Preventieve vrijwaring van het concurrentievermogen (1996)

Tomas Wyns, tomas.wyns@vub.ac.be

Federaal Parlement 20 Maart 2015

The Bigger Picture

Data

102.7

143

130

149.5

173.1

86.6Bruto binnenlandse

energie consumptie gede

eld

door BBP in 2013

(kg olie eq. per 1000 EUR

)

Bron: Eurostat

Belgische Energie-intensiteit

Evolutie

tussen

2005 en

2013

+14% +18% +13% +6% +16%

Bron: Eurostat

Of Energie-productiviteit

Nieuw!

Energie-consumptie

Bron: Eurostat 2015

Energie afhankelijkheid

Energie intensieve industrie:

• Dalend verbruik door minder activiteit (e.g. staal)

• Efficient gebruik van energie (benchmarks)

• Maar(!) nieuw productie elders in de wereld vaakefficienter (e.g. olie-staten, Indië, China, Brazilië)

Wegtransport:

• Stijgend verbruik

• Degelijke economisch toegevoegde waarde(discussie)?

• Hoge externe kosten (lucht + files) en infrastructuurkosten

Enkele relevante factoren

Sterke geografische afhankelijkheid

zeldzame aardmetalen + export restricties (e.g China)

Belangrijk voor nieuwe economie:

High-tech, hernieuwbare E, E-voertuigen

Beleid

Europa 2020: België

Bron: Eurostat

The Bigger Picture“Preventieve vrijwaring van het concurrentievermogen”

Ook industriële niet loon-gerelateerde kost-competitiveit

én productitiveit zijn belangrijk (OESO 2015)

• Verhoogde productiviteit volgt (deels) uit O&O

[ondersteuning]

• Verbreding productiviteit-definitie nodig: niet enkel arbeids-

productiviteit maar ook energie, grondstoffen, kapitaal, ...

• nood aan een “Verlicht” economisch beleid dat link legt

tussen energie-, grondstoffen-, innovatie- en industrie-beleid

• Doel: Belgisch concurrentievermogen “structureel”

verbeteren (i.p.v. ad hoc benadering wet ‘96)

voorbeeld

voorbeelden

Hisarana (Tata Steel (NL))

Trimet Aluminium (D) The Enterpreneurial State

Mariana Mazzucato

• Sterker inzetten op O&O inclusief toegepast onderzoek en

samenwerking industrie. Doelgericht: hogere productiviteit,

lagere energie- en grondstoffen-afhankelijkheid. STEM skills

aanscherpen.

• Aantrekken nieuwe “toekomstgerichte” industriële

investeringen: hervorming vennootschapbelasting (notionele

interest vr fysieke (low-carbon) investeringen/innovatie)

• Toegang tot kapitaal voor investeringen faciliteren (e.g. ECB

QE zou moeten leiden tot vers kapitaal voor “echte”

economie)

• (Dringend) werk maken van energie- en industriële low-

carbon transitie-visie + uitvoering (e.g. Duitse Energiewende)

(mogelijke)Beleidsvoorstellen

(mogelijke)Beleidsvoorstellen

Bredere en structurele analyse van concurrentievermogen (e.g.

aanpassing wet van ‘96):

• Energie/grondstof-efficientie industrie/sectoren ten opzichte

van global best practice (benchmark) en buurlanden

• Opnemen van parameters gerelateerd aan verbetering

productiviteit (e.g. publiek/private O&O)

• (STEM) Skills-mismatch

• Andere relevante elementen: e.g. Europa 2020 doelstellingen

Industriële transformatie wordt moeilijk bij te ver doorgedreven austeriteit (!)

“Innovation distinguishes between a leader and a follower”

Steve Jobs

Tomas Wyns, tomas.wyns@vub.ac.be

Dank U