23
Sympathie en Somnambulisme Het dierlijk magnetisme ten tijde van de Romantiek J. Vi jselaar Een van de grote wijsgerige vraagstukken waarmee men zich ten tijde van de Romantiek in Duitsland verwoed bezighield betrof de verhou- ding tussen Natuur en Geest. Bij de bezinning op dit probleem kwam de mens een heel bijzondere betekenis toe. De mens immers werd door de toenmalige denkers bestempeld als 'de hoogste verwezenlijking van de geest in de natuur'. Al maakte de mens deel uit van de natuur hij beschikte volgens hen tezelfdertijd over (zelf)bewustzijn en vrijheid, bij uitstek kenmerken van geest. De verhouding tussen mens-natuur- geest vormde het onderwerp der zogenaamde Natuur-Filosofie. Binnen de verhouding tussen mens en 'Natuur', die door velen geken- schetst werd als een systeem van sympathetische betrekkingen, speelde volgens tal van geleerden het zogenaamde dierlijk magnetisme of mes- merisme een bijzondere rol. Dat het dierlijk magnetisme volgens som- migen veel, zoniet alles to maken had met de Natuur-Filosofie moge blijken uit het volgende citaat uit een brief van de Nederlander Pieter Gabriel van Ghert: Hoe dit ook zij, men kan voorlopig niet ontkennen, dat de verschij- ning van het dierlijk magnetismus, den wijsgeer goddelijk in handen werkt. Zij zelve bewijst zowel de geheele nietigheid van de zinnelijke verschijnsels, van de meeningen welke men daaromtrent heeft, en van de empirie in het algemeen; als hoe in de wereld toch alles door in- nige banden verbonden is. Zij is de verdedigster van de speculatieve wijsbegeerte [d.w.z de Natuur-Filosofie; JVj, waarin de geest van de natuur zich van de stoffelijkheid ontdoet en in het geestige rijk treedt!!!1) In dit artikel zal ik een schets geven van de leer van het dierlijk mag- netisme zoals deze gestalte kreeg in het perspectief van de Natuur- Filosofie. Daarbij zal de nadruk liggen op het gedachtengoed zoals dat in Nederland tot ontwikkeling kwam. Dat gebeurt in de allereerste 51

Sympathie en Somnambulisme Het dierlijk magnetisme ten ... · Somnambulisme Het is zelfs min of meer de vraag of het dierlijk magnetisme de Franse revolutie zou hebben overleefd wanneer

  • Upload
    others

  • View
    1

  • Download
    0

Embed Size (px)

Citation preview

Page 1: Sympathie en Somnambulisme Het dierlijk magnetisme ten ... · Somnambulisme Het is zelfs min of meer de vraag of het dierlijk magnetisme de Franse revolutie zou hebben overleefd wanneer

Sympathie en SomnambulismeHet dierlijk magnetisme ten tijde van de Romantiek

J. Vi jselaar

Een van de grote wijsgerige vraagstukken waarmee men zich ten tijdevan de Romantiek in Duitsland verwoed bezighield betrof de verhou-ding tussen Natuur en Geest. Bij de bezinning op dit probleem kwamde mens een heel bijzondere betekenis toe. De mens immers werd doorde toenmalige denkers bestempeld als 'de hoogste verwezenlijking vande geest in de natuur'. Al maakte de mens deel uit van de natuur hijbeschikte volgens hen tezelfdertijd over (zelf)bewustzijn en vrijheid,bij uitstek kenmerken van geest. De verhouding tussen mens-natuur-geest vormde het onderwerp der zogenaamde Natuur-Filosofie.

Binnen de verhouding tussen mens en 'Natuur', die door velen geken-schetst werd als een systeem van sympathetische betrekkingen, speeldevolgens tal van geleerden het zogenaamde dierlijk magnetisme of mes-merisme een bijzondere rol. Dat het dierlijk magnetisme volgens som-migen veel, zoniet alles to maken had met de Natuur-Filosofie mogeblijken uit het volgende citaat uit een brief van de Nederlander PieterGabriel van Ghert:

Hoe dit ook zij, men kan voorlopig niet ontkennen, dat de verschij-ning van het dierlijk magnetismus, den wijsgeer goddelijk in handenwerkt. Zij zelve bewijst zowel de geheele nietigheid van de zinnelijkeverschijnsels, van de meeningen welke men daaromtrent heeft, en vande empirie in het algemeen; als hoe in de wereld toch alles door in-nige banden verbonden is. Zij is de verdedigster van de speculatievewijsbegeerte [d.w.z de Natuur-Filosofie; JVj, waarin de geest van denatuur zich van de stoffelijkheid ontdoet en in het geestige rijktreedt!!!1)

In dit artikel zal ik een schets geven van de leer van het dierlijk mag-netisme zoals deze gestalte kreeg in het perspectief van de Natuur-Filosofie. Daarbij zal de nadruk liggen op het gedachtengoed zoals datin Nederland tot ontwikkeling kwam. Dat gebeurt in de allereerste

51

Page 2: Sympathie en Somnambulisme Het dierlijk magnetisme ten ... · Somnambulisme Het is zelfs min of meer de vraag of het dierlijk magnetisme de Franse revolutie zou hebben overleefd wanneer

plaats omdat de geschiedenis van het 'animalisch magnetismus' inDuitsland voor de periode rond de eeuwwende nog onvoldoende isbestudeerd, hetgeen wel verbazing mag wekken gelet op zowel de om-vang als de invloed van de magnetische 'mode' in ons buurland.Z) In detweede plaats richt mijn eigen onderzoek zich in het bijzonder op dereceptie van het'mesmerisme' in Nederland in het tijdvak 1770-1830.

Het dierlijk magnetisme

Het zogenaamde 'dierlijk magnetisme' was een schepping van de vanorigine Duitse arts Franz Anton Mesmer, die leefde tussen 1735-1815.Mesmer, die to Wenen zijn medische opleiding ontving uit handen vantwee leerlingen van Boerhaave, maakte in die laatste stad kennis metonder meer de toepassing van de elektriciteit en de stalen magneet bijde behandeling van zenuwziekten. Op grond van deze ervaringen for-muleerde hij omstreeks 1775 zijn leer van het dierlijk, dat wil zeggenvan het organisch magnetisme. Volgens deze theorie zou er een weder-zijdse beinvloeding bestaan tussen hemellichamen, in het bijzonder dezon en de maan, en het organisch leven op aarde, overeenkomstig deonderlinge aantrekkingskracht tussen de hemellichamen. Dit verbandzou tot stand komen dankzij een uiterst subtiel magnetisch fluidum,een onzichtbare en ook onweegbare stof die nauw verwant zou zijn metverschijnselen als licht, warmte en elektriciteit. Het fluidum was naarde voorstelling van Mesmer in voortdurende beweging door de kosmos,een stroming waaraan ook het menselijk lichaam onderheving was enals gevolg waarvan zich ook bij de mens een magnetische polariteit zouvoordoen. Ziekte was in de visie van de Weense dokter to herleidentot een stremming van de omloop van het magnetische fluidum in hetlichaam of het gevolg van een ongelijkmatige verdeling van deze stofover het organisme.

Nu zou een genezer, als het ware geladen met een overmaat aanfluidum, door middel van regelmatige strijkbewegingen (de zoge-naamde magnetische passes) of door het fixeren van zijn blik etheri-sche stof over kunnen dragen op een lijder. De circulatie en de verde-ling van het fluidum zouden daardoor in een harmonische toestandworden teruggebracht. Een dergelijke behandeling ging, zo constateer-de Mesmer althans, gepaard met een heftige maar heilzame lichame-lijke crises die zich uitte in benauwdheden, krampen, hitte en pijnen.Aangezien er een zekere analogie bestond tussen het magnetisch flui-dum en de in de zenuwen aanwezig veronderstelde vloeistof konden

52

Page 3: Sympathie en Somnambulisme Het dierlijk magnetisme ten ... · Somnambulisme Het is zelfs min of meer de vraag of het dierlijk magnetisme de Franse revolutie zou hebben overleefd wanneer

met behulp van de dierlijk magnetisme zenuwziekten langs directe enandere kwalen langs meer indirecte weg genezen worden.

In Wenen stuitte de beweringen van Mesmer op ongeloof, scepsis enkritiek van de zijde van zijn collegae, hetgeen hem ertoe bracht de stadin 1778 to verlaten om zijn succes vervolgens to beproeven in Parijs. Inde Franse hoofdstad groeide zijn therapeutische novum in korte tijd uittot een ware rage. De Duitse genezer bouwde een grote clientele op.Met het oog daarop ontwierp hij zijn fameuze groepsbehandeling rondhet magnetisch baquet, een houten, met ijzer en glas gevulde tobbe diezou werken als een soort accumulator van fluidum.

De grote publieke belangstelling voor en de heftige controverse overhet magnetisme vormde voor Lodewijk de Zestiende de aanleiding omin 1784 een commissie in het leven to roepen die belast werd meteen onderzoek naar de ware aard van het 'dierlijk magnetisme'. DeKoninklijke Commissie, waarvan o.a. de Amerikaan Benjamin Franklinen de chemicus Antoine Lavoisier deel uitmaakten, kwam in haar rap-port tot de slotsom dat het magnetische fluidum experimenteel nietaantoonbaar was en dus ook niet bestond. Men kon evenwel niet om devaststelling heen dat Mesmer bij zijn klanten hevige, kritische ver-schijnselen tevoorschijn wilt to roepen. Na een reeks vernuftigeproeven achtte de commissie echter bewezen dat deze voornamelijktoegeschreven dienden to worden aan de invloed van de verbeelding.Mede vanwege het uitblijven van wetenschappelijke erkenning voorwat hij zelf aanzag als een eminente 'ontdekking', verliet Mesmer in1785 ontgoocheld het land, waarna hij min of meer in de vergetelheidverdween3>

Dierlijk magnetisme en Romantiek

Door velen wordt de leer van het dierlijk magnetisme beschouwd alseen voorloper van de romantische opvattingen over de natuur. Mesmerzou de kosmos al gezien hebben als een organisch geheel, hij legde eengrote nadruk op de betekenis van polaire tegenstellingen in de natuuren zou volgens een wijdverbreide opvatting, evenals tal van romanticireeds hebben gezinspeeld op het bestaan van het 'onbewuste' zoals datdoor de 'neo-romanticus' Freud aan het einde van de negentiende eeuwwerd blootgelegd.°)Het magnetisme oogste onmiskenbaar grote belangstelling onder'romantische' geleerden en schrijvers en het werd ook aan het begin

53

Page 4: Sympathie en Somnambulisme Het dierlijk magnetisme ten ... · Somnambulisme Het is zelfs min of meer de vraag of het dierlijk magnetisme de Franse revolutie zou hebben overleefd wanneer

van de negentiende eeuw op ruime schaal in Duitsland toegepast, zoalswe aanstonds zullen zien.5) In dat licht is Mesmer naderhand door dezezelfde romantici wel tot geestverwant en inspirator bestempeld. Het isevenwel zeer de vraag of de karakterisering van Mesmer als 'een vroegeromanticus' hout snijdt. De natuurfilosofen en romantici uit het beginvan de negentiende eeuw gaven, zoals verderop duidelijk zal worden,een nieuwe draai aan de theorie van het dierlijk magnetisme en zijlegden de nadruk op heel andere verschijnselen dan waarom hetMesmer zelf begonnen was. Er gaapt wat dat aangaat een aanzienlijkeafstand tussen de rudimentaire concepties van de 'ontdekker' van hetmagnetisme en de gecompliceerde, filosofisch doordachte 'systema' uithet begin van de negentiende eeuw.

Daarnaast lijken recentere studies steeds meer aan to tonen dat hetleerstelsel van Mesmer diep geworteld was in de natuurwetenschap ende geneeskunde van de verlichting. Het ging bij het dierlijk magnetis-me in wezen om een mechanistisch model dat door Mesmer nadrukke-lijk ontleend werd aan de leer van de zwaartekracht van Newton. Hetbeginsel van het magnetisch fluldum was identiek aan de voorstellingdie men zich rond 1760 maakte van elektriciteit, warmte en magne-tisme als imponderabele vloeistoffen, een beeld dat men ook betrok opde werking van de zenuwen. Aan deze opvattingen lag weer Newtonsidee van een universele ether ten grondslag, die hij voor had gesteld alsde drager niet alleen van de zwaartekracht maar ook van het licht en deelektriciteit. Het idee van de invloed van de zwaartekracht op de ge-zondheid van de mens ontleende Mesmer zelfs zonder verdere plicht-pleging aan de befaamde Engelse geneesheer Richard Mead, vriend enarts van Newton, zoals door Pattie is aangetoond.b)

De methodiek van het magnetisme was bovendien voor een niet onbe-langrijk deel ingebed in verschillende technieken van de electrothera-pie: door wrijven of strijken verkreeg men electrische lading, het'baquet' was als het ware een copie van de Leidse fles (de eerste primi-tieve condensator) en de moderne elektriciteitsleer was gefundeerd ophet principe van de overdracht van een subtiele (vloei)stof.')

Bij het oorspronkelijke dierlijk magnetisme is ten slotte geen sprakevan een echt holistisch natuurbeeld, het kenmerk bij uitstek van hetromantische denken. Mesmer ging uit van een wederkerige beinvloe-ding tussen planeten en tussen planeten en levende organismen, en niet

54

Page 5: Sympathie en Somnambulisme Het dierlijk magnetisme ten ... · Somnambulisme Het is zelfs min of meer de vraag of het dierlijk magnetisme de Franse revolutie zou hebben overleefd wanneer

van een diepe, wezenlijke samenhang tussen alle dingen, laat staan vaniets als een wereldziel die in alle dingen tot uitdrukking zou komen.

Somnambulisme

Het is zelfs min of meer de vraag of het dierlijk magnetisme de Franserevolutie zou hebben overleefd wanneer niet in 1784 een van de leer-lingen van Mesmer, de Marquis de Puysegur, in het kader van hetmagnetisme een bijzondere ontdekking had gedaan. Tijdens een vanzijn gewone magnetische behandelingen raakte een patient van de Mar-kies in een merkwaardige slaap. De lijder in kwestie, Victor Race, wasniet door de gewone middelen, als porren of roepen, uit zijn sluimer towekken, maar bleek wel in staat om in gesprek to treden met Puysegur.Hij vertoonde daarbij een edeler spraak, een scherper verstand en eendieper geheugen dan normaal en ontwikkelde voorts een aantal zoge-naamde 'hogere vermogens'. Zo zou hij het inwendige van het eigenlichaam kunnen zien, stelde hij een diagnose met betrekking tot deeigen ziekte en wist hij de geneesmiddelen op to geven die hem van diekwaal of zouden helpen. Bovendien openbaarde zich een hechte bandtussen patient en behandelaar: de gemagnetiseerde toonde zich in zekeropzicht afhankelijk van de wil van de magnetiseur en gaf blijk van eengrote gevoeligheid voor alles wat er in de magnetiseur omging. Na hetontwaken uit deze wonderbaarlijke slaaptoestand bleek Victor alle her-innering aan hetgeen er in slaap voorgevallen was kwijt to zijn.

Puysegur signaleerde een overeenkomst tussen de geschetste verschijn-selen en die welke zich voordeden gedurende het slaapwandelen ensprak daarop van somnambulisme, in het Nederlands van die dagen, hetkunstmatig slaapwandelen of de magnetische slaap. Vanuit hedendaagsperspectief zouden we spreken over hypnose of trance.

De nieuwe school binnen het dierlijk magnetisme, die een verbindinglegde tussen het magnetisme en het somnambulisme, vond in Frankrijksnelle verbreiding, mede geholpen door de oprichting van een eigenmagnetisch genootschap in Straatsburg. Deze Societe Harmonique desAmis Reunie fungeerde ook als een doorgeefluik voor het dierlijk mag-netisme naar onder andere Zwitserland, de Duitse landen en ookNederland. De serene magnetische slaap bleek veel aanvaardbaarder,minder stuitend en ook veel intrigerender dan de heftige crises dieonderdeel vo: mden van Mesmers aanpak. Het waren ook het 'slaap-spreken' en in het bijzonder de daarbij optredende hogere vermogens

55

Page 6: Sympathie en Somnambulisme Het dierlijk magnetisme ten ... · Somnambulisme Het is zelfs min of meer de vraag of het dierlijk magnetisme de Franse revolutie zou hebben overleefd wanneer

die 'romantici' tot de verbeelding spraken. Men kan constateren dat hetechte crisismagnetisme van Mesmer na 1790 vrijwel niet meer is toege-past, het somnambulisme ging definitief de toon aangeven.8)

Dierlijk magnetisme in Duitsland en Nederland.

Tot ongeveer 1800 stond men in de Duitse landen over het algemeenafwijzend tegenover het dierlijk magnetisme. Wetenschappelijke aca-demies en beroemde geleerden wezen het idee dat er van de mens eenmagnetische invloed uit zou gaan ten stelligste van de hand. De filosoofKant noemde Mesmer bijvoorbeeld: "... ein sick selbst betrugenderSchwdrmer". De scenes zoals deze zich rond het magnetisch baquet inParijs afspeelden werden tot onderwerp van spot en satire. Toch sijpel-de het magnetisme al in de achttiende eeuw via Straatsburg tot inDuitsland door: in de jaren tachtig werd het onder andere toegepast inKarlsruhe, Bremen en Berlijn.

Rond de eeuwwende trad er evenwel in samenhang met de opkomstvan romantiek en Natuur-Filosofie een opmerkelijke kentering op inde waardering voor het magnetisme. Het hoogtepunt van deze revivalvan het animalisch magnetismus viel in het tijdvak tussen 1810 en1818. Prominente natuur- en geneeskundigen aanvaarden het magne-tisme als een belangrijk geneesmiddel. Daarbij was soms sprake vaneen soort bekering, zoals bij Christoph Wilhelm Hufeland, een van demeest vooraanstaande geneesheren van Duitsland, die het magnetismeaanvankelijk had verketterd. Zijn stap nam bij velen de aarzeling weg.De magnetische behandelmethode vond nu op ruime schaal toepassing,terwijl over dit onderwerp talloze boeken en ook tijdschriften op demarkt kwamen, waaronder 'standaardwerken' als dat van de Pruisischehofarts Kluge Versuch einer Darstellung des thierischen Magnetismusals Heilmittel uit 1811. De eens zo verfoeide leer kreeg zelf erkenningvan de zijde der Pruisische overheid: zij benoemde bijvoorbeeld roem-ruchte magnetiseurs als Koreff en Wolfart aan de nieuwe universiteitenvan Berlijn en Bonn. Van overheidswege werd ook de officiele onder-zoekscommissie ingesteld die in 1816 een gunstig oordeel velde over hetdierlijk magnetisme.

De thematiek van het magnetisme en vooral het somnambulisme oefen-de daarnaast een grote aantrekkingskracht uit op tal van schrijvers:Jean Paul, die het magnetisme zelf beoefende, gebruikte het in zijnromans, Von Kleist gaf het een belangrijke plaats in zijn toneelstukken

56

Page 7: Sympathie en Somnambulisme Het dierlijk magnetisme ten ... · Somnambulisme Het is zelfs min of meer de vraag of het dierlijk magnetisme de Franse revolutie zou hebben overleefd wanneer

en bij E.T.A. Hoffmann speelde het magnetisme een rol in zijn griezel-verhalen.

Binnen het Duitse magnetisme zijn daarbij verschillende stromingen toonderscheiden. Zo waren er beoefenaars van het dierlijk magnetisme,die het onderwierpen aan empirisch onderzoek en zich sceptisch be-toonden ten aanzien van al to vergezochte claims, zoals Kluge en C.W.Hufeland. Zij kunnen zeker niet tot de romantiek of de Natuur-Filoso-fie gerekend worden. Daarnaast waren er dan de auteurs die sterkeromantische of speculatieve tendenzen verrieden. Sommigen van henstonden onder invloed van het werk van Schelling, zoals FriedrichHufeland in zijn invloedrijke boek Ueber Sympathie. Anderen, bij-voorbeeld Ritter en Kieser, formuleerden originele en eigenzinnigetheorien over het wezen van het magnetisme. Zoals al in de inleidingwerd onderstreept is er tot nog toe onvoldoende grondig historischonderzoek verricht om deze magnetische cultuur in Duitsland gedetail-leerd in kaart to kunnen brengen.9>

De geschiedenis van het dierlijk magnetisme in Nederland komt ingrote trekken overeen met de ontwikkelingen in Duitsland. In de acht-tiende eeuw veroordeelden vooraanstaande medici en natuurkundigenhier ten lande het werk van Mesmer. Desondanks werd deze omstredentherapie in de jaren 1788-1791 in Den Haag en Rotterdam gedemon-streerd door buitenlandse magnetiseurs, van wie er in elk geval een incontact had gestaan met Puysegurs genootschap in Straatsburg. DezeFranse legerofficier wist in Rotterdam zelfs enige leerlingen to maken,onder wie de latere staatsman Gijsbert Karel van Hogendorp die hetmagnetisme drie jaar lang intensief beoefende. Omstreeks 1795 was erechter op Hollandse bodem geen spoor meer van het magnetisme tobekennen.

Pas ergens in de jaren 1812/1813 wordt er een ommezwaai zichtbaar inde publieke opinie, die impulsen ontleende aan de hernieuwde belang-stelling voor het magnetisme in Duitsland. In Nederland tekende zichin de volgende jaren een heftige maar kortstondige magnetische modeaf. Tal van bronnen uit 1813 spreken ervan dat het dierlijk magnetis-mus Mt onderwerp van gesprek was in allerlei gezelschappen, er ver-schijnt een vloed aan publikaties en er worden magnetiseurs actief ino.a. Amsterdam, Haarlem, Den Haag, Rotterdam, Dordrecht, Frieslanden Groningen. Het magnetisme wordt als een verrijking van het ge-neeskundig arsenaal geprezen door hoogleraren geneeskunde (Suermann

57

Page 8: Sympathie en Somnambulisme Het dierlijk magnetisme ten ... · Somnambulisme Het is zelfs min of meer de vraag of het dierlijk magnetisme de Franse revolutie zou hebben overleefd wanneer

in Utrecht, Bakker in Groningen). Commissies van geneeskundigonderzoek en toevoorzicht accepteren de magnetische therapie wanneerdeze wordt uitgeoefend door of onder toezicht van een geneesheer enin 1821 vaardigt de overheid een verordening uit met gelijke strekking.Maar naast aanprijzing weerklonk er evenwel ook kritiek, zo ontwik-kelde zich o.a. in de Vaderlandse Letteroefeningen een heel boeiendepolemiek.10)

Evenals in Duitsland bestonden er in Nederland onder de aanhangersvan het dierlijk magnetisme verschillende orientaties. Aan de ene kantwaren er nuchtere, klinische onderzoekers van de somnambule feno-menen, zoals Beeler in Amsterdam en Bakker c.s. in Groningen die zichvoornamelijk lieten inspireren door het werk van Franse magnetiseurs.Er waren echter ook figuren die hun oor lieten hangen naar meer spe-culatieve, 'schellingiaanse' opvattingen over het animalisch magnetis-mus. Aan de opvattingen van deze laatste groep zal dit artikel verdergewijd zijn.

Van Ghert en de Natuur-Filosofie

De Nederlandse belangstelling voor het gedachtengoed van Mesmer enPuysegur werd zoals reeds opgemerkt, gevoed door de opbloei van dezeleer in ons buurland. Die beinvloeding kwam niet slechts tot standdankzij vertalingen van Duitse werken, zoals die van Kluge en deHufelands, maar ook Tangs de weg van direct persoonlijk contact. Debelangrijkste tussenpersoon was daarbij ongetwijfeld Pieter Gabrielvan Ghert, een Bredanaar die, een jaar of 18 oud, omstreeks 1800 naarJena in het Hertogdom Weimar reisde met het bewuste doel daar kennisto maken met de nieuwe Duitse filosofie. Hij was klaarblijkelijk goedop de hoogte van de toenmalige culturele situatie, want hij had geenbetere plek kunnen kiezen. Jena was op dat tijdstip de brandhaard vande vroege Romantiek: hier trof men de dichters Novalis, Tieck en degebroeders Schlegel, terwijl aan de plaatselijke universiteit de belang-rijkste idealistische filosofen werkten en studeerden: Schelling, Fichteen Hegel, die er in 1801 promoveerde. Met de pub.likatie in 1797 vanIdeen zur einer Philosophie der Natur groeide de eerste denker uittot de grondvester van de nieuwe speculatieve natuur-wijsbegeerte.Behalve met de filosofie en de romantische poezie kwam Van Gherttijdens zijn verblijf in Jena ook in aanraking met het dierlijk magne-tisme. Zo was hij getuige van een magnetische zitting waarbij de

58

Page 9: Sympathie en Somnambulisme Het dierlijk magnetisme ten ... · Somnambulisme Het is zelfs min of meer de vraag of het dierlijk magnetisme de Franse revolutie zou hebben overleefd wanneer

somnambule zich tot hem wendde met de mededeling dat zij zeker zougenezen wanneer zij door hem zou worden gemagnetiseerd!

Eenmaal terug in Nederland - Van Ghert promoveerde in 1808 inLeiden tot doctor in de rechten - ontpopte hij zich al ras als een pleit-bezorger van de nieuwe Duitse wijsbegeerte en vooral van het idealis-me van Hegel, met wie hij - vermoedelijk als enige Nederlander -lange tijd een correspondentie onderhield. Bovendien legde hij zichvanaf 1809 toe op de magnetische behandeling. Daarmee was hij naaralle waarschijnlijkheid de eerste die in ons land na 1800 het dierlijkmagnetisme serieus in praktijk bracht.l')

Al in zijn eerste polemische bijdrage over het dierlijk magnetisme,gericht tegen een zekere 'Philalethes', liet Van Ghert zich kennen alseen fervent aanhanger van de Natuur-Filosofie en schetste hij in kortbestek de belangrijkste grondbeginselen van dit stelsel. De jurist ont-kende pertinent dat kennis alleen via zintuigelijke waarneming totstand zou komen, het kerndogma van de verlichte, empirische weten-schap. Hij trok fel van leer tegen het materialisme en de mechanicis-tische natuurwetenschap die de werkelijkheid terug brachten tot afzon-derlijke, stoffelijke en zinnelijke dingen, en oplosten in louter werk-tuigelijke verklaringen: "... zo verstaanbaar en plats alsof het een uur-werk was. De moderne natuurwetenschap bood naar het oordeel vanVan Ghert slechts inzicht in de levenloze of de gedode, levende natuuren beschreef uitsluitend 'rompen en mummies' losgerukt uit het alom-vattende verband van natuur en geest.

De empirische, proefondervindelijke natuurwetenschap, die hij voor-namelijk vertegenwoordigd achtte door de 'oppervlakkige' Fransen,miskende kortom in de ogen van Van Ghert al het wezenlijke. Hetware inzicht in de natuur was pas gaan dagen "... sedert de verschijningder wijsgeerige werken van KANT, FICHTE en vooral van SCHEL-LING". Zij hadden - zo schreef de Amsterdamse advocaat - begrependat wetenschappelijke kennis niet in de eerste plaats tot stand komt viade zintuigen maar door "de verheffing van de geest". De natuur vormdevoor hen een levend geheel, een groot organisme waarin enkele fun-damentele ideeen tot uitdrukking zouden komen. De geisoleerde 'Din-gen' zouden slechts in schijn bestaan en als verwezelijking van een ideealleen door intellectuele aanschouwing to doorgronden zijn. De nieuwefilosofie legde daarbij het accent op de wederkerige verbanden tussende levende organismen en de alomvattende natuur waaruit geen afzon-

59

Page 10: Sympathie en Somnambulisme Het dierlijk magnetisme ten ... · Somnambulisme Het is zelfs min of meer de vraag of het dierlijk magnetisme de Franse revolutie zou hebben overleefd wanneer

dering mogelijk was. Van Ghert vertolkte hiermee de idealistische enholistische principes die het wezen uitmaakten van het speculatieveDuitse natuurbeeld.12)

Hoe hoog de schepper van deze filosofie bij de jonge Nederlandsemeester in de rechten stond aangeschreven moge blijken uit de volgen-de reactie op Philalethes die het had bestaan om kritiek uit to oefenenop Schelling:

... het is waarlijk kluchtig, wanneer men zoo een mannetje als p. overeen wijsgeer als SCHELLING, hoort keuvelen. Het is juist of eenPygmee zich voor den Colossus plaatste, met het oogmerk om denzel-ven omver to wateren, of dat den armzaligen mug pogingen in hetwerk stelt om den schranderen olijfant intezwelgen.13)

Het dierlijk magnetisme kon naar het inzicht van Van Ghert alleenbegrepen worden vanuit het standpunt van de speculatieve wijsbegeer-te: het ging hier immers om het "innigste, heiligste en diepste wezen dernatuur". "Oppervlakkige empiristen" die alleen dat voor waar aannamenwat ze tasten en voelen konden, hadden er geen vat op, aangezien hetgeen tastbare of zichtbare werking betrof."

Van Ghert voelde zich niet geroepen zelf een theoretische uiteenzettingto geven over het dierlijk magnetisme. Een dergelijke poging zou vol-gens hem in ons land al snel afgedaan worden als "mystieken onzin enwartaal". In dat laatste had hij vermoedelijk wel gelijk, in Nederlandtrof hij maar weinig medestanders. Een meerderheid onder de vader-landse geleerden had weinig op met de Duitse Natuur-Filosofie, ofzoals een recensent van de Vaderlandse Letteroefeningen het onderwoorden bracht:

Het is er gelukkig nog ver af, dat de heldere koppen onder ons, doorden zwijmelwijn der Duitsche hyperfysik, aan het suizelen zoudenzijn.'5)

De Amsterdamse geneesheer Bloemroder sprak van:

... de verachting of veeleer de bespotting waarmede verre het grootsteaantal mijner kunstgenoten deze theorie [bedoeld is die van SchellingJVJ zoekt to vernietigen.16)

Toch kan er in ons land zo rond 1814 een aantal geneesheren, schrij-vers en geleerden aangewezen worden die belangstelling voor het dier-lijk magnetisme combineerden met een zekere bevlogenheid voor de

60

Page 11: Sympathie en Somnambulisme Het dierlijk magnetisme ten ... · Somnambulisme Het is zelfs min of meer de vraag of het dierlijk magnetisme de Franse revolutie zou hebben overleefd wanneer

Natuur-Filosofie, zoals die to vinden was bij Schelling en zijn (medi-sche) popularisator Friedrich Hufeland. Tot deze groep blijken ookpersonen to behoren die Snelders in zijn artikel van 1984 over de ro-mantische natuurwetenschap in Nederland niet met de Natuur-Filosofie in verband bracht.l') Tot de sympathisanten van een natuur-filosofisch getint magnetisme kunnen onder meer gerekend worden deAmsterdamse artsen Nieuwenhuys en Bloemroder, beiden verbondenaan het genootschap Arti Salutiferae, dat o.a. Hufelands UeberSympathie in vertaling uitbracht.18) Verder de veelschrijver FokkeSimonszoon, de arts Doornik en een anonieme recensent van het tijd-schrift De recensent ook der recensenten, die zich een duidelijke geest-verwant van Van Ghert betoonde.l9> Ook de Hoogezandse geneesheeren latere hoogleraar diergeneeskunde to Utrecht, Alexander Numantoonde duidelijke blijken van sympathie voor de denkwereld vanHufeland, zij het met iets groter distantie als de overigen.20> Onzetoenmalige 'nationale dichter' en enige 'ware romanticus' WillemBilderdijk vertolkte weliswaar een eigenzinnige opvatting over hetmagnetisme, maar deze was zeker ook getnt op ideeen van de genoem-de Duitse auteurs, zoals hierna nog zal blijken.21)

Aan de hand van de artikelen van deze schrijvers en gebruikmakendvan de, door een contemporaine beoordelaar als 'abominabel' geken-schetste vertaling van het boek van Hufeland over 'Sympathie', zal ikin het navolgende een uiteenzetting geven van het dierlijk magnetismezoals dat werd opgevat in natuurfilosofisch perspectief.

De natuur als organische eenheid

Voor Schelling waren 'Natuur' en 'Geest' identiek. De zichtbare werke-lijkheid was slechts de manifestatie van de Geest of Wereldziel (Welt-seele): of zoals hij het pregnant uitdrukte "... de natuur is de zichtbaargeworden geest: de geest is de onzichtbare vorm der natuur". De natuurvormde volgens de Duitse wijsgeer een onverbrekelijk geheel, een le-vend organisme waarbinnen alles in tegenstellingen of polariteiten zouzijn georganiseerd. Naast 'eenheid' beschouwde Schelling 'polariteit'immers als het tweede wezenlijke principe in de natuur.

Zo kende de natuur een krachtige streven naar 'verenkelvoudiging', datwil zeggen naar de realisatie van individuele organismen. Deze tendensbracht een polaire spanning voort tussen het geheel en de zich indivi-dualiserende delen. De afzonderlijke lichamen, in zichzelf beperkt en

61

Page 12: Sympathie en Somnambulisme Het dierlijk magnetisme ten ... · Somnambulisme Het is zelfs min of meer de vraag of het dierlijk magnetisme de Franse revolutie zou hebben overleefd wanneer

eindig, bestonden evenwel slechts bij gratie van het alomvattende, on-eindige geheel, en waren onderling afhankelijk en met elkaar verbon-den als de schakels van een grote ketting. De onzichtbare band die alleindividuele lichamen met elkaar en met het geheel verbond, werd doorHufeland aangeduid als de Sympathie.)

Hoe hoger nu een afzonderlijk organisme ontwikkeld was des to groterde inwendige tegenstellingen en des to duidelijker de grens met debuitenwereld en hoe minder afhankelijk het zou zijn van het geheel,dus hoe minder onderworpen ook aan de sympathie. De mate van vrij-heid en subjectiviteit zouden daarmee in evenredigheid toenemen. Opdeze wijze was er een duidelijke hierarchische orde in de natuur waarto nemen: het eenvoudigste organisme was in de ogen van Hufeland demagneet: omdat er in de zeilsteen een scheiding optrad in twee polen.Planten stonden al een trapje hoger in de ontwikkeling aangezien er bijdeze organismen sprake was van een duidelijke uitwendige tegenstel-ling tussen wortel en stengel.

Op de volgende sport van de ladder stonden de dieren bij wie een in-wendige tegenstelling aanwijsbaar was tussen enerzijds de irritabiliteitvan de spieren en anderzijds het hoger beginsel van de gevoeligheid datzou huizen in de zenuwen. Van een groter onafhankelijkheid getuigdeeveneens het vermogen van dieren tot willekeurige beweging. Boven-dien beschikten de dieren over zintuigen, waarvan de ontwikkeling alsgraadmeter werd beschouwd voor de mate van volkomenheid en onaf-hankelijkeid van een levend wezen.

De mens gold in deze visie als de "... volkomendste afdruk van het vol-strekte grondbegrip des levens" en er was dan ook geen wezen met eengroter onafhankelijkheid en vrijheid denkbaar, net zo min als er orga-nismen waren die minder blijken vertoonde van de algemene sympa-thie. Er bestond oak geen grotere tegenstelling als die tussen de mensen de buitenwereld.23)

Bij de mens was de inwendige tegenstelling het meest geprononceerd:hier vond men tegenover elkaar de hogere, dierlijke sfeer en de lagere,vegetatieve sfeer. De dierlijke of subjectieve sfeer omvatte de rede, hetbewustzijn, de waarneming en het zelfstandig handelen en had haarzitplaats in de hersenen, de zintuigen en het willekeurige zenuwstelsel.Doornik duidde deze sfeer ook wel aan als de positief magnetische. De'sympathetische' afhankelijkheid van de natuur drong hier niet of

62

Page 13: Sympathie en Somnambulisme Het dierlijk magnetisme ten ... · Somnambulisme Het is zelfs min of meer de vraag of het dierlijk magnetisme de Franse revolutie zou hebben overleefd wanneer

nauwelijks door. Bij gewoon bewustzijn had de mens eigenlijk geenbesef van zijn innige verbondenheid met het geheel. Zo dat al welgebeurde dan werd het aan het zicht onttrokken door flarden uit hetgeheugen en het schimmenspel der verbeelding.

De daar tegenover geplaatste vegetatieve, groeiende of reproductievesfeer was gericht op zelfbehoud, herstel en voortplanting, activiteitendie zich aan het bewustzijn onttrokken. Deze sfeer had haar centrum inhet autonome of onwillekeurige zenuwstelsel, dat was opgebouwd uitde zogenaamde zenuwknopen of ganglia, waarvan de zonnevlecht (ple-xus solaris) werd geacht het middelpunt to zijn. De werking van devegetatieve sfeer, door Doornik bestempeld als de negatief magnetischepool, stond gelijk met een lagere vorm van leven en het was dan ook indeze sfeer dat de invloed van de natuur het sterkst tot uitdrukkingkwam. Deze deed zich voor in de vorm van duistere gewaarwordingenvan het zogenaamde 'algemeen gevoel' en het instinct.')

Gewone 'sympathetische' verschijnselen

De mens was in gewone doen derhalve nagenoeg onbevattelijk voorsympathie. Bewustzijn en de rede gaven dan de toon aan. Slechts in eendrietal situaties stond hij bij uitzondering open voor 'sympathetisch'contact met de hem omvattende natuur. Zo verloor men bij de ge-slachtsgemeenschap of zoals men toen zei 'de voortteling' enige ogen-blikken de zelfstandigheid en ging men korte tijd op in de productievenatuur, hetgeen een voorwaarde zou zijn voor de vorming van eennieuw wezen. In de slaap kwam tijdelijk een einde aan de heerschappijvan de hersenen en werden de zintuigen gesloten. Het zwaartepunt zouzich nu verplaatsen van 'het denkend middelpunt' naar de voedende,vegetatieve sfeer die van nature hechter verbonden was met de natuurals geheel. Gedurende de slaap keerde de mens op die manier als hetware terug in de schoot van moeder natuur.

Eenzelfde situatie deed zich volgens deze theorie voor in geval vanzenuwziekten. Deze werden gekenschetst als een toestand van wanordeen ontbinding van de hogere, dierlijke sfeer - ook wel 'desorganisatie'genoemd - waarbij het lagere zenuwknopenstelsel en dus de sympathievrij spel zouden krijgen. Duistere gewaarwordingen van sympatheti-sche aard konden nu doordringen tot het schemerig bewustzijn en daargewijzigd door verbeelding en herinneringsfragmenten aanleiding ge-ven tot dromen en hallucinaties.

63

Page 14: Sympathie en Somnambulisme Het dierlijk magnetisme ten ... · Somnambulisme Het is zelfs min of meer de vraag of het dierlijk magnetisme de Franse revolutie zou hebben overleefd wanneer

Bij sex, slaap en zenuwziekte kon zich aldus een bovennormale gevoe-ligheid openbaren voor de 'sympathetische' of 'dynamische' betrekkin-gen van het individu met de natuur en met de medemens. Onder derge-lijke omstandigheden bleken sommigen in staat tot 'bovenzintuigelijke'waarneming zoals werd gedemonstreerd door slaapwandelaars die metgesloten ogen allerlei handelingen konden verrichten. Ook fenomenenals voorgevoel en het optreden van voorspellende dromen zouden ver-klaard kunnen worden uit deze dominantie van het voor sympathiebevattelijke autonome zenuwstelsel tijdens slaap en ontregeld zenuw-leven.")

De 'zenuwdampkring'

Aanhangers van Hufelands leer veronderstelden dat de mens omgevenzou worden door een zogenaamde zenuwdampkring. Omstreeks 1797meende Alexander von Humboldt het bewijs to hebben geleverd dat dezenuw omgeven zou zijn door een atmosfeer van zenuwfluidum ofdierlijke elektriciteit. Anderen verbonden daar de conclusie aan datdeze dampkring zich niet zou beperken tot de enkele zenuw maar zichook tot buiten het menselijk lichaam zou uitstrekken. Het zou gaan omeen 'magnetisch-dynamisch' verschijnsel, waarvan het de vraag was ofhet nu een stoffelijk of onstoffelijk karakter zou dragen. Volgens som-migen ging deze magnetische levenswerkkring, zoals de zenuwdamp-kring ookwel genoemd werd, uit van het zenuwknopenstelsel.

Naarmate de mens sterker zou zijn geindividualiseerd, met anderewoorden het levensbeginsel zich krachtiger zou hebben ontwikkeld,was ook de zenuwdampkring sterker en groter van omvang. Men ginger vanuit dat de zenuwatmosfeer ook een belangrijke bemiddelende rolvervulde bij de sympathetische betrekkingen. De dampkringen vanverschillende organismen, ook van de mens raakten elkaar, door-drongen elkaar zelfs.)

Allerlei verschijnselen die zich tussen mensen onderling maar ook tus-sen mens en dier voordeden konden met een beroep op deze, elkaarwederzijds doordringende dampkringen worden verklaard. De wonder-lijke waarneming van vleermuizen en het vermogen van speurhondenzou hieraan toegeschreven kunnen worden evenals gewone gevoelensvan sympatie en antipathie bij de mens of de gehechtheid van moederen kind. De atmosfeer van zenuwfluidum zou ook mede verantwoorde-lijk zijn voor de verspreiding van besmettelijke ziekten of het feit dat

64

I

Page 15: Sympathie en Somnambulisme Het dierlijk magnetisme ten ... · Somnambulisme Het is zelfs min of meer de vraag of het dierlijk magnetisme de Franse revolutie zou hebben overleefd wanneer

oude mensen in aanraking met de 'frisse jeugd' aan levenskracht zou-den winnen (Numan verklaarde daarmee bijvoorbeeld de hoge ouder-dom van veel schoolmeesters). De overdracht van vitaliteit langs de wegvan deze atmosfeer zou ook de oorzaak zijn van het verschijnsel datschijndoden soms tot leven kwamen bij de omhelzing door een gezon-de, naakte persoon. Bilderdijk tenslotte meende dat het ook dezedampkring of 'levenswerkkring' was die zichtbare overeenstemmingdeed ontstaan, zelfs in de gelaatstrekken, tussen mensen die lang inelkaars nabijheid verkeerden!")

Het dierlijk magnetisme

Het dierlijk magnetisme werd in het perspectief van deze natuurfiloso-fische bespiegelingen gezien als een verbijzondering van de algemenesympathetische betrekkingen tussen mensen. Het zou als van natureoptreden bij de ontmoeting tussen een persoon met een krachtigezenuwdampkring en iemand lijdende aan 'levensdaling', dat wil zeggenaan een verzwakte zenuwdampkring. Naar analogie van de reactie tus-sen twee tegengesteld geladen elektrische lichamen veronderstelde mendat nu het positieve, krachtiger lichaam fluidum of zou geven aan hetnegatieve, minder vitale lijf. Ook gebruikte men wel een magnetischemetafoor: een sterke magneet zou de zwakkere aantrekken en zelfs om-polen. Een dergelijk verschijnsel zou zich in verhevigde mate voordoentussen personen van een verschillend geslacht en vooral ook bij mensendie leden aan een zenuwziekte.

Bij de dierlijk magnetische behandeling pastte men dit verschijnsel infeite bewust toe wanneer een magnetiseur, die zou moeten beschikkenover een krachtige uitstraling, door middel van strijkbewegingen of'passes' levenskracht overdroeg aan een in de meeste gevallen zenuw-zieke patient. De universele sympathetische betrekking tussen mensenonderling werd hierbij als het ware geintensiveerd.>

Bij grote verschillen in de levenskracht kon de betrekking tussen mag-netiseur en patient zo innig en totaal worden dat ze als het ware samen-smolten tot een magnetisch of dynamisch individu. De plaats van deverstandelijke, dierlijke sfeer van de gemagnetiseerde werd daarbijvolgens enkele auteurs ingenomen door de wil van de behandelaar.Bilderdijk gebruikte hiervoor zelfs het beeld van de bezetenheid of'possessie', terwijl Hufeland deze symbiotische relatie vergeleek met

65

Page 16: Sympathie en Somnambulisme Het dierlijk magnetisme ten ... · Somnambulisme Het is zelfs min of meer de vraag of het dierlijk magnetisme de Franse revolutie zou hebben overleefd wanneer

die tussen de zwangere vrouw en de foetus. Het onderscheid tussenbeiden viel weg, of zoals Bilderdijk het uitdrukte:

... de magnetiseur denkt voor den kranke, en deze meent door hem.Hij tact voor den kranke, en deze voelt door hem. En dit gesteldzijnde, is het nets meerder gezegd: hij wil door den kranke, en dezeerkent zijn wil voor de hare.

Deze toestand van sterke afhankelijkheid duidde men aan als het rap-port.29)

Onder de doordringende invloed van een 'levenskrachtige' magnetiseurnam bij de zieke de 'desorganisatie van het hersengestel', die kenmer-kend werd geacht voor zenuwziekte, verder toe met als gevolg dat depatient in een op slaap gelijkende toestand geraakte: het somnambulis-me of de magnetische slaap. Volgens een onder magnetiseurs tamelijkalgemeen aanvaarde opvatting zouden de hersenen nu in rust verkerenen het zenuwknopenstelsel, het centrum van de vegetatieve sfeer, juistworden geactiveerd. Ettelijken meenden dat daarbij de zonnevlecht ofde plexus solaris als 'buikhersenen' de functie van het centrale zenuw-stelsel over zou nemen en tot focus van de bewuste waarneming zouworden.

Deze waarneming door middel van de 'maag' werd op grond vannatuurfilosofische beginselen allezins verklaarbaar geacht. De mensvormde in deze visie immers de hoogste verwezenlijking van het Levenergo van het Gevoel. Dat gevoel was als het wezenlijke beginsel van demenselijke 'bewerktuiging' niet exclusief aan een orgaan verbonden.Het lichaam vormde immers volgens deze visie een onverbrekelijkeeenheid en kende geen 'afzondering'. Men achtte dan ook elk orgaan inprincipe in staat om door een verhoging van de locale 'levenswerking'tot authentieke waarneming to geraken en de plaats van een zintuigover to nemen.30)

Bij wijze van grote uitzondering zou de mens zich in de hogere stadiavan het somnambulisme nu bewust kunnen worden van zijn sympathe-tische banden met het gehele universum en in staat zijn tot het doenvan waarnemingen via de zenuwdampkring. Veel ongestoorder, sterkeren bewuster dan in de slaap of bij zenuwziekte zou zich bij de som-nambulen de gave der helderziendheid openbaren. De opwekking vanhet zenuwknopenstelsel, het centrum van de levenswerkkring en hetbrandpunt der sympathetische betrekkingen, stelde de mens in staat tot

66

Page 17: Sympathie en Somnambulisme Het dierlijk magnetisme ten ... · Somnambulisme Het is zelfs min of meer de vraag of het dierlijk magnetisme de Franse revolutie zou hebben overleefd wanneer

het zien met maag en vingertoppen, het schouwen van het eigen in-wendige en tot het aanvoelen van gebeurtenissen die op grate afstandof in de toekomst zouden plaatsgrijpen. Het veld van de zintuigelijkemogelijkheden werd in somnambule toestand volgens deze opvattingenzowel in de ruimte als in de tijd verbreed, de grenzen die gewoonlijkaan de menselijke zintuigelijke gevoeligheid waren gesteld lostenop.31)

Sommigen opperden ook wel dat de mens in de hoogste graden van demagnetische slaap aan tijd en ruimte ontsnapte en dat de ziel in dezetoestand haar banden met het lichaam zou hebben verbroken. FokkeSimonsz en Bilderdijk suggereerden zelfs dat we hier geconfronteerdwerden met een afspiegeling van de zielstoestand na de dood:

... zoo, dat, welligt de magnetische droom het ware wakenvan de mensch konde zijn; een waken, waartoe wij uit denwakenden droom des levens, wellligt door den dood zullenworden gewekt; .22)

In Nederland werd het dierlijk magnetisme evenwel op de allereersteplaats gezien als een therapie, en niet primair als een medium voorhet achterhalen van hogere waarheden. Het ging om een dynamisch ge-neesmiddel dat aangewend kon warden bij stoornissen van de 'hogeresystema van de mens', dat wil zeggen bij ziekten van de hersenen en dezenuwen waarbij geen duidelijke anatomische afwijkingen to consta-teren waren. Voor de manier waarop die genezingen in het werk gingenbood men verschillende verklaringen. In het algemeen nam men aan datzoals reeds aangeduid, de magnetiseur levenskracht of zou geven aaneen lijder, die juist aan dergelijke energie en kracht tekort zou ko-men.33> Bilderdijk omschreef zulks als "... een infusie van gezonderegeestrijke uitwaasemingen". In Doorniks woorden:

[een magnetiseur] ... moet met het leven van het voorwerp weten omto gaan, als een virtuoso met het geluid. Zijn gevoel, zijn waarneming,zijn wil moet hij gedachtensnel, weten over to gieten op het voorwerp,en dezelve weten to wijzigen/naar de toonen die het snarenspel dathet voorwerp van zich afgeeft.

Van Ghert, zijn leermeester Hegel zonder enige verwijzing napratend,hield ziekte voor de isolatie of afzondering van een orgaan of een deelvan het lichaam, dat in gezonde toestand een onscheidbaar geheelvormde. Het dierlijk magnetisme was in zijn ogen 'een levenswasem':

67

Page 18: Sympathie en Somnambulisme Het dierlijk magnetisme ten ... · Somnambulisme Het is zelfs min of meer de vraag of het dierlijk magnetisme de Franse revolutie zou hebben overleefd wanneer

... het verdelgt door deszelfs algemeene vloeibaarheid en oplossendvermogen, elke afzondering, disharmonie en stremming, en voert hetleven weder tot zijnen doordringenden algemeenen stroom terug.

De anders weinig oorspronkelijke Fokke Simonszoon gaf de meest fan-tasierijke kijk op de magnetische genezingen ten beste. Veel zenuw-ziekten konden worden hersteld door een beroep op verbeelding, hoopen geloof, zo schreef Fokke. Dankzij het magnetisch rapport, zoalsgezegd een vorm van 'bezetenheid', ontstond een eenheid van magneti-seur en patient waardoor de gecombineerde verbeeldingskracht veeleffectiever zijn heilzame invloed zou kunnen uitoefenen.)

Besluit

Door de aanhangers van de Natuur-Filosofie, zoals die vooral doorSchelling was geformuleerd, werd de natuur beschouwd als een onver-brekelijk organisch geheel. De individuele delen zouden met elkaar enmet het omvattende geheel zijn verbonden door banden van Sympathie.Hoe hoger nu een afzonderlijk organisme geplaatst was in hierarchieder ontwikkeling, des to geringer zijn bevattelijkheid voor 'sympathe-tische' invloeden. De mens, die in de kosmos de hoogst ontwikkeldevorm van het 'levensbeginsel' vertegenwoordigde, bezat onder alle-daagse omstandigheden niet of nauwelijks enig besef van zijn innigevervlochtenheid met de schepping als geheel.

Naar de opvatting van tal van 'romantische' magnetiseurs zouden bijde mens in somnambule toestand de hersenen, zetel van de rede, indiepe rust gedompeld worden. Het 'zenuwknopenstelsel', dat behoordebij een lager ontwikkelde levensvorm en open zou staan voor de alles-verbindende 'sympathie', raakte daarentegen in een staat van hogereactiviteit. Dien ten gevolge zou de somnambule, als uitzondering op deregel, een grotere bewustheid voor de verbondenheid met de natuuraan de dag leggen. Voor romantici, die de opheffing van het dualismevan mens en natuur als een hoog doel beschouwden, vormde het 'mag-netisch slaapwandelen' dan ook een fascinerende, begenadigde toe-stand, waarin de mens tot een wezenlijk en dieper inzicht kon geraken.

In Nederland bestond er slechts een kleine groep intellectuelen die zichhet geschetste speculatieve gedachtengoed rond het dierlijk magnetismeeigen maakte en het in geschrifte uitdroeg. Daarnaast waren er magne-tiseurs in ons land actief, zoals Bakker, Hendriksz en Wolthers inGroningen, die geen enkele affiniteit vertoonden met de leer vanSchelling of F. Hufeland. Sympathie voor of beoefening van het dier-lijk magnetisme is dan ook niet zonder meer to interpreteren als een

68

Page 19: Sympathie en Somnambulisme Het dierlijk magnetisme ten ... · Somnambulisme Het is zelfs min of meer de vraag of het dierlijk magnetisme de Franse revolutie zou hebben overleefd wanneer

signaal voor een romantische orientatie. Andersom impliceert een uit-gesproken romantische of natuurfilosofische voorkeur evenmin deonvoorwaardelijke acceptatie van het dierlijk magnetisme. Bilderdijkerkende zoals we zagen het somnabulisme als verschijnsel, maar hijveroordeelde het zeer scherp als onzedelijk en duivels.

De meerderheid van de Nederlandse auteurs die zich in speculatieve zinover het 'dierlijk magnetisme' uitlieten hadden voorzover valt na togaan weinig praktische ervaring met het magnetisme als therapie. Hunbelangstelling betrof voornamelijk de wijsgerige leer, waarbij ze zichin veel opzichten schatplichtig betoonden aan de grote Duitse voorbeel-den. Bij de enige schrijver die kon bogen op ruime, daadwerkelijkeervaring met het somnambulisme, to weten Van Ghert, openbaarde zicheen markante discrepantie tussen zijn hoogdravende filosofische prin-cipes en zijn nauwgezette 'magnetische' dagboek, dat gekenmerktwordt door pragmatisme en banale observaties. Van enige wijsgerigereflectie op zijn werkelijke ervaringen is geen sprake. lets dergelijksziet men ook bij Bloemroder. Zolang deze arts over narcotica spreekt iszijn benadering die van een nuchtere geneesheer, maar zodra hij devergelijking maakt tussen de narcotische roes en het somnambulisme,krijgt zijn beschouwing vleugeltjes. Wellicht mag men naar aanleidingvan dergelijke voorbeelden de vraag opwerpen of deze Nederlandsegeleerden zich het natuurfilosofische 'systema' echt eigen hadden ge-maakt of dat het meer een oppervlakkige, intellectuele 'flirt' betrof metde ideeen van enkele imposante Duitse denkers.

In elk geval was het enthousiasme voor het dierlijk magnetisme in onsland van korte duur. De vele stemmen die rond 1814 hun waarderingvoor het dierlijk magnetisme uitspraken, verstomden tegen 1820. Debelangstelling voor de leer van Mesmer en Puysegur ebde spoedig weg.

69

Page 20: Sympathie en Somnambulisme Het dierlijk magnetisme ten ... · Somnambulisme Het is zelfs min of meer de vraag of het dierlijk magnetisme de Franse revolutie zou hebben overleefd wanneer

Noten

1. Brief van P.G. van Ghert aan Lejeune: Gemeentearchief Den Haag. Col-lectie Lejeune. Doos 2, map L. (Met dank aan drs. Jos van Heel.)

2. Artelt, W. 1965. Der Mesmerismus in Berlin. Akademie der Wissenschaftenand der Literatur, Abhandlungen der Geistes- and SocialwissenschaftlicheKlasse 1965, nr. 6, Mainz/Wiesbaden; Blankenburg, M. 1986. 'Der "thie-rische Magnetismus" in Deutschland'. In R. Darnton, Der Mesmerismusand das Ende der Aufklarung in Frankreich. Frankfurt a. M./Berlin.p. 191-231; Hoff, P. 1980. Der Einfluss des Mesmerismus auf die Ent-wicklung der Suggestionstheorie in Deutschland. Mainz; Engelhardt, D. von1985. 'Mesmer in den Naturforschung and Medizin der Romantik'. In H.Schott (ed.), Franz Anton Mesmer and die Geschichte des Mesmerismus.Wiesbaden. p. 88-107.

3. Zie voor de biografie, de leer en de therapeutische praktijk van FA.Mesmer o.a.: Amadou, R. (ed.) 1971. Franz Anton Mesmer; Le Magnetis-me Animal. Paris; Vinchon, J. 1971. Mesmer et son secret. Textes choisis etpresentes par R. de Saussure. Toulouse. Oorspronkelijke uitgave 1936;Schneider, E. 1950. Der animale Magnetismus; Seine Geschichte and seineBeziehungen zur Heilkunst. Zurich; Ellenberger, H.F. 1970. The Discoveryof the Unconscious; The History and Evolution of Dynamic Psychiatry. NewYork. De hoofdstukken 2 en 3; Darnton, R. 1976/2. Mesmerism and theEnd of the Enlightenment. New York; Laurence, J-R. en C. Perry 1988.Hypnosis, Will and Memory; A Psycho-legal History. New York/London.

4. Zie voor deze opvatting o.a. Leibbrand, W. 1956. Die spekulative Medizinder Romantik. Hamburg. p. 174-180; J.F.H. van Rappard beschouwt hetmesmerisme als een voorbeeld van romantische wetenschap, zie Rappard,J.F.H. van 1978. 'Romantische psychologie'. In Gedrag, 7ijdschrift voorPsychologie, 6, p. 157-284. Zie voor eenzelfde opinie o.a.: Bulhof, Ilse N.1983. Freud en Nederland. Baarn. p. 55-56.

5. Zie behalve Leibbrand 1956, passim, ook: Tatar, M.M. 1988. Spellbound;Studies on Mesmerism and Literature. Princeton.

6. Feldt, H. 1990. Der Begriff der Kraft im Mesmerismus. Bonn. Niet gepubli-ceerde dissertatie.

7. Zie: Feldt 1990. passim; Tatar, M. 1978. p. 45-81.

70

Page 21: Sympathie en Somnambulisme Het dierlijk magnetisme ten ... · Somnambulisme Het is zelfs min of meer de vraag of het dierlijk magnetisme de Franse revolutie zou hebben overleefd wanneer

8. Chastenet, Armand Marie-Jacques de, Marquis de Puysegur 1986. Memoi-re pour servir a 1'histoire et a l'etablissement du magnetisme animal. Pre-sentation de G. Lapassade et P. Pedelahore. Privat, Toulouse. Origineleeditie uit 1786; Ellenberger 1970. p. 70-74; Berg, J.H. van den 1963. Levenin meervoud; Een metabletisch onderzoek. Nijkerk. p. 86-97; Levy, J. 1974.Magnetisme animal et medecine d Strasbourg d la fin du XVIIIe siecle.Strasbourg. Niet gepubliceerde dissertatie.

9. Zie o.a.: Blankenburg 1986. passim; Hoff 1980. passim; Engelhardt Von1985. passim; Tatar 1978. p. 82-151.

10. Zorab, G. z .j. Magnetiseurs en wondergenezers; een bijdrage tot meerklaarheid in het vraagstuk der magnetiseurs en andere wondergenezers.Leiden. p. 112-139; idem 1967. 'Hypnotism in Belgium and the Nether-lands'. In E.J. Dingwall (ed.), Abnormal Hypnotic Phenomena; A survey ofnineteenth-century cases. London. p. 1-100; Vijselaar, J. 1988. 'Dierlijkmagnetisme in Nederland (1770-1830); Het verhaal van een kortstondigefascinatie'. In Maandblad Geestelijke Volksgezondheid 43. p. 782-795.

11. Necrologie van P.G. van Ghert. In Astrea 2, 1852. p. 1-11; Ghert, P.G. van1814. Dagboek eener magnetische behandeling. Amsterdam; Zorab, G. 1967.p. 55; Vijselaar, J. 1988. p. 788; Rothschuh, K.E. 1973. The History of Phy-siology. Springfield Ill. p. 155-157; Schmitt, H-J. 1978. Romantik I. Diedeutsche Literatur; Ein Abriss in Text and Darstellung. Stuttgart. Band 8;Leibbrand 1956. p. 95-98.

12. Ghert, P.G. van 1814. Dagboek eener magnetische behandeling. Amsterdam.I-XXXVI, in het bijzonder: XXIX, XXXI, XXXV-XXXVI; P.G. van Ghertaan Lejeune. 23 maart 1810. Gemeente Archief Den Haag, collectieLejeune. Doos 2, map L; Van Ghert reageerde op een reeks artikelen vaneene 'Philalethes': 'Brief van Philalethes aan Euleptos, over het DierlijkMagnetismus'. Tijdschnft voor Kunsten en Wetenschappen van hetDepanement van de Zuiderzee. Mengelwerk 1813. p. 599-608, 651-662 en717-725 en Vaderlandsche Letter-oefeningen. Mengelwerk 1814. p. 102-109,164-172 en 224-228.

13. Ghert, van 1814. XLV.

14. Ibidem, III, XIV, XIII.

71

Page 22: Sympathie en Somnambulisme Het dierlijk magnetisme ten ... · Somnambulisme Het is zelfs min of meer de vraag of het dierlijk magnetisme de Franse revolutie zou hebben overleefd wanneer

15. Vaderlandsche Letter-oefeningen. 1814. Beoordelingen, p. 654-660, aldaar p.654-655. Zie voor een overzicht van de invloed van de Duitse 'natuur-filo-sofie' op Nederlandse geleerden: Snelders, H.A.M. 1984. 'Romantiek ennatuurwetenschappers in Nederland (1800-1850)'. In De Negentiende Eeuw8, 1984. p. 72-90.

16. Bloemroder, W.H. 1813. 'Verhandeling over de Narcotische Geneesmid-delen'. In Jaarboeken der genees-, heel- en natuurkunde. 2e deel. p. 49-99,aldaar p. 51. Van Ghert schreef aan Hegel over de Nederlanders dat: "...man selber das geringste Bediirfniss der Philosophie bei ihnen nicht fm-det" en "... Bass die Hollander echte Feinde der Wahrheit sind". (Hegel,G.W.F. 1952. Briefe von and an Hegel. Herausgegeben von J. Hoffineister,Hamburg. Band I. p. 291 en 316-317.

17. Snelders 1984. p. 81-87: noemt onder de medici onder andere: E.J.Thomassen a Thuessink, C.G. Ontijd, A. van Stipriaan Luiscius, J.E.Doornik en CA.L. Sander.

18. Nieuwenhuys, C.J. 1813. 'lets over het Dierlijk Magnetismus, ...'. In 7Fjd-schrift voor Kunsten en Wetenschappen van het Departement van de Zuider-zee. p. 549-561; Bloemroder 1813. passim; Hufeland, F. 1815. 'Verhan-deling over de sympathie'. In Jaarboeken der Genees-, Heel- en Natuurkun-de. 3e deel, 2e stuk p. 1-85, 3e stuk p. 1-110.

19. Fokke Simonsz, A. 1814. Verhandeling over den onderscheiden aard vanwaken, droomen en slapen, den magnetischen slaap en het dierlijk magnetis-mus ... Amsterdam; Doornik, J.E. 1816. 'Losse gedagten over het zoo-genaamde dierlyk magnetismus'. In Wijsgeerig-natuurkundige Verhande-lingen. Arnhem. Boekbesprekingen door anonieme auteur van o.a.: Ghert,P.G. van 1814. Recensent ook der recensenten. (1815) Rec. p. 69-86;Hufeland, F. 1815. Recensent ook der Recensenten. (1815) Rec. p. 551-562.

20. Numan, A. 1815. Verhandeling over het dierlijk magnetismus, als den grond-slag ter verklaring der physische levensbetrekkingen of sympathie tusschen dedierlijke lichamen, enz. Groningen.

21. Bilderdijk, W. 1833. Over het dierlijk magnetismus'. In I. da Costa (red.),Opstellen van godgeleerden en zedenkundigen inhoud, nagelaten door mr.Willem Bilderdijk Amsterdam. Deel I. p. 103-118. Met dank aan Prof.Dr.C. de Deugd.

22. Rothschuh 1973. p. 157-159; Leibbrand 1956. p. 100-109; Hufeland 1815. p.1-6; Doornik 1816. p. 6-7.

72

Page 23: Sympathie en Somnambulisme Het dierlijk magnetisme ten ... · Somnambulisme Het is zelfs min of meer de vraag of het dierlijk magnetisme de Franse revolutie zou hebben overleefd wanneer

23. Hufeland 1815. p. 6-12, 38-41, 54-55 en 71.

24. Hufeland 1815. p. 46 en 56-60; Doornik 1816. p. 15-16; Bloemroder 1813.p. 68-69 en 90-93; Fokke Simonsz 1814. p. 21-22 en 42-44.

25. Hufeland 1815. p.12-13 en 61-83.

26. Hufeland 1815. p. 25-40; Doornik 1816. p. 16-19.

27. Hufeland 1815. p. 27-32; Fokke Simonsz 1814. p. 45; Numan 1815. p. 6-8,11-19, 25-30 en 43-48; Bilderdijk 1833. p. 104-109.

28. Hufeland 1815. p. 11-12, 21-22 en 83-84; Doornik 1816. p. 20-21;Nieuwenhuys 1813. p. 550-551.

29. Hufeland 1815. p. 7-9 en 13-16; Fokke Simonsz 1814. p. 27-28; Doornik1816. p. 15-16; Bilderdijk 1833. p. 113.

30. Hufeland 1815 p. 3-5 en 14-22; Bloemroder 1813. p. 93-95; Doornik 1816.p. 17-18 en 20; Van Ghert 1814. XXXIV-XXXVII; Van Ghert aanLejeune 1810. p. 2-3; Nieuwenhuys 1913. p. 554; Bilderdijk 1833. p. 111.

31. Hufeland 1815. p. 25-28; Fokke Simonsz 1814. p. 56-58.

32. Fokke Simonsz 1814. p. 12-13 en 18-19; Bilderdijk 1833. p. 110-111.

33. Ghert Van 1814. V-VI; Doornik 1816. p. 25-26; Nieuwenhuys 1813. p. 553-556; Bloemroder 1813. p. 69.

34. Bilderdijk 1833. p. 114-115; Doornik 1816. p. 22-23.

35. Vergelijk Van Ghert 1814. XL, met brief van Hegel aan Van Ghert: Hegel1952. p. 329. Zie ook Leibbrand 1956. p. 188-190, 263-265 en 271.

36. Fokke Simonsz 1814. p. 60-62.

73