48
Onderzoeksverslag Stefan Steenhuis Hylke Poelsma

Stefan Steenhuis Hylke Poelsma - Hanze · Stefan Steenhuis & Hylke Poelsma . 4 Samenvatting De laatste jaren ondergaan we steeds meer wateroverlast in de stad. Rioolstelsels lopen

  • Upload
    others

  • View
    2

  • Download
    0

Embed Size (px)

Citation preview

Page 1: Stefan Steenhuis Hylke Poelsma - Hanze · Stefan Steenhuis & Hylke Poelsma . 4 Samenvatting De laatste jaren ondergaan we steeds meer wateroverlast in de stad. Rioolstelsels lopen

Onderzoeksverslag

Stefan Steenhuis

Hylke Poelsma

Page 2: Stefan Steenhuis Hylke Poelsma - Hanze · Stefan Steenhuis & Hylke Poelsma . 4 Samenvatting De laatste jaren ondergaan we steeds meer wateroverlast in de stad. Rioolstelsels lopen

2

Titelblad

Titel: Wadi Vondellaan te Haren

Naam: Hylke Poelsma

Studentennummer: 348977

E-mail: [email protected]

Opleidingsinstelling: Hanzehogeschool

Opleiding: Built Environment, major civiele techniek

Studiejaar: 2017-2018

Studiejaar student: 2

Stageperiode: 4e semester

Naam: Stefan Steenhuis

Studentennummer: 355584

E-mail: [email protected]

Opleidingsinstelling: Hanzehogeschool

Opleiding: Built Environment, major civiele techniek

Studiejaar: 2017-2018

Studiejaar student: 2

Stageperiode: 4e semester

Stage organisatie: Kenniscentrum Noorderruimte

Bedrijfsbegeleider: Doutsen Krol

Functie: Docent/Onderzoeker

E-mail: [email protected]

Docentbegeleider: Eric Boer

E-mail: [email protected]

Page 3: Stefan Steenhuis Hylke Poelsma - Hanze · Stefan Steenhuis & Hylke Poelsma . 4 Samenvatting De laatste jaren ondergaan we steeds meer wateroverlast in de stad. Rioolstelsels lopen

3

Voorwoord

Voor u ligt de rapportage van de wadi aan de Vondellaan te Haren. Dit rapport is geschreven

in het kader van de opleiding Built Environment, major Civiele Techniek aan de

Hanzehogeschool Groningen en is in opdracht van Kenniscentrum Noorderruimte te

Groningen. Van week 19 tot week 28 zijn wij bezig geweest met dit onderzoek en het

schrijven van een rapportage.

Het onderzoek is opgezet met o.a. Doutzen Krol, Floris Boogaard, Olof Akkerman en Eric

Boer. Door de analyse van de wadi en begeleiding van betrokken personen hebben we dit

onderzoek kunnen uitvoeren.

Bij deze willen we graag onze begeleiders bedanken voor hun ondersteuning voor het

uitvoeren van dit onderzoek. Met behulp van deze begeleiders hebben we in deze toch

korte periode veel kunnen onderzoeken. Tevens willen wij onze collega’s van het onderwerp

klimaatadaptieve stad bedanken voor de fijne samenwerking.

Stefan Steenhuis & Hylke Poelsma

Page 4: Stefan Steenhuis Hylke Poelsma - Hanze · Stefan Steenhuis & Hylke Poelsma . 4 Samenvatting De laatste jaren ondergaan we steeds meer wateroverlast in de stad. Rioolstelsels lopen

4

Samenvatting

De laatste jaren ondergaan we steeds meer wateroverlast in de stad. Rioolstelsels lopen vol

en straten staan onder water, de berging van het rioolstelsel is te klein. Het is noodzakelijk

dat hier oplossingen voor worden gevormd. Een oplossing hiervoor is een wadi. Wadi staat

voor Water Afvoer door Drainage en Infiltratie. Een wadi heeft als eigenschap dat hij veelal

droog staat en bij hevige regenval of lange periodes van regen het water bergt. Er kan water

worden afgevoerd door alleen infiltratie maar ook met behulp van drainage. Drainage wordt

toegepast bij slecht doorlatende grondsoorten. De wadi’s in Groningen en Haren zijn veelal

aangelegd op grondsoorten met een slechte doorlatendheid.

De wadi in het Hendrik de Vriesplantsoen te Haren is eerder onderzocht door Ewoud de

Jong Posthumus en in dit onderzoek is een vergelijking gemaakt. De wadi bevindt zich op

leem en potklei met daarboven op een poreuze zandlaag waarop vegetatie groeit. Door

middel van XRF testen is er geconstateerd dat er op een bepaalde plaats de zware metalen

zink en lood aanwezig zijn. Een langdurige te hoge inname van zware metalen kan schade

aanrichten aan de nieren, zenuwstelsel, lever en de hersenen. Advies is om dit gebied van 4

m2 te bovenste 10 cm te vervangen. Met een infiltratietest is een beeld gevormd voor de

infiltratiecapaciteit van de wadi. Door te veel lekkage aan de afbakening is hier niet een

geldig resultaat uitgekomen. De waterkwaliteit van de wadi was in orde, vermoeden werd

dat er een foutieve aansluiting in het riool aanwezig was maar uitgaande van de

waterkwaliteit blijkt dit niet het geval. Op dit moment wordt er alleen afgekoppeld van de

huizen en kolken aan de Multatulilaan. Door ook huizen te laten afkoppelen van de

Hooftlaan en eventueel een deel Vondellaan kan er meer efficiëntie uit de wadi gehaald

worden. Dit omdat de wadi nooit de maximale berging behaald.

Het Haderaplein in het centrum van Haren bevat veel verharding en weinig groen wat

resulteert in veel warmte op het plein. Door hier meer met groen en water te realiseren,

ontstaat er verkoeling op het plein. Hiervoor kan een waterplein worden toegepast. In droge

periodes kan het gebruikt worden voor recreatie en bij hevige regenval functioneert het als

bassin. Deze oplossing valt in het kader van Vasthouden - Bergen - Afvoeren. Het riool wordt

op deze manier ontlast omdat het water niet direct wordt afgevoerd. Hiermee wordt een

preventie maatregel genomen op eventueel wateroverlast in de toekomst. Een tweede

optie is waterfontein realiseren. Het water zorgt voor verkoeling en kan tevens als attractie

dienen voor bezoekers.

De uiteindelijke conclusie is dat de wadi van in het Hendrik de Vriesplantsoen naar behoren

functioneert. Wel is het noodzakelijk dat er geen sliblaag gevormd kan worden in de wadi.

Dit kan door middel van zandvangputten te plaatsen bij de inlaten. Het Haderaplein kan een

goede klimaatadaptieve aanpassing krijgen door een waterplein of een waterfontein. Dit is

een goede klimaatadaptieve oplossing en zorgt tevens voor een aantrekkelijke uitstraling

voor bezoekers.

Page 5: Stefan Steenhuis Hylke Poelsma - Hanze · Stefan Steenhuis & Hylke Poelsma . 4 Samenvatting De laatste jaren ondergaan we steeds meer wateroverlast in de stad. Rioolstelsels lopen

5

Inhoudsopgave

Titelblad .................................................................................................................................................. 2

Voorwoord .............................................................................................................................................. 3

Samenvatting .......................................................................................................................................... 4

Inhoud ................................................................................................................................................. 5

Hoofdstuk 1: Inleiding ............................................................................................................................. 7

1.1 Doelstelling ................................................................................................................................... 7

1.3 Hoofdvraag en deelvragen ............................................................................................................ 7

1.4 Onderzoeksmethoden .................................................................................................................. 8

1.5 Opbouw van het rapport .............................................................................................................. 8

Hoofdstuk 2: Theoretisch kader ............................................................................................................ 10

2.1 Klimaatadaptatie ......................................................................................................................... 10

2.2 Klimaatadaptieve maatregelen ................................................................................................... 11

2.2.1 Wadi ..................................................................................................................................... 11

2.2.2 Waterplein ........................................................................................................................... 11

2.2.4 Ontharden ............................................................................................................................ 11

2.3 Wadisystemen............................................................................................................................. 12

2.4 Verschillende soorten wadi’s ...................................................................................................... 13

2.4.1 Natuurvriendelijke wadi ....................................................................................................... 13

2.4.2 Normale wadi ....................................................................................................................... 14

2.4.3 Infiltratiekoffer ..................................................................................................................... 14

2.4.4 Drainage ............................................................................................................................... 14

2.4.5 Slokop ................................................................................................................................... 14

Hoofdstuk 3: Analyse ............................................................................................................................ 15

3.1 Afbakening gebied ...................................................................................................................... 15

3.2 Kenmerken gebied ...................................................................................................................... 15

3.3 Klimaatadaptieve maatregelen in Haren .................................................................................... 16

3.3.1 Reflecterend asfalt ............................................................................................................... 17

3.3.2 Watergoot ............................................................................................................................ 17

3.3.3 Waterpasserende- en waterdoorlatende verharding .......................................................... 19

3.4 Ondergrond gebied ..................................................................................................................... 20

3.5 Functioneren wadi ...................................................................................................................... 21

3.5.1 Meettechnieken ................................................................................................................... 21

Page 6: Stefan Steenhuis Hylke Poelsma - Hanze · Stefan Steenhuis & Hylke Poelsma . 4 Samenvatting De laatste jaren ondergaan we steeds meer wateroverlast in de stad. Rioolstelsels lopen

6

3.5.2 Grondonderzoek .................................................................................................................. 21

3.5.3 Waterdoorlatenheidsmeting/ infiltratietest ........................................................................ 21

3.5.4 XRF-meting ........................................................................................................................... 22

3.5.5 Waterkwaliteit ..................................................................................................................... 22

3.5.6 Mening bewoner .................................................................................................................. 23

3.6 Resultaten ................................................................................................................................... 23

3.6.1 Grondonderzoek ...................................................................................................................... 23

3.6.2 Doorlatendheidsmeting / Infiltratietest ............................................................................... 23

3.6.4 XRF Meting ........................................................................................................................... 26

3.5.5 Waterkwaliteit ..................................................................................................................... 27

3.6.6 Meningen bewoners ............................................................................................................ 28

3.7 Haderaplein haren ...................................................................................................................... 28

3.7.1 Warmtemeting ..................................................................................................................... 29

Hoofdstuk 4: Optimalisatie en aanbeveling .......................................................................................... 32

4.1 Optimalisatie Hendrik de Vriesplantsoen ................................................................................... 32

4.1.1 Afkoppelen ........................................................................................................................... 32

4.1.2 Deel van toplaag vervangen ................................................................................................. 33

4.2 Optimalisatie Haderaplein .......................................................................................................... 33

4.2.1 Waterplein ........................................................................................................................... 33

4.2.2 Waterfontein ........................................................................................................................ 34

4.2.3 Groen ................................................................................................................................... 35

Discussie ................................................................................................................................................ 36

Nawoord ............................................................................................................................................... 37

Bibliografie ............................................................................................................................................ 38

Bijlagen .................................................................................................................................................. 39

Bijlage 1: Waterstraat ....................................................................................................................... 39

Bijlage 2 Monitoren waterstanden ................................................................................................... 41

Bijlage 3: XRF-metingen .................................................................................................................... 42

Bijlage 4 Infiltratietest ....................................................................................................................... 44

Bijlage 5 Waterkwaliteit meting ....................................................................................................... 46

Page 7: Stefan Steenhuis Hylke Poelsma - Hanze · Stefan Steenhuis & Hylke Poelsma . 4 Samenvatting De laatste jaren ondergaan we steeds meer wateroverlast in de stad. Rioolstelsels lopen

7

Hoofdstuk 1: Inleiding

De laatste jaren ondergaan we steeds meer wateroverlast in de stad. Rioolstelsels lopen vol en

straten staan onder water, de berging van het rioolstelsel is te klein. Het is noodzakelijk dat hier

oplossingen voor worden gevormd. Één van de oplossingen hiervoor is een wadi, een wadi zorgt

ervoor dat het water infiltreert in de bodem en dat het niet afgevoerd wordt door middel van een

riool. Een wadi heeft als eigenschap dat hij veelal droog staat en bij hevige regenval of lange

periodes van regen het water bergt.

Er wordt in dit verslag onderzoek gedaan naar de wadi aan Vondellaan te haren. Het functioneren

wordt onderzocht en gemonitord. Dit onderzoek valt in het kader van klimaatadaptatie. Het

onderzoek vindt plaats bij het Kenniscentrum Noorderruimte. Dit is een instelling die op

verschillende onderwerpen onderzoek doet met betrekking tot de gebouwde omgeving. Hierbij

richten ze zich op vier thema’s: Aardbevingen, Krimp, Duurzaamheid & Overvloed en Gezondheid &

Welzijn. Dit onderzoek valt onder Duurzaamheid & Overvloed en is specifiek gericht op de

klimaatadaptieve stad.

1.1 Doelstelling

Dit onderzoek moet leiden tot een pakket met aanbevelingen en maatregelen voor de wadi in Haren

en de omringende omgeving. De resultaten worden gerefereerd naar het onderzoek van Ewoud de

Jong Posthumus. Deze voormalige student civiele techniek concludeerde dat de wadi na de aanleg

acceptabel functioneerde. Dat wil zeggen dat de leeglooptijd 21 tot 28 uur bedraagt. In dit

onderzoek wordt het huidig functioneren van de wadi onderzocht en vergeleken. De gemeente

Haren kan hier haar voordeel mee doen, doordat er een goed inzicht van de wadi wordt gecreëerd.

Het onderzoek heeft een tijdsbestek van 8 weken.

1.3 Hoofdvraag en deelvragen

De hoofdvraag van dit onderzoek luidt:

“Welke verbeteringen zijn er mogelijk voor het optimaal functioneren van het Hendrik de

Vriesplantsoen en de omringende wijk in Haren met betrekking tot klimaatadaptatie?”

De deelvragen die antwoord geven op de hoofdvraag worden in hoofdstukken onderverdeeld. De

hoofdstukken zijn theoretisch kader, analyse, optimalisatie en conclusie.

Page 8: Stefan Steenhuis Hylke Poelsma - Hanze · Stefan Steenhuis & Hylke Poelsma . 4 Samenvatting De laatste jaren ondergaan we steeds meer wateroverlast in de stad. Rioolstelsels lopen

8

1.4 Onderzoeksmethoden

In dit onderzoek wordt veelal gebruikt gemaakt van literatuuronderzoek en praktijkgericht

onderzoek. Zo wordt er onderzoek gedaan naar de problemen van wateroverlast in de stad en waar

dit aan ligt. Hieruit worden maatregelen gevormd die dienen als een oplossing voor wateroverlast in

de stad. Door middel van praktijkonderzoek worden proeven gedaan die inzicht geven in het

functioneren van de wadi in Haren. Tevens wordt er in de directe omgeving onderzoek gedaan naar

eventuele oplossingen voor klimaatadaptatie.

1.5 Opbouw van het rapport

Hoofdstuk 2: Theoretisch kader

Het theoretisch kader wordt beschreven, achterliggende informatie die noodzakelijk is om het

onderzoek te begrijpen. De volgende deelvragen zijn hier van toepassing:

● “Wat is het probleem van klimaatadaptatie?”

● “Welke oplossingen en strategieën zijn er voor klimaatadaptatie?”

● “Wat is een wadi?”

● “Welke verschillende wadi’s zijn er?”

● “Welke oplossingen zijn er voor wateroverlast in een gebied met veel verharding?”

Hoofdstuk 3: Analyse

In dit onderzoek wordt een analyse gemaakt van het desbetreffende gebied, vanuit hier kunnen er

oplossingen voor eventuele problemen gevormd gaan worden. De volgende deelvragen zijn hier van

toepassing:

● “Wat is de afbakening van het gebied?”

● “Welke kenmerken heeft het afgebakende gebied?”

● “Welke klimaatadaptieve maatregelen zijn er al in het afgebakende gebied?”

● “Op welke ondergrond ligt het gebied en hoe is het rioolsysteem in het gebied opgedeeld?”

● “Hoe functioneert de wadi in het Hendrik de Vriesplantsoen en welke maatregelen tegen

klimaatadaptatie zijn hier genomen?”

● “Is er sprake van water-, en hitteoverlast op het Haderaplein in het centrum van Haren?”

Page 9: Stefan Steenhuis Hylke Poelsma - Hanze · Stefan Steenhuis & Hylke Poelsma . 4 Samenvatting De laatste jaren ondergaan we steeds meer wateroverlast in de stad. Rioolstelsels lopen

9

Hoofdstuk 4: Optimalisatie

Vanuit de analyse naar de optimalisatie, hier worden optimalisaties van het afgebakende gebied

beschreven. De volgende deelvragen zijn hier van toepassing:

● “Hoe kan de wadi in het Hendrik de Vriesplantsoen worden geoptimaliseerd?”

● “Hoe kan het Haderaplein in het centrum worden geoptimaliseerd?”

Hoofdstuk 5: Conclusie

In het laatste hoofdstuk wordt een korte bondige conclusie geschreven waar duidelijk in

staat beschreven wat het heeft opgeleverd.

Bijlagen

In de bijlagen staan alle meetplannen en excursies.

Page 10: Stefan Steenhuis Hylke Poelsma - Hanze · Stefan Steenhuis & Hylke Poelsma . 4 Samenvatting De laatste jaren ondergaan we steeds meer wateroverlast in de stad. Rioolstelsels lopen

10

Hoofdstuk 2: Theoretisch kader

In dit hoofdstuk wordt de achterliggende informatie beschreven die nodig is om het onderzoek te

begrijpen. Er worden diverse deelvragen uitgewerkt en beschreven. Het hoofdstuk bevat de

volgende onderwerpen:

● Problemen klimaatadaptatie

● Oplossingen en strategieën klimaatadaptatie

● Wadi’s

● Oplossingen voor wateroverlast op verhardingen

2.1 Klimaatadaptatie

In deze paragraaf wordt de volgende deelvraag beschreven: “Wat is het probleem van

klimaatadaptatie?”

Met klimaatadaptatie wordt het opvangen van de veranderende klimaatveranderingen bedoeld.

Door het opvangen van deze klimaatveranderingen worden de risico’s op wateroverlast vermindert.

Klimaatadaptatie bevat niet alleen risico’s maar ook kansen. Klimaatwetenschappers verwachten

warmere, drogere zomers en zachte, nattere winters. Ook verwachten zij dat de variabiliteit en de

intensiteit van de neerslag zullen toenemen. Er ontstaan door deze omstandigheden vaker periodes

met te weinig water en met te veel water. Dit leidt uiteindelijk tot overstromingen of verdrogingen

van de grond. Daarom moeten er bij klimaatadaptieve maatregelen altijd voor worden gezorgd dat

het water in balans is. Een goede strategie om het water in balans te houden is het ‘vasthouden-

bergen-afvoeren’.

In de zomer krijgen natuur- en landbouwgronden vaker last van verdroging. Dit komt omdat de

grondwatervoorraad minder wordt aangevuld doordat er een snelle afvoer is ontstaan door de

verstedelijking. Hierdoor zal de bovenste laag eerder uitdrogen. Ook verdampt het water sneller

door de klimaatveranderingen, doordat de temperatuur stijgt. In de toekomst worden de

problemen van wateroverlast en watertekort alleen maar erger als er niks wordt gedaan met

klimaatadaptatie. Daarom is het van belang dat er zo snel mogelijk maatregelen worden genomen

tegen wateroverlast.

Ook zorgen de klimaatveranderingen ervoor dat het vaker op plekken te warm wordt. Het blijkt

namelijk dat het sterftegehalte en de arbeidsproductiviteit bij te warm weer slecht wordt beïnvloed.

Het CPC zegt hierover het volgende “Tijdens de periodes van hitte stijgt de oversterfte in Nederland

met 8 mensen per dag voor elke graad warmer dan 20 graden celcius.” Een ander onderzoek van

Seppanen et al. verklaart in 2004 dat de arbeidsproductiviteit daalt met 2% per graad Celsius boven

de 25 graden. (Deltaprogramma, 2018)

Vasthouden-bergen-afvoeren

Het ‘vasthouden-bergen-afvoeren’ is een strategie dat door de Commissie Waterbeheer 21e eeuw is

voorgeschreven om de problemen op gebied van klimaatadaptatie te voorkomen. De handelswijze

van ‘vasthouden-bergen-afvoeren’ wordt ook wel aangeduid als de drietrapsstrategie. Vasthouden

wil zeggen dat het overtollige water wordt bewaard op de plaats waar het valt in het

Page 11: Stefan Steenhuis Hylke Poelsma - Hanze · Stefan Steenhuis & Hylke Poelsma . 4 Samenvatting De laatste jaren ondergaan we steeds meer wateroverlast in de stad. Rioolstelsels lopen

11

oppervlaktewater en in de bodem. Waterberging of retentie wordt toegepast als het water niet

voldoende ter plaatse kan worden vastgehouden. Dan wordt het water opgeborgen in plassen,

meren en kanalen. Als er teveel water valt en de bergingsgebieden ook vol zitten dan wordt het

water afgevoerd via de nodige sloten en rivieren. Afvoeren wil zeggen dat het water naar een ander

gebied wordt gebracht. (Middendorp, 2016)

2.2 Klimaatadaptieve maatregelen

Er zijn allerlei soorten maatregelen die kunnen worden genomen voor het realiseren van een

klimaatadaptieve stad. De deelvraag: “Welke oplossingen en strategieën zijn er voor

klimaatadaptatie?” wordt in deze paragraaf uitgewerkt. Hierin worden niet alle klimaatadaptieve

maatregelen benoemt alleen die relevant kunnen zijn voor ons onderzoek.

2.2.1 Wadi

Een wadi is een gegraven geul waarin water langzaam in de grond kan worden geïnfiltreerd. Door

deze langzame infiltratie wordt het riool tijdens hevige buien gedeeltelijk ontlast en kan het water

via infiltratie in de grond, drainage of overstorten alsnog later worden verwerkt. Meestal worden bij

de wadi’s niet alleen het plaatselijke regenwater opgevangen, maar worden ook de omringende

huizen erop afgekoppeld. Een wadi heeft als eigenschap dat het een groot gedeelte van het jaar

droog ligt en alleen bij heftige of langdurige regen het water bergt. In hoofdstuk 2.3 wordt er dieper

ingegaan op de wadi hierin wordt onder andere omschreven welke wadisystemen er zijn, hoe een

wadi werkt en onder welke strategie de wadi valt. (Urban Green Blue Grids , sd)

2.2.2 Waterplein

Een waterplein is een soortgelijk principe als een wadi, deze is echter verhard en niet groen. Het

waterplein is functioneel in stedelijke gebieden. Bij hevige regenbuien raakt het riool snel overbelast

en kan een waterplein de maatregel bieden. Als het riool het hemelwater heeft verwerkt kan het

water vanuit het waterplein de weg door het riool vinden. Tegelijkertijd kan het waterplein ook als

recreatievoorziening dienen wanneer het droog weer is. (Urban Green Blue Grids , sd)

2.2.3 Watergoot

Een watergoot is een simpele en

effectieve manier om water af te voeren.

Het is noodzakelijk dat de goot onder

helling loopt, waardoor het naar het

laagste punt kan stromen. Het

hemelwater wordt afgevoerd op deze

wijze naar het oppervlaktewater.

(Urban Green Blue Grids, z.j.)

Figuur 2.1 Watergoot (bron: http://www.urbangreenbluegrids.com)

Page 12: Stefan Steenhuis Hylke Poelsma - Hanze · Stefan Steenhuis & Hylke Poelsma . 4 Samenvatting De laatste jaren ondergaan we steeds meer wateroverlast in de stad. Rioolstelsels lopen

12

2.2.4 Ontharden

Het ontharden wil zeggen dat de bestrating wordt vervangen door groen. Zo kan het water

plaatselijk in de grond infiltreren en wordt het riool ontlast. Dit is in steden een zeer effectieve

maatregel tegen wateroverlast. Echter is het wel complex om dit in de steden te realiseren

aangezien er veel verharding aanwezig is en er vaak weinig ruimte over is voor de aanleg van

vegetatie. Hiervoor zijn vaak complexe oplossingen nodig. (Urban Green Blue Grids , sd)

2.3 Wadisystemen

In dit hoofdstuk wordt de deelvraag: “Wat is een wadi?” beschreven. Dit is achterliggende informatie

over diverse wadi’s en hoe deze functioneren. Het geeft inzicht in wat een wadi is, wat voor typen er

zijn en wat de constructieve opbouw is van een wadi.

Een wadi (Water Afvoer Drainage Infiltratie) is een klimaat adaptieve maatregel, waarmee water

wordt opgevangen en wordt geïnfiltreerd in de bodem. Bij verschillende wadi’s worden onder

andere een infiltratievoorzieningen aangelegd zoals infiltratiekratten of een drainagebuis. Dit wordt

gedaan zodat de wadi beter gaat functioneren. Het systeem van de wadi wordt toegepast op

plaatsen waar behoefte is aan de opvang van water om zo wateroverlast in de omliggende regio te

voorkomen.

Een wadi is een gegraven geul met daaronder infiltratievoorzieningen. Een grindkoffer en een

percolatie koffer (grof zand) zijn de meest gebruikte infiltratievoorzieningen. Deze koffers zorgen

ervoor dat de wadi meer berging krijgt. Dit komt namelijk omdat het water vele malen makkelijker

infiltreert in de aangebrachte grondverbetering dan in de grond die er oorspronkelijk ligt. Ook wordt

in de wadi altijd een overstort aangebracht, zodat het water niet een te hoog niveau kan krijgen.

De bodem van de wadi is doorgaans opgebouwd uit verschillende lagen. De lagen zijn poreus zodat

deze water kunnen infiltreren. De verschillende lagen zorgen ervoor dat de bodem:

- lucht- en waterdoorlatendheid is;

- stabiel en draagkrachtig is zodat deze toelaatbaar is voor onderhoudsmaterieel;

- voedzaam is zodat vegetatie erop kan groeien;

- verontreinigingen zoveel mogelijk afvangt.

-

(Posthumus, 2014)

De toplaag bestaat uit een beplante verbeterde grond, onder deze toplaag wordt vaak een laag

grofkorrelig zand aangebracht met een groot poriënvolume. Hierdoor kan de laag veel water bergen.

De laag kan ook gevuld worden met lavasteen, grind of gebakken kleikorrels. Vanuit deze laag

stroomt het water naar de originele grondsoort of een infiltratiekoffer.

Een wadi past goed in de strategie van het vasthouden, bergen en afvoeren. Dit is een strategie die

de Commissie Waterbeheer 21e eeuw heeft voorgeschreven. Hiermee willen ze wateroverlast ten

gevolge van te veel water en te weinig water voorkomen. Deze situaties vinden steeds vaker plaats

door de klimaatveranderingen en de toename van bestrating. In het systeem van een wadi wordt

Page 13: Stefan Steenhuis Hylke Poelsma - Hanze · Stefan Steenhuis & Hylke Poelsma . 4 Samenvatting De laatste jaren ondergaan we steeds meer wateroverlast in de stad. Rioolstelsels lopen

13

het water eerst op de plek vastgehouden door infiltratie in de ondergrond. Als dit niet genoeg is

loopt de wadi vol en dient het ook als berging. Wanneer een heftige regenbui zorgt dat ook de

berging van de wadi vol is, voeren ze het water af door middel van een overstort of slokop.

2.4 Verschillende soorten wadi’s

In dit subhoofdstuk wordt de volgende deelvraag beantwoordt: “Welke verschillende wadi’s zijn er?”

Er wordt onderscheidt gemaakt tussen verschillende soorten wadi’s

Binnen de wadi’s zijn er twee soorten wadi’s. Een natuurlijke wadi genaamd “nature friendly

bioswales” en een “normale wadi”. Het verschil tussen deze twee wadi’s is de vegetatie.

2.4.1 Natuurvriendelijke wadi

Door een specifieke vegetatie in natuurlijke wadi’s te plaatsen ontstaat er meer biodiversiteit en

krijgt de wadi een aangenamere en natuurlijke uitstraling. Zo kunnen deze ook een rol spelen als

ecologische verbindingszones tussen dorpen en steden. Het is vooral belangrijk dat de vegetatie

hoog is zodat kleine zoogdieren, amfibieën en insecten genoeg gecamoufleerd zijn. In tegenstelling

tot wat nu gebruikelijk is, zou er meer gebruik gemaakt moeten worden van planten die tegen

fluctuerende waterniveaus bestendig zijn. De meest gebruikelijke keuzes zijn nu sterke grasmengsels

die lange droge periodes kunnen overleven. Echter zijn deze grasmengsels minder goed in staat om

natte periodes te overleven. Door meer gevarieerde vegetatie te plaatsen wordt de esthetische

aantrekkingskracht van de wadi verhoogt en is het goed bestendig tegen de fluctuerende

waterniveaus. Ook kan er vegetatie worden geplant dat een grotere bereik heeft van de vochtigheid

waarin de plant kan overleven. Dit wil zeggen dat er meer moet worden gestreefd naar vegetatie die

zowel in natte weersomstandigheden kunnen overleven dan wel in droge weersomstandigheden.

Een nadeel aan een natuurlijke wadi is dat het veel meer onderhoudt vergt dan een normale wadi.

Zo hoeft een normale wadi eens per twee weken gemaaid te worden terwijl een natuurlijke wadi

veel meer aandacht vergt op het gebied van zwerfafval. (Urban Green Blue Grids , sd)

Page 14: Stefan Steenhuis Hylke Poelsma - Hanze · Stefan Steenhuis & Hylke Poelsma . 4 Samenvatting De laatste jaren ondergaan we steeds meer wateroverlast in de stad. Rioolstelsels lopen

14

2.4.2 Normale wadi

Een normale wadi is beschreven in het hoofdstuk 2.3 “wat is een wadi?”. Hierin zijn wel

verschillende systemen mogelijk. Zo kunnen er verschillende elementen worden ingepast bij de

wadi. In de volgende paragrafen worden de elementen van een wadi beschreven.

2.4.3 Infiltratiekoffer

Een infiltratiekoffer dient als extra bergingsvoorziening bij de wadi, de koffer vult zich snel met

hemelwater waarna het vervolgens langzaam de bodem in stroomt. De koffer is gevuld met

bepaalde grond dat een hoge infiltratie heeft waardoor het snel kan worden opgenomen. De

grindkoffer zelf is ingepakt met geotextiel zodat dichtslibben en doorworteling wordt voorkomen.

Dit komt namelijk doordat dit geotextiel zo’n structuur heeft dat het wel water doorlaat, maar dat er

geen grond of wortels tussen de poriën kunnen komen. Onder in de koffer bevindt zich een

drainbuis.

2.4.4 Drainage

De functie van drainage is om het hemelwater bij slecht doorlatende grondsoorten af te voeren naar

gebieden met een goede infiltratiecapaciteit. Deze bevindt zich onder de grindkoffer. Op deze

manier is het infiltrerende idee van de wadi wel verdwenen. Het is dan meer een afvoervoorziening.

Wel kan een infiltratiebuis ervoor zorgen dat een slecht werkende wadi verbeterd wordt.

2.4.5 Slokop

Als het water in de wadi tot boven de slokop stijgt dan stroomt het water via de slokop naar de

drain. Als zowel de wadi als de infiltratiekoffer gevuld zijn functioneert de wadi net zoals een

bovengrondse afvoer. De slokop is een kolk die aangesloten is op de drainage waarna het vervolgens

kan infiltreren zie afbeelding ..

Page 15: Stefan Steenhuis Hylke Poelsma - Hanze · Stefan Steenhuis & Hylke Poelsma . 4 Samenvatting De laatste jaren ondergaan we steeds meer wateroverlast in de stad. Rioolstelsels lopen

15

Hoofdstuk 3: Analyse

In dit hoofdstuk wordt een analyse gemaakt van de wadi aan de Vondellaan en de directe omgeving.

Ook wordt het omkaderde gebied goed weergeven. Er wordt onderzocht of de wadi nog naar

behoren functioneert. Actoren zoals leeglooptijd, waterstanden, etc. worden gemonitoord. Tevens

wordt Het centrum van Haren geanalyseerd voor eventuele klimaatadaptieve oplossingen.

3.1 Afbakening gebied

In deze paragraaf wordt de deelvraag: “Wat is de afbakening van het gebied?” beantwoordt. In

figuur 3.1 is het gebied afgebakend, er wordt een deel meegenomen van de wijk en het

centrum. De wadi bevindt zich

in het Hendrik de

Vriesplantsoen dat in de

woonwijk ligt. In dit plantsoen

is ruimte voor recreatie. Voor

het onderhoudt heeft de

gemeente Haren een slimme

oplossing. Ze gebruiken

namelijk schapen om het gras

kort te houden. Hierdoor

worden kosten en energie

bespaart. Wel zorgen de

schapen ervoor dat er over de

hele wadi ontlasting wordt

verspreid, maar dit dient

tevens als bemesting voor de

planten.

3.2 Kenmerken gebied

In deze paragraaf worden de kenmerken van het afgebakende gebied beschreven door middel van

de volgende deelvraag: “Welke

kenmerken heeft het afgebakende

gebied?”.

Het gebied is voor het grootste deel

gelegen in de Molenbuurt. Het is een

rustige buurt en ligt op loopafstand

van het centrum en heeft een relatief

groot plantsoen in de buurt genaamd

het Hendrik de Vriesplantsoen. In dit

plantsoen is ruimte voor recreatie en

ontspanning. In dit plantsoen ligt ook

Figuur 3.1 Afbakening van het gebied (Bron: google.nl/maps)

Figuur 3.2 Afbakening van de Wadi in het Hendrik de Vriesplantsoen (Bron:

google.nl/maps)

Page 16: Stefan Steenhuis Hylke Poelsma - Hanze · Stefan Steenhuis & Hylke Poelsma . 4 Samenvatting De laatste jaren ondergaan we steeds meer wateroverlast in de stad. Rioolstelsels lopen

16

de desbetreffende wadi. In figuur 3.2 is de ligging van de wadi te zien. De wadi is gelegen in het

noord/noord-westen van Haren en bevindt zich op leem en potklei met daarboven op een poreuze

zandlaag met vegetatie. Het is een verbeterde wadi en is gerealiseerd in 2013. De wadi is destijds

veranderd van een gemengd rioolstelsel naar een gescheiden rioolstelsel. Er bevinden zich alleen

inlaten aan de zuidwestkant van de wadi. Dit betekent dat alleen de huizen en kolken aan de

Multatulilaan zijn afgekoppeld op de wadi

Het andere deel van het gebied

bestaat uit het centrum. Het

bestaat uit veel verharding en er

is weinig groen te zien. Het

centrum is ruim opgezet, dus er

is wel ruimte voor meer groen.

Zoals te zien in figuur 3.3 is er

veel verharding aanwezig. Wel

zijn er langs de gehele weg

afvoerputjes geplaatst die

samen dienen als een watergoot.

In figuur 3.4 is het Haderaplein te

zien, er is veel verharding

aanwezig wat ook zorgt voor veel

warmte op het plein. Hier liggen

kansen voor het reduceren van

warmte. Er liggen al plannen voor

het Haderaplein om hier een Aldi

met daarboven 32

koopappartementen te

realiseren. Wellicht kan er gelijk

een klimaatadaptieve oplossing

meegenomen worden voor dit

plan.

3.3 Klimaatadaptieve maatregelen in Haren

In deze paragraaf wordt er beschreven welke klimaatadaptieve maatregelen en er al zijn in het

afgebakende gebied. Hierbij wordt omschreven wat de maatregel inhoudt en hoe het werkt. In deze

deelvraag wordt de wadi niet opnieuw beschreven dit kan terug worden gelezen in hoofdstuk 2.

Figuur 3.3 Aanzicht richting het centrum van Haren vanaf de Rotonde (Bron:

google.nl/maps)

Figuur 3.4 Bovenaanzicht van het Haderaplein, met rechtsonderin foto van het plein (Bron: google.nl/maps)

Page 17: Stefan Steenhuis Hylke Poelsma - Hanze · Stefan Steenhuis & Hylke Poelsma . 4 Samenvatting De laatste jaren ondergaan we steeds meer wateroverlast in de stad. Rioolstelsels lopen

17

3.3.1 Reflecterend asfalt

Aan de Vondellaan in Haren is reflecterend asfalt over een groot gebied aangelegd. Reflecterend

asfalt bevat witte steenslag, wit pigment en blanke bitumen, waardoor het materiaal een witte

uitstraling krijgt. Deze witte uitstraling zorgt voor klimaatadaptieve voordelen.

Het asfalt heeft een reflecterende werking van zowel het licht van de zon als het licht van een

lantaarnpaal. Doordat het licht van een lantaarnpaal wordt weerkaatst, hoeven de lichtpalen minder

fel worden gezet. Dit resulteert in energiebesparing. Dit is ook door een bewoner van Haren

geconstateerd. HIj zei dat hij merkte dat de lampen van de lantaarnpalen minder fel hoefden. Ook

zei de bewoner dat het reflecterende licht geen hinder gaf bij het rijden.

Tevens zorgt het reflecterende asfalt ervoor dat zonnestraling wordt weerkaatst, waardoor het asfalt

minder snel warm wordt. Een quote vanuit de Cobouw door Robbert Naus over dit asfalt is: “De

temperatuur van een wegdek uit lichtgekleurd asfalt kan zomaar 5 tot 10 graden Celsius lager zijn

dan de temperatuur op een zwart wegdek kan zijn. Deze quote wordt bevestigd bij de proef met de

warmtecamera. Met deze camera is een foto gemaakt van de overgang van reflecterend naar

gewoon asfalt. Duidelijk is te zien dat er een temperatuurverschil tussen de beide lagen zit. Dit

bedraagt naar schatting ongeveer 5 graden Celcius. (Quist, 2014)

3.3.2 Watergoot

In het centrum van Haren is gebruikt gemaakt van een watergoot naast de gehele weg. Dit zorgt

ervoor dat het water niet over de weg wordt afgevoerd naar de kolken, maar via de goten. Dit

resulteer in een betere afvoer van het regenwater. Ook hebben de plekken waar de watergoot zit

Figuur 3.5 Foto van de overgang van reflecterend naar gewoon asfalt. Links foto met normale camera en rechts met een warmtecamera.

Page 18: Stefan Steenhuis Hylke Poelsma - Hanze · Stefan Steenhuis & Hylke Poelsma . 4 Samenvatting De laatste jaren ondergaan we steeds meer wateroverlast in de stad. Rioolstelsels lopen

18

geen stoeprand nodig, dit zorgt ervoor dat het goed rolstoel toegankelijk is en is tevens makkelijk

voor de bezorgers van de winkels.

Page 19: Stefan Steenhuis Hylke Poelsma - Hanze · Stefan Steenhuis & Hylke Poelsma . 4 Samenvatting De laatste jaren ondergaan we steeds meer wateroverlast in de stad. Rioolstelsels lopen

19

3.3.3 Waterpasserende- en waterdoorlatende verharding

Beide vormen van innovatieve verharding worden op de P+R in Haren toegepast. Zo heeft fase 1 een

waterdoorlatende steen en fase 2 een waterpasserende steen. Beide zijn gebaseerd op hetzelfde

principe. Zo moeten de speciale stenen ervoor zorgen dat het water in de ondergrond kan worden

geïnfiltreerd. Hierbij wordt meestal gebruik gemaakt van een goede doorlatende fundering met

soms een drainbuis om het water sneller af te voeren.

Het verschil in beide stenen is dat bij de waterdoorlatende steen het water dwars door de steen

heen gaat en bij de waterpasserende steen het water langs de steen gaat. De passerende steen

heeft meestal een grotere voeg, waardoor het water kan infiltreren. Beide soorten stenen zijn

onderzocht bij de infiltratieproeven. Het blijkt dat de infiltratiecapaciteit van beide stenen goed

werken. Wel is het bekend dat de infiltratiecapaciteit snel afneemt over de jaren en dat er hierdoor

vaker onderhoudt moet worden gedaan.

Page 20: Stefan Steenhuis Hylke Poelsma - Hanze · Stefan Steenhuis & Hylke Poelsma . 4 Samenvatting De laatste jaren ondergaan we steeds meer wateroverlast in de stad. Rioolstelsels lopen

20

3.4 Ondergrond gebied

In deze paragraaf wordt de deelvraag: “Op welke ondergrond ligt het gebied en hoe is het

rioolsysteem in het gebied opgedeeld?” beantwoordt. Er wordt onderzocht op welke ondergrond de

wadi zich bevindt en de hoe de ondergrond van de directe omgeving er uit ziet.

De ondergrond van het Hendrik de Vriesplantsoen bestaat uit potklei en keileem. Dit komt omdat

het op de langgerekte hondsrug ligt. Deze hondsrug is gevormd in de ijstijd waarbij een groot pak ijs

de ondergrond plooide. Door het zware gewicht van deze ijslaag is de ondergrond samengedrukt en

dat heet keileem. Doordat deze ondergrond is samengedrukt, is de korrelstructuur van de bodem

compacter geworden. Dit resulteert in een slechte doorlatendheid van deze grondlaag. Bovenop

deze keileemlaag heeft zich een kleilaag afgezet die tevens slecht doorlatend is. Dit komt omdat klei

fijnkorrelig is en daardoor weinig tussenruimte heeft tussen de korrels. Wanneer de tussenruimte

groter is infiltreert de grond beter. Deze goede infiltratie ontbreekt op het Hendrik de Vries

plantsoen en een wadi is daarom een geschikte oplossing.

Bij de herinrichting van de Vondellaan in 2014 is het rioolstelsel veranderd van een gemengd

rioolstelsel naar een gescheiden rioolstelsel. Door de toenemende intensiteit van de regenbuien is

dit om meerdere redenen een verstandige keuze. Door het regenwater af te voeren via een apart

rioleringsstelsel kan het water schoner op het oppervlaktewater overstorten. Bij een gemengd

stelsel lopen hier de afvalstoffen van de huishoudens doorheen en die komen dan ook in het

oppervlaktewater terecht. Ook varieert het droogweerafvoer minder en is er daarom een minder

grote berging nodig in het rioolstelsel van het droogweerafvoer. Daarbij komt dat het

regenwaterafvoer kan zorgen dat tekorten op bepaalde plekken aan water kunnen verholpen door

bijvoorbeeld berging en infiltratie. Dit zouden de redenen kunnen zijn waarom bij de herinrichting

van de Vondellaan is gekozen voor een gescheiden rioolstelsel. (Haren, 2011) (Vree, sd)

Page 21: Stefan Steenhuis Hylke Poelsma - Hanze · Stefan Steenhuis & Hylke Poelsma . 4 Samenvatting De laatste jaren ondergaan we steeds meer wateroverlast in de stad. Rioolstelsels lopen

21

3.5 Functioneren wadi

In dit hoofdstuk wordt het functioneren van de wadi onderzocht, hierbij wordt een antwoord op de

volgende deelvraag beschreven: “Hoe functioneert de wadi in het Hendrik de Vriesplantsoen en

welke maatregelen tegen klimaatadaptatie zijn hier genomen?” Er wordt gebruik gemaakt van

diverse meettechnieken en onderzoeksresultaten uit eerdere rapporten. Zo worden de volgende

onderzoeken gedaan: Grondonderzoek, water doorlatendheidsmeting, monitoren

grondwaterstanden en waterkwaliteit meting.

In dit onderzoek wordt gebruik gemaakt van de gegevens van de afstudeerscriptie van Ewoud de

Jong Posthumus. Zijn rapport is op 25 juni 2014 gepubliceerd en hij deed onderzoek naar

verschillende wadi’s in Haren waaronder de wadi van het Hendrik de Vriesplantsoen. De wadi’s

functioneerde destijds “acceptabel”. Dat wil zeggen dat de leeglooptijd van de wadi 21 tot 28 uur

bedraagt. Volgens ontwerpeisen moet er ingegrepen worden als de leeglooptijd van de wadi met

200% stijgt. Dit bedraagt dan dus 48 uur volgens de ontwerpeis van 24 uur over de leeglooptijd.

Destijds zijn er aanpassingen gedaan aan de wadi waardoor hij beter zou moeten functioneren.

Hierbij is de helft van de toplaag van de wadi vervangen en verbeterd. Met dit

monitoringsonderzoek worden de resultaten vergeleken met de resultaten van toen.

3.5.1 Meettechnieken

De meettechnieken die zijn toegepast op de wadi worden hieronder toegelicht. Daarbij worden de

resultaten en bevindingen beschreven. De werkplannen bevinden zich in de bijlagen.

3.5.2 Grondonderzoek

Er is reeds een grondonderzoek door Ewoud de Jong Posthumus uitgevoerd waarin alle

grondsoorten uitvoerig beschreven worden. Deze grondsoorten zullen gebruikt worden om inzicht te

krijgen in de bodemopbouw van de wadi.

3.5.3 Waterdoorlatenheidsmeting/ infiltratietest

De doorlatendheid is een maat voor hoe gemakkelijk het water door een poreus medium kan

stomen. De doorlatendheid wordt vaak met de de letter K aangegeven, ook wel bekend als de K-

waarde. De wet van Darcy bepaalt de doorlatendheid samen met het verhang van de

grondwaterstijghoogten de stroomsnelheid van het materiaal

De algemene formule voor de doorlatendheid luidt: 𝐾 = 𝑘𝑦/𝑢

K = doorlatendheid materiaal in [L/T of m/s of m/etmaal]

K = de permeabiliteit van het materiaal [L^ 2 of m^2]

y = het soortelijk gewicht van water [ML^-1 of N M^-3]

u = de dynamische viscositeit van water [ML^-1 of kg m^-1 s^-1]

Page 22: Stefan Steenhuis Hylke Poelsma - Hanze · Stefan Steenhuis & Hylke Poelsma . 4 Samenvatting De laatste jaren ondergaan we steeds meer wateroverlast in de stad. Rioolstelsels lopen

22

.

De wadi wordt

voor een deel

onder water gezet. De leeglooptijd wordt bepaald en hieruit kan weer de doorlatendheidsfactor

berekend worden. Dit geeft inzicht in het functioneren van de wadi en er kan een goede prognose

gemaakt voor het reageren van de wadi op neerslag.

3.5.4 XRF-meting

De XRF-meter wordt gebruikt bij de wadi op het Hendrik de Vriesplantsoen voor het bepalen van de

bodemkwaliteit van de wadi. XRF-meting staat voor X-ray Fluorescence meting en daarmee kan de

bodemkwaliteit van de grond worden gemeten. Het apparaat zendt röntgenstraling uit op een

grondmonster. Het grondmonster weerkaatst fluorescerende röntgenstraling die kenmerkend is

voor bepaalde chemische stoffen. Het apparaat herkent dan de stoffen die in het monster zitten. De

chemische stoffen die onder andere kunnen worden bepaald zijn zware metalen en de meeste

vervuilende stoffen. Het apparaat is handiger dan een laboratoriumtest, omdat het direct op de

plaats kan worden afgenomen en dat het in de hand draagbaar is. (Versa-Bodemadvies, 2018)

Zware metalen kunnen vooral schadelijk zijn voor kleine kinderen. Deze zijn klein en komen

makkelijk in aanraking met de bodem. De stoffen die het meest voorkomen in de natuur zijn: kwik,

lood, cadmium, chroom, koper, arseen, nikkel, kobalt en magnesium. De meest toxische van deze

stoffen zijn lood, cadmium en kwik. Een langdurige te hoge inname van zware metalen kan schade

aanrichten aan de nieren, zenuwstelsel, lever en de hersenen. (Lenntech, sd)

3.5.5 Waterkwaliteit

Om de schoonheid van het water dat via de instroom van het riool

komt te testen wordt er een waterkwaliteit test uitgevoerd. Met

strips worden verschillende stoffen gemeten: Nitriet, nitraat, pH,

fosfaat en ijzer. Een strip is te in figuur 3.7. Het topje van de strip

verkleurt en die kleur geeft aan hoeveel parts per million er in het

water aanwezig is van de stof. Er is een schaal aanduider gemaakt

aan de zijkant van de stripspot, omdat de toppen van de strips

geleidelijk verkleuren.

Figuur 3.6 Doorlatenheid van bepaalde grondsoorten (bron: https://nl.wikipedia.org/wiki/Doorlatendheid)

Figuur 3.7. Strip om waterkwaliteit te testen

Page 23: Stefan Steenhuis Hylke Poelsma - Hanze · Stefan Steenhuis & Hylke Poelsma . 4 Samenvatting De laatste jaren ondergaan we steeds meer wateroverlast in de stad. Rioolstelsels lopen

23

3.5.6 Mening bewoner

Ook worden de meningen en ervaringen van de bewoners gehoord. Dit doen wij door mensen die

we tegenkomen aan te spreken over hoe ze de wadi ervaren en of ze er nog problemen mee

hebben. Tevens zoeken we artikelen die als onderwerp de wadi hebben in het Hendrik de

Vriesplantsoen.

3.6 Resultaten

3.6.1 Grondonderzoek

Met een grondonderzoek wordt de bodemopbouw van de wadi in beeld gebracht. Voor de

grondsoorten wordt gebruik gemaakt van de afstudeerscriptie van Ewoud de Jong Posthumus. Er is

destijds een grondonderzoek gedaan en deze zijn verwerkt in een rapport. Er zijn vervolgens kleine

aanpassingen gedaan en de sliblaag is verwijderd.

In figuur 3.8 is het bodemprofiel weergegeven. De toplaag bestaat uit poreus grof en fijn zand met

een dikte van zo’n 30 cm. Hierna volgt een dikke 2,5 meter leemlaag en vervolgens potklei wat wel

tot zo’n 15 meter diep

kan gaan.

3.6.2

Doorlatendheidsmeting / Infiltratietest

Op 8-11-2018 is de wadi gedeeltelijk onder water gezet. Het gebied dat onder water gezet is 4x4

meter. De leeglooptijden van de wadi zijn verwerkt in de bijlagen. Door te veel lekkage aan de

potgrondzakken zijn de resultaten niet volledig geldig maar kan er wel een inschatting gegeven.

Figuur 3.8 Dwarsdoorsnede van de wadi in het Hendrik de Vriesplantsoen (bron: https://www.hanze.nl/assets/kc-

noorderruimte/Documents/Public/WADI%20of%20WAD_afstudeerrapport_EdeJP_25juni.pdf

Page 24: Stefan Steenhuis Hylke Poelsma - Hanze · Stefan Steenhuis & Hylke Poelsma . 4 Samenvatting De laatste jaren ondergaan we steeds meer wateroverlast in de stad. Rioolstelsels lopen

24

In grafiek 3.1 is het verloop van het 2x storten van water te zien. De infiltratie verloopt beide keren

ongeveer even snel. In het begin infiltreert het water veel sneller en vanaf 4 minuten verloopt de

grafiek lineair. Vermoeden wordt dat het afgezette stuk in het begin veel water verliest. Daarom is

het verloop van de grafiek in het begin veel sneller dan op het einde. Vanaf 5 minuten geeft het

ongeveer een goed inzicht in de infiltratiecapaciteit van de wadi.

Na het vullen van de dijkconstructie was er al snel te zien dat er water weglekte. Hierbij zijn er door

de omringende onderzoekers meteen actie ondernomen door middel van gebruik te maken van het

eigen gewicht op plekken waar het water onder de dijk weg stroomde. Dit bleek echter niet genoeg

te zijn. Het water stroomde wel 5 meter buiten het bedijkte gebied.

Figuur3.9 Infiltratietest Figuur 3.10 Lekkende Constructie

Grafiek 3.1 Leeglooptijd van de wadi

Page 25: Stefan Steenhuis Hylke Poelsma - Hanze · Stefan Steenhuis & Hylke Poelsma . 4 Samenvatting De laatste jaren ondergaan we steeds meer wateroverlast in de stad. Rioolstelsels lopen

25

Figuur 3.11 Lekkage van de dijkconstructie

Conclusie

Op basis van de resultaten van de infiltratieproef aan de wadi aan de Vondellaan kan er geen juiste

conclusie getrokken worden. De potgrondzakken gaven te veel lekkage en dat resulteerde dat er geen

goede indicatie is kunnen doen over de infiltratiecapaciteit. Bij een zelfde vervolgproef zou er een andere

techniek moeten worden toegepast om het lekken van de dijk te voorkomen. Dit zou eventueel met

meer zandzakken kunnen, een laag die de gaten aan de onderkant van de zandzakken opvult of een meer

geavanceerde dijkconstructie.

Page 26: Stefan Steenhuis Hylke Poelsma - Hanze · Stefan Steenhuis & Hylke Poelsma . 4 Samenvatting De laatste jaren ondergaan we steeds meer wateroverlast in de stad. Rioolstelsels lopen

26

3.6.4 XRF Meting

Tijdens de XRF-metingen zijn er op horizontale en verticale doorsnede metingen gedaan. Dit is

gedaan omdat de twee instromen en de overstort zich in een driehoek van elkaar bevinden.

Daardoor is er vanaf de twee instromen een doorsnede gemaakt en vanaf het midden van de wadi

naar de overstort. Bij één van de inlaten is vermoedelijk een foutieve aansluiting. Dit werd

aangenomen door vooral de geur en ook de resultaten van de meting. Meer hierover in hoofdstuk

3.5.5.

Er zijn op verschillende plekken in de wadi metingen gedaan om te testen op zware metalen. In

figuur 3.12 zijn alle hashtags weergeven waar er metingen zijn gedaan.

Tabel 3.1 Data van de XRF meter

Figuur 3.12 Tekeningen van de XRF-metingen met daarbij aangegeven de meetpunten

Page 27: Stefan Steenhuis Hylke Poelsma - Hanze · Stefan Steenhuis & Hylke Poelsma . 4 Samenvatting De laatste jaren ondergaan we steeds meer wateroverlast in de stad. Rioolstelsels lopen

27

Hoeveelheid stoffen ppm Toelaatbaar Aanwezig

Zink 200 976,94

Lood 210 525,49

Tabel 3.2 Maximale toelaatbaarheid van de stoffen zink en lood met daarbij de aanwezige gehaltes in de wadi

Zink en lood zijn op bepaalde plekken in de wadi in grote hoeveelheden aanwezig. Voor lood geldt

een maximale waarden van 210 ppm. Er is hier 525,49 ppm aanwezig. Voor zink geldt een maximale

toelaatbare waarde van 200 ppm. Er is hier een waarde van 976,94 ppm aanwezig. Beide stoffen zijn

aanwezig op #134, deze is omkaderd in het figuur. De rest van de wadi bevat geen schadelijke

stoffen

Conclusie

#134 bevat te veel stoffen die schadelijk kunnen zijn, aanbevolen wordt om op dit punt de bovenste

laag van zo’n 10 cm weg te halen en hier een nieuwe zandlaag voor aanbrengen. De rest van de

wadi blijkt de grond van goede kwaliteit te zijn doordat hier geen grenzen van toelaatbaarheid

worden overschreden. Over de getroffen geur bij de inlaat links onderin de wadi is een

vervolgonderzoek nodig. Deze is uitgevoerd in de volgende paragraaf van dit hoofdstuk.

3.5.5 Waterkwaliteit

Het water dat aangevoerd werd heeft geen schadelijke stoffen die afkomstig kunnen zijn huiswater

afval. Er is dus geen foutieve aansluiting in het riool aanwezig. Het water bevatte 15 ppm fosfaat,

fosfaat komt veel in de natuur voor maar dan onder de naam fosfor. 15 ppm is een normale

hoeveelheid fosfaat voor in de natuur. De PH van het water bedraagt 8, dit betekent dat de stof

neutraal is. In het water was geen nitraat en nitriet aanwezig. Dit geeft de doorslag dat er geen

foutieve aansluiting aanwezig is. De hoeveelheid ijzer in het water is ook geen bijzonder geval. 2

ppm in de natuur is normaal

Hoeveelheid

stof in ppm

Fosfaat PH Nitraat Nitriet Ijzer

Wadi

Vondellaan

15 8 0 0 2

Tabel 3.3 Resultaten van de waterkwaliteitsmeting

Conclusie

De hypothese van dat er een foutieve aansluiting in riool zit wordt verworpen. De waterkwaliteit gaf

niet aan dat er stoffen kwamen van huisafvalwater. Uitgaande van de waterkwaliteit is het riool dus

gewoon goed aangesloten.

Page 28: Stefan Steenhuis Hylke Poelsma - Hanze · Stefan Steenhuis & Hylke Poelsma . 4 Samenvatting De laatste jaren ondergaan we steeds meer wateroverlast in de stad. Rioolstelsels lopen

28

3.6.6 Meningen bewoners

Door het Harener Weekblad zijn in 2014 en 2015 artikelen gepubliceerd over de wadi in het Hendrik

de Vriesplantsoen. (zie bronvermelding voor artikelen) In de twee artikelen klaagt de bewoner over

het slechte functioneren van de wadi en schrijft zelfs een open brief naar de gemeente.

In het eerste artikel klaagt de bewoner voor het eerst over de waterhuishouding in het plantsoen. In

het artikel beschrijft de bewoner het plantsoen als volgt: “Het Hendrik de Vriesplantsoen is sinds de

aanleg van de wadi veranderd in een zompig park, waar bomen en struiken tot aan hun stam in het

water staan, het doet denken aan een mangrovebos.” De bewoner wil hier waarschijnlijk een

statement mee maken dat er wat moet veranderen aan het plantsoen. Met de statement is toen die

tijd niks gedaan. Blijkt uit het tweede artikel waarin de bewoner een jaar later verklaart dat ze een

open brief heeft geschreven naar de gemeente. In dit artikel vertelt ze dat het nog steeds een chaos

is met de waterhuishouding.

Vanuit een paar gesprekken met bepaalde bewoners is er informatie gekregen over de situatie

voordat de wadi was aangelegd. Het Hendrik de Vriesplantsoen was heel erg drassig en zorgde voor

veel problemen. Ook zijn de bewoners gevraagd naar hoe de situatie er nu voor staat. Zo klaagde

een bewoner over natte voeten in de achtertuin. Deze bewoner woont aan de noordzijde van de

wadi in een huis dat waarschijnlijk niet wordt afgekoppeld op de wadi. Een andere bewoner die wel

in een afgekoppeld huis woont was erg tevreden over de wadi. De bewoner zei dat de overstort nog

nooit was gebruikt en dat ze er in de winter veel plezier van hadden toen er op geschaatst kon

worden.

3.7 Haderaplein haren

Het Haderaplein bevindt zich in het centrum van haren, het is een plein met veel verharding en

weinig groen. In dit hoofdstuk wordt de volgende deelvraag beantwoordt: “Is er sprake van water-,

en hitteoverlast op het Haderaplein in het centrum van Haren?”

Page 29: Stefan Steenhuis Hylke Poelsma - Hanze · Stefan Steenhuis & Hylke Poelsma . 4 Samenvatting De laatste jaren ondergaan we steeds meer wateroverlast in de stad. Rioolstelsels lopen

29

3.7.1 Warmtemeting

Er is geconstateerd dat de verharding in het centrum van Haren gevoelig is voor hitte maar dat er

geen urgente aanpassingen nodig zijn. Er zijn diverse hitte foto's gemaakt van het afgebakende

gebied. De belangrijkste foto’s worden weergeven. In figuur 3.13 zijn de locaties van de fotos in

kaart gebracht met daarbij de richting waarin de foto wordt genomen.

Figure 3.14 Locatie 4 van figuur 3.13

Figure 3.13 Locaties waarop een foto is genomen met de warmtecamera in het afgebakende gebied.

Figure 3.15 Locatie 5 van figuur 3.13

Page 30: Stefan Steenhuis Hylke Poelsma - Hanze · Stefan Steenhuis & Hylke Poelsma . 4 Samenvatting De laatste jaren ondergaan we steeds meer wateroverlast in de stad. Rioolstelsels lopen

30

Figure 3.18 Locatie 13 van figuur 3.13

Figure 3.16 Locatie 6 van figuur 3.13 Figure 3.17 Locatie 15 van figuur 3.13

Page 31: Stefan Steenhuis Hylke Poelsma - Hanze · Stefan Steenhuis & Hylke Poelsma . 4 Samenvatting De laatste jaren ondergaan we steeds meer wateroverlast in de stad. Rioolstelsels lopen

31

De hitte foto’s zijn gemaakt met een temperatuur van 24 graden. Op de schaalbalk is goed te zien

wat het verschil tussen de temperaturen van verharding en het groen. Het asfalt is betere isolator

dan het groen en houdt daarom al het warmte vast. Op locatie 12 is goed te zien wat het effect van

schaduw heeft op de hitte stress. Het zorgt voor veel verkoeling in de straat.

Conclusie

Door te zorgen voor veel groen, neemt de hittestress flink af. Ook water zorgt ervoor dat de hitte

flink af neemt. De verdamping geeft verkoeling. Op het Haderaplein is veel verharding en weinig

groen aanwezig en het is er dus ook warm. Ook wordt er op die locatie niks gedaan met het

vasthouden van water om voor verkoeling te zorgen. Om deze redenen zou dit plein een

klimaatadaptieve maatregel kunnen gebruiken. Daarom leggen we in hoofdstuk 4 uit wat er zou

kunnen worden gedaan om dit plein te verbeteren.

Figure 3.19 Locatie 16 van figuur 3.13

Figure 3.20 Locatie 17 van figuur 3.13

Page 32: Stefan Steenhuis Hylke Poelsma - Hanze · Stefan Steenhuis & Hylke Poelsma . 4 Samenvatting De laatste jaren ondergaan we steeds meer wateroverlast in de stad. Rioolstelsels lopen

32

Hoofdstuk 4: Optimalisatie en aanbeveling

In dit hoofdstuk wordt de optimalisatie voor de wadi in het Hendrik de Vriesplantsoen en de

Haderaplein in het centrum beschreven.

4.1 Optimalisatie Hendrik de Vriesplantsoen

In dit hoofdstuk wordt de optimalisatie van het centrum/ Haderaplein beschreven. Naar uitkomst

van de resultaten wordt er een aanbeveling gedaan om de wadi te optimaliseren. Op de volgende

deelvraag wordt een antwoord gegeven: “Hoe kan de wadi in het Hendrik de Vriesplantsoen

worden geoptimaliseerd?”

4.1.1 Afkoppelen

In de wadi zijn alleen inlaten vanaf de Multatulilaan, alleen deze huizen en kolken koppelen dus af

op de wadi in het Hendrik de Vriesplantsoen. Door gebruik te maken van andere huizen en kolken

kan er meer uit de wadi worden gehaald. Huizen aan de Hooftlaan en eventueel Vondellaan zouden

kunnen ook worden afgekoppeld op de wadi. In figuur 4.1 is te zien waar deze huizen zich bevinden.

Figuur 4.1 Mogelijke gebieden die kunnen worden afgekoppeld

Page 33: Stefan Steenhuis Hylke Poelsma - Hanze · Stefan Steenhuis & Hylke Poelsma . 4 Samenvatting De laatste jaren ondergaan we steeds meer wateroverlast in de stad. Rioolstelsels lopen

33

4.1.2 Deel van toplaag vervangen

Uit de XRF test is gebleken dat er in op een bepaalde locatie te veel zink en lood aanwezig dan

toegestaan. Advies is om op deze locatie de eerste 10 cm te vervangen met een nieuwe zandlaag.

In figuur 5.2 is de locatie van te verwijderen toplaag weergegeven. De laag bevindt zich dicht bij een

inlaat. Er dient een gebied van 2x2 meter verwijderd worden. Dit zorgt ervoor dat de wadi weer vrij

is van zware metalen. Tevens heeft het niet de kans om in de voedselketen te komen aangezien er

regelmatig schapen grazen.

4.2 Optimalisatie Haderaplein

In dit hoofdstuk wordt de optimalisatie van het centrum/ Haderaplein beschreven. Naar uitkomst

van de resultaten wordt er een aanbeveling gedaan om het centrum te optimaliseren met

betrekking tot hittestress. Op de volgende deelvraag wordt een antwoord gegeven: “Hoe kan het

Haderaplein in het centrum worden geoptimaliseerd?”

4.2.1 Waterplein

Een goede oplossing voor het opvangen van hitte en wateroverlast is het maken van waterplein. Een

waterplein is een plein met een verhang waarin water kan stromen. Doordat het plein lager ligt

stroomt hier water in en kan het daardoor worden geborgen. Hiermee wordt overbelasting van het

rioleringsnet verholpen. Tevens helpt het plein bij warmte overlast. Doordat het water langer in het

waterplein ligt koelt het de omgeving af. Bij periodes met lange droogtes (die steeds vaker plaats

zullen vinden) zal deze afkoelende werking niet werken.

Daarbij komt dat het plein voor allerlei andere doeleinden kan worden gebruikt. Dit wordt in

Rotterdam bijvoorbeeld gedaan met het Benthemplein. Daar heeft de gemeente Rotterdam een

sportplein aangelegd waar onder andere basketbal en voetbal kan worden gespeeld. Om naar het

veld te lopen hebben ze een trap aangelegd waar ook gezeten kan worden. Het Benthemplein

bestaat niet alleen uit één grote verlaagde bak, maar ook uit kleinere bakken die naast de grote bak

Figuur 5.2 Tekeningen van de XRF-metingen met daarbij aangegeven de meetpunten

Page 34: Stefan Steenhuis Hylke Poelsma - Hanze · Stefan Steenhuis & Hylke Poelsma . 4 Samenvatting De laatste jaren ondergaan we steeds meer wateroverlast in de stad. Rioolstelsels lopen

34

liggen. Deze zullen bij een hevige regenbui eerst onder water lopen en mocht dit niet genoeg zijn

dan zal uiteindelijk de grote bak onder water lopen.

Het Haderaplein is een ruim plein met veel bestrating en weinig groen. Dit zou een uitstekende plek

zijn om een waterplein aan te leggen. Het aanleggen van zo’n plein zou resulteren in een betere

balans van water en warmte. Ook bevindt het plein zich direct voor het gemeentehuis. Met een

waterplein heeft de gemeente gelijk een visitekaart die goed past bij Haren en zijn ze voorbereidt op

eventuele heftige neerslag in de toekomst. Zij zijn namelijk erg gericht op het klimaat adaptief

maken van de gemeente.

Figuur 6.3 Het Benthemplein in Rotterdam (bron: https://www.rainproof.nl/toolbox/maatregelen/waterpleinen)

Het is om dit plein aanzienlijk druk met mensen. Een ideale plek om een bijdrage te leveren aan de

bewustwording van klimaatadaptatie. Met de herkenning van klimaatadaptatie van een grote groep

burgers wordt het probleem vanuit een ‘bottom up’ perspectief aangepakt. Dit gebeurt als de

mensen na de bewustwording tot klimaatadaptieve maatregelen in actie komen. In het plein kunnen

verschillende dingen worden ontwikkeld waardoor het waterplein ook daadwerkelijk mensen naar

zich toe trekt. (Website van fontein op maat, sd)

4.2.2 Waterfontein

Een andere mogelijkheid om het Haderaplein klimaat adaptiever te maken, is het realiseren van een

waterfontein. Deze maatregel zorgt voor minder overlast van warmte door de afkoelende werking

van water. Een fontein zorgt er tevens voor dat bewoners langer in het centrum blijven doordat het

voor een aangename omgeving zorgt en als attractie werkt voor bijvoorbeeld kinderen. Ook kan er

regenwater worden gebruikt voor het water wat de fontein spuit. Hiervoor is dan wel een

zuiveringssysteem nodig om het water van voldoende kwaliteit te voorzien.

Een nadeel van een waterfontein is dat het niet direct wordt geassocieerd met een klimaat

adaptieve maatregel, daardoor draagt het niet direct mee aan de bewustwording van

klimaatadaptatie bij de burgers. Dit nadeel kan wel worden verholpen door informatieborden over

klimaatadaptatie.

Tevens is er een mogelijkheid om de waterplein en waterfonteinen te combineren. Bij deze

combinatie kan er bijvoorbeeld in droge periodes met warm weer ook wat worden gedaan aan

warmte overlast door het inzetten van waterfonteinen. Hier helpt de fonteinen het probleem van

een waterplein. Andersom kan een waterplein zorgen voor aanvulling van de watertank in de

Page 35: Stefan Steenhuis Hylke Poelsma - Hanze · Stefan Steenhuis & Hylke Poelsma . 4 Samenvatting De laatste jaren ondergaan we steeds meer wateroverlast in de stad. Rioolstelsels lopen

35

fontein. Zo pakt de gemeente de problemen van zowel warmte als water beide aan. (Website van

fontein op maat, sd)

4.2.3 Groen

Door meer groen te realiseren kan er ook verbetering plaatsvinden voor de hitte en wateroverlast.

Door bomen te planten ontstaat er veel meer schaduw en dit zorgt voor veel verkoeling. Dit is goed

te zien op de hitte foto's zie hoofdstuk 3.7.1 . Door meer groen aan te leggen krijgt het water de

kans om direct te infiltreren in de bodem waardoor het riool minder wordt belast. Er is genoeg

ruimte voor groen in het centrum.

Page 36: Stefan Steenhuis Hylke Poelsma - Hanze · Stefan Steenhuis & Hylke Poelsma . 4 Samenvatting De laatste jaren ondergaan we steeds meer wateroverlast in de stad. Rioolstelsels lopen

36

Discussie

Het was een interessant onderzoek om te doen maar achteraf hadden we wel een andere wadi

gekozen. Een wadi waar al algemeen bekend was dat er problemen waren. Dat was bij de wadi in

het Hendrik de Vriesplantsoen niet het geval. Het was wel goed om ook de directe omgeving mee te

nemen in het onderzoek en deze ook te analyseren en kijken waar mogelijkheden liggen.

Page 37: Stefan Steenhuis Hylke Poelsma - Hanze · Stefan Steenhuis & Hylke Poelsma . 4 Samenvatting De laatste jaren ondergaan we steeds meer wateroverlast in de stad. Rioolstelsels lopen

37

Nawoord

Met onze stage bij kenniscentrum kunnen wij terugkijken op een plezierige en leerzame periode. Het

werken met een leuke groep studenten zorgde voor een goede stimulans om er actief mee aan de

slag te gaan. De samenwerking met alle overige betrokken partijen was ook goed en verliep

gemakkelijk

Goede samenwerking met elkaar. Door voorbeelden.

Wij zelf hebben veel kennis opgedaan op het gebied van klimaatadaptatie. We hebben inzicht

gekregen in vele nieuwe oplossingen voor water in de stad. Ook is er een bewustzijn gecreëerd van

de noodzaak van de aanpak van dit probleem.

Tot slot waarderen wij het zeer dat alle onze begeleiders actief en enthousiast betrokken waren bij

ons onderzoek en willen wij graag de Gemeente Groningen en Haren bedanken voor hun

medewerking. Ook willen wij het Kenniscentrum Noorderruimte bedanken voor verschillende

excursies die wij vanuit deze instantie hebben gedaan.

Page 38: Stefan Steenhuis Hylke Poelsma - Hanze · Stefan Steenhuis & Hylke Poelsma . 4 Samenvatting De laatste jaren ondergaan we steeds meer wateroverlast in de stad. Rioolstelsels lopen

38

Bibliografie

Deltaprogramma. (2018). Info over klimaatadaptatie . Opgehaald van Website van Deltaprogramma

2018: https://deltaprogramma2018.deltacommissaris.nl/viewer/paragraph/1/2-

deltaprogramma-/chapter/deltaplan-ruimtelijke-adaptatie/paragraph/aanleiding

Haren, R. (2011). Herinrichting Vondellaan en Hendrik de Vriesplantsoen. Haren: Gemeente Haren.

Lenntech. (sd). Info over zware metalen . Opgehaald van Website van Lenntech :

https://www.lenntech.nl/schadelijke-stoffen/zware-metalen.htm#ixzz5IJ5uzutd

Middendorp, D. v. (2016). Info over klimaatadaptief vasthouden, bergen en afvoeren van

hemelwater in Arnhem noord. Twente: University of Twente . Opgehaald van

http://essay.utwente.nl/70612/1/Middendorp-Danielle-van.pdf

Posthumus, E. d. (2014). WADI of WAD. Groningen : Bureau Noorderruimte .

Quist, J. (2014, Juli 23). Info over Lichtgekleurd asfalt reflecteert licht en warmte. Opgehaald van

Website van CoBouw: https://www.cobouw.nl/infra/artikel/2014/07/lichtgekleurd-asfalt-

reflecteert-licht-en-warmte-101160334

Urban Green Blue Grids . (sd). Info over Klimaatadaptieve maatregelen . Opgehaald van Website van

Urban Green Blue Grids : http://www.urbangreenbluegrids.com/

Urban Green Blue Grids. (z.j., z.j. z.j.). Info over watergoten. Opgehaald van Website van Urban

Green Blue grids: http://www.urbangreenbluegrids.com/measures/gutters/?theme=2

Versa-Bodemadvies. (2018). Info Over XRF metingen . Opgehaald van Website van Versa

Bodemadvies : http://www.versa-bodemadvies.nl/toepassing-hxrf/principe-xrf/

Vree, J. d. (sd). Info over droogweerafvoer. Opgehaald van Website van Joost de Vree:

http://www.joostdevree.nl/shtmls/droogweerafvoer.shtml

Website van fontein op maat. (sd). Info over waterplein . Opgehaald van Website van Fontein op

maat: http://www.fonteinopmaat.nl/fontein/water-plein.html

Page 39: Stefan Steenhuis Hylke Poelsma - Hanze · Stefan Steenhuis & Hylke Poelsma . 4 Samenvatting De laatste jaren ondergaan we steeds meer wateroverlast in de stad. Rioolstelsels lopen

39

Bijlagen

Bijlage 1: Waterstraat

Op 16 mei 2018 is het onderzoeksgroep van Noorderruimte naar de

opening van de Waterstraat in Delft gegaan. Wij als onderzoekers

zijn hier ook bij geweest. Tevens hebben we vooraf deelgenomen

aan een workshop met professionals. In dit verslag worden de

ervaringen beschreven die wij hebben opgedaan tijdens deze dag.

Vooraf hadden wij ons niet aangemeld voor de workshop omdat

deze workshops al vol zaten. Toch konden wij aan deze workshops

deelnemen. Bij de workshop moesten we van een case uitdagingen

zoeken en daarmee tot oplossingen en acties komen van de meest

urgente uitdagingen. De case aan onze tafel ging over het op de

markt zetten van een innovatieve oplossing. De uitdagingen, acties

en oplossingen werden op papier opgeschreven om ze daarna met

alle andere tafels te bespreken. Zo kreeg de organisatie veel inzicht

in de huidige problemen rondom klimaatadaptatie. Deze informatie

bundelden ze om dit vervolgens te overhandigen aan Wim Kuijken

(de deltacommissaris).

Het bijwonen van de workshop vonden wij zeer interessant. We hebben onder andere veel

ervaringen opgedaan in het bedrijfsleven en het onderling communiceren van professionals. Ook

hebben we inhoudelijk veel termen geleerd en strategieën zoals citizen science, learning

communities, ‘bottom up’ en ‘de 5 O’s.

De 5 O’s is een middel om een nieuw innovatieve oplossing van klimaatadaptatie goed op de markt

te krijgen. Bij de start een innovatieve oplossing is het noodzakelijk dat de vijf stakeholders

onmiddellijk worden betrokken.

Dit om doelgericht met het

project te werk te kunnen gaan

en het slagen van de innovatie

te bevorderen. De 5 O’s zijn

overheden, onderwijs,

onderzoek, ondernemen en

omgeving.

Figuur B1.1 Waterstraat in Delft (bron: https://pbs.twimg.com/media/DdUihYcWAAItbum.jpg)

Figuur B1.2 Casestudy waarin oplossingen worden bedacht voor een case

Page 40: Stefan Steenhuis Hylke Poelsma - Hanze · Stefan Steenhuis & Hylke Poelsma . 4 Samenvatting De laatste jaren ondergaan we steeds meer wateroverlast in de stad. Rioolstelsels lopen

40

In het begin moesten we ons vooral oriënteren op het onderwerp door te luisteren naar de

professionals die zich wel hadden kunnen voorbereiden op het onderwerp. Daardoor hadden we in

het begin weinig inbreng in de groep. Later ging dit wel goed en discussieerden we mee. Ook legden

we oplossingen en ideeën voor die wij hebben geleerd als student zijnde. Wij denken dat het voor de

groep professionals best interessant was om het perspectief van de student te horen.

Na de workshop konden we kijken hoe verschillende klimaatadaptieve maatregelen werden getest.

Hierbij werd een regenbui die eens in de tien jaar voorkomt in Nederland gesimuleerd door een rek

douchekoppen. Het water viel dan op de doorlatende bestrating en daarbij konden we kijken hoe

het water infiltreerde in de

verschillende oplossingen van

waterdoorlatende bestrating.

Tijdens deze proeven was er

tegelijkertijd de mogelijkheid om

even wat te drinken.

We vonden ook dit zeer

interessant om meegemaakt te

hebben. Vooral omdat de

innovatieve ideeën die we

normaal alleen op het internet

zien nu werden gepresenteerd.

Daardoor hebben we

daadwerkelijk inzicht gekregen in

hoe goed de innovaties werken.

Tevens hebben we bij de borrel

met verschillende professionals

gepraat. Ook een zeer leerzame

ervaring omdat ze veel

werkervaring en kennis hebben rondom het betreffende vakgebied.

Al met al was het een zeer leerzame dag. Waarin wij veel hebben geleerd op het gebied van

klimaatadaptatie en over het op de markt zetten van innovatieve oplossingen. Ook hebben we met

veel mensen uit het bedrijfsleven gesproken tijdens de borrel.

Figuur B1.3 Innovaties op de waterstraat. Links een dijkconstructie en rechts een waterdouche.

Page 41: Stefan Steenhuis Hylke Poelsma - Hanze · Stefan Steenhuis & Hylke Poelsma . 4 Samenvatting De laatste jaren ondergaan we steeds meer wateroverlast in de stad. Rioolstelsels lopen

41

Bijlage 2 Monitoren waterstanden

Doel

Voor monitoring van de waterstanden worden Divers gebruikt die in de peilbuizen zijn geplaatst. Een

Diver is een meetinstrument waarmee de waterstand in de peilbuis wordt gemeten. De Diver kan zo

geprogrammeerd zijn dat bijvoorbeeld elke 5 minuten de waterstand wordt gemeten en opgeslagen

in het interne geheugen. Met behulp van een computer worden de meetgegevens vervolgens

uitgelezen. Eén Diver zal zijn ondergedompeld in het water en meet de druk van de waterkolom,

plus de atmosferische druk, boven de drukopnemer van de Diver. Een andere Diver, baro-Diver

genaamd, wordt boven de waterspiegel geplaatst en zal alleen de atmosferische druk meten. Bij het

uitlezen van de meetwaarden wordt de luchtdruk gecorrigeerd en blijft de waterdruk over. De

waarden zijn gerelateerd aan een referentievlak, bijvoorbeeld Normaal Amsterdams Peil. Op deze

manier kunnen de waterstanden nauwkeurig inzichtelijk worden gemaakt.

Benodigdheden

● Divers

● Touw om divers aan op te hangen

● Peilbuizen

● Meetplopper

Methodiek

1. Bepaal de bovenkant peilbuis tot laagste grondwaterstand t.o.v. N.A.P.

2. Knip de draad van de rekvrije ophangdraad op de zojuist bepaalde lengte

3. Monteer de uiteinden van de draad met kabelklemmen aan de peilbuis afsluitdop en het

ophangoog van de diver

4. Bepaal de lengte van de bovenkant peilbuis tot de drukopnemer in de Diver.

5. Plaats de Diver in de peilbuis.

6. Plaats vervolgens de Baro-Diver in de bovenkant van de peilbuis, waar deze onder alle

omstandigheden alleen de luchtdruk meet.

Bron: WAD of WADI Ewoud De Jong Posthumus

Page 42: Stefan Steenhuis Hylke Poelsma - Hanze · Stefan Steenhuis & Hylke Poelsma . 4 Samenvatting De laatste jaren ondergaan we steeds meer wateroverlast in de stad. Rioolstelsels lopen

42

Bijlage 3: XRF-metingen

Doel

Het doel van het onderzoek is om de bodemkwaliteit van de wadi te meten en daarmee te

onderzoeken of de wadi vervuild is.

Benodigdheden

Voor het onderzoek is er een XRF-meter nodig. Dit apparaat meet het gehalte in part per million aan

zware metalen en verschillende andere stoffen. Het apparaat zendt röntgenstraling uit en vangt de

weerkaatsende röntgenstraling op. De weerkaatsende röntgenstraal is uniek voor elk metaal en dit

vangt het apparaat op. Het onderzoek bevat verder de volgende benodigdheden

● Meetlint

● Pen

● Papier

● Tekenspullen

● Doeken

● Schep

Methodiek

Voor de betrouwbaarheid en het slagen van het onderzoek moet er

systematisch gewerkt worden. Zo worden er verschillende meetlijnen

gemaakt parallel op elkaar. Op elke meter van deze meetlijnen wordt

vervolgens een meting gemaakt. Alle metingen krijgen een nummer

die moeten worden genoteerd. Bij deze notities wordt een

plattegrond gemaakt waarop te zien is welke metingen waar zijn

genomen. Hiermee kan er goed worden nagegaan hoe de metingen

met elkaar verschillen en kunnen overgangen worden waargenomen.

Voordat de metingen worden gedaan moet de bovenste laag vegetatie

worden verwijderd, omdat het apparaat alleen de eerste twee

millimeter van de grondlaag meet.

Figuur B3.1 Uitvoering van de XRF-meting

Page 43: Stefan Steenhuis Hylke Poelsma - Hanze · Stefan Steenhuis & Hylke Poelsma . 4 Samenvatting De laatste jaren ondergaan we steeds meer wateroverlast in de stad. Rioolstelsels lopen

43

Figuur B3.2 Modder in de wadi met afval

Page 44: Stefan Steenhuis Hylke Poelsma - Hanze · Stefan Steenhuis & Hylke Poelsma . 4 Samenvatting De laatste jaren ondergaan we steeds meer wateroverlast in de stad. Rioolstelsels lopen

44

Bijlage 4 Infiltratietest

Doel

De infiltratiecapaciteit wordt bepaald door de leeglooptijd van de wadi. Het infiltratieoppervlak is

het oppervlak waarop het afvoerend debiet werkt. Het hydraulisch verhang is het verschil tussen de

waterstand in de wadi en de waterstand van de vijver. Al deze gegevens zijn bekend en vanuit hier

kan de doorlatendheid K berekend worden. Al deze gegevens geven een goed inzicht in het

functioneren van de wadi.

Er wordt een gebied van 4x4x0,11 meter afgezet. Dit betekent dat er +- 2000 liter water benodigd is.

Dit wordt met een tankwagen aangeleverd. Er wordt dus een bui van 110 mm gesimuleerd.

Benodigdheden

● Tankwagen

● Trekker

● Zakken met potgrond

● Folie voor om de zakken

● Meetlint

● Stopwatch

● Papier om metingen te noteren

● Camera

● Hitte meter

Methodiek

1. Zet het gebied van 4x4x0,11 meter af.

2. Leg de potgrondzakken om het gebied.

3. Plaats folie om de potgrondzakken om het waterdicht te maken.

4. Zorg dat de watertank op de juiste plek staat.

5. Begin met vullen en start de timer.

6. Nog een timer starten wanneer het afgezette gebied volledig vol zit.

7. Wanneer het water volledig weg is de timer stoppen

De watertank zal geplaatst worden op de Multatulilaan, hier is ruimte voor de pompwagen. Auto’s

zouden er eventueel nog net langs kunnen. Anders is er een kleine omweg nodig via de Perklaan en

de Slauernhofflaan. Met rood aangegeven betreft het testvlak en met blauw de positie van de

tankwagen. De test zal circa 1,5 tot 2 uur duren

Dag van de test: vrijdag 7 Juni

Page 45: Stefan Steenhuis Hylke Poelsma - Hanze · Stefan Steenhuis & Hylke Poelsma . 4 Samenvatting De laatste jaren ondergaan we steeds meer wateroverlast in de stad. Rioolstelsels lopen

45

Figuur B4.1 Locatie waar de tankwagen en testvak moet komen te staan/liggen

Page 46: Stefan Steenhuis Hylke Poelsma - Hanze · Stefan Steenhuis & Hylke Poelsma . 4 Samenvatting De laatste jaren ondergaan we steeds meer wateroverlast in de stad. Rioolstelsels lopen

46

Bijlage 5 Waterkwaliteit meting

Doel

Met de waterkwaliteit test wordt er inzicht gekregen welke stoffen zich in het water van de wadi

bevinden. Met de meting wordt getest op: Fosfaat, Nitraat, Nitriet, PH en ijzer.

Hypothese

Vermoeden wordt dat er een foutieve aansluiting aanwezig is in het riool. Dat wil zeggen dat er

droogweerafvoer wordt afgekoppeld op de wadi. Met de waterkwaliteit test moet hier meer

duidelijkheid in gecreeërd worden. Er wordt verwacht dat er veel nitraat en nitriet aanwezig zal zijn

in het water omdat droogweerafvoer deze stoffen bevat.

Benodigdheden

● Teststrips

● Pen en papier

● Caddisfly app

● Potje voor water

● Ijzer indicator

● Zakje voor strips

Methodiek

Elke strip heeft een andere methodiek en uitvoering voor het maken van een goede test. De manier

waarop ze uitgevoerd moeten worden staat op de zijkant van de doos. Een voorbeeld hiervan is de

meting van het pH. Door de strip kort in het water te houden en vervolgens 15 seconden horizontaal

te houden krijgt de teststrip een kleur. Door vervolgens de teststrip naast het potje te houden waar

zich de kleuren op bevinden kan bepaald worden hoeveel ppm er in het water zit van de

desbetreffende stof.

Page 47: Stefan Steenhuis Hylke Poelsma - Hanze · Stefan Steenhuis & Hylke Poelsma . 4 Samenvatting De laatste jaren ondergaan we steeds meer wateroverlast in de stad. Rioolstelsels lopen

47

Bijlage 6 Warmtecamera

Doel

Met dit onderzoek proberen we te analyseren of er warmte overlast is in de omringende wijk van

het Hendrik de Vriesplantsoen. Daarna proberen we een oplossing te adviseren hoe deze plekken

met warmte overlast kunnen worden verbeterd.

Benodigdheden

● Warmtecamera

● Laptop

● Fotocamera

● Thermometer

● Notitiepapier

Methodiek

Eerst wordt er voor de proef de temperatuur in Haren afgelezen op de thermometer bij de rotonde.

Er worden daarna notities gemaakt op het notitiepapier waar de foto’s worden genomen en in welke

richting deze worden genomen. Daarna wordt er op dit punt een foto genomen met de

warmtecamera en wordt er van hetzelfde kijkpunt nog een foto gemaakt met de gewone camera.

Hierdoor kan er duidelijk worden gezien na de proef waar de foto’s zijn genomen en hoe ze er in het

echt uit zien. Daardoor wordt de proef betrouwbaar en zou de proef na herhaling door anderen

hetzelfde resultaat moeten geven.

Na het nemen van de foto’s worden deze afgelezen op een laptop en worden de resultaten

georganiseerd naast elkaar gezet.

Page 48: Stefan Steenhuis Hylke Poelsma - Hanze · Stefan Steenhuis & Hylke Poelsma . 4 Samenvatting De laatste jaren ondergaan we steeds meer wateroverlast in de stad. Rioolstelsels lopen

48

Bijlage 7 Metingen waterkwaliteit Texel

18 en 19 juni zijn we naar Texel geweest waar we twee dagen waterkwaliteiten hebben getest van

diverse zoetwater slootjes/meertjes. Met teststrips hebben we de de volgende stoffen gemeten in

het water: Fosfaat, PH, nitraat, nitriet en ijzer. Dit onderzoek viel buiten het kader van het onderzoek

naar de wadi in het Hendrik de Vriesplantsoen.

Met een onderwaterdrone is de geleidbaarheid

van het water gemeten. In de afbeelding .. is de

controller van de onderwaterdrone te zien.

Waterhuishouding op de waddeneilanden is een

interessante uitdaging omdat de zoutgehaltes

vaak hoog zijn, of genaamd: verzilting. Boeren

hebben hier waardevolle informatie aan.

Figuur B7.1 Testapparatuur