2
ERIK VAN MUILEKOM: Zijn carrière is geen zorgvuldig van tevoren uitgestippeld pad, eerder een samenloop van toevalligheden, zegt verpleegkundig specialist Oncologie en duizendpoot Erik van Muilekom. ‘Ik ben een selfmade man en doe dingen op mijn eigen manier.’ Als verpleegkundig specialist werkt ERIK VAN MUILEKOM in het specialisme Urologie van van het Nederlands Kanker Instituut – Antoni van Leeuwenhoek Ziekenhuis (NKI–AVL). Daar houdt hij zich vooral bezig met de (na)zorg en behandeling van patiënten met prostaatkanker. Daarnaast is hij actief binnen twee Europese verpleegkundige beroepsverenigingen: de European Association of Urologic Nurses (EAUN) en de European Oncology Nursing Society (EONS). Van de EONS is hij president-elect, te vergelijken met de functie van vicevoorzitter, en wordt hij in 2013 voorzitter. Verder schrijft hij boeken en een column over kanker. En is hij oprichter van Oncowijs, een stichting met als doel het bevorderen van de deskundigheid van zorgverleners in de oncologische zorg. In een gesprek met Bijzijn XL vertelt hij over zijn liefde voor het vak en over het belang van kennis en macht. ‘Ik ben een veldmaarschalk’ BijZijn-XL 20 > nr. 01 - 2012 INTERVIEW Tekst: Marion Verstraeten, freelance journalist onder de naam Marion Verstraeten Tekst. Specialisatie: gezondheidszorg. Zij heeft na de hbo-v gewerkt in de psychiatrie en de thuiszorg. Beeld: Vincent Boon Photography

Erik van Muilekom: ‘Ik ben een veldmaarschalk’

Embed Size (px)

Citation preview

ERIK VAN MUILEKOM:

Zijn carrière is geen zorgvuldig van tevoren uitgestippeld pad, eerder een samenloop van toevalligheden, zegt verpleegkundig specialist Oncologie en duizendpoot Erik van Muilekom. ‘Ik ben een selfmade man en doe dingen op mijn eigen manier.’ Als verpleegkundig specialist werkt ERIK VAN MUILEKOM in het specialisme Urologie van van het Nederlands Kanker Instituut – Antoni van Leeuwenhoek Ziekenhuis (NKI–AVL). Daar houdt hij zich vooral bezig met de (na)zorg en behandeling van patiënten met prostaatkanker. Daarnaast is hij actief binnen twee Europese verpleeg kundige beroepsverenigingen: de European Association of Urologic Nurses (EAUN) en de European Oncology Nursing Society (EONS). Van de EONS is hij president-elect, te vergelijken met de functie van vicevoorzitter, en wordt hij in 2013 voorzitter. Verder schrijft hij boeken en een column over kanker. En is hij oprichter van Oncowijs, een stichting met als doel het bevorderen van de deskundigheid van zorgverleners in de oncologische zorg. In een gesprek met Bijzijn XL vertelt hij over zijn liefde voor het vak en over het belang van kennis en macht.

‘Ik ben een veldmaarschalk’

BijZijn-XL

20>nr. 01 - 2012INTERVIEW

Tekst: Marion Verstraeten,freelance journalist onder de naam Marion Verstraeten Tekst. Specialisatie: gezondheidszorg. Zij heeft na de hbo-v gewerkt in de psychiatrie en de thuiszorg.

Beeld: Vincent Boon Photography

ERIKS PROFIELFunctiesOncologieverpleegkundige, teamleider, verpleegkundig specialist in het NKI-AVL, diverse functies binnen V&VN Oncologie, projectleider private zorg NKI-AVL, voorzitter stichting Oncowijs, president-elect European Oncology Nursing Society (EONS).

ScholingHbo-verpleegkunde, middenmanage-mentopleiding, Advanced Nursing Practise.

Wat is jouw droom?‘Dat voldoende jonge mensen in de verpleegkunde willen werken, en met name ook meer mannen. Dat zou heel goed zijn voor een goed evenwicht.’

Wat doe je het liefst?‘Werken, eten, muziek luisteren, musea bezoeken, vakantie, contact met mijn sociale netwerk.’

Wie is jouw inspiratiebron?‘Ik heb niet echt één inspiratiebron. Ik heb dingen altijd op mijn eigen manier gedaan, zonder daarbij één groot voorbeeld te hebben. Dirigenten vind ik wel fascinerend. Vooral omdat ze met kleine subtiele bewegingen een heel orkest aansturen, terwijl ze veel onzicht-baar voorwerk hebben gedaan. Daarin herken ik mijzelf, zowel naar patiënten als naar collega’s toe. Patiënten wil je ook een bepaalde kant op hebben en dan werkt subtiliteit beter. Ik ben niet van de barricades, meer van de nuances. Iemand noemde mij een veldmaarschalk – die typering klopt wel.’

Hoe ben je in de oncologie gerold?‘Na de hbo-v heb ik in de thuiszorg en de psychiatrie gewerkt. Op een gegeven moment ben ik in het ziekenhuis gaan werken op een oncologieafdeling. Dat sprak mij meteen aan. Het gaat over leven en dood. Daardoor maak je eerder contact met de patiënt, je komt eerder to the point. Er is voor een patiënt altijd de dreiging of het wel of niet goed gaat. Dat ik daarin iemand mag begeleiden geeft mij een goed gevoel. Niet alleen vanuit altruïsme, ik ben ook erg blij dat ik ervoor betaald krijg. Verder is het een heel afwissend vakgebied, ik houd mij met verschillende dingen bezig. Niet alleen in de zorg en de behandeling, ik participeer in klinisch onderzoek en geef les aan verpleegkundigen van de oncologische vervolgopleiding. En ik geef voorlichting, zowel in groepsver-band als individueel. De urologische oncologie spreekt mij aan omdat je vooral met mannen te maken hebt. Ik zou denk ik geen goede zijn voor de mammacare; al die vrouwen en emoties. Mannen hebben die ook, maar op een andere manier. Meer pragmatisch en oplossingsgerichter.’

Wat zou je nog willen bereiken?‘Eigenlijk heb ik alles al bereikt wat ik wilde. Ik doe ontzettend veel verschil-lende dingen en dat houdt het leuk. Ik

vertrouw erop dat die diversiteit blijft. Nu ga ik mij weer bezighouden met de Europese oncologische zorg. Wat ik nog wel altijd zou willen doen, is promoveren. Dat kan ik nu gewoon niet ook nog ernaast doen vanwege tijdgebrek.’

Hoe ziet het onderwijs er in 2030 uit?‘Er zal meer digitaal worden geleerd maar het traditionele lesgeven en het gebruik van boeken zal niet verdwijnen. Volgens mij is de grootste uitdaging mensen gemotiveerd te krijgen en te houden en dat is bij verpleegkundigen nog best lastig. Laatst heb ik samen met een collega een cursus gegeven en daarbij hadden we naast het geven van een lezing, meer interactieve lesvormen bedacht. Er werd enthousiast op gereageerd, maar er was ook weerstand om hieraan mee te doen. Ik schrik wel eens van die desinteresse en vind het eerlijk gezegd ook wel onnozel. Boven-dien lijden de goede cursisten eronder. Het is zo zonde, want verpleegkunde is zo’n leuk vak. Je vak bijhouden hoort daarbij, dat is deel van je professie. Sommige verpleegkundigen willen het liefst werken en zich verder niet te veel bezighouden met professionalisering. Dat zie je wel minder bij gespecialiseerd verpleegkundigen, die hebben een bewuste keuze gemaakt om door te leren.’

Waarom is kennis zo belangrijk?‘Omdat je dan veel meer kunt bereiken als beroepsgroep. Verpleegkundigen zijn vaak te bescheiden en hebben last van het calimerogevoel. Kennis maakt macht en dat is essentieel als we dit beroep verder willen ontwikkelen. Jezelf promoten en kansen pakken hoort ook bij het vak. Maak jezelf zichtbaar. Artsen en fysiotherapeuten bijvoorbeeld zijn daarin veel beter: zij weten als geen ander hoe belangrijk macht is en hoe ze die moeten inzetten. Het is een kwestie van blazen: hoe harder je blaast, des te meer indruk dit maakt.’

Hoe blijf je bevlogen?‘Door actief te blijven in mijn vak en bijscholing en cursussen te volgen,

congressen te bezoeken en vakliteratuur te lezen. Ik leer nog iedere dag en heb nog nooit het punt bereikt waarop ik dacht: “nu weet ik alles”. Maar ook door mijn patiënten, ze waarderen je en zijn blij met wat je voor ze betekent. Dat motiveert mij enorm. Ik ben ook een tijdje stafmedewerker geweest en zag toen geen patiënten meer. Daarvan werd ik uiteindelijk niet gelukkig.’

Wat was je geworden als je geen verpleegkundige was geweest?‘Dan was ik zanger geworden. Ik heb vroeger solo en in koren gezongen en heb een mooie stem. Ik weet zeker dat ik de capaciteit daarvoor heb. Maar het zou nu niet in mijn leven passen, ik wil geen zeven dagen hoeven werken, ik vind vier dagen genoeg.’

INTERVIEW BijZijn-XL

21>nr. 01 - 2012INTERVIEW

<