8
’t Is een vreemdeling zeker die verdwaald is zeker; over “Sinterklaas” van Charlotte Dematons Yolande Jansen (Dit is een nieuwe versie van een stuk uit 2008 op de website Eutopia: http://www.eutopia.nl/opinie.php?curr_id=549. Het stuk heeft daarna in 2011 op de website van ‘zwarte Piet is racisme’ gestaan: http://zwartepietisracisme.tumblr.com/post/13133776382/t-is-een-vreemdeling-zeker-die- verdwaald-is. In deze nieuwe versie zijn de afbeeldingen uit het kinderboek Sinterklaas van Dematons waar dit stuk over gaat toegevoegd. Ik heb de tekst van het stuk met opzet bijna niet aangepast en alleen enkele toevoegingen tussen *** erbij gezet, dan kan de lezer ook zien hoe veel er veranderd is sinds 2008). Het Sinterklaasfeest kán best veranderen: slaan met de roe en kinderen meenemen in de zak kunnen niet meer. Maar het verhaal over Sinterklaas en de zwarte Pieten kan niet zonder politiek conflict herzien worden. En van de Dordtse politie hadden we anno 2011 al kunnen leren dat in Nederland sommige mensen kennelijk meer gelijk zijn dan anderen wat betreft de vrijheid van meningsuiting. *** Dit is in 2014 in Gouda opnieuw bewezen ***. Veel Surinaamse, Antilliaanse en Afrikaanse Nederlanders vieren het feest niet mee of staan er ambivalent tegenover, en migranten, vooral Amerikanen en Britten, hebben vaak een hartgrondige afkeer van Nederland in ‘swarte Pieten time’. Ze vragen zich af hoe zoiets anno 2008 nog mogelijk is. Anderen halen hun schouders op bij het in hun ogen overdreven politiek correcte en humorloze ‘gedoe’ over zwarte Piet, zo bijvoorbeeld Anil Ramdas nog deed in NRC/Handelsblad, op 4 december 2008. Hij meende zelfs dat dit populisme en misschien ook racisme in de kaart speelt. Dit ‘gedoe’ zou echter helemaal niet nodig hoeven zijn, als de Nederlandse meerderheid wat flexibeler en historisch bewuster was, en haar eigen racistische tradities onder ogen wilde zien. Want waarom zou je je schoen niet kunnen zetten of gemene gedichten schrijven zonder mee te moeten doen aan een ‘traditie’ die sommigen werkelijk pijn doet en anderen met stomheid slaat? Sinterklaas heeft een leuke, carnavaleske kant waarbij kinderen hun ouders, leerlingen hun leraren etc., van achter een masker en met een hoop zoetigheid de waarheid zeggen. Maar als de waarheid over Piet zelf eens ter sprake komt, wordt het opeens ongezellig. De onbuigzaamheid van veel Nederlanders om de ongelukkige raciale kanten van dit feest te erkennen is een teken van het onvermogen van de Nederlandse samenleving om met kritiek om te gaan. Het prentenboek ‘Sinterklaas’ van Charlotte Dematons, dat ook dit jaar nog steeds in elke boekwinkel stond, illustreert deze verstarring. ‘Sinterklaas’ won in 2008 de Gouden Penseel en is alom geprezen. De Volkskrant schreef dat het ‘boek in geen enkel gezin mag ontbreken’. De jury van de Gouden Penseel prijst het boek omdat er ‘ruimte is voor alle lezers, jong en oud’ en noemt het een ‘klassiek prentenboek met actuele trekjes en een grote knipoog naar de literatuur, de beeldende kunst en Neerlands tradities en eigenaardigheden’. Verbazend is dat jury noch recensies opmerkten dat het boek een aantal van die ‘Neerlandse’ tradities pijnlijk in herinnering brengt. Kennelijk was het niet opgevallen dat een geschiedenis

t Is een vreemdeling zeker die verdwaald is zeker: Over Zwarte Piet (orig. 2008, version with images, 2014)

  • Upload
    uva

  • View
    1

  • Download
    0

Embed Size (px)

Citation preview

’t Is een vreemdeling zeker die verdwaald is zeker; over “Sinterklaas” van Charlotte

Dematons

Yolande Jansen

(Dit is een nieuwe versie van een stuk uit 2008 op de website Eutopia:

http://www.eutopia.nl/opinie.php?curr_id=549. Het stuk heeft daarna in 2011 op de website van

‘zwarte Piet is racisme’ gestaan:

http://zwartepietisracisme.tumblr.com/post/13133776382/t-is-een-vreemdeling-zeker-die-

verdwaald-is.

In deze nieuwe versie zijn de afbeeldingen uit het kinderboek Sinterklaas van Dematons waar dit stuk

over gaat toegevoegd. Ik heb de tekst van het stuk met opzet bijna niet aangepast en alleen enkele

toevoegingen tussen *** erbij gezet, dan kan de lezer ook zien hoe veel er veranderd is sinds 2008).

Het Sinterklaasfeest kán best veranderen: slaan met de roe en kinderen meenemen

in de zak kunnen niet meer. Maar het verhaal over Sinterklaas en de zwarte Pieten

kan niet zonder politiek conflict herzien worden. En van de Dordtse politie hadden

we anno 2011 al kunnen leren dat in Nederland sommige mensen kennelijk meer

gelijk zijn dan anderen wat betreft de vrijheid van meningsuiting. *** Dit is in 2014

in Gouda opnieuw bewezen ***.

Veel Surinaamse, Antilliaanse en Afrikaanse Nederlanders vieren het feest

niet mee of staan er ambivalent tegenover, en migranten, vooral Amerikanen en

Britten, hebben vaak een hartgrondige afkeer van Nederland in ‘swarte Pieten time’.

Ze vragen zich af hoe zoiets anno 2008 nog mogelijk is. Anderen halen hun schouders

op bij het in hun ogen overdreven politiek correcte en humorloze ‘gedoe’ over

zwarte Piet, zo bijvoorbeeld Anil Ramdas nog deed in NRC/Handelsblad, op 4

december 2008. Hij meende zelfs dat dit populisme en misschien ook racisme in de

kaart speelt.

Dit ‘gedoe’ zou echter helemaal niet nodig hoeven zijn, als de Nederlandse

meerderheid wat flexibeler en historisch bewuster was, en haar eigen racistische

tradities onder ogen wilde zien. Want waarom zou je je schoen niet kunnen zetten of

gemene gedichten schrijven zonder mee te moeten doen aan een ‘traditie’ die

sommigen werkelijk pijn doet en anderen met stomheid slaat? Sinterklaas heeft een

leuke, carnavaleske kant waarbij kinderen hun ouders, leerlingen hun leraren etc.,

van achter een masker en met een hoop zoetigheid de waarheid zeggen. Maar als de

waarheid over Piet zelf eens ter sprake komt, wordt het opeens ongezellig. De

onbuigzaamheid van veel Nederlanders om de ongelukkige raciale kanten van dit

feest te erkennen is een teken van het onvermogen van de Nederlandse

samenleving om met kritiek om te gaan.

Het prentenboek ‘Sinterklaas’ van Charlotte Dematons, dat ook dit jaar nog

steeds in elke boekwinkel stond, illustreert deze verstarring. ‘Sinterklaas’ won in

2008 de Gouden Penseel en is alom geprezen. De Volkskrant schreef dat het ‘boek in

geen enkel gezin mag ontbreken’. De jury van de Gouden Penseel prijst het boek

omdat er ‘ruimte is voor alle lezers, jong en oud’ en noemt het een ‘klassiek

prentenboek met actuele trekjes en een grote knipoog naar de literatuur, de

beeldende kunst en Neerlands tradities en eigenaardigheden’. Verbazend is dat jury

noch recensies opmerkten dat het boek een aantal van die ‘Neerlandse’ tradities

pijnlijk in herinnering brengt. Kennelijk was het niet opgevallen dat een geschiedenis

van ongelijke verhoudingen tussen zwart en wit in beeld gebracht wordt. De Pieten

zijn overduidelijk zwarte mensen, van jong tot oud, met grote rode lippen zoals de

negers van weleer. Met fietsjes en rollators, speelvelden en muziekinstrumenten

lijken ze sprekend op ‘ons’, maar een paar dingen valt wel op in de verhouding van

de Pieten tot Sinterklaas en de Nederlanders.

De Pieten en Sinterklaas wonen in een paleis in Spanje, waar een duidelijke

hiërarchie bestaat. Sinterklaas heeft de hele eerste verdieping tot zijn beschikking,

met een schitterende slaapkamer, badkamer, en een ontvangstkamer met veel

boeken en chique meubelen; een bourgeois gentilhomme. Links van de etage van

Sinterklaas bevindt zich de kamer van het Paard van Sinterklaas: ook hij heeft ‘A

room of his own’, versierd met prachtige kindertekeningen aan hem persoonlijk

gericht:

De Pieten slapen met zijn allen op de zolder in slaapzalen met stapelbedden.

Eén Piet heeft een eigen slaapkamer. Daar hangt echter wel een blanke pin-up aan

de muur, wat een klassiek racialiserend stereotype is.

De Pieten doen al het werk in de keuken, blijmoedig doen ze de was, maken ze

suikergoed en verwerken ze de cadeautjesmassa. Een vrouwelijke Piet die de tafel

dekt draagt een bediendenschort dat duidelijk van voor Rosa Parks is.

Kortom een pagina vol koloniale nostalgie. Het is wel zo dat de Pieten het een stuk

gezelliger hebben dan Sinterklaas en dat er meer muziek in hun leven zit, maar als

het op zeggenschap aankomt, op individualiteit, en op rijkdom, dan is Sinterklaas

hen duidelijk de baas. Op de volgende pagina houdt Sinterklaas, klassiek patriarchaal

met zijn hand op de schouder van de hoofdpiet, in de gaten of alles goed verloopt.

Daarna varen Sint en zijn Pieten naar Nederland in een grote stoomboot. Op het dek

trappelt het paardje van Sinterklaas, maar onderin het ruim werken en slapen de

Pieten met nog minder privéruimte dan in het paleis.

Na enige tijd kijken naar deze plaat kwam een beeld bij mij boven: dat van de

slavenschepen. Ik vond dat overdreven en joeg de associatie weer uit mijn hoofd.

Toen ik echter in de gelegenheid was het boek aan een aantal Antilliaanse en

Surinaamse Nederlanders te laten zien, zeiden ze het onafhankelijk van elkaar en in

één oogopslag: het slavenschip. Voor mijn gesprekspartners zat dat beeld kennelijk

dichterbij, maar het zou keihard zijn om dat als een probleem van hen te zien, in

plaats van zelf de historische links te durven erkennen. ***Het slavenschip was

trouwens ook de associatie van de Britse gesprekspartners van Sunny Bergman over

deze pagina in haar documentaire ‘Zwart als Roet’, uitgezonden op 1 december 2014

bij de VPRO***. Bij de intocht van Sinterklaas op de volgende pagina worden

pogingen enige verandering in het feest te brengen door de Pieten zelf van de hand

gewezen: een paarse en een blauwe Piet staan hun best te doen, en zetten

sommigen aan het denken, maar andere Pieten lachen ze uit.

Vol ijver storten die zich vervolgens op hun taak om iedereen een gezellige avond te

bezorgen; zij zijn degenen die constant aan het werk zijn; de Nederlanders, ook een

paar mensen met een donkere huidskleur, zitten te genieten van hun werk.

Kortom, in ‘Sinterklaas’ komen de associaties met zowel slavernij als raciale

en economische ongelijkheid uitbundig naar voren en de Pieten is elke associatie

met iets anders dan intense braafheid ontnomen. Dematons’ intenties doen eigenlijk

niet ter zake: het boek is een kunstwerk en geeft geen oordeel over wat het

verbeeldt; het roept zelfs interessante vragen op. Maar als kinderboek is Sinterklaas

wel problematisch, het behoeft hoe dan ook toelichting. Wat zegt het over de

Nederlandse cultuur dat dit boek de Gouden Penseel krijgt zonder dat ook maar

genoemd wordt welke geschiedenis het oprakelt? In ieder geval presteerde de

Nederlandse culturele elite het om stereotypen en beelden die onmiddellijk

verwijzen naar een koloniale geschiedenis naïef als een ‘Neerlandse traditie’ te

presenteren. Een pessimist zou dit zien als een teken dat niet alleen de politiek,

maar ook de Nederlandse cultuur haar agenda steeds meer door nationalisme laat

bepalen. ***Toevoeging in 2014: Het boek zou nu waarschijnlijk de Gouden Penseel

ook niet meer hebben gekregen, of in ieder geval zou het een ander commentaar

hebben uitgelokt. Dit jaar was het eerste jaar dat het boek van Dematons mij bijna

voorkwam als een boek uit andere tijden, net zo vreemd als Moriaantje bijna, en net

zo vreemd als de Zwarte Pieten die overal nog rondliepen. Ze beginnen vreemd aan

te voelen, als een praktijk die verdedigd moet worden door degenen die haar in

stand willen houden. Dat is vooruitgang. Het zal niet lang meer duren of iedereen

die Zwarte Piet speelt, zal dit doen in het bewustzijn dat Afro-Nederlanders eraan

lijden en dat het een erkend racialiserende, zo niet racistische traditie is, en dan zal

het voor de meesten die het nu nog doen, niet lang leuk meer blijven.****

Sinterklaas van Dematons blaast het verhaal zodanig op dat het wel móet

knappen. Een witte Sinterklaas die de baas is over een groep zwarte Pieten die zich

braaf en blijmoedig inzetten om de Nederlanders te plezieren, kan niet meer mee in

de huidige samenleving. Als de jury schrijft: ‘dat boek willen we bekijken, nu en nog

jarenlang’, dan zullen we eraan moeten geloven. Ja, dit boek moeten we bekijken en

dan Sinterklaas aanpassen; minder ‘klassiek’, minder braaf, minder Moriaantje. Meer

Annie M.G. Schmidt en minder Rie Cramer, meer kleur, minder zwart-wit. Anders

verwordt het Sinterklaasfeest van een kostbare traditie tot een nare optocht. ***

En, nog een toevoeging, de naargeestigheid van de optocht wijten aan de protesten

tegen Zwarte Piet in plaats van aan de traditie zelf, zal ook niet lang meer te

verdedigen zijn. In 2014 is juist in bijvoorbeeld de reacties op de foto’s van de Afro-

Nederlandse voetballers voor iedereen zonneklaar geworden dat racisme een

Nederlandse helaas springlevende traditie, en het loslaten van Zwarte Piet zou in het

overwinnen daarvan een kleine, maar veelbetekende stap zijn. En in het college-uur

dat ik elk jaar eind november aan Zwarte piet besteed, was het dit jaar voor het

eerst dat niemand de traditie gewoon verdedigde en iedereen duidelijk zag dat er

een probleem is – met dank aan Liesbeth Tjon A Meeuw en Jerry Afriyie. De acties

tegen Zwarte Piet zijn in de V.S. trouwens in verband gebracht met de protesten in

Ferguson, zie bijvoorbeeld: http://www.truth-out.org/news/item/27773-revelations-

of-postracial-ferguson . ***

Yolande Jansen is als filosoof verbonden aan de Faculteit geesteswetenschappen van

de UvA en Socrates-hoogleraar humanisme in relatie tot religie en seculariteit aan de

VU.