Upload
cvo-ssh
View
594
Download
4
Embed Size (px)
DESCRIPTION
hulpverlening voor graduaat orthopedagogie
Citation preview
Rudy Nijs
2012-2013 1
Inleiding Deel 1: Hulpverleningsproces Deel 2: Diagnose en rapportage Deel 3: Sociale kaart
2012-2013 2
Die wilt komen in myn’ ZaelenMag niemands Gebrek verhaelen
2012-2013 3
1. Omgaan met informatie2. Juridisch kader3. Hulpverleningsrelatie4. Een relatie tussen mensen
2012-2013 4
1.1. Verzamelen van informatie1.2. Doorverwijzen naar
2012-2013 5
Verzamelen Analyseren Bespreken Doorgeven
◦ Cliënten◦ Andere betrokkenen◦ Professionelen
2012-2013 6
Op basis van de verzamelde informatie kan men de cliënt doorverwijzen naar een aangepaste hulpverleningsvorm (= kennis en gebruik van de sociale kaart)
2012-2013 7
Wet op het beroepsgeheim Wet op het schuldig verzuim
2012-2013 8
3.1. Wat 3.2. Kenmerken
2012-2013 9
Een hulpverleningsrelatie ontstaat op het moment dat iemand een probleem heeft dat hij (alleen of samen met zijn onmiddellijke omgeving) niet meer kan oplossen.
Er is dus andere (professionele) hulp nodig
2012-2013 10
Ongelijkheid / afhankelijkheid Intimiteit Vertrouwen geven en krijgen Een begin en een einde
2012-2013 11
In de hulpverlening gaat het altijd over een relatie tussen mensen. Het is daarom belangrijk dat we als hulpverlener voldoende kennis hebben over de mens in al zijn facetten
Elke mens bestaat uit verschillende ‘onderdelen’. Aan elk onderdeel zijn mogelijkheden en beperkingen verbonden.
2012-2013 12
Lichaam• Motorisch• Hersenen
Mogelijkheden en vaardigheden• Cognitief• Emotioneel• Sociaal• motivatie
Voorgeschiedenis: elk individu is geen onbeschreven blad. Men heeft een voorgeschiedenis met positieve en negatieve gebeurtenissen
Veerkracht
2012-2013 13
Materiële context: ◦ Huisvesting: woning, buurt, …◦ Financieel : administratief
Sociale context:◦ Gezin, partner, alleenstaand◦ Breder netwerk: familie, vrienden, …
Maatschappelijke context: de Westerse maatschappij
2012-2013 14
De persoonlijkheid van de mens is moeilijk te definiëren.
Het is het resultaat van de interactie van de verschillende onderdelen van de mens met zijn context
Is de wijze waarop de mens zich presenteert aan en gepercipieerd wordt door de anderen
2012-2013 15
5. Probleem - hulpvraag6. Probleemanalyse = diagnose7. Antwoord = aanbod
2012-2013 16
5.1. Wat5.2. Oorzaken5.3. Betrokkenen5.4. Probleemontwikkeling
2012-2013 17
In de orthopedagogische hulpverlening hebben we te maken met hulpvragen vertrekkend van een opvoedings- of begeleidingsprobleem.
Deze problemen verstoren het gewone levenspatroon van de betrokkenen
2012-2013 18
We zien verschillende oorzaken: Objectieve:
◦ Een aangeboren handicap◦ Een niet aangeboren handicap (NAH)
Subjectieve: het gaat hier over de beleving door de betrokkenen:◦ Beleving van een objectief probleem◦ Beleving van een andere situatie (zonder een
aantoonbare oorzaak)
2012-2013 19
Hulpvrager◦ Rechtstreeks
Cliënt Cliëntsysteem
◦ Onrechtstreeks Verwijzende/plaatsende instantie Andere (school, werk,…
Hulpverlener◦ Organisatie met professionele/vrijwillige
medewerkers◦ Zelfstandige hulpverleners
2012-2013 20
Begin van een probleem:◦ Acuut: vb. de geboorte van een kind met een
handicap◦ Chronisch: een opvoedingsprobleem, een verslaving◦ Tussenvormen
Een probleemaanvoelen ontwikkelt in fasen:◦ In een eerste fase gebeurt dit meestal zonder dat de
hulpverlening formeel betrokken wordt◦ In een volgende fase wordt de professionele
hulpverlening geconsulteerd◦ Nadien blijft een goede samenwerking tussen het
netwerk en de professionele hulpverlening belangrijk
2012-2013 21
Fase 1: Ik heb een probleem of anderen vinden dat ik een probleem heb: motivatie om het probleem aan te pakken
Fase 2: waar kan ik terecht: sociale kaart Fase 3: probleemanalyse: eerste diagnose Fase 4: doorverwijzing naar een concrete
organisatie
2012-2013 22
Vlaams agentschap voor personen met een handicap (vroegere Vlaams Fonds)
Bijzondere Jeugdbijstand Psychiatrische hulpverlening Algemeen Welzijnswerk Kind en Gezin OCMW …
2012-2013 23
Ambulant Dagcentrum / semiresidentieel Residentieel Andere…
2012-2013 24
In de concrete organisatie zal er gewerkt worden aan een planmatig en methodisch antwoord voor het aangemelde probleem◦ Start van de hulpverlening:
aanmelding kennismaking Intake: eerste diagnose
◦ Diagnostisch proces: concretiseren van de hulpvraag◦ Planning: bepalen van doelstellingen en middelen◦ Uitvoering◦ Evaluatie en nieuwe diagnose◦ Nieuwe planning en uitvoering
…
2012-2013 25
8. Orthopedagogische diagnose 9. Wie werkt mee aan de diagnose 10. Hulpmiddelen 11. wet op het beroepsgeheim 12. Observatie en interpretatie 13. Rapportage
2012-2013 26
8.1. Wat loopt er fout 8.2. Het gaat over een interactioneel en
dynamisch proces
2012-2013 27
In de ortho(ped)agogische hulpverlening gaat het om probleemsituaties die te maken hebben met opvoeding en begeleiding. Het betekent dat het opvoedings - of begeleidingsproces omwille van bepaalde redenen verstoord is
2012-2013 28
In een pedagogische situatie hebben we te maken met drie factoren:◦ Kindfactoren *◦ Ouderfactoren **◦ Contextfactoren ***
2012-2013 29
Biologisch – constitutionele eigenschappen Intelligentie Temperament Handicaps Eigenaardigheden …
2012-2013 30
Biologisch – constitutionele eigenschappen Intelligentie Temperament Handicaps Eigenaardigheden Vaardigheden Opvoedingsgeschiedenis Leefsituatie (relationeel, financieel,…) …
2012-2013 31
Ondersteuning door familie, vrienden,… (informele netwerken)
Woonsituatie (huisvesting, buurt, …) Algemeen aanbod in de omgeving van het
gezin (onderwijs, vrije tijd, gezondheid,…) …
2012-2013 32
We spreken van een pedagogische risicosituatie als de drie factoren negatief op mekaar inspelen en versterken ◦ Een alleenstaande, werkloze moeder met een kind
met zware eetproblemen in een achteruitgestelde buurt
◦ Een koppel met twee kinderen. Beide ouders hebben werk maar ook voldoende tijd voor hun kinderen. Ze wonen in een groene, kinderrijke buurt met een groot aanbod van speelmogelijkheden.
2012-2013 33
Het zelfregulerend mechanisme van de opvoeding betekent dat er in de meeste risicosituaties toch nog voldoende krachten zijn die een positieve invloed kunnen hebben op de opvoeding. We noemen dit de protectieve factoren
De belangrijkste protectieve factoren zitten in het netwerk rond het gezin
In de hulpverlening is het de bedoeling om deze protectieve factoren te versterken
2012-2013 34
Interactioneel: het gaat over de relaties of interacties tussen mensen. Deze interacties zijn dusdanig verstoord dat extra ondersteuning nodig is
Dynamisch: dit betekent dat de probleemsituatie een fasisch verloop kent:◦ Ontwikkeling van de betrokkenen◦ Evolutie in de beleving◦ Niet gestroomlijnd◦ …
2012-2013 35
In functie van de specifieke probleemsituatie kunnen meerdere disciplines bij de diagnose (en de verdere hulpverlening) betrokken worden:◦ Opvoeder/begeleider◦ Orthopedagoog / psycholoog◦ Artsen ◦ Paramedici (kiné, logo, ergo)◦ Maatschappelijk werkers◦ …
2012-2013 36
Ook de gebruikte hulpmiddelen variëren naargelang het aangemelde probleem. Enkele voorbeelden:◦ Opvoeder/begeleider: observatie, gesprekken,
activiteiten,…◦ Orthopedagoog / psycholoog: psychodiagnostische
testen, observatie, gesprekken,…◦ Artsen: medische diagnostische hulpmiddelen,…◦ Paramedici (kiné, logo, ergo): technische
hulpmiddelen,observatie, activiteiten,…◦ Maatschappelijk werkers: gesprekken,observatie,…◦ …
2012-2013 37
11.1. Wat 11.2. Het verzamelen van gegevens 11.3. Het doorgeven van gegevens 11.4. De wet op het schuldig verzuim
2012-2013 38
De wet op het beroepsgeheim beschermt iedereen tegen het ‘zomaar’ verzamelen van allerlei informatie over de persoon in kwestie: recht op de bescherming van de persoonlijke levenssfeer van burgers
Drie belangrijke aspecten◦ No invasion (binnendringen) of the privacy: niet
binnendringen in de persoonlijke levenssfeer◦ No divulgation (onthullen) of the privacy: niet
bekendmaken van het privéleven aan derden◦ Need to know en nice to know
2012-2013 39
In functie van het hulpverleningsproces worden door de hulpverlener van bij de start en in de loop van de hulpverlening gegevens verzameld over de hulpvrager (en zijn omgeving)
2012-2013 40
Gerechtvaardigde doelstellingen Niet meer dan nodig Kwaliteit van de gegevens Beveiliging van de gegevens
2012-2013 41
Op voorhand op de hoogte Expliciete of impliciete toestemming Toegang tot de verzamelde gegevens Onjuiste gegevens moeten worden
verbeterd Klachtenrecht
2012-2013 42
Algemeen gekende Geheime
◦ Gevoelige gegevens (politieke overtuiging, seksuele geaardheid,…)
◦ Gezondheidsgegevens (gezondheidstoestand van de persoon)
◦ Gerechtelijke gegevens (verdenkingen, veroordelingen,…
In de hulpverlening verzamelen we gegevens van de cliënt (algemeen gekende, geheime en voor de cliënt vertrouwelijke informatie) maar in veel situaties verzamelen we ook gegevens van betrokken derden:◦ Gezin en familie◦ (residentieel): groepsgenoten◦ Derden
2012-2013 43
Soms krijgen we gegevens zonder dat we dit willen of strikt gezien mogen (familie, buren, werkgever, …)◦ Irrelevante informatie (roddel)◦ Belangrijke informatie
2012-2013 44
Het betreft hier informatie die wordt opgevraagd door derden
2012-2013 45
Het principe is dat we geen informatie over de cliënt(systeem) doorgeven aan derden, waarmee we geen professionele relatie hebben
Wat met: ◦ Onmiddellijk betrokkenen (partner, ouders,
kinderen…◦ School / werk
2012-2013 46
Over welke gegevens gaat het ?◦ Individuele cliënt◦ Gezins-/groepsgegevens
Interne en externe samenwerking: afhankelijkheid, gezamenlijke verantwoordelijkheid, bezorgdheid
Erkenning en subsidiëring door de overheid: hoever mag controle gaan ?
2012-2013 47
Algemeen: iedereen is verplicht op hulp te bieden aan personen in nood
Voor de hulpverlener geldt dit in grotere mate omwille van zijn professionele deskundigheid
In een aantal gevallen weegt de wet op het schuldig verzuim zwaarder door dan de wet op het beroepsgeheim (= is bijna altijd een persoonlijke inschatting van de hulpverlener)
De betrokken hulpverlener moet zich kunnen verantwoorden over de geboden hulp (ook als hij oordeelt dat hij beter niets doet)
Indien hij andere diensten inschakelt moet hij dit ook opvolgen
Het team is een belangrijke ondersteuningsfactor
2012-2013 48
12.1. Observatie 12.2. Interpretatie
2012-2013 49
12.1.1. Wat 12.1.2. Verschillende vormen
2012-2013 50
In een diagnostisch proces probeert men zich een beeld te vormen over de cliënt
Observatie is het verzamelen van gegevens via onze zintuigen:◦ Ogen: zien, kijken◦ Oren: horen, luisteren◦ Huid: voelen◦ Neus: ruiken◦ Tong: smaken
2012-2013 51
Algemeen: men moet zoveel de eigen invulling vermijden = objectieve observatie
Participerende observatie Vrije observatie Situationele observatie Gerichte: a.d.h.v. observatieschema’s Met hulpmiddelen (geluidsopname, video,
…)
2012-2013 52
Inzicht in het functioneren van de cliënt Probleeminzicht: vb. Hoe ontwikkelt zich
probleemgedrag ? Men observeert het gedrag en zoekt naar constanten: begin van het gedrag, verloop van de gedragsketens, positieve beïnvloedingsfactoren,…
Interacties binnen een gezin: men observeert de wijze waarop gezinsleden met elkaar communiceren en interageren in functie van een aangepaste gezinsbegeleiding
Kindermishandeling en –verwaarlozing: men observeert in een gezin wat er aan risicofactoren is. Welke verschillende signalen zijn er te zien in functie van een aangepast optreden
De context van de cliënt
2012-2013 53
12.2.1. Wat 12.2.2. Bepalende invloeden
2012-2013 54
Interpreteren is het groeperen van observaties en het geven van een betekenis aan deze groepen. Als we nadien eenzelfde groep zien zullen aan deze groep eenzelfde betekenis geven.
Voorbeelden van een dergelijke groep van observaties: ◦ Die man is depressief◦ Dat is een koppig kind◦ Die vrouw is goed gezind
2012-2013 55
De individualiteit van de perceptie * De werkomgeving **
2012-2013 56
Dominantie van bepaalde zintuigen Eigen ervaringen / voorgeschiedenis Individuele trauma’s Opgebouwde constructen Waarden- en normenpatroon …
2012-2013 57
Werkvorm: ambulant - residentieel Ervaringen van collega’s Invloed van de doelgroep / problematiek Gehanteerde denkkaders …
2012-2013 58
13.1. Definitie 13.2. Doelstellingen van rapportage 13.3. Verschillende vormen van rapportage
2012-2013 59
Rapportage is het op systematische wijze doorgeven van verzamelde gegevens. Deze gegevens kunnen zowel over dingen, gebeurtenissen, mensen, … gaan. De gegevens worden doorgegeven via de taal (mondeling of geschreven)
2012-2013 60
Het opslaan van de verzamelde informatie Het analyseren van het verloop van de
hulpverlening Doorgeven van de informatie Het samenstellen van een dossier Het beschermen van jezelf als hulpverlener
2012-2013 61
◦ De cliënt (het cliëntsysteem): het kan belangrijk zijn dat de informatie die verzameld is wordt doorgegeven aan en besproken met de cliënt. We spreken dan van cliëntgerichte rapportage.
◦ Collega’s van het eigen team of de organisatie: intern gebruik
◦ Hulpverleners van andere organisaties waarmee wordt samengewerkt in functie van de hulpverlening: extern gebruik
◦ De overheid◦ …
2012-2013 62
◦ Het dossier blijft in de eigen organisatie en is alleen toegankelijk voor hulpverleners van deze organisatie: intern gebruik
◦ Het dossier moet worden gedeeld met of opgestuurd naar hulpverleners van andere organisaties: extern gebruik
◦ Het dossier is al dan niet toegankelijk voor de cliënt. Deze toegankelijkheid kan zowel rechtstreeks (de cliënt kan altijd in zijn dossier zonder tussenwegen) of onrechtstreeks zijn, de cliënt krijgt zelf geen inzage maar moet via een derde gaan.
2012-2013 63
Formeel – informeel Mondeling – schriftelijk Hulpverleningsgericht – persoonsgericht Hulpverlenersgericht - cliëntgericht Zakelijk – persoonlijk …
2012-2013 64
Persoonlijke nota’s Logboeken Handelingsplan Evolutiebespreking Kindbespreking Gezinsbespreking Jaarverslag …
2012-2013 65
14. Algemeen 15. Vlaams Agentschap voor personen met een
handicap16. Bijzondere Jeugdbijstand17. Psychiatrische hulpverlening18. Algemeen Welzijnswerk 19. Kind en Gezin20. OCMW
2012-2013 66
14.1. Doelgroepen en sectoren14.2. Leeftijd14.3. Gedwongen – vrijwillig14.4. Hulpverlenend – repressief14.5. Werkvormen14.6. Methodisch aanbod14.7. Verschillende niveaus14.8. Toegangspoorten14.9. Wachtlijsten
2012-2013 67
Een doelgroep is een groep mensen met hetzelfde probleem
Een sector is een maatschappelijke structuur die een antwoord probeert te geven aan groepen van mensen met eenzelfde probleem
Het hulpverleningsaanbod in Vlaanderen is onderverdeeld in verschillende sectoren
2012-2013 68
Sommige hulpverleningsvormen zijn voorbehouden voor bepaalde leeftijdsgroepen
2012-2013 69
Gedwongen: men ontneemt geheel of gedeeltelijk de verantwoordelijkheid van de cliënt
Vrijwillig: men laat de verantwoordelijkheid grotendeels bij de cliënt
2012-2013 70
Geheel◦ Gedwongen verpleging◦ Plaatsing door de jeugdrechtbank
Gedeeltelijk◦ Voorlopige bewindvoering◦ Bepaalde maatregelen van de jeugdrechtbank
2012-2013 71
Alle hulpverlening georganiseerd door het Vlaams Agentschap
Comité voor bijzondere jeugdbijstand Vrijwillige opnames in psychiatrie …
2012-2013 72
Hulpverlenend: een bepaalde situatie wordt aangepakt als een hulpvraag (probleemsituatie) van de cliënt / het cliëntsysteem. De cliënt moet worden geholpen
Repressief: er wordt vertrokken vanuit het feit dat de maatschappij recht heeft op bescherming tegen sommigen van haar leden. Er wordt gesanctioneerd
2012-2013 73
De hulpverlening gebeurt in verschillende werkvormen:◦ Ambulant◦ Dagcentrum / semi-residentieel◦ Residentieel◦ Pleeggezinnen◦ Project◦ …
2012-2013 74
Bij deze indeling vertrekt men van de vraag van de cliënt en men zoekt naar die organisatie die het beste methodisch onderbouwde antwoord biedt aan het probleem:◦ Gezinsbegeleiding◦ Groepswerk◦ Individuele therapie◦ Schoolbegeleiding◦ Individuele begeleiding◦ Administratieve ondersteuning◦ Ontwikkelingsstimulering◦ …
2012-2013 75
Federaal: ◦ Psychiatrie◦ Justitie
Vlaams◦ Vlaams agentschap◦ Algemeen Welzijnswerk
Gemeentelijk◦ ocmw
2012-2013 76
De subsidiërende overheid wil controle houden over het (rechtmatig) gebruik van haar zorg- en hulpverleningsaanbod. Daarom kan men als cliënt niet zomaar zorg / hulpverlening krijgen. Om zorg / hulpverlening te kunnen krijgen moet men passeren langs een toegangspoort.
Daarnaast heeft de overheid ook in sommige gevallen beperkingen in tijd ingebouwd.
Voorbeelden van sectoren met toegangspoorten◦ Vlaams Agentschap: een multidisciplinair verslag dat
wordt besproken op de provinciale evaluatiecommissie◦ Bijzondere Jeugdzorg: een hulpverleningsprogramma dat
wordt opgesteld door de consulent van de sociale dienst
2012-2013 77
In de verschillende sectoren is er een groei in het aantal zorgvragen. Dit heeft tot gevolg dat er (soms erg lange) wachtlijsten zijn
De lengte van de wachtlijst hangt af van de zwaarte van de zorgvraag maar ook van de aard van de hanicap
De problematiek van deze wachtlijsten zijn ook een belangrijk maatschappelijk / politiek item geworden
2012-2013 78
Emancipatie Gezins- / netwerkgericht Subsidiariteitsbginsel Hulp op maat
2012-2013 79
Dit principe betekent dat de versterking (empowerment) van het opnemen van de eigen verantwoordelijkheid door de cliënt of het cliëntsysteem het uitgangspunt is van de hulpverlening.
Emancipatie staat hier tegenover een betuttelende hulpverlening
2012-2013 80
Bij dit begeleidingsprincipe wordt er uitgegaan van het feit dat de problemen best worden aangepakt binnen de gezinscontext.
Men probeert in de verschillende sectoren het gezin en het bredere netwerk zoveel mogelijk te betrekken bij de hulpverlening
Bij tegengestelde belangen kiezen we altijd voor het kind (= de eerste cliënt)
2012-2013 81
Zo licht mogelijk – minst ingrijpend Zo kort mogelijk Zo dicht mogelijk Zo vrijwillig mogelijk Soms is het echter wel nodig om
onmiddellijk een vrij ingrijpende maatregel te treffen (in duidelijke gevallen van kindermishandeling)
2012-2013 82
Meer en meer wordt de hulp zoveel mogelijk aangeboden op maat van de cliënt
Vraaggestuurd tegen aanbodgestuurd De hulpverlening wordt onderverdeeld in
een aantal modules dia aan de cliënt worden aangeboden
2012-2013 83
15.1. Wat15.2. Definitie van handicap15.3. Taken15.4. Doelgroep15.5. Toegangspoort15.6. Aanbod15.7. Capaciteit15.8. Wachtlijsten15.9. Nieuwe tendensen
2012-2013 84
Vlaams Agentschap voor personen met een handicap.
Deze organisatie organiseert de hulpverlening voor iedereen die een handicap heeft en hulp vraagt.
2012-2013 85
Elke langdurige en belangrijke beperking van de kansen tot sociale integratie van een persoon ten gevolge van een aantasting van de mentale, psychische, lichamelijke of zintuiglijke mogelijkheden
2012-2013 86
Informatie Preventie, detectie en diagnose Inschrijving, opvang, behandeling en
begeleiding (subsidiëren) Arbeidsondersteuning Studie en onderzoek Globale ondersteuning bij de integratie
2012-2013 87
Het decreet op het Vlaams Agentschap geldt voor personen met een handicap die nog geen 65 zijn op het ogenblik dat zij hun inschrijving aanvragen. Personen die echter voor hun 65ste zijn ingeschreven, kunnen achteraf een beroep blijven doen op het Agentschap.
Een tweede voorwaarde is dat men effectief in België verblijft: ofwel ononderbroken tijdens de laatste 5 jaar, ofwel gedurende in totaal 10 jaar in de loop van heel zijn leven. Voor minderjarigen en gelijkgestelden dienen de verblijfsvoorwaarden vervuld te zijn in de persoon van hun wettelijke vertegenwoordiger.
2012-2013 88
Onderzoeksvraag aan een multidisciplinair team (MDT)
Onderzoek door dit MDT Multidisciplinair verslag (MDV) Aanvraag naar het Vlaams Agentschap PEC Erkenning = toelating voor een bepaalde hulp
(met mogelijkheid voor bepaalde combinaties)
Intrede in het zorgaanbod (al dan niet afgebakend in tijd)
2012-2013 89
Ambulant◦ Thuisbegeleiding◦ Zelfstandig wonen◦ Beschermd wonen
Dagcentrum◦ Kinderen◦ volwassenen
Residentieel◦ Instellingen◦ Logeerfunctie
Pleeggezinnen◦ Klassiek◦ WOP
Werkbegeleiding Vrije tijdsbesteding
2012-2013 90
Thuisbegeleiding: via het aanbod van de thuisbegeleidings-diensten probeert men de opvang van het kind met de handicap zo lang mogelijk te begeleiden in het gezin. De belangrijkste doelstellingen zijn gezinsondersteuning en het aanbieden van allerlei vormen van stimulering van de persoon met een handicap◦ Vroegbegeleiding◦ Jongeren- en Volwassenenbegeleiding
Zelfstandig wonen: in deze begeleidingsvorm begeleidt men de persoon met de handicap om hem zo lang mogelijk zelfstandig te laten wonen. Dit gebeurt via de ondersteuning van alle aspecten van het dagelijkse leven◦ Begeleid wonen◦ Beschermd wonen◦ Begeleid zelfstandig wonen
2012-2013 91
Een dagcentrum voor kinderen vangt kinderen op die, omwille van hun handicap niet naar school kunnen gaan
Een dagcentrum voor volwassenen vangt personen op die omwille van hun handicap niet kunnen gaan werken
Doelstellingen:◦ Kwaliteitsvolle opvang◦ Onderzoek en verdere ontwikkeling van de
mogelijkheden (communicatief, sociaal,…)◦ Aanbod van activiteiten◦ Ondersteuning van de ouders◦ …
2012-2013 92
Residentieel = 24 urenopvang Doelstellingen:
◦ Woonfunctie: de belangrijke functies van het leven in een gezin worden overgenomen
◦ Begeleiding van de bewoner en zijn netwerk◦ Logeerfunctie of kortverblijf ◦ …
Vormen:◦ Verschillende handicaps◦ Kinderen en jongeren: MPI of MPC◦ Volwassenen:
Tehuis werkenden Tehuis niet werkenden
2012-2013 93
Voor- en naschoolse opvang en begeleiding van kinderen met een handicap
Deze opvang gebeurt meestal in een erkende residentiële voorziening
2012-2013 94
Klassiek pleeggezin: volledige opvang Steungezin: tijdelijke of beperkte opvang Wonen met Ondersteuning van een
Particulier (WOP)
2012-2013 95
(Semi)residentieel (einde 2006) = 22625◦ Minderjarigen: 8976◦ Meerderjarigen: 13649
Ambulant = 10470◦ Thuisbegeleiding: 5502◦ Begeleid wonen: 2578◦ Zelfstandig wonen: 303◦ Beschermd wonen: 1074◦ Gezinsplaatsing: 1013
2012-2013 96
Alle zorgvragen worden geregistreerd op de centrale registratie zorgvragen (CRZ).
Hoe zwaarder en complexer de zorgvraag hoe langer de wachtlijst
De lengte van de wachtlijst voor sommige handicaps heeft ook te maken met de prijs voor het creëren van een nieuwe plaats (vb. ambulante hulp tegen een plaats in een tehuis voor zwaar zorgbehoevende personen)
2012-2013 97
De zelfbepaling en de waardigheid van de persoon met een handicap zijn de motoren van deze tendensen.
Organisatorisch vertaalt zich dit in nieuwe initiatieven zoals PAB en PGB (Het Persoonlijke-Assistentiebudget (PAB) is een budget dat het Vlaams Agentschap toekent aan personen met een handicap.). Met het PAB-budget kan de persoon met een handicap zélf zijn assistentie organiseren en financieren. Voorbeelden waarvoor het PAB kan worden aangewend: assisteren bij lichamelijke activiteiten, huishoudelijke activiteiten, verplaatsingen,...
Een ander belangrijk principe is het inclusieve denken, waarbij men er van uitgaat dat iedereen dus ook personen met een handicap op een evenwaardige manier moeten kunnen deelnemen aan het maatschappelijk leven
2012-2013 98
16.1. Missie16.2. Wat (Visie)16.3. Kader16.4. Doelgroep16.5. Aanbod of structuur16.6. Comité voor bijzondere jeugdzorg16.7. Bemiddelingscommissie16.8. Jeugdrechtbank en sociale dienst16.9. Voorzieningen16.10. Capaciteit
2012-2013 99
Hulpverlening◦ Voor minderjarigen (en hun gezinnen) in een
problematische opvoedingssituatie◦ Voor minderjarigen (en hun gezinnen) die een als
misdrijf omschreven feit hebben gepleegd Preventie: voorkomen van dergelijke
situaties (toevertrouwd aan het comité voor bijzondere jeugdzorg)
2012-2013 100
Bijzonder:◦ Apart hulpaanbod met een meerwaarde als de
basisvoorzieningen (vb. Kind en Gezin, CLB,…) onvoldoende zijn
◦ Het netwerk biedt onvoldoende ontplooiingskansen
Jeugdzorg: hulpverlening voor jongeren (0 tot 18 jaar) waarbij sprake is van een langdurige en ernstige crisis in de opvoedingssituatie tussen ouders en kinderen
2012-2013 101
Wet op de jeugdbescherming van 1965 Decreten van de Vlaamse Gemeenschap
◦ Scheiding vrijwillige – gedwongen hulpverlening◦ Subsidiariteitsbeginsel◦ Betere rechtspositie van de minderjarigen◦ Grotere differentiatie van het hulpaanbod◦ Gezinsgericht / contextuele benadering
Internationaal verdrag inzake kinderrechten◦ Recht op bescherming◦ Recht op diensten◦ Recht op participatie
2012-2013 102
Kinderen, jongeren (en hun gezinnen) die zich in een problematische opvoedingssituatie bevinden (POS)
Jongeren (en hun gezinnen) die een als misdrijf omschreven feit hebben gepleegd (MOF)
2012-2013 103
Een toestand waarin de fysieke integriteit, de affectieve, morele intellectuele of sociale ontplooiingskansen van minderjarigen in het gedrang komen, door bijzondere gebeurtenissen, door relationele conflicten of door de omstandigheden waarin ze leven
Kenmerken:◦ Langdurige complexe problematiek◦ Voorafgaande hulpverlening liep vast◦ Bijzondere jeugdzorg moet een meerwaarde bieden◦ Nood aan inschakeling van een voorziening
2012-2013 104
De jongere heeft de wet overtreden, heeft een als misdrijf omschreven feit gepleegd
Overtreding van de wetgeving in het strafwetboek
2012-2013 105
Diensten◦ Comité voor bijzondere jeugdzorg◦ Bemiddelingscommissie◦ Sociale dienst jeugdrechtbank
Voorzieningen◦ Ambulant◦ Dagcentrum◦ Residentieel
Projecten
2012-2013 106
Hulpverleningsproces◦ Aanmelding
Intake Toewijzing aan een consulent
◦ Onderzoek Diagnose Hulpvoorstel
◦ Case-management Organiseren van de hulpverlening Opvolgen van de hulpverlening Evalueren van de hulpverlening Afsluiten van de hulpverlening
2012-2013 107
Wanneer: als de hulpverlening op vrijwillige basis (tijdelijk) vastloopt
Wat is de taak:◦ Alle betrokkenen samenbrengen◦ Standpunten beluisteren◦ Bemiddelen
Er is een akkoord: vrijwillige hv duurt verder Er is geen akkoord maar geen hoogdringendheid:
seponeren Er is geen akkoord: ernstige situatie: gedwongen hv
2012-2013 108
Jeugdrechter Sociale dienst verbonden aan de
jeugdrechtbank
2012-2013 109
Situaties waarbij de vrijwilligheid niet meer helpt◦ MOF◦ Kinderen in nood
2012-2013 110
Politie / parket Alle hulpverleners
2012-2013 111
De jeugdrechtbank kan beroep doen op alle voorzieningen van de Vlaamse Gemeenschap en de jeugdpsychiatrie
De jeugdrechtbank is niet afhankelijk van de vrijwillige medewerking van de cliënt en/of het cliëntsysteem maar kan ook maatregelen opleggen (= gedwongen hulpverlening)
2012-2013 112
Ambulant◦ Begeleid zelfstandig wonen◦ Thuisbegeleiding
Dagcentrum Residentieel
◦ Private voorzieningen O.O.O.C (Opvang-, Oriëntatie- en Observatiecentra) Gezinstehuizen Begeleidingstehuizen
◦ Gemeenschapsinstellingen Pleeggezinnen Projecten
2012-2013 113
Thuisbegeleiding: de begeleider gaat op vraag van de verwijzende instantie op huisbezoek in het gezin en werkt opvoedingsondersteunend.
Begeleid zelfstandig wonen: jongeren in de BJB mogen vanaf 17 jaar onder begeleiding van een ambulante dienst zelfstandig gaan wonen
2012-2013 114
Begeleiding van jongeren en hun gezinnen Aanbod:
◦ Opvang en begeleiding van de jongere buiten de schooluren
◦ School- en huiswerkbegeleiding◦ gezinsbegeleiding
2012-2013 115
Private voorzieningen◦ O.O.O.C◦ Gezinsvervangende tehuizen◦ Begeleidingstehuizen
Gemeenschapsinstellingen
2012-2013 116
De jongere wordt voor een bepaalde tijd opgenomen in een pleeggezin
Ondersteunend voor het natuurlijk gezin De plaatsing wordt begeleid door een
erkende pleeggezinnendienst◦ Werving en selectie van gezinnen◦ Matching◦ Begeleiding van de jongere, het pleeggezin en het
natuurlijk gezin◦ De voorbereiding van de (eventuele) terugkeer
van het pleegkind naar het gezin van herkomst
2012-2013 117
a. Wat b. Ontstaan c. Doelgroep d. Methodische principes e. Welke
2012-2013 118
Een project is een aparte werkvorm in de BJB die er op gericht is jongeren gedurende een korte periode met een bepaalde doelstelling (opdracht) uit hun milieu te halen
2012-2013 119
De projecten in Vlaanderen zijn ontstaan uit de kennismaking met Vision Quest in Amerika
2012-2013 120
Het gaat om jongeren die, omwille van zwaar probleemgedrag (gedragsproblemen, criminele feiten,…) niet meer kunnen functioneren in hun leefomgeving (gezin of leefgroep)
In de meeste gevallen gaat het om jongeren die in een gemeenschapsinstelling of een psychiatrische voorziening verblijven
2012-2013 121
Ontheming Duidelijke doelstellingen Afgebakend in tijd Het volbrengen van een bepaalde prestatie Afgerond met een beloning Gebaseerd op ervaringsleren
2012-2013 122
Oikoten Albezon Projecten verbonden aan residentiële
voorzieningen Time out projecten Grensoverschrijdende projecten
2012-2013 123
2009: 24422 2010:26235 Wachtlijst: +/-3700 jongeren Gemeenschapsinstellingen: 246 (semi) residentieel: 3890 Pleegezinnen: 3460 Ambulant: 5028
◦ Thuisbegeleiding: 1200◦ Begeleid zelfstandig wonen: 357
2012-2013 124
17.1. Doelgroep17.2. Taken17.3. Toegangspoort17.4. Aanbod17.5. Gedwongen verpleging17.6. Hoe omgaan met medicatie
2012-2013 125
Psychische problemen : depressie, fobieën, dwanggedachten en -handelingen, psychotische belevingen (hallucinaties, wanen...), angsten, verslavingen, rouwverwerking, traumaverwerking, levensfasegebonden problemen (problemen met zelfstandig wonen, werken, een relatie of gezin uitbouwen)...
Psychosomatische klachten : allerlei lichamelijke klachten waar artsen geen lichamelijke oorzaak voor kunnen vinden, zoals bijvoorbeeld hoofdpijn, maag- en darmklachten, hartklachten...
Deze problemen zijn van die aard dat ze een gewoon functioneren van deze personen (tijdelijk) bemoeilijken
2012-2013 126
Psychiatrische hulpverlening zorgt voor de diagnose, de opvang en begeleiding van mensen (kinderen, jongeren en volwassenen) met psychische problemen.
2012-2013 127
De meeste mensen die in een psychiatrische voorziening begeleid worden, worden doorverwezen door een andere hulpverlener (bijvoorbeeld: hun huisarts, of de sociale dienst van een OCMW)
Men kan echter ook uit eigen beweging een afspraak maken voor een probleemverkennend gesprek. Kortom : een verwijzing is wenselijk, maar niet noodzakelijk.
2012-2013 128
Ambulant: ◦ Psychiatrische thuiszorg
Begeleiding van de individuele patiënt en zijn omgeving Ondersteuning van andere diensten
◦ Beschut wonen◦ Centra Geestelijke Gezondheidszorg (CKG)
Dag- en nachtaanbod Residentieel
◦ Kinderen en jongeren (K-diensten)◦ Volwassenen◦ Crisisopnames en kort verblijf (vb. Paaz)
Activiteitencentra
2012-2013 129
Voor psychisch zieken indien geen andere geschikte behandeling voorhanden is en omdat het in hun toestand noodzakelijk is.◦ Omdat ze hun gezondheid en veiligheid in gevaar brengen◦ Omdat ze een ernstige bedreiging zijn voor andermans leven of
integriteit Procedure
◦ Verzoekschrift en een uitgebreid medisch verslag (door een onafhankelijke arts en niet ouder dan15 dagen) bij de vrederechter van de woonplaats van de patiënt (iedereen kan dit doen)
◦ Gesprek van de vrederechter met de patiënt in aanwezigheid van een advocaat
◦ Uitspraak binnen de 10 dagen ◦ Toewijzing van de patiënt aan een voorziening voor een
observatieperiode van max. 40 dagen◦ Op vraag van de behandelende psychiater kan dit worden verlengd
voor een periode van maximum 2 jaar (kan altijd worden onderbroken evt. met nazorg)
2012-2013 130
Voordelen◦ Ondersteuning voor andere therapieën◦ Doorbreken van een negatieve spiraal◦ Snelle werking◦ Ik ben ziek
Nadelen◦ Symptoombehandeling◦ Gewenning / verslaving◦ Doet te weinig beroep op eigen
verantwoordelijkheid van de patiënt
2012-2013 131
18.1. Doelgroep18.2. Taken18.3. Toegangspoort18.4. Aanbod
2012-2013 132
Het centrum algemeen welzijnswerk of CAW staat open voor mensen met vragen en problemen. Elke hulpvrager mag rekenen op absolute discretie van de hulpverleners.
2012-2013 133
Hoe kunnen mensen beter functioneren in het dagelijks leven Een psychosociale begeleiding met een aanpak van materiële, juridische, relationele, persoonlijke en psychische problemen.
Een psychosociale begeleiding kan samengaan met een opvang, een wat langer verblijf in een centrum.
Maatwerk in verschillende werkvormen: ontwikkeling van basisvaardigheden, woonbegeleiding, relatiebegeleiding, psychische begeleiding bij identiteitsproblemen en levensvragen, of integrale begeleiding. Het CAW neemt ook een bemiddelingsrol op, bijvoorbeeld bij familiale problemen - zoals scheiding - en bij schuldoverlast.
2012-2013 134
Het CAW houdt de drempel bewust zo laag mogelijk. Want het CAW is er voor iedereen, en zeker voor mensen die meer kwetsbaar zijn, wegens kansarmoede, thuisloosheid, scholing, leeftijd, afkomst…
2012-2013 135
Laagdrempelige ambulante centra Residentiële centra
◦ Crisisopvang◦ Het onthaal en de begeleiding van thuislozen
2012-2013 136
19.1. Missie en taken19.2. Doelgroep19.3. Toegangspoort19.4. Centra voor Kinderzorg en
Gezinsondersteuning (CKG)19.5. Vertrouwenscentra kindermishandeling
2012-2013 137
'Kind en Gezin wil, samen met haar partners, voor elk kind, waar en hoe het ook geboren is of opgroeit, zoveel mogelijk kansen creëren.'
2012-2013 138
Kind en Gezin begeleidt aanstaande en kersverse mama's en papa's bij hun 'eerste onzekere stappen' in het ouderschap met gratis raad steun voor informatie, advies en hulp.
Daarnaast richt K & G zich op speciaal op kwetsbare gezinnen met een aantal specifieke initiatieven
2012-2013 139
Als zorgzame en vriendelijke organisatie legt Kind en Gezin de drempel zo laag mogelijk, zodat de deuren altijd openstaan voor alle aanstaande ouders en ouders met jonge kinderen.
2012-2013 140
Gespecialiseerde opvoedingshulp voor gezinnen met kinderen tussen 0 en 12 jaar
Aanbod:◦ Residentiële opvang van het kind ◦ Semi-residentiële opvang (dag of nacht)◦ Ambulante begeleiding van het gezin
2012-2013 141
19.5.1. Wat is kindermishandeling 19.5.2. Taken van een VK
2012-2013 142
Een situatie waarin een kind lichamelijk of psychisch schade wordt berokkend, actief door schadelijk optreden of passief door ernstige nalatigheid van volwassenen die voor het kind moeten zorgen
2012-2013 143
Meldpunt voor kindermishandeling en vermoedens van kindermishandeling
Hulp- en dienstverlening naar gelang de behoeften van het kind
Ontwikkeling van een werkzame diagnose die kan resulteren in een gepaste doorverwijzing.
Begeleiding en de behandeling van slachtoffers en hun gezin (uitzonderlijk)
Ondersteuning van hulpverleners Sensibilisering van de samenleving
2012-2013 144
20.1. Wat 20.2. Deelnemende sectoren 20.3. Principes
2012-2013 145
De integrale jeugdhulpverlening is een project van de Vlaamse Gemeenschap en heeft de bedoeling om de volledige hulpverlening aan kinderen, jongeren en hun gezinnen op mekaar af te stemmen.
2012-2013 146
Algemeen Welzijnswerk Bijzondere Jeugdbijstand Centra voor Geestelijke Gezondheidszorg Centra voor Integrale Gezinszorg Centra voor Leerlingenbegeleiding Kind en Gezin Vlaams Agentschap voor Personen met een
Handicap De K-diensten zijn structureel niet betrokken
omdat ze georganiseerd worden door de federale overheid
2012-2013 147
Modulering: een module is een pakket hulp dat een voorziening afzonderlijk of in combinatie met andere modules kan aanbieden
Toegankelijkheid: ◦ rechtstreeks toegankelijk netwerk: de jongere kan hier terecht zonder dat hij
een andere instantie moet passeren. Dit netwerk moet er ook voor zorgen dat de jongere die hulp aanbiedt of zoekt die het best aansluiten bij de noden van de jongere
◦ onrechtstreeks toegankelijk: de duurdere of meer ingrijpende vormen van hulpverlening
Toegangspoort: momenteel moet de jongere voor hulp soms aankloppen bij verschillende sectortoegangspoorten. De bedoeling is om in de loop van 2009 te komen tot één intersectorale toegangspoort. Hier zal de toegang geregeld worden voor alle niet rechtstreeks toegankelijke hulpverlening.
Trajectbegeleiding: dit houdt in dat één instantie een hulpcoördinerende opdracht opneemt
Rechtspositie van de jongere: de jongere krijgt hierdoor in de verschillende sectoren dezelfde rechten (recht op informatie en participatie, inkijken van het dossier, zakgeld,…)
2012-2013 148
Krachtlijnen Rechten
2012-2013 149
Het is de bedoeling om de participatie van jongeren te verbeteren.Het decreet voorziet een eigen statuut voor de minderjarige.Drie belangrijke principes zijn :
handelen in het belang van de minderjarige rekening houden met de bekwaamheid van
de minderjarige de rechten zijn voor alle jongeren gelijk
2012-2013 150
recht op hulp (krijgen of doorverwijzen) recht op duidelijke informatie (antwoorden op het niveau van de
jongere) recht om zelf te beslissen of ze hulp krijgen of niet recht op respect voor hun gezin recht op meepraten (inspraak en participatie) recht op een dossier (recht op een dossier, inzage en inspraak) recht op een bijstandspersoon (indien gewenst) recht op privacy recht op zakgeld( in bijzondere omstandigheden) recht op een goede behandeling recht op verwoorden en behandelen van klachten
2012-2013 151
21.1. Wat 21.2. Taken
2012-2013 152
De afkorting O.C.M.W. staat voor : Openbaar Centrum voor Maatschappelijk Welzijn".
Het is een openbare dienst, ingericht in iedere gemeente en staat ter beschikking van alle inwoners, met als doel het recht op maatschappelijke dienstverlening voor iedereen te verzekeren.
Het O.C.M.W. is er dus voor iedereen ongeacht leeftijd, sociale situatie, politieke of godsdienstige overtuiging. Een voorwaarde is wel dat men inwoner moet zijn van de gemeente.
Bij het O.C.M.W. zijn alle prestaties en raadplegingen gratis.
2012-2013 153
Iedereen in de mogelijkheid stellen een leven te leiden dat beantwoordt aan de menselijke waardigheid. Concreet wil dit zeggen dat het OCMW het welzijn van alle burgers moet behartigen.
Concreet:◦ Psycho-sociale hulpverlening◦ Thuiszorgdiensten◦ Budgetbeheer en schuldbemiddeling◦ Opvang en begeleiding van kandidaat-vluchtelingen◦ Juridisch advies◦ Huisvesting◦ …
2012-2013 154
22.1. Buitengewoon onderwijs 22.2. Gewoon onderwijs
2012-2013 155
Het buitengewoon onderwijs verzorgt het onderwijs voor kinderen en jongeren met een handicap. Dit onderwijs wordt verzorgd, zoals het gewone onderwijs op drie niveaus:◦ Kleuterschool: Buitengewoon Kleuter Onderwijs
(BKO)◦ Lagere school: Buitengewoon Lager Onderwijs
(BLO)◦ Secundaire school: Buitengewoon Secundair
Onderwijs (Buso)
2012-2013 156
Er zijn acht types. Elk type is aangepast aan de opvoedings- en onderwijsbehoeften van een bepaalde groep kinderen: ◦ type 1: kinderen met een licht mentale handicap;◦ type 2: kinderen met een matige of ernstige mentale handicap;◦ type 3: kinderen met ernstige emotionele of gedragsproblemen;◦ type 4: kinderen met een fysieke handicap;◦ type 5: kinderen die opgenomen zijn in een ziekenhuis of op medische
gronden verblijven in een preventorium;◦ type 6: kinderen met een visuele handicap (= gezichtsstoornis);◦ type 7: kinderen met een auditieve handicap (= gehoorstoornis);◦ type 8: kinderen met ernstige leerstoornissen.
Type 1 en type 8 worden niet georganiseerd in het buitengewoon kleuteronderwijs
Er is geen aparte type voor kinderen en jongeren met ASS
2012-2013 157
Elke opleidingsvorm streeft welbepaalde doelstellingen na: Opleidingsvorm 1: sociale aanpassing
Deze opleidingsvorm geeft een sociale vorming met het oog op integratie in een beschermd leefmilieu; hij kan georganiseerd worden voor de types 2, 3, 4, 6 en 7.
Opleidingsvorm 2: sociale aanpassing en arbeidsgeschiktmakingDeze opleidingsvorm geeft een algemene en sociale vorming en een arbeidstraining met het oog op integratie in een beschermd leef- en werkmilieu; hij kan georganiseerd worden voor de types 2, 3, 4, 6 en 7.
Opleidingsvorm 3: beroepsonderwijsDeze opleidingsvorm geeft een sociale en beroepsvorming met het oog op integratie in een gewoon leef- en werkmilieu; hij kan georganiseerd worden voor de types 1, 3, 4, 6 en 7. Binnen opleidingsvorm 3 worden verschillende opleidingen georganiseerd.
Opleidingsvorm 4: algemeen, beroeps-, kunst- en technisch onderwijs Deze opleidingsvorm geeft een voorbereiding op een studie in het hoger onderwijs en op de integratie in het actieve leven; hij kan georganiseerd worden voor de types 3, 4, 5, 6 en 7. Binnen opleidingsvorm 4 worden verschillende studierichtingen georganiseerd, die overeenkomen met de studierichtingen uit het gewoon voltijds secundair onderwijs.
2012-2013 158
In het gewone onderwijs zijn er ook een aantal initiatieven die er op gericht zijn kinderen en jongeren (evt. jong volwassenen) onderwijs te laten volgen in het gewone onderwijssysteem:◦ GON: Geïntegreerd Onderwijs: normaal begaafde kinderen
met een handicap lopen school in een gewone school en krijgen gedurende een aantal uren per week een begeleid(st)er die er voor zorgt dat het schoolmateriaal en de klassenstructuur zoveel mogelijk aangepast is aan de handicap van de leerling. Geen aangepast programma
◦ ION: inclusief onderwijs: het kind met een mentale handicap volgt onderwijs in een gewone school met ondersteuning van een begeleid(st)er. De doelstelling is niet dat het kind het gewone schoolprogramma volgt maar wel dat het geïntegreerd blijft in een klas met overwegend normaal begaafde kinderen
2012-2013 159