29
Markten, Macht en Instituties Ton van Schaik Tilburg, 20 januari 2006 http :// www . uvt . nl /faculteiten/ feb /economie/ schaik /

Markten, Macht en Instituties Ton van Schaik Tilburg, 20 januari 2006

Embed Size (px)

Citation preview

Page 1: Markten, Macht en Instituties Ton van Schaik Tilburg, 20 januari 2006

Markten, Macht en Instituties

Ton van Schaik

Tilburg, 20 januari 2006

http://www.uvt.nl/faculteiten/feb/economie/schaik/

Page 2: Markten, Macht en Instituties Ton van Schaik Tilburg, 20 januari 2006

Vormen van kapitalisme

Theo van de Klundert

Uitgeverij LEMMA BV

Utrecht, 2005

Page 3: Markten, Macht en Instituties Ton van Schaik Tilburg, 20 januari 2006

Theorie, Diagnose en Confrontatie

Intrinsieke dynamiek van het kapitalisme (H2)

Vormen van kapitalisme in het Westen (H4)

Onderneming en Maatschappij (H7)

Page 4: Markten, Macht en Instituties Ton van Schaik Tilburg, 20 januari 2006

Marktmechanisme

Bij volledige mededinging zorgt het

marktmechanisme voor een efficiënte

inrichting van de economie op elk moment.

Of zoveel mogelijk concurrentie ook

goed is voor de dynamiek van de

economie is omstreden.

Winst is nodig om de kosten van O&O te betalen?

Page 5: Markten, Macht en Instituties Ton van Schaik Tilburg, 20 januari 2006

MachtEconomische macht betekent dat winst kan worden

gemaakt.

Politieke macht is het vermogen om de spelregels van het systeem te beïnvloeden.

Het functioneren van markten is gebonden aan regels, die de eigendomsrechten reguleren.

Niet alles mag. Er moet rekening worden gehouden met de belangen van anderen.

Welke belangen het zwaarste wegen, hangt uiteindelijk af van de verdeling van de politieke macht.

Page 6: Markten, Macht en Instituties Ton van Schaik Tilburg, 20 januari 2006

Markten en Instituties

In de neo-klassieke theorie staat de werking van markten centraal en is de

inkomensverdeling van ondergeschikte betekenis.

Transactiekosten vanwege onvolledige informatie.

De aard en omvang van de transactiekosten hangt af van de bestaande instituties.

De term instituties staat voor het geheel van spelregels, die de gang van zaken in de

economie bepalen.

Page 7: Markten, Macht en Instituties Ton van Schaik Tilburg, 20 januari 2006

Oorzaken marktmacht

Natuurlijk monopolie. Doet zich voor als op de vrije markt slechts één aanbieder kan overleven omdat de productie

gekenmerkt wordt door schaaleffecten.

Door het samenspannen van ondernemingen (kartels) of door concentratie en fusie.

Door het verkrijgen van bepaalde rechten (patenten, auteursrechten). In dit geval dient de winst om de vaste

kosten goed te maken.

Page 8: Markten, Macht en Instituties Ton van Schaik Tilburg, 20 januari 2006

Marktfalen:

Indien marktmechanisme niet zonder meer in staat de gewenste goederen te

leveren.

Doet zich voor bij de voortbrenging van publieke goederen en bij het optreden

van externe effecten.

Externe effecten zijn gevolgen van het ruilproces, die niet in de transactie tussen partijen worden verwerkt.

Page 9: Markten, Macht en Instituties Ton van Schaik Tilburg, 20 januari 2006

Externe effectenTheorema van nobelprijswinnaar Coase:

Externe effecten kunnen worden omzeild door de eigendomsrechten duidelijk vast te leggen (blz. 18).

Als een marktoplossing niet mogelijk is, kan de overheid de welvaart bevorderen door partijen te dwingen externe

effecten in het ruilproces mee te nemen via regulering of fiscale maatregelen.

Page 10: Markten, Macht en Instituties Ton van Schaik Tilburg, 20 januari 2006

(vervolg)

Het afdwingen van contractuele verplichtingen en het opmaken van de schade als partijen zich niet

aan de afspraak houden.

Kosten verbonden aan de bescherming van eigendomsrechten tegen criminele inbreuken of zelfs

tegen de overheid als die de wet overtreedt.

Page 11: Markten, Macht en Instituties Ton van Schaik Tilburg, 20 januari 2006

Transactiekosten

Zoekkosten verbonden met het vinden van de spreiding van prijs en kwaliteit op de diverse markten.

Onderhandelingskosten ingeval koop en verkoop op basis van bilaterale contacten tot stand komen.

Het opstellen van contracten bij meer gecompliceerde vormen van ruil.

Het nagaan of partijen zich houden aan de voorwaarden, die in het contract zijn omschreven.

Page 12: Markten, Macht en Instituties Ton van Schaik Tilburg, 20 januari 2006

Transactiekosten minimaliseren

Principaal-agent relaties (asymmetrische informatie). Het beschikken over informatie die anderen niet

hebben geeft macht.

De principaal kan het gedrag van de agent beïnvloeden door een zodanig beloning te geven,

dat bedrog onaantrekkelijk wordt (impliciet contract).

Reputatiemechanisme

Sociaal kapitaal is de verzameling van normen die het sociaal gedrag reguleren.

Page 13: Markten, Macht en Instituties Ton van Schaik Tilburg, 20 januari 2006

Managerial Revolution

In de moderne grootonderneming zijn eigendom (shareholders) en beheer gescheiden, met ruimte

voor discretionair gedrag van managers.

Eliminatie discretionair gedrag door koppeling van een bonus of opties aan de winst.

Daardoor hebben managers belang bij het genereren van een zo hoog mogelijke winst op korte termijn ten koste van de continuïteit op lange termijn.

Page 14: Markten, Macht en Instituties Ton van Schaik Tilburg, 20 januari 2006

Stakeholders

Aandeelhouders, werknemers, afnemers, leveranciers, directe leefgemeenschappen.

De discussies over de posities van shareholders en andere stakeholders is voor een deel ideologisch

bepaald.

Het gaat om de belangen van de ene groep ten opzichte van die van de andere.

Politieke machtsverhoudingen bepalen de uitkomst van het spel.

Page 15: Markten, Macht en Instituties Ton van Schaik Tilburg, 20 januari 2006

Hold-up probleem

Iemand, die investeert in zaken die specifiek zijn voor een bepaalde relatie is achteraf gezien de

gevangene van zijn eigen inspanningen.

Bij afdwingen contract: hoge transactiekosten.

Deze kunnen worden gereduceerd door de investeerder in relatie-specifieke zaken

eigendomsrechten toe te kennen.

Page 16: Markten, Macht en Instituties Ton van Schaik Tilburg, 20 januari 2006

Intrinsieke dynamiek kapitalisme (H2)

Het samenspel van kapitaalaccumulatie, technologische ontwikkeling en distributie.

Kapitaalaccumulatie is gericht op het behalen van winst.

Het kapitaalrendement of de winstvoet is een indicator voor het succes van de kapitalistische

ontwikkeling.

Page 17: Markten, Macht en Instituties Ton van Schaik Tilburg, 20 januari 2006

Begrippen

Arbeidsproductiviteit =

Productie / Arbeid

Kapitaalproductiviteit =

Productie / Kapitaal

Page 18: Markten, Macht en Instituties Ton van Schaik Tilburg, 20 januari 2006

Evenwichtige groei

Kenmerken groei op lange termijn:

Constante kapitaalproductiviteit en dus: een vaste waarde van het kapitaalrendement.

Groei van de arbeidsproductiviteit en het reële loon met hetzelfde vaste percentage en dus:

Een vaste verdeling van het inkomen over arbeid en kapitaal.

Page 19: Markten, Macht en Instituties Ton van Schaik Tilburg, 20 januari 2006

Technologische ontwikkeling

19de eeuw:

Arbeidsbesparend en kapitaalverbruikend

20ste eeuw:

Arbeidsbesparend en kapitaalbesparend

Page 20: Markten, Macht en Instituties Ton van Schaik Tilburg, 20 januari 2006

Tabel 2.1, blz. 37

Kenmerken economische groei VS in 1800-1989.

Gebruikte methode: Groeitoerekening

Cijfers laten een lange golf zien met een interval van 15-20 jaar tot 1930 en in een andere vorm ook daarna.

Page 21: Markten, Macht en Instituties Ton van Schaik Tilburg, 20 januari 2006

Tabel 2.2, blz. 41

Economische groei in 20ste eeuw (VS)

Extra productiefactor: kennis

Substitutie-elasticiteit tussen:

arbeid en kapitaal kleiner dan één;

kennis en de overige factoren groter dan één.

Page 22: Markten, Macht en Instituties Ton van Schaik Tilburg, 20 januari 2006

Productiviteitsvertraging

Groeivoet arbeidsproductiviteit:

2,64 (1929-1966) versus 1,21 (1966-1989).

Hoofdoorzaak:

Minder uitbundige technologische ontwikkeling.

Herstel groei arbeidsproductiviteit: 1995-2003.

Page 23: Markten, Macht en Instituties Ton van Schaik Tilburg, 20 januari 2006

U.S. Productivity Resurgence after 1995

Arbeidsproductiviteit en technologische ontwikkeling:

1973-1995: 1,49 en 0,34

1995-2003: 3,06 en 1,14

Mechanisatie door ICT!

Page 24: Markten, Macht en Instituties Ton van Schaik Tilburg, 20 januari 2006

Vormen van kapitalisme (H4)

Technologische leiders:

Nederland: 1600-1750

Engeland: 1750-1880

Amerika: 1880-heden

Inhaalprocessen (catching up);

Leiders en volgers

Page 25: Markten, Macht en Instituties Ton van Schaik Tilburg, 20 januari 2006

Capitalisme contre capitalisme (blz. 78)

Padafhankelijke instituties

Rijnlands - Angelsaksisch

Vrije tijd - arbeid

Starre - flexibele markten

Stakeholder – Shareholder

Equality of results – equality of opportunity

Page 26: Markten, Macht en Instituties Ton van Schaik Tilburg, 20 januari 2006

Tabellen

Karakteristieken

Blz. 80, 4.1: productie

Blz. 82, 4.2: arbeidsmarkten

Blz. 86, 4.3: sociale publieke uitgaven

Page 27: Markten, Macht en Instituties Ton van Schaik Tilburg, 20 januari 2006

Politiek van herverdeling

Democratie (one man one vote)

Als de meerderheid van de bevolking een inkomen heeft, dat lager is dan het inkomen van de middelste persoon (de

mediaan) zal het nastreven van eigenbelang tot herverdeling leiden (zie voorbeeld met 5 personen op blz.

88)

Page 28: Markten, Macht en Instituties Ton van Schaik Tilburg, 20 januari 2006

Convergentie van modellen?

Cultuurverschillen (blz. 92)

Blz. 92: Figuur 4.2

Blz. 96: Figuur 4.3

Amerikaanse toestanden?

http://www.uvt.nl/faculteiten/feb/economie/schaik/1amtoes2.pdf

Page 29: Markten, Macht en Instituties Ton van Schaik Tilburg, 20 januari 2006

Onderneming en maatschappij (H7)

Maatschappelijk verantwoord ondernemen

Praktische problemen

Etikettering

Privatisering

Behandel deze onderwerpen tegen de achtergrond van de intrinsieke dynamiek en vormen van

kapitalisme in het Westen.