View
2
Download
0
Category
Preview:
Citation preview
NASLAGWERK – PERMANENTE EDUCATIE AMSTERDAM
Editie 42 – financial law
30 november 2018
Permanente Educatie – Financial Law –Amsterdam
Permanente Educatie Amsterdam
No. 42 – vrijdag 30 november 2018
Beurs van Berlage, Amsterdam
AgendaBeurs van Berlage, Amsterdam
• 09.00 - 10.00: Introductie, Actualiteiten
• 10.00 – 11.30: Update SAM en Herziene NBA Standaard 1104
• 11.30 – 13.00: Nieuwe ontwikkelingen Wft
• 13.00 – 14.00: Lunch – Bistro Berlage
• 14.00 – 16.00: Wft in de praktijk
• 16.00 – 18.00: Disputen onder de Wft
Terms & Conditions
•Presentielijst bij aanvang en eindevan de dag
•Evaluatieformulier
•8 punten van een erkende PE-instelling
Mede mogelijk gemaakt door:
SAVE THE DATE – 22 maart 2019
Contemporary Public Audit
ACR=αIR * γICR * βDR
α - Duurzaamheid /Continuïteit
IR – Trust: integere bedrijfsvoering
Γ – Fraude
ICR – Design: goed gedrag
Β - Naleving Wet & Regelgeving
DR – Transparency: informatie
Maatschappelijke relevantie:
• Signalerend qua risico’s:• Fraude
• Continuïteit & duurzaamheid
• Regelgeving
• Toevoegen vertrouwen aan:
• Informatie
• Integere bedrijfsvoering
• Goed gedrag
ACR=αIR * γICR * βDR
Accountantscontrole risicomodel (ACR)
Significant risico(COS 315)
ACR IR ICR DR
Een geïdentificeerd en
ingeschat risico op een
afwijking van materieel belang
(COS 200) waaraan, op grond
van de oordeelsvorming van
de accountant, tijdens de
controle bijzondere aandacht
moet worden besteed.
Accountantscontrole risicomodel (ACR)
Significant risico(COS 315)
ACR IR ICR DR
• frauderisico (COS 240)
• recente significante ontwikkelingen op
economisch, boekhoudkundig of ander
gebied en daarom specifieke aandacht
vereist;
• complexiteit van transacties;
• significante transacties met verbonden
partijen;
• subjectiviteit bij het waarderen van
financiële informatie met betrekking tot
het risico, vooral als de waardering veel
onzekerheid inhoudt; en
• significante transacties die buiten het
kader van de normale bedrijfsvoering
van de entiteit vallen of die anderszins
ongebruikelijk lijken.
Significant risico
Indien de accountant heeft bepaald dat er een significant risico bestaat, dient hij inzicht teverwerven in de interne beheersingsactiviteiten van de entiteit die op dat risico betrekkinghebben (COS 315).
In sommige gevallen heeft het management mogelijk niet op passende wijze ingespeeld op significante risico's op een afwijking van materieel belang door interne beheersingsmaatregelen met betrekking tot deze significante risico's te implementeren. Indien het management nalaat dergelijke interne beheersingsmaatregelen te implementeren, wijst dat op een significante tekortkoming in de interne beheersing (COS 265 Meedelen van tekortkomingen in de interne beheersing aan de met governance belaste personen en het management) .
ACR=αIR * γICR * βDR
De α drijft het IR voor wat betreftsignificante risico’s, incl. fraude risico(COS 315)
Trust (α)
1. Kernwaarden,
Missie, Visie
2. Strategie
3. Enterprise
Architecture
ACR=αIR * γICR * βDR
De γ, mede in aanvulling op αdrijven het ICR.
Design (γ)
4. Interne
beheersins-
omgeving
5. Risicoanalyse
6. IC entity level
(ELC)
7. IC transaction
level
ACR=αIR * γICR * βDR
De β, onderinvloed van αen γ, drijven het DR.
Transparency (β)
8. Internal
reporting
9. External
reporting
10.Internal Audit /
3rd. LoD
Fraude driehoek
Motivatie/druk
GelegenheidRationalisatieα
γ
β
ACR=αIR * γICR * βDR
Materialiteit bij de planning en uitvoering van een controle (COS 320)
Evaluatie van tijdens de controle geïdentificeerde afwijkingen (COS 450).
Kwalitatieve materialiteitsoverwegingen
α Materialiteit
γ Management
override of
control
β PKI
ACR=αIR * γICR * βDR
Risico’s met betrekking tot het doorbreken van
interne beheersings-
maatregelen door het management
α Materialiteit
γ Management
override of
control
β PKI
ACR=αIR * γICR * βDR
COS 200:
“Een houding die onder meer gekenmerkt wordt door een
onderzoekende instelling, het alert zijn op omstandigheden
die kunnen duiden op eventuele afwijkingen die het
gevolg zijn van fouten of fraude, en een kritische evaluatie van controle-
informatie.”
α Materialiteit
γ Management
override of
control
β PKI
Actualiteiten
Rekentool materialiteit op NBA.nl
• De rekentool materialiteit staat vanaf nu op NBA.nl. NEMACC publiceerde begin dit jaar een onderzoek naar het gebruik van het begrip 'materialiteit' binnen de meest voorkomende opdrachten in het mkb.
• Uit dat onderzoek bleek dat mkb-accountants met name bij risicogerichte samenstellingsopdrachten de materialiteit van posten in de beschouwing betrekken.
Rekentool materialiteit op NBA.nl
• In het onderzoeksrapport wordt ingegaan op kwantitatieve en kwalitatieve materialiteit, de regelgeving ter zake van materialiteit, de wijze waarop accountants in de praktijk materialiteit toepassen en een aantal 'good practices’.
• Om tegemoet te komen aan de behoefte vanuit de praktijk ontwikkelde NEMACC een rekentool voor het bepalen van de kwantitatieve materialiteit.
Verplicht PE-onderwerp 2019: Fraude
• Het NBA-bestuur vindt het belangrijk dat alle accountants in de financiële keten fraude kunnen signaleren en zo nodig opvolging daaraan kunnen geven. Daarom is het voor alle accountants in 2019 verplicht om een training Fraude te volgen. Met uitzondering van de leden die in 2017 al de verplichte training Frauderisicofactoren hebben gevolgd.
• De training heeft als doel de bewustwording van de accountant te vergroten van wat het maatschappelijk verkeer van de accountant verwacht op het gebied van fraude.
AFM-rapport: Kwetsbaarheden in de
structuur van de accountancysector
https://www.youtube.com/watch?time_continue=82&v=8ctmTKo8YYw
Conclusie 1
“Er zijn aanwijzingen in de wetenschappelijke literatuur dat in de huidige structuur van de accountancysector meerdere bronnen van marktfalenliggen besloten, die een negatieve invloed (kunnen) hebben op de kwaliteit van wettelijke controles.”
Conclusie 2
“Er zijn mogelijkheden om marktfalen te adresseren binnen de huidige structuur. De negatieve impact van marktfalen wordt met kwaliteit verbeterende maatregelen verminderd, maar bronnen van marktfalen blijven bestaan.”
Conclusie 3
“Bronnen van potentieel marktfalen kunnen worden weggenomen door de invoering van alternatieve structuurmodellen. Dit vereist significante ingrepen in de markt voor wettelijke controles of in de structuur van accountantsorganisaties. Nadere analyse is daarom nodig.”
Alternatieve structuurmodellen
1. Audit only
2. Intermediair
3. Rijksaccountant
4. Financial Statement Insurance
5. Afschaffen wettelijke controle
6. De gebruiker bepaalt
7. Audit Quality Indicators
8. Joint Audit
9. Begrenzen marktaandeel Big 4
10. Corporate Model
Uitgangsprincipes Governance NBA
Leiderschap, daadkracht en vernieuwen
Samenleving is veranderd
• Gezag gevestigde orde is geen vanzelfsprekendheid
• Toenemend populisme
• Wij/zij denken
• Accountants worden kritisch gevolgd door AFM, politiek en MCA
Vernieuwings-agenda basis voor NBA Governance 3.0
Transitie naar 3.0Van: managen van samenwerking (1.0/2.0) Naar: leiden van ontwikkeling (3.0)
Verenigingsdemocratie is leidend Slagvaardigheid is leidend
Bestuur is afspiegeling achterban Bestuur is afspiegeling strategie
Legitimiteit = omvang achterban Legitimiteit = toegevoegde waarde
Last en ruggespraak / consultatie Autoriteit / kennis uitdiepen
Bestuurslagen zorgen voor betrokkenheidAfbouw aantal bestuurslagen / opbouw inhoudelijke
ontmoeting
Permanente verenigingsorganen Ad-hoc verenigingsorganen en facultatieve samenwerking
Verbinding op ledensegmenten Verbinding op thema’s
Na
ar:
Iva
n P
ou
we
ls–
Va
n S
pa
en
do
nck
Bra
nch
ea
dvie
s
Ontwerpcriteria NBA governance 3.0 Criterium
1. Vergroten slagvaardigheid
2. Bestuur afspiegeling strategie
3. Opbouw inhoudelijke ontmoeting
4. Verankeren wettelijke taak
• Bestuur besluitvormend op:
• PBO-taken
• strategie neergelegd in de Vernieuwingsagenda
• Bestuur toezichthoudend op overige zaken
Besturing: focus bestuur op PBO-taken en strategie
Structuur ledenorganisatie
• Meer ruimte voor ontwikkeling
en vernieuwing
• Verbinding op inhoud en met
meer autonomie
Faculties
gericht op
kennisontwik-
keling van het
beroep
Communities
gericht op
kennisontwik-
keling
individuele lid
Structuur ledenorganisatie: van ledengroepen naar faculties (vakgroepen)
Kenmerken
• Platform voor beroepsontwikkeling ingesteld door bestuur
• Ingedeeld naar aard van werkzaamheden en niet naar dienstverband
• Brug tussen wet- en regelgeving en vaktechniek én beroepspraktijk
Indeling faculties
1. Ethiek
2. Audit & Assurance
3. Accounting & Reporting
4. Business & Management
Structuur ledenorganisatie: Inrichting faculties (vakgroepen)
• Verplicht lidmaatschap faculty Ethiek en tenminste één andere
• Elke faculty eigen, gekozen bestuur
• Verantwoording aan eigen leden én NBA bestuur
• Eigen faculty-reglement, vastgesteld door het bestuur
• Ook niet-leden kunnen deelnemen; voorwaarden nog uit te werken
Structuur ledenorganisatie: Commissies worden communities (platforms)
Kenmerken
• Platforms gericht op interessegebieden en ontwikkeling individuele lid
• Ingesteld door leden zelf (bottom up)
• Programma gericht op de eigen achterban en niet op advisering aan het bestuur
Indeling communities
1. per sector
2. op basis van levensfase en/ of werkplek
3. op basis van specialisme
4. per regio
Structuur ledenorganisatie: Inrichting communities (platforms)
• Kennen een programmaraad, die programma vaststelt
• Elke community kent community-reglement, vastgesteld door NBA-bestuur
• Afdelingen en kringen worden communities
• Commissies worden communities
• Ook niet-leden kunnen onder voorwaarden deelnemen;
[…]
[…]
[…]
[…]
[…]
[…]
[…]
[…]
[…]
PBO-TAKEN
FACULTIES
(BEROEPSONTWIKKELING)
A&R
B&MA&A
CO
MM
UN
ITIE
S
(AU
TO
NO
MIE
LE
DE
N)
[…]
[…]
[…]
BOTTOM-UP
TOP-DOWN
VISIE
BESTUUR
BESTUUR
BE
ST
UU
RB
ES
TU
UR
ETHICS
COMMUNITIES OP
SPECIALISME
COMMUNITIES
OP REGIO
COMMUNITIES OP
LEVENSFASE /
WERKPLEK
COMMUNITIES
OP SECTOR
Positie ALV; taken en bevoegdheden blijven hetzelfde
• Verordeningen
• Begroting en jaarrekening
• Benoeming voorzitter, bestuursleden en accountant
• Toezicht
Cultuur & gedrag
Sleutel voor succes: intern
• Bereidheid om:
• samen op te trekken
• het experiment aan te gaan
• Kracht en eenheid uitstralen richting samenleving
• Het durven loslaten van verworven posities
• Een open naar buiten gerichte attitude
Cultuur & gedrag
Sleutel voor succes: extern
• Minder nadruk op compliance en het mijden van risico’s
• Buiten de lijntjes durven kleuren
• Meer geloof in eigen professional judgement en dit ook uitdragen
• Leiderschap tonen en samenleving meenemen bij wat van de
accountant mag worden verwacht
• Actief deelnemen aan maatschappelijk debat
Tijdpad • Tot 17 december
Rondgang bestuur langs afdelingen, besturen en commissies
• 17 december
ALV; Goedkeuring verordening bestuurssamenstelling,
meningspeiling over de nieuwe governance-principes
• Januari 2019 - zomer 2020
Uitwerking nieuwe governance, inclusief een daarop
toegerust contributiemodel + wetswijziging
• Juni 2020
ALV Finale besluitvorming nieuwe governance.
NBA aangescherpte veranderagenda
De belangrijkste aanpassingen in de Veranderagenda Audit 2019-2020 zijn:
• Een actievere houding ten opzichte van fraude waarbij de vragen van het maatschappelijk verkeer en het vermogen van de accountant centraal staan;
• Een aangescherpt cultuurprogramma met meer aandacht voor werkdruk en diversiteit;
• Voor het niet-oob segment worden een thema-onderzoek en een mentoringprogramma aangekondigd waarin niet-oob kantoren intensiever worden begeleid in hun verandertraject en kantoren die niet meedoen hier steviger op worden aangesproken.
NOCLAR (in consultatie)Non Compliance with Law and Regulations
https://www.youtube.com/watch?time_continue=2&v=umKeuNvf5ks
NOCLAR
• Het geeft aan wat van accountants wordt verwacht en hoe zij moeten handelen als regels niet worden nageleefd door de cliënt of binnen de eigen organisatie.
• Is het nieuw? Ja en nee. De NV NOCLAR werkt uit wat als principe al in de VGBA werd genoemd. Ook nu dient u volgens de VGBA al actie te ondernemen als u een overtreding van regelgeving constateert.
• De beoogde ingangsdatum is 1 januari 2019.
NOCLAR
• De NV NOCLAR geldt voor alle accountants, maar de impact ervan hangt af van wat u doet.
• Zo maakt het bijvoorbeeld uit of u betrokken bent bij wettelijke controles of een samenstelopdracht of een adviesopdracht uitvoert.
• Als het gaat om NOCLAR in uw eigen organisatie maakt het uit of u werkzaam bent in een seniorpositie of niet.
• De NBA heeft vier stappenplannen gepubliceerd. Deze geven aan welke stappen accountants moeten zetten wanneer zij aanlopen tegen een overtreding van de regelgeving.
Stappenplannen
• Stappenplan voor de accountant bij niet-naleving cliënt (controle-opdrachten)
• Stappenplan voor de accountant bij niet-naleving cliënt (overige opdrachten)
• Stappenplan voor de accountant bij niet-naleving in eigen organisatie (senior)
• Stappenplan voor de accountant bij niet-naleving in eigen organisatie (niet-senior)
Update SAM en herzieneNBA Standaard 1104
Sector Commissie Asset Management
• Inleiding
• Samenstelling
• Agenda
• Meerjarenplan
• Praktijkhandreiking 1104
• Publieke Management Letter
Sector Commissie Asset Management
• Inleiding• Specifieke omstandigheden• Vergroten effectiviteit commissie
• Samenstelling• Bert Vissers (EY)• Carel van Oldenbeek (Mazars)• Jesse IJspeert (PWC)• Fijtsia van Pelt (DUFAS)• Viona Borreman (Deloitte)• Kees Rozen (KPMG)• Rinus de Hooge (Aegon Asset Management)• Theo de Groot (Fact Accountants)• Vincent Wanders (Compliant & More B.V.)• Paul Castricum (ENDYMION Accountants B.V.)• Pauline van der Hoff (NBA ondersteuning)• Rob Schouten (NBA ondersteuning)• Vacature (only women allowed)
Sector Commissie Asset Management
• Agenda (1)• Opening (vacture)• Concept notulen• SAM meerjarenplan• Vaktechnisch
• Publieke management letter• Box consultants• Helpdesk• Meldplicht
• Externe overleggen• AFM• Min Fin• DNB• Dutch Association of Depositaries (DAD)• NVP
• Sluiting
Sector Commissie Asset Management
• SAM meerjarenplan• Handreiking 1104
• Controleverklaringen en assurance rapporten• WFT
• Minimumvermogensverklaring
• Risicomanagement integere en beheerste bedrijfsvoering
• MIFID II
• Naleving ICAAP
• Communicatie tussen beleggingsinstellingen, toezichthouders en accountants
• Kwaliteit verslaglegging
• Big data en data-analytics
• Digitalisering en fintech ontwikkelingen
• Europese en Brexit ontwikkelingen
• Governance besturen
• Rol accountant in het bestuursverslag
• Cultuur financiële instellingen
• Toekomstbestendigheid sector
• Sustainability
• Thema’s DNB/AFM
• Proportionaliteit (DNB – verzekeraars)
Sector Commissie Asset Management
• Praktijkhandreiking 1104• 4 verschillende handreikingen (1104 a,b,c & d)
• Geen wezenlijke / materiele veranderingen
• Huidige consultatie periode afgesloten
• Hopelijk begin 2019 beschikbaar in definitieve vorm
Sector Commissie Asset Management
• Praktijkhandreiking 1104• Inleiding
• Wettelijke verplichtingen interne auditor en externe accountant• Meldingen en inlichtingen aan en overleg met toezichthouders
• Toetsing en beoordeling organisatie-inrichting en risicobeheersing
• Controle jaarrekening/staten
• Overige rapportages
• Opdrachtbevestiging externe accountants• Bijlage 1: Themalijst beleggingsonderneming
• Bijlage 2: Themalijst (beheerder van een) (alternatieve) beleggingsinstelling en beheerder van een icbe
• Bijlage 3: Voorbeeld van teksten
Sector Commissie Asset Management
• Praktijkhandreiking 1104 - Inleiding• Het doel van deze handreiking is om uitleg te geven over:
• de specifieke wettelijke verplichtingen vanuit de toezichtwetgeving voor (beheerders van) beleggingsinstellingen en beleggingsondernemingen voor de externe accountant die de jaarrekening of de staten ten behoeve van DNB en AFM controleert bij een beleggingsinstelling of beleggingsonderneming;
• de specifieke wettelijke verplichtingen vanuit de toezichtwetgeving voor (beheerders van) beleggingsinstellingen en beleggingsondernemingen voor de interne auditor, indien deze functie is ingericht.
• Niet alle (beheerders van) beleggingsinstellingen en beleggingsondernemingen beschikken over een interne auditor. Dit is niet verplicht vanuit de toezichtwetgeving Indien echter een interne auditor aanwezig is, gelden voor hem ook bepaalde wettelijke verplichtingen.
• Deze handreiking gaat specifiek in op de meldingsplichten van de externe accountant vanuit de Wft. Deze handreiking gaat niet in op andere meldingsplichten die vanuit andere wet-of regelgeving zoals de NV NOCLAR zouden kunnen ontstaan.
Sector Commissie Asset Management
• Praktijkhandreiking 1104 - Verantwoordelijkheden
• In het kader van de relatie tussen het bestuur/de beheerder, de interne auditor, de externe accountant en de toezichthouder worden de volgende verantwoordelijkheden onderscheiden:
• Het bestuur is verantwoordelijk voor de bedrijfsvoering en de externe rapportage (jaarrekening en staten) daarover, waarbij onder meer de eisen van wet- en regelgeving in acht moeten worden genomen. Bij een beleggingsfonds is dit de beheerder;
• De interne auditor is verantwoordelijk voor de onafhankelijke toetsing van de effectiviteit van de organisatie-inrichting en van de procedures en maatregelen;
• De externe accountant is verantwoordelijk voor de controle van de jaarrekening en de staten2 (en voor overige werkzaamheden waartoe hij opdracht heeft verkregen). Bij de controle van de jaarrekening of de staten gaat de externe accountant in het kader van Standaard 250, het in overweging nemen van wet- en regelgeving bij een controle van financiële overzichten na of de vermogensbeheerder aan de voor deze controle relevante wet- en regelgeving heeft voldaan. Wanneer de externe accountant werkzaamheden verricht, bestaat, afhankelijk van de omstandigheden, verantwoordelijkheid jegens toezichthouders om bepaalde zaken te melden of inlichtingen te verstrekken vanuit de desbetreffende toezichtwetgeving en vanuit Standaard 250;
• De toezichthouder is verantwoordelijk voor de uitoefening van het toezicht.
Sector Commissie Asset Management
• Praktijkhandreiking 1104 – Meldingen en inlichtingen aan en overleg met toezichthouders (1)
• Meldingsplicht van externe accountant aan toezichthouders:
• Op basis van art. 3:88 lid 1 en 2 en art. 4:27 lid 1 en 2 van de Wft bestaat de verplichting om de toezichthouders, DNB en de AFM, van bepaalde omstandigheden op de hoogte te brengen. Dit geldt voor de externe accountant die de jaarrekening of de staten controleert van een beleggingsonderneming; een (beheerder van een) beleggingsinstelling; en een (beheerder van een) icbe (dit zijn financiële ondernemingen),
• Uit hoofde van de EU-Verordening 537/2014 heeft de externe accountant bij een oob tevens de plicht om aan de AFM of DNB alle informatie te melden die een van de volgende zaken tot gevolg kan hebben:
• Materiele inbreuk op wettelijke en bestuursrechtelijke bepalingen
• Materiele bedreiging of twijfel over continuïteit
• Weigering oordeel afkeurende verklaring of verklaring met voorbehoud.
• Omdat deze verantwoordelijkheid voortvloeit uit wettelijke voorschriften, handelt de externe accountant niet in strijd met de geheimhoudingsbepalingen van de Wta (art. 26) en de Verordening gedrags- en beroepsregels accountants (paragraaf 2.6)
Sector Commissie Asset Management
• Praktijkhandreiking 1104 – Meldingen en inlichtingen aan en overleg met toezichthouders (2)
• Bij de aandachtspunten over het eerder genoemde kan gedacht worden aan de bepalingen betreffende:
• eisen aan minimum vermogen
• Geschiktheid, betrouwbaarheid en integriteit van de beleidsbepalers
• Structurering en inrichting bedrijfsvoering
• Solvabiliteit en financiële positie
• Zorgvuldige dienstverlening en informatieplicht
• Wanneer de (beheerder van de) onderneming of instelling een melding heeft gedaan aan de toezichthouder dan krijgt de externe accountant een afschrift van de gedane melding.
• De externe accountant maakt, mede in verband met de vereiste zorgvuldigheid, de inhoud van een eventuele voorgenomen melding kenbaar aan het bestuur.
Sector Commissie Asset Management
• Praktijkhandreiking 1104 – Toetsing en beoordeling organisatie inrichting en risicobeheersing (1)
• De effectiviteit van de organisatie-inrichting en van de procedures en maatregelen dient bij een
beleggingsonderneming, icbe, beheerder van een icbe en bewaarder van een icbe onafhankelijk te
worden getoetst door een organisatieonderdeel dat een interne- controlefunctie uitoefent.
• De bepalingen van en ingevolge de Wft geven, behoudens hierboven beschreven taak, geen nadere
voorschriften voor deze toetsing. Uitgangspunt voor het functioneren van de interne auditfunctie zijn
daarmee de (internationale) standaarden voor de beroepsuitoefening en de eisen die toezichthouders
aan de interne auditfunctie stellen. Tot deze standaarden behoort onder meer het International
Professional Practices Framework (IPPF) van het Instituut van Internal Auditors (IIA). Het IPPF
weerspiegelt de fundamentele principes van het beroep (zoals weergegeven in de Core Principles for the
Professional Practice of Internal Auditing). Dit houdt in dat de interne auditfunctie:
• Blijk van integriteit
• Vakbekwaamheid
• Objectief
• Etc.
Sector Commissie Asset Management
• Praktijkhandreiking 1104 – Toetsing en beoordeling organisatie inrichting en risicobeheersing (2)
• Bij de controle van de jaarrekening heeft de externe accountant een verantwoordelijkheid om de wet- en
regelgeving in aanmerking te nemen in overeenstemming met Standaard 250, Het in overweging nemen
van wet- en regelgeving bij een controle van financiële overzichten.
• In Standaard 250 wordt onderscheid gemaakt in:
• wet- en regelgeving die in het algemeen geacht wordt van directe invloed te zijn op de jaarrekening;
• overige wet- en regelgeving die geen directe invloed heeft op de jaarrekening, maar waarvan het
naleven van fundamenteel belang kan zijn voor de operationele aspecten van het bedrijf, voor de
mogelijkheid van een entiteit om haar activiteiten voort te zetten, dan wel voor het voorkomen van
sancties van materieel belang. Niet-naleving van dergelijke wet- en regelgeving kan daarom van
materieel belang zijnde invloed hebben op de financiële overzichten.
Sector Commissie Asset Management
• Praktijkhandreiking 1104 – Toetsing en beoordeling organisatie inrichting en risicobeheersing (3)
• Ten aanzien van overige wet- en regelgeving zal de externe accountant ten minste de volgende werkzaamheden verrichten:
• inzicht verkrijgen in de van toepassing zijnde wet- en regelgeving die van toepassing is op het bedrijf;
• navragen bij, indien van toepassing, het management, de compliance-officer, internal audit en de met governance belaste personen of de entiteit de wet- en regelgeving naleeft;
• kennisnemen van (indien van toepassing);
• correspondentie met toezichthouders;
• compliance-rapportages;
• incidenten bij klanten;
• bevindingen bewaarder;
• negatieve publiciteit. •
Sector Commissie Asset Management
• Praktijkhandreiking 1104 – Toetsing en beoordeling organisatie inrichting en risicobeheersing (4)
• Het bestuursverslag van een icbe of een abi die valt onder het retailregime (retail abi) bevat conform artikel 121 lid 1 Bgfo Wft een verklaring van de beheerder dat hij voor de icbe of de retail abi beschikt over een beschrijving van de inrichting van de bedrijfsvoering die voldoet aan het bepaalde ingevolge de artikelen 3:17, tweede lid, onderdeel c, en 4:14, eerste lid, van de Wft, en dat de bedrijfsvoering van de icbe of de retail abi effectief en overeenkomstig de beschrijving functioneert (hierna de ‘Verklaring omtrent bedrijfsvoering’)
• In de Nota van Toelichting bij het BGfo van 12 oktober 2016 (2006!) is vermeld dat het niet de bedoeling is dat de externe accountant de in het jaarverslag opgenomen verklaring omtrent bedrijfsvoering inhoudelijk controleert. De externe accountant zal echter wel de volgens Standaard 720 vereiste werkzaamheden ten aanzien van andere informatie dienen uit te voeren. Daarbij is er geen actieve onderzoekplicht (nieuwe RJ400/720 materiele onjuistheden in bestuursverslag te signaleren en rapporteren in de controleverklaring) van de externe accountant naar hoe het management zelf is gekomen tot de verklaring omtrent de bedrijfsvoering.
• De externe accountant dient de Verklaring omtrent de bedrijfsvoering ten minste te lezen en daarbij te overwegen of er een inconsistentie is van materieel belang met zijn kennis (verkregen tijdens de controle), daaronder begrepen zijn inzicht in de entiteit en haar omgeving, inclusief de interne beheersing.
Sector Commissie Asset Management
• Praktijkhandreiking 1104 – Themalijsten en Voorbeeldteksten
• Goed overzicht van de relevante wet- en regelgeving
• Voorbeeldteksten om op te nemen in de opdrachtbrieven
Sector Commissie Asset Management
• Praktijkhandreiking 1104 – Commentaar
• Commentaar ontvangen van de ‘usual suspects’ maar ook van Instituut voor Internal Auditors en Solutional;
• Overige onder toezicht staande instellingen (Betaalinstellingen, beurzen, etc.)
• “Verwachtingskloof’ breder publiek
• Verduidelijking controle staten en jaarrekening
Sector Commissie Asset Management
• Publieke Management Letter
• Aanleiding betreft het succes van de publieke management letter voor vastgoed;
• Is er behoefte?
Wet op het financieel toezicht
Permanente Educatie – Financial Law
Amsterdam 30 november 2018
Pepijn van Zaal
Onderwerpen
• Geschiedenis, structuur, indeling en reikwijdte Wft
• Verhouding met Europese regelgeving
• Ontwikkelingen op een aantal gebieden:- Betaaldienstverlening
- Elektronisch geld
- Crypto currency
- Prospectus
Geschiedenis Wft
• 1 januari 2007 invoering Wft
• Daarvoor sectorale wetten zoals Wet toezicht effectenverkeer, wet toezicht kredietwezen en Wet financiële dienstverlening met ieder eigen toezichthouder
• Bij invoering Wft twee toezichthouders:
- AFM – gedragstoezicht – Deel 2, 4 en 5; en
- DNB – prudentieel toezicht Deel 2 en 3.
• Onderscheid niet altijd goed te maken -> bijvoorbeeld vermogensscheiding en integriteitstoezicht
• Meldpunt toezicht overlap
Structuur Wft
• Wft
• Uitvoeringsbesluiten –> Besluit prudentiële regels Wft
• Ministeriële regelingen -> Vrijstellingsregeling Wft
• Regels toezichthouders -> Nadere regeling gedragstoezicht financiële ondernemingen Wft – AFM
• Beleidsregels toezichthouders -> AFM beleidsregel informatieverstrekking
• Interpretaties toezichthouders -> Q & A, leidraden, toelichtingen bij aanvraagformulieren en niet gepubliceerde opvattigen
Indeling Wft
• 1 Algemeen Deel – o.m. definities, reikwijdte t.a.v. verschillende financiële diensten, algemene bepalingen t.a.v. toezichthouders (samenwerking en geheimhouding) en beloningsbeleid
• 2 Deel Markttoegang Financiële Ondernemingen – toetreding -> vergunningplicht, vrijstellingen en uitzonderingen, Europees paspoort uitgaand en inkomend
• 3 Deel Prudentieel Toezicht Financiële Ondernemingen – o.m. verbod aantrekken opvorderbare gelden, financiële eisen, rapportage verplichtingen en VVGB’s (rol accountant)
• 3a Deel Bijzondere maatregelen en voorzieningen betreffende financiële ondernemingen –afwikkeling van banken en bepaalde beleggingsondernemingen
• 4 Deel Gedragstoezicht financiële ondernemingen – informatieverplichtingen, eisen aan dienstverlening
• 5 Deel Gedragstoezicht financiële markten – o.m. regels voor beurzen, het aanbieden van effecten, melding zeggenschap en voorkoming handel met voorwetenschap
• 6 Deel bijzondere maatregelen betreffende de stabiliteit van het financiële stelsel
Reikwijdte Wft
• Onderwerpen die niet terugkomen in de Wft:
- toezicht op accountants -> Wta
- toezicht financiële verslaggeving -> Wtfv
- regels voorkoming witwassem -> Wwft
- sanctieregelgeving -> Sw
- toezicht trustkantoren -> Wtt
- pensioentoezicht -> Pw
- kosten toezicht - > Wbft
Europees kader – financiële regelgeving
Niveau 1 – Kaderstelling
- Richtlijnen en verordeningen voorgesteld door EC, vastgesteld door Raad van Ministers en Europees Parlement
Niveau 2 – Technische standaarden
- Reguleringsnormen en uitvoeringsnormen EC stelt deze vast op advies ESA’s (EBA, EIOPA of ESMA)
Niveau 3 – Uitvoerbaarheid toezicht in praktijk
- Toezichthouder geeft guidelines en aanbevelingen
Niveau 4 – handhaving door de EC van de uitvoering van gemeenschapsregels
Verhouding EU – nationale regelgeving
• Financieel toezicht is voor 99% gebaseerd op Europese regels.
• Ondanks maatregelen om inhoud toezicht in EU te harmoniseren (EU Verordeningen) nog steeds veel lokale verschillen:
• Kosten toezicht
• Beloningsbeleid
• ‘Wild west’ bordje
• Interpretatie door toezichthouders
Daardoor nog steeds geen sprake van echt één Europese financiële markt.
Toezichthouders op naleving Wft
• AFM – gedragstoezicht
• DNB – prudentieel toezicht
• ACM – toezicht op toegang tot betalingssystemen, toegang van betaalinstellingen tot betaalrekenigsdiensten
• AP - toezicht op toegang betaaldienstverleners op persoonsgegevens betaaldienstgebruikers -> na implementatie PSD II
Betaaldienstverlening
• Waarschijnlijk per 1 januari 2019 implementatie PSD II in Nederlandse wetgeving -> Wft en BW;
• Belangrijke gevolgen:- Twee nieuwe betaaldiensten -> rekeninginformatiedienst en
betalingsinitiatiedienst- Beperking uitzonderingen o.m.:
- Hoofdactiviteit -> ook al is betaaldienstverlening niet de hoofdactiviteit dan wel onder reikwijdte;
- Handelsagent -> nog slechts werkzaam voor ofwel begunstigde ofwel betaler -> van belang voor handelsplatformen die voor rekening van zowel betaler als begunstigde handelen nog slechts uitgezonderd indien niet over de gelden van de cliënten beschikken
- Verklaring van geen bezwaar
Elektronisch geld
• elektronisch geld: geldswaarde die elektronisch of magnetisch is opgeslagen die een vordering op de uitgever vertegenwoordigt, die is uitgegeven in ruil voor ontvangen geld om betalingstransacties te verrichten als bedoeld in artikel 4, punt 5, van de richtlijn betaaldiensten, en waarmee betalingen kunnen worden verricht aan een andere persoon dan de uitgever
• Account en card based -> of op een kaart (cadeau kaart) of op een rekening wallet
• Pre paid product -> geld wordt opgeladen voordat het kan worden gebruikt
• Bedoeling om betalingstransacties mee te verrichten
• Andere partijen dan de uitgever moeten de waarde accepteren
Elektronisch geld, betaaldiensten en opvorderbaar geld • Geldmiddelen die een betaalinstelling of elektronischgeldinstelling
met zetel in Nederland in verband met het verlenen van betaaldiensten van betaaldienstgebruikers ontvangt, zijn, [..] geen opvorderbare gelden.
• Desondanks discussie welke gelden in dit kader niet opvorderbaar zijn criteria:
• is er een debiteur – crediteur verhouding met de bedoeling het tegoed weer terug te betalen
• doel van het aanhouden van de gelden• hoe wordt het product aangeboden -> als betaal of spaarproduct• Hoe lang worden gelden aangehouden
• Depositogarantiestelsel niet van toepassing op gelden aangehouden door betaaldienstverlener of elektronish geldinstelling
Crypto currency
Vanuit toezicht verschillende raakpunten:
- Handelsplatformen waarop crypto wordt verhandeld
- Beleggingsinstellingen die beleggen in crypto
- Aanbiedingen van crypto -> ICO
Wft in beginsel ook van toepassing op crypto currency, publicaties AFM:
- crypto’s met vastgoed als onderliggende waarde -> beleggingsinstelling
- ICO
- reikwijdte toezicht op beleggen in crypto
Handelsplatform
• Handelsplatformen aandachtspunten:• Wat wordt verhandeld? Indien product effect -> vergunning
beleggingsonderneming AFM
• Aanhouden gelden klanten op platform is verboden aangezien DNB deze gelden als opvorderbare gelden kwalificeert
• Platform vaak (impliciet) internationaal actief dus lokale regels van toepassing
Beleggingsinstellingen
• In Nederland nu een aantal beleggingsinstellingen actief.
• Onder AIFM registratie regime -> dus niet aan retail beleggers
• AIFM registratieregime voor beheerder met fondsen met totale AUM van EUR 100 miljoen (leveraged) of EUR 500 miljoen aangeboden aan prof. beleggers
• NL AIFM registratie regime ook aanbieding in NL aan retailmogelijk:
Minder dan 150 personen;
EUR 100.00 per belegger; of
Nominale waarde EUR 100.000
Aanbieding van crypto - effect
• Crypto kan kwalificeren als effect indien:• verhandelbaar waardebewijs dat gelijk is te stellen met een verhandelbaar
aandeel• vergelijkbaar met een verhandelbare obligatie of verhandelbaar
schuldinstrument• door conversie van de token een verhandelbaar aandeel of schuldinstrument
kan worden verkregen• Verhandelbaar waardepapier dat in geld wordt afgewikkeld en waarvan de
waarde afhankelijk is van een index of maatstaf
• Gevolg:
- prospectusplicht;
- beleggingsdienstverlening
Aanbieding van Crypto -deelnemingsrecht• Deelnemingsrecht
als sprake is van het beheren en aanbieden van rechten van deelneming in een beleggingsinstelling. Hiervan is sprake als de aanbieder van een ICO bij beleggers kapitaal ophaalt om dit conform een bepaald beleggingsbeleid te beleggen in het belang van deze beleggers. De verkregen middelen moeten ter collectieve belegging worden aangewend, zodat de deelnemers in de opbrengst van die belegging kunnen delen. Onder de opbrengst van een belegging valt ook de groei van de intrinsieke waarde.
• Bijvoorbeeld: Combicoin -> aanpassen product op last AFM
Prospectus
Bij aanbieding effecten door AFM goedgekeurd prospectus verplicht tenzij:
- Minder dan 150 personen;
- Gekwalificeerde beleggers; en
- Deelname EUR 100.000 per belegger of nominale waarde effect.
Waarschuwing in reclame uitingen en documenten waarin aanbieding in vooruitzicht wordt gesteld en Wet oneerlijke handelspraktijken.
Vrijstelling aanbieding < EUR 5 miljoen
Vrijstelling prospectusplicht indien waarde aanbieding over periode van 12 maanden < EUR 5 miljoen is, aandachtspunten:
- Categorie effect;
- Groep verbonden vennootschappen; en
- Binnen gehele Europese Economische Ruimte.
Voorwaarde voor deze vrijstelling:
- melding aanbieding bij AFM
- verstrekken Informatiememorandum format AFM -> kosten, doel aanbieding, financiële positie aanbieder en risico’s.
Prospectus beleggingsinstellingen
• Indien deelnemingsrechten op verzoek deelnemers kunnen worden ingekocht dan geen goedgekeurd prospectus maar accountant moet controleren of prospectus de vereiste informatie bevat -> praktijk ook nog toets door AFM.
• Indien deelnemingsrechten niet op verzoek deelnemers kunnen worden ingekocht dan wel door AFM goedgekeurd prospectus
• Let op: uitleg AFM uitzonderingen prospectusplicht anders dan uitleg uitzonderingen vergunning AIFM beheerder.
Wft in de praktijk
Disputen onder de Wft
Recommended