrijk 313

Rouer, Rouerus zieRoverRouwaen zieRouenRover (Roeuer, Rouer, Rouerus), Arnoud

(Arnoldus)ridder, schepen van 's-Hertogenbosch98, 100, 101schepen van 's-Hertogenbosch 51, 138

^, Arnoud (Arnoldus) ^ Boestschepen van 's-Hertogenbosch 234

^, Arnoud (Arnoldus) ^ de Portaschepen van 's-Hertogenbosch 142, 156

^, Dirk de (Dirc die, Dirck die,Theodericusdie) 110schout van 's-Hertogenbosch 96ridder, schepen van 's-Hertogenbosch99, 109, 115, 126, 133jonker, schepen van 's-Hertogenbosch122schepen van 's-Hertogenbosch 104, 109,111, 115, 119, 125, 126, 129

^, Emond de (Emondus die)schepen van 's-Hertogenbosch 60, 61,99, 107, 109, 115

439

^, Gerlach de (Geerlacus die, Geerlaecdie, Geerlic die)schout van 's-Hertogenbosch 86schepen van 's-Hertogenbosch 76, 297,314, 341, 348bouwmeester van 's-Hertogenbosch333

^, Gijsbert (Ghysbertus)schepen van 's-Hertogenbosch 138

^, Jan de (Johannes die), ridderschepen van 's-Hertogenbosch 80, 137,156

^,Willem Brant de (Willelmus Brant die)schepen van 's-Hertogenbosch 126,137, 151

Rowaen zieRouenRoye tussen Nesle en Mondidier, Frank-

rijk 205Rozendaal (Rosendael) 329Ruaen zieRouenRudolf (Rodol¡, Rodolph)

koning vanFrankrijk, hertog vanBour-gondie« 25vorst van Anhalt, graaf van Askanie« ,heer van Bernburg 306, 307

Rueremunde zieRoermondRumst (Rumste, Ruymst) 31

heer 56Rupelmonde (Repelmonde) 171, 182, 228

int Wyel 231Rupprecht (Robbrecht) van Beieren

aartsbisschop van Keulen (1463-1480)213Rooms-koning (1400-1410) 126

Rusland (Ruyssen) 4Rusus 4Rutsemedau zieRocamadourRuymst zieRumstRuysch, Alfer

schepen vanUtrecht 265Ruyssen zieRuslandRychart zieRichardRycstel zieRixtelRycxken 92Ryemen zieReimsRyn zieRijnRysele, Ryssele zie LilleRyuieren zieRivieren

S

Saarwerden (Zaerwerden)heer 342

Sacharias zie ZachariasSa¡enburg (Za¡enberge) bij Koblenz,Duits-

landheer 59

Saint-Omer (Sint-Odemairs, Sint-Oede-maers, Sint-Oemers) 224, 262, 331

Saint-Pol (Sint-Pol, Sint-Poul, Sympoel,Sympol)graafschap 112graaf 39, 52, 112, 137, 138, 141, 142, 193,194, 198, 215; zie ook Filips

Saint-Pol (Sint-Poul), Walraven van (Wal-rauen van)graafvan Saint-Pol en Ligny 112, 123

Saint-Py (Sympy)heer 342

Saint-Quentin (Sinte-Quintyns) 45, 152, 182,204

Saksen (Saxe, Saxonia, Zassen) 6, 18-20, 25hertog 29, 264, 265, 288, 330, 334

Saladin (Saladyn)koning van Babylonie« 35

Salesburch zie SalzburgSalins

heer 144Salizairt, Grote 204Salm (?) (Psalmen)

graaf 71Salomon

koning van Engeland 23Salsenbarch zie SulzbachSalzburg (Salesburch) 21Sancto Iohanne zie FilipsSanders, Filips (Philips, Philippus)

schepen van 's-Hertogenbosch 310raad van 's-Hertogenbosch 339

^, Gerard (Gerardus)ontvanger van 's-Hertogenbosch 183

^, Hendrik (Henricus)schepen van 's-Hertogenbosch 223

^, Jacob (Iacobus)ontvanger van 's-Hertogenbosch 259

Santen zieXantenSantiago de Compostela (Compostella) 304Sauoyen zie SavoieSavoie (Sauoyen) 215, 217

440

hertog 140, 215hertogin-douarie© re 254, 313, 318, 329;zie ookMargaretagravin 44

Saxe, Saxonia zie SaksenSayn (Zeyn)

jonker 125Scadewyc zieOssScalckensmit, Jan (Ian)

deken van 's-Hertogenbosch 339Sceijvel (Sceyuel), Godfried (Godefridus)

schepen van 's-Hertogenbosch 72, 74,75, 78, 84, 97

^, Jan (Iohannes)schepen van 's-Hertogenbosch 97, 109

Sceper, Jan de (Ian die)lid van het college van zes goedemannen317

Scheenken, Simon (Symon)ontvanger van 's-Hertogenbosch 213

Schelde (Sceld, Scelde, Scelden) 5-9, 11, 13,15, 26, 31, 171, 172

Schenc, Otto (Ott) 330Schijndel (Scynle) 159, 302, 325Schoenen zie SchonenSchÎnforst (Scoenvorst)

heer 90, 93Schoenhouen zie SchoonhovenSchoer, Jan van der (Ianvan der) 265Schonen (Schoenen, Scoenrelande), Zwe-

den 90, 117Schoonhoven (Schoenhouen, Scoenhouen)

139, 140, 312, 342Schriine (Schriiue), Arnoud (Arnt) 217Schwaben (Zwauen) 6Scilder (Scilders), Gerard (Gerardus, Gerit)

schepen van 's-Hertogenbosch 97, 126,137gezworene van 's-Hertogenbosch 137

^, Godfried (Godefridus, Goyart)schepen van 's-Hertogenbosch 158, 171,174, 176

^, Hendrik (Henricus)schepen van 's-Hertogenbosch 101

^, Jan (Iohannes)schepen van 's-Hertogenbosch 241

^, Nicolaas (Nycolaus)schepen van 's-Hertogenbosch 74, 97,115, 124

^, Rudolf (Rodolphus)

schepen van 's-Hertogenbosch 157, 162^,Willem (Willelmus)

schepen van 's-Hertogenbosch 100, 101,104, 108, 111, 163

Scoenhouen zie SchoonhovenScoenrelande zie SchonenScoenvorst zie SchÎnforst en SchoonvorstSchoonvorst (Scoenvorst), Jan van (Iohan-

nes de)laagschout van 's-Hertogenbosch 301

Scoercop, Dirk (Dirck,Theodericus)lidvan het college van zes goedemannen299, 310, 333ontvanger van 's-Hertogenbosch 305

Scoermouw,Willemschout van Ravenstein 179

Scotus, Johannes (Iohannes) 23Scrage, Jan (Iohannes)

schepen van 's-Hertogenbosch 99, 100Screynmaker, Peter

deken van 's-Hertogenbosch 339Scynle zie SchijndelSecilien zie Sicilie«Segemont zie SigismundSegerus zie ZegerSeine (Seyne, Zeynen) 13, 23, 76, 193Selen zie CelenSem 2, 3Sembre¡e zie Sombre¡eSens

aartsbisschop 69Sepz, tussenMontenaken en Landen 37Severa (Seuera), heilige

abdis teTrier 15Seyne zie SeineSibilla 8Sicambrie« (Sicambriem, Sicambrien, Si-

cambrinen, Sycambrien) 4, 5, 12heer 4, 5

Sichen, Sichenem, Sichenen zie ZichemSicilie« (Cecilia, Cecilien, Secilien, Sicilien)

koning 35, 40, 70, 193, 203, 289Sigibert

koning van Frankrijk 16Sigismund (Segemont, Sigismundus, Zege-

mont)keizer, Rooms-koning, koning vanHon-garije (1410-1437) 126, 127, 135, 209hertog van Oostenrijk 213, 218

Siluester zie Silvester

441

Siluinus zie SilvinusSiluius zie SilviusSilva iuxta Orthen zie 's-HertogenboschSilvester (Siluester)

I, heilige, paus (314-335) 10, 19, 21Silvinus (Siluinus), heilige 16Silvius (Siluius) Brabon

heer in/van Sicambrie« 4, 5Simon (Symon)

aartsbisschop vanOtranto 241Sint-Agatha-Rode (Sint-Aechten-Rode,

Sint-Aeghten-Rode) 41Sint-Joris-Weert zieWieiriesSint-Michielsgestel (Gestel) 159; zie ook

HerlaarSint-Odemairs, Sint-Oedemaers zie Saint-

OmerSint-Oedenrode (Rode) 79

kanunnik 259vrijheid 106

Sint-Oemers zie Saint-OmerSint-Pol, Sint-Poul zie Saint-PolSint-Truiden (Sint-Truyden, Sint-Truydt,

Sint-Truyen) 33, 68, 194, 196, 197, 260heer 15abdij 31

Sinte-Cruyskardinaal 151

Sinte-Geertrudenberch, Sinte-Geertruyen-berch, Sinte-Geertruyenberge, Sinte-Gertruyenberch, Sinte-GertruyenbergezieGeertruidenberg

Sinte-George (in Bourgondie« )heer 134

Sinte-Luciaanklooster bij Beauvais 205

Sint-Maartensdijk (Sinte-Martensdyc)heer 252, 253

Sinte-Michiels in Normandie« zie MontSaint-Michel

Sinte-Michielsberge zie Mont Saint-Mi-chel

Sinte-Quintyns zie Saint-QuentinSion (Syon), berg 196Sittard (Zittart) 59

heer 90Sixtus

IV, paus (1471-1484) 210, 214, 248Smeeds, Godfried (Godefridus)

schepen van 's-Hertogenbosch 136

Smolners, Hessel 133Snauel zie SnavelSnavel (Snauel), Hendrik (Henric)

schout van Herpen 175, 176Sneeuwint, Sneeuwynt zie EnscheSo¡oc(k) zie Su¡olkSo¢a (Sophia)

hertogin van Brabant 40Soilloit, Jan (Ian)

secretaris van Adolf, heer van Ravenstein180

Soissons (Soysson, Zoysson) 20, 37klooster van Sint-Medart 19

Sombre¡e (Sembre¡e, Sombre¡) 2heer 56

Someren (Zoemeren) 234, 306Somme (Sommen) 76, 152, 182, 193, 194,

198, 221Son (Zonne) 312Son (Sonne, Zonne), Gerlach van (Geerlacus

de, Gerlacus de)schepen van 's-Hertogenbosch 67, 71

^, Hendrikvan (Henricus de)schepen van 's-Hertogenbosch 53, 55, 58

^, Janvan (Ianvan)onderschout van 's-Hertogenbosch 96

Sophia zie So¢aSoysson zie SoissonsSpaengen, Spaengien zie SpanjeSpanct, Arnoud Stamelart van der (Arnol-

dus Stamelart de)schepen van 's-Hertogenbosch 97, 99,101, 108, 109, 111

Spanje (Hispania, Spaengen, Spaengien) 3,17-19, 21, 210, 233, 285, 302-305, 314,319, 334, 341, 343koning 24, 40, 269, 285, 300, 340, 341,343, 345koningin 300kroonprins 300prins 285, 335

Spierinck (Spierinc), Anton (Anthonius)schepen van 's-Hertogenbosch 269, 283

^, Bartholomeusschepen van 's-Hertogenbosch 115, 123,126, 130, 141, 152

^, Jan (Iohannes)schepen van 's-Hertogenbosch 152, 162

^, Nicolaas (Claes, Nycolaus)

442

schepen van 's-Hertogenbosch 161, 171,174, 183, 333, 343

Spijker (Spiker), Allard (Alardus)ontvanger van 's-Hertogenbosch 215

^, Jan (Iohannes)schepen van 's-Hertogenbosch 176, 185,197; zie ook Jan

Spina,Gijsbert van denDoern de (Ghysber-tus van den Doern de)schepen van 's-Hertogenbosch 86; zieookDoorn

Spremont zie SprimontSprenger, Jan (Ian)

doctor, prior van het predikherenkloos-ter te Keulen 214

Sprimont (Spremont) 79, 81Stadeacker, Dirckvan den (Dirckvan den)

deken van 's-Hertogenbosch 339Stamelart (Stamelairt), Arnoud (Arnoldus)

schepen van 's-Hertogenbosch 100^, Arnoud (Arnoldus), zoon vanHendrik

schepen van 's-Hertogenbosch 185^, Arnoud (Arnoldus) ^ van den Kelder (de

Penu)schepen van 's-Hertogenbosch 79, 98,102, 108

^, Arnoud (Arnoldus) ^ van der Spanct (deSpanct)schepen van 's-Hertogenbosch 97, 99,101, 108, 109, 111

^, Arnoud (Arnoldus, Arnt) ^ vanUden (deVden)schepen van 's-Hertogenbosch 115, 119,152, 153, 157

Stampes zie EstampesSteen, Janvan den (Iohannes van den)

ontvanger van 's-Hertogenbosch 270Steenbergen 1, 79, 141Steenbergen, Hendrikvan (Henrickvan)

proost van Oudmunster te Utrecht 109Steenwech (LapideaVia,Via Lapidea), Ge-

rard (Gerardus)schepen van 's-Hertogenbosch 85, 99

^, Gozewijn (Goessen, Goeswinus)schepen van 's-Hertogenbosch 72, 76,79, 97, 104, 108, 109, 115, 118, 210gezworene van 's-Hertogenbosch 212

^, Hendrik (Henricus)schepen van 's-Hertogenbosch 137

^, Hubert (Hubertus)

schepen van 's-Hertogenbosch 215^, Jacob (Iacobus)

schepen van 's-Hertogenbosch 155^, Jan (Iohannes)

schepen van 's-Hertogenbosch 108, 185,195, 217

^, Peter (Petrus)schepen van 's-Hertogenbosch 79, 84,87, 128, 151, 176, 185, 215, 252

^,Willem (Willelmus)schepen van 's-Hertogenbosch 210, 241,250, 260zie ookVia Lapidea

Stefanus (Stephanus, Steuen)II, paus (752-757) 19VIII, paus (939-942) 28

Stegen, Gozewijn van der (Goeswinus vander)schepen van 's-Hertogenbosch 349

Stempels, Berthoud (Bartholdus)schepen van 's-Hertogenbosch 67, 71

Stephanus zie StefanusSteuen zie StefanusStierken (Styerken), Hendrik (Henricus)

schepen van 's-Hertogenbosch 74, 75,86, 142

^, Iwaan (Yewanus)schepen van 's-Hertogenbosch 99, 101,104, 115, 119, 125, 126

Stiphout 325Stoeters zieMatthijsStraelen (Stralen) 319, 326, 327, 329

drostambt 329Straten (Platea, Strathen), Jan van (Iohan-

nes de)deken van het kapittel van 's-Hertogen-bosch 201

^, Lambert vanschout van Oss 96

^, Nicolaas van (Nycolaus de)ontvanger van 's-Hertogenbosch 176

Stuedman,Willemambtmanvan Ravenstein 174

Stuna 3Styerken zie StierkenSu¡ene 2, 3Su¡olk (So¡oc, So¡ock)

graaf 302, 304Sulzbach (Salsenbarch)

hertogin 31

443

Sycambrien zie Sicambrie«Symay zie ChimaySymon zie SimonSympoel, Sympol zie Saint-PolSympy zie Saint-PySyon zie Sion

T

Tarquinus Priscuskoning te Rome 4

Tarticia, heilige 15Tee¡elen (Tefelen)

gericht 61hemaal (rechtsdistrict) 61

Tervuren (terVueren,Tervueren) 1, 55, 71,80, 127, 141, 143

Terwane,Terwanen,Terwarnen zieTherou-anne

Theodardus, heilige 15Theodericus zieDirkTheoderik (Didderic, Diederick)

I, koning van Frankrijk (511-533) 14III, koning van Frankrijk (673-691) 17IV, koning van Frankrijk (721-737-743) 18

Theodosiuskeizer 11

Therouanne (Terwane, Terwanen, Terwar-nen,Truwane) 331-332bisschop 69, 181

Thiel zieTielThielreWert zieTielerwaardThiene,Thienen zieTienenTholosen,Tholousen zieToulouseThomas, broer van Arnoud vanDiest 57Thoren zieThornThorn (Thoren) 309Thorout zieTorhoutThÏringen (Doeringen) 6

koning 6, 9hertog 29landgraaf 39, 40gravin 38

Thyell zieTielThyenen zieTienenTibout (Tybout)

graafvan Blois 27Tiel (Thiel, Thyell, Tiiel, Tyel, Tyela, Tyell)

58, 71, 208, 242, 258, 303, 308, 324, 331

Tiel (Tiela,Tyel), Bodo van (Bodo de)schepen van 's-Hertogenbosch 97

^, Zeboed van 78, 79Tielerwaard (ThielreWert,TielreWert,Tyelre

Wert) 239-242, 326Tielkini zie Jan, Jordaan,WillemTielreWert zieTielerwaardTienen (Thiene,Thienen,Thyenen) 1, 56, 79,

85, 125, 141, 264, 309meier 227

Tiiel zieTielTijt (Tyt), Jacob (Iacobus)

schepen van 's-Hertogenbosch 78, 109,115, 118

Tiras (Tyras) 3Titus 9

koning in Germanie« enThÏringen 9Toelinck (Toelinc), Frans (Franciscus,

Franss)lid van het college van zes goede mannen299schepen van 's-Hertogenbosch 294, 323,340, 346raad van 's-Hertogenbosch 339meester, ontvanger van 's-Hertogenbosch290, 299

^, Gozewijn (Goeswinus)schepen van 's-Hertogenbosch 158, 180,185

^, Peter (Petrus)schepen van 's-Hertogenbosch 333

Tongeloo zieTongerloTongeren 5-7, 37, 197-199

bisschop 14, 15heer 7

Tongerlo (Tongerloe,Tongeloo)abt 349abdij 1

Torhout (Thorout) 21Toulouse (Tholosen,Tholousen)

bisschop 38graaf 40

Touraine (Tourayen,Touraynen)hertogdom 135hertog 112

Tournai (Doernic, Doernick) 13, 26, 29, 31,221, 222, 332, 347, 348bisschop 195

Tours 11aartsbisschop 10

444

Toyart,Wouterschout van 's-Hertogenbosch 95

Tracie« (Tracien) 3Trapeson zieTrebizondeTrebizonde (Trapeson)

keizerrijk 171Tricht zieMaastrichtTrier (Triere,Tryer) 21, 212

aartsbisschop 15, 29, 67Troje (Troyen) 3, 4Tros

koning vanTroje 3Troyen zieTrojeTroylus 3, 4

heer van Ierland 5heer in Sicambrie« 4, 5

Troylus Brabonheer in Sicambrie« 5

Trude (Truden), Jan (Iohannes)schepenvan 's-Hertogenbosch 97, 99; zieook Jan

Trudo (Truydt), heiligeheer vanKempenland 15

Truwane zieTherouanneTruydt zieTrudoTryer zieTrierTubal 3Tubeke zieTubizeTubize (Tubeke) 1Tuil (Tuyl) 322Tuldel, Anselmvan (Ansemvan) 259Turcus 4Turk, Grote zieMohammedTurkije (Turkyen) 4Turnhout (Turnout) 1, 79, 89, 113, 231, 306Turnoutervoirt 117Tuyl zieTuilTybout zieTiboutTyel,Tyela,Tyell zieTielTyelkini zieTielkiniTyell zieTielTyelreWert zieTielerwaardTyras zieTirasTyt zieTijt

U

Uden (Vden) 35, 96, 179heerlijkheid 177, 178

Uden (Vden), Andreas van (Andreas de)

schepen van 's-Hertogenbosch 99^, Arnout Stamelart van (Arnoldus Stame-

lairt de)schepen van 's-Hertogenbosch 115, 119,152, 153, 157

^, Engelbert van (Engelbertus de)schepen van 's-Hertogenbosch 192, 235,262, 269

^, Gerard van (Gerardus de)schepen van 's-Hertogenbosch 99, 108,115

^, Hendrikvan (Henric van, Henricus de)schepen van 's-Hertogenbosch 72, 74,79, 85, 87, 115, 122, 126, 141, 185, 261,266, 299

^, Marcelis van (Marcelius de)schepen van 's-Hertogenbosch 101, 161,185

^,Thomas van (Thomas de)schepen van 's-Hertogenbosch 52, 53

Ukkel (Vckel,Vcle) 148, 227Ulvenhout (Huluenhout)

heer 56Urbanus (Vrbanus)

IV, paus (1261-1264) 40VI, paus (1378-1389) 99

Usuardus (Yswardus) 21Utrecht (Vtrecht) 17, 180, 181, 248, 256,

258, 265, 317, 318, 330bisschop 108, 248, 314, 330kapittel 181proost van Oudmunster 109bisdom 180heer 265schout 265schepenen 265

V

Valant, Andreasschepen van 's-Hertogenbosch 76

^,Thomasschepen van 's-Hertogenbosch 54

Valenciennes (Valenciin,Valencyn) 70, 138Valkenburg (Valkenborch) 66, 90, 92, 93,

219, 307heer 44, 45, 56, 67, 87, 90heerlijkheid 92, 93

Valkenburg (Valkenborch), Filippa van(Philippe van)

445

abdis vanMaubeuge 92^, Jan van (Ianvan) 92^, Reinoud van (Reynout van) 59, 66^, Reinoud van (Reynout van) ^ en Mon-

schau 56^,Walravenvan (Walrauenvan) 44, 45, 91-93

heer van Born, Sittard en Ravenstein,raad van de hertog van Brabant 90-93,96; zie ook Born

Valois (Valoys)koning 71hertog 334

Varik (Vauderic,Vauderick) 307, 308Vaudemont

graaf 215Vauderic(k) zieVarikVckel,Vcle zieUkkelVcle zieUkkelVden zieUdenVechel zieVeghelVeen 298Veer, Der zieVeereVeer, Arnoud (Arnoldus)

schepen van 's-Hertogenbosch 100,109, 115

Veere (DerVeer,TerVeere) 224, 337Veerle (Verle) 276

schepenen 276Veghel (Vechel) 234Veghel (Vechel), Dirkvan (Dirckvan)

lid van het college van zes goede man-nen 317

Velde,Willemvan den 203Veldenz (Veldens)

graaf 223Venantius (Venancius), heilige 14Venegien zieVenetie«Venetie« (Venegien) 4, 22, 176

kardinaal 140Venle zieVenloVenlo (Venle, Venloe) 211, 240, 319-324,

326, 331Veray, Filibert van (Philebertus de), ge-

naamd LaMoucheopperstalmeester, drager van het gou-den zwaard 284

Verle zieVeerleVermandois (Vermandoys,Vermendoys) 9,

45, 152, 182, 193, 194, 205, 221koning 9

graaf 25Verona (Verone) 314Vertaing, Peter van 267

hoogschout van 's-Hertogenbosch 204Verudruyt (=Vernum bij Geldern, Duits-

land?) 326Vespasianus (Vespacianus) 9Via Lapidea (LapideaVia, Steenwech), Go-

zewijn Moel de (Goeswinus Moel/Moe-del de)schepen van 's-Hertogenbosch 97

^, Peter de (Petrus de)schepen van 's-Hertogenbosch 58, 61

^, Rutger de (Rutgerus de)schepen van 's-Hertogenbosch 60, 62

^, zie ook SteenwechVianden (Vyanen)

graaf 56schepenen 338

Vianden (Vyanen), Filips van (Philips van)heer van Rumst 56

Viennedauphin 181

Viersen (Vyersen,Vyerssen) 319, 326, 328Vierzon (Vierson)

Land van 41Vierzon (Vierson), Godfried van (Godeuart

van, Godevard van)heer van Aarschot, Bierbeek, Zichem enSint-Agatha-Rode 41, 44

Vileer zieVillersVillers (Vileer) 1

abdij 1, 41, 29, 80Villers, Jean de

heer van L'Isle-Adam (Lyleadam) 138Vilvoorde (Vilvoerden,Vilvoirden) 1, 32, 79,

85, 125, 141, 206, 231Vincent, heilige

graafvan Henegouwen 14Viscart zieGuiscardVlaanderen (Vlaenderen, Flandria) 6, 7, 21,

33, 40, 52, 70, 152, 171, 193, 195, 196,219, 222, 227, 261, 278, 313graafschap 182graaf 32, 33, 43, 52, 69-72, 76, 82, 112,113, 144, 290gravin 118

Vlaanderen (Vlaenderen), Hendrik van(Henric van, Henrickvan)heer vanValkenburg 90, 92, 93

446

Vladeracken, Arnoud van (Arnoldus de)schepen van 's-Hertogenbosch 79, 109,111, 158

^, Gerard van (Gerardus de, Gerardt van,Gerart van) 202, 203schepen van 's-Hertogenbosch 108, 153,158, 162, 173, 183, 192, 202, 223meester, gezworene van 's-Hertogen-bosch 180-, Jacob van (Iacob van, Iacobus de)schepen van 's-Hertogenbosch 119, 126,128, 140, 204

^, Janvan (Ianvan, Iohannes de)meester, heer van Nuland 302schepen van 's-Hertogenbosch 109, 217,258, 264, 270, 288, 294, 305, 317, 345,349

^, Peter van (Petrus de)schepen van 's-Hertogenbosch 259, 269

^, zie ook JanVlaenderen zieVlaanderenVlasroten zieVlassrathVlassrath (Vlasroten) bij Straelen, Duits-

land 326Vliebeke zieVlierbeekVlierbeek (Vliebeke)

abdij 1Vlierden 302Vlijmen (Vlymen) 84

Amer(?) 84Vlissingen 224Vlokhoven (Vlochouen), Gijsbert van

(Ghysbertus de, Ghyselbertus de)schepen van 's-Hertogenbosch 74, 75,87, 100, 115

Vlymen zieVlijmenVngarien zieHongarijeVoeren zieVoorneVogtei Gelderland (Voechdye van Gelre)

326Voorne (Voeren) bij Heerewaarden 307Voorne (Borne), Zeeland

heer 60Voraya

gravin van DendermondeVorst

abdij 1Vorst, Janvan der (Ian van der)

meester, raadsheer in Brabant 295Vos (Voss,Vosse), Gerard (Gerardus)

schepen van 's-Hertogenbosch 74, 79,85, 87

Vrancke (Vrancken), Arnoud (Arnt) 203^, Jan (Iohannes)

schepenvan 's-Hertogenbosch 55, 79, 86ontvanger van 's-Hertogenbosch 290

^,Willem (Wilhelmus)schepen van 's-Hertogenbosch 79, 86

Vranckevoirt zie FrankfurtVranckryc(k), Vrancriic, Vrancryc(k) zie

FrankrijkVrbanus zieUrbanusVrieslant zie FrieslandVriesscher Zee zie Friese ZeeVrouwenpark (Vrouwenparck)

abdij 1Vrsine

kardinaal 140Vryeslant zie FrieslandVtrecht zieUtrechtVucht zieVught enWaldfeuchtVueren zieTervurenVught (Vucht) 84, 97, 110, 216, 302, 314,

351Caluenberch(?) 41

Vuchterbroeck 99Vught (Vucht,Vuchz), Arnoud van (Arnol-

dus de)schepen van 's-Hertogenbosch 262

^, Janvan (Iohannes de)schepen van 's-Hertogenbosch 261, 265ontvanger van 's-Hertogenbosch 233

^,Wouter van (Wolterus de)schepen van 's-Hertogenbosch 162, 173,183, 289raad van 's-Hertogenbosch 339ontvanger van 's-Hertogenbosch 185

Vyanen zieViandenVyerlinc, Nicolaas (Claes) 332Vyers(s)en zieViersen

W

Waal (Wael,Waele,Wale) 5, 211, 308, 322,348

Waal (Wael), Gerard de (Gerardus die),zoon vanGijsbertschepen van 's-Hertogenbosch 141

Waalre (Waderle), Arnoud van (Arnoldusde)

447

schepen van 's-Hertogenbosch 52, 75,84

^, Arnoud van ^ van Andel (Arnoldus deö de Andel)schepen van 's-Hertogenbosch 86

^, Peter van (Petrus de)schepen van 's-Hertogenbosch 78, 79

Waals-Brabant (Wals-Brabant, WalschenLande, Walschen Landen) 25, 27, 29,77, 80, 121, 182, 219baljuw 121, 227, 276

Waalwijk (Waelwyc, Waelwyck) 79, 234,344

Waas (Waess)Land van 171

Wachtendonk (Wachtendonc, Wachten-donck) bij Straelen, Duitsland 308, 329

Waderle zieWaalreWael,Waele zieWaalWaelhem zieWalemWaelwyc(k) zieWaalwijkWaerloes, Jan (Iohannes)

schepen van 's-Hertogenbosch 156^, Jan (Iohannes), zoon van Jan

schepen van 's-Hertogenbosch 173,185, 217

Waess zieWaasWageningen 308Wailhain zieWalhainWalciscus, heilige 16Waldetrudis (Woutruyt), heilige

gravin van Henegouwen 14Wale zieWaalWalem (Waelhem) 31

heer 57, 173Wales (Galles)

prins 203Walhain (Wailhain)

heer 284Walram (Walramus), zoon van Ambrosius

vanHanenberchontvanger van 's-Hertogenbosch 343

Walraven (Walrauen), broer van graafHendrikvan Luxemburg 44

Wals-Brabant zieWaals-BrabantWalschen Lande(n) zieWaals-BrabantWalterus zieWouterWaltfeucht (Vucht) bij Heinsberg, Duits-

land 103, 108Wamel 308

Wandalus 4Wanghe,Hendrikvan (Henric van), ridder 57Wansem (Wausem), Jan (Ian)

schout van Oss 95, 96Warwick (Weerwyc,Werwyc)

graaf 203, 204Wassenberg (Wassenberch, Wassenberge,

Wassenborch) 52, 79, 81proost 66

Water, Everard van den (Everardus van den)schepen van 's-Hertogenbosch 163, 185

Wauere zieWavreWausem zieWansemWavre (Wauere) 2

heer 56Weda zieWiedWeerthuijsen (Weerthusen,Werthusen),Hen-

drikvan (Henricus de)schepen van 's-Hertogenbosch 111, 126

Weerwyc zieWarwickWeesmalen zieWezemaalWeijlhuijsen (Weilhusen, Weilhuysen, Weyl-

husen), Arnoud van (Arnoldus de, Arntvan)schepen van 's-Hertogenbosch 202meester, secretaris van 's-Hertogenbosch290

^, Arnoud van (Arnt van), de jongesecretaris van 's-Hertogenbosch 180

Wellen (Wellinus), zoon vanGillis Knodeschepen van 's-Hertogenbosch 45, 46, 52

^, zoon vanHilleschepen van 's-Hertogenbosch 51-55

Wemele zieWemmelWemmel (Wemele)

heer 32Wenceslas (Wencelaus,Wenceliin,Wencelyn)

koning van Bohemen 125, 126van Bohemenhertog van Luxemburg, hertog van Bra-bant en Limburg (1355-1383), graaf vanChimay, voogd van de Elzas 69, 70, 80,82-90, 97-104, 112, 153, 208, 209, 339

Werchter (Werchtere) 1Werkendam (Werckendam)

CrommenWiel 117Werthusen zieWeerthuijsenWerwyc zieWarwickWesemael zieWezemaalWessem(?) (Wissem) bij Roermond 325

448

West-Frankrijk (West-Vrancryc) 14, 17, 20,23, 26koning 23

Westzee 9Wetten, Dirkvan (Theodericus de)

schepen van 's-Hertogenbosch 192ontvanger van 's-Hertogenbosch 185

Weylhusen zieWeijlhuijsenWezemaal (Weesmalen,Wesemael) 2

heer 32, 56, 102, 125, 252jonker 133

Wezemaal (Wesemael,Wezemael), Arnoudvan (Arnt van)heer van Berg 56; zie ookArnoud

Wibert zieWigbertusWied (Weda)

graaf 335Wieiries (Wyeres, Wyerts) (=Sint-Joris-

Weert)heer 223, 230

Wiel (Wyel), Gerard van de (Gerardus de)schepen van 's-Hertogenbosch 101, 111

^, Jacob van de (Iacobus de)schepen van 's-Hertogenbosch 113, 119,125, 138, 142

Wigart zieWijngaardWigbertus (Wibert), heilige 25Wijck (Wyc,Wyck), Gerard van (Gerardus

de, Gerart van)schepen van 's-Hertogenbosch 314raad van 's-Hertogenbosch 339ontvanger van 's-Hertogenbosch 306

^, Janvan (Iohannes de)ontvanger van 's-Hertogenbosch 289

^, Leonius van (Leonius de)ontvanger van 's-Hertogenbosch 264

^, Willem (Willelmus), zoon van Leoniusvanschepen van 's-Hertogenbosch 185

Wijngaard (Wigart,Wygart,Wyngaert), Janvan den (Ian van den, Iohannes van den)hoogschout van 's-Hertogenbosch 313,341schepen van 's-Hertogenbosch 348

Wildenborch 308Willebrordus (Willeboert), heilige 17Willem (Willelmus)

II, Rooms-koning, koning van Almanie« ,graafvan Holland (1234-1256) 34, 39III, graaf van Henegouwen en Holland

(1304-1337) 58-60IV, graaf van Henegouwen en Holland(1337-1345) 69, 76V, hertog in Beieren, graafvanHenegou-wen, Holland, Zeeland, heer van Fries-land (1351-1358) 83, 85VI, hertog in Beieren, graaf van Hene-gouwen, Holland, Zeeland (1404-1417)112, 128, 129, 135, 143hertog van Gelre (1371-1402) en Gulik87, 89, 103-105, 107-109, 111, 122, 209,234hertog vanGulik 320(mark)graaf en hertog van Gulik 87-90,93, 98hertog vanNormandie« , bastaard 24heer van Cranendonck 56, 66heer vanDu¡el 102heer van Perwez 34heer van Rotselaar 57

Willem (Willelmus), zoon van Robrechtheer vanNormandie« 24

^, zoon van Arnoud Tielkinischepen van 's-Hertogenbosch 97, 100,101, 109

^, zoon vanHendriklidvan het college van zes goedemannen317

^, zoon van JanWillemss.ontvanger van 's-Hertogenbosch 288

^, zoon vanWillem, zoon van ArnoudTiel-kinischepen van 's-Hertogenbosch 127

Wilp (Wilpt) 301Winge, Anton van (Anthonys van) 217Wisch, Agnes van (Agnees van) 245, 246Wisseleer, Gerard (Gerardus)

schepen van 's-Hertogenbosch 85Wissem zieWessemWitgeer 14Witmerii, Jan (Iohannes)

schepen van 's-Hertogenbosch 202ontvanger van 's-Hertogenbosch 183

Wittem (Wittham)heer 102

Wittham zieWittemWoeronck zieWÎrringenWÎrringen (Woeronck,Woeringen) 44, 45Wolf (Wol¡), Jan (Ian de, Ian die), zoonvan

Nicolaas

449

lid van het college van zes goede man-nen 310

^, Lambert de (Lambertus die)schepenvan 's-Hertogenbosch 288, 305

Worcum zieWoudrichemWoudrichem (Worcum) 103, 200, 228,

246, 307, 321Wouter (Walterus)

heer van Edeghem 56Wouter (Walterus), zoon van Arnoud

Berthout 32^, zoon vanNenne

schepen van 's-Hertogenbosch 53; zieookNenne

Woutruyt zieWaldetrudisWreychalssoen, Noertken Hannen 100Writer, Koenraad de (Coenrardus, Coen-

rardus die)schepen van 's-Hertogenbosch 78, 87

Wyc(k) zieWijckWyel zieWielWyeres,Wyerts zieWieiriesWygart,Wyngaert zieWijngaard

X

Xanten (Santen) 12

Y

Yda zie IdaYdeberge zie ItisbergeYdrunte zieOtrantoYerlant zie IerlandYersekeroord (Yersickeroirt, Ysickeroirt)

231, 332Ylus

koning vanTroje 3Ylyon zie IlionYolanda (Yolente) van Sicilie« 142Ysabeel,Ysabela,Ysabele zie IsabellaYsauria,Ysaurien zie Isaurie«Ysbout(z),Ysebout zie IJsboutYsche zieOverijseYselsteyn zie IJsselsteinYsickeroirt zieYersekeroordYsrahell zie IsraelYswardus zieUsuardusYtalien zie Italie«

Z

Zachariaspaus (741-752) 19

Zaerwerden zie SaarwerdenZa¡enberge zie Sa¡enburgZaltbommel (Boemel, Zautboemel) 239-

242, 303, 318, 320-324, 331, 342Zandhoven (Zanthouen) 227, 276Zandvoort (Zantvoert), Gerard van der (Ge-

rart van der)schepen van 's-Hertogenbosch 338

Zassen zie SaksenZauenterloe, Zauentroe zie ZaventerloZautboemel zie ZaltbommelZaventerlo (Zauenterloe, Zauentroe), bos te

Zaventem 121, 148, 276Zebert zie ZegebertZecker, Gillis (Egidius)

ontvanger van 's-Hertogenbosch 223Zeeland (Zeelant, Zelant) 17, 129-131, 135,

138-140, 146, 151, 219, 222, 224, 227,235, 236, 273, 274, 278, 279, 285, 303,312, 332, 336, 338graaf 70, 83, 112, 128, 143, 144ruwaard 104, 139burggraaf 60Staten 302

Zeelmeker, Jan (Iohannes)ontvanger van 's-Hertogenbosch 185, 201

Zeelst, Godfried van (Godefridus de)schepen van 's-Hertogenbosch 133

Zeempse zie ZemstZegebeert zie SigibertZegebert (Zebert) zoon van Ingram

deken van 's-Hertogenbosch 339Zegemont zie SigismundZeger (Segerus, Zegerus), zoonvan Jan, zoon

vanGodfried vanHedelschepen van 's-Hertogenbosch 349

^, zoon van Jan Goyartsontvanger van 's-Hertogenbosch 317

Zelant zie ZeelandZelem Lotthemsoen, Hendrik van (Henrick

van)persoon van Boxtel 258; zie ook Lotthem

Zemst (Zeempse) 228Zenne (Zinnen) 286Zevenbergen (Zeuenbergen)

heer 131, 254

450

Zevenbergen (Zeuenbergen), Arnoud van(Arnt van) 131

Zeyn zie SaynZeynen zie SeineZichem (Sichen, Sichenem, Sichenen, Zi-

chen) 1, 41, 79, 92Land van 41

Zichem, Franciscus van 347Zinnen zie ZenneZittart zie SittardZoemeren zie SomerenZoens zie ZonsZonie« n (Zonyen) bos bij Brussel (=Zonie« n-

woud) 121, 148, 276Zonne zie SonZons (Zoens), tolplaats aan de Rijn tussen

Neuss en Keulen 260Zouderbalch, Everard (Euerart)

burgemeester vanUtrecht 317Zoutleeuw (Leeuwe, Leeuwe) 1, 56, 68, 79,

141Zoysson zie SoissonsZuiderzee (Zuyerzee) 9

Zuijlichem (Zulikem), Jacob van (Iacobusde)schepen van 's-Hertogenbosch 72, 74

^, Rudolf van (Rodolphus de)schepen van 's-Hertogenbosch 75, 79

Zutphen (Zuytphania, Zuytphen) 204, 312,331, 344graafschap 204, 210, 223, 244, 245, 329,330graaf 244gravin 244

Zuyerzee zie ZuiderzeeZuytphania, Zuytphen zie ZutphenZwaan (Zwaen, Zwane)

koningin van Keulen,ThÏringen, mark-gravin van het Heilige Roomse Rijk 6-8vrouwe vanTongeren 5-7

Zwauen zie SchwabenZweden (Zweeden) 10, 90Zwitserland (Zwitselant, Zwitsen, Zwitser-

lant, Zwitsers, Zwitzen, Zwitsenlant)213, 215-218

Zydewynen, Jan van der (Iohannes de, Io-hannes van der)schepen van 's-Hertogenbosch 87, 97

451