Upload
others
View
8
Download
0
Embed Size (px)
Citation preview
3
In dit document hebben we alle relevante informatie uit de aanvraag voor Cultuureducatie met Kwaliteit in Limburg 2013-2016 samengevoegd. Dit document is bedoeld als informatie-bron en naslagwerk voor stichtingen voor primair onderwijs, culturele instellingen en gemeenten/provincie. Het document bevat een beschrijving van activiteiten, betrokken partijen en hun verantwoordelijkheden. Door de werkwijze, zoals beschreven in dit document, is het vooraf niet te bepalen hoe de concrete invulling is van de activiteiten. Dit is mede afhankelijk van de ambities en wensen van scholen, inzet en mogelijkheden van culturele instellingen. De opgenomen activiteiten van culturele instellingen dienen als voorbeeld van de door hen te bieden kennis en mogelijk-heden. Op basis van de vragen van scholen wordt gekeken hoe de activiteiten worden ingevuld. Bij het tot stand komen van het programma zijn verschillende partijen betrokken. Er zijn per regio verschillende bijeen-komsten georganiseerd waar het onderwijs, culturele veld, gemeenten en provincie hun visie op cultuureducatie konden delen. Op basis van de input van deze organisaties is het plan verder uitgewerkt. Daarnaast is het onderwijs via de werk-maatschappij en adviesraad SIEN direct betrokken bij het plan. Het uiteindelijke plan is (tussentijds) voorgelegd aan de ge-meenten (> 90.000 inwoners) en de provincie, waarna zij hun adhesieverklaring hebben afgegeven. Het plan wordt onder-schreven door de scholen in de provincie en ondersteund door de culturele organisaties.
Samen staan we de komende vier jaren voor een grote uitda-ging; het geven van een kwalittateve boost aan cultuureduca-tie in het PO in Limburg! Wij hebben er zin in!
SIEN en haar team
Voorwoord
4
De provincie Limburg neemt landelijk gezien een uitzon-derlijke positie in als het gaat om cultuureducatie. In deze provincie hebben 21 schoolbesturen voor primair onderwijs de handen ineen geslagen om de regie van cultuureducatie terug te brengen naar waar het thuis hoort: bij het onder-wijs. Het resultaat daarvan is de bestuurlijke krachtenbun-deling binnen CultuurPACT.
In mei 2010 presenteerde CultuurPACT het ‘Masterplan Cultuurpact, van beweging naar verankering en ver-andering’. Kern van het masterplan was de oprichting een dynamische kennisgemeenschap als motor voor de ontwik¬keling van cultuureducatie in het primair onderwijs in de provincie, genaamd SIEN: Scholen In Een Netwerk.
SIEN is een kennisgemeenschap van het primair onderwijs Limburg waar kennis gebundeld wordt en naar behoefte kan worden ingehuurd, uitgewisseld of uitgeleend.
SIEN is een plek waar vele goede en leerzame initiatieven in het onderwijs worden gebundeld en gezamenlijk wordt opgetreden in de samenwerking met cultuur en overheden.
SIEN is leren van en met elkaar; inspiratie, informatie, ex-pertise, ontwikkeling en evaluatie.
SIEN is opgezet als een zoektocht. Een traject met een open einde dat als doel heeft cultuureducatie een vanzelfspre-kende en geïntegreerde plaats te geven in het onderwijs en daarmee in de bagage van iedere leerkracht in Limburg
De eerste drie etappes van deze zoektocht zitten erop. Het initiatief van het onderwijs in Limburg heeft geleid tot een betekenisvolle culturele infrastructuur in de provincie, gesteund door provincie en gemeenten, gecoördineerd vanuit het onderwijs en in de uitvoering in samenwerking met culturele aanbieders en cultuurmakers.
De afgelopen jaren stonden in het teken van een brede ontwikkeling; cultuureducatie op de agenda van besturen, van overheden, netwerken, randvoorwaarden creëren en hiermee een ontwikkeling in gang zetten. De legitima-tievraag van cultuureducatie in het PO hoeft niet meer gesteld te worden. Cultuureducatie is van belang voor een brede ontwikkeling van kinderen en kan bijdragen aan een rijker leerklimaat in het Primair Onderwijs. Een visie die de stichtingen voor primair onderwijs in Limburg delen en de reden waarom cultuureducatie in Limburg al jaren hoog op de agenda staat.
De werking van de kennisgemeenschap staat nog in de kinderschoenen. Maar de randvoorwaarden zijn er: de legitimatie, de beleidsmatige verankering, de financiële en deels organisatorische randvoorwaarden en de wil. In de komende jaren werken onderwijs, cultuur en overheden verder aan de gezamenlijke missie en focussen we ons voornamelijk op de verankering, op de verdieping, op een kwaliteitsverbetering van cultuureducatie. Van een breedte aanpak naar een verdiepingsaanpak.
‘Cultuureducatie met kwaliteit in Limburg’ is een program-ma dat op lokaal niveau in de provincie Limburg scholen en culturele instellingen ondersteunt bij het geven van een kwaliteitsimpuls aan cultuureducatie. Het programma is een voorzetting van de ingeslagen weg en werkwijze van SIEN, waarbij de provinciale kennisgemeenschap voor scholen én het culturele veld behouden blijft en wordt ingezet als voertuig voor Cultuureducatie met kwaliteit in Limburg.Om cultuureducatie te borgen en te verankeren in het cur-riculum van de scholen is nog een hele weg te gaan. Sien wordt verder uitgebouwd tot een kennisgemeenschap van zowel onderwijs als het culturele veld, waarbij leren van en met elkaar als uitgangspunt geldt voor het proces op de werkvloer van scholen, culturele instellingen en lokale gemeenschappen.
5
CultuurPACT is ontstaan uit het platform cultuureducatie PO Limburg dat in 2005 is opgericht vanuit de behoefte aan structureel overleg over cultuureducatie. Uit dit platform zijn diverse gezamenlijke notities voort-gekomen: Aangenaam, Meer Kinderen Meedoen en het meerjarenplan Cultuurpact. Deze notities verwoorden de gezamenlijkevisie van het primair onderwijs in Limburg op het ter-rein van cultuureducatie en de koers die gebaseerd is op eigen regie van het onderwijs. Sinds 2012 hanteren we alleen nog de naam SIEN als voertaal.Voor een lijst van deelnemende stichtingen en scholen zie bijlage.
De vier interventies van de regeling ‘cultuureducatie met kwa-liteit’ zijn daarvoor leidend:1. Ontwikkeling, verdieping en vernieuwing van het curriculum.2. Verbeteren inhoudelijke vakdeskundigheid3. Intensiveren van de relatie tussen scholen, instellingen en hun culturele omgeving4. Bevordering van de culturele ontwikkeling van kinderen.
De basis van het programma Cultuureducatie met kwaliteit in Limburg is gebaseerd op het Masterplan CultuurPACT, het meerjarenbeleidsplan van SIEN (2010-2015), wetenschappelijk onderzoek over kwaliteitsdenken en de opvattingen van Sir Ken Robinson om creativiteit een belangrijkere plaats te geven in ons onderwijssysteem. Creativiteit moet gekoesterd worden op scholen want we hebben in de toekomst creatieve denkers hard nodig. Creativity expert Sir Ken Robinson challenges the way we’re educating our children. He champions a radical rethink of our school systems, to cultivate creativity and acknowledge multi-ple types of intelligence.We nemen voorgoed afscheid van de eeuwigdurende kennis-making en gaan verder op de ingeslagen weg naar een inte-grale aanpak voor cultuureducatie, een heldere en werkbare rolverdeling en een vernieuwende aanpak waarbij de regie voor cultuureducatie bij het onderwijs ligt en de invulling voor cultuureducatie bij het culturele veld.
6
Stichting Cultuurpad is de centrale aanvrager voor de pro-vincie Limburg en de gemeenten Heerlen, Sittard-Geleen en Venlo.
Stichting Cultuurpad is een culturele instelling – statutair gevestigd in Panningen, Noord-Limburg- die haar roots in het onderwijs heeft. De stichting is van oorsprong een initiatief van vijf stichtin-gen voor primair onderwijs in Noord-Limburg, die de-zelfde opvatting over het belang van het bieden van brede ontwikkelingskansen voor kinderen delen en daarom op 1 december 2005 Cultuurpad hebben opgericht. De eerste jaren kreeg de krachtenbundeling vorm in een samenwer-kingsverband. Sinds 22 december 2010 is de organisatie een stichting.
Cultuurpad is, behalve werkzaam als bovenschools lo-ket voor cultuureducatie van 80 basisscholen in Noord-Limburg, sinds 2005 de penvoerder van CultuurPACT en ‘aanvoerder’ van SIEN. Cultuurpad en de 21 aangesloten stichtingen voor primair onderwijs in de hele provincie delen dezelfde visie, daarom heeft SIEN een prominente plek in de organisatie van stich-ting Cultuurpad.
Cultuurpad kent twee werkmaatschappijen: Cultuurpad en SIEN.
De werkmaatschappij SIEN stelt zich ten doel: Het initiëren, stimuleren, organiseren, coördineren, ondersteunen en uitvoeren van activiteiten gericht op de ontwikkeling van cultuureducatie in Limburg waaronder de ontwikkeling van het curriculum, het ontwikkelen van de vakinhoudelijke deskundigheid, het versterken van de sa-menwerking tussen het onderwijs en het culturele veld en
het bevorderen van de culturele ontwikkeling van kinderen.De stichting kent adviesraden. Voor de werkmaatschappij SIEN is een adviesraad Noord-, Midden-, en Zuid ingesteld. De adviesraad levert een bijdrage aan de verwezenlijking van de stichtingsdoelstellingen. De onderwijsstichtingen in Lim-burg zijn aangesloten bij de werkmaatschappij SIEN middels dienstverleningsovereenkomsten.Daarnaast zijn de grote culturele instellingen - Cultuurbedrijf i.o. (Sittard-Geleen) en Kunstencentrum Venlo - ook aangesloten middels samenwerkingsovereenkomsten.
7
scholenOnderwijsstichtingen en scholen in Limburg verbinden zich aan het programma Cultuureducatie met kwaliteit door de inten-ties van het programma te onderschrijven, middelen uit de prestatiebox in te zetten voor activiteiten op schoolniveau (het primaire proces) en de werkvloer tijd en ruimte te geven mee te werken aan de realisatie van doelen en ambities passend bij de school of stichting.
In oktober 2012 hebben de stichtingen behorende bij SIEN de samenwerking opnieuw bezegeld en zich middels een dienst-verleningsovereenkomst aangesloten bij stichting Cultuurpad, werkmaatschappij SIEN. Voor een lijst van de betrokken stichtin-gen en scholen verwijzen we naar de bijlage.Schoolbesturen beschrijven zelf hun ambities in een meerjarig beleidsplan. De sector heeft daarover afspraken gemaakt in de Code goed bestuur voor het primair onderwijs. Zo’n beleidsplan bevat expliciete ambities en concrete doelen voor de kwaliteit van cultuureducatie. Het plan is een beleidsinstrument voor het schoolbestuur; er wordt geen aparte verantwoording over afgelegd. Het bestuur legt jaarlijks verantwoording af over de besteding van het geld uit de prestatiebox volgens de reguliere systematiek van de jaarrekening.
Het bestuur doet in het jaarverslag beknopt verslag over de ma-nier waarop de subsidie heeft bijdragen aan de beoogde doelen. In de accountantsverklaring bij de jaarrekening komt een oor-deel over de rechtmatige besteding van de verstrekte subsidie. Daarnaast zal het ministerie van OC en W steekproefsgewijs een meer inhoudelijke monitoring laten uitvoeren. Het accent van die monitoring zal nadrukkelijk liggen op de kwaliteit van cultuureducatie in relatie tot de kerndoelen. In schooljaar 2012-2013 wordt een nulmeting uitgevoerd.
Culturele instellingenOok van het culturele veld in Limburg wordt verwacht om op
een nieuwe manier te gaan denken over de rol van de cul-turele instellingen in relatie tot de school. Er wordt gewerkt aan het aansluiten van producten en projecten, die ingezet worden in het primair onderwijs, bij de nieuwe werkwijze. Daarnaast wordt ingezet op de ontwikkeling van de rol van coachend producent. Het culturele veld heeft de rol van coachend producent en zet op die manier haar expertise op een waardevolle en passende manier in.
Gedurende het traject van planvorming zijn de culturele instellingen betrokken en hebben zij hun inzet en expertise aangegeven. In de uitvoering wordt actief ingezet op het aansluiten van het aanbod op de vraag. Hierbij worden de culturele instellingen ondersteund door Team SIEN en trainingen.
Gemeenten en provincieVanuit de matchingsregeling zijn alle gemeenten direct of indirect betrokken geweest bij het opstellen van het plan. De gemeenten Venlo, Sittard-Geleen en Heerlen (meer dan 90.000 inwoners) en de provincie Limburg zijn via een directe matching betrokken bij de plannen en hebben ieder een adhesieverklaring getekend. De gemeenten met minder dan 90.000 inwoners zijn via de Provincie betrokken. Met de direct betrokken gemeenten zijn afspraken gemaakt over de besteding van de matchingsgelden en de betrokkenheid van het culturele veld.De gemeenten faciliteren de culturele infrastructuur in hun eigen gemeenten en kunnen via lokaal beleid inkleuring ge-ven aan de activiteiten. De provincie Limburg is initiator van een krachtig programma voor cultuureducatie en heeft een actieve rol gespeeld in het tot stand komen van het plan door het samenbrengen van partners en het monitoren van het proces.
8
De komende 4 jaar wordt de kwaliteit van cultuureduca-tie niet alleen bepaald door de voornemens in dit plan. Het primaire proces van cultuureducatie in het onderwijs wordt gevormd door de activiteiten die worden gefinan-cierd vanuit de Prestatie box en door gemeenten. Scho-len kunnen de middelen uit de prestatie box naar eigen inzicht besteden. Wel zijn scholen verplicht om verslag te doen van hun ambities, doelstellingen en resultaten en de daarvoor ingezette middelen. Gemeenten bieden scholen additionele financiering voor activiteiten die voldoen aan gemeentelijke doelstellingen, zoals versterken van de lokale infrastructuur, bieden van een culturele loopbaan voor burgers, muziekeducatie, naschoolse activiteiten gericht op versterking van de verenigingen, etc. Afspraken over de inzet van deze financiering worden vastgesteld op gemeen-telijk niveau tussen lokale partners; onderwijs, gemeente en culturele instellingen.
Het is belangrijk dat scholen echter allemaal voldoen aan de basisvoorwaarden (scenario 1), vanuit hun eigen primaire proces. Dit proces valt buiten het provinciale programma, aangezien dit vanuit de inzet uit de prestatie box, de lumpsum en gemeentelijke subsidies kan worden gefinancierd.
Het provinciale programma ‘Cultuureducatie met kwaliteit in Limburg’ is een overkoepelend en additioneel program-ma gericht op het secundaire proces van cultuureducatie en is bedoeld als kwaliteitsimpuls gericht op ontwikkeling van cultuureducatie. Het provinciale programma geeft een kwaliteitsimpuls zodat er een sterke ontwikkeling doorge-maakt kan worden. Hiervoor worden verschillende voor-nemens uitgewerkt en toegepast. Niet elke school hoeft of kan meedoen bij elk voornemen. Wel kan elke school leren van de ervaringen die gedeeld worden. Tijdens de periode 2013-2016 werken onderwijs, provin-cie, gemeenten en culturele veld op provinciaal niveau
samen aan het versterken en verbeteren van de kwaliteit van cultuureducatie in Limburg. We nemen voorgoed afscheid van de eeuwig durende kennismaking en gaan verder op de ingeslagen weg naar een integrale aanpak voor cultuuredu-catie, een heldere en werkbare rolverdeling tussen onderwijs en het culturele veld en een vernieuwende aanpak waarbij de regie voor cultuureducatie bij het onderwijs (SIEN) ligt en de invulling voor cultuureducatie bij het culturele veld.
Lokaal beleid versus provinciaal programma
9
10
Uitgaande van het beleid en de voornemens in dit plan is per regio het plan van aanpak verder ontwikkeld en in de komende vier jaar wordt het plan met regionale accenten en lokale inkleuring uitgevoerd. Hiervoor is de provincie inge-deeld in de volgende regio’s- Noord-Limburg- Midden-Limburg - Zuid-Limburg: Westelijke Mijnstreek, Parkstad en Heuvelland
Per regio is aan een selectie van de culturele instellingen gevraagd aan te geven welke voornemens aansluiten bij hun beleid, expertise en werkwijze. Hierdoor kan er een goede match gemaakt worden als scholen hun ambitie hebben be-paald. Het is duidelijk dat er in elke regio genoeg aanbieders zijn die bij willen dragen aan het provinciale plan. Op basis van hun expertise kunnen scholen zien welke organisatie hen kan helpen om hun vraag beantwoord te krijgen. De vraag vanuit de scholen zal uiteindelijk bepalen welke activiteiten worden ontwikkeld.In ieder geval ondersteunen de provinciale Cultuurplaninstel-lingen, begrotingsinstellingen en overige culturele instellin-gen uit de provincie het plan en willen zij - waar mogelijk- bij-drage aan de uitvoering in de gehele provincie: Het Laagland, Toneelgroep Maastricht, Opera Zuid, Stichting Intro, Oda-park, Fashion Clash, Popsport, Poëziefestival, Limburgs Symfonie Orkest, Marres, Project Sally, Bonnefantenmuseum, Limburgs Museum, Continium, Setheater
Regio NoordDe partners in regio Noord zijn: • De gemeenten Beesel, Bergen, Gennep, Horst aan de
Maas, Mook en Middelaar, Peel en Maas, Venlo en Venray
• • Scholen van de onderwijsstichtingen Akkoord!-po, Dy-namiek Scholengroep, Fortior, Kerobei, Invitare, Prisma,
regionale aanpakSPOV, Stichting Katholiek Basisonderwijs Meijel, SKOMeN, Martinusschool en Venlose Montessori School.
• De culturele organisaties Cultuurpad, Kunstencentrum Venlo, Kunstencentrum Jerusalem, ECI-Cultuurfabriek,
• Odapark, Cultuurpunt Venray, Limburgs Museum, Mu-seum van Bommel van Dam, theater de Maaspoort, Dok 6 en Streekmuseum ’t Land van Peel en Maas.
• Overige partners zoals: combinatiefunctionarissen cultuur, erfgoedaanbieders en cultureel ondernemers.
De bovengenoemde onderwijsstichtingen en culturele orga-nisaties zijn actief betrokken bij het tot stand komen van het plan.
Regio MiddenDe partners in regio Midden-Limburg zijn: • De gemeenten Weert, Nederweert, Maasgouw, Leudal,
Roermond, Roerdalen en Echt-Susteren.• Scholen van de onderwijsstichtingen Eduquaat, Stichting
Meerderweert, Stichting Primair Onderwijs Leudal en Thornerkwartier (SPOLT), Stichting Swalm en Roer, In-novo, Kindante en Stichting Katholiek Onderwijs Maasdal, SKOEM en zelfstandige school St. Christoforus en RBOB De Kempen
• De culturele organisatie: RICK, Stichting Catharijn, Biblio-center, ECI Cultuurfabriek en Menswel.
• Overige partners zoals: combinatiefunctionarissen cultuur, erfgoedaanbieders en cultureel ondernemers.
De bovengenoemde onderwijsstichtingen en culturele orga-nisaties zijn actief betrokken bij het tot stand komen van het plan.
11
Regio ZuidParkstadDe partners in regio Parkstad zijn: • De gemeenten Brunssum, Heerlen, Kerkrade, Landgraaf, Nuth,
Onderbanken, Simpelveld en Voerendaal. • Scholen van de onderwijsstichtingen Movare, Innovo en
zelfstandige scholen: Vrije School, El Wahda, Buitenhof en de Gereformeerde Basisschool Benjamin.
• De culturele organisaties Historisch Goud, Parkstad Limburg Theaters, Schunck*, Vazom, Kunst en Cultuurhuis De Klim-boom, Parkstad Bibliotheken Limburg en SMK.
• Overige partners zoals: combinatiefunctionarissen cultuur, erfgoedaanbieders en cultureel ondernemers.
Westelijke MijnstreekDe partners in regio Westelijke Mijnstreek zijn: • De gemeenten Beek, Schinnen, Stein en mogelijk Sittard-
Geleen• Scholen van de onderwijsstichtingen Kindante, Triade, Movare
en Innovo• De culturele organisaties Stadsschouwburg, Platform de Mij-
nen, Het Domein, Laagland Theater, BiblioNova, Euregionaal Historisch Centrum en Artamuse/Cultuurbedrijf i.o
• Overige partners zoals: combinatiefunctionarissen cultuur, erfgoedaanbieders en cultureel ondernemers.
HeuvellandDe partners in regio Heuvelland zijn: • De gemeenten Eijsden-Margraten, Gulpen-Wittem, Meerssen,
Vaals en Valkenburg aan de Geul• Scholen van de onderwijsstichtingen SKO Mergelland, Innovo,
Movare en jongLeren.• De culturele organisaties zijn de streekmusea in de regio, NME
Atelier/Moerveld, Kumulus/Kaleidoscoop • Overige partners zoals: combinatiefunctionarissen cultuur,
andere erfgoedaanbieders en cultureel ondernemers.
De bovengenoemde onderwijsstichtingen en culturele organisaties zijn actief betrokken bij het tot stand komen van het plan.
12
Het onderwijs is zich bewust van het belang van cultuur-educatie en de plek van cultuureducatie in het curriculum. Het culturele veld deelt deze mening. Maar: hoe realiseer je integratie van cultuureducatie in het curriculum? Hoe creëer je een kwaliteitsimpuls die bijdraagt aan een opti-male culturele ontwikkeling voor kinderen en duurzame cultureel partnerschap tussen onderwijs en cultuur?
Doordat het cultuur educatieve ambitieniveau op scholen erg uiteenloopt, is er op dit moment onvoldoende sprake van een goede voedingsbodem voor de ontwikkeling van doorgaande leerlijnen die verankerd zijn in het algemene curriculum. Scholen zijn overwegend gericht op het aan-wezige aanbod vanuit het culturele veld en werken daarom nauwelijks planmatig op gebied van cultuureducatie. Scholen vinden het lastig om vragen aan het culturele veld zo te stellen dat de antwoorden bijdragen aan het tot stand komen van een doorgaande leerlijn die verankerd is in het curriculum van de school. Gevolg is dat het cultuur educatieve aanbod versnipperd in de school aangeboden wordt en in te geringe mate bij-draagt aan de brede ontwikkeling van kinderen.
Het culturele veld gedraagt zich in deze hele context vooral als aanbieder. De dialoog met het onderwijsveld gaat niet of nauwelijks over het samen ontwikkelen van cultuur educatief aanbod. De verschillende activiteiten die binnen deze aanvraag aan-gedragen worden zijn bedoeld om de verbinding te leggen tussen alle relevante partijen die van waarde kunnen zijn bij de brede culturele vorming van kinderen. Door het onderwijs en het culturele veld samen te brengen in verschillende lokale en regionale verbanden (team SIEN, de lokale allianties), zowel op het uitvoerende niveau als
op het niveau van de experts, ontstaat in samenwerking (co-creatie) een fijnmazig beeld over de huidige situatie (de nulmeting) en het ambitieniveau van zowel scholen als culturele instellingen.
Op basis van deze inzichten worden binnen diezelfde ver-banden doorgaande leerlijnen en bewezen succesvolle werkwijzen ontwikkeld. Via de portal www.bijsien.nl worden deze breed gedeeld. Door de muur te slechten tussen onderwijs en culturele veld én door het leren van en met elkaar tot een van de pijlers van de ontwikkelingen te maken, krijgt de ontwikke-ling van de professionaliteit van zowel het onderwijs als het culturele veld een positieve impuls.
Naast de verbanden waarin mensen elkaar ontmoeten en van elkaar leren (kijk in de keuken, de kwaliteitskringen), zet SIEN gerichte nascholing op voor zowel mensen uit het onderwijs als uit het culturele veld. Hier staat de verbinding tussen cultureel aanbod en het curriculum, vertaald in een doorgaande lijn voortdurend centraal.
Om zicht te krijgen op de opbrengsten van het cultuur edu-catieve handelen op scholen ontwikkelt SIEN een kwaliteits-kader, dat getest wordt op de academische basisscholen in Limburg. Dit kader zal in de toekomst de opbrengsten op zowel kwalitatief als kwantitatief vlak inzichtelijk maken. Door alle hierboven beschreven acties hoopt SIEN een duurzame creatieve en op opbrengsten bij kinderen ge-richte relatie tussen onderwijs en culturele veld te bewerk-stelligen.In het schema op de volgende pagina zijn de activiteiten en hun verband in beeld gebracht.
13
14
432
Kijk in de keuken
Scholingsaanbod
SIEN-training
- Kijk in de keuken- Kwaliteitskringen- SIEN-training- SIEN-platform- Scholingsaanbod
Kwaliteitskring
Lokale allianties
- Co-creatie- Lokale alliantiesCo-creatie
Kwaliteitskring
Kwaliteitskader
- Kwaliteitskader- Kwaliteitszorgsysteem met volg- en beoordelings- instrumentarium
Kwaliteitskring
- Scenario’s- 0-meting- SIEN-lab- TEAM SIEN- Expertteams
Onderzoek naar competenties
TEAM
SIEEN
Kwaliteitskringambitie bepalen
2015-2016 2013-2016
1- Scenario’s- 0-meting- SIEN-lab- TEAM SIEN- Expertteams
SIEN-LabOntwikkelen doorgaande lijnen
Onderwijs & Cultuu
r
15
432
Kijk in de keuken
Scholingsaanbod
SIEN-training
- Kijk in de keuken- Kwaliteitskringen- SIEN-training- SIEN-platform- Scholingsaanbod
Kwaliteitskring
Lokale allianties
- Co-creatie- Lokale alliantiesCo-creatie
Kwaliteitskring
Kwaliteitskader
- Kwaliteitskader- Kwaliteitszorgsysteem met volg- en beoordelings- instrumentarium
Kwaliteitskring
- Scenario’s- 0-meting- SIEN-lab- TEAM SIEN- Expertteams
Onderzoek naar competenties
TEAM
SIEEN
Kwaliteitskringambitie bepalen
2015-2016 2013-2016
1- Scenario’s- 0-meting- SIEN-lab- TEAM SIEN- Expertteams
SIEN-LabOntwikkelen doorgaande lijnen
Onderwijs & Cultuu
r
16
MISSIE• Elk kind in Limburg een stevige en brede culturele ontwikkeling meegeven• Kwaliteitsimpuls voor cultuureducatie
VISIECultuureducatie is een belangrijk onderdeel van de integrale ont-wikkeling van kinderen en heeft een plek in het onderwijs verwor-ven vanwege het effect op de persoonlijke vorming van kinderen. Maar ook vanwege de stimulans van vaardigheden die in deze tijd onmisbaar zijn: communicatie, samenwerken, kritisch denken, verbeeldingskracht en creativiteit. De toekomst vraagt immers om creatieve, innovatieve en ondernemende mensen. Op het niveau van kinderen, maar ook op dat van leerkrachten. Cultuureducatie draagt bij aan de ontwikkeling van creativiteit, aan de persoonlijke ontwikkeling van een kind. Creativiteit is een instrument dat kinderen helpt de wereld te begrijpen en zich te verhouden tot de eigen tijd. Via cultuureducatie leren kinderen over elkaar, zichzelf en de wereld. Creativiteit vertegenwoordigt een veelzijdigheid en complexiteit die eigen is aan het huidige leven en kan ons helpen een balans te vinden tussen individuele vrijheid en verantwoordelijk functioneren binnen een gemeen-schap. Creativiteit hoort om die reden een belangrijke plaats in het onderwijs in te nemen. Vanuit bovenstaande visie is cultuureducatie geen schoolvak, maar een middel om andere doelen te bereiken, een vorm van leren. Cultuureducatie dient op die manier een plek in het on-derwijs te krijgen. Dit betekent dat het cultuureducatieve aanbod moet passen binnen het curriculum van een school, aansluit bij het schoolbeleid en de inhoud van het onderwijs c.q. de lessen. Het verbeteren van de kwaliteit van cultuureducatie is een gezamenlijke verantwoordelijkheid van onderwijs, gemeenten, provincie en culturele veld. Het verbeteren van de kwaliteit van cultuureducatie is een gezamenlijke verantwoordelijkheid van onderwijs, gemeenten, provincie en culturele veld. Om de kern-doelen voor cultuureducatie te behalen is naast de verankering in
missie en visiehet curriculum van de scholen, ook de doorgaande lijn van belang. Cultuureducatie raakt zo verbonden met de kern van het onderwijs en verliest haar vrijblijvende karakter. Door-dat cultuureducatie doel gerichter wordt, neemt de erva-ren noodzaak voor bekwaam leerkracht handelen toe. Het culturele veld kan in de rol van coach veelvoor het onderwijs betekenen. Vanuit de ontwikkelingen rondom cultuuredu-catie met kwaliteit, zal het culturele veld daarnaast hulp en ondersteuning krijgen bij de omslag van aanbod naar vraag-gericht werken. Het onderwijs zal een inhaalslag moeten maken waar het gaat om de doelgerichte professionalise-ring. Ook de inhoud van het professionaliseringsaanbod zal derhalve ontwikkelen in de lijn van cultuureducatie met kwaliteit.
Kwaliteit, een begripInzetten op ‘Cultuureducatie met kwaliteit’ vraagt om een toelichting op het begrip kwaliteit. Kwaliteit van cultuureducatie in het primair onderwijs is een kwestie van onderwijskwaliteit. De bijdrage van culturele instellingen moet duurzaam toegevoegde waarde hebben voor de kwaliteit van het onderwijs, onder verantwoordelijk-heid van de school.Borging van kwaliteit van kunstzinnige oriëntatie in het onderwijs houdt in dat bij het denken over die kwaliteit uitgegaan wordt van de situatie op school en in de klas en dat het stimuleringsprogramma daar een blijvende invloed op heeft.
Kwaliteit is:• daar waar kinderen betrokken raken en gaan ‘leren’ • daar waar passie wordt overgedragen en kinderen geïn-
spireerd raken • daar waar cultuureducatie als middel wordt ingezet om
17
het onderwijs te verrijken en kinderen beter te leren ‘leren’ • daar waar cultuureducatie een integraal onderdeel is van
het curriculum van de school • daar waar kinderen in een doorgaande lijn optimale ontwik-
kelingskansen worden geboden om zich te ontwikkelen tot creatieve, innovatieve en ondernemende volwassenen
• daar waar kinderen ‘leren’ zichzelf creatief en expressief te kunnen uiten en anderen daarbij te ondersteunen
KERNDOELENHet leergebied kunstzinnige oriëntatie is één van de zeven leergebieden waarin basisscholen volgens de Wet op het primair onderwijs (Wpo) onderwijs dienen te verzorgen en waarvoor in de wet drie kerndoelen zijn vastgelegd:
54 De leerlingen leren beelden, muziek, taal, spel en be-weging te gebruiken, om er gevoelens en ervaringen mee uit te drukken en om er mee te communiceren. 55 De leerlingen leren op eigen werk en dat van anderen te reflecteren. 56 De leerlingen verwerven enige kennis over en krijgen waardering voor aspecten van cultureel erfgoed.
De kerndoelen zijn in principe van toepassing op alle kunstdisciplines, inclusief literatuur en audiovisuele of mediakunst en op cultureel erfgoed. Dat dekt de brede omschrijving van cultuureducatie die sinds de start van het beleidsprogramma Cultuur en School in 1997 gebruike-lijk is (bron: Cultuur & educatie infobulletin, jaargang 12, nr.33)
18
Uitgangspunt van het programma ‘Cultuureducatie met kwaliteit in Limburg’ is de visie van SIEN, zoals hierboven beschreven. Een visie die gedeeld wordt door het culturele veld in onze provincie. Om cultuureducatie een integraal onderdeel te maken van het curriculum van de school, moet de school eigenaar zijn van de ontwikkeling, gebruikmakend van de expertise van het culturele veld. Hiervoor is een doorlopende leer- of ontwikkelingslijn nood-zakelijk, waarbij scholen vanuit een vraaggericht aanpak samen-werken (co- creatie) en/of gebruik maken van de expertise van de culturele sector. Om dit te realiseren is het noodzakelijk dat beide partijen, de culturele organisaties en het onderwijs, beter op de hoogte zijn van elkaars manier van werken en de mogelijkheden die er zijn. Pas als de organisaties elkaar begrijpen, kan er geko-men worden tot een duidelijke vraagstelling en vraagbeantwoor-ding. Met dit plan willen we geen bureaucratische organisatie opzetten, maar een dynamische, vraaggerichte instelling vanuit de werkvloeren bewerkstelligen. SIEN is van iedereen. Het vertrek-punt is het curriculum van de scholen en de kerndoelen. Door de regie voor cultuureducatie met kwaliteit bij het onderwijs te leggen, leggen we de verantwoordelijkheid terug waar die hoort; in het onderwijs. Scholen en culturele veld bepalen hun eigen am-bitie binnen het programma ‘Cultuureducatie met kwaliteit’. Op basis van de geformuleerde ambities worden scholen en culturele veld gematcht en wordt een ontwikkeling in gang gezet; op weg naar duurzaam cultureel partnerschap.
DoelgroepDe doelgroep bestaat uit het onderwijs en het culturele veld. Doelgroepen in het onderwijs zijn: kinderen, leerkrachten, direc-ties en studenten (pabo en vakopleidingen). Doelgroepen in het culturele veld zijn culturele instellingen, centra voor de kunsten, erfgoedinstellingen en de medewerkers en directies van deze instellingen, vakdocenten en experts, cultureel ondernemers en culturele verenigingen.
Begrippenlijst‘Onderwijs’: staat voor het primair onderwijs in Limburg. Basis-scholen in Limburg zijn aangesloten bij schoolbesturen. Wanneer
er in dit stuk gesproken wordt over ‘het onderwijs’, kan dat gaan om een hele school, een cultuurcontactpersoon op school of een groepsleerkracht. ‘SIEN’: staat voor ‘Scholen in een Netwerk’. Genoemde schoolbesturen zijn verenigd in SIEN. SIEN heeft het plan ‘Cultuureducatie met kwaliteit in Limburg’ geschreven. SIEN wilt hiermee een kwaliteitsslag maken in cultuureducatie in het primair onderwijs. Belangrijkste punt: cultuur heeft een betekenisvolle plek in het onderwijs.‘Team SIEN’ : staat voor een ondersteuningsteam dat door SIEN in het leven wordt geroepen om scholen en culturele instellingen te ondersteunen bij het uitvoeren van het plan ‘Cultuureducatie met kwaliteit in Limburg’. Team SIEN gaat opereren in Zuid, Midden en Noord-Limburg. ‘Culturele coach’: staat voor alle culturele instellingen in Limburg, van vrijwilliger tot museum, van amateur tot ken-nisinstituut. De nieuwe rol die de culturele instelling in het plan ‘Cultuureducatie met kwaliteit in Limburg’ gaat spelen, is die van een culturele coach en producent. De culturele instelling coacht kinderen namelijk in hun culturele ontwik-keling. In dit licht wordt de culturele instelling gezien als aanvulling op het onderwijs dat kinderen op school krijgen. De culturele instelling is een educator en heeft als taak de kinderen wegwijs te maken in de wereld van de kunsten, muziek, websites, toneel, historie, literatuur, blogs en maat-schappelijke thema’s.
19
20
voornem
ens
Het programma Cultuureducatie met Kwaliteit in Limburg bevat de volgende voornemens en activi-teiten: 1.Ontwikkeling, verdieping en vernieuwing van het curriculum: door realiseren van een SIEN-lab voor doorgaande lijnen en instellen van team SIEN
2. Vakinhoudelijke deskundigheid: leren van en met elkaar door Kijk in de keuken, het inrichten van kwaliteitskringen, het ontwikkelen van een SIEN-cursus voor ICC-ers nieuwe stijl en culturele veld, versterken van het SIEN-platform en het ontwikkelen van een scholingsaan-bod in samenwerking met Pabo’ s en kunstvakopleidingen
3. Relatie scholen en omgeving : versterken samenwerking door het introduceren van co-creatie van onderwijs en culturele veld en inrichten van lokale allianties in de regio
4. Bevordering van de culturele ontwikkeling van kinderen : ontwikkelen van een kwaliteitskader en kwaliteitssysteem voor cultuureducatie en inrichten van een kinderparlementPer voornemen zijn tussen- en einddoelen geformuleerd.
In dit hoofdstuk is elk voornemen verder uitgewerkt. Hierbij zijn de (tussen) doelstellingen opge-nomen en wordt aangegeven hoe de activiteiten bijdragen aan het realiseren van het programma. Tevens wordt aangegeven welke doelgroepen bij het desbetreffende voornemen betrokken zijn. Ook de verankering van het voornemen in het primair onderwijs wordt toegelicht.
In dit hoofdstuk is per voornemen algemene informatie en doelstellingen opgenomen en wordt toegelicht hoe de activiteiten bijdragen aan het programma. Voor elk voornemen zijn de tus-sendoelstellingen (na 2 jaar) en de einddoelstellingen opgenomen. De activiteiten worden in dit hoofdstuk verder uitgewerkt. Bij de uitvoering hebben culturele instellingen aan kunnen geven op welke wijze zij bij de uitvoering betrokken kunnen worden.
21
Algemene activiteiten informatieDe activiteiten binnen dit voornemen hebben als doel cultuur-educatie een vanzelfsprekende, geïntegreerde plek te geven in het onderwijs. Enerzijds om zo bij te dragen aan de brede ont-wikkeling van kinderen, maar anderzijds ook om bij te dragen aan een rijker leerklimaat. SIEN is hierbij het voertuig voor de werkvloer, waar leren van en met elkaar centraal staat. Vanuit de behoefte van scholen en met respect voor de verschillen tussen scholen, wordt gewerkt aan het realiseren van deze am-bitie. Binnen dit voornemen gaan we van een brede (uniforme) aanpak naar een (gedifferentieerde) verdiepingsaanpak. Doelstellingen en bijdrage aan het programmaAan het einde van de projectperiode zijn leerlijnen cultuuredu-catie ontwikkeld die versterkend werken op het leerproces van leerlingen, aansluiten bij de ambitie en onderwijspraktijk op scholen en die (onder regie van het onderwijs)gebruik maken van expertise van het culturele veld.De borging van de leerlijnen, die minimaal aansluiten bij de kerndoelen en het referentiekader cultuureducatie, loopt via de inbedding in het curriculum. De leerlijnen haken breed aan bij de verschillende disciplines Aan het einde van het eerste projectjaar kennen alle scholen hun ambitieniveau en hebben ook de culturele aanbieders helder waar zij, op basis van de 4 scenario’s ondersteuning kunnen bieden.
Activiteiten: • Instellen TEAM SIEN• Ambitiebepaling scholen en culturele instellingen (nulmeting)• SIEN-lab voor doorgaande lijnen
Tussendoelen:Aan het einde van het tweede jaar: weten alle scholen en culturele instellingen in Limburg hun ambitieniveau voor de periode 2013-2014. Na twee jaar is er een mogelijkheid deze ambitie bij te stellen. • Eind 2013 is het duidelijk welke expertise het culturele
veld kan bieden, ingedeeld naar scenario’s.
• is een kader ontwikkeld voor cultuureducatie, waarbij een verdeling is gemaakt tussen 4 scenario’s gebaseerd op ambitieniveaus.
• zijn de randvoorwaarden voor scenario 1 en 2 bepaald• hebben in Noord-Limburg max. 16 experimenten rondom
doorgaande lijnen plaatsgevonden in het SIEN-lab• hebben in Midden-Limburg max. 12 experimenten rond-
om doorgaande lijnen plaatsgevonden in het SIEN-lab• hebben in Zuid-Limburg 21 max. experimenten rondom
doorgaande lijnen plaatsgevonden in het SIEN-lab• Eind 2014 zijn er voor de scenario’s 3 en 4 een aantal
bruikbare doorgaande lijnen ontwikkeld die aansluiten bij de onderwijsvorm en ambities van scholen.
• Eind 2014 is duidelijk welke competenties voor leer-krachten en educatief medewerkers leidend zijn voor de uitwerking in voornemen 2.
Einddoelen: Aan het einde van het vierde jaar:• hebben in Noord-Limburg in totaal 34 ‘koppels’ gebruikt
gemaakt van het SIEN-lab • hebben in Midden-Limburg in totaal 26 ‘koppels’ ge-
bruikt gemaakt van het SIEN-lab • hebben in Zuid-Limburg in totaal 43 ‘koppels’ gebruikt
gemaakt van het SIEN-lab eind 2016 zijn er voor alle scenario’s diverse leerlijnen ontwikkeld die aansluiten bij de onderwijsvormen en ambities van scholen.
• gedurende de periode heeft er ondersteuning, monito-ring en evaluatie plaatsgevonden door Team SIEN.
Voornemen 1 Ontwikkeling, vernieuwing en verdieping van het curriculum
22
Doelgroep informatieHet eerste voornemen richt zich op scholen in het algemeen en ICC’ers en leerkrachten in het bijzonder. Daarnaast richten we ons op culturele aanbieders die de slag willen maken van aanbieder naar coachend producent.
Verankering activiteiten in Primair OnderwijsDe activiteiten binnen de eerste ambitie zijn sterk gericht op een inbedding van cultuureducatief onderwijs in het curricu-lum van de school. Cultuureducatie wordt gepositioneerd als een werktuig om dieper liggende doelen te bereiken op het gebied van de brede ontwikkeling van kinderen. Door deze inbedding is borging een vanzelfsprekendheid. De te ontwik-kelen doorgaande lijnen sluiten immers aan bij de andere vak en vormingsgebieden binnen de school en dragen bij aan de successen die de school daar behaalt.
Activiteiten
0-meting en ambitiebepaling scholen en culturele
instellingen
Het bepalen van de ambitie en expertise zowel binnen scholen als culturele instellingen is nodig om passende acti-viteiten uit te voeren en goed samen te kunnen werken. De centrale vraag is “wat kan en wil de school en/of organisatie en hoe kan daarbij ondersteund worden?”Scholen gaan verschillend om met cultuureducatie, de één werkt kerndoelen gericht, de ander wil vakoverstijgend wer-ken. Scholen verschillen in de aanpak die ze kiezen, de accen-ten die ze leggen, de mate van verdieping die ze nastreven, het onderwijs dat ze geven en in ambitieniveau. De verschil-lende typen scholen gaan elk op een eigen manier met de ontwikkeling van cultuureducatie aan de slag. Sommige zul-len insteken op een brede kennismaking met alle disciplines en domeinen. Andere scholen zullen met een andere aanpak meer de diepte in gaan. Om meer duidelijkheid te scheppen hanteren we de volgen-de inhoudelijke scenario’s: 1 De school voldoet aan de basis 2. De school gaat pragmatisch om met cultuureducatie en
maakt vooral gebruik van aanbod dat zich aandient vanuit de omgeving om de kerndoelen te behalen 3. De school werkt vanuit een visie gericht samen met an-dere partijen om een cultuureducatief programma op maat te realiseren 4. De school is een integraal onderdeel van een ‘culturele leergemeenschap’ waar het onderwijs in samenwerking met anderen wordt ontwikkeld
Bovenstaande scenario’s zijn tussen december 2012 en februari 2013 nader uitgewerkt als eerste activiteit van de kwaliteitskring binnen SIEN. Per school wordt gekeken waar de ambitie ligt. In januari-februari 2013 wordt per school een 0-meting uitgevoerd, zodat kan worden bepaald in welk scenario de school nu thuis hoort. Daarna bepalen de scholen waar ze over 4 jaar willen zijn. Afhankelijk van deze keuze worden activiteiten ingezet om dit te ondersteunen. In maart en april 2013 start een nulmeting onder alle deel-nemende scholen om de ambities van de scholen zichtbaar te maken. De scholen in scenario 3 en 4 worden betiteld als ‘de voorlopers’. Deze scholen gaan samen met de culturele instellingen aan de slag in binnen de vier voornemens. De overige scholen profiteren in een later stadium van de ont-wikkelingen uit het programma.
Culturele instellingen:De ervaring en expertise van culturele instellingen op het gebied van cultuureducatie is niet gelijk. Er zijn culturele instellingen die al hebben samengewerkt met scholen en die op de hoogte zijn van leerlijnen en kerndoelen. Andere instellingen creëren een aanbod vanuit hun eigen expertise, waarbij aansluiting op het onderwijsprogramma niet cen-traal staat. Op basis van ervaring, expertise en ambitie wordt inzichtelijk gemaakt op welke wijze de culturele instellingen omgaan met cultuureducatie. Hiervoor worden de volgende inhoudelijke scenario’s gehan-teerd:1. De culturele instelling sluit aan op de basisvoorwaarden van scholen.
23
2. De culturele instelling gaat pragmatisch om met cultuuredu-catie en ontwikkelt vooral aanbod vanuit het eigen product, sluit hierbij aan bij de kerndoelen van het onderwijs 3. De culturele instelling werkt vanuit een visie gericht samen met andere partijen om een cultuur educatief programma op maat te realiseren 4. De culturele instelling is een integraal onderdeel van een ‘culturele leergemeenschap’ waar samen met de scholen het onderwijs wordt ontwikkeld Voor culturele instellingen die onderdeel willen zijn van dit pro-gramma, wordt in 2013 een scenariobepaling uitgevoerd. Dit gebeurt op basis van voorgaande projecten en samenwerkin-gen, expertise en een ontwikkelingsambitie. Bij de voornemens wordt per activiteit gekeken welke aansluiting gemaakt kan worden tussen scholen, culturele instellingen en de doelstel-lingen.
Taak Team SIENNadat de kwaliteitskring de scenario’s heeft uitgewerkt, wordt er op alle scholen en betrokken culturele instellingen een 0-meting gedaan. Dit gebeurt door Team SIEN in samenwerking met de scholen. Op basis van de 0-meting bepalen de scholen hun ambitiescenario. Team SIEN ondersteunt de scholen en culturele instellingen bij dit proces, indien gewenst. Op basis van de scenariobepaling krijgt Team SIEN een volledig beeld van de stand van zaken van cultuureducatie op scholen en de expertise van de culturele instellingen. Op basis hiervan kan Team SIEN koppelingen maken tussen scholen en instel-lingen en kunnen voorstellen voor activiteiten worden ge-daan. Team SIEN kijkt hierbij naar de mogelijkheden voor alle organisaties om een ontwikkeling op gebied van kwaliteit door te maken. Het doel van het indelen in scenario’s is het maken van een goede match bij activiteiten. Het is dus van belang dat de orga-nisaties zelf goed kijken in welk scenario zij vallen. De eindver-antwoordelijkheid voor het invullen van gegevens en opstellen van ambities ligt hierdoor bij de organisaties. De taak van Team SIEN is hierbij het bieden van ondersteuning. Meer informatie over de nulmeting is terug te vinden in hoofd-stuk 6 Monitoring en evaluatie, stap 3 .
24
SIEN-LAB voor doorgaande leerlijnen
Om scholen te ondersteunen bij het concreet invulling geven aan de kerndoelen, referentiekaders en het implementeren van cultuureducatie in het curriculum richten we in 2013 een SIEN-lab in. Het SIEN-LAB is een ruimte voor experimenten, voor het ontwikkelen van diverse doorgaande lijnen die aansluiten bij de vier scenario’s van de scholen. Voor scenario 1 sluiten we aan bij de referentiekaders die landelijk ontwikkeld worden. Hierbij wordt gekeken welke randvoorwaarden nodig zijn om ook deze scenario’s goed te laten functioneren. Deze taak ligt bij team-SIEN en de kwali-teitskringen. Het SIEN-lab richt zich in de eerste twee jaren voornamelijk op de scholen die naar een scenario 3 of 4 willen doorgroei-en. In jaar 3 en 4 wordt de focus verbreed naar scenario 1 en 2 scholen. De leerlijnen zijn niet discipline gericht, maar kindgericht en houden rekening met de verschillende intelligenties, het type school en het curriculum. Met de leerlijnen willen we kinde-ren (niet methodegericht) kennis laten maken en prikkelen om zo de ontwikkeling van creativiteit te vormen. De leerlijn begeleidt kinderen van een beginniveau naar een gewenst resultaat, passend bij de kerndoelen en het ambitieniveau van de school. Aan het eind van de periode zijn diverse doorgaande lijnen ontwikkeld, gedifferentieerd naar de 4 scenario’s.
Hoe werkt het SIEN-lab? In het SIEN-lab worden de resultaten uit de twee pilots die in 2011-2012 zijn uitgevoerd rondom doorgaande lijnen verder onderzoeken, uitwerken en uitbreiden. Uit de inventarisa-tie in de regio’s blijkt dat er meerdere experimenten met doorgaande lijnen in onze provincie hebben plaatsgevonden. Deze experimenten kunnen verder worden uitgewerkt in het SIEN-lab. In het SIEN-lab wordt deze veelheid aan experi-menten en pilots in een samenhangend geheel vertaald. In elke regio kunnen een aantal scholen en culturele instel-lingen zich aanmelden voor het SIEN-lab.
Deze voorlopers starten het onderzoek naar de ideale werkwijze en aanpak en delen hun ervaringen met de rest van de provincie. Het SIEN-lab word begeleidt door Team SIEN, onderwijsdeskundigen, culturele deskundigen en onderzoekers. In het SIEN-lab wordt -behalve het ontwikke-len van doorgaande lijnen- onderzocht welke competenties leerkrachten en medewerkers van culturele instellingen nodig hebben om het leergebied kunstzinnige oriëntatie te verbeteren. De uitwerking van dit onderzoek gebeurt in voornemen 2. Basisscholen die voorloper zijn op het gebied van cultuureducatie onderzoeken samen met onderzoekers van hogescholen en universiteiten in de praktijk hoe het scholingsaanbod er uit moet gaan zien.
doorgaande leerlijn:Het centrale concept van de activiteiten die in het kader van deze regeling gesubsidieerd worden vormt de doorgaande leerlijn. Een heldere visie en uitwerking van de kerndoelen is nodig voor het opstellen van een doorgaande leerlijn. Goed opgeleide docenten en (educatief) medewerkers met voldoende uren en middelen zijn nodig voor de uitvoering van een doorgaande leerlijn.Uit verschillende onderzoeken (Bamford, Monsma, Oberon) blijkt dat de doorgaande leerlijn een belangrijke voorwaarde is voor goede cultuureducatie. Een doorgaande leerlijn heeft betrekking op:de uitwerking per leerjaar van wat een kind moet kennen en kunnen aan het eind van de schoolperiode; - de plaats van cultuur in andere dan de cultuurvakken; - aansluiting tussen primair en voortgezet onderwijs; - aansluiting tussen binnenschools en buitenschools.
25
26
Waarom en hoe SIEN?
Cultuureducatie in Limburg ontwikkelt zich sinds de oprichting van SIEN richting een proces waarin het onderwijs- en culturele veld in co-creatie aan de culturele ontwikkeling van kinde-renwerken. Filosofie: culturele ontwikkeling is een onderdeel van de brede ontwikkeling van kinderen. De experts in het onderwijsveld zijn toegerust om ontwikkelings- en pedagogische keuzes te maken over wanneer welke vormen van cultuureducatie aan bod komen. De vervol-gens in te schakelen experts in het culturele veld dienen als verlengstuk van de leeromgeving van kinderen.
Sinds 2011 is ‘SIEN’ voertuig voor de concretisering van deze filosofie, onder andere door mid-del van het pilot project ‘Plek van Mij’ (2012). Plek van Mij vormde een praktisch onderzoek naar een in te stellen doorlopende leerlijn voor omgevingsonderwijs/erfgoededucatie waarbij het onderwijsveld en culturele (erfgoed)veld samenwerkten in co-creatie en lokale allianties.
Binnen Plek van Mij gebeurde het volgende: – Kinderen (doelgroep) en leerkrachten (onderwijs) werden door een theater voorstelling (cul-tuur) geprikkeld. De centrale boodschap was weten waar je woont is weten wie je bent.
– Leerkrachten (onderwijs) brainstormden naar aanleiding van het stuk (cultuur) met de kinde-ren (doelgroep) over historische thema’s in de buurt (erfgoed)
– Samen met de leerkracht kwamen de kinderen met een onderzoeksvoorstel: een thema uit de omgevingsgeschiedenis (erfgoed) en een spannende werkvorm (cultuur).
– Onder begeleiding van een coördinator werden relevante partners op inhoud (erfgoed) en vorm (cultuur) betrokken om de kinderen (doelgroep) bij dit onderzoek te begeleiden. Dit resulteerde in trajecten op 17 Limburgse scholen.Plek van Mij wordt door ontwikkeld. Het uiteindelijke doel is het versterken, versmelten en op-schalen van de lokale allianties en Co-creaties tot een doorgaande leerlijn voor erfgoededucatie in Limburg.De manier waarop met Plek van Mij werd gewerkt is exemplarisch voor de (met elkaar samen-hangende) voornemens 1 (Doorgaande leerlijnen) en 3 (Co-creatie en lokale allianties) zoals beschreven in dit plan.
27
TEAM SIEN
Om de kwaliteitsimpuls op het gebied van cultuureducatie te kunnen realiseren, is het noodzakelijk om een uitvoerend expertteam in te richten. Dit expertteam bestaat uit regisseurs (team SIEN: TogetherEachAchievesMoreSIEN) die enerzijds per regio die de brug slaan tussen scholen en het culturele veld en die anderzijds samen met de scholen op weg gaan naar het realiseren van de doelstellingen van cultuureducatie met kwaliteit. Binnen TEAM SIEN wordt de samenhang tussen doelen, acties, resultaten en effecten bewaakt. TEAM SIEN stelt hierbij met scholen het ambitieniveau vast en ondersteunt de ICC’ers of cultuurexperts in de regio op vraag. Daarnaast ondersteunt TEAM SIEN het culturele veld bij de te ontwikkelen rol van coachend producent. Uiteindelijk resulteert de brede samenwerking in gezamenlijke planvorming in de richting van het gewenste ambitieniveau. Binnen deze planvorming spelen de resultaten van het SIEN Lab een belangrijke rol. Het aanstellen van Team SIEN staat genoemd als activiteit bij voornemen 1. Echter de inzet en impact van Team SIEN verspreidt zich over alle voornemens. Team SIEN is de verbin-dende schakel in het gehele programma. Zij bewaken de voort-gang, de samenhang en zorgen voor borging van resultaten. Bij elk voornemen staat daarom de taak van Team SIEN be-schreven.Team SIEN komt ook terug in het hoofdstuk Monitoring en evaluatie, omdat zij een cruciale rol spelen in de monitoring en evaluatie en met name in het delen van deze gegevens met de rest van de participanten in het programma.
TAKEN TEAM SIEN
De specifieke taken van TEAM SIEN zijn:• Scholen ondersteunen bij de uitvoering van de 0-meting
en het opstellen van hun visie ten aanzien van de groei naar een ander scenario.
• Binnen scenario 1 en 2 het samenbrengen van onderwijs en het culturele veld (makelaarsrol).
• Ondersteunen bij de uitvoering van de SIEN-LAB. • Binnen scenario 3 en 4 het ondersteunen bij het uitvoe-
ren van de co-creatie.• Vragen inbrengen bij kwaliteitskringen. • Algemeen signaleren waar stagnatie is, waardoor aan-
passing nodig is. • Loketfunctie voor vragen vanuit scholen en culturele
instellingen. • Bij elkaar brengen van partijen via bijvoorbeeld een Kijk
in de Keuken. • Culturele instellingen ondersteunen bij het ontwikkelen
van materialen voor de doorgaande lijnen. • Monitoren en evalueren van de activiteiten.• Uitdragen van resultaten van SIEN-lab, kwaliteitskringen,
Kijk in de Keuken en alle andere relevante uitkomsten, zodat deze direct in de praktijk ingezet kunnen worden.
• Initiëren/oprichten van lokale allianties in de regio’s
28
UITVOERING
Voornemen 1 Ontwikkeling, vernieuwing en verdieping van het curriculum
Organisatie Project Plek van mij (Cultuurpad) Voornemen 1 Ontwikkeling, verdieping en vernieuwing van het curriculum Activiteit SIEN lab Regio Noord, Midden en Zuid Omschrijving Project Plek van Mij en de verdere ontsluiting van de canon van Limburg
In de periode januari-‐juli 2012 heeft het pilotproject ‘Plek van Mij’ op verschillende scholen in Limburg gelopen. Oorspronkelijk is Plek van Mij opgestart als praktisch onderzoek voor een doorlopende leerlijn voor erfgoededucatie. Later is een koppeling gelegd met de canon. Plek van Mij heeft uiteindelijk de vorm gekregen van een onderzoeksproject waarin kinderen zelf onderzoek doen naar de omgevingsgeschiedenis van hun school en dit onderzoek vormgeven door middel van culturele/creatieve verwerking. Te denken valt aan een theaterstuk of kunstwerk, maar bijvoorbeeld ook een website of animatiefilmpje. Uit Plek van Mij is onder andere een TV show gekomen, opgenomen door kinderen, die een klas interviewen die aan Plek van Mij heeft meegedaan (zie http://www.youtube.com/watch?v=Li9zheWtW3o). Idee om Plek van Mij verder te ontwikkelen is het opnemen van 4 van deze shows van 4 verschillende scholen per jaar. Elke school werkt dan 3 maanden aan het onderzoekstraject en hier wordt per school een Plek van Mij show-‐aflevering opgenomen door TV4Kids. NB: De commissie educatie van LGOG kan voor een deel inhoudelijk ingezet worden voor afstemming/koppeling van thema’s.
Organisatie Kunstencentrum Jerusalem Voornemen 1: Ontwikkeling, verdieping en vernieuwing van het curriculum Activiteit SIEN-‐lab Regio Noord Omschrijving Ontwikkelen en introduceren van doorlopende leerlijnen voor het muziekonderwijs
(Muziek in de Klas). KCJ verzorgd op dit moment wekelijks muziekonderwijs voor de groepen 4 en 5 voor ruim 30 scholen in de gemeenten Venray en Horst aan de Maas. Dit vormt een uitstekende basis op grond waarvan de doorlopende leerlijnen gestalte kunnen krijgen. Waar mogelijk bestaande doorlopende leerlijnen en nieuwe werkvormen, die inmiddels al zijn ontwikkeld voor de reguliere cursussen van KCJ, inzetten en fine-‐tunen voor het primair onderwijs. Het betreft hier de disciplines beeldend, fotografie, dans , muziek, theater (drama, musical).
Op de volgende pagina’s zijn de bijdragen van het culturele veld in de diverse regio’s aan de diverse voornemens op een rijtje gezet. Deze bijdragen zijn suggesties van het culturele veld waar het onderwijs uit kan putten.
29
Voornemen 1 Ontwikkeling, vernieuwing en verdieping van het curriculum
Organisatie Kunstencentrum Venlo Voornemen 1: Ontwikkeling, verdieping en vernieuwing van het curriculum Activiteit SIEN-‐lab Regio Noord Omschrijving Ontwikkelen en introduceren van doorlopende leerlijnen voor muziek en
kunstonderwijs op basis van de methode Stimed. Het Kunstencentrum Venlo is in de kernen Maasbree en Baarlo gestart met het uitzetten van deze leerlijn in overleg met Cultuurpad en de scholen. De komende jaren wordt deze werkwijze op maat binnen de school verder ontwikkeld tot een doorlopende leerlijn. Verdieping curriculum In voorgaande jaren hebben we lesvormen ontwikkeld gebaseerd om kinderen ook op andere intelligenties te kunnen aanspreken (Howard Gardner )en daarmee ook een brug te maken naar taal-‐ en rekenonderwijs. Via ondermeer dans, ruimtebeleving, ritme, je verplaatsen in de rol van een ander (theater) , visualiseren van verhalen (beeldend) komen andere aspecten van het leren aan bod. Vernieuwing curriculum Voor het eigen aanbod in de vrije markt heeft het Kunstencentrum doorlopende leerlijnen en nieuwe werkvormen ontwikkeld.
Organisatie Cultuurpad Voornemen 1: Ontwikkeling, verdieping en vernieuwing van het curriculum Activiteit SIEN-‐lab Regio Noord Omschrijving Cultuurpad wil en kan bijdragen aan het door ontwikkelen van de doorgaande lijn
muziek en de pilot Plek van mij; een doorgaande lijn cultuureducatie en erfgoed in het kader van wereldoriëntatie in het SIEN-‐lab. Daarnaast zouden we graag bijdragen aan het ontwikkelen van andere doorgaande lijnen in samenwerking met de scholen in onze omgeving.
30
Organisatie Cultuurpunt Venray Voornemen 1: Ontwikkeling, verdieping en vernieuwing van het curriculum Activiteit Team SIEN Regio Noord Omschrijving Cultuurpunt Venray als platform voor scholen en culturele aanbieders. Cultuurpunt
Venray vormt de verbinding tussen scholen en (lokale) culturele aanbieders, fungeert als expertisecentrum, organiseert netwerkbijeenkomsten voor scholen en culturele aanbieders van de gemeente Venray en kan desgewenst optreden als bemiddelaar (culturele marktplaats). Cultuurpunt Venray is ondergebracht bij Kunstencentrum Jerusalem. Inzet combinatiefunctionaris cultuur. Combinatiefunctionaris ter ondersteuning van het primair onderwijs en als verbinding met het culturele veld en de amateurverenigingen.
Organisatie Cultuurpad Voornemen 1: Ontwikkeling, verdieping en vernieuwing van het curriculum Activiteit Team SIEN Regio Noord Omschrijving Cultuurpad wil graag een rol spelen binnen Team SIEN.
Inzet combinatiefunctionaris cultuur.Onze combinatiefuncties cultuur in de gemeenten Venlo, Horst aan de Maas, Beesel en Peel en Maas kunnen bijdragen aan de doelen van het plan en optreden als aanvullende verbinding met name met het culturele veld en de amateurverenigingen in de regio.
Organisatie RICK Voornemen 1: Ontwikkeling, verdieping en vernieuwing van het curriculum Activiteit SIEN-‐lab Regio Midden Omschrijving Rick heeft een scholingsplan uitgewerkt om de kwaliteit van cultuureducatie in het
basisonderwijs te verbeteren. Dat plan heeft als doel de kennis van het onderwijs binnen de culturele instelling te vergroten, de inhoudelijke kwaliteit te verbeteren door het ontwikkelen van een doorlopende leerlijn en specifieke (onderwijs)vaardigheden te ontwikkelen. De uitvoering van deze kwaliteitsverbetering kent twee trajecten: de werkgroep doorlopende leerlijn en een trainingstraject voor docenten. De werkgroep doorlopende leerlijn richt zich op de vraag van de pilotscho(o)l(en) en ontwikkelt in samenwerking met een externe coach het antwoord op de vraag. De werkgroep volgt ook een aantal trainingen van het trainingstraject voor docenten. De opbrengst van de werkgroep is een doorlopende leerlijn voor de pilotscho(o)l(en) en drie interne experts met een voortrekkersrol in de ontwikkelcyclus voor de periode 2013-‐2016. Het trainingstraject zet in op kennis van het onderwijs en specifieke (onderwijs)vaardigheden. Een belangrijk onderdeel van het traject is de stagedag op de deelnemende basisscholen.
31
Organisatie MENSWEL Voornemen 1: Ontwikkeling, verdieping en vernieuwing van het curriculum Activiteit SIEN-‐lab Regio Midden Omschrijving Vanuit de organisatie zien we mogelijkheden en hebben we de ambitie, scholen in
onze gemeente op maat te ondersteunen op weg naar “Cultuureducatie met kwaliteit”. In het verleden reeds gaven enkele scholen aan, meer diepgang en doorgaande lijnen in de cultuureducatie te willen. Omdat de organisatie vanuit een welzijnsstichting geschiedt, waar geen specifieke inhoudelijke know-‐how is op het gebied van cultuureducatie hebben wij een breed netwerk van instellingen, verenigingen, kunstenaars en docenten, die lessen en workshops verzorgen en die ook de leerkrachten inhoudelijk inspireren en van lesmateriaal voorzien. In plaats van onze actieve projecten gaan we inzetten op vraaggestuurde cultuureducatie, vooral in doorgaande lijnen. De omstandigheid, dat er een nieuwe situatie gaat ontstaan op het terrein van het muziekschool-‐onderwijs biedt de mogelijkheid muziekonderwijs binnen-‐ en buitenschools met elkaar te verbinden. De organisatie van het kunstmenu wil de eigen ervaring op het terrein van muziekonderwijs samen met andere organisaties inzetten in het SIEN-‐lab en onderzoeken hoe een doorgaande lijn muziek kan worden gerealiseerd.
Organisatie BIBLIOCENTER Voornemen 1: Ontwikkeling, verdieping en vernieuwing van het curriculum Activiteit SIEN-‐lab Regio Midden Omschrijving Wil aan de slag met ontwikkeling van een doorgaande lijn cultuureducatie vanuit taal
en lezen. In samenwerking met scholen waar ze een gebouw mee delen. We zouden veel meer willen aansluiten op onderwerpen waar het onderwijs mee bezig is en zodoende meerwaarde kunnen bieden. Bijvoorbeeld een literatuurproject in aansluiting op de geschiedenismethode, eventueel in samenwerking met een museum of andere culturele instelling. Omdat de uitwerking niet meer aanbodgericht maar vraaggericht moet zijn en we op de wensen van de scholen in willen gaan, is het afhankelijk van de wensen van het onderwijs. We zouden veel actiever in kunnen spelen op de Canon geschiedenis basisonderwijs http://www.entoen.nu/
32
Organisatie Stichting Catharijn Voornemen 1: Ontwikkeling, verdieping en vernieuwing van het curriculum Activiteit SIEN lab Regio Midden Omschrijving Catharijn werkt met doorgaande leerlijnen in het basisonderwijs met doelen per
leerjaar, halve schoolbaan en in aansluiting op het VO. Naast de doorlopende leerlijn wordt ingezet op individuele talentontwikkeling vanaf het vijfde leerjaar. Doel is om iedere leerling de gelegenheid te bieden een specifiek talent te ontwikkelen. In de bovenbouw krijgen alle kinderen klassikaal instrumentele muzikale vorming door middel van blazers en strijkers klassen. Dit specifieke twee-‐ tot driejarig traject wordt in nauwe samenwerking met het verenigingsleven uitgevoerd.
Organisatie RICK Voornemen 1: Ontwikkeling, verdieping en vernieuwing van het curriculum Activiteit Team SIEN Regio Midden Omschrijving Ku+Cu zet een cultuurcoach in die momenteel op zes scholen werkzaam is en in
samenwerking met het team de visie op cultuureducatie verheldert. De plannen die ontwikkeld worden zijn gericht op inbedding in het schoolcurriculum. Specifiek op de vraag van de school is dit plan gericht op taalontwikkeling, deskundigheidsbevordering van de leerkrachten, verbinding met de kernconcepten, kosmisch onderwijs en koppeling aan de geschiedenismethode. De vraag naar ondersteuning is groter dan de marktplaats nu kan realiseren, er is meer menskracht nodig om die vraag te kunnen beantwoorden. De Marktplaats Ku+Cu is vanaf 2002 actief als verbinder tussen onderwijs en culturele partners. Met de opgebouwde expertise en het bijbehorende netwerk wil Ku+Cu graag deel uitmaken van TEAM SIEN, als regiepunt actief zijn in de beoogde regio Midden.
Organisatie Parkstad Limburg Theaters Voornemen 1 Ontwikkeling, verdieping en vernieuwing van het curriculum Activiteit SIEN-‐lab Regio Zuid Omschrijving PLT wil de kinderen kennis laten maken met theater, dit gebeurd door middel van een
inleiding in de klas, een rondleiding door het theater, een voorstellingsbezoek en waar gewenst een nagesprek. Uiteraard kan deze kennismaking verdiept worden door workshops, lesbrieven en andere activiteiten die zowel binnen-‐ als buiten de school en zowel binnen de lesuren als daarbuiten op de diverse locaties georganiseerd kunnen worden. Podiumkunsten dragen bij aan de ontwikkeling, vernieuwing en verdieping van het curriculum.
33
Organisatie Platform de Mijnen Voornemen 1 Ontwikkeling, verdieping en vernieuwing van het curriculum Activiteit SIEN lab Regio Zuid Omschrijving De ontwikkeling van Historisch besef over de industriële ontwikkeling van Zuid-‐Limburg
In 2015 wordt op initiatief van de Gemeente Heerlen een landelijk Jaar van de Mijnen georganiseerd. Een van de kernpunten die in de aanloop naar het Jaar van de Mijnen 2015 wordt opgestart, is een leerlijn rond het Mijnverleden om het historisch besef rond de mijngeschiedenis bij kinderen en jongeren te ontwikkelen. Centraal staat het thema mijnverleden in relatie tot de ontwikkeling van de stad en streek. Wat heeft dit industrieel verleden eigenlijk betekent voor deze regio? Hoe exemplarisch is het als het gaat om wereldoriëntatiethema’s als industriële revolutie en (arbeids)migratie? Qua vorm zijn er verschillende initiatieven die een rol kunnen spelen in de ontwikkeling van de leerlijn:
1. Culturele instellingen (Het Nederlands Mijnmuseum Heerlen, Historisch Goud Heerlen, Schunck Heerlen, Discoverycenter Continium Kerkrade en Museum Het Domein Sittard)
2. Archieven (Historisch Goud/Rijckheyt in Heerlen, Sociaal Historisch Centrum in Maastricht, Euregionaal Historisch Centum in Sittard-‐Geleen, Archief Kerkrade, Archiefdienst DSM)
3. Stichting De Koempel Verhaalt, die een inhoudelijk en publieksgericht standaardwerk over het Mijnverleden publiceert
4. WMC Kerkrade met het project ‘Sjtub’ 5. Diverse vrijwilligers-‐ en verzamelinitiatieven (van oud-‐mijnwerkers)
De leerlijn wordt ontwikkeld door Servicebureau De Mijnen (eindredactie voor het hele programma, zie www.demijnen.nl) in samenwerking met uitvoerende partijen. Cruciaal is een goede afstemming met het onderwijsveld, om de thematiek in te passen in het curriculum van de scholen, leergebied Mens en Maatschappij. Binnen het SIEN-‐lab wordt onderzocht hoe de leerlijn het meest effectief ingebed kan worden in het curriculum.
34
Organisatie SMKmuziek-‐en dansschool voor de regio Kerkrade, Landgraaf en Brunssum. Voornemen 1 Ontwikkeling, verdieping en vernieuwing van het curriculum Activiteit SIEN-‐lab Regio Zuid Omschrijving Momenteel verzorgt SMK aan 22 basisscholen voor de groepen 5 het programma “’n
Klinkend perspectief”. Het project is begonnen met 3 basisscholen en inmiddels is het werk van de consulenten als een olievlek uitgebreid naar 22 basisscholen. De kracht van het project zit in de samenwerking tussen het onderwijs, de muziekschool en de amateur-‐gezelschappen. Daarnaast maakt onze instelling niet gebruik van docenten maar van consulenten, mensen met een opleiding schoolmuziek of orthopedagogische muziekbeoefening. Waar de Stichting SMK zich sterk voor wil maken is om een vervolg te geven en niet alleen de leerling laten kennismaken, maar vervolgens in groep 6 een aantal lessen te volgen bij een muziekdocent als een soort keuzemenu. Deze lessen kunnen b.v. aansluitend aan de schooltijd gegeven worden.
Organisatie Parkstad Limburg Bibliotheken Voornemen 1 Ontwikkeling, verdieping en vernieuwing van het curriculum Activiteit SIEN-‐lab Regio Zuid Omschrijving PLB willen werken aan de ontwikkeling van een doorgaande lijn vanuit taal en lezen.
Er zijn landelijk programma's beschikbaar voor een doorlopend leeslijn van groep 1 t/m groep 8 die afgestemd kunnen worden op de vraag van de scholen en ook verder uitgediept kunnen worden met andere regionale kunstenaars en/of culturele instellingen.
Organisatie Vrije Akademie VAZOM Voornemen 1 Ontwikkeling, verdieping en vernieuwing van het curriculum Activiteit SIEN-‐lab Regio Zuid Omschrijving VAZOM ziet kansen voor de ‘onze cultuurroute’.
Het begin van deze site kun je bekijken via www.onzecultuurroute.nl We willen dit integreren in het plan van de school (BS Diabolo in Kerkrade) rondom kunst in de school via een schoolmuseum (idee van de school zelf) en kunst in de openbare ruimte via onze cultuurroute. Dit kan dan gekoppeld worden en op de school in Kerkrade en haar omgeving de komende jaren gaan groeien.
35
Organisatie Schunck* Voornemen 1 Ontwikkeling, verdieping en vernieuwing van het curriculum Activiteit SIEN-‐lab Regio Zuid Omschrijving Convenant Taal-‐ en lees bevordering (dec 2010) tussen INNOVO, Movare, SCHUNCK*
en Parkstad Limburg Bibliotheken: 1. waar in dialoog reeds eigentijdse producten/diensten en programma is
ontwikkeld; 2. waar reeds opleiding en scholing heeft plaatsgevonden (maken
leesplezierwerkplan en lees coördinatoren); 3. waar het professionele gesprek is georganiseerd op alle niveaus;
Binnen het SIEN-‐lab willen we het perspectief en doelstelling van de huidige reeds aanwezige praktijk verbreden en opschalen van taal-‐en leesbevordering naar Cultuur-‐Educatie-‐bevordering, door bijvoorbeeld: 4. Aanvullende opleiding/training voor de lees coördinatoren tot culturele
intermediair cq trainer cq coach (voornemen 2: scholing); 5. Natuurlijke momenten in het curriculum te benoemen waar snel en makkelijk
geschakeld kan worden van taal, naar mediawijsheid, naar maatschappelijke thema’s, naar CE-‐thema’s en vaardigheden en weer terug naar taal en rekenen etc;
6. Het inzetten (en desnoods laten maken) van integrale lesthema’s/pakketten in het curriculum, die het snel, aantrekkelijk en creatief schakelen tussen vaardigheden en disciplines ondersteund. Bijvoorbeeld door het gebruik van “digitale leskisten”;
Organisatie Parkstad Limburg Bibliotheken Voornemen 1 Ontwikkeling, verdieping en vernieuwing van het curriculum Activiteit Team SIEN Regio Zuid Omschrijving Team SIEN kan voor PLB het volgende betekenen:
1. Brugfunctie tussen onderwijs en culturele instelling 2. Ondersteuning door scholing 3. Ondersteuning bij de te ontwikkelen rol van coachend producent.
36
Organisatie Schunck* Voornemen 1 Ontwikkeling, verdieping en vernieuwing van het curriculum Activiteit SIEN-‐lab Regio Zuid Omschrijving Het continueren en eventueel verbreden van het “PO-‐model”:
Het PO-‐model betreft een traject in de periode 2009 tot heden, waarbij tussen enkele PO-‐scholen en het team van Schunck-‐educatie in een open dialooggestuurde wijze is onderzocht op welke wijze er meer cultuureducatie binnen het PO kan plaatsvinden. Zodoende zijn werkplannen ontwikkeld en is er cultuur aanbod ontwikkeld en ook daadwerkelijk toegepast in het PO en zijn de stappen steeds geëvalueerd en bijgesteld. Er is sprake van een reeds gegroeide positieve praktijk (“informele proeftuinen”), waar kennis en ervaring beschikbaar is en tevens wensen en ambities om op een hoger cq ambitieuzer niveau te komen. Binnen het SIEN-‐lab willen we de volgende vervolgacties doen:
1. De ervaringen en aanpak beschrijven en bruikbaar maken voor andere scholen (op het passende gedifferentieerde ambitieniveau);
2. Doorgaan met de huidige scholen met het PO-‐model naar het volgende ambitieniveau (en dit wederom beschrijven);
3. Met de bestaande ervaring de “witte vlekken” en ontbrekende schakels in de doorlopende CE leerlijn benoemen en deze vervolgens (laten) maken.
Organisatie Artamuse/Cultuurbedrijf i.o. Voornemen 1 Ontwikkeling, verdieping en vernieuwing van het curriculum Activiteit Team SIEN Regio Zuid Omschrijving Team CE van Artamuse vervult nu de regisseursrol in de Westelijke Mijnstreek en wil
die rol vanuit het cultuurbedrijf i.o. mee blijven vervullen binnen team SIEN. De consulenten van Artamuse werken regionaal en zijn intermediair tussen school en culturele instellingen. De komende jaren willen we inzetten op verbetering van de vraagarticulatie van scholen en vraaggestuurde inzet van culturele aanbieders in de regio. We verwachten met de SIEN experts verdere professionalisering in huis te halen op het gebied van ontwikkelingsgericht werken binnen het onderwijs.
Organisatie NME Atelier/Moerveld Voornemen 1. Ontwikkeling, verdieping en vernieuwing van het curriculum Activiteit SIEN-‐lab Regio Zuid Omschrijving NME-‐Atelier (ped/did) en Moerveld (praktisch inhoudelijk), zijn voorbeelden van zich
realiserende nieuwe impulsen in het cultuureducatief werkveld. Nieuwe formats, doorgaande leerlijnen en een meervoudig intelligente aanpak. Beschikbaar, herkenbaar èn overdraagbaar. Niet vanuit één discipline, maar in elk programma worden diverse disciplines gecombineerd: expressie, creativiteit, verbeelding, motoriek en moraliteit worden aangesproken. Van dans tot zang; van grotschilderingen tot boogschieten; van Nederlandse gezegden en oude recepten tot theater met klederdrachten. NME-‐Atelier als ontwikkelaar/aanbieder/vormgever en Moerveld als praktische buitenlocatie zijn een motiverend, enthousiasmerend en bevlogen voorbeeld van wat SIEN wil verwezenlijken. NME-‐Atelier/Moerveld wil graag als expert in Team SIEN/ SIEN lab bij te dragen
37
Organisatie Kunst en Cultuurhuis De Klimboom Voornemen 1. Ontwikkeling, verdieping en vernieuwing van het curriculum Activiteit SIEN-‐lab Regio Zuid Omschrijving De Klimboom wil meedenken in de kwaliteitskringen over de vertaalslag naar de
verschillende ambitieniveaus. Een voorzet: Scenario 1 en 2 Een basispakket “op maat” Uitgangspunt van zelfontwikkeling van het kind is ook bij deze scenario’s van toepassing. Elk product/programma doet een beroep op de ontwikkeling van talenten en vaardigheden van het individuele kind en bij elk product/programma ontwikkelt het kind zijn/haar eigen kritisch denkvermogen.Ook hier kun je al een vertaalslag maken en werken aan het samenstellen van een dusdanig basispakket rond een thema dat het kind bezighoudt c.q. de school. Het antwoord op “wat vinden de kinderen nu eigenlijk zelf belangrijk?” zou ook bij deze eerste 2 scenario’s voorafgaand aan het samenstellen van het basispakket gesteld mogen worden en als een rode draad door het programma mee mogen lopen. Scenario 3 en 4 Kunst en Cultuurhuis De Klimboom van Puur Weijers & Weijers heeft met een basisschool een project gedaan in schooljaar 2011/2012, kunstzinnige vaardigheden ingebed in het onderwijs. De thema’s zijn vastgesteld door de leerkrachten. Lesstof werd behandeld in de klas en op locatie. Centraal bij elk thema was dat het zich afspeelde in hun eigen dorp i.c. Simpelveld. Bovenstaande concept zouden we graag willen uitdiepen en uitbreiden binnen het SIEN-‐lab.
Organisatie Artamuse/Cultuurbedrijf i.o. Voornemen 1 Ontwikkeling, verdieping en vernieuwing van het curriculum Activiteit SIEN Lab Regio Zuid Omschrijving Wij richten ons binnen Cultuureducatie met kwaliteit op scholen die door willen
groeien naar scenario 3 en 4 : Doorgaande leerlijn voor cultuureducatie gericht op kennismaken, prikkelen, ontwikkelen en vormen in een brede waaier van mogelijkheden. De school geeft de kaders aan waarbinnen de culturele vorming plaats moet vinden: ontwikkelingsgericht, afhankelijk van sociale achtergrond van de leerlingen en in relatie tot de wijk, passend bij het curriculum, de schoolspecifieke manier van werken en de mogelijkheden van het team. Het culturele veld ondersteunt de school door co-‐creatie en professionele ondersteuning van de leerkrachten. Het cultuurbedrijf i.o. stimuleert uitbreiding van de kleinschalige culturele infrastructuur in oprichting dicht bij de school, waardoor doorstroming naar buitenschoolse talentontwikkeling een drempelloze stap wordt voor ieder kind onafhankelijk van opvoeding en financiële mogelijkheden. Elke school een eigen cultuurspot, daar waar het gebeurt. Wie droomt daar niet van! Voor de scenario’s 1 en 2 zullen de consulenten en de vakdocenten de komende jaren meer inzetten op de vraagarticulatie van de individuele leerkracht die een keuze maakt uit het aanbod. Het aanbod kan door de consulent of vakdocent school – groepsspecifiek gemaakt worden. Met meer aandacht voor vraagarticulatie willen we bereiken dat de leerkracht leert om de regie te voeren over de invulling van cultuureducatie in zijn/haar groep. Hopelijk als een druppel in de vijver van de school.
38
Onderdeel Actie/bijzonderheden 2013 2014 2015 20160-meting en am-bities bepalen
0-meting op alle scholen x
SIEN-lab SIEN-lab scenario 3 en 4 x x x xSIEN-lab scenario 1 en 2 x x
Team SIEN Scholen ondersteunen bij uitvoeren 0-meting xScholen ondersteunen bij bepaling ambitie x xImplementeren en ondersteunen SIEN-lab x x x xCo-creatie initiëren en ondersteunen x x x xAlgemeen ondersteunen van werkveld, monito-ren en evalueren
x x x x
Ontwikkeling van het voornemen
39
Voornemen 2 vakinhoudelijke deskundigheid
Algemene activiteiten informatieHet onderwijs is zich bewust van het belang van cultuureduca-tie en de plek van cultuureducatie in het curriculum, maar hoe creëer je een kwaliteitsimpuls die bijdraagt aan een optimale culturele ontwikkeling voor kinderen? Om cultuureducatie een integraal onderdeel te maken van het curriculum van de school, moet de school eigenaar zijn van de ontwikke-ling, gebruikmakend van de expertise van het culturele veld. Hiervoor moet vraaggericht worden samengewerkt. Pas als partijen elkaar begrijpen, kan er gekomen worden tot een duidelijke vraagstelling en vraagbeantwoording. Ondanks hun brede opleiding ontbreekt het leerkrachten vaak aan de kennis en de vaardigheden om cultuureducatie op een kwalitatief en integrale manier te verankeren in het curriculum. De aanbie-ders in het culturele veld zien zich daarnaast vooral als de partij die aanbod creëert dat door scholen afgenomen wordt. Deze situatie zorgt ervoor dat het realiseren van cultuureducatie met kwaliteit op dit moment een moeizame onderneming is. De nieuwe rol voor onderwijs en culturele wereld vraagt om een professionalisering en omslag in werkwijze. Deze is niet te realiseren door cursussen voor een specifieke doelgroep, maar door een kruisbestuiving van beide werelden die leidt tot meer kwaliteit van cultuureducatie in de praktijk. In de nieuw te ont-wikkelen scholing en bijscholing voor leerkrachten en educatief medewerkers van culturele instellingen gaan we uit van leren op de werkvloer.
Doelstellingen en bijdrage aan het programmaDit voornemen heeft als doel de vakinhoudelijke deskundig-heid op de scholen en in het culturele veld te versterken en een nieuwe houding ten aanzien van cultuureducatie, in zowel onderwijs als cultuur, te ontwikkelen. De opgeleide deskundi-gen -in de school en in de culturele instelling- ondersteunen bij het realiseren van het ambitieniveau. De focus is drieledig: het ontwikkelen van de doorgaande leerlijn, het verbinden van de vraag van de school met het aanbod van het culturele veld en een kruisbestuiving van beide
werelden.
Activiteiten: • Kijk in de keuken • Kwaliteitskringen • SIEN-training• SIEN-platform • Scholingsaanbod
Tussendoelen:Aan het einde van het tweede jaar: • hebben 20 kijk in keuken-bijeenkomsten per regio
plaats gevonden, waarbij scholen en culturele instellin-gen elkaars werkwijze hebben ervaren.
• is een training ontwikkeld voor het onderwijs en het culturele veld, gebaseerd op elkaar ontmoeten en van elkaar leren.
• zijn kwaliteitskringen actief.
EinddoelenAan het einde van het vierde jaar:• hebben 40 kijk in de keuken-bijeenkomsten• zijn 200 deskundigen binnen het onderwijs opgeleid.• zijn 100 deskundigen binnen het culturele veld opge-
leid.• is er een online database beschikbaar voor scholen en
culturele instellingen• is er een aanbod voor deskundigheidsbevordering• is er een actief online platform waar vragen vanuit het
onderwijs direct gesteld worden en het culturele veld een aanbod doet.
40
Doelgroep informatieHet tweede voornemen richt zich op ICC’ers, leerkrachten en directies van basisscholen evenals op (educatief) mede-werkers van culturele instellingen die de slag willen maken van aanbieder naar coachend producent in het kader van het programma cultuureducatie met kwaliteit.
Verankering activiteiten in Primair OnderwijsSchoolteams leren concrete handvaten op te stellen hoe cultuureducatie op een betekenisvolle manier in het cur-riculum te schrijven. Leerkrachten leren opgedane kennis in trainingen of via het Kijk-in-de-keuken model toe te passen in de lespraktijk en delen dit met elkaar op het online SIEN-platform. (Educatief) medewerkers van culturele instellingen leren om in dialoog met het onderwijs bij te dragen aan het totstandkomen van doorgaande leerlijnen die bijdragen aan de totale ontwikkeling van kinderen. Doordat de deskundigheidsbevordering een significante invloed zal hebben op de manier waarop zowel binnen onderwijs als culturele veld gekeken wordt naar inhoud en uitvoering van cultuureducatief aanbod, werkt de deskun-digheidsbevordering als een versneller van de toename van de kwaliteit van het proces en het product. Tegelijkertijd vraagt deze ontwikkeling ook om verder bevordering van de deskundigheid, waardoor het proces ook voor de toekomst geborgd wordt.
Activiteiten
Kijk in de keuken
Leerkrachten in het primair onderwijs en medewerkers uit het culturele veld maken in praktijkbijeenkomsten kennis met elkaars werkwijze en expertise. Leren van en met elkaar staat centraal. Voor het onderwijs wordt duidelijk hoe de expertise uit het veld ingezet kan worden bij het behalen van de kerndoelen en het veld leert wat nodig is om aanbod aan te laten sluiten bij de vraag van het onderwijs. De uitkom-sten van de bijeenkomsten leiden uiteindelijk, samen met de resultaten uit het SIEN-lab tot een aanbod voor deskundig-
heidsbevordering.
kwaliteitskringen
De kwaliteitskringen zoeken naar antwoorden op de diepere vragen m.b.t. cultuureducatie met kwaliteit die binnen SIEN-lab en Co-creatie niet beantwoord kunnen worden. Het zijn tijdelijke netwerken die bestaan uit een probleemeigenaar (lid van TEAM SIEN) en een aantal deskundigen uit onder-wijs en cultuur. De kwaliteitskring versterkt de inhoudelijke deskundigheid. Het lid van TEAM SIEN zorgt voor de transfer naar de rest van de organisatie.
SIEN TrainingDoordat cultuureducatie op school fundamenteel verandert, zal ook de rol van de ICC’er in school mee moeten verande-ren. De ICC’er komt meer terecht in de rol van makelaar en regisseur van het proces. Het inhoudelijke gewicht van de taak neemt toe, omdat de ICC’er ook in staat moet zijn om de verbinding tussen cultuureducatie en het curriculum van elk afzonderlijk jaar te leggen, dus de afzonderlijke klas-senleerkrachten te ondersteunen bij het aanvullen van het lesprogramma met betekenisvolle culturele activiteiten. Om ICC’ers voor deze taak klaar te stomen wordt een SIEN trai-ning ontwikkeld die de SIEN ICC’ers ervoor toerust om met hun school de transfer naar scenario 3 en 4 te maken. Ook voor het culturele veld wordt een training ontwikkeld waarin de nieuwe rol als coachend producent centraal staat.
SIEN platform
De portal van SIEN is de ruggengraat van het programma. Op de portal www.bijsien.nl bundelt SIEN initiatieven, verbindt partijen en implementeert acties en projecten. De con-tent evolueert de komende jaren van aanbodgericht naar expertisegericht. Zo is er een digitaal platform waar vraag en aanbod elkaar vindt. Daarnaast zijn de leerlijnen en bijbeho-rende expertise hier inzichtelijk en toegankelijk. Op de portal komt een kaart, waarop scholen kunnen zien welke expertise er op in hun omgeving voorhanden is.
41
SIEN, de roze gorilla In de metafoor van Jeff Staas, ‘mijn organisatie is een oerwoud’, begeven zich Red Monkeys. Dit zijn apen die aan de rand van het oerwoud (de organisatie) in contact komen met bijvoorbeeld rode krabben op het strand grenzend aan het oerwoud. Door de invloed van deze rode krabben, verandert de aap zijn kleur. Deze rode apen staan voor de mensen in een organisatie die innoveren en vernieuwen. Deze mensen passen niet zo goed in de organisatie en moet je dus ook niet midden in het oerwoud brengen. Daar worden ze afge-slacht door de traditioneel bruine apen, die willen dat alles in het oerwoud bij het oude blijft. Toch heeft het oerwoud rode apen nodig, voor als er bijvoorbeeld een ziekte uitbreekt, of hongersnood. Zij zorgen voor de mutaties die nodig zijn bij veranderende omstandigheden. En vergroten daarmee de overlevingskans van de kolonie.Naar analogie hiervan hebben we de roze aap (Sien) gecreëerd. Sien is zo’n red monkey , die gaat zorgen voor de broodnodige innovatie en vernieuwing binnen het cultuureducatieve domein .Binnen de doelstelling “vergroten van de deskundigheid” , gaan we medewerkers versienen.
Verandering begint niet in het hart van de organisatie. Ze sijpelt binnen langs de rand.
Scholing leerkrachten en educatief medewerkers
In het SIEN-lab wordt -behalve het ontwikkelen van doorgaande lijnen- onderzocht welke competenties leerkrachten en medewerkers van culturele instellingen nodig hebben om het leergebied kunstzinnige oriëntatie te verbeteren. Basisscholen en culturele instellingen die voorloper zijn op het gebied van cultuureducatie onder-zoeken samen met educatief ontwerpers in de praktijk hoe het scholingsaanbod er uit moet gaan zien.Leraren zijn generalisten, maar wat moeten deze leraren nu aan bagage hebben om de kwaliteit van cultuuredu-catie in het onderwijs verhogen? SIEN wil leerkrachten niet specialiseren in de richting van leerkracht in de kunsten, we willen leerkrachten concrete tools geven om cultuureducatie te integreren in het curriculum. Doel van het scholingsaanbod is om (vak)leraren in staat te stellen
aan leerlingen minstens een basis voor cultuureducatie (op gebied van kennis, vaardigheden en houding) bij te brengen. Om nieuwe leerkrachten van meet af aan met deze competenties toe te rusten, worden ook de PABO’s en lerarenopleidingen betrokken.
42
UITVOERING
Organisatie Kunstencentrum Venlo Voornemen 2. Vakinhoudelijke deskundigheid Activiteit SIEN training voor culturele veld Regio Noord Omschrijving Sien training voor culturele veld
Kunstencentrum Venlo staat open voor deze training en zal overige culturele instellingen verzoeken om eveneens te participeren. Net als voor het VO onderwijs werken het Kunstencentrum en de musea samen aan projecten voor VO in overleg met de scholen. Op soortgelijke wijze kunnen we in wisselende samenstellingen van vakmensen en van verschillende instellingen scholen ondersteuning bieden en vakinhoudelijke kennis inbrengen. Hier sluiten ook de voorgestelde coachingstrajecten goed op aan. Delen kennis In Maasbree en Baarlo hebben we met de docenten en scholen afspraken staan om de werkwijze te evalueren en bij te stellen. In overleg met Cultuurpad/ Sien kan deze evaluatie in een vast stramien geplaatst worden waarbij we werken met een bepaald format. Wij willen daarin het voortouw nemen. Coaching Kunstencentrum draagt drie medewerkers voor voor scholing als coaches voor het onderwijs.
Organisatie Kunstencentrum Jerusalem Voornemen 2. Vakinhoudelijke deskundigheid Activiteit SIEN training voor culturele veld/ scholingsaanbod Regio Noord Omschrijving Intervisie. Deskundigheid bevorderen en verbeteren van de kwaliteit van het
cultuuronderwijs door (vak)docenten van elkaar te laten leren. Binnen Muziek in de Klas is dit geborgd door twee maal per jaar een docentenoverleg te organiseren en een ‘intervisieperiode’ aan te wijzen waarbinnen docenten bij elkaar op lesbezoek gaan. Inzet vakdocenten KCJ op de scholen, voor de proeftuin en binnen team SIEN regio Noord. Vakdocenten met de juiste competenties zullen worden ingezet binnen het onderwijs. Vanuit het KCJ worden deze docenten ondersteunt en intensief begeleid. Bijscholingscursussen vakdocenten. Kennis en kunde moet op peil gehouden worden. Cursussen kunnen regionaal worden georganiseerd.
Organisatie Cultuurpad Voornemen 2. Vakinhoudelijke deskundigheid Activiteit Kwaliteitskringen/ SIEN training / Scholingsaanbod Regio Noord Omschrijving Onze medewerkers kunnen een inhoudelijke bijdrage leveren aan de
kwaliteitskringen, de SIEN-‐training en het scholingsaanbod. Vanuit onze bijzondere positie als culturele partner met haar roots in het onderwijsveld kunnen we de vakinhoudelijke deskundigheid bevorderen, mee ontwikkelen en uitdragen binnen onze scholen en directe partners.
43
Organisatie Cultuurpad Voornemen 2. Vakinhoudelijke deskundigheid Activiteit SIEN-‐platform Regio Noord Omschrijving We willen bijdragen aan het realiseren van het expertiseoverzicht en de culturele
kaart en stellen hiervoor ons ‘netwerk van experts’ ter beschikking aan het SIEN-‐platform.
Voornemen 2. Vakinhoudelijke deskundigheid Activiteit Kijk in de keuken/SIEN training/ Scholingsaanbod Regio Midden Omschrijving Ku+Cu wil vanuit de bestaande netwerken waarin de sleutelfiguren van het primair
onderwijs en culturele instellingen zijn verbonden vorm geven aan de Kijk in de keuken en de kwaliteitskringen. In samenspraak een vorm ontwikkelen (inspiratie+informatie) waarin expertise, ervaring en kennis uitgewisseld wordt. In praktijkstages, tijdens studiemiddagen en werkbezoeken, geïnspireerd door best practices worden uitkomsten geformuleerd die input leveren voor deskundigheidsbevordering. Ku+Cu wil de opbrengst van de eerder georganiseerde ICC-‐cursussen inbrengen om de ICC cursus nieuwe stijl mee te ontwikkelen en in de regio uit te zetten. Met de ervaringen die de cultuurcoach in de afgelopen twee schooljaren heeft opgedaan met verankering in het curriculum wil Ku+Cu participeren in de ontwikkeling van coachende producten en maatwerk. Met als resultaat handvatten voor culturele instellingen, bijvoorbeeld een gezamenlijk ontwikkeld basis functieprofiel voor educatief medewerkers en (vak)docenten. Ku+Cu maakt deel uit van de focusgroep PaBo Eindhoven om tot een advies te komen voor duurzaam cultuuronderwijs. Om van de situatie van nu te komen tot de gewenste situatie. Voor SIEN een mogelijkheid om via deze weg verbinding met de PaBo Eindhoven te leggen waar ook toekomstige Limburgse leerkrachten hun studie volgen.
Organisatie Stichting Catharijn Voornemen 2. Vakinhoudelijke deskundigheid Activiteit SIEN training Regio Midden Omschrijving Samen met de SIEN training wil Catharijn leerkrachten stimuleren en laten
doorgroeien naar (zoals door SIEN geformuleerd) een scenario 3 of 4. Catharijn kan de leerkrachten in de klas begeleiden bij het uitvoeren van methodieken.
44
Organisatie ECI Cultuurfabriek Voornemen 2. Vakinhoudelijke deskundigheid Activiteit Kijk in de keuken/SIEN training/ Scholingsaanbod Regio Midden Omschrijving Coaching: ECI Cultuurfabriek heeft voldoende expertise in huis om docenten van het
basisonderwijs ondersteuning te geven bij cultuureducatie, dit kan in allerlei vormen op maat en is afhankelijk van de vraag van het onderwijs. Cursussen/workshops: ECI Cultuurfabriek verzorgt voor het gehele onderwijs en voor commerciële partners workshops op alle terreinen op het gebied van cultuur: o.a. Percussie, spelen in een band, DJ, fotografie, textiele werkvormen, diverse dansvormen, toneel enz. Cultuureducatie en meervoudige intelligentie: in de verlengde schooldag geeft ECI Cultuurfabriek cursussen in blokken van 8 weken waar naast cultuur ook aandacht voor taal en rekenen is, en er dus een integratie is tussen de culturele activiteit en de andere vakken. Muziek in de NSA: ECI Cultuurfabriek verzorgt bij een aantal basisscholen in Roermond muziekcursussen in de naschoolse opvang waarbij gewerkt wordt met kleine groepjes van 4 kinderen. Doordat verschillende docenten op hetzelfde moment lesgeven kunnen er ook samenspelgroepjes worden gemaakt om evenementen in de school te ondersteunen. Instrumenten die op dit moment worden gebruikt zijn keyboard, gitaar en slagwerk.
Organisatie RICK Voornemen 2. Vakinhoudelijke deskundigheid Activiteit SIEN-‐platform Regio Midden Omschrijving De bestaande databank www.ku-‐cu.nl kan gematcht worden met het online
platform www.bijsien.nl om een bijdrage te leveren aan de invulling door culturele instellingen. Rick en Ku+Cu willen actief samenwerken in de doorontwikkeling van de online kennisgemeenschap door toevoeging van het culturele veld. Rick gelooft in de kracht van samenwerking en partnerschap van onderwijs en culturele instellingen. Wil daarom ook de online expertise delen en door ontwikkelen.
45
Organisatie BIBLIOCENTER Voornemen 2. vakinhoudelijke deskundigheid Activiteit SIEN-‐platform Regio Midden Omschrijving Bibliocenter wil een ‘digidorp’ maken voor uitwisseling van gedachten, projecten,
ideeën, etc. naar voorbeeld van Digidorp Limburg. Als uitbreiding of aanvulling op de online portal van SIEN. De digidorpen staan open voor alle instellingen en scholen om ervaringen uit te wisselen, elkaar te attenderen op studiedagen, uitgewerkte projecten, projecten te koop etc.
Organisatie Vrije Akademie VAZOM Voornemen 2 Vakinhoudelijke deskundigheid Activiteit Kijk in de keuken Regio Zuid Omschrijving Er heeft vorig jaar ook een teaminspiratie voor een school plaats gevonden. Zo’n
teaminspiratie zou ook doorontwikkeld kunnen worden waardoor je scholen zou kunnen inspireren en aanzetten tot het vormen van een visie over cultuureducatie.
Organisatie Schunck* Voornemen 2 Vakinhoudelijke deskundigheid Activiteit Kijk in de keuken / SIEN-‐training Regio Zuid Omschrijving Convenant Taal-‐en lees bevordering (dec 2010) tussen INNOVO, Movare, SCHUNCK*
en Parkstad Limburg Bibliotheken: 1. waar in dialoog reeds eigentijdse producten/diensten en programma is
ontwikkeld; 2. waar reeds opleiding en scholing heeft plaatsgevonden (maken
leesplezierwerkplan en lees coördinatoren); 3. waar het professionele gesprek is georganiseerd op alle niveaus;
Binnen voornemen 2: vakinhoudelijke deskundigheid 4. willen we nog nadrukkelijker werken aan het delen van praktijkervaring
bottum up met het laten toenemen van de benodigde kennis/expertise bij leerkrachten.
46
Organisatie Parkstad Limburg Theaters Voornemen 2 Vakinhoudelijke deskundigheid Activiteit Kwaliteitskring Regio Zuid Omschrijving Wil meedoen aan een kwaliteitskring gericht op theater.
Leerkrachten hebben vaak kennis van een of meerdere onderdelen van de podiumkunsten. PLT wil als expertcentrum voor de (professionele/amateur)podiumkunsten kennis doorgeven en delen. Het realiseren van een netwerk/kwaliteitskring podiumkunsten. Het kenniscentrum zal rekening houden met verschillen in ambitieniveau van de scholen en zal de kennisdistributie daarop aanpassen. Leerkrachten worden door dit kenniscentrum gewezen op de mogelijkheden van podiumkunsten, deze kunnen namelijk niet alleen gekoppeld worden aan de cognitieve vakken, maar ook gebruikt worden voor talentontwikkeling en het vergroten van het zelfbewustzijn van kinderen. Door het vergroten van dit zelfbewustzijn kunnen de schoolresultaten van de kinderen op de kerndoelen toenemen. Bovendien bevordert dit vakoverschrijdend werken en kan het leren op een speelse manier kinderen gestimuleerd worden.
Organisatie Schunck* Voornemen 2 Vakinhoudelijke deskundigheid Activiteit Kwaliteitskringen Regio Zuid Omschrijving Het continueren en eventueel verbreden van het “PO-‐model”:
Het PO-‐model betreft een traject in de periode 2009 tot heden, waarbij tussen enkele PO-‐scholen en het team van Schunck-‐educatie in een open dialooggestuurde wijze is onderzocht op welke wijze er meer cultuureducatie binnen het PO kan plaatsvinden. Zodoende zijn werkplannen ontwikkeld en is er cultuur aanbod ontwikkeld en ook daadwerkelijk toegepast in het PO en zijn de stappen steeds geëvalueerd en bijgesteld. Er is sprake van een reeds gegroeide positieve praktijk (“informele proeftuinen”), waar kennis en ervaring beschikbaar is en tevens wensen en ambities om op een hoger cq ambitieuzer niveau te komen. Binnen voornemen 2: kwaliteitskringen:
1. De betrokken leerkrachten en cultuur-‐educatie medewerkers inzetten in kenniskringen om andere doelstellingen en ambities van dit “CE met kwaliteit-‐programma” praktisch te kunnen voeden en vertalen.
47
Organisatie Vrije Akademie VAZOM Voornemen 2 Vakinhoudelijke deskundigheid Activiteit Kwaliteitskring Regio Zuid Omschrijving Binnen de kwaliteitskring kan VAZOM haar rol als expert benutten door een
kwalitatieve bijdrage te leveren aan de vormgeving en invulling van kernbegrippen zoals de betekenis van cultuureducatie, kwaliteit, creatief partnerschap, coaching/de andere rol voor de culturele aanbieders etc.
Organisatie Parkstad Limburg Theaters Voornemen 2 Vakinhoudelijke deskundigheid Activiteit SIEN-‐training Regio Zuid Omschrijving PLT heeft behoefte aan scholing van haar medewerkers om en goed beeld te krijgen
van het onderwijs en hoe het onderwijs werkt. Dit alles om te kunnen werken aan de veranderende rol: van intermediair naar ontwikkelaar en co-‐creator.
Organisatie Artamuse/Cultuurbedrijf i.o. Voornemen 2 Vakinhoudelijke deskundigheid Activiteit Kijk in de keuken Regio Zuid Omschrijving Het cultuurbedrijf i.o. brengt scholen die hetzelfde ambitieniveau hebben bij elkaar in
kleine overzichtelijke netwerken. Leren van elkaar/ uitwisseling/ problemen oplossen. De ervaring leert dat de behoefte aan uitwisseling met collega’s groot is en stimulerend werkt. Er is geen behoefte om het wiel opnieuw uit te vinden. We maken gebruik van de digitale omgeving van SIEN voor het vastleggen van de ‘uitgebalanceerde wielen’. De manier om elkaar beter te leren kennen is letterlijk een ‘kijkje in elkaars keuken’ nemen. Medewerkers van culturele instellingen en leerkrachten investeren tijd om elkaar te ontmoeten op de werkvloer. Ontmoeten, beleven, bevragen en zelf doen opent de weg naar een echte samenwerking op basis van respect voor ieders vakkennis.
Organisatie Artamuse/Cultuurbedrijf i.o. Voornemen 2 Vakinhoudelijke deskundigheid Activiteit SIEN-‐training Regio Zuid Omschrijving De afdeling Cultuureducatie van Artamuse heeft de huidige ICC-‐cursus verzorgd voor
scholen in de eigen regio. We staan open voor een bijdrage in de uitvoering van de vernieuwde versie van cursus in onze regio.
48
Organisatie Artamuse/Cultuurbedrijf i.o. Voornemen 2 Vakinhoudelijke deskundigheid Activiteit Scholingsaanbod Regio Zuid Omschrijving De consulenten cultuureducatie integreren in het dagelijkse werk
deskundigheidsbevordering op maat voor de leerkracht. Door een persoonlijke introductie van het gekozen project worden de doelstellingen van de lessen, de beginsituatie van de groep, de mogelijkheden van de leerkracht en de inbedding in het curriculum van de groep duidelijk. Aanpassing van het materiaal of de behoefte aan ondersteuning door vakdocenten wordt duidelijk. Wij willen een bijdrage leveren aan de ontwikkeling en uitvoering van bij-‐ en nascholing voor het onderwijs. We denken aan culturele inspiratiemomenten voor leerkrachten die het ‘zelf doen’ bevorderen. Wij willen in samenwerking met de PABO ook inzetten op de deskundigheidsbevordering van de leerkracht in opleiding. De PABO-‐leerling die een cultuureducatievestageopdracht wil uitvoeren kan rekenen op begeleiding door de consulenten van het cultuurbedrijf.
Organisatie NME Atelier/Moerveld Voornemen 2. Vakinhoudelijke deskundigheid Activiteit Scholing / SIEN training Regio Zuid Omschrijving NME-‐Atelier/Moerveld heeft een netwerk van (gast)docenten en medewerkers. Elk
met expertise op één of meer deelgebieden van onze educatie: pedagogiek/didactiek, historie-‐ erfgoed, geogra!sch-‐ ecologisch, expressief-‐kunstzinnig, enzomeer. Programma’s en activiteiten worden gezamenlijk ontwikkeld, vormgegeven en getoetst. NME-‐Atelier wil speels/ gedegen en hoogkwalitatieve bijdrage leveren aan de ontwikkeling van een gepaste en vooral verbeeldingsvol toepasbaar scholingsaanbod. NME-‐Atelier/Moerveld kan voor SIEN trainings-‐modules invullen en de coördinatie voor de regio Zuid Limburg op zich nemen.
49
Activiteit Actie/bijzonderheden 2013 2014 2015 2016Kijk in de keuken Eerste jaar nadruk op scenario 3 en 4. x x x xKwaliteitskring Inhoudelijke scenario’s uitwerken x
Opstellen 0-meting xVragen activiteiten x x x x
SIEN cursus onder-wijs en cultuur
Ontwikkelen cursus en pilot x
Doorlopende cursus x x x xSIEN platform Ontwikkelen expertise database gerelateerd
aan scenario’sx
Ontwikkelen vragenlijst voor scholen en cul-turele veld en verwerken
x x
Samenhang: interactieve culturele kaart, verdien bij SIEN
x
Beschikbaar stellen online platform x x x xScholing leerkrach-ten
Ontwikkelen scholingsaanbod op maat voor leerkrachten
x x
Overleg met Pabo, vakopleidingen kunst over invulling curriculum
x x x x
Ontwikkeling van het voornemen
50
Algemene activiteiten informatieScholen hebben de neiging om naar binnen gekeerd te zijn. Het onderwijsveld en het culturele veld bestaan naast elkaar, ter-wijl de doelstelling veelal overlap vertoont. Producten worden door culturele aanbieders ontwikkeld zonder ruggespraak met het onderwijs. Door de veranderende vraag van het onderwijs (‘het moet passen in het curriculum’) moeten culturele instel-lingen op een nieuwe manier naar hun rol met betrekking tot educatie gaan kijken.Om dit voornemen te kunnen realiseren, is een omslag in denken nodig. Binnen het onderwijs, binnen het culturele veld en bij ‘makelaars’ die traditioneel gezien de koppeling tussen onderwijs en cultuur maken (eerder door marktplaats-gericht activiteiten te matchen, nu door co-creatie te initiëren waar-bij de culturele instelling een rol gaat spelen in het reguliere onderwijsaanbod en zo een verlengstuk wordt van de leerom-geving van de school). Scholen hebben onvoldoende kennis van de culturele expertise in hun omgeving en de culturele aanbieders hebben onvol-doende zicht op de vraag van scholen. Om samen te werken is inzicht in beschikbare expertise en producten noodzakelijk zijn. Wat is de culturele potentie van de omgeving? Vanuit het SIEN-lab zal blijken dat de bestaande expertise en producten niet de gehele nieuwe leerlijn beslaan. Er zullen hiaten zijn, waarvoor nieuwe producten worden ontwikkeld. Niet met het aanpassing van bestaande producten, maar met het ontwikke-len van nieuwe innovatieve producten in Co-creatie.
Doelstellingen en bijdrage aan het programmaAan het einde van de projectperiode is een duurzame creatieve relatie tussen onderwijs en cultuur tot stand gebracht door middel van co-creatie en lokale allianties. De verschillende acti-viteiten hebben de samenwerking tussen het onderwijs en het culturele veld versterkt. Van de activiteiten is en stimulerende werking uitgegaan bij de omslag van een aanbodgericht naar vraaggericht cultuur educatief onderwijs.Vanuit het SIEN-lab komen vragen voort die in co-creaties wor-
den uitgewerkt worden. De ontwikkelde co-creaties sluiten aan bij de leerlijnen en zijn inpasbaar in het curriculum van de school Lokale allianties gebruiken diverse activiteiten om hun samenwerking te versterken.
Activiteiten: • Co-creatie* Lokale allianties
Tussendoelen:Aan het einde van het tweede projectjaar:• werken alle scholen in ambitieniveau 4 vraaggericht
samen met culturele instellingen. • hebben in Noord-Limburg 21 Co-creaties plaatsgevon-
den • hebben in Midden-Limburg 17 Co-creaties plaatsgevon-
den• hebben in Zuid-Limburg 28 Co-creaties plaatsgevonden • zijn 75 vernieuwende producten ontwikkeld die aan-
sluiten bij de kerndoelen en bruikbaar zijn voor alle scholen in Limburg
EinddoelenAan het einde van het vierde jaar:• werken scholen en het culturele veld duurzaam samen
in co-creatie. • in de hele provincie werkt onderwijs, culturele veld en
de lokale overheid samen, zodat aansluiting van cultuur educatief aanbod op de doorgaande leerlijnen wordt gewaarborgd.
• werken alle scholen in ambitieniveau 2, 3 en 4 op hun eigen ambitieniveau vraaggericht samen met culturele instellingen in hun omgeving.
• hebben in Noord-Limburg in totaal 38 Co-creaties plaatsgevonden
Voornemen 3 relatie scholen en omgeving
51
• hebben in Midden-Limburg in totaal 33 Co-creaties plaatsgevonden
• hebben in Zuid-Limburg in totaal 52 Co-creaties plaats-gevonden
• zijn in totaal 155 vernieuwende producten ontwikkeld die aansluiten bij de kerndoelen en bruikbaar
• zijn er in de hele provincie lokale allianties opgezet.
Doelgroep informatieIn tegenstelling tot de vorige twee voornemens, is dedoelgroep in dit voornemen breder. Ook nu komende ICC’ers, leerkrachten en directies van basisscholenevenals op (educatief) medewerkers van cultureleinstellingen, die de slag willen maken van aanbiedernaar coachend producent in het kader van het programma cultuureducatie met kwaliteit, terug.Daarnaast zijn de lokale overheid, de combinatiefuntionarissen cultuur en eventuele andere lokale cultuureducatieve partijen en verenigingen belangrijk.
Verankering activiteiten in Primair OnderwijsVoor scholen is het onmogelijk om cultuureducatievorm te geven zonder de expertise van het cultureleveld in de directe omgeving van de school. Door dezeexpertise aan te boren wordt het aanbod van deschool verrijkt en wordt de kans op succes binnen hetprogramma cultuureducatie met kwaliteit vergroot.Omdat de verschillende partners in deze ontwikkling elkaar vinden in een duurzame, op dialoog gerichte, samenwerking staat de borging niet ter discussie.
52
Activiteiten
Co-creatie
Co-creatie is de duurzame creatieve relatie tussen onderwijs en culturele veld, gericht op het ontwikkelen van producten die bijdragen aan het realiseren van kerndoelen en doorgaande lijnen. De samenwerking wordt ingegeven door het feit dat zowel het onderwijs als het culturele veld een zelfde belang delen. Dit leidt tot een dialoog waarbij enthou-siasme, daadkracht en de focus op resultaat centraal staan. De deelnemers aan de dialoog zijn gelijkwaardig en de sfeer wordt gekenmerkt door wederkerigheid openheid en vertrou-wen. Om deze uitgangspunten te waarborgen, vindt Co-creatie plaats in een gestructureerde setting onder begeleiding van een procescoach. Door te werken vanuit het principe van Co-creatie, betrekt het culturele veld het onderwijs bij de ontwikkeling van nieuwe producten die aansluiten bij de kerndoelen en direct inzetbaar zijn in het curriculum van de school. Voor scholen betekent dit dat zij geen afnemer zijn van een aanbod, maar dat zij actief partner zijn in de ontwikkeling van dit aanbod. Voor culturele instellingen betekent dit dat zij niet langer aanbod vanuit de ei-gen perceptie ontwikkelen, maar dat zij dit doen met de focus op wat scholen vragen.
Wanneer komt een co-creatie tot stand? Leidend in het omzetten van aanbodgericht aanbod naar
vraaggericht aanbod zijn de doorgaande lijnen die in de SIEN-labs worden toegepast. Vanuit de SIEN-labs komen vragen waarvoor geen passend aanbod beschikbaar is. Deze vragen worden door Team SIEN geïnventariseerd, waarna er op basis van de scenario’s van de scholen en de expertise en input van culturele instellingen een match wordt gemaakt. School en culturele instelling gaan samen de uitdaging aan een project of product te ontwikkelen in co-creatie. Hierbij wordt eerst gekeken naar doelstellingen en niet naar de uitvoeringsvorm. In samenwerking (coöperatief) wordt een vorm gekozen en gekeken hoe het product (creatie) ge-maakt kan worden. De coachende rol van het culturele veld richt zich daarbij ook op het aangegeven van mogelijkheden om een integratie van cultuureducatie in andere leergebie-den te realiseren. De culturele instelling ontwikkelt het pro-duct en de school test het product. Na evaluatie en bijstel-len wordt het product aangeboden via de portal van SIEN. Het resultaat van de co-creatie blijft het eigendom van de culturele instelling, maar wordt voor een gereduceerde prijs aan scholen aangeboden. Op de website van SIEN komt een digitale werkplaats waar te volgen is hoe vragen en ideeën omgezet in nieuwe producten.
We onderscheiden drie soorten co-creaties: 1.0- 2.0 en 3.0. Elk soort co-creatie kent een vastgesteld ontwikkelingsbud-get.
Een co-creatie 1.0. is het ontwikkelen van een project of product dat bijdraagt aan een groot gedeelte van een doorgaande lijn. Deze co-creatie gebeurt door meerdere scholen en culturele instellingen samen en bevat minimaal 2 producten.
Een co-creatie 2.0. is het ontwikkelen van één product dat bijdraagt aan een specifieke vraag van een school. Deze co-creatie gebeurt door 1 school en 1 culturele instelling of aanbieder.
Een co-creatie 3.0. is het ontwikkelen van één product dat bijdraagt aan een idee van een school geplaatst op de digitale werkplaats. Culturele instellingen en aanbieders kunnen reageren via de digitale werkplaats en Team SIEN
53
koppelt de school en de aanbieder om het product verder te ontwikkelen. Deze co-creatie gebeurt door 1 school en 1 culturele instelling of aanbieder.
Lokale allianties in de regio
Lokale allianties zijn nodig om krachten te bundelen in de omgeving van scholen en versnippering van initiatieven te voorkomen. Er moet gewerkt worden naar een lokale cul-tuuralliantie van partijen die elkaar kennen en weten bij wie zij de expertise kunnen krijgen als dit nodig is. Deze allian-ties kunnen door een Kijk in de keuken, Co-creaties en het SIEN platform ervaring met elkaar opdoen, zodat aansluiting daadwerkelijk plaatsvindt. Een cultuuralliantie is een samenwerking op gemeentelijk niveau tussen onderwijs, gemeente en cultuur (amateur-kunst, volkscultuur, erfgoed, culturele instellingen etc.). Lokale stichtingen dragen en drijven het proces. Zij kennen de context en de lokale omgeving; zij kennen de grenzen van het mogelijke. Kortom: lokale participatie en ‘eigenaar-schap’ is voorwaarde voor het bereiken en behouden van lokaal gedreven en gedragen cultuureducatie. Stichtingen voor primair onderwijs nemen de regie op zich en de uit-werking gebeurt lokaal in samenwerking met gemeenten. De cultuurallianties kunnen gebruik maken van de diensten en expertise van SIEN.
54
UITVOERING
Organisatie Kunstencentrum Venlo Voornemen 3. Relatie scholen en omgeving Activiteit Co-‐creatie Regio Noord Omschrijving In de afgelopen jaren heeft Kunstencentrum Venlo in samenwerking met lokale
muziekverenigingen diverse activiteiten in de naschoolse tijd opgezet zoals blazersklassen en het Slim muziekproject. In 2012 zijn op diverse scholen kleine dansvoorstellingen gegeven met als thema de Floriade. Voor 2013 zijn met Cultuurpad afspraken gemaakt over het project Venloverzamelt waaraan ‘Jan en Ko’ hun medewerking verlenen. Bij dit project wordt ook de wijk betrokken. Wij willen op basis van Co-‐creatie ons blijven inzetten om de relatie tussen scholen en hun omgeving te optimaliseren.
Organisatie Streekmuseum ’t Land van Peel en Maas &Cultuurpad Voornemen 3. Relatie scholen en omgeving Activiteit Co-‐creatie Regio Noord Omschrijving Streekmuseum ’t land van Peel en Maas wil in samenwerking met Cultuurpad een
nieuw educatief aanbod ontwikkelen dat aansluit bij de kerndoelen en direct inzetbaar is in een doorgaande lijn cultuureducatie. Het museum biedt een rijke historie van de gemeente en vele thema’s die in het onderwijs aan bod komen. Het educatief aanbod sluit echter niet aan bij het onderwijs. Het bestuur van het museum staat open voor vernieuwing en wil in samenwerking met het onderwijs hun educatieve aanbod geheel vernieuwen. Een werkgroep gaat in november 2012 aan de slag met deze uitdaging. De uitkomst zou als voorbeeld kunnen dienen voor andere kleine streekmusea en heemkundeverenigingen in Limburg.
Organisatie Cultuurpad Voornemen 3. Relatie scholen en omgeving Activiteit Co-‐creatie Regio Noord Omschrijving De afgelopen jaren hebben we geëxperimenteerd met de het realiseren van
vernieuwende producten in co-‐creatie met culturele partners. Deze werkwijze willen we graag in de komende jaren verder uitbreiden en uitwerken samen met partners in de provincie. Co-‐creatie met als doel passende producten voor het onderwijs te realiseren.
Organisatie Cultuurpunt Venray Voornemen 3. relatie scholen en omgeving Activiteit Lokale allianties (relatie met team SIEN) Regio Noord Omschrijving Cultuurpunt Venray als platform voor scholen en culturele aanbieders. Cultuurpunt
Venray vormt de verbinding tussen scholen en (lokale) culturele aanbieders, fungeert als expertisecentrum, organiseert netwerkbijeenkomsten voor scholen en culturele aanbieders van de gemeente Venray en kan desgewenst optreden als bemiddelaar (culturele marktplaats). Cultuurpunt Venray is ondergebracht bij Kunstencentrum Jerusalem.
55
Organisatie Kunstencentrum Jerusalem Voornemen 3: relatie scholen en omgeving Activiteit Co-‐creatie Regio Noord Omschrijving Ontwikkeling activiteiten ‘talige’ kunstdisciplines theater (drama, musical) en muziek
als ondersteuning c.q. aanvulling op het taal-‐ en rekenonderwijs. Dans (in al haar creatieve verschijningsvormen) als ondersteuning voor onder meer taal-‐ en rekenonderwijs. Denk daarbij aan vorm, ritme, vloerpatronen, ruimte en geheugentraining. Tevens kan dans een vast onderdeel vormen van het bestaande bewegingsonderwijs. Nieuw te ontwikkelen cultuuronderwijsprogramma’s. KCJ is bezig met het ontwikkelen van een programma, genaamd TechArt, waarbij vormgeving, techniek en nieuwe media centraal staan. Inzet van expertteams op de scholen. Deze teams komen in actie op een gerichte vraag vanuit de school. Afhankelijk van de vraag zijn deze teams wisselend van samenstelling. Het team kan dus ook multidisciplinair van samenstelling zijn. Wij noemen zo’n team een Vliegende Brigade. De Vliegende Brigade kan worden ingezet als ‘coach’ maar kan ook fungeren als werkgroep die in overleg met school bijvoorbeeld thematisch maatwerk levert (co-‐creatie). Zowel inhoudelijk als programmatisch.
Organisatie RICK Voornemen 3. Relatie scholen en omgeving Activiteit Co-‐creatie Regio Midden Omschrijving De instellingen hebben in de afgelopen periode ervaring opgedaan in de ontwikkeling
van aanbod gestuurde naar vraag gestuurde activiteiten. Van een vaststaand kunstmenu naar een keuzemenu en heeft in op een aantal scholen de ontwikkeling naar inbedding in het schoolcurriculum in doorlopende leerlijnen ingezet. Om co-‐creatie in de toekomst nog beter uit de verf te laten komen zou elke basisschool over een cultuurcoach moeten kunnen beschikken. Met die externe coach komt voor elke school de eigen vraag boven water, met een uitkomst op het eigen ambitieniveau. Van basis-‐cultuureducatie tot cultuur profielschool. Voor het ontwikkelen van die eigen vraag en het antwoord op die vraag is menskracht, tijd en geld nodig.
56
Organisatie ECI Cultuurfabriek Voornemen 3. Relatie scholen en omgeving Activiteit Co-‐creatie Regio Midden Omschrijving Vraag gestuurd ontwikkelen van activiteiten: ECI Cultuurfabriek wil en kan meewerken
aan nieuwe ontwikkelingen vanuit een vraag van het onderwijs. Zo heeft ECI Cultuurfabriek samen met een basisschool en een vereniging een nieuwe opzet voor een kennismakingscursus muziek ontwikkeld. Hierbij worden ouders actief betrokken via de sociale media. Het blijkt dat veel ouders via Facebook daadwerkelijk de muzikale ontwikkelingen van hun kind volgen en thuis actief meedoen met doe spelletjes het bekijken van filmpjes enz.
Organisatie MENSWEL Voornemen 3. Relatie scholen en omgeving Activiteit Co-‐creatie Regio Midden Omschrijving Van een kunstmenu naar een vraaggerichte aanpak. De scholen in Echt-‐Susteren
willen in samenwerking met de cultuurcoach en hun netwerken aan de slag met co-‐creatie.
Organisatie RICK Voornemen 3. Relatie scholen en omgeving Activiteit Lokale allianties Regio Midden Omschrijving De bestaande Marktplaats wil de rol als verbinder tussen onderwijs, cultuur en
gemeente in de periode 2013-‐2016 blijven uitoefenen om de krachten te bundelen en versnippering te voorkomen. Er is nog veel te halen in het samenbrengen van lokale mogelijkheden om de specifieke vragen van scholen in te vullen. Door samenwerkingsverbanden te creëren in plaats van activiteiten in te kopen wordt eigenaarschap gecreëerd en maakt de kwaliteit van een samenhangend programma een verdiepingsslag.
57
Organisatie Stichting Catharijn Voornemen 3. Relatie scholen en omgeving
Activiteit Co-‐creatie/Lokale allianties in de regio
Regio Midden
Omschrijving De werkgroep Kunst in de Buurt van de stichting Catharijn opereert op een nieuw werkterrein: georganiseerde community arts. Community arts worden meer en meer erkend als een kunstvorm die bindend werkt voor mensen, in de stad of op het platteland. Deze vorm biedt grote kansen voor de ontwikkeling van de amateurkunst. Bovendien komen in regio’s met een krimpende bevolking het verenigingsleven onder druk te staan. Tegelijkertijd groeit het aantal ouderen in ons land en liggen er nieuwe mogelijkheden in de community arts om de amateurkunst te verankeren in de plaatselijke gemeenschap. De nieuwe samenwerkingsverbanden die Kunst in de Buurt nastreeft, met onderwijs, sport, bedrijfsleven, welzijn, maatschappelijke instellingen, woningbouwverenigingen etc. maken de amateurkunst door middel van community arts sterker. Het is de ambitie van de werkgroep om zich te verankeren in het maatschappelijk en cultureel veld in de regio. Daarvoor heeft stichting Catharijn een stappenplan ontwikkeld in samenwerking met het Oranje Fonds. Om dit te realiseren heeft Kunst in de Buurt drie ambities geformuleerd op het gebied van:
1. cultuureducatie 2. innovatie amateurkunst 3. manifestatie
Vooral op punt 2 en 3 liggen taken voor de werkgroep Kunst in de Buurt: zoals het aansluiting zoeken bij het lokale verenigingsleven en betrekken van ouderen, 65+. Samen actief te zijn in kunst of erfgoed door ouderen en jongeren biedt een interessant perspectief. Het draagt bij aan meer verbinding tussen generaties: amateurkunst wordt door mensen van alle leeftijden beoefend, maar nog niet met elkaar Maar ook het manifesteren van het collectieve talent, de community arts. Het stimuleert en bevestigd de kwaliteit (van inzet deelnemers en het uiteindelijke kunstwerk) van de collectieve aanpak. Kunst in de Buurt heeft bewezen dat ook met community arts gezamenlijk op hoog niveau gepresteerd kan worden. Om tot een goede uitvoering van beleid te komen waarbij de culturele loopbaan wordt gegarandeerd zal Catharijn op lokaal niveau een platform vormen, waarin alle spelers in het lokale/regionale culturele veld en het onderwijs betrokken zijn.
58
Organisatie MENSWEL Voornemen 3. Relatie scholen en omgeving Activiteit Lokale allianties Regio Midden Omschrijving Als organisatie voor cultuureducatie in het onderwijs hebben we regelmatig contact
met culturele organisaties en verenigingen. We hebben daar onze ambities neergelegd en de volgende verenigingen en organisaties willen hun bijdrage leveren: Museum van de Vrouw, Biblionova, Artamuse, CK Roermond, Samenwerkende muziekverenigingen Echt-‐Susteren ( 9 verenigingen) Stichting Culturele Kring Echt, Orgelkring Echt-‐Susteren, 3 Heemkundeverenigingen, Kunstenaars collectief KC 61 (Beeldende kunstenaars uit het postcodegebied 61, van Echt tot en met Beek.)
Organisatie Parkstad Limburg Theaters Voornemen 3 Relatie scholen en omgeving Activiteit Co-‐creatie Regio Zuid Omschrijving PLT een rol spelen in co creatie. Dit is nieuw voor onze organisatie en zal dus nog
helemaal vorm moeten krijgen. Dit zal zeker ook in samenwerking met onze bespelers en de andere culturele instellingen in Parkstad gerealiseerd kunnen worden. Er zal nauw samengewerkt worden met het Cultuurhuis Heerlen, dat in de toekomst de functie van amateurkunstcentrum zal krijgen.
Organisatie Parkstad Limburg Bibliotheken Voornemen 3 Relatie scholen en omgeving Activiteit Co-‐creatie Regio Zuid Omschrijving Binnen voornemen 3 ziet PLB een kans in co-‐creatie. Er zijn goede ervaringen
opgedaan in samenwerking met St. Muziekschool Kerkrade en met lokale kunstenaars. Verdere concretisering is afhankelijk van vraag van de scholen en de beschikbare middelen. PLB kan in wezen op een heel breed terrein van disciplines (met speerpunt literaire vorming) mede invulling/ondersteuning . De hoeveelheid scholen is afhankelijk van het maatwerk dat gevraagd wordt door de diverse scholen en de beschikbare middelen.
59
Organisatie Kunst en Cultuurhuis De Klimboom Voornemen 3 Relatie scholen en omgeving Activiteit Co-‐creatie Regio Zuid Omschrijving Samenwerking is van “levensbelang” .
Het is echter van belang dat het geen modewoord is. Het geheel is meer dan de som der delen. Kunst en Cultuurhuis De Klimboom hecht eraan om vanuit puurheid samenwerkingsverbanden aan te gaan op het gebied van o.a. cultuureducatie. Wat ons ten zeerste aanspreekt is de formule : vraaggericht werken! Niet de culturele instelling maar de school en m.n. de leerling bepaalt de manier waarop uitvoering gegeven wordt aan het creatieve proces op het gebied van kunst, cultuur, dans, media enz. Het is dan ook van belang dat er vanaf het eerste moment een zuiver communicatie-‐proces op gang komt tussen de creatieve industrie en de school. Het betreft hier maatwerk van de bovenste plank en vraagt nadrukkelijk veel tijd en energie. Als vervolgens de cultuurinstelling en de school dezelfde taal spreken, dan kan de “programmering” beginnen. Met programmering bedoelen we in deze het samen smeden van een aantal creatieve activiteiten gericht op ontwikkeling/ kennisverwerving van de individuele leerling, waarbij het opdoen van inspiratie een basisvoorwaarde is. Het is van belang dat hierbij de nodige structuur en een duidelijk leerlijn ontstaan. Graag willen wij als Kunst en Cultuurhuis De Klimboom een bijdrage leveren aan het aanwakkeren en vooral brandend houden van dit “vuurtje”.
60
Organisatie Schunck* Voornemen 1 Ontwikkeling, verdieping en vernieuwing van het curriculum
3 Relatie school en omgeving Activiteit SIEN lab Co-‐creatie Regio Zuid Omschrijving SCHUNCK* evalueert en herschikt momenteel haar educatieve aanbod ook conform de
doorlopende leerlijn Deze doorlopende leerlijn loopt langer en breder dan de doorlopende leerlijn van het PO. Door deze evaluatie, herordening en aanvulling gemeenschappelijk en integraal te doen ontstaan er een aantal extra ontwikkelingskansen en mogelijkheden voor zowel PO als SCHUNCK*;
1. Deze beide trajecten qua aanpak en in tijd/planning synchroniseren om zodoende optimaal kansen en mogelijkheden te pakken;
2. Naast binnen-‐buiten ook buiten-‐binnen denken en nagaan welk andere doelgroepen (dan PO zelf), productenaanbod kunnen bijdragen aan de CE-‐doelstellingen, bijvoorbeeld:
a. De doorlopende leerlijn oprekken van voorschools, buitenschools tot VO. Schunck* heeft bestaande partnerrelaties en aanbod in deze groepen en dit kan ingebracht worden;
b. Wat kunnen ouders, verzorgers, grootouders, cultuurminnaars, cultuurvrienden, kunstenaars etc direct of indirect betekenen?
3. Eventuele “witte vlekken” in het CE-‐aanbod, die ook passen in de SCHUNCK*-‐visie kunnen ingekocht of desnoods op maat zelf ontwikkeld worden;
4. De bedrijfseconomische afwegingen die bij de inrichting en vaststelling van de doorlopende leerlijn gemaakt dienen te worden, kunnen op partnerbasis beter en effectiever ingevuld worden.
Organisatie Vrije Akademie VAZOM Voornemen 3 Relatie scholen en omgeving Activiteit Co-‐creatie Regio Zuid Omschrijving In Landgraaf werken we binnenkort met 2 combinatiefunctionarissen (1 cbf gekoppeld
aan de scholen 16,7 uur en 1 cbf na-‐schooltijd -‐12 uur). We zouden in Landgraaf nog verder moeten komen omdat daar 2 mensen een aantal uren krijgen voor maatwerk en het ontwikkelen van projecten samen met de scholen en hun omgeving. Daar staan concreet een aantal projecten op stapel. Zoals een project rondom een ruïne in combinatie met oude ambachten en een spel voor de scholen door Geertje de Weerdt. Dit project is voor onder schooltijd en wordt verbonden met doorlopende activiteiten na-‐schooltijd. Een project rondom een thema door een school in combinatie met een zorginstelling en ondernemers uit de omgeving. Een poëzieproject (vakoverstijgend) voor andere een school in Landgraaf.
61
Organisatie Platform de Mijnen Voornemen 3 relatie scholen en omgeving Activiteit Co-‐creatie Regio Zuid Omschrijving De ontwikkeling van vernieuwende producten Historisch besef over de industriële
ontwikkeling van Zuid-‐Limburg In 2015 wordt op initiatief van de Gemeente Heerlen een landelijk Jaar van de Mijnen georganiseerd. Dit jaar zal in het teken staan van de geschiedenis van de mijnbouw, één van de belangrijkste industriële ontwikkelingen van Nederland. Tegelijkertijd zal vooral ook stil worden gestaan bij de impact die het mijnverleden op deze streek heeft gehad en de betekenis van deze geschiedenis, ook voor regio’s nu. Centraal staat het thema mijnverleden in relatie tot de ontwikkeling van de stad en streek. Wat heeft dit industrieel verleden eigenlijk betekent voor deze regio? Hoe exemplarisch is het als het gaat om wereldoriëntatiethema’s als industriële revolutie en (arbeids)migratie? Qua vorm zijn er verschillende initiatieven die een rol kunnen spelen in de ontwikkeling van producten die passen binnen de te ontwikkelen leerlijn:
1. Culturele instellingen (Het Nederlands Mijnmuseum Heerlen, Historisch Goud Heerlen, Schunck Heerlen, Discoverycenter Continium Kerkrade en Museum Het Domein Sittard)
2. Archieven (Historisch Goud/Rijckheyt in Heerlen, Sociaal Historisch Centrum in Maastricht, Euregionaal Historisch Centum in Sittard-‐Geleen, Archief Kerkrade, Archiefdienst DSM)
3. Stichting De Koempel Verhaalt, die een inhoudelijk en publieksgericht standaardwerk over het Mijnverleden publiceert
4. WMC Kerkrade met het project ‘Sjtub’ 5. Diverse vrijwilligers-‐ en verzamelinitiatieven (van oud-‐mijnwerkers)
De leerlijn en de bijbehorende producten worden ontwikkeld door Servicebureau Demijnen (eindredactie voor het hele programma, zie www.demijnen.nl) in samenwerking met uitvoerende partijen.
Organisatie Artamuse/Cultuurbedrijf i.o. Voornemen 3 Relatie scholen en hun omgeving Activiteit Co-‐creatie Regio Zuid Omschrijving Inzetten op co-‐creatie is inherent aan de doelen die we stellen in het ontwikkelen van
een doorgaande leerlijn voor cultuureducatie die uitgaat van ontwikkelingsgericht en vraaggestuurd werken. Het verweven van de bestaande disciplinegerichte leerlijnen voor beeldende vorming, dans, drama en muziek in het curriculum van de school wordt de belangrijkste uitdaging. De inspiratie van de kunstenaar is daarbij onmisbaar. Zonder idool geen nieuw talent!
62
Organisatie Historisch Goud Voornemen 3 Relatie scholen en omgeving Activiteit Lokale allianties in de regio Regio Zuid Omschrijving De ontwikkeling van een constructie voor erfgoededucatie in Parkstad Limburg
Historisch Goud bestaat uit 3 organisaties: het Thermenmuseum (Romeins archeologisch), Kasteel Hoensbroek (perioden middeleeuwen – 17e eeuw – 18e eeuw) en het archief Rijckheyt. Daarnaast wordt Historisch Goud door de Gemeente Heerlen gezien als hét doorgeefcentrum voor erfgoededucatie in de regio. Op educatief vlak wilt Historisch Goud de komende periode een slag slaan. Er ligt een beleidskader educatie, waarin wordt uitgegaan van 2 lijnen: ten eerste de ontwikkeling van een inhoudelijke vertaalslag van de expertise van de afzonderlijke instellingen van Historisch Goud naar kindniveau (voor verschillende groepen) en ten tweede het realiseren van een doorgeef/ondersteuningsfunctie voor ook kleine erfgoedaanbieders in de regio. Historisch Goud wilt haar educatieve potentie graag in het kader van ‘Lokale allianties in de Regio’ samen met het onderwijsveld vormgeven.
Organisatie Artamuse/Cultuurbedrijf i.o. Voornemen 3 Relatie scholen en hun omgeving Activiteit Lokale allianties in de regio Regio Zuid Omschrijving Met de oprichting van het cultuurbedrijf in Sittard-‐ Geleen wordt de regionale
culturele alliantie mogelijk. De grote culturele instellingen hebben cultuureducatie hoog op de agenda en worden hierbij ondersteund door de regionale gemeenten. Een culturele loopbaan voor ieder kind is één van de kerndoelen voor cultuureducatie in dit bedrijf. Museum, schouwburg, bibliotheek, muziek-‐ dansschool, poppodium en andere culturele aanbieders werken samen. Cultuureducatieve medewerkers en combinatiefunctionarissen vormen het team cultuureducatie van de Westelijke Mijnstreek. Voor het onderwijs is het regionale loket duidelijk, één plaats met veel mogelijkheden voor iedere school.
Organisatie NME Atelier/Moerveld Voornemen 3. relatie scholen en omgeving Activiteit Lokale allianties / co-‐creatie Regio Zuid Omschrijving NME-‐Atelier/Moerveld heeft relaties met veel scholen in de regio en wil vanuit haar
doelstelling bij-‐ dragen aan praktisch omgevingsonderwijs. Met de reeds ontwikkelde expertise en programma’s is NME-‐Atelier/Moerveld een gekende en belangrijke speler in het cultuur-‐educatief werkveld. NME-‐Atelier/Moerveld kan haar contacten goodwill en netwerk inzetten voor het komen tot werkbare en co-‐creatieve samenwerking. NME-‐Atelier/Moerveld blijft aanbieder van cultuur-‐educatieve programma’s in de regio Zuid Limburg, waaronder Westelijke mijnstreek en Heuvelland.
63
Activiteit Actie/bijzonderheden 2013 2014 2015 2016Co-creatie Co-creatie ontwikkeling nieuwe producten
passend in de doorgaande lijnen (SIEN-lab)x x x x
Lokale allianties Lokale allieanties oprichten en versterken x x x x
Ontwikkeling van het voornemen
64
Algemene activiteiten informatieCultuureducatie is geen vrijblijvend onderdeel van het curricu-lum van een school. Net als bij de andere vakgebieden zou de school moeten beogen om doelen te bereiken. De realiteit is op dit moment echter een andere. Doordat de onderliggende doelstellingen nauwelijks geëxpliciteerd zijn blijft cultuureduca-tie op z’n best steken in het ‘kennismaken met’. Daarnaast con-stateert de Onderwijsraad dat het bepalen van de opbreng-sten van cultuureducatie wordt bemoeilijkt doordat geschikte instrumenten ontbreken. Door het ontbreken van duidelijk geformuleerde doelen, heeft cultuureducatie op school een te vrijblijvend karakter. Het is niet verankerd in een doorgaande lijn en er is niet duidelijk wat kinderen in de loop van hun schoolloopbaan ‘moeten leren’. Doordat er geen duidelijke doelen voorhanden zijn, is ook het meten van de kwaliteit van cultuureducatie lastig, zo niet onmogelijk. Zowel het explicite-ren van doelen als het volgen van leerlingen draagt bij aan een beter zicht op de effecten van cultuureducatie op school.
Doelstellingen en bijdrage aan het programmaAan het einde van de projectperiode heeft SIEN meer kennis en inzicht verworven in de ontwikkelingen van kinderen op het gebied van cultuureducatie. Via SIEN–lab worden de doelstel-lingen verankerd in de doorgaande leerlijn. SIEN beschikt over een kwaliteitskader waarmee de kwaliteit van het cultuur educatief handelen op school inzichtelijk gemaakt kan wor-den. De implementatie van een leerlingvolgsysteem en een kwaliteitskader cultuureducatie zorgen voor een ontwikkeling van vrijblijvend cultuur educatief handelen naar doelgericht educatief handelen op school.
Activiteiten: • Ontwikkelen kwaliteitskader* Kwaliteitssysteem
Tussendoelen:Aan het einde van het tweede jaar: • werken alle scholen in ambitieniveau 4 vraaggericht
samen met culturele instellingen. • zijn de doelen voor cultuureducatie uitgewerkt in een
doorgaande leerlijn die via SIEN-lab breed gedeeld wordt met het veld.
• is het aanbod aan beschikbare kwaliteitskaders getest op de bruikbaarheid in de Limburgse setting. Dit kwali-teitskader bevat toetsbare indicatoren en eindtermen voor cultuureducatie.
• is er een opzet voor een leerlingvolgsysteem op gebied van de culturele ontwikkeling van kinderen beschikbaar.
EinddoelenAan het einde van het vierde jaar• zijn zowel het leerlingvolgsysteem als het kwaliteitssys-
teem uitgeprobeerd op 10 scholen per regio.• maken alle Limburgse basisscholen gebruik van een
leerlingvolgsysteem voor cultuureducatie.
Doelgroep informatieAlle deelnemende Limburgse basisscholen.
Verankering activiteiten in Primair OnderwijsEr worden beginsituaties en einddoelen gesteld en gemo-nitord waardoor duidelijk wordt welke effecten cultuuredu-catie heeft op de ontwikkeling van kinderen. Hiermee krijgt het onderwijs een nieuwe manier geboden waarop één van de leergebieden/intelligenties van kinderen bij te houden is. Scholen gebruiken dit systeem mede om de inzet van de middelen voor cultuureducatie te verantwoorden naar hun stakeholders, waaronder de onderwijsinspectie.
Voornemen 4 bevodering van de culturele ontwikkeling van kinderen
65
Uitvoering van Activiteiten
De ontwikkeling van het culturele brein van kinderen draagt bij aan de kansen op succes op een veel breder cognitief gebied. Wil cultuureducatie ertoe doen, dan zullen de gewenste opbrengsten gedefinieerd en gemeten moeten worden. Om deze reden zal er een kwaliteitskader ontwik-keld worden dat de onderwijskundige visie op de culturele ontwikkeling van kinderen expliciteert. Het kwaliteitskader wordt getoetst in de SIEN-lab doorgaande lijnen en heeft een onderwijskundige verdieping als resultaat. Het kwali-teitskader bevat toetsbare indicatoren en eindtermen voor cultuureducatie. Daarnaast bevat het volg- en beoorde-lingselementen en voorziet het in een evaluatieve cyclus. In 2013 wordt het onderzoek naar de ontwikkeling van het kwaliteitskader met toetsbare indicatoren uitgezet . De kwa-liteitskringen binnen SIEN dienen als klankbord.
Daarnaast willen we bekijken in hoeverre we de vijf door het ministerie van Onderwijs, Cultuur en Wetenschappen erkende academische basisscholen in de provincie Limburg een rol kunnen geven in het onderzoek binnen de praktijk. Samen met hogescholen Zuyd en Fontys (De Nieuwste Pabo) wordt op deze scholen onderzoek gedaan naar methodes om het onderwijs te verbeteren.
ontwikkeling van het voornemenActiviteit Actie/bijzonderheden 2013 2014 2015 2016Ontwikkelen kwali-teitssysteem
Onderzoek naar toetsbare indicatoren en eindtermen
x x
Testen van indicatoren in onderwijspraktijk xOnderzoeken van toepasbaarheid van ver-schillen beoordelingsinstrumenten, waar mogelijk vanuit landelijk onderzoek
x x
Implementeren kwaliteitssysteem x x
66
UITVOERING Organisatie Kunstencentrum Venlo
Voornemen 4. Bevordering van de culturele ontwikkeling van kinderen Activiteit Kwaliteitskader Regio Noord Omschrijving Kunstencentrum Venlo onderstreept het belang van planmatig werken en het meten
van de behaalde leeropbrengsten. Het wil daar alle medewerking aan geven. Wij reiken aan de jeugdige leerlingen rapporten uit. Natuurlijk zijn de maatstaven in het vrije tijds onderwijs anders dan op scholen maar we zijn gewoon om onze cursisten te beoordelen op diverse onderdelen van de betreffende kunstdiscipline in relatie met hun leeftijd.
Organisatie Cultuurpad Voornemen 4. Bevordering van de culturele ontwikkeling van kinderen Activiteit Kwaliteitskader Regio Noord Omschrijving In samenwerking met onze opdrachtgever (de scholen_in onze regio) willen we
meewerken aan de ontwikkeling van het kwaliteitskader en dit kader ook in de praktijk testen.
Organisatie RICK Voornemen 4. Bevordering van de culturele ontwikkeling van kinderen Activiteit Kwaliteitskader Regio Midden Omschrijving Ku+Cu ziet het kwaliteitskader voor cultuureducatie als een onmisbare toets om
kwaliteit te monitoren. Daarin zou ook aandacht moeten zijn voor de toetsing van de activiteiten die in de doorlopende leerlijn worden ingezet. Zowel de producten van culturele instellingen als zelfstandige cultuurmakers en amateurverenigingen moeten aan bepaalde criteria voldoen. Een traject voor deze doelgroep dat voorziet in toetsing, ontwikkeling en evaluatie vooral in samenspraak met het onderwijs, waarborgt dat activiteiten in de doorgaande leerlijn voldoen aan de maatstaf. Instellingen, amateurverenigingen, zelfstandige cultuurmakers die aan de maatstaf voldoen zouden een keurmerk moeten krijgen.
Organisatie Parkstad Limburg Bibliotheken Voornemen 4 Bevordering van de culturele ontwikkeling van kinderen Activiteit kwaliteitskader voor cultuureducatie Regio Zuid Omschrijving PLB wil ondersteunen bij het benoemen van de juiste indicatoren binnen een
kwaliteitskader en een kwaliteiteszorgsysteem.
67
Organisatie Parkstad Limburg Theaters Voornemen 4 Bevordering van de culturele ontwikkeling van kinderen Activiteit Kwaliteitskader voor cultuureducatie Regio Zuid Omschrijving Als de kwaliteitskaders bekend zijn zal PLT invulling kunnen geven aan de benodigde
acties. Organisatie Artamuse/Cultuurbedrijf i.o. Voornemen 4 Bevorderen culturele ontwikkeling van kinderen. Activiteit Kwaliteitskader voor cultuureducatie Regio Zuid Omschrijving Door zitting te nemen in de klankbordgroepen van SIEN kan team cultuureducatie
Westelijke Mijnstreek Team naar wens haar ideeën naar voren brengen. Bijvoorbeeld het opzetten van culturele leerlingvolgsystemen. Of een mooi vormgegeven portfolio dat het kind meekrijgt na het doorlopen van het schoolcultuurtraject kan een artistieke rapportage vormen.
Organisatie NME Atelier/Moerveld Voornemen 4 Bevordering van de culturele ontwikkeling van kinderen Activiteit Kwaliteitskader Regio Zuid Omschrijving NME-‐Atelier/Moerveld is in overleg met de Universiteit Maastricht (ICIS) om te komen
tot de ontwikkeling van een instrument om de effecten van haar programma’s op de (cognitief/motorisch/morele) ontwikkeling van de doelgroep te meten. De eerste gesprekken zijn gevoerd, het enthousiasme is gewekt. Gewerkt wordt aan een eerste onderzoeksformulering en de financiering van dit onderzoek. Dit sluit aan bij de ambitie van SIEN om te komen tot een werkbaar kwaliteitskader en zorgsysteem. NME-‐Atelier/Moerveld wil dit onderzoek graag inbrengen in dit project en van daaruit meedenken en verder werken aan een kwaliteitssysteem. NME-‐Atelier/Moerveld heeft capaciteit om kwaliteitscontroles/ evaluaties in te zetten en een zorgsys-‐ teem voor Zuid Limburg te beheren.
68
69
MONEVAPLAN kaft invoegen
70
Het doel van het MONEVA-plan is inzicht te krijgen in de processen die we op gang brengen met het programma en hoe we deze processen kunnen verbeteren. Daarom is de monitoring en evaluatie gericht op processen van leren en innoveren in en om het pro-gramma. Het proces hoe resultaten tot stand zijn gekomen is minstens zo belangrijk als het resultaat zelf.
De inhoud van het moneva-plan is in vier stappen uitge-werkt:Stap 1: We hebben de beleidsvragen en doel en vastgesteld Stap2: We hebben de vragen die richting geven aan de monitoring en evaluatie vastgesteld Stap 3: We hebben de monitorinstrumenten afgeleid van de voornemens en bijbe horende doelenStap 4: Operationele uitwerking
We richten een goede monitor- en evaluatiesystematiek in om:• Zicht te bieden op de problematiek en ont- wikkeling• De voortgang en de effecten van het beleid in zicht te
houden• Input te hebben voor bijstellingen van het beleid• Gegevens te hebben voor verantwoording in de tus-
senevaluatie en de eindevaluatie.Via een set van indicatoren en instrumenten verzamelen we periodiek gegevens. In de evaluatie na 2 jaar beoordelen we de effecten van het beleid door gebruik te maken van de monitorgegevens. We haken daarbij aan bij het landelijke referentiekader met evaluatiecriteria dat ontwikkeld wordt.Het uiteindelijke doel is om bij te dragen aan een goede culturele loopbaan van kinderen in de provincie Limburg en een kwaliteitsimpuls aan cultuureducatie te geven.
Bij de inrichting van de MONEVA-systematiek hanteren we de volgende uitgangspunten:• Het moet in eigen beheer van team Sien en de lokale
partners uitgevoerd kunnen worden;• De monitor en de evaluatie moeten beleids- relevant zijn;• We maken gebruik van reeds beschikbare gegevens
om de partners en de instellingen zo min mogelijk te belasten;
• Relevante nieuwe beleidsthema’s die voortvloeien uit de vergelijkende analyse van de aanvragen moeten ook binnen het MONEVA-kader kunnen worden onderge-bracht.
71
72
Het programma Cultuureducatie met Kwaliteit in Limburg bevat de volgende voornemens en activiteiten:
1 Ontwikkeling, verdieping en vernieuwing van het curriculum: door realiseren van een SIEN-lab voor doorgaande lijnen en instellen van team SIEN
2. Vakinhoudelijke deskundigheid: leren van en met elkaar door Kijk in de keuken, het inrichten van kwaliteitskringen, het ontwikkelen van een SIEN-cursus voor ICC-ers nieuwe stijl en cul-turele veld, versterken van het SIEN-platform en het ontwikkelen van een scholingsaanbod in samenwerking met Pabo’ s en kunstvakopleidingen
3. Relatie scholen en omgeving : versterken samenwerking door het introduceren van co-crea-tie van onderwijs en culturele veld en inrichten van lokale allianties in de regio
4. Bevordering van de culturele ontwikkeling van kinderen : ontwikkelen van een kwaliteitska-der en kwaliteitssysteem voor cultuureducatie en inrichten van een kinderparlement
Per voornemen zijn tussen- en einddoelen geformuleerd. Voor een beschrijving van de activitei-ten en de bijbehorende tussen- en einddoelen verwijzen we naar de voorgaande hoofdstukken.
73
74
Onderstaande vragen geven richting aan de monitoring en evaluatie van Cultuureducatie met kwaliteit in LimburgProcesvragen:• Hoe dragen de activiteiten bij aan de niveaus van output, outcome en impact? • Dragen de activiteiten bij op de manier zoals we die verwachtten? • Welke lessen leren we over de stappen die we zetten?• Wat betekent dat voor volgende stappen?
Output: directe resultaten van opbrengsten (korte termijn) • Wat zijn de directe resultaten van de activiteiten? • Doen we wat we afgesproken hebben? Zijn de gestelde doelen gerealiseerd? • Voldoen geleverde producten aan de verwachtingen? • Welke neveneffecten hebben de activiteiten?
Outcome: resultaten die teweeg worden gebracht door de output (middellange termijn) • Welke veranderingen in denken, handelen zijn waar te nemen bij stakeholders, organisaties, netwerken?
Impact: effect of doorwerking van de outcome (lange termijn)• Gaat de verandering de goede kant op? • Worden de projectresultaten benut door de doelgroep en opgepakt door andere instituties of initiatieven?• In hoeverre draagt het project bij aan de uiteindelijke veranderingsopgave? • Welke veranderingen zien we op lange termijn? • Zijn we op weg naar kwalitatieve cultuureducatie?
Eigenschappen van activiteiten:• Relevantie in context: het belang van de activiteit in relatie tot de veranderingsopgave. • Werkt het project aan de juiste zaken? • Zijn de activiteiten (nog) relevant of is de context waarbinnen we werken veranderd, of zijn de stakeholders van mening veranderd? • Is tussentijdse monitoring van ontwikkelingen in het systeem van belang?Efficiëntie: de verhouding tussen kosten en baten, investeringen en lasten.
75
• Is de benutting te verantwoorden? • Is er een goede balans tussen kosten en baten? • Hadden resultaten ook met minder middelen bereikt kunnen worden?
Verankering: de mate waarin verandering stabiel en blijvend zijn.• Zijn de effecten van onze interventie blijvend of tijdelijk van aard? • Worden de resultaten en functies van het project overgenomen door anderen?
Bovenstaande vragen zijn leidend in het MONEVA-proces en worden in 2013 geoperationaliseerd door team SIEN in samenwer-king met de kwaliteitskringen.
76
We hanteren een aantal instrumenten voor het volgen en meten van het proces en de resultaten:
Een belangrijke taak binnen het programma is weggelegd voor Team SIEN. Het team weet welke ontwikkelingen waar zijn en hoe de voortgang is. Als er een probleem gesigna-leerd is, wordt dit opgepakt binnen het team en eventueel voorgelegd binnen de kwa-liteitskringen. Hierdoor worden inhoudelijke en praktische belemmeringen vroegtijdig onderschept. De oplossingen worden daarna verspreid onder de verschillende deelne-mers zodat er van elkaar geleerd kan worden.
De opzet van dit programma is dat scholen samenwerken met het culturele veld op basis van concrete vragen. Het is van groot belang dat deze vragen goed worden omschre-ven, zodat de producten aansluiten op de daadwerkelijke wensen. Bij elk project wordt achteraf gekeken of de vraagstelling de juiste was en of het product op de vraag aansluit. Dit is een doorlopend proces, waarbij gebruik gemaakt wordt van de resultaten van de evaluaties om de vraagstellingen (en de beantwoording) helder te krijgen. We werken daarbij vanuit het motto: “Zonder een goede vraag krijg je niet het goede antwoord.”.
Er zijn sterke verbanden tussen de activiteiten van de verschillende voornemens. Bij voornemen 4 wordt er een kwaliteitszorgsysteem ontwikkeld waarbij instrumentarium wordt ontwikkeld om ontwikkelingen bij kinderen te meten. Dit instrumentarium moet aansluiten bij de ontwikkeling in voornemen 1, namelijk de ontwikkeling van een door-gaande leerlijn. Als deze ontwikkelingen niet op elkaar aansluiten, zal het resultaat van beide voornemens niets optimaal ontwikkeld kunnen worden. De monitoring van beide processen zijn van groot belang. De coördinatoren van Team SIEN hebben een grote ver-
Instrumenten moneva
77
antwoordelijkheid om de processen op elkaar af te stemmen.
0-METING SCHOLEN EN CULTURELE VELDScholen gaan verschillend om met cultuureducatie, de één werkt kerndoelen gericht, de ander wil vakoverstijgend wer-ken. Scholen verschillen in de aanpak die ze kiezen, de accen-ten die ze leggen, de mate van verdieping die ze nastreven, het onderwijs dat ze geven en in ambitieniveau. De verschillende typen scholen gaan elk op een eigen manier met de ontwikke-ling van cultuureducatie aan de slag. Sommige zullen insteken op een brede kennismaking met alle disciplines en domeinen. Andere scholen zullen met een andere aanpak meer de diepte in gaan. Om meer duidelijkheid te scheppen hanteren we de volgende inhoudelijke scenario’s: 1. De school voldoet aan de basis.2. De school gaat pragmatisch om met cultuureducatie en
maakt vooral gebruik van aanbod dat zich aandient vanuit de omgeving om de kerndoelen te behalen.
3. De school werkt vanuit een visie gericht samen met andere partijen om een cultuur educatief programma op maat te realiseren.
4. De school is een integraal onderdeel van een ‘culturele leergemeenschap’ waar het onderwijs in samenwerking met anderen wordt ontwikkeld.
Culturele instellingen gaan ook verschillend om met cultuur-educatie. De een geeft het hoge prioriteit en heeft veel exper-tise in huis. Voor de ander is cultuureducatie wel belangrijk, maar geen corebusiness. Om ook duidelijk te scheppen in de ambitie en expertise van het culturele veld hanteren we de volgende 4 scenario’s1. De culturele instelling sluit aan op de basisvoor-waarden
van scholen. 2. De culturele instelling gaat pragmatisch om met cultuur-
educatie en ontwikkelt vooral aanbod vanuit het eigen
product, sluit hierbij aan bij de kerndoelen van het onder-wijs.
3. De culturele instelling werkt vanuit een visie gericht samen met andere partijen om een cultuureducatief pro-gramma op maat te realiseren.
4. De culturele instelling is een integraal onderdeel van een ‘culturele leergemeenschap’ waar samen met de scholen het onderwijs wordt ontwikkeld.
Bovenstaande scenario’s worden in december-januari 2012 nader uitgewerkt als eerste activiteit van de kwaliteitskring binnen SIEN.
Startpunt van het hele programma is een 0-meting. Per school en culturele instelling wordt gekeken waar de ambitie ligt. In januari-februari 2013 wordt de 0-meting uitgevoerd, zodat kan worden bepaald in welk scenario de school / de culturele instelling zich bevindt of wil zijn. Afhankelijk van deze keuze worden activiteiten ingezet om dit te ondersteunen. De voorlopers uit het culturele – en onderwijsveld- de scholen en instellingen in scenario 3 en 4- zijn de dragers van het programma. Deze scholen gaan samen met de culturele instel-lingen die een ambitie hebben uitgesproken aan de slag. De overige scholen en instellingen profiteren in een latere fase van het programma van de ontwikkelingen.
78
Het is belangrijk de resultaten concreet te maken. Hiervoor ontwikkelen we een digitale evalu-atie enquête. Na elke activiteit worden de deelnemers/partners uitgenodigd een enquête in te vullen. Hierbij staat centraal of het voldoet aan de eigen verwachtingen, sluiten de resultaten aan bij de doelstelling, wat zouden verbeteringen voor de toekomst kunnen zijn en wat waren de sterke punten van de activiteit. De belangrijkste vraag die beantwoord moet worden is of het aanbod aangesloten heeft bij de vraag. Bij doorlopende activiteiten (SIEN-lab of een CO-creatie) zal elk half jaar een tusseneva-luatie worden gehouden. Op basis hiervan kan de activiteit worden bijgestuurd of als voorbeeld dienen voor andere projecten.Door deze informatie te bundelen kunnen de activiteiten verbetert worden. Ook versterkt dit de (tussentijdse) voorbeeldfunctie voor andere projecten. Doordat er in drie regio’s activitei-ten worden uitgevoerd, is er een vergelijking mogelijk en kan het leereffect worden versterkt door samenwerking.De resultaten van de enquête worden door Team SIEN gebruikt in hun onder-steuning van projecten. Verder gebruiken de kwaliteitskringen deze informatie. Vanuit de enquête worden projecten worden gekozen die als voorbeeld bij www.bijsien.nl worden uitgelicht.
Binnen de voornemens 1 en 3 en specifiek bij de activiteiten: SIEN-lab en Co-creatie, passen we de methodiek Learning History toe. Veranderingen en vernieuwingen vergen veel van de organisaties en mensen. Inzicht in hoe deze trajecten zijn verlopen en wat iedereen ervan heeft geleerd, kan veel houvast bieden voor de aanpak van nieuwe activiteiten. Om dit proces te ondersteunen, wordt een Learning History opgesteld. Het realisatieproces van de Learning History door diep-te-interviews met de betrokkenen en workshop(s) geeft ruimte voor (gezamenlijke) reflectie.
Een Learning History is een document in verhaalvorm die varieert in lengte en die een bepaald veranderingstraject of een leerervaring beschrijft waarvan de hele organisatie kan leren. Een Learning History bevat drie lagen. De eerste laag zijn feitelijke gebeurtenissen, de tweede laag de gebeurtenissen beschreven door de ogen van mensen die betrokken waren. De derde laag zijn kritische vragen en commentaar op perspec-tieven van de mensen en gebeurtenissen door onafhankelijke experts. Deze zijn bedoeld om betrokken mensen aan het denken te zetten. Het is belangrijk dat de uiteindelijke versie van de Learning History met betrokkenen wordt besproken. Dit biedt opnieuw een gezamenlijk
79
reflectiemoment. Hierin worden perspectieven van elke be-trokkene duidelijk zichtbaar. Een Learning History heeft meer zeggingskracht dan gebruikelijke puntsgewijze lijstjes met leerervaringen. Die liggen vaak in de sfeer van ‘open-deur-constateringen’, bijvoorbeeld ‘bij een project dien je goed af te wegen welke partijen je zult betrekken’. Hierdoor wordt het bespreken van een Learning History ook zinvol voor ande-ren die niet betrokken waren.
De Effecten Arena is een hulpmiddel om het rendement van activiteiten inzichtelijk te maken. De Effecten Arena is een instrument dat helpt om de relatie tussen investeringen, maatregelen en effecten in beeld te krijgen. De ideeën om cultuureducatie te verbeteren zijn vaak wel beschikbaar. Maar zijn dat goede ideeën? En vooral: passen ze in de aanpak die we voor ogen hebben?
De effectenarena is onder andere de motor voor een dialoog met betrokkenen bij een verbeteridee.
Met de effectenarena worden de werkzame bestanddelen van een activiteit geïdentificeerd, beproeft en gezamenlijk vastge-steld. De resultaten en onderlinge verbanden worden in kaart gebracht. Elke activiteit wordt daarmee een open boek.
De effectenarena wordt toegepast door Team SIEN, de betrok-ken scholen en culturele instellingen. De invulling van de effectenarena gebeurt eind 2014 en eind 2016 door de betrokken partners per voornemen en activiteit.
80
In het programma staat de ontwikkeling van het kind centraal. Maar wat vinden kinderen nu eigenlijk zelf be-langrijk? Kunnen kinderen zelf hun culturele ontwikkeling beoordelen? Hoe kunnen kinderen betrokken worden bij de samenstelling van cultuur educatieve programma’s? Om kinderen een stem te geven in het proces en de kwaliteit-simpuls zijn we voornemens een kinderparlement in te stellen. Op deze manier hebben kinderen ook een aandeel in de ontwikkeling van cultuureducatie in onze provincie en wordt het aanbod voor kinderen ook echt passend voor kinderen.
Bijvoorbeeld:Bij de samenstelling van een kinderparlement moet er ook aandacht zijn voor de voorbereiding op de vraagstelling. Scholen hebben die voorbereiding nodig (gehad) om een onderbouwde vraag aan het culturele veld te kunnen stel-len. Zo moeten kinderen de gelegenheid hebben om hun perspectief te vergroten zodat hun stem een werkelijke bijdrage kan zijn aan de kwaliteitsimpuls. Kennis maken met de mogelijk-heden door een ‘ervaringsproject’ dat wordt ontwikkeld door de lokale culturele partners en het onder-wijs.
Het Kinderparlement zal in 2015 worden ingericht en een rol spelen binnen voornemen 4.
De genoemde activiteiten maar ook de genoemde monito-ring- en evaluatie instrumenten worden niet afzonderlijk van elkaar uitgevoerd. Ze lopen tegelijkertijd en ontwikkelen zich dan ook in een samenspel. Resultaten van de ene set van activiteiten vormen weer input voor andere sets van activiteiten. Dit samenspel en de instrumenten worden geanalyseerd, omdat het een wezenlijk onderdeel vormt van het proces. Deze samenhang van activi-teiten en instrumenten zijn de ‘motoren’ achter de verande-ring die we in willen zetten.
81
82
Het doel binnen dit voornemen is het ontwikkelen, vernieuwen en verdiepen van het cur-riculum door het realiseren van een doorgaande lijnen. Dit doen we binnen het SIEN-lab. In het SIEN-lab experimenteren en ontwikkelen scholen, culturele instellingen, onderzoekers en educatief ontwerpers welke doorgaande lijnen passen bij de vier geformuleerde scena-rio’s. Het resultaat is een set van doorgaande lijnen die cultuureducatie een integrale plek in het curriculum van de school bieden, aansluiten bij de onderwijspraktijk, gebruik maken van de expertise van het culturele veld en ondersteuning bieden in hetleerproces van leerlingen. Beleidsvragen:• wat is de ambitie van de scholen op het leergebied?• wat is de ambitie en expertise van het culturele veld? • hoe realiseer je een kwalitatieve doorgaande lijn cultuureducatie die past in het curricu-
lum?• hoe borg je cultuureducatie?• welke competenties hebben leerkrachten en educatief medewerkers nodig? • hoe stimuleer je samenwerken aan doorgaande lijnen? • hoe deel je resultaten?
• Publicatie en presentatie nulmeting in maart-april 2013. • SIEN-lab: de resultaten uit het SIEN-lab worden vastgelegd en tussentijds gepubliceerd op het SIEN-platform www.bijsien.nl . • Deelnemers uit het SIEN-lab houden tweemaandelijks een blog bij over de vorderingen,
gesteund door Team SIEN. De resultaten van hun experimenten worden als publicaties gepubliceerd op de website.
• Jaarverslag • Effectenarena 2014 en 2016
83
Activiteit Indicatoren/vragen Instrument Soort evaluatie Informatiebronnen
Nulmeting scholen 2013
• Bereik: aantal scholen in scenario 1,2,3 en 4.
• Betrokkenheid en ambitie meten
• Kwaliteitskring • Team SIEN • vragen nulmeting
Procesevaluatie: • Is de nulmeting
gerealiseerd? • Wat is de output?
• Scholen • Schoolgids/schoolplan • Team SIEN
Nulmeting culturele veld 2013
• Bereik: aantal culturele instellingen in scenario 1,2,3 en 4.
• Betrokkenheid, ambitie en expertise meten.
• Kwaliteitskring • Team SIEN • vragen nulmeting
Procesevaluatie: • Is de nulmeting
gerealiseerd? • Wat is de output?
• Culturele instellingen • Beleidsplannen • Team SIEN • Gemeenten
Bijstellen nulmeting 2015
• Bereik: aantal scholen en culturele instellingen in scenario.
• Betrokkenheid, ambitie en expertise meten
• Veranderingen signaleren en toelichten
• Team SIEN • Vragen nulmeting
Procesevaluatie: • Is de tweede
nulmeting gerealiseerd?
• Wat is de output?
• Scholen • Schoolgids/schoolplan • Culturele instellingen • Beleidsplannen • Team SIEN • Gemeenten
SIEN-‐lab: Ontwikkelen van doorgaande lijnen
• Er zijn kwaliteitscriteria ontwikkeld .
• Er zijn diverse doorgaande lijnen ontwikkeld.
• Er is samenwerking geweest tussen school en culturele veld.
• Kwaliteitskring • Team SIEN • Learning history • Vragenlijst/inter
view Critical Friends
Procesevaluatie: • Procesvragen • Op welke aspecten
of onderdelen wordt de kwaliteit van de doorgaande lijn beoordeeld?
• Wat is de output? • Wat is de outcome? • Wat is de impact?
• Deelnemers SIEN-‐lab • Team SIEN • onderzoeken waarin
kwaliteitscriteria cultuureducatie zijn vastgesteld; Monza, Haanstra, Bamford, Oberon, Harland, Hetland en Seidel
SIEN-‐lab: Implementatie doorgaande lijnen
• De doorgaande lijn is geïntegreerd in het curriculum.
• Producten en activiteiten zijn methode vervangend.
• Cultuureducatie met kwaliteit is een onderdeel van het schoolplan en het beleidsplan van de culturele instelling.
• Team SIEN • Teamgesprek
/interview
Procesevaluatie en effectevaluatie: • Procesvragen • Wat is de impact? • Efficiëntie • Verankering
• Scholen (interview) • Schoolplan • Beleidsplan culturele
instelling
SIEN-‐lab: Randvoorwaarden voor scenario 1 en 2
• De randvoorwaarden voor scenario 1 en 2 zijn ontwikkeld.
• Kwaliteitskring • Team SIEN
• Eigenschappen • Efficiëntie • Verankering
• Deelnemers SIEN-‐lab • Landelijk
referentiekader • Onderzoeken
SIEN-‐lab: Competenties
• De competenties voor leerkrachten en educatief medewerkers die leidend zijn voor de uitwerking in voornemen twee zijn bekend en beschreven.
• Kwaliteitskring • Team SIEN • Enquête/intervie
w deelnemers SIEN-‐lab
• Procesevaluatie; zij de resultaten overgedragen voor uitwerking?
• Effectevaluatie: is de input en outcome nuttig?
• Deelnemers SIEN-‐lab • Experts
84
Het doel binnen dit voornemen is de vakinhoudelijke deskundigheid op de scholenen in het culturele veld te versterken en een nieuwe houding ten aanzien van cutuureducatie, in zowel onderwijs als cultuur, te ontwikkelen. Dit doen we binneneen aantal activiteiten: Kijk in de keuken, kwaliteitskringen, SIEN-cursus onderwijs,SIEN-cursus cultuur, SIEN-platform en scholingsaanbod.
Beleidsvragen:• Welke competenties hebben leerkrachten en educatief medewerkers nodig om de klus
te klaren? • Hoe kunnen we de bagage van leerkrachten vergroten zonder ze te veel te belasten?• Hoe kun je kwaliteitskringen inzetten ? • Hoe realiseer je een kwalitatief aanbod scholing voor leerkrachten?• Hoe realiseer je scholing voor educatief medewerkers? • Hoe realiseer je een training voor de ICC’ers nieuwe stijl? • Hoe creëren we roze apen? • Hoe stimuleer je samenwerking? • Hoe creëer je een actieve lerende online kennisgemeenschap? • Hoe deel je resultaten?
• Publicaties op www.bijsien.nl • Jaarverslag • Effectenarena 2014 en 2016
85
Activiteit Indicatoren/vragen Instrument Soort evaluatie Informatiebronnen
Kijk in de Keuken • Bereik: er hebben min. 40 kijk in de keuken bijeenkomsten plaatsgevonden.
• Inhoud: er heeft uitwisseling plaatsgevonden.
• Evaluatie enquête Procesevaluatie: • Is het gerealiseerd? • Wat is de output? • Wat is de impact? • Is het efficiënt?
• Deelnemers Kijk in de keuken
Kwaliteitskring • Er zijn kwaliteitskringen gevormd.
• Er heeft kennisuitwisseling plaatsgevonden.
• Kennis is beschikbaar gesteld voor iedereen
• Er is van en met elkaar geleerd.
• Er is verandering opgetreden
• Er heeft innovatie plaatsgevonden.
• Verslagen • Learning History • Team SIEN
Proces en effect-‐evaluatie: • Procesvragen • Wat is de output? • Wat is de outcome? • Eigenschappen • Verankering
• Deelnemers kwaliteitskring
SIEN-‐cursus onderwijs en cultuur
• De cursus in ontwikkeld.
• Bereik: er zijn 100 leerkrachten of ICC’ers opgeleid.
• Bereik: er zijn min. 50 educatief medewerkers opgeleid.
• Verslagen/interview • Enquête
deelnemers • Team SIEN
Procesevaluatie: • Is het gerealiseerd? • Wat is de output? • Wat is de impact? • Is het efficiënt?
• Deelnemers cursus • Trainers
SIEN-‐platform • Er is een actief online platform waar vraag en aanbod samen komen.
• De site is expertisegericht.
• Er is een online werkplaats.
• Er is een online database /kaart met expertise beschikbaar.
• Er zijn 100 hits per maand op www.bijsien.nl
• Het platform is nuttig voor onderwijs en cultuur.
• Online reactie/poll • Feedback • Enquête • Team SIEN
• Is het gerealiseerd? • wat is de output? • Wat is de impact? • Is het efficiënt? • Is het verankerd?
• Leden en gebruikers site.
Scholingsaanbod • Het scholingsaanbod is ontwikkeld.
• Er zijn diverse passende cursussen of workshops voor leerkrachten en educatief medewerkers.
• Er zijn min. 150 deskundigen uit het onderwijs en min. 75 deskundigen uit het culturele veld opgeleid.
• Evaluatie enquête • Ervaringen
deelnemers • Team SIEN
• Is het gerealiseerd? • wat is de output? • Wat is de impact? • Is het efficiënt? • Is het verankerd?
• Deelnemers • Deskundigen
86
Het doel binnen dit voornemen is de relatie tussen scholen en de culturele omgving te versterken. Door een omslag in denken binnen het onderwijs en hetculturele veld ontstaat een nieuwe vorm van samenwerking die gelijkwaardig is,efficiënt werken bevordert en de culturele potentie van de omgeving maximaliseerDuurzaam creatief ondernemerschap in onderwijs en cultuur. Er ontstaat een breed netwerk van expertise en producten die aansluiten bij devragen van scholen en voldoen aan de kerndoelen en ingebed zijn in een doorgaade lijn. Lokale allianties zijn nodig om krachten te bundelen in de omgeving van scholen enversnippering van initiatieven te voorkomen: eenheid in verscheidenheid.
Beleidsvragen:• Hoe creëer je een omslag van aanbodgericht naar vraaggericht werken? • Hoe sluiten vraag en aanbod goed aan? • Hoe kunnen onderwijs en culturele instellingen met elkaar samenwerken in co• creatie? • Hoe realiseren we de ontwikkeling van nieuwe producten die aansluiten bij de kerndoe-
len en de culturele ontwikkeling van kinderen stimuleren? • Hoe dragen lokale allianties bij aan cultuureducatie met kwaliteit? • Hoe versterk je de lokale infrastructuur door het oprichten van lokale allianties? • Hoe creëer je eenheid in verscheidenheid?
• Publicaties en producten op www.bijsien.nl • Digitale werkplaats op www.bijsien.nl • Lokale allianties in kaart op SIEN-platform • Jaarverslag • Effectenarena 2014 en 2016
87
Activiteit Indicatoren/vragen Instrument Soort evaluatie Informatiebronnen
Co-‐creatie 1.0. /2.0. / 3.0.
• Er zijn criteria voor het beoordelen van co-‐creaties geformuleerd.
• Aantal co-‐creaties behaald
• Er zijn producten ontwikkeld die aansluiten bij de kerndoelen
• Het product wordt gebruikt door scholen
• Het product geeft antwoord op de vraag van de school
• Het product is in relatie met de omgeving ontwikkeld
• De samenwerking is verbeterd
• Kwaliteitskring • Team SIEN • Evaluatie enquête • Interview /verslag • Learning History
Proces-‐ en productevaluatie. • Procesvragen • Is het gerealiseerd? • Wat is de output? • Efficiëntie • Verankering
• Deelnemers co-‐creatie
• Team SIEN • Lokale allianties • www.bijsien.nl
Lokale allianties • Er zijn lokale allianties. • Cultuureducatie met
kwaliteit maakt deel uit van de Lokale Educatieve Agenda of een ander relevant overleg.
• Lokale allianties dragen bij aan Cultuureducatie met kwaliteit
• Team SIEN • Verslag
• Is het gerealiseerd? • Wat is de output? • Wat is de impact? • Eigenschappen
• Deelnemers lokale allianties
• Gemeenten • SIEN-‐platform
88
Het doel binnen dit voornemen is het ontwikkelen van een kwaliteitskader enkwaliteitssysteem. Een systeem met toetsbare indicatoren en eindtermen voorcultuureducatie. Een indicatorenstelsel wat uitdrukking geeft aan ‘ontwikkellijnen’,als tegenhanger voor het huidige stelsel. Door hierop in te zetten geven we cultuureducatie een definitieve plek in het onderwijssysteem. Het systeem bevat volg- en beoordelingsinstrumenten en voorziet in een evalutieve cyclus.
Beleidsvragen:• Hoe ontwikkel je een volg- en beoordelingssysteem voor cultuureducatie dat past in het
onderwijs? • Is cultuureducatie te meten; hoe definieer en meet je gewenste opbrengsten ? • Is de culturele ontwikkeling van kinderen te volgen? • Hoe kun onderzoekers en academische basisscholen inzetten in deze ontwikkeling ? • Hoe implementeer je een kwaliteitskader voor cultuureducatie in het onderwijs? • Hoe ontwikkel je een volginstrumentarium dat past bij ieder kind?
• Publicaties op www.bijsien.nl • Digitaal portfolio kinderen digitaal portfolio op SIEN-platform. • Jaarverslag • Effectenarena 2014 en 2016
89
Activiteit Indicatoren/vragen Instrument Soort evaluatie Informatiebronnen
Ontwikkeling kwaliteitskader
• Er zijn toetsbare indicatoren.
• Er zijn eindtermen voor cultuureducatie
• Er is een kwaliteitskader voor de vier scenario’s.
• Scholen passen het kader toe.
• Culturele instellingen passen het kader toe.
• A3 kwaliteitszorg-‐methodiek
• Team SIEN • Kwaliteitskringen • Kinderparlement • Verslag/interview
Proces-‐ en systeemevaluatie. • Is het
gerealiseerd? • Procesvragen • Output • Outcome • Impact
• SIEN-‐lab • Relevante
onderzoeken • Universiteiten • Testscholen
Ontwikkeling kwaliteitssysteem
• Er zijn volg-‐ en beoordelingsinstrumenten.
• Er is een kwaliteitssysteem.
• Scholen en culturele instellingen werken met het systeem.
• A3 kwaliteitszorg-‐methodiek
• Team SIEN • Kwaliteitskringen • Kinderparlement • Verslag/interview
Proces-‐ en systeemevaluatie. • Is het
gerealiseerd? • Procesvragen • Output • Outcome • Impact
• Digitale portfolio’s • Deelnemers SIEN-‐lab • Onderzoeksbureaus • Universiteiten • Testscholen
90
De uitvoering van de werkzaamheden ten behoeve van mo-nitoring en evaluatie gebeurt door Team SIEN, aangestuurd door de algemeen coördinator. Alle betrokken partners in het programma dragen bij aan het leveren van input voor de monitoring en evaluatie. De beoordeling van de uitvoe-ring en opbrengsten van het project wordt door gedaan door de Adviesraad SIEN en de- nog in te stellen -Begelei-dingscommissie SIEN.
De adviesraad SIEN bestaat uit alle partijen die middels een dienstverlenings- of samenwerkingsovereenkomst zijn aan-gesloten bij stichting Cultuurpad- werkmaatschappij SIEN. De leden zijn vertegenwoordigers van de onderwijsstichtin-gen en vertegenwoordigers namens Kunstencentrum Venlo (gemeente Venlo) en Cultuurbedrijf in oprichting (gemeente Sittard-Geleen). De Begeleidingscommissie SIEN bestaat uit vertegenwoordigers van de provincie Limburg, gemeente Heerlen, gemeente Sittard-Geleen en gemeente Venlo.
Eind 2014 presenteren we een tussentijdse evaluatie van het programma en de activiteiten. Het is een moment van bezinning dat kan leiden tot aanpassing of bijstelling van onze plannen en activiteiten. Vragen voor de tussentijdse evaluatie zijn bijvoorbeeld:• gaat het de goede kant op met het project, klopt de richting?• is er voldoende voortgang geboekt en zijn extra inspan-
ningen nodig?• welke kansen en bedreigingen zijn er voor een succesvolle voortzetting van het project?• welke aanpassingen of extra inspanningen zijn nodig om voortgang te bevorderen, succes te waarbor-
gen en/of risico’s het hoofd te bieden?
Met de input uit monitoring en evaluatie per voornemen hebben we voldoende input om een kritisch moment van bezinning in te ruimen en deze tussentijdse evaluatie eind 2014 te presenteren.
91
De kosten voor monitoring en evaluatie zijn gericht op een aantal aspecten: • het ontwikkelen en uitwerken instrumenten • het inzetten van experts • het inzetten van onderzoekers • het realiseren van rapportages en publicatiesDe kosten van het MONEVA-plan bedragen gemiddeld 2,54 proces van de totale begroting.
* De kosten voor TEAM SIEN zijn ondergebracht bij voornemen 1 en worden derhalve hier niet extra belast.
Kosten monitoring en evaluatie
Team SIEN* 0 0 0 0 Kwaliteitskring 5000 5000 3730 3730
Evaluatie enquête 10000 5000 5000 5000 Learning History 5000 5000 5000 5000
Effectenarena 7500 5000 5000 5000 Kinderparlement 0 5000 5000 5000
Eindrapportage en presentatie 0 0 0 10000
Totale kosten monitoring en evaluatie 27500 25000 23730 33730