34
Medische kennis 1. De student kent de basisbegrippen over stofwisseling, groei en voortplanting, waarneming, prikkelbaarheid. De levensfuncties van een mens zijn: Stofwisseling; Een proces waardoor stoffen uit de buitenwereld worden opgenomen en verwerkt. Zo komt energie vrij voor arbeid, opbouw en herstel van het lichaam. Hierbij spelen onder andere ademhaling en spijsvertering een rol. Groei en voortplanting; Mens bestaat uit enorm veel cellen die allemaal ontstaan zijn uit een bevruchte eicel. Tijdens embryonale ontwikkeling worden bij bepaalde cellen specifieke eigenschappen afgeschermd, waardoor cellen met verschillende vorm ontstaan (differentiatie). Leiden tot verschillen in functie (specialisatie). Werken samen bij functioneren van het lichaam. Cellen met bepaalde bouw = weefsel. Bijvoorbeeld spierweefsel. Meer weefsels vormen een orgaan, bijvoorbeeld de huid. Samenwerkende organen vormen een orgaansysteem, zoals het zenuwstelsel. Orgaansystemen vormen samen het organisme. Waarneming en prikkelbaarheid; Hierdoor is het organisme in staat te reageren op prikkels ui de buitenwereld. Zo si vluchten mogelijk als er gevaar dreigt. Deze reactie op prikkels kan onbewust verlopen (reflex) of een weloverwogen reactie zijn op een waarneming. Cellen zijn alleen onder microscoop zichtbaar. Verschillen in bouw en functie, toch hebben ze veel gemeen: omgeven door een celmembraan, een vlies waardoor stoffen naar binnen en buiten kunnen, en in de celkern bevinden zich chromosomen, zijn erfelijke eigenschappen op gelokaliseerd. 2. De student kent het begrip “pathologie” Pathologie betekent letterlijk “ziekteleer” en houdt zich bezig met oorzaken, verschijnselen en gevolgen van ziekte. Bij het ontstaan van ziekte zijn twee factoren betrokken (1) de ziekteverwekkende prikkel en (2) het organisme dat zich hiertegen verdedigt. Niet iedereen reageert hetzelfde op een ziekteverwekkende prikkel. Je weerstand hangt onder andere af van erfelijke factoren , je constitutie (de gesteldheid van het lichaam als resultaat van erfelijkheid en omgevingsfactoren) en je conditie. 3. De student kent de theorie over erfelijkheid en ziekte Exogene factoren werken van buitenaf Endogene factoren werken van binnenuit Belangrijke endogene factoren zijn de genen, de erfelijke eigenschappen die een mens bij de bevruchting mee krijgt. Je hebt er ongeveer 30.000. De helft van moeder andere helft van vader.

Samenvatting - Medische Kennis

Embed Size (px)

DESCRIPTION

Samenvatting boek : Medische kennis voor hulpverleners

Citation preview

Page 1: Samenvatting - Medische Kennis

Medische kennis

1. De student kent de basisbegrippen over stofwisseling, groei en voortplanting, waarneming, prikkelbaarheid.

De levensfuncties van een mens zijn:Stofwisseling; Een proces waardoor stoffen uit de buitenwereld worden opgenomen en verwerkt. Zo komt energie vrij voor arbeid, opbouw en herstel van het lichaam. Hierbij spelen onder andere ademhaling en spijsvertering een rol.

Groei en voortplanting; Mens bestaat uit enorm veel cellen die allemaal ontstaan zijn uit een bevruchte eicel. Tijdens embryonale ontwikkeling worden bij bepaalde cellen specifieke eigenschappen afgeschermd, waardoor cellen met verschillende vorm ontstaan (differentiatie). Leiden tot verschillen in functie (specialisatie). Werken samen bij functioneren van het lichaam. Cellen met bepaalde bouw = weefsel. Bijvoorbeeld spierweefsel. Meer weefsels vormen een orgaan, bijvoorbeeld de huid. Samenwerkende organen vormen een orgaansysteem, zoals het zenuwstelsel. Orgaansystemen vormen samen het organisme.

Waarneming en prikkelbaarheid;Hierdoor is het organisme in staat te reageren op prikkels ui de buitenwereld. Zo si vluchten mogelijk als er gevaar dreigt. Deze reactie op prikkels kan onbewust verlopen (reflex) of een weloverwogen reactie zijn op een waarneming. Cellen zijn alleen onder microscoop zichtbaar. Verschillen in bouw en functie, toch hebben ze veel gemeen: omgeven door een celmembraan, een vlies waardoor stoffen naar binnen en buiten kunnen, en in de celkern bevinden zich chromosomen, zijn erfelijke eigenschappen op gelokaliseerd.

2. De student kent het begrip “pathologie”Pathologie betekent letterlijk “ziekteleer” en houdt zich bezig met oorzaken, verschijnselen en gevolgen van ziekte. Bij het ontstaan van ziekte zijn twee factoren betrokken (1) de ziekteverwekkende prikkel en (2) het organisme dat zich hiertegen verdedigt. Niet iedereen reageert hetzelfde op een ziekteverwekkende prikkel. Je weerstand hangt onder andere af van erfelijke factoren , je constitutie (de gesteldheid van het lichaam als resultaat van erfelijkheid en omgevingsfactoren) en je conditie.

3. De student kent de theorie over erfelijkheid en ziekteExogene factoren werken van buitenafEndogene factoren werken van binnenuitBelangrijke endogene factoren zijn de genen, de erfelijke eigenschappen die een mens bij de bevruchting mee krijgt. Je hebt er ongeveer 30.000. De helft van moeder andere helft van vader.Genotype = Erfelijke eigenschappen die je meekrijgt. Fenotype = Het resultaat van aanleg en omgevingsfactoren.

Alle cellen, behalve volwassen rode bloedcellen, hebben in de kern 46 (23 paar) chromosomen, waarop de genen zijn gelokaliseerd. Ontstaan bij bevruchting, combinatie van papa en mama. Identieke genen: homozygoot. Verschillende genen: heterozygoot.

Een gen kan spontaan of door aanwijsbare oorzaak veranderen (mutatie). Denk hierbij aan bijv. straling en chemische stoffen.

1 Congenitaal maar niet erfelijk.

Page 2: Samenvatting - Medische Kennis

Dit is een aangeboren stoornis, hoeft niet erfelijk te zijn als de oorzaak exogeen is.Exogene factoren:- infectie tijdens zwangerschap, rodehond, toxoplasmose of aids- ziekte van de moeder als diabetes, trage schildklier of PKU- straling als gevolg van röntgenonderzoek of radioactiviteit- gebruik van alcohol, drugs, tabak, medicijnen tijdens zwangerschap. - complicaties tijdens de bevalling als zuurstoftekort of een hersenbloeding bij het kind.2 Congentiaal erfelijkErfelijke ziekten zijn gelokaliseerd op chromosomen. 3 Multifactorieel erfelijkHierin spelen erfelijke en milieufactoren een rol. 4 Een chromosoom te veel of te weinig.Voorbeeld van een chromosoom te veel is het syndroom van DownVoorbeeld van een chromosoom te weinig leidt vaak tot een spontane miskraam.5 Monogene afwijkingEen erfelijke afwijking die door één gen veroorzaakt wordt.

Dominante overerving:In het geval van dominante overerving overheerst het afwijkende gen het gezonde gen. Een van de ouders zal aan de ziekte lijden. Bij elke zwangerschap 50% kans op kind met afwijking. Soms komt het door spontane mutatie (verandering) en soms zit het in de familie. Voorbeeld: neurofibromatosis (ziekte van Von Recklinghausen). Bruine vlekken, tumoren in huid en zenuwstelsel.

Recessieve overerving: Beide ouders zijn drager van het afwijkende gen. Bij hen komt de ziekte niet tot uiting als ze ook een dominant gezond gen hebben. Bij elke zwangerschap is er 25 procent kan dat het kind een combinatie van twee afwijkende genen treft, waardoor het de ziekte krijgt. Voorbeeld: fenylketonurie (PKU), stofwisselingsziekte.

Geslachtsgebonden afwijkingen: Van 23 chromosomen is 1 paar verantwoordelijk voor het geslacht. Vrouw: twee X-chromosomen en mannen een Y- en een X-chromosoom. Bij geslachtsgebonden afwijkingen ligt het afwijkende gen op het X-chromosoom. Bij een vrouw is er vaak een gezonde X-chromosoom tegenover de afwijkende, ziekte openbaart vaak niet. Man heeft geen extra X-chromosoom. Zonen = 50% kans op afwijking, dochters = 50% op dragerschap. Voorbeelden: hemofilie (bloederziekte, waarbij een stollingsfactor in het bloed ontbreekt en de spierdystrofie van Duchenne. Ook kleurenblindheid is vaak geslachtsgebonden.

6. Begrippen :- Ziekte : je lichaam is aangetast door verkeerde organismen. Ziekten worden

veroorzaakt (onder andere) door ziektekiemen. - Ziektekiemen : dit zijn schadelijke micro organismen. Als ziektekiemen het

lichaam binnenkomen heet dat besmetting. Zodra ze zich daar vermeerderen spreken we van infectie. Het gevolg kan zijn een ontsteking(plaatselijk) of een infectieziekte(algemeen).

- Bacterie : bacteriën zijn groeiende beestjes in je lichaam die je immuunsysteem aantasten. De groei kan geremd worden door antibiotica. Er zijn verschillende bacteriën met verschillende eigenschappen en vormen. Er zijn ronde, spiraalvormig en kommavormig. Voorbeelden: ronde bacteriën (kokken) is de stafylokok = steenpuisten en keelontsteking. Staafvormig (bacillen) = tuberkelbacterie, tbc. Spiraal(syfilis ,ziekte van Lyme en kommavormige(cholera).

- Schimmel : een plantaardige micro organisme, waarvan er maar weinig schadelijk zijn voor een mens. Wordt vaak gebruikt bij voedselproductie, denk maar aan wijn, brood en kaas etc. pathogene schimmels kunnen ontstekingen van mondholte of vagina veroorzaken. Bijvoorbeeld: de gids Candida die infectie van mondholte of vagina veroorzaakt en kunnen sommige schimmels tot huidinfecties leiden.

Page 3: Samenvatting - Medische Kennis

- Virus : een besmettelijk DNA (of RNA-) molecule met een eiwitjasje, dat zich bevindt op de grens van levende en dode materie. Virussen hebben levende cellen nodig om zich te vermenigvuldigen, waarbij de cel te gronde gaat. Ze worden overgebracht via druppelinfectie (verkoudheid) of via bloed of weefselvocht zoals aids. Een virus kan muteren (veranderen). Aidsvirus muteert snel is daardoor moeilijk te onderzoeken. Andere: griep, mazelen, waterpokken en bof. Weinig medicijnen.

7. Effect van ziektekiemen: Of een ziektekiem de gastheer ziek maakt, hang af van de aard en aantal van de ziektekiemen en de afweerkracht van de gastheer.Besmetting

- Via de mond, door besmette voeding of drank, bijv. paratyfus, tyfus, cholera, dysenterie en hepatitis A.

- Via ontlasting: fecaal-orale route (zoals Hepatitis A). Via ontlasting op handen en in mond.

- Via de luchtwegen als druppelinfectie: bij hoest blijven druppeltjes met ziektekiemen in de lucht zweven die een ander kan inademen, zoals bij tbc, kinkhoest en griep.

- Via de huid: bijv. erisipelas (wondroos), een infectie die zich in het bindweefsel snel kan uitbreiden, of infectie van een haarzakje, zoals bij een steenpuist.

- Via de bloedbaan, zoals hepatitis B en aids via een besmette injectienaald en malaria via een muggenbeet.

- Via de geslachtsorganen, bijv. syfilis, chlamydia of aids.- Via de urinewegen, zoals blaas- of nierbekkenontsteking

Ontsteking- Roodheid en warmte doordat meer bloed naar de plaats des onheils gaat,

waardoor de afweer op gang gebracht wordt.- Zwelling (tumor) als gevolg van een toename van bloed en weefselvocht ter

plaatse.- Pijn doordat de zwelling op gevoelszenuwen drukt. Een nuttig signaal waardoor de

ontsteking rust krijgt en beter geneest.- Gestoorde functie (functio laesa), ook hierdoor wordt de plaats van ontsteking

ontzien.Als de witte bloedcellen de ziektekiemen kunnen op eten, verdwijnt de ontsteking. Zo niet, dan infiltraat, een harde pijnlijke plek. Die zich snel uitbreidt in het bindweefsel heet flegmone.Als weefsel verloren gaat, ontstaat een holte (abces) gevuld met dode cellen en micro-organismen (pus)Pus in een bestaande holte (voorhoofdsholte ,galblaas, appendix), heet empyeem. Als een abces naar buiten doorbreekt, zoals bij een steenpuist, groeit de opening weer dicht.Als dit niet gebeurt, ontstaat een fistel. Een abces kan naar binnen doorbreken, dan komen micro-organismen in het bloed (sepsis, bloedvergiftiging). Kunnen nieuwe ontstekingen ontstaan (pyemie).Ontsteking kan overgaan op lymfebanen (lymfangitis), dan zie je op de huid een rode streep. Wordt ten onrechte bloedvergiftiging genoemd, hiervan is pas sprake als zich bacteriën in het bloed bevinden. Koorts en koude rillingen. Ontsteking als gevolg van mechanische prikkels, noemen we steriele ontsteking. Ontstaat geen pus.

InfectieDit ontstaat als een ziektekiem zich niet beperkt tot een lokale ontsteking.

Page 4: Samenvatting - Medische Kennis

Incubatietijd= de tijd tussen besmetting en het uitbreken van de ziekte.Dragerschap= men is niet ziek maar kan wel anderen besmetten. Ziektekiemen onder controle houden, maar niet kunnen vernietigen. Tyfusbacterie in galblaas zonder ziek te zijn, maar wel anderen besmetten

8. Voedselvergiftiging hierbij ontstaat diarree niet door de bacterie zelf, maar door een gif (exotoxine) dat bacteriën in het voedsel afgescheiden hebben. Symptomen binnen 6 uur na eten:Misselijkheid, braken, speekselvloed, buikkramp, diarree, hoofdpijn en spierkramp. Botulisme, veroorzaakt door bacterie die in geconserveerd voedsel kan voorkomen, veroorzaakt juist verstopping die gepaard gaat met verlammingen; kan dodelijk zijn.

- Eet frequent kleinere maaltijden, is makkelijker te verteren- Licht verteerbaar voedsel eten, zoals toast, crackers, bananen en rijst- Vermijd alcohol, sigaretten, cafeïne en kruidige en vette voedingsmiddelen

Diarree zorg voor voldoende vocht, zoals thee/appelsap/vetarme bouillon – uitdroging tegengaan.Als de diarree minder wordt, geleidelijk yoghurt/beschuit/rijst/worteltjes/mager vlees gaan eten.Vermijd zoete melkproducten en koolzuurhoudende drank. Huisarts: bij bloed in ontlasting of als kinderen naast diarree ook braken of niet willen drinken. Borstvoeding kan wel doorgaan.

9. Infectieziekten veelvoorkomendZe komen vooral voor als veel mensen op een relatief klein terrein bijeen zijn = het crowding-effect

- Meningitis Hersenvliesontsteking, nekkramp. Komt vaak voor bij kinderen en in situaties waar veel mensen bijeen zijn onder slechte omstandigheden. Oorzaak: Haemophilus influenzae B, meningokok. Complicatie: meningokokkensepsis, puntbloedinkjes in de huid is aanwijzing. Begint met hoge koorts, hoofdpijn, bewustzijnsstoornissen, verwardheid, braken, epilepsieaanvallen en coma, nekstijfheid. Soms is er hersenontsteking.Arts inschakelen.

- Hoest Een reflex die de luchtwegen schoonhoudt. Droge, vastzittende hoest of prikkelhoest kan bestreden worden door geen alcohol te drinken of te roken. Rust houden, veel drinken Arts raadplegen als er bloed is of groen is.

- Snuiten Dan kan geïnfecteerd snot in bijholten of middenoor terechtkomen. Trompetter dus niet, maar haal liever de neus op. Het snot komt dan in de maag en wordt door het maagzuur onschadelijk gemaakt.

- Pfeiffer Dit is een virusinfectie die via speeksel wordt overgebracht. Het begint met keelontsteking en opgezette lymfeklieren, met name in de hals. Er is koorts en er is een gevoel van ziek-zijn.De milt is vergroot en er zijn leverstoornissen. Vaak bij jongerenBehandeling: lichamelijke en psychische ontspanning + vetarm dieet + bloedcontrole door de arts

Page 5: Samenvatting - Medische Kennis

- Keelpijn Kan gepaard gaan met hoge koorts en slikpijn ontsteking van de tonsillen.De lymfeklieren zijn dan vaak opgezet.Als de oorzaak een bacterie is, kan het met antibiotica behandeld worden. Dropjes/snoepjes helpen, ze stimuleren de speekselproductieVoldoende vochtopnameNaar de arts als slikken moeilijk wordt, de klachten langer dan 3 dagen aanhouden en de lichaamstemperatuur hoger is dan 38,5 graden.

- Vlekjes op de huid Om te kijken wat die vlekjes zijn, moet je een limonadeglas tegen de huid drukken en kijk door het glas om te zien of de vlekjes verdwijnen. Zo ja, dan is er sprake van huiduitslag. Zo niet, dan zijn het puntbloedinkjes en moet snel een arts geraadpleegd worden.

- Wormen Spoelwormen: 15-35 cm lang, leven in dunne darm. Lintwormen: dunne darm, hongerOnsmakelijk maar vaak onschadelijkVoorkom krabben, was de handen na toiletbezoek en houd nagels kort en schoon.Vermijd vingercontact met neus en mond. Aparte washandjes/handdoeken gebruiken voor onder- en bovenlichaam.Reinig deurknoppen en voorwerpen die veel aangeraakt worden. Dek de zandbak af. Was groente en verhit vlees langdurig. Ontworm huisdieren, en laat je niet likken door honden.

- Ziekte van Lyme Via een tekenbeet kan men besmet worden. Oorzaak bacterie Borrelia Burgdorferie, die bij teken voorkomt. Na de beet ontstaat een rode ring. De ring kan groter dan 50 cm worden en zal na een tijd verbleken. Later ontstaan moeheid, anorexie, koorts, hoofd-, spier- en gewrichtspijn. De ziekte is, mits tijdig, met antibiotica te behandelen.

- Kinderziekten Zij onderscheiden zich van gewone infectieziekten, doordat ze zeer besmettelijk zijn en levenslange immuniteit geven. Dat maakt de kans dat ouderen besmet worden uiterst klein.1. Exanthema infectiosum = virus, bij kinderen, vooral in gesloten

gemeenschappenRoodheid begint op de wangen, daarna op strekzijden armen, benen en romp. Geen behandeling.

2. Exanthema subitum = waarschijnlijk virus, bij peutersBegint met paar dagen koorts, dan koortsvrije dag, daarna roze vlekjes. Begint op romp en gezicht, daarna naar armen en benen. Kliertjes bij haargrens in de nek.Geen behandeling

3. Waterpokken= virusOp alle leeftijden, als men de ziekte als kind niet heeft gehad, door blaasjesinhoud, direct en indirect contact.Weinig, hangerig, geen eetlust, rode vlekjes, met vocht gevulde blaasjes, jeukLittekens bij krabben, middenoorontsteking, gordelroos op latere leeftijdKrabben voorkomen, mentholpoeder, nagels kort h ouden, niet te warm kleden

10. De student kent de vaccinatiesZiekten waarvoor in Nederland gevaccineerd wordt:

Page 6: Samenvatting - Medische Kennis

Fase Leeftijd Injectie 1 Injectie 2

Fase 1 0 maanden2 maanden3 maanden4 maanden11 maanden14 maanden

HepB (alleen voor risicogroepenDKTP-HibDKTP-HibDKTP-HibDKTP-HibBMR

PneuPneuPneuPneuMenC

Fase 2 4 jaar DKTP -Fase 3 9 jaar DTP BMR

DKTP (difterie, kinkhoest, tetanus en poliomyelitis)Difterie: is een angina met grijsgroen beslag, veroorzaakt door aanhoesten. Het exotoxine van de bacterie veroorzaakt verlammingen, eerst van het zachte gehemelte (huig), later andere spieren. Door beslag in de keel bestaat gevaar voor verstikking. Soms ontstaat een hartafwijking. Sterfte bij kinderen: 30% tot 50%Kinkhoest: veroorzaakt door aanhoesten, begint als verkoudheid, later gierende inademing en benauwdheid, complicatie is een dodelijk verlopende longontsteking.Tetanus: veroorzaakt door wondbestemming bijv. straatvuil of beet van dier, ontstaat vooral bij onregelmatige, diepe wonden die niet goed bloeden, begint met spierpijn en spierstijfheid ong. 7 dagen na besmetting, gevolgd door tonische spierkrampen die door geringste prikkel opgewekt worden (geluid, aanraking, licht). Begint vaak in de kauwspieren (kaakklem), breidt zich uit naar andere spieren.Poliomyelitis (kinderverlamming): vindt plaats via fecaal-orale route, begint als griep met diarree. Daarna ontstaan verlammingen, kan dodelijk zijn wanneer ademhalingsspieren zijn aangetast. Als de patiënt blijft leven, volgt een herstelfase van 2 jaar, vaak blijven verlammingen achter.

BMR (bof, mazelen, rodehond)Bof: een ontsteking van de oorspeekselklier(en), te zien als zwelling van het gelaat. Pijn bij gebruik zure spijzen. Complicatie: ontsteking van zaadballen of ovaria die kan leiden tot onvruchtbaarheid.Mazelen: begint als verkoudheid met ontsteking bindvlies van het oog, hierdoor ontstaat lichtschuwheid. Symptomen zijn hoge koorts, witte vlekjes op het wangslijmvlies, donkerrode klodderige huiduitslag. Complicatie is hersenontsteking, restverschijnselen als blindheid, doofheid of verstandelijke beperkingen. Minder ernstige complicaties zijn oor-of longontsteking.Rodehond: weinig klachten, lichte huiduitslag, verkoudheid, lichte koorts en lymfeklierzwellingen bij de haargrens op het achterhoofd. Bij niet-immune zwangere vrouwen kan het leiden tot afwijkingen aan de ongeboren vrucht.

Hib (Haemophilus influenzae B)De B-vorm van deze bacterie kan hersenvliesontsteking, nekkramp veroorzaken, waaraan men binnen enkele uren overlijdt. Als men het overleeft, kunnen beperkingen achterblijven. Strottenhoofdontsteking is een andere complicatie waarbij verstikking dreigt.

Pneu: De bacterie kan longontsteking, hersenvliesontsteking en bloedvergiftiging veroorzaken.

MenC (Meningitis C)Dit is hersenvliesontsteking, ook wel nekkramp genoemd. Dit vaccin werkt alleen tegen 1 vorm van meningitis.

Page 7: Samenvatting - Medische Kennis

Overige incidentele vaccinaties:Ongevaccineerde reizigers naar Oost-Europa moeten rekening houden met kinkhoest, difterie en hepatitis A. Ouderen en chronisch zieken wordt aangeraden zich jaarlijks tegen griep te laten inenten. Verstandelijk gehandicapten, intraveneuze drugsgebruikers, prostituees en hulpverleners die met risicogroepen werken hebben de kans om besmet te raken met hepatitis B. Het wordt aangeraden zich te laten vaccineren. Ook pasgeborenen van besmette ouders worden ingeënt. Voor meisje van 12 jaar wordt geadviseerd zich te laten inenten tegen het HPV-virus, dit speelt een rol van het ontstaan van baarmoederhalskanker.

11. De student weet wat kanker inhoudt en wat de oorzaken zijn van kanker

Goedaardige weefselgroei:Er groeit soms weefsel door intensief gebruik, zoals spieren door krachttraining. Cellen worden dan groter. Tegenovergestelde is kleiner worden van cellen. Toename van aantal cellen in een weefsel, zoals bij tumoren, wordt hyperplasie. Goedaardige tumoren respecteren weefselgrenzen, zoals een wrat, poliep en vleesboom.

Kwaadaardige weefselgroei:Normaal delen cellen zich onder invloed van het DNA in de celkern; zo kunnen weefsels zich vernieuwen en groeien. Wanneer dit regelmechanisme tekortschiet, vindt er ongeremde groei plaats: een tumor. Kwaadaardige tumoren (kanker) respecteren de weefselgrenzen niet, breiden zich uit en verwoesten gezond weefsel. Bij uitbreiding naar een lymfe- of bloedvat kunnen tumorcellen in andere organen uitzaaien.

Bij het ontstaan spelen (endogene) inwendige en (exogene) uitwendige factoren die elkaar beïnvloeden een rol: erfelijke aanleg, constitutie, omgevingsfactoren, leeftijd, conditie, voeding etc.

Er zijn twee groepen oorzaken:1. Initiatoren, die veranderen de cel. Of zich hieruit kanker ontwikkelt, hangt af van de promotoren. Kankergenen kunnen rol spelen bij sommige vormen van borst- en dikkedarmkanker. Ook constitutie speelt een rol: normaal ziet het afweersysteem een kankercel als lichaamsvreemd en vernietigt het, als het verzwakt is, wordt de kankercel niet vernietigt. 2. Exogene factoren: UVB-licht kan huidkanker veroorzaken. Radioactiviteit kan leukemie veroorzaken. Hormonen kunnen een rol spelen. Leeftijd is een belangrijke factor, de afweer verzwakt en een optelsom van alle kankerverwekkende invloeden tot dan toe kan verklaren waarom 50% van de kankerpatiënten ouder dan 65 zijn. De eigenlijke oorzaak van het ontsporen van een celgroei ligt in een beschadiging van het DNA. Virussen kunnen een rol spelen bij leukemie en baarmoederhalskanker.

Kanker en voedingOnze voeding kan kankerverwekkende stoffen bevatten: van nature, maar soms als gevolg van verontreinigingen met bijv. giftige schimmelproducten. Ook kan een hoge calorieopname kanker bevorderen, evenals te veel zout, suiker en alcohol. Groente, fruit, zuivelproducten als karnemelk, yoghurt, kwark en kaas zouden een beschermende werking hebben. Ook bètacaroteen, vitamine E en selenium.

SamengevatEen kankercel is ontspoord, waardoor DNA niet meer normaal functioneert. Hierdoor reageert de cel niet meer op de groeiregulerende invloeden. Zo maakt een tumorcel

Page 8: Samenvatting - Medische Kennis

eiwitten die hij normaal niet zou maken, waardoor de afweereigenschappen van de cel veranderen. Kanker heeft meestal niet één oorzaak, maar is multifactorieel.

12. Vier soorten tumoren:

1. Sarcoom: kwaadaardige tumoren uitgaande van bindweefsel, kraakbeen of bot (komen vaak voor bij kinderen en jongeren)

2. Carcinoom: kwaadaardige tumoren uitgaande van huid, slijmvliezen en klieren3. Bloedkanker: kwaadaardige tumoren uitgaande van bloedcellen in het beenmerg

(leukemie, ziekte van Kahler)4. Teratomen: kwaadaardige tumoren uitgaande van kiemcellen

Behandelingen: therapie

- Chirurgische behandeling: mogelijk als de tumor niet te groot is. Metastasen kunnen niet altijd operatief verwijderd worden.

- Bestraling: kankercellen zijn gevoeliger voor straling dan gezonde cellen. Soms wordt radioactief materiaal ingebracht.

- Chemotherapie: Chemotherapeutica (cytostatica) bereiken alle cellen en tasten vooral cellen aan die zich snel delen. Ze kunnen misselijkheid veroorzaken. Omdat ook geslachtscellen beschadigd raken, kun je onvruchtbaar worden. Als de haarwortels worden aangetast ontstaat er tijdelijke kaalheid. Een andere bijwerking is bloedarmoede.

- Hormonen: worden ingezet bij borst –en prostaatkanker- Alternatieve therapie: Er bestaan veel alternatieve therapieën, waarvan het

succes niet wetenschappelijk is aangetoond.

13. Psychosociale zorg:Gespecialiseerde hulp waarbij gericht wordt op het herstel van de kwaliteit van leven. Met psychosociale zorg wordt alle begeleiding bedoeld die kankerpatiënten en hun naasten ondersteunen zowel tijdens de ziekte als in de periode erna. De eerste zorg komt van de behandelend arts en de (oncologie) verpleegkundige. Daarnaast is het mogelijk extra professionele hulp in te schakelen.Van bedrust: isolement, leefwereld kleiner, afhankelijk en ongerust. Trekken zich terug of vragen aandacht. Kunnen verward raken (pseudodementie). Preventie: Activiteiten, belangstelling omgeving van patiënt erbij betrekken.

14. Trauma:Trauma is Grieks voor ‘’wond’’. Het is een verstoring van de normale samenhang in het lichaam

15. De student weet het verschil tussen contusie (kneuzing), distorsie (verstuiking) en luxatie (ontwrichting), en kent de zelfzorg-Een contusie is een beschadiging van een gewricht gepaard gaande met een bloeduitstorting.

-Een distorsie ontstaat doordat er een gewricht kortdurend ontwricht is, met als gevolg een beschadiging van de banden en gewrichtskapsel.Bij contusie en distorsie is voor de directe hulp de ICE-regel van toepassing.

I= Immobilisation, het lichaamsdeel moet rust krijgen. C= Cooling, koud water. E= Elevation, been of arm hoog leggen.

Page 9: Samenvatting - Medische Kennis

Na deze 3 stappen > geen immobilisation meer > juist bewegen, maar niet belasten!

-Luxatie is een verstoring van de samenhang in een gewricht waarbij het gewrichtskapsel kan scheuren. Gedeeltelijke verstoring heet sub luxatie. Luxatie is herkenbaar aan de abnormale stand van het gewricht en de onmogelijkheid het gewricht te bewegen.Bij luxatie doe je de patiënt goed door de gezonde zijde te ondersteunen, omdat je anders luxatie in de hand werkt. Het dragen van een mitella aan de verlamde kant kan dit voorkomen.

16. De student weet wat een fractuur is en kent het begrip hoofdtrauma en buiktraumaEen fractuur is een botbreuk.-Bij een enkelvoudige fractuur zit er een breuk op één plaats.-Bij een meervoudige fractuur zit er een breuk op meerdere plaatsen.-Bij een gecompliceerde fractuur is de huid beschadigd, waardoor gevaar ontstaat voor infectie. Soms is het bot verbrijzeld. - Pathologische of spontane fractuur: breekt een bot doordat het verzwakt is, zoals bij osteoporose.

Symptomen kunnen zijn: Gekraak (crepitatie) bij beweging, zwelling rond de breuk, abnormale stand, verkort lichaamsdeel, en functieverlies. Bij kind zal kraakbeen eerder barsten dan breken, is fissuur.

Hoofdtrauma’s kunnen zijn:-Hersenschudding (commotio cerebri): Door een flinke klap op het hoofd, verschijnselen zijn bewusteloosheid van maximaal vijftien minuten, hoofdpijn, braken, trage pols en een gestoord recent geheugen.-Hersenkneuzing (contusio cerebri): Dezelfde verschijnselen als bij een hersenschudding, maar de bewusteloosheid duurt langer dan vijftien minuten en er kunnen neurologische stoornissen zijn.-Subduraal hematoom: Hierbij is er een bloeding onder het harde hersenvlies. Dit is een aderlijke bloeding waardoor de symptomen langzaam ontstaan. Hierbij moet je snel ingrijpen!-Epiduraal hematoom: Dit is een bloeding tussen schedel en het harde hersenvlies. Verschijnselen kunnen hierbij meevallen en zelf verdwijnen. Uren later kunnen bewusteloosheid en epilepsieaanvallen optreden. Advies: patiënt om het uur wakker maken, controleren op aanspreekbaarheid en beslist geen slaapmiddelen of aspirines gebruiken.

-Schedelbasisfractuur: De verschijnselen lijken op een hersenschudding –en kneuzing, maar er is tevens bloed verlies uit het neus of oor. Soms is er bloeduitstorting rond de ogen. Bij een schedelbasisfractuur is er altijd snel deskundige hulp nodig.

Buiktrauma’s kunnen zijn-Stomp buiktrauma: Hierbij is er aan de buitenkant weinig te zien, maar er is wel pijn. Er kan een scheurtje zijn ontstaan in bijvoorbeeld de lever, milt of de nier, waaruit bloed lekt. Na zo’n trauma moet men alert zijn op eventuele gevolgen. Uren later kan iemand in shock raken.

Page 10: Samenvatting - Medische Kennis

17. Oorzaken decubitus en intertrigoDecubitus is een weefselbeschadiging door langdurig tekortschieten van de bloedcirculatie door druk en schuifkrachten op huid, spieren en bindweefsel doorliggen, zelfde houding in rolstoel of druk door prothesen of krukken. Gevolg: bij druk blijft verbleking uit, vochtophoping, blaren en blauwzwarte huid (weefselversterf).

Intertrigo (smetten) is huidirritatie in de huidplooien van liezen, billen, oksels en borsten. Oorzaak: onvoldoende verdampen van transpiratievocht op plaatsen waar huiddelen tegen elkaar aanwrijven. Goed wassen en drogen van de huidplooien werkt preventief.

18. Stoornissen van ademhaling en zelfzorg biedenBronchopneumonie (longontsteking), ontstaat vooral bij oppervlakkig ademhalen (bedlegerige mensen). Opgehoopte slijm is moeilijk op te hoesten. Verlammingen, spierziekten of pijn na operatie werken dit in de hand. Preventie: goed doorademen, ophoesten, eventueel fysiotherapie zittende houding is gunstig.

Verslikpneumonie: ontstaat door verslikking in slijm, drinken, voedsel, braaksel of delen van het gebit. Komt voor bij slikklachten bijv. motorisch gehandicapten. Preventie: goede houding tijdens het eten en drinken.

19. Stoornissen van spijsverteringsstelselObstipatie: verstopping, bewegen onvoldoende. Ongewone plaats en houding in ziekenhuis, verpleegrichting bevorderen dit net zoals schaamte tijdens toiletteren. Soms is het hard door onvoldoende vezelrijk en/of vocht. Gevolg: obstipatie met overloopdiarree. Gaat samen met anorexia, moeheid, hoofdpijn en lusteloosheid.Preventie: lichaamsbeweging, voldoende vocht en een laxerend dieet of klysma.

20. Stoornissen in het urinewegstelsel Mictieklachten (problemen met urinelozing). Kan ontstaan door: gevolg van te weinig beweging, de houding waarin men moet urineren, schaamte of te weinig vochtopname.Preventie: zorg voor voldoende vochtopname, een warme po of het laten lopen van een kraan werkt gunstig. Soms helpt kloppen of wrijven in de omgeving van de blaas. Soms zijn medicijnen aangewezen. Soms moet het van katheterisatie de urine uit de blaas verwijderd worden.

Steenvorming in de urinewegen: Kan ontstaan door: bedrust (in bed liggen). Door bewegingsarmoede ontstaat botontkalking en vervolgens kan calcium in de urinewegen neerslaan. Soms worden steentjes uitgeplast, soms raken ze in de urinewegen beklemd en veroorzaken koliek (kramp). Grote stenen geven minder pijn, maar kunnen het nierweefsel beschadigen.Preventie: patiënt moet zo veel mogelijk in beweging blijven om ontkalking te voorkomen. Voldoende vochtopname is van belang, dan blijft het calcium in opgeloste toestand.

UrineweginfectieKan ontstaan door het inbrengen van een katheter. Soms leidt een infectie tot urine-incontinentie. Omgekeerd werkt incontinentie urineweginfecties in de hand, zodat een vicieuze cirkel kan ontstaan

De blaas loopt te snel vol en leeg: Bijvoorbeeld bij een diabeticus die diuretica (plasmiddel) krijgt. Als iemand loopstoornissen heeft, kan hij niet altijd tijdig het toilet bereiken.

Page 11: Samenvatting - Medische Kennis

Urineretentie: Ontstaat als de blaas niet goed geleegd wordt, zoals bij prostaathypertrofie, blaashalssclerose of urethrastenose. Hier kan stuwing optreden die het nierweefsel beschadigd. Bij urineretentie is men doorlopend nat, omdat de blaas overloopt en zich nooit helemaal leegt. Medicamenten kunnen de blaas weer op spanning brengen. Bij afvloedbelemmering kan een verblijfkatheter of een draagurinaal aangelegd worden. De thuiszorg kan hierover informatie geven.

21. Stoornissen in het bewegingsapparaatSpieratrofie: Ontstaat door onvoldoende beweging: ‘if you don’t use them, you loose them. Preventie: Zorg ervoor dat men dagelijks alle spiergroepen gebruikt. De fysiotherapeut kan hier een rol hebben. Zorg voor volwaardige voeding.

Contracturen: Ontstaan als spieren lang in dezelfde positie blijven, vaak een flexiestand (buigstand). Bijvoorbeeld de spitsvoet bij bedlegerige patiënten door druk van de dekens. Preventie: zorg voor beweging, zo nodig passief. Spalken en zandzakken kunnen zorgen voor een goede stand van de gewrichten. Ter voorkoming van spitsvoeten wordt een dekenboog gebruikt.

Osteoporose: Het is een verminderde bothoeveelheid waardoor gemakkelijk botbreuken ontstaan. Onvoldoende belasting van het skelet bevordert het ontstaan ervan. Preventie: voldoende beweging, calciumrijke voeding (zuivel), vitamine D en zonlicht

22. Werking hart en vaatstelsel (tractus crculatoris)Bouw en functie van het hart- en vaatstelsel: Het hart is de pomp die het bloed door het lichaam laat circuleren. Het is een holle spier, aan de buitenkant bekleed met een dubbel vlies, het pericard(hartzakje). Ook de longen zijn met zo’n vlies bekleed. Tussen pericard en longvlies is een nauwe spleet die met vocht is gevuld, waardoor het hart tijdens het kloppen langs de longen glijdt. De hartspier wordt dan van voeding en zuurstof voorzien via de kransslagaders. De binnenkant van het hart is bekleed met endocard (in het hart is het endocard de binnenbekleding die direct contact maakt met het bloed in de boezems en hartkamers). Het hart heeft een rechter en een linkerhelft, gescheiden door een wand. Elke helft bestaat uit een boezem (atrium) en een kamer (ventrinkel). Tussen boezems en kamers zorgen kleppen er voor dat het bloed alleen van boezem naar kamer kan en niet terug. Er zijn ook kleppen waar het bloed van het hart naar longslagader en aorta stroomt.

Bij elke hartslag trekken boezems en kamers samen; zo komt het bloed in de slagaders (arteriën). In het hart gaat het bloed via de linkerkamer naar de aorta die het in de grote bloedsomloop brengt. De slagaders vertakken zich tot een netwerk van haarvaten (capillairen). Her worden onder andere voedingsstoffen, zuurstof, hormonen, geneesmiddelen en witte bloedcellen aan de weefsels afgegeven en afvalstoffen en koolzuurgas opgenomen. Via aders (venen) gaat het afgewerkte bloed terug naar de rechterboezem. Van hier gaat het naar de rechterkamer om in de longslagader te komen. Via de longslagader gaat het bloed naar de longen, waar koolzuurgas afgegeven en zuurstof opgenomen wordt. Zuurstofrijk bloed gaat nu naar de linkerboezem, vandaar naar de linkerkamer en dan opnieuw naar de grote bloedsomloop. Afvalstoffen worden ook via de lever en nieren verwijderd.

De kleine bloedsomloop gaat vanuit de rechterkamer via de longslagader naar de longen en via de longader naar de linkerboezem. Van de linkerboezem naar de linkerkamer; van daaraf begint de grote bloedsomloop via de aorta naar het hele lichaam om via de onderste en bovenste holle ader in de rechterboezem te komen.

Page 12: Samenvatting - Medische Kennis

De hartslag bestaat uit twee perioden: de systole, waarin kamers zijn samengetrokken, en de diastole, waarin de kamers zich ontspannen. Het hart trekt ongeveer 70 keer per minuut samen. We hebben weinig invloed op ons hartritme; dat komt doordat de impulsen in het hart zelf worden opgewekt: in de sinusknoop ontstaan elektrische impulsen die over de hartspier worden geleid, via de AV-knoop (de atrioventriculaire knoop op de grens tussen boezem en kamer), de bundel van His en vandaar verder via de bundeltak. De hartslag kan versneld of vertraagd worden onder invloed van het autonome (onwillekeurige) zenuwstelsel. Je hart kan bonzen van angst, doordat bij angst het lichaam door het sympathische zenuwstelsel wordt voorbereid op een gevecht of vlucht. Hiervoor moet veel bloed naar de spieren en zal het hart sneller werken. In rust, waarin het parasympatische zenuwstelsel overheerst, is het hartritme trager. Stoornissen in de hartwerking kunnen opgespoord worden via een ECG(elektrocardiogram).

Bloedvaten bestaan uit bindweefsel en glad spierweefsel. We kennen slagaders (arteriën) en aders (venen). Je kunt ze onderscheiden doordat slagaders elastischer zijn en een dikkere wand hebben. Ook bevatten ze meestal zuurstofrijk bloed en de bloedstroom is van het hart af gericht. Aders bevatten vaak kleppen om bloed bijvoorbeeld vanuit de benen terug te kunnen boeren naar het hart. Als de kleppen onvoldoende werken, kan het bloed niet goed worden afgevoerd en ontstaan varices (spataderen). Spieren helpen bij het terugvoeren van het bloed naar het hart.

23. De student kent de werking van het ademhalingsstelsel

Bij ademhaling word zuurstof uit de lucht opgenomen en via bloed naar cellen vervoerd. Dit is nodig voor verbrandingsprocessen waarbij energie vrijkomt: glucose + o2 (zuurstof) -> Co2 (koolstofdioxide) + H2o (water) + energie. De vrijgekomen koolstofdioxide word via uitademing uit het lichaam verwijderd. De ademhaling bestaat uit inspiratie (inademing) en expiratie (uitademing). In rust ademen we

ongeveer 16 keer per minuut en per ademhaling ongeveer een halve liter lucht. Na ademhaling zit er ongeveer 1.5 liter lucht in de longen. Om te voorkomen dat ze dichtklappen. De ademhaling word buiten onze wil geregeld in onze hersenen. De ademhaling geschied door de spieren in de borstkast: diafragma. Borstkast omhoog inademen omlaag uitademen. Bij het inademen gaat de lucht via de luchtwegen naar de longen. Het is beter om door de neus te ademen want daar word de lucht verwarmd, om te zorgen dat het lichaam op tempratuur blijft. De lucht gaat lang de keelholte en het strottenhoofd door de luchtpijp naar de longen. Het bloed dat in de longen met zuurstof verrijkt is gaat via het linker hart naar de grote bloedsomloop, waar het de cellen van het lichaam met zuurstof voorziet. Het Co2 rijke bloed gaat via het rechterhart en de kleine bloedsomloop, waar het via de longblaasjes aan de uitademingslucht word afgegeven.

24. De student kent de bouw en functies van de huid:

BOUW:

DE HUID BESTAAT UIT 3 LAGEN. Opperhuid, lederhuid, onderhuids bindweefsel. De huidcellen worden gevormd in de kiemlaag (zie plaatje boek) en schuiven op naar de

Page 13: Samenvatting - Medische Kennis

oppervlakte. Een huidcel leeft ong 25 dagen. De buitenste cellen slijten af, als deze aan elkaar gaan plakken heet dat roos. Lederhuid bestaat uit bindweefsel dat is voorzien van bloedvaten en zenuwen. In het onderhuids bindweefsel bevind zich vet dat zorgt voor isolatie.

FUNTIES:

de huid bedekt, beschermt, tegen mechanisch geweld: uitdroging, bacteriën, en schadelijke stoffen en ultraviolet licht.

De huid speelt een rol bij het in stand houden van de lichaamstempratuur. D.m.v. onderhuids vet, en beharing. Bij koud weer trekken de capillairen samen waardoor er minder warmteverlies plaatsvind.

De huid bevat zintuigen: tastlichaampjes, druklichaampjes, warmte- en kou receptoren

De huid bevat reservevoedsel in de vetlaag. Pijn word waarschijnlijk waargenomen door de uiteinden van de zenuwen De huid scheid 0,75 liter vocht met zuid uit per dag De huid maakt vitamine D onder invloed van ultraviolet licht (zon) Sociale functie. Onze beoordeling gaat vaak af op het uiterlijke.

25. De student kent stoornissen van de huid, zoals: gordelroos, fissuur, furunkel, eczeem, voetschimmel, wratten, psoriasis en kent de zelfzorg

Gordelroos: het watterpokkenvirus zit al in onze huid omdat we die ziekte al gehad hebben, maar bij achteruitgang van conditie. Kan er een ontsteking ontstaan bij een zenuw. Gevolg branderige pijn en pukkeltjes. Later blaasjes die uitdrogen. Er is een medicijn voor.

Fissuur: kloof die weinig neiging tot genezing heeft, (mondhoek, tepel)

Furunkel: steenpuist. Ontstaat door ontsteking in een haarzakje. Er ontstaat een infiltraat met in het midden weefselversterf. De ontsteking geneest als de prop in de puist verwijdert is. Als iemand geregeld steenpuisten heeft kan het een teken zijn van diabetes. Meerdere op een plaats = karbonkel (negenoog).

Eczeem: jeuk, roodheid, schilfers. Soms vochtblaasjes.Constitutioneel: Eczeem is een jeukende huidaandoening. Ontstaat na de 3e levensmaand bij baby’s met een allergische constitutie. Niet besmettelijk.Contact eczeem: gevolg van bepaalde stoffen, bijv. beroep, hobby’s, huishouden. Allergisch voor sieraden. Kan jaren duren voordat overgevoeligheid hiervan bestaat.Seborrhoïsch eczeem (berg): niet besmettelijk, vettige schilfering op behaarde hoofd en gezicht. Bij baby’s.

Zelfzorg bij eczeem:

Achterhalen wat de oorzaak is Gebruik geen wasverzachter Kantoenen kleding Zalf in overleg met de dokter. Niet droog wrijven maar deppen. Huidplooien goed drogen Gebruik geen zeep

Voetschimmel: blaasjes, ruwe huid, kloven, jeuk, pijn. Schimmelinfecties: Ringvormige ontstekingen die vanuit het centrum genezen.

Page 14: Samenvatting - Medische Kennis

Zelfzorg bij voetschimmel:

Was de voeten goed, droog goed tussen tenen. Elke dag schone sokken Draag slippers in zwembaden Probeer schimmel dodende crèmes Neem contact op als het na 14 dagen nog niet verdwijnt

Wratten: wratten worden door een virus veroorzaakt op een gegeven moment hebben we er antistoffen voor en verdwijnen ze vanzelf. Worden overgebracht door sportvloeren, en door huidcontact of via wasgoed. Je kunt crèmes kopen of de dokter kan ze weg halen. Maar ze gaan vanzelf over.

Psoriasis: snelle verhoorning van de huid op bepaalde plekken, hierdoor ontstaan schubben. Het is onschuldig maar, er bestaat een ernstige variant waarbij ook de gewrichten worden aangetast. De ziekte is multifactorieel erfelijk.

26. De student kent de graden van brandwonden en de zelfzorgVerschillende typen brandwonden:-Eerstegraads verbranding: Geeft roodheid en pijn. Bij drukken verdwijnt de roodheid.-Oppervlakkige tweedegraads verbranding: Blaren die soms pas uren later verschijnen, de roodheid is hierbij ook weg te drukken.-Diepe tweedegraads verbranding: De roodheid is niet weg te drukken en de brandwonden genezen zonder littekens, doordat de kiem-laag van de huid er nog is.-Derdegraads verbranding: De kiem-laag is hierbij beschadigd, dus de brandwonden laten littekens na. De huid kan wit, beige of zelfs zwart zien. Deze brandwonden zijn ook ongevoelig omdat de zenuwuiteinden in de huid verbrand zijn.

-Snel ingrijpen is bij brandwonden van belang.-Doof de vlammen met dekens, jassen en alles wat je te pakken kunt krijgen. Dit moet liggend gebeuren omdat anders het haar vlam vat.-Verwijder de kleren niet, want dit kan de huid beschadigen.-Koelen onder een kraan of douche, niet langer dan 10 minuten.-Knellende sieraden afdoen en de wonden dekken met schone lakens of zakdoeken en om deskundige hulp vragen.

27. De student weet wat huidkanker is, en kent symptomen en zelfzorgDeze vorm van kanker wordt vaak snel opgemerkt en kan dan tijdig behandeld worden.Verschillende vormen:-Basalioom: Komt het meeste voor bij mensen die veel buiten zijn (boeren, zeevaarders). Wordt vooral gezien op gezicht en handen. Begint als een glad knobbeltje, dat verandert in een zweertje met een opgeworpen rand. Verspreid zelden.-Plaveiselcelcarcinoom: Begint als een rood knobbeltje in het gezicht of op de handen. Het heeft vaak een korstje dat gemakkelijk bloedt. Deze vorm heeft meer kans op verspreiding.-Melanoom: Ontstaat uit moedervlekken. Een moedervlek verandert hierbij van kleur, kan gemakkelijker gaan bloeden, wordt groter of dikker en kan rafelige randen krijgen.Erfelijke factoren zijn hierbij betrokken en daarnaast speelt Uv-licht een rol.Raadpleeg dus een arts als een moedervlek deze kenmerken krijgt en smeer je optijd in! Zwart, groter of dikker, jeukt, bloed of vlekjes die erbij komen.

28. De student weet wat hoofdluis is en kent de behandeling tegen hoofdluis.Luizen leven op een behaarde hoofd, vooral onder de pony, achter de oren en in de nek. Symptomen zijn: Jeuk, krabeffecten op de hoofdhuid en aanwezigheid van neten. Neten

Page 15: Samenvatting - Medische Kennis

zijn luizeneitjes, die als kleine witte bolletjes aan de haren vastgekleefd zijn.Het beste is om regelmatig te kammen met een speciale luizenkam die de neten van het haar trekt. Om ze los te maken wordt het haar gespoeld met verdunde azijn. Ook zijn er veel lotions te koop tegen luizen.

29. MaagzweerEen maagzweer is een naam voor zowel een wond in het slijmvlies van de maag, als voor een wond in het begin van de twaalfvingerige darm. De twaalfvingerige darm bevindt zich net voorbij de uitgang van de maag.

De balans tussen de zuur- en slijmproductie van het slijmvlies van de maag kan door verschillende oorzaken verstoord raken. Hierdoor kan het zuur een gat bijten in het slijmvlies van de maag of in de twaalfvingerige darm. Deze wond wordt een maagzweer genoemd.

Een maagzweer gaat vaak gepaard met maagklachten. Dit komt doordat er zenuwen bloot komen te liggen. Als het zure maagsap met deze zenuwen in contact komt, heeft dit hevige pijn tot gevolg. Een maagzweer kan perforeren. Dit betekent dat het gat zich volledig door de maagwand boort. Ook kan een maagzweer gaan bloeden. Dit kan leiden tot bloedarmoede, bloedbraken en/of bloed in de ontlasting. Bloed in de ontlasting kan zich ook voordoen als pikzwarte, teerachtige stinkende ontlasting.

Oorzaken Erfelijke factoren, alcohol, roken

Symptomen:- Pijn of een vervelend gevoel in de bovenbuik. Deze pijn wordt ook wel omschreven als ‘maagpijn’ of ‘maagkrampen’.- Soms kan de zweer een maagbloeding veroorzaken. In dat geval zit er bloed bij de ontlasting dat er zwart en teerachtig uitziet.- Misselijkheid of braken.- Gebrek aan eetlust, met als gevolg gewichtsverlies.- Bloedarmoede (bij een lang aanhoudende bloeding).

Eet vezelrijk en gevarieerd, Eet niet te grote maaltijden, Eet vier keer per dag op regelmatige tijden, Kauw goed en meng het voedsel met het speeksel, Eet niet meer tijdens de drie uur voordat je gaat slapen, Vermijd zoveel mogelijk koffie en alcohol, Gebruik niet teveel chocola of pepermunt, Stop met roken, Vermijd teveel vette maaltijden.Medicatie huisarts

Ziekte van Crohn.Een chronische ontstekingsziekte van het maag-darmkanaal. Meestal zijn de dunne en/of dikke darm ontstoken. Door de ontstekingen vermindert de opname van sommige voedingsstoffen in de dunne darm. Als gevolg daarvan kan er sprake zijn van gewichtsverlies en kunnen er tekorten aan bepaalde voedingsstoffen ontstaan.

- Afweersysteem. Als gevolg van een verstoord afweersysteem kunnen ontstekingen in de darmen ontstaan. - Erfelijkheid. Mensen met Crohn hebben vaak ook een familielid die aan deze ziekte lijden. - Bacteriën. Het lijkt erop dat bepaalde bacteriën een rol spelen bij het ontstaan van de aandoening. - Stress alleen is niet de veroorzaker van Crohn. Het kan echter wel de klachten negatief beïnvloeden.

Page 16: Samenvatting - Medische Kennis

- Roken. Als je rookt, heb je een grotere kans op de ziekte van Crohn. Daarnaast heeft het een negatief effect op het verloop van de ziekte.

Temperatuurverhoging, Diarree, eventueel met bloed en/of slijmbijmenging, Buikpijn, Buikkrampen, Vermoeidheid, Gewichtsverlies, misselijkheid, braken, bloedarmoede, moeheid.

- De ziekte bij vlagen de kop opsteekt. - Complicaties: darmafsluiting en fistelvormig, een open verbinding naar de buikholte of een andere orgaan. - Met behulp van röntgenfoto’s en/of een kijkoperatie - De behandeling bestaat uit: astronautendieet, waarin voedingsstoffen die middelketenvetten bevatten in afgebroken toestand worden aangeboden (MCT-dieet). Deze vetten komen van nature voor in kokos- en palmolie. - Soms worden bijnierschors hormonen ( corticosteroïden) toegediend. - Bij fistelvormige probeert men het afweerapparaat te remmen met medicijnen.- Soms wordt een deel van de zieke darm weg genomen.

Spastische darm (prikkelbare darm syndroom)Het is een aandoening van het colon (dikke darm) met darmkrampen en enkele malen per dag dunne, zuur ruikende, slijmerige ontlasting. Spastische samentrekkingen. Darmspieren trekken te snel of te langzaam samen. De patiënt klaagt over rommelingen en winden. Vaak is er verstopping (obstipatie) en wordt keutel- of potloodvormige ontlasting geproduceerd. Na wc-bezoek heeft men vaak het gevoel dat er meer moet komen. Er is pijn in de linker onderbuik. Het is lastige, maar ongevaarlijke kwaal. De diagnose wordt gesteld als andere oorzaken uitgesloten zijn.Zelfzorg bij de spastische darm.Vet arm en vezelrijk voedsel. Dagelijks minstens een half uur wandelen. Toiletbezoek zodra er aandrang is. Vermijd stress. Neem contact op met de huisarts als de kramp voor het eerst optreedt en de pijn langer dan een paar dagen aanhoudt. Ook bij veranderingen in de stoelgang zonder aanwijsbare oorzaak en wanneer de eetlust en het gewicht afnemen zonder dat daarvoor een verklaring is, moet een arts geraadpleegd worden. Die zal soms middelen tegen kram (spasmolytica) voorschrijven.

30. Icterus(geelzucht).Geelzucht (icterus) is geen aandoening op zich, maar een verschijnsel van verschillende aandoeningen van de lever en galblaas. Geelzucht ontstaat door een te hoog gehalte van de stof bilirubine in je bloed. Bilirubine is een afvalstof die ontstaat bij de afbraak van een eiwit uit je rode bloedcellen. Het heeft een intens gele kleur, waardoor je bij een verhoogde concentratie van dit stofje in je bloed letterlijk geel gaat zien.- Verhoogde afbraak van rode bloedcellen. - Stoornissen in het functioneren van de lever.- Blokkade in de afvoer van de galvloeistof. 

Gelige verkleuring van je slijmvliezen (oogwit, tandvlees)Gelige verkleuring van je huidDonkerbruin gekleurde urineBleke ontlasting

Hepatitis A.Deze vorm wordt opgelopen door het eten of drinken van besmet water en voedsel. Ook uitwerpselen zijn een bron van besmetting. De ziekte breekt uit na twee tot zes weken.

Page 17: Samenvatting - Medische Kennis

De symptomen zijn: vermoeidheid, een slechte eetlust, misselijk, soms treedt er ook geelzucht op. De lever is sterk vergroot, dit geeft pijnklachten in de buik. Kinderen hebben vaak geen tot weinig klachten. De ziekte duurt zes tot acht weken. In de meeste gevallen verloopt hepatitis A goedaardig. In een klein aantal gevallen verloopt de infectie slecht met de dood als gevolg. Mensen met een andere leveraandoening hebben een verhoogd risico hierop.

Behandeling: Bestrijden van de symptomen. Een werkend medicijn tegen hepatitis A is er niet. Wel kan er gevaccineerd worden tegen hepatitis A. De bescherming is zes tot twaalf maanden, na een tweede injectie is de bescherming tien tot twintig jaar.

Hepatitis B.Hij verloopt ernstiger dan hepatitis A. Besmetting vindt plaats via bloed, speeksel, geslachtsverkeer, menstruatiebloed en besmette naalden. Zwangere vrouwen kunnen hun baby tijdens de geboorte besmetten. De incubatietijd bedraagt zes tot negen maanden. De symptomen zijn: griepachtige verschijnselen waardoor er vaak niet aan een besmetting met hepatitis wordt gedacht, in een enkel geval treedt er geelzucht op. De ziekte duurt twee tot zes weken, maar meestal voelt men zich langer vermoeid.In één procent van de gevallen verloopt hepatitis B ernstig, waardoor de lever ophoudt met functioneren. Een levertransplantatie is dan nodig, anders zal de patiënt sterven. Een volwassene zal in 95% van de gevallen volledig genezen, een kind slechts in 5% van de gevallen. Mensen met hepatitis B hebben een verhoogd risico op leverkanker of levercirrose. In 10% van de gevallen blijft de patiënt drager van hepatitis B.

Behandeling: Wanneer iemand in aanraking komt met een besmette naald, moet deze zo snel mogelijk beschermd worden met een antiserum. De behandeling bestaat net als bij hepatitis A uit het bestrijden van de klachten. Ook voor hepatitis B is er een vaccinatie. In de meeste landen zit deze vaccinatie in het standaard entingspakket, in Nederland echter wordt deze alleen aan risicogroepen gegeven.

Hepatitis C.Deze vorm komt voornamelijk voor onder drugsgebruikers. Deze leverontsteking verloopt in de meeste gevallen chronisch. Besmetting gebeurt via geïnfecteerde naalden, bloedtransfusies (vooral in bepaalde landen), tatoeages die gezet zijn met besmette naalden. De symptomen zijn een lange vermoeidheid die maanden aan kan houden. Er kunnen zich leverafwijkingen als levercirrose of leverkanker voordoen.

Behandeling: Er is geen gericht medicijn tegen hepatitis C. De behandeling richt zich op het bestrijden van de klachten. Er is ook geen vaccinatie tegen deze zeikte mogelijk. Voorkomen bestaat uit het vermijden van besmette naalden en bloed.

Hepatitis D.Dit deltavirus komt voor bij mensen die een hepatitis B besmetting hebben opgelopen. Besmetting vindt plaats via bloedcontact en geslachtsgemeenschap. Vooral onder drugsgebruikers komt hepatitis D vaker voor. De symptomen zijn hetzelfde als die bij een hepatitis B infectie: vermoeidheid, spierpijn, griepachtige verschijnselen. Er kan geelzucht optreden. Deze ziekte kan zorgen voor een snel verlopen hepatitis infectie die chronisch kan verlopen. Behandeling bestaat uit het aanpakken van de symptomen en veel rust.

Hepatitis E.Deze vorm is gevaarlijk voor zwangere vrouwen. Hij verloopt net als bij hepatitis A maar

Page 18: Samenvatting - Medische Kennis

kan geen dragerschap veroorzaken. Deze vorm van hepatitis komt vooral in de tropen voor.

We kennen hepatitis A, B, C, D en EA en E via de fecaal-orale route worden overgebracht. Bij verre reizen is het verstandig je tegen deze ziekte te laten vaccineren. Hepatitis B, C en D worden overgebracht via bloed of weefselvocht naar de bloedbaan (vergelijkbaar met aids). Intraveneuze drugsgebruikers, prostituees en verstandelijke gehandicapten zijn risicogroepen voor hepatitis B.

31. Blaasontsteking. Blaasontsteking geeft veel aandrang en pijn bij het plassen. Soms is er koorts en bloed in de urine. Het kan ook symptoom loos verlopen. Soms ontstaat nierbekkenontsteking(pyelonefritis).

Blaasontsteking zelfzorg.Bestaat uit veel drinken en plassen als er aandrang is. Een warme kruik op de buik vermindert de klachten. Ga naar de huisarts als de klachten niet binnen 24 uur verdwenen zijn en neem een schoon flesje verse ochtendurine mee. Doe dit ook als er bloed in de urine is. Bloed in de urine zie je doordat de urine een troebele bruine kleur heeft.

32. Bouw en de functie van het geslachtsorgaan de vagina is bekleed met slijmvlies en bevat glad spierweefsel. In de vagina bevinden zich nuttige melkzuur bacteriën, waarvan het geproduceerde melkzuur infecties voorkomt. De clitoris is een gevoelig orgaantje dat vergelijkbaar met de penis van de man zwellichaampjes bevat. Prikkeling daarvan kan tot seksuele opwinding leiden. Ovaria (eierstokken) zijn endocriene klieren, dat wil zeggen dat ze hormonen produceren, afhankelijk van de cyclus van de vrouw. Bovendien bevatten ze eicellen. Alle eicellen zijn in de embryonale periode aangelegd. Elke maand rijpt een eicel en maakt zich van het ovarium los. De tubae (eileiders) bevatten glad spierweefsel en zijn bekleed met trilhaar. Ze vangen de vrijgekomen eicel op en transporteert die naar de uterus. De uterus (baarmoeder) is zo groot als een vuist en bestaat vooral uit glas spierweefsel. In hete baarmoederspierweefsel kan de bevruchte eicel uitgroeien tot een levensvatbare baby.

33. Witte vloed (fluor vaginalis) Irritaties en infecties van Urethra en vagina komen veel voor en leiden tot witte vloed. Kleine meisjes, pilgebruiksters, zwangere vrouwen en vrouwen in de overgang hebben soms onvoldoende zuurvormende bacteriën in de vagina. Daardoor ontstaan makkelijk vaginale infecties met schimmel (candida), protozo (trichomonas) of andere micro organisme. Vaginale jeuk kan ook wijzen op diabetes, SOA of seksueel misbruik. Oudere vrouwen hebben soms colpitis senilis, een ontsteking van het vaginaslijmvlies met afscheiding en jeuk.

Zelfzorg: maatverband/tampons niet langer dan nodig is, risico is tamponziekte. Er

Page 19: Samenvatting - Medische Kennis

kunnen zich stafylokokken ontwikkelen die een toxine aan het bloed afgeven.

De penis heeft drie zwellichamen. Als ze met bloed gevuld worden, wordt de penis stijf. De scrotum (balzak) bevat twee testes (zaadballen). De glans (eikel) wordt beschermd door het preputium (voorhuid). Testen functioneren optimaal bij temperatuur onder 37 graden. Bij kou trekt het gladde spierweefsel in het scrotum de testes tegen het lichaam, zodat ze warm blijven. De testes hebben twee taken: de aanmaak van zaadcellen en de productie van testosteron. De man produceert voortdurende zaadcellen, die in de bijballen worden opgeslagen. Dit in tegenstelling tot de vrouw, waarbij eicellen al in de embryonale periode zijn aangelegd. Deze zaadblaasjes produceren een vocht waarin de zaadcellen zich kunnen voortbewegen. De prostaat voegt een vloeistof toe die de urethra vochtig maakt. Bij de ejaculatie gaan het sperma (zaadcellen met vocht van zaadblaasjes en prostaat) via zaadleiders en urethra naar buiten.

34. De bouw en functies van het zenuwstelselHet zenuwstelsel bestaat uit:

Centraal zenuwstelsel en een perifeer zenuwstelsel (de zenuwen)

Centraal zenuwstelselDe hersenen zijn te verdelen in grote hersenen (cerebrum), kleine hersenen (cerebellum), hersenstam, verlengde merg en ruggenmerg. Het centraal zenuwstelsel wordt beschermd door hersenvliezen en liquor (hersen- en ruggenmergvloeistof). Het zenuwstelsel heeft tot taak de samenhang binnen het lichaam te regelen. Ook verzorgt het verwerking van en reactie op prikkels uit de buitenwereld en stuurt het de motoriek. Verder bevat het ons bewustzijn, spraak, geheugen, verstand, wil, denken, voelen en persoonlijkheid.

Grote hersenenDe grote hersenen bestaan uit twee helften. Elke helft bestaat uit grijze en witte stof. De grijze stof (hersenschors) bevat veel neuronen (zenuwcellen); de witte stof bestaat vooral uit uitlopers (axonen), vaak omgeven door een myelineschede, waaraan de witte kleur te danken is.

HersenschorsIn de voorhoofdkwab ontstaan spontane impulsen, denken, handelen, ideeën en begrippen. Uitval leidt tot verlies van initiatief, zelfkritiek en impulscontrole. Voor de centrale groeve ligt de motorische schors; uitlopers ervan vormen de piramidebaan. De baan uit de linker motorische schors gaat voor 90 procent naar de rechter lichaamshelft en andersom. De piramidebaan verzorgt willekeurige motoriek en remt reflexen. Ook zijn er secundair motorische velden, zoals het motorisch spraakcentrum van Broca. Achter de centrale groeve bevinden zich sensorische velden, waar gevoelsprikkels uit het lichaam worden waargenomen.

MiddenhersenenDe balk verbindt linker- en rechterhersenhelft. De thalamus is het schakelstation dat bepaalt of een prikkel doorgelaten wordt en speelt een rol bij onze opmerkzaamheid en emoties. Bij stoornissen in de thalamus kan men emotioneel labiel zijn. De hypothalamus bevat ook centra voor honger en dorstgevoel en regelt de hormoonproductie van de hypofyse. Het limbische systeem speelt een rol bij emoties. Prikkels komen binnen via de thalamus, het schakelstation, en worden verder geschakeld naar de hersenschors (bewustzijn). Via de schors gaat de prikkel naar de amygdala (amandelkern), die de emotionele centra activeert.

Page 20: Samenvatting - Medische Kennis

Cerebellum (kleine hersenen)De belangrijkste functie hiervan is het coördineren van de motoriek. Hij zorgt ervoor dat bewegingen soepel en met de juiste kracht worden uitgevoerd.

Hersenstam en verlengde mergDie verbinden de grote hersenen en de cerebellum met het ruggenmerg.

ReflexAls een gevoelsprikkel overschakelt op de motorische voorhoorn, ontstaat er een reflex. Dat is een reactie op een prikkel voor of zonder dat men zich de prikkel bewust wordt.

HersenvliezenHet centraal zenuwstelsel is omgeven door drie hersenvliezen. Tegen het schedelbot ligt de dura mater (harde vlies). Rondom hersenen en ruggenmerg ligt de pia mater (zachte vlies). Tussen beide vliezen bevindt zich de losmazige arachnoïdea (spinnenwebvlies). In de hersenen zijn vier hersenkamers. De liquor stroomt in de hersenkamers, het centrale kanaal van het ruggenmerg en in de arachnoïdea en beschermt en voedt hersenen en ruggenmerg.

ZenuwcellenHet zenuwstelsel bestaat uit neuronen (zenuwcellen)en steunweefsel. Een neuroon heeft twee soorten uitlopers: dendrieten (kort en vertakt) en een axon (vaak lang en onvertakt). Prikkels worden in de dendrieten opgevangen, verder geleid naar het cellichaam en via het axon verder geleid via een synaps naar een andere neuron of naar een klier- of spiercel. In het laatste geval heet het niet synaps, maar motorisch eindplaatje (MEP).

Prikkelgeleiding Binnen een neuron is de prikkelgeleiding een elektrisch fenomeen. De geleiding van een neuron naar een ander of naar een spier of klier, geschiedt via een chemische koppelingspunt: de synaps. Een synaps bestaat uit een membraan (celvlies) van het axon van het ene neuron en een membraan van een ander neuron, met ertussen een spleet. Het uiteinde van het axon bevat blaasjes met een bepaalde neurotransmitter. Er zijn veertig soorten transmitters, ingedeeld in exciterende (stimulerende) en inhiberende (remmende) neurotransmitters met elk hun eigen receptoren. Exciterende neurotransmitters zijn acetylcholine, noradrenaline, serotonine en dopamine. Een inhiberende neurotransmitter is GABA (gamma amino boterzuur).

35. Stoornissen van het zenuwstelselWat is epilepsie?

Epilepsie is geen ziekte, maar een symptoom van een kortdurende gestoorde hersenfunctie.

Epilepsie wordt in twee hoofdgroepen ingedeeld:

-Partiële aanvallen

-gegeneraliseerde aanvallen

Partiële aanvallen zijn beperkt tot een deel van de hersenen. De meest voorkomende is de kortdurende partiële aanval, die vaak begint met een aura van enkele seconden, bestaan uit lichtflitsen, een geur, angst of een vreemd gevoel in de bovenbuik.

Page 21: Samenvatting - Medische Kennis

Complexe partiële aanvalHet bewustzijn daalt en er zijn stereotype bewegingen zoals kauwen, friemelen, mompelen, rondlopen of dingen verplaatsen. Na afloop herinnert men alleen het begin.

Oorzaken:- ontstekingen in de hersenen als meningitis, encefalitis- trauma (ongeval)- aangeboren stoornissen (rodehond tijdens zwangerschap- zuurstofgebrek tijdens geboorte- tumoren- stofwisselingsziekten als diabetes- intoxicaties, loodvergiftiging of vergiftiging door een gestoorde nierfunctie.

Blijf kalm, gaat vanzelf over, omstanders op afstand, stop niks tussen de tanden, bescherm hoofd met handen, jas of kussen, strakke kleding los, verwijder bril of kunstgebit, verwijder scherpe voorwerpen, geen water of medicijnen, niet vervoeren tijdens aanval, Als hij na 5 minuten niet bij bewustzijn is na de aanval, bel dan 112.

Geen leerdoelen – wel misschien iets dat we moeten weten

Darminfecties: salmonellosen (paratyfus en buiktyfus) = veroorzakers voedselinfectiesnorovirus: veroorzaakt buikgriep hevig braken, diarree en koorts

- verkoudheid: virus, hoesten/druppeltjesinjectie, loopneus/verstopte neus/hoesten/soms hoofdpijn, bijholte- of middenoorontsteking/bronchitis/longontsteking, zakdoek (papier)/rust/neusdruppels/goed snuiten/zout water opsnuiven.- griep: virus, hoesten/druppeltjesinjectie/direct contact, koorts, spierpijn, ziektegevoel, diarree, misselijk/

braken/verkoudheid, bronchitis/longontsteking/hartaanval, bedrust, voldoende vocht, uitzieken, licht verteerbaar dieet.- angina: virus/bacterie, aanhoesten/direct contact (speeksel), keelpijn/koorts/slikklachten/opgezette hals klieren, keelabces/middenoorontsteking, bedrust/voldoende vocht/pijnstiller(waterijs)/eventueel antibiotica.- Roodvonk: streptokok, aanhoesten + direct/indirect contact (speeksel), begint als angina met hoge koorts/huiduitslag(rode puntjes, later egaalrood)/frambozentong/na ca. 10 dagen vervellen, middenoorontsteking/nierontsteking/acuut reuma/hardklepafwijkingen, bedrust/voldoende vocht/antibiotica (arts).

Aarsmaden: witte wormpjes van 1 cm lang, onschuldig. Leven in dikke darm en endeldarm. Spoelwormen: 15-35 cm lang, leven in dunne darm, geven alleen klachten bij kluwenvorming, via bloedvaten naar longen geeft hardnekkige hoest, besmetting door eitjes in zandbak en groente/gras.Lintwormen: dunne darm waar de kop is vastgehaakt, vermagering ondanks veel eten, bloedarmoede, honger en buikpijn. Besmetting via eitjes die in gras terecht komen waardoor dieren besmet worden.

Afweersysteem- onderscheid maken tussen vriend en vijand

Page 22: Samenvatting - Medische Kennis

- lichaamscellen hebben pincode op celmembraan genaamd HLA, worden hierdoor als vriend herkend- indringers kunnen zich niet legitimeren en worden aangevallen- 1e aanval: ziek worden 2e aanval: antistoffen aangemaakt - kinderen zijn relatief vaak ziek- baby teert 1e zes maanden op immuniteit van mama, daarna eigen afweer opbouwen- kleuter heeft daarom vaker infecties dan een jonge zuigeling- komt niet door tekortschietende afweer, maar teken van het opbouwen van eigen afweer- je kunt immuun zijn doordat je antistoffen aanmaakt na contact met ziektekiem of vaccinatie.- antistoffen kun je ook passief krijgen in de vorm van antiserum, zoals baby’s via placenta antistoffen krijgen- passieve immuniteit gaat op den duur verloren.Niet specifieke afweer:- Leukocyten (witte bloedcellen) worden in beenmerg gemaakt en patrouilleren in de lymfe en het bloed- zodra er een indringer gesignaleerd wordt, komen ze als fagocyten in actie. Als ze een indringer opeten, gaan ze te gronde en ontstaat er pus- Monocyten zijn grotere cellen, die als macrofagen indringers kunnen opeten

Specifieke afweer: - specifieke humorale afweer: als een macrofaag een indringer heeft opgegeten, geeft hij een signaalstof af aan de lymfocyten die op hun beurt specifieke afweer tegen die bepaalde indringer maken.- deze specifieke antistoffen hechten zich aan de indringer en vernietigen hem- er is een soort ‘kaartsysteem’ van overwonnen indringers, zodat de afweer bij hernieuwd contact met de indringer snel in actie kan komen- deze immuniteit ontstaat door een ziekte door te maken of door vaccinatie- specifieke cellulaire afweer: geschiedt door speciale lymfocyten, T-cellen- ze produceren Killer T-cellen die bepaalde indringers aanpakken- als ze de strijd winnen, ruimen macrofagen de rommel op en verhinderen andere lymfocyten (suppressorcellen) dat de afweer zich op het eigen lichaam richt- als dit mechanisme tekortschiet, ontstaat auto-immuunziekten, zoals reuma- soms reageert het afweersysteem ook op onschadelijke prikkels als stuifmeel, dierenhaar of voedingsmiddelen dit is allergie, het speelt een rol bij onder meer eczeem, astma, hooikoorts en voedselallergie

Uitwendige wonden:- diep of oppervlakkig, scherpe of rafelige randen, bloeden of niet bloeden- steriel verbonden worden, zo nodig met drukverband; arts doet de rest- eenvoudige wonden genezen vanzelf; het bloed spelt de wond schoon, stolt en sluit de wond af met een korst en ten slotte sluit de huid zich- gapende wonden worden opgevuld met granulatieweefsel en laten littekens na- hechten kan met zwaluwstaartpleisters, krammetjes (agrafes), wondlijm of naald en draad- sommige moeten later verwijderd worden, anderen lossen vanzelf op- niet wachten met hechten wond, als er veel ziektekiemen in de wond zijn, kan er niet meer gehecht worden

Page 23: Samenvatting - Medische Kennis

Luxatie: erfelijke neiging tot luxaties van het schoudergewricht- mensen met verlammingen ontwrichting van de heupgewrichten- aangeboren afwijking (congenitale heupdysplasie) uiteindelijk kan er een ontwrichting van de heup ontstaan- voorkomen: checken op consultatiebureau en beentjes spreiden met gips- sub-luxatie van schoudergewricht komt voor bij mensen met een halfzijdige verlamming

Stoornissen bloedcirculatie:- trombose: bloedprop in bloedvat, als bloed onvoldoende stroomt of beschadiging vaatwand, meestal in de beenvaten, onvoldoende lichaamsbeweging of vochtopname kunnen dat veroorzaken, been is pijnlijk, gezwollen, rood en warm, niet masseren, dan kan propje losschieten (embolie), behandelt met rust en anticoagulantia (antistolling). - embolie: losschieten van bloedstolsel dat meegevoerd wordt met de bloedstroom tot het blijf steken, meestal in de longen, patiënt wordt acuut benauwd, geeft soms bloederig sputum op en is angstig, snel medische hulp- flauwvallen: kan voorkomen als iemand plotseling opstaat; dan verwijden de bloedvaten in de benen zich en trekt het bloed uit het hoofd weg, door zuurstofgebrek valt men dan flauw, door de val herstelt de bloedtoevoer naar het hoofd zich, waardoor men bijkomt, het kan ook komen door lage bloeddruk), geen reden tot ongerustheid

Stoornissen van hart en vaten- cardiomyopathie: naam van groep hartziekten waarvan oorzaak onbekend is, kan gevolg zijn van vitamine b1 gebrek, zoals bij alcoholisme voorkomt, kan tot hartfalen leiden- hartklepafwijkingen zijn aangeboren of verkregen, een oorzaak kan streptokokken in het bloed zijn als gevolg van drugsgebruik of als complicatie bij roodvonk. Weefsels krijgen onvoldoende zuurstof, - aambeien zijn spataderen rond de anus, bloed bij de ontlasting, pijn en randerigheid of jeuk rond de anus kunnen symptomen zijn, vermijd persen, stel de stoelgang niet uit, gebruik vochtige doekjes in plaats van wc-papier, laxerend dieet is van belang, zalf, aambei terug in anus drukken zorgt voor minder pijn, - afwijkingen van de bloeddruk: druk van het bloed op de bloedvaten, tijdens de systole he hoogst en daalt daarna, systolische druk en diastolische druk- hypertensie: ideale bloeddruk is 120/80, bij ouder worden stijgt de bloeddruk, kan schade geven aan bloedvaatjes in nieren, netvlies en hersenen- hypotensie: lage bloeddruk, niet vaak probleem, soms bijwerking geneesmiddel, - Shock: ernstige vorm van lage bloeddruk, wanverhouding tussen hoeveelheid bloed dat rondgepompt wordt en de capaciteit van het bloedvatstelsel, uitwendig of inwendig bloedverlies, vaten verwijt door vergiftiging of doordat het hard tekortschiet, zoals bij een hartinfarct, vochtverlies bij ernstige diarree en braken kan shock veroorzaken, ook brandwonden die vochtverlies via de huid veroorzaken, kan shock veroorzaken, ook hevige pijn,

Stoornis van het bloed: leukemie- abnormale woekering van leukocyten- acute leukemie: voorloopt snel, veel bij kinderen en jongeren, koorts, lymfeklierzwellingen, huidbloedingen en leverstoornissen. - chronische leukemie: minder symptomen, soms moeheid en verlaagde weerstand tegen infecties reden om naar een arts te gaan. Voorbeeld: ziekte van Kahler, woekering van plasmacellen in beenmerg, spontane botbreuken komen daarbij voor

Stoornissen van lymfestelsel en milt:

Page 24: Samenvatting - Medische Kennis

- Ziekte van Hodgkin: kanker in lymfestelsel, meest voorkomend bij mensen 20-45 jaar, pijnloze lymfeklierzwelling die vaak begint in halsgebied, gewichtsverlies, nachtzweten, koorts, jeuk. Lymfeklieren kunnen pijnlijk zijn bij alcoholgebruik en vermoeidheid, ziekte is vaak goed te behandelen- auto-immuunziekten: afweersysteem keert zich tegen het eigen lichaam, reumatoïde artritis (reuma) is hier een voorbeeld van, reuma ontstaat doordat het lichaam antistoffen (reumafactoren) maakt tegen immuunstoffen van het type IgG, deze factoren verbinden zich met de immuunstoffen, waardoor gewrichtsontstekingen ontstaan, ook diabetes type 1 is een auto-immuunziekte, insulineproducerende cellen worden hier aangetast, mensen met een bepaald HLA zijn daar gevoelig voor

Stoornissen ademhalingsstelsel:- schisis: lip-, kaak- en gehemeltespleten- open en gesloten neusspraak: schisis van het gehemelte geeft open neusspraak, gesloten neusspraak is gevolg van verstopte neus of vreemd voorwerp in neus- sinusitis (bijholteontsteking): bij ontsteking neusslijmvlies kan het verstopt raken, holtes in bovenkaak en voorhoofd, drukkende pijn naast neus of in het voorhoofd, ziektegevoel en koortszelfzorg: stomen met handdoek over hoofd boven kom met komend water- oorontsteking: uitwendig door eczeem of oorproppen, inwendig als gevolg van verkoudheid, middenoorontsteking, de buis van Eustachius is bij kinderen nauw en minder steil, deze zorgt dat druk aan beide zijden van trommelvlies gelijk is, als dat tekort schiet ontstaat dus een middenoorontsteking: symptomen oorpijn en koorts, soms vocht door trommelvlies naar buiten- lijmoor: taai slijm op de binnenkant van het trommelvlies dat maakt dat het kind slecht hoort, trommelvliesbuisjes kunnen helpen- zelfzorg middenoorontsteking: neusdruppels die zwellingen rond de buis verminderen, op ontstoken oor gaan liggen en neusgat druppelen, als de pijn niet overgaat, bij een loopoor of als het oor vies ruikt, naar huisarts- pseudokroep: benauwdheid door ontsteking strottenhoofd, kinderen onder 6 jaar, bij verkoudheid, blafhoest en weinig of geen koorts, benauwd en onrustig, angst en gespannenheid kan het verergeren, rustige benaderingzelfzorg: rust, neusdruppels, stomen, naast stromende douche, arts vaststellen dat het pseudokroep is en geen acute apiglottitis, die zelfde verschijnselen heeft, laatste wordt veroorzaakt door haemophilus influenza-B-virus (Hib), kan fataal aflopen, gevaccineerd- Pneumothorax: als lucht tussen borstvlies en longvlies komt, wordt het vacuüm tussen de vliezen opgeheven en klapt de long in elkaar (klaplong), zwakker plekken in lpongweefsel of schot-steekwond in borst of rug- Hyperventilatie: aanvallen van onnodig diep en snel ademen, transpiratie, duizeligheid, tintelingen in gelaat, handen en voeten, een stijf gevoel om de mond, druk op borst, hevige angst: zekfzorg: rebreathing (opnieuw eigen adem inademen in zakje)- COPD en astma (vroeger cara): cara is langdurige niet door specifieke bacterie of virus veroorzaakte aandoeningen van de luchtwegen, hiertoe rekende mens astma, chronische bronchitis en longemfyseem, nu wordt het als aparte aandoening beschouwd, chronische bronchitis en longemfyseem behoren nu tot COPD (chronic obstructive pulmonary disease), beide longziekten, ademwegen vernauwd door chronisch ontstekingsproces, verloop verschilt, astma op jonge leeftijd en gunstige prognose als de onderliggende ontsteking en de symptomen onder controle worden gehouden, COPD komt vooral bij rokers voor en is moeilijker te behandelen, patiënt stoppen met rokenAstma: perioden van benauwdheid en piepende ademhaling, gevolg van kramp in gladde spieren van de bronchiën, tussen de aanvallen weinig last, als het lang duurt is er sprake van status astmaticus

Page 25: Samenvatting - Medische Kennis

Chronische Bronchitis: verhoogde slijmproductie in luchtwegen door ontsteking in de bronchiën, langdurige hoest en opgeven van slijm soms koorts.Longemfyseem: onomkeerbare beschadiging longweefsel, de rek is eruit, waardoor de borstkas na het inademen niet voldoende terugveert, onvoldoende gaswisseling daardoor in de longen met benauwdheid, vermoeidheid en blauwe kleur als gevolg, veel slijm in luchtwegen dat moeilijk opgehoest kan worden, vooral voor bij ouderen met COPD of astma en rokers

Bij astma spelen psychische en somatische factoren een rol, hyperreactiviteit en allergie zijn de voorwaarden, aanwezigheid van allergenen (stoffen waarvoor men allergisch is), infecties, lichamelijke inspanning en psychische stress spelen ook een rolAllergie: veranderende gevoeligheid, men reageert op prikkels, die aanleiding geeft tot allergie is een allergeen, reageren heftiger op prikkels dan anderen, overbelasting en psychische spanningen kunnen ook een rol spelen.Longkanker: luchtverontreiniging, een ontsporing van celgroei wordt hierdoor veroorzaakt, prikkelhoest, bloed, longontsteking als gevolg afsluiten van een bronchusTuberculose (tbc): veroorzaakt door bacterie, besmetting door aanhoesten, begint in longen en kan uitbreiden naar gewrichten, darm, nier, hersenvlies etc. begint met droge hardnekkige hoest, later soms sputum met bloed opgehoest, er is lichte koorts, vermoeidheid, vermagering, soms longvlies betrokken geeft pijn bij ademen, als niet behandelt worden geeft dat holten in longen met grote hoeveelheden tuberkelbacteriën, te genezen als patiënt gedurende negen maanden trouw zijn medicijnen inneemt, open tbc: holte in verbinding met luchtpijp, patiënt kan dan anderen besmetten

Prostatitis: prostaatontsteking, pijnlijk en frequent plassen en pijn bij zaadlozing, antibiotica helpen niet altijdTorsio testis: draaiing van de testes, bloedvoorziening schiet hierdoor tekort, acute hevige pijn en zwelling van de testes, bij deze aandoening moet snel ingegrepen worden

Rugpijn: spierkramp die zich uit in stijfheid, gevolg overbelasting, verkeerde belasting koud of verkeerde houding, psychische spanningen kunnen ook een rol spelen, verkeerde beweging: spit of lumbago, hernia is uitstulping van een tussenwervelschijf die tegen een zenuw drukt, kan uitstralen naar been en voet de pijn, bij hoge hernia naar arm en nek, soms krachtverlies, prikkeling of andere gevoelsstoornissen in been of armZelfzorg: rust, kruik, onderzoek, onderzoek op de werkplek, ontspanningsoefeningen en sporten die buik- en rugspieren versterken, huisarts inschakelen bij doof gevoel in armen, benen of billen, pijn verergert bij persen, hoesten of niezen en bij krachtsverlies in arm of been, pijn uitstraalt naar been of arm, pijn regelmatig terugkomt

Botgezwellen: grote teen of hiel als gevolg van dragen verkeerd schoeisel, kwaadaardig botgezwel bij jongeren soms, osteosarcoom, metastaseert snel, tijdig herkennen van belang, amputatie, spontane fracturen

Diabetes: Diabetes heet ook wel suikerziekte. De officiële naam is diabetes mellitus.

Bij diabetes mellitus kan het lichaam de bloedsuiker niet meer goed houden. Normaal regelt het lichaam de bloedsuikerspiegel heel precies, met het hormoon insuline. Mensen met diabetes maken zelf geen insuline meer, of hun lichaam reageert niet meer op de insuline. Dat hangt af van de soort diabetes.

Als insuline zijn werk niet kan doen, loopt de bloedsuiker veel te hoog op. Als er lang veel suiker in het bloed zit, is dat erg ongezond. Daarom is het belangrijk om diabetes zo snel

Page 26: Samenvatting - Medische Kennis

mogelijk en goed te behandelen. Naast het probleem met bloedsuiker zijn ook vaak het cholesterol en de bloeddruk te hoog.

Bloedsuiker heet officieel 'bloedglucose'. Geen mens kan zonder glucose, want dat is de brandstof voor het lichaam waarop alle spieren en organen werken. Glucose haalt het lichaam uit koolhydraten in de voeding.

Koolhydraten zitten niet alleen in zoete dingen, zoals suiker en fruit, maar ook in sommige groenten, melk, brood en aardappelen en andere soorten zetmeel. Van koolhydraten maakt het lichaam glucose; die komt in het bloed terecht als bloedsuiker en gaat naar alle lichaamscellen voor energie. Maar te veel is niet goed.

Normaal zorgt het lichaam ervoor dat er precies genoeg insuline is om de bloedsuiker te verwerken. Zo blijft de bloedsuikerspiegel altijd binnen bepaalde grenzen. Bij diabetes mellitus is dat evenwicht weg.

De alvleesklier maakt insuline, die in het bloed komt. Soms maakt  het lichaam geen insuline meer, of te weinig. Bij veel mensen reageert het lichaam ook niet meer goed op insuline. De bloedsuiker blijft dan in het bloed zitten en kan niet gebruikt worden als brandstof. Daardoor ben je moe, heb je dorst en moet je veel plassen. Want het lichaam wil de suiker uit het bloed op een andere manier kwijtraken.

Type 1: gebrek aan insuline, patiënt afhankelijk van insuline-injectiesType 2: ouderdomsdiabetes, komt steeds meer bij jongeren voor, lichaamscellen ongevoelig geworden voor insuline, wordt met vermageringsdieet en/of tabletten behandeld.Hoog bloedgehalte (hyper) = kan in coma raken door te veel en te weinig te bewegen en niet insuline aangepastLaag bloedgehalte (hypo) = door te weinig of laat eten