Download doc - Stageverslag - WordPress.com · Web viewKristel Schreurs Bosakkerweg 14 5995 PT Kessel Datum van inlevering: 15 januari 2011 Naam en adres bedrijf: Sanoma uitgevers Capellalaan 65

Stageverslag Kristel Schreurs

Informatie

Kristel SchreursBosakkerweg 145995 PT KesselDatum van inlevering: 15 januari 2011

Naam en adres bedrijf:Sanoma uitgeversCapellalaan 652132 JL HoofddorpTelefoon: 023 556 6770

Afdeling: estaPeriode: 1 september tot 17 december Student: Kristel SchreursStudentnummer: 2112313Bedrijfsmentor: Wies VerbeekStagedocent: John Franssen

1


Voorwoord

In het vierde jaar van de opleiding Journalistiek aan de Fontys Hogeschool in Tilburg was het dan eindelijk zover. Tijd om de wereld van de schoolbanken te verlaten voor een avontuur in de professionele (journalistieke) wereld. Een uitdagend, leerzaam een vooral leuk avontuur, waarin eigen verantwoordelijkheid en persoonlijke ontwikkeling de kernbegrippen zouden zijn. Aan het einde van jaar 3 stond één ding vast: vanaf september 2010 stonden mij 12 weken te wachten. Maar waar?

Al voor de zomer van 2010 ging ik gretig op zoek naar een stageplaats. Mijn voorkeur ging vrijwel meteen uit naar een tijdschrift voor de wat oudere vrouw. Geen jonge, ietwat oppervlakkige bladen als Grazia of Cosmopolitan: ik wilde niet alleen schrijven over de 3 M’s – mode, mak-up en mannen. Diepgang, dat is wat ik wilde. Een blad voor vrouwen wier interesse zich niet alleen beperkt tot uiterlijk. Het tijdschrift esta sprong meteen in het oog. Een serieus leuk blad voor zelfbewuste vrouwen van gemiddeld 40 jaar met een brede interesse en mentaliteit. Ik besloot chef redactie Cecile van Dijck een mail te sturen. Een e-mail die vervolgens de katalysator was voor mijn stage bij het grote landelijke tijdschrift esta.

Vooraf stonden voor mijn enkele peilers overeind: ik wilde stage lopen in een onderneming die mijn de vrijheid gaf om mezelf creatief te ontplooien en waar ik met veel enthousiasme in zou kunnen springen. Kernwoorden als flexibel, jong, veelzijdig en een open bedrijfscultuur pasten daar naar mijn idee bij. Na een telefonisch gesprek met stagebegeleidster Wies Verbeek zetten ik mijn schouders onder wat huiswerk dat ik opkreeg. Om te zien wat ik waard was, moest ik een interview schrijven, drie rubrieksartikelen schrijven en invalshoeken bedenken. Een week later volgde het uiteindelijke stagegesprek in Hoofddorp. Wies Verbeek was enthousiast over mijn artikelen en bood me een stageplaats aan. Iets wat ik natuurlijk niet aan mijn neus voorbij liet gaan.

Ik wil graag van de gelegenheid gebruik maken om mijn naaste collega’s binnen esta te bedanken voor de prettige samenwerking, de leermomenten, de meningsverschillen, de gesprekken, het vertrouwen en de verantwoordelijkheid die ik tijdens de stage heb gekregen. Daarnaast wil ik ook mijn stagebegeleider John Franssen bedenken die mij vanuit school tijdens mijn stagewerkzaamheden begeleidde.

Door de samenwerking met mijn collega’s en het inzicht dat ik heb gekregen in de bedrijfstak, heb ik ingezien binnen welke type organisatie en cultuur ik op mijn plek denk te zijn. Ondanks dat ik niet tot de doelgroep van esta behoor, voel ik wel de behoefte om voor de wat oudere vrouw te schrijven. Het tijdschrift esta is voor mij daarom ook een ideale professionele werkomgeving. Of ik na mijn diploma aan de slag ga in de tijdschriftensector is vooralsnog onduidelijk. De tijdschriftenbranche beleeft turbulente tijden en vaste banen zijn er niet. Daarbij beperkt mijn interesse zich niet enkel tot tijdschriften, maar ook tot boeken. Wat ik ook doe, ik heb een goede basis. Ik heb stage mogen lopen bij esta. Een veelzijdige stage waarover ik uiterst tevreden ben.

2


InhoudHet stageverslag bestaat uit drie onderdelen:

1. Bedrijfsreflectie Pag. 4Hoe werken ze bij esta? Hoe verloopt het redactieproces? Wat was min rol binnen esta? Zijn daar goede producties uit voortgekomen en is het stageverlenende bedrijf een goede stageplaats?

2. Zelfreflectie Pag. 17Terugblik stageplanReflectie op mijn persoonlijke ontwikkeling die ik tijdens mijn stage heb doorgemaakt. Wat waren mijn leerdoelen voor aanvang van de stage en hoe heb ik mij ontwikkeld? Wat heb ik geleerd? Ben ik gegroeid en zie ik mezelf na mijn studie werken op de redactie van een tijdschrift?

3. Tijdschriftanalyse Pag. 23Tijdschriftanalyse esta Wat is de formule van esta? Wat is de doelgroep en wat is de toon van het tijdschrift?

4. Bijlagen - Stageplan- Stageovereenkomst- Overzicht van de gemaakte producties- Beoordelingsformulier door stagebegeleidster

3


1.Bedrijfsreflectie1.1 Sanoma Uitgevers B.V.Sanoma Uitgevers is met haar publiekstijdschriften, custom media magazines, events, websites, mobiele sites, mobiele apps en iPad apps het grootste mediabedrijf in bereik in Nederland. Sanoma Media bereikt met al haar media circa 90% van de Nederlandse bevolking (13+) en 80% van alle internetters (13+) in Nederland.

Sanoma heeft een rijk portfolio met meer dan 100 uiteenlopende A-merken waaronder AutoWeek, Donald Duck, delicious, Flow, Kieskeurig.nl, Libelle, Margriet, NU.nl, VIVA, Vrouwonline.nl, schoolBANK.nl en startpagina.nl.

Sanoma Uitgevers en Sanoma Digital gaan per 5 april 2011 één naam hanteren: Sanoma Media Netherlands.

1.2. Cijfers Print en Online

CrossmediaSanoma Uitgevers bereikt met al haar sites en tijdschriften 90% van de Nederlandse bevolking. In totaal worden hierdoor 12,3 miljoen Nederlanders van 13 jaar en ouder bereikt.PrintDe gemeten titels van Sanoma Uitgevers (inclusief Programmabladen AKN en Mood for Magazines) bereiken gezamenlijk (netto) 59,8% van alle Nederlanders van 13 jaar en ouder. Dat zijn 8,2 miljoen mensen. (NOM PrintMonitor 2009-II-2010-I). OnlineSanoma Digital en Sanoma Uitgevers bereiken met hun netwerk ca. 80% van alle internetters van 13 jaar en ouder in Nederland. We bereiken ca. 70% mannen en 60% vrouwen van de surfers 13+. Dit zijn bijna 9 miljoen personen. Het totaal aantal pageviews is bijna 1 miljard. Bron: STIR.

1.3. Visie* Onze wereld is de wereld van de media* Technologische ontwikkelingen openen nieuwe wegen* Nieuw mediagedrag geeft ons meer kansen* Informatie wil vrij zijn* Ons publiek is afnemer én producent van informatie

1.4. Missie‘Sanoma Uitgevers inspireert, informeer en verbindt. Dat is onze missie. Mensen inspirerende informatie bieden om betere beslissingen te nemen. Met onze partners platforms bouwen om succesvol zaken te doen. Wij leveren de contacten, de context en de content. Altijd en overal waar vraag ontstaat.’ (Bron: www.sanoma-uitgevers.nl)

4

http://www.sanoma-uitgevers.nl/


1.5. Strategie‘Wij ambiëren een toonaangevende rol. Met onze merken. In de manier waarop wij onze klanten dienen. En de manier waarop wij technologie inzetten om onze missie te realiseren.’ (Bron: www.sanoma-uitgevers.nl)

1.6. Enkele merken Sanoma Uitgevers

AutoWeek Cosmopolitan Donald DuckEsta Flair GrasduinenKatrien KijK KnipModeLekker Libelle MargrietMarie Claire MOTOR Magazine Nieuwe RevPanorama Playboy StoryTelevizier Tina TruckstarVIVA Flow Zo Zit Dat

Websiteswww.kieskeurig.nlwww.NU.nlwww.NUsport.nlwww.schoolBANK.nlwww.startpagina.nl

5

http://www.startpagina.nl/

http://www.schoolBANK.nl/

http://www.NUsport.nl/

http://www.NU.nl/

http://www.kieskeurig.nl/

http://www.sanoma-uitgevers.nl/


6


2. 1 esta

Uitgever: Sandra DolHoofdredacteur: Marije de JongOplage: 77.027 (kwartaal)Gemiddeld bereik: 290.400Uniek bereik: 42.000Frequentie: 26 keer per jaar

esta is het een general interest mentaliteitsblad voor vrouwen van 35 tot 45 jaar. Het tijdschrift beidt een unieke mix van opinie en emotie, diepgang en humor. Maar ook cultuur, reizen, eten en gezondheid, beauty, mode en wonen. De sleutelwoorden van esta zijn: echt, eigenzinnig, energiek en inspiratie. esta daagt uit en zet mensen – iedere twee weken – aan het denken.

2.2. DoelgroepVrouwen van 35 tot 45 jaar met een brede interesse en mentaliteit. Deze vrouw weet wat ze wil en wat ze waard is. Ze is uitgebalanceerd en relativeert, is zichzelf maar ook moeder, partner, vriendin en dochter. De ijkpersoon is sociaal gericht, maatschappelijk betrokken, wil verrast worden en zich blijven ontwikkelen. Deze vrouw combineert werk met thuis.

2.3. TaakverdelingEr werken 20 vaste werknemers bij esta. Deze zijn verantwoordelijk voor de inhoud en/of de verspreiding van het blad. Naast de vaste medewerkers werken er zo’n 30 journalisten op freelance-basis voor esta.

7

Marije de Jong

Hoofdredacteur

Wies Verbeek

Chef reportage

Nicole van Borkulo

Coördinator eindredactie

Petri Houweling

Coördinator Beeld

Cecile van Dijck

Chef redactie

Vormgeving

Pauline de Bresser

Très Melis

Marketing

Monique

Luchienke Bijker

Artdirector

Bianca Bartels

Larissa Pans

Secretariaat

Laura Steenkist en Alette Vriesekoop

Manon Ast

Bernice Nikijuluw

Corine Dingemanse

Bureauredactie

Carolien van Hoorn

Monique Rhee

Job Scheepers


2.4. Redactieproces

2.4.1. Wie doet wat?Iedereen (vormgeving, redactie, eindredactie) heeft zijn eigen taken. De redactie bedenkt artikelen en werkt deze uit, de eindredactie controleert de artikelen en de vormgeving maakt er iets moois van. Alle deelredacties zijn gescheiden van elkaar en iedereen werkt voor zich. Toch is er enige samenhang en moet iedere deelredactie zich houden aan deadlines. Iedere twee weken verschijnt er een esta en alles is op elkaar afgestemd. De redactie bedenkt en maakt de artikelen. Vier weken voor de uiteindelijke deadline – als het tijdschrift naar de drukker gaat – moeten de journalisten de artikelen afhebben. Een week later – drie weken voor de uiteindelijke deadline – moet de eindredactie alle artikelen hebben gelezen en weer een week later – 2 weken voor de uiteindelijke deadline – moet de vormgeving alle stukken hebben bewerkt. Iedereen moet zich houden aan deadlines, zeker de redacteuren, omdat anders de rest (eindredactie en vormgeving) in tijdnoot komt.

2.4.2. Overleg en vergaderingen- Brainstormsessie alle werknemers (excl. freelance-journalisten): drie keer per jaar- Algemene vergadering alle medewerkers: één keer per maand - Vergadering hoofdredacteur, chef redactie, artdirector en coördinator eindredactie: iedere twee weken - Reportage vergadering chef redactie, chef reportage en vaste redacteuren: iedere twee weken- Rubriekenvergadering chef reportage en vaste redacteuren: iedere twee weken

3. Mijn rol

3.1. WerkzaamhedenIk draaide volledig zelfstandig mee bij esta. Ik deed daar onder andere het volgende:- Productie korte (nieuws)berichten, rubrieken: estatainment en van die dingen - Begeleiding rubriek Aaf graaftIn deze rubriek analyseert Aaf de toilettassen van esta-lezeressen (zonder dat ze weet van wie de tas is). Ik onderhoud contact met zowel Aaf als de esta-lezers. Ik zorg dat Aaf de foto’s van de (inhoud van) de toilettassen krijgt. Ze schrijft er een stukje over en ik koppel het weer terug naar de lezeres. Ik bel de lezeres voor een korte reactie (zie productie).- Productie meer omvatten producten (verslagen, interview, langere artikelen)- Zoeken naar geschikte interviewkandidaten - Redigeren: het lezen c.q. verbeteren van artikelen van collega’s - Research: voor mezelf en ook voor collega’s - Collega’s helpen met allerlei klusjes- Onderwerpen en invalshoeken bedenken - Kwalitatief goed beeld opvragen bij (tv)omroepen en andere bedrijven en/of instanties

3.2. Producten en resultaten Mijn werkzaamheden hebben geleid tot producten/resultaten waar ik trots op ben. In het begin ik een beetje zoekende: ik mocht enkel kleine artikelen schrijven voor de actuele rubrieken van die dingen en estatainment en (achtergrond)informatie verzamelen voor artikelen van collega’s. Na twee weken met een vrij lege agenda vond ik het welletjes: ik wilde meer! Dit heb ik ook aangegeven op mijn stage. Ik dacht dat er meer in zat en begon

8


me te vervelen. Mijn stagebegeleidster besloot daarop me ook de tijdrovende, grote producties te geven. Van het ene op het andere moment had ik het druk en kwam ik om in het werk. Het was zelfs zo erg dat ik me genoodzaakt zag om ook buiten werktijd aan artikelen te werken. Het gekke is dat ik dat helemaal niet erg vond.

3.2.1. Overzicht producties

Editie Klein (50-150 woorden) Middel ( 150-600 woorden)

Groot (600-1600 woorden)

21 Van die dingen (rubriek):- Jarig Waddenvereniging- Duurzamer drinken

22 Van die dingen (rubriek):- Jarig AlettaEstatainment (rubriek):- De smaak van Hanna Verboom- Grieks drama

- Aanbieding: exclusieve esta voorpremière- Must-haves: het mannenpak

23 Van die dingen (rubriek):- Smijt maar raak voor een knaak- Klinkt als drugs in de oren- Ding van de week: cocktailbar- Vier de veertig: Shirley Gerritsen- Jarig Claudia Sträter- Wattcher, I pressume? Estatainment (rubriek):- Hot shots

- Estatainment (rubriek): 300 documentaires

- Woonproductie ‘Mixen is meer’

24 Van die dingen (rubriek):- Appsolutely fabulous- Jarig Sinterklaaspapier- Ding van de week: scheepstelegraafEstatainment (rubriek):- Kroongetuigen

25 Van die dingen (rubriek):- Glashard- Ding van de week: Thaise prullenbak- Oud geld- Vier de veertig: Pauline MulderEstatainment (rubriek):- Kinderdictee

9


26 Van die dingen (rubriek):- Zoek die broer- Eetbaar goud- Ding van de week: kerstengel- Vier de veertig: Sandy Steeghs- Aan de haak- Jarig Suske en WiskeEstatainment (rubriek):- De smaak van Frank Lammers- Humor in de hoerenbuurt

01 Van die dingen (rubriek):- Zorg 2011- Ding van de week: fiets- Most wanten

- Estatainment (rubriek): Vroeg donker TV- Dingen van 2010: vuvuzela- Dingen van 2010: boyfriendjeans

- Koffiedikkijkers (26 x)

02 Van die dingen (rubriek):- 0900-nummers- Digitaal protest- Ding van de week: keuken- iPod horloge- Vier de veertig: Mirjam de GraaffEstatainment (rubriek):- Minibio Carli Hermes- Zingen

- Leven & Werken Olivia Wong

03 - Man van weinig woorden: Sergio Hasselbaink

- Levenslied

00 - Boekenclub Elle - Boekenclub Michelle

* In Bijlage 3 vind je een selectie van mijn producties

3.3. Wat waren de hoogte- en dieptepunten in je producten en wat was daar de oorzaak van?Ik ken geen echte hoogte- en dieptepunten in mijn producten. Wel zijn er situaties geweest waarbij de moed me in de schoenen zakte en situaties waar ik juist helemaal enthousiast van werd.

Bij esta zijn ze kritisch, zeker als het gaat om interviewkandidaten. Zo moest ik eens een productie schrijven over koffiedikkijkers: vrouwen die op de één of andere manier de toekomst kunnen voorspellen. Op het internet barst het van deze mensen en je moet goed zoeken naar een goede mix. Ik had de opdracht 4 vrouwen te vinden in de leeftijd van 30 tot

10


50 jaar – ieder een andere leeftijd – die er representatief uitzien en elk iets anders ‘kunnen’. Ik heb er twee weken over gedaan om een goede mix te vinden. Alles gebeurde in samenspraak met mijn stagebegeleidster en soms vond ze de ‘kandidaat’ te oud, te jong, niet betrouwbaar, niet representatief en ga zo maar door. Ik werd echt krankjorum van dat gepuzzel, want op het eerste gezicht lijkt het nutteloos. Pas later kom je erachter dat het de moeite waard is. Zelfs als je denkt dat er geen aanknopingspunten meer zijn, je oom Google helemaal binnenstebuiten hebt gekeerd, dan nog moet je doorzetten en zoeken naar de speld in de hooiberg die je verder helpt. Als veel later de productie verschijnt, je complimenten ontvangt van je collega’s en van de hoofdredacteur (hé wat leuk, die vrouwen zien er helemaal niet zweverig uit!) weet je waar je het voor doet.

Sommige interviewkandidaten zijn heel open: ze vertellen je zonder pardon wat je wilt weten en in een half uur heb je alle informatie die je nodig hebt. Helaas is er ook een keerzijde. Gedurende mijn stage interviewde ik ook mensen die de klappen van de zweep kende. Deze mensen waren bekend in Nederland en dus ook bekend met de media. Dat was soms wel lastig: sommige geïnterviewden zeiden niets uit zichzelf en je moest echt je best doen om er iets zinnigs uit te krijgen. Mijn eerste esta-interview met Hanna Verboom beschouw ik als mislukt. Het gesprek liep gewoon niet. Ik denk dat het een samenloop van omstandigheden was: het was mijn eerste telefonische interview voor esta en het was ook nog eens een bekende Nederlander die ik moest interviewen. Vervelender was dat Hanna heel terughoudend was. Ze praatte heel zacht en vertelde weinig uit zichzelf. Daar had ik op voorbereid moeten zijn. Uiteindelijk is het wel goed gekomen hoor. Het interview was voldoende. Maar het gesprek? Daar denk ik liever niet aan terug.

Mijn hele stage bij esta was een hoogtepunt. Ik vond het ontzettend leuk, kon goed opschieten met collega’s en was ontzettend gedreven. Alvorens ik aan de stage begon, wist ik dat ik me voornamelijk zou toeleggen op het uitvoeren van kleine producties: het schrijven van rubrieksartikelen en researchwerk voor artikelen van collega’s. Ook wist ik voor de stage dat ik hiermee geen genoegen zou nemen. Ik wilde meer dan dat en wilde – proberen – volledig mee te draaien bij esta. Toen ik na een aantal weken naast de gebruikelijke rubrieksartikelen ook de grotere artikelen mocht schrijven, was ik ontzettend blij. Ik ben trots op grote producties als Mixen is meer, Koffiedikkijkers, Leven & Werken en Levenslied. Deze artikelen zijn in mijn ogen hoogtepunten: dit is het bewijs dat ik iets kan. Ik heb me, mijn inziens, voldoende bewezen, vertrouwen gekweekt en daardoor gaf mijn stagebegeleidster me grote opdrachten. Van research en afspraken maken tot interviewen en uitschrijven: ik deed het allemaal zelf.

3.4. Hoe beoordeel ik die werkzaamheden en hoe is mijn werk door de stageverlener beoordeeld? 3.4.1. Beoordeling door mezelf:

Journalistieke competenties

O V G

Onderwerpen en invalshoeken bedenken X

Plannen en organiseren X

11


Research en gebruik bronnen X

Nieuwsgaring / professioneel communiceren X

Interviewtechniek X

(Nieuws)selectie X

Scheiden feiten en commentaar X

Structureren X

Productie korte (nieuws)berichten, rubrieken X

Productie meer omvattende producten (verslagen, interviews, langere artikelen)

X

Schrijfcapaciteiten: spelling, stijl, zinsbouw X

Redigeren X

Koppen en intro’s maken X

Doelgroepgerichtheid X

Creativiteit X

Algemeen kennisniveau X

Mediumspecifiek kennisniveau X

Achtergronden en verbanden zoeken X

Journalistieke attitude

O V G

Inzet / motivatie X

Initiatief X

Deelname in vergaderingen X

Verantwoordelijkheidsgevoel X

Werktempo / werken onder tijdsdruk X

Doorzettingsvermogen X

Flexibiliteit X

Kritisch vermogen X

12


Betrouwbaarheid X

Collegialiteit X

Communicatie X

Journalistieke ethiek X

3.4.2. Beoordeling door de stageverlener-

3.5. Wat heb ik over het vak journalistiek tijdens mijn stage geleerd?Het beeld dat ik tijdens de opleiding van het journalistieke werkveld had, bleek grotendeels te kloppen. Het is zo nu en dan een stressvolle baan, je moet rekening houden met deadlines en geen dag is hetzelfde. Op journalistiek gebied heb ik weinig bijgeleerd. Ik wist hoe het er op een redactie aan toe ging en – dat moet ook gezegd worden – ik heb op school veel van het vak geleerd. Wel heb ik gedurende mijn stage te maken gehad met, voor mij, nieuwe situaties. Journalistiek-ethische ervaringen die ik heb opgedaan, staan onder het volgende kopje.

3.6. Welke journalistiek-ethische ervaringen heb ik tijdens mijn stage opgedaan (commerciële druk, financiële of materiële tegemoetkomingen, redactie- uitgeverij- of omroepbeleid, aanvaringen, slordigheden, reacties van publiek e.d.)?FinanciënOok esta kan, net als velen in de tijdschriftenbranche, het hoofd boven water houden. Ook ik heb daar wel iets van gemerkt gedurende mijn stage. Er werd mijn collega’s nadrukkelijk gewezen op normen en waarden en esta is ook zeer kritisch naar haar vaste medewerkers. Ik als beginneling kreeg veel feedback van collega’s, maar collega’s kregen ook veel feedback op hun stukken van chefs of van de hoofdredacteur. Frappant was dat niet alleen ik mijn stukken vaak terug kreeg, maar collega’s ook.. In het begin vond ik dat wel een beetje vreemd: die mensen hebben zoveel ervaring, maar toch worden ze vaak teruggefloten. Daar moest ik wel aan wennen. Al is het eigenlijk alleen maar goed dat dat gebeurd.

Dat het budget van een tijdschrift als esta te wensen overlaat, heb ik ook wel gemerkt. De vaste medewerkers komen om in het werk, ze werken soms aan 5 grote producties tegelijk en moeten ook vaak buiten werktijd werken. Ik merkte dat het mijn collega’s soms een beetje te veel werd en dat hun hele hoofd tolde van dingen die ze nog moesten (en die ze eigenlijk al af moeten hebben). Ook esta wil bezuinigen op extra uitgaven en probeert veel producties ‘binnenshuis’ te doen. Er worden geen vaste medewerkers meer aangenomen, dat is te duur, maar werk uitbesteden aan freelancers doen ze ook liever niet. Het gevolg is dat de druk op de schouders van vaste medewerkers alleen maar stijgt.

Materiële tegemoetkomingen (adverteerders)Jezus zeg, wat krijgt een tijdschrift veel spullen van adverteerders! Om de haverklap kwamen er nieuwe boeken, lekkere taarten, koffiezetapparaten en talloze beautyproducten. Veel adverteerders willen dat je over producten schrijft en sturen je daarom nieuwe producten toe. Die producten worden opgeslagen en drie keer per jaar worden de producten

13


(spellen, beautyproducten, boeken, koffiezetapparaten, grasmaaiers) voor een prikkie verkocht aan redactieleden. En mocht ik nu net het geluk hebben aanwezig te mogen zijn bij zo’n ‘tombola-avond’. Uiteraard ging ik met een flinke buit naar huis. De opbrengst van zo’n avond komt in een pot terecht die dan weer goed is voor verjaardagscadeautjes (die ik zelfs ook nog heb gekregen!).

Aanvaring 1Ik heb gedurende mijn stage één keer een aanvaring gehad met een interviewkandidaat. Voor de productie Koffiedikkijkers interviewde ik een numerologe. Een numerologe is iemand die door te kijken naar je geboortedatum en geboortedatum iets kan zeggen over jou en je toekomst. De kwestie: de vrouw was niet blij met het stuk – het interview over haar - dat ik had geschreven. Zoals altijd mailde ik ook deze vrouw mijn (eerste) versie. Wat ik terug kreeg was een document vol opmerkingen en aanpassingen. Als ik al haar opmerkingen mee moest nemen in mijn tweede versie, zou er niets van mijn verhaal over blijven. Om me even te verdedigen: ik besodemieter de boel niet en schrijf niet dingen op die mensen niet zeggen. De vrouw in kwestie had vooral problemen met de vorm waarin ik het artikel schreef (monoloog) en de manier waarop ik haar uitspraken had geselecteerd. Ik selecteerde haar leukste, spraakmakende uitspraken en liet onnodige achtergrondinformatie achterwege omdat ik maar 450 woorden had. Ik deed dus gewoon mijn werk – maar dat vond deze vrouw niet. Om haar toch enigszins tegemoet te komen, en op advies van mijn stagebegeleider, heb ik toch veel water bij de wijn gedaan. Sommige uitspraken heb ik laten staan, andere niet. Ik wilde immers zelf ook tevreden zijn met het stuk. Ik belde de numerologe op om het artikel door te spreken, en wederom was de vrouw niet tevreden. Ik wilde de vrede bewaren en heb toen – waar ik absoluut niet blij mee was – het artikel herschreven. De uiteindelijke versie heb ik haar gemaild en weer was de vrouw niet blij. Ik kreeg verwijten (‘De situatie waarin we ons nu bevinden, komt doordat jij en ik weinig ervaring hiermee hebben…’) en de vrouw wilde echt alle kleine details veranderd hebben. Duidelijk werd dat ik er niet meer uit kwam met deze vrouw. Mijn stagebegeleider Wies heeft de numerologe op dat moment gebeld en haar gerust gesteld. Wies stelde mij in het gelijk, was het met mij eens, maar heeft toch de vrouw gebeld om erger te voorkomen.

Aanvaring 2Niet alleen ik belandde in een conflict met een interviewkandidaat. Conflicten komen met regelmaat voor op de redactie van esta en zo raakte ook de hoofdredacteur in een conflict met een columnist. De reden van een conflict was een zeer pittige column die de columnist schreef over thuis bevallen. De hoofdredacteur las de column en wilde niet dat de column in die hoedanigheid in esta werd geplaatst. De hoofdredacteur gaf de columnist opdracht de column te wijzigen en de columnist ging niet akkoord. Hij beschuldigde de hoofdredacteur van misleiding en hield voet bij stuk. Gevolg van het conflict was dat de columnist opstapte. De man in kwestie is niet langer een columnist van esta.

3.6.1. Welke visie heb ik tijdens mijn stage op deze onderwerpen ontwikkeld?Wat heb ik geleerd van die journalistiek-ethische ervaringen? * Dat het – financieel – niet echt goed gaat in de tijdschriftenbranche. Ook bij esta doen ze er alles aan om het hoofd boven water te houden. * Dat er bij esta geen vaste medewerkers meer worden aangenomen, omdat ze te duur zijn* Dat de druk op vaste medewerkers hoog is: iedereen maakt overuren en vecht voor zijn

14


plek* Dat esta erg kritisch is: niet alleen naar stagiaires maar ook naar vaste medewerkers * Dat tijdschriften afhankelijk zijn van inkomsten van adverteerders. Esta heeft een rubriek genaamd Aaf graaft. In deze rubriek wordt een toilettas ‘gelezen’: de columnist bekijkt de spullen uit de toilettas en verzint daar een persoon bij. De rubriek wordt – zover ik weet - niet gelezen, maar blijft bestaan omdat het geld oplevert door advertentie-inkomsten. * Dat je soms te maken krijgt met interviewkandidaten die helemaal niet blij zijn met het artikel dat jij hebt geschreven. Je schrijft geen nonsens op, maar evenmin herkent de interviewkandidaat zich niet in jouw verhaal. Hoe hiermee om te gaan, hangt af van de situatie. In dit geval heb ik het oordeel van mijn stagebegeleider gevolgd; ik heb het artikel zodanig aangepast dat de vrouw tevreden was.

3.7. Was esta een goede stageplaats?esta was zeer zeker een goede stageplaats. Sterker nog: ik had me geen betere stageplaats kunnen wensen. In het begin moest ik wennen aan het tempo; ik mocht alleen kleine rubrieksartikelen schrijven. Gelukkig veranderde dat snel. Ik kreeg meer vrijheid en mocht ook grote producties uitvoeren. Ik moet wel toegeven dat een stage bij esta best pittig is. Alvorens ik daar werd ‘aangenomen’ moest ik al één interview en 3 rubrieksartikelen schrijven. Bij esta zijn ze kritisch, zeker als het gaat om het selecteren van interviewkandidaten, en er wordt veel van je verwacht. Het is geen 9 tot 5-stage. De redactie op zichzelf is ontzettend gezellig en het redactieteam is er één uit duizenden. Bij esta werken sociale, lieve mensen die interesse in je tonen en je helpen waar nodig is.

3.8. Hoe was de stagebegeleiding ter plekke en vanuit school?Stagebegeleider ter plekke: Wies VerbeekWies heeft mij goed begeleid. Gedurende mijn stage had ik een bureau naast dat van haar en dat was erg prettig. Als ik dingen niet wist of even wat moest overleggen, hoefde ik mijn hoofd maar te draaien. Wies is chef reportage en had het ook gedurende mijn stageperiode erg druk. Toch was ze niet te beroerd me op weg te helpen. Wies en ik hebben niet iedere week mijn voortgang besproken. Dit omdat we beide geen behoefte hadden om iedere week de balans op te maken. We hebben drie keer om de tafel gezeten en dat was prima. Wies was er gewoon op de momenten dat ik haar nodig had.

Stagebegeleider vanuit school: John FranssenOok de stagebegeleiding vanuit school was voldoende. Eerlijk is eerlijk, die stageverslagen zijn niet echt nuttig. Bij mijn eerste stage werden de weekverslagen door mijn begeleider nauwelijks gelezen, en ook gedurende deze stage schreef ik verslagen die vaak niet werden gelezen. Soms stond er inderdaad niet veel soeps in dat verslag: het ging goed, ik was druk bezig (waarom dan een verslag van 500 woorden schrijven?). Ik vind een tweewekelijks verslag voldoende. Als er iets is was en ik wilde mijn begeleider direct spreken, dan wist ik hem wel te vinden.

Aanbevelingen voor de stagevoorbereidingEén van mijn zwakke punten is dat mijn stagebegeleider de link met de actualiteit miste. Ik had wel ideeën, maar die hadden weinig te maken met de actualiteit. Veel jongeren en jong volwassen zoals ik lezen maar zelden de krant. Alleen de Metro en/of de Sp!ts wordt vluchtig doorgebladerd en dat was het wel zo’n beetje. Ik raadpleeg het internet (www.nu.nl) ook voor kort (hapklaar) nieuws. In maximaal 200 woorden wordt er dan een nieuwsfeit uiteengezet. Achtergrondinformatie ontbreekt.

15

http://www.nu.nl/


Ik vind, zeker omdat mijn stagebegeleider opmerkte dat alle stagiaires die nieuwskennis missen, dat er meer aandacht moet worden besteed aan de actualiteit. Alleen in het eerste jaar (nieuwstoets) en het tweede jaar (nieuwsbedrijf) wordt erop gehamerd het Journaal te kijken en dagbladen te lezen. Ik vind dat ze deze lijn door moeten trekken tot het einde van jaar 4. Zo wordt het lezen van kranten, tijdschriften, het kijken van het Journaal een gewoonte, geen verplichting.

16


2. Zelfreflectie

2.1. LeerdoelenIn de bijlagen vind je het stageplan. In dit plan heb ik vijf leerdoelen opgesteld. Nu, na afloop van mijn stage, maak ik de balans op: hoe heb ik aan deze leerdoelen gewerkt en hoe heb ik mijn ontwikkeld?

Leerdoelen:1. Diepgang en complexiteit Competentie 10: journalistiek handelen

Voor stage: Ik bevind me in het laatste jaar van mijn studie. Ik heb de afgelopen jaren veel geleerd, ik ben gegroeid en heb een rugzak vol kennis, inzichten en ervaring. Nu volgt de ultieme test: kan ik met mijn pakket aan kennis in de beroepspraktijk bij het medium tijdschrift uit de voeten? Verdien ik überhaupt de titel ‘journalist’? Vergeleken met de eerste stage ligt de lat hoger. Er mag wel iets van mij verwacht worden. Bij mijn eerste stage schreef ik voornamelijk nieuwsberichten (regioredactie) en achtergrondartikelen. Het niveau lag voor een eerste stage precies goed. Maar het niveau van de werkzaamheden mag deze tweede stage wat omhoog. Ik wil op zoveel mogelijk verschillende gebieden ervaring opdoen: opiniestukken, artikelen over cultuur, mode, gezondheid en maatschappelijke onderwerpen. Ik denk dat je het hoogst haalbare bereikt door over uiteenlopende onderwerpen te schrijven. Ook over onderwerpen waar je niets van af weet. Gooi mij maar in het diepe en test me uit. Ik houd van uitdagingen en het is goed voor mijn zelfvertrouwen en journalistieke ontwikkeling om ook lastige klussen aan te nemen. Ik verwacht niet dat ik die lastige, complexe en vaak grote artikelen in de eerste week mag schrijven. Zeker in het begin is het noodzaak te wennen aan het ritme en in te burgeren in het redactieteam en het bedrijf. Toch wil ik, stap voor stap, werken aan vooruitgang. Dat openbaart zich niet enkel in de omvang van artikelen, maar ook in de vrijheid en verantwoordelijkheid die collega’s mij willen en durven geven.

Na stage:Helaas heb ik die lastige, complexe artikelen niet mogen schrijven. Dat ik dacht niet mocht, werd mij eigenlijk al meteen duidelijk tijdens het eerste stagegesprek. Een stagiaire bij esta legt zich normaal gesproken voornamelijk toe op het schrijven van rubrieksartikelen. Heeft een stagiaire meer in haar mars, dan mag ze zich toeleggen op de productie van de wat grotere artikelen. Complexe samengestelde producties over bijvoorbeeld zelfmoord, sterilisatie en antidepressiva: nee, dat laten ze bij esta niet aan een stagiaire over. Ze zijn kritisch bij esta en dergelijke producties vergen specifieke aandacht. Het blad esta schrijft geen nonsens op en een complex onderwerp wordt van alle kanten belicht. Er zit veel tijd in zo’n productie en veel bronnen worden aangeboord om een kritisch opiniestuk te schrijven. Ik vond het niet erg dat ik me niet met deze producties mocht bezighouden. In mijn eigen tempo heb ik gewerkt aan vooruitgang. Zo ben ik al na drie weken overgestapt op het schrijven van de grote artikelen. Ik wilde meer vrijheid en verantwoordelijkheid en die kreeg ik ook. Nu, na mijn stage, kan ik trots mededelen dat ik 12 middelgrote tot grote artikelen heb

17


geschreven. Ik ben tevreden. Die complexe stukken met diepgang was wellicht iets te hoog gegrepen.

2. Creativiteit/originaliteit qua invalshoeken, aanpak en uitwerkingCompetentie 1: kiezen, 3: verzamelen, 4: selecteren, 5: ordenen, 6: presenteren, 8: kennis, 10: journalistiek handelen

Voor stage:Als journalist en als schrijfsters wil ik me op creatief gebied blijven verbeteren. Dit begint al vaak bij het idee. Een goede, passende invalshoek is het halve werk. Het lijkt makkelijk, een idee bedenken voor een tijdschrift. Pas wanneer je het idee nauwkeurig moet onderbouwen, wordt het moeilijk. Het onderwerp weet je, maar wat dan? Ik kan goed ideeën bedenken, maar als ik het idee nauwkeurig moet onderbouwen, zie ik door de bomen het bos niet meer. Zeker wanneer ik moet schrijven voor een specifieke doelgroep. Daar wil ik aan werken. Ik verwacht daarbij enige steun van collega’s en mijn stagebegeleidster. Ik wil weten waarom dié invalshoek zich niet leent voor dát onderwerp en waarom dát onderwerp niet past binnen de kaders van esta.

Niet alleen wil ik voortgang boeken als het om het bedenken van onderwerpen en invalshoeken gaat. De uitwerking vind ik minstens zo belangrijk. Wederom komt bij de uitwerking de doelgroep c.q. ijkpersoon om de hoek kijken. Die moet ik in de gaten houden (zie punt 4). Evenmin speelt, voor welk tijdschrift je ook schrijft, je eigen creativiteit en schrijfstijl een grote rol. Ik vind het leuk te spelen met woorden, te zoeken naar de perfecte woorden en zinnen. Daarnaast houd ik van uitdrukkingen en gezegden, beeldspraak en vergelijkingen. Als journalist onderscheid je je van anderen met name door je schrijfstijl. Ik wil aan mijn manier van schrijven werken. Dit doe je simpelweg door het schrijven van artikelen. Honderden artikelen.

De puntjes op de i. Helaas vergeet ik die vaak. Ik ben soms zo blij met een artikel dat ik het prompt verstuur ter inzage. Die laatste blik op een artikel doet vaak wonderen. Door mijn enthousiasme en snelheid vergeet ik die blik wel eens. Zo stom! Daar ga ik zeker aan werken gedurende deze stage. Geen slordige flaters, maar een helder en foutloos artikel.

Na stage: Ideeën bedenken ging me afgelopen drie maanden goed af. Vooral in het begin wilde ik laten zien dat ik het kon en gooide ik elk groot idee op tafel. Daar waren ze bij esta wel blij mee. Grote reportage-ideeën verdwenen vaak op een stapel met andere ideeën, maar ideeën voor rubrieksartikelen werden vrijwel meteen uitgewerkt. Tijdens vergaderingen voor de rubrieken van die dingen en estatainment was ik naar mijn mening dan ook voldoende aanwezig en stond ik garant voor het bedenken en uitwerken van artikelen. Na verloop van tijd, in het begin ging het redelijk moeizaam, had ik ook de toon van het tijdschrift te pakken en kon ik relevante en goede invalshoeken bedenken voor de esta-doelgroep. Een voorbeeld: begin oktober kwam de productie voor het kerstnummer maar moeizaam op gang. Het idee was er, maar er zat niet echt schot in de zaak. Ik had toen het idee om de hele kerstproductie te laten voor wat het was en het helemaal anders te doen. Ik dacht aan een grote (levende) kerststal met bekende Nederlanders en hun zieke, zwakzinnige of gehandicapte broer, moeder of tante. Dit zou ook goed passen in het thema ‘thuis’ van het decembernummer. Helaas kwam niet dit idee maar het eigenlijke idee in esta. Toch werd er wat gedaan met mijn idee en verscheen er een productie over bekende Nederlanders met hun – inderdaad –

18


gehandicapte broer/zus etc. Wat betreft schrijfstijl ging het in het begin een beetje fout. Ik wilde laten zien wat ik kon, probeerde leuk te schrijven en kreeg geen genoeg van woordspelingen. Allemaal leuk en aardig, maar het was ‘kristel’ in plaats van ‘esta’. Ik heb mijn schrijfstijl zodanig moeten aanpassen tot dat het ‘esta’ was. Geleidelijk aan lukte dat ook. Er werd steeds minder veranderd aan de inhoud van mijn artikelen.

Met die puntjes op de i gaat het beter. Ik vergeet de afwerking niet meer en kan me niet meer herinneren dat mijn stagebegeleider me betrapte op een spellingfout.

3. InterviewenCompetentie 3: verzamelen, 4: selecteren, 5: ordenen, 10: journalistiek handelen

Voor stage:Als journalist spreek je veel mensen. Je hebt die mensen nodig omdat ze iets te zeggen hebben wat jij niet weet. Kennis, persoonlijke verhalen, informatie: je hebt er mensen voor nodig. Het is belangrijk dat je weet hoe je die mensen moet benaderen en hoe je – de voor jou noodzakelijke – informatie uit hun strot krijgt. Helaas heb ik geen aangeboren interviewtalent en dus komt het weer op ervaring neer. Mijn ervaring op dit gebied is matig (ik kom pas net kijken!). Ik vind mezelf dan niet echt goed op dit gebied. Het is geen drama, laat ik dat voorop stellen, maar ik vind gewoon dat het beter kan. Ik volg vaak een vaste koers en ben als leider van het gesprek weinig verrassend. Ik heb een goed vragenlijstje en ik zorg dan alle vragen goed worden beantwoord. Netjes volgens een vaste route. Soms is het ook eens goed om een andere weg in te slaan, omdat het antwoord van de geïnterviewde zich hiervoor leent. Dat zie ik soms nog niet helemaal, omdat ik gefocust ben op mijn brandschone verhaal. Wat ik wil om mijn interviewtechniek te verbeteren? Interviewen natuurlijk! Telefonisch, face-to-face, je zegt het maar.

Na stage:Ik ben goed vooruit gegaan wat betreft het interviewen. In het begin ging het nog wat stroef: mijn allereerste interview met Hanna Verboom was zonder meer een ramp. Geleidelijk aan ging het beter. Natuurlijk heb je ook interviewkandidaten die niet veel prijs geven (of eigenlijk helemaal niets) en hun lippen stijf op elkaar houden. Dat is lastig, maar je moet toch iets op papier krijgen. Zo had ik eens een interview met Olivia Wong, een diëtiste, die ik interviewde over haar leven en haar werk. De vrouw in kwestie gaf niets prijs en zei vooraf dat ze terughoudend was. Het gevolg was dat ik met weinig spectaculaire informatie op de redactie verscheen. Ik had wel wat leuke dingen, maar sommige informatie ontbrak. Ik heb de geïnterviewde toen meerdere malen benaderd voor meer informatie. Dat is lullig, maar wat moest ik anders? Gelukkig kwam het goed met dat interviewen. Voor grote interviews mocht ik ook in een apart kamertje gaan zitten. Dat had ik ook wel nodig. Op de redactie in het bijzijn van collega’s een interview afnemen, is lastig. Je hoort geroezemoes en je kunt je niet goed concentreren. Ik heb alle soorten interviewkandidaten gehad: moeilijk, heel moeilijk, makkelijk, opgefokt en ga zo maar door. Daar leer je veel van. Je durf op een gegeven moment ook meer. Zo kreeg ik het op een gegeven moment zelfs voor elkaar dat een geïnterviewde – door de telefoon – voor me ging zingen.

4. Schrijven voor een specifieke doelgroep en volgens een unieke tijdschriftformule (uitwerking)Competentie 1: kiezen, 4: selecteren, 5:ordenen, 6: presenteren

19


Voor stage:In mijn eerste stage schreef ik voor een krant. De toon van een dagblad is zakelijk, kort en bondig. Bij het uitwerken, werk je volgens een vast stramien: het belangrijkste in de eerste zin en natuurlijk de 5 W’s en de H. Op school werd hier veel aandacht aan besteed en was het dus makkelijk om te schrijven voor een krant. Nu is alles anders. Bij het medium tijdschrift werkt het namelijk anders: ieder tijdschrift heeft een unieke formule en een specifieke doelgroep. Ik heb weinig ervaring met het schrijven voor een unieke doelgroep. Nu moet ik binnen korte tijd weten wie tot de doelgroep behoort en wat deze interesseert. Na verloop van tijd moet ik de ijkpersoon voelen, ruiken, horen, zien en proeven. Mij missie is om zo snel mogelijk de integreren in de denkwereld van de doelgroep en de formule van het tijdschrift. In het begin is feedback en kritiek noodzakelijk. Want als niet-veertiger weet ik niet goed hoe ik een onderwerp interessant kan maken voor het publiek. Om wat schot in de zaak te krijgen, maak ik voor aanvang van mijn stage een tijdschriftanalyse en lees ik de esta. Gedurende mijn stage sta ik open voor tips, adviezen en kritiek met betrekking tot (het eigen maken van) de doelgroep.

Na stage:Daar zat ik dan als twintiger tussen veertigers. Ik moest voor een doelgroep schrijven die ik zelf niet was. In het begin was het best lastig om de juiste toon te vinden. Ik schreef leuke artikelen, maar die waren niet helemaal ‘esta’. Geen verkleinwoorden gebruiken, zo min mogelijk ‘je’ in artikelen en niet in iedere zin een grapje willen maken: dat is esta. Het helpt enorm dat ik me 3 maanden bevond in een omgeving met veertigers. Ik ving gesprekken op over kinderen en relaties en nam ook deel aan deze gesprekken. Veel collega’s zeiden dan ook dat ik in hun ogen volwassen was. Niet die twintiger die ik eigenlijk ben. Daarnaast hielp het ook om in het perspectief van mijn moeder te denken. Wat zou mijn moeder hiervan vinden? Wat interesseert mijn moeder en hoe denkt ze over dingen? Ik vind dat het me goed is gelukt om snel en goed te integreren in de formule en de doelgroep van het tijdschrift. Op het einde van mijn stage hoefde mijn stagebegeleider ook weinig inhoudelijke dingen te veranderen in mijn artikelen. Sommige artikelen konden meteen door naar de eindredactie.

5. Werken binnen een bedrijfCompetentie 9: teamwork, 10: journalistiek werken

Voor stage:Eindelijk mag ik doen waar ik voor gekomen ben. Eindelijk mag ik stage lopen bij een tijdschrift. Al voor ik aan deze opleiding begon, wist ik dat ik graag bij een tijdschrift zou willen werken. Na twee algemene jaren, waarin de theorie was toegespitst op het schrijven voor krant, is dit niet veranderd. Nog steeds verslind ik tijdschriften met een snelheid waar een tijger nauwelijks aan kan tippen. Dít is echt mijn ding. Daarnaast ben ik verder. Ik kan meer en ik wil meer. Bij de eerste stage werd ik nauwkeurig in de gaten gehouden. Dat vind ik niet gek met enkel basale kennis op zak. Ik was verantwoordelijk voor de door mij geschreven artikelen, maar miste het verantwoordelijkheidsgevoel voor de organisatie. Ik had mijn blik enkel op mijn eigen taken en plichten gericht. Ik wil mijn horizon verbreden en in de tweede stage ook mijn blik richten op andermans taken en plichten. Ik wil me verantwoordelijk voelen voor esta, voor Sanoma Uitgevers, en niet alleen voor mijn eigen doen en laten. Ik ben stagiaire, en die naam behoud ik, maar niettemin wil ik dat collega’s mij na verloop van tijd als een echte werknemer zien.

20


Na stage:Nou, met dit leerdoel zit het wel snor. Ik heb naar mijn mening uitstekend gefunctioneerd bij esta. Natuurlijk, je blijft een stagiaire, maar eigenlijk voelde ik dat zelf niet zo. Ik voelde me een collega, ik voelde me één van hen. Ik heb me bij esta ontzettend thuis gevoeld en belangrijk: ik voelde me verantwoordelijk voor de organisatie. Ik had niet alleen mijn blik gericht op mijn eigen taken, maar ook op die van anderen. Collega’s vroegen mij om advies en hadden behoefte aan mijn mening. Ze vroegen mij om hulp bij het schrijven van artikelen en betrokken me bij de productie van het hele tijdschrift – inhoud én vormgeving . Ik denk zeker dat ik erin ben geslaagd een goede indruk achter te laten.

2.2. Op welke gebieden heb ik mij ontwikkeld?* Vanuit de actualiteit journalistiek relevante onderwerpen kunnen analyseren en vaststellen* Snel en gericht nieuwe informatie kunnen verzamelen en selecteren, met (moderne) nieuwsgaringtechnieken en methoden van onderzoek* Informatie kunnen verwerken in een adequate journalistieke vorm voor diverse media* Adequaat en professioneel kunnen communiceren* Professioneel en efficiënt kunnen (samen)werken in een organisatie/bedrijf* Eigen en andermans journalistiek werk kritisch kunnen beoordelen en een bijdrage kunnen leveren aan de ontwikkeling van het vak* Kunnen reflecteren op eigen ontwikkeling als professional en daaruit conclusies kunnen trekken voor de toekomst

2.3. Wat heb ik gedurende mijn stage over mezelf geleerd als journalist?Dat ik eigenlijk helemaal niet zo slecht ben als dat ik dacht dat ik ben. Ik ben vaak onzeker over mijn kwaliteiten, maar nu na de stage kan ik zeggen dat ik wat zelfverzekerder ben geworden. Ik ben overtuigd dat ik iets kan en wil het ook ontzettend graag. Gedurende mijn stage heb ik dan ook geen enkele opdracht afgewezen. Ook in de omgang met interviewkandidaten heb ik me ontwikkeld. Ik ben niet meer bang voor geïnterviewden, durf meer en kan verrassend uit de hoek komen. Ook kwam ik er gedurende mijn stage achter dat het maken van koppen en intro’s – passend bij het blad – lastig is. Ik breek soms mijn hoofd over een passende kop en weet dat ik daar nog aan moet werken. Ook belangrijk voor mij was dat ik goed op mezelf kon zijn. Dat heeft niet zozeer met mijn capaciteiten als journalist te maken, maar het bepaald wel voor een deel mijn toekomst. Gedurende mijn stage woonde ik namelijk in Haarlem. Alleen en zonder bekenden. Mijn plattelandsdorpje Kessel had ik verruild voor een grote stad. Hoe dit zou uitpakken, wist ik op voorhand niet. Gelukkig heeft ook dit goed uitgepakt. Binnen één week was ik geaard in Haarlem. Daar ben ik heel blij mee. Ik dacht altijd dat het verhuizen naar een grote stad voor werk een enorm struikelblok zou zijn. Dat ik niet zonder mijn familie en vrienden zou kunnen. Maar dat kan ik achteraf dus wel. Ik zal dan ook in de toekomst niet aarzelen als ik een goede baan krijg aangeboden in de Randstad.

2.4. Hoe zie ik de toekomst?Die vraag wordt mij iedere week minimaal twee keer gesteld. Steeds weer vind ik het lastig deze vraag te beantwoorden. Ik ben bijna journalist, maar wat wil ik met die titel? Ga ik verder studeren of meteen aan de slag? Stiekem ben ik er nog steeds niet uit. Ik ben een persoon van duizend interesses en het gezegde ‘waar een deur dicht gaat, gaat er ook één open’ is op mijn lijf geschreven. Ik zou graag journalist willen worden, ben dol op schrijven, maar zie me naast journalist ook als schrijfster. Ik denk dat ik het in me heb om thrillers, romans of biografieën te schrijven. En om het nog verwarrender te maken: mijn hedendaags baantje als bloemist bevalt me prima, ik zou graag bakker willen worden, psychologie of criminologie willen studeren of politieagent willen worden. Het gekke is dat ik dit echt meen. Ik heb een enorme drang om iets van mijn leven te maken, mijn ambitie is onstilbaar en ik ben overal voor in. Dat heb ik altijd al gehad. Ik ga 100% voor iets, ben niet snel tevreden en houd ervan steeds weer getriggerd te worden. Een ‘levenslange’ baan als journalist zie ik dan ook niet zitten. Ik houd van afwisseling en denk dat ik niet vrolijk wordt van een

21


levenslange baan als journalist. Ik denk dat ik, mocht ik dit beroep altijd blijven doen, op mijn vijftigste onder de grond lig. Ik ben vatbaar voor depressies, dat zit ook in mijn familie, en een baan als journalist is ontzettend stressvol. Ik heb gedurende mijn studie tot twee keer toe in een ‘dip’ gezeten en ook tijdens mijn stage heb ik van die momenten dat het even niet gaat. Ik raak uit balans, ben down en heb gewoon te veel aan mijn hoofd. Alles loslaten, leuke dingen doen en veel hardlopen, is dan het enige dat helpt. Een vriendin heeft me al meerdere keren gewaarschuwd voor mezelf. Zij vraagt zich serieus af of ik mijn hele leven in zo’n stressvolle omgeving wil werken. Desalniettemin vind ik dit werk leuk en zie ik mezelf zeker op een redactie van een tijschrift als esta. Verder studeren zit er door geldgebrek toch niet in, dus ik zal toch aan de bak moeten. Bij een tijdschrift zou ik graag willen starten, maar waarschijnlijk gaat dat niet lukken. Er worden geen vaste werknemers in dienst genomen, alleen freelancers. Ik zal waarschijnlijk werken als freelance journalist. Dat vind ik niet erg. Het is geen stabiele situatie, maar wel geschikt voor mij. Ik kan voorlopig thuis blijven wonen, geld sparen en mezelf op de kaart zetten als journalist. Dat is hoe ik de toekomt – voorlopig – zie. Ik kom er toch wel.

22


3. Tijdschriftanalyse1. Hoe zou je de doelgroep van het blad omschrijven?

1.1. Sociografisch (opleiding, leeftijd, leefsituatie, inkomen, maatschappelijke situatie)esta is een general interest mentaliteitsblad voor vrouwen van 35 tot 45 jaar. De sleutelwoorden van esta zijn: echt, eigenzinnig, energiek en inspiratie. esta daagt uit en zet mensen – iedere twee weken – aan het denken.

De esta-vrouw weet wat ze wil en wat ze waard is. Ze is uitgebalanceerd en relativeert, is zichzelf maar ook moeder, partner, vriendin en dochter. Ze is sociaal gericht, maatschappelijk betrokken, wil verrast worden en zich blijven ontwikkelen.

Opleiding: havo/WO Leeftijd: 35 – 45 jaar Leefsituatie: De esta-vrouw heeft een parttime of fulltime job. Deze vrouw woont samen en/of is getrouwd met een partner. Het stel heeft geen, één of twee kinderen. De kinderen zijn tussen de 5 en 15 jaar oud. Inkomen: gemiddeld € 3000 tot € 4500 bruto per maand. Maatschappelijke situatie: man en vrouw werken beide. Financieel heeft het gezin niets te klagen. Beide zijn goed verzekerd en daarnaast voorzien van een redelijk tot goed pensioen.

1.2. Sleutelwoorden

eigenzinnig, uitgebalanceerd, partner, vriendinnen, kinderen, maatschappelijk betrokken, sociaal, ambitieus, werk, 40, optimist, energiek, zelfbewust, zorgzaam

1.3. IJkpersoon

Naam: Esther (40)Geslacht: vrouw Burgerlijke staat: woont samen met Pieter (42)Kinderen: Anna (8) Huisdieren: hond Bo (ras: Bobtail)Woonplaats: HaarlemWerk Esther: binnenhuisarchitect (zelfstandig)Werk Pieter: financieel adviseur bij SNS bankOpleiding: Kunstacademie Amsterdam Politiek: VVDGeloof: Atheïst Hobby’s: hardlopen, winkelen, tekenen,

23


koken en lezen Uitgaan: Esther en haar man hebben een gezellige vriendenkring. Eens per maand komt de club, bestaande uit 11 personen, bij elkaar voor een hapje en een drankje. Daarnaast luncht Esther regelmatig met haar beste vriendin Marjolein. Door hun drukke werkschema en hun dochter Anna hebben Esther en Pieter weinig tijd voor elkaar. Om hun relatie te onderhouden is maandelijks één zaterdag gereserveerd voor een leuk avond met z’n twee. Pieter en Esther gaan op die dag buitenshuis eten, naar het theater of naar de sauna. Lezen: Trouw, esta en literatuur. Esther leest het liefst spannende romans als Het veloren symbool (Dan Brown) en Onschuld (John Hart) en populaire boeken van schrijfsters als Esther Verhoef, Marion Pauw en Tatiana de Rosnay. Abonnee: Trouw, esta, ECI (boekenclub)Eten: Esther is een ware keukenprinses. Als de tijd het toelaat vindt ze het leuk om te experimenteren met eten. Daarbij maakt ze gebruik van één van haar vele kookboeken. Esther houdt van variatie en kookt overwegend Japans, Aziatisch, Nederlands en Spaans. Drinken: Water, thee, rode wijn en rosé.Reizen: Portugal, Canarische eilanden. Vervoer: auto.Auto: Peugeot 307 (2006), Toyota Aygo (2005).

1.3.1. Karaktereigenschappen:

Ordelijk: Esther vindt het fijn als in huis alles ordelijk is. Doorgaans zorgt de interieurverzorgster dat het in huis fris en schoon oogt. Zelf neemt ze ook huishoudelijke taken op zich. Esther wast, strijkt en kookt.

Ruimdenkend: Esther staat bekend als iemand met een afgewogen oordeel. Esther bekijkt zaken van alle kanten, trekt geen overhaaste conclusies en is ruimdenkend. Ze heeft nauw contact met de realiteit van het leven. Vooroordelen heeft ze dan ook nauwelijks.

Integer: Esther houdt niet van leugentjes om bestwil. Eerlijkheid en authenticiteit zijn belangrijke kernwaarden voor haar. Esther komt afspraken na, vertelt de waarheid en voegt de daad bij het woord.

Doortastend: Doorzettingsvermogen, ijver en vlijt zijn andere woorden om deze eigenschap aan te duiden. Projecten weet Esther doorgaans tot een goed einde te brengen, zonder onderweg veel te klagen of moed te verliezen. Als Esther iets toezegt, dan maakt ze het ook waar.

Zorgzaam: Dochter Anna betekent heel veel voor Esther. Esther en haar man Pieter willen dan ook niet dat Anna iets tekort komt. Ze geven haar alle liefde die nodig is om een kind goed op te voeden. Echter, soms slaat Ester wat door in haar moedergedrag en is ze onnodig bezorgd.

24


2. Welke zijn de functies van het blad?

2.1. Wie is de uitgever? Wat wil die met het blad bereiken?Uitgever: Sanoma Uitgevers Sanoma Uitgevers (vanaf 5 april 2011 Sanoma Media Netherlands) is een grote uitgever van publiekstijdschriften, custom media magazines, evenementen en websites in Nederland. Sanoma heeft een rijk portfolio met meer dan 100 uiteenlopende merken waaronder AutoWeek, Donald Duck, delicious, Flow, www.kieskeurig.nl, Libelle, Margriet, www.nu.nl, Panorama, VIVA, www.vrouwenonline.nl, www.schoolBANK.nl en www.startpagina.nl. Het tijdschrift esta hoort ook in dit rijtje thuis. Samen met tientallen andere tijdschriften is esta gevestigd in Hoofddorp.esta bestaat sinds 2004 en is opgezet omdat er bij Sanoma geen tijdschrift was voor vrouwen van middelbare leeftijd. Je had de VIVA, voor vrouwen van 25 tot 35 jaar, en de Margriet, voor vrouwen van 45+. Een tijdschrift voor vrouwen van 35 tot 45 jaar ontbrak.

Doel: hoogopgeleide vrouwen van middelbare leeftijd informeren/vermaken met een mix die aansluit bij de behoeften, interesses en belevingswereld van de doelgroep.

2.2. Wat beogen de artikelen in het blad? Natuurlijk informeren, maar hoe? Welke andere functies? (Denk aan: motiveren, mobiliseren, opiniëren, steunen, troosten, herkennen, amuseren enz.)

Herkennen (identificatie) Kennisdeling Ontspannen Amuseren Motiveren (aanbevelen) Ontroeren

25

http://www.startpagina.nl/

http://www.schoolBANK.nl/

http://www.vrouwenonline.nl/

http://www.nu.nl/

http://www.kieskeurig.nl/


3. Op welke pijlers rust het blad?

3.1. Aan welke terreinen /aandachtsgebieden schenkt het blad altijd aandacht?

Opinie Emotie & lifestyle Cultuur Reizen Eten & gezondheid Beauty & mode Wonen

3.2. (Hoe) zie je dat terug in artikelen en rubrieken?Op welke pijler het artikel of de rubriek berust, zie je meteen. Hieronder een opsomming van de vaste rubrieken - en de daartoe behorende pijlers.

Opinie - Van die dingen - Aan esta

Emotie en lifestyle - Huis & kruis - Nest- 26x (portretten)- Leven & werken- Zij van … - Werk (reportage)

Cultuur - Estatainment - Boeken enzo- Biografie

Reizen - Trips- Reizen (reportage)

Eten en gezondheid - Het lekkere werk - Psyche (reportage)

Beauty en mode - Must-haves - Aaf graaft

Wonen - Wonen (reportage)

26


4. Welke onderwerpen zijn interessant voor het blad?

4.1. Welke onderwerpen zijn altijd interessant voor het blad?De Esta-vrouw staat middenin het leven. De volgende onderwerpen zijn altijd interessant voor het blad:

- 40Kenmerkend voor het blad is het getal veertig. De doelgroep van het blad is gemiddeld veertig en het bereiken van het veertigste levensjaar is een mijlpijl voor velen. Je bent geen dertiger meer, maar ook geen vijftiger: je staat er tussenin. Typerend voor een veertiger is dat hij/zij terugkijkt: waar sta ik in het leven? Heb ik bereikt wat ik wilde bereiken? Hoe zie ik mijn toekomst? Allemaal vragen die voor een veertiger van belang zijn. Om deze reden wordt er in het blad veel aandacht besteed aan het ‘veertig zijn’ en de ‘problemen’ (midlifecrisis, ontevredenheid over bijvoorbeeld werk en uiterlijk) en vragen (Is 40 oud?) die deze leeftijd met zich meebrengt.

- Maatschappelijke onderwerpen Maatschappelijke onderwerpen omvat alles wat de doelgroep boeit. Ook dit heeft met de leeftijd van de doelgroep te maken. Een gemiddelde vrouw van middelbare leeftijd woont samen/is getrouwd en heeft kinderen. Artikelen over relatieproblemen (relatietherapie, overspel, scheiden), liefde en onderwerpen over kinderen en opvoeding is voor deze vrouw interessant. Maar ook uiterlijk en gezondheid boeit de esta-vrouw. Artikelen over plastische chirurgie, ziektes en persoonlijke verhalen komen dan ook aan de orde in het blad. Maar niet alleen een kijkje in andermans keuken (interviews met toonaangevende persoonlijkheden van dezelfde leeftijd) is interessant. De esta-vrouw wil de kwaliteit van het leven ook verbeteren. Artikelen over duurzaam leven vind je bijvoorbeeld ook in het blad.

Hieronder een overzicht met onderwerpen (reportages) die de esta-vrouw interesseert. Bij de onderwerpen worden er specifiek wat voorbeelden genoemd.

Onderwerp Specifiek

Relaties - oude vrijsters - latrelaties - relaties met enorme leeftijdverschillen- contact onderhouden met je ex(man)- vreemdgaan - internetdaten

Werk - Burn-out- Werkeloos - carrièreswitch - ZZP’ers

Seks - Sterilisatie - Nog maar ‘1 keer’ per maand seks - Hij wil niet

Psyche & gezondheid - antidepressiva - leven met 4 zintuigen

27


- botox - in therapie - erfelijke ziektes in je familie

Lifestyle - emigreren

Maatschappij & kinderen - de dood van je kind- zorgen voor de kinderen van een overleden vriendin- alimentatiewraak - depressieve kinderen - het litteken van een abortus

4.2. Wat voor onderwerpen c.q. artikelen zijn per se niet interessant voor het blad?

Onderwerpen die niet gerelateerd zijn aan de leeftijd en interesses van de doelgroep, zoals:

sekstips * anorexia * interviews met internationale beroemdheden * gossip * nieuwste gadgets * auto’s * make-up tips * computerspellen * modereportages * tuinieren * horoscopen * haartips * sport * gigolo’s * afvallen * trioseks * seksblunders * problemen met

ouders * zwangerschap * pensioen

28


5. Welke journalistieke technieken worden in het blad gebruikt?

5.1.Welke genres? Journalistieke genres:- Interview- Portret- Profiel- Column- Reportage- Feature - Nieuwsbericht

5.2. Andere, opmerkelijke c.q. kenmerkende journalistieke technieken?* Bijna alle artikelen in esta zijn geschreven in monoloogvorm. Vragen van een journalist worden meestal weggelaten.* Geïnterviewden worden aangesproken met ‘je’* Weinig verkleinwoorden (tafeltje, hoekje, keertje) * Een zakelijke, maar toch creatieve en luchtige toon

5.3. Waar zou je het blad plaatsen op de schaal neutraal <….> gekleurd en waarom?In het algemeen is het blad esta onpartijdig. Natuurlijk heeft het blad haar eigen doelgroep en ijkpersoon. In dit geval zijn dat vrouwen zo rond de veertig. Niet iedere vrouw van veertig behoort tot de doelgroep. De ijkpersoon is een volwassen, zelfstandige vrouw met ambitie. Ik vind esta een tijdschrift voor een ‘powervrouw’. Daarbij worden ideeën voor artikelen zorgvuldig gekozen en is het blad geëmancipeerd. Anno 2010 is (vrouwen)emancipatie geen taboe meer en zijn vrouwen de gelijke van de mannen. Dat straalt het blad ook uit. esta streeft naar gelijkgerechtigheid, zelfstandigheid en eerlijke maatschappelijke verhoudingen van vrouwen over de hele wereld. In die zin is het blad wel gekleurd.

29


6. Hoe verhoudt in het blad tekst zich tot beeld?

6.1.Waar zou je het blad plaatsen op de schaal tekst is bepalend <….> beeld is bepalend en waarom?Waarneembare tekst- en beeldverhouding: 50%/50%

Het beeld ondersteunt de tekst. De tekst is bepalend en het beeld is ondergeschikt aan de tekst. Niettemin sterkt het beeld de tekst. Foto’s en andere beelden zijn zorgvuldig gekozen en sluiten aan bij (de belevingswereld van) de doelgroep. Mijns inziens bepaalt de tekst voor 70 % (de inhoud van) het blad. Het beeld doet dit met 30 %.

6.2. Hoe leid je uit het beeld af wie en wat de doelgroep is? Geef voorbeelden? Welke kenmerken van de doelgroep kun je aan het beeld (foto’s, illustraties, cover, advertenties) ontlenen?

Foto’s en andere illustraties sluiten zorgvuldig aan bij de belevingswereld van de doelgroep. Zonder de tekst zou je de doelgroep van het blad kunnen vaststellen.

Foto’s - Foto’s van personen in de leeftijd van 35 tot 50 jaar. Het tijdschrift hecht veel waarde aan foto’s van mensen. Bijna alle interviewkandidaten/gesproken personen worden op de gevoelige plaat gelegd. Het gezicht staat centraal en is de blikvanger.

- Veel afbeeldingen van boeken, kunst, beautyproducten, keukengerei, kleding en andere gebruiksvoorwerpen die allen te maken hebben met de interesses van de doelgroep.

- Afbeeldingen die de tekst ondersteunen. Zo is de rubriek estatainment een soort cultuuragenda. Nieuwe programma’s, Cd’s en tentoonstellingen: het staat allemaal in estatainment. Er wordt altijd, door de journalist, passend beeld aangevraagd (screenshot nieuw tv-programma, nieuwe CD-hoes etc.).

IllustratiesEr wordt zelden gebruik gemaakt van illustraties. Enkele vaste rubrieken (Estatainment) en strips (Dus) zijn voorzien van een kleine illustratie. Ook wanneer het lastig is geschikt beeld bij een reportage te plaatsen – bijvoorbeeld een reportage over een ‘bruine douche’ – wordt er gebruik gemaakt van een illustratie.

CoverOp de cover staat (bijna) altijd een mooie vrouw in de leeftijd van 35 tot 45 jaar. Soms is het een interviewkandidaat, soms is het een ‘gewone’ esta-vrouw. Echt gewoon zijn deze vrouwen niet, want ze hebben allen iets dat mensen aanspreekt. Ze zijn mooi en hebben een krachtige, open uitstraling. De vrouwen passen perfect bij de formule van het tijdschrift; onafhankelijke, krachtige en zelfbewuste vrouwen van middelbare leeftijd. Heel soms schiet esta een opvallende weg in en wordt er een foto van een man geplaatst. Zo sierde Barry Atsma, Beau van Erven Dorens en Waldemar Torenstra al eens de cover.

AdvertentiesAdvertenties sluiten aan bij de interesses en de belevingswereld van de doelgroep. Zo worden er advertenties geplaatst over:

30


- beautyproducten als douchegel, deodorant, bodylotion en shampoo- eet- en drinkwaren als vloeibare boter, koffie, brood en optimel - probleemoplossende producten als dulcofibre (bevordert de stoelgang) en scholl (voor zachte, gladde voeten) - andere producten als vaatwastabletten en inlegkruisjes

Alle producten zijn zorgvuldig afgestemd op de doelgroep. In tijdschriften als cosmopolitan en grazia (leeftijd 18-25 jaar) zul je bijvoorbeeld geen advertenties vinden van vaatwastabletten, inlegkruisjes, brood en dulcofibre. Aan de reclameproducten kun je zien dat het tijdschrift zich richt op vrouwen van middelbare leeftijd.

31


Bijlagen

Stageplan Esta

Kristel SchreursTweede stage 1 september - 31 november 2010Fontys Hogeschool voor de Journalistiek Tilburg

32


Inhoud

1. Adresgegevens Blz. 34

2. Stagedoelstellingen, geconcretiseerd vanuit Blz. 35- de opleiding- de stageplaats- de stagiair zelf

3. Begeleidingsaspecten: door wie, wanneer en hoe Blz. 45

4. Werkplan Blz. 47

5. Bijlage(n)

Stageovereenkomst Esta Beoordelingsformulier (competentieformulier) Motivatie en CV Kristel Schreurs

33


1. Adresgegevens

RedactieadresRedactie EstaPostbus 410052130 MK HoofddorpTelefoon: (023) 556 7838

[email protected]

Stagecoördinator EstaWies VerbeekTelefoon : 023 556 4214E-mail: [email protected]

Mijn adresgegevens (gedurende stage)Kristel SchreursNassaulaan 402011 PD Haarlem Telefoon: 0636163642

PostadresKristel SchreursBosakkerweg 145995 PT Kessel

In geval van noodJan en Annemie SchreursBosakkerweg 145995 PT KesselTelefoon: 077-4621928

Docentbegeleider John FranssenTelefoon: 0877 870 646E-mail: [email protected]

Stagecoördinator tweede stageRachelle van den Hout – van NiekerkStagebureauFontys Hogeschool JournalistiekPostbus 909065000 GH TilburgTelefoon: 08778 74056

34

mailto:[email protected]




2. Stagedoelstellingen

Opleiding

De opleiding hanteert een aantal algemene opleidingsstagedoelen:

• De stagiair verwerft inzicht in de organisatie, de werkwijze en de functie van het

medium. Dit betekent dat hij inzicht krijgt in de redactionele formule, de doelgroepen,

de omgang met het nieuws, het eventuele redactiestatuut, de maatschappelijke

context en dergelijke.

• De stagiair raakt vertrouwd met technieken, methoden en beroepsnormen.

• De stagiair produceert voldoende, de productie is van voldoende niveau.

• De stagiair heeft een zodanige beroepshouding dat hij in zijn werk en in het contact

met in- en externe doelgroepen adequaat kan functioneren.

• De stagiair past reeds verworven beroepscompetenties toe en vertoont hierin een

duidelijke ontwikkeling.

Competenties1. KiezenJe Kiest in overleg met andere redactieleden binnen een bestaande blad- of programmaformule onderwerpen die geschikt zijn voor een bepaald medium. De onderwerpen zijn gericht op de beoogde (soms meer specifieke) doelgroep en je benadert deze ook vanuit minder voor de hand liggende invalshoeken.

2. PlannenJe levert in samenwerking met anderen een actieve bijdrage aan de planning van de redactie op kortere en op langere termijn. Bij onvoorziene complicaties stel je deze planning flexibel bij.

3. VerzamelenJe verzamelt over alledaagse en minder alledaagse onderwerpen informatie uit schriftelijke en mondelinge bronnen (Nederlands- en Engelstalig) waar de doelgroep c.q. de redactie om vraagt. Je gaat kritisch met bronnen om.

4. SelecterenJe selecteert uit een overzichtelijke hoeveelheid informatie datgene wat uit het oogpunt van logica, samenhang, relevantie en evenwicht noodzakelijk is om een meer specifiek publiek van relevante achtergronden te voorzien. Je let daarbij op de meerwaarde voor de doelgroep van in het oog springende details en uitspraken.

5. OrdenenJe ordent het geselecteerde materiaal in je producten logisch en/of chronologisch. Je

35


beheerst de ordeningsprincipes en –technieken van de relevante genres voor je medium/redactie.

6. PresenterenJe presenteert het geselecteerde materiaal in de taal- en beeldvormen die de redactie gebruikt. Je past je daarbij stilistisch en vormgevingstechnisch aan bij de specifieke doelgroep waar de redactie zich op richt.

7. Reflecteren op producten en handelenJe reflecteert op eigen en andermans producten en handelen, zowel op basis van gebruikelijke criteria als van meer specifieke criteria die samenhangen met de formule van het medium.

8. KennisJe maakt na gerichte research een specifiek en complex onderwerp zodanig eigen, dat je hierover een product kunt maken voor een specifiek medium en een beter geïnformeerde doelgroep.

9. TeamworkJe werkt samen met anderen in een journalistiek team (redactie) van een specifiek medium en houdt je daarbij aan afspraken. In je team (de redactie) vervul je verschillende rollen. Je stemt je activiteiten volledig af op het beoogde resultaat. En je levert een actieve bijdrage aan het oplossen van onvoorziene problemen.

10. Journalistiek werkenJe functioneert in je journalistiek bedrijf vanuit het oogpunt van inzet, accuratesse en sociaal gedrag naar tevredenheid van je werkgever en je houdt je aan de met hem gemaakte afspraken. Je toont eigen inbreng, creativiteit en zelfstandigheid en je hebt oog voor het belang van het bedrijf.

Competentieformulier tweede stageZie bijlage(n)

Sterkte-zwakte-analyse

Leerdoel Oordeel Toelichting

1. Kiezen Matig Kiezen gaat me gemakkelijk af. Alleen nu wordt het wat moeilijker. De onderwerpen die ik nu kies, zijn gericht op een specifieke doelgroep. Bij ieder onderwerp moet ik nagaan of het onderwerp wel past binnen de formule van het tijdschrift. Dat maakt de keuze voor onderwerpen moeilijker. Kortom: een competentie die ik zeker beter wil beheersen.

2. Plannen Ruim voldoende

Ik beheers de competentie plannen ruim voldoende. Eerder liep ik stage bij Dagblad De Limburger. De ervaring leert dat ze op een

36


krantenredactie werken met een zeer strikte planning. Bij het medium tijdschrift is de planning doorgaans minder strikt. Dat zorgt voor meer ruimte. Deadlines blijven natuurlijk staan, ook wanneer er onvoorziene complicaties optreden. Daar moet je goed mee kunnen omspringen.

3. Verzamelen Voldoende Een competentie waar ik zeker nog iets kan leren. Informatie vind je overal. Het is belangrijk te weten welke bronnen betrouwbaar zijn en welke niet. Het verzamelen van informatie is essentieel voor je stukken.

Zonder wielen kun je immers ook niet fietsen.

4. Selecteren Matig/voldoende

Ook bij deze competentie moet je rekening houden met de formule van het tijdschrift. Bij deze competentie valt dus nog veel te leren.

5. Ordenen Matig/voldoende

Ook bij deze competentie moet je rekening houden met de formule van het tijdschrift. Ook bij deze competentie valt nog veel te leren.

6. Presenteren Matig Deze competentie wil ik beter beheersen. Ieder tijdschrift heeft haar eigen doelgroep, bladformule en ijkpersoon. Het is moeilijk om je deze schrijfstijl binnen korte termijn eigen te maken. Maar het is niet onmogelijk. Vaak zul je artikelen terug krijgen die je moet aanpassen omdat ze het tijdschrift niet voldoende uitdagen. Maar daar leer je van.

7. Reflecteren op producten en handelen

Voldoende Ik kan goed onder woorden brengen waarom ik dingen op een bepaalde manier heb aangepakt. Reflecteren vind ik essentieel voor mijn leerproces. Het is goed kritisch naar jezelf en je producten te kijken. Maar ook van anderen leer je. Mij lijkt het namelijk een goed idee om ook eens een tijdje eindredactie te doen. Zo leer ik om ook kritisch te kijken naar andermans werk.

8. Kennis Voldoende Kennis heb je nooit genoeg. Ook aan deze competentie wil ik werken. Bij ieder artikel moet je gedegen research doen over een specifiek, vaak onbekend, onderwerp. Dat is een uitdaging, maar uiteindelijk wordt je kennis op tal van gebieden vergroot.

9. Teamwork Voldoende Iedere werkplek is anders. Je hebt te maken

37


met een nieuwe omgeving en nieuwe mensen. Het is belangrijk dat je je zo snel mogelijk aanpast. Ik zie dat niet als struikelblok. Ik zal er alles aan doen om zo snel mogelijk goed te integreren in de redactie van Esta.

10. Journalistiek werken

Voldoende Ik zal mijn stinkende best doen om mijn werkgever tevreden te stellen. Deze competentie staat op zichzelf en bij iedere stage begin je weer bij nul. Je moet de werkgever en collega’s overtuigen dat jij van toegevoegde waarde bent. Dat ga ik ook zeker doen.

Hoe werk ik aan mijn zwakke punten? Een mogelijk struikelblok is het eigen maken van de doelgroep van Esta. Ieder medium, zeker tijdschrift, heeft zijn of haar eigen specifieke doelgroep. Het is noodzaak om in een korte tijd te weten wie tot die specifieke doelgroep hoort en wat deze interesseert. De leerdoelen kiezen, verzamelen, selecteren, ordenen en presenteren hebben hier alles mee te maken. Je moet als schrijfster zorgen dat je de ijkpersoon voelt, ruikt, hoort, ziet en proeft. Het eigen maken van de doelgroep maakt deel uit van een groter geheel: de formule die het tijdschrift hanteert. Het is lastig om die formule binnen drie maanden volledig te beheersen. Maar het is niet onmogelijk. Feedback, en dus ook kritiek, leert je hoe het wel moet en hoe je als journalist voldoende de waarden van het tijdschrift uitdaagt. Om wat schot in de zaak te krijgen, maak ik voor aanvang van mijn stage een tijdschriftanalyse en lees ik de Esta. Gedurende mijn stage betekent dit dat ik opensta voor tips, adviezen en kritiek m.b.t. (het eigen maken van) de doelgroep.

Onderscheidend vermogen en groei t.o.v. de eerste stage In het tweede jaar van mijn studie bevond ik mij in de verbredingsfase. Met de noodzakelijke basiskennis begon ik aan mijn eerste stage. Door middel van de stage maakte ik kennis met de beroepspraktijk en toetste ik mijn eigen basale vaardigheden. Mijn stage verliep goed, maar niet uitmuntend. In de toekomst zou er behoorlijk wat snij- en schaafwerk aan te pas moeten komen om van mij een journalist te maken.

Nu ben ik twee jaar verder. Twee jaar vol nieuwe kennis, inzichten en ervaring. Ik ben gegroeid en heb me in positieve zin ontwikkeld. Nu volgt de ultieme test: kan ik met mijn pakket aan kennis in de beroepspraktijk bij het medium tijdschrift uit de voeten? Vergeleken met de eerste stage ligt de lat hoger. Er mag wel iets van mij verwacht worden als vierdejaarsstudent journalistiek. Nu is het alleen aan mij om die verwachtingen waar te maken en me 100 procent in te zetten om ook deze stage tot een goed einde te brengen.

Hoe leg ik bij het werken aan de algemene stagedoelen de lat hoger m.b.t. het niveau van de werkzaamheden, het werken op een ander medium en op een andere redactie, mijn beroepsgerichte taken en verantwoordelijkheden en de beroepscompetenties?

1. Niveau van werkzaamhedenBij mijn tweede stage zou ik graag uiteenlopende, en soms lastige, opdrachten aannemen. Bij mijn eerste stage schreef ik voornamelijk nieuwsberichten (regioredactie) en

38


achtergrondartikelen. Het niveau lag voor een eerste stage precies goed. Maar het niveau van de werkzaamheden mag deze tweede stage wat omhoog. Ik ben vrij zelfstandig, ben assertief en zal zelf aan de bel trekken wanneer dit nodig is. Ik verwacht niet dat ik de grote artikelen mag schrijven, maar ik zal er alles aan doen om te laten zien wat ik waard ben. Wellicht kom ik dan in aanmerking voor de grotere opdrachten.

2. Werken op een andere afdeling/redactieFeitelijk ben ik stagiaire bij Esta. Die naam behoud ik, maar niettemin wil ik dat collega’s mij na verloop van tijd als een echte werknemer zien. Ik ben niet langer het ‘zorgenkindje’ of de student die sterk onder toezicht staat. Ik ben vierdejaarsstudent en studeer aan het eind van dit schooljaar af. De stage bij Esta zal uitwijzen of dit vak echt bij me past en of ik de naam ‘journalist’ werkelijk verdien.

3. Werken bij een ander mediumEindelijk mag ik doen waar ik voor gekomen ben. Eindelijk mag ik stagelopen bij een tijdschrift. Al voor ik aan deze opleiding begon, wist ik dat ik graag bij een tijdschrift zou willen werken. Na twee algemene jaren, waarin de theorie was toegespitst op het schrijven voor krant, is dit niet veranderd. Nog steeds verslind ik tijdschriften met een snelheid waar een tijger nauwelijks aan kan tippen. Dít is echt mijn ding. De eerste stage bij een regionaal blad was niet echt mijn ding. Ik deed mijn best en presteerde voldoende, maar ik miste interesse en ijver in het medium krant waardoor ik het al snel goed vond. Die interesse en ijver komt nu wel bovendrijven, omdat het medium tijdschrift mij ontzettend boeit.

4. Je beroepsgerichte taken en verantwoordelijkheden Ik ben verder. Ik kan meer en ik wil meer. Bij de eerste stage werd ik nauwkeurig in de gaten gehouden. Dat vind ik niet gek met enkel basale kennis op zak. Ik was verantwoordelijk voor de door mij geschreven artikelen, maar miste het verantwoordelijkheidsgevoel voor de organisatie. Ik had mijn blik enkel op mijn eigen taken en plichten gericht. Ik wil mijn horizon verbreden en in de tweede stage ook mijn blik richten op andermans taken en plichten. Ik wil me verantwoordelijk voelen voor Esta, voor Sanoma Uitgevers, en niet alleen voor mijn eigen doen en laten.

5. BeroepscompetentiesIk beheers alle competenties voldoende, maar dat wil niet zeggen dat het goed zo is. Het kan altijd beter! Om mijn kennis te vergroten en mijn vaardigheden uit te breiden wil ik in de tweede stage uiteenlopende taken op me nemen. Ik wil dat ik word betrokken bij het hele proces: van het maken van artikelen tot eindredactie. Het plakkaat ‘stagiaire’ zal ik altijd blijven dragen en daar is ook niets mis mee. Maar ik ben wel berijd om uiteenlopende taken en lastige klussen aan te pakken. Soms moet je niet de makkelijke weg nemen.

EstaStage overeenkomstZie bijlage(n)

Gedragscode EstaOnbekend

Persoonlijke leerdoelen

39


Welke capaciteiten wil ik verder ontwikkelen?Op de volgende punten wil ik me verdiepen als journalist:

Diepgang en complexiteit Creativiteit/originaliteit qua invalshoeken, aanpak en uitwerking Reflecterend vermogen (eindredactie) Interviewen Zelfstandigheid

Aan welke zwakke punten wil ik werken (m.b.t. competenties)?

Werken onder druk en strikte deadlinesIk ben geen stresskip, maar een vrij relaxt persoon. Als alles in de soep dreigt te lopen, vertrouw ik erop dat het goed komt. Op zichzelf geen verkeerde eigenschap. Mijn mindere eigenschap komt hieruit wel voort. Ik kan, wanneer het allemaal dreigt te mislukken en ik geen tijd meer heb, vrij gemakzuchtig zijn. Gelukkig komt deze eigenschap alleen naar boven wanneer ik in een zeer korte tijd een artikel moet schrijven. Op school heb ik ruim de tijd om artikelen op tijd af te krijgen en met mijn vermogen tot plannen lukt dat ook altijd. Bij Dagblad de Limburger (eerste stage) ging het wel eens fout. Vaak had ik slechts één middag om een interview af te nemen en deze ook uit te werken. Ik was gefocust op de deadline en daardoor ging de kwaliteit van mijn stuk verloren.

Competentie: (6) presenteren, (10) journalistiek werken.

BalansIk vraag soms veel van mezelf. Ik ben graag bezig en doe vaak honderd dingen tegelijk. Een perfectionist wil ik mezelf niet noemen, daar ben ik te chaotisch voor. Maar ik ben wel het type dat altijd het onderste uit de kan wil halen. Helaas komt deze eigenschap niet altijd ten goede. Soms passeer ik de grens en raak ik uit balans. Dat resulteert in gezondheidsproblemen ten gevolge van stress. Ik moet leren om met druk om te gaan en ook eens wat minder van mezelf te vragen. Gelukkig wordt aan deze eigenschap al lange tijd gewerkt en is het alweer twee jaar geleden dat ik een ‘dipje’ had. Echter, ik zal altijd mijn grens moeten bewaken.

Competentie: -

Sterke punten

Inlevingsvermogen Ik denk, en dan spreek ik ook namens docenten en studenten, dat ik me goed kan inleven in interviewkandidaten. Ik zal gedurende een interview altijd streven naar een gemakkelijk gesprek waarin de interviewkandidaat zich helemaal op zijn of haar gemak voelt. Ik zal dan ook nooit, in het nadeel van de gesproken persoon, alles in het werk stellen voor een goed verhaal. Ik denk dat je ook zonder kromme vragen en vervormde antwoorden een goed verhaal neer kunt zetten. Ik ben menselijk en net als interviewkandidaten vind ik het fijn om ook zo behandeld te worden. Competentie: journalistiek handelen (10).

CreativiteitNog een sterk punt is mijn creativiteit. Ik neem er graag de tijd voor om een artikel helemaal naar mijn wens te schrijven. Ik houd ervan om te ‘puzzelen’ en te zoeken naar

40


de goede woorden. Daarnaast wil ik, indien het een interview betreft, dat de gesproken persoon zich herkend in het verhaal. Pas dan ben ik echt tevreden. Competentie: selecteren (4), ordenen (5), presenteren (6), kennis (8), journalistiek handelen (10).

ReflecterenIk kan goed reflecteren en dus onder woorden brengen waarom ik iets op een willekeurige manier heb aangepakt. Ik geef mezelf de nodige kritiek en vind het ook niet erg wanneer iemand mij kritiek geeft. Reflecteren vind ik erg belangrijk, omdat je op deze manier voortgang boekt in je leerproces. Door te oordelen wordt het werk van mij en van anderen alleen maar beter. Competentie: reflecteren (7).

SelecterenIk kan uit verzamelde informatie goed onderscheiden wat voor de doelgroep belangrijk is en wat niet. Competentie: selecteren (4).

Werken binnen een bedrijfIk heb de nodige werkervaring in verschillende sectoren omdat ik sinds mijn dertiende elke zaterdag en in vakanties werk. Ik neem mijn verantwoordelijkheden op tal van gebieden, ben flexibel, assertief en sociaal. Een nieuwe werkplek is voor mij geen struikelblok. Ik pas me snel aan en zorg ervoor dat collega’s en anderen mij waarderen.Competentie: (9) teamwork, (10) journalistiek handelen.

Leerdoelen 1. Diepgang en complexiteit

Competentie: journalistiek handelen (10)

Ik bevind me in het laatste jaar van mijn studie. Ik heb de afgelopen jaren veel geleerd, ik ben gegroeid en heb een rugzak vol kennis, inzichten en ervaring. Nu volgt de ultieme test: kan ik met mijn pakket aan kennis in de beroepspraktijk bij het medium tijdschrift uit de voeten? Verdien ik überhaupt de titel ‘journalist’? Vergeleken met de eerste stage ligt de lat hoger. Er mag wel iets van mij verwacht worden. Bij mijn eerste stage schreef ik voornamelijk nieuwsberichten (regioredactie) en achtergrondartikelen. Het niveau lag voor een eerste stage precies goed. Maar het niveau van de werkzaamheden mag deze tweede stage wat omhoog. Ik wil op zoveel mogelijk verschillende gebieden ervaring opdoen: opiniestukken, artikelen over cultuur, mode, gezondheid en maatschappelijke onderwerpen. Ik denk dat je het hoogst haalbare bereikt door over uiteenlopende onderwerpen te schrijven. Ook over onderwerpen waar je niets van af weet. Gooi mij maar in het diepe en test me uit. Ik houd van uitdagingen en het is goed voor mijn zelfvertrouwen en journalistieke ontwikkeling om ook lastige klussen aan te nemen. Ik verwacht niet dat ik die lastige, complexe en vaak grote artikelen in de eerste week mag schrijven. Zeker in het begin is het noodzaak te wennen aan het ritme en in te burgeren in het redactieteam en het bedrijf. Toch wil ik, stap voor stap, werken aan vooruitgang. Dat openbaart zich niet enkel in de omvang van artikelen, maar ook in de vrijheid en verantwoordelijkheid die collega’s mij willen en durven geven.

41


2. Creativiteit/originaliteit qua invalshoeken, aanpak en uitwerking Competentie: kiezen (1), verzamelen (3), selecteren (4), ordenen (5), presenteren (6), kennis (8), journalistiek handelen (10).

Als journalist en als schrijfsters wil ik me op creatief gebied blijven verbeteren. Dit begint al vaak bij het idee. Een goede, passende invalshoek is het halve werk. Het lijkt makkelijk, een idee bedenken voor een tijdschrift. Pas wanneer je het idee nauwkeurig moet onderbouwen, wordt het moeilijk. Het onderwerp weet je, maar wat dan? Ik kan goed ideeën bedenken, maar als ik het idee nauwkeurig moet onderbouwen, zie ik door de bomen het bos niet meer. Zeker wanneer ik moet schrijven voor een specifieke doelgroep. Daar wil ik aan werken. Ik verwacht daarbij enige steun van collega’s en mijn stagebegeleidster. Ik wil weten waarom dié invalshoek zich niet leent voor dát onderwerp en waarom dát onderwerp niet past binnen de kaders van esta.

Niet alleen wil ik voortgang boeken als het om het bedenken van onderwerpen en invalshoeken gaat. De uitwerking vind ik minstens zo belangrijk. Wederom komt bij de uitwerking de doelgroep c.q. ijkpersoon om de hoek kijken. Die moet ik in de gaten houden (zie punt 4). Evenmin speelt, voor welk tijdschrift je ook schrijft, je eigen creativiteit en schrijfstijl een grote rol. Ik vind het leuk te spelen met woorden, te zoeken naar de perfecte woorden en zinnen. Daarnaast houd ik van uitdrukkingen en gezegden, beeldspraak en vergelijkingen. Als journalist onderscheid je je van anderen met name door je schrijfstijl. Ik wil aan mijn manier van schrijven werken. Dit doe je simpelweg door het schrijven van artikelen. Honderden artikelen.

De puntjes op de i. Helaas vergeet ik die vaak. Ik ben soms zo blij met een artikel dat ik het prompt verstuur ter inzage. Die laatste blik op een artikel doet vaak wonderen. Door mijn enthousiasme en snelheid vergeet ik die blik wel eens. Zo stom! Daar ga ik zeker aan werken gedurende deze stage. Geen slordige flaters, maar een helder en foutloos artikel.

3. InterviewenCompetentie: verzamelen (3), selecteren (4) en ordenen(5). Als journalist spreek je veel mensen. Je hebt die mensen nodig omdat ze iets te zeggen hebben wat jij niet weet. Kennis, persoonlijke verhalen, informatie: je hebt er mensen voor nodig. Het is belangrijk dat je weet hoe je die mensen moet benaderen en hoe je – de voor jou noodzakelijke – informatie uit hun strot krijgt. Helaas heb ik geen aangeboren interviewtalent en dus komt het weer op ervaring neer. Mijn ervaring op dit gebied is matig (ik kom pas net kijken!). Ik vind mezelf dan niet echt goed op dit gebied. Het is geen drama, laat ik dat voorop stellen, maar ik vind gewoon dat het beter kan. Ik volg vaak een vaste koers en ben als leider van het gesprek weinig verrassend. Ik heb een goed vragenlijstje en ik zorg dan alle vragen goed worden beantwoord. Netjes volgens een vaste route. Soms is het ook eens goed om een andere weg in te slaan, omdat het antwoord van de geïnterviewde zich hiervoor leent. Dat zie ik soms nog niet helemaal, omdat ik gefocust ben op mijn brandschone verhaal.

Wat ik wil om mijn interviewtechniek te verbeteren? Interviewen natuurlijk! Telefonisch, face-to-face, je zegt het maar.

4. Schrijven voor een specifieke doelgroep en volgens een unieke tijdschriftformule (uitwerking)

42


Competentie: kiezen (1), selecteren (4), ordenen (5), presenteren (6).In mijn eerste stage schreef ik voor een krant. De toon van een dagblad is zakelijk, kort en bondig.

Bij het uitwerken, werk je volgens een vast stramien: het belangrijkste in de eerste zin en natuurlijk de 5 W’s en de H. Op school werd hier veel aandacht aan besteed en was het dus makkelijk om te schrijven voor een krant. Nu is alles anders. Bij het medium tijdschrift werkt het namelijk anders: ieder tijdschrift heeft een unieke formule en een specifieke doelgroep. Ik heb weinig ervaring met het schrijven voor een unieke doelgroep. Nu moet ik binnen korte tijd weten wie tot de doelgroep behoort en wat deze interesseert. Na verloop van tijd moet ik de ijkpersoon voelen, ruiken, horen, zien en proeven. Mij missie is om zo snel mogelijk de integreren in de denkwereld van de doelgroep en de formule van het tijdschrift. In het begin is feedback en kritiek noodzakelijk. Want als niet-veertiger weet ik niet goed hoe ik een onderwerp interessant kan maken voor het publiek. Om wat schot in de zaak te krijgen, maak ik voor aanvang van mijn stage een tijdschriftanalyse en lees ik de esta. Gedurende mijn stage sta ik open voor tips, adviezen en kritiek met betrekking tot (het eigen maken van) de doelgroep.

5. Werken binnen een bedrijfCompetentie: teamwork (9), journalistiek werken (10). Eindelijk mag ik doen waar ik voor gekomen ben. Eindelijk mag ik stage lopen bij een tijdschrift. Al voor ik aan deze opleiding begon, wist ik dat ik graag bij een tijdschrift zou willen werken. Na twee algemene jaren, waarin de theorie was toegespitst op het schrijven voor krant, is dit niet veranderd. Nog steeds verslind ik tijdschriften met een snelheid waar een tijger nauwelijks aan kan tippen. Dít is echt mijn ding. Daarnaast ben ik verder. Ik kan meer en ik wil meer. Bij de eerste stage werd ik nauwkeurig in de gaten gehouden. Dat vind ik niet gek met enkel basale kennis op zak. Ik was verantwoordelijk voor de door mij geschreven artikelen, maar miste het verantwoordelijkheidsgevoel voor de organisatie. Ik had mijn blik enkel op mijn eigen taken en plichten gericht. Ik wil mijn horizon verbreden en in de tweede stage ook mijn blik richten op andermans taken en plichten. Ik wil me verantwoordelijk voelen voor Esta, voor Sanoma Uitgevers, en niet alleen voor mijn eigen doen en laten. Ik ben stagiaire, en die naam behoud ik, maar niettemin wil ik dat collega’s mij na verloop van tijd als een echte werknemer zien.

Welke onderdelen van het vak (medium) wil ik beter leren kennen?Als stagiaire wil ik op zoveel mogelijk verschillende gebieden ervaring opdoen. Opinieartikelen, artikelen over cultuur, mode, gezondheid, maatschappelijke onderwerpen etc. Ik denk dat je het hoogst haalbare bereikt door over uiteenlopende onderwerpen te schrijven. Ook over onderwerpen waar je niets van af weet. Er is niet één ding dat ik graag zou willen leren. Er zijn heel veel dingen die ik graag wil leren.

Ik ben in het bezit van basiskennis, ook op medium specifiek niveau. Ik wil die kennis verdiepen. Naast het schrijven over uiteenlopende onderwerpen, wil ik leren schrijven volgens de formule die het tijdschrift hanteert (doelgroepgericht). Daarnaast wil ik mijn eigen schrijfstijl verder ontwikkelen (beeldend schrijven, letten op ritme, afwisseling, humor en sfeer) en daar ook de ruimte voor krijgen.

Ik ben niet bang om lastige onderwerpen aan te pakken. Juist in die onderwerpen zie ik een uitdaging. Mocht het artikel mislukken en sla ik de plank volledig mis, dan nog zal ik streven

43


naar een goede afloop. Ik denk dat je dit vak het snelst en het best leert door eerst te vallen en daarna weer op te staan.

KanttekeningIk zal gedurende mijn stage verschillende keren afwezig zijn voor afspraken in het ziekenhuis/bij de tandarts. Afgelopen zomer kwam ik er bij toeval achter dat het bot in mijn kaak afwijkend is. Het bot breekt af (verdwijnt) om onbekende redenen. Hierdoor komen mijn tanden los te staan. Het is natuurlijk niet de bedoeling dat ik aan het einde van mijn stage geen tanden meer heb en daarom is het nodig om regelmatig de tandarts te bezoeken. Omdat ook de oorzaak onbekend is, word ik lichamelijk onderzocht. Het kan namelijk zo zijn dat er een link is met mijn gezondheid. Vooralsnog maak ik me daar geen zorgen over. Ik voel me goed en de kans is klein dat ik iets onder de leden heb. Echter, het moet wel uitgesloten worden. Ik zal afwezig zijn op de volgende data:

- 13 september

3. Begeleidingsaspecten: door wie, wanneer en hoe

Op locatie* Wies Verbeek: stagecoördinator/begeleider redactie EstaTelefoon: 023 556 4214E-mail: [email protected]

Contact met praktijkbegeleiderBij de redactie van Esta word ik begeleid door Wies Verbeek. Gemiddeld eenmaal per week bespreek ik met haar mijn werk van de afgelopen week, de voortgang van mijn stage en mijn stagedoelen.

Vóór de terugkomdag maak ik met mijn praktijkbegeleider een tussenbalans op. Wat kan er nog beter? Mijn praktijkbegeleider geeft duidelijk aan op welke punten zij nog verbetering verwacht en maakt afspraken over activiteiten die ik kan/moet ontplooien om op die punten voortgang te boeken. Indien mijn begeleider het nodig acht, neemt ze initiatief tot contact met mijn docentbegeleider. Als mijn praktijkbegeleider vindt dat het niet goed gaat, geeft ze tijdig een signaal af aan mijn docentbegeleider en natuurlijk ook aan mij. Aan het eind van mijn stage zorgt de praktijkbegeleider of de centrale coördinator voor een schriftelijke evaluatie van mijn stage vanuit de redactie. In het eindbeoordelingsgesprek op de redactie wordt deze doorgesproken.

44



Wat verwacht ik van mijn praktijkbegeleider?In de tweede stageperiode maak ik kennis met de beroepspraktijk van het medium tijdschrift. Gedurende mijn opleiding heb ik kennis en vaardigheden eigen gemaakt die voor dit medium noodzakelijk zijn. In mijn tweede stageperiode kom ik erachter of ik met die kennis en vaardigheden in de beroepspraktijk uit de voeten kan. Uiteraard lever ik prestaties voor de organisatie waarin ik terecht kom en stelt de organisatie eisen aan mijn functioneren. Maar bovenal ben ik er om te leren. Ik ben nog geen beginnend journalist, maar wil het wel worden. Enige aansturing in dit proces vind ik vanzelfsprekend en noodzakelijk. Ik verwacht niet dat mijn praktijkbegeleider en collega’s op ieder moment voor me klaar staan. Collega’s hebben hun eigen werk en begrijpelijkerwijs gaat dat vaak voor. Echter, ik verwacht wel dat mijn praktijkbegeleider aanwijzingen en tips geeft waarmee ik aan de slag kan. Geleidelijk aan heb ik dan steeds minder sturing nodig en word ik competenter.

Opleiding* John Franssen: docentbegeleider Fontys Hogeschool Journalistiek Tilburg

Telefoon: 0877 870 646E-mail: [email protected]

Contact met docentbegeleiderMijn docentbegeleider John Franssen onderhoudt van school uit contact met mijn praktijkbegeleider en is verantwoordelijk voor het goede verloop en de beoordeling van de stage.

Wekelijks onderhoud ik contact met mijn docentbegeleider door deze een e-mail te sturen waarin ik verslag doe van mijn werkzaamheden en ervaringen bij Esta. Gedurende mijn stage stuur ik ook geregeld een aantal producten naar mijn docentbegeleider. Naast contact met mij heeft de docentbegeleider telefonisch contact met mijn praktijkbegeleider. Verder bespreek ik halverwege de stage bij de terugkomdag en bij het stagebezoek de voortgang. De docentbegeleider bezoekt minimaal één keer de stageplaats. In de regel is dat het geval aan het eind van de stage, wanneer hij tijdens het evaluatiegesprek de beoordeling vaststelt. Als zich tijdens de stage problemen voordoen, verwacht ik dat de docentbegeleider (ook) tussentijds op bezoek komt. Bijvoorbeeld als de tussenbalans daar aanleiding toe geeft, kan mijn docentbegeleider zich nabij op de hoogte willen stellen van de problemen en mee zoeken naar een gericht verbetertraject. Natuurlijk ga ik hier niet vanuit en verwacht ik dat er geen problemen zullen ontstaan.

Wat verwacht ik van mijn docentbegeleider?Ik hecht veel waarde aan wekelijks contact met mijn docentbegeleider. De ervaring leert mij dat weekverslagen niet of nauwelijks worden gelezen en dat de docentbegeleider in deze vrijwel onzichtbaar is. Toch is het de docentbegeleider die mij beoordeeld en vanzelfsprekend wil ik dat dit goed gebeurd. Wat ik wil is dat de docentbegeleider uit de schaduw stapt en mij helpt wanneer dit nodig is. Dat houdt in dat deze weekverslagen tijdig leest, zo nodig feedback geeft en bovenal interesse toont in mijn leerproces.

* Rachelle van den Hout – Van Niekerk: stagecoördinator tweede stageTelefoon: 08778 74056

E-mail: [email protected]

45




4. Werkplan

Werkzaamheden Data (Leerdoel)

46


Ik kan op dit moment nog geen overzichtelijke omschrijving geven van de werkzaamheden en de mogelijke fasering erin. Werkzaamheden e.d. worden waarschijnlijk besproken/vastgesteld in de eerste stageweek.

47


5. Bijlage(n)

1. Stageovereenkomst Esta

Datum: 23 juli 2010

Kenmerk: HR/SdD/Stagiaires/KSDoorkiesnummer: 023-5565927E-mail: [email protected]

Onderwerp: stageovereenkomst

Geachte mevrouw Schreurs,

Hiermee hebben wij het genoegen u te bevestigen dat u gedurende de periode van 1 september tot en met 30 november 2010 als stagiaire verbonden zult zijn aan de reportageredactie van het tijdschrift Esta.

Hiervoor ontvangt u een vergoeding van € 435,43 bruto per maand op basis van een 36-urige werkweek. Op deze vergoeding zullen fiscale en sociale heffingen in mindering worden gebracht.

Onze organisatie kent een werkweek van 36 uur. U heeft recht op twee werkdagen vakantie per maand. U zult geen rechten verwerven op pensioen, winstdeling, eindejaarsuitkering en

48



dergelijke. Omdat u in het bezit bent van een OV-jaarkaart heeft u geen recht op reiskostenvergoeding.

GeheimhoudingsbedingU zult tegenover derden, daaronder begrepen personeel van Sanoma Uitgevers, tijdens en na de stage-overeenkomst strikte geheimhouding betrachten omtrent alles wat bij de uitoefening van uw stage te uwer kennis komt in verband met onze zaken en belangen. Deze geheimhoudingsplicht omvat tevens alle gegevens, waarvan u uit hoofden van uw stage van cliënten of andere relaties van ons kennis neemt. Bij overtreding van dit verbod verbeurt u ten behoeve van werkgevers zonder dat een ingebrekestelling is vereist, een onmiddellijk opeisbare en niet voor rechtelijke matiging vatbare boete van € 454,- voor iedere dag, een gedeelte van een dag daaronder begrepen, dat de overtreding voortduurt, onverminderd het recht van Sanoma Uitgevers een vergoeding te vorderen van de werkelijk geleden schade.

Wij verzoeken u onderstaande bescheiden binnen zeven dagen aan ons te retourneren:* Personaliaformulier* Loonbelastingverklaring

* Kopie van uw identiteitsbewijs (geen rijbewijs)* Een ondertekend exemplaar van deze stageovereenkomst

Met vriendelijke groet,

Sanoma Uitgevers b.v. Voor akkoord:

Belinda Maagd

Adviseur Human Resources Kristel Schreurs

Bijlage: Personaliaformulier Loonbelastingverklaring Antwoordenvelop

49


2. Beoordelingsformulier (competentieformulier)

Format competentiebeoordeling docentbegeleider

STAGEBEOORDELING FHJ, TWEEDE STAGE

Student: Cijfer stage:

Studentnummer:

Stageperiode:

Stageverlener:

Praktijkbegeleider:

Cijfer

Stageverslag:

Docentbegeleider:

Redacties:

Handtekening: Datum:

50


Competentie 1: niveau mediumbekwaamheid

Onderwerpen en invalshoeken kunnen kiezen O V G

a. Relevant voor en gericht op het medium O V G

b. Gericht op de blad- of programmaformule O V G

c. Gericht op (een) specifieke doelgroep(en) O V G

d. Kiest ook minder voor de hand liggende invalshoeken O V G

Opmerkingen:


Kunnen plannen O V G

a. Werkt met een realistisch plan van aanpak; binnen de O V G

deadline

b. Communiceert over de planning met collega’s en chefs O V G

c. Speelt flexibel in op veranderingen in de planning O V G

Opmerkingen:


Informatie kunnen verzamelen O V G

a. Haalt meer complexe informatie uit schriftelijke en O V G

mondelinge bronnen

b. Gebruikt ook bronnen in vreemde talen waaronder Engels O V G

c. Stemt research af op (een) specifieke doelgroep(en), O V G

formules en op het medium

d. Stelt zich kritisch op t.a.v. bronnen; vraagt door O V G

Opmerkingen:


Uit verzamelde informatie kunnen selecteren O V G

a. Gebruikt uit een ruime hoeveelheid informatie (tekst, beeld, O V G

51


geluid) wat voor goed begrip noodzakelijk is

b. Gebruikt alleen betrouwbare en feitelijk juiste informatie, O V G

die is gecheckt en dubbel gecheckt

c. Selecteert met het oog op doelgroep, formule en medium O V G

d. Heeft oog voor aansprekende details en quotes O V G

Opmerkingen:


Informatie kunnen ordenen O V G

a. Ordent ook meer complexe producten van zichzelf en van O V G

anderen logisch en samenhangend

b. Beheerst de ordeningsprincipes van de voor het medium O V G

relevante genres

c. Ordent gericht op medium, doelgroep en formule O V G

Opmerkingen:


Informatie in producten kunnen presenteren O V G

a. Schrijft en spreekt goed Nederlands; is taalvaardig O V G

b. Levert zijn producten publicabel/ presentabel aan O V G

c. Levert zijn producten medium-, doelgroepen O V G

formulegericht aan

d. Combineert tekst, beeld en/of geluid op bij medium en O V G

formule passende wijze

Opmerkingen:


Kunnen reflecteren op eigen producten en handelen O V G

a. Kan uitleggen waarom hij voor een bepaalde aanpak en/of O V G

vorm (stijl) kiest, in relatie tot medium, formule en doelgroep O V G

52


b. Kan uitleggen welke doelen en effecten hij beoogt bij de O V G

doelgroep

c. Past ethische normen toe op eigen producten en handelen O V G

d. Kan reflecteren op producten en handelen van anderen bij O V G

het betreffende medium

Opmerkingen:


Kunnen reflecteren op maatschappelijke verschijnselen en ontwikkelingenO V G

a. Heeft voldoende algemene ontwikkeling om bij het O V G

medium te kunnen functioneren

b. Kan specifieke onderwerpen inhoudelijk aan O V G

c. Kan complexe onderwerpen inhoudelijk aan O V G

Opmerkingen:

Competentie 9

In een journalistiek team (redactie) kunnen werken: niveau O V G

startbekwaamheid

a. Maakt op eigen initiatief afspraken over de voortgang van O V G

de productie; houdt zich aan afspraken en deadlines

b. Vervult verschillende rollen/ functies in de redactie O V G

c. Stemt zijn activiteiten af op het voor het medium en de O V G

formule gewenste resultaat

d. Levert een actieve bijdrage aan het oplossen van O V G

onvoorziene problemen

Opmerkingen:

53


Competentie 10

Als (beginnend) journalist in een (journalistiek) bedrijf kunnen werken:

niveau startbekwaamheid

a. Is nieuwsgierig, leergierig O V G

b. Is open, ontvankelijk (voor aanwijzingen en kritiek) O V G

c. Is kritisch O V G

d. Is assertief, komt waar nodig voor zichzelf op O V G

e. Is sociaal vaardig O V G

f. Toont collegiaal gedrag O V G

g. Is betrouwbaar en accuraat O V G

h. Is flexibel O V G

i. Is creatief O V G

j. Is communicatief O V G

k. Toont inzet en betrokkenheid O V G

l. Heeft voldoende werktempo O V G

m. Toont zelfstandigheid O V G

n. Neemt initiatieven en zoekt uitdagingen O V G

o. Representeert zijn werkgever naar buiten O V G

Opmerkingen:

Groei tijdens de stage O V G

Beoordeling stage door praktijkbegeleider (cijfer):

Opmerkingen over de stagiair(e):

Opmerkingen over de stageplaats en de praktijkbegeleiding:

54


Aanbevelingen voor de opleiding:

Aanbevelingen t.a.v. de stagevoorbereiding, het stageverloop of de stagebegeleiding

3. Stagemotivatie

Mijn naam is Kristel Schreurs. Ik ben derdejaarsstudent journalistiek in Tilburg. Ik ben op zoek naar een leuke, interessante en bovenal leerzame afstudeerstage.

W at wil ik? Ik zou graag stage willen lopen bij een regelmatig verschijnend lifestyle magazine voor een vrouw van middelbare leeftijd. Als twintiger vind ik verhalen over mannen, beautyproducten, tasjes en kleding hartstikke leuk om te lezen. Maar als journalist ben ik toch op zoek naar meer diepgang, meer inhoud. Om die reden ambieer ik een stage bij een tijdschrift voor de wat oudere vrouw. Vrouwen van middelbare leeftijd zijn in vergelijking met twintigers breed georiënteerd, hebben meer levenservaring en zijn maatschappelijk betrokken. Deze vrouw weet wat ze wil, is geïnteresseerd in opinie, verhalen van andere vrouwen, maatschappelijke onderwerpen, gezondheid, cultuur, mode en beauty. Een mix die mij als schrijfster c.q. journalist enorm aanspreekt!

Het tijdschrift esta heeft mijn absolute voorkeur. Dit tijdschrift is bekend met bovenstaande mix en is gericht op de middelbare/iets oudere vrouw.

P ersoonlijke leerwensen Als stagiaire wil ik op zoveel mogelijk verschillende gebieden ervaring opdoen. Opinieartikelen, artikelen over cultuur, mode, gezondheid, maatschappelijke onderwerpen etc. Ik denk dat je het hoogst haalbare bereikt door over uiteenlopende onderwerpen te

55


schrijven. Ook over onderwerpen waar je niets van af weet. Er is niet één ding dat ik graag zou willen leren. Er zijn heel veel dingen die ik graag wil leren.

Ik ben in het bezit van basiskennis, ook op medium specifiek niveau. Ik wil die kennis verdiepen. Naast het schrijven over uiteenlopende onderwerpen, wil ik leren schrijven volgens de formule die het tijdschrift hanteert (doelgroepgericht). Daarnaast wil ik mijn eigen schrijfstijl verder ontwikkelen (beeldend schrijven, letten op ritme, afwisseling, humor en sfeer) en daar ook de ruimte voor krijgen.

Ik ben niet bang om lastige onderwerpen aan te pakken. Juist in die onderwerpen zie ik een uitdaging. Mocht het artikel mislukken en sla ik de plank volledig mis, dan nog zal ik streven naar een goede afloop. Ik denk dat je dit vak het snelst en het best leert door eerst te vallen en daarna weer op te staan.

J ournalistieke leerwensen Op de volgende punten wil ik me verdiepen als journalist:

Diepgang en complexiteit Creativiteit/originaliteit qua invalshoeken, aanpak en uitwerking Reflecterend vermogen Interviewen Zelfstandigheid

S pecifieke wensen

In de tweede stageperiode maak ik kennis met de beroepspraktijk van het medium tijdschrift. Gedurende mijn opleiding heb ik kennis en vaardigheden eigen gemaakt die voor dit medium noodzakelijk zijn. In mijn tweede stageperiode kom ik erachter of ik met die kennis en vaardigheden in de beroepspraktijk uit de voeten kan. Uiteraard lever ik prestaties voor de organisatie waarin ik terecht kom en stelt de organisatie eisen aan mijn functioneren. Maar bovenal ben ik er om te leren. Ik ben nog geen beginnend journalist, maar wil het wel worden. Enige aansturing in dit proces vind ik vanzelfsprekend en noodzakelijk. Ik verwacht niet dat mijn praktijkbegeleider en collega’s op ieder moment voor me klaar staan. Collega’s hebben hun eigen werk en begrijpelijkerwijs gaat dat vaak voor. Ook vind ik het niet erg om zeer verschillende en soms ingewikkelde opdrachten aan te nemen. Van deze opdrachten leer je immers het meest. Echter, ik verwacht wel dat mijn praktijkbegeleider aanwijzingen en tips geeft waarmee ik aan de slag kan. Geleidelijk aan heb ik dan steeds minder sturing nodig en word ik competenter.

W at heb ik Esta te bieden? Iedere stagiair is, hoe je het ook bekijkt, een toevoeging voor een bedrijf of onderneming. Maar niet iedere stagiair is een waardevolle toevoeging voor een bedrijf of onderneming. Ik denk, en dat is tevens mijn doel, een waardevolle toevoeging te zijn voor een tijdschrift als Esta. Tevens denk ik dat Esta een waardevolle toevoeging is in mijn leerproces. Ik ben jong, kom eigenlijk pas net om de hoek kijken, en heb frisse ideeën en een andere kijk op tijdschriftjournalistiek. Het zal niet altijd makkelijk zijn. Zeker het eigen maken van de doelgroep in een aanzienlijk korte tijd is voor mening student een struikelblok. Maar ik ga de uitdaging aan. Graag zelfs!

56


4. Curriculum Vitae

Personalia:

Naam: Schreurs

Voornamen: Kristel Johanna Susanna Maria

Roepnaam: Kristel

Adres: Bosakkerweg 14

Poscode & Woonplaats: 5995 PT Kessel

Telefoon: 077-4621928 / 06-36 163642

E-mail : [email protected]

[email protected]

Geboortedatum- en plaats: 15 december 1989, Venlo

Burgerlijke staat: Ongehuwd

Nationaliteit: Nederlandse

Rijbewijs: B

57



Opleidingen:

September 2007 – heden Fontys Hogeschool voor de Journalistiek, Tilburg

September 2002 – juli 2007 HAVO. Bouwens van der Boijecollege, Panningen.

Profiel: Cultuur & Maatschappij met als keuzevak aardrijkskunde.

Diploma behaalt.

Fontys Hogeschool voor de Journalistiek

Cohort 2007.

Medium: tijdschrift

Propedeuse behaald: juli 2008

Tweedejaarsassessment behaald: juli 2009

Stage

December 2008 – februari 2009.

Dagblad de Limburger

Functie: algemeen stagiaire feature (Sittard) en regioredactie (Venlo).

Beoordeling stage: voldoende (6)

Toelichting:

“Kristel kan voldoende functioneren. Ze ontwikkelt zich in haar competenties. Feature past wel beter bij haar dan hardere verslaggeving. Heeft potentieel om verder uit te groeien. Twijfel (perfectionisme) wordt belegd met hard werken. Iets meer afstand kunnen nemen zou een weldaad zijn.”

Beoordeling stageverslag: voldoende (6)

Competenties 7 (reflecteren op het vak): voldoende

Competentie 10 (functioneren in een journalistiek bedrijf): voldoende

58


Cursussen:

2000 - 2001 Typecursus, certificaat behaald

Talen:

Nederlands, zowel woordelijk als schriftelijk.Duits redelijk/goed woordelijk, redelijk schriftelijk.Engels redelijk woordelijk, redelijk schriftelijk.

Software- en automatiseringskennis:Windows 7/‘98/XP/Vista, Microsoft Office, Outlook Express, Internet Explorer en alle andere gangbare programma’s.

BijbaantjesSeptember 2007 – heden Anthuriumkwekerij/bloemenwinkel Jan Janssen, Maasbree

Functie: allround medewerkster in vakanties en op vrije

dagen.

September 2006 – december 2007 Pannenkoekenrestaurant ‘de Heksendans’, Kessel

(opgeheven in december 2007).

Functie: algemeen medewerkster in vakanties en in het

weekend.

Juni 2003 – oktober 2006 Tuinplantencentrum Wim Hendriks, Kessel

Functie: algemeen medewerkster in vakanties en op

vrije dagen.

Sport

HardlopenMijn grootste passie is hardlopen. Drie keer per week trek ik mijn hardloopschoenen aan om zo’n 10 tot 15 kilometer te rennen. Hardlopen ontstrest en geeft me een gelukzalig gevoel. Zeker met een drukke agenda is hardlopen de manier om je hoofd leeg te maken. Om gemotiveerd te blijven, neem ik regelmatig deel aan duurlopen (halve marathon).

Overige activiteiten, passies

Vrienden, familieVrienden en familie zijn belangrijk, zo niet het belangrijkste in mijn leven. Zij hebben mij gemaakt tot de persoon die ik nu ben. Ik koester deze relaties en besteed veel aandacht aan vrienden en familie. Zonder hen ben ik immers nergens.

59


Winkelen, modeEen vrouw kan nooit genoeg kleren hebben. Ik dus ook niet. Een maandelijks bezoek aan een willekeurig winkelcentrum vind ik dan ook niet meer dan normaal.

UitgaanCafeetjes en discotheken in Kessel, Panningen, Venlo, Eindhoven, Tilburg en Duitsland.

Vrijwilliger voetbalvereniging VV KesselIk ben een groot voetballiefhebber. Helaas ontbreekt het mij aan talent, waardoor ik de sport met name passief uitoefen. Vrijwel iedere zondag ben ik te vinden op het sportpark van de plaatselijke vereniging. Ook mijn ouders zijn erg betrokken bij de club. Naast supporter ben ik ook vrijwilliger. Als aankomend journalist schrijf ik regelmatig stukjes voor de voetbalvereniging.

LezenLiteraire thrillers; Simone van der Vlugt, Saskia Noort, Esther Verhoef, Nicci French, Marion Pauw, René Appel etc.

KokenNederlandse, Italiaanse en Oosterse keuken.

Eigenschappen

- goede communicatieve vaardigheden- ambitieus- zelfstandig- flexibel- betrouwbaar- enthousiast- sociaal- assertief- nieuwsgierig- tikkeltje eigenwijs- teamwerker

60


61