28
Eisen, testmethoden, nu en in de toekomst deelrapport 1, basisdocument Uitgave in het kader van het PSIBouw-project Professionaliseren Staalconserveren Werkgroep: Productkwaliteit Documentcode: SCON-2008-682-TCE Versienummer: 1.0 Status: Definitief Datum: 30-10-2008

SCON-2008-682-TCE eisen, testmethoden, nu en in de ...€¦ · SCON-2008-682-TCE eisen, testmethoden, nu en in de toekomst deel 1.doc 7 van 28 1 INLEIDING 1.1 Leeswijzer Het voorliggende

  • Upload
    others

  • View
    16

  • Download
    0

Embed Size (px)

Citation preview

Page 1: SCON-2008-682-TCE eisen, testmethoden, nu en in de ...€¦ · SCON-2008-682-TCE eisen, testmethoden, nu en in de toekomst deel 1.doc 7 van 28 1 INLEIDING 1.1 Leeswijzer Het voorliggende

Eisen, testmethoden, nu en in de toekomst deelrapport 1, basisdocument Uitgave in het kader van het PSIBouw-project Professionaliseren Staalconserveren

Werkgroep: Productkwaliteit Documentcode: SCON-2008-682-TCE Versienummer: 1.0 Status: Definitief Datum: 30-10-2008

Page 2: SCON-2008-682-TCE eisen, testmethoden, nu en in de ...€¦ · SCON-2008-682-TCE eisen, testmethoden, nu en in de toekomst deel 1.doc 7 van 28 1 INLEIDING 1.1 Leeswijzer Het voorliggende

SCON-2008-682-TCE eisen, testmethoden, nu en in de toekomst deel 1.doc

2 van 28

Auteur(s):

Ing. J. van Montfort Intron B.V. Ing. L.F.J.M. Linssen DeltaRail Met medewerking van:

N.G. Geelkerken VVVF / International Paint Nederland B.V. Ir. W.H. Verburg Adviesbureau voor Bouwmarketing Ing. G. Jonkers VVVF P. Braat MOPP B.V. P. Rol (voorheen) NAM/SHELL G. Noordhuis VVVF / Zandleven Groep Holland E.J. Meeuwsen Bodycote RPC

PSIBouw project O210 Professionaliseren Staalconserveren

Projectleider Ir. A. Heutink 30 oktober 2008

Voorzitter Stuurgroep

Prof.Ir. E.L.J. Bancken

30 oktober 2008

Initiatieffase (risico-analyse,

objectinfo, budget)

Ontwerpfase (PvE, vergunningen,

prestatie-eisen)

Aanbesteding &

gunning

Bestek/contract

opstellen

Uitvoeringsfase

Garantie/onder-

houdsfase

Dit document kan worden toegepast in de Bestek/Contractfase en de Uitvoeringsfase van een project.

Page 3: SCON-2008-682-TCE eisen, testmethoden, nu en in de ...€¦ · SCON-2008-682-TCE eisen, testmethoden, nu en in de toekomst deel 1.doc 7 van 28 1 INLEIDING 1.1 Leeswijzer Het voorliggende

SCON-2008-682-TCE eisen, testmethoden, nu en in de toekomst deel 1.doc

3 van 28

Het project en dit document

Het project Professionaliseren Staalconserveren is onderdeel van het Programma PSIBouw. PSIBouw is een netwerk van vernieuwers in de Nederlandse bouwsector. Dit document is ontwikkeld door ketenpartijen in de sector staal en staalbescherming in het project. In dit project werken de volgende ketenpartijen samen aan technische en organisatorische vernieuwingen: - Sectorvereniging Staalconserveringsbedrijven (SVMB) - Vereniging van Verf- en Drukinktfabrikanten (VVVF) - Bouwen met Staal (BmS) - Samenwerkende Nederlandse Staalbouw (SNS) - Opdrachtgeversoverleg Staalconservering (OGOS) - Ingenieursplatform Staalconserveren - Wetenschap (TUD, TU/e, UT) PSIBouw staat voor Proces- en Systeeminnovatie in de Bouw. Dit innovatieprogramma is van en voor alle opdrachtgevers, bedrijven, adviseurs en wetenschappers en de bouwsector. PSIBouw brengt hun kennis en ervaring samen én stelt deze beschikbaar voor de hele bouwsector. Binnen het project Professionalisering Staalconserveren zijn gezamenlijke inzichten en documenten ontwikkeld die, specifiek voor toepassing in de sector staal en staalconservering, invulling geven aan de PSIBouw hoofdthema’s transparantie, innovatie en prijs/kwaliteitverhoudingen. Dit document is één van deze documenten. PSIBouw streeft brede toepassing na van de ontwikkelde kennis en inzichten. Daarom rust op dit document geen auteursrecht en mag eenieder (delen van) dit document gebruiken in de eigen bedrijfspraktijk. Voor een correcte toepassing van (delen van) dit document is echter wel inhoudelijke conserveringskennis noodzakelijk. Dit document wordt beheerd door het Kennisplatform Duurzame Staalconstructies i.o. Voor meer informatie: www.staalplaza.nu

Page 4: SCON-2008-682-TCE eisen, testmethoden, nu en in de ...€¦ · SCON-2008-682-TCE eisen, testmethoden, nu en in de toekomst deel 1.doc 7 van 28 1 INLEIDING 1.1 Leeswijzer Het voorliggende

SCON-2008-682-TCE eisen, testmethoden, nu en in de toekomst deel 1.doc

4 van 28

Samenvatting

Allereerst wordt de achtergrond van het verrichte werk beschreven. Er is vastgesteld dat er een grote diversiteit in genormeerde testen bestaat en dat de voorspellende waarde hiervan onvoldoende is. De testen zijn toegespitst op het gevolg en onvoldoende op de oorzaak van falen. Eenduidige kwaliteitseisen die relatie hebben met levensduurverwachting ontbreken en selectie van een conserveringssysteem op prestaties in termen van levensduur is dus niet mogelijk. Hierdoor is ook concurrentie op duurzaamheid onmogelijk en wordt niet ingekocht op prestatie maar op prijs. De werkgroep heeft zich tot doel gesteld meer eenduidigheid in deze materie te brengen zodat een conserveringssysteem “fit for purpose” kan worden gekozen. De doelen betreffen: - set laboratoriumtesten die betrouwbaar de duurzaamheid van verfsystemen in de

praktijk voorspelt - toetsingscriteria voor beoordeling van constante kwaliteit van verfproducten - toekomstige productontwikkelingen van duurzame conserveringssystemen - ontwerpspecificaties voor nieuwbouw en onderhoud - notitie relatie milieuwetgeving. Hoofdstuk 2 beschrijft aanpak en werkwijze, hoofdstuk 3 de uitgevoerde analyses en de verkregen inzichten over eisenpakketten, levensduur, correlaties, track records en innovaties. Hoofdstuk 4 gaat dieper in op track records c.q. praktijkervaring, computer simulaties en laboratoriumtesten, faalinvloeden en faalmechanismen en het toetsen van de gevoeligheid voor falen en voor applicatieomstandigheden. Hoofdstuk 5 presenteert de voorlopig gekozen aanpak. Bij de toetsingsopzet is een splitsing gemaakt tussen de corrosie-belastingsklassen volgens ISO 12944-2. De toetsing geschiedt met een set voorlopige eisen aan de hand van een aantal voorlopige toetsingsmethoden. Op hoofdlijnen bestaat het toetsen uit: identificeren, laboratoriumtesten, praktijkervaring en milieu- en arbo-eisen. Hoofdstuk 6 gaat in op de toekomst en geeft de aanpak voor vervolg onderzoek. Voorgesteld wordt om voorlopig beide genoemde verweringstesten (ISO 20340 en WOM test) uit te voeren en daarnaast diverse parameters te meten rond die testen en in de (semi)werkelijkheid (track records en/of buiten proefopstelling). Verder wordt voorgesteld in situ metingen te gaan doen aan visueel nog intacte verfsystemen met betrekking tot reologische eigenschappen, Tg en impedantiekarakteristieken. Voor het opstellen van track records wordt een systematiek van vastleggen voorgesteld. Het hoofdstuk eindigt met een 7-tal aanbevelingen. Hoofdstuk 7 behandelt kort de milieu-aspecten. Er worden voorbeelden van Nederlandse en Europese wet- en regelgeving gegeven; Reach worden kort geduid. De verwachting is dat diverse grondstoffen binnenkort niet meer mogen worden toegepast. Het is hierbij niet duidelijk of met de vervangende producten dezelfde dan wel verbeterde performance bereikt kan worden. Volgens de werkgroep is het van belang dat bij toekomstige milieu- en arbowetgeving ook de performance wordt meegenomen om te voorkomen dat milieuvriendelijke verfproducten gebruikt moeten worden die veel vaker dienen te worden bijgewerkt/vervangen.

Page 5: SCON-2008-682-TCE eisen, testmethoden, nu en in de ...€¦ · SCON-2008-682-TCE eisen, testmethoden, nu en in de toekomst deel 1.doc 7 van 28 1 INLEIDING 1.1 Leeswijzer Het voorliggende

SCON-2008-682-TCE eisen, testmethoden, nu en in de toekomst deel 1.doc

5 van 28

Inhoudsopgave

1 INLEIDING 7

1.1 Leeswijzer 7

1.2 Achtergrond 7

1.3 Doelstelling 8

1.4 Inperking 8

2 AANPAK 9

2.1 Samen beter 9

2.2 Werkwijze 10

3 ALGEMENE ANALYSE PROBLEMATIEK, DE VERKREGEN INZICHTEN 11

3.1 Testen 11

3.2 Eisenpakketten 11 3.2.1 Levensduur 11 3.2.2 Vergelijking bestaande eisenpakketten 12 3.2.3 Correlatieonderzoek 12 3.2.4 Historische data (track records) 12 3.2.5 Innovaties 12

4 HOE VERDER? 14

4.1 Vervolg acties 14

4.2 Toetsen op niveau 14

4.3 Faalinvloeden 15

4.4 Faalmechanismen 17

4.5 Toetsen gevoeligheid voor falen 17

4.6 Toetsen gevoeligheid voor applicatieomstandigheden 18

Page 6: SCON-2008-682-TCE eisen, testmethoden, nu en in de ...€¦ · SCON-2008-682-TCE eisen, testmethoden, nu en in de toekomst deel 1.doc 7 van 28 1 INLEIDING 1.1 Leeswijzer Het voorliggende

SCON-2008-682-TCE eisen, testmethoden, nu en in de toekomst deel 1.doc

6 van 28

5 VOORLOPIGE AANPAK 19

5.1 Algemeen 19

5.2 Toetsing 19

6 VERVOLGONDERZOEK 20

6.1 Algemeen 20

6.2 Aanpak 20

6.3 In situ metingen. 21 6.3.1 Rheologie en glastemperatuur van verhard materiaal. 22 6.3.2 Impedantie 22

6.4 Track Records systeem. 22

6.5 Aanbevelingen 23

7 MILEU-ASPECTEN 24

8 LITERATUUR WAAR IN DE TEKST NAAR WORDT VERWEZEN 25

9 OVERIGE GERAADPLEEGDE LITERATUUR 26

10 BIJLAGE: DE METHODIEK VAN DE EISENPIRAMIDE 28

Page 7: SCON-2008-682-TCE eisen, testmethoden, nu en in de ...€¦ · SCON-2008-682-TCE eisen, testmethoden, nu en in de toekomst deel 1.doc 7 van 28 1 INLEIDING 1.1 Leeswijzer Het voorliggende

SCON-2008-682-TCE eisen, testmethoden, nu en in de toekomst deel 1.doc

7 van 28

1 INLEIDING

1.1 Leeswijzer

Het voorliggende document is onderdeel van een drietal elkaar aanvullende deelrapporten: Deelrapport 1, basisdocument (SCON-2008-682-TCE) Deelrapport 2, voorlopige systeemeisen (SCON-2008-683-TCE) Deelrapport 3, Kwaliteitsverklaring (SCON-2008-684-TCE) De drie rapporten kunnen in principe los van elkaar worden gebruikt, maar we wijzen er uitdrukkelijk op dat voor een volledig inzicht en correct gebruik ze onlosmakelijk met elkaar zijn verbonden. In dit rapport zijn de aanleiding en achtergrond van conserveringsproblematiek verder uitgewerkt en geanalyseerd in hoofdstuk 1, 2 en 3. In het vierde hoofdstuk wordt nader ingegaan op het aspect faalmechanismen en invloeden van conserveringssystemen in relatie tot versnelde verweringstesten en praktijkomstandigheden. Op basis van deze beschouwing zijn eisen en toetsingsmethoden kort toegelicht. Met deelrapport 2 en 3 kan worden gekomen tot een conserveringssysteem dat voldoet aan een set van (voorlopige)eisen. In het zesde hoofdstuk is een plan van aanpak uitgewerkt om te komen tot beter voorspellende testen. Daarnaast is in dit hoofdstuk een lijst met aanbevelingen opgenomen. Het laatste hoofdstuk geeft een overzicht van de milieuaspecten waarmee nu en de toekomst rekening zal moeten worden gehouden. Tenslotte wijzen we erop dat dit rapport verwijst naar de volgende twee nauw gerelateerde rapporten: - Ontwerpspecificatie Staalconstructie, versie 30 maart 2007 SCON-2007-498-TCE) - Beleid voor minder schadelijke verfsystemen voor metaalconserveringssector in

Nederland en Europa, september 2008 (SCON-2008-685-TCE).

1.2 Achtergrond

De werkgroep Product & Kwaliteit heeft net als de initiatiefnemers van het PSIB project vastgesteld dat de ontwikkelingen van conserveringsproducten voornamelijk door de milieuwet en regelgeving worden gestuurd. Opdrachtgevers daarentegen vragen steeds meer zekerheid over de te verwachten prestaties van de producten. In nieuwe contractvormen (zoals bijvoorbeeld: Design construct and Maintenance) wordt het niet alleen voor de opdrachtgever maar ook voor de rest van de “conserveringsketen” steeds belangrijker te weten wat de te verwachten prestaties van een conserveringssysteem zijn. De projectgroep heeft vastgesteld dat er een grote diversiteit in genormeerde testen bestaat en dat de voorspellende waarde hiervan onvoldoende is dan wel ontoereikend is. De testen zijn toegespitst op het gevolg en onvoldoende op de oorzaak van falen. Het ontbreekt aan een algemeen (internatonaal) geaccepteerde betrouwbare en meetbare set van parameters op basis waarvan de te verwachten prestaties van conserveringssystemen volledig kan worden vastgesteld.

Page 8: SCON-2008-682-TCE eisen, testmethoden, nu en in de ...€¦ · SCON-2008-682-TCE eisen, testmethoden, nu en in de toekomst deel 1.doc 7 van 28 1 INLEIDING 1.1 Leeswijzer Het voorliggende

SCON-2008-682-TCE eisen, testmethoden, nu en in de toekomst deel 1.doc

8 van 28

Een exacte relatie met te verwachten levensduur onder de gegeven omstandigheden is niet voorhanden. Verder stelt de projectgroep vast dat er onvoldoende aandacht is voor ontwerpdetails van de staalconstructie waardoor bijvoorbeeld onderhoud onnodig duur kan worden Om toch enig grip en een zekere mate van (“schijn”) zekerheid te creëren, heeft elke opdrachtgever dientengevolge zijn eigen set van eisen opgesteld. Maar eenduidige kwaliteitseisen die relatie hebben met levensduurverwachting ontbreken. Een selectie van een conserveringssysteem op prestatie in termen van levensduur is nu niet mogelijk. Hierdoor is ook concurrentie op duurzaamheid onmogelijk en wordt niet ingekocht op prestatie maar alleen op literprijs. De verwachting is dat op een jaarlijks totaal besteed bedrag van circa € 200 miljoen door alle OGOS leden samen circa 5% bespaard kan worden (€ 10 miljoen/jaar).

1.3 Doelstelling

De projectgroep heeft zich tot doel gesteld meer eenduidigheid in deze materie te brengen zodat een conserveringssysteem “fit for purpose” kan worden gekozen. Daarmee wordt in principe bedoeld: laagste prijs berekend over de totale levenscyclus, inclusief parameters als milieubelasting, beschikbaarheid, betrouwbaarheid, veiligheid enz.. Conform het originele projectplan dient de werkgroep Product & Kwaliteit concreet de volgende producten te leveren: 1. set van laboratoriumtesten die een betrouwbare voorspelling van de duurzaamheid

van verfsystemen in de praktijk geven

2. toetsingscriteria voor beoordeling van constante kwaliteit van het

conserveringssysteem verfproducten

3. voorstel voor toekomstige productontwikkelingen van duurzame

conserveringssystemen

4. ontwerpspecificaties voor een nieuwbouw- en een onderhoudssituatie die

randvoorwaarden zijn voor het ontwerp

5. notitie relatie met milieuwetgeving

Dit rapport is gebaseerd op de eerste drie van deze doelstellingen. De overige twee doelstellingen worden in separate documenten behandeld: - Ontwerpspecificatie Staalconstructie, versie 30 maart 2007 SCON-2007-498-TCE

- Beleid voor minder schadelijke verfsystemen voor de metaalconserveringssector in

Nederland en Europa, september 2008 (SCON-2008-685-TCE).

1.4 Inperking

Met betrekking tot het doel van de werkgroep heeft de werkgroep zich beperkt tot verfsystemen die toegepast worden in de belastingsklassen C3, C4, C5-I, C5-M, Im1 en Im2 volgens ISO 12944-2. Dit zijn allemaal toepassingen in een matig tot sterk corrosief milieu zoals gekarakteriseerd in de genoemde norm.

Page 9: SCON-2008-682-TCE eisen, testmethoden, nu en in de ...€¦ · SCON-2008-682-TCE eisen, testmethoden, nu en in de toekomst deel 1.doc 7 van 28 1 INLEIDING 1.1 Leeswijzer Het voorliggende

SCON-2008-682-TCE eisen, testmethoden, nu en in de toekomst deel 1.doc

9 van 28

2 Aanpak

2.1 Samen beter

Om de gestelde doelen te realiseren heeft de werkgroep gekozen voor een aanpak die we omschrijven als “Samen Beter”. De samenstelling van de werkgroep is zodanig dat hierin de gehele keten is vertegenwoordigd die zich bezig houdt met conserveren van stalen objecten. Dit is een belangrijke voorwaarde voor succes.

Daarnaast is de samenwerkingsvorm van het team cruciaal om tot resultaten te komen. In onze werkgroep zijn de belangrijkste kenmerken hiervoor als volg te verwoorden: - Blik naar de toekomst (vooruit)

- De basishouding waarop we elkaar aanspreken is: niet stil te staan bij wat er nu allemaal niet goed gaat, maar kijken naar wat moet beter of anders.

- Vertrouwen en respect

- Geen dubbele agenda’s. Vertrouwen in de wil van ieder teamlid om de doelen te realiseren. Steeds bereidheid tot debat en overtuiging met redelijke argumenten, gedragen door de voltallige groep.

- Succes uit andere sectoren transponeren, indien mogelijk

- Onderzoeken door waar te nemen en te beschouwen wat andere sectoren zoals betonwereld, automobielbouw etc. doen wat wij niet doen en nagaan of denkbeelden toepasbaar zijn voor ons.

- Stellingen poneren om creativiteit te stimuleren en te komen tot oplossingen

- Opwerpen van bijvoorbeeld provocaties om de bestaande denkbeelden zo veel mogelijk los te laten. Daardoor ontstaat vernieuwing in inzicht en versterking van elkaars ideeën.

Advies&Testen conservering Jo van Montfort

Eindgebruiker Piet Rol (Shell-NAM)

Eindgebruiker Leon Linssen (Pro-Rail)

Coating producent/Leverancier Gerard Noordhuis (Zandleven) Gerrit Jonkers (VVVF) vanaf

Te conserveren object Advies staal

Wim Verburg (Bouwen met staal)

Applicatiebedrijf Pieter Braat (MOPP)

Page 10: SCON-2008-682-TCE eisen, testmethoden, nu en in de ...€¦ · SCON-2008-682-TCE eisen, testmethoden, nu en in de toekomst deel 1.doc 7 van 28 1 INLEIDING 1.1 Leeswijzer Het voorliggende

SCON-2008-682-TCE eisen, testmethoden, nu en in de toekomst deel 1.doc

10 van 28

2.2 Werkwijze

Als werkwijze is gekozen voor een structurele aanpak die als volgt in chronologische volgorde is opgezet: - Algemene analyse van de problematiek

Inventarisatie wat is het eigenlijke probleem en wat wordt van ons verwacht en waarom?

- Detail analyse van de problematiek

Wat betekent dit voor het onderdeel product & kwaliteit waar deze werkgroep voor Staat?

- Vaststellen van verbeterpunten

Op eigen initiatief is de werkgroep verder gegaan met het beantwoorden van de volgende vragen:

o Wat is nu echt belangrijk om productkwaliteit vast te stellen? o Wat achten wij als werkgroep een ambitieus, realistisch en haalbaar resultaat

aan het einde van dit project? - Brainstorm over inzichten

Met als aandachtspunt hoe wij in een ideaal geval productkwaliteit willen vaststellen en daaruit destilleren wat er nu haalbaar en acceptabel is op basis van de huidige stand van de kennis

- Vervolg en aanbevelingen

Aanbevelingen hoe te komen tot de gewenste situatie door de knelpunten te benoemen en aan te geven hoe deze volgens de werkgroep kunnen worden weggenomen.

Page 11: SCON-2008-682-TCE eisen, testmethoden, nu en in de ...€¦ · SCON-2008-682-TCE eisen, testmethoden, nu en in de toekomst deel 1.doc 7 van 28 1 INLEIDING 1.1 Leeswijzer Het voorliggende

SCON-2008-682-TCE eisen, testmethoden, nu en in de toekomst deel 1.doc

11 van 28

3 Algemene analyse problematiek, de verkregen inzichten

3.1 Testen

De werkgroep is het erover eens dat het ontbreekt aan testen die iets zeggen over de verandering van basis materiaalkundige eigenschappen als functie van de omstandigheden waaraan conserverings-systemen worden blootgesteld. Ook is de werkgroep het erover eens dat mechanische spanningen primair aan de basis liggen van het falen van conserveringssystemen. Hoe nauwkeuriger inzicht hierin, hoe beter we de performance van conserveringssystemen kunnen voorspellen. De werkgroep is het er over eens dat de bestaande genormeerde testen onvoldoende houvast bieden omdat: - Vrijwel alleen maar op vlakke panelen wordt getest. - Coatings in de praktijk vrijwel nooit falen op vlakke ondergronden. - Aan niet verouderd materiaal wordt getest; terwijl de mechanische eigenschappen

zeer sterk kunnen veranderen tijdens gebruik. - Geen basis mechanische eigenschappen en diffusie-eigenschappen worden gemeten

zoals, krimp, treksterkte, rek-capaciteit, elasticiteitsmodulus, uitzettingscoëfficiënt, zuurstof-diffusiecoëfficiënt enz.; terwijl deze primair de basis vormen voor het kunnen verklaren waarom een materiaal (=coating) faalt en dus het ongewenste fenomeen “roest” wordt waargenomen (=gevolg).

Samengevat stelt de werkgroep dus vast dat de huidige testen niet zijn toegespitst op de oorzaak van falen maar op het gevolg.

3.2 Eisenpakketten

3.2.1 Levensduur

De volgende stelling wordt ter tafel gebracht:”een levensduureis is niet nodig”. Uitgangspunt van deze stelling is dat (nog) niet kan worden voorspeld of een coating 50 jaar meegaat, maar dat het wel mogelijk moet zijn om op grond van sterke en zwakke punten, kwantitatief te bepalen hoe groot het risico op falen is (zekerheid). De werkgroep stelt vast dat dit nu zeker niet kan op basis van bestaande genormeerde testen omdat het ontbreekt aan een verzameling metingen van relevante parameters en eigenschappen die in de tijd veranderen. Noch uit laboratoriumtesten of expositieproeven, noch uit track records. Met andere woorden: de kennis lag en ligt nog steeds buiten maar is niet “gezien” en er is niets mee gedaan.

In de norm ISO 12944 deel 1 wordt gesproken over onderstaande beschermingsduren te weten:

- Low: 2 tot 5 jaar,

- Medium: 5 tot 15 jaar,

- High: > 15 jaar.

De scope van deze werkgroep betreft verfsystemen met een beschermingsduur van meer dan 15 jaar. Verfsystemen met kortere beschermingsduren zijn niet meegenomen omdat verfsystemen die de PSI Bouw deelnemende opdrachtgevers toepassen een beschermingsduur eisen (en op dit moment ook hebben) van meer dan 15 jaar.

Page 12: SCON-2008-682-TCE eisen, testmethoden, nu en in de ...€¦ · SCON-2008-682-TCE eisen, testmethoden, nu en in de toekomst deel 1.doc 7 van 28 1 INLEIDING 1.1 Leeswijzer Het voorliggende

SCON-2008-682-TCE eisen, testmethoden, nu en in de toekomst deel 1.doc

12 van 28

Samengevat: de werkgroep beschouwt alleen conserveringssystemen die een langdurige bescherming moeten bieden en waarbij het risico op falen zo veel mogelijk moet worden beperkt om onvoorziene gevolgkosten te kunnen voorkomen.

3.2.2 Vergelijking bestaande eisenpakketten

Het rapport (lit.1) van Leon Linssen geeft een overzicht van de eisenpakketten van de deelnemende OGOS-leden. Aan de hand van dit overzicht is door de OGOS-leden een gezamenlijk eisenpakket opgesteld (lit. 2). Hieruit blijkt dat er op dit moment twee testen zijn die de duurzaamheid van coatings trachten te toetsen op de aspecten die door de werkgroep als essentieel worden beschouwd. Het betreft: • ISO 20340, inclusief immersie conform ISO 2812-2.

• WOM (weather-o-meter test uit keuzemethodiek).

In dit OGOS-eisenpakket is opsplitsing gemaakt per corrosie-belastingsklasse (C3, C4, C5-I, C5-M, Im1 en Im2 volgens ISO 12944-2). Het is zinvol om cyclische- c.q. wisseltesten uit te voeren voor hogere belastingsklassen vanaf C4. De verfleverancier kan hierover informatie aanleveren van zijn verfsysteem. De werkgroep beveelt aan om in ieder geval altijd de mechanische eigenschappen van de verfproducten voor en na de genoemde verweringstesten te bepalen. Hiervoor zijn nog geen duidelijk criteria voorhanden. De bedoeling is dat onderzocht wordt of we deze in de nabije toekomst wel kunnen gebruiken als toetsingscriteria. Dit wordt later in de aanbevelingen van dit rapport toegelicht.

3.2.3 Correlatieonderzoek

We stellen samen vast dat het correlatie-onderzoek zoals we dat tot nu toe doen niet heeft geleid tot vergroting van kennis en inzicht (o.a. lit. 3). Het is een constant achter de feiten aanlopen en geeft onvoldoende hulp bij het implementeren van innovaties. De primaire redenen hiervoor zijn: - te lange testduur

- testen op niet kritische ondergronden (vlak, ideaal voorbehandeld etc.)

- onvoldoende meetgegevens die inzicht in falen of succes vergroten

3.2.4 Historische data (track records)

Als van alle expositieproeven en historisch projecten niet alleen de visueel waarneembare aspecten waren geregistreerd (roest of geen roest), maar ook gedurende de expositie een aantal mechanische eigenschappen waren gemeten, was het nu veel beter mogelijk om het inzicht in het falen van coatings en dus ook het testen en eventueel modelleren ervan verder te ontwikkelen.

3.2.5 Innovaties

Vaak wordt voor het toepassen van verfsystemen een langjarige praktijkervaring verlangd. Dit bevordert niet de product- en systeeminnovatie.

Aanbeveling De werkgroep beveelt aan om toch de verfleveranciers de mogelijkheid te bieden praktijkervaring op de doen met innovatieve producten. Hiervoor dienen de OGOS-deelnemers, wanneer is aangetoond dat een innovatief systeem voldoet aan de eisen van het laboratoriumonderzoek, kleine constructies of delen van grotere constructies beschikbaar te stellen voor het toepassen van deze innovatieve producten en systemen.

Page 13: SCON-2008-682-TCE eisen, testmethoden, nu en in de ...€¦ · SCON-2008-682-TCE eisen, testmethoden, nu en in de toekomst deel 1.doc 7 van 28 1 INLEIDING 1.1 Leeswijzer Het voorliggende

SCON-2008-682-TCE eisen, testmethoden, nu en in de toekomst deel 1.doc

13 van 28

De werkgroep beveelt verder aan dat bij een dergelijke proef op een “gestandaardiseerde” wijze de prestaties worden gevolgd. Dit wordt ook verder in de aanbevelingen toegelicht.

Page 14: SCON-2008-682-TCE eisen, testmethoden, nu en in de ...€¦ · SCON-2008-682-TCE eisen, testmethoden, nu en in de toekomst deel 1.doc 7 van 28 1 INLEIDING 1.1 Leeswijzer Het voorliggende

SCON-2008-682-TCE eisen, testmethoden, nu en in de toekomst deel 1.doc

14 van 28

4 Hoe verder?

4.1 Vervolg acties

Op basis van de uitgewerkte analyse zijn door de werkgroep de volgende acties op touw gezet:

1. inventariseren van bestaande duurzaamheidtesten met het oog op mechanische eigenschappen

2. inventariseren constructieve details a.h.v. TNO-rapport (lit.4) die moeten worden beschreven en mogelijk meenemen in testen, dan wel worden gebruikt bij het “rekenen” aan coatings als het gaat om performance/prestaties te voorspellen

3. inventariseren van dominante faalmechanismen voor conserveringssystemen anders dan mechanische spanningen

4. bestuderen succesvolle aanpak van anderen, zoals de automobielindustrie om daaruit te halen wat geldt voor ons terrein

5. nagaan hoe we met de juiste wijze van monitoring de kennis die nu niet is ontsloten en gewoon buiten staat kunnen gebruiken om onze doelstelling te kunnen waarmaken.

In de komende paragrafen van dit hoofdstuk is nader uitgewerkt wat het resultaat is uit de acties met uitzondering van actie 2. Deze actie heeft geresulteerd in een separate notitie opgesteld door W. Verburg, Ontwerpspecificatie Staalconstructie, versie 30 maart 2007 (lit.8).

4.2 Toetsen op niveau

Om de productkwaliteit van een coating te kunnen vaststellen en voorspellen, kunnen in principe drie niveau’s van toetsen in volgorde van belangrijkheid worden onderscheiden:

1. Semi-praktijk (TNO Den Helder) of Pilots op werkelijke objecten (OGOS) de

zogenaamde “Track records” of praktijkervaringen

2. Voorspellende modellen (computer-simulatie)

3. Laboratoriumtesten.

De beste toetsingsmethode is altijd de werkelijkheid. Maar door allerlei oorzaken is dit vaak niet mogelijk. Dan is de volgende beste toets een voorspellend model en bij gebrek daaraan pas de laboratoriumtest. De werkgroep stelt vast dat er voor een materiaal als beton al vele jaren gevalideerde en voorspellende modellen bestaan, maar niet voor coatingsystemen. Verder is in het vorige hoofdstuk al aangegeven dat de tot nu toe gebruikte testen niet bruikbaar zijn, als toetsingsinstrument met een voorspellend karakter als het gaat om levensduur. De werkgroep is van mening dat de wijze van toetsen van coatingsystemen en producten grondig moet worden geëvalueerd. Het primaire doel hierbij moet dan zijn een synergie te verkrijgen tussen de drie niveaus van toetsen, zoals geïllustreerd in de hierna volgende figuur.

Page 15: SCON-2008-682-TCE eisen, testmethoden, nu en in de ...€¦ · SCON-2008-682-TCE eisen, testmethoden, nu en in de toekomst deel 1.doc 7 van 28 1 INLEIDING 1.1 Leeswijzer Het voorliggende

SCON-2008-682-TCE eisen, testmethoden, nu en in de toekomst deel 1.doc

15 van 28

4.3 Faalinvloeden

Om een analyse te kunnen maken van faalmechanismen en faalinvloeden is het nodig een definitie te geven van wat een conserveringsysteem (verf) is. Een eenvoudige omschrijving is de volgende:

� meerdere lagen op elkaar

� polymeren als bindmiddelen

� hechtend op de ondergrond (staal)

Het falen van conserveringssystemen op staalconstructies in het buitenmilieu klasse C4 en hoger conform ISO 12944 wordt veroorzaakt door de volgende invloeden:

Externe invloeden A. weer

B. mechanische belastingen

Interne invloeden C. lagen onderling

D. ondergrond, staal

Praktijk

Simulatie

Lab.test

Page 16: SCON-2008-682-TCE eisen, testmethoden, nu en in de ...€¦ · SCON-2008-682-TCE eisen, testmethoden, nu en in de toekomst deel 1.doc 7 van 28 1 INLEIDING 1.1 Leeswijzer Het voorliggende

SCON-2008-682-TCE eisen, testmethoden, nu en in de toekomst deel 1.doc

16 van 28

Dit is weergegeven in het onderstaande schema.

staal

Laag 1

Laag 2

D) staal � Hechtingsverlies

� Mate van tolerantie voor minder

goede ondergrond (hand-

ontroest of oude verflaag)

Laag 3

A) Weer � Temperatuur (wisselingen)

� Vocht en water

� Verontreinigingen

� UV en infra rood straling (zon)

B) Mechanische belasting � Erosie

� Slag en stootbelasting

C) lagen onderling � Interne mechanische

spanningsverschillen

� Applicatie gerelateerde

spanningen door:

o Oplosmiddelretentie

o Onvolledige uitharding

Page 17: SCON-2008-682-TCE eisen, testmethoden, nu en in de ...€¦ · SCON-2008-682-TCE eisen, testmethoden, nu en in de toekomst deel 1.doc 7 van 28 1 INLEIDING 1.1 Leeswijzer Het voorliggende

SCON-2008-682-TCE eisen, testmethoden, nu en in de toekomst deel 1.doc

17 van 28

4.4 Faalmechanismen

Als gevolg van deze 4 invloeden kunnen conserveringssystemen falen door de volgende 4 mechanismen:

I. Overschrijden van de treksterkte

o oorzaak te hoge inwendige mechanische spanningen als gevolg van

verandering/ontwikkeling van mechanische eigenschappen met als

dominante parameters:

� Treksterkte

� Krimp

� Elasticiteitsmodulus en relaxatiegedrag (storage and loss

modulus)

� Thermische Uitzettingscoëfficiënt

II. Afname dichtheid voor zuurstof, water (damp) en ionen (chloride)

o Oorzaak doordat er microscheuren ontstaan als gevolg van:

� Interne mechanische spanningen (zie I)

� Opname van vocht waardoor het materiaal zwelt

III. Externe mechanische invloeden als gevolg van:

o bewegen stalen constructie

o externe stoot/slagbelasting

o externe erosie belasting

IV. Chemicaliën

o Polymeerstructuur wordt aangetast of beïnvloed met als gevolg

verandering van eigenschappen zie I en II

4.5 Toetsen gevoeligheid voor falen

Door het uitvoeren van versnelde testen en het monitoren van werkelijk geconserveerde constructies (praktijk) wordt het risico op falen ingeschat. De gestandaardiseerde verweringstesten die tot nu toe worden uitgevoerd, geven alleen uitsluitsel over de visuele waarneembare aspecten (roest, scheuren etc.) van een conservering. Niet wordt gemeten waarom bepaalde prestaties wel of niet worden gehaald. Daarbij moet worden gedacht aan het meten van bijvoorbeeld mechanische eigenschappen en doorlaatbaarheid voor diverse stoffen. Kortom het inzicht in welke faalmechanismen daadwerkelijk een hoofdrol spelen is onvoldoende bekend met de huidige wijze van testen. Op grond van een inventarisatie van de bestaande versnelde verweringstesten (lit. 5) raden wij aan om voorlopig de volgende twee te kiezen: ISO 20340 aangevuld met ISO 2812-2 WOM test (keuzemethodiek Rijkswaterstaat) Evaluatie van diverse alternatieven heeft geleid tot bovenstaande selectie. Bij vergelijking van beide testen is gebleken dat er op dit moment niet kan worden gekozen voor slechts 1 test hetgeen wel onze voorkeur zou hebben. In de onderstaande tabel is kort weergegeven waarom wij de testen voorlopig als complementair beschouwen op basis van de gegeven faalmechanismen.

Page 18: SCON-2008-682-TCE eisen, testmethoden, nu en in de ...€¦ · SCON-2008-682-TCE eisen, testmethoden, nu en in de toekomst deel 1.doc 7 van 28 1 INLEIDING 1.1 Leeswijzer Het voorliggende

SCON-2008-682-TCE eisen, testmethoden, nu en in de toekomst deel 1.doc

18 van 28

Tabel 1. Onderbouwing keuze verweringstesten

ISO 20340/2812-2 Afzonderlijke testaspecten van invloed op faalgedrag veroudering immersie

WOM

Temperatuur + - + Vocht + + + Zout + + - UV +/- - + Mechanische spanningen +/- - + Dichtheid + + - Externe mechanisch belastingen

- - -

Chemische belastingen - - -

Met name wat betreft de combinatie van invloeden snelle temperatuur wisselingen in combinatie met UV-belasting is er een verschil tussen beide testen en dus onbekend wat de uitwerking daarvan is. Omdat uit de analyse van faalinvloeden duidelijk blijkt dat meer aandacht moet gaan naar inzicht in interne spanningen in coatingsystemen, is voorlopig gekozen om met beide testen ervaringen op te doen door voor, na en tijdens deze testen mechanische eigenschappen van coatings te gaan meten. De verzamelde gegevens zullen op termijn het inzicht verder vergroten welke test het meest voorspellend is en of er misschien een volledig nieuwe test ontwikkeld dient te worden. Verder dienen deze gegevens ook als input data en validatie data voor nog te bouwen voorspellende modellen. Op grond van het bovenstaande wordt door de werkgroep VOORLOPIG de toetsingsopzet met bijbehorende eisen voorgesteld zoals omschreven in deelrapport 2, voorlopige systeemeisen (SCON-2008-683-TCE). Deze toetsingsopzet dient gehandhaafd te blijven totdat de resultaten van het de door de werkgroep voorgestelde vervolgonderzoek (zie hoofdstuk 6) bekend zijn.

4.6 Toetsen gevoeligheid voor applicatieomstandigheden

Een ander aspect bij het beoordelen van een verfsysteem is de tolerantie van een verfsysteem wanneer het wordt aangebracht onder niet ideale applicatieomstandigheden. Bij de gangbare onderzoeksmethoden wordt de verf aangebracht onder (ideale) laboratoriumomstandigheden. De werkgroep is van mening dat onderzoek van een verfsysteem plaats dient te vinden voor applicatieomstandigheden op de grens van wat de verfleverancier aangeeft m.b.t. temperatuur (warm en koud) en relatieve vochtigheid (vochtig, dauwpunt). Dit is nader uitgewerkt in hoofdstuk 6 (vervolgonderzoek).

Page 19: SCON-2008-682-TCE eisen, testmethoden, nu en in de ...€¦ · SCON-2008-682-TCE eisen, testmethoden, nu en in de toekomst deel 1.doc 7 van 28 1 INLEIDING 1.1 Leeswijzer Het voorliggende

SCON-2008-682-TCE eisen, testmethoden, nu en in de toekomst deel 1.doc

19 van 28

5 Voorlopige aanpak

5.1 Algemeen

De werkgroep stelt voor, om voorlopig de productkwaliteit te toetsen volgens de toetsingsopzet zoals vermeld in deelrapport 2, voorlopige systeemeisen (SCON-2008-683-TCE). Bij deze toetsingsopzet is een splitsing gemaakt tussen de corrosie-belastingsklassen volgens ISO 12944-2, waarin een verfsysteem wordt toegepast. Vervolgens dient voor elk getoetst conserveringssysteem bij levering een kwaliteitsverklaring te worden geleverd zoals omschreven in deelrapport 3, Kwaliteitsverklaring (SCON-2008-684-TCE). Een aantal punten wordt in dit hoofdstuk nog nader toegelicht. De werkgroep beveelt aan deze toetsingsopzet te handhaven totdat de resultaten van het vervolgonderzoek (zie hoofdstuk 6) bekend zijn.

5.2 Toetsing

De toetsing geschiedt aan een set van voorlopige eisen aan de hand van een aantal voorlopige toetsingsmethoden. Er is bewust voor een voorlopig karakter gekozen omdat er nog onvoldoende gefundeerd inzicht is in de bruikbaarheid en het voorspellend karakter van de testen. Met betrekking tot de keuze van de verweringstesten is de werkgroep van mening dat op grond van de huidige stand van de kennis, de gekozen verweringstesten het beste aansluiten bij het simuleren van de onderkende faalinvloeden en mechanismen. Voor verdere toelichting zie paragraaf 4.5. Op hoofdlijnen zal het toetsen van een conserveringssystemen zoals omschreven in deelrapport 2 bestaan uit de volgende vier onderdelen:

A. Identificeren (fingerprints)

B. Laboratoriumtesten (speciale proefpanelen en versnelde verweringstesten)

C. Praktijkervaring (track records en/of testvlakken)

D. Mileu- en arbo-eisen.

Van de op basis van deelrapport 2 goedgekeurde producten/systemen dienen afzonderlijke kwaliteitsverklaringen te worden verstrekt door de leveranciers, zie hiervoor deelrapport 3.

Page 20: SCON-2008-682-TCE eisen, testmethoden, nu en in de ...€¦ · SCON-2008-682-TCE eisen, testmethoden, nu en in de toekomst deel 1.doc 7 van 28 1 INLEIDING 1.1 Leeswijzer Het voorliggende

SCON-2008-682-TCE eisen, testmethoden, nu en in de toekomst deel 1.doc

20 van 28

6 vervolgonderzoek

6.1 Algemeen

Het in dit hoofdstuk omschreven plan van aanpak voor vervolgonderzoek moet worden gezien als een eerste voorzet. Het plan moet uiteindelijk verder worden doorgezet en vervolmaakt via een nog op te zetten kennisplatform. Vooruitlopend daarop adviseert de werkgroep dat de leden van de stuurgroep samen met een aantal kennisinstituten op korte termijn starten met de uitwerking en uitvoering van het hier neergelegde plan. Daarom is er in dit rapport nog geen financiële onderbouwing gegeven.

6.2 Aanpak

Om meer inzicht te verkrijgen in het voorspellende karakter van de testmethoden wordt aanbevolen om voorlopig de beide verweringsmethoden zoals genoemd in hoofdstuk 5 (ISO 20340 en WOM) naast elkaar te handhaven en daarnaast:

� Diverse parameter te meten voor, tijdens en na de verwering

� Diverse parameters te meten in de (semi)werkelijkheid (track records en/of buiten

proefopstellingen)

Welke parameters gemeten dienen te worden, is weergegeven in de tabel 4. Daarin is ook de relatie met de diverse faalinvloeden/mechanismen weergegeven. Daarnaast stellen wij voor dat er een opzet wordt gemaakt op grond waarvan de praktijkervaring:”TRACK RECORDS” (zie paragraaf 6.3) kunnen worden beoordeeld en met elkaar en met de testuitkomsten worden vergeleken. De doelstelling hiervan is te komen tot een uniforme methode die inzicht geeft in het presteren van diverse conserveringssystemen in werkelijkheid onder diverse omstandigheden wat betreft milieu en ondergrond. Daarnaast moet met deze informatie de bestaande testmethode worden verbeterd en kunnen nieuwe producten steeds sneller en beter worden beoordeeld. Ook kunnen nu meetbare parameters worden gevonden op grond waarvan de daadwerkelijke conditie van een conservering kan worden bepaald en dus beter “just in time” onderhoud kan worden gepleegd. Daarnaast kan kennis worden vergroot in het functioneren en falen van conserveringen die het mogelijk maakt computer modellen met een hoog voorspellend vermogen te ontwikkelen. Deze aanpak is gestoeld op de analyse zoals weergeven in hoofdstuk 4 (4.2 en 4.3). De volgende stellingen verduidelijken nog eens verder de gedachte waarin we gezamenlijk verder willen:

1. Het coaten van een constructie is een wezenlijk onderdeel van het ontwerp en dus

bouwproces.

2. Coaten moet in de bouw een oplossing worden in plaats van een sluitpost.

3. Kennis en inzicht over de prestaties van coatings in de beoogde toepassing zijn daarom onlosmakelijk verbonden met alle aspecten van duurzaamheid, zoals milieubelasting en technische levensduur.

Page 21: SCON-2008-682-TCE eisen, testmethoden, nu en in de ...€¦ · SCON-2008-682-TCE eisen, testmethoden, nu en in de toekomst deel 1.doc 7 van 28 1 INLEIDING 1.1 Leeswijzer Het voorliggende

SCON-2008-682-TCE eisen, testmethoden, nu en in de toekomst deel 1.doc

21 van 28

4. Met het betrouwbaar voorspellen van de duurzaamheid wordt de basis gelegd voor het onderbouwd kiezen van de meest geschikte coating en het plannen van het meest geschikte onderhoud.

5. Het testen van coatings moet tot doel hebben een extrapolatie van de resultaten naar de werkelijkheid in plaats van een interpolatie van laboratoriumresultaten zoals tot nu toe.

6. Als beton als materiaal vergaand materiaalkundig kan worden gemodelleerd en waarmee het gedrag als functie van de toestand in de praktijk wordt voorspeld, kan dat ook voor polymere coatingmaterialen

Doelstellingen vervolgonderzoek: � Ontwikkelen van een in situ meetmethode om de conditie van elk willekeurig

conserveringssysteem vast te stellen om de restlevensduur onder de geven omstandigheden betrouwbaar te kunnen voorspellen

� Ontwikkelen van een betrouwbare selectiemethode voor nieuwe conserveringssystemen op basis van de methodiek van de eisenpiramide (zie bijlage).

Tabel 3. Aanbevolen aanpak vervolgonderzoek

Type proefpaneel

Laagdikte Te meten parameter

folie vlak groeven nominaal 3X Nominaal

Lab.

In situ

Proefrek

Treksterkte X X X X X Krimp X X X X X E-modulus X X X X X Rek X X X X X Relaxatie/kruip X X X X X Rheologie (verhard materiaal)

X X X X X X X

Mechanische eigenschappen

Tglas X X X X X X X O2 X X X X Cl

- X X X X

Doorlaatbaarheid (diffusie)

Impedantie X X X X X X X Slagvastheid X X X X X Stootvastheid X X X X X Slijtvastheid X X X X X

Externe Mechanische belastingen

Hechting � Dolly

� Ruitjes

� X-cut

X X X X X X X

6.3 In situ metingen.

Ten behoeve van het in een vroegtijdig stadium kunnen vaststellen van degradatie van een verfsysteem dienen er technieken gezocht te worden om aan de visueel nog in takt

Page 22: SCON-2008-682-TCE eisen, testmethoden, nu en in de ...€¦ · SCON-2008-682-TCE eisen, testmethoden, nu en in de toekomst deel 1.doc 7 van 28 1 INLEIDING 1.1 Leeswijzer Het voorliggende

SCON-2008-682-TCE eisen, testmethoden, nu en in de toekomst deel 1.doc

22 van 28

verfsysteem metingen te kunnen verrichten, liefst in de in situ situatie. Er zijn echter nog geen op de plank liggende meetmethoden hiervoor beschikbaar die de toestand van een verfsysteem vastleggen voordat er visueel zichtbare defecten zijn opgetreden. We willen echter wel op dit moment bekende meettechnieken meenemen om er ervaring mee op te doen. Daaraan voorafgaand stellen we voor een gericht literatuur/ “state of the art” onderzoek te doen naar eventuele andere onderzoeksmethodieken die mogelijk bruikbaar zijn Deze methoden zijn in tabel 3 aangegeven onder de kolom “in situ”. Op dit moment zijn de methoden die meegenomen dienen de te worden de onderstaande: • Rheologie aan verhard materiaal.

• Impedantie.

• Tg bepaling (glastemperatuur)

In hoeverre deze zinvol zijn moet uit het onderzoek blijken. Wellicht dat het onderzoek nog tot meerdere alternatieven zal leiden. Dit in het voordeel van alle partijen. Twee van bovenstaande methoden worden hieronder nog nader toegelicht.

6.3.1 Rheologie en glastemperatuur van verhard materiaal.

Voorgesteld wordt om met rheometrie eventueel in combinatie Dynamisch Mechanische Temperatuur (DTMA) metingen met name de visco-elastische eigenschappen van de coatings nader te karakteriseren. Met deze technieken die in de kunststofwereld breed worden toegepast, wordt het inzicht in het waarom van interne spanningen verder vergroot.

6.3.2 Impedantie

Een van de mogelijkheden zou Impedantiemetingen kunnen zijn. Deze methode is nog in ontwikkeling. Bij impedantiemetingen worden “elektrisch geleidende paden” in een coating gemeten. Elektrisch geleidende paden zijn in feite scheurtjes in de coating. Deze hoeven nog niet tot de ondergrond door te lopen. Elektrisch geleidende paden zijn een indicatie van de dichtheid (= afsluiting) van een verfsysteem voor o.a. water en ionen (lit. 7). Met de impedantiemetingen heeft men naar onze inzichten nog geen gevalideerde en bruikbare praktijkervaring. Voorgesteld wordt om bij het vervolgonderzoek impedantiemetingen mee te nemen om hier ervaring mee op te doen en de geschiktheid van deze methode in de praktijk op objecten (in situ situatie) te toetsen.

6.4 Track Records systeem.

Ten behoeve van het verkrijgen van voldoende praktijkervaringsgegevens dient er een Track Records systeem te worden opgezet dat gevuld wordt door onder andere de opdrachtgevers, verfleveranciers etc.

Page 23: SCON-2008-682-TCE eisen, testmethoden, nu en in de ...€¦ · SCON-2008-682-TCE eisen, testmethoden, nu en in de toekomst deel 1.doc 7 van 28 1 INLEIDING 1.1 Leeswijzer Het voorliggende

SCON-2008-682-TCE eisen, testmethoden, nu en in de toekomst deel 1.doc

23 van 28

Bij het opzetten van het systeem dient bepaald te worden welke gegevens in dit systeem ingevoerd dienen te worden. De uitvoering hiervan dient te geschieden volgens nog nader uit te werken procedures. Belangrijk aspecten hierbij zijn o.a.:

� Onderlinge uitwisselbaarheid tussen de OGOS-leden

� Dat er ook objecten ter beschikking worden gesteld

� De aanpak is gebaseerd op basis van faalmechanismen

Bijvoorbeeld: Object, aantal vierkante meters, belastingsklasse, toegepaste verfproducten laagdikte en leverancier, toegepaste voorbehandeling, jaar en maand van nieuwbouw, jaar en maand van onderhoud, naam schilderaannemer, toestand verfsysteem na nieuwbouw, daarna om de x jaar beoordelen, toestand voor en na onderhoud etc. Voorwaarde is dat de beoordeling op een uniforme (standaard) wijze dient te gebeuren zodat we straks appels met appels kunnen vergelijken. Zie aanbeveling paragraaf 3.2.5. pagina 10.

6.5 Aanbevelingen

De werkgroep doet de volgende aanbevelingen: 1. Stel een voorlopige werkgroep samen die de onderstaande aanbevelingen aanstuurt

en zorg draagt voor financiering

2. Start met het onderzoek naar in situ meetmethoden en betrouwbare

selectiemethoden (het door ons voorgestelde vervolgonderzoek)

3. Onderzoek nader de uitvoering en afkeurgrenzen van fingerprints

4. Ontwikkel een gestandaardiseerde systematiek bij alle OGOS- leden die de

verfleveranciers de mogelijkheid biedt praktijkervaring op te doen met innovatieve

producten en systemen

5. Ontwikkel een gestandaardiseerd systeem voor het gebruiken van Track records

6. Ontwikkel een standaard methodiek om de grenzen wat betreft applicatie-

omstandigheden te kunnen bepalen (temperatuur, dauwpunt enz.)

7. Werk een case uit van ontwerp tot realisatie met daarbij opgenomen alle aspecten

zoals genoemd in dit plan van aanpak inclusief aspecten als:

� Life cycle costs

� Contractvorm (bestek)

� Etc.

Page 24: SCON-2008-682-TCE eisen, testmethoden, nu en in de ...€¦ · SCON-2008-682-TCE eisen, testmethoden, nu en in de toekomst deel 1.doc 7 van 28 1 INLEIDING 1.1 Leeswijzer Het voorliggende

SCON-2008-682-TCE eisen, testmethoden, nu en in de toekomst deel 1.doc

24 van 28

7 Mileu-aspecten

De wet en regelgeving in Nederland wordt bepaald door de Nederlandse overheid en door het Europees parlement. Voorbeelden van Nederlandse wet- en regelgeving zijn:

• Wet Milieubeheer (VROM)

• Activiteitenbesluit

• Arbo-wet (SZW)

• Warenwet (Volksgezondheid)

• Transportwetgeving (Verkeer)

• Wet Verontreiniging Oppervlaktewater. Voorbeelden van Europese regelgeving is onder andere:

• NEC-richtlijn

• VOS-richtlijn

• Verfrichtlijn

• REACh.

In het rapport “Beleid voor minder schadelijke verfsystemen voor de metaalconserveringssector in Nederland en Europa” is de stand van zaken van wetgeving uitgebreid beschreven. Dit rapport is gebaseerd op het rapport “Onderzoek naar het tot stand komen van beleid voor minder schadelijke verfsystemen voor de metaalconserveringssector in Nederland en Europa” van de heer Drs. A.C. Winkelaar uit november 2004. De heer Winkelaar heeft dit rapport opgesteld in opdracht van de Bouwdienst Rijkswaterstaat te Utrecht. Het nu opgestelde rapport is feitelijk een geactualiseerde versie van het rapport van de heer Winkelaar. De verwachting is dat grondstoffen op basis van steeds strenger wordende regelgeving, met name als gevolg van REACh, niet meer mogen worden toegepast en dat de coatingproducenten gedwongen worden om vervangende producten toe te passen. Hierbij is niet duidelijk of met deze vervangende producten dezelfde dan wel verbeterde performance bereikt kan worden. De verwachting is dat nieuwe maatregelen op het gebied van Arbo en Milieu een negatieve invloed kunnen hebben op de performance en dat daardoor naast stijgende kosten de afname van de beschikbaarheid van sommige objecten het gevolg is. Er is hierbij sprake van een eenzijdige benadering van het “milieuprobleem” waardoor er minder tijd beschikbaar is voor performance onderzoek. Volgens de werkgroep is het van belang dat bij toekomstige milieu- en arbowetgeving ook de performance wordt meegenomen om te voorkomen dat “milieuvriendelijke verfproducten” gebruikt moeten worden die veel vaker dienen te worden bijgewerkt/vervangen. De uiteindelijke milieubalans gedurende de levensduur van het object kan in dat geval toch nadeliger uitpakken dan wanneer “minder milieuvriendelijkere verfproducten” zouden zijn toegepast. Een optie zou kunnen zijn, om zo goed mogelijk de balans te vinden tussen economische, arbo en milieu gevolgen, om het nu in Nederland gestarte ketenoverleg (PSI-Bouw) een Europees karakter te laten krijgen. Alle betrokken partijen uit de keten dienen binnen de bestaande Europese branchestructuren de belangen van de keten kenbaar te maken en middels deze Europese branches invloed uit te oefenen op de Europese beleidsmakers.

Page 25: SCON-2008-682-TCE eisen, testmethoden, nu en in de ...€¦ · SCON-2008-682-TCE eisen, testmethoden, nu en in de toekomst deel 1.doc 7 van 28 1 INLEIDING 1.1 Leeswijzer Het voorliggende

SCON-2008-682-TCE eisen, testmethoden, nu en in de toekomst deel 1.doc

25 van 28

8 Literatuur waar in de tekst naar wordt verwezen

1. Titel: “Overzicht eisen verfsystemen van OGOS-deelnemers, versie 15 december

2006”, documentnummer: SCON-2006-324-TCE, datum: 15 december 2006, auteur:

Leon Linssen namens OGOS.

2. Titel: “Notitie Gezamenlijke eisen verfsystemen”, documentnummer: SCON-2006-

352-TCE, versie 16 januari 2007, auteur: Leon Linssen namens OGOS.

3. Titel: “Literatuur correlatie verweringstesten versus levensduur”, documentnummer:

DeltaRail/06/50397/, versie 30 oktober 2006, auteur: Leon Linssen, DeltaRail.

4. Titel: “Duurzaamheid verbindingen, resultaten na 3 jaar buitenexpositie”, TNO

rapportnr. 42/03.007310, versie: 25 mei 2003, auteurs: H.J. Tiemens, R. van der

Kaaden, TNO.

5. Titel: “Overzicht cyclus testmethoden”, auteur: Jo van Montfort, Intron.

6. Titel: “Testmethode scheurvorming conserveringssystemen”, versie WB 11-01-2006,

documentnummer: 2007 002, datum: 12 januari 2007, auteur: Paula Bohlanders

namens Commissie Verf op Staal, NEN.

7. Syllabus “Voorlichting Impedantiemetingen, OGOS bijeenkomst Den Helder koninklijke

Marine” van 20 november 2006.

8. W. Verburg, Ontwerpspecificatie Staalconstructie, versie 30 maart 2007

Correlatieonderzoek testmethoden en mechanische eigenschappen verfsystemen. - Titel: “Prohesion compared to Salt Spray and Outdoors”, Subtitel: “Cyclic Methods of

Accelerated Corrosion Testing”. Datum 1989. Auteur: N.D. Cremer. C&W Specialist Equipment Ltd, Shropshire, England

- Titel: “The new SEA cyclic corrosion standard J2334 – A simulation in the laboratory of automotive corrosion environments”. Lezing gehouden op een corrosiedag op 16 augustus 1999. Auteur: R. Jsmes Schaffer, DaimlerChrysler USA en Frank Lutze, ACT Laboratories.

- Titel: “Versnelde testmethoden voor corrosie”. Rapportnummer: TSP 98-010R1. Datum: 14 december 1998. Auteur: J.E. Buter, Stork FDO Amsterdam”.

- Titel: “Matching marine corrosion”. Verschenen in de European Coating Journal. Datum: december 2004. Auteur: Marinus Hoeflaak, TNO Industrial Technology.

- Titel: “Mechanical properties of coatings”. Datum: April 1987. Auteur: Loren W. Hill, Federation of Societies for coatings technology, Philadelphia, US

Page 26: SCON-2008-682-TCE eisen, testmethoden, nu en in de ...€¦ · SCON-2008-682-TCE eisen, testmethoden, nu en in de toekomst deel 1.doc 7 van 28 1 INLEIDING 1.1 Leeswijzer Het voorliggende

SCON-2008-682-TCE eisen, testmethoden, nu en in de toekomst deel 1.doc

26 van 28

9 Overige geraadpleegde literatuur

Eisen opdrachtgevers. - Titel: “Gebruikershandleiding Keuzemethodiek Conserveringssystemen

Rijkswaterstaat”, versie 4.0, documentnummer: ?, datum: 17-11-2004, auteur: A. Heutink, Bouwdienst Rijkswaterstaat.

- Titel: “NBD 16312 Verfsystemen voor onderwatertoepassingen (immersiebelasting)”, documentnummer: NBD 16312, datum: 15-12-2006, auteur: Bouwdienst Rijkswaterstaat.

- Titel: “NBD 16325 Verfsystemen voor Atmosferische belasting zonder UV”, documentnummer: NBD 16325, datum: 15-12-2006, auteur: Bouwdienst Rijkswaterstaat.

- Titel: “NBD 16365 Verfsystemen voor Atmosferische belasting met UV”, documentnummer: NBD 16365, datum: 15-12-2006, auteur: Bouwdienst Rijkswaterstaat.

- Titel: “NBD 10301 Eisen thermische spuitlagen”, documentnummer: NBD 16301, versie/status: tijdelijk, datum: 11-12-2005, auteur: D. Ros, NIO Bouwdienst Rijkswaterstaat.

- Titel: “Technical Specification, Protective coatings for offshore facilities”, documentnummer: DEP 70.48.11.30-GEN, datum: Oktober 2006, auteur: Shell.

- Titel: “Performance specificatie van de bescherming van de tanks aan boord van schepen”, documentnummer: ?, versie 1, datum: September 1999, auteur: Directie Materieel Koninklijke Marine, Afdeling Maritieme Techniek, Ministerie van Defensie.

- Titel: “Performance specificatie voor de bescherming van het onderwaterdeel van schepen”, documentnummer: ?, versie 1, datum: September 1999, auteur: Directie Materieel Koninklijke Marine, Afdeling Maritieme Techniek, Ministerie van Defensie.

- Titel: “Performance specificatie voor de bescherming van het bovenwaterdeel van schepen”, documentnummer: ?, versie 1, datum: September 1999, auteur: Directie Materieel Koninklijke Marine, Afdeling Maritieme Techniek, Ministerie van Defensie.

- Titel: “Performance specificatie voor de scheepsdekafwerklaag voor het BUITENDEK, type loop- of “heli” -dek”, documentnummer: ?, versie A, datum: Juni 1998, auteur: Directie Materieel Koninklijke Marine, Afdeling Maritieme Techniek, Ministerie van Defensie.

- Titel: “Basisbestek “Specificatie voor onderhoud conserveringswerkzaamheden””, documentnummer: 0708 05 008, versie WB/DP 06, datum: 12-01-2005, auteur: N.V. Nederlandse Gasunie.

- Titel: “Productspecificatie Conservering Staal Nieuwbouw”, documentnummer: SPC00240, versie 3, datum: 01-10-2004, auteur: ProRail.

- Titel: “Productspecificatie Conservering Staal Onderhoud”, documentnummer: SPC00259, versie 1, datum: 01-06-2005, auteur: ProRail.

Page 27: SCON-2008-682-TCE eisen, testmethoden, nu en in de ...€¦ · SCON-2008-682-TCE eisen, testmethoden, nu en in de toekomst deel 1.doc 7 van 28 1 INLEIDING 1.1 Leeswijzer Het voorliggende

SCON-2008-682-TCE eisen, testmethoden, nu en in de toekomst deel 1.doc

27 van 28

Impedantiemetingen. - Titel: “Interpretation of EIS data from accelerated exposure of coated metals based

on modeling of coating physical properties”, uit: Electrochimica Acta 51 (2006) 4505-4515, datum: 25 juni 2005, auteurs: B.R. Hinderliter, S.G. Croll, D.E. Tallman, Q.Su., G.P. Bierwagen.

- Titel: “Development of a new experimental method to determine critical pigment-volume-concentration using impedance spectroscopy”, uit: Progress in Organic Coatings 55 (2006) 363-374, datum: 1 december 2004, auteurs: R.E. Lobnig, W. Villalba, J. Vogelsang, I. Winkels, R. Schmidt, P. Zanger, J. Soetemann.

- Titel: “Evaluation of Organic Coatings with Electrochemical Impedance Spectroscopy, Part 1: Fundementals of Electrochemical Impedance Spectroscopy”, uit: JCT CoatingsTech, Augustus 2004, blz 46-52, auteurs: Dave Loveday, Pete Peterson, Bob Rodges van Garmy Instruments.

- Titel: “Evaluation of Organic Coatings with Electrochemical Impedance Spectroscopy, Part 2: Application of EIS to Coatings”, uit: JCT CoatingsTech, Oktober 2004, blz 88-93, auteurs: Dave Loveday, Pete Peterson, Bob Rodges van Garmy Instruments.

- Titel: “Evaluation of Organic Coatings with Electrochemical Impedance Spectroscopy, Part 3: Protocols for testing Coatings with EIS”, uit: JCT CoatingsTech, Februari 2005, blz 22-27, auteurs: Dave Loveday, Pete Peterson, Bob Rodges van Garmy Instruments.

- Titel: “Electrochemical characterisation of organic coatings for the automotive industry”, uit: Progress in Organic Coatings 39 (2000) 9-13, datum: 2000, auteurs: F. Deflorian, L. Fedrizzi, S. Rossi, F. Buratti, P.L. Bonora.

- Titel: “Testing Organic Architectual Coatings in ASTM Synthetic Seawater Immersion Conditions Using EIS”, uit Corrosion-Vol 48, nr 8, blz 671-685, datum: augustus 1992, auteurs: J.N. Murray, H.P. Hack.

Milieu-aspecten. - Titel: “Onderzoek naar het tot stand komen van beleid voor minder schadelijke

verfsystemen voor de metaalconserveringssector in Nederland en Europa”, datum: november 2004, auteur: Drs. A.C. Winkelaar van Coating Technology Consultancy.

Page 28: SCON-2008-682-TCE eisen, testmethoden, nu en in de ...€¦ · SCON-2008-682-TCE eisen, testmethoden, nu en in de toekomst deel 1.doc 7 van 28 1 INLEIDING 1.1 Leeswijzer Het voorliggende

SCON-2008-682-TCE eisen, testmethoden, nu en in de toekomst deel 1.doc

28 van 28

10 Bijlage: de methodiek van de eisenpiramide

SPECIFICATIES (BESCHRIJVENDE EISEN)

FUNCTIONELE PRESTATIE-EISEN

MATERIAALGERICHTE PRESTATIE-EISEN

GEBRUIKERS- EISEN

TOETSBARE EISEN GEBASEERD

OP FUNCTIE EN PRESTATIE

VOLGEND UIT DE EISEN VAN DE

GEBRUIKER

TOETSBARE EISEN OP

MATERIAAL-NIVEAU DIE DIRECT

SAMENHANGEN MET DE

FUNCTIONELE PRESTATIE-EISEN

De methodiek van de eisenpiramide

EISEN VAN GEBRUIKERS.

OP ASPECTEN ALS VEILIGHEID,

BRUIKBAARHEID, DUURZAAMHEID,

MILIEU, KOSTEN ENZ.

BESCHRIJVENDE

EISEN DIE VOLGEN

UIT OPGELEGDE

PRESTATIE EN

FUNCTIE