194
fpl VMMN ÖÉÅÉêíáÑáÅÉÉêÇ îççêW ^ÇîáÉëîÉêäÉåáåÖI ëíìÇáÉ Éå çåíïÉêé î~å ÖÉÄçìïÉåI îÉêâÉÉêëáåÑê~ëíêìÅíììê Éå ãáäáÉìJáåÑê~ëíêìÅíììê _qt _b QOSKSUOKTMV eo^ OUOKVPP __i POMKMSUTMRPKTO RUIMTELIJK STRUCTUURPLAN Gemeentehuisstraat 16 Tel.: 016 65 99 22 Fax: 016 65 69 58 GEMEENTE KAMPENHOUT Provincie Vlaams-Brabant ONTWERP Dossiernr.: 00.2872 Projectnr.: 07/2872 Versie: B maart 2006 Steentjesbos Bergbeek Weisetterbeek Weisetterbos Mol enbeek W e e s b e e k Dode beek Torfbroek Hellebos Barebeek Silsombos Wilder Leibeek Rood Klooster Kampenhout Ter Bronnen Berg Duisbos-Lelleveld Buken Nederokkerzeel Weisetterbos Relst ARCADIS Gedas nv Clara Snellingsstraat 27 2100 ANTWERPEN - DEURNE Tel.: 03 360 83 00 Fax: 03 360 83 01

GRS Tekstboek

Embed Size (px)

Citation preview

Page 1: GRS Tekstboek

= fpl=VMMN=ÖÉÅÉêíáÑáÅÉÉêÇ=îççêW=^ÇîáÉëîÉêäÉåáåÖI=ëíìÇáÉ=Éå=çåíïÉêé=î~å=ÖÉÄçìïÉåI=îÉêâÉÉêëáåÑê~ëíêìÅíììê=Éå=ãáäáÉìJáåÑê~ëíêìÅíììê=

_qt=_b=QOSKSUOKTMV=eo^=OUOKVPP=__i=POMKMSUTMRPKTO=

RUIMTELIJK STRUCTUURPLAN

Gemeentehuisstraat 16

Tel.: 016 65 99 22 Fax: 016 65 69 58

GEMEENTE KAMPENHOUT Provincie Vlaams-Brabant

ONTWERP

Dossiernr.: 00.2872 Projectnr.: 07/2872 Versie: B

maart 2006

Steentjesbos

Bergbeek

WeisetterbeekWeisetterbos

Molenbeek

Wee sbee k

Dodebeek

Torfbroek

Hellebos

Barebeek

Silsombos

Wilder

Leibeek

Rood Klooster

Kampenhout

Ter BronnenBerg

Duisbos-Lelleveld

Buken

Nederokkerzeel

Weisetterbos

Relst

ARCADIS Gedas nv Clara Snellingsstraat 27 2100 ANTWERPEN - DEURNE

Tel.: 03 360 83 00 Fax: 03 360 83 01

Page 2: GRS Tekstboek
Page 3: GRS Tekstboek

ARCADIS Gedas NV Projectnummer: 07/2872

Bestand: s:\structuurplanning\rsp-kampenhout-2872\rapporten\5 - ontwerp\versie da\2872-rap-248b_bd.doc maart 2006 Dossier: Ruimtelijk Structuurplan Gemeente Kampenhout - Ontwerp – Versie B Pagina 3 van 191

Revisiestatus:

Versie Datum Opmerking

A jun ‘05 Aanpassingen plenaire vergadering, GECORO

B maa ‘06 Aanpassingen na openbaar onderzoek

Opgesteld:

Afd. / Discipline Functie Naam Handtekening Datum

Planologie Projectcoördinator Ruimtelijk planner

Bart Antheunis

Projectmedewerker Christel Vannoppen

Geverifieerd:

Afd. / Discipline Functie Naam Handtekening Datum

Planologie Afdelingsverantw. Ruimtelijk planner

Wouter Dernau

Page 4: GRS Tekstboek
Page 5: GRS Tekstboek

ARCADIS Gedas NV Projectnummer: 07/2872

Bestand: s:\structuurplanning\rsp-kampenhout-2872\rapporten\5 - ontwerp\versie da\2872-rap-248b_bd.doc maart 2006 Dossier: Ruimtelijk Structuurplan Gemeente Kampenhout - Ontwerp – Versie B Pagina 5 van 191

Gemeentelijk Ruimtelijk Structuurplan Kampenhout Dit plan werd opgesteld onder de verantwoordelijkheid van:

(voor ARCADIS Gedas)

Bart Antheunis ruimtelijk planner - projectcoördinator

Wouter Dernau ruimtelijk planner - afdelingsverantwoordelijke

Gezien en voorlopig vastgesteld door de Gemeenteraad in zitting van ……………………….

Op bevel:

De Burgemeester

De Secretaris

Gemeentezegel

Het College van Burgemeester en Schepenen bevestigt dat onderhavig plan ter inzage van het publiek werd neergelegd gedurende het openbaar onderzoek van ……………………. tot ………………………….

Op bevel:

De Burgemeester

De Secretaris

Gemeentezegel

Gezien en definitief vastgesteld door de Gemeenteraad in zitting van ……………………….

Op bevel:

De Burgemeester

De Secretaris

Gemeentezegel

Gezien en goedgekeurd door de Bestendige Deputatie op ………………………………………………….

De gouverneur

De Griffier

Provinciezegel

Page 6: GRS Tekstboek
Page 7: GRS Tekstboek

ARCADIS Gedas NV Projectnummer: 07/2872

Bestand: s:\structuurplanning\rsp-kampenhout-2872\rapporten\5 - ontwerp\versie da\2872-rap-248b_bd.doc maart 2006 Dossier: Ruimtelijk Structuurplan Gemeente Kampenhout - Ontwerp – Versie B Pagina 7 van 191

Gemeentelijk Ruimtelijk Structuurplan Kampenhout

Versie zoals goedgekeurd door de bestendige deputatie op 22 juni 2006 met schrapping van de

uitgesloten delen (zie goedkeuringsbesluit in bijlage).

Page 8: GRS Tekstboek
Page 9: GRS Tekstboek

ARCADIS Gedas NV Projectnummer: 07/2872

Bestand: s:\structuurplanning\rsp-kampenhout-2872\rapporten\5 - ontwerp\versie da\2872-rap-248b_bd.doc maart 2006 Dossier: Ruimtelijk Structuurplan Gemeente Kampenhout - Ontwerp – Versie B Pagina 9 van 191

fkelraplmd^sb=

AANPAK VAN HET PLANNINGSPROCES .................................................................................................. 14 1. INLEIDING ............................................................................................................................................. 14 2. DECREET OP DE RUIMTELIJKE PLANNING............................................................................................... 15 3. AANPAK ................................................................................................................................................ 16

3.1. Intentienota .................................................................................................................................. 16 3.2. Startnota....................................................................................................................................... 16 3.3. Opmaak van de verschillende deelrapporten............................................................................... 17 3.4. Voorontwerp ruimtelijk structuurplan Kampenhout .................................................................... 17 3.5. Overlegmomenten en inbreng ...................................................................................................... 17

4. SAMENWERKINGSMODEL ...................................................................................................................... 18 4.1. Ambtelijke werkgroep................................................................................................................... 18 4.2. Stuurgroep.................................................................................................................................... 18 4.3. Bevolking...................................................................................................................................... 18

INFORMATIEF DEEL ...................................................................................................................................... 19

DEEL 1: SITUERING ............................................................................................................................... 19 1. RUIMTELIJKE SITUERING....................................................................................................................... 19

1.1. Gemeente op macroniveau........................................................................................................... 19 1.2. Gemeente op meso- en microniveau............................................................................................. 20

2. KWANTITATIEF PROFIEL VAN DE GEMEENTE – ENKELE KENGETALLEN ................................................. 21 2.1. Socio-economisch profiel van de gemeente.................................................................................. 21 2.2. Bodemgebruik en gebouwen ........................................................................................................ 21

DEEL 2: PLANNINGSCONTEXT .......................................................................................................... 25 1. HOGERE STRUCTUURPLANNEN.............................................................................................................. 25

1.1. Ruimtelijk Structuurplan Vlaanderen........................................................................................... 25 1.2. Ruimtelijk Structuurplan Vlaams-Brabant................................................................................... 28

2. ANDERE BELEIDSPLANNEN MET RUIMTELIJKE RELEVANTIE .................................................................. 36 2.1. Structuurplanning in de randgemeenten ...................................................................................... 36 2.2. Strategisch beleidsplan kanaal Leuven-Dijle............................................................................... 39 2.3. Plannen met betrekking tot de open ruimte.................................................................................. 40 2.4. Plannen met betrekking tot de mobiliteit...................................................................................... 43

3. JURIDISCH – PLANOLOGISCHE PLANNINGSCONTEXT.............................................................................. 45 3.1. Gewestplan................................................................................................................................... 45 3.2. Provinciaal RUP terrein voor openluchtrecreatieve verblijven Veronique ................................. 47 3.3. Gemeentelijke Plannen van Aanleg.............................................................................................. 47 3.4. Habitatrichtlijn-, Vogelrichtlijn- en Ramsargebieden ................................................................. 47 3.5. Vlaams Ecologisch Netwerk (VEN).............................................................................................. 48 3.6. Integraal waterbeleid – watertoets .............................................................................................. 49

4. BELEIDSONDERSTEUNENDE MAATREGELEN .......................................................................................... 50 4.1. Beschermde landschappen, monumenten en dorpsgezichten ....................................................... 50 4.2. Recht van voorkoop...................................................................................................................... 51

DEEL 3: RUIMTELIJKE CONTEXT..................................................................................................... 52 1. CULTUURHISTORISCHE SITUERING ........................................................................................................ 52 2. BESTAANDE RUIMTELIJKE STRUCTUUR OP MACRONIVEAU (BOVENGEMEENTELIJK) .............................. 57

2.1. Open ruimte ................................................................................................................................. 57 2.2. Bebouwde ruimte.......................................................................................................................... 58 2.3. Lijninfrastructuur......................................................................................................................... 58

Page 10: GRS Tekstboek

ARCADIS Gedas NV Projectnummer: 07/2872

maart 2006 Bestand: s:\structuurplanning\rsp-kampenhout-2872\rapporten\5 - ontwerp\versie da\2872-rap-248b_bd.doc Pagina 10 van 191 Dossier: Ruimtelijk Structuurplan Gemeente Kampenhout - Ontwerp – Versie B

3. BESTAANDE RUIMTELIJKE STRUCTUUR OP MESONIVEAU (GEMEENTELIJK) ...........................................59 3.1. Open ruimte.................................................................................................................................. 59 3.2. Bebouwde ruimte.......................................................................................................................... 71 3.3. Verkeers- en vervoersstructuur .................................................................................................... 80 3.4. Synthese van de bestaande ruimtelijke structuur op mesoniveau................................................. 82

4. BESTAANDE RUIMTELIJKE STRUCTUUR OP MICRONIVEAU.....................................................................83 DEEL 4: PROGNOSES ............................................................................................................................. 85

1. WONEN..................................................................................................................................................85 1.1. Wonen binnen de planperiode van het RSV 1992-2007 ............................................................... 85 1.2. Wonen in Kampenhout tussen 2007 en 2013................................................................................ 86 1.3. Raming van de kwantitatieve woningbehoefte.............................................................................. 88 1.4. Kwalitatieve huisvestingsbehoeften.............................................................................................. 89 1.5. Theoretisch aanbod aan woonmogelijkheden .............................................................................. 92 1.6. Confrontatie van aanbod en behoefte........................................................................................... 95

2. BEDRIJVIGHEID......................................................................................................................................96 2.1. Herlokalisatiebehoefte bestaande (zonevreemde) bedrijven ........................................................ 96 2.2. Behoefteraming voor nieuwe bedrijven........................................................................................ 97 2.3. Schematisch overzicht van de ruimtebehoeften ............................................................................ 97 2.4. Ruimtebehoeften regionale bedrijven........................................................................................... 98 2.5. Samenvatting vraag - aanbod....................................................................................................... 98

DEEL 5: KNELPUNTEN, BEDREIGINGEN, KWALITEITEN EN POTENTIES............................ 99 1. SECTORALE BENADERING......................................................................................................................99 2. BENADERING PER DEELRUIMTE ...........................................................................................................100

RICHTINGGEVEND DEEL............................................................................................................................ 103

DEEL 1: VISIE OP DE RUIMTELIJKE ONTWIKKELING............................................................. 103 1. UITGANGSPUNTEN...............................................................................................................................103 2. KAMPENHOUT: WONEN IN EEN LANDELIJKE OMGEVING......................................................................105 3. BASISDOELSTELLINGEN.......................................................................................................................106

DEEL 2: RUIMTELIJKE PRINCIPES EN RUIMTELIJKE CONCEPTEN ................................... 107 1. NETWERK VAN BEEKLOPEN ALS BASIS VOOR SAMENHANG OPEN RUIMTE............................................107 2. KAMPENHOUT EN BERG ALS KERNGEBIED BINNEN GEMEENTE.............................................................107 3. EEN GEDIFFERENTIEERD BELEID INZAKE ECONOMISCHE ONTWIKKELINGEN........................................108 4. AANDACHT VOOR DE DIVERSITEIT VAN DE OPEN RUIMTEGEBIEDEN ....................................................108 5. KAMPENHOUT EN RELST ALS TOERISTISCH-RECREATIEVE KNOOPPUNTEN BINNEN DE GEMEENTE .......108 6. EEN HIËRARCHISCH WEGENNETWERK MET ELK EEN EIGEN FUNCTIE....................................................109

DEEL 3: GEWENSTE RUIMTELIJKE STRUCTUUR ...................................................................... 110 1. GEWENSTE RUIMTELIJK – NATUURLIJKE STRUCTUUR ..........................................................................110

1.1. Doelstellingen............................................................................................................................. 110 1.2. Concepten................................................................................................................................... 110 1.3. Gewenste ruimtelijk - natuurlijke structuur................................................................................ 111

2. GEWENSTE RUIMTELIJK - AGRARISCHE STRUCTUUR............................................................................114 2.1. Doelstellingen............................................................................................................................. 114 2.2. Concepten................................................................................................................................... 114 2.3. Gewenste ruimtelijk - agrarische structuur................................................................................ 115

3. GEWENSTE LANDSCHAPPELIJKE STRUCTUUR.......................................................................................118 3.1. Doelstelling ................................................................................................................................ 118 3.2. Concepten................................................................................................................................... 118 3.3. Gewenste landschappelijke structuur......................................................................................... 118

Page 11: GRS Tekstboek

ARCADIS Gedas NV Projectnummer: 07/2872

Bestand: s:\structuurplanning\rsp-kampenhout-2872\rapporten\5 - ontwerp\versie da\2872-rap-248b_bd.doc maart 2006 Dossier: Ruimtelijk Structuurplan Gemeente Kampenhout - Ontwerp – Versie B Pagina 11 van 191

4. GEWENSTE TOERISTISCH-RECREATIEVE STRUCTUUR .......................................................................... 122 4.1. Doelstellingen ............................................................................................................................ 122 4.2. Concepten .................................................................................................................................. 122 4.3. Gewenste ruimtelijke structuur .................................................................................................. 123

5. AFWEGINGSKADER VOOR ZONEVREEMDE CONSTRUCTIES................................................................... 126 5.1. Afwegingskader voor zonevreemde woningen ........................................................................... 126 5.2. Afwegingskader voor zonevreemde bedrijven............................................................................ 126 5.3. Afwegingskader zonevreemde recreatie..................................................................................... 128

6. GEWENSTE NEDERZETTINGSSTRUCTUUR............................................................................................. 131 6.1. Doelstellingen ............................................................................................................................ 131 6.2. Concepten .................................................................................................................................. 131 6.3. Gewenste ruimtelijke nederzettingsstructuur ............................................................................. 132 6.4. Woningbouwprogrammatie........................................................................................................ 139

7. GEWENSTE RUIMTELIJK - ECONOMISCHE STRUCTUUR ......................................................................... 144 7.1. Doelstellingen ............................................................................................................................ 144 7.2. Concepten .................................................................................................................................. 144 7.3. Gewenste ruimtelijk - economische structuur ............................................................................ 145

8. GEWENSTE VERKEERS- EN VERVOERSSTRUCTUUR .............................................................................. 149 8.1. Doelstellingen ............................................................................................................................ 149 8.2. Concepten .................................................................................................................................. 149 8.3. Gewenste verkeers- en vervoersstructuur .................................................................................. 150

DEEL 4: GEWENSTE RUIMTELIJKE STRUCTUUR: ONTWIKKELINGSSTRATEGIE VOOR DE DEELRUIMTEN................................................................................................................... 154

1. KERNGEBIED KAMPENHOUT - BERG .................................................................................................... 154 1.1. Doelstellingen ............................................................................................................................ 154 1.2. Concepten .................................................................................................................................. 154 1.3. Gewenste ruimtelijke structuur kerngebied Kampenhout-Berg ................................................. 157

2. RELST – WILDER ................................................................................................................................. 172 2.1. Doelstellingen ............................................................................................................................ 172 2.2. Concepten .................................................................................................................................. 172 2.3. Gewenste ruimtelijke structuur .................................................................................................. 173

3. KAMPENHOUT-SAS.............................................................................................................................. 176 3.1. Doelstellingen ............................................................................................................................ 176 3.2. Concepten .................................................................................................................................. 176 3.3. Gewenste ruimtelijke structuur .................................................................................................. 177

BINDEND DEEL............................................................................................................................................... 183

DEEL 1: KOPPELING AAN JAARLIJKS BELEIDSPROGRAMMA EN BEGROTING ............. 183

DEEL 2: SELECTIES ............................................................................................................................. 184

DEEL 3: MAATREGELEN EN ACTIES.............................................................................................. 186

BIJLAGEN ........................................................................................................................................................ 187 LIJST BOUWKUNDIG ERFGOED ........................................................................................................................ 187

Page 12: GRS Tekstboek

ARCADIS Gedas NV Projectnummer: 07/2872

maart 2006 Bestand: s:\structuurplanning\rsp-kampenhout-2872\rapporten\5 - ontwerp\versie da\2872-rap-248b_bd.doc Pagina 12 van 191 Dossier: Ruimtelijk Structuurplan Gemeente Kampenhout - Ontwerp – Versie B

h^^oqbk=

KAARTEN INFORMATIEF DEEL

Kaart 1: Situering van de gemeente....................................................................................................... 20 Kaart 2: Basiskaart Kampenhout........................................................................................................... 20 Kaart 3: Planningscontext - Hogere structuurplannen........................................................................... 25 Kaart 4: Planningscontext - Buurgemeenten ......................................................................................... 36 Kaart 5: Voorstel van afbakening en differentiatie van de agrarische gebieden ................................... 41 Kaart 6: Provinciaal Fietsnetwerk ......................................................................................................... 43 Kaart 7: Beleidsplan categorisering wegen ........................................................................................... 43 Kaart 8: Beleidsplan openbaar vervoer ................................................................................................. 43 Kaart 9: Beleidsplan fietsnetwerk.......................................................................................................... 43 Kaart 10: Gewestplan ............................................................................................................................ 45 Kaart 11: Habitatrichtlijngebieden ........................................................................................................ 47 Kaart 12: Vlaams Ecologisch Netwerk ................................................................................................. 48 Kaart 13: Overstromingsgebieden ......................................................................................................... 49 Kaart 14: Beschermde landschappen, monumenten en dorpsgezichten ................................................ 50 Kaart 15: Cultuurhistorische evolutie.................................................................................................... 52 Kaart 16: Bestaande ruimtelijke structuur op macroniveau .................................................................. 57 Kaart 17: Open ruimtestructuur............................................................................................................. 59 Kaart 18: Reliëf en waterlopen.............................................................................................................. 59 Kaart 19: Bodem.................................................................................................................................... 59 Kaart 20: Atlas van landschapsrelicten ................................................................................................. 66 Kaart 21: Beeldbepalende elementen .................................................................................................... 69 Kaart 22: Toeristisch-recreatieve structuur ........................................................................................... 70 Kaart 23: Nederzettingsstructuur........................................................................................................... 71 Kaart 24: Economische structuur .......................................................................................................... 77 Kaart 25: Verkeersstructuur .................................................................................................................. 80 Kaart 26: Bestaande ruimtelijke structuur op mesoniveau .................................................................... 82 Kaart 27: Situering van de wooninbreidings- en woonuitbreidingsgebieden........................................ 95 Kaart 28: Knelpunten en bedreigingen................................................................................................ 101 Kaart 29: Kwaliteiten en potenties ...................................................................................................... 101 KAARTEN RICHTINGGEVEND DEEL

Kaart 30: Gewenste ruimtelijke structuur Kampenhout ...................................................................... 109 Kaart 31: Gewenste ruimtelijk-natuurlijke structuur........................................................................... 111 Kaart 32: Gewenste ruimtelijk-agrarische structuur............................................................................ 115 Kaart 33: Gewenste landschappelijke structuur .................................................................................. 118 Kaart 34: Gewenste toeristisch-recreatieve structuur .......................................................................... 123 Kaart 35: Afwegingskader zonevreemde bedrijven ............................................................................ 127 Kaart 36: Afwegingskader zonevreemde recreatie.............................................................................. 129 Kaart 37: Gewenste nederzettingsstructuur......................................................................................... 133 Kaart 38: Woningbouwprogrammatie ................................................................................................. 140 Kaart 39: Gewenste ruimtelijk-economische structuur ....................................................................... 145 Kaart 40: Gewenste verkeers- en vervoersstructuur............................................................................ 150 Kaart 41: Gewenste ruimtelijke structuur kerngebied Kampenhout-Berg .......................................... 157 Kaart 42: Gewenste ruimtelijke structuur Relst - Wilder .................................................................... 173 Kaart 43: Gewenste ruimtelijke structuur Kampenhout-Sas ............................................................... 177

Page 13: GRS Tekstboek

ARCADIS Gedas NV Projectnummer: 07/2872

Bestand: s:\structuurplanning\rsp-kampenhout-2872\rapporten\5 - ontwerp\versie da\2872-rap-248b_bd.doc maart 2006 Dossier: Ruimtelijk Structuurplan Gemeente Kampenhout - Ontwerp – Versie B Pagina 13 van 191

cfdrobk=

Figuur 1: Driesporenplanning ................................................................................................................15 Figuur 2: Administratieve situering .......................................................................................................19 Figuur 3: Bodemgebruik volgens het gewestplan ..................................................................................23 Figuur 4: Bodemgebruik volgens het gewestplan Boortmeerbeek.........................................................23 Figuur 5: Bodemgebruik volgens het gewestplan Haacht......................................................................23 Figuur 6: Bodemgebruik volgens het gewestplan Herent ......................................................................23 Figuur 7: Bodemgebruik volgens het gewestplan Kortenberg ...............................................................23 Figuur 8: Bodemgebruik volgens gewestplan Steenokkerzeel...............................................................24 Figuur 9: Bodemgebruik volgens het gewestplan Zemst .......................................................................24 Figuur 10: Bodemgebruik volgens het gewestplan Vlaanderen.............................................................24 Figuur 11: Biologische Waarderingskaart..............................................................................................61 Figuur 12:Leeftijdsopbouw van de bevolking van Kampenhout op 01/01/1999 ...................................72 Figuur 13: Deelruimten in Kampenhout ................................................................................................83 Figuur 14: Bevolkingsprognose Kampenhout aan de hand van de prognose 2003-2013 ......................87 Figuur 15: Toekomstige evolutie aantal inwoners en gezinnen in Kampenhout 2003-2013 .................88 Figuur 18: Ontwikkelingsvoorstel voor het strategisch woonproject Tiendeschuurstraat ...................162 Figuur 19: Voorstel voor gefaseerde ontwikkeling van Berghveld (KT, ML, LT)..............................170 Figuur 20: Voorstel afbakening kleinhandelslint langs N26................................................................180

q^_biibk=

Tabel 1: Overzicht kengetallen gemeente Kampenhout.........................................................................21 Tabel 2: Overzicht en evaluatie relevante acties GNOP ........................................................................40 Tabel 3: Beschermde landschappen, monumenten en dorpsgezichten ..................................................50 Tabel 4: Aard van de teelten (landbouwtelling mei 1999) .....................................................................65 Tabel 5: De veestapel .............................................................................................................................65 Tabel 6: Vergelijking van het aantal inwoners met de buurgemeenten .................................................72 Tabel 7: Bevolkingsgroei 1985-1995.....................................................................................................73 Tabel 8: Bevolkingsevolutie in de vier deelkernen voor de periode 1981-1991-1999 ..........................73 Tabel 9: Overzicht nieuwbouwbehoefte 2003-2007 ..............................................................................86 Tabel 10: Overzicht nieuwbouwbehoeften voor de planperiode 2003-2013 .........................................89 Tabel 11: Sociale woningbouwbehoefte ................................................................................................90 Tabel 12: Berekening aantal bijkomende serviceflats............................................................................91 Tabel 13: Berekening aantal bijkomende rusthuisbedden......................................................................91 Tabel 14: Overzicht potentieel aantal bouwmogelijkheden op onbebouwde percelen met

directe bouwtitel.............................................................................................................................92 Tabel 15: Overzicht bouwmogelijkheden voor ingesloten percelen in woonzone

(inbreidingsgebieden).....................................................................................................................93 Tabel 16: Overzicht bouwmogelijkheden in woonuitbreidingsgebied...................................................94 Tabel 17: Raming uitgeruste percelen die op de markt verschijnen (2003 -2013).................................95 Tabel 18: Confrontatie vraag en aanbod ................................................................................................95 Tabel 19: Bedrijven die herlokalisatiebehoefte hebben aangegeven .....................................................96 Tabel 20: Overzicht ruimtebehoeften lokale bedrijvigheid 2003-2007 .................................................97 Tabel 21: Overzicht ruimtebehoeften regionale bedrijvigheid 2003-2007 ............................................98 Tabel 22: Schematisch overzicht realisatie doelgroepenbeleid............................................................142 Tabel 23: Schematisch overzicht van de woningbouwprogrammatie ..................................................143

Page 14: GRS Tekstboek

ARCADIS Gedas NV Projectnummer: 07/2872

maart 2006 Bestand: s:\structuurplanning\rsp-kampenhout-2872\rapporten\5 - ontwerp\versie da\2872-rap-248b_bd.doc Pagina 14 van 191 Dossier: Ruimtelijk Structuurplan Gemeente Kampenhout - Ontwerp – Versie B

^^km^h=s^k=ebq=mi^kkfkdpmol`bp=

NK fkibfafkd=

De voorbije decennia werd het duidelijk dat het huidige instrumentarium van de ruimtelijke ordening is voorbijgestreefd. Het bestaande ruimtelijk beleid, enkel steunende op de bestaande aanlegplannen (gewestplannen, BPA�s,...), kan niet dynamisch inspelen op nieuwe ruimtelijke noden en kansen. Door het eenzijdig gericht zijn op de zonering en bestemmingen ondersteunen de aanlegplannen het passief karakter van het beleid. Met het ontbreken van een langetermijnvisie op de gewenste ruimtelijke ontwikkeling, dreigen de verschillende maatschappelijke sectoren zich ruimtelijk al te veel onafhankelijk van elkaar te ontwikkelen.

De structuurplanning moet een antwoord bieden op de ruimtelijke probleemstellingen en de tekorten van het huidige planningsinstrumentarium. Met de structuurplanning moet het mogelijk zijn om een actiegericht en samenhangend ruimtelijk beleid uit te werken. Structuurplanning is een dynamisch en continu proces van visie- en beleidsvorming met betrekking tot de kwaliteit van de ruimte en de realisatie ervan.

De gemeente Kampenhout wil participeren in deze nieuwe denkrichting waardoor met betrekking tot de ruimtelijke evolutie een langetermijnvisie wordt ontwikkeld.

Het ruimtelijk structuurplan geeft van een bepaalde ruimte de ruimtelijke visie, een concept over de gewenste structuur, beleidsdoelstellingen en de maatregelen om ze te verwezenlijken. Dit product waarborgt de inhoudelijkheid, doelgerichtheid, doorzichtigheid en controleerbaarheid van het ruimtelijk beleid. Op basis van zo een structuurplan, dat zich tenminste uitstrekt tot de middellange termijn, kunnen projecten worden benoemd en afhankelijk van de prioriteiten en (financiële) haalbaarheid, tot uitvoering worden gebracht.

Structuurplanning vereist een samenwerking tussen politici, administratie, planners en de bevolking. Hierdoor krijgt het resultaat een breed draagvlak en is de kans op werkelijke realisatie van actiepunten beter gefundeerd. Deze complexe planningsvorm heeft gestalte gekregen binnen de driesporenplanning1. Deze planningsmethode heeft verschillende voordelen. Op het eerste spoor wordt een beleidsplan voor de toekomst ontwikkeld waarbij de duurzame ruimtelijke ontwikkeling voor Kampenhout wordt uitgetekend. Het tweede spoor biedt de kans om in het heden kwalitatief in te grijpen op het terrein. Het derde spoor omvat de democratische besluitvorming waarbij de bevolking eveneens haar rol speelt.

1 Ministerie van de Vlaamse Gemeenschap, Structuurplanning: een handleiding voor de gemeenten, Brussel, AROHM

1994.

Page 15: GRS Tekstboek

ARCADIS Gedas NV Projectnummer: 07/2872

Bestand: s:\structuurplanning\rsp-kampenhout-2872\rapporten\5 - ontwerp\versie da\2872-rap-248b_bd.doc maart 2006 Dossier: Ruimtelijk Structuurplan Gemeente Kampenhout - Ontwerp – Versie B Pagina 15 van 191

Figuur 1: Driesporenplanning

driesporenplanning

waardennormen

problemen

betrekken bevolking bij plan-en besluitvormingsproces

emancipatorisch werken naarkwaliteit

knelpuntenbehandelingop korte termijndagelijks beleid

derde spoor

tweede spoor

eerste spoor visievorminglange termijn

OK ab`obbq=lm=ab=orfjqbifghb=mi^kkfkd==

Via het decreet van 24 juli 1996, houdende de ruimtelijke planning, werd door de Vlaamse Raad een belangrijke modernisering van het planningsinstrumentarium verwezenlijkt. De nog steeds bestaande stedenbouwwet van 1962 voorzag slechts in weinig dynamische aanlegplannen (gewestplan, BPA�s...). Via het nieuwe planningsdecreet2 van 18 mei 1999 worden hieraan het structuurplan op Vlaams, provinciaal en gemeentelijk niveau toegevoegd.

Artikel 3 van het Planningsdecreet vermeldt: “Onder Ruimtelijk Structuurplan wordt verstaan een beleidsdocument dat het kader aangeeft voor de gewenste ruimtelijke structuur. Het geeft een langetermijnvisie op de ruimtelijke ontwikkeling van het betrokken gebied. Het is erop gericht samenhang te brengen in de voorbereiding, de vaststelling en de uitvoering van beslissingen die de ruimtelijke ordening aanbelangen.”.

Een ruimtelijk structuurplan is gericht op een duurzame ruimtelijke ontwikkeling waarbij de ruimte wordt beheerd voor de huidige generatie zonder dat de behoeften van een volgende generatie in het gedrang worden gebracht. Het document wordt vastgesteld voor een termijn van vijf jaar en blijft in ieder geval van kracht totdat het door een nieuw ruimtelijk structuurplan is vervangen.

In het structuurplan worden drie delen onderscheiden, namelijk het informatief deel, het richtinggevend deel en het bindend deel.

Het informatief deel omvat de beschrijving van de bestaande ruimtelijke structuur en van het gevoerde beleid naast het onderzoek naar mogelijke behoeften van een aantal maatschappelijke sectoren en activiteiten. Er wordt tevens een relatie aangetoond met de structuurplannen van andere niveaus.

Het richtinggevend deel geeft de doelstellingen van het ruimtelijk beleid weer dat leidt tot de gewenste ruimtelijke structuur. De overheid kan bij het nemen van beslissingen niet afwijken van de elementen die in dit deel beschreven staan, tenzij wegens onvoorziene ontwikkelingen van de ruimtelijke behoeften of wegens dringende sociale of budgettaire redenen.

2 Decreet houdende de organisatie van de ruimtelijke ordening goedgekeurd van 18 mei 1999

Page 16: GRS Tekstboek

ARCADIS Gedas NV Projectnummer: 07/2872

maart 2006 Bestand: s:\structuurplanning\rsp-kampenhout-2872\rapporten\5 - ontwerp\versie da\2872-rap-248b_bd.doc Pagina 16 van 191 Dossier: Ruimtelijk Structuurplan Gemeente Kampenhout - Ontwerp – Versie B

Het bindend deel bevat de elementen die bindend zijn voor de gemeente en haar instellingen. De beslissingen die nodig zijn om de gewenste ruimtelijke structuur te realiseren staan in dit deel beschreven.

PK ^^km^h=

De voorgestelde aanpak heeft geleid tot volgende documenten.

PKNK fåíÉåíáÉåçí~=

In de intentienota verwoordt het gemeentebestuur een aantal bedenkingen die aanleiding hebben gegeven tot het opstarten van het structuurplanningsproces.

De nood aan een globale visie op de ruimtelijke ontwikkeling van Kampenhout wordt aangetoond zoals eveneens de nood aan een integratiekader voor een aantal sectorale studies (bijvoorbeeld het gemeentelijk natuurontwikkelingsplan).

De gemeente wenst een actief beleid inzake ruimtelijke ordening te voeren.

De noodzaak om het gemeentelijk ruimtelijk beleid te integreren binnen de krijtlijnen die het structuurplan Vlaanderen en het Ruimtelijk Structuurplan Vlaams-Brabant hebben getrokken, wordt beklemtoond.

Een aantal belangrijke vragen en problemen komen tevens aan bod in de intentienota. Enkele vraagstukken die met voorrang moeten worden bekeken, zijn: - de woon- en huisvestingspolitiek - de uitbouw van recreatieve en sportvoorzieningen - de uitbouw van andere openbare voorzieningen (school, begraafplaats,..) - de opvang van lokale economische activiteiten

PKOK pí~êíåçí~=

In deze startnota wordt enerzijds inzicht gegeven in de huidige planningscontext en bestaande ruimtelijke toestand en anderzijds in de ruimtelijke problemen, kwaliteiten en potenties. Daarna geeft de startnota een aanzet tot de mogelijke gewenste ruimtelijke ontwikkeling.

Dit rapport werd samengesteld na een intensieve periode van terreinverkenning en een gespreksronde met bevoorrechte getuigen. Hierbij ging de aandacht onder meer uit naar de planningscontext, de analyse van de ruimtelijke structuur en een eerste diagnose van de waarden, potenties, knelpunten en bedreigingen. Gelijklopend aan deze terreinverkenning en gesprekken werd gestart met het samenbrengen van de specifieke basisinformatie omtrent de demografie, de tewerkstelling, de historisch-morfologische ontwikkeling … welke essentieel zijn voor de studie. Elementen uit andere afgewerkte of in opmaak zijnde studies, zoals het mobiliteitsplan, het GNOP en de woningbehoeftenstudie worden hieraan toegevoegd.

Het eerste deel van het rapport bevat de ruimtelijke situering aangevuld met enkele kengetallen die de gemeente typeren. Op basis van het gewestplan wordt het huidige bodemgebruik besproken.

Het tweede deel omvat de planningscontext waarin andere bestaande onderzoeken van belang voor Kampenhout en een overzicht van de actuele studies, plannen en projecten in de gemeente worden belicht. Het betreft hier aspecten die de mogelijkheid tot ‘planning op gemeentelijk niveau’ sturen.

Het derde deel beschrijft de ruimtelijke context. Er wordt gestart met een stukje geschiedenis. De bestaande ruimtelijke structuur wordt op macro-, meso- en microniveau geanalyseerd. Dit gebeurt aan de hand van deelstructuren (vb. beekloop) en deelruimten (vb. dorp). Tenslotte wordt de bestaande ruimtelijke structuur in kaart gebracht.

Page 17: GRS Tekstboek

ARCADIS Gedas NV Projectnummer: 07/2872

Bestand: s:\structuurplanning\rsp-kampenhout-2872\rapporten\5 - ontwerp\versie da\2872-rap-248b_bd.doc maart 2006 Dossier: Ruimtelijk Structuurplan Gemeente Kampenhout - Ontwerp – Versie B Pagina 17 van 191

In het vierde deel wordt een diagnose gemaakt van de waarden, potenties, knelpunten en bedreigingen. Deze vier delen behoren tot het informatief deel.

Aan de hand van het voorgaande worden in deel vijf de doelstellingen voor de gemeente geformuleerd. De uitgangshouding voor de langetermijnvisie en voor de actuele knelpunten wordt vastgelegd.

In het zesde deel wordt de rol van de gemeente Kampenhout in haar ruimere omgeving beschreven. Binnen de gemeente hebben ook de verschillende deelgebieden een eigen rol te vervullen. Dit deel ‘visie en concepten’ biedt een ontwikkelingsperspectief voor de verschillende sectoren en deelgebieden.

Deel zeven geeft een beeld van de hypothese van de gewenste ruimtelijke structuur.

In het laatste deel van de startnota wordt de noodzaak van verder onderzoek aangetoond en opgesomd.

PKPK léã~~â=î~å=ÇÉ=îÉêëÅÜáääÉåÇÉ=ÇÉÉäê~ééçêíÉå=

De hypothetische visie die werd neergeschreven in de startnota werd verder verfijnd aan de hand van een aantal deelrapporten. Er werden rapporten opgemaakt voor de verschillende deelstructuren. Volgende deelrapporten werden opgemaakt: - Woningbehoeftenstudie - Bedrijvenbehoeftestudie - Deelrapport open ruimte - Deelrapport kernen

PKQK sççêçåíïÉêé=êìáãíÉäáàâ=ëíêìÅíììêéä~å=h~ãéÉåÜçìí=

Het voorontwerp wordt opgebouwd uit drie grote delen, het informatief deel, het richtinggevend deel en een aanzet tot bindend deel.

Het informatief deel wordt grotendeels overgenomen uit de startnota en aangevuld met gegevens uit de verschillende deelrapporten.

In het richtinggevend deel wordt de visie voor de gemeente neergeschreven. Deze visie is een verdere verfijning van de hypothese uit de startnota. Ze wordt samengesteld uit de confrontatie van de visies die werden neergeschreven in de deelrapporten.

In het bindend deel wordt een eerste aanzet gegeven tot maatregelen die moeten genomen worden om de neergeschreven visie te kunnen verwezenlijken.

PKRK lîÉêäÉÖãçãÉåíÉå=Éå=áåÄêÉåÖ=

Op volgende data of tijdens de vermelde perioden hebben werkzaamheden of overlegmomenten plaats gevonden die essentieel deel uitmaken van het communicatieproces. Hieronder volgt een opsomming:

- Startvergadering: 21/02/00

- Ambtelijke werkgroepvergaderingen: 13/03/00, 20/06/00, 27/06/00, 03/07/00, 11/08/00, 23/08/00, 27/11/00, 15/01/01, 05/02/01, 27/04/01, 27/11/01, 21/04/02, 14/06/02, 11/10/02, 05/11/02, 26/11/02, 22/01/03, 04/02/03, 27/02/03, 18/03/03, 25/03/03, 31/03/03, 22/04/03, 06/05/03, 14/08/03, 26/01/04

- Stuurgroepvergaderingen: 23/08/00, 19/12/01, 25/02/02

- Vergaderingen met GECORO: 21/11/02, 27/02/03, 22/05/03, 22/09/03, 19/04/04

- Vergaderingen met het College van Burgemeester en Schepenen: 09/03/04 en 30/03/04

Page 18: GRS Tekstboek

ARCADIS Gedas NV Projectnummer: 07/2872

maart 2006 Bestand: s:\structuurplanning\rsp-kampenhout-2872\rapporten\5 - ontwerp\versie da\2872-rap-248b_bd.doc Pagina 18 van 191 Dossier: Ruimtelijk Structuurplan Gemeente Kampenhout - Ontwerp – Versie B

- Infoavond bedrijvenstudie: 21/08/00

- Infoavond zonevreemd wonen: 12/03/01, 19/03/01

- Toelichting woningbehoeftestudie aan gemeenteraad: 14/05/01

- Structureel overleg: Startnota: 13/08/02; voorontwerp 24/09/04

QK p^jbktbohfkdpjlabi=

Bij de start van het structuurplanningsproces voor Kampenhout werd een samenwerkingsverband opgezet dat tot doel heeft dit proces verder te begeleiden. De bedoeling is een duurzame samenwerkingsstructuur tot stand te brengen die ook nadien bruikbaar is. Het is duidelijk dat de uiteindelijke beslissingsbevoegdheid inzake het structuurplan bij de gemeenteraad ligt.

QKNK ^ãÄíÉäáàâÉ=ïÉêâÖêçÉé==

De ambtelijke groep bereidt het structuurplan inhoudelijk voor. Zij coördineert het plannings- en inspraakproces. Zij adviseert het College over de aanpak van de planning, het uit te voeren onderzoek en de inspraak. Hier vinden tevens een afstemming en een overleg plaats tussen de gemeentelijke diensten over de werkzaamheden en de belangrijke projecten. Afgevaardigden van het beleid (schepencollege, gemeentelijke administratieve diensten) zetelen in de ambtelijke werkgroep. Samen met afgevaardigden van het projectteam van ArcadisGedas sturen zij de inhoudelijke uitwerking van het structuurplan.

Belangrijk hierbij is dat de ambtelijke werkgroep: - de verschillende documenten van de structuurplanning bespreekt; - de inspraakprocedure mee uitwerkt; - de procedure van structuurplanning mee opvolgt; - en de benodigde gegevens ter beschikking stelt aan de plangroep.

QKOK píììêÖêçÉé=

De stuurgroep is de voornaamste inspraakgroep in de structuurplanning. Zij geeft op basis van voorstellen van de plangroep en van de ambtelijke werkgroep of uit eigen beweging adviezen aan het college en de gemeenteraad.

De stuurgroep organiseert haar eigen werkzaamheden en geeft advies aan de ambtelijke werkgroep over initiatieven om gericht informatie te verstrekken, ruimere inspraak te organiseren en de resultaten van het inspraakverloop in de besluitvorming te verwerken.

QKPK _ÉîçäâáåÖ=

Ook de bevolking wordt op de hoogte gebracht van het structuurplanningsproces. Dit gebeurt in de eerste plaats door het publiceren van artikels in het gemeentelijk informatieblad. Hiernaast is het College van Burgemeester en Schepenen verplicht om minimaal één informatie- en inspraakvergadering te organiseren. Deze hoorzitting vindt plaats tijdens het openbaar onderzoek van het structuurplan.

Page 19: GRS Tekstboek

ARCADIS Gedas NV Projectnummer: 07/2872

Bestand: s:\structuurplanning\rsp-kampenhout-2872\rapporten\5 - ontwerp\versie da\2872-rap-248b_bd.doc maart 2006 Dossier: Ruimtelijk Structuurplan Gemeente Kampenhout - Ontwerp – Versie B Pagina 19 van 191

fkcloj^qfbc=abbi=

abbi=NW pfqrbofkd=

NK orfjqbifghb=pfqrbofkd=

NKNK dÉãÉÉåíÉ=çé=ã~ÅêçåáîÉ~ì=

De gemeente Kampenhout is gelegen in het noorden van Provincie Vlaams-Brabant, op 17,5 km van Brussel, 13 km van Leuven en 11 km van Mechelen. De gemeente ligt in het centrum van de driehoek Brussel – Mechelen – Leuven en maakt nog net deel uit van het arrondissement Halle – Vilvoorde. Haar aangrenzende gemeenten zijn Boortmeerbeek, Haacht, Herent, Kortenberg, Steenokkerzeel en Zemst.

Kampenhout is gelegen in de witloofstreek van Midden-Brabant en in de Brabantse laagvlakte, waarvan het hoogste punt boven de zeespiegel 17 meter bedraagt. Kampenhout maakt deel uit van het Dijlebekken, dat op zich dan weer tot het Scheldebekken behoort. Er zijn verschillende natuurgebieden aanwezig in de gemeente, waaronder Torfbroek en Ter Bronnen, met een zeer zeldzame biotoop.

De gemeente is gelegen langs het kanaal Leuven – Dijle en langs de steenwegen N26 (Leuven – Mechelen) en N21 (Brussel – Haacht).

Figuur 2: Administratieve situering

Page 20: GRS Tekstboek

ARCADIS Gedas NV Projectnummer: 07/2872

maart 2006 Bestand: s:\structuurplanning\rsp-kampenhout-2872\rapporten\5 - ontwerp\versie da\2872-rap-248b_bd.doc Pagina 20 van 191 Dossier: Ruimtelijk Structuurplan Gemeente Kampenhout - Ontwerp – Versie B

Kaart 1: Situering van de gemeente

NKOK dÉãÉÉåíÉ=çé=ãÉëçJ=Éå=ãáÅêçåáîÉ~ì=

De gemeente Kampenhout wordt in het noorden begrensd door de gemeente Boortmeerbeek, in het oosten door Haacht en Herent, in het zuiden door Kortenberg en in het westen door Steenokkerzeel en Zemst. Ze is prima bereikbaar langs water en weg en bezit een rijke afwisseling van dorpen, kastelen, landbouwgebieden, recreatieve zones, natuurreservaten, beeklopen en open ruimten.

Sedert 1 januari 1977 bestaat de gemeente uit vier deelgemeenten, namelijk Berg, Buken, Kampenhout en Nederokkerzeel.

De gemeente telt vijf kernen, namelijk Kampenhout, Berg, Relst (deelgemeente Kampenhout), Buken en Nederokkerzeel. Kampenhout en Berg zijn de twee grootste kernen en situeren zich beiden langs de N21 (Brussel – Haacht). Buken, Nederokkerzeel en Relst zijn kleinere kernen, met een landelijker uitzicht. Nederokkerzeel ligt in het zuiden van de gemeente, Buken in het oosten, langs de N26, en Relst ligt in de omgeving van de N21.

De drie belangrijkste infrastructuren in de gemeente, namelijk het kanaal Leuven – Dijle en de steenwegen N26 (Leuven – Mechelen) en N21 (Brussel – Haacht) kruisen elkaar ter hoogte van Kampenhout-Sas. Kampenhout-Sas vormt door de aanwezigheid van deze infrastructuren en van belangrijke industriegebieden een middelpunt van economie en infrastructuur.

Het gehele Kampenhoutse landschap wordt doorsneden met talrijke beekjes en waterlopen. Vanuit natuurlijk standpunt geven zij, als verbindingselement, een belangrijke meerwaarde aan de nog aanwezige natuur. Deze beekjes en waterlopen doorkruisen verschillende grote boscomplexen in de gemeente. Kampenhout staat bekend om zijn zeer waardevolle natuurreservaten, zoals het Torfbroek, Ter Bronnen, het Silsombos en het Hellebos.

Kaart 2: Basiskaart Kampenhout

Page 21: GRS Tekstboek

ARCADIS Gedas NV Projectnummer: 07/2872

Bestand: s:\structuurplanning\rsp-kampenhout-2872\rapporten\5 - ontwerp\versie da\2872-rap-248b_bd.doc maart 2006 Dossier: Ruimtelijk Structuurplan Gemeente Kampenhout - Ontwerp – Versie B Pagina 21 van 191

OK ht^kqfq^qfbc=molcfbi=s^k=ab=dbjbbkqb=Ó=bkhbib=hbkdbq^iibk=

OKNK pçÅáçJÉÅçåçãáëÅÜ=éêçÑáÉä=î~å=ÇÉ=ÖÉãÉÉåíÉ=

In onderstaande tabel worden enkele kengetallen weergegeven. Enerzijds voor heel de gemeente en anderzijds voor de verschillende deelgemeenten. Als basis worden de gegevens van de volkstelling 1991 gebruikt.

Tabel 1: Overzicht kengetallen gemeente Kampenhout

Totaal Gemeente

Kampenhout Berg Buken Nederokker-zeel

Oppervlakte 3350 ha 1675 889 216 716

Aantal inwoners (02/’03) 10.838 5.394 3.252 459 1.783

Bevolkingsdichtheid (’03) 323 inw./km²

Aantal gezinnen (’03) 4117

Gem. gezinsgrootte (’03) 2,6

Aantal vreemdelingen (’03) 318

Aantal werkenden (’01) 5039

Aantal woningen (‘91)

Eéngezinswoningen

Appartementen

Gesloten bebouwing

Halfopen bebouwing

Open bebouwing

Huurwoningen

Eigendomswoningen

3500

3225

268

150

484

2591

555

2875

1770

1630

135

72

277

1281

286

1450

1049

961

84

50

101

812

167

857

140

60

8

11

18

103

18

121

541

500

41

17

88

395

84

447

Bron: NIS Volkstelling 1991, gegevens www.kampenhout.be, www.aps.vlaanderen.be

OKOK _çÇÉãÖÉÄêìáâ=Éå=ÖÉÄçìïÉå=

2.2.1. Evolutie van de bodembezetting

Op basis van de kadastrale statistieken is het mogelijk om een gedetailleerd beeld te krijgen van de verhouding tussen de bebouwde en de niet-bebouwde oppervlakte en de evolutie hiervan.

2.2.1.1. Onbebouwde percelen (agrarische ruimte, bossen, heide, woeste gronden, natuurgebieden)

De onbebouwde oppervlakte bedroeg in 1995 2.752 ha of 82,2 % van de totale oppervlakte. In 1985 bedroeg dit nog 2.898 ha of 86,5 %, een afname van 146 ha of 4,3 % op 10 jaar tijd. Een sterke bevolkingstoename, met 1423 personen, zorgt ervoor dat de gemiddelde oppervlakte onbebouwde grond per inwoner fors daalt. In 1985 bedroeg de gemiddelde oppervlakte per inwoner 32,25 are, in 1995 was dit nog slechts 26,44 are, een afname met bijna 6 are per inwoner.

Page 22: GRS Tekstboek

ARCADIS Gedas NV Projectnummer: 07/2872

maart 2006 Bestand: s:\structuurplanning\rsp-kampenhout-2872\rapporten\5 - ontwerp\versie da\2872-rap-248b_bd.doc Pagina 22 van 191 Dossier: Ruimtelijk Structuurplan Gemeente Kampenhout - Ontwerp – Versie B

2.2.1.2. Bebouwde percelen (bebouwde oppervlakte, incl. wegenis en waterlopen)

De bebouwde oppervlakte steeg in de periode van 1985 tot 1995 met 125,7 ha. Dit is een toename van bijna 14 %. De bebouwde oppervlakte bedroeg in 1985 321,3 ha en groeide in 1995 tot 447 ha. Hiernaast is een sterke stijging op te merken van de niet-gekadastreerde oppervlakte3 met 20 ha voor dezelfde 10 jaar. Hierdoor kan worden geconcludeerd dat de totale bebouwde oppervlakte in Kampenhout gestegen is met 145,7 ha of bijna 1,4 are per inwoner.

De evolutie van de bebouwde oppervlakte tussen 1985 en 1995 is verder op te splitsen in een verviervoudiging van het aantal appartementen (2,9 ha in 1995), een stijging van het aantal huizen en hoeves met 4 % (357,6 ha in 1995), van de industriegebouwen met 26,6 ha (43 ha in 1995), van de handelszaken (17,4 ha in 1995) en een daling van de openbare gebouwen met 3 % (2,7 ha in 1995) en van het aandeel gebouwen voor welzijn, gezondheid, onderwijs, cultuur, sport en ontspanning met bijna 1 % (22,5 ha in 1995).

2.2.2. Bodembestemming volgens het gewestplan

Bestemming wonen 564 ha

Het woongebied beslaat 17 % van de totale oppervlakte van het grondgebied van Kampenhout. Het woongebied kan verder onderverdeeld worden naar woongebied (168 ha), woongebied met landelijk karakter (204 ha), woonpark (131 ha) en woonuitbreidingsgebieden (61 ha).

Bestemming parkgebieden 80 ha

Bestemming natuurgebieden 180,5ha

Bestemming bosgebieden 339 ha

Bestemming agrarische gebieden 1520 ha

Bestemming landschappelijk waardevolle agrarische gebieden 480 ha

Bestemming industrie 82 ha

Bestemming ambachtelijke bedrijven en KMO’s 19,5ha

Golfterrein 43 ha

Overige bestemmingen

Omwille van de beperkte ingebruikname (2 % van de totale oppervlakte) worden de overige bestemmingen niet in de grafiek opgenomen. Ze kunnen als volgt ingedeeld worden:

gebieden voor gemeenschapsvoorzieningen en openbaar nut (11,5 ha),

dienstverleningsgebied (4,5 ha),

recreatiegebied (5,5 ha),

gebied voor verblijfsrecreatie (3,5 ha),

groengebieden (12 ha),

uitbreidingen van ontginningsgebieden (12 ha),

militair gebied (11 ha),

bestaande waterwegen (6.5 ha).

45,5ha

3 De niet-gekadastreerde oppervlakte is de oppervlakte die wordt ingenomen door vooral openbare wegenis, pleinen en

grote waterlopen.

Page 23: GRS Tekstboek

ARCADIS Gedas NV Projectnummer: 07/2872

Bestand: s:\structuurplanning\rsp-kampenhout-2872\rapporten\5 - ontwerp\versie da\2872-rap-248b_bd.doc maart 2006 Dossier: Ruimtelijk Structuurplan Gemeente Kampenhout - Ontwerp – Versie B Pagina 23 van 191

Figuur 3: Bodemgebruik volgens het gewestplan

Oppervlakte bestemmingen Kampenhout

17% 3%

2%

1%

59%

10%6% 2% wonen

industrierecreatieoverige bestemmingenlandbouwbosbouwreservaat en natuuroverig groen

Bron: Gewestplan Halle-Vilvoorde-Asse

2.2.2.1. Bodembestemming Kampenhout – buurgemeenten

Binnen de driehoek Brussel – Leuven – Mechelen is Kampenhout de meest landelijke buitengebiedgemeente. In vergelijking met buurgemeenten en Vlaanderen bezit Kampenhout het grootste aandeel landbouw- en bosgebieden. Harde functies komen op het grondgebied van Kampenhout relatief minder voor dan in de buurgemeenten. De oppervlaktebestemmingen van Kampenhout zijn het meest vergelijkbaar met deze van heel Vlaanderen.

Figuur 4: Bodemgebruik volgens het gewestplan Boortmeerbeek

Figuur 5: Bodemgebruik volgens het gewestplan Haacht

Oppervlakte bestemmingen Boortmeerbeek

37%

1%40%

5%9% 2%

1%5%

wonenindustrierecreatieoverige bestemmingenlandbouwbosbouwreservaat en natuuroverig groen

Oppervlakte bestemmingen Haacht

23%

2%

2%

1%

50%

9%

12% 1% wonenindustrierecreatieoverige bestemmingenlandbouwbosbouwreservaat en natuuroverig groen

Figuur 6: Bodemgebruik volgens het gewestplan Herent

Figuur 7: Bodemgebruik volgens het gewestplan Kortenberg

Oppervlakte bestemmingen Herent

27%

2%

56%

1%

4%

1%

9% wonenindustrierecreatieoverige bestemmingenlandbouwbosbouwreservaat en natuuroverig groen

Oppervlakte bestemmingen Kortenberg

23%

2%

1%

1%

54%

0%

18%1% wonen

industrierecreatieoverige bestemmingenlandbouwbosbouwreservaat en natuuroverig groen

Page 24: GRS Tekstboek

ARCADIS Gedas NV Projectnummer: 07/2872

maart 2006 Bestand: s:\structuurplanning\rsp-kampenhout-2872\rapporten\5 - ontwerp\versie da\2872-rap-248b_bd.doc Pagina 24 van 191 Dossier: Ruimtelijk Structuurplan Gemeente Kampenhout - Ontwerp – Versie B

Figuur 8: Bodemgebruik volgens gewestplan Steenokkerzeel

Figuur 9: Bodemgebruik volgens het gewestplan Zemst

Oppervlakte bestemmingen Steenokkerzeel

20%

1%

29%36%

11% 1% 2% wonenindustrierecreatieoverige bestemmingenlandbouwbosbouwreservaat en natuuroverig groen

Oppervlakte bestemmingen Zemst

21%

2%

53%

3%

3%

1%

7%

10% wonenindustrierecreatieoverige bestemmingenlandbouwbosbouwreservaat en natuuroverig groen

Figuur 10: Bodemgebruik volgens het gewestplan Vlaanderen

Oppervlakte bestemmingen Vlaanderen

17%4%

1%

4%

60%

3%

8% 3% wonenindustrierecreatieoverige bestemmingenlandbouwbosbouwreservaat en natuuroverig groen

Page 25: GRS Tekstboek

ARCADIS Gedas NV Projectnummer: 07/2872

Bestand: s:\structuurplanning\rsp-kampenhout-2872\rapporten\5 - ontwerp\versie da\2872-rap-248b_bd.doc maart 2006 Dossier: Ruimtelijk Structuurplan Gemeente Kampenhout - Ontwerp – Versie B Pagina 25 van 191

abbi=OW mi^kkfkdp`lkqbuq=

NK eldbob=pqor`qrromi^kkbk=

Kaart 3: Planningscontext - Hogere structuurplannen

NKNK oìáãíÉäáàâ=píêìÅíììêéä~å=sä~~åÇÉêÉåQ=

Op 23 september 1997 werd het eerste Ruimtelijk Structuurplan Vlaanderen (RSV) definitief vastgesteld door de Vlaamse Regering. Het is een beleidsdocument dat richtinggevend en deels bindend is voor de Vlaamse regering, haar administraties en alle onder het Gewest ressorterende instellingen, en voor de provinciale en gemeentelijke overheid.

De uitgangshouding is het realiseren van een duurzame ruimtelijke ontwikkeling. De belangrijkste doelstelling is het tegengaan van de verdere verspreiding van stedelijke functies in en de versnippering van de open ruimte.

1.1.1. Ruimtelijk beleid in stedelijke gebieden

Kampenhout behoort wel tot Vlaamse Ruit

In het RSV wordt Kampenhout binnen de Vlaamse Ruit gesitueerd. De Vlaamse Ruit is een stedelijk netwerk op internationaal niveau; het gebied is van internationaal economisch belang voor Vlaanderen. De buurgemeenten Boortmeerbeek, Haacht, Herent, Kortenberg, Steenokkerzeel en Zemst behoren ook tot de Vlaamse Ruit.

Kampenhout behoort niet tot stedelijk gebied

Kampenhout valt buiten het af te bakenen Vlaams stedelijk gebied rond Brussel. In gemeenten gelegen binnen dit gebied is het wenselijk het aanwezige stedelijk karakter in het ruimtelijk beleid te continueren. Kampenhout behoort aldus tot het buitengebied.

1.1.2. Ruimtelijk beleid in het buitengebied

De gemeente Kampenhout maakt deel uit van het buitengebied. De doelstellingen ten aanzien van dit buitengebied werden in het RSV als volgt omschreven:

- De ontwikkelingsmogelijkheden van de structuurbepalende activiteiten en functies (landbouw, bos, natuur, wonen en werken) van het buitengebied moeten worden gegarandeerd. Op deze wijze wordt het buitengebied gevrijwaard voor haar essentiële functies.

- Bij de ontwikkeling van de structuurbepalende activiteiten en functies van het buitengebied wordt het bestaand fysisch systeem als uitgangspunt gehanteerd. Het ruimtelijk beleid en het milieubeleid worden hierop afgestemd.

- De ontwikkeling van wonen, werken en verzorgende functies wordt in de kernen gebundeld teneinde een verdere versnippering van het buitengebied te vermijden (= gedeconcentreerde bundeling).

- Het bereiken van een gebiedsgerichte ruimtelijke kwaliteit in het buitengebied.

4 AROHM, Ruimtelijk Structuurplan Vlaanderen (RSV), integrale versie, 1997.

Page 26: GRS Tekstboek

ARCADIS Gedas NV Projectnummer: 07/2872

maart 2006 Bestand: s:\structuurplanning\rsp-kampenhout-2872\rapporten\5 - ontwerp\versie da\2872-rap-248b_bd.doc Pagina 26 van 191 Dossier: Ruimtelijk Structuurplan Gemeente Kampenhout - Ontwerp – Versie B

Natuurlijke structuur

De grote eenheden natuur (GEN; 75.000 tot 100000 ha) en de grote eenheden natuur in ontwikkeling (GENO; 25.000 tot 50.000 ha) worden afgebakend door het Vlaams Gewest. Daarnaast bakent het Vlaams Gewest ook 10.000 ha bijkomend bosgebied of bosuitbreidingsgebied af waarbinnen ecologisch verantwoorde bosuitbreiding plaatsvindt, en 150.000 natuurverwevingsgebied.

In het informatief gedeelte van het RSV is het gebied tussen Brussel – Leuven – Mechelen aangeduid als structurerend op Vlaams niveau:

Ecologisch en landschappelijk vormt het gebied tussen Brussel – Leuven – Mechelen een overgang tussen het lage en redelijk gesloten brede alluvium van de Beneden-Dijle (N) en het hoog gelegen leemplateau van de Brabantse leemstreek (Z). De natuurgebieden situeren zich vnl. in de beeklopen. Het gaat om beekbegeleidende bossen, moerasjes en verruigende graslanden. De flora van de bossen is gevarieerd en zeer rijk. Boscomplexen die tot over de dalrand zijn interessant wegens hun overgangen. Cruciaal element in de meeste beeklopen is de kwel. Een van de meest waardevolle natuurgebieden van Vlaanderen, het Torfbroek (Berg, Kampenhout), ligt in dit gebied.

In alluvia en in veen kan moeraskalk (Torfbroek) voorkomen. Waar deze moeraskalk (tuf) voorkomt, kunnen zeer zeldzame laagveenorganismen tot ontwikkeling komen.

Er zal worden gestreefd naar een buffering van de natuurfunctie in het buitengebied ten opzicht van de eraan grenzende functies. Het behoort immers tot de verantwoordelijkheid van de ruimtelijke ordening om onverenigbare functies van elkaar te scheiden.

Agrarische structuur

De agrarische macrostructuur (de landbouwgebieden die belangrijk zijn voor het functioneren van de landbouw) worden door het Vlaams Gewest afgebakend in uitvoeringsplannen (zie ook verder). 750.000 ha agrarisch gebied wordt afgebakend door het Vlaams Gewest, met aanduiding van bouwvrije zones.

Momenteel zijn nog geen nieuwe afbakeningsplannen opgemaakt. De ‘gele’ bestemmingen van de gewestplannen blijven voorlopig gelden als de agrarische structuur van Vlaams en Provinciaal niveau.

Op Vlaams niveau worden concentratie- en specialisatiegebieden in de agrarische macrostructuur vastgelegd. De vormen het uitgangspunt voor positieve en structuurondersteunende maatregelen vanuit het ruimtelijk en sectoraal beleid.

De gemeente Kampenhout is gecatalogeerd als gemeente met matig dynamische landbouw (dit wordt bepaald aan de hand van landbouwareaal, fysische en socio-economische karakteristieken). De gemeente behoort niet tot een regio met een concentratie of specialisatie in de landbouw.

Nederzettingsstructuur

De nederzettingsstructuur in het buitengebied wordt gedifferentieerd door het gebruik van de volgende beleidscategorieën: kern, bebouwd perifeer landschap, linten en verspreide bebouwing. De selectie hiervan gebeurt op provinciaal niveau. In het buitengebied worden de kernen onderverdeeld in hoofddorpen en woonkernen. Een hoofddorp onderscheidt zich van een woonkern door de uitstralingsgraad waarover het in zijn regio beschikt.

De afbakening van de kernen moet gebeuren in het gemeentelijk ruimtelijk structuurplan. De locaties voor de nieuw te bouwen woningen (met fasering, minimale en maximale dichtheden) worden eveneens vastgelegd in het gemeentelijk structuurplan en verder uitgewerkt in de ruimtelijke uitvoeringsplannen.

In de provincie Vlaams-Brabant mag maximum 50% van de bijkomende woongelegenheden tot 2007 in de kernen van het buitengebied gerealiseerd worden.

In het buitengebied moeten lokale bedrijventerreinen de nieuwe en de te herlokaliseren lokaal verzorgende bedrijven opvangen. Lokale bedrijventerreinen worden afgebakend door de gemeente,

Page 27: GRS Tekstboek

ARCADIS Gedas NV Projectnummer: 07/2872

Bestand: s:\structuurplanning\rsp-kampenhout-2872\rapporten\5 - ontwerp\versie da\2872-rap-248b_bd.doc maart 2006 Dossier: Ruimtelijk Structuurplan Gemeente Kampenhout - Ontwerp – Versie B Pagina 27 van 191

aansluitend bij hoofddorpen of bij een bestaand bedrijventerrein. De totale maximale grootte van nieuwe lokale bedrijventerreinen is 5 ha (richtcijfer) per hoofddorp. De ontsluiting ervan moet verlopen via gemeentelijke verzamelwegen welke rechtstreeks toegang verlenen tot primaire en secundaire wegen.

Landschappelijke structuur

Op elk planningsniveau kunnen karakteristieke elementen en componenten worden geselecteerd en kunnen hiervoor specifieke ontwikkelingsperspectieven worden aangegeven. Mogelijke karakteristieke elementen en componenten zijn bakens (visuele blikvangers zoals torens), reliëfcomponenten, markante terreinovergangen. Bovendien kunnen op elk niveau structurerende open ruimteverbindingen (niet bebouwde ruimten) aangeduid worden, welke voorkomen dat bebouwde gebieden aan elkaar groeien en welke een verbindingsfunctie verzorgen voor de structuurbepalende functies van het buitengebied.

Recreatie en toerisme

Uitgangspunt bij de ontwikkeling van toeristisch-recreatieve activiteiten in het buitengebied is het recreatief medegebruik met respect voor de draagkracht van het gebied. Zo kunnen bijvoorbeeld waterlopen intensiever voor recreatie worden ingeschakeld en kan de recreatieve betekenis van de (gave) landschappen optimaal worden benut. Enkel op basis van een integrale ruimtelijke visie op een bepaald gebied van het buitengebied kan het recreatief medegebruik worden geregeld.

Paden en routes (o.a. langs waterlopen) worden met elkaar verbonden en uitgerust als een samenhangend toeristisch-recreatief product. Het publieke karakter en de toegankelijkheid van deze paden en routes moeten maximaal gegarandeerd blijven.

Alle terreinen voor openluchtrecreatieve verblijven (ongeacht de bestemming op het gewestplan) moeten worden geëvalueerd in functie van de ruimtelijke draagkracht van het betrokken gebied. Dit is ook het geval voor individuele weekendverblijven.

Vanwege de grote oppervlakte die golfterreinen beslaan, behoren zij tot de hoogdynamische toeristisch-recreatieve infrastructuren die een uitspraak op Vlaams niveau behoeven. In het kader van de opmaak van ruimtelijke uitvoeringsplannen zullen bestaande golfterreinen worden geëvalueerd ten opzichte van de structuurbepalende functies en activiteiten van het buitengebied. Door hun lokalisatie en inplanting moeten ze een ruimtelijke meerwaarde creëren en moeten ze zoveel mogelijk worden opengesteld voor bepaalde vormen van recreatief medegebruik zoals wandelen en fietsen.

Ontginning

Tijdens de ontginningsactiviteit is het noodzakelijk dat op een zorgzame wijze de ruimtelijke kwaliteit in de omgeving van de ontginningsactiviteit wordt gerespecteerd en de herinrichting gefaseerd wordt aangepakt onmiddellijk gevolgd door de volledige nabestemming. De nabestemming en herinrichting moeten worden ingepast in het ruimtelijk beleid voor het gebied, zodat de structuurbepalende functies in het gebied versterkt worden.

1.1.3. Ruimtelijk beleid voor economische activiteiten

Kampenhout is geen economisch knooppunt

Er wordt geopteerd om nieuwe economische activiteiten van regionaal belang en de herlokalisatie van bestaande regionale bedrijven te concentreren in economische knooppunten. Kampenhout is in het RSV niet geselecteerd als economisch knooppunt.

Page 28: GRS Tekstboek

ARCADIS Gedas NV Projectnummer: 07/2872

maart 2006 Bestand: s:\structuurplanning\rsp-kampenhout-2872\rapporten\5 - ontwerp\versie da\2872-rap-248b_bd.doc Pagina 28 van 191 Dossier: Ruimtelijk Structuurplan Gemeente Kampenhout - Ontwerp – Versie B

1.1.4. Lijninfrastructuur

Wegeninfrastructuur

De wegen worden in het RSV ingedeeld in de volgende categorieën: hoofdwegen, primaire wegen, secundaire wegen en lokale wegen. Voor iedere beleidscategorie worden keuzes gemaakt naar inrichting en gebruikskarakteristieken. Het Vlaams Gewest selecteert de hoofdwegen en primaire wegen in het RSV. Secundaire wegen worden geselecteerd door de provincie, de lokale wegen (alle wegen die niet geselecteerd worden in het RSV of het RSP Vlaams –Brabant) worden behandeld in het gemeentelijk ruimtelijk structuurplan.

Secundaire wegen hebben een verbindingsfunctie op lokaal of bovenlokaal niveau. Deze wegen worden gekenmerkt door een gemengde verkeersafwikkeling met doortochtenconcept in de bebouwde kom. Toegang geven is de belangrijkste functie van de lokale wegen. Verkeersveiligheid en –leefbaarheid gaan voor op de afwikkeling van het verkeer.

Er zijn in het RSV geen hoofdwegen en primaire wegen geselecteerd op het grondgebied van Kampenhout.

Spoorwegeninfrastructuur

Er zijn geen hoofdspoorwegen geselecteerd op het grondgebied van Kampenhout.

Waterwegeninfrastructuur

Het kanaal Leuven-Dijle is niet geselecteerd binnen het hoofdwaterwegennet. Dit betekent dat het kanaal Leuven-Dijle behoort tot het secundair waterwegennet.

Al is de vervoersfunctie op het secundair waterwegennet richtinggevend ten opzichte van de recreatieve, de landelijke en de waterwinningsfunctie, toch moet de maximale integratie van alle functies hier worden nagestreefd.

Voor de bestaande en de nieuwe watergebonden bedrijventerreinen moet een grote(re) selectiviteit aan de dag worden gelegd ten aanzien van de aard en het type van bedrijvigheid dat er zich in de toekomst kan vestigen. Er moet worden overwogen om aparte bestemmingsvoorschriften in te voeren voor kadegebonden en watergebonden terreinen. Watergebonden bedrijventerreinen moeten voorbehouden worden voor watergebonden bedrijvigheid die de waterweg effectief als transportmodus of als proceswater voor grondstoffen en/ of producten benutten. De terreinen gelegen langs de kade moeten uitsluitend worden voorbehouden voor bedrijven die de waterweg als transportmodus gebruiken.

NKOK oìáãíÉäáàâ=píêìÅíììêéä~å=sä~~ãëJ_ê~Ä~åíR=

Het Ruimtelijk Structuurplan Vlaams-Brabant werd op 7 oktober 2004 door de minister goedgekeurd. Dit betekent dat de provincie de goedkeurende instantie is voor het gemeentelijk ruimtelijk structuurplan Kampenhout. Het GRS Kampenhout dient dan ook in overeenstemming te zijn met het provinciaal ruimtelijk structuurplan. Volgende beleidsaspecten dienen als kader gehanteerd te worden voor de uitwerking van het GRS Kampenhout.

1.2.1. Gewenste ontwikkeling van de open ruimte

Gewenste natuurlijke structuur

Binnen de natuurlijke structuur worden door de provincie volgende taakstellingen ingevuld: - selectie van de natuurverbindingsgebieden

5 Provincie Vlaams Brabant, We plannen de toekomst – Ruimtelijk Structuurplan Vlaams-Brabant, 2004.

Page 29: GRS Tekstboek

ARCADIS Gedas NV Projectnummer: 07/2872

Bestand: s:\structuurplanning\rsp-kampenhout-2872\rapporten\5 - ontwerp\versie da\2872-rap-248b_bd.doc maart 2006 Dossier: Ruimtelijk Structuurplan Gemeente Kampenhout - Ontwerp – Versie B Pagina 29 van 191

- selectie van ecologische infrastructuur van bovenlokaal belang

Kampenhout behoort tot het gebied “Boskernen tussen Zenne en Demer”

De toekomstige ontwikkelingen van het gebied tussen de grote rivieren Zenne en Demer zijn eerder beperkt en hangen af van gerichte ontsnipperingsmaatregelen die de ruimtelijke barrières (wegen, lintbebouwing, kanalen) doorbreken. De benedenloop van de Zenne, de Barebeek en de Weesbeek, vormen de enige infrastructuren van provinciaal belang omdat beide in verbinding staan met de Rupel. In het geval van de Barebeek en de Weesbeek is dat via de benedenloop van de Dijle.

De meerderheid van de natuurverbindingsgebieden beoogt de boscomplexen ten westen en enkele grotere boscomplexen ten oosten van de Zenne intern, te versterken en/ of met elkaar te verbinden. Ten oosten wordt verder gebouwd op de reeds goed ontwikkelde bosstructuur rondom de bovenlopen van Barebeek en Weesbeek, waarvan de laatste tot diep in de provincie doordringen en op hun beurt in verbinding kunnen worden gesteld met de centrale boskern zodanig dat tussen Brussel en Leuven de open schicht één brede band van met elkaar vervlochten bossen tot aan de taalgrens wordt gecreëerd met een uitloper in zuidwestelijke richting naar het Zoniënwoud en in zuidoostelijke richting naar het Meerdaalwoud en het Heverleebos.

Enkele, nog behoorlijk grote boscomplexen, die in het verstedelijkt gebied van de Brusselse stedelijke rand zijn overgebleven, worden opnieuw met de basisbosstructuur verbonden om de ecologische waarde ervan te herstellen of op zijn minst op te waarderen. Het betreft de bossen langsheen de Molenbeek evenals het Hogenbos en het Moorselbos.

De provincie selecteert volgende verbindingen op het grondgebied van Kampenhout: 1. onderlinge natte verbinding via valleien van de Barebeek en Weesbeek (8a) 2. natuurverbinding boscomplexen Barebeek – Weesbeek – Molenbeek – Weisetterbeek

(Roosbroeken – Vossekot, Steentjesbos – Weisetterbos, Weisetterbos – Vijverbossen, Hellebos – Floordambos) (8b)

3. gebied rond kanaal Leuven – Dijle (8e)

Gewenste agrarische structuur

Het westelijk deel van Kampenhout behoort tot de “gebieden met mogelijkheden tot structurele verbreding”.

In deze gebieden is ‘verandering’ van de agrosector naar andere sectoren mogelijk. Nieuwe activiteiten vallen onder de secundaire (b.v. voedselverwerking) of tertiaire sector (b.v. dienstverlening). Er worden, naast land- en tuinbouw, nieuwe economische dragers toegelaten in het buitengebied: recreatie, toerisme, (logiesmogelijkheden, horeca…) natuurontwikkeling, tuinaanleg, verzorgende tertiaire functies, museumactiviteiten, waterbeheer, grondstofwinning…. De nieuwe activiteit dient laagdynamisch te zijn en kan geen kleinhandelsactiviteit inhouden. Laagdynamische activiteiten oefenen geen bijkomende druk uit op het fysisch systeem en veroorzaken slechts beperkte veranderingen in de bestaande ruimtelijke structuur. Een maximaal herbruik van oude, niet meer functionele gebouwen staat voorop. Dit hergebruik moet met respect voor de historische dimensie van hoeve en omgeving gebeuren. Verbreding mag de eigenlijke agrarische bestemming van het gebied niet belemmeren. (Deze nieuwe bestemmingen kunnen geen aanleiding geven tot beperkingen zoals opgelegd in de VLAREM-regelgeving) Structurele verbreding naar zacht-recreatieve elementen en kleinschalig verblijfstoerisme kan, in zoverre het gaat om bestaande constructies die voor de landbouw niet meer dienstig zijn. De gebieden met mogelijkheden tot structurele verbreding zullen door de provincie in ruimtelijke uitvoeringsplannen worden afgebakend.

Het oostelijk deel van de gemeente behoort tot de “gebieden met structurele beperking; land- en tuinbouwgebieden met aandacht voor het landschap”.

In deze gebieden wordt grondgebonden land- en tuinbouw als belangrijkste agrarische ruimtegebruiker onderkend en versterkt. Het ruimtelijk beleid is gericht op het maximaal behoud van grote

Page 30: GRS Tekstboek

ARCADIS Gedas NV Projectnummer: 07/2872

maart 2006 Bestand: s:\structuurplanning\rsp-kampenhout-2872\rapporten\5 - ontwerp\versie da\2872-rap-248b_bd.doc Pagina 30 van 191 Dossier: Ruimtelijk Structuurplan Gemeente Kampenhout - Ontwerp – Versie B

aaneengesloten gebieden en van de typische landschappelijke structuur. De agrarische sector, dient, ondanks de gangbare schaalvergroting, aandacht te hebben voor de eigenheid van het landschap (coulisselandschap, open-fieldlandschap…).

Gewenste landschappelijke structuur

Kampenhout behoort tot het gebied “Brabants plateau en Dijlevallei”.

Het toekomstig beleid streeft naar een meer gebiedseigen landschapsontwikkeling: het bos ruimt in de valleikom plaats voor meer gebiedseigen habitats als natte/vochtige graslanden, moerassen, ruigten en moerasbossen, terwijl een sterk ruimtelijk verweven bosstructuur langsheen de valleiflanken de verbinding tussen de verschillende valleien en grotere boscomplexen onderhoudt.

Het toekomstig beleid streeft naar een grotere verwevenheid van de landschapsrelicten met het landschappelijk minder waardevol gebied en naar het doorbreken van de landschapsverstorende structuren. Anderzijds moet in het open ruimte-gebied ook rekening worden gehouden met het historisch karakter van enkele open landbouwruimten zoals het centraal koutergebied en het landbouwplateau tussen Brussel en Leuven. Een versterking en interne herstructurering van de landschapsverbindende elementen tussen het Plateau van Duisburg en het Plateau Brussel-Leuven moet de landschappelijke connectiviteit verbeteren.

Andere delen van Kampenhout behoren tot het “Centraal koutergebied”.

Het koutercomplex tussen de gemeenten Nossegem, Steenokkerzeel, Nederokkerzeel en Erps-Kwerps is van historische oorsprong en uniek in de provincie Vlaams-Brabant. Het koutergebied wordt gekenmerkt door een aantal betrekkelijk kleine, landschappelijk open kernen op droge en weinig uitgesproken reliëfkoppen.

De provincie selecteert in Kampenhout volgende gave landschappen: 1. Bossencomplex Barebeek-Weesbeek (22):

a: Houtembos – Floordambos – Hellebos – Snijsselsbos – Schiplakenbos – Steentjesbos; b: Silsombos – Kareelbos – Langenbos – Kastanjebos – Warande

2. Centraal koutergebied (20): Nossegem, Steenokkerzeel, Nederokkerzeel en Erps-Kwerps

Landschappelijke bakens zijn de visuele blikvangers die mee het landschapsbeeld bepalen en dikwijls als oriënteringspunt fungeren. De provincie wenst het zicht op deze bakens te vrijwaren en de oriëntatiefunctie binnen het landschap te behouden en te versterken.

De provincie selecteert in de gemeente Kampenhout volgend landschappelijk baken: 1. kanaal Leuven-Dijle

1.2.2. Gewenste ontwikkeling van de bebouwde ruimte

Gewenste nederzettingsstructuur

De provincie selecteert volgende kernen in de gemeente Kampenhout. In onderstaande paragrafen wordt de beleidslijnen voor deze selecties weergegeven.

- Kampenhout: hoofddorp - Berg en Relst: woonkern - Buken en Nederokkerzeel: kern-in-het-buitengebied

Hoofddorp

In het buitengebied zijn het de hoofddorpen die hoofdzakelijk de dynamiek (wonen, locale bedrijvigheid, voorzieningen, administratieve dienstverlening) dienen op te nemen.

De ecologische infrastructuur dient versterkt ter verbetering van de leefbaarheid van de kern (wonen). Waar mogelijk wordt de ecologische infrastructuur gekoppeld aan de andere ontwikkelingen (aanleg

Page 31: GRS Tekstboek

ARCADIS Gedas NV Projectnummer: 07/2872

Bestand: s:\structuurplanning\rsp-kampenhout-2872\rapporten\5 - ontwerp\versie da\2872-rap-248b_bd.doc maart 2006 Dossier: Ruimtelijk Structuurplan Gemeente Kampenhout - Ontwerp – Versie B Pagina 31 van 191

openbaar domein, parken...). De ecologische infrastructuur sluit zoveel mogelijk aan bij de groene en open ruimte buiten het hoofddorp.

Het wonen dient prioritair te worden gestimuleerd met aandacht voor de differentiatie van het woningaanbod. De woonkwaliteit dient maximaal te worden ondersteund.

- Leegstaande woningen en gebouwen en onbebouwde percelen aan een uitgeruste weg dienen prioritair benut.

- Niet-uitgeruste woongebieden kunnen aangesneden worden, indien dit gebeurt ten behoeve van het doelgroepenbeleid.

- Woonuitbreidings, - en reservegebieden en dergelijke kunnen aangesneden worden indien er geen andere mogelijkheden zijn én indien dit gebeurt ten behoeve van het doelgroepenbeleid.

- Bijkomende nieuwe zoneringen zijn niet wenselijk. - Nieuwe bijkomende zoneringen voor woonwagenterreinen zijn mogelijk.

Lokale voorzieningen worden uitgebouwd ter optimalisering van het functioneren van het hoofddorp. Bovenlokale voorzieningen kunnen beperkt uitgebouwd worden, voor zover het niet aangewezen is deze in stedelijke gebieden onder te brengen.

De administratieve functies worden maximaal gebundeld.

Binnen de hoofddorpen zal aandacht worden geschonken aan het cultureel erfgoed. Bij de inrichting van de gebieden zal rekening worden gehouden met het patrimonium zoals gebouwen, kerkhoven, pleintjes en standbeelden. Hun waarde zal worden versterkt en zorgvuldig worden afgewogen tegenover de andere ruimtelijke aspecten.

De gemeente kan een bijkomend lokaal bedrijventerrein, aansluitend bij het hoofddorp of via inbreiding voorzien. Dit dient ook te worden aangewend voor mogelijke herlokalisatie van zonevreemde bedrijven. Het lokale karakter dient te worden gewaarborgd en er dient gestreefd naar relatief kleine percelering.

Er dient gestreefd naar vermenging, behoudens hinderlijke bedrijvigheid (hinderlijkheid die de woon- en leefkwaliteit aantast).

Enkel bestaande bovenlokale bedrijvigheid komt voor beperkte ontwikkeling in aanmerking met maximale optimalisatie. De regionale bedrijven worden opgenomen in de globale afbakening van de regionale bedrijventerreinen.

De uitbouw of versterking van een (boven)lokaal openbaar en collectieve vervoersnet is prioritair en moet door de inplanting van dynamische functies ondersteund worden.

Laagdynamische recreatie wordt met aandacht voor de ecologische aspecten versterkt en/ of uitgebouwd. Een bundeling van verschillende lokale recreatieve functies wordt nagestreefd.

Woonkern

De woonkernen staan in voor de opvang en het bundelen van de plaatselijke woonbehoeften.

De natuurlijke structuur wordt versterkt en, voor zover mogelijk, uitgebouwd in functie van het medegebruik. Waar mogelijk, wordt de ecologische infrastructuur gekoppeld aan laagdynamische recreatieve elementen die het woonklimaat versterken.

Het wonen is prioritair ten opzichte van andere functies. - Leegstaande woningen en gebouwen en percelen gelegen aan een uitgeruste weg worden

prioritair benut. - Niet- uitgeruste woongebieden kunnen aangesneden worden indien dit gebeurt ten behoeve

van het doelgroepenbeleid én indien het gaat om kleinschalige projecten die bijdragen tot de kwaliteitsverbetering van de kern.

- Woonuitbreidings- en reservegebieden en dergelijke kunnen niet worden benut tenzij er geen andere mogelijkheden zijn én tenzij deze gebieden aangewend worden voor realisatie van sociale huur- en koopwoningen én indien het gaat om kleinschalige projecten.

Page 32: GRS Tekstboek

ARCADIS Gedas NV Projectnummer: 07/2872

maart 2006 Bestand: s:\structuurplanning\rsp-kampenhout-2872\rapporten\5 - ontwerp\versie da\2872-rap-248b_bd.doc Pagina 32 van 191 Dossier: Ruimtelijk Structuurplan Gemeente Kampenhout - Ontwerp – Versie B

- Bijkomende nieuwe zoneringen zijn niet wenselijk. De woonkern voorziet in de lokale basisbehoeften. Indien deze ontbreken kunnen dergelijke functies worden verweven met het wonen.

De bestaande administratieve functies kunnen verder worden ondersteund, indien deze noodzakelijk zijn.

Binnen deze woonkernen zal aandacht worden geschonken aan het cultureel erfgoed. Bij de inrichting van de gebieden zal rekening worden gehouden met het patrimonium zoals gebouwen, kerkhoven, pleintjes en standbeelden. Hun waarde zal worden versterkt en zorgvuldig worden afgewogen tegenover de andere ruimtelijke aspecten.

De bedrijvigheid kan enkel op voorwaarde dat het kleinschalige bedrijvigheid betreft die niet thuishoort op een lokaal bedrijventerrein bij het hoofddorp en voorzover maximale verweving met wonen mogelijk is.

De ontsluitingsmogelijkheden van de woonkernen worden maximaal gestuurd naar het openbaar vervoer. De basismobiliteit dient, indien deze niet aanwezig is, prioritair uitgebouwd. Bij de inplanting van dynamische functies zal rekening gehouden worden met de bestaande en geplande openbaar vervoerlijnen en tracés.

Enkel laagdynamische recreatieve activiteiten horen thuis in de woonkern. Er wordt maximaal gestuurd op medegebruik in en bij de kern.

Kern-in-het-buitengebied

Met betrekking tot de open ruimte zal prioritair aandacht gaan naar de natuurlijke en landschappelijke waarden en de relatie met de agrarische structuur.

In een aantal van de kernen zal het aangewezen zijn dat een gemeentelijk initiatief wordt genomen tot beperking van het woonaanbod. Er dient gestreefd naar een lagere groei dan deze die op gemeentelijk niveau aanwezig is. De leefbaarheid van de kern dient steeds in acht genomen.

- Leegstaande woningen dienen prioritair benut. Andere leegstaande gebouwen kunnen benut worden, indien dit bijdraagt tot de kwaliteitsverbetering van de kern.

- Onbebouwde percelen aan een uitgeruste weg kunnen benut worden indien geen verdere verlinting optreedt.

- Het aansnijden van niet-uitgeruste woongebieden is niet wenselijk, tenzij dit gebeurt ten behoeve van sociale huur- en koopwoningen én indien het gaat om kleinschalige projecten die bijdragen tot de kwaliteitsverbetering van de kern.

- Aansnijden van woonuitbreidings-, reservegebieden enz. is niet wenselijk tenzij er geen andere mogelijkheden zijn en indien deze aangewend worden voor sociale huur- en koopwoningen én indien het gaat om kleinschalige projecten die bijdragen tot de kwaliteitsverbetering van de kern.

- Bijkomende nieuwe zoneringen zijn niet mogelijk. De basisvoorzieningen dienen te worden beperkt tot het primaire niveau, maar zijn wel essentieel voor de leefbaarheid van de kern.

Het cultureel erfgoed is prioritair in de historische kernen. Voor de overige kernen-in-het-buitengebied dient de waarde van het erfgoed goed te worden afgewogen tegenover de andere ruimtelijk aspecten.

Het gemeentelijk structuurplan dient een afweging te formuleren voor de bestaande bedrijvigheid. Nieuwe activiteiten kunnen slechts weerhouden worden op voorwaarde dat deze kleinschalig zijn en zeer lokaal. De nieuwe activiteiten dienen maximaal verweven te zijn met de woonomgeving.

Waar mogelijk wordt gestreefd naar een optimale integratie van het bestaande openbaar vervoersnetwerk, indien dit niet haalbaar blijkt wordt basismobiliteit nagestreefd. De basismobiliteit wordt ondersteund en gericht naar het hogere net van openbaar en/ of collectief vervoer, zonder zelf als bovenlokaal knooppunt te functioneren.

Page 33: GRS Tekstboek

ARCADIS Gedas NV Projectnummer: 07/2872

Bestand: s:\structuurplanning\rsp-kampenhout-2872\rapporten\5 - ontwerp\versie da\2872-rap-248b_bd.doc maart 2006 Dossier: Ruimtelijk Structuurplan Gemeente Kampenhout - Ontwerp – Versie B Pagina 33 van 191

Enkel laagdynamische recreatieve functies komen in aanmerking op voorwaarde dat deze beperkt en kleinschalig zijn.

Gewenste ruimtelijk – economische structuur

De economische entiteit Kampenhout-Sas

De provincie beschouwt Kampenhout-Sas als een specifieke economische entiteit en de lokale behoeften van de gemeenten Kampenhout, Boortmeerbeek en Haacht te bundelen. De provincie zal een coördinerende rol opnemen om, de lokale behoeften samen te brengen op een locatie te kampenhout-Sas. Bij de ontwikkeling zal rekening worden gehouden met de bestaande situatie, de ruimtebehoeften en de confrontatie van de vraag en het aanbod.

De provincie pleit er bij het Vlaams Gewest om, bij de herziening van het RSV, Kamphout-Sas op te nemen als specifiek economisch knooppunt.

Concentraties van grootschalige kleinhandel buiten de stedelijke gebieden

Voor grootschalige kleinhandel buiten de stedelijke gebieden, die niet aansluit bij de stedelijke gebieden, wordt een restrictief beleid gevoerd. Een beperkt aantal concentraties zijn echter zo ver ontwikkeld dat ze in een ruimtelijke uitvoeringsplan worden geconsolideerd. Deze kunnen niet uitbreiden in grondoppervlakte. Binnen de bestaande perimeter blijven ontwikkelingen mogelijk in zover ze bijdragen tot de verbetering van de ruimtelijke kwaliteit (zoals verdichting, optimalisatie, ontsluiting, landschappelijke inpassing en kwaliteit van de publieke ruimte). Aansnijden van de open ruimte kan niet.

De provincie selecteert te Kampenhout volgende concentraties van grootschalige kleinhandel buiten de stedelijke gebieden:

1. Boortmeerbeek – Haacht: bestaande concentratie langsheen de Mechelse Steenweg

Lokale bedrijventerreinen

De gemeente kan een bijkomend lokaal bedrijventerrein voorzien, aansluitend bij het hoofddorp of via inbreiding, voor hinderlijke bedrijvigheid (hinderlijkheid die de woon- en leefkwaliteit aantast) en voor mogelijke herlocalisatie van zonevreemde bedrijven. Het lokale karakter dient te worden gewaarborgd dus dient er gestreefd naar relatief kleine percelering.

Afhankelijk van de ruimtelijke randvoorwaarden voorziet de provincie de mogelijkheid om de lokale bedrijvigheid te realiseren in een woonkern, in plaats van het hoofddorp van de gemeente. Het hoofddorp Kampenhout behoort tot de selectie van hoofddorpen die in aanmerking komen voor een ruimtelijke heroriëntatie van de taakstelling.

Deze overdracht dient te beantwoorden aan het principe van gedeconcentreerde bundeling. Volgende randvoorwaarden dienen vervuld om een overheveling inzake lokale bedrijvigheid te overwegen:

- er gebeurt een heroriëntatie van het volledige aandeel aan bedrijventerreinen; - het sluit aan bij de fysisch bebouwde ruimte van de woonkern, in het bijzonder bij bestaande

bedrijventerreinen; - aansnijden van de open ruimte van het hoofddorp wordt vermeden; - goede ontsluitingsmogelijkheden kunnen worden gegarandeerd.

1.2.3. Gewenste Mobiliteitsontwikkeling

Secundaire weg type I

De provincie selecteert de N26: van A2/E314 (Leuven) tot N267 (Boortmeerbeek) als secundaire weg type I. Deze weg heeft als hoofdfunctie het verbinden op bovenlokaal niveau op basis van mobiliteitsgenererende elementen op provinciaal niveau. Omwille van de verkeersleefbaarheidseis en de mogelijke maaswijdteverkleining tussen twee hoofdwegen wordt het concept van filters toegepast.

Page 34: GRS Tekstboek

ARCADIS Gedas NV Projectnummer: 07/2872

maart 2006 Bestand: s:\structuurplanning\rsp-kampenhout-2872\rapporten\5 - ontwerp\versie da\2872-rap-248b_bd.doc Pagina 34 van 191 Dossier: Ruimtelijk Structuurplan Gemeente Kampenhout - Ontwerp – Versie B

Een filter is een weerstandsfactor die de reistijd van het traject verhoogt en/of selectief verkeer toelaat. Concreet vertaalt zich dit in verkeerslichtenbeïnvloeding, doortochtherinrichting, tonnenmaatbeperking… In een filter is de verkeersfunctie ondergeschikt aan de verblijfsfunctie. Hierdoor kan het ongewenst gebruik van dergelijke wegen beperkt worden.

Bij de uitwerking van de streefbeelden zal bepaald worden of en op welke plaats de filter zal gerealiseerd worden.

Secundaire weg type II

De provincie selecteert de N21: van N211 (Steenokkerzeel) tot centrum Haacht als secundaire weg type II. Deze weg heeft als hoofdfunctie het verzamelen/ontsluiten van mobiliteitgenererende elementen op provinciaal niveau naar het hoofd- of primaire wegennet. Ook het toegang verlenen tot de aanpalende percelen is een belangrijke functie. De snelheid is ondergeschikt aan de activiteiten en de doorstroming. Om de verkeersleefbaarheid op sommige delen te garanderen zijn maatregelen nodig, die overeenkomen met het uitbouwen van een filter.

Bovenlokaal openbaar vervoersknooppunt

De provincie selecteert Kampenhout-Sas als bovenlokaal openbaar vervoersknooppunt. Dit knooppunt richt zich naar de ontsluiting van de bovenlokale activiteiten bij het knooppunt. Het bovenlokale karakter geeft het knooppunt een functie als bestemming die primeert op de herkomstfunctie. Prioritaire aandacht dient besteed aan de uitbouw van een performant voor- en natransport met de fiets en openbaar vervoer. Parkeervoorzieningen (auto + fiets) kunnen in functie van de herkomstfunctie beperkt uitgebouwd worden. Basisvoorzieningen richten zich vooral op het comfort van de wachtende reiziger (voornamelijk bij vertrek uit het knooppunt).

1.2.4. Gewenste ontwikkeling van toerisme en recreatie

Toeristisch-recreatieve netwerken

Kampenhout behoort tot het toeristisch-recreatief netwerk Vlaams-Brabants kanalen en rivierengebied. In dit netwerk kunnen nieuwe watergebonden toeristisch-recreatieve activiteiten de bestaande toeristisch-recreatieve activiteiten versterken. Hoogdynamische infrastructuur zal geconcentreerd worden in de toeristisch recreatieve knooppunten van het netwerk. Kampenhout is niet geselecteerd als een knooppunt. De troeven buiten de steden is te vinden in de aanwezigheid van rivieren, kanalen en waterplassen, waar watergebonden recreatie gestimuleerd wordt.

Golfterreinen

De provincie wil zich in eerste instantie beperken tot de bestaande golfterreinen, bij de uitwerking van een beleid, indien de provincie hiertoe de opdracht zal krijgen van het Vlaams Gewest. De Golf Club Kampenhout wordt geselecteerd als golfterrein van mogelijks provinciaal niveau.

Jachthavens

Jachthavens creëren een meerwaarde aan de stedelijke gebieden (of woonkernen) en hebben meestal een belangrijke imagoversterkende functie voor de betreffende gemeenten of steden. De jachthaven in Kampenhout wordt aangeduid als jachthaven van provinciaal niveau.

1.2.5. Kampenhout onderdeel van het Verdicht Netwerk

Het Verdicht Netwerk is niet alleen een stedelijk netwerk, het is tevens een netwerk van alle verschillende ruimtelijke structuren en in die zin dus ruimer dan een stedelijk netwerk. Het provinciaal beleid is gericht op het verlenen van identiteit aan elk van de fragementen. Volgende doelstellingen worden hierbij gehanteerd:

Page 35: GRS Tekstboek

ARCADIS Gedas NV Projectnummer: 07/2872

Bestand: s:\structuurplanning\rsp-kampenhout-2872\rapporten\5 - ontwerp\versie da\2872-rap-248b_bd.doc maart 2006 Dossier: Ruimtelijk Structuurplan Gemeente Kampenhout - Ontwerp – Versie B Pagina 35 van 191

- vrijwaren van de verscheiden fysische structuur en aanvullen met een gamma kleinere natuurgebieden, waardevolle rivier- en beekvalleien en andere ecologische elementen.

- sturen van de stedelijke dynamiek; ontwikkelen van multimodale knopen en versterken van regionale en internationale polen

- uitbouwen van het openbaar vervoersnetwerk en afstemmen op de ruimtelijke ontwikkelingen

De gemeente Kampenhout behoort meer specifiek tot het subgebied Mechelen – Leuven – Brussel. Volgende doelstellingen dienen ruimtelijk vertaald te worden:

Een goed bereikbaar centraal gelegen woongebied

De centrale ligging tussen deze 3 stedelijke gebieden is een belangrijke potentie van het gebied. Het gebied kan hierdoor verder uitgroeien tot een aantrekkelijke woonomgeving. Woonontwikkelingen moeten zich richten op de goed via het openbaar vervoer ontsloten kernen aan de randen van het gebied. Binnen de gemeentelijke structuurplannen dient de relatie tussen kernen en station en de kwalitatieve uitbouw van de stationsomgeving uitgewerkt te worden.

De meeste kernen hebben een vrij doorgroend karakter. Dit karakter dient in de toekomst bewaard te blijven en versterkt te worden.

Kleinschalige projecten dienen de integratie met het bestaande weefsel te versterken.

Het sturen van de economische druk

De provincie wenst de economische mogelijkheden van het gebied te erkennen en te ondersteunen. De provincie beschouwt Kampenhout-Sas als een specifieke economische entiteit en wenst de lokale behoeften van de gemeenten Kampenhout, Boortmeerbeek en Haacht te bundelen. De provincie zal een coördinerende rol opnemen om samen met de betrokken gemeentebesturen de verschillend ruimtelijke economische activiteiten te bundelen.

De multimodale ontsluiting via spoorweg en water dient evenwel extra ontwikkeld te worden. Op dit ogenblik is de bedrijvigheid te sterk gericht op de relatie met de N26. Tussen Kampenhout en Boortmeerbeek moet watergebonden bedrijvigheid een kans krijgen.

Een verdere ongebreidelde ontwikkeling van de kleinhandelsactiviteiten langsheen de N 26 wordt tegengegaan door een concentratie van grootschalige kleinhandel ter hoogte van Boortmeerbeek / Kampenhout af te bakenen. Ruimtelijke uitbreiding is niet mogelijk. In deze zone kan door een intensiever ruimtegebruik, het gezamenlijk gebruik van parkingfaciliteiten en meer geschakelde constructies, een verdichting nagestreefd worden. Deze verdichting moet toelaten om het gebied beter te structureren. Door de perifere kleinhandel op deze wijze te concentreren wordt ze bovendien ook via het openbaar vervoer eenvoudiger ontsluitbaar. De aanleg van een ventweg die via één of meerdere ronde punten aantakt op de steenweg kan de verkeersveiligheid op de steenweg ten goede komen.

Aansluitend worden de benuttingsmogelijkheden van enkele kleinere bestaande terreinen langsheen het kanaal Leuven–Dijle verbeterd. Nieuwe bedrijven langsheen het kanaal zullen zo veel mogelijk watergebonden zijn. In principe betreft het voornamelijk ruimte–extensieve bedrijvigheid. Waar de ontsluiting via de weg echter niet voldoende is, zal geen bijkomende bedrijvigheid ontwikkeld kunnen worden.

Optimaliseren van de multimodale ontsluiting van het gebied

Het gebied heeft steeds een vrij belangrijke pendel gekend in de richting van de verschillende omliggende steden. De provincie wenst voor dit gebied maximaal de kaart van het openbaar vervoer te trekken. De bestaande spoorlijnen moeten geoptimaliseerd worden en snelle busverbindingen op quasi alle assen naar Brussel en omliggende belangrijke ontwikkelingspolen dienen uitgebouwd te worden.

Page 36: GRS Tekstboek

ARCADIS Gedas NV Projectnummer: 07/2872

maart 2006 Bestand: s:\structuurplanning\rsp-kampenhout-2872\rapporten\5 - ontwerp\versie da\2872-rap-248b_bd.doc Pagina 36 van 191 Dossier: Ruimtelijk Structuurplan Gemeente Kampenhout - Ontwerp – Versie B

OK ^kabob=_bibfapmi^kkbk=jbq=orfjqbifghb=obibs^kqfb=

OKNK píêìÅíììêéä~ååáåÖ=áå=ÇÉ=ê~åÇÖÉãÉÉåíÉå=

De structuurplannen van de buurgemeenten of de visie op hun ruimtelijke ontwikkeling werd opgevraagd. Van vier gemeenten werd inhoudelijke informatie verkregen, namelijk van Boortmeerbeek, Herent, Kortenberg en Zemst. Hierna werd hier kort over uitgewijd.

Kaart 4: Planningscontext - Buurgemeenten

2.1.1. Structuurplanning in de gemeente Boortmeerbeek

Ten noorden van Kampenhout ligt de gemeente Boortmeerbeek. De gemeente telt vier kernen (Boortmeerbeek, Hever, Schiplaken en Haacht Station) waarbij het grondgebied zich uitstrekt over twee waarneembare landschapstypes: de Dijlevallei en het tuinbouwgebied tussen Brussel en Leuven.

In het voorontwerp gemeentelijk structuurplan van Boortmeerbeek zijn volgende zaken relevant voor Kampenhout:

Nederzettingsstructuur

De vier kernen dienen een eigen identiteit te creëren zonder dat daarbij de samenhang tussen de kernen te verliezen. Maar ook de toenemende uniformiteit tussen de verschillende woonmilieus moeten worden afgeremd door het in stand houden van cultuurhistorische waardevolle elementen, door een versterking van de kernen en door het behoud van het landelijk karakter en de leefbaarheid van de dorpskernen. Het residentieel karakter van de gemeente versterken door inrichting van groene gebiedjes in woonbuurten. Verder wordt er nog aandacht geschonken aan het differentiëren van de woningvoorraad naar vooral sociale huurwoningen en bejaardenhuisvesting. Ook het herbestemmen van het industriegebied aan de Rosvenweg naar woongebied is een aandachtspunt.

In functie van bedrijvigheid in de kernen voldoet het huidig voorzieningsniveau aan de behoeften zodat een uitbreiding onnodig is. Buiten de kernen wordt er nog geopteerd voor een ontwikkeling van een ambachtelijke zone en een uitbreiding van het bedrijventerrein richting Oudestraat (na 2007).

Andere belangrijke aandachtspunten: - reservatiestrook uitbreiding bedrijventerrein (aan Kampenhout-Sas). - watergebonden bedrijventerrein tussen Kanaal Leuven-Dijle en de N26 bij bestaand

bedrijventerrein.

Agrarische structuur

Het beschermen en stimuleren van de landbouwactiviteiten om de dichtslibbing van de open ruimte tegen te gaan. Hier omtrent zijn volgende drie belangrijke beleidselementen vooropgesteld: 1. integratie landbouw - natuur ten noorden van de spoorweg (verweving); 2. behoud landbouw tussen spoorweg en N26 (instandhouding); 3. kansen voor landbouw ten zuiden van Kanaal Leuven-Dijle (ontwikkeling).

Natuur en ecologie

Een belangrijk natuurecologisch element is de Molenbeek, als groene long van de gemeente, die fungeert als groene corridor tussen de open ruimtegebieden in het noorden en in het zuiden van de gemeente. Deze en nog andere aanwezige groene corridors dienen om de natuurwaarden van de verbindingen van open ruimte te behouden of opnieuw te ontwikkelen en kunnen tevens fungeren als buffer tegen en tussen harde functies. Behoud, uitbreiding, herstel van bossen en vrijwaren van de beekvalleien zijn mede opgenomen in de natuurecologische visie van de gemeente.

Page 37: GRS Tekstboek

ARCADIS Gedas NV Projectnummer: 07/2872

Bestand: s:\structuurplanning\rsp-kampenhout-2872\rapporten\5 - ontwerp\versie da\2872-rap-248b_bd.doc maart 2006 Dossier: Ruimtelijk Structuurplan Gemeente Kampenhout - Ontwerp – Versie B Pagina 37 van 191

Andere belangrijke aandachtspunten: - aansluiting op grootschalig lokaal natuurgebied (met Jennekensheide). - behoud Steentjesbos - uitbreiding en herstel Weisetterbos

2.1.2. Structuurplanning in de gemeente Herent

Het gemeentelijk ruimtelijk structuurplan van Herent werd op 29 juni 2004 door de minister goedgekeurd. Volgende beleidsopties uit het gemeentelijk ruimtelijk structuurplan Herent zijn relevant voor de gemeente Kampenhout:

Gewenste ruimtelijke structuur van de deelstructuren - tot stand brengen van een tweevoudige landschappelijke en ecologische verbinding tussen de

valleien van Molenbeek – Weisetterbeek en de Lipsebeek - vrijwaren van het open landbouwgebied aan Buken (“noordelijk open landbouwgebied”) voor

landbouw; geen beperkingen t.a.v. de landbouw met uitzondering van bepalingen inzake grootschalige, niet - grondgebonden landbouw; verdere ruimte-inname door niet -landbouwgebonden functies wordt vermeden en beperkt tot het strikte minimum

- afremmen van woonontwikkelingen in Buken

Gewenste ruimtelijke structuur van de deelruimten

Buken (Beneden-Veltem): klein gehucht binnen een groene omgeving - Buken (met inbegrip van Beneden Veltem) blijft een kleine kern. - Buiten de driehoekige structuur van Haachtstraat-Grote Spekstraat-Spekstraat en

Mechelsesteenweg is uitbreiding niet wenselijk. - Het gehucht dient haar openheid te bewaren. Vandaar dat verdichting van de

nederzettingsstructuur niet gewenst is. Wooninbreiding in het binnengebied van de Haachtstraat-Grote Spekstraat is niet wenselijk.

- De kern van het gehucht situeert zich rond de St. Rochuskapel waar ook een aantal openbare dienstverleningsfuncties gelokaliseerd zijn.

- Om de leefbaarheid van het gehucht te verzekeren dient de Mechelsesteenweg heringericht te worden. De Haachtstraat wordt hierbij het ontsluitingsknooppunt voor het gehucht. Het is niet aangewezen nieuwe structuren op te richten langs de Mechelsesteenweg die op deze weg uitgeven.

- De ontwikkeling van grootschalige commerciële structuren gericht op doorgaand verkeer wordt afgeremd. Enkel kleine handelszaken met basisgoederen op het niveau van het gehucht zijn wenselijk. Het is aangewezen deze te situeren langs de Haachtstraat.

- De visies over de gewenste ruimtelijke structuur van Buken worden getoetst aan deze van de gemeente Kampenhout.

Ontwikkeling valleilandschap Molenbeek – Weisetterbeek en de Lispebeek - In het valleilandschap van de Molenbeek en Weisetterbeek is de ecologische opwaardering

primordiaal. Dit dient in een bovengemeentelijk verband aangepakt te worden. Binnen Herent is een uitbreiding van de bestemming natuurgebied tussen beide valleien nodig teneinde de ecologische waarden te beschermen.

- Het gebied moet gevrijwaard worden van perifere ontwikkelingen om het homogene karakter ervan te bewaren.

Behoud van open agrarische gebieden - De open agrarische gebieden tussen de bos- en valleigebieden en tussen de woongebieden zijn

structuurbepalend. Zij bepalen in belangrijke mate de landschappelijke kwaliteiten. In samenspel met de (vallei)bossen baken zij visueel kamers af die de bebouwing afschermen en de belevingswaarde van het landschap verhogen.

Page 38: GRS Tekstboek

ARCADIS Gedas NV Projectnummer: 07/2872

maart 2006 Bestand: s:\structuurplanning\rsp-kampenhout-2872\rapporten\5 - ontwerp\versie da\2872-rap-248b_bd.doc Pagina 38 van 191 Dossier: Ruimtelijk Structuurplan Gemeente Kampenhout - Ontwerp – Versie B

- Het behoud van de grote aaneengesloten agrarische structuren staat voorop.

2.1.3. Structuurplanning in de gemeente Kortenberg

Volgende beleidsopties uit het ontwerp gemeentelijk ruimtelijk structuurplan Kortenberg zijn relevant voor Kampenhout:

Gewenste ruimtelijke structuur van de deelstructuren - De open vlakte in de tuinbouwstreek aangrenzend aan de centrumgemeente en de kernen

Erps-Kwerps, en aansluitend met de boscomplexen, Silsombos-Kareelbos, in het noordoosten, worden versterkt en afgewerkt via buffering van de kernen.

- De bossen worden uitgebreid naar het valleigebied en in de open vlakte o.a. Kareelbos, Silsombos, Kastanjebos en Turfbosch.

- De ecologische infrastructuur ontbreekt bijna volledig in de open vlakte ten noorden; het inbrengen van KLE moet overwogen worden.

- De Weesbeekvallei dringt als groen vinger tussen de kernen Erps-Kwerps en verbindt bestaande natuurgebieden en biotopen in het landschap.

- Het open gebied ten noorden van de gemeente wordt aangeduid als waardevol aaneengesloten landbouwgebied – bouwvrije zone

Gewenste ruimtelijke structuur van de deelruimten

Voor de gemeente Kampenhout is de deelruimte “de tuinbouwstreek en de valleigebieden: waardevolle natuurlijke open ruimten” van belang. Volgende zaken worden globaal vooropgesteld:

- De valleigebieden, de Molenbeek en het onbebouwd deel van de Weesbeek, worden beschermd. De Weesbeekvallei wordt waar mogelijk opnieuw open ingericht. De natuurrestanten worden via een RUP gelinkt aan elkaar en uitgebreid.

- Een aantal KLE wordt ingevoerd in de open vlakte aansluitend op de luchthaven en de deelgemeenten Steenokkerzeel en Herent.

- Het bosgebied Silsomsbos en Kareelbos, wordt verder versterkt door het toevoegen van braakliggende gronden die op vrijwillige basis in aanmerking kunnen komen voor bebossing. De gemeente zal dit mee stimuleren en ondersteunen. Een open ruimte RUP kan dit verder vorm geven in samenspraak met de afbakening van het bosgebied door het Vlaams Gewest en het aangeven van natuurverbindingsgebieden van de provincie.

2.1.4. Structuurplanning in de gemeente Zemst

Het gemeentelijk ruimtelijk structuurplan van de gemeente Zemst werd goedgekeurd door de Vlaamse overheid op 9/04/1998.

Ten noordwesten van Kampenhout ligt de gemeente Zemst. De gemeente telt vijf grote kernen (Zemst, Weerde, Hofstade, Elewijt, Eppegem) in de oostelijke helft en een groot landbouwgebied met de kleinere en landelijke kern Laar in de westelijke kern van het grondgebied.

In grote lijnen is het beleidsdoel voor het grensgebied het waarborgen van het landelijk en natuurlijk karakter. Er wordt daarbij geopteerd voor het behoud van de omvang van de gemeente. Alleen een zachte groei vanuit lokale behoeften is wenselijk.

Volgende zaken zijn relevant voor de gemeente Kampenhout:

Nederzettingsstructuur

Voor woningbouw wordt er gemikt op een zachte groei van een tiental woningen per jaar. Kernversterking met inbreiding, beperkte verdichting en het verbeteren van de woonkwaliteit in het algemeen krijgen hierbij voorrang. Om het landelijk karakter te behouden, wordt er geopteerd voor het hergebruiken van zoveel mogelijk bestaande woningen en een minimum aan aangepaste nieuwbouw. In functie van bedrijvigheid richt het beleid zich naar een strikte begeleiding van bestaande en nieuwe

Page 39: GRS Tekstboek

ARCADIS Gedas NV Projectnummer: 07/2872

Bestand: s:\structuurplanning\rsp-kampenhout-2872\rapporten\5 - ontwerp\versie da\2872-rap-248b_bd.doc maart 2006 Dossier: Ruimtelijk Structuurplan Gemeente Kampenhout - Ontwerp – Versie B Pagina 39 van 191

bedrijven in woonzones. Hierbij aansluitend het gefaseerd ontwikkelen van enkele kleine zones voor kantoren en diensten en herlokatie van lokale bedrijven.

Agrarische structuur

De bestaande agrarische functies dienen verder actief ondersteund te worden. De grondgebonden landbouw als huidige economische drager. Afweren van bebouwingsdruk, stimuleren van nieuw-economische gewassen, directe afzettingsmogelijkheden en hoevetoerisme zijn hierbij enkele doelstellingen. Nieuwe landbouwgebouwen kunnen ingepast worden met nauw toezicht op uitzicht en inplanting.

Natuur en ecologie

Het belangrijkste ecologische element in het grensgebied tussen de gemeente Zemst en Kampenhout is de Barebeek – vallei als dragende groene band. Op het grondgebied van Kampenhout is deze beek beter gekend als de Dode Beek en heeft enigszins ook een ecologische waarde voor Kampenhout.

OKOK píê~íÉÖáëÅÜ=ÄÉäÉáÇëéä~å=â~å~~ä=iÉìîÉåJaáàäÉ=

In het strategisch beleidsplan wordt aangegeven welke ruimtelijke en economische ontwikkelingen gewenst zijn volgens NV Zeekanaal, mikkend op het vergroten van het maatschappelijk nut van het kanaal Leuven-Dijle. De daaruit volgende drie beleidsdoelstellingen proberen een concrete richting te geven aan de gewenste ontwikkelingen:

1. Optimalisatie van de transportfunctie van het kanaal en uitbouwen van watergebonden bedrijvigheid;

2. Uitbouw van het multifunctioneel karakter van de waterweg; 3. Beperking van negatieve interferenties tussen kanaalactiviteiten en verkeer langs de oevers.

Het vergroten van het maatschappelijk nut dient te gebeuren door trafiekverhoging voor productie en distributie enerzijds en door het uitbouwen van de recreatieve mogelijkheden van en rond het kanaal anderzijds.

Als acties voor het voorzien van bijkomende oppervlakte voor watergebonden bedrijvigheid zijn: - Additionele kaaimuren voor watergebonden bedrijfsterreinen te Kampenhout-Sas

(minimaal 20 ha); - Voorzien van overslagpunt voor gecombineerd vervoer in Kampenhout-Sas.

Deze optie kan gerealiseerd worden door gedeelten van de KMO-zone tussen het kanaal en de N26 om te vormen tot industriezone met een mogelijke uitbreidingszone op het grondgebied van Boortmeerbeek. Het grootste knelpunt hierbij is de moeilijke bereikbaarheid over de weg en de interne ontsluiting.

Er bestaat een grote transportpotentie door de aanwezige bedrijvigheid op de industriezones die gestimuleerd kunnen worden om op middellange termijn hun goederentransport te herorganiseren en te richten op het kanaal. De uitbreiding van het bedrijventerrein in de toekomst dient te geschieden via het invullen van dit terrein in combinatie met het voorzien van een overslagpunt voor gecombineerd vervoer.

Op vlak van toerisme en recreatie kan bijvoorbeeld de jachthaven uitgebreid worden door een insteek te maken op de linkeroever en de site uit te bouwen als Port of Excellence. Vervolgens wordt er voorgesteld om een fietsersbrug aan te leggen over het kanaal om de Assentstraat en de Heystraat te verbinden. Hierdoor wordt een historische verbinding tussen Haacht-station en Kampenhout hersteld en kunnen fietsers de N21 en het verkeersknooppunt met de N26 vermijden. De linkeroever is een interessante zone voor de visserij (visserszone) en het organiseren van hengelwedstrijden.

Page 40: GRS Tekstboek

ARCADIS Gedas NV Projectnummer: 07/2872

maart 2006 Bestand: s:\structuurplanning\rsp-kampenhout-2872\rapporten\5 - ontwerp\versie da\2872-rap-248b_bd.doc Pagina 40 van 191 Dossier: Ruimtelijk Structuurplan Gemeente Kampenhout - Ontwerp – Versie B

OKPK mä~ååÉå=ãÉí=ÄÉíêÉââáåÖ=íçí=ÇÉ=çéÉå=êìáãíÉ=

2.3.1. Gemeentelijk Natuurontwikkelingsplan (GNOP)

Het GNOP Kampenhout werd goedgekeurd op de gemeenteraad van 13/02/1997.

Het GNOP is een onderdeel van het milieuconvenant dat de gemeente afsloot met de Vlaamse overheid. Het is een plan dat wordt opgemaakt voor de gehele gemeente en dat een beschrijving doet van de natuurwaarden en de concrete maatregelen die nodig zijn voor het behoud en de vergroting van de natuurwaarden. De hoofddoelstelling van het GNOP is het beleid van de gemeente op het vlak van natuurbehoud uit te werken. Op de eerste plaats richt dit beleid zich tot de ontwikkeling en de vergroting van de aanwezige natuurwaarden van gebieden, soorten, levensgemeenschappen, kleine landschapselementen en het vergroten van het maatschappelijk draagvlak door sensibilisatie en educatie.

Voortvloeiend uit de inventarisatie en het knelpuntenoverzicht werden in het GNOP Kampenhout een aantal algemene doelstellingen vooropgesteld. Deze doelstellingen werden geconcretiseerd in een 28 – tal acties. In onderstaande tabel worden de acties opgelijst die relevant zijn voor het ruimtelijk beleid. Tegelijk wordt aangegeven wat de stand van zaken is van deze actie.

Tabel 2: Overzicht en evaluatie relevante acties GNOP

Actie 2 natuureducatieve inrichting Ter Bronnen gerealiseerd

Actie 7 natuurgericht beheer Golfterrein Wilder continu in uitvoering (dd. 12/01/2001)

Actie 9 natuurgericht bosbeheersplan in uitvoering (dd. 12/01/2001)

Actie 10 integreren GNOP met omliggende gemeenten: ontwikkelen van GEN

in onderzoek (dd. 12/01/2001)

Actie 14 ontmoediging autoverkeer open ruimten en natuurgebieden in mobiliteitsplan en structuurplan

Actie 15 realisatie rioleringsplan i.f.v. minimale vervuiling van waterlopen

in onderzoek/deels in uitvoering (meerjarenplan) (dd. 12/01/2001)

Actie 16 opstellen groenplan m.b.t. woongebieden en industrieterreinen

in onderzoek/deels in uitvoering (meerjarenplan) (dd. 12/01/2001)

Actie 17 opruimen gemeentelijke opslagplaats Wilderse Dreef in uitvoering (dd. 12/01/2001)

Actie 20 Slipschool Rijkswacht uit Hellebos in uitvoering (continue sensibilisering) (dd. 12/01/2001)

Actie 21 realisatie containerpark rekening houdend met lokale waterhuishouding

gerealiseerd

Actie 22 beter ruimtelijk beheer gemeente Kampenhout in uitvoering (structuurplan/stedenb. ambt.) (dd. 12/01/2001)

Actie 23 behoud en uitbreiding kleine landschapselementen in onderzoek (stand still – principe) (dd. 12/01/2001)

Actie 26 realisatie lineaire landschapselementen langsheen het kanaal Mechelen-Leuven en de Haachtsesteenweg

in uitvoering

Actie 27 integraal waterbeheer waterlopen in onderzoek (dd. 12/01/2001)

Actie 28 natuureducatieve fietsroute gemeente Kampenhout in onderzoek (dd. 12/01/2001)

Page 41: GRS Tekstboek

ARCADIS Gedas NV Projectnummer: 07/2872

Bestand: s:\structuurplanning\rsp-kampenhout-2872\rapporten\5 - ontwerp\versie da\2872-rap-248b_bd.doc maart 2006 Dossier: Ruimtelijk Structuurplan Gemeente Kampenhout - Ontwerp – Versie B Pagina 41 van 191

2.3.2. Afbakening en differentiatie van de agrarische gebieden in het Vlaams Gewest6

Kaart 5: Voorstel van afbakening en differentiatie van de agrarische gebieden

In het kader van de uitvoering van het Ruimtelijk Structuurplan Vlaanderen wenst de Vlaamse regering agrarische gebieden af te bakenen en te differentiëren in gewestelijke ruimtelijke uitvoeringsplannen. Deze eerste versie werd opgemaakt in functie van de visievorming, ze mag dan ook niet op perceelniveau worden geïnterpreteerd.

Op 9 maart 1999 besliste de Vlaamse regering dat dit werkdocument met de eerste versie van de concrete afbakening en de differentiatie van de agrarische gebieden in Vlaanderen door de afdeling Land ter beschikking zou worden gesteld van de provincies en de gemeenten, om de provincies en de gemeenten beter te documenteren bij het opstellen van hun ruimtelijke structuurplannen en om de provincies bijkomende informatie te verschaffen in functie van de afbakening van een aantal gebieden voor economische activiteiten, zodat de afbakening van het buitengebied die op Vlaamse niveau plaatsvindt niet door een tussentijdse afbakening van deze stedelijke gebieden en gebieden voor economische activiteiten wordt gehypothekeerd.

De afbakening werd relatief ten opzichte van de grenzen van de bestemmingszones op de gewestplannen opgetekend. Volgende algemene principes werden hierbij gehanteerd:

- de bodem- en de ruimtelijke kwaliteit van de landbouwgebieden bepalen de afbakening en differentiatie

- er wordt gestreefd naar zo weinig mogelijk enclaves/geïsoleerde gebieden; een aaneensluitende agrarische structuur is het streefdoel

- de benadering moet kaderen in de regionale context; dat heeft onder meer betrekking op de minimale oppervlakte van geïsoleerde entiteiten en de wijze waarop structurele aantasting wordt gekwantificeerd

- de uiteindelijke doelstelling is te komen tot een ruimtelijke structuur die wenselijk is vanuit een zuiver landbouwkundige visie

Bij de afbakening werden er vier gebiedscategorieën gehanteerd:

- Niet gerealiseerd: gebieden die aangeduid worden voor eventuele opname in het agrarisch gebied. Op het grondgebied van Kampenhout zijn er twee zones aangeduid, nl. ten zuiden van het Steentjesbos en ten zuiden van het Lemmeke, op het gewestplan als ontginningsgebied aangeduid.

- Structureel aangetast: dit zijn gebieden die aangeduid worden om eventueel te worden uitgesloten uit het agrarisch gebied. Het gaat hier enerzijds over feitelijk residentiele (bewoning) en geïndustrialiseerde zones, alsmede zones van openbaar nut. Anderzijds betreft het ook gebieden waar het agrarisch gebruik meer en meer in het gedrang komt. Op het grondgebied van Kampenhout zijn er enkele gebieden aangeduid, nl. 3 gebieden in de zone van Kampenhout-Sas, het golfterrein van Wilder, aan Torfbroek en aan Lelle. Deze gebieden zijn hoofdzakelijk geïsoleerde zones ingesloten door bosgebieden en woonzones. Het golfterrein wordt gekaderd in een gewijzigd bodemgebruik.

- Natuur en bos: zijn eveneens gebieden die aangeduid worden voor een eventuele uitsluiting uit het agrarische gebied. Op het grondgebied van Kampenhout zijn deze gebieden aangeduid in aansluiting met bestaande bosgebieden, n.l. aan het Silsombos en het Park van Wilder, aan de bosrelicten van de Molenbeek en de Dode Beek ten noorden van de Haachtsesteenweg en aan het Snijsselsbos langsheen de Dode Beek.

Naast deze gebiedscategorieën werden ook twee differentiaties aangeduid. Het gaat hier over zones non-aedificanti (bouwvrije zones) en verwevingsgebieden. 6 Ministerie van de Vlaamse Gemeenschap, Afdeling Land, afbakening en differentiatie van de agrarische gebieden in het

Vlaams Gewest, eerste versie, 31 maart 1998.

Page 42: GRS Tekstboek

ARCADIS Gedas NV Projectnummer: 07/2872

maart 2006 Bestand: s:\structuurplanning\rsp-kampenhout-2872\rapporten\5 - ontwerp\versie da\2872-rap-248b_bd.doc Pagina 42 van 191 Dossier: Ruimtelijk Structuurplan Gemeente Kampenhout - Ontwerp – Versie B

- Zone non-aedificandi: het betreft waardevolle landbouwgebieden met ook naar open ruimte toe een goede structuur. Deze gebieden worden afgebakend ter bescherming van de bestaande landbouwstructuren en tevens ter bescherming van het open ruimtekarakter. Het betreft gebieden zonder bebouwing. Op het grondgebied van Kampenhout zijn er geen non-aedificandi zones aangeduid.

- Verwevingsgebied: het betreft landbouwgebieden die vanuit het oogpunt van de landbouwstructuren in aanmerking kunnen komen als verwevingsgebied (bedoeld in het RSV). Deze gebieden hebben natuurwaarden, die dikwijls verbonden zijn met een specifiek landbouwgebruik, bijvoorbeeld graslanden in valleigebieden. Ook landbouwgebieden die ruimtelijk sterk verweven voorkomen met natuur- en bosgebieden kunnen worden afgebakend (mozaïekstructuur). Er wordt maximaal naar gestreefd agrarische bebouwing uit te sluiten. Op het grondgebied van Kampenhout zijn deze zones vooral gesitueerd aan het golfterrein, Park van Wilder en tussen het Silsombos en Nederokkerzeel. De zones aan het golfterrein en het park van Wilder zijn afgebakend i.f.v. de verweving met natuur- en bosgebieden. De zone tussen het Silsombos is afgebakend i.f.v. verweving van natuur- en bosgebied en het specifiek landbouwgebruik van hooilanden.

2.3.3. Regionaal Landschap Dijleland

Het Regionaal Landschap Dijleland (opgericht op 1 juni 1997) is een samenwerkingsverband tussen verschillende lokale natuurverenigingen, gemeentebesturen, de provincie Vlaams-Brabant, landbouworganisaties, toeristische verenigingen en wildbeheerseenheden. Het werkingsgebied omvat 10 gemeenten, samen goed voor 37.630 ha, en strekt zich uit over het stroomgebied van de Dijle en haar bijrivieren vanaf de taalgrens tot voorbij Leuven, in de driehoek Leuven-Brussel-Waver: Bertem, Bierbeek, Herent, Huldenberg, Kampenhout, Kortenberg, Leuven, Oud-Heverlee, Overijse en Tervuren.

Natuurrecreatie, natuureducatie en het beheer, het herstel en de ontwikkeling van natuur en landschap zijn belangrijke aandachtspunten. Het Regionaal Landschap Dijleland heeft projecten uitgewerkt rond holle wegen, amfibieën en groene daken en werkt samen met lokale inwoners om poelen, hagen, erf- en gevelbeplanting aan te leggen. Op het programma staan verder: - uitbouwen van fietsroutenetwerken en wandelpaden met bijhorende informatiebrochures - plaatsen van kijkhutten - uitwerken van actiepunten uit de GNOP’s - aanleggen van natuurleerpaden - aanleggen van amfibieëntunnels - herstel van hoogstamboomgaarden - beheer van holle wegen7

2.3.4. Natuur- en Landschapsproject “Groene Vallei Midden-Brabant”

Het betreft een samenwerkingsovereenkomst tussen de gemeente Herent, Kampenhout, Kortenberg, de provincie Vlaams-Brabant en het Regionaal Landschap Dijleland, in functie van de gezamenlijke planning en uitvoering van het Natuur- en Landschapsproject “Groene Vallei Midden-Brabant” (voor gemeente Kampenhout in uitvoering van besluit van gemeenteraad van 27 juni 2002). Het project heeft tot hoofddoel de ontwikkeling van natuur- en landschapswaarden binnen het overeengekomen projectgebied.

Doelstellingen project: - afstemmen van het natuur- en landschapsbeleid van de gemeenten Herent, Kampenhout en

Kortenberg op elkaar en op dat van de andere relevante beleidsniveaus

7 www.mina.vlaanderen.be

Page 43: GRS Tekstboek

ARCADIS Gedas NV Projectnummer: 07/2872

Bestand: s:\structuurplanning\rsp-kampenhout-2872\rapporten\5 - ontwerp\versie da\2872-rap-248b_bd.doc maart 2006 Dossier: Ruimtelijk Structuurplan Gemeente Kampenhout - Ontwerp – Versie B Pagina 43 van 191

- uitvoeren van concrete acties inzake natuurbehoud en – ontwikkeling - uitvoeren van concrete acties inzake landschapsherstel en – ontwikkeling - afstemmen van concrete acties op andere gerelateerde beleidsdomeinen en belangen, in het

bijzonder ruimtelijke ordening, integraal waterlopenbeheer, landbouw, bosbouw, recreatie en toerisme

- mee sturen, ontwikkelen en bevorderen en promoten van recreatief medegebruik en van natuurgerichte recreatie en toerisme

- bevorderen van een draagvlak bij de bevolking voor een duurzame streekontwikkeling met natuur en landschap als belangrijke dragers

Projecten: - Projecten die in 2003 worden uitgevoerd in het kader van GVMB: herstel van de dreef in

kasteeldomein Terbalkt - Projectideeën: natuurinrichtingsproject rond het Torfbroek (verbinding tussen Torfbroek en

Silsombos); aanleg van hoogstamboomgaard in buurt van Ter Bronnen; aanplanten bomen langs Schoonstraat

- Projecten die in 2003 door gemeente zelf uitgewerkt worden en die gekaderd worden in het project GVMB: omvormen van een stuk gemeentebos

OKQK mä~ååÉå=ãÉí=ÄÉíêÉââáåÖ=íçí=ÇÉ=ãçÄáäáíÉáí=

2.4.1. Provinciaal Fietsnetwerk

Kaart 6: Provinciaal Fietsnetwerk

De provincie Vlaams-Brabant maakt in het Provinciaal Fietsnetwerk een onderscheid tussen bovenlokale functionele en recreatieve routes.

De bovenlokale functionele routes zijn voor Kampenhout geprojecteerd op de bestaande verbindende wegeninfrastructuur tussen Kampenhout-centrum, haar verschillende kernen en de buurgemeenten. De bestaande verbindingswegen vormen de ruggengraat van het functioneel netwerk omdat zij meestal de kortste verbinding vormen, er verschillende woningen en voorzieningen langs liggen, er verlichting is en de sociale veiligheid er groter is.

Kaderend in een recreatief netwerk werden op het grondgebied Kampenhout ook een aantal recreatieve fietsroutes geselecteerd, waaronder een fietsroute langs het kanaal, tussen het kanaal en Buken, tussen Buken en Wilder, langs de Wilderse Dreef, enz.

De provincie wenst geen strikt onderscheid te maken tussen het functionele en recreatieve fietsnetwerk, maar integendeel een integratie na te streven van beide netwerken waarbij schakels van het toeristische netwerk zeker ingeschakeld kunnen worden in het fietspatroon van dagelijkse fietsers.

2.4.2. Gemeentelijk mobiliteitsplan

Kaart 7: Beleidsplan categorisering wegen

Kaart 8: Beleidsplan openbaar vervoer

Kaart 9: Beleidsplan fietsnetwerk

Een gemeentelijk mobiliteitsplan is het resultaat van een convenant tussen de gemeente, de Vlaamse overheid (ingevuld door de Administratie Wegen en Verkeer) en de openbare vervoersmaatschappij (ingevuld door De Lijn). Het mobiliteitsplan beoogt een gemeentelijke visie met betrekking tot mobiliteit en verkeersstructuren op haar grondgebied; ook relaties met andere gemeenten of hogere overheden worden nader bekeken.

Page 44: GRS Tekstboek

ARCADIS Gedas NV Projectnummer: 07/2872

maart 2006 Bestand: s:\structuurplanning\rsp-kampenhout-2872\rapporten\5 - ontwerp\versie da\2872-rap-248b_bd.doc Pagina 44 van 191 Dossier: Ruimtelijk Structuurplan Gemeente Kampenhout - Ontwerp – Versie B

De moederconvenant en bijakte 1 werden reeds door de minister ondertekend in november 1996.

De opmaak van een mobiliteitsplan gebeurt in drie fasen. De eerste fase behelst een oriëntatienota met een verwerking van de bestaande plannen en studies, alsook de visies van de verschillende beleids- en belangenactoren omtrent de mobiliteitsproblematiek in de gemeente. In de tweede fase wordt in de synthesenota bijkomend onderzoek verricht en worden een aantal scenario’s opgemaakt: een trendscenario en één of meerdere scenario’s duurzame mobiliteit. In de derde fase stelt het beleidsplan de verschillende beleidsmaatregelen voor om het gekozen scenario duurzame mobiliteit uit te werken.

De synthesenota en het beleidsplan werden definitief conform verklaard door de Provinciale Auditcommissie op 20/02/01.

In het beleidsplan werden volgende beleidsmaatregelen – relevant voor het gemeentelijk structuurplan – vooropgezet:

Openbaar vervoer - Op lange termijn bestaat mogelijkheid een busbaan aan te leggen over de ganse lengte van de

N21 (tidal flowbaan) of om een lightrail-tracé te integreren. Het huidig profiel (brede groenstrook tussen rijweg en fietspad) biedt hiervoor de nodige reservatieruimte.

- Voorzien van één openbaar vervoersknooppunt ter hoogte van Kampenhout-Sas, waar ook carpool en Park en Ride faciliteiten worden voorzien; voorzien van een goed uitgeruste hoofdhalte ter hoogte van Kampenhout-centrum.

Fiets- en voetgangersverkeer - Uitwerken van een gemeentelijk fietsroutenetwerk; aandacht hierbij voor optimale

bereikbaarheid van de verschillende scholen en bedrijventerreinen. De openbaar vervoersknooppunten worden mee in het fietsnetwerk gebracht.

- In centrumgebieden (= verblijfsgebied) wordt de snelheid van de auto laag gehouden om de veiligheid van de voetganger te verzekeren en de verkeersleefbaarheid te vergroten. Schoolomgevingen krijgen in deze context speciale aandacht.

Autoverkeer - Aanleg van 2 rotondes ter hoogte van Kampenhout-Sas; de ontsluiting van het industriegebied

gebeurt via de zuidelijke rotonde op de N26 en een rond punt op de N21 op het grondgebied van de buurgemeente Haacht;

- Parallelle ventwegen langsheen de N26 vanaf Kampenhout-Sas richting Boortmeerbeek als veiliger ontsluiting van winkels en bedrijven langs de weg;

- Om sluipverkeer tussen N21 en N26 terug te dringen, wordt de toegang tot een aantal straten van op de N21 en N26 afgesloten.

Vrachtverkeer - Voorzien van een vrachtwagenparking ter hoogte van Kampenhout-Sas, als oplossing voor het

vrachtwagenparkeren in de woonkernen. - De ontsluiting van het industriegebied en de KMO-zone langsheen de N26 gebeurt via

ventwegen en via een rondpunt op de N21 op het grondgebied van Haacht.

Page 45: GRS Tekstboek

ARCADIS Gedas NV Projectnummer: 07/2872

Bestand: s:\structuurplanning\rsp-kampenhout-2872\rapporten\5 - ontwerp\versie da\2872-rap-248b_bd.doc maart 2006 Dossier: Ruimtelijk Structuurplan Gemeente Kampenhout - Ontwerp – Versie B Pagina 45 van 191

PK grofafp`e=Ó=mi^klildfp`eb=mi^kkfkdp`lkqbuq=

PKNK dÉïÉëíéä~å=

Kaart 10: Gewestplan

Kampenhout behoort tot het gewestplan van Halle – Vilvoorde - Asse, vastgelegd bij KB van 07/03/1977 en gewijzigd bij besluit van de Vlaamse Regering d.d. 17/07/2000. Op het gewestplan zijn volgende bestemmingen te onderscheiden:

Woongebieden

De woongebieden situeren zich ter hoogte van de kernen Kampenhout, Berg en Nederokkerzeel. De kernen Buken en Relst zijn aangeduid als woongebied met landelijk karakter. Ook lintvormige uitlopers van de verschillende kernen zijn gezoneerd als woongebied met landelijk karakter, evenals enkele kleinere geïsoleerde wijken zoals Bulsom, Vierstraten,… .

In de gemeente Kampenhout zijn vier woonparken aanwezig, allen gelegen langs of in de nabijheid van de Haachtsesteenweg, namelijk: het zuidwesten van het Weisetterbos, Ter Bronnen, Rood Klooster en het Duistbos.

In de kernen Kampenhout, Berg en Nederokkerzeel zijn telkens twee woonuitbreidingsgebieden aanwezig, aangebreid aan de bestaande woongebieden. Daarnaast is er nog een woonuitbreidingsgebied aanwezig ten zuidwesten van het woonpark aan het Weisetterbos, aan Relst.

Industriegebieden en ambachtelijke zones

De industriegebieden in Kampenhout zijn geconcentreerd in het oosten van de gemeente, ter hoogte van Kampenhout-Sas. Het vrij omvangrijke industriegebied aan Kampenhout-Sas situeert zich aan de kruising van de belangrijkste infrastructuren in de gemeente, namelijk het kanaal Leuven – Dijle, de N21 en de N26. Het gebied sluit aan op de industriegebieden op het grondgebied van Boortmeerbeek. Er is geen directe aansluiting met woongebieden.

Tussen het kanaal Leuven-Dijle en de N26 vanaf Kampenhout-Sas richting Mechelen is er een zone voor ambachtelijke bedrijven voorzien.

Dienstverleningsgebieden

In de gemeente is er maar één dienstverleningsgebied te signaleren, namelijk ten zuiden van het kruispunt N26 - N21 aan Kampenhout-Sas. In dit gebied de tuinbouwveiling gevestigd.

Agrarische gebieden

Enkele grote zones zijn ingekleurd als agrarische gebied en agrarische gebieden met landschappelijke waarde. - een strook ten zuiden en ten westen van het Steentjesbos. - de akkers omsloten door Beekkant, Park van Wilder, Weesbeek tot Stationstraat en

Aarschotsebaan. Belangrijk is er rekening mee te houden dat binnen deze zone de Wildersedreef en het Golfterrein gelegen zijn.

- de akkers omsloten door de gemeentegrens met Kortenberg, Silsombos, Park Hof ter Balkt, Molenbeek, Park van Wilder, Beekkant, Terloonststraat en Stokstraat.

- de akkers ten oosten van de dorpskom van Nederokkerzeel en omsloten door Silsombos en de bossen ten zuiden Park van Wilder.

- de akkers die ten noorden en ten zuiden grenzen aan het woonpark Ter Bronnen. - de akkers ten zuiden van het natuurreservaat het Torfbroek, begrensd door de Oudenhuisbaan. - de akkers grenzend aan het Hellebos ten zuiden begrensd door de Haachtsesteenweg, in het oosten

aan de Bulsomstraat, Perksesteenweg, Sint-Servaesstraat en Broekstraat.

Page 46: GRS Tekstboek

ARCADIS Gedas NV Projectnummer: 07/2872

maart 2006 Bestand: s:\structuurplanning\rsp-kampenhout-2872\rapporten\5 - ontwerp\versie da\2872-rap-248b_bd.doc Pagina 46 van 191 Dossier: Ruimtelijk Structuurplan Gemeente Kampenhout - Ontwerp – Versie B

Bos-, park- en natuurgebieden

In de gemeente zijn verder nog verschillende bos- en parkgebieden aanwezig en een groot aantal natuurgebieden.

Bosgebieden: het Hellebos, het Rotbos, het bos dat grenst aan het Snijsselbos (Perk), het Steentjesbos, het noorden van het Weisetterbos, de bossen van Wilder: dit zijn de bossen gelegen ten westen en ten zuiden van het Kasteelpark, het Silsombos, een bosje aan de Weesbeek met de grens van Boortmeerbeek en het Kwaadbos: dit is een bos gelegen in de vallei van de Molenbeek ten noorden van de Haachtsesteenweg.

Er zijn een aantal belangrijke natuurgebieden te onderscheiden in Kampenhout. Van west naar oost: het Torfbroek, het noordwesten en zuidoosten van het woonpark Ter Bronnen, de beekloop met bossen langs de Dode Beek tussen de Langestraat en Rood Klooster, het zuidoostelijk deel van het Weisetterbos, twee kleine bosgebiedjes langs de vaart in het uiterste oosten van de gemeente en het bos begrensd ten noorden door Haachtsesteenweg en in het oosten door de terreinen van de Tuinbouwveiling.

Parkgebieden: Ter Bronnen (de 5,4 ha welke thans als natuurreservaat worden beheerd), het parkdomein van het kasteel van Wilder met aansluitend de Wildersedreef en de Beekkant, de Kasteelparken (Ter Loonst, Van Opstal en Hof ter Balkt) en een bosje ingesloten door de Kampelaarstraat en de Lauterweg (“De Weide”).

Er is nog een kleine bufferzone voorzien tussen de industriezone van Kampenhout-Sas en de zone bestemd voor verblijfsrecreatie, grotendeels ingenomen door industrie en camping.

Recreatiegebieden

Op het grondgebied van Kampenhout bevinden zich twee recreatiegebieden: één aan de Vaart voor verblijfsrecreatie (ingenomen door campings) en een ander aan de Zeypestraat (ingenomen door sportterreinen).

Golfterrein

Ten oosten van het Park van Wilder is er een golfterrein gesitueerd dat omringd wordt door een bosgebied, een parkgebied en een landschappelijk waardevol agrarisch gebied.

Overige gebieden

Ten zuiden van Kampenhout zijn er twee zones voor uitbreidingen van ontginningsgebieden gesitueerd, waarbij de zone ter hoogte van Laar als zandwinningsgebied in gebruik is en de andere zone als landbouwgebied wordt gebruikt.

De gebieden voor gemeenschapsvoorzieningen en openbaar nut die in gebruik zijn liggen vooral rond Berg en Kampenhout. De reservegebieden zijn vooral gesitueerd langs een beek en in bosgebied.

Page 47: GRS Tekstboek

ARCADIS Gedas NV Projectnummer: 07/2872

Bestand: s:\structuurplanning\rsp-kampenhout-2872\rapporten\5 - ontwerp\versie da\2872-rap-248b_bd.doc maart 2006 Dossier: Ruimtelijk Structuurplan Gemeente Kampenhout - Ontwerp – Versie B Pagina 47 van 191

PKOK mêçîáåÅá~~ä=orm=íÉêêÉáå=îççê=çéÉåäìÅÜíêÉÅêÉ~íáÉîÉ=îÉêÄäáàîÉå=sÉêçåáèìÉ=

De definitieve vaststelling van het provinciaal ruimtelijk uitvoeringsplan dateert van juli 2002. Camping Veronique is gelegen aan Kampenhout-Sas, in het gewestplan deels in een zone voor verblijfsrecreatie en deels in bufferzone. De gedeeltelijke verkeerde zonering was de enige hindernis om een exploitatievergunning te kunnen verkrijgen. Camping Veronique werd opgenomen in het RUP. Woongebied, zone voor verblijfsrecreatie en bufferzone, werden omgezet in gebied voor openluchtrecreatieve verblijven, zone voor kamperen en zone voor groene buffer.

PKPK dÉãÉÉåíÉäáàâÉ=mä~ååÉå=î~å=^~åäÉÖ=

3.3.1. Algemeen Plan van Aanleg

Er is geen Algemeen Plan van Aanleg opgemaakt voor de gemeente Kampenhout.

3.3.2. Bijzondere Plannen van Aanleg

De gemeente Kampenhout heeft geen goedgekeurde BPA’s op haar grondgebied.

De gemeenteraad van Kampenhout besliste in 1995 om opdracht te geven om een zevental BPA’s op te maken, maar deze werden allen stopgezet. Bij de opmaak van het gemeentelijk ruimtelijk structuurplan is gebleken dat, met uitzondering van het ontwerp BPA Zeypestraat en het ontwerp BPA Van Beethovenlaan, deze ontwerp BPA’s niet meer actueel zijn.

De gemeenteraad heeft gelijktijdig met de opdracht van het gemeentelijk ruimtelijk structuurplan de opdracht gegeven om een sectoraal BPA zonevreemde bedrijven en zonevreemde terreinen en gebouwen voor sport-, recreatie- en jeugdactiviteiten op te stellen. Omdat na onderzoek bleek dat er geen hoogdringende gevallen aanwezig waren in de gemeente werd beslist om de opmaak van deze BPA’s tijdelijk stil te leggen en in een latere fase over te gaan naar de opmaak van een RUP.

PKQK e~Äáí~íêáÅÜíäáàåJI=sçÖÉäêáÅÜíäáàåJ=Éå=o~ãë~êÖÉÄáÉÇÉå=

Kaart 11: Habitatrichtlijngebieden

Op het grondgebied van Kampenhout zijn volgende Habitatrichtlijngebieden voorgesteld: - Torfbroek en Ter Bronnen - Silsombos - bossen rond de beekloop van Weesbeek en Molenbeek - Hellebos - Rotbos met de beekloop van de Dode Beek.

Page 48: GRS Tekstboek

ARCADIS Gedas NV Projectnummer: 07/2872

maart 2006 Bestand: s:\structuurplanning\rsp-kampenhout-2872\rapporten\5 - ontwerp\versie da\2872-rap-248b_bd.doc Pagina 48 van 191 Dossier: Ruimtelijk Structuurplan Gemeente Kampenhout - Ontwerp – Versie B

Op 21 mei 1992 werd de Europese Richtlijn 92/43/EEG, inzake de instandhouding van de natuurlijke habitats en de wilde flora en fauna (zogenoemde ‘Habitatrichtlijn’), uitgevaardigd. Deze richtlijn heeft tot doel de biodiversiteit in de lidstaten te behouden en streeft naar de instandhouding én het herstel van de natuurlijke habitats en de wilde flora en fauna die hiervan deel uitmaken. Volgende uitvoeringsmaatregelen dienen door elk lidstaat getroffen:

- ‘Speciale Beschermingszones in het kader van de Habitatrichtlijn’, de zogenaamde Habitat-richtlijngebieden, worden aangeduid, die deel zullen uitmaken van een Europees ecologisch ‘Natura2000-netwerk’. In deze zones dienen de lidstaten passende maatregelen te treffen om de bescherming, de instandhouding en het herstel van habitats en soorten waarvoor de gebieden werden aangewezen te verzekeren. Voor de uitvoering van plannen of projecten die negatieve gevolgen (kunnen of zullen) hebben voor het gebied is een aparte procedure voorzien (art. 6). Voor instandhouding en herstel van de beschermingszones kan eventueel op Europese cofinanciering beroep gedaan worden (art. 8). Om de 6 jaar dienen de lidstaten een verslag op te maken over de toepassing van de instandhoudingsmaatregelen, op basis waarvan de Europese Commissie een passende evaluatie kan uitvoeren (art. 9).

- Een reeks dier- en plantensoorten worden strikt beschermd. - Maatregelen worden genomen ten aanzien van de exploitatie en het onttrekken aan de natuur

van een aantal dier- en plantensoorten. Vogelrichtlijn- en Ramsargebieden zijn niet aanwezig in de gemeente.

PKRK sä~~ãë=bÅçäçÖáëÅÜ=kÉíïÉêâ=EsbkF=

Kaart 12: Vlaams Ecologisch Netwerk

Het Vlaams Ecologisch Netwerk (VEN) kadert in het Natuurdecreet van 1998. Een van de belangrijkste gebiedsgerichte maatregelen van dit decreet is de ontwikkeling van een netwerk van uiterst waardevolle en gevoelige natuurgebieden, met name het VEN, en het Integraal Verwevings- en Ondersteunend Netwerk (IVON).

Het VEN is de ruggengraat van de natuurlijke structuur en bestaat uit gebieden met een hoge natuurkwaliteit. In de VEN – gebieden komen natuurbehoud en –ontwikkeling op de eerste plaats. Hiertoe worden beschermingsmaatregelen uitgewerkt, waardoor voor de burger en de overheid bijkomende rechten en plichten gelden. Het Natuurdecreet legt vast dat alleen gebieden met een welbepaalde (zogenaamde groene) bestemming op het gewestplan als VEN aangewezen kunnen worden. Het VEN zal opgebouwd zijn uit ‘Grote Eenheden Natuur’ (GEN’s) en ‘Grote Eenheden Natuur in Ontwikkeling’ (GENO’s). Binnen de GEN’s en GENO’s gelden dezelfde regels. Het IVON wordt aangewezen om de natuurgebieden van het VEN zoveel mogelijk met elkaar te verbinden en te ondersteunen. Het betreft hier ook gebieden buiten groene gebieden, zoals agrarische en recreatiegebieden. Voor de burger gelden hier geen bijkomende rechten en plichten. Het IVON wordt later afgebakend.

In een eerste fase werd reeds een groot deel van het VEN afgebakend: 86.400 ha van de 125.000 ha in het Ruimtelijk Structuurplan Vlaanderen vastgelegd. In een tweede fase zal de afbakening van de agrarische structuur en de natuurlijke structuur worden uitgewerkt. Op deze manier zal 750.000 ha agrarisch gebied vastgelegd worden (RSV), evenals de resterende 38.000 ha VEN en 150.000 ha natuurverwevingsgebied (RSV).

Voor de volledige afbakening van de agrarische en de natuurlijke structuur zijn bestemmingswijzigingen nodig, d.m.v. ruimtelijke uitvoeringsplannen (RUP’s). Ongeveer 8.500 ha bestemmingswijzing (van natuur naar landbouw of omgekeerd) wordt momenteel voorbereid.

Aan de gebruikers en eigenaars van gronden in het VEN gelden vooreerst een aantal algemene voorschriften (o.a. opmaak van bosbeheersplan voor bossen, bemestingsnormen, verbod om ligging en waterpeil van de waterlopen te veranderen, verbod om structuur van landschap te wijzigingen). Op termijn zullen daarnaast, in samenspraak met de verschillende gebruikers en eigenaars, ook specifieke maatregelen worden afgesproken om de bijzondere natuurwaarden te beschermen en te ontwikkelen.

Page 49: GRS Tekstboek

ARCADIS Gedas NV Projectnummer: 07/2872

Bestand: s:\structuurplanning\rsp-kampenhout-2872\rapporten\5 - ontwerp\versie da\2872-rap-248b_bd.doc maart 2006 Dossier: Ruimtelijk Structuurplan Gemeente Kampenhout - Ontwerp – Versie B Pagina 49 van 191

Die afspraken worden vastgelegd in een natuurrichtplan. Tegen 2008 moeten alle natuurrichtplannen klaar zijn.

Voor wat betreft Kampenhout zijn volgende gebieden opgenomen in de eerste fase van het VEN: - Torfbroek en Ter Bronnen - Silsombos - bossen rond de beekloop van Weesbeek en Molenbeek - Hellebos - Rotbos met de beekloop van de Dode Beek.

PKSK fåíÉÖê~~ä=ï~íÉêÄÉäÉáÇ=Ó=ï~íÉêíçÉíë=

Kaart 13: Overstromingsgebieden

In het decreet van 18 juli 2003 betreffende het algemeen waterbeleid (B.S. 14 november 2003) legt in hoofdstuk III, afdeling I, bepaalde verrichtingen op, die de watertoets worden genoemd.

Artikel 8 van het decreet stelt dat de overheid een vergunning, plan of programma mag weigeren of er aangepaste voorwaarden kan aan opleggen indien een ‘schadelijk effect’8 ontstaat. Enkel omwille van dringende redenen van groot maatschappelijk belang kan de vergunning worden toegestaan.

Het is bijgevolg aangewezen om in elke vergunning die afgegeven wordt de resultaten van de watertoets te vermelden, zelfs als manifest duidelijk is dat de vergunde werken geen enkele invloed op de waterhuishouding zullen hebben.

Bij het nemen van een beslissing omtrent de vergunning, het plan of het programma houdt de overheid rekening met de vastgestelde waterbeheerplannen (bekkenbeheerplannen, stroombekkenplannen). Deze zijn een beleidsmatige vertaling van de verschillende informatieve kaarten (NOG, ROG, MOG). De waterbeheersplannen moeten volgens het decreet tegen 2006 klaar zijn.

Ondertussen kunnen de bestaande kaarten enkel als informatief beschouwd worden m.a.w. de aanvraag tot bouwvergunning moet in deze gebieden dus niet onmiddellijk geweigerd worden.

In de gemeente Kampenhout worden volgende gebieden aangeduid als overstromingsgebieden: - delen van de beekloop van de Molenbeek: t.h.v. woonpark Duistbos - nabij Torfbroekvijvers: t.h.v. Grootveldstraat - delen van de beekloop van de Keibeek: t.h.v. woonpark Ter Bronnen - delen van de beekloop van de Weesbeek: t.h.v. woonpark Ter Bronnen, t.h.v. Waterstraat –

Balkestraat, t.h.v. Zeypestraat - delen van de beekloop van de Molenbeek: t.h.v. Waterstraat - delen van de beekloop van de Leibeek: t.h.v. Stokstraat - delen van de beekloop van de Weisetterbeek: t.h.v. woonpark aan Weisetterbos, t.h.v.

Schoonstraat (Herent) - nabij kanaal Leuven – Dijle: t.h.v. camping Veronique - delen van de beekloop van de Leigracht: t.h.v. Oudestraat - delen van de beekloop van de Dodebeek: t.h.v. woonpark Rood Klooster

8 Een ‘schadelijk effect’ wordt gedefinieerd als ‘ieder betekenisvol nadelig effect op het milieu dat voortvloeit uit een

verandering van de toestand van een watersysteem of bestanddelen ervan die worden teweeggebracht door een menselijke activiteit; die effecten omvatten mede effecten op de gezondheid van de mens en de veiligheid van de vergunde of vergund geachte woningen en bedrijfsgebouwen, gelegen buiten overstromingsgebieden, op het duurzaam gebruik van water door de mens, op de fauna, de flora, de bodem, de lucht, het water, het klimaat, het landschap en het onroerend erfgoed, alsmede de samenhang tussen een of meerdere van deze elementen.’

Page 50: GRS Tekstboek

ARCADIS Gedas NV Projectnummer: 07/2872

maart 2006 Bestand: s:\structuurplanning\rsp-kampenhout-2872\rapporten\5 - ontwerp\versie da\2872-rap-248b_bd.doc Pagina 50 van 191 Dossier: Ruimtelijk Structuurplan Gemeente Kampenhout - Ontwerp – Versie B

QK _bibfaplkabopqbrkbkab=j^^qobdbibk=

QKNK _ÉëÅÜÉêãÇÉ=ä~åÇëÅÜ~ééÉåI=ãçåìãÉåíÉå=Éå=ÇçêéëÖÉòáÅÜíÉåV=

Kaart 14: Beschermde landschappen, monumenten en dorpsgezichten

Volgende monumenten, landschappen en dorpsgezichten in Kampenhout zijn beschermd:

Tabel 3: Beschermde landschappen, monumenten en dorpsgezichten

naam ligging klasserings-datum

Beschermde landschappen

1 Omgeving Kasteel Ter Loonst Terloonstraat, Relst 27/05/1971

2 Omgeving van ‘Spaanse Hoeve’ Peperstraat, Nederokkerzeel 14/10/1975

3 Domein Ter Bronnen Berg 10/11/1995

4 Torfbroek en omgeving Berg 06/03/1996

Beschermde dorpsgezichten

1 onmiddellijke omgeving hoeve Laarstraat 40, Berg 29/09/1981

2 onmiddellijke omgeving afspanning Op het Santvliet Aarschotsebaan, Relst 03/01/1985

3 Dorpskern Kampenhout Kampenhout ?

4 Omgeving sluis Kampenhout-Sas Kampenhout-Sas 19/03/1997

5 Onmiddellijke omgeving van Sint-Stefanuskerk Nederokkerzeel 03/02/2000

Beschermde monumenten

1 St.-Stefanuskerk en orgel Peperstraat 125, Nederokkerzeel 29/09/1943

2 Kasteel Ter Loonst Terloonstraat 22, Relst 27/05/1971

3 Pastorij Dorpsstraat 11, Kampenhout 09/10/1973

4 ‘Spaanse Hoeve’ Peperstraat 62, Nederokkerzeel 14/10/1975

5 Orgel O.L. Vrouwkerk Kerkstraat, Kampenhout 11/09/1979

6 Hoeve Laarstraat 40, Berg 29/09/1981

7 Afspanning Op het Santvliet Aarschotsebaan 96, Relst 03/01/1985

8 Voormalig gemeentehuis Kerkstraat 34, Kampenhout 18/04/1994

9 Dubbele schutsluis en sluiswachterwoning Kampenhout-Sas 19/03/1997

10 Kasteel van Bellinghen met inbegrip van ommuurde tuin en gekasseide Koeistraat

Gemeenthuisstraat 32, Kampenhout

16/12/1999

Naast bovenstaande beschermingen werden er onlangs zeven kappelen op de ontwerplijst opgenomen. Het betreft: Kapel O-L-Vrouw-van-zeven-weeën, Liststraat; Kapel O-L-Vrouw-van-bijstand, Laarstraat; O-L-Vrouwkapelletje, Humelgemseweg 5; kapel O-L-V-van-barmhartigheid, Wildersedreef; kapel O-L-Vrouw-van-bijstand, Onze Lieve Vrouwstraat en Casemierstraat en de Sint-Servatiuskapel, Kampnhoutsebaan.

9 Arohm, afdeling Monumenten en Landschappen

Page 51: GRS Tekstboek

ARCADIS Gedas NV Projectnummer: 07/2872

Bestand: s:\structuurplanning\rsp-kampenhout-2872\rapporten\5 - ontwerp\versie da\2872-rap-248b_bd.doc maart 2006 Dossier: Ruimtelijk Structuurplan Gemeente Kampenhout - Ontwerp – Versie B Pagina 51 van 191

QKOK oÉÅÜí=î~å=îççêâççé=

- Inzake natuurbehoud: in Kampenhout bestaat er een recht van voorkoop ingevolge het decreet natuurbehoud in de natuurreservaten Hellebos, Torfbroek en Silsombos.

- Inzake ruilverkaveling: in Kampenhout zijn geen gebieden waar een recht van voorkoop bestaat ingevolge artikel 74 van de wet op de ruilverkaveling van landeigendommen.

Page 52: GRS Tekstboek

ARCADIS Gedas NV Projectnummer: 07/2872

maart 2006 Bestand: s:\structuurplanning\rsp-kampenhout-2872\rapporten\5 - ontwerp\versie da\2872-rap-248b_bd.doc Pagina 52 van 191 Dossier: Ruimtelijk Structuurplan Gemeente Kampenhout - Ontwerp – Versie B

abbi=PW =orfjqbifghb=`lkqbuq=

NK `riqrroefpqlofp`eb=pfqrbofkd=

Kaart 15: Cultuurhistorische evolutie

Het verleden is sterk bepalend geweest voor het uitzicht van het huidige landschap van de fusiegemeente Kampenhout. Op 1 januari 1977 fusioneerde de gemeenten Kampenhout, Berg, Nederokkerzeel en Buken tot de huidige gemeente Kampenhout. Deze cultuurhistorische situering zal dan ook gebeuren per deelgemeenten van voor de fusie.

Kabinetskaart van de Oostenrijkse Nederlanden van Ferraris (1770 – 1777)

Kampenhout bestaat uit twee voorname landschappelijke gebieden waartussen de Aarschotsebaan loopt: in het noorden de Kempische vlakte en in het zuiden het heuvelland van Midden-Brabant. In het heuvelland van Midden-Brabant bestaat de bodem vooral uit leemgronden. Dit verheven gebied wordt gekenmerkt door geconcentreerde bebouwing die vooral op de helling gesitueerd zijn. In de Kempische vlakte bestaat de bodem vooral uit zandleembodems. Dit lager gelegen gebied wordt gekenmerkt door verspreide bebouwing en kleine clusters van bebouwing. De grote hoeveelheden bos zijn vooral langs de beken gesitueerd.

Er doen zich al kleine ontwikkelingen voor langs de grote infrastructuren Leuvense steenweg en het kanaal. Naast deze grote verkeersinfrastructuren wordt het landschap gekenmerkt door lanen.

Berg

Berg (889 ha) telt volgende wijken: Dorp, Lemmeken, Kutsegem, Lelle, Bulsom, Heide en Frijsel. De gemeente dankte haar naam aan de ligging op een ietwat verheven bodem. Het gaat hier om een open plek te midden van de bossen met uitweg op de oude Aarschotsebaan, maar vooral om een poort tussen twee voorname landschappelijke gebieden: de Kempische vlakte en het heuvelland van Midden-Brabant waartussen de Aarschotsebaan doorloopt.

Te Berg werd een zand- en kalkhoudende gesteente, ook gekend als Diegemse steen, duchtig ontgonnen ten behoeve van de woningbouw.

Page 53: GRS Tekstboek

ARCADIS Gedas NV Projectnummer: 07/2872

Bestand: s:\structuurplanning\rsp-kampenhout-2872\rapporten\5 - ontwerp\versie da\2872-rap-248b_bd.doc maart 2006 Dossier: Ruimtelijk Structuurplan Gemeente Kampenhout - Ontwerp – Versie B Pagina 53 van 191

Eens maakte de streek deel uit van het machtige kolenwoud, waarvan het Zoniënwoud nog een overblijfsel is. Ten tijde van Ferraris hadden de bossen aan de Dode Beek ongeveer dezelfde oppervlakte als ze nu hebben. Ook het Hellebos had praktisch dezelfde vorm. Torfbroek was volledig bebost: waarschijnlijk was het een “woest gebied” gezien de aard van de bodem. Deze woeste gebieden werden door Ferraris als “bos” op kaart getekend.

De Aarschotsebaan was de as van het ganse wegennet. Merkwaardig is wel dat alle kleinere verbindingswegen ver van elkaar en parallel, zowel links als rechts, er haaks op uitmonden. Deze opvallende wegenstructuur gaf aan Berg een centrale ligging.

Buken

De naam Buken verwees destijds naar een plaats, die gelegen was bij de beuken, die beukenbos betekent. Buken, kleinste deelgemeente van Kampenhout had wel een uitgestrekt gebied van ongeveer 217 ha voor een weinig talrijke bevolking.

De gemeente Buken werd in tweeën gesneden door de baan Leuven-Mechelen, aangelegd door de Oostenrijkers in 1730-32. Dat betekende onteigeningen maar voortaan ook een uitstekende verbinding voor handel en verkeer met beide steden. Ten noorden wordt een deel van het dorp afgezonderd door het kanaal Leuven-Rupel gegraven door de stad Leuven in 1750.

Op de Ferrariskaart valt het op dat Buken voor de helft bebost was. Zo vinden we langs de oostelijke Leibeek het Veldtbosch.

Kampenhout

De naam Kampenhout verwees naar de zogeheten Brabantse Kempen. Het woordje Kampen zou een verbastering zijn van Kempen, maar anderzijds analoog met Germaans campa en latijns campus dat vlakte, veld betekent. Het achtervoegsel –hout getuigt van een primitief bos of woud. Kampenhout is dus eigenlijk ‘bos bij de vlakte’. Kampenhout is de grootste gemeente uit de streek met een oppervlakte van 1529 ha.

In vroegere eeuwen bezat Kampenhout twee gelijkwaardige kernen, uitgedrukt door minstens evenveel woningen te Ruisbeek zowel als te Kampenhout. Waar men Ruisbeek als een eerder natuurlijk gegroeide agglomeratie mag bestempelen, valt het op dat Kampenhout-dorp veeleer een planmatig aangelegde woonwijk uitmaakt.

Tijdens de jongste drie eeuwen heeft zich in het beoefenen van landbouw en veeteelt te Kampenhout enorme verschuivingen voorgedaan. Voor 1686 was er een landbouwtelling over 1.210 ha met vooral 621 ha in winnende landerijen, 115 ha weiden, 321 ha bossen, 60 ha hakhout, 91 ha boomgaarden en groentetuinen.

Als waterweg heeft de Dijle praktisch nooit dienst kunnen doen. In 1731 werd een eerste ontwerp opgesteld om Leuven met de Schelde te verbinden. Voor Kampenhout betekende de Leuvensevaart het begin van de nijverheidszone met aanvoer van steenkolen, hout en bouwstenen, later ook meststoffen. Op de Ferrarriskaart kan er opgemerkt worden dat alle straten en wegen dreven waren.

Het Weisetterbos, toen het “Leysetterbos”, was een stuk groter (ruim 90 ha groot) en strekte zich verder uit in de zuidelijke richting. De kasteelparken Wilder, Ter Loonst en Van Opstal stonden er toen eerder boom-loos bij. Langs de loop van de Weesbeek strekte zich het Eckelwyde bos uit. Langs de loop van de Gretse Beek, Reisembeek en Leibeek trof men verspreide bosjes, hooilanden en ook akkers aan. Ten zuiden van het Kasteelpark Wilder loopt de Molenbeek door beboste hooilanden. Ten noorden van het Kasteelpark was het gebied meer bebost dan heden ten dage. De Beekkant had toen al zijn actuele vorm doch vooral het Kwaadbos was veel uitgestrekter dan nu. Het vormde toen met het Weisetterbos één geheel. Het gebied langs beide zijden van de Wildersedreef was toen al akkerland.

Page 54: GRS Tekstboek

ARCADIS Gedas NV Projectnummer: 07/2872

maart 2006 Bestand: s:\structuurplanning\rsp-kampenhout-2872\rapporten\5 - ontwerp\versie da\2872-rap-248b_bd.doc Pagina 54 van 191 Dossier: Ruimtelijk Structuurplan Gemeente Kampenhout - Ontwerp – Versie B

Nederokkerzeel

De naamgeving Nederokkerzeel komt van het woord Nederhocke-sele en betekent derhalve ‘ het lagergelegen Ockersele’ of ‘ de lagergelegen woonplaats bij het heuvelland’.

Het natuurgebied Torfbroek, dat op de grens van Berg en Nederokkerzeel ligt, is een uitgestrekte vlakte van drassige veengronden, die rond 1200 een vrijgoed van de hertogen van Brabant uitmaakten. Deze moerassige gronden, die in de volksmond het Laar werden genoemd, vormden een hoofdelement in de brandstofvoorziening van beide gemeenschappen.

Nederokkerzeel lag te midden van de grote bocht van bossen wat deze oudste nederzetting een natuurlijke begrenzing gaf. Richting noorden en noordwest (het grootveld) is al eeuwen open akkerland geweest.

Zand- en steengroeven waren een eerste vorm van nijverheid in de streek, die door haar waardevolle bestemming als bouwmateriaal welvaart onder de bevolking bracht. Duizenden karrevrachten werden immers uitgevoerd naar Nederland voor het aanleggen en verstevigen van dijken.

Ph. Vander Maelenkaart (1846-1854)

De opkomst van de Haachtsesteenweg maakt de gemeente goed bereikbaar vanuit de omliggende steden. Veel bosgebieden moeten plaats maken voor landbouw en woningbouw. Vooral in de omgeving van Bergheide en de beeklopen tussen de kern Kampenhout en het kanaal zijn bosgebieden gerooid geweest ten koste van deze ontwikkelingen.

Berg

Een eeuw geleden werd vastgesteld dat zware kleigrond onmisbaar is voor het bekomen van vast, gesloten witloof. Deze uitstekende groente heeft de Bergse akkers jarenlang haast overwoekerd.

Door de aanleg van de Haachtsesteenweg (1825-1827) verloor de oude heirbaan grotendeels haar verkeersfunctie. Ze werd tussen Dorpsstraat en Torfbroeklaan gedesaffecteerd en zo in twee stukken gesneden.

Het boscomplex rond Torfbroek is merkelijk ingekrompen.

Buken

Op de kaart van Vandermaelen is reeds zeer veel bos omgezet in akkerland. Alleen het Verdynen bosch blijft bestaan.

Kampenhout

In 1846 was er met betrekking tot landbouw al een sterke evolutie merkbaar: nu was er op 1.529 ha een oppervlakte van 814 ha voorbehouden aan graangewassen, 58 ha voor nijverheidsteelten (vlas), 305 ha aan voedergewassen, 36 ha weiden, 35 ha tuingewassen, 160 ha bos, 13 ha braakliggend.

Het Weisetterbos, toen “Verbranden bos”, is reeds teruggebracht tot zijn huidige oppervlakte. Het Kwaadbos wordt al niet meer vermeld en de Beekkant is kleiner dan het nu is. De bossen rond het Kasteelpark Wilder hebben ongeveer hun huidige oppervlakte. Het Steentjesbos heeft ongeveer de oppervlakte die het nu heeft.

Militair Cartografisch Instituut (1930-1939)

Door de aanwezigheid van de Haachtsesteenweg hebben de dorpen Berg en Kampenhout zich kunnen ontwikkelen tot geconcentreerde woonkernen. De bosgebieden zijn nagenoeg onveranderd gebleven ten opzicht van de tijde van Vander Maelen.

Page 55: GRS Tekstboek

ARCADIS Gedas NV Projectnummer: 07/2872

Bestand: s:\structuurplanning\rsp-kampenhout-2872\rapporten\5 - ontwerp\versie da\2872-rap-248b_bd.doc maart 2006 Dossier: Ruimtelijk Structuurplan Gemeente Kampenhout - Ontwerp – Versie B Pagina 55 van 191

Berg

Vanaf augustus 1888 werd begonnen met de aanleg van de buurtspoorwegen, een werk dat 3 jaar lang duurde. Op 1 september 1890 reed de eerste stoomtram van Haacht naar Schaarbeek en paseerde het tramstation te Berg. Brussel was nu voor iedereen gemakkelijk bereikbaar en heel wat vervoersproblemen waren meteen opgelost. De eerste elektrische tram reed over Bergs grondgebied vanaf 1924 tot paasmaandag 1959.

Voor de botanisten, herboristen, apothekers, kruidendokters en plantenliefhebbers in het algemeen vormde Torfbroek vorige eeuw een onuitputtelijke schat aan medicinale kruiden, planten en bloemen. In 1928 besliste het gemeentebestuur het domein van 32 ha te verkopen, doch onder voorbehoud dat de nieuwe eigenaar e wegen zou aanleggen, geen nijverheid zou vestigen en de eigenaardige natuurkundige planten beschermen. Op 25 april ging het Torfbroek over in handen van de maatschappij Ter Bronnen, die er een villawijk wilde aanleggen. Er werden wegen getrokken en vijvers heropend, ingericht als vis-, zwem- en roeigelegenheid.

Buken

Sedert het begin van deze eeuw werd er in Buken hoofdzakelijk witloof gekweekt, naast granen, aardappelen, voedergewassen en groenten.

Bij het begin van de eerste wereldoorlog in 1914 werden 50 van de 84 woningen, alsook de Kerk, de pastorie en het gemeentehuis door de Duitsers afgebrand en een twaalftal personen door de bezetter terechtgesteld.

Kampenhout

Ook de Kampenhoutenaren maakten uitbundig gebruik van de tram om melk en de gekweekte groenten in Brussel te verkopen.

Topografische kaart (1978-1993) en Orthofoto (1995)

Er zijn ontwikkelingen op te merken langsheen de Haachtsesteenweg, Leuvensesteenweg en Haachtstation. De meeste historische lanen zijn geëvolueerd naar linten. Daarnaast vinden we de ontwikkeling van woonparken op goedkope bosgebieden terug.

Berg

De buurtspoorweg Brussel-Haacht werd in 1960 opgeheven om plaats te maken voor een autobusverbinding.

Het nog 18 ha grote Torfbroek werd als natuurgebied in het gewestplan voor Halle-Vilvoorde opgenomen en tot natuurreservaat uitgeroepen.

Berg was en is nog altijd een belangrijke landbouwgemeente, vooral dankzij de renderende witloofteelt. Volgens de beteelde oppervlakte was er 46% voorzien voor graangewassen (tarwe en gerst), 29% groenteteelt (hoofdzakelijk witloof) en 14% grasland.

Buken

Het Verdynenbos is nu verdwenen en wat er nog rest zijn kleine bosrelicten die hoofdzakelijk aan de oostelijke Leibeek gelegen zijn.

Kampenhout

De grond werd meer en meer bebouwd ten dienste van de groentekweek. Witloof werd evenwel de hoofdteelt. Enerzijds schoot er nog slechts weinig tijd over om het vee te verzorgen, anderzijds was de witloofteelt ook meer winstgevend, twee argumenten die hun invloed lieten gelden op de bouw van kleine uitbatingen. Kampenhout kreeg in 1960 zijn tuinbouwveiling. Uit een onderzoek was gebleken dat er in 1961 nog 675 landbouwersgezinnen in de gemeente waren, terwijl er 10 jaar later nog slechts

Page 56: GRS Tekstboek

ARCADIS Gedas NV Projectnummer: 07/2872

maart 2006 Bestand: s:\structuurplanning\rsp-kampenhout-2872\rapporten\5 - ontwerp\versie da\2872-rap-248b_bd.doc Pagina 56 van 191 Dossier: Ruimtelijk Structuurplan Gemeente Kampenhout - Ontwerp – Versie B

325 werden geteld. Het aantal beroepslandbouwers slonk van jaar tot jaar, doordat de jongelui zich blijkbaar meer aangetrokken voelden door sociale voorzieningen, waarvan ze als werknemer konden genieten.

In 1978 werd te Kampenhout-sas een tweede zwaaikom aangelegd zodat vaartuigen tot 50 m lengte er gemakkelijk konden draaien.

De kasteelparken Opstal en Ter Loonst beschikken momenteel over prachtige bomen. Begin jaren ’70 werd ongeveer 1/3 van het Weisetterbos ontwikkeld tot woonpark.

Nederokkerzeel

Momenteel is er nog een uitgestrekte zandwinning in uitbating op de Grevenberg. De gemeenteraad van Kampenhout keurde op 11.1.1991 een voorontwerp van BPA goed om het Grevenbergveld als ontginningsgebied te beschermen. Dit is slechts een ontwerp en heeft geen verordende kracht.

Sinds Ferraris tot heden is het Erpsveld een open verheven landschap gebleven.

Page 57: GRS Tekstboek

ARCADIS Gedas NV Projectnummer: 07/2872

Bestand: s:\structuurplanning\rsp-kampenhout-2872\rapporten\5 - ontwerp\versie da\2872-rap-248b_bd.doc maart 2006 Dossier: Ruimtelijk Structuurplan Gemeente Kampenhout - Ontwerp – Versie B Pagina 57 van 191

OK _bpq^^kab=orfjqbifghb=pqor`qrro=lm=j^`olkfsb^r=E_lsbkdbjbbkqbifghF=

In dit deel wordt de globale ruimtelijke structuur van de regio rond Kampenhout geschetst. De belangrijkste ruimtestructurerende elementen zijn de natuurlijke, agrarische, nederzettings-, economische en infrastructuurelementen.

Kampenhout is een landelijke gemeente in de provincie Vlaams-Brabant en het arrondissement Halle-Vilvoorde. De gemeente is gelegen tussen de drie stedelijke polen Brussel – Leuven – Mechelen. Het grondgebied wordt op macroniveau omringd door grote lijninfrastructuren die verbindingen vormen tussen de drie steden en de rest van Vlaanderen.

Kaart 16: Bestaande ruimtelijke structuur op macroniveau

OKNK léÉå=êìáãíÉ=

Ruimtelijk-natuurlijke structuur

In de regio zijn de waardevolle gebieden voor natuur voornamelijk gebonden aan beeklopen. Het gaat om beekbegeleidende bossen, moerasjes en verruigde graslanden. Kampenhout maakt deel uit van het Dijlebekken, dat op zich dan weer tot het Scheldebekken behoort.

Belangrijk in de regio is de bosgordel die hoofdzakelijk gebonden is aan de beekloop van de Weesbeek-Barebeek en die zich uitstrekt over het grondgebied van de gemeenten Kortenberg, Herent en Kampenhout. Alhoewel de bossen niet echt groot zijn, worden ze zo goed als niet gescheiden door aaneengesloten bebouwing, drukke verkeersaders of grotere landbouwcomplexen. De flora van de bossen is gevarieerd en zeer rijk. Biologisch waardevolle bossen zijn het Steentjesbos-Schiplakenbos, het Weisetterbos, het Kareelbos, het Snijselsbos, het Hellebos, Silsombos, het Floordambos…

Een op Europees bijzonder waardevol gebied is het Torfbroek. Zijn uitzonderlijke waarde is te danken aan de zeer verscheiden abiotische omstandigheden. Waardevol zijn ook de bosjes langs de Molenbeek stroomafwaarts het kasteel van Wilder, het kasteeldomein van “de Merode” te Kortenberg, de kasteelparken Ter Meeren en het kasteel van Sterrebeek.

Ruimtelijk-agrarische structuur

De ruime regio rond Kampenhout is een tuinbouwgebied. Het gebied is gelegen in de zandleemstreek. Er wordt aan grondgebonden land- en tuinbouw (graangewassen in eerste plaats en aardappel) gedaan in samenhang met de productie van grondloze witloofteelt. Op de vochtige gronden in de beekloop is er grasteelt en populierenteelt aanwezig.

Ruimtelijk gezien liggen de landbouwgronden verspreid in de streek. De meeste bedrijven situeren zich in linten. Er zijn geen ruilverkavelingen gerealiseerd in het gebied.

De regio heeft de kampen met een lage rendabiliteit voor de landbouwactiviteit. Dit heeft een tweevoudige oorzaak. Enerzijds is er de lage landbouweconomische waarde, anderzijds is er de verstedelijkingsdruk.

Landschappelijke structuur

Het gebied Brussel-Leuven-Mechelen vormt een overgang tussen het lage en redelijk gesloten brede alluvium van de Beneden-Dijle (N) en het hoog gelegen leemplateau van de Brabantse leemstreek (Z).

Landschappelijk waardevol in de regio zijn de verschillende boskernen die hoofdzakelijk gebonden zijn aan beeklopen; daarnaast is ook het centraal koutergebied tussen Nossegem, Steenokkerzeel, Nederokkerzeel en Erps-Kwerps structuurbepalend voor het landschap.

Page 58: GRS Tekstboek

ARCADIS Gedas NV Projectnummer: 07/2872

maart 2006 Bestand: s:\structuurplanning\rsp-kampenhout-2872\rapporten\5 - ontwerp\versie da\2872-rap-248b_bd.doc Pagina 58 van 191 Dossier: Ruimtelijk Structuurplan Gemeente Kampenhout - Ontwerp – Versie B

Het kanaal Leuven-Dijle loopt gedeeltelijk over het grondgebied van Kampenhout en vormt een landschappelijk structurerende barrière en verbinding.

OKOK _ÉÄçìïÇÉ=êìáãíÉ=

Nederzettingsstructuur

Het gebied tussen Mechelen, Brussel en Leuven wordt gekenmerkt door een goede bereikbaarheid en een centrale ligging tussen drie stedelijke gebieden. Hierdoor is het gebied in de loop der jaren uitgegroeid tot een uitgestrekt suburbaan woongebied. De vele kernen kenmerken zich door een duidelijk centrum waarin de meeste functies zijn ondergebracht. Langsheen de lokale verbindingswegen doet zich met mate lintbebouwing voor.

Ruimtelijk-economische structuur

Zeer belangrijke tewerkstellingspolen in de omgeving van het Brussels Hoofdstedelijk Gewest en in de regio van Kampenhout zijn: - Zaventem-Kraainem, met de luchthaven als economische poort. De economische as N201 van de

luchthaven richting Brussel vormt een belangrijke activiteitenas. - Vilvoorde, gekenmerkt door een goede ontsluiting via het water (Zeekanaal Brussel-Schelde) en

de weg.

De as Leuven – Mechelen (N26, spoorlijn Mechelen-Leuven, kanaal Leuven-Dijle) kent een sterke bedrijfsontwikkeling te Kampenhout en Boortmeerbeek (Lobeek – Over de Vaart, Kampenhout-Sas en Sas). Er is sprake van naar elkaar groeiende stedelijke druk. Kampenhout-Sas staat in relatie met de Leuvensesteenweg, het kanaal Leuven-Dijle, op een kleine afstand met het station langs de spoorlijn Leuven-Mechelen en via de Haachtsesteenweg met de luchthaven Zaventem.

In de Mechelsesteenweg te Boortmeerbeek en aan het kruispunt Sas te Kampenhout zijn er concentraties aanwezig van grootschalige kleinhandel.

Leuven profileert zich vooral in de micro-elektronica en geneeskunde. De zakelijke dienstverlening is er erg belangrijk. De functie van Leuven als hoofdstad van Vlaams-Brabant versterkt de functie als administratief beslissingscentrum. Een gelijkaardige suburbanisatietendens als in het Brussels Hoofdstedelijk Gewest is merkbaar op het niveau van Leuven.

OKPK iáàåáåÑê~ëíêìÅíììê=

De regio Brussel – Mechelen - Leuven wordt afgebakend door drie autosnelwegen: de E19 (Brussel-Antwerpen-Breda-Rotterdam) in het westen, de E40 (Brussel-Luik) in het zuiden en de E314 (E40-Hasselt-Genk-Aken) in het zuidoosten. Deze maken deel uit van de Europaroutes.

Een fijnmaziger wegennet wordt gevormd door enkele regionale verbindingswegen. Voor Kampenhout zijn de belangrijkste de N26, die als verbindingsweg fungeert tussen Leuven - Mechelen en die Kampenhout in het noordoosten doorkruist, en de N21, die een regionale verbindings- en ontsluitingsweg vormt tussen Brussel-Zaventem-Haacht-Aarschot en die haaks op de N26 gelegen is.

Parallel met de N26 is het kanaal Leuven-Dijle gesitueerd. Het kanaal Leuven-Dijle speelde vroeger een belangrijke rol in de economische ontsluiting van onze gewesten. Momenteel groeit haar meerwaarde op recreatief vlak.

Tenslotte wordt de gemeente omringd door een netwerk van spoorlijnen die de steden Brussel, Leuven en Mechelen met elkaar verbinden. Het kortst bijgelegen station is het Haacht-station, gelegen langs het spoor Leuven – Mechelen.

Page 59: GRS Tekstboek

ARCADIS Gedas NV Projectnummer: 07/2872

Bestand: s:\structuurplanning\rsp-kampenhout-2872\rapporten\5 - ontwerp\versie da\2872-rap-248b_bd.doc maart 2006 Dossier: Ruimtelijk Structuurplan Gemeente Kampenhout - Ontwerp – Versie B Pagina 59 van 191

PK _bpq^^kab=orfjqbifghb=pqor`qrro=lm=jbplkfsb^r=EdbjbbkqbifghF=

PKNK léÉå=êìáãíÉ=

Kaart 17: Open ruimtestructuur

3.1.1. Fysisch systeem

Kaart 18: Reliëf en waterlopen

Kaart 19: Bodem

3.1.1.1. Bodem

Algemeen beschikt de gemeente Kampenhout vooral over lemige zandbodems en zandleembodems.

In de deelgemeente Kampenhout behoort de bovengrond meestal tot de leemrijke zandgronden. Hierin treft men minstens 80 % zand aan.

De deelgemeente Berg ligt juist op de grens van de zandleemstreek. Deze overgangsstrook tussen zand- en leemstreek werd reeds miljoenen jaren geleden gevormd. Men kent nu nog de zavelputten waarin men Brusseliaan-zand aantreft vanaf 2 meter diepte. Bij het ontginnen van deze putten, ontmoet men op andere plaatsen een laag harde (Lediaan) zandsteen, die verleden eeuw nog ontgonnen werd ten behoeve van de woningbouw.

In de deelgemeente Nederokkerzeel behoort de bodem al meer tot de leemgronden. Deze strekken zich verder in oostelijke en zuidelijke richting uit.

Ten noorden van de deelgemeente Buken heeft men zandleemgronden, die naar het zuiden toe overgaan in leemgronden.

3.1.1.2. Reliëf

Kampenhout is gelegen in een gebied dat gaat van lager dan 10 meter in het noordwesten tot bijna 35 meter boven de zeespiegel in het zuiden van de fusiegemeente Nederokkerzeel.

In de deelgemeente Kampenhout is de bodem nagenoeg vlak met een lichte helling van het noorden naar het zuiden. Het hoogste punt bedraagt 17 meter op het Hoogveld onder Ruisbeek, terwijl het laagste punt 11 meter hoog ligt aan de Weisetterbeek aan de grens met Boortmeerbeek. Vroeger bevond het akkerland zich in de zuidelijke hoek waar de hoogte schommelt tussen 14 en 17 meter boven de zeespiegel. Dit in tegenstelling met de bossen, heide en beemden die vnl. onder de 12 meter gelegen zijn. Maar ook deze gronden groeiden uit tot landbouwgebied.

De deelgemeente Buken is al wat hoger gelegen, nl. op een hoogte tussen 14 en 17 meter.

De deelgemeente Berg spreidt zich over een (relatief) hoger reliëfverschil. De gemeente strekt zich uit over een gebied van lager dan 10 meter in het noorden tot 25 meter in het zuiden.

De deelgemeente Nederokkerzeel is het hoogst gelegen, nl. tussen de hoogtelijnen gaande van 15 meter aan de grens van het Torfbroek en in het Silsombos tot praktisch 35 meter in het uiterste zuiden: de gemeentegrens raakt hier de hoogtelijn van 35 meter. Ten westen van Nederokkerzeel is een prachtig open gebied met een lichte heuveling op te merken.

Page 60: GRS Tekstboek

ARCADIS Gedas NV Projectnummer: 07/2872

maart 2006 Bestand: s:\structuurplanning\rsp-kampenhout-2872\rapporten\5 - ontwerp\versie da\2872-rap-248b_bd.doc Pagina 60 van 191 Dossier: Ruimtelijk Structuurplan Gemeente Kampenhout - Ontwerp – Versie B

3.1.1.3. Hydrografie

Waterlopen

Kampenhout maakt deel uit van het Dijlebekken, dat op zich behoort tot het Scheldebekken. Micro-hydrografisch is Kampenhout gesitueerd in het AWP-II-gebied van de Beneden-Dijle. Specifiek voor Kampenhout zijn vooral de Subbekkens van de Weesbeek en de Barebeek van belang. Het omvat talrijke beken die hoofdzakelijk van zuid naar noord lopen. Uitzondering hierop zijn de Dode Beek en de Zwarte Beek welke van oost naar west stromen.

Subbeken Weesbeek - De Weesbeek loopt via Silsombos, Wilder, de bossen ten oosten van Ter Bronnen, Ruisbeek en

Geilroede de gemeente Boortmeerbeek in, na er over enkele honderden meters de natuurlijke grens tussen de gemeente Kampenhout en Boortmeerbeek te hebben gevormd. Zijbeken van de Weesbeek in de gemeente zijn achtereenvolgens de Reisembeek – welke op zijn beurt de Gretse beek ontvangt – en de Nederokkerzeelse Leibeek; in de wijk Ter Bronnen ontvangt de Weesbeek de Keibeek, die van belang is daar deze beek gevoed wordt met water afkomstig van het Torfbroek; in het noorden van de gemeente ontvangt de Weesbeek dan uiteindelijk de Molenbeek ( na deze reeds twee maal te hebben gekruist) en de Weisetterbeek.

- De Weisetterbeek loopt via Buken en Kampenhout – Sas en ontvangt alhier de westelijke Leibeek en de oostelijke Leibeek. Even voorbij de St. –Jozefshoeve (Boortmeerbeek) vormt de beek de natuurlijke grens met Boortmeerbeek alvorens in de Weesbeek uit te monden.

- De Molenbeek loopt via Silsombos, Wilder, Beekkant, Relst en Heide door talrijke natuur- en bosgebieden. Zij voedt ook de vijvers in de omgeving van het Kasteel van Wilder. Opmerkelijk is dat de Molenbeek twee maal de Weesbeek kruist. Uiteindelijk mondt de Molenbeek ten noorden van de Geilroede uit in de Weesbeek.

Subbeken Barebeek

De Molenbeek (Berg) komt vanuit Steenokkerzeel de gemeente binnen aan het Duistbos. Een gedeelte van de beek is er ingebuisd, waardoor er problemen veroorzaakt worden voor het wonen. Eens de Haachtsesteenweg voorbij verandert de beek van naam (Lellebeek), om vervolgens even verder terug Molenbeek te heten. In het Hellebos vloeien de Molenbeek en de Perkse Leibeek samen; vanaf dan heet de beek de Barebeek. Deze beek vormt dan lange tijd de gemeentegrens Kampenhout – Steenokkerzeel. Op het drie gemeentepunt Kampenhout – Steenokkerzeel - Zemst ontvangt de Barebeek de Dode Beek welke via de Kampelaar en het Rotbos stroomt. De Zwarte Beek die in het uiterste noorden van de gemeente vloeit, mondt eveneens uit in de Barebeek.

Het kanaal Leuven-Dijle doorsnijdt de gemeente Kampenhout van het zuidoosten naar het noordwesten. Over heel zijn lengte bezit de Vaart viswaterkwaliteit als kwaliteitsdoelstelling. Als verbindingselement speelt het kanaal mede een bepalende rol als lineair landschapselement in de gemeente.

Stilstaand water

Slechts op enkele plaatsen liggen grote oppervlakten ‘stilstaand water’. Ze zijn vooral terug te vinden in volgende gebieden:

- het Torfbroek-Ter Bronnen natuurreservaat langs de Keibeek - het park van Kasteel van Wilder langs de Molenbeek - de omgeving van het Kasteel van Ruisbeek langs de Weesbeek - het Weisetterbos tussen het kanaal en de Weisetterbeek.

Page 61: GRS Tekstboek

ARCADIS Gedas NV Projectnummer: 07/2872

Bestand: s:\structuurplanning\rsp-kampenhout-2872\rapporten\5 - ontwerp\versie da\2872-rap-248b_bd.doc maart 2006 Dossier: Ruimtelijk Structuurplan Gemeente Kampenhout - Ontwerp – Versie B Pagina 61 van 191

Grondwater

Kwelgebieden (bronnen) komen voor in de lage gebieden: het Duistbos, Torfbroek, Ter Bronnen en het Silsombos. Opmerkelijk is de kalkrijkdom van het kwelwater: alzo geeft dit aanleiding tot een uitzonderlijke rijke flora in die gebieden.

Verspreid over het grondgebied van de gemeente zijn er zowel particuliere als industriële waterwinningen terug te vinden.

Tevens werd er in het najaar van 1995 door de V.M.W. een aanvraag tot verhoging van de gemiddelde dagdebieten van waterwinning “Den Dijk” ingediend. Door deze verhoging zou ook de gemeente Kampenhout, weliswaar met een klein gedeelte van deelgemeente Buken, binnen de beschermingszone III komen te liggen.

3.1.2. Natuurlijke structuur

De huidige natuurlijke structuur in de gemeente hangt nauw samen met de historische waterhuishouding en de verschillende vormen van menselijk grondgebruik doorheen de geschiedenis. Het betreft veelal relicten van moeras-, bos-, vijver-, akker-, weide- en beekloopbiotopen.

De huidige natuurlijke structuur van Kampenhout wordt getypeerd aan de hand van de Biologische Waarderingskaart en het GNOP.

Biologische waarderingskaart (1988)10

Figuur 11: Biologische Waarderingskaart

10 Instituut voor natuurbehoud.

Page 62: GRS Tekstboek

ARCADIS Gedas NV Projectnummer: 07/2872

maart 2006 Bestand: s:\structuurplanning\rsp-kampenhout-2872\rapporten\5 - ontwerp\versie da\2872-rap-248b_bd.doc Pagina 62 van 191 Dossier: Ruimtelijk Structuurplan Gemeente Kampenhout - Ontwerp – Versie B

De Biologische Waarderingskaart (BWK) geeft een inventaris van het biologisch milieu van België weer. De voorkomende vegetatie wordt aan de hand van een lijst van karteringseenheden geïnventariseerd en in kaart gebracht. Op basis van vier criteria: zeldzaamheid, biologische kwaliteit, kwetsbaarheid en vervangbaarheid wordt aan ieder ecotoop een waardecijfer toegekend. Al naargelang dit waardecijfer word het ecotoop opgedeeld in de categorieën biologisch zeer waardevol, biologisch waardevol en biologisch minder waardevol. Voor de gemeente zijn dit:

- Biologisch zeer waardevol: Torfbroek, Steentjesbos, Weisetterbos, Hellebos, delen van het Silsombos en markante boseenheden aan de Leibeek, Molenbeek, Dode beek en de Weesbeek.

- Biologisch waardevol: omgeving Dode beek.

- Biologisch minder waardevol: woonpark aan Torfbroek.

Conclusie: structurerende gebieden voor natuur

De natuurlijke structuur van Kampenhout wordt vooreerst getypeerd door het voorkomen van een aantal zeer waardevolle natuurreservaten, waarbij het Torfbroek samen met Ter Bronnen de meest waardevolle zijn. Daarnaast wordt de natuurlijke structuur van Kampenhout getypeerd door de aanwezigheid van waardevolle boscomplexen zoals het Hellebos, het Steentjesbos, het Weisetterbos, het Silsomsbos, de bossen rond het kasteel van Wilder…

Deze natuurreservaten en boscomplexen zijn verbonden met de talrijk in de open ruimte voorkomende beken (zie ook hoger). Vanuit natuurlijk oogpunt geven deze beeklopen – als verbindingselement - een belangrijke meerwaarde aan de nog aanwezige natuur. Het is ook langs deze waterlopen dat nog heel wat kleine landschapselementen en bosjes terug te vinden zijn.

De voornaamste eigenschappen van de natuurlijk structurerende gebieden wordt hieronder toegelicht:

Natuurreservaten: Torfbroek en Ter Bronnen

Ter Bronnen en Torfbroek vormen samen een uitloper van het vroegere uitgestrekte Zoniënwoud.

Het Torfbroek is een uiterst zeldzaam kalkmoeras, met een afwisseling van hooilanden, rietvelden, wilgenstruwelen, elzenbroeken en bossen. Dergelijke kalkmoerassen zijn in ons land uiterst zeldzaam geworden, zodat ze uniek kunnen worden genoemd.

Ter Bronnen is gelegen midden in de verkaveling “Ter Bronnen” tussen de Meerlaan, Lentelaan en Ahornlaan. Het is een drassig gebied met kleine rietvelden en een uitverkoren plaats voor kikkers, eenden. Het gebied wordt overheerst door een vijver die eertijds bedoeld was om de rijke burgerij uit Brussel te vermaken tijdens een roeipartij.

Boscomplexen

Silsombos

Het Silsombos (50 ha) ligt in het zuidoosten van Nederokkerzeel en ten noordoosten van Erps-Kwerps. Het vormt een zeer waardevol complex van natte bossen, ruigten en moerassige graslanden in de beekloop van de Wees- en Molenbeek. Beide beken bezitten nog een mooie oever- en beddingstructuur, hetgeen goede ontwikkelingsperspectieven biedt van zodra de waterkwaliteit verbetert. Op de droge delen treffen we vooral weiden, akkers en eikenbossen aan. De nattere delen bestaan hoofdzakelijk uit verlaten hooilanden die spontaan verbossen met wilgen- en elzenstruweel. Rietlanden, enkele vijvertjes en verruigde vlaktes verschaffen het gebied een ruige indruk. De noordelijke uitloper van het Silsombos sluit aan bij het domein van het Kasteel van Wilder.

Hellebos

Het Hellebos (11 ha) is gelegen tussen de Perkse- en Haachtsesteenweg aan de grens met Steenokkerzeel. Het Hellebos is een oud bos met eeuwenoude eiken en interessante bosflora.

Page 63: GRS Tekstboek

ARCADIS Gedas NV Projectnummer: 07/2872

Bestand: s:\structuurplanning\rsp-kampenhout-2872\rapporten\5 - ontwerp\versie da\2872-rap-248b_bd.doc maart 2006 Dossier: Ruimtelijk Structuurplan Gemeente Kampenhout - Ontwerp – Versie B Pagina 63 van 191

Het Rotbos

Het Rotbos is gelegen ten noordwesten van de kern Kampenhout, langs de Dode beek. Het is een mooi en rijk gevarieerd bos gebleven. Het Rotbos is opgebouwd uit loofhout, hoofdzakelijk bestaande uit zomereik en beuk, maar vaak vergezeld van es, zwarte els, abeel of Amerikaanse eik, tamme kastanje en zachte berk.

Weisetterbos

Het Weisetterbos is gelegen langs het kanaal Leuven –Dijle aan de grens met Boortmeerbeek. Het zuidelijk gedeelte is een natuurreservaat en het noordelijk gedeelte is bosgebied. Het grootste gedeelte van het bos behoort tot het drogere en zuurdere bostype. Het bos kan in 5 delen opgedeeld worden: vier drogere en één natter deel dat direct onder invloed staat van de Weisetterbeek. Het natter bosgedeelte behoort meer tot de beukenorde. Het droge deel binnen het Nico de Boevé - reservaat wordt gevormd door een gemengd opgaand bos met als overheersende soorten: zomereik, berk, beuk, olm, abeel, lijsterbes, hazelaar en haagbeuk. Het tweede droge deel ligt vrij centraal en is een beuken-eikenbos zonder struiklaag. De twee andere droge delen maken de westelijke grens van het bos uit en bezitten een boomlaag die soortenrijk is.

Steentjesbos

Het Steentjesbos (46 ha) is gelegen aan de grens met Boortmeerbeek en is opgevat als een productiebos. Het bos wordt opengesteld voor het publiek als wandelgebied. Het bos omvat hoogstammige loofhoutbestanden met vooral zomereik, Amerikaanse eik en ruwe berk. Plaatselijk zijn deze bestanden wel eens verrijkt met kastanje, populier, lork en grove den. De Leibeek – Bergbeek loopt door het Steentjesbos.

Bossen rond Kasteel van Wilder en stroomafwaarts de Molenbeek

De bossen van en rond het kasteelpark van Wilder herbergen een meer dan interessante flora. Plaatselijk domineert hier de zomereik of es. Inmiddels zijn er een aantal aanplantingen van populieren gerealiseerd. De bossen stroomafwaarts van de Molenbeek zijn vooral oude bossen met een karakteristieke voorjaarsflora.

Beeklopen

Beeklopen van Weesbeek en Molenbeek

De beeklopen van de Weesbeek en Molenbeek lopen midden door Kampenhout van het zuiden naar het noorden. Tijdens dit traject ontmoeten deze twee beken elkaar driemaal. De eerste maal aan de grens met Kortenberg waar ze beide de gemeentegrens vormen; de tweede maal te Wilder waarna de Weesbeek zijn weg vervolgt naar het westen (langsheen het woonpark Ter Bronnen en ten oosten van de kern Kampenhout), met aanwezigheid van kleine bosrelicten, en de Molenbeek naar het oosten richting Relst, met aanwezigheid van bosrelicten. Ten slotte mondt de Molenbeek uit in de Weesbeek in het noorden van de gemeente, juist voor de gemeentelijke grensovergang.

Beekloop van de Barebeek en de Dode Beek

De Barebeek vormt in het westen van Kampenhout grotendeels de gemeentegrens met Steenokkerzeel en loopt doorheen het Hellebos. Opmerkelijk is de loop van de Dode Beek ten noorden van de kern Kampenhout. De Dode Beek ontspringt ter hoogte van de Geilroede en loopt in tegenstelling met de andere beken van het oosten naar het westen waar ze uitmondt in de Barebeek ter hoogte van het drie gemeentepunt (Kampenhout-Steenokkerzeel-Zemst).

Beeklopen van de Weisetterbeek en de twee Leibeken

De beeklopen van Weisetterbeek en de twee Leibeken lopen doorheen het oostelijk deel van de gemeente van noordoost (Buken) naar zuidwesten (Weisetter). De Weisetterbeek sluit ter hoogte van

Page 64: GRS Tekstboek

ARCADIS Gedas NV Projectnummer: 07/2872

maart 2006 Bestand: s:\structuurplanning\rsp-kampenhout-2872\rapporten\5 - ontwerp\versie da\2872-rap-248b_bd.doc Pagina 64 van 191 Dossier: Ruimtelijk Structuurplan Gemeente Kampenhout - Ontwerp – Versie B

de Haachtsesteenweg op de grens met Boortmeerbeek aan bij de Weesbeek; de beek volgt dezelfde richting als het kanaal Leuven-Dijle, de Mechelsesteenweg, de spoorweg en de Dijle. In de drie beeklopen komen nog veel bosrelicten en kleine landschapselementen, meestal als een continue rij struikgewas met hier en daar populieren, voor. Het geheel maakt een landelijke indruk.

Beekloop van de Leibeek-Bergbeek

Deze beekloop in het noorden van de gemeente Kampenhout vormt de grens met de gemeente Boortmeerbeek. De beek loopt door het Steentjesbos. Vergelijkbaar met de Dode Beek loopt deze beek van oost naar west.

Beekloop van de Keibeek

De Keibeek ontspringt in het natuurreservaat en vloeit in noordoostelijke richting naar de Weesbeek.

Kleine landschapselementen (KLE’s)

Lijnvormige kleine landschapselementen

Deze zeer belangrijke landschapselementen bestaan voornamelijk uit houtkanten, bomenrijen, knotbomenrijen, slootranden en wegbermen. De belangrijkste structuurbepalende elementen worden hieronder opgesomd.

Houtkanten en interessante bomenrijen zijn vooral terug te vinden langs de beken met hun beeklopen, kanaal Leuven-Dijle en de Wilderse dreef.

Een zeer structurerend lineair landschapselement is het kanaal. Het kanaal Leuven - Dijle is een belangrijk natuurverbindingselement worden voor watervogels; ook de dijken van het kanaal kunnen voor de migrerende fauna van grote waarde zijn.

Puntvormige kleine landschapselementen

De meest belangrijke puntvormige landschapselementen bestaan uit veedrinkpoelen, alleenstaande bomen en ruigten. Puntvormige landschapselementen vinden we vooral terug in beekloopgebieden ten oosten van Kampenhout en tussen Dode beek en Bergbeek ten noorden van Kampenhout.

3.1.3. Ruimtelijk-agrarische structuur

In de gemeente zijn een tweetal grotere open aaneengesloten landbouwgebieden terug te vinden. Het gaat vooreerst om het Grootveld. Het Grootveld is gesitueerd in het zuiden van Kampenhout en maakt deel uit van een groter aaneengesloten landbouwgebied op het grondgebied van de gemeenten Kampenhout, Kortenberg en Steenokkerzeel. Het is het hoogst gelegen gebied van Kampenhout en het is in gebruik voor akkerbouw. Daarnaast is er is nog een relatief open aaneengesloten landbouwgebied terug te vinden in het oosten van de gemeente, namelijk in het gebied tussen Buken en het Sas. Het gebied wordt getypeerd door een afwisselend landschap van weilanden en akkers.

Buiten deze twee open aaneengesloten landbouwgebieden is de landbouwstructuur meer versnipperd. In het noordwesten en zuidoosten van de gemeente is dit door de uitgesproken aanwezigheid van belangrijke natuurlijke structuren (boscomplexen, beeklopen, enz.). In de zone van de N21 (Haachtsesteenweg) is de landbouwstructuur meer versnipperd door bebouwing en infrastructuren. Deze bebouwing en infrastructuren wordt dan ook nog vaak doorsneden door beeklopen.

De landbouw heeft in Kampenhout altijd een belangrijke rol gespeeld. De witloofteelt is in de streek van Kampenhout de belangrijkste landbouwsector. De kalkrijke bodem met een mengsel van klei en zandgrond geeft de witloofteelt een maximum aan opbrengst. De invloed van de veiling te Kampenhout-Sas speelde hierin een belangrijke rol.

De dynamiek in de agrarische sector, en meer specifiek de witloofteelt, is de laatste jaren echter steeds meer afgenomen. Typerend voor Kampenhout zijn de verschillende witloofschuren die verspreid

Page 65: GRS Tekstboek

ARCADIS Gedas NV Projectnummer: 07/2872

Bestand: s:\structuurplanning\rsp-kampenhout-2872\rapporten\5 - ontwerp\versie da\2872-rap-248b_bd.doc maart 2006 Dossier: Ruimtelijk Structuurplan Gemeente Kampenhout - Ontwerp – Versie B Pagina 65 van 191

voorkomen in het landschap. Heel wat van die schuren staat leeg, andere kregen naar verloop van tijd een andere functie.

Als gevolg van schaalvergroting en het wegvallen van kleinere landbouwbedrijven liggen er een aantal akkers braak.

De NIS cijfers van de Landbouwtellingen geven een beeld van de huidige situatie en trends in de Kampenhoutse landbouw.

In mei 1999 waren er 80 landbouwbedrijven in de gemeente Kampenhout met een totaal van 86 bestendige werkkrachten en 97 niet bestendige werkkrachten. Van de 80 bedrijven zijn er 6 bedrijven met een vermoedelijke opvolging van 14 jaar of ouder, 38 bedrijven zonder vermoedelijke opvolging en 1 bedrijf weet het nog niet.

De totale oppervlakte cultuurgrond bedroeg in 1999 1281 ha 68 are. Gemiddeld komt dit neer op 16 ha per bedrijf.

Tabel 4: Aard van de teelten (landbouwtelling mei 1999)

Aard van de teelten opp. ha aantal bedrijven

Weiden en grasland 99,80 31

Voedergewassen 58,26 17

Droog geoogste peulvruchten 2,04 2

Granen 723,92 74

Aardappelen 94,99 32

Extensieve groenteteelt in open lucht 145,18 42

Fruitteelt in open lucht 0,10 1

Witloofteelt 2,14 37

Tuinbouwteelten in open lucht en onder glas 0,84 8

Bouwland dat uit productie werd genomen 98,73 29

Tabel 5: De veestapel

Veestapel aantal dieren aantal bedrijven

Runderen 408 20

Schapen 172 4

Pluimvee 112 12

Hoefdieren 11 3

Konijnen voor vleesproductie 25 1

3.1.4. Landschappelijke structuur

Bovenvernoemde structuren en gebieden kunnen op basis van hun natuurwaarden, historische achtergrond, visuele perceptie… worden opgedeeld in verschillende samenhangende landschappelijke structuren. Het fysisch systeem, meerbepaald het geheel van abiotische processen van reliëf, bodem en water, vormt de basis van het landschap.

De landschappelijke structuur te Kampenhout wordt getypeerd aan de hand van de traditionele landschappen en de atlas van de landschapsrelicten, aangevuld met het GNOP.

Page 66: GRS Tekstboek

ARCADIS Gedas NV Projectnummer: 07/2872

maart 2006 Bestand: s:\structuurplanning\rsp-kampenhout-2872\rapporten\5 - ontwerp\versie da\2872-rap-248b_bd.doc Pagina 66 van 191 Dossier: Ruimtelijk Structuurplan Gemeente Kampenhout - Ontwerp – Versie B

3.1.5. Traditionele landschappen en de atlas van de landschapsrelicten

Kaart 20: Atlas van landschapsrelicten

Volgens de kaart met de traditionele landschappen van het Vlaams Gewest behoort Kampenhout in het noorden tot het gebied van Rubensland (220180) en in het zuiden tot het land van Bertem-Kortenberg (720000). De gemeente maakt deel uit van de zandleem- en leemstreek in het noorden en de Brabantse Leemstreek in het zuiden.

De traditionele landschappen vormen de basis voor de aanduiding van de relicten van de traditionele landschappen. Deze relicten werden in opdracht van AROHM Monumenten & Landschappen gebundeld in een uitgebreide atlas11. Deze atlas is een beleidsdocument dat een inventaris geeft van het landschappelijk waardevolle natuurlijke en cultuurhistorische erfgoed van het buitengebied.

In de traditionele landschappen werden relictobjecten geselecteerd op basis van de criteria herkenbaarheid, gaafheid en samenhang. Ze worden ingedeeld in relictzones, ankerplaatsen, lijnrelicten en puntrelicten.

Ankerplaatsen Ankerplaatsen zijn de meest waardevolle landschappelijke plaatsen die bestaan uit complexen van gevarieerde erfgoedelementen die een geheel of ensemble vormen. Ze zijn uitzonderlijk inzake gaafheid of representativiteit of nemen ruimtelijk een plaats in die belangrijk is voor de zorg of het herstel van de landschappelijke omgeving.

Volgende ankerplaatsen werden aangeduid: - (72) Torfbroek - (15) Kasteel van Wilder – Balkenstraat – Walenbos

Relictzones Relictzones zijn gebieden van wisselende oppervlakte waarin de landschappelijke structuren van bewoning, wegen, kavels of perceelsbeplanting van de traditionele landschappen op een herkenbare manier bewaard zijn.

Volgende relictzones werden aangeduid: - (30) Kouters van Nossegem, Steenokkerzeel, Nederokkerzeel en Erps-Kwerps - (47) Houtembos – Floordambos – Hellebos – Snijsselbos – Schiplakenbos – Steentjesbos - (55) Broekbossen tussen Kampenhout en Tildonk - (56) Silsombos – Kareelbos – Langenbos – Kastanjebos – Warande

Lijn- en Puntrelicten Lijnrelicten worden gevormd door lijnvormige landschapselementen die drager zijn van een cultuurhistorische betekenis. Het kunnen allerhande wegtracés zijn, dijken, militaire verdedigingslinies en ook natuurlijke verschijnselen wanneer die het bindend element zijn tussen erfgoedwaarden of landschappelijk structurerend zijn.

- (11) Wildersedreef - (14) Kanaal Leuven-Dijle Puntrelicten bestaan uit afzonderlijke objecten met hun onmiddellijke omgeving. Het zijn dikwijls bouwkundige elementen met een bijzondere erfgoedwaarde, zoals monumenten. Niet alleen het bouwkundig erfgoed behoort tot deze categorie, maar ook alle bijzondere landschapselementen, zoals bv. een solitaire boom.12

Volgende puntrelicten werden aangeduid: (730) Listhuis (736) Sint-Servatiuskerk (743) Het Sas

11 Atlas van de relicten van de traditionele landschappen in Vlaams-Brabant, Vakgroep Geografie, Universiteit Gent,

eindrapport, mei 2000 12 Ministerie van de Vlaamse Gemeenschap, Afdeling Monumenten en Landschappen, Nieuwe impulsen voor de

landschapszorg. De landschapsatlas, baken voor een verruimd beleid, 2001.

Page 67: GRS Tekstboek

ARCADIS Gedas NV Projectnummer: 07/2872

Bestand: s:\structuurplanning\rsp-kampenhout-2872\rapporten\5 - ontwerp\versie da\2872-rap-248b_bd.doc maart 2006 Dossier: Ruimtelijk Structuurplan Gemeente Kampenhout - Ontwerp – Versie B Pagina 67 van 191

(731) Sint-Stefanuskerk (737) Schandpaal (1016) Sint-Servaeskapel (732) Spaanse Hoeve (738) Meijerij (1017) Hof van Volmersele (733) O.L.V.-Kapel (739) O.L.V.kerk (1029) Delafaille kasteel (734) Het Roodt Cruys (740) De Vleug (1030) Hof te Candriesche (735) Voormalige kosterswoning

(741) Sint-Jorishoeve

Zichtpunten: - (66) Schaliëndak (gericht) - (68) Kleine Heide (gericht)

Conclusie: structurele landschapseenheden

Er wordt hier getracht om een aantal samenhangende landschappelijke structuren in de gemeente te situeren en bovendien de beeldbepalende elementen in het landschap aan te stippen. Onafhankelijk het feit of deze elementen als waardevol of storend worden beschouwd, blijven ze structuurbepalend voor het landschap. Als basis worden de landschapseenheden genomen uit het GNOP13.

De beeklopen van de twee Leibeken en de Weisetterbeek

Het landschap wordt getypeerd door een overwegend landbouwgebied. Er komt niet alleen bouwland (witloof, tarwe, maïs…) voor, maar ook heel wat weiland. De beken die het landschap doorsnijden worden steeds begeleid door kleine landschapselementen, meestal als een continue rij struikgewas, doch af en toe ook door populieren. Het geheel maakt nog een landelijke indruk. De resterende bosrelicten helpen mee dit gebied een groener tintje te geven. Ondanks de verspreide bewoning, kan men nog genieten van de open ruimte.

Het gebied wordt op het gewestplan overwegend ingekleurd als agrarisch gebied. Het bosrelict dat grenst aan de Haachtsesteenweg en de tuinbouwveiling is ingekleurd als natuurgebied. Parkgebieden vindt men rond de kastelen Ter Loonst en Van Opstal.

De beekloop van Weesbeek en Molenbeek

In dit gebied wordt het akkerland nog intensief bewerkt. Een groot gedeelte van het akkerland is omgezet naar een golfterrein (ca. 40 ha). Het is nu een groene vlakte met hier en daar verspreide bomen, boomgroepen, waterpartijen en niet-beheerde graslanden. Het totale landschapsbeeld van het gebied is nog vrij open maar toch ook bosrijk. Dit voornamelijk door de aanwezigheid van de bossen van het kasteelpark en de bossen gelegen langs de Molenbeek.

Op het gewestplan werd het bos ten westen van het kasteelpark en het Kwaadbos en het bosje langs de Weesbeek (grens Boortmeerbeek) ingekleurd als bosgebied. De Beekkant, het eigenlijke kasteelpark en de bossen ten zuiden van het kasteelpark werden aangeduid als parkgebied. De akkers ten noorden en ten zuiden van de Wildersedreef, de akkers begrepen tussen het kasteelpark, de bossen van Wilder en de Waterstraat en Frans Schoevaersstraat zijn aangeduid als landschappelijk waardevol agrarisch gebied, de open ruimte ten noorden van de Aarschotsebaan als agrarisch gebied.

13 GNOP Kampenhout

Page 68: GRS Tekstboek

ARCADIS Gedas NV Projectnummer: 07/2872

maart 2006 Bestand: s:\structuurplanning\rsp-kampenhout-2872\rapporten\5 - ontwerp\versie da\2872-rap-248b_bd.doc Pagina 68 van 191 Dossier: Ruimtelijk Structuurplan Gemeente Kampenhout - Ontwerp – Versie B

Het Weisetterbos

Het landschap wordt getypeerd door bos; alleen aan de linkeroever van de Weisetterbeek is er weiland aanwezig. In het zuiden werden er vijvers gegraven die door hun betonnen wanden en de aanwezigheid van siereenden een zeer kunstmatige aanblik verkregen; de vijvers hebben geen natuurwaarde. In het zuiden van het gebied staan er enkele villa’s met grote siertuinen.

Op het gewestplan is het zuidelijk gedeelte ingekleurd als natuurgebied en het noordelijk gedeelte als bosgebied. Daar waar de Weisetterbeek de grens vormt met Boortmeerbeek hebben we te maken met agrarisch gebied.

Het Silsombos

Het is een afwisselend landschap met uitersten. Zo treft men aan de noordoost kant hoofdzakelijk intensief bewerkte akkers aan en langs de zuidwest kant bospercelen.

Volgens het gewestplan is de omgeving van Kasteel Ter Balkt ingekleurd als parkgebied. De rest is ingekleurd als bosgebied en landschappelijk waardevol landbouwgebied.

Het Steentjesbos en omgeving met Zwarte Beek en Bergbeek

Het Steentjesbos is opgevat als een productiebos. Het bos wordt opengesteld voor het publiek als wandelgebied. De akkerlanden worden intensief bewerkt, al zien we hier en daar toch al wat braakliggende gronden opduiken.

Volgens het gewestplan is het Steentjesbos ingekleurd als bosgebied. Over de gemeentegrens heen wordt het aansluitend domein Terlinden ingekleurd als natuurgebied. Stroken landschappelijk waardevol agrarisch gebied vinden we ten westen van het Steentjesbos en deels ten zuiden van dit bos. De rest van het gebied is ingekleurd als agrarisch gebied.

De beekloop van de Dode Beek

Het Rotbos is een mooi en rijk gevarieerd bos gebleven. De akkerlanden worden intensief bewerkt en zoals ook in de andere akkergebieden – wordt er meer en meer maïs geteeld.

Volgens het gewestplan is het bos waarin de bovenloop van de Dode Beek ligt (Kerkebos), ingekleurd als natuurgebied. Het Rotbos en de beekloop van de Dode Beek vanaf de Kampelaarstraat tot aan de Barebeek zijn aangeduid als bosgebied. Het overige gedeelte van de hier besproken landschapseenheid is gelegen in agrarisch gebied, behalve aan de Kampelaar en de wijk Bulsom waar we een woongebied met landelijk karakter hebben. Aan de samenvloeiing van Barebeek en Dode Beek, waar een klein terrein voorbehouden is voor gemeenschapsvoorzieningen en openbare nutsvoorzieningen.

Het Hellebos met Torfbroekbeek, Lellebeek, Molenbeek en Barebeek

Op de akkers wordt intensief landbouw bedreven (witloof, maïs, tarwe,…). Een deel van het bos werd gebruikt om er een home voor mentaal gehandicapten te bouwen (OTB). Nog een deel van het bos was militair domein, thans omgevormd tot slipschool van de rijkswacht.

Het Hellebos werd op het gewestplan ingekleurd als bosgebied. In het Hellebos treffen we een militair domein aan. Alle akkers zijn ingekleurd als landschappelijk waardevol agrarisch gebied. Aan de Barebeek ligt, midden in het bos, ter hoogte

Page 69: GRS Tekstboek

ARCADIS Gedas NV Projectnummer: 07/2872

Bestand: s:\structuurplanning\rsp-kampenhout-2872\rapporten\5 - ontwerp\versie da\2872-rap-248b_bd.doc maart 2006 Dossier: Ruimtelijk Structuurplan Gemeente Kampenhout - Ontwerp – Versie B Pagina 69 van 191

van de Breemstraat (Perk-Steenokkerzeel) een gebied voor gemeenschapsvoorzieningen en openbare nutsvoorzieningen (OTB).

De beekloop van de Keibeek met het Torfbroek en Ter Bronnen

Op het gewestplan zijn het huidige natuurreservaat Het Torfbroek met de oostelijk en zuidelijk aanliggende terreinen en de noord- en zuidrand van Ter Bronnen aangeduid als natuurgebied. De eigenlijke vijver Ter Bronnen met het gebied er rond, dus ook dat gedeelte wat als natuurreservaat wordt beheerd, is ingekleurd als parkgebied. Het woonpark Ter Bronnen neemt een belangrijk deel in van de hier besproken landschapseenheid. Het woonpark Ter Bronnen is uitgegroeid tot een residentiele woonwijk.

Landschappelijk waardevol agrarisch gebied is terug te vinden als een strook ten zuiden van het natuurreservaat “Het Torfbroek”,, de akkers ten zuiden van het woonpark Ter Bronnen en een groot gedeelte van de akkers tussen Oudenhuisbaan en de Laarstraat.

Het Grootveld

Deze landschapseenheid is op het gewestplan ingekleurd als agrarisch gebied. In het oosten van dit gebied en in het noorden wordt er telkens één ontginningsgebied voorzien die als nabestemming landbouw hebben.

Het land is reeds van vroeger in gebruik als akkerland. Als gevolg van de schaalvergroting en het wegvallen van kleinere landbouwbedrijven liggen ook hier al veel akkers braak. De ontgonnen delen van de in exploitatie zijnde zavelgroeve worden actueel geëxploiteerd als een Klasse 3 stortplaats voor inerte afvalmaterialen. Het Grootveld maakt deel uit van een groter aaneengesloten koutergebied op het grondgebied van de gemeenten Kampenhout, Kortenberg en Steenokkerzeel. Het is het hoogst gelegen gebied van Kampenhout.

Beeldbepalende elementen

Kaart 21: Beeldbepalende elementen

Het gaat om oriëntatiepunten, opvallende objecten of plekken, die vanuit een wijde omgeving goed waarneembaar en herkenbaar zijn:

- lineaire laanbeplantingen aan de kanaaloevers en aan de Wilderse dreef - de kerktorens van de kernen als herkenningspunten in de wijde omgeving - de brug (N26) over het kanaal Leuven-Dijle - het gebouw van de tuinbouwveiling aan Kampenhout-Sas - de kastelen en hun parken - de boscomplexen, natuurreservaten en beeklopen - de gevels van woningen in Diegemse steen zijn beeldbepalend in cultuurhistorische context - heuvelflank aan Grootveld

Page 70: GRS Tekstboek

ARCADIS Gedas NV Projectnummer: 07/2872

maart 2006 Bestand: s:\structuurplanning\rsp-kampenhout-2872\rapporten\5 - ontwerp\versie da\2872-rap-248b_bd.doc Pagina 70 van 191 Dossier: Ruimtelijk Structuurplan Gemeente Kampenhout - Ontwerp – Versie B

3.1.6. Toeristisch-recreatieve structuur

Kaart 22: Toeristisch-recreatieve structuur

De grootste toeristisch-recreatieve troeven van Kampenhout zijn: - De uitstraling van Kampenhout als witloofstreek met de tuinbouwveiling BRAVA. - Het kanaal Leuven – Dijle met het geklasseerd Sas van Kampenhout. - 4 kastelen die een belangrijke cultuurhistorische waarde hebben: Kasteel Ten Opstal, Kasteel

Ter Balkt, Kasteel Ter Loonst en Kasteel van Wilder. Verder zijn er nog tal van historische gebouwen in de gemeente die de nodige aandacht verdienen. Hieronder behoren o.a. de verschillende kerken, Het Roodt Cruys, het oud gemeentehuis, het bejaardentehuis Sint-Jozef, De Vleug, …

- Verschillende boscomplexen en natuurreservaten; de belangrijkste voor toerisme zijn: de natuurreservaten Torfbroek – Ter Bronnen, het wandelbos Steentjesbos, natuurgebied Silsombos, natuurreservaten Weisetterbos en Hellebos. De meeste hebben evenwel een beperkte toegankelijkheid. De natuurreservaten Torfbroek en Ter bronnen zijn de parels van Midden-Brabant.

Verblijfsrecreatie

Door de toeristisch-recreatieve aantrekkingskracht van de gemeente is de toeristisch-recreatieve infrastructuur momenteel reeds vrij goed uitgebouwd. Op vlak van verblijfsrecreatie is er de erkende camping Veronique aan Kampenhout-Sas, gelegen aan het kanaal Leuven-Dijle.

Dagrecreatie

Op vlak van dagrecreatie worden volgende zaken georganiseerd door of in samenwerking met de gemeente:

- bezoek van de witloofstreek vanuit Kampenhout: de tuinbouwveiling BRAVA wordt regelmatig bezocht door toeristen en gaat meestal gepaard met een bezoek aan een witloofbedrijf. In dit kader is ook het nieuwe Witloofmuseum aan de veiling belangrijk.

- boottochten: dagtocht van Kampenhout naar dierenpark Planckendael of naar het recreatiedomein Hofstade, dagtocht naar Mechelen en varen en fietsen tussen Leuven en Kampenhout of vice versa.

Het kanaal Leuven-Dijle is een toeristische attractiepool waar toeristen en recreanten kunnen wandelen, kajakken, bootje varen, vissen (hengelen)…

Fiets- en Wandelroutes

Fietsroutes (eventueel begeleid): - Raymond Impanisroute (35 km) - Witloofroute - Dijlelandroutenetwerk Wandelroutes (eventueel begeleid): - Prosper Van Langendonckpad: door de witloofstreek, langs kastelen, natuurreservaat Weisetter en

het golfterrein - Aert Van Beethovenpad: langs witloofbedrijven, kastelen, kanaal Leuven – Mechelen – Dijle met

het geklasseerd Sas van Kampenhout en de tuinbouwveiling BRAVA - Torfbroekwandeling - Witloofwandeling: via dorpscentrum van Kampenhout, Geilroede, Jennekensheide, Meerbeekse

Hoek, Steentjesbos, Kampelaar, Rode Kapel, Wippeweide en Vleug - Van Steelantwandeling: via dorpscentrum van Berg, Helleveld, Lelle, Kutsegem

Page 71: GRS Tekstboek

ARCADIS Gedas NV Projectnummer: 07/2872

Bestand: s:\structuurplanning\rsp-kampenhout-2872\rapporten\5 - ontwerp\versie da\2872-rap-248b_bd.doc maart 2006 Dossier: Ruimtelijk Structuurplan Gemeente Kampenhout - Ontwerp – Versie B Pagina 71 van 191

PKOK _ÉÄçìïÇÉ=êìáãíÉ=

3.2.1. Nederzettingsstructuur

Kaart 23: Nederzettingsstructuur

Onder nederzettingen verstaan we steden, dorpen, gehuchten, linten en verspreide bebouwing in de open ruimte. Onder bebouwing worden woningen, bedrijfs- of industriële gebouwen, recreatieve en toeristische bebouwing, bebouwing voor gemeenschaps- en nutsvoorzieningen, enz. begrepen. De toeristisch-recreatieve en ruimtelijk- economische structuur zullen apart behandeld worden.

3.2.1.1. Wonen

Kenmerken van het woningbestand

De meest recente gegevens rond het woningbestand van Kampenhout dateren van de Volkstelling van 1991 (NIS).

Kampenhout-fusie - meer dan 90% van de woningen zijn eengezinswoningen waarvan ongeveer 80% open bebouwing

en 15% halfopen bebouwing. - de helft van de woningen is gebouwd voor 1961 - meer dan de helft van de woningen heeft een groot wooncomfort.

Buken - grootste aandeel in gesloten bebouwing (8,3%). - grootste aandeel kleine woningen (25%) met een oppervlakte kleiner dan 65 m². - 72,1% van de woningen werd gebouwd voor 1961. - 44,4% van het aandeel woningen heeft een comfortwaarde van klein tot zonder enig comfort

Berg - sterk groeiende kern met een groei van 20% tussen ‘81-‘91 - grootste aandeel in open bebouwing (84,3%) - grootste aandeel woningen met een opp. 65 – 104 m² (45,4%) - 58,5% van de gebouwen zijn gebouwd voor 1961 - 70% van het aandeel gebouwen heeft een comfortwaarde van middelgroot tot groot

Nederokkerzeel: - sterk groeiende kern met een groei van 24% tussen de periode ‘81-’91 - grootste aandeel in halfopen bebouwing (17,6%) - ongeveer 40% van de woningen heeft een oppervlakte groter dan 105 m² Hiermee kan gesteld worden dat 20 à 25 % van het woningbestand in Kampenhout een onvoldoende woonkwaliteit heeft. Deze woningen zijn voornamelijk terug te vinden in Buken en in mindere mate in de kern Kampenhout.

Demografische kenmerken

Samenstelling

Op 1 januari 1999 telde de gemeente Kampenhout 10.787 inwoners. Hiervan waren er 5.325 mannen en 5.462 vrouwen. Dit inwonersaantal is laag ten opzichte van de andere gemeenten in het arrondissement Leuven (Boortmeerbeek, Haacht, Herent en Kortenberg). In vergelijking met de

Page 72: GRS Tekstboek

ARCADIS Gedas NV Projectnummer: 07/2872

maart 2006 Bestand: s:\structuurplanning\rsp-kampenhout-2872\rapporten\5 - ontwerp\versie da\2872-rap-248b_bd.doc Pagina 72 van 191 Dossier: Ruimtelijk Structuurplan Gemeente Kampenhout - Ontwerp – Versie B

buurgemeenten in het arrondissement Halle-Vilvoorde ligt dit inwonersaantal iets hoger dan de gemeente Steenokkerzeel en beduidend lager dan de gemeente Zemst.

Op het totaal aantal inwoners zijn er 287 personen met een andere nationaliteit. Dit geeft een cijfer van 1 inwoner met een andere nationaliteit op 38 Vlaamse inwoners (verhouding 1/38). Opvallend zijn de buurgemeenten Haacht met een verhouding van 1/92 en Kortenberg met een verhouding van 1/16.

De gemeente Kampenhout kent een lage bevolkingsdichtheid (322 inwoners per km²) ten opzichte van zijn buurgemeenten. Dit cijfer bevestigt het landelijk karakter van de gemeente.

Ten opzichte van 1991 is dit een stijging met 868 inwoners of ongeveer 125 inwoners per jaar. In 1991 bedroeg het aantal inwoners 9.919 waarvan 4.898 mannen en 5.021 vrouwen. Dit gaf een bevolkingsdichtheid van 296 inwoners per km².

Tabel 6: Vergelijking van het aantal inwoners met de buurgemeenten

Totale Mannen Vrouwen Andere Bevolkings-bevolking nationaliteit dichtheid

Kampenhout 10787 5325 5462 287 322Boortmeerbeek 11315 5649 5666 212 607Haacht 13157 6451 6706 143 430Herent 18693 9206 9487 360 571Kortenberg 17174 8442 8732 1093 497Steenokkerzeel 10411 5125 5286 336 443Zemst 20414 10009 10405 391 476Bron: NIS, Bevolking op 1/1/1999 Het grootste aandeel van de bevolking is woonachtig in de deelkernen Kampenhout (ca. 50%) en Berg (ca 30%). De kleinere deelkernen Nederokkerzeel en Buken zijn respectievelijk goed voor circa 16 en 4% van de Kampenhoutse bevolking.

Leeftijdsstructuur

De leeftijdsopbouw van de Kampenhoutse bevolking is een belangrijk gegeven voor de samenlevingswerking van de gemeente. Hiermee wordt bedoeld dat de leeftijdsstructuur invloed heeft op het maatschappelijk gebeuren zoals onderwijs, seniorenwerking, tewerkstelling… De correlatie tussen de bevolkingssamenstelling en het maatschappelijk gebeuren wordt pas na enige tijd merkbaar. Zo correleert bijvoorbeeld de ‘babyboom’ van de jaren ’60 met de groei van de werkloosheid van enkele jaren geleden.

Figuur 12:Leeftijdsopbouw van de bevolking van Kampenhout op 01/01/1999

500 0 500

> 95 jaar

85-89 jaar

75-79 jaar

65-69 jaar

55-59 jaar

45-49 jaar

35-39 jaar

25-29 jaar

15-19 jaar

5-9 jaar

mannenvrouwen

De leeftijdsstructuur van de bevolking kan op een visuele wijze voorgesteld worden onder de vorm van een leeftijdspiramide. De benaming verwijst naar een evenwichtige leeftijdsopbouw van de bevolking, een grotere vertegenwoordiging van de jongste leeftijdsgroepen en een gestage afname naarmate de leeftijd hoger is. Omdat in de meeste industrielanden de piramidevorm als maar moeilijker te herkennen is spreekt men beter over leeftijdsopbouw van de bevolking.

Men kan stellen dat het aantal geboorten afhankelijk is van de conjunctuur. Bij een algemeen vertrouwen in de economie is de nataliteit hoger dan in tijden van crisis.

Op de bevolkingspiramide is dit duidelijk afleesbaar: - de groep van 55 tot 60 jarigen is klein (geboren tijdens de wereldoorlog);

Page 73: GRS Tekstboek

ARCADIS Gedas NV Projectnummer: 07/2872

Bestand: s:\structuurplanning\rsp-kampenhout-2872\rapporten\5 - ontwerp\versie da\2872-rap-248b_bd.doc maart 2006 Dossier: Ruimtelijk Structuurplan Gemeente Kampenhout - Ontwerp – Versie B Pagina 73 van 191

- de groep van 45 tot 50 jarigen is groot (geboren na de wereldoorlog); - de groep van 35 tot 40 jarigen is het grootst (golden sixties). Anderzijds is het geboortecijfer afhankelijk van de maatschappelijke tendensen: de emancipatie van de vrouw betekent in vele gevallen een uitgesteld moederschap.

Ontgroening en vergrijzing

Uit de bevolkingspiramide is duidelijk af te lezen dat de ontgroening van de bevolking toeneemt. Met andere woorden het aantal jongeren vermindert ten opzichte van de groep ouderen, welke steeds groter wordt (vergrijzing). Het aantal personen in de leeftijdsgroep van 0 tot 19 jaar is klein en zal nooit de huidige groep van de 20 tot 39 jarigen kunnen vervangen. Dit betekent dat de geboorten in de toekomst lager zullen liggen en het aandeel ouderen groter wordt. De vergrijzing met de hieraan gekoppelde ontgroening is ook in de gemeente Kampenhout het toekomstbeeld.

De levensverwachtingen van de vrouwen ligt hoger dan deze van de mannen. Het aandeel dat alleenstaand wordt boven de 75 jaar is groter dan het aandeel mannen hierin.

Bevolkingsgroei

De bevolking van Kampenhout kent redelijk sterke groei in de periode ‘85-’95. Over een periode van 10 jaar (1985-1995) is de totale bevolking van Kampenhout toegenomen met 1423 personen, een stijging van bijna 16 %. De laatste jaren is deze stijging lichtjes teruggedrongen. De bevolking steeg in 1998 met 105 inwoners.

Tabel 7: Bevolkingsgroei 1985-1995

Kampenhout 15,8%Boortmeerbeek 11,6%Haacht 8,4%Herent 10,4%Kortenberg 10,9%Steenokkerzeel 4,2%Zemst 12,3%Vlaanderen 3,5%Bron: Strativarie nr. 14 - tabel 6.3.4.

De stijging van de bevolking is in vergelijking met de buurgemeenten opmerkelijk hoger. Gezien dat Kampenhout zich bevindt tussen drie stedelijke polen is de verklaring voor deze stijging terug te vinden in het algemeen bekende stadsvluchtsyndroom enerzijds en de bereikbaarheid via het wegennet anderzijds.

De bevolkingsevolutie in de vier deelkernen van de gemeente Kampenhout (Kampenhout, Berg, Buken, Nederokkerzeel) wordt weergegeven voor de peiljaren 1981, 1991 en 1999. In alle deelkernen stijgt de bevolking. De hoogste stijging is merkbaar in Nederokkerzeel. De bevolking steeg hier meer dan 32 % ten opzichte van het peiljaar 1981. In dalende lijn volgen we Berg (22,68 %), Kampenhout (16,99 %) en Buken (14,25 %).

De helft van de bevolking is gehuisvest in Kampenhout en bijna één derde is woonachtig in Berg.

Tabel 8: Bevolkingsevolutie in de vier deelkernen voor de periode 1981-1991-1999

Deelgemeente1981 1991 1999 1981 1991 1999 relatief % relatief %

Kampenhout 4657 5011 5448 52,1% 50,6% 50,5% 354 7,6% 791 16,99%Buken 358 360 409 4,0% 3,6% 3,8% 2 1% 51 14,25%Berg 2632 3002 3229 29,5% 30,3% 29,9% 370 14% 597 22,68%Nederokkerzeel 1287 1539 1701 14,4% 15,5% 15,8% 252 20% 414 32,17%Totaal 8934 9912 10787 100,0% 100,0% 100,0% 978 10,9% 1853 20,74%bron: NIS - volkstelling 1981 en 1991 - gemeente 01/01/1999 en eigen verwerking.

% aandeel groei '81-'91 groei '81-1999

Page 74: GRS Tekstboek

ARCADIS Gedas NV Projectnummer: 07/2872

maart 2006 Bestand: s:\structuurplanning\rsp-kampenhout-2872\rapporten\5 - ontwerp\versie da\2872-rap-248b_bd.doc Pagina 74 van 191 Dossier: Ruimtelijk Structuurplan Gemeente Kampenhout - Ontwerp – Versie B

Ruimtelijke kenmerken

De nederzettingsstructuur in de gemeente Kampenhout is opgebouwd uit volgende ruimtelijk-functioneel te onderscheiden componenten: dorpskernen, woonparken, woonlinten en geïsoleerde (grootschalige) bebouwing.

Dorpskernen

Het zwaartepunt van de nederzettingsstructuur wordt ingenomen door de dorpskernen Kampenhout en Berg. Deze kernen maken deel uit van een suburbaan woongebied dat vanuit Kampenhout overloopt in de stedelijke ruimte van Brussel. De drie andere kernen, namelijk Relst, Nederokkerzeel en Buken hebben een landelijker karakter.

Kampenhout

De dorpskern Kampenhout fungeert als hoofdkern van gemeente. Hier zijn de meeste centrumfuncties (gemeentehuis, enkele banken en winkels, scholen, rusthuis,…) terug te vinden. Kampenhout staat onder invloed van de verstedelijkingsdruk vanuit Brussel, Zaventem en Vilvoorde, en kent hierdoor een tamelijke groei. Een belangrijke factor hierin is de goede bereikbaarheid via de Haachtsesteenweg, die een rechtstreekse verbinding maakt met het stedelijk tewerkstellingspolen van Zaventem, Brussel, Diegem, Machelen en Vilvoorde. In omvang is de dorpskern van Kampenhout ongeveer even groot als die van Berg. Het woongebied is hoofdzakelijk samengesteld uit open bebouwing met enkele zones van halfopen bebouwing en in de directe omgeving van de kerk gesloten bebouwing.

Berg

Ook de dorpskern Berg staat onder invloed van de verstedelijkingsdruk vanuit het Brusselse. Berg is een sterk groeiende kern, die hoofdzakelijk samengesteld is uit open en halfopen bebouwing. De dorpskern is ongeveer even groot als die van Kampenhout. Berg heeft geen echt centrum met uitgebreide voorzieningen, er is wel een sportcomplex voorzien. Een groot deel van de woningen ontwikkelde zich in de vorm van een wijkstructuur tegenaan Het Torfbroek en een kleiner afgesloten wijk aan het sportcomplex.

Relst

De dorpskern Relst heeft zich historisch ontwikkeld als een straatdorp op het kruispunt Hutstraat met de Aarschotsebaan. Deze laatste weg was vroeger een belangrijke verbindingsweg van Brussel met Aarschot. Centrumfuncties zijn er nauwelijks aanwezig. Relst heeft nog een landelijk karakter, door het type van bebouwing (hoofdzakelijk open bebouwing), de omvang van de dorpskern, de aanwezige markante gebouwen, de ligging temidden het landbouwgebied, enz.

Nederokkerzeel

Een wat afgelegen dorpskern is Nederokkerzeel. De kern is hoofdzakelijk samengesteld uit open bebouwing. In de directe omgeving van de kerk is er een klein aandeel gesloten en halfopen bebouwing. Centrumfuncties zijn er nauwelijks aanwezig, waardoor de inwoners aangewezen zijn op de dorpskern van Kampenhout. De dorpskern is een kern met uitlopers in het open ruimtegebied waarbij de bebouwing zich situeert rond een open gebied. Het wonen speelt zich dus eerder af in en rond de open ruimte. Nederokkerzeel heeft daardoor nog een landelijk karakter.

Buken

De kleinste dorpskern is Buken, gelegen op de grens met Herent. De dorpskern van Buken situeert zich zowel op het grondgebied van Kampenhout als op het grondgebied van Herent. Buken is op Kampenhouts grondgebied opgebouwd als een straatdorp met aansluiting op de Leuvensesteenweg. Buken bestaat vooral uit open en halfopen bebouwing. Buken heeft nog een landelijk karakter door de beperkte omvang van de dorpskern, de kleinschalige bebouwing, de ligging in het landbouwgebied…

Page 75: GRS Tekstboek

ARCADIS Gedas NV Projectnummer: 07/2872

Bestand: s:\structuurplanning\rsp-kampenhout-2872\rapporten\5 - ontwerp\versie da\2872-rap-248b_bd.doc maart 2006 Dossier: Ruimtelijk Structuurplan Gemeente Kampenhout - Ontwerp – Versie B Pagina 75 van 191

Woonparken

Deze woonparken komen vrij geïsoleerd in het landschap voor. De bebouwingsstructuur bestaat voornamelijk uit open bebouwing en er komen geen voorzieningen voor.

Kampenhout bezit 4 woonparken die het bosrijk karakter voor een groot gedeelte hebben ingesnoerd. Waardeloze economische gebieden (maar wel waardevolle ecologische gebieden) omzetten naar residentiële woongebieden was in Kampenhout een vast gegeven. Deze woonparken werden vooral bewoond door mensen van buiten Kampenhout die tewerkgesteld waren in Brussel, Zaventem, Vilvoorde…Het gaat om volgende woonparken:

- Woonpark Duisbos - Lelleveld (in het Zonnebos – Duistbos) - Woonpark Rood Klooster (in het verlengde van het Kerkebos) - Woonpark Ter Bronnen (aan natuurreservaat Ter Bronnen) - Woonpark Weisetterbos (in het Weisetterbos)

Woonlinten

De typische lintbebouwingen zijn vooral terug te vinden langsheen oude verbindingswegen zoals de Aarschotsesteenweg, Zeypestraat-Voortstraat, Kampenhoutsebaan-Langestraat en de Laarstraat. Deze woningen hebben meestal geen stedenbouwkundige of typologische eenheid en zorgen voor een breuk in het landschap. De talrijke aanwezigheid van lintbebouwing doet de vijf kernen naar elkaar toe groeien.

Een onderscheid kan er gemaakt worden tussen de historische linten zoals aan het Laar en Kampelaar en typische hedendaagse lintbebouwingen als uitlopers van de dorpen met als versterkingsfactor de opvulregel. Lintbebouwingen als uitlopers van woonkernen zijn zoals overal in Vlaanderen ook hier aanwezig.

Een ander type van lintbebouwing is aanwezig langs de steenwegen Haachtsesteenweg, Mechelsesteenweg en Leuvensesteenweg. De combinatie van woningen en handelspanden bepalen het straatbeeld. Deze woon- en handelslinten zijn dan ook gericht naar deze infrastructuren.

Geïsoleerde (grootschalige) bebouwing

Hiermee bedoelen we afgelegen bebouwingen die niet gebonden zijn aan een kern, lint, enz. Het zijn vooral de kastelen die in het oostelijk deel van Kampenhout structurerend zijn:

- Kasteel van Ruisbeek - Kasteel van Opstal - Kasteel Ter Loonst - Kasteel Wilder - Balkenmolen - Ons Tehuis Brabant (OTB)

3.2.1.2. Voorzieningen, handel, diensten en horeca

In dit punt worden enkel die voorzieningen besproken die een verzorgende functie hebben voor de plaatselijke bevolking. Deze zijn voornamelijk terug te vinden in de dorpskernen, vermengd met andere functies.

Handel, diensten en horeca

Slechts een klein aandeel handelszaken zijn gesitueerd in de dorpscentra van Kampenhout en Berg. De meeste handelszaken liggen geconcentreerd langsheen de twee autogerichte steenwegen:

- langs de N26(Mechelsesteenweg) vinden we een grootschalig handelslint aan Kampenhout-Sas en de Oudestraat op de grens met Haacht en Boortmeerbeek.

- langs de N21(Haachtsesteenweg) vinden we handelslinten tussen Berg en Kampenhout, aan Ruisbeek (Dorpelstraat-Haachtsesteenweg) en aan Relst tussen de Hutteweg en Hutstraat. Deze handelszaken functioneren op een lager, lokaal niveau dan deze ter hoogte van het

Page 76: GRS Tekstboek

ARCADIS Gedas NV Projectnummer: 07/2872

maart 2006 Bestand: s:\structuurplanning\rsp-kampenhout-2872\rapporten\5 - ontwerp\versie da\2872-rap-248b_bd.doc Pagina 76 van 191 Dossier: Ruimtelijk Structuurplan Gemeente Kampenhout - Ontwerp – Versie B

handelslint langs de N26. Langs de N21 functioneren de handelszaken en horeca eerder voor de eigen dorpskern en gemeente.

Het overige deel van de handelszaken ligt verspreid over de gemeente langsheen de belangrijkste lokale wegen.

Diensten zijn vooral terug te vinden in en aan de kernen Berg en Kampenhout. In het dorpscentrum van Kampenhout zijn deze vooral gelegen aan de Stationstraat en in Berg aan de Bergstraat.

Horecazaken zijn eerder gericht op het autoverkeer dan op de dorpskern. We vinden ze voornamelijk terug langsheen de Mechelsesteenweg aan Kampenhout-Sas, aan de kruising Leuvensesteenweg-Aarschotsebaan, langs de Haachtsesteenweg ter hoogte van Relst en Kampenhout. In de kernen Kampenhout en Nederokkerzeel zijn er een viertal horecazaken terug te vinden.

Voorzieningen

De gemeentelijke voorzieningen zijn bijna allemaal gesitueerd in de dorpskern Kampenhout. Hierdoor kan deze kern worden aanzien als hoofdkern van de gemeente. Met gemeentelijke voorzieningen bedoelen we onder andere het gemeentehuis, postkantoor, bibliotheek,…

Het gemeentelijk containerpark is gelegen aan de Neerstraat tegen Het Torfbroek. Het containerpark ligt centraal ten opzichte van Berg en Nederokkerzeel.

De dorpskernen hebben hun eigen begraafplaats, gelegen in de nabijheid van de kerk, behalve dan in Berg en Kampenhout.

Alle sportvoorzieningen bevinden zich buiten de dorpskernen: - het gemeentelijk sportcentrum, gelegen tussen Kampenhout en Relst aan de Zeypestraat. - 2 sportgebouwen met sportterreinen gelegen ten westen van de kern Berg.

In Kampenhout ontbreekt er nog een goed uitgerust cultureel centrum die de Kampenhoutenaren in culturele behoefte voorziet. De gemeente heeft plannen om een cultureel centrum op te richten in de Dorpsstraat (Kampenhout-centrum), mogelijks aan de bibliotheek en het parochiecentrum.

De gemeente is goed voorzien van verschillende onderwijsinstellingen met een totaal van 1322 leerlingen.

- Kampenhout: Gemeenschapsonderwijs “Ter Bronnen” (Tiendeschuurstraat), Vrije Gemengde School Kampenhout (VGSK, Brouwerijstraat)

- Berg: Gemengde School (Schoolstraat/Gemeentewegel), Kleuterafdeling (Bergstraat) - Nederokkerzeel: Vrije Kleuterschool ’t Okkerzeeltje (Bogaertstraat), Gemeenteschool

(Biststraat) - Buken: Gemengde School - Relst: VGSK Park School (Aarschotsebaan)

Page 77: GRS Tekstboek

ARCADIS Gedas NV Projectnummer: 07/2872

Bestand: s:\structuurplanning\rsp-kampenhout-2872\rapporten\5 - ontwerp\versie da\2872-rap-248b_bd.doc maart 2006 Dossier: Ruimtelijk Structuurplan Gemeente Kampenhout - Ontwerp – Versie B Pagina 77 van 191

3.2.2. Ruimtelijk - economische structuur

Kaart 24: Economische structuur

In dit hoofdstuk wordt de economische structuur besproken. Deze structuur is belangrijk voor de tewerkstelling in de gemeente. De bedrijven worden volgens hun ruimtelijke kenmerken ingedeeld.

Socio – economisch profiel

Hierna wordt een beeld geschetst van het socio-economisch profiel in Kampenhout.

Op basis van de GOM – cijfers (1999) kunnen we de grote sectoren afleiden waar de werknemers in de gemeente Kampenhout in zijn tewerkgesteld. Het procentuele aantal van de werknemers over de verschillende sectoren zijn de volgende14:

- 3,3 % in de primaire sector; - 26,7 % in de secundaire sector; - 47,2 % in de tertiaire sector; - 22,9 % in de kwartaire sector.

In Kampenhout waren er in 2001 283 bedrijven met een totaal van 2766 werknemers (RSZ-cijfers). De grote bedrijven met meer dan 50 werknemers, die amper 4,2 % van het aantal bedrijven uitmaken, zijn goed voor het grootste aantal tewerkstellingsplaatsen; namelijk 41,1%. De kleine bedrijven met minder dan 20 werknemers nemen 39,6% van de tewerkstelling voor hun rekening, de middelgrote 19,3 %. Het aantal bedrijven in Kampenhout is in de periode 1997 - 2001 gestegen met ca. 9 %. Het aantal tewerkstellingsplaatsen volgde die stijgende trend. Deze kenden in dezelfde periode een stijging met ca. 14 %.

Deze groei in tewerkstelling manifesteerde zich het sterkst in de sectoren “onroerende goederen, openbaar bestuur” (+105 %), “vervoer en opslag en communicatie, financiële instellingen” (+22 %), “industrie” (+19.5 %) en “onderwijs en gezondheidszorg” (+19 %). De tewerkstelling in de sector “gemeenschapsvoorzieningen” ging het sterkst achteruit met –47,1 %. De toename van het aantal inrichtingen deed zich vooral voor in de sectoren “onroerende goederen, openbaar bestuur” en “groot- en kleinhandel, horeca”.

In de bestudeerde periode 1997 - 2001 is de werkloosheid met 40 % gedaald (van 5,2 naar 2,5 %).

Positie binnen de regio

Een eerste beeld van de werkgelegenheid in de regio is af te leiden uit de werkgelegenheidscoëfficiënt per gemeente (Volkstelling van 1991). Uit de cijfers blijkt een laag aantal tewerkstellingsplaatsen in de regio in vergelijking met het aantal inwoners. De eigen tewerkstelling ligt daardoor relatief laag. Slechts 20 à 25% van de inwoners werken in de eigen gemeente. Dit alles is te wijten aan de sterke gerichtheid op de omliggende stedelijke gebieden zoals Brussel, Zaventem, Vilvoorde, Machelen, ed. Toch is 56 % van de in de gemeente werkende beroepsbevolking van buiten de gemeente afkomstig. Op het industrieterrein aan Kampenhout-Sas zijn een aantal grotere bedrijven gevestigd. Deze nemen een deel van de werkgelegenheid in het gebied voor hun rekening.

De tamelijk sterke gerichtheid op de Brusselse regio (Brussel, Zaventem, Vilvoorde, Machelen, e.a.) blijkt ook uit de pendelgegevens voor Kampenhout en de omliggende gemeenten (Volkstelling van 1991). Kampenhout blijkt in hoofdzaak een woongemeente voor pendelaars naar omliggende gemeenten, eerder dan een pool van tewerkstelling die zelf pendelaars aantrekt.

14 GOM Vlaams-Brabant, Wegwijs in eigen regio, 1999

Page 78: GRS Tekstboek

ARCADIS Gedas NV Projectnummer: 07/2872

maart 2006 Bestand: s:\structuurplanning\rsp-kampenhout-2872\rapporten\5 - ontwerp\versie da\2872-rap-248b_bd.doc Pagina 78 van 191 Dossier: Ruimtelijk Structuurplan Gemeente Kampenhout - Ontwerp – Versie B

Ruimtelijke kenmerken

De ruimtelijk-economische structuur in de gemeente Kampenhout is opgebouwd uit volgende ruimtelijk-functioneel te onderscheiden componenten: bedrijventerreinen, ontginningsgebied, concentratie van ‘wonen en werken’, handelslint en verspreide bedrijven.

Bedrijventerreinen

In de gemeente is er één groot bedrijventerrein aanwezig (ca. 85 ha), gelegen aan Kampenhout-Sas aan de grens met Boortmeerbeek en Haacht. Het bedrijventerrein van Kampenhout-Sas heeft zich ontwikkeld rond het knooppunt van de bovenlokale infrastructuren N21, N26 en het kanaal Leuven-Dijle. Het ligt in de nabijheid van het woongebied Haacht- station en is ten opzichte van de dorpskernen van Kampenhout afgescheiden door de infrastructuren N26 en kanaal Leuven-Dijle en door het Weisetterbos. Het bedrijventerrein is bereikbaar via de N26 en N21; ook de ontsluiting gebeurt via deze gewestwegen.

Op het gewestplan is het bedrijventerrein hoofdzakelijk aangeduid als industriegebied. De zone tussen de N26 en het kanaal is bestemd voor ambachtelijke bedrijven en KMO’s. Ten zuiden van de kruising N26 en N21 is er een kleinere zone gelegen, bestemd als dienstverleningsgebied (veiling).

Het gebied wordt gekenmerkt door een heterogene invulling van bedrijfszones, handelslinten afgewisseld met woningbouw en industrie, onontwikkelde gebieden, woonconcentraties en groenzones. Geen van deze activiteiten hebben een relatie met het kanaal, maar zijn enkel gericht op het wegverkeer. Het bedrijventerrein is bijna volgebouwd maar door efficiënt ruimtegebruik en kwaliteitsvolle inrichting kunnen er nog enkele bedrijfsgronden ontwikkeld worden.

Ontginningsgebied

Aan de Laarstraat is er een ontginningsgebied aanwezig. Het is een klasse III stortplaats voor inerte afvalmaterialen. Op het gewestplan is de zone aangeduid als ontginningsgebied met nabestemming landbouwgebied.

Concentraties van ‘wonen en werken’

In de dorpskernen van de gemeente zitten veelal bedrijven verweven tussen de woningen. Het gaat hier vooral over kleinere bedrijven en eenmanszaken die gegroeid zijn vanuit de woning om stilaan uit te groeien tot een bloeiende zaak met een geringe tewerkstelling. Hier in Kampenhout zijn ze meestal terug te vinden in het dorpscentrum van Kampenhout, in de omgeving Brouwerijstraat, F. Verstraetenlaan en Wouterslaan.

Handelslint

De baanontwikkelingen omvatten verschillende types van activiteiten. Het gaat om zowel grote, middelgrote als kleine bedrijven. Verder is er de detailhandel die behoefte heeft aan een grote verkoopsoppervlakte en grote horecazaken. Deze hebben tevens behoefte aan ruime parkeerterreinen en zijn gericht op autoverkeer.

De grote concentraties zijn vooral terug te vinden langs de N26 ter hoogte van Kampenhout-Sas richting Mechelen en in tweede instantie langs de N21 ter hoogte van Kampenhout-Berg. Kleinere concentraties vinden we terug langs de N21 ter hoogte van Relst en Ruisbeek en langs de N26 ter hoogte van Buken.

Verspreide bedrijven

Een aantal bedrijven liggen verspreid over de gemeente. Zij hebben geen aansluiting met een dorpskern en komen niet gegroepeerd voor met andere bedrijven. Het gaat veelal over zonevreemde bedrijven. Volgens de inventaris van de gemeente zijn er een 30-tal zonevreemde bedrijven aanwezig in Kampenhout. Dit aantal is indicatief, niet limitatief. Er kunnen dus nog zonevreemde bedrijven ontbreken in de inventaris.

Page 79: GRS Tekstboek

ARCADIS Gedas NV Projectnummer: 07/2872

Bestand: s:\structuurplanning\rsp-kampenhout-2872\rapporten\5 - ontwerp\versie da\2872-rap-248b_bd.doc maart 2006 Dossier: Ruimtelijk Structuurplan Gemeente Kampenhout - Ontwerp – Versie B Pagina 79 van 191

Leegstand en verwaarlozing

In 2002 stonden er 7 panden op de inventaris van leegstand en/ of verwaarlozing van bedrijfsruimten. 2 voldoen inmiddels niet meer aan de criteria van leegstand en/ of verwaarlozing. En 2 hebben reeds een attest van schrapping bekomen. Zodoende staan er momenteel nog 3 gebouwen op de inventaris genoteerd als zijnde leegstaand. Door reconversie kunnen deze panden opnieuw in aanmerking komen als vestiging voor bedrijvigheid of kunnen deze omgezet worden naar woongebied. Deze gebouwen liggen verspreid over de gemeente.

Page 80: GRS Tekstboek

ARCADIS Gedas NV Projectnummer: 07/2872

maart 2006 Bestand: s:\structuurplanning\rsp-kampenhout-2872\rapporten\5 - ontwerp\versie da\2872-rap-248b_bd.doc Pagina 80 van 191 Dossier: Ruimtelijk Structuurplan Gemeente Kampenhout - Ontwerp – Versie B

PKPK sÉêâÉÉêëJ=Éå=îÉêîçÉêëëíêìÅíììê=

Dit zijn verbindende elementen (wegen, spoor, waterwegen…) tussen de verschillende activiteiten in de functionele ruimte. Het zijn duidelijk herkenbare elementen in het fysieke landschap.

Voor de beschrijving van de bestaande verkeers- en vervoersstructuur hebben we ons gebaseerd op het mobiliteitsplan van Kampenhout.15

Kaart 25: Verkeersstructuur

3.3.1. Wegeninfrastructuur

Regionale wegeninfrastructuur

De gemeente wordt doorsneden door twee belangrijke verkeersaders, die elkaar kruisen ter hoogte van Kampenhout-Sas:

- De N26 (Leuvensesteenweg - Mechelsesteenweg) vormt de noordwest-zuidoost gerichte verbinding tussen Leuven en Mechelen, alsook de verbinding met de N21. De provincie Vlaams-Brabant heeft deze weg geselecteerd als een secundaire weg type I.

- De N21 (Haachtsesteenweg) staat haaks op de N26 en is de belangrijkste zuidwest-noordoost verbinding die Kampenhout verbindt met Brussel, Zaventem, Haacht en de N26. De N21 werd door de provincie Vlaams-Brabant geselecteerd als een secundaire weg type II.

De N21 en N26 staan onder zware druk door de grote verkeersdrukte en hoge gevoerde snelheden, de oversteekbaarheidsproblemen, de bebouwingsdruk, de verkeersonveiligheid en –leefbaarheid, … Beide N – wegen hebben een belangrijke doorvoerfunctie, de N21 voor het verkeer naar Zaventem en de N26 tussen Leuven en Mechelen. Files die op spitsmomenten ontstaan omwille van capaciteitsproblemen, belemmeren een vlotte doorstroming, wat op zijn beurt problemen genereert voor het voetgangers- en fietsverkeer, sluipverkeer doet ontstaan, enz.

Gemeentelijke wegeninfrastructuur

De overige wegen op het grondgebied van Kampenhout zijn gemeentelijke wegen. De voornaamste gemeentelijke wegen zijn:

- Dorpsstraat – Kerkstraat – Stationsstraat - Perksesteenweg - Bulsomstraat - Tritsstraat –Lauterweg– Langestraat - Bergstraat – Neerstraat – Laarstraat – O.L.Vrouwstraat – Biststraat – Kwerpseweg - Zeypestraat – Dorpelstraat – Voortstraat – Nieuwe Kassei - Peperstraat - Driesstraat – Bogaertstraat - Waterstraat – Balkestraat – Schoonstraat

3.3.2. Parkeren

Momenteel is er in de dorpscentra geen sprake van enig parkeerprobleem, uitgezonderd het vrachtwagenparkeren. Vele parkeerplaatsen in woongebieden worden ’s nachts ingenomen door parkerende vrachtwagens die ’s morgens vroeg door het warmdraaien van de motor, overlast veroorzaken. Het ontwerp van de twee rotondes aan Kampenhout-Sas voorziet aan de carpoolparking ook een vrachtwagenparking om op die manier een oplossing te bieden voor het vrachtwagenparkeren in de dorpskernen.

15 GEDAS, Mobiliteitsplan Kampenhout, 2000.

Page 81: GRS Tekstboek

ARCADIS Gedas NV Projectnummer: 07/2872

Bestand: s:\structuurplanning\rsp-kampenhout-2872\rapporten\5 - ontwerp\versie da\2872-rap-248b_bd.doc maart 2006 Dossier: Ruimtelijk Structuurplan Gemeente Kampenhout - Ontwerp – Versie B Pagina 81 van 191

3.3.3. Openbaar vervoer

Het openbaar vervoer wordt als mobiliteitsalternatief momenteel onderbenut, de verplaatsingen zijn hierdoor sterk autogericht. Vooral richting de sterk groeiende tewerkstellingspool Zaventem ontbreken momenteel de nodige vervoersalternatieven om de sterke autogerichtheid terug te dringen. Een van de problemen van het openbaar vervoer is onder andere de doorstroming op de N21 en de N26.

Buslijnen

Twee buslijnen doorkruisen de gemeente: lijn 285 (Mechelen – Kampenhout – Leuven), die de N26 volgt, en lijn BK – BH (Brussel – Steenokkerzeel – Haacht – (Keerbergen)) over de N21 met een uitbreiding naar Nederokkerzeel.

Daarnaast zijn er nog twee schoolbussen: schoolbus 14 met traject Steenokkerzeel – Nederokkerzeel – Haacht – Tildonk en schoolbus 15 met het traject Steenokkerzeel – Kampenhout – Haacht – Tildonk.

Spoorverkeer

Op het grondgebied van Kampenhout bevinden er zich geen spoorlijnen. Ruimer bekeken is de gemeente gelegen tussen drie spoorlijnen, namelijk de lijn Mechelen-Leuven, de lijn Leuven-Brussel en de lijn Mechelen-Brussel. De meest nabij gelegen stations zijn in Haacht, Boortmeerbeek, Erps-Kwerps en Kortenberg. Enkel in Erps-Kwerps is er geen aansluiting bus-trein.

3.3.4. Fiets- en voetgangersinfrastructuur

In de gemeente zijn er tal van kleine paadjes en verbindingswegen die belangrijke voorzieningen verbinden met de omliggende woonwijken. De fietsinfrastructuur in de gemeente volgt de belangrijkste wegverbindingen, een aantal verbindingen ontbreken en bestaande paden zijn in slechte staat (langs het kanaal, Kampenhout – Perk, Kampenhout – Boortmeerbeek (Zeypestraat)).

3.3.5. Waterwegeninfrastructuur

Het kanaal Leuven – Dijle is een bevaarbare waterloop die gedimensioneerd is voor scheepvaart tot 600 ton. Het kanaal heeft op het einde van 19de eeuw een belangrijke rol gespeeld in de economische ontsluiting van onze gewesten. Heden is er een meerwaarde op recreatief vlak (hengelwedstrijden, natuurwandelingen, kajaktochten…).

Page 82: GRS Tekstboek

ARCADIS Gedas NV Projectnummer: 07/2872

maart 2006 Bestand: s:\structuurplanning\rsp-kampenhout-2872\rapporten\5 - ontwerp\versie da\2872-rap-248b_bd.doc Pagina 82 van 191 Dossier: Ruimtelijk Structuurplan Gemeente Kampenhout - Ontwerp – Versie B

PKQK póåíÜÉëÉ=î~å=ÇÉ=ÄÉëí~~åÇÉ=êìáãíÉäáàâÉ=ëíêìÅíììê=çé=ãÉëçåáîÉ~ì=

Kaart 26: Bestaande ruimtelijke structuur op mesoniveau

Kampenhout kan getypeerd worden als een gemeente waar de woonfunctie primeert. Het wonen wordt ondersteund door een voldoende aanbod aan lokale voorzieningen (openbare voorzieningen, handel, horeca en diensten...). Daarnaast nemen de verschillende open ruimtefuncties een heel belangrijke rol in. Bedrijvigheid speelt een beperktere rol in de gemeente.

De vijf verschillende dorpskernen bestaan hoofdzakelijk uit residentiële, overwegend open bebouwing. Residentiële bebouwing komt ook in belangrijke mate voor in de talrijke lintbebouwingen. De kernen Kampenhout en Berg maken deel uit van een suburbaan woongebied dat vanuit Kampenhout overloopt in de stedelijke ruimte van Brussel. De drie andere kernen, namelijk Relst, Nederokkerzeel en Buken hebben een landelijker karakter.

Het hoofdaanbod aan openbare voorzieningen (gemeentehuis, postkantoor, bibliotheek...) is gesitueerd in het dorpscentrum van Kampenhout. Ook buiten het dorpscentrum van Kampenhout zijn een aantal gemeentelijke voorzieningen aanwezig (o.a. gemeentelijk sportcentrum). De meeste handelszaken liggen geconcentreerd langsheen de N21 en N26. Ook horecazaken zijn eerder gericht op het autoverkeer dan op de dorpskern. Langs de N26 aan Kampenhout-Sas overstijgt de concentratie van grootschalige kleinhandel het lokale karakter.

In de gemeente is er één groot bedrijventerrein aanwezig, gelegen aan Kampenhout-Sas rond het knooppunt van de bovenlokale infrastructuren N21, N26 en het kanaal Leuven-Dijle. Op het gewestplan is het bedrijventerrein hoofdzakelijk aangeduid als industriegebied; een kleinere zone is bestemd voor ambachtelijke bedrijven en KMO’s. Het gebied wordt gekenmerkt door een heterogene invulling van bedrijfszones, handelslinten afgewisseld met woningbouw en industrie, onontwikkelde gebieden, woonconcentraties en groenzones. Daarnaast zijn er verschillende kleinere bedrijven verspreid over de gemeente, meestal verweven met het woongebied.

Structurerende elementen van het open ruimtegebied zijn een aantal zeer waardevolle natuurreservaten (o.a. Torfbroek en Ter Bronnen) en boscomplexen zoals Hellebos, Steentjesbos, Weisetterbos, Silsomsbos, de bossen rond het kasteel van Wilder…. Deze natuurreservaten en boscomplexen zijn verbonden met de talrijk in de open ruimte voorkomende beken. Deze beken maken deel uit van het Dijlebekken en stromen voornamelijk van zuid naar noord. Voor Kampenhout zijn de subbekkens Barebeek en Weesbeek belangrijk.

Aaneengesloten landbouwgebieden situeren zich in het zuiden (Grootveld) en oosten van de gemeente (gebied tussen Buken en het Sas). Buiten deze twee open aaneengesloten landbouwgebieden is de landbouwstructuur meer versnipperd door natuurlijke structuren en/of bebouwing en infrastructuren.

Typerend in de gemeente (en de gehele regio) is de aanwezigheid van witloofschuren in het landschap. Omwille van de lage economische rentabiliteit van de witloofteelt is het aantal bedrijven sterk achteruit gegaan. Heel wat schuren staan leeg, andere kregen een andere functie. Als gevolg van schaalvergroting en het wegvallen van kleinere landbouwbedrijven liggen er een aantal akkers braak.

De gemeente wordt doorsneden door twee belangrijke verkeersaders, die elkaar kruisen ter hoogte van Kampenhout-Sas: de N26 (Leuvensesteenweg - Mechelsesteenweg) vormt de noordwest-zuidoost gerichte verbinding tussen Leuven en Mechelen, alsook de verbinding met de N21. De N21 (Haachtsesteenweg) staat haaks op de N26 en is de belangrijkste zuidwest-noordoost verbinding die Kampenhout verbindt met Brussel, Zaventem, Haacht en de N26. Beide steenwegen staan onder zware druk door de grote verkeersdrukte, hoge gevoerde snelheden, oversteekbaarheidsproblemen, bebouwingsdruk, verkeersonveiligheid en –leefbaarheid…

Kampenhout speelt een rol op toeristisch-recreatief gebied, gezien de verschillende overblijfselen uit het verleden (kerken, kastelen, hoeves...), de natuurreservaten en boscomplexen, het kanaal Leuven-Dijle, de ligging in de witloofstreek... De nadruk ligt op zachte recreatie (wandelen en fietsen).

Page 83: GRS Tekstboek

ARCADIS Gedas NV Projectnummer: 07/2872

Bestand: s:\structuurplanning\rsp-kampenhout-2872\rapporten\5 - ontwerp\versie da\2872-rap-248b_bd.doc maart 2006 Dossier: Ruimtelijk Structuurplan Gemeente Kampenhout - Ontwerp – Versie B Pagina 83 van 191

QK _bpq^^kab=orfjqbifghb=pqor`qrro=lm=jf`olkfsb^r=

Uit de voorgaande analyse van de ruimtelijke deelstructuren, kunnen een aantal deelruimten in Kampenhout aangegeven worden. Deze deelruimten zijn als het ware vensters op de gemeente waarbij elke venster een kijk geeft op een gebiedsdeel met een eigen ruimtelijke structuur. Deze eigenheid van elke deelruimte vloeit voort uit de onderlinge wisselwerking tussen het fysisch systeem en gebruikspatronen doorheen de tijd. Veelal is een deelruimte echter niet scherp begrensd, maar overlappen deelruimtes elkaar.

Elke deelruimte onderscheidt zich van de andere, maar ook de onderlinge samenhang is belangrijk. Elke deelruimte heeft een eigen rol in het geheel, een rol die veelal complementair is met de andere deelruimten.

Figuur 13: Deelruimten in Kampenhout

Volgende deelruimten worden onderscheiden: 1. kerngebied Kampenhout – Berg 2. Relst – Wilder 3. Kampenhout-Sas

De analyse op microniveau beperkt zich hier tot een nadere bespreking van de structuren op het niveau van de deelruimten in Kampenhout.

Deelruimte Kampenhout – Berg

Deze deelruimte wordt gekenmerkt door een sterk aaneengegroeid bebouwingspatroon dat vanuit Kampenhout overloopt in de stedelijke ruimte van Brussel. Hier ligt het zwaartepunt van de nederzettingsstructuur.

De deelruimte bestaat uit 4 bebouwingsentiteiten: de dorpskern Kampenhout, de dorpskern Berg en de woonparken Ter Bronnen (ten oosten van de dorpskern Berg) en Rood Klooster (aan Ruisbeek, ten oosten van dorpskern Kampenhout). De verschillende bebouwingsentiteiten met hun eigen karakteristieken zijn infrastructureel, morfologisch en functioneel sterk met elkaar verbonden. De planmatig ontwikkelde dorpskern Kampenhout en de historisch gegroeide dorpskern Berg zijn naar elkaar gegroeid langsheen de Haachtsesteenweg. In het noorden wordt het gebied omsloten door open landbouwgebieden; in het zuiden door het natuurreservaat Torfbroek.

In Kampenhout-centrum is de bebouwingtypologie vooral van gesloten, halfopen en open aard. Berg wordt gekenmerkt door halfopen en open bebouwing. De woonparken worden getypeerd door open bebouwing. Ter Bronnen heeft nog een vrij groen karakter, het woonpark Rood Klooster ziet er eerder uit als een gewone verkaveling.

In de hoofdkern Kampenhout komen niet alle gemeentelijke functies voor. Te Kampenhout situeren zich de meeste gemeenschapsvoorzieningen (administratief centrum, bibliotheek, enz.), maar ook in de andere bebouwingsentiteiten zijn voorzieningen aanwezig (Ruisbeek: gemeentelijk sportcentrum; Berg: sportvoorzieningen, school…; aan woonpark Ter Bronnen: middelbare school). Commerciële voorzieningen (handel, horeca) heeft zich hoofdzakelijk ontwikkeld langs de N21 (Haachtsesteenweg) tussen Berg en Kampenhout.

Page 84: GRS Tekstboek

ARCADIS Gedas NV Projectnummer: 07/2872

maart 2006 Bestand: s:\structuurplanning\rsp-kampenhout-2872\rapporten\5 - ontwerp\versie da\2872-rap-248b_bd.doc Pagina 84 van 191 Dossier: Ruimtelijk Structuurplan Gemeente Kampenhout - Ontwerp – Versie B

Deelruimte Relst - Wilder

Deze deelruimte fungeert vooral als een open ruimtegebied ten zuiden van Kampenhout-Sas. In het noorden van de deelruimte, aan de Haachtsesteenweg, bevindt zich de dorpskern Relst ( en het woonpark Weisetterbos), meer zuidelijk is het gebied samengesteld uit agrarische gebieden, een golfterrein, beeklopen met bosrelicten en kleine landschapselementen, en waardevolle boscomplexen zoals de bossen rond het kasteel van Wilder en het Silsombos.

Naast de Haachtsesteenweg is er nog een belangrijke infrastructuur, met name de Aarschotsebaan waarlangs Relst historisch gegroeid is. De N21 heeft Relst in twee delen opgesplitst: in het zuiden is het eigenlijke dorpscentrum terug te vinden; in het noorden is er de aanwezigheid van een sociale woonwijk en het woonpark Weisetterbos.

Commerciële voorzieningen (handel, horeca) zijn hier ook weer terug te vinden langs de N21. In het centrum van de dorpskern van Relst is er een school en een jeugdhuis.

Deelruimte Kampenhout-Sas

Deze deelruimte bestaat hoofdzakelijk uit een grootschalig bedrijventerrein dat gelegen is op de kruising van de N21, N26 en het kanaal Leuven-Dijle. Typerend voor de deelruimte is ook het grootschalig handelslint langsheen de N26, waar allerlei handelszaken, horeca en bedrijvigheid langs is gevestigd. Ten zuiden van het bedrijventerrein, op de kruising van de Haachtsesteenweg en Leuvensesteenweg is de veiling gelegen. De deelruimte is in het zuiden begrensd door het Weisetterbos en open landbouwgebieden, in het noorden grenst de deelruimte aan bebouwde stationsomgeving van Haacht. Dit deelgebied is vooral gericht op de aanwezige infrastructuren in functie van de bereikbaarheid.

Page 85: GRS Tekstboek

ARCADIS Gedas NV Projectnummer: 07/2872

Bestand: s:\structuurplanning\rsp-kampenhout-2872\rapporten\5 - ontwerp\versie da\2872-rap-248b_bd.doc maart 2006 Dossier: Ruimtelijk Structuurplan Gemeente Kampenhout - Ontwerp – Versie B Pagina 85 van 191

abbi=QW moldklpbp=

NK tlkbk=

Binnen het provinciaal structuurplan wenst men de trendbreuk uit het Ruimtelijk Structuurplan Vlaanderen in verband met de verdeling van de woningen als doelstelling te realiseren. Daarbij gaat men er van uit dat de gemeenten in het buitengebied nog over voldoende juridische voorraad beschikken om hun natuurlijke aangroei, met vertrekbasis 1992, op te vangen. Indien de juridische voorraad van de gemeente niet volstaat, kunnen voor de opvang van de natuurlijke aangroei eventueel ruimtelijk verantwoorde supplementaire woonzones worden ontwikkeld.

Hierna wordt de prognose die door de provincie in het RSVB naar voren wordt geschoven voor de planperiode 1992-2007 aangevuld met de prognose voor de periode 2003-2013 (JANUS-II). Het resultaat van beide prognoses zal aangeven hoeveel bijkomende woningen er nodig zijn voor de planperiode 2003-2013.

NKNK tçåÉå=ÄáååÉå=ÇÉ=éä~åéÉêáçÇÉ=î~å=ÜÉí=ops=NVVOJOMMT=

1.1.1. Bevolkingsprognose 1992-2007 volgens prognose provincie

In het ruimtelijk structuurplan provincie Vlaams-Brabant werd geen kwantitatieve taakstelling gegeven aan de gemeenten. In het informatief gedeelte werd wel een richtcijfer aangegeven. Voor de gemeente Kampenhout werd het aantal bijkomende wooneenheden voor de periode 1992-2007 geraamd op 710.

1.1.2. Frictieleegstand

Boven op het aantal gezinnen dat gehuisvest moet worden, moet er ook voldoende leegstand zijn van woningen van voldoende kwaliteit, teneinde een normale woonwissel toe te laten, de zogenaamde frictieleegstand . Deze wordt op 2,5 % van het aantal bijkomende woningen gesteld.16

Voor de planperiode 1992-2007 komt dit neer op 18 bijkomende woningen.

1.1.3. Reeds gerealiseerd in de periode 1992-2002

Om een goed beeld te krijgen van de reeds gerealiseerde woningen wordt de aangroei van het aantal gezinnen in rekening gebracht. Om de behoefte te actualiseren wordt er van uitgegaan dat elk bijkomend gezin gelijk staat met één bijkomende woning.

In de periode 1992-2002 werden er 40617 nieuwe gezinnen ingeschreven in de gemeente Kampenhout. Er wordt dus gesteld dat er voor deze periode evenveel nieuwe woningen werden gerealiseerd. Dit aantal woningen wordt afgetrokken van de totale behoefte voor de periode 1992-2007.

16 Vlaamse richtnorm buitengebiedgemeente 2,5 % 17 Aantal gezinnen in Kampenhout op 1/1/1992 = 3711, aantal gezinnen op 1/1/2003 = 4117.

Aantal nieuwe gezinnen in de periode 1992-2003: 4117 - 3711= 406

Page 86: GRS Tekstboek

ARCADIS Gedas NV Projectnummer: 07/2872

maart 2006 Bestand: s:\structuurplanning\rsp-kampenhout-2872\rapporten\5 - ontwerp\versie da\2872-rap-248b_bd.doc Pagina 86 van 191 Dossier: Ruimtelijk Structuurplan Gemeente Kampenhout - Ontwerp – Versie B

1.1.4. Overzicht nieuwbouwbehoefte 2003-2007

Rekening houdend met de prognose van de provincie, de frictieleegstand en de reeds gerealiseerde woningen, kan er voor de periode 2003-2007 een behoefte worden aangetoond van 322 woningen. Dit wordt in onderstaande tabel schematisch weergegeven.

Tabel 9: Overzicht nieuwbouwbehoefte 2003-2007

nieuwbouwbehoefte volgens prognose RSVB 1992-2007

prognose provincie 710

+ frictieleegstand (2,5 %) 18

- reeds gerealiseerd aantal woningen in de periode 1992-2002 -406

Nieuwbouwbehoefte planperiode 2003-2007 (rest prognose provincie) 322

NKOK tçåÉå=áå=h~ãéÉåÜçìí=íìëëÉå=OMMT=Éå=OMNP=

De planperiode van het structuurplan Kampenhout reikt verder dan de vooropgestelde planperiode van de prognose van het RSVB. Ook na 2007 dient de gemeente Kampenhout een taakstelling inzake wonen op te vangen. Om de bijkomende behoefte inzake woningbouw te kennen voor de planperiode 2007-2013 maakte de gemeente Kampenhout gebruik van het JANUSII – model om een gesloten bevolkingsprognose te maken voor de periode 2003-2013.

Met de eerste vijf jaren van deze prognose wordt in de verder studie geen rekening gehouden omdat deze reeds in de prognose van de provincie vervat zaten.

1.2.1. Bevolkingsprognose 2003-2013 volgens JANUS-II

Een bevolkingsprognose is gebaseerd op 3 grote veranderlijken, namelijk de overlevingskansen, de vruchtbaarheid en de migratie. Voor de bevolkingsprognose van Kampenhout wordt uitgegaan van volgende veronderstellingen, als gewogen gemiddelden ten opzichte van de voorspellingen voor Vlaanderen:

- een stijgende levensverwachting bij geboorte voor vrouwen (van 82,4 in 2003 tot 84,2 in 2013) en voor mannen (van 76,4 in 2003 tot 78,6 in 2013);

- een vruchtbaarheidscijfer dat (terug) licht stijgt van 1,62 in 2003 naar 1,66 in 2013; - een migratie in evenwicht (per geslacht en per leeftijdsgroep), dus migratiesaldo = 0.

Deze parameters werden, samen met de bevolkingssamenstelling volgens geslacht en leeftijd, ingevoerd in het JANUS II – model, ontwikkeld door de Vrije Universiteit Brussel18.

Aangezien er wordt uitgegaan van een gesloten bevolkingsprognose (geen inwijkings- of uitwijkingsoverschot) moet deze prognose gezien worden als een minimale hypothese, aangezien Kampenhout een inwijkingsoverschot kent.

18 Met betrekking tot de levensverwachting wordt door het JANUS II – programma een modelsterftetabel uit het Regional modal life tables (Princeton Life tables voor West-Europa) afgeleid, gekoppeld aan de opgegeven levensverwachting.

Voor de prognose werd uitgegaan van de vruchtbaarheidskalender voor Vlaanderen voor de periode 1992-1994. Deze kalender benadert waarschijnlijk het best het effectief aantal geregistreerde geboorten in Kampenhout voor die periode. De kalender wordt door het prognosemodel automatisch geëxtrapoleerd over de projectie – intervallen aan de hand van het totale vruchtbaarheidscijfer voor het eindjaar van de prognose.

leeftijd van de moeder

leeftijdsspecifieke vruchtbaarheid

15-19 jaar 0,03784036520-24 jaar 0,31465432825-29 jaar 0,70499690730-34 jaar 0,37824055535-39 jaar 0,09492926740-44 jaar 0,01412752545-49 jaar 0,000670314

Page 87: GRS Tekstboek

ARCADIS Gedas NV Projectnummer: 07/2872

Bestand: s:\structuurplanning\rsp-kampenhout-2872\rapporten\5 - ontwerp\versie da\2872-rap-248b_bd.doc maart 2006 Dossier: Ruimtelijk Structuurplan Gemeente Kampenhout - Ontwerp – Versie B Pagina 87 van 191

Figuur 14: Bevolkingsprognose Kampenhout aan de hand van de prognose 2003-2013

2003

-600 -400 -200 0 200 400 600

0-4 jaar

15-19 jaar

30-34 jaar

45-49 jaar

60-64 jaar

75-79 jaar

90-94 jaar

2003 Vrouwen 2003 Mannen

Anno 2003 telt de bevolking van Kampenhout 10.802 inwoners. Uit de prognose blijkt dat de bevolking in de gemeente een stijging kent tot 10855 inwoners in 2013 (een stijging met ca. 5 inwoners per jaar).

De bevolking zal met andere woorden ongeveer stabiel blijven gedurende deze tien jaar. In Vlaanderen is er reeds een algemene bevolkingsdaling ingezet.

2007

-600 -400 -200 0 200 400 600

0-4 jaar

15-19 jaar

30-34 jaar

45-49 jaar

60-64 jaar

75-79 jaar

90-94 jaar

Vrouwen Mannen

Het aandeel ouderen zal steeds groter worden in Kampenhout, zoals duidelijk af te lezen is uit de bevolkingspiramiden opgemaakt aan de hand van de prognose. Er is een duidelijke verschuiving van het zwaartepunt naar de hogere leeftijdscategorieën, een verbreding van de top (ouderen) en een versmalling van de basis (jongeren). Het aandeel 0-19 jarigen daalt van 24,4 % in 2003 naar 21,4 % in 2013. In dezelfde periode blijft het aandeel 20-64 jarigen schommelen tussen de 60,0 % en 60,7 %, en het aandeel 65 – plussers stijgt van 15,5 % in 2003 naar 17,9 in 2013.

2013

-600 -400 -200 0 200 400 600

0-4 jaar

15-19 jaar

30-34 jaar

45-49 jaar

60-64 jaar

75-79 jaar

90-94 jaar

Vrouwen Mannen

bron: berekening a.d.h.v. JANUS II-prognosemodel

Hieruit kan worden afgeleid dat de huisvestingsbehoefte zich in de toekomst meer en meer moet richten op geschikte woningen voor ouderen. Het aandeel woningen geschikt voor startende gezinnen of gezinnen met kinderen moet op het huidige peil bewaard blijven om te voorkomen dat deze gezinnen buiten de gemeente op zoek moeten gaan voor een woning.

1.2.2. Gezinsprognose

Om een prognose van het aantal gezinnen te kunnen maken, wordt vertrokken van de te verwachten evolutie van de gemiddelde gezinsgrootte.

Een algemene trend in Vlaanderen is de daling van de gemiddelde gezinsgrootte. Er wordt verwacht dat deze daling zich ook in de toekomst zal doorzetten, waarbij weliswaar op middellange termijn de daling steeds minder snel zal gaan. Met andere woorden de evolutie verloopt min of meer volgens de kwadratische functie. Uit verscheidene prognosemodellen (evolutie 1991-1997 aangevuld met MIRA – prognose voor Vlaanderen, provincie Vlaams-Brabant, arrondissement Halle-Vilvoorde) werd een dergelijke functie berekend. Voor de periode 2003-2013 blijkt de berekende functie voor de provincie Vlaams-Brabant het best de waargenomen evolutie in Kampenhout te benaderen, weliswaar met een hogere beginwaarde in Kampenhout.

Page 88: GRS Tekstboek

ARCADIS Gedas NV Projectnummer: 07/2872

maart 2006 Bestand: s:\structuurplanning\rsp-kampenhout-2872\rapporten\5 - ontwerp\versie da\2872-rap-248b_bd.doc Pagina 88 van 191 Dossier: Ruimtelijk Structuurplan Gemeente Kampenhout - Ontwerp – Versie B

Toepassing van deze prognose geeft een daling van de gemiddelde gezinsgrootte van 2,62 in 2003 naar 2,56 in 2013. Deze waarden liggen hoger dan de globale gemiddelde gezinsgrootte in Vlaanderen, zoals voorspeld door het NIS.

Toepassing van de berekende gemiddelde gezinsgrootte op het gepronostikeerde aantal inwoners, geeft een stijging van het aantal gezinnen in Kampenhout van 4.117 in 2003 tot 4.236 in 2013. Hierbij kan worden opgemerkt dat in de eerste vier jaar (2003-2007) een stijging van ca. 14 gezinnen per jaar wordt verwacht en in de volgende periode van vijf jaar ca. 13 gezinnen per jaar.

Figuur 15: Toekomstige evolutie aantal inwoners en gezinnen in Kampenhout 2003-2013

10450

10500

10550

10600

10650

10700

10750

10800

10850

2003 2004 2005 2006 2007 20082009 2010 2011 2012 2013

aant

al in

won

ers

4100

4125

4150

4175

4200

4225

4250

aant

al g

ezin

nen

inwoners gezinnen

bron: eigen verwerking

1.2.3. Berekening nieuwbouwbehoefte planperiode 2007-2013

Indien elk nieuw gezin in Kampenhout gelijk wordt gesteld aan een vraag voor een nieuwe woning, dan dienen er in de periode 2007-2013 63 bijkomende woningen voorzien te worden voor het opvangen van deze behoefte.

Rekening houdend met een frictieleegstand van 2,5 % voor buitengebiedgemeenten (ca. 2 woningen) bedraagt de totale nieuwbouwbehoefte voor de planperiode 2007-2013 65 bijkomende woningen.

NKPK o~ãáåÖ=î~å=ÇÉ=âï~åíáí~íáÉîÉ=ïçåáåÖÄÉÜçÉÑíÉ=

Elk gezin heeft recht op een woning. Hieruit volgt dat de kwantitatieve behoefte twee aspecten omvat:

- De behoefte aan bijkomende woningen, naast het bestaande woningpatrimonium om de aangroei van huishoudens op te vangen. Dit is de nieuwbouwbehoefte. Hiervoor zal inname van bijkomende ruimte nodig zijn, hetzij op nu nog onbebouwde percelen met een woonbestemming, hetzij door nieuwe woningbouwlocaties te ontwikkelen.

- Indien bestaande bewoonde woningen niet in aanmerking komen om (op termijn) bewoond te blijven, ontstaat een herhuisvestingsbehoefte. Dit kan tijdelijk zijn (vb. bij ingrijpende renovatie van een momenteel bewoonde woning) of permanent (vb. indien de woning voorgoed zal moeten verdwijnen, als ze niet permanent bewoond mag worden - recreatiegebieden). Dit kan ook een noodzakelijke bijkomende ruimte-inname voor vervangende woningen inhouden. Deze herhuisvestingsbehoefte dient dus bij de nieuwbouwbehoefte gevoegd te worden.

In onderstaande paragrafen wordt de berekening van de diverse behoeften toegelicht.

Page 89: GRS Tekstboek

ARCADIS Gedas NV Projectnummer: 07/2872

Bestand: s:\structuurplanning\rsp-kampenhout-2872\rapporten\5 - ontwerp\versie da\2872-rap-248b_bd.doc maart 2006 Dossier: Ruimtelijk Structuurplan Gemeente Kampenhout - Ontwerp – Versie B Pagina 89 van 191

1.3.1. Nieuwbouwbehoefte

De berekening van de globale nieuwbouwbehoefte voor de periode 2003-2013 houdt rekening met de resterende taakstelling die voortvloeit uit de prognose van de provincie voor de planperiode 2003-2007 en met de eigen berekende prognose volgens het JANUS II – model voor de planperiode 2007-2013.

Tabel 10: Overzicht nieuwbouwbehoeften voor de planperiode 2003-2013

Nieuwbouwbehoefte planperiode 2003-2007 (volgens prognose provincie) 322

Nieuwbouwbehoefte planperiode 2007-2013 (volgens JANUS-II) 65

Totale nieuwbouwbehoefte planperiode 2003-2013 387

NKQK hï~äáí~íáÉîÉ=ÜìáëîÉëíáåÖëÄÉÜçÉÑíÉå=

1.4.1. Sociale huisvesting

De mogelijkheden met betrekking tot sociale woonvoorzieningen zijn velerlei: sociale huur- en koopwoningen, sociale kavels, of gezinsgebonden tegemoetkomingen zoals individuele huursubsidies, individuele koopbetoelaging, goedkope leningen…. De regelgevingen maken onderdeel uit van het (sociale) woonbeleid op Vlaams niveau.

Het zal niet mogelijk zijn om voor al de huishoudens met een lager inkomen een sociale woning beschikbaar te stellen. Op gemeentelijk niveau is het belangrijk dat er voldoende en geschikte sociale woonmogelijkheden zijn voor de prioritaire doelgroep: de gezinnen met een laag inkomen. De meest behoeftige laag uit deze doelgroep bestaat grotendeels uit steuntrekkers, éénoudergezinnen en bejaarden. Voor deze prioritaire doelgroep zijn sociale huurwoningen aangewezen, aangezien eigendomsverwerving veelal niet tot de mogelijkheden behoort, ook niet met behulp van de individuele subsidiemogelijkheden.

Bovendien is het sociale karakter bij sociale huurwoningen per definitie een woninggebonden kenmerk, en kan dit patrimonium in principe aan de meest behoeftige worden toegewezen.

Daarnaast vormt het aankopen van een sociale woning of het kopen van een perceel in een sociale verkaveling, voor een deel van de minder bemiddelde huishoudens een geldig alternatief. Het sociale karakter van deze woningen is éénmalig (bij verkoop van de woning of het perceel) en afhankelijk van het gezinsvermogen op dat ogenblik. Wel is in de wetgevingen een terugkooprecht voor de sociale huisvestingsorganisaties voorzien indien deze woningen later door de eigenaars verkocht worden. Aangezien de gezinnen veelal gebonden zijn aan termijnen waarin ze zelf de woning moeten blijven betrekken en het om private eigendommen gaat, worden sociale koopwoningen en woningen op sociale kavels echter slechts in beperkte mate terug te koop aangeboden.

Aan de hand van een aantal indicatoren wordt getracht een schatting te maken naar een benodigd aantal sociale huur- en koopwoningen en sociale kavels:

Sociale huur- en koopwoningen

Voor de behoefte aan sociale huurwoningen worden de richtlijnen terzake gehanteerd uit het Ruimtelijk Structuurplan van de Provincie Vlaams-Brabant. Hierbij wordt gesteld dat in buitengebiedgemeenten gestreefd wordt dat min. 5% van de bijkomende woningen een sociale huurwoning is. Het aantal sociale huurwoningen in de buitengebiedgemeenten mag echter niet meer dan 8% (arrondissement Leuven) à 10% (arrondissement Halle - Vilvoorde) van het totaal aantal gezinnen bedragen.

Page 90: GRS Tekstboek

ARCADIS Gedas NV Projectnummer: 07/2872

maart 2006 Bestand: s:\structuurplanning\rsp-kampenhout-2872\rapporten\5 - ontwerp\versie da\2872-rap-248b_bd.doc Pagina 90 van 191 Dossier: Ruimtelijk Structuurplan Gemeente Kampenhout - Ontwerp – Versie B

Voor Kampenhout geeft dit volgend beeld: in het totaal van 387 bijkomende wooneenheden wordt er gestreefd naar minimaal 19 bijkomende sociale huurwoningen in de planperiode 2003-2013. Het totaal aantal sociale huurwoningen te Kampenhout mag maximaal 424 sociale huurwoningen bedragen.

De gemeente beschikt momenteel over 135 koopwoningen en 22 huurwoningen. Dit is respectievelijk 3,2% en 0,54% van het totale woningbestand en is momenteel onvoldoende om de sociale woonbehoeften op te vangen.

Om aan de nood aan betaalbare woningen in de gemeente tegemoet te komen wordt een streefpercentage van 10% van de woningbehoefte aan nieuwbouwwoningen vastgelegd voor de sociale woningbehoefte, waarvan 5% voor sociale huurwoningen.

Sociale kavels

Sociale kavels hebben vooral tot doel om ook in gespannen woningmarkten met een sterke verhoging van de grondprijzen, een aanbod aan goedkopere gronden te kunnen aanbieden. Als algemene vuistregel voor het aandeel sociale kavels werd veelal 15 % van het aantal (bijkomende) gezinnen gehanteerd.

Tabel 11: Sociale woningbouwbehoefte

planperiode 2003-2007 2007-2013 2003-2013

Nieuwbouwbehoefte (volgens RSVB en JANUS-II) 322 65 387

Sociale huurwoningen (5%) 16 3 19

Sociale koopwoningen (5%) 16 3 19

Sociale kavels (15%) 48 10 58

Totaal sociale woningbehoefte 80 16 96

1.4.2. Seniorenhuisvesting

Senioren vormen een heterogene groep huishoudens. Het geven van een algemeen geldend beeld van de woonbehoeften van ouderen vormt een simplificatie van de werkelijkheid. Toch kunnen een aantal huisvestingsvereisten voor senioren worden gegeven. Ze hebben betrekking op de grootte (eerder kleine woningen), voor een aanzienlijk aantal senioren ook op de betaalbaarheid (sociale of goedkope woningen). Bijkomend gelden voor een deel van deze bevolkingsgroep specifieke vereisten inzake woninginrichting, -uitrusting en toegankelijkheid. Dit is sterk afhankelijk van de graad van zelfredzaamheid van de individuen, gaande van een seniorenwoning, aanleunwoning, serviceflats tot een kamer in een verzorgingscentrum. Ook de ligging van de woning kan van belang zijn, alhoewel dit ook afhankelijk is van het sociale netwerk en de voorzieningen inzake dienstverlening (huishoudhulp, thuiszorg…). Ook de woonomgevingvereisten zijn van belang, op een aantal vlakken zelf stringenter dan voor andere bevolkingsgroepen: sociale veiligheid, nabijheid van voorzieningen en recreatiemogelijkheden (max. 200 tot 800 meter, afhankelijk van de ouderdom), openbaar vervoer en verkeersveiligheid.

Senioren zijn in het algemeen minder verhuisgeneigd dan andere huishoudens. Ze verhuizen meestal pas als het echt nodig is. Meestal is dit omwille van gezondheidsredenen (woning wordt te groot, kunnen geen trappen meer gebruiken, worden zorgbehoevend…) of van veranderingen in de gezinssamenstelling (vb. overlijden partner). Bijkomend moet worden gesteld dat als senioren willen verhuizen, ze vaak stuiten op een tekort aan beschikbare woningen die aan hun specifieke woonwensen voldoen.

Sinds 1 april 1998 geldt in Vlaanderen een programmatienorm inzake rusthuisbedden en serviceflats.

Volgens deze norm moeten er in de gemeente 2 serviceflats zijn per 100 60-plussers, wat, toegepast op Kampenhout, betekent dat er heden minstens 43 serviceflats zouden moeten zijn. Er moet

Page 91: GRS Tekstboek

ARCADIS Gedas NV Projectnummer: 07/2872

Bestand: s:\structuurplanning\rsp-kampenhout-2872\rapporten\5 - ontwerp\versie da\2872-rap-248b_bd.doc maart 2006 Dossier: Ruimtelijk Structuurplan Gemeente Kampenhout - Ontwerp – Versie B Pagina 91 van 191

bovendien rekening worden gehouden met een toenemende veroudering van de bevolking waardoor ook de totale zorgbehoevendheid binnen de bevolking stijgt. Mogelijkheden om hieraan te voldoen situeren zich zowel op het vlak van huisvesting (aanpassing eigen woning, aanleunwoning of serviceflats) en/of op het vlak van zorgvoorzieningen (huishoudhulp, thuiszorg, ambulante verpleging…). Tegen 2013 zou er een behoefte zijn aan 39 serviceflats. Met het huidige aanbod (in totaal 25 serviceflats) zal er tegen 2013 een tekort zijn aan 14 serviceflats.

Tabel 12: Berekening aantal bijkomende serviceflats

Berekening voor het peiljaar 2003 2007 2013

aantal 60-plussers 2171 2353 2595

benodigde serviceflats 43 47 52

- huidig aanbod aan serviceflats 25 25 25

bijkomende serviceflats nodig 18 22 27

bron: BvlReg. 17/03/1998 en eigen verwerking

Ook wat betreft rusthuisbedden geldt in Vlaanderen een programmatienorm (zie onderstaande tabel). Voor Kampenhout betekent dit dat er volgens deze normen op vandaag ongeveer 99 rusthuisbedden zouden moeten zijn. In Kampenhout zijn er momenteel 60 rusthuisbedden. Indien de norm verder wordt toegepast dan betekent dit dat er een behoefte is aan 126 rusthuisbedden tegen 2013. Met het huidig aantal rusthuisbedden voldoet Kampenhout dus niet aan de te verwachten behoefte.

Tabel 13: Berekening aantal bijkomende rusthuisbedden

Berekening voor het peiljaar 2003 2007 2013

1 % van 60-74 jarigen (= 1 % van 1458) 15 (= 1 % van 1522) 15 (= 1 % van 1672) 17

4 % van 75-79 jarigen (= 4 % van 337) 13 (= 4 % van 389) 16 (= 4 % van 401) 16

12 % van 80-84 jarigen (= 12 % van 196) 24 (= 12 % van 255) 31 (= 12 % van 295) 35

23 % van 85-89 jarigen (= 23 % van 121) 28 (= 23 % van 119) 27 (= 23 % van 158) 36

32 % van 90-plussers (= 32 % van 59) 19 (= 32 % van 68) 22 (= 32 % van 69) 22

totaal vraag rusthuisbedden 99 111 126

- huidige aanbod aan rusthuisbedden 60 60 60

- gepland op korte termijn - - -

bijkomende rusthuisbedden 39 51 66

bron: BvlReg. 17/03/1998 en eigen verwerking

Op het moment is het aanbod aan seniorenhuisvesting geconcentreerd in de dorpskern van Kampenhout.

1.4.3. Huisvesting voor mindervalide

Ons Tehuis – Brabant (OTB), gelegen aan de Perksesteenweg, is een tehuis voor woonvoorziening en dagopvang voor mentaal gehandicapten. Volgens het gewestplan liggen de gebouwen (allen vergund) in een bosgebied. Het bebouwde deel van het tehuis is omgeven door VEN- en habitatgebieden. Het is de wens van de gemeente om de huidige bestemming van bosgebied te herbestemmen, voor het bebouwde en vergunde deel dat buiten het VEN en de habitatgebieden ligt, en om minimale ontwikkelingskansen te creëren voor deze zone, in functie van nieuwe trends in de sector (tendens dat bewoners eigen woning hebben).

Page 92: GRS Tekstboek

ARCADIS Gedas NV Projectnummer: 07/2872

maart 2006 Bestand: s:\structuurplanning\rsp-kampenhout-2872\rapporten\5 - ontwerp\versie da\2872-rap-248b_bd.doc Pagina 92 van 191 Dossier: Ruimtelijk Structuurplan Gemeente Kampenhout - Ontwerp – Versie B

Daarnaast is er een behoefte van ca. 5 à 10 woningen voor gehandicapten en chronisch zieken in de dorpskern van Kampenhout zelf, omdat de uitbreidingsmogelijkheden in de Perksesteenweg te beperkt zijn.

NKRK qÜÉçêÉíáëÅÜ=~~åÄçÇ=~~å=ïççåãçÖÉäáàâÜÉÇÉå=

1.5.1. Bouwmogelijkheden langs uitgeruste wegen

Bouwpercelen in een goedgekeurde niet-vervallen verkaveling (ongeacht de bestemming in een bestemmingsplan) hebben een ‘directe bouwtitel’. Er kan bij wijze van spreken op vandaag een stedenbouwkundige vergunning worden verleend. Dit geldt dan ook weer voor de bouwpercelen die niet in een goedgekeurde verkaveling liggen, maar een woonbestemming hebben door een bestemmingsplan en gelegen zijn langs een voldoende uitgeruste weg. Alhoewel al deze percelen in principe bebouwd kunnen worden, moet men er rekening mee houden dat deze percelen maar mondjesmaat spontaan op de onroerend goed - markt worden aangeboden en effectief worden beschouwd.

Voor de berekening van de potentiële bouwmogelijkheden op onbebouwde uitgeruste percelen in en buiten verkavelingen werd uitgegaan van volgende berekeningsprincipes:

- voor de onbebouwde percelen in goedgekeurde verkavelingen, worden de verkavelings-voorschriften gevolgd en alzo het aantal woningen berekend

- voor de onbebouwde percelen met een woonbestemming wordt uitgegaan van de perceelsbreedten. De totale breedte van naast elkaar gelegen percelen langs een uitgeruste weg wordt gedeeld door referentiewaarden, afhankelijk van het bestaande woningtype in de onmiddellijke omgeving. De straatbreedtes die gehanteerd worden zijn: 6 m straatbreedte voor gesloten bebouwing, 10 m voor een perceel bestemd voor halfopen bebouwing, 15 m voor open bebouwing.

Tabel 14: Overzicht potentieel aantal bouwmogelijkheden op onbebouwde percelen met directe bouwtitel

Potentieel aantal bouwmogelijkheden gemeentelijke inventaris 1999

gerealiseerd 1999-2003

huidig aanbod (1/1/2003)

in goedgekeurde verkaveling 97 17 80

langs uitgeruste weg, niet in goedgekeurde verkaveling 612 95 517

totaal 709 112 597

1.5.2. Leegstand

Via de inventaris die gebeurd is in het kader van het Besluit van De Vlaamse regering van 2 april 1996 betreffende de heffing ter bestrijding van leegstand en verkrotting van gebouwen en/of woningen is het mogelijk de wijken met leegstand te lokaliseren. De totale gekende leegstand in Kampenhout bedraagt in 2000 17 eenheden. Dit betekent nog geen 0,5% van het totaal woningbestand.

1.5.3. Verdichtende vervangingsbouw

De gemeente gaat er van uit dat Kampenhout een landelijke gemeente is met weinig of geen traditie in het bouwen van meergezinswoningen. Ook naar de toekomst toe worden weinig ontwikkelingen inzake meergezinswoningen verwacht in de gemeente.

Page 93: GRS Tekstboek

ARCADIS Gedas NV Projectnummer: 07/2872

Bestand: s:\structuurplanning\rsp-kampenhout-2872\rapporten\5 - ontwerp\versie da\2872-rap-248b_bd.doc maart 2006 Dossier: Ruimtelijk Structuurplan Gemeente Kampenhout - Ontwerp – Versie B Pagina 93 van 191

1.5.4. Niet-uitgeruste bouwmogelijkheden voor ingesloten percelen in woonzone (inbreidingsgebieden)

Op basis van de KADSCAN, het gewestplan en de inventaris van de onbebouwde percelen werden een aantal ingesloten gebieden aangeduid in gemeente Kampenhout. Het gaat, met uitzondering van een gebied in Nederokkerzeel, om vrij kleine gebieden temidden van het bebouwingsweefsel. Vele van de binnengebieden zijn daardoor in gebruik als tuin, waardoor ze moeilijk te ontwikkelen zijn. De mogelijkheden in de inbreidingsgebieden zijn dan ook beperkt. Geschat wordt dat, tegen een minimale dichtheid van 15 woningen per ha, in theorie ca. 161 bouwkavels kunnen gerealiseerd worden. De kans dat deze zonder overheidsinitiatief op de markt komen is echter klein.

Tabel 15: Overzicht bouwmogelijkheden voor ingesloten percelen in woonzone (inbreidingsgebieden)

naam oppervlakte watertoets opmerkingen potentieel aantal bouwkavels

Dorpskern Kampenhout

KaWo 1 Kerkstraat

ca. 1,5 ha Gelegen in het centrum van Kampenhout, tussen N21 en historisch centrum; de mogelijkheden zijn echter beperkt door de configuratie en de structuur van de percelen (veel onteigening van tuinen nodig)

min. 22

KaWo 2 F. Verstraetenlaan

ca. 0,9 ha Kunnen niet aangesneden worden gezien de configuratie en de structuur van de percelen

min. 13

KaWo 3 Tiendeschuurstraat

ca. 0,5 ha

Deze gebieden liggen niet in een natuurlijk overstromingsgebied (NOG), noch in een recent overstromingsgebied (ROG).

Er stellen zich bijgevolg geen problemen inzake waterhuishouding bij een eventuele woonontwikkeling

In de dorpskern van Kampenhout gelegen ten zuiden van de N21; het gebied is onderdeel van een ruimer niet-ontwikkeld woonuitbreidingsgebied (KaWu 2) dat aansluit bij de middelbare school en nagenoeg volledig wordt omsloten door bebouwing; de wijk wordt afgesneden van het centrum van Kampenhout door N21 – Haachtsesteenweg

min. 7

Dorpskern Berg

BeWo 1 Bergstraat

ca. 0,7 ha Het gebied ligt niet in een NOG, noch in een ROG.

Beperkte mogelijkheden door configuratie van de percelen en de moeilijke ontsluiting

min. 10

Dorpskern Relst – Weisetterbos

ReWo 1 Hutstraat

ca. 1,5 ha Het gebied ligt niet in een NOG, noch in een ROG.

Binnengebied temidden de kern min. 22

WeWp 1 Sparrendreef

ca. 1,7 ha Het gebied ligt grotendeels in het alluvium (NOG) van de Weisetterbeek. Delen van het gebied werden eveens aangegeven als recent overstroomd (ROG)

Relatief ver verwijderd van de kern niet geschikt

Dorpskern Nederokkerzeel

NeWo 1 Peperstraat

ca. 1,8 ha kunnen niet aangesneden worden, gezien configuratie van de percelen

min. 27

NeWo 2 Bieneveld

ca. 4,0 ha

De gebieden liggen niet in een NOG, noch in een ROG.

Groot binnengebied temidden de kern.

In het oosten van het gebied, rond Peperstraat, ligt de archeologische site “Spaans Hof”, een site met walgracht.

min. 60

Totaal potentieel aantal bouwkavels in binnengebieden min. 161

Page 94: GRS Tekstboek

ARCADIS Gedas NV Projectnummer: 07/2872

maart 2006 Bestand: s:\structuurplanning\rsp-kampenhout-2872\rapporten\5 - ontwerp\versie da\2872-rap-248b_bd.doc Pagina 94 van 191 Dossier: Ruimtelijk Structuurplan Gemeente Kampenhout - Ontwerp – Versie B

1.5.5. Niet-uitgeruste bouwmogelijkheden voor percelen in woonuitbreidingsgebieden (uitbreidingsgebieden)

Andere bouwmogelijkheden situeren zich in de woonuitbreidingsgebieden. Het uitgangspunt is dat woonuitbreidingsgebieden reservegebieden zijn die in principe slechts voor realisatie in aanmerking komen na verwezenlijking van de woongebieden.

In onderstaande tabel worden alle niet gerealiseerde woonuitbreidingsgebieden in de gemeente Kampenhout opgelijst. Uit dit overzicht blijkt dat er nog heel veel potentiële bouwkavels aanwezig zijn in de gemeente. Geschat wordt dat, tegen een minimale dichtheid van 15 woningen per ha, in theorie ca. 445 bouwkavels kunnen gerealiseerd worden. In het richtinggevend deel zal aangetoont worden of het gewenst is om één of meerdere van deze gebieden geheel of gedeeltelijk aan te snijden.

Tabel 16: Overzicht bouwmogelijkheden in woonuitbreidingsgebied

naam oppervlakte watertoets opmerkingen potentieel aantal

bouwkavels

Dorpskern Kampenhout

KaWu 1 Molenveldweg

ca. 2,9 ha Het gebied lit niet in een NOG, noch in een ROG.

Het gebied kan onmiddellijk ontsloten worden, het betreft de verdere ontwikkeling van een bestaand sociaal woonproject.

min. .43

KaWu 2 Trits

ca. 4,5 ha Het gebied ligt niet in een NOG, noch in een ROG.

Het rechthoekig binnengebied kan goed ontsloten worden via de Tritsstraat en de Brouwerijstraat. Het gebied sluit goed aan bij het centrum en zijn openbare diensten en is op een loopafstand hiervan gelegen.

min. 67

KaWu 3 Tiendeschuurstraat

ca. 5,5 ha Ondanks dat het gebied grotendeels gelegen is langs de Weesbeek, ligt het niet in het alluvium (NOG), noch in een ROG. Bepaalde delen liggen mogelijks in het colluvium (NOG). Hierdoor zouden er mogelijks een aantal extra maatregelen kunnen opgelegd worden bij een ontwikkeling van het gebied.

Het gebied wordt door de Stationstraat opgesplitst in twee gebieden. Ontsluiting is mogelijk via de Stationsstraat, Voortstraat en Ter Bronnenlaan.

Aan het noordelijk gebied loopt de Weesbeek wat mag beschouwd worden als een waardevol groenelement.

In het gebied ten noorden van Stationstraat liggen twee site met walgracht van archeologisch belang: het betreft het kasteel van Ruisbeek en hof te Ruisbeek (een hoeve).

min. 82

Dorpskern Berg

BeWu 1 Lange Kerkweg

ca. 1,3 ha Het gebied ligt niet in een NOG, noch in een ROG.

Het gebied ligt achter een geïsoleerde sociale wijk en sluit aan bij een school.

min. 19

BeWu 2 Berg

ca. 10,4 ha Het gebied ligt niet in een NOG, noch in een ROG.

Het gebied sluit rechtstreeks aan op het dorpscentrum van Berg en ligt in de nabijheid van de voorzieningen.

Aansluitend bij Bergstraat ligt een site met archeologisch belang. Onder de grond ligt vermoedelijk een Romeinse Villa.

min. 156

Dorpskern Nederokkerzeel

NeWu 1 Dries

ca. 3,1 ha Het gebied is hoofdzakelijk begrensd door de tuinen van de omliggende bebouwing met in het noordoosten een open landbouwgebied.

min. 46

NeWu 2 List

ca. 6,3 ha

In het noorden van het WUG List en meer centraal in WUG Dries loopt de Leibeek. De gebieden zijn niet gelegen in het alluvium van deze beek, maar wel in het colluvium (zeer vochtig bij langdurige regenval). Mogelijks dienen hierdoor specifieke maatregelen opgelegd worden bij een eventuele woonontwikkeling.

Een nog ongeschonden weidelandschap min. 94

Totaal potentieel aantal bouwkavels min. 507

Page 95: GRS Tekstboek

ARCADIS Gedas NV Projectnummer: 07/2872

Bestand: s:\structuurplanning\rsp-kampenhout-2872\rapporten\5 - ontwerp\versie da\2872-rap-248b_bd.doc maart 2006 Dossier: Ruimtelijk Structuurplan Gemeente Kampenhout - Ontwerp – Versie B Pagina 95 van 191

Kaart 27: Situering van de wooninbreidings- en woonuitbreidingsgebieden

NKSK `çåÑêçåí~íáÉ=î~å=~~åÄçÇ=Éå=ÄÉÜçÉÑíÉ=

Raming marktaanbod

In de vooropgestelde planperiode zullen slechts een deel van deze percelen op de markt worden gebracht om de behoefte aan bijkomende woongelegenheden op te vangen. Er wordt aangenomen dat elke 5 jaar ca. 15% van de uitgeruste percelen op de markt verschijnt (cfr. omzendbrief inzake aansnijding woonuitbreidingsgebieden en opmaak woningbehoeftestudies). In recente verkavelingen ligt het realisatiepercentage vermoedelijk veel hoger. Vooropgesteld wordt dat ongeveer 40% op 5 jaar op de markt komt. In onderstaande tabel wordt ingeschat hoeveel percelen er theoretisch op de markt zouden komen in de planperiode 2003-2013.

Tabel 17: Raming uitgeruste percelen die op de markt verschijnen (2003 -2013)

2003-2007 2007-2013 2003-2013

totaal huidig aanbod 597 597 597

waarvan op de markt (bij benadering):

40 % op 5 jaar voor verkavelingen (80) 32 32 64

15 % op 5 jaar voor overige uitgeruste percelen (517) 77 77 154

totaal toekomstig aanbod op de markt 109 109 218

Confrontatie vraag en aanbod

Voor de planperiode 2003-2013 bedraagt het theoretisch marktaanbod 218 bouwkavels. De vraag aan bijkomende woningen in deze periode bedraagt 387 woningen. Voor de komende 10 jaar is er dus een tekort van ca. 169 woningen. Uit onderstaande tabel blijkt dat er zich vooral een tekort zal voordoen op kort termijn. Een bijsturing van het woonaanbod is daardoor gewenst.

Tabel 18: Confrontatie vraag en aanbod

2003-2007 2007-2013 2003-2013

totaal marktaanbod 109 109 218

totaal vraag aan bijkomende woningen 322 65 387

resultaat -213 44 -169

De schaarste kan mogelijkerwijze opgevangen worden door het aanbieden van kleinere kavels en verdichting in kernen voor te stellen. Het verdichten van de bestaande bebouwingspatroon kan enkel daar gebeuren waar het ruimtelijk wenselijk is. Het woonbeleid is immers een onderdeel van het ruimtelijk beleid van de gemeente Kampenhout. In het richtinggevend deel zal duidelijk aangegeven worden op welke manier de gemeente Kampenhout haar woonbeleid gaat sturen en ervoor zal zorgen dat er voldoende aanbod op de markt wordt gebracht voor de planperiode 2003-2007.

Page 96: GRS Tekstboek

ARCADIS Gedas NV Projectnummer: 07/2872

maart 2006 Bestand: s:\structuurplanning\rsp-kampenhout-2872\rapporten\5 - ontwerp\versie da\2872-rap-248b_bd.doc Pagina 96 van 191 Dossier: Ruimtelijk Structuurplan Gemeente Kampenhout - Ontwerp – Versie B

OK _baofgsfdebfa=

OKNK eÉêäçâ~äáë~íáÉÄÉÜçÉÑíÉ=ÄÉëí~~åÇÉ=EòçåÉîêÉÉãÇÉF=ÄÉÇêáàîÉå=

Gemeentelijke bedrijvenenquête

Om een beeld te krijgen van de ruimtebehoeften van bestaande bedrijven, werd in 2000 een gemeentelijke bedrijvenenquête uitgevoerd. Er hebben in totaal 145 bedrijven gereageerd op de enquête en een ingevuld exemplaar aan de gemeente toegestuurd. Er wordt van uitgegaan dat de bedrijven die niet hebben geantwoord geen relevante ruimtelijke problemen en/of wensen hebben.

12 bedrijven delen in de bedrijvenenquête mee dat ze wensen ter herlokaliseren. 4 daarvan willen geherlokaliseerd worden binnen de gemeente, 3 buiten de gemeente (reden: geen mogelijkheden binnen gemeente Kampenhout), 2 binnen Kampenhout of in een buurgemeente en 3 bedrijven geven geen plaats op. 11 bedrijven zijn lokale bedrijven, één bedrijf heeft een regionaal karakter.

Criteria voor het lokale karakter zijn: - max. oppervlakte van 5000 m² - tewerkstelling van het bedrijf - omvang van het bedrijf

Tabel 19: Bedrijven die herlokalisatiebehoefte hebben aangegeven

Bedrijf Activiteit Benodigde oppervlakte voor herlokalisatie

1 KBC kantoor diensten: komt niet in aanmerking voor een herlocalisatie naar een lokaal bedrijventerrein

2 Ando NV kantoormeubilair 0,16 ha

3 Vranckx Flor bouwsector 2,00 ha

4 Bvba Brood en Banket Bosmans brood- en banketbakkerij 0,40 ha

5 Les Maitres Confiseurs groothandel voeding 0,50 ha

6 BVBA Van Craenenbroeck 0,33 ha

7 Van Bellinghen BVBA bouwmaterialen - transport 0,38 ha

8 Kamtra BVBA meubelenvervoer herlokalisatie op eigen terreinen aan Kampenhout-Sas

9 NV Poels en Co 0,60 ha

10 BPB Chemicals BVBA groothandel, distributie 0,14 ha

11 BVBA Bakkerij Bergem bakkerij 0,12 ha

12 Connect Systems regionaal bedrijf

Totaal 4,63 ha

N.B. De bedrijvenenquête dateert reeds van 2000, maar is nog steeds relevant voor de behoefteraming inzake bedrijvigheid. Ondertussen zullen een aantal bijkomende bedrijven herlokalisatiebehoeften hebben, en omgekeerd zullen er ook een aantal bedrijven van de bovenstaande lijst zijn die geen herlokalisatiebehoeften meer hebben (bedrijf is reeds geherlokaliseerd, de activiteiten zijn stopgezet…)

Page 97: GRS Tekstboek

ARCADIS Gedas NV Projectnummer: 07/2872

Bestand: s:\structuurplanning\rsp-kampenhout-2872\rapporten\5 - ontwerp\versie da\2872-rap-248b_bd.doc maart 2006 Dossier: Ruimtelijk Structuurplan Gemeente Kampenhout - Ontwerp – Versie B Pagina 97 van 191

Herlokalisatiebehoefte zonevreemde bedrijven

Volgens een gemeentelijke inventarisatie zijn er te Kampenhout 30-tal bedrijven waarvan de activiteit niet in overeenstemming is met de zone waarin ze gelegen zijn; de bedrijven zijn dus zonevreemd. Dit aantal is indicatief, niet limitatief. Er kunnen dus nog zonevreemde bedrijven ontbreken in de inventaris. Er kunnen in het RUP zonevreemde bedrijven daarenboven ook nog bedrijven uitgezuiverd worden uit deze inventaris.

Er werd een gebiedsgerichte afweging uitgevoerd van deze zonevreemde bedrijven op basis van de ligging ten opzichte van open ruimtefuncties (natuur, landbouw, landschap, recreatie). Hieruit kwam er één bedrijf naar voren die hinder veroorzaakt voor het functioneren van de open ruimte en dus in aanmerking komt voor herlokalisatie. Dit bedrijf heeft zelf niet een herlokalisatie aangeven in het kader van de bedrijvenenquête. Het onderzoek in het kader van dit RUP zal uiteindelijk uitwijzen hoeveel bedrijven geherlokaliseerd dienen te worden.

OKOK _ÉÜçÉÑíÉê~ãáåÖ=îççê=åáÉìïÉ=ÄÉÇêáàîÉå=

Er werd een analyse uitgevoerd van de aanvragen voor bouwvergunningen voor de periode 1998-2002 voor bedrijfsgebouwen. Hieruit bleek dat over de vijf onderzochte jaren er een 7 – tal bedrijven op zoek waren naar een nieuwe bedrijfsruimte. Gaan we er vanuit dat het structuurplan wordt opgesteld voor een periode van 5 jaar, betekent dit dan dat er binnen de gemeente een reserve aan ruimte moet voorzien worden voor 7 nieuwe bedrijfspercelen.

OKPK pÅÜÉã~íáëÅÜ=çîÉêòáÅÜí=î~å=ÇÉ=êìáãíÉÄÉÜçÉÑíÉå=

Om aan de behoefte van middelgrote bedrijven te voldoen, moeten kavels worden voorzien met een standaardgrootte van 2.500 m². Hierop kan nog een reserve worden voorzien van 20 % voor toekomstige uitbreidingen van deze bedrijven. Wanneer het om een nieuw in te richten bedrijventerrein gaat, dan moet ook 20 % worden voorzien voor wegenis en andere voorzieningen. Dit brengt de totale perceelsoppervlakte op ongeveer 3.500 m².

Tabel 20: Overzicht ruimtebehoeften lokale bedrijvigheid 2003-2007

Aantal Nodige m² Totaal

Herlokalisatiebehoefte lokale bedrijven 9 2500m²

+20% voor latere uitbreidingen +20% voor wegenis

31.500 m²

(3,15 ha)

Herlokalisatiebehoefte zonevreemde bedrijven

1 onder voorbehoud

2500m²

+20% voor latere uitbreidingen +20% voor wegenis

3.150 m² onder voorbehoud

Behoefteraming voor nieuwe bedrijven 7 2500m²

+20% voor latere uitbreidingen +20% voor wegenis

24.500 m²

(2,45 ha)

Totaal 20 3500m² 5,90 ha

In totaal is er in de gemeente Kampenhout vraag naar ca. 5 ha vrije oppervlakte bedrijventerreinen om de bestaande lokale bedrijven te laten herlokaliseren en om een reserve op te bouwen voor de lange termijnbehoeften.

Page 98: GRS Tekstboek

ARCADIS Gedas NV Projectnummer: 07/2872

maart 2006 Bestand: s:\structuurplanning\rsp-kampenhout-2872\rapporten\5 - ontwerp\versie da\2872-rap-248b_bd.doc Pagina 98 van 191 Dossier: Ruimtelijk Structuurplan Gemeente Kampenhout - Ontwerp – Versie B

OKQK oìáãíÉÄÉÜçÉÑíÉå=êÉÖáçå~äÉ=ÄÉÇêáàîÉå=

Buiten de lokale behoeften zijn er in Kampenhout ook voor regionale bedrijven ruimtebehoeften.

Tabel 21: Overzicht ruimtebehoeften regionale bedrijvigheid 2003-2007

Regionaal bedrijf Nodige ruimte

Connect Systems (168 werknemers) 4 ha terreinoppervlakte 1 ha gebouwoppervlakte

NV Henkel (39 werknemers) wil uitbreiden ter plaatse, naar achterliggende terreinen

Gillemot transport (340 werknemers, rechtstreeks en indirect) dringende behoefte van 4 à 5 ha voor uitbreiding; uitbreiding eventueel splitsbaar

Covée nog geen concrete uitbreidingsbehoeften; het bedrijf kan uitbreiden op eigen terreinen; echter aantal hectare reserveren voor mogelijke uitbreiding van het bedrijf

Totaal 9 à 10 ha + uitbreiding van NV Henkel en Covée

Bovenstaande cijfers zijn als informatief te beschouwen, als signaal naar de hogere overheden dat er een dringende nood is aan ruimte voor regionale bedrijven binnen de gemeente Kampenhout.

OKRK p~ãÉåî~ííáåÖ=îê~~Ö=J=~~åÄçÇ=

Na analyse van het huidige bedrijventerrein Kampenhout-Sas is gebleken dat er nog ongeveer 22,3 ha industriegebied onontwikkeld is. De meeste van deze gronden zijn in particuliere eigendom. Het is dus noodzakelijk dat er een interactie plaatsvindt tussen de verschillende partijen. Zo kan er gestreefd worden naar een maximale invulling en een verantwoord ruimtegebruik van de nog te ontwikkelen gronden.

Als de vraag wordt verrekend met het aanbod dan kan worden vastgesteld dat voor de periode 2003-2007 een overschot aan industriegrond bestaat.

Page 99: GRS Tekstboek

ARCADIS Gedas NV Projectnummer: 07/2872

Bestand: s:\structuurplanning\rsp-kampenhout-2872\rapporten\5 - ontwerp\versie da\2872-rap-248b_bd.doc maart 2006 Dossier: Ruimtelijk Structuurplan Gemeente Kampenhout - Ontwerp – Versie B Pagina 99 van 191

abbi=RW hkbimrkqbkI=_baobfdfkdbkI=ht^ifqbfqbk=bk=mlqbkqfbp=

In dit deel worden enerzijds de knelpunten en bedreigingen besproken. Dit zijn veelal algemene of concrete problemen die zich in de gemeente voordoen en waarvoor een oplossing moet worden gezocht. Anderzijds worden de kwaliteiten en potenties besproken. Dit zijn aspecten of gebieden die mogelijkheden bieden voor toekomstige ontwikkelingen in de gemeente. Hierbij kan worden aangestipt dat de beoordeling naar knelpunten en kwaliteiten veelal zeer persoonlijk is, hierdoor kan eerder worden gesproken van “aandachtspunten”.

NK pb`qlo^ib=_bk^abofkd=

Open ruimte Knelpunten en bedreigingen Kwaliteiten en potenties

- In het verleden zijn er grote stukken van boscomplexen verkaveld tot woonpark. Dit veelal ten koste van het natuurlijk bosbestand.

- Door de ligging nabij de stedelijke polen Brussel, Leuven en Mechelen heeft Kampenhout te maken met een sterke suburbanisatiedruk. Hierdoor neemt lintbebouwing toe en vervagen de grenzen van de dorpskernen. Deze verstedelijkingdruk doet zich voornamelijk voor t.h.v. de doKampenhout en Berg.

- Lintbebouwingen zorgen ervoor dat de verschillende dorpskernen steeds meer naar elkaar toe groeien. Dit versnippert de open ruimte in de gemeente.

- Zonevreemde woningen, bedrijven en recreatie.

- Sterke achteruitgang van de dynamiek van de witloofteelt. Hierdoor komen witloofschuren leeg te staan of komen er andere functies in.

- Visuele vervuiling door aanwezigheid van leegstaande witloofschuren.

- Enkele boscomplexen, golfterrein en kasteelparken zijn niet opengesteld voor publiek.

- De Slipschool van de rijkswacht is gelegen in het ecologisch waardevolle Hellebos. Ook Ons Tehuis Brabant is gelegen in het Hellebos.

- Kampenhout is een gemeente met een veelheid aan open ruimte. Hierdoor is de gemeente gekenmerkt door een hoge woonkwaliteit.

- In Kampenhout zijn er waardevolle natuurreservaten en boscomplexen, zoals het Torfbroek, Ter Bronnen, Hellebos, Weisetter, Silsombos, …Torbroek – Ter Bronnen is een zeer waardevol natuurreservaat.

- In de gemeente is de landbouw economisch nog zeer belangrijk. De landbouw is één van de belangrijkste open ruimtefuncties in Kampenhout die in de toekomst zijn kansen moet kunnen benutten.

- Waardevol verheven open gebied ten zuiden van Nederokkerzeel (Grootveld).

- Verschillende beeldbepalende gebouwen in het open ruimtegebied.

- Kampenhout is een prachtige landelijke gemeente rijk aan natuurreservaten, bossen, beeklopen, kasteelparken, landelijke dorpskernen, … die als toeristische trekpleisters een aantrekkingskracht hebben binnen de driehoek Brussel-Leuven-Mechelen. Ook het kanaal, de jachthaven, de veiling en het witloofmuseum, het golfterrein,... hebben een toeristisch-recreatieve aantrekkingskracht.

Bebouwde ruimte Knelpunten en bedreigingen Kwaliteiten en potenties

- Het geluidsoverlast van de luchthaven in de omgeving van Nederokkerzeel.

- Enkele woonwijken zijn gelegen in vochtige gebieden. In de gemeente zijn er verschillende overstromingsgebieden aanwezig, te maken met de vele beeklopen die door de gemeente stromen.

- Kampenhout en Berg staan onder verstedelijkingsdruk vanuit het Brusselse. Relst, Nederokkerzeel en Buken daarentegen zijn meer landelijke kernen. Dit biedt potenties voor een gedifferentieerd woonbeleid.

- Diversiteit in woonaanbod: sociale woningen, residentiële woonwijken, woonparken…

- Woningen die volledig of gedeeltelijk opgebouwd zijn uit de Diegemse steen zijn in cultuurhistorische opzicht een meerwaarde voor de gemeente.

Page 100: GRS Tekstboek

ARCADIS Gedas NV Projectnummer: 07/2872

maart 2006 Bestand: s:\structuurplanning\rsp-kampenhout-2872\rapporten\5 - ontwerp\versie da\2872-rap-248b_bd.doc Pagina 100 van 191 Dossier: Ruimtelijk Structuurplan Gemeente Kampenhout - Ontwerp – Versie B

- Handelszaken vestigen zich meer en meer langs de meer autogerichte Haachtsesteenweg en Leuvense/Mechelsesteenweg in plaats van in de dorpscentra.

- Het winkelen verschuift naar de buurgemeenten (vooral Herent en Haacht) en de steden Mechelen, Vilvoorde en Leuven.

-

- Onefficiënt ruimtegebruik van de bedrijventerreinen aan Kampenhout-Sas.

- Nabijheid van de stedelijke polen Brussel, Leuven en Mechelen; voldoende werkgelegenheid in Kampenhout en omgeving.

- Goede bereikbaarheid van de bedrijventerreinen aan Kampenhout-Sas via de N26, N21 en het kanaal Leuven-Dijle.

- Door de aanwezigheid van het Kanaal Leuven-Dijle is er ontwikkeling van watergebonden bedrijvigheid mogelijk.

Verkeer en vervoer Knelpunten en bedreigingen Kwaliteiten en potenties

- Files tijdens de spitsmomenten op de N -wegen belemmeren een vlotte doorstroming en veroorzaken sluikverkeer doorheen de gemeente.

- In Kampenhout-Sas zijn er tijdens de spitsuren kilometerslange files naar alle richtingen.

- Ontbreken van een sluitend fietsnetwerk en de slechte staat van een aantal fietspaden.

- Objectieve en subjectieve verkeersonveiligheid in de schoolomgevingen, op de landelijke wegen en vooral op en rond de beide gewestwegen.

- De gewestwegen zorgen voor een goede ontsluiting van de gemeente met Brussel, Zaventem, Leuven, Mechelen en Haacht.

- De gewestwegen hebben de potentie om een hoogwaardig openbaar vervoersnetwerk op te vangen.

- Het kanaal Leuven-Dijle geeft een boeiende fietsverbinding met Leuven en Mechelen.

OK _bk^abofkd=mbo=abbiorfjqb=

Kerngebied Kampenhout-Berg Knelpunten en bedreigingen Kwaliteiten en potenties

- Deze deelruimte wordt gekenmerkt door een sterk aaneengegroeid bebouwingspatroon.

- De vier bebouwingsentiteiten in deze deelruimte zijn vrij sterk naar elkaar toe gegroeid.

- Functioneel vullen de vier bebouwingsentiteiten (Kampenhout, Berg, woonpark Rood Klooster en Ter Bronnen) elkaar aan.

- Kampenhout - centrum kampt met een tekort aan winkels en diensten (centrumfuncties): enkele café’s, enkele banken, één winkeltje,… Het centrum verliest zijn sociale en functionele betekenis. Het winkelen gebeurt in een warenhuis aan de Haachtsesteenweg (ver uit het centrum) ofwel in de omliggende steden. Cafés en horeca vestigen zich aan de steenwegen.

- Er zijn potenties om centrumfunctie van Kampenhout te versterken.

- Rustig, residentieel wonen zowel in Kampenhout als in Berg.

- Kampenhout heeft potenties inzake wonen en woonondersteunende voorzieningen als hoofdkern van de gemeente. Berg heeft – gezien de residentiële uitstraling - vooral potenties inzake wonen. Berg is daarnaast voorzien van enkele woonondersteunende functies (sportinfrastructuur, school, enz.).

- Voldoende open gebieden in de dorpskernen van Kampenhout en Berg om aan inbreiding te doen.

Page 101: GRS Tekstboek

ARCADIS Gedas NV Projectnummer: 07/2872

Bestand: s:\structuurplanning\rsp-kampenhout-2872\rapporten\5 - ontwerp\versie da\2872-rap-248b_bd.doc maart 2006 Dossier: Ruimtelijk Structuurplan Gemeente Kampenhout - Ontwerp – Versie B Pagina 101 van 191

Relst - Wilder Knelpunten en bedreigingen Kwaliteiten en potenties

- De Haachtsesteenweg heeft Relst opgesplitst naar enerzijds het historisch dorpscentrum ten zuiden en de sociale woonwijk ten noorden van de Haachtsesteenweg.

- Sluikverkeer vanaf de N26 en N21.

- Historisch gegroeide dorpskern langs de Aarschotsebaan wat nagenoeg autochtoon is gebleven. Dit vertaalt zich in een goed gemeenschapsleven.

- Het park van Relst aan kasteel van Opstal heeft landschappelijke waarden.

- Een veelheid aan beeklopen die opgewaardeerd kunnen worden

- Het golfterrein toegankelijker maken is een meerwaarde voor de bevolking.

- Relst heeft toeristisch-recreatieve potenties door de landelijke uitstraling van de dorpskern zelf, door de aanwezigheid in de omgeving van boscomplexen, beeklopen, kasteelparken, het golfterrein, … en door de nabijheid van Kampenhout-Sas, met de jachthaven, het kanaal, de veiling en het witloofmuseum.

Kampenhout-Sas Knelpunten en bedreigingen Kwaliteiten en potenties

- Afnemende bereikbaarheid van de industriezone Kampenhout-Sas.

- Ontsluiting van het bedrijventerrein

- Conflict bedrijven -wonen (Haacht) en infrastructuur -wonen.

- Aantrekkingskracht handelslint langs Mechelsesteenweg

- Potenties voor het ontwikkelen van recreatie.

- Het kanaal gebruiken als alternatief vervoersmiddel voor industrieel vrachtvervoer (er is geen milieuvervuilende industrie aanwezig).

- Grote werkgelegenheidspool voor de gemeente.

- Door efficiënt ruimtegebruik kunnen er meer gronden vrijgemaakt worden voor bedrijvigheid vooraleer uit te breiden naar ongeschonden gebieden.

- De ontwikkeling van een openbaar vervoersknooppunt met carpool en Park en Ride faciliteiten.

- De aanleg van twee rotondes ter verbetering van de verkeersafwikkeling.

Kaart 28: Knelpunten en bedreigingen

Kaart 29: Kwaliteiten en potenties

Page 102: GRS Tekstboek
Page 103: GRS Tekstboek

ARCADIS Gedas NV Projectnummer: 07/2872

Bestand: s:\structuurplanning\rsp-kampenhout-2872\rapporten\5 - ontwerp\versie da\2872-rap-248b_bd.doc maart 2006 Dossier: Ruimtelijk Structuurplan Gemeente Kampenhout - Ontwerp – Versie B Pagina 103 van 191

of`eqfkddbsbka=abbi=

abbi=NW sfpfb=lm=ab=orfjqbifghb=lkqtfhhbifkd=

NK rfqd^kdpmrkqbk=

RSV en RSVB als kader

De gewenste ruimtelijke ontwikkeling van Kampenhout wordt uitgewerkt binnen de lijnen en beperkingen van het Ruimtelijk Structuurplan Vlaanderen en het Ruimtelijk Structuurplan Provincie Vlaams-Brabant. Volgens de decretale bepalingen moet het lagere plan zich richten naar de hogere plannen. De kans op tegenstrijdigheden tussen het gemeentelijk structuurplan en de hogere plannen wordt hierdoor uitgesloten. De gemeente Kampenhout wil het provinciaal ruimtelijk structuurplan verder uitwerken, verfijnen en, indien nodig, geargumenteerd hiervan afwijken.

Werken aan ruimtelijke kwaliteit

De essentie van een ruimtelijk structuurplan is het streven naar ruimtelijke kwaliteit. Daarmee wordt de kwaliteit van de leefomgeving en van de verschillende aanwezige activiteiten bedoeld. Werken aan kwaliteit van de ruimte is één van de manieren om te werken aan een goede samenleving. Een hoge ruimtelijke kwaliteit betekent dat verschillende activiteiten goed functioneren en dat zij optimaal functioneren ten opzichte van elkaar.

Duurzame ruimtelijke ontwikkeling

Duurzame ontwikkeling is een ontwikkeling, die voorziet in de behoeften van de huidige generatie, zonder daarmee voor de toekomstige generaties de mogelijkheid in gevaar te brengen om ook in hun behoeften te voorzien. Het is met andere woorden een ontwikkeling, die problemen en knelpunten niet voor zich uitschuift en niet afwentelt op toekomstige generaties.

Duurzame ruimtelijke kwaliteit houdt in dat oplossingen voor ruimtelijke problemen kaderen in een langetermijnperspectief. Dit perspectief biedt een kader waarin de stabiliteit van structuren en van systemen wordt afgewogen tegen de noodzaak tot verandering en vernieuwing.

De ruimte is schaars ten opzichte van de talrijke menselijke behoeften en activiteiten. Hierdoor is het noodzakelijk om zuinig om te springen met de ruimte. Dit betekent dat de open ruimte en de natuurlijke elementen binnen deze ruimte maximaal moeten worden beschermd. Verdichting, inbreiding en bundeling van activiteiten zijn de basisvoorwaarden voor een duurzame ruimtelijke ontwikkeling.

Het verweven van functies draagt bij tot een zuinig ruimtegebruik en tot een duurzame ruimtelijke ontwikkeling. Functieverweving zorgt dat meerdere functies en activiteiten op verschillende manieren of tijdstippen gebruik maken van dezelfde ruimte. Dat verhoogt de efficiëntie van gebouwen, infrastructuur, pleinen… en spreidt de kosten over een groter aantal gebruikers. Door de verweving van wonen, werken, recreatie en voorzieningen verlaagt de behoefte aan verplaatsingen of kunnen deze eenvoudiger te voet of met de fiets gebeuren en kan openbaar vervoer beter worden georganiseerd.

Page 104: GRS Tekstboek

ARCADIS Gedas NV Projectnummer: 07/2872

maart 2006 Bestand: s:\structuurplanning\rsp-kampenhout-2872\rapporten\5 - ontwerp\versie da\2872-rap-248b_bd.doc Pagina 104 van 191 Dossier: Ruimtelijk Structuurplan Gemeente Kampenhout - Ontwerp – Versie B

Diversiteit en samenhang

Geen enkele gemeente bestaat uit een homogene ruimte. Binnen het grondgebied van Kampenhout kunnen verschillende deelgebieden worden onderscheiden, elk met hun eigen kwaliteiten en potenties. Ook de woonkernen zijn verschillend van aard en kunnen niet op dezelfde manier worden ontwikkeld. Deze diversiteit is een kwaliteit en moet in het structuurplan worden bevestigd en versterkt. Er zal optimaal worden ingespeeld op de eigen ontwikkelingsmogelijkheden en de eigen karakteristieken van de betrokken deelgebieden.

Samenhang kan worden beschouwd als een aanvulling op diversiteit. Een verregaande diversiteit kan de samenhang tussen de verschillende deelgebieden in gevaar brengen. De natuurlijke structuur (beeklopen, groenstructuren, reliëf…) stopt niet aan de grenzen van de deelgebieden. Verkeersinfrastructuren verbinden gebieden met elkaar. Kleinere woonkernen hebben functionele banden met elkaar en met het centrum. Het zoeken naar structurerende elementen, die samenhang tussen de verschillende deelgebieden bevorderen, zal een aandachtspunt zijn binnen het kader van het gemeentelijk ruimtelijk structuurplan.

Page 105: GRS Tekstboek

ARCADIS Gedas NV Projectnummer: 07/2872

Bestand: s:\structuurplanning\rsp-kampenhout-2872\rapporten\5 - ontwerp\versie da\2872-rap-248b_bd.doc maart 2006 Dossier: Ruimtelijk Structuurplan Gemeente Kampenhout - Ontwerp – Versie B Pagina 105 van 191

OK h^jmbkelrqW=tlkbk=fk=bbk=i^kabifghb=ljdbsfkd=

De toekomstige rol van de gemeente Kampenhout wordt op een heldere manier in bovenstaande zin weergegeven. Dit komt voort uit de kenmerken, kwaliteiten en kansen van de bestaande ruimtelijke structuur en de sociaal – functionele verweving van de gemeente met haar ruimere omgeving.

Kampenhout is gelegen tussen de stedelijke polen Brussel, Leuven en Mechelen. Als buitengebiedgemeente stelt Kampenhout het contrast met deze stedelijke gebieden scherp. Kampenhout wenst zich te ontwikkelen als een woongemeente met aandacht voor de open ruimtekwaliteiten.

Ondanks de grote druk, die de gemeente door zijn ligging ten aanzien van de stedelijke gebieden kent, op de open ruimte, wenst de gemeente zich voornamelijk als landelijke woongemeente te ontwikkelen. Hierbij wenst de gemeente zich te richten op de lokale woonbehoeften en naar het valoriseren van de woonkwaliteiten in de gemeente. Daarnaast wenst ze de vraag naar residentieel wonen te kanaliseren en plekken aan te duiden waar aan verdichting kan gewerkt worden.

Het kerngebied Kampenhout-Berg vormt duidelijk een sterk bebouwd gebied, welke overgaat in de bebouwde ruimte van Steenokkerzeel. Hier zal een aanbodbeleid inzake wonen worden gevoerd. In de andere kernen en in de omliggende open ruimte zullen de ontwikkelingen beperkt worden en gericht worden op de ruimtelijke kwaliteiten van de dorpskernen en de open ruimte.

Grootschalige economische ontwikkelingen in Kampenhout worden gebundeld naar de bestaande grootschalige bedrijventerreinen ter hoogte van Kampenhout-Sas. Hier komen de belangrijkste infrastructuren doorheen de gemeente samen, waardoor een goede ontsluiting is gegarandeerd: N21, N26 en kanaal Leuven-Dijle. Om de lokale vraag naar bedrijventerreinen op te vangen, wordt er aan het hoofddorp Kampenhout een lokaal bedrijventerrein voorzien.

Kampenhout positioneert zich als onderdeel van een ruimer buitengebied, dat zich tussen de stedelijke gebieden Brussel, Leuven en Mechelen situeert. Hierbij wordt de nadruk op het bewaren en versterken van de natuur-, bos- en landbouwfunctie in de open ruimtegebieden gelegd. Te behouden en te versterken zijn het netwerk van beeklopen (Weesbeek, Barebeek, Dodebeek, Weisetterbeek...), de verschillende natuurreservaten en boscomplexen (die verbonden zijn met dit netwerk van beeklopen), structurerende open landbouwgebieden in het zuiden en oosten van de gemeente, beeldbepalende elementen…

Kampenhout heeft door zijn cultuurhistorische en landschappelijke kwaliteiten, zijn ligging in de witloofstreek, in de nabijheid van stedelijke gebieden en aan het kanaal Leuven-Dijle ook een belangrijke toeristisch-recreatieve potentie. Kampenhout zal samen met de kern Relst verder ontwikkeld worden als toeristisch-recreatief knooppunt in de gemeente. Binnen de open ruimte wordt het recreatief ruimtegebruik (wandelen en fietsen) verder ondersteund.

Page 106: GRS Tekstboek

ARCADIS Gedas NV Projectnummer: 07/2872

maart 2006 Bestand: s:\structuurplanning\rsp-kampenhout-2872\rapporten\5 - ontwerp\versie da\2872-rap-248b_bd.doc Pagina 106 van 191 Dossier: Ruimtelijk Structuurplan Gemeente Kampenhout - Ontwerp – Versie B

PK _^pfpalbipqbiifkdbk=

Het is de betrachting van Kampenhout om een kwaliteitsvol ruimtelijk beleid te voeren. De visie op de ruimtelijke ontwikkeling van Kampenhout baseert zich hiervoor op de volgende doelstellingen:

Uitbouwen van leefbare en levendige dorpskernen

Uitbouwen van leefbare en levendige dorpskernen kan op verschillende manieren worden ingevuld. Zo kan een herinrichting van het openbaar domein, het versterken van voorzieningen en functies, het op peil houden van de kwaliteit van de woningen, het afremmen van de snelheid van het autoverkeer, het behoud van het evenwicht in de verweving van functies… bijdragen tot een leefbare en levendige dorpskern.

Maatregelen en acties voor het versterken van de leefbaarheid en de levendigheid in de dorpskern moeten per dorpskern bekeken worden en zullen telkens anders ingevuld moeten worden.

Het selectief uitbouwen van functies en voorzieningen

De gemeente Kampenhout kent een gevarieerd aanbod aan functies en voorzieningen, zowel van bovenlokaal als lokaal niveau. De lokale functies en voorzieningen zijn veelal verenigbaar op hun huidige locatie. De bovenlokale functies en voorzieningen zijn veelal historisch op hun locatie gegroeid. Van bovenlokaal niveau zijn het handelslint langs de N26, de bedrijventerreinen aan Kampenhout-Sas, de golfterreinen van Golf Club Kampenhout, de jachthaven aan Kampenhout-Sas en Ons Tehuis Brabant. Niet al deze functies kunnen op dezelfde manier ontwikkeld worden.

Voor de toekomstige ontwikkeling van deze voorzieningen zal er rekening moeten gehouden worden met de ligging van deze elementen ten aanzien van de structuren van de open ruimte of de bebouwde ruimte. De meeste elementen zullen op hun huidige locatie behouden kunnen blijven. Een verdere ontwikkeling dient gebiedsgericht onderzocht te worden. Ontwikkelingen die hinder veroorzaken dienen geherlokaliseerd te worden.

Het vrijwaren van de open ruimte

De open ruimte is een belangrijk onderdeel van de aantrekkingskracht op de bewoners en recreanten in de gemeente Kampenhout. Om deze aantrekkingskracht te bewaren dient de open ruimte zo goed mogelijk gevrijwaard te worden van nieuwe ontwikkelingen. Nieuwe ontwikkelingen sluiten - waar mogelijk - aan bij de dorpskernen. Bestaande functies in de open ruimte zullen gebiedsgericht benaderd worden. In de gemeente zijn er een aantal belangrijke natuurgebieden aanwezig. Het vrijwaren van deze gebieden staat voorop. Het landbouwareaal in de gemeente Kampenhout staat onder druk; als gevolg van schaalvergroting en het wegvallen van kleinere landbouwbedrijven liggen er een aantal gronden braak. De mogelijkheid tot het uitoefenen van landbouwactiviteiten moet behouden blijven.

Versterken van het toeristisch-recreatief aanbod

De gemeente wenst haar toeristisch-recreatief aanbod verder uit te bouwen. Aandacht gaat hier voornamelijk naar het recreatief medegebruik van de open ruimte en van de kernen.

Uitbouwen van mogelijkheden voor lokale bedrijvigheid

De ontwikkeling van een lokaal bedrijventerrein heeft tot doel bestaande bedrijven te herlokaliseren alsook nieuwe lokale bedrijven een goede vestigingsmogelijkheid te bieden. De ontwikkeling van een bedrijventerrein zal onder meer tot gevolg hebben dat bedrijven die hinderlijk zijn voor het wonen kunnen herlokaliseren naar een locatie buiten de kern, wat de leefbaarheid ten goede zal komen.

Page 107: GRS Tekstboek

ARCADIS Gedas NV Projectnummer: 07/2872

Bestand: s:\structuurplanning\rsp-kampenhout-2872\rapporten\5 - ontwerp\versie da\2872-rap-248b_bd.doc maart 2006 Dossier: Ruimtelijk Structuurplan Gemeente Kampenhout - Ontwerp – Versie B Pagina 107 van 191

abbi=OW orfjqbifghb=mofk`fmbp=bk=orfjqbifghb=`lk`bmqbk=

Rekening houdend met de beoogde doelstellingen worden een aantal ruimtelijke principes vooropgesteld. Deze ruimtelijke principes vormen de kapstok voor de verdere uitwerking van de gewenste ruimtelijke structuur van de gemeente.

NK kbqtboh=s^k=_bbhilmbk=^ip=_^pfp=sllo=p^jbke^kd=lmbk=orfjqb=

Het netwerk van beeklopen zijn belangrijke dragers voor de natuurlijke structuur in Kampenhout. Ze worden verder ontwikkeld en versterkt. Langs dit netwerk van beeklopen zijn ook de belangrijkste natuurreservaten en boscomplexen gelegen. Deze natuur- en bosstructuren worden zoveel mogelijk verbonden tot een samenhangend geheel door dit netwerk van beeklopen.

Daarnaast spelen de beeklopen een belangrijke rol in het beheersen van de overstromingsproblematiek.

Landschappelijk zijn de beeklopen eveneens van belang. Ze bepalen – samen met de erlangs gelegen natuurreservaten en boscomplexen - het uitzicht van de gemeente Kampenhout.

Uit dit alles kunnen we stellen dat de beeklopen belangrijke structurerende elementen zijn in de gemeente.

OK h^jmbkelrq=bk=_bod=^ip=hbokdb_fba=_fkkbk=dbjbbkqb=

De kernen Kampenhout en Berg maken deel uit van dit sterk bebouwd gebied, dat zich in de gemeente Kampenhout situeert in de omgeving van de Haachtsesteenweg. Naast de dorpskernen Kampenhout en Berg zijn er nog een tweetal bebouwingsentiteiten die hierbij aansluiten, namelijk de omgeving Ruisbeek (nabij dorpskern Kampenhout) en het woonpark Ter Bronnen (nabij dorpskern Berg). De verschillende bebouwingsentiteiten zijn vrij sterk naar elkaar toe gegroeid.

Het gebied van de kernen Kampenhout en Berg is het meest geschikt om bijkomende ruimtebehoeften op te vangen zonder het landschappelijke karakter verder te beschadigen. Daarom worden ontwikkelingen inzake wonen, woonondersteunende voorzieningen, lokale bedrijvigheid, maximaal naar het kerngebied Kampenhout-Berg gebundeld.

De ruimtelijke kwaliteiten van de kernen Relst, Nederokkerzeel en Buken situeren zich in het landelijke karakter. Deze landelijke kernen worden omringd door waardevolle open ruimtegebieden. In de toekomst wordt de eigenheid van deze kernen verder versterkt, wordt verhinderd dat ze naar elkaar toe groeien en worden de kwaliteiten van de kernen uitgespeeld.

Page 108: GRS Tekstboek

ARCADIS Gedas NV Projectnummer: 07/2872

maart 2006 Bestand: s:\structuurplanning\rsp-kampenhout-2872\rapporten\5 - ontwerp\versie da\2872-rap-248b_bd.doc Pagina 108 van 191 Dossier: Ruimtelijk Structuurplan Gemeente Kampenhout - Ontwerp – Versie B

PK bbk=dbafccbobkqfbboa=_bibfa=fkw^hb=b`lkljfp`eb=lkqtfhhbifkdbk=

Nieuwe ontwikkelingen rond bedrijvigheid genereren bijkomend verkeer. Voor de gemeente Kampenhout is het daarom belangrijk dat een bedrijventerrein nauw aansluit bij de bovenlokale verbindingswegen, namelijk de secundaire wegen N21 en N26. In Kampenhout-Sas, waar de N21 en N26 samen komen, is er een grootschalig bedrijventerrein aanwezig. Dit bedrijventerrein is ruimtelijk-economisch verder te versterken. Daarnaast wenst de gemeente een lokaal bedrijventerrein te realiseren aan het hoofddorp Kampenhout, nabij de N21. Op elk bedrijventerrein zullen een bepaalde soort bedrijven gebundeld worden:

De gemeente wenst ter hoogte van Kampenhout-Sas de nadruk te leggen op grootschalige of verkeersaantrekkende bedrijvigheid. De provincie beschouwt Kampenhout-Sas als een specifieke economische entiteit. Door de aanwezigheid van het kanaal moeten de potenties voor watergebonden bedrijvigheid maximaal worden benut.

Tussen de Van Beethovenlaan en de Haachtsesteenweg, aansluitend bij het hoofddorp Kampenhout, wordt een lokaal bedrijventerrein gerealiseerd voor kleinschalige lokale bedrijven (ambachtelijke en KMO).

QK ^^ka^`eq=sllo=ab=afsbopfqbfq=s^k=ab=lmbk=orfjqbdb_fbabk=

Het fysisch systeem heeft ervoor gezorgd dat er in Kampenhout duidelijk verschillende open ruimtegebieden kunnen onderscheiden worden. Het is de bedoeling van de gemeente om de specifieke kwaliteiten van elk open ruimtegebied te ondersteunen en te versterken zodat er een grote diversiteit in de gemeente aanwezig blijft. Hierdoor versterkt de gemeente zich als toeristisch-recreatieve gemeente en onderdeel van een ruimer buitengebied, dat gelegen is tussen de stedelijke gebieden Brussel, Leuven en Mechelen.

RK h^jmbkelrq=bk=obipq=^ip=qlbofpqfp`eJob`ob^qfbsb=hkllmmrkqbk=_fkkbk=ab=dbjbbkqb=

Ter versterking van de toeristisch-recreatieve potenties van de gemeente wordt de kern Kampenhout uitgebouwd als uitvalsbasis voor het toerisme in de gemeente. De brede zone van het Sas (jachthaven, tuinbouwveiling BRAVA, witloofmuseum, camping Véronique) - Weisetterbos – Relst (cultuurhistorisch erfgoed) – Wilder (cultuurhistorisch erfgoed, golfterreinen) – Silsombos heeft heel wat potenties voor zachte recreatie en wordt ondersteund door het lokaal toeristisch-recreatief knooppunt Relst. De nadruk ligt op cultuurhistorisch toerisme en zachte recreatie (wandelen en fietsen).

Page 109: GRS Tekstboek

ARCADIS Gedas NV Projectnummer: 07/2872

Bestand: s:\structuurplanning\rsp-kampenhout-2872\rapporten\5 - ontwerp\versie da\2872-rap-248b_bd.doc maart 2006 Dossier: Ruimtelijk Structuurplan Gemeente Kampenhout - Ontwerp – Versie B Pagina 109 van 191

SK bbk=ef¦o^o`efp`e=tbdbkkbqtboh=jbq=bih=bbk=bfdbk=crk`qfb=

Teneinde de regionale ontsluiting en doorstroming veilig te stellen, en tegelijkertijd de leefbaarheid in de dorpen en woonlinten maximaal te vrijwaren, wordt een hiërarchisch netwerk van wegen vooropgesteld door middel van categorisering. Afhankelijk van de gewenste functie wordt de nadruk gelegd op de doorstroming dan wel de verblijfsfunctie, op de regionale functie dan wel de lokale functie. De N21(Haachtsesteenweg) en de N26 (Leuvensesteenweg – Mechelsesteenweg) vormen de belangrijkste verkeersdragers in de gemeente (secundaire wegen). Een vlotte verkeersdoorstroming op deze wegen is ook voor de inwoners van Kampenhout van groot belang. Tussen Kampenhout en Perk en tussen Berg, Nederokkerzeel en Erps-Kwerps worden lokale verbindingswegen weerhouden (lokale I). Voor de overige naburige kernen is een goede verbinding over het hogere wegennet (N21-N26) aanwezig. Tussen de verschillende dorpskernen van Kampenhout wordt een netwerk van lokale ontsluitingswegen vooropgesteld.

De ontwikkeling van de ruimtelijke structuur wordt afgestemd op de hiërarchie van de wegen.

Kaart 30: Gewenste ruimtelijke structuur Kampenhout

Page 110: GRS Tekstboek

ARCADIS Gedas NV Projectnummer: 07/2872

maart 2006 Bestand: s:\structuurplanning\rsp-kampenhout-2872\rapporten\5 - ontwerp\versie da\2872-rap-248b_bd.doc Pagina 110 van 191 Dossier: Ruimtelijk Structuurplan Gemeente Kampenhout - Ontwerp – Versie B

abbi=PW dbtbkpqb=orfjqbifghb=pqor`qrro=

NK dbtbkpqb=orfjqbifgh=Ó=k^qrroifghb=pqor`qrro=

NKNK açÉäëíÉääáåÖÉå=

- Vrijwaren en versterken van belangrijke natuurlijke structuren (natuurreservaten, boscomplexen), die onderdeel uitmaken van grotere structuren die de gemeente overschrijden.

- Uitbouwen van een natuurlijk netwerk door natuurverbindingen en verwevingsgebieden. - Beheersen van de overstromingsproblematiek.

NKOK `çåÅÉéíÉå=

Natuurreservaten en boscomplexen als belangrijke natuurlijke structuren

De natuurlijke structuur van Kampenhout wordt vooreerst getypeerd door het voorkomen van een aantal zeer waardevolle natuurreservaten, waarbij het Torfbroek en Ter Bronnen de meest waardevolle zijn. Daarnaast zijn er ook waardevolle boscomplexen zoals het Hellebos, Silsombos, Steentjesbos, Weisetterbos... Meestal zijn deze natuurlijke structuren geënt op een beekloop.

Het Torfbroek en Ter Bronnen, het Silsombos, de bossen rond de beekloop van Weesbeek en Molenbeek, het Hellebos en het Rotbos met de beekloop van de Dode Beek zijn geselecteerd als Habitatrichtlijngebied en zijn opgenomen in het VEN.

In deze gebieden wordt het behouden en versterken van de natuurwaarden vooropgesteld. De eigen specifieke kenmerken van de verschillende natuurlijke structuren dienen behouden te blijven.

Verbinden van natuurlijke structuren door netwerk van beeklopen

De belangrijke natuurlijke structuren in de gemeente, voornamelijk natuurreservaten en boscomplexen, worden met elkaar verbonden door een netwerk van beeklopen. De beeklopen vormen belangrijke verbindingen tussen ecologisch belangrijke gebieden.

Het verbinden van deze natuurlijke structuren – via de beeklopen – is van belang om hun geïsoleerd karakter te doorbreken en de diversiteit te behouden. Daarom worden de natuurwaarden in de beeklopen behouden en waar mogelijk versterkt.

Daarnaast spelen de beeklopen een belangrijke rol in het beheersen van de overstromingsproblematiek. Een ecologische inrichting en herstel van de beeklopen helpt ongewenste overstromingen in woonwijken te voorkomen.

Page 111: GRS Tekstboek

ARCADIS Gedas NV Projectnummer: 07/2872

Bestand: s:\structuurplanning\rsp-kampenhout-2872\rapporten\5 - ontwerp\versie da\2872-rap-248b_bd.doc maart 2006 Dossier: Ruimtelijk Structuurplan Gemeente Kampenhout - Ontwerp – Versie B Pagina 111 van 191

Natuurverweving in gebieden met belangrijke natuurlijke structuren

Het noordwesten en zuidoosten van de gemeente wordt getypeerd door de uitgesproken aanwezigheid van belangrijke natuurlijke structuren (boscomplexen, natuurreservaten). De onderlinge samenhang tussen deze natuurlijke structuren wordt verbeterd door in deze gebieden ter streven naar een verweving van natuur en landbouw.

NKPK dÉïÉåëíÉ=êìáãíÉäáàâ=J=å~íììêäáàâÉ=ëíêìÅíììê=

De gewenste ruimtelijk – natuurlijke structuur wordt samengesteld uit volgende elementen: - te versterken natuurreservaten en boscomplexen - te versterken beeklopen - natuurverwevingsgebieden - natuurverbindingselementen - open ruimtescharnier

Kaart 31: Gewenste ruimtelijk-natuurlijke structuur

Te versterken natuurreservaten en boscomplexen

Belangrijke natuurlijke structuren zijn: - Torfbroek - Ter Bronnen - Hellebos - Rotbos met de beekloop van de Dode Beek - Silsombos - bossen rond Wilder - Weisetterbos - Steentjesbos - Vijverbossen

Het Torfbroek, Ter Bronnen, het Silsombos, de bossen rond Wilder, het Hellebos en het Rotbos met de beekloop van de Dode Beek zijn geselecteerd als Habitatrichtlijngebied en zijn opgenomen in het VEN. Het Steentjesbos – Weisetterbos, Weisetterbos – Vijverbossen en Hellebos werden door de provincie aangeduid als natuurverbindingsgebied. Het beleid voor de verschillende natuurreservaten en boscomplexen zal dan ook grotendeels worden bepaald door hogere overheden. De beleidslijnen moeten dan ook als een suggestie naar de hogere overheden beschouwd worden.

Beleidsinitiatieven voor deze natuurlijke structuren zijn gericht op het behouden en versterken van de natuurwaarden. Dit betekent niet dat recreatief medegebruik in elk van deze gebieden uitgesloten is. Het is wenselijk dat de boscomplexen en natuurreservaten toegankelijk worden/ blijven voor de wandelaar. Gemotoriseerde sporten kunnen in deze gebieden niet getolereerd worden.

Te versterken beeklopen

Het netwerk van beeklopen omvat (delen van) volgende waterlopen en hun aanpalende gronden: - Weesbeek - Barebeek - Molenbeek

Page 112: GRS Tekstboek

ARCADIS Gedas NV Projectnummer: 07/2872

maart 2006 Bestand: s:\structuurplanning\rsp-kampenhout-2872\rapporten\5 - ontwerp\versie da\2872-rap-248b_bd.doc Pagina 112 van 191 Dossier: Ruimtelijk Structuurplan Gemeente Kampenhout - Ontwerp – Versie B

- Bergbeek - twee Leibeken - Weisetterbeek - Keibeek - Dode Beek

Voor de beeklopen ligt de nadruk op het behoud en de versterking van de natuurwaarden en het reguleren van de waterhuishouding.

Gezien het verschillend belang van de beeklopen wordt een gedifferentieerd beleid vooropgesteld. Voor alle beeklopen geldt evenwel dat verdere bebouwing/verhardingen (ook landbouwbedrijfsgebouwen) vermeden wordt uit hydrologische en ecologische redenen en dat het ecologisch functioneren van de verschillende beeklopen niet mag worden beperkt.

Ontwikkelingsperspectief voor de beeklopen van de Weesbeek, Barebeek, Molenbeek, Bergbeek, Weisetterbeek, Keibeek en Dode Beek

Bij deze beken staat het versterken van de ecologische waarde en de waterhuishouding voorop (o.a. enkel gebruik van waterdoorlatende materialen en/of biologisch afbreekbare voor oeverherstel wanneer noodzakelijk, realiseren van kleine overstromingsgebiedjes, indien mogelijk verwijdering van ongewenste harde oeverbeschermingsmaterialen, eventueel hermeandering en ecologisch herstel van de waterloop, behoud van bosrelicten en kleine landschapselementen, voorzien van natuurlijke oeverzones op plaatsen waar dit nog niet het geval is: graszone, moeraszone, bos/bomenrijzone, vrije zone). Vanuit de landbouw wordt er rekening gehouden met de beperkingen die – met het oog op het behoud en herstel van natuurwaarden – aan de bedrijfsvoering worden gesteld.

Door het behoud van de beplanting langs deze beken en door het versterken van de natuurlijke structuur waar nodig, kunnen deze beeklopen dienst doen als belangrijke verbindingen tussen ecologisch waardevolle gebieden.

De beeklopen van de Weesbeek en Barebeek werden door de provincie geselecteerd als natuurverbindingsgebied. Het beleid voor deze beeklopen zal dan ook grotendeels worden bepaald door hogere overheden. De beleidslijnen moeten dan ook als een suggestie naar de hogere overheden beschouwd worden.

Voor de beeklopen van gemeentelijk niveau zal de gemeente hiertoe initiatieven nemen gekaderd in het Natuur- en Landschapsproject “Groene Vallei Midden-Brabant”.

Ontwikkelingsperspectief voor de twee Leibeken

Deze beeklopen zijn gelegen in een voor de landbouw belangrijk gebied. Uitbreiding van de natuurwaarden langs deze beken door inname van landbouwgebieden is niet gewenst. Binnen hun huidige oppervlakte worden natuurwaarden behouden door beheersmaatregelen langs deze beken.

De gemeente zal hiertoe initiatieven nemen gekaderd in het Natuur- en Landschapsproject “Groene Vallei Midden-Brabant”.

Natuurverwevingsgebieden

Belangrijke natuurverwevingsgebieden zijn: - gebied Steentjesbos - Hellebos - gebied Wilder – Silsombos - Torfbroek

In de landbouwgebieden in het noordwesten en zuidoosten van de gemeente is een versterking van de natuurwaarden gewenst om meer samenhang te creëren tussen de belangrijke natuurlijke structuren (boscomplexen, natuurreservaten) die aanwezig zijn in het noordwesten en zuidoosten van de gemeente. Via het behoud en de creatie van een kleinschalig landschap met kleine landschapselementen, groenelementen langs beken en wegen, groen rond storende bebouwing, verspreide bosfragmenten, wordt gewerkt aan de verweving van landbouw en natuur.

Page 113: GRS Tekstboek

ARCADIS Gedas NV Projectnummer: 07/2872

Bestand: s:\structuurplanning\rsp-kampenhout-2872\rapporten\5 - ontwerp\versie da\2872-rap-248b_bd.doc maart 2006 Dossier: Ruimtelijk Structuurplan Gemeente Kampenhout - Ontwerp – Versie B Pagina 113 van 191

Natuurverbindingselementen

Belangrijke natuurverbindingselementen zijn: - kanaal Leuven – Dijle - bomenrij Haachtsesteenweg - Wilderse Dreef

Het gaat hier over structurerende lineaire groenelementen die zowel op het gebied van natuur (als verbindingselement) als op landschappelijk vlak een belangrijke betekenis hebben. De natuurwaarden in deze natuurverbindingselementen zijn te behouden en te versterken. Het kanaal Leuven – Dijle werd door de provincie geselecteerd als natuurverbindingsgebied. Het beleid voor dit natuurverbindingsgebied zal dan ook grotendeels worden bepaald door hogere overheden. zoekzone voor natuurverbinding Daarnaast is er een ontbrekende schakel om een aaneengesloten netwerk inzake de natuurlijke structuur te verwezenlijken. Deze ontbrekende schakel kan via het realiseren van natuurverbindingselementen (bv. kleine landschapselementen) worden gerealiseerd. Er wordt gestreefd naar de realisatie van natuurverbindingselementen tussen de beekloop van de Dode beek en de Weesbeek.

Open ruimtescharnier

Een aandachtspunt voor de versterking van de natuurlijke structuur in de gemeente vormt het open ruimtescharnier. Het open ruimtescharnier bestaat uit het kasteel van Ruisbeek en een open weide ten zuiden ervan, gelegen tussen de Stationsstraat en Weesbeek. In dit gebied komen verschillende elementen van de natuurlijke en landschappelijke structuur tezamen: de Wilderse Dreef, de beekloop van de Weesbeek en de groene woonparken Rood Klooster en Ter Bronnen.

De open ruimtescharnier vomt op deze manier een strategische locatie binnen de ontwikkeling van de natuurlijke en landschappelijk structuur. Deze bijzondere plek in de gemeente, waar het samenkomen van verschillende natuurlijke en landschappelijke elementen een kenmerk vormt, staat onder grote druk van de omliggende bebouwing. De plek dient in die zin met zorg en aandacht benaderd worden. Op perceelsniveau dient onderzocht te worden waar de natuurlijke en landschappelijke kenmerken kunnen behouden blijven en waar mogelijk versterkt worden. Tegelijk moet onderzocht worden hoe andere, hardere functies zoals wonen, recreatie… in deze omgeving kunnen geïntegreerd worden zonder de natuurlijke en landschappelijke kenmerken te schaden.

Volgende actiepunten dienen verder uitgewerkt te worden: - Vrijwaren van het park van het kasteel van Ruisbeek als parkgebied. - Open en groen houden van de open weide (woonuitbreidingsgebied) ten zuiden van het

kasteelpark. De zone wordt zeker niet bebouwd/verhard; gezien de ligging van de zone nabij een beekloop, is dit – vanwege de overstromingsproblematiek – niet wenselijk (hier buffercapaciteit ten voordele van het sportcentrum). Aan het gebied kan een recreatieve functie gegeven worden (wandelen, lopen).

Page 114: GRS Tekstboek

ARCADIS Gedas NV Projectnummer: 07/2872

maart 2006 Bestand: s:\structuurplanning\rsp-kampenhout-2872\rapporten\5 - ontwerp\versie da\2872-rap-248b_bd.doc Pagina 114 van 191 Dossier: Ruimtelijk Structuurplan Gemeente Kampenhout - Ontwerp – Versie B

OK dbtbkpqb=orfjqbifgh=J=^do^ofp`eb=pqor`qrro=

OKNK açÉäëíÉääáåÖÉå=

- Maximaal openhouden van ontwikkelingskansen voor de landbouw. - Veiling als structurerend en ondersteund onderdeel van de agrarische sector in de regio.

OKOK `çåÅÉéíÉå=

Verweven landbouw in gebieden met belangrijke natuurlijke structuren

In het noordwesten en zuidoosten van de gemeente komt landbouw nog in belangrijke mate voor; de landbouwgronden worden nog vrij intensief bewerkt. De gebieden worden echter ook gekenmerkt door een uitgesproken aanwezigheid van belangrijke natuurlijke structuren. In deze gebieden wordt gestreefd naar een verweving van landbouw en natuur. Dit betekent dat er gestreefd wordt naar het bestendigen van het agrarisch grondgebruik ten behoeve van de beroepslandbouw, mits er zorg wordt gedragen voor het behoud en de creatie van natuur- en landschapselementen. Het gaat om: - gebied Steentjesbos - Hellebos - gebied Wilder – Silsombos - Torfbroek

In het gebied Wilder – Silsombos - Torbroek zijn er ook potenties voor verweefbare recreatieve functies.

Grondgebonden landbouw in open landbouwgebieden

Twee gebieden in Kampenhout worden gekenmerkt door de grote aaneengeslotenheid van landbouwpercelen. Tegelijkertijd gaat het om heel open gebieden, waar naast verspreide landbouwzetels weinig andere bebouwing voorkomt. Het gaat om: - gebied Buken – het Sas - Grootveld Gezien het belang van deze gebieden voor de landbouw wordt er gestreefd naar het bestendigen van het agrarisch grondgebruik ten behoeve van de beroepslandbouw. Omwille van het open karakter van deze gebieden wordt de omschakeling naar grondloze landbouwactiviteiten zoveel mogelijk vermeden.

Kleinschaliger en versnipperde landbouw in de open ruimtekamers

Deze gebieden bestaan hoofdzakelijk uit open ruimtekamers die ingesloten liggen tussen verschillende woonlinten en woongebieden. De open ruimtekamers situeren zich in het dicht bebouwd gebied rond de Haachtsesteenweg. Deze kleinschaliger en meer versnipperde landbouwgebieden hebben een beperktere waarde voor de landbouw, gezien hun omvang en versnipperd karakter. Er wordt – buiten de beeklopen - gestreefd naar het mogelijk houden van landbouw in de open ruimtekamers. Deze gebieden zijn geschikt voor hobbylandbouw en voor bepaalde vormen van structurele verbreding.

Page 115: GRS Tekstboek

ARCADIS Gedas NV Projectnummer: 07/2872

Bestand: s:\structuurplanning\rsp-kampenhout-2872\rapporten\5 - ontwerp\versie da\2872-rap-248b_bd.doc maart 2006 Dossier: Ruimtelijk Structuurplan Gemeente Kampenhout - Ontwerp – Versie B Pagina 115 van 191

OKPK dÉïÉåëíÉ=êìáãíÉäáàâ=J=~Öê~êáëÅÜÉ=ëíêìÅíììê=

De gewenste ruimtelijk – agrarische structuur wordt samengesteld uit volgende elementen: - open landbouwgebieden - landbouwgebied verweven met natuur en landschap - landbouwgebied verweven met natuur, landschap en recreatie - open ruimtekamers - veiling

Kaart 32: Gewenste ruimtelijk-agrarische structuur

Open landbouwgebieden

De open landbouwgebieden omvatten: - gebied Buken – het Sas - Grootveld

Deze gebieden worden gekenmerkt door grondgebonden land- en tuinbouw. In de open landbouwgebieden is het beleid gericht op het bestendigen van het grondgebonden agrarisch grondgebruik voor de beroepslandbouw. De inname en versnippering van het aaneengesloten landbouwareaal moet voorkomen worden.

Gezien het verschillend belang van deze gebieden dient een gedifferentieerd beleid vooropgesteld te worden.

Ontwikkelingsperspectief voor gebied Buken – het Sas

De bestaande landbouwbedrijven kunnen maximaal ontwikkelen. De omschakeling naar grondloze activiteiten wordt zoveel mogelijk vermeden. Nieuwe landbouwzetels vestigen zich bij voorkeur aan de rand van het agrarisch gebied. Er wordt steeds uitgegaan van het maximaal hergebruik van leegstaande bedrijfsgebouwen. Om de landbouwfunctie niet te hinderen worden nieuwe niet – agrarische activiteiten afgeremd in deze gebieden.

Ontwikkelingsperspectief voor Grootveld

Grootveld wordt als suggestie naar de hogere overheid toe aangeduid als bouwvrije landbouwzone. In deze zone wordt er geen bijkomende agrarische bedrijfsbebouwing toegestaan om het agrarisch grondgebruik ten behoeve van de beroepslandbouw te bestendigen. Bouwvrije zones worden zo afgebakend dat er geen bestaande bedrijfszetels zijn in opgenomen.

Leegkomende landbouwbedrijven en vrijkomende gronden worden zoveel mogelijk voorbehouden voor landbouwactiviteiten. Bij stopzetting van een bedrijfszetel blijft deze onderdeel van de agrarische structuur. Op deze manier kunnen deze bedrijfszetels in aanmerking komen voor herlokalisatie van slecht gelegen bedrijfszetels of voor vestiging van nieuwe landbouwers.

Voor leegstaande landbouwbedrijfsgebouwen wordt aan Vlaams Gewest de suggestie gedaan om premies te verlenen voor het saneren van landbouwbedrijfsgebouwen die geen culturele en landschappelijke waarde hebben.

Landbouwgebied verweven met natuur en landschap

Het betreft het gebied tussen en rond het Steentjesbos – Hellebos.

In dit landbouwgebied, in het noordwesten van de gemeente gelegen, is een versterking van de natuurwaarden gewenst om meer samenhang te creëren tussen de belangrijke natuurlijke structuren (boscomplexen, natuurreservaten) die er aanwezig zijn. De nadruk blijft op de agrarische structuur liggen. Deze verwevingsgebieden worden gekenmerkt door grondgebonden land- en tuinbouw

Page 116: GRS Tekstboek

ARCADIS Gedas NV Projectnummer: 07/2872

maart 2006 Bestand: s:\structuurplanning\rsp-kampenhout-2872\rapporten\5 - ontwerp\versie da\2872-rap-248b_bd.doc Pagina 116 van 191 Dossier: Ruimtelijk Structuurplan Gemeente Kampenhout - Ontwerp – Versie B

(weiden en akkers). Het beleid is gericht op het bestendigen van het grondgebonden agrarisch grondgebruik voor de beroepslandbouw. Daarnaast wordt er een stimulerend beleid gevoerd voor het aanplanten van kleine landschapselementen.

De bestaande landbouwbedrijven kunnen maximaal ontwikkelen. De omschakeling naar grondloze activiteiten wordt zoveel mogelijk vermeden. Er wordt steeds uitgegaan van een maximaal hergebruik van leegstaande bedrijfsgebouwen. De ontwikkeling van niet-agrarische activiteiten wordt afgeremd.

Bij de landbouwbedrijfsvoering wordt er rekening gehouden met het behoud en de creatie van kleine landschapselementen (perceelsrandbegroeiingen langs wegen, beken, percelen, verspreide bosfragmenten). De gemeente zal hiertoe stimulerende maatregelen nemen.

Landbouwgebied verweven met natuur, landschap en recreatie

Het betreft het gebied tussen en rond Wilder – Silsombos – Torfbroek.

In dit landbouwgebied, in het zuidoosten van de gemeente gelegen, is een versterking van de natuurwaarden gewenst om meer samenhang te creëren tussen de belangrijke natuurlijke structuren (boscomplexen, natuurreservaten) die hier aanwezig zijn. De nadruk blijft op de agrarische structuur liggen. Deze verwevingsgebieden worden gekenmerkt door grondgebonden land- en tuinbouw (weiden en akkers). Het beleid is gericht op het bestendigen van het grondgebonden agrarisch grondgebruik voor de beroepslandbouw. Daarnaast wordt er een stimulerend beleid gevoerd voor het aanplanten van kleine landschapselementen.

De bestaande landbouwbedrijven kunnen maximaal ontwikkelen. De omschakeling naar grondloze activiteiten wordt zoveel mogelijk vermeden. Er wordt steeds uitgegaan van een maximaal hergebruik van leegstaande bedrijfsgebouwen. De ontwikkeling van niet-agrarische activiteiten wordt afgeremd.

Bij de landbouwbedrijfsvoering wordt er rekening gehouden met het behoud en de creatie van kleine landschapselementen (groen langs wegen, beken, percelen, verspreide bosfragmenten). De gemeente zal hiertoe stimulerende maatregelen nemen.

Het gebied Wilder – Silsombos – Torbroek is een gebied met heel wat toeristisch-recreatieve potenties (aanwezigheid wandelbossen, kasteelparken, golfterrein, enz). Er worden aan landbouwbedrijven de mogelijkheid gegeven om hierop in te spelen en hun activiteiten in beperkte mate te verbreden in functie van recreatieve doeleinden. In deze gebieden worden vormen van hoevetoerisme en horeca (vb. fietscafé) toegelaten, indien kleinschalig (lokaal), verweefbaar met de omgeving, de draagkracht niet overschreden wordt en indien hiermee de toeristisch-recreatieve structuur wordt ondersteund.

Open ruimtekamers

De open ruimtekamers moeten zoveel mogelijk behouden worden als open ruimten binnen een dicht bebouwd gebied, zodat (nieuwe) kleinschalige leefbare landbouwactiviteiten in de toekomst mogelijk blijven en ter vrijwaring van het landelijk karakter van de gemeente. In de open ruimtekamers wordt er steeds uitgegaan van een maximaal hergebruik van leegstaande bedrijfsgebouwen.

De landbouwfunctie kan er maximaal behouden worden door nieuwe ontwikkelingen binnen de agrarische structuur mogelijk te maken. De regio wordt gekenmerkt door grondgebonden land- en tuinbouw en de productie van grondloze witloofteelt. De open ruimtekamers zijn geschikt voor hobbylandbouw en voor bepaalde vormen van verbreding toegelaten zijn: maneges, boomgaardkwekerijen, kwekerijen van planten, bedrijven voor tuinaanleg, kleinschalige bebossing en serres, mits een verantwoord ruimtegebruik en mits een landschappelijke inkleding van de serregebouwen.

Veiling

De veiling te Kampenhout-Sas moet beschouwd worden als een belangrijk structurerend en ondersteunend element voor de agrarische sector in de regio. Dit betekent vooreerst dat de veiling moet kunnen inspelen op nieuwe trends die zich voordoen in de agrarische sector van de regio. Als

Page 117: GRS Tekstboek

ARCADIS Gedas NV Projectnummer: 07/2872

Bestand: s:\structuurplanning\rsp-kampenhout-2872\rapporten\5 - ontwerp\versie da\2872-rap-248b_bd.doc maart 2006 Dossier: Ruimtelijk Structuurplan Gemeente Kampenhout - Ontwerp – Versie B Pagina 117 van 191

suggestie naar de hogere overheid is het wenselijk dat noodzakelijke uitbreidingen ten gevolge van deze nieuwe trends voldoende mogelijk blijven naar de toekomst toe. De regionale verankering is hier belangrijk.

Eventuele uitbreidingen van de veiling (naar activiteiten of oppervlakte) kunnen maar indien hiermee de landbouwsector in de streek verder ondersteund wordt. Uitbreidingen van de veiling dienen voldoende rekening te houden met het achterliggende natuurverwevingsgebied van het Weisetterbos. Dit houdt strikt genomen in dat deze uitbreidingen enkel in noordelijke (overzijde N21-Haachtsesteenweg) of zuidoostelijke richting (parallel aan N26-Leuvensesteenweg) kunnen plaatsvinden.

Daarnaast moet er in de verschillende landbouwgebieden van Kampenhout voldoende kunnen ingespeeld worden op nieuwe trends. Voor zover het over activiteiten in de open lucht gaat, wordt dit toegelaten in alle landbouwgebieden in de gemeente. Indien het over activiteiten gaat die niet in de open lucht te realiseren zijn, zijn deze onder voorwaarden (zie hoger) toegelaten in de open ruimtekamers.

Page 118: GRS Tekstboek

ARCADIS Gedas NV Projectnummer: 07/2872

maart 2006 Bestand: s:\structuurplanning\rsp-kampenhout-2872\rapporten\5 - ontwerp\versie da\2872-rap-248b_bd.doc Pagina 118 van 191 Dossier: Ruimtelijk Structuurplan Gemeente Kampenhout - Ontwerp – Versie B

PK dbtbkpqb=i^kap`e^mmbifghb=pqor`qrro=

PKNK açÉäëíÉääáåÖ=

Bewaren van de landschappelijke eigenheid (herkenbaarheid, identiteit) van de verschillende landschapstypes en accentueren van landschapselementen om de belevingswaarde van het landschap te versterken.

De versterking van de herkenbaarheid en identiteit van de verschillende landschapstypes zal de belevingswaarde voor wonen of recreatie ten goede komen.

PKOK `çåÅÉéíÉå=

Het netwerk van beeklopen als dragers van het landschap

Het landschap van Kampenhout wordt getypeerd door een netwerk van beeklopen, met hieraan gekoppeld verschillende boscomplexen en waardevolle natuurreservaten. De talrijke beeklopen in de gemeente hebben een structurerende rol gespeeld in de ontwikkeling van het nederzettingspatroon. Op verschillende plaatsen is dit netwerk echter niet meer herkenbaar als een systeem. Daarom wordt het netwerk terug herkenbaar gemaakt. Tegelijkertijd is het een ondersteuning van de gewenste ruimtelijk -natuurlijke structuur.

Vrijwaren van zichten in de open landbouwlandschappen

Het gebied Buken – het Sas en Grootveld zijn heel open landbouwlandschappen, waar naast verspreide landbouwzetels weinig andere bebouwing voorkomt. Het open karakter van deze landschappen en de open ruimtezichten worden maximaal behouden. Het uiterste zuiden van de gemeente (Grootveld) is nog een zeer gaaf landschap. Het gebied maakt deel uit van een groter koutergebied over Nossegem, Steenokkerzeel, Nederokkerzeel en Erps-Kwerps en is van historische oorsprong en uniek in de provincie Vlaams-Brabant. Een maximaal behoud van dit gaaf landschap staat voorop. Tegelijkertijd betekent dit een ondersteuning van de gewenste agrarische structuur.

PKPK dÉïÉåëíÉ=ä~åÇëÅÜ~ééÉäáàâÉ=ëíêìÅíììê=

De gewenste landschappelijke structuur wordt samengesteld uit volgende elementen: - netwerk van beeklopen - open landbouwlandschappen - landbouwgebieden verweven met natuur en landschap - lineaire landschapselementen - landschappelijke inkleding groene ontspanningspool - bakens - open ruimtecorridors

Kaart 33: Gewenste landschappelijke structuur

Page 119: GRS Tekstboek

ARCADIS Gedas NV Projectnummer: 07/2872

Bestand: s:\structuurplanning\rsp-kampenhout-2872\rapporten\5 - ontwerp\versie da\2872-rap-248b_bd.doc maart 2006 Dossier: Ruimtelijk Structuurplan Gemeente Kampenhout - Ontwerp – Versie B Pagina 119 van 191

Netwerk van beeklopen

Het netwerk van beeklopen omvat (delen van) volgende waterlopen en hun aanpalende gronden: - Weesbeek - Barebeek - Molenbeek - Bergbeek - twee Leibeken - Weisetterbeek - Keibeek - Dode Beek

In het netwerk van beeklopen staat het behoud en herstel van natuurwaarden (zie beleid ruimtelijk – natuurlijke structuur) voorop als landschappelijk structurerende groene en/of open linten.

De belangrijkste natuurreservaten en boscomplexen in de gemeente Kampenhout, namelijk het Torfbroek, Ter Bronnen, Hellebos, Rotbos met de beekloop van de Dode beek, Silsombos, bossen rond Wilder, Weisetterbos en het Steentjesbos, zijn allen gelegen langs één van deze beeklopen en maken in de landschappelijke structuur een onderdeel uit van het netwerk van beeklopen.

Omdat verschillende beeklopen terug te vinden zijn achter bebouwing is het belangrijk dat de beeklopen terug zichtbaar gemaakt worden in het landschap. Dit kan door de loop van de beken te accentueren door het aanplanten van opgaand groen. Bestaande bebouwing in of nabij de beekloop die visuele hinder veroorzaakt, wordt landschappelijk ingekleed.

Voor de beeklopen van gemeentelijk niveau zal de gemeente hiertoe initiatieven nemen gekaderd in het Natuur- en Landschapsproject “Groene Vallei Midden-Brabant”.

Open landbouwlandschappen

Het gaat om volgende open landbouwlandschappen: - gebied Buken – het Sas - Grootveld

Het open karakter van deze landschappen en de open ruimtezichten worden maximaal behouden. Grootveld is van historische oorsprong en uniek in de provincie Vlaams-Brabant. Een maximaal behoud van dit gaaf landschap staat voorop. Het vrijwaren van dit gebied voor verdere bebouwing wordt daarom vooropgesteld. Het koutergebied wordt afgebakend als bouwvrije landbouwzone.

Landbouwgebieden verweven met natuur en landschap

Het gaat om volgende verwevingsgebieden: - gebied Steentjesbos - Hellebos - gebied Wilder – Silsombos – Torfbroek

In de landbouwgebieden in het noordwesten en zuidoosten van de gemeente wordt een stimulerend beleid gevoerd ten aanzien van het aanplanten van kleine landschapselementen. Bij de landbouwbedrijfsvoering wordt er rekening gehouden met het behoud en de creatie van kleine landschapselementen (perceelsrandbegroeiingen langs wegen, beken, percelen, verspreide bosfragmenten). De gemeente zal hiertoe stimulerende maatregelen nemen.

Bestaande bebouwing die visuele hinder veroorzaakt, wordt landschappelijk ingekleed. Bij deze inkleding zijn er eisen naar streekeigenheid.

Lineaire landschapselementen

Het gaat om volgende lineaire landschapselementen: - kanaal Leuven – Dijle - bomenrij Haachtsesteenweg - Wilderse Dreef

Page 120: GRS Tekstboek

ARCADIS Gedas NV Projectnummer: 07/2872

maart 2006 Bestand: s:\structuurplanning\rsp-kampenhout-2872\rapporten\5 - ontwerp\versie da\2872-rap-248b_bd.doc Pagina 120 van 191 Dossier: Ruimtelijk Structuurplan Gemeente Kampenhout - Ontwerp – Versie B

Het zijn structurerende lineaire landschapselementen die zowel op het gebied van natuur (als natuurverbindingselement) als op landschappelijk vlak een belangrijke betekenis hebben. De beeldwaarde van deze landschapselementen wordt naar de toekomst toe behouden en indien nodig versterkt.

Vanuit landschappelijk oogpunt vormt de zoekzone natuurverbinding (zie gewenste natuurlijke structuur) en het woonpark Rood Klooster belangrijke elementen om een aaneengesloten netwerk te verkrijgen. Beide zorgen voor de landschappelijke verbinding van de Dode beek met de Weesbeek. Ook het woonpark Ter Bronnen is een belangrijk landschapselement om de groene gordel Torbroek – Wilder – Silsomsbos te behouden. Er wordt gestreefd naar het behoud en het verder versterken van het groen karakter van deze gebieden.

Landschappelijke inkleding groene ontspanningspool

Om de woonomgevingskwaliteit voor de inwoners van de kern Kampenhout en van de gehele gemeente te behouden, wenst de gemeente het sport- en ontspanningsaanbod voor de gemeente verder uit te bouwen en te bundelen naar de locatie van het bestaande gemeentelijk sportcentrum ten oosten van de kern.

Het gemeentelijk sportcentrum bevindt zich tussen het woonpark Rood Klooster en de beekloop van de Weesbeek. Zoals hierboven aangegeven zijn de beekloop van de Weesbeek en het Rood Klooster (landschappelijke verbinding van beeklopen van Dode beek en Weesbeek) belangrijke elementen voor de versterking van de landschappelijke kwaliteiten van Kampenhout. Het gemeentelijk sportcentrum is bovendien omgeven door het ‘open ruimtescharnier’, bestaande uit het kasteelpark van Ruisbeek en het grote open te houden gebied ten zuiden van de Haachtsesteenweg (zie ruimtelijk – natuurlijke structuur). De gemeente wenst de potenties van de gehele omgeving van het sportcentrum (= bestaande sportcentrum en aansluitend een zone voor de opvang van nieuwe sportvoorzieningen, het woonpark Rood Klooster, het ‘open ruimtescharnier’ en de beekloop van de Weesbeek) optimaal te benutten voor de versterking van de landschappelijke structuur door het geheel als één groene ontspanningspool te beschouwen.

Doelstelling is deze verschillende elementen in het landschap te integreren als één samenhangend geheel, waarvoor dan ook één RUP kan worden opgemaakt. Hierbij krijgt het geheel een parkachtig karakter, bewerkstelligd door het groene lint van de beekloop die de gehele zone doorkruist, door het ‘open ruimtescharnier’, door de groene landschapszoom van het woonpark Rood Klooster en door de bestaande en bijkomende sportinfrastructuur voldoende groen in te kleden zodat een parkachtige omgeving ontstaat.

Bakens

In het landschap zijn een aantal bakens aanwezig. Deze bakens zijn een onderdeel van het cultureel erfgoed van de gemeente Kampenhout. Het cultureel erfgoed is duidelijk aanwezig in de open ruimte van Kampenhout, een voorbeeld hiervan zijn de verschillende kastelen. Maar ook daarbuiten komen er nog verspreid over de gemeente kenmerkende gebouwen voor. Aan deze gebouwen dienen duidelijke functies gegeven te worden zodat ze behouden blijven voor de toekomst.

Bij het opmaken van een inventaris zonevreemde woningen en het opstellen van het RUP dient er voldoende rekening te worden gehouden met het zonevreemd bouwkundig erfgoed.

Om de waarde van dit erfgoed maximaal te beschermen, verdient de omgeving van de site extra aandacht. De omgeving van de site kan ofwel gevrijwaard worden van nieuwe bebouwing (met uitzondering van het cultureel erfgoed zelf) of er kunnen nieuwe gebouwen aan toegevoegd worden, maar dan moet er voldoende rekening gehouden worden met waardevolle zichten.

Uit het rijk aanbod van cultureel erfgoed in de gemeente zijn er een viertal sites naar voren geschoven, waarvan de bescherming in de open ruimte van prioritair belang is. Deze sites worden beschermd als monument, op voorwaarde dat gekeken wordt of deze private sites beperkt toegankelijk kunnen worden gemaakt. Het gaat om:

Page 121: GRS Tekstboek

ARCADIS Gedas NV Projectnummer: 07/2872

Bestand: s:\structuurplanning\rsp-kampenhout-2872\rapporten\5 - ontwerp\versie da\2872-rap-248b_bd.doc maart 2006 Dossier: Ruimtelijk Structuurplan Gemeente Kampenhout - Ontwerp – Versie B Pagina 121 van 191

- Kasteel Ter Loonst (reeds beschermd) - Kasteel Van Opstal - Kasteel Ter Balkt - Kasteel van Wilder

Daarnaast is ook de brug (N26) over het kanaal Leuven-Dijle een baken in het landschap.

Open ruimtecorridors

Als buitengebiedgemeente is het belangrijk dat essentiële openruimte - functies in de gemeente (landbouw, bos, natuur, landschap) naar de toekomst toe kunnen blijven waargenomen worden. Open ruimtecorridors spelen hierin een rol: in de open ruimtecorridors wordt er gestreefd naar het vrijwaren van zichten op de openruimte en zichten op historisch bouwkundig erfgoed. Daarnaast structureren ze de nederzettingsstructuur: open ruimtecorridors zorgen er namelijk voor dat bebouwingsconcentraties herkenbaar blijven. De open ruimtecorridors worden bouwvrij gehouden.

Het gaat hier om één open ruimtecorridor die de N21(Haachtsesteenweg) dwarst (zie kaart).

Page 122: GRS Tekstboek

ARCADIS Gedas NV Projectnummer: 07/2872

maart 2006 Bestand: s:\structuurplanning\rsp-kampenhout-2872\rapporten\5 - ontwerp\versie da\2872-rap-248b_bd.doc Pagina 122 van 191 Dossier: Ruimtelijk Structuurplan Gemeente Kampenhout - Ontwerp – Versie B

QK dbtbkpqb=qlbofpqfp`eJob`ob^qfbsb=pqor`qrro=

QKNK açÉäëíÉääáåÖÉå=

- De dorpskern van Relst toeristisch-recreatief beter positioneren - Uitbouwen van een toeristisch-recreatief netwerk in de open ruimte, dat aansluit bij het hoger

regionaal netwerk en waarbij zoveel mogelijk recreatieve aantrekkingspunten in de gemeente met elkaar worden verbonden.

QKOK `çåÅÉéíÉå=

Uitbouwen van recreatieve routes i.f.v. het recreatief medegebruik van de open ruimte

De gemeente Kampenhout heeft, door de aanwezigheid van verschillende natuurreservaten, boscomplexen en het cultuurhistorisch erfgoed een belangrijke toeristisch-recreatieve waarde. In de gemeente zijn verschillende recreatieve routes uitgezet. Deze routes kunnen verder worden uitgebouwd in functie van het aanwezige recreatieve groen en het cultuurhistorisch erfgoed. Hierbij wordt gewerkt aan het: - open stellen van natuurreservaten, bossen en kasteelparken voor

recreatief medegebruik - ontwikkelen van recreatieve routes; bij voorkeur op bestaande

voet- en buurtwegen, holle wegen… - opwaarderen van het cultureel erfgoed in de open ruimte.

Stimuleren van (watergebonden) recreatie langs het kanaal Leuven-Dijle

Het kanaal Leuven-Dijle is onderdeel van het op provinciaal niveau geselecteerd toeristisch-recreatief netwerk kanalen en rivieren. Het stimuleren van (watergebonden) recreatie op en langs het kanaal is één van de doelstellingen van dit netwerk. Kampenhout wenst de twee bestaande recreatieve knooppunten (Jachthaven Kampenhout-Sas en camping Veronique) te behouden en te versterken. Daarnaast wordt het recratief gebruik op en langs het kanaal verder ondersteund. Langs het kanaal worden voldoende aanknopingspunten voorzien die de bovenlokale recratieve route verbind met de gemeentelijke toeristisch-recratieve activiteiten (Witloofmuseum, kasteeldomeinen, natuurgebieden…)

Kampenhout als lokaal toeristisch-recreatief knooppunt voor de gemeente

In Kampenhout steunt het toerisme hoofdzakelijk op volgende elementen: de uitstraling van Kampenhout als witloofstreek met de tuinbouwveiling BRAVA en het witloofmuseum, het kanaal Leuven-Dijle, met het geklasseerd Sas en mogelijkheden tot bootje varen, vissen, kajakken, fietsen..., de verschillende kasteelparken, talrijke historische gebouwen, de boscomplexen en natuurreservaten. Info over wandel- en fietsroutes en de bezienswaardigheden is te vinden bij de Gemeentelijke Dienst voor Toerisme in de hoofdkern Kampenhout. Hier zijn ook verschillende belangrijke bezienswaar-digheden aanwezig. Deze kern verzorgt nu reeds de functie van lokaal recreatief knooppunt. Dit wordt bestendigd naar de toekomst

Page 123: GRS Tekstboek

ARCADIS Gedas NV Projectnummer: 07/2872

Bestand: s:\structuurplanning\rsp-kampenhout-2872\rapporten\5 - ontwerp\versie da\2872-rap-248b_bd.doc maart 2006 Dossier: Ruimtelijk Structuurplan Gemeente Kampenhout - Ontwerp – Versie B Pagina 123 van 191

toe.

Relst als lokaal toeristisch-recreatief knooppunt in de ‘zone voor zachte recreatie’

De brede zone van het Sas (jachthaven, tuinbouwveiling BRAVA, witloofmuseum, camping Véronique) - Weisetterbos – Relst (cultuurhistorisch erfgoed) – Wilder (cultuurhistorisch erfgoed, golfterreinen) – Silsombos heeft heel wat te bieden voor de recreant. Deze troeven worden maximaal uitgespeeld. Daarom benoemen we het gebied als “zone voor zachte recreatie”. Zachte recreatie (dit is wandelen en fietsen) wordt in deze zone verder actief gestimuleerd: - er wordt voorzien in mogelijkheden voor kleinschalige

verblijfsrecreatie; - de kern Relst wordt ontwikkeld als een lokaal toeristisch-

recreatief knooppunt; van hieruit vertrekken wandel- en fietsroutes naar de verschillende aantrekkingspunten;

- het knooppunt Relst wordt aangetakt aan het regionaal toeristisch-recreatief netwerk door te zorgen voor een goede wandel- en fietsverbinding tussen de kern Relst en de bovenlokale toeristisch-recreatieve route langs het kanaal Leuven–Dijle.

QKPK dÉïÉåëíÉ=êìáãíÉäáàâÉ=ëíêìÅíììê=

De gewenste toeristisch-recreatieve structuur wordt samengesteld uit volgende elementen: - recreatief medegebruik van de open ruimte - lokale toeristisch - recreatieve knooppunten

- lokale transferia - camping veronique - jachthaven Kampenhout-Sas

- zone voor zachte recreatie - groene ontspanningspool

Kaart 34: Gewenste toeristisch-recreatieve structuur

Recreatief medegebruik van de open ruimte

Ter ondersteuning van het recreatief medegebruik in de gemeente wordt ernaar gestreefd om zoveel mogelijk onderdelen van de open ruimte open te stellen voor het recreatief medegebruik (wandelen, fietsen). In de agrarische gebieden kan dit gebeuren op basis van de aanwezige landbouw- en buurtwegen. Daarnaast wordt er gestreefd naar het maximaal toegankelijk maken van de groengebieden, natuurreservaten en boscomplexen in de gemeente. Het open stellen kan beperk of ruim zijn: bepaalde periodes van het jaar, dag; enkel bepaalde wegen die opengesteld worden; enkel voor specifieke gebruikers… Dit zal in nauw overleg moeten gebeuren met de terreinbeheerders en eigenaars. In volgende gebieden wordt een recreatief medegebruik vooropgesteld:

- Steentjesbos - Hellebos - Silsombos - Weisetterbos - Ter Bronnen - Het Torfbroek - Rotbos - bossen rond beekloop van de Weesbeek en Molenbeek

Page 124: GRS Tekstboek

ARCADIS Gedas NV Projectnummer: 07/2872

maart 2006 Bestand: s:\structuurplanning\rsp-kampenhout-2872\rapporten\5 - ontwerp\versie da\2872-rap-248b_bd.doc Pagina 124 van 191 Dossier: Ruimtelijk Structuurplan Gemeente Kampenhout - Ontwerp – Versie B

Daarnaast wordt er gekeken of de private sites kasteel Ter Loonst, kasteel Van Opstal, kasteel Ter Balkt en kasteel van Wilder beperkt toegankelijk kunnen worden gemaakt.

Lokale toeristisch - recreatieve knooppunten

Lokale toeristisch-recreatieve knooppunten worden in de gemeente ontwikkeld zowel ter ondersteuning van het recreatief medegebruik als in functie van de verblijfsrecreatie in de gemeente. Bij de ontwikkeling wordt er een onderscheid gemaakt tussen de lokale transferia en de specifieke lokale knooppunten camping Veronique en Jachthaven Kampenhout-Sas.

Lokale transferia

De gemeente Kampenhout wenst het recreatief medegebruik in de gemeente te ondersteunen en te kanaliseren. Daarom wordt er geopteerd om een beperkt aantal plekken, bij voorkeur in de kernen, aan te duiden die ter ondersteuning van de recreatieve routes worden uitgebouwd (met o.m. infopanelen, parking, horecavoorzieningen, eventueel fietsverhuurdienst...). Volgende gebieden komen hiervoor prioritair in aanmerking:

- centrum van Kampenhout voor de gehele gemeente - centrum van Relst voor de ‘zone voor zachte recreatie’

Kampenhout verzorgt nu reeds de functie van lokaal toeristisch - recreatief knooppunt. De knooppuntfunctie wordt behouden i.s.m. het Strategisch Toeristisch Beleidsplan Groene Gordel (provincie Vlaams-Brabant).

Ook in de andere kernen van de gemeente kunnen locaties aangeduid worden die als lokaal transferia kunnen functioneren. Ze dienen in hoofdzaak om de parkeerdruk van recreanten in de gemeente te kanaliseren. Zo kunnen vertrekpunten van recreatieve routes gekoppeld worden aan bestaande parkings in de gemeente (vb. plein, kerkomgeving…). De recreatieve waarde van deze parkings kan opgewaardeerd worden door de nodige ondersteunende infrastructuur te voorzien (zoals infopanelen, sanitiar, schuilmogelijkheid…).

Camping Veronique

Camping Veronique wordt verder uitgebouwd als toeristisch-recreatieve camping langs het kanaal Leuven-Dijle. Voor de camping kunnen specifieke maatregelen onderzocht worden om de relatie tussen het kanaal en de camping te versterken.

Jachthaven Kampenhout-Sas

De jachthaven te Kampenhout-Sas kan op drie sporen ontwikkeld worden: - de jachthaven vervult een rol als permanente ligplaats voor plezierboten; in functie hiervan kan er

ondersteunende infrastructuur worden voorzien langs het kanaal (clublokaal, sanitair, berging, onderhoudsloods, kraan…)

- de jachthaven kan, door zijn centrale rol tussen Leuven en Mechelen een specifieke rol vervullen als passantenhaven; in functie hiervan kan er ondersteunende infrastructuur worden voorzien (sanitair, containerpark…)

- de locatie kan dienstig zijn als lokaal transferia: dit zowel voor recreatieve routes langs het kanaal (fietsen, skeeleren, wandelen…) als op het kanaal (kayaken, kanoën, roeien…); in functie hiervan kan er ondersteunende infrastructuur voorzien worden (parking, infoborden, plek waar boten tewater kunnen gelaten worden…)

Zone voor zachte recreatie

In de ‘zone voor zachte recreatie’ worden aan landbouwbedrijven mogelijkheden gegeven om in te spelen op de toeristisch-recreatieve attractiviteit van het gebied en hun activiteiten in beperkte mate te verbreden in functie van recreatieve doeleinden. Het gaat dan om vormen van hoevetoerisme en horeca (vb. fietscafé), indien kleinschalig (lokaal), verweefbaar met de omgeving, de draagkracht niet overschreden wordt en indien hiermee de toeristisch-recreatieve structuur wordt ondersteund.

Page 125: GRS Tekstboek

ARCADIS Gedas NV Projectnummer: 07/2872

Bestand: s:\structuurplanning\rsp-kampenhout-2872\rapporten\5 - ontwerp\versie da\2872-rap-248b_bd.doc maart 2006 Dossier: Ruimtelijk Structuurplan Gemeente Kampenhout - Ontwerp – Versie B Pagina 125 van 191

Groene ontspanningspool

De gemeente wenst het sport- en ontspanningsaanbod voor de gemeente verder uit te bouwen en te bundelen naar de locatie van het bestaande gemeentelijk sportcentrum ten oosten van de kern. De gehele omgeving van het sportcentrum krijgt een parkachtig karakter, bewerkstelligd door het groene lint van de beekloop van de Weesbeek die de gehele zone doorkruist, door het ‘open ruimtescharnier’, door de groene landschapszoom van het woonpark Rood Klooster en door de bestaande en bijkomende sportinfrastructuur voldoende groen in te kleden zodat een parkachtige omgeving ontstaat. Aan het open ruimtescharnier kan een recreatieve functie gegeven worden (wandelen, lopen).

Page 126: GRS Tekstboek

ARCADIS Gedas NV Projectnummer: 07/2872

maart 2006 Bestand: s:\structuurplanning\rsp-kampenhout-2872\rapporten\5 - ontwerp\versie da\2872-rap-248b_bd.doc Pagina 126 van 191 Dossier: Ruimtelijk Structuurplan Gemeente Kampenhout - Ontwerp – Versie B

RK ^ctbdfkdph^abo=sllo=wlkbsobbjab=`lkpqor`qfbp=

RKNK ^ÑïÉÖáåÖëâ~ÇÉê=îççê=òçåÉîêÉÉãÇÉ=ïçåáåÖÉå=

Zonevreemde woningen zijn de woningen, die verspreid in het landschap voorkomen en die niet binnen de geëigende gewestplanbestemming (woongebied in al zijn soorten) zijn gelegen. Deze verspreide woningen kunnen niet op elke locatie op dezelfde manier ontwikkeld worden.

De gemeente wenst voor de zonevreemde woningen een differentiatie toe te passen naar de verschillende open ruimtegehelen, op basis van de mogelijkheden van het decreet voor zonevreemde woningen gelegen in kwetsbaar en niet-kwetsbaar gebied (DORO, art 145 en 145bis). Voor wat betreft functiewijzigingen wordt ook het decreet gevolgd.

Binnen de open ruimte komen ook een aantal markante gebouwen19 voor, die het landschappelijk uitzicht van de gemeente in belangrijke mate bepalen en belangrijk zijn voor de identiteit van Kampenhout (oude hoeves, herenhuizen met historische waarde…). Voor deze gebouwen kan bij de uitwerking van een RUP op perceelsniveau een afwijking worden voorzien naar de vooropgestelde ontwikkelingsmogelijkheden. Om deze gebouwen in de toekomst te bewaren is het nodig dat ze een uitgesproken functie krijgen binnen de deelruimte waarbinnen ze gelegen zijn. Deze functie dient steeds in overeenstemming te zijn met de gewenste ontwikkeling van de deelruimte waarin ze gelegen zijn en mag de draagkracht van onmiddellijke omgeving niet overschrijden. Zo zal bijvoorbeeld de ontwikkeling van een feestzaal in een oude hoeve niet gestimuleerd worden omdat deze functie hoogdynamisch is, een groot mobiliteitseffect veroorzaakt, veel ruimte vraagt (o.a. parkeerruimte, aanpassing – en vergroten – bestaande gebouwen) en bijgevolg niet verenigbaar is met de vooropgesteld functie van de open ruimte (landbouw, natuur…). Anderzijds kan een fietscafé met beperkte overnachtingsmogelijkheden dat aansluit op een recreatieve route in diezelfde oude hoeve wel overwogen worden omdat deze functie laagdynamisch is, geen bijkomende mobiliteitseffecten genereerd, binnen het bestaand volume realiseerbaar is en bijgevolg verenigbaar is met de gewenste open ruimte ontwikkeling. Via een gemeentelijke stedenbouwkundige verordening kan een lijst samengesteld worden van de markante gebouwen en de functiewijzigingen waarvoor zij een vergunning dienen aan te vragen. De inventaris van het waardevol bouwkundig erfgoed (Bouwen door de eeuwen heen) en de puntrelicten in de landschapsatlas van Vlaanderen kunnen als basis gebruikt worden voor deze lijst (zie in bijlage).

RKOK ^ÑïÉÖáåÖëâ~ÇÉê=îççê=òçåÉîêÉÉãÇÉ=ÄÉÇêáàîÉå=

Bestaande zonevreemde economische activiteiten in de openruimtegebieden kunnen blijven bestaan, zolang de ruimtelijke draagkracht van de omgeving niet wordt overschreden. Een maximale verweving van bestaande zonevreemde bedrijven met hun activiteiten in hun onmiddellijke omgeving wordt nagestreefd. Dit kan voor zover de hoofdbestemming van het gebied waarin de zonevreemde activiteit gelegen is, kan blijven bestaan en kwalitatief niet wordt aangetast.

De zonevreemde bedrijven kunnen niet op elke locatie op dezelfde manier ontwikkeld worden. Het uitwerken van een ruimtelijke visie voor de zonevreemde bedrijven baseert zich daarom op een gebiedsgerichte benadering, vooropgesteld vanuit de gewenste openruimtestructuur. Hieronder wordt per beleidscategorie van de open ruimte een ontwikkelingskader aangegeven voor de zonevreemde bedrijven.

19 Onder markante gebouwen worden gebouwen verstaan die opvallend zijn voor de gemeente Kampenhout vanwege hun

historische, architecturale of beeldwaarde en die vanwege deze eigenschap een bescherming vragen naar de toekomst met het oog om hun specifieke eigenschappen te bewaren. Het kan dus zowel gaan om oude als hedendaagse gebouwen.

Page 127: GRS Tekstboek

ARCADIS Gedas NV Projectnummer: 07/2872

Bestand: s:\structuurplanning\rsp-kampenhout-2872\rapporten\5 - ontwerp\versie da\2872-rap-248b_bd.doc maart 2006 Dossier: Ruimtelijk Structuurplan Gemeente Kampenhout - Ontwerp – Versie B Pagina 127 van 191

Er werd een kaart ingevoegd met de zonevreemde bedrijven die onder deze beleidscategorie vallen. Het aantal bedrijven is indicatief, niet limitatief. Er kunnen dus nog zonevreemde bedrijven ontbreken op de kaart. Vanzelfsprekend vallen deze dan – afhankelijk van het gebied waarin ze gelegen zijn - ook onder één van de onderstaande beleidscategorieën. Er kunnen voor het RUP zonevreemde bedrijven daarenboven ook nog bedrijven uitgezuiverd worden uit deze lijst.

Kaart 35: Afwegingskader zonevreemde bedrijven

Voor de zonevreemde bedrijven wordt een RUP opgemaakt waarin we 3 categorieën vooropstellen: 1. herlokaliseren; 2. enkel bestaande toestand behouden – instandhoudingswerken; 3. beperkte uitbreiding in oppervlakte en/of wijziging van activiteiten (geen schaalvergroting);

Natuurreservaat-, bos- en beekloopgebieden

De natuurreservaten, boscomplexen en beeklopen vormen de waardevolste gebieden voor natuur in de gemeente. In deze gebieden ligt de nadruk op natuurbehoud en – ontwikkeling. Volgende gebieden komen in aanmerking:

- Torfbroek - Ter Bronnen - Hellebos - Rotbos met de beekloop van de Dode Beek - Silsombos - bossen rond Wilder - Weisetterbos - Steentjesbos - Vijverbossen - Weesbeek - Barebeek - Molenbeek - Bergbeek - twee Leibeken - Weisetterbeek - Keibeek - Dode Beek

Bedrijfsactiviteiten zijn niet verenigbaar met de functie van natuurbehoud en -ontwikkeling. De aanwezige zonevreemde bedrijven moeten herlokaliseren. Nieuwe bedrijven worden niet toegelaten.

Deze gebieden komen overeen met de bestaande groene gebieden (natuur- en bosgebieden) op het gewestplan en de winterbekkens van de beeklopen binnen de gemeente. De afbakening van de winterbekkens van de beeklopen gebeurt in een op te maken RUP.

Open landbouwgebieden

Deze gebieden vertonen een grote aaneengeslotenheid van landbouwpercelen. Het gaat om heel open landbouwgebieden, waar naast verspreide landbouwzetels weinig andere bebouwing voorkomt. De gebieden zijn daarom ook landschappelijk waardevol. In deze gebieden is het behoud van de open ruimte voor de landbouw de voornaamste doelstelling. Er wordt een onderscheid gemaakt tussen het gebied Buken – het Sas en Grootveld.

In de zone Buken – het Sas kunnen aan zonevreemde bedrijven instandhoudingswerken uitgevoerd worden. Herbouwen is mogelijk, ook een beperkte uitbreiding in oppervlakte of wijziging van activiteiten is mogelijk ten behoeve van een meer optimale bedrijfsvoering (geen schaalvergroting). Deze beperkte uitbreiding is afhankelijk van de dynamiek van het bedrijf en voor zover geen impact op het functioneren van het landbouwareaal. Er wordt ook rekening gehouden met landschappelijke aspecten: openheid, zichten.

Page 128: GRS Tekstboek

ARCADIS Gedas NV Projectnummer: 07/2872

maart 2006 Bestand: s:\structuurplanning\rsp-kampenhout-2872\rapporten\5 - ontwerp\versie da\2872-rap-248b_bd.doc Pagina 128 van 191 Dossier: Ruimtelijk Structuurplan Gemeente Kampenhout - Ontwerp – Versie B

Het gebied Grootveld heeft nog een gaaf karakter. In Grootveld kunnen aan de bestaande bedrijven enkel instandhoudingswerken uitgevoerd worden. Herbouwen of uitbreiden is niet mogelijk. Nieuwe bedrijven worden niet toegelaten.

Verwevingsgebieden

Dit zijn gebieden die door de gemeente worden aangeduid als open ruimtegebieden met een belangrijke belevingswaarde van de open ruimte. Het zijn gebieden waar de landbouw als hoofdfunctie behouden blijft en waar de natuurlijke en landschappelijke functie als nevenfunctie wordt gestimuleerd. De natuurlijke waarde wordt bekomen door de uitdrukkelijke aanwezigheid van kleine landschapselementen. De landschappelijke waarde wordt bekomen door de belevingswaarde die aan het gebied wordt gegeven (kleinschalig, bossen, cultureel erfgoed…). Het gaat om:

- gebied Steentjesbos - Hellebos - gebied Wilder – Silsombos – Torfbroek

Voor de zonevreemde bedrijven wordt de bestaande toestand behouden. Aan de bestaande bedrijven kunnen instandhoudingswerken uitgevoerd worden. Herbouwen is mogelijk, ook een beperkte uitbreiding in oppervlakte of wijziging van activiteiten is mogelijk ten behoeve van een meer optimale bedrijfsvoering (geen schaalvergroting). Deze beperkte uitbreiding is afhankelijk van de dynamiek van het bedrijf en voorzover geen impact op het functioneren van het landbouwareaal en de natuurlijke structuur (bosjes, kleine landschapselementen…). Er wordt ook rekening gehouden met landschappelijke aspecten: de zonevreemde bedrijven krijgen een passende landschappelijke inkleding. Belangrijk is dat storende zichten vanuit het landschap worden weggewerkt. Er moet vooral voor het gebied Wilder – Silsombos – Torfbroek op gelet worden dat het toeristisch-recreatief potentieel niet wordt aangetast.

Open ruimtekamers

In deze gebieden primeert het open houden ten behoeve van de landbouw. De open ruimtekamers moeten zoveel mogelijk behouden worden als open ruimten binnen een dicht bebouwd gebied, zodat (nieuwe) kleinschalige leefbare landbouwactiviteiten in de toekomst mogelijk blijven en ter vrijwaring van het landelijk karakter van de gemeente.

Aan de bestaande bedrijven kunnen instandhoudingswerken uitgevoerd worden. Herbouwen en beperkt uitbreiden (naar functie en oppervlakte) is mogelijk ten behoeve van een meer optimale bedrijfsvoering. De mate van uitbreiding moet geval per geval bekeken worden in functie van de dynamiek en de impact van het bedrijf op het functioneren van het landbouwareaal en op het omliggende wonen. Nieuwe bedrijven worden niet toegelaten.

Open ruimtecorridor

In deze gebieden is het open houden het voornaamste streefdoel (vrijwaren van zichten op de open ruimte en zichten op het historisch bouwkundig erfgoed).

Voor de zonevreemde bedrijven wordt de bestaande toestand behouden. Aan de bestaande bedrijven kunnen instandhoudingswerken uitgevoerd worden. Herbouwen is niet mogelijk, ook uitbreiding van oppervlakte en wijziging van activiteiten is niet mogelijk. Nieuwe bedrijven worden niet toegelaten.

RKPK ^ÑïÉÖáåÖëâ~ÇÉê=òçåÉîêÉÉãÇÉ=êÉÅêÉ~íáÉ=

Zonevreemde recreatie zijn de terreinen en gebouwen voor sport-, recreatie en jeugdinfrastructuur die verspreid in de open ruimte voorkomen en die niet binnen de geëigende gewestplanbestemming zijn gelegen. Deze zonevreemde recreatie kan niet op elke locatie op dezelfde manier ontwikkeld worden. Het uitwerken van een ruimtelijke visie voor de zonevreemde recreatie baseert zich daarom op een gebiedsgerichte benadering. Hierbij wordt het beleid gekoppeld aan de specifieke eigenschappen van de open ruimtegebieden en aldus een afweging wordt gemaakt met de verschillende hoofdsectoren (fysisch systeem, natuur, landbouw en landschap) die er actief zijn.

Page 129: GRS Tekstboek

ARCADIS Gedas NV Projectnummer: 07/2872

Bestand: s:\structuurplanning\rsp-kampenhout-2872\rapporten\5 - ontwerp\versie da\2872-rap-248b_bd.doc maart 2006 Dossier: Ruimtelijk Structuurplan Gemeente Kampenhout - Ontwerp – Versie B Pagina 129 van 191

Er is een afstemming doorgevoerd met een gemeentelijke inventaris. De inventaris van de zonevreemde recreatie werd ook ingevoegd bij wijze van kaart.

Kaart 36: Afwegingskader zonevreemde recreatie

Hieronder wordt per beleidscategorie van de open ruimte een ontwikkelingskader aangegeven voor de zonevreemde recreatie. Telkens wordt er een lijst ingevoegd met de zonevreemde recreatieve activiteiten die onder deze beleidscategorie vallen. Deze lijst is indicatief, niet limitatief. Er kunnen dus nog zonevreemde recreatieve activiteiten ontbreken in deze lijst. Vanzelfsprekend vallen deze dan – afhankelijk van het gebied waarin ze gelegen zijn - ook onder één van de onderstaande beleidscategorieën.

Natuurreservaat-, bos- en beekloopgebieden

De natuurreservaten, boscomplexen en beeklopen vormen de waardevolste gebieden voor natuur in de gemeente. In deze gebieden ligt de nadruk op natuurbehoud en – ontwikkeling. Volgende gebieden komen in aanmerking:

- Torfbroek - Ter Bronnen - Hellebos - Rotbos met de beekloop van de Dode Beek - Silsombos - bossen rond Wilder - Weisetterbos - Steentjesbos - Vijverbossen - Weesbeek - Barebeek - Molenbeek - Bergbeek - twee Leibeken - Weisetterbeek - Keibeek - Dode Beek

Recreatieve activiteiten, meer specifiek de recreatieve infrastructuur, zijn niet verenigbaar met deze functies, voor zover het niet gaat over recreatief medegebruik. De aanwezige zonevreemde recreatie moet herlokaliseren.

Deze gebieden komen overeen met de bestaande groene gebieden (natuur- en bosgebieden) op het gewestplan en de winterbekkens van de beeklopen binnen de gemeente. De afbakening van de winterbekkens van de beeklopen gebeurt in een op te maken RUP.

Open landbouwgebieden

Deze gebieden vertonen een grote aaneengeslotenheid van landbouwpercelen. Het gaat om heel open landbouwgebieden, waar naast verspreide landbouwzetels weinig andere bebouwing voorkomt. De gebieden zijn daarom ook landschappelijk waardevol. In deze gebieden is het behoud van de open ruimte voor de landbouw de voornaamste doelstelling. Er wordt een onderscheid gemaakt tussen het gebied Buken – het Sas en Grootveld.

In de zone Buken – het Sas kunnen aan zonevreemde recreatieve functies instandhoudingswerken uitgevoerd worden. Herbouwen is mogelijk, ook een beperkte uitbreiding in oppervlakte of wijziging van activiteiten is mogelijk ten behoeve van een meer optimale recreatieve voorziening. Deze beperkte uitbreiding is afhankelijk van de dynamiek van de voorziening en voor zover geen impact op het functioneren van het landbouwareaal. Er wordt ook rekening gehouden met landschappelijke aspecten: openheid, zichten.

Page 130: GRS Tekstboek

ARCADIS Gedas NV Projectnummer: 07/2872

maart 2006 Bestand: s:\structuurplanning\rsp-kampenhout-2872\rapporten\5 - ontwerp\versie da\2872-rap-248b_bd.doc Pagina 130 van 191 Dossier: Ruimtelijk Structuurplan Gemeente Kampenhout - Ontwerp – Versie B

Het gebied Grootveld heeft nog een gaaf karakter. In Grootveld kunnen aan de bestaande recreatieve functies enkel instandhoudingswerken uitgevoerd worden. Herbouwen of uitbreiden is niet mogelijk.

Verwevingsgebieden

Dit zijn gebieden die door de gemeente worden aangeduid als open ruimtegebieden met een belangrijke belevingswaarde van de open ruimte. Het zijn gebieden waar de landbouw als hoofdfunctie behouden blijft en waar de natuurlijke en landschappelijke functie als nevenfunctie wordt gestimuleerd. De natuurlijke waarde wordt bekomen door de uitdrukkelijke aanwezigheid van kleine landschapselementen. De landschappelijke waarde wordt bekomen door de belevingswaarde die aan het gebied wordt gegeven (kleinschalig, bossen, cultureel erfgoed…). Het gaat om:

- gebied Steentjesbos - Hellebos - gebied Wilder – Silsombos – Torfbroek

Voor de zonevreemde recreatieve functies wordt de bestaande toestand behouden. Aan de bestaande recreatieve voorzieningen kunnen instandhoudingswerken uitgevoerd worden. Herbouwen is mogelijk, ook een beperkte uitbreiding in oppervlakte of wijziging van activiteiten is mogelijk ten behoeve van een meer optimale recreatieve voorziening. Deze beperkte uitbreiding is afhankelijk van de dynamiek van de voorziening en voorzover geen impact op het functioneren van het landbouwareaal en de natuurlijke structuur (bosjes, kleine landschapselementen…). Er wordt ook rekening gehouden met landschappelijke aspecten: de zonevreemde recreatie krijgen een passende landschappelijke inkleding. Belangrijk is dat storende zichten vanuit het landschap worden weggewerkt.

Er is één recreatieve activiteit aanwezig in deze gebieden: - voetbalterrein “De Kampelaar”

Open ruimtekamers

In deze gebieden primeert het open houden ten behoeve van de landbouw. De open ruimtekamers moeten zoveel mogelijk behouden worden als open ruimten binnen een dicht bebouwd gebied, zodat (nieuwe) kleinschalige leefbare landbouwactiviteiten in de toekomst mogelijk blijven en ter vrijwaring van het landelijk karakter van de gemeente.

Aan de bestaande recreatieve functie kunnen instandhoudingswerken uitgevoerd worden. Herbouwen en beperkt uitbreiden (naar functie en oppervlakte) is mogelijk ten behoeve van een meer optimale recreatieve voorziening. De mate van uitbreiding moet geval per geval bekeken worden in functie van de dynamiek en de impact van de activiteit op het functioneren van het landbouwareaal en op het omliggende wonen.

Er zijn vier recreatieve activiteiten aanwezig in deze gebieden: - voetbalterrein “De Hutte” - voetbalterrein “FC Berg – op” - manege in de Brouwerijstraat - manege in de Heertbaan

Open ruimtecorridor

In deze gebieden is het open houden het voornaamste streefdoel. Voor de zonevreemde recreatieve activiteiten wordt de bestaande toestand behouden. Er kunnen instandhoudingswerken uitgevoerd worden. Herbouwen is niet mogelijk, ook uitbreiding van oppervlakte en wijziging van activiteiten is niet mogelijk.

Page 131: GRS Tekstboek

ARCADIS Gedas NV Projectnummer: 07/2872

Bestand: s:\structuurplanning\rsp-kampenhout-2872\rapporten\5 - ontwerp\versie da\2872-rap-248b_bd.doc maart 2006 Dossier: Ruimtelijk Structuurplan Gemeente Kampenhout - Ontwerp – Versie B Pagina 131 van 191

SK dbtbkpqb=kbabowbqqfkdppqor`qrro=

Bij de gewenste nederzettingsstructuur van Kampenhout wordt het wonen en de woonondersteunende voorzieningen verstaan. De uitwerking van de bedrijvigheid zal gebeuren in de gewenste ruimtelijk – economische structuur.

SKNK açÉäëíÉääáåÖÉå=

- Opvangen van de lokale woonbehoeften. - Verhogen van het aanbod aan sociale huisvesting. Uit de behoefteraming is gebleken dat de

gemeente tegen 2013 minimum 19 sociale huurwoningen, 19 sociale koopwoningen en 58 sociale kavels dient te realiseren.

- Voldoende aandacht voor de huisvesting van senioren. De behoefteraming geeft aan dat er tegen 2013 minimum 14 bijkomende serviceflats dienen gerealiseerd te worden.

- Versterken van het draagvlak van de kernen door inbreidingsgerichte projecten. - Bieden van een oplossing voor de zonevreemde en verspreide bebouwing.

SKOK `çåÅÉéíÉå=

Bundelen van nieuwe ontwikkelingen in de dorpskernen

De gemeente Kampenhout heeft vooral de functie van een woongemeente, dit onder meer door de nabijheid van verschillende stedelijke gebieden, die uitgerust zijn met een groot aanbod aan voorzieningen. De functie van woongemeente is in de meeste dorpskernen duidelijk voelbaar. Om de levendigheid in de dorpskernen te bevorderen en het voorzieningenniveau op peil te houden, wordt nieuwe woonontwikkelingen en nieuwe centrumactiviteiten naar de kernen gebundeld. Hierdoor worden de centra weer aantrekkelijker voor nieuwe handel, voorzieningen, wonen... Door bundeling worden voorzieningen beter bereikbaar te voet, met de fiets en het openbaar vervoer.

Versterking van de kernen gebeurt door het voeren van een aanbodbeleid in de kernen. Hierdoor worden verspreide ontwikkelingen (linten, verspreide bebouwing…) afgeremd.

Kernen begrensd door waardevolle open ruimtegebieden

Het netwerk van beeklopen, de natuurreservaten, boscomplexen, de open landbouwgebieden, verwevingsgebieden... zijn belangrijke gebieden voor de natuur, landbouw, het landschap en voor zachte recreatie. Deze waardevolle open ruimtegebieden stellen grenzen aan de uitbreiding van de dorpskernen.

Daarnaast is er ook de bebouwing in de open ruimte (woonlinten, verspreide bebouwing…). Doordat de bebouwing in de open ruimte de ontwikkeling van de dorpskernen ondermijnt, wordt ze in de toekomst niet verder gestimuleerd. De open ruimte waarin deze bebouwing is gelegen, zal in grote mate de ontwikkelingsmogelijkheden bepalen.

Page 132: GRS Tekstboek

ARCADIS Gedas NV Projectnummer: 07/2872

maart 2006 Bestand: s:\structuurplanning\rsp-kampenhout-2872\rapporten\5 - ontwerp\versie da\2872-rap-248b_bd.doc Pagina 132 van 191 Dossier: Ruimtelijk Structuurplan Gemeente Kampenhout - Ontwerp – Versie B

Vijf kernen met een eigen identiteit

Nieuwe ontwikkelingen worden gebundeld in de verschillende dorpskernen, maar dit gebeurt gedifferentieerd, dit wil zeggen naargelang de eigenheid van iedere kern. Alzo wordt het typische karakter van de verschillende dorpskernen versterkt. Zo is het landelijke, rustige karakter van de dorpskernen Relst, Nederokkerzeel en Buken typerend; daarentegen nemen Kampenhout en Berg hoofdzakelijk de dynamiek inzake wonen, voorzieningen, administratieve dienstverlening… in de gemeente op. De gemeente wenst deze eigenheid van de verschillende dorpskernen naar de toekomst toe verder te versterken.

Daarom zal in de dorpskernen Relst, Nederokkerzeel en Buken de nadruk liggen op het behoud van het landelijke karakter. In de dorpskernen Kampenhout en Berg zal meer de nadruk liggen op een aanbodbeleid.

Woonontwikkelingen en gemeentelijke voorzieningen aan de kernen Kampenhout en Berg

De kernen Kampenhout en Berg zijn gelegen in een sterk bebouwd gebied, dat zich situeert rond de Haachtsesteenweg en dat buiten de gemeente overgaat in de bebouwde ruimte van Steenokkerzeel. De dorpskernen van Kampenhout en Berg zijn samen met een drietal woonparken vrij sterk aan elkaar gegroeid.

Kampenhout en Berg zijn de grootste kernen in de gemeente en zijn onderling ongeveer even groot. Kampenhout is in het RSVB geselecteerd als hoofddorp, Berg als woonkern. In het hoofddorp zijn heel wat functies aanwezig die dienen voor de gehele gemeente (administratieve dienstverlening, woongebieden, kleinhandelscentrum…), evenals in de woonkern Berg (vrij groot residentieel gebied, school…).

De gemeente wenst de complementariteit tussen de verschillende kernen naar de toekomst toe verder te behouden. In Kampenhout zal daarom een aanbodbeleid gevoerd worden inzake wonen en woonondersteunende voorzieningen voor de gehele gemeente; in Berg zal – gezien de residentiële uitstraling – naar de toekomst toe vooral een aanbodbeleid gevoerd worden inzake wonen.

SKPK dÉïÉåëíÉ=êìáãíÉäáàâÉ=åÉÇÉêòÉííáåÖëëíêìÅíììê=

De gewenste ruimtelijke nederzettingsstructuur wordt grotendeels gekoppeld aan het gebiedsgericht beleid van de deelruimten in de gemeente. Er kunnen in de gewenste nederzettingsstructuur een aantal grotere eenheden worden aangeduid waaraan het woonbeleid wordt gekoppeld: - kerngebied Kampenhout-Berg, met:

- hoofddorp Kampenhout - woonkern Berg

- landelijke kernen, met: - woonkern Relst - kern-in-het-buitengebied Buken - kern-in-het-buitengebied Nederokkerzeel

- woonparken Rood Klooster, Ter Bronnen, Duisbos – Lelleveld en Weisetterbos - woonlinten - geïsoleerde (grootschalige) bebouwing

Page 133: GRS Tekstboek

ARCADIS Gedas NV Projectnummer: 07/2872

Bestand: s:\structuurplanning\rsp-kampenhout-2872\rapporten\5 - ontwerp\versie da\2872-rap-248b_bd.doc maart 2006 Dossier: Ruimtelijk Structuurplan Gemeente Kampenhout - Ontwerp – Versie B Pagina 133 van 191

Kaart 37: Gewenste nederzettingsstructuur

Kerngebied Kampenhout-Berg

Het kerngebied Kampenhout-Berg bevat de dorpskernen Kampenhout en Berg. Deze kernen nemen hoofdzakelijk de dynamiek inzake wonen, voorzieningen, administratieve dienstverlening… in de gemeente op. In deze dorpskernen zal een aanbodbeleid gevoerd worden inzake wonen en woonondersteunende voorzieningen.

Ontwikkelingsperspectieven voor het hoofddorp Kampenhout

Het hoofddorp is een dorpskern met een uitgebreide uitrustingsgraad (voorzieningen, winkels, diensten, recreatie…). Het niveau van de uitrusting situeert zich op gemeentelijk niveau. Het hoofddorp heeft een hogere uitrustingsgraad dan de woonkernen en andere categorieën.

Kampenhout wordt ontwikkeld als hoofddorp met functies inzake wonen, handel, diensten, voorzieningen en recreatie op kernniveau en gemeentelijk niveau. Volgende beleidslijnen worden voorgesteld voor het hoofddorp:

- het stimuleren van de effectieve ontwikkeling van beschikbare bouwpercelen in de kern, teneinde het aanbod aan bouwmogelijkheden in de kern te verhogen en een concurrentieel aanbod te creëren om bebouwing in de open ruimte te vermijden.

- het realiseren van een geschikt aanbod aan betaalbare huisvesting in de kern, door het ontwikkelen van een woonuitbreidingsgebied, om tegemoet te komen aan de huidige en toekomstige behoefte in de gemeente en dit in functie van het doelgroepenbeleid.

- het realiseren van een geschikt aanbod aan bejaardenhuisvesting (serviceflats) en het realiseren van huisvesting voor gehandicapten en chronisch zieken in de dorpskern.

- het voeren van een verdichtingsbeleid om tegemoet te komen aan de vraag naar kleinere (betaalbare) woningen door: - gebieden af te bakenen waar meergezinswoningen gewenst zijn - gebieden af te bakenen waar het aantal woonlagen uitgebreid kan worden

- het voeren van een kwaliteitsbeleid door: - de verblijfskwaliteit van de woonomgeving te verhogen door herinrichting van het openbaar

domein - de verkeersveiligheid in het centrum te verhogen voor wandelaars en fietsers - het versterken van het voorzieningenapparaat in de centrumstraten van Kampenhout door

voldoende ruime bouwmogelijkheden te voorzien - het beschermen van het waardevol patrimonium - voldoende aandacht te schenken aan de aanwezige open ruimtes (groene speel- en rustruimtes

in het bebouwingsweefsel) en waar mogelijk deze open ruimtes verder te versterken; ook door voldoende aandacht te schenken aan nog groene woonwijken

- voldoende mogelijkheden te creëren voor het opvangen van de behoefte aan lokale sport-toeristisch-recreatieve, culturele en jeugdvoorzieningen

Het gewenst beleid voor het hoofddorp Kampenhout zal verder uitgewerkt worden bij de deelruimte “kerngebied Kampenhout - Berg” (zie verder).

Ontwikkelingsperspectieven voor de woonkern Berg

Een woonkern is een dorpskern met een beperkte uitrustingsgraad. Het niveau van de uitrusting situeert zich op het dorpskernniveau.

In de kern van Berg worden, door de ligging in een sterk bebouwd gebied met heel wat voorzieningen, mogelijkheden voorzien om de taakstelling inzake wonen binnen de gemeente op te vangen. Daarnaast worden er in Berg voldoende aandacht gegeven aan de ontwikkeling van lokale woonondersteunende functies (zoals winkels, voorzieningen...).

Page 134: GRS Tekstboek

ARCADIS Gedas NV Projectnummer: 07/2872

maart 2006 Bestand: s:\structuurplanning\rsp-kampenhout-2872\rapporten\5 - ontwerp\versie da\2872-rap-248b_bd.doc Pagina 134 van 191 Dossier: Ruimtelijk Structuurplan Gemeente Kampenhout - Ontwerp – Versie B

Volgende beleidslijnen worden voor de kern van Berg gehanteerd:

- het stimuleren van de effectieve ontwikkeling van beschikbare bouwpercelen in de kern, teneinde het aanbod aan bouwmogelijkheden in de kern te verhogen en een concurrentieel aanbod te creëren om bebouwing in de open ruimte te vermijden.

- het realiseren van een geschikt aanbod aan betaalbare huisvesting in de kern, door het ontwikkelen van een woonuitbreidingsgebied, om tegemoet te komen aan de huidige en toekomstige behoefte in de gemeente en dit hoofdzakelijk in functie van het doelgroepenbeleid.

- het voeren van een kwaliteitsbeleid door: - voldoende ontwikkelingsmogelijkheden te geven aan het bestaande schoolcomplex en de

begraafplaats - het versterken van het voorzieningenapparaat in de centrumstraten van Berg en het vermijden

van mogelijkheden voor voorzieningen langs de autogerichte Haachtsesteenweg - het beschermen van het waardevol patrimonium - voldoende aandacht te schenken aan de aanwezige open ruimtes (groene speel- en rustruimtes

in het bebouwingsweefsel) en waar mogelijk deze open ruimtes verder te versterken; ook door voldoende aandacht te schenken aan nog groene woonwijken

- voldoende mogelijkheden te creëren voor het opvangen van de behoefte aan lokale culturele en jeugdvoorzieningen

Het gewenst beleid voor de woonkern Berg zal verder uitgewerkt worden bij de deelruimte “kerngebied Kampenhout - Berg” (zie verder).

Landelijke kernen

Ontwikkelingsperspectieven voor de woonkern Relst

Ondanks dat zowel Relst als Berg als woonkern zijn geselecteerd, wordt er vanuit het gemeentelijk ruimtelijk structuurplan een gedifferentieerde invulling voorzien voor beide kernen. De ontwikkeling van Relst wordt, door zijn landelijk karakter, eerder op een laag niveau gehouden.

Volgende beleidslijnen worden voor de kern van Relst voorgesteld:

- het voeren van een kwaliteitsbeleid door: - de verblijfskwaliteit in woonomgeving te verhogen door een beperkte herinrichting van het

openbaar domein - het beschermen van het waardevol patrimonium - aandacht voor de verkeersveiligheid voor wandelaars en fietsers - voldoende aandacht te schenken aan de aanwezige groene ruimtes in het bebouwingsweefsel

en zichten op het omringende open ruimtegebied en door waar mogelijk deze open ruimtes verder te versterken; ook door voldoende aandacht te schenken aan nog groene woonwijken

- voldoende mogelijkheden te creëren voor het opvangen van de behoefte aan lokale toeristisch-recreatieve voorzieningen.

Het gewenst beleid voor de woonkern Relst zal verder uitgewerkt worden bij de deelruimte “Relst - Wilder” (zie verder).

Ontwikkelingsperspectieven voor kern-in-het-buitengebied Buken

Een kern-in-het-buitengebied is een dorpskern met een beperkte uitrustingsgraad. Het niveau van de uitrusting situeert zich op dorpskernniveau. In de kernen-in-het-buitengebied Buken ligt het accent op het voeren van een kwaliteitsbeleid door:

- de verblijfskwaliteit in woonomgeving te behouden - het beschermen van het waardevol patrimonium - aandacht voor de verkeersveiligheid voor wandelaars en fietsers - voldoende aandacht te schenken aan de relatie met het omliggende open ruimtegebied

Page 135: GRS Tekstboek

ARCADIS Gedas NV Projectnummer: 07/2872

Bestand: s:\structuurplanning\rsp-kampenhout-2872\rapporten\5 - ontwerp\versie da\2872-rap-248b_bd.doc maart 2006 Dossier: Ruimtelijk Structuurplan Gemeente Kampenhout - Ontwerp – Versie B Pagina 135 van 191

Het gewenst beleid voor de kernen-in-het-buitengebied Buken wordt hierna verder uitgewerkt.

• Behoud van het landelijk karakter

Buken is een kleinere kern die Kampenhout deelt met Herent. Op Kampenhouts grondgebied heeft Buken een lintvormig karakter, gedomineerd door de hoofdstraat Bukenstraat. Buken vertoont door de schaal van de bebouwing, de aangepaste herinrichting van de hoofdstraat, het type van woningen, het niveau van de voorzieningen, het omringende waardevolle openruimte – gebied… nog een landelijk karakter. Dit wordt maximaal behouden en indien mogelijk versterkt. Gezien de nadruk ligt op het landelijke, rustige wonen, is het niet wenselijk om het bebouwingsweefsel verder te gaan verdichten of functies toe te laten die het landelijke wonen kunnen hinderen.

Volgende ontwikkelingsperspectieven worden voorgesteld om het landelijke karakter in de kern te behouden:

- Buken blijft een kleine kern omgeven door waardevolle open ruimtegebieden. Uitbreiding van de kern buiten de huidige contouren van het woongebied zijn niet wenselijk. Grootschalige verkavelingen moeten vermeden worden. Woonprojecten moeten dus kleinschalig blijven. De beekloop van de Weisetterbeek vormt de grens van de kern.

- Buken op het grondgebied van Kampenhout wordt getypeerd door heel wat gesloten bebouwing en kleinere woningen (voornamelijk Bukenstraat). Het is niet de bedoeling om de bebouwingsstructuur verder te gaan verdichten, door bijvoorbeeld meer bouwlagen toe te laten. De bouwhoogte en het materiaalgebruik van nog te realiseren woongelegenheden sluit maximaal aan bij de overheersende bebouwingsvorm van de dorpskern.

- Markante gebouwen (bv. typerende oude huizen) worden maximaal behouden. Hiervoor wordt verwezen naar de inventaris “bouwen door de eeuwen heen” van Monumenten & Landschappen.

- Een permanent aandachtspunt is het landelijk houden van de kern door een aangepaste beplanting, hoogte van gebouwen, materiaalgebruik van publiek domein... Hiertoe zijn reeds belangrijke inspanningen geleverd door de herinrichting van de hoofdstraat Bukenstraat. Deze herinrichting wordt naar de toekomst toe behouden en indien nodig worden hiertoe bijkomende maatregelen genomen. Hierdoor worden de kwaliteiten van het aangename, landelijke dorpscentrum behouden.

- Buken is voor het grootste deel gelegen op het grondgebied van Herent. De kern heeft een beperkt voorzieningenapparaat op het niveau van de eigen dorpskern. De meeste voorzieningen bevinden zich echter op het grondgebied van Kampenhout, langs de Bukenstraat. Dit voorzieningenapparaat doet ook dienst voor de woonwijken gelegen op het grondgebied van Herent. Er wordt ervoor geopteerd om het voorzieningenapparaat op het grondgebied van Kampenhout niet verder uit te bouwen. De inwoners zijn hiervoor aangewezen op de overige dorpskernen. Enkel kleinschalige handelszaken met basisgoederen en publieke voorzieningen op het niveau van de eigen dorpskern zijn wenselijk. Het is aangewezen deze te situeren in de hoofdstraat Bukenstraat. Het is geenszins de bedoeling om langs de N26 ter hoogte van Buken nieuwe commerciële of publieke functies te voorzien.

- Een afstemming is noodzakelijk met het gemeentelijk ruimtelijk structuurplan van Herent.

• Verbeteren oversteekbaarheid ter hoogte van Leuvensesteenweg

De N26 (Leuvensesteenweg) doorsnijdt Buken en vormt een belangrijke barrière voor de kern. Omdat de inwoners zich gemakkelijker en veiliger zouden kunnen verplaatsen naar het dorpscentrum, wordt de oversteekbaarheid voor fietsers en voetgangers ter hoogte van het kruispunt met de Bukenstraat verbeterd.

De Bukenstraat wordt beschouwd als de hoofdstraat van Buken en de belangrijkste toegangsweg vanuit de N26 (Leuvensesteenweg) tot de kern Buken. Dit moet van op de Leuvensesteenweg

Page 136: GRS Tekstboek

ARCADIS Gedas NV Projectnummer: 07/2872

maart 2006 Bestand: s:\structuurplanning\rsp-kampenhout-2872\rapporten\5 - ontwerp\versie da\2872-rap-248b_bd.doc Pagina 136 van 191 Dossier: Ruimtelijk Structuurplan Gemeente Kampenhout - Ontwerp – Versie B

duidelijk waarneembaar zijn. Er wordt voorgesteld om het kruispunt Leuvensesteenweg – Bukenstraat her in te richten, zodanig dat fietsers en voetgangers veiliger de weg kunnen oversteken. Dit biedt daarenboven een meerwaarde voor de toeristisch-recreatieve uitstraling van de kern. Bij een verbeterde oversteekbaarheid van de N26 kunnen fietsers en wandelaars afkomstig van het kanaal, de jachthaven of de veiling op een veilige manier de straat oversteken, richting het aangename dorpscentrum van Buken en richting de groengebieden op het grondgebied van Herent.

Een verbeterde oversteekbaarheid kan het best kaderen in een herinrichting van de N26 ter hoogte van Buken, grosso modo tussen de Spekstraat (Herent) en de Weisetterbeek (= grens kern Buken). Bij een herinrichting ligt het accent op het verbeteren van de verkeersleefbaarheid. Het is geenszins de bedoeling om langs de N26 ter hoogte van Buken nieuwe commerciële of publieke functies te voorzien.

Ontwikkelingsperspectieven voor kern-in-het-buitengebied Nederokkerzeel

Een kern-in-het-buitengebied is een dorpskern met een beperkte uitrustingsgraad. Het niveau van de uitrusting situeert zich op dorpskernniveau. In de kernen-in-het-buitengebied Nederokkerzeel ligt het accent op het voeren van een kwaliteitsbeleid door:

- de verblijfskwaliteit in woonomgeving te behouden - het beschermen van het waardevol patrimonium - aandacht voor de verkeersveiligheid voor wandelaars en fietsers - voldoende aandacht te schenken aan de aanwezige groene ruimtes in het bebouwingsweefsel

en zichten op het omringende open ruimtegebied en door waar mogelijk deze open ruimtes verder te versterken

Het gewenst beleid voor de kern-in-het-buitengebied Nederokkerzeel wordt hierna verder uitgewerkt.

• Behoud van het landelijk karakter

Nederokkerzeel heeft een landelijk karakter. Dit heeft vooreerst te maken met het klein en open karakter van de kern, gelegen temidden en belangrijk open ruimtegebied. Daarnaast vertoont de kern ook een landelijk karakter door de schaal van de bebouwing, de typische verspringing van bouwlijnen, het overheersende type van woningen, het voorzieningenniveau, de relatief perifere ligging ten opzichte van het hogere wegennet... Daarom is het wenselijk om dit karakter te behouden en om geen functies toe te laten die het landelijke wonen kunnen hinderen.

Volgende ontwikkelingsperspectieven worden voorgesteld om het landelijke karakter in de kern te behouden:

- Nederokkerzeel blijft een kleine kern omgeven door waardevolle open ruimtegebieden. Deze open ruimtegebieden stellen grenzen aan de ontwikkeling van Nederokkerzeel. Uitbreiding van de kern buiten de huidige contouren van het woongebied is niet wenselijk. Grootschalige verkavelingen moeten vermeden worden. Woonprojecten moeten dus kleinschalig blijven.

Het wooninbreidingsgebied Peperstraat (NeWo1) is niet ontwikkelbaar door zijn smalle opbouw en door het huidig gebruik (vnl. tuinen). Het gebied wordt herbestemd als zone voor achtertuinen en verdwijnt daarmee uit het aanbod. De woonuitbreidingsgebieden Dries (NeWu1) en List (NeWu2) worden beschouwd als reservegebieden, gezien de ligging in waardevolle open ruimtegebieden.

- Open gebieden in de kern, zoals het wooninbreidingsgebied Bieneveld (NeWo2), worden maximaal gevrijwaard. Bieneveld, gelegen temidden de dorpskern, biedt een meerwaarde voor omliggende bewoners want deze hebben een mooi zicht op het binnengebied. Het gebied wordt beschouwd als een reservegebied op korte en middellange termijn. Op deze manier wordt het typerende open karakter van de kern bewaard. Bij de eventuele realisatie op lange termijn (na 2013) van een kleinschalig, inbreidingsgericht project voor sociale huur- en koopwoningen, moet er op gelet worden dat het project aansluit bij het centrum van de kern,

Page 137: GRS Tekstboek

ARCADIS Gedas NV Projectnummer: 07/2872

Bestand: s:\structuurplanning\rsp-kampenhout-2872\rapporten\5 - ontwerp\versie da\2872-rap-248b_bd.doc maart 2006 Dossier: Ruimtelijk Structuurplan Gemeente Kampenhout - Ontwerp – Versie B Pagina 137 van 191

dat de voetgangersverbinding tussen de Binnenveldstraat en het kerkplein behouden blijft en dat ontsluitingsmogelijkheden gegarandeerd blijven voor de rest van de binnengebied.

- Aandacht gaat naar een aangepaste beplanting en materiaalgebruik van het publiek domein; deze benadrukken het landelijke karakter. Indien nodig wordt het publiek domein heringericht.

- Behoud van de huidige schaal van woningen. Het toegelaten aantal bouwlagen wordt niet verhoogd. Er wordt geen stimulerend beleid gevoerd inzake gesloten bebouwing.

- Het materiaalgebruik van de nog te realiseren woongelegenheden sluit maximaal aan bij de overheersende bebouwingsvorm van de dorpskern.

- Markante gebouwen worden maximaal behouden. Hiervoor wordt verwezen naar de inventaris “bouwen door de eeuwen heen” van Monumenten & Landschappen.

- Behoud van de typische “verspringing” van de bouwlijnen.

- Enkel kleinschalige handelszaken met basisgoederen en publieke voorzieningen op het niveau van de eigen dorpskern zijn wenselijk. Het is aangewezen deze te situeren in het dorpscentrum.

Woonparken

Het gaat om volgende woonparken: - Weisetterbos - Rood Klooster - Ter Bronnen - Duisbos – Lelleveld

De woonparken wordt exclusief residentieel gehouden. Woningen kunnen enkel ontwikkeld worden binnen de juridische voorraad.

Het beleid richt zich voornamelijk op het behoud en het versterken van de typische woonkwaliteit van woonparken, namelijk het rustig wonen in het groen. Een groene woonomgeving betekent een belangrijke meerwaarde voor de bewoners van het woonpark. Groen zorgt ervoor dat het rustig karakter van de wijk wordt behouden. Bovendien betekent een vergroening van de wijk ook een belangrijke meerwaarde voor het landschap, zeker aangezien de wijken vrij geïsoleerd in het landschap voorkomen. Voor de perceptie van het ruimere landschap van Kampenhout is het belangrijk dat de wijken groener worden ingericht.

Volgende ontwikkelingsperspectieven worden daarom vooropgesteld voor de woonparken:

- Het is zeker niet de bedoeling om de woonparken te gaan verdichten en bijvoorbeeld percelen verder te gaan opsplitsen. De percelen worden zo groot mogelijk gehouden, zodat een maximaal aan groenaanplanten op de percelen kan behouden blijven. Op langere termijn kan er nagegaan worden of er mogelijkheden zijn voor samenvoeging van (kleinere) percelen naar een groter perceel. Via een RUP kan gekomen worden tot perceelsgroottes die voorzien zijn voor woonparken.

- De bebouwing van de woonparken wordt meer geïntegreerd in het landschap door het behoud en het realiseren van een groene landschapszoom tussen de wijk en het omringende landschap en door een aangepaste laanbeplanting (inbrengen van hoogstammige streekeigen beplanting in het straatbeeld). Dit moet gedifferentieerd worden naar de verschillende woonparken. De woonparken Duisbos – Lelleveld en Rood Klooster hebben eerder het uitzicht van een gewone verkaveling dan van een woonpark. In deze twee woonparken is een landschapszoom en laanbeplanting essentieel, om het rustig wonen in het groen te bevorderen. Dit kadert ook in maatregelen inzake de landschappelijke structuur.

- Bij de ontwikkeling van nieuwe onbebouwde percelen worden voorwaarden opgelegd inzake aanplanting van streekeigen groen. Dit moet gedifferentieerd worden naar de verschillende woonparken. Zo zijn er door de perceelsstructuur meer mogelijkheden in het woonpark Ter

Page 138: GRS Tekstboek

ARCADIS Gedas NV Projectnummer: 07/2872

maart 2006 Bestand: s:\structuurplanning\rsp-kampenhout-2872\rapporten\5 - ontwerp\versie da\2872-rap-248b_bd.doc Pagina 138 van 191 Dossier: Ruimtelijk Structuurplan Gemeente Kampenhout - Ontwerp – Versie B

Bronnen en het woonpark Weisetterbos, dan in de woonparken Duisbos – Lelleveld en Rood Klooster, waar de percelen vrij klein zijn.

Voor woonparken met relatief kleine percelen is het belangrijk dat er in de wijk zelf voldoende speelruimte aanwezig is. Daarom wordt een speelterrein verplicht bij deze woonparken. Dit biedt een serieuze meerwaarde voor de samenhang van de wijk. Mensen kunnen er bijeenkomen, kinderen kunnen er spelen... Het gaat om speelruimtes die vrij kleinschalig zijn, op wijkniveau. Mogelijkheden zijn bv. restpercelen aan de rand van de wijk die goed gesitueerd zijn voor de gehele wijk.

Gezien de bewoners zich voor commerciële of openbare voorzieningen moeten begeven naar andere dorpskernen, zijn goede verbindingen tussen de woonparken en deze kernen belangrijk. Het gaat niet alleen om verbindingen met de auto, maar ook met de fiets en te voet. Het is belangrijk dat fietsers en voetgangers op een zo snel mogelijke en veilige manier de dorpskernen kunnen bereiken. Volgende voetgangers- en fietsverbindingen worden behouden en indien nodig terug hersteld:

- verbinding tussen woonpark Duisbos-Lelleveld en woonkern Berg - verbinding tussen woonpark Rood Klooster en hoofddorp Kampenhout - verbinding tussen woonpark Ter Bronnen, woonkern Berg en hoofddorp Kampenhout - verbinding tussen woonpark Weisetterbos en woonkern Relst

De overstromingsgevoelige gebieden te Kampenhout situeren zich voornamelijk ter hoogte van de verschillende woonparken. Nieuwe bebouwing moet vermeden worden in overstromingsgevoelige gebieden (cfr. watertoets). Daarenboven zou de noodzaak tot kleinschalige buffers moeten bekeken worden.

Woonlinten

Een woonlint bestaat uit een groep woningen die aan één of aan beide zijden van een straat met een typische lineaire structuur en die meestal als uitloper van een dorpskern voorkomen of geïsoleerd in het landschap liggen. De bebouwingsstructuur bestaat voornamelijk uit open bebouwing en er komen in principe geen voorzieningen voor.

Deze lintbebouwingen komen over de gehele gemeente Kampenhout voor. De meeste woonlinten zijn typische hedendaagse lintbebouwingen als uitlopers van de dorpen en in de open ruimte. Daarnaast zijn er enkele historische linten, zoals aan het Laar en Kampelaar, die een typisch karakter vertonen. De lintbebouwing langs de Haachtsesteenweg tenslotte vertoont ook een geheel eigen karakter.

Algemeen wordt voor woonlinten het volgende beleid vooropgesteld:

- Het verder versterken van deze woonlinten wordt niet gestimuleerd. Conform de hogere structuurplannen wordt het landelijk wonen gestimuleerd en wordt een verdere verdichting tegegaan. Enkel het opvullen van de juridische voorraad is mogelijk in deze woonlinten.

- In de woonlinten primeert het behoud en het versterken (waar mogelijk) van het landelijke karakter. De woonlinten dienen daarom overwegend de landbouwfunctie en de residentiële functie te behouden. De ontwikkeling van functies die omgevingshinder kunnen veroorzaken voor de landbouw en voor het wonen, wordt tegengegaan.

Ook langs de Haachtsesteenweg geldt het algemene beleidskader voor woonlinten. Echter hier is het streefdoel niet zozeer het behoud en versterken waar mogelijk van het landelijk karakter, maar eerder het niet monotoon laten uitdeinen van allerlei functies langs de volledige lengte van de weg en het verkeersveilig houden van de weg. Een beperkte zone langs de N21 (Haachtsesteenweg) wordt niet beschouwd als woonlint, maar als onderdeel van de kern. Het gaat om een beperkte zone ter hoogte van de kern Kampenhout. Hier wordt er gestreefd naar een bundeling van kernfuncties.

Ter hoogte van het historische lint Kampenhoutsebaan – Langestraat (Kampelaar) wordt er op toegezien dat het typische historische en landelijke karakter wordt behouden en zo mogelijk wordt versterkt. Dit kan door:

- de inrichting van het publiek domein af te stemmen op de omgeving,

Page 139: GRS Tekstboek

ARCADIS Gedas NV Projectnummer: 07/2872

Bestand: s:\structuurplanning\rsp-kampenhout-2872\rapporten\5 - ontwerp\versie da\2872-rap-248b_bd.doc maart 2006 Dossier: Ruimtelijk Structuurplan Gemeente Kampenhout - Ontwerp – Versie B Pagina 139 van 191

- een (streekeigen) beplanting te bevorderen bij de verschillende voortuintjes zodat het groene karakter van het lint blijft behouden en versterkt wordt,

- de bouwhoogte en het materiaalgebruik van nog te realiseren woongelegenheden maximaal aan te laten sluiten bij de overheersende bebouwingsvorm van het lint,

- de typische verspringing van de bouwlijnen maximaal te behouden, - te streven naar een maximaal behoud van de landbouwfunctie van het lint, - markante gebouwen maximaal te behouden. Hiervoor wordt verwezen naar de inventaris

“bouwen door de eeuwen heen” van Monumenten & Landschappen.

Geïsoleerde (grootschalige) bebouwing

Problematiek OTB

Ons Tehuis Brabant (OTB), een tehuis voor woonvoorziening en dagopvang voor mentaal gehandicapten (90- tal residenten), is gelegen in het natuurlijk complex gevormd door het Hellebos en Snijsselsbos. Volgens het gewestplan liggen de gebouwen in een bosgebied. Het bebouwde deel is omgeven door VEN- en Habitatrichtlijngebieden. Alle gebouwen zijn volledig vergund. De actuele impact van de functie op de natuurlijke structuur is vrij beperkt gezien: de vrij beperkte omvang, de beperkte visuele hinder (het gaat om laagbouw die vrij goed is geïntegreerd in de omgeving), de beperkte verkeersgeneratie (voornamelijk autoverkeer door personeel).

Er is een dringende vraag van OTB om kleine uitbreidingen en interne aanpassingen aan de bestaande gebouwen door te voeren om de woontrend naar zelfstandig wonen te volgen (vraag naar eigen plek onder de vorm van een individuele kamer).

Het is de wens van de gemeente om de huidige bestemming van bosgebied te herbestemmen naar zone voor gemeenschapsvoorzieningen en openbaar nut, voor het bebouwde en vergunde deel dat buiten het VEN en de Habitatrichtlijngebieden ligt. Ook dienen er minimale ontwikkelingskansen te worden gecreëerd voor deze zone, in functie van nieuwe trends in de sector, evenwel onder de volgende voorwaarden: - de dynamiek wordt op het huidig niveau gehouden, d.w.z. enkel beperkte uitbreiding van de

gebouwen binnen het huidige gebied, dat buiten het VEN en de Habitatrichtlijngebieden ligt. Het mag niet de bedoeling zijn om het aantal bewoners/ personeel noemenswaardig uit te breiden.

- voldoende aandacht voor ingroening en voor het architecturaal karakter, dat aansluit bij de natuurlijke omgeving.

- behoud en waar mogelijk versterken van de bestaande verbindingen tussen de omliggende boscomplexen.

De concrete uitwerking zal door de gemeente gebeuren met de opmaak van een RUP.

Naar het Vlaams Gewest toe is het wenselijk dat bij de verdere uitwerking van het VEN rekening wordt gehouden met het feit dat er ter hoogte van OTB een barrière aanwezig is voor de natuurlijke structuur door de combinatie van drie aspecten: de aanwezigheid van OTB, de Perksesteenweg die het gebied doorkruist en waarlangs OTB gelegen is, en vooral het feit dat de natuurlijke structuur daar heel smal is.

Slipschool

Wat de Slipschool betreft is het als suggestie naar de hogere overheid toe wenselijk dat er geen bijkomende bebouwing wordt gerealiseerd, dat het groen karakter blijft behouden en dat er geen nieuwe verkeersaantrekkende functies meer worden gecreëerd.

SKQK tçåáåÖÄçìïéêçÖê~ãã~íáÉ=

De woningbouwprogrammatie geeft eerst een overzicht van de te ontwikkelen gebieden en geeft daarna aan op welke manier de aansnijdingen van woonuitbreidingsgebieden wordt gecompenseerd (te reserveren en niet te ontwikkelen gebieden).

Page 140: GRS Tekstboek

ARCADIS Gedas NV Projectnummer: 07/2872

maart 2006 Bestand: s:\structuurplanning\rsp-kampenhout-2872\rapporten\5 - ontwerp\versie da\2872-rap-248b_bd.doc Pagina 140 van 191 Dossier: Ruimtelijk Structuurplan Gemeente Kampenhout - Ontwerp – Versie B

Kaart 38: Woningbouwprogrammatie

Bij het ontwikkelen van de woningbouwprogrammatie wordt er rekening gehouden met twee perioden. De eerste periode beslaat de planfase 2003-2007 (of fase 1) en de tweede periode beslaat de planfase 2007-2013 (of fase 2). Per projectzone wordt aangegeven hoeveel ha er ontwikkeld worden, welke bestemming deze zone op het moment heeft, wat de gewenste dichtheid is, het totaal aantal te realiseren woningen en de aard van de bebouwing die er zal gerealiseerd worden. De projectzones worden per dorpskern beschreven.

Als algemeen uitgangspunt werd genomen dat woonuitbreidingsgebieden in principe slechts in aanmerking komen na verwezenlijking van de woongebieden. Daarnaast wordt gesteld dat woon(uitbreidings)gebieden in het hoofddorp voorrang krijgen op deze van de woonkernen en vervolgens de kernen-in-het-buitengebied. Uit analyse van de wooninbreidingsgebieden (niet-uitgeruste woongebieden) is gebleken dat de mogelijkheden in woongebied heel beperkt zijn:

- Vier (van de acht) woongebieden komen door hun perceelsstructuur (zeer klein, dus meerdere grondeigenaars) en hun gebruik (overwegend tuinen) niet in aanmerking om op korte of middellange termijn ontwikkeld te worden. Het betreft de wooninbreidingsgebied Kerkstraat (KaWo1; ca. 1,5 ha) en F. Verstraetenlaan (KaWo2; ca. 0,9 ha) te Kampenhout, het gebied Bergstraat (BeWo1; ca. 0,7 ha) te Berg en het gebied Peperstraat in Nederokkerzeel (NeWo1; ca. 1,8 ha). Deze gebieden kunnen ofwel behouden worden voor de langere planningstermijn (na 2013) of herbestemd worden als tuinzone (vanwege ook niet realiseerbaar op lange termijn).

- Eén woongebied is grotendeels gelegen in het natuurlijk overstromingsgebied van Weisetterbeek en komt vanwege de watertoets vermoedelijk niet in aanmerking om bebouwd te worden. Het betreft het gebied Sparrendreef (ReWp1; ca. 1,7 ha) in het woonpark Weisseterbos. Vermits het woonpark geen geselecteerde kern betreft, maar onderdeel is van de open ruimte, worden nieuwe woonontwikkelingen er zoveel mogelijk tegengaan. Het binnengebied wordt als reservegebied behouden voor de langere planperiode.

- Drie woongebieden komen naar perceelsstructuur en huidig gebruk wel in aanmerking om op korte of middellange termijn ontwikkeld te worden. Het betreft de twee kleinere gebieden Tiendeschuurstraat (KaWo3; ca. 0,4 ha) te Kampenhout en Hutstraat (ReWo1; ca. 1,5 ha) te Relst en het grotere wooninbreidingsgebied Bieneveld (NeWo2; ca. 4,0 ha) in de kern Nederokkerzeel. Deze gebieden worden in relatie tot de kernselectie op provinciaal niveau en de gemeentelijk visie rond de kernen (zie hoger) ontwikkeld op korte termijn of behouden voor de langere planperiode (na 2013). Dit houdt volgende visie in: - Het wooninbreidingsgebied in de dorpskern Kampenhout wordt, gezien de kernselectie

(hoofddorp) op korte termijn gerealiseerd. - Relst is op provinciaal niveau geselecteerd als woonkern. De gemeente voorziet de

ontwikkeling van deze kern eerder landelijke kern. Dit houdt in dat men de ontwikkelingen zoveel mogelijk wenst te beperken tot de huidige juridische voorraad (percelen langs uitgeruste weg). Het binnengebied wordt vanuit de gemeentelijke visie als reservegebied behouden voor de langere planperiode.

- Nederokkerzeel is eveneens een landelijke kern, met een beperkte uitrusting, door de provincie geselecteerd als kern-in-het-buitengebied. Ook hier worden de ontwikkelingen zoveel mogelijk beperkt tot de huidige juridische voorraad (percelen langs uitgeruste weg). Het binnengebied wordt als reservegebied behouden voor de langere planperiode.

Om het tekort aan beschikbare percelen op te vangen (voor de planperiode 2003-2013 bedraagt dit ca. 169 bouwkavels) en om een gericht doelgroepenbeleid te kunnen realiseren (min 19 sociale huurwoningen, 19 sociale koopwoningen, 58 sociale kavels) zal de gemeente Kampenhout, rekening houdend met de kernselectie op provinciaal niveau en het gewenst beleid voor de kernen zoals hoger omschreven, een drietal woonuitbreidingsgebieden gedeeltelijk aansnijden. Het betreft de ontwikkeling van het woonuitbreidingsgebied Molenveldweg (KaWu1; ca. 2,9 ha) een gedeeltelijke ontwikkeling van de woonuitbreidingsgebied Tiendeschuurstraat (KaWu3; ca. 1,0 ha) te Kampenhout en Berghveld (BeWu2; ca. 2,5 ha) in Berg.

Page 141: GRS Tekstboek

ARCADIS Gedas NV Projectnummer: 07/2872

Bestand: s:\structuurplanning\rsp-kampenhout-2872\rapporten\5 - ontwerp\versie da\2872-rap-248b_bd.doc maart 2006 Dossier: Ruimtelijk Structuurplan Gemeente Kampenhout - Ontwerp – Versie B Pagina 141 van 191

Om de specifieke behoefte in zake serviceflats en woningen voor begeleid wonen voor gehandicapten en chronisch zieken op te vangen zal de gemeente een deel van het openbaar nutsgebied in de Tiendeschuurstraat ontwikkelen (KaON1; ca. 0,5 ha).

Om de woonbehoeften in de gemeente, en meer specifiek het doelgroepenbeleid, te kunnen opvangen worden de gebieden Molenveldweg, Tiendeschuurstraat en Berghveld prioritair ontwikkeld. De gemeente zal in deze gebieden in eerste instantie een doelgroepenbeleid realiseren. De gemeente voorziet hier geen private ontwikkelingen. Om het tekort aan private kavels weg te werken zal de gemeente een stimulerend beleid voeren om de juridische voorraad sneller op de markt te brengen (vb. heffing op leegstaande percelen, tegemoetkoming indien percelen onder opgelegde sociale voorwaarden ontwikkeld worden…)

Molenveldweg - Kampenhout - Oppervlakte: fase 1: 1,5 ha

fase 2: 1,4 ha - Bestemming: woonuitbreidingsgebied (KaWu1) - Dichtheid: min. 15 woningen/ha (= min. 43 woningen) - Aantal woningen: ca: 23 woningen in eerste fase (=15 woningen/ha)

ca: 20 woningen in tweede fase (= 15 woningen/ha) - Aard van de bebouwing: - sociale huurwoningen (ca. 3 + 2)

- sociale koopwoningen (ca. 7 + 6) - sociale kavels (ca. 14 + 12)

Het woonproject sluit aan bij het centrum van Kampenhout, aansluitend op een bestaand sociaal huisvestingsproject in de Molenveldweg. Het gebied kan gemakkelijk ontsloten worden via de deze weg naar de Tritsstraat. Het woonproject ligt op loopafstand van de publieke en commerciële voorzieningen van het hoofddorp.

Het gaat om een ruimer woonuitbreidingsgebied waarvan het gewenst is om op korte termijn een eerste fase van ca. 23 woningen te realiseren en een tweede fase van ca. 20 woningen. De ontwikkeling van dit gebied krijgt voorrang op de ontwikkeling van het inbreidingsgebied Trits omdat deze gronden al in eigendom zijn van de sociale bouwmaatschappij en zij bereid zijn deze op korte termijn te ontwikkelen.

Tiendeschuurstraat – Kampenhout - Oppervlakte: fase 1: ca. 2,0 ha - Bestemming: - woongebied (KaWo3; ca. 0,5 ha),

- woonuitbreidingsgebied (KaWu3; ca. 1,0 ha) - zone voor openbaar nut (KaON1; ca. 0,5 ha)

- Dichtheid: min. 15 woningen/ha (= min. 30 woningen) - Aantal woningen: ca. 70 (= 35 woningen/ha) - Aard van de bebouwing: - seniorenwoningen: serviceflats (ca. 34)

- begeleid wonen voor gehandicapten en chronisch zieken (ca. 12) - sociale huurwoningen (ca. 17) - sociale kavels (ca. 7)

Het projectgebied is goed bereikbaar en ligt in de nabijheid van openbare en andere voorzieningen. De woonomgeving is verkeersveilig, - leefbaar en levendig. Er wordt bij de locatie rekening gehouden met de beperkte mobiliteit van de bevolkingsgroepen.

Het gaat om de realisatie van een gemengd woonproject waar zowel voorzien wordt in sociale kavels, sociale huurwoningen, serviceflats en een project inzake ‘begeleid en sociaal wonen’ voor gehandicapten en chronisch zieken. Het projectgebied omslaat een oppervlakte van ca. 2 ha, in eigendom van het OCMW van Kampenhout De twee initiatiefnemers van dit project zijn “Ons Tehuis Brabant” en het OCMW van Kampenhout. Het project zal in twee fase tijdens de eerste planperiode worden uitgevoerd (2003-2007).

Page 142: GRS Tekstboek

ARCADIS Gedas NV Projectnummer: 07/2872

maart 2006 Bestand: s:\structuurplanning\rsp-kampenhout-2872\rapporten\5 - ontwerp\versie da\2872-rap-248b_bd.doc Pagina 142 van 191 Dossier: Ruimtelijk Structuurplan Gemeente Kampenhout - Ontwerp – Versie B

Er wordt geopteerd om huisvesting voor gehandicapten en chronisch zieken afkomstig van “Ons Tehuis Brabant (OTB) te voorzien aansluitend op de dorpskern van Kampenhout. De instelling zit met ruimtebehoeften binnen hun instelling langsheen de Perksesteenweg, om de woontrend naar zelfstandig wonen te kunnen volgen (zie ‘problematiek OTB’ hierboven beschreven). Aan de Perksesteenweg worden er onder voorwaarden minimale ontwikkelingskansen gecreëerd binnen het huidige gebied. Uitbreiding buiten het huidige gebied is niet mogelijk, gezien het gebied omgeven is door VEN- en Habitatrichtlijngebieden. Daarom worden nog beperkte mogelijkheden voorzien in de dorpskern van Kampenhout, aan de Tiendeschuurstraat.

Berghveld - Berg - Oppervlakte: fase 1: 2,0 ha

fase 2: 0,5 ha - Bestemming: woonuitbreidingsgebied (BeWu1) - Dichtheid: min. 15 woningen/ha (= min. 30 woningen) - Aantal woningen: ca: 40 woningen (= 16,5 woningen/ha) - Aard van de bebouwing: - sociale koopwoningen (ca. 10)

- sociale kavels (ca. 30) Het gebied is gelegen aan de kern van Berg, binnen een korte afstand van de voornaamste voorzieningen van Berg (openbare functies, commerciële activiteiten). Het gebied is aan twee zijden begrensd door bebouwing, namemijk langs de Kerkhoflaan en Bergstraat. Deze twee straten functioneren als centrumstraten voor de woonkern Berg. Het woonuitbreidingsgebied is ontsluitbaar via de Nederokkerzeelstraat, Kerkhoflaan of Bergstraat.

De gemeente beoogt de gefaseerde aansnijding van het woonuitbreidingsgebied Berghveld. Het betreft een ruimer woonuitbreidingsgebied van ca. 10 ha waarvan een eerste deel van ca. 2,5 ha ontwikkeld kan worden in twee fasen. Een eerste fase van ca. 25-30 wonigen wordt voorzien op korte termijn (planperiode 2003-2007). Een tweede fase van ca. 10-15 woningen op middellange termijn (planperiode 2008-2013). Een mix van sociale kavels en sociale koopwoningen wordt vooropgesteld. De eerste fase wordt bij voorkeur ontwikkeld tegen Bergstraat en Kerkhoflaan. Op deze manier wordt het best aangesloten op de bebouwde omgeving van Berg en blijft de achterliggende relatie met de open ruimte behouden.

Tabel 22: Schematisch overzicht realisatie doelgroepenbeleid

Naam gebied sociale huurwoningen

sociale koopwoningen

sociale kavels serviceflats overige

KaWo3: Tiendeschuurstraat KaWu2: Tiendeschuurstraat KaON1: Tiendeschuurstraat

17 - 7 34 OTB: 12

KaWu1: Molenveldweg 3 10 20 - -

BeWu2: Berghveld - 10 30 - -

Totaal 20 20 57 34 12

Om de ontwikkeling van deze drie gebieden mogelijk te maken kan de gemeente een aantal niet-ontwikkelde woongebieden reserveren voor de langere planperiode. In onderstaande tabel wordt aangegeven dat volgens de huidige woningbouwprogrammatie de ontwikkeling van ca. 5,5 ha woonuitbreidingsgebied (zowel in eerste als in tweede fase) en de ontwikkeling van een zone voor openbaar nut van ca. 0,5 ha eventueel kan gecompenseerd worden door een reservering van ca. 9,4 ha niet-uitgerust woongebied.

Page 143: GRS Tekstboek

ARCADIS Gedas NV Projectnummer: 07/2872

Bestand: s:\structuurplanning\rsp-kampenhout-2872\rapporten\5 - ontwerp\versie da\2872-rap-248b_bd.doc maart 2006 Dossier: Ruimtelijk Structuurplan Gemeente Kampenhout - Ontwerp – Versie B Pagina 143 van 191

Tabel 23: Schematisch overzicht van de woningbouwprogrammatie

Naam gebied fase 1: 2003-2007 fase 2: 2008-2013 te reserveren niet ontwikkelbaar

KaWo1: Kerkstraat 1,5 ha

KaWo2: F. Verstraetenlaan 0,9 ha

KaWo3: Tiendeschuurstraat 0,5 ha

BeWo1: Bergstraat 0,7 ha

ReWo1: Hutstraat 1,5 ha

ReWp1: Sparrendreef 1,7 ha

NeWo1: Peperstraat 1,8 ha

NeWo2: Bieneveld 4,0 ha

Totaal woongebieden 0,4 ha 9,4 ha 2,7 ha

KaWu1: Molenveldweg 1,5 ha 1,4 ha

KaWu2: Trits 4,5 ha

KaWu2: Tiendeschuurstraat 1,0 ha 4,5 ha

BeWu1: Lange Kerkweg 1,3 ha

BeWu2: Berghveld 2,0 ha 0,5 ha 7,9 ha

NeWu1: Dries 3,1 ha

NeWu2: List 6,3 ha

Totaal woonuitbreidingsgebieden 4,5 ha 1,9 ha 17,7 ha

KaON1: Tiendeschuurstraat 0,5 ha

Page 144: GRS Tekstboek

ARCADIS Gedas NV Projectnummer: 07/2872

maart 2006 Bestand: s:\structuurplanning\rsp-kampenhout-2872\rapporten\5 - ontwerp\versie da\2872-rap-248b_bd.doc Pagina 144 van 191 Dossier: Ruimtelijk Structuurplan Gemeente Kampenhout - Ontwerp – Versie B

TK dbtbkpqb=orfjqbifgh=J=b`lkljfp`eb=pqor`qrro=

TKNK açÉäëíÉääáåÖÉå=

- Opvangen van de lokale behoefte inzake bedrijvigheid. Uit de behoefteraming bleek dat er nood is aan ca. 5 ha vrije oppervlakte om de bestaande bedrijven te herlokaliseren en om nieuwe, startende bedrijven op te vangen.

- Optimaliseren van bestaande bedrijventerreinen

TKOK `çåÅÉéíÉå=

Bedrijven komen waar mogelijk verweven voor

In de gemeente Kampenhout is er een grootschalig bedrijventerrein aanwezig ter hoogte van Kampenhout-Sas. Het bouwrijp gemaakte deel van dit bedrijventerrein is grotendeels volgebouwd. Ook buiten het bedrijventerrein zijn er in de gemeente Kampenhout heel wat bedrijven aanwezig. Deze bedrijvigheid komt verweven voor binnen de dorpskernen of verspreid in de open ruimte. Deze bedrijven kunnen verweven op hun huidige locatie voorkomen indien: - ze geen overlast veroorzaken in hun omgeving - ze goed ontsloten worden naar het hoger wegennet - ze voldoende geïntegreerd worden in hun omgeving

Bovenlokale bedrijfsontwikkelingen concentreren aan Kampenhout-Sas

In Kampenhout-Sas, waar de N21 en N26 samen komen, is er een grootschalig bedrijventerrein aanwezig. Dit bedrijventerrein kan binnen zijn huidige configuratie ruimtelijk - economisch verder versterkt worden. De gemeente wenst ter hoogte van Kampenhout-Sas de nadruk te leggen op grootschalige of verkeersaantrekkende bedrijvigheid, gezien de goede ontsluitingsmogelijkheden over de weg (via N21 en N26) en over water (via het kanaal). De provincie beschouwt Kampenhout-Sas als een specifieke economische entiteit. Door de aanwezigheid van het kanaal moeten de potenties voor watergebonden bedrijvigheid maximaal worden benut.

Lokale bedrijfsontwikkelingen concentreren aan hoofddorp Kampenhout

Daarnaast wenst de gemeente een lokaal bedrijventerrein te realiseren aan het hoofddorp Kampenhout, voor de herlokalisatie van bestaande lokale bedrijven en voor nieuwe kleinschalige lokale bedrijven (ambachtelijke en KMO) van de gemeente. Nieuwe ontwikkelingen rond bedrijvigheid genereren bijkomend verkeer. Voor de gemeente Kampenhout is het daarom belangrijk dat een bedrijventerrein nauw aansluit bij de bovenlokale verbindingsweg N21. Er werd geopteerd voor een locatie ten oosten van de dorpskern die aansluit op de N21 en waarbij er geen waardevol open ruimtegebied wordt aangesneden.

Page 145: GRS Tekstboek

ARCADIS Gedas NV Projectnummer: 07/2872

Bestand: s:\structuurplanning\rsp-kampenhout-2872\rapporten\5 - ontwerp\versie da\2872-rap-248b_bd.doc maart 2006 Dossier: Ruimtelijk Structuurplan Gemeente Kampenhout - Ontwerp – Versie B Pagina 145 van 191

Duidelijk afbakenen van de ontwikkelen langs de Mechelsesteenweg

De provincie heeft in het RSVB de bestaande concentratie Boortmeerbeek – Haacht langsheen de Mechelsesteenweg geselecteerd als ‘concentratie van grootschalige kleinhandel buiten de stedelijke gebieden’. Het betreft handelslinten die niet ruimtelijk samenhangen met een stedelijk gebied en waar het beleid gericht wordt op een strikte begrenzing en een betere ruimtelijke structurering van de concentratie.

Het handelslint langs de Mechelsesteenweg dient duidelijk te worden afgebakend, zodat een verdere uitzwerming van de handelszaken, horeca en bedrijvigheid langs de N26 wordt vermeden.

TKPK dÉïÉåëíÉ=êìáãíÉäáàâ=J=ÉÅçåçãáëÅÜÉ=ëíêìÅíììê=

De gewenste ruimtelijk economische structuur van de gemeente Kampenhout richt zich in de eerste plaats op de verweving van de economische functies in de dorpskernen. Afhankelijk van de relatie met de omgeving kunnen bedrijven ook verweven voorkomen in de woonlinten. De gewenste ruimtelijke economische structuur bevat volgende elementen:

- Te behouden en te versterken bedrijventerreinen - Te ontwikkelen lokaal bedrijventerrein - Af te bakenen handelslint - Bedrijvigheid verweven in de dorpskern - Beperkte ontwikkelingsmogelijkheden voor bedrijvigheid langs goed ontsloten lokale wegen - Ontginningsgebieden

Kaart 39: Gewenste ruimtelijk-economische structuur

Te behouden en te versterken bedrijventerreinen Kampenhout-Sas

De Provincie beschouwt Kampenhout-Sas als een specifieke economische entiteit op provinciaal niveau. Als input naar de Provincie toe worden een aantal beleidslijnen voorgesteld.

De zone langs het kanaal wordt zoveel mogelijk voorbehouden voor watergebonden bedrijvigheid die de waterweg effectief als transportmodus of als proceswater voor grondstoffen en/of producten benut; de andere industriegebieden worden ontwikkeld voor lokale/regionale bedrijvigheid. Dit wordt verder uitgewerkt in de deelruimte Kampenhout-Sas. Ook de samenhang/afstemming met de gewenste recreatieve structuur en met lokale bedrijventerreinen wordt behandeld bij de deelruimte.

Wat de gemeentelijke ruimtebehoeften betreft, zijn er op deze bedrijventerreinen aan Kampenhout-Sas een viertal bedrijven aanwezig met regionale ruimtebehoeften. Het gaat om Connect Systems, NV Henkel, Covée en Gillemot transport. Hiervoor verwijzen we naar de behoefteraming uit het informatief gedeelte. De behoefteraming is als informatief te beschouwen, als signaal naar de hogere overheden dat er een dringende nood is aan ruimte voor regionale bedrijven binnen de gemeente Kampenhout. De gemeente ondersteunt dan ook de vraag van de Provincie aan het Vlaams Gewest om Kampenhout-Sas bij een herziening van het RSV te beschouwen als een economisch knooppunt. De gemeente vraagt in tussentijd aan het Vlaams gewest om de ruimtebehoeften van deze bedrijven verder te onderzoeken in het kader van de historisch gegroeide bedrijven.

Daarnaast zijn er ruimtebehoeften van lokale bedrijven (zie hieronder).

Te ontwikkelen lokaal bedrijventerrein

Lokale bedrijventerreinen zijn terreinen, die de behoefte van te herlokaliseren bedrijven (zonevreemde bedrijven in de open ruimte of hinderlijke bedrijven uit de dorpskernen) of nieuwe startende bedrijven, dienen op te vangen. Het bedrijventerrein richt zich uitsluitend op lokale bedrijven. Dit zijn be- en

Page 146: GRS Tekstboek

ARCADIS Gedas NV Projectnummer: 07/2872

maart 2006 Bestand: s:\structuurplanning\rsp-kampenhout-2872\rapporten\5 - ontwerp\versie da\2872-rap-248b_bd.doc Pagina 146 van 191 Dossier: Ruimtelijk Structuurplan Gemeente Kampenhout - Ontwerp – Versie B

verwerkende bedrijven (inclusief tertiaire dienstverlening) die een verzorgend karakter hebben ten aanzien van de omgeving (gemeentelijk niveau en omliggende dorpskernen). De oppervlakte van de bedrijven wordt beperkt zodat het lokaal niveau niet wordt overschreden. De aard van de activiteiten wordt beperkt zodat geen overlast (milieuhinder zoals licht, lawaai, geur…) wordt veroorzaakt naar de aangrenzende bebouwing. De ontsluiting gebeurd rechtstreeks naar de N21, zodat geen overlast wordt veroorzaakt in omliggende woonstraten.

In totaal is er in de gemeente Kampenhout vraag naar vrije oppervlakte bedrijventerreinen om de bestaande lokale bedrijven te laten herlokaliseren. Hiervoor verwijzen we naar de behoefteraming uit het informatief gedeelte.

De gemeente geeft, in tegenstelling tot de opties uit het richttinggevend deel van het provinciaal ruimtelijk structuurplan Vlaams Brabant om de lokale behoefte inzake bedrijven voor de gemeente Boortmeerbeek, Haacht en Kampenhout te bundelen in Kampenhout-Sas, de voorkeur voor de ontwikkeling van een lokaal bedrijventerrein aansluitend bij het hoofddorp Kampenhout.

De gemeente motiveert deze afwijking als volgt: - de gemeente kan akkoord gaan met de wens van de provincie om de lokale behoeften van de

gemeenten Boortmeerbeek, Haacht en Kampenhout te bundelen aan Kampenhout-Sas. De provincie voorziet in haar structuurplan, naast een coördinerende rol, echter geen actie om een RUP op te maken om deze gebundelde lokale taakstelling in Kampenhout-Sas te realiseren. De gemeente stelt zich tevens de vraag of zij in de mogelijkheid verkeerd om een RUP op te maken om groter bedrijventerrein te realiseren dan om de lokale behoefte op te vangen.

- de provincie voorziet tevens dat de lokale bedrijventerreinen kunnen aansluiten bij het hoofddorp. Voor e gemeente Kampenhout betreft dit de kern van Kampenhout (zoals aangegeven in tabel 35 van het provinciaal ruimtelijk structuurplan) De provincie voorziet tevens dat een aantal gemeente hun taakstelling inzake de ontwikkeling van een lokaal bedrijventerrein kan heroriënteren naar woonkern. Tabel 36 geeft aan dat de gemeente Kampenhout zijn lokaal bedrijventerrein kan heroriënteren naar de woonkern Kampenhout. Volgens de gemeente is dit te interpreteren dat de gemeente kan afstappen van de wens om de lokale behoefte van de gemeenten Boortmeerbeek, Haacht en Kampenhout te bundelen in Kampenhout-Sas indien ze voldoet aan de voorwaarden die zijn opgenomen in het provinciaal ruimtelijk structuurplan Vlaams Brabant. Deze voorwaarden zijn: 1) er gebeurt een heroriëntatie van het volledige aandeel aan bedrijventerreinen: de gemeente

voldoet hieraan, want ze voorziet geen bijkomende ontwikkeling voor lokale bedrijventerreinen op een andere locatie in de gemeente; het lokaal bedrijventerrein komt zowel in aanmerking voor de herlokalisatie van zonevreemde bedrijven als voor de opvang van de lokale dynamiek in de gemeente.

2) het sluit aan bij de fysisch bebouwde ruimte van de woonkern, in het bijzonder bij een bestaand bedrijventerrein: de gemeente voldoet aan deze voorwaarde; het lokaal bedrijventerrein sluit onmiddellijk aan bij de dopskern van Kampenhout. Het lokaal bedrijventerrein sluit aan op een aantal behoorlijk vergunde, zonevreemde bedrijven.

3) aansnijden van de open ruimte van het hoofddorp wordt vermeden: aan deze voorwaarde kan niet voldaan worden, immers voor Kampenhout dient de heroriëntatie geïnterpreteerd te worden van Kampenhout-Sas naar het hoofddorp Kampenhout. Noch op de lokatie aansluitend bij het hoofddorp, noch op de lokatie aansluitend bij Kampenhout-Sas kan in feite de open ruimte gevrijwaard worden. De ontwikkeling van een nieuw bedrijventerrein vraag immers om de aansnijding van open ruimte. Wel is het de bedoeling om dit die locatie te doen waar het minste schade aan de open ruimte wordt aangebracht. De locatie die verder in dit document wordt aangeduid voldoet aan deze voorwaarde.

4) goede ontsluitingsmogelijkheden kunnen worden gegarandeerd: de gemeente voldoet hieraan omdat het lokaal bedrijventerrein onmiddellijk ontsloten kan worden naar de N21 en hinder in het hoofddorp wordt vermeden.

- Omdat het op het moment voor de gemeente onvoldoende duidelijk is of een ontwikkeling van een lokaal bedrijventerrein ter hoogte van Kampenhout-Sas voldoende vlot zal verlopen en omdat de

Page 147: GRS Tekstboek

ARCADIS Gedas NV Projectnummer: 07/2872

Bestand: s:\structuurplanning\rsp-kampenhout-2872\rapporten\5 - ontwerp\versie da\2872-rap-248b_bd.doc maart 2006 Dossier: Ruimtelijk Structuurplan Gemeente Kampenhout - Ontwerp – Versie B Pagina 147 van 191

gemeente op korte en middellange termijn de continuïteit van de lokale economische ontwikkeling in de gemeente wenst te garandern verkiest zijn hoofdzakelijk uit sociale en dringend dringende economische redenen om een lokaal bedrijventerrein te ontwikkelen aansluitend bij hoofddorp.

Bijkomend wijst de gemeente op het feit dat een locatie aansluitend bij het hoofddorp beter aansluit bij de bebouwde omgeving van de gemeente (binding met lokale markt). Dit het lokaal karakter van de bedrijven ondersteunt (bedrijven zijn waakzamer omwille van de onmiddellijke nabijheid van woningen). (in Kampenhout-Sas ligt de nadruk op de verdere ontwikkeling van de bestaande regionale bedrijven) Onder de deelruimte kerngebied Kampenhout-Berg zal een afweging gemaakt worden tussen verschillende mogelijke locaties en zullen een aantal beleidslijnen worden uitgezet voor de ontwikkeling van het lokaal bedrijventerrein.

Af te bakenen handelslint

De Provincie heeft in het RSVB de bestaande concentratie Boortmeerbeek – Haacht langsheen de Mechelsesteenweg (Kampenhout-Sas) geselecteerd als ‘concentratie van grootschalige kleinhandel buiten de stedelijke gebieden’. Het betreft handelslinten die niet ruimtelijk samenhangen met een stedelijk gebied en waar het beleid gericht wordt op een strikte begrenzing en een betere ruimtelijke structurering van de concentratie.

In afwachting van het provinciaal uitvoeringsplan wenst de gemeente een voorstel te doen voor de afbakening van het kleinhandelslint langs de N26. Dit wordt verder uitgewerkt in de deelruimte Kampenhout-Sas.

Bedrijvigheid verweven in de dorpskern

Zolang dat bedrijven op schaal blijven en geen hinder meebrengen naar de omwonende (zowel qua milieuoverlast als qua verkeersoverlast) kunnen zij blijven bestaan en zich verder ontwikkelen in de dorpskernen.

Om ook in de toekomst vestiging van nieuwe, kleinschalige ambachtelijke, bedrijven mogelijk te maken in de kernen moeten de bouwvoorschriften voldoende ruim zijn. Het kan gewenst zijn dat in bepaalde delen van de kern geen bedrijvigheid welkom is. In deze delen van de dorpskern kunnen beperkingen worden opgelegd inzake bouwmogelijkheden en functies, zodat de ontwikkeling van bedrijven hier niet mogelijk is.

Beperkte ontwikkelingsmogelijkheden voor bedrijvigheid langs goed ontsloten lokale wegen

Nieuwe verspreide bedrijven worden in de gemeente Kampenhout niet gestimuleerd. Bedrijven dienen zoveel mogelijk verweven voor te komen in de dorpskernen of gevestigd worden op een lokaal bedrijventerrein.

Bestaande bedrijven kunnen, indien zij verweven voorkomen en indien ze de draagkracht van de omgeving niet overschrijden op hun huidige locatie blijven bestaan en eventueel uitbreiden. De ontwikkelingsmogelijkheden voor deze bedrijven worden bepaald door hun ligging binnen de gewenste open ruimtestructuur, hun verkeersontsluiting en hun mogelijke milieuoverlast.

Ontginningsgebieden

Er zijn twee ontginningsgebieden met nabestemming landbouwgebied aanwezig in de gemeente. Deze ontginningsgebieden liggen beiden in landbouwgebied Grootveld. Grootveld vertoont een grote aaneengeslotenheid van landbouwpercelen. Het gaat om heel open landbouwgebied, waar naast verspreide landbouwzetels weinig andere bebouwing voorkomt. Grootveld is ook landschappelijk waardevol; het gebied heeft nog een gaaf karakter. In deze gebieden is het behoud van de open ruimte voor de landbouw de voornaamste doelstelling. Daarom wordt er in de ontginningsgebieden rekening gehouden met de aanwezige agrarische en landschappelijke kwaliteiten:

Page 148: GRS Tekstboek

ARCADIS Gedas NV Projectnummer: 07/2872

maart 2006 Bestand: s:\structuurplanning\rsp-kampenhout-2872\rapporten\5 - ontwerp\versie da\2872-rap-248b_bd.doc Pagina 148 van 191 Dossier: Ruimtelijk Structuurplan Gemeente Kampenhout - Ontwerp – Versie B

- Het ontginningsgebied aan de grens met Steenokkerzeel wordt momenteel gebruikt voor landbouwdoeleinden. Er wordt aan het Vlaams Gewest gesuggereerd om deze zonering om te zetten naar landbouwgebied.

- Voor het ontginningsgebied aan de Laarstraat (klasse III stortplaats voor inerte afvalmaterialen) wordt aan het Vlaams Gewest gesuggereerd dat er bij het realiseren van de nabestemming rekening wordt gehouden met volgende zaken: - het reliëf wordt niet gewijzigd; bij het realiseren van de nabestemming wordt er dus op gelet

dat het gebied hetzelfde niveau behoudt als de omliggende omgeving. - het open karakter van het gebied blijft bewaard. - er moet voldoende deklaag aanwezig zijn om nog aan landbouw te kunnen doen.

Page 149: GRS Tekstboek

ARCADIS Gedas NV Projectnummer: 07/2872

Bestand: s:\structuurplanning\rsp-kampenhout-2872\rapporten\5 - ontwerp\versie da\2872-rap-248b_bd.doc maart 2006 Dossier: Ruimtelijk Structuurplan Gemeente Kampenhout - Ontwerp – Versie B Pagina 149 van 191

UK dbtbkpqb=sbohbbopJ=bk=sboslboppqor`qrro=

UKNK açÉäëíÉääáåÖÉå=

- De verkeersleefbaarheid en -veiligheid minstens op het huidige niveau handhaven; - Beheersen van de mobiliteitsvraag; - Aanpassen van het vervoersaanbod met het oog op een verschuiving naar meer multimodale en

intermodale vervoersalternatieven; - Categorisering van de verkeersinfrastructuur; - Weren van doorgaand verkeer op wegen die functioneren als verzamelstraten; de opvallendste

sluiproutes vallen bovendien samen met de voornaamste fietsroutes; - Uitbouw van frequent en hoogwaardig openbaar teneinde het openbaar vervoer richting Brussel,

Mechelen en Leuven te stimuleren en snelle verbindingen te hebben met de treinstations van Leuven, Mechelen, Haacht, Brussel en de zone rond de luchthaven;

- Aanleg van een netwerk van veilige fiets- en voetgangersverbindingen om op die manier een modal shift (van auto naar fietsverkeer) te bekomen en tevens het school-fietsverkeer te beveiligen;

- Weren van vrachtverkeer uit de dorpskernen; - Weren van parkerend vrachtverkeer in de woongebieden.

UKOK `çåÅÉéíÉå=

Een hiërarchisch wegennetwerk met elk een eigen functie

Teneinde de regionale ontsluiting en doorstroming veilig te stellen, en tegelijkertijd de leefbaarheid in de dorpen en woonlinten maximaal te vrijwaren, wordt een hiërarchisch netwerk van wegen vooropgesteld d.m.v. categorisering. Afhankelijk van de gewenste functie wordt de nadruk gelegd op de doorstroming dan wel de verblijfsfunctie, op de regionale functie dan wel de lokale functie. De N21(Haachtsesteenweg) en de N26 (Leuvensesteenweg – Mechelsesteenweg) vormen de belangrijkste verkeersdragers in de gemeente (secundaire wegen). Een vlotte verkeersdoorstroming op deze wegen is ook voor de inwoners van Kampenhout van groot belang. Tussen Kampenhout en Perk en tussen Berg, Nederokkerzeel en Erps-Kwerps worden lokale verbindingswegen weerhouden (lokale I). Voor de overige naburige kernen is een goede verbinding over het hogere wegennet (N21-N26) aanwezig. Tussen de verschillende dorpskernen van Kampenhout wordt een netwerk van lokale ontsluitingswegen vooropgesteld. De wegencategorisering wordt vertaald in een aangepaste inrichting, rekening houdend met de gewenste functie van de weg, en ruimtelijke ontwikkelingen die overeenstemmen met de beoogde verkeersveiligheid, het stimuleren van alternatieven voor het autoverkeer en het voorkomen van verkeershinder.

Page 150: GRS Tekstboek

ARCADIS Gedas NV Projectnummer: 07/2872

maart 2006 Bestand: s:\structuurplanning\rsp-kampenhout-2872\rapporten\5 - ontwerp\versie da\2872-rap-248b_bd.doc Pagina 150 van 191 Dossier: Ruimtelijk Structuurplan Gemeente Kampenhout - Ontwerp – Versie B

Een netwerk van aangename en veilige fietsverbindingen

Ten behoeve van de regionale ontsluiting en om alternatieven voor het autoverkeer te stimuleren, is het van belang dat de belangrijkste bestemmingen in en buiten de gemeente ook met de fiets gemakkelijk en veilig bereikbaar zijn. - de verbindingen Brussel-Haacht en Leuven-Mechelen, als

regionale verbindingsroutes - de verschillende dorpscentra van Kampenhout - belangrijkste tewerkstellingspolen in de omgeving - verschillende scholen in en buiten de gemeente - het station van Haacht, Boortmeerbeek, Erps-Kwerps en

Kortenberg - de omliggende dorpskernen Hiertoe wordt gewerkt aan: - veilige fietsinfrastructuur langsheen de wegen - een aangepast rijgedrag van automobilisten en het voorkomen

van sluipverkeer in de (woon)straten en in de kernen

Openbaarvervoersassen tussen de eigen kernen en naar de stedelijke polen in de omgeving

Ten behoeve van de zij die niet per fiets of auto kunnen verplaatsen en om het gebruik van de auto af te remmen (verdere congestie tegen gaan), is het van belang dat de belangrijkste bestemmingen binnen en buiten de gemeente ook met het openbaar (of collectief) vervoer (bus) gemakkelijk en veilig bereikbaar zijn voor alle bewoners van de gemeente. Vooral aar de grote tewerkstellingspolen in de omgeving (in de eerste plaats Brussel) zijn er vlotte verbindingen noodzakelijk.

UKPK dÉïÉåëíÉ=îÉêâÉÉêëJ=Éå=îÉêîçÉêëëíêìÅíììê=

Kaart 40: Gewenste verkeers- en vervoersstructuur

De gewenste lijninfrastructuur in de gemeente bestaat uit de volgende onderdelen: - Haachtsesteenweg en Mechelsesteenweg-Leuvensesteenweg als secundaire wegen - lokale verbindingswegen - lokale ontsluitingswegen - fietsverbindingen langs wegen en autoluwe fietsroutes - openbaar vervoersknoop van provinciaal belang - openbaar vervoersknoop van gemeentelijk belang

Haachtsesteenweg en Mechelsesteenweg-Leuvensesteenweg als secundaire wegen

Haachtsesteenweg

De N21 (Haachtsesteenweg) is als secundaire weg type II geselecteerd en heeft een ontsluitende functie op provinciaal niveau. De ontwikkelingsperspectieven zijn in belangrijke mate bepaald door de provincie.

Page 151: GRS Tekstboek

ARCADIS Gedas NV Projectnummer: 07/2872

Bestand: s:\structuurplanning\rsp-kampenhout-2872\rapporten\5 - ontwerp\versie da\2872-rap-248b_bd.doc maart 2006 Dossier: Ruimtelijk Structuurplan Gemeente Kampenhout - Ontwerp – Versie B Pagina 151 van 191

De Haachtesteenweg en de ruimtelijke ontwikkeling er rond kunnen niet als één geheel beschouwd worden. Er kunnen verschillende segmenten herkend worden die ook naar ruimtelijke ontwikkelingsmogelijkheden verschillen. Aandachtspunten vanuit de gemeente zijn:

- de veiligheid (oversteekbaarheid, gebruik door zwakke weggebruikers) wordt prioritair gesteld.

- het deel ter hoogte van de kern van Kampenhout moet beschouwd worden als een onderdeel van het centrum. De inrichting en ontwikkelingsmogelijkheden moeten dan ook afgestemd worden op de functie als onderdeel van het centrum d.m.v. een herinrichting. Voorwaarden voor de herinrichting: - het centrumkarakter moet verhogen (duidelijke poorten, inrichting ten behoeve van

voetgangers en fietsers, mogelijkheid tot individuele erfontsluitingen) - de oversteekbaarheid voor voetgangers en fietsers moet verbeteren - de doorstroming moet gegarandeerd blijven

- buiten de kern van Kampenhout ligt de klemtoon op de doorstromingsfunctie, doch deze is ondergeschikt aan de verkeersveiligheid. Om de verkeersveiligheid én doorstromingsfunctie te verbeteren worden individuele erfontsluitingen zoveel mogelijk voorkomen.

- sluipverkeer doorheen de gemeente over lokale wegen wordt door een aangepaste inrichting en reglementering voor deze lokale wegen zoveel mogelijk voorkomen.

Mechelsesteenweg – Leuvensesteenweg

De N26 (Mechelsesteenweg-Leuvensesteenweg) is als secundaire weg type I geselecteerd en heeft een verbindende functie op provinciaal niveau. De ontwikkelingsperspectieven zijn in belangrijke mate bepaald door de provincie. De verkeersfunctie als verbindende weg is mede bepalend voor de ontwikkelingsperspectieven langsheen de weg. Aandachtspunten vanuit de gemeente zijn:

- de veiligheid (oversteekbaarheid, gebruik door zwakke weggebruikers) wordt prioritair gesteld.

- de leefbaarheid en veiligheid moet worden verbeterd ter hoogte van de kern van Buken (grondgebied Kampenhout en Herent) door middel van een herinrichting. Voorwaarden voor de herinrichting: - de oversteekbaarheid voor voetgangers en fietsers moet verbeteren - de doorstroming moet gegarandeerd blijven

- buiten de kern van Buken ligt de klemtoon op de doorstromingsfunctie, doch deze is ondergeschikt aan de verkeersveiligheid. Om de verkeersveiligheid én doorstromingsfunctie te verbeteren worden individuele erfontsluitingen zoveel mogelijk voorkomen.

- de ontsluiting van de industriegebieden aan Kampenhout-Sas gebeurt via de zuidelijke rotonde op de N26 en een rondpunt op de N21.

- parallelle ventwegen langsheen de N26 vanaf Kampenhout-Sas richting Boortmeerbeek zorgen voor een veiligere ontsluiting van de handelszaken, horeca en bedrijven langs deze gewestweg.

- sluipverkeer doorheen de gemeente over lokale wegen wordt door een aangepaste inrichting en reglementering voor deze lokale wegen zoveel mogelijk voorkomen.

Lokale verbindingswegen

De lokale verbindingswegen (lokale wegen type I) geven een verbinding tussen aanpalende woonkernen. De hoofdfunctie is verbinden en/of verzamelen op gemeentelijk niveau en intergemeentelijk niveau, de aanvullende functie is toegang geven.

Voor Kampenhout wordt alleen volgende wegen weerhouden als lokale verbindingsweg: - Bulsomstraat – Perksesteenweg (verbinding met Perk) - Bergstraat – Neerstraat – Laarstraat – O.L.Vrouwstraat – Biststraat – Kwerpseweg (verbinding

Berg – Nederokkerzeel – Erps-Kwerps)

Page 152: GRS Tekstboek

ARCADIS Gedas NV Projectnummer: 07/2872

maart 2006 Bestand: s:\structuurplanning\rsp-kampenhout-2872\rapporten\5 - ontwerp\versie da\2872-rap-248b_bd.doc Pagina 152 van 191 Dossier: Ruimtelijk Structuurplan Gemeente Kampenhout - Ontwerp – Versie B

Voor de overige en naburige kernen is een goede verbinding over het hogere wegennet (N21 – N26) aanwezig.

Lokale ontsluitingswegen

De lokale ontsluitingswegen (lokale wegen type II) geven ontsluiting van woonwijken naar de verbindingswegen. Hun hoofdfunctie is verzamelen op wijkniveau, hun aanvullende functie is toegang geven.

Voor Kampenhout worden volgende wegen weerhouden als lokale ontsluitingsweg: - Dorpsstraat – Kerkstraat – Stationsstraat – Warandestraat (ontsluiting kern Kampenhout naar de

N21) - Tritsstraat – Kampelaarstraat – Kampenhoutsebaan – Langestraat (ontsluiting kern Kampenhout

naar Zemst en Boortmeerbeek) - Perksesteenweg (ontsluiting kern Kampenhout naar Perk) - Hutstraat (ontsluiting Relst naar de N21) - Aarschotsebaan – Stationsstraat – Tiendeschuurstraat -Van Bellinghenlaan (ontsluiting Relst naar

kern Kampenhout) - Peperstraat – Nieuwe Kassei – Voortstraat (ontsluiting Nederokkerzeel naar kern Kampenhout) - Bukenstraat (ontsluiting Buken naar de N26) - Driesstraat - Waterstraat – Balkestraat – Schoonstraat (ontsluiting Buken naar Nederokkerzeel)

Fietsverbindingen langs wegen en autoluwe fietsroutes

De fiets moet voor korte verplaatsingen een alternatief worden van de auto. De reistijd per fiets op verplaatsingen binnen de bebouwde kom moet vergelijkbaar zijn met die van de auto. Naast de ontwikkelingen van een kwalitatief hoogwaardig fietsnetwerk is aandacht voor de stalling van de fiets van belang.

Er wordt vanuit gegaan dat in principe geen afzonderlijke fietspaden nodig zijn binnen de bebouwde kom. Alle deelgemeenten, in het bijzonder scholen, administratieve diensten, buurgemeenten, worden met fietspaden verbonden. Dit betekent niet dat dit altijd de vorm van een fietspad zal aannemen, bepaalde landelijke wegen waarop de intensiteit van het autoverkeer laag genoeg ligt, hoeven geen afzonderlijk fietspad te hebben.

De bestaande fietspaden worden in geval ze nu in slechte staat zijn, aangepast. Een aantal nieuwe fietsverbindingen worden voorzien, waarbij de nadruk ligt op verbindingen met dorpskernen en woonparken binnen de gemeente en verbindingen met de buurgemeenten.

Volgende fietsverbindingen worden zeker behouden en indien nodig terug hersteld: - verbinding tussen woonpark Duisbos-Lelleveld en woonkern Berg - verbinding tussen woonpark Rood Klooster en hoofddorp Kampenhout - verbinding tussen woonpark Ter Bronnen, woonkern Berg en hoofddorp Kampenhout - verbinding tussen woonpark Weisetterbos en woonkern Relst - verbinding tussen Nederokkerzeel en Erps-Kwerps

Openbaarvervoersknoop van provinciaal belang

In het kader van RegioNet Brabant-Brussel worden snelbussen ingelegd voor de verbinding Keerbergen – Haacht – Brussel via de N21, met halte te Kampenhout-Sas. Langs de N21 wordt een vrije busbaan voorzien tussen Haacht en Steenokkerzeel. Wat de verbinding Leuven – Mechelen betreft, wordt de keuze tussen een regionale OV- verbinding over het spoor of een snelbus over de N26, met stopplaats te Kampenhout-Sas, verder onderzocht in het kader van RegioNet Brabant-Brussel.

De mogelijkheid bestaat om op termijn een vrije busbaan aan te leggen langs de N21. Het huidige profiel (brede groenstrook tussen rijweg en fietspad) biedt hiervoor de nodige reservatieruimte. Wel moet er dan rekening worden gehouden met de opties ter hoogte van het centrum van Kampenhout.

Page 153: GRS Tekstboek

ARCADIS Gedas NV Projectnummer: 07/2872

Bestand: s:\structuurplanning\rsp-kampenhout-2872\rapporten\5 - ontwerp\versie da\2872-rap-248b_bd.doc maart 2006 Dossier: Ruimtelijk Structuurplan Gemeente Kampenhout - Ontwerp – Versie B Pagina 153 van 191

Er wordt één openbaar vervoersknooppunt voorzien ter hoogte van Kampenhout-Sas; waar ook carpool en park & ride faciliteiten worden voorzien en aantakking van de alternatieve openbaar vervoersontsluitingsvormen op de hoogwaardige openbaar vervoersassen op de N21 en N26.

Openbaarvervoersknooppunt van gemeentelijk belang

Op de N21 ter hoogte van het centrum van Kampenhout wordt een goed uitgeruste hoofdhalte voorzien. Hier verzorgen de alternatieve openbaar vervoersvormen voor een aansluiting op de RegioNet – lijn over de N21. Beperkte voorzieningen voor Park & Ride, Bike & Ride kunnen hier ingeplant worden (enkel voor lokaal, gemeentelijk gebruik).

Page 154: GRS Tekstboek

ARCADIS Gedas NV Projectnummer: 07/2872

maart 2006 Bestand: s:\structuurplanning\rsp-kampenhout-2872\rapporten\5 - ontwerp\versie da\2872-rap-248b_bd.doc Pagina 154 van 191 Dossier: Ruimtelijk Structuurplan Gemeente Kampenhout - Ontwerp – Versie B

abbi=QW dbtbkpqb=orfjqbifghb=pqor`qrroW=lkqtfhhbifkdppqo^qbdfb=sllo=ab=abbiorfjqbk=

De gewenste ontwikkeling voor de verschillende deelstructuren (natuur, landbouw, landschap, wonen, bedrijvigheid, toerisme en recreatie en mobiliteit) worden op elkaar afgestemd aan de hand van deelruimten. De visie wordt vervolgens vertaald in een samenhangend geheel van ontwikkelingsperspectieven voor de verschillende structurele onderdelen van de deelruimte.

De gehanteerde deelruimten zijn: - kerngebied Kampenhout – Berg - Rest – Wilder - Kampenhout-Sas

NK hbokdb_fba=h^jmbkelrq=J=_bod=

NKNK açÉäëíÉääáåÖÉå=

Het kerngebied Kampenhout-Berg krijgt in de gemeente Kampenhout de specifieke taak voor het opvangen van de groei in de gemeente. Dit wil zeggen dat kernfuncties (wonen, gemeenschapsvoorzieningen,…) zoveel mogelijk verweven worden in het kerngebied.

Naast het opvangen van de bijkomende woonbehoefte dient er ook rekening gehouden te worden met andere dorpsfuncties zoals winkelen, sporten, recreëren… Hierbij is het niet de bedoeling om nieuwe functies aan te trekken, die een aantrekkingskracht uitoefenen op de ruime regio, deze functies horen thuis in stedelijke gebieden en zijn veelal niet op schaal van de dorpskernen.

Er wordt geopteerd om in het kerngebied ruimte te voorzien voor de inplanting van een nieuw lokaal bedrijventerrein.

NKOK `çåÅÉéíÉå=

Deze deelruimte wordt gekenmerkt door een sterk aaneengegroeid bebouwingspatroon. Het gaat om suburbaan woongebied dat vanuit Kampenhout overloopt in de stedelijke ruimte van Brussel. Hier ligt het zwaartepunt van de bebouwde ruimte.

De kernen Kampenhout en Berg maken deel uit van dit sterk bebouwd gebied, dat zich in de gemeente Kampenhout situeert in de omgeving van de Haachtsesteenweg. Naast de dorpskernen Kampenhout en Berg zijn er nog een tweetal bebouwingsentiteiten die hierbij aansluiten, namelijk de omgeving Ruisbeek (nabij dorpskern Kampenhout, met woonpark Rood Klooster en het gemeentelijk sportcentrum) en het woonpark Ter Bronnen (nabij dorpskern Berg). De vier bebouwingsentiteiten zijn vrij sterk naar elkaar toe gegroeid.

Page 155: GRS Tekstboek

ARCADIS Gedas NV Projectnummer: 07/2872

Bestand: s:\structuurplanning\rsp-kampenhout-2872\rapporten\5 - ontwerp\versie da\2872-rap-248b_bd.doc maart 2006 Dossier: Ruimtelijk Structuurplan Gemeente Kampenhout - Ontwerp – Versie B Pagina 155 van 191

Vier complementaire bebouwingsentiteiten

Kampenhout en Berg zijn de grootste kernen in de gemeente en zijn onderling ongeveer even groot. Kampenhout is in het RSVB geselecteerd als hoofddorp, Berg als woonkern. In het hoofddorp zijn heel wat functies aanwezig die dienen voor de gehele gemeente (administratieve dienstverlening, woongebieden, kleinhandelscentrum…), evenals in de woonkern Berg (vrij groot residentieel gebied, school…). Ook aan de woonparken zijn een aantal gemeentelijke functies aanwezig (gemeentelijk sportcentrum aan Rood Klooster, middelbare school aan Ter Bronnen). Functioneel vullen de vier naar elkaar toe gegroeide bebouwingsentiteiten elkaar dus aan.

De gemeente wenst de complementariteit tussen de verschillende entiteiten naar de toekomst toe verder te behouden en te versterken.

Versterken van de complementariteit

Zoals eerder gezegd wenst de gemeente de complementariteit tussen de verschillende bebouwingsentiteiten in deze deelruimte naar de toekomst toe verder te behouden en te versterken.

In het hoofddorp Kampenhout zal daarom een aanbodbeleid gevoerd worden inzake wonen en woonondersteunende voorzieningen voor de dorpskern en de gehele gemeente; aan het hoofddorp zal ook een aanbodbeleid gevoerd worden inzake lokale bedrijvigheid; in de woonkern Berg zal – gezien de residentiële uitstraling – naar de toekomst toe vooral een aanbodbeleid gevoerd worden inzake wonen. De omgeving Ruisbeek en het woonpark Ter Bronnen zorgen voor groen in de deelruimte. Daarnaast staat Ruisbeek ook in voor de verdere uitbouw van gemeentelijke sportvoorzieningen (gemeentelijk sportcentrum).

Vrijwaren van open ruimten tussen de bebouwingsentiteiten

De vier bebouwingsentiteiten, namelijk de dorpskern Kampenhout, de dorpskern Berg, het woonpark Ter Bronnen en de omgeving Ruisbeek, zijn van elkaar gescheiden door een aantal open ruimtekamers. De open ruimtekamers moeten zoveel mogelijk behouden worden als open ruimten binnen dit sterk bebouwd gebied. Om de kwaliteit van de dorpskernen te bewaren is het namelijk van belang dat deze dorpskernen niet volledig aan elkaar groeien. De landbouwfunctie kan er maximaal behouden worden door nieuwe ontwikkelingen binnen de agrarische structuur mogelijk te maken. De regio wordt gekenmerkt door grondgebonden land- en tuinbouw en de productie van grondloze witloofteelt. De open ruimtekamers zijn geschikt voor hobbylandbouw en voor bepaalde vormen van verbreding.

Page 156: GRS Tekstboek

ARCADIS Gedas NV Projectnummer: 07/2872

maart 2006 Bestand: s:\structuurplanning\rsp-kampenhout-2872\rapporten\5 - ontwerp\versie da\2872-rap-248b_bd.doc Pagina 156 van 191 Dossier: Ruimtelijk Structuurplan Gemeente Kampenhout - Ontwerp – Versie B

Versterken onderlinge relaties

Gezien de dorpskernen Kampenhout en Berg, en in mindere mate ook de omgeving Ruisbeek en Ter Bronnen onderling elkaar aanvullen voor bepaalde functies, is het van belang dat de onderlinge relaties tussen de verschillende entiteiten wordt verstevigd.

De Haachtsesteenweg vormt door de aanwezige bebouwing en functies een sterk verbindend element tussen de vier bebouwingsentiteiten. Langs de N21(Haachtsesteenweg) vinden we de belangrijkste commerciële dorpsfuncties (handelszaken en horeca) terug. Concentraties van lokale handelszaken en horeca zijn terug te vinden tussen Berg en Kampenhout, aan Ruisbeek (Dorpelstraat-Haachtsesteenweg) en aan Relst tussen de Hutteweg en Hutstraat.

De verdere monotone uitdeining van allerlei commerciële functies en bebouwing langs de volledige lengte van de N21 wordt tegengegaan. Dit doet de attractiviteit van de verschillende dorpskernen dalen, is nadelig voor de verkeersveiligheid op de weg en betekent een verdere versnippering van het landschap. De verdere ontwikkeling van nieuwe functies worden daarom langs de N21 niet langer toegelaten, met uitzondering van een beperkte zone ter hoogte van de kern Kampenhout. Deze beperkte zone langs de N21 functioneert nu reeds als handelscentrum voor de dorpskern van Kampenhout en de gemeente en wordt naar de toekomst toe verder ontwikkeld als centrumzone op dorpskernniveau en op gemeentelijk niveau.

Deze centrumzone langs de Haachtsesteenweg vormt een sterk verbindend element tussen de dorpskern van Kampenhout en deze van Berg. Door deze centrumzone naar de toekomst te versterken worden de onderlinge relaties tussen Kampenhout en Berg versterkt. De centrumzone vormt een schakel om de andere centrumstraten in Kampenhout (Dorpsstraat, Stationsstraat) en Berg (Kerkhoflaan, Bergstraat) met elkaar te verbinden. De centrumzone langs de N21 is een logisch gevolg van de bestaande tendensen (tendens dat lokale handelszaken zich vestigen op plaatsen waar meer passerend verkeer is en waar meer ruimte voorhanden is).

Ook tussen de omgeving Ruisbeek en het woonpark Ter Bronnen worden de onderlinge relaties versterkt. Het gaat om twee vrij groene omgevingen. De continuïteit tussen deze twee gebieden wordt versterkt door versterking van de beekloop van de Weesbeek, door de omgeving Ruisbeek een parkachtig karakter te geven, door de zone Dorpelstraat-Stationsstraat-Haachtsesteenweg te vergroenen (“het open ruimtescharnier”) en door het groen karakter van het woonpark Ter Bronnen te behouden. Dit alles zal een belangrijke meerwaarde geven voor de inwoners van de deelruimte.

Kerngebied begrensd door waardevolle openruimtegebieden

Deze deelruimte wordt duidelijk begrensd door Torfbroek in het zuiden en de beekloop van de Weesbeek in het oosten. In het westen en noorden zijn een aantal waardevolle landbouwgebieden aanwezig.

Page 157: GRS Tekstboek

ARCADIS Gedas NV Projectnummer: 07/2872

Bestand: s:\structuurplanning\rsp-kampenhout-2872\rapporten\5 - ontwerp\versie da\2872-rap-248b_bd.doc maart 2006 Dossier: Ruimtelijk Structuurplan Gemeente Kampenhout - Ontwerp – Versie B Pagina 157 van 191

NKPK dÉïÉåëíÉ=êìáãíÉäáàâÉ=ëíêìÅíììê=âÉêåÖÉÄáÉÇ=h~ãéÉåÜçìíJ_ÉêÖ=

Vooreerst zullen we het hebben over de eigenlijke dorpskern Kampenhout en de omgeving van Ruisbeek. Beide zones fungeren niet als op zichzelf staande delen, maar staan in nauwe relatie met elkaar. Belangrijk is dat beide zones niet naar elkaar toe groeien in de toekomst. Het behoud van de tussenliggende open ruimtekamers voor landbouwdoeleinden staat daarom voorop.

Kaart 41: Gewenste ruimtelijke structuur kerngebied Kampenhout-Berg

1.3.1. Subgebied hoofddorp Kampenhout

Binden dorpscentrum met centrum langs Haachtsesteenweg

In de kern Kampenhout zijn er een tweetal zones aanwezig waar dorpsfuncties meer geconcentreerd voorkomen. Het gaat enerzijds om het historische dorpscentrum (omgeving marktplein-Dorpsstraat), waar vooral publieke voorzieningen en een beperkt aantal commerciële functies aanwezig zijn, en anderzijds de meer autogerichte Haachtsesteenweg, waar we vooral lokale handelszaken en horeca terugvinden. Beide zones hebben een geheel eigen dynamiek. Nieuwe functies worden maximaal gebundeld naar deze structurerende zones. Publieke voorzieningen worden gebundeld naar het historische dorpscentrum; commerciële functies worden gebundeld naar het historische dorpscentrum en naar de centrumzone langs de Haachtsesteenweg. Dit laatste beperkt zich tot de zone tussen de Kerkstraat en Stationsstraat.

Het historische dorpscentrum en de centrumzone langs de Haachtsesteenweg worden niet langer als op zichzelf staande gehelen beschouwd, maar er wordt uitgegaan van meer samenhang tussen beide zones. Buiten deze zones primeert het rustige residentieel wonen.

Gedifferentieerd verdichten van kern

Vanuit de aanwezigheid van commerciële en openbare functies in de dorpskern, is het belangrijk dat zoveel mogelijk mensen kunnen genieten van deze voorzieningen. Daarom wordt naar verdichting gestreefd van de kern.

Het spreekt voor zich dat niet heel de kern van Kampenhout verdicht kan worden. Dit zou het typische karakter van de dorpskern teniet doen. In de zones met de meeste dorpsfuncties, namelijk in de omgeving van het Gemeenteplein, de Dorpsstraat en in de beperkte centrumzone langs de N21, wordt gestreefd naar een verdichting van het huidige bebouwingsweefsel. Door een stimulerend beleid te voeren wordt bovendien meer “centrumgevoel” gecreëerd, je wordt met andere woorden meer gewaar dat je in het hart van de dorpskern bent. Buiten deze zones is een verdere verdichting van het bebouwingspatroon niet wenselijk.

Page 158: GRS Tekstboek

ARCADIS Gedas NV Projectnummer: 07/2872

maart 2006 Bestand: s:\structuurplanning\rsp-kampenhout-2872\rapporten\5 - ontwerp\versie da\2872-rap-248b_bd.doc Pagina 158 van 191 Dossier: Ruimtelijk Structuurplan Gemeente Kampenhout - Ontwerp – Versie B

Voldoende groen in de kern

In het gebied tussen de twee verdichtingszones (Dorpsstraat en N21) wordt de klemtoon gelegd op het rustig, residentieel wonen. Het is zeker niet de bedoeling om hier te gaan verdichten en functies toe te laten die het wonen zouden kunnen hinderen. De woonomgevingskwaliteit wordt behouden en verder versterkt door voldoende aandacht te schenken aan groenelementen (laanbeplanting, groene speelruimten, rustruimtes...).

Algemeen wordt er bij de realisatie van nieuwe woonwijken in Kampenhout voldoende aandacht besteed aan kleinschalige groenvoorzieningen op het niveau van de wijk.

Een lokaal bedrijventerrein aansluitend bij hoofddorp

De gemeente wenst een lokaal bedrijventerrein te realiseren aan het hoofddorp Kampenhout, voor de herlokalisatie van bestaande lokale bedrijven en voor nieuwe kleinschalige lokale bedrijven (ambachtelijke en KMO) van de gemeente. Er werd geopteerd voor de zone tussen de Beethovenlaan, Stationsstraat en Roodkloosterlaan, gezien de locatie aansluit op de N21 (dus goede ontsluitingsmogelijkheden) en er geen waardevol open ruimtegebied wordt aangesneden. (zie ook verder voor afweging met andere gebieden aansluitend op de kern)

Volgende ontwikkelingsperspectieven worden vooropgesteld voor het hoofddorp Kampenhout:

• Herinrichting Haachtsesteenweg

De Haachtsesteenweg is in het Provinciaal Ruimtelijk Structuurplan Vlaams-Brabant geselecteerd als een secundaire weg type II. Door de provincie worden volgende ontwikkelingsperspectieven vooropgesteld voor secundaire wegen type II:

“Secundaire wegen type II hebben als hoofdfunctie het verzamelen/ontsluiten van mobiliteitgenererende elementen op provinciaal niveau naar het hoofd- of primaire wegennet. Ook het toegang verlenen tot de aanpalende percelen is een belangrijke functie. De snelheid is ondergeschikt aan de activiteiten en de doorstroming. Om de verkeersleefbaarheid op sommige delen te garanderen zijn maatregelen nodig, die overeenkomen met het uitbouwen van een filter.”

Van op de Haachtsesteenweg ervaar je beperkt dat je je in de dorpskern van Kampenhout begeeft. De weg heeft over de gehele lengte een vrij uniform karakter, waardoor de herkenbaarheid van de dorpskern beperkt is. Daarenboven vormt de Haachtsesteenweg een barrière voor overstekende voetgangers en fietsers.

Het deel ter hoogte van de kern van Kampenhout moet beschouwd worden als een onderdeel van het centrum. De inrichting en ontwikkelingsmogelijkheden moeten afgestemd worden op de functie van het wegdeel: een onderdeel van het centrum van Kampenhout. Voorwaarden voor de herinrichting zijn: - verhogen van het centrumkarakter door: inrichting van duidelijke poorten, inrichting ten behoeve

van voetgangers en fietsers, aandacht voor groenelementen, aangepast materiaalgebruik, mogelijkheid tot individuele erfontsluitingen…

Page 159: GRS Tekstboek

ARCADIS Gedas NV Projectnummer: 07/2872

Bestand: s:\structuurplanning\rsp-kampenhout-2872\rapporten\5 - ontwerp\versie da\2872-rap-248b_bd.doc maart 2006 Dossier: Ruimtelijk Structuurplan Gemeente Kampenhout - Ontwerp – Versie B Pagina 159 van 191

- verhogen van de veiligheid voor de zwakke weggebruiker door: verbetering van de oversteekbaarheid voor voetgangers en fietsers, het voorzien van voet- en fietspaden…

- voorzien in eer goed uitgeruste hoofdhalte voor openbaar vervoer: voorzien in schuilmogelijkheden, voorzien in fietsenstallingen…

- garanderen van een vlotte doorstroming van het verkeer op de Haachtsesteenweg zelf

• Bundelen van nieuwe publieke en private functies in de “centrumzone”

In het centrum van het hoofddorp zijn de meeste openbare voorzieningen (gemeentehuis, postkantoor, bibliotheek...) gesitueerd. Wat het commerciële aanbod betreft, verliest het centrum van Kampenhout zijn aantrekkingskracht als handelscentrum voor de gemeente, door de voordelen van de meer autogerichte steenweg N21.

De bedoeling is om meer samenhang te krijgen tussen enerzijds de functies in het centrum van het hoofddorp en anderzijds de spontane ontwikkeling van functies langs de Haachtsesteenweg. Daarnaast is het de bedoeling om de ontwikkelingen langs de Haachstesteenweg van handelszaken, e.d. naar de toekomst toe niet verder te laten verspreiden over de gehele lengte van de N21, maar deze te bundelen in een beperkte zone tussen Kerkstraat en Stationsstraat.

Er wordt een “centrumzone” gecreëerd, waar de opvang van nieuwe publieke en private functies naartoe wordt gebundeld. Deze centrumzone omvat de volgende straten: Gemeenteplein, deel Dorpsstraat, Stationsstraat en deel Haachtsesteenweg (tussen Kerkstraat en Stationstraat).

Publieke voorzieningen worden gebundeld naar het historische dorpscentrum, meer bepaald naar de omgeving van het Gemeenteplein en de Dorpsstraat, waar reeds verschillende publieke voorzieningen aanwezig zijn (bibliotheek, school...). Commerciële functies worden gebundeld naar het historische dorpscentrum en centrumzone langs de Haachtsesteenweg. Meer ruimtebehoevende commerciële functies worden geconcentreerd in een beperkte zone langs de N21 (Haachtsesteenweg), gezien het karakter van de bestaande functies en gezien daar nog meer ruimte en mogelijkheden voorhanden zijn. Minder ruimtebehoevende functies worden geconcentreerd in het centrum van Kampenhout.

Haachtsesteenweg

- Het is zeker niet de bedoeling om een nieuw grootschalig kleinhandelslint te creëren. Integendeel, het gaat enkel over het bundelen van klein- en detailhandel over een beperkt gedeelte van de weg, namelijk tussen de Stationsstraat en de Kerkstraat aan beide zijden van de weg.

- De verdere ontwikkeling van nieuwe functies langs de N21 wordt, met uitzondering van deze beperkte zone ter hoogte van de kern Kampenhout, niet langer toegelaten.

- Het concentreren van klein- en detailhandel langs de Haachtsesteenweg moet gekoppeld worden aan de herinrichting van de steenweg ter hoogte van de kern van Kampenhout. Door het concentreren van klein- en detailhandel in combinatie met een herinrichting van de weg kan deze zone meer als centrumgebied functioneren.

- Niet alle klein- en detailhandel kan toegelaten worden. De uitbouw van handelsfuncties met een uitgesproken bovenlokaal karakter wordt vermeden. Het gaat maximaal over handelsfuncties op het niveau van de gehele gemeente en eerder op het niveau van de dorpskern, die verweefbaar zijn met de woonfunctie. Het verzorgingsgebied van deze handelsfuncties is in de eerste plaats de dorpskern van Kampenhout en maximaal de gemeente Kampenhout.

- Langs de Haachtsesteenweg zijn grotere bouwdieptes en –breedtes mogelijk op het gelijkvloers t.b.v. dezehandelfuncties… Wonen boven de handelspanden wordt gestimuleerd en er worden hierbij hogere bouwmogelijkheden gestimuleerd om het gebied meer centrumkarakter te geven.

- Belangrijk is dat het publiek domein op een zodanige wijze wordt heringericht dat het aangenaam is om er te wandelen, winkelen... Er wordt gestreefd naar een aangenaam verblijfskarakter. De zone moet functioneren als een centrumgebied, dat visueel aansluit met de rest van de centrumzone. Er wordt voldoende ruimte gegeven aan de wandelaar, groenvoorzieningen, parkeerruimte…

Page 160: GRS Tekstboek

ARCADIS Gedas NV Projectnummer: 07/2872

maart 2006 Bestand: s:\structuurplanning\rsp-kampenhout-2872\rapporten\5 - ontwerp\versie da\2872-rap-248b_bd.doc Pagina 160 van 191 Dossier: Ruimtelijk Structuurplan Gemeente Kampenhout - Ontwerp – Versie B

Zone Gemeenteplein - Dorpsstraat – Stationsstraat

- Nieuwe publieke voorzieningen en commerciële functies op het niveau van de gemeente en/ of de dorpskern die minder ruimtebehoevend zijn, worden gebundeld naar de as Gemeenteplein – Dorpsstraat – Stationsstraat. Hierbij worden nieuwe publieke functies bij voorkeur gebundeld naar de omgeving van het Gemeenteplein en de Dorpsstraat, waar reeds verschillende publieke voorzieningen aanwezig zijn (bibliotheek, school...).

- Het is belangrijk dat het publiek domein een aangenaam karakter heeft om in te vertoeven. Hiertoe zijn in het verleden reeds heel wat initiatieven genomen. Dit wordt naar de toekomst toe verder behouden en indien nodig worden hiertoe nieuwe initiatieven genomen.

• Kernversterking en - verdichting

In het hoofddorp wordt gestreefd naar kernversterking en verdichting. Dit mag echter niet ten koste gaan van de woonomgevingskwaliteit. Volgende zaken worden voorgesteld:

Kernverdichting in meest structurerende zones

In de Dorpsstraat, voornamelijk dan in het gedeelte tussen de kerk en de Brouwerijstraat wordt er, gezien de nabijheid van verschillende publieke en private functies, gestreefd naar een verdere verdichting. Op deze manier krijgt de straat meer centrum – uitstraling. Ook in een beperkt deel van de Haachtsesteenweg, namelijk ter hoogte van de “centrumzone”, zal gestreefd worden naar verdere verdichting om de zone meer centrum – uitstraling te geven:

- Het toegelaten aantal woonlagen wordt verhoogd (maximaal 3) en meergezinswoningen zijn mogelijk, voor zover de eigenheid van de dorpskern niet geschaad wordt. Het toegelaten aantal bouwlagen blijft beperkt tot maximum drie.

- Waar mogelijk wordt gesloten bebouwing nagestreefd.

- Wonen boven de handelspanden wordt mogelijk gehouden (verhinderen van leegstand boven handelspanden) en er worden hierbij hogere bouwmogelijkheden toegelaten: max. 2 woonlagen boven handelspand.

Zone tussen de Kerkstraat, Dorpsstraat en de Stationsstraat

In deze zone wordt geen stimulerend beleid gevoerd naar kernverdichting. Het rustige, aangename karakter van deze zone wordt naar de toekomst behouden.

De nadruk ligt in deze zone op het residentieel wonen, in open en halfopen bebouwing.

Er wordt vermeden dat er grootschalige, sterk verkeersgenererende en voor het wonen hinderlijke activiteiten worden toegelaten, zoals bedrijvigheid, garageboxen t.b.v. inwoners van buiten de zone, grootschalige handelszaken... Kleinschalige voorzieningen zijn mogelijk voor zover ze verweefbaar zijn in de residentiële omgeving.

De woonomgevingskwaliteit wordt versterkt door voldoende aandacht te schenken aan groenelementen. In deze zone bepalen de nog open, groene restpercelen, de laanbeplanting en de beperkte verharding van de voortuinen het groene karakter. Dit wordt behouden naar de toekomst toe.

- Grote kavels met een groen karakter (en gebouwen met, al dan niet, historische kwaliteiten), parken, enz. moeten behouden blijven en zeker niet worden verdicht.

- markante gebouwen maximaal te behouden. Hiervoor wordt verwezen naar de inventaris “bouwen door de eeuwen heen” van Monumenten & Landschappen.

- De dreefstructuur in de F.Wouterslaan wordt behouden.

- Groene elementen in het woongebied worden maximaal behouden en worden versterkt door de inplanting van kleinschalige buurt- en wijkvoorzieningen (bv. speelruimte, rustruimte).

Page 161: GRS Tekstboek

ARCADIS Gedas NV Projectnummer: 07/2872

Bestand: s:\structuurplanning\rsp-kampenhout-2872\rapporten\5 - ontwerp\versie da\2872-rap-248b_bd.doc maart 2006 Dossier: Ruimtelijk Structuurplan Gemeente Kampenhout - Ontwerp – Versie B Pagina 161 van 191

- Er wordt geopteerd om het niet-uitgeruste binnengebied Kerkstraat (KaWo1), vanwege zijn huidige perceelsstructuur niet te ontwikkelen op korte termijn, maar om dit gebied te reserveren voor een latere planperiode.

- Er wordt geopteerd om het niet-uitgeruste binnengebied F.Verstraetenlaan (KaWo2) niet te ontwikkelen voor het wonen. Ontwikkeling is vrijwel onmogelijk gezien de configuratie en de eigendomsstructuur. Het binnengebied wordt herbestemd als zone voor achtertuinen en verdwijnt daarmee uit het aanbod.

Kernversterking door de ontwikkeling van het WUG Molenveldweg

Het opvangen van de woonvraag binnen de gemeente is een belangrijke taak voor de dorpskern van Kampenhout. Hierbij worden bij voorkeur eerst die gebieden ontwikkeld die het best aansluiten bij het centrum van de dorpskern, nabij de belangrijkste voorzieningen. Bovendien wordt op deze manier de kern compacter gemaakt. Deze gebieden lenen zich goed voor het ontwikkelen van nieuwe woningtypes of woonvormen afgestemd op specifieke doelgroepen. Bij voorkeur wordt in deze gebieden een dichtheid gehanteerd van min. 15 woningen per ha.

Het gaat om de afwerking van een sociaal woonproject op korte en middellange termijn. Een gezonde mix van huisvesting voor doelgroepen is hier aangewezen (totaal ca. 43 woningen, zowel sociale huur, als koopwoningen en sociale kavels). Het gebied sluit ideaal aan bij de openbare en andere voorzieningen van de kern. De woonomgeving is verkeersveilig en het gebied kan gemakkelijk ontsloten worden via de Molenveldweg naar de Tritsstraat. Het woonproject kan volledig verkeersluw worden ingericht (enkel gericht op lokaal verkeer)

Strategisch project Tiendeschuurstraat

Het projectgebied omslaat een oppervlakte van ca. 2 ha, in eigendom van het OCMW van Kampenhout. De twee initiatiefnemers van dit project zijn “Ons Tehuis Brabant” en het OCMW van Kampenhout. Het project heeft als doel deze ruimte in te vullen met huisvesting voor bejaarden onder de vorm van serviceflats, een project begeleid wonen voor gehandicapten en chronisch zieken, een sociale verkaveling en sociale huurwoningen.

Het projectgebied omslaat zowel zones voor openbaar nut, woongebied en woonuitbreidingsgebied. Er wordt geopteerd om serviceflats (ca. 34 wooneenheden) en het project inzake begeleid wonen voor gehandicapten en chronisch zieken (ca. 12 wooneenheden) te realiseren in de zone voor openbaar nut. De sociale kavels (ca. 7 kavels) worden gerealiseerd in het niet-gerealiseerd woongebied en de sociale huurwoningen (ca. 17 wooneenheden) in het woonuitbreidingsgebied.

Er werd bij de keuze van de locatie rekening gehouden met de nabijheid van openbare en andere voorzieningen en de beperkte mobiliteit van de bevolkingsgroepen (aanwezigheid bushalte Haachtsesteenweg, grote winkel en kapper langs overkant in Tiendeschuurstraat).

Page 162: GRS Tekstboek

ARCADIS Gedas NV Projectnummer: 07/2872

maart 2006 Bestand: s:\structuurplanning\rsp-kampenhout-2872\rapporten\5 - ontwerp\versie da\2872-rap-248b_bd.doc Pagina 162 van 191 Dossier: Ruimtelijk Structuurplan Gemeente Kampenhout - Ontwerp – Versie B

Figuur 16: Ontwikkelingsvoorstel voor het strategisch woonproject Tiendeschuurstraat

Andere niet-uitgeruste binnengebieden en/of woonuitbreidingsgebieden

- Het woonuitbreidingsgebied aan de Haachtsesteenweg (Ka Wu 3) wordt in reserve gehouden, met uitzondering van één kleinere zone in het zuidelijk deel (ca. 0,9 ha) dat aangesneden wordt voor het project ‘begeleid en sociaal wonen’.

• Lokaal bedrijventerrein

In totaal is er in de gemeente Kampenhout vraag naar vrije oppervlakte bedrijventerreinen om de bestaande lokale bedrijven te laten herlokaliseren.

Zoals hoger al gemotiveerd verkiest de gemeente een ontwikkeling van een lokaal bedrijventerrein aansluitend op het hoofddorp op een bundeling van de lokale behoefte met Boortmeerbeek en Haacht in Kampenhout-Sas. Dit vooral omdat het onduidelijk is welke instantie het project in Kampenhout-Sas kan realiseren en de gemeente de continuïeteit van de lokale economsiche ontwikkeling wenst te garanderen.

Er wordt een lokaal bedrijventerrein gerealiseerd van ca. 5 ha in het agrarisch gebied tussen de Beethovenlaan, Stationsstraat en Roodkloosterlaan. Andere locaties, ten zuiden, westen of noorden van Kampenhout komen niet in aanmerking voor de ontwikkeling van een lokaal bedrijventerrein om volgende redenen:

- Het gebied ten zuiden is een ingesloten open ruimtegebied dat zich situeert tussen de bebouwingsentiteiten Kampenhout, Berg en het woonpark Ter Bronnen. Het gebied wordt in het zuiden begrensd door een natuurgebied rond Keibeek. Dit gebied sluit aan bij de natuurreservaten Ter Bronnen en Torfbroek, beide van bovenlokaal belang. In het noorden wordt het gebied afgesneden van de N21 door bebouwing. Een mogelijkse ontsluiting van het gebied naar de N21 kan voorzien worden via het kruispunt Kerkstraat-N21-Tiendeschuurstraat. De ontwikkeling van het gebied brengt geen verkeersoverlast mee voor de omliggende woongebieden (onsluiting praktisch rechtstreeks naar de N21). Het gebied wordt niet ontwikkeld omdat: - het de aaneengroeiing van de verschillende woongebieden stimuleert - het potenties heeft als open ruimte gebied, aansluitend op de waardevolle natuurgebieden van

bovenlokaal belang: Ter Bronnen en Torfbroek.

Page 163: GRS Tekstboek

ARCADIS Gedas NV Projectnummer: 07/2872

Bestand: s:\structuurplanning\rsp-kampenhout-2872\rapporten\5 - ontwerp\versie da\2872-rap-248b_bd.doc maart 2006 Dossier: Ruimtelijk Structuurplan Gemeente Kampenhout - Ontwerp – Versie B Pagina 163 van 191

- Het gebied ten westen van de dorpskern van Kampenhout is een gaaf, aaneengesloten open ruimtegebied met belangrijke ecologisch en landschappelijke waarde. Het gebied sluite aan op het bovenlokale natuurgebied van Hellebos en Baarbeke in het oosten van de gemeente. Deze open ruimte is nog duidelijk waarneembaar vanaf de N21. Een aansnijding van dit gaaf gebied is niet gewenst.

- Een gebied ten noorden van de kern komt niet in aanmerking omdat dit niet ontsloten wordt op de N21. De ontsluiting van zo’n bedrijventerrein zou steeds door het centrum van Kampenhout dienen te gebeuren, wat de verkeersleefbaarheid in de dorpskern niet ten goede komt.

De lokatie ten oosten van de dorpskern van Kampenhout krijgt de voorkeur omwille van: - De minimale impact op de open ruimte: het betreft een ingesloten open ruimtegebied dat weinig

tot geen relatie heeft met de grotere agrarische, ecologische of landschappelijke open ruimtegebieden.

- De ontwikkeling van het bedrijventerrein kan duidelijk begrensd worden door Beethovenlaan. - De rechstreekse ontsluiting op de N21: hierdoor onstaat er minimale tot geen verkeersoverlast in

het centrum van Kampenhout. Ontsluiten kan rechstreeks op de N21 of via bestaande wegen (Roodkloosterlaan) waardoor bijkomende aantakkingen vermeden worden.

- De aanwezigheid van reeds bestaande, zonevreemde, bedrijven in het gebied: hierdoor kan de zonevreemdheid van deze bedrijven ter plaatse opgelost worden en dienen ze op termijn niet geherlocaliseerd te worden.

Volgende beleidslijnen worden vooropgesteld:

- De ontsluiting van het bedrijventerrein wordt rechtstreeks voorzien naar de N21 - Haachtsesteenweg (vb. via de Roodkloosterlaan). Hierdoor wordt vermeden dat vrachtverkeer overlast veroorzaakt in de omliggende woonstraten. Om vrachtverkeer naar en doorheen het woonpark Rood Klooster te vermijden wordt een vrachtverbod ingevoerd langs de Roodkloosterlaan vanaf de kruising met de Van Beethovenlaan.

- Om het lokaal karakter te benadrukken wordt de kavelgrootte op het lokaal bedrijventerrein beperkt. Hierdoor wordt vermeden dat grotere, hinderlijke bedrijven zich op deze locatie vestigen.

- Bij de ontwikkeling van het bedrijventerrein dient er voldoende rekening te worden gehouden met opties inzake intensief ruimtegebruik (vb. aan elkaar bouwen van bedrijven, bouwen in de hoogte, bundelen van parkeerinfrastructuur…). Op deze manier wordt er ruimteverspilling op het bedrijventerrein voorkomen en vermijdt men dat op korte termijn een nieuw bedrijventerrein dient aangesneden te worden.

- Bij de ontwikkeling van het bedrijventerrein dient voldoende rekening gehouden te worden met de aanpallende woongebieden. Dit houdt in dat de aard van de bedrijvigheid beperkt wordt en dat bedrijven die overmatige hinder kunnen veroorzaken (o.a. milieuhinder zoals lawaai, licht, geur…) dienen uitgesloten te worden.

- Bij de ontwikkeling van het bedrijventerrein dient er voldoende rekening te worden gehouden met de visuele buffering in functie van de bebouwing van de dorpskern Kampenhout en het woonpark Rood Klooster.

- Het gebied achter de Van Beethovenlaan wordt open gehouden, zodat de dorpskern Kampenhout en het woonpark Rood Klooster niet volledig aan elkaar groeien.

Page 164: GRS Tekstboek

ARCADIS Gedas NV Projectnummer: 07/2872

maart 2006 Bestand: s:\structuurplanning\rsp-kampenhout-2872\rapporten\5 - ontwerp\versie da\2872-rap-248b_bd.doc Pagina 164 van 191 Dossier: Ruimtelijk Structuurplan Gemeente Kampenhout - Ontwerp – Versie B

1.3.2. Subgebied omgeving Ruisbeek

Omgeving Ruisbeek als leidraad voor groene ontspanningspool

Om de woonomgevingskwaliteit voor de inwoners van de kern Kampenhout en van de gehele gemeente te behouden, is het van belang dat er voldoende ontspannings-mogelijkheden voorhanden zijn, waar kan gesport en gerecreëerd worden.

Het sport- en ontspanningsaanbod voor de gemeente wordt naar de toekomst toe verder uitgebouwd en gebundeld naar de omgeving van het bestaande gemeentelijk sportcentrum ten oosten van de kern. Aanknopingspunt vormt hierbij het groene lint van de Weesbeek, waardoor aan de ontspanningspool een groene uitstraling kan gegeven worden.

Met de omgeving Ruisbeek wordt bedoeld: - het bestaande sportcentrum en aansluitend een zone voor de opvang van nieuwe

sportvoorzieningen - het woonpark Rood Klooster - het “open ruimtescharnier”, bestaande uit het kasteel van Ruisbeek en een open zone ten

zuiden ervan - de beekloop van de Weesbeek

Doelstelling is deze verschillende elementen in het landschap te integreren als één samenhangend geheel, waarvoor één RUP kan worden opgemaakt. Hierbij krijgt het geheel een parkachtig karakter, bewerkstelligd door het groene lint van de beekloop die de gehele zone doorkruist, door het “open ruimtescharnier”, door de groene landschapszoom van het woonpark Rood Klooster en door de bestaande en bijkomende sportinfrastructuur voldoende groen in te kleden zodat een parkachtige omgeving ontstaat.

Volgende ontwikkelingsperspectieven worden voorgesteld:

• Opvang van de behoefte aan sportvoorzieningen

De ruimtebehoeften voor lokale sportvoorzieningen op het huidige moment en in de toekomst moeten nog onderzocht worden. Er wordt een RUP opgemaakt waarbij aangegeven wordt welke herlokalisatiebehoeften er zijn voor bestaande sportterreinen en welke behoeften voor nieuwe sportterreinen. Dit kan uitgewerkt worden door een enquêtering aan de verschillende sportverenigingen. De ruimtebehoeften voor sportvoorzieningen wordt onderbouwd in het RUP. Indien er ruimtebehoeften zijn, dan moet een RUP de invulling van deze ruimtebehoeften mogelijk maken op een bepaalde plaats. Nu wordt er een soort “zoekzone” aangeduid waar de behoeftes opgevangen moeten worden.

Voor de gemeente zijn volgende beleidslijnen belangrijk voor wat betreft de opvang van een bijkomende behoefte aan sportvoorzieningen:

- De opvang van de behoefte aan bijkomende sportvoorzieningen gebeurt aan het hoofddorp, gezien het potentieel daar het grootst is.

- De opvang van de behoefte aan bijkomende sportvoorzieningen gebeurt daarenboven bij voorkeur aan bestaande sportvoorzieningen die fungeren voor heel de gemeente, omdat op deze manier gebruik kan gemaakt worden van de bestaande infrastructuur (kantines, enz.).

Page 165: GRS Tekstboek

ARCADIS Gedas NV Projectnummer: 07/2872

Bestand: s:\structuurplanning\rsp-kampenhout-2872\rapporten\5 - ontwerp\versie da\2872-rap-248b_bd.doc maart 2006 Dossier: Ruimtelijk Structuurplan Gemeente Kampenhout - Ontwerp – Versie B Pagina 165 van 191

- Er wordt rekening gehouden met grensstellende elementen vanuit de openruimtestructuur: open ruimtekamers, verwevingsgebied omgeving Steentjesbos – Hellebos, open ruimtecorridors aan de Haachtsesteenweg tussen Kampenhout en Berg en ter hoogte van de Weesbeek, open ruimtescharnier.

Vanuit deze elementen kunnen een aantal locaties aangeduid worden voor de opvang van de behoefte: - locatie ten oosten van de kern van Kampenhout; deze locatie sluit echter niet aan bij het bestaande

sportcentrum; - locatie tussen kernen Kampenhout, Berg en woonpark Ter Bronnen; het gaat echter om een nog

vrij waardevol gebied voor de landbouw; bovendien dreigen de drie bebouwingsentiteiten op deze manier aan elkaar te groeien; tenslotte sluit de locatie niet aan bij het bestaande sportcentrum.

- locatie aansluitend bij het bestaande sportcentrum aan de Zeypestraat. Er wordt door de gemeente geopteerd voor de locatie nabij het bestaande sportcentrum, gezien de centrale ligging van het sportcentrum t.o.v. van de verschillende kernen, gezien op die manier optimaal gebruik kan gemaakt worden van de bestaande infrastructuur en gezien dit sportcentrum nu reeds fungeert voor heel de gemeente. Op deze manier worden de verschillende sportvoorzieningen in de gemeente optimaal gebundeld in één locatie.

Een eventuele uitbreiding van het bestaande sportcentrum zal in de eerste plaats in functie zijn van de bestaande clubs die hier reeds aanwezig zijn. Daarnaast eventueel ook voor de herlokalisatie van andere terreinen. Dit laatste moet verder onderzocht worden in het kader van een RUP. Het gaat hier in ieder geval om sportinfrastructuur op het niveau van de eigen dorpskern en de eigen gemeente. Bovenlokale infrastructuren zijn niet wenselijk.

De ruimtebehoeften voor sportvoorzieningen worden ingevuld in het gebied tussen het woonpark Rood Klooster, de beekloop van de Weesbeek en het gemeentelijk sportcentrum. De locatie is reeds in eigendom van de gemeente en grenst aan het bestaande sportcentrum. Bovendien kan door een aantal bijkomende randvoorwaarden een meerwaarde geboden worden voor de gehele omgeving van de Ruisbeek:

- Zowel het bestaande sportcentrum als de bijkomende sportinfrastructuur wordt voldoende groen ingekleed, zodat een parkachtige omgeving ontstaat (sportterreinen geïntegreerd in een groene omgeving, landschapszoom). Hierdoor ontstaat ook een meerwaarde voor de landschappelijke structuur.

- Bij de nieuwe locatie is het wenselijk dat er voornamelijk openluchtrecreatieve sportinfrastructuur wordt gesitueerd, die zoveel mogelijk geïntegreerd wordt in het omringende landschap.

- Er wordt optimaal gebruik gemaakt van de bestaande ondersteunende infrastructuur (sporthal, kantines, cafetaria, parkeerinfrastructuur, enz.).

- Gezien de nabijheid van de Weesbeek, wordt er voldoende afstand gehouden van de beekloop.

- Bij het sportcentrum wordt ook een speelruimte gecreëerd voor het woonpark Rood Klooster. Het gaat om een speelruimte die vrij kleinschalig is, op wijkniveau. Dit kan een serieuze meerwaarde bieden voor de samenhang van de wijk. Bovendien wordt er meer samenhang gecreëerd tussen de wijk en het sportcentrum.

Daarnaast wordt het volgende voorgesteld voor de omgeving van Ruisbeek:

• Beekloop van de Weesbeek

Het groen lint van de beekloop wordt versterkt. Dit wordt verder uitgewerkt in de gewenste openruimtestructuur.

Page 166: GRS Tekstboek

ARCADIS Gedas NV Projectnummer: 07/2872

maart 2006 Bestand: s:\structuurplanning\rsp-kampenhout-2872\rapporten\5 - ontwerp\versie da\2872-rap-248b_bd.doc Pagina 166 van 191 Dossier: Ruimtelijk Structuurplan Gemeente Kampenhout - Ontwerp – Versie B

• Woonpark Rood Klooster

Momenteel heeft het woonpark Rood Klooster de uitstraling van een gewone verkaveling. Groenelementen zijn er nauwelijks aanwezig. Het beleid richt zich voornamelijk op het versterken van de typische woonkwaliteit van woonparken, namelijk het rustig wonen in het groen. Dit betekent:

- eventueel samenvoeging van (kleinere) percelen naar een groter perceel - laanbeplanting - landschapszoom - voorwaarden opleggen bij ontwikkeling van onbebouwde percelen inzake aanplanting

streekeigen groen - wandel- en fietsverbinding met het dorpscentrum van Kampenhout - watertoets

Dit wordt verder uitgewerkt bij de gewenste nederzettingsstructuur.

• Open ruimtescharnier

Het open ruimtescharnier bestaat uit het kasteelpark van Ruisbeek en een open weide ten zuiden ervan, gelegen tussen de Stationsstraat en Weesbeek. In dit gebied komen verschillende elementen van de natuurlijke structuur en landschappelijke structuur tesamen en worden ze verbonden met elkaar. Het betreft de Wilderse Dreef, de beekloop van de Weesbeek en de groene woonparken Rood Klooster en Ter Bronnen.

Het kasteelpark van Ruisbeek wordt gevrijwaard als parkgebied naar de toekomst toe. In het RUP worden mogelijke functiewijzigingen bekeken van de woning die in het gebied is gelegen.

Daarnaast wordt de zone ten zuiden van het kasteelpark open en groen gehouden. Dit wil zeggen dat de zone zeker niet wordt bebouwd/verhard. Gezien de ligging van de zone nabij een beekloop, is dit – vanwege de overstromingsproblematiek – niet wenselijk (hier buffercapaciteit t.v.v. sportcentrum). Aan het gebied kan een recreatieve functie gegeven worden (wandelen, lopen).

Het “open ruimtescharnier” wordt doorsneden door de N21 (Haachtsesesteenweg). De N21 vormt een sterke barrière tussen enerzijds het gemeentelijk sportcentrum en het kasteelpark van Ruisbeek ten noorden van de N21, en anderzijds de open zone ten zuiden van de N21. Willen we het “open ruimtescharnier” een meer recreatieve functie geven, dan is het belangrijk dat dit barrière – effect wordt afgezwakt, zodat wandelaars en fietsers op een verkeersveilige manier de weg kunnen oversteken.

• Ontsluiting van de omgeving Ruisbeek

Bestaande landelijke wandel- en fietswegen tussen het centrum van Kampenhout en de omgeving van de Ruisbeek worden behouden en hersteld naar de toekomst toe. Op deze manier kan de Haachtsesteenweg vermeden worden en kunnen voetgangers en fietsers zich vanuit het centrum van Kampenhout op een snelle en veilige manier naar het gemeentelijk sportcentrum, het woonpark Rood Klooster, het “open ruimtescharnier” begeven.

De Zeypestraat blijft de centrale toegangsweg tot het gemeentelijk sportcentrum van Kampenhout. Voor het fietsverkeer afkomstig van bebouwingsconcentraties ten zuiden van de Haachtsesteenweg (o.a. Relst, Nederokkerzeel) kan dit een probleem vormen, omdat fietsers dan het kruispunt Zeypestraat – Haachtsesteenweg moeten zien te overbruggen. Dit kruispunt behoort tot de geselecteerde zwarte punten van het Vlaams Gewest. Gezien een op gemeentelijk niveau belangrijke woonondersteunende voorziening als het sportcentrum heel wat fietsverkeer aantrekt, is het van belang dat dit kruispunt zo snel mogelijk verkeersveiliger wordt heringericht.

Page 167: GRS Tekstboek

ARCADIS Gedas NV Projectnummer: 07/2872

Bestand: s:\structuurplanning\rsp-kampenhout-2872\rapporten\5 - ontwerp\versie da\2872-rap-248b_bd.doc maart 2006 Dossier: Ruimtelijk Structuurplan Gemeente Kampenhout - Ontwerp – Versie B Pagina 167 van 191

1.3.3. Subgebied woonkern Berg

Dorpskern begrensd door waardevolle openruimtegebieden

Het Torfbroek ten zuiden van de kern, de landbouwgebieden ten oosten en westen van de kern en het natuurverwevingsgebied Steentjesbos-Hellebos ten noorden zijn belangrijke gebieden voor natuur, landbouw en landschap. Deze gebieden stellen duidelijke grenzen aan de ontwikkelingen te Berg. Nieuwe ontwikkelingen inzake wonen... worden in de kern geconcentreerd. De voorkeur wordt gegeven aan inbreidingsgerichte projecten.

Afremmen van ontwikkelingen langs Haachtsesteenweg

De dorpskern van Berg blijft duidelijk gescheiden van de N21. Langs de N21, van aan de grens met Steenokkerzeel tot aan de Kerkstraat, primeert het niet monotoon laten uitdeinen van allerlei functies en het doorstromingsaspect van de weg. Nieuwe functies buiten het wonen in het bestaande woongebied worden vermeden in deze zone van de N21; deze horen thuis in de dorpskern zelf. Het is evenmin de bedoeling om het bebouwingsweefsel langs de N21 verder te verdichten.

Eén dorpscentrum voor Berg

De aanwezige voorzieningen te Berg zijn van een lager niveau als die van de kern Kampenhout, meer gericht op de eigenlijke dorpskern, en ze liggen ietwat verspreid over de dorpskern.

Gezien de identiteit van een dorp nauw samenhangt met de identiteit van het dorpscentrum, is het belangrijk dat één samenhangend dorpscentrum voorhanden is voor de inwoners van Berg, waar mensen de mogelijkheid hebben om samen te komen in het verenigingsleven, waar er voldoende speelruimte aanwezig is voor de jongeren, waar er voldoende commerciële voorzieningen aanwezig zijn op het niveau van het eigen dorp. Dit brengt een belangrijke meerwaarde voor de woonkwaliteit van de kern.

Dit dorpscentrum wordt gezien in de Kerkhoflaan en Bergstraat. In het dorpscentrum worden kernfuncties geconcentreerd. Een verdere verdichting van het dorpscentrum is niet wenselijk.

Page 168: GRS Tekstboek

ARCADIS Gedas NV Projectnummer: 07/2872

maart 2006 Bestand: s:\structuurplanning\rsp-kampenhout-2872\rapporten\5 - ontwerp\versie da\2872-rap-248b_bd.doc Pagina 168 van 191 Dossier: Ruimtelijk Structuurplan Gemeente Kampenhout - Ontwerp – Versie B

Gedifferentieerd verdichten

Berg is een vrij omvangrijke kern die voornamelijk is samengesteld uit open, residentiële bebouwing. Een groot aandeel van de wijken zijn gelegen langs boscomplexen en hebben een rustig, groen karakter (vb. woonwijken gelegen langs het Torfbroek). Te Berg ligt de klemtoon op het rustig, residentieel wonen. Enkel in de zones met de meeste dorpsfuncties, namelijk in de Bergstraat en Kerkhoflaan, is verdichting van het huidige bebouwingsweefsel wenselijk. Buiten deze twee straten is een verdere verdichting van het bebouwingspatroon niet wenselijk. De woonomgevingskwaliteit wordt behouden en verder versterkt met voldoende aandacht voor woonondersteunende voorzieningen en groenelementen.

Voldoende groen in de kern

Om de woonomgevingskwaliteit van Berg naar de toekomst toe te behouden, is het belangrijk dat er voldoende recreatief groen aanwezig is voor de bewoners van de verschillende wijken. Twee zones in de dorpskern worden voorbehouden als groene, open ruimtes in het bebouwingsweefsel. Het gaat om de terreinen aanpalend aan de scouts en aan de gemeenteschool. Hier zijn mogelijkheden voor voorzieningen die een kerngebonden karakter hebben en die niet te ruimtebehoevend zijn (vb. speelruimte, rustruimte...).

Bij de realisatie van nieuwe woonwijken wordt er ook voldoende aandacht besteed aan dergelijke kleinschalige groenvoorzieningen op het niveau van de wijk.

Volgende ontwikkelingsperspectieven worden vooropgesteld voor de woonkern Berg:

• Bundelen van nieuwe private en publieke functies in dorpscentrum

De N21 ter hoogte van Berg wordt niet beschouwd als deel uitmakend van de dorpskern. Langs de Haachtsesteenweg wordt een ander beleid gevoerd dan in de dorpskern Berg zelf. In tegenstelling tot de hoofdkern Kampenhout is het niet de bedoeling om langs de Haachtsesteenweg ter hoogte van de kern Berg een herinrichting door te voeren. Evenmin ligt het in de bedoeling om er publieke en private functies te bundelen en om er naar verdichting te streven. De aantrekkingskracht van de weg voor nieuwe (spontane) ontwikkelingen wordt zo beperkt mogelijk gehouden, ten voordele van de dorpskern Berg zelf. Dit betekent voor de N21 ter hoogte van Berg:

- woningen kunnen er enkel ontwikkeld worden binnen de juridische voorraad. - nieuwe private of publieke functies worden er niet toegelaten, gezien deze thuishoren in de

kern zelf en gezien dit nadelig is voor de doorstroming. - de verschillende zichten vanuit de Haachtsesteenweg naar het noordelijk gelegen

openruimtegebied (Hellebos, verwevingsgebied omgeving Steentjesbos-Hellebos) worden maximaal gevrijwaard.

Gezien de identiteit van een dorp nauw samenhangt met de identiteit van het dorpscentrum, is het belangrijk dat er één samenhangend dorpscentrum voorhanden is voor de inwoners van Berg, waar voldoende publieke en private voorzieningen aanwezig zijn. Nieuwe publieke en private functies op het niveau van de dorpskern worden gebundeld naar de “centrumzone”. Deze centrumzone omvat een beperkte zone van de Kerkhoflaan en de Bergstraat, waar reeds verschillende publieke en commerciële

Page 169: GRS Tekstboek

ARCADIS Gedas NV Projectnummer: 07/2872

Bestand: s:\structuurplanning\rsp-kampenhout-2872\rapporten\5 - ontwerp\versie da\2872-rap-248b_bd.doc maart 2006 Dossier: Ruimtelijk Structuurplan Gemeente Kampenhout - Ontwerp – Versie B Pagina 169 van 191

voorzieningen aanwezig zijn. Het is belangrijk dat het publiek domein in het dorpscentrum een aangenaam karakter heeft om in te vertoeven. Indien nodig worden hiertoe bijkomende initiatieven genomen.

• Kernverdichting

In de woonkern is kernverdichting op bepaalde plaatsen wenselijk. Dit mag echter niet ten koste gaan van de woonomgevingskwaliteit. Volgende zaken worden voorgesteld:

Kernverdichting in meest structurerende zones

Berg is voornamelijk samengesteld uit open, residentiële bebouwing; heel wat woonwijken hebben er een rustig, groen karakter. De nadruk zal te Berg liggen op het residentieel wonen in open en halfopen bebouwing. In het centrumgebied van Berg, namelijk in een beperkte zone van de Bergstraat en Kerkhoflaan, is echter een verdere verdichting van het bebouwingsweefsel wenselijk, om de zone meer centrum – uitstraling te geven:

- Het toegelaten aantal woonlagen wordt verhoogd (maximaal drie) en meergezinswoningen zijn mogelijk, voor zover de eigenheid van de dorpskern niet geschaad wordt. Het aantal bouwlagen blijft beperkt tot maximaal 3.

- Waar mogelijk wordt gesloten bebouwing nagestreefd. - Wonen boven de handelspanden wordt mogelijk gehouden (verhinderen van leegstand boven

handelspanden) en er worden hierbij hogere woonmogelijkheden toegelaten: max. 2 woonlagen boven handelspand. Het aantal bouwlagen blijft beperkt tot maximaal 3.

• Kernversterking

Het opvangen van de woonvraag binnen de gemeente is ook een belangrijke taak voor de dorpskern van Berg. Hierbij worden bij voorkeur eerst die gebieden ontwikkeld die het best aansluiten bij het centrum van de dorpskern, nabij de belangrijkste voorzieningen. Deze inbreidingsgerichte gebieden lenen zich goed voor het ontwikkelen van nieuwe woningtypes of woonvormen afgestemd op specifieke doelgroepen. Bij voorkeur wordt in deze gebieden een dichtheid gehanteerd van min. 15 woningen per ha.

Strategisch project “Berghveld”

De gemeente beoogt de gefaseerde aansnijding van het woonuitbreidingsgebied Berghveld. Het gebied is gelegen aan de kern van Berg, binnen een korte afstand van de voornaamste voorzieningen van Berg (openbare functies, commerciële activiteiten). Het gebied is aan twee zijden begrensd door bebouwing (Kerkhoflaan - Haachtsesteenweg en Bergstraat). Het woonuitbreidingsgebied is gemakkelijk en goed ontsluitbaar via de Nederokkerzeelstraat, Kerkhoflaan of Bergstraat. Een gezonde mix van huisvesting voor doelgroepen is hier aangewezen. Het gaat hier om een gefaseerde ontwikkeling van het woonuitbreidingsgebied, waarbij de gebieden aansluitend bij het centrum van Berg het eerst worden ontwikkeld gezien de nabijheid van voorzieningen.

Bij de realisatie van een woonproject dient met volgende elementen rekening gehouden worden: - Er dient voldoende ruimte voorzien worden voor de bestaande tuinen in de Bergstraat. - Bij de verkaveling dient een speelterrein gerealiseerd te worden in functie van de buurt. - Er dient specifieke aandacht te gaan naar het hemelwaterbeleid zodat omliggende

gebieden gevrijwaard worden van bijkomende wateroverlast, eventueel dienen in de verkaveling zones worden voorzien voor insijpeling van hemelwater.

- Aandacht voor de aanwezigheid van de begraafplaats en vermijden dat eventuele uitbreidingen op lange termijn worden gehypothekeerd.

Page 170: GRS Tekstboek

ARCADIS Gedas NV Projectnummer: 07/2872

maart 2006 Bestand: s:\structuurplanning\rsp-kampenhout-2872\rapporten\5 - ontwerp\versie da\2872-rap-248b_bd.doc Pagina 170 van 191 Dossier: Ruimtelijk Structuurplan Gemeente Kampenhout - Ontwerp – Versie B

Figuur 17: Voorstel voor gefaseerde ontwikkeling van Berghveld (KT, ML, LT)

• Verschillende ontspanningsmogelijkheden in de dorpskern

Belangrijk is dat voorzieningen (bv.speel- en sportpleintjes) die gebonden zijn aan de eigen kern Berg en die niet te ruimtebehoevend zijn, niet uit de kern worden gehaald worden. Dit zou de levendigheid en hiermee ook het verenigingsleven van de kern doen afnemen. Bovendien worden hierdoor de verplaatsingen veel groter, waardoor eerder naar de auto wordt gegrepen. Sportvoorzieningen die te ruimtebehoevend zijn worden gebundeld naar het gemeentelijk sportcentrum te Kampenhout.

Om de woonomgevingskwaliteit van de kern naar de toekomst toe te behouden, is het ook belangrijk dat er voldoende recreatief groen ter beschikking staat voor de bewoners van de verschillende wijken van Berg, temeer gezien er gestreefd wordt naar een verdere kernversterking van Berg door de gefaseerde aansnijding van het woonuitbreidingsgebied Berghveld.

- Bij de realisatie van het woonuitbreidingsgebied Berghveld (BeWu2) worden voldoende kleinschalige groenvoorzieningen (speelruimtes, rustruimte) ter beschikking gesteld voor de nieuwe woonwijk.

- Er wordt geopteerd om het niet- uitgeruste wooninbreidingsgebied Bergstraat (BeWo1) tijdens de huidige planperiode niet te ontwikkelen voor het wonen, maar te behouden als speelruimte voor de aldaar gevestigde scouts.

- Het woonuitbreidingsgebied Lange Kerkwegel (BeWu1) blijft behouden maar zal niet ontwikkeld worden tijdens de huidige planperiode. Dit gebied kan functioneren als open zone binnen het bebouwde gebied. Er wordt wel rekening gehouden met eventuele uitbreidingsnoden van de aanpalende school (zie verder).

• Creëren van ontwikkelingsmogelijkheden voor specifieke woonondersteunende voorzieningen

- Indien de school aan de Gemeentewegel bij uitbreidingsnoden niet op de eigen terreinen kan uitbreiden, is het aangewezen om aan de overkant van de Gemeentewegel uit te breiden, in het

Fase 1

Fase 2

Page 171: GRS Tekstboek

ARCADIS Gedas NV Projectnummer: 07/2872

Bestand: s:\structuurplanning\rsp-kampenhout-2872\rapporten\5 - ontwerp\versie da\2872-rap-248b_bd.doc maart 2006 Dossier: Ruimtelijk Structuurplan Gemeente Kampenhout - Ontwerp – Versie B Pagina 171 van 191

woonuitbreidingsgebied Lange Kerkwegel (BeWu1). Mogelijkheden naast de school zijn vrijwel onmogelijk, gezien de ligging van het gebied in VEN-gebied en Europees Habitatrichtlijngebied.

- Bij de ontwikkeling van het woonuitbreidingsgebied Berghveld (BeWu2) wordt rekening gehouden met eventuele uitbreidingsnoden van de daar gelegen begraafplaats.

1.3.4. Subgebied woonpark Ter Bronnen

Momenteel heeft het woonpark Ter Bronnen nog een vrij groene uitstraling. Groenelementen zijn er veel aanwezig. Het beleid richt zich voornamelijk op het behoud en het versterken van de typische woonkwaliteit van woonparken, namelijk het rustig wonen in het groen. Dit betekent:

- eventueel samenvoeging van (kleinere) percelen naar een groter perceel - laanbeplanting - landschapszoom - voorwaarden opleggen bij ontwikkeling van onbebouwde percelen inzake aanplanting

streekeigen groen - watertoets

Dit wordt verder uitgewerkt bij de gewenste nederzettingsstructuur.

Page 172: GRS Tekstboek

ARCADIS Gedas NV Projectnummer: 07/2872

maart 2006 Bestand: s:\structuurplanning\rsp-kampenhout-2872\rapporten\5 - ontwerp\versie da\2872-rap-248b_bd.doc Pagina 172 van 191 Dossier: Ruimtelijk Structuurplan Gemeente Kampenhout - Ontwerp – Versie B

OK obipq=Ó=tfiabo=

OKNK açÉäëíÉääáåÖÉå=

- behoud landelijk karakter - uitbouwen Relst als lokaal toeristisch-recreatief knooppunt

OKOK `çåÅÉéíÉå=

Uitbouw lokaal toeristisch-recreatief knooppunt Relst

Om de leefbaarheid in de kern Relst te versterken wordt de interne ontwikkeling van deze kern (binnen de bestaande gebouwen en juridische voorraad) gekoppeld aan het uitbouwen van de kern als lokaal toeristisch-recreatief knooppunt. Op deze manier wordt aan de dorpskern een stimulans gegeven en wordt getracht een aantal functies aan te trekken die ervoor zullen zorgen dat de kern van Relst levendig blijft en niet vervalt in een residentieel slaapdorp.

Relst heeft heel wat potenties voor de uitbouw van een lokaal toeristisch-recreatief knooppunt, door het uitzicht van de kern zelf (kasteel van Opstal, Park van Relst, omgeving van de kerk...), maar ook door de ligging van de kern in een gebied met heel wat toeristisch-recreatieve aantrekkingspunten (wandelbossen, kastelen, golfterrein, veiling en witloofmuseum...). Relst wordt beschouwd als uitvalsbasis van waaruit wandel- en fietstochten gemaakt kunnen worden naar de verschillende locaties in de omgeving.

Nadruk op woonomgevings- en beeldkwaliteit

De gemeente heeft de doelstelling om de woonomgevings- en beeldkwaliteit van de dorpskern Relst te behouden en te versterken in functie van het wonen en de toeristisch-recreatieve rol die deze kern te vervullen heeft. De beeldkwaliteit van Relst hangt nauw samen met de aanwezigheid van verschillende markante gebouwen, kastelen en parken, landelijker karakter van de woningen, zichten op de omliggende open ruimte... Relst heeft een typisch landelijke uitstraling. Deze kwaliteit wordt maximaal behouden.

Afremmen van ontwikkelingen langs Haachtsesteenweg

Door de ligging van Relst nabij de N21 (Haachtsesteenweg) kunnen de inwoners van Relst zich vrij vlot verplaatsen naar de omliggende stedelijke gebieden en tewerkstellingspolen. Nadeel is wel dat de Haachtsesteenweg een barrière vormt tussen de verschillende woonwijken van Relst.

Het is niet de bedoeling om meer samenhang te creëren tussen woonwijken ten noorden en ten zuiden van de Haachtsesteenweg, door de N21 her in te richten en er nieuwe functies naartoe te trekken. De Haachtsesteenweg wordt niet beschouwd als een onderdeel van de kern Relst. Indien nodig worden er maatregelen genomen om het

Page 173: GRS Tekstboek

ARCADIS Gedas NV Projectnummer: 07/2872

Bestand: s:\structuurplanning\rsp-kampenhout-2872\rapporten\5 - ontwerp\versie da\2872-rap-248b_bd.doc maart 2006 Dossier: Ruimtelijk Structuurplan Gemeente Kampenhout - Ontwerp – Versie B Pagina 173 van 191

oversteken tussen de woonwijken ten noorden en ten zuiden van de Haachtsesteenweg verkeersveiliger te maken. Langs de N21, van aan de Stationsstraat tot aan het Sas, primeert het niet monotoon laten uitdeinen van allerlei functies en het doorstromingsaspect van de weg. Nieuwe functies buiten het wonen in het bestaande woongebied worden vermeden in deze zone van de N21; deze horen thuis in de dorpskern zelf. Bestaande functies kunnen behouden blijven en kunnen in relatie tot hun omgeving verder ontwikkeld worden.

Eén centrale dorpsstraat voor Relst

De Hutstraat wordt beschouwd als centrale dorpsstraat en toegangsweg vanuit de N21 naar de kern. De straat krijgt een aangepaste herinrichting. Bijkomende publieke en private kernondersteunende functies worden bij voorkeur gebundeld naar de Hutstraat.

Landbouw verweven met natuur, landschap en recreatie

In deze deelruimte komt landbouw nog in belangrijke mate voor en worden de landbouwgronden nog vrij intensief bewerkt. Het open ruimtegebied wordt, in belangrijke mate, ook ingenomen door natuurlijke gebieden (boscomplexen, beeklopen) en elementen in de landschappelijke (bv. Wilderse dreef), cultuurhistorische (bv. kasteelparken) en recreatieve (bv. golfterrein) sfeer. Om de onderlinge samenhang te verbeteren, wordt er gestreefd naar de verweving van landbouw, natuur, landschap en recreatie.

Het open ruimtegebied is een aantrekkelijk gebied om te wandelen en te fietsen. In de deelruimte Relst - Wilder wordt zachte recreatie (wandelen en fietsen) naar de toekomst toe actief gestimuleerd.

OKPK dÉïÉåëíÉ=êìáãíÉäáàâÉ=ëíêìÅíììê=

Kaart 42: Gewenste ruimtelijke structuur Relst - Wilder

Landelijke kern Relst

In de landelijke kern Relst (geselecteerd als woonkern) wordt de woonomgevings- en beeldkwaliteit verder versterkt in functie van het wonen en in functie van de toeristisch-recreatieve rol die deze kern te vervullen heeft. Relst heeft een typisch landelijke uitstraling. Deze kwaliteit wordt maximaal behouden. • Te versterken dorpscentrum Het dorpscentrum van Relst situeert zich t.h.v. de Hutstraat – begin Aarschotsebaan (en niet ter hoogte van de Haachtsesteenweg). De oversteekbaarheid van de N21 naar het dorpscentrum is een permanent aandachtspunt.

- Nieuwe commerciële functies worden niet toegelaten langs de N21 ter hoogte van Relst. Indien er nood is aan nieuwe publieke en private functies op het niveau van de dorpskern, worden deze gesitueerd in de dorpskern zelf, bij voorkeur in de centrale dorpsstraat Hutstraat.

Page 174: GRS Tekstboek

ARCADIS Gedas NV Projectnummer: 07/2872

maart 2006 Bestand: s:\structuurplanning\rsp-kampenhout-2872\rapporten\5 - ontwerp\versie da\2872-rap-248b_bd.doc Pagina 174 van 191 Dossier: Ruimtelijk Structuurplan Gemeente Kampenhout - Ontwerp – Versie B

- Bestaande functies kunnen op hun huidige locatie behouden blijven en kunnen verder ontwikkelen in relatie tot hun omgeving.

- Aandacht gaat naar het veilig houden van oversteekbewegingen voor fietsers en voetgangers over de N21 tussen enerzijds de sociale woonwijk en het woonpark aan het Weisetterbos (ten noorden van de Haachtsesteenweg) en anderzijds het eigenlijke dorpscentrum van Relst (ten zuiden van de Haachtsesteenweg). Indien nodig moeten er bijkomende maatregelen worden genomen t.h.v. de N21. Ook langs de N21 dienen de nodige maatregelen genomen worden om de veiligheid van de zwakke weggebruiker te verhogen.

• Behoud van het landelijke karakter

Het typische landelijke karakter van de kern wordt zoveel mogelijk behouden, ook in functie van de toeristisch-recreatieve potenties van de kern:

- Behoud van de huidige schaal van woningen. Het toegelaten aantal bouwlagen wordt niet verhoogd. Er wordt geen stimulerend beleid gevoerd op het gebied van gesloten bebouwing.

- Markante gebouwen (bv. typerende oude huizen) worden maximaal behouden, omdat ze een belangrijke waarde hebben binnen het ruimer geheel van de kern. Hiervoor wordt verwezen naar de inventaris “bouwen door de eeuwen heen” van Monumenten & Landschappen. Indien deze markante gebouwen ondersteund worden door kerngebonden functies, wordt de plaats dat het gebouw inneemt in de kern nog groter.

- De Hutstraat als hoofdstraat van het dorp wordt ingericht met een aangepaste laanbeplanting. Op deze manier wordt geaccentueerd dat men zich in het dorpscentrum begeeft. Bovendien wordt de aantrekkelijkheid van het dorpscentrum nog verhoogd voor inwoners en de recreanten door deze laanbeplanting, maar ook door het kasteel en het parkgebied, het mooie kerkplein, andere markante gebouwen…

- De zone van de parkeerplaats wordt bouwvrij gehouden, om zichten vanuit de Hutstraat op het omliggende openruimtegebied, met o.m. de beekloop van de Molenbeek, maximaal te vrijwaren.

- Het wooninbreidingsgebied Hutstraat (ReWo1) in de omgeving van de kerk wordt niet ontwikkeld voor wonen. Indien dit nodig zou zijn, kan deze centrale zone in het dorp wel ingevuld worden met nieuwe publieke functies op het niveau van de eigen dorpskern, waarbij er bij de inplanting van dergelijke functies rekening wordt gehouden met zichten op de kerk en het park vanuit de Aarschotsebaan en Hutstraat. Anders wordt het gebied omgezet in zone voor achtertuinen; op deze manier worden de zichten op de omgeving van de kerk en het park maximaal gevrijwaard.

- Er wordt geopteerd om het binnengebied Sparrendreef (ReWp1) te reserveren, gezien de perifere ligging van het gebied en gezien het gebied deels in een recent overstromingsgebied (ROG) ligt. De gemeente zal tijdens de huidige planperiode geen initiatieven nemen tot ontwikkeling.

• Uitbouw lokaal toeristisch-recreatief knooppunt

De dorpskern wordt ontwikkeld als lokaal recreatief knooppunt. Om dit beleid te ondersteunen worden volgende elementen vooropgesteld:

- De parkeerplaats in de Hutstraat, schuin tegenover het kerkplein, vormt het vertrekpunt van waaruit wandel- en fietstochten kunnen gemaakt worden naar omliggende aantrekkingspunten. De parkeerplaats kan reeds van op de Haachtsesteenweg aangegeven worden.

- Via een informatiebord aan de parkeerplaats kunnen de verschillende uitgestippelde wandel- en fietsroutes in de gemeente aangegeven worden, alsook interessante plekken om aan te doen.

- Er wordt gezorgd voor een goede wandel- en fietsverbinding tussen de kern Relst en de bovenlokale toeristisch-recreatieve route langs het kanaal Leuven–Dijle.

- Indien nodig worden ook bijkomende wandel- en fietsroutes uitgestippeld binnen de kern zelf en vanuit Relst naar omliggende aantrekkingspunten, zoals: Kasteel Ter Loonst, Kasteel Van Opstal, Kasteel Ter Balkt, Kasteel van Wilder, landelijke omgeving Wilder – Silsombos – Torfbroek,

Page 175: GRS Tekstboek

ARCADIS Gedas NV Projectnummer: 07/2872

Bestand: s:\structuurplanning\rsp-kampenhout-2872\rapporten\5 - ontwerp\versie da\2872-rap-248b_bd.doc maart 2006 Dossier: Ruimtelijk Structuurplan Gemeente Kampenhout - Ontwerp – Versie B Pagina 175 van 191

Wilderse Dreef, Silsombos, Weisetterbos, de golfterreinen van de Golf Club Kampenhout, de veiling, het witloofmuseum en de jachthaven. Belangrijk is dat de verbindingen naar deze kasteelparken, veiling, jachthaven... voor fietsers en wandelaars veilig blijven. Daarom moeten ook onverharde wandelpaadjes, kerkwegels... naar deze punten maximaal behouden blijven en indien nodig terug hersteld.

- Er worden, ter ondersteuning van het recreatief knooppunt, mogelijkheden voorzien inzake verblijfsrecreatie, horeca met terrassen op het openbaar domein...

Golfterreinen Golf Club Kampenhout

Vanwege de grote oppervlakte die het golfterrein beslaat, behoort zij tot de hoogdynamische toeristisch-recreatieve infrastructuren die een uitspraak op Vlaams niveau behoeven. Door de lokalisatie en inplanting moet het golfterrein zoveel mogelijk worden opengesteld voor bepaalde vormen van recreatief medegebruik zoals wandelen en fietsen.

Landbouw verweven met natuur, landschap en recreatie

In de deelruimte Relst - Wilder wordt zachte recreatie (wandelen en fietsen) naar de toekomst toe actief gestimuleerd. Voor het open ruimtegebied betekent dit dat het aangenaam moet zijn om er te vertoeven, m.a.w. dat specifieke natuurlijke en landschappelijke eigenschappen moeten worden beschermd en dat functies die visuele hinder veroorzaken, zoveel mogelijk landschappelijk moeten worden geïntegreerd.

Er worden aan landbouwbedrijven mogelijkheden gegeven om in te spelen op de toeristisch-recreatieve attractiviteit van het gebied en hun activiteiten, in beperkte mate, te verbreden in functie van recreatieve doeleinden. Het gaat dan om vormen van hoevetoerisme en horeca (vb. fietscafé), indien kleinschalig, verweefbaar met de omgeving, de draagkracht niet overschreden wordt en indien hiermee de toeristisch-recreatieve structuur wordt ondersteund.

Page 176: GRS Tekstboek

ARCADIS Gedas NV Projectnummer: 07/2872

maart 2006 Bestand: s:\structuurplanning\rsp-kampenhout-2872\rapporten\5 - ontwerp\versie da\2872-rap-248b_bd.doc Pagina 176 van 191 Dossier: Ruimtelijk Structuurplan Gemeente Kampenhout - Ontwerp – Versie B

PK h^jmbkelrqJp^p=

PKNK açÉäëíÉääáåÖÉå=

- ontwikkelingskansen geven aan regionale bedrijven (uitbreiding bestaande bedrijven en watergebonden potenties)

- toeristisch-recreatieve potenties verder versterken - kleinhandelsontwikkelingen langs de N26 afremmen

PKOK `çåÅÉéíÉå=

Bovenlokale commerciële functies bundelen naar N26 en kanaal Leuven-Dijle

Bovenlokale functies zoals grootschalige kleinhandel, horeca en bedrijvigheid worden zo weinig mogelijk in de dorpskernen geïntegreerd. Deze bovenlokale functies moeten een goede ontsluiting hebben naar het hogere verkeersnet, daarom moeten ze zo dicht mogelijk aansluiten bij de N26 en het kanaal.

Nieuwe grootschalige kleinhandel en horeca wordt beperkt tot het huidige concentratiegebied langs de N26 ter hoogte van Kampenhout-Sas. Het is niet de bedoeling dat de bestaande handel en horeca zich verder uitstrekt langs de N26. De bestaande concentratiegebieden dienen in overleg met de provincie te worden afgebakend.

Bedrijven van bovenlokaal niveau worden gebundeld naar de N26 en het kanaal Leuven-Dijle (voor watergebonden bedrijvigheid). Dit gebeurt op bestaande bedrijventerreinen.

Ondersteunen van het provinciaal toeristisch-recreatief netwerk rivieren en kanalen

Het kanaal Leuven-Dijle is onderdeel van het provinciaal toeristisch-recreatief netwerk rivieren en kanalen. De gemeente Kampenhout wenst de bestaande recreatieve knopen Jachthaven Kampenhout Sas en camping Veronique verder ontwikkelen en beter afstemmen op dit provinciaal netwerk. Daarnaast wenst de gemeente het recreatief medegebruik op en naast het kanaal verder te ondersteunen.

Kampenhout-Sas begrensd door waardevolle openruimtegebieden

Deze deelruimte wordt duidelijk begrensd door het Weisetterbos in het zuidwesten en het open landbouwgebied Buken – het Sas in het zuidoosten. In noorden grenst de deelruimte aan woonwijken van de stationsomgeving van Haacht.

Page 177: GRS Tekstboek

ARCADIS Gedas NV Projectnummer: 07/2872

Bestand: s:\structuurplanning\rsp-kampenhout-2872\rapporten\5 - ontwerp\versie da\2872-rap-248b_bd.doc maart 2006 Dossier: Ruimtelijk Structuurplan Gemeente Kampenhout - Ontwerp – Versie B Pagina 177 van 191

PKPK dÉïÉåëíÉ=êìáãíÉäáàâÉ=ëíêìÅíììê=

Kaart 43: Gewenste ruimtelijke structuur Kampenhout-Sas

Uit te bouwen bedrijventerreinen

De provincie beschouwt Kampenhout-Sas als een specifieke economische entiteit. De gemeente steunt de suggestie van de provincie aan het Vlaams gewest om Kampenhout-Sas bij een herziening van het RSV te beschouwen als een economisch knooppunt. Als input naar de provincie en het Vlaams gewest worden volgende beleidslijnen voorgesteld:

• Bestaande bedrijventerreinen

De zone langs het kanaal wordt zoveel mogelijk voorbehouden voor watergebonden bedrijvigheid die de waterweg effectief als transportmodus of als proceswater voor grondstoffen en/of producten benut; de andere industriegebieden kunnen ontwikkeld worden voor regionale bedrijvigheid:

- afbakening van een ‘zone voor hoofdzakelijk watergebonden bedrijvigheid’ tussen kanaal Leuven-Dijle en Mechelse Steenweg/Vekestraat;

- afbakening van ‘zones ter actieve stimulering watergebruik door bestaande bedrijven en/ of watergebondenheid van nieuwe bedrijven’ aan de kanaalzone richting Leuven en Mechelen;

- afbakening van ‘te behouden en te versterken bedrijventerreinen’. Er wordt opgemerkt dat het hier om een toekomstvisie gaat. Bij de uitwerking van het RUP zal rekening worden gehouden met de feitelijke toestand (= de achterliggende bedrijven die een winkelfunctie hebben);

- afbakening en herstructureren van de handelslinten langs de Mechelsesteenweg (zie verder)

- uitdovingsbeleid met nabestemming “industrie of watergebonden bedrijvigheid” voor de zonevreemde constructies binnen de afgebakende bestemmingszones;

- het kanaal is zowel langs de noordelijke als langs de zuidelijke zijde in belangrijke mate omzoomd met groenelementen. Deze doen dienst als recreatieve aders en als buffers. Het beleid gaat uit van het behoud en de versterking van het groene karakter van deze buffers; de buffers moeten doorbroken of verlegd kunnen worden naargelang er woningen uitdoven of wanneer bedrijven een kade-infrastructuur willen voorzien aan het kanaal. De watergebonden functie van bedrijven langs het kanaal primeert;

- de zone onder de brug, gelegen tussen de twee rotondes, wordt vrijgehouden voor groenontwikkeling (groene centrale zone) ten dienste van de waterhuishouding (bufferbekken), toeristisch fietsnetwerk en infrastructuur en uitbouw aanpalend aan de jachthaven. De geklasseerde sluis krijgt een specifieke rol binnen een centraal gelegen groene omgeving;

- ontwikkeling op korte termijn van de grote braakliggende/onontwikkelde gronden en noodzakelijke infrastructuurwerken door onteigening ter hoogte van de zone voor watergebonden bedrijvigheid aan de rotonde;

- voorzien van visuele buffer op de grens met de open agrarische gebieden en woongebieden, waarbij de industriële activiteiten vanuit de omliggende open ruimte en woongebieden visueel afgeschermd wordt (landscaping).

Wat de gemeentelijke ruimtebehoeften betreft, zijn er op deze bedrijventerreinen aan Kampenhout-Sas een viertal bedrijven aanwezig met regionale ruimtebehoeften. Het gaat om Connect Systems, NV Henkel, Covée en Gillemot transport. Hiervoor verwijzen we naar de behoefteraming uit het informatief gedeelte en naar de gewenste ruimtelijk – economische structuur. De gemeente doet de suggestie aan het Vlaams gewest om de ruimtebehoeften van deze bedrijven op te nemen in het kader van de historisch gegroeide bedrijven.

Page 178: GRS Tekstboek

ARCADIS Gedas NV Projectnummer: 07/2872

maart 2006 Bestand: s:\structuurplanning\rsp-kampenhout-2872\rapporten\5 - ontwerp\versie da\2872-rap-248b_bd.doc Pagina 178 van 191 Dossier: Ruimtelijk Structuurplan Gemeente Kampenhout - Ontwerp – Versie B

• Bijkomende bedrijventerreinen

In het RSVB is hieromtrent het volgende aangegeven: De provincie beschouwt Kampenhout-Sas als een specifieke economische entiteit en wenst de mogelijkheden tot het verder ontwikkelen van deze zone te onderzoeken. De provincie zal een coördinerende rol opnemen om de lokale behoeften van de gemeente Kampenhout, Boortmeerbeek en Haacht te bundelen. Bij de ontwikkeling zal rekening gehouden worden met de bestaande situatie, de ruimtebehoeften en de confrontatie van vraag en aanbod. De provincie pleit er bij het Vlaams Gewest bij om bij een herziening van het RSV Kampenhout-Sas als een specifieke economisch knooppunt.

De gemeente Kampenhout wenst niet in te stappen in het scenario om de lokale behoeften van de drie gemeente te koppelen aan het bedrijventerrein van Kampenhout-Sas. De gemeente voorziet dan ook in een ontwikkeling van een lokaal bedrijventerrein aansluitend bij het hoofddorp omdat dit meer het lokaal karakter van de bedrijven ondersteunt. Kampenhout steunt wel de suggestie van de provincie aan het Vlaams gewest om Kampenhout-Sas bij een herziening van het RSV te selecteren als een specifiek economisch knooppunt.

Een eventuele uitbreidingen van het bedrijventerrein Kampenhout-Sas zal in eerste instantie op het grondgebied van Kampenhout plaatsvinden. Kampenhout verzet zich niet tegen een verdere ontwikkeling van het bedrijven Kampenhout-Sas en wenst hier constructief aan mee te werken. Daarom heeft de gemeente reeds een eerste ruimtelijke afweging gemaakt van terreinen die in aanmerking kunnen komen voor de realisatie van bijkomende bedrijventerreinen; dit als suggestie aan de provincie en het Vlaams gewest. De gemeente stelt wel voorop dat de uitbreiding van het bedrijventerrein enkel kan plaatsvinden indien dat de juridische voorraad in de zone tussen Oudestraat en Haachtsesteenweg gerealiseerd is.

zone tussen Oudestraat en Haachtsesteenweg (landbouwgebied)

zone tussen kanaal en Leuvensesteenweg (landbouwgebied)

zone ten oosten van camping Veronique (landbouw- en groengebied)

relatie tot wonen (en recreatie)

zone sluit aan bij woonlint langs Oudestraat; buffering noodzakelijk

zone sluit niet aan op woongebieden

zone sluit aan op Tuinwijk te Haacht; buffering noodzakelijk

camping wordt volledig ingesloten door bedrijvigheid en woonwijken

relatie tot bestaande bedrijventerreinen

zone sluit aan op bestaande bedrijventerreinen

zone sluit aan op bestaande bedrijventerreinen

zone sluit niet aan op bestaande bedrijventerreinen

relatie tot mobiliteit geen mogelijkheid tot watergebonden bedrijvigheid

zone is vlot bereikbaar via Vekestraat en Haachtsesteenweg

mogelijkheid tot watergebonden bedrijvigheid

recreatieve fietsroute langs het kanaal komt in het gedrang

zone is vlot bereikbaar via de Leuvensesteenweg

mogelijkheid tot watergebonden bedrijvigheid

zone is bereikbaar via Heystraat en Haachtsesteenweg; de Heystraat loopt echter langs Tuinwijk (Haacht)

relatie tot openruimtefuncties

gebied dat voor openruimtefuncties minder interessant is

gebied dat voor landbouw en landschap zeer interessant is; open landbouwgebied dat doorloopt op het grondgebied van Haacht en Herent

inname van biologisch waardevol gebied

zone sluit aan bij waardevolle Vijverbossen (grondgebied Haacht en Kampenhout)

Vanuit de waarde die de gebieden hebben voor landbouw en/of natuurfuncties zijn de zones tussen de Haachtsesteenweg en de Leuvensesteenweg, de Leuvensesteenweg en het kanaal en de zone ten oosten van camping Veronique voor de gemeente niet geschikt om bijkomende bedrijventerreinen te realiseren.

Page 179: GRS Tekstboek

ARCADIS Gedas NV Projectnummer: 07/2872

Bestand: s:\structuurplanning\rsp-kampenhout-2872\rapporten\5 - ontwerp\versie da\2872-rap-248b_bd.doc maart 2006 Dossier: Ruimtelijk Structuurplan Gemeente Kampenhout - Ontwerp – Versie B Pagina 179 van 191

De zone tussen de Oudestraat en de Haachtsesteenweg kan hiervoor wel in aanmerking komen. De voornaamste argumenten hiervoor zijn:

- de zone sluit ruimtelijk aan op bestaande bedrijventerreinen; - de zone snijdt een gebied aan dat voor de open ruimte functies (natuur, landbouw en

landschap) minder interessant is; - de zone veroorzaakt beperkte overlast ten aanzien van omliggende bebouwing; - de zone goed kan ontsloten worden;

Bij de opmaak van een RUP om deze uitbreiding te realiseren dienen volgende voorwaarden mee opgenomen te worden:

- bij de ontwikkeling dient rekening gehouden te worden met de huidige tuinstructuren van de woningen in het woonlint langs de Oudestraat en dient een goede buffering voorzien te worden die voornamelijk een visuele hinder moet tegengaan;

- een ontsluiting dient rechtstreeks op de N21 voorzien te worden, ontsluitingen naar het woonlint langs de Oudestraat zijn niet toegelaten.

- bij de realisatie van het bedrijventerrein dienen de nodige maatregelen genomen te worden om wateroverlast, door toenemende verhardingen, te vermijden.

Daarnaast kan een kleiner gebied tussen de Leuvensesteenweg, het kanaal, het bestaande bedrijventerrein en de Schransstraat voor de gemeente ook in aanmerking komen voor bijkomende bedrijventerreinen:

- de zone sluit ruimtelijk aan op bestaande bedrijventerreinen; - de zone snijdt een gebied aan dat voor de open ruimte functies (natuur, landbouw en

landschap) minder interessant is; - de zone veroorzaakt beperkte overlast ten aanzien van omliggende bebouwing; - de zone goed kan ontsloten worden.

In het RSVB geeft de Provincie aan dat watergebonden bedrijvigheid een kans moet krijgen tussen Kampenhout en Boortmeerbeek. Echter op het grondgebied van Kampenhout lijkt de realisatie van bijkomende bedrijventerreinen voor watergebonden bedrijvigheid voor de gemeente een moeilijk haalbare kaart. De enige zone die volgens de gemeente in aanmerking kan komen voor bijkomende bedrijventerrein zal, gezien de ligging, niet aangewend kunnen worden voor watergebonden bedrijvigheid.

Concentratie van grootschalige kleinhandel

De Provincie heeft in het RSVB de bestaande concentratie Boortmeerbeek – Haacht langsheen de Mechelsesteenweg geselecteerd als ‘concentratie van grootschalige kleinhandel buiten de stedelijke gebieden’. Het betreft handelslinten die niet ruimtelijk samenhangen met een stedelijk gebied en waar het beleid gericht wordt op een strikte begrenzing en een betere ruimtelijke structurering van de concentratie.

Page 180: GRS Tekstboek

ARCADIS Gedas NV Projectnummer: 07/2872

maart 2006 Bestand: s:\structuurplanning\rsp-kampenhout-2872\rapporten\5 - ontwerp\versie da\2872-rap-248b_bd.doc Pagina 180 van 191 Dossier: Ruimtelijk Structuurplan Gemeente Kampenhout - Ontwerp – Versie B

Figuur 18: Voorstel afbakening kleinhandelslint langs N26

In afwachting van het provinciaal uitvoeringsplan wenst de gemeente een voorstel te doen voor de afbakening van het kleinhandelslint langs de N26. Aan de hypothetische afbakening (zie hierboven) worden volgende beleidslijnen gekoppeld, als suggestie naar de provincie toe: - Het kleinhandelslint worden bestemd voor handel, diensten en horeca. - Binnen het afgebakende lint kunnen bestaande zaken uitbreiden en vernieuwen; indien een

uitbreiding in de diepte niet meer mogelijk is, kan een uitbreiding in de breedte (groepsbouw) of in de hoogte worden overwogen.

- Kampenhout geeft de suggestie om binnen het afgebakende lint beperkt nieuwe vestigingen toe te laten: Dit enkel op onbebouwde percelen (indien hier geen parkeerdruk dient opgevangen te worden) of door vervangingsbouw van woningen (indien de leefkwaliteit van de woning onder druk staat van de omliggende bedrijven en winkels) of vervanging van bestaande bedrijven en/of handelszaken.

- Parkeerterreinen worden, waar mogelijk, gebundeld aangelegd. - Waar mogelijk bundelen van de onsluiting van handelszaken; dit kan onder meer door bij de

heraanleg (reeds bezig) van de N26 een ventweg te voorzien die via één of meerdere ronde punten aantakt op de steenweg of door een aansluitpunt te voorzien op een gebundeld parkeerterrein.

- De afbakening gebeurt bij voorkeur in één keer, in overleg met de buurgemeenten en met de provincie als trekker.

Ondersteunen toeristisch-recreatief netwerk rivieren en kanalan

Momenteel is de directe zone langs het kanaal een dichte groene ader die dwars door de bedrijfszone gaat. Het gebruik van de kanaalzone is momenteel eerder recreatief dan economisch: op de trekwegen aan de oevers van het kanaal is er een belangrijke bovenlokale fietsroute aanwezig; in de bocht van het kanaal aan het Weisetterbos is er een ligplaats voor kleinere jachten gelegen in een groene omgeving, de veiling en het witloofmuseum hebben een toeristische aantrekkingskracht, aansluitend op de bedrijvenzone en de woonzone Haacht-Station ligt Camping Veronique…

De gemeente stelt volgende beleidslijnen voorop:

- (het gebied rond) het kanaal Leuven-Dijle is in het RSVB zowel geselecteerd als ‘natuurverbindingsgebied’, als ‘landschappelijke baken’, als toeristisch-recreatief netwerk. Het is

Page 181: GRS Tekstboek

ARCADIS Gedas NV Projectnummer: 07/2872

Bestand: s:\structuurplanning\rsp-kampenhout-2872\rapporten\5 - ontwerp\versie da\2872-rap-248b_bd.doc maart 2006 Dossier: Ruimtelijk Structuurplan Gemeente Kampenhout - Ontwerp – Versie B Pagina 181 van 191

noodzakelijk het groene karakter van de kanaalzone te behouden om het recreatief gebruik van het kanaal te bestendigen en verder te versterken. - de niet-watergebonden bedrijven dienen een groen scherm te voorzien langsheen het kanaal; - watergebonden bedrijven dienen rekening te houden met de landschappelijke inpassing op

deze groene ader. - de trekweg aan de zuidelijke zijde van het kanaal is in het Provinciaal Fietsroutenetwerk

opgenomen als bovenlokale recreatieve fietsroute. Bij de realisatie van watergebonden activiteiten en infrastructuur dient rekening gehouden te worden met de aanwezige fietsroute. Er moet gezorgd worden voor de veiligheid van de fietsers.

- de gemeente wenst een fietsverbinding te realiseren vanuit Relst naar de veiling en het witloofmuseum. Het zou interessant zijn om via de veiling en het witloofmuseum aan te kunnen takken op de bovenlokale recreatieve fietsroute aan de zuidelijke zijde van het kanaal. Hiervoor is een fietsverbinding nodig tussen het rond punt aan de veiling en de zuidelijke zijde van het kanaal (onderzoek naar fietsverbinding onder de brug).

- de verdere ontwikkeling van de jachthaven behoort tot de mogelijkheden. Er dient voldoende aandacht te gaan naar het behoud van de groene omgeving van de jachthaven.

- in de zone waar de veiling is gelegen, moeten de huidige functies als restaurant, winkeltje, museum…blijven bestaan.

- Camping Veronique kan zich verder ontwikkelen als toeristisch-recreatieve camping. De relatie tussen de camping en het kanaal dient verbeterd te worden. Op het moment is de camping niet waarneembaar vanuit het kanaal.

Veiling

De veiling te Kampenhout-Sas moet beschouwd worden als een belangrijk structurerend en ondersteunend element voor de agrarische sector in de regio. Dit betekent dat de veiling moet kunnen inspelen op nieuwe trends die zich voordoen in de agrarische sector van de regio.

Als suggestie naar de hogere overheid is het wenselijk dat noodzakelijke uitbreidingen ten gevolge van deze nieuwe trends voldoende mogelijk blijven naar de toekomst toe. De regionale verankering is hier belangrijk.

Eventuele uitbreidingen van de veiling (naar activiteiten of oppervlakte) kunnen maar indien hiermee de landbouwsector in de streek verder ondersteund wordt. Bij een eventuele uitbreiding van de veiling dient met volgende elementen rekening gehouden te worden: - het achterliggende natuurverwevingsgebied van Weisetterbeek. Dit houdt strikt genomen in dat

deze uitbreidingen enkel in noordelijke (overzijde N21-Haachtsesteenweg) of zuidoostelijke richting (parallel aan N26-Leuvensesteenweg) kunnen plaatsvinden.

- in evenwicht met en zonder verdringing van de bestaande en vergunde bedrijvigheid in de omgeving van de veiling.

Page 182: GRS Tekstboek
Page 183: GRS Tekstboek

ARCADIS Gedas NV Projectnummer: 07/2872

Bestand: s:\structuurplanning\rsp-kampenhout-2872\rapporten\5 - ontwerp\versie da\2872-rap-248b_bd.doc maart 2006 Dossier: Ruimtelijk Structuurplan Gemeente Kampenhout - Ontwerp – Versie B Pagina 183 van 191

_fkabka=abbi=

Het ruimtelijk structuurplan is een beleidsdocument dat vooral opgesteld wordt voor de gemeentelijke overheid. In dit structuurplan worden doelstellingen en wenselijkheden met betrekking tot de ruimtelijke ontwikkeling van de gemeente neergeschreven. Om deze gewenste ruimtelijke structuur ook in werkelijkheid waar te kunnen maken, moeten concrete, stimulerende, ontmoedigende en/of maatregelen en acties ondernomen worden. Het ruimtelijk structuurplan geeft geen enkele bindende of verordenende kracht voor de burger, met andere woorden er zullen geen vergunningen verleend of geweigerd worden op basis van het structuurplan. De bindende bepalingen zijn echter wel bindend voor de gemeentelijke overheid, met andere woorden de gemeente en de instellingen die hieronder ressorteren, moeten de uitspraken in de bindende bepalingen nakomen en zullen er onder geen beding van afwijken.

De bindende bepalingen omvatten: - de selectie van structurerende elementen - een aantal maatregelen en acties die zullen uitgevoerd worden tijdens de planperiode - een bindende selectie van strategische projecten en pilootprojecten - een afstemming van de selecties, acties, maatregelen en strategische projecten met het

jaarlijkse beleidsprogramma en de begroting.

abbi=NW hlmmbifkd=^^k=g^^oifghp=_bibfapmoldo^jj^=bk=_bdolqfkd=

Een selectie van de vastgelegde acties en maatregelen in de bindende bepalingen van het ruimtelijk structuurplan wordt jaarlijks vastgelegd in het beleidsprogramma van de gemeente (DORO art. 6), waardoor na advies door de GECORO en goedkeuring door de gemeenteraad, een jaarlijkse terugkoppeling bestaat tussen de bindende bepalingen van het ruimtelijk structuurplan en de begroting van het gemeentebestuur van Kampenhout.

Koppeling aan de financiële en andere haalbaarheden

Om de voorgestelde maatregelen en acties uit het richtinggevend deel om te zetten naar een concreet werk- en investeringsprogramma, dient hun haalbaarheid gekoppeld te worden aan de gemeentelijke begroting. Hierbij dienen volgende elementen in rekening te worden gebracht:

- de financiële mogelijkheden van de gemeente - vastliggende of opgelegde timingen en investeringsprogramma’s van hogere overheden - de mogelijkheden wat betreft personeel om de nodige onderzoeken te doen, dossiers voor te

bereiden…. - de verschillende moeilijkheidsgraad van de te ondernemen acties - de gewenste of verplichte realisatiemogelijkheden van de verschillende acties

Page 184: GRS Tekstboek

ARCADIS Gedas NV Projectnummer: 07/2872

maart 2006 Bestand: s:\structuurplanning\rsp-kampenhout-2872\rapporten\5 - ontwerp\versie da\2872-rap-248b_bd.doc Pagina 184 van 191 Dossier: Ruimtelijk Structuurplan Gemeente Kampenhout - Ontwerp – Versie B

abbi=OW pbib`qfbp=

Selecties van de natuurlijke structuur

- Te versterken beeklopen - Bergbeek - Keibeek

- Natuurverwevingsgebied - Gebied tussen en rond Steentjesbos – Hellebos - Gebied tussen en rond Wilder – Silsombos – Torfbroek

- Natuurverbindingselement - Kanaal Leuven-Dijle - Bomenrij Haachtsesteenweg - Wilderse Dreef

- Zoekzone voor natuurverbinding - Verbinding tussen beekloop van Dode Beek en Weesbeek

Selecties van de agrarische structuur

- Open landbouwgebied - Gebied Buken – het Sas - Grootveld – inclusief de twee ontginningsgebieden

- Landbouwgebieden verweven met natuur en landschap - Gebied Steentjesbos – Hellebos

- Landbouwgebieden verweven met natuur, landschap en recreatie - gebied Wilder – Silsombos – Torfbroek

- Veiling als structurerend element voor de landbouw

Selecties van de landschappelijke structuur

- Netwerk van beeklopen - Molenbeek, Weisetterbeek, twee Leibeken, Weesbeek en Keibeek - Bergbeek - Barebeek en Dode Beek

- Open landbouwlandschap - Gebied Buken – het Sas - Grootveld – inclusief de twee ontginningsgebieden

- Open ruimtecorridor - Verbinding via de Molenbeek over de N21 (Haachtsesteenweg)

- Verbindingselement - Verbinding tussen beekloop van Dode Beek en Weesbeek - Verbinding tussen Dode Beek en Rood Klooster - Verbinding tussen Torfbroek en Ter Bronnen

- Lineair landschapselement - Kanaal Leuven – Dijle - Bomenrij Haachtsesteenweg - Wilderse Dreef

- Landbouwgebied verweven met natuur en landschap

Page 185: GRS Tekstboek

ARCADIS Gedas NV Projectnummer: 07/2872

Bestand: s:\structuurplanning\rsp-kampenhout-2872\rapporten\5 - ontwerp\versie da\2872-rap-248b_bd.doc maart 2006 Dossier: Ruimtelijk Structuurplan Gemeente Kampenhout - Ontwerp – Versie B Pagina 185 van 191

- Gebied tussen en rond Steentjesbos – Hellebos - Gebied tussen en rond Wilder – Silsombos – Torfbroek

- Baken - Kasteel Ter Loonst - Kasteel van Opstal - Kasteel Ter Balkt - Kasteel van Wilder

Selecties van de toeristisch-recreatieve structuur

- Lokale toeristisch-recreatieve knooppunten - lokale transferia - centrum van Kampenhout - centrum van Relst

Selecties van de nederzettingsstructuur

- Kerngebied Kampenhout-Berg, met: - Kampenhout - Berg

- Landelijke kernen, met: - Relst - Buken - Nederokkerzeel

- Woonparken - Rood Klooster - Ter Bronnen - Duisbos – Lelleveld - Weisetterbos

- Geïsoleerde (grootschalige) bebouwing - Ons Tehuis Brabant

Selecties van de economische structuur

- Te ontwikkelen lokaal bedrijventerrein: - zone tussen Beethovenlaan, Stationsstraat en Roodkloosterlaan aan hoofddorp

Page 186: GRS Tekstboek

ARCADIS Gedas NV Projectnummer: 07/2872

maart 2006 Bestand: s:\structuurplanning\rsp-kampenhout-2872\rapporten\5 - ontwerp\versie da\2872-rap-248b_bd.doc Pagina 186 van 191 Dossier: Ruimtelijk Structuurplan Gemeente Kampenhout - Ontwerp – Versie B

abbi=PW j^^qobdbibk=bk=^`qfbp=

1. Opstellen RUP Weesbeek, met als doel: - het bestaande recreatiegebied te verfijnen en aansluitend een zone te voorzien voor de opvang

van nieuwe sportvoorzieningen en dit te integreren in een parkachtige omgeving - versterken van de ecologische waarde van de beekloop van Weesbeek - versterken van de landschappelijke kwaliteiten van het Rood Klooster - uitwerken van het open ruimtescharnier: aangeven op welke locaties de natuurlijke en

landschappelijke structuur behouden dient te blijven en kan versterkt worden en onder welke voorwaarden andere ontwikkelingen kunnen plaatsvinden.

- Uitwerken van een ecologische verbinding tussen Dode Beek en Rood Klooster

2. Opstellen RUP Ons Tehuis Brabant - herbestemmen van huidige bestemming van bosgebied naar zone voor

gemeenschapsvoorzieningen en openbaar nut

3. Opstellen RUP zonevreemde bedrijven

4. Opstellen RUP voor dorpskern Kampenhout - realisatie van het woonuitbreidingsgebied Molenveldweg - realisatie van het lokaal bedrijventerrein - herbestemmen van niet ontwikkelbaar woongebied naar zones voor achtertuinen - bevriezen van het wooninbreidingsgebied Kerkstraat tot 2013 - realisatie beleid centrum, zoals aangegeven in de gewenste nederzettingsstructuur van het

richtinggevend gedeelte

5. Opstellen RUP Tiendeschuurstraat - realisatie strategisch woningproject met serviceflats, begeleid wonen voor gehandicapten en

cronisch zieken, sociaal huurwoningen en sociale kavels zoals vastgelegd in de woningbouwprogrammatie

6. Opstellen RUP Berghveld - voor een gefaseerde realisatie van woonuitbreidingsgebied Berghveld zoals vastgelegd in de

woningbouwprogrammatie

Page 187: GRS Tekstboek

ARCADIS Gedas NV Projectnummer: 07/2872

Bestand: s:\structuurplanning\rsp-kampenhout-2872\rapporten\5 - ontwerp\versie da\2872-rap-248b_bd.doc maart 2006 Dossier: Ruimtelijk Structuurplan Gemeente Kampenhout - Ontwerp – Versie B Pagina 187 van 191

_fgi^dbk=

ifgpq=_lrthrkafd=bocdlba=

Woningen

Boerenhuis Zeypestraat 81 Kampenhout

Boerenhuis F. Wouterslaan 8 Kampenhout

Boerenhuis Aarschotsebaan 49 Kampenhout

Boerenhuis Brouwerijstraat 25 Kampenhout

Woonhuis Dorpsstraat 21 Kampenhout

Woonhuis Dorpsstraat 26 Kampenhout

Herenhuis Schoolstraat 25 Kampenhout

Herenhuis Stationsstraat 9 Kampenhout

Boerenhuis Frijselstraat 7 Kampenhout

Boerenhuis Kampelaarstraat 35 Kampenhout

Boerenhuis Kampelaarstraat 40 Kampenhout

Woning Hutstraat 14 Kampenhout

Tweeverdiepingshuis Hutstraat 43 Kampenhout

Boerenhuis Pastorijstraat 1 Berg

Boerenhuis Frijselstraat 12 Berg

Boerenwoningen Kampenhoutsebaan 14,40,52 Berg

Boerenhuis Driesstraat 15 Nederokkerzeel

Boerenhuisje Liststraat 18 Nederokkerzeel

Hoekhuis Schoolstraat 1 Kampenhout

Boerenburgerhuis Stationsstraat 1 Kampenhout

Boerenhuis Frijselstraat 26 Kampenhout

Boerenhuisje Bukenstraat z.nr. Kampenhout

Boerenhuis Brouwerijstraat 50 Kampenhout

Boerenhuis Bunderweg 10 Kampenhout

Boerenhuis Dorpsstraat 54 Berg

Boerenhuis Frijselstraat 8 Berg

Boerenhuis Frijselstraat 10 Berg

Boerenhuis Lellebaan 37 Berg

Boerenhuis Balkestraat 48 Nederokkerzeel

Boerenhuis Biststraat 13 Nederokkerzeel

Tweeverdiepingshuis Biststraat z.nr. Nederokkerzeel

Dubbelhuis, vml. afspanning Mechelsesteenweg 53 Kampenhout

Dorpswoningen Dorpsstraat 18,26,53 Kampenhout

Page 188: GRS Tekstboek

ARCADIS Gedas NV Projectnummer: 07/2872

maart 2006 Bestand: s:\structuurplanning\rsp-kampenhout-2872\rapporten\5 - ontwerp\versie da\2872-rap-248b_bd.doc Pagina 188 van 191 Dossier: Ruimtelijk Structuurplan Gemeente Kampenhout - Ontwerp – Versie B

Woonhuis Kampenhoutsebaan 68 Berg

Boerenhuis Biststraat 3 Nederokkerzeel

Boerenhuisje Liststraat 15 Nederokkerzeel

Boerenhuis Dorpsstraat 63 Berg

Boerenhuis Peperstraat 7 Nederokkerzeel

Boerenhuis Peperstraat 10 Nederokkerzeel

Boerenhuis Wippeweide 10 Kampenhout

Boerenhuis Aarschotsebaan 96 Kampenhout

Boerenhuis Dorpsstraat 52 Berg

Tweeverdiepingshuis Stiggelstraat 2 Berg

Pastorij, dubbelhuis Dorpsstraat 11 Kampenhout

Woning Haachtsesteenweg 699 Kampenhout-Sas

Hoeves

Hoevetje Cellebroedersweg 1 Kampenhout

Hoevegebouwen Zeypestraat 57 Kampenhout

Hoeve Langestraat 30 Kampenhout

Hoevetje Lellebaan 64 Berg

Hoeve Neerstraat 4 Nederokkerzeel

Langgerekte hoeve Stiggelstraat 1 Berg

Langgerekte hoeve Lepelstraat 3 Berg

Hoeve Balkesraat 64 Nederokkerzeel

Langgerekte hoeve Liststraat 26 Nederokkerzeel

Semi-gesloten hoeve Neerstraat 5 Nederokkerzeel

“Hof te Ruisbeek”, hoevegebouwen Dorpelstraat 27 Kampenhout

Zgn. “Het Lammeke”, hoevetje Lellebaan 11 Berg

Zgn. “Hof te Rekkem”, hoevegebouwen Bukenstraat 120 Buken

Hoevegebouwen Liststraat 24 Nederokkerzeel

Zgn. “St. Jozefshof”, hoevegebouwen Langestraat 16 Kampenhout

Zgn. “Spaans hof”, hoeve Peperstraat 12 Nederokkerzeel

Gesloten hoeve Lellebaan 64 Berg

Semi-gesloten hoeve Laarstraat 40 Nederokkerzeel

Kastelen

Kasteel van Wilder Wildersedreef Kampenhout

Kasteel van Opstal Hutstraat z.nr. Kampenhout

Zgn. Kasteel “Ter Loonst” Terlooststraat z.nr. Kampenhout

Zgn. Kasteel Ter Balk Balkestraat z.nr. Nederokkerzeel

Vml. “Dellafaille kasteel” Haachtsesteenweg z.nr. Berg

Page 189: GRS Tekstboek

ARCADIS Gedas NV Projectnummer: 07/2872

Bestand: s:\structuurplanning\rsp-kampenhout-2872\rapporten\5 - ontwerp\versie da\2872-rap-248b_bd.doc maart 2006 Dossier: Ruimtelijk Structuurplan Gemeente Kampenhout - Ontwerp – Versie B Pagina 189 van 191

Andere

Gebouw Dorpstraat 8 Kampenhout

Gebouw Neerstraat 2 en 6 Nederokkerzeel

Gebouw Dorpstraat 20 Kampenhout

Zgn. “De Afspanning”, heden baancafé Mechelsesteenweg 71-73 Kampenhout

Zgn. “Herberg in den Molensteen” Watermolenstraat z.nr. Berg

Pastorij Balkestraat z.nr. Nederokkerzeel

Parochiekerk Sint-Jozef Hutstraat z.nr. Kampenhout

Waterput en Schommelpers Molenstraat 9 en 25 Kampenhout

O.L.Vrouwekapel Terloonststraat z.nr. Kampenhout

O.L.Vrouwekapel Kerkhoflaan z.nr. Berg

Kapel O.L.Vrouw van Lourdes Lemmekenstraat z.nr. Berg

O.L.Vrouwekapel Balkestraat z.nr. Nederokkerzeel

Parochiekerk O.L.Vrouw Dorpsstraat z.nr. Kampenhout

Kapel O.L.Vrouw van Barmhartigheid Wildersedreef Kampenhout

O.L.Vrouwekapel Kampelaarstraat z.nr. Kampenhout

Wegkapel Liststraat z.nr. Nederokkerzeel

Kapel O.L.Vrouw van Bijstand Laarstraat z.nr. Nederokkerzeel

St. Servatiuskapel Kampenhoutsebaan z.nr. Berg

Parochiekerk H. Antonius – de – Kluizenaar Bukenstraat z.nr. Buken

Parochiekerk St. Servatius Bergstraat z.nr. Berg

Pastorij Pastorijstraat 3 Berg

Parochiekerk St. Stephanus Bogaertstraat z.nr. Nederokkerzeel

Schandpaal Bergstraat z.nr. Berg

Page 190: GRS Tekstboek

ARCADIS Gedas NV Projectnummer: 07/2872

maart 2006 Bestand: s:\structuurplanning\rsp-kampenhout-2872\rapporten\5 - ontwerp\versie da\2872-rap-248b_bd.doc Pagina 190 van 191 Dossier: Ruimtelijk Structuurplan Gemeente Kampenhout - Ontwerp – Versie B

==

Page 191: GRS Tekstboek

ARCADIS Gedas NV Projectnummer: 07/2872

Bestand: s:\structuurplanning\rsp-kampenhout-2872\rapporten\5 - ontwerp\versie da\2872-rap-248b_bd.doc maart 2006 Dossier: Ruimtelijk Structuurplan Gemeente Kampenhout - Ontwerp – Versie B Pagina 191 van 191

_bpirfq=s^k=ab=_bpqbkafdb=abmrq^qfb=s^k=ab=molsfk`fb=si^^jpJ_o^_^kq=

Page 192: GRS Tekstboek
Page 193: GRS Tekstboek
Page 194: GRS Tekstboek