Verslag van de Vakbeurs Moedige Dialoog – 29 mei Harderwijk
Hoe tools en netwerken elkaar kunnen versterken
Hulpmiddelen genoeg. Anno 2018 zijn er tal van tools die mensen met geldstress leren hoe
ze verstandiger met hun geld kunnen omgaan. Maar hoe bereik je als lokaal netwerk de
mensen die daar veel profijt van kunnen hebben? Wat kunnen de tien startende Moedige
Dialoognetwerken daarbij leren van de vijftien al bestaande? En wat doe je voor mensen
met complexere schulden? Onder andere daarover ging het tijdens de drukbezochte
Moedige Dialoog Vakbeurs op 29 mei. Van gedeelde intentie naar effectieve interventie. De Vakbeurs vond plaats in het Bouw & Infrapark in Harderwijk. ‘De aangewezen plek,’ zei
dagvoorzitter Henk Kinds namens het landelijke kernteam van Moedige Dialoog. ‘Onze
aanpak van armoede is immers een kwestie van netwerken aanleggen en daarop
voortbouwen. Volgens ons is dat de beste manier om schulden te voorkomen en te
verhelpen.’
Mede dankzij projecten als Moedige Mensen is geldstress als hardnekkig maatschappelijk
probleem onderhand voldoende in beeld gebracht. Henk Kinds: ‘Maar het punt is dat
slechts 15% van de mensen met geldzorgen wordt bereikt door de hulpverlening.’ De
hamvraag is dus hoe je de resterende 85% toch van dienst kun zijn, uitgaande van de
publiek-private Moedige Dialoogaanpak. Tijdens het ochtendprogramma gingen de
netwerkpartners daarom in gesprek met vier aanbieders van bewezen effectieve
aanpakken. ’s Middags werden drie nieuwe veelbelovende tools gepresenteerd.
E [email protected] - www.moedigedialoog.nl
Maar eerst toonde Daan de Beer (DBZ) de visuele identiteit van Moedige Dialoog, zie
bijvoorbeeld de vormgeving van de website. Ook belichtte hij kort de vijf kernwaarden van
de Moedige Dialoog:
• sla de handen ineen
• benut elkaars unieke gaven
• stroop de mouwen op: en nu doen!
• treed waar nodig buiten de gebaande paden
• bewijs het verschil: laat zien hoeveel mensen financieel fit zijn aan het eind van de
rit
Vier bewezen aanpakken
Sterk uit Armoede
Wat is de toegevoegde waarde van ervaringsdeskundigen bij het voorkomen en
verhelpen van geldstress? In de plenaire presentatie gaf Famke ten Brinke dat al aan met
een citaat van Mahatma Gandhi: ‘Alles wat je voor mij doet, maar zonder mij, doe je tégen
mij.’
Armoede is meer dan geldgebrek
Een eerste belangrijke les van ervaringsdeskundigen is deze: ‘armoede is meer dan
geldgebrek. Minstens zo erg is de sociale uitsluiting, met als gevolg een laag zelfbeeld. Een
aanpak die daar geen rekening mee houdt, schiet zijn doel voorbij.’
Vandaar het project Sterk uit Armoede van de stichting Mens en Maatschappij, dat de inzet
van ervaringsdeskundigen bevordert.
Inmiddels volgen vijftig mensen een opleiding waarin ze leren hoe ze hun
geldstressverleden kunnen inzetten om lotgenoten op de been te helpen. Famke ten
Brinke: ‘En dat moet een betaalde baan worden.’ Een belangrijke voorwaarde om te
worden toegelaten is “veel shit in je jeugd’.
Derde generatie met permanente geldstress
‘Wij snappen wat het betekent als je als kind voor je ouders moet zorgen omdat zij kampen
met verslaving of ggz-problemen,’ aldus ervaringsdeskundige Linda. ‘En hoe argwanend je
staat tegenover instanties als je al de derde generatie bent die dagelijks kampt met
armoede.’
‘Bovendien,’ zei Heidi, ‘wij kennen de buurt; wij komen achter de voordeur. In tegenstelling
tot beleidsmakers spreken we hun taal. En bovendien: de mensen zien hoe wij er bovenop
komen. Je bent een rolmodel.’
De ervaringsdeskundigen van Sterk uit Armoede werken altijd samen met een andere
professional, bijvoorbeeld vanuit het sociaal werk. Gemeenten in de regio Groningen zijn
inmiddels overtuigd van de effectiviteit van die tandem-aanpak. Ze betalen mee en leveren
cliënten aan. Ook Moedige Dialoog Groningen is aangehaakt.
Met hulp van de Rabobank Foundation en het Rijk werkt Sterk uit Armoede aan een
methodiekbeschrijving die een landelijk uitrol kan vergemakkelijken. ‘Maar,’ beklemtoonde
Famke ten Brinke, ‘we sluiten altijd aan bij wat er lokaal al is.’
Wijzer in Geldzaken: Jongeren
Tien jaar geleden begon het ministerie van Financiën met het project Wijzer in Geldzaken.
Met als doel: verantwoord financieel gedrag in Nederland bevorderen. Jan Anton Brouwer
is er projectleider Jeugd. ‘Onze kerntaak: verzamelen, maken en verspreiden van
lesmateriaal. En we verzorgen gastlessen, soms door de minister zelf. Het basisonderwijs
hebben we nu goed gecoverd. Maar jongeren van 12-18 bereiken blijkt veel lastiger.
Scholen zijn niet verplicht; en ze willen het aantal lessen liever beperken dan uitbreiden.’
Liever een gesprek over gedrag dan alleen kennisoverdracht
Gastlessen beklijven niet, is de ervaring van deelnemers aan de workshop. Een lessenrééks
heeft al meer effect. En nog een tip om bijvoorbeeld mbo’s toch te bereiken: focus op
bijvoorbeeld de locatiemanager.
En dan nog iets: het moet niet alleen gaan om kennisoverdracht maar om een gesprek
over gedrag. Waarom koop je merkkleding? Hoeveel leen je aan anderen? Spaar je of bouw
je juist een schuld op? En houd ze voor dat ze geld kunnen verdienen door slimmer met
geld om te gaan.
Wederkerigheid is samenwerken 3.0
Drie tips voor de samenwerking met de Moedige Dialoognetwerken:
• ‘Scholen en bedrijven kunnen samenwerken op basis van wederkerigheid. Als
bank kun je bijvoorbeeld bepaalde activiteiten sponsoren, in ruil voor aandacht op
school voor budgettering.’
• werk ook hier met ervaringsdeskundigen, bijvoorbeeld met “peer educators”
• beleg een bijeenkomst met locatiemanagers/docenten
Meer weten? Jan Anton Brouwer - [email protected]
Wijzer in Geldzaken: Bedrijven
Werknemers met geldproblemen wachten doorgaans een jaar of vijf voor ze aan de bel
trekken, memoreerde Clairette van der Lans. ‘En tegen die tijd zitten ze met zulke hoge
schulden dat loonbeslag onvermijdelijk is. En dat kost een werkgéver gemiddeld € 13.000
per jaar.’
Wat is het probleem?
• het taboe op schulden; aan openhartigheid kleven trouwens werkelijk nadelen,
zowel voor werknemers (imagoschade bij collega’s, angst voor ontslag) als voor
werkgevers (imagoschade bij klanten en opdrachtgevers/aanbestedingen)
• werkgevers weten niet bij wie ze terecht kunnen, “want in elke gemeente is het
anders georganiseerd”
• laaggeletterdheid en “kleine baantjes” in branches als schoonmaak, horeca
vergroten het gevaar van schulden
En wat zijn oplossingen?
Preventief
• zorg dat sleutelfiguren als managers, bedrijfsartsen en HR-medewerkers
werknemers wijzen op de financiële gevaren bij life events als scheiding en
ontslag (zie bijvoorbeeld ook de checklist scheiden)
• een workshop vroegsignalering voor managers
Curatief
• bij beginnende geldstress: stel een budgetcoach aan voor grote bedrijven,
eventueel bemenst met vrijwilligers
• bij complexe schulden: breng als netwerk in beeld naar wie werkgevers kunnen
doorverwijzen als de geldstress vraagt om ingrijpende gedragsveranderingen
Een Tilburgse ondernemer heeft zelf een onafhankelijke budgetcoach in dienst
genomen, voor twee dagen in de week. Deze bezoekt mensen thuis; dat is minder
bezwarend voor zijn werknemers. De budgetcoach koppelt casussen niet terug
naar de werkgever, alleen kengetallen over zijn interventies. Het kost de
ondernemer zo’n € 30.000 per jaar, maar ‘dat heeft hij er graag voor over.’
Meer weten? Clairette van der Lans - [email protected]
Huishoudens
Ook in de sessie van Ineke Jochemsen (Nibud) is er aandacht voor vroegsignalering en de
impact van laaggeletterdheid en life events. Het Nibud heeft daarvoor tools en trainingen
ontwikkeld, zoals de onlinetool zelfjeschuldenregelen.nl. De Nibud-onderzoeken helpen
bovendien om geldproblemen landelijk op de kaart te zetten. De ernst en de omvang van
de armoede in Nederland dringt zodoende door tot beleidsmakers. ‘Ook bij de
Belastingdienst lijkt een kentering in zicht.’
Timing is overigens nog wel een dingetje: ‘Vroeg signaleren leidt vaak ook tot vroeg
ontkennen van de problemen.’ Dus bijvoorbeeld voor wijkteams is het zaak om op het
juiste moment het juiste instrument in te zetten. ‘En tijdig escaleren als de problemen al
te groot zijn.’
Vraag: waarmee is een cliënt op korte termijn het meest geholpen bij geldstress? Ineke
Jochemsen: ‘Een jaarbegroting. Dat geeft inzicht en overzicht.’
Mensen kunnen dat zelf doen of met hulp van bijvoorbeeld een budgetcoach of een
formulierenbrigade. Want: ‘Vrijwilligers zijn anno 2018 onmisbaar.’
Bouwstenen
Tijdens de sessies hebben de deelnemers zo'n 90 bouwstenen aangeleverd, met tips,
ervaringen, wensen en vragen aangeleverd. Een samenvatting ervan vindt u in de bijlage.
Theatraal intermezzo
Na de bewezen effectieve instrumenten ging het ’s middags over digitale innovaties en
pilots. Maar eerst de kracht van interactief theater. Die werd geïllustreerd door Yvonne
Vlijm van theatergroep PlayBack, een professioneel theatergezelschap dat jaarlijks 800
voorstellingen speelt op middelbare scholen door het hele land. Daarmee bereiken ze
40.000 jongeren (in vo en mbo), 14.000 ouders en 1500 docenten & professionals.
De voorstellingen NU en Rijk zijn vooral bedoeld voor jongeren en laaggeletterden; zij
komen relatief vaak in de problemen omdat ze op te grote voet leven of niet begrijpen hoe
ze aanspraak kunnen maken op toeslagen. Yvonne Vlijm: ‘Met behulp van voor hen
herkenbare personages mikken we op interactie. De acteurs stellen tussendoor vragen als:
“wat zag je, wat deed de hoofdpersoon, hoe zouden ze het anders kunnen aanpakken, wil
je dat zelf eens voordoen op het podium?” Zo kun je gedragsverandering in gang zetten.’
Drie veelbelovende innovaties ’s Middags was het tijd voor drie nieuwe initiatieven die deels al in een pilot hebben laten
zien hoe veelbelovend ze zijn. En dat maakt ze natuurlijk ook interessant voor Moedige
Dialoognetwerken. De vertegenwoordigers van de bestaande netwerken gingen na de drie
plenaire presentaties onder leiding van kernteamleden Jacqueline Beekman en Paul Bakker
nader in gesprek met de ontwikkelaars van deze innovatieve tools.
De nieuwe netwerken bespraken hun vorderingen en valkuilen in het ontwikkelingsproces.
Henk Kinds en Daniëlle van den Akker namen hen mee langs het bijbehorende landelijke
ondersteuningsaanbod.
FiKks
Paulien Zwiers werkt bij ADG; met ruim 35.000 werknemers in de schoonmaakbranche is
dat het zevende bedrijf van Nederland. Wat bleek? ‘5000 van hen hebben loonbeslag. En
de werkgever is natuurlijk de eerste instantie die dat merkt. Zij moeten dus hun
verantwoordelijkheid nemen, daar sporen we ze toe aan.’
Bovendien hebben ze fikKs ontwikkeld, een laagdrempelig hulpmiddel bij geldzaken, dat
je anoniem kunt raadplegen. Dankzij een handig algoritme lees je steeds welke actie(s) je
moet ondernemen.’
Dat alles onder begeleiding van een buddy. ‘Die kun je als cliënt online vinden op een
datingsite-achtige manier. Kernteamlid Paul Bakker (Rabobank Salland) is een van hen.
‘Het kost je tien minuten per dag. En dan gaat het vooral om aanmoedigen.’
Buddy’s volgen eerst een e-learning. ‘Ze grijpen niet in, maar kijken mee. En het gaat om
beginnende problemen, niet om complexe schulden.’
De resultaten van fiKks sinds de introductie in maart 2018:
• 2600 downloads
• 800 buddy’s
• 311 e-learnings doorlopen
• 300 deelnemers
Zaak is nu om fiKks aan de man te brengen. Paulien Zwiers: ‘Bijvoorbeeld via posters in
de kantine. Maar we organiseren ook een bijeenkomst voor de top-honderd-bedrijven. We
hebben een kant-en-klare-toolbox klaarstaan. Een lokaal toegesneden versie? Dat is zeker
interessant, daarover gaan we in gesprek met Humanitas, maar het is nu nog even
toekomstmuziek.’
Monnie
Elbert Vink (Topicus): ‘De gemiddelde schuld van een mbo’er is € 3.681. Geen wonder
want ”hun brein is nog niet af”: als ze een scooter kopen, denken ze niet aan de kosten
van brandstof, verzekering en onderhoud.’
Vandaar de app Monnie. ‘Daarmee leren jongeren met geld om te gaan via het virtueel
nabootsen van bepaalde situaties. Ieder kiest een eigen karakter. Vervolgens spelen ze
gedurende enkele weken het spel; samen met hun klas, of een andere groep jongeren.
Maar ook buiten lestijd staat de app aan. Er zijn geen goede of foute antwoorden, maar
iedere keuze heeft financiële gevolgen…’
De docent heeft een overzicht van de gemaakte keuzes. Op grond daarvan kan hij
bespreekpunten agenderen. Samen met het Nibud zijn bovendien leerdoelen vastgesteld.
Eind 2018 komt er een pilot.
Geldfit
Geldfit is een landelijke initiatief van maatschappelijke organisaties, bedrijven en de
gemeente Zwolle, aldus projectleider Martin Suithoff. ‘Maar Geldfit zet in op lokaal gebruik.
We hebben via een pilot in 9 maanden al 40.000 mensen bereikt.’
Geldfit werkt met profielen van consumenten. ‘De consumenten die qua profiel in de
gevarenzone zitten vind je aan de geografische randen van Nederland en in de grote
steden.’ Die mensen worden online benaderd (bijvoorbeeld via mijnzilverenkruis.nl) maar
ook met flyers bij bijvoorbeeld winkelcentra, huisartsen en woningcorporaties. Met als doel
ze naar de website lokken, waar ze de geldfittest kunnen doen. Daar rolt een advies uit;
variërend van onlinehulp tot een doorverwijzing naar een hulpinstantie. In de vier
pilotsteden (Amsterdam-Noord, Leiden, Deventer, Zwolle) was daarvoor een lokale
hulpstructuur ingericht. 1500 mensen die de test hadden ingevuld zijn daarnaar
doorverwezen.’
Samenwerking met Moedige Dialoog
De drie tools zijn een uitkomst voor mensen met lichte geldzorgen, maar leveren pas
maximaal rendement in combinatie met een lokale hulpstructuur voor de zwaardere
gevallen. Welke partijen heb je daarvoor nodig?
• budgetcoaches
• professionele schuldhulpverleners
• sociaal raadslieden
• stichting Lezen en schrijven
• voedselbank
• stichting Leergeld
De tools bieden mooie kansen voor Moedige Dialoognetwerken, vonden veel
vertegenwoordigers van bestaande netwerken. Een punt is nog wel dat er voor de lokale
implementatie van een tool soms ook financiering vanuit de gemeente nodig is. Hoe
overtuig je hen ervan dat het een investering is die zich in een mum van tijd terugverdient?
Vandaar de vraag van kwartiermakers aan het kernteam: help ons aan bewijslast, liefst in
de vorm van een infographic die kosten en baten op een rijtje zet. Het kernteam zal dat
zeker oppakken, beloofde Paul Bakker.
Laaggeletterdheid
Tot slot vertelde Karin van Turnhout (kwartiermaker in Epe) over de relatie tussen
laaggeletterdheid en armoede. ‘We hebben een bijdrage gekregen uit het Innovatiefonds
om daarmee aan de slag te gaan. We hebben acht organisaties bijeengebracht; van
bibliotheek tot sociaalwerkorganisatie. Let wel: laaggeletterdheid is iets anders dan
analfabetisme. Laaggeletterden kunnen wel lezen en schrijven, maar op een basaal niveau.
Van een tekst over toeslagen bijvoorbeeld snappen ze maar 60%. ‘Vooral de zelfstandige
naamwoorden vallen weg; wat overblijft zijn bijvoorbeeld werkwoorden als u moet, u
dient…’
In totaal gaat het om pakweg 2,5 miljoen mensen. Ruim 65% van hen is van Nederlandse
komaf; 57% werkt. ‘Die slagen er dankzij allerlei trucs in om hun handicap voldoende te
camoufleren.’
De acht partijen gaan laaggeletterdheid vroeg signaleren. ‘19% van de laaggeletterden
leeft al minimaal één jaar onder de armoedegrens. Dus laaggeletterdheid is echt een
risicofactor. De Stichting Lezen en Schrijven heeft veel tools, praat graag mee en is dus
een geschikte partner voor je Moedige Dialoognetwerk.’
De opbrengst
‘Als Moedige Dialoognetwerken hebben we nu de ingrediënten om een voedzame soep te
bereiden,’ zo vatte kernteamlid Paul Bakker de dag samen. ‘Het basisrecept is er ook. Daar
kun je lokale producten aan toevoegen om er echt een streekgerecht van te maken. Dus
aan de slag!’
Uit de evaluatie bleek naderhand dat het leeuwendeel van de deelnemers de Vakbeurs
positief en inspirerend vond. En 86% van hen heeft behoefte aan een passend vervolg.
Bovendien hebben zich al weer vier nieuwe organisaties aangemeld die in hun regio een
Moedige Dialoog op gang willen brengen.
Bijlage: De Bouwstenen
Tijdens de ochtendsessies zijn er bouwstenen met vragen, tips en opmerkingen
geschreven. Per thema lichten we de opvallendste aspecten eruit.
Bedrijven
Uit de bouwstenen blijkt dat iedereen de wens deelt om bedrijven te enthousiasmeren om
met financiële redzaamheid voor de werknemer aan de slag te gaan. De grote vraag blijft
daarbij: hoe doe je dit het beste? Hier zijn verschillende tips voor gegeven. Voorop staat
het belang onderschrijven en duidelijk maken wat bedrijven hierbij te winnen hebben.
Dit kan op verschillende manieren, door bijvoorbeeld workshops en/of inspiratiesessies
voor HR-afdelingen te organiseren. Hier komen verschillende onderdelen samen, zoals
bijvoorbeeld: hoe herken je medewerkers met schulden? Hoe ga je om met de privacy van
je werknemer? Maar ook het onderstrepen van de kostenbesparing die dit met zich mee
kan brengen is belangrijk. Daarbij blijft het devies: het moet werkgevers zo makkelijk
mogelijk worden gemaakt.
Wat betreft hulpbronnen lopen de tips uiteen. Maak bijvoorbeeld gebruik van
budgetcoaches, zorg voor een sociaal fonds of start een formulierenbrigade.
Een inspirerend voorbeeld is bijvoorbeeld hoe Scania Zwolle een overeenkomst heeft met
Schuldhulpmaatje.
Huishoudens
De bouwstenen laten vooral zien dat herkenning en vroegsignalering belangrijk blijven.
Daarbij blijft de vraag: hoe kunnen we schaamte overwinnen? Het moet normaal worden
om over geld te praten. Leg bijvoorbeeld folders neer over de financiële risico’s van “life
events” bij instanties waar mensen juist op dat moment heen gaan. Denk aan de huisarts,
kraamzorg, UWV, pensioenfondsen, onderwijsinstellingen, et cetera. Ook dat helpt op
financiën bespreekbaar te maken.
Ervaringsdeskundigen
Mooi was dat er bij verschillende netwerken concrete vragen liggen over hoe zij
ervaringsdeskundigen kunnen inzetten binnen hun regionale netwerk. De ervaring gaat
namelijk dwars door alle niveaus heen; daarnaast hebben ervaringsdeskundigen een
brugfunctie waarvan alle partijen profiteren. Belangrijk is daarbij ook om te beseffen dat
armoede meer is dan alleen een geldprobleem. Door een maatschappelijke kosten-en-
batenanalyse te maken kan bovendien inzichtelijk worden wat de meerwaarde is van het
inzetten van ervaringsdeskundigen.
Jongeren
De tip die het meest naar voren komt op het gebied van jongeren is om gebruik te maken
van jongerenwerkers. Hier ligt een mooie kans om binnen het netwerk mee aan de slag te
gaan.
Daarnaast is er een duidelijke wens voor subsidies vanuit bijvoorbeeld gemeenten, zodat
er externe partijen ingehuurd kunnen worden voor professionele kennisoverdracht die ook
echt werkt. Een idee om dit te realiseren is door cijfers over armoede en de effectiviteit
van soortgelijke projecten te delen met scholen en de gemeente. Een mooie ambitie is
bovendien om op de lange termijn via pabo’s te werken, zodat het belang van lesgeven
over financiële redzaamheid bij alle basisschoolleerkrachten bekend is.
De Vakbeurs Moedige Dialoog 2018 is een initiatief van Moedige Dialoog. Kernteam:
Jacqueline Beekman (Sociaal Werk Nederland), Daniëlle van den Akker (Rabobank), Paul
Bakker (Rabobank) en Henk Kinds (Community Partnership Consultants). De Vakbeurs is
georganiseerd door Community Partnership Consultants (Zoë van Otterloo en Henk Kinds),
in samenwerking met Niquell (Monique Huizenga) en met medewerking van de
kwartiermakers Esther Rozeboom, Rochelle Heerema, Elma Vriezekolk, Reggy Schutte. Met
support van Gemeente Harderwijk en Schouders Eronder Harderwijk.
Foto’s door Suzanne Kemper Fotografie.