Upload
leminh
View
216
Download
0
Embed Size (px)
Citation preview
qwertyuiopasdfghjklzxcvbnmqwertyu
iopasdfghjklzxcvbnmqwertyuiopasdf
ghjklzxcvbnmqwertyuiopasdfghjklzxc
vbnmqwertyuiopasdfghjklzxcvbnmq
wertyuiopasdfghjklzxcvbnmqwertyui
opasdfghjklzxcvbnmqwertyuiopasdfg
hjklzxcvbnmqwertyuiopasdfghjklzxcv
bnmqwertyuiopasdfghjklzxcvbnmqw
ertyuiopasdfghjklzxcvbnmqwertyuio
pasdfghjklzxcvbnmqwertyuiopasdfgh
jklzxcvbnmqwertyuiopasdfghjklzxcvb
nmqwertyuiopasdfghjklzxcvbnmqwer
tyuiopasdfghjklzxcvbnmqwertyuiopa
sdfghjklzxcvbnmqwertyuiopasdfghjkl
zxcvbnmrtyuiopasdfghjklzxcvbnmqw
ertyuiopasdfghjklzxcvbnmqwertyuio
pasdfghjklzxcvbnmqwertyuiopasdfgh
Creatieve werkvormen binnen de
aardrijkskundelessen
Didactiek aardrijkskunde
2015-2016
H. C. Vrenken, aardrijkskunde-geschiedenis
1
Werkvorm 1: mysterie Deze opdracht was mijn gekozen alternatief voor een gelijkaardige motivatiefase uit de
cursus. Bij de originele opdracht werd verwacht dat de leerlingen vier krantenartikelen
over de uitbarsting van de Eyjafjallajökull vulkaan uit 2012, zelfstandig of in duo’s lazen.
Vervolgens zouden zij in hun curus de volgende vraag moeten beantwoorden:
“Waarom was de uitbarsting van een vulkaan op IJsland zo’n groot probleem voor
België?”
Aan de hand van onder andere die artikelen construeerde ik een tekst mysterie, waarbij
het verhaal van een leerling, die niet kon terug keren van zijn vakantie op de Canarische
eilanden, centraal stond. Zodat de leerlingen een hechtere connectie voelden met het
scenario.
Daarnaast koos ik er bewust voor om niet te veel “losse draden” in het verhaal te steken
en het aantal kaartjes tot een maximum van zestien te brengen. Deze les werd namelijk
in het immersie onderwijs gegeven. Waar het voor sommigen van de Franstalige
leerlingen het taalgebruik al een groot struikelblok kan vormen.
Reflectie Het was een interessante opdracht om te zien en te luisteren. Al was het maar om te
ontdekken hoe de groepen aan de vraagstelling begonnen. Het ene groepje begon met
classificeren van de kaartjes, door degene bij elkaar te leggen die over dezelfde
personage of element gingen. Anderen begonnen kleine tijdbalken te maken. Ik vond het
dan ook leuk, om soms mee te kijken en vragen erbij te stellen, hoe ze bijvoorbeeld tot
een bepaalde keuze waren gekomen of er een strategie achter hun werkmethode zat,
enzovoort.
Hoewel ik verwacht had dat het een uitdagende activiteit zou zijn, was de taal zoals
verwacht een struikelblok. Zo bleken onder andere de samengestelde woorden, zoals
luchtvaartmaatschappijen en schapenboer moeilijker voor hen om te begrijpen. Maar
binnen de groepjes was het voor hen mogelijk om samen te werken met elkaar en zo
konden de taalsterke leerlingen de taalzwakkere onder hen helpen. Desondanks moest ik
wel soms ingrijpen, omdat het gemakkelijk voor hen was om terug te vallen op het Frans
wanneer zij de inhoud en positie van de kaartjes met elkaar bespraken.
Ook de vakmentor was zeer positief over de opdracht. Het doel van de krantenartikelen
bleek het beoefenen van begrijpend lezen. Nu deden ze dat ook maar moesten ook
andere cognitieve functies daarnaast uitoefenen. Zonder dat dit ten kosten ging van
meer tijd dan er voorzien zou zijn.
2
UC Leuven-Limburg Lerarenopleiding
Vestiging Heverlee Hertogstraat 178, 3001 Heverlee
Tel. +32 16 37 56 00
LESONTWERP ALGEMENE VAKKEN / VOEDING-VERZORGING
Naam: Henricus Cornelius Vrenken
Vakkencombinatie: Aardrijkskunde - Geschiedenis
Stagebegeleider DLO: H. Verstappen
School: College du Christ-Roi
Onderwijsvorm: 1ste graad
Richting: Immersie
Klas: 3L
Lokaal: 409
Aantal leerlingen: 21
Les gegeven door: H. C. Vrenken
Vak: Aardrijkskunde
Onderwerp: Vulkanisme
Vakmentor: O. Dubois.
Datum/Data: 4/3/2016
Lesuur/-uren: 1e + 2e lesuur
BEGINSITUATIE
Situering in de lessenreeks De lln. zijn bezig met een lessenreeks rond IJsland. Voorgaande les hebben zij het hoofdstuk rond klimaatzones en vegetatiezones afgemaakt. De les gaat door met de stof rond vulkanisme. Specifiek de platentektoniek.
Relevante voorkennis (en/of kennis die nog niet aanwezig is)
Belevings- en ervaringswereld & Actualiteit Sommige leerlingen zullen een (uitgedoofde) vulkaan hebben gezien op vakantie, of zijn daarbij in een vulkaankrater gaan staan. Sommige lln. kunnen een interesse hebben in geologie doordat zij
bijvoorbeeld stenen verzamelen.
Leerniveau van de klasgroep, klassfeer, … Volgens de vakleerkracht zijn de leerlingen instaat tot het voldoende spreken en begrijpen van Nederlands. Dit neemt echter niet weg dat zij wellicht moeite kunnen hebben met sommige moeilijke woorden. De mogelijkheid is er binnen de klas om een woordenboek te gebruiken
wanneer bijvoorbeeld een leestekst wordt gelezen, om de taalkunde te verhogen. Het is eveneens van belang dat zinnen zowel gesproken als geschreven, in zo correct mogelijk Nederlands wordt gedaan. Hierdoor is het dus van belang om een leerling indirect en positief te corrigeren wanneer hij of zij een fout maakt.
De voorgaande les praatte ik nog te vlug, hierdoor ontstond verwarring bij de leerlingen waardoor sommige het opgaven om mee te volgen. Ook is het van belang om de leerlingen niet zomaar
teksten te laten lezen of conclusie zelfstandig te construeren. Beter is het om dat samen met de leerlingen te doen.
DIDACTISCHE VERANTWOORDING Welke (vak)didactische principes en werkvormen komen in je les
aan bod? Waarom kies je voor deze aanpak? In de instapfase zal er een toets worden afgenomen over het onderwerp van vorige week. Vervolgens zal de agenda worden ingevuld en de stof die als huiswerk wordt opgegeven zal dienen
als motivatiefase voor deze les. In de eerste lesfase wordt er afwisselend gedoceerd en gewerkt via OLG. De stof behandelt de theorie van de platentektoniek. De leerlingen leidden aan de hand van een wereldkaart af, dat de kust van Brazilië ooit vast zat aan de kust van West-Afrika. Vervolgens wordt dit in lijn met de rest van de theorie gebracht. Echter om verduidelijking te verkrijgen worden ook gegevens over de
3
continentale korst en de oceanische korst gegeven zoals het materiaal van de korst. Zodat
leerlingen beter snappen waarom de ene plaat onder de andere duikt. Ook wordt kort eerder geziene stof van de opbouw van de aarde nogmaals herhaalt. Dit duurt ongeveer twintig minuten. In de tweede lesfase wordt een voor een iedere vorm van plaattektoniek behandelt. Van divergente, naar convergente en ten slotte transforme platen en breuken. Hierbij wordt gebruik gemaakt van de schetsen en afbeelding op zowel de PowerPoint als in het werkboek waar de
leerlingen de juiste benamingen van de verschillende onderdelen moeten invullen. In de laatste lesfase vullen de leerlingen een vertaling van de leerstof in voor IJsland, de regio die zij bestuderen. Twintig minuten voor tijd neemt de vakleerkracht het over, om een synthese van het hele hoofdstuk met de leerlingen in te vullen.
EINDTERMEN & LEERPLANDOELEN
Situering in de eindtermen: (Vakoverschrijdend en/of vakgebonden)
3 aan de hand van voorbeelden horizontale en verticale ruimtelijke relaties herkennen.
4 de eigenheid van regio's beschrijven aan de hand van natuurlijke en menselijke
kenmerken.
5 op een eenvoudige manier enkele fysisch-aardrijkskundige kenmerken van een
bestudeerde regio verklaren. (in dit geval vulkanisme en plaattektoniek)
ALGEMEEN LESDOEL De leerlingen kunnen aan de hand van tekeningen en afbeeldingen de vijf verschillende plaatbewegingen in de plaattektoniek beschrijven en de elementen ervan neerschrijven op een
schets.
SCHOOLAGENDA (Van de leerlingen. Verwijs naar het werkblad en/of de pagina’s in het werk- en/of handboek.)
Agenda: vulkanisme
BRONNEN (Noteer alle gebruikte bronnen, volgens BIN.)
COPPENHOLLE, J., e.a. (2010), Geogenie 1: Handboek, De Boeck, Antwerpen. NEYT, R., e.a. (2015), Geogenie 3: handboek, De Boeck, Berchem.
DECKER, R. (2001), Vulkanen, uitgeverij Veen Magazine, Amsterdam.
LEERMIDDELEN & MEDIA PPT WB – Hf. IJsland.
4
Leerdoelen
KRACHTIGE LEEROMGEVING
Lesfasen
& timing Onderwijs- en leeractiviteiten Media Leerinhoud
A2: De leerlingen
kunnen zich
interesseren voor
vulkanisme op
IJsland, aan de
hand van een
mysterie gericht
op hun leefwereld.
2e lesfase
(20 min)
Introductie
van het
lesontwerp
Reflectie
Link met de
actualiteit(?)
Conclusie
Duowerk/groepswerk: afhankelijk van het aantal leerlingen.
Ik heb hier vandaag een mysterie bij mij. Het gaat over twee leerlingen die na de
paasvakantie merken dat een klasgenootje van hun niet terug is gekeerd van vakantie.
Je gaat dadelijk in groepjes van twee/vier zitten.
- En krijgt dan van mij een blaadje. Daarop staan zestien verschillende
zinnen/uitspraken/achtergronden.
- Het is de taak van jouw groepje om het in de juiste volgorde de zestien blaadjes
in de juiste volgorde te zetten. Er zijn meerdere mogelijkheden.
- Je krijgt hiervoor tien minuten.
OLG: reflectie: De leerkracht toont op de PPT. Enkele afbeeldingen van de
desbetreffende vulkaan en de uitstoot patroon. Hij stelt elke vraag aan meerdere
groepjes.
- Hoe verliep het binnen het groepje, was er ruzie of discussie over een onderdeel
- Hoe ben je te werk gegaan? Heb je een bepaalde methode of strategie gebruikt?
- Eerlijk zeggen, wie zegt nu wij de andere groepjes gehoord hebben, en alle
andere methodes, dat zij wellicht een betere strategie hadden kunnen
gebruiken?
- Wat waren de hoofdzaken uit het verhaal? Wat waren volgens jullie eerder
bijzaken of details?
- Wie zou kort kunnen samenvatten wat het antwoord was op de vraag die
bovenaan het blaadje stond.
Deze mysterie was gebaseerd op een echte uitbarsting in 2012. Op blz. 32 in je cursus
staan enkele artikelen die over de vulkaanuitbarsting gaan. Op blz. 33 staat daar
opnieuw een vraag, die lijkt een beetje op de vraag die wij zojuist hebben beantwoord.
Die gaan we samen invullen.
- Waarom was de uitbarsting van een vulkaan op IJsland zo’n groot probleem voor
België?
PPT
WB.
Blz.
32-33
Mysteri
es
5
Materiaal: Mysterie – Vulkanisme
Hoe zorgde een gebeurtenis op IJsland ervoor, dat Sam zijn eerste schooldag in
België miste?
Het is de eerste schooldag na de paasvakantie en Ilse en Maurad, zien Sam niet. Hij is niet op komen
dagen. Dat is nogal vreemd en hij heeft ook niks laten weten. Hieronder staan een aantal zinnen,
achtergronden en verklaringen. Als je de kaartjes in de juiste volgorde zet, dan kun je erachter komen
waarom Sam vandaag niet op school is.
Jón wordt geëvacueerd na een reeks
zware aardbevingen in de omgeving van
de vulkaan.
De Belgische luchtvaartmaatschappijen
annuleren alle vluchten van en naar
België.
De wind waait uit het Noordwesten,
over het Europees continent.
Een piloot merkte op dat de as schadelijk is
voor een vliegtuigmotor. De motor kan
mogelijk uitvallen tijdens een vlucht.
Maurad en Ilse merken op dat Sam
vandaag niet in de klas zit.
Sam ging met zijn ouders voor twee
weken naar de Canarische eilanden in de
paasvakantie.
Sam en zijn ouders kunnen niet meer
terugvliegen naar België.
Door aanraking met lava smelt het ijs
van een gletsjer op de vulkaanhelling.
Jón Einnarson, is een IJslandse
schapenboer die dichtbij de
Eyjafjallajökull vulkaan woont.
Bij rustig vulkanisme loopt lava langzaam
en constant uit de top van een vulkaan.
Een grote aswolk ontstaat en schiet de
lucht in. Deze bestaat uit kleine
steentjes en stof.
Enkele van Jóns schapen sterven, door
het eten van de met as vergiftigde
grassen.
IJsland is een vulkanisch eiland, dat ligt
op de Mid-Atlantische rug. Een breuklijn
in de Atlantische oceaan.
Na een paar dagen rustig vulkanisme,
barst de vulkaan explosief uit.
Waar een breuklijn ligt kan heet magma
naar de oppervlakte komen.
Auto’s in het westen van Europa komen
onder een dun laagje as te zitten.
6
Werkvorm 2 :classificeeroefening
Verantwoording werkvorm: In mijn tweede stageperiode heb ik een alternatieve classificeeroefening gemaakt voor
het thema industriële landschappen. In de originele opdracht moesten de leerlingen aan
de hand van de foto van een havenlandschap, enkele voorbeelden indelen bij de bepaalde functie die in een havengebied te vinden zijn.
Toen ik de vakmentor de oefening zag voordoen tijdens een observatieles vond ik de
opdracht weinig interactief. Zij wees op de foto een onderdeel aan, de leerlingen benoemden soms de goede functie.
Ik heb het anders aangepakt. Ik liet de leerlingen tweemaal de kaartjes ordenen en dus
tweemaal nadenken over de classificering.
- De eerste keer mochten ze het ordenen naar gelang een gemeenschappelijk
element dat zijzelf herkenden.
- De tweede keer verschafte ik hen de verschillende functies: transport; overslag;
doorvoer; opslag- en distributie; handel en dienstenfunctie en Industriefunctie. En
moesten ze de foto’s indelen in de categorieën.
Reflectie: Hoewel dit meer tijd kosten, waren de combinaties van de leerlingen interessant te
noemen. Met twaalf kaartjes bleken de mogelijkheden eindeloos. Wat voor namelijk aan
de oppervlakte kwam was het verschil tussen visuele en abstracte denkers.
Visuele denkers zochten vaak naar de gelijkenissen tussen de foto’s zelf, en niet zozeer
naar het onderwerp dat erop stond. Een kraan bij een brugkraan werd bij hen vaak
geassocieerd met een grondstofberg, daar stond per slot van rekening een soortgelijke
kraan. Maar abstracte denkers deden juist het omgekeerde zij zochten al naar
achterliggende associaties, zo werd bijvoorbeeld een container en een silo als combinatie
gezegd. Het gemeenschappelijke element was dat bij beide foto’s er dingen in konden
worden opgeslagen.
De leerlingen hadden weinig moeite met het tweede formele deel van de opdracht. Het is
moeilijk te zeggen hoe dit komt. Hadden de leerlingen beter door hoe zij de opdracht het
beste konden uitvoeren? Of hadden zij de foto’s al zo goed bestudeerd? Het kan
natuurlijk ook zijn dat door het reduceren van het scala aan mogelijkheden tot een à
twee keuzes, was de opdracht aanzienlijk makkelijker voor de leerlingen geworden.
7
UC Leuven-Limburg Lerarenopleiding
Vestiging Heverlee Hertogstraat 178, 3001 Heverlee
Tel. +32 16 37 56 00
LESONTWERP ALGEMENE VAKKEN / VOEDING-VERZORGING
Naam: Henricus Cornelius Vrenken
Vakkencombinatie: Aardrijkskunde-Geschiedenis
Stagebegeleider DLO: H. Verstappen
School: Sint-Janscollege, Meldert-Hoegaarden
Onderwijsvorm: ASO
Richting: LATB en MWEB
Klas: 2LATB en 2MWEB
Lokaal: 16
Aantal leerlingen: n.t.b.
Les gegeven door: Henricus Cornelius Vrenken
Vak: Aardrijkskunde
Onderwerp: Kijken naar industrielandschappen
Vakmentor: E. Lavers
Datum/Data: 14/4 en 15/4
Lesuur/-uren: 4e uur en 2e uur
BEGINSITUATIE
Situering in de lessenreeks De lln. hebben voor de vakantie de lessenreeks rond landbouwlandschappen afgerond, dit is de eerste les waarin zij een industrielandschap gaan analyseren. Deze les staat vooral in het teken van het benoemen van de landschapselementen en industrielandschappen onderzoeken.
Relevante voorkennis (en/of kennis die nog niet aanwezig is) Sommige lln. zijn al eens in de haven van Antwerpen, of een oude industriestad geweest. Daarnaast herkennen de meeste lln. kenmerken van oude fabrieken zoals schoorstenen, zaagtanddaken en silo’s. Of kenmerken van havenlandschappen vooral containers.
Belevings- en ervaringswereld & Actualiteit Het bedrijf dat onderzocht wordt bij de vraag op blz. 76 in het leerwerkboek, wordt vervangen door de suikerraffinaderij of suikerfabriek in Tienen. Dit is gedaan om meer in te spelen op de eigen leefomgeving.
Leerniveau van de klasgroep, klassfeer, … N.T.B.
DIDACTISCHE VERANTWOORDING Welke (vak)didactische principes en werkvormen komen in je les
aan bod? Waarom kies je voor deze aanpak? De les is opgebouwd rondom het herkennen en benoemen van industriële landschapselementen.
Dit wordt onderverdeeld in enkele fase. Eerst het benoemen van landschapselementen, welke ken
de lln. al? Dit doen ze via een brainstorm. Daarna worden deze elementen ingedeeld in kolommen, basisindustrie en verwerkende industrie – zijn industrielandschappen – vervolgens worden deze kolommen aangevuld. Daarna bekijken de lln. de laatste industrielandschap, namelijk het havenlandschap aan de hand van kaartjes die zij indelen naar gelang de economische functies. In het laatste deel van de les worden onderzoeksvragen aangeleerd voor het analyseren van een bedrijf. Wat wordt geproduceerd? Waar? Waarom daar? Hoe? En voor wie? Staan centraal in dit
onderzoek. In plaats van gebruik te maken van het voorbeeld uit het handboek, wordt gebruikgemaakt van een lokaal voorbeeld. De suikerraffinaderij in Tienen, een voorbeeld van basisindustrie. De les duurt waarschijnlijk minder dan 50 minuten vanwege het uitdelen en bekijken van de examens voor de lln.
EINDTERMEN & LEERPLANDOELEN, VVKSO, (2008) Leerplan 1e graad.
8
Situering in de eindtermen: (Vakoverschrijdend en/of vakgebonden) ET 24 De leerlingen kunnen een industrielandschap herkennen, beschrijven naar uitzicht en functies en eenvoudige observeerbare kenmerken ervan vergelijken met een industrielandschap elders. ET 30 Een havenlandschap herkennen en beschrijven naar uitzicht en functies.
Situering in het leerplan: 1 Vanuit satellietbeelden, Google Earth, landschap foto’s of terreinwerk de elementen van industrielandschappen herkennen en industrietypes afleiden. 3 Vanuit beeldmateriaal en andere informatiebronnen een havenlandschap herkennen als een geheel van economische functies.
ALGEMEEN LESDOEL De lln. kunnen industriële landschapselementen van basis- en verwerkende industrie, als ook het havenlandschap benoemen en herkennen op fotografisch materiaal; en daar vervolgens de economische functies aan te koppelen.
SCHOOLAGENDA (Van de leerlingen. Verwijs naar het werkblad en/of de pagina’s in het werk- en/of handboek.)
Thema 4, Hf 1 Kijken naar industrielandschappen. Blz. 74-76.
BRONNEN (Noteer alle gebruikte bronnen, volgens BIN.)
COPPENHOLLE, J., e.a., (2009) Geogenie 2: leerwerkboek, De Boeck nv, Antwerpen. COPPENHOLLE, J., e.a., (2009) Geogenie 2: handleiding bij leerwerkboek, De Boeck nv, Antwerpen. GOYVAERTS E. en VERSPAGEN F., (2012), Horizon 2: leerwerkboek, Plantyn, Mechelen. GOYVAERTS E. en VERSPAGEN F., (2012), Handleiding bij Horizon 2, Plantyn, Mechelen.
LEERMIDDELEN & MEDIA PPT Leerwerkboek 12x foto’s van havenelementen
9
Leerdoelen Lesfasen
& timing Onderwijs- en leeractiviteiten Media Leerinhoud
C2:
Een havenlandschap
herkennen en
beschrijven naar
uitzicht en functies.
C2:
Vanuit
beeldmateriaal en
andere
informatiebronnen
een havenlandschap
herkennen als een
geheel van
economische
functies.
Lesfase 1:
Benoemen
van
elementen/
functies van
haven-
landschap
Synthese
(…)
Groepswerk: Je gaat zo dadelijk zitten in een
groepje van vier. Je krijgt vervolgens van mij een
envelop. Daarin zitten 12 foto’s . Ik wil dat je samen
met je groepje die foto’s combineren op basis van
dingen die gemeenschappelijk zijn.
OLG: Bespreking: De leerkracht toont tijdens de
bespreking een slide waarop alle 12 foto’s staan
- Was de opdracht moeilijk? Als ik zo rond kijk
zie ik allemaal verschillende combinaties.
- De leerkracht vraagt aan enkele groepjes
combinaties, en waarom zij voor die
combinatie hebben gekozen.
- Welke denkmethode/strategie heb je gebruikt
bij het ordenen van je kaartjes?
- Heeft iemand een gemeenschappelijk kenmerk
gevonden, dat al deze foto’s met elkaar
gemeen hebben?
Al deze elementen kunnen we terug vinden in een
havenlandschap. Dat is ook een industrieel landschap
naast onze basisindustrie en verwerkende industrie.
OLG: De lkr. toont de zes verschillende economische
functies, er wordt aan de leerlingen gevraagd om deze
verticaal over te nemen bij opdracht 1.3.
- Dit zijn onze economische functies. Herkent
iemand al de betekenis van een functie?
- Zijn er ook functies die je nog niet herkent?
Groepswerk: Nu wil ik dat je opnieuw de opdracht
uitvoert, maar sorteer nu de kaartjes op basis van de
Media
Enveloppen met
12x foto’s van
havenelementen
PPT
WB blz. 74.
Leer
Oplossing:
- Autowegen; scheepvaart; -
Transportfunctie
- Brugkranen:Overslagfunctie
- Containers; Doorvoerfunctie
- Koelhuis; distributiecentrum;
silo’s; grondstofbergen:
Opslag- en distributiefunctie
- Douane; brandweer;
Handel- en dienstenfunctie
- Scheepswerf; olieverwerkende
bedrijven.
Industriefunctie
11
BRUGKRAAN CONTAINER Koelhuis Scheepswerf
Autowegen Douane Distributie centrum
Silo’s Grondstofbergen Scheepvaart
Olieverwerkende bedrijven
Brandweer