Upload
the-wat-group-bv
View
234
Download
0
Embed Size (px)
DESCRIPTION
Veiligheid, gezondheid en milieu magazine voor de gas & olie industrie
Citation preview
HEALTH, SAFETY & ENVIRONMENT MAGAZINE for Oil & Gas industry
14
en meer...
In dit nummer:
WAT ALS...
2OFFEX 2014
4
SodMTHEMADAG
36
2014 / 2015
FOCAL POINTTRAINING
21
WINTER EDITIE
2015 en daarna!gezond
pagina 12
Een veeleisende economie. Een beroepsbevolking die vergrijst. Langer doorwerken. Het belang van gezonde en betrokken werknemers die met plezier werken is groot.
ZIJN ER ALPBM’S VOOR... ?
18
HARMONISATIEVAN INFORMATIE
24
Veilig en
2
Voorwoord
WAT ALS... Iemand neigt naar onveilig handelen. Dat zou ten koste kunnen gaan van zijn veiligheid en mogelijk van die van anderen. Een brand, een explosie, een ramp dus en misschien wel doden! Als ik ingrijp voorkom ik (misschien) een incident. Als ik ingrijp dan weet niemand dat ik (misschien) een incident heb voorkomen. Dan weet niemand of die onveilige handelingen zich in de toekomst weer zouden kunnen herhalen. Dan weet niemand van de potentiële gevaren die er waren en of die er in de toekomst mogelijk weer zullen zijn.DAT WEET NIEMAND!
WAT ALS...Iemand neigt naar onveilig handelen. Dat zou ten koste kunnen gaan van zijn veiligheiden mogelijk van die van anderen. Maar wat gebeurt er als ik NIET ingrijp en er ontstaat een incident? Dan is zijn veiligheid behoorlijk in gevaar en ook die van anderen. Een brand, een explosie, een ramp dus en misschien wel doden! Dan weet iedereen dat er een incident is. Dan weet iedereen dat ik dit incident had kunnen en moeten voorkomen. Dan weet iedereen dat het te maken had met onveilig handelen wat zich in de toekomst weer zou kunnen herhalen. Dan weet iedereen van de potentiële gevaren die er waren en die er inde toekomst mogelijk weer zullen zijn.DAT WEET IEDEREEN!
Nu lijkt het erop dat je het eigenlijk nooit goed doet, maar dat is absoluut niet waar.Het heeft allemaal te maken met je intuïtie. Voorzie je gevaar, luister dan naar je gevoel. Iemand aanspreken ‘ter voorkoming van’ is altijd lastig, maar niets doen kan enorme gevolgen hebben. Zowel voor jou, voor die ander, voor je familie, voor het bedrijf, voorhet milieu, voor de gezondheid en voor de veiligheid.
WAT ALS...NIET INGRIJPEN IS GEEN OPTIE!
Namens de THE WAT GROUPPier van Spronsen
3
Op 2 oktober was de Marinehaven in Den Helder
het toneel van een grootschalige incidentenoefening,
de Offshore Exercise (OFFEX 2014). Total E&P Nederland
was gastheer. De oefening geeft aan alle betrokken partijen
inzicht in hun rol en verantwoordelijkheden. Marc Kloppenburg
(Total E&P Nederland), Gert-Jan Windhorst (NOGEPA) en
Joost Michelhoff (AdviSafe) vertellen hierover.
4
Een gaslek op een productieplatform op de Noordzee. Hoe evacueer je de bemanning op een veiligeen goede manier? Wie doet wat en wanneer?
OFFEX 2014
“Deze oefening is een bevestiging van de goede samenwerking tussen de
Nederlandse maatschappijen in de Olie- en Gasindustrie en overheden,”
vertelt Windhorst. “OFFEX 2014 is een gezamenlijke oefening van de
Nederlandse Olie- en Gasproducenten die zijn verenigd in NOGEPA en
de Nederlandse overheid. Maar ook andere partijen hadden een actieve
rol in de oefening: Staatstoezicht op de Mijnen (SodM), de Kustwacht,
de Veiligheidsregio Noord-Holland Noord, de gemeente Den Helder, de
Koninklijke Marine, de Ministeries Economische Zaken en Infrastructuur
en Milieu.”
Scenario
De oefening is opgebouwd rond een scenario waarin tijdens werkzaamheden
in een gasput op één van de productieplatforms van Total E&P Nederland in de
Noordzee iets mis gaat. Het gevolg hiervan is dat er ongecontroleerd gas uit
deze put stroomt. Vanwege dit incident vond totale evacuatie van de mensen
aan boord van de Offshore installatie plaats. Ruim 80 mensen, onder wie een
aantal gewonden, werden aan land gebracht. Het aanlanden van mensen op
het Marine terrein in Den Helder werd fysiek nagespeeld, compleet met Eerste
Hulpverlening en daadwerkelijke opvang.
Kloppenburg legt uit dat je met een ‘perforating gun’ gaten door een stalen buis
diep onder de grond schiet waar zich gas bevindt zodat die aardlaag gas kan
produceren. Dus: “Maar we kregen een indicatie dat de gun onder de grond
niet werkte. Boven de grond ging het dus fout. Toen de gun weer naar boven
was gehaald, ging hij af op het moment dat de afsluiters van de put werden
dichtgedraaid. Daardoor stroomde er veel gas uit de gaten. Het scenario is
gebaseerd op een echt incident dat in 2010 in Nederland is gebeurd bij een
andere Operator,” zegt Kloppenburg. “Toen ging de perforating gun wel af
boven de grond in de riser boven de christmas tree maar gelukkig stroomde
er geen gas uit.”
5
6
Oefendoel
Het doel van de oefening is om als industrie en overheid
gezamenlijk calamiteiten en incidenten te lijf te gaan en een
goede afstemming van elkaars taken en verantwoordelijkheden
in de praktijk te brengen. “We willen weten of de industrie en de
verschillende overheidsinstanties klaar zijn om een grootschalige
evacuatie van mensen na een Offshore incident aan te pakken,”
zegt Kloppenburg. “Voor het eerst testten we de zogenaamde
‘netwerkkaart’.”
Michelhoff vertelt dat de oefening ook bedoeld is om de
samenwerking en de informatie uitwisseling tussen de industrie
en de overheid te verbeteren bij calamiteiten.
Naast het K6 Central Complex - het platform waar het incident zich voltrok - ligt het hoteleiland Seafox 2 van
Workfox. “Daar slapen veel mensen en die moesten we evacueren.” Michelhoff vult aan dat het platform helemaal is
ontruimd en stilgelegd in het scenario. “Ze hebben de bemanning niet te water gelaten en zijn niet naar Den Helder
gevaren. Dat deel hebben we geknipt in de oefening. Een praktisch punt, ook uit veiligheidsoverwegingen want
dat was niet het oefendoel. In Den Helder pakten we het scenario weer op. Daar meerde een standby schip
af bij de marinehaven op een aangewezen locatie waar alle
hulpdiensten al klaar stonden om mensen op te vangen.”
MAYDAY! MAYDAY! GASLEK!
“We willen weten of de industrie
klaar is om een grootschalig
incident aan te pakken.”
“Het testen van de netwerkkaart is belangrijk
omdat je dan precies ziet of iedereen doet wat
hij moet doen en ook weet wanneer hij dat
moet doen.”
7
Netwerkkaart
“Op de netwerkkaart staan afspraken die zijn gemaakt tussen alle partijen die zijn
betrokken bij het aanlanden van grote aantallen evacuees,” vertelt Michelhoff.
“Het live testen van de netwerkkaart was het unieke van deze oefening. Eind
vorig jaar is deze kaart gepresenteerd (HSElife magazine editie 11) en was alleen
nog theorie. De afspraken die daarin staan gaan over wie nu eigenlijk wat doet
bij een dergelijke calamiteit. Waar liggen verantwoordelijkheden? Een stuk
helderheid creëren over de samenwerking en het doorgeven van informatie aan
elkaar. Daarmee zorg je dat iedereen met dezelfde informatie werkt. Door het live
testen ontdek je of de afspraken die erin staan ook duidelijk zijn.”
Kloppenburg vertelt dat de netwerkkaart een belangrijke basis is voor een
goede aanpak van de aanlanding van de evacuees want het heeft alles te
maken met onderlinge communicatie. “Alle oefenpartijen zijn onderdeel van de
netwerkkaart.”
Windhorst geeft aan dat de netwerkkaart een gezamenlijk product is van
de Operators, de Kustwacht, SodM, de SAR, de gemeente Den Helder, de
veiligheidsregio en de Marine. “Het testen van die kaart is belangrijk omdat
je dan precies ziet of iedereen doet wat hij moet doen en ook weet wanneer
hij dat moet doen. Je ziet wie welke rol heeft, wie beslissingen neemt, wie
verantwoordelijk is, wie er actie neemt, wie je moet waarschuwen. Alle partijen
zijn dus een radertje in het geheel en dat moet soepel lopen. Een aantal
maatschappijen heeft de netwerkkaart al opgenomen in hun Emergency
Response Manual of Plan.”
MAYDAY! MAYDAY! GASLEK!
“Ieder team heeft
zijn eigen taken
maar goede
onderlinge
communicatie
zijn hierbij de
sleutelwoorden.”
8
Emergency teams
Total E&P Nederland heeft verschillende emergency teams die meteen actief worden als er een groot
incident is. Kloppenburg: “Denk aan een Site Emergency Team dat mensen redt en het Fire Fighting &
Rescue team Offshore, maar ook het Emergency Response Team in het hoofdkantoor in Den Haag en
een Next of Kin team dat familieleden informeert, een Media Response team voor de pers en een Crisis
Management team voor de strategische beslissingen en het goedkeuren van de persberichten. Al deze
teams kwamen tijdens de oefening in actie. Het testen hiervan is natuurlijk ook erg belangrijk want de
onderlinge communicatie moet soepel verlopen.”
Windhorst geeft aan dat communicatie uitermate belangrijk is tijdens een incident. Hoe verloopt de
communicatie tussen de mensen die allemaal hun deelverantwoordelijkheden hebben in het grote geheel?
Hoe kunnen die mensen optimaal met elkaar samenwerken? En wat vertel je de media?
Kloppenburg is HSEQ manager van Total E&P Nederland en zit in het Crisis Management Team. Hij
vertelt over zijn rol tijdens de oefening: “Ik ben verantwoordelijk voor de strategische beslissingen op het
gebied van veiligheid, gezondheid en milieu. Het team kijkt naar de lange-termijn effecten. Ik informeer
eerst de Human Resource Manager en de Public Relations manager. Zij informeren en mobiliseren het
Next of Kin Team en het Media Response Team. Ieder team heeft zijn eigen taken maar goede onderlinge
communicatie is hierbij het sleutelwoord. Samen met de Operations Manager ben ik de schakel tussen
het Emergency Response Team en het Crisis Management Team. We kijken dan naar wat de situatie is,
waar de mensen zijn en hoeveel gewonden er zijn. We zorgen er dus voor dat we de actuele status van
het incident weten. Het Crisis Management Team kijkt dan naar mogelijke scenario’s die kunnen gebeuren.
Denk bijvoorbeeld aan een oil spill of veel zwaargewonden of doden. Verder communiceer ik met SodM
(Staatstoezicht op de Mijnen), onze autoriteit, over de situatie. Ieder half uur hebben we een time out en
dan kijken we naar de actuele status en naar de acties die we moeten nemen.”
Michelhoff: “Iedere partij die bij de oefening betrokken is wil natuurlijk weten om hoeveel mensen het precies
gaat, hoeveel gewonden er zijn en waar die heen gaan. Ze hebben hierin een specifieke rol. De gemeente
heeft een ondersteunende rol bij het verzamelen, opvangen en registreren van mensen. De Marine heeft
de faciliteiten om mensen op te vangen op het Marine terrein zodat ze zijn afgesloten van de buitenwereld
en niet worden lastiggevallen door bijvoorbeeld journalisten. Maar de Marine heeft ook hulpdiensten die ze
inzet. De Offshore Installation Manager (OIM) heeft een belangrijke rol in de alarmering vanaf het platform en
het verdere verloop daar.”
De Nederlandse overheid heeft een aantal taken, vertelt Windhorst. “Bijvoorbeeld het coördineren van het
luchtverkeer. Rijkswaterstaat coördineert het scheepvaartverkeer en sluit de gebieden voor de scheepvaart.”
MAYDAY! MAYDAY! GASLEK!
9
Michelhoff vertelt over zijn rol tijdens de oefening: “Ik was oefenleider. Dit betekent
dat ik de regie voerde over de gehele oefening. Ik zat in een response cell met
rolspelers. We hebben van tevoren een script uitgewerkt met berichten die je
verdeelt over een aantal acteurs. Zij moesten die berichten op bepaalde momenten
tijdens de oefening op een realistische manier brengen. Bijvoorbeeld bezorgde
familieleden die bellen of een journalist die informatie wil. Maar ook Greenpeace die
wil weten of het wel veilig is bij het platform. Daarbij is het natuurlijk belangrijk dat
wij de juiste informatie vrijgeven. Vanuit de Kustwacht zat er iemand die de mayday
mayday berichten aannam die van het platform kwamen. Hij zorgde er dan voor dat
er helikopters de lucht in gingen en dat de reddingsboten gingen varen, uiteraard
allemaal fictief. Er was ook een website gebouwd speciaal voor de media en de
omgeving. Er werden tweets gestuurd naar Total, nu.nl was nagebouwd om een vrij
realistische setting te maken zodat mensen echt het gevoel kregen dat ze in een
calamiteiten- of in een crisissituatie zaten.”
Het monitoren van de alarmering was ook een oefendoel, zegt Michelhoff.
Dit betekent dat hij moest monitoren of de alarmering overal doorkomt en dat alle
deelnemers op de juiste tijd betrokken werden bij de oefening. “De hoofdingenieur-
directeur van Rijkswaterstaat belde om te informeren of de oefening al was
begonnen want hij had nog niks gehoord. Wij moesten dan ingrijpen en zorgen dat
meldingen op tijd bij de juiste partijen kwamen.”
MAYDAY! MAYDAY! GASLEK!
10
Workshop well control
Windhorst: “Vertegenwoordigers van alle andere Nederlandse Olie- en Gasmaatschappijen kwamen die dag
kijken om te leren, maar hadden geen rol in de oefening. Het evacueren en aanlanden van de slachtoffers
gebeurde in de ochtend. Op verschillende locaties waren observers, dus mensen die toekeken.”
Kloppenburg: “’s Middags gaf Total E&P Nederland een
workshop ‘well control’. Tijdens die workshop legden we
aan de observers uit wat wij zouden doen op het moment
dat de ongecontroleerde gasstroom op het platform
werkelijkheid zou zijn. We vertelden aan de autoriteiten en
aan de mensen van de industrie welke stappen wij zouden
nemen om de put weer onder controle te krijgen. Wild
Well Control, een gespecialiseerd bedrijf uit Amerika, liet
aan de hand van animaties zien hoe de gasput weer onder
controle kwam. De observers konden vragen stellen over
waarom wij bepaalde dingen wel of niet doen. SodM was
ook aanwezig en legde uit waar de Oliemaatschappij goedkeuring voor moesten vragen en waarvoor niet
want ook SodM heeft een verantwoordelijkheid bij de vervolgstappen om de put weer onder controle te
krijgen.”
MAYDAY! MAYDAY! GASLEK!
11MAYDAY! MAYDAY! GASLEK!
Michelhoff vult aan dat de olieramp in de Golf van
Mexico in 2010 aanleiding was van de OFFEX
oefeningen die al enkele jaren gedaan worden. Hij
vertelt dat SodM graag wil dat de industrie oefent
met een vergelijkbare situatie voor het geval zoiets in
Nederland gebeurt.
Fotografie Den Haag:Bo-Anne van Egmond, journaliste Noord-Hollandse Courant
In de volgende editie van HSElife
magazine lees je welke leerpunten
naar voren komen uit de OFFEX 2014.
HSEIN 2015HOE BLIJVEN WE VITAAL?Een veeleisende economie. Een beroepsbevolking die vergrijst. Langer doorwerken. Het belang van gezonde en betrokken werknemers die met plezier werken is groot.
Veiligheid, gezondheid en milieu zijn onlosmakelijk met elkaar
verbonden. Als we praten over deze onderwerpen dan hebben we
het meestal over veiligheid. Maar er is een duidelijke wisselwerking.
Het bedrijfsleven moet uiteraard voorwaarden scheppen zodat
medewerkers vitaal blijven en tot hun recht komen. Maar medewerkers
hebben ook hun eigen verantwoordelijkheid als het gaat om
gezondheid. Als je niet goed voor jezelf zorgt en te weinig aandacht
geeft aan je gezondheid verlies je de aandacht en kunnen er onveilige
situaties ontstaan die een negatieve impact kunnen hebben op je
gezondheid en het milieu. Het is een vicieuze cirkel.
12
DUURZAME INZETBAARHEIDHoe kan de industrie het welzijn van medewerkers faciliteren zodat ze goed voor zichzelf kunnen zorgen?
Duurzame inzetbaarheid speelt hierin een
essentiële rol. Dat betekent aandacht geven
aan psychosociale arbeidsbelasting, stress
en werkdruk, vitaliteit, veiligheid, scholing en
mobiliteit. Duurzame inzetbaarheid staat symbool
voor een gezonde, goed functionerende en
vitale organisatie. HSElife UNIO draagt bij aan
duurzame inzetbaarheid van medewerkers in de
Olie- en Gasindustrie en daarmee indirect aan hun
gezondheid. Denk bijvoorbeeld aan de HSE items
op de site van HSElife UNIO over Benzeen, Kwik
en Aardgascondensaat. Dit is geharmoniseerde
informatie die je helpt om veilig en gezond te
werken.
Staatstoezicht op de Mijnen (SodM) geeft in zijn
veiligheids- en gezondheidsbulletin van 8 oktober
aan dat harmonisatie van HSE-regels van groot
belang is. SodM erkent dat de ontwikkeling
van HSElife UNIO een enorme stap is in de
ontwikkeling van uniforme HSE-informatie voor
de Olie- en Gasindustrie.
GEZONDHEIDSPROGRAMMA’SMaatschappijen die zich hebben aangesloten
bij HSElife UNIO werken inmiddels met diverse
gezondheidsprogramma’s.
In eerdere edities van HSElife magazine hebben
we al aandacht besteed aan een aantal van deze
gezondheidsprogramma’s.
MOBIELE GEZONDHEIDSTOOLSBen je fanatiek sporter of wil jeweten of je gezond leeft?
Er zijn verschillende mobiele gezondheidstools
die je helpen om je gezondheidsbewustzijn te
vergroten. Denk aan de smart watches met health
sensors waarmee je je hartslag in de gaten kan
houden. Of gezondheidsapps waarmee je in één
oogopslag ziet hoe het met je gezondheid is.
13
HSE guidelinesdecember 2012
THE NATIONAL OIL&GAS INDUSTRY STANDARD FOR PROFESSIONALS
HKWIK
HSE LIFE
HSElife UNIO KWIK A6 NL.indd 1 25/02/14 16:25
HSE guidelinesmei 2012
THE NATIONAL OIL&GAS INDUSTRY STANDARD FOR PROFESSIONALS
SAARDGASCONDENSAAT
HSE LIFE
HSELIFEUNIO Aardgascondensaat A6 NL.indd 1 25/02/14 13:34
HSE guidelinesjanuari 2012
THE INTERNATIONAL OIL&GAS INDUSTRY STANDARD FOR PROFESSIONALS
HBENZEEN
HSE LIFE
HSELIFEUNIO Benzeen A6 NL.indd 1 25/02/14 14:04
14
‘VEILIGHEIDSUITINGEN’PILOT
OP NAM-LOCATIEDat rommel meer rommel oproept weten we al lang. Wanneer er bijvoorbeeld een grafitti verbod zichtbaar wordt genegeerd in een steeg, zijn mensen ook eerder geneigd papier op de stoep te gooien.
15
Het vermoeden ontstond dat op dezelfde manier
veiligheidsuitingen op de NAM locaties (posters,
briefjes, check-listen, logo’s, handgeschreven blaadjes)
wat in sommige gevallen een rommelige indruk geven
en effect hebben op het naleven van andere regels op
de locaties. Het roept dan rommelig en dus onveilig
gedrag op. Daarnaast is de vormgeving van de uitingen
niet uniform. Het is niet direct duidelijk of het een
gebod, verbod, aandachtspunt, reminder of verzoek
betreft. En dat zou het wel moeten zijn. Al met al reden
genoeg te onderzoeken of het ook anders kan.
16
Een pilot op NAM locatie in BlijaIn NAM Asset Land gaf manager Operations Herman Baars de Meeting
Designers van het bedrijf MindMeeting opdracht een pilot uit te voeren.
Een pilot om alternatieve mogelijkheden voor het communiceren van
veiligheidsboodschappen te testen. Na overleg met de HSE specialisten
van NAM en Contractors, verenigd in CASOS, én met gedrags-
specialisten van het Lectoraat cross-mediale communicatie in het
publieke domein van de Hogeschool Utrecht, startte er afgelopen oktober
een pilot op NAM locatie in Blija. Deze pilot ‘Veiligheidsuitingen’ werd
begeleid door een werkgroep bestaande uit een aantal HSE specialisten
van NAM en Contractors vanuit CASOS. De monteurs en leidinggevers
op de site werkten enthousiast en constructief mee aan deze pilot.
17
Instrumenten ontwikkeld in samenspraak met leidinggevenden
Nieuwsgierig? Wilt u meer weten over deze pilot en/of bent u nieuwsgierig
naar de resultaten? Neem contact op met Agnes Voorintholt
Gedurende de pilot verwijderde de werkgroep alle bestaande uitingen, behalve die uitingen
die wettelijk verplicht zijn. Leidinggevenden op deze turnaround gebruikten andere middelen
om informatie rond veiligheidsissues te geven. Ze maakten gebruik van de instrumenten die
ze door de deskundigen kregen aangereikt en die in samenspraak met de leidinggevenden zijn
ontwikkeld. Als toegang tot de site werd een tourniquet geplaatst waar de werknemers met
een speciale pas doorheen konden. Hiermee werd een bewuste overgang gemaakt tussen de
‘gewone’ wereld en een ‘gevaarlijke’ zone. Daarnaast liepen elke dag drie werknemers met
verschillende technische achtergrond een rondje over de plant met de opdracht mogelijke
gevaarlijke situaties aan te geven op een plattegrond.
Tot slot ontwikkelden zij een manier, met behulp van kaartjes met voorkomende risico’s,
waarmee de leidinggevenden actief met medewerkers in gesprek gaan over die risico’s die op
hun werkzaamheden van toepassing zijn. Hendrik Jan Rotman, locatie verantwoordelijk persoon
op Blija: “Ik zie al dat mensen nu ook zonder het lopen van het rondje op de plant ingrijpen en
dat ze elkaar eerder aanspreken op onveilig gedrag.”
De pilot werd gemonitord door middel van een nulmeting tijdens de pré-turnaround en metingen
tijdens de turnaround. Zo werd onder andere gebruikt gemaakt van de Odd Ball-test, een
test waarmee alertheid (reactiesnelheid) gemeten wordt, evaluatie met leidinggevenden en
het notuleren van elke start-werkmeeting. De resultaten worden geëvalueerd en daar volgen
halverwege december aanbevelingen uit.
PILOT ‘VEILIGHEIDSUITINGEN’ OP NAM-LOCATIE
18
Binnenkort treedt de algemene verordening gegevensbescherming in werking, waarmee de Europese Commissie
beoogt persoonsgegevens beter te beschermen.
Deze ‘privacy verordening’ zal in de gehele
Europese Unie de bestaande privacywetgeving
vervangen en zal voor alle bedrijven die met
persoonsgegevens werken ingrijpende gevolgen
hebben, dus ook in de Olie- en Gasindustrie.
Zijn er al
Zo nee, wees alert!
persoonsgegevens?
PBM’svoor
19
Hoewel de meeste maatschappijen en Contractors
zich wellicht niet veel bezig zullen houden met de
verwerking van persoonsgegevens, is bijvoorbeeld
de personeelsadministratie wel degelijk een
zogenaamd bestand van persoonsgegevens
waarop de privacywetgeving – en dus de nieuwe
verordening – van toepassing is. In dit artikel
zullen wij daarom enkele van de belangrijkste
wijzigingen bespreken vanuit het oogpunt van de
werkgever. Ook veranderingen voor werknemers
zullen aan bod komen.
Alle bedrijven die met persoonsgegevens
werken, waaronder dus werkgevers in de On- en
Offshore, zullen te maken krijgen met een groot
aantal nieuwe verplichtingen. Allereerst wordt
het verplicht om het beleid rond de verwerking
(het verzamelwoord voor elke handeling die
met persoonsgegevens te maken heeft, zoals
het verzamelen en bewaren daarvan) van
persoonsgegevens transparant en eenvoudig
toegankelijk te maken voor de personen waarvan
de gegevens worden verwerkt (de ‘betrokkenen’).
Ook zal dit beleid controleerbaar moeten
zijn voor de privacy-autoriteit (in Nederland
het CBP, dat binnenkort zijn naam wijzigt in
Autoriteit persoonsgegevens). Uit de ‘privacy
policy’ zal onder meer moeten blijken welke
persoonsgegevens worden verwerkt en waarom,
alsmede welke maatregelen de onderneming heeft
genomen om aan de wetgeving te voldoen.
Een belangrijk onderdeel van het privacy beleid
is de beveiliging van de gegevens. De eisen
die de wet aan de beveiliging stelt veranderen
niet wezenlijk, maar gebrekkige beveiliging kan
(anders dan nu) gaan leiden tot hoge boetes.
Per overtreding kan de boete oplopen tot
maar liefst 2% van de wereldwijde jaaromzet!
Wanneer er onverhoopt een beveiligingslek
optreedt waardoor onbevoegden toegang krijgen
tot persoonsgegevens, bijvoorbeeld door hacking,
moet het bedrijf de privacy-autoriteit daarvan zo
spoedig mogelijk in kennis stellen en maatregelen
nemen, op straffe van eenzelfde hoge boete.
Indien (een deel van) de personeelsadministratie
wordt uitbesteed aan derden (bijvoorbeeld een
payrollbedrijf), moeten de werkgever en de
derde de afspraken daarover straks schriftelijk
vastleggen in een contract.
Bedrijven met meer dan 250 werknemers zullen
bovendien elke vorm van verwerking uitgebreid
moeten gaan documenteren. Daarnaast zullen zij
een functionaris voor de gegevensbescherming
(FG) moeten aanstellen. De FG zal zowel voor de
werknemers als voor de privacy-autoriteit als eerste
aanspreekpunt fungeren op het gebied van privacy.
Tegenover de toename in verplichtingen voor de
werkgevers, staat een uitbreiding van de rechten
van de betrokkenen. Zo zal een werknemer op het
moment dat persoonsgegevens bij hem worden
opgevraagd onder meer begrijpelijke informatie
moeten krijgen over het hoe en waarom van de
verwerking, zijn rechten en het privacy beleid van
de onderneming. Ook mogen betrokkenen te allen
tijde gratis de gegevens die op hen betrekking
hebben inzien en, indien nodig, aan laten passen.
De werkgever is straks, op straffe van een boete,
verplicht alle gevraagde informatie te verschaffen.
De hoge boetes uit de privacy verordening zullen
naar verwachting vanaf 2017 pas worden opgelegd,
maar vooruitlopend hierop zal in de loop van 2015
de bestaande privacywetgeving in Nederland worden
aangescherpt. De Autoriteit persoonsgegevens
krijgt daarbij alvast de (nieuwe) bevoegdheid om bij
bepaalde overtredingen boetes op te leggen tot ruim
800.000 euro. Er verandert dus al op korte termijn
veel voor bedrijven die met persoonsgegevens
werken. Het voeren van privacy beleid en de
beveiliging van persoonsgegevens wordt een
nog serieuzere zaak, en bedrijven die zich daar
onvoldoende van bewust zijn gaan hoge boetes
riskeren. Het kan dan ook zeker geen kwaad om nu al
in te spelen op de nieuwe wetgeving.
Victor Bouman
www.wieringa.nl
Lex Bruinhof
20 ZIJN ER AL PBM’S VOOR PERSOONSGEGEVENS?
TRAININGFOCAL POINT
Focal points zijn ambassadeurs voor de implementatie van
HSElife UNIO in de Contractor organisaties. Om ze voor te
bereiden op hun rol, organiseerde HSElife UNIO einde 2014 een
aantal Focal point trainingen. Begin 2015 zullen er nog een aantal
trainingen worden opgelijnd.
Hoe verspreidt harmonisatievan HSE-regels en -regelgeving zich als een olievlek?
21
Inmiddels hebben 63 Contractor organisaties zich
aangesloten bij HSElife UNIO. De Focal point is
voor HSElife UNIO de contactpersoon en binnen
de Contractor organisatie is hij of zij is daarmee
het aanspreekpunt voor HSElife UNIO. De Focal
point zorgt voor de implementatie in de Contractor
organisatie. HSElife UNIO ondersteunt op zijn beurt
de Focal point en houdt hem of haar regelmatig op
de hoogte van ontwikkelingen.
WAT BETEKENT IMPLEMENTATIE VAN HSELIFE UNIO?
Dat betekent het integreren van HSElife UNIO in
de cultuur van de Contractor organisaties om meer
veiligheidsbewustzijn te creëren. Daarnaast moet er
een cultuur ontstaan waarbij werknemers de vrijheid
hebben om te komen met suggesties over wat er
beter kan op de werkvloer. Eenzelfde heldere taal
spreken op het gebied van Veiligheid, Gezondheid
en Milieu en harmoniseren van regelgeving door
primair te focussen op overeenkomsten tussen
Maatschappijen en Contractors. Dat is het doel dat
de bij HSElife UNIO aangesloten partijen nastreven.
Het uiteindelijke doel is het bereiken van Incident
Free Operations.
CONTRACTOR FORUM
De training is ook een goede gelegenheid om het
opzetten van een Contractor Forum te bespreken. In
dit Forum zitten straks ongeveer twaalf mensen. De
bedoeling hiervan is dat de wensen en de ideeën van
de werkvloer worden besproken en uitgewerkt. Twee
leden van het Contractor Forum zitten dan ook in de
Stuurgroep van HSElife UNIO en presenteren daar de
plannen die het Forum maakt.
22 FOCAL POINT TRAINING
REACTIES
Uit reacties van deelnemers op de trainingen
bleek hoe groot de noodzaak is van
harmonisatie van HSE-regels binnen de Olie- en Gasindustrie.
Daarnaast erkenden de deelnemers het belang van de Focal points.
Algemene reacties naar aanleiding van de training waren tot nu toe:
• een goed initiatief
• helder en fris van opzet
• ruimte voor dialoog
• een gebruiksvriendelijke interactieve omgeving
• verrast over de inhoud en doelstelling van HSElife UNIO
SUPPORT
Middels HSElife magazine, nieuwsbrieven,
ABCD’tjes en OnlyOffice Platform zullen
alle Focal points regelmatig geïnformeerd
worden over de ontwikkelingen binnen
HSElife UNIO.
23FOCAL POINT TRAINING
24
informatievan
Harmonisatie
Olie- en Gasmaatschappijen werken vaak met dezelfde materialen maar de productspecificaties verschillen nogal.
25
Lisenka van der Wilt-Wilms is directeur van P. Smit
BV Constructiewerkplaats in Den Helder. Ze vertelt over
de verschillen die zij ziet tussen bedrijven in de Offshore
industrie als het gaat om veiligheid. “Klanten willen
graag zelf het wiel uitvinden. Ik verbaas me er altijd over
dat de doelstellingen voor veiligheid hetzelfde zijn maar
op uitvoerings- en instructieniveau zijn er nog zoveel
verschillen op dat gebied.“
De producten die het bedrijf maakt variëren van eenvoudig tot complex. De medewerkers voeren
ook werkzaamheden uit op locatie. “Negentig procent van onze opdrachten komt van Offshore
gerelateerde bedrijven. Dat zijn maatschappijen in de Olie- en Gasindustrie, windmolenparken, de
Marine en de wetenschappelijke instituten.”
26 VAN PROCESS ENGINEERING NAAR OPERATIONSVAN PROCESS ENGINEERING NAAR OPERATIONS
Verschillende (veiligheids)eisen
Eenduidige informatie
“De meeste bedrijven communiceren met ons over de specialistische producten en de
ontwikkelingen ervan, want alles wat wij maken is klant specifiek ,” vertelt Van der Wilt-Wilms.
“Opdrachtgevers bespreken aan welke (veiligheids)eisen de producten moeten voldoen die wij voor
ze ontwerpen en bouwen. Juist omdat het klant specifiek is zien wij grote verschillen. Dit neemt niet
weg dat wij veilig werken. Wij stimuleren veilig werken door onze medewerkers met opleidingen en
interne instructies. De medewerkers zijn zich goed bewust van de gevaren in het werk en hoe ze
deze moeten beheersen. Een ondernemer moet zich altijd realiseren dat een incident met een van
zijn medewerkers niet alleen persoonlijk leed met zich meebrengt maar ook reputatieschade en
omzetverlies. Ik wil gewoon niet bij een partner van een medewerker thuis komen om uit te leggen
wat er fout ging en waarom.”
Van der Wilt-Wilms vertelt dat eenduidige informatie essentieel is om verwarring te voorkomen,
vooral als haar mensen op locatie werken. “Gelukkig zie ik wel dat er initiatieven worden
ondernomen om ten minste informatie op elkaar af te stemmen. Dit verkleint de kans op
verwarring, onbegrip en dus ongevallen. Wat opvalt is dat de eisenpakketten van de verschillende
opdrachtgevers niet altijd hetzelfde zijn. Bijvoorbeeld de certificering die nodig is om Offshore te
HARMONISATIE VAN INFORMATIE
27VAN PROCESS ENGINEERING NAAR OPERATIONS
Slimme oplossing
kunnen gaan verschilt weleens per maatschappij. Bij de ene maatschappij moeten mensen soms
een aparte cursus doen om Offshore te kunnen, en bij een andere niet. Je zou verwachten dat alle
maatschappijen dezelfde eisen hanteren, maar dat is dus niet zo. Het lijkt alsof elke maatschappij
zijn eigen regeltjes heeft. Maar die eenduidigheid begint daar wel te komen. Een ander voorbeeld
zijn de verschillende eisen in de producten die wij maken. Als wij bijvoorbeeld pipespools maken
en er moet een lasonderzoek worden gedaan, dan wil de ene klant 10 procent en de andere 100
procent. Wat vaak opvalt is dat opdrachtgevers zelf niet weten aan welke eisen producten moeten
voldoen. En dan maakt het niet uit of het om lasprocedures gaat of om Offshore trainingen. Ze gaan
ervan uit dat wij dat weten en ze laten het dan aan ons over. Maar wij kennen ook niet alle specs van
alle maatschappijen. En dat is ook niet onze rol.”
“Het zou goed zijn als de E&P bedrijven nog meer dan nu het geval is harmoniseren en daarmee
dus hun werkwijze en instructies op elkaar afstemmen. Een slimme oplossing is om de uitvoerende
Contractors hierin veel directer te betrekken voordat de opdracht is verstrekt. Dit is niet alleen
efficiënter en effectiever maar levert bovendien een aanzienlijke bijdrage aan de veiligheidsprestaties.”
HARMONISATIE VAN INFORMATIE
28
Versterkenvan de veiligheidscultuur
De man op de werkvloer wil duidelijkheid.
Die is er nu!
“HSElife UNIO is een goede aanvulling op de
veiligheidscultuur van Dana Petroleum Netherlands BV,”
vertelt Bert Abbas, Production Operations Manager.
Dana Petroleum is begonnen met het uitrollen
van HSElife UNIO Offshore.
“HSElife UNIO is bedoeld voor de man op de werkvloer,” zegt
Abbas. “Wij vinden het belangrijk dat we de crew Offshore
blijven bereiken met tastbaar en duidelijk materiaal. De
folders, interactieve onscreen presentaties en
video’s op de site van HSElife UNIO zorgen
voor meer veiligheidsbewustzijn bij de
mannen en is van meerwaarde
voor de praktijk.”
29
“Wij hebben eerst de OIM’s en Supervisors op de hoogte
gebracht dat we HSElife UNIO officieel gingen uitrollen
in de organisatie. Daarna hebben we HSElife UNIO bij
hen onder de aandacht gebracht zodat ze alvast de
mogelijkheden konden ontdekken die het hen
biedt. Vervolgens hebben we HSElife UNIO
een prominente plek gegeven in de safety
meetings.”
Implementatie
HSElife UNIO
Safetymeetings
Laatste Minuut Risico Analyse (LMRA)
Veiligheidscultuur
“We bepalen iedere maand een thema uit de
activiteiten die we hebben. We lopen dan met de crew
tijdens de safety meeting door het materiaal van HSElife
UNIO heen dat past bij het thema en bespreken dit. Daar zit de
hele bemanning bij, dus niet alleen de Dana bemanning maar ook
de Contractors en de mensen die tijdelijk aan boord zijn zoals schilders,
steigerbouwers en constructiewerkers. We bereiken dus iedereen op de
werkvloer. De Supervisor of de OIM kaart een onderwerp aan in de safety
meeting, maar ook anderen presenteren een onderwerp. Bijvoorbeeld
onze Medic die vertelt over wat je moet doen als iemand in aanraking is
gekomen met stroom. Daarbij gebruiken we dus ook materiaal van HSElife
UNIO. Daarnaast is de safety meeting ook een middel om de voortgang van
de implementatie van HSElife UNIO te bewaken en te kijken waar er nog
verbeteringen kunnen worden aangebracht.”
“Wij zijn bezig om de LMRA beter zichtbaar te krijgen in onze organisatie en om dit verder uit te rollen. We willen
dat het toepassen ervan een tweede natuur wordt van onze crew. Ook hier zien we een verbinding met
HSElife UNIO omdat je de LMRA tegenkomt in het materiaal, dus in de folders en onscreen presentaties.
Daarnaast zijn we voorbeelden aan het verzamelen. Denk dan aan maatschappijen die overalls
gebruiken waar de LMRA op de mouw staat. Ik onderzoek dan of mensen dit in de praktijk ook echt
gebruiken en of het ook echt werkt.”
Abbas vertelt tot slot dat Dana Petroleum een sterke veiligheidscultuur heeft.
“We hebben sterke HSE-systemen. Denk aan de Taak Risico Analyse, Permit
to Work systeem, isolatieprocedures , werkinstructies, procedures,
etc. Veel van deze instructies zijn gemaakt door Offshore personeel
zelf, waardoor er een maximale buy in ontstaat. Het materiaal
van HSElife UNIO gebruiken we om onze kennis nog verder
te vergroten. Daarnaast helpt het om hetzelfde verhaal te
vertellen binnen de industrie want het draagt bij aan veilig
werken. Die uniformiteit maakt HSElife UNIO sterk.”
WEER EEN STAP NAAR
INFORMATIE!
ENEENDUIDIGE
GEHARMONISEERDE
Deze quote weerspiegelt het unieke aspect van HSElife UNIO: door
samenwerking tussen Nederlandse Olie- en Gasmaatschappijen
en de Contractors ontstaat harmonisatie van regels en regelgeving
over Veiligheid, Gezondheid en Milieu. Door die samenwerking is de
geharmoniseerde Interactieve Induction Offshore en Onshore nu een
feit. Kijk op www.hselifeunio.com (Refresher & training).
“The great end of living is to harmonize man with the order of things,”schreef de Amerikaanse schrijver
Oliver Wendell Holmes.
30
31
Tijdens de stuurgroep meeting van 6 november jl. hebben de maatschappijen, die zijn aangesloten bij
HSElife UNIO, definitief hun akkoord gegeven op deze interactieve training Offshore en Onshore. Hiermee
zetten ze weer een stap voor eenduidige informatie door steeds verdergaande harmonisatie en het delen
van HSE-informatie. Ook een nieuwe stap naar veiliger werken is hiermee een feit.
Voor wie is de geharmoniseerde Offshore en/of Onshoreinteractieve training bedoeld?
Iedereen die op een Offshore of Onshore locatie werkt is verplicht om de training en de toets te maken die
hierbij hoort. Het gaat over de basisregels, procedures en voorschriften op het gebied van HSE die iedereen
moet kennen én naleven.
Waarom een geharmoniseerde training Offshore en Onshore?
Als je de toets met succes hebt afgerond krijg je een certificaat en een HSElife UNIO sticker in je Personal
Safety Logbook (PSL). De HMI of LVP tekent de sticker af. Dit is een veiligheidsbewijs voor toegang tot
een Offshore of Onshore locatie van de maatschappijen die zijn aangesloten bij HSElife UNIO. Dit betekent
dat je niet iedere keer opnieuw een ‘toelatingsexamen’ hoeft af te leggen. Wel blijft er natuurlijk de locatie
specifieke informatie.
Weer een stap die ervoor zorgt dat
Contractors en Subcontractors op dezelfde
manier kunnen werken en hetzelfde signaal
krijgen van hun opdrachtgevers. Want door
duidelijkheid en eenduidigheid in de manier
van werken voorkom je ongelukken.
9
Vragen ofopmerkingen?
Heb je vragen
of opmerkingen?
Stuur ze naar
HSElife UNIO wordt ondersteund door
Deelnemende Contractors
Deelnemende maatschappijen
32 WEER EEN STAP NAAR EENDUIDIGE EN GEHARMONISEERDE INFORMATIE!
John van Schie van NAM enJürgen Joosten van Centrica bloggenover de Masteropleiding ‘Managementof Safety Health & Environment’ (MoSHE) die ze volgen aan de TU Delft.Lees hun blog.
33
34
Hoi Jürgen,
Om maar meteen met de deur in huis te vallen: het is mij niet gelukt om in juli een draft thesis in te leveren. Ik heb
ervoor gekozen om extra aandacht te geven aan mijn vader in het proces van zijn operatie. Hij is inmiddels aan het
herstellen en dat gaat redelijk. Ik merk dat door de ouderdom het herstel veel langer duurt. Dus ik heb in juli niet veel
kunnen werken aan de thesis en in augustus zijn we op vakantie geweest. We zijn heerlijk gaan kamperen. Wij zijn
liefhebber van Frankrijk maar voor het mooie weer moesten we wel iets verder afzakken dan dat we gewend waren.
Wij zijn uiteindelijk in Spanje terecht gekomen. Hier zijn we in de Pyreneeën geweest, aan de kust en in Barcelona.
Wat een heerlijk land is Spanje. We hebben besloten dat we vaker verder gaan afzakken. De vakantie heeft me goed
gedaan. Door het kamperen, de andere omgeving, het mooie weer en het lekkere eten was ik even helemaal niet
met mijn werk en de thesis bezig. Dat heeft me weer een heleboel energie gegeven om er in september weer stevig
tegenaan te gaan. Maar ik heb wel besloten om iets meer rustmomenten in te bouwen. Zo werk ik in het weekend
voorlopig maar één dag aan mijn thesis. De andere dag is dan volledig voor de familie, het bezoeken van vrienden en
het sporten. Ik merk dat mijn energieniveau hierdoor hoog blijft en dat ik goed in mijn vel zit. Dit heb ik straks hard
nodig als ik in China ben voor het uitvoeren van een audit. Ik heb inmiddels een aantal documenten ontvangen om
dit voor te bereiden. Dat valt niet mee, die Chinese tekens. Overigens wel prachtig om te zien. Gelukkig kom ik met
Google Translate een aardig eind en hebben we voor de belangrijkste documenten een vertaalbureau dat ons helpt.
In je vorige e-mail schreef je dat we allemaal naar de best mogelijke oplossingen zouden moeten streven voor het
voorkomen van incidenten. In dat kader vond jij het vreemd dat er binnen verschillende maatschappijen verschillende
oplossingen waren. Ik ben het met je eens dat dit vreemd is. Daarom ben ik ook zo blij om een bijdrage te kunnen
leveren aan de harmonisatie binnen HSElife UNIO, maar we hebben hier nog een lange weg te gaan. Zelfs binnen de
NAM is het vaak een hele toer om alle neuzen dezelfde kant op te krijgen. We werken met mondige en intelligente
mensen die we met goede argumenten en inzichten uit de buitenwereld moeten helpen de juiste keuzes te maken.
Harmonisatie is nodig om onze Contractors die vaak bij verschillende maatschappijen werken eenduidigheid te
bieden. Een mooie uitdaging. Dát maakt ons vak zo boeiend. Trouwens we hebben onze Contractor Safety Day
gehad. We gaan dan met elkaar (NAM Contractors) in overleg om invulling te geven aan ons gezamenlijk HSE
jaarplan voor 2015. Een mooi streven waarin we meteen harmonisatie terugzien. Ik faciliteer morgen een brainstorm
sessie en discussie. Ik heb hier erg veel zin in en kijk uit naar het resultaat. Het belooft een boeiende dag te worden.
Dat we beiden onze thesis nog niet ingeleverd hebben heeft ook een leuke kant. Nu kunnen we voorlopig doorgaan
met het schrijven van deze blog. Ik ben benieuwd waar jij momenteel staat met je thesis en hoe het op je werk gaat.
Groet,
John
ZWOEGEN EN ZWETEN VOOR HSE
35ZWOEGEN EN ZWETEN VOOR HSE
Hé John,
Wat erg van je vader…begrijpelijk dat je daarvoor alles aan de kant zet. Ik ben het volkomen met je eens: familie gaat voor het werk, hoe moeilijk het soms is. Laat staan dat je ook nog aandacht moet geven aan de opleiding. Alles gaat gewoon door.
Veel mensen zien het niet, maar als veiligheidsmedewerker heb je elke dag opnieuw te maken met nieuwe ‘uitdagingen’. Wanneer ik onderweg ben naar kantoor heb ik al een lijstje in mijn hoofd van wat gedaan moet worden die dag. Naast de dagelijkse vergaderingen en verplichtingen zijn er bijvoorbeeld rapporten die gemaakt of gecontroleerd moeten worden. Wanneer ik na een half uur op kantoor kom zet ik deze punten, lees ‘to do list’, meteen op papier. Maar vaak aan het eind van de dag mag ik blij zijn als ik één van de punten op mijn lijst heb doorgestreept. Er is altijd wel weer wat. Kleine vragen met grote gevolgen.
Soms zijn dit vragen vanuit het werkveld, maar vaak ook vragen vanuit de moedermaatschappij. Neem bijvoorbeeld de invoering van een ‘Compressed Air Espcape Breathing System’ in het Verenigd Koninkrijk. Dit is verplicht geworden voor helikopter vluchten. Hoe gaan wij daar in Nederland mee om? Is het voor ons verplicht? Nog niet, maar het geeft wel problemen omdat wij ook vanuit Den Helder naar onze platformen op het Verenigd Koninkrijk continentaal plat vliegen. Dus wordt het voor ons ineens ook een verplichting om hieraan te voldoen. Laten we het dan maar invoeren. Maar dan moeten we ook mensen trainen en geen helikopters meer delen met andere Operators enzovoorts. Een kleine wijziging die grote gevolgen heeft. Dat houdt mij van dag tot dag bezig. Elke keer weer een nieuwe uitdaging. Maar ik probeer er wel voor te waken dat familie niet in het gedrang komt. Leuk dat je noemt dat je blij bent met je bijdrage aan HSElife UNIO. Ik sluit me er helemaal bij aan. Ik vind ook dat onze generatie de wereld kan veranderen. We moeten altijd blijven streven naar minder incidenten, gelijkwaardige normen en procedures én veilig werken. Ik hoorde laatst iemand iets vertellen over het Engelse roeiteam. Dit team won vorig jaar goud tijdens de olympische spelen. Voordat ze moesten roeien zei hun coach: “If not you, then who?”, “If not now, then when?”
Zo denk ik ook over harmonisatie van veiligheidsprocedures, systemen en cultuur. Wij kunnen onze industrie naar een hoger niveau brengen met de Contractor Safety dagen, door samen te werken, door met één boodschap naar buiten te komen. We moeten het zelf doen en ik denk dat de tijd er rijp voor is. Laten we streven naar een industrie zonder incidenten.
En wat betreft onze thesis, ook hier kan ik dezelfde quote gebruiken. Laat ik hem nu maar eens afmaken!
Groet, Jürgen
aan
SodM themadag
gevaarlijkeBlootstelling
In de Olie- en Gasindustrie is de
man op de werkvloer zich niet altijd
bewust van de gezondheidsrisico’s bij
blootstelling aan gevaarlijke stoffen.
36
stoffen
Aanleiding van de SodM themadag was de onbekendheid van blootstelling aan
gevaarlijke stoffen, de effecten ervan én de toenemende aandacht hiervoor in de Olie-
en Gasindustrie. Jan van Driel en Hans Weenink vertellen over de themadag.
Van Driel: “We hadden vertegenwoordigers van ondernemingsraden, vakbonden en de
brancheorganisaties NOGEPA en IRO uitgenodigd om op 4 november met ons te praten over
dit onderwerp. De bedoeling was om ze te informeren en ervaringen uit te wisselen over
gevaarlijke stoffen en de functie van de stoffen-RI&E. Op die manier krijgen we een indruk
van de veiligheidsperceptie binnen de industrie en de zorgpunten die werknemers hebben.
Uiteindelijk zoeken we samen met de industrie naar een antwoord op de vraag: ‘Hoe kun je
een betere bewustwording creëren?’”
Groepsdiscussies
Gastsprekers en groepsdiscussies wisselden elkaar af. Weenink vertelt dat de presentatie
van Nathan Kuper van het Expertisecentrum van de Inspectie SZW goed bijdroeg aan die
bewustwording. Hij sprak over de Europese regelgeving van Reach en de VIB’s. “Uit zijn
presentatie kwam duidelijk naar voren dat de VIB’s goed beschikbaar moeten zijn en dat
medewerkers moeten weten wat de risico’s zijn van de stoffen waarmee ze werken.”
Van Driel vult aan dat in de presentatie ook werd gesproken over welke informatie de
downstream user nodig heeft en wat hij precies met die informatie moet doen. “Verder
kwam de blootstellingsassessment aan de orde,” zegt Van Driel. “Dat zijn de extended
safety datasheets waarin scenario’s staan die te maken hebben met de toepassing van de
(gevaarlijke) stof of het mengsel en de daarbij te treffen beschermingsmaatregelen. Hieraan
zie je dus welke werkwijze je moet kiezen bij het toepassen van de stof of het mengsel.”
Er kwam veel respons vanuit de deelnemers dat de informatie die ze kregen erg nuttig was.
37
Weenink vertelt dat dit de reden is dat werknemers zich nu vaak niet bewust zijn van de effecten
van blootstelling aan gevaarlijke stoffen. Van Driel: “Een ander aandachtspunt was dat de papieren
werkelijkheid van de informatie verschilt van die op de werkvloer. Tijdens de themadag kregen
we signalen dat de medewerkers op de werkvloer van de mijn/boorondernemingen en ingehuurd
Contractor personeel niet altijd bekend zijn met de risico’s van de gevaarlijke stoffen waar zij mee
werken. Daarbij vertrouwen de verstrekker en vrijgever van de werkvergunning op het vakmanschap
van erkende bedrijven. Dat wordt door enkele deelnemers ook als een risico gezien. Het is dan
belangrijk dat bij het werkvergunningentraject voldoende doorgevraagd wordt over de risico’s en de
te nemen maatregelen. Wat verder opviel was dat de supervisie op het werk beter kan, zeker met
veel buitenlandse werknemers en ZZP’ers op de werkvloer. Er is dan vaak geen specifieke supervisor
en daardoor verschuift het toezicht naar de Operator die meer werk in minder tijd moet doen. Hier
signaleren we dus een vacuüm.”
Aandachtspunten
Uit de groepsdiscussies kwamen verschillende
aandachtspunten bovendrijven. “De onbekendheid
met de eigen vg-managementsytemen (waaronder
de VIB’s) die onder andere gebaseerd zijn op wet- en regelgeving over stoffen, was een van de
belangrijkste aandachtspunten die uit de groepsdiscussie naar voren kwam,” zegt Van Driel. “Er
werd ook aangegeven dat er minder aandacht is voor gezondheid dan voor veiligheid. Gezondheid is
meer een ver-van-mijn-bed-show omdat je de gevolgen pas op lange termijn ziet, dus pas na jaren.”
38
Draagvlak
Van Driel en Weenink geven aan dat het belang van bewustwording van de gezondheidsrisico’s
voor het werken met gevaarlijke stoffen door de OR-vertegenwoordigers wel werd erkend.
“Een OR-vertegenwoordiger gaf aan dat zijn OR zich onvoldoende realiseert welke rol de OR heeft
in het beoordelen van een stoffen-RI&E. De overige OR-vertegenwoordigers erkenden ook dat ze hier
meer aandacht aan moeten geven.”
Oplossingen
Op de agenda stond ook het onderwerp
‘verbetermaatregelen’. “Doordat de planning uitliep
zijn we niet toegekomen om verbetermaatregelen te
bespreken,” zegt Van Driel. “Ik heb een e-mail gestuurd
naar alle deelnemers om nog met suggesties te
komen voor verbetermaatregelen op de werkvloer
of met suggesties voor industrie brede initiatieven
daarvoor.” Weenink vult aan dat ze pas een goed beeld
kunnen vormen in hoeverre het onderwerp leeft binnen de ondernemingsraden als ze een goede respons
ontvangen met suggesties voor verbetermaatregelen. Reacties van lezers zijn altijd welkom en kunnen
naar [email protected] gestuurd worden.
39BLOOTSTELLING AAN GEVAARLIJKE STOFFEN
De man op de werkvloerWeenink vertelt tot slot dat een presentatie van HSElife UNIO ook
onderdeel was van de themadag. “HSElife UNIO, gepresenteerd door Pier
van Spronsen, speelt een belangrijke rol in de bewustwording van de man
op de werkvloer over de gezondheidsrisico’s. Denk aan de hoeveelheid
informatie die je kunt vinden op de website van HSElife UNIO over
gevaarlijke stoffen en hoe je daarmee om moet gaan. Het helpt de man op
de werkvloer om de gezondheidsrisico’s te beperken.”
voor en door de industrie
HSElife wil een platform bieden voor iedereen die in de Olie- en Gasindustriewerkzaam is. Met name richt HSElife zich op diegenen die werken daar waarHSE echt leeft of zou moeten leven: op de werkvloer.
HSElife magazine is een uitgave van:The WAT Group B.V.Postbus 237380 AA Klarenbeek (Nederland)+31 6 462 95 25 6 (7, 8)
www.thewatgroup.com Aan dit nummer werkten meeThera Idema, Marjou Janse, Marcel van Spronsen, Veselin Raznatovic, Pier van Spronsen, Stéphanie van Stockum, Janine IJssel de Schepper, Bob Janssen, Marc van Baasbank, Evelien Brascamp, Joost Michelhoff, Bert Abbas, Jan van Driel, Roel van de Lint,Agnes Voorintholt, Lisenka van der Wilt, Yvonne Hoddenbach, Theo Kruithof,Cees van Oosterom, Gert Jan Windhorst, Jelto Terpstra, Victor Bouman, Lex Bruinhof, Hans Weenink, Piet van Dam en de Leden van de HSElife UNIO Stuurgroep:Ronald Pijtak, Jan Jager, Ton van Swaal, Sander Floore, John van Schie, Alexander van der Zee, Gerard Burgers, Frits van der Wilt, Ronny Ali, Jurgen Joosten, Ben Waardenburg,Emanuele Gemelli, Anne Hendrikson, Rik van der Zee en Marc Kloppenburg.
Reacties betreffende onderwerpen besproken in dit magazine kunnen worden gemaild naar [email protected] t.a.v. Janine IJssel de Schepper.
Het overnemen van artikelen als bedoeld in artikel 15 van de auteurswet is niet toegestaan;© The WAT Group B.V. 2014