1
Op avont
uur
in de na
tuur
________
2
Kom langs in het Natuur- en Milieucentrum De Bourgoyen. Dit passiefhuis is een bezoekers- en informatiecentrum en ligt aan de rand van de Stedelijk Natuurreservaat Bourgoyen-Ossemeersen. Alles draait er rond een doordacht gebruik van energie, water en grondstoffen. Het is de startplek voor verschillende activiteiten. In de cafetaria kun je met je klas een biodrankje drinken. Nog meer vragen?Het team van de Educatieve Diensten Stad Gent helpt je graag verder.NMC De Bourgoyen - Driepikkelstraat 32 - 9030 Mariakerke - 09 226 15 01 - [email protected]
Gentse stadsscholen en scholen van andere netwerken worden via een digitale omzendbrief en een brochure op de hoogte gebracht van het educatief aanbod en de inschrijvingsdata voor het volgende schooljaar. Een bezoek van en bij ons kan je boeken via nme.stad.gent. Neem zelf een kijkje. Bij elk thema hoort een specifiek werkblad. Het kan dienen als naverwerking in de klas, als evaluatie of als aanzet tot verdere activiteiten. Je kunt deze documenten downloaden op nme.stad.gent onder 'Kom meer te weten', Documenten.
Natuur- en Milieucentrum De Bourgoyen
Natuur- en Milieueducatiein Gent
Wie zijn we? Wat doen we?In het NMC De Bourgoyen werken medewerkers van de Educatieve Diensten Stad Gent. Ze ontwikkelen en begeleiden natuureducatieve pakketten voor verschillende doelgroepen.
NMC De Bourgoyen nme.stad.gent
De Grasshopper rijdt met de Grasshoppermobiel naar een schooltuin of park vlakbij de school. Met de kinderen van de 2de graad LO gaat de Grasshopper op ontdekkingstocht in die natuur.
NME De Bourgoyen vormt samen met natuurgidsen een hecht natuurteam voor leerlingen van de 2de en 3de graad LO, jongeren van het SO en voor studenten van het HO. We gaan op onderzoek in de echte, wilde natuur van het nabijgelegen natuurreservaat. In het natuur-en milieucentrum bouwen we samen een ideaal droomhuis.
Andere Educatieve Diensten Stad Gent
De Wereld van Kina: Kina Huis en Kina Tuin www.dewereldvankina.beSchoolhoeve De Campagne www.schoolhoeve.gent.beSchool van Toen www.schoolvantoen.gent.be
3
Wat willen we bereiken?
We willen de natuur- en milieukennis bij kinderen en jongeren verbreden, kennis en beleving met elkaar verbinden en de natuur integreren in hun leefwereld. We willen hen tools aanreiken om gedragswijziging te stimuleren voor een mooiere, gezondere toekomst. Jongeren die milieubewuster zijn en kritisch nadenken over de klimaatsveranderingen maken hen tot wakkere burgers.
› In het LO zitten natuur, kennis, technologie, mens, maatschappij, tijd en ruimte verweven in het leergebied Wereldoriëntatie en krijgt elk domein een eigen identiteit.
› In het SO komen kennis en vaardigheden zoals terrein- en biotoopstudie, natuurbeheer, sociale media, bewustwording en duurzaamheidsaspecten op het programma.
› Studenten van het HO krijgen meer inzicht in natuur- en landschappelijke waarden, wetenschappelijke termen en ecologie. Leerkrachten in opleiding krijgen tips en tricks om natuur- en milieu informatie op een creatieve manier door te geven aan de jongere generatie.
Wij beschouwen natuur- en milieueducatie als lesgeven met hoofd, hart en handen. Werkelijke vooruitgang, groei, ontwikkeling voltrekt zich door te ervaren met hoofd, hart en handen.
HOOFDKennis - Inzicht - Betekenis - Begrip - Bewustwording - Weten - Reflecteren
HARTMotivatie - Enthousiasme - Moed - Betrokkenheid - Passie - Bezieling - Beleving - Kiezen - Willen - Vertrouwen - Volharden
HANDENToepassen - In praktijk brengen - Oefenen - Doen - Aan de slag gaan - Gedrag - Concrete actie - Uitvoering
4
Ü Aan de westrand van Gent, ligt een waardevol natuurgebied dat ontsnapte aan de verstedelijking... een paradijs voor planten en dieren!
Het landschap van de Bourgoyen-Ossemeersen is een riviervallei, uitgeschuurd door de Leie (op het einde van de laatste ijstijd, zowat 13000 - 10000 jaar geleden). Het deel van de vallei ten noorden van de rivier noemt de Bourgoyen, ten zui-den ervan de Ossemeersen. De Leie heeft bij haar uitschuring van de vallei de bodem bepaald. Je vindt er zand, leem en klei. Zulke natte valleigebieden worden bij ons meersen genoemd.Bijna centraal in de Bourgoyen ligt een natuurlijke zandige hoogte of donk met daarop het historische Valkenhuis. In de Middeleeuwen werden vele sloten gegraven om het gebied te ontwateren en geschikt te maken voor de landbouw. Ook werd een hoosmolen gebouwd. Behalve op de donk bleef het gebied voor akkerbouw echter te drassig. De droogste gras-landen gebruikte men als graasweiden, de natste als hooiland.
Aan de Meerskant treft men nog een ander bodemtype aan: veenbodem. Die bestaat uit halfvergane plantenresten. Als je er op de grond stampt, voel je de bodem trillen.
In het natuurreservaat zijn vele overgangen aanwezig van de ene bodem naar de andere, van hoog naar laag, van droog naar nat. Dit is bepalend voor de biologische rijkdom van het gebied.
landschap
Stedelijk NatuurreservaatBourgoyen-Ossemeersen
5
Uitwendig beheer
Inwendig beheer
Het streefdoel van het natuurbeheer is de verscheidenheid aan wilde planten en dieren te behouden en te vergroten. Er is een onderscheid tussen een uitwendig en een inwendig beheer naargelang het gaat om maatregelen die storende invloe-den van buitenaf proberen te weren of die zich richten op het reservaat zelf.Een eerste maatregel was de aankoop van het gebied, zodat het als één geheel kan beheerd en beschermd worden. De totale oppervlakte bedraagt 220 hectare. Sinds 1974 koopt de stad Gent er gronden aan. Nu is 94% stadseigendom. Op het gewestplan zijn de percelen hoofdzakelijk ingekleurd als natuurreservaat en natuurgebied en is het grootste deel ook als landschap beschermd. Omdat het reservaat in de winter regelmatig meer dan 1% van de totale populatie van een belangrijke eendesoort (slobeend) herbergt, wordt het geklasseerd als een internationaal overwinteringsgebied voor watervogels. Ook de Vlaamse Overheid werkt mee aan de uitbouw van het reservaat. Haar NatuurInrichtingsProject (NIP) omvat maatregelen voor landschapsherstel en natuurontwikkeling en betere voorzieningen voor de bezoekers. Zo werden opgehoogde stukken terug afgegraven, wandelpaden heringericht, observatieposten gebouwd en werd een geluidsdam aangelegd ter hoogte van de R4.
Voor rondleidingen en informatie kun je terecht in het Natuur- en Milieucentrum De Bourgoyen. Het gebied is vrij toegan-kelijk voor wandelaars op wegen en paden. Drie wandelpaden laten je toe kennis te maken met alle biotopen; onderweg kan je een kijkje nemen in de observatiehutten.
Ü Tijdens het bezoek moet je een aantal regels in acht nemen.
Er wordt een dagelijks beheer van de percelen in stadseigendom uitgevoerd door de stedelijke natuurarbeiders die knot-bomen en houtkanten snoeien, wegbermen maaien, afsluitingen plaatsen, enz.
WaterhuishoudingEen van de belangrijkste maatregelen is de regeling van de waterhuishouding. Het beheer beoogt optimale waterpeilen en een goede waterkwaliteit (variatie in fauna en flora). Vanaf half oktober wordt het regenwater opgehouden, waardoor het gebied langdurig overstroomt. Vanaf maart wordt het water via een sluis en een pomp weggelaten. Zo worden de vroegere overstromingen van de Leie nagebootst.Graslandbeheer Voor het onderhoud van grote graslandpercelen zijn beheersovereenkomsten gesloten met landbouwers met de bedoe-ling de fauna en flora optimale kansen te geven. De graslanden worden ofwel gemaaid (hooilanden) ofwel beweid met runderen (graasweiden) ofwel gemaaid en nabeweid (hooiweiden). De runderen worden ingeschaard vanaf 1 mei en op plaatsen waar weidevogels broeden vanaf 1 juni. Op termijn is ook jaarrondbegrazing voorzien in een deel van het gebied waarbij het vee de stallingen van het Valkenhuis kan gebruiken. De hooilanden worden gemaaid vanaf 1 juli. Bemesting wordt geweerd en het maaisel wordt afgevoerd. Deze maatregel bevordert de bloemenrijkdom van het grasland.Houtkanten en bosjesUitheemse soorten worden verwijderd. Knotbomen (wilgen en populieren) worden in de winter geknot, dit gebeurt om de zeven jaar. Zij bieden ideale nestgelegenheid voor tal van dieren bv. steenuil. Soms worden elzen en wilgen tot op de grond afgezet, waardoor een dichte haag ontstaat.WegbermenOm een bloemrijke vegetatie te verkrijgen worden wegbermen tweemaal per jaar gemaaid, waarbij het maaisel telkens wordt afgevoerd.Schadelijke organismenEen aantal planten en dieren worden door de wet schadelijk geacht. Drie soorten distels moeten in de Bourgoyen best-reden worden. Ook de muskusratten, planteneters die vooral in het water leven, worden uitgeroeid. Sinds enkele jaren vormt ook de Canadese gans een probleem. Deze ontsnapte parkgans neemt toe in grote aantallen. Hiervoor worden maa-tregelingen getroffen, zoals het vernietigen van het broedsel, het afvangen van de vogels en het uitvoeren van euthansie.
6
Een rijkdom aan planten en dieren
Enkele doordenkertjes
Vooral in de onbemeste hooilanden vinden we een grote verscheidenheid aan planten terug. Kleurrijke kruiden zoals gewone dotterbloem, echte koekoeksbloem, grote ratelaar,... vergezellen er de grassen, zeggen en russen. Deze gevarieerde vegeta-ties vormen samen met de sloten een geschikte leefomgeving voor vele diersoorten. Kievit, grutto, scholekster, bergeend... broeden er jaarlijks. Ook de Canades gans valt op en neemt onrustbarend toe. Langs de oevers en in de rietkragen broeden rietgors en kleine karekiet. De talrijke sloten en plassen bieden voldoende zuiver water voor salamanders, kikkers, vissen en ongewervelden zoals de geelgerande watertor, rugzwemmer, duikerwants en waterschorpioen.
‘s Winters loopt het laagste deel van het reservaat onder water. In dit bijna ontoegankelijke gebied komen dan grote concen-traties watervogels voor. De Bourgoyen zijn een belangrijk overwinteringsgebied voor de smient, wintertaling, slobeend, pijlstaart en krakeend. Vanaf maart zakt het water geleidelijk. Plaatselijk blijven er plassen en modderige slikveldjes over, die een grote aantrekkingskracht uitoefenen op steltlopers zoals watersnip, wulp en kemphaan. Zij komen er baden en voedsel zoeken.
Een van de meest typische landschapselementen is de knot-wilg, die een woonplaats biedt aan steenuil, holenduif, ringmus en diverse mezensoorten. De elzen en wilgen in de houtkanten verdragen de hoge waterstanden goed en herbergen talrijke zangvogels. De bloemenrijkdom van ruigten lokt vele insecten. Vlindersoorten als atalanta, gehakkelde aurelia, distelvlinder, vinden hier nog geschikte voedselplanten. Op de spoorweg-dijk groeien planten van drogere zandgronden, zoals wouw en ijzerhard.
✾ Het gebied is 220 ha. Hoeveel voetbalvelden zijn dat?
✾ Welke biotopen komen in de Bourgoyen voor?
✾ Wat betekent ‘uitwendig’ en ‘inwendig’ beheer?
✾ Waarom wordt het maaisel afgevoerd?
✾ Welke maatregelen worden getroffen om verstoring door bezoekers binnen de perken te houden?
✾ Wat betekent ‘extensieve begrazing’ en waarom wordt dit hier toegepast?
✾ Welke schadelijke organismen worden hier geweerd en waarom?
✾ Wat zour er met het gebied kunnen gebeuren als:
� er geen beheer meer wordt toegepast?
� er geen bezoekers meer worden toegelaten?
� fietsen worden toegelaten?
� het klimaat opwarmt?
✾ De Vinderhoutse bossen liggen hier niet ver vandaan, net over de Ringvaart. In het bos leeft de vos. Nochtans zien we
de vos in het gebied rondlopen. Hoe komt hij hier terecht?
7
Beleef de natuur
Beste jonge leerkracht,
In de natuur is er heel wat te beleven, zeker met je klasje! Het is een gouden regel om minstens elk seizoen een uitstap te maken in een groene omge-ving dicht bij je school. Je zult versteld staan van het enthousiasme van je leerlingen. Naast het oplossen van opdrachten met werkbladen kunnen ze in een zelfgemaakt natuurboekje hun bevindingen noteren, leuke anekdotes schrijven, tekeningen maken van dier en plant of sporen kleven. Leer hen de natuur waarnemen, beleven en wakker hun verwondering aan. Succes! Hieronder volgen enkele tips die je al wat kunnen helpen bij een uitstap.
Rekening houdend met doelstellingen en het leerplan Lager Onderwijs is het de bedoeling dat de natuur-activiteit past in de leefwereld van de kinderen, in een kader van een thema en dat een rode draad de wandeling leidt.
Ü Spreek met je 5 ZINTUIGEN
Visueel Auditief Kinesthetisch� Ik zie het zo� Mijn kijk op � Mijn beeld van � Vanuit mijn gezichtspunt� Een kleurrijke oplossing� Van die kant bekeken� Kijk eens hier
� Ik hoor je zeggen� Luister eens goed� Dit klinkt als muziek in de oren� Ik zeg daarover � Ze vertellen� Ik slaak een noodkreet over
� Ik voel het zo� Drukzettenop� We gaan er iets aan doen� We zijn op weg naar� We komen van ver� Ik heb het over� Ik sta er achter
Olfactorisch Gustatief� Ditzaakjestinkt� Ik ruik hier onzin er zit een geurtje
aan� Dit is als rozengeur� Hetaromavanversekoffie
� Dit smaakt naar meer� Eenbitterepil� Een zoete nasmaak
8
Ü Verschillende werkvormen
Dialoog Groepsgesprek Demonstratievraag/antwoordgrotere betrokkenheidafstemmen op groep open/gesloten vragenkennis-, denk- en waarnemingsvragen
gedachtewisseling met kinderendiverse meningenoplossing hoeft nietbegeleider = moderator
tonen hoe iets werktblijft langer bij handigheidondersteunen met goed verhaal
Monoloog Spel Opdrachtéén persoon spreektgoed voorbereidgoed voor grote groep vertellen verhaalgroep blijft passief
pret/sfeer/afwisselingbestaand/nieuw spelals onderdeel vancreativiteitout of the box nabespreking
alleen/in groepjeszelf ontdekken organiserenbegeleidenimprovisatieterugkoppelen
Ü Natuurbeelden door de ogen van
8 tot 10 jaar 10 tot 13 jaar 13 tot 16 jaarontdekken samenhangleergierig zelf verklaringen zoekeneigen ervaring centraalindividuele verschillenbehoefte aan systematiekwedstrijden populair
avontuurlijke natuur ontdekkingsdrangbegrijpenalles met samenhangeigen waardenkritischpresteren
bekijkt mogelijkheden formuleert hypothesesmediagevoeligsociale primeertwil meer kenniseigen natuur is top
Ü Ken je de 6 regels?
Ken je programma Ken je methode Ken je terreindoelgroepthemanatuurbelevingoverzicht
opsplitsing groepenafspraken timingopstellingzintuigenleidraadsfeer
wandelpadenstopplaatsenreglementenbiotopenplanten & dierenbeheer
Ken je groep Ken je materiaal Ken je wereldniveaugroottebegeleidersleefwereldnatuurbeeld
controlerenuittestennazorg
NMEEDOmulticultureelmondiaalsociaal
Ü Een flowervaring neemt ons totaal in beslag
Terwijl we geconcentreerd zijn, lijkt de tijd voorbij te vliegen en zijn we ons niet bewust van wat er rondom ons gebeurt. Aangenomen wordt dat flow heilzaam is voor ons geluk. We trachten samen met de kinderen in ‘flow’ te komen.
1. Ik weet dus ik ben R We verdelen ons in 2 groepen, we staan in 2 rijen. De begeleider roept een stelling en we verplaatsen ons naar links
of rechts naar gelang de juistheid van de stelling. Enkele stellingen: - de natuur bestaat enkel uit planten en dieren - kikkers zijn amfibieën - planten hebben CO² nodig -
de opwarming van de aarde is te wijten aan het gedrag van de mensen - warme lucht stijgt op - vogels hebben tanden - habitat betekent waar een plant of dier leeft - recycleren betekent hetzelfde als hergebruik - in mei leggen alle vogels een ei - …
9
2. Ik luister en ik hoor We maken een stiltegordijn en staan in een kring op de tippen van onze tenen met de armen in de lucht. We trekken
een ingebeeld gordijn naar beneden. Als het gordijn helemaal beneden is, houden we het stil. We luisteren naar de geluiden uit de omgeving.
3. Ik kijk en ik zie r Maak een grote cirkel op de grond ( krijt, takken) met 4 verdelingen zoals taartpunten. We verdelen ons in 4 groepen
en elke groep staat in een afgebakend stuk , met de rug naar het centrale punt gekeerd. We kijken ieder vanuit zijn gezichtsveld naar zijn stuk omgeving en zoekt menselijke en niet menselijke elementen.e noteren met krijt op de grond of met stift op gelamineerd papier alle bedenkingen. We discussiëren met een praatstok.
4. Ik observeer en ik weet L We hangen of leggen vooraf enkele zaken, die niet thuishoren in de natuur, in een dreef. We wandelen in de dreef en
onthouden wat en hoeveel zaken we gezien hebben. Wat herinner jij je nog, hoort dit hier thuis? - dennenappel - stoffen bloem - schelp - stenen kikker - een schedel - …
5. Ik kleur de natuur B Teken een cirkel met een stok in de aarde met 6 verdelingen zoals taartpunten. Met natuurlijke materialen of zaken
die we vinden, wordt een mozaïek gelegd.
6. Ik ruik dus ik ben We wrijven, krassen of kneuzen blaadjes waaraan we ruiken. Lekker of niet? We krijgen nu elk een geurdruppeltje op
het voorhoofd (derde oog) die ons in staat stelt om nog beter te ruiken. Er wordt aan het geurflesje een verhaaltje gekoppeld. In het flesje zit een onschuldige gekleurde vloeistof van vlier die oma heeft gemaakt…
7. Ik zoek en ik vind L Maak vooraf een tekening van een grote bloem met op de kroonblaadjes ‘typetjes’ vermeld met enkele typische kenmerken. Nu gaan we per 2 op zoek naar planten die beantwoorden aan de beschrijving - wapendragers – zielenpoten – slapjanussen - zachte types – ijdeltuiten
8. Ik musiceer en ik luister We zoeken materialen waarmee we muziek kunnen maken. Klappen in de handen, fluiten en… zijn eveneens natuurge-
luiden. We maken een orkest, een dirigent dirigeert.
9. Ik zend je natuur E Op een blad papier kleeft een stukje dubbelzijdige kleefband. We gaan op zoek naar veertjes, blaadjes , takjes, besjes,
nootjes enz… en we kleven dit op de kleefband in de vorm van een kunstwerkjes, een tafereeltje. We gebruiken zand of fijne aarde om het overige klevende gedeelte te bedekken.
10. Ik schilder met natuur U Op een blad papier maken we een tekening enkel met wat we vinden in de natuur: gras, blaadjes, schors, bloem- blaadjes, besjes. We kneuzen en pletten en we schilderen een landschap, een bloem of iets anders.
11. Ik ken de boom G Houd een blad papier aan de schors van een boom met 2 handen vast. Een andere neemt waskrijtjes en gaat langzaam
altijd in dezelfde richting heen en weer het blad kleuren tot wanneer een afdruk van de schors tevoorschijn komt. Wanneer je 2 kleuren gebruikt komt de afdruk mooier uit. We herhalen de techniek bij verschillende bomen en kijken naar de afdruk. Zijn ze gelijk? Vinden we nog een blad en een vrucht van de boom?
12. Ik maak het verschil U Iedereen krijgt een kaartje met een afbeelding van een organisme (plant, dier, paddenstoel) of een abiotische factor
(lucht, water, bodem). Met een bol touw zoeken we wie, wie of wat nodig heeft om te leven. We gooien de bol naar elkaar tot we een netwerk hebben van draden. Wat zou er kunnen gebeuren als de boom wordt geveld of een vogel sterft of… als het water op is of de bodem vervuild.
13. Ik ben en hoe doe ik het? O We maken vooraf een (of meerdere) hondenmasker en iemand draagt het. De bedoeling is om zich in te leven in en
zich te gedragen als een hond. Wat is goed en wat niet? Wat gebeurt er als er een tweede hond in het spel komt?
10
Bijlagen
%
11
dubbelzijdige kleefband
12
13
SLAPJANUSSEN
ZIELENPOTENWAPENDRAGERS
ZACHTE TYPES
IJDELTUITEN
� met stekels� met brandharen� met stinkende bladeren
� met hele zachte blaadjes� met hele zachte vruchten � met zachte pluisjes
� die naar parfum ruiken� met de mooiste bloemen� met een slank figuur
� die op de grond liggen en kruipen� die slap in het water hangen� die zich vastklampen aan anderen
� die onder de luizen zitten � die onder de schimmel zitten � die helemaal uitgedroogd zijn
14
OPDRACHT VOOR DE LEERKRACHTÜ Observeer een wegberm. Probeer met zoekkaart enkele planten op naam te brengen.
Vink aan. Hoeveel verschillende soorten kruiden heb je ontdekt?
Materiaal: schrijfplankje, potlood, invulblad, plantengids
Nr Plantensoort 1 Scherpe boterbloem 2 Kruipende boterbloem 3 Speenkruid 4 Gewone dotterbloem 5 Gewone braam 6 Hondsroos 7 Moerasspirea 8 Rode klaver 9 Witte klaver 10 Moerasrolklaver 11 Veldlathyrus 12 Vogelwikke 13 Grote brandnetel 14 Vogelmuur 15 Gewone hoornbloem 16 Veldzuring
Nr Plantensoort 17 Ridderzuring 18 Veenwortel 19 Varkensgras 20 Gewone raket 21 Fluitekruid 22 Gewone bereklauw 23 Kleefkruid 24 Haagwinde 25 Gewone smeerwortel 26 Moeras-vergeet-mij-nietje 27 Witte dovenetel 28 Paarse dovenetel 29 Hondsdraf 30 Watermunt 31 Grote ratelaar 32 Grote weegbree
Nr Plantensoort 33 Smalle weegbree 34 Madeliefje 35 Paardebloem 36 Bijvoet 37 Duizendblad 38 Boerenwormkruid 39 Akkerdistel 40 Knoopkruid 41 Kleine klit 42 Riet 43 Liesgras 44 Kruipertje 45 Straatgras 46 Glanshaver 47 IJle dravik 48 Kropaar
Aan de slag
Neem je leerlingen mee de natuur in en leer hen kijken,
observeren en vooral, leer hen dingen om zelf te doen.
Hieronder volgen enkele grepen uit het natuureducatief
leven in de Bourgoyen. Het zijn opdrachten die voor jou
als leerkracht nuttig kunnen zijn, met telkens een gelijkaar-
dige opdracht voor de leerlingen. De seizoensgebonden
opdrachten zijn kort en krachtig geformuleerd en je kan ze
gelijk waar toepassen. Leerlingen werken alleen, per twee
of in groep. Andere opdrachten dienen als naverwerking in
de klas. Denk aan je , je en je
LENTE - de wegberm
15
Tel eens alle kruiden in je (school)tuin?Hoe krijg ik het graslandje in de (school)tuin bloemenrijker?
WIND - REGENT - MELKSAP - GELE - KRANS
Ditiseenpluizenbol. Derijpevruchtjeshangenaaneenparapluutje. Zewordengemakkelijkmeegenomendoorde . . . . . . . .De bloem bestaat uit . . . . . . . . . bloempjes die dicht tegenelkaarstaan. Tegendeavondsluitenzezichenook als het . . . . . . . . . . . De bloemsteel bevat een wit . . . . . . . . . . . .dat bitter smaakt.De bladeren staan in een . . . . . . . . . . . . . . tegen de grond.
Identiteitskaart van de paardebloem
TROSJES - EITJES - BRANDHAREN
De bloempjes van de brandnetel hangen in . . . . . . . . . . Op de stengel en de bladeren staan . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . Deze werken als kleine injectienaalden die een druppeltje stof in onze huid kunnen spuiten. Sommige van onze mooiste vlinders leggen hun. . . . . . . . . . . . op de bladerenvandebrandnetel. De rupsen voeden zich enkel met deze bladeren.
Identiteitskaart van de brandnetel
OPDRACHT VOOR DE LEERLINGÜ Zoek in de wegberm de kruiden van je identiteitskaart. Observeer de plant goed.
Vul de ontbrekende woorden in:
16
bloe
dzui
ger
wor
men
, wee
kdie
ren,
inse
cten
larv
en,
ki
kker
larv
en, k
lein
e vi
ssen
eeno
ogkr
eeft
je
plan
taar
dig
plan
kton
,
orga
nisc
h af
val p
lant
aard
igdi
erlij
k pl
ankt
on
plan
kton
duik
erw
ants
pl
ankt
on e
n or
gani
sch
afva
ler
wte
mos
sel
plan
kton
en
orga
nisc
h af
val
geel
gera
nde
wat
erto
r kl
eine
kre
efta
chtig
en, l
arve
n va
n in
sect
en,
di
kkop
jes,
visj
esha
ftel
arve
(lar
ve v
an e
enda
gsvl
ieg)
gr
oenw
iere
nka
phoo
rnsla
k gr
oenw
iere
nki
kker
in
sect
en, w
orm
en, s
lakk
en, v
isjes
kikk
erla
rve
groe
nwie
ren
koke
rjuffe
r gr
oenw
iere
n en
pla
nted
elen
krie
belm
ugla
rve
plan
kton
en
orga
nisc
h af
val
larv
e va
n gl
azen
was
ser
klei
ne k
reef
tach
tigen
, ins
ecte
nlar
ven,
dikk
opje
s, v
isjes
moe
rass
lak
orga
nisc
h af
val
mos
selk
reef
tje
orga
nisc
h af
val
plat
wor
m
klei
ne k
reef
tach
tigen
, kle
ine
inse
cten
,
dode
die
ren
poel
slak
groe
nwie
ren
post
hoor
nsla
k or
gani
sch
afva
lre
iger
ki
kker
s, s
alam
ande
rs, v
isjes
rietv
oorn
pl
ante
ndel
en, k
lein
e kr
eeft
acht
igen
,
inse
cten
larv
enro
de m
ugge
nlar
ve
orga
nisc
h af
val
rugz
wem
mer
(boo
tsm
anne
tje)
wat
erin
sect
en, k
ikke
rvisj
es,
sa
lam
ande
rlarv
en, v
isjes
scha
atse
nrijd
er
inse
cten
schi
jfhoo
rnsla
k or
gani
sch
afva
lsc
hrijv
ertje
m
ugge
n, m
ugge
nlar
ven,
zoet
wat
erpi
sseb
edde
nsli
nger
wor
m (T
ubife
x)
orga
nisc
h af
val
stee
kmug
larv
e gr
oenw
iere
n, o
rgan
isch
afva
l, kl
eine
kree
ftac
htig
envi
jver
lope
r in
sect
enw
ater
hoen
pl
ante
ndel
en, w
orm
en, s
lakk
en e
n in
sect
enw
ater
juffe
r la
rven
van
inse
cten
wat
erm
ijt
wat
ervl
ooie
n, w
orm
en, l
arve
n va
n m
ugge
n
en e
enda
gsvl
iege
nw
ater
scho
rpio
en
inse
cten
en
klei
ne k
reef
tach
tigen
wat
ersp
in
larv
en v
an in
sect
en, k
lein
e kr
eeft
acht
igen
wat
ervl
o pl
anta
ardi
g pl
ankt
on e
n or
gani
sch
afva
lw
ilde
eend
pl
ankt
on e
n w
ater
plan
tjes
zoet
wat
erpi
sseb
ed
orga
nisc
h af
val
zoet
wat
ervl
okre
eft
orga
nisc
h af
val
zwal
uw
inse
cten
zwan
emos
sel
plan
kton
en
orga
nisc
h af
val
OPD
RACH
T VO
OR
DE
LEER
KRA
CHT
Ü
Ond
erzo
ek e
en s
loot
of p
las
en k
ruis
de
gevo
nden
wat
erdi
ertje
s aa
n
(voe
dsel
tabe
l)
Ü
Mat
eria
al: s
chep
net,
wat
erba
k, e
mm
er (m
et to
uw),
potje
s, z
oekk
aart
‘z
oetw
ater
dier
tjes’
, sch
rijfp
lank
je, i
nvul
blad
.
Ü
Beki
jk d
e on
ders
taan
de fi
guur
en
raad
plee
g de
voe
dsel
tabe
l. Tr
ek d
e pi
jlers
tuss
en d
e af
gebe
elde
org
anis
men
om
de
onde
rling
e vo
edse
l-re
latie
s vo
or te
ste
llen.
Zo
beko
m je
een
voe
dsel
web
.
LENTE - de slootVO
EDSE
LTA
BEL
organi
sch
afval
dierlijk
pla
nkton
posthoo
rnsla
k
plantaard
ig p
lan
kton
larve st
eekm
ug
schaa
tsen
rijde
r
kikk
erwat
erle
lie
rietv
oorn
larve
kik
ker
wate
rvlo
zoetwat
erpi
sseb
ed
larve gl
azen
make
r
zwan
emos
se
l
larve geelgera
nde w
atertor
blauw
e re
ige
r
boeren
zwal
uw
steek
mug
duike
rwan
ts
Ga
wan
dele
n la
ngs
slot
en e
n gr
acht
en in
je b
uurt
. H
oe k
unne
n w
e da
ar m
eer l
even
in k
rijge
n?
17
MU
SKU
SRAT
LIBE
L
RUGZ
WEM
MER
LARV
Eva
n de
MU
GST
EKEL
BAAR
S
GEER
GERA
NDE
W
ATER
TOR
POST
HOO
RNSL
AK
BLO
EDZU
IGER
OPD
RACH
T VO
OR
DE
LEER
LIN
GLe
ven
in e
n om
het
wat
er
Gra
af e
en v
ijver
tje in
je (s
choo
l)tui
n. K
ijk w
ie e
r alle
maa
l op
bezo
ek k
omt!
WIL
DE E
ENDE
N
LARV
Eva
n de
GEEL
GERA
NDE
WAT
ERTO
R
ZOET
WAT
ERPI
SSEB
ED
LARV
Eva
n de
EE
NDA
GSVL
IEG
POEL
SLAK
WAT
ERHO
EN
WAT
ERSC
HORP
IOEN
POP
van
de M
UG
Ü
We
gaan
sch
eppe
n in
de
sloo
t. N
eem
het
mat
eria
al m
ee e
n ge
brui
k de
zo
ekka
arte
n. B
ekijk
de
teke
ning
. Z
et e
en k
ruis
je b
ij de
gev
onde
n di
eren
.
18
- v
ruch
t met
plu
is
- v
ruch
t met
vle
ugel
tjes
of m
et s
chut
blad
- b
esvr
ucht
- v
ruch
t met
ste
kelig
e bo
lster
- v
ruch
t met
haa
kjes
- o
pens
prin
gend
e vr
ucht
- v
ruch
t in
een
napj
e
- v
ruch
t in
een
doos
je w
aarin
bov
enaa
n ga
atje
s zit
ten
- s
chijn
vruc
ht
HERFST - vruchten en zadenÜ
U
it de
vo
rm
van
de
vruc
ht
kan
je
door
gaan
s de
m
anie
r va
n za
ad-
vers
prei
ding
afle
iden
: ve
rspr
eidi
ng d
oor
de w
ind
- ve
rspr
eidi
ng d
oor
dier
en
(haa
kjes
of w
orde
n ge
gete
n) -
vers
prei
ding
doo
r wat
er
Ü N
otee
r on
der
elke
illu
stra
tie:
- de
naa
m v
an d
e pl
ant
- de
soo
rt v
ruch
t - d
e m
anie
r van
ver
spre
idin
g
OPD
RACH
T VO
OR
DE
LEER
KRA
CHT
Ü
Tijd
ens
een
wan
delin
g in
bos
of
park
bek
ijken
we
de v
ruch
ten.
Dez
e ku
nnen
er
hee
l ver
schi
llend
uitz
ien.
We
kunn
en z
e in
dele
n in
vol
gend
e gr
oepe
n:
EIK
- VLI
ER -
WIL
DE
ROO
S - E
SDO
ORN
- KL
EEFK
RUID
- BR
AAM
- ST
INKE
ND
E G
OU
WE
- KLI
T - T
AMM
E KA
STAN
JE -
PAAR
DEB
LOEM
- EL
S - G
ELE
LIS
l l l l l l l l l
l
l
l
l
l
l
l
l
l
l
l
l
19
Hoe
zor
g ik
in d
e w
inte
r in
mijn
(sch
ool)t
uin
voor
mee
r ver
schi
llend
e bo
men
, stu
iken
en
krui
den?
W
ie v
indt
dit
leuk
en
voed
zaam
?
OPD
RACH
T VO
OR
DE
LEER
LIN
GÜ
Zo
ek ti
jden
s de
wan
delin
g ve
rsch
illen
de v
ruch
ten;
bek
ijk d
e vr
ucht
en e
n hu
n za
den.
D
enk
na o
ver h
oe z
e zi
ch v
ersp
reid
en.
Be
noem
vol
gend
e pl
ant:
GEL
E LI
S - E
SDO
ORN
- VL
IER
- KLI
T.
Schr
ijf e
rbij:
BO
OM
- ST
RUIK
- KR
UID
Zaden gaan op reis!
Hun
zade
n w
orde
n op
ver
schi
llend
e m
anie
ren
vers
prei
d:
Ü T
rek
een
pijlt
je v
an d
e pl
ant
naar
zijn
vru
cht.
Kleu
r de
vakj
es:
RO
OD
doo
r de
win
d
GEE
L d
oor d
e di
eren
BLA
UW
do
or h
et w
ater
. . . . . . . . . . . . . . .
. . . . . . . . . . . . . . .
. . . . . . . . . . . . . . .
. . . . . . . . . . . . . . .
20
1
2
De m
ier h
eeft
het z
aadj
e va
n de
stin
-ke
nde
gouw
ela
ten
valle
n.Te
rug
naar
4.
De e
ls he
eft
geluk
. Haarz
aadjes
wor
den
door
het
wat
er v
er
weg
gevo
erd
G
a na
ar 1
8.
Het
wilg
enro
osje
he
eft h
aar z
aadj
es
mee
gege
ven
aan
dewind. Zeko
men
ech
ter o
p de
str
aat
ter
echt
. T
erug
naa
r 11.
Je ja
s ha
ngt v
olm
et z
aadj
es v
an d
e klit. Je
doe
tzeeraf.
2 be
urte
n ov
ersl
aan.
Het z
aadj
e va
n de
wee
gbre
e is
blijv
en k
leve
n aa
n de
laar
zen
van
een
dief
!Je
gaa
t naa
r de
geva
ngen
is. P
ech!
Ee
n
ho
nger
ige
s
pree
uw h
eeft
vee
l vlie
r-be
ssen
geg
eten
. De
zaad
jes
ligge
n op
de
kru
in v
an e
en k
notw
ilg.
Ga
verd
er n
aar 1
6.
Het z
aadj
e va
n de
ge
le li
s is i
n ee
n
dro
ge sl
oot g
eval
len.
1
beu
rt o
vers
laan
.
4
5
6
78
9
10
11
12
13
14
15
16
17
18
EIN
DE
De
zaad
jes
van
de
paar
debl
oem
wor
den
mee
gedr
agen
doo
r de
win
d.G
a ve
rder
naa
r 6.
3
Er
is
v
eel w
ind
en d
e za
adje
s va
n de
esd
oorn
w
aaie
n ov
er d
e st
ad.
Teru
g na
ar s
tart
.19
Wac
hten
tot e
r ie
man
d vo
or-
bij k
omt.
GE
VA
NG
EN
IS
D
e m
uis
heef
t e
en v
ruch
tje v
an d
eho
ndsr
oos
opge
peuz
eld.
1
beu
rt o
vers
laan
.
Ü D
it s
pe
l ka
n j
e s
pe
len
als
nav
erw
erk
ing
in
de
kla
s.
H
et
wo
rdt
ge
spe
eld
zo
als
he
t g
anze
nsp
el.
21
HERFST - paddenstoelenO
PDRA
CHT
VOO
R D
E LE
ERKR
ACH
TÜ
Ti
jden
s ee
n bo
swan
delin
g ga
an w
e op
zoe
k na
ar z
wam
men
. Ze
vert
onen
ee
n gr
ote
vers
chei
denh
eid
aan
vorm
en.
W
e ku
nnen
ze
inde
len
in g
roep
en n
aarg
elan
g de
pla
ats
waa
r de
spor
en
zich
ont
wik
kele
n. N
eem
een
spi
egel
tje m
ee!
BUIS
JESZ
WA
MM
EN
Wel
ke s
apro
fyte
n he
bben
we
tijde
ns d
e w
ande
ling
gezi
en?
Wel
ke p
aras
iete
n he
bben
we
gezi
en o
f ken
je?
PLA
ATJ
ESZW
AM
MEN
BUIK
ZWA
MM
EN
ZWA
MM
EN M
ET S
PORE
N A
AN
HET
O
PPER
VLA
K
Zwam
men
ops
pore
n
O
PDRA
CHT
VOO
R D
E LE
ERLI
NG
Ü
Je h
ebt
al g
emer
kt d
at a
an d
e on
derz
ijde
van
de h
oed
een
fijn
poed
er
gevo
rmd
wor
dt:
de
spor
en. D
eze
spor
en
zijn
zo
kl
ein
dat
ze w
el m
et d
uize
nd n
aast
elk
aar
op é
én c
entim
eter
kun
-ne
n lig
gen.
Ze
wor
den
door
de
win
d ve
rspr
eid
en z
orge
n vo
or
de v
oort
plan
ting
van
de p
adde
nsto
el.
Maa
k ee
n he
rfst
wan
delin
g in
het
bos
in d
e bu
urt v
an je
sch
ool.
Hoe
zor
gen
wij
voor
mee
r pad
dens
toel
en in
onz
e (s
choo
l)tui
n?
ux
vw
15 m
aart
In d
e le
nte
ont-
kiem
en d
e sp
oren
en
vor
men
ze
zwam
drad
en in
de
gro
nd.
15 ju
niD
e zw
amdr
aden
gr
oeie
n on
der-
gron
ds v
erde
r uit
tot e
en n
etw
erk:
de
zwam
vlok
15 s
epte
mbe
rO
p de
zw
amvl
ok
kom
t een
kno
bbel
-tje
dat
uitg
roei
t tot
ee
n pa
dden
stoe
l.
15 d
ecem
ber
De
spor
en, d
ie
door
de
win
d ve
rspr
eid
wer
den,
ov
erw
inte
ren
in
de b
odem
.
Ü J
e vi
ndt z
e in
alle
rlei v
orm
en.
u b
olvo
rmig
v
met
hoe
d en
ste
el
w s
chot
elvo
rmig
x v
erta
kt
y b
eker
vorm
ig
z
kor
stvo
rmig
Ü
Not
eer d
e na
am e
n de
vor
m v
an d
e pa
dden
stoe
len
die
je ti
j-de
ns d
e w
ande
ling
gevo
nden
heb
t.
¡
¡
¡
¡¡¡
22
WINTER - diersporen OPDRACHT VOOR LEERKRACHT EN LEERLINGÜ Tijdens de winter is de natuur in rust. Je moet niet altijd een dier zien om te weten dat het
aanwezig is. Dieren laten sporen na: pootafdrukken (prenten), knaagsporen, uitwerpselen, ...
Wilde eenddrie naar voor gerichte tenen die door zwemvliezen verbonden zijn: 5 tot 6 cm.
Kokmeeuwde prenten gelijken op die van eenden, maar zijn kleiner (3 tot 5 cm) en meestal zonder afdruk van de achterteen.
Musdoor de hippende sprong komen de prenten paarsgewijs te staan.
Meerkoetde tenen zijn voorzien van gelobde zwemvliezen.
Konijnbij het huppelen werpt het konijn de achterpoten vóór de voorpoten.
Spitsmuislet op de vijf tenen en de afdruk van de staart, de prent van de voor-poot en achterpoot kunnen elkaar gedeeltelijk overlappen.
Muskusratiseengrotewoelmuis. Vandevoorpootlatenmaarvierteneneenafdrukachter. Letookophetsleepspoorvandestaart.
PRENTEN
VRAATSPOREN
. . . . . . . . . . . . . . . . . . . .
UITWERPSELEN
. . . . . . . . . . . . . . . . . . . .
WOONPLAATSEN
. . . . . . . . . . . . . . . . . . . .
ANDERE
. . . . . . . . . . . . . . . . . . . .
Zoek diersporen in je (school)tuin! Hoe krijg je er meer?
Ü Zag je ook andere sporen?
23
WINTER - knoppen en bladlittekens
: is bedekt met schubben, vaak kleverig en behaard; dient alsbeschermingtegenuitdrogingenbeschadiging. Hierinzitten de jonge blaadjes en bloempjes al klaar om in het voorjaar uit te lopen.
:isdeplaatswaarhetbladaandetakhing. Somszijndesapkanaaltjes nog te zien.
. . . . . . . . . . . . . . .
. . . . . . . . . . . . . . .
. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .
Ü Kun je op de onderstaande tekening de bomen en struiken herkennen aan de knoppen en bladlittekens? Schrijf op de juiste plaats: ES - VLIER - ELS - POPULIER
OPDRACHT VOOR LEERKRACHT EN LEERLINGÜ Ga op stap in de natuur. Neem zoekkaart ‘knoppen’ mee en bekijk de bomen en struiken. Die
zijn ‘s winters nog te herkennen aan hun knoppen en bladlittekens.
24
Stad Gent - Educatieve Diensten © 2016v.u. Stadssecretaris Paul Teerlinck - Stadhuis, Botermarkt 1, 9000 Gent
Samen voor
een
mooie gez
onde stad
.
Nu, straks
, later en
voor altij
d!
________
1 In een boom klimmen 2 Van een heuvel rollen 3 Wildkamperen 4 Een hutje bouwen in het bos 5 Een steen over het water ketsen 6 Rennen in de regen 7 Vliegeren 8 Vissen met een net 9 Een appel van onder de boom eten 10 Spelen met kastanjes 11 Sneeuwballen gooien 12 Schatgraven op het strand 13 Moddertaartjes bakken 14 Een dammetje aanleggen 15 Sleeën 16 Iemand ingraven in het zand
17 Een slakkenrace houden 18 Over een omgevallen boom lopen 19 Touwslingeren 20 In de modder rollen 21 Bramen plukken 22 In een boom kijken 23 Naar een eiland gaan 24 ‘Vliegen’ in de wind 25Eengrasfluitjemaken 26 Fossielen en botten zoeken 27 De zon zien opgaan 28Eenflinkeheuvelbeklimmen 29 Achter een waterval kruipen 30 Een vogel uit je hand voeren 31 Een wilgenhut bouwen om er in te spelen en er in te rusten
31 TIPS OM KINDEREN DICHTER BIJ DE NATUUR TE BRENGEN EN OM SAMEN MET HEN TE DOEN