View
5
Download
0
Category
Preview:
Citation preview
Aluminium ramen en deurenBediening en onderhoud
2 I Schüco
Schüco I 3
Inhoudsopgave1.0 Waarschuwingen ....................................................................... 5
2.0 Bediening van ramen ................................................................. 62.1 Draairamen ................................................................................ 62.2 Draai-val-ramen .........................................................................62.3 Val-draai-ramen .........................................................................62.4 Draai-valraam met e-drive .........................................................72.5 Draai-val-ramen met slingerbediening ......................................82.6 Val-ramen met slingerbediening ................................................ 92.7 Dubbele ramen (stolpraam)
a.) Gebruik van draairaam ..........................................................10b.) Gebruik van draaivalraam .....................................................10
2.8 Tuimelraam ................................................................................ 112.9 Taatsraam ..................................................................................112.10 Uitzetbegrenzer voor tuimel- en
taatsraam (optioneel) .................................................................122.11 Uitzetbegrenzer losmaken t.b.v. schoonmaken ......................... 122.12 Bovenlicht naar binnen vallend met verborgen beslag
en/of bovenlichtbeslag type OL 90 ............................................132.13 Bovenlichtbeslag losmaken t.b.v. schoonmaken .......................142.14 Bovenlichtbeslag type OL 90 losmaken t.b.v. schoonmaken ....142.15 Bovenlicht naar binnen vallend met snapslot ............................ 142.16 Kip-opperlicht met e-drive .........................................................152.17 Bovenlicht naar binnen vallend met krukbediening ...................162.18 Valschaar losmaken t.b.v. schoonmaken ...................................162.19 Veiligheidsbegrenzer losmaken t.b.v. schoonmaken .................172.20 Vouw-schuif-wand (harmonica)
a.) Zonder draaideur ..................................................................18b.) Met draaideur ....................................................................... 19
2.21 Schuiframen/deurena.) Bediening met greep ............................................................ 20b.) Bediening met vastzetter ......................................................20c.) Bediening met (afsluitbare) kruk ...........................................20d.) Bediening met (NIET afsluitbare) hendel ..............................21e.) Bediening met afsluitbare hendel .........................................21Extra sluitpunt (optie) in het midden van een hef-schuif-deur ...21
2.22 Hef-schuif-deurena.) Bediening met (NIET afsluitbare) kruk ..................................22b.) Bediening met afsluitbare kruk ............................................. 22Extra sluitpunt (optie) in het midden van een hef-schuif-deur ...22
2.23 Schuif-val-ramen en -deuren (type PASK)a.) Met dwangbediening (grote bedieningshendel) ...................23b.) Zonder dwangbediening (kleine kruk) ..................................23
2.24 Naar buiten draaiend raam ........................................................ 242.25 Naar buiten kleppend raam ....................................................... 242.26 Opgebouwd slot ........................................................................ 242.27 Afsluitbare kruk .........................................................................25
4 I Schüco
2.28 Kierstand begrenzera.) Opbouw ................................................................................ 25b.) Inbouw .................................................................................26
2.29 Draaiblokkering (opbouw) .........................................................262.30 Verhuisraam ............................................................................... 272.31 Rolsnapper (b.v. bij balkon- en terrasdeuren) ............................ 272.32 Openingsbegrenzer ................................................................... 272.33 Terugslagbeveiliging ..................................................................27
3.0 Bediening van deuren ................................................................ 283.1 Met een vaste (sier)greep aan de buitenzijde ............................ 283.2 Met een deurkruk aan de buitenzijde ........................................ 293.3 Met binnen en buiten een vaste deurduwer ..............................293.4 Openingsbegrenzer ................................................................... 303.5 Met snelopener ..........................................................................313.6 Met automatische vergrendeling ............................................... 313.7 Met motorisch bediende vergrendeling .....................................323.8 Met elektrische sluitplaat ........................................................... 323.9 Met knopcilinder ........................................................................ 323.10 Dubbele deuren (stolpdeuren) ................................................... 333.11 Paniekdeuren
a.) Bediening met kruk............................................................... 34b.) Bediening met uitklapbare hendel ........................................ 34c.) Bediening met paniekstang ..................................................35
3.12 Vastzetter ................................................................................... 363.13 Deurdranger ..............................................................................363.14 Deurscharnieren
a.) Opbouwscharnieren .............................................................37b.) Rolscharnieren ......................................................................37
4.0 Voorkomen van schade en storingen ......................................... 38
5.0 Schoonmaken5.1 Algemene opmerkingen ............................................................ 395.2 Geadviseerde schoonmaakmiddelen ......................................... 395.3 Adviezen met betrekking tot het schoonmaken ........................ 40
6.0 Periodiek onderhoud ................................................................. 406.1 Reinigen van de ontwateringsleuven ......................................... 406.2 Geleiding van schuiframen, -deuren en vouwwanden ..............406.3 Controle van rubberdichtingen en het invetten hiervan .............416.4 Onderhoud van hang- en sluitwerk ...........................................416.5 Onderhoud van deuren ..............................................................426.6 Cilinders smeren ........................................................................ 42
7.0 Ventilatie advies ........................................................................ 42
8.0 Klachten en reparaties ............................................................... 438.1 Onderhoudscontract ..................................................................43
Trefwoordenlijst ..........................................................................44
1.0 WaarschuwingenOm (ernstig) letsel te voorkomen, dient u tijdens het bedienen van aluminiumramen en deuren bedachtzaam te zijn op de volgende gevaren:
Waarschuwingen I 5
Let op! Belangrijke aanwijzing om eengevaarlijke situatie te voorkomen.
Dichtslaan gevaarTijdens plotseling optredende tocht kan een geopend raam (ofdeur) door de sterke luchtbeweging dichtslaan. Voorkom altijddat voorwerpen of personen kunnen worden meegetrokken,geduwd of door het dichtslaan bekneld raken.
ValgevaarLet op dat bij er bij een geopend raam geen voorwerpen ofpersonen door het raam kunnen vallen. Let altijd op dat indienzich kleine kinderen in de ruimte bevinden het raam geslotenis.
KlemgevaarTijdens het bedienen van ramen, deuren en schuifpuien dient uer altijd zeer goed op te letten dat er geen klemming ontstaatvan ledematen tussen het bewegende en vaste gedeelte.
Voorkom letsel tijdens schoonmaken en/of onderhoudKlep- en valramen kunnen ernstige verwondingen veroorzaken.Let vooral op tijdens het tijdelijk verwijderen van blokkeringbijvoorbeeld tijdens schoonmaken en/of periodiek onderhoud.Dit geldt ook voor het gebruik van o.a. tuimel- en/oftaatsramen.
Voorkom persoonlijk letsel bij geopend raamEen geopend raam kan voor ernstig letsel zorgen. Sluit eenraam als u hieronder moet zijn.Houd het raam gesloten indien zich in de ruimte kleinekinderen bevinden.
2.0 Bediening van ramen
2.1 Draairamen
2.3 Val-draai-ramen
2.2 Draai-val-ramen
De volgende aanwijzingen gelden vooralle typen kozijnen.
Ramen van Schüco zijneenvoudig te bedienen
Geopend
Gesloten
Geopend(draaistand)
Geopend (valstandom te ventileren)
Gesloten
Gesloten
Geopend(draaistand)
Geopend(valstand omte ventileren)
6 I Bediening van ramen
2.4 Draai-valraam met e-drive
de bediening kan enkel danwanneer de stroom isingeschakeld.
Piezo-zoemer
LED-geelLED-groen
Toets “draaien”
Toets “sluiten” Openen in kipstellinga)volledig openen
• toets “verluchten” kort indrukken: vleugel gaat in kipstelling (beweging kan door het drukken op de andere toets gestopt worden).
b) gedeeltelijk openen• toets “verluchten” ingedrukt houden tot de gewenste stand is bereikt.Toets “verluchten”
Sluiten vanuit kipstelling• toets “sluiten” ingedrukt houden:
vleugel gaat in sluitstelling enaanhouden tot groene LED blijft branden.
Toets “sluiten”
Sluiten vanuit draaistand• vleugel met de hand tegenaan drukken
en vasthouden: vleugel wordt automa-tisch vergrendeld en is gesloten als degroene LED blijft branden.
Toets “verluchten”
Toets “daaien”
LED-aanduidingen
LED geelLED groen
Na stroomuitval licht de gele lamp op.Druk tegelijkertijd op de toetsen“verluchten” en “sluiten” tot de groeneLED lamp weer oplicht. Het raam kan nuopnieuw bediend worden.
Openen in draaistand• toets “draaien” indrukken: vleugel
wordt ontgrendeld. Wanneer groeneLED uitgaat kan de vleugel manueelworden geopend:Opgelet!
• wordt de vleugel niet geopend dangaat hij na enkele seconden vanzelfweer vergrendelen.
Bedieningswijzen:� Schakelaar � Toetsenscherm
2 sec.
�
�
Bediening van ramen I 7
LED groen (links)– brandt bij vergrendelde vleugel– knippert bij bedieningLED geel (rechts)– brandt bij pauses tussen de bediening– knippert na het inschakelen
Openen in draaistand• De slinger (�)uit de houder klappen.• De slinger naar rechts draaien totdat
het rode merkteken de geopendestand aangeeft.
• Het raam openen
Sluiten vanuit de draaistand• Het raam sluiten• De slinger naar links draaien totdat
het rode merkteken de geslotenstand aangeeft.
2.5 Draai-val-ramen met slingerbediening
Het rode merkteken nooitverder draaien dan tot hetuiterste punt.
Dit type bediening komt alleen voor inuitzonderlijke gevallen of bij specialekogelwerende kozijnen. Deze ramenworden met behulp van een slingergeopend en gesloten. Op hetbedieningselement bevindt zich eenmerkteken (�).De rode aanwijzer laat zien in welkestand het raam (en dus de slinger)staat.
DraaistandValstand
Valstand
Merkteken
Draaistand
Valstand
Gesloten
8 I Bediening van ramen
Openen in valstand• Om te ventileren de slinger (À) uit de
houder klappen.• De slinger naar links draaien totdat
de gewenste valstand bereikt is. Deopeningshoek is traploos instelbaar.Het rode merkteken toont de standwaarin zich het raam bevindt.
Sluiten vanuit de valstand• De slinger naar rechts draaien totdat
het rode merkteken de geslotenstand aangeeft.
* De wijze waaropde slinger gemonteerd is, kanper type verschillen
Draaistandgeblokkeerd
Valstand
Gesloten
Merkteken
Draaistand geblokkeerd
Valstand
Gesloten
2.6 Valramen met slingerbediening
Het rode merkteken nooit verderdraaien dan tot het uiterste punt.
Bediening van ramen I 9
Openen in valstand• De slinger (�) uit de houder klappen.• De slinger naar links draaien totdat
de gewenste valstand bereikt is. Deopeningshoek is traploos instelbaar.Het rode merkteken toont de standwaarin zich het raam bevindt.
Sluiten vanuit de valstand• De slinger naar rechts draaien totdat
het rode merkteken de geslotenstand aangeeft.
Dit type bediening komt alleen voor inuitzonderlijke gevallen of bij specialekogelwerende kozijnen. Deze valramenworden met behulp van een slingergeopend en gesloten. Op hetbedieningselement bevindt zich eenmerkteken (�).De rode aanwijzer laat zien in welkestand het raam (en dus de slinger)staat.
* De wijze waaropde slinger gemonteerd is, kanper type verschillen
b.) Gebruik van draaivalraam
Openen van het draaivalraam
2.7 Dubbele ramen (stolpraam)
a.) Gebruik van draairaam
Openen van het eerste draairaam
Stolpraam2. Openen
Gebruik vandraairaam
1. Ontgrendelen
Draaistand
Gesloten
2. Openen
1. Ontgrendelen
Valstand
Stolpraam
Gebruik vandraairaam
Draaistand
Gesloten
10 I Bediening van ramen
Openen van het tweede (stolp)raam.• Om het tweede raam te openen eerst
het eerste raam (�) openen.• De kleine hendel (�) in de sponning
ontgrendelen (1.).• Het tweede raam openen (2.).
Sluiten > in omgekeerde volgorde
Openen van het tweede (stolp)raam.• Om het tweede raam (ook stolpraam
genoemd) te openen eerst het eersteraam (�) openen in de draaistand.
• De kleine hendel in de sponning (�)ontgrendelen (1.).
• Het tweede raam openen (2.).
Sluiten > in omgekeerde volgorde
Bij tuimelramen bevinden de scharnier-punten zich links en rechts. Bij hetopenen van het raam kiept dezeevenveel naar buiten als naar binnen.Door het gebruik van remscharen blijfthet raam in de gewenste standgeopend. Met de kruk worden tweefuncties bediend:(a.) het raam sluiten(b.) in geopende stand vastzettenVastzetten in geopende stand• Tuimelraam openen• De kruk terugdraaien, net zover dat de
het uitsteeksel op de kruk (�) preciesachter de sluitnok (�) van het raampast.
2.8 Tuimelraam
2.9 Taatsraam Bij taatsramen bevinden descharnierpunten zich onder en boven.Bij het openen draait het raamevenveel naar buiten als naar binnen(bij scharnierpunten in het midden).Met de kruk worden twee functiesbediend:a. Het raam sluitenb. Het in geopende stand vastzetten.
Vastzetten in geopende stand• Taatsraam openen.• De kruk terugdraaien, net zover dat
de het uitsteeksel op de kruk (�)precies achter de sluitnok (�) vanhet raam past.
Indien een tuimelraam na enigetijd te licht bediend kan wor-den, dient uw leverancier deremschaar opnieuw af testellen.
Gevaarlijk!De scharnieren nooitinvetten of smeren.
Indien een taatsraam na enigetijd te licht bediend kanworden, dient uw leverancierde remschaar opnieuw af testellen.
Gevaarlijk!De scharnieren nooitinvetten of smeren.
a.) Sluiten
Openen
b.) Vastzetten
a.) Sluiten
Openen
b.) Vastzetten
Bediening van ramen I 11
2.11 Uitzetbegrenzer losmaken t.b.v. schoonmaken
Soms is een tuimel- of taatsraamvoorzien van een extra uitzetbegrenzer.Hiermee kan het raam in de geopendestand vastgezet worden.
Raam openen• Het raam openen tot de stand is
bereikt waarop de begrenzer in hetrustpunt klikt. (zie ook 2.7 en 2.8)
Raam sluiten• De openingsbegrenzer ontgrendelen
(�) met behulp van de hiervoorbestemde knop (1.)
• Het raam sluiten.
2.10 Uitzetbegrenzer voor tuimel- en taatsraam (optioneel)
Gevaar voor persoonlijk letsel!Bedenk dat bij het uithaken van de openingsbegrenzer van eentuimelraam het gehele gewicht van het bewegende gedeelteafgesteund moet worden. Let vooral op dat er zich geen voorwerpenof personen in het bereik van het bewegende gedeelte bevinden.Onderschat het gewicht van een raam nooit.
Om het raam geheel te kunnen openen(bijvoorbeeld t.b.v. schoonmaken),moet de openingsbegrenzer tijdelijklosgekoppeld worden.
• Raam openen. (zie ook 2.7 en 2.8)• Veiligheidvergrendeling (�) om-
draaien (1.), zodanig dat de positievan de nokken overeenkomt met deuitsparingen.
• De stang (�) uit de positie nemen(2.).
• Het raam verder openen (3.).
Het weer inhaken van de openingsbe-grenzer in omgekeerde volgorde.
2. Sluiten
3. Openen
2. Uitnemen
1. Omdraaien
12 I Bediening van ramen
1. Losmaken
2.12 Bovenlicht naar binnen vallend met verborgen beslagen/of bovenlichtbeslag type OL 90
• Elektrische bediening (�)– De schakelaar ingedrukt houden tot
de gewenste opening is bereikt.
Openen:
• Handbediening met hendel (�)– Het raam openen door de hendel naar
beneden te bewegen.
Er zijn meerder variaties:
� Handbediening met hendel
� Draaibediening met stang
� Elektrische bediening
� e-drive
• Draaibediening met stang (�)– De slinger van de houder nemen en in
de juiste stand knikken (1.).– Het raam openen door de slinger naar
links te draaien (2.).
Gesloten Geopend
Openen Sluiten
2. Openen
1. Uitklappen 4. Inklappen
3. Sluiten
Openen Sluiten
• per e-drive (�)– De schakelaar zolang indrukken, dat
het raam de gewenste openingsstandbereikt heeft.
�
Openen Sluiten
�
Bediening van ramen I 13
Om het raam geheel te kunnen openen(bijvoorbeeld t.b.v. schoonmaken), moetde openingsbegrenzer tijdelijklosgekoppeld worden.• Raam openen.• Het raam tijdelijk ondersteunen en de
veiligheidvergrendeling (�) omdraaien(1.).
• De stang (�) uit de positie nemen (2.).• Het raam voorzichtig en langzaam
verder openen (3.).Het terugbrengen van het raam inomgekeerde volgorde.
2.13 Bovenlichtbeslag losmaken t.b.v. schoonmaken
Om het raam geheel te kunnen openen(bijvoorbeeld t.b.v. schoonmaken), moetde openingsbegrenzer tijdelijklosgekoppeld worden.• Raam openen.• Het raam tijdelijk ondersteunen• De veiligheidvergrendeling (�) in-
drukken (1.) en de stang (�) uit depositie nemen (2.).
• Het raam voorzichtig en langzaamverder openen (3.).
Het terugbrengen van het raam inomgekeerde volgorde.
2.14 Bovenlichtbeslag type OL 90 losmaken t.b.v. schoonmaken
Gevaar voor persoonlijk letsel!Bedenk dat bij het uithaken van de openingsbegrenzer van eenvalraam het gehele gewicht van het bewegende gedeelte afgesteundmoet worden. Let vooral op dat er zich geen voorwerpen of personenin het bereik van het bewegende gedeelte bevinden. Onderschat hetgewicht van een raam nooit.
Openen• De snapper (of meerdere snappers)
ontgrendelen door de hendel (�) naarbeneden te trekken (1.).
• Het raam openen (2.).
Sluiten in omgekeerde volgorde, totdatde snapper in de juiste stand gedrukt is.
2.15 Bovenlicht naar binnen vallend met snapslot
Soms is een dergelijk raam voorzien van hulpscharen, waarmeevoorkomen wordt dat het raam geheel openslaat.
2. Uitnemen
3. Geheel openen
1. Omdraaien
2. Uitnemen
3. Geheel openen
1.In-drukken
2. Openen
1. Trekken
14 I Bediening van ramen
2.16 Kip-opperlicht met e-drive
Die bediening kan enkel danwanneer de stroom is ingescha-keld.
Piezo-zoemer
LED geelLED groen
Toets “sluiten”
Toets “verluchten”
Bedieningswijzen:
� Schakelaar
� Toetsenscherm
Bediening:
• Met de schakelaar (�)– schakelaar zo lang indrukken tot het
opperlicht de gewenste positie heeftbereikt.
Gesloten toestand open toestand
• Met het toetsenbord (�)
Na stroomuitval knippert de gele LED:druk gelijktijdig de toetsen “verluchten”en “sluiten” tot de groene LED brandt.Het raam kan nu opnieuw bediendworden.
Openen in kipstellinga)volledig openen
• toets “verluchten” kort indrukken: vleugel gaat in kipstelling (bewe- ging kan door het drukken op de andere toets gestopt worden).
b)gedeeltelijk openen• toets “verluchten” ingedrukt hou- den tot de gewenste stand is bereikt
Toets“verluchten”
Sluiten vanuit kipstelling• toets “sluiten” ingedrukt houden:
vleugel gaat in sluitstelling en aanhou-den tot groene LED blijft oplichten.
Toets“sluiten”
LED groen
LED-aanduidingen
LED geelLED groen
Openen sluiten
�
�
Bediening van ramen I 15
LED groen (links)– brandt bij vergrendelde vleugel– knippert bij bedieningLED geel (rechts)– brandt bij pauses tussen de bediening– knippert na het inschakelen
2.18 Valschaar losmaken t.b.v. schoonmaken
Om het raam geheel te kunnen openen(bijvoorbeeld t.b.v. schoonmaken), moetde openingsbegrenzer tijdelijklosgekoppeld worden.
Gevaar voor persoonlijk letsel!Bedenk dat bij het uithaken van de openingsbegrenzer van eenvalraam het gehele gewicht van het bewegende gedeelte afgesteundmoet worden. Let vooral op dat er zich geen voorwerpen of personenin het bereik van het bewegende gedeelte bevinden. Onderschat hetgewicht van een raam nooit.
• Raam openen.• Het raam zodanig doordrukken tot de
stang (�) uit de positie (�) genomenkan worden (1.).
• Het raam voorzichtig en langzaamverder openen (2.).
Het terugbrengen van het raam inomgekeerde volgorde.
Let op dat bij het openen van hetraam de kruk tegen het onderstegedeelte komt. Neem hiermaatregelen om beschadigingente voorkomen.
2. Geheel openen
1. Uitnemen
Kruk aan de zijkantKruk aan bovenzijde
2.17 Bovenlicht naar binnen vallend met krukbediening
Soms is een dergelijk raam voorzien van hulpscharen, waarmeevoorkomen wordt dat het raam geheel openslaat.
Openen
Gesloten
Openen
Sluiten
16 I Bediening van ramen
2.19 Veiligheidsbegrenzer losmaken t.b.v. schoonmaken
Om het raam geheel te kunnen openen(bijvoorbeeld t.b.v. schoonmaken),moeten de veiligheidsbegrenzers tijdelijklosgekoppeld worden.Ook in de schoonmaakstand wordt hetraam door de veiligheidsscharenbegrensd.Hiermee wordt vermeden dat het raamtegen het onderste gedeelte komt.
• Raam openen.• Het raam vasthouden en de grendel
(�) voorzichtig losmaken (1.).• Het raam voorzichtig en langzaam
verder openen (2.).
Het terugbrengen van het raam inomgekeerde volgorde. Hierbij komt deveiligheidsschaar automatisch in dejuiste positie.
Gevaar voor persoonlijk letsel!Bedenk dat bij het uithaken van de veiligheidsbegrenzer van eenvalraam het gehele gewicht van het bewegende gedeelte afgesteundmoet worden. Let vooral op dat er zich geen voorwerpen of personenin het bereik van het bewegende gedeelte bevinden. Onderschat hetgewicht van een raam nooit.
2. Openen
1. Ontgrendelen
Bediening van ramen I 17
2.20 Vouw-schuif-wand (harmonica)
Openen• Door het draaien van de sleutel het
slot (�) openen.• De vouwwand ontgrendelen door de
handel (�) in de juiste positie tedraaien.
• De elementen ter plaatse van degreep (�) opendrukken.
• De elementen wegschuiven.
Let op!Tijdens het openen of sluitennooit met ledematen tussen debewegende delen komen!
a.) Vouw-schuif-wand ZONDER draaideur
Sluiten• De elementen aan de hendels (�)
dichttrekken (1.)• De elementen vergrendelen (2.) door
de kruk naar benenden te draaien.• Het slot met de sleutel (3.) sluiten.
2. Openen1. Ontgrendelen
3. Drukken
1. Trekken
2. Sluiten
3. Ver-grendelen
Let op!Deze omschrijving geldtalleen voor het getoondetype!
18 I Bediening schuiframen/deuren
Openen• De draaideur geheel (180 °) openen
(1.) en in de snapper (�) van het vol-gende element vastzetten (2.).
• De vouwwand ontgrendelen (�) doorde kruk in de juiste positie te draaien(3.).
• De vouwwand opendrukken (4.).• De elementen wegschuiven (5.).
b.) Vouw-schuif-wand MET draaideur
Sluiten• De elementen aan de hendels (�)
dichttrekken (1.)• De elementen vergrendelen (2.).• De draaideur sluiten
Let op!Tijdens het openen of sluitennooit met ledematen tussen debewegende delen komen!
1. Openen
4. Open drukken
5. Openschuiven
1. Dichttrekken
2. SluitenLet op!Deze omschrijving geldt alleenvoor het getoonde type!
Bediening schuiframen/deuren I 19
3. Ont-grendelen
2. In de snapper drukken
2.21 Schuiframen/deuren
a.) Bediening met greep
1. Drukken
2. Open schuiven
Openen• Het schuivende gedeelte ontgrendelen
met de greep (�).• Het bewegende gedeelte open
schuiven.
Sluiten• Het bewegende gedeelte dicht
schuiven.• Het bewegende gedeelte zover dicht
schuiven dat deze vergrendelt.
b.) Bediening met vastzetter
2. Open schuiven
1. Dichtschuiven
Sluiten• Het bewegende gedeelte met behulp
van de hendel dicht schuiven. (1.)• Het schuivende gedeelte vergren-
delen door de vergrendeling (�) naarbeneden te schuiven (1).(kleuraanduiding = Rood)
Openen• Het schuivende gedeelte ontgren-
delen door de vergrendeling (�) naarboven te schuiven (1).(kleuraanduiding = Groen)
• Het bewegende gedeelte met behulpvan de hendel open schuiven.
1. Naar boven schuiven
2. Naarbeneden schuiven
Let op!Tijdens het sluiten nooit met ledematen tussen de bewegende delenkomen!
c.) Bediening met (afsluitbare) kruk
Openen• De sluiting staat gericht naar bene-
den.• Ontgrendelen door sleutel te draaien
(3.)• De kruk draaien en het bewegende
gedeelte met behulp van de kruk (2.)open schuiven.
Sluiten• Het bewegende gedeelte met behulp
van de kruk (�) dicht schuiven.• De kruk vergrendelen door de sleutel
te verdraaien (1.).
Open
Gesloten
1. Sluitingvergren-delen
3. Sluiting ontgrendelen
2. Draaienin schuifpositie
De bediening van buiten isafhankelijk van de afsluiting aande binnenzijde.
20 I Bediening schuiframen/deuren
e.) Bediening met afsluitbare hendel
1. Sluiten
2. 90° naar beneden draaien
Open
Gesloten
Openen• De sleutel draaien om de hendel te
ontgrendelen (1.).• Het schuivende gedeelte in de juiste
stand brengen (2.) door de kruk (�)naar beneden te draaien.
• De deur open schuiven (2.)
Sluiten• De deur met de greep in de juiste
stand (OPEN) dicht schuiven.• Het schuivende gedeelte door het
terugdraaien van de hendel (�)sluiten.
• De hendel met de sleutel afsluiten.
Let op!Tijdens het sluiten nooit met ledematen tussen de bewegende delenkomen!
Extra sluitpunt (optie) in het midden van een hef-schuif-deur
Sluiten
Openen
Openen• Draaiknop van het extra slot (�) naar
links draaien en ontgrendelen.• Schuifdeur openen als hierboven
bedienen.
Sluiten• Schuifdeur sluiten als hierboven
bedienen.• Draaiknop van het extra slot (�) naar
rechts draaien en vergrendelen.
d.) Bediening met (NIET afsluitbare) hendel
1. 90° naar beneden draaien
Open
Gesloten
Openen• Het schuivende gedeelte in de juiste
stand brengen (1.) door de hendel(�) 90° naar beneden te draaien.
• De deur open schuiven.
Sluiten• De deur met de kruk in de juiste
stand (OPEN) dicht schuiven.• Het schuivende gedeelte door het
terugdraaien van de kruk (�)vergrendelen.
Bediening schuiframen/deuren I 21
Let op!Tijdens het sluiten nooit met ledematen tussen de bewegende delenkomen!
2.22 Hef-schuif-deuren
a.) Bediening met (NIET afsluitbare) kruk
1. Naar beneden draaien
Open
Gesloten
Openen• Het schuivende gedeelte in de juiste
stand brengen (1.) door de kruk (�)naar beneden te draaien.
• De deur open schuiven (2.)
Sluiten• De deur met de kruk in de juiste stand
(OPEN) dicht schuiven.• Het schuivende gedeelte door het
terugdraaien van de kruk (�) vergren-delen.
b.) Bediening met afsluitbare kruk
1. Sleutel draaien
2. Naar beneden draaien
Open
Gesloten
Openen• De sleutel draaien om de kruk te
ontgrendelen (1.).• Het schuivende gedeelte in de juiste
stand brengen (�) door de kruk (2.)naar beneden te draaien.
• De deur open schuiven.
Sluiten• De deur met de greep in de juiste
stand (OPEN) dicht schuiven.• Het schuivende gedeelte door het
terugdraaien van de kruk (�) sluiten.• De kruk met de sleutel afsluiten.
Extra sluitpunt (optie) in het midden van een hef-schuif-deur
Sluiten
Openen
Openen• Draaiknop van het extra slot (�) naar
links draaien en ontgrendelen.• Schuifdeur openen als hierboven
bedienen.Sluiten• Schuifdeur sluiten als hierboven
bedienen.• Draaiknop van het extra slot (�) naar
rechts draaien en vergrendelen.
22 I Bediening schuiframen/deuren
2.23 Schuif-val-ramen en -deuren (type PASK)
Valstand• Het bewegende deel in de valstand
brengen (t.b.v. ventilatie) door degrote hendel (�) 90° naar benedente draaien.
Sluiten• De pui behoedzaam dicht schuiven
(nooit dicht gooien), zodat hetelement aan de onderzijde vanzelf inde sponning wordt gedrukt. (De puistaat nu in de valstand)
• De pui sluiten door de kruk (�) naarboven te draaien.
a.) Met dwangbediening (grote bedieningshendel)
b.) Zonder dwangbediening (kleine kruk)
Valstand vanuit gesloten stand• Het bewegende deel in de valstand
brengen (t.b.v. ventilatie) door dekleine kruk (�) 180° naar boven tedraaien. De pui kan nu in de valstandworden getrokken.
Schuiven vanuit gesloten stand• De kleine kruk (�) 90° draaien. De pui
kan nu in zijn geheel uit de sponningworden getrokken en daarna wordengeschoven.
Sluiten vanuit de open geschoven stand• De pui dicht schuiven en het element
behoedzaam in de sponning dichtdrukken (nooit gooien). De kruk 90°naar beneden draaien. De pui is nugesloten.
Schuiven• Door de kruk verder te drukken komt
de schuifpui ook aan de onderzijdenaar voren (1.).
• De kruk terug laten veren naar de90°- stand en de pui openschuiven(2.).
Sluiten vanuit de valstand• De pui dicht drukken, zodat het
element aan de bovenzijde in desponning wordt gedrukt. De kruk 180°draaien. De pui is nu gesloten.
Gesloten
Valstand
1. Geheel naar voren bewegen
2. Openschuiven
Gesloten
Valstand
Openschuiven
Bediening schuiframen/deuren I 23
2.24 Naar buiten draaiend raam 2.25 Naar buiten kleppend raam
2.26 Opgebouwd slot
Draai of draai-val-ramen en -deurenkunnen zijn voorzien van een op hetbewegend deel gemonteerd slot.
Sluiten:• Raam of deur sluiten.• Slot (�) vergrendelen door de sleutel
naar rechts te draaien (1.).
Openen:• Slot (�) ontgrendelen door de sleutel
naar links te draaien (2.).• Raam of deur openen (of ventileren
indien van toepassing)
Meestal zijn draairamen voorzien van scharnieren, soms van scharen die zichinwendig in de raamsponning bevinden. Soms beschikt de kruk over tweefuncties:a.) Sluitingb.) Vastzetten
Er kan slechts sprake zijnvan inbraakwering indienhet hiervoor bestemde slotook daadwerkelijk isafgesloten.
Openen
b. Vastzetten
a. Gesloten
1. Gesloten
2. Openen
Klepstand
b. Vastzetten
a. Gesloten
24 I Bediening van ramen
Indien de kruk ook over een vastzetinrichting beschikt,kan het raam in een ventilatiestand geblokkeerd wordendoor:• Het raam te openen• De kruk weer licht terug te draaien tot deze in de hiervoor
bestemde nok valt.In Nederland is het gebruik van een wegdraaibare combislui-ter gebruikelijk. Dit is echter geen Schüco onderdeel.
2.27 Afsluitbare kruk
Draai-val-ramen en -deuren, als ookschuifpuien (type PASK en hefschuif)kunnen zijn voorzien van een afsluitbarekruk of hendel.
Functies:• Door middel van de sleutel te ontgren-
delen (1.).• Het element in de gewenste stand
brengen d.m.v. het draaien van dekruk (2.).
• De kruk of bedieningshendel afsluitenmet behulp van de sleutel (3.).
Bij val-voor-draairamen kan hetraam in vergrendelde toestandwel vallen (kruk kan 90° wordengedraaid) maar niet draaien. Bijontgrendeling kan de kruk 180°worden gedraaid en het raam inde draaistand worden geopend.
a.) Opbouw
Om een draaivalraam (of deur) in devalstand iets te ventileren is een kozijnsoms van een opgebouwdekierstandblokkering (�) voorzien.
Nadat het raam (of de deur) is gesloten,valt de begrenzer weer terug in de oudepositie.
Element geheel openen:• Blokkering (�) wegdrukken (1.).• Element openen
2.28 Kierstand begrenzer
3. Vergren-delen
2. Openen
1. Ontgren-delen
2. Openen
3. Vergrendelen
1. Ontgrendelen
2. Openen
1. Blokkering
wegdrukken
Bediening van ramen I 25
b.) Kierstand begrenzer (Inbouw) Om een draaivalraam (of deur) in devalstand iets te ventileren is eenelement soms van een ingebouwdekierstandblokkering (�) voorzien. Omhet element verder te openen, dienteerst de kierstandbegrenzer ontgrendeltte worden.Kierstand opheffen:• Element in de draaistand openen (1.).• De kierstandbegrenzer (�) welke zich
in de sponning van het kozijn bevindt,licht uittrekken (2.) en naar benedendraaien (3.) en terugdrukken (4.).
• Het raam (of deur) sluiten, dekruk180° draaien en het element in devalstand brengen. Nu kan het raam inde maximale valstand worden ge-bracht.
Om de begrenzer weer actief te makende omgekeerde volgorde hanteren.
Begrenzer activeren:• Element in de draaistand openen (1.)• De kierstandbegrenzer (�) welke zich
in de sponning van het kozijn bevindt,licht uittrekken en naar boven draaien.
Nu kan weer van de begrensdeventilatiemogelijkheid gebruik wordengemaakt.
Een draaivalraam kan soms uitgerust zijnmet een aan de onderzijde opgebouwdslot (�), waarmee de draaifunctie (inafgesloten toestand) kan wordengeblokkeerd. Er kan in de valstand welworden geventileerd.
2.29 Draaiblokkering (opbouw)
Ventilatie
1. Openen
2. uittrekken
3. draaien
4. terugdrukken
2. Draaiblokkering ontgrendelen
1. Draaiblokkering vergrendelen
Draaistand Val(ventilatie)-stand
Draaien nietmogelijk
Ventileren welmogelijk
26 I Bediening van ramen
2.31 Rolsnapper (b.v. bij balkon- en terrasdeuren)
Sommige balkon- of terrasdeuren zijnvan een extra snapper (�) voorzien.Hierdoor blijft het element dicht, zonderdat het beslag (vanuit de binnenzijde) inde afgesloten toestand is gezet. U kuntdeze vanaf de buitenzijde d.m.v. eengreepje (�) openen.
Functie:• Door licht te drukken (c.q. trekken)
kan het element worden geopend/ge-sloten (niet afgesloten).
2.30 Verhuisraam
Soms komt het voor dat een raam isvastgeschroefd of bijvoorbeeld geblok-keerd, soms d.m.v. een inbusbout. Dit issoms het geval bij een zgn.„verhuisraam“, waarbij het raam slechtsincidenteel geopend hoeft te worden.Openen en blokkeren (eventueel d.m.v.een inbussleutel).
2.32 Openingsbegrenzer Een draaivalraam kan zijn voorzien vaneen openingsbegrenzer (�). Dezebegrenst de opening tot 90°. Tevenswordt hiermee een extra weerstandgeboden, wanneer het raam dreigt dichtte slaan vanwege plotselinge tocht. Hetdichtslaan kan ook hiermee echter nooitgeheel worden voorkomen. De begren-zer nooit smeren.
2.33 Terugslagbeveiliging Schüco beslag voor draai-val-ramen-endeuren is standaard voorzien van eenbeveiliging tegen dichtslaan. Het dicht-slaan door plotseling optredende tochtkan ook hiermee echter nooit geheelworden voorkomen. Soms is een ele-ment voorzien van een extra terugslag-beveiliging. Deze is onderhoudsvrij. Ookmet deze extra beveiliging kan hetdichtslaan nooit geheel wordenvoorkomen.
Ontgrendelen
Vergrendelen
Bediening van ramen I 27
3.1 Met een vaste (sier)greep aan de buitenzijde
Openen vanuit de buitenzijde:• Sleutel 2 x geheel ronddraaien (1.). en
vasthouden.• De deur met de andere hand iets
openen (2.) en de sleutel daarnaonmiddellijk loslaten.
• Nu de deur geheel openen.
Afsluiten vanuit de buitenzijde:• Deur sluiten.• Deur vergrendelen door de sleutel 2 x
geheel rond te draaien.
Openen vanuit de binnenzijde:• Deurkruk naar beneden drukken (1.).• Nu de deur geheel openen (2.).
Afsluiten vanuit de binnenzijde:• Deur sluiten.• Deur vergrendelen door de sleutel 2 x
geheel rond te draaien (3.).
Deuren worden in de regel afgesloten door de sleutel een keer rondte draaien. Soms (b.v. bij inbraakwerende deuren) dient de sleutelechter twee keer geheel rond te worden gedraaid.
Klemgevaar bij het openen van deuren!Bij het gelijktijdig openen van deuren en bedienen van de sleutelbestaat het gevaar van het knellen van ledematen tussen kozijn enbewegend deel! De sleutel nooit draaien terwijl u de deur opent!
3.0 Bediening van deuren
2. Openen
1. Draaien
2. Openen
1. Draaien
3. Vergrendelen (2 x draaien)
28 I Bediening van deuren
3. Vergrendelen(2 x draaien)
Openen van binnen/buiten:• Deur ontgrendelen door de sleutel 2 x
geheel rond te draaien (1.).• Deurkruk naar beneden drukken (2.).• Deur openen (3.).
3.2 Met een deurkruk aan de buitenzijde
Vergrendelen > in omgekeerde volgorde.
Buiten
3.3 Met binnen en buiten een vaste deurduwer
Openen vanuit de buitenzijde:• Deur ontgrendelen door de sleutel 2 x
geheel rond te draaien (1.).• Deur met de deurduwer openen (2.).
Vergrendelen > in omgekeerde volgorde.
Openen vanuit de binnenzijde:• Deur ontgrendelen door de sleutel 2 x
geheel rond te draaien (1.).• Deur met de deurduwer openen (2.).
Vergrendelen > in omgekeerde volgorde.
3. Openen
2. Drukken
1. Ontgrendelen
Afsluiten (2 x draaien)
1. Ontgrendelen
2. Openen
1. Ontgrendelen
2. Openen Vergrendelen (2 x draaien)
Bediening van deuren I 29
Vergrendelen(2 x draaien)
Vergrendelen:• Deur sluiten (1.).• Begrenzer vergrendelen door de knop
(�) naar rechts te draaien (2.).De deur kan nu slechts een kleinstukje geopend worden.
Ontgrendelen (van binnenuitmogelijk):• Begrenzer ontgrendelen door de knop
(�) naar links te draaien (3.).De deur kan nu geheel geopendworden.
Zie voor de bediening vande deur 3.1 en 3.2.
Ontgrendelen (van buitenaf):De deur kan alleen op een specialemanier vanaf de buitenzijde wordenontgrendeld.
Vergrendelen:• Deur ontgrendelen d.m.v. 2 x geheel
ronddraaien van de sleutel (1.)• Sleutel 1x terugdraaien (2.)• Sleutel weer 1x in een omgekeerde
richting draaien (3.)• Sleutel 1 x doordraaien om de deur te
openen (4.).
Soms is een deur voorzien van eenopeningsbegrenzer. Hiermee kan dedeur iets geopend worden. Dezebegrenzer moet met de hand wordenbediend.
3.4 Openingsbegrenzer
1. Sluiten
3. Ontgrendelen
2. Vergren-delen
4. Openen
3. Een draai om teontgrendelen
2. Een draai om tevergrendelen
30 I Bediening van deuren
1. Twee keerdraaien om teontgrendelen
Een afgesloten deur kan (indien dezehiermee is voorzien) van binnenuitzonder sleutel worden geopend.Deur openen:• Deurkruk van binnenuit naar beneden
drukken (1.).• Deur openen (2.).
3.5 Met snelopener
De deur is na het openen ontgrendeld. Het opnieuw vergrendelen(afsluiten) kan alleen met de sleutel.
Een afgesloten deur kan (mits dezehiermee is voorzien) van binnenuitzonder sleutel automatisch wordengeopend. In dit geval heeft de deur 2stuks extra sluitpunten (�).
• Deur sluiten (1.).De onderste en bovenste vergren-delingen (�) sluiten de deur automa-tisch af tegen bediening van buitenaf.
• Deur openen (4.).Vanuit de binnenzijde kan de deurworden geopend met de kruk(zie ook 3.4).
• Deur sluiten en geheel vergrendelen(2.).Met behulp van de sleutel (�) wordtde deur vergrendeld en wordt voor-komen dat deze vanaf de buitenzijdegeopend kan worden.
• Deur ontgrendelen en openen (3.).De gesloten en vergrendelde deurwordt met de sleutel (2 x draaien) ende kruk (4.) geopend.
3.6 Met automatische vergrendeling
2. Openen
1. Drukken
1. Sluiten
4.Openen
3. Ontgren-delen
2. Vergrendelen (2 x draaien)
Bediening van deuren I 31
3.7 Met motorisch bediende vergrendeling
Soms is de cilinder aan de binnenzijdevoorzien van een knop in plaats vaneen sleutel. Buiten is nooit een knopaangebracht.
3.9 Met knopcilinder
Vergrendelen:• Deur sluiten.• De deur vergrendelen door de knop
2 x geheel rond te draaien (1.).
Ontgrendelen > in omgekeerde volgorde.
3.8 Met elektrische sluitplaat
Meestal wordt een deur met elektrischesluitplaat toegepast in kantoren ofingang(portiek) deuren bij flats. Echter,indien uw deur voorzien is van eendergelijke sluitplaat, wordt deze vanbinnenuit d.m.v. een drukknop bediend.De deur kan geopend worden, zolang deknop ingedrukt wordt gehouden.
Dagstand:Bij gebruik van de deur overdag, kan desluitplaat (�) worden uitgezet. De deurkan dan als gewone loopdeur wordengebruikt.
Uitzetten:• Bij geopende deur de vergrendeling
(�) naar beneden duwen (1.).
Aanzetten:• Bij geopende deur de vergrendeling
(�) naar boven duwen (2.).
Als de deur met een sleutelafgesloten is, kan deze nietd.m.v. de elektrische openerworden vrijgegeven.
1. Aanzetten
2. Uitzetten
Ontgrendelen
1. Vergrendelen (2x draaien)
32 I Bediening van deuren
Het kan zijn dat uw deur voorzien is van een motorische vergrendeling. Indiendit het geval is, verwijzen wij naar de gebruiksaanwijzing hiervan.
Tweede deur openen:• Eerst de eerste deur openen• De kleine hendel (�) in de sponning
van de deur ontgrendelen (1.)• Tweede deur openen (2.).
3.10 Dubbele deuren (stolpdeuren)
Eerste deur openen:• Draai de sleutel 2 x geheel rond om te
ontgrendelen (1.).• De deurkruk (�) naar beneden
drukken (2.).• Deur openen (3.)
Sluiten > in omgekeerde volgorde.
Sluiten > in omgekeerde volgorde.
Eerste deur
Tweede deur
Eerste deur
Tweededeur
3. Openen
2. Drukken
1. Ontgrendelen
Vergrendelen (2x draaien)
1. Ontgrendelen
2. Openen
Bediening van deuren I 33
Dubbele(of stolp)deuren hebben een ele-ment dat als eerste geopend kan wor-den (1) en een tweede die alleen ge-opend kan worden (2) als de eerstge-noemde geopend is.(1) Als eerste te openen(2) Als tweede te openen
Eerstedeur
Tweededeur
3.11 Paniekdeuren
a.) Bediening met kruk
Paniek (of vlucht)deuren zijn soms alsenkele deur, soms als dubbele deuruitgevoerd. Zij komen meestal voor inkantoren e.d. of daar waar sprake is vaneen gewenste vluchtweg (bijvoorbeeldin geval van brand e.d.).
Tweede deur openen:• Eerst de eerste deur openen.• De grote hendel (�) op de tweede
deur ontgrendelen (1.).• Tweede deur openen (2.).Sluiten > in omgekeerde volgorde.
Paniekfunctie:• Direct de grote hendel (�) ontgren-
delen door om te draaien (1.).• Beide deuren gelijktijdig openen (2.).
Eerste deur openen:• Draai de sleutel geheel rond om te
ontgrendelen (1.).• De deurkruk (�) naar beneden
drukken (2.).• Deur openen (3.)..
Sluiten > in omgekeerde volgorde.
b.) Bediening met uitklapbare hendel
Tweede deur openen:• Eerst de eerste deur openen.• De grote hendel (�) op de tweede
deur ontgrendelen door uit te klappen(1.).
• Tweede deur openen (2.).Sluiten > in omgekeerde volgorde.
Paniekfunctie:• Direct de grote hendel (�) ontgren-
delen door uit te klappen (1.).• Beide deuren gelijktijdig openen (2.)
Eerste deur
Tweede deur
Tweede deur
3. Openen
2. Drukken
1. Ontgrendelen
Vergrendelen (2x draaien)
2.Openen
1. Ontgrendelen
2.Openen
1. Ontgrendelen
34 I Bediening van deuren
c.) Bediening met paniekstang
Deze deuren (enkel of dubbel uitge-voerd) hebben horizontale stangenwaarmee de deuren in geval van noodkunnen worden geopend. Voor dubbeledeuren geldt:
Tweede deur openen:• De horizontale stang (�) naar beneden
drukken (1.).• Deur openen (2.).
Blokkeren van de tweede deur:• Tweede deur sluiten (1.)• Door het indrukken van een knop (�)
kan de sluiting worden geblokkeerd(2.).
Eerste deur openen:• De horizontale stang (�) naar beneden
drukken (1.).• Deur openen (2.).
Ontgrendelen van de tweede eneerste deur:Door de stang op de tweede deur (�)naar beneden te drukken worden beidedeuren ontgrendeld.
• De eerste deur (�) kan separaatworden geopend met de stang of doorde sleutel (1 x draaien) (3.).
Vergrendelen van de eerste deur:• Eerste deur sluiten (1.) en met de
sleutel (1 x rond draaien) (�) ver-grendelen (2.).
Voor enkele deurengeldt hetzelfdeprincipe.
Eerste deur
Tweede deur
Eerste deur
Tweede deur
1. Drukken
2. Openen
1. Sluiten
1. Sluiten
3. Ontgrendelen
2. Vergrendelen
Bediening van deuren I 35
3.12 Vastzetter
Een deur kan tijdelijk worden vastgezet,indien hiervoor een onderdeel aan deonderzijde van de deur is gemonteerd.
Vastzetten:• Druk de bovenste knop (�) met de
voet behoedzaam in (1.).
Los maken:• Druk de onderste knop (�) met de
voet behoedzaam in om de deur weerte kunnen sluiten(2.).
3.13 Deurdranger
Een deurdranger wordt gemonteerd aande bovenzijde van deuren, meestalalleen in kantoren, portiek- ofkelderingangen e.d. Het is hierbijgewenst dat de deur na gebruik weervanzelf sluit. Het afstellen van eendergelijk deurdranger is voorbehoudenaan de leverancier.
1. Vastzetten
2. Los
36 I Bediening van deuren
3.14 Deurscharnieren
a.) Opbouwscharnieren
Laat alle regelingen en herstellin-gen door.Een Schüco vakman uitvoeren.Want enkel vakkundige her-stellingen met origineleonderdelen staan garant vooreen probleemloos functionerenook in de toekomst van uwSchüco ramen en deuren.
b.) Rolscharnieren
Opbouwscharnier tweeledig
Opbouwscharnier drieledig
Rolscharnier tweeledig (inox)
Rolscharnnier drieledig (aluminium)
Bediening van deuren I 37
4.0 Voorkomen van schade en storingen
Klemmen Sie keine Hindernisse zwischen Elementflügelund Elementrahmen ein.Let op dat een raam (of deur) niet door plotselinge tocht tegende wand slaat en hierdoor beschadigd.
Draai een raam (of deur) nooit zover open dat deze tegende muur aanloopt.Die Elementflügel können durch Zugluft auf- und zuschlagenund dadurch beschädigt werden.
Hang nooit voorwerpen aan geopende ramen en/ofdeuren.Indien u aan geopende delen of krukken voorwerpen hangt,leidt dit zeker tot storingen en/of schade.
Draai krukken en grepen alleen in juiste de richting.Als u krukken en/of grepen van ramen of deuren een anderekant op probeert te draaien als waarvoor zij bedoelt zijn, leidtdit zeker tot storingen en/of schade.
Dubbele (stolp)deuren nooit eerst met de tweede deuropenen (met uitzondering van paniekdeuren).Deze belasting leidt zeker tot vervorming van het kozijn,storingen en/of schade.
� Eerste deur� Tweede deur
Deuren niet in geopende toestand met de sleutelvergrendelen en zeker nooit dicht doen als het slot ingeopende toestand toch per ongeluk vergrendeld is.Als de deur in deze positie toch dicht wordt gedaan, leidt dittot zware schade aan deur, kozijn en slot.
38 I Voorkomen van schade en storingen
Om storingen en schade aan ramen en deuren te voorkomen, dient u te lettenop de volgende aanwijzingen:
5.0 Schoonmaken5.1 Algemene opmerkingen
5.2 Geadviseerde schoonmaakmiddelen
Vóór het schoonmaken vangemoffelde (gekleurde)kozijnen eerst de aanwij-zingen op de verpakkingzorgvuldig doorlezen.
Gebruik NOOIT een van de volgendevoorwerpen om een aluminium kozijnschoon te maken:
• Nooit scherpe of puntige voorwerpenen/of gereedschappen, messen,beitels, spatels etc. gebruiken. Gebruiknooit staalwol of de schuurzijde vanpannensponsen. Al deze voorwerpenleiden tot onherstelbare schade.
• Nooit agressieve reinigingsmiddelenen / of oplosmiddelen, zoalsnitroverdunningen gebruiken. Gebruiknooit nagellak-“remover“ etc. . Al dezestoffen leiden tot onherstelbareschade.
Bij uw leverancier kunt u terecht vooreen speciale schoonmaak (en onder-houd) set. Hierin treft u aan:• Reiniger en ontvetter• Oliespuitje voor het onderhoud van
hang- en sluitwerk• Vetstift voor het onderhoud van rubber
dichtingen• Kleurstift
Schoonmaken van geanodiseerdekozijnen:• Basisreiniger. Geanodiseerde kozijnen
(herkenbaar aan de „aluminium“-kleur)kunnen het best de eerste keer meteen basisreiniger behandeld worden.Het voordeel is dat hierdoor hetoppervlak beter geconserveerd wordt.
• Metaal-polish. Deze reiniger geeftgeanodiseerde kozijnen deoorspronkelijke matglans terug enconserveert hiermee bovendien hetoppervlak. Ook bij roestvaststaal tegebruiken.
• Universele reiniger. Hiermee kunnenzware verontreinigingen behoedzaamvan het oppervlak van de kozijnenworden verwijderd.
Schoonmaken I 39
6.0 Periodiek onderhoud
6.1 Reinigen van de ontwateringsleuven
Zouden ontwateringsleuven (�) ver-stopt zijn, reinig deze dan behoedzaammet een houten of kunststof spateltje.
VlekkenVlekken verwijdert u het best met eenreiniger uit de schoonmaakset,verkrijgbaar bij uw leverancier.
Vaste verontreinigingGips of resten van specie e.d. zijn hetbest behoedzaam te verwijderen meteen houten (of kunststof) spatel. (Nooiteen metalen spatel gebruiken).
5.3 Adviezen met betrekking tot het schoonmakenHet beste is de kozijnen schoon te ma-ken tijdens het lappen van de ramen.Als u voor het lappen een neutraalschoonmaakmiddel gebruikt (ZONDERschuurmiddel) kunt u ook de rubber-dichtingen in de schoonmaakbeurtmeenemen.
Lees ALTIJD eerst de aan-wijzingen op de verpakkingvan schoonmaakmiddelenom onherstelbare schadeaan kozijnen te voorkomen.
6.2 Geleiding van schuiframen, -deuren en vouwwanden.
Verwijder bij geopend raam stof en vuildat zich bevindt achter de rubberdich-ting. U kunt hiervoor een stofzuigergebruiken met het juiste hulpstuk.
Maak de onderrails van schuiframen, -deuren en vouwwanden met een stof-zuiger goed schoon.
40 I Schoonmaken / Periodiek onderhoud
Naast de normale schoonmaakbeurten, adviseren wij u een keer per jaar uwkozijnen na te kijken en ze een kleine onderhoudsbeurt te geven. Hiermeevoorkomt u storingen en het zal zeker de levensduur van uw kozijnenverlengen.
Gescheurde of beschadigderubberdichtingen dient u tijdigdoor uw leverancier te latenvervangen.
Behandel rubberdichting periodiek metde speciale vetstift uit de onderhoudssetof met zuurvrije vaseline. De dichtingenblijven hierdoor soepel en bovendienblijft vuil er minder goed aan hechten.Controleer gelijk de dichtingen opscheuren of andere beschadigingen.
Nagenoeg alle bewegende onderdelenvan uw kozijnen (hang- en sluitwerk) zijnonderhoudsvrij of in ieder geval zeeronderhoudsarm. Indien u echterperiodiek met een zuurvrije olie (en/ofvet) het mechaniek van uw ramen en/ofdeuren behoedzaam smeert, zal dit zekerten goede komen aan een soepelebediening en lange levensduur.
Gebruik bij voorkeur het spuitbusje in deSchüco-onderhoudsset, verkrijgbaar bijuw leverancier, voor het licht smerenvan sluitnokken en draaipunten.
Het is belangrijk dat u slechtsmatig met smeermiddelenomgaat. Een teveel aan olie ofvet leidt juist tot een verhoogdekans op storingen. Een teveelaan smeermiddelen verwijderen.
De scharnieren bij tuimelramen(�) zijn uitgerust met remmen,waardoor het raam in geopendetoestand blijft staan. Dezescharnieren dus NOOIT smeren.
Gebruik NOOIT smeermiddelenter plaatse van de stangen (�)en hoeken (�) die u ziet bij eengeopend draaivalraam. Dezestangen en hoeken zijn absoluutonderhoudvrij!
6.3 Controle van rubberdichtingen en het invetten hiervan
6.4 Onderhoud van hang- en sluitwerk
De valschaar (bij draaival-raam) smeren
Alle Schließzapfen ölen
Periodiek onderhoud I 41
6.5 Onderhoud van deuren
6.6 Cilinders smeren
Bij deuren dient u de sluitpunten die ubedient met de kruk (�) en met desleutel (�) periodiek te smeren.
Voordat u begint met smeren:• De sluitpunten bij geopende deur naar
buiten laten komen.
Nadat u gesmeerd heeft:• De sluitpunten weer terugbrengen in
de oorspronkelijke situatie en pasdaarna de deur sluiten.
Voor het smeren van de cilinder ALLEENgrafiet gebruiken! (dus nooit olie of vet).
7.0 Ventilatie adviesVoorkomen schade door vocht:
Door de zeer goede dichting van uwkozijnen, is er geen sprake meer van een„natuurlijke“ ventilatie. In een woning isechter sprake van een zekere productievan vocht en waterdamp, te denken aan:• In keuken en badkamer ontstaat veel
vocht en waterdamp.• Kamerplanten maar ook (veel) perso-
nen in een ruimte produceren veel vocht.
Waterdamp wordt zichtbaar in de vormvan condens. Deze condens kan leidentot zeer onaangename vochtplekken opmuren en wanden en zelfs leiden totschimmelvorming en onherstelbareschade aan behang, verf of stucwerk.
• Laat (minstens) een keer per dag (offrequenter naar mate van gebruik) elkeruimte (�) minimaal 5 minuten goeddoorluchten (met geheel geopendraam).
• Vermijd het ventileren tegelijkertijdmet verwarmen.
Deze methode van kort en hevig door-luchten (�) verbruikt relatief weinigenergie en voert de vochtige lucht uit deruimte snel en effectief af. Hiermeewordt weer snel een „normaal“leefklimaat bereikt.
Kort doorluchten
Ventileer niet gelijktijdig metverwarmen!
42 I Periodiek onderhoud / Ventilatie advies
8.0 Klachten en reparaties
Reparaties en het afstellen van ramen en/of deuren mogen alleenworden uitgevoerd door een Schüco-leverancier. Deze leveranciergebruikt altijd originele Schüco onderdelen.
8.1 Onderhoudscontract
Klachten en reparaties I 43
Als u in deze handleiding niet op al uw vragen voldoende antwoord heeftgekregen, kunt u het best contact opnemen met uw leverancier.
Naast een vakkundig advies over onderhoud kunt u uw leverancier ookaanspreken over het afstellen van ramen en/of deuren of over het uitvoerenvan reparaties.
Soms biedt uw leverancier u de mogelijkheid een onderhoudscontract af tesluiten. Hierin staan voorwaarden waaronder bepaalde reparaties enonderhoudswerkzaamheden zonder meerkosten gedekt worden. U benthiermee zeker van het comfortabel en storingsvrij bedienen van ramen endeuren over een lange periode, zonder verrast te worden door extra hogereparatiekosten.
Trefwoordenlijst
44 I Schüco
Adviezen met betrekking tot het schoonmaken ................................ 40Afsluitbare kruk ..................................................................................25Algemene opmerkingen .................................................................... 39Bovenlicht naar binnen vallend met krukbediening ..........................16Bovenlicht naar binnen vallend met snapslot .................................... 14Bovenlicht naar binnen vallend met verborgen beslag ..................... 13Bovenlichtbeslag losmaken t.b.v. schoonmaken ..............................14Bovenlichtbeslag type OL 90 losmaken t.b.v. schoonmaken ............ 14Cilinders smeren ................................................................................ 42Controle van rubberdichtingen en het invetten hiervan .................... 41Deur / Met automatische vergrendeling ............................................ 31Deur / Met binnen en buiten een vaste deurduwer ...........................29Deur / Met een deurkruk aan de buitenzijde ..................................... 29Deur / Met een vaste (sier)greep aan de buitenzijde ......................... 28Deur / Met elektrische sluitplaat ........................................................ 32Deur / Met knopcilinder ..................................................................... 32Deur / Met motorisch bediende vergrendeling .................................32Deur / Met snelopener ....................................................................... 31Deur / Openingsbegrenzer ................................................................. 30Deurdranger ....................................................................................... 36Deurscharnieren ................................................................................. 37Draai-val-ramen..................................................................................6Draai-val-ramen met slingerbediening ..............................................8Draai-valraam met e-drive ................................................................. 7Draaiblokkering (opbouw) ................................................................. 26Draairamen......................................................................................... 6Dubbele deuren (stolpdeuren) ........................................................... 33Dubbele ramen (stolpraam) ............................................................... 10en/of bovenlichtbeslag type OL 90 .................................................... 13Extra sluitpunt (optie) in het midden van een hef-schuif-deur ..........22Geadviseerde schoonmaakmiddelen ................................................. 39Geleiding van schuiframen, -deuren en vouwwanden ......................40Kierstand begrenzer ........................................................................... 25Kip-opperlicht met e-drive ................................................................. 15Klachten en reparaties ....................................................................... 43Naar buiten draaiend raam ................................................................ 24Naar buiten kleppend raam ............................................................... 24Onderhoud van deuren ......................................................................42Onderhoud van hang- en sluitwerk ................................................... 41Onderhoudscontract ..........................................................................43Openingsbegrenzer ............................................................................ 27Opgebouwd slot ................................................................................ 24Paniekdeuren ..................................................................................... 34
Schüco I 45
Periodiek onderhoud ..........................................................................40Reinigen van de ontwateringsleuven ................................................ 40Rolsnapper (b.v. bij balkon- en terrasdeuren) .................................... 27Schuif-val-ramen en -deuren (type PASK) ......................................... 23Schuiframen / Bediening met (afsluitbare) kruk ................................ 20Schuiframen / Bediening met (NIET afsluitbare) hendel ...................21Schuiframen / Bediening met afsluitbare hendel ..............................21Schuiframen / Bediening met greep ..................................................20Schuiframen / Bediening met vastzetter ...........................................20Schuiframen / Extra sluitpunt (optie) ................................................. 21Schuiframen / Hef-schuif-deuren ......................................................22Taatsraam ........................................................................................... 11taatsraam (optioneel) .........................................................................12Terugslagbeveiliging ..........................................................................27Tuimelraam......................................................................................... 11Uitzetbegrenzer losmaken t.b.v. schoonmaken ................................ 12Uitzetbegrenzer voor tuimel- en ........................................................ 12Val-draai-ramen ..................................................................................6Val-ramen met slingerbediening ........................................................ 9Valschaar losmaken t.b.v. schoonmaken ..........................................16Vastzetter ........................................................................................... 36Veiligheidsbegrenzer losmaken t.b.v. schoonmaken ........................ 17Ventilatie advies .................................................................................42Verhuisraam ....................................................................................... 27Voorkomen van schade en storingen ................................................ 38Vouw-schuif-wand (harmonica) .........................................................18Waarschuwingen ............................................................................... 5
46 I Schüco
Notitie:
Schüco I 47
Nadruk, geheel of gedeeltelijk alleen met onze toestemming. Onder voorbehoud van (technische) wijzigingen.Alle systemen en technische producten zijn ontwikkelt naar de allerlaatste richtlijnen en Duitse DIN-norm. Wijsluiten echter uitzonderingen c.q. afwijkingen op deze eisen in andere landen niet uit. Specifiek eisen per landdienen strikt door onze klanten vooraf vergeleken te worden.
Schüco aluminium elementen behoren tot de topvan de kwaliteit op het vlak van• Bedieningscomfort• Warmte-isolatie• Geluidswering• Veiligheid• LevensduurOm nog langer plezier te beleven aan uw Schücoraam- en deurelementen raden wij u aan dezehandleiding voor bediening en onderhoudzorgvuldig door te nemen
Schüco oplossingenrondom het huis
Art.-Nr.: 281 180 / 04.05 / Printed in Germany
Het Schüco-systeemconcept garan-deert opdrachtgevers een compleeten perfect op elkaar afgestemdgamma aan producten voor allegebouwsluitingen.
• Ramen en puien in kunststof enaluminium
• Rolluiksystemen• Electronische sturing van ramen en
rolluiken• Serres en toebehoren• Deuren in aluminium en kunststof• Luifels• Solarthermie en photovoltaik• Systemen voor inbraakwering,
brandwering en geluidsisolatie
Systeem-zekerheid, die overtuigt
Al onze ontwikkelingen van aluminium-, kunststof- en Solarsystemenonderscheiden zich door een hoge mate van betrouwbaarheid en kwaliteit.Perfectie, teamwork en de ondernemersdynamiek van Schüco bepalen hetuiteindelijke resultaat. Het Corporate Partnership met McLaren Mercedes staatsymbool voor de leidinggevende rol van Schüco International in de branche.
Recommended