Upload
jelle-mulder
View
216
Download
0
Embed Size (px)
DESCRIPTION
het jaarverslag 2010 van AWBR
Citation preview
Versie 1.0
Amsterdam West Binnen de Ring,
Stichting voor openbaar primair onderwijs
(AWBR)
Baarsjesweg 224
Postbus 59601
1040 LC Amsterdam
Tel. 020 - 5150440
www.awbr.nl
Jaarverslag 2010
Amsterdam West Binnen de Ring, stichting voor openbaar primair
onderwijs
‘AWBR….ondernemend in onderwijs’
Jaarverslag AWBR 2010
2
Inhoudsopgave Jaarverslag 2010
Deel I Voorwoord 1. Organisatie 2. Onderwijs 3. Personeel 4. Huisvesting en ICT 5. Financiën Bijlage Deel II Jaarrekening 2010
Jaarverslag AWBR 2010
3
Voorwoord
In 2010 bestond AWBR 3 jaar als stichting openbaar onderwijs: een organisatie die wel
“geland” was, maar nog volop in ontwikkeling. Het is ons gelukt om geen zwakke scholen meer
te hebben. Teams en schooldirecties hebben met externe begeleiding hard gewerkt aan
verbetering van hun onderwijskwaliteit. Niet alleen deze scholen hebben hun
onderwijskwaliteit als eerste aandachtspunt: ook de andere scholen van AWBR werkten vol
overtuiging aan de AWBR-ambitie om onderwijs op maat te bieden dat van hoge, objectief
meetbare kwaliteit is. AWBR heeft “objectief meetbare kwaliteit” nader invulling gegeven door
een kwaliteitsmonitor te ontwikkelen. Met behulp van deze monitor kunnen we de kwaliteit
van de school volgen aan de hand van vele indicatoren. De kwaliteitsmonitor is van groot
belang voor scholen, het schoolbestuur en externen. Het geeft handvatten resultaatgericht te
werken, alleen al omdat het de effecten van je handelen laat zien. Vanaf 2011 zullen we de
kwaliteitsmonitor intensiever gaan gebruiken.
AWBR is een ambitieuze organisatie waaraan medewerkers graag hun bijdrage willen leveren.
De schooldirecties bereiden onderwerpen voor in werkgroepen die vervolgens in het
directieoverleg aan de orde komen. We zijn opleidingsschool en we hebben in 2010 aan zo’n
70 studenten, afkomstig van de Hogeschool van Amsterdam en van de Universitaire Pabo
Amsterdam, een plek geboden. In het kader van Samen Opleiden hebben we een Community
of Practice opgezet, een excellentieteam passend onderwijs dat zich ten doel stelt kennis te
delen en te ontwikkelen ten behoeve van AWBR. Een paar voorbeelden van een organisatie
die zich lerend en professioneel opstelt. Het is goed om te zien dat dit zijn vruchten afwerpt in
de belangstelling voor de AWBR-scholen: we hebben in 2010 opnieuw een groei doorgemaakt
van 4.442 naar 4.556 leerlingen. Een stijging van bijna 3%.
We hebben geen zwakke scholen meer. Een drietal voormalig zwakke scholen neemt deel aan
de Kwaliteitsaanpak Basisonderwijs Amsterdam met positieve resultaten. AWBR heeft de
ambitie verder te reiken dan de kwalificatie basisarrangement bij de inspectie. Onze scholen
hebben de ambitie leerlingen tot maximale leerresultaten te brengen, maar ook andere
talenten van leerlingen te ontdekken en te laten ontwikkelen. In dit kader is het van belang de
ontwikkeling tot brede school te noemen. In 2010 is een belangrijke stap gezet om een
doorlopende leerlijn en tevens talentontwikkeling mogelijk te maken door de regiefunctie bij
het onderwijs te plaatsen. De ambitie van het stadsdeel West, ‘De beste brede scholen staan in
West’, werkt voor ons ondersteunend.
In 2010 heeft de algemeen directeur, René Peeters, zijn carrière voortgezet als wethouder
onderwijs van Almere. De ontstane vacature is tijdelijk ingevuld door een interim algemeen
directeur en door de vorming van een dagelijks bestuur, bestaande uit de voorzitter en een lid
Jaarverslag AWBR 2010
4
van het bestuur. In november 2010 is de nieuwe algemeen directeur, Anne de Visch Eybergen,
aangetreden. Intussen liepen de voorbereidingen voor een nieuwe bestuursstructuur,
bestaande uit een Raad van Toezicht en een bestuurder gewoon door, waardoor de
organisatie kan voldoen aan de voorwaarde dat per 1 augustus 2011 scheiding van bestuur en
intern toezicht geregeld is.
Op het gebied van huisvesting zijn positieve ontwikkelingen in 2010 te melden. AWBR heeft
met 6 scholen deelgenomen aan het project ‘Energieke Scholen’, gericht op duurzaamheid en
verbetering van het binnenklimaat. Daarnaast werd duidelijk dat we voor 1,6 miljoen renovatie
konden plegen aan de Multatulischool. En een laatste belangrijk punt is dat we de
voorbereidingen voor nieuwbouw in de Houthavens (Brede School Spaarndammerhout) en de
Bos en Lommerschool konden voortzetten.
Er zijn natuurlijk ook een paar zorgelijke zaken te noemen. Allereerst: bij sommige scholen is er
nog steeds sprake van een forse achterstand in onderhoud van het gebouw. We lopen het in,
maar onze reguliere bekostiging schiet tekort om deze achterstand weg te werken. Vooral nu
we ons moeten voorbereiden op het wegvallen van de bruidsschat per januari 2012 en op een
afname van subsidies van het stadsdeel. Ook de aangekondigde bezuinigingen op passend
onderwijs zullen ons zeker treffen. Het is daarbij positief dat onze financiële basis gezond is,
zodat we ons beter kunnen voorbereiden op stelselmatig minder inkomsten.
Desalniettemin kunnen we terugkijken op een jaar waarin AWBR zich opnieuw goed heeft
ontwikkeld naar een professionele organisatie met hoge ambities waaraan vele medewerkers
enthousiast hebben bijgedragen met als resultaat dat we in Amsterdam een goede naam
hebben verworven.
Amsterdam, april 2011
Ada Wildekamp, voorzitter Raad van Toezicht Anne de Visch Eybergen, Bestuurder
Jaarverslag AWBR 2010
5
1. Organisatie
AWBR is een zelfstandige stichting voor openbaar primair onderwijs en bestaat sinds
1 augustus 2007. AWBR heeft de taken, verantwoordelijkheden en bevoegdheden voor het
primair openbaar onderwijs overgenomen van stadsdeel West (voorheen stadsdelen Bos en
Lommer, De Baarsjes, Oud-West en Westerpark)
In 2010 maakten de volgende openbare basisscholen deel uit van AWBR:
Brinnr. School
18ZX OBS Joop Westerweel
19AZ OBS Corantijn
20TQ OBS Rosa Boekdrukker
20UV OBS De Meidoorn, 10e Montessori
20XQ OBS De Roos
18VB OBS Bos en Lommer
20VG OBS Narcis-Querido
20VX OBS Multatuli
20YF OBS Tijl Uilenspiegel
20SG Brede School De Kinkerbuurt
20TT OBS Het Winterkoninkje, 2e Montessori
20VP Brede School Annie MG Schmidt
20VP01 OBS Leonardo da Vinci, nevenvestiging
20VU OBS De Waterkant
18VJ OBS Westerpark
20XO Brede School De Zeeheld
20XT Brede School Spaarndammerhout
AWBR heeft zich ten doel gesteld het geven van openbaar onderwijs, met inachtneming van
artikel 46 van de Wet op het primair onderwijs. AWBR draagt uit, bevordert en ontwikkelt het
openbaar onderwijs, houdt de scholen voor openbaar onderwijs die onder haar bestuur staan
in stand en ziet er op toe dat het onderwijs op de scholen onder haar bestuur gegeven wordt
overeenkomstig de wettelijke verplichtingen en in overeenstemming met de doelstellingen
van het openbaar onderwijs.
In ons meerjaren strategisch beleidsplan hebben wij onze missie en kernwaarden vastgesteld:
Onze missie: Het waarborgen en stimuleren van kwalitatief goed, eigentijds, ondernemend en wijkgericht openbaar basisonderwijs voor iedereen, waarin veel aandacht is voor sámen leven en werken.
Jaarverslag AWBR 2010
6
Onze kernwaarden zijn:
streven naar hoge kwaliteit
ontdekken en ontwikkelen van talent
kennen elkaar en leren elkaar kennen
zetten culturele verschillen om in nieuw sociaal kapitaal
hebben een veilige en prettige leeromgeving
Ons motto : AWBR….ondernemend in onderwijs
In ons strategisch beleidsplan 2008 – 2012 hebben we onze missie en kernwaarden verder
uitgewerkt.
Governance, ons bestuur
De stichting AWBR heeft een bestuur dat bestuurt op hoofdlijnen en de dagelijkse leiding heeft
gemandateerd aan de algemene directie. Het bestuur heeft begin 2008 het strategisch
beleidsplan 2008-2012 vastgesteld, waarin opgenomen de missie, visie en doelstellingen van
de organisatie. Daarnaast is het bestuur de representant van de maatschappij. Het bestuur wil
deze vertegenwoordiging onder meer vormgeven door actief en publiek verantwoording van
de resultaten van de organisatie af te leggen en de dialoog met de omgeving aan te gaan over
door hen in te brengen maatschappelijke thema’s.
Om het belang dat wij hechten aan verantwoording nog eens te benadrukken hebben wij ook
in 2010 een publieke verantwoordingsdag georganiseerd. Deze dag is door de deelnemers
wederom positief ontvangen. Ons initiatief is niet onopgemerkt gebleven.
Het bestuur is als volgt samengesteld:
Voorzitter Mevrouw M.A Wildekamp Amsterdam
Secretaris, tevens plaats-vervangend voorzitter
Mevrouw U. de Jong Amsterdam
Penningmeester De heer J. Escher Amsterdam
Lid De heer F. Niamut (afgetreden per 1 januari 2010)
Ouderkerk a/d Amstel
Lid De heer F. Sengers Amsterdam
Lid De heer M. Weijers Amsterdam
Lid Mevrouw B. Dönmez Amsterdam
Code goed bestuur
Het bestuur heeft zich unaniem achter de voorlopige code goed bestuur van de PO-raad
opgesteld. Het bestuur van AWBR heeft haar wijze van besluitvorming en organisatie ingericht
volgens de regels in deze code.
Jaarverslag AWBR 2010
7
Bestuursactiviteiten
In 2010 vergaderde het bestuur zes keer. Het bestuur vergadert en agendeert conform de te
voeren beleidscyclus en financiële plancyclus. In elke vergadering werd de management-
rapportage van de algemene directie met daarin de ontwikkelingen van de organisatie
besproken. Daarnaast ontving het bestuur in 2010 twee financiële kwartaalrapportages met
een overzicht op de realisatie van de door het bestuur geformuleerde kritische succesfactoren.
Verder vergaderde het bestuur over de ontwikkeling naar een Raad van Toezicht, het
plaatsingsbureau, het ICT-beleidsplan en de visienotitie Brede scholen. Wat betreft de
financiën is het jaarverslag 2009, de begroting 2011, de meerjarenbegroting 2011-2015, het
bestuursformatieplan, de (financiële) risicoanalyse en de afbouw van de bruidsschat
besproken. De bestuursleden hebben ook in 2010 diverse schoolbezoeken afgelegd om het
contact met de scholen te onderhouden. Tevens heeft de algemene directie het format van de
kwaliteitsmonitor afgestemd met het bestuur.
Het strategisch beleidsplan van AWBR
In 2008 heeft het bestuur, op basis van inbreng van (algemene en school-)directies, personeel
(in de GMR) en ouders (in de GMR) en het stafbureau haar missie, visie, kernwaarden en
doelstellingen voor de komende vier jaar vastgelegd in het strategisch beleidsplan 2008 –
2012. Het strategisch beleidsplan is vastgesteld met instemming van directies en de GMR. De
doelstellingen zijn onderverdeeld in vier kalenderjaren. AWBR heeft in 2009 de doelstellingen
uit het strategisch beleidsplan vertaald in 13 kritische succesfactoren, en daaraan prestaties
gekoppeld. (zie navolgende tabel)
Jaarverslag AWBR 2010
8
Kritieke Succesfactor Prestatie indicator Grenswaarde
Kwaliteit onderwijs
Zwakke scholen Geen zwakke scholen obv
inspectierapporten
0
Kwaliteitszorg Obv inspectierapporten 90% van de scholen
voldoet
Validiteit schooladvies (3
jaar na verlaten school)
Meting drie jaar na verlaten
van school (DMO-cijfers)
80% juist
schooladvies
Ontwikkeling brede
buurtschool
Obv brede school activiteiten
per school
>75% van de scholen
Investeren in: leer- en
hulpmiddelen
ICT
Aantal leerlingen aantal leerlingen per 01
oktober 2010
4.600
Medewerkers
Mate van
medewerkertevredenheid
Enquête uit
kwaliteitsinstrument
> 7 rapportcijfers
Ziekteverzuim Ziekteverzuim conform opgave
OSG/ Tredin
<7 %
Ouders
Mate van
oudertevredenheid
Enquête uit
kwaliteitsinstrument
> 7 rapportcijfers
Intern
Mate van tevredenheid
(G)MR-leden
Enquête > 7 rapportcijfers
Mate tevredenheid
onderhoud/ staat
schoolgebouwen
Enquête uit
kwaliteitsinstrument
(tevredenheid gebruikers)
> 7
rapportcijfers
Financiën
Binnen budget Uitgaven binnen het
beschikbare jaarbudget
<100%
Extern
Imago (mate tevredenheid
stakeholders)
Uitvoering nader te bepalen
Investeringen 80% cf meerjaren-
investeringsplan per
school
In het jaarverslag kunt u in de verschillende hoofdstukken lezen hoe AWBR op deze
indicatoren, afgeleid uit het strategisch beleidsplan, heeft gepresteerd.
Medezeggenschap Vijf personeelsleden en zes ouders vertegenwoordigen alle ouders en medewerkers van de
AWBR-scholen in de Gemeenschappelijke Medezeggenschapsraad (GMR). Er is een voorzitter
aangewezen en een secretaris. Elk GMR-lid heeft meerdere scholen onder zijn of haar hoede
om zo de (communicatie)lijnen kort te houden en ‘ogen en oren’ op alle scholen te hebben.
Jaarverslag AWBR 2010
9
GMR-leden (per 31-12-2010) Voorzitter: Christien Brouwer, ouder, werkzaam als projectleider bij QANU en daarnaast zelfstandig adviseur Secretaris: Malène Duijst, ouder en werkzaam als senior beleidsmedewerkster bij een
belangenorganisatie voor mensen met een verstandelijke beperking. (tot 1-8-2010 voorzitter) GMR-leden: Christel Baeten, ouder en werkzaam bij de Dienst Wonen, gemeente Amsterdam en initiatiefneemster om van de Mutatulischool een gemengde school te maken
Betsy Wahlen, ouder en studente onderwijspedagogiek, werkzaam als pedagogisch medewerkster (tot 1-8-2010 secretaris)
Caroline Vonk, ouder en werkzaam als beleidsadviseur Fiets en als ouderambassadeur bij stichting Kleurrijke scholen Cathy Brickwood, ouder en werkzaam bij Virtueel Platform Paul Beke, IB-er op de Multatuli Marjon Eygensteyn, personeel Leonardo da Vinci John Linssen, personeel Joop Westerweel Adeline Tasidjawa, personeel Joop Westerweel Yolande Kouwets, personeel Het Winterkoninkje
De samenwerking tussen de algemene directie en de GMR is goed en intensief zoals mag
blijken uit onderstaand overzicht van de uiteenlopende onderwerpen op de agenda van de
GMR. In 2010 heeft de GMR negenmaal vergaderd over diverse onderwerpen. Hierdoor heeft
zij invulling kunnen gegeven aan haar taken en bevoegdheden. In 2010 vergaderde de GMR
over onder andere de volgende onderwerpen:
Integraal personeelsbeleid (IPB);
Passend Onderwijs;
Bestuursformatieplan;
Begroting en jaarrekening;
CAO primair onderwijs;
Notitie reorganisatie stafbureau;
Plaatsingsbureau;
ICT-plan;
Functiemix en functieboek;
Raad van Toezicht.
Jaarverslag AWBR 2010
10
Extern toezicht stadsdeel Onze organisatie is een verzelfstandigde stichting voor openbaar onderwijs. De gemeente,
stadsdeel West, heeft de plicht tot instandhouding van het openbaar onderwijs en houdt
toezicht op het openbaar onderwijs. In de vier voormalige Amsterdamse stadsdelen waar de
scholen van AWBR gevestigd zijn, hadden de vier portefeuillehouders onderwijs zich ten
behoeve van dit toezicht verenigd in het platform toezicht openbaar onderwijs. Met de
eenwording per 1 maart 2010 is dit platform opgeheven. Het toezicht ligt nu bij stadsdeel West
dat is voortgekomen uit de samenvoeging van de vier stadsdelen. Het toezicht is vastgelegd in
het toezichtreglement. Een belangrijke taak is het benoemen van de bestuursleden van de
stichting, maar ook het goedkeuren van de begroting en de jaarrekening. De begroting 2010 en
de jaarrekening 2009 zijn na een analyse van het externe bureau Infinite Financieel bv door de
nieuwe raad goedgekeurd.
In 2010 stond naast de kennismaking met de nieuwe portefeuillehouder Onderwijs en de raad
van stadsdeel West de vorming van een Raad van Toezicht centraal in het afstemmingsoverleg.
De raad van stadsdeel West heeft in december 2010 ingestemd met de gewijzigde statuten
van de stichting met een (interne) Raad van Toezicht. De verwachting is dat in maart 2011 de
leden van de Raad van Toezicht worden benoemd, zodat we per 1 april 2011 kunnen overgaan
naar een nieuwe bestuursstructuur.
Federatie Openbaar Primair Onderwijs
AWBR maakt sinds de start deel uit van de Federatie Openbaar Primair Onderwijs. De
deelname aan dit samenwerkingsverband heeft twee belangrijke redenen. Allereerst het
gezamenlijk uitdragen van het gedachtegoed van het openbaar onderwijs in Amsterdam en
ten tweede de noodzaak om samen afspraken te maken over vele personeelszaken,
gemiddelde schoolgrootte en afspraken ten aanzien van regelgeving omtrent nevenvestiging
en materiële en financiële gelijkstelling. De doelstelling van de Federatie richt zich ook op een
betere vertegenwoordiging en belangenbehartiging van het openbaar onderwijs en het
realiseren van de afspraken ten aanzien van de eerder genoemde onderwerpen. AWBR droeg
in 2010, vanwege het vertrek van de algemeen directeur, het voorzitterschap en het
secretariaat van de Federatie Openbaar Primair Onderwijs over aan de bestuurscommissie
Amsterdam Noord.
Breed Bestuurlijk Overleg
AWBR neemt actief deel aan het Breed Bestuurlijk Overleg (BBO). De voormalig algemeen
directeur was tot aan zijn vertrek voorzitter van het BBO. In de taakgroepen beleid, personeel
en huisvesting van het BBO zijn de stafmedewerkers van AWBR actief. De algemeen directeur
neemt deel aan de taakgroep monitoring. AWBR neemt dus actief deel aan het formuleren van
beleid in het BBO, en heeft hieraan in 2010 ook uitvoering gegeven.
Jaarverslag AWBR 2010
11
Interne organisatie
AWBR is 3 jaar na de verzelfstandiging nog altijd een relatief jonge organisatie. In 2010 is na
het eerder genoemde vertrek van de algemeen directeur de interne organisatie voor het eerst
serieus op de proef gesteld. Gelukkig is gebleken dat de interne organisatie, mede door de
inzet van een interim algemene directie, voldoende balans kent om de continuïteit te
garanderen. De gemaakte interne afspraken zijn derhalve voldoende verankerd. Activiteiten
die goed lopen dienen de komende jaren geborgd te worden. Activiteiten die verbeterd
moeten worden, worden in overleg met scholen opgepakt.
Schoolleiding
AWBR kent op dit moment geen zwakke scholen meer. De schoolleiding is hierin
vanzelfsprekend de belangrijkste succesfactor. De schoolleiding is eerstverantwoordelijke voor
de kwaliteit van het onderwijs op de school, een goed draaiende schoolorganisatie, het
hebben van deskundig en betrokken personeel en een gezonde financiële situatie. Indien
nodig zorgt AWBR voor extra ondersteuning en coaching van de schoolleiding, zeker voor onze
nieuwe schooldirecteuren. Ook stimuleert en faciliteert AWBR intercollegiale consultatie om
zo de schoolleiding verder te professionaliseren.
In 2010 heeft AWBR helaas afscheid genomen van de goed functionerende schooldirectie van
de Kinkerbuurtschool (mede i.v.m. pensionering). Op 1 augustus 2010 is hier een nieuwe
schooldirectie aangesteld. De nieuwe schooldirectie is uit eigen geleding afkomstig en is in de
‘kweekvijver’ van de Federatie opgeleid. Een succes derhalve dat wij graag benadrukken en dat
zeker navolging zal krijgen.
In het kader van de Kwaliteitsaanpak Basisscholen Amsterdam kregen in 2010 drie
schooldirecties extra externe ondersteuning om de kwaliteit op de scholen te verbeteren, dan
wel te borgen.
Kwaliteitsmonitor
Om de informatievoorziening over kwaliteit van onderwijs binnen AWBR te verbeteren is in
2010 de bestuurlijke kwaliteitsmonitor in samenspraak met de directies, het bureau
Van Beekveld en Terpstra en de schoolbegeleidingsdienst ABC verder ontwikkeld. In 2010 zijn
de eerste resultaten op school- en bovenschools niveau zichtbaar geworden. De bestuurlijke
kwaliteitsmonitor bevat alle benodigde informatie waarop de algemene directie zich een
oordeel over de kwaliteit van de school kan vormen. Voor het genereren van de
onderwijsresultaten is een koppeling met het nieuwe leerlingvolgsysteem ParnasSys gemaakt.
De resultaten omvatten de hoofdaspecten van een schoolorganisatie: leerlinggegevens en
-vorderingen, resultaten personeelsbeleid (bijvoorbeeld verzuimcijfers), onderwijskundige en
Jaarverslag AWBR 2010
12
organisatorische ontwikkelingen. De algemene directie voert schoolbezoeken uit waarbij deze
aspecten diepgaand aan de orde komen.
Stafbureau
Na het vertrek van de algemeen directeur per 01 mei 2010 kende AWBR een volledige interim
algemene directie. Ten opzichte van vorig jaar is de bezetting verder niet gewijzigd, hoewel de
werkdruk op het stafbureau als hoog wordt ervaren, bij ambitieuze doelstellingen. Uit analyse,
mede met behulp van VOS/ABB is gebleken dat de omvang/kosten van het stafbureau met ca.
4% van de totale baten voldoet aan het landelijk gemiddelde.1
In 2011 zal AWBR een college van bestuur met één voorzitter krijgen en een interne Raad van
Toezicht bestaande uit 5 leden. De functie van adjunct algemeen directeur komt hiermee te
vervallen. Wel zal het office management bij het stafbureau worden uitgebreid. Per saldo
zullen de personele kosten van het stafbureau daarom in 2011 naar verwachting licht
afnemen.
De bezetting van het stafbureau per 31 december 2010 is als volgt:
Functie Formatie (fte)
Algemeen directeur 1,0
Interim adjunct algemeen directeur (vervallen per
1 januari 2011)
0,6
Beleidsadviseurs 1,5
Personeelsadviseurs 1,8
Controller/financiën 1,0
Adviseur huisvesting/ICT 1,0
Medewerker ICT 0,2
Secretariaat 1,6
Vacature PR en communicatie 0,1
Totaal 8,8
Directieoverleg
De algemene directie vergadert één keer per maand met de schooldirecties en belegt voor hen
per schooljaar enkele thematische studiedagen. Zo is er in 2010 onder andere extra aandacht
besteed aan het voeren van functionerings- en beoordelingsgesprekken, ziekteverzuim en ICT.
Op onderdelen zijn de adviseurs van het stafbureau aanwezig om beleid of ontwikkelingen toe
te lichten. In het directieoverleg legt de algemene directie haar beleidsvoorstellen, die
voortvloeien uit het strategisch beleidsplan, voor aan de schooldirecties. Reacties en input van
de directies worden zoveel mogelijk verwerkt in de eindbeslissingen. De algemene directie
neemt de eindbeslissing.
1 Benchmark VOS/ABB
Jaarverslag AWBR 2010
13
Werkgroepen
Voor het creëren van draagvlak voor nieuw en bestaand beleid hecht AWBR veel waarde aan
overleg en afstemming. Deze afstemming wordt door middel van werkgroepen verkregen. De
werkgroepen bestaan uit de schooldirecties en een stafmedewerker als technisch voorzitter.
In de werkgroepen wordt beleid voorbereid; de input van de directies wordt gebruikt en
verwerkt in een voorstel van de algemene directie (gemaakt door het stafbureau) aan het
directieoverleg. Onderwerpen worden ingebracht door medewerkers van het stafbureau,
schooldirecties en algemene directie.
De volgende werkgroepen waren in 2010 actief:
Onderwijsinhoudelijk/ beleid
Personeel
Financiën
Huisvesting
ICT
Communicatie (intern en extern)
Binnen het stafbureau hadden wij voor vier uur per week een medewerker aangesteld die zich
specifiek met communicatie en PR bezighield. Helaas is deze zeer gewaardeerde medewerker
in 2010 overleden. Tot op heden is AWBR nog op zoek naar een geschikte vervanger voor dit
belangrijke werk. Begin 2010 is er één ouderkrant en één personeelsblad vanuit AWBR
uitgegeven.
Directies krijgen van het stafbureau wekelijks een nieuwsbrief met de laatste bovenschoolse
ontwikkelingen en overige belangrijke aandachtspunten. Verder heeft AWBR een website als
communicatiemiddel, maar ook voor het plaatsen van vacatures. Tevens is er een besloten
intranet voor personeel, directies, GMR en bestuur.
Buurtschoolbeleid
Stadsdeel West en de schoolbesturen in dit stadsdeel willen met buurtschoolbeleid
eenduidigheid tegenover ouders creëren over het plaatsen van kinderen op basisscholen en
scholen de mogelijkheid bieden om bij plaatsgebrek kinderen af te wijzen. Om eenduidigheid
naar ouders over het plaatsen te kunnen bieden, zijn een en dezelfde regels binnen West voor
het plaatsen van kinderen opgesteld en wordt hier uitvoering aan gegeven. In de doelstelling
van het buurtschoolbeleid is tevens opgenomen dat ondermeer het gebruik van
voorrangsgebieden bij plaatsing van kinderen een bijdrage moet leveren aan het tegengaan
van segregatie.
Jaarverslag AWBR 2010
14
Ontwikkeling leerlingaantallen
Op de teldata van 1 oktober 2008, 2009 en ook weer in 2010 is er sprake van een groei in het
aantal leerlingen met respectievelijk 64 (1,5%), 90 (2,0%) en 114 (2,6%). Dit is conform de
verwachtingen van AWBR, maar tegen de prognoses van de gemeenten in. Ook voor 2011 is de
verwachting dat door kwaliteit te bieden het aantal leerlingen voor het vierde
achtereenvolgende jaar zal groeien. AWBR groeit naar verwachting door naar 4.600 leerlingen
in 2011.
Tabel: ontwikkeling leerlingaantal per 1 oktober (2007-2010) en prognose 2011.
4.100
4.150
4.200
4.250
4.300
4.350
4.400
4.450
4.500
4.550
4.600
4.650
2007 2008 2009 2010 2011 prognose
Tabel: Overzicht aantal leerlingen per school op teldatum 1 oktober (periode 2007-2010).
Brinno School
Teldatum
1-10-2007
Teldatum
1-10-2008
Teldatum
1-10-2009
Teldatum
1-10-2010
18ZX OBS Joop Westerweel 331 342 356 368
19AZ OBS Corantijn 105 104 112 125
20TQ OBS Rosa Boekdrukker 224 226 225 209
20UV OBS De Meidoorn, 10e Montessori 293 318 349 375
20XQ OBS De Roos 193 190 187 183
18VB OBS Bos en Lommer 184 178 170 173
20VG OBS Narcis -Querido 314 315 315 298
20VX OBS Multatuli 219 219 234 272
20YF OBS Tijl Uilenspiegel 394 404 412 403
20SG Brede School De Kinkerbuurt 302 309 299 308
20TT OBS Het Winterkoninkje, 2e Montessori 393 384 392 416
20VP OBS Annie M.G. Schmidt 244 252 255 277
20VP01 OBS Leonardo da Vinci, nevenvestiging 189 183 186 189
20VU OBS De Waterkant 262 283 321 319
18VJ OBS Westerpark 460 448 446 438
20XO Brede School De Zeeheld 81 108 108 137
20XT Brede School Spaarndammerhout 100 89 75 66
4.288 4.352 (+1,5%) 4.442 (+2,0%) 4.556 (+2,6%)
Jaarverslag AWBR 2010
15
2. Onderwijs AWBR streeft naar het waarborgen en stimuleren van kwalitatief goed, eigentijds,ondernemend en wijkgericht openbaar basisonderwijs voor iedereen, waarin veel aandacht is voor sámen leven en werken.
Kwaliteitzorg
In het strategisch beleidsplan 2008-2012 staan de kernwaarden van AWBR beschreven. Deze
kernwaarden geven de kwaliteit van onze organisatie weer. Scholen worden door middel van
onze eigen interne kwaliteitsmonitor en door de onderwijsinspectie met minimaal een
eindoordeel ‘voldoende’ beoordeeld.
Zwakke scholen
Het bestuur van AWBR accepteert geen zwakke scholen. De stichting heeft in 2010 geen
zwakke scholen gehad. Bij de start van onze organisatie in augustus 2007 heeft AWBR van haar
rechtsvoorgangers de stadsdelen drie zwakke scholen overgedragen gekregen.
Er is sinds 2007 veel tijd geïnvesteerd in deze drie scholen en vanaf begin 2010 heeft ook de
derde school een basisarrangement van de inspectie gekregen. Deze scholen nemen nog wel
deel aan het in 2008 gestarte Kwaliteitsaanpak Basisonderwijs Amsterdam (KBA). In
samenwerking met de expertgroep van de gemeente Amsterdam is voor de drie scholen een
2-jarig verbetertraject opgesteld. De intensieve aandacht bestond in 2010 uit het nauwgezet
ondersteunen, bewaken van de voortgang en het één keer per jaar opstellen van een
evaluatierapport.
Voor 2010 zijn de volgende doelstellingen geformuleerd om kwaliteitsscholen te realiseren:
1. Sturen op de uitvoering van de verbeterplannen zwakke scholen;
2. Afstemming van de bestuurlijke monitor op het kwaliteitsinstrument van de scholen en
monitoren schooljaar 2009-2010;
3. De algemene directie legt tweemaal per jaar schoolbezoeken af en houdt
voortgangsgesprekken met alle schoolleiders;
4. Aantal leerlingen op AWBR scholen is per 1 oktober 2010 met 150 gegroeid naar 4.600
leerlingen;
5. Uitvoering geven aan gezamenlijk plaatsingsbeleid.
Verder wordt in dit hoofdstuk ook aandacht besteed aan
6. Overige beleidsontwikkelingen en activiteiten die zijn uitgevoerd om kwaliteitsscholen
te realiseren die passend onderwijs verzorgen voor de kinderen, en
7. Lokaal beleid, externe samenwerking
Jaarverslag AWBR 2010
16
Ad 1. Sturen op de uitvoering van de verbeterplannen zwakke scholen De Bos en Lommerschool, Brede School Spaarndammerhout en Narcis-Querido nemen deel
aan de verbetertrajecten. Op alle scholen is de koers van ingezette kwaliteitsverbetering
voortgezet. De rapporten van tussentijdse audits van de kwaliteitsexperts zijn positief en aan
de verbeterpunten wordt hard gewerkt door de scholen.
Ad 2. Afstemming bovenschoolse kwaliteitsmonitor op het kwaliteitsinstrument van de scholen
en uitvoering monitorproces.
Met de keuze voor 1 kwaliteitsinstrument voor alle scholen zijn we in staat geweest om
gezamenlijke vragenlijsten op te stellen voor de tevredenheidsonderzoeken. In 2009 en 2010
zijn de tevredenheidsonderzoeken onder de ouders, medewerkers, leerlingen en
leidinggevenden op alle scholen afgenomen. De resultaten die in 2010 beschikbaar kwamen
(ouderenquête) zijn door de scholen besproken met de Medezeggenschapsraad (MR) en de
ouders. De algemeen directeur heeft de resultaten met de directie besproken. De
aandachtspunten zijn in het schoolplan 2010-2011 opgenomen.
De resultaten van de tevredenheidonderzoeken (zie bijlage) waren in januari 2011
beschikbaar. De uitkomsten van alle onderzoeken worden met het schoolteam besproken en
omgezet in doelen voor de komende schoolplanperiode.
Resultaten Leeropbrengsten
Cito eindscore
Met behulp van de bovenschoolse monitor hebben we de eindresultaten van de scholen in
beeld gebracht. Als indicator gebruikt AWBR de Cito eindtoetsgegevens met het gewogen
leerling gewicht (GLG score) 2009-2010.
Hieronder vindt u het overzicht per school:
Jaarverslag AWBR 2010
17
Goede scholen
In onderstaand overzicht valt op te maken dat alle 17 scholen voldoende scoren volgens de
Inspectienormen.
Resultaten Waarde Norm
Goede scholen 17 17
Resultaten leerlingen eind schoolperiode 5 17
Resultaten eind groep 7 1 17
De resultaten van de leerlingen eind groep 8 zijn op vijf scholen nog onvoldoende. Hetzelfde geldt voor de resultaten van leerlingen eind groep 7 op één school.
Ad 3. De algemene directie legt 2 maal per jaar schoolbezoeken af en houdt voortgangs-
gesprekken met alle schoolleiders
In 2010 zijn 13 van de 17 scholen bezocht door de algemeen directeur van AWBR en de interim
algemeen directeur. Niet bezocht zijn Brede school De Kinkerbuurt, de Westerparkschool,
Narcis-Querido en Het Winterkoninkje. Tijdens de dertien schoolbezoeken zijn de verplichte
schooldocumenten besproken en lag het accent op schoolfinanciën, brede schoolontwikkeling,
evaluatie van de ouderenquête en communicatie hierover met de MR, ouders en het
personeel.
De kwaliteitskaarten uit de bovenschoolse kwaliteitsmonitor zijn vorig jaar voor het eerst door
de medewerkers van het stafbureau gebruikt voor de voorbereiding en uitvoering van de
schoolbezoeken. Voor wat betreft de leerresultaten wordt gemonitord op de
tussenopbrengsten. Deze zijn vooral van belang voor het vroegtijdig opsporen van scholen
waarbij de vinger aan de pols gehouden moet worden. Onvoldoende tussenopbrengsten
voorspellen doorgaans onvoldoende eindopbrengsten op termijn.
In 2010 hebben alle scholen van AWBR een basisarrangement. Het streven van AWBR is erop
gericht deze status ten minste te handhaven en steeds beter te presteren. Scholen die bij het
realiseren van deze doelstelling ondersteuning nodig hebben worden daarbij gericht
geholpen. In 2010 hebben wij in dit verband extra ondersteuning ingezet op de Corantijn.
Ad 4. Aantal leerlingen op AWBR scholen is per 1 oktober 2010 met 150 gegroeid naar 4.600
leerlingen
Op 1 oktober 2010 telde AWBR 4556 leerlingen. Ten opzichte van 1 oktober 2009 is AWBR met
2,6% gegroeid. De doelstelling om op 1 oktober 2010 4.600 leerlingen te tellen, is niet gehaald.
Dit heeft onder andere te maken met het niet mogen uitbreiden van het stadsdeel van de
huisvesting van De Waterkant. Hierdoor konden er behalve broertjes/zusjes geen andere
kinderen worden geplaatst. Verder is ook het leerlingaantal van de Brede School
Spaarndammerhout gedaald.
Jaarverslag AWBR 2010
18
Ad 5. Uitvoering van een gezamenlijk plaatsingsbeleid (plaatsingsbeleid, buurtscholen en
gemengde scholen)
De projectgroep plaatsingsbeleid Amsterdam West Binnen de Ring heeft haar doelstelling te
komen tot plaatsingsbeleid voor alle schoolbesturen in het gebied van AWBR in 2010 afgerond.
De afspraken zijn vastgelegd in het convenant Buurtschoolbeleid basisonderwijs.
Op 15 december 2010 is het plaatsingsbureau onder de naam ‘Schoolwijzer West’ van start
gegaan. Het Buurtschoolbeleid is een gezamenlijk initiatief van de schoolbesturen:
Amsterdam West Binnen de Ring
Stichting Islamitische basisscholen El Amal
Amsterdamse Stichting voor Katholiek Onderwijs (ASKO)
Amsterdamse Oecumenische Scholengroep (AMOS)
KBA Nieuw West, Stichting voor katholiek, protestants-christelijk en interconfessioneel primair onderwijs.
Per 1 januari 2011 gelden op alle onder deze besturen vallende scholen gelijke regels voor het
aanmelden en plaatsen van kinderen vanaf 4 jaar.
Initiatieven buurtscholen en ouderinitiatieven
Ouderinitiatieven zijn groepen ouders die hun kind gezamenlijk aanmelden bij een te witte of
een te zwarte school. AWBR werkte in dit verband onder andere samen met de
ouderambassadeurs van de stichting Kleurrijke Scholen. De stichting ondersteunt 4 scholen
van AWBR: Corantijn, de Bos en Lommerschool, Rosa Boekdrukker en de Joop Westerweel. Dit
doet ze door energieke ouders in te zetten waardoor het mogelijk wordt weer samen naar
school te gaan in de eigen buurt. Door samen te werken aan de onderwijskwaliteit en een
gedifferentieerd lesaanbod wil de stichting scholen ondersteunen om een gemengde leerling-
populatie te bereiken en te houden.
Naast stichting Kleurrijke Scholen wordt ook gebruikgemaakt van de expertise van het
Kenniscentrum Gemengde Scholen of zet een teamlid zich in om de school meer gemengd te
krijgen.
Ad 6. Overige beleidsontwikkelingen en projecten
ParnasSys
Vrijwel alle schoolbesturen in Amsterdam hebben in 2009 besloten om gebruik te maken van
één leerlingvolg- en administratiesysteem, te weten ParnasSys. De invoering van ParnasSys
heeft in 2010 in een kort tijdsbestek plaatsgevonden. ParnasSys stelt scholen en besturen in
staat om op gelijke manier opbrengsten van scholen te generen waardoor eenvoudiger de
kwaliteit van de scholen in kaart te brengen en te vergelijken is ten behoeve van Spiegel PO. Bij
Jaarverslag AWBR 2010
19
AWBR maakten in 2010 16 van de 17 scholen gebruik van het leerlingvolgsysteem. De
Westerparkschool is nog niet aangesloten vanwege technische problemen. Deze problemen
zijn inmiddels verholpen en naar verwachting zal de conversie spoedig plaatsvinden.
Alle medewerkers van de scholen hebben een gebruikerstraining gevolgd. De intern
begeleiders hebben ook een training gehad om te leren werken met het leerlingvolgsysteem.
Ook de beleidsmedewerkers hebben een training gevolgd om te leren werken met de
bovenschoolse module waarmee leerling-opbrengsten voor het bestuur eenvoudig te
monitoren zijn. Dit moet het bestuur in staat stellen om de kwaliteit van de scholen
inzichtelijker te krijgen en tijdig in te kunnen grijpen wanneer de leerling-opbrengsten lager
liggen dan verwacht. Deze monitor is een onderdeel van de bovenschoolse monitor. In 2010
bleek het minder eenvoudig te zijn om bovenschools de opbrengsten te genereren uit
ParnasSys en deze te verwerken in de bovenschoolse monitor.
‘Een ander perspectief op kwaliteit’
Met vier directeuren is een traject intercollegiale consultatie ingezet met als doel ervaringen
op te doen met kijken bij elkaar en leren van elkaar. Het bestuur wil met dit traject bereiken
dat directeuren gaan reflecteren op hun manier van werken. Het onderling uitwisselen van
resultaten, werkwijzen en ontwikkelingsbehoeften moet leiden tot een breed perspectief op
de eigen school en het eigen functioneren. Een vervolg op dit traject kan zijn dat deze vier
directeuren een coachende rol krijgen ten behoeve van andere directeuren. Het project wordt
extern begeleid. In 2010 is dit traject met drie directeuren voortgezet.
Overgang PO/VO
Het gemiddelde aantal PRO/LWOO verwijzingen voor de AWBR scholen bedroeg 19,7% in
2008, 22,7% in 2009 en 27,6% in 2010. Een verklaring voor deze stijging moet nog worden
gevonden. De stedelijke norm ligt op 20%.
Het gemiddelde percentage HAVO/VWO verwijzingen voor de AWBR scholen bedraagt in 2010
26,8%. De stedelijke norm ligt op 25%.
Het percentage gerealiseerde schooladviezen, dit zijn kinderen die na 3 jaar VO nog steeds de
geadviseerde onderwijsrichting volgen, ligt voor de AWBR scholen hoog, namelijk 81,4%. De
stedelijke norm is 70%.
Bestuursgesprek met Inspectie
In november 2010 heeft het jaarlijks bestuursgesprek met de inspectie plaatsgevonden over de
kwaliteit van de scholen. Aan de hand van een presentatie van de bovenschoolse monitor
hebben wij de inspectie laten zien hoe het stafbureau de kwaliteit van de scholen monitort.
Jaarverslag AWBR 2010
20
Drie scholen zijn door de inspectie als risicovol benoemd. Dit waren de Bos en Lommerschool,
Corantijn en Brede school De Zeeheld. Medio 2010 worden alle scholen niet meer als risicovol
beoordeeld.
Het stafbureau blijft de ontwikkelingen in de opbrengsten volgen en op basis hiervan,
regelmatig opbrengstgesprekken voeren met de betreffende scholen. Indien nodig zullen deze
scholen extra worden ondersteund.
Verder heeft inspectie aangekondigd strenger te zullen gaan toezien op handhaving van het
aanleveren van verplichte schooldocumenten, onderwijstijd en schooltijden,
ontwikkelingsperspectieven voor leerlingen met specifieke onderwijsbehoeften en het
toezicht op goed leraarschap.
Klachtenregeling
In 2010 is de functie van vertrouwenspersoon en de coördinatie van het netwerk
schoolcontactpersonen door de stichting Primo uitgevoerd. Er zijn twee
netwerkbijeenkomsten gehouden. Tijdens de eerste bijeenkomst lag het accent op het
onderwerp kindermishandeling en de rol van de contactpersoon hierbij. Omdat er veel
wisselingen onder de schoolcontactpersonen hebben plaatsgevonden, is voor deze nieuwe
groep een basiscursus ‘omgaan met de klachtenregeling’ georganiseerd. De tweede
bijeenkomst voor schoolcontactpersonen stond geheel in het teken van deze
nascholingscursus.
Conform de klachtenregeling Onderwijs rapporteert de externe vertrouwenspersoon jaarlijks
aan AWBR door middel van een geanonimiseerd verslag. Hieruit blijkt dat in 2010 acht
klachten bij de vertrouwenspersoon zijn gemeld en afgehandeld. In de betreffende periode is
15 maal gebruik gemaakt van de telefonische helpdesk.
Passend Onderwijs
Het project 'Weer samen naar school' zorgt ervoor dat kinderen die extra zorg en begeleiding
nodig hebben deze zo veel mogelijk op de basisschool krijgen. Het gaat bijvoorbeeld om
kinderen die moeite hebben met leren of kinderen met gedragsproblemen.
In Amsterdam wordt WSNS uitgevoerd door 5 samenwerkingsverbanden. AWBR is aangesloten
bij het Samenwerkingsverband West; met ruim 70 basisscholen en zo’n 20.000 leerlingen het
grootste samenwerkingsverband van Amsterdam. Jaarlijks stellen de besturen in
samenwerking met hun achterban een zorgplan plan op: het zorgplan Samenwerkingsverband
West. Dit plan wordt ter instemming voorgelegd aan de Gemeenschappelijke
Medezeggenschapsraad.
Jaarverslag AWBR 2010
21
Afgelopen jaren is het aantal verwijzingen op de AWBR scholen gedaald. We zien echter in
2010 een lichte stijging in het aantal verwijzingen. Het aantal SO verwijzingen is met drie
kinderen gestegen en het aantal SBO verwijzingen met één. Dat zijn zeer geringe stijgingen die
te maken kunnen hebben met een verbeterde zorgstructuur op de scholen. Dit heeft de
signalering verbeterd. Het aantal kinderen met leerlinggebonden financiering
(rugzakleerlingen) is gelijk gebleven.
Voor de AWBR scholen gelden voor het schooljaar 2009-2010 de volgende resultaten:
(4.441 leerlingen in schooljaar 2009-2010).
2007-2008 2008-2009 2009-2010
Aantal Percentage Aantal Percentage Aantal Percentage
Rugzakleerlingen 64 1,4 % 60 1,4% 60 1,5%
SO verwijzingen 2 0,04% 1 0% 4 0,09%
SBO verwijzingen 14 0,3% 12 0,3% 13 0,3%
De Tweede Kamer heeft een traject ingezet om in het jaar 2011 de wet Passend Onderwijs in
te voeren. Bij passend onderwijs staan de ouders en het kind centraal. Het schoolbestuur krijgt
de plicht om elk kind dat zich bij een van haar scholen aanmeldt passend onderwijs aan te
bieden, ongeacht de mogelijke extra zorg die het kind nodig heeft in verband met een
beperking. Vanaf 2007 bereiden de Amsterdamse schoolbesturen zich op deze komende
wetgeving voor. De hoofdlijnen om te komen tot Passend Onderwijs zijn door de besturen
vastgelegd in de ‘Koers Passend Onderwijs’.
Wat heeft AWBR in 2010 gedaan om te komen tot Passend Onderwijs?
1. Handelingsgericht en opbrengstgericht werken
In 2010 heeft AWBR rond het thema handelingsgericht werken/ 1-zorgroute een
studiedag georganiseerd voor de directeuren en de intern begeleiders.
Op deze dag is een korte presentatie gegeven over de zeven uitgangspunten van
Handelings Gericht Werken (HGW) in relatie tot Opbrengst Gericht Werken. Omdat
elke school al in meer of mindere mate aandacht besteedt aan handelingsgericht
werken is tijdens de studiedag de aandacht gericht op het reflecteren op de stand van
zaken per school, ontwikkelpunten en prioriteiten hierbij. Wij hebben met elkaar
afgesproken dat elke school dit onderwerp uitwerkt in een plan van aanpak en in het
schoolplan 2011-2015 aangeeft welke doelen jaarlijks zullen worden nagestreefd.
2. Zorgbreedte overleg (ZBO)
Op alle scholen is een zorgbreedteoverleg. Het is een periodiek multidisciplinair
afstemmingsoverleg ten behoeve van het onderwijs en de zorg voor het kind. Centrale
vraag in het zorgbreedteoverleg is: wat is er nodig om dit kind zo goed mogelijk te
ondersteunen in zijn functioneren op school, in het gezin en (eventueel) in de buurt?
Jaarverslag AWBR 2010
22
Behalve vertegenwoordigers van de school (directie en interne begeleider)
participeren ook functionarissen van externe partners, zodat de zorg voor leerlingen
een gedeelde verantwoordelijkheid wordt van de partners in de sluitende aanpak zorg.
De (adjunct-)directeur van de school zit het overleg voor.
In 2010 is het functioneren van het ZBO geëvalueerd. Uitkomst is dat dit overleg nog
niet op alle scholen doeltreffend genoeg wordt ingezet. Ook de overlegstructuur is niet
altijd effectief.
3. Ontwikkelingen Subsidie Opbrengstgericht Werken van de PO-Raad
In 2008 hebben we bij de PO-Raad een subsidieaanvraag opbrengstgericht werken
aangevraagd en hiervoor een bedrag van € 70.000, - toegekend gekregen. Dit bedrag is
in de loop van 2009 en 2010 naar boven bijgesteld tot € 80.000,-.
Het project maakt deel uit van de kwaliteitsagenda ‘Scholen voor morgen’ van de
PO-raad. Het gaat bij dit project om een driejarig traject met als doel het verbeteren
van de kwaliteit van bestuur en management in het primair onderwijs. Het moet
leiden tot een zichtbare verbetering van de opbrengsten op het gebied van taal en
rekenen. AWBR heeft op basis van het strategisch beleidsplan verschillende kwaliteit
verbetertrajecten in gang gezet die worden uitgevoerd in de periode 2008-2012 en
heeft in dit kader alle scholen aangemeld voor deelname aan dit project.
Alle directies hebben op schoolniveau gewerkt aan het versterken van
opbrengstgericht werken en opbrengstgericht leiderschap. Bovenschools is ingezet op
een professionaliseringstraject van de beleidsmedewerkers, directies en intern
begeleiders. In juni 2010 hebben alle scholen en ook het stafbureau door middel van
een zelfevaluatieformulier aan de PO-Raad gerapporteerd over de voortgang. Op basis
van deze zelfevaluatie heeft een vervolg bevoorschotting aan AWBR plaatsgevonden.
De ontwikkeling per bovenschoolse activiteit wordt in de volgende tabel weergegeven,
evenals de begrote bedragen. De eigen bijdrage van AWBR bedraagt in totaal
€ 13.000,-.
Jaarverslag AWBR 2010
23
Activiteit Doelstelling Fasering Stand van zaken 2010 Begroting 3 2009
t/m 2011
Implementatie
kwaliteitsvragenlijsten
Beekveld en Terpstra
Elke school werkt met de
kwaliteitsvragenlijst
April 2009-juli
2011
Gerealiseerd in 2010. € 11.574
Bovenschoolse
kwaliteitsmonitor en het
invoeren van het web based
administratiesysteem
parnasSys
Het bestuur kan sturen
en verantwoorden aan
alle stakeholders
September
2009-augustus
2010
Het indicatorenboek en de
kwaliteitskaarten zijn
ontwikkeld. Deze zijn
technisch verwerkt in een
kwaliteitsinstrument dat
op basis van gegevens uit
ParnasSys wordt gevuld.
€ 1.320
€ 28.704
(voor ParnasSys)
het kwaliteitstraject,
‘opleiding kwantitatieve
kwaliteitszorg’, met het ABC;
Alle doelgroepen zijn in
staat de kwantitatieve en
kwalitatieve
leerresultaten te
interpreteren en conform
hun eigen niveau er naar
te handelen.
Mei 2009-
augustus 2010
De scholing door het ABC is
gerealiseerd. De studiedag
HGW is uitgevoerd. Een
aantal IB-ers neemt als
vervolg hierop deel aan de
ABC cursus
“Handelingsgericht
opbrengsten vergroten” en
enkele directies nemen
deel aan de scholing
Opbrengst gericht
leiderschap”.
€ 7.080
Leesverbetertraject door het
CPS
Aantoonbaar verbeteren
van het technisch
leesonderwijs op 3
scholen: Rosa
Boekdrukker, BS
Spaarndammerhout en
BS De Zeeheld
Periode 2009-
1012
De resultaten voor 2010
zijn weergegeven in de
DMT en AVI scores in
ParnasSYs
Tlv eigen
bijdrage AWBR
Project Opleiden in School
(Oplis)
Het opleiden van nieuwe
leerkrachten in school
waardoor enerzijds het
tekort aan leerkrachten
wordt teruggedrongen en
er anderzijds een
professionele, lerende
cultuur ontstaat in de
scholen door het
versterken van elkaars
kwaliteiten
2008-2012 Zie onderdeel personeel.
Inmiddels werken er in het
kader van dit project 70
stagiaires van de
Universitaire Pabo
Amsterdam en Hogeschool
van Amsterdam op de
scholen van AWBR.
Coaching en facilitering
Tlv eigen
bijdrage
AWBR
Collegiale visitatie
Voor 4 directeuren
Directies zijn in staat
elkaar kritisch te
bevragen op de
opbrengsten van hun
kerntaken en hierover
schriftelijk verslag te
doen
2009-2012 Er is een plan van aanpak
“kijk op kwaliteit”
opgesteld. Drie directeuren
nemen hieraan deel. Zij
richten zich op het
ontwikkelen van een
format bedoeld om
conform de doelstelling bij
elkaar te kijken. Het format
zal vervolgens worden
uitgerold over alle directies
van AWBR.
€ 8.160
Jaarverslag AWBR 2010
24
Traject brede
talentontwikkeling; een pilot
voor 4 scholen voor 4 jaar in
samenwerking met openbaar
onderwijs Rotterdam
(BOOR), Erasmus universiteit
en het Kohnstam instituut
Door middel van het
monitoren van opbrengst
gericht werken nagaan
wat er voor nodig is om
uit het kind te halen wat
er in zit en analyseren
hoe leerkrachten en
leerlingen dit doen.
AWBR levert een bijdrage
aan de kosten voor de
projectcoördinator
van CPS.
2009-2013 Nog 3 AWBR scholen
nemen deel aan deze pilot.
Er is in het kader van dit
project een toolkit leer- en
denkstrategieën
ontwikkeld door de
Rotterdamse partners in
dit project.
De BS Spaarndammerhout
zet in op muziekonderwijs
met het project ‘Muziek
maakt slim’
De Annie MG Schmidt zet
in op passend onderwijs,
meervoudige intelligentie
en hoogbegaafdheid en BS
De Zeeheld zet eveneens in
op meervoudige
intelligentie maar spitst dit
toe op een breed aanbod
‘keuzewerk’
€ 30.000
Evaluatieinstrument NSA € 7.000
4. IB-Overleg
In 2007 is AWBR gestart met een overleg voor Intern Begeleiders. Doel van het overleg
is uitwisseling van kennis en ervaring rondom de zorg voor kinderen en het opdoen
van ideeën door middel van presentaties van gastsprekers. In 2010 is er een
agendacommissie bestaande uit IB-ers samengesteld.
5. Schoolmaatschappelijk werk
Op alle AWBR scholen is in 2010 schoolmaatschappelijk werk gerealiseerd. Deze
middelen komen deels van de lokale overheid (stadsdeel) en deels van het ministerie
van OC&W via de samenwerkingsverbanden van WSNS. Scholen kunnen minimaal 1,5
uur schoolmaatschappelijk werk per week inzetten. De inzet kan afhankelijk van het
schoolgewicht oplopen tot 9 uur per week. Deze inzet is op alle AWBR-scholen
gerealiseerd en zal het komende jaar worden gecontinueerd.
6. Amsterdamse leesverbeteraanpak
Om de leesresultaten van de kinderen op school te verbeteren neemt in 2010 een
aantal scholen deel aan het intensieve leesverbetertraject ‘Leesaanpak Amsterdam’.
Aan dit traject nemen deel de Brede School Spaarndammerhout, Brede school De
Zeeheld en de Rosa Boekdrukker.
7. Schakelklas
De schakelklas is een uitwerking van Jong Amsterdam. Schakelklassen verbeteren de
taalvaardigheid van Amsterdamse leerlingen, in het bijzonder in de onderbouw en bij
taalachterstand. Er zijn mogelijkheden voor een voltijd schakelklas (vt), deeltijd
Jaarverslag AWBR 2010
25
schakelklas (dt) en een schakelklas als verlengde schooldag (vsd). In de voltijd
schakelklas worden kinderen voor de volledige lestijd geplaatst en krijgen zij gericht en
intensief taalonderwijs. De deeltijdklas doet hetzelfde, maar dan voor een gedeelte
van de lestijd en de verlengde schooldagvariant zorgt voor gerichte en intensieve
taalactiviteiten na schooltijd.
AWBR Schakelklassen 2009-2010: De Roos De Waterkant Joop Westerweel Het Winterkoninkje De Kinkerbuurt Brede School Spaarndammerhout Rosa Boekdrukker
8. Een nieuwe koers Passend Onderwijs vanaf 2010
In november 2009 heeft de staatssecretaris van Onderwijs een Nieuwe Koers passend
onderwijs geschreven. Ten grondslag aan de nieuwe koers liggen de volgende
uitgangspunten:
Terug naar de zorgplicht;
Zichtbare effecten (geld gestoken in Passend Onderwijs moet zichtbaar rendement
opleveren);
Transparante inzet middelen in de klas;
De middelen ambulante begeleiding voor een groot deel naar de
samenwerkingsverbanden;
Een voorstel om de rugzakmiddelen ook te beschikken aan de
samenwerkingsverbanden.
De schoolbesturen in Amsterdam zijn een traject gestart om de organisatie en de
ondersteuning van de vijf samenwerkingsverbanden te verbeteren.
In 2010 werd bekendgemaakt dat op de invoering van het Passend Onderwijs
bezuinigd gaat worden. Wat de consequenties daarvan zijn voor AWBR is echter nog
niet duidelijk.
Jaarverslag AWBR 2010
26
Ad 7. Lokaal Beleid, externe samenwerking
Jong Amsterdam/Kinderen Eerst (JAKE)
AWBR onderschrijft de doelen van Jong Amsterdam/Kinderen Eerst (JAKE) en ontwikkelt
activiteiten en kwaliteitsbeleid uitgaande van deze doelen. Deze worden gerealiseerd door
middel van extra inzet door het schoolbestuur op het onderdeel kwaliteit in de scholen, zoals
hiervoor beschreven.
In het verkiezingsjaar 2010 is verder weinig ondernomen om de voortgang in de uitvoering van
de ambitieafspraken te evalueren. Stedelijk is de aandacht vooral gericht geweest op de
ontwikkeling van VVE, Brede school en het bevorderen van ouderbetrokkenheid.
Voor- en Vroegschoolse Educatie (VVE)
In 2010 is er een kwaliteitskader Voor- en Vroegschoolse Educatie Amsterdam 2010-2014
opgesteld. Hierin worden afspraken gemaakt over de kwaliteit, de verplichte uniforme
overdracht van voor- naar vroegschool en de toetsing daarvan door de rijksinspectie.
AWBR heeft in haar strategisch beleidsplan vastgesteld dat alle scholen op termijn moeten
deelnemen aan VVE; voor- en vroegschoolse educatie bedoeld voor peuters en kleuters tussen
twee en een half en zeven jaar. Op basis van een gezamenlijk programma werken de
peuterspeelzaal en de onderbouw van de basisschool samen met de bedoeling leer- en
ontwikkelingsachterstanden vroegtijdig te signaleren en te voorkomen. De erkende
programma’s waarmee gewerkt wordt zijn: Startblokken, Ko Totaal, Kaleidoscoop en Piramide.
Tabel: Deelname AWBR scholen aan Vroegschoolse VVE – programma in percentage op totaal aantal leerlingen groep 1 en 2.
2009 2010
School % %
Bos en Lommerschool 80 80
Westerparkschool 0 100
Joop Westerweel 100 100
Corantijn 100 100
Brede school Kinkerbuurt 100 100
Rosa Boekdrukker 100 100
Winterkoninkje 8,5 8,5
Meidoorn 10 40
Narcis-Querido 100 100
Brede school Annie MG Schmidt 100 100
Leonardo da Vinci 100 100
Waterkant nvt nvt
Multatuli 100 100
Brede school de Zeeheld 100 100
De Roos 52 90
Brede School Spaarndammerhout 100 100
Tijl Uilenspiegel 100 100
Jaarverslag AWBR 2010
27
De Westerparkschool is officieel per 1 augustus 2010 van start gegaan met VVE.
Basisschool De Waterkant doet niet mee aan VVE, maar werkt op basis van gezamenlijke
activiteiten nauw samen met de naast de school gevestigde peuterspeelzaal en het
kinderdagverblijf van de stichting UK.
Deelname aan VVE op de scholen in stadsdeel West is met ingang van schooljaar 2010-2011
gratis. Dit heeft bijvoorbeeld op de Bos en Lommerschool geleid tot een wachtlijst. De scholen
in De Baarsjes hebben ook in 2010 van voormalig stadsdeel De Baarsjes geld ontvangen voor
extra coördinatie in de onderbouw. Dit is door de intern begeleider uitgevoerd door het
voeren van gesprekken met de groepsleidsters met als doel vroegtijdig signaleren van
ontwikkelingsachterstanden. Op basisschool De Roos heeft dit bijvoorbeeld geleid tot het tijdig
aanvragen van een rugzakje voor een leerling die nu van de voorschool naar de Vroegschool
zou instromen. Het aantal kinderen in de kleuterbouw dat heeft deelgenomen aan het
voorschoolprogramma is op De Roos en De Meidoorn aanzienlijk gestegen.
De scholen administreren het aantal deelnemers en de voortgang in hun ontwikkeling in
ParnasSys. Dit levert voor de voorschool leerlingen (jonger dan 4 jaar) een foutmelding op in
het leerlingadministratiesysteem. ParnasSys heeft het schoolbestuur toegezegd een module te
zullen invoeren om dit euvel te verhelpen. Dit is nog niet gerealiseerd.
Brede School
Volgens AWBR is er sprake van een ‘Brede School’ in ideale zin als wordt samengewerkt in een
multifunctionele setting (VVE, BSO, TSO, NSA, SMW en OKC), bij voorkeur in één gebouw. Een
Brede School moet toegankelijk zijn voor kinderen van de eigen school en hun ouders.
AWBR heeft in een notitie vastgelegd dat de uitvoeringsregie van Brede School activiteiten bij
de school komt te liggen.
In 2010 is in het Breed Bestuurlijk Overleg de notitie ‘Kader Brede Scholen Amsterdam’
ontwikkeld. In deze notitie heeft men het over een instelling voor kinderen van 0 tot 12 jaar en
hun ouders. Dit gaat AWBR te ver: wij denken aan een instelling voor kinderen van 2 ½ tot 12
jaar en hun ouders. Daarmee rekenen wij de voorschoolse educatie wel, maar een inpandig
kinderdagverblijf niet tot een Brede School. Daarmee rekenen we dansactiviteiten voor
kinderen wel tot een Brede School maar een cursus Pilates voor buurtbewoners niet tot de
Brede School. Het kinderdagverblijf en de pilateslessen behoren in onze optiek tot activiteiten
die vanwege de beschikbare huisvesting in school worden uitgevoerd maar onder buurthuis- of
‘community’ activiteiten moeten worden gerekend.
Jaarverslag AWBR 2010
28
Tabel: overzicht Brede schoolactiviteiten
School Welzijns- Activiteiten stedelijke afspraak
Partner
BS De Kinkerbuurt
Combiwel Kinderopvang Compagnie
NSA,VVE VSO, NSO
4 u tlv eigen formatie
BS De Zeeheld IJsterk NSA, OK door school en BS coördinator 4u tlv eigen formatie
1 fte Coördinatie en deelcoördinatie
Materieel diverse activiteiten
Bos en Lommer Impuls Voorschool en OK 4 u.tlv eigen formatie
NSA wordt verzorgd door school
Tijl Uilenspiegel Impuls Voorschool en OK 4 u.tlv eigen formatie
NSA wordt verzorgd door school.
Multatuli Impuls Verzorgt voorschool. 4 u.tlv eigen formatie
Schatkamer KNW verzorgt NSA.
Narcis-Querido Impuls Verzorgt Voorschool. 4 u.tlv eigen formatie
Akros Levert talentmakelaar en verzorgt NSA.
Westerpark IJsterk Verzorgt Voorschool. 4 u.tlv eigen formatie
NSA wordt verzorgd via de Wijkaanpak
BS Spaarndammerhout IJsterk Verzorgt voorschool. 4 u.tlv eigen formatie
NSA wordt verzorgd via de Wijkaanpak.
Joop Westerweel Akros Verzorgt voorschool, OK, NSO en NSA 4 u.tlv eigen formatie
VVE en Ouderbetrokkenheid,
Kansen voor Kinderen, diverse activiteiten.
Personele inzet coördinatie tlv KvK.
Corantijn Akros Verzorgt voorschool, OK, NSO en NSA 4 u.tlv eigen formatie
VVE en Ouderbetrokkenheid
Kansen voor Kinderen, diverse activiteiten
Personele inzet coördinatie, tlv KvK
De Meidoorn Akros Verzorgt voorschool, OK, NSO en NSA 4 u.tlv eigen formatie
VVE en Ouderbetrokkenheid
Kansen voor Kinderen, diverse activiteiten
Personele inzet coördinatie, tlv KVK
Rosa Boekdrukker Akros Verzorgt voorschool, OK, NSO en NSA 4 u.tlv eigen formatie
VVE en Ouderbetrokkenheid
Kansen voor Kinderen,diverse activiteiten
Personele inzet coördinatie, tlv KvK
Jaarverslag AWBR 2010
29
De Roos Akros Verzorgt voorschool, OK, NSO en NSA 4 u.tlv eigen formatie
VVE en Ouderbetrokkenheid
Kansen voor Kinderen, diverse activiteiten
Het Winterkoninkje Combiwel Verzorgt Voorschool, NSO en NSA 4 u.tlv eigen formatie
Annie MG Schmidt Combiwel Verzorgt Voorschool en NSA 4 u.tlv eigen formatie
Leonardo da Vinci Combiwel Verzorgt Voorschool en NSA 4 u.tlv eigen formatie
De Waterkant Combiwel Geen Voorschool, NSA in het naast
gelegen buurtcentrum
NSA = naschoolse activiteiten NSO = naschoolse opvang VSO = voorschoolse opvang (voor 08.00 uur) OK = ouderkamer VVE = voor- en vroegschoolse educatie KvK = kansen voor kinderen
Samenwerking met welzijnspartners
Voor de uitvoering van de dagarrangementen en de brede schoolactiviteiten is per stadsdeel
over het algemeen naar tevredenheid van onze scholen samengewerkt met één of meer
welzijnspartners. In stadsdeel West gaat het om stichting Akros, Combiwel, Impuls en IJsterk.
Over de stichting IJsterk zijn de scholen nu, na een doorstart in 2010, redelijk tevreden.
Taal en Ouderbetrokkenheid
In 2010 hebben zeven scholen deelgenomen aan het stedelijk project Taal en
Ouderbetrokkenheid. Doelstelling van het educatieproject is de taalvaardigheid bij ouders te
vergroten en daardoor ook de betrokkenheid van ouders bij de schoolloopbaan van hun
kinderen.
Tevens wordt er naar gestreefd ouders te laten doorstromen naar andere opleidingstrajecten
of naar werk. Er kunnen twee soorten programma’s worden aangeboden. Een taalprogramma
waarbij ouders per jaar 300 uur taalonderwijs kunnen genieten en een “Verteltas” programma
waarbij de lees- en spreekvaardigheid en het bevorderen van integratie centraal staat.
Deelnemende school Programma Aanbieder Aantal
deelnemers
De Roos Taalles voor ouders Stichting Verteltas 13
Rosa Boekdrukker Taalles voor ouders Stichting TopTaal 16
Corantijn Taalles voor ouders Stichting Akros 5
Joop Westerweel Taalles voor ouders Stichting Taalvorming 9
De Zeeheld Taalles voor ouders Stichting BOTC* 19
Narcis-Querido Taalles voor ouders Stichting Akros 16
De Waterkant Verteltasproject De oudercontactpersoon van Combiwel
2
*Beroepsopleidingen en trainingscentrum voor o.a. inburgeringtrajecten
Jaarverslag AWBR 2010
30
Lokale subsidies
AWBR ontvangt voor de uitvoering van een aantal activiteiten in het kader van Jong
Amsterdam/ Kinderen Eerst (JAKE) lokale subsidies. De stedelijke plannen zijn op lokaal niveau
binnen de stadsdelen in operationele doelen vertaald. Afstemming over de inzet van deze
gelden vindt tussen AWBR en het stadsdeel geregeld plaats.
In De Baarsjes ging het in 2010 om het programma ‘Kansen voor Kinderen’; in Westerpark
‘Jong in Westerpark’ in Oud-West ‘Jong Oud-West’ en in Bos en Lommer ‘Jong in Bos en
Lommer’ en het meesterplan Koers Nieuw West. Op basis van deze programma’s hebben de
voormalige stadsdelen middelen beschikbaar gesteld voor de uitvoering.
Ook zijn in 2010 op basis van de verordening Materiële en Financiële gelijkstelling (MFG)
middelen beschikbaar gesteld voor bijvoorbeeld vakonderwijs en (aanvullend)
schoolmaatschappelijk werk, schoonmaak en logopedie. Halverwege 2010, na de fusie van de
stadsdelen en de gemeenteraadsverkiezingen, zijn door de nieuwe stadsdeelraad
bezuinigingsbesluiten genomen die van invloed zijn op de hoogte van de subsidiebudgetten.
Dit besluit heeft uiteraard kwantitatieve en kwalitatieve gevolgen voor de uitvoering van de
brede school activiteiten en het vakonderwijs. AWBR voert hierover overleg met stadsdeel
West.
Jaarverslag AWBR 2010
31
3. Personeel AWBR wil zich in de arbeidsmarkt profileren als een aantrekkelijke werkgever, die het
personeel kansen biedt zich in een prettige werkomgeving te ontwikkelen.
Integraal Personeelsbeleid
AWBR heeft haar doelstelling voor Integraal Personeelsbeleid als volgt geformuleerd:
‘Integraal personeelsbeleid betekent het regelmatig en systematisch afstemmen van de inzet,
kennis en bekwaamheden van de medewerkers op de inhoudelijke en organisatorische doelen
van de school. Hierbij wordt professioneel gebruik gemaakt van een samenhangend geheel
van instrumenten en middelen die gericht zijn op de ontwikkeling van de individuele
medewerkers’.
Het integraal personeelsbeleidsplan van AWBR is een werkdocument. Tot op heden is beleid
vastgesteld betreffende competentiegericht werken, het werken met de gesprekkencyclus
(functionerings- en beoordelingsgesprekken, bekwaamheidsdossiers), scholingsbeleid,
taakbeleid en beloningsbeleid. De onderdelen taak- en functiebouwwerk, mobiliteit, werving
en selectie worden in 2011 nader uitgewerkt.
Werving en selectie directeuren
In 2010 heeft er een directiewisseling plaatsgevonden op Brede school De Kinkerbuurt. Na een
interne sollicitatieronde zijn twee mededirecteuren aangesteld, beiden afkomstig uit de eerste
lichting kandidaten van de Kweekvijver Directies.
Kweekvijver directeuren
De Federatie Openbaar Primair Onderwijs is in 2008 gestart met een kweekvijver voor
directeuren in het primair onderwijs. Dit opleidingstraject kent drie fasen: basistheorie,
verdieping en praktische werkervaring. Vijf personeelsleden van AWBR nemen deel aan deze
kweekvijver. In 2010 is fase drie van het traject gestart. Twee van de vijf zijn samen aangesteld
als directie bij één van de AWBR scholen en de andere drie zijn bij een ander openbaar
Amsterdams bestuur gedetacheerd om daar ervaring op te doen waarbij één ook nog voor
AWBR een directeur ondersteunt.
Van ‘Opleiden in school’ naar ‘Samen opleiden’
In schooljaar 2009/2010 is begonnen met opleiden in school. Dit is een samenwerkingsverband
tussen AWBR en de Hogeschool van Amsterdam waarbij jaarlijks 60 studenten stage lopen op
de AWBR scholen en daar begeleid worden door mentoren en opleiders in school. Op deze
manier kan AWBR in een vroeg stadium (potentieel) talent aan zich binden en invloed
uitoefenen op de kwaliteit van de aankomende leerkrachten.
Jaarverslag AWBR 2010
32
Naast opleiden in school is in schooljaar 2010/2011 ook een start gemaakt met de
Universitaire Pabo van Amsterdam (UPvA). Binnen de UPvA worden studenten met een vwo
vooropleiding opgeleid voor een baan in het Amsterdamse basisonderwijs. Zij volgen een
vierjarig programma dat leidt tot de universitaire bachelor pedagogiek (UvA) en tot het
diploma leraar basisonderwijs (HvA). Het betreft een nieuw, geïntegreerd curriculum dat deels
uitgevoerd wordt binnen de Amsterdamse scholen. Dit houdt in dat AWBR studenten van deze
opleiding laat stage lopen. Negen studenten lopen stage op vijf scholen. AWBR is bijzonder
enthousiast over dit initiatief.
Eind 2010 is besloten om Opleiden in school, de Universitaire Pabo van Amsterdam en de
onderwijsconsulenten (zij verzorgen de begeleiding van startende en zittende leerkrachten van
AWBR) samen te voegen onder de noemer ‘Samen opleiden’.
IB als taak
Het in 2009 ingezette beleid om in het kader van beloningsdifferentiatie een toelage toe te
kennen aan de Intern Begeleiders op basis van hiertoe ontwikkelde criteria heeft er in 2010 toe
geleid dat inmiddels vrijwel alle Intern Begeleiders aan de kwaliteitsnormen voldoen en de
toelage ontvangen. Daarnaast is onderzocht of het zinvol is om binnen de Federatie Openbaar
Primair Onderwijs Amsterdam een kweekvijver voor Intern Begeleiders te starten in verband
met het door enkele besturen voorziene toekomstige tekort aan voldoende gekwalificeerde IB-
ers. Het is de bedoeling dat binnen deze kweekvijver ook een uitdagender nascholingsaanbod
voor de zittende IB-ers wordt ontwikkeld, iets waar duidelijk behoefte aan blijkt te bestaan.
Het voorlopige voorstel wordt in 2011 verder uitgewerkt.
Schooltijden
Na een grondige voorbereiding in schooljaar 2009-2010 zijn in schooljaar 2010-2011 alle
scholen gaan werken met gelijke lesuren per jaar voor alle groepen. De praktische problemen
die zich op enkele scholen voordeden bijvoorbeeld met betrekking tot het jaarrooster zijn
inmiddels opgelost. Door de gelijkschakeling van de lesuren is het mogelijk in de toekomst vrij
eenvoudig over te gaan op een continurooster, mocht dit wenselijk zijn gezien bijvoorbeeld de
ontwikkelingen rond de buitenschoolse opvang. De Brede school Spaarndammerhout werkt
inmiddels al met een continurooster.
Functiemix
In 2009 is gestart met de beleidsvoorbereiding van de functiemix, één van de onderdelen van
het actieplan leerkracht. Door de functiemix wordt een aantrekkelijker loopbaanperspectief
gerealiseerd door het vaststellen van nieuwe functies met een rijker takenpakket en een
hogere beloning. Dit dient gerealiseerd te zijn in 2014 waarbij 40% van het onderwijzend
personeel in schaal LB wordt beloond. In overleg met de Federatie Openbaar Onderwijs is een
federatieve LB-functie opgesteld. Deze functie kent een drietal profielen: begeleider-coach,
Jaarverslag AWBR 2010
33
specialist en innovator-coördinator. De keuze voor het profiel waarmee gewerkt gaat worden
is aan de school. Binnen AWBR heeft de werkgroep functiemix gekozen voor een
sollicitatieprocedure waarbij geïnteresseerde leerkrachten kunnen solliciteren op de vacante
LB-functie in hun school. Kenmerkend voor de procedure is dat de sollicitatiegesprekken
worden gevoerd met ondersteuning van een andere directeur van één van de AWBR scholen.
Daarnaast bestaat de mogelijkheid om de beoogde kandidaat een e-assessment af te laten
nemen. AWBR streeft ernaar om het tempo van het convenant leerkracht te hanteren:
Tabel: Tijdspad invoering convenant leerkracht 1 augustus van: Percentage
LA Minimum % LB bestuur bestuursniveau
Minimum % LB school schoolniveau
Minimum % LC bestuursniveau
2010 92% 8% 6%
2011 83% 16% 12% 1%
2012 75% 24% 18% 1%
2013 67% 32% 24% 1%
2014 58% 40% 30% 2%
Wel is voor 1 augustus 2010 en 1 augustus 2011 afgesproken om het minimumpercentage op
bestuursniveau ook op schoolniveau aan te houden. Het halen van de streefcijfers van de
daaropvolgende jaren is mede afhankelijk van nog te ontwikkelen beleid.
Studiedagen personeelszaken
Zowel in het voorjaar als in het najaar van 2010 heeft de afdeling personeelszaken een
studiedag georganiseerd voor alle directeuren van AWBR. De studiedag in maart stond in het
teken van de praktische uitwerking van de functiemix. In november is nader ingegaan op het
geharmoniseerde verzuimbeleid en alle aspecten daar omheen, zoals de samenwerking met de
arbodienst en het voeren van verzuimgesprekken.
Werkgroep personeel
Deze werkgroep is een beleidsvoorbereidend orgaan voor het directieoverleg van AWBR. In
2010 heeft deze werkgroep met name gewerkt aan beleid dat uiteindelijk een plaats krijgt in
het integraal personeelsbeleidsplan van AWBR. Daarnaast is deze werkgroep bij uitstek een
platform om personele kwesties uit te wisselen waar alle scholen mee te maken hebben. In
2010 is in deze werkgroep gesproken over opleiden in school, differentieel belonen, het
beoordelen van onderwijsondersteunend personeel, normjaartaak en onderscheidend
werkgeverschap.
Taakgroep P&O
Binnen de Federatie Openbaar Primair Onderwijs Amsterdam is onder meer de taakgroep
Personeel actief. Deze taakgroep vormt het beleids- en/of werkoverleg van de op dit terrein
werkzame medewerkers van de stafbureaus. Onderwerpen die in 2010 op de agenda stonden
Jaarverslag AWBR 2010
34
van de taakgroep P&O waren onder meer: arbeidsmarktbeleid, vrijwillige mobiliteit, stand van
zaken ID-regeling, formatie, invoering functiemix, uitbreiding vervangingspool, kweekvijver
directies en de kweekvijver intern begeleiders, eigen risicodragerschap, het Vervangingsfonds,
het instellen van een gezamenlijke adviescommissie van bezwaar.
Samenstelling personeel Op peildatum 31 december 2010 waren er 538 personeelsleden in dienst bij AWBR. Hiervan
behoorden 424 tot het onderwijzend personeel, 80 tot het onderwijsondersteunend personeel
en 34 tot de directie.
Tabel: Formatie AWBR per 31-12-2010 (in aantal en %)
Directie % Oop % Op % Totaal: %
0-25 18 4,25% 18 3,35%
25-35 1 2,94% 9 11,25% 91 21,46% 101 18,81%
35-45 7 20,59% 16 20,00% 60 14,15% 83 15,46%
45-55 13 38,24% 35 43,75% 92 21,70% 140 26,07%
55-60 10 29,41% 15 18,75% 105 24,76% 130 24,02%
>60 3 8,82% 5 6,25% 58 13,68% 66 12,29%
Totaal: 34 100% 80 100% 424 100% 538 100%
Bij AWBR is 77,65% van het personeelsbestand van het vrouwelijk geslacht en 22,35% van het
mannelijk geslacht. Dit sluit aan bij het beeld van de voorgaande jaren.
Instroom/uitstroom 2010
In 2010 hebben 43 personeelsleden AWBR verlaten, van wie er negen met FPU of pensioen zijn
gegaan. Voorts hebben 26 personeelsleden ontslag op eigen verzoek genomen (inclusief het
op eigen verzoek niet verlengen van tijdelijke aanstellingen) drie zijn ontslagen op grond van
ziekte en arbeidsongeschiktheid en vier wegens andere redenen. Eén personeelslid is
overleden. Er zijn 46 nieuwe personeelsleden in dienst gekomen, waarbij de diverse
vervangingsaanstellingen en een aantal zeer tijdelijke aanstellingen niet zijn meegerekend.
Ook medewerkers die binnen AWBR een andere functie krijgen vallen hier niet onder. Er
waren vier betaalde LIO-ers werkzaam op de scholen.
Knelpunten
AWBR streeft naar kwalitatief goed personeel op alle scholen. Er kunnen echter situaties
ontstaan waarbij het niet langer wenselijk of zelfs verantwoord is bepaalde leerkrachten voor
de klas te laten staan, in het belang van de kinderen maar ook in hun eigen belang. Om
dergelijke, soms langdurige, ‘personele knelpunten’ te kunnen oplossen is ook in 2010 een
deel van de aan AWBR toegekende impulsmiddelen en een deel van het budget voor
Personeel en Arbeidsmarktbeleid gereserveerd voor het zogenaamde ‘knelpuntenbudget‘.
Hiermee wordt het mogelijk personele lasten (tijdelijk) bovenschools te trekken zodat zij niet
langer op de schoolformatie drukken en de school een vervanger kan aanstellen. Tegelijkertijd
wordt alles in het werk gesteld om voor de ontstane problemen een oplossing te vinden, zoals
Jaarverslag AWBR 2010
35
verzuimbegeleiding, loopbaanbegeleiding, bovenschoolse inzet op scholen binnen of buiten
AWBR, tijdelijke detacheringsovereenkomsten, mediation en juridische ondersteuning. In 2010
heeft dit geresulteerd in de uitstroom van vier personeelsleden.
Verzuim
Het gemiddelde verzuimpercentage over kalenderjaar 2010 bedroeg voor al het personeel van
AWBR (inclusief Bureau Inzet) 7,50%. Dit is het ziekteverzuim exclusief verzuim langer dan een
jaar. Het cijfer laat een zeer lichte stijging zien ten opzichte van 2009 (7,38%). Deze stijging en
het feit dat het percentage hoger is dan het landelijke gemiddelde hebben er toe geleid dat
AWBR in het najaar van 2010 nieuw beleid heeft geformuleerd op dit terrein. Dit beleid is
uitvoerig aan de orde gesteld tijdens een studiedag voor alle directeuren betreffende het
Arbo-, Verzuim en Reïntegratiebeleid. Het wordt in 2011 verder uitgewerkt en ‘uitgerold’.
Jaarverslag AWBR 2010
36
4. Huisvesting en ICT
AWBR streeft naar goed geoutilleerde gebouwen waarbinnen de visie van de organisatie
gerealiseerd kan worden. Begrippen als duurzaamheid, binnenmilieu, bewust omgaan met
energie, inspiratie van kinderen, multifunctioneel gebruik en goede arbeids-omstandigheden
behoren volgens AWBR terug te vinden te zijn in een schoolgebouw.
Het jaar 2010 mag met recht een succesvol jaar genoemd worden als het gaat om de
huisvesting van kinderen, medewerkers, huurders en medegebruikers van de gebouwen van
AWBR.
Naast het gemeentelijk en schoolbestuurlijk onderhoud zijn er op de scholen meerdere
projecten het afgelopen jaar gerealiseerd. Hieronder een opsomming:
Tabel: Overzicht uitgaven huisvestingsprojecten in 2010
School Gem. onderhoud
Schoolbest.
Onderhoud2 Energieke scholen Projecten
Bos en Lommer € 89.321 € 4.058
Multatulischool € 86.299 € 10.074 € 1.029.841
Narcis-Querido € 71.915 € 14.866
Tijl Uilenspiegel € 37.552 € 71.473 € 150.000
Corantijn € 150.000 € 52.641 € 480.860 € 150.000
De Meidoorn, OBS 10e Montessori € 29.311 € 88.059 € 460.382 € 780.689
De Roos € 16.934 € 203.000
Joop Westerweel € 7.244
Rosa Boekdrukker € 59.813 € 7.106
Annie M.G. Schmidt € 63.534 € 66.917 € 928.627
De Waterkant € 11.872 € 46.064
Het Winterkoninkje, OBS 2e Montessori € 35.782 € 25.570 € 401.742
Leonardo da Vincischool € 30.527
Brede School De Zeeheld € 12.409 € 253.498
Westerpark incl 18VJ00 € 5.429 € 57.000
€ 5.990.409 € 671.892 € 433.814 € 3.554.950 € 1.329.753
Het jaar 2010 heeft in het teken gestaan van het omzetten van de inventarisatie van 2009 naar
een plan van aanpak met betrekking tot de schoolgebouwen die zijn overgedragen aan AWBR.
AWBR maakte in 2010 gebruik van 23 schoolgebouwen waarvan er 3 vooralsnog niet zijn
overgedragen. Dit betreft Brede School De Kinkerbuurt, de Brede School Spaarndammerhout
en de Zeeheld. De Leonardo da Vinci is in november 2010 aan AWBR overgedragen. De Brede
2 Gegevens tot 30 november 2010.
Jaarverslag AWBR 2010
37
School Spaarndammerhout is in afwachting van nieuwbouw hetgeen in 2014 gerealiseerd
moet zijn.
Meerjaren Onderhoud Planning
In 2008 heeft AWBR een planning voor het meerjarenonderhoud (MOP) voor de aan haar
overgedragen gebouwen laten opstellen. Uit de inspectie behorende bij de totstandkoming
van dit MOP blijkt dat er, afhankelijk van het bouwjaar van het gebouw, in meer of mindere
mate sprake is van achterstallig onderhoud. Hiermee wordt bedoeld het onderhoud dat had
moeten gebeuren in de onderhoudperiode die ligt voor de overdracht van de gebouwen naar
AWBR in augustus 2007.
De uitkomst van de MOP heeft er toe geleid dat AWBR in gesprek is gegaan met haar
rechtsvoorgangers, de stadsdelen Oud-West, de Baarsjes, Bos en Lommer en Westerpark.
Gezamenlijk wordt bekeken waar en in welke mate sprake lijkt te zijn van achterstallig
onderhoud en welke mogelijke oplossing hiervoor nodig is. Helaas heeft dit overleg niet
opgeleverd wat er van verwacht mocht worden. Er is in het voorjaar 2009 een second opinion
uitgevoerd door een adviseur. Ook dit heeft geen resultaat opgeleverd voor AWBR. Hierdoor is
het uitvoeren van bovengenoemd MOP niet mogelijk omdat eenvoudigweg de middelen
ontbreken. De middelen zullen ook niet worden aangevuld door het nieuwe stadsdeel West
waardoor er andere wegen moeten worden gevonden om het onderhoudsniveau toch op een
acceptabel niveau te brengen.
Ook in 2010 is uitvoering gegeven aan het MOP 2010. Dit houdt in dat er in beperkte mate
onderhoud kan plaatsvinden, waarbij we de voorkeur geven aan het op peil houden van de
binnenzijde van het schoolgebouw. Met iedere school is een afspraak gemaakt welk
onderhoud in 2010 zou plaatsvinden. Het plegen van onderhoud is na lange tijd absentie
hiervan als een verademing ervaren door de scholen.
In 2010 zijn de stadsdelen samengevoegd tot een stadsdeel. Er zijn grote verschillen
geconstateerd in het niveau van onderhoud tussen de stadsdelen. In 2010 heeft dit in ieder
geval geleid tot de goedkeuring van de renovatie van basisschool Multatuli. AWBR heeft nog
steeds de wens dat in gezamenlijkheid met stadsdeel West een MOP kan worden opgesteld
waarin het schoolbestuurlijk en het gemeentelijk onderhoud is opgenomen. Dit wordt ook
voorgesteld in de aanbevelingen in het rapport van de Rekenkamer Stadsdelen Amsterdam. Nu
steeds duidelijker wordt welke middelen ter beschikking staan aan het onderhoud, zoals
bijvoorbeeld 70% van de opbrengst verhuur en medegebruik en de klokuren, kan meer
onderhoud volgens het MOP worden uitgevoerd. Er bestaat echter nog een tekort van
1,7 miljoen over de komende 10 jaar. Hiervoor moet nog een oplossing gevonden worden,
eventueel door middel van renovatie, dan wel nieuwbouw.
Jaarverslag AWBR 2010
38
Binnenmilieu en energiebesparende maatregelen
AWBR wil in haar gebouwen extra aandacht besteden aan het bewust omgaan met energie en
maatregelen nemen om het gebruik hiervan terug te dringen. In 2010 is in het kader van het
project Energieke Scholen een start gemaakt met het nemen van maatregelen in 6 scholen van
AWBR. Het project omvatte een aantal maatregelen op het gebied van binnenmilieu en
energiebesparing zoals energiebesparende verlichting, het opnieuw inregelen of vernieuwen
van de cv-installatie, een daglichtschakeling en CO2 gestuurde ventilatie.
De financiering van deze maatregelen kwam tot stand via cofinanciering tussen het rijk, de
gemeente, het stadsdeel en het schoolbestuur. Een gezond binnenmilieu is van groot belang
om te komen tot goede leerprestaties en een gezonde werkplek voor leerkrachten. Er is in
2010 met succes gewerkt aan het verkrijgen van zonnecollectoren op de daken van 9 scholen.
In november is de overeenkomst getekend waardoor de collectoren in 2011 geplaatst kunnen
worden.
Schoonmaakonderhoud
Hygiëne op scholen blijft een groot aandachtspunt. Bij het samenbrengen van veel kinderen,
personeel, huurders en medegebruikers is een goede hygiëne onontbeerlijk. Er zullen wegen
moeten worden gezocht om de frequentie van het schoonmaken te verhogen, met name voor
de sanitaire ruimten. Ook de staat van afwerking van de sanitaire ruimten vraagt om de nodige
investering. Ondanks dat er in 2010 al investeringen zijn gedaan op dit vlak, blijft dit een punt
van aandacht voor de komende jaren.
Gebruiksvergunningen
Bij de overdracht is bepaald dat in het kader van het criterium ‘schoon door de poort’ de
stadsdelen de scholen moesten overdragen met een geldige gebruiksvergunning. Eind 2009
hadden nog maar 7 van de 18 scholen een geldige gebruiksvergunning. In 2010 is dit
opgelopen tot 11 gebruiksvergunningen. AWBR kan geen verantwoordelijkheid nemen voor
het feit dat scholen zonder vergunning zijn overgedragen.
AWBR stelt alles in het werk om de gebruiksvergunningen te krijgen en dringt er bij stadsdeel
West op aan dat de werkzaamheden die hiervoor nodig zijn, worden uitgevoerd. In de
aanbevelingen in het rapport van de Rekenkamer Stadsdelen Amsterdam3 dringt men ook aan
op afronding van het verstrekken van de gebruikersvergunningen.
3 Rekenkamer Stadsdelen Amsterdam, Verzelfstandiging openbaar primair onderwijs Bos en Lommer, De Baarsjes, Oud-west en Westerpark, december 2009.
Jaarverslag AWBR 2010
39
Verhuur en medegebruik
In 2008 is het medegebruik van schoolruimten en gymzalen in kaart gebracht en zijn
procedures ontwikkeld om medegebruik te stroomlijnen. In 2009 is er een dag in de week een
extra medewerker ingezet om de administratie rondom het medegebruik te regelen. De
tarieven voor medegebruik en verhuur zijn ook in 2010 verhoogd naar een marktconform
tarief. Ondanks deze verhoging lijkt het niet mogelijk de werkelijke kosten te dekken.
ICT
AWBR neemt deel aan het project Breedband Onderwijs Amsterdam. De leiding van dit project
heeft in 2008 opdracht gegeven aan KPN om iedere school van AWBR te voorzien van een
glasvezelnetwerk. Via dit redundant netwerk (meerdere aansluitingen) is het mogelijk allerlei
toepassingen die bandbreedte nodig hebben zoals multimediale toepassingen beschikbaar te
maken voor het onderwijs. Ook telecommunicatie toepassingen zoals het koppelen van
telefooncentrales, ontruimingsinstallatie, inbraakbeveiliging en andere domotica toepassingen
kunnen in dit netwerk gekoppeld worden.
In 2009 is dit netwerk operationeel geworden en zijn de scholen hierop aangesloten. In 2010 is
het bovenschools ICT beleidsplan gereedgekomen. Hierin zijn op basis van ‘4 in balans’ de
uitgangspunten opgenomen om te komen tot een bovenschools ICT beleid. De visie op ICT in
het onderwijs, de kennis en vaardigheden van leerlingen en leerkrachten, de educatieve
software en content en ICT infrastructuur zijn in kaart gebracht. ‘In the cloud’ werken zal in de
toekomst steeds meer gemeengoed worden.
In 2010 is als uitvloeisel van het ICT beleidsplan besloten tot het starten van een pilotproject
binnen 6 scholen. In deze pilot wordt met een totaalconcept de ICT op deze scholen
aangepakt. Alle groepen worden voorzien van nieuwe ICT apparatuur en bekabeling. De
benodigde onderwijskundige software ‘draait geheel in the cloud’. Dit wil zeggen dat er op de
scholen geen gebruik meer wordt gemaakt van servers in het schoolgebouw, maar deze zijn
ondergebracht in een datacentrum. Hierdoor worden de beheerkosten op de school
overbodig. Het breedband netwerk maak dit mogelijk.
Door deze werkwijze kunnen leerkrachten zich meer richten op de onderwijskundige inhoud
dan op de techniek. De werkgroep zal zich in 2011 meer gaan richten op de inhoud van
onderwijskundige software.
Netwerken
AWBR acht het noodzakelijk haar netwerk in stand te houden dan wel te vergroten, ook met
betrekking tot onderwijshuisvesting. Zo heeft de adviseur huisvesting deel uitgemaakt van de
huisvestingswerkgroep van de PO-raad, de huisvestingswerkgroep van de Federatie Openbaar
Primair Onderwijs Amsterdam, de werkgroep Energieke scholen, de taakgroep huisvesting van
Jaarverslag AWBR 2010
40
het Breed Bestuurlijk Overleg, de werkgroep Realisering school in de Houthavens en Bos en
Lommer en de werkgroep Huisvestingsverordening Amsterdam.
Jaarverslag AWBR 2010
41
5. Financiën
AWBR wil een verantwoord financieel beleid voeren, waarbij middelen optimaal worden
ingezet voor het verhogen van de onderwijskwaliteit en tegelijkertijd de risico’s in de
organisatie voldoende worden afgedekt. Een transparant systeem van financiële planning en
control op centraal en schoolniveau is dan ook een van de belangrijkste uitgangspunten
voor de komende jaren. Het werken conform een jaarcyclus waarbij budgetten doelmatig
worden ingezet, adequate managementinformatie wordt verstrekt en financiële
deskundigheid van het (school)management wordt ontwikkeld zijn daarbij de speerpunten.
Voor het financiële beleid in 2010 waren de volgende doelstellingen geformuleerd:
Realisatie binnen budget door (meerjaren)begrotingsproces te verbeteren en te sturen
op financiële bewustwording (planning en controlcyclus);
Uitvoeren financiële risicoanalyse;
Uitvoering geven aan de nota financieel zelfbeheer (AO/IB):
Opstellen meerjareninvesteringsplannen op schoolniveau;
Bekostiging interne financiering stafbureau AWBR vormgeven;
Financiële afhandeling met stadsdelen en uitvoering geven aan ‘schoon door de poort’;
Realisatie binnen budget (planning en controlcyclus)
AWBR bestaat nu drie jaar. Daarmee kan gesteld worden dat er nu een goede basis ligt voor
een strakke planning en controlcyclus die de komende jaren in een meerjarenperspectief
geplaatst moet worden. In de financiële planning en controlcyclus zijn in 2010 wederom
verscheidene aanpassingen gedaan die zowel de interne sturing als de (externe)
verantwoording naar een hoger niveau moeten brengen.
Voor de interne sturing is vanzelfsprekend de begroting en de meerjarenbegroting ons
belangrijkste instrument.
Begroting (planning)
In 2010 is het gelukt de begroting van voor 2011 van onderaf op te bouwen en tijdig zowel
intern als extern te presenteren. Dit betekent dat met de scholen van AWBR de
uitgangspunten van de begroting, de schoolplannen en het bovenschools beleid zijn
doorgenomen en als zodanig zijn verwerkt in de schoolbegrotingen 2011. AWBR heeft voor
2010 een sluitende begroting. Het boekjaar 2010 wordt afgesloten met een klein positief saldo
van € 6.000 ,-. Dit ondanks de afrekening rekening-courant met voormalig stadsdeel West over
de periode 2007-2010.
Jaarverslag AWBR 2010
42
Door het tussentijdse vertrek van de algemeen directeur is gedurende de periode mei t/m
oktober 2010 een interim algemeen directeur aangesteld. De kosten van de inhuur bedroegen.
€ 45.000,-. Dit is nagenoeg gelijk aan de loonkosten van de algemeen directeur. De kosten
voor AWBR voor de inhuur van een interim adjunct algemeen directeur over geheel 2010
bedroegen € 88.000,-.
Meerjarenbegroting 2011-2015
Door VOS/ABB is vastgesteld dat AWBR een beleidsrijke meerjarenbegroting heeft. In 2010
heeft AWBR een tweede meerjarenbegroting opgesteld. AWBR gaat in deze
meerjarenbegroting uit van een groei van het aantal leerlingen met 2,9% naar 4.700 per
1 oktober 2011 (tegen 4.556 per 1 oktober 2010)4. In deze meerjarenbegroting heeft AWBR
een verdere koppeling gemaakt tussen de ambities neergelegd in het strategisch beleidsplan,
en de door het bestuur gehanteerde uitgangspunten financiën. Dit is inclusief de
aanbevelingen van de commissie DON uit 2009.
In de meerjarenbegroting is het door de huisvestingsadviseur opnieuw opgestelde
meerjarenonderhoudsplan verwerkt en zijn de afschrijvingskosten gebaseerd op de in 2010
opgestelde meerjareninvesteringsplannen. Om het achterstallig onderhoud deels weg te
werken wordt in 2011 vanuit de reserves € 500.000,- extra aan de onderhoudsvoorziening
gedoteerd. Over een periode van 4 jaar laat AWBR een teruglopend tekort zien. Het totale
tekort over de periode 2011-2015 bedraagt € 2,6 mln. Het tekort is onderbouwd op de in 2010
gehouden risicoanalyse door de VOS/ABB. De uitkomsten van deze risicoanalyse (zie blz. 44)
zijn verwerkt in de meerjarenbegroting.
Op basis van de huidige bekostigingsgegevens laten de rijksbaten conform de groei van de
geprognosticeerde leerlingaantallen de komende jaren een stijging zien. De belangrijkste
risico’s in de meerjarenbekostiging van de Rijksmiddelen is het aantal gewichtenleerlingen, en
de impulsgebiedentoeslag. Het aantal gewichtenleerlingen (op 1 oktober 2010: 1.582) is
afhankelijk van het opleidingsniveau van de ouders. De impulsgebiedentoeslag is afhankelijk
van de definitie van wat als sociaaleconomisch achterstandsgebied wordt aangeduid met de
daaraan gekoppelde postcodes. Op dit moment ontvangen al onze scholen de toeslag.
Een andere onzekere factor in de meerjarenbegroting vormen de gemeentelijke subsidies.
AWBR houdt in de begroting 2011 en in de meerjarenbegroting rekening met een aanzienlijke
terugval van deze subsidies. Omdat tegenover deze incidentele middelen soms structurele
(personele) uitgaven staan, loopt AWBR financiële risico’s als niet tijdig wordt geanticipeerd op
het stopzetten van de subsidies (zie ook risicoparagraaf). Het wegvallen van de
4 In het nieuwe bestuursformatieplan 2011-2015 wordt echter uitgegaan van een groei naar 4.600 leerlingen.
Jaarverslag AWBR 2010
43
bruidsschatvergoeding (€ 620.000,-), toegekend bij verzelfstandiging in 2007, is meegenomen
in de meerjarenbegroting. Ook is rekening gehouden met een daling van de lokale subsidies.
Risicoanalyse
In 2010 heeft AWBR in samenwerking met de andere stichtingen voor openbaar primair
onderwijs Amsterdam5 conform het jaarplan een risicoanalyse door VOS/ABB en de
aanbevelingen van de commissie Don een risicoanalyse laten uitvoeren. Hierbij zijn de
geïnventariseerde risico’s vertaald naar financiën.
Uit de analyse kwam naar voren dat AWBR een gemiddeld risicoprofiel kent. De belangrijkste
risico’s voor AWBR zijn: staat van onderhoud van de schoolgebouwen en de leeftijdsopbouw
van het personeelsbestand. Voor deze bovengemiddelde risico’s dient AWBR een financiële
buffer aan te houden. Conform voorschriften van de Commissie Don is de aanwezige reserve
van AWBR afgezet tegen de aan te houden reserve op basis van de risicoanalyse. Op basis van
de door de Commissie Don gehanteerde normen (Kapitalisatiefactor) heeft AWBR een directe
bestedingsruimte van € 2,6 mln. In de zojuist genoemde meerjarenbegroting is hierop
geanticipeerd.
Risicomanagement
Risicomanagement maakt een belangrijk onderdeel uit van de kwartaalrapportage. Conform
het coso-model en op basis van het risicomodel van VOS/ABB is een matrix ontworpen waarin
de belangrijkste risico’s door AWBR zijn benoemd die het realiseren van de doelstellingen
belemmeren. In deze matrix wordt ook gerapporteerd over de genomen of te nemen
maatregelen, om het risico te elimineren dan wel te kunnen beheersen. Om een inschatting te
kunnen maken van de omvang van het risico zijn ook kans en impact aangegeven door middel
van de categorieën hoog, midden of laag. In deze jaarrekening is ook een risicoparagraaf
opgenomen.
Kwartaalrapportages (control)
Om meer sturing te kunnen geven aan de organisatie heeft AWBR in 2010 ieder kwartaal voor
intern gebruik een rapportage opgesteld. In deze kwartaalrapportages is gerapporteerd over
de resultaten op de belangrijkste kritische succesfactoren (volgens Balanced score card
uitgangspunten) voor AWBR. Verder wordt gerapporteerd over de voortgang op het realiseren
van de doelstellingen, zoals opgenomen in het jaarplan. In de kwartaalrapportages wordt
verder een toelichting gegeven over de inkomsten en uitgaven van AWBR. Tevens wordt een
prognose afgegeven van het resultaat aan het einde van het jaar. Ten slotte is een hoofdstuk in
de kwartaalrapportage gewijd aan personele kengetallen (aantal medewerkers en de hoogte
van het ziekteverzuim). Het monitoren van de uitputting van het omvangrijke aantal lokale
5 De stichting van openbaar primair onderwijs tussen Amstel en IJ (STAIJ) is buiten de risicoanalyse gebleven.
Jaarverslag AWBR 2010
44
subsidies is door een gebrek aan capaciteit bij het stafbureau lastig en vormt daarmee een
risico bij de verantwoording.
Jaarrekening en bestuursverslag
De jaarrekening en het bestuursverslag vormen het sluitstuk van de jaarlijkse planning en
controlcyclus. AWBR heeft de jaarrekening 2009 tijdig en met een goedkeurende
accountantsverklaring opgesteld. In 2010 is naast het conform wet en regelgeving opgestelde
bestuursverslag, ook een publieksversie van het jaarverslag 2009 opgesteld. Deze
publieksversie was gekoppeld aan de tweede verantwoordingsdag die AWBR in november
2010 heeft gehouden voor de belangrijkste stakeholders (portefeuillehouder onderwijs,
raadsleden, GMR-leden, schooldirecteuren en overige partners). In 2010 heeft AWBR een prijs
van de PO-raad ontvangen voor de ‘beste dialoog met de omgeving’. Onze aanpak heeft
hierdoor landelijke aandacht en navolging gekregen.
Uitgangspunt is en blijft: AWBR is transparant en zoekt bewust de dialoog met de omgeving.
Managementletter (accountantsrapport)
Onze accountant, de GIBO-groep, heeft in opdracht van het bestuur van AWBR een
managementletter bij de jaarrekening AWBR 2009 opgesteld. Deze managementletter is met
het bestuur doorgenomen. Opmerkingen van de accountant zijn voor zover administratief
mogelijk door AWBR vertaald in concrete aanpassingen in de administratieve organisatie en de
interne beheersing.
Vergroten financiële bewustwording
In 2010 heeft AWBR gewerkt aan het vergroten van de financiële bewustwording van de
schooldirecties. Daarnaast zijn op de reguliere directieoverleggen de uitgangspunten voor de
begroting en meerjarenbegroting AWBR toegelicht. Ook de jaarrekening en de
kwartaalrapportages zijn in het directieoverleg besproken. In samenwerking met ons
administratiekantoor OSG zijn er begin 2010 cursussen gegeven voor het verbeteren van het
gebruik van de webbased financiële applicatie Infonet. In het kader van de planning en
controlcyclus heeft de controller ook in 2010 aan het eind van ieder kwartaal de scholen
bezocht en de financiële administratie doorgenomen. Ook dit vergroot de financiële
bewustwording. De schooldirecteuren raken zo meer vertrouwd met de schoolfinanciën, en
kunnen daardoor betere (meerjaren)keuzes maken. In dat kader past het opstellen van de
meerjareninvesteringsplannen van de scholen in samenwerking met de controller van het
stafbureau.
Jaarverslag AWBR 2010
45
Uitvoering geven aan nota financieel zelfbeheer (AO/IB)
Ter ondersteuning van een goed lopende planning en controlcyclus zijn de taken,
bevoegdheden en verantwoordelijkheden in een nota financieel zelfbeheer vastgelegd. Deze
nota is in2010 aangepast en in de interne werkgroep financiën vastgesteld, en daarna
besproken in het directieoverleg. In deze nota zijn afspraken met de budgethouders
(schooldirecteuren) gemaakt. De afspraken zijn in 2010 in de kwartaalgesprekken met de
controller getoetst. Eventuele mutaties in de financiële administratie zijn in overleg met de
controller afgestemd. Budgetoverschrijdingen op schoolniveau worden niet zonder
toestemming van de algemene directie toegestaan. Het gebruik van de webbased financiële
applicatie Infonet (webbased inkijkfunctie) kan echter verbeterd worden. In 2011 zal hiervoor
extra (individuele) aandacht komen.
Administratiekantoor
AWBR heeft de salaris- en personeelsadministratie en de financiële administratie uitbesteed
aan de Onderwijs Service Groep (OSG). Bij een goed lopende planning en controlcyclus en de
uitvoering van de nota financieel zelfbeheer speelt OSG een belangrijke ondersteunende rol.
Per juni 2010 heeft de vestigingsdirecteur van OSG-Amsterdam een andere functie binnen OSG
aanvaard. Per 01 maart 2011 is er een opvolger benoemd. Tot juni vond er mede op initiatief
van OSG maandelijks een voortgangsgesprek plaats tussen het management team van AWBR
en de vestigingsdirecteur van OSG-Amsterdam. Hierna is dit gestopt. In 2011 zal AWBR de
kwaliteit van de dienstverlening regelmatig met het management van OSG vestiging
Amsterdam-Noord bespreken.
Afsluiten bovenschoolse contracten
In het kader van de voordelen bij schaalvergroting na de verzelfstandiging heeft AWBR
meerdere nieuwe bovenschoolse contracten afgesloten. Het betreft hier contracten voor
beveiliging, kopiëren, energie en ICT. Uitgangspunt bij de bovenschoolse contracten is dat er
een verbetering in de prijs-kwaliteit verhouding ontstaat. Uitgangspunt is dat de uitgaven de
normvergoedingen in de bekostiging niet overschrijden. Nu de jaarrekening 2010 is opgesteld
kan worden nagegaan of deze doelstellingen en uitgangspunten juist zijn. Indien nodig en
mogelijk worden bovenschoolse contracten in nauw overleg met de schooldirecties herzien.
Vormgeven interne financiering stafbureau AWBR
Per 1 april 2011 is AWBR conform de richtlijnen van ‘Good Governance’ een organisatie met
een Raad van Toezicht en een College van Bestuur. Hiermee komt er een scheiding tussen
bestuur en intern toezicht. AWBR heeft alleen een voorzitter in het College van Bestuur
benoemd. Dit betekent dat de voormalige functie van adjunct algemeen directeur AWBR komt
te vervallen. Wel wil AWBR het office management op het stafbureau versterken. Een verdere
reductie van de formatie op het stafbureau is niet aan de orde.
Jaarverslag AWBR 2010
46
In 2012 stopt de bruidsschatvergoeding van € 620.000,- per jaar die AWBR ter dekking van de
tekorten in de Administratie, Beheer en Bestuur (ABB) van het stadsdeel West ontvangt. De
vergoeding wordt conform de Wet op het primair onderwijs geheel ingezet ter financiering van
uitgaven ABB. Concreet betekent het dat AWBR deze middelen moet inzetten voor de uitgaven
van het stafbureau. De kosten voor het stafbureau bedroegen in 2010 ongeveer
€ 1,1 mln. Dat is minder dan 4% van de totale baten. Uit een analyse van VOS/ABB is gebleken
dat AWBR hiermee voldoet aan het landelijk gemiddelde. Door middel van een afzonderlijke
accountantsverklaring wordt de besteding van de bruidsschat jaarlijks verantwoord.
Het wegvallen van de bruidsschatvergoeding dient conform afspraken in het
overdrachtsdocument intern opgevangen te worden. Zonder extra baten betekent het dat
AWBR vanaf 2012 de uitgaven moet verlagen. AWBR anticipeert in de begroting vanaf 2010 op
het wegvallen van de bruidsschat door vanaf het schooljaar 2010/2011 1% van de personele
lumpsum (€ 180.000) niet in de schoolformaties in te zetten. Daarnaast worden in de
toekomst de rentebaten (€ 160.000,-) structureel toegevoegd aan het budget van het
stafbureau. Verder zal 5% van de lokale subsidies (€ 150.000) worden toegevoegd aan het
budget van het stafbureau. Dit ter compensatie van de arbeidsintensieve werkzaamheden met
betrekking tot de lokale subsidies en verantwoordingskosten (accountantsverklaringen)
hiervan.
Bij het opstellen van het meerjarenbestuursformatieplan 2011-2015 zullen verschillende
scenario’s doorgerekend worden om het wegvallen van de bruidsschatvergoeding op te
vangen. Vanzelfsprekend worden de resultaten van de in 2010 gehouden risicoanalyse en de
meerjarenbegroting 2011-2015 hierbij betrokken.
Nieuw beleid en Kwaliteitsbeleid
AWBR heeft in samenwerking met de gemeente Amsterdam (DMO) extra budget beschikbaar
gesteld voor de kwaliteitsverbetering van drie voorheen zwakke scholen. De (financiële)
samenwerking met de gemeente Amsterdam heeft een looptijd van twee jaar. De afspraak is
dat 50% van de kosten van de kwaliteitsaanpak door de gemeente Amsterdam (DMO) wordt
gedragen. De andere 50% wordt bekostigd door AWBR. In totaal heeft AWBR in 2010 ca.
€ 300.000,- extra budget voor deze drie scholen uitgetrokken. Het geld is onder andere
besteed aan extra externe ondersteuning voor het maken, begeleiden en uitvoering geven aan
het kwaliteitsplan, en het doen van versnelde vervangingsinvesteringen en nieuwe
investeringen. Het budget voor deze kwaliteitsaanpak komt deels uit het bovenschoolse
personeels- en arbeidsmarktbeleid van AWBR, deels uit de reserves.
Treasury verslag
AWBR wil een zo hoog mogelijk rendement combineren met een laag risico. Deze afweging is
leidend in de productkeuze naar aard, looptijd en beschikbaarheid van de middelen. AWBR
Jaarverslag AWBR 2010
47
belegt geen gelden in effecten. Deze afspraken zijn door AWBR vastgelegd in het Treasury
statuut AWBR. Het uitgangspunt daarbij is het op peil houden van het eigen vermogen en de
liquiditeit van de organisatie. Het eigen vermogen dient daarbij als inkomstenbron voor de
exploitatie en als buffer bij calamiteiten. Gelet op de huidige lage rentevergoedingen voor de
midden en lange termijn zijn de liquide middelen van AWBR op een direct vorderbare
spaarrekening bij de ING bank gezet. De renteopbrengst over 2010 bedroeg € 160.000,-, dat is
ongeveer 2,2% rente. Dat is flink lager dan in 2008 (€ 270.000,-) en 2009 (€ 216.000,-) en ook
lager dan begroot. Dit wordt verklaard door de lagere rentevergoeding die in 2010 is
ontvangen, dan waarmee rekening is gehouden in de begroting. Daarnaast heeft AWBR later
(na veelvuldig verzoek) dan voorgaande jaren de gemeentelijke subsidies ontvangen. In het
kader van het project Energieke Scholen diende AWBR zelf 20% voor te financieren (€
800.000,-) en € 200.000,- zelf bij te dragen. Verder is er conform de meerjareninvesterings-
plannen in ICT, meubilair en leermethoden geïnvesteerd.
Eind 2010 bedroeg de totale liquiditeit van AWBR € 7,3 mln. Een deel van deze tegoeden staat
op een rekening-courant bij de ING en op de schoolrekeningen.
In 2010 hebben zich geen liquiditeitsproblemen voorgedaan. Hierbij wordt nog aangetekend
dat AWBR in 2010 voor ca. € 5,0 mln. in het kader van huisvestingsvoorzieningen (inclusief het
project Energieke Scholen, € 3,4 mln.) heeft aangevraagd, heeft ontvangen en ook weer heeft
uitgegeven. Zie ook hoofdstuk 4.
Jaarverslag AWBR 2010
48
Financiële Risicoparagraaf6
Wij hebben voor het bereiken van onze doelstellingen de volgende (financiële) risico’s
benoemd:
De overgedragen voorzieningen en de rijksmiddelen voor meerjarenonderhoud zijn
onvoldoende om het meerjarenonderhoudsplan (MOP) dat in 2008 in opdracht van
AWBR is opgesteld uit te voeren. In 2010 is een nieuw meerjarenonderhoudsplan
opgesteld. AWBR zoekt mede naar externe middelen om de doelstellingen uit het
strategisch beleidsplan uit te voeren.;
Ruim 10% van de inkomsten AWBR betreffen lokale incidentele subsidies. Deze
subsidies zijn niet structureel van aard. Bezuinigingen op deze subsidies leiden
mogelijk tot het niet realiseren van de doelstellingen van het stedelijk onderwijsbeleid;
Per 1 augustus 2007 is de voormalige SBO De Winkler door het stadsdeel Oud-West
overgedragen aan AWBR. Op het moment van overdracht stonden geen leerlingen
meer ingeschreven op de school, terwijl het personeel wel in dienst was gebleven. De
loonkosten (incl. opleidings- en outplacementkosten) bedroegen op het moment van
overdracht ca. €720.000,-;
Onzekerheid over de impulsgebiedentoeslag (€ 2,7 mln.) die AWBR ontvangt vanuit
de Rijksbekostiging. Deze hebben namelijk een tijdelijk karakter;
Het wegvallen van de rijksvergoeding bestuur- en management (€ 250.000) per 1
augustus 2010 en het wegvallen van de bruidsschatvergoeding (€ 620.000) per 1
januari 2012. Dit zorgt ervoor dat de uitgangspunten voor de financiering van het
stafbureau ingrijpend wijzigen. Op termijn zal AWBR hierop anticiperen door het
huidige herverdelingsmodel voor toekomstige begrotingen aan te passen.
6 In 2010 heeft AWBR met behulp van het model van VOS/ABB en conform de aanbevelingen en
uitgangspunten van de commissie Don een uitgebreide risicoanalyse uitgevoerd. Hierdoor heeft AWBR
meer inzicht in de aan te houden reserves voor de komende jaren gekregen.
Jaarverslag AWBR 2010
49
Bijlage: Resultaten tevredenheidsonderzoeken.
Het afnemen van tevredenheidsonderzoeken is geen doel op zich. De opbrengsten hiervan zijn voor ons een
startpunt op basis waarvan wij ons kunnen verantwoorden ten opzichte van onze stakeholders. Waarom zijn welke
keuzes gemaakt en tot welke resultaten heeft dit geleid? Maar ook om ontwikkeling in gang te zetten met het oog
op de komende schoolbestuurlijke beleidsperiode van 2012-2016.
Intern dienen de resultaten als input voor een gesprek over de ambities van AWBR. Extern worden de resultaten
gebruikt om de dialoog aan te gaan met belanghebbenden over de ambities, de maatschappelijke opdracht, de rol
van de stichting en de scholen in de stedelijke omgeving en het afleggen van verantwoording.
De AWBR scholen kregen de volgende rapportcijfers van de respondenten:
Uit de tevredenheidsonderzoeken kunnen de volgende algemene conclusies worden getrokken.
Hierbij wordt tevens de koppeling gemaakt met het huidige strategisch beleid van AWBR.
Algemeen beeld
AWBR streeft naar onderwijs van hoge kwaliteit. In dit licht zijn de gemiddelde itemscores die respondenten van de
AWBR scholen aan de scholen geven die allemaal iets lager liggen dan landelijk gemiddeld een aandachtspunt (-
0,17). Aandachtspunt hierbij is dat De Meidoorn, De Waterkant, Rosa Boekdrukker en de Brede School
Spaarndammerhout in het onderzoek veelal iets lager scoren, wat tot de benedengemiddelde score op
stichtingsniveau leidt. Ook is er een aantal scholen dat opvallend hoog scoort en juist in positieve zin opvalt, zoals
de Corantijn en bijvoorbeeld de Bos en Lommer. De vraag of de scholen kwaliteit leveren is een vraag die AWBR zelf
moet beantwoorden. Vinden wij dat uit dit onderzoek naar voren komt dat er voldoende kwaliteit wordt geleverd?
Onderwijs en leren
Op het gebied van onderwijs en leren valt op stichtingsniveau op dat de directieleden van AWBR structureel lagere
scores geven dan de medewerkers van de scholen doen. Het is interessant om na te gaan waar deze verschillen in
perceptie door veroorzaakt kunnen worden. Dit geldt bijvoorbeeld voor de vraag of leerlingen in de klas goed
kunnen werken, maar ook voor de mate waarin leerlingen door leerkrachten gestimuleerd worden hun werkwijze te
verbeteren. Ook zijn directieleden verhoudingsgewijs minder positief over de mate of leerkrachten bij leerlingen
controleren of zij de lesstof goed hebben begrepen. Een andere opvallend lage score van directieleden in
vergelijking met de scores van medewerkers is af te lezen uit de vraag of leerkrachten realistische verwachtingen
hebben van leerlingen. Leerkrachten scoren vrijwel de maximale score op dit onderwerp. Waar kunnen deze
uiteenlopende scores door verklaard worden?
Ten aanzien van het leren geeft een groot aantal leerlingen lagere scores voor de mate waarin de scholen aandacht
besteden aan maatschappelijke thema’s. Ook ouders geven in het onderzoek uit 2009 een lage score op dit
7 4-puntsschaal
Doelgroep Intern gemiddeld rapportcijfer
Extern gemiddeld rapportcijfer
Verschil intern en extern
Directie 7,6 7,7 -0,1
Medewerkers 7,5 7,6 -0,1
Ouders 7,4 7,5 -0,1
Leerlingen 8,4 8,0 0,4
Jaarverslag AWBR 2010
50
onderwerp. Aangezien AWBR in haar visie duidelijk aangeeft dat zij streeft naar onderwijs dat rekening houdt met
de maatschappelijke omgeving is het opvallend dat dit thema lager dan landelijk gemiddeld scoort in het onderzoek.
Hoe geven scholen invulling aan dit thema? Het is interessant om na te gaan hoe scholen invulling geven aan dit
thema en hier kennis over uitwisselen, om de lager scorende scholen te laten leren van de hoger scorende scholen.
Wellicht zullen we hier op stichtingsniveau afspraken over maken.
De leer- en hulpmiddelen die de scholen inzetten in het onderwijsleerproces scoren op stichtingsniveau iets boven
het landelijk gemiddelde. Voor de ICT voorzieningen komt een ander beeld naar voren. Op stichtingsniveau wordt
opvallend laag gescoord. Er is een aantal scholen dat sterk in negatieve zin uit het onderzoek komt, maar in
algemene zin zijn over de gehele linie lage scores af te lezen. Niet alleen voor de mate waarin de scholen over
voldoende computers beschikken, maar ook ten aanzien van de samenhang tussen de ICT-voorzieningen en het
lesaanbod en de mate waarin de school erin slaagt een uitdagende leeromgeving te creëren door het gebruik van
ICT. AWBR zal kijken bij welke scholen deze lage scores zich voordoen, om vervolgens te kijken in hoeverre het
mogelijk, noodzakelijk dan wel wenselijk is om hier gerichte verbeteringen en investeringen in door te voeren. Ook
vanuit het oogpunt dat ICT een steeds belangrijkere positie inneemt in de maatschappij.
Cultuur
De sfeer op de scholen is vanuit de visie van AWBR op onderwijs van groot belang. Dit komt duidelijk naar voren in
het huidige onderzoek en wordt vooral bevestigd in de score van leerlingen. Leerlingen van de AWBR scholen zijn
een half punt positiever op de vraag of zij graag naar school gaan. Leerlingen hebben het naar hun zin in de groep,
de sfeer tussen leerlingen en leerkrachten is prettig en ook de sfeer tussen de leerlingen onderling is prettig, zo
komt duidelijk uit het onderzoek naar voren. Misschien is dit enthousiasme van de leerlingen over hun school ook
de oorzaak van het hoge rapportcijfer dat leerlingen geven.
Hieruit is af te leiden hoe belangrijk het is dat leerlingen graag naar school gaan. Het is de moeite waard om nader
uit te zoeken waarom leerlingen zo graag naar school gaan zodat wij aandacht aan kunnen besteden om dit te
behouden.
In algemene zin kan gezegd worden dat het pedagogisch klimaat op de AWBR scholen gemiddeld gezien positief
wordt beoordeeld. De sociale omgang, de opvoedkundige aanpak en de veiligheid scoren allemaal gemiddeld tot
bovengemiddeld onder de verschillende betrokkenen. Gezien de duidelijke doelstellingen die AWBR heeft op dit
gebied is dit een mooie constatering en een compliment voor onze stichting en de scholen. Het toezicht op het
schoolplein voor en na schooltijd is hierbij een belangrijk aandachtspunt. Wettelijk gezien zijn scholen verplicht 15
minuten voor en na schooltijd toezicht te houden om de school. De scholen van AWBR scoren hier aanzienlijk lager
op dan landelijk gemiddeld.
Op het gebied van inspraak en medezeggenschap van leerlingen scoren leerlingen lager op het onderwerp ‘De
school luistert naar leerlingen wanneer zij ergens ontevreden over zijn’. Directieleden van de scholen herkennen dit
beeld niet. De vraag die bij deze scores opkomt is: 'Hoe gaat men met deze inspraak van leerlingen om?' De
mogelijkheden tot inspraak van ouders leiden wel tot gemiddelde scores onder ouders. AWBR zal in de komende
beleidsperiode ambities formuleren op dit gebied. Bijvoorbeeld het instellen van een leerlingenraad.
Leiderschap en management
Over het algemeen is er op stichtingsniveau een positieve waardering van de directies af te lezen. Op het niveau van
de afzonderlijke scholen zijn er echter grote verschillen af te lezen in de beoordeling die directies ontvangen.
Minder positieve beoordelingen die zowel voortkomen vanuit externe groepen, maar misschien nog wel
belangrijker van interne groepen (de medewerkers van de school). Het lijkt wenselijk dat AWBR op stichtingsniveau
oog heeft voor deze lager scorende scholen. Dit omdat tevredenheid over het leiderschap één van de voorspellers is
Jaarverslag AWBR 2010
51
voor het ‘zwakker’ worden van scholen. Het thema 'daadkrachtige schoolleiding' staat centraal in het strategisch
beleid van AWBR. De vraag kan gesteld worden of AWBR dit onderdeel ook onderdeel vindt uitmaken van
daadkrachtig leiderschap. AWBR beantwoord deze vraag met ja en vindt dat er reden zijn voor het maken van
nieuwe afspraken met de directies van de betreffende scholen.
Huisvesting en organisatie
Op het gebied van de huisvesting scoren de AWBR scholen over het algemeen gemiddeld tot bovengemiddeld. Het
gebouw wordt als aantrekkelijk beschouwd voor leerlingen. Opvallend laag scoort de hygiëne van het sanitair.
Directieleden, medewerkers, leerlingen en ook ouders in het eerdere onderzoek scoren dit thema allemaal
aanzienlijk lager dan de landelijke benchmark. Hoe kan het dat de scholen van AWBR hier relatief laag scoren?
Wellicht is de gemeente grotendeels verantwoordelijk voor deze zaken? Het is relevant om richting de verschillende
doelgroepen te communiceren waar de verantwoordelijkheid voor de huisvesting ligt.
Directieleden en medewerkers geven beiden lager dan gemiddelde scores voor de schooltijden van de scholen.
Deze lagere beoordeling komt vooral voort vanuit de medewerkers van De Brede School Spaarndammerhout.
Binnen de overige scholen binnen de stichting lijken de lestijden geen ‘issue’ te zijn. AWBR gaat na wat er binnen
deze specifieke school speelt.
Het stafbureau van AWBR ontvangt een behoorlijke waardering vanuit de directies. Dit resulteert in een gemiddeld
rapportcijfer van 7,7. De laagste beoordeling van het stafbureau wordt gegeven op het onderwerp ‘Het stafbureau
levert een bijdrage aan de kwaliteit van het onderwijs op onze school’. De andere onderwerpen scoren allemaal
hoger. Een uitdaging voor het stafbureau kan zijn om hun kwaliteit en kennis nog sterker te vertalen richting het
onderwijsleerproces en de opbrengsten.
Personeel
Het werkklimaat binnen de scholen van AWBR wordt door medewerkers en directieleden met gemiddelde scores
beoordeeld. Betrokkenen uit de scholen geven binnen de rubriek ‘Werkklimaat’ de laagste beoordeling voor de
mate waarin medewerkers binnen de school elkaar aanspreken op de wijze waarop uitvoering wordt gegeven aan
het werk. Dit is een belangrijk onderdeel van een professionele cultuur in een organisatie. Hoe omschrijven de
directies en medewerkers de professionaliteit van hun schoolcultuur? En hoe spreken collega's in de AWBR scholen
elkaar aan?
Ook ten aanzien van de mogelijkheden tot overleg en medezeggenschap scoren medewerkers van de AWBR-
scholen opvallend lager. Zij kenschetsen de vergaderingen als benedengemiddeld effectief en ook de effectiviteit in
besluitvorming scoort lager. Evenals de mate waarin binnen de overlegstructuur voldoende mogelijkheid is tot
inspraak van medewerkers. Vooral de medewerkers van OBS De Meidoorn, OBS Rosa Boekdrukker en Brede School
De Brede School Spaarndammerhout scoren lager op dit thema, hoewel ook de scores van medewerkers van de
overige scholen niet bijzonder hoog zijn. Directieleden van de scholen herkennen dit beeld niet zo sterk. Het is
opvallend dat ook dit onderdeel wat beschouwd kan worden als kenmerkend voor een professionele organisatie
lager scoort. Zijn er wellicht raakvlakken met het vorige punt (het aanspreken op de uitvoering van de
werkzaamheden binnen de school)? Hoe kan het verschil in perceptie tussen medewerkers en directieleden
verklaard worden?
Verder lijkt de personeelscyclus goed op orde. Functioneringsgesprekken worden met regelmaat gevoerd, zo blijkt
uit de scores en ook de mogelijkheden tot (na)scholing zijn aanwezig. Ook de taakverdeling binnen de scholen leidt
tot positieve scores onder medewerkers en directie. Het inwerktraject voor nieuwe medewerkers wordt door
medewerkers met lagere scores gewaardeerd, vooral door medewerkers zelf.
Het ARBO-beleid leidt in het onderzoek tot lagere scores, zowel onder directies als medewerkers. Zo scoren de
fysieke werkomstandigheden lager en ook het ziekteverzuimbeleid wordt door medewerkers van de scholen
beduidend lager gescoord dan het landelijk gemiddelde. Daarnaast en wellicht hiermee samenhangend scoort de
opvang bij ziekte van medewerkers een benedengemiddelde waardering in het onderzoek.