Demografische veranderingen op het
plattelandKNAW-AGORA symposium
‘Het platteland als consumptieruimte’
Groningen, 12 april 2012
Bevolkingsontwikkeling in de wereld naar stad en platteland 1950-2050
—
1
2
3
4
5
6
719
5019
5519
6019
6519
7019
7519
8019
8519
9019
9520
0020
0520
1020
1520
2020
2520
3020
3520
4020
4520
50
Miljarde
n
urbane bevolking rurale bevolking
Bron: UN: World Urbanization Prospects, 2009 revision
Onderscheiden naar ontwikkelde en ontwikkelingslanden
Bron: UN: World Urbanization Prospects, 2009 revision
In Nederland
Bevolkingsgroei in Nederland2010-50:• + 2.2 miljoen in de steden• -1.4 miljoen op het platteland
Bron: UN: World Urbanization Prospects, 2009 revision
—
2
4
6
8
10
12
14
16
18
1950
1955
1960
1965
1970
1975
1980
1985
1990
1995
2000
2005
2010
2015
2020
2025
2030
2035
2040
2045
2050
Miljoenen
urbane bevolking rurale bevolking
Ontwikkeling ruimtelijke concentratiein Nederland 1950-2008
Bron: Louter, 2009
Concentratie op verschillende ruimtelijke
niveau’s• Nationaal: verschuiving van de bevolking naar West Nederland– groei vnl in Noord-Holland, Zuid-
Holland,Flevoland en Utrecht• Regionaal: trek van plattelands-
gemeenten naar grotere steden• Lokaal: een verschuiving binnen
krimpgemeenten van kleine kernen naar stabiele / groeiende centra
Verdichting 1995-2007
Inkomen naar stedelijkheidsgraad
sterk stedelijk licht stedelijk niet stedelijk05
101520253035
BBP per hoofd x 1000 €
Bron: SCP 2006
Groei rurale gebieden:• In de buurt van steden• De meest aantrekkelijke gemeenten• ‘Echte’ platteland maar in trek bij
een beperkt deel van de bevolking• Wel tweede woningen:
– 6% vd bevolking heeft een recreatiewoning, vnl op het platteland
Demografisch gedrag verschilt tussen stad en
platteland• Vestiging en vertrek• Vruchtbaarheid
Verhuismobiliteit in NL
Selectieve migratie verschilt tussen
gemeenten• Alle rurale gemeenten verliezen per saldo jongeren
• Gemeenten verschillen naar de mate waarin zij aantrekkelijk zijn voor middelbare en oudere leeftijdsgroepen
• In een aantal gemeenten compenseren deze groepen het vertrek van jongeren
• In een toenemend aantal gemeenten is dat niet langer het geval
Migratie naar leeftijd in provincie Groningen:
cohortontwikkeling 1995-99 2005-09Appingedam
-150 -100 -50 0 50 100
10
15
20
25
30
35
40
45
50
55
60
65
70
Delfzijl
-700 -600 -500 -400 -300 -200 -100 0
10
15
20
25
30
35
40
45
50
55
60
65
70
Winschoten
-200 -150 -100 -50 0 50
10
15
20
25
30
35
40
45
50
55
60
65
70
Groep 1: netto verlies bij jongeren, Gezinnen en 50+ ers
Bron: CBS, eigen bewerking
Groep 2: netto verlies bij jongeren, Maar winst bij gezinnen en 50+ ers
Bellingwedde
-250 -200 -150 -100 -50 0 50 100 150
10
15
20
25
30
35
40
45
50
55
60
65
70Reiderland
-150 -100 -50 0 50 100
10
15
20
25
30
35
40
45
50
55
60
65
70
Vlagtwedde
-250 -200 -150 -100 -50 0 50 100 150
10
15
20
25
30
35
40
45
50
55
60
65
70
Bron: CBS, eigen bewerking
Migratie naar leeftijd in provincie Groningen:
cohortontwikkeling 1995-99 2005-09
Groep 3: netto verlies bij jongeren en 50+, Maar winst bij gezinnen(grootste groep)
Bedum
-350 -300 -250 -200 -150 -100 -50 0 50
10
15
20
25
30
35
40
45
50
55
60
65
70 Scheemda
-300 -200 -100 0 100 200
10
15
20
25
30
35
40
45
50
55
60
65
70
Bron: CBS, eigen bewerking
Migratie naar leeftijd in provincie Groningen:
cohortontwikkeling 1995-99 2005-09
De stad Groningen:Winst bij jongeren en Verlies bij gezinnen en ouderen
Bron: CBS, eigen bewerking
Migratie naar leeftijd in provincie Groningen:
cohortontwikkeling 1995-99 2005-09
Groningen
-15000 -10000 -5000 0 5000 10000 15000 20000 25000
10
15
20
25
30
35
40
45
50
55
60
65
70
Drenthe heeft een hogere vruchtbaarheid
1988
1990
1992
1994
1996
1998
2000
2002
2004
2006
2008
2010
1.5
1.6
1.7
1.8
1.9
2
2.1
NetherlandsDrenthe
Maar ondanks dat sterkere ontgroening
4.0
4.2
4.4
4.6
4.8
5.0
5.2
5.4
5.6
5.8
6.0
141
151
161
171
181
191
201
211
DrentheNetherlands
Aantal geboorten in Drenthe en Nederland 1988-2040Aantallen x 1000Bron CBS
En dat komt omdat het aantal potentiële moeders sterk
terugloopt
1988199
0199
2199
4199
6199
8200
0200
2200
4200
6200
8201
00
2000400060008000
100001200014000160001800020000
25 tot 30 jaar30 tot 35 jaar
Aantal vrouwen 25-30 en 30-35 in Drenthe 1988-2010Bron: CBS
% verandering in het aantal
huishoudens per gemeente 2007-25
Bron: CBS-PBL prognose 2007
Huishoudens in stad en platteland
stedelijk
1 persoon2 personen 0k2 personen 1+k
platteland
Kwalitatief verschil bevolking stad -
platteland: • vertrek van jongeren naar stedelijke gebieden
• Mannenoverschot op platteland, vooral voor jongeren
• Platteland gemiddeld lager opgeleid• Lagere inkomens op platteland• Stad: 24% allochtoon, platteland 9%
Gereguleerde krimp? • “Restrictief woningmarktbeleid verhindert
‘natuurlijke’ groei platteland”• Gezien de krimp is het onwenselijk om
rigoreuze beperkingen op te leggen aan gemeenten om te bouwen
• Maar uit scenariostudies (PBL Ruimtelijke Verkenningen 2011) blijkt dat loslaten van woningbouwbeleid leidt tot concentratie in en om de Randstad– (verdichtingsbeleid, bundelingsbeleid en
de bescherming van bufferzones en nationale landschappen)
Dank voor uw aandacht