Psychotherapie samenvatting

Embed Size (px)

Citation preview

Psychotherapie= een vorm van hulpverlening die, via het methodisch toepassen van psychologische middelen door gekwalificeerde personen, beoogt mensen te helpen hun gezondheid te verbeteren = de behandeling van psychische problemen of stoornissen met behulp van psychologische methoden door daartoe opgeleide deskundigen 20ste E: opmars psychotherapie Freud = start Hypnotherapie: inzicht in werking van suggestie Wat is het DOEL? - gezondheidszorg: behandelmethode - levensbeschouwing: zingevingsysteem Wat is het MIDDEL? - Het toepassen van psychologische methoden - Vormen van professionele, sociale benvloeding; bedoeld om het functioneren van mensen te verbeteren BIOPSYCHOSOCIALE BENADERING ! Indeling van psychotherapie : gemeenschappelijke factoren 4 Rs 1. RELATIE - Functionele relatie/werkrelatie - Psychologische benvloeding - Clintenparticipatie ! - vriendschapsrelatie Asymmetrisch Middel Tijdelijk 2. RAAMWERK (CONTEXT /SETTING) - dagelijks leven - Behandelsetting: waar? wie? - Intensiteit en duur - Vergoeding - Verhouding tot het sociale netwerk van de clint - Specifieke voorwaarden 3. RATIONALE (VERKLARING) - Geloofwaardige uitleg, theorie voor de klachten/problemen - Wereldbeeld/levensvisie clint - Veranderingsperspectief ! 4. RITUEEL (PROCEDURE) - Methode of techniek - Actieve rol therapeut-clint Verbeterings-, oplossings-verwachting

Huidige tendensen Therapiemarkt Specialisering : doelgroep, behandelwijze,.. Meer verantwoording afleggen: wetenschappelijk & economisch Evidence-based practice = wetenschappelijk verantwoorde praktijk Managed care Protocollaire behandelingen = behandelrichtlijnen Biologische psychiatrie Medicalisering (DSM) Slingerbeweging: biologische psychologische Toenemend belang van zelfhulpbewegingen Rol van internet Indeling van psychotherapie (indelingsprincipe) 1. Clintsysteem - Individueel - Groep - Relatie - Gezin 2. Werkwijze - Psychodynamisch - Clintgericht - (Cognitief) gedragstherapeutisch - Systeemtheoretisch Of specifieke methode of techniek: - Rollenspel - Bewegingstherapie - Therapiekeuze Informed consent = clint volledig informeren over alle belangrijke aspecten van therapie Verwachtingen expliciteren: (o.a. om drop-out te voorkomen) Therapieverloop Rolpatronen Wederzijdse aanvaardbaarheid van de opvattingen van clint en therapeut EFFECT OP: therapietrouw (=compliance) & motivatie - Bij sturende en niet-sturende behandelingen ! - Op basis van clint-therapeut interactie ! - ACHTERGROND: Vraaggerichte zorg aanbodgerichte zorg - Clint centraal expert centraal - Overlegmodel voorschriftmodel - RESULTAAT: behandelovereenkomst/therapiecontract - Inspanningsverbintenis, geen resultaatsverbintenis - Voorlopig behandelplan: doel + middel - Wederzijds engagement en verantwoordelijkheden

Werkt therapie? 40% Veranderingen door factoren buiten therapie 30% Algemene therapiefactoren 15% Technieken 15% Placebo-effecten Psychoanalytische en psychodynamische therapien Ontstaan en ontwikkeling Freud = Grondlegger van de psychoanalyse - onbewuste-bewuste - Vrije associatie - Duiding Psychodynamische beweging - Psychodynamisch = overkoepelende term - Lln. Van Freud: Jung & Adler Mensbeeld: - pessimistisch, deterministisch: - Het menselijk functioneren wordt grotendeels bepaald door onbewuste seksuele en agressieve driften. - Het irrationele, onbewuste is voor de mens typerender dan het rationele, bewuste. Theorie Menselijk functioneren: te verklaren vanuit de dynamische relaties tussen het Id, het Ego en het Superego. Vroegkinderlijke ervaringen met de inperking van het driftleven kunnen later psychische problemen veroorzaken. Theorie gebaseerd op: - Evolutietheorie van Darwin - Psychotherapeutische praktijk 4 modellen: - Driftmodel - Objectrelatiemodel - Zelfpsychologisch model - Interactioneel model Driftmodel Niveaus van bewustzijn Bewuste, voorbewuste, onbewuste Id, ego, superego

Theorie van het conflict

Afweermechanismen Wapen van ego, bij psychische problemen: ego maakt te veel gebruik van afweermechanismen Hoe minder afweermechanismen, hoe gezonder ! Vergt veel energie + lossen conflicten niet op, verhindert enkel dat driften in het bewuste doordringen Vb.: verdringing, intellectualisering, projectie Belang van de vroegkinderlijke ontwikkeling Ontwikkelingspsychologisch perspectief: ervaringen eerste levensjaren hebben een inpact op het functioneren als volwassenen 5 psychoseksuele fasen: - Orale fase (0-1 jaar) - Anale fase (1-3 jaar) - Fallische fase (3-6 jaar): Oedipuscomplex - Latentieperiode (6-12 jaar) - Genitale fase (vanaf 12 jaar) Onverwerkte problemen van vroeger: herhaald in hier-en-nu (nieuwe personen situaties) Objectrelatiemodel Belang van de eerste relaties in ons leven Innerlijke representatie van een relatie met een belangrijke ander Eerste relaties blauwdruk, schema separatie-individuatie proces (Mahler, Klein, Winnicott) - Holding - Transitioneel object - Emotionele objectconstantie - Corrigerende emotionele ervaring (CEE)

Therapie Doel: (emotioneel) inzicht, bewustwording (die leidt tot verandering) Focus op onbewuste problematiek, waarvan de oorsprong in de vroege kindertijd ligt Indicatiestelling: - Voldoende ego-functies - Neurosen: angsten, depressie, agressie, somatoforme stoornissen,.. 1e kennismaking - Idee: Alles wat een mens doet, heeft betekenis niets is toevallig Methoden - Hypnose - Droomanalyse - Vrije associatie = clint deelt alles mee wat in hem/haar opkomt - Weerstand - (Tegen)overdracht Therapeutische relatie Houding therapeut - Abstinentieregel - Vrij zwevende aandacht Taak van de clint - Vrije associatie Taak van de therapeut - duidingen/interpretaties = mogelijke verklaringen voor functioneren clint - Proces van doorwerken - Praten over: overdracht, wensen, dromen, gekke invallen,.. Specifieke therapievormen Kinderanalyse Grondleggers: Anna Freud Melanie Klein Kinderen: - minder angst- en frustratietolerantie - handelen, verbaliseren Geen vrije associatie; geen inzicht Inbreng van spelelementen Partnerrelatietherapie Interactie tussen partners staat centraal Oorzaak van de relationele problemen: in onbewuste intrapsychische dynamiek van de individuele partners Collusie Gezamenlijke intake, individuele anamnese, gezamenlijke therapie interoverdracht

Groepstherapie 6 8 personen 1 2 x 1/1,5u per week, verschillende jaren vrij vlottende discussie Buiten de groep geen contact Nieuwe therapie-ontwikkelingen Overeenkomst met clintgerichte therapien groeit Combinatie van steunend en ontdekkend/openleggend Meer focus: doelgerichter beperkter doel Narratieve therapie: een goed en begrijpelijk verhaal over ons leven maken, van vroeger tot nu - Grondlegger: o.a. Michael White - Probleem = dominante story - Doel therapie = re-storying The person is not the problem, the problem is the problem Kanttekeningen Onwetenschappelijk? Wijze van ontstaan van theorie & aanpak Moeilijk te onderzoeken en te toetsen theorien Het effect van een psychodynamische therapie is moeilijk te onderzoeken - Zeer brede doelstelling - Niet duidelijk wat therapeut precies doet - Lange duur therapie Beperkte doelgroep: elitair - Ernst pathologie - Praktisch: tijd, geld, Achterhaalde visie? Kritiek op het pessimistische mensbeeld Impact van culturele context: Victoriaanse tijd Inhoudelijke standpunten/therapie? Emoties uiten is goed = omstreden idee Sterk accent op problemen en conflicten Het is niet altijd nodig terug te gaan naar de oorsprong van een probleem (te) weinig aandacht voor externe (problematische) omgevingsfactoren (onbewuste) gevoelens bepalen de gedachten: kan ook andersom Geen aanleren van gedrag, vaardigheden Neutrale,zakelijke houding therapeut Sterke verantwoordelijkheid bij opvoeders: opvoeding > genetische factoren

Toepasbaarheid voor de BaTP HOLDING Begin behandeling: er alles uitgooien : therapeut biedt een holding environment (cfr. goede moeder) Ziekenhuissetting = holding environment OVERDRACHT & TEGENOVERDRACHT Leren stilstaan bij je eigen interne ouderrepresentatie: naar jezelf kunnen kijken als er moeilijkheden met clinten zijn Leren stilstaan bij de gevoelens die personen bij je oproepen + er iets mee doen Vb. Gesloten instelling bijzondere jeugdzorg - Fase 1: es behoeftebevrediging - Fase 2: aandacht voor het ego - Fase 3: buitenwereld Clintgerichte therapie Termen non-directieve therapie, ervaringsgerichte therapie, experintile therapie procestherapie gesprekstherapie Rogeriaanse therapie Ontstaan en ontwikkeling Carl Rogers (1902-1987): grondleggers Maslow clintgerichte benadering Humanisme Uitgangspunt: Elke mens heeft een aangeboren kracht om zichzelf te ontwikkelen in een richting die goed is voor hemzelf en anderen Focus op de bewuste gedachte- en gevoelswereld - Zelfreflectie = informatiebron - hier-en-nu patint clint Mensen geven betekenis aan hun ervaringen: subjectieve beleving Aandacht voor de menselijke vrijheid Optimistisch mensbeeld Ieder mens is van nature goed: onder normale omstandigheden ontwikkelen we vanzelf tot een sociaal bewogen mens Ontwikkeling in brede zin Elk individu is autonoom: zelf richting geven aan leven, zelf verantwoordelijkheid voor keuzes Ieder mens is uniek: persoonlijke ontmoeting relatie met clint !

Mens als geheel = centraal

Theorie GROEIMODEL : En kracht: zelfactualisatie = een mens streeft ernaar zichzelf te ontwikkelen; datgene te worden wat men in de kiem is Doel: fully functioning person Een continu proces - doel = ideaal HET ZELF = wat je werkelijk, diep van binnen echt bent (je werkelijke, ware zelf) Voortdurend in ontwikkeling Positieve onvoorwaardelijke acceptatie = water & licht Iemand met PSYCHISCHE PROBLEMEN: - Iemand die (tijdelijk) is vastgelopen in zijn ontwikkeling - Belemmeringen in de zelfontplooiing: omstandigheden - Blokkades kunnen verdwijnen ! - Kern van psychische problemen = incongruentie: vervreemd van anderen en onszelf Onvoorwaardelijke acceptatie congruentie Voorwaardelijke acceptatie incongruentie Therapie Nadruk op gezonde menselijke ontwikkeling Doel van therapie: de persoon terug in contact brengen met zijn werkelijke zelf, met wie hij eigenlijk is Hoe? - Sfeer van veiligheid scheppen waarin clint durft naar eigen belevingen te kijken en in contact te komen met zijn eigen ervaringen. Door echtheid, aanvaarding en empathie. - Kwaliteit van de therapeutische relatie, o.a. grondhouding T Geen DSM-diagnose unieke persoon Clint = de expert Therapeut = metgezel Clint bepaalt de inhoud Geen tijdslimiet Gemiddelde duur = 1,5 jaar

Grondhouding therapeut Acceptatie = de therapeut accepteert alles wat de clint ervaart Echtheid = de therapeut is zelf congruent; een echt mens die betrokken is uit zichzelf en niet enkel vanuit rol als therapeut; niet-oordelende houding Empathie = de therapeut leeft zich concreet en gedetailleerd in in de belevingswereld van de clint ! Therapeut valt niet samen met de clint Niet adviseren, maar begrijpen en verhelderen ! Verdere therapie-ontwikkelingen Directieve techieken Lichamelijke ervaringen Taakgerichte en cognitieve aanvullingen Groepstherapie - En van de meest expansieve, maatschappelijke uitvindingen van deze eeuw. (Rogers) - Soorten benamingen: T-groep, Encountergroepen, Sensitivitytraining, .... - Doel: gericht op de groei van de persoon, op ontwikkeling en verbetering van communicatie en betrekkingen tussen personen onderling Gestalttherapie - Fritz Perls (1893 1970) - Proces van betekenisgeving door het individu - Gestalt = geheel van gedachten, gevoel en gedrag - Balans tussen rekening houden met eigen behoeften omgeving is verstoord Experintile therapie - Eugne Gendlin - Techniek van focussen : aandacht naar binnen richten en concentreren op alle ervaringen in het lichaam Prouthys pre-therapie - Pre-therapie bij zwaar gestoorde patinten: contact met de realiteit verloren (psychotici) - Via contactreflecties contact trachten te herstellen: situationele-, gelaats, en relationele reflecties

Kanttekeningen Therapeuten zijn minder non-directief dan ze denken Empathisch ingaan op gevoelens kan verwarren of het probleem versterken Te veel hier-en-nu focus Onvoorwaardelijke acceptatie normen en waarden samenleving Differentile diagnostiek? Clinten moeten zich ook leren aanpassen aan regels en eisen van de omgeving Wat met belangentegenstellingen? Overschatting van de vrijheid van de clint tot eigen keuze Pathologie waarbij het vermogen tot zelfontplooiing beschadigd is, hebben een directievere sturing nodig Inzicht en zelfacceptatie niet altijd voldoende voor verandering Toepasbaarheid voor de BaTP Gesprekstechnieken, steunend op de grondhoudingen ! - Aansluiten bij de beleving van de clint - Niet direct adviseren, oplossingen zoeken; eerst grondig verkennen - Bij het gevoel durven stilstaan - Zichzelf als instrument gebruiken Gentle teaching: vb. verstandelijke gehandicapten Validation, warme zorg en belevingsgerichte begeleiding vb. dementerende bejaarden Lichaamsgericht werken Psychische klachten brengen dikwijls ook lichamelijke klachten met zich mee ! Verschillende theorien Centraal idee: lichaam geest niet van elkaar te scheiden Benvloed door psychodynamische en clintgerichte benaderingen Weinig onderzoek Therapie: - Bewustzijn van lichaamssignalen vergroten - Wisselwerking tussen lichaam geest: beter aanvoelen wat er nodig is Wie? Inzicht, maar klacht niet weg /sterk rationaliseren / moeilijk verwoorden van problemen / lichamelijke klachten Door psychische klachten emoties en behoeften niet goed kunnen voelen en/of uiten vb. Depressie, burn-out, eetstoornissen

Illustraties Interventies bij eetstoornissen: verstoorde lichaamsbeweging - Gestoorde lichaamsbeleving: te dik, te zwaar - Gewicht daalt nog negatievere lichaamsbeleving - Oorzaak? - NIET: gestoorde waarneming-perceptie lichaam - WEL: subjectieve beleving en ervaring van lichaam - Positieve lichaamsbeleving ~ goed behandelresultaat - In kaart brengen vb. Lichaams Attitude Vragenlijst (BAT) - Spiegeloefeningen / contact met lichaamsdeel/praten met anderen over neg. lichaamsbeleving,.. Spanning beter leren hanteren: relaxatie-oefeningen Autogene training van Schultz - O.b.v. hypnose - Passieve vorm - Suggestie zwaar warm - Verbeelding Progressieve relaxatie van Jacobson - Actieve vorm - Opspannen en ontspannen van spieren - Diepe relaxatie - Conditionering op onstpan Toegepaste relaxatie van st - Snelle relaxatie Drievoudig doel: - spanning leren detecteren en reduceren - psychohygine: buffer tegen stressklachten - zelfcontroletechniek in prestatiesituaties Nut: GEEN wondermiddel, wl hulpmiddel Doorbreken van vicieuze cirkel (angst/spanning lichamelijke klachten angst/spanning) o Zelfde effect als medicatie, maar geen nadelen Effecten Op KORTE TERMIJN: fysiologische verandering die gepaard gaat met de relaxatierespons ( spierspanning, hartslag, ademhaling,)=tot rust komen Op LANGE TERMIJN (bij regelmatig oefenen): vermindering van ademhalings-, slaap-, maag-, darm-, hartstoornissen, hoofdpijn, hypertensie, Belang van gewoonte ! Bijv. altijd opdrachten bij relaxatie - Belang van thuis oefenen gradatie in oefenen - 1 maal 15 20 min per dag (liefst vast moment) - rustige omgeving

- zetel/matje/bed - formulier (dagboek) bijhouden Ademhalingsoefening Adem in en denk 1 Adem uit en denk ontspan Adem in en denk 2 Adem uit en denk ontspan Herhaal dit tot aan 10 en tel dan weer af tot 1 Concentreer je alleen op je ademhaling, op het cijfer en het woord ontspan Buikademhaling Als baby Hoe gezond leren ademen? -Test je ademhaling: -soepel, langzaam en regelmatig? -buik versus borst? OPGELET: -Het is gn krachtproef! -Geef jezelf tijd om te experimenteren -Oefening baart kunst 1. Ga comfortabel zitten (of liggen). Leg de ene hand op je buik en de andere op je borst 2. Adem in door je neus. Als je het goed doet komt je hand op je buik omhoog en ligt de hand op je borst stil 3. Adem langzaam in en tel tot drie 4. Adem langzaam uit en tel tot vijf. Voel hoe de hand op je buik langzaam daalt. 5. Pauzeer even voor je volgende ademhaling Herhaal deze stappen gedurende enkele minuten. Doe deze oefening telkens je even tijd hebt. Tips: -Liggend -Boek op je buik -Voorstelling van een kleine ballon ter hoogte van je maag (inademen via navel) -Sissend uitblazen Progressieve relaxatie: spiergroepen diepe relaxatie Rechterhand Linkerhand 2 bovenarmen Voorhoofd Ogen Kaken Lippen Tong en keel Nek en hals Schouders Borstkas Maagstreek Dijen Kuiten

(Cognitieve) gedragstherapie Ontstaan en ontwikkeling Geen echte grondlegger - Wolpe - Eysenck - Skinner Nauwe relatie met experimentele psychologie: Praktijk wetenschappelijk onderzoek (Neo)behaviorisme: SOR-feedbackmodel Ontwikkeling: - Behaviorisme mensbeeld: het menselijk functioneren wordt grotendeels bepaald door de omgeving - Cognitieve therapie mensbeeld: mens = een informatieverwerkend systeem (computer), dat constant info selecteert, interpreteert en reorganiseert - 3de generatie: ACT = Acceptance en commitment therapy MBCT = Mindfulness based cognitive therapy Ontstaan in jaren 60-70: universiteiten: wetenschappelijk onderzoek Klinische praktijk: denktraining Albert Ellis: RET = Rationeel Emotieve Therapie : psychische moeilijkheden hebben te maken met irrationele overtuigingen Aaron Beck: schemas bij een depressie Cognitieve gedragstherapie: combinatie gedrag & cognitief! UITGANGSPUNTEN: Menselijk functioneren wordt bepaald door cognitieve processen De manier waarop mensen informatie verwerven en verwerken binnenwereld van de mensen De wijze van infoverwerking geeft richting aan ieders leven en is bepalend voor emoties en gedragingen. vb. Kindjes in de zee Vanuit: Behaviorisme te beperkt om complex menselijk gedrag te verklaren Uitvinding van de computer PSYCHISCHE PROBLEMEN: Systematische fouten in de informatieverwerking: -selectieve aandacht -selectieve interpretatie -selectief geheugen

Theorie GEDRAG staat centraal = betekenisvolle reactie op een betekenisvolle situatie in de brede betekenis = handelen + cognitie Ook psychische problemen zijn te herleiden tot aangeleerd gedrag Pathologisch gedrag is niet aan andere wetmatigheden onderhevig dan ander gedrag ! Leerprincipes: o Klassieke conditionering:het leren van betekenissen o Operante conditionering: leren handelen i.f.v. gevolgen o Model-leren: leren d.m.v. observatie

Klassieke conditionering Associaties? Pavlov Kleine Albert Contiguteit is niet altijd nodig ! Vb. Ananas dag erna ziek Vb. Lift fobisch Reflexmatig model gaat niet altijd op ook cognitieve component Contingentie: logische samenhang tussen gebeurtenissen die je ervaart Sequentieel referentieel verband tussen CS UCS Betekenisverlening door werkelijke ervaring fantasie bepaalde informatie,.. Generalisatie - differentiatie Operante conditionering Belonen en bestraffen: - Gedrag dat beloond wordt: frequentie - Gedrag dat bestraft wordt: frequentie - Wat zijn we nu eigenlijk aan het doen? Vb. Liefdevolle aanraking als beloning - Positief: iets toevoegen - Negatief: iets wegnemen

KT-LT / Intermittent bekrachtigen (vb. op potje plassen loverboys gokkasten) Complex gedrag aanleren in stapjes: shaping ! Straffen is minder effectief dan belonen ! Fouten en ongewenst gedrag negeren Verhouding 6/1

Model-leren Therapie Theorie en therapie: los van elkaar ontwikkeld Doel therapie: - Tracht dysfunctioneel patroon van automatische gedachten en schemas te doorbreken - Streeft cognitieve herstructurering na Hoe? Door welbepaalde schemas en automatische gedachten kritisch samen met de clint te onderzoeken. Gedragstherapie Doel van therapie: het veranderen van probleemgedrag ( persoonlijkheidsverandering) ! Niet enkel gericht op probleemgedrag Hoe? - Zelfinzicht is niet noodzakelijk ! Zelfinzicht in gedrag, geen zelfinzicht in persoon ! Want: zelfinzicht in persoon is geen noodzakelijke voorwaarde voor gedragsverandering - Het rechtstreeks benvloeden van gedrag ! Is geen oppervlakkige symptoombestrijding Leerprocessen modificeren:wat aangeleerd is, kan weer afgeleerd worden Behandeltechnieken: 1. Aanleren van probleemoplossend gedrag 2. Afleren van ongewenst gedrag WAT IS HET NIET? het simpel toepassen van simpele techniekjes ! een gedragstherapeut interesseert zich niet voor het inwendige = mythe Geen kookboekmethode! WAT WEL? leermodel wordt sterk benadrukt Experimenteel geverifieerde leerprincipes Het rechtstreeks benvloeden van uitwendig gedrag is belangrijk Een gedragtherapeut past procedures toe, geen theorien Gedragstherapie = methode, een wijze van denk

RET Ellis Gedachten: irrationeel: juistheid /disfunctioneel ABC-schema : - A: Aanleiding - B: Beliefs - C: Consequenties - D: Uitdagen van irrationele gedachten - E: Formuleren van effectieve gedachten - G: Nieuw gedrag dat voortvloeit uit andere opvattingen Veel voorkomende irrationele gedachten: - Het is noodzakelijk dat iedereen mij aardig vindt en waardeert. - Ik moet alles goed doen. - Het is verschrikkelijk als de dingen anders gaan dan ik graag wil. - Ik heb geen invloed op mijn gevoelens. - Ik word bepaald door mijn verleden. - Er is altijd n juiste oplossing voor een probleem. Huidige cognitieve therapie: veel meer op gericht dat mensen zelf hun (verkeerde) denkpatronen ontdekken RET aanpak G-schema: gebeurtenis gedachte gevoel gedrag - gevolg Beck Theorie vooral uitgewerkt voor angststoornissen en depressies Angststoornis: dysfunctionele gevaarschemas -hoge verwachting van gevaar -lage verwachting van eigen mogelijkheden om ermee om te gaan Depressies: last van akelige herinneringen, onthouden vooral vervelende zaken Therapeutische technieken Cognitieve technieken 1. Bijhouden van een dagboek van gedachten bij verschillende situaties - voorbeelden van denkfouten: foutief anticiperen, rampdenken, overgeneraliseren, zwart-wit denken. 2. Uitdagen van automatische gedachten - Informatie verzamelen - Kansberekening - Taartdiagram - Kosten-baten analyse - Neerwaartse-pijltechniek Cognitieve gedragstechnieken 1. Rollenspel 2. Gedragsexperimenten

3de generatie cognitieve gedragstherapie: MBCT (Mindfulness Based Cognitive Therapy) Ontwikkeld door Kabat-Zinn (2000): stress reductie programma o.b.v. boeddhistische meditatieprincipes Onderzoek met clinten met recidiverende depressieve episodes (Segal & Williams, 2004): veel minder snelle terugval na mindfulness training - 50 tot 70% van personen behandeld met AD, hervalt binnen de 2 jaar - 28 tot 35% van personen die CT volgden, hervalt binnen de 2 jaar - Hoe herval terugdringen? - Methode in groep zodat we meer mensen bereiken? - Benadering ook voor depressieve patinten in remissie? Uitgangspunt: welk mechanisme speelt een rol bij terugval bij depressie? 2 hanteringstijlen in omgaan met negatieve stemming: - Distractiestijl - Rumineerstijl: blijf langer hangen in negatief gevoel Probleemstelling: Hoe kan je mensen helpen om zich los te maken van het rumineren? Patinten hun verhouding tot die gedachten veranderen ! Veelal leven onder controle d.m.v. overmatig denken en analyseren Focus cognitieve therapien: inhoud van het denken - Werkt maar tot op zekere hoogte Focus mindfulness: denkstijl ! Minder gericht op het veranderen van gedachten Aandachttraining: met volle aandacht aanwezig zijn bij wat zich aandient; niet analyseren, niet veroordelen Het bewust aanwezig-zijn trainen, leren verdragen wat er is, zonder direct te hoeven handelen Doing-mode being-mode Vorm van exposure: helemaal aanwezig zijn, lichaam weer voelen; meer in hier-en-nu leven Gaan niet op directe manier met doelen aan de slag Doen van de oefeningen - moeten-spiraal: oefening lukt niet direct - Niet prestatiegericht, niet direct het doel om te ontspannen Helpend: ervaring dat jij niet samenvalt met je gedachten Accepteren hoe het is berusting, onverschilligheid Ontstaat weer een gevoel van keuze : in kan op de gedachte ingaan of niet Indicatie: - Mensen die zich verliezen in hun gedachten - Mensen die a.h.w. verdwijnen in een bepaald gedrag Vorm: - In groep - Achttal wekelijkse bijeenkomsten

-

-

Vervolgbijeenkomsten in jaar na de cursus 3 zaken: Uitwisselen van ervaringen oefeningen in het leven in hier-en-nu - Lichaamsverkenning - Zitmeditatie - Bewegingsoefeningen meer theoretisch gedeelte

ACT = Acceptance & Commitment Therapy Therapeutische relatie Relatie = Werkrelatie In functie van het probleem (uitgangspt: klachten van clint) Samenwerkingsverband: onderling overleg Therapeut = richtingaanwijzer = actief sturend psycho-educeert motiveert steunend Relatie is (dus) niet: Koel/afstandelijk Autoritair (leerling-leraar type) Wel gekenmerkt door: Beslissingen worden expliciet genomen Clint beslist mee Moeilijkheden worden samen besproken Gericht op zelfstandigheid van de clint Relatie wordt o.m. gestuurd door het gedrag van de therapeut: 1. Didactisch - Informatie geven - Inzicht verschaffen (bijv. Lectuur) - Aangepast aan het niveau van de clint - Demystificatie ! Stappen steeds toelichten ! 2. Bekrachtigt - Adequaat gedrag van de clint - Gedane huiswerk - Vooruitgang - Spontaan genomen initiatieven 3. Is model - adequaat, maar geen superman - Ook in concrete interventies (exposure, rollenspel,..) 4. Structureert het proces en het gesprek - Planning gesprek - Structurering gesprekken bijv. Agenda evaluatie - Gedragstherapeutisch proces

Het gedragstherapeutisch proces (zie slides) Stadium 2: holistische theorie Stadium 4: functie-analyse Wat betekent het gedrag? Wat is de functie van het gedrag? Met wat hangt het samen? Klassieke component: bijv. Situatie: alleen in de keuken aan het koken, de koelkast opendoen om bakboter te nemen Operante conditionering Antecedent: Zien van alcoholische dranken-craving Gedrag: drinken Gevolgen: craving gaat weg, vergeten van problemen (-S-) beter koken (+S+) Stadium 6: behandeltechnieken 1. Aanleren van probleemoplossend gedrag - Problem solving /coping - Gent op operante technieken ! - Sociale vaardigheidstraining - Relaxatietraining - Zelfcontroletechnieken bijv. Gewoonte-omkering, gewoonte-vervanging - Contingentie-management = systematische manier van positief bekrachtigen Sociale vaardigheidstraining Vb. Goldsteintraining Oorspronkelijk ontworpen voor zwakbegaafde clinten Negen deelvaardigheden: kennismaken, luisteren, iets vragen, neen zeggen, een gesprekje beginnen, iets bespreken, kritiek ontvangen, kritiek geven, omgaan met gevoelens (kwaadheid, complimenten, teleurstelling) Kleine deelvaardigheden Bijv. Praatje maken 1. Bedenk of je hier een praatje kan maken (in gedachten) 2. Kijk de ander aan 3. Begin over iets wat jullie samen zien of horen 4. Let op de reactie van de ander 5. Beslis of je door wilt praten of niet (in gedachten) Veel uitleg veel oefenen Video: hoe wel hoe niet: model-leren Rollenspelen: complimenten - shaping (operante conditionering) Moeilijkheidsgraad wordt opgebouwd Oefenen in verschillende situaties: transfertraining (generalisatie) Cognitieve component ! Welke gedachten houden je soms tegen om iets wel of niet te doen?

Wat is het ergste wat nu zou kunnen gebeuren? N.a.v. een concreet gedrag Over-leren Spanningsverlaging: relaxatie - ademhalingsoefeningen Zelfcontroletechnieken Bijv. Rookstopprogramma Sessie 1: zelf-evaluatie & monitoring rookgedrag, bepaling rookstopmethode, start: voorbereiding & planning rookstop, rol van craving Sessie 2: voorbereidingstechnieken rookstop, zelf-evaluatie en versterking motivatie; evaluatie en veranderingen levensstijl Sessie 3: Mentale en praktische voorbereiding rookstop (vb. zelfcontrolestrategien) Sessie 4: Bespreking rookstop + Analyse anticipatie identificatie van problematische of kwetsbare situaties Sessie 5: Toepassing van motivatieverhogende strategien, levensstijladvies, en anticipatie-advies van moeilijke situaties + Ontspanningsoefening Sessie 6: communicatie vaardigheden + distractie-technieken Sessie 7: cognitieve herstructurering + hervalpreventie Sessie 8: hervalpreventie Voorbereidende strategien Stap voor stap: geleidelijk afbouwen - Rookgedrag exact bepalen: aantal per dag tellen - Maximum sigaretten voor volgende week:____ - Rookgedrag plannen: voormiddag, namiddag, avond - Enkel roken wanneer tijd, en niet wanneer goesting - Bij goesting, afleiding zoeken! (denken & doen) - Na het eten half uur wachten - Asbakken en sigaretten uit het zicht - Sigaretten niet bij de hand - Rooksituaties of -locaties schrappen - !!! Eerste sigaret van de dag niet uitstellen !!!! 2. Afleren van ongewenst gedrag - Vooral gent op klassieke conditionering - Exposure: o In vivo o In vitro (script) - Systematische desensitisatie - Flooding - Exposure met responspreventie - Cue-exposure Bijvoorbeeld cue-exposure 1. Een trekdagboek bijhouden - trekpiramide

2. Het aanleren van een copingstrategie (onder punt 1!) - Uitstel + gedragsalternatief - Overmeesteringsbeeld (surfer) 3. Cue-exposure met responspreventie - Blootstelling aan prikkels die trek opwekken (opwekkingsfase) - Doordoen tot trek voldoende hoog 4. Toepassen actieve copingstrategie (uitdovingsfase) 5. Ontspanningsoefening 6. Nabespreking 7. Huiswerk Kanttekeningen Klassieke gedragstherapie/cognitieve therapie: te optimistisch en simplistisch ? Alles wel goed onderzocht? De methodes zijn onderworpen aan strikte protocollen: agenda, draaiboeken meer natuurlijke, flexibere IA Uitgpt: Clint kan controle krijgen over zichzelf, als hij maar de juiste technieken leert. Kan dat bij zeer ernstige en chronische problematiek? Vage problemen en onduidelijke hulpvragen: minder goed hanteren? Niet elke clint heeft de zelfdiscipline om het huiswerk te maken, kan gedachten en gevoelens onderscheiden,.. Evidence-based methode: risico clint faalervaring Te weinig aandacht voor onbewuste motieven/processen? Te weinig ruimte voor empathische aandacht? Te weinig invoelend? Onvoldoende oog voor de therapeutische relatie? Vergelijkend onderzoek met psychodynamische clintgerichte aanpak Cognitieve therapie: stuurt denken inderdaad het voelen? Is cognitieve therapie wel wetenschappelijk? Constructen schema, automatische gedachte; effectonderzoek: werkzame factoren? Kan dat je disfunctionele gedachten veranderen, maar je gevoel niet : 3th wave GT = goede aanvulling: gericht op het ervaren en accepteren wat er is Teveel tips-and-trics waardoor diepgaande emotionele problemen niet verwerkt worden? Onderzoek Risico tot ongelijkwaardig contact door enigzins schoolse methodes: T weet het beter te weinig aansluiting bij oplossingen die clint zelf al in huis had Toepasbaarheid voor de BaTP Cognitief-gedragstherapeutische aanpak bij hele reeks problemen: opvoedingsproblemen, sociaal-emotionele, praktische problemen Individueel werken met lichtere problematiek, onder verantwoordelijkheid van een ander

Zelfstandig groepstrainingen geven met goed omlijnd programma: SVT, cognitieve trainingen: werken met G-schemas,

Systeemtherapie relatietherapie Ontstaan en ontwikkeling Maatschappelijke veranderingen: - Opkomst van de groepstherapie na W.O. II - Jaren 60: relatie- en gezinsproblemen steeds openlijker besproken - rehabilitatiebenadering Directe omgeving van de clint betrekken ! Praktijk van de hulpverlening - Clint succesvol behandeld ander familielid ontwikkelt klachten - Delinquente jongeren (Minuchin, jaren 60) - Communicatie in gezinnen met een kind met schizofrenie: double bind = dubbele binding paradoxale communicatie Gestaltpsychologie: Het geheel is meer dan de som van de delen Eerste pioniers: jaren 50 Amerika Jaren 60: start orthodoxe systeemtherapie Jaren 70: doorbraak Jaren 80: beperkingen Jaren 90: onderscheid o.b.v. clintsysteem 2000: narratieve therapie oplossingsgerichte therapie Systeemdenken verwijst naar: Theoretisch model Bepaald type van praktijk

Theorie Systeemtheorie: alle levende organismen maken deel uit van grotere systemen. Ieder subsysteem wordt bestuurd en in stand gehouden door uitwisseling met omringende systemen Nadruk op interactie tussen de elementen van het systeem! Werkelijkheid is complex ! Theorie: afkomstig uit de biologie toegepast op het gezinsfunctioneren 2 soorten systemen: open - gesloten Algemene systeemleer Het geheel is meer dan de som van de delen Een systeem wordt geleid door regels vb. niet tegen vader ingaan; een discussie leidt tot ruzie Circulaire causaliteit: probleem ligt in de interactie ! Streven naar homeostase: dynamisch evenwicht Circulaire feedbackprocessen - Positieve feedback: leidt tot verandering ! - Negatieve feedback: remt verandering ! - Constructief destructief reactievermogen van systeem Equifinaliteit: 1 zelfde beginsysteem kan tot verschillende eindtoestanden leiden ! 3 hoofdstromingen: Communicatiestheorie Grondlegger: Watslawick Gezinstherapie: strategische benadering Uitgangspunten: Het is onmogelijk om niet te communiceren Inhoud- en betrekkingsniveau van communicatie Verschillende vormen van interpunctie mogelijk Inconsistente communicatie Interactiepatronen: complementair symmetrisch Psychische problemen zijn een vorm van communicatie Structurele benadering Analyseert de structuur van een gezin 2 ziekmakende gezinsstructuren: - Kluwengezin - Los-zand-gezin Gezinsregels en subsystemen - Grenzen binnen het systeem en met de buitenwereld moeten duidelijk & flexibel zijn ! - Contact met de buitenwereld ! - Duidelijke leiding Coalities, posities en parentificatie

coalities: probleem wanneer te rigide en een bedreiging voor de andere subsystemen - Parentificatie: ouder-kind systeem te weinig gescheiden - Zondebok- fenomeen = diegene bij wie de gezinsproblemen het duidelijkst zichtbaar worden Intergenerationele/contextuele benadering Boszormenyi-Nagy Accent op de geschiedenis van een gezin + manier waarop patronen zich door de generatie heen herhalen 3 generaties ! 4 dimensies in therapeutisch werk: - Feiten (genogram!) - Psychologisch - Familiesysteem - Existentieel-ethisch Een balans tussen geven en nemen ! Geven en nemen niet meer gepast : onbetrouwbaar; leidt tot ontwikkeling van klachten relationele schuld moet worden ingelost Later opeisen van je recht: - Destructieve manier - Bij de verkeerde persoon Soorten relaties: - Asymmetrische relaties: verticale loyaliteitsbanden - Symmetrische relaties: horizontale loyaliteitsbanden - Primaire loyaliteit kan partnerrelaties in de weg staan - Gespleten loyaliteit - roulerende rekening: verstoorde balans tussen geven en nemen komt steeds terug omdat een oude schuld niet wordt ingelost en omdat men loyaal blijft aan de eigen oorsprong Therapie Doel: klachten/problemen verminderen door de interactiepatronen (in het hier-en-nu) te veranderen 1ste kennismaking: - wie? gedentificeerde patint Vb. Marleen - Infobronnen - Partijdigheid vermijden - Ev. Vragenlijsten/genogrammen - Gezinsfunctioneren? Relatiefunctioneren? - verborgen agendas? Behandelfase: - Deelnemend clintsysteem wisselt

-

-

Gericht op: Structuur vb. Kluwen-gezin Communicatie: - inhoud/relatieniveau metacommunicatie - Communicatieregels samen afspreken: vb. Hier-en-nu; spreken i.t.v. wensen i.p.v. verwijten Verleden vb. Buitenechtelijke relatie - Loyaliteiten - roulerende rekeningen opsporen Technieken: Cognitief-gedragstherapeutische technieken: negatief gedrag negeren, positief gedrag belonen Concretiseren Therapeut = model (impliciet expliciet) Cognitieve herstructurering (individuele relationele) Metacommunicatie Positief heretiketteren Paradoxale technieken Basishouding: Beroep op zelfredzaamheid van systemen Begripvol, niet te confronterend Principe van veelzijdige partijdigheid

Contextuele therapie Houding therapeut: meerzijdige partijdigheid : ieders verdiensten worden erkend ! Doel: onderlinge relaties meer in balans brengen: - Roulerende rekeningen stoppen - Gelegenheid aangedaan onrecht te verwerken - Familielid of therapeut: gevende partij toch nog erkenning krijgen - Zien wat wl gegeven werd - Zien waarin men zelf tekort geschoten is Technieken: - Genogrammen - Stambomen - Gezinstekeningen - Feedback geven over de communicatie - Metacommunicatie - Het maken van afspraken over de communicatie - Gericht doorvragen op wat de verschillende partijen willen - Verschillende cognitief-gedragstherapeutische technieken - Cognitieve herstructurering - Positief heretikketeren - Een taal erbij

Sekstherapie Gent op cognitief-gedragstherapeutische benadering Indicatie? Seksuele problemen op de voorgrond seksuele dysfunctie op psychologische basis - Aversie en verminderde seksuele zin - Problemen bij het krijgen van een erectie of het vochtig worden - Te vroeg, te laat of afwezig orgasme te vroege, te late of afwezige zaadlozing - Dyspareunie - vaginisme - Geen seksuele voldoening Tegenindicatie? - Psychose - Alcoholisme - Ernstige depressie - Somatische oorzaken Behandeling: - Communicatie verbeteren - Psycho-educatie - Oefenen met seksuele activiteiten: wijzigen relationeel gedrag + zicht op relationele beleving - Masters & Johnson: gedragsmatig (zelfexploratie) sensualiteitsoefeningen(streeloefeningen) cotus - knijptechniek - Kaplan: seksuele lust - angst-spanning fight-flight stop-start techniek - - cotusverbod - Sekstherapie en gezins-/relatietherapie: vriend of vijand? ! Onderscheiden, maar niet gescheiden Relatietherapie Indicatie? Relationele problemen in samenlevingsrelaties Aantal domeinen: - Te dicht op elkaar - Teveel vervreemd - Verwikkeld beslissingsproces - Uitwerken van een verwikkelde scheiding - n partner een ernstig persoonlijk probleem - Nieuwe relatie spec. Moeilijkheden Tegenindicatie? - Zware afhankelijkheidsproblematiek - Acute psychose Effect? - Meer kans op succes wanneer met de 2 partners werken - Methodologische problemen - Koppels ervaringsgebonden laten spreken

Kanttekeningen Geen samenhangend theoretisch kader: welke techniek bij welke problematiek toepassen? Toetsbaarheid van de systeemtheorie? Te complex om alle factoren mee in rekening te brengen hoe verandering meten? Over-belang gehecht aan het systeem? Niet alle problemen zijn interactieproblemen Indruk: mensen (mede)verantwoordelijk Gezin= is ook maar EEN systeem eenzijdig systemisch kijken Systemische therapie vs. Relatie-en gezinstherapie Toepasbaarheid voor de BaTP Breed genoeg kijken: context mee bevragen ! Handvatten: structuur communicatie verleden ! Technisch/methode: - Circulaire vragen - Psycho-educatie rond het interactionele - Zelf als BaTP: communicatie-model ! Indicaties: wanneer gezin, relatie, anderen mee betrekken? Seksueel aspect: bevragen ! - Woordenschat ! - Verwijzen Oplossingsgerichte therapie Geen uitvoerige diagnostiek Kijken naar wat al goed gaat + hoe je dat kan versterken Oplossingen niet gelinkt aan problemen Startpunt = gewenst succes, oplossing Basishouding therapeut = niet-weten De clint = de expert Hoe? solution-talk Motiveren + goed gebruiken van gesprekstechnieken + interne locus of control verhogen Weerstand = geen bruikbaar begrip Link met andere benaderingen Clintgerichte-experintile benadering Cognitief-gedragstherapeutische benadering Systeemtherapeutische benadering Grondleggers: Steve de Shazer & Insoo Kim Berg Wereldbeeld: constructivisme : betekenisverlening! Als je een hypothese voelt opkomen, neem dan 2 aspirientjes en ga naar bed

Therapeutische technieken Basis gesprekstechnieken: concretiseren, samenvatten, parafraseren,.. Direct complimenteren Indirect complimenteren Circulaire vragen Schaalvragen: grijs, denken in kleine stappen bevorderen, geven het gevoel al veel bereikt te hebben, beweging Wonder-vraag Uitzondering op de regel Selectieve aandacht voor kleine zaken die goed gaan Zoeken naar uitzonderingen Het inventariseren van eigen oplossingen Werken met kleine concrete doelen: SMART-principe Kanttekeningen Wat met ernstige, chronische psychiatrische problematiek? Clinten kunnen het gevoel krijgen dat hun probleem te weinig erkend wordt Soms hebben clinten een gerichter aanbod nodig Bij gedwongen hulpverlening: keuzemogelijkheden voor clint creeren = onmogelijk Speltherapie Ontstaan en ontwikkeling Begin 1900 : groeiende belangstelling voor het kind en zijn ontwikkeling. Freud maakt eerste aanzet. Tot WOII : kinderpsychotherapie = kinderpsycho-analyse 1951 : Rogers schreef Clint centered Therapy. Virginia Axline bewerkte de uitgangspunten van Rogers voor de kinderpsychotherapeutische praktijk. Kinderen vs volwassenen gelijkenis: doel = d.m.v. een betere verwerking van informatie leren hoe je komt tot het geven van eigen betekenisstructuren aan je psychosociale werkelijkheid (Wexler) verschillen: - het kind zit in een ander ontwikkelingsproces Cognitief nog niet ver genoeg om al zijn ervaringen te verwoorden Wl communiceren via spelbeelden en experimenteren met gedrag - Het kind zit in een afhankelijke positie

Speltherapie in Belgi Ambulant Meestal werkzaam in CGGZ of in priv-praktijk voor psychotherapie Zelden in instellingen of scholen Psycho-analytisch of clint-centered gericht De spelkamer = a safe place De inrichting van de spelkamer - Indeling en inrichting van de ruimte - Orde en netheid - Speelgoed: schema van Vermeer De buitenkant: - Ligging in het gebouw - Nabijheid van de wachtkamer - Geluid van buiten De grondhouding van de speltherapeut - Onvoorwaardelijke acceptatie - Empathie - Echtheid - Congruentie - Transparantie Clint-centered basishouding Schema van Vermeer

Spelmateriaal moet intact en gebruiksvriendelijk zijn Wenselijke en niet-wenselijke aspecten: - Bordspellen - Oorlogsmateriaal - TV-figuren, film-en striphelden - Pluche dieren - Neutrale menspoppetjes - Uitgesproken karakters - Modieuze vervormingen

Voor wie? voor kinderen van 3 tot 12 jaar Met sociaal-emotionele problemen of kinderen die een ingrijpende gebeurtenis hebben meegemaakt. Mensen met een verstandelijke beperking Kinderen met een ontwikkelingsstoornis

Fasen De beginfase = verkennende fase

-

-

Rol van de therapeut o Moet het kind veiligheid bieden o Aanwezigheid o Rondleiding in de spelkamer o helpen Spel o Veilig spel, bijv. gezelschapsspelen, tekenen, o In korte spelmomenten komen vaak al belangrijke themas aan bod.

De middenfase = fase van verdieping - Fase van verdieping - Het kind gaat, in aanwezigheid van de therapeut, meer aspecten van zichzelf en zijn omgeving onderzoeken - Tijdens deze fase kunnen veranderingen op school of thuis worden waargenomen - Rol van de therapeut o kan zich interventies, die actief en confronterend zijn, veroorloven. o Speelt mee en verwoordt voorzichtig o Steunen o De therapeut probeert de themas, die het kind brengt, te ontwikkelen, te differentiren en te verdiepen! - Spel In het spel is het kind langdurig en uitgebreid onverwerkte belevingen bezig. Het gaat op zoek naar nieuwe betekenissen en experimenteert met nieuw gedrag. De eindfase = afrondingsfase - Afrondingsfase - Wanneer het kind meer vertrouwen heeft in zijn eigen gevoelens en mogelijkheden, ook buiten de spelkamer

-

-

De therapie-doelen zijn bereikt Gemengde gevoelens: trots/tevreden vs onzeker/angstig Rol van de therapeut o ruimte nemen om afscheid te nemen, door bijv. met het kind terug te kijken naar wat gebeurde tijdens de spelsessies Spel o Het opkomen van gewonere themas en/of een nieuwe opbouw in het spel

De ouderbegeleiding - Belangrijke mensen die rond het kind staan betrekken - Op het thuisfront moet er ook gewerkt worden om verandering teweeg te brengen - Ouderbegeleider en speltherapeut in n? - Voor het kind: toestemming van de ouders - Voor de ouders: worden aangesproken als medewerkers - Voor de therapeut: informatie krijgen - Oudergesprekken: o Informatie over speltherapie o Informatie over de therapie met het kind (themas) o Vragen van ouders (advies m.b.t. aanpak, schoolkeuze,)