Upload
phamminh
View
257
Download
5
Embed Size (px)
Citation preview
Zwerven
Met een zeilboot de wijdewereld in, op zoek naar
avontuur. Steeds meerdertigers zetten de carrière
een aantal jaren op ‘hold’ enmaken die jongensdroomwaar » Hanno Bakkeren
Terug in Nederland na tweejaar varen: Jan Gerrit enChantal Kroon Links hunboot de Pinical op de StilleOceaan, augustus 2004FOTO'S: JAN GERRIT KROON
Je baan opzeggen, een zeilboot kopen en
met je geliefde(n) jarenlang over de we-
reldzeeën zwerven. Het is een dagdroom
die de meesten van ons nooit zullen dur-
ven of willen waarmaken. Ja, misschien na het
pensioen, bij gebrek aan dagelijkse verplichtingen
en als de schaapjes op het droge zijn. Maar nu, als
dertiger, midden in de bloei van je carrière en de
zorg of plannen voor kleine kinderen?
‘Ik zie ze steeds vaker, deze jonge zwervers’,
zegt Henk Bezemer, redacteur van het maandblad
Zeilen, ‘steeds vaker ook met jonge kinderen.’ Op
25 maart organiseert Zeilen zijn jaarlijkse Vertrek-
kersdag, in Enkhuizen. ‘Het is een dag voor men-
sen die echt dit jaar vertrekken, dus niet voor men-
sen die zich willen oriënteren. Zeg dat er alsjeblieft
even bij, want we zitten nu al bijna vol.’
Vorig jaar meldden zich ongeveer veertig boten.
‘Doel is kennismaken, de stemming erin brengen
en informatie uitwisselen.’ Hoeveel mensen er
jaarlijks precies vertrekken weet Bezemer niet,
maar hij durft te stellen dat een ruime meerder-
heid de Vertrekkersdag bezoekt. Naast de Vertrek-
kersdag heeft Zeilen op de website
(www.zeilen.com) een aparte vertrekkerssectie
ingericht, met links naar de weblogs van de we-
reldzeilers, gerubriceerd naar ‘in voorbereidings-
stadium’ (21 boten), ‘onderweg’ (86) en ‘weer te-
rug’ (49).
Vertrekkers (zelf spreken ze doorgaans van
‘yachties’ of ‘cruisers’) komen volgens Bezemer
grofweg in twee smaken: zij die jaren wegblijven
en daarbij soms de hele wereld rond varen en zij
die binnen één, hooguit twee jaar een zogenaamd
‘rondje Atlantic’ doen. De route voert veelal naar
de Canarische Eilanden, waar tot half november
het einde van het orkaanseizoen wordt afgewacht.
Dan volgt de oversteek naar Zuid-Amerika /de Ca-
riben. Hier splitsen de twee groepen zich. De
rondje-Atlantic-kandidaten varen via de Ver-
enigde Staten en eventueel het Verenigd Ko-
ninkrijk weer terug naar huis. De wereldrei-
zigers steken via Panama door naar de
Stille Oceaan, Australië, Azië, Afrika
om eventueel via de Middelland-
se Zee weer naar huis te
koersen.
Maar in de prak-
tijk laten de
yach-
pagina 16, 25-02-2006 © Het Financieele Dagblad
AmsterdamNOORD-AMERIKA
ZUIDAMERIKA
AFRIKA
AZIË
AUSTRALIË
STILLE
OCEAAN
STILLE
OCEAAN
ATLAN-
-TISCHE INDISCHE
IJSZEEZUIDELIJKE
NOORDELIJKE IJSZEE
OCEAAN
OCEAAN
over de zeven zeeënties zich zelden in gebaande paden dwingen. Ook
omdat de reis soms een onverwacht, vroegtijdig
einde krijgt. Bezemer: ‘Niet alle relaties zijn tegen
zo’n avontuur bestand. Het is nogal wat om opeens
24 uur per dag met elkaar op een boot te zitten. Op
pleisterplaatsen als de Canarische Eilanden en de
Azoren liggen ieder jaar dan ook heel wat boten op
een koper te wachten.’
Zo ver hebben de wereldzeilers die hun ervarin-
gen hier met ons wilden delen het nooit laten ko-
men. Vivian en Bram, Edo en Joanne, en Jan Gerrit
en Chantal zijn respectievelijk in voorbereiding,
onderweg en weer terug. Allen zitten of zaten ze in
een avontuur dat ze nooit hadden willen missen.
Allemaal dertigers ook (op Edo na, die net 40 is
geworden), hoogopgeleid en met goede banen,
die heel bewust voor het avontuur en de vrijheid
hebben gekozen.
IN VOORBEREIDING Boot: Duende, type Trewes 3A,bouwjaar 1964, lengte 11,20 meterBemanning: Vivian Oskam (30,grafisch ontwerper) en Bram Stevens(30, marketingadviseur enwebsitebouwer)Periode: Voorjaar 2007 tot 2012 (?)Route: Reis rond de wereld viaPortugal, Brazilië, Patgonië, Pacific,Nieuw-Zeeland, Indonesië, Oost- enZuid-Afrika, Cariben, NederlandWebsite: www.sy-duende.com
Door een lange reeks tegenslagen met hun boot
hebben Vivian en Bram hun reis tot twee keer toe
een jaar moeten uitstellen. De Duende, die ze
vier jaar geleden voor circa 45.000 euro koch-
ten, heeft inmiddels een minstens zo grote som
aan reparatiekosten opgeslokt. Vivian: ‘Bijna
vijf jaar voorbereiding voor een reis van vijf jaar,
het is nogal wat, ik weet het. Plannen en verbou-
wen gaan niet samen. En een boot is nooit af, je
kunt wel aan de gang blijven. Daarom moet je er
een keer een punt achter zetten.’
Het vertrek staat nu gepland voor mei 2007.
Veel langer moet het ook niet gaan duren, want
Vivian en Bram hebben hun Wageningse appar-
tement al begin vorig jaar opgezegd en ingeruild
voor het motorjacht van Brams ouders; om dicht
bij de Duende te zijn, om huur te besparen en om
vast aan het idee te wennen om op een boot te
wonen. Samen hopen ze in vijf jaar de wereld
rond te zeilen, al ziet Vivian het niet als een soort
lange vakantie met een vastomlijnde tijdshori-
zon en reisdoel. ‘Ik zie mezelf hier niet per se
over vijf jaar weer instappen. Misschien komen
we onderweg wel een plek tegen waar we willen
settelen. Ik wil in ieder geval niet mijn hele leven
als een nomade blijven leven. Misschien willen
we over een paar jaar wel kinderen, die wil ik als
ze ouder zijn dan toch wel een vaste plek geven.’
Waarom dan aan zo’n avontuur begonnen?
‘Voor de vrijheid, de ruimte om de dingen te
doen die we graag willen doen. Nadat we ruim
drie jaar geleden backpackend door Zuid-Ame-
rika zijn getrokken, heeft het reizen ons nooit
meer losgelaten. Het heeft ons ook geleerd dat
het helemaal niet zo moeilijk is om met weinig
geld te reizen.’ Voor hun zeiltocht verwachten ze
ongeveer 1000 euro per maand nodig te hebben,
inclusief liggeld. ‘Bram maakt zich meer zorgen
over het geld dan ik. Ik ben meer bang voor pira-
terij en zware stormen, niet zozeer voor geldge-
brek. Als we het krap krijgen, blijven we ergens
wat langer liggen en kunnen we werken. Mis-
schien dat we wat kunnen verdienen met schrij-
ven en websites bouwen, maar er zal ook altijd
wel ergens wat te klussen zijn. En sponsors. We
hebben er al een paar, maar het zou heel mooi
zijn als zich bijvoorbeeld nog een verzekeraar
meldt.’
Uit het logboek van de Duende:
‘Zomer 2004, Zierikzee: Na maanden boten-
jacht komen we in het voorjaar van 2002 het klei-
ne havenkommetje van Steenbergen binnenrij-
den. En daar ligt ze dan, onder een verweerd,
groenig zeiltje. Weg zijn ineens alle lijstjes met ei-
sen, zeegedrag-analyses, rompvorm-schema’s en
uitrustingswensen. Uren, weken, maanden heb-
ben we informatie uitgepluisd en eisen afgewo-
gen en nu slaat mijn gevoel dit alles achteloos in
de wind. ‘Niet aan toegeven, “mooi” was geen ar-
gument!’ probeert mijn verstand nog wanhopig,
maar het is al te laat. Schoorvoetend geef ik toe
dat we hopeloos verliefd zijn op deze prachtige
klassieke s-spant. (…) Het achterstallig onder-
houd werken we in sneltreinvaart weg om vervol-
gens de hele zomer trots met onze aanwinst op de
Oosterschelde rond te zeilen. (…) Na de heerlijk
lome wittebroodszomer is het tijd om in actie te
komen voor onze in 2005 geplande wereldomzei-
ling. De oceaan is van een andere orde dan het
kleine zwembadje waar we deze zomer in ge-
speeld hebben. Om Duende — want zo hebben we
haar gedoopt — echt zeewaardig en praktisch be-
woonbaar te maken, zijn verschillende aanpas-
singen nodig. Na een laatste koude tocht over een
inmiddels uitgestorven Oosterschelde, laten we
onze zware dame op de kant hijsen in Zierikzee.
(…) De roze wolk is ver te zoeken als we in een
verbeten jacht naar haar verborgen schaduwkan-
ten stuiten op nog meer ellende. Gaten in de
romp, het dek, de kuipvloer, de opbouw; we vin-
den veel zwakke plekken die aan vervanging toe
zijn. Het slopen, breken en roest hakken heeft
een vernietigende werking op onze moraal. Met
elke hamerslag en elk onderzoek wordt Duende
slechter in plaats van beter en wordt de kluslijst
een groot moeras waar we diep in wegzakken.
(…) Het geld vliegt met duizenden euro’s tegelijk
de deur uit. Al onze inkomsten gaan zonder om-
wegen direct door richting werf, revisie en onder-
delen. En dat is lang niet genoeg. Naast ons ge-
wone werk doordeweeks bouwen we websites
om maar niet in de rekeningen te verdrinken. Met
lede ogen zien we aan dat ons financiële plan en
de voorgenomen vertrekdatum steeds minder
reëel worden. (…) Achteraf gezien hebben we
veel geleerd van deze onverwachte hindernis-
baan. (…) We zijn nog lang niet weg, maar ik heb
het idee dat ‘onze reis’ al begonnen is. Het heeft
Vivian Oskam en BramStevens geheel bovenbereiden zich al bijna vijfjaar voor op hun reis, dievia Zuid-Amerika,Nieuw-Zeeland en deCariben voert linksbovenTot dusver heeft deDuende boven en linksechter al een halve tonaan reparatiekostenopgeslokt
pagina 17, 25-02-2006 © Het Financieele Dagblad
ons in ieder geval al een reeks aan ervaringen, in-
zichten, ontmoetingen, vaardigheden en vriend-
schappen opgeleverd die ik niet had willen mis-
sen.’
ONDERWEGBoot: Sally Lightfoot, type OVNI 435,bouwjaar onbekend, lengte 13,29meterBemanning: Edo Ankum (40, jurist),Joanne Ankum-Brinkman (39, jurist),Borris (5) en Esther (3,5)Periode: Augustus 2002-?Route: Engeland, Portugal en Spanjevia Middellandse Zee, Zwarte Zee enRode Zee naar Oost-Afrika. Huidigelocatie: SeychellenWebsite: www.sallylightfoot.nl
‘Het leven aan boord is behoorlijk gestructureerd’,
vertelt Joanne. ‘Juist omdat we als we reizen niet
door werk of schooltijden worden gedwongen,
maken we ons eigen “regime”, dat vrij strak is.
Kinderen om 18.30 of 19 uur naar bed, op tijd
eten, et cetera. We merken dat we er allemaal
goed bij gedijen. De kinderen kunnen zichzelf
goed vermaken. Ze lego’en zich een slag in de
rondte en “lezen” veel. We lezen ook heel veel
voor, zingen — Edo schalt dan ‘De vlieger’ van
André Hazes, gênant genoeg kent Borris de tekst
daarvan ook al uit zijn hoofd — of dansen in de
kuip ter verbranding van de overtollige energie op
“oom” Elvis Presley. Of we gaan vissen. Op zee
gebeurt altijd wel iets spannends als je er oog voor
ontwikkelt.’
‘We verblijven vaak langere periodes op een
plek zodat de kinderen dan naar school kunnen.
Wanneer we onderweg zijn doen we homeschool,
een Engelstalig programma. Als je zo lang en in-
tensief reist, is het voor de verwerking van alle
ervaringen van groot belang ook rust in te bou-
wen. We worden ook wel door seizoenen gedwon-
gen pas op de plaats te maken. Als we langer in een
land zijn, meer van de taal leren en mensen leren
kennen, wordt zo’n verblijf ook intenser en waar-
devoller dan wanneer je als toerist alleen de high-
lights bezoekt. Ik investeer enorm in contacten on-
derweg. Door school van de kinderen maar ook
door bijvoorbeeld Swahili te leren koken bij een
lokaal restaurant, leer ik veel meer van een taal,
over de echte cultuur. Mensen maken mijn wereld.
Edo heeft daar minder lastvan.’
‘Ik denk dat ik in de basis niet echt veranderd
ben. Sommige zaken dienen zich scherper aan dan
in een gewoner leven. Mijn sociale contacten in
Nederland en daarbuiten waren altijd al enorm
belangrijk voor me. Ik hield enorm van mijn werk
en mis het nog steeds. Dat knaagt behoorlijk aan
me en mede daardoor houden we waarschijnlijk
eerder met dit zwerversbestaan op dan Edo lief
zou zijn.’
‘Ik merk dat ik veel meer geniet en intensiever
leef met Edo en de kinderen en dat beïnvloedt me
natuurlijk. Als ik gewoon lekker was blijven wer-
ken, had ik Esther en Borris nooit zo goed en intens
leren kennen als nu. Als ik daar goed over nadenk,
schrik ik er wel van. Als ik dus thuis was gebleven
en heel hard was blijven werken, zou ik zo ontzet-
tend veel gemist hebben en hadden Edo en ik de
kinderen veel minder zelf kunnen vormen. Ik ben
mezelf en Edo dan ook heel dankbaar dat we be-
sloten hebben dit nu te doen en niet altijd maar te
blijven praten, dromen en sparen voor “ooit”.’
Uit het logboek van deSally Lightfoot:
‘September 2005, bij Pemba, Tanzania:
Van die kitscherige vakantieplaatjes van witte
stranden en een turkooizen zee, dat is ongeveer
waar wij op het moment in ronddobberen (zo-
lang je de ratten die over het strand lopen even
vergeet). Apen lopen ook over het strand (niet ir-
ritante toeristen maar het echte spul). Op Mesali
(eiland van 1 bij 0,5 km, natuurreservaatje vlak
bij Pemba, waar we nu dus ankeren) is ook een
grot waarin geesten schijnen te wonen. Die gees-
ten dienen regelmatig offers te krijgen ten behoe-
ve van goede gezondheid en visvangst. Een visser
vroeg me medicatie omdat hij overgeeft en buik-
loop heeft. Gevalletje yoghurt met norit en bruis-
tabletje paracetamol en daarna snel weer een of-
fer brengen in die grot, was mijn analyse. Hope-
lijk is hij vandaag niet zieker dan gisteren want
dan moeten wij hier snel ons kielzog tonen, vrees
ik.
We vierden mijn verjaardag gisteren (omdat
we dachten vandaag naar Zanzibar te zeilen
maar het is hier iets te geweldig om gelijk door te
varen vond zelfs Edo!) met zelfgemaakte cake en
geweldige “icing” met toepasselijke Miami Vice-
kleuren (wie piepkleine flesjes voedselkleurstof
koopt wanneer ze een keer bij een grote super-
markt is, die heeft wat). Omdat Edo en de kinde-
ren wat minder vooruitblikkend waren geweest
kreeg ik letterlijk cadeaus “in natura”. Borris had
een “nature trail” geknipt uit oude National Geo-
graphics en daar mocht ik langs lopen door de
boot. Verder mocht ik helemaal alleen een heel
eind snorkelen langs de “drop off”, daar waar het
rif de diepte in duikt en dus een prachtige plek
met enorme koraalkastelen en feeërieke zeeane-
moontuinen met horden kleurrijke vissen erin en
omheen. Daarbuiten “le grand bleu”, heel diep en
heel donkerblauw. Een beter cadeau had ik mij
niet kunnen wensen.
B, E en E zijn al richting strand en droogval-
lend koraal, ik nog aan boord omdat het brood
nog in de oven staat (huiselijke taken iedere dag
weer: melk zonder klonten proberen te fabrice-
ren van weerbarstig melkpoeder, daarvan ook
yoghurt maken, brood bakken, alle voorraden na-
Grote foto ‘Time out’ voorde familie Ankum op heteilandje Mafia voor de kustvan Tanzania. Dankzij deophaalbare kiel kan de SallyLightfoot tot op het strand.Links Joanne en kinderenbij het oversteken van deEvenaar, boven Borris enEsther na de kleuterschoolin Lamu, Noord-Kenia entonijnvangst op open zee
FOTO'S: FAMILIE ANKUM
pagina 19, 25-02-2006 © Het Financieele Dagblad
kijken op wegwandelend fruit en groenten, en
dan nog de “gewone” dingen als koken en trach-
ten de boel binnen een beetje zoutvrij te houden).
Het brood begint heerlijk te ruiken dus ik ga zo
als Jacqueline Cousteau te water om me bij mijn
gezin te voegen.’
TERUG VAN WEGGEWEESTBoot: Pinical, ontwerp Dick Zaal,bouwjaar 1986, lengte 12,12 meterBemanning: Jan Gerrit Kroon (37,arbeidsrechtadvocaat) en ChantalGroothuis (37, registeraccountant)Periode: Augustus 2002 totseptember 2004Route: Reis rond de wereld viaCanarische Eilanden, Cariben,Panama, Pacific, Australië, Maleisië,Sri Lanka, Rode Zee, MiddellandseZee, Nederland.Website: www.pinical.nl
Een reis rond de wereld in twee jaar. Volgens Jan
Gerrit vinden veel cruisers, ‘meestal mensen
die geen verplichtingen hebben’, dat veel te
snel. Hij en Chantal niet, want ze voelden er
weinig voor om alle banden met Nederland
door te snijden en bovendien hadden ze maar
voor twee jaar geld. ‘Zo’n honderd gulden per
dag, exclusief groot onderhoud. Een fikse kos-
tenpost, zo bleek al snel, want wind, zon en
zout doen alles razendsnel slijten.’ Echte ram-
pen zijn ze onderweg bespaard gebleven, of het
moet die keer zijn dat Chantal met haar vingers
in een schootblok bekneld raakte. ‘Haar vingers
waren geplet en het dichtstbijzijnde land lag op
drie dagen varen.’ Na drie dagen pijn lijden en
koelen met ijsblokjes bleek de schade gelukkig
mee te vallen. En o ja, dan was er ook nog die
keer dat ze bij Tahiti bijna hun mast kwijtraak-
ten, maar ook dat liep met een sisser af. ‘Crui-
sers staan altijd klaar om elkaar te helpen.
Daarbij waren we goed voorbereid, dankzij een
paar cursussen, waaronder EHBO. Daarin zijn
we overigens niet zo ver gegaan als sommige
anderen die in het Rotterdamse Havenzieken-
huis hebben leren hechten op varkenshuiden.’
Hun relatie heeft het in ieder geval overleefd,
en is er volgens Jan Gerrit zelfs alleen maar
sterker op geworden. ‘Natuurlijk is het wennen
om opeens de hele dag samen op dezelfde 50
vierkante meter door te brengen, maar er sluipt
al snel een soort ritme in. Daarbij ben je ook niet
de hele tijd aan het varen. Je wilt onderweg wat
van de landen zien, tripjes maken en aan de
boot klussen.’ Hij schat dat ze ongeveer een der-
de van de tijd daadwerkelijk onderweg waren.
En nu zijn ze dus weer terug. Was het een
moeilijke overgang? ‘Nee, eigenlijk niet. De reis
had van mij wel langer mogen duren, maar het
was ook ontzettend fijn om weer thuis te zijn.
En omdat we “maar” twee jaar weg waren ge-
weest was de overgang ook niet te groot.’ Ook
qua werken. ‘Mensen denken soms dat het een
soort vakantie is, maar je bent onderweg eigen-
lijk altijd behoorlijk druk met dingen regelen en
klussen.’ Chantal heeft haar oude beroep (re-
gisteraccountant) weer opgepakt en is terug bij
haar oude werkgever. Ook Jan Gerrit zit weer in
zijn oude stiel en is samen met een partner een
eigen arbeidsrechtadvocatenkantoor begon-
nen.
Uit het logboek van de Pinical:
‘Maart 2003, San Blas-eilanden, Cari-
ben: De San Blas-eilanden waren een onverge-
telijke ervaring. Er leven daar circa 55.000 Ku-
na-indianen min of meer onafhankelijk van Pa-
nama en met een sterke hang naar het verle-
den. Alsof je terug in de tijd gaat. Ze zijn onge-
veer 1,50 meter lang, traditioneel gekleed en
geverfd en het dagelijks vervoermiddel is een
boomstamkano. Buitenboordmotoren zijn zeld-
zaam en de meeste dorpen bestaan nog echt uit
hutten van bamboe met palmbladeren daken.
Stroom komt uit een generator die slechts twee
uur per dag draait. De rest is houtvuur. Water
wordt uit een rivier aan het vasteland gehaald,
ook weer met kano’s. Natuurlijk is er inmiddels
wel iets gemoderniseerd. Zo hoor je soms plot-
seling, terwijl je door zo’n palmbladeren dorpje
loopt, het gekweel van Enrique Iglesias uit een
gettoblaster komen...
Oktober 2003, overtocht naar Darwin,
Australië: Jan Gerrit heeft het op voorhand al
helemaal gehad met die Australiërs. Afgezien
van het feit dat hij het gros van de Australiërs
maar boeren vindt, wordt hij helemaal gallisch
van de Australische bureaucratie. In Port Vila,
Vanuatu, kregen we bij het uitklaren al een
complete tas mee met informatie van de Austra-
lische overheid. Folders met een lijst met wat er
allemaal het land niet in mag, een lijst met wat
er allemaal gedeclareerd moet worden (veel!!),
de visumvereisten, andere foldertjes, een soort
Leger des Heils-zak waar je de niet-toelaatbare
spullen in moet stoppen en vooral veel, heel
veel stickers. Stickers van allerlei instanties,
maar bijvoorbeeld ook een sticker met daarop
de tekst dat je vooral niets in zee mag gooien,
compleet met een soort kliktelefoonnummer
dat je kunt bellen om melding te doen als je ie-
mand anders afval in zee ziet dumpen. Daaren-
tegen is nergens te lezen dat je voor het afval
dat je inlevert moet betalen (we hebben ge-
hoord dat dat zo schijnt te zijn). Wij gooien nog
steeds alle gft- en vleesafval zo de plomp in als
we op zee zijn, en zijn van plan om dat te blij-
ven doen. Geen zin in stinkende derrie aan
boord.’ �
Grote foto Jan Gerrit Kroonaan het roer bij harde windvoor Tahiti, links Jan Gerriten Chantal en boven deaankomst in Scheveningen
FOTO'S: JAN GERRIT KROON
pagina 21, 25-02-2006 © Het Financieele Dagblad