Upload
dinhphuc
View
213
Download
0
Embed Size (px)
Citation preview
Typisch Belgisch 1B PAV
LEERPLANDOELEN
Check hieronder wat je allemaal moet kennen en kunnen na afloop van dit thema. Je kan de doelstellingen die je bereikt hebt, telkens afvinken. Op het einde van het thema krijg je een rapportje met de bereikte doelen mee. Zo weet je waar je nog extra aandacht moet aan besteden.
Leerplandoel Behaald? Opmerkingen
Domein : functionele taalvaardigheid
Kijk- en luistervaardigheid
3 de leerlingen kunnen op beschrijvend niveau de informatie achterhalen in voor hen bestemde tekstsoorten.
4 de leerlingen kunnen op beoordelend niveau luisteren en kijken naar interactie met leeftijdgenoten.
5 de leerlingen leven bepaalde conventies na.
6 de leerlingen kunnen bij luisteren en kijken een aantal strategieën inzetten.
Spreekvaardigheid
7 de leerlingen gebruiken het Nederlands als communicatiemedium
8 de leerlingen kunnen op beschrijvend niveau het gepaste taalregister hanteren in verschillende gesprekssituaties.
9 de leerlingen kunnen op beoordelend niveau het gepaste taalregister hanteren in verschillende gespreksituaties tussen leerlingen en gekende volwassenen.
10 de leerlingen verwerven expressievaardigheid.
11 de leerlingen ontwikkelen in het kader van de spreektaken een aantal
2
Typisch Belgisch 1B PAV
vaardigheden en attitudes.
12 de leerlingen kunnen bij spreektaken strategieën inzetten.
Leesvaardigheid
13 de leerlingen lezen bepaalde woorden foutloos en zonder herhalingen.
14 de leerlingen kunnen eenvoudige studieteksten foutloos en zonder herhalingen hardop lezen en begrijpen.
15 de leerlingen kunnen op beschrijvend niveau informatie achterhalen in voor hen bestemde tekstsoorten.
16 de leerlingen kunnen op structurerend niveau in voor hen bestemde en duidelijk opgebouwde teksten informatie ordenen.
17 de leerlingen kunnen voor hen bestemde teksten op beoordelend niveau lezen.
19 de leerlingen kunnen bij leestaken een aantal strategieën inzetten.
Schrijfvaardigheid
20 de leerlingen hebben een goede schrijfhouding en een duidelijk en goed leesbaar handschrift.
21 de leerlingen kunnen op kopiërend niveau bepaalde woorden en teksten op- en overschrijven.
22 de leerlingen kunnen op beschrijvend niveau teksten schrijven voor leeftijdsgenoten.
23 de leerlingen kunnen op structurerend niveau een boodschap neerschrijven.
24 de leerlingen kunnen hun teksten verzorgen rekening houdend met een aantal formele eisen.
3
Typisch Belgisch 1B PAV
25 de leerlingen kunnen bij de ontwikkelingsdoelen voor schrijven een aantal strategieën inzetten.
26 de leerlingen breiden hun woordenschat uit.
Domein : functionele rekenvaardigheid
Basisvaardigheden
32 de leerlingen kunnen grootheden en resultaten bewerkingen vooraf schatten, zinvol afronden en controleren.
33 de leerlingen kunnen met een zakrekenmachine optellen, aftrekken, vermenigvuldigen delen en een percent nemen van een getal.
34 de leerlingen kunnen hoofdbewerkingen met natuurlijke getallen maken, met inbegrip van de nulmoeilijkheid.
35 de leerlingen kunnen hoofdbewerkingen met een decimaal getal en een natuurlijk getal maken.
Schaal/percent
38 de leerlingen kunnen een tweedimensionale tekening verkleind, vergroot tekenen met behulp van een raster.39 de leerlingen hebben inzicht in het schaalbegrip.40 de leerlingen kunnen met tekeningen en modellen op schaal werken.41 de leerlingen kunnen met plattegronden en plan werken42 de leerlingen kunnen met verhoudingen en percenten in praktische situaties werken.43 de leerlingen hebben inzicht in de relatie tussen breuk, decimaal getal en percent.
Lijnen/hoeken
4
Typisch Belgisch 1B PAV
44 de leerlingen kunnen tekeningen correct van het bord overnemen.
52 de leerlingen kunnen veelhoeken classificeren op basis van criteria.53 de leerlingen herkennen een kubus en een balk, een piramide, cilinder, kegel en bol.Schematische voorstellingen
65 de leerlingen kunnen informatie halen uit eenvoudige grafieken, tabellen, diagrammen, kaarten en schaalmodellen.
66 de leerlingen kunnen eenvoudige tabellen, grafieken en diagrammen gebruiken om informatie voor te stellen.
Domein : functionele informatieverwerking
Informatie vinden, selecteren en interpreteren
68 de leerlingen kunnen uit aangereikte historische en/of actuele bronnen informatie halen en interpreteren.
Informatie beoordelen
69 de leerlingen kunnen bepalen of historische en/of actuele informatiebronnen betrouwbaar zijn.
Domein : organisatiebekwaamheid
Organisatie eigen leven
70 de leerlingen kunnen enkele begrippen in verband met tijd in concrete situaties gebruiken.
Groepsopdrachten
75 de leerlingen kunnen voor een groepsopdracht een taakverdeling afspreken en opstellen.
5
Typisch Belgisch 1B PAV
Omgaan met geld
76 de leerlingen kunnen in reële situaties rekenen met geld en ermee omgaan in hun eigen leven.Domein : tijd en ruimte
Actualiteit en het dagelijkse leven
77 de leerlingen kunnen de historische periodes en door de leerkracht aangeboden gebeurtenissen en hun datum op een tijdsband plaatsen.78 de leerlingen kunnen informatie over een actuele gebeurtenis verzamelen, deze informatie situeren in tijd en ruimte en hierover een eigen mening formuleren.
81 de leerlingen kunnen aan de hand van enkele voorbeelden aantonen dat de manier van wonen afhankelijk is van tijd, standplaats en status.
Situeren / oriënteren
88 de leerlingen kunnen een atlas functioneel gebruiken.89 de leerlingen kunnen de gegevens over de verschillende nationaliteiten binnen de school en/of de leefomgeving verzamelen en op de wereldkaart plaatsen.90 de leerlingen kunnen hun gemeente en belangrijke plaatsen op een geografische kaart situeren binnen provincie, gewest, regio en land.91 de leerlingen kunnen de windrichtingen op een kaart aanduiden.92 de leerlingen kunnen een kaart naar het noorden richten door middel van een kompas.
SYMBOLEN
Onderstaande symbolen komen steeds terug in de themabundeltjes. We verklaren ze even:
6
Typisch Belgisch 1B PAV
Je moet een opdracht uitvoeren Spelend leren
Een prikker wijst op belangrijke dingen
Voor deze opdracht gebruik je een computer
Enkel voor snelle werkers Je werkt alleen
Benodigd materiaal Je werkt per 2
Voor deze oefening mag je je rekenmachine gebruiken Groepswerk
Doe-activiteiten Hoekenwerk
7
Typisch Belgisch 1B PAV
MATERIAAL
Je hebt een aantal dingen steeds nodig tijdens de lessen PAV. Zet een kruisje bij wat je nog niet hebt in je boekentas.
Materiaal Nog meebrengen
Een blauwe, zwarte, rode en groene balpen
Een meetlat
Een rekenmachine
Kleurpotloden en stiften
Een schrijfpotlood
Een gom
Een slijper
Je ringmap met je themabundeltjes In de klas bewaren
Een woordenboek In de klas
Een atlas In de klas
Je goed humeur en je gezond verstand
8
Typisch Belgisch 1B PAV
NATIONALITEITEN IN DE KLAS
EEN KORTE VRAGENLIJST
Mijn naam: ________________________
Ik ben een jongen/meisje: ________________________
Mijn geboortedatum : ________________________
Mijn geboorteland : ________________________
Mijn geboorteplaats : ________________________
Mijn nationaliteit : ________________________
Kleur je geboorteland op de kaart.
9
Typisch Belgisch 1B PAV
NATIONALITEITEN IN CIJFERS
Je krijgt van je leerkracht een post-it. Schrijf op de post-it je geboorteland. Maak met de post-its een staafdiagram op het bord. Teken het staafdiagram netjes op deze pagina over. Kleur de balkjes in.
Kleur de juiste verhouding van de breuken in.
10
Typisch Belgisch 1B PAV
2/3 van de leerlingen heeft de 2/5 van de leerlingen isBelgische nationaliteit. in Turkije geboren.
Iedereen van de klas woont in 4/6 is in een grootstad België. geboren.
9/12 van de klas spreekt Berbers. 3/7 van de klas spreekt Frans.
Zet nu de breuken uit de vorige oefening om in procenten. Nadien zet je de procenten om in een decimaal getal.
11
Typisch Belgisch 1B PAV
34 = 3 : 4 = 0.75 x 100 = 75%
75% : 100 = 0.75
Breuk Percentage Decimaal getal
34 75% 0.75
12
Typisch Belgisch 1B PAV
WIE? WAT? WAAR? WANNEER? HOE?
Scan met je smartphone de QR-code in en los met behulp van de gekregen informatie de opdrachten op.
Naam België
Hoofdstad
Continent
Aantal inwoners
Datum onafhankelijkheid
Talen
Staatshoofd
Volkslied
Munteenheid
Nationale feestdag
Kleur België in op de kaart van Europa.
13
Typisch Belgisch 1B PAV
BELGIË INDELEN
10 PROVINCIES
Zoek in je atlas een kaart van België waarop de provincies te zien zijn. Geef onderstaande kaart de juiste kleuren volgens de legende. Schrijf in elke provincie de hoofdstad.
Antwerpen Rood Limburg Oranje
Oost-Vlaanderen Geel Luik Grijs
West-Vlaanderen Groen Luxemburg Bruin
Vlaams-Brabant Blauw Namen Roze
Waals-Brabant Paars Henegouwen Zwart
14
Typisch Belgisch 1B PAV
Elke provincie heeft ook nog een hoofdstad. Los het kruiswoordraadsel op en kom te weten welke hoofdstad bij welke provincie hoort.
1. Brugge is de hoofdstad van … 2. Gent is de hoofdstad van … 3. Waals-Brabant is de hoofdstad van
…4. Leuven is de hoofdstad van … 5. Henegouwen heeft als hoofdstad …
6. Oost-Vlaanderen is de hoofdstad van…
7. Namen heeft als hoofdstad…8. Antwerpen is de hoofdstad van …9. Luik is de hoofdstad van …10. Aarlen is de hoofdstad van …
2
5
3 4
1
7 6
10
9
8
15
Typisch Belgisch 1B PAV
3 GEMEENSCHAPPEN
Ons land kan naast de 10 provincies ook ingedeeld worden in 3 gemeenschappen en 3 gewesten. De gemeenschappen zijn ingedeeld naar de gesproken taal.
Welke 3 talen worden er in België officieel geboren?
1. ____________________________2. ____________________________3. ____________________________
Hoe kunnen we de 3 gemeenschappen dan noemen?
1. ____________________________2. ____________________________3. ____________________________
De gemeenschap is bevoegd voor de cultuur, het onderwijs, het gebruik van talen en de persoonsgebonden aangelegenheden die aan de ene kant het gezondheidsbeleid en aan de andere kant de hulp aan personen omvatten.
Geef de 3 gemeenschappen elk een kleur en benoem ze.
16
Typisch Belgisch 1B PAV
3 GEWESTEN
Gewesten worden ingedeeld naar een gebied.
In welke 3 gebieden zouden we België kunnen indelen?
1. ____________________________2. ____________________________3. ____________________________
Hoe zouden we de 3 gewesten dan kunnen noemen?
1. ____________________________2. ____________________________3. ____________________________
Gewesten zijn o.a. bevoegd voor economie, werkgelegenheid, landbouw, water, huisvesting, openbare werken, energie, vervoer, natuurbehoud, … .
Geef de 3 gewesten elk een kleur en benoem ze.
17
Typisch Belgisch 1B PAV
STEDEN EN GEMEENTEN
EVEN ZOEKEN…
België bestaat uit 589 gemeenten. Zoek onderstaande gemeenten op in de atlas en geef ze de juiste kleur.
1. Nieuwpoort : geel2. Dinant : lichtgroen3. Leuven : lichtblauw4. Herentals : rood5. Roeselare : oranje
6. Genk : grijs7. Bergen : roze8. Waver : paars9. Brasschaat : donkergroen10. Aarlen : donkerblauw
Duid nu ook nog de gemeente aan waarin jij woont : ______________________
18
Typisch Belgisch 1B PAV
VAN … TOT …
Bereken de afstand tussen de 2 opgegeven steden. Gebruik hiervoor je atlas en een meetlat. Onderstaand kadertje kan je op weg helpen. Werk nauwkeurig!
SCHAALBEREKENING
Als de schaal op een kaart 1:1000 000 is, betekent dit dat 1 cm op de kaart gelijk is aan 1000 000 cm (=10 km) in het echt.
Hoe ver ligt Brussel van Gent? We rekenen samen.
Het antwoord: ________________________________
Bereken de afstand tussen Oostende en Luik.
Het antwoord: ________________________________
Bereken de afstand tussen Gent en Antwerpen.
Het antwoord: ________________________________
Bereken de afstand tussen Namen en Brugge.
Het antwoord: ________________________________
Bereken de afstand tussen Aarlen en Bergen.
Het antwoord: ________________________________
19
Typisch Belgisch 1B PAV
Bereken de afstand tussen Hasselt en Bergen.
Het antwoord: ________________________________
Bereken de afstand tussen Brugge en Hasselt.
Het antwoord: ________________________________
Bereken de afstand tussen Gent en Luik.
Het antwoord: ________________________________
Bereken de afstand tussen Antwerpen en Aarlen.
Het antwoord: ________________________________
Bereken de afstand tussen Oostende en Antwerpen.
Het antwoord: ________________________________
Bereken de afstand tussen Gent en Hasselt.
Het antwoord: ________________________________
Bereken de afstand tussen Antwerpen en Brussel.
Het antwoord: ________________________________
Bereken de afstand tussen Oostende en Namen.
Het antwoord: ________________________________
20
Typisch Belgisch 1B PAV
MIJN STAD
ORIËNTEREN
België telt heel wat grote, mooie steden en gemeenten. Je maakt in kleine groepjes een presentatie over één van die steden.
VERKENNEN / UITVOEREN
Maak in groepjes van 4 leerlingen een powerpoint-presentatie over 1 van onderstaande steden :
Antwerpen – Brugge – Gent – Hasselt – Brussel
Gebruik het sjabloon dat je van de leerkracht krijgt. Op elke slide staat welke informatie er moet komen.
REFLECTEREN
Dit liep er goed tijdens deze groepsopdracht : ___________________________
_______________________________________________________________________
_______________________________________________________________________
Dit ging er nog moeilijk tijdens deze groepsopdracht : _____________________
_______________________________________________________________________
_______________________________________________________________________
Dit is mijn werkpunt voor volgende keer : _______________________________
21
Typisch Belgisch 1B PAV
BELGIË, STREEK VOOR STREEK
In België heb je verschillende landschappen. Die zien er telkens anders uit.
Welk landschap zie je op de foto? Kies uit:
natuurlandschap, landbouwlandschap, stadslandschap, industrielandschap, toeristisch landschap.
_____________________________________
_____________________________________
_____________________________________
22
Typisch Belgisch 1B PAV
_____________________________________
_____________________________________
Denk nu even aan jouw buurt. In wat voor landschap woon jij?
________________________________________________________________
Is dat in …
O een gesloten landschap waar je niet ver kunt kijken, omdat er veel hagen, huizen of bomenrijen zijn?
O een open landschap waar je heel ver kunt kijken?
23
Typisch Belgisch 1B PAV
EEN BEETJE VERRE GESCHIEDENIS
België is nog niet zo gek oud. Pas in 1830 werd het land onafhankelijk. Maar daar ging een heel spannend stukje geschiedenis aan vooraf…
Lees de tekst en voer de bijbehorende opdrachten uit.
Het ontstaan van België
Hoelang zijn er al Belgen?
100 000 jaar geleden zwierven en woonden er op het Belgische grondgebied volksstammen, die vooral leefden van jacht, visvangst en later ook van landbouw.
Enkele eeuwen voor het begin van onze jaartelling trokken Germaanse stammen de Rijn over en vestigden zich in wat nu België is. De naam België komt van de Romeinen die in de 1ste eeuw v. Chr. (zowat 2000 jaar geleden) het gebied binnentrokken, onder leiding van Julius Ceasar, en het Gallia Belgica noemden.
24
Typisch Belgisch 1B PAV
De cultuur van de Romeinen stond veel verder dan deze van de mensen in onze streken. Deze Romeinen wilden echter ook de rest van Europa onderwerpen aan hun gezag.
Zij slaagden daar voor een groot deel in, maar ze ondervinden in sommige landen wel heftige weerstand, ook van de Belgen, de “Belgae”. Het was Ceasar die in zijn boeken vol lof was over de heldhaftigheid van deze “Oude Belgen”. Hij schreef: “Van alle Galliërs waren de Belgen de dappersten”.
Waarom zijn er in België Vlamingen en Walen?
Vanaf de derde eeuw staken Frankische volksstammen de rivier “de Rijn” over. Eén van die volksstammen vestigde zich in het noorden. Dat waren de Germanen. Ze spraken een Germaans dialect waaruit later het Nederlands ontstond.
In het zuiden woonden er meer Gallo-Romeinen . Uit het Latijn dat ze daar spraken, ontstond later het Frans. Daar ligt de oorsprong van de taalgrens, die dwars door het latere België loopt.
Karel de Grote
Rond het jaar 800 komt Karel de Grote , leider van de Franken, aan de macht. Hij voert vele oorlogen en zo ontstaat er een zeer groot “Frankenrijk”. In het jaar 800 wordt hij door de paus tot keizer gekroond van het “Frankische Rijk”.
Nadat Karel de Grote in 814 overleed, werd zijn “Frankenrijk” onder zijn 3 kleinzoons verdeeld. Zo ontstonden er 3 grote delen. Uit het linkse deel zal later Frankrijk ontstaan, uit het rechtse deel later Duitsland en uit het “Middenrijk” ontstaan later de landen België, Nederland, Luxemburg, Zwitserland en Italië.
25
Typisch Belgisch 1B PAV
15e – 18e eeuw
In de 15de eeuw was er één dynastie, die van Bourgondië, die heel erg haar best deed om haar hertogdom groter te maken. Zo groeide er stukje bij beetje een nieuw machtig rijk…
In 1500 werd in Gent keizer Karel V geboren. Tijdens zijn regering maken de “Lage Landen” deel uit van het Spaanse wereldrijk.
Maar de komende eeuwen zouden niet erg fraai worden voor onze streken. Die leken wel een pingpongballetje dat heen en weer werd gespeeld door de grote Europese heersers zoals Spanje, Oostenrijk en Frankrijk.
Voortdurend werden er oorlogen uitgevochten: godsdienstoorlogen, er was het geruzie van de Franse koning, en soms waren er volksopstanden. Bij één daarvan – we zijn dan al in 1790 beland – werd zelfs even een “Confederatie van Verenigde Belgische Staten” uitgeroepen. En ja, de kleuren van die revolutie waren rood, geel en zwart …de kleuren van de Belgische vlag!
Waarom verhuisde België van Frankrijk naar Nederland?
Intussen was ook in Frankrijk een grote revolutie uitgebroken. Daar hadden de opstandelingen de koning onthoofd en ze wilden zo snel mogelijk de “Franse
26
Typisch Belgisch 1B PAV
Republiek” uitbreiden. Ze vielen België binnen en verdeelden het in departementen, die ongeveer samenvielen met de huidige Belgische provincies .
Toen Napoleon in Frankrijk aan de macht kwam, veroverde hij in korte tijd bijna heel Europa. Maar in de slag van Waterloo in 1815 werd keizer Napoleon verslagen. De overwinnaars (Engeland, Oostenrijk, Pruisen en Rusland) beslisten toen dat België en Nederland best één koninkrijk zouden vormen. Zo kwam België onder Nederlands bestuur…
Hoe werd België dan onafhankelijk?
Het boterde niet echt tussen de Nederlanders en de Belgen. In Brussel brak in 1830 een opstand uit. Na enkele dagen strijd werd de Belgische onafhankelijkheid uitgeroepen.
Heel slim kozen de Belgen een Duitse edelman als eerste koning. Daar konden de grote Europese landen zich wel mee verzoenen.
Op 21 juli 1831 werd Leopold I van Saksen-Coburg-Gotha de eerste koning der Belgen. Intussen is België al aan zijn zevende koning toe.
1. Er wonen al heel lang volksstammen op het Belgische grondgebied. Waarvan konden ze overleven?
________________________________________________________________
________________________________________________________________
2. De naam België bestaat zowat 2000 jaar. Hoe noemden men het gebied dat Julius Caesar binnentrok?
________________________________________________________________
3. Duid de juiste uitspraak aan.
o Van alle Kelten waren de Belgen de dappersten.
27
Typisch Belgisch 1B PAV
o Van alle Galliërs waren de Belgen de zwaksten.o Van alle Galliërs waren de Belgen de dappersten.
4. Hoe ontstonden de kleuren van de Belgische vlag? Leg kort uit.
________________________________________________________________
________________________________________________________________
________________________________________________________________
5. Waar of niet waar?
Stelling Waar Niet waar
1 Frankrijk verdeelde België in departementen.
2 De slag van Waterloo was in 1830.
3 Napoleon was een koning.
4 Na de slag van Waterloo vormden België en Nederland één koninkrijk.
6. Duid de periode waarin de slag van Waterloo plaatsvond en België onafhankelijk werd aan op de tijdsbalk. Om welke periode gaat het?
________________________________________________________________
3500 VC 800 VC 500 1500 1789 1945
7. Waarom werd België onafhankelijk in 1830?
________________________________________________________________
28
Typisch Belgisch 1B PAV
________________________________________________________________
KONINGEN EN KONINGINNEN
VRAAG EN ANTWOORD
Lees de tekst en los de bijbehorende opdrachten op. Je mag voor deze opdrachten ook het extra voorziene materiaal gebruiken.
Ons koningshuis door de jaren heen
Frankrijk en Nederland
Van 1794 tot 1815 was België Frans gebied. Napoleon regeerde over ons. Frankrijk was in die tijd een groot en machtig land. Té machtig vonden een aantal Europese Staten en ze besloten tegen de imperialistische Napoleon oorlog te voeren. In 1815 vond er in Waterloo een enorme veldslag plaats. Napoleon verloor. Dat betekende het einde van de Franse heerschappij in Europa. Een van de gevolgen was dat het huidige België vanaf 1815 een deel van Nederland werd. De grote landen van Europa gingen daarmee akkoord, maar de Belgen zelf vonden die Nederlandse bazen na een tijdje niet meer zo leuk. De Belgen kwamen in 1830 in opstand en verjoegen de Nederlanders: België werd onafhankelijk.
Gezocht: een koning
Na de opstand kozen de Belgen een raad van wijze mannen. Die noemden ze het Congres. De raad kreeg meteen een belangrijke taak: een grondwet schrijven. De grondwet die het Congres schreef, was modern voor die tijd. In die grondwet stond te lezen dat België geregeerd moest worden door een koning, een parle-ment en een regering. Er moest een koning gevonden worden. Dat was niet zo eenvoudig, want de nieuwe koning moest niet alleen bij de Belgen, maar ook bij
29
Typisch Belgisch 1B PAV
de machtige buurlanden in de smaak vallen. In België vond men niemand, dus zocht men over de grenzen ...
Gevonden: een koning - Leopold I
Uiteindelijk vonden de Belgen een koning: Leopold van Saksen - Coburg - Gotha. Leopold was een Duitse prins die de job aanvaardde. Op 21 juli 1831 werd hij onze eerste koning. Hij legde toen op het Koningsplein de eed af.
Meteen werd 21 juli uitgeroepen tot onze nationale feestdag. Een jaar later huwde hij met de Franse prinses Louise-Maria van Orleans. Dat was zijn tweede huwelijk. Daarvoor was hij getrouwd met de Engelse kroonprinses, die echter jong stierf. Leopold I (lees: Leopold de Eerste) was een bekend persoon. Dankzij hem had het jonge België contact met heel Europa. Een van de eerste taken van de kersverse koning was het oprichten van een leger. Een andere taak was het benoemen van buitenlandse gezanten. Dat waren mannen die België in het buitenland vertegenwoordigden. Verder moedigde hij de industrie aan en zorgde hij ervoor dat ons land het eerste echte spoorwegennet van het Europese vasteland had.
Leopold II
Op 17 december 1865 volgde Leopold II zijn overleden vader op. In oude geschiedenisboekjes kun je over hem lezen: "In zijn werk had hij steeds de
30
Typisch Belgisch 1B PAV
veiligheid, de rijkdom en de grootheid van het vaderland voor ogen. Van hem heeft men gezegd dat hij de grote vorst van een klein land was." Nu weten geschiedkundigen beter: Leopold II was een fuifnummer. Overal waar gefeest werd of mooie vrouwen aanwezig waren, kon je hem vinden.
De naam van onze tweede koning zal ook altijd met Kongo (later Zaire en nu opnieuw Congo) verbonden blijven. Op 30 april 1885 werd hij koning van dat Afrikaans gebied. Leopold II hield van de natuur en vooral van die van Kongo. Daarom list hij in Laken de Koninklijke Serres bouwen en in Tervuren het Museum voor Midden-Afrika. In 1908 schonk hij zijn Kongo aan België. Kongo maakte België rijk.
Tijdens de laatste levensjaren van Leopold II groeiden de spanningen weer in Europa: de Eerste Wereldoorlog naderde. De koning voerde daarom de algemene militaire dienstplicht in: alle mannen moesten legerdienst vervullen.
Albert I
Leopold II had één zoon, maar die stierf jong. Omdat de Belgische koning toen nog een man moest zijn, bond men de neef van Leopold II, Albert, de troon aan. Zo werd Albert op 23 december 1909 onze derde koning.
Albert I kreeg al vlug te maken met de Eerste Wereldoorlog. Dat was "De Grote Oorlog", de eerste grote oorlog waarmee het jonge België geconfronteerd werd. Bij de soldaten was Albert graag gezien. Samen met zijn vrouw, de populaire koningin Elisabeth, was hij regelmatig aan het front. Na de oorlog gaf de koning stemrecht aan alle mannen en zorgde hij ervoor lat de Universiteit van Gent Nederlandstalig werd.
Maar Albert was niet alleen een koning. Hij was ook een rasechte sportman die vooral van klimmen hield. In 1934 viel hij in Marche-les-Dames van de rotsen en verongelukte. Sommige mensen beweren dat die val helemaal geen ongeluk was, maar een aanslag.
31
Typisch Belgisch 1B PAV
Koningin Elisabeth overleefde haar man meer clan 30 jaar. Zij hield heel veel van muziek. Daarom gaf ze haar naam aan een wereldberoemde muziekwedstrijd: de Koningin Elisabethwedstrijd.
Leopold III
Leopold III volgde in 1934 zijn vader op. Een jaar later verloor hij zijn vrouw Astrid bij een verkeersongeluk in Küssnacht, Zwitserland. Hun zoontje, Boudewijn, was toen pas 4 jaar.
In mei 1940 viel Duitsland België binnen. Achttien dagen hielden onze soldaten stand. Die gebeurtenis noemen we nu de Achttiendaagse Veldtocht. Na die 18 dagen was ons land bezet gebied. De regering vluchtte naar Londen om van daaruit de strijd verder te zetten. Zij wilden dat Leopold samen met hen vluchtte, maar hij wenste bij zijn volk te blijven. De regering was met blij met die beslissing. In 1941 huwde de koning met Liliane Baels. Dat werd hem door heel wat Belgen en door de Belgische regering kwalijk genomen. Ze vonden Liliane met goed genoeg.
Toen de Duitsers in 1944 de oorlog dreigden te verliezen, werd Leopold samen met zijn familie naar Duitsland weggevoerd. België werd bevrijd, maar de koning was nog steeds in Duitsland. Hij kon het land dus niet regeren. Daarom werd zijn broer, prins Karel, als vervanger of regent aangeduid. Hij moest de koning voorlopig vervangen.
Regent Karel bleef echter langer op de troon dan verwacht. Heel wat Belgen wilden van hun koning immers niets meer weten. Pas in 1950 keerde Leopold naar België terug, maar tussen de voor- en tegenstanders ontstond felle ruzie. Die moeilijke situatie noemde men de Koningskwestie. Er kwamen grote betogingen en toen er drie doden vielen, nam koning Leopold III een wijs besluit: hij stond zijn troon aan Boudewijn af.
Boudewijn
32
Typisch Belgisch 1B PAV
Op 17 juli 1951 werd Boudewijn koning van België. Dat was een zware opdracht voor een jongeman van 20 jaar. In 1960 huwde Boudewijn met Dona Fabiola de Mora Y Aragon. Omdat zij geen kinderen konden krijgen, werd prins Albert, de broer van de koning, de eerste troonopvolger.
Koning Boudewijn was een man met een groot hart voor alle Belgen, groot en klein. En juist in dat kleine ging hij heel ver. In maart 1990 moest hij een wet die abortus versoepelde, ondertekenen. Hij ging er niet mee akkoord. Daarom werd de koning door de regering in de onmogelijkheid verklaard om te regeren. Hij werd voor 66 één dag afgezet en de wet werd goedgekeurd. Eén dag was Boudewijn geen Koning der Belgen meer. Dat feit noemde men de Minikoningskwestie. Na die dag besliste het Parlement om Boudewijn opnieuw aan te stellen en te doen alsof er niets aan de hand was. Op 31 juli 1993 overleed de koning in Spanje.
Albert II
Prins Albert, de jongere broer van koning Boudewijn, besteeg op 9 augustus 1993 de troon als koning Albert II. Zijn vrouw Donna Paola Ruffo di Calabria wend koningin. Het echtpaar heeft drie kinderen: kroonprins Filip, prinses Astrid en prins Laurent.
Filip I
Op 4 december 1999 trouwde kroonprins Filip met Mathilde d’Udekem d’Acoz. Samen kregen ze 4 kinderen : Elisabeth, Gabriël, Emmanuel en Eléonore. Op 21 juli 2013 deed zijn vader troonsafstand en werd Filip de nieuwe koning van België. Zijn dochter Elisabeth werd op dat moment de nieuwe kroonprinses en volgt koning Filip op als nieuwe koningin.
33
Typisch Belgisch 1B PAV
1. Ga bij elke koning op zoek naar de gevraagde gegevens. Gebruik hierbij de tekst, de stamboom en de foto’s van het Belgisch koningshuis.
Naam: ____________________________
Geboortedatum: ……/……/…………
Koning van ……/……/………… tot ……/……/…………
Getrouwd met ____________________________
Naam: ____________________________
Geboortedatum: ……/……/…………
Koning van ……/……/………… tot ……/……/…………
Getrouwd met ____________________________
Naam: ____________________________
Geboortedatum: ……/……/…………
34
Typisch Belgisch 1B PAV
Koning van ……/……/………… tot ……/……/…………
Getrouwd met ____________________________
Naam: ____________________________
Geboortedatum: ……/……/…………
Koning van ……/……/………… tot ……/……/…………
Getrouwd met ____________________________
Naam: ____________________________
Geboortedatum: ……/……/…………
Koning van ……/……/………… tot ……/……/…………
Getrouwd met ____________________________
Naam: ____________________________
Geboortedatum: ……/……/…………
Koning van ……/……/………… tot ……/……/…………
Getrouwd met ____________________________
35
Typisch Belgisch 1B PAV
Naam: ____________________________
Geboortedatum: ……/……/…………
Koning van ……/……/………… tot ……/……/…………
Getrouwd met ____________________________
2. Plaats de 7 koningen van België op de tijdlijn. Geef elke koning de gevraagde kleur op de tijdlijn.
Leopold I : groen
Leopold II : blauw
Albert I : rood
Leopold III : oranje
Boudewijn : geel
Albert II : roze
Filip I : paars
36
Typisch Belgisch 1B PAV
3. Verbind de koning met de specifieke gebeurtenis. Gebruik een meetlat.
Leopold IWO II brak uit toen hij regeerde. In 1951 doet hij afstand van de troon.
Leopold IIRegeerde over ons land van 1856 tot
1909. Door hem had België een eigen kolonie: Kongo.
Albert I Is onze huidige koning.
Leopold III
Was onze eerste koning van 1831 tot 1865. Hij liet de eerste spoorlijn
aanleggen, van Brussel naar Mechelen.
Boudewijn
Hij bestuurde ons land vanaf 1909 en loodste ons door WO I. In 1934
verongelukt hij tijdens het bergbeklimmen. Hij viel van een rots.
Albert II
Hij is de zoon van Leopold III en was pas 21 als hij koning werd. Hij was erg geliefd bij de bevolking en in
1993 sterft hij.
37
Verkeer 2B PAV
TIJD VOOR EEN QUIZ!
Heb je goed opgelet? Markeer het juiste antwoord. Werk in groepjes van 4. Welk groepje is helemaal op de hoogte van het Belgische koningshuis?
1. Hoe heet de allereerste Koning van België?
A Leopold IB Leopold IIC Boudewijn ID Albert IE Filip I
2. Wanneer legde de eerste koning van België zijn eed af?
A 21 juni 1830B 21 juli 1830C 21 juni 1831D 21 juli 1831E 21 juni 1931
3. Welk Afrikaans land was tot in 1960 een Belgische kolonie?
A RwandaB CongoC NigeriaD EthiopiëE Kenia
4. Duid de correcte, chronologische volgorde aan.
A Leopold I, Leopold II, Leopold III, Albert I, Albert II, Boudewijn I, Filip IB Albert I, Leopold I, Boudewijn I, Leopold II, Albert II, Leopold III, Filip IC Leopold I, Leopold II, Albert I, Leopold III, Boudewijn, Albert II, Filip ID Leopold II, Leopold I, Albert I, Leopold III, Albert II, Filip I, Boudewijn I E Boudewijn I, Albert I, Leopold I, Albert II, Leopold II, Leopold III, Filip I
5. Hoe heet onze huidige koning?
39
Verkeer 2B PAV
A Albert IB Albert IIC Albert IIID Leopold IIE Filip I
6. Wie is de eerste in lijn voor troonsopvolging?
A Prins GabriëlB Prinses EleonoreC Prins EmmanuelD Prinses ElisabethE Prinses Louise
7. Wie zat op de troon toen WO I uitbrak?
A Albert IB Albert IIC Albert IIID Leopold II
8. Wie zat op de troon toen WO II uitbrak?
A Leopold IB BoudewijnC Leopold IIID Albert I
9. Prins Karel werd geen koning. Welke titel kreeg hij tijdens zijn regeerperiode?
A HertogB Prins-GemaalC Prins-RegentD Koning ad-interimE Grootmaarschalk
40
Verkeer 2B PAV
TYPISCH BELGISCH
DE BELGISCHE VLAG
De gewone Belgische vlag bestaat al sinds 1830. We noemen deze vlag ook wel de civiele vlag.
Naast deze civiele vlag heeft België nog 3 andere vlaggen: de Staatsvlag, de Oorlogsvlag ter zee, Standaard van Koning Albert I- vlag. Op elke vlag komen de typische kleuren terug: zwart, geel en rood. Deze zijn overgenomen van ons wapenschild en hebben dezelfde symboliek.
Teken de Belgische vlag in onderstaande kader. Werk nauwkeurig.
HET BELGISCHE VOLKSLIED
41
Verkeer 2B PAV
De Brabançonne is het nationaal volkslied van België. Het lied was oorspronkelijk in het Frans geschreven door François Van Campenhout en meer dan 100 jaar later werd er ook een versie in het Nederlands en ten slotte ook nog in het Duits gemaakt.
Beluister via onderstaande link het Belgische volkslied. Vul nadien de Nederlandse tekst aan.
https://www.youtube.com/watch?v=3RKT43Jhps0
O dierbaar België
O __________________ land der Vaad'ren
Onze ziel en ons hart zijn u gewijd.
Aanvaard ons kracht en het bloed van onze ad'ren,
Wees ons doel in arbeid en in __________________ .
Bloei, o land, in eendracht niet te breken;
Wees immer u zelf en _____________________,
Het woord getrouw, dat g' onbevreesd moogt spreken:
Voor Vorst, voor Vrijheid en voor Recht.
Het woord _____________________ , dat g' onbevreesd moogt spreken:
Voor Vorst, voor Vrijheid en voor Recht.
Voor Vorst, voor Vrijheid en voor Recht.
Voor Vorst, voor Vrijheid en voor Recht.
Waag jij je nu zelf aan het zingen van de Brabançonne? Via deze link heb je begeleiding :
https://www.youtube.com/watch?v=cUplg16ovjY
WAPENSCHILD VAN BELGIË
42
Verkeer 2B PAV
Wapen, heraldiek of wapenschild, is een kleurig merkteken dat is verbonden aan een familie of een andere groep bij elkaar horende mensen. Traditioneel werd het wapen gedragen op het schild, de helm, het dekkleed voor het paard en mogelijk op andere herkenbare plaatsen zodat de herkenbaarheid van de groep in een veldslag gewaarborgd was en eigendommen duidelijk aan de persoon gebonden.
Benevens toepassing binnen families wordt het wapenschild tegenwoordig ook vaak gebruikt als een symbool van een land, stad, gemeente, waterschap of provincie, naast een vlag. Een vlag met de afbeelding van een wapen heet een banier.
Het wapenschild van België bestaat uit een zwart schild (sabel) met daarop een klimmende leeuw in goud.
Onderaan het schild hangt de nationale leuze:
“L’union fait la force” - “Eendracht maakt macht” .
Het wapen wordt gekroond met de koningskroon van België.
Ontwerp nu zelf een wapenschild. Gebruik onderstaand kadertje als kladblad. Je definitieve versie komt in het groot op een A3-blad. Werk zeer netjes en nauwkeurig.
ETEN EN DRINKEN
TYPISCH BELGISCHE VOEDINGSMIDDELEN / GERECHTEN
43
Verkeer 2B PAV
Wat zie je op de foto’s?
_______________________ __________________ ____________________
________________________ __________________ _____________________
________________________ ____________________ _____________________
________________________ ____________________ _____________________
TIJD OM TE KOKEN!
44
Verkeer 2B PAV
Een typisch Belgisch en vooral heel lekker dessert is chocolademousse. Tijdens de kookles maak je voor heel de klas chocolademousse, maar je recept is slechts voor 4 personen. We moeten dit dus gaan omzetten.
Zet het recept om naar hoeveelheden voor 16 personen. Je mag een rekenmachine gebruiken.
4 personen 16 personen
3 eieren (gesplitst)
100 g pure chocolade
125 ml room
50 g suiker
Zet nu de stapjes in de juiste volgorde.
Nr. Omschrijving
Chocolademousse in kommetjes doen en laten opstijven in de koelkast. Chocolade au-bain-marie smelten.
Materiaal en materieel klaarnemen.
Eiwitten opkloppen.
Slagroom opkloppen.
Dooiers en suiker tot een wit geheel kloppen.
Chocolademengsel en eiwitten mengen.
Chocolademengsel met slagroom mengen.
Chocolade met suikermengsel mengen.
BEKENDE STEDEN EN HUN BEZIENSWAARDIGHEDEN
WELKE STAD HOORT BIJ WELKE BEZIENSWAARDIGHEID?
45
Verkeer 2B PAV
Koppel de steden aan hun bekende bezienswaardigheden. Verbind met een meetlat.
Antwerpen
Gent
Brussel
Diksmuide
Brussel
46
Verkeer 2B PAV
OVERAL ZIT EEN BEETJE WISKUNDE IN…
We kennen ondertussen al verschillende ruimtelijke figuren. Benoem ze.
Kies uit :
Een kubus – een balk – een bol – een cilinder – een kegel – een piramide
________________________________________________________________
________________________________________________________________
47
Verkeer 2B PAV
Welke vlakke figuren herken je in onderstaande bouwwerken. Omcirkel de figuren ook op de afbeeldingen.
_______________________________ ______________________________
______________________________ _____________________________
_________________________
48
Verkeer 2B PAV
BEKENDE BELGEN
Wie zijn deze 7 Belgen en waarom zijn ze bekend? Gebruik de QR-code als extra hulpmiddel.
________________________________________________________________________________________________________________________________
________________________________________________________________________________________________________________________________
________________________________________________________________________________________________________________________________
49
Verkeer 2B PAV
______________________________________________________________________________________________________________________________________________
______________________________________________________________________________________________________________________________________________
______________________________________________________________________________________________________________________________________________
______________________________________________________________________________________________________________________________________________
50
Verkeer 2B PAV
TIJD VOOR TAAL
Nu is het aan jou om de volgende woorden te splitsen in lettergrepen.
Het streepje dat je plaatst als je in lettergrepen spitst noemen we het afbreekteken. Om te weten waar je een woord moet splitsen, is het meestal voldoende het traag uit te spreken. Toch bestaan er een aantal regels die je best kan onthouden.
Voorbeeld Regels
naam-bordmerk-naam
In samenstellingen (woorden die bestaan uit meer dan één woord) splits je het woord tussen de twee woorden.
ge-huchtbe-grip
De voorvoegsels (kleine deeltjes zonder eigen betekenis zoals: ge-,on-, ver-, wan-,…) splits je van het woord
waarvoor ze staan.zui-denwo-nen
Staat er één medeklinker, dan splits je voor de medeklinker.
men-senper-soon
Staan er twee medeklinkers, dan splits je tussen de medeklinkers.
Probeer de woorden nu zelf te splitsen.
koning ___________________
zuiden ___________________
noorden ___________________
landschap ___________________
wapenschild ______________
volkslied ___________________
hoofdstad ______________
nationaliteit ___________________
drinken ___________________
koningskwestie ______________
huwelijk ___________________
middeleeuwen ______________
romeinen ___________________
gemeente ___________________
politie ___________________
oosten ___________________
51
Verkeer 2B PAV
EEN BEZOEK AAN ONZE HOOFDSTAD
ORIËNTEREN
We hebben nu heel veel geleerd over België. Tijd om onze hoofdstad te gaan verkennen.
VERKENNEN / UITVOEREN
Vul de tabel aan waar nodig.
Wie Klas 2B
Wat Zoektocht met kaart en kompas
Waar Brussel
Wanneer
Hoe Vervoer heen/terug met tram en trein
MeebrengenLunchpakketRegenkledij
Wandelschoenen
REFLECTEREN
Ik vond de uitstap wel / niet geslaagd, omdat : __________________________
__________________________________________________________________________________
__________________________________________________________________________________
____________________________
52
Verkeer 2B PAV
EEN SPANNEND EINDE
We zagen dat België zowel lekkere als muzikale tussendoortjes heeft, maar om het thema af te sluiten bedacht ik een spannend einde. Zo is de Belgische film de laatste jaren ongelofelijk in opmars en doen deze de cinemazalen steeds vaker vollopen. Onze meest gekende regisseur van het moment Erik Van Looy krijgt zelf zijn kans in Hollywood.
Hieronder staan 2 vrij recente Belgische films, als beloning kan je er 1 uitkiezen die we samen zullen bekijken.
LOFT (2010)
Vijf getrouwde mannen delen stiekem een loft, waar ze stijlvol en in alle rust hun minnaressen en liefjes ontvangen. Een prima regeling, tot ze op een winterochtend het lijk aantreffen van een jonge vrouw. Geen van hen weet wie de vrouw is, waar ze vandaan komt en hoe ze terecht is gekomen in de loft waarvan alleen zij de sleutel bezitten. Noodgedwongen proberen de vrienden zelf uit te zoeken wat er gebeurd is en waarom, maar al vlug beginnen ze elkaar te wantrouwen en zal blijken dat ze veel minder van elkaar afweten dan ze dachten.THE BROKEN CIRCLE BREAKDOWN (2012)
Vijf vrienden spelen samen in een bluegrass-bandje. Als banjospeler Didier (Johan Heldenbergh) tattooartieste Elise (Veerle Baetens) ontmoet, komt zij erbij als zangeres. Ze krijgen een dochter Maybelle, die na haar zesde verjaardag kanker krijgt, en binnen het jaar sterft. Daarna wordt de relatie van Didier en Elise erg op de proef gesteld. De muziek helpt af en toe om de pijn te verzachten.
ACTUA
53
Verkeer 2B PAV
ORIËNTEREN
Sla de krant open, bekijk het nieuwsbericht, kijk naar een nieuwsuitzending,… Telkens je dit doet, vindt je wel een artikel rond iets wat er in België gebeurd is. Het wordt tijd om dit eens van dichtbij te bekijken.
VERKENNEN
Je werkt per twee. Je surft naar www.hln.be . Je kiest een artikel rond België naar keuze en gaat dit volledig bekijken. Je beantwoordt de vragen.
UITVOEREN
Wat is de titel van jullie artikel?
_______________________________________________________________
Wie heeft jullie artikel geschreven? ___________________________________
Wanneer is het artikel gepubliceerd? __________________________________
Over wie of wat gaat het artikel? _____________________________________
Over welke winkel gaat het artikel? ___________________________________
Hoeveel tussentitels heeft het artikel? _________________________________
Welke? _________________________________________________________
_______________________________________________________________
In welk land speelt jullie artikel zich af? _______________________________
Vat het artikel in 5 zinnen samen.
54
Verkeer 2B PAV
__________________________________________________________________________________
__________________________________________________________________________________
__________________________________________________________________________________
__________________________________________________________________________
Waarom hebben jullie dit artikel gekozen?
__________________________________________________________________________________
__________________________________________________________________________________
____________________________
Geef jullie mening over het artikel.
__________________________________________________________________________________
__________________________________________________________________________________
____________________________
REFLECTEREN
Noem 2 dingen die je goed gedaan hebt : _______________________________
________________________________________________________________
Noem 2 dingen waar je nog aan moet werken : __________________________
________________________________________________________________
ENKELE WEETJES …
55
Wist je dat er meer kastelen zijn per vierkante kilometer in België dan in enig ander land
ter wereld. Wist je dat in 1990 Koning Boudewijn gedurende 36 uur
werd onttroond. Hij was tegen
Verkeer 2B PAV
EXTRA OEFENINGEN
TAAL
Tijd om nog een beetje extra te oefenen op splitsen in lettergrepen.
Woord Splitsing in lettergrepen Correctie
Verkeer
Brandweerwagen
Politie
Ziekenwagen
Koningin
Kasteel
Bezienswaardigheid
Paleis
Monument
Westen
Trouwfeest
Kroonprins
Stadsmuur
Wapenschild
Volkslied
Symbool
Bezoek
Hoogheid
56
Wist je dat in 1990 Koning Boudewijn gedurende 36 uur
werd onttroond. Hij was tegen
Verkeer 2B PAV
REKENEN
Bereken de afstand tussen de 2 opgegeven steden. Gebruik hiervoor je atlas en een meetlat. Onderstaand kadertje kan je op weg helpen. Werk nauwkeurig!
SCHAALBEREKENING
Als de schaal op een kaart 1:1000 000 is, betekent dit dat 1 cm op de kaart gelijk is aan 1000 000 cm (=10 km) in het echt.
Bereken de afstand tussen Antwerpen en Luik.
Het antwoord: ________________________________
Bereken de afstand tussen Brussel en Gent.
Het antwoord: ________________________________
Bereken de afstand tussen Hasselt en Antwerpen.
Het antwoord: ________________________________
Bereken de afstand tussen Bergen en Brugge.
Het antwoord: ________________________________
Bereken de afstand tussen Aarlen en Hasselt.
Het antwoord: ________________________________
57
Verkeer 2B PAV
EXTRAATJES
WOORDZOEKER
Zoek in het rooster de namen van de 10 Belgische provincies en hun hoofdplaatsen. Kleur wat bij elkaar hoort in dezelfde kleur.
Opgelet: er staan geen streepjes in het rooster.
O O S T V L A A N D E R E N V Z E K LP U V A N C N F G T R E D S X C W I WR G U I T O T D S X A B W Z L U I K AR M A S W E W R F G E R U L I P O J AF T R E S H E N E G O U W E N T J A LU T D C F G R R O T D G S U U I M A SA J G H E T P U T Z A G S V K L O R BZ D C W A V E R T R Z E F E G H J L RS A Z E R S N M A F D R I N D S T E AM I V L A A M S B R A B A N T F G N BR E D I N S D B E R G E N M F X R T AF S D E T A B F E R P O M L J K E D NR A E R W E S T V L A A N D E R E N TE R S D E F V L U I K H J U I K M A NF D E T R S R T E M P I H K G F O M AG H T R P E S V O B P A S C V N B E LH A S S E L T L L U X E M B U R G N PO I J K N A M E N R G F R T E N E L NS Z A R T U V X N G F T U E M I N B NW S E I A F G D A L K F C V B G T D E
58