Upload
others
View
7
Download
0
Embed Size (px)
Citation preview
Natuurvoormensen Omgevingspsychologisch onderzoek
Buiten is gezond
Onderzoeksrapport publieksenquête december 2012
Uit een grootschalige publieksenquête onder meer dan 1000 Nederlanders blijkt dat de meeste Nederlanders denken
dat er een positieve relatie bestaat tussen natuur en gezondheid. Nederlanders denken dat een bezoek aan de natuur
vooral helpt bij psychische problemen en aandoeningen van de luchtwegen. Ze denken ook dat grootschalige natuur
zoals bos en heide het meest gezond is. Een meerderheid van de bevolking vindt dat behandelmethoden in de natuur
een meerwaarde hebben ten opzichte van een behandeling binnenshuis. De interesse in het thema natuur en
gezondheid is het grootst onder vrouwen en ouderen, onder jongeren van 18-24 jaar is het animo het laagst. Veel
Nederlanders weten niet zeker of de positieve effecten van natuur op gezondheid wel wetenschappelijk bewezen zijn,
en een meerderheid vindt dat er meer onderzoek naar de effecten van natuur op onze gezondheid moet worden
gedaan. Zorgverzekeraars kunnen daar volgens de meeste Nederlanders een belangrijke bijdrage aan leveren.
Enkele voorbeelden van bevindingen:
99% van de bevolking vindt het (een beetje) belangrijk dat kinderen opgroeien met voldoende natuur in hun buurt.
45% van de bevolking zoekt dagelijks of wekelijks de natuur op om gezondheidsredenen
8 op de 10 Nederlanders denken dat de aanleg van meer natuur in en rond woonwijken (misschien) zou kunnen
leiden tot besparingen op zorgkosten en kosten voor arbeidsverzuim.
94% van de bevolking zou een vriend of vriendin die last heeft van somberheid en depressieve gevoelens misschien
of zeker adviseren om vaker de natuur in te gaan.
79% van de bevolking denkt dat behandelmethoden in de natuur een meerwaarde hebben ten opzichte van een
behandeling binnenshuis in een behandelkamer of sportschool.
97% van de mensen die ervaring hebben met een behandeling in de natuur vindt dat de natuurlijke omgeving een
meerwaarde heeft voor de behandeling.
87% van de bevolking vindt het belangrijk dat zorgverzekeraars meer aandacht besteden aan de positieve effecten
van natuur op gezondheid.
Achtergrond van het onderzoek
Dit onderzoek is uitgevoerd door Agnes van den Berg van bureau Natuurvoormensen in opdracht van De Friesland
Zorgverzekeraar. De Friesland is een zorgverzekeraar met veel aandacht voor de bijdrage van de natuurlijke omgeving
aan de kwaliteit van leven en preventie en behandeling van ziekten. De Friesland werkt samen met natuurorganisaties
in het Natuurcollectief en organiseert en/of ondersteunt regelmatig wandel- en loopmanifestaties in de natuur. Om de
mening van de Nederlandse bevolking over het thema natuur en gezondheid en de meerwaarde van natuur voor
coaching en therapie te peilen heeft De Friesland een enquête laten uitvoeren onder de Nederlandse bevolking.
Het veldwerk is uitgevoerd door Intomart GfK.
Er is een grootschalige online vragenlijst afgenomen
onder 1037 Nederlanders van 18-85 jaar (Zie bijlage 1).
Het veldwerk is uitgevoerd van 19 – 25 oktober 2012
De steekproef was representatief op de kenmerken
geslacht, leeftijd, opleiding en regio (Zie bijlage 2).
Per vraag is gekeken of de antwoorden verschillen als
gevolg van geslacht en leeftijd (Zie bijlage 3)
Natuurvoormensen Omgevingspsychologisch onderzoek
2
Wat is natuur?
Omdat onderzoek1 laat zien dat mensen over het algemeen een breed natuurbeeld hebben is er voor gekozen om het
begrip ‘natuur’ ruim te definiëren:
Onder natuur worden niet alleen grootschalige natuurgebieden zoals bossen, heide, meren, duinen,
strand, rivieren, uiterwaarden verstaan, maar ook de groene plekken in en om de stad zoals het
plantsoen, het park of weilanden in uw directe omgeving. Ook tuinen bij huizen en het trapveldje bij
de school vallen onder het begrip natuur.
ZoBuiten.nl
Het onderzoek maakt deel uit van de campagne ZoBuiten.nl. ZoBuiten.nl is een initiatief van it Fryske Gea, de
Waddenvereniging, Het Drentse Landschap, Landschap Noord-Holland, het Flevo-landschap en De Friesland
Zorgverzekeraar. Deze organisaties hebben de handen ineen
geslagen om zoveel mogelijk mensen op een positieve manier te
stimuleren lekker naar buiten te gaan en zich goed te voelen. Via
de website ZoBuiten.nl kunnen mensen snel nagaan wat er in hun
buurt te beleven is. Gezellig een dagje met het gezin, een
meditatief moment of een actieve uitdaging? Op ZoBuiten.nl vindt
u direct een uitgebreid aanbod aan activiteiten in de buitenlucht
passend bij uw wensen.
Leeswijzer
In dit rapport worden de resultaten van de enquête besproken in vijf delen. In het eerste deel wordt aan de hand van
een zestal stellingen een beeld gegeven van hoe Nederlanders in het algemeen denken over het belang van natuur voor
de gezondheid. Hierbij wordt ook besproken hoe vaak Nederlanders een bezoek brengen aan de natuur om
gezondheidsredenen, en in hoeverre ze denken dat de aanleg van meer natuur kan leiden tot financiële besparingen.
Het tweede deel gaat dieper in op de vraag welk soort natuur volgens Nederlanders het meest gezond is, voor welke
klachten en aandoeningen de natuur een geschikte remedie is, en in hoeverre men, in vergelijking met andere
middelen, “de natuur ingaan” een geschikte remedie vindt bij somberheid en depressieve klachten. Het derde deel
geeft inzicht in hoe Nederlanders denken over verschillende soorten behandelmethoden in een natuurlijke omgeving,
zoals gesprekstherapie, ontspanningsoefeningen of beweegprogramma’s. Ook worden de ervaringen van respondenten
die zelf of van heel dichtbij zo’n behandelmethode hebben meegemaakt besproken. Het vierde gaat in de op
activiteiten die zorgverzekeraars zouden kunnen ondernemen rondom het thema natuur en gezondheid. In het vijfde
en laatste deel worden de belangrijkste conclusies van het onderzoek samengevat en vergeleken met resultaten van
eerder onderzoek. Ook geeft De Friesland Zorgverzekeraar een reactie op de bevindingen
1 Buijs, A.E. (2000). Natuurbeelden van de Nederlandse bevolking. Landschap, 17(2), 97-112
Natuurvoormensen Omgevingspsychologisch onderzoek
3
1. Het belang van natuur voor gezondheid
Een overgrote meerderheid van de Nederlandse bevolking is van mening dat natuur goed is voor de
gezondheid. Vooral het belang van natuur voor kinderen wordt onderkend. Maar liefst 99% van de
Nederlanders vindt het belangrijk dat kinderen opgroeien met voldoende natuur in hun buurt. Maar
bijna alle Nederlanders ervaren zelf ook gezonde en rustgevende effecten in de natuur.
Ten opzichte van 8 jaar geleden lijkt de positieve houding van Nederlanders ten aanzien van natuur
en gezondheid licht toegenomen.
Nederlanders maken op grote schaal gebruik van de gezonde effecten van natuur. Bijna de helft van
de Nederlanders zoekt dagelijks of wekelijks de natuur op om te ontspannen, problemen op te lossen,
of hun conditie/gezondheid te verbeteren.
De meeste Nederlanders denken dat de aanleg van meer natuur in en rond woonwijken zou kunnen
leiden tot besparingen op zorgkosten en kosten voor arbeidsverzuim. Ze schatten de jaarlijkse
besparingen echter veel lager in dan het bedrag van 394 miljoen dat KPMG onlangs berekende.
Veel Nederlanders weten niet zeker of de positieve effecten van natuur op gezondheid wel
wetenschappelijk bewezen zijn, en een grote meerderheid vindt dat er meer onderzoek naar de
effecten van natuur op onze gezondheid moet worden gedaan.
Vrouwen brengen vaker een bezoek aan de natuur om gezondheidsredenen dan mannen, en ze
ervaren ook vaker een gezond en rustgevend gevoel in de natuur dan mannen. Vrouwen schatten de
besparingen die kunnen worden bereikt door de aanleg van meer natuur echter lager in dan mannen.
Over het algemeen neemt zowel het natuurbezoek als de interesse in de gezonde effecten van natuur
toe met de leeftijd. De “baby-boom” generatie van 50-64 jaar springt er uit als een groep die positief
en actief bezig is met natuur en gezondheid, in de groep van 18-24 jaar is de animo het kleinst.
Natuurvoormensen Omgevingspsychologisch onderzoek
4
Stellingen natuur en gezondheid
De respondenten kregen, in willekeurige volgorde, zes stellingen over natuur en gezondheid voorgelegd. Het belang
van natuur in de buurt voor kinderen wordt vrijwel unaniem ondersteund, 99% is het eens met deze stelling, slechts 4
respondenten (0,4%) zijn het er mee oneens. Een zeer grote meerderheid ervaart zelf ook in meerdere of mindere mate
een gezond (96%) en rustgevend (96%) gevoel door een bezoek aan de natuur. De meeste respondenten (88%) zijn het
er mee eens zijn dat er meer onderzoek moet worden gedaan naar de effecten van natuur op de gezondheid. Bijna een
derde van de respondenten (32%) geeft aan niet te weten of het positieve effect van natuur op gezondheid wel
bewezen is. De negatief geformuleerde stelling (ik geloof niet dat natuur de gezondheid kan bevorderen) wordt sterk
afgewezen, alhoewel wel bijna 19% aangeeft het hier wel (een beetje) mee eens te zijn. Dit kan wellicht worden
verklaard doordat deze mensen niet willen overkomen als iemand die overal maar in gelooft.
0% 10% 20% 30% 40% 50% 60% 70% 80% 90%100%
Ik geloof niet dat natuur de gezondheid kanbevorderen
Het positieve effect van natuur op gezondheid iswetenschappelijk bewezen
Er moet meer onderzoek worden gedaan naar deeffecten van natuur op onze gezondheid
Door een bezoek aan de natuur kom ik tot rust
Een bezoek aan de natuur geeft mij een gezondgevoel
Ik vind het belangrijk dat kinderen opgroeien metvoldoende natuur (zoals een bos, park of speeltuin) in
hun buurt
76%
2%
6%
2%
2%
0,4%
12%
27%
38%
26%
25%
7%
7%
39%
50%
71%
71%
92%
5%
32%
6%
2%
2%
1%
Stellingen natuur en gezondheid
oneens beetje eens zeer eens weet niet/geen mening
Natuurvoormensen Omgevingspsychologisch onderzoek
5
Vrouwen ervaren vaker een gezond en rustgevend gevoel in de natuur dan mannen
Vrouwen reageren over het algemeen positiever dan mannen op de stellingen over natuur en gezondheid. Deze
verschillen zijn significant als het gaat om de eigen, gezonde en rustgevende ervaringen in de natuur.
“Baby-boomers” staan zeer positief tegenover de gezondheidseffecten van natuur
Jongeren in de leeftijdsgroep van 18-24 jaar reageren over het algemeen minder positief op de stellingen dan
oudere leeftijdsgroepen, in de “babyboom generatie” groep van 50-64 jaar reageert men het meest positief.
Er zijn significante verschillen tussen leeftijdsgroepen voor vier stellingen. In de tabel hieronder staan de
percentages respondenten in de verschillende leeftijdsgroepen die het “zeer eens” zijn met de stellingen.
Zeer eens met stelling….. 18-24 jr 25-34 jr 35-49 jr 50-64 jr 65+
Ik vind het belangrijk dat kinderen opgroeien
met voldoende natuur (zoals een bos, park of
speeltuin) in hun buurt
86% 91% 91% 95% 94%
Een bezoek aan de natuur geeft mij een
gezond gevoel 54% 70% 74% 75% 72%
Door een bezoek aan de natuur kom ik tot rust 54% 66% 73% 78% 70%
Er moet meer onderzoek worden gedaan naar
de effecten van natuur op onze gezondheid 41% 42% 43% 60% 55%
0% 20% 40% 60% 80%100%
Door een bezoek aan de natuur kom ik tot rust
Een bezoek aan de natuur geeft mij een gezond gevoel
65%
66%
76%
76%
% zeer eens met stelling vrouwen mannen
Natuurvoormensen Omgevingspsychologisch onderzoek
6
Vergelijking met eerdere publieksenquête
In 2004 heeft Nipo2 voor het eerst een publieksenquête uitgevoerd over het thema natuur en gezondheid. Deze
enquête bevatte een aantal stellingen die zeer vergelijkbaar zijn met die uit de huidige enquête. Als de reacties op
de stellingen in 2004 en 2012 naast elkaar worden gelegd dan ontstaat het volgende beeld:
In 2004 was 96% van de respondenten het helemaal of grotendeels eens met de stelling ‘Ik vind het belangrijk dat
kinderen natuur in de buurt hebben’. in 2012 was 99% van de respondenten het zeer of een beetje eens met de
stelling ’Ik vind het belangrijk dat kinderen opgroeien met voldoende natuur in de buurt’.
In 2004 gaf 92% van de respondenten aan het helemaal of grotendeels eens te zijn met de stelling ‘Een uitstapje in
de natuur geeft mij het gevoel gezond bezig te zijn’. In 2012 geeft 96% van de respondenten aan het zeer of een
beetje eens te zijn met de stelling “Een bezoek aan de natuur geeft mij een gezond gevoel’.
In 2004 was 95% van de respondenten het helemaal of grotendeels eens met de stelling ‘Natuur heeft een
ontspannende werking op mij’. In 2012 is 96% het zeer of een beetje eens met de stelling “Door een bezoek aan
de natuur kom ik tot rust”.
Er is dus sprake van een stabiele of zelfs licht toenemende positieve houding van Nederlanders ten aanzien van
het belang van natuur voor gezondheid. Met name het aantal mensen dat een gezond gevoel krijgt door een
bezoek aan de natuur lijkt licht gestegen.
Natuurbezoek
Nederlanders zoeken vaak de natuur op om gezondheidsredenen. Op de vraag “Hoe vaak brengt u zelf, gemiddeld over
een jaar, een bezoek aan de natuur (inclusief tuin bij het huis), bijvoorbeeld om te ontspannen, problemen op te lossen,
of uw conditie/gezondheid te verbeteren?” antwoordt 46% met “dagelijks of wekelijks”. 46% brengt maandelijks of een
paar keer per jaar een bezoek aan de natuur om gezondheidsreden. Ongeveer 8% brengt zelden of nooit een bezoek
aan de natuur.
2 Frerichs, R. (2004). Gezondheid en natuur; Een onderzoek naar de relatie tussen gezondheid en natuur. Graveland, NL: Vereniging
Natuurmonumenten.
22%
24%
29%
17%
8% 0,4%
Bezoek natuur om gezondheidsredenen
(bijna) elke dag
een paar keer per week
een paar keer per maand
een paar keer per jaar
zelden of nooit
weet niet/geen mening
Natuurvoormensen Omgevingspsychologisch onderzoek
7
Vrouwen gaan vaker de natuur in dan mannen
Vrouwen brengen vaker een bezoek aan de natuur om gezondheidsredenen dan mannen.
Ruim 26% van de vrouwen geeft bijvoorbeeld aan (bijna) elke dag de natuur te bezoeken, tegen 17% van de
mannen.
Natuurbezoek neemt toe met leeftijd
Ouderen brengen vaker een bezoek aan de natuur om gezondheidsredenen dan jongeren. In de twee oudste
groepen bezoekt bijna een derde van de respondenten de natuur (bijna) dagelijks, in de jongere groepen is het
percentage dat dagelijks de natuur bezoekt niet hoger dan 15%.
Besparingen op zorgkosten
Zou de aanleg van meer natuur in en rond woonwijken tot besparingen op zorgkosten en kosten voor ziekteverzuim
kunnen leiden? Een ruime meerderheid van de respondenten (79%) denkt dat dat (misschien) wel zo is, slechts 14%
denkt van niet. Opvallend is dat de meeste mensen zich duidelijk durven uitspreken over de economische waarde van
meer natuur, relatief weinig mensen (7%) onthouden zich van een antwoord. Ouderen denken vaker dat aanleg van
natuur tot besparingen zal leiden, met het grootste aantal “ja” antwoorden en het kleinste aantal “nee” antwoorden in
de groep van 50-64 jaar. Er waren geen verschillen tussen mannen en vrouwen in het antwoord op deze vraag.
26%
24% 28%
16% 6%
0,4%
Bezoek natuur vrouwen
17%
24%
31%
18%
10%
0,4%
Bezoek natuur mannen
(bijna) elke dag
een paar keer per week
een paar keer per maand
een paar keer per jaar
zelden of nooit
weet niet/geen mening
18-24 jaar
25-34 jaar
35-49 jaar
50-64 jaar
65+
10%
15%
14%
26%
34%
Bezoek natuur (bijna) elke dag
Natuurvoormensen Omgevingspsychologisch onderzoek
8
Antwoord Totaal 18-24 jr 25-34 jr 35-49 jr 50-64 jr 65+
ja 24% 17% 22% 25% 27% 24%
misschien 55% 53% 53% 52% 60% 56%
nee 14% 20% 21% 15% 8% 14%
weet niet/geen mening 7% 10% 5% 8% 6% 7%
Hoeveel kan er worden bespaard met natuur?
Onlangs is door KPMG berekend dat de aanleg van 10% meer natuur in en rond woonwijken zou kunnen leiden tot een
jaarlijkse besparing van ruim 394 miljoen euro op zorgkosten en kosten voor arbeidsverzuim3. Aan de 822
respondenten die aangaven dat de aanleg van meer natuur (misschien) tot besparingen zou kunnen leiden is gevraagd
om een inschatting te maken van de mogelijke besparingen door de aanleg van 10% meer natuur. Meer dan de helft
van de respondenten (51%) gaf aan hier geen inschatting van te kunnen maken. De respondenten die wel een schatting
durfden te geven blijken de besparingen flink lager in te schatten dan de door KPMG berekende 394 miljoen per jaar.
De meeste respondenten(44%) schatten de besparingen op minder dan 100 miljoen per jaar. Slechts 5% schat de
besparingen op meer dan 100 miljoen euro per jaar.
Vrouwen schatten besparingen lager in dan mannen
Vrouwen (57%) geven vaker aan dan mannen (44%) dat ze niet weten hoeveel besparingen er kunnen worden
bereikt door de aanleg van meer natuur.
Vrouwen die wel een schatting geven, doen iets lagere schattingen dan mannen. Slechts 19% van de vrouwen
denkt dat er meer dan 10 miljoen per jaar bespaard kan worden, tegen 39% van de mannen.
Dus ondanks het feit dat vrouwen over het algemeen meer overtuigd zijn van de positieve effecten van natuur op
de gezondheid dan mannen, schatten ze de mogelijke economische consequenties van de gezondheidseffecten
lager in dan mannen.
Leeftijd was niet van invloed op de inschattingen van de besparingen.
3 KPMG (2012). Groen, gezond en productief. The Economics of Ecosystems & Biodiversity (TEEB NL): Natuur en gezondheid.
10%
24%
10% 4%
1% 0%
51%
Besparingen door aanleg 10% meer natuur
Minder dan een miljoen euro per jaar
Tussen 1 en 10 miljoen euro per jaar
Tussen 10 en 100 miljoen euro per jaar
Tussen 100 en 500 miljoen euro per jaar
Tussen 500 miljoen en een miljard euro perjaarMeer dan een miljard euro per jaar
Weet niet/geen mening
Natuurvoormensen Omgevingspsychologisch onderzoek
9
2. Welke natuur is het meest gezond, en waarvoor?
Nederlanders denken dat een bezoek aan de natuur vooral helpt bij psychische problemen, zoals
stress, ingrijpende levensgebeurtenissen, en depressieve klachten. Een meerderheid van de
bevolking vindt natuur ook een geschikt hulpmiddel bij aandoeningen van de luchtwegen zoals astma
en COPD. Bij griep of verkoudheid heeft het volgens de meeste Nederlanders niet veel zin om de
natuur in te gaan, en ook voor diabetes vindt men natuur geen geschikt hulpmiddel.
Mensen die zelf een aandoening hebben zoals diabetes of depressie vinden de natuur over het
algemeen een geschikter hulpmiddel voor die aandoening dan mensen zonder die aandoening.
Nederlanders vinden grootschalige natuur, zoals bos en heide, en strand en duinen het meest gezond,
gevolgd door natuurlijke speeltuinen en volkstuinen, weilanden, natuur in de stad en planten
binnenshuis of op het balkon. Een schilderij of afbeelding van de natuur wordt door de meeste
Nederlanders niet gezond gevonden.
Bijna twee derde van de Nederlanders zou een vriend of vriendin die last heeft van somberheid en
depressieve gevoelens zeker aanraden om vaker de natuur in te gaan. De natuur in gaan wordt vaker
geadviseerd dan andere gangbare hulpmiddelen tegen depressie zoals meer gaan sporten, relaties
versterken, in therapie gaan, of antidepressiva slikken.
Vrouwen vinden de natuur voor alle aandoeningen vaker een geschikter hulpmiddel dan mannen, ze
vinden de meeste soorten natuur gezonder dan mannen, en ze geven bij depressie vaker het advies
om de natuur in te gaan.
Jongeren vinden de natuur minder vaak een geschikt hulpmiddel voor bijna alle aandoeningen dan
ouderen, en ze vinden bijna alle soorten natuur ook minder gezond. Met name natuurlijke
speelplekken voor kinderen en de (volks)tuin worden door jongeren minder gezond gevonden dan
door ouderen. Jongeren zijn ook minder geneigd om een vriend of vriendin met depressieve
gevoelens te adviseren om vaker de natuur in te gaan.
Natuurvoormensen Omgevingspsychologisch onderzoek
10
Bij welke ziekten, aandoeningen en problemen biedt de natuur verlichting?
De respondenten kregen een lijst met 14 gangbare ziekten, aandoeningen en problemen voorgelegd, waarop ze alles
mochten aankruisen waarvoor de natuur volgens hen een geschikt hulpmiddel vormt. Vrijwel iedereen kruiste
tenminste één probleem aan, slechts 2% gaf aan dat natuur nergens een geschikt hulpmiddel voor is. Stress, burn-out
en een overspannen gevoel werd het meest aangekruist, maar liefst 89% van de mensen denkt dat de natuur bij deze
klachten verlichting kan bieden. Maar ook de rest van de top-5 bestaat voornamelijk uit psychische aandoeningen en
problemen zoals ingrijpende levensgebeurtenissen en depressieve klachten, met als uitzondering astma en COPD op de
derde plaats. Over het algemeen wordt de natuur een minder geschikt hulpmiddel gevonden voor ziekten en
aandoeningen waarbij de effecten van natuur minder direct merkbaar zijn. Dit geldt vooral voor ziekten zoals hart- en
vaatziekten en diabetes die te maken hebben met een inactieve leefstijl. Hierbij kan ook meespelen dat men bij
sommige ziekten niet zo goed bekend is met het feit dat deze te maken hebben met een inactieve leefstijl.
Vergelijking met resultaten Vitamine G onderzoek
In het Nederlandse Vitamine G onderzoek zijn relaties berekend tussen de hoeveelheid natuur in de
woonomgeving en het vóórkomen van verschillende ziekten en aandoeningen4.
Om na te gaan in hoeverre de mening van de respondenten overeenkomt met de resultaten van het Vitamine G
onderzoek zijn de ziekten en aandoeningen die in beide onderzoeken zijn onderzocht ingedeeld in drie clusters die
sterk, matig en zwak samenhangen met natuur.
Vanwege de grote verschillen in meetmethoden tussen deze enquête en het Vitamine G onderzoek kan slechts
een zeer globale vergelijking worden gemaakt tussen de twee onderzoeken.
4 Maas, J., Verheij, R. A., de Vries, S., Spreeuwenberg, P., Schellevis, F. G., & Groenewegen, P. P. (2009). Morbidity is related to a green living environment. Journal of Epidemiology and Community Health, 63(12), 967-973. Tabel 4 in dit artikel geeft een overzicht van de sterkte van de relaties.
2%
5%
11%
13%
24%
25%
26%
28%
37%
42%
43%
55%
58%
59%
59%
89%
geen van bovenstaande
weet niet/geen mening
diabetes
griep of verkoudheid
hart- en vaatziekten
aandoeningen van het bewegingsstelsel nek- en rugpijn,…
ADHD en andere stoornissen bij kinderen zoals PDD-NOS
eenzaamheid
overgewicht
slapeloosheid
hoofdpijn en migraine
depressieve klachten en angststoornissen
ingrijpende levensgebeurtenis, zoals een scheiding , ontslag of…
aandoeningen van de luchtwegen zoals astma en COPD
verlies of ernstige ziekte van een dierbare vriend of familielid
stress, burn-out, overspannen gevoel
Geschiktheid natuur bij ziekten, aandoeningen en problemen
Natuurvoormensen Omgevingspsychologisch onderzoek
11
De respondenten lijken het grote belang van natuur voor depressie en aandoeningen van de luchtwegen goed in
te schatten. Het geringere belang van natuur voor hart- en vaatziekten wordt ook goed ingeschat. De effecten van
natuur op diabetes en verkoudheid lijken iets te worden onderschat, terwijl de effecten van natuur op hoofdpijn
en migraine en aandoeningen van het bewegingsstelsel juist iets lijken te worden overschat.
Belang natuur voor ziekten en aandoeningen
Vitamine G onderzoek Publieksenquête
1. depressie en angststoornissen; astma en COPD 1. astma en COPD; depressie en angststoornissen
2. diabetes; verkoudheid 2. hoofdpijn en migraine; aandoeningen van het
bewegingsstelsel
3. aandoeningen van het bewegingsstelsel; hart- en
vaatziekten; hoofdpijn en migraine
3. hart- en vaatziekten; griep en verkoudheid; diabetes
Vrouwen vinden de natuur vaker een geschikt hulpmiddel dan mannen
Vrouwen vinden voor alle ziekten, aandoeningen en problemen de natuur veel vaker een geschikt hulpmiddel dan
mannen.
De verschillen zijn het grootst bij de aandoeningen die lager in de ranglijst staan, zoals ADHD (vrouwen 35%,
mannen 17%), overgewicht (vrouwen 46%, mannen 27%), slapeloosheid (vrouwen 50%, mannen 33%) en ziekten
van het bewegingsapparaat (vrouwen 32%, mannen 17%) en diabetes (vrouwen 16%, mannen 6%).
De rangorde van aandoeningen waarvoor natuur een geschikt hulpmiddel vormt verschilt niet veel tussen mannen
en vrouwen, bij mannen staan aandoeningen van de luchtwegen en hart- en vaatziekten wat hoger in de lijst.
Jongeren vinden natuur minder vaak een geschikt hulpmiddel dan ouderen
Jongeren van 18-24 jaar vinden natuur voor bijna alle aandoeningen (met uitzondering van eenzaamheid) minder
vaak een geschikt hulpmiddel dan oudere groepen. In deze groep vindt 5% natuur voor geen enkele aandoening
een geschikt hulpmiddel, tegen gemiddeld 2% in de oudere groepen.
De groep van 50-64 jaar vindt natuur het vaakst een geschikt hulpmiddel voor bijna alle aandoeningen.
Mensen in de leeftijdsgroepen van 25-34 jaar (35%) en van 35-49 jaar (31%), waartoe veel ouders met jonge
kinderen behoren, denken vaker dan de andere leeftijdsgroepen dat natuur een geschikt hulpmiddel is bij ADHD
en andere stoornissen bij kinderen zoals PDD-NOS.
Natuurvoormensen Omgevingspsychologisch onderzoek
12
Oordelen van personen die zelf ziek zijn
Met behulp van achtergrondinformatie over de ziektegeschiedenis van de respondenten kon voor zeven ziekten
en aandoeningen uit de lijst een vergelijking worden gemaakt tussen personen met en zonder de aandoening.
Over het algemeen vinden personen die zelf een aandoening of ziekte hebben de natuur een geschikter
hulpmiddel voor die aandoening of ziekte. Van de 68 personen die diabetes hebben vindt bijvoorbeeld 31% de
natuur een geschikt hulpmiddel bij diabetes, tegen slechts 10% van de personen zonder diabetes.
Personen met een aandoening vinden de natuur vooral een geschikter hulpmiddel voor hun eigen aandoening en
problemen die daarmee te maken hebben. Bijvoorbeeld depressieve personen vinden de natuur alleen een
geschikter hulpmiddel bij depressieve klachten en eenzaamheid, maar niet bij andere aandoeningen zoals
overgewicht.
Personen met hartproblemen vinden de natuur geen geschikter hulpmiddel bij hart- en vaatziekten dan personen
zonder hartproblemen. Aangezien personen met hartproblemen ongeveer even vaak de natuur bezoeken als
personen zonder hartproblemen, duidt deze bevinding er op dat mensen met hartproblemen minder positieve
effecten van bezoek aan de natuur ervaren mensen met andere aandoeningen.
0% 10% 20% 30% 40% 50% 60% 70% 80%
hart- en vaatziekten
diabetes
overgewicht
aandoeningen bewegingsstelsel
hoofdpijn en migraine
aandoeningen luchtwegen
depressieve klachten en angststoornissen
24%
10%
36%
22%
43%
58%
54%
25%
31%
43%
37%
54%
69%
78%
Geschiktheidsoordelen van personen met en zonder aandoening
zelf aandoening overig
Natuurvoormensen Omgevingspsychologisch onderzoek
13
Welke natuur is het meest gezond?
De respondenten kregen, in willekeurige volgorde, een lijst met 11 omschrijvingen van verschillende soorten natuur
voorgelegd, variërend van grootschalige natuur ver weg van de stad tot een (volks)tuin of een schilderij of afbeelding
van natuur. Per natuursoort kon men aangeven of deze zeer gezond, een beetje gezond of niet gezond is. Bos en heide
worden het meest gezond gevonden, maar liefst 86% van de respondenten vindt dit zeer gezond, slechts 0,3% (3
respondenten) vindt bos en heide niet gezond. Strand en duinen zijn een goede tweede, gevolgd door ruig, woest
ongerept gebied. Na deze grootschalige natuurgebieden volgen eerst de natuurlijke speeltuin en de (volks)tuin, daarna
pas komen weilanden en agrarisch gebied. Een groen schoolplein wordt veel minder gezond gevonden dan een
natuurlijke speeltuin, terwijl deze toch zeer vergelijkbaar zijn. Dit komt misschien doordat men zich niet goed een
voorstelling kan maken van hoe een “groen schoolplein” er uit ziet. Stadsnatuur (parken en plantsoenen en bomen
langs de straat) wordt door de meeste respondenten een beetje gezond gevonden. Een schilderij of afbeelding van de
natuur wordt door de meeste respondenten niet gezond gevonden, of op zijn hoogst een beetje gezond, slechts een
enkeling vindt dit zeer gezond.
0% 10% 20% 30% 40% 50% 60% 70% 80% 90%100%
een schilderij of afbeelding van de natuur
planten binnenshuis of op balkon
een rij bomen langs een straat
park of plantsoen in de stad
een “groen” schoolplein
weilanden en agrarisch gebied
een (volks)tuin
een natuurlijke speeltuin of speelbos voor kinderen
ruig, woest ongerept gebied
strand en duinen
bos en heide
66%
18%
21%
13%
10%
6%
7%
4%
4%
1%
0,3%
18%
62%
61%
67%
64%
54%
54%
48%
29%
18%
12%
3%
12%
12%
15%
21%
33%
35%
45%
59%
79%
86%
13%
8%
6%
5%
6%
6%
5%
4%
8%
3%
2%
Hoe gezond zijn deze soorten natuur?
niet gezond beetje gezond zeer gezond weet net/geen mening
Natuurvoormensen Omgevingspsychologisch onderzoek
14
Vrouwen vinden de meeste soorten natuur gezonder dan mannen
Vrouwen vinden over het algemeen alle soorten natuur gezonder dan mannen, deze verschillen zijn significant
voor 7 van de 11 soorten natuur: bos en heide (vrouwen 89% zeer gezond, mannen 83%), strand en duinen
(vrouwen 84% zeer gezond, mannen 73%), een natuurlijke speeltuin of speelbos voor kinderen (vrouwen 56% zeer
gezond, mannen 32%), een (volks)tuin (vrouwen 42% zeer gezond, mannen 27%), weilanden en agrarisch gebied
(vrouwen 37% zeer gezond, mannen 30%), een groen schoolplein (vrouwen 27% zeer gezond, mannen 14%) en
een rij bomen langs een straat (vrouwen 14% zeer gezond, mannen 10%).
De rangorde van zeer gezonde natuursoorten is ongeveer gelijk voor mannen en vrouwen, bij mannen staan
weilanden en agrarisch gebied alleen een plek hoger dan bij vrouwen, en de (volks)tuin een plek lager.
Jongeren vinden de meeste soorten natuur minder gezond dan ouderen
Over het algemeen vindt men alle soorten natuur gezonder naarmate men ouder is, behalve afbeeldingen van
natuur, die worden door alle leeftijdsgroepen ongeveer even (weinig) gezond gevonden.
De rangorde van zeer gezonde natuursoorten is in alle leeftijdsgroepen ongeveer gelijk, alleen in de jongere
leeftijdsgroepen staat de (volks)tuin op een lagere plek dan in de twee oudste leeftijdsgroepen.
% zeer gezond 18-24 jr 25-34 jr 35-49 jr 50-64 jr 65+
strand en duinen 77% 87% 86% 88% 87%
bos en heide 62% 72% 81% 82% 83%
ruig, woest ongerept gebied 42% 64% 59% 66% 56%
een natuurlijke speeltuin of speelbos voor kinderen 32% 48% 39% 44% 53%
een (volks)tuin 17% 27% 28% 41% 45%
weilanden en agrarisch gebied 28% 32% 35% 32% 36%
een “groen” schoolplein 14% 18% 20% 18% 29%
park of plantsoen in de stad 9% 11% 13% 15% 20%
een rij bomen langs een straat 7% 12% 10% 11% 18%
planten binnenshuis of op balkon 7% 14% 10% 9% 18%
een schilderij of afbeelding van de natuur 3% 3% 3% 2% 3%
Natuurvoormensen Omgevingspsychologisch onderzoek
15
Advies bij depressie: Ga vaker de natuur in!
Een bezoek aan de natuur kan verlichting geven bij somberheid en depressieve klachten. Maar hoe effectief is de
natuur ten opzichte van andere middelen, zoals meer gaan sporten of in therapie gaan? Om hier meer inzicht in te
krijgen kregen de respondenten een lijst met acht activiteiten (waaronder “vaker de natuur ingaan”) voorgelegd. Hierbij
is de volgende vraag gesteld: “Stel een goede vriend of vriendin van u heeft last van somberheid en depressieve
gevoelens. Wat zou u deze vriend of vriendin adviseren om te doen?” De respondenten konden per activiteit aangeven
of ze deze niet, misschien of zeker zou adviseren. Ook kon men drie activiteiten aankruisen die op de lange termijn het
meest effectief zijn tegen somberheid en depressieve gevoelens.
activiteit niet
adviseren
misschien
adviseren
zeker
adviseren
weet niet/
geen mening
In top 3
(n = 1000)
Vaker de natuur in gaan 3% 28% 66% 3% 72%
Meer gaan sporten 6% 38% 52% 4% 57%
Afleiding of ontspanning zoeken door luisteren
naar muziek, televisie kijken, of een boek lezen 7% 45% 44% 5% 48%
Relaties versterken, meer tijd doorbrengen
met vrienden of familie 5% 46% 42% 7% 52%
In therapie gaan 10% 49% 36% 5% 46%
Jezelf verwennen bijvoorbeeld door iets
nieuws te kopen of uit eten te gaan 23% 45% 26% 7% 13%
Een zelfhulp boek kopen of een onlinecursus
volgen op internet 55% 33% 4% 9% 3%
Antidepressiva slikken 61% 27% 3% 10% 10%
Van de acht activiteiten wordt “vaker de natuur ingaan” het meest geadviseerd, 66% zou dit zeker adviseren aan een
vriend of vriendin met depressieve klachten, slechts 3% zou het niet adviseren. Bij 72% van de respondenten staat dit
advies in de top 3. Vaker de natuur in gaan komt zelfs nog boven het advies om meer te gaan sporten, dit zou 52% van
de respondenten zeker adviseren. Het slikken van antidepressiva staat op de laatste plaats, slechts 3% zou dit zeker
adviseren. Over het algemeen laten de antwoorden op deze vraag zien dat men bij somberheid en depressie van
mening is dat mensen eerst zelf naar een oplossing moeten zoeken voor hun problemen, het inschakelen van
professionele hulp staat laag in de ranglijst van adviezen.
Vrouwen adviseren vaker om de natuur in te gaan dan mannen
73% van de vrouwen zou een vriend of vriendin met somberheid en depressieve gevoelens zeker adviseren om
vaker de natuur in te gaan, tegen 64% van de mannen.
“Vaker de natuur in gaan” staat bij 74% van de vrouwen in de top 3 van meest effectieve activiteiten bij
somberheid en depressieve gevoelens, tegen 70% van de mannen. Dit gaat voornamelijk ten koste van afleiding of
ontspanning zoeken door luisteren naar muziek, televisie kijken, of een boek lezen, dit staat bij 47% van de
vrouwen in de top 3, en bij 57% van de mannen.
Natuurvoormensen Omgevingspsychologisch onderzoek
16
Ouderen adviseren vaker om de natuur in te gaan dan jongeren
In de jongste leeftijdsgroep zou 46% een vriend of vriendin die last heeft van somberheid en depressieve
gevoelens zeker adviseren om vaker de natuur in te gaan, dit percentage loopt op met de leeftijd tot 74% in de
groepen ouder dan 50 jaar.
Jongeren zetten “vaker de natuur in gaan” ook minder vaak in de top 3 van meest effectieve activiteiten dan
ouderen. In plaats hiervan adviseren jongeren onder andere vaker om relaties te versterken en antidepressiva te
slikken.
% in top 3 meest effectieve activiteiten bij somberheid
en depressie 18-24 jr 25-34 jr 35-49 jr 50-64 jr 65+
Vaker de natuur in gaan 56% 59% 68% 79% 83%
Meer gaan sporten 50% 59% 60% 54% 59%
Afleiding of ontspanning zoeken door luisteren naar
muziek, televisie kijken, of een boek lezen 45% 36% 45% 50% 51%
Relaties versterken, meer tijd doorbrengen met vrienden
of familie 64% 69% 47% 50% 44%
In therapie gaan 51% 47% 51% 45% 39%
Jezelf verwennen bijvoorbeeld door iets nieuws te kopen
of uit eten te gaan 12% 16% 12% 12% 17%
Een zelfhulp boek kopen of een onlinecursus volgen op
internet 8% 4% 3% 2% 3%
Antidepressiva slikken 14% 11% 15% 8% 4%
Natuurvoormensen Omgevingspsychologisch onderzoek
17
3. De meerwaarde van natuur voor coaching en (fysio)therapie
Maar weinig Nederlanders zijn goed bekend met behandelmethoden in de natuur. Van de mensen die
niet goed bekend zijn met behandelmethoden in de natuur hoeft een meerderheid er ook niet meer
over te weten.
Mensen die wel geïnformeerd willen worden over behandelmethoden in de natuur willen dit het
liefst via een boek of via het internet, ongeveer een kwart stelt ook informatie via de zorgverzekeraar
op prijs.
Een meerderheid van de Nederlandse bevolking denkt dat behandelmethoden in de natuur een
(grote of kleine) meerwaarde hebben ten opzichte van een behandeling binnenshuis in een
behandelkamer of sportschool. Maar het maakt wel uit om welke behandelmethode het gaat. De
meerwaarde van beweegprogramma’s in de natuur wordt het hoogst ingeschat, en de meerwaarde
van gesprekstherapie in de natuur het kleinst.
65 respondenten hebben persoonlijk ervaring behandelmethoden in een natuurlijke omgeving. In
deze groep zitten relatief meer jongeren van 18-24 jaar en mensen in de leeftijd van 50-64 jaar.
Het merendeel van de gevolgde behandelmethoden bestaat uit beweegprogramma’s en
gesprekstherapie in de natuur.
De meest voorkomende klachten waarvoor men de natuur opzoekt zijn somberheid, depressieve
klachten, angsten en paniek-aanvallen. Op de tweede plaats komen stress en stress-gerelateerde
klachten zoals burn-out, overspannenheid, en post-traumatische stress stoornis.
Bijna iedereen (97%) die ervaring heeft met een behandeling in een natuurlijke omgeving vindt dat
de omgeving een grote of kleine meerwaarde heeft.
De meest genoemde meerwaarde is “rust en ontspanning”. Op de tweede en derde plaats worden
“buitenlucht” en “de ervaring van buiten/in de natuur zijn vaak genoemd.
Natuurvoormensen Omgevingspsychologisch onderzoek
18
Bekendheid met behandelmethoden in de natuur
Aan de respondenten is de volgende vraag gesteld:
“In Nederland worden verschillende behandelmethoden aangeboden waarbij mensen met psychische of lichamelijke
klachten onder begeleiding van een deskundige de natuur in gaan. De begeleiding kan bestaan uit ondersteunende
gesprekken, ontspanningsoefeningen, of sportieve activiteiten. Bent u bekend met dit soort behandelmethoden?”
Maar weinig respondenten (10%) zeggen goed bekend te zijn met behandelmethoden in de natuur. Van de mensen die
niet goed bekend zijn met behandelmethoden in de natuur hoeft een meerderheid er ook niet meer over te weten.
Vrouwen (12%) geven iets vaker aan dan mannen (9%)dat ze goed bekend zijn met natuurlijke behandelmethoden, en
vrouwen (36%) willen ook vaker dan mannen (30%) meer over deze behandelmethoden weten als ze er niet zo goed
mee bekend zijn. Ouderen zijn over het algemeen iets meer bekend met natuurlijke behandelmethoden en er meer in
geïnteresseerd dan jongeren, maar de verschillen in bekendheid tussen leeftijdsgroepen zijn niet significant.
Hoe wil men worden geïnformeerd over behandelmethoden in de natuur?
Aan de 345 mensen die aangeven meer te willen weten over behandelmethoden is gevraagd op welke wijze ze willen
worden geïnformeerd. Hierbij konden meer opties worden aangekruist. De meeste mensen (66%) willen graag meer
informatie via een boek of via het internet, ongeveer een kwart stelt ook informatie via de zorgverzekeraar op prijs.
Mannen (32%) geven vaker aan informatie via hun zorgverzekeraar te willen ontvangen dan vrouwen (20%). De
respondenten die aangeven dat ze op een andere manier willen worden geïnformeerd doen hiervoor de volgende
suggesties: een populair wetenschappelijk programma, een artikel in een krant of tijdschrift, of via een aanbieder van
deze behandelmethode.
anders
via mijn zorgverzekeraar
via de huisarts/specialist
praten met mensen die ervaring hebben met zo’n …
een boek of website op internet
3%
25%
27%
32%
63%
Hoe geïnformeerd worden over behandelmethoden in de natuur (n = 345)
10%
33% 57%
Bekendheid met behandelmethoden in de natuur
ja, goed bekend
niet zo goed mee bekend,maar ik zou er wel meerover willen wetenniet zo goed mee bekend,en ik hoef er ook niet meerover te weten.
Natuurvoormensen Omgevingspsychologisch onderzoek
19
Meerwaarde behandelmethoden in natuurlijke omgevingen
Hebben behandelmethoden in een natuurlijke omgeving een meerwaarde ten opzichte van een behandeling
binnenshuis in een behandelkamer of sportschool? De meeste mensen denken van wel, gemiddeld denkt 43% dat zulke
methoden een grote meerwaarde hebben, en 36% denkt dat ze een kleine meerwaarde hebben, en slechts 8% denkt
dat ze geen meerwaarde hebben. Maar het maakt wel uit om welke behandelmethode het gaat. Men denkt dat de
meerwaarde van beweegprogramma’s in de natuur het grootst is, en de meerwaarde van gesprekstherapie in de
natuur het kleinst. Vrouwen schatten over het algemeen de meerwaarde van de natuurlijke omgeving hoger in dan
mannen, ongeacht de behandelmethode. Ouderen schatten vooral de meerwaarde van beweegprogramma’s in de
natuur hoger in dan jongeren. In de twee oudste groepen denkt 60% dat zo’n programma een grote meerwaarde heeft,
in de groep van 18-24 jaar is dit 40%.
Oordelen van mensen die zelf ervaring hebben
In totaal 65 respondenten (6%) geven aan dat ze persoonlijk ervaring hebben met behandelmethoden in een
natuurlijke omgeving. Hiervan hebben 37 respondenten zelf ervaring hiermee, en 28 respondenten hebben een
gezinslid (partner, kind) die zo’n behandeling heeft ondergaan. Mensen die zelf ervaring hebben met
behandelmethoden in de natuur vinden dat dergelijke behandelmethode, met name gesprekstherapie in de natuur,
een grotere meerwaarde hebben dan mensen die geen ervaring hebben.
0% 20% 40% 60% 80% 100%
gesprekstherapie in de natuur (bijv.wandelcoaching)
ontspanningsoefeningen in de natuur (bijv.meditatie of yoga)
beweegprogramma in de natuur (bijv. wandelgroep,Running Therapie, Nordic Walking )
11%
8%
5%
37%
41%
31%
37%
38%
54%
15%
14%
6%
Meerwaarde behandelmethoden in de natuur
geen meerwaarde kleine meerwaarde grote meerwaarde weet niet/geen mening
0% 20% 40% 60% 80% 100%
Gemiddelde oordelen3 behandelmethoden zonderervaring
Gemiddelde oordelen 3 behandelmethoden metervaring
8%
5%
36%
27%
43%
62%
12%
7%
Meerwaarde behandelmethoden met/zonder ervaring
geen meerwaarde kleine meerwaarde grote meerwaarde weet niet/geen mening
Natuurvoormensen Omgevingspsychologisch onderzoek
20
Persoonlijke ervaringen met behandelmethoden in de natuur
Aan de 65 personen die zelf ervaring hebben met behandelmethoden in de natuur zijn enkele aanvullende, open
vragen gesteld over het soort behandeling, de aandoening waarvoor men behandeld werd, en de meerwaarde van de
natuurlijke omgeving voor de behandeling. De antwoorden op deze vragen worden hieronder besproken, na een korte
beschrijving van de kenmerken van de groep.
Wie hebben ervaring met behandelmethoden in de natuur?
De samenstelling van de groep die zelf ervaring heeft met behandelmethoden in de natuur is vergelijkbaar met die van
de steekproef in zijn geheel wat betreft de verdeling tussen mannen en vrouwen en het inkomens- en opleidingsniveau.
Alleen qua leeftijdsopbouw is de groep iets anders samengesteld, respondenten uit de jongste leeftijdsgroep van 18-24
jaar en uit de groep van 50-64 jaar zijn oververtegenwoordigd.
Welke behandelmethode heeft men ervaring mee?
De genoemde behandelmethoden zijn ingedeeld in drie categorieën: beweegprogramma, ontspanningsoefeningen,
gesprekstherapie. Methoden die niet goed konden worden ingedeeld in één van deze drie categorieën zijn toegedeeld
aan de categorie “anders”.
Het merendeel van de gevolgde behandelmethoden bestaat uit beweegprogramma’s en gesprekstherapie in de natuur.
Slechts 11% van de respondenten heeft ervaring met ontspanningsoefeningen in de natuur. Ongeveer één vijfde van de
behandelmethoden valt in de categorie “anders”. Deze categorie bestaat voornamelijk uit algemene beschrijvingen,
zoals “therapie huisarts”, “omgangstherapie” of “lotgenootschap voor kankerpatiënten” die weinig informatie bieden
over de aard van de behandeling. Daarnaast bevat de categorie “anders” ook enkele gecombineerde therapieën, en
twee verblijven in een kuuroord in de natuur.
Niet alleen behandelingen in groepsverband of onder leiding van een deskundige worden genoemd, verschillende
respondenten geven ook expliciet aan dat ze zelf het initiatief hebben genomen om meer de natuur in te gaan. Een
vrouw van 58 jaar schrijft bijvoorbeeld dat ze na haar scheiding meer de natuur is ingegaan om te praten en hardlopen.
Een man van 59 jaar schrijft: “Ik heb geen behandeling o.l.v. een professional ondergaan, maar heb wel na het
overlijden van mijn partner het volgende gedaan: meer wandelen langs het strand en over de heide, meer sporten dan
ik al deed (toen vrijwel dagelijks), en mediteren bij voorkeur aan het strand.” Een vrouw van 65 jaar zegt: “Mijn dochter
ging naar GGZ gesprekstherapie maar vond het fijner als we haar mee namen het bos in”.
weet niet/ geen antwoord
anders
ontspanningsoefeningen in de natuur
gesprekstherapie in de natuur
beweegprogramma in de natuur
8%
19%
11%
31%
32%
Natuurvoormensen Omgevingspsychologisch onderzoek
21
Waarvoor is men behandeld?
De klachten waarvoor 2 of meer personen aangeven dat ze ervoor zijn behandeld zijn ingedeeld in zes categorieën. De
overige klachten die maar door één persoon werden genoemd zijn ingedeeld in de categorie “anders” .
De meest voorkomende klachten waarvoor men de natuur opzoekt zijn somberheid, depressieve klachten, angsten
(bijvoorbeeld angst na de bevalling) en paniekaanvallen. Op de tweede plaats komen stress en stress-gerelateerde
klachten zoals burn-out, overspannenheid, en post-traumatische stress stoornis. COPD, het verwerken van een
scheiding of het verlies van een dierbare en hoofdpijn worden elk twee keer genoemd. In de categorie “anders” worden
aandoeningen genoemd zoals ADHD, hartinfarct, diabetes, overgewicht, eenzaamheid, borderline, fybromyalgie en
artrose, chronische vermoeidheid, acute leukemie, drugsverslaving en “teleurstelling in de liefde”.
Meerwaarde natuur voor behandeling
Op twee respondenten na vindt vrijwel iedereen die ervaring heeft met een behandelmethode in de natuur dat de
natuurlijke omgeving een toegevoegde waarde had voor de behandeling.
weet niet/geen antwoord
anders
hoofdpijn
verlies van partner of dierbare
gebrek zelfvertrouwen
scheiding
COPD
stress, burn-out, overspannen gevoel
depressieve klachten en angststoornissen
6%
19%
3%
3%
3%
3%
3%
23%
37%
74%
23%
3%
Had de natuurlijke omgeving volgens u een toegevoegde waarde voor de behandeling?
ja, een grote toegevoegdewaarde
ja, een kleinetoegevoegde waarde
nee
Natuurvoormensen Omgevingspsychologisch onderzoek
22
Welke meerwaarde?
Aan de respondenten is ook gevraagd om te omschrijven waaruit de meerwaarde van de natuurlijke omgeving bestond.
De omschrijvingen zijn ingedeeld in negen groepen. Omdat één omschrijving binnen meerdere groepen kan vallen,
komt het totaal boven de 100% uit.
De meest genoemde meerwaarde is “rust en ontspanning”. Voorbeelden hiervan zijn: “De rustige omgeving en lekkere
geuren in het bos van de bomen hadden en positieve invloed op mijn moeder. Ze knapte daar helemaal van op” (man,
21 jaar). “Er is veel rust in het park, bijna een paradijs, als het nodig zou zijn wil ik daar behandeld worden” (man, 59
jaar). Op de tweede en derde plaats worden “buitenlucht” en “de ervaring van buiten/in de natuur zijn vaak genoemd.
Bijvoorbeeld: “Buitenlucht tijdens gesprekken doet een mens meer goed dan een behandelruimte” (man, 52 jaar). En:
“Natuur doet een mens altijd goed”(man, 27 jaar). Een voorbeeld van “vrijheid en ruimtelijkheid” is: “Ik voelde me in
het bos vrijer dan binnen in de beslotenheid van de therapieruimte” (vrouw, 55 jaar). Andere voorbeelden van de
meerwaarde van natuur zijn “De wereld met andere ogen zien waardoor men op andere gedachten komt”
(waardevolle, andere blik, man, 74 jaar), “Niet de spanning van een therapeut achter z'n tafeltje en de cliënt ervoor met
bijna de 'must' om te praten, maar gewoon lekker in de natuur, zonder dwang (praat makkelijk, vrouw, 68 jaar), en “De
wind door je haren en de zeelucht die gaf energie”(activerend, vrouw, 52 jaar).
anders
activerend
praat makkelijk
waardevolle, andere blik
vrijheid en ruimtelijk
ervaring van buiten/in de natuur zijn
buitenlucht
rust en ontspanning
9%
5%
5%
8%
9%
12%
19%
54%
Natuurvoormensen Omgevingspsychologisch onderzoek
23
4. De rol van zorgverzekeraars
De meeste Nederlanders vinden het (een beetje) belangrijk dat zorgverzekeraars meer aandacht
besteden aan de positieve effecten van natuur op gezondheid.
Het vergoeden van behandelmethoden in de natuur wordt minder belangrijk gevonden dan andere
activiteiten die zorgverzekeraars zouden kunnen ondernemen, zoals mensen stimuleren om meer de
natuur in te gaan en informatie te geven over de effecten van natuur op gezondheid.
Een meerderheid van de Nederlandse bevolking vindt het ook zeer belangrijk dat zorgverzekeraars
objectief onderzoek laten doen naar de effecten van natuur op gezondheid.
Ouderen vinden het belangrijk dan jongeren dat zorgverzekeraars meer aandacht besteden aan de
gezonde effecten van natuur
Vrouwen vinden vaker dan mannen dat zorgverzekeraars een vergoeding zouden moeten bieden
voor behandelmethoden in de natuur.
Natuurvoormensen Omgevingspsychologisch onderzoek
24
Meer aandacht gewenst van zorgverzekeraars voor gezonde effecten natuur
Een ruime meerderheid van de respondenten (87%) vindt het een beetje of zeer belangrijk dat zorgverzekeraars meer
aandacht besteden aan de positieve effecten van natuur op gezondheid.
Vooral ouderen wensen meer aandacht van zorgverzekeraars voor natuur en gezondheid
Ouderen vinden het belangrijker dan jongeren dat zorgverzekeraars meer aandacht besteden aan de positieve effecten
van natuur op gezondheid. In de leeftijdsgroep van 18-24 jaar vindt 28% van de respondenten het zeer belangrijk, dit
percentage loopt op tot 54% in de groep 65 plussers. Er zijn geen verschillen tussen mannen en vrouwen.
43%
44%
7% 7%
Vindt u het belangrijk dat zorgverzekeraars meer aandacht besteden aan de positieve effecten van natuur op gezondheid?
zeer belangrijk
beetje belangrijk
niet belangrijk
weet niet/geen mening
65+
50-64 jaar
35-49 jaar
25-34 jaar
18-24 jaar
54%
51%
35%
30%
28%
% zeer belangrijk
Natuurvoormensen Omgevingspsychologisch onderzoek
25
Welk soort activiteiten kunnen zorgverzekeraars ondernemen?
De respondenten kregen zes activiteiten voorgelegd die zorgverzekeraars kunnen ondernemen op het gebied van
natuur en gezondheid. Al deze activiteiten worden door een meerderheid van de respondenten belangrijk gevonden.
Mensen stimuleren om de natuur in te gaan en informatie geven over de effecten van natuur op gezondheid worden
het meest belangrijk gevonden. Volgens de meeste mensen is er ook een rol weggelegd voor zorgverzekeraars in het
laten doen van meer onderzoek naar effecten van natuur op gezondheid, 52% vindt dit zeer belangrijk. Opvallend is dat
het vergoeden van behandelmethoden in de natuur relatief laag scoort ten opzicht van de andere activiteiten “slechts”
33% vindt dit zeer belangrijk. De twee oudste leeftijdsgroepen vinden over het algemeen alle activiteiten belangrijker
dan de jongere groepen, behalve het bieden van een vergoeding voor behandelmethoden in de natuur. Vrouwen (37%)
vinden het vaker dan mannen (28%) zeer belangrijk dat zorgverzekeraars een vergoeding bieden voor
behandelmethoden in de natuur.
0% 20% 40% 60% 80% 100%
vergoeding bieden voor behandelmethoden in denatuur
samen met natuurorganisaties gezonde activiteiten inde natuur organiseren
huisartsen en andere zorgverleners stimuleren ompatiënten te adviseren de natuur in te gaan
objectief onderzoek laten doen naar de effecten vannatuur op gezondheid
informatie geven over de effecten van natuur op degezondheid
mensen stimuleren om de natuur in te gaan
14%
10%
6%
7%
4%
5%
43%
42%
38%
36%
36%
31%
33%
40%
49%
52%
54%
59%
11%
9%
7%
6%
5%
5%
Acitiviteiten zorgverzekeraars
niet belangrijk beetje belangrijk zeer belangrijk weet niet/geen mening
Natuurvoormensen Omgevingspsychologisch onderzoek
26
5. SAMENVATTING EN CONCLUSIES
Vrijwel alle Nederlanders zijn van mening dat natuur een gezonde en rustgevende werking heeft en dat het belangrijk is
dat kinderen opgroeien met voldoende natuur in hun buurt. Deze positieve houding van Nederlanders ten aanzien van
natuur en gezondheid werd in 2004 al vastgesteld, en lijkt sindsdien alleen maar toegenomen. Het doel van de huidige
enquête was om de mening van Nederlanders over de positieve effecten van natuur op gezondheid verder uit te diepen
en meer inzicht te verkrijgen in de persoonlijke ervaringen van Nederlanders met de meerwaarde van natuur voor
verschillende ziekten en aandoeningen. Hieronder worden de belangrijkste conclusies van het onderzoek kort
samengevat en vergeleken met de resultaten van eerder onderzoek naar de relatie tussen natuur en gezondheid.
Natuur kan bijdragen leveren aan het betaalbaar houden van de zorg
Een ruime meerderheid van de Nederlanders denkt dat er (misschien) besparingen op zorgkosten en kosten voor
arbeidsverzuim zijn te behalen door de aanleg van meer natuur in de woonomgeving. Dit suggereert dat natuur een
bijdrage kan leveren aan het betaalbaar houden van de zorg. Veel Nederlanders hebben echter geen idee hoeveel er
zou kunnen worden bespaard door de aanleg van meer natuur, en als ze wel een inschatting maken dan is deze veel
lager dan recente berekeningen van KPMG. Het is daarom belangrijk dat er snel meer duidelijkheid komt over de
besparingen die zowel preventief als curatief met natuur kunnen worden bereikt.
Natuur vooral goed tegen psychische aandoeningen
Een bezoek aan de natuur helpt volgens de meeste Nederlanders het best bij psychische aandoeningen en bij
aandoeningen van de luchtwegen, en geeft maar weinig verlichting bij verkoudheid en diabetes. Dit zijn waardevolle
inzichten die kunnen worden benut bij het gericht inzetten van natuur voor de preventie en behandeling van ziekten.
Enige voorzichtigheid lijkt echter wel geboden, omdat Nederlanders in vergelijking met objectief wetenschappelijk
onderzoek naar relaties tussen natuur en het vóórkomen van ziekten de minder direct merkbare effecten van natuur op
ziekten zoals bijvoorbeeld diabetes enigszins lijken te onderschatten. Bovendien oordelen mensen met een aandoening
zoals diabetes positiever over de geschiktheid van natuur om de klachten te verminderen dan mensen zonder die
aandoening. Er is meer vervolgonderzoek nodig om de effectiviteit van natuur voor verschillende ziekten,
aandoeningen en problemen objectief vast te stellen. In dit onderzoek dienen ervaringen van patiënten zelf centraal te
staan.
Grootschalige natuur het meest gezond?
De meeste Nederlanders vinden bijna alle soorten natuur, behalve afbeeldingen en schilderijen van natuur, (een beetje)
gezond. Maar grootschalige natuur verder weg van de stad wordt over het algemeen gezonder gevonden dan natuur in
en rond de stad zoals parken en tuinen. Deze ideeën krijgen weinig steun uit wetenschappelijke onderzoek naar relaties
tussen natuur en gezondheid, waaruit blijkt dat alle soorten natuur ongeveer even gezond en rustgevend zijn. Meer
voorlichting over de bewezen effecten van verschillende soorten natuur zou er toe kunnen bijdragen dat de
gezondheidseffecten van kleinschalige natuur dichterbij huis beter bekend en benut worden. Dit geldt met name voor
afbeeldingen en schilderijen van natuur, die door de meeste Nederlanders niet gezond worden gevonden, terwijl uit
onderzoek blijkt dat alleen al het kijken naar een afbeelding van natuur aantoonbaar rustgevend is. Dergelijke inzichten
kunnen met name voor mensen niet of moeilijk in staat zijn om de natuur zelf te bezoeken zeer waardevol zijn.
Vaker de natuur in gaan meest geadviseerd bij somberheid en depressie
Depressie is een veel voorkomende psychische stoornissen die ernstig lijden veroorzaakt en hoge zorgkosten met zich
meebrengt. Vanuit dit oogpunt is het van groot belang dat vrijwel alle Nederlanders een vriend of vriendin die last heeft
van somberheid of depressieve gevoelens (misschien) zouden aanraden om “vaker de natuur in te gaan”. Van de meest
gangbare (zelfhulp)middelen bij depressieve klachten , inclusief bijvoorbeeld meer gaan sporten, afleiding zoeken door
muziek, relaties versterken of in therapie gaan of medicijnen slikken wordt “vaker de natuur ingaan” het meest
Natuurvoormensen Omgevingspsychologisch onderzoek
27
ondersteund door de Nederlandse bevolking. Deze bevinding onderstreept de potentiele waarde van natuur als een tot
nu toe in de gezondheidszorg weinig benut hulpmiddel bij somberheid en depressieve klachten.
Natuurlijke omgeving heeft meerwaarde voor coaching en therapie
Volgens de meeste Nederlanders hebben behandelmethoden in de natuur een meerwaarde ten opzichte van een
behandeling binnenshuis in een behandelkamer of sportschool. Mensen die persoonlijk ervaring hebben met dergelijke
behandelmethoden noemen met name “rust en ontspanning”, de “buitenlucht” en de ervaring van “buiten/ in de
natuur zijn” als belangrijke meerwaarde. de Deze bevindingen suggereren dat behandelmethoden in de natuur een
toegevoegde waarde kunnen hebben ten opzichte van reguliere behandelmethoden en daarom meer aandacht
verdienen. Er is echter meer onderzoek nodig om de toegevoegde waarde van de natuurlijk omgeving voor coaching en
(fysio)therapie objectief vast te kunnen stellen.
Verschillen tussen doelgroepen
Vrouwen en ouderen (met name de groep van 50-64 jaar) springen er uit als groepen die het meest positief reageren
op vragen over natuur en gezondheid. Voor de verschillen tussen mannen en vrouwen ontbreekt vooralsnog een goede
verklaring. Het zou te maken kunnen hebben met traditionele rolverdelingen waarin de vrouw van oudsher meer
zorgtaken heeft voor het gezin en de (moes)tuin. Daarnaast kan ook een rol spelen dat vrouwen over het algemeen
sterkere affiliatie motieven hebben dan mannen. Ongeacht de oorsprong van de verschillen, lijkt het raadzaam om in
vervolgonderzoek en communicatie over het thema natuur en gezondheid man-vrouw verschillen expliciet in
beschouwing te nemen. De bevinding dat vooral de leeftijdsgroep van 18-24 jaar minder positief reageert op vragen
over natuur en gezondheid baart zorgen en roept vragen op. Heeft de geringere interesse in natuur bij jongeren te
maken met de leeftijdsfase, en trekt dit wel bij als men ouder wordt? Of is er sprake van een meer structureel generatie
effect, dat zou kunnen wijzen op een toenemende vervreemding van natuur? Om deze vragen te beantwoorden is
meer longitudinaal onderzoek met verschillende cohorten nodig.
Zorgverzekeraars kunnen verschil maken
Veel Nederlanders weten niet of de positieve effecten van natuur op gezondheid wel wetenschappelijk zijn
aangetoond, en vinden dat er meer onderzoek zou moeten worden gedaan naar het belang van natuur voor
gezondheid moet worden gedaan. Zorgverzekeraars kunnen hierin volgens de meeste Nederlanders een belangrijke rol
spelen door informatie te verstrekken over de effecten van natuur op gezondheid en meer objectief onderzoek te laten
doen naar de effecten van natuur op gezondheid.
Reactie De Friesland Zorgverzekeraar op de bevindingen
De Friesland gelooft in de positieve relatie tussen natuur en gezondheid om de kwaliteit van leven voor jong en
oud te verhogen. Daarom werkt De Friesland uit overtuiging samen met natuurorganisaties. De resultaten van de
publieksenquête bevestigen dat de meeste Nederlanders deze positieve relatie tussen natuur en gezondheid ook
zien. Dit stimuleert De Friesland om samen met natuurorganisaties verder te gaan met het organiseren van
activiteiten op dit gebied.
Omdat veel Nederlanders niet weten of de positieve effecten van natuur op gezondheid wel wetenschappelijk zijn
aangetoond, wil De Friesland de onderzoeksresultaten meer onder de aandacht te brengen bij een breed publiek.
De resultaten van de enquête laten ook zien dat Nederlanders vinden dat er meer onderzoek naar het belang van
natuur voor gezondheid moet worden gedaan, De Friesland wil zich graag inzetten om dit mogelijk te maken.
Natuurvoormensen Omgevingspsychologisch onderzoek
Meer informatie
Agnes van den Berg
Natuurvoormensen omgevingspsychologisch onderzoek
Email: [email protected]
Website: www.natuurvoormensen.nl
Contactpersoon De Friesland
Tjisse Brookman
De Friesland Zorgverzekeraar
Harlingertrekweg 53 | Postbus 270 | 8901 BB | Leeuwarden
Telefoon: +31 (0) 58 - 291 34 40
Email: [email protected]
Wilt u dit rapport citeren?
Berg, A.E. van den (2012). Buiten is gezond: Onderzoeksrapport publieksenquête De Friesland Zorgverzekeraar.
Rapport bestellen
Dit rapport is alleen digitaal verkrijgbaar via www.natuurvoormensen.nl
Bronvermelding foto’s
FOTO DEEL 1: iBulb, www.ibulb.org
FOTO DEEL 2: Flickr [CC BY Kodel]
FOTO DEEL 3: Wandelcoach Caroline Verdonk aan het werk. Fotograaf Gerrit Heeres www.leefontspannen.nl
FOTO DEEL 4: Op pad met de waddenwerkkist. www.ZoBuiten.nl
Natuurvoormensen Omgevingspsychologisch onderzoek
29
BIJLAGE 1. OVERZICHT VAN DE VRAGEN VRAGEN DEEL 1
VRAAG 1. Hieronder ziet u een aantal stellingen over natuur en gezondheid. In hoeverre bent u het eens met deze
stellingen?
VRAAG 2. Hoe vaak brengt u zelf, gemiddeld over een jaar, een bezoek aan de natuur, bijvoorbeeld om te ontspannen,
problemen op te lossen, of uw conditie/gezondheid te verbeteren? Let op, hieronder valt ook een verblijf in de tuin bij uw
huis.
VRAAG3. Denkt u dat de aanleg van meer natuur in en rond woonwijken zal leiden tot een besparing op de zorgkosten en
kosten voor ziekteverzuim in Nederland?
VRAAG 3a. {indien VRAAG 3 = ja of misschien} Stel dat er 10% meer natuur in en rond woonwijken in Nederland zou
worden aangelegd, hoeveel besparingen door vermindering van zorgkosten en kosten van arbeidsverzuim zou dit dan
volgens u per jaar ongeveer kunnen opleveren?
VRAGEN DEEL 2
VRAAG 4. Bij welke van onderstaande ziekten, aandoeningen en problemen kan een bezoek aan de natuur volgens u
helpen om klachten te verminderen? Kruis alleen de problemen aan waarvoor een bezoek aan de natuur volgens u een
geschikt hulpmiddel vormt. Er zijn meerdere antwoorden mogelijk.
VRAAG 5. Hieronder ziet u een lijst met verschillende soorten natuur. Hoe gezond zijn deze volgens u?
VRAAG 6. Stel een goede vriend of vriendin van u heeft last van somberheid en depressieve gevoelens. Wat zou u deze
vriend of vriendin adviseren om te doen? Geef per activiteit aan in hoeverre u deze activiteit zou adviseren aan uw vriend
of vriendin.
VRAAG 6a. Kunt u de drie activiteiten aankruisen die volgens u op de lange termijn het meest effectief zijn tegen
somberheid en depressieve gevoelens?
VRAGEN DEEL 3
VRAAG 7. In Nederland worden verschillende behandelmethoden aangeboden waarbij mensen met psychische of
lichamelijke klachten onder begeleiding van een deskundige de natuur in gaan. De begeleiding kan bestaan uit
ondersteunende gesprekken, ontspanningsoefeningen, of sportieve activiteiten. Bent u bekend met dit soort
behandelmethoden?
VRAAG 7a. {indien VRAAG 7 =2} Op welke manier zou u meer te weten willen komen over behandelmethoden in de
natuur? U kunt meerdere opties aankruisen.
VRAAG 8. Kunt u voor elk van onderstaande behandelmethoden aangeven in hoeverre u denkt dat deze een meerwaarde
heeft ten opzichte van een behandeling binnenshuis in een behandelkamer of sportschool?
VRAAG 9. Heeft u zelf of één van uw gezinssleden ervaring met behandelmethoden in een natuurlijke omgeving?
VRAAG 10a. {indien VRAAG 9 = ja} Kunt u hieronder kort een omschrijving geven van de behandelmethode(n) die u of één
van uw gezinsleden heeft gevolgd (of nu nog volgt)?
VRAAG 10b. indien VRAAG 9 = ja} Voor welke klachten werd (of wordt) u of uw gezinslid behandeld?
VRAAG 10c. indien VRAAG 9 = ja} Had de natuurlijke omgeving volgens u een toegevoegde waarde voor de behandeling?
VRAAG 10d. (indien VRAAG 10c = ja) Kunt u hieronder kort beschrijven wat de natuurlijke omgeving toevoegde aan de
behandeling?
VRAGEN DEEL 4
VRAAG 11. Vindt u het belangrijk dat dat zorgverzekeraars meer aandacht besteden aan de positieve effecten van natuur
op gezondheid?
VRAAG 12. Zorgverzekeraars kunnen verschillende activiteiten ondernemen op het gebied van natuur en gezondheid.
Hoe belangrijk vindt u onderstaande activiteiten?
Natuurvoormensen Omgevingspsychologisch onderzoek
30
BIJLAGE 2. KENMERKEN STEEKPROEF
De steekproef is redelijk goed vergelijkbaar met de Nederlandse bevolking (CBS gegevens 2011) op de kenmerken
geslacht, leeftijd, opleiding en regio. In vergelijking met de populatie bevat de steekproef bevat wel iets meer personen
in de jongste leeftijdsklasse en iets minder in de oudste leeftijdsklasse, en ook iets meer personen in de laagste
opleidingsgroep dan in de hoogste opleidingsklasse. Er zitten ook relatief veel respondenten uit het Noorden in de
steekproef, dit komt vanwege een nagestreefde kleine oververtegenwoordiging van verzekerden bij De Friesland. Maar
over het algemeen liggen de percentages dicht in de buurt van de populatiegemiddelden
De steekproef bevat minder niet-westers allochtonen dan verwacht mag worden op basis van de omvang van deze
groepen in de Brabantse populatie. De ondervertegenwoordiging van niet-westers allochtonen is een bekend probleem
in survey onderzoek omdat deze groepen zich moeilijk laten strikken voor enquêtes. Vanwege het geringe aandeel van
niet-westers allochtonen in de populatie heeft de ondervertegenwoordiging weinig invloed op de gemiddelde
uitkomsten van het onderzoek. Er geldt echter wel dat de resultaten alleen representatief zijn voor de autochtone
Nederlandse bevolking.
Kenmerk Steekproef 25-34 jr
Populatie NL
N % %
Geslacht
Man
Vrouw
507
530
49%
51%
49%
51%
Leeftijd
18-24 jaar
25-34 jaar
35-49 jaar
50-64 jaar
65+
93
148
258
292
246
9%
14%
25%
28%
24%
11%
15%
29%
26%
19%
Hoogst gevolgde opleiding
Laag (basisonderwijs, mavo, vbo)
Midden (havo/vwo, mbo)
Hoog (hbo/wo)
312
399
326
30%
39%
31%
27%
40%
33%
Etniciteit
Autochtoon
Niet-westers allochtoon
Westers allochtoon
968
6
63
93%
0,6%
6%
80%
11%
9%
Regio
Noord (Friesland, Groningen, Drenthe)
Oost (Overijssel, Gelderland, Flevoland)
Centrum-West (Noord-Holland, Utrecht)
Zuid-West (Zuid-Holland, Zeeland)
Zuid (Noord-Brabant, Limburg)
160
189
225
224
234
15%
18%
22%
22%
23%
11%
21%
23%
23%
22%
Natuurvoormensen Omgevingspsychologisch onderzoek
31
BIJLAGE 3. ONTWIKKELING VRAGENLIJST EN ANALYSE
Ontwikkeling vragenlijst
De vragenlijst is opgesteld door hoogleraar natuurbeleving Agnes van den Berg in overleg met De Friesland
Zorgverzekeraar. De vragenlijst bestond uit 12 vragen over het thema natuur en gezondheid, aangevuld met
enkele, voor intern gebruik bestemde, vragen over De Friesland Zorgverzekeraar. De meeste vragen waren
gesloten, maar respondenten die aangaven zelf ervaring te hebben met natuurlijke behandelmethoden
hebben enkele aanvullende open vragen beantwoord over de aard van de behandeling en de meerwaarde
van de natuurlijke omgeving voor de behandeling. Een belangrijk uitgangspunt bij het opstellen van de
vragenlijst was om zo concreet mogelijke informatie te verkrijgen over de opvattingen en meningen van
mensen over de bijdrage van verschillende soorten natuur en natuurlijke behandelmethoden aan de
preventie en behandeling van verschillende soorten klachten en aandoeningen. Om de vrijblijvendheid te
verminderen is daarbij waar mogelijk gevraagd om natuur te vergelijken met andere (zelfhulp) middelen,
zoals sporten of het versterken van relaties, en om de meerwaarde van natuur voor gezondheid uit te
drukken in gedragsintenties of geldbedragen.
De online vragenlijst is geprogrammeerd en gecontroleerd door Intomart GfK. De beoogde respondenten
hebben via e-mail een uitnodiging voor het onderzoek ontvangen. In de e-mail was een link opgenomen
naar de vragenlijst. Door op de link te klikken opende het onderzoek automatisch en kon de respondent zelf
via de computer de vragenlijst invullen. De gemiddelde invulduur van de online enquête bedroeg ongeveer
10 minuten. Respondenten die de vragen in minder dan een minuut (en dus waarschijnlijk niet serieus)
hebben ingevuld zijn uit de steekproef verwijderd.
Analyse
De resultaten zijn geanalyseerd met behulp van SPSS Statistics 20.0. Per vraag zijn eerst gemiddelden voor
de gehele steekproef berekend met de SPSS procedures Frequencies en Descriptives. Voor elke vraag is
vervolgens met behulp van Crosstabs nagegaan in hoeverre de uitkomsten verschillen als gevolg van de
twee (onafhankelijke) achtergrondkenmerken geslacht en leeftijd (5 categorieën). Alleen significante
uitkomsten zijn vervolgens verder geanalyseerd en gerapporteerd.