Partijcongres 7 november 2015 Vergaderstukken …...Vergaderstukken partijcongres 7/11/15, deel 2 Inhoudsopgave 1. Algemene informatie 4 2. Programma 9 3. Overzicht deelsessies 11

Partijcongres 7 november 2015

Vergaderstukken deel 2

versie 2 november 2015

Vergaderstukken partijcongres 7/11/15, deel 2

2


Inhoudsopgave 1. Algemene informatie 4 2. Programma 9 3. Overzicht deelsessies 11

incl. bijlage deelsessie statuten 17 4. Behandeling ingediende resoluties 7 november 2015 33

werkwijze 33 verdeling resoluties over de deelsessies 34 volgorde behandeling resoluties plenair 35 resoluties 37

3


1a. Locatie en route A. Locatie en route Locatie partijcongres TivoliVredenburg Vredenburgkade 11 3511 WC Utrecht Route TivoliVredenburg ligt direct naast het Centraal Station in Utrecht. Komt u met de trein, dan volgt u de borden Hoog Catharijne en uitgang Mediamarkt. Bij de uitgang gaat u rechts, even verderop treft u TivoliVredenburg aan.

Komt u met de auto, dan volgt u de borden Centrum. In de directe omgeving van TivoliVredenburg zijn voldoende parkeergarages. Parkeerkosten zijn voor eigen rekening. De dichtstbijzijnde parkeergarages zijn P3 en P4.

4


B. Inhoudelijke informatie Vergaderstukken, deel 2 Voor u liggen de vergaderstukken, met daarin opgenomen de laatste versie van de agenda. Indien er wijzigingen zijn ontvangt u de definitieve agenda bij binnenkomst. Vergaderstukken deel 1 en de begroting 2016 kunt u downloaden via www.cda.nl/partijcongres. Stemrecht partijcongres U hebt stemrecht als u op of voor 12 september 2015 lid bent geworden en uw verschuldigde contributie voor 2015 uiterlijk 17 oktober 2015 (deels) heeft voldaan. Leden die na 1 september 2015 lid geworden zijn, hoeven geen contributie over 2015 te betalen. Aanvragen spreektijd Er hoeft vooraf geen spreektijd aangevraagd te worden. U kunt zich melden bij één van de zaalmicrofoons, waar u van de voorzitter het woord krijgt. Verkiezing bestuursleden Het CDA partijbestuur heeft donderdagavond 10 september 2015 de voordracht bekend gemaakt voor drie vacatures in het Dagelijks Bestuur en het partijbestuur. Uit de 18 ontvangen sollicitaties worden vijf kandidaten voorgedragen voor de functies van DBlid Communicatie & Marketing, DBlid HRM & Ontwikkeling en het partijbestuurslid Sport, Cultuur en Vrijwilligers.

In vergaderstukken deel 1, op pagina 13 leest u meer over de kandidaten en de procedure.

U kunt schriftelijk stemmen over de dubbele voordrachten voor de functies van DBlid HRM & Ontwikkeling en het PBlid Sport, Cultuur en Vrijwilligers. U kunt het groene en blauwe stembiljet tot 13.15 uur inleveren in de stembus midden op het Cateringplein (Plein 6).

De functie van DBlid Communicatie & Marketing is een enkelvoudige voordracht. U wordt gevraagd deze voordracht bij acclamatie te bekrachtigen. Uiteraard kunt u alleen stemmen als u stemgerechtigd bent.

Tevens wordt door het partijcongres een vicevoorzitter gekozen. Hiervoor heeft u een wit stembiljet ontvangen. Indien dit een dubbele voordacht is, zal u tijdens het

5

http://www.cda.nl/partijcongres


middagdeel van het partijcongres gevraagd worden dit stembiljet in te vullen en in te leveren bij de stemploeg. Het witte stembiljet doet u dus niet in de stembus.

Behandeling resoluties De discussie over de resoluties vindt plaats in twee deelsessie tussen 09.3011.00 uur. Rond 15.00 uur, tijdens het plenaire politieke middagdeel, wordt over de resoluties gestemd. Op pag. 33 vindt u een overzicht welke resolutie in welke sessie wordt behandeld. Stemming vindt alleen plenair plaats, tussen 15.0016.00 uur in de grote zaal.

6


C. Organisatorische informatie Toegangskaarten, stemboekjes, lunchkaarten en dinerkaarten Het partijcongres is volgeboekt. U ontvangt in de week van 2 november via de mail uw bevestiging. Deze moet u uitgeprint of op de smartphone/tablet meenemen en inleveren/laten zien bij één van de balies in de ontvangsthal. Daar ontvangt u vervolgens uw stemboekje, toegangskaart, lunch en/of dinerkaart Deelnemers die geen bevestiging hebben ontvangen, kunnen niet deelnemen aan het partijcongres. Deelsessies Voor de deelsessies hebt u geen toegangskaarten nodig, maar let op: vol = vol. Elders in dit boekje vindt u een overzicht van de deelsessies, incl. de locaties. Stands Tot 14.30 uur staan op Plein 5 stands van het CDAV, het CDJA, de CDA Senioren, de Bestuurdersvereniging, het Wetenschappelijk Instituut, het Steenkampinstituut, De Zomerschool, de EVP, de Basisgroep Sociale Zekerheid, het Duurzaamheidsberaad, Kleurrijk, Het Nederlands Dagblad (met een aantrekkelijke congresaanbieding voor het Nederlands Dagblad), Uitgeverij Boom, Uitgeverij Van Gennep en Dialoog.NU. Tussen 12.0014.30 uur een stand van het campagneteam van Limburg waar u campagnewijn kunt bestellen. Tevens kunt u bij de borrel het boek “ Het ChristenDemocratisch affiche” tegen een speciale congresprijs kopen, vanaf 16.30 uur. Wifi In het hele pand is gratis wifi voor de deelnemers aanwezig via het open netwerk van Tivolivredenburg. Catering Consumpties zijn de hele dag voor eigen rekening. Alle consumpties kunnen contant of met de pinpas afgerekend worden. Lunch en diner Indien u via het aanmeldformulier een lunch en/of diner hebt besteld en betaald ontvangt u bij aankomst op het partijcongres uw kaart. Hebt u wel een lunch en/of diner besteld, maar nog niet betaald, dan kunt u deze alsnog betalen bij de kassa bij

7


de aanmeldbalies. U kunt deze contant afrekenen of pinnen. Hebt u geen lunch besteld, dan kunt u tussen 12.4513.15 uur bij de kassa vragen of er nog bonnen over zijn. Hebt u geen diner besteld, dan kunt u rond 18.00 uur bij de kassa vragen of er nog bonnen over zijn. De lunch vindt plaats op Plein 5 en Plein 6. Het diner vindt plaats in de Pandora Foyer. De kosten voor een lunch bedragen € 12,50 p.p., de kosten voor het diner € 45,00 p.p incl. drankjes. Reünie 35 jaar CDA: borrel en diner Op 11 oktober 1980 is het CDA officieel opgericht. Dat betekent dat we dit jaar 35 jaar bestaan. Daarom organiseren we na afloop van het Partijcongres, een grote reünie voor onder meer (oud)bestuursleden, (oud) fractieleden, oudbewindspersonen, (oud) medewerkers van partijbureau en fracties. Ook u als congresganger bent van harte welkom. De reünie zal bestaan uit een borrel en/of een, waarbij de reüniegasten aansluiten bij de reguliere borrel en het informele diner. De borrel vindt plaats tussen 16.3018.00 uur, het diner aansluitend tot 20.00 uur. U kunt zich hier helaas niet meer voor opgeven.. Indien u nog vragen heeft over het congres, dan kunt u contact opnemen met de CDAledendesk, 07034 24 820 of via de mail: [email protected].

8


2. Programma I. 09.3011.00 uur Deelsessies, ronde 1 1. Resoluties 1 (Hertz) 2. Resoluties 2 (Pandora Zaal) 3. Nieuwe leden (Pandora Foyer) 4. Nieuwe Encycliek van de Paus, Laudato Si (Cloud Nine zaal) 5. Training Ledenwerving (Cloud Nine Club) 6. Visiegroep Ruimte & Wonen (Punt) 7. Visiegroep Mobiliteit (Workshopruimte) II. 11.3012.40 uur Plenair: Politiek deel 1 1. Welkom 2. Opening met Wilhelmus 3. In Memoriam 4. Meditatief Moment 5. Presentatie kandidaten bestuursfuncties 6. Toespraak partijvoorzitter Ruth Peetoom 7. Toespraak fractievoorzitter Sybrand Buma III. 12.4014.15 uur Lunch IV. 13.1514.15 uur Deelsessies, ronde 2 1. De overheid in de vitale samenleving (Cloud Nine zaal) 2. Statuten (Punt) 3. TTip (Pandora foyer) 4. Visiegroep Werk & Economie (Cloud Nine club) 5. Visiegroep Cultuur, Media & Sport (Pandora Zaal) 6. Lokale opvang en huisvesting vluchtelingen (Hertz)

9


V. 14.3015.20 uur Plenair: Huishoudelijk deel 1. Welkom 2. Ingekomen stukken 3. Vaststellen verslag 11/4/2015 4. Vaststellen en goedkeuren begroting 2016 5. Uitslag verkiezing bestuursleden en afscheid bestuursleden 6. Benoemingen en afscheid Eduardo Frei Stichting en commissies 7. Afscheid leden Eerste Kamer en Tweede Kamer 8. Presentatie nieuwe voorzitter dertigersgroep VI. 15.2016.50 uur Plenair: Politiek deel 2 1. Behandeling resoluties 2. Uitreiking JPBaward 3. Overhandiging boek “Het ChristenDemocratisch affiche” 4. Ledenwerfcampagne #ikdoemee 5. Afsluiting VII. 16.5018.00 uur Borrel + reünie VIII. 18.0020.00 uur Diner + reünie

10


3. Deelsessies ronde 1: 09.3011.00 uur Toegang deelsessies: Voor de deelsessies heeft u geen aparte toegangskaart nodig, er geldt een vrije inloop. 1. Deelsessie Resoluties 1

Zaal: Hertz Tijdens de deelsessie is er voor alle leden ruimte om te discussiëren over de resoluties. De stemming vindt plaatst tijdens het plenaire middagdeel, rond 15.00 uur. In deze sessie worden de volgende resoluties behandeld: 8. Gelijk speelveld voor Nederlandse ondernemers 11. Vluchtelingen 12. Pak grondoorzaken vluchtelingencrisis aan 15. Europees Defensiebeleid 16. Stabiliteit door terughoudendheid 19. CO2reductiedoelen wettelijk vastleggen 20. Verdienmodellen toepassen bij natuurbeleid 2. Deelsessie Resoluties 2

Zaal: Pandora Zaal Tijdens de deelsessie is er voor alle leden ruimte om te discussiëren over de resoluties. De stemming vindt plaatst tijdens het plenaire middagdeel, rond 15.00 uur. In deze sessie worden de volgende resoluties behandeld: 1. Duits op het VMBO 2. Meer aandacht voor muziek, kunst en cultuur onderwijs 3. Ruimte voor de universiteit 4. Gelijkwaardige verdeling van infrastructurele middelen 5. Onderhoud aan het regionale spoor 6. Verhoging bruggen en andere infrastructuur 7. Belastingvrije voet moet beter nageleefd worden 9. Recht op recht 10. Vermogensbelasting 13. Aanpak vuurwerkafval via een schoon nieuwjaar 14. Schede verdeling cultuurgelden 17. Onvoorwaardelijk basisinkomen 18. Snel internet

11


3. Ontvangst nieuwe leden

Zaal: Pandora Foyer Speciaal voor nieuwe leden is er een welkomstbijeenkomst. Hier kunnen zij kennismaken met de partij en krijgen ze uitleg over het partijcongres, over hoe je actief kunt worden binnen de afdeling en de partij, over het opleidingsaanbod van het Steenkampinstituut en nog veel meer. Deze bijeenkomst is alleen bedoeld voor nieuwe leden die tussen april en november 2015 lid zijn geworden. 4. Deelsessie “Laudato Si”

Zaal: Cloud Nine Zaal In de zomer publiceerde paus Franciscus zijn encycliek Laudato Si: 'Wees geprezen over de zorg voor ons gemeenschappelijk huis'. In deze brief beschrijft de paus de ecologische crisis waarin we ons bevinden: afnemende biodiversiteit, klimaatverandering, schaarste aan voedsel en water. Hoe heeft het zover kunnen komen? Waar liggen de wortels van dit probleem? En vooral: wat moeten we doen? De paus legt het probleem in het hart van de mens en de cultuur. We zijn de wereld technocratisch gaan behandelen en zijn de eerbied voor de schepping kwijtgeraakt. Wat nodig is, is een 'ecologische bekering'. Het probleem van de mondiale armoede en het milieuprobleem zijn onlosmakelijk met elkaar verbonden. Het is immers dezelfde houding van onverschilligheid. De armen en de aarde roepen beide om een rechtvaardige behandeling. We moeten leren het algemeen welzijn weer voorop te zetten. Daarnaast moeten wij persoonlijk opnieuw leren dat veel materiële welvaart ons niet gelukkig maken, omdat wij mensen daar bovenuit kunnen stijgen. Tijdens de sessie gaan we dieper in op de inhoud van de encycliek. Daarnaast gaan we ook het gesprek aan over de toepassing ervan in de praktijk en de politiek. 5. Training ledenwerving

Zaal: Cloud Nine Club Tijdens deze workshop word je uitgedaagd om te laten zien hoe jij een leuk en goed gesprek voert met potentiële nieuwe leden. De ledenwerfkaarten met 12 portretten van CDA'ers vormen een mooie aanleiding om in gesprek te gaan. We gaan praktisch in op de vraag hoe je mensen benadert en hoe je ze aanspreekt. Daarbij wordt ook gekeken hoe je zelf de regie houdt en een ‘prettig gesprek’ voert. Tevens zullen we kort stilstaan bij manieren om potentiële nieuwe leden te ‘vinden’.

12


6. Deelsessie “Visiegroep Ruimte & Wonen” Zaal: De Punt

Tijdens de bijeenkomst wil de visiegroep met de leden in debat over een concept discussienotitie. Deze wordt vooraf online gezet. Tijdens de bijeenkomst krijgt u een korte toelichting op de Omgevingswet door een juridisch deskundige. Aanvullend komt de CDAvisie op ruimte en wonen aan bod in combinatie met lokaal maatwerk, functieverandering van gebouwen, impact van energie op de ruimte, zelfredzaamheid, eigen regie ten aanzien van vastgoed, de hypotheekmarkt en verschillen tussen regio's. Conclusie: een breed en boeiend taakveld voor een levendige discussie tijdens deze deelsessie.

7. Deelsessie “Visiegroep Mobiliteit“ Zaal: Workshopruimte

Wij zijn in beweging. U ook? Een van de visiegroepen die werkt aan het nieuwe verkiezingsprogramma is de visiegroep mobiliteit. Als visiegroep mobiliteit willen we graag met u in gesprek. Wat zijn de prioriteiten van het CDA wat betreft mobiliteit? Moeten we inderdaad zoveel mogelijk containers vanuit de Rotterdamse Haven per binnenvaartschip en trein vervoeren? Maakt u zich zorgen over de kwantiteit of kwaliteit van het openbaar vervoer? Of juist over het feit dat er te weinig mogelijkheden zijn om uw elektrische auto op te laden? En als het CDA midden in de maatschappij wil staan, met welke maatschappelijke organisaties moeten we dan in gesprek? Kom in beweging! Kom naar de visiegriep mobiliteit om mee te praten en te beslissen over de prioriteiten wat betreft mobiliteit.

13


Deelsessies ronde 2: 13.1514.15 uur 1. Deelsessie “de overheid in de vitale samenleving”

Zaal: Cloud Nine Zaal Onder de vlag van de participatiesamenleving is een trend ingezet van een terugtredende overheid, of in ieder geval een overheid die minder pretenties heeft de samenleving vanuit haar ideaalbeeld te vormen en meer faciliteert en zoekt naar hoe ze initiatieven vanuit die samenleving kan ondersteunen en borgen. Christendemocraten ondersteunen deze beweging op zich, maar zij roept ook de vraag op welke rol voor de overheid overblijft in een samenleving waar de mensen en hun verbanden weer ruimte en verantwoordelijkheid opeisen. Het Wetenschappelijk Instituut werkte afgelopen anderhalve jaar aan een rapport over deze vraag: wat is de rol van de overheid in de participatiesamenleving? Tijdens deze deelsessie wil het WI aan raadsleden, wethouders, burgemeesters, Statenleden en gedeputeerden de eerste voorlopige conclusies voorleggen en in discussie gaan met mensen uit de praktijk. Zit het WI op het goede spoor? Het WIrapport zal in de eerste helft van 2016 verschijnen. 2. Deelsessie “Statuten”

Zaal: De Punt Tijdens het voorjaarscongres van 2016 zal er een herziening van de statuten en reglementen van het CDA worden voorgesteld. Om de leden op de hoogte te houden van de voortgang en ze te betrekken bij het proces wordt er een deelsessie gehouden tijdens het het partijcongres van 7 november. In deze sessie worden de leden geïnformeerd over de belangrijkste wijzigingen en krijgen zij de kans hierop te reageren en is er ruimte voor vragen. De sessie wordt in de eerste plaats benut om de suggesties, opmerkingen en tips van de leden te inventariseren en deze mee te nemen in het verdere proces. De leden ontvangen voorafgaand aan de deelsessie, bij de congresstukken, een notitie waarin op hoofdlijnen is geschetst wat de belangrijkste wijzigingen zullen zijn. 3. Deelsessie “TTiP”

Zaal: Pandora Foyer Al geruime tijd wordt onderhandeld over de TransAtlantic Trade and Investment Partnership (TTIP), het beoogde vrijhandelsverdrag tussen de EU en de Verenigde Staten. Nederlandse consumenten en bedrijven kunnen straks profiteren van dit akkoord omdat handel straks eenvoudiger en goedkoper moet worden met de VS door het wegvallen van handelsbarrières. Een vrijhandelsakkoord tussen de EU en de VS is ook van strategisch belang voor de EU. Het natuurlijke en door historie

14


ingegeven EUVS partnerschap is gebaseerd op gedeelde waarden en zal met TTIP versterkt worden. Toch bestaat er ongerustheid over mogelijke gevolgen van TTIP en terecht moeten de zorgen uiterst serieus genomen worden waar het voedsel, veiligheid, en milieu betreft. Ook de wijze van rechtsbescherming roept vragen en moet de soevereiniteit van de lidstaten t.o.v. bedrijven niet in het geding komen. Sprekers zijn Wim van de Camp (Europarlementariër), Maurice Limmen (voorzitter CNV), Brigitte Bauer (hoogleraar aan de University of Texas). 4. Deelsessie “Visiegroep Werk & Economie”

Zaal: Cloud Nine Club Het vergroten van de koek: hoe creëren wij meer banen? De visiegroep werk & economie is na deel I Arbeidsmarkt (het verdelen van de koek) gestart met deel II Economie (het vergroten van de koek). We hebben daarbij de volgende vragen:

Wat is (betaald) werk? Welke kansen en mogelijkheden biedt een circulaireduurzame economie

voor nieuwe werkgelegenheid? Waarin moeten we ons verder ontwikkelen zodat we voor lopen met

digitalisering en daarmee ook nieuwe banen kunnen creëren? Innovatie is van belang voor groei van benen. Hoe kunnen we zorgen dat

mkbbedrijven/familiebedrijven in een betere positie komen om te innoveren?

De Visiegroep Werk & Economie gaat graag met u in gesprek over deze uitdagingen 5. Deelsessie “Visiegroep Cultuur, Media & Sport”

Zaal: Pandora Zaal 'Sport & de kracht van (de) vrijwilligers' Leren verliezen, leren luisteren, leren coachen en leren maathouden zijn voorbeelden van sportieve waarden die voor het hele leven goed zijn om mee te dragen. Talentontwikkeling door presteren, maar ook door het organiseren van evenementen, het meedraaien in verenigingsstructuur, etc. Kortom, de emancipatoire werking van verenigingsleven is van grote waarde voor de samenleving. Maar de positie van ook de sportverenigingen staat stevig onder druk door het gebrek aan vrijwilligers. Het kunnen afkopen van de 'verplichte' vrijwilligerstaken leidt niet tot dynamische clubs. Moeten clubs hulp krijgen bij het herkennen van talenten? Het op de juiste vaardigheden aanspreken van haar vrijwilligers? Is het een taak van de overheid om zich hierover zorgen te maken, in te

15


grijpen, actie te ondernemen? Wat verliest de maatschappij als we dit niet oplossen? Deze vragen, en meer, komen aan bod tijdens de deelsessie van de Visiegroep Cultuur, Media, Sport dit keer de focus dus op 'sport & de kracht van (de) vrijwilligers'. 6. Deelsessie “Lokale opvang en huisvesting vluchtelingen”

Zaal: Hertz De (nood)opvang van vluchtelingen en de huisvesting van statushouders is zeer actueel. Dagelijks worden we via de media geconfronteerd met de situatie aan de grenzen van Europa. Maar inmiddels is het ook een binnenlands vraagstuk geworden. Veel CDA'ers in gemeente en provincie staan voor ingewikkelde vragen: Is er in mijn gemeente plaats voor een AZC? Wat betekent dat voor mensen in de directe omgeving? Waarom krijgen statushouders met voorrang een woning? Hoe behouden we draagvlak in de gemeenschap? In deze deelsessie van de Bestuurdersvereniging wordt met deskundigen en betrokken CDA'ers gesproken over de actuele stand van zaken, de (on)mogelijkheden voor gemeenten en de noodzakelijk inzet van provincie, Rijk en EU daarbij. De deelsessie is informatief en gericht op de decentrale vraagstukken en de mogelijke oplossingsrichtingen.

16


Bijlage deelsessie Statuten Notitie aanstaande statutenwijziging (besluitvorming voorjaarscongres 2016) Vergaderstuk ten behoeve van de deelsessie statuten tijdens het najaarscongres 2015, 7 november A. Inleiding Het partijbestuur heeft besloten de statuten en reglementen van de partij in de brede zin te actualiseren. De laatste herziening dateert van 2003. Met deze grote ‘onderhoudsbeurt’ wordt beoogd de statuten en reglementen toekomstbestendig te maken voor ten minste de komende 10 jaar. Tijdens het voorjaarscongres in 2016 zal aan het partijcongres worden gevraagd in te stemmen met de voorgestelde wijzigingen. Deze notitie is bedoeld om de leden meer achtergrondinformatie te geven over de herziening die tijdens het voorjaarscongres van 2016 ter besluitvorming zal worden voorgelegd. Hetgeen in deze notitie wordt beschreven zijn voorgenomen voorstellen van de statutencommissie. In de maanden na het najaarscongres van 2015 zal er nog gesleuteld worden aan het eindvoorstel, mede op basis van de feedback van de leden. Dit voorstel wordt vervolgens voorgelegd aan het partijbestuur, waarna het ter besluitvorming zal worden voorgelegd aan het partijcongres. Aan het einde van de notitie wordt het globale tijdspad geschetst tot het voorjaarscongres in 2016. B. Uitgangspunten herziening Bij het voorstel tot herziening van de statuten en reglementen zijn de volgende uitgangspunten gehanteerd:

1. Actualiseren en moderniseren De statuten en reglementen zijn aangepast aan de huidige maatschappelijke, bestuurlijke en politieke ontwikkelingen inclusief de ontwikkelingen binnen de partij (partijvernieuwing, brede volkspartij).

2. Dereguleren en decentraliseren In de statuten en reglementen is alleen dat wat nodig is geregeld. De verantwoordelijkheid wordt steeds zo ‘laag’ mogelijk in de partij neergelegd. Vertrouwen in elkaar en verantwoording achteraf past meer in het huidige tijdsgewricht.

3. Verhelderen en vereenvoudigen

17


Er is gezorgd voor helder en eigentijds taalgebruik en voor een eenduidige formulering die maar voor één uitleg vatbaar is.

4. Consequent en logisch De artikelen in de statuten en reglementen volgen een logische lijn. Dat voorkomt onnodig bladeren tussen de statuten, her huishoudelijk reglement en de verkiezingsreglementen. Gelijke gevallen worden in principe gelijk behandeld, in aanmerking nemende dat er gegronde inhoudelijke redenen (moeten) kunnen zijn om per bestuurlijk niveau, soort besluit of verkiezing tot een andere afweging te komen.

5. Flexibel en evenwichtig De statuten en reglementen zijn geen keurslijf, maar bieden gebruikers de nodige houvast en zekerheden. De statuten en reglementen zijn in ‘evenwicht’: ze beschermen de leden voor een ‘overactief en te machtig’ bestuur, maar dienen ook een snel, verantwoord en efficiënt bestuur van de partij mogelijk te maken met de nodige (beleids)vrijheid. Ook in dit kader kunnen er gegronde inhoudelijke redenen zijn per bestuurlijk niveau c.q. gremium tot een andere inhoudelijke afweging te komen. De statuten en reglementen bieden ruimte voor nieuwe initiatieven, pilots, maatwerk en onvoorziene omstandigheden.

6. Ledendemocratie De grondslagen van de ledendemocratie van het CDA worden niet gewijzigd.

7. Dynamisch Proces

De voorgestelde herziening maakt deel uit van een dynamisch proces van doorgaande verandering. Na de voorgestelde wijzigingen zijn de statuten en reglementen niet “af”, omdat het denken over de organisatie van de partij en de ontwikkelingen binnen de partij nooit stilstaat. Deze herzieningsvoorstellen vormen de eerste aanzet in dit continue proces.

18


C. Inhoudelijke thema’s van herziening De hiervoor genoemde uitgangspunten voor het voorstel tot herziening leiden ertoe, dat een substantieel deel van de voorgestelde wijzigingen niet materieel van aard is, maar ‘slechts’ ziet op het herformuleren en verhelderen van teksten, het schrappen van overbodige, verouderde artikelen en het toevoegen van teksten ter completering van een onderwerp. De overige de voorgestelde wijzigingen zijn inhoudelijke veranderingen die gevolgen hebben voor de wijze waarop de partij functioneert. Het spreekt voor zich dat dit soort wijzigingen meer toelichting nodig hebben. Enkele inhoudelijke wijzigingen hebben alleen betrekking op het verwerken van inmiddels vastgesteld beleid. Zo zal het nieuwe beleid rond de onverenigbaarheid van functies en de mogelijkheid tot het houden van primaries (voorverkiezingen) worden verankerd. De belangrijke inhoudelijke wijzigingsvoorstellen worden hieronder per thema toegelicht. C1. One person, one votesysteem (OPOVsysteem) Op dit moment wordt bij het partijcongres een gemengd stemsysteem gehanteerd waarbij elk lid één stem kan uitbrengen. Daarnaast mogen de provinciale afdelingen naar rato van hun ledenaantal extra stemmen uitbrengen via afgevaardigden. Het CDJA en CDAV mogen ook 10 extra stemmen uitbrengen via afgevaardigden. Het volgende wordt voorgesteld:

Het gemengde systeem wordt vervangen door een ‘one person/one vote (OPOV)systeem’.

Toelichting Tot ruim 10 jaar geleden kende onze partij een systeem waarbij alleen afgevaardigden van de afdelingen op congressen konden stemmen. In 2003 is het “gemengde systeem” ingevoerd waarbij elk lid één stem mag uitbrengen en daarnaast de provinciale afdelingen naar rato van hun ledenaantal en het CDJA en het CDAV 10 extra stemmen kunnen uitbrengen via de afgevaardigden. De gedachte achter het gemengde systeem met afgevaardigden is dat zo ook nietaanwezige partijleden op partijcongressen vertegenwoordigd zijn, mede gelet op het feit dat de locatie van het partijcongres van invloed is op het aantal aanwezige leden per regio. Deze vertegenwoordiging krijgt bij voorkeur vorm door voorafgaand aan het partijcongres in de eigen provinciale afdeling de voorstellen en resoluties van het congres te bespreken met de leden, zodat de afgevaardigden ook daadwerkelijk de mening vertegenwoordigen van de leden uit de eigen provinciale afdeling. De leden worden geraadpleegd en het partijcongres wordt inhoudelijk voorbereid. In 2008 is dit systeem geëvalueerd. Toen bleek dat slechts in enkele provinciale

19


afdelingen voorafgaand aan het partijcongres een bijeenkomst met de leden werd gehouden om de voorstellen en resoluties te bespreken. Naar aanleiding van deze evaluatie is besloten het gemengde systeem te revitaliseren door de betrokkenheid van leden in het voortraject wederom onder de aandacht van de provinciale afdelingen te brengen. Gebleken is dat het gemengde systeem met afgevaardigden niet werkt op de wijze zoals bedoeld en om die reden niet als meerwaarde wordt ervaren. Het voorstel is nu om het huidige systeem te wijzigen in een ‘one person/one vote (OPOV) systeem’. Deze wijziging past bij de ingezette partijvernieuwing waarin elk lid een gelijkwegende stem heeft. De provinciale afdeling kent eveneens een gemengd systeem van stemmen tijdens de algemene vergadering. In het verlengde van het voorgaande wordt voorgesteld dit gemengd systeem te vervangen door een OPOVsysteem. C2. Soort voordracht (enkelvoudige/meervoudige/etc) bij verkiezingen Op dit moment zijn er veel vormen van voordracht bij bestuurlijke en politieke functies. Er zijn geen eenduidige argumenten voor deze veelvoud aan vormen van voordracht. Het volgende wordt voorgesteld:

In de statuten en reglementen wordt alleen gesproken over ‘het doen van een voordracht’, waarbij in een afzonderlijke handleiding de verschillende mogelijke voordrachten worden uitgewerkt. Dit ‘à la carte’systeem maakt het mogelijk om per voordracht te kijken naar de meeste geschikte vorm.

Toelichting De statuten en reglementen kennen verschillende vormen van voordrachten bij bestuurlijke en politieke functies en volgen daarmee geen consequente (beargumenteerde) lijn. Zo spreekt het reglement voor gemeentelijke en provinciale verkiezingen alleen over een voordracht van de lijsttrekker (art. 14). Het reglement voor het EP, de TK en EK spreekt over het streven naar een meervoudige voordracht bij de verkiezing van de lijsttrekker. Bij de verkiezing van leden van het partijbestuur wordt met een (verplichte) meervoudige voordracht gewerkt. Voorgesteld zal worden in de statuten en reglementen slechts te spreken over ‘het doen van een voordracht’. In een afzonderlijke handleiding zal op hoofdlijnen een aantal varianten worden uitgewerkt voor voordrachten van bestuurlijke en politieke functies op alle niveaus. Dit ‘à la carte’ systeem dient een balans te hebben van 1. betrokkenheid en inspraak van partijleden, 2. mogelijkheid van (regionaal) maatwerk/pilots van vernieuwing, 3. efficiëntie qua proces(tijd) en termijnen en 4.

20


(bestuurlijke/politieke) kwaliteit van kandidaten. Zodra een voordracht gedaan moet worden, kan het bevoegde bestuur een keuze maken uit de mogelijke varianten. Voor de goede orde: de mogelijkheid om tegenkandidaten te stellen blijft onverkort bestaan. C3. Termijn tussen voordracht en verkiezingen Bij een meervoudige voordracht blijkt uit de praktijk dat er te veel tijd zit tussen een voordracht en de daadwerkelijke verkiezing. Het volgende wordt voorgesteld:

De termijn tussen het doen van een voordracht en de daadwerkelijke verkiezing wordt verkort.

Toelichting De tijdsduur tussen een voordracht en de daadwerkelijke verkiezing is in de regel vrij ruim. In geval van een enkelvoudige voordracht waarbij er geen campagne wordt gevoerd, is dat werkbaar. De betreffende kandidaat weet immers vrij zeker dat hij/zij zal worden verkozen. In geval van een meervoudige voordracht, waarbij er wel campagne wordt gevoerd, wordt deze periode voor o.a. de desbetreffende kandidaten als te lang ervaren. De spanningsboog voor een effectieve campagne is in dat geval te lang, de onzekerheid over het vervolg te groot. Voorgesteld zal worden de termijn tussen het doen van een voordracht en de daadwerkelijk verkiezing te verkorten. Daarbij wordt wel gewaarborgd dat er voldoende tijd is voor leden/afdelingen om tegenkandidaten te stellen en voor kandidaten om campagne te voeren. C4. “Wie zwijgt, stemt toe” bij vaststelling volgorde kandidatenlijst In de praktijk blijken nogal wat gemeentelijke afdelingen de kandidatenlijst “om te keren”. Niet omdat men de kandidaten bovenaan de kandidatenlijst ondermaats vindt, maar om binnen het puntensysteem een maximaal effect te bewerkstelligen voor de “eigen” kandidaat. In de praktijk is voorts gebleken dat een groot aantal gemeentelijke afdelingen het stembiljet voor de stemming over de kandidatenlijst niet retourneert omdat zij niet in staat zijn geweest binnen de gestelde termijn een ALV te organiseren. Hierdoor gaat de stem van deze afdelingen verloren. Het volgende wordt voorgesteld:

Om het negatieve effect van lijstomkeringen te verijdelen wordt het “wie zwijgt, stemt toe”uitgangspunt gehanteerd. Alle stemmen worden meegewogen. Wanneer het stembiljet niet wordt geretourneerd, wordt de desbetreffende afdeling geacht ingestemd te hebben in met de advieslijst.

21


Tegelijkertijd wordt voorgesteld om de termijn waarbinnen de gemeentelijke afdelingen het stembiljet moet terugsturen te verlengen, zodat zij langer de kans krijgen een ALV te organiseren.

Toelichting Nadat de advieslijst met kandidaten voor de verkiezing is vastgesteld, krijgen de gemeentelijke afdelingen de kans om deze advieslijst te bespreken. Tijdens een ALV stemt elke gemeentelijke afdeling over de door haar gewenste volgorde van de kandidatenlijst. Daarnaast speelt het feit dat gemeentelijke afdelingen soms moeilijkheden ondervinden bij het organiseren van een ALV op een dergelijke korte termijn, met name bij tussentijdse verkiezingen. Wanneer een dergelijke ALV niet georganiseerd wordt, kan het stembiljet niet geretourneerd worden en gaat de stem van de afdeling verloren. Een praktijkgerichte oplossing voor het hierboven geschetste probleem kan zijn het hanteren van een “wie zwijgt, stemt toe”principe. Dit heeft als gevolg dat de stemmen niet verloren zullen gaan en het werkproces verbeterd wordt. Alternatieve oplossingen blijken het proces juist te compliceren en kunnen bij de afdelingen en bij de onderzoekscommissie veel onduidelijkheid veroorzaken. Ook wordt voorgesteld om de termijn waarbinnen de gemeente het stembiljet moet terugsturen te verlengen, zodat de gemeente afdelingen langer de kans krijgen een ALV te organiseren. C5. Bestuurlijke of vertegenwoordigende functies Wat betreft bestuurlijke functies kennen de statuten en reglementen een aantal beperkende regels, bijvoorbeeld de eis van een minimale lidmaatschapsduur van één jaar en het woonachtig moeten zijn in de desbetreffende gemeente of provincie. Het volgende wordt voorgesteld:

De minimale lidmaatschapsduur voor bestuurlijke functies wordt geschrapt. Ook moet het mogelijk worden om bestuursleden aan te trekken van buiten de gemeente of provincie.

De eisen voor vertegenwoordigende functies blijven onveranderd, gelet op de uitstraling en inhoud van dit soort functies.

Toelichting Volgens de statuten en reglementen kan een lid gedurende een periode van één jaar na inschrijving niet voor een bestuurlijke of vertegenwoordigende functie worden gekandideerd, tenzij het dagelijks bestuur ontheffing verleent. De regel blijkt niet aan te sluiten bij de wensen uit de praktijk: het is vaak lastig goede kandidaten te vinden

22


en enthousiaste nieuwe leden zijn in staat een bestuurlijke functie te vervullen. Het is zonde dat potentieel niet te benutten. Voor bestuurlijke functies zal worden voorgesteld helemaal geen minimale lidmaatschapsduur meer te hanteren. Geschikte kandidaten kunnen zo in beginsel, direct na aanvaarding van het lidmaatschap, bestuurslid worden. Dit vergroot de mogelijkheden voor besturen om nieuwe, enthousiaste bestuursleden te werven. Voor vertegenwoordigende functies zal de termijn van één jaar gehandhaafd worden (inclusief de ontheffingsmogelijkheid), gelet op de uitstraling en inhoud van dit soort functies. De beslissing tot ontheffing vindt plaats op het naastgelegen niveau: het provinciaal bestuur besluit ten aanzien van functies op gemeentelijk niveau, het landelijk bestuur besluit ten aanzien van functies op provinciaal en waterschapsniveau. Op deze manier kan een ontheffing via korte lijnen worden gerealiseerd en bovendien heeft het naastgelegen niveau beter zicht op de concrete situatie waarin een ontheffing wordt verzocht. Tevens zal worden voorgesteld de mogelijkheid te scheppen bestuursleden aan te trekken die buiten de gemeente of provincie woonachtig zijn. Deze praktijk bestaat reeds in een aantal afdelingen en voorziet in een behoefte. Voor de volledigheid: deze bestuursleden ‘van buiten’ hebben alleen stemrecht in het bestuur (bestuursbesluiten), maar hebben niet het stemrecht van een regulier lid in de betreffende gemeentelijke afdeling. C6. Stimuleren van innovatieve vormen van stemmen Op dit moment is het alleen mogelijk om in levende lijve te stemmen op de ALV. Duidelijk is dat in een snel veranderende wereld in het bijzonder op het gebied van digitalisering er behoefte is aan toekomstbestendige statuten en reglementen. Het volgende wordt voorgesteld:

Hierom worden de statuten in het voorstel op een dergelijke manier aangepast dat, wanneer er in de toekomst overeenstemming over wordt bereikt, het mogelijk is om andere vormen van stemmen mogelijk te maken.

Toelichting Uitgangspunt in de huidige statuten is dat je alleen kunt meestemmen als je fysiek op de ALV aanwezig bent. Aan dat uitgangspunt ligt onder meer ten grondslag het belang kennis te nemen van de gevoerde discussie voordat een stem wordt uitgebracht. Afwijken van dit uitgangspunt heeft vérgaande consequenties voor de ledendemocratie. Aangezien het denken hierover nog niet rijp is, lijkt het onverstandig in deze statutenwijziging een specifiek systeem van ‘stemmen op afstand’ in te voeren, een mogelijkheid waarover zeker is nagedacht.

23


Voorgesteld zal worden een zogenaamd ‘experimenteerartikel’ op te nemen: er wordt een statutaire basis gecreëerd waardoor een andere wijze van stemmen mogelijk wordt gemaakt. Daarbij zal zijn gewaarborgd dat voor gebruikmaking van een andere stemmethode, toestemming moet worden verkregen van het partijbestuur over de condities waaronder een dergelijk experiment is toegestaan. Het gaat hier om het stemrecht van leden, één van de meest wezenlijke rechten van een lid, en daar mag niet lichtvaardig mee worden om gesprongen. C7. Het CDA als netwerkpartij en de rol van bijzondere organisaties en organen De huidige wijziging van de statuten biedt de gelegenheid om de omvang en positie van de bijzondere organisaties en organen te actualiseren. Daartoe wordt het volgende voorgesteld:

De Integriteitscommissie wordt samengevoegd met de Royementscommissie, waarbij de Integriteitscommissie de statutaire basis krijgt die zij tot nu toe ontbeerde.

Ook zal worden voorgesteld om de Eduardo Frei Stichting (EFS) niet als bijzonder orgaan te classificeren, maar als bijzondere organisatie.

Wat betreft de bijzondere organen is er geconstateerd dat het wenselijk is om deze statutair te beperken tot die organen waarvoor een statutaire status, om welke reden dan ook, noodzakelijk en onontkoombaar is. Daarmee wordt het aantal teruggebracht tot vijf: de Commissie van Beroep, de Integriteits en Royementscommissie, de Toetsingscommissie, de Financiële Commissie en de Redactieraad. Als gevolg hiervan zullen de Commissie Buitenland en het Intercultureel Beraad (Kleurrijk) hun statutaire status als bijzonder orgaan verliezen.

Om meer erkenning te geven aan netwerken binnen het CDA wordt er voorgesteld om het mogelijk te maken een netwerkgroep te starten rondom een specifiek thema.

Toelichting Het CDA kent gemeentelijke en provinciale afdelingen, en op landelijk niveau organen, bijzondere organen en bijzondere organisaties. Een belangrijk verschil tussen een bijzonder orgaan en een bijzondere organisatie is dat de laatste een bij notariële akte opgerichte rechtspersoon dient te zijn. Dit maakt de bijzondere organisaties zelfstandiger dan de bijzondere organen. Waar bijzondere organisaties formeel gelieerd zijn aan het CDA, maken bijzondere organen integraal deel uit van de partij. Zij hebben een specifieke taak die ze vervullen onder verantwoordelijkheid van het partijbestuur.

24


De verankering van de commissies in onze statuten en reglementen komt niet helemaal meer overeen met de praktijk. Zo kent de Integriteitscommissie nog geen statutaire basis, hoewel zij al enige tijd actief is. Verder is in de praktijk gebleken dat de Integriteitscommissie en Royementscommissie gelukkig weinig in actie hoeven te komen. Die omstandigheid in combinatie met het feit dat het ‘vakgebied’ van deze commissies overlap vertoont, heeft ertoe geleid dat de commissies in de praktijk samenwerken, zodat het voor de hand ligt de commissies ook formeel samen te voegen tot een Integriteits en Royementscommissie. Ook wordt er voorgesteld om het bijzondere orgaan de Eduardo Frei Stichting (EFS) om te vormen tot een bijzondere organisatie. Dit sluit beter aan bij de praktijk. De EFS bezit al rechtspersoonlijkheid heeft en voert veel van haar taken uit als zelfstandige organisatie. Verder wordt er voorgesteld om de bijzondere organisaties niet verder uit te breiden. Daarnaast wordt voorgesteld de bijzondere organen te beperken tot wat minimaal noodzakelijk is om de taken van de partij uit te voeren. Hieronder worden verstaan de Toetsingscommissie, Integriteits en Royementscommissie, de Financiële Commissie, Commissie van Beroep en de Redactieraad. Concreet betekent dit dat de commissie Buitenland of het Intercultureel Beraad niet langer statutair verankerd worden hetgeen immers geen (statutair) doel dient. Het CDA ziet zichzelf als een netwerkpartij. Ten aanzien hiervan zal er worden voorgesteld het leden mogelijk te maken zich te formeren als netwerkgroep rond een specifiek thema. Een netwerkgroep zou moeten bestaan uit minstens vijftien stemgerechtigde leden en zal zich verenigen rondom een bepaald thema. Deze leden kunnen een verzoek tot registratie indienen bij het dagelijks bestuur. Door de aanwezigheid van deze netwerkgroepen zal er meer bottomup dialoog binnen de partij plaatsvinden. Dit voorstel past in het streven naar een (netwerk)partij in beweging. C8. Procedure indienen amendementen In de afgelopen jaren zijn er, met name in gevallen van spoedprocedures vanwege tussentijdse Tweede Kamerverkiezingen, onwerkbaar veel amendementen ingediend bij het partijcongres. Dit zorgde ervoor dat veel amendementen niet op een goede manier behandeld konden worden. Het volgende wordt voorgesteld:

Allereerst komt er een aanpassing die er voor zal zorgen dat (tijdens een spoedprocedure) de provinciale afdelingen niet meer dan 50 amendementen mogen aanleveren.

25


Netwerken ervaren het als een obstakel dat ze nu niet zelfstandig amendementen op het verkiezingsprogramma kunnen indienen, maar de weg via de gemeentelijke en/of provinciale afdelingen moeten volgen. Om meer uitdrukking te geven aan de netwerkgedachte wordt voorgesteld om 100 leden de mogelijkheid te bieden gezamenlijk een amendement in te dienen, ongeacht of er sprake is van een spoedprocedure. Dit laat onverlet de mogelijkheid voor gemeentelijke of provinciale afdelingen of voor bijzondere organisaties om amendementen in te dienen.

Toelichting Bij een ‘normale’ verkiezing is het zo dat amendementen op het verkiezingsprogramma een traject doorlopen van de gemeentelijke ALV, via de provinciale ALV, naar het partijcongres. Een traject dat in de regel circa 6 maanden kost. Bij de afgelopen tussentijdse TKverkiezingen is vanwege de beperkte tijd meerdere malen de spoedprocedure gevolgd waarbij de provinciale ALV werd overgeslagen. Mede als gevolg hiervan kende het congres van 29 en 30 juni 2012 ruim 1400 amendementen. Velen van u zullen zich dat nog herinneren: een bijna onuitvoerbare opgave voor een congres(organisatie). Een deel van de oplossing van dit ‘probleem’ ligt in een goede communicatie naar de leden/afdelingen over de totstandkoming van het conceptverkiezingsprogram. Een deel ligt in een goede organisatie van de deelsessies waar daadkrachtige voorzitters ervoor zorgen dat slechts een overzichtelijk aantal amendementen doorgaat naar het hoofdpodium. Om echter een wezenlijke oplossing te bieden die recht blijft doen aan de partijdemocratie, wordt voorgesteld bij een spoedprocedure niet de provinciale ALV te laten vervallen, maar de gemeentelijke ALV. Leden (en afdelingen) kunnen hierdoor rechtstreeks bij de provinciale afdeling een amendement voorleggen. De provinciale ALV bepaalt welke amendementen doorgaan naar het partijcongres. Om de kloof tussen wat er aan amendementen wordt aangeleverd en wat er kan worden behandeld op een partijcongres verder te dichten, wordt er overwogen een limiet te zetten op het aantal amendementen dat de provinciale afdeling kan aanleveren ingesteld. Concreet betekent dit dat eraan wordt gedacht dat elke provinciale afdeling niet meer dan 50 amendementen mag aanleveren. Netwerken ervaren het als een obstakel dat ze nu niet zelfstandig amendementen op het verkiezingsprogramma kunnen indienen, maar weg via de gemeentelijke en/of provinciale afdelingen moeten volgen. Om meer uitdrukking te geven aan de netwerkgedachte wordt voorgesteld om de mogelijkheid te openen dat 100 leden gezamenlijk een amendement kunnen indienen, ongeacht of er sprake is van een

26


spoedprocedure. Het aantal van 100 is zodanig dat het groepen van individuele leden de mogelijkheid biedt (rechtstreeks) amendementen in te dienen, waarbij het substantiële aantal leden wat je daarvoor nodig hebt voorkomt dat er een ware stortvloed aan amendementen komt. (Dit voorstel laat onverlet de mogelijkheid om voor gemeentelijke of provinciale afdelingen of voor bijzondere organisaties een om amendementen in te dienen.)

27


C9. Samenstelling Dagelijks Bestuur Het Dagelijks Bestuur kent twee vicevoorzitters. Dit is ooit zo bedacht vanwege de fusie van drie partijen tot één CDA. Daarnaast worden deze twee vicevoorzitters in functie gekozen door het partijcongres. Omdat er geen nut en noodzaak meer bestaat om twee vicevoorzitters te hebben, dienen de statuten op dit punt te worden aangepast. Het volgende wordt voorgesteld:

Overstappen naar één vicevoorzitter. Deze wordt als vrijgekozen lid verkozen door het partijcongres en vervolgens door en uit het partijbestuur in functie gekozen als vicevoorzitter (en lid van het Dagelijks Bestuur). partijbestuur,. Dit zal dus op eenzelfde manier gebeuren als bij de penningmeester en secretaris.

Ten aanzien van de verkiezing van de voorzitter van het Dagelijks Bestuur is in de afgelopen jaren gebleken dat deze soms samenvalt met een Tweede Kamerverkiezing of Provinciale Statenverkiezing. Het is wenselijk mogelijkheden te hebben om dit te voorkomen. Het volgende wordt voorgesteld:

In gevallen waarin de verkiezing voor de voorzitter van het Dagelijks Bestuur nagenoeg samenvalt met landelijke verkiezingen, kan de zittingsperiode van de voorzitter worden verlengd of verkort met maximaal zes maanden.

Toelichting Op dit moment is statutair voorzien in een dubbel vicevoorzitterschap in het Dagelijks Bestuur van de partij, in functie gekozen door het partijcongres. De oorsprong hiervan stamt nog uit de tijd dat er drie partijen opgingen in één nieuwe partij, het CDA. In de praktijk van vandaag wordt een dubbel vicevoorzitterschap niet meer opportuun geacht. Om een meer flexibele taakinvulling van het Dagelijks Bestuur te bewerkstelligen, zal verder worden voorgesteld de vicevoorzitter niet meer in functie door het partijcongres te laten kiezen, maar het partijcongres een vrijgekozen lid partijbestuur te laten kiezen, waarna door en uit het midden van het partijbestuur een vicevoorzitter (en lid van het Dagelijks Bestuur) wordt gekozen. De wijziging is dus dat de vicevoorzitter, net als nu de penningmeester en de secretaris, niet meer in functie wordt gekozen door het partijcongres. Een andere aanpassing met betrekking tot het Dagelijks Bestuur betreft de benoeming van de voorzitter. Uit de praktijk blijkt dat wanneer de verkiezing van de voorzitter samenvalt met een Tweede Kamer verkiezing of Provinciale Statenverkiezing, er een ongewenste (wederzijdse) beïnvloeding van

28


campagneactiviteiten ontstaat. De afspraak was altijd om de campagne voor de nieuwe voorzitter ondergeschikt te maken aan de politieke campagne, maar dit werkt ten nadele van nieuwe ‘sollicitanten’. Hierom wordt er voorgesteld om in de statuten en reglementen op te nemen dat in onvoorziene gevallen, zoals bij tussentijdse Tweede Kamer verkiezingen, de zittingsperiode van de voorzitter kan worden verlengd of verkort met maximaal zes maanden. C10. Drietermijnenregeling In de reglementen is vastgelegd dat kandidaten die minimaal 12 jaar zitting hebben in een orgaan waarvoor verkiezingen gelden, niet nogmaals kandidaat kunnen zijn. In de praktijk is gebleken dat dit tot ongewenste effecten kan leiden. Het volgende wordt voorgesteld:

De drietermijnenregel wordt omgezet naar een beleidsregel. Maximaal 12 jaar zitting hebben blijft een belangrijk uitgangspunt, maar zal niet meer zijn vastgelegd in de reglementen.

Toelichting Bij het samenstellen van iedere kandidatenlijst wordt ook het functioneren van zittende volksvertegenwoordigers meegenomen. Op dat moment kan worden besloten een zittende volksvertegenwoordiger niet nogmaals op de kandidatenlijst te plaatsen. Daaraan kunnen verschillende redenen ten grondslag liggen, zoals het functioneren van de betreffende persoon of de behoefte aan vernieuwing of verjonging van de kandidatenlijst. Voor dat bestuurlijke besluit is een formele verankering van een drietermijnenregel niet noodzakelijk. Verankering heeft aan de andere kant wel een belangrijk nadeel: de rigiditeit maakt het ingewikkeld om in individuele gevallen uitzonderingen te maken, terwijl daar toch goede redenen voor kunnen zijn (zoals de borging van bepaalde kennis en ervaring in het orgaan waarvoor de verkiezing aan de orde is). Daarom wordt overwogen de drietermijnenregeling (zittingsduur maximaal 12 jaar) te laten vervallen. De drietermijnenregel blijft alsnog een belangrijk uitgangspunt, maar dan als beleidsregel, in plaats van een statutair voorschrift. C11. Praktijkaanpassingen De aanstaande wijziging van de statuten en reglementen wordt tot slot aangegrepen om de dagelijkse praktijk te verankeren. Die praktijk strookt namelijk niet altijd meer met de regels die zijn opgenomen in onze statuten en reglementen. Hieronder worden de belangrijkste wijzigingen weergegeven.

A. Samenvoeging gemeentelijke afdelingen Sommige gemeentelijke afdelingen hebben door omstandigheden

moeite een eigen afdeling in stand te houden. Hoewel het streven van

29


een ieder in de partij erop gericht moet zijn een noodlijdende afdeling (tijdelijk) te ondersteunen en te revitaliseren, kan de wens bestaan twee of meer gemeentelijke afdelingen samen te voegen. Op dit moment is in die wens statutair niet voorzien.

Voorgesteld zal worden het mogelijk te maken dat gemeentelijke afdelingen formeel samengaan en één afdeling vormen met één bestuur. Dit samengaan laat onverlet dat ten tijde van de voorbereiding van de gemeenteraadsverkiezingen de leden alleen kunnen stemmen op de ‘eigen’ kandidatenlijst en het ‘eigen’ lokale verkiezingsprogramma.

B. Samenstelling besturen

Het bestuur van de provinciale afdeling dient minimaal uit 11 leden te bestaan en er mogen maximaal 2 leden afkomstig van één gemeentelijke afdeling gelijktijdig in het algemeen bestuur van de provinciale afdeling zitting nemen. Provinciale afdelingen hebben anders dan lokale afdelingen de verplichting een dagelijks bestuur in te stellen.

In het kader van een verdere vereenvoudiging zal worden voorgesteld om voor gemeentelijke en provinciale afdelingen hetzelfde regime te hanteren waarbij het instellen van een dagelijks bestuur optioneel is.

Ook wordt voorgesteld de minimale omvang van het provinciaal bestuur te verlagen tot 7 en het maximum van 2 leden afkomstig uit één gemeentelijke afdeling los te laten. Dit zal worden vervangen door een meer algemene eis dat bij het samenstellen van het bestuur zoveel mogelijk wordt gezorgd voor een goede afspiegeling van de afdelingen, onder meer door te zorgen voor voldoende regionale spreiding en indien dit mogelijk is een vertegenwoordiger te benoemen van het CDAV en het CDJA. Deze meer algemene afspiegelingseis geldt ook voor het bestuur van de gemeentelijke afdeling.

In de algemene bepalingen voor de besturen op alle niveaus staat verder dat de besturen een rooster van periodiek af en aantreden moeten opstellen, zodanig dat de functies van voorzitter en penningmeester en van vicevoorzitter en secretaris niet tegelijk vrij komen. In de praktijk is dit streven vaak lastig te hanteren. In het kader van een verdere flexibilisering en deregulering zal worden voorgesteld de ‘verboden’ vacaturecombinaties te schrappen en een meer algemene formulering te hanteren die continuïteit van bestuur garandeert.

30


C. Oproeping ALV (ook partijcongres) De statuten en reglementen gaan er vanuit dat alle genodigden voor

een ALV een schriftelijke uitnodiging ontvangen. In de praktijk wordt dit vormvoorschrift, mede uit

kostenoverwegingen, vaak niet meer gevolgd. Voorgesteld zal worden oproeping per email in combinatie met de publicatie op de website (en indien aanwezig nieuwsbrief) als een geldige vorm van oproeping te kwalificeren. Bepalend criterium zal dan zijn of de oproep voor de vergadering ‘openbaar’ is gemaakt. Voorwaarde van het verruimen van dit vormvoorschrift is dat de gemeentelijke en provinciale afdelingen en het partijbestuur ervoor zorgen dat de oproeping alle leden die het betreft, bereikt. In dit licht is het verder van groot belang dat de datum, het tijdstip en de agenda van de ALV tijdig en duidelijk zichtbaar op de website worden geplaatst en eventueel in de beschikbare publicaties.

D. Vervolg Op dit moment is de statutencommissie nog druk bezig met het formuleren van tekstvoorstellen om de statuten en reglementen te herzien. Dit is een omvangrijke 1

klus waarbij alle verschillende documenten goed op elkaar afgestemd moeten worden, nieuwe reglementen moeten worden geschreven en inhoudelijke discussie plaatsvindt over gewenste wijzigingen. 2

Het partijbestuur zal op 27 november 2015 en 25 januari 2016 inhoudelijk discussiëren over de door de statutencommissie voorgestelde wijzigingen en de definitieve tekstvoorstellen . In die periode wordt ook een bijeenkomst georganiseerd voor de provinciaal secretarissen om met hen van gedachten te wisselen over de voorgestelde wijzigingen. Begin maart 2016 wordt het voorstel tot wijziging van de statuten en reglementen openbaar gemaakt aan de leden en elke provinciale en gemeentelijke afdeling. In de maanden maart en april 2016 wordt een aantal bijeenkomsten in het land georganiseerd om met de gemeentelijke secretarissen te spreken over de

1 De statutenwerkgroep bestaat uit: Marischa Kip (voorzitter), Reinier Fleurke, Jan de Visser, Hilde Westera (directeur CDA Partijbureau), Rutger Ploum (adviseur), Imma Zandbergen en Caspar Koopman (secretaris). 2 De voorgestelde herziening heeft betrekking op de volgende documenten: Statuten, Huishoudelijk Reglement, Reglement voor de voorbereiding van de kandidaatstelling voor de verkiezingen van de leden van de gemeenteraad, Reglement voor de voorbereiding van de kandidaatstelling voor de verkiezingen van de leden van de provinciale staten, Reglement voor de voorbereiding van de kandidaatstelling voor de verkiezingen van de leden van de Eerste Kamer, de Tweede Kamer en het Europees Parlement, Reglement voor de voorbereiding van de kandidaatstelling voor de verkiezingen van de leden van het algemeen bestuur van het waterschap, Reglement van orde voor het partijcongres van het CDA, Reglement voor de vaststelling van programs, Werkwijze Integriteitscommissie / Werkwijze Royementscommissie samengevoegd tot het Reglement voor de Integriteits en Royementscommissie (NIEUW).

31


voorgestelde wijzigingen zodat zij deze voorstellen ook goed in hun afdeling kunnen bespreken. Tot eind april 2016 hebben de leden (in netwerkgroepen van minimaal vijfentwintig personen), de gemeentelijke en de provinciale afdelingen de tijd bij het partijbestuur amendementen in te dienen op het voorstel tot wijziging van de statuten en reglementen. De ingediende amendementen zullen door het partijbestuur van een preadvies worden voorzien. Tijdens het voorjaarscongres 2016 is het aan het partijcongres een besluit te nemen over de voorgestelde tekstwijzigingen. Daarna beschikt het CDA weer over toekomstbestendige statuten en reglementen.

32


4. Behandeling resoluties Werkwijze Algemeen Tot 22 oktober 10.00 uur heeft voor 25 individuele leden, voor gemeentelijke en provinciale afdelingen en voor CDJA en CDAV de mogelijkheid open gestaan resoluties in te dienen. Hiervan is in totaal 10 keer gebruik gemaakt. De resoluties zijn door het Dagelijks Bestuur van een preadvies voorzien. De discussie over de resoluties zal in twee deelsessie plaatsvinden tussen 09.3011.00 uur. De besluitvorming over alle resoluties vindt plaats vanaf ca. 15.00 uur tijdens het plenair politiek middagprogramma. Een overzicht van de volgorde waarin de resoluties behandeld zullen worden treft u op de volgende pagina aan. Werkwijze behandeling resoluties in de deelsessie Bij de resoluties zal eerst de indiener in de gelegenheid worden gesteld het woord te voeren, gevolgd door de zaal. Daarna zullen de partijvoorzitter of de fractievoorzitter het preadvies nader toelichten. Eventueel krijgen vervolgens de indiener en de partijvoorzitter of de fractievoorzitter nogmaals kort het woord. Werkwijze behandeling resoluties plenair Gezien het aantal ingediende resoluties zal tijdens de plenaire behandeling in de middag de spreektijd van de deelnemers aan de discussie beperkt zijn. Om ervoor te zorgen dat het zowel voor de sprekers als voor de zaal duidelijk is hoeveel spreektijd er nog rest, zal gebruik gemaakt worden van een voor iedereen zichtbare spreektijdklok. Na de bespreking in de deelsessies worden de resoluties, waarover nog discussie bestaat (bijv. vanwege een preadvies 'niet overnemen'), in het plenaire middagdeel besproken. De voorzitter zal u bij een stemming vragen uw stemboekje omhoog te steken. Indien er geen duidelijke meerderheid is, zal de voorzitter u vragen een stembiljet uit het stemboekje in te leveren bij de medewerkers van de stemploeg. De voorzitter bepaalt welke kleur stembiljet gebruikt gaat worden. De stembiljetten worden vervolgens geteld en de voorzitter zal daarop de uitslag bekend maken.

33


Verdeling behandeling resoluties over de deelsessies: Deelsessie Resoluties 1: Zaal: Hertz Met Ruth Peetoom, Sybrand Buma en Rutger Ploum: Resoluties: 8. Gelijk speelveld voor Nederlandse ondernemers 11. Vluchtelingen 12. Pak grondoorzaken vluchtelingencrisis aan 15. Europees Defensiebeleid 16. Stabiliteit door terughoudendheid 19. CO2reductiedoelen wettelijk vastleggen 20. Verdienmodellen toepassen bij natuurbeleid Deelsessie Resoluties 2: Zaal: Pandora Zaal Met Bart van Meijl, Mona Keijzer en Rixt Meines Resoluties: 1. Duits op het VMBO 2. Meer aandacht voor muziek, kunst en cultuur onderwijs 3. Ruimte voor de universiteit 4. Gelijkwaardige verdeling van infrastructurele middelen 5. Onderhoud aan het regionale spoor 6. Verhoging bruggen en andere infrastructuur 7. Belastingvrije voet moet beter nageleefd worden 9. Recht op recht 10. Vermogensbelasting 13. Aanpak vuurwerkafval via een schoon nieuwjaar 14. Schede verdeling cultuurgelden 17. Onvoorwaardelijk basisinkomen 18. Snel internet

34


Overzicht resoluties en volgorde van behandeling

Nr. Indiener Resolutie Advies

1. CDA Limburg en CDJA

Duits op het VMBO Overnemen

2. CDA Drenthe Meer aandacht voor muziek, kunst en cultuur onderwijs

Overnemen

3. CDJA Ruimte voor de universiteit Overnemen

4. CDA Limburg Gelijkwaardige verdeling van infrastructurele middelen

Overnemen

5. CDA Drenthe Onderhoud aan het regionale spoor Overnemen

6. CDA Maastricht Verhoging bruggen en andere infrastructuur

Overnemen

7. CDA Drenthe Belastingvrije voet moet beter nageleefd worden

Niet overnemen

8. CDA Limburg Gelijk speelveld voor Nederlandse ondernemers

Overnemen

9. CDA ZuidHolland

Recht op recht Overnemen

10. CDA ZuidHolland

Vermogensbelasting Niet overnemen

11. CDA Limburg, CDA provincie Utrecht, CDA ZuidHolland

Vluchtelingen Overnemen

12. BakkerDe Jong c.s.

Pak grondoorzaken vluchtelingencrisis aan

Overnemen

13. Hartholt c.s. Aanpak vuurwerkafval via een schoon nieuwjaar

Overnemen

35


14. CDA Limburg en CDA NoordBrabant

Scheve verdeling cultuurgelden Overnemen

15.

CDJA Europees Defensiebeleid Overnemen

16. CDJA Stabiliteit door terughoudendheid Niet overnemen

17. CDJA Onvoorwaardelijk basisinkomen Overnemen

18. CDA Teylingen Snel internet Overnemen

19. CDA Duurzaamheidsberaad

CO2reductiedoelen wettelijk vastleggen Niet overnemen

20. CDA Limburg Verdienmodellen toepassen bij natuurbeleid

Overnemen

36


1. Resolutie: Duits op het VMBO Resolutie ingediend door: CDA Limburg en CDJA Het CDA Partijcongres op 7 november 2015 bijeen te Utrecht: A. Constateert dat:

het, op de sector economie na, niet mogelijk is binnen de basisberoeps en kaderberoepsgerichte leerweg van het VMBO te kiezen voor het vak Duits;

veel leerlingen aan de volledige Nederlandse oostgrens nu baankansen hebben in Duitsland.

B. Overweegt dat:

het voor een grensoverschrijdende arbeidsmarkt van belang is om elkaars taal te spreken;

om leerlingen in een ondernemende modus te brengen om grensoverschrijdend te kijken zij al in een vroegtijdig stadium kennis moeten maken met hun buurtaal;

leerlingen in de gelegenheid moeten worden gesteld om op zijn minst hun buurtaal te kunnen leren, ongeacht onderwijsrichting.

C. Spreekt uit dat:

de CDAfractie zich tot het uiterste zal inzetten om Duits als keuzemogelijkheid aan te bieden voor alle richtingen binnen het VMBO.

En gaat over tot de orde van de dag. Preadvies DB: overnemen De fractie heeft hier al vaker aandacht voor gevraagd en een motie in 2014 medeondertekend over belang van Duits in grensregio's. Op dit moment kan een vmboschool dit alleen doen als extra keuzevak en moet dit dan zelf bekostigen. Begin november wordt het wetsvoorstel over de actualisatie van de profielen voor het beroepsonderwijs behandeld in de Tweede Kamer. Medio oktober heeft de staatssecretaris wel aangekondigd extra middelen te steken in bevorderen van Duits in basisscholen in de grensregio's. Vanwege de doorlopende leerlijnen is het niet meer dan logisch om dan ook Duits als vreemde taal op het vmbo te bevorderen. Het punt zal dan opnieuw worden aangekaart.

37


2. Resolutie: Meer aandacht voor muziek, kunst en cultuur onderwijs Resolutie ingediend door: CDA Drenthe Het CDA Partijcongres op 7 november 2015 bijeen te Utrecht: A. Constateert dat:

in het basis en voortgezet onderwijs de focus ligt op basisvaardigheden en het verwerven van kennis met meetbare doelen;

daardoor de creatieve vakken in het gedrang komen; hierdoor de rationele kant van de leerling beter ontwikkeld wordt dan de

emotionele en creatieve vaardigheden; er sprake is van een veranderende samenleving waarin meer creativiteit van

mensen verlangd wordt; in het huidige onderwijssysteem steeds minder tijd en geld beschikbaar is voor

muziek, kunst en cultuur onderwijs; we op de goede weg zijn met de impuls muziekonderwijs die op 14 oktober

van start is gegaan; gemeenten veelal bezuinigen op Kunst&Cultuur; docenten vaak nauwelijks in staat zijn creatieve vakken te doceren.

B. Overweegt dat:

vormen van Kunst&Cultuur, naast taal, belangrijke aspecten zijn om zich te uiten;

het basisonderwijs alsmede het voortgezet onderwijs een cruciale rol speelt in de algemene ontwikkeling van jonge mensen;

muziek, Kunst&Cultuur onderwijs onderdeel behoort te zijn van de algemene ontwikkeling;

muziek, Kunst&Cultuur lessen door goed opgeleide leerkrachten vanaf groep 1 van de basisschool tot en met het voortgezet onderwijs moeten worden ingevoerd, omdat dit zorgt voor de noodzakelijke balans in het leven van jonge mensen;

de impuls muziek onderwijs een tijdelijke maatregel is die in 2019 afloopt; de impulsen vanuit de landelijke overheid vaak niet stroken met de

bezuinigingen op lokaal niveau. C. Spreekt uit dat:

het CDA zich verzet tegen alleen maar denken in nut, maakbaarheid, beheersing en effectiviteit in het onderwijs;

38


muziek, kunst en cultuur onderwijs hoort bij de algemene ontwikkeling van mensen;

er in de opleiding op de PABO meer aandacht besteed moet worden aan muziek, kunst en cultuur onderwijs;

de impuls muziekonderwijs een structureel karakter moet krijgen, verankerd in de lerarenopleiding, met name de PABO’s;

het CDA zich sterk gaat maken voor een betere samenwerking tussen de verschillende overheden op het gebied van Kunst&Cultuur;

het CDA de samenwerking tussen overheden, onderwijs, plaatselijke muziekverenigingen en centra voor Kunst&Cultuur gaat bevorderen.

En gaat over tot de orde van de dag. Preadvies DB: Overnemen

39


3. Resolutie: Ruimte voor de universiteit Resolutie ingediend door: CDJA Het CDA Partijcongres op 7 november 2015 bijeen te Utrecht: A. Constateert dat:

sinds de bezetting van het Maagdenhuis in februari 2015 het universitair onderwijs weer onder de aandacht staat, in het bijzonder het zogenoemde rendementsdenken; 3

in januari 2015 de basisbeurs voor studenten is afgeschaft, waartegen zowel het CDA als het CDJA fel gestreden hebben; 4

het universitair onderwijs grootschaliger is geworden en meer gericht is geraakt op de kenniseconomie; 5

het Hoger Beroeps Onderwijs vermengd is geraakt met universitair onderwijs; 6

de verantwoordingsplicht door middel van accreditatie een last is voor universiteiten, en voorgestelde verbeteringen nog niet voldoende hebben uitgewerkt. 7

B. Overweegt dat:

het CDA onderwijs als meer beschouwd dan het klaarstomen voor de arbeidsmarkt; maar juist plek tot vorming van een student tot een zelfbewust en reflectief persoon die een positieve bijdrage aan de maatschappij levert;

het CDA vanuit de solidariteit tussen generaties vindt dat investeren in onderwijs de moeite waard is, zodat iedereen de kans heeft te gaan studeren;

3 http://www.nrc.nl/nieuws/2015/04/08/uvasommeertbezettersommaagdenhuisteverlaten 4 http://duo.nl/particulieren/studievoorschot/maatregelen.asp 5 Zo is in de periode van 2000 tot 2010 de rijksbijdrage per student, het geld dat de overheid aan een instelling betaalt per student, gedaald van €18.800 naar €14.100. Het aantal studenten is echter toegenomen. Eveneens zijn er bijvoorbeeld prestatieafspraken gemaakt tussen de minister van OCW en de universiteiten waarin vastgesteld is hoeveel procent studenten moet afstuderen. Een deel van de financiering van de universiteit is afhankelijk van het behalen van die doelen. Deze ontwikkelingen staan onder andere in context van de toegenomen concurrentie tussen Europese universiteiten. 6 Het is bijvoorbeeld mogelijk om te promoveren op het HBO, http://www.hu.nl/Nieuws/Promovendikiezenbewustvoorpraktijkgerichtonderzoek.aspx. Tevens is de aandacht en financiering op universiteiten verschoven naar zogenoemde ´excellente´ projecten, en ´gewone´ opleidingen kwalitatief minder zijn geworden. 7 http://www.vsnu.nl/files/documenten/Overig/13254%20U%20OCW%20Evaluatie%20accreditatiestelsel%20HO.PDF

40

http://www.hu.nl/Nieuws/Promovendi-kiezen-bewust-voor-praktijkgericht-onderzoek.aspx


het universitair onderwijs strikter gescheiden mag worden van het Hoger Beroepsonderwijs vanuit de gedachte dat iedere opleiding zijn eigen waarde heeft; 8

het CDA terughoudend is met bureaucratische processen maar de verantwoordelijkheid bij de mens en zijn eigen kringen wil leggen;

het CDA kleinschaligheid en persoonlijke aandacht in het onderwijs hoog in het vaandel heeft staan.

C. Spreekt uit dat:

het geld dat het hoger onderwijs erbij heeft gekregen door afschaffing van de basisbeurs niet wegbezuinigd mag worden, en de prijs per student niet af mag nemen;

het Nederlandse universitaire onderwijs niet primair ten dienste moet staan van de kenniseconomie, maar gericht moet zijn op kennis en vorming van de student die daarmee een bijdrage kan leveren aan de samenleving;

er een striktere scheiding moet komen tussen het HBO en het WO; het gesprek over de kwaliteit van het onderwijs in de eerste plaats met

studenten en staf moet worden gevoerd via de medezeggenschapsorganen, en daarom daar geen nieuwe prestatieafspraken met de overheid bij passen;

bij het controleren van universitaire studies uitgegaan moet worden van het principe van ‘verdiend vertrouwen’: als bij een controle blijkt dat het goed gaat, wordt de verantwoordingsverplichting verminderd.

En gaat over tot de orde van de dag. Preadvies DB: overnemen Afgelopen jaren heeft fractie al vaker aandacht gevraagd voor het beter onderscheiden van HBO en WO waarbij hbo zich meer moet profileren als beroepsonderwijs en WO als wetenschappelijk onderwijs. Ook is vermindering van de lastendruk en meer ruimte voor de universiteit één van de speerpunten. De fractie wil dit overigens niet alleen voor de universiteiten maar ook voor de hogescholen (en de rest van het onderwijs). Voorbeeld hiervan is de aangenomen motie van Rog die een accreditatie op instellingsniveau wil introduceren. Op dit moment wordt gewerkt aan de invoering van pilots hiertoe.

8 Of zoals voormalig voorzitter van de HBO Raad Doekle Terpstra het ooit uitdrukte: ‘‘De academische collegebanken zijn gevuld, maar we verliezen er veel goede beroepsbeoefenaars mee.’’

41


4. Resolutie: Gelijkwaardige verdeling van infrastructurele middelen Resolutie ingediend door: CDA Limburg Het CDA Partijcongres op 7 november 2015 bijeen te Utrecht: A. Constateert dat:

verbindingen met het buitenland essentieel zijn voor grensprovincies en daarmee voor Nederland;

een goed functionerende infrastructuur van groot belang is voor de gehele Nederlandse economie;

er in de regio's nog grote infrastructurele opgaven liggen; er grote projecten in de Randstad zijn, zoals het Fyradebacle en de HSLlijn,

die door tekorten extra druk leggen op middelen die beschikbaar zijn voor de regio's.

B. Overweegt dat:

bereikbaarheid, zowel in binnen als buitenland, cruciaal is voor de regionale economie en het leef en vestigingsklimaat;

we midden in Europa liggen en onze grensoverschrijdende verbindingen achterblijven, waardoor we de kansen die dit zou bieden niet kunnen benutten wat nadelig is voor de regio en daarmee voor heel Nederland.

C. Spreekt uit dat:

we moeten focussen op een gelijkwaardige verdeling van infrastructurele middelen over het gehele land;

er bij deze focus bijzondere aandacht moet zijn voor (regionale) grensoverschrijdende infrastructuur.

En gaat over tot de orde van de dag. Preadvies DB: overnemen De verdeling van gelden voor de bereikbaarheid moet zorgvuldig en transparant geschieden. Zeker nu de middelen door de zware bezuinigingen van dit kabinet beperkt zijn. Bij de beoordeling of, waar en hoeveel geld er besteed wordt speelt bijvoorbeeld de ‘filetop50’ een rol. Feit is dat veruit de meeste files in de Randstad staan. Zonder af te doen aan die belangen, vinden we het belangrijk dat ook de in de

42


resolutie genoemde aspecten meegewogen worden. Een ‘gelijkwaardige verdeling’ waar de resolutie over spreekt, wordt dan vooral uitgelegd als: wanneer de filedruk in de regio even groot is als in de randstad, moet de verdeling gelijkwaardig zijn.

43


5. Resolutie: Onderhoud aan het regionale spoor Resolutie ingediend door: CDA Drenthe Ondersteund door: CDA Overijssel Het CDA Partijcongres op 7 november 2015 bijeen te Utrecht: A. Constateert dat:

tengevolge van de door het kabinet Rutte ingediende rijksbegroting voor het jaar 2016 er een flinke bezuiniging zal plaats vinden bij de spoorweg beheerder Prorail;

dat door deze bezuiniging het onderhoud aan de regionale spoorlijnen extra zwaar zullen worden getroffen.

B. Overweegt dat:

door deze bezuinigingen het onderhoud aan de regionale spoorlijnen onevenredig wordt getroffen;

dit negatieve ( economische) consequenties heeft voor zowel de burgers alsmede de bedrijven in de regio die afhankelijk zijn van het gebruik van het vervoer per spoor in de regio / grensstreek;

dit in strijd is met de het aloude principe “gelijke monniken, gelijke kappen”. C. Spreekt uit dat:

de CDAfractie in de Tweede Kamer der Staten Generaal dringend te vragen de negatieve gevolgen van deze onevenredige bezuinigingen op het onderhoud voor de regionale spoorlijnen aanhangig te maken bij het kabinet Rutte 2 en deze problematiek aan de orde te stellen in de Tweede Kamer der Staten Generaal.

En gaat over tot de orde van de dag. Preadvies DB: overnemen Door het tekort aan benodigde gelden voor onderhoud bij het spoor, moet de staatssecretaris momenteel naar bezuinigingen elders in haar portefeuille zoeken. De eerste signalen zijn dat zij dat inderdaad bij spoorlijnen in de regio’s buiten de Randstad zoekt. Dat is ongewenst omdat het niet rechtvaardig is om de bezuinigingen eenzijdig bij de regio neer te leggen. De regionale spoorlijnen zijn voor

44


bereikbaarheid en leefbaarheid erg belangrijk. Bovendien zijn ze nodig om de verbinding met de Randstad te maken. Het CDA verzet zich tegen een eenzijdige bezuiniging bij de regiolijnen. Een resolutie wordt daarom als ondersteuning gezien.

45


6. Resolutie: Verhoging bruggen en andere infrastructuur Resolutie ingediend door: CDA Maastricht Het CDA Partijcongres op 7 november 2015 bijeen te Utrecht: A. Constateert dat:

in buurlanden wordt geïnvesteerd in bruggen, sluizen en binnenhavens om deze geschikt te maken voor vierlaagse containervaart.

B. Overweegt dat:

we in het belang van een goede concurrentiepositie voor de binnenvaart op hetzelfde niveau moeten zitten als onze buurlanden.

C. Spreekt uit dat:

de CDAfractie alles in het werk zal stellen om, in lijn met Europese wetgeving, de Nederlandse vaarwateren en infrastructuur klaar te maken voor de nieuwe normen.

En gaat over tot de orde van de dag. Preadvies DB: overnemen De grote vaarwegen in Nederland zouden inderdaad geschikt gemaakt moeten worden voor containerbinnenvaart met vier lagen containers als uitgangspunt. Gedeeltelijk is dat nu al mogelijk. Momenteel doet het Ministerie van I&M onderzoek naar welke corridors daarvoor in aanmerking zouden moeten komen en wat de kosten en baten zijn. Los van de resultaten is nu al duidelijk dat er geen geld is tot 2028 in verband met de bezuinigingen die dit kabinet op I&M heeft ingevoerd. Voor de concurrentiepositie van ons land is het wel nodig. Bovendien verlicht de binnenvaart de druk van vrachtwagens op de (volle) wegen en is vervoer over water bijzonder milieuvriendelijk.

46


7. Resolutie: Beslagvrijevoet moet beter nageleefd worden Resolutie ingediend door: CDA Drenthe Het CDA Partijcongres op 7 november 2015 bijeen te Utrecht: A. Constateert dat:

als onderdeel van ons sociaal zekerheidsstelsel er een wettelijke beslagvrijevoet is die personen die in financieel opzicht in moeilijke omstandigheden verkeren de zekerheid biedt , dat hun inkomen niet beneden het basis bedrag van 90% van de wettelijke bijstandsnorm komt;

deze zekerheid van groot belang is voor alle personen die gebruik maken van ons sociaal zekerheidsstelsel;

de beslagvrije voet ook door overheidsinstanties niet altijd in acht genomen wordt;

dat het voorkomt dat er meerder schuldeisers gelijktijdig via gerechtsdeurwaarders beslag op de inkomsten van een persoon leggen, zonder dat hierbij rekening gehouden wordt de wettelijke beslagvrijevoet.

B. Overweegt dat: door het niet respecteren van de beslagvrijevoet het beschikbaar inkomen van

de betrokkenen zodanig laag wordt dat een normaal functioneren niet mogelijk is;

als gevolg van onvoldoende inkomen de schuldpositie onnodig verder oploopt; de betrokkenen onnodig in een sociaal isolement komen.

C. Spreekt uit dat: het CDA van mening is dat er maatregelen genomen moeten worden die er

voor zorgen dat het recht op een basisinkomen van 90% van de wettelijke bijstandsnorm ook daadwerkelijk gehandhaafd wordt;

tot het moment, dat de problematiek van de beslagvrije voet is opgelost gemeenten verplicht zijn in gevallen, dat de beslagvrijevoet wordt aangetast, deze aan te vullen tot het wettelijk recht.

En gaat over tot de orde van de dag. Preadvies DB: niet overnemen

47


Waar de resolutie spreekt over een basisinkomen wordt waarschijnlijk de beslagvrije voet bedoeld. Voor het niet handhaven van de beslagvrijevoet door de belastingdienst heeft het CDA al vaker aandacht gevraagd. Echter de door deze resolutie voorgestelde afwenteling op gemeenten is niet rechtvaardig en dus onwenselijk.

48


8. Resolutie: Gelijk speelveld voor Nederlandse ondernemers Resolutie ingediend door: CDA Limburg De overheid moet zich inspannen voor een eerlijk level playing field. Nederlandse ondernemers moeten in staat gesteld worden te concurreren binnen Europa. De overheid moet terughoudend zijn met het opleggen van aanvullende regelgeving, bovenop de verplichte regelgeving uit Brussel. Het kan niet zo zijn dat Nederlandse ondernemers de dupe worden van nationale regelgeving die de kostprijs onevenredig hoog maakt ten opzichte van andere landen. Het CDA Partijcongres op 7 november 2015 bijeen te Utrecht: A. Constateert dat:

we een verantwoordelijkheid hebben voor een goed ondernemersklimaat in Nederland;

we het belang van Europa inzien en vertrouwen op de Europese werkwijze als het gaat om de totstandkoming van wet en regelgeving;

gelijke spelregels in onze internationaal opererende context zeer relevant zijn; nationale overheden de Europese wet en regelgeving op een eigen manier

implementeren waardoor er grote verschillen tussen de lidstaten ontstaan; coördinatie en samenwerking met buurlanden van groot belang is bij het

implementeren van Europese richtlijnen om verschil in regelgeving tot een minimum te beperken.

B. Overweegt dat:

het belangrijk is dat onze ondernemers kunnen concurreren met omliggende landen;

we een exporterend land zijn en in het kader van de concurrentiepositie extra regelgeving niet mag leiden tot een kostprijsverhogend effect ten opzichte van ons omringende landen.

C. Spreekt uit dat:

het CDA kritisch kijkt naar alle wet en regelgeving die we als Nederland zelf toevoegen aan de verplichte wet en regelgeving vanuit Brussel;

het CDA zich na deze inventarisatie inspant om extra regelgeving vanuit onze nationale overheid ten opzichte van de bestaande Europese regelgeving tot een minimum te beperken;

49


er bij nieuw nationaal beleid een en bij de implementatie van Europese richtlijnen een Grenseffecten rapportage ("grenstoets") wordt uitgevoerd om mogelijke negatieve gevolgen in de grensregio's in kaart te brengen en te voorkomen.

En gaat over tot de orde van de dag. Preadvies DB: overnemen Het CDA vindt een gelijk speelveld belangrijk. Regels zijn in algemene zin belangrijk en nuttig. Onnodige regelgeving moet echter worden voorkomen, zeker als dit leidt tot een oneerlijk speelveld. Een kritische blik hierop vindt het CDA daarom belangrijk. Het CDA is voorstander van een grenseffectentoets. Het is belangrijk dat vooraf wordt getoetst of nieuw beleid leidt tot ongewenste gevolgen voor de grensregio's. Op deze wijze kan onnodige schade aan de Nederlandse economie of aan ondernemers in de grensregio worden voorkomen. Minister Kamp heeft vorige week in een debat op herhaaldelijk verzoek van het CDA aangegeven dat er in de toekomst bij relevante wetgeving een grenseffecttoets in de memorie van toelichting zal worden opgenomen.

50


9. Resolutie Recht op recht Resolutie ingediend door: CDA ZuidHolland Het CDA Partijcongres op 7 november 2015 bijeen te Utrecht: A. Constateert dat:

voor de komende jaren is voorzien in bezuinigingen op de rechtspraak die oplopen van € 32 miljoen volgend jaar tot € 88 miljoen in 2020;

tevens is voorzien in een verhoging van griffierechten in civiele en bestuursrechtelijke zaken;

er elk jaar 1,7 miljoen rechtszaken worden behandeld en er nu al forse achterstanden zijn;

de Raad voor de Rechtspraak en de presidenten van de rechtbanken invulling willen geven aan de bezuinigingen door zwaardere zaken niet meer te behandelen op de locaties in Assen, Almelo, Alkmaar, Lelystad, Dordrecht, Zutphen en Maastricht, waarna het onvermijdelijk lijkt dat de volgende stap sluiting van de gerechtsgebouwen in die steden zal zijn.

B. Overweegt dat:

in een rechtstaat rechtspraak één van de belangrijkste functies van de overheid is en dat burgers er recht op hebben dat zij geschillen kunnen voorleggen aan een onafhankelijke rechter;

de notie dat de rechtspraak zichzelf voor een groot deel of zelfs geheel zou moeten bedruipen door hoge of zelfs kostendekkende griffierechten daarom even dwaas is als de gedachte dat brandweer, politie of defensie slechts zouden uitrukken bij een kostendekkende vergoeding voor hun dienstverlening;

steeds hogere griffierechten er toe leiden dat burgers met beperkte middelen zich niet tot de rechter kunnen wenden, terwijl de kern van de rechtstaat juist is dat het recht de doorslag geeft en niet wie het meeste geld heeft;

de toegang tot rechtspraak daarnaast ook wordt beperkt wanneer verder moet worden gereisd voor de behandeling van zaken;

de kwaliteit en de duur van de behandeling van zaken ontegenzeggelijk te leiden hebben onder verdere bezuinigingen op de rechtspraak;

deze ontwikkelingen in strijd zijn met het uitgangspunt in het CDAverkiezingsprogramma dat de rechter voor iedereen toegankelijk en betaalbaar blijft. 9

9 CDA verkiezingsprogramma 2012 – 2017, pag. 78 51


C. Spreekt uit dat:

het CDA van mening is dat verdere bezuinigingen op de rechtspraak en verhogingen van het griffierecht achterwege dienen te blijven om zo de toegankelijkheid en betaalbaarheid van de rechter voor iedereen te garanderen.

En gaat over tot de orde van de dag. Preadvies DB: Overnemen

52


10. Resolutie: Vermogensbelasting Resolutie ingediend door: CDA ZuidHolland Het CDA Partijcongres op 7 november 2015 bijeen te Utrecht: A. Constateert dat:

er een wetsvoorstel in de maak is om vermogens progressief te belasten; hiervoor uitgegaan wordt van risicovrije rendementen (rentes) die in de praktijk

nauwelijks (en zeker niet zonder risico!) gehaald worden; sparen en investeren steeds meer nodig is voor een goed pensioen en

zorgvoorzieningen later; het belastingverschil tussen investeren in een eigen huis (vrijgesteld van

belasting) en een pensioenpot in eigen beheer steeds groter wordt, wat aan de rechtvaardigheidsgrondslag knaagt.

B. Overweegt dat:

het heffen van belasting op werkelijke rendementen een ingewikkelde zaak is, waarbij een belegger bovendien geld van de belasting terug zou moeten vragen in tijden van crisis, wat bepaald niet wenselijk is voor de overheidsfinanciën op het moment dat men het juist hard nodig heeft;

een eensluidend tarief eenvoudig en dus goed uitvoerbaar is en moeilijk te omzeilen door het opzetten van belastingbesparende constructies; 10

een progressieve vermogensbelasting vooral de middelgrote spaarder raakt, omdat die zijn geld niet rendabel in het buitenland kan stallen;

de overheid goedkoop kan lenen als de rente op Nederlandse obligaties laag is en hogere rentes kan belasten als zij duurder moet lenen;

een zelfregulerend evenwicht zou ontstaan tussen lenen en belasting indien men het eensluidende tarief zou baseren op de (gemiddelde) rente;

een dergelijk systeem recht doet aan de grondbeginselen van gerechtigheid, rentmeesterschap (stabiel sparen voor later en begrotingsevenwicht), solidariteit en gespreide verantwoordelijkheid (vermogenden betalen meer belasting dan nietspaarders, maar alle vermogenden betalen een gelijk tarief).

C. Spreekt uit dat:

10 Vgl. de conclusie in het CDAWI rapport “Een sociale vlaktaks”, op pagina 36.Hier wordt ook afstand genomen van een progressief tarief.

53


één egale vermogensrendementsheffing wordt nagestreefd voor vermogens boven een bepaalde vrijgestelde voet;

het tarief hiervoor kan worden gebaseerd op de reële (gemiddelde) rente op Nederlandse staatsobligaties, dus gecorrigeerd voor inflatie, bijvoorbeeld vast te stellen door een commissie zoals die nu ingevoerd wordt voor pensioenfondsen, op zo'n manier dat het tarief altijd positief is, en boven een vast te stellen minimum van bijvoorbeeld 1%.

En gaat over tot de orde van de dag. Preadvies DB: niet overnemen De complexiteit van het vraagstuk van vermogensbelasting is groot. De fractie heeft in reactie op het voorliggende voorstel van het kabinet ook duidelijk haar kritiek laten horen. De voorgestelde oplossing in de resolutie maakt de afwegingen voor een alternatief beperkt. De fractie is bijvoorbeeld voorstander van het belasten van reëel rendement.

54


11. Resolutie: Vluchtelingen Resolutie ingediend door: CDA Limburg, CDA provincie Utrecht en CDA ZuidHolland Het CDA Partijcongres op 7 november 2015 bijeen te Utrecht: A. Constateert dat:

de afdeling ZuidHolland op 2014 in Alkmaar een resolutie over Syrische vluchtelingen heeft ingediend en aangenomen gekregen waarin onder meer gepleit werd voor opvang in de regio volgens een Europees verdelingsmechanisme;

sindsdien het aantal vluchtelingen uit het Middellandse Zeegebied, in het bijzonder Syrië drastisch is toegenomen; de beoogde verdeling er is gekomen, maar slechts ten dele en te laat;

de snelle toename ongekend is en vraagt om regie, krachtige maatregelen, gericht op zowel de korte als lange termijn aanpak, iets dat bij de regering volledig ontbreekt;

Nederlanders bereid zijn de vluchtelingen te hulp te staan en velen zich aanmelden als vrijwilliger;

mensen zich terecht afvragen of de inspanning die nu geleverd wordt vol te houden is.

B. Overweegt dat:

wij, christendemocraten, een humaan, barmhartig en rechtvaardig asielbeleid voorstaan voor die mensen die onze naastenliefde hard nodig hebben;

we tegelijkertijd pal voor onze eigen burgers, onze JoodsChristelijke tradities en onze westerse normen en waarden dienen te staan;

voorvallen als in het Drentse dorpje Oranje 140 inwoners waar dit Kabinet eenzijdig, onverwachts en zonder enig overleg verordonneert dat dit dorpje 1400 vluchtelingen moet opnemen in een fatsoenlijke rechtstaat en eerlijke democratie als Nederland niet thuishoren;

wij de soms onbarmhartige wijze waarop migranten over één kam worden geschoren afwijzen en onze bewondering uitspreken voor de velen die nu niet klagen maar doen en vinden dat anderen daar een voorbeeld aan zouden kunnen nemen;

dat er al veel vluchtelingen in de eigen regio worden opgevangen onder dikwijls erbarmelijke omstandigheden en dat dit betekent dat interne solidariteit en samenwerking in alle Europese landen voorop moet staan;

55


structurele hulp en investeringen in ontwikkelingslanden nodig zijn om de voedingsbodem van conflict, terrorisme en migratie aan te pakken en te werken aan economisch perspectief en een menswaardig bestaan;

C. Spreekt uit dat: wij vanuit onze beginselen van harte bereid zijn en blijven vluchtelingen op te

vangen; aan gemeenten nooit eenzijdig van bovenaf opgelegd kan worden

asielzoekers op te nemen maar dat overleg voorop staat; de prioriteit voor vluchtelingen ligt bij (bij)scholing, waarbij de opleiding zowel

in Nederland als ten behoeve van terugkeer in het land van herkomst wordt erkend;

dat vluchtelingen uit als veilig beschouwde landen zo spoedig mogelijk moeten worden teruggezonden;

de CDAfractie het voortouw neemt om zo snel mogelijk tot een herinvoering van de ontheemdenstatus te komen;

de aanleiding van de huidige migrantenstroom bij IS, falende regimes, en gewetenloze smokkelaars moet worden gezocht en dat vergaande, zo nodig ook militaire, Europese inspanning nodig is om de problemen bij de bron aan te pakken ook als dit betekent dat (permanente) inzet van Nederland buiten de landsgrenzen nodig blijkt;

dit ook noodzakelijk is om ook in de toekomst vluchtelingen te kunnen blijven opvangen omdat ten aanzien van de aanleiding en de fundamentele oorzaken van de crisis een duurzame inzet nodig is, met bijbehorende middelen, want net zoals de stroom Syrische vluchtelingen niet onverwacht komt, zo bestaat ook de kans op nieuwe stromen uit het Midden Oosten en Afrika;

er sprake moet zijn van een strengere controle aan de Europese buitengrenzen en dat Nederland hier een actieve bijdrage aan moet leveren ook in relatie tot het Europees voorzitterschap in 2016;

de toenemende kosten van opvang van vluchtelingen in Nederland niet alleen ten laste komen van het budget voor ontwikkelingssamenwerking maar een verantwoordelijkheid zijn voor de hele Rijksoverheid en over deze extra kosten ten opzichte van 2014 door het kabinet snel duidelijkheid gegeven moet worden.

En gaat over tot de orde van de dag. Preadvies DB: overnemen

56


12. Resolutie: Pak grondoorzaken vluchtelingencrisis aan

Resolutie ingediend door: F. Bakkerde Jong, A. Frey, J. Nijman, M. Vogelaar, E. Wermuth, T. Brinkel, M. SijtsemaTolsma, E. KlapVan Strien, H. Bruning, J. Bakker, H. van de Streek, M. van Butselaar, W. Postma, K. Ferrier, J. van Butselaar, J. van Gennip, E. Schoustra, D. Ensberg, M. Stolk, J. Verheijen, M. van ButselaarVisser, E. van Asselt, M. Wagner, T. Wijffels, G. Karsenberg, P. Bukman, W. van der Kruijs, K. Wagner, W. Marchal, A. van Veen, M. van der Veen, M. Vroom, J. Ensing, R. Blesgraaf, M. Brouwer de Koning, E. Wunderle, A. Zonneveld, D. Knieriem, L. van Heest, Y.Ulenaers, A.Roetgerink, L.Frissen, J.Biskop

Het CDA Partijcongres op 7 november 2015 bijeen te Utrecht

A. Constateert dat: er veel onrust is wereldwijd: oorlog, terrorisme en radicalisering, met een van de

grootste vluchtelingenstromen sinds WO II als gevolg; het aantal vluchtelingen dat aankomt in Nederland dit jaar oploopt naar 60.000 en

de toestroom naar verwachting de komende jaren zonder verdere maatregelen niet zal afnemen;

de kosten hiervan toenemen naar ruim 1 miljard euro in 2015, deze volledig worden gefinancierd uit het budget voor ontwikkelingssamenwerking en oplopen tot 20% van dat budget;

er tegelijk fors wordt bezuinigd op het ontwikkelingsbudget door dit kabinet; het CDA in zijn Verkiezingsprogramma 20122017 heeft bepaald vast te willen

houden aan de 0,7% norm voor ontwikkelingssamenwerking.

B. Overweegt dat: iedereen recht heeft op een menswaardig bestaan; het CDA in het verleden altijd een proactieve rol heeft gespeeld in het

Nederlandse internationale beleid; instabiliteit elders in de wereld, effect heeft op onze veiligheid hier; de grenzen van de opvang in de buurlanden van Syrië zijn bereikt en dat we ook

in Nederland worstelen met de toenemende vraag naar opvang; we moeten investeren in het tegengaan en beteugelen van de grondoorzaken van

conflict om derhalve de noodzaak tot vluchten weg te nemen, en perspectief op vrede en veiligheid te faciliteren in die conflictzones;

gelet op de huidige crisis in de wereld het CDA zich conform het verkiezingsprogramma inzet dat Nederland zich weer committeert aan de afspraak in OESOverband om 0,7% van haar BNP te besteden aan ontwikkelingssamenwerking.

57


C. Spreekt uit dat: het partijbestuur een lange termijn visie ontwikkelt op internationale

samenwerking met inachtneming van de basisprincipes van het CDA en waarin rekenschap wordt genomen van bovenstaande en deze visie voorlegt aan het volgende congres;

de kosten van de eerstejaarsopvang van vluchtelingen in Nederland niet alleen uit het ontwikkelingsbudget gehaald worden.


58


13. Resolutie: Aanpak vuurwerkafval via een schoon nieuwjaar Resolutie ingediend door: G. Hartholt, A. Huitzing, E.J. Stokking, C. RigholtDam, J. Molendijk, J. van Alphen, H. Haarsma, A.A. Jacobs, A.C. de Jager, A. Diamantis, A. Olde, C.L.C. WingerdenBeen, M. van den Brink, J.G. Brinkhorst, F. Kemerink, J.G.M. Put, F.J. Evers, R. Busschers, A. Zandvoort, A. Pierik, R. Compagner, J.D. VeddersDekker, G. VehofBusger op Vollebroek, J. Beumer, C. Doeschot, A.H. Mulder, B.M.J. Eshuis, Y. Nijhof, B. van Vlijmen, N. van der Stappen, T. Reijn, A. Kleinjan, A. Hammenga, J. de Vries, R. Meijer, J.H. Kreuze. Het CDA Partijcongres op 7 november 2015 bijeen te Utrecht A. Constateert dat:

het afsteken van vuurwerk in Nederland met Oud en Nieuw een traditie is; vuurwerkafval soms maanden later nog rondslingert als zwerfafval; er op veel plaatsen initiatieven zijn om vuurwerkafval in te zamelen, een

voorbeeld is het project 'Vuurwerk knallen? Opruimen doen we met z'n allen!' http://www.schoongooienvecht.nl/vuurwerkcampagne2014.aspx (zo zijn er nog veel meer voorbeelden);

er jaarlijks voor circa €65 miljoen aan legaal vuurwerk afgestoken wordt in Nederland met Oud en Nieuw;

er bij het herafsteken van niet afgegaan vuurwerk soms ongelukken gebeuren; er van het laten liggen van vuurwerkafval het signaal uit gaat dat zwerfafval

oke is, iets wat het niet is. B. Overweegt dat:

in het kader van duurzaamheid het wenselijk is om vuurwerkafval en zwerfafval terug te dringen;

het jaar schoon beginnen de rest van het jaar positief doorwerkt; een ieder die op 31 december een vent of dame is, dat op 1 januari ook is; het tijdig opruimen van vuurwerkafval kan helpen ongelukken voorkomen; we m.b.t. zwerfafval toe moeten naar het principe de vervuiler ruimt op.

C. Spreekt uit dat:

het CDA partijbestuur de CDA afdelingen oproept om te gaan bevorderen dat vuurwerkafval aan het begin van het jaar wordt opgeruimd;

hier wellicht een nieuwe traditie uit kan voortkomen te weten een schoon nieuwjaar.

59

http://www.schoongooienvecht.nl/vuurwerkcampagne-2014.aspx


En gaat over tot de orde van de dag. Preadvies DB: overnemen Het CDA maakt zich al sinds jaar en dag hard voor een schone leefomgeving. Daar hoort ook het opruimen van vuurwerkafval na het vieren van de jaarwisseling bij. Zeker omdat dit afval vaak nog weken blijft liggen en bovendien gevaarlijk kan zijn. Het is dan ook niet alleen in het kader van duurzaamheid dat het wenselijk is om vuurwerkafval op te ruimen. Ook het nemen van verantwoordelijkheid speelt hierbij een rol. Naast het zelf vuurwerk afsteken zou zelf het vuurwerkafval opruimen een mooie Nederlandse traditie moeten zijn. In de afgelopen jaren hebben verschillende CDAafdelingen lokaal al het initiatief genomen het opruimen van vuurwerkafval onder de aandacht te brengen. Dat is een trend die we samen kunnen doorzetten. Opgeruimd beginnen is wat het CDA betreft een goed voornemen voor het nieuwe jaar.

60


14. Resolutie: Scheve verdeling cultuurgelden Resolutie ingediend door: CDA Limburg en CDA NoordBrabant Het CDA Partijcongres op 7 november 2015 bijeen te Utrecht: A. Constateert dat:

de gemeente Rotterdam onderzoek heeft gedaan naar de regionale verdeling van Rijkssubsidies aan cultuurinstellingen;

uit dit onderzoek blijkt dat er sprake is van een scheve verdeling: Amsterdam krijgt €145,00 subsidie per inwoner, Den Haag €81,00 Rotterdam €31,00 en de regio ZuidNederland €1,33(!!).

B. Overweegt dat:

enige verschillen in de regionale verdeling van cultuurgelden onvermijdelijk en logisch zijn;

een verhouding van 100 : 1 echter onacceptabel is; het culturele veld in ZuidNederland net als in de Randstad veel moois te

bieden heeft en hierbij erkenning en ondersteuning vanuit het Rijk verdient. C. Spreekt uit dat:

de CDAfractie zich zal inzetten voor het meer rechttrekken van de kromme verdeling van de Rijkssubsidies aan culturele instellingen.

En gaat over tot de orde van de dag. Preadvies DB: overnemen Het klopt dat de verdeling van rijkssubsidies voor cultuur scheef verdeeld is over het land. De Tweede Kamerfractie van het CDA vraagt daarom bij ieder debat met de minister over de verdeling van cultuursubsidies aandacht voor een meer rechtvaardige regionale spreiding, en zal dat ook blijven doen. De resolutie is een steun in de rug voor deze inzet van de CDAfractie. Daarbij moet voor de volledigheid wel opgemerkt worden dat volledig rechttrekken van de kromme verdeling niet mogelijk zal zijn, zoals ook in de eerste overweging van de resolutie terecht gesteld is.

61


15. Resolutie: Europees Defensiebeleid Resolutie ingediend door: CDJA Het CDA Partijcongres op 7 november 2015 bijeen te Utrecht: A. Constateert dat:

de huidige politieke situatie, zoals de instabiliteit van staten als Libië, de macht van IS in Syrië en Irak, de spanning tussen Rusland en de Europese Unie enzovoorts, om samenwerking tussen de Europese lidstaten vraagt;

de wereld steeds verder globaliseert en ‘kleiner’ wordt, waardoor Nederland steeds meer afhankelijk raakt van andere naties;

het Nederlands defensiebudget van 1,11% van het Bruto Nationaal Product ver onder de NAVOnorm van 2% ligt en Nederland geen enkele zelfstandige missie zou kunnen ondernemen;

het aandeel van de Europese Unie in de NAVO slechts 25% bedraagt; Amerikaans president Barack Obama een oproep heeft gedaan aan alle

Europese landen zich te verenigen op het gebied van defensie en niet langer te blijven leunen op het defensiebudget van de Verenigde Staten.

B. Overweegt dat:

het CDA conform haar Europees verkiezingsprogramma een positieve houding heeft tegenover de Europese Unie en haar een belangrijk instrument vindt voor het creëren en behouden van veiligheid; 11

het CDA volgens haar grondbeginselen – rentmeesterschap, gespreide verantwoordelijkheid, solidariteit en publieke gerechtigheid – moet streven naar het behoud van een vredevol en stabiel Europa, behoud en bescherming van haar democratische waarden en normen en bevordering van de vrijheid en veiligheid;

onze vrijheid en veiligheid afhankelijk is van de bereidheid van andere landen om samen te werken;

het CDA grote waarde hecht aan het behoud van nationale soevereiniteit van de EUlidstaten.

C. Spreekt uit dat: het CDA tegen een Europees leger is omdat het een inbreuk vormt op

nationale soevereiniteit; de Europese Unie het Europees defensiebeleid hoger op de agenda zet;

11 Zie verkiezingsprogramma CDA Europees Parlement, 20142019: ‘Naar een slagvaardig Europa’. 62


de Europese Unie haar focus moet leggen op het verkrijgen van een groter aandeel binnen de NAVO, en een appèl doet op haar huidige en toekomstige nieuwe lidstaten tot lidmaatschap van NAVO om hiermee free rider gedrag onmogelijk maken';

de Europese Unie haar lidstaten moet oproepen zich te conformeren aan de 2% NAVOnorm.

En gaat over tot de orde van de dag. Preadvies DB: Overnemen Het CDA is voorstander van verbreding en verdieping van Europese defensiesamenwerking. Het moet inderdaad hoger op de agenda van de EU; tot dusver is er te weinig terecht gekomen van alle ambities uit het verleden. Het CDA beschouwt soevereiniteit in relatie tot defensiesamenwerking niet strikt juridisch, maar ook vanuit het oogpunt van vergroting van handelingsvermogen door samenwerking. Inderdaad is het CDA tegen een Europees leger; uiteindelijk gaan de Nederlandse regering en het parlement over de uitzending van Nederlandse militairen.

63


16. Resolutie: Stabiliteit door terughoudendheid Resolutie ingediend door: CDJA Het CDA Partijcongres op 7 november 2015 bijeen te Utrecht: A. Constateert dat:

de brandhaarden aan de randen van Europa en bijvoorbeeld de burgeroorlog in Syrië het buitenlands beleid weer hoog op de agenda zetten;

VVDleider Zijlstra in maart 2015 pleitte voor samenwerking met buitenlandse dictators en voor een realistisch buitenlandbeleid, waarbij de nadruk vooral ligt op veiligheid en Nederlands eigenbelang; 12

Nederland en andere EUlanden in recente conflicten op andere werelddelen zich vaak proactief inmengden, zoals tijdens de Arabische Lente in o.a. Libië, Egypte en Syrië, en daarvoor al in Irak en Afghanistan; 13

deze aanpak dikwijls niet tot het gewenste resultaat van meer democratisering en vrede leidde, maar op veel plaatsen resulteerde in een toename van geweld en instabiliteit. De Arabische Lente is daarvan een recent voorbeeld. 14

B. Overweegt dat:

stabiliteit belangrijk is voor de desbetreffende lokale bevolking en internationale verhoudingen; 15

de christendemocratische waarde van solidariteit ook de verantwoordelijkheid omvat voor de bevordering van de internationale rechtsorde, zoals onderschreven wordt door de Nederlandse Grondwet; 16

soevereiniteit en territoriale integriteit een essentieel onderdeel vormen van deze internationale rechtsorde;

militaire steun of het instellen van sancties tegen dictators vanuit het Westen vanwege het ideaal van democratisering, zoals bijvoorbeeld gebeurde in de

12 Realistisch buitenlandbeleid: http://www.vvd.nl/nieuws/462/realistischbuitenlandbeleid 13 Nederland steunde de Libische opstand militair: http://www.rijksoverheid.nl/nieuws/2011/03/24/f16sonderwegvoorhandhavingembargolibie.html. Nederland keerde zich tegen Assad: http://www.rijksoverheid.nl/nieuws/2011/08/18/rosenthalassadmoetopstappen.html. Nederland steunde het vertrek van de Jemenitische leider: http://www.tweedekamer.nl/kamerstukken/kamervragen/detail?id=2012Z00167&did=2012D03420. Nederland steunde vertrek Mubarak: http://www.nu.nl/politiek/2437253/rosenthalvindtbeslissingmubarakgoedestap.html. 14 Slechts in Tunesië en (beperkt in) Marokko hebben de revoluties vooruitgang bewerkstelligd op het gebied van democratie en vrede. In overige landen niet: http://edition.cnn.com/2015/03/27/middleeast/arabspringaftermath/. In vrijwel alle landen is er oorlog ontstaan: http://www.elsevier.nl/Buitenland/blogs/2015/3/VrijweloveralwaarooitArabischelenteuitbrakishetnuoorlog1739361W/ 15 Op het gebied van bijvoorbeeld mensenrechten, handel en veiligheid. Het Institute for Economics and Peace stelt dat vrede en veiligheid in landen vooral bereikt worden door stabiliteit in o.a. politiek en maatschappelijk opzicht. Zie de Global Peace Index 2014: http://www.visionofhumanity.org/. 16 Artikel 90 van de Grondwet luidt: "De regering bevordert de ontwikkeling van de internationale rechtsorde."

64


oorlog in Irak, Libië en bij de Arabische Lente, lang niet altijd voor de gewenste verbetering heeft gezorgd. 17

C. Spreekt uit dat:

Nederland zich terughoudend opstelt ten opzichte van conflicten in het buitenland en revoluties niet automatisch steunt;

Nederlands eigenbelang niet de belangrijkste motivatie moet zijn bij buitenlands beleid, maar het streven naar een stabiele internationale rechtsorde leiden moet zijn;

bij het Nederlandse buitenlandbeleid ten opzichte van conflictgebieden stabiliteit voor de lokale bevolking en internationale verhoudingen op de lange termijn doorslaggevend moet zijn;

Nederland niet principieel tegen samenwerking met dictators kan zijn, als dit noodzakelijk is voor de stabiliteit in een regio;

Nederland zich zal blijven inzetten voor mensenrechten overal ter wereld; Nederland humanitaire steun blijft verlenen aan mensen in conflictgebieden.

En gaat over tot de orde van de dag. Preadvies DB: niet overnemen De resolutie is te eenzijdig gericht op ‘geen interventie’, terwijl het pleidooi van het CDA juist altijd is geweest dat we op de problemen af moeten, voordat ze ons bereiken. Een oproep tot terughoudend is terecht. Echter, het gaat te ver om in algemene zin op te roepen tot terughoudendheid ten opzichte van conflicten in het buitenland. Niet voor niets doet Nederland mee in de strijd tegen ISIS. En heeft onze fractievoorzitter een pleidooi gehouden voor 'safe havens' voor vluchtelingen in Irak, Libië en Syrië. Daarnaast wordt er een tegenstelling gecreëerd tussen Nederlands belang en een stabiele internationale rechtsorde die er niet zo scherp is. Ze zijn eerder nevengeschikt en liggen in lijn met elkaar, dan dat het Nederlands belang expliciet ondergeschikt zou moeten worden gemaakt in het buitenlandbeleid.

17 http://www.internationalespectator.nl/article/debloedigearabischelente 65


17. Resolutie: Onvoorwaardelijk basisinkomen Resolutie ingediend door: CDJA Het CDA Partijcongres op 7 november 2015 bijeen te Utrecht: A. Constateert dat:

de discussie omtrent het onvoorwaardelijke basisinkomen (hierna: OBI) weer aan actualiteit gewonnen heeft;

het CPB heeft becijferd dat het belastingtarief voor werkenden tenminste 56,5% moet bedragen om een OBI in haar meest sobere variant te bekostigen; 18

het CPB in datzelfde rapport tot de conclusie komt dat door het hoge belastingtarief de arbeidsparticipatie afneemt;

het CDA (nog) geen stelling heeft genomen omtrent het OBI. B. Overweegt dat:

het CDA vanuit het principe van gespreide verantwoordelijkheid het verstrekken van onvoorwaardelijk inkomen geen overheidstaak vindt;

het CDA de intrinsieke waarde van arbeid als uitgangspunt neemt, namelijk een manier om als mens te ontwikkelen en waarde toe te kunnen voegen aan de samenleving; 19

het CDA staat voor een verhoging van de arbeidsparticipatie door een meer activerende sociale zekerheid, terwijl het OBI dit overlaat aan de keuzevrijheid; 20

het CDA van opvatting is dat het beslag van de overheid op economie en maatschappij moet afnemen. 21

C. Spreekt uit dat:

het CDA zowel op nationaal als lokaal niveau tegen een OBI alsmede vergelijkbare vormen is. 22


18 Zie het CPB policy brief 2015 ´De effectiviteit van fiscaal participatiebeleid.´ 19 Zie het WI rapport ‘Mens waar ben je’, pagina 69. 20 CDA SB “Nieuwe wegen, vaste waarden” 21 CDA WI “Op weg naar houdbare overheidsfinanciën” 22 Negatieve inkomstenbelasting, doorlopende bijstandsuitkering etc.

66


18. Resolutie: Snel internet Resolutie ingediend door: CDA Teylingen Ondersteund door: CDA ZuidHolland en CDA Overijssel Het CDA Partijcongres op 7 november 2015 bijeen te Utrecht: A. Constateert dat:

wij in Nederland bij de installatie van snel Internet bijna volledig afhankelijk zijn van slechts enkele marktpartijen;

normaliter alleen daar snel internet wordt geïnstalleerd waar voldoende aantallen potentiële gebruikers worden voorzien;

hele wijken, dorpen, buitengebieden, grensgebieden en delen van de Randstad (en daarmee zorg, onderwijs, overig maatschappelijk middenveld waaronder kleine zelfstandige, ondernemers en burgers) veelal geen afslag naar de snelste digitale snelweg krijgen;

in een aantal provincies en via lokale initiatieven installatie van snel internet succesvol wordt ondersteund;

het van belang is dat Next Generation Access (NGA) zo snel mogelijk overal wordt gerealiseerd.

B. Overweegt dat:

snel internet een onmisbare schakel is voor kenniseconomie, vestigingsklimaat en concurrentiepositie van het bedrijfsleven;

thuiswerken en robotisering een vlucht zullen nemen; digitalisering van de zorg noodzakelijk is en de “nieuwe zorg” mogelijk maakt; Nederland zijn voorsprong qua internetaansluitingen niet mag verliezen; snel internet nog steeds hoge eigen bijdragen kent; snel internet als een basisvoorziening zou moeten worden gezien; het CDA alle initiatieven vanuit de samenleving van harte ondersteunt.

C. Spreekt uit dat:

slle inwoners, bedrijven en instellingen in Nederland de mogelijkheid moet worden geboden om op niet al te lange termijn over snel internet te beschikken;

onze fractie aandacht blijft vragen voor het stimuleren van het installeren van snel internet waar dat nodig en mogelijk is;

67


tegelijkertijd lokale initiatieven op dit punt ondersteund zullen worden door alle betrokken CDAafdelingen;

lokale snelinternetkampioenen zullen worden aangewezen om als lichtende voorbeelden te dienen.

En gaat over tot de orde van de dag. Preadvies DB: overnemen Het CDA vindt snel internet een basisvoorziening. Het is belangrijk op veel terreinen zoals economische activiteiten, zorg op afstand, thuis werken, zaken doen met de overheid, leefbaarheid etc. In buitengebieden lukt het vaak niet om snel internet te realiseren omdat het niet rendabel genoeg is voor de markt. In de samenleving worden veel initiatieven genomen om overal snel internet te realiseren. Het is belangrijk dat kennis en ervaringsuitwisseling plaatsvindt en belemmeringen worden weggehaald. Het CDA vindt dat de overheid heeft een taak om deze initiatieven waar nodig te faciliteren en te stimuleren.

68


19. Resolutie: CO2reductiedoelen wettelijk vastleggen Resolutie ingediend door: CDA Duurzaamheidsberaad H.J. Wijnants, R.M. Vos, E.W. Tilanus, W. Braakman, J.C. Molendijk, A.H. Huitzing, G.J. Hartholt, G. Leushuis, T.J. Senden, J.W.P.H. van Alphen, A.M.T.G. van der Bijl, C.G. de Kok, D. Moolenburgh, A.M. Kleine Staarman, C.L.C. van WingerdenBeen, K. Neutel, A.J.M. Schelwaldvan der Kley, M. van den Brink, P. Zwinkels, A. Hammenga, E.A.J. Bouwhuis, C.J.M. van der Stappen, D.M. van Elk, W.P.F. Rutten, J. Grovenstein Het CDA Partijcongres op 7 november 2015 bijeen te Utrecht: A. Constateert dat:

klimaatverandering in de pauselijke encycliek Laudato Si’ gezien wordt als een belangrijk ethisch vraagstuk voor de mensheid;

de studie "Roadmap 2050 low carbon economy in Europe (Mc Kinsey, 2010)" aantoont dat een reductie van 80% in 2050 haalbaar is voor Europa;

de Nederlandse rechter uitspraak heeft gedaan dat de Nederlandse overheid meer maatregelen moet nemen om de CO2doelstelling voor 2020 te realiseren;

de raad voor de Leefomgeving en Infrastructuur in haar advies aan minister Kamp aangeeft dat wettelijke borging van de CO2reductiedoelstelling van 80% 95% voor 2050 noodzakelijk is.

B. Overweegt dat: CDA vanuit haar kernwaarden en de 7 principes rentmeesterschap en zorg

voor toekomstige generaties nastreeft; Nederland als delta onder de zeespiegel een levensgroot belang heeft bij het

verminderen van de mondiale temperatuurstijging; navolging van bestaande wetgeving voor CO2reductie (in het Verenigd

Koninkrijk en de staten British Columbia en Californië) door Nederland een belangrijk signaal geeft aan de andere Europese landen en de wereld;

de voorzitter van de Confederation of British Industry aangeeft dat “between 2010 and 2013, the green economy grew at more than 7% a year, compared to less than 2% a year over the same period for the UK economy as a whole” 23

waardoor het een aantrekkelijke, opkomende markt is geworden;

23 http://news.cbi.org.uk/news/whatagoodclimatedealwillmeanforbritainandtheworld/ 69

http://news.cbi.org.uk/news/what-a-good-climate-deal-will-mean-for-britain-and-the-world/

http://news.cbi.org.uk/news/what-a-good-climate-deal-will-mean-for-britain-and-the-world/


Nederlandse bedrijven eveneens gebaat zijn bij duidelijke doelstellingen en heldere spelregels om investeringen in zogenaamde low carbon technologies te doen.

C. Spreekt uit dat

De CDA Tweede Kamerfractie zich inzet voor: het wettelijk verankeren van de CO2doelstelling om in 2050 in

Nederland ten minste 80% minder CO2 te emitteren; het wettelijk vestleggen van realistische doelstellingen per decennium

in de tussenliggende periode tot 2050.

En gaat over tot de orde van de dag.

Preadvies DB: niet overnemen

Het gaat erom dat er ten behoeve van klimaatverandering maatregelen genomen worden. Daarom steunt het CDA op hoofdlijnen het Energieakkoord. Aan de andere kant moet voor de lange termijn geïnvesteerd worden in onderzoek en innovatie voor de meest duurzame en efficiënte technieken in de toekomst. Daarom heeft CDA Tweede Kamerlid Agnes Mulder ook middels een motie gevraagd om de ondersteuning van onderzoek naar duurzame energie op peil te houden, waar het kabinet deze ondersteuning verlaagt in de komende jaren. Als CDA willen wij dat er internationaal goede afspraken worden gemaakt en ook dat wij ons daar aan houden. Maar dit moeten we niet willen vastleggen bij wet, omdat dat internationale onderhandelingen minder flexibel maakt. Je ziet daarnaast nu dat de rechter zonder doelen vastgelegd in de wet tot de uitspraak komt dat de doelen die internationaal en Europees zijn overeengekomen moeten worden nageleefd. De vraag is of dat wenselijk is maar een wettelijke verankering van de doelen is dus niet zozeer nodig.

70


20. Resolutie: Verdienmodellen toepassen bij natuurbeleid Resolutie ingediend door: CDA Limburg Het CDA Partijcongres op 7 november 2015 bijeen te Utrecht: A. Constateert dat:

bepaalde rijksdoelen te realiseren zijn op het gebied van natuur; natuur in bepaalde mate belangrijk is voor het maatschappelijk welgenoegen,

echter de regelgeving hier niet geheel aan bijdraagt. B. Overweegt dat:

met de kennis van vandaag in het verleden genomen besluiten wellicht moeten worden herzien;

de problemen van de huidige samenleving zich bevinden op andere terreinen dan het tekort aan hectares natuur;

het oplossen van deze problemen geld kost; in het kader van goed rentmeesterschap gelden die voor natuur bestemd zijn,

aan andere doelen uitgegeven kunnen worden. C. Spreekt uit dat:

er gekeken moet worden naar het slimmer investeren in natuur en recreatie; ook in overleg met terreinbeherende organisaties gekeken moet worden naar

bepaalde verdienmodellen voor natuur (economisch en maatschappelijk rendement).


71


72

Documents

Partijcongres 7 november 2015 Vergaderstukken …...Vergaderstukken partijcongres 7/11/15, deel 2 Inhoudsopgave 1. Algemene informatie 4 2. Programma 9 3. Overzicht deelsessies 11