Upload
ziekenhuis-st-jansdal
View
230
Download
2
Embed Size (px)
DESCRIPTION
Ziekenhuis St Jansdal heeft over 2014 een positief resultaat gerealiseerd van € 1,1 miljoen. Dit is inclusief een eenmalige last van € 1,8 miljoen voor de overname van medisch specialisten in loondienst. Gecorrigeerd voor eenmalige baten en lasten bedraagt het resultaat € 1,5 miljoen. Het ziekenhuis beschikt over een eigen vermogen van ruim 30% en is daarmee financieel zeer gezond.
Citation preview
1
Jaardocument 2014Ziekenhuis St Jansdal
2
Inhoudsopgave
Voorwoord 3
Bestuur en Toezicht 4
Verslag Raad van Toezicht 9
Medezeggenschap 16
Kwaliteit van Zorg 20
Zorg voor Mensen 29
Zorg voor (Publieke) Middelen 34
Zorg voor Milieu 37
Zorg in de Keten 40
Toekomst 43
Bijlage: Verkorte versie geconsolideerde jaarrekening 2014 45
Voorwoord
De Nederlandse ziekenhuiszorg behoort tot de
beste van de wereld maar blijft tegelijkertijd voort-
durend werken aan verdere verbetering. Zo ook in
ons ziekenhuis dat in 2014 door Elsevier werd
verkozen als het ziekenhuis dat gemeten over de
jaren 2010 tot en met 2014 de hoogste eindscore
van alle ziekenhuizen behaalde en daarmee werd
verkozen als het beste ziekenhuis. Dit was een
groot cadeau voor onze organisatie. Over het
geheel gezien heeft het St Jansdal dus wederom
goed gepresteerd. Allereerst op het gebied van
patiënt en medewerker, maar ook op financieel
gebied, hebben wij goede uitkomsten laten zien.
De juiste aandacht voor de juiste dingen met
steeds een helder doel voor ogen: de beste zorg
te leveren, nu en in de toekomst. De belangrijkste
fundamenten daarvoor zijn het verbeteren van de
kwaliteit en veiligheid van zorg én het behouden
van de financiële degelijkheid van ons ziekenhuis.
Dit doel blijft onveranderd en daarmee de basis
voor verdere verbetering. Steeds vanuit onze
missie: “Met liefde en compassie de beste zorg
verlenen in een helende omgeving” houden wij
een goede balans tussen de ziel van de zorg en de
noodzakelijke zakelijkheid. Daarnaast beschikt het
St Jansdal over de goede cultuur om de lat steeds
hoger te leggen vanuit de gedachte dat de zorg
altijd beter kan en moet.
In 2014 is er wederom een mooi financieel resul-
taat van 1,1 miljoen euro positief behaald. Dit
resultaat werd beïnvloed door een eenmalige
last van 1,8 miljoen euro vanwege een eenmalige
afboeking goodwill door praktijkovername van een
flink aantal medisch specialisten. Het ziekenhuis
beschikt tevens over een groot eigen vermogen en
over diverse financiële voorzieningen. In 2014 was
er een ruime productiegroei van meer dan 3% en
daarmee lijkt de trend van productiedalingen van
de afgelopen twee jaar weer omgebogen. Voor deze
gerealiseerde productiegroei heeft het ziekenhuis
geen extra inkomsten ontvangen. Wel is hiermee
bewezen dat de strategie van het ziekenhuis en
de eigen koers werkt. Binnen het kader van focus
en fijnslijpen willen we de komende jaren ruimte
houden om te investeren, bijvoorbeeld in informa-
tietechnologie, een toekomstbestendig gebouw en
innovatieve oplossingen om duurzaam een goed
ziekenhuis te blijven waar de samenleving van op
aankan.
De komende jaren zal ons ziekenhuis haar eigen
koers blijven varen, profiterend van een uitsteken-
de uitgangspositie en een goede organisatie, maar
zonder de uitdagingen te ontkennen die we gaan
tegenkomen. Slim samenwerken met onze partners
in de keten maar ook met de andere ziekenhuizen.
Wij blijven ons inspannen om op een duurzame
manier groei te realiseren, dat deze inspanning
loont, bleek ook in 2014.
Met onze resultaten en vooral die van onze
medewerkers kijken wij vol vertrouwen naar de
toekomst. Wij waarderen ook zeer het vertrouwen
in de organisatie van de patiënten en externe
belanghebbenden.
Tot slot willen wij alle medewerkers, medisch
specialisten, de medezeggenschapsorganen en ook
de vrijwilligers danken, die met hun enorme inzet,
professionaliteit en betrokkenheid in 2014 weder-
om het verschil hebben gemaakt.
Drs. A.C. (Albert) Arp
Voorzitter
Drs. J.A.I. (Jan) Voorburg
Lid
3
Normen voor goed bestuurDe Raad van Bestuur en Raad van Toezicht van
het St Jansdal onderschrijven de aanbevelingen
uit de Zorgbrede Governancecode en passen deze
aanbevelingen geheel toe. We hechten er zeer veel
waarde aan te worden herkend als een organisatie
met een transparant besturingsmodel, waarin het
afleggen van verantwoording vanzelfsprekend is.
De wijze waarop wij invulling geven aan de Zorg-
brede Governancecode komt in de verschillende
onderdelen van dit jaardocument aan bod.
Intern toezicht - TransparantieVoor het interne toezicht is tussen de Raad van
Bestuur en Raad van Toezicht afgesproken dat in
elke vergadering van de Raad van Toezicht verslag
wordt gedaan over het concern waarbij specifiek
aandacht wordt besteed aan St Jansdal, Salem,
Mevog en de poliklinieken. Dit gebeurt zowel
inhoudelijk, met name op kwaliteitsonderwerpen,
als financieel en strategisch. Naast de gecombi-
neerde vergaderingen houdt de Raad van Bestuur
de voorzitter van de Raad van Toezicht regelmatig
op de hoogte van bijzondere ontwikkelingen. Deze
overleggen betreffen geen besluitvorming; dit
gebeurt alleen door de hele Raad van Toezicht.
KlokkenluidersregelingHet is belangrijk dat medewerkers op een
adequate en veilige wijze melding kunnen doen
van vermoedens van misstanden. Hiervoor is een
klokkenluidersregeling vastgesteld. Deze regeling
is door de ondernemingsraad goedgekeurd en is
ook bekend gemaakt binnen de totale organisatie.
Daarnaast is de klokkenluidersregeling op de
website van St Jansdal algemeen bekend gemaakt.
De belangrijkste elementen uit de regeling zijn
dat een vermoeden van een onregelmatigheid
of misstand bij de Raad van Bestuur of indien de
medewerker dit niet wenselijk acht, bij de
vertrouwenspersoon, gemeld kan worden en dat
indien er een vermoeden is van een onregelmatig-
heid met betrekking tot het functioneren van de
Raad van Bestuur, de melding plaats vindt aan de
voorzitter van de Raad van Toezicht. Afhankelijk
van het type misstand kan een betrokkene extern
melden bij organisaties zoals de Inspectie voor
de Gezondheidszorg, Inspectie Infrastructuur en
Veiligheid of Arbeidsinspectie. Net als vorig jaar
zijn er ook in 2014 geen meldingen van misstanden
geweest.
Bestuur en Toezicht
4
5
Raad van BestuurDe Raad van Bestuur van de Stichting St Jansdal be-
staat statutair uit minimaal één natuurlijk persoon.
De Stichting St Jansdal wordt bestuurd door een
tweehoofdige Raad van Bestuur, waarvan er één de
rol van voorzitter vervult. Deze Raad van Bestuur is
tevens bestuurder van Salem en Mevog. De bestuur-
der van het Behandelcentrum is de Stichting Chris-
telijk Algemeen Ziekenhuis Noordwest-Veluwe.
Deze stichting is tevens één van de bestuursleden
van Klimop B.V.
Het besturingsmodel van de Raad van Bestuur is
collegiaal, waarbij de voorzitter verantwoordelijk
is voor het tot stand komen van de besluitvorming.
De leden van de Raad van Bestuur hebben onder-
ling aandachtsgebieden verdeeld, waarbij tevens
is afgesproken dat alle belangrijke onderwerpen
gezamenlijk besproken en afgestemd worden van-
uit het concept van gezamenlijke verantwoordelijk-
heid. Dit geldt in het bijzonder voor zaken met een
strategisch karakter. De vergaderingen van de Raad
van Bestuur zijn gebaseerd op het reglement van
bestuur waarin de volgende kernelementen zijn
beschreven: de samenstelling, bevoegdheden en
verantwoordelijkheden van de Raad van Bestuur,
het vergaderproces en een regeling betreffende de
vervanging van een lid van de Raad van Bestuur.
Op de Raad van Bestuur wordt toegezien door een
onafhankelijke Raad van Toezicht. De Raad van Toe-
zicht vervult haar functie tevens ten aanzien van
Salem, Mevog en het Behandelcentrum. De Raad
van Toezicht is bestuurder van de Stichting Beheer.
Dhr. A.C. ArpVoorzitter Raad van Bestuur sinds 1 juli 2012.
Portefeuille:• algemeen en strategisch beleid• strategische samenwerking met andere zorgaanbieders• cluster beschouwend• algemene bedrijfsvoering• financiën• ict• sociaal beleid• ketenzorg, transmuralisatie• nieuwbouw
Nevenfuncties: • Lid raad van commissarissen Rabobank Amersfoort en Eemland• Lid bestuur SDB Foundation• Lid hoofdbestuur KNWU• Lid bestuur Nederlandse Vereniging van Ziekenhuizen• Lid bestuur Stichting Algemene Ziekenhuizen
Dhr. J.A.I. VoorburgLid Raad van Bestuur sinds 1 september 2008
Portefeuille:• medisch beleid• medische aansprakelijkheid • zorgvernieuwing• cluster acuut• cluster snijdend• kwaliteit & veiligheid• samenwerking 1e lijn• facilitair bedrijf
Nevenfuncties: • NIAZ-auditor• Lid raad van toezicht NVVC• Lid commissie VRM van Centramed
Samenstelling Raad van Bestuur 2014BelangenverstrengelingElk lid van de Raad van Bestuur heeft de plicht te
vermijden dat er (schijn van) belangenverstrenge-
ling tussen het Ziekenhuis St Jansdal en het lid van
de Raad van Bestuur ontstaat. Indien een lid van de
Raad van Bestuur voorziet dat (de schijn van) een
tegenstrijdig belang of onverenigbaarheid voor
zichzelf of een ander lid van de Raad van Bestuur
zou kunnen optreden, meldt hij dit terstond aan
de voorzitter (of het andere lid) van de Raad van
Bestuur. Indien naar het oordeel van de Raad van
Bestuur zich een incidentele tegenstrijdigheid
voordoet en de bezwaren daarvan kunnen worden
opgelost door een tijdelijke voorziening, dan werkt
het betrokken lid aan die voorziening mee. Indien
een meer dan incidentele onverenigbaarheid van
belangen aan de orde is, dan zorgt het betreffen-
de bestuurslid onverwijld voor opheffing van de
tegenstrijdige of onverenigbare belangen. Elke
afwijking van dit beleid wordt direct aan de Raad
van Toezicht gemeld, dat vervolgens passende
maatregelen kan treffen.
Om mogelijke (schijn van) belangenver strengeling
te voorkomen, dient een lid van de Raad van
Bestuur goedkeuring te vragen aan de Raad van
Toezicht voor het aanvaarden van een neven-
functie. Alle nevenfuncties van de leden van de
Raad van Bestuur zijn door de Raad van Toezicht
goedgekeurd. Specifiek ten aanzien van het
commissariaat van dhr. Arp bij de Rabobank, is een
protocol ‘conflict of interest’ overeengekomen met
de Raad van Toezicht. Op basis van dit protocol zal
dhr. Arp niet kunnen deelnemen aan besluitvor-
ming over financieringsplannen indien Rabobank
daarbij betrokken is. Tevens is dhr. Arp verplicht alle
informatie die aan de orde komt bij de financiering
van St Jansdal door banken als strikt vertrouwelijk
te behandelen en mag hij deze informatie op geen
enkele wijze gebruiken als commissaris bij de
Rabobank. Verder is het niet toegestaan dat een
lid van de Raad van Bestuur een toezichthoudende
functie uitoefent bij een zorgorganisatie met de-
zelfde werkzaamheden in hetzelfde werkgebied als
dat van St Jansdal. In het verslagjaar hebben zich
geen situaties voorgedaan waarbij sprake was van
belangenverstrengeling.
Bezoldiging Er zijn in het verslagjaar geen nieuwe bezoldigings-
afspraken gemaakt. Het bruto salaris komt overeen
met deze NVZD-code. Een gedeelte van de beloning
voor het lid Raad van Bestuur is vanwege gemaakte
afspraken bij de aanstelling variabel (maximaal
15% van het jaarinkomen) en toekenning daarvan is
gekoppeld aan vooraf overeengekomen doelstel-
lingen. Deze doelstellingen gelden voor de Raad
van Bestuur in het geheel, voor de voorzitter van de
Raad van Bestuur is daar geen variabele beloning
aan gekoppeld. De Raad van Toezicht heeft gecon-
stateerd dat het lid van de Raad van Bestuur in 2014
vrijwel geheel de overeengekomen doelstellingen
heeft gerealiseerd en heeft derhalve een variabele
beloning van 15% toegekend. Het totaal van de vas-
te en variabele beloning blijft binnen de grenzen
van de beloningscode. Omdat het bruto jaarsalaris
van het lid van de Raad van Bestuur in 2010 door
aanpassing van het bezoldigingsbeleid is gedaald,
verleent de Raad van Toezicht hiervoor compensa-
tie in de vorm van een hogere werkgeversbijdrage
voor pensioen.
Ten aanzien van de autoregeling heeft de Raad
van Toezicht in het verleden een bruto toelage
ter beschikking gesteld aan het lid van de Raad
van Bestuur die overeenkwam met de kosten van
een lease auto. Deze regeling wordt nog steeds
gehandhaafd en vormt geen afwijking ten opzichte
van de beloningscode, noch veroorzaakt dit hogere
lasten voor de werkgever dan de verstrekking van
een lease auto. Voor de specificatie zie de tabel
onderaan de pagina.
Informatieprotocol Raad van Bestuur – Raad van Toezicht De Raad van Toezicht kan alleen goed functio-
neren indien het tijdig de juiste informatie ter
beschikking heeft. In het reglement van toezicht is
derhalve een protocol opgesteld ten behoeve van
deze informatievoorziening. Daarbij is rekening
gehouden met de drie ‘rollen’ van de Raad van
Toezicht, te weten werkgever, toezichthouder en
adviseur. In het protocol is tevens vastgelegd hoe
wordt omgegaan met informatie over conflicten en
calamiteiten, zie volgende bladzijde.
2014 2013
€ €
Bestuurders * 499.183 475.741
Toezichthouders en voormalige toezichthouders 68.833 68.000
568.016 543.741
* totale beloning inclusief onkostenvergoeding,
werkgeverslasten, pensioen en autokosten
De specificatie van de bezoldiging
6
Thema / onderwerp Onderdeel/ indicator Auditcie. Cie. kwaliteit &
veiligheid
Remuneratiecie. Raad van Toezicht Frequentie Vaste documenten
Kwaliteit & veiligheid (medisch
handelen)
Calamiteiten, IGZ-actueel, tuchtzaken, maand dashboard X X Elke vergadering Agendanotitie, dashboard kwaliteit, notities RvB, verslag
cie. K&V
Prestatie indicatoren, uitkomsten enquêtes, meta SIRE analyse, klach-
ten, claims, jaargesprekken medische staf, visitaties, VMS-systeem, e.d.
X X Jaarlijks Agendanotitie, notities RvB, jaarverslagen, verslag cie. K&V
Financiële prestaties Productie- en kostenoverzichten incl. personele kosten, ziekteverzuim X X Elke vergadering Financiële rapportage t/m maand x, verslag auditcie.
Productie- en resultaatsontwikkelingen X X Per kwartaal Kwartaalrapportage
Jaarverantwoording X X Jaarlijks Jaardocument, management letter, accountantsverslag
Begroting X X Jaarlijks Begroting
Financiële lange termijn planning, vermogenspositie en consequenties X X Jaarlijks Lange termijn begroting, rapportage
Kwaliteit organisatie / org.structuur /
aansturing
HR-strategie / uitkomsten
medewerkertevredenheidsonderzoek
X Naar gelang st.v.z. Informatienotitie RvB, uitkomsten onderzoek
Ontwikkelingen RvB / RvT X X Naar gelang st.v.z.
Herijking reglementen X X X X 1x per 3 jaar Reglementen van toezicht, auditcie., cie. K&V, rem.cie.
Risicomanagement Risicomanagementsysteem X X X Jaarlijks Compliance overzicht
Compliance Ontwikkelingen wet- en regelgeving X X X X Naar gelang st.v.z. Notitie RvB
Marktpositie Ontwikkelingen Salem, Mevog en buitenpoli’s X X Elke vergadering Notitie RvB
Vastgoedontwikkeling Masterplan X X Jaarlijks + st.v.z. Notitie RvB
Projectenlijst X X Jaarlijks Projectenlijst
Strategie / beleid / samenwerkings-
verband
Realisatie (strategische) doelen X Per kwartaal Doelenoverzicht
Meerjarenbeleidsplan X 1x per 3 à 4 jaar Meerjarenbeleidsplan
Kaderbrief/jaarplan X X Jaarlijks Kaderbrief
ICT-strategie X X Naar gelang st.v.z. Informatienotitie RvB
Cultuur en identiteit X Naar gelang st.v.z. Notitie RvB
Belanghebbenden Ondernemingsraad X 2x per jaar Overleg + verslagen van OV-vergaderingen
Patiënten raad X 1 à 2x per jaar Overleg, jaarverslag PAR
Bestuur Vereniging Medische Staf X 1 à 2x per jaar Overleg, jaarverslag VMS
Externe ontwikkelingen Maatschappelijke, politieke en andere relevante ontwikkelingen m.b.t.
gezondheidszorg, bestuur en toezicht
X Elke vergadering Informatienotitie RvB
Werkgeversrol
Jaargesprek RvB Feedback RvB, Bestuur VMS, MT X X Jaarlijks Doelen RvB
Zelfevaluatie RvT Feedback RvB, RvT X X Jaarlijks Evaluatieformulier RvT
Thema / onderwerp Onderdeel/ indicator Auditcie. Cie. kwaliteit &
veiligheid
Remuneratiecie. Raad van Toezicht Frequentie Vaste documenten
Kwaliteit & veiligheid (medisch
handelen)
Calamiteiten, IGZ-actueel, tuchtzaken, maand dashboard X X Elke vergadering Agendanotitie, dashboard kwaliteit, notities RvB, verslag
cie. K&V
Prestatie indicatoren, uitkomsten enquêtes, meta SIRE analyse, klach-
ten, claims, jaargesprekken medische staf, visitaties, VMS-systeem, e.d.
X X Jaarlijks Agendanotitie, notities RvB, jaarverslagen, verslag cie. K&V
Financiële prestaties Productie- en kostenoverzichten incl. personele kosten, ziekteverzuim X X Elke vergadering Financiële rapportage t/m maand x, verslag auditcie.
Productie- en resultaatsontwikkelingen X X Per kwartaal Kwartaalrapportage
Jaarverantwoording X X Jaarlijks Jaardocument, management letter, accountantsverslag
Begroting X X Jaarlijks Begroting
Financiële lange termijn planning, vermogenspositie en consequenties X X Jaarlijks Lange termijn begroting, rapportage
Kwaliteit organisatie / org.structuur /
aansturing
HR-strategie / uitkomsten
medewerkertevredenheidsonderzoek
X Naar gelang st.v.z. Informatienotitie RvB, uitkomsten onderzoek
Ontwikkelingen RvB / RvT X X Naar gelang st.v.z.
Herijking reglementen X X X X 1x per 3 jaar Reglementen van toezicht, auditcie., cie. K&V, rem.cie.
Risicomanagement Risicomanagementsysteem X X X Jaarlijks Compliance overzicht
Compliance Ontwikkelingen wet- en regelgeving X X X X Naar gelang st.v.z. Notitie RvB
Marktpositie Ontwikkelingen Salem, Mevog en buitenpoli’s X X Elke vergadering Notitie RvB
Vastgoedontwikkeling Masterplan X X Jaarlijks + st.v.z. Notitie RvB
Projectenlijst X X Jaarlijks Projectenlijst
Strategie / beleid / samenwerkings-
verband
Realisatie (strategische) doelen X Per kwartaal Doelenoverzicht
Meerjarenbeleidsplan X 1x per 3 à 4 jaar Meerjarenbeleidsplan
Kaderbrief/jaarplan X X Jaarlijks Kaderbrief
ICT-strategie X X Naar gelang st.v.z. Informatienotitie RvB
Cultuur en identiteit X Naar gelang st.v.z. Notitie RvB
Belanghebbenden Ondernemingsraad X 2x per jaar Overleg + verslagen van OV-vergaderingen
Patiënten raad X 1 à 2x per jaar Overleg, jaarverslag PAR
Bestuur Vereniging Medische Staf X 1 à 2x per jaar Overleg, jaarverslag VMS
Externe ontwikkelingen Maatschappelijke, politieke en andere relevante ontwikkelingen m.b.t.
gezondheidszorg, bestuur en toezicht
X Elke vergadering Informatienotitie RvB
Werkgeversrol
Jaargesprek RvB Feedback RvB, Bestuur VMS, MT X X Jaarlijks Doelen RvB
Zelfevaluatie RvT Feedback RvB, RvT X X Jaarlijks Evaluatieformulier RvT
7
Statutair bestaat de Raad van Toezicht uit
minimaal vijf en maximaal negen natuurlijke
personen. De Raad van Toezicht is samengesteld
op grond van profielschetsen waarbij gestreefd
wordt naar verscheidenheid in deskundigheden,
namelijk zorg gerelateerde kennis, ervaring
met vraagstukken op het gebied van kwaliteit,
financieel, economisch, juridisch, HRM en gover-
nance. Daarnaast dienen de leden te beschikken
over relevante kennis en vaardigheden voor hun
toezichthoudende rol. De ontwikkeling van deze
kennis en vaardigheden wordt door de Raad van
Toezicht gestimuleerd en de afzonderlijke leden
volgen dan ook regelmatig cursussen die op deze
rol zijn toegespitst. In 2014 beschikten twee leden
van de Raad van Toezicht over kennis en ervaring
in de zorg. De vergaderingen van de Raad van
Toezicht zijn gebaseerd op de statuten en het
reglement van toezicht. De leden van de Raad van
Toezicht zijn onafhankelijk: geen enkel lid heeft
een directe werkrelatie met het Ziekenhuis
St Jansdal of heeft op een andere manier te
maken met belangenverstrengeling. Indien
toch sprake zou kunnen zijn van belangenver-
strengeling, is in het reglement voorzien dat het
betreffende lid niet deelneemt aan de bespreking
van onderwerpen die tot belangenverstrengeling
zouden kunnen leiden. Voor een lid van de Raad
van Toezicht is het niet toegestaan om een
bestuurlijke functie uit te oefenen bij een
zorgorganisatie met dezelfde werkzaamheden
in hetzelfde werkgebied als dat van St Jansdal.
Raad van Toezicht – reglement van toezicht
8
Verslag Raad van Toezicht
Vergaderingen 2014In 2014 kwamen we vijf keer in een reguliere verga-
dering bijeen. Daarnaast vond er zoals gebruikelijk
een beleidsdag plaats en was er een extra vergade-
ring in het kader van de voorgenomen investering
in een nieuw ziekenhuis datamanagementsysteem
en het dossier medisch specialist 2015. De Raad
van Bestuur was bij alle vergaderingen aanwezig.
Behalve de voltallige vergaderingen, neemt een
afvaardiging van ons jaarlijks deel aan twee verga-
deringen van de OR en de Patiënten raad. Tijdens
de beleidsdag hebben wij ons eigen functioneren
en dat van de Raad van Bestuur geëvalueerd.
Deze zelfevaluatie is uitgevoerd met behulp van
een vragenlijst waarmee op kritische wijze de rol
en het functioneren van de leden onderling kan
worden getoetst en besproken. De beoordeling
van de Raad van Bestuur vindt plaats op basis van
de doelstellingen die begin 2014 voor de Raad van
Bestuur en de individuele leden zijn vastgesteld.
Wij ontvangen informatie van de Raad van Bestuur
over de mate waarin de doelstellingen zijn gehaald.
Daarnaast maken wij gebruik van 360° feedback
van een afvaardiging van het managementteam en
het Bestuur van de Vereniging Medische Staf ter
beoordeling van het functioneren van de (leden van
de) Raad van Bestuur.
WerkzaamhedenOnze hoofdtaak, zijnde het toezicht houden op
de strategie en de prestaties van het St Jansdal en
daaraan gelieerde rechtspersonen, krijgt geduren-
de het jaar op verschillende wijzen vorm. In de
eerste plaats wordt tijdens elke vergadering door
de Raad van Bestuur gerapporteerd over de
financiële prestaties en de kwaliteitsprestaties,
zoals productiegegevens, personele kosten, ontwik-
kelingen in het zorgaanbod en de ontwikkelingen
van het financiële resultaat. De financiële gegevens
worden uitgebreid besproken met de auditcommis-
sie, de kwaliteitsgegevens met de commissie kwa-
liteit & veiligheid, waarna ze aan de orde komen in
onze vergadering. Daarnaast wordt na elk kwartaal
een rapportage gepresenteerd met de stand van za-
ken betreffende de ziekenhuisbrede doelstellingen,
die mede zijn afgeleid van onze strategie. Behalve
de vaste rapportagestructuur wordt tijdens de
reguliere vergaderingen per strategisch onderwerp
gesproken over de ontwikkelingen en de risico’s die
voor het ziekenhuis van belang zijn.
In de april-vergaderingen van de auditcommissie
en de Raad van Toezicht vindt het jaarlijks overleg
plaats met de externe accountant. In deze overleg-
gen worden de jaarrekening en het accountantsver-
slag besproken. De bevindingen van de accountant
worden tegelijkertijd aan ons en Raad van Bestuur
gerapporteerd, conform de aanbevelingen uit de
Zorgbrede Governancecode.
Gedurende een groot gedeelte van het verslagjaar
is er veel aandacht besteed aan de voorgenomen
investering in een nieuw ziekenhuis datamanage-
mentsysteem. Op advies van de Raad van Toezicht
is het bureau Gateway gevraagd in het kader van de
voorgenomen investering in een nieuw ziekenhuis
datamanagementsysteem een audit uit te voeren
op het implementatieplan van het nieuwe datama-
nagementsysteem. Het dossier medisch specialist
2015 heeft ook een belangrijke rol gespeeld
tijdens een groot deel van de vergaderingen.
Een afvaardiging van de Raad van Toezicht heeft
samen met de Raad van Bestuur deel genomen
aan een vergadering met het Bestuur Vereniging
Medisch Specialisten waarin het standpunt van
het ziekenhuis in dit dossier nader is toegelicht.
Tevens was er gedurende de tweede helft van het
verslagjaar aandacht voor de voorgenomen inves-
tering in de (ver)nieuwbouw van de OK’s/CSA. De
belangrijkste aspecten die bij de besprekingen
van de hiervoor genoemde onderwerpen aan-
dacht hebben gekregen, zijn de financiële impact,
de risico’s en risicobeheersing, de relatie met de
strategische pijlers, de strategische voordelen die
gehaald kunnen worden en de mogelijkheden om
de continuïteit en kwaliteit van patiëntenzorg te
waarborgen.
Dankzij de grote inzet en betrokkenheid van
iedereen, medewerkers, vrijwilligers, medische
staf, hebben we in 2014 weer mooie resultaten
behaald. En dat is bijzonder omdat de rand-
voorwaarden waarbinnen we werken steeds
uitdagender worden. Dat vergt flexibiliteit van de
organisatie; de inzetbaarheid van medewerkers
en de inrichting van processen. Het snel kunnen
inspelen op veranderende omstandigheden is
cruciaal. In oktober van dit verslagjaar is het
ziekenhuis door Elsevier uitgeroepen tot het
beste ziekenhuis gemeten over een periode van
vijf jaar. Om dit resultaat te evenaren over vijf
jaar, zijn en blijven flexibiliteit, klantgerichtheid
en het leveren van topkwaliteit cruciaal voor een
succesvol ziekenhuis St Jansdal.
Wegens het bereiken van de maximale zittingster-
mijn hebben we afscheid genomen van de een
lid van de Raad van Toezicht, de heer Jan Tromp.
Wij zijn hem zeer dankbaar voor zijn bijdrage aan
het succes van de organisatie. Wegens persoon-
lijke omstandigheden hebben wij helaas tevens
afscheid moeten nemen van nog een lid van de
Raad van Toezicht, de heer Jan Sytze van Wijnen.
Ook hem zijn wij zeer dankbaar voor zijn bijdrage
aan het succes van deze organisatie.
De Raad van Toezicht wil in het bijzonder zijn
waardering uitspreken voor de wijze waarop de
medische staf, samen met de Raad van Bestuur
verantwoordelijkheid neemt voor, met name, de
ontwikkeling van het kwaliteits- en veiligheids-
beleid. De actieve betrokkenheid van de VMS bij
de discussie over en de implementatie van de
K&V-onderwerpen, als ook de resultaten die we
bereiken, tonen dat aan.
In 2014 heeft de Raad van Bestuur als goed
complementair team leiding gegeven aan de
noodzakelijke veranderingen in de organisatie.
De Raad van Toezicht heeft grote waardering voor
de wijze waarop de Raad van Bestuur dit doet. Er
is sprake van wederzijds respect en vertrouwen,
en de toezichthoudende taken worden vanuit een
positief kritische houding uitgevoerd.
De Raad van Toezicht is onverminderd trots op
de goede resultaten die in 2014 zijn behaald en
dankbaar voor ieders inzet.
9
10
BesluitenIn 2014 heeft de Raad van Toezicht de volgende
goedkeuringen verleend:
� Enkelvoudige jaarrekeningen SJD, Salem, Me-
vog, Stichting Behandelcentrum + geconsoli-
deerde jaarrekening en jaarverslag 2013
� (her)benoeming EY als accountant voor een
nieuwe periode van 5 jaar
� Definitieve begroting 2014
� Definitieve begroting 2015
� Kaderbrief 2015
� Investering in nieuw ziekenhuis informatie-
systeem (ZIS-EPD)
� Investering in (ver)nieuwbouw OK’s/CSA
� AMS+regeling inzake medisch specialist 2015
� Oprichting Stichting Goodwill fonds St Jansdal
� Samenwerkingsovereenkomst met de coöpe-
ratie medisch specialisten vrij beroepsbeoefe-
naren in St Jansdal ziekenhuis U.A.
� Herbenoeming van mw. T. Tromp per 1 april
2014 en de herbenoeming van dhr. J.S. van
Wijnen per 1 juni 2014
� Omzetting benoeming voorzitter RvB van 4
jaar naar 6 jaar
� Benoeming van dhr. M.J. de Boer als lid Raad
van Toezicht per 5 december 2014
� Omzetting “vrijval of besparing van de werk-
geversbijdrage” in bruto salaris voor de RvB
n.a.v. wijzigingen in de WNT
� Nevenfunctie voorzitter Raad van Bestuur als
lid van het hoofdbestuur van de NVZ
� Verkoop Chalet Nijkerk (legaat)
BezoldigingDe bezoldiging van de Raad van Toezicht leden
is mede gebaseerd op de aanbevelingen van de
Nederlandse Vereniging van Toezichthouders in
Zorginstellingen (NVTZ), zie pagina 6 van dit jaar-
document. Er zijn in 2014 twee herbenoemingen
geweest.
Werving twee leden Raad van Toezicht In verband met het bereiken van de maximale zit-
tingsduur, is het lidmaatschap van dhr. Tromp eind
november 2014 beëindigd. Dhr. Tromp is gedurende
acht jaar lid van de Raad van Toezicht. Tevens is hij
voorzitter geweest van de commissie kwaliteit &
veiligheid. Hij heeft een juiste invulling gegeven
aan zijn lidmaatschappen. Wij en de Raad van Be-
stuur zijn hem erkentelijk voor al zijn inspanningen
de afgelopen jaren. Wegens persoonlijke omstan-
digheden hebben wij afscheid moeten nemen van
dhr. van Wijnen. Dhr. van Wijnen is gedurende
ruim vier en een half jaar lid geweest van de Raad
van Toezicht en was tevens lid van de auditcom-
missie. Wij en de Raad van Bestuur zijn hem zeer
erkentelijk voor al zijn inspanningen gedurende de
afgelopen jaren.
De remuneratiecommissie heeft in 2014 derhalve
twee nieuwe leden geworven, dhr. de Boer, die per
5 december 2014 in zijn functie is benoemd en dhr.
Odding, die per 1 januari 2015 in zijn functie is be-
noemd. De remuneratiecommissie heeft het gehele
selectieproces zelfstandig afgehandeld. Voor de
werving is een profielschets opgesteld waarover de
OR, het bestuur van de Vereniging Medische Staf
en de Patiëntadviesraad advies hebben uitge-
bracht. Deze organen zijn tevens in de gelegenheid
gesteld advies uit te brengen over de voorgenomen
benoeming. Alle betrokkenen hebben positief
geadviseerd.
dhr. P.Riemens (1962) VoorzitterProfiel: strategie, financiën, kwaliteitPer 1 januari 2014 voor 4 jaar benoemd als voorzitter van de Raad van Toezicht
Huidige hoofdfunctie:CEO/Bestuursvoorzitter Luchtverkeerslei-ding Nederland
Nevenfuncties: • Lid van de Beirat van Deutsche Flugsicherung• Lid van de Adviesraad van het Nationaal Lucht- en Ruimte-
vaartlaboratorium • Lid van diverse gremia van Canso (internationale organisa-
tie voor luchtverkeersleiding), waaronder voorzitter van het Exective Committee, vice-voorzitter van de EC-3 (European Chairmen Group) en Voorzitter van de Customer Relations Working group
dhr. W.W. Meijnen (1943)Profiel: financiën, kwaliteit
Benoemd voor 4 jaar per 19 april 2007
Herbenoemd voor 4 jaar per 19 april 2011Gepensioneerd
dhr. J.M. Tromp (1946)Profiel: kwaliteit van zorg (GGZ)
Benoemd voor 4 jaar per 29 november 2006Herbenoemd voor 4 jaar per 29 november 2010Afgetreden per 29 november 2014
Huidige hoofdfunctie:Jan M. Tromp BoardroomConsult,Praktijk voor bestuursadvies, toezicht en coaching
Nevenfuncties: • Vice Voorzitter RvT/RvC Stichting Intrakoop, Waardenburg• Vice Voorzitter RvT Stichting Amerpoort, Baarn• Lid RvT Stichting Gezondheidscentra Eindhoven (vanaf
oktober 2012)• Lid RvC Castle Craig Nederland (vanaf oktober 2012)
mw. T. Tromp (1962)Vice-voorzitter en secretarisProfiel: juridische zaken, human resource management
Benoemd voor 4 jaar per 1 april 2010Herbenoemd voor 4 jaar per 1 april 2014
Huidige hoofdfunctie:Corporate directeur HR Wageningen Universiteit en Resear-chcentrum
Nevenfuncties: • Bestuurslid HR netwerk grote bedrijven• Lid raad van toezicht Stichting Vilente (sinds februari 2014)
dhr. J.S. van Wijnen (1951)Profiel: kwaliteitssystemen, strategie & beleidsvorming
Benoemd voor 4 jaar per 1 juni 2010Herbenoemd voor 4 jaar per 1 juni 2014Afgetreden per 5 december 2014
Huidige hoofdfunctie:Directeur/DGA Van Wijnen Beheer B.V.
Nevenfuncties: • Vice-voorzitter Accolade Zorggroep
dhr. R.G.J. te Brake (1956)Profiel: benoemd op voordracht van de PAR, financiën, ICT, risicomanagement, kwaliteit van zorg (GGZ, V&V)
Benoemd voor 4 jaar per 1 november 2011 Huidige hoofdfunctie:Directeur Financien en ICT GGNet
Nevenfuncties: • Directeur ISIS geïntegreerde zorg B.V. (eerstelijns zorg)• Lid raad van toezicht GGZ Academie
dhr. M.J. de Boer (1951)Profiel: kwaliteit van zorg, medisch specialist
Benoemd voor 4 jaar per 5 december 2014
Huidige hoofdfunctie:Hoogleraar – Afdelingshoofd Cardiologie RadboudUMC Nijmegen
Nevenfuncties: • Lid RvT Nederlandse Vereniging Cardiologie (NVVC)• Fellow European Society of Cardiology • Fellow American College of Cardiology• Consultant Cardiologist Cinere Heart Center Jakarta,
Indonesia
Samenstelling Raad van Toezicht 2014
10
11
CommissiesBinnen de Raad van Toezicht functioneert een
auditcommissie, een remuneratiecommissie en een
commissie kwaliteit & veiligheid. Hieronder wordt
per commissie beknopt verslag gedaan van de
hoofdtaken en het functioneren in 2014.
AuditcommissieDe auditcommissie heeft als taak zich intensief te
oriënteren op de financiën van het ziekenhuis en
hierover advies uit te brengen aan ons. De voorzit-
ter en een lid van de auditcommissie beschikken
over specifiek financiële expertise. De commissie
heeft in het verslagjaar zeven keer vergaderd
in aanwezigheid van de Raad van Bestuur en de
financieel directeur. Alle financieel gerelateerde
onderwerpen of onderwerpen betreffende de
P&C-cyclus waarover wij een besluit hebben
genomen in 2014, zijn in de auditcommissie voor
besproken. Daarnaast is in de auditcommissie
nog stilgestaan bij de ontwikkelingen rondom de
voorgenomen investering in een nieuw ziekenhuis
informatiesysteem (ZIS-EPD), de voorgenomen in-
vestering in (ver)nieuwbouw OK’s/CSA, het dossier
medisch specialist 2015, en de NVZ self-assessment
met betrekking tot de vaststelling van de jaarre-
kening van 2013 zonder beperkende verklaring. De
auditcommissie heeft in 2014 ook een selectiepro-
ces doorlopen voor het selecteren van een nieuwe
huisaccountant. N.a.v. dit proces is er voor gekozen
de huidige dienstverlening door EY te continueren.
Tevens is er een buitengewone (telefonische)
auditcommissievergadering geweest in verband
met het dossier medisch specialist, daarin is
formeel de goedkeuring verleend aan het voor-
genomen besluit van de Raad van Bestuur om de
samenwerkingsovereenkomst met de coöperatie
aan te gaan. De auditcommissie constateert, mede
op basis van adviezen van E&Y, dat de organisatie
ten aanzien van de financiële beheersing in orde is.
RemuneratiecommissieDe remuneratiecommissie ondersteunt ons bij
het uitvoeren van onze verantwoordelijkheid ten
aanzien van een adequaat bezoldigingsbeleid van
de Raad van Toezicht en Raad van Bestuur en ten
behoeve van een adequate werving, selectie en
functionering van de Raad van Toezicht en Raad
van Bestuur. De remuneratiecommissie heeft in
2014 het jaarlijks evaluatiegesprek van de Raad van
Toezicht voorbereid, dat tijdens de heidag plaats
vond. Ook heeft ze het functioneringsgesprek
met de Raad van Bestuur voorbereid en hiertoe
gesprekken gevoerd met het managementteam
en het bestuur van de Vereniging Medische Staf.
Daarnaast heeft de commissie twee nieuwe leden
voor de Raad van Toezicht gevonden. Over haar be-
vindingen rapporteerde de remuneratiecommissie
aan de gehele Raad van Toezicht.
Commissie kwaliteit & veiligheidDe commissie kwaliteit & veiligheid ondersteunt en
adviseert ons bij het uitvoeren van onze verant-
woordelijkheden inzake de kwaliteit en veiligheid
van ziekenhuis St Jansdal, Mevog en Salem. Met
kwaliteit wordt kwaliteit in brede zin bedoeld,
waarbinnen de nadruk op de kwaliteit van de
zorg wordt gelegd. Met veiligheid wordt eveneens
bedoeld veiligheid in brede zin, waartoe behoren
de patiëntveiligheid, de veiligheid van (medische)
apparatuur en de veiligheid van medewerkers en
die van de gebouwen.
De commissie heeft in 2014 vier keer vergaderd.
Aan deze vergaderingen nemen tevens deel: het lid
van de Raad van Bestuur dat verantwoordelijk is
voor de kwaliteit & veiligheid in het ziekenhuis, het
hoofd kwaliteit, twee leden van het bestuur van
de Vereniging Medische Staf en de voorzitter van
de commissie kwaliteit van de medische staf. Over
haar bevindingen rapporteerde de commissie kwa-
liteit & veiligheid aan de gehele Raad van Toezicht.
In 2014 heeft de commissie o.a. gesproken over de
prestatie indicatoren en het jaarbezoek van de IGZ,
SIRE-analyses, het patiëntveiligheidsbeleid, het
Veiligheids Management Systeem, de kwaliteit van
de vakgroepen en klantgerichtheid.
11
12
Werkgebieden Het verzorgingsgebied van Ziekenhuis St Jansdal
betreft de Noordwest Veluwe en een deel van
Flevoland. In het primaire verzorgingsgebied is St
Jansdal marktleider en zijn de huisartsen tevens
verenigd in een vereniging of coöperatie. In het
secundaire verzorgingsgebied is geen sprake van
marktleiderschap van ons ziekenhuis, noch van een
verenigd verband van huisartsen.
340 BEDDEN
Zeewolde Harderwijk
Putten
Ermelo
Nijkerk
Barneveld
Nunspeet
Elburg
Dronten
MissieHet St Jansdal is een regionaal ziekenhuis dat alle
basiszorg biedt en zich primair richt op de regio
Noordwest-Veluwe en oostelijk Flevoland. We
willen onze missie als volgt vormgeven:
Patiënten voelen zich gehoord en gesteund en
worden gezien als partner in de zorg. We willen
hen zoveel mogelijk regie geven over hun eigen
zorgproces. Verder streven we naar een huiselijke
omgeving, waardoor patiënten zich op hun gemak
voelen. Deze benadering is niet alleen prettig voor
patiënten, maar draagt ook bij aan hun genezing.
“Met liefde en compassie de beste
zorg verlenen aan patiënten, in een
helende omgeving”
KernwaardenDe waarden die leidend zijn voor ons dagelijkse
werk en die afgeleid zijn van onze notitie identi-
teit, zijn: compassie, solidariteit, respect, (maat-
schappelijke) verantwoordelijkheid, aandacht.
Verder wordt ons werken en handelen getypeerd
door waarden als: openheid, vertrouwdheid, toe-
gankelijkheid en betrokkenheid. We vatten onze
kernwaarden samen in het volgende motto:
“Je zorgt voor elkaar”.
VisieSt Jansdal wil een volwaardig ziekenhuis
blijven dat alle basiszorg biedt, dat bij
de beste 25% ziekenhuizen behoort
en dat zo mogelijk zelfstandig zijn
beleid bepaalt. Daarin past ook
het aangaan van een strategi-
sche alliantie met een andere
zorgorganisatie.
13
STICHTING BEHANDELCENTRUM ST JANSDAL (SBSJD)
REACTIVERINGSCENTRUM ST JANSDAL-ZORGGROEP NOORDWEST-VELUWE B.V.(KLIMOP)
TRANSMURALE APOTHEEK ST JANSDAL B.V.(POLI-APOTHEEK)
(50%)
(45%)
POLIKLINIEK DRONTEN B.V. (POLI DRONTEN) (33,33%)
RAAD VAN TOEZICHT
RAAD VAN BESTUUR
STICHTING MEDISCHE VOORZIENINGEN TENBEHOEVE VAN DE EERSTE LIJN IN DEGEZONHEIDSZORG (MEVOG)
STICHTING BEHEER REGISTERGOEDERENZIEKENHUIS ST JANSDAL (BEHEER)
STICHTING ALGEMEEN CHRISTELIJK ASTMA BEHANDELCENTRUM ERMELO (SALEM)
STICHTING CHRISTELIJK ALGEMEEN ZIEKENHUIS NOORDWEST-VELUWE(ST JANSDAL)
De juridische structuur in 2014:
Organogram ziekenhuis St Jansdal
RAAD VAN TOEZICHT
RAAD VAN BESTUURMEDISCHE STAFPATIËNTENADVIESRAAD
ONDERNEMINGSRAAD
VERPLEEGKUNDIGE ADVIESRAAD
BOUWBUREAU KWALITEIT
FINANCIËN & INFORMATIEVOORZIENINGHUISARTSENCONTACTEN
ICTINKOOP & LOGISTIEK
HRPR, COMMUNICATIE
EN MARKETING
CLUSTER ACUUT CLUSTER SNIJDENDMEDISCH ONDERSTEUNENDE
DIENSTEN FACILITAIR BEDRIJF
Kernactiviteiten en nadere typeringZiekenhuis St Jansdal biedt medisch-specialistische zorg,
dieetadvisering, fysiotherapie, ergotherapie en in het kader
van verkeerde beddagen ook AWBZ-functies (persoonlijke
verzorging, verpleging, begeleiding, behandeling en verblijf).
Specialismen in St Jansdal
Anesthesiologie
Cardiologie
Dermatologie
Heelkunde
Interne geneeskunde
Intensive care
Keel-, Neus en Oorheelkunde
Kindergeneeskunde
Klinische chemie
Klinische geriatrie
Klinische psychologie
Longziekten en tuberculose
Maag- darm, leverziekten
Medische microbiologie
Mondziekten en kaakchirurgie
Neurologie
Neurochirurgie
Obstetrie en gynaecologie
Oogheelkunde
Orthopedie
Pathologische anatomie
Plastische chirurgie
Psychiatrie
Radiologie
Reumatologie
Revalidatiegeneeskunde
Spoedeisende hulp
Urologie
Vaatchirurgie
Ziekenhuisfarmacie
14
Specialismen in Polikliniek Dronten
Cardiologie
Chirurgie
Dermatologie
Geriatrie
Gynaecologie
Interne geneeskunde
Kaakchirugie
Keel-neus-oorheelkunde
Kindergeneeskunde
Maag-darm-leverziekten
Neurologie
Orthopedie
Reumatologie
Urologie
Ook voor functie, röntgen- en laboratoriumonder-
zoek en de gipsverbandmeester kunen patiënten in
Dronten terecht.
Profiel van de organisatieHet ziekenhuis St Jansdal is een christelijk alge-
meen ziekenhuis dat beschikt over een toelating
voor medisch specialistische zorg op grond van de
Wet Toelating Zorginstellingen (WTZi). Het zieken-
huis is juridisch vormgegeven in een Stichting, de
Stichting Christelijk Algemeen Ziekenhuis Noord-
west-Veluwe (hierna “St Jansdal” of ”ziekenhuis
St Jansdal”) en is gevestigd te Harderwijk. In 2007
heeft het St Jansdal de Stichting Algemeen Chris-
telijk Astma Behandelcentrum Ermelo (hierna “Sa-
lem”) en de Stichting Medische Voorzieningen ten
behoeve van de Eerste Lijn in de Gezondheidszorg
(hierna “Mevog”) overgenomen. Salem is tevens
toegelaten als instelling voor medisch specialis-
tische zorg op grond van de WTZi. Daarnaast is er
ook nog de Stichting Behandelcentrum St Jansdal
voor specifieke medisch specialistische behande-
lingen (hierna “Stichting Behandelcentrum”) en de
Stichting Beheer Registergoederen Ziekenhuis St
Jansdal (“hierna Stichting Beheer”). Ten behoeve
van zekerheidsstelling en om te voldoen aan de
eisen van het Waarborgfonds hebben de stichtin-
gen St Jansdal, Salem en Mevog zich voor elkaar
hoofdelijk aansprakelijk gesteld.
Mevog
Mevog is de exploitant en eigenaar van het huis-
artsenlaboratorium en de trombosedienst binnen
het verzorgingsgebied van ziekenhuis St Jansdal.
Het is voor het St Jansdal van groot belang deze
dienstverlening in de regio zelf te kunnen voortzet-
ten, enerzijds om bedrijfseconomische motieven
en anderzijds om de relatie met de huisartsen te
verstevigen.
Salem
Salem is samen met de afdeling Fysiotherapie en
de afdeling Revalidatie onderdeel van de afdeling
Revalidatie & Therapie van het St Jansdal. Het is
een derde lijns voorziening. Binnen Salem wordt
een poliklinische, multidisciplinaire behandeling
gegeven. Dit betekent dat meerdere zorgverleners
bij de behandeling zijn betrokken.
Patiënten met complexe problemen, waarbij nauw-
gezette afstemming van de behandeling vereist
is, komen in aanmerking voor een behandeling bij
Salem, waaronder: (i) patiënten met (chronische)
longaandoeningen, zoals astma, COPD, Hyperventi-
latie, Cystic Fibrosis (taaislijmziekte) of sarcoïdose;
en (ii) patiënten die behandeld zijn voor kanker.
Salem beschikt over een: (i) verwarmd buitenbad
(32 graden); (ii) sportzaal; (iii) fitnesszaal; (iv) diverse
spreek-en behandelkamers; en (v) een sportveld.
PolikliniekenHet ziekenhuis St Jansdal heeft twee
poliklinieken, één in Dronten en één in
Nijkerk.
Polikliniek Dronten
De Polikliniek Dronten is een unieke
samenwerking tussen de MC Groep,
ziekenhuis St Jansdal in Harderwijk en
de huisartsen in Dronten, Swifterbant en
Biddinghuizen. De ziekenhuizen en de
huisartsen hebben in 2009 gezamenlijk de
Polikliniek Dronten B.V. opgericht, alle drie
de partijen hebben 1/3 deel van de aan-
delen in hun bezit. Het gebouw waarin de
polikliniek gevestigd is in Dronten wordt
door het St Jansdal gehuurd en is onderverhuurd
aan de Polikliniek Dronten B.V.
In de Polikliniek Dronten houdt een groot deel van
de medisch specialisten van ziekenhuis St Jansdal
spreekuur. Maar er is ook ruimte voor onder meer
röntgendiagnostiek en laboratorium- en func-
tie-onderzoeken. De twee ziekenhuizen werken
onder één dak met behoud van eigen identiteit. Een
aantal faciliteiten wordt gezamenlijk gebruikt en
dat betekent kostenbesparing. Patiënten zijn vrij
om te kiezen bij welke medisch specialist zij zich
onder behandeling willen laten stellen. Wanneer
patiënten door de huisarts verwezen worden voor
een röntgenonderzoek, bloedonderzoek of functie-
onderzoek kunnen zij ook zelf bepalen door welk
ziekenhuis zij het betreffende onderzoek willen
laten uitvoeren.
15
Polikliniek Nijkerk
Begin april 2011 heeft het St Jansdal een mooie
polikliniek in Gezondheidscentrum Corlaer in
Nijkerk geopend. Voor deze polikliniek is geen
aparte rechtspersoon opgericht en is uitsluitend
een vestiging van het St Jansdal. Voor inwoners van
Nijkerk, Nijkerkerveen, Holkerveen, Zwartebroek,
Amersfoort Vathorst, Ter Schuur en Hoevelaken
betekent dit dat zij dichtbij huis terecht kunnen bij
een aantal van onze medisch specialisten.
Transmurale Apotheek St Jansdal
Het St Jansdal is mede aandeelhouder (45%)
van de Transmurale Apotheek St Jansdal B.V.
De overige aandeelhouders zijn: een groep
openbare apothekers (45%) en de direc-
teur (10%). Deze apotheek is met name
gericht om de medicijnverstrekking in
de regio verder te verbeteren.
Specialismen in Polikliniek Nijkerk
Gynaecologie
Keel, neus en oorheelkunde
Kindergeneeskunde
Longgeneeskunde
Orthopedie
Reactiveringscentrum Klimop
Het St Jansdal en de Stichting Zorggroep Noord-
west-Veluwe hebben het reactiveringscentrum
“Klimop” opgericht. De Klimop is een besloten
vennootschap (B.V.) waarin beide organisaties voor
50% aandeelhouder zijn. Het reactiveringscentrum
is voornamelijk gericht op het herstel van ouderen
na een ziekenhuisopname.
15
16
Vereniging Medische StafHet bestuur VMS overlegt veelvuldig met de Raad
van Bestuur over de gang van zaken in het zieken-
huis. Het bestuur VMS vergadert maandelijks met
de kernstaf over talrijke beleidsonderwerpen. Voor
deze vergaderingen is ook de Raad van Bestuur
uitgenodigd. Het afgelopen jaar was wederom in
vele opzichten een goed maar ook een erg druk jaar.
Nadat eind 2013 de strategie “Eigen Koers 2.0” is
vastgesteld, hebben de organisatie en de medische
staf in 2014 de invulling hiervan verder vormge-
geven. Verder is na een intensief selectietraject
besloten om Epic te gaan implementeren als nieuw
ZIS/EPD. Ook is in 2014 veel aandacht geweest voor
de invoering van het integrale tarief per 2015 en
alle consequenties die dit heeft voor medische staf
en ziekenhuis.
De medische staf heeft zich in 2014 nadrukkelijk
bezig gehouden met en de Raad van Bestuur gead-
viseerd over o.a. de volgende onderwerpen:
� Kwaliteitsbeleid patiëntenzorg
� Veilige patiëntenzorg
� Ziekenhuisbrede strategie
� ICT-strategie – keuze voor Epic als ZIS/EPD
� Kaderbrief 2015
� Visie op samenwerking met de huisartsen
� Visie op huisvesting
� Profielschets en voorgenomen besluit t.a.v.
de benoeming van 2 leden van de raad van
toezicht
� De Medisch Specialist 2015
EPICBOUW OK/CSA
MEDISCH SPECIALIST 2015
BEDDENPLAN
Binnen de organisatie is er een ondernemingsraad
(OR) en een patiëntenraad (PAR) die medezeggen-
schap uitoefenen over wettelijk voorgeschreven
onderwerpen. De PAR beschikt tevens over het
enquêterecht (art. 2:345 BW). In de statuten van
St Jansdal is daarnaast adviesrecht verleend aan
het bestuur Vereniging Medische Staf (VMS) en de
PAR ten aanzien van niet-wettelijk geregelde on-
derwerpen. Deze organen worden onder andere ge-
raadpleegd bij het opstellen van een profielschets
voor en de benoeming van leden van de Raad van
Toezicht en Raad van Bestuur. Ook bij de afweging
van strategische keuzes en het vaststellen van
beleidsplannen van St Jansdal (en indirect Salem en
Mevog) worden deze organen betrokken. Daarnaast
wordt aan de volledige medische staf advies en/of
instemming gevraagd over diverse onderwerpen
die voor hen van belang zijn. Behalve op grond van
de formele medezeggenschap worden de hiervoor
genoemde organen in reguliere vergaderingen met
de Raad van Bestuur geraadpleegd over tal van
onderwerpen, zoals de jaarrekening, begroting,
kwaliteitsindicatoren en ontwikkelingen in de zorg-
sector. Eind 2013 is de verpleegkundige adviesraad
(VAR) ingesteld, dit is een (niet-verplicht)adviesor-
gaan binnen de organisatie gericht op kwaliteit
van de verpleegkundige zorgverlening. Daarnaast
bestaan er binnen het ziekenhuis diverse commis-
sies en stuurgroepen die door de Raad van Bestuur
en/of het managementteam worden geraadpleegd
over uiteenlopende onderwerpen. Hierna wordt
beknopt aangegeven hoe het bestuur VMS, de OR,
de PAR en de VAR gebruik hebben gemaakt van hun
advies- en instemmingsrecht.
Medezeggenschap
17
Ondernemingsraad
De Ondernemingsraad vaart “Eigen Koers 2.0”
en volgt naar eigen kompas. In 2014 heeft de onder-
nemingsraad (OR) zich met vele onderwerpen bezig
gehouden. Nadat in 2013 is besloten dat het
St Jansdal een zelfstandig ziekenhuis zou blijven,
is de strategie “Eigen Koers 2.0” opgesteld.
In 2014 wordt de uitwerking van de nieuwe strate-
gie merkbaar, ook voor de OR. Grote, strategische
onderwerpen worden voorgelegd aan de OR. Met
name het project beddenoptimalisatie, flexibilise-
ring en de investering in een nieuw ZIS/EPD hebben
veel tijd gevraagd.
Bij de beoordeling van de onderwerpen heeft de OR
de volgende aspecten als kompas gehanteerd:
� Nut en noodzaak van het voorstel
� Gevolgen voor de medewerkers met, waar
nodig, bijbehorende tegenmaatregelen
� Risico’s van het voorstel
� Stabiliteit in het proces
� Duidelijkheid voor de medewerkers
� (behoud of verbetering van) Kwaliteit
De OR komt elke donderdagmiddag bij elkaar. De
OR heeft in 2014 zeven maal een overlegverga-
dering gehouden met de Raad van Bestuur (RvB).
Bij twee van deze overlegvergaderingen was een
afvaardiging van de Raad van Toezicht (RvT) aan-
wezig.
Daarnaast heeft de OR in 2014 tweemaal een
tweedaagse training gevolgd. Het doel van deze
trainingen is competentie-ontwikkeling en kennis-
verrijking.
Hieronder staat een overzicht welke onderwerpen
aan de OR in 2014 zijn voorgelegd. Daarbij is een
onderscheid gemaakt naar advies- en instemmings-
aanvragen.
ADVIES (POSITIEF) � Implementatieplan afdeling HR (positief
advies gegeven na aanpassing van zgn.
Plaatsingsspelregels)
� Adviesaanvraag MTI bij ICT
� Bereikbaarheidsdienst weekend logopedie
� Verlenging samenwerking met Kraanvogel
� Adviesaanvraag optimalisatie beddenhuis
� Adviesaanvraag wijziging LG-structuur
voedingsdienst
� Adviesaanvraag organisatiewijziging binnen
F&I
� Adviesaanvraag kandidaat lid RvT, november
� Adviesaanvraag investeringsaanvraag EPIC
� Adviesaanvraag kandidaat lid RvT, december
� Adviesaanvraag LG-structuur functieafd. –
cardiologie
� Adviesaanvraag investering OK/CSA
INSTEMMINGEN � Regeling plusuren boven ipt 48
� Huisregeling veiligheidsschoenen
� Aanpassing WGA-flex
� Huisregeling individuele klachten
� Beleidslijn toets- en rekenvaardigheid
verpleegkundigen
� Regeling (verborgen) cameratoezicht
� Regeling vergoeding kosten inschrijving be-
roepsvereniging en kwaliteitsregister
� Regeling relaties op de werkvloer
� Instemmingsaanvraag flexibilisering (gedeel-
telijk ingestemd, voor eerste fase verder uitrol
afhankelijk van evaluatie in de teams)
� Eigen Risicodragerschap WGA vast en ZW flex
� Avond- en weekenddiensten voor
voedingsassistenten
� Handleiding Deeltijdarbeid
� Instemmingsaanvraag Strategisch Opleidings-
plan
� Wijziging beloningsbeleid 1e en 2e
zorgopleiding
� Instemmingsaanvraag werkkostenregeling
(n.a.v. opmerkingen van de OR zal de
regeling aangepast worden en opnieuw
worden voorgelegd
� Regeling verbod gebruik dienstvoertuig
� Instemmingsaanvraag vervroegen nachtdienst
1 Oost
� Instemmingsaanvraag digitale assessments
(gedeeltelijk, voor de selectieprocedure voor
het Epic project onder de voorwaarde dat het
assessment niet het enige selectie instrument
is)
18
Het ziekenhuis ondersteunt de PAR zowel in finan-
ciële als in personele zin door middel van:
� Secretariaat
� Bureau kwaliteit
� Tijdschriften en andere informatie
� Vergaderruimten
� Onkostenvergoeding
� Noodzakelijke en gewenste scholing
� Lidmaatschap van overkoepelende vereniging
De Raad van Bestuur heeft in 2014 de volgende
beleidsonderwerpen aan de PAR voorgelegd en
deels besproken:
� Begroting 2015
� Kaderbrief 2015
� Strategische planvorming
� Gastvrijheidszorg en klantvriendelijkheid
Alle door de wet voorgeschreven zaken worden
aan de PAR ter advisering voorgelegd. Hieronder
staan de onderwerpen opgesomd waarover de PAR
in 2014 advies heeft uitgebracht aan de Raad van
Bestuur:
GEVRAAGDE ADVIEZEN: � Aantal bezoekers aan het bed
� Vacatures Raad van Toezicht
� Risicomanagement
� Samenwerking met het Anthony van Leeuwen-
hoek ziekenhuis
� Beddenplan
� Automatiseringssysteem EPIC (met speciale
aandacht voor het patiëntendossier)
� Bouw OK’s
ONGEVRAAGDE ADVIEZEN: � Patiëntvriendelijkheid poliklinieken
� Wachttijden MDL
� Bejegening verstandelijk gehandicapten
� Overlijdensprotocol annex nabestaandenin-
strument
� Inenting mazelen
In alle gevallen is het desbetreffende advies van de
PAR geheel of vrijwel geheel gevolgd door de Raad
van Bestuur.
Patiëntenraad
Het voornaamste doel van de Patiëntenraad (PAR)
is op te komen voor de gemeenschappelijke
belangen van patiënten en voor hen een spreek-
buis te zijn. De resultaten van de patiënten-
enquêtes zijn daarbij mede richtinggevend.
De PAR toetst het ziekenhuisbeleid en adviseert
zodanig dat aan wensen en behoeften van
patiënten tegemoet kan worden gekomen.
De PAR was in 2014 als volgt samengesteld:
Naam Functie binnen de PAR Woonplaats
Dhr. H.J. Leeuwis Voorzitter Hierden
Dhr. D.H. van Rhee 2e voorzitter Harderwijk
Mw. J. ten Napel-Hessels secretaris Ermelo
Mw. W. van der Horst-Lankman lid Nunspeet
Mw. M.P. de Koning-Ketting lid Zeewolde
Dhr. C. Ramautar lid Dronten
Dhr. C. van den Berg lid Putten
Dhr. F.A. Deuring lid Harderwijk
Mw. M. Moen lid Nijkerk
De PAR vergadert twaalf keer per jaar waarvan
zes keer in aanwezigheid van een lid van de Raad
van Bestuur en de patiëntencontactpersoon. Eén
keer per jaar zijn beide leden van de Raad van
Bestuur aanwezig en een delegatie van de Raad van
Toezicht woont twee keer per jaar een vergadering
bij. De vergaderingen met de PAR verlopen in een
erg goede sfeer en er vindt overleg plaats over tal
van onderwerpen betreffende de patiënt en het
ziekenhuis. De contacten van de PAR met de Raad
van Bestuur en de diverse medewerkers zijn zinvol
en plezierig.
Sinds 2013 werkt de PAR planmatiger en met porte-
feuillehouders. Ook in 2014 is een werkplan opge-
steld, waarin de belangrijkste, voorgenomen acti-
viteiten en plannen zijn vastgelegd. Tevens vonden
er in alle poli’s enquêtes met patiënten plaats en
werden diverse interne bijeenkomsten bijgewoond
(o.a. veiligheidssymposium en spiegelgesprek). Op
deze manier wordt de betrokkenheid van de PAR
versterkt en ontstaat er inzicht in de manier waar-
op goede zorg en gastvrijheid aan de patiënten
wordt geboden. Daarnaast speelt de PAR ook een
belangrijke rol bij het project “Gastvrije Zorg”. De
PAR was ook betrokken bij de nieuwe opzet van het
klachtenmanagement en de klachtafhandeling.
19
Verpleegkundige Adviesraad
Eind 2013 is de verpleegkundige adviesraad (VAR)
ingesteld. Doel van de VAR is het vanuit een beroep-
sinhoudelijke optiek (on)gevraagd adviseren van
de Raad van Bestuur en het management over het
verpleegkundig beleid. Daarbij gaat het er om de
kwaliteit van zorg te waarborgen en te verbeteren,
de beroepsinhoudelijke ontwikkelingen te
stimuleren en de professionalisering en
profilering van de beroepsgroep te bevorderen.
De VAR bestaat uit maximaal zeven (7) leden, die
worden benoemd voor de duur van vier (4) jaar.
Deze leden zijn één maal herbenoembaar.
De VAR heeft in samenwerking met de Raad van
Bestuur besloten verschillende adviesprogramma’s
te gaan ontwikkelen. Er is gekozen voor de
volgende drie onderwerpen:
� Digitalisering/ Epic
� HPO
� Opleidingen
De VAR heeft adviezen uitgebracht over de
volgende onderwerpen:
� Advies t.a.v. beroepsprofiel 2020 HBO-V duaal
� Advies t.a.v. Optimalisatie beddenhuis
� Ontwikkelen Verpleegkundige visie (hyperlink)
Daarnaast heeft de VAR heeft een bijdrage geleverd
aan het Jaargesprek IGZ.
20
Een van de strategische doelen van het St Jansdal is dat wij top in basiszorg willen zijn. Dit betekent dat
onze patiënten een gerechtvaardigd vertrouwen hebben in de kwaliteit en veiligheid van onze zorg,
volgens professionele normen de beste zorg krijgen, en ons ziekenhuis daarmee ook een aantrekkelijke
contractpartner is voor de zorgverzekeraars. Om deze redenen streven wij een open veiligheidscultuur
na. Wij vinden het belangrijk inzicht te hebben in de door ons geleverde kwaliteit van zorg, waarbij wij
continue onze zorg blijven verbeteren.
Veiligheidscultuur en leiderschapZiekenhuis St Jansdal streeft naar een vooruitstre-
vende veiligheidscultuur. Dat is een open en
eerlijke cultuur waarin iedereen weet waar hij/
zij voor verantwoordelijk is, elkaar aanspreekt om
risico’s te vermijden, gestimuleerd wordt om (bijna)
fouten te melden en ervan te leren en werkt vol-
gens de regels en afspraken. Om deze veiligheids-
cultuur te stimuleren vinden periodieke trainingen
plaats over veiligheidscultuur en leiderschap.
Daarnaast maakt het onderwerp patiëntveiligheid
standaard onderdeel uit van de maandelijkse intro-
ductie van nieuwe medewerkers.
De Raad van Bestuur loopt een aantal keer per jaar
een veiligheidsronde op een verpleegafdeling.
Tijdens deze ronde wordt expliciet aandacht
besteed aan de onderwerpen cultuur, leiderschap,
omgaan met risico’s en aanspreekgedrag. In 2014
zijn de afdelingen Medisch Microbiologisch labora-
torium, de functieafdeling en de afdeling radiologie
bezocht.
Veilig incidenten melden en calamiteitenonderzoekenEen randvoorwaarde om te leren van signalen is
een open cultuur. Het aantal VIM-meldingen zegt
iets over een open (meld)cultuur. In 2014 zijn 2186
VIM-meldingen gedaan. Het aantal meldingen
blijft ongeveer gelijk ten opzichte van 2013 (2280
meldingen).
Het merendeel van de meldingen betreft de onder-
werpen behandeling, verzorging en onderzoek. Bij
de medicatie- en valincidenten is te zien dat deze in
de loop van de afgelopen drie jaar gelijk gebleven
zijn. In 2014 is halverwege het jaar het meldformu-
lier aangepast en is er een type bijgekomen, name-
lijk administratieve- en planningsincidenten.
De meldingen worden afgehandeld door VIM com-
missies op de afdelingen. Daarnaast bestaat er een
centrale VIM-commissie. Deze commissie bekijkt
meldingen waarbij een hoog risico gescoord is,
maar gaat in haar werkwijze steeds meer op zoek
naar trends in de meldingen. Zo zijn bekende on-
derwerpen: omgaan met protocollen, medicatiefou-
ten en valincidenten. Het melden van een incident
heeft als doel de patiëntveiligheid te verhogen.
Kwaliteit van Zorg
21
Tegelijkertijd moet het incident “veilig” gemeld
kunnen worden. Dat wil zeggen dat de melder erop
kan vertrouwen dat hij als persoon niet aangespro-
ken zal worden op een fout of een vergissing, maar
dat de eindverantwoordelijke de melding gebruikt
om zwakke plekken van onze werkwijze te ontdek-
ken en vervolgens de werkwijze te verbeteren.
Naast de centrale VIM-commissie kent het St Jans-
dal een calamiteitencommissie. Deze commissie is
afgelopen jaar 35 keer bijeen geweest. De hoofd-
taak van deze commissie is het initiëren en beoor-
delen van calamiteitenmeldingen en volgen van
verbeterpunten. In 2014 zijn zes SIRE-onderzoeken
uitgevoerd. Hiervan betrof het in drie gevallen een
calamiteit, waarbij tevens melding is gedaan aan de
IGZ. De IGZ heeft deze meldingen na analyse allen
afgesloten. Hiernaast zijn dertien andere casussen
besproken waarbij het besluit is geweest geen SIRE
uit te voeren. In drie van deze casussen is wel een
SIRE light gedaan door de betreffende afdeling,
één keer een dossieranalyse, één keer bijdrage aan
een transmurale SIRE en één keer een PRI inclusief
verbeterplan. In de overige casussen is geconclu-
deerd dat er sprake was van een complicatie. Ook is
een aantal casussen voorgedragen ter bespreking
in de multidisciplinaire patiëntenbespreking in de
medische staf.
De calamiteitencommissie monitort de voortgang
met betrekking tot de verbeterpunten uit de
calamiteitenonderzoeken. Voorbeelden van
verbeteringen zijn:
� Herziening reglement tolken bij anderstaligen
in de zorg;
� Extra analyses naar ERCP;
� Aanpassingen in samenwerkingsafspraken in
het kader van dotterbehandeling.
Prospectieve risico inventarisaties De meeste instrumenten zijn nog reactief van aard:
achteraf leren we van wat mis is gegaan. Vanuit
de incidenten zoeken wij naar trends en hoofdthe-
ma’s, waarmee wij een vertaling maken van deze
signalen naar een proactief beleid. Een middel
dat we steeds meer inzetten is de prospectieve
risico inventarisatie (PRI). Dit passen wij standaard
toe bij de introductie van een nieuwe techniek of
bij een organisatiewijziging. Afgelopen jaar zijn
acht PRI’s uitgevoerd: optimalisatie beddenhuis,
flexibilisering kliniek, satellietafdeling orthopedie,
partnerpoli’s, interventiediensten radiologie, CT
& SEH, crisispreventie en introductie van de EUS/
EBUS en de radialiskatheter. Daarnaast wordt dit
instrument op afdelingsniveau vaker ingezet. Een
bijeffect van het inzetten van een risico-inventari-
satie is dat hiermee wordt gewerkt aan bewustwor-
ding rondom risico’s.
Patiënt als ambassadeurEén van de voorwaarden om top in basiszorg te
zijn is een hoge patiënttevredenheid en deze
hoge patiënttevredenheid is alleen te realiseren
door de inzet van onze medewerkers. Verpleeg-
kundigen inventariseren vooraf de wensen en
verwachtingen van de patiënt t.a.v. het zieken-
huisverblijf en tijdens het verblijf wordt continu
ingespeeld op de wensen van de patiënt. Tijdens
een ontslaggesprek wordt met de patiënt
geëvalueerd hoe deze de zorg heeft ervaren. Na
het ontslaggesprek krijgt de patiënt een verzoek
mee naar huis om daar de digitale patiëntenen-
quête in te vullen, aangezien thuis vaak de ruimte
ontstaat om met de naasten terug te kijken op
het ziekenhuisverblijf. Hierbij is het mogelijk dat
alsnog de vragen komen of ervaringen waar wij
van kunnen leren. Dan kan de patiënt dit aange-
ven in de enquête en wordt deze (desgewenst)
teruggebeld door de afdeling. Deze werkwijze
heeft in de loop van de tijd een forse verbetering
gegeven in de patiënttevredenheid.
22
ZORGKAART NEDERLAND
8,72013 2014
2280 2186
VIM-MELDINGEN
PATIËNTENENQUÊTE KLINIEK
2013
8,42
KEURMERKEN
RUWE STERFTECIJFERS
HSMR
BESTEZIEKENHUIS
2010 - 2014
ELSEVIER
2013 2014
1,5% 1,2%
2013 2014
84 772014
8,55
KLACHTEN VIA FUNCTIONARIS
SCHADECLAIMS
KLACHTEN VIA KLACHTENCOMMISSIE
2013 2014
3 5
2013
247 268
2014
81
3623
17
90
163
44
46
29
33
9,3
Medisch specialisten
Verpleeg- en/ofbehandelafdelingen
Poliklinieken
Zorgondersteunendeafdelingen
St Jansdalalgemeen/Overig
2013 2014
6 9Met dit keurmerk voldoet de keuken aan de warenwettelijk gestelde eisen omtrent hygiëne en voedselveiligheid vanVeiligvoedsel.nl.
Gebasseerd op 5000 enquêtes
*
*
* 3 chirurgie1 kaakchirurgie1 neurologie1 oogheelkunde1 urologie1 radiologie1 ziekenhuis algemeen
*
** de ogenschijnlijke toename van het aantal klachten m.b.t. specialisten betreft een andere vorm van registratie, namelijk in klachtonderdelen i.p.v. klachten.* Voorlopige HSMR 2014
*
23
KlachtenmanagementIn Ziekenhuis St Jansdal is het klachtenmanage-
ment ingericht conform de huidige geldige
wettelijke eisen. Er is een klachtenfunctionaris
(voorheen patiëntencontactpersoon), via web-
site en papieren brochures is contactinformatie
beschikbaar voor patiënten, rechten en plichten
staan beschreven in opnamedocumenten en op de
website. Ook de klachtenregeling is via de website
en op papier beschikbaar.
Klachtenbehandeling in de zorgsector is onderhe-
vig aan sterke veranderingen. Vooruitlopend op
en aansluitend bij de inhoud van het wetsontwerp
voor klachtenmanagement in de gezondheidszorg,
(Wet Kwaliteit, klachten en geschillen zorg
(Wkkgz)), is een nieuw beroepsprofiel voor de
klachtenfunctionaris geïntroduceerd door de
landelijke Vereniging voor Klachtenfunctionarissen
in de Gezondheidszorg (VKIG). Ziekenhuis St Jansdal
wil het klachtenmanagement in overeenstemming
met dat beroepsprofiel inrichten en heeft daartoe
in 2014 de nodige acties ondernomen.
Allereerst is een nieuw klachtenregistratiesysteem
ingericht en in gebruik genomen. De verwachting
is dat via geautomatiseerde registratie betere
rapportages kunnen worden geleverd, zodat alle
zorgverleners en overige medewerkers van het
ziekenhuis beter geïnformeerd worden over de
inhoud van klachten en de frequentie van klachten
die hun vakgebied betreffen. Bovendien kunnen
verbeteringen die naar aanleiding van de klachten
worden geformuleerd beter zichtbaar worden
gemaakt.
Er is een nieuwe functiebeschrijving voor de
klachtenfunctionaris gemaakt die aansluit bij het
beroepsprofiel. Bovendien is de functiebenaming
in het St Jansdal gelijk getrokken met het landelijke
beroepsprofiel.
Klachtenmanagement heeft als hoofddoel zwakke
plekken in de zorg aan te wijzen en de inhoud van
de klachten te benutten voor het verbeteren van de
zorg en/of het verhogen van de patiëntveiligheid.
Dit sluit aan bij de registratie van incidenten en
InspectiebezoekenDe Inspectie voor de Gezondheidszorg
heeft in 2014 een bezoek gebracht aan
het St Jansdal. Dit was op 11 april in het
kader van het thematisch toezicht op
het onderwerp sedatie buiten de ope-
ratie kamers. Dit was een bezoek met
positief resultaat en enkele aandachts-
punten, zoals een time-out en informed
consent bij ingrepen met sedatie buiten
OK. Inmiddels is dit verbeterpunt ade-
quaat opgepakt.
Het IGZ-jaargesprek over 2014 heeft
plaatsgevonden op 9 januari 2015. De
focus lag op de zorg voor de kwetsbare
oudere patiënten met darmkanker. Ook
dit bezoek had een positief resultaat.
calamiteiten. Het geheel van klachten, incidenten
en calamiteiten zal door voortdurende verfijning
van de registratie, zorgen voor een steeds
duidelijker inzicht in werksituaties die (nog)
niet optimaal zijn.
Door meer gedetailleerd te registreren, sluiten de
klachtenrapportages beter aan bij de eisen van de
wetenschappelijke verenigingen. Maatschappen
en vakgroepen zijn op deze manier beter geïnfor-
meerd en slagvaardig ten aanzien van de eisen die
de maatschappij aan hen stelt.
Bij de klachtbehandeling door de klachten-
functionaris wordt veel aandacht besteed
aan herstel van de vertrouwensrelatie tussen
de patiënt en de zorgverleners en/of het
ziekenhuis. Hierin wordt gestimuleerd dat
de klacht zoveel mogelijk bij de bron wordt
opgelost. De klachtenfunctionaris biedt zich
hierbij aan als bemiddelaar. In 2014 zijn 30
bemiddelingsgesprekken gevoerd.
Klachtencommissie De onafhankelijkheid van de klachtencom-
missie is gewaarborgd door het feit dat zowel
de voorzitter als de ambtelijk-secretaris
niet aan het ziekenhuis zijn verbonden,
evenals een lid dat op gezag van Zorgbelang
Gelderland en met instemming van de Pati-
entenraad is benoemd. Naast de hierboven
genoemde externe leden hebben nog drie
andere leden (wel werkzaam binnen het
St Jansdal) zitting, te weten een medisch
specialist, een vertegenwoordiger uit de
klinische zorg en één uit de poliklinische zorg.
In 2014 heeft de klachtencommissie in totaal
vijf klachten beoordeeld (0,45% t.o.v. gemiddeld
aantal fte’s), waarbij één klager naar aanleiding van
de klachtbehandeling de klacht heeft ingetrokken.
De vier behandelde klachten bestonden uit dertien
klachtonderdelen. Op één klachtonderdeel heeft
de klachtencommissie geoordeeld dat de klacht
gegrond is. Dit betrof miscommunicatie over een
verbetervoorstel door de medisch specialist naar
aanleiding van de klacht. Voor het overige heeft
de klachtencommissie de klachten als ongegrond
beoordeeld.
24
SchadeclaimsIn het verslagjaar zijn bij onze schadeverzekeraar
Centramed in totaal 9 claims ingediend.
Drie claims zijn gericht tegen de vakgroep
Chirurgie. De vakgroepen kaakchirurgie, neurolo-
gie, oogheelkunde, urologie en radiologie en het
ziekenhuis algemeen hadden ieder één claim. De
claims hebben betrekking op behandelingen in
2010 t/m 2014. Op dit moment is hiervan geen claim
toegewezen of afgewezen. Ook bij de be- en afhan-
deling van schadeclaims geldt dat het St Jansdal de
mogelijke leerpunten uit deze claims gebruikt voor
het verbeteren van de kwaliteit van de te leveren
zorg.
Geschillencommissie Zorginstellingen In 2014 zijn er geen kwesties voorgelegd aan de
Geschillencommissie Zorginstellingen. De
Geschillencommissie Zorginstellingen behandelt
geschillen in kleine “schadezaken” tot een
maximum van € 5.000,=
TuchtzakenIn 2013 is één zaak voorgelegd (gynaecoloog en
verloskundige) aan het regionaal tuchtcollege, in
2014 heeft het tuchtcollege de voorgelegde zaak
ongegrond verklaard.
Verder is in 2014 één zaak voorgelegd aan het
Regionaal Tuchtcollege. Naar verwachting zal
het Regionaal Tuchtcollege daarover in 2015 een
uitspraak doen.
KwaliteitsindicatorenHet St Jansdal ziekenhuis gebruikt de landelijke
kwaliteitsindicatoren, naast het bieden van
transparantie en het afleggen van externe verant-
woording, vooral om intern te leren van en te
verbeteren op de kwaliteit van zorg. Een groot
aantal vakgroepen heeft een eigen kwaliteits-
dashboard waarin maandelijks of per kwartaal kwa-
liteitsgegevens worden gepresenteerd. Hierdoor
kunnen specialisten en managers tijdig bijsturen.
In 2014 zijn de volumenormen voor behandeling
van colon- rectum-, mamma- long-, blaascarci-
noom, de aneurysma operaties en carotisoperaties
gehaald. Er is besloten om te stoppen met de
prostaatkankeroperaties in verband met achterblij-
vend volume. In dit kader is samenwerking gezocht
met het Antonie van Leeuwenhoekziekenhuis. De
doorlooptijden waarbinnen patiënten worden
behandeld zijn in 2014 fors verbeterd: 90% van de
patiënten start binnen de 5 weken met de
oncologische behandeling.
Verpleegkundigen ontvangen maandelijks terug-
koppeling over de screening op ondervoeding,
decubitus, pijn en kwetsbare ouderen. Zij screenen
alle patiënten op deze risicofactoren. 2% van de
patiënten krijgt decubitus. Patiënten die onder-
voed het ziekenhuis inkomen, worden snel gezien
door de diëtist en in 54% van de gevallen wordt de
ondervoeding tijdig behandeld.
Inzicht in sterftecijfersHet sterftecijfer of HSMR (Hospital Standardized
Mortality Ratio) is een indicator om sterfte in zie-
kenhuizen te vergelijken met het landelijke gemid-
delde. Wanneer het HSMR 100 is, komt het aantal
werkelijke en verwachte overleden patiënten met
elkaar overeen. Het sterftecijfer (HSMR) van het St
Jansdal voor het jaar 2013 is 84 (de HSMR over 2014
is pas bekend in 2015). Dat betekent dat er minder
patiënten overleden zijn, dan je op basis van het
landelijke gemiddelde zou verwachten. De ruwe
sterfte van het St Jansdal daalt over de jaren heen.
Binnen St Jansdal vindt doorlopend dossieronder-
zoek plaats bij overleden patiënten. De uitkomsten
worden maandelijks besproken en verspreid onder
de betreffende vakgroepen. Specialisten bespreken
de uitkomsten van dit onderzoek
binnen de vakgroep ter verbetering van de
zorg. Hierbij zien we bijvoorbeeld dat de dossier-
voering van specialisten verbetert. In 2014 maken
wij naast het dossieronderzoek ook gebruik van het
landelijk DHD-instrument om sterfte te
monitoren. Tevens geeft dit instrument zich op
onverwacht lange opnameduur. Wij zien dossieron-
derzoek als belangrijk instrument om zicht te
krijgen op onze kwaliteit, daarom kijken wij steeds
meer naar dossiers van niet-overleden patiënten.
KwaliteitsauditsIn 2013 heeft de externe NIAZ audit plaatsgevonden
met als resultaat een geaccrediteerd kwaliteit- en
veiligheidsmanagementsysteem. Een vast onder-
deel is dat het NIAZ het jaar daaropvolgend langs
komt om te toetsen of wij de verbeterpunten uit
de externe audit hebben opgepakt. Het NIAZ heeft
in december 2014 geconstateerd dat alle verbeter-
punten adequaat zijn opgepakt.
Naast de NIAZ audit hebben in 2014 twee andere
belangrijke externe audits plaatsgevonden,
namelijk de ISO-audit voor het klinisch chemisch
laboratorium en de CCKL-audit voor het medisch
microbiologisch laboratorium. Deze audits zijn
afgerond met een positief resultaat.
Naast de externe audits beschikt het St Jansdal
over een compleet intern auditsysteem. Jaarlijks
worden verpleegafdelingen getoetst op de onder-
werpen medicatieveiligheid, hygiënemaatregelen
en infectiepreventie, veiligheid rondom medische
techniek, bedrijfsveiligheid en gastvrijheid.
Zorgpaden en zorgprocessenIn 2014 is het zorgpad voor de patiënt met colorec-
taalcarcinoom. Het proces rondom prostaatkanker
is opnieuw bekeken en de zorg voor patiënten met
OSAS is beter ingericht.
25
Continue verbeteren/ Beter 2.0In 2014 is het verbeterprogramma ‘Beter
2.0’ gecontinueerd. Met dit programma
wordt invulling gegeven aan het zieken-
huisspeerpunt Effectieve en efficiënte
bedrijfsvoering. Beter 2.0 maakt daarbij
gebruikt van actuele verbetermetho-
dieken zoals Lean, Six Sigma en Theory
of Constraints. Het hoofddoel van het
programma is het stimuleren van een
cultuur van continu verbeteren. Onze
eigen medewerkers staan hierbij zelf
aan het roer bij de verbeteringen. In
2014 zijn verschillende projecten gedaan
en scholingen georganiseerd om dit te
ondersteunen.
De in 2013 gestarte incompany opleiding
Lean Six Sigma Black Belt is in 2014 afge-
rond en de deelnemers hebben de kennis
direct toegepast in de praktijk. Zo heeft
de medische techniek het aantal
storingen gereduceerd en de bestelproce-
dure versimpeld. Binnen de radiologie is
de productiviteit MRI aangepakt en geste-
gen met ruim 20%. En de apotheek heeft
aangetoond in een pilot dat het medica-
tie-uitgifteproces goedkoper, veiliger en
sneller kan. In 2015 wordt deze werkwijze
verder uitgerold. Het enthousiasme van
de deelnemers en de mooie resultaten
hebben er in geresulteerd dat in 2015 een
nieuwe Lean Six Sigma opleidingsronde
komt.
De Productive Ward aanpak is in 2014
gecontinueerd en gestart op de resteren-
de verpleegafdelingen. De wens ontstond
om op de poliklinieken een soortgelijk
programma aan te bieden zodat ook daar
het innoverend vermogen van de mede-
werkers wordt gestimuleerd. Het pro-
gramma Productive Poli is ontwikkeld en
in het najaar van 2014 zijn verschillende
poli’s daarmee gestart. Ter ondersteuning
van de Productive Poli en andere lean
projecten wordt gebruik gemaakt van een
e-learning module over de lean principes.
Tot slot heeft een groep artsen intern een
leantraining gevolgd.
Beter 2.0 heeft ook een adviesfunctie
bij capaciteitsvraagstukken. Hiervan is ge-
bruik gemaakt bij de planning van de OK,
de endoscopie-unit en de flexibilisering
in de kliniek en de polikliniek.
26
Kwaliteitscommissies
Commissie kwaliteit medische staf In 2010 is de commissie kwaliteit medische staf
ingesteld. Deze commissie vergadert een keer per
vier weken en heeft tot doel de kwaliteit van zorg
binnen St Jansdal te bevorderen en te bewaken. De
commissie bestaat uit zes stafleden, waaronder
een lid van het bestuur VMS.
Om goede afstemming met de organisatie te
bewerkstelligen, nemen daarnaast het lid Raad van
Bestuur, het hoofd kwaliteit en de stafsecretaris
deel aan de vergaderingen van de commissie. In
2014 is afgesproken dat ook de voorzitter van de
VAR deel zal nemen aan de vergaderingen.
In 2014 heeft de commissie zich o.a. bezig gehouden
met en advies gegeven aan het bestuur VMS over
de volgende onderwerpen:
� de inhoud van het kwaliteitspakket 2015
medische staf
� voorstel voortgang dossieranalyse
(geaccordeerd door de staf november 2014)
� bespreken van (overstijgende punten uit) de
mortaliteitsanalyses
� risico’s door postdateren in ziektebeloop in
Mirador
� werkafspraken preoperatieve
multidisciplinaire bespreking electieve
complexe operatiepatiënten (geaccordeerd
door de staf in maart 2014)
� aandachtspunten t.a.v. de invoering van een
nieuw EPD
� evaluatie van het beleid rondom
niet-reanimeren
� voorstel voor drie kwaliteitsonderwerpen voor
de medische staf om zich de komende jaren op
te gaan richten n.a.v. een spiegelrapportage
van twee documenten van OMS en IGZ
In 2014 zijn twee onderwerpen getoetst in het ka-
der van de intercollegiale toetsing, t.w. “Tijdigheid
klinische ontslagbrief” en “Informed consent”. Van
beide onderwerpen is stafbreed een terugkoppe-
ling gegeven.
Commissie Individueel Functio-neren Medisch Specialist (IFMS)Alle medisch specialisten die hiervoor geïndiceerd
zijn, hebben in 2012 en 2013 meegedaan aan het
Individueel Functioneren Medisch Specialisten. In
die jaren zijn er jaarlijks 4 bijeenkomsten gepland,
waarin medisch specialisten elkaars functioneren
hebben geëvalueerd. In 2012 heeft een uitgebreide
evaluatie plaatsgevonden (opvragen omgevings-
feedback, invullen portfolio, enz.). In 2013 zijn de
persoonlijke verbeterpunten, zoals vastgesteld in
2012, geëvalueerd. Ieder medisch specialist heeft
gefungeerd als gespreksleider en in een andere
bijeenkomst (met een andere “partner”) als
geëvalueerde. Dit hield in dat er twee bijeenkom-
sten waren waarbij de medisch specialist verplicht
aanwezig was. Uiteindelijk hebben er per jaar 110
gesprekken plaatsgevonden. De buitengewone
leden worden niet gepland voor een IFMS-gesprek
en enkele stafleden waren te kort in dienst om
hieraan deel te kunnen nemen.
Besloten is om in 2014 geen IFMS-gesprek te plan-
nen, maar alle stafleden een cursus IFMS gespreks-
vaardigheden te laten volgen. Hieraan hebben 116
stafleden. Daarnaast is in 2014 een voorstel binnen
de medische staf geaccordeerd om het IFMS-traject
binnen St Jansdal uit te breiden met een IFMS+-mo-
gelijkheid. Dit houdt in dat een staflid ondersteund
kan worden bij een verbetertraject zonder dat er
direct sprake is van een functioneringsvraag. In
verband hiermee is de IFMS+-commissie opgericht,
die zich in voorkomende gevallen zal buigen over
eventuele verbetertrajecten.
In 2015 zal er een nieuwe cyclus van IFMS-gesprek-
ken gepland gaan worden.
Commissie Multidisciplinaire patiëntenbespreking Voorafgaand aan de kernstafvergadering medische
staf vindt er een multidisciplinaire patiënten-
bespreking (MPB) plaats. Hierbij zijn alle
vakgroepen of maatschappen vertegenwoordigd.
Daarnaast worden zaalartsen, PA’s, betrokken
verwijzers en verpleegkundigen, de Raad van
Bestuur en het hoofd kwaliteit uitgenodigd.
Het doel van de bespreking is om in een open sfeer,
zonder beschuldigingen en verwijten, multidisci-
plinair patiëntencasus te bespreken waaruit lessen
getrokken kunnen worden. Gezamenlijk wordt
gereflecteerd op het gedrag van professionals,
op de normen en waarden die daaraan ten
grondslag liggen en op de bedoelde en onbedoelde
gevolgen voor onze organisatie en voor de patiënt.
Veelal wordt een klinische casus toegelicht door
één van de commissieleden MPB, waarna er een
discussie plaatsvindt over een aantal vragen en
de mogelijke antwoorden hierop. De conclusies
die hieruit voortvloeien, worden schriftelijk
teruggekoppeld, mondeling toegelicht in de
volgende bespreking en intern op het document
managementsysteem ‘iProva’ geplaatst. De
commissie kwaliteit medische staf en het hoofd
kwaliteit worden gevraagd om maandelijks te
bekijken welke conclusies op welke manier en door
wie geborgd zouden moeten worden en daarvoor
de benodigde stappen te zetten.
Het voornemen is om vier keer per jaar in plaats
van een multidisciplinaire patiëntenbespreking
een necrologiebespreking te houden. De eerste
necrologiebespreking heeft in november 2014
plaatsgevonden. Volgens deze werkwijze vonden
in 2014 in totaal acht multidisciplinaire patiënten-
besprekingen en een necrologiebespreking
plaats. De besprekingen vormen zo een goed
functionerend instrument ter bevordering van
inhoudelijke reflectie en ter verbetering van de
kwaliteit van zorg.
27
Institutionele beoordelingscommissie Het St Jansdal beschikt niet over een medisch
ethische commissie (METC) voor de toetsing van
onderzoekstrials. Deze toetsing wordt aan centrale
medisch ethische commissies overgelaten, die veel-
al aan universitaire centra zijn verbonden. Wel is er
een institutionele beoordelingscommissie (IBC) die
de lokale haalbaarheid van trials in het ziekenhuis
beoordeelt nadat de trials door een METC elders
zijn goedgekeurd.
De IBC is in 2014 zeven keer bij elkaar gekomen om
in totaal 20 onderzoeken te beoordelen. Hiervan
zijn alle onderzoeken van een positief oordeel
voorzien. Sinds jaren is er weer een stijging te
zien van het aantal onderzoeken dat aan de IBC
ter beoordeling wordt aangeboden. Van de 20
onderzoeken die positief beoordeeld zijn, zijn er 12
geneesmiddelonderzoeken, 6 niet-WMO plichtige
onderzoeken, 9 oncologische onderzoeken en 4
onderzoeken waarvan de lokale onderzoeker geen
arts is. Het aantal oncologische onderzoeken is
verdubbeld t.o.v. 2013.
Commissie ‘Waarden van Zorg’Doel van deze commissie is de belangrijkste
waarden van het St Jansdal (beschreven in de
notitie identiteit) levend te houden in de dagelijkse
praktijk. Die waarden zijn: aandacht voor elk
mens, compassie/medeleven, solidariteit,
verantwoordelijkheid en responsiviteit. Het zijn
deels waarden die ontleend zijn aan de zorgethiek.
De commissie bestaat uit een brede afvaardiging:
medewerkers van verpleegafdelingen,
poliklinieken en operatiekamers, maar ook van
niet-zorg afdelingen en de medisch
specialisten. In 2014 heeft de commissie op
verschillende manieren aandacht gevraagd voor
deze waarden, onder meer tijdens de Week van de
Reflectie maar ook via de zgn. “babbelbox”. Tevens
is met de Raad van Bestuur afgesproken dat er jaar-
lijks een ethisch geformuleerde doelstelling wordt
opgenomen in de kaderbrief van het St Jansdal, die
per afdeling concreet ingevuld kan worden; deze
ethische doelstelling maakt deel uit van de Plan Do
Check Act cyclus en bevordert dat de Waarden van
Zorg, waarop het ziekenhuis gestoeld is, zichtbaar
en levend blijven.
28
Kwaliteitsbeleid medische technologie (KMT)Kwaliteitsbeleid medische technologie maakt
onderdeel uit van de kwaliteitscultuur binnen het
ziekenhuis. Het convenant “Veilige toepassing van
medische technologie in het ziekenhuis” , door de
iGZ als veldnorm gesteld, heeft een centrale plaats
in ons, op het QMT-model van TNO gebaseerde,
kwaliteitssysteem. De gehele keten rond medische
technologie wordt in dit kwaliteitssysteem meege-
nomen, daardoor worden alle processen vanaf de
aanschaf, instandhouding tot en met de afvoer van
apparatuur en toebehoren bewaakt en geopti-
maliseerd. Onze medische technologieën worden
geanalyseerd (o.a. prospectieve risicoanalyse) en
getoetst aan de hand van onze kwaliteitseisen. Dit
wordt gedaan in samenwerking met de verant-
woordelijken voor deze technologieën, waaronder
de verpleegkundigen, medisch specialisten, de
inkoopfunctie en de technici. De analyse en de
toetsing zijn onderdeel van het huidige introduc-
tiebeleid van het ziekenhuis voor nieuwe medische
technologieën.
Informatieveiligheid en ICT
ICT Strategie 2013-2016De digitale informatievoorziening in het ziekenhuis
levert een cruciale bijdrage aan de (zorg)proces-
sen en de ontwikkeling van de ICT-functie loopt
hiermee in de pas. Eind 2013 is de ICT Programma-
raad gestart. Intussen is deze raad verankerd in de
governance structuur van het ziekenhuis. In 2013
is het ICT-beleidsplan 2013-2016 vastgesteld. Dit
beleidsplan is het fundament en leitmotiv voor de
ICT-functie. Hierin wordt onder meer de ICT-
strategie beschreven die de komende jaren gevolgd
zal worden om het ICT-landschap en de ICT-
ondersteuning van de (zorg)processen optimaal te
kunnen faciliteren. Binnen de organisatie leeft de
overtuiging dat het St Jansdal zich met ICT kan en
moet onderscheiden in de zorg. Het St Jansdal is op
het gebied van kwaliteit, veiligheid, samenwerking
en financiën één van de beste ziekenhuizen van
Nederland en wil dit ook in de toekomst blijven.
Om dit te kunnen realiseren is een ICT-omgeving
nodig die deze ambitie kan dragen en (daar waar
mogelijk) kan faciliteren.
In het ICT-beleidsplan 2013-2016 zijn twee kernpro-
jecten vastgesteld. Het ene project is het verbete-
ren van de infrastructuur. In het kader daarvan is in
2013 de uitrol van de nieuwe digitale werkplekken
(het MDW-project) gestart. Eind 2014 is dit project
praktisch helemaal afgerond. Het gehele ziekenhuis
is op dit moment voorzien van nieuwe moderne
digitale werkplekken. Het andere belangrijke kern-
project is de vervanging van het huidige ZIS/EPD. In
2014 is het selectieproces voor een nieuw ZIS/EPD
afgerond. Het ziekenhuis heeft eind 2014 definitief
gekozen voor Epic als leverancier voor het nieuwe
ZIS/EPD. In maart 2015 start het implementatiepro-
ject. Het STEPIC-project (de ST Jansdal EPIC-imple-
mentatie) zal live gaan in oktober 2016.
InformatieveiligheidBinnen het St Jansdal is veiligheid een heel belang-
rijk onderwerp. Het onderwerp “informatieveilig-
heid” is onderdeel van de veiligheidsambitie van
het ziekenhuis. De bedreigingen van buiten worden
steeds groter. In 2014 is dit onderwerp bestuurlijk
verankerd binnen de Raad van Bestuur. Op manage-
ment niveau is de manager IAMT verantwoordelijk
voor dit veiligheidsthema. Tevens is er in 2014 een
nieuwe commissie informatieveiligheid benoemd.
De ambitie van deze commissie is om er voor te
zorgen dat het ziekenhuis eind 2018 “NEN7510
geaccrediteerd” is. De commissie is midden 2014
gestart met een inventarisatie van de stand van
zaken en vast te stellen welke normenkaders van
toepassing zijn. Op korte termijn is het doel om
kennis en gedrag van medewerkers op het gebied
van informatieveiligheid naar een hoger plan te
brengen. Informatieveiligheid is en blijft een be-
langrijk thema binnen ons ziekenhuis.
29
Als ziekenhuis excelleren is te vergelijken met
topsport. Dat vraagt om een goede conditie van
de organisatie, de medewerkers en de medisch
specialisten. De organisatie van nu leunt meer en
meer op de directe inbreng van de medewerkers.
Zij moeten kennis van zaken hebben, maar vooral
ook betrokkenheid en bevlogenheid voelen en
uitstralen. Medewerkers zijn de belangrijkste bron
van verbetering voor onze organisatie en voor
het toekomstig succes van ons ziekenhuis. Het is
wenselijk actiever gebruik te maken van ideeën
van onderaf en daar meer ruimte voor te geven, dus
minder top-down te werken. Wij willen daarnaast
dat medewerkers graag in ons ziekenhuis (blijven)
werken. Een prettige werksfeer, goede arbeidsom-
standigheden en arbeidsvoorwaarden zijn daarbij
essentieel.
HR Strategie: Duurzaam in topconditie In 2014 stond de implementatie van de HR-strategie
‘Duurzaam in topconditie’ centraal. Zoals uit de
titel al valt op te maken, is het speerpunt hierin
duurzame inzetbaarheid van medewerkers: ‘het
realiseren van blijvende arbeidsparticipatie met
toegevoegde waarde voor alle betrokkenen’.
In 2015 zal een vervolg worden gegeven aan de
implementatie van de HR-strategie. Naast de regu-
liere personeelsinstrumenten zal tevens aandacht
besteed worden aan: (i) HR ken- en stuurgetallen;
(ii) de voorbereiding op de verpleegkundige beroe-
penstructuur 2020; en (iii) het verder vormgeven en
implementeren van het loopbaanbeleid.
Nieuwe HR organisatieVanaf april is de nieuwe afdeling HR gestart om
zo de HR-strategie ook feitelijk vorm te kunnen
geven. Hierdoor verviel een aantal ‘oude’ functies
en ontstonden er nieuwe functies waaronder die
van loopbaanadviseur, adviseur werving & selectie
en HR-adviseur. De nieuwe structuur en strategie is
uitgebreid intern toegelicht en besproken.
In 2014 startte het St Jansdal met flexibele inzet van
verpleegkundigen op de algemene verpleegafde-
lingen om zodoende de inzet van de medewerkers
mee te laten ademen met de zorgvraag. Hierdoor
ervaren de medewerkers een betere balans tussen
werklast en personeelsinzet, wordt de kwaliteit en
veiligheid van zorg gewaarborgd en zal er een effici-
entere bedrijfsvoering gerealiseerd worden.
Verder stond 2014 in het teken van het HPO-traject.
HPO staat voor ‘hoog presterende organisatie’.
Alle leidinggevenden van het St Jansdal volgen dit
traject, hierin staan drie verbeterpunten centraal:
1. Versterk het leiderschap
2. Laat medewerkers groeien
3. Focus op processen
Dit traject wordt in 2015 grotendeels afgerond.
Zorg voor Mensen
De HR-strategie bestaat uit vier kernelementen:1. Capaciteit: wij hebben voldoende en de juiste medewerkers
nodig, nu en in de toekomst.
2. Competenties: om als St Jansdal succesvol te kunnen zijn,
moeten onze medewerkers over de vereiste competenties
beschikken.
3. Commitment: willen wij excelleren, dan hebben wij
gepassioneerde, gedreven medewerkers nodig. Medewerkers
die gemotiveerd zijn om hun (potentiële) vermogens en
talenten maximaal te benutten en in te zetten.
4. Controlling: de te maken kosten en investeringen moeten in
verhouding staan tot de bijdrage aan het realiseren van de
organisatiedoelen. Hierbij gaat het om het rendement van HRM.
30
Duurzaam personeelsbeleidHet St Jansdal heeft een mantelzorgvriendelijk per-
soneelsbeleid waardoor de medewerkers werk en
mantelzorgtaken beter kunnen combineren. In 2014
is er een toename in het aantal gesprekken over de
balans tussen werk en privé voor medewerkers met
mantelzorgtaken. Leidinggevenden en medewer-
kers keken samen naar mogelijkheden om de extra
belasting die mantelzorg kan geven, aan te kunnen.
Op de “Dag van de Mantelzorg” is dit thema nadruk-
kelijk onder de aandacht gebracht in de organisatie
en konden de mantelzorgers naar een theatervoor-
stelling. Het St Jansdal is zich er van bewust dat
steeds meer mantelzorgers nodig zijn om de sociale
zorg op te vangen en dat de organisatie daarin een
steeds belangrijker rol krijgt.
Daarnaast is het St Jansdal zich ervan bewust dat
het als werkgever een verantwoordelijkheid heeft
naar de groep mensen met een (grote) afstand tot
de arbeidsmarkt. Door als werkgever te participe-
ren in het project “Samen Werk Maken van Werk”,
wil het St Jansdal samen met de gemeente en ande-
re werkgevers in de regio nieuwe leerwerkplekken
creëren en werkervaringsplaatsen beschikbaar
stellen. Tevens werkt het St Jansdal samen met
organisaties zoals Concerned en Veluwe Portaal,
hierdoor worden mogelijkheden voor (betaalde)
arbeid aangeboden. Het St Jansdal heeft in 2014
meegedaan aan de “Week van de Arbeidsmobili-
teit”, maar ook aan diverse netwerkbijeenkomsten
van Veluwe Portaal. De manager HR is namens de
zorgorganisaties van de Veluwe bestuurslid van
Veluwe Portaal. Het St Jansdal wil haar maatschap-
pelijke betrokkenheid versterken en zichtbaarder
maken.
Strategisch Opleidingsplan 2014-2017In 2014 is het strategisch opleidingsplan 2014-2017
opgesteld. Hierin wordt aangegeven op welke
wijze leren en ontwikkelen een rol speelt in het
realiseren van de (strategische) organisatiedoelen.
Het plan maakt deel uit van de HR-strategie en
is gericht op het daadwerkelijk veranderen van
gedrag en werkwijzen van teams/afdelingen en
individuele medewerkers, niet los van elkaar, maar
in een doordachte samenhang.
Het strategisch opleidingsplan beschrijft hoe
het St Jansdal, met behulp van leren en ontwik-
kelen, nu en in de komende vier jaar, voorziet in
de behoefte aan competente medewerkers. Het
bevat een beschrijving van de speerpunten van het
organisatiebeleid voor de komende vier jaar, welke
competenties dit vraagt van medewerkers en de rol
van leren en ontwikkelen om de organisatiedoelen
en de daarvoor vereiste competenties te realiseren.
Het strategisch opleidingsplan beschrijft daarmee
de ambities van het St Jansdal en de kaders voor de
activiteiten die plaatsvinden om medewerkers te
laten leren en te stimuleren in hun ontwikkeling.
De doelen en uitgangspunten uit het strategisch
opleidingsplan 2014-2017 worden jaarlijks vertaald
in een centraal opleidingsplan. De afdelingshoof-
den stellen jaarlijks een afdelingsopleidingsplan
op waarin de doelstellingen van het strategisch
opleidingsplan, de jaarlijkse kaderbrief en het jaar-
lijkse afdelingsactieplan zijn vertaald naar concrete
leer- en ontwikkelaanvragen.
E-learningOok in 2014 is er een breed aanbod van trainingen
en e-learning modules geweest voor medewerkers.
Het is belangrijk dat medewerkers beschikken over
de juiste competenties (kennis, vaardigheden en
gedrag) die horen bij hun functie om zo het werk
goed te kunnen (blijven) doen.
Het LMS biedt naast mogelijkheden voor e-learning,
de mogelijkheid om de voortgang van medewerkers
op het gebied van ‘leren en ontwikkelen’ te volgen
en om de inschrijvingen voor trainingen en bij- en
nascholingen te regelen. Medewerkers kunnen ook
digitaal hun portfolio bij houden. Op deze manier
hebben zowel leidinggevenden als medewerkers op
elk gewenst moment de meest actuele informatie
over het bevoegd en bekwaam zijn.
Binnen de St Jansdal Academie wordt onder andere
aandacht besteed aan het verbeteren van de
communicatie en bejegening richting de patiënt.
De kwaliteit van zorg wordt uiteraard niet alleen
bepaald door veiligheid, doelmatigheid en doeltref-
fendheid, maar juist ook door de manier waarop we
communiceren met patiënten en hen bejegenen.
Onderzoek wijst uit dat met dit laatste de organisa-
tie echt het verschil kan maken bij de patiënt. Het
St Jansdal wil graag negens en tienen krijgen van
patiënten voor de zorgverlening. Om die reden is in-
gezet om te komen van goed naar uitstekend op het
gebied van patiëntencommunicatie. In dit kader is
aan alle medewerkers met direct patiëntencontact
een (verplicht) opleidingstraject aangeboden. Dit
opleidingstraject is in 2014 beloond met de HR
Proffie Veerkrachtprijs. Deze prijs wordt toegekend
aan die organisatie die heeft laten zien hoe goed
HR kan inspelen op veranderende omstandigheden.
Nog niet eerder is deze prijs toegekend aan een
ziekenhuis. In 2014 is het percentage patiënten dat
ons een 9 of een 10 geeft gestegen naar 50% van
onze patiëntenpopulatie, ten opzichte van 33% bij
de start van de St Jansdal Academie eind 2009.
31
ARBO MELDINGENZIEKTEVERZUIM
2013 2014
4,16% 3,67%
2013 2014
58
AANTAL MEDEWERKERS
2013
TOTAAL = 1882
1600
282
2014
TOTAAL = 1883
1606
277
IN- EN UITSTROOM
2014 2013 2013 2014
165
171
171
170
8,11882 medewerkers, leidinggevenden en medisch specialistenbezoeken het nieuwe Leer Management Systeemin 2014
Winnaar van de HR Pro�e Veerkrachtsprijs 2014
ARBEIDSONGEVALLEN
2013 2014
1098,1
17 plaatse
E-LEARNING
31
32
Gezondheidsmanagement Een belangrijk thema binnen het HR-beleid gericht
op duurzame inzetbaarheid is verzuimbegeleiding.
De belangrijkste resultaatgebieden daarvoor zijn
het percentage ziekteverzuim en de meldingsfre-
quentie.
Het langdurig verzuim is gelukkig verminderd t.o.v.
vorig jaar. Er is met name een daling te zien in het
verzuim langer dan een jaar. Toch is er voor negen
personen een beoordeling voor de WIA bij het UWV
aangevraagd, evenveel als in 2013.
In 2014 is het beleid dat gevolgd wordt bij herplaat-
sing van medewerkers grondig tegen het licht
gehouden en geoptimaliseerd. Dit heeft de
procedure en de aandacht voor medewerkers die
noodzakelijkerwijs op zoek zijn naar ander werk
verbeterd.
In het kader van gezondheidsmanagement
organiseerde het ziekenhuis in 2014 preventief
verschillende activiteiten voor haar medewerkers.
De jaarlijkse Gezondheidsdag, ditmaal met veel
inbreng vanuit deskundigen uit het ziekenhuis,
was een succes. Er zijn diverse bijeenkomsten
(trainingen, workshops) georganiseerd voor
medewerkers en leidinggevenden.
Op basis van de HR strategie is ook een start
gemaakt met het formuleren van ‘BRAVO’-beleid. De
aandacht voor dit thema in de organisatie groeit!
Veilige werkomgeving en goede arbeidsomstandigheden Vragen en klachten van medewerkers betreffende
verschillende aspecten van arbeidsomstandig-
heden werden ook dit jaar gemeld.
Alle meldingen zijn in behandeling genomen en
waar nodig zijn er maatregelen getroffen om de
situatie te verbeteren.
Risico Inventarisatie & -evaluaties Het uitvoeren van de Risico Inventarisatie & -eva-
luaties (RI&E) is in 2014 voortgezet. Hieruit komen
vaak aandachtspunten naar voren, welke door de
afdeling, al dan niet in samenwerking met de Arbo-
& Milieuadviseur, worden opgepakt. De veiligheids-
en gezondheidsrisico’s zijn beheersbaar binnen het
St Jansdal. Ook zijn er maatregelen getroffen om
veiliger om te gaan met gevaarlijke stoffen in het
ziekenhuis. Alle medewerkers van de afdeling
Logistiek, enkele medewerkers van de laboratoria
en de Arbo- & Milieuadviseur hebben de werk-
instructie ‘Gevaarlijke stoffen conform hoofdstuk
1.3 en 1.10 van het ADR’ gevolgd. Om ook in de
toekomst goede arbeidsomstandigheden te
kunnen bieden, neemt de Arbo- & Milieuadviseur
deel aan het gebruikersoverleg voor de nieuwbouw
OK’s/CSA.
Veegproeven CystostaticaOm zo veilig mogelijk te werken tijdens de
bereiding- en toediening van cytostatica werden
regelmatig zgn. veegproeven uitgevoerd. Mochten
de resultaten van deze veegproeven hier aanleiding
toe geven dan werden maatregelen besproken
met betrokkenen en werden zo nodig herhalings-
metingen uitgevoerd.
33
Werving en selectieIn de tweede helft van 2014 is een team Werving en
Selectie (W&S) gestart en is een digitaal wervings-
en selectiesysteem aangeschaft om zo gestalte te
geven aan het verbeteren van dit proces. Dit had
twee doelen:
1. Het verbeteren van de wervingsstrategie, zodat
er tijdig een beter aanbod van sollicitanten beschik-
baar is, zowel kwantitatief als kwalitatief.
2. Het verbeteren van de selectiemiddelen en –
methoden, zodat in één keer de juiste medewerker
aangenomen wordt.
Met het nieuwe digitale systeem is de website
www.werkenbijstjansdal.nl gelanceerd. Hierop
staan al onze vacatures, vindt men informatie over
werken bij het St Jansdal en kunnen geïnteresseer-
de kandidaten een profiel aanmaken waarmee ze
kunnen solliciteren. Vanaf 2014 wordt bij vacatures
een wervingsprofiel ingezet. Dit is een digitale
flyer waarop de vacature in het kort weergegeven
wordt. Er wordt geen gebruik meer gemaakt van
print, enkel online campagnes worden ingezet.
Een dergelijke campagne wordt ingezet wanneer
er verwacht wordt dat er weinig kandidaten zullen
solliciteren. Het bestaat uit een advertentie die on-
der de aandacht gebracht wordt van de betreffende
doelgroep via o.a. LinkedIn, Facebook, Twitter en
job boards.
Het W&S team adviseert vacaturehouders bij het
ontstaan van vacatures, neemt deel aan diverse
gesprekken en faciliteert en ondersteunt de va-
caturehouders bij het doorlopen van de W&S-pro-
cedure. Om het selectieproces te verbeteren zijn
gestructureerde interviews ingezet en is gebruik
gemaakt van competentiegerichte vragen, online
assessments, een capaciteitentest en een persoon-
lijkheidsvragenlijst.
Tot slot is in 2014 gestart met de voorbereiding van
de werving- en selectie voor STEPIC. Voor dit project
is vanaf december 2014 65 fte aan interne kandida-
ten gezocht. Een groot deel van deze medewerkers
moest vervolgens vervangen worden door externe
kandidaten. Een enorme uitdaging!
In 2015 wordt de toepassing van het W&S-systeem
verder verfijnd. Ook zal het team zich gaan richten
op de werving en selectie van medisch specialisten
en zal de dienstverlening richting vacaturehouders
verder worden geoptimaliseerd. Tevens zal er in
2015 meer aandacht besteed worden aan employer
branding. Dat houdt in dat het St Jansdal maan-
delijks online zichtbaar zal zijn als werkgever. Op
die manier zal meer traffic en exposure gegeneerd
worden en wil het St Jansdal zich neer zetten als de
“nummer 1 werkgever” in de zorg.
e-HRM Zoals hierboven beschreven, is in 2014 het werving-
en selectieproces gedigitaliseerd. Daarnaast is in
2014 een systeem aangeschaft voor het afne-
men van digitale assessments. Hiermee kunnen
capaciteitentests, persoonlijkheidsvragenlijsten,
360 graden feedback en teamrollen vragenlijsten
ingezet worden, zowel voor werving en selectie als
voor loopbaanadviezen, herplaatsing en teamont-
wikkeling. In 2014 is gestart met het gebruik van
deze testen en vragenlijsten bij externe sollicitan-
ten. In 2015 worden deze instrumenten verder in de
organisatie geïmplementeerd. Ook is een selectie-
traject gestart voor een nieuw roosterpakket, is
het project digitaliseren van de personele mutaties
afgerond en is begonnen met een project ‘informa-
tiehuishouding HR op orde’. Tenslotte is het gebruik
van het leermanagementsysteem en e-learning
modules geoptimaliseerd. Enkele van deze ontwik-
kelingen lopen door in 2015.
34
Zorg voor (Publieke) Middelen Financieel beleidHet financieel resultaat voor het Ziekenhuis
St Jansdal over 2014 is 0,9 miljoen euro positief
(geconsolideerd resultaat: 1,1 miljoen euro). Het
begrote resultaat voor 2014 bedroeg 3,1 miljoen
euro (geconsolideerd). De afwijking ten opzichte
van het begrote resultaat wordt voor een groot
deel verklaard door de vergoeding van goodwill
aan medisch specialisten ad 1,8 miljoen euro
die per 1 januari 2015 in dienst zijn getreden. De
geconsolideerde jaarrekening betreft de Stichting
Christelijk Algemeen Ziekenhuis Noordwest-Velu-
we (Ziekenhuis St Jansdal), Stichting Algemeen
Christelijk Astma Behandelcentrum Ermelo
(Salem), Stichting Medische Voorzieningen ten
behoeve van de Eerste Lijn in de Gezondheidszorg
(Mevog), Stichting Behandelcentrum St Jansdal en
de Stichting Beheer Register Goederen Zieken-
huis St Jansdal (Stichting Beheer).
Het totale weerstandsvermogen (RAK + Algemene
Reserve) is in 2014 gegroeid en bedraagt 30,6%
van het balanstotaal 2014. In het jaar 2014 is
een EBITDA gerealiseerd van 12,6 miljoen euro.
Kijkend naar de trend over de afgelopen jaren,
dan is zichtbaar dat de positieve resultaten uit
het verleden afvlakken. De druk op de tarieven
vanuit zorgverzekeraars is sterk toegenomen, en
daarnaast geldt dat productiestijging als gevolg
van plafondafspraken en aanneemsommen door
zorgverzekeraars niet altijd wordt gehonoreerd.
SalemRevalidatiecentrum Salem, dat gespecialiseerd is
in long- en kinderrevalidatie, heeft het jaar 2014
afgesloten met een positief resultaat van 104.000
euro (in lijn met 2013).
VERPLEEGDAGENKLINISCHE OPNAME
HERHAALBEZOEKEN GEFACTUREERDE DBC´S
DAGOPNAMES 1 POLIKLINIEKBEZOEKEN
GEOPENDE DBC´S
GEMIDDELDE TOEGANGSTIJD POLIKLINIEKEN
GEMIDDELDE TOEGANGSTIJD DAG/KLINISCHE BEHANDELING
E
Door uitvoering van het zelfonderzoek 2012/2013 cijfers niet altijd vergelijkbaar zijn. Deze cijfers zijn niet geschoond voor registratie-e�ecten omdat de uitkomsten van het zelfonderzoek niet heeft geleid tot aanpassingen in de basisadministratie.
2013 2014
16.319 17.334
2013 2014
76.042 76.528
2013 2014
13.098 25.491
2013 2014
278.632 290.581
2013 2014
82.243 85.990
2013 2014
138.440 140.309
2013 2014
151.309 152.248
52% 19% 29%
1-2 weken 3-4 weken >4 weken
1-3 weken
100%
2011 2012 2013 2014
Som der bedrijfsopbrengsten 123.742.365 134.890.969 133.158.400 131.298.385
Som der bedrijfslasten 115.217.290 125.558.598 128.421.911 128.599.347
BEDRIJFSRESULTAAT 8.525.075 9.332.371 4.736.489 2.699.038
Financiële baten en lasten 2.485.958- 1.259.514- 1.470.095- 1.622.957-
RESULTAAT BOEKJAAR 6.039.117 8.072.857 3.266.394 1.076.081
Resultaatratio 4,88 5,98 2,45 0,82
Current ratio 1,66 1,82 2,01 2,06
Quick ratio 1,64 1,78 1,97 2,02
Debt ratio 0,24 0,28 0,30 0,31
Vermogensratio 0,33 0,37 0,40 0,42
Werkkapitaal 36.669.220 45.828.318 48.404.432 51.423.818
EBITDA 16.278.700 22.359.849 14.329.177 12.613.947
Weerstandsniveau 0,54 0,56 0,62 0,64
35
MevogOver het jaar 2014 is een positief resultaat behaald
van 122.000 euro. Deze stijging wordt met name
veroorzaakt door een lagere doorbelasting van
kosten van St Jansdal aan Mevog en een incidentele
bate van € 330.000. Deze incidentele bate wordt
veroorzaakt door het vergoeden van de negatieve
resultaten 2012 en 2013 door de zorgverzekeraars.
Stichting Beheer Het ziekenhuispand is juridisch gezien in eigendom
van de Stichting Beheer Register Goederen Zieken-
huis St Jansdal (Stichting Beheer). Stichting Beheer
realiseerde in 2014 een neutraalresultaat.
ProductieontwikkelingAls gevolg van de uitvoering van het zelfonderzoek
over de jaren 2012, 2013 en 2014, is het niet eenvou-
dig de aantallen van de productieparameters met
elkaar over de jaren te vergelijken. De uitkomsten
van het zelfonderzoek 2012 en 2013 zijn, conform
afspraken op landelijk niveau, niet in de basisad-
ministratie gecorrigeerd. Dit geldt niet voor het
zelfonderzoek 2014: de uitkomsten hiervan worden
(voor zover op dit moment bekend) wél in de basis
gecorrigeerd. Wanneer hiermee rekening wordt
gehouden, ontstaat het beeld dat ten opzichte van
2013 zowel de eerste polikliniekbezoeken als de
opnames in 2014 een lichte groei hebben laten zien.
RisicomanagementIn 2014 heeft het St Jansdal zich actief beziggehou-
den met het onderwerp risicomanagement. Aan de
hand van de strategische doelstellingen van het St
Jansdal en externe ontwikkelingen, zijn gedurende
2014 de 15 belangrijkste risico’s actief gevolgd en
zijn, waar nodig, bijgesteld aan de hand van de
actuele ontwikkelingen.
Fraudebestrijding en integriteitbeleid In 2013 is een start gemaakt met het formalise-
ren van intern fraude- en integriteitsbeleid; het
toezicht op- en de handhaving van correct gedrag
en eventueel sanctiebeleid. Zo zijn er onder meer
afspraken gemaakt over het opvolgen van registra-
tieregels (mede aan de hand van het uitgevoerde
zelfonderzoek) en is in 2014 periodiek gerappor-
teerd op de uitkomsten van registratiecorrecties.
Vooruitblik 2015De begroting voor het jaar 2015 is vastgesteld en
voorziet in een positief resultaat van 2,4 miljoen
euro. Het ziekenhuis heeft voor 1 januari 2015 met
alle zorgverzekeraars overeenstemming bereikt
voor de omzetten voor het jaar 2015. De uitkomsten
hiervan zijn verwerkt in de begroting. Deze uitkom-
sten moeten nog vertaald worden in prijstabellen
die zijn gebaseerd op de productstructuur die
geldt vanaf 1 januari 2015. Belangrijke wijzigingen
in deze productstructuur betreffen de overgang
naar integrale tarieven en de verkorting van de
doorlooptijd van DBC’s. De verwachting is dat de
conversie naar deze nieuwe structuur niet op korte
termijn zal zijn afgerond en dat facturatie in 2015
derhalve laat op gang zal komen. Daarom worden
met zorgverzekeraars afspraken gemaakt over
aanvullende bevoorschotting.
In 2015 zullen veel inspanningen (en zal een groot
deel van de investeringsportefeuille) gericht zijn
op de implementatie van een nieuw ZIS-EPD en de
(ver)nieuwbouw van het OK/CSA-complex. Beide
projecten moeten eind 2016 zijn afgerond.
36
Externe invloedenOnverminderd blijven veranderende regelgeving,
de stijgende kosten in de zorg, minimumnormen en
de druk van verzekeraars op de tarieven een punt
van aandacht voor het ziekenhuis. Het ziekenhuis
speelt in op deze ontwikkelingen door onder meer
te investeren in de innovatieve inzet van een nieuw
ZIS-EPD en een hoogwaardig OK/CSA-complex. Met
het oog op de externe ontwikkelingen en met het
oog op de strategische positie van het ziekenhuis,
is het van belang dat het ziekenhuis haar markt-
positie weet te verstevigen en waar mogelijk uit te
breiden. Hiertoe vindt voortdurend overleg plaats
met huisartsen en ziekenhuizen in de regio en
wordt ingezet op strategische samenwerkingsver-
banden, zoals met het Antoni van Leeuwenhoekzie-
kenhuis.
In dit jaardocument worden geconsolideerde
cijfers weergegeven, tenzij uitdrukkelijk anders
is vermeld. Een verkorte versie van de geconsoli-
deerde jaarrekening 2014 is opgenomen in bijlage 3.
De (openbare) tabellen uit DigiMV zijn niet
integraal opgenomen in dit jaarverslag, maar zijn
te vinden op www.jaarverslagenzorg.nl
37
Het ziekenhuis St Jansdal is zich bewust van de
verantwoordelijkheid die zij heeft tegenover pa-
tiënten, bezoekers, medewerkers en de omgeving
als het gaat om het milieu en de samenleving. Bij
maatschappelijk verantwoord ondernemen (MVO)
neemt het St Jansdal verantwoordelijkheid voor de
effecten van haar bedrijfsactiviteiten op mens en
milieu.
Het St Jansdal wil de zorg voor het milieu zoveel
mogelijk in alle belangrijke aspecten en effecten
van de bedrijfsvoering tot uiting laten komen:
� Naleven van wettelijke voorschriften en
richtlijnen
� Het beperken van afval binnen het ziekenhuis
� Het beperken van energie-/waterverbruik
� Het verantwoord gebruiken van
milieubelastende stoffen
� Zoeken naar alternatieve wijzen van
afvalverwerking
Door het verlenen van zorg en de behandeling van
patienten worden binnen het St Jansdal milieube-
lastende activiteiten veroorzaakt, waarbij emissies
vrijkomen als gevolg van onder andere energiever-
bruik, huishoudelijk afval, specifiek ziekenhuis-
afval, papier- en kartonafval, oude medicijnen en
afvalwater. Het streven is dit tot een minimum te
beperken.
In februari 2014 heeft het St Jansdal het
bronzen niveau van het certificatieschema
Milieuthermometer Zorg behaald. In 2014 heeft
het St Jansdal een externe partij geconsulteerd
om te adviseren hoe het MVO-beleid binnen het
St Jansdal verder vorm gegeven kan worden. De
ambitie is om in 2015 het zilveren niveau te behalen
van de Milieuthermometer Zorg.
Zorg voor Milieu
AFVAL (TON)PAPIER (TON)
2013 2014
101,3 96,8
2013 2014
438,7 399,7
ENERGIE (INTERN VERBRUIK IN MWh)GAS (1000M³)
2013 2014
2497 2471
2013 2014
14462 13863
ELECTRA (mWh)WATER (1000 M³)
2013 2014
47 48
2013 2014
1051 1163
38
Milieuwetgeving - Vergunningen en periodiek inspecties Het ziekenhuis St Jansdal wil in vele opzichten vol-
doen aan de wet-/en regelgeving op milieugebied.
De constante groei van het St Jansdal heeft geleid
tot continue aanpassingen in de bedrijfsvoering.
Hiervoor waren onder meer aanpassingen en uit-
breidingen van de (milieu)omgevingsvergunningen
noodzakelijk.
Voor het St Jansdal gelden onder meer de volgende
vergunningen:
� Omgevingsvergunning Wet Milieubeheer/
Activiteitenbesluit
� Vergunning Wet verontreiniging oppervlakte-
water
� Vergunning Kernenergiewet voor het
St Jansdal (gebruik van radioactieve stoffen en
ioniserende straling uitzendende apparatuur)
� Vergunning Grondwaterwet (onttrekken en
filteren van grondwater voor de ondergrondse
energieopslag)
� Verklaringen vloeistofdichte vloeren: opslag-
ruimte gevaarlijke afvalstoffen, voorraadruim-
te apotheek , container wasplaats
In het kader van de hierboven genoemde vergun-
ningen vinden er regelmatig controles en inspecties
plaats. Er zijn interne controles door het ziekenhuis
zelf en externe inspecties die uitgevoerd worden
door de vergunningverlenende instanties.
In 2014 zijn er verschillende inspecties uitgevoerd:
� 18 juni 2014 (en oktober): het verpakken,
verwijderen- en transport van gevaarlijk afval
en het verzenden van diagnostische monsters
door de Inspectie Leefomgeving en Transport
(ILenT);
� 4 juli 2014: milieucontrole uitgevoerd door
de afdeling risicobeheersing brandweer
(VNOG) en milieutoezichthouder;
� 6 augustus 2014(her)controle door de milieu-
toezichthouder van de Gemeente Harderwijk
voor het St Jansdal
� 9 oktober 2014 (her)controle door de
milieutoezichthouder van de Gemeente
Ermelo voor Salem
� 29 oktober 2014: CO2 footprint 2013/2014
� 13 november 2014: inspectie vloeistofdichte
vloeren
� 4 december 2014: inspectie grondtanks
Indien eventuele tekortkomingen werden gecon-
stateerd, zijn de benodigde corrigerende maatrege-
len genomen om weer aan de gestelde voorschrif-
ten te voldoen. Zo zijn onder meer naar aanleiding
van de controle door de milieutoezichthouder van
de Gemeente Harderwijk aanvragen voor aanpas-
singen van de Milieuvergunning ingediend bij de
Gemeente. Zowel de vergunning “Lokatiewijziging
reinigen afvalcontainers” als de vergunning “Plaat-
sen blusinstallatie WKK” zijn intussen verleend.
EnergiebeleidVoor de energiemonitoring heeft het St Jansdal in
2014 gekozen voor Erbis. Met dit systeem wordt
het energieverbruik, de relevante kosten en be-
sparingsmogelijkheden in beeld gebracht. Via dit
systeem worden de data geanalyseerd en worden
rapportages, in de vorm van grafieken en tabellen,
gegenereerd. Door het continu monitoren van
energie waardes worden de processen vroegtijdig
bijgestuurd op mogelijke afwijkingen en worden
de rendementen bewaakt. Hierdoor worden ook de
besparingen inzichtelijk.
In 2014 is het St Jansdal overgegaan tot de inkoop
van groene stroom.
Energievoorziening St JandalHet ziekenhuis produceert een groot deel van de
benodigde energie zelf. Hierbij wordt gebruikt
gemaakt van een warmtekrachtcentrale (WKK)
waardoor het rendement van energieopwekking
een stuk hoger ligt dan bij traditionele opwekking.
Het rendement over 2014 bedraagt 81 %.
Via deze WKK’s wordt zowel elektra als warmte op-
gewekt. Verder maakt het ziekenhuis gebruik van
een WKO –installatie (Warmte Koude Opslag). De
benodigde koude energie wordt opgewekt d.m.v.
koelmachines, WKO, koeltorens (vrije koeling) en
thermoquards, welke geplaatst zijn in de lucht-
behandelingskasten. Het ziekenhuis hergebruikt
restenergie bij de productie van elektra, warmte
en stoom voor eigen gebruik en voor het naast
het ziekenhuis gelegen ROC Landstede. Het totaal
rendement van alle energiestromen bedraagt over
2014 84 %.
Energie-efficiency projecten binnen St Jansdal In 2014 zijn er aanpassingen aan het gekoeld water-
net uitgevoerd. Het resultaat daarvan is dat de ge-
produceerde koude beter opgeslagen kan worden
in de bodem. De flow bij het laden van de bronnen
is hiermee aanzienlijk toegenomen. In 2014 heeft
het ziekenhuis meer geladen dan ontladen uit de
bronnen wat voor de energiebalans, bekeken over
meerdere jaren, gunstiger is.
In 2014 is ook gekeken of het rendabel is om zon-
necollectoren toe te passen op het dak van het St
Jansdal. De eerste berekeningen en het business
plan zijn gereed. De subsidie hiervoor is intussen
ook al verleend.
Energieverbruik St Jansdal Het energieverbruik is onderhevig aan verschillen-
de invloeden. Een aantal van deze invloeden is te-
rug te voeren naar veranderingen in de organisatie,
zoals de ziekenhuisproductie, gebruik van nieuwe
apparatuur, energiebesparende maatregelen, maar
er zijn ook invloeden van buitenaf, zoals strenge
winters en hete zomers.
OplaadpuntenIn 2014 zijn er zeven oplaadpunten in de parkeerga-
rage gerealiseerd om elektrische auto’s op te laden.
39
CO2 FootprintEnergiemanagement en duurzaam-
heid gaan bij het St Jansdal hand
in hand. Bij de inkoopprocessen,
bouwprojecten en logistiek wordt de
belasting op de omgeving dan ook zoveel mogelijk
beperkt. Om dit concreet meetbaar te maken heeft
het ziekenhuis St Jansdal, met medewerking van
een externe partij, de CO2 footprint van het
ziekenhuis in beeld gebracht. Door gebruik te
maken van het internationale “Greenhouse Gas
Protocol” (GHG), is de prestatie op eenduidige
manier te vergelijken over meerdere jaren of met
andere organisaties. De CO2 footprint is de totale
CO2 uitstoot uit energieverbruik (gas, elektriciteit
en water), woon-werkverkeer, logistiek en afval.
Door het vooruitstrevende beleid bezette St Jans-
dal na het eerste onderzoek al de tweede plaats in
een uitgebreide lijst van Nederlandse ziekenhuizen
die hun footprint hebben gepubliceerd. De meeting
kan jaarlijks worden uitgevoerd, zodat de ontwik-
kelingen kunnen worden bijgehouden.
Legionella-preventieIn 2014 is in opdracht van het St Jansdal een geheel
nieuw Beheersplan Legionella Preventie opgesteld.
Het vorige plan dateerde al van een aantal jaar
geleden en was niet meer geheel up-to-date. De
afdeling Facilitair Bedrijf is druk bezig (geweest) de
aandachtspunten uit dit nieuw opgestelde Beheers-
plan uit te voeren. Voor de locatie Salem staat een
herziening van het Beheersplan Legionella Preven-
tie voor 2015 in de planning.
De tappunten worden volgens schema periodiek
gespoeld. Twee tot vier maal per jaar worden er
veertien watermonsters genomen ter bepaling
van de aanwezigheid van legionella. De koeltoren
wordt maandelijks bemonsterd.
Opslag van gassen en gevaarlijke stoffen De opslag van gevaarlijke stoffen en van gevaarlijk
afval gebeurt volgens de geldende voorschriften.
Tijdens de inspecties door (i) ILenT en (ii) de milieu-
toezichthouder van de Gemeente Harderwijk maar
ook tijdens de audit voor het keurmerk Brons is dit
beoordeeld en goed bevonden.
Omgaan met en registratie van gevaarlijke stoffen Informatie over gevaarlijke stoffen welke in
St Jansdal in gebruik zijn, zijn terug te vinden via
het interne documentmanagement systeem iProva.
Alle medewerkers zijn hierover geïnformeerd door
middel van een publicatie in het ‘St Jansdal nieuws’,
intern nieuws bulletin, waar alle medewerkers
geacht worden kennis van te nemen.
Brandveiligheid Aan de brandveiligheid wordt binnen het St Jansdal
veel aandacht besteed. Het ziekenhuis is in compar-
timenten verdeeld en er zijn door het hele gebouw
diverse brandbestrijdings-middelen aanwezig.
Het Bedrijfshulpverlening (BHV) beleidsplan is in
2013 geactualiseerd. Het doel van dit beleidsplan
is om een (nood)organisatie zodanig in te richten
dat bij een (dreigende) noodsituatie tijdig en snel
de bedrijfshulpverlening kan worden geactiveerd
zodat er doelmatig kan worden opgetreden om
de gevolgen van een calamiteit zoveel mogelijk te
beperken c.q. te bestrijden. De BHV-ers zijn ook in
2014 weer geïnstrueerd en hebben geoefend op het
gebied van het verlenen van eerste hulp, brand-
bestrijding en ontruiming. De jaarlijkse verplichte
herhalingscursus om hun certificaat te behouden is
in 2014 opnieuw georganiseerd. Op alle afdelingen
is een actueel ontruimingsplan aanwezig, zowel
schriftelijk als digitaal. De afdelingen worden
jaarlijks geïnstrueerd door middel van theoretische
en praktische kennisoverdracht. Daarnaast worden
tweejaarlijks aan alle medewerkers van het St
Jansdal een e-learning aangeboden met betrekking
tot het bestrijden van een beginnende brand met
aansluitend het in de praktijk brengen van het
bestrijden van brand met kleine blusmiddelen aan
de hand van de opgedane kennis via de e-learning.
Nieuwe medewerkers worden tijdens de verplichte
introductiedag op de hoogte gebracht van de wijze
van alarmeren bij een calamiteit en hun taken daar-
bij. Buiten de verplichte ontruimingsoefeningen
streeft het St Jansdal ernaar om jaarlijks een grote
oefening te organiseren met externe hulpverle-
ningsorganisaties waarbij meerdere afdelingen van
het ziekenhuis betrokken zijn.
Beveiliging Het beveiligen van patiënten, bezoekers en
medewerkers is en blijft een prioriteit van het
ziekenhuis. Er is 24/7 beveiliging aanwezig in
het ziekenhuis St Jansdal met ondersteuning van
cameratoezicht. Er is een toegangscontrolesysteem
in het ziekenhuis. Alle medewerkers hebben een
persoonlijke badge, maar niet alle medewerkers
hebben dezelfde toegangsrechten. Onderlinge af-
spraken tussen politie, beveiliging en de SEH inzake
de aanpak van agressie heeft geresulteerd dat er
meer aandacht is voor preventie.
Veiligheid gebouwenTen aanzien van de kwaliteit van onze gebouwen
kunnen we melden dat het onderhoud op peil is
en dat de functionele eisen aan het gebouw c.q. de
bouwdelen de benodigde aandacht krijgen. Verder
worden de renovaties van het operatiekamer-com-
plex en de verpleegafdelingen voorbereid. De
reserveringen voor het groot onderhoud maken het
mede mogelijk dat de kwaliteit van de gebouwen
op orde kan blijven.
Op het gebied van bouwkundige beveiliging zijn
compartimenteringsmaatregelen uitgevoerd ter
voorkoming dat onbevoegden deze gebieden bin-
nen het ziekenhuis kunnen betreden. Deze maatre-
gelen sluiten tevens aan bij de NEN 7510 norm met
betrekking tot het beveiligen van informatie en
persoonlijke gegevens.
40
Zorg in de Keten
Het St Jansdal heeft een hoog ambitieniveau. Het
ziekenhuis wil de best mogelijke zorg verlenen,
wat niet alleen betekent dat de kwaliteit van de
geleverde zorg goed moet zijn, maar ook dat die
zorg aansluit bij de behoeften van de patiënt. Om
die ambitie waar te kunnen maken, hebben we spe-
cifieke afspraken gemaakt met diverse externe par-
tijen. Ten behoeve van de medisch ondersteunende
diensten (microbiologie en nucleaire geneeskunde)
heeft het St Jansdal afspraken gemaakt met het Me-
ander Medisch Centrum. Verder wordt er met het
Meander Medisch Centrum samengewerkt op het
gebied van nierdialyse, dat in het zorgfront van het
St Jansdal is gehuisvest. Op het gebied
van pathologie is een samenwerking
tot stand gekomen met de Isala
klinieken in Zwolle en met het
NKI-AvL is een samenwerking
tot stand gekomen voor
oncologische consulten.
Met de verloskundigen in de
regio bestaat een overeen-
komst ten behoeve van het
geboortecentrum dat ook in
het zorgfront is gehuisvest.
Relatie Onderwerp
� Huisartsen Gezamenlijke spoedzorg (HAP/SEH, m.m.v. huisartsenvereniging Medicamus)
Verwijsproject (Zorgdomein) t.b.v. efficiënte verwijzing van 1e naar 2e lijn
Diabeteszorg, prestatieafspraken t.a.v. eerstelijns dienstverlening op het ge-
bied van röntgen en laboratorium (m.m.v. huisartsenvereniging Medicamus)
� Transmurale apotheek
St Jansdal B.V.
Samenwerking t.b.v. medicatieontslaggesprekken en biologicals
� Verloskundigen Verwijzingen en poliklinische bevallingen
� Zorggroep Noordwest Veluwe Overplaatsing van ouderen t.b.v. reactivering, exploitatie reactiveringscen-
trum, partnerkeuken, gezamenlijke apotheekvoorziening
� Ambulancedienst Noordwest
Veluwe
Traumaopvang, traumaketenzorg, protocollen
� Geneeskundige hulpverlening bij
ongevallen en rampen (GHOR)
Protocollen inzake een ramp, rampenopvangplan en rampenoefeningen
� Isala klinieken Zwolle Neonatale intensive care unit (NICU), overplaatsing en terugplaatsing van
zieke pasgeborenen. Primaire en electieve PCI. Hartchirurgie: overplaatsing
en terugplaatsing van cardio-chirurgische patiënten. Level 3 IC en MICU.
Pathologie
� Meander Medisch Centrum
Amersfoort
Medische microbiologie. Nucleaire geneeskunde. Nierdialyse,
� MC Zuiderzee Lelystad Gezamenlijke exploitatie polikliniek Dronten
� Antonius ziekenhuis Sneek Gezamenlijke exploitatie mobiele MRI
� Instelling voor geestelijke gezond-
heidszorg GGZ Centraal
Ambulante psychiatrische zorg, ouderenzorgpsychiatrie, consulten op
verpleegafdelingen
� ARTI (radiotherapeutisch instituut) Oncologische zorg: MDO met ARTI
� NKI-AVL Oncologische zorg: MDO met specialisten van het NKI-AVL
� Beweging 3.0 (Nijkerk/Amersfoort) Overplaatsing van ouderen t.b.v. reactivering, ouderenzorg, CVA-ketenzorg
� De Voord (Elburg) Overplaatsing van ouderen t.b.v. reactivering, ouderenzorg, gezamenlijke
apotheekvoorziening
� Norschoten (Barneveld) Overplaatsing van ouderen ten behoeve van reactivering, ouderenzorg
� Icare Intensieve thuiszorg, transferverpleegkundige, afspraken eerste-/tweedelijn
� Sonnevanck-Harderwijk, het Ba-
ken-Elburg, Zilverschoon-Nijkerk,
Icare-Veluwe
CVA-ketenzorg: CVA-patiënt verblijft daar waar hij/zij de beste zorg ontvangt
� Regionaal Overleg Acute Zorgketen
(ROAZ)
Inzet: patiënten met acute zorgvraag z.s.m. op juiste plaats voor diagnostiek
en behandeling krijgen
Acute zorg en rampenopvang Het St Jansdal neemt deel aan het Regionaal Over-
leg Acute Zorg (ROAZ) voortvloeiend uit de acute
zorgparagraaf van de Wet Toelating Zorginstel-
lingen (WTZi). De deelnemers aan dit bestuurlijke
overleg streven ernaar de kwaliteit van de acute
zorg te verbeteren aan de hand van concrete verbe-
teringsinitiatieven. Het doel is dat een patiënt met
een acute zorgvraag zo snel mogelijk op de juiste
plaats voor diagnostiek en behandeling komt. In
2014 zijn er vier ROAZ-bijeenkomsten geweest.
ROAZ
Doel: Versteviging ROAZ
Resultaten: Installatie van een
voorbereidings-commissie ROAZ
die de inhoudelijke agenda van het
ROAZ voorbereidt en fungeert als
denktank bij het vormgeven van te
behandelen onderwerpen.
Regionale invulling Kwali-
teitsvisie Spoedeisende zorg
Zorgverzekeraars Nederland
Doel: Vertaling van de landelijke
visie naar regionale scenario’s
Resultaten: Nadat in 2013 de basis
was gelegd, is in 2014 een start
gemaakt met de vertaling van de lan-
delijke visie naar een regionale visie.
Onderdeel daarvan waren o.a. ses-
sies rondom de beroertezorg (CVA)
en buikaneurysma (rAAA). Aan deze
sessies nam een vertegenwoordiging
van alle betrokken ketenpartners en
de zorgverzekeraars deel. Doel was
om gezamenlijk het zorgproces door
te nemen en eventuele knelpunten
te benoemen. Door tussenkomst van
de Autoriteit Consument & Markt
(ACM) is het ZN-traject medio 2014
stopgezet en overgedragen aan het
Zorginstituut Nederland (ZIN).
Meetperiode Acute
Zorg 2014
Doel: Het in kaart brengen
van de randvoorwaarden die nodig zijn om in een
nieuwe meetperiode daadwerkelijk patiënten te
kunnen volgen door de keten van acute zorg.
Resultaten: Voortzetting van het in 2013 ingeslagen
traject om de randvoorwaarden te realiseren voor
een nieuwe meetperiode. Het belangrijkste is dat
privacy en informatieveiligheid zijn geborgd zodat
er een veilige overdracht van data kan plaatsvinden
en patiënten op basis van hun BSN-nummer door de
keten heen gevolgd kunnen worden. Eind 2014 is dit
gerealiseerd door een samenwerking aan te gaan
met ZorgTTP, die zorgt voor een pseudonimisering
van persoonsgegevens. In het ROAZ van november
is besloten om in 2015 een nieuwe meetperiode te
houden.
Regionaal Steunpunt
Opleiden, Trainen en
Oefenen (OTO)
Doel: Het met behulp van de OTO-stimuleringsgel-
den verbeteren van de kwaliteit van de voorberei-
ding op rampen en crises.
Resultaten: Naast individuele OTO-activiteiten per
ketenpartner, zijn regionaal een aantal projecten
verder uitgewerkt en nieuwe opgestart. Hierbij is
zoveel mogelijk samengewerkt met het netwerk
Acute Zorg Euregio. Dit heeft geleid tot de volgende
resultaten:
� Verdere implementatie van het Kwaliteits-
kader Crisisbeheersing en OTO door het
uitvoeren van een collegiale visitatie bij de
ziekenhuizen en de GGD;
� Uitwerking van de norm uit het Kwaliteitska-
der dat er een integraal Crisisplan aanwezig
moet zijn in een zorginstelling. Dit is gedaan
in samenwerking met 4 andere acute zorg net-
werken en heeft 3 documenten opgeleverd:
- Visie op crisismanagement in de zorgsector
en de toegevoegde waarde van een Integraal
Crisisplan;
- Bouwstenen Integraal Crisisplan voor de
zorgsector;
- Implementatie- en OTO-wijzer Integraal Crisis-
plan voor de zorgsector.
� Verdere voorbereiding op Netcentrisch Wer-
ken en het omzetten van de pilot-tool naar het
Landelijk Crisismanagement Systeem (LCMS)
Geneeskundige Zorg, inclusief onderbrengen
beheer en ondersteuning bij het Instituut
Fysieke Veiligheid (IVF);
� Het realiseren van een handreiking R & N
(Radiologisch en Nucleair). Deze is in 2014 on-
derdeel geweest van de Regionale nascholing
SEH. Daarnaast heeft Ambulancezorg Neder-
land de handreiking kleinschalige decontami-
natie vastgesteld en is gestart met de OTO-ac-
tiviteiten om deze te implementeren;
� In samenwerking met de eigenaar van Emergo
Train System (ETS) in Zweden, is een aanvullen-
de Psychosociale Hulpverlening set ontwik-
keld en zijn er regionale try-outs geweest om
deze te testen. De set is in november beschik-
baar gesteld;
� Communicatiemedewerkers van zorginstellin-
gen zijn getraind en geoefend in hun speci-
fieke rol tijdens een crisis. Hieruit is nut en
noodzaak van herhaling en trainen duidelijk
geworden. Daarnaast is vastgesteld dat het
voor sommige zorginstellingen lastig is om
tijdens een crisis voldoende personeel in te
zetten.
41
42
Activiteiten in de omgeving Voor de lokale samenleving zijn er in 2014 diverse
bijeenkomsten georganiseerd.
Publieksbijeenkomsten 2014
Datum Bijeenkomst
6 februari Voorlichtingsbijeenkomst CVA
14 februari Valentijnsverwenochtend
31 januari Mammacongres
4 maart Voorlichtingsbijeenkomst Schildklierziekten
15 maart Open dag St Jansdal
22 april Theatervoorstelling over borstkanker
13 mei Mini informatiemarkt CVA
13 mei Voorlichtingsbijeekomst epilepsie en
medicatie
17 mei Huidkankerdag
21 mei Bijeenkomst kinderen in gesprek met
Raad van Bestuur
6 september St Jansdaldag
23 september Voorlichtingsbijeenkomst voor ouders van
kinderen met diabetes
26 september Voorlichtingsbijeenkomst voor jonge vrou-
wen met borstkanker
6 oktober Voorlichtingsbijeenkomst CVA
10 oktober Reumadag
20 november Voorlichtingsbijeenkomst ‘Help mijn vrouw
heeft borstkanker’
26 november Voorlichtingsbijeenkomst
gewrichtsklachten bij diabetes
2 december Voorlichtingsbijeenkomst over prostaat-
kanker
RampenopvangVolgens de Wet Geneeskundige Hulpverlening bij
Ongevallen en Rampen dient elk ziekenhuis voorbe-
reid te zijn op de opvang van slachtoffers van een
ramp of een zwaar ongeval, maar ook op grote
groepen patiënten bij een uitbraak van een
pandemie (zoals bv extreme griep). Om de slacht-
offerstroom van de ramp te kunnen verwerken,
moeten extra maatregelen worden genomen. Deze
maatregelen zijn beschreven in het ziekenhuis-
rampenopvangplan (ZiROP), dat regelmatig wordt
geactualiseerd door de ZiROP-beheerder. Het
St Jansdal onderkent het belang van jaarlijkse oefe-
ningen, gericht op het opdoen van ervaringen met
het verwerken van complexe slachtofferstromen.
In het bijzonder het functioneren van het crisisbe-
leidsteam, in relatie tot het operationeel team en
vitale ziekenhuisafdelingen (zoals SEH, OK, IC en
verpleegafdelingen), wordt geoefend.
In 2014 is wederom conform het OTO-traject (Op-
leiden, Trainen en Oefenen) door een grote groep
primair betrokkenen (Raad van Bestuur, manage-
mentteam, leidinggevenden en medewerkers
van vitale ziekenhuisafdelingen) een e-learning
programma “ZiROP” gevolgd en met succes afgeslo-
ten. Aansluitend werden meerdere workshops voor
het SEH-personeel georganiseerd en een oefening
gehouden door het CrisisBeleidsTeam (CBT) en
het Operationeel Team (OT). Deze oefeningen
werden georganiseerd door de ZiROP-beheerder
in samenwerking met Code Rood als onderdeel
van het Netwerk Acute Zorg Zwolle. Tevens zijn de
leden van het CBT en OT verder bijgeschoold in de
landelijke ontwikkellijn van het netcentrisch wer-
ken. Daarnaast is verder uitvoering gegeven aan
de implementatie van de handreiking ”opvang che-
misch besmette patiënten op de SEH” door middel
van de inrichting van een decontaminatie-unit bij
de SEH en zijn zo geheten “kwartiermakers CBRN”
verder geschoold in de opvang, decontaminatie en
behandeling van deze patiënten.
Raadpleging belanghebbenden Het St Jansdal is een regionaal ziekenhuis dat
zich richt op de regio Noordwest-Veluwe en
oostelijk Flevoland. De ambitie een goed regionaal
ziekenhuis te zijn, kan alleen worden waargemaakt
als daarbij alle relevante belanghebbenden be-
trokken worden. Dat geldt zowel voor het primaire
zorgproces als voor financiële en andere ondersteu-
nende zaken. De drie belangrijkste pijlers zijn: de
patiënten(zorg), de medewerkers/medisch speci-
alisten en een financieel gezonde basis. In diverse
hoofdstukken van dit jaardocument is beschreven
welke belanghebbenden bij deze pijlers betrokken
zijn en hoe daar vorm aan wordt gegeven. Belang-
hebbenden zijn zowel interne (waaronder medisch
specialisten, OR, medewerkers) als externe belang-
hebbenden (onder andere verzekeraars en banken).
Daarnaast worden er nog vele andere organisaties
betrokken bij de verschillende activiteiten; vanuit
de kerntaak en maatschappelijke positie gezien is
dat niet meer dan logisch. Het gaat daarbij onder
andere om huisartsen en apothekers uit de regio,
verpleeg-en verzorgingshuizen en Burgemees-
ter & Wethouders van diverse gemeenten. Maar
bijvoorbeeld ook het Dolfinarium in Harderwijk
is een belangrijke partner voor diverse zieken-
huisactiviteiten. Door de samenwerking met al
deze belanghebbenden en door open te staan voor
hun ideeën en bijdragen, probeert het St Jansdal
haar maatschappelijk belangrijke positie zo goed
mogelijk in te vullen.
Sponsoring maatschappelijke doelen Het St Jansdal ondersteunt het St Mary’s hospital
in Drobo, Ghana, met raad en daad en in financiële
zin. Regelmatig worden er acties georganiseerd
om geld in te zamelen ten einde de gezondheids-
zorg voor de 150.000 mensen uit die regio op een
hoger peil te brengen. Deze acties gebeuren veelal
in samenwerking met lokale instellingen zoals
serviceclubs , maar ook binnen de organisaties
worden acties georganiseerd. Zo hebben in
september 2014 rond de 120 medewerkers een
lang weekend afgezien in de Dolomieten om geld
in te zamelen voor St Mary’s hospital. Behalve
financiële ondersteuning is er ook personele
ondersteuning door het ziekenhuis.
43
ToekomstSamenwerking Het ziekenhuis heeft gekozen voor het strategische
profiel van een community-ziekenhuis. Door samen
te werken als een netwerkziekenhuis met zowel
ketenpartners als met omliggende ziekenhuizen is
een koers van zelfstandigheid het fundament om
het verschil te maken voor de (lokale) samenleving.
Dit doen we vanuit eigen kracht met als enkel doel,
betere kwaliteit van zorg voor de patiënt. Daarbij
blijft het van groot belang het hoge serviceniveau
(in het bijzonder de korte wachttijden en een goede
bereikbaarheid in en buiten kantooruren) te behou-
den en waar nodig te verbeteren. In combinatie met
blijvende aandacht voor gastvrijheid en hoffelijk-
heid voor onze patiënten, moet dit blijvend resulte-
ren in goede uitkomsten qua patiënttevredenheid.
Daarnaast zal de komende jaren in het kader van
zorgportfoliomanagement met de juiste partners
en ziekenhuizen worden samengewerkt. In 2015
zullen de keuzes leiden tot gerichte samenwer-
king en worden wellicht huidige samenwerkingen
opnieuw gewogen.
Zorg voor kwaliteit en veiligheidEen belangrijk speerpunt van het ziekenhuis is
‘transparantie van kwaliteit’. Om hierop nog meer
te kunnen profileren, is een heldere communica-
tie van groot belang. Ook de komende jaren zal
kwaliteitsverbetering, als een belangrijke pijler
voor het St Jansdal, prominent op de agenda staan
evenals de bedrijfsvoering. Daarbij zal IT en auto-
matisering nog meer het verschil gaan maken. De
gemaakte keuzes, grote investeringen en de focus
op de implementatie zullen belangrijk zijn in het
realiseren van het succesvol blijven als ziekenhuis.
De gemaakte stappen in het volwassen worden van
risicomanagement binnen het ziekenhuis zullen
een bijdrage moeten leveren in het succesvol
realiseren van de strategie. In nauwe en goede
samenwerking met de medische staf willen wij de
juiste en duidelijke keuzes maken, met als doel
weer een aantal stappen vooruit te zetten op het
gebied van veiligheid, kwaliteit en goede bedrijfs-
voering.
De nieuwe verhoudingen met de Vereniging
Specialisten in Dienstverband (VSD) en het Medisch
Specialistisch Bedrijf (MSB) zal naar verwachting
een toenemende gelijkgerichtheid opleveren
tussen het ziekenhuis en de medisch specialisten.
De komende jaren zal dit ook moeten blijken en
extra aandacht krijgen vanuit de Raad van Bestuur
en het Bestuur Vereniging Medisch Staf (VMS).
Uit dit jaardocument blijkt dat er ook dit jaar weer
veel is gerealiseerd; ons ziekenhuis staat er gezond
en toekomstbestendig voor. Hieronder volgt een
overzicht van de belangrijkste prioriteiten voor de
komende jaren.
Herijking strategisch plan “eigen koers 2.0”In 2013 is een meerjarenstrategie vastgesteld. De
externe ontwikkelingen gaan echter steeds sneller,
met als gevolg dat het beleidsplan, inclusief de
daarin gemaakte keuzes, in de tweede helft van
2015 zal worden herijkt en fijn geslepen. De geko-
zen richting met een duidelijke strategie met een
eigen koers, waarmee ons ziekenhuis gaat voor: (i)
behoud van de oncologie; (ii) een goede concur-
rentie positie; en (iii) het duurzaam zijn en blijven
van een aantrekkelijke partner voor onder meer de
huisartsen, de (keten)partners en de verzekeraars,
zal het uitgangspunt blijven. Het regioziekenhuis
waar de burger en de patiënt van op aankan. Wij
zullen ons, nog meer dan voorheen, profileren op
de door de omgeving gewaardeerde kwaliteit van
zorg en werk. Daarnaast is er gekozen voor een
ambitieuze IT-strategie. De definitief keuze voor
een nieuw ziekenhuisinformatiesysteem (ZIS/
EPD) van de Amerikaanse leverancier Epic zal in de
periode 2015-2016 volledige focus vragen van de
organisatie. In eerste instantie met betrekking tot
de implementatie en in het vierde kwartaal van
2016 is de focus gericht op het “go live” moment.
Er is hiermee een keuze gemaakt voor toenemen-
de veiligheid en kwaliteit en daarbij ook voor
duurzame groei en productie voor ons ziekenhuis.
De verdere ontwikkeling van het management en
het middenkader zal wederom het komende jaar
centraal staan. Met de ambitie een hoog presteren-
de organisatie (HPO) zal gerichte aandacht gegeven
worden aan de kwaliteit van het management, kwa-
liteit van de medewerker, continue vernieuwing,
openheid en actiegerichtheid en een lange termijn
visie. Daarnaast zal met constante aandacht voor
maatschappelijk verantwoord ondernemen ook op
dat terrein stappen vooruit gemaakt worden.
44
Zorg voor mensenDe medewerkers van het St Jansdal maken het ver-
schil en geven in hun werk betekenis aan de missie
“Met liefde en compassie de beste zorg verlenen in
een helende omgeving”. Tezamen met een zakelijke
instelling om duurzaam een goed ziekenhuis te
kunnen zijn, is leiderschap een zeer belangrijk mid-
del. We zullen in leiderschap blijven investeren om
resultaatgerichtheid, de ‘afspraak=afspraak’-hou-
ding en feedbackgedrag van leidinggevenden te
borgen, met het doel de patiënt en de medewerker
een duurzaam goede organisatie te kunnen bieden
waar je van op aan kunt. Samen bouwen wij aan
onze ambitie om een nog beter functionerend
ziekenhuis te zijn en tijdsbestendig te organiseren.
Het thema ‘duurzaam personeelsbeleid’ is daarom
de komende jaren één van de belangrijkste speer-
punten.
Zorg voor (financiële) middelenHet St Jansdal staat er goed en gezond voor. Dat
willen we structureel zo houden, maar dat is in
de huidige economische en politieke context
uitdagend. Daarnaast zijn er ook kansen omdat ver-
zekeraars steeds transparanter willen inkopen op
kwaliteit en prijs. Het is zeker dat de financiële druk
de komende jaren ook op het St Jansdal zal blijven
toenemen. Het financieel beleid blijft gericht op
een financieel gezonde bedrijfsvoering met een
gezonde ambitie ten aanzien van het weerstands-
vermogen en de financieringsbalans. Het weer-
standsvermogen zal ook in 2015 weer met minimaal
2 miljoen euro toenemen. Daarbij is er een duidelijk
financieel beleidsplan voor de komende vijf jaren
vastgesteld om onze ambitie met de investerings-
plannen voor 2015-2018 betreffende IT en de (ver)
nieuwbouw OK’s/CSA, maar ook de daaropvolgende
jaren op het gebied van bouw, mogelijk te maken.
Met een goed functionerende planning & control
cyclus, extra impulsen op het gebied van kosten-
bewustzijn, een toekomstbestendig informatiema-
nagementsysteem en gestroomlijnde processen,
zullen wij ons nog sterker inspannen dan voorheen
om deze duurzaam financiële doelstelling te
realiseren en om onze goede kwaliteit van zorg nog
verder te verbeteren.
Belangrijke investeringen Het beschikbare investeringsbudget zal op een ef-
fectieve en efficiënte wijze moeten worden ingezet.
Investeren doe je één keer goed en het beschik-
bare geld moet aantoonbaar maximaal bijdragen
aan de realisatie van de strategische thema’s.
Grote investeringen in 2015 en 2016 zijn de eerder
genoemde investeringen op het gebied van IT (o.a.
elektronisch patiëntendossier, infrastructuur en
architectuur voor ongeveer 23 miljoen euro) en de
(ver)nieuwbouw van zes OK’s/CSA (ruim 11 miljoen
euro). Daarnaast zal met de herziene visie op het
ziekenhuis van de toekomst een lange termijn huis-
vestingsplan moeten worden ontwikkeld. Hiermee
zal ook duidelijk worden welke grote investeringen
het ziekenhuis de komende jaren nog zal moeten
doen in het gebouw. Deze investeringen zullen
naar verwachting vanaf 2020 ook ruim 25 miljoen
bedragen.
AmbitieWij blijven onverminderd ambitieus én willen laten
zien dat streekziekenhuizen van deze omvang van
grote betekenis en toegevoegde waarde zijn voor
de samenleving. De zorg blijft daarmee toeganke-
lijk, levert hoge kwaliteit en is vanuit economisch
oogpunt zeer betaalbaar. De politieke signalen ge-
ven daarvoor ook de laatste tijd meer duidelijkheid.
Onze ambitie kunnen wij alleen realiseren met de
enthousiaste en deskundige inzet van alle mede-
werkers, de medisch specialisten en de vrijwilligers
die elke dag het verschil blijven maken. Daarmee
behouden wij het vertrouwen van onze omgeving,
de huisartsen, de burgers en de patiënten. Hierbij
geldt één gezamenlijk doel: dé beste zorg leveren
aan onze patiënten, en dat doen wij met ons hart,
met liefde en compassie!
45
46
Bijlage: Verkorte versie geconsolideerde jaarrekening 2014
ACTIVA:
31 dec 2014 31 dec 2013
€ €
Vaste activa
Immateriële vaste activa - -
Materiële vaste activa 74.677.652 79.277.063
Financiële vaste activa 1.155.923 1.026.503
Totaal vaste activa 75.833.575 80.303.566
Vlottende activa
Voorraden 1.908.999 1.851.799
Onderhanden werk uit hoofde van DBC’s 13.285.907 7.164.125
Vorderingen uit hoofde van bekostiging 1.859.567 3.482.902
Vorderingen en overlopende activa 39.164.970 28.159.746
Liquide middelen 43.566.844 55.536.792
Totaal vlottende activa 99.786.287 96.195.364
Totaal activa 175.619.862 176.498.930
PASSIVA:
31 dec 2014 31 dec 2013
€ €
Eigen vermogen
Collectief gefinancierd gebonden vermogen 53.030.070 49.235.931
Niet collectief gefinancierd vrij vermogen 1.466.115 4.184.173
Totaal eigen vermogen 54.496.185 53.420.104
Voorzieningen 29.409.298 28.977.967
Langlopende schulden 43.351.910 46.309.927
Kortlopende schulden
Schulden uit hoofde van bekostiging 2.555.464 2.417.986
Kortlopende schulden en overlopende passiva 45.807.005 45.372.946
Totaal passiva 175.619.862 176.498.930
GECONSOLIDEERDE BALANS PER 31 DECEMBER 2014 (na resultaatbestemming)
47
Bijlage: Verkorte versie geconsolideerde jaarrekening 2014
BEDRIJFSOPBRENGSTEN:
2014 2013
€ €
Wettelijk budget voor aanvaardbare kosten 5.783.732 6.963.948
Niet gebudgetteerde zorgprestaties 787.496 1.057.984
Omzet DBC’s / DBC-zorgproducten vrij segment 90.700.719 88.569.804
Omzet DBC’s / DBC-zorgproducten
gereguleerd segment 24.729.530 23.549.174
Opbrengsten uit hoofde van transitieregelingen
en honorariumplafonds 816.024 2.614.028
Subsidies 634.440 1.036.443
Overige bedrijfsopbrengsten 7.846.444 9.367.019
Som der bedrijfsopbrengsten 131.298.385 133.158.400
BEDRIJFSLASTEN:
Personeelskosten 75.967.656 73.967.323
Honorariumkosten vrijgevestigd medisch
specialisten die aan de instelling voor medisch
specialistische zorg declareren 145.764 71.092
Afschrijvingen op immateriële en materiële
vaste activa 9.914.909 9.592.688
Overige bedrijfskosten 42.571.018 44.790.808
Som der bedrijfslasten 128.599.347 128.421.911
BEDRIJFSRESULTAAT 2.699.038 4.736.489
Financiële baten en lasten -1.622.957 -1.470.095
Resultaat uit gewone bedrijfsvoering 1.076.081 3.266.394
Buitengewone baten - -
Buitengewone lasten - -
Resultaat boekjaar 1.076.081 3.266.394
RESULTAATBESTEMMING
Het resultaat is als volgt verdeeld: 2014 2013
€ €
Toevoeging/(onttrekking):
Reserve aanvaardbare kosten 13.043.322 3.535.074
Bestemmingsreserve egalisatie afschrijvingen -221.969 -
Algemene reserve 115.913 -268.680
Bestemmingsreserve parkeren -2.833.971 -
Bestemmingsreserve afschrijving inventaris -9.027.214 -
1.076.081 3.266.394
GECONSOLIDEERDE RESULTATENREKENING OVER 2014
48
Mei 2015
Fotografie
Linda Heller
Vormgeving
Elles Boot
Redactie
Charlotte Straus
Coördinatie en eindredactie
Charlotte Straus
Ziekenhuis St Jansdal
Postbus 138
3840 AC Harderwijk
Telefoon 0341 - 46 39 11
www.stjansdal.nl