JAARVERSLAG 2013 - 2014
Partners in leren voor nu en de toekomst
SPOM Jaarverslag 2013 - 2014 1
JAARVERSLAG 2013 - 2014
Partners in leren voor nu en de toekomst
2 Jaarverslag 2013 - 2014 SPOM
INHOUDSOPGAVE 1. Voorwoord 3
1.1 Voorwoord van de voorzitter van de Raad van Toezicht 3
1.2 Voorwoord van de voorzitter van het College van Bestuur 4
2. Ambities en resultaten 5
2.1 De veranderende organisatie 5
2.2 Opbrengst Gericht Werken 7
2.3 Passend Onderwijs 8
2.4 Leren in de 21e eeuw 9
2.5 Maatschappelijk partner 11
3. Bestuur en organisatie Stichting Primair Onderwijs Maas en Waal (SPOM) 12
3.1 De vijf SPOM-stichtingen 12
3.2 De 17 SPOM-scholen 13
3.3 Raad van Toezicht 13
3.4 College van Bestuur 14
3.5 Visie en missie 14
3.6 Kengetallen 16
4. Financiën 18
4.1 Planning- en controlcyclus 18
4.2 Jaarrekening 2013 19
4.3 Kengetallen 22
4.4 Risicoparagraaf en toekomstparagraaf 24
4.5 Investeringen 25
4.6 Materiële zaken 25
5. Onze scholen 26
Mariaschool 26
Sint Victorschool 27
De Tweestroom en De Kleine Kern 28
De Octopus 30
Mariënhof 31
Lambertusschool 32
’t Klòsterhûfke 33
‘t Geerke 34
De Kubus 35
De Leeuwenkuil 36
De Laak 37
De Oversteek 38
Interconfessionele school De Kleurencirkel 39
Obs. De Wijzer 40
Obs. De Appelhof 41
Sbo. De Dijk 42
SPOM Jaarverslag 2013 - 2014 3
1 . VOORWOORD
1.1 VOORWOORD VAN DE VOORZITTER VAN DE RA AD VAN TOEZICHT
We konden er ook dit jaar niet omheen: de voortgaande daling van het aantal leerlingen waar ik in het
vorige jaarverslag ook al aandacht aan schonk. Het overheidsbeleid met betrekking tot het voortbestaan
van kleine scholen, de steeds meer knellende financiële kaders en de toenemende druk op het personeel.
Het zijn allemaal onderwerpen die in het schooljaar 2013-2014 onverminderd van kracht waren.
Een van de belangrijkste onderwerpen die dit jaar op de agenda van de Raad van Toezicht stond was dan
ook de ontwikkeling van de partnerscholen, waarbij twee of drie scholen aan elkaar gekoppeld zijn en
onder één directie(team) gebracht.
Daarnaast is SPOM overgegaan op een nieuw systeem voor de administratieve bedrijfsvoering; de perso-
nele en financiële administratie loopt nu via de coöperatie van de Mosagroep waar SPOM lid van is
geworden. Ook dit betekent voor de directeuren een grote verandering die voorspoedig is verlopen.
De daling van het aantal leerlingen blijft de komende jaren onze aandacht vragen, omdat we ook in de
toekomst leerlingen willen kunnen garanderen dat ze op een prettige manier hun school kunnen afmaken.
In dat kader hebben we dit jaar ook gesproken over een verdergaande samenwerking met de Stichting
Oeverwal (bestaande uit negen scholen in de dorpen Beuningen, Ewijk, Weurt en Winssen). We hebben een
gezamenlijk onderzoek laten uitvoeren naar mogelijke samenwerkingsvormen, die met name ook in het
licht van passend onderwijs een meerwaarde voor beide partijen zou kunnen opleveren. Het onderzoeks-
rapport verscheen in augustus 2014 en zal komend schooljaar tot vervolgstappen leiden.
Een andere beslissing waar de RvT bij betrokken was, is de oprichting van de nieuwe Stichting SPOM
Peuterspeelzalen West Maas en Waal, waarin alle peuterspeelzalen van de gemeente West Maas en Waal
zijn ondergebracht en de oprichting van SPOM Kinderopvang in Beneden-Leeuwen. Een opmaat voor het
IKC aldaar. Een mooie ontwikkeling waarmee SPOM nu ook in die gemeente een doorgaande lijn kan
aanbieden en zo kinderen van nul tot en met twaalf jaar van begeleiding en onderwijs kan voorzien.
Graag spreek ik mede namens mijn collega’s in de RvT als ik zeg dat wij trots zijn op wat er dit jaar is
bereikt op de 17 scholen van de stichting. En spreken wij graag onze grote waardering uit voor de inzet van
de bestuurder, de staf, het management, de leraren en het ondersteunend personeel.
Jos Versteeg
Partners in leren voor nu en de toekomst
4 Jaarverslag 2013 - 2014 SPOM
1.2 VOORWOORD VAN DE VOORZITTER VAN HET COLLEGE VAN BESTUUR
Het schooljaar 2013/2014 was een jaar waar SPOM ambitieus instapte. Plannen op het gebied van lande-
lijke thema’s als opbrengstgericht werken en passend onderwijs stonden hoog op onze agenda. Maar ook
in het leren in de 21e eeuw, het verder ontwikkelen van een integraal kindcentrum en het maatschappelijk
partnerschap van de SPOM-scholen beloofden we stappen te zetten.
De beloftes die we deden staan centraal in dit jaarverslag, waarbij we eerst terugblikken op de ambitie die
we hadden op het gebied van de veranderende organisatie. Want hier vonden de meest ingrijpende veran-
deringen plaats. Door het teruglopende leerlingenaantal op de scholen waren we genoodzaakt om goed te
kijken naar onze organisatiestructuur en de personele bezetting.
Partnerscholen en mobiliteit professionalsWe hebben dit jaar een nieuwe structuur weten neer te zetten: zeven scholen vormen nu samen drie part-
nerscholen, waardoor schoolteams groter worden en meer kwaliteit kunnen bieden: meer deskundigheid,
een flexibeler personeelsbestand en gezamenlijke activiteiten organiseren.
Een dergelijke organisatieverandering gaat uiteraard niet zonder slag of stoot; het heeft onderwijskundige,
financiële en personele consequenties, en het heeft gevolgen voor de gemeenschap waarin de scholen
staan. Daarmee was dit schooljaar voor zowel ouders, leerkrachten, directeuren, intern begeleiders en
bestuur een onzeker en spannend jaar. Maar het resultaat mag er zijn. Ik ben trots op de organisatie zoals
die nu staat en op de mobiliteit die onze medewerkers, directeuren, interne begeleiders en leerkrachten
hebben laten zien.
Gewijzigde gemeenschappelijke medezeggenschapsraadBelangrijk in een proces als dit is de rol van de gemeenschappelijke medezeggenschapsraad (de GMR),
waarin ouders en leerkrachten van de scholen zijn vertegenwoordigd. Ook de structuur van de GMR is dit
jaar veranderd. Van een grote GMR met per school één afgevaardigde hebben we unaniem gekozen voor
een GMR bestaande uit vier leerkrachten en vier ouders. Hiermee beogen we een GMR met kortere lijnen en
daardoor meer daadkracht, deskundigheid en betrokkenheid.
Mooie ontwikkelingenOndanks de spanning en hectiek van de organisatieverandering heb ik op de scholen mooie ontwikke-
lingen gezien wat betreft onze verdere ambities. Zo is basisschool De Leeuwenkuil succesvol aan de slag
gegaan met een verbetertraject om de opbrengsten te verhogen. Het is fantastisch om te zien hoe deze
school hogere opbrengsten heeft weten te bereiken wat geresulteerd heeft in een goed inspectierapport,
maar ook een omslag in cultuur. Op de school is het onderwijs zelf veel meer het gesprek van de dag en
bereiden leerkrachten samen lessen voor en bespreken hoe lessen zijn gegaan.
De St. Victorschool heb ik grote stappen zien maken op het gebied van onderzoekend leren en thematisch
werken. Kinderen worden steeds meer verantwoordelijk voor eigen ontwikkelingen en nemen steeds meer
de onderzoekende houding aan, wat van leerkrachten andere vaardigheden en een andere houding vraagt.
Dit zijn slechts twee voorbeelden van wat er concreet op de scholen is bereikt. In dit jaarverslag leest u in
het eerste hoofdstuk wat we dit jaar per ambitie hebben bereikt en wat we het komende jaar nog verder
moeten oppakken.
Marius Peters
SPOM Jaarverslag 2013 - 2014 5
2 . AMBITIES EN RESULTATEN
SPOM heeft voor het schooljaar 2013-2014 op de volgende vlakken haar ambities uitgesproken:
• De veranderende organisatie
• Opbrengst Gericht Werken
• Passend Onderwijs
• Leren in de 21e eeuw
• Maatschappelijk partnerschap
In dit hoofdstuk kunt u lezen wat deze ambities inhielden en wat we dit jaar op de verschillende vlakken
hebben bereikt.
2.1 DE VERANDERENDE ORGANISATIE
2.1.1 Wat waren onze ambities?De organisatie van SPOM verandert. Scholen hebben te kampen met lagere leerlingenaantallen en daar-
door minder groepen en minder leerkrachten. SPOM heeft desondanks de ambitie om de kwaliteit van het
onderwijs verder te verbeteren door de medewerkers tijdig toe te rusten voor het werken in een krimpende
organisatie. Daarvoor hadden we voor het schooljaar 2013 – 2014 de volgende ambities:
• Functiemix: De functiemix die vier jaar geleden is ontwikkeld verder vormgeven. Een herbezinning
op de functiemix, zodat hij beter past in de veranderende organisatie.
• Gesprekkencyclus: De cyclus aanpassen, zodat deze eenvoudiger en meer resultaatgericht wordt. Een
manier van werken die beter past bij opbrengstgericht werken.
• Professionalisering en talentontwikkeling: Opzetten van de SPOM Academie, waarin we ontwikkel-
behoeften van medewerkers, aanbod en talenten samenbrengen in een gestructureerd aanbod, om
ervoor te zorgen dat leerkrachten, directeuren en IB’ers zich blijven scholen.
• Vitaliteit: Vitaliteitsbeleid ontwikkelen dat onderdeel uitmaakt van duurzame inzetbaarheid. Beleid
waarin zowel de bewustwording en verantwoordelijkheid van de medewerkers zelf centraal staat als
een proactieve verantwoordelijkheid bij het management van de scholen.
• Mobiliteit: De in- en externe mobiliteit binnen SPOM te stimuleren, om op die manier gedwongen
ontslagen te vermijden.
2.1.2 Wat hebben we bereikt?
Succesvolle verschuivingen dankzij mobiliteitHet zwaartepunt in wat we bereikt hebben het afgelopen jaar ligt heel duidelijk op mobiliteit; zowel qua
inspanning als qua resultaat. Op de andere vier punten hebben we ook mooie resultaten geboekt, maar
terugkijkend kunnen we stellen dat in een krimpende organisatie het dit jaar belangrijk was prioriteit te
geven aan zowel de geografische als de functionele mobiliteit van onze medewerkers.
Binnen de organisatie zijn er op alle lagen intensieve gesprekken gevoerd met zowel directeuren, leer-
krachten als intern begeleiders, waarin de veranderende managementstructuur, ambities en talenten
leidend waren. Dit heeft geleid tot het volgende resultaat:
Partners in leren voor nu en de toekomst
6 Jaarverslag 2013 - 2014 SPOM
• zestien medewerkers die geografisch van werkplek zijn veranderd;
• zeven directeuren die op een andere school, een andere combinatie van scholen of in een andere
functie geplaatst zijn;
• vier medewerkers die doorgegroeid zijn naar een andere functie, van leerkracht naar IB’er of van
bouwcoördinator naar directeur.
Basis gelegd voor ambities functiemix en gesprekkencyclusVanwege de focus op mobiliteit en de veranderende managementstructuur hebben we dit jaar minder
ruimte gehad voor de ambities op het gebied van de functiemix en de gesprekkencyclus. Nu de organisatie
staat zoals hij staat en de juiste medewerkers op de juiste plekken zitten, is er een goede basis ontstaan om
aan deze punten te werken.
Stappen in professionalisering en talentontwikkelingOp het gebied van professionalisering en ontwikkeling zijn wel stappen gezet. Met name rond de thema’s
‘Opbrengst Gericht Werken’ en ‘Leren in de 21e eeuw’ zijn er studiedagen, teamdagen en individuele
scholing geweest. Zowel op school- als op organisatieniveau wordt hierin veel geïnvesteerd. Denk hierbij
aan het didactisch handelen, het kennen van de leerlijnen bij taal, rekenen en lezen, omgaan met gedrags-
problemen en de 21 Century Skills waarbij het afgelopen jaar samen met het SLO een leerlijn ontwikkeld
is op het gebied van samenwerken. Ook professionaliseren leerkrachten zich jaarlijks op het gebied van
ict-vaardigheden. Deze bijeenkomsten worden verzorgd door eigen mensen en kunnen rekenen op veel
belangstelling.
Individuele scholingstrajecten worden zoveel mogelijk via genoemde lerarenbeurs gefinancierd. Denk
onder andere aan de HBO-master voor rekenen, voor taal-lezen en voor gedragsspecialist.
De interne begeleiders hebben zich onder andere geschoold in data-analyses, groepsplannen en de verant-
woordelijke rol die ze krijgen in de schoolontwikkeling. SPOM kocht veel scholing in bij Marant, BCO
onderwijs advies, BNT Consult, APS IT advies, cluster 3 en 4 en bij zelfstandig werkende consultants onder
andere op het gebied van onderzoekend leren.
De eerste stap tot de SPOM Academie is gezet maar het heeft nog niet de titel en omvang die we vorig jaar
voor ogen hadden. Ook op het gebied van professionalisering en talentontwikkeling heeft de focus vooral
gelegen op de mobiliteit en de talenten van de directeuren en de IB’ers. Resultaat hiervan is dat de teams
flexibeler met hun talent om kunnen gaan.
Uit het SPOM-medewerkerstevredenheidsonderzoek (MTO) van 2014 blijkt dat de medewerkers gemoti-
veerd zijn om zich te ontwikkelen, tevreden zijn over de inhoud van het werk, de hoeveelheid kennis en
vaardigheden waarover ze beschikken om het werk goed te kunnen doen willen vergroten en tevreden zijn
over de mate waarin ze in hun werk voldoende nieuwe dingen leren en ervaringen op doen.
Vitaliteitsbeleid vraagt nog meer aandachtAls we tot slot kijken naar de beloftes op het vlak van vitaliteit, dan kunnen we concluderen dat er vooral
op individueel gebied veel is gebeurd. Directeuren gaan meer in gesprek met medewerkers over duur-
zame inzetbaarheid en hebben meer ruimte om te ontzorgen en de teams écht te begeleiden. Medewerkers
hebben coachings- of welzijnsprogramma’s bij externe bureaus gevolgd. Desalniettemin zien we dat het
verzuim in het afgelopen jaar vrij fors omhoog is gegaan De nadruk moet meer komen op een verbeterd
vitaliteitsbeleid, met een duidelijke en proactieve rol voor leidinggevenden. Dit wordt ondersteund door de
uitkomsten van het MTO 2014, waaruit blijkt dat de medewerkers de werkdruk als erg hoog ervaren.
SPOM Jaarverslag 2013 - 2014 7
SPOM heeft een bovenschools Arbobeleidsplan vastgesteld. In dit plan is het beleid van SPOM op de
gebieden veiligheid, welzijn en gezondheid uitgewerkt. Het bovenschools beleidsplan is op schoolniveau
vertaald en aangevuld tot een schoolspecifiek beleidsplan. Iedere school geeft in een jaarplan aan op welke
wijze zij werkt aan een goed schoolklimaat waarbij ze systematisch en gestructureerd werkt aan veilig-
heid, welzijn en gezondheid van medewerkers en kinderen.
Dit plan wordt vastgesteld en verantwoord naar de MR van de eigen school. Bovenschools wordt gecon-
troleerd of alle scholen de acties uit het jaarplan uitvoeren en eenmaal in de vier jaren wordt een nieuwe
Risico Inventarisatie en Evaluatie (RIE) gemaakt.
Ook wordt gecontroleerd of alle scholen een gebruiksvergunning hebben en jaarlijks minstens één ontrui-
mingsoefening houden, bij voorkeur in aanwezigheid van de brandweer.
Verder wordt steeds meer aandacht gegeven aan de sociale veiligheid. Hulpmiddelen daarbij zijn het pest-
en internetprotocol. Jaarlijks wordt in elk team de SPOM-gedragscode (of een gedeelte daarvan) besproken.
Bovenschools wordt de jaarlijkse (na-)scholing van de bedrijfshulpverleners (BHV’ers) georganiseerd door
de preventiemedewerker van SPOM. Hij monitort het jaarplan van elke school, de veiligheid van speeltoe-
stellen, de logboeken, en de elektrische installaties. Het binnenklimaat en de energiebesparing van onze
scholen krijgen ruime aandacht. Bijna alle scholen zijn voorzien van HR++-glas en led verlichting. Op vier
scholen en het kantoor van SPOM liggen zonnepanelen. Intussen zijn enkele daken van SPOM-scholen
verhuurd aan een coöperatie voor zonnepanelen. Een ontwikkeling die wij van harte toejuichen; het ener-
gieverbruik neemt af en kinderen worden zich bewust van het belang van duurzaamheid.
2.2 OPBRENGSTGERICHT WERKEN
2.2.1 Wat waren onze ambities?Het project Opbrengstgericht werken (gestart 2012) heeft als doel de opbrengsten van de scholen te verbe-
teren. Concreet betekent dit dat de gemiddelde scores van alle scholen op de Cito-eindtoets in drie jaar tijd
een stijgende lijn moeten laten zien en dat alle scholen van SPOM in het schooljaar 2013/2014 een score op
de Cito-eindtoets hebben die gemiddeld op het landelijk gemiddelde ligt en in het schooljaar 2014/2015 een
score hebben die gemiddeld boven het landelijk gemiddelde ligt. Het spreekt voor zich dat hiermee ook als
doelstelling geldt dat bij de Cito-eindtoets alle scholen boven de ondergrens van de inspectie scoren.
Onze ambitie samengevat:De gemiddelde scores van de SPOM-scholen op de Cito-eindtoets op de kernvakken gaan in de periode 2012-2015
omhoog.
2.2.2 Wat hebben we bereikt?
Een positieve open houding voor opbrengstgericht werkenHet belangrijkste wat we dit jaar hebben bereikt is dat leerkrachten, directeuren en intern begeleiders zich
er meer en meer bewust van zijn dat cijfers kunnen helpen om het onderwijs te verbeteren. Dat cijfers
kunnen helpen bij het kijken naar de ontwikkeling van het kind, de groep en de school. Het belang van
opbrengstgericht werken is voor iedereen duidelijker geworden en het onderwerp is opengebroken.
We hebben onze professionals scholing en begeleiding geboden en hebben samen met de scholen analyses
gemaakt van de opbrengsten. De directeuren van de verschillende scholen zijn met elkaar in gesprek
Partners in leren voor nu en de toekomst
8 Jaarverslag 2013 - 2014 SPOM
gegaan over opbrengsten en hebben gekeken wat ze binnen de school kunnen leren van de opbrengsten,
maar ook wat de scholen onderling van elkaar kunnen leren. In alle geledingen worden data beter geanaly-
seerd en het ‘systemisch denken’ van de directeur en IB-er is vergroot. Er is geleerd om veel meer vooruit te
kijken; om aan de hand van de resultaten te bepalen welke stappen er nodig zijn in het onderwijs voor het
kind, de groep en de school.
Onderkennen van de invloed van de tussenresultatenOorspronkelijk keken we in dit project alleen naar de scores op de eindtoets, maar om goed zicht te krijgen
op de eindopbrengsten is het van belang om ook de tussenopbrengsten goed te analyseren. Enkele opval-
lende resultaten op de diverse vakgebieden in het afgelopen jaar:
• De DMT (drie minuten test voor technisch lezen) scoort over het algemeen goed.
• RW (Rekenen en wiskunde) scoort in de groepen 4 beter dan in de groepen 6. Dit is een verandering
ten opzichte van vorig schooljaar.
• BL (begrijpende lezen) scoort niet goed. Acht scholen scoren onvoldoende in groep 6.
• Geen enkele school scoort bij rekenen én begrijpend lezen in de hoogste categorie (25% boven
inspectienorm).
De eindresultaten geven nog een wisselend beeldAls je puur naar eindopbrengsten kijkt, dan zijn we nog niet helemaal tevreden.
De resultaten van de 17 scholen zijn wisselend en geven een gedifferentieerd beeld, met een licht stijgende
lijn in het totaalbeeld. SPOM kan redelijk tevreden zijn maar maakt zich nog steeds zorgen over sommige
scholen. Een aantal resultaten op een rijtje:
• Van 2012 naar 2013 ging het gemiddelde van de SPOM-scholen 0,9 punt omhoog.
• Van 2012 naar 2014 steeg het gemiddelde met 0,5 punt.
• 2014: 9 scholen scoren boven het landelijk gemiddelde (waarvan 2 boven de bovengrens)
• 2014: 5 scholen scoren onder de ondergrens (waaronder De Dijk, maar deze school heeft te weinig
leerlingen mee kunnen laten doen aan de toets om hierop beoordeeld te kunnen worden)
• De laatste twee jaar scoren de 4 kleine scholen hoger dan de 5 grote scholen
• Drie scholen scoren drie jaar op rij boven het landelijk gemiddelde
• Begrijpend lezen is het enige vak waarop alle scholen beter presteren t.o.v. 2012. Opvallend is dat dit
positief afwijkt van de conclusies van de tussentoetsen.
• Eén school scoort voor het derde opeenvolgende jaar onder de ondergrens.
2.3 PASSEND ONDERWIJS
2.3.1 Wat waren onze ambities?Passend Onderwijs begeleidt de scholen op weg naar onderwijs op maat voor elke leerling. Het schooljaar
2013/2014 stond in het teken van de concrete voorbereiding op de invoering van Passend Onderwijs per
1 augustus 2014. Daarvoor hadden we voor het schooljaar 2013 – 2014 de volgende ambities:
• Organisatiestructuur: De organisatiestructuur om Passend Onderwijs per 1 augustus 2014 mogelijk
te maken is vastgesteld en gerealiseerd. SPOM ´bouwt´ mee aan de organisatie en de plannen van
Stromenland; een groot samenwerkingsverband (SWV) met zes deelgebieden. De bestuurlijke inrich-
ting en de inrichting van het ‘ondersteuningsplatform Maas en Waal’ moet verder vorm krijgen.
SPOM Jaarverslag 2013 - 2014 9
• Ondersteuningsprofiel: De scholen hebben een eigen profiel op het gebied van zorg. Elke school
denkt na over waar ze goed in zijn op het gebied van zorg en legt dit ook vast. Ook geven ze hun
ambities aan: hoe willen zij hun zorgplicht verder vormgeven?
• Draagvlak: Passend Onderwijs moet meer gaan leven bij scholen, leerkrachten en ouders. Het draag-
vlak voor invoering Passend Onderwijs is vergroot.
2.3.2 Wat hebben we bereikt?
Organisatiestructuur is startklaarSPOM heeft dit jaar ‘kwartier gemaakt’ om daadwerkelijk van start te kunnen. De bestuurlijke inrichting
van Stromenland is voltooid en er is een Ondersteuningsplan geschreven en vastgesteld. De taken en
verantwoordelijkheden zijn zo laag mogelijk in de organisatie gelegd.
Ook het ondersteuningsplatform Maas en Waal kan met ingang van 1 augustus 2014 van start. Er is een
contactpersoon benoemd; zijn opdracht is het om voort te bouwen op de goede resultaten op het gebied
van zorg in Maas en Waal (voorheen Weer Samen Naar School) en samen met de scholen Passend Onder-
wijs vorm te geven. Er is een voorlopige werkagenda voor Maas en Waal opgesteld. We zijn ‘klaar voor de
start’.
Schoolondersteuningsprofielen zijn opgezetDirecteuren, leerkrachten en intern begeleiders zijn met elkaar in gesprek geweest over de manier waarop
ze de zorg op hun school realiseren en welke ambities ze hebben. Dit is vastgelegd in schoolondersteu-
ningsprofielen. De profielen worden opgenomen in schoolgidsen en/of websites van de scholen.
Draagvlak lijkt verhoogdOf het draagvlak voor Passend Onderwijs is vergroot is moeilijk vast te stellen. Door de georganiseerde
bijeenkomsten en door het delen van kennis tussen scholen op het gebied van zorg en onderwijs is er wel
een vermoeden dat er sprake is van meer kennis en een grotere bewustwording over dit onderwerp.
2.4 LEREN IN DE 21E EEUW
2.4.1 Wat waren onze ambities?Leren in de 21e eeuw vraagt andere vaardigheden van zowel leerling als onderwijsprofessional. Hierbij
gaat het niet alleen om ict-vaardigheden, maar ook om vaardigheden als samenwerken, creatief en kritisch
denken en problemen oplossen. Om leerlingen en professionals beter toe te rusten voor leren in deze eeuw
hadden we voor het schooljaar 2013 – 2014 de volgende ambities:
• Onderzoekend leren: Onze leerlingen krijgen ruimte en vaardigheid om ‘onderzoekend te leren’.
Leerkrachten sporen leerlingen aan om de wereld om zich heen op een actieve manier te onder-
zoeken en te ontdekken, en gaan minder leerkrachtgestuurd werken.
• Professionalisering: We hebben de kennis en talenten van leerkrachten in beeld, gekoppeld aan
een persoonlijk ontwikkelplan en vastgelegd in een digitaal bekwaamheidsdossier wat onderdeel
uitmaakt van de gesprekscyclus. De 21e eeuwse vaardigheden zijn hier onderdeel van.
Partners in leren voor nu en de toekomst
10 Jaarverslag 2013 - 2014 SPOM
2.4.2 Wat hebben we bereikt?
Onderzoekend leren: een gedifferentieerd beeldEr zijn een aantal scholen waar we duidelijk zien dat de kinderen beter samenwerken en communiceren,
creatiever zijn, kritischer denken, het probleemoplossend vermogen groter is en ze over meer ict-vaardig-
heden beschikken. Op deze scholen wordt ook meer gebruik gemaakt van digitale mogelijkheden.
Het echte ‘onderzoekend leren’ zoals dat in oorspronkelijke zin bedoeld is, zien we nog maar bij een paar
scholen in de praktijk. Voorbeelden zijn De Mariaschool, St. Victorschool, De Laak en ’t Geerke. De meeste
scholen zijn nog wat ‘zoekende’.
Op een aantal andere scholen zien we initiatieven waarbij vooral gewerkt wordt aan onderzoekend leren
tijdens vakken als Geschiedenis, Aardrijkskunde en Natuur. Ook Tekenen en Handenarbeid worden hierbij
betrokken.
• Kleurencirkel: thematisch/projectmatig werken.
• De Tweestroom, Lambertusschool en De Oversteek: gebruik digitale methode.
• De Kubus: past onderzoekend leren vooral toe tijdens natuuronderwijs, bijvoorbeeld door aanleg en
onderhoud van tuintjes.
• De Appelhof en De Wijzer: zijn gestart met International Primary Curriculum (IPC), waarbij kinderen
zelf een zeer hoge mate van flexibiliteit hebben om het lesprogramma naar eigen wens in te richten.
In het algemeen wordt er op de scholen nog te weinig ruimte aan kinderen geboden om zelf de leerinhoud
te bepalen en zichzelf en elkaar te beoordelen. Voor ‘samenwerken’ is samen met SLO (Stichting Leerplan
Ontwikkeling) een leerlijn ontwikkeld voor groep 1 tot en met 8. In de jaarplannen van de scholen staat nog
maar weinig beschreven over een plan van aanpak ten aanzien van deze belofte.
ProfessionaliseringDe professionalisering op bijna alle scholen is het afgelopen jaar gericht geweest op schoolontwikkeling en
opbrengstgericht werken, en minder op de 21e eeuwse vaardigheden.
Er is een bijeenkomst geweest met een klankbordgroep om hierover van gedachten te wisselen en draag-
vlak te creëren.
Wel zijn er een aantal ict-scholingsbijeenkomsten georganiseerd door eigen medewerkers waaraan onge-
veer een derde deel van onze leerkrachten op vrijwillige basis heeft deelgenomen en waarbij bepaalde
ict-vaardigheden zijn vergroot. En op de scholen De Mariaschool, St. Victorschool, De Laak en ’t Geerke zijn
leraren geschoold in de 21st Century Teaching Skills waaronder een meer begeleidende, coachende rol en
de kinderen eigenaar maken van hun leerproces en ze meer verantwoordelijkheid geven.
SPOM Jaarverslag 2013 - 2014 11
2.5 OPBRENGST MA ATSCHAPPELIJK PARTNER
2.5.1 Wat waren onze ambities?Op verschillende gebieden zal SPOM meer en meer samenwerken met externe partners, om zo het onder-
wijs te kunnen verdiepen en verbreden:
• Bewegingsonderwijs: Samenwerking met Actief Maas en Waal voor een verdieping van het
bewegingsonderwijs.
• Excellentieprogramma: Samenwerking met het Pax Christi College en de Hogeschool Arnhem en
Nijmegen voor het opzetten van een excellentieprogramma.
• Wetenschap en Techniek: Samenwerking met Stichting Meerwaarde voor het onderwijs op het
gebied van Wetenschap en Techniek.
• Cultuur en Muziek: Partner vinden voor samenwerking op het gebied van Cultuur en Muziek.
2.5.2 Wat hebben we bereikt? We zijn er dit jaar goed in geslaagd om onze rol als maatschappelijk partner te verdiepen en te verbreden.
We zijn op een aantal zeer concrete onderwerpen het partnerschap aangegaan met partijen die naar de
scholen zelf komen waardoor ze dicht bij de kinderen staan.
Combinatiefunctionarissen Sport, Cultuur en Muziek uitgebreidSPOM heeft de formatie van de combinatiefunctionarissen uitgebreid. Naast combinatiefunctionarissen
Sport en Bewegen (via Actief Maas en Waal), werken we nu ook met een combinatiefunctionaris Cultuur en
Muziek, die op dit gebied zorgt voor een kwaliteitsslag op de scholen.
Verlengd klaslokaal Wetenschap en techniekWe hebben samen met het Pax Christi College en Stichting Meerwaarde een zgn. verlengd klaslokaal
opgezet voor het vak Wetenschap en Techniek en hebben de contacten met de Hoge School Arnhem en
Nijmegen (HAN) verdiept om komend schooljaar een dependance van het Ixperium in Nijmegen, een lab
voor leren met ict, te koppelen aan het verlengde klaslokaal Wetenschap en Techniek.
Excellentie programma met het Pax Christi College opgezetVoor excellente leerlingen uit groep 8 heeft SPOM, in samenwerking met het Pax Christi College (PCC) een
apart programma ontwikkeld. Het programma wordt uitgerold in het PCC Druten en hier ook gegeven. Het
startmoment van het programma is oktober 2014 en er nemen 34 leerlingen aan deel die wekelijks een
dagdeel bij elkaar komen.
Partners in leren voor nu en de toekomst
12 Jaarverslag 2013 - 2014 SPOM
3. BESTUUR EN ORGANISATIE STICHTING PRIMAIR ONDERWIJS MAAS EN WAAL (SPOM)
3.1 DE VIJF SPOM-STICHTINGEN
De organisatie SPOM bestaat uit vijf afzonderlijke stichtingen:
SPOM Onderwijs, SPOM PSZ, SPOM PSZ WM&W, SPOM IKC en SPOM Kinderopvang
Raad vanToezicht
College vanBestuur
TeamleiderKinderopvang
Secretariaat Staf
Kinderdagopvang BSO
Directeur IKC
MR
Raad vanToezicht
College vanBestuur
Scholen
Secretariaat Staf
GMR
Directeurenraad
Raad vanToezicht
College vanBestuur
Peuterspeelzalen
Secretariaat Staf
CoördinatorPeuterspeelzalen
Stichting SPOM onderwijs Stichting SPOM PSZ en
Stichting SPOM PSZ WM&W
Stichting SPOM IKC en Stichting SPOM Kinderopvang
SPOM Jaarverslag 2013 - 2014 13
3.2 DE 17 SPOM-SCHOLEN
De Stichting Primair Onderwijs Maas en Waal bestaat uit 17 basisscholen waarvan één school voor speciaal
basisonderwijs, Sbo. De Dijk. De Stichting is een samenwerkingsbestuur met drie levensbeschouwelijke
richtingen: algemeen christelijk, katholiek en openbaar en bestaat in deze vorm sinds 1 augustus 2003.
De directeuren zijn integraal eindverantwoordelijk voor hun school en mede verantwoordelijk voor het
realiseren van de in de jaarplanning aangegeven doelstellingen. Onderwijskundig zijn de scholen binnen
de aangegeven kaders zelfstandig. De directeuren hebben ook een verantwoordelijkheid om bij te dragen
aan de verdere ontwikkeling van SPOM en leggen verantwoording af aan het College van Bestuur.
De positie van de directeuren is vastgelegd in het managementstatuut. De directeuren vormen samen de
directeurenraad. Deze raad adviseert het College van Bestuur.
Katholiek Onderwijs Plaats 2010 2011 2012 2013
Sbo. De Dijk Druten 106 109 120 105
‘t Geerke Puiflijk 275 249 223 212
De Kleine Kern Appeltern 60 58 62 56
‘t Klòsterhûfke Deest 107 111 121 123
De Kubus Druten 562 578 576 584
De Laak Wamel 147 162 157 151
St. Lambertusschool Maasbommel 109 106 105 100
De Leeuwenkuil Beneden-Leeuwen 401 394 358 345
Mariaschool Boven-Leeuwen 225 203 195 186
Mariënhof Alphen 167 151 137 125
De Octopus Horssen 171 168 158 147
De Oversteek Dreumel 304 308 306 274
De Tweestroom Altforst 57 55 56 53
St. Victorschool Afferden 186 174 167 155
Interconfessioneel onderwijs
De Kleurencirkel Druten 187 161 136 111
Openbaar onderwijs
De Appelhof Druten 428 428 418 410
De Wijzer Beneden-Leeuwen 122 107 111 114
Totaal 3614 3522 3406 3251
3.3 RA AD VAN TOEZICHT
De Raad van Toezicht houdt toezicht op het functioneren van de organisatie in het algemeen en het College
van Bestuur in het bijzonder. Aandachtspunten zijn daarbij met name de kwaliteit van de het geboden
onderwijs en de opvang, maar ook de besteding van de beschikbare financiële middelen.
• De Raad van Toezicht bestaat uit vijf personen.
• De taken en bevoegdheden zijn vastgelegd in de Statuten en in het Reglement Raad van Toezicht.
• De Raad heeft een zittingsperiode van vier jaar met een eenmalige verlengingsmogelijkheid van vier
jaar.
Partners in leren voor nu en de toekomst
14 Jaarverslag 2013 - 2014 SPOM
• De leden ontvangen een netto vergoeding voor hun taak van € 75 per bijgewoonde vergadering. Wij
gaan uit van een zes vergaderingen per jaar.
• Met ingang van 1 januari 2012 zijn de leden benoemd in een fictief dienstverband en worden de
vergoedingen gebruteerd.
Goed toezicht is alleen mogelijk op basis van goede informatie. De Raad van Toezicht toetst de ijkpunten
die aan het toezicht zijn gesteld aan de hand van periodieke rapportages zoals opgenomen in het toezicht-
kader van SPOM.
De Raad van Toezicht bestond in 2013/2014 uit de volgende leden:
Dhr. mr. J.H. Versteeg, voorzitter
Dhr. drs. P.T.H.J. Reinaerdts
Dhr. drs. ing. W.J. Herckenrath; tot 1 januari 2014
Mevr. drs. G.Th. Niemeijer; vanaf 1 januari 2014
Dhr. H.C.M. den Biesen RA
Dhr. G.P.M. Vodegel
3.4 COLLEGE VAN BESTUUR
Het College van Bestuur is verantwoordelijk voor:
• de koers van de organisatie;
• het strategisch beleid;
• de kwaliteit van het onderwijs op de scholen;
• de opvang in de centra;
• het integraal meerjarenbeleid;
• de interne en externe communicatie;
• het behartigen van de belangen van de stichting.
Het College van Bestuur legt verantwoording af aan de Raad van Toezicht. De Raad van Toezicht van de
Stichting SPOM heeft de keuze gemaakt voor een éénhoofdig College van Bestuur.
De taken en verantwoordelijkheden van het College van Bestuur zijn vastgelegd in de Statuten en in het
Bestuursreglement. De Raad van Toezicht en het College van Bestuur vergaderen gemiddeld zes keer per
jaar. De vergaderingen van het College van Bestuur zijn openbaar tenzij anders wordt besloten. De voor-
zitter van het College van Bestuur is dhr. M.W.J.J. Peters.
3.5 V ISIE EN MISSIE
Bij het werken met kinderen zijn binnen SPOM een aantal waarden leidend voor ons handelen. Het zijn
waarden waaraan wij gezamenlijk veel belang hechten. Zij zijn het moreel kompas van onze organisatie,
het zijn onze kernwaarden, die samen het woord STOER vormen: Solidariteit, Transparantie, Ontwikke-
lingsgerichtheid, Eigenaarschap, Resultaatgerichtheid.
Wij zien het als onze gezamenlijke ambitie en opdracht om onze leerlingen hoogwaardig kindgericht
onderwijs aan te bieden dat past bij hun mogelijkheden en stijlen van leren. Uitgaan van verschillen in
plaats van omgaan met verschillen is hierbij uitgangspunt.
SPOM Jaarverslag 2013 - 2014 15
Autonomie, relatie en competentie Autonomie, relatie en competentie staan hierbij centraal. De scholen zorgen voor kennisoverdracht, maar
zijn ook gericht op de persoonlijke ontwikkeling van ieder kind. Wij zien het als onze opdracht om de
kinderen een rijke leeromgeving te bieden, waarbinnen ieder kind naar vermogen zelf sturing geeft aan
zijn eigen ontwikkeling en waarin de leerkracht in toenemende mate als coach optreedt.
Kennisconstructie en onderzoekend lerenDe maatschappij verandert in hoog tempo, waardoor kennis snel veroudert en veel nieuwe kennis wordt
aangeboden. Kennis is overal en kinderen leren binnen en buiten de school. De school is niet langer een
geïsoleerde plaats waar kennis wordt overgedragen, maar zij moet zich richten op alle elementen van
persoonlijke ontwikkeling en dient in open verbinding te staan tot de omgeving waarin ze functioneert.
Daarom worden kennisconstructie en onderzoekend leren steeds belangrijker.
PartnerschapBovendien is de school meer dan een plek waar geleerd wordt. Scholen worden in toenemende mate
partner in een breed netwerk dat van wijk tot wijk en van dorp tot dorp verschilt. Heroriënteren op de
plaats van de school binnen de wijk of het dorp is dan ook noodzakelijk.
Missie:’Een krachtige organisatie voor primair onderwijs
met sterke scholen en een sterk bestuur’
Kernwaarden:Solidariteit - Transparantie - Ontwikkelingsgerichtheid -
Eigenaarschap - Resultaatgerichtheid
Centrale thema’s:1. Hoogwaardig kindgericht onderwijs bieden
2. Binden en boeien van personeel
3. Thuisnabij onderwijs verzorgen met een adequate zorgstructuur
4. Maatschappelijk partner zijn
5. Samenwerken binnen een professionele lerende organisatie
Partners in leren voor nu en de toekomst
16 Jaarverslag 2013 - 2014 SPOM
3.6 KENGETALLEN PERSONEEL
Leerkrachten zijn essentieel. Leerkrachten die zich blijven ontwikkelen, die passen binnen de functie, die
vitaal zijn en gemotiveerd hun werk doen. De mensen maken het verschil. Dit bepaalt in hoeverre SPOM
haar doelstellingen waar kan maken. Om dit te realiseren richt het personeelsbeleid van SPOM zich op
ontwikkeling, betrokkenheid, vitaliteit van medewerkers en een goede organisatie van het werk.
Medewerkers ingedeeld naar geslachtOpbouw personeel 2007 2008 2009 2010 2011 2012 2013 2014
mannen 82 84 84 82 82 76 73 67
vrouwen 270 272 273 263 259 246 242 242
totaal 352 356 357 345 341 322 315 309
Medewerkers ingedeeld naar leeftijdsgroepenLeeftijd 2007 2008 2009 2010 2011 2012 2013 2014
tot 24 12 14 6 9 5 2 4 1
25-34 74 70 76 77 78 68 63 62
35-44 65 70 58 55 59 59 55 61
45-54 125 120 92 88 85 80 85 72
55-59 64 66 88 86 73 69 62 59
59-66 12 16 37 30 41 44 46 54
Bijna 37% van de medewerkers is ouder dan 54 jaar. De komende tien jaar stromen in totaal circa honderd
medewerkers uit wegens het bereiken van de pensioengerechtigde leeftijd.
Medewerkers verdeeld naar gemiddelde (gewogen) leeftijdOnderwijs 1-10-2007 1-10-2008 1-10-2009 1-10-2010 1-10-2011 1-10-2012 1-10-2013
BO 40,61 40,96 41,16 41,52 41,57 42,36 41,98
SBO 43,8 42,7 40,29 39,78 40,09 40,69 38,54
Ziekteverzuimpercentages landelijk en op SPOM niveauVerzuimpercentage 2008-2009 2009-2010 2010-2011 2011-2012 2012-2013 2013-2014
Landelijk (alleen BO) 6 6,28 6,6 6,44 Niet Bekend 6,7
SPOM (gemiddeld) 7,47 6,64 5,28 4,8 6,41 8,04
Ons verzuimbeleid richt zich op actieve verzuimbegeleiding met duidelijkheid in rollen en verantwoorde-
lijkheden. Het beleid voorziet in een actieve rol van leidinggevende en verzuimende medewerker tijdens
het hele re-integratieproces.
SPOM heeft een contract met KB-Consult te Nijmegen. Dit arbo-contract op maat heeft de mogelijkheid om
snel en adequaat actie te ondernemen bij ziekteverzuim en het voorkomen van verzuim. De leidinggevende
(in de meeste gevallen de directeur) is direct betrokken bij de verzuimbegeleiding door de bedrijfsarts. Alle
dienstverlening, re-integratiegesprekken, spreekuren en overleg met betrokkenen vinden in principe plaats
in het kantoor van SPOM.
De leidinggevende is en blijft verantwoordelijk voor de kwaliteit van de re-integratie, de uitvoering.
Bij ziekteverzuim maken we al in een vroeg stadium onderscheid in ziekte en ziekte als gevolg van een
functioneringsprobleem, omdat elk om een andere begeleiding vraagt. Daardoor is het verzuimpercentage
SPOM Jaarverslag 2013 - 2014 17
tot en met het schooljaar 2011-2012 gedaald. In 2012-2013 is het verzuimpercentage voor het eerst weer
gestegen. In 2013-2014 is het percentage verder gestegen tot een niveau waarover we ons zorgen maken.
Waarschijnlijk komt dat door de toenemende werkdruk, de grote veranderingen in het onderwijs, de
vergrijzing van het personeel en de krimp van de organisatie.
Medewerkers die gebruik hebben gemaakt van de Bapo, verdeeld over de verschillende schooljaren:
Aantal medewerkers Totaal verbruik in FTE
2007-2008 69 9,12
2008-2009 71 9,01
2009-2010 73 10,66
2010-2011 78 12,05
2011-2012 79 11,47
2012-2013 79 12,29
2013-2014 88 12,02
Ongeveer de helft van de BAPO-gerechtigden maakt van deze regeling gebruik. Een deel van de BAPO, 35%,
betalen de BAPO gerechtigden zelf. De rest betaalt de werkgever.
Medewerkers die binnen SPOM van school veranderden, uitstroomden, doorstroomden of bij een andere
organisatie gedetacheerd waren:
Mobiliteit Uitstroom Doorstroom Detachering
2010-2011 6 13 5 4
2011-2012 3 14 8 4
2012-2013 5 14 3 1
2013-2014 16 15 4 5
Elk schooljaar worden de medewerkers in de gelegenheid gesteld om zich mobiel op te stellen. Een kans om
zich op een andere school verder te ontwikkelen. Ook dat past in de ambitie van SPOM om medewerkers
te binden en te boeien. In bovenstaand overzicht wordt onderscheid gemaakt tussen mobiliteit, uitstroom,
doorstroom en detachering:
• Mobiliteit: medewerkers worden op een andere school geplaatst in dezelfde functie.
• Doorstroom: medewerkers zijn doorgestroomd in een andere functie hetzij op de eigen school hetzij
op een andere school.
• Detachering: medewerkers van SPOM zijn geheel of gedeeltelijk gedetacheerd bij een andere
werkgever.
In het schooljaar 2013/2014 is de begeleiding rondom mobiliteit en formatie uitgevoerd door het bestuurs-
kantoor. In voorgaande jaren lag deze uitvoering bij een directeur van een van de scholen van SPOM.
In 2013/2014 was de mobiliteit groter dan in andere jaren. Dit komt mede door het beleid ten aanzien van
de nieuwe managementstructuur en de daarmee samenhangende mobiliteit van directeuren en intern
begeleiders. Daarnaast zijn er zoveel mogelijk poolers (vaste medewerkers van SPOM vanwege krimp in
vervangerspool geplaatst) in de reguliere formatie opgenomen, dan wel in een langdurige vervanging
geplaatst.
Partners in leren voor nu en de toekomst
18 Jaarverslag 2013 - 2014 SPOM
4 . FINANCIËN
In dit hoofdstuk lichten we toe hoe de planning- en controlcyclus met betrekking tot de financiën binnen
de stichting is ingericht. Daarnaast worden de jaarcijfers uit de jaarrekening 2013 toegelicht.
4.1 PLANNING- EN CONTROLCYCLUS
In april 2014 werd de concept-jaarrekening 2013 aangeleverd door het College van Bestuur. Na controle door
een onafhankelijke accountant werd de jaarrekening 2013 door de Raad van Toezicht goedgekeurd. Op
SPOM-niveau wordt voor SPOM onderwijs met één geconsolideerde begroting gewerkt. De bestuurder stelt
deze op. De integrale begroting bestaat uit een aantal deelbegrotingen:
- de bestuursbegroting,
- de begroting voor het bovenschools management,
- de begroting voor ICT en het CPO,
- een afzonderlijke begroting voor Personeel en Organisatie
- een afzonderlijke begroting per school.
In november wordt met iedere directeur afzonderlijk een begroting voor het volgend kalenderjaar opge-
steld. Deze begroting dient sluitend te zijn. Door extra inzet van personeel of extra uitgaven voor groot
onderhoud kan het resultaat negatief worden. Hiervoor is de goedkeuring van de bestuurder nodig. De
geconsolideerde begroting wordt besproken met de GMR en vastgesteld door de Raad van Toezicht. Het
College van Bestuur zorgt na afloop van elk kwartaal voor een managementrapportage (MARAP) aan de
Raad van Toezicht. Hierin wordt gerapporteerd over de stand van zaken van dat moment en de verwach-
ting voor het eindresultaat. Aanpassen en bijstellen van de ingezette koers is daardoor mogelijk. Desge-
wenst kunnen maatregelen worden genomen.
Belangrijkste kenmerken van het financieel beleid Het financieel beleid van SPOM is erop gericht de continuïteit van de organisatie te waarborgen en opti-
male randvoorwaarden te creëren voor de missie en doelstellingen van de school. De beste garantie voor
de aanwezigheid van voldoende financiële middelen is gelegen in de jaarlijkse toestroom van leerlingen
naar de scholen van SPOM. De komende jaren hebben we te maken met behoorlijke krimp van de organi-
satie. Het leerlingenaantal loopt terug. Gemiddeld 3% per jaar. Dit heeft gevolgen voor de werkgelegenheid.
SPOM hoopt de krimp op te vangen via natuurlijk verloop en door het inrichten van een vervangingspool.
In de meerjaren personele begroting 2012-2013 tot en met 2017-2018 is te zien dat de uitstroom de komende
jaren dusdanig groot zal zijn dat een reorganisatie naar alle waarschijnlijkheid vermeden kan worden.
Door te sturen vanuit de integrale meerjarenbegroting waarvan het vastgestelde meerjaren investerings-
plan (MIP) onderdeel is, moet het mogelijk zijn de continuïteit van het onderwijs, de werkgelegenheid en de
materiële voorzieningen op het gewenste niveau te houden.
Personele lumpsum Met de invoering van de lumpsumbekostiging is ervoor gekozen om in afwijking van de landelijk gemid-
delde personeelslast (GPL) een eigen GPL te hanteren voor de verschillende functies binnen de stichting. Dit
om de beheersbaarheid van de werkelijke kosten te vergroten. Met een periodieke rapportage worden de
begrote fte’s afgezet tegen de werkelijke fte’s.
SPOM Jaarverslag 2013 - 2014 19
Prestatiebox Met ingang van kalenderjaar 2012 is de prestatiebox ingevoerd. Via de prestatiebox worden gelden door
de overheid verstrekt met een specifiek doel. Het zijn echter gewone lumpsummiddelen. Schoolbesturen
behouden de volledige bestedingsvrijheid over deze middelen. De prestatiebox kent voor SPOM een viertal
budgetten:
• middelen voor opbrengstgericht werken,
• professionalisering van leerkrachten
• professionalisering van directeuren
• subsidies ten behoeve van cultuureducatie.
Het beleid van SPOM is er op gericht om deze middelen volledig voor deze doeleinden aan te wenden. Het
verbeteren van het onderwijs en daarmee de opbrengsten, met name op het gebied van taal, rekenen en
lezen is het voornaamste doel dat SPOM zich hierbij gesteld heeft.
4.2 JA ARREKENING 2013
Onderstaand worden de belangrijkste onderdelen uit de jaarrekening 2013 toegelicht. Het betreft de balans
per 31 december 2013, de staat van baten en lasten voor 2013 (met vergelijkende cijfers), kengetallen en een
investeringsoverzicht.
Partners in leren voor nu en de toekomst
20 Jaarverslag 2013 - 2014 SPOM
BALANS PER 31 DECEMBER 2013 NA RESULTA ATBESTEMMING
31 december 2013 31 december 2012
€ € € €
ActivaVaste activaMateriële vaste activa
Gebouwen 850.024 601.577
Inventaris en apparatuur 1.484.387 1.578.385
Leermiddelen 388.877 384.183
2.723.288 2.564.145
Financiële vaste activa
Obligaties - Effecten 395.998 393.078
395.998 393.078
Vlottende activaVorderingen
Debiteuren 11.749 10.956
Ministerie van OCW 800.106 817.534
Overige vorderingen 0 249.781
Overlopende activa 368.699 342.251
1.180.554 1.420.522
Liquide middelen 3.184.501 2.420.325
7.484.341 6.798.070
PassivaEigen vermogenAlgemene reserve 5.350.817 4.789.442
5.350.817 4.789.442
VoorzieningenVoorziening jubilea 173.465 170.862
Voorziening spaarverlof 113.091 135.885
286.555 306.747
Kortlopende schuldenCrediteuren 163.682 214.519
Belastingen en premies
sociale verzekeringen 547.891 565.626
Pensioenpremies 207.747 205.284
Overige kortlopende schulden 481.367 506.715
Overlopende passiva 446.281 209.738
1.846.969 1.701.881
7.484.341 6.798.070
Investeringen in materiële vaste activa, de grootste post van de kasstroom uit investeringsactiviteiten,
zorgen voor een afname van de liquiditeit. Hiertegenover staat het verloop in de kasstroom uit de operatio-
nele activiteiten, waardoor de liquiditeit in 2013 per saldo is toegenomen. Door het positieve resultaat van
2013 is de algemene reserve toegenomen.
SPOM Jaarverslag 2013 - 2014 21
STA AT VAN BATEN EN LASTEN OVER 2013
Realisatie 2013 Begroting 2013 Realisatie 2012
€ € €
BatenRijksbijdragen OCW 16.573.283 15.680.349 16.230.010
Overige overheidsbijdragen en -subsidies 334.392 387.000 268.748
Overige baten 1.046.142 765.320 1.043.748
17.953.817 16.832.669 17.542.506
Lasten Lonen en salarissen 9.763.390 10.353.598 10.496.734
Sociale lasten 3.725.022 2.919.400 3.518.376
Overige personeelskosten 1.303.851 819.744 1.147.332
Afschrijvingen 427.614 432.712 422.157
Huisvestingslasten 1.056.172 1.068.211 1.004.462
Overige lasten 1.164.919 1.309.253 1.266.296
Totaal lasten 17.440.967 16.902.918 17.855.356
Saldo baten en lasten 512.849 -70.250 -312.850
Financiële baten en lasten Financiële baten 50.575 75.000 64.636
Financiële lasten 2.048 4.750 8.561
Saldo financiële baten en lasten 48.526 70.250 56.076
Resultaat 561.375 0 -256.775
Netto resultaat 561.375 0 -256.775
Zowel de gerealiseerde baten als de lasten zijn hoger dan begroot. De stijging van de (normatieve) rijks-
bijdrage heeft voor een belangrijk deel betrekking op niet-begrote baten van het Ministerie als uitvloeisel
van het Herfstakkoord. In het najaar van 2013 is op basis hiervan extra (bijzondere) bekostiging toegekend.
De gerealiseerde lasten zijn voornamelijk hoger uitgevallen door gestegen indirecte personeelskosten. Per
saldo heeft dit geleid tot een positief resultaat van € 561.000, waar een sluitende begroting was begroot.
Partners in leren voor nu en de toekomst
22 Jaarverslag 2013 - 2014 SPOM
4.3 KENGETALLEN
De financiële kengetallen en streefwaarden (voor het primair onderwijs) staan hieronder weergegeven.
Kengetal Definitie Streefwaarde Ultimo Ultimo Ultimo
2013 2012 2011
Solvabiliteit A eigen vermogen (excl. voorz.) 10 – 45 71,49 % 70,45 % 67,51 %
balanstotaal x 100%
Solvabiliteit B eigen vermogen* (excl. voorz.) 10 – 45 34,18% 30,62 % 31,28 %
(excl. reserve onderhoud balanstotaal x 100%
en reserve bapo)
Liquiditeit vlottende activa 1,5 2,36 2,26 2,12
kortlopende schulden
Rentabiliteit resultaat ½-1½ 3,13 % - 1,46 % - 1,83 %
totale baten x 100%
Weerstandsvermogen eigen vermogen 29,72 % 27,20 % 28,49 %
totale baten x 100%
Kapitalisatiefactor Totale activa 35 % 36,9 % 35,2 % 38,7 %
(-/- gebouwen) Totale baten
* In het eigen vermogen onder solvabiliteit B zijn de reserve onderhoud en de reserve bapo buiten beschouwing gelaten.
SolvabiliteitSolvabiliteit: in hoeverre kan een bevoegd gezag op lange termijn (ook in tijden van tegenspoed) aan haar
verplichtingen voldoen. Dit blijkt uit de verhouding tussen eigen vermogen en het totaal van de passiva.
Absolute normen voor solvabiliteit zijn moeilijk te geven. Beoordeling van het eigen vermogen kan niet los
worden gezien van de beoordeling van de hoogte van de voorzieningen. Immers, wanneer die niet toerei-
kend zijn om de toekomstige verplichtingen te dekken, moet vanuit het eigen vermogen worden aangevuld.
Bij SPOM is er voor gekozen om in 2008 de voorziening onderhoud op te heffen. Daarnaast is per 1 oktober
2010 de voorziening BAPO opgeheven, waardoor de algemene reserve fors is toegenomen. Hierdoor is het
totale eigen vermogen ook toegenomen. Onder solvabiliteit A is de huidige solvabiliteit berekend. Die is
70,90% per eind 2013. Ten opzichte van ultimo 2012 betekent dit een versterking met bijna 0,5 procent-
punt van de solvabiliteit A positie. Om een juiste vergelijking met het landelijk gemiddelde te kunnen
maken is onder solvabiliteit B de solvabiliteit berekend over het eigen vermogen exclusief de reserve
onderhoud en reserve BAPO. Bij de berekening van de solvabiliteit B is verondersteld dat de reserve BAPO
ongewijzigd is ten opzichte van eind 2012. Voorgaande jaren werd door de AOB een ondergrens van 10%
en een bovengrens van 45% aanbevolen voor de solvabiliteit. Kijkend naar solvabiliteit A ligt dit kengetal
boven de streefwaarde. Maar zoals zojuist is beschreven, is dit kengetal niet te vergelijken met de streef-
waarde van de AOB. Het is correct om naar solvabiliteit B te kijken. Deze kengetallen liggen wel binnen de
streefwaarden.
Liquiditeit Liquiditeit: is het bevoegd gezag in staat om op korte termijn aan haar verplichtingen te voldoen? Dit blijkt
uit de verhouding tussen vlottende activa en de kortlopende schulden. Voor een goede liquiditeit moet dit
getal minimaal boven de 1,5 liggen, omdat er geen andere activa zijn die op korte termijn in geld kunnen
worden omgezet. Evenals in 2012 voldoet SPOM voldoet ruimschoots aan deze minimumeis. Ten opzichte
van 2012 is de liquiditeit met 0,05 procentpunt gestegen.
SPOM Jaarverslag 2013 - 2014 23
RentabiliteitAls indicator is de rentabiliteit een waardevol trendgegeven. Te grote positieve verschillen roepen vragen
op over het bestedingspatroon. Negatieve verschillen duiden op een te ruim financieel management,
met mogelijke consequenties voor de komende jaren. Na twee jaren met een negatieve rentabiliteit
is dit kengetal in 2013 omgebogen naar een positieve waarde, die zelfs uitstijgt boven de aanbevolen
streefwaarde.
WeerstandsvermogenHet weerstandsvermogen geeft een indicatie van het risicomanagement van de organisatie. Bekeken wordt
in hoeverre de organisatie SPOM zich een tekort kan permitteren in relatie tot de opgebouwde reserves.
Er wordt inzicht gegeven waartoe reserves worden aangehouden of - bij negatieve stand - waardoor een
negatieve stand wordt veroorzaakt. Te hoge reserves kunnen duiden op „spaargedrag”, te lage reserves
kunnen duiden op zorgeloos financieel management. Negatieve reserves kunnen consequenties hebben
voor de continuïteit. De meerjarige trend als indicator is belangrijk. Door het positieve resultaat is het eigen
vermogen in 2013 sterker gestegen dan de totale baten, met als gevolg dat het weerstandsvermogen van de
stichting met bijna 2,3 procentpunt is gestegen ten opzichte van 2012.
KapitalisatiefactorSinds 2009 is de kapitalisatiefactor in het leven geroepen. De kapitalisatiefactor is de verhouding van het
geïnvesteerd vermogen tot de gerealiseerde baten. Hierbij wordt het totaal van de debetzijde van de balans
(minus de geactiveerde gebouwen) gedeeld door de totale baten (incl. financiële baten). In eerste instantie
wordt hierbij uitgegaan van de kapitaalbehoefte en daarna wordt er gekeken naar de bepaling van de
vermogensbehoefte, oftewel men kijkt in eerste instantie naar de debetzijde van de balans en niet naar de
samenstelling van het vermogen (creditzijde van de balans). De samenstelling van het vermogen komt tot
uitdrukking in de solvabiliteit, waarvoor de Commissie Don een ondergrens van 20% - en inmiddels bijge-
steld tot 30% - aanhoudt.
Een hoge kapitalisatiefactor kan duiden op overkapitalisatie (spaargedrag) en een te lage kapitalisatie-
factor kan duiden op een mogelijk te kort aan baten of een te lage waardering van de vaste activa. De
signaleringsgrens / bovengrens voor de kapitalisatiefactor voor een bestuur van de omvang van SPOM is 35
procent. Deze signaleringsgrens wordt voor het tweede achtereenvolgende jaar licht overschreden.
Bij SPOM liggen de solvabiliteit (A en B), de liquiditeit en de rentabiliteit op een voldoende niveau. Op
bestuursniveau is afgelopen jaar een integrale meerjarenbegroting opgesteld. Hierin wordt telkens zes jaar
vooruit gekeken. Uit de meerjarenbegroting blijkt dat door de terugloop van het leerlingenaantal het aantal
beschikbare fte’s daalt.
Besloten is dat gedurende een periode van drie jaar - tot en met het schooljaar 2014-2015 - maximaal €
250.000 per kalenderjaar verlies mag worden geleden. Gedurende deze periode moet orde op zaken worden
gesteld en moeten inkomsten en uitgaven weer op elkaar aansluiten. De kapitalisatiefactor van SPOM ligt
nog boven het niveau dat de commissie Don heeft vastgesteld. De begroting 2013 is budgettair neutraal
vastgesteld, het forse positieve resultaat is het gevolg van niet begrote (en onvoorziene) extra baten van de
Rijksoverheid.
Partners in leren voor nu en de toekomst
24 Jaarverslag 2013 - 2014 SPOM
4.4 R ISICOPARAGRA AF EN TOEKOMSTPARAGRA AF
Ontwikkeling leerlingenaantallen De leerlingaantallen binnen de stichting SPOM zullen als gevolg van krimp de komende jaren dalen. Als
Stichting hebben we die ontwikkeling aan zien komen. Daar anticiperen we op door het zeer regelmatig
actualiseren van prognoses, door goed te kijken naar de leeftijdsopbouw van de medewerkers en door het
opstellen van een integrale meerjarenbegroting met een doorkijk naar de komende jaren. De meerjarenbe-
groting wordt jaarlijks geactualiseerd. De cijfers in onderstaande tabel zijn de werkelijke aantallen tot en
met 2013 (d.d. 1 oktober) en de prognoses tot en met 2016:
Werkelijk Prognose
2011 2012 2013 2014 2015 2016
Aantal leerlingen op 1 oktober 3.522 3.406 3.251 3.119 3.028 2.945
Het aantal leerlingen is zowel voor de bekostiging lumpsum personeel als materieel de belangrijkste grond-
slag. Duidelijk is dat de baten de komende jaren substantieel zullen dalen.
Inrichting risico- en beheersingssysteemHet managen van prestaties en onderliggende processen vormt een belangrijke pijler om ‘in control’ te
zijn. Het proactief en continu onderkennen en beheersen van mogelijke risico’s (risicomanagement) is een
andere belangrijke pijler. Risico’s worden daarbij gedefinieerd als bedreigingen die de realisatie van de
gestelde doelen van SPOM kunnen beïnvloeden. Het tijdig voorzien van deze risico’s zorgt ervoor dat de
bestuurder en de directies ‘aan het stuur zitten’ en kunnen bepalen of nadere acties noodzakelijk zijn. Om
die reden wordt door de bestuurder jaarlijks een risicoscan ingevuld, afgenomen en met de RvT besproken.
Het plan van aanpak wordt vervolgens opgesteld en uitgevoerd.
Rapportage toezichthoudend orgaanMet de huidige governancestructuur beschikt de organisatie over een formele (organieke) scheiding tussen
bestuur en toezicht en voldoet zij aan de eisen van de wet ‘Goed onderwijs, goed bestuur’. De stichting
onderschrijft de code goed bestuur in het primair onderwijs van de PO-raad.
De leden van de RvT hebben in 2013 een kleine vergoeding ontvangen. Deze vergoedingen zijn als bijlage
opgenomen in de jaarrekening 2013.
Vanuit zijn rol als intern toezichthouder heeft de Raad van Toezicht het jaarverslag over 2012, de begro-
ting voor 2013, het bestuursformatieplan en de integrale meerjarenbegroting goedgekeurd. De Raad van
Toezicht volgt een verantwoordingscyclus die met de bestuurder is overeengekomen. Hierdoor heeft de
Raad inzicht in de bedrijfsvoering en de kwaliteit van de organisatie (ontwikkeling leerlingaantallen,
marktaandeel, informatie uit leerlingvolgsysteem, beoordeling van de school door de inspectie, (vroeg)
tijdige signalering door de school, uitkomsten van onderzoek naar leerlingen, medewerkers- en ouderte-
vredenheid, klachten). In zijn rol van werkgever hanteert de raad een periodieke cyclus van functionerings-
en beoordelingsgesprekken voor de bestuurder. De raad heeft naast zijn taken als toezichthouder en werk-
gever ook een klankbordfunctie voor de bestuurder. De leden van de raad worden met name geraadpleegd
vanuit hun expertiserol die heel divers is.
SPOM Jaarverslag 2013 - 2014 25
4.5 INVESTERINGEN
In navolgend schema worden de daadwerkelijke investeringen afgezet tegen de voor 2013 begrote
investeringen:
Categorie Investeringen 2013
Begroot Realisatie Verschil
Gebouwen 72.600 279.540 206.940
Inventaris/apparatuur 178.950 189.984 11.034
Leermiddelen 186.520 117.479 -69.041
Totaal 438.070 587.003 148.933
In 2013 is aanmerkelijk meer geïnvesteerd dan in 2012. Het verschil komt voor een belangrijk deel op het
conto van de categorie gebouwen. De investeringen in gebouwen betreffen o.a. de renovatie van een aantal
toiletgroepen, aanpassingen aan zonweringen, werkzaamheden aan schoolpleinen en een eigen bijdrage
voor nieuwbouw. Ook uit de vergelijking tussen de realisatie en de begroting 2013 blijkt dat er in gebouwen
veel is geïnvesteerd. De lagere realisatie bij de leermiddelen houdt verband met de verschuiving naar
steeds meer digitale leermethoden. Deze zijn ondergebracht in de categorie inventaris/apparatuur.
4.6 MATERIËLE ZAKEN
Onderhoud, veiligheid, verbouwingEr zijn op de SPOM-scholen het afgelopen jaar verschillende onderhoudswerkzaamheden geweest. Er zijn:
• een aantal scholen geschilderd (zoals gepland in het meerjaren onderhoudsplan 2012-2017);
• op verschillende scholen EBI’s en scopes 7A uitgevoerd naar aanleiding van inspecties van de omge-
vingsdienst. Die werkzaamheden hebben veel tijd en geld in beslag genomen.
• een aantal afkeuringspunten verholpen die de brandweer had geconstateerd.
• jaarlijks onderhoudsbeurten voor verschillende installaties uitgevoerd. Door dit structureel te laten
doen, voorkomen we problemen en grote uitgaven.
Door de werkzaamheden die we deden naar aanleiding van de diverse inspecties kunnen we stellen dat
onze scholen helemaal veilig zijn. Dat blijkt ook wel uit de Keurmerken Veilige School die we kregen voor
De Wijzer en ’t Geerke. Een jaarlijkse audit zorgt ervoor, dat deze scholen ook in de toekomst veilig blijven.
De plannen voor herbouw van De Kleurencirkel hebben we tot onze spijt nog niet in 2013 kunnen reali-
seren. Wel zijn er op drie scholen lokalen aangepast voor de huisvesting van peuters.
Energiebesparende maatregelenWe hebben in 2013 ook weer een aantal energiebesparende maatregelen genomen, voortbordurend op daar
waar we in 2010 al mee waren gestart. Zo plaatsten we in 2010 HR++-glas op scholen en vervingen we in
2012 enkele oude opensysteem cv-ketels door hoog rendement ketels met een gesloten systeem. In 2013
zijn er op basisschool De Kubus 95 zonnepanelen geplaatst. Tot op heden heeft dat een besparing opgele-
verd van ruim 30.000 kWh. Ook is er in 2013 een aanzet gegeven voor deelname aan een project ’Opgewekt
Maas en Waal’, een coöperatie die zonnepanelen wil plaatsen op basisschool De Octopus.
Partners in leren voor nu en de toekomst
26 Jaarverslag 2013 - 2014 SPOM
Resultaten en opbrengsten
5. ONZE SCHOLEN
MARIASCHOOL
De Mariaschool is een middelgrote katholieke basis-school in het centrum van het landelijke Boven-Leeuwen. We zijn gehuisvest in het Kulturhus D’n Dulper, waar ook de peuterspeelzaal, buitenschoolse opvang en alle sportverenigingen zijn gesitueerd. We werken op de Mariaschool ontwikkelingsgericht. In de onderbouw vanuit spel waarbij belangstelling van kinderen, betrokkenheid en betekenisvol leren kernbe-grippen zijn. Medio groep 4 stappen we van spel over naar onderzoekend leren: 21st Century Skills, stellen van onderzoeksvragen en leren in de brede context krijgen accent. We bereiden onze kinderen goed voor op de toekomst. Dat doen we door kennis over te dragen, maar onder-wijs gaat voor ons niet alleen over kennisoverdracht. Het gaat vooral over aanleren van vaardigheden en attitudes, zodat kinderen het vermogen ontwikkelen zelfstandig kennis te verwerven en te ontwikkelen.
We geven richting aan ons onderwijs vanuit onze visie ‘Samen sterk onder een dak’; planmatige groei bevor-deren is de kernopdracht van onze school. Onze visie versterken we door gebruik te maken van het beeld van een huis. In dit huis zijn zes factoren onderge-bracht als kamers: gedragenheid, zingeving, vaardig-heden, eigenwaarde, humor en het zolderkamertje.
Speciale activiteiten en gebeurtenissenVanaf het 2011 neemt de Mariaschool deel aan het project Singapore Next. Inmiddels zijn we zo ver dat de kern van het project - onderzoekend leren - niet meer weg te denken is uit onze onderwijspraktijk. We bieden de wereldoriënterende vakken (zonder methode) met de stappen van het onderzoekend leren vanuit thema’s aan. Het afgelopen schooljaar is de eerste Skill ‘samen-werken’ door leerkrachten en het SLO uitgewerkt tot een overzichtelijke leerlijn. Daarnaast hebben we veel geïnvesteerd in de ontwikkeling van leerkrachtcompe-tenties en hebben we deelgenomen aan een project van het Wetenschapsknooppunt van de Radboud Univer-siteit waarbij wetenschappelijke onderzoeken worden vertaald naar het basisonderwijs. De onderbouw is dit jaar gestart met werken in hetero-gene groepen. In elke groep is een vaste kringopstel-ling met daaromheen werkplekken en speelhoeken. Een succesvolle verandering!
528
530
532
534
536
538
540
542
OndergrensCITO Eindtoetsvergelijkbarescholengroep
BovengrensCITO Eindtoetsvergelijkbarescholengroep
2013-2014
2012-2013
2011-2012
CITO Eindtoets Mariaschool
0
2
4
6
8
10
12
14
Pro
Basis
Kader
Theorie
Havo
VWO
Uitstroom Mariaschool
Gymnasium2014
20132012
SPOM Jaarverslag 2013 - 2014 27
SINT VICTORSCHOOL
De Sint Victorschool in Afferden is een dorpsschool en staat open voor alle leerlingen uit het dorp. We bieden een veilige en geborgen sfeer, zodat kinderen met plezier naar school gaan. Wij hanteren het leerstof-jaarklassensysteem, waarbij veel aandacht is voor het individuele kind. We gaan daarbij uit van het concept adaptief onderwijs. Hoogwaardig kindgericht onderwijs staat bij ons hoog in het vaandel. Betrokkenheid en zelfverantwoordelijk-heid zijn onze kernwaarden. We richten ons onder-wijs zó in dat het uitdagend is en dat het de kinderen aanspreekt. Bijvoorbeeld door te werken met wereld-oriënterende thema’s die dicht bij de belevingswereld van de kinderen liggen en door coöperatieve werk-vormen. We maken gebruik van ‘hoeken’ en zorgen voor een ict-rijke leeromgeving. We vinden het belang-rijk dat kinderen basisvaardigheden ontwikkelen in de vorm van het aanleren van kennis, probleemoplossend vermogen en samenwerken. We zoeken ook verbinding tussen de verschillende vakken.
Speciale activiteiten en gebeurtenissen:Door de terugloop van leerlingen en personeel heeft de school verbinding gezocht met collega-scholen om onderwijskundige onderwerpen op te pakken. Zo hebben we met het team van ’t Klòsterhûfke spelling opgepakt om de didactiek van het spellingonderwijs te verbeteren en opbrengsten te verhogen. Dit heeft
geleid tot gezamenlijke instructieafspraken en een kwaliteitskaart spelling. Bij het thematisch werken bij Wereldoriëntatie hebben we aan vijf nieuwe thema’s gewerkt, waarbij ook verschillende ontwikkelelementen de nadruk kregen (zoals onderzoekend leren, samen werken, omgaan met regels). Ook hebben we het effectieve klassenmanagement nog eens goed onder de loep genomen, omdat dit voorwaardelijk is voor goed onderwijs in combinatie-groepen. Er zijn afspraken gemaakt over de opstelling in de groep, stilteteken, zelfverantwoordelijkheid van kinderen voor hun ontwikkeling en werk, overlegtafel, samenwerkingsvormen. Dit heeft geleid tot een kwali-teitskaart ‘klassenmanagement’.De leerkrachten in de onderbouw hebben zich daar-naast geschoold in aanbieden van een beredeneerd aanbod binnen het taal-rekenonderwijs met behulp van het opzetten van themahoeken om zo een rijke leeromgeving te creëren.
Resultaten en opbrengsten
528
530
532
534
536
538
540
542
OndergrensCITO Eindtoetsvergelijkbarescholengroep
BovengrensCITO Eindtoetsvergelijkbarescholengroep
2013-2014
2012-2013
2011-2012
CITO Eindtoets Sint Victorschool
0
2
4
6
8
10
12
14
Pro
Basis
Kader
Theorie
Havo
VWO
Uitstroom Sint Victorschool
Gymnasium2014
20132012
28 Jaarverslag 2013 - 2014 SPOM
DE TWEESTROOM EN DE KLEINE KERN
De Tweestroom is een kleine basisschool in Altforst van ongeveer vijftig leerlingen. We maken gebruik van moderne methodes en door te werken met dag- en weektaken ontstaat er ruimte om kinderen extra te begeleiden. We willen dat ieder kind zich thuis en veilig voelt. Het team benadert de leerlingen vanuit een positieve houding en duidelijke afspraken en regels. Respect voor elkaar en voor de leefomgeving hoort daarbij. Evenals een goed contact met ouders. Goed onderwijs betekent voor ons dat alle kinderen hun mogelijkheden zo goed mogelijk kunnen aanspreken en ontwikkelen in een interactieve en uitdagende leeromgeving. Daarvoor moeten ze zich kennis en vaardigheden eigen kunnen maken, er bete-kenis aan kunnen geven en deze kunnen toepassen, zowel op cognitief, emotioneel en sociaal gebied.
De Kleine Kern is een kleine basisschool van ongeveer vijftig leerlingen in Appeltern. De gemeenschapszin is erg groot: het team, leerlingen, ouders, oudervereni-ging, medezeggenschapsraad, dorp, parochie, peuter-speelzaal, verenigingen en allerlei instanties dragen de gemeenschappelijke zorg voor elkaar. Doordat de school klein is zijn de leerlingen op elkaar aangewezen. Er heerst een grote verdraagzaamheid tussen de kleine groepen van verschillende leeftijden. Ons ‘mission statement’ is: Samen met elkaar voor iedereen en onze belangrijkste taak is:
• De kinderen een goede basis meegeven voor hun toekomst in deze maatschappij. We gaan uit van de sterke kanten van het kind en zijn omgeving: we benutten alle kansen van de kinderen om zo de eventuele negatieve kanten te compenseren, naast het verder ontplooien van die sterke kanten.
• Kind en ouders toekomstperspectief bieden.• Het aanleren van kennis en vaardigheden.• Aandacht voor persoonlijke
ontwikkelingsmogelijkheden.• Het creëren van een veilige sfeer en een uitdagende
leeromgeving.• Het aanleren van een open houding en respect voor
andere mensen, culturen en religies.
Speciale activiteiten en gebeurtenissen:De Tweestroom en De Kleine Kern zijn afgelopen jaar partners geworden; ze zijn op onderwijskundig gebied gaan samenwerken. De teams zijn volledig samen-gegaan, vergaderden samen en de methodes voor de kernvakken zijn op elkaar afgestemd. Leerkrachten van dezelfde bouw zijn ‘maatjes’ geworden om samen te ontwikkelen en te leren. De scholen hebben één IB-er en één Bouwcoördinator. Deze kwaliteitsslag is als zeer positief ervaren: meer dynamiek, meer kennis om te delen, meer mogelijkheden voor afstemming, ontwikkelen en leren.
Resultaten en opbrengsten De Tweestroom
528
530
532
534
536
538
540
542
OndergrensCITO Eindtoetsvergelijkbarescholengroep
BovengrensCITO Eindtoetsvergelijkbarescholengroep
2013-2014
2012-2013
2011-2012
CITO Eindtoets De Tweestroom
0
1
2
3
4
5
6
7
Pro
Basis
Kader
Theorie
Havo
VWO
Uitstroom De Tweestroom
Gymnasium2014
20132012
SPOM Jaarverslag 2013 - 2014 29
De volgende onderwerpen in het jaarplan hadden een verbinding of kwamen direct voort uit het traject Kans-rijke Combinatiegroepen (KCG):• Het maken van verbindingen in leerstof van de jaar-
groepen (binnen combinatiegroepen) om meer tijd en ruimte te krijgen voor leerbehoefte van kinderen en het versterken van de kwaliteit van leerkracht-vaardigheden. Interactief en sociaal leren van kinderen was ook een onderdeel van deze aanpak.
• Geven van de goede instructie (IGDI): we zijn gestart met het Technisch Lezen en daarna kwam Begrij-pend Lezen aan bod. Binnen dit traject was de in- en externe scholing en begeleiding van de leerkrachten belangrijk. Hiervoor hebben we extra middelen vanuit de Prestatiebox gebruikt. Tijdens een goed-bezochte ouderavond zijn ouders van beide scholen over dit traject voorgelicht.
• Opbrengstgericht werken: kijken naar opbreng-sten op school-, groeps- en leerlingenniveau en de uitkomsten vertalen naar interventies voor de school, de groep en/of de leerlingen heeft veel aandacht gehad. Er is vooral ingezoomd op vaardig-heidsgroei van kinderen. We beseften ons terdege dat het behalen van hoge, gemiddelde groeps- en schoolscores niet altijd gemakkelijk was en is. Dat heeft te maken met het feit dat wij kleine groepen op school hebben.
De onderdelen van het taal-leesbeleidsplan (woorden-schat, spelling) hebben we cursorisch opgepakt. Hierbij hebben we zoveel mogelijk afstemming gezocht tussen de twee teams. De nieuwe rekenmethode ‘Alles telt’ voor de groepen 1 t/m 6 is enkele keren besproken.
We hebben één keer een ouderpanel gedraaid over ‘Actief ouderschap’. De uitkomsten daarvan zijn met alle ouders gecommuniceerd en aangegeven wat we als school oppakken. De ouders zijn tussentijds ook geïn-formeerd via de maandelijkse informatiebrieven en aan het begin van het schooljaar hebben we de ouders een kijkje in de klassen laten nemen. Ze konden op verschillende momenten in de klas meedraaien.
Afgelopen jaar zijn onze twee partnerscholen ook nog partner geworden met een derde school: De Octopus in Horssen. In het verlengde daarvan hebben we afscheid genomen van onze directeur Gerard Hofman en onze bouwcoördinator Simone Wolthuis. Daarvoor in de plaats is een nieuwe schoolleiding voor de drie scholen aangesteld in de personen van Anja Adams en Paula Breuer.
Resultaten en opbrengsten De Kleine Kern
528
530
532
534
536
538
540
542
OndergrensCITO Eindtoetsvergelijkbarescholengroep
BovengrensCITO Eindtoetsvergelijkbarescholengroep
2013-2014
2012-2013
2011-2012
CITO Eindtoets De Kleine Kern
0
1
2
3
4
5
6
7
Pro
Basis
Kader
Theorie
Havo
VWO
Uitstroom De Kleine Kern
Gymnasium2014
20132012
30 Jaarverslag 2013 - 2014 SPOM
DE OCTOPUS
De Octopus is een basisschool met ruim 145 leerlingen. De leerlingen zijn verdeeld over vijf combinatiegroepen. In de school heerst rust en regelmaat. Er wordt gewerkt binnen een duidelijke structuur met drie vaste schoolregels. In de afgelopen schooljaren hebben wij ons onderwijs zo inge-richt dat er dagelijks op verschillende momenten een beroep wordt gedaan op de eigen verantwoordelijkheid van leer-lingen voor hun leerproces. Hierdoor is de betrokkenheid van onze leerlingen toegenomen.Wij vinden het belangrijk dat onze kinderen zich optimaal ontwikkelen naar hun mogelijkheden in een goede harmo-nische sfeer, waarin we open zijn en rekening houden met elkaar. Leerlingen, leerkrachten en ouders gaan respectvol met elkaar om. We zijn van mening dat we samen verant-woordelijk zijn voor het welbevinden op school. We willen kinderen hier meer verantwoordelijkheid in geven. We koppelen een onderzoekende houding van leerlingen aan de wereld oriënterende vakken en aan Wetenschap & techniek. We zien hierin goede mogelijkheden om vanuit betekenis-volle situaties de betrokkenheid van kinderen verder te doen toenemen. Sfeervol verantwoordelijk voor hoge opbrengsten!
Speciale activiteiten en gebeurtenissen• Dit jaar zijn we in de onderbouw actief aan de slag gegaan
met spelontwikkeling in de hoeken. Aan de hand van een thema werd er samen met de kinderen bedacht wat voor een soort hoek er moest komen, wat daarvoor nodig was. Samen met de leerlingen laat de leerkracht een hoek ’groeien’. De leerkracht zorgt voor educatieve elementen in
het spelgedrag om zo de kinderen naar een hoger niveau te tillen
• We hebben de Octoplus opgezet: meerbegaafde leerlingen krijgen de kans om gedurende één uur per week met gelijkgestemden buiten de groep aan de slag te gaan over verschillende onderwerpen.
• We hebben de nieuwe rekenmethode ‘Alles telt’ uitgekozen.
• Er hebben twee ouderpanels plaatsgevonden met als onderwerp: ’overblijven’ en ’de katholieke identiteit van de school’. Daarnaast was er een thema-avond over social media.
• In samenwerking met Actief Maas en Waal zijn allerlei activiteiten rondom sport en beweging opgezet zoals de zwemkampioenschappen, de survivalrun, de Dijkenloop, Drutenloop, de acht van Boveneind. Daarnaast hebben we op school sportieve activiteiten georganiseerd zoals de Koningsspelen, de atletiek dag en een actief schoolkamp.
• We hebben in november helaas afscheid moeten nemen van onze directeur Jessica IJff. Marieke Schouten heeft haar als ad interim directeur vervangen.
• Met ingang van het nieuwe schooljaar zijn we een part-nerschap aangegaan met twee andere scholen van SPOM: Bassischool De Kleine Kern te Appeltern en Bassischool De Tweestroom in Altforst. Daarbij is er een nieuwe directie aangesteld in de personen van Anja Adams en Paula Breuer. Samenwerken tussen de scholen biedt veel kansen tot leren van en met elkaar. De schoolontwikkeling wordt zo vele mogelijk op elkaar afgestemd.
• Vanaf augustus 2014 is de peuterspeelzaal in De Octopus gehuisvest. Ook dit biedt nieuwe uitdagingen en kansen.
Resultaten en opbrengsten
528
530
532
534
536
538
540
542
OndergrensCITO Eindtoetsvergelijkbarescholengroep
BovengrensCITO Eindtoetsvergelijkbarescholengroep
2013-2014
2012-2013
2011-2012
CITO Eindtoets De Octopus
0
3
6
9
12
15
18
21
Pro
Basis
Kader
Theorie
Havo
VWO
Uitstroom De Octopus
Gymnasium2014
20132012
SPOM Jaarverslag 2013 - 2014 31
MARIËNHOF
Mariënhof is een echte dorpsschool, de meeste kinderen wonen ook in Alphen. De school bestaat uit vijf groepen, dit zijn allemaal combinatiegroepen. Dat blijft in de toekomst ook zo. Om onze lessen zo goed mogelijk te kunnen geven zijn we gestart met het concept Kansrijke Combinatiegroepen. Het uitgangs-punt hierbij is dat we in zoveel mogelijk vakken de verbinding zoeken. We gaan ervan uit dat dit concept ons helpt bij het behouden van goede leeropbrengsten.Op onze school nemen de cognitieve vakken (lezen, taal, rekenen en wereldoriëntatie) een belangrijke plaats in. De vaardigheden die kinderen hierbij verwerven hebben ze nodig om zich later in de maat-schappij te kunnen handhaven. Naast deze basisvaar-digheden besteden we ook aandacht aan de creatieve vaardigheden van onze leerlingen. Handvaardigheid, teken en muziek vormen een belangrijk onderdeel van ons onderwijs. Het komend schooljaar gaan we samen met onze partnerschool, St. Lambertus uit Maas-bommel, op weg naar een gezamenlijke missie en visie.
Speciale activiteiten en gebeurtenissen.Omgang met elkaar, een fijne sfeer en samenwerken zijn speerpunten op onze school. Wekelijks wordt er in alle groepen een thema uit onze methode voor sociaal emotionele ontwikkeling besproken. In 2013-2014 heeft de huidige groep 7-8 een Rots en Water-training gegeven omdat zij een extra steuntje nodig hadden.
Verder zijn we gestart met een plus groep op onze school. Komend jaar zullen we daarmee doorgaan.We hebben aandacht voor de leeropbrengsten vooral omdat we merken dat deze langzaam terug lopen.Vorig schooljaar is er een goed WIFI-netwerk aangelegd en hebben we minilaptopjes aangeschaft waar inten-sief gebruik van wordt gemaakt.De groepen 5 en 6 hebben dit jaar meegedaan aan het project ‘ Muzikaal West Maas en Waal’, dit project is afgesloten met een prachtig concert.Aan het eind van het schooljaar heeft de peuterspeel-zaal intrek genomen in ons gebouw. Samenwerking tussen groep 1-2-3 en de peuterspeelzaal groeit.
Resultaten en opbrengsten
528
530
532
534
536
538
540
542
OndergrensCITO Eindtoetsvergelijkbarescholengroep
BovengrensCITO Eindtoetsvergelijkbarescholengroep
2013-2014
2012-2013
2011-2012
CITO Eindtoets Mariënhof
0
2
4
6
8
10
12
14
Pro
Basis
Kader
Theorie
Havo
VWO
Uitstroom Mariënhof
Gymnasium2014
20132012
32 Jaarverslag 2013 - 2014 SPOM
LAMBERTUSSCHOOL
De Lambertus is een echte dorpsschool, de meeste kinderen wonen ook in Maasbommel. De school bestaat uit vier groepen, dit zijn allemaal combinatie-groepen. Dat blijft in de toekomst waarschijnlijk ook zo. Om onze lessen zo goed mogelijk te kunnen geven zijn we gestart met het concept Kansrijke Combinatie-groepen. Het uitgangspunt hierbij is dat we in zoveel mogelijk vakken de verbinding zoeken. We gaan ervan uit dat dit concept ons helpt bij het behouden van goede leeropbrengsten.Op onze school nemen de cognitieve vakken (lezen, taal, rekenen en wereldoriëntatie) een belangrijke plaats in. Deze vaardigheden heeft iedereen nodig om zich later in de maatschappij te kunnen hand-haven. Naast deze basisvaardigheden besteden we ook aandacht aan de creatieve vaardigheden van onze leerlingen. Handvaardigheid, tekenen, dans/drama en muziek vormen een belangrijk onderdeel van ons onderwijs.Het komend schooljaar gaan we samen met onze partnerschool, Mariënhof uit Alphen, op weg naar een gezamenlijke missie en visie.
Speciale activiteiten en gebeurtenissen.Omgang met elkaar, een fijne sfeer en samenwerken zijn speerpunten op onze school. Wekelijks wordt er in alle groepen gewerkt met een thema uit ‘Leefstijl’, onze methode voor sociaal emotionele ontwikkeling.
In 2013-2014 hebben sommige groepen een Rots en Water-training gevolgd omdat zij een extra steuntje nodig hadden.Groep 7 en 8 hebben een bezoek gebracht aan een basisschool in Pervijze in België. Het samenwerkings-verband is dit jaar geëindigd.De groepen 5 en 6 hebben dit jaar meegedaan aan het project ‘Muzikaal West Maas en Waal’, dit project is afgesloten met een prachtig concert.
Resultaten en opbrengsten
528
530
532
534
536
538
540
542
OndergrensCITO Eindtoetsvergelijkbarescholengroep
BovengrensCITO Eindtoetsvergelijkbarescholengroep
2013-2014
2012-2013
2011-2012
CITO Eindtoets Lambertusschool
0
1
2
3
4
5
6
7
Pro
Basis
Kader
Theorie
Havo
VWO
Uitstroom Lambertusschool
Gymnasium2014
20132012
SPOM Jaarverslag 2013 - 2014 33
’T KLÒSTERHÛFKE
Basisschool ’t Klòsterhûfke ligt in het kleine dorp Deest (gemeente Druten). Het is de enige basisschool in het dorp en heeft zodoende een belangrijke functie in de dorpsgemeenschap. De naam ‘t Klòsterhûfke betekent kloostertuin. Dit komt van het voormalige klooster dat hier stond en dat in 1945 door een vliegende bom werd getroffen en nooit meer is herbouwd. De school staat in wat ooit de kloostertuin was. De school heeft een katholieke signatuur en staat open voor alle kinderen van wie de ouders onze levensbeschouwelijke iden-titeit respecteren. We werken vanuit vijf belangrijke principes:Betrokkenheid: We zijn ervan overtuigd dat kinderen meer en beter leren als ze betrokken zijn.Welbevinden: Om goed te kunnen ontwikkelen, moet je willen, kunnen en durven. Respect: We hebben zorg voor elkaar en onze schoolomgeving. Ontwikkeling: Kinderen zijn verschillend, met verschil-lende leerbehoeften, leerstijlen, niveaus en vaardig-heden. We streven naar een optimale ontwikkeling van de mogelijkheden. Leidend is hierbij steeds wat het kind wel kan.Professionaliteit: De leerkracht is de spil in de klas. Zijn/haar vakmanschap is voorwaardelijk voor een goed onderwijsleerproces.
Speciale activiteiten en gebeurtenissenDit schooljaar hebben we vooral gewerkt aan elementen die de opbrengsten versterken. Een belang-rijk speerpunt hierbij is het verder ontwikkelen van het woordenschatonderwijs. We werken met de aanpak van ‘Met Woorden in de Weer’, waarvoor alle leer-krachten geschoold zijn en nieuwe leerkrachten zich gaan scholen. Alle groepen op onze school zijn combinatiegroepen. Een goed klassenmanagement is daarvoor heel belang-rijk. Het verder borgen van de effectieve instructie is een ander speerpunt. Daarbij zijn we gestart met Kansrijke Combinatiegroepen met als onderwerp Technisch Lezen. Binnen dit traject worden de leer-krachten geschoold om het Technisch Lezen in combinatiegroepen in verbinding met de jaargroepen op te pakken. Dit geeft extra ruimte voor instructie passend bij de behoefte van kinderen. Een belangrijk element hierbij is de leesbeleving en leesbevordering bij kinderen, waaraan extra aandacht wordt gegeven. Hiervoor hebben we de beschikking gehad over een externe lees/mediacoach. Ook de ouders zijn tijdens een ouderavond over dit traject voorgelicht. Een derde belangrijk speerpunt is het spellingonder-wijs. Dit onderwerp hebben we samen met het team van de St. Victorschool opgepakt. Dit heeft geleid tot gezamenlijke instructieafspraken en een kwaliteits-kaart spelling.
Resultaten en opbrengsten
526
528
530
532
534
536
538
540
OndergrensCITO Eindtoetsvergelijkbarescholengroep
BovengrensCITO Eindtoetsvergelijkbarescholengroep
2013-2014
2012-2013
2011-2012
CITO Eindtoets ‘t Klòsterhûfke
0
1
2
3
4
5
6
7
Pro
Basis
Kader
Theorie
Havo
VWO
Uitstroom ‘t Klòsterhûfke
Gymnasium2014
20132012
34 Jaarverslag 2013 - 2014 SPOM
’T GEERKE
Basisschool ’t Geerke staat in het dorp Puiflijk en heeft het karakter van een dorpsschool. De school telt 207 leerlingen, afkomstig uit Puiflijk en uit de aangren-zende wijk ‘Druten Zuid’. We vinden het belangrijk dat kinderen met plezier naar school gaan. We streven naar een school waar kinderen zich veilig en geborgen voelen. Wij hechten veel waarde aan het respectvol met elkaar omgaan. Verder vinden we het belang-rijk dat kinderen samenwerken, zelfstandig kunnen werken en keuzes kunnen maken.
We leggen een goede basis voor de vakken lezen, spellen en rekenen, maar zijn ons er ook van bewust dat het steeds belangrijker wordt om de juiste kennis en vaardigheden te ontwikkelen om te functioneren in de maatschappij van de toekomst. Daarom werken we thematisch, waarbij samenwerken en het stellen van een onderzoeksvraag centraal staan. In de groepen 1-2 werken we met de verschillende thema’s uit ‘kleuterplein’. De kleuters ontdekken en ervaren de wereld om hen heen. Kleuterplein is meer dan alleen taal en rekenen. Ook aan motoriek, wereldoriëntatie, muziek, voorbereidend schrijven en sociaal-emotionele ontwikkeling wordt spelenderwijs, maar gericht gewerkt.
Speciale activiteiten en gebeurtenissen• Na lezen en spelling zijn we in 2013-2014 gestart
met handelingsgericht werken op het gebied van rekenen. De leerkrachten zijn ondersteund in het geven van een goede instructie. We bevorderen teamleren door gezamenlijk de toetsresultaten te analyseren. Dit leren van en met elkaar wordt een belangrijk speerpunt op ’t Geerke voor zowel de kinderen als de leerkrachten.
• Het thematisch werken heeft een vervolg gekregen: drie keer per jaar worden de vakken aardrijkskunde, geschiedenis en natuuronderwijs vervangen door een thema waar door de hele school aan wordt gewerkt.
• Er is een nieuwe rekenmethode aangeschaft voor de groepen 3 t/m 6.
• De leerkrachten van de groepen 1/2 hebben 8 lijnen uitgezocht uit de methode KIJK. In het schooljaar 2014/2015 gaan we hier mee beginnen onder leiding van bijeenkomsten van Marant.
Resultaten en opbrengsten
528
530
532
534
536
538
540
542
OndergrensCITO Eindtoetsvergelijkbarescholengroep
BovengrensCITO Eindtoetsvergelijkbarescholengroep
2013-2014
2012-2013
2011-2012
CITO Eindtoets ‘t Geerke
0
2
4
6
8
10
12
14
Pro
Basis
Kader
Theorie
Havo
VWO
Uitstroom ‘t Geerke
Gymnasium2014
20132012
SPOM Jaarverslag 2013 - 2014 35
DE KUBUS
Basisschool De Kubus is onderdeel van Integraal Kind Centrum (IKC) De Kubus. In dit centrum zijn ook een peuterspeelzaal, een kinderdagverblijf en buiten-schoolse opvang opgenomen. Het is een voorziening voor kinderen van 0 t/m 12 jaar, waar zij gedurende de dag komen om te leren, te spelen, te ontwikkelen en te ontmoeten. Een goede combinatie van zorg-werk-on-derwijs kan een belangrijke en positieve bijdrage leveren aan de ontwikkeling van de kinderen. Doel is niet alleen opvang, maar ook het stimuleren van een veelzijdige ontwikkeling. Het managementteam bestaat uit vier teamleiders en één directeur die dit gezamenlijk aansturen.We zijn gestart met 584 kinderen, verdeeld over 22 groepen. In de loop van het schooljaar kwamen daar twee instroomgroepen bij. Bijna elk leerjaar telde drie parallelgroepen. Het leerlingenaantal is nog steeds licht stijgend.
De speelplaats heeft een duidelijk groen karakter is voorzien van veel speelonderdelen die ruimschoots voldoen aan de natuurlijke speelbehoeften van de kinderen. Er zijn aparte speelruimtes voor zowel het KDV en de PSZ, de onderbouw als de midden- plus bovenbouw.Ook is er een verregaande vorm van samenwerking met De Nieuwe Muziekschool (DNM), die alle lessen van ruim 300 leerlingen in ons schoolgebouw verzorgt.
De samenwerking heeft al geleid tot een gezamen-lijk, jaarlijks terugkerend muziekproject, waarbij de leerlingen van leerjaar 5 wekelijks op een zelfgekozen instrument les krijgen van een docent van DNM. Eén keer per week hebben deze kinderen ook samenspel met hun eigen groep.
Speciale activiteiten en gebeurtenissenHet afgelopen schooljaar hebben we met alle mede-werkers twee studiemiddagen gehad. Met een variatie aan opdrachten hebben we stilgestaan bij wat boeiend en bindend is in ons dagelijkse werk. We hebben alle genoemde begrippen, uitgangspunten tijdens de geza-menlijke presentaties genoteerd en geordend in kader-groepen. Als verzamelnamen zijn woorden gevonden, die met hun beginletters tezamen de naam van ons IKC weergeven. Vervolgens is aan een beeldend kunstenaar gevraagd beelden te creëren bij de verzamelnamen, met als uitgangspunt dat alle medewerkers snel deze beelden kunnen reproduceren. De verzamelnamen met de daarbij door ons genoemde begrippen zijn basis voor het pedagogische beleidsplan van het IKC en voor de verdere uitwerking van deze beelden op instellingsniveau. Elke afdeling dient per schooljaar één verzamelnaam verder uit te diepen en dat vervolgens aan het einde van elk schooljaar aan elkaar te presenteren.
Resultaten en opbrengsten
528
530
532
534
536
538
540
542
OndergrensCITO Eindtoetsvergelijkbarescholengroep
BovengrensCITO Eindtoetsvergelijkbarescholengroep
2013-2014
2012-2013
2011-2012
CITO Eindtoets De Kubus
0
5
10
15
20
25
30
35
Pro
Basis
Kader
Theorie
Havo
VWO
Uitstroom De Kubus
Gymnasium2014
20132012
36 Jaarverslag 2013 - 2014 SPOM
DE LEEUWENKUIL
Basisschool De Leeuwenkuil is een reguliere basis-school in Beneden-Leeuwen met ongeveer 335 leer-lingen, een school ‘met hart voor kinderen en oog voor resultaat’. Het team van de school vindt het belangrijk dat alle kinderen met plezier naar school gaan. De school biedt kinderen een uitdagende leeromgeving; coöperatief werken, eigen verantwoordelijkheid en zelfstandig werken zijn hierbij sleutelwoorden.
De school geeft gedegen onderwijs en hecht veel waarde aan structuur en sfeer binnen de school. Er is veel aandacht voor het individuele kind en de zorg daaromheen is goed georganiseerd. De Leeuwenkuil is een katholieke basisschool. Dit betekent dat wij onze waarden ontlenen aan het Christelijk geloof. Dit zien wij terug in de respectvolle wijze waarop wij met elkaar omgaan. De school blijft op zoek naar vernieuwing en professionalisering van het onderwijs en wil kinderen goed toerusten op hun deelname aan de maatschappij. In deze ontwikkeling van kinderen zien we de ouders als partner. Samen nemen we deze verantwoordelijkheid op ons.
Speciale activiteiten en gebeurtenissen:In 2012 is de school gestart met Positive Behavior Support (PBS ): een manier om gewenst gedrag van leerlingen op een positieve manier te stimuleren en te ontwikkelen. We zien dat deze aanpak duidelijke
effecten laat zien. Ook heeft de school ZIEN inge-voerd. Dit leerlingvolgsysteem maakt het mogelijk om kinderen ook op sociaal emotioneel gebied goed te volgen en te begeleiden. KIJK is door de groepen 1-2 ingevoerd als leerlingvolgsysteem.In 2012 beoordeelde de inspectie De Leeuwenkuil helaas niet met een voldoende. De schooljaren 2012-2013 en 2013-2014 stonden vervolgens in het teken van het plan van aanpak n.a.v. deze uitslag. Wij zijn er trots op dat we in deze periode veel verbeteringen hebben doorgevoerd en dat de inspectie in maart 2014 zeer tevreden was over het behaalde resultaat. In augustus 2014 heeft de school een nieuwe directeur gekregen. Ook deze verandering in het management van de school kan bijdragen aan het verder verbeteren van de kwaliteit van het onderwijs.In oktober heeft de school haar 35-jarig bestaan gevierd. Dit hebben we gedaan in combinatie met het thema ’Feest’ van de Kinderboekenweek.
Resultaten en opbrengsten
528
530
532
534
536
538
540
542
OndergrensCITO Eindtoetsvergelijkbarescholengroep
BovengrensCITO Eindtoetsvergelijkbarescholengroep
2013-2014
2012-2013
2011-2012
CITO Eindtoets Leeuwenkuil
0
3
6
9
12
15
18
21
Pro
Basis
Kader
Theorie
Havo
VWO
Uitstroom De Leeuwenkuil
Gymnasium2014
20132012
SPOM Jaarverslag 2013 - 2014 37
DE LA AK
De Laak is een katholieke school met 151 leerlingen in het dorp Wamel. Als school willen we samen een leef-gemeenschap zijn, waarin we betrokken zijn op elkaar en ons verantwoordelijk weten voor elkaar. We gaan uit van gezamenlijke normen en waarden en leven deze voor aan de kinderen. Dit zien we terug binnen onze school.Ons logo, de boom, staat voor groei. Alle kinderen ontwikkelen zich door de jaren heen en daar spelen we als school een grote rol in. We geven de kinderen een basis mee voor hun verdere toekomst.De leerlingen zitten op basis van hun leeftijd bij elkaar in de jaargroep. De basisvakken worden aangeboden aan de jaargroep binnen de combinatiegroep. Met wereldoriëntatie werken we thematisch. Daarbinnen maken we een verbinding tussen de doelen voor beide jaargroepen in de combinatie. Naar de toekomst toe willen we ook de basisvakken voor de twee groepen binnen de combinatie met elkaar verbinden. We laten ons begeleiden in het werken met kansrijke combinatiegroepen.
Speciale activiteiten en gebeurtenissenIn het schooljaar 2008-2009 zijn er twee groepen van de ZML school De Kom bij ons in het gebouw gehuisvest. In de afgelopen jaren is er een mooie samenwerking ontstaan onder het motto ‘samen wat kan en apart wat moet’. Activiteiten, die schoolbreed georganiseerd
worden doen we samen. Met dit samenwerkingsproject hebben we de nationale onderwijsprijs gewonnen. We zijn daar trots op. De jury van de Nationale onder-wijsprijs geeft aan: Deze twee scholen zetten een reuzenstap op een terrein waar men meestal slechts met kleine stapjes vordert. Aansprekend is de zeer praktische insteek. Geen hoogdravende idealen vooraf, maar kijken wat er in de praktijk mogelijk is. En dat is veel, want er zijn inmiddels al tientallen gezamen-lijke activiteiten opgezet. Bovendien is er sprake van een win-win situatie. Het leidt niet alleen tot sociale integratie van ZML leerlingen. Ook de leerlingen van De Laak zijn er enorm bij gebaat. De zorgleerlingen door de extra kennis uit het ZML onderwijs, de andere leerlingen doordat zij oog krijgen voor de verschillen tussen kinderen. Lof! We hebben op dat moment een feestje gevierd met de kinderen en ons voorgenomen om een groots feest te vieren in 2014.
Resultaten en opbrengsten
528
530
532
534
536
538
540
542
OndergrensCITO Eindtoetsvergelijkbarescholengroep
BovengrensCITO Eindtoetsvergelijkbarescholengroep
2013-2014
2012-2013
2011-2012
CITO Eindtoets De Laak
0
2
4
6
8
10
12
14
Pro
Basis
Kader
Theorie
Havo
VWO
Uitstroom De Laak
Gymnasium2014
20132012
38 Jaarverslag 2013 - 2014 SPOM
DE OVERSTEEK
Wij zijn supertrots op onze 274 kinderen die samen met de leerkrachten bouwen aan onze vreedzame school “de Oversteek”. Een school die keuzes maakt en zich laat kenmerken door duidelijke concepten zoals vreedzame school, unitwerken en school in de ochtend/school in de middag.
Speciale activiteiten en gebeurtenissenHet pedagogisch klimaat: De school werkt vanuit het concept vreedzame school. Daarbij worden het pesten en de conflicten opgelost via de No Blame-methode. Deze methode is goedgekeurd door de landelijke commissie anti-pestprogramma’s. Het tweede imple-mentatiejaar van de vreedzame school is afgerond en we zijn hier tevreden over.
School in de ochtend: Onderwijs staat voortdurend op de agenda van de leerkrachten en we hebben afgelopen jaar het unitoverleg en het unitwerken geïntroduceerd. Leerkrachten versterken elkaar mits er gekeken kan en durft te worden vanuit verschillende invalshoeken. In unit 5/6 en 7/8 is er op het gebied van technisch lezen en begrijpend lezen gewerkt met unitplannen in plaats van groepsplannen. In unit 3/4 heeft het samenwer-kend lezen geresulteerd in meer betrokkenheid bij de kinderen. In de groepen 1 en 2 wordt doelgericht gewerkt. Over de nieuwe methoden Staal en Taalver-haal.nu zijn we als school erg enthousiast.
School in de middag: Nieuwe vormen van presen-teren en projectmatig werken waarbij de laptops worden ingezet zorgen voor meer betrokkenheid bij de kinderen. Dit is nog lang niet voltooid en we zien dit dan ook als een klein stapje op de weg die we nog verder met elkaar gaan verkennen. Nieuwe mogelijk-heden binnen de technologie zorgen voor meer kansen waarbij we wel nadrukkelijk de balans zoeken tussen digitaal leren enerzijds en natuurlijk leren anderzijds . Kookworkshops, de groene vingers en mindstorms zijn hier voorbeelden van. Dit jaar hebben we met Muzikaal West Maas en Waal en twee kunstprojecten kwaliteits-slagen gemaakt.
Resultaten en opbrengsten
528
530
532
534
536
538
540
542
OndergrensCITO Eindtoetsvergelijkbarescholengroep
BovengrensCITO Eindtoetsvergelijkbarescholengroep
2013-2014
2012-2013
2011-2012
CITO Eindtoets De Oversteek
0
4
8
12
16
20
24
28
Havo
Havo/VWO
VWO
Uitstroom De Oversteek
Gymnasium
20142013
2012
Pro
Basis
Kader
Theorie
Theorie/Havo
SPOM Jaarverslag 2013 - 2014 39
INTERCONFESSIONELE SCHOOL DE KLEURENCIRKEL
Basisschool De Kleurencirkel is een kleine wijkschool in Druten-Zuid.De pedagogisch-didactische grondslag is gebaseerd op onze slogan: eenheid in diversiteit - diversiteit in eenheid. Wij willen een voorbeeld zijn voor onze leerlingen als het gaat om ‘pedagogisch optimisme’. Dit willen we zelf uitstralen en overbrengen op de leerlingen die de bron zijn van dit uitgangspunt. Dit uitgangspunt is duurzaam en we weten dat we samen met de ouders blijven werken aan de sleutel tot succes: een gezamenlijk gedragen pedagogisch klimaat.De school bekent en geeft kleur aan: cultuur, kwaliteit, identiteit, samenwerking en het onderwijsconcept. We hebben een visie die uitgaat van ‘veelkleurigheid’. We zijn een laagdrempelige organisatie. Al jaren zijn er binnen ons gebouw een aantal partners actief: Peuterspeelzaal De Biebelebons met de VVE- priet-praatgroepen, ROC- volwasseneducatie en kinderfy-siotherapie. Het team van Bs. De Kleurencirkel bestaat uit spontane ’Spommers’. Het team is erg flexibel als het gaat om een gezamenlijke inspanning. We leren en werken samen.Wij zijn een krimpschool. Volgend jaar hopen we het punt van stabiliteit te bereiken. We werken dan ook aan die nabije toekomst. We hebben een nieuw passend onderwijskundig concept ontworpen voor de leeftijdsgroep 0-13 jarigen. We zijn op weg naar een IKC
binnen een Multi- Functionele- Accommodatie voor Druten-Zuid, gebaseerd op het TOM-organisatiemodel; Team Onderwijs op Maat. Als het concept is ‘gekaderd’ gaat de architect aan het werk om het gebouw passend in te richten. Het komend schooljaar gaan we aan de slag met dit nieuwe concept. We hopen het nieuwe gebouw een jaar later te betrekken.
Speciale activiteiten en gebeurtenissenWe werken sinds drie jaar aan de 1-zorgroute, waarmee het onderwijs passend wordt gemaakt aan de onderwijsbehoeften van alle leerlingen. De kern van de cyclus is handelingsgericht werken met groeps-plannen. De zorgroute wordt toegepast op technisch lezen (beginnende geletterdheid, aanvankelijk en voortgezet technisch lezen) en spelling. De route voor rekenen is geïntroduceerd in samenwerking met het team van ’t Geerke. Een samenwerking die vaste gestalte krijgt. We denken dan ook aan de mogelijk-heden die samenwerking biedt. Leren met en van elkaar.Samen met wijkcentrum De Doorkijk, de wijkraad en De Groene Moskee (toekomstige partners in ’t MFA Druten- Zuid) organiseren we allerlei activiteiten als burendag, koken voor ouderen, pannakooi voetbal, koningsmarkt etc. Dit laat zien dat wij onderdeel zijn van de wijk Druten- Zuid.
Resultaten en opbrengsten
520
522
524
526
528
530
532
534
OndergrensCITO Eindtoetsvergelijkbarescholengroep
BovengrensCITO Eindtoetsvergelijkbarescholengroep
2013-2014
2012-2013
2011-2012
CITO Eindtoets De Kleurencirkel
0
2
4
6
8
10
12
14
Pro
Basis
Kader
Theorie
Havo
VWO
Uitstroom De Kleurencirkel
Gymnasium2014
20132012
40 Jaarverslag 2013 - 2014 SPOM
OBS. DE WIJZER
Openbare basisschool De Wijzer is een kleine school met 135 leerlingen in Beneden-Leeuwen. Het is de enige openbare basisschool in de gemeente West Maas&Waal en heeft daarmee een regionale functie. De populatie van onze leerlingen vormt een afspie-geling van de bevolking in Beneden-Leeuwen en wij hechten veel belang aan die diversiteit.
We vinden het waardevol dat kinderen al op jonge leeftijd van en met elkaar leren en we dagen onze leerlingen uit om hun persoonlijke mogelijkheden maximaal te ontwikkelen. We leggen een goede basis voor de vakken taal, lezen en rekenen en we vullen de gereedschapskist van elk kind daarnaast met andere kennisgebieden en vaardigheden om zo goed mogelijk te kunnen functioneren in de toekomstige maatschappij. Leerlingen van allochtone afkomst krijgen speciale begeleiding om zo snel en goed mogelijk Nederlands te leren. Naast het begeleiden van leerlingen die zorg nodig hebben, besteden we in de plusgroep ook veel aandacht aan kinderen die uitdaging nodig hebben. Coöperatief leren heeft een structurele plaats in ons onderwijs. Verschillen mogen er zijn en zijn zichtbaar in het onderwijs. Er is een veilige omgeving waarin kinderen zich thuis voelen en zich gewaardeerd voelen. Succeservaringen opdoen is belangrijk; zowel in de klas als met de totale school worden ervaringen gedeeld en gevierd.
Speciale activiteiten en gebeurtenissenSinds 2013 hebben we structureel Rots & Water in alle groepen ingevoerd. Daarmee willen we kinderen helpen zich bewust te worden van hun innerlijke mogelijkheden en hen ondersteunen bij het ontwik-kelen van hun individuele vermogens en kwaliteiten. Hierbij gaat het niet alleen om ontwikkelen en stimu-leren van intellectuele capaciteiten, maar ook om het vermogen tot zorgzaamheid en empathie. Ieder mens moet als individu tot zijn recht kunnen komen, maar ook tot samenwerking met anderen gestimuleerd worden. Sinds januari 2014 werken we met het International Primary Curriculum (IPC), waarbij het vooral gaat om vaardigheden waarmee kinderen leren om zelfstandig kennis te verwerven, zoals kritisch denken, problee-moplossend vermogen, communicatie, initiatief nemen en zelfsturing. Hierbij proberen we een omgeving te creëren waarbinnen kinderen betekenisvol kunnen leren.Sinds augustus 2014 is peuterspeelzaal ’De Zonnepit’ in onze school gehuisvest.
Resultaten en opbrengsten
528
530
532
534
536
538
540
542
OndergrensCITO Eindtoetsvergelijkbarescholengroep
BovengrensCITO Eindtoetsvergelijkbarescholengroep
2013-2014
2012-2013
2011-2012
CITO Eindtoets De Wijzer
0
1
2
3
4
5
6
7
Pro
Basis
Kader
Theorie
Havo
VWO
Uitstroom De Wijzer
Gymnasium2014
20132012
SPOM Jaarverslag 2013 - 2014 41
OBS. DE APPELHOF
Openbare basisschool De Appelhof neemt al bijna dertig jaar een belangrijke positie in Druten in. Mede doordat het de enige basisschool voor openbaar onder-wijs is in deze gemeente, maar ook doordat het onder-wijs op een hoog niveau staat. Vanuit onze missie heeft de school een mission statement geformuleerd: “Leren doe je samen.” De belangrijkste ambities die hieruit voortvloeien zijn onder andere:• Vanuit de autonomie van het leren van leerlingen
willen we de vakken taal en rekenen meer en meer aanbieden vanuit niveaugroepen. Het structureren van ons aanbod in deze basisvakken zal gebeuren via de nieuwste inzichten, methodieken en methodes.
• Onze opbrengsten moeten in de pas lopen met scholen van dezelfde achtergrond. Via een systema-tische aanpak van het bespreken van de resultaten en de daaruit voortvloeiende interventies verbeteren we de opbrengsten.
• We gaan kritisch om met toetsen en testen en zetten het gebruik hiervan zodanig in dat dit recht doet aan de missie en visie van de school.
• Invoering van het International Primary Curriculum (IPC). In het schoolseizoen 2014-2015 wordt de invoe-ring geëffectueerd. Op deze wijze speelt de school in op het ontwikkelen van vaardigheden die leerlingen nodig hebben om goed te kunnen functioneren in de 21e eeuw.
• We streven er nadrukkelijk naar om talenten van kinderen te ontwikkelen en in te zetten voor de school. We zullen ook de talenten van de ouders meer en meer gebruiken, om ook het partnerschap met ouders te stimuleren.
Speciale activiteiten en gebeurtenissen• Invoering van de technisch leesmethode “Estafette”.• Uitbouw van leerkrachtvaardigheden via het IGDI-
model en “ Teach, like a champion” • Participatie in het internationale Comeniusproject
“ Waste”. De Appelhof gaat bewust contacten aan met andere scholen in Europa en daarbuiten. In het schooljaar 2013-2014 is het internationaliseringspro-ject gestart met scholen in Polen, Hongarije, Tsje-chië, Zweden en Portugal. De vakken burgerschap en Engels worden hierdoor in een betekenisvolle context aangeboden. Er vonden 3 leerkracht- en leer-lingenuitwisselingen plaats.
• Voorbereidingsactiviteiten en proefproject voor het invoeren van het IPC in het schooljaar 2014-2015.
• In het kader van burgerschap maakt De Appelhof wederom gebruik van een leerlingenraad.
Resultaten en opbrengsten
528
530
532
534
536
538
540
542
OndergrensCITO Eindtoetsvergelijkbarescholengroep
BovengrensCITO Eindtoetsvergelijkbarescholengroep
2013-2014
2012-2013
2011-2012
CITO Eindtoets De Appelhof
0
5
10
15
20
25
30
35
Pro
Basis
Kader
Theorie
Havo
VWO
Uitstroom De Appelhof
Gymnasium2014
20132012
42 Jaarverslag 2013 - 2014 SPOM
SBO. DE DIJK
De Dijk is een speciale school voor basisonderwijs (Sbo-school), bedoeld voor kinderen die extra hulp en aandacht nodig hebben bij hun ontwikkeling: bij leren, spelen en werken. Wij willen het maximale uit elk kind halen, waarbij we rekening houden met de (on)mogelijkheden, de ontwikkeling en draagkracht van elk kind. We willen een goede basis meegeven en zetten daarom sterk in op lezen, taal, rekenen en spelling. Daarnaast schenken we veel aandacht aan leren samen spelen, samen werken en samen leven. Het team werkt hard aan een veilige schoolsfeer, waar kinderen met plezier resultaten kunnen behalen en waar leerkrachten en kinderen gemotiveerd werken.Sbo. De Dijk brengt passend onderwijs in de klas. Binnen de basisvakken werken we met niveaugroepen om aan de didactische onderwijsbehoefte tegemoet te komen. We kijken naar wat de leerling nodig heeft en elke leerling krijgt die vorm van onderwijs die het beste bij zijn of haar talenten en beperkingen past. Onze school werkt met het ontwikkelingsperspectief, wat een goede basis is voor het passende onderwijs per leerling.We zijn gestart met het observatiesysteem ‘Zien’, waarmee we de sociaal emotionele ontwikkeling bij de kinderen volgen. Het systeem ondersteunt ons bij het kiezen voor gerichte acties om ontwikkeling op dat terrein te bevorderen. We zullen dit observatie-systeem de komende jaren verder implementeren. We zijn een school die kinderen wil leiden en begeleiden naar het voor hen gestelde doel, wetend dat de weg naar het doel moeilijk kan zijn en het doel niet altijd haalbaar, maar waar wij met inzet en met hart voor ‘onze’ kinderen werken - net zoals een dijk ook echt mensenwerk is.
Speciale activiteiten en gebeurtenissenGedurende schooljaar 2013-2014 is er veel aandacht geweest voor handelingsgericht rekenen. We hebben het meerjarentraject met Marant voor rekenen toege-spitst op het kiezen van een nieuwe methode. Tijdens een studiedag hebben we ons verdiept in de spellings-didactiek en de nieuwe inzichten hebben we verwerkt in de door ons gebruikte methode.In het kader van passend onderwijs hebben we een schoolondersteuningsprofiel gemaakt waarin we onze sterke en minder sterke kanten benoemd hebben. Naar de toekomst kijkend hebben we bepaald waar we op in willen zetten. Een mooie uitdaging voor ons als school: hoe kunnen we het verschil maken voor kinderen die dat nodig hebben binnen SPOM en het ondersteuningsplatform?
Het aanbod van JRK naar OB1 en OB2 is op elkaar afgestemd. In alle groepen wordt gedifferentieerd in twee niveaus. Dit proces hebben we ondersteund met groepsbezoeken en we gaan dit borgen. Binnen de JRK wordt gewerkt met leeshoeken en boekenkringen. Deze werkwijze zetten we voort in OB 1.Drie groepen van De Dijk hebben meegedaan aan de kinderkunstprijs Maas & Waal. Middenbouw 1 won met de opdracht ‘portretten maken van de ander’ de hoofd-prijs van € 200,-. Samen met de andere twee groepen op De Dijk, die meegedaan hebben, zijn ze naar een workshop geweest van Toon van Gelder.
Resultaten en opbrengsten
0
3
6
9
12
15
18
21
Pro
Basis
Kader
Theorie
Havo
VWO
Uitstroom De Dijk
Gymnasium2014
20132012
SPOM Jaarverslag 2013 - 2014 43
Partners in leren voor nu en de toekomst
44 Jaarverslag 2013 - 2014 SPOM
COLOFON
Dit document is een uitgave van Stichting SPOM.
Teksten: Elsbeth Teeling en Marius Peters
Foto’s: Tine Bernts
Grafische verzorging: Wimzelf