Upload
kerk-noordwolde
View
316
Download
0
Embed Size (px)
Citation preview
Welkom
Voorganger ds Douma –
v/d Molen
Organist mevr Berger
Thema “Maar wij
verwachten!”
VDD G 290
Er is een land van louter licht
waar heilgen heersers zijn.
Er is een land van louter licht
waar heilgen heersers zijn.
Nooit gaat de gouden dag daar
dicht
in duisternis of pijn.
2
Daar is het altijd lentetijd,
in bloei staat elke plant.
Alleen de smalle doodszee scheidt
ons van dat zalig land.
Men ziet het veld aan de overkant
in groene luister staan,
als Israël 't beloofde land
zag over de Jordaan.
Maar ach de stervelingen staan
hier huiverend terzij
en durven niet op weg te gaan,
het duister niet voorbij.
Hing niet het wolkendek zo zwart
van twijfel om ons heen,
wij zouden 't land zien van ons
hart,
dat 't hemels licht bescheen.
God, laat ons staan als Mozes hier
hoog in uw zonneschijn,
en geen Jordaan, geen doodsrivier
zal scheiding voor ons zijn.
Welkom
Voorganger ds Douma –
v/d Molen
Organist mevr Berger
Thema “Maar wij
verwachten!”
Intochtslied P 90 – 1, 2
Gij zijt geweest, o Heer, en Gij zult
wezen
de zekerheid van allen die U
vrezen.
Geslachten gaan, geslachten
zullen komen:
wij zijn in uw ontferming
opgenomen.
Wij mogen bouwen op de vaste
grond
van uw beloften en van uw
verbond.
Ps. 90 : 2
Nog eer de bergen uit de baaierd
stegen,
de aarde en de zee gestalte kregen,
nog eer uw scheppend woord aan
alle leven
een wereld om te wonen heeft
gegeven,
God, zijt Gij God, dezelfde die Gij
zijt,
van eeuwigheid en tot in
eeuwigheid.
Stil gebed
Votum en groet
Ere zij de Vader en de Zoon
En de Heilige Geest,
Als in den beginne, nu en
immer,
En van eeuwigheid tot
eeuwigheid.
Amen.
Ps. 25 : 5
Louter goedheid zijn Gods
wegen
en zijn paden zijn vertrouwd
voor wie, tot zijn heil
genegen,
zijn geboden onderhoudt.
Wil mij, uwen naam ter eer,
al wat ik misdeed vergeven.
Ik heb tegen U, o HEER,
zwaar en menigmaal
misdreven.
Genadeverkondiging
daarna P 25 - 6
Wie heeft lust de HEER te vrezen,
't allerhoogst en eeuwig goed?
God zal zelf zijn leidsman wezen,
leren hoe hij wandlen moet.
Wie het heil van Hem verwacht
zal het ongestoord verwerven,
en zijn zalig nageslacht
zal 't gezegend aardrijk erven.
Lezing van de Wet
daarna P 25 – 2
HERE, maak mij uwe wegen
door uw Woord en Geest bekend;
leer mij, hoe die zijn gelegen
en waarheen G'uw treden wendt;
leid mij in uw rechte leer,
laat mij trouw uw wet betrachten,
want Gij zijt mijn heil, o Heer,
'k blijf U al den dag verwachten.
Gebed
ELB 447
Is je deur nog op slot
Is je deur nog op slot?
Is je deur nog op slot?
Van je krr krr krr, doe 'm open voor
God,
want de Heer wil bij je wonen
en dan ben je nooit alleen.
Je hart is net een huisje waar het
gezellig is,
maar 't is er nog zo donker.
Er is iets wat ik mis!
Is je deur nog op slot?
Is je deur nog op slot?
Van je krr krr krr, doe 'm open voor
God,
want de Heer wil bij je wonen
en dan ben je nooit alleen!
Wij gaan, tot straks!!
Lezen 2 Petrus 3 (HSV)
Spotters met de wederkomst
1 Deze tweede brief, geliefden,
schrijf ik u nu. In beide wek ik door
herinnering uw zuivere gezindheid
op,
2 opdat u zich de woorden
herinnert die door de heilige
profeten voorheen gesproken zijn,
en het gebod van de Heere en
Zaligmaker, dat door middel van
ons, apostelen, verkondigd is.
3 Dit moet u allereerst weten, dat
er in het laatste der dagen spotters
zullen komen, die naar hun eigen
begeerten zullen wandelen
4 en zeggen: Waar is de belofte
van Zijn komst? Want vanaf de
dag dat de vaderen ontslapen zijn,
blijven alle dingen zoals vanaf het
begin van de schepping.
5 Want willens en wetens is
het hun onbekend dat door
het Woord van God de
hemelen er reeds lang
geweest zijn, evenals de
aarde, die uit water oprijst en
in water vaststaat.
6 Daardoor is de wereld die
er toen was, vergaan,
overspoeld door het water.
7 Maar de hemelen die er nu
zijn, en de aarde, zijn door
hetzelfde Woord als een schat
weggelegd en worden voor
het vuur bewaard tot de dag
van het oordeel en van het
verderf van de goddeloze
mensen.
8 Maar laat vooral dit u niet
ontgaan, geliefden,
7 Maar de hemelen die er nu
zijn, en de aarde, zijn door
hetzelfde Woord als een schat
weggelegd en worden voor
het vuur bewaard tot de dag
van het oordeel en van het
verderf van de goddeloze
mensen.
8 Maar laat vooral dit u niet
ontgaan, geliefden,
dat één dag bij de Heere is als
duizend jaar en duizend jaar als
één dag.
9 De Heere vertraagt de belofte
niet (zoals sommigen dat als
traagheid beschouwen), maar Hij
heeft geduld met ons en wil niet
dat enigen verloren gaan, maar dat
allen tot bekering komen.
10 Maar de dag des Heeren zal
komen als een dief in de nacht.
Dan zullen de hemelen met
gedruis voorbijgaan en de
elementen brandend vergaan,
en de aarde en de werken
daarop zullen verbranden.
11 Als deze dingen dus
allemaal vergaan, hoedanig
behoort u dan te zijn in heilige
levenswandel en in
godsvrucht;
12 u, die de komst van de dag van
God verwacht en daarnaar verlangt,
de dag waarop de hemelen, door
vuur aangestoken, zullen vergaan en
de elementen brandend zullen
wegsmelten. 13 Maar wij
verwachten, overeenkomstig Zijn
belofte, nieuwe hemelen en een
nieuwe aarde, waar gerechtigheid
woont.
14 Daarom, geliefden, terwijl u
deze dingen verwacht, beijver u
om onbevlekt en smetteloos door
Hem bevonden te worden in vrede
15 en beschouw het geduld van
onze Heere als zaligheid; zoals
ook onze geliefde broeder Paulus,
naar de wijsheid die hem gegeven
is, u geschreven heeft,
16 zoals ook in alle brieven,
wanneer hij deze dingen ter
sprake brengt. Daaronder zijn
sommige zaken die moeilijk te
begrijpen zijn, die de
onkundige en onstandvastige
mensen verdraaien, tot hun
eigen verderf, net als de
andere Schriften.
17 U dan, geliefden, omdat u
dit van tevoren weet, wees op
uw hoede, zodat u niet door
de dwaling van normloze
mensen wordt meegesleept
en afvalt van uw eigen
vastheid.
18 Maar groei in de genade en
kennis van onze Heere en
Zaligmaker Jezus Christus.
Hem zij de heerlijkheid, zowel
nu als in de dag van de
eeuwigheid. Amen.
P 147 – 2, 4
Hij telt het leger van de sterren,
Hij roept bij name hen van verre.
Groot is de Here, groot in
krachten,
er is geen grens aan zijn
gedachten.
Die zich ootmoedig aan Hem
geven,
schenkt Hij een overvloed van
leven.
Maar Hij vernedert goddelozen,
die trots hun eigen weg
verkozen.
Ps. 147 : 4
Voor God is alle kracht van
paarden
en macht van mensen zonder
waarde.
Het snoeven van wie wapens
dragen
is niet naar 's HEREN
welbehagen.
Zijn welbehagen zal slechts wezen
met allen die Hem needrig vrezen,
die met hun harten voor Hem open
op zijn genade en liefde hopen.
Maar wij verwachten!
G 473 – 1, 2, 3, 4, 5
Neem mijn leven, laat het,
Heer,
toegewijd zijn aan uw eer.
Maak mijn uren en mijn tijd
tot uw lof en dienst bereid.
Gez. 473 : 2
Neem mijn handen, maak ze
sterk,
trouw en vaardig tot uw werk.
Maak dat ik mijn voeten zet
op de wegen van uw wet.
Gez. 473 : 3
Neem mijn stem, opdat mijn
lied
U, mijn Koning, hulde biedt.
Maak, o Heer, mijn lippen rein,
dat zij uw getuigen zijn.
Gez. 473 : 4
Neem mijn zilver en mijn
goud,
dat ik niets aan U onthoud.
Maak mijn kracht en mijn
verstand
tot een werktuig in uw hand.
Gez. 473 : 5
Neem mijn wil en maak hem
vrij,
dat hij U geheiligd zij.
Maak mijn hart tot uwe troon,
dat uw Heilge Geest er woon'.
Inzameling van de gaven
1ste voor het jeugdwerk
2de voor eigen gemeente
G 291
Nooit kan 't geloof te veel
verwachten,
des Heilands woorden zijn gewis.
't Faalt aardse vrienden vaak aan
krachten,
maar nooit een vriend als Jezus is.
Wat zou ooit zijne macht
beperken?
't Heelal staat onder zijn gebied!
En wat zijn liefde wil bewerken,
ontzegt Hem zijn vermogen niet.
Die hoop moet al ons leed
verzachten.
Komt, reisgenoten, 't hoofd
omhoog!
Voor hen, die 't heil des Heren
wachten,
zijn bergen vlak en zeeën droog.
O zaligheid niet af te meten,
o vreugd, die alle smart verbant!
Daar is de vreemdlingschap
vergeten
en wij, wij zijn in 't vaderland!
Zegen
3 x amen