14
17 1 Doel en uitgangspunten van 1Gezin1Plan & Gezin Centraal 1.1 Inleiding ‘Door te werken met 1Gezin1Plan is bij mij het geloof ontstaan dat deze ou- ders tot meer in staat zijn dan ik vooraf dacht. Ik denk dat het van wezenlijk belang is te durven geloven dat cliënten tot wonderen in staat zijn.’ Dit is de uitspraak van Marloes. Ze biedt dagelijks hulp aan gezinnen die te kampen hebben met een complex aan problemen en waarbij er bij ten min- ste één van de ouders sprake is van psychiatrische problematiek. Meestal gaat het om gezinnen die te maken hebben met een scala aan instanties. Veel van deze gezinnen raken het overzicht kwijt. En niet alleen vanwege hun eigen gecompliceerde omstandigheden. Als elke instantie een eigen ‘behandelplan’ wil volgen, draagt dat bij aan de chaos en de verwarring van de gezinnen. Toch zijn we het lange tijd zo gewend geweest in de jeugdsec- tor − en dit blijkt nog steeds regelmatig de praktijk te zijn in de hulpverle- ning aan gezinnen. Marloes werkt al enige tijd met 1Gezin1Plan, een werkwijze en raamwerk voor intersectorale samenwerking tussen professionals rond een gezin, erop gericht de ‘eigen kracht’ en zelfsturing van gezinnen te versterken (Van der Zijden & Diephuis, 2013). Dankzij 1Gezin1Plan is de samenwerking ver- beterd tussen de instanties rond de gezinnen waar Marloes mee werkt. De professionals van alle betrokken instanties werken nu, met de gezinsleden en hun sociale netwerk, als één team samen aan een gezinsplan. Aan de werkwijze van 1Gezin1Plan ligt de visie ten grondslag dat de hulp aan het gezin dient te leiden tot toename van de zelfsturing en ‘eigen kracht’ van de gezinsleden, die als samenwerkingspartners worden gezien. Niet de hulpverleners, noch de problemen en stoornissen, maar het gezin en de gezinsleden zelf, met hun vragen en wensen, staan centraal. Marloes voelt zich door deze visie aangesproken en dit heeſt bijgedragen aan een funda-

1 Doel en uitgangspunten van 1Gezin1Plan & Gezin Centraalpdf.swphost.com/inkijkpagina/850499inkijk.pdf · 1 Doel en uitgangspunten van 1Gezin1Plan & Gezin Centraal 19 Je zult vermoedelijk

Embed Size (px)

Citation preview

Page 1: 1 Doel en uitgangspunten van 1Gezin1Plan & Gezin Centraalpdf.swphost.com/inkijkpagina/850499inkijk.pdf · 1 Doel en uitgangspunten van 1Gezin1Plan & Gezin Centraal 19 Je zult vermoedelijk

17

1 Doel en uitgangspunten van 1Gezin1Plan & Gezin Centraal

1.1 Inleiding

‘Door te werken met 1Gezin1Plan is bij mij het geloof ontstaan dat deze ou-

ders tot meer in staat zijn dan ik vooraf dacht. Ik denk dat het van wezenlijk

belang is te durven geloven dat cliënten tot wonderen in staat zijn.’

Dit is de uitspraak van Marloes. Ze biedt dagelijks hulp aan gezinnen die te kampen hebben met een complex aan problemen en waarbij er bij ten min-ste één van de ouders sprake is van psychiatrische problematiek. Meestal gaat het om gezinnen die te maken hebben met een scala aan instanties. Veel van deze gezinnen raken het overzicht kwijt. En niet alleen vanwege hun eigen gecompliceerde omstandigheden. Als elke instantie een eigen ‘behandelplan’ wil volgen, draagt dat bij aan de chaos en de verwarring van de gezinnen. Toch zijn we het lange tijd zo gewend geweest in de jeugdsec-tor − en dit blijkt nog steeds regelmatig de praktijk te zijn in de hulpverle-ning aan gezinnen.Marloes werkt al enige tijd met 1Gezin1Plan, een werkwijze en raamwerk voor intersectorale samenwerking tussen professionals rond een gezin, erop gericht de ‘eigen kracht’ en zelfsturing van gezinnen te versterken (Van der Zijden & Diephuis, 2013). Dankzij 1Gezin1Plan is de samenwerking ver-beterd tussen de instanties rond de gezinnen waar Marloes mee werkt. De professionals van alle betrokken instanties werken nu, met de gezinsleden en hun sociale netwerk, als één team samen aan een gezinsplan.

Aan de werkwijze van 1Gezin1Plan ligt de visie ten grondslag dat de hulp aan het gezin dient te leiden tot toename van de zelfsturing en ‘eigen kracht’ van de gezinsleden, die als samenwerkingspartners worden gezien. Niet de hulpverleners, noch de problemen en stoornissen, maar het gezin en de gezinsleden zelf, met hun vragen en wensen, staan centraal. Marloes voelt zich door deze visie aangesproken en dit heeft bijgedragen aan een funda-

Page 2: 1 Doel en uitgangspunten van 1Gezin1Plan & Gezin Centraalpdf.swphost.com/inkijkpagina/850499inkijk.pdf · 1 Doel en uitgangspunten van 1Gezin1Plan & Gezin Centraal 19 Je zult vermoedelijk

18 1Gezin1Plan

mentele omslag in de manier waarop ze naar gezinnen kijkt en over hulp-verlening denkt. ‘Eigen kracht’ is een populair begrip. We leven in een tijd waarin de overheid de ‘eigen kracht’ van burgers ziet als uitgangspunt voor beleid. Versterken van ‘eigen kracht’ van gezinnen en jeugdigen is een hoofddoelstelling in de transitie van de zorg voor jeugd. Van professionals in de jeugdsector wordt gevraagd hun werkwijze hierop af te stemmen. Ook als zij te maken krijgen met de gezinnen die Marloes dagelijks ontmoet. Dat leidt tot de vraag: Hoe kun je concreet de ‘eigen kracht’ van ‘multi-problem-’ of ‘zorgmijdende’ ge-zinnen versterken? Dit boek biedt een antwoord op dit vraagstuk.

1Gezin1Plan leidt niet vanzelf tot versterking van de ‘eigen kracht’ van ge-zinnen. Niet de vorm of de procedure − hoe functioneel ook − maar het contact tussen professionals en cliënten is bepalend. Daarom krijgen de principes van ‘eigen kracht’ en zelfsturing gestalte in je methodisch han-delen als hulpverlener. Hiervoor maken we gebruik van de werkzame be-standdelen van Gezin Centraal, een al bestaand gezins- en oplossingsgericht methodisch programma voor jeugdhulp. We beschrijven aan de hand van de Gezin Centraal-methodiek welke vaardigheden en technieken bruikbaar zijn in de begeleiding van gezinsleden bij het formuleren van hun eigen doelen en het opstellen van hun gezinsplan, en hoe je kunt samenwerken met personen uit het netwerk van het gezin bij het opstellen en uitvoeren van dit gezinsplan. We laten ook zien hoe je met behulp van elementen van Gezin Centraal de oplossingen die het gezin zelf ontdekt tot de sleutel van hun groei kan maken.

1.2 De bedoeling van de hulp aan gezinnen als vertrekpunt

Als het je taak is om gezinnen hulp te bieden omdat zij zijn vastgelopen in tal van problemen op meerdere levensgebieden, wat is dan de bedoeling van je werk? Gaat het erom dat de problemen van het gezin waarmee je werkt, verdwijnen? Of heeft het iets te maken met het behalen van de doelen van het gezin? Maar wie zegt dat als het gelukt is om een bepaald probleem op te lossen en een doel te realiseren, het gezin automatisch beter functioneert? Of dat de gezinsleden dan gelukkiger zijn?

Page 3: 1 Doel en uitgangspunten van 1Gezin1Plan & Gezin Centraalpdf.swphost.com/inkijkpagina/850499inkijk.pdf · 1 Doel en uitgangspunten van 1Gezin1Plan & Gezin Centraal 19 Je zult vermoedelijk

19 1 Doel en uitgangspunten van 1Gezin1Plan & Gezin Centraal

Je zult vermoedelijk de situatie wel kennen dat er zich na een periode van vooruitgang nieuwe klachten en zorgen aandienen in een gezin. Soms kun-nen de omstandigheden van een gezin zo structureel problematisch lijken dat je inspanningen maar weinig lijken op te leveren. Soms begeleid je een gezin al tamelijk lang en is het alsof je steeds van voren af aan moet begin-nen. In dergelijke situaties is het gerechtvaardigd om je af te vragen: Wanneer ben ik nu van betekenis geweest voor deze gezinnen? Een voor de hand liggend antwoord luidt: Je bent van betekenis als je de ‘eigen kracht’ van je cliënten hebt weten te versterken. Zoals gezegd, lijkt er brede steun te zijn voor ‘eigen kracht’ als doelstelling van hulp. Toch kun je je afvragen wat er precies bedoeld wordt met deze term. Ter toelichting introduceren we een andere veelgebruikte term.

Wij zien het begrip ‘empowerment’ als een goede omschrijving voor de bedoeling van de hulp aan gezinnen. Empowerment is te omschrijven als ‘het geloof in eigen mogelijkheden en capaciteiten om het leven positief te beïnvloeden en het vinden van de kracht om dat geloof te benutten om de controle over het eigen leven te hebben’ (Bolt, 2007). Hoewel het mogelijk is empowerment veel breder te interpreteren, bijvoorbeeld als eigenschap van of doelstelling voor een sociale groep, kiezen we er hier voor het begrip toe te passen op de relatie tussen hulpverlener en gezin. Empowerment ontstaat als de gezinsleden de kracht in zichzelf én in hun sociale omgeving weten te vinden om hun eigen leven zelfstandig aan te kunnen (Van Regenmortel, 2008). Dan zijn ze gesterkt in hun ‘eigen kracht’, ondanks de tegenslagen en beperkingen die binnen elk gezin in meer of mindere mate voorkomen. Dat bedoelen we met het versterken van ‘eigen kracht’ en zelfsturing, en dat zien we als missie voor het bieden van hulp aan gezinnen met complexe hulpvragen rond opvoeden, opgroeien en sa-menleven. Empowerment groeit in de relatie die je ontwikkelt met een gezin. Het gaat er niet om dat gezinnen aan hun lot worden overgelaten omdat ze geacht worden vooral zichzelf te helpen. Werken aan empowerment vormt het evenwicht tussen paternalistische bemoeienis door professionals en de na-ïeve of onverschillige opvatting dat gezinnen zichzelf − hoogstens met be-hulp van hun netwerk − zonder hulp moeten zien te redden (Spierts, 1999).

Page 4: 1 Doel en uitgangspunten van 1Gezin1Plan & Gezin Centraalpdf.swphost.com/inkijkpagina/850499inkijk.pdf · 1 Doel en uitgangspunten van 1Gezin1Plan & Gezin Centraal 19 Je zult vermoedelijk

20 1Gezin1Plan

1.3 De bedoeling van ‘eigen kracht’

Als je ‘empowerment’ en ‘eigen kracht’ definieert als doelstelling, dan lijkt het werken met 1Gezin1Plan daar heel goed bij te passen. Toch bevordert het werken met 1Gezin1Plan niet per definitie de ‘eigen kracht’ van gezin-nen. Soms wordt het systeem, de procedure of het middel verheven tot doel, met voorbijgaan aan de feitelijke bedoeling van de principes van 1Gezin-1Plan over ‘eigen kracht’ en zelfsturing. Er zijn regio’s die werken met 1Ge-zin1Plan, of iets wat er sterk op lijkt, waarbij de werkwijze vooral wordt ingezet om professionals beter te laten samenwerken. In sommige gevallen wordt al jaren gewerkt met 1Gezin1Plan zonder dat de betreffende gezin-nen toegang hebben tot de gezinsplannen, die dan nooit hun eigen plannen kunnen zijn. Voor veel professionals is het lastig om gezinnen te helpen bij het formuleren van hun doelen, en hierdoor komen nog steeds veel ‘gezins-doelen’ tot stand vanuit het perspectief van de hulpverlener. In deze gevallen schiet het werken met 1Gezin1Plan zijn doel voorbij en leidt het ‘systeem’ of de ‘procedure’ een eigen leven. De consequenties van het werken met en het versterken van de ‘eigen kracht’ van cliënten en ge-zinnen zijn immers niet doorgevoerd in de werkwijze.

Iets vergelijkbaars kan gebeuren met de fraai geformuleerde idealen over de flexibele, laagdrempelige, toegankelijke hulp die nagestreefd wordt bij de transitie van de jeugdzorg. De vorm van het werken via buurt- en wijkge-richte teams is ‘in’. De vraag is echter of er voldoende is nagedacht over de bedoeling hiervan. En over de consequenties van deze idealen, afgezien van het feit dat de transitie kostenbesparend dient te zijn.De vorm en wijze van organiseren − ook al noemen we het 1Gezin1Plan − garanderen niet dat het gezin centraal staat in de hulp. Ook kunnen om-standigheden belemmerend werken in je missie, zoals een wantrouwende, bureaucratische bedrijfscultuur of − zoals in het geval van Marloes − een sterk op het medisch model gebaseerde benaderingswijze van cliënten.

Marloes is vanuit haar vakmatige achtergrond altijd gewend geweest te be-palen wat er mis was met haar cliënten en wat zij moesten ondernemen om ervoor te zorgen dat het beter gaat. Nu zegt ze te geloven dat haar cliënten ertoe in staat zijn wonderen te verrichten. Hoe is dat dan gegaan? Ze zegt het zelf: het begint met de keuze om het te durven geloven. En dat is niet eenvoudig als je werkt in gezinnen waar mogelijk zelfs de veiligheid van

Page 5: 1 Doel en uitgangspunten van 1Gezin1Plan & Gezin Centraalpdf.swphost.com/inkijkpagina/850499inkijk.pdf · 1 Doel en uitgangspunten van 1Gezin1Plan & Gezin Centraal 19 Je zult vermoedelijk

21

kinderen op het spel staat. Marloes leerde dat hulp alleen nut heeft als de gezinsleden − hoe gehandicapt of overspoeld door omstandigheden dan ook − zelf mogen bepalen wat zij willen verbeteren. En dat had consequen-ties voor haar professionele handelen. Marloes is gestopt met voorschrijven en is gaan samenwerken met gezinnen. En samenwerken wil zeggen dat je ouders en gezinsleden stimuleert zelf verantwoordelijkheid te nemen voor het doen toenemen van de veiligheid van de aanwezige kinderen. Zo spreek je hen aan op hun ‘eigen kracht’ en vermogen tot zelfsturing. En dan kun je, net als Marloes, de ervaring opdoen dat ouders of zelfs jongeren, kinderen of andere familieleden tot meer in staat blijken dan je ooit had gedacht.

Eén van de professionals met wie we hebben gesproken, Eva, merkte dat de ouders die ze begeleidde ondergesneeuwd raakten tijdens een overleg met een groep professionals. Zo’n overleg lijkt te voldoen als vorm; werkend met 1Gezin1Plan overleggen professionals immers met en niet over cliën-ten. Maar als de ouders grote delen van het overleg niet kunnen volgen, dan kun je je afvragen of de vorm wel het doel dient. Vanuit de professi-onals gezien was het overleg succesvol. Het gegeven dat sommigen elkaar niet of nauwelijks kenden en dat er hier en daar behoorlijk langs elkaar heen werd gewerkt, werd nu opgelost. Eva, die als coördinerend hulpverle-ner fungeerde, zag echter niet de tevredenheid van haar collega’s, maar de mate waarin deze ouders zich gehoord voelden als referentiepunt voor de evaluatie van het overleg. De ouders voelden zich niet bepaald gesterkt in hun ‘eigen kracht’, en daarom voldeed deze vorm niet. Eva besloot met de ouders te bedenken onder welke voorwaarden er wel een overleg met hulp- en dienstverleners rond het gezin mogelijk was. Samen kozen ze voor een overlegvorm waarbij maximaal drie professionals aanwezig waren. Hier-naast besloten de ouders een kennis mee te nemen. Eva beloofde tijdens de overleggen geregeld bij de ouders te checken of het naar hun wens verliep. Zo werd het principe van het versterken van ‘eigen kracht’ het fundament onder de wijze waarop het overleg tussen cliënten en professionals vorm kreeg. Ook al was het tijdrovender, de werkwijze diende nu het doel ervan.

De bedoeling of missie van de hulp aan gezinnen zien Marloes en Eva in-middels altijd als vertrekpunt bij het bepalen van hun aanpak. De bedoeling van je werk kun je benutten als een kompas en een referentiepunt voor je handelen (Hart, 2012). Het is zinvol om samen met collega’s en bijvoor-beeld je coach en/of manager regelmatig aan de orde te stellen of je met

1 Doel en uitgangspunten van 1Gezin1Plan & Gezin Centraal

Page 6: 1 Doel en uitgangspunten van 1Gezin1Plan & Gezin Centraalpdf.swphost.com/inkijkpagina/850499inkijk.pdf · 1 Doel en uitgangspunten van 1Gezin1Plan & Gezin Centraal 19 Je zult vermoedelijk

22 1Gezin1Plan

elkaar, in de procedures en het contact met cliënten, de bedoeling van je werk weet te verwezenlijken.

1.4 Vormgeven aan de bedoeling

De bedoeling of missie van hulp aan gezinnen heeft consequenties voor je handelen als professional. De bedoeling of missie krijgt in eerste instantie vorm in de wijze waarop je je verhoudt tot je cliënt. Of, eenvoudiger gezegd: de bedoeling van de hulp is af te leiden uit hoe je omgaat met je cliënten. Dit kun je de basishouding noemen. Die is weer te geven in de vorm van uitgangspunten voor de hulp. Deze punten zijn leidend en aan de hand hiervan is vast te stellen of de hulp voldoet aan het doel ervan. We hebben drie uitgangspunten geformuleerd die veel raakvlakken met elkaar hebben en soms door elkaar lopen. Dat zal in de navolgende uitleg verduidelijkt worden. 1 Hulp is nuttig wanneer de cliënt of het gezin het eindpunt van de veran-

dering en dus de doelen bepaalt. Dit hangt samen met het principe van zelfsturing. De hulpverlener begeleidt de cliënt in zijn of haar eigen le-vensomgeving bij het bereiken van de gestelde einddoelen. Hierbij richt de hulpverlener zich vooral op het proces om het einddoel te bereiken en coacht hij of zij de cliënt zelf de benodigde stappen te zetten om de doelen te bereiken.

2 Samenwerking is essentieel in de hulpverlening. Zonder samenwerking geen hulp. Een hulpverlener werkt samen met de cliënt, met het gezin waar de cliënt deel van uitmaakt, met het sociale netwerk en het profes-sionele netwerk van de cliënt. We onderscheiden verschillende cirkels van samenwerking. De cliënt staat in het midden, direct daaromheen bevindt zich het gezin. Weer daaromheen vormt zich de cirkel van het sociale netwerk: familie, vrienden, buurtgenoten, collega’s. De laatste ring wordt gevormd door de professionals die om het gezin heen staan.

3 Gedragsverandering heeft een langdurig effect als de verandering plaatsgrijpt in de leefomgeving van de cliënt. Daarom moet de hulp ook plaatsvinden in die leefomgeving. Gedrag en oplossingen moeten toe-pasbaar zijn in onder meer het gezin, de buurt en binnen de familie.

1.4.1 Werken met de doelen en de oplossingen van de cliëntJe gaat alleen aan iets werken als je denkt er beter van te worden. De grond-gedachte is dat het van wezenlijk belang is de cliënt een sterke positie en een

Page 7: 1 Doel en uitgangspunten van 1Gezin1Plan & Gezin Centraalpdf.swphost.com/inkijkpagina/850499inkijk.pdf · 1 Doel en uitgangspunten van 1Gezin1Plan & Gezin Centraal 19 Je zult vermoedelijk

23

centrale rol toe te kennen bij de hulpverlening die gericht is op de oplossing van zijn of haar problemen. Door aan de cliënten de regie over hun leven en over hun leerproces te laten, is de kans op succesvolle en effectieve hulp-verlening groter. Het principe van de regie bij de cliënt of het gezin heeft de volgende consequenties voor je handelen als professional en je positie ten opzichte van de cliënt of het gezin: ■ De behoeften, vragen en perceptie van de gezinsleden zijn leidend. ■ Besluiten over de hulp en samenwerking met zorg- en dienstverleners

worden primair door een gezin genomen. ■ Rapportage is een service aan het gezin, en geen communicatiemiddel

naar anderen. Verslagen kunnen daarom het beste samen of in overleg met het gezin opgesteld worden.

■ Als professional ben je je ervan bewust dat jij niet degene bent die het gezin betrekt bij de hulp, maar dat het andersom is. Een gezin betrekt jou bij hun leven.

■ Als professional fungeer je als coach. Door de juiste vragen te stellen, stimuleer je gezinsleden op een constructieve wijze naar hun toekomst te kijken. Zo sta je naast hen, of wellicht: achter hen, de formulering ‘leading from one step behind’ indachtig. Je staat achter hen, leidt het proces en wijst hen op kansen en mogelijkheden om hun toekomst po-sitief te beïnvloeden. Hierbij is je handelen erop gericht de gezinsleden te helpen hun capaciteiten en competenties maximaal te benutten.

Je kunt deze uitgangspunten samenvatten in een beeldspraak waarin de ge-zinsleden de kapitein zijn op een schip dat hun thuishaven binnenvaart. Jij bent als professional de loods die de richting helpt vinden, maar je hanteert het roer niet.

Een voorbeeld van hoe de regie van een moeder werd versterkt, is uitge-voerd door hulpverlener Sanne in een 1Gezin1Plan-traject. Sanne werkt voor een instelling die hulp biedt aan kinderen, jongeren en volwassenen met een lichte verstandelijke beperking. Bij het organiseren van een overleg met alle professionals rond het gezin van deze vrouw, stuurde zij, gecoacht door Sanne, een uitnodigingsbrief met de volgende aanhef: ‘Graag wil ik u uitnodigen voor een overleg dat ik gepland heb om over de hulpverlening aan mijn gezin praten.’ Deze formulering geeft er blijk van dat deze vrouw zelf de regie en het initiatief heeft, en dit wordt als een vanzelfsprekendheid gepresenteerd.

1 Doel en uitgangspunten van 1Gezin1Plan & Gezin Centraal

Page 8: 1 Doel en uitgangspunten van 1Gezin1Plan & Gezin Centraalpdf.swphost.com/inkijkpagina/850499inkijk.pdf · 1 Doel en uitgangspunten van 1Gezin1Plan & Gezin Centraal 19 Je zult vermoedelijk

24 1Gezin1Plan

1.4.2 Samenwerking in drie ringen

‘Bedenk dat jij altijd met ons moet samenwerken, maar dat wij niet per se

met jou hoeven samen te werken.’

Dit is een uitspraak van de heer Schrijvers, een vader die we in de inlei-ding hebben geïntroduceerd, en die zijn leven lang met veel hulpverleners te maken heeft gehad. En hij slaat de spijker op zijn kop. Je kunt onmogelijk iemand helpen die niet geholpen wil worden. Je bent als hulpverlener per definitie een passant in gezinnen en hun levens.

Samenwerking is te definiëren als de gezamenlijke inzet om een bepaald doel te bereiken. Dit vereist dialoog en overleg. Jouw expertise, en die van je collega’s, dient te matchen met de ervaringsdeskundigheid van de ge-zinsleden met wie je samenwerkt. Gezamenlijk streef je het realiseren van de gezinsdoelen na. Consensus over de te bereiken doelen en de weg daar naartoe is van belang. Dat de perceptie van het gezin het uitgangspunt is voor je handelen, betekent niet dat je initiatief- en meningloos de cliënt volgt. Vraaggericht werken is niet hetzelfde als ‘u vraagt en wij draaien’. Stel dat een gezin schulden heeft die gesaneerd moeten worden, en dat de gemeentelijke instantie wordt ingeschakeld om dat te begeleiden. Als het gezin dan geen zin heeft om de schulden af te lossen, is dat niet acceptabel. Door de juiste vragen te stellen, help je je cliënten na te denken over hun situatie en wellicht enige realiteitszin te ontwikkelen. Schulden verdwijnen tenslotte niet vanzelf. Samenwerken is daarom ook afstemmen. Hierbij be-paalt het gezin weliswaar de doelen, maar je kunt alleen meewerken aan doelen die je haalbaar en aanvaardbaar vindt. Als deze er nog niet zijn, geef je de samenwerking niet op maar gebruik je je coachingsvaardigheden om tot afstemming rond de doelen te komen.

De eerste ring van samenwerking: het gezinWaarom spreken we van 1Gezin1Plan, en niet bijvoorbeeld van 1Kind-1Plan? En waarom staat het gezin centraal, als het om hulp aan jeugd gaat? Dit is een veel gestelde vraag, meestal vanuit de gedachte dat er kinderen zijn die juist schade oplopen in het gezin waarin ze opgroeien. Een mana-ger die vanuit een heel andere branche een baan kreeg in de jeugdsector,

Page 9: 1 Doel en uitgangspunten van 1Gezin1Plan & Gezin Centraalpdf.swphost.com/inkijkpagina/850499inkijk.pdf · 1 Doel en uitgangspunten van 1Gezin1Plan & Gezin Centraal 19 Je zult vermoedelijk

25

formuleerde het zo: ‘Moeten we een kind soms niet beschermen tegen zijn gezin?’Inmiddels is genoegzaam bekend dat het ontwortelen van kinderen uit hun natuurlijke omgeving desastreuze gevolgen kan hebben voor een kind. Ui-teraard zijn er omstandigheden waarin er geen alternatief is. Maar zelfs als een gezin zo ontwricht is dat kinderen of jongeren (tijdelijk) niet meer thuis kunnen wonen, heeft een gezinsgerichte aanpak het meeste effect. Residen-tiële hulp is alleen effectief gecombineerd met hulpverlening aan het gezin waaraan het betreffende kind verbonden is (bv. Geurts, 2010; Frensch & Cameron, 2002). Als een kind in een residentiële voorziening wordt ge-plaatst dan is dit te zien als onderdeel van de hulp gericht op het verbeteren van de relatie en interactie tussen ouders en kind. Ook wanneer een kind voor lange tijd of zelfs definitief niet meer thuis kan wonen, dient de relatie tussen het kind en de ouders een primair onderwerp van de hulp te blijven.

Gezinsgericht werken wil zeggen dat je een persoon, een kind, een ouder altijd beschouwd als onderdeel van een groter geheel, van een systeem. Daarom staat niet het individuele functioneren van een kind of van ouders centraal, maar vormen de relaties en interacties tussen gezinsleden het be-langrijkste onderwerp van je hulp. Als empowerment het doel is, dan gaat het om de versterking van de kracht van het hele gezinssysteem. Zo help je gezinsleden oplossingskracht te vinden in zichzelf, in het gezin en in hun leefomgeving. Wellicht is het gedrag van een kind of jongere de aanleiding voor de hulp, zoals in de casus van Romeo die we in hoofdstuk 2 presenteren. Deze jon-gen spijbelt systematisch omdat zijn aandacht voornamelijk uitgaat naar blowen, waardoor hij geen tijd en energie heeft om met zijn toekomst bezig te zijn. De problemen werden zo groot dat hij via de leerplichtambtenaar bij de jeugdreclassering terechtkwam. Vermoedelijk denkt iedereen wel dat de ouders van deze jongen een belangrijke rol moeten spelen in het vinden van oplossingen. De hulp begint vruchten af te werpen als de jeugdreclas-seerder zich richt op de relatie tussen Romeo en zijn moeder en op de in-gewikkelde levenscontext waarin deze moeder zich staande moet houden.

Gezinsgericht werken impliceert dat je naar cliënten en gezinnen kijkt door de bril van de systeembenadering. Kort gezegd houdt dat in dat je oog hebt voor de voortdurende wederzijdse beïnvloeding tussen gezinsleden, maar ook tussen gezinsleden en personen in de omgeving van het gezin. Je richt

1 Doel en uitgangspunten van 1Gezin1Plan & Gezin Centraal

Page 10: 1 Doel en uitgangspunten van 1Gezin1Plan & Gezin Centraalpdf.swphost.com/inkijkpagina/850499inkijk.pdf · 1 Doel en uitgangspunten van 1Gezin1Plan & Gezin Centraal 19 Je zult vermoedelijk

26 1Gezin1Plan

je op het functioneren van het gezin als geheel en op de interactie tussen de betrokkenen. Het ontdekken, stimuleren en in stand houden van inter-actiepatronen die door alle gezinsleden als geslaagd worden ervaren, is een essentieel onderdeel van gezinsgerichte hulp. Hierbij verdiep je je in de op-tiek van elk gezinslid en stimuleer je hen gezamenlijk te zoeken naar oplos-singen.Zo leek de moeder van Romeo weinig vat te hebben op het gedrag van haar zoon. Dit komt ter sprake in een gesprek met moeder en zoon. Dan blijkt dat Romeo het eigenlijk helemaal niet fijn vindt om weinig begrensd te worden. Dat was nieuw voor zijn moeder. Bovendien bleek hij zich meer aan te trekken van zijn moeders mening dan zij dacht. De jeugdreclasseer-der besloot te onderzoeken op welke momenten Romeo wel geneigd was naar zijn moeder te luisteren. Door consequent te zoeken naar een con-structieve interactie tussen moeder en zoon, was het mogelijk het destruc-tieve patroon te ontbreken dat tussen hen was ontstaan.Het is essentieel dat de hulpverlener geen partij kiest voor een van de ge-zinsleden. Het is voorstelbaar dat je ertoe neigt partij te kiezen voor een co-operatieve moeder ten opzichte van de sceptische, dwarsliggende vader of voor het onbegrepen, kwetsbare kind ten opzichte van zijn niet-begrijpen-de ouders. Hoe verleidelijk het soms ook is, een partijdige houding komt de hulp niet ten goede en dient het belang van het kind niet. Zo is Romeo bepaald niet makkelijk in de omgang met volwassenen. De jeugdreclasseerder merkt dat ook. Zijn moeder omschrijft hem wel eens als een ‘verwend stuk vreten’, waarmee ze overigens net zo goed zichzelf als de jongen declasseert. Het zou averechts werken om aan de moeder te laten merken dat daar wel wat inzit. Het zou een evenwichtige en constructieve samenwerking met beiden benadelen. Voor de professional in kwestie is het dan een grote uitdaging positieve en constructieve elementen in de omgang tussen moeder en zoon op te sporen en uit te breiden.Het analyseren en opbouwen van een samenwerkingsrelatie met gezinsle-den, geschoeid op een oplossingsgerichte leest en het stellen van doelen, komt aan de orde in hoofdstuk 2.

De tweede ring: samenwerking met het netwerk − familie, vrienden, buurtgenotenEen relevante rol van het netwerk in het hulpproces draagt bij aan het ver-sterken van probleemoplossende vermogens van gezinnen. Hulpverleners zijn voorbijgangers in het leven van de gezinsleden. Het sociale netwerk

Page 11: 1 Doel en uitgangspunten van 1Gezin1Plan & Gezin Centraalpdf.swphost.com/inkijkpagina/850499inkijk.pdf · 1 Doel en uitgangspunten van 1Gezin1Plan & Gezin Centraal 19 Je zult vermoedelijk

27

blijft echter beschikbaar als de professionals vertrokken zijn. Een versterkte, steunende rol van het sociale netwerk kan ertoe leiden dat het gezin dat nu steun behoeft, in een later stadium zelf steunend kan optreden voor een ander in hetzelfde netwerk. En dat is empowerment ‘avant la lettre’; degene die hard hulp nodig had, wordt zelf de steun en toeverlaat van een ander. In hoofdstuk 3 gaan we uitgebreid in op de samenwerking met het sociale netwerk als onderdeel van een hulptraject.

De derde ring: samenwerking met professionals en instantiesDe derde ring van samenwerking ontstaat als er meerdere professionals be-trokken zijn bij één gezinssysteem. Het is in het belang van het gezin dat de professionals goed en zorgvuldig met elkaar samenwerken, en daarom geven we er de voorkeur aan te spreken van het ‘team’ rond het gezin. Dit bestaat uit de diverse zorg- en dienstverleners die betrokken zijn bij het gezin, personen uit het sociale netwerk die de gezinsleden graag een rol geven én de gezinsleden zelf. Het werkt het beste als er ook onder de profes-sionals, die bij verschillende organisaties in dienst zijn, een sterke loyaliteit ontstaat waarbij gezamenlijkheid een grotere rol speelt dan verschillen in visie, werkwijzen en gewoonten. In hoofdstuk 4 gaan we nader in op de samenwerking van professionals in het team rond een gezin in het kader van een 1Gezin1Plan-traject.

Figuur 1.1 Ringen van samenwerking.

individu

gezin

sociaal netwerk:familie, vrienden,buren, etc.

professioneel netwerk:hulpverleners, leerkrachten, etc.

1 Doel en uitgangspunten van 1Gezin1Plan & Gezin Centraal

Page 12: 1 Doel en uitgangspunten van 1Gezin1Plan & Gezin Centraalpdf.swphost.com/inkijkpagina/850499inkijk.pdf · 1 Doel en uitgangspunten van 1Gezin1Plan & Gezin Centraal 19 Je zult vermoedelijk

28 1Gezin1Plan

Vormgeven van samenwerking als onderdeel van methodisch handelenDe drie ringen van samenwerking zijn niet drie losse taken of aandachts-gebieden van de professional. Er is sprake van een nauwe samenhang tus-sen de ringen. Zo bepaalt de samenwerkingsrelatie die de professional met het cliëntsysteem ontwikkelt de vorm en inhoud van de samenwerking met het sociale netwerk. De samenwerking met de professionals rond het gezin werkt alleen als de gezinsleden met hun vragen, doelen en kwaliteiten cen-traal staan. Samenwerken met collega’s buiten het gezin om is ineffectief en strijdig met de visie van 1Gezin1Plan.

1.4.3 Gedragsverandering in de eigen leefomgevingHet werken aan gedragsverandering in de leefomgeving van gezinnen ver-eist methodisch handelen. Zoals eerder vermeld, ben je als hulpverlener een soort coach als je werkt aan gedragsverandering volgens de principes van empowerment en ‘eigen kracht’. Alleen in die rol, ‘leading from behind’, versterk je de zelfsturing van cliënten. Werken aan gedragsverandering houdt in dat je gezinnen coacht bij het ontdekken, uittesten en implemen-teren van hun eigen oplossingen in hun eigen leefomgeving. Je methodisch handelen is erop gericht aanwezige capaciteiten en krachten in het gezin en het directe sociale netwerk te benutten en te versterken. Het begint ermee dat je gezinsleden begeleidt bij het formuleren van vragen. Dit doe je door je te verdiepen in hun perceptie om de situatie vanuit hun perspectief te begrijpen. Vervolgens ontstaat er een dialoog waarbij je gebruikmaakt van je kennis, ervaring en inzichten. Hierbij leg je niet je mening op, maar stel je je deskundigheid ten dienste van de zoektocht van de cliënt naar alterna-tieven, het maken van keuzes en het vinden van oplossingen. Kort gesteld: je weet de juiste vragen op het goede moment te stellen. Werken aan gedragsverandering impliceert dus methodische vaardighe-den. In hoofdstuk 5 staan we uitgebreid stil bij de methodiek van het wer-ken aan duurzame gedragsverandering. Hierbij vormt de methodiek Gezin Centraal, die we hierna presenteren, de basis.

1.5 De methodiek Gezin Centraal

Gezin Centraal is een methodisch programma voor jeugdhulp (Bolt, 2007). Het hoofddoel is het bevorderen van empowerment of het vergroten van zelfsturing bij gezinnen die vastlopen vanwege uiteenlopende problema-

Page 13: 1 Doel en uitgangspunten van 1Gezin1Plan & Gezin Centraalpdf.swphost.com/inkijkpagina/850499inkijk.pdf · 1 Doel en uitgangspunten van 1Gezin1Plan & Gezin Centraal 19 Je zult vermoedelijk

29

tiek, zodat de gezinsleden in staat zijn een belangrijke bijdrage te leveren aan het oplossen van hun problemen. Deze formulering vertoont veel ge-lijkenis met de uitgangspunten van 1Gezin1Plan. Je zou kunnen stellen dat 1Gezin1Plan het raamwerk van systematische, multidisciplinaire en vraag-gerichte hulp vormt, waarbij Gezin Centraal voorziet in de beschrijving van het methodisch handelen van de hulpverlener. Beide zijn gebaseerd op dezelfde principes.

Gezin Centraal is geen sterk geprotocolleerde, maar wel een principiële methodiek. Eigen initiatief, creativiteit en professionaliteit zijn optimaal inzetbaar. Er zijn wel enkele principes en methodische onderdelen die de werkwijze van Gezin Centraal kenmerken. Een van de belangrijkste is dat het een gezinsgerichte methodiek is. De hulp is erop gericht de inefficiënte interacties in een gezin te doen verminderen door de constructieve com-municatie te versterken en uit te breiden. Hiernaast is Gezin Centraal sterk oplossingsgericht. In het bijzonder kun je later in dit boek kennismaken met de voor Gezin Centraal kenmerkende wijze waarop aan gedragsveran-dering wordt gewerkt. Hierbij is één van de meest wezenlijke onderdelen de vaardigheid ‘inzoomen op gebeurtenissen’. Deze coachingsvaardigheid ge-bruik je om cliënten te helpen zelf te ontdekken wat zij aan vermogens ten-toonspreiden in de alledaagse situaties van hun leven; kwaliteiten waarvan zij zich zelf nauwelijks of niet bewust zijn. Verder is er voor Gezin Centraal een aantal vaste elementen gedefinieerd ten aanzien van fasering, frequen-tie en opbouw van het hulpproces.

Gezin Centraal bestaat uit een ambulant programma en een programma waarin gezinshulp wordt uitgevoerd, aangevuld met daghulpverlening en hulpvormen voor verblijf. Residentiële hulp en daghulp worden daarbij per definitie gezinsgericht vormgegeven. Hierbij vormen de doelen en vragen van het gezin, ook als een kind tijdelijk of permanent niet meer thuis kan wonen, de basis. Omdat Gezin Centraal geen geprotocolleerd programma is, kan het functioneren als basis voor samenwerking van professionals met uiteenlopende achtergronden. In verschillende instellingen die werken met Gezin Centraal, worden ook andere methoden in Gezin Centraal-trajecten aangeboden. Als je met Gezin Centraal werkt, zit je dus niet vast aan één methodiek.Binnen de verschillende instellingen in Nederland en België zijn varianten van Gezin Centraal ontwikkeld. Er is een korte variant van 10 tot 15 ge-

1 Doel en uitgangspunten van 1Gezin1Plan & Gezin Centraal

Page 14: 1 Doel en uitgangspunten van 1Gezin1Plan & Gezin Centraalpdf.swphost.com/inkijkpagina/850499inkijk.pdf · 1 Doel en uitgangspunten van 1Gezin1Plan & Gezin Centraal 19 Je zult vermoedelijk

30 1Gezin1Plan

sprekken ambulant (ongeveer 4 maanden), een gemiddelde variant van ongeveer 6 tot 7 maanden en een langere variant van 10 tot 12 maanden. Wanneer een gezin gebruikmaakt van meerdere verblijfmodules dan be-draagt de duur van de hulp meestal 9 tot 12 maanden. Overigens zijn deze termijnen indicatief. Als hulpverlening vraaggericht is, hangt de duur van de hulp af van het proces van een gezin.

Voor Gezin Centraal is een kwaliteitssysteem ontwikkeld waarin de meting van het handelen volgens de principes van de methodiek, de zogenoemde methodiektrouw, wordt gekoppeld aan de meting van effectiviteit en klant-tevredenheid. Het kwaliteitssysteem is zo opgebouwd dat de uitkomsten fungeren als feedback voor professionals. Kwaliteitsmeting heeft het meeste effect als professionals, en daarmee indirect hun cliënten, er in praktische zin en op een korte termijn van kunnen profiteren.

In de loop van dit boek maak je kennis met een aantal belangrijke elemen-ten van Gezin Centraal. Voor meer uitgebreide informatie over de metho-diek verwijzen we graag naar Het gezin centraal. Handboek voor ambulante hulpverleners (Bolt, 2007).

PC-P023
Tekstvak
1Gezin1Plan Handboek voor de praktijk m.m.v. Karel Diephuis, Ella Tacq, Renske van Bemmel Arjan Bolt Quirien van der Zijden ISBN: 9789088504990 http://www.swpbook.com/