2
GELEZEN Ron Kraus, Jason Zack & George Stricker (2003). Online counselling. A handbook for mental health professionals. Amsterdam: Elsevier. 278 pp., E 49,95 Pim Cuijpers Hoewel de eerste experimenten met therapie-op-afstand veel ouder zijn dan het internet heeft de komst van dat laatste een enorme impuls gegeven aan de zogeheten onlinetherapie. Dat is therapie waarin de therapeut en de clie¨ nt elkaar niet face to face (f2f) zien, maar via e-mail of chatten therapeutisch contact met elkaar hebben. Inmiddels is er enkele jaren ervaring opgedaan met deze vorm van hulpverlening. Dit handboek moet hulpver- leners en studenten inzicht geven in online counselling en daarin zijn de auteurs en redacteurs uitstekend geslaagd. In het boek komen alle aspecten van online counselling aan bod. Het boek bestaat uit vier delen. In het eerste deel komen de achtergronden en de meer theo- retische aspecten aan bod. Vooral het tweede hoofdstuk, waarin wordt beschreven in welke opzichten text talk afwijkt van gewone taal, is interessant. Zo zullen mensen die van geschreven taal houden, eerder van online counsel- ling gebruikmaken dan mensen die schrijven niet leuk vinden. De asynchrone taal – e-mail wordt in het algemeen niet onmiddellijk, maar pas enige tijd later beantwoord – zorgt ervoor dat er een zone of reflection ontstaat, waarin mensen na kunnen denken over hoe ze zullen reageren. Ook wordt ingegaan op de voordelen en gevaren van het zogeheten desinhibitie-effect van internetcommunicatie, waardoor sommige mensen sneller persoonlijke zaken, zoals emoties, angsten of wensen, zullen onthullen. Maar ook heel andere aspecten van internet komen aan bod, zoals het ontbreken van non-verbale signalen en hoe dat opgelost wordt, aanhef en einde van e-mails, enzovoort. In het derde hoofdstuk wordt op boeiende wijze de geschie- denis van internethulp beschreven. Er wordt ingegaan op het computerprogramma ELIZA uit de jaren ’60, dat tijdens de pauzes in een gesprek op ‘rogeriaanse’ wijze reageert door bijvoorbeeld te hummen, zonder dat er een daadwerkelijk verband bestaat met de inhoud van het gesprek. Fascinerend is het gesprek tussen de virtuele clie¨nt PARRY en de virtuele DOCTOR (Eliza) uit de jaren ’70. In het tweede deel van het boek komen de praktische aspecten van online counselling aan bod in hoofdstukken over de benodigde technologie, over ethische en juridi- sche zaken en over de zakelijke kanten van online counsel- ling. In het derde deel komen de klinische aspecten aan bod. Daarbij wordt ingegaan op de benodigde vaardig- heden en op de lengte en structuur van het therapeutische contact, maar ook op inhoudelijke vaardigheden, zoals ondersteunende en confronterende vaardigheden en het bevorderen van een persoonlijke relatie. In een apart hoofdstuk wordt beschreven hoe counseling in groeps- verband via het internet uitgevoerd kan worden. Een volgend hoofdstuk is gewijd aan psychologische testen via het internet. Het vierde en laatste deel beschouwt de toekomst van online counselling. Daarbij wordt beschre- ven dat internet met e-mail, chatten en video conference waarschijnlijk een regulier onderdeel gaat worden van de ‘gewone’ zorg. Voor de individuele therapeut is het rela- tief eenvoudig en goedkoop om onlinediensten aan te bieden, hoewel grotere organisaties op dat punt gefaald hebben (zie verder). Ook wordt ingegaan op de voorde- len van internet bij anoniem zoeken van hulp. Al met al is het een zeer informatief boek geworden, met zijn ruim 270 pagina’s niet eens zo heel dik, maar toch goed gevuld. Het is vooral bruikbaar voor de thera- peut die erover denkt om onlinediensten aan te bieden. Het gaat over de achtergronden, de benodigde inhoude- lijke kennis en de praktische kanten. Dit maakt het boek ook geschikt als leerboek voor studenten die dit veld Pim Cuijpers (*) PIM CUIJPERS is hoogleraar klinische psychologie aan de Vrije Universiteit Amsterdam. Tijdschrift voor Psychotherapie (januari 2006) 32:228–229 DOI 10.1007/BF03062234 13

Ron Kraus, Jason Zack & George Stricker (2003). Online counselling. A handbook for mental health professionals. Amsterdam: Elsevier. 278 pp., € 49,95

Embed Size (px)

Citation preview

GELEZEN

Ron Kraus, Jason Zack & George Stricker (2003). Onlinecounselling. A handbook for mental health professionals. Amsterdam:Elsevier. 278 pp., E 49,95

Pim Cuijpers

Hoewel de eerste experimenten met therapie-op-afstand

veel ouder zijn dan het internet heeft de komst van dat

laatste een enorme impuls gegeven aan de zogeheten

onlinetherapie. Dat is therapie waarin de therapeut en

de client elkaar niet face to face (f2f) zien, maar via e-mail

of chatten therapeutisch contact met elkaar hebben.

Inmiddels is er enkele jaren ervaring opgedaan met deze

vorm van hulpverlening. Dit handboek moet hulpver-

leners en studenten inzicht geven in online counselling

en daarin zijn de auteurs en redacteurs uitstekend

geslaagd. In het boek komen alle aspecten van online

counselling aan bod. Het boek bestaat uit vier delen. In

het eerste deel komen de achtergronden en de meer theo-

retische aspecten aan bod. Vooral het tweede hoofdstuk,

waarin wordt beschreven in welke opzichten text talk

afwijkt van gewone taal, is interessant. Zo zullen mensen

die van geschreven taal houden, eerder van online counsel-

ling gebruikmaken dan mensen die schrijven niet leuk

vinden. De asynchrone taal – e-mail wordt in het algemeen

niet onmiddellijk, maar pas enige tijd later beantwoord –

zorgt ervoor dat er een zone of reflection ontstaat, waarin

mensen na kunnen denken over hoe ze zullen reageren.

Ook wordt ingegaan op de voordelen en gevaren van het

zogeheten desinhibitie-effect van internetcommunicatie,

waardoor sommige mensen sneller persoonlijke zaken,

zoals emoties, angsten of wensen, zullen onthullen. Maar

ook heel andere aspecten van internet komen aan bod,

zoals het ontbreken van non-verbale signalen en hoe dat

opgelost wordt, aanhef en einde van e-mails, enzovoort. In

het derde hoofdstuk wordt op boeiende wijze de geschie-

denis van internethulp beschreven. Er wordt ingegaan op

het computerprogramma ELIZA uit de jaren ’60, dat

tijdens de pauzes in een gesprek op ‘rogeriaanse’ wijze

reageert door bijvoorbeeld te hummen, zonder dat er een

daadwerkelijk verband bestaat met de inhoud van het

gesprek. Fascinerend is het gesprek tussen de virtuele

client PARRY en de virtuele DOCTOR (Eliza) uit de

jaren ’70.

In het tweede deel van het boek komen de praktische

aspecten van online counselling aan bod in hoofdstukken

over de benodigde technologie, over ethische en juridi-

sche zaken en over de zakelijke kanten van online counsel-

ling. In het derde deel komen de klinische aspecten aan

bod. Daarbij wordt ingegaan op de benodigde vaardig-

heden en op de lengte en structuur van het therapeutische

contact, maar ook op inhoudelijke vaardigheden, zoals

ondersteunende en confronterende vaardigheden en het

bevorderen van een persoonlijke relatie. In een apart

hoofdstuk wordt beschreven hoe counseling in groeps-

verband via het internet uitgevoerd kan worden. Een

volgend hoofdstuk is gewijd aan psychologische testen

via het internet. Het vierde en laatste deel beschouwt de

toekomst van online counselling. Daarbij wordt beschre-

ven dat internet met e-mail, chatten en video conference

waarschijnlijk een regulier onderdeel gaat worden van de

‘gewone’ zorg. Voor de individuele therapeut is het rela-

tief eenvoudig en goedkoop om onlinediensten aan te

bieden, hoewel grotere organisaties op dat punt gefaald

hebben (zie verder). Ook wordt ingegaan op de voorde-

len van internet bij anoniem zoeken van hulp.

Al met al is het een zeer informatief boek geworden,

met zijn ruim 270 pagina’s niet eens zo heel dik, maar

toch goed gevuld. Het is vooral bruikbaar voor de thera-

peut die erover denkt om onlinediensten aan te bieden.

Het gaat over de achtergronden, de benodigde inhoude-

lijke kennis en de praktische kanten. Dit maakt het boek

ook geschikt als leerboek voor studenten die dit veld

Pim Cuijpers (*)PIM CUIJPERS is hoogleraar klinische psychologie aan de VrijeUniversiteit Amsterdam.

Tijdschrift voor Psychotherapie (januari 2006) 32:228–229

DOI 10.1007/BF03062234

13

willen leren kennen (op elk hoofdstuk volgt een aantal

vragen om te testen of de lezer alles wel goed begrepen

heeft). Een nadeel is dat het boek erg op de Amerikaanse

markt is gericht. Het blijkt dat alle bedrijven die daar

geprobeerd hebben om grootscheepse online counselling

aan te bieden over de kop zijn gegaan, soms zelfs voordat

er diensten werden aangeboden. En er wordt gesproken

over succesvolle initiatieven in andere landen, zoals

Japan en Engeland, maar de ervaringen daar komen

niet aan bod. Ook de juridische kanten van online coun-

selling zijn op de Amerikaanse markt gericht. Dat neemt

niet weg dat het een uitstekend boek is geworden. En

hoewel de situatie rond internet snel verandert, zal dit

boek zeker nog een aantal jaren goed bruikbaar blijven

voor de professional die online wil gaan.

Tijdschrift voor Psychotherapie (januari 2006) 32:228–229 229

13