Upload
others
View
1
Download
0
Embed Size (px)
Citation preview
Sint-Karelschool Klokbloemenstraat 14
1080 Sint-Jans-Molenbeek Tel & fax: 02/410 83 64
E-mail: [email protected]
Website: www.sintkarel.be
VISIE OP WISKUNDE IN DE SINT-KARELSCHOOL
Niet elk kind wordt een
Maar we kunnen elk kind laten
SCHITTEREN
Versie 22 maart 2017
INHOUD 1 SCHOOLEIGEN VISIE
1.1 Onze schoolvisie …………………………………………………………………………… p. 3 1.2 Wiskunde in relatie tot ons opvoedingsproject …………………………….. p. 4 – 6
2 AFSPRAKEN GELINKT AAN DE KRACHTLIJNEN 2.1 Actieve leerprocessen stimuleren …………………………………………………. p. 7 (2.2 Aansluiten bij wat de kinderen al beheersen) (2.3 Kennis en vaardigheden stapsgewijs opbouwen) 2.4 Betekenisvolle situaties en opgaven door heel de leergang heen …. p. 8 2.5 Hulpmiddelen aanreiken ………………………………………………………………. p. 8 2.6 Nadenken over wiskundige activiteiten en interactief onderwijs …. p. 9 2.7 Diagnosticerend onderwijzen ……………………………………………………….. p. 10 2.8 Wiskunde en schoolwerkplanning ………………………………………………… p. 11 3 ONZE VISIE EN AFSPRAKEN OVER… 3.1 Methode, leerlijn en jaarplannen …………………………………………………. p. 12 3.2 Nascholings- en trajectplan ………………………………………………………….. p. 13-16 3.3 Evaluatie ……………………………………………………………………………………... p. 17
-2-
1. SCHOOLEIGEN VISIE 1.1. Onze schoolvisie
In onze school streven we naar een foutvriendelijk klimaat, waarbij we het mandaat krijgen elkaar feedback te geven. We zullen elkaar ondersteunen om de gelijkgerichte visie waar te maken om zo samen school te maken. De intense samenwerking wordt gefaciliteerd door de opgezette structuur en de uitbreiding aan materialen, ook op vlak van ICT. Op klasniveau nemen we ons voor de doelen te expliciteren, actieve werkvormen te organiseren met de nodige aandacht voor differentiatie. Dit zal voorkomen in verschillende vormen: preteaching, coteaching, tijd, tempo, hoeveelheid, groepering. We houden rekening met de graduele opbouw van het leerproces en stemmen onze visualisatie in de klas hier op af. Onze nieuwe leermethode ‘Wiskanjers’ zal ons hierbij helpen, hoewel we kritisch geëngageerd blijven. Overleg met ondersteuners en de coördinatie op vlak van zorg helpen ons om adequaat in te spelen op de noden van onze leerlingen en om te reflecteren over ons onderwijs. We doen ons uiterste best om de ouders in dit verhaal mee te nemen. Zij hebben recht op onze visie en op informatie over de leerontwikkeling van hun kinderen. Op leerlingniveau streven we naar een verhoogd welbevinden, een verhoogde leerwinst. Dit doen we door de effecten in kaart te brengen, al tijdens het lesgeven. Door meer verantwoordelijkheid bij de leerlingen te leggen als eigenaar van hun leerproces hopen we dit ook te bewerkstelligen. Tot slot moeten we nog werk maken van een evaluatie- en rapporteringsbeleid. We geven onszelf eerst de ruimte om de handleiding te volgen inzake evaluatie, om daarna het gehele plaatje te kunnen bijsturen. Om dit waar te maken, hebben we een structuur opgezet binnen de school die in eerste instantie erg inzet op leerlingniveau. Na twee schooljaren, wanneer de nieuwe handleiding doorworsteld is, zullen we meer op leerkrachtniveau inzetten. Deze visie kwam tot stand op basis van veel overleg. De professionaliserings-activiteiten zullen in de toekomst gericht zijn op het gehele team om de gelijkgerichte visie te bewaren.
-3-
1.2. Wiskunde in relatie tot ons opvoedingsproject
CHRISTELIJKE IDENTITEIT VAN
DE SCHOOL
- Binnen onze wiskundelessen geven we voortdurend mee dat niemand
volmaakt hoeft te zijn. We willen wel dat ieder zijn best doet en blijft geloven in de toekomst.
- We staan open voor elkaars elkaars talenten en capaciteiten, we kunnen leren van elkaar. Elkaar sterker maken vanuit onze verschillen, want 1+1=3!
- Respect voor elkaar, voor dingen en de omgeving is een basisattitude die we proberen mee te geven vanuit ons opvoedingsproject. Tijdens de lessen wiskunde kan dit op vele manieren vorm krijgen.
ONDERWIJSINHOUDELIJK AANBOD
- We waken erover dat ons wiskundig onderwijs de tijd en ruimte krijgt die het
verdient binnen ons onderwijsinhoudelijke totaalaanbod, en dat kinderen de tijd en ruimte krijgen om zich binnen dit domein te ontwikkelen.
- We werken vanuit een handleiding (Wiskanjers), maar evengoed bewaken we de vooropgestelde doelen van het leerplan en de eindtermen (onder meer via scoodle, via aanduiding ‘aanbreng – verwerving – uitbreiding’, concordantielijst,…)
-4-
STIMULEREND
OPVOEDINGSKLIMAAT / DOELTREFFENDE
AANPAK
- We nemen onze leerlingen serieus met een positieve ingesteldheid. - ‘Niet elk kind wordt een ster, maar we kunnen élk kind laten schitteren!’.
Niet elk kind ervaart wiskunde als een ‘makkie’. Door een doorgedreven ondersteuning op de klasvloer (in elke rekenles wordt een tweede of zelfs derde leerkracht ingeschakeld) proberen we elk kind maximale ontplooiingskansen te bieden.
- Onze wiskundelessen zijn een sociaal gebeuren waarbij we elkaar wederzijds verrijken door samen te ontdekken en te leren: die ingesteldheid streven we na bij onszelf en trachten we door te geven aan onze leerlingen.
- Door het binnenbrengen van uniforme referentiematen en wandplaten enerzijds en materialenboxen anderzijds proberen we leerlingen op een positieve manier te stimuleren en het leerproces concreet te laten beleven.
WERKEN AAN DE ONTPLOOIING
VAN ELK KIND VANUIT EEN BREDE ZORG
- Elk talent is waardevol: we proberen voldoende aandacht te schenken aan de
ontwikkeling van elk kind door breed in te spelen op zijn mogelijkheden en groeikansen: kernopdracht/uitbreiding/remediëring in elke les, doorgedreven ondersteuning op de klasvloer, materialenboxen,…
- We proberen positieve aanmoediging als een rode draad door de schoolwerking te laten lopen, en zeker ook binnen wiskunde.
- We streven naar een evaluatievorm die de beginsituatie van elk kind in rekening neemt zodat de evolutie en het proces beoordeeld kunnen worden, en niet enkel het product.
-5-
WERKEN AAN
DE SCHOOL ALS GEMEENSCHAP EN
ORGANISATIE
- We streven de betrokkenheid van de ouders en opvoedingspartners na door
een goede communicatie: rode map, agenda, duidelijke structuur binnen HL wiskunde, instructiefilmpjes,…
- Als school doen we ruim beroep op de expertise van zorgondersteuners en uitwisseling onder klasleerkrachten om de kwaliteit van ons wiskundig onderwijsaanbod te verhogen.
-6-
2. AFSPRAKEN GELINKT AAN DE KRACHTLIJNEN
DIDACTISCH ORGANISEREN
2.1. ACTIEVE LEERPROCESSEN STIMULEREN BEGELEIDING DOOR DE LEERKRACHT
Basisstructuur van een les:
OBSERVEREN ALS BASISHOUDING
Per blok werd een observatieformulier opgesteld. Dit wordt onder andere ingevuld tijdens de reflectiemomentjes aan het einde van de les. Op grond van die observaties kan beslist worden welke leerlingen tijdens de herhalingsles de weer-oefeningen maken en welke leerlingen de meer-oefeningen kunnen maken. Het observatieformulier kan eveneens gebruikt worden om groepen in te delen bij lessen die nog volgen en dezelfde leerplandoelen beogen.
-7-
In het observatieformulier werd een extra kolom opgenomen, namelijk voor de sterke leerlingen. Sommige leerkrachten vinden het een meerwaarde dat ze dit ook per les kunnen aangeven, anderen niet. Er wordt afgesproken dat deze kolom optioneel is.
LEERGESPREKKEN EN REFLECTIE
Een leerkracht kan het didactisch proces zo organiseren dat leerlingen kansen krijgen om met elkaar in overleg te gaan over goede en minder goede werkwijzen. We proberen meer in te zetten op deze vorm van peer tutoring. Hiertoe is een eerste aanzet. In het eerste jaar dat we met Wiskanjers werken (2016 – 2017), zetten we de (aanzet en de) reflectie in de focus. De reflectie is belangrijk om het eigen didactisch proces bij te sturen op basis van wat de leerlingen aangeven en het geeft de leerlingen de kans na te denken over hun eigen inzichten, aanpakstrategieën en oplossingsprocedures en die van anderen. De reflectie gebeurt vaak samen met de zorgondersteuner, wat de gelegenheid creëert om hier een korte neerslag van te maken, enerzijds op de post-its die aangebracht worden in de handleiding (over het didactisch proces) en anderzijds op het observatieformulier per blok die opgesteld werd (met een overzicht van leerlingen die uitvielen en leerlingen die het goed konden).
(2.2. AANSLUITEN BIJ WAT KINDEREN AL BEHEERSEN) (2.3. KENNIS EN VAARDIGHEDEN STAPSGEWIJS OPBOUWEN) 2.4. BETEKENISVOLLE SITUATIES EN OPGAVEN AANBIEDEN DOOR HEEL DE LEERGANG HEEN
In het eerste jaar dat we met Wiskanjers werken (2016 – 2017), zetten we de aanzet (en de reflectie) in de focus. Tijdens de aanzet wordt het onderwerp van de les in een betekenisvolle context geplaatst. Als dit vanuit de handleiding ontbreekt, tracht de leerkracht dit zelf te zoeken. Dit wordt er in de handleiding genoteerd.
2.5. HULPMIDDELEN AANREIKEN
Materialen - Het zorgteam stelde materialenkoffers samen die per graad al de nodige
materialen bevatten om het wiskundeonderwijs te ondersteunen, concretiseren of expliciteren.
- Elke leerkracht ziet erop toe dat de materialen, waar nuttig en nodig, gebruikt worden in de lessen én evaluatiemomenten.
- Elke leerkracht draagt, samen met de leerlingen, zorg voor de materialen (toezien dat de materialen intact blijven, netjes opruimen, boxen terug in gangkast plaatsen, ...).
- Elke leerkracht heeft ook een bepaald aanbod van materiaal dat in de klas blijft en steeds beschikbaar is voor de leerlingen.
-8-
Visualisering van referentiematen (meten en metend rekenen) - De referentiematen worden éénvormig en volgens de verticale leerlijn in kaart
gebracht door het zorgteam. - Er zit een graduele opbouw in de visualisatie: concreet in de eerste graad,
schematisch tot abstract in de tweede en derde graad. - Elke klasleerkracht zorgt ervoor dat de nodige referentiematen visueel aanwezig
zijn in het klaslokaal op het juiste moment in het schooljaar. Visualisering van wiskundige begrippen, formules, ... - Het zorgteam ontwikkelde het materiaal en de voorstellingswijzen. - Elke klasleerkracht zorgt ervoor dat de nodige materialen visueel aanwezig zijn
in het klaslokaal op het juiste moment in het schooljaar. Vaste wiskundehoek - Elke klasleerkracht voorziet op een vaste plek in de klas een wiskundehoek, waar
de visualisering terug te vinden is, evenals concreet materiaal waar de leerling mee aan de slag kan gaan en die op dat moment van toepassing is tijdens de wiskundelessen.
Onthoudkaders en hulpkaarten De onthoudkaders worden gebundeld in mapjes aangeboden aan alle leerlingen van de klas. Leerlingen die hier nood aan hebben, mogen dit mapje gebruiken tijdens de evaluatiemomenten. Ook kan het een hulpmiddel zijn voor thuis zodat ouders op eenzelfde eenduidige manier hun kind kunnen ondersteunen. Voorwaarde is natuurlijk dat ze hier dan ook mee in de klas leren werken. Ook hulpkaarten kunnen ingezet worden tijdens de les als houvast. Online instructiefilmpjes in de derde graad (waar de ICT-infrastructuur toereikend is) Bij elke instructieles vind je een filmpje dat de instructie duidelijk samenvat. Deze zijn inzetbaar als: - pre-teaching: Leerlingen die het moeilijk zullen hebben in de les kunnen deze
filmpjes als huistaak voor de les bekijken. - verlengde instructie: Leerlingen kunnen het filmpje tijdens de les nogmaals
bekijken. - hulpmiddel tijdens het maken van de huistaak: Leerlingen kunnen samen met
ouders de instructie nog eens bekijken alvorens aan de huistaak te beginnen. 2.6. NADENKEN OVER WISKUNDIGE ACTIVITEITEN EN INTERACTIEF WISKUNDEONDERWIJS
- Elke leerkracht probeert in het eerste jaar (2016 – 2017) de handleiding van Wiskanjers te volgen qua aangereikte differentiatie- en groeperingsvormen, leerstrategieën, materialen, ... De methode voorziet in:
* onderwijsleergesprekken, leergesprekken en groepswerk om ideeën uit te wisselen, oplossingen en oplossingswegen voor te stellen, ze te vergelijken en met elkaar te bespreken en te beoordelen, argumenten toe te lichten en te weerleggen
* klassikale uitleg en demonstratie door de leerkracht * zelfstandig, individueel werk
-9-
- De leerkracht reflecteert na de les over de gegeven les en noteert eventuele moeilijkheden, niet-realistische of onduidelijke opdrachten, … op een post-it. Deze wordt in de handleiding aangebracht zodat hier in de lesvoorbereiding van het volgende schooljaar rekening mee gehouden kan worden. Op deze manier verhoogt de leerkracht de kwaliteit van het lesgeven.
- Een bijsturing van de methode is dat de leerkracht moet bewaken dat de verschillende
leerdomeinen voldoende aan bod komen. Zo mag er meer aandacht gaan naar meten en metend rekenen en meetkunde door tussendoor meer oefenmomentjes in te lassen, binnen herhalings- en remediëringslessen een meethoekje (binnen de vaste wiskundehoek) te voorzien, de oefeningen van meten en metend rekenen en meetkunde prioritair te behandelen binnen de herhalings- en remediëringslessen, … In overleg met klasleerkracht en zorgondersteuner wordt bekeken hoe hieraan tegemoet gekomen kan worden. In functie van verticale leerlijn komt dit agendapunt regelmatig aan bod tijdens het overleg van de zorgondersteuners.
2.7. DIAGNOSTICEREND ONDERWIJZEN
REKENPROBLEMEN VOORKOMEN Het werken in groepen en de aanwezigheid van minstens 2 leerkrachten in de klas tijdens de wiskundelessen maakt het mogelijk de kinderen gericht te observeren, te bevragen en te begeleiden tijdens het leerproces. De directie bezorgt de leerkrachten een overzicht met welke leerkracht op welk moment in welke klas ondersteunt voor wiskunde. Zo kan de klasleerkracht hier rekening mee houden tijdens de voorbereiding van de les. Er wordt beslist alle ondersteuning in te zetten op wiskunde (en Muzo) omdat deze nu in de focus staan.
Na 6 lessen is een herhalingsles met gedifferentieerde herhalingsoefeningen: - weer-oefeningen voor leerlingen die de inhoud van de les nog eens dienen te
oefenen - meer-oefeningen voor leerlingen die binnen de gestelde doelen wat meer
uitdaging kunnen gebruiken De praktijk heeft al uitgewezen dat er vaak een grote kloof is tussen de weer- en meer-oefeningen. Dat maakt dat sterkere leerlingen die aan de meer-oefeningen beginnen, ook vaak met vragen zitten en ondersteuning behoeven. Bij twijfel over het aanbod, zijn we eerder geneigd de leerlingen te laten starten met het maken van de weer-oefeningen. Als dit probleemloos verloopt en er is nog wat tijd over, kunnen ze de meer-oefeningen proberen.
REKENPROBLEMEN AANPAKKEN
Voor leerlingen die niet meteen aan de kern-oefeningen kunnen beginnen, zijn er aanloopoefeningen voorzien (de oefeningen met de rondjes). Deze oefeningen gaan een stapje terug of bieden een ruimere context om de oefening te kunnen gebruiken. Na deze aanloopoefeningen maken de leerlingen de kernoefeningen. Indien nodig wordt het aantal aanloopoefeningen beperkt zodat de kernoefeningen zeker ook aan bod komen. Niet àlle oefeningen moeten door alle leerlingen gemaakt worden!
-10-
Na de toetsles wordt een remediëringsles georganiseerd op basis van de resultaten van de bloktoets. Voor leerlingen die nood hebben aan een IAC (individueel aangepast curriculum) zijn er oefenmappen van Rekenmonsters. Een IAC kan maar opgestart worden na een verslag van CLB.
AANDACHT VOOR RESULTATEN EN HET HANDELEN VAN KINDEREN Het handelen van kinderen en de manier waarop ze een opgave oplossen, wordt tijdens het lesverloop opgevolgd door de leerkracht en ondersteuner. We hebben getracht een schriftelijke neerslag te maken met een diepgaandere analyse van dit denkproces met behulp van een ondersteuningsdocument, maar na evaluatie in team bleek dit niet langer haalbaar. Het is tijdrovend en niet functioneel, gezien de ondersteuningsdocumenten niet opnieuw geraadpleegd worden. Er wordt dus beslist dit document niet langer te hanteren.
OBSERVEREN, BEVRAGEN EN VERWOORDEN Het werken in groepen en de aanwezigheid van minstens 2 leerkrachten in de klas tijdens de wiskundelessen maakt het mogelijk de kinderen gericht te observeren, te bevragen en te begeleiden tijdens het leerproces. REMEDIEREN EN COMPENSEREN Remediërende maatregelen zijn erop gericht de rekenproblemen van de kinderen op te lossen, bijvoorbeeld door extra hulp aan te bieden onder de vorm van extra instructie. Compenseren betekent dat een kind hulpmiddelen mag gebruiken of dat zijn sterke punten extra aangewend worden. Deze compenserende hulpmiddelen moeten in kaart gebracht worden aan de hand van een document dat in Questi terug te vinden moet zijn (in functie van overgang) en het gebruik ervan moet aangetoond worden op de eigenlijke toets en het rapport. Over de wijze waarop wordt nog verder in de werkgroep nagedacht.
2.8. WISKUNDE EN SCHOOLWERKPLANNING
Elke leerkracht drukt per blok de doelenlijst af vanuit Scoodle. Deze doelenlijst wordt afgetoetst met het leerplan wiskunde. Met een kleur wordt aangeduid of het leerplandoel voor dat leerjaar aanzet (geel), verwerving (groen) of verdieping (roos) is. Dit kan tijdens het overleg klasleerkracht – zorgondersteuner gebeuren. Tijdens het lesverloop wordt hier rekening mee gehouden. Indien het bijvoorbeeld om een aanbreng gaat, moet hier niet te veel tijd aan besteed worden tijdens de les. Ook de oefeningen in het werkboek die dit leerplandoel nastreven, kunnen beperkt worden. Dit heeft ook consequenties voor de inhoud van de bloktoets. De leerplandoelen die slechts een aanzet zijn in dat jaar worden niet mee opgenomen in de evaluatie. Concreet betekent dit dat de bloktoets aangepast kan worden en de oefening geschrapt kan worden, of het kan afgenomen worden maar telt niet mee voor de totaalscore op de bloktoets. We verwachten dat we op termijn betere resultaten bij de leerlingen gaan bekomen omdat we de focus leggen op wat écht belangrijk is. Er wordt veel doelgerichter gewerkt.
3. ONZE VISIE EN AFSPRAKEN OVER… 3.1. Methode, leerlijn en jaarplannen
In het schooljaar 2015-2016 organiseerden we een uitgebreide testfase waarin 4 methoden onder de loep werden genomen en uitgeprobeerd. Uit de evaluatie door de collega’s kwam onze toenmalige HL (Nieuwe Pluspunt) pas als derde uit de bus. Katapult en Wiskanjers scoorden zeer hoog. Geen van de vier handleidingen voldeed aan de initiële vraag: beter aansluiten op de leerplandoelen, en geen leerstof toetsen die eigenlijk niet gekend moet zijn. Toch bleek een meerderheid van de teamleden voorstander van een nieuwe handleiding. Vanuit de bovenbouw kwam er kritiek op de differentiatiemogelijkheden binnen Katapult. Een leerling is ófwel een kei ófwel een knikker, terwijl Nieuwe Pluspunt de kinderen bijvoorbeeld per oefening verrijking of remediëring aanbood. De differentiatiemogelijkheden aangereikt vanuit Katapult zijn dus vrij basic. Gezien Wiskanjers bij alle collega’s een hoge score behaalde, bleek dat de meest logische optie.
Doordat we de methode onder de loep namen tijdens een doorgedreven evaluatieperiode, zijn we ons bewust van de eventuele valkuilen en tekorten. Daarom hebben we een aantal afspraken gemaakt rond de implementatie van de HL.
-12-
3.2. NASCHOLINGS- en TRAJECTPLAN
Naam Onderwerp Datum Nascholer
Kerngroep
wiskunde
Intakegesprek met nascholer
Marleen Duerloo (VSKO)
09/10/’15
Marleen Duerloo
(VSKO)
Team SK PEDAGOGISCHE STUDIEDAG:
- Proevencircuit
- Indelingen van het leerplan
- Afspraken rond referentiematen
- Afspraken rond materialen
21/10/’15
Ped.
Stud.
Marleen Duerloo
(VSKO)
Team SK PV:
- Smart Games als leermiddel
- Outputanalyse: IDP
- Taalvaardigheid binnen wiskunde
- De kracht van bordschema’s
- Wiskunde in de 21ste eeuw
28/01/’16
15u30 -
17u30
Marleen Duerloo
(VSKO)
Kerngroep
Wiskunde
+ Nancy CODI
-Planning traject: overlegagenda
-Analyse schooldoorlichting
-Visiedocumenten
29/02/’16
13u00 -
15u30
Sofie Meyskens &
Martine Verhasselt
Nascholing
‘Help! Rekenen met breuken,
kommagetallen en procenten.’
07/03/’16
Hele dag
CNO Antwerpen
Kerngroep
Wiskunde
+ Nancy CODI
Voorbereiding PV 22/3
-Actieplan wiskunde
-Ons droombeeld van wiskunde
15/03/’16
9u00 -
12u00
Kerngroep
Wiskunde
+ Nancy CODI
Voorbereiding PV 22/3:
-Actieplan wiskunde
-Zorgondersteuning
-Concretiseren droombeeld wisk.
-Screening van HL (keuzewijzer)
22/03/’16
9u00 –
…*
*Onderbroken door
aanslagen in Brussel.
Team SK PV:
-Zorgondersteuning
-Concretiseren droombeeld wisk.
-Screening van HL (keuzewijzer)
12/04/’16
15u30 –
17u30
Martine V. / Sofie Werkmoment Actieplan 20/04/’16
9u00-
12u00
Sofie Meyskens & Nascholing 22/04/’16 Vzw VicOG Gent
Nathalie Meyskens ‘Rekenzwakke kinderen leren
omgaan met metend rekenen’
Hele dag
Kerngroep
Wiskunde
+ Nancy CODI
Voorbereiden PV:
-actieplan
-Huiswerk HL
-Focusdagboek
03/05/’16
9u00 -
12u00
Team SK PV:
-Voorstellen actieplan
-Terugkoppelen vorige PV
-Verdiepen vorige PV
-Huiswerk HL bespreken
-Focusdagboek bespreken
03/05/’16
15u30 -
17u30
Kerngroep
Wiskunde
+ Nancy CODI
Voorbereiding PV 02/06:
-Keuzewijzer HL wiskunde
-Afspraken oplijsten
-Schoolorganisatie
-Materialenkoffers
24/05/’16
VM
Team SK PV:
-Keuzewijzer HL wiskunde
-Afspraken oplijsten
-Schoolorganisatie
-Materialenkoffers
02/06/’16
15u30 –
17u30
Kerngroep
Wiskunde
+ Nancy CODI
Concept 2016-2017
-Differentiatie- en zorgnoden
-Beginsituatie 09/2016
-Analyse SDL: stavaza
-To do startdag
09/06/’16
9u00 -
12u00
Kerngroep
Wiskunde
+ Nancy CODI
Concept 2016-2017
-Wiskanjers
-Schoolorganisatie / ondersteuning
-Noden van het team
-Noden van de school
-To do startdag
-Evaluatie 2015-2016
14/06/’16
9u00 -
12u00
Team SK PV:
-Vooruitblik organisatie wiskunde
-Doe-moment meetkoffers
30/06/’16
13u00 –
15u30
Kerngroep
Wiskunde
+ Nancy CODI
Jaaractieplan 2016-2017:
-Schooleigen visie
-Fiches bij materialenboxen
-Doelstellingen traject
18/08/’16
9u30 –
15u30
-Effecten meten?
-Rol van de ouders?
-Beginanalyse
-Concept inschakelen zorg
Team SK Nascholing / kennismakingssessie bij
handleiding ‘Wiskanjers’
22/08/’16 Plantyn
(Wiskanjers)
Antwerpen
Team SK PV:
-Voorstellen jaaractieplan 2016-17
-Zorgondersteuning: concept
-Werkwijze nieuwe HL Wiskanjers
29/08/’16
13u00 –
16u00
Kerngroep
Wiskunde
+ Nancy CODI
-Concretiseren zorg op maat
-Maandelijkse evaluatie met lln
-Voorbereiding PV 06/10
04/10/’16
13u00 –
15u30
Team SK PV:
-Beleving werking door lkr
-Reflectie ‘wiskanjers’
-Klasoverschrijdend werken
-Aangepaste materialen gebruiken
06/10/’16
15u30 -
17u30
Kerngroep
Wiskunde
+ Nancy CODI
Jaaractieplan: stavaza 08/11/’16
13u00 –
15u30
Kerngroep
Wiskunde
+ Nancy CODI
Voorbereiding PV 01/12:
-Actiepunten traject: stavaza?
-Koppeling schoolvisie
29/11/’16
13u00 –
15u30
Team SK PV:
-Actiepunten: stavaza
01/12/’16
15u30 -
17u30
Kerngroep
Wiskunde
+ Nancy CODI
-Jaaractieplan
-Actiepunten: traject
-Schoolvisie op wiskunde
20/12/’16
13u00 –
15u30
Kerngroep
Wiskunde
+ Nancy CODI
Reflectievragen:
-Leerplan
-Onderwijsaanbod
-Evaluatie
17/01/’17
13u00 –
15u30
Kerngroep
Wiskunde
+ Nancy CODI
Terugblik PV 02/02:
-oplijsten doelen A, VW, VD
-ondersteuningsroosters
07/02/’17
13u00 –
15u30
-afspraken oplijsten
Zorg op Maat:
-differentiatie en werkvormen
-peer tutoring
-wat met parate kennistoetsen?
Kerngroep
Wiskunde
+ Nancy CODI
Voorbereiding van de PV:
-Zorg op Maat
-Schoolvisie Wiskunde: stavaza
-Nascholingsplan
-Reflectievragen/aandachtspunten
-Vooruitblik traject
07/03/’17
9u00 -
12u00
Team SK PV:
-Zorg op Maat
-Schoolvisie Wiskunde: stavaza
-Nascholingsplan
-Reflectievragen/aandachtspunten
09/03/’17
15u30 -
17u30
Team SK Pedagogische studiedag
-Schoolvisie op punt zetten
-Overlopen visie en afspraken
-Evaluatie traject
22/03/’17
8u30 -
12u00
3.3. Evaluatie
INFORMATIE VERZAMELEN OBSERVEREN
Tijdens het reflectiemoment wordt het observatieformulier ingevuld, met een overzicht van leerlingen die uitvielen en leerlingen die het goed konden. Dit gebeurt op basis van wat de leerlingen zelf aangeven maar ook op basis van wat de leerkracht en ondersteuner observeerden tijdens het eigenlijke lesverloop.
Het werken in groepen en de aanwezigheid van minstens 2 leerkrachten in de klas tijdens de wiskundelessen maakt het mogelijk de kinderen gericht te observeren, te bevragen en te begeleiden tijdens het leerproces.
SCHRIFTELIJKE TOETSEN
Verschillende leerkrachten geven aan dat de bloktoets soms te grote blokken leerstof in één keer toetst. Elke leerkracht splitst de toetsing van de verschillende domeinen op over verschillende dagen zodat de afname realistisch blijft voor de leerlingen. Hulpmiddelen mogen ingezet worden tijdens de afname van de toets. Dit wordt op de toets genoteerd. De resultaten van de bloktoetsen worden door de zorgondersteuner ingegeven in het Excell-document van Scoodle. Tijdens het zorgoverleg worden deze resultaten besproken. Op basis hiervan wordt de remediëringsles georganiseerd.
De tijdsspanne voor de afname van de toets parate kennis wordt aangepast zodat het voor de leerlingen meer haalbaar wordt. Globaal genomen voorzien we 15 minuten, maar dit kan variëren van toets tot toets. De leerlingen mogen een kladblad gebruiken, behalve voor het onderdeel snelrekenen. In een eerste graad en in het eerste trimester van het 3de leerjaar worden de vragen één voor één voorgelezen. Vanaf het tweede trimester van het 3de leerjaar maken de leerlingen de toets zelfstandig. Wanneer het gaat om nieuwe leerstof mag tijdens de toets verwezen worden naar de wandplaten. De resultaten van de parate kennistoetsen worden door de klasleerkracht in de tabel in kaart gebracht. De evolutie van de resultaten wordt na een bepaalde periode in overleg bekeken met de klasleerkracht en ondersteuner. De resultaten worden ook mee opgenomen op het rapport. De toetsen parate kennis worden door de leerling thuis verbeterd in een andere kleur of worden in de klas verbeterd volgens een werkvorm naar keuze (bvb. in heterogene duo’s). De leerkracht voorziet tijd om klassikaal kort te bespreken wat de leerlingen niet begrepen hebben.
Zelfgemaakte, tussentijdse toetsen mogen afgenomen worden, maar ze worden niet op het rapport gezet.
-17-