6
Begrippen beeldend vormen A-symmetrische compositie: De compositie is niet spiegelbeeldig. Aandachtspunt: Het onderdeel in de compositie dat het meest opvalt. Aanzicht: De kant van een voorwerp of ruimte waar je tegenaan kijkt. Abstract: Zonder herkenbare voorstelling (non-figuratief). Affiche: Aanplakbiljet of poster, gebruikt voor reclame. Afgietsel: Kopie van een origineel beeld of een ander voorwerp. Er wordt een negatieve druk gemaakt door middel van klei, gips, enz. enz. Daarna wordt deze negatieve druk gevuld waardoor een exacte kopie wordt verkregen. Afsnijding: Een deel van de voorstelling valt buiten het kader. Ambachtelijk: Met de hand gemaakt. Anatomie: Lichaamsbouw van een mens of dier. Animatie: Reeks tekeningen of ruimtelijke vormen die op film of video achter elkaar worden opgenomen en bij het afdraaien lijken te bewegen. Architectuur: Alles wat gebouwd is: bouwkunst Assemblage: Driedimensionaal kunstwerk dat opgebouwd is uit verschillende voorwerpen die eigenlijk niks met elkaar te maken hebben. Assembleren: Voorwerpen die eigenlijk niets met elkaar te maken hebben zó samenvoegen dat het een nieuw geheel wordt. Atelier: Werkplaats van een kunstenaar. Attribuut: Symbool dat aan een persoon of dier wordt toegevoegd om zijn/haar herkenbaarheid te verbeteren. Beeldhouwen: Een vorm in model brengen door materiaal weg te halen. Beeldtaal: De vormen of kleuren die een kunstenaar vaak gebruikt, zodat je hem er duidelijk aan kunt herkennen. Blikrichting: Richting waar de persoon naar kijkt. Boetseren: Techniek waarbij een zacht materiaal in model gebracht wordt. Buste: Persoon vanaf de borst afgebeeld; borstbeeld. Clair-obscur: Slechts een deel van de voorstelling is verlicht en er is sprake van een groot licht-donker contrast. Classicistisch: Naar voorbeeld van de oude Romeinen en Grieken. Collage: Tweedimensionaal kunstwerk gemaakt van losse stukjes materiaal.

Begrippen For Something

Embed Size (px)

DESCRIPTION

LAlalalalalalalalalalalalalalalalalalalalalalalalalalalalalalalalalalalalalalalalalalalalalalalalalalalalalaalalalaladjfkhe hqewal ird hwadlfuhweiufheiaurhd

Citation preview

Page 1: Begrippen For Something

Begrippen beeldend vormen

A-symmetrische compositie: De compositie is niet spiegelbeeldig.Aandachtspunt: Het onderdeel in de compositie dat het meest opvalt.Aanzicht: De kant van een voorwerp of ruimte waar je tegenaan kijkt.Abstract: Zonder herkenbare voorstelling (non-figuratief).Affiche: Aanplakbiljet of poster, gebruikt voor reclame.Afgietsel: Kopie van een origineel beeld of een ander voorwerp. Er wordt een negatieve druk gemaakt door middel van klei, gips, enz. enz. Daarna wordt deze negatieve druk gevuld waardoor een exacte kopie wordt verkregen. Afsnijding: Een deel van de voorstelling valt buiten het kader. Ambachtelijk: Met de hand gemaakt.Anatomie: Lichaamsbouw van een mens of dier.Animatie: Reeks tekeningen of ruimtelijke vormen die op film of video achter elkaar worden opgenomen en bij het afdraaien lijken te bewegen.Architectuur: Alles wat gebouwd is: bouwkunstAssemblage: Driedimensionaal kunstwerk dat opgebouwd is uit verschillende voorwerpen die eigenlijk niks met elkaar te maken hebben.Assembleren: Voorwerpen die eigenlijk niets met elkaar te maken hebben zó samenvoegen dat het een nieuw geheel wordt.Atelier: Werkplaats van een kunstenaar.Attribuut: Symbool dat aan een persoon of dier wordt toegevoegd om zijn/haar herkenbaarheid te verbeteren.Beeldhouwen: Een vorm in model brengen door materiaal weg te halen.Beeldtaal: De vormen of kleuren die een kunstenaar vaak gebruikt, zodat je hem er duidelijk aan kunt herkennen.Blikrichting: Richting waar de persoon naar kijkt.Boetseren: Techniek waarbij een zacht materiaal in model gebracht wordt.Buste: Persoon vanaf de borst afgebeeld; borstbeeld.Clair-obscur: Slechts een deel van de voorstelling is verlicht en er is sprake van een groot licht-donker contrast. Classicistisch: Naar voorbeeld van de oude Romeinen en Grieken. Collage: Tweedimensionaal kunstwerk gemaakt van losse stukjes materiaal.Complementaire kleuren: Kleuren die tegenover elkaar liggen in de kleurencirkel liggen. Deze versterken elkaar. (Rood – Groen, Geel – Paars, Oranje – Blauw)Compositie: Ordening, samenstelling van onderdelen in een groter geheel.Compositieschets: Schets waarin de belangrijkste lijnen en richtingen van een kunstwerk te zien zijn.Compositievormen: Diversen soorten composities, bijv. horizontaal, verticaal, diagonaal, enz.Construeren: Losse onderdelen samenvoegen tot één stevig geheel; de afzonderlijke onderdelen blijven zichtbaar.Contour: OmtreklijnCoulissenwerking: Ruimtewerking door achter elkaar geplaatste voorwerpen die half voor elkaar staan.Decoratie/decoratief: Versiering/versierend.

Page 2: Begrippen For Something

Design: Industriële producten die er opvallend uitzien; er zijn hoge eisen gesteld aan de vormgeving en techniek.Digitaliseren: “Oude” (analoge) informatie omzetten naar gegevens die door computers verwerkt en bewerkt worden.Draaiboek: Stuk tekst waarin tot in detail beschreven staat wat er gebeuren moet, welke middelen daarvoor nodig zijn en wie welke taken heeft.Dynamisch: Beweeglijk, of de indruk gevend dat er beweging is (tegenovergestelde van statisch).Eigen schaduw: Schaduw die aanwezig is op een persoon of voorwerp zelf.En face: Gezicht recht van voren gezien.En profil: Gezicht van opzij gezien.Esthetisch: Wat mooi wordt gevonden door een grote groep mensen.Ets: Afbeelding afgedrukt op een metalen plaat, waarbij de voorstelling eerst in een op de plaat aangebrachte waslaag is gekrast en vervolgens door middel van een zuur in de plaat gebeten.Exterieur: Buitenkant van een object (of gebouw).Figuratief: Met een herkenbare voorstelling.Fotomontage: Techniek waarbij (delen van) bepaalde foto’s worden samengevoegd tot een nieuw geheel.Fotoserie: Het bewust combineren van verschillende foto’s die verband met elkaar houden, bijv. door de betekenis of de ordening.Geabstraheerd: Een herkenbaar beeld dat zo vervormd is dat alleen het belangrijkste overblijft.Geënsceneerd: Vooraf bedacht en in de studio in scène gezet of ingericht.Genre: De verschillende categorieën in de schilderkunst, bijv. landschap, portret, stilleven.Geometrisch: Wiskundig.Gesloten vorm: Vorm zonder openingen.Gestileerd: Vereenvoudigd tot een karakteristieke vorm.Gestroomlijnd: Vorm met zo min mogelijk luchtweerstand, meestal d.m.v. een glad oppervlak en vloeiende lijnen.Gieten: Techniek waarbij een vloeibaar materiaal in een mal gedaan wordt. Na het uitharden ontstaat er een vaste vorm.Grafiek/Grafische technieken: Verzamelnaam voor kunstwerken die door middel van druk kunnen worden vermenigvuldigd. (Bijv. Ets, houtsnede, zeefdruk, lithografie)Gravure: Diepdruk door middel van uitgesneden lijnen in een metalen plaat. Harmonie: Alle onderdelen zijn in evenwicht met elkaar. Wordt als rustig ervaren.Hommage: Eerbetoon, kunstwerk dat is gemaakt om iemand te eren. Idealiseren: Het ontwerp mooier maken dan het in werkelijkheid is. Industriële vormgeving: Vormgeving van driedimensionale gebruiksvoorwerpen die met een machine in grote hoeveelheden worden gemaakt.Installatie (kunstwerk): Ruimtelijk kunstwerk dat is samengesteld uit verschillende onderdelen, die verspreid door een ruimte toch een onderlinge samenhang vertonen.Interieur: Binnenkant van een object.Karikatuur: Een portret waarbij de ogen, neus of andere delen van het lichaam zijn overdreven, meestal om te lachen of te spotten.Keramiek: (Voorwerpen van) Gebakken klei.Kinetisch object: Object waarbij beweging een belangrijke rol speelt.

Page 3: Begrippen For Something

Klassiek: Traditioneel van vormgeving, zoals het vroeger was of gebaseerd op de Oudheid (Grieken en Romeinen)Kleur: Alle tinten behalve zwart en wit. Kleurencirkel: Overzicht van kleuren opgesteld door Johannes Itten.Kleurcontrast: Tegengestelde kleuren, zoals complementair, maar ook koele en warme kleuren.Kleurfamilie: Kleuren die aan elkaar verwant zijn, bijvoorbeeld blauwtinten.Kleurperspectief: Dieptewerking door kleurgebruik.Kleurtoon: Mate van helderheid van een kleur. Kunstlicht: Licht dat afkomstig is uit een kunstmatige lichtbron.Kunststroming: Groep kunstwerken die overeenkomsten in de stijl vertonen.Licht: Dat wat de dingen zichtbaar maakt.Lichtrichting: De kant waar het licht in een kunstwerk vandaan komt. Dit wordt bepaald door de plaats van de lichtbron.Lijn: Streep die gebruikt wordt om vormen mee te maken.Lijnperspectief: Wiskundig perspectief met vluchtlijnen, vluchtpunten en horizon.Maquette: Ruimtelijk model op schaal van een gebouw, omgeving of kunstwerk.Materiaalproef: Onderzoek naar het te gebruiken materiaal voor een kunstwerk.Meelicht: Het licht gaat met de kijkrichting van de kunstenaar mee. Het onderwerp is goed verlicht en er zijn weinig schaduwpartijen.Miniatuur: Illustratie in handschriften. Ook wel gebruikt als term voor een klein schilderij.Mixed-Media: Samenvoegen van verschillende technieken binnen één kunstwerk, bijv. schilderen en tekenen.Mobile: Vrij hangend (soms bewegend) kunstwerk. Vaak opgebouwd uit horizontale staafjes die met draadjes aan elkaar en aan het plafond hangen.Modelleren: Vormgeven van een zacht materiaal zoals klei en textiel; hierbij wordt materiaal weggehaald of toegevoegd.Monteren (film): Filmtechniek waarbij alle beelden in de juiste volgorde achter elkaar worden gezet.Monument: Kunstwerk ter herinnering aan een bepaalde persoon of gebeurtenis.Mythologisch: Gebaseerd op een verhaal uit de oudheid (van de Grieken of Romeinen).Naar de aanschouwing/waarneming: Een kunstwerk dat is gebaseerd op de werkelijkheid.Naar de fantasie: Een kunstwerk dat ontstaan is uit de verbeelding (fantasie) van de maker.Natuurlijk licht: Licht dat afkomstig is uit de natuur.Non-figuratief: Zonder herkenbare voorstelling (abstract).Open vorm: Vorm met openingen.Organisch: Afgeleid van de natuur. Overlapping: Dieptewerking waarbij vormen elkaar deels bedekken. Plasticiteit: Zichtbare of voelbare ronding.Primaire kleuren: Kleuren die niet door menging te krijgen zijn. (Rood, blauw & geel)\Restvorm: Vorm die door de hoofdvorm uitgespaard word.Ritme: Regelmatige herhaling van vormen, kleuren of geluiden.Ruimte: Plek, plaats, kamer of diepte.Ruimte omvattend: Een voorwerp dat (in het echt) ruimte inneemt en dus 3-dimensionaal is. Ruimtesuggestie: Diepteverwerking in een tekening of schilderij. Secundaire kleuren: Kleuren die je krijgt als je twee primaire kleuren met elkaar mengt. (Oranje, paars & groen)

Page 4: Begrippen For Something

Silhouet: Afbeelding van iets waarbij de omtreklijn met een donkere kleur is ingevuld. Slagschaduw: Schaduw die een persoon of voorwerp achterlaat op de grond of op een ander voorwerp.Stofuitdrukking: Imitatie van een bepaald materiaal in een schilderij of tekening. Strijklicht: Het licht valt langs het oppervlakte van de voorwerpen in het kunstwerk. Bobbels en oneffenheden worden hierdoor extra duidelijk.Structuur: De manier waarop iets is opgebouwd. Symmetrische compositie: De compositie is spiegelbeeldig.Tegenlicht: Licht dat recht in de ogen van de kunstenaar schijnt. Het onderwerp zie je als silhouet tegen het licht afsteken.Tertiaire kleuren: Kleuren die ontstaan door drie primaire kleuren of twee secundaire kleuren met elkaar te mengen. (bruintinten)Textuur: Voelbaar oppervlak van een materiaal.Verdwijnpunt: Punt op de horizon waar alle (denkbeeldige) lijnen bij lijnperspectief naar toe lopen. Verkleining: Grote dingen op de voorgrond en kleine dingen op de achtergrond plaatsen om ruimte te suggereren. Verkorting: Een naar voren stekende vorm die verkort wordt getekend.Vervaging: Vorm van ruimtesuggestie waarbij de achtergrond met minder details en minder scherp weergegeven wordt dan de voorgrond. Vlak: Plat, 2D.Vogelvlucht perspectief: Perspectief waarbij je vanaf een hoog standpunt naar beneden kijkt. Er is sprake van een hoge horizon.Volume: Ruimtelijk, 3D.Vorm: Uiterlijk van een voorwerp, mens of dier.Vormcontrast: Twee verschillende soorten vormen worden naast elkaar gebruikt in een kunstwerk.Zijlicht: Licht dat links of rechts van opzij komt.