3
Bent u een zelfzorger? Een nieuw jaar, tijd van goede voornemens. “Meer sporten, 5 kg afvallen, meer tijd ma- ken voor de kinderen, minder werk mee naar huis nemen, meer tijd maken voor een goed gesprek …”. Herkent u ze? En? Bent u erin geslaagd om ze ook effectief in praktijk om te zetten vorig jaar? Hoe goed zorgt u eigenlijk voor uzelf? Ontdek het in deze korte test. 1. Als ik opofferingen maak voor anderen … a. Voel ik me gelukkig bij die keuze. b. Word ik kwaad. c. Hoop ik dat zij voor mij ooit hetzelfde doen. d. Word ik rancuneus. 2. Mijn typische ochtend ziet er als volgt uit: a. Ik sta op en maak me zo snel mogelijk klaar, kleed kinderen aan, maak boter- hamdozen (inclusief voor mijn partner), rij snel snel naar school en dan snel snel naar het werk. b. Ik sta op, neem een douche en maak me klaar. Ik roep mijn man op en zeg dat hij de kinderen moet klaarmaken terwijl ik het ontbijt klaarzet en alle lunchpakketjes maak. c. Ik druk veel te veel op ‘snooze’ waar- door ik mij daarna ontzettend moet haasten, voortdurend achter de kinde- ren moet aanhollen en ik ben uiteinde- lijk elke dag opnieuw te laat. d. Ik laat mijn partner al de drukte van de ochtend opvangen. Ik blijf in bed liggen tot iedereen het huis uit is. 3. Als ik energie nodig heb … a. Drink ik een extra kop koffie. b. Ga ik een stevige wandeling maken. c. Eet ik iets zoet. d. Neem ik een boterham met kaas en een drankje. 4. Als ik een dag vol stress had … a. Kom ik thuis en begin ik alles op te eten dat in mijn buurt staat. b. Bijt ik anderen de neus af en verlies ik mijn geduld. c. Ga ik eerst iets alleen doen. d. Plof ik in de zetel en zet de tv aan. 5. Eens op mijn werkplek aangekomen … a. Word ik overspoeld door vragen en wensen. Pff, heeft iedereen hier op mij zitten wachten? b. De werkdruk ligt bij ons zeer hoog en ik ben een teamspeler maar ik laat me niet door mijn collega’s vertellen wat ik eerst moet doen. Ik bepaal mijn prioriteiten. c. Ik tracht mijn werk te delegeren aan anderen of aan onze stagiairs. Zo kunnen zij leren. d. Kom ik mijn uren kloppen. 6. Ik slaap elke dag … a. Minder dan vier uren. b. Vier tot zes uren. c. Zes tot acht uren. d. Mijn aantal uren slaap wisselt van dag tot dag. 7. Mijn antwoord op de vraag ‘Wat ik doe tijdens mijn vrije tijd?’ a. “Vrije tijd? Wat is dat?”. b. Ik som een lijst van hobby’s op en vernoem zelfs de hobby’s die ik al jaren verwaarloos. c. Ik focus me op de onafgewerkte taken die nog op mij liggen te wachten. d. Ik praat over mijn werk of de kinderen. 8. Een collega vraagt om haar shift over te nemen. a. Ik zeg “ja”, zelfs als ik daarvoor een afspraak met een vriendin - die al drie maanden vastligt - moet annuleren. b. Ik zeg dat dat kan maar vraag tegelijker- tijd of zij dan volgende week wil wis- selen: dat komt voor mij beter uit. c. Ik zoek een vals excuus en wimpel haar af. Het is ook altijd iets met die collega! d. Ik denk even na of het past en zeg dan ja of neen. 13

Bent u een zelfzorger

Embed Size (px)

DESCRIPTION

 

Citation preview

Page 1: Bent u een zelfzorger

Bent u een zelfzorger?

Een nieuw jaar, tijd van goede voornemens.

“Meer sporten, 5 kg afvallen, meer tijd ma-

ken voor de kinderen, minder werk mee naar

huis nemen, meer tijd maken voor een goed

gesprek …”. Herkent u ze? En? Bent u erin

geslaagd om ze ook effectief in praktijk om te

zetten vorig jaar? Hoe goed zorgt u eigenlijk

voor uzelf? Ontdek het in deze korte test.

1. Als ik opofferingen maak voor anderen …

a. Voel ik me gelukkig bij die keuze.

b. Word ik kwaad.c. Hoop ik dat zij voor mij ooit hetzelfde

doen.d. Word ik rancuneus.

2. Mijn typische ochtend ziet er als volgt uit:

a. Ik sta op en maak me zo snel mogelijk

klaar, kleed kinderen aan, maak boter-

hamdozen (inclusief voor mijn partner),

rij snel snel naar school en dan snel snel

naar het werk.b. Ik sta op, neem een douche en maak

me klaar. Ik roep mijn man op en zeg

dat hij de kinderen moet klaarmaken

terwijl ik het ontbijt klaarzet en alle

lunchpakketjes maak.

c. Ik druk veel te veel op ‘snooze’ waar-

door ik mij daarna ontzettend moet

haasten, voortdurend achter de kinde-

ren moet aanhollen en ik ben uiteinde-

lijk elke dag opnieuw te laat.

d. Ik laat mijn partner al de drukte van de

ochtend opvangen. Ik blijf in bed liggen

tot iedereen het huis uit is.

3. Als ik energie nodig heb …a. Drink ik een extra kop koffie.

b. Ga ik een stevige wandeling maken.

c. Eet ik iets zoet.d. Neem ik een boterham met kaas en een

drankje.

4. Als ik een dag vol stress had …

a. Kom ik thuis en begin ik alles op te eten

dat in mijn buurt staat.

b. Bijt ik anderen de neus af en verlies ik

mijn geduld.c. Ga ik eerst iets alleen doen.

d. Plof ik in de zetel en zet de tv aan.

5. Eens op mijn werkplek aangekomen …

a. Word ik overspoeld door vragen en

wensen. Pff, heeft iedereen hier op mij

zitten wachten? b. De werkdruk ligt bij ons zeer hoog en ik

ben een teamspeler maar ik laat me niet

door mijn collega’s vertellen wat ik eerst

moet doen. Ik bepaal mijn prioriteiten.

c. Ik tracht mijn werk te delegeren aan

anderen of aan onze stagiairs. Zo

kunnen zij leren.d. Kom ik mijn uren kloppen.

6. Ik slaap elke dag …a. Minder dan vier uren.

b. Vier tot zes uren.c. Zes tot acht uren.d. Mijn aantal uren slaap wisselt van dag

tot dag.

7. Mijn antwoord op de vraag ‘Wat ik doe

tijdens mijn vrije tijd?’a. “Vrije tijd? Wat is dat?”.

b. Ik som een lijst van hobby’s op en

vernoem zelfs de hobby’s die ik al jaren

verwaarloos.c. Ik focus me op de onafgewerkte taken

die nog op mij liggen te wachten.

d. Ik praat over mijn werk of de kinderen.

8. Een collega vraagt om haar shift over te

nemen.a. Ik zeg “ja”, zelfs als ik daarvoor een

afspraak met een vriendin - die al drie

maanden vastligt - moet annuleren.

b. Ik zeg dat dat kan maar vraag tegelijker-

tijd of zij dan volgende week wil wis-

selen: dat komt voor mij beter uit.

c. Ik zoek een vals excuus en wimpel haar

af. Het is ook altijd iets met die collega!

d. Ik denk even na of het past en zeg dan

ja of neen.

13

Page 2: Bent u een zelfzorger

9. Vorige week had ik … uren vrije tijd voor mezelf.a. Geen enkel.b. Eén of twee.c. Een vijftal.d. Meer dan vijf.

10. Hoeveel vrienden of familie hebt u die u helpen in tijden van nood?

a. Niemand. Uiteindelijk kan ik alleen op mezelf rekenen.

b. Ik kan ze op één hand tellen. Maar dat is toch normaal?

c. Niet veel want uiteindelijk “voor wat hoort wat”. d. Ik heb zeer veel vrienden op wie ik dag en nacht kan rekenen.

11. Als ik mijn badkamer schoonmaak …a. Trek ik mijn handschoenen aan en ga ik er, gewapend met mijn javel, tegenaan.

b. Ik maak nooit schoon. Ik heb een poetshulp.c. Ik doe elke dag wel een beetje. En kies voor schoonmaakmiddeltjes die het werk voor mij doen.

d. Ik hou niet van schoonmaken maar ben wel altijd blij als ik het heb gedaan.

12. Wat is uw energiepeil gedurende de dag?a. ’s Morgens geen probleem, ’s middags een dipje en daarna kom ik er weer door.

b. Ik heb het gevoel alsof ik een hele dag alles achterna hol.

c. Ik heb een grote behoefte aan ‘powernaps’.d. Ik drink de hele dag door koffie = geen last van dipjes.

13. Ik zit midden in een bespreking / ben het einde van een mooie film aan het bekijken / …

en mijn telefoon gaat.a. Ik neem op en luister.b. Ik duw mijn telefoon af.c. Ik kijk wie het is en beslis dan of ik al dan niet opneem.

d. Ik leg mijn telefoon sowieso uit.

14. Welke vraag stel ik aan het einde van de week?a. Ben ik alle voornemens die ik voor mezelf gemaakt had, effectief nagekomen?

b. Heb ik wel genoeg tijd met mijn gezin doorgebracht?

c. Is iedereen gelukkig?d. Is het nu eindelijk weekend?

15. Eten is voor mija. Een verschrikking: ik word al dik als ik naar eten kijk.

b. Genieten.c. Een noodzakelijk kwaad.d. Iets dat ik doe.

14

Page 3: Bent u een zelfzorger

Klaar? Omcirkel in onderstaande tabel per vraag het getal dat overeenkomt met jouw antwoord. Tel vervolgens alle omcirkelde getallen op.

1 2 3 4 5 6 7 8 9 10 11 12 13 14 15

a 3 1 1 1 1 1 1 1 1 1 3 3 1 3 1

b 1 3 3 1 3 1 1 1 3 3 3 1 1 1 3

c 1 1 1 3 1 1 1 1 3 1 3 1 1 1 1

d 1 1 1 1 1 3 3 3 3 1 3 1 3 1 1

Uw score

Tussen 17 en 25: Je zet je elke dag volop in, maar cijfert jezelf hierbij wat teveel weg. Ga eens na op welke vlakken je beter voor jezelf zou kunnen zorgen en welke positieve effecten dit op je werk en je zorg voor anderen kan hebben.

Tussen 26 en 35: Je zet al stappen om beter voor jezelf te zorgen. Ga eens na op welke manier je dit net doet en waar je het nog méér zou kunnen doen.

Tussen 36 en 45: Je hebt de principes van zelfzorg al aardig onder de knie. Kijk eens rond je: wie zou jij kunnen ondersteunen op vlak van zelfzorg?

De manier waarop we naar onszelf kijken en hoe we onszelf behandelen, heeft rechtstreeks invloed op anderen. Het is dan ook door beter te zorgen voor jezelf zodat je beter voor de anderen kan zorgen. Want beter zorgen voor jezelf zorgt ervoor dat je de dingen die je doet, goed en tevreden doet.

Zowat 230 medewerkers van az groeninge volgden al de workshop ‘beter zorgen voor jezelf’ en ontvingen het competentieschriftje om het klavertje vier van de zelfzorg deel te laten uitmaken van hun dagelijkse leven.

We wensen je een zorgzaam jaar!

Els Vanhoven & Nele Snoeck

15