Upload
others
View
12
Download
0
Embed Size (px)
Citation preview
Oefening Zo binnen Zo buiten
Een mens kent verschillende niveaus van functioneren, die nauw met elkaar samenwerken om de
mens ‘vorm te geven’. Uiterlijk zien we het gedrag van een mens in een bepaalde situatie; innerlijk
(onder water) vinden er de mentale, emotionele en spirituele processen plaats die ons gedrag sturen.
Gedrag aan de buitenkant kan makkelijk(er) veranderd worden en aangeleerd worden, overtuigingen en
de identiteit binnen in ons kan moeilijk(er) veranderd worden. Veranderingen aan de buitenkant hebben
niet per se een doorslag naar diepere lagen toe, veranderingen op een dieper niveau hebben altijd hun
uitwerking op de buitenste lagen.
Het Zelf of het Zijn (of meer functioneel, onze Missie of de Missie van een organisatie) is onze wezenlijk
kern en onveranderbaar. Het is moeilijk te beschrijven en te kennen, het is ons diepste weten en ons
diepste zijn.
Onze Identiteit maakt ons tot een uniek te kennen wezen. Hier komt onze identiteit tot uitdrukking, wie
wij vinden wie we zijn, zowel persoonlijk als zakelijk. Hier komen onze kernkwaliteiten tot uitdrukking,
Niveaus van persoonlijk functioneren
Zelf
Identiteit
Overtuigingen
Vaardigheden
Gedrag
Situatie
Waarden
Rollen
maar ook onze valkuilen. Doorzettingsvermogen wordt zo doordraven, flexibel wordt meegaand en
willoos, krachtig wordt dominant. En visa versa natuurlijk, uit uw valkuilen kunt u uw kernkwaliteiten
afleiden.
Veranderingen op dit niveau gaan langzaam, maar zijn zeker mogelijk. Door gebeurtenissen of door
persoonlijke en professionele ontwikkeling kunnen kunt u zich bewust worden van onderbelichte of
verborgen kwaliteiten of ambities en deze leren integreren in uw dagelijkse gedrag. Alle activiteiten van
NIML zijn erop gericht uw gedragsrepertoire te uit te breiden en te integreren, zodat u effectiever en
efficiënter wordt.
Training en (loopbaan)coaching vinden onder andere op dit niveau plaats, om duurzame ontwikkeling
van de mens mogelijk te maken, bijvoorbeeld op het gebied van assertiviteit, leiderschap,
communicatie en carrière-ontwikkeling.
Uw Overtuigingen zijn gebaseerd op wie u vind wie u bent, uw Identiteit. Op dit niveau vinden we onze
normen en waarden terug, op grond waarvan u uw overtuigingen formuleert. Deze overtuigingen,
normen en waarden zijn het kompas waarmee je je gedrag stuurt, bewust of onbewust. Hier worden uw
drijfveren kenbaar, uw energiebronnen om zaken aan te pakken of juist niet.
Overtuigingen kunnen ons helpen of juist tegenwerken. Als ik als professional niet de overtuiging heb
dat mijn werk bij me past, zal dat in de uitvoering van mijn werk vroeger of later naar buiten komen. Als
ik het idee of de overtuiging heb dat een confrontatie altijd verkeerd en in mijn nadeel uitpakt, zal ik die
niet zo snel aangaan. Iemand die juist het idee heeft dat een confrontatie duidelijkheid schept en tot
een win-win situatie kan leiden, zal de handschoen veel makkelijker oppakken.
Overtuigingen bouwt u gedurende uw leven op en blijven zich ontwikkelen. U kunt in uw overtuigingen
de stem van je vader of moeder terug horen, of die van een docent of een vriend. Als sociaal wezen
verzamelen wij op allerlei manieren overtuigingen en in de interactie tussen mensen worden die
constant bijgeschaafd. Overtuigingen sturen uw gedrag. Bij professionele en persoonlijke ontwikkeling
moet dan ook altijd aan dit niveau aandacht worden besteed, alleen het trainen van vaardigheden is
onvoldoende.
Vaardigheden geven ons kracht en zekerheid vorm te geven aan ons werk en leven en geven ons een
positie in de maatschappij. Met behulp van onze vaardigheden, capaciteiten en vermogens realiseren
we onze doelen en handelen we op een praktische manier. Een mens heeft veel verschillende
vaardigheden en capaciteiten: intellectueel, muzikaal, wiskundig, psychologisch, emotioneel, fysiek,
ambachtelijk, technisch enzovoorts. Deze kunnen ontwikkeld worden door middel van scholing, training
en werk. Het toepassen van nieuwe vaardigheden voelt voor mensen vaak vreemd aan, reden waarom
ze het niet makkelijk doen. Zeker als het gaat om meer persoonlijke vaardigheden, zoals bijvoorbeeld
gesprekstechniek, wat soms lijkt als een toneelspel. Terwijl na enige oefening blijkt dat het steeds
natuurlijker gaat.
Vier stappen van leren zijn u behulpzaam:
- onbewust onbekwaam: u weet niet dat u op een bepaald vlak niet effectief bent, maar komt daar
door ervaringen of feedback achter.
- bewust onbekwaam: u ervaart bewust dat u onbekwaam bent. Het niet accepteren kan een
psychologische barrière vormen in dit leerproces.
- bewust bekwaam: door oefening, training en toepassing in de praktijk leert u de nieuwe
vaardigheden toe te passen en leert u ze te integreren op overtuigings- en identiteitsniveau. De
barrière in het leerproces is het onwennige en vreemde nieuwe gedrag; de uitdaging is het
nieuwe gedrag daadwerkelijk toe te passen, ook al voelt vaak vreemd en onwennig. Training en
coaching bieden u daarvoor een veilige leeromgeving.
- onbewust bekwaam: door oefening en toepassing hebt u het nieuw geleerde geïntegreerd en u
dusdanig eigen gemaakt dat je er niet meer bij stilstaat. Vergelijk het leren autorijden: eerst heel
veel handelingen, nu gaat het bijna automatisch (wat op zich wel weer een gevaar kan
betekenen).
Leren is op die manier een eindeloos herhaald proces, want u leert altijd weer nieuwe dingen en
doorloopt telkens weer deze leercirkel:
Onbewust)
bekwaam)
Onbewust)
onbekwaam)
Bewust)
onbekwaam)Leren)
Bewust)
bekwaam)
Leercirkel
Bewustwording
Training Begeleiding
Bijsturing
Leren is dus niet alleen het vermogen snel nieuwe stof op te nemen, maar ook om te gaan met de fases
in de leercirkel en het geleerde in de diepere psychologische lagen van uw functioneren te leren
integreren.
Ons Gedrag is onze buitenkant, dat wat anderen van ons zien en aan de hand waarvan ze onze diepere
lagen proberen af te leiden (hier ligt interpretatie en de bron van veel problemen op de loer). Wat doet
iemand precies, gebruikt hij wel of niet zijn Vaardigheden, handelt hij wel of niet in overeenstemming
met zijn Overtuigingen, is zijn werk wel in overeenstemming met wie hij is (Identiteit)? Op de diepere
lagen speelt vertrouwen een belangrijke rol: vertrouwen wij iemand wel? Is ie wel wie hij of zij zegt wat
ie is of bedoelt?
Ons Gedrag verandert al naar gelang de situatie, of juist niet. We bouwen in ons leven gedragspatronen
op, die ons na verloop van tijd of in bepaalde situaties niet meer verder helpen. We zitten dan vast in
belemmerende gedragspatronen, die we blijven herhalen, tegen beter weten in, bij gebrek aan
alternatieven en belemmert door de barrières van de leercirkel.
De kerndoelen van training en coaching zijn:
- u bewust te maken van en u inzicht te geven in uw belemmerende èn effectieve
gedragspatronen
- u inzicht te geven in de impact en gevolgen van die belemmerende gedragspatronen, zodat u
de noodzaak en urgentie tot echte gedragsverandering ervaart
- u inzicht te geven in de kracht en de energie die uitgaat van uw Identiteit en uw Waarden en u
te leren daar op een praktische en concrete manier vorm en inhoud aan te geven (zie het
VEDA-model)
Het is een ontdekking stil te staan bij wat u feitelijk doet, te observeren hoe u zich gedraagt en wat de
impact is van uw gedrag op uzelf en uw omgeving. Dat is het niveau van zelfreflectie en feedback.
Daarmee wordt uw zelf- en omgevingsbewustzijn vergroot, ontdekt u of uw gedrag wel in
overeenstemming is met uw diepere lagen en wat de gevolgen zijn.
Oefening
De volgende oefening helpt u inzicht in uw psychologische niveaus van functioneren en de onderlinge
samenhang te krijgen. Merkt u dat er ergens een ‘kink in de kabel’ zit, dan is dat het niveau waarop er
werk aan de winkel is. Dat werk heeft dan vervolgens uitwerking naar alle niveaus, maar vooral naar de
buitenste.
Werk de vragen stap voor stap af, doorloop letterlijk de cirkels en noteer de antwoorden of, bij voorkeur,
laat iemand anders de vragen stellen en uw antwoorden noteren. Neem de tijd, het is een reflectie-
oefening om met uw diepere lagen, wensen, idealen en verlangens in contact te komen.
- Situatie / omgeving: Beschrijf uw (werk)omgeving
o Wat is het meest typerende voor de werkomgeving waarin u werkt?
o Hoe ziet deze ruimte(n) eruit?
o Wanneer werkt u?
o Zijn er anderen waarmee u werkt? Hoe zien zij eruit?
o Hoe zien uw klanten eruit?
- Gedrag: beschrijf uw daadwerkelijke handelingen
o Wat doet u? Hoe gedraagt u zich?
o Wat zegt u?
o Hoe gaat dat dan?
o Hoe kijkt u en beweegt u?
o Hoe ziet dat er uit?
- Vaardigheden: Beschrijf uw vaardigheden (die acties die u op consistente wijze een bepaald
gewenst effect bezorgen)
o U kunt denken aan uw vakbekwaamheid: uit welke vaardigheden bestaan deze?
o Wat beheerst u?
o Wat kunt u goed, wat zijn uw kwaliteiten, uw competenties?
- Overtuigingen / waarden: Beschouw in gedachten uw overtuigingen en waarden met betrekking
tot uw vak / functie / beroep / situatie:
o Waarom doet u dit vak?
o Wat maakt uw werk belangrijk, waardevol voor u?
o Waar draait het nou echt om in uw vak?
o Wat zijn voor u belangrijke waarden?
o Wat zou u niet meer hebben als u stopt met uw werk?
- Identiteit / rollen: Dat wat u doet en denkt maakt nog niet tot wie u bent als persoon:
o Wie bent u?
o Welke kenmerken beschrijven uw persoonlijke identiteit het best?
o Welke rollen passen u?
- (Spirituele) Missie en visie: Stelt u zich voor dat u een specifiek hoger doel heeft te vervullen in
uw leven:
o Op welke wijze is uw werk een onderdeel van uw hogere doelen?
o Van waaruit handelt u?
o Op welke wijze houdt uw persoonlijke missie verband met een groter geheel?
Loop daarna terug naar de Situatie en controleer bij elke stap of datgene wat u op de heenreis hebt
gezegd, wel congruent is met uzelf:
- “Vanaf deze laatste stap draait u zich nu om en blikt u terug over de zes stappen die u heeft
gezet en de antwoorden die u heeft gegeven.”
- “U neemt uw gewaarwordingen vanuit de laatste stap, u Zelf, mee als u terug stapt in het niveau
van uw Identiteit. Merk op of er een verschil is. Sluit uw Zelf en uw Identiteit bij elkaar aan?”
- “Neemt u dit krachtige besef over wie u zou kunnen zijn mee terwijl u terug stapt naar uw
Overtuigingen en Waarden. Wat zou u liever geloven over uzelf opdat u uw Zelf en uw Identiteit
zich beter uitdrukken in Overtuigingen?”
- “U stapt nu terug in uw Vaardigheidsniveau. De vaardigheden die u heeft kunt u vanuit een
dieper besef gebruiken. Welke vaardigheden zou u willen verwerven om meer congruent met uw
Zelf, uw Identiteit en uw Overtuigingen te functioneren? Wat kunt u doen om meer congruent ‘in
lijn’ te zijn met de dieperliggende niveaus?”
- “U stapt nu terug naar het Gedragsniveau. Zijn uw gedragingen op uw werk congruent met de
dieperliggende niveaus van uw Zelf, uw Identiteit, uw Overtuigingen en uw Vaardigheden? Op
welke punten wilt u iets veranderen?”
- “Tenslotte stapt u terug in uw huidige omgeving; in het hier en het nu. Stelt u zich voor dat u
weer in uw werkomgeving bent met het besef vanuit de door u onderzochte dieperliggende
niveaus. Welke mogelijkheden ziet u hier om uzelf meer af te stemmen op de onderzochte
niveaus? Welke voornemens, plannen levert u dat op? Hoe gaat u die voornemens en plannen
concretiseren en realiseren? (zie de oefening Doelen formuleren)