20
TIJDSCHRIFT VAN DE KU LEUVEN 27 FEBRUARI 2013 | NR 6 | 24STE JAARGANG | WWW.KULEUVEN.BE/CK/ Verschijnt maandelijks, uitgez. juli en aug. Afgiftekantoor 2099 Antwerpen X erkenning: p303221 Tijdschrift - toelating gesloten verpakking 2099 Antwerpen X n° BC 6379 PB-nr. B-4883 Getekend: Gbowee Onder het goedkeurend oog van rector Mark Waer ondertekent de Liberiaanse Nobelprijswinnares Leymah Gbowee de oorkonde van de oprichting van het Leymah Gbowee Scholarship Fund for Leadership for African Women. De KU Leuven gaat met haar samenwerken om West-Afrikaanse meisjes op te leiden om een bete- kenisvolle rol te spelen in hun land. Met een symposium over female leadership werd het fonds op 21 februari officieel ingehuldigd. Bekijk een fotoverslag op http://nieuws.kuleuven.be/gbowee Mobiel leren gaat studenten goed af Mobiel leren wordt steeds belangrijker voor de jongeren van vandaag. Maar zijn ze ook goed in ‘educatief multitasken’? “Leren via je iPod terwijl je jogt of fietst, gaat verrassend makkelijk”, stelt pedagoge Joke Coens vast. WOUTER VERBEYLEN Vandaag de dag bevolkt de ‘homo zappiens’ de collegezalen: een ge- neratie jongeren die opgegroeid is met laptop, tablet-pc, gsm en mp3-speler, en die moeiteloos van de ene mobiele informatie- bron naar de andere surft. “Studenten zijn dus niet meer gebonden aan een vaste plaats of tijdstip om te leren”, vertelt Joke Coens. “Het gebruik van mo- biele dragers en van weblectu- res via podcasting neemt met de dag toe, en heeft ook praktische en economische consequenties, nu de collegezalen steeds voller lopen. Maar kan de homo zap- piens ook écht ‘educatief multi- tasken’? Of presteren studenten toch beter als ze rustig aan hun bureau zitten?” Coens onderzocht het voor haar doctoraat aan KU Leuven Kulak: “Ik liet studenten fysieke bezigheden uitvoeren terwijl ze op hun mp3-speler een leertaak beluisterden of bekeken. In een verkennend testje moesten ze nog moeren en bouten in elkaar vijzen. Nadien testte ik combi- naties met ‘echte’ alledaagse be- zigheden: wandelen of joggen, autorijden, fietsen op een home- trainer.” Het mobiel leren bleek in eerste instantie niet veel problemen op te leveren: de studenten die mul- titaskend leerden, brachten het er niet echt slechter vanaf dan degenen die enkel moesten le- ren. “Dat verraste me enigszins”, zegt Coens. “Mensen zijn over het algemeen immers helemaal niet zo geweldig in multitasken als we soms denken. Een cogni- tieve taak succesvol combineren met een andere cognitieve taak – lezen en tv-kijken: dat lukt ons gewoon niet. Onlangs toonde een onderzoek bijvoorbeeld nog aan dat studeren terwijl Face- book aanstaat, enorm drukt op de leerprestaties.” Automatische piloot Maar leren combineren met sim- pele motorische taken lijkt dus al bij al makkelijk te gaan. “Dat wil zeggen: de léértaak – de focus van mijn onderzoek – lijdt er niet echt onder. Toch niet bij het vij- zen, het wandelen of het joggen. Maar bij een volgende test bleek het uitvoeren van de motorische taak wel een probleem.” De studenten moesten van Coens tegelijk een cursus Spaans beluisteren en autorijden in een rijsimulator. Het Spaans ging er alweer vrij vlot in, maar – geen klein detail – de meeste studen- ten crashten. pagina 8 VERSCHIJNINGSDATA CAMPUSKRANT JAARGANG 24 NR. 7 – 27 MAA 2013 NR. 8 – 2 MEI 2013 NR. 9 – 29 MEI 2013 NR. 10 – 26 JUN 2013 (© KU Leuven | Rob Stevens) Kulak-katern SPECIALE BIJLAGE [PAGINA’S 9 TOT 12] “Ooit start ik een eigen bedrijf” LEVEN NA LEUVEN: SOCIOLOOG EN GROEN-VOORZITTER WOUTER VAN BESIEN [14] Sporten was nog nooit zo populair BOEK BUNDELT VEERTIG JAAR ONDERZOEK NAAR SPORTPARTICIPATIE IN VLAANDEREN [3] Is er een doctor in de zaak? DOCTORAATHOUDERS OVER HUN CARRIÈRE BUITEN DE ACADEMISCHE WERELD [5] Het brein achter ‘De Kloot’ ALUMNA EN SCENARISTE MALIN-SARAH GOZIN OVER HET SUCCES VAN ‘CLAN’ [15] “Doping is een bliksemafleider” ‘DE RAAD’ OVER TOPSPORT EN DOPING: MOGEN DE BESTEN WINNEN? [17]

Campuskrant 24-nr06

Embed Size (px)

DESCRIPTION

Campuskrant jaargang 24 (2012-2013), nr. 6. Campuskrant is het tijdschrift van de KU Leuven.

Citation preview

Page 1: Campuskrant 24-nr06

t ijdschrif t va n de k u l eu v en 2 7 f ebrua ri 2 013 | nr 6 | 24 s t e ja a rg a ng | w w w.k ul eu v en.be /ck /

verschijnt maandelijks, uitgez. juli en aug.

afgiftekantoor2099 antwerpen X

erkenning: p303221

tijdschrift - toelating gesloten verpakking

2099 antwerpen X n° bc 6379

Pb-nr. b-4883

Getekend: GboweeOnder het goedkeurend oog van rector Mark waer ondertekent de liberiaanse nobelprijswinnares leymah gbowee de oorkonde van de oprichting van het Leymah Gbowee Scholarship Fund for Leadership for African Women. De ku leuven gaat met haar samenwerken om west-afrikaanse meisjes op te leiden om een bete-kenisvolle rol te spelen in hun land. Met een symposium over female leadership werd het fonds op 21 februari officieel ingehuldigd.Bekijk een fotoverslag op http://nieuws.kuleuven.be/gbowee

Mobiel leren gaat studenten goed afMobiel leren wordt steeds belangrijker voor de jongeren van vandaag. Maar zijn ze ook goed in ‘educatief multitasken’? “Leren via je iPod terwijl je jogt of fietst, gaat verrassend makkelijk”, stelt pedagoge Joke Coens vast.

Wouter verbeylen

Vandaag de dag bevolkt de ‘homo zappiens’ de collegezalen: een ge-neratie jongeren die opgegroeid is met laptop, tablet-pc, gsm en mp3-speler, en die moeiteloos van de ene mobiele informatie-bron naar de andere surft.

“Studenten zijn dus niet meer gebonden aan een vaste plaats of tijdstip om te leren”, vertelt Joke Coens. “Het gebruik van mo-biele dragers en van weblectu-res via podcasting neemt met de dag toe, en heeft ook praktische en economische consequenties, nu de collegezalen steeds voller lopen. Maar kan de homo zap-piens ook écht ‘educatief multi-tasken’? Of presteren studenten toch beter als ze rustig aan hun bureau zitten?”

Coens onderzocht het voor haar doctoraat aan KU Leuven

Kulak: “Ik liet studenten fysieke bezigheden uitvoeren terwijl ze op hun mp3-speler een leertaak beluisterden of bekeken. In een verkennend testje moesten ze nog moeren en bouten in elkaar vijzen. Nadien testte ik combi-naties met ‘echte’ alledaagse be-zigheden: wandelen of joggen, autorijden, fietsen op een home-trainer.”

Het mobiel leren bleek in eerste instantie niet veel problemen op te leveren: de studenten die mul-titaskend leerden, brachten het er niet echt slechter vanaf dan degenen die enkel moesten le-ren. “Dat verraste me enigszins”, zegt Coens. “Mensen zijn over het algemeen immers helemaal niet zo geweldig in multitasken als we soms denken. Een cogni-tieve taak succesvol combineren met een andere cognitieve taak – lezen en tv-kijken: dat lukt ons

gewoon niet. Onlangs toonde een onderzoek bijvoorbeeld nog aan dat studeren terwijl Face-book aanstaat, enorm drukt op de leerprestaties.”

automatische pilootMaar leren combineren met sim-pele motorische taken lijkt dus al bij al makkelijk te gaan. “Dat wil zeggen: de léértaak – de focus van mijn onderzoek – lijdt er niet echt onder. Toch niet bij het vij-zen, het wandelen of het joggen. Maar bij een volgende test bleek het uitvoeren van de motorische taak wel een probleem.”

De studenten moesten van Coens tegelijk een cursus Spaans beluisteren en autorijden in een rijsimulator. Het Spaans ging er alweer vrij vlot in, maar – geen klein detail – de meeste studen-ten crashten.

pagina 8

verschijninGsdata campuskrant jaarGanG 24 nr. 7 – 27 Maa 2013 nr. 8 – 2 Mei 2013 nr. 9 – 29 Mei 2013 nr. 10 – 26 jun 2013

(© ku leuven | rob stevens)

Kulak-katernsPeciale bijl age [Pagina’s 9 tOt 12]

“Ooit start ik een eigen bedrijf”leven na leuven: sOciOlOOg en grOen-vOOrzit ter wOuter van besien [14]

Sporten was nog nooit zo populairbOek bunDelt veertig ja ar OnDerzOek na ar sPOrtParticiPatie in vl a anDeren [3]

Is er een doctor in de zaak?DOctOra athOuDers Over hun carrière buiten De acaDeMische werelD [5]

Het brein achter‘De Kloot’aluMna en scenariste Malin-sarah gOzin Over het succes van ‘cl an’ [15]

“Doping is een bliksemafleider”‘De ra aD’ Over tOPsPOrt en DOPing: MOgen De besten winnen? [17]

Page 2: Campuskrant 24-nr06

2 Nieuws campuskrant

Joris steekt de draak

doctoraathouders bouwen carrière uit buiten de academische wereld. Lees het artikel op pagina 5.

In een recent artikel in het Ame-rikaanse tijdschrift Proceedings of the National Academy of Scien-ces (PNAS) vergelijken de Leu-vense onderzoekers voor het eerst welke delen van de herse-nen precies actief zijn wanneer mensen en muizen hun weg zoe-ken in een doolhof. “Uiteraard le-ren mensen dergelijke taken veel sneller, maar we stelden vast dat muizen verschillende delen van de hersenen tijdens een dergelijk leerproces op dezelfde manier gebruiken als mensen. En dat ondanks hun veel kleinere pre-frontale hersenschors”, zegt Rudi D’Hooge.Het onderzoek bewijst dat de evo-lutionaire verwantschap tussen

knaagdieren en mensen zich niet alleen toont in de anatomische bouw van hun hersenen: hun brein functioneert ook op een erg gelijkaardige manier.

Oefening baart kunstBij het aanleren van een com-plexe taak is vooral het begin moeilijk. Als je blijft oefenen, gaat het steeds vlotter. “Iedereen heeft al wel eens de weg moeten zoeken in een vreemde stad”, zegt D’Hooge. “In het begin moet je geconcentreerd te werk gaan, terwijl je na enkele dagen schijn-baar zonder nadenken naar je bestemming zal lopen.” Het on-derzoek van Rudi D’Hooge en zijn medewerkers toont hoe hogere

hersenregio’s in de mediale pre-frontale cortex, vooraan in onze grote hersenen, tijdens die eerste leerfases samenwerken met het dieper gelegen dorsomediale stria-tum. Na verder oefenen neemt de activiteit in de hogere hersenre-gio’s geleidelijk aan af en begint het gedrag meer automatisch te verlopen.

Evolutionaire processen heb-ben ertoe geleid dat de prefronta-le cortex van de mens veel groter is dan die van andere dieren, zelfs groter dan die van nauw verwante mensapen. Volgens professor D’Hooge verklaart dat waarom mensen complexe taken sneller en efficiënter leren dan andere dieren.

Hersenen van muis en mens werken gelijkaardig in doolhofMuizen en mensen gebruiken hun hersenen op een gelijkaardige manier als ze hun weg moeten le-ren te vinden. Dat heeft een groep Leuvense onder-zoekers onder leiding van professor Rudi D’Hooge (Biologische Psychologie) vastgesteld.

(© Shutterstock)

coLofon CampuSkrantmaandelijks tijdschrift van de ku Leuven

hOOfdredaCtieSigrid Somersreiner Van hove

redaCtieanneleen aerts (stagiaire),tine danschutter, ilse frederickx, Ludo meyvis, Julia nienaber, rob Stevens, Jos Stroobants, ine Van houdenhove, Wouter Verbeylen, inge Verbruggen

redaCtieadreSOude markt 13 – bus 50053000 Leuvent 016 32 40 13 [email protected]

adreSWiJzigingen alumni Lovaniensesnaamsestraat 63 – bus 56013000 [email protected] medeWerkerSJaak poot, katrien Steyaert grafiSCh OntWerpCatapult, antwerpen

Lay-Out en zetWerkWouter Verbeylen

fOtOgrafierob Stevens, patrick holderbeke

CartOOnSJoris Snaet

reCLameregieinge Verbruggen t 016 32 40 [email protected]

OpLage39.000 ex.

drukWerkeco print Center, Lokeren

Campuskrant wordt gedrukt met milieuvriendelijke waterloze druktechnologie.

VerantWOOrdeLiJkeuitgeVerpieter knapenOude markt 13 – bus 50053000 Leuven

COpyright artikeLSartikels kunnen overgenomen worden mits toestemming.

Ongeveer 25 miljoen jaar geleden zijn onze voorouders evolutionair afgescheiden van resusapen. In die tijd zijn er hersengebieden bijgekomen, verloren gegaan of

veranderd van functie. Weten-schappers hadden al langer het idee dat bepaalde hersendelen uniek zijn bij de mens. Maar slui-tend bewijs daarvoor ontbrak.

Een studie van neurofysioloog Wim Vanduffel van de KU Leu-ven en Harvard Medical School levert nu een eerste bewijsstuk. Hij werkte daarvoor samen met Italiaanse en Amerikaanse onder-zoekers. “We hebben bij mensen en resusapen functionele hersen-scans gemaakt. In rusttoestand en terwijl ze naar een film keken: dit om zowel de plaats als de func-tie van de hersendelen te vergelij-ken”, zegt professor Vanduffel.

“In rusttoestand heb je altijd verschillende hersengebieden die gelijktijdig actief zijn en zo ‘net-werken’ vormen. Je hersenen ver-tonen dus activiteit, ook al doe je niks. Die rustnetwerken komen bij

mensen en apen verrassend goed overeen. Maar onze studie toont aan dat er twee uniek zijn bij de mens, en eentje bij de aap. Bij het kijken naar een film krijgen die netwerken in de hersenen enorm veel visuele en auditieve informa-tie te verwerken. De mensspecifie-ke rustnetwerken reageren hierop totaal anders. Dat betekent dat ze ook een andere functie hebben dan de netwerken bij de aap.”

“Onze unieke hersengebieden zijn vooral hoog achteraan en aan de voorkant van de hersenschors gelegen. Vermoedelijk hebben ze te maken met mensspecifieke cognitieve capaciteiten: onze in-telligentie.” (if)

Evolutie gaf mens unieke hersendelenMensen hebben minimaal twee functionele netwer-ken in hun hersenschors die niet terug te vinden zijn bij resusapen. Tijdens de evolutie van onze primaat-voorouders naar mens zijn er dus waarschijnlijk nieuwe hersennetwerken bijgekomen.

Page 3: Campuskrant 24-nr06

27 februari 2013 Nieuws 3

Vlaming sport meer dan ooit

inhaalbeweging van vrouwen en 40-plussersDe stijging van het aandeel sporters is het grootst bij de volwassenen boven de veertig jaar. Mensen blijven dus langer sporten dan vroeger. Bovendien zijn er heel wat volwassenen die vandaag aan sport doen en dat nog niet deden toen ze tien jaar jonger waren. Tijdens de twintig-ste eeuw was sporten vooral een mannenaangelegenheid, maar inmiddels hebben de vrouwen de mannen helemaal bijgebeend. Er zijn nu evenveel mannelijke als vrouwelijke sporters.

populariteit clubs neemt afSteeds minder kinderen en jonge-ren beoefenen hun sport in club-verband. Hoewel nog iets meer dan de helft van hen de weg naar de sportclub vindt, is het duide-lijk dat meer en meer kinderen en jongeren hun sportplezier elders zoeken. Bij volwassenen neemt het aantal clubsporters iets toe, maar die stijging is relatief klein vergeleken met de algemene toe-name van de sportparticipatie. Sporten in licht georganiseerd verband – met een groepje vrien-den bijvoorbeeld – zit bij volwas-senen duidelijk in de lift. Vooral bij vrouwen, hoogopgeleiden en mensen met een hoog inkomen is sport light populair.

Zumba en spinning zijn hotDe populairste nieuwkomer on-der de sporttakken is zumba, zowel bij meisjes uit het secun-dair onderwijs als bij volwassen vrouwen. Andere sterke nieuw-komers zijn spinning bij volwas-sen mannen, ropeskipping bij meisjes uit het lager onderwijs en circustechnieken bij jongens uit het lager onderwijs. Als we naar de meest beoefende spor-ten kijken, valt de opmars van so-losporten op, zowel bij kinderen, jongeren als volwassenen. Bij de volwassenen staan van alle niet-solosporten alleen nog tennis en veldvoetbal in de top tien.

Geen democratiseringJongeren uit het algemeen se-

cundair onderwijs scoren bedui-dend hoger voor sportdeelname dan hun leeftijdsgenoten uit het technisch, kunst- of beroepson-derwijs. Daar is de voorbije de-cennia geen verandering in geko-men. Ook de sociale achtergrond speelt een rol: hoe hoger de oplei-ding van de ouders en hoe hoger het gezinsinkomen, hoe groter de kans dat de kinderen sporten. Van een democratisering van de sportbeoefening is er dus voor-alsnog geen sprake.

Jeroen Scheerder, Hanne Vandermeerschen, Julie Borgers, Erik Thibaut en Steven Vos, ‘Vlaanderen sport! Vier decennia sportbeleid en sportparticipatie’, Academia Press, 2013

Vandaag doen zes op de tien Vlaamse volwassenen aan sport, veertig jaar geleden was dat minder dan één op vijf. ‘Losse’ vormen van sportbeoefening blijken terrein te winnen op clubsport. In het boek Vlaanderen sport! verzamelde de Onderzoeksgroep Sport- & Bewegingsbeleid, onder leiding van professor Jeroen Scheerder, de resultaten van vijf grootschalige sportparticipatiestudies die sinds eind jaren zestig zijn uitgevoerd aan de KU Leuven. Enkele vaststellingen op een rijtje.

Geciteerd

WerkvlamHet beLanG van LimburG, 1.2.2013

In Duitsland eisen de bonden het ‘recht op onbereikbaarheid’ van werknemers op. (…) Onder meer Volkswagen heeft besloten om buiten de werkuren geen e-mails meer naar medewerkers te sturen. “Een prima idee”, vindt arbeidspsycholoog Hans De Wit-te. “Wie overdag werkt, heeft ‘s avonds nood aan een herstelperi-ode. Dat herstel kan er enkel ko-men door helemaal niets te doen wat met je werk te maken heeft.(…) Met hun smartphone binnen handbereik brandt er bij werkne-mers een constante waakvlam. Zodra ze een e-mail binnenkrij-gen, schakelen ze weer helemaal over in werkmodus. Dat éne tele-foontje of mailtje beantwoorden, is niet het grote probleem. Het draait net om het idee dat je con-stant bereikbaar moet zijn.”

Poedelshampooknack, 6.2.2013

Een huisdier is een deel van je gezin, zeggen ze. Maar waarom belanden er dan elk jaar duizen-den honden en katten langs de kant van de weg? (…) “Eigenlijk is het in de grote meerderheid van de gevallen onethisch om een huisdier te houden, zegt theo-loog en ethicus Johan De Taver-nier. “Neem nu papegaaien: dat zijn sociale diertjes, die veel te vaak eenzaam in een kleine kooi belanden. En honden leven van nature in roedels, ze hebben een jachtinstinct en willen elke dag kilometers lopen. Terwijl ze vaak al blij mogen zijn als hun baasje elke dag honderd meter met hen gaat wandelen.”Maar ook hun integriteit wordt erg vaak geschonden: “Denk maar aan al die poedels die wekelijks bij de kapper een shampoobeurt krijgen, of de vele chihuahua’s met een roze pakje aan.”

Blaasprobleem?de standaard, 13.2.2013

De Australische gezondheidsraad legt nieuwe hygiënerichtlijnen op aan scholen en kinderdagverblij-ven. Kinderen moeten hun han-den wassen telkens ze uit de zand-bak komen en krijgen de raad om niet langer kaarsjes op een ver-jaardagstaart uit te blazen.Gaan die adviezen te ver? Docen-te microbiologie Sarah Lebeer: “Alsmaar meer studies tonen aan dat interactie met micro-organis-men – zoals bij het spelen in het zand – nodig is voor de opleiding van ons immuunsysteem. Dat is noodzakelijk voor de verdediging tegen infecties, maar ook om op een gecontroleerde manier om te gaan met lichaamseigen eiwitten en bacteriën op onze lichaamsop-pervlakken.” “Bij het uitblazen van kaarsjes op een verjaardagstaart worden er inderdaad verschillende bac-teriën en virussen uit de mond-holte en bovenste luchtwegen verspreid. Maar het grootste deel is onschadelijk, en als je een nor-male immuniteit hebt, lijkt het me absurd om deze leuke traditie overboord te gooien.”

de sociale-statuspiramide van sportend vlaanderen. golf, zeilen en windsurfen zijn de meest elitaire sporten. Oosterse vecht-sporten kunnen als het meest gedemocrati-seerd worden beschouwd, terwijl voetbal en hengelen zich eerder onderaan de status-piramide bevinden. de sociale status van het wielertoerisme is toegenomen: vandaag is het een lower middle class sport.

sportend vlaanderenin cijfers

• de sportdeelname evolu-eerde bij volwassenen van 15% in 1969 naar 41% in 1989 en 60,5% in 2009. Bij jongeren tussen 12 en 18 was er een lichte terugval: van 91% in 1989 naar 86% in 2009.

• het aantal volwassen dat in clubverband aan sport doet, evolueerde van 5% in 1969 naar 18,5% in 1989 en naar 25% in 2009.

• Lopen is veruit de popu-lairste sport: 30% van de sportieve volwassenen doet aan lopen. Sportief fietsen staat met 26% op de tweede plaats, zwemmen met 15,5% op de derde. fitness (14,5%) en sportief wandelen (12%) vervolledigen de top vijf.

• 43% van de sportieve volwassenen doet op een semi-formele, licht georga-niseerde manier aan sport, samen met de kinderen of in loop- en fietsgroepjes bijvoorbeeld.

• Vlaamse gezinnen beste-den gemiddeld 1.524 euro per jaar aan sport. Lid- en toegangsgelden nemen de grootste hap uit het budget, jaarlijks gemiddeld meer dan 400 euro.

de populairste nieuwkomer onder de sporttakken is zumba, zowel bij meisjes uit het secundair onderwijs als bij volwassen vrouwen. (© ku Leuven | rob Stevens)

Page 4: Campuskrant 24-nr06

4 Nieuws campuskrant

Ilse FrederIckx

Intensieve geneeskunde is een recente medische discipline, vertelt professor Greet Van den Berghe. “Op technisch vlak is er veel vooruitgang geboekt en kun-nen vitale lichaamsfuncties op intensive care goed ondersteund worden. Daardoor sterven minder mensen aan levensbedreigende aandoeningen. Toch zijn er veel patiënten die niet snel herstel-len en langdurig kritiek ziek blij-ven. Over waarom iemand al dan niet snel of volledig herstelt, is de kennis erg beperkt. Herstel komt neer op celschade opruimen: dat is dus een aanknopingspunt voor onderzoek.”

Kritieke ziekte laat ook een er-fenis na op lange termijn, legt Greet Van den Berghe uit: “Onze patiënten lijken sneller te ver-ouderen. Bij kinderen zien we ook een flinke achterstand in de neurocognitieve ontwikkeling, bijvoorbeeld op het vlak van in-telligentie, gedrag en geheugen. We moeten begrijpen of die erfe-nis louter verband houdt met de oorzaak van de kritieke toestand of dat er op intensive care iets ge-beurt dat het opruimen van cel-schade belemmert – en dat met gevolgen op lange termijn. In dat laatste geval zijn er mogelijkhe-den voor preventie en therapie.”

VastenVoeding speelt alvast een rol. “Schade aan cellen kan enkel worden opgeruimd door autofa-gie. Letterlijk betekent dat ’zelf-opeten’. Het is het natuurlijke opruim- en recycleersysteem van cellen. Vasten activeert autofagie, voeding onderdrukt het. In expe-rimenteel onderzoek toonden we

Vroege intraveneuze voeding achterwege laten bij patiënten op de intensive care versnelt hun herstel. “De voeding kan het natuurlijke opruim- en recycleersysteem van cellen name-lijk verstoren”, zegt professor Greet Van den Berghe van het Laboratorium voor Intensieve Genees-kunde. Met een ERC advanced grant – Eu-ropees onderzoeks-geld – gaat ze nu onderzoeken welke mechanismen daar-bij een rol spelen.

Vasten op intensieve zorgen helpt, maar waarom?

Ilse FrederIckx

DNA is de belangrijkste che-mische drager van erfelijke informatie in alle bekende organismen. RNA lijkt qua chemische structuur op DNA en dient om de genetische in-formatie die in het DNA opge-slagen is te kopiëren. DNA en RNA kunnen beschouwd wor-den als informatiesystemen. Onderzoekers zijn al sinds 1987 bezig om synthetische informatiesystemen – een ar-tificieel DNA of RNA – te ont-wikkelen. Tot nu toe probeer-de men bepaalde functies in het natuurlijk DNA of RNA uit te schakelen, door middel van chemisch gewijzigde nucleï-nezuren die natuurlijk DNA en RNA herkennen en hun functie blokkeren. Nu probe-ren onderzoekers een volledig

synthetisch informatiesys-teem toe te voegen.

Piet Herdewyn legt uit wat zijn onderzoeksproject be-oogt: “Het uiteindelijke doel is te komen tot een ‘xeno-DNA’ dat we kunnen kopiëren en in-brengen naast het natuurlijk DNA en RNA. Dat XNA is geco-deerd met informatie die voor een organisme levensnoodza-kelijk is om te overleven. Een bacterie, bijvoorbeeld, zou dan niet overleven zonder dit artificieel informatiesysteem. Het XNA is opgebouwd uit mo-leculen die in de natuur niet te vinden zijn en zou een ‘gene-tische enclave’ vormen. Met andere woorden: zo’n bacterie zou buiten het labo niet over-leven.”

Mogelijke toepassing? Een veilig genetisch gewijzigd or-ganisme (ggo), al is dat nog

veraf. Piet Herdewyn: “De hui-dige ggo’s zijn gene-tisch gewij-zigd met natuurlijk DNA: zij kunnen in de na-tuur overleven en kruisen met andere organismen. Hier ver-trekken wij van een synthe-tisch informatiesysteem dat niet kan communiceren met natuurlijk DNA of RNA en dat niet overleeft in de natuur. In die zin zou zo’n chemisch ge-wijzigde bacterie een ‘veilig’ ggo kunnen zijn, met dezelfde toepassingen als de huidige ggo’s: in geneesmiddelen, in de productie van chemicaliën of in energie.”

dna en rna krijgen concurrentie

Piet Herdewyn

Onderzoekers zijn al sinds 1987 bezig om een artificieel DNA of RNA te ontwikkelen. Met wisselend succes. Professor Piet Herdewyn van het Laboratorium voor Medicinale Chemie krijgt een ERC advanced grant om zijn onderzoek naar ‘XNA’ verder te zetten.

meer erc-beurzenDe European Research Council (ERC) reikt jaarlijks beurzen uit aan beginnen-de (starting) en gevorderde (advanced) onderzoekers. Met de advanced grants – tot 2,5 miljoen euro elk – geeft de ERC onderzoeksleiders die tot de wereldtop behoren de kans om risicovol en inno-vatief onderzoek uit te voeren. Aan de KU Leuven ontvingen de professoren Greet Van den Berghe en Piet Herde-wyn eind 2012 zo’n beurs. Professor ann Heylighen (Departement Architectuur, Stedenbouw en Ruimtelij-ke Ordening) kreeg in 2007 een starting grant voor het interdisciplinair onder-zoeksproject AIDA – Architectural de-sign In Dialogue with disAbility. Heylig-hen wil onderzoeken hoe de ruimtelijke ervaring van mensen met een handicap kan leiden tot innovatie in architectuur. Nu krijgt ze ook een proof of concept grant, een extra beurs om haar onder-zoeksresultaten naar de markt te bren-gen. Onder de noemer Rent-a-Spatialist wil ze een consultancyservice opzetten met ervaringsdeskundigen die architec-ten adviseren bij het ontwerpproces.Professor paul Heremans werkt voor Imec en is ook verbonden aan het Depar-tement Elektrotechniek (ESAT). Hij krijgt een ERC advanced grant voor het onder-zoeksproject Epos Crystalli, waarmee hij het prestatievermogen van plastic half-geleiders wil verbeteren. Halfgeleiders zijn het basismateriaal van elke vorm van elektronica, van chips tot beeldscher-men. Kenmerkend is dat de geleiding van elektrische stroom gecontroleerd aan- en uitgeschakeld kan worden. De zogeheten plastic halfgeleiders zijn op-gebouwd uit moleculen. Een bekende toepassing is de OLED (organic light emitting diode), gebruikt in telefoon- en tv-schermen. Wanneer plastic halfge-leiders in een film over een groter op-pervlak worden neergelegd, vertonen ze een meer wanordelijke structuur, waar-door ze meer moeite hebben met het transport van ladingdragers. Doel van het onderzoek is om methodes te ont-wikkelen om de kristallijne structuur van zo’n film te maximaliseren en zo de per-formantie van toepassingen van plastic halfgeleiders substantieel te verhogen.www.kuleuven.be/eu/erc/

Professor Greet Van den Berghe: “Kritieke ziekte laat ook een erfenis na op lange termijn. We moeten begrijpen of die erfenis louter verband houdt met de oorzaak van de kritieke toestand of dat er op intensive care iets gebeurt dat het opruimen van celschade belemmert.” (© KU Leuven | Rob Stevens)

al aan dat voeding vroeg in het ziekteproces het opruimen van schade verstoort. Vasten helpt dus, maar uiteraard kan dat slechts voor een beperkte tijd.”

Met het nieuwe onderzoeks-project wil Greet Van den Berghe nagaan hoe dat op-ruimproces langs andere we-gen geactiveerd kan worden.

“Als we begrijpen hoe vasten tijdens kritieke ziekte dat pro-ces gunstig beïnvloedt, dan kunnen we leren om via ge-richte medicatie in te grijpen. We denken ook dat schade die in de cel achterblijft, perma-nente epigenetische verande-ringen kan uitlokken. Dat zijn chemische wijzigingen aan het

DNA of de structurele eiwitten waarrond DNA is gewonden. Epigenetische veranderingen kunnen verklaren hoe de ‘erfe-nis’ van een kritieke ziekte ont-staat. Dat biedt therapeutische mogelijkheden. Want op die epigenetische veranderingen kunnen we ingrijpen met me-dicatie.”

Page 5: Campuskrant 24-nr06

27 FebruarI 2013 Maatschappij 5

“Ik heb geluk gehad: toen ik wist dat ik niet meer in aanmerking kwam voor een postdoc – en in afwachting van een Europees project bij Verfaillies stamcelin-stituut – kwam er een vacature bij Emmaüs. Ik had een doctoraat in de medische ethiek gedaan, over de ethische en theologische aspecten van stamcelonderzoek en –therapie. Op dat vlak zijn er weinig jobs in Vlaanderen, maar bij zo’n grote organisatie als Em-maüs, die 6.000 medewerkers in de gezondheid- en welzijnssector overkoepelt, is er plaats voor.”

“Ik werk er nu als coördinator ge-zondheidsethiek en buig me over een breed gamma aan thema’s, van fertiliteitbehandelingen tot euthanasie en beroepsgeheim. Heel boeiend. Ik had het voordeel dat ik al tijdens mijn doctoraat de kans heb gekregen om kennis te maken met de praktijk, met de klinische ethiek. Ik mocht deel-nemen aan commissies ethiek en zelf lessen geven. Volgens mij is dat cruciaal: durven uit je co-con te treden, concrete casussen bekijken, snel op de bal spelen. Het vormt een welkome afwisse-ling op fundamenteel onderzoek, en vergemakkelijkt later de stap

naar de arbeidsmarkt.”“Ik werk nu nog deeltijds als

docent bio-ethiek aan de KU Leu-ven en ook dat levert een goede kruisbestuiving tussen theorie en praktijk op. Ik word uitgedaagd om bij te blijven met de nieuwste ontwikkelingen, om onderzoek te doen, maar tegelijk om dat trans-parant voor te stellen en te doen aansluiten op de praktijk.”

“Dat wil niet zeggen dat een doc-toraat op zich geen meerwaarde heeft. Integendeel. Ik werk bin-nen Emmaüs heel zelfstandig en dat heb ik voor een groot stuk geleerd tijdens mijn doctoraat. Je leert alles uitpluizen en naar de juiste argumentatiemodellen zoeken. Het helpt me nu om ken-nis binnen te brengen in een or-ganisatie of team. Ik weet het na-tuurlijk niet zeker, maar ik denk dat dat zeker een positieve rol heeft gespeeld bij mijn sollicita-tie. Bij Emmaüs bestaan er alles-zins geen vooroordelen tegenover doctorandi.”

Don’t you think it’s time you saw a doctor? Met die vraag willen de Vlaamse universiteiten en de Vlaamse Interuniversitaire Raad werkgevers aansporen om doctoraatshouders aan te werven. “Want dat zijn helemaal niet de introverte, academische denkers waarvoor ze soms gehouden worden.” Naast een intensieve onder-zoekstraining brengen de universiteiten doctorandi ook steeds meer vaardigheden bij die nuttig zijn op de niet-academische ar-beidsmarkt. Drie knappe koppen getuigen over het pad dat zij af-legden na hun doctoraat.

“In mijn doctoraat onderzocht ik de biochemische werking van aromavorming door gist in bier. Welke enzymen vor-men welke aroma’s? Ik ben er trots op dat ik antwoorden vond op tot dan toe onbeant-woorde vragen. Tijdens mijn postdoc begon ik na te den-ken over de weg die ik wilde inslaan; professor worden lag niet meteen in mijn aard. Ik kwam toen steeds meer in con-tact met de industriële wereld, waarmee ik contracten afsloot voor het labo waar ik toen werkte. Het sprak me aan om niet alleen kennis te vergaren, maar ook effectief een product op de markt te brengen.”

“Ik werk nu bij Christian Han-sen, een Deens health and food ingredients-bedrijf, waar ik ap-plication manager ben voor de wijnafdeling. Ik ben betrokken bij de ontwikkeling en produc-tie van gist en bacteriën waar-mee wijnmakers hun fermenta-tie beter kunnen controleren en zelf innovatieve producten op de markt kunnen brengen. Het is fijn om die mensen te kun-nen sturen in hun wijnproduc-tieproces en zo heel concreet te kunnen helpen.”

“Ik ben hier begonnen als ver-vanger voor iemand met zwan-gerschapsverlof en ondertus-sen heb ik een vast contract. Het was wel een grote stap – naar het buitenland én weg uit de academische wereld – maar ik dacht: Het is nu of nooit. Ik had er altijd van gedroomd om minstens een paar jaar in het buitenland te werken.”

“De internationale omgeving van mijn doctoraat en post-doc kwamen meteen goed van pas. In het labo in Leuven was de voertaal Engels en ik leerde omgaan met culturen uit alle hoeken van de wereld. Ik heb me natuurlijk moeten aan-passen aan het bedrijfsleven, maar dat ik als doctorandus ettelijke presentaties heb ge-maakt en moest schrijven over mijn werk, helpt me hier nog elke dag. Je leert ook analy-tisch denken en je lange tijd op iets toespitsen. Het is niet toe-vallig dat in een bedrijf als dit, dat draait op research & deve-lopment, bijna al mijn collega’s een doctoraat hebben. Mijn collega’s zijn allemaal heel geïnteresseerd in wetenschap, en dat is nog steeds onderwerp van boeiende discussies.”

“Ik voerde fundamenteel onder-zoek naar hoe bepaalde circuits worden gevormd in de hersenen, in mijn geval bij fruitvliegen, en welke genen daarvoor nodig zijn. In vier jaar legde ik de grond-slagen om deze vraag in de toe-komst te beantwoorden, mede dankzij een technische tool die ik ontwikkelde. Ondanks de zeer verrijkende en positieve ervaring in het onderzoek zag ik mezelf op lange termijn niet in de academi-sche wereld blijven.”

“In biomedische is een docto-raat absoluut een meerwaarde om werk te vinden. Toch vonden veel van mijn collega’s het niet evident om de stap te zetten naar de arbeidsmarkt. Ik denk dat er intussen aan gewerkt wordt, maar toen ik een jaar geleden stopte, werden mensen nog niet altijd voldoende voorbereid op het leven na een doctoraat, waar-bij je toch in een cocon werkt. Het was voor mij een beetje shockthe-rapie: ik viel van de ene wereld in

de andere, en die waren compleet verschillend. Maar ik zocht die uitdaging ook.”

“Ik kreeg de kans om te starten in de kmo van mijn vader en, als me dat ligt, op termijn de zaak te leiden. Wij produceren één mil-joen fruitbomen per jaar, vooral appel- en perenbomen. Ik vind de veredeling van rassen enorm boeiend en het is een beetje een link met de genetica. De afgelo-pen maanden heb ik kruisingen uitgezet, verschillende appels beoordeeld en de beste gepre-senteerd aan onze belangrijkste Europese klanten. We zijn heel optimistisch: tegen 2017 hopen we naar buiten te komen met één of twee nieuwe rassen.”

“Dat ik mij redelijk vlot heb

kunnen inwerken in een totaal nieuwe sector heb ik ook te dan-ken aan mijn doctoraat, denk ik. Ik las voortdurend Engelstalige artikels – nogal zware kost – waar-door ik nu snel kan bijleren over moeilijke materie en de hoofd- van bijzaken kan onderscheiden. Tijdens een doctoraat leer je ook enorm je plan trekken, je eigen deadlines zetten en jezelf daar-

voor motiveren. Dat helpt om het werk nu aan te kunnen. Ik begrijp dat de drempel voor werkgevers soms hoog is – wij zijn duurder dan iemand met een master – maar eens ze ervaring hebben met een doctorandus kiezen ze er sneller opnieuw voor. Wij hebben minder begeleiding nodig en ver-trekken meteen van op een hoger niveau.”

YourecaDe KU Leuven lanceerde vorig jaar het programma YouReCa (Young Researchers’ Careers), dat de carrièreperspectieven van jonge KU Leuven-onderzoekers wil verbeteren en verbreden, met een hele waaier aan vorming en activiteiten. Ook het versterken van de internationale oriëntatie van de loopbaan van jonge onderzoekers is een aandachtspunt.

Info: www.kuleuven.be/research/youreca/

katrIen steYaert

sofie saerens (33)Bio-ingenieur en gistspecialist

“bijna alle collega’s hebbeneen doctoraat”

bart Hansen (35)Godsdienstwetenschapper en coördinator gezondheidsethiek

“uit je cocontreden”

laura nicolaï (28)Biomedisch wetenschapper en boomkweker

“minder begeleiding nodig”

Is er een doctor in de zaak?

Laura Nicolaï in het proefperceel, met een appel met rood vruchtvlees(© ingezonden)

Sofie Saerens neemt stalen van een wijn-fermentatie (© ingezonden)

(© KU Leuven | Rob Stevens)

Page 6: Campuskrant 24-nr06

6 Integratie campuskrant

Hoe elektronische apparaten veilig samenwerken

Jaak poot

Dr. Davy Pissoort stuurt samen met zijn collega’s aan de Katholie-ke Hogeschool Brugge-Oostende (KHBO) een reeks projecten met hetzelfde doel: betrouwbare elek-tronica en ICT. “Binnen de groep ReMI (Reliability in Mechatronics & ICT) werken wij samen met de fundamentele onderzoekers van zowel ESAT (Departement Elek-trotechniek van KU Leuven – red.) als Computerwetenschappen, én met de onafhankelijke vzw Labo De Nayer, een spin-off van hoge-school Thomas More.”

Doet uw radio soms raar als uw gsm afgaat in de auto? Dan vol-doet een apparaat niet aan de technische normen voor Elek-

tromagnetische Compatibiliteit die in de EMC-richtlijn van de Europese Unie staan. U kunt die interferentie zelf controleren. Test uw toestel naast een radio op batterijen op een zwak FM- of AM-station. Neemt de ruis toe? Dan hebt u vermoedelijk EMC-problemen. Ongevaarlijk – maar dat is niet altijd zo. Herinnert u zich de problemen met Toyota’s die vanzelf begonnen te versnel-len? Waarschijnlijk ligt ook daar EMC-storing aan de basis.

Davy Pissoort: “Constructeurs die elektronische apparaten op de markt brengen, moeten be-wijzen dat ze beantwoorden aan de EMC-richtlijn. En daar steken wij hen een handje toe. Vóór een ontwerp productierijp is, doen we

een rist preventieve tests op on-derdelen. Wij meten ze daarvoor van heel dichtbij. Met virtuele si-mulatietechnieken doen we dat nog vroeger, in de ontwerpfase. Daarvoor zetten we projecten op met kleine bedrijven, maar ook met grote spelers zoals NVIDIA (Amerikaanse producent van com-puterhardware, vooral grafische kaarten en chips – red.). Voor die firma namen we hoogkwalitatieve grafische kaarten voor videospel-letjes onder de loep.”

Economisch belang“Waarom mag u nu op de meeste plaatsen in het ziekenhuis uw gsm aan laten staan? Omdat bijna alle toestellen grondig ge-test zijn op, en beveiligd tegen

storingen die de veiligheid in het gedrang kunnen brengen. Het belang van EMC-tests neemt als-maar toe omdat elektronica nu overal zit. Denk maar aan elektri-sche en hybride auto’s die u thuis op het elektriciteitsnet aansluit. Ze creëren grote magnetische vel-den die storend kunnen inspelen op andere apparaten in huis. Dat proberen we te vermijden.”

“Dat voorafgaand testen is eco-nomisch heel belangrijk. Zo ont-

dekken bedrijven de problemen vroeg in het ontwerpproces en vermijden ze dure aanpassingen vlak voor de productiestart. Rond dit thema werken we momenteel, samen met ESAT en het Labo De Nayer, aan de oprichting van het expertisecentrum EMC@Flan-ders. In september organiseren we in Brugge de jaarlijkse Euro-pese EMC-conferentie, met zo’n 300 deelnemers.”

“We hebben ook projecten rond embedded software: hoe schrijf je software die op functionaliteit is gevalideerd en tegelijk de veilig-heidsnormen respecteert? Auto’s die enkele uren per dag rijden, maar ook treinen die 25 tot 30 jaar lang soms tot 20 uur per et-maal sporen, moeten dat gedu-rende de hele levensduur veilig doen, met zo weinig mogelijk uit-val. Daarrond werk ik met collega Jeroen Boydens, die samen met industriële gebruikersconsortia verschillende projecten rond de ontwikkeling van embedded soft-ware uitwerkte.”

Extreem“We doen veel preventieve tests

op landbouwvoertuigen. Daar zit de elektronica heel dicht bij de motor én staat ze bloot aan extreme omstandigheden, zoals schokken en hoge temperatuur-schommelingen. In onze HALT-machine (Highly Accelerated Life-time Testing – red.) laten we de temperatuur met 60 graden per minuut stijgen en dalen, en simu-leren we de extreme trillingen van een tractor die over een hobbelig veld dondert. Gaat een onderdeel

stuk? Dan verstevigen we dat en testen we opnieuw, om te zien of er nog andere problemen zijn.”

Davy Pissoort heeft ook een on-derwijsopdracht. “Ik geef de cur-sus EMC-ontwerp in het laatste jaar industriële wetenschappen elektronica-ICT. Daarvoor put ik voorbeelden uit onze onderzoeks-ervaring. Elk jaar maken ook twee tot drie studenten hun thesis in onze laboratoria. De voorbije twee jaar gaf ik ook cursussen voor tel-kens veertig tot vijftig ontwerpers en ingenieurs uit vooral Vlaamse ondernemingen.”

ReMI heeft regelmatig con-tractonderzoek lopen, zoals met NVIDIA. Er zijn ook projecten binnen het fonds voor technolo-gietransfer van de Vlaamse over-heid (TETRA). Zo onderzoekt het NEATH-project ‘NEAr-field meet-TecHnieken’ voor het efficiënt oplossen van EMC-emissiepro-blemen. Op basis van hun erva-ring stellen de onderzoekers ook richtlijnen op waarmee ontwer-pers best rekening houden als ze nieuwe producten op de tekenta-fel hebben.

http://remi.khbo.be

In een vliegtuig moeten uw gsm en laptop uitgeschakeld zijn tij-dens de start- en landingsfase, uit veiligheidsoverwegingen. De ReMI-onderzoeksgroep van KHBO verhoogt onze veiligheid door de interferentie tussen elektronische apparaten in goede banen te leiden. Met tests op klant-en-klare apparatuur, maar ook met si-mulaties die de effecten al tijdens de ontwerpfase meten.

Wat is de integratie ook weer?Op 5 juli 2012 keurde de Vlaamse Regering het decreet goed dat bepaalt dat de academische hogeschoolopleidingen, met uitzondering van de kunstopleidingen, vanaf oktober 2013 in een universiteit integreren. Binnen de Associatie KU Leuven zijn er negen hogescholen met opleidingen die integreren. Daardoor zal de universiteit campussen hebben in 11 steden verspreid over heel Vlaanderen. meer informatie: www.kuleuven.be/integratie

Ontdek jezelf. Begin bij de wereld.

kul22189_campuskrant_01.indd 1 22/02/13 16:15

ADVERtEntiE

“Elektrische auto’s creërenmagnetische velden die de

werking van andere apparaten kunnen verstoren.

Dat proberen wij te vermijden.”

(© Joris Snaet)

Page 7: Campuskrant 24-nr06

27 februari 2013 Integratie 7

bioDe Katholieke Hogeschool Brugge-Oostende (KHBO) ontstond in 1995 door de groepering van vijf katholieke hogescholen in noord-West-Vlaanderen. Vanaf september 2013 vormen KHBO en KAtHO samen de Katholieke Hoge-school Vives, met naast de huidige KHBO-vestigingen in Brugge en Oostende ook de KAtHO-campussen in Kortrijk, Roeselare, tielt en torhout, sa-men goed voor 13.000 studen-ten in de basisopleidingen.

campussen• Brugge• Oostende• Vlaams Luchtvaartopleidings-

centrum (VLOC) Oostende

integrerende opleidingenBachelor in de industriële wetenschappen: • Bouwkunde• Elektromechanica• Elektronica-ICT• KunststofverwerkingBachelor in de revalidatieweten-schappen en de kinesitherapie (eerste twee jaar)

Master in de industriële wetenschappen: • Bouwkunde• Elektromechanica (elektrome-chanica / luchtvaarttechnologie)• Energie (automatisering / elektrotechniek-hernieuwbare energie)• Elektronica-ICT (elektronica / iCt)

Master na master in deindustriële wetenschappen: industriële kunststofverwerking

Schakelprogramma’s naar de masters industriële ingenieurs-wetenschappen

aantal studenten• Totaal: 4.050• Integrerende opleidingen: 493,

waarvan 386 in Industriële Wetenschappen & technolo-gie en 107 in Gezondheidszorg

aantal personeelsleden• Totaal: 425• Integrerende opleidingen: 54

academisch beheerderProfessor Jan Beirlant

slogantalent@work

Websitewww.khbo.be

staalmeesterHet ziekenhuislaboratorium van UZ Leuven heeft een ingenieus tracksysteem in gebruik genomen voor de analyse van bloed- en andere stalen. Stijn Wouters, adjunct-manager van het zieken-huislab, gaf tijdens een opendeurdag begin fe-bruari uitleg bij het systeem. De weg en de volg-orde die het staal moet volgen, zit vervat in een streepjescode op het buisje. Een transportband vervoert de stalen automatisch naar de juiste analysetoestellen, en robotarmen nemen de ta-ken van de laboranten over. Die kunnen zich nu volledig concentreren op het controleren van de kwaliteit van de analyse.Het vernieuwde ziekenhuislab van UZ Leuven is één van de grootste van Europa en verwerkt elke dag gemiddeld 8.000 stalen. Op die stalen worden dagelijks meer dan 30.000 tests uitgevoerd. Voor de meeste tests is het resultaat binnen de drie uur beschikbaar. in de stalen zit meestal bloed of een afgeleide, maar er bestaan ook testen op uri-ne, lumbaal vocht, wondvocht, gewrichtsvocht, uitwerpselen en zelfs op uitgeademde lucht.

(© KU Leuven | Rob Stevens)

Page 8: Campuskrant 24-nr06

8 Onderzoek campuskrant

Fotograaf: Bas Brouwers Een beeld met de fluorescen-tiemicroscoop van een stukje van de pancreas of alvleesklier van een muis. Het gaat meer bepaald om de eilandjes van Langerhans. Bas Brouwers doctoreert in de biomedische wetenschappen en frist onze bestofte biologiekennis weer op: “De eilandjes van Langer-hans produceren hormonen, zoals insuline. Als we een stukje pancreas onder de mi-croscoop bekijken, laten we bepaalde eiwitten kleuren om de eilandjes te vinden. Meestal zijn ze rond of ovaal. Je ziet ze zelden hartvormig, vandaar dat ik deze foto nam.”De foto kadert in het docto-raatsonderzoek van Brouwers over diabetes: “Diabetespa-tiënten hebben onder andere problemen met hun suikerhuis-

houding. Dat heeft te maken met een verstoorde insuline-productie door de eilandjes van Langerhans. Bij type 1-dia-betes wordt er dan haast geen insuline meer aangemaakt. Bij type 2-diabetes wordt er nog wel insuline geproduceerd, maar het lichaam is er niet meer gevoelig voor. Zwangere vrouwen hebben dan weer beter werkende eilandjes: hun eilandjes van Langerhans zijn groter, delen sneller en maken meer insuline aan. Het is ons met een toevalstreffer gelukt om dat zwangerschapsvoor-deel over te brengen naar een mannelijke muis: als we dat mechanisme goed begrijpen, hopen we de defecte werking van de eilandjes ook te kunnen ontrafelen. Ik vond de foto van een hartvormig eiland wel toe-passelijk, omdat het met zwan-gerschap te maken heeft.” (if)

Beeldige wetenschapHart met mazelen?Romantisch pointillisme?

“Er was natuurlijk geen ‘echt’ crashgevaar: in realiteit zouden ze eerder het leren verwaarlozen dan zich te pletter te rijden. Maar de conclusie was duidelijk: het ‘educatief multitasken’ heeft zijn grenzen. Wandelen en joggen zijn eenvoudige geautomatiseerde bezigheden waarbij je nauwelijks moet nadenken, autorijden is dat meestal niet. Dat was al vaker ge-bleken bij gelijkaardig onderzoek naar multitasken: gsm- of gps-ge-bruik tijdens het autorijden leidt enorm af. In België is handsfree bellen dan wel toegestaan, maar eigenlijk is dat niet zoveel beter dan met de gsm in de hand. Zelfs als je alleen maar een telefoontje verwácht, dwalen je gedachten al af van de baan.”

“Ik heb die voor de hand liggen-de verklaring – de mate van auto-matisering – ook apart getest. In een laatste experiment liet ik twee groepen studenten op een fit-nessfiets plaatsnemen en tegelijk een weblecture bekijken. De ene groep moest gewoon rustig door-fietsen zonder verdere instruc-ties, de andere werd geacht zijn hartslag steeds tussen bepaalde

waarden te houden. Die laatste groep bleek achteraf hele stukken van de les gemist te hebben.”

Cliché“Mobiel leren kan dus vrij makke-lijk – en veilig – als je combineert met een eenvoudige automatische bezigheid: je vertrouwde rondje joggen bijvoorbeeld. Maar ik zou het niet aanraden als je voor die extra taak ook je hersenen nodig hebt. En niet onbelangrijk: het lesmateriaal moet er ook geschikt voor zijn: de studenten die hun hartslag moesten volgen, had-

den hele flarden van de les – een klassiek hoorcollege – integraal gemist. De studenten die Spaans

leerden in de rijsimulator hadden het makkelijker: die cursus was op maat gemaakt voor de auto, met

veel herhaling. Als je dan al eens afgeleid bent door het verkeer, heb je niets cruciaals gemist. Vol-

doende herhaling is dus nodig als je optimaal mobiel wil leren.”

Wat we toch nog willen weten:

scoorden meisjes beter dan jon-gens in het multitasken? Coens: “Die vraag heb ik véél gekregen. Mijn proefpersonen waren bijna uitsluitend meisjes, dus ik kan er zelf niets over zeggen. Maar dat meisjes over het algemeen beter zouden zijn in multitasken, is een cliché dat niet klopt. Onderzoek heeft het in elk geval nog nooit echt bevestigd.”

een overzicht van alle actuele doctoraatsverdedigingen vindt u op www.kuleuven.be/ doctoraatsverdediging

pagina 1

‘Educatief multitasken’ heeft zijn grenzen. Bij het joggen moet

je niet echt nadenken, bij het autorijden wel.

mobiel leren gaat studenten goed af

Ontdek jezelf. Begin bij de Infodagen KU Leuven.Zaterdag 9, 16 en 23 maart 2013

Info en inschrijven: www.kuleuven.be/infodag

Page 9: Campuskrant 24-nr06

Kulak-katernspecia l e Bijl age k ul a k | w w w.k uL Eu v En-k uL A k .BE w w w.fACEBook .CoM / k uL Eu v Enk uL A k

ine Van houdenhoVe

Laurens Cherchye: “Enkele de-cennia terug zagen micro-econo-men een huishouden als een ge-heel dat beslissingen neemt over

de te besteden tijd en middelen. Het latere niet-unitaire model er-kent dat er verschillende beslis-singsnemers zijn in een gezin. Ons model is daar nog een ver-fijning van, want het houdt expli-

ciet rekening met het welzijn van de kinderen: het resultaat van de tijd en de middelen die de ouders aan hen spenderen.”Bram De Rock: “We gebruikten gegevens van meer dan tweehon-

derd Nederlandse gezinnen met twee ouders op de arbeidsmarkt. De data zijn uniek omdat zij ook rapporteerden hoeveel midde-len en tijd er naar de kinderen gaan. We ijveren ervoor om ook in ons land dergelijke gegevens te verzamelen.”Cherchye: “Dan kan je bijvoor-beeld nagaan hoe het inkomen binnen het gezin verdeeld is, aan wie het wordt gespendeerd, en wie die beslissing neemt. Uit onderzoek blijkt dat de partner met het hoogste loon het meest te zeggen heeft. Maar ook de lo-kale wetgeving inzake echtschei-ding en de man/vrouw-ratio op de huwelijksmarkt spelen bij-voorbeeld een rol.” De Rock: “Voor beleidsmakers is dat nuttige informatie. Hoe kan je bijvoorbeeld in ontwikke-lingslanden de positie van vrou-wen verbeteren? Of stel dat de overheid mensen wil compen-seren voor het verlies van een partner, dan brengt dit model in kaart wat er verloren is gegaan: een inkomen, maar ook tijd voor de kinderen of om klusjes te doen.”

kinderbijslagHet onderzoek was voornamelijk methodologisch van opzet, maar leverde ook een aantal concrete resultaten op. De Rock: “Zo blijken mannen en vrouwen evenveel te werken, als je niet enkel een onderscheid maakt tussen betaald werk en vrije tijd maar huishoudelijke ta-ken en voor de kinderen zorgen evengoed als werk beschouwt.”Cherchye: “We gingen ook na wat de impact is van de inkomensver-deling tussen partners op de mid-

delen die aan de kinderen wor-den besteed: maakt het, bij een gelijk gezamenlijk inkomen, uit of het de man is of de vrouw die het meest verdient? Eerdere stu-dies suggereerden dat vrouwen meer geneigd zijn aan de kinde-ren te spenderen. Dat is trouwens één van de redenen waarom de kinderbijslag in ons land aan de moeder wordt toegekend. Maar voor het welzijn van de kinderen in onze studie blijkt het geen

verschil te maken welke ouder de meeste inkomsten heeft. Wel-licht ligt dat in ontwikkelingslan-den weer heel anders.”De Rock: “We zien dat binnen een gezin het beoogde welzijnsniveau van de kinderen vaststaat, en dat de partners de middelen en tijd spenderen die nodig zijn om dat te bereiken. Ofwel zorgt de man voor meer inkomsten en spen-deert de vrouw veel tijd aan de kinderen, ofwel omgekeerd. Be-leidsmakers kunnen op elk van die factoren trachten in te spe-len, maar doordat ze bij wijze van spreken communicerende vaten zijn, krijg je misschien niet de uitkomst die je beoogt.”

Door de invoering van het nieuwe curriculum geneeskunde zul-len studenten vroeger beginnen met stage lopen, uiteraard ook aan ku Leuven kulak. Dat vergt enige reorganisatie. Een werk-groep met vertegenwoordigers van kulak en ku Leuven (groep Biomedische wetenschappen) en van het kortrijkse AZ Groe-ninge (AZG) bereidt die voor.

“ Moeder en vader zijn communicerende vaten”Zijn de kinderen in een gezin beter af als de moeder het meest verdient? Dat is niet het geval, zo blijkt uit onder-zoek van Laurens Cherchye en Bram De Rock van de Facul-teit Economie en Bedrijfswetenschappen aan KU Leuven Kulak. Samen met hun Leuvense collega Frederic Vermeu-len ontwikkelden ze een model om te analyseren hoe huis-houdens de beschikbare middelen en tijd besteden.

“ stage geeft zelfvertrouwen”

“Mannenen vrouwen

werkenevenveel.”

Stagestudente Lynn Manhaeghe op de Dienst Medische Beeldvorming van AZ Groeninge: “Een stage maakt de grote sprong van theorie naar praktijk wateenvoudiger.” (© ku Leuven | Rob Stevens)

“AZG werkt enthousiast mee aan de vernieuwing”, zegt algemeen directeur Jan Deleu. “ons zieken-huis, met 1.100 bedden één van de grootste van vlaanderen, vormt een omgeving die mooi zal aansluiten bij wat de studenten later in uZ Leuven zullen ervaren. we hopen dit jaar de JCI-accreditering te behalen, die uZ Leuven al enkele jaren heeft, zodat we voortaan parallelle kwali-teitscriteria hanteren. Daar hebben

ook de stagiairs baat bij. Jaarlijks krijgt het grondig hervormde AZG vijf- tot zeshonderd stagiairs over de vloer, uit allerlei opleidingen, en we zien het als een belangrijk deel van onze taak om substantieel tot hun vorming bij te dragen.”“AZG is een heel mooie stage-omge-ving voor de kortrijkse studenten”, bevestigt Jan Eggermont, vice- decaan van de faculteit Genees-kunde. “De nieuwe campus en de

nieuwe structuur van het zieken-huis zorgen mee voor de hoogste kwaliteit. De intentieverklaring

over verdere samenwerking, waar decaan Jan Goffin veel toe heeft bijgedragen, verstevigt de onder-

linge band tussen AZG, kulak en ku Leuven.”Mooi, maar hoe ervaart iemand van ‘de vloer’ een stage in AZG? we vroegen het aan Lynn Manhaeghe, studente in de derde bachelor ge-neeskunde. “Tot nu toe heb ik uit-sluitend kijkstage gelopen. Dat be-tekent dat je bij gastro-enterologie, cardiologie, urologie en radiologie weliswaar zelf geen diagnose stelt of behandelingen uitvoert, maar dat je wel van heel nabij meemaakt hoe dat gebeurt.“ “Het artsenberoep kan eenvou-digweg niet zonder een stage. Die maakt de grote sprong van theorie naar praktijk wat eenvoudiger. Het belangrijkste is misschien wel het zelfvertrouwen dat je krijgt door ef-fectief met patiënten en artsen om te gaan. De artsen betrekken ons heel goed bij hun dagelijkse taken. De eerste ervaringen met de prak-tijk in een ziekenhuis vallen dus prima mee.” (lm)

(© Joris Snaet)

Page 10: Campuskrant 24-nr06

10 Kulak-katern campuskrant

KulaK in Cijfers

1.304 studenten: 653 jongens en 651 meisjes

23 opleidingen—

252 studentenkamers, verspreid over 3 residenties

op de campus—

40.115 verkochte maaltijden in studenten- restaurant alma in 2012—

197.074 boeken in de campusbibliotheek

150.115 bibliotheek- bezoeken in 2012—

17 bedrijven / instellingen waar Kulak-studenten

stage lopen

Ilse FrederIckx

De synthetische polymeren die wij als plastic kennen, zijn mo-leculen die bestaan uit ketens identieke delen koolstof die aan elkaar gekoppeld zijn. Eigenlijk zijn het vereenvoudigde kopieën van de meer complexe tegenhan-gers in de natuur, zoals zetmeel, cellulose en eiwitten. Omdat de voorraad aardolie eindig is en de ecologische bezorgdheid steeds groter, is er veel interesse voor biopolymeren.

Eind jaren 90 doctoreerde Wim Thielemans over het onderwerp: “Mijn doctoraat ging over bio- polymeren op basis van plantaar-dige olie en natuurlijke vezels. Ik deed vooral onderzoek naar ligni-ne – ook wel houtstof genoemd. Dat is een stof uit de celwand van planten. Het is een afvalproduct bij het maken van papier. Je kan

lignine chemisch aanpassen en gebruiken om de biopolymeren te verbeteren.”

Biopolymeren haal je uit bio-logisch materiaal, en dat zou ten koste kunnen gaan van de voedselproductie. Daarom rich-ten wel meer onderzoekers zich momenteel op afval. “In Japan wordt veel onderzoek gedaan naar chitine, een bouwstof in het exoskelet of de huid van krab-ben, garnalen en spinnen. Nut-tig, want het is een afvalproduct in de garnaalindustrie.”

Bio op je dak“In de VS willen ze biopolymeren gebruiken om snel daken op hui-zen te leggen. Interessant in de Midwest, waar ze veel tornado’s krijgen. En tractorfabrikant John Deere onderzoekt of biopolyme-ren in panelen van tractoren ge-bruikt kunnen worden. Slim be-keken: de plantaardige olie kopen van de boeren, die verwerken in tractoren en ze dan weer verko-pen aan de boeren (lacht).”

Het huidige onderzoek naar biopolymeren speelt zich af op nanoschaal: een schaal van een miljardste van een meter. “Door nanodeeltjes van cellulose en zetmeel aan het oppervlak che-misch te wijzigen kan je ze bij-voorbeeld elektrisch geleidend of fluorescerend maken. Of je kan er 2D- en 3D-structuren mee maken. Mogelijke toepassingen

zijn sensoren, batterijen en ge-neesmiddelen.”

De uitdaging voor verder on-derzoek is om de nanodeeltjes onder controle te krijgen: “Hoe ze zich tot een structuur vormen, kunnen we nog niet helemaal sturen. Wat soms op nanoschaal nog lukt, kunnen we nog niet bij ‘grotere’ structuren van enkele millimeters. De natuur geeft het goede voorbeeld: ze kan met dezelfde bouwstenen toch stof-fen met totaal andere functies maken, enkel door de complexe structuur te veranderen. Het on-derzoek daarnaar zal ik voortzet-ten in Kortrijk.”

Creatief met biologisch afvalDe meeste kunststoffen zijn gemaakt van aardolie, een dure en niet-hernieuwbare grondstof. Daarom kij-ken onderzoekers nu naar alternatieven uit de natuur: de zogenaamde biopolymeren – cellulose, zetmeel of eiwitten bijvoorbeeld – die geproduceerd worden door levende organismen. Als die bruikbare stoffen uit biologisch afval komen, klinkt het helemaal veelbelovend. En dat is het ook, zegt professor Wim Thiele-mans. Hij start aan KU Leuven Kulak een onderzoeksgroep rond biopolymeren.

Wim Thielemans: “in de Vs willen ze biopolymeren gebruiken om snel daken op huizen te leggen, bijvoorbeeld na de doortocht van een tornado.”

(© Ku leuven | rob stevens)

studenten in de nieuwe acco-shop Docente enthousiasmeert studenten Onderzoekers in de nieuwe irf life sciences (© Ku leuven | rob stevens)

Wim thIelemans studeerde in 1999 af als burgerlijk ingenieur in leuven, behaalde zijn doctoraat in Delaware (Vs), deed postdocto-raal onderzoek in Grenoble (frank-rijk) en is momenteel docent aan de universiteit van nottingham (VK). Hij keert terug naar België dankzij het Odysseus-programma van het fonds Wetenschappelijk Onderzoek – Vlaanderen (fWO). Dat geeft toponderzoekers die in het buitenland een carrière hebben

opgebouwd middelen om een on-derzoeksgroep te starten aan een Vlaamse universiteit. Met Thielemans krijgt het gloed-nieuwe onderzoeksgebouw van de Interdisciplinary Research Facility (irf) life sciences aan Ku leuven Kulak een internationaal gerenom-meerd onderzoeker in huis. Hij komt er terecht in een team van een zestigtal onderzoekers uit de life sciences of biowetenschappen. Met deze onderzoeksfaciliteit wil

Kulak hoogstaand onderzoek van internationaal niveau uitvoeren, in samenwerking met bedrijven en hogescholen uit de regio.Dat voornemen past perfect in het concept ‘fabriek voor de Toekomst’ van de Vlaamse overheid. Om dat te vertalen naar de regio werkt Kulak samen met onder andere Centex-bel, flanders’ PlasticVision en de onderzoeksgroep Kunststofver-werking van KHBO Oostende. “We willen in West-Vlaanderen de sec-toren van textiel, nieuwe materia-len en kunststoffen verder uitbou-wen”, zegt gedeputeerde jean de

Bethune, bevoegd voor economie. “Wij hebben een textielverleden, maar veel bedrijven zijn ondertus-sen geëvolueerd van vlas naar tex-tiel en dan naar kunststof, in heel diverse sectoren. in onze regio is er nog een tekort aan universitaire knowhow en onze bedrijven zijn veelal kmo’s die ondersteuning op maat nodig hebben. We zijn dan ook heel tevreden met deze nieuwe on-derzoeksgroep rond biopolymeren aan Kulak.” Meer info over IRF Life Sciences: www.kuleuven-kulak.be/ irf-lifesciences

Fabriek voor de toekomst

Page 11: Campuskrant 24-nr06

tIm Vuylsteke

In het Junior College volgen de leerlingen twee colleges aan de universiteit, de rest van de les-sen krijgen ze van hun eigen leerkracht. “Het project is vier jaar geleden ontstaan vanuit het idee dat we als universiteit iets met de vrije ruimte in het mid-delbaar moesten doen”, zegt professor Paul Igodt, docent wiskunde aan Kulak. “Dat is het deel van de lessentabel dat scholen zelf mogen invullen. Met onze Junior Colleges (zie ook kadertje hierboven) bieden we de leerlingen materiaal aan dat uitdagend is én hen aan-spreekt.”

“De onderwerpen zijn inder-daad boeiend, omdat ze enkele concrete toepassingen van ons vak tonen – ook voor mij is dat

interessant”, zegt Griet Esprit, leerkracht wiskunde in De Plein-school. “Daarnaast krijgen de leerlingen een realistisch beeld van het hoger onderwijs. Voor velen is de universiteit een an-dere wereld, maar nu volgen ze er enkele echte lessen.” Igodt: “De laatste jaren stellen we in de hele Groep Wetenschap & Technologie vast dat de meeste generatiestudenten wel een po-sitieve studiekeuze maken, maar vaak toch niet zo goed weten wat hun richting inhoudt. Ook daar-aan willen we met dit project iets doen.”

Moet Junior College meer stu-denten naar de KU Leuven lok-ken? Igodt: “Het is in de eerste plaats een vorm van dienstver-lening op het gebied van studie- oriëntering. Uiteraard is het as-pect zichtbaarheid niet onbe-

langrijk, maar het is niet ons eer-ste doel. Met het Junior College kan een leerling zijn grenzen ver-kennen. Als hij besluit dat een universitaire studie niets voor hem is, dan vind ik dat niet per se een slecht signaal.”

niet rondkijkenDe leerlingen van De Plein-school die het Junior College als keuzevak volgen, zijn vol lof over de sessies aan Kulak. Zo wist Eva wel dat je met velen in een aula zit, maar heeft ze er nu pas een idee van hoe het er echt aan toegaat in zo’n les. Ella heeft dan weer gemerkt dat je geen tijd hebt om rond te kijken als je wilt kunnen volgen.

Hebben ze ook iets bijgeleerd? Lise: “Ik denk dat we vooral voordeel zullen halen uit de an-dere manier van denken die we

hier constant moeten toepas-sen.”

Ella: “Het normale pakket ex-tra wiskunde is vooral theorie,

maar nu leren we enkele nuttige toepassingen kennen: wat kun

je doen met die wiskunde?” Zo leren ze hoe je priemgetallen kan gebruiken om gegevens te coderen en te beveiligen.

Bij de meeste leerlingen heeft het Junior College de studie-keuze niet beïnvloed – ze zijn sowieso sterk in wiskunde als ze ervoor kiezen – maar voor sommigen is het wel een test. Laura: “Ik weet nu dat ik indus-trieel ingenieur wil worden. Het Junior College heeft me geleerd dat ik de wiskunde wel moet aankunnen.”

De leerlingen kijken ook uit naar het slotevent, kort voor de paasvakantie. “Afsluitend organiseren we telkens een gastlezing met een hapje”, zegt professor Igodt. “Dit jaar komt iemand van Google langs, en hopelijk kunnen we nog een be-kende cryptograaf strikken.”

Het team van de vernieuwde alma Het Kulak-presidium in de spina (© MD) iMf-topvrouw Christine lagarde krijgt eredoctoraat aan Kulak

(© Patrick Holderbeke)

(© Ku leuven | rob stevens)

Junior college breidt uitHet programma junior Col-lege loopt dit jaar in 69 scholen. naast wiskunde zijn er ook ju-nior Colleges Taal en Geschie-denis. Vanaf volgend acade-miejaar komt er een module life sciences bij, voorlopig al-leen in Kortrijk. Die zal onze bloedsomloop onder de loep nemen, in een reeks multidisci-plinaire theoretische en prak-tische sessies die raakvlakken hebben met wiskunde, fysica, scheikunde en biologie.

Info: www.juniorcollege.be

De wiskunde achter Google ontdekken. Of de geheimen van de cryptografie ont-rafelen. Dankzij het Junior College van de KU Leuven kunnen gemotiveerde laat-stejaars secundair onderwijs een uitdagend projectvak volgen en in Leuven of Kortrijk al even proeven van de universiteit. “Leuk dat we na de theorie zo ook en-kele nuttige toepassingen van wiskunde leren kennen”, zeggen de leerlingen van De Pleinschool in Kortrijk.

Junior College slaat brug tussen klas en aula

KulaK in Cijfers

53 residerende professoren,

169 professoren die pendelen tussen Kortrijk en

leuven, 66 doctorandi, 186 residerende onderzoekers en projectmedewerkers,

86 administratieve en technische personeelsleden

—Postacademische vorming in 2011-2012: 137 activiteiten,

1.530 uren opleiding, gevolgd door 8.821

deelnemers—

18 gastlezingen per jaar—

23 Kulakambassadeurs en -senatoren—

in 1965 ging het eerste academiejaar aan

Kulak van startDe leerlingen van het junior College Wiskunde in de Kortrijkse Pleinschool, met cursus en rekenmachine in de aanslag. naast hen professor Paul igodt en leerkracht Griet esprit.

27 FebruarI 2013 Kulak-katern 11

“Ik weetnu dat ik ingenieur

wilworden.”

Page 12: Campuskrant 24-nr06

12 Kulak-katern campuskrant

politicoloog steven van Hecke over europa

“ De grootste stappen vooruit danken we aan een crisis”

“We focussen te veel op landen als Ita-lië en Griekenland, en te weinig op het nieuwe zorgenkind, Frankrijk.” Zo ana-lyseert Steven Van Hecke de eurocrisis. Hij is het gezicht van de opleiding poli-tieke wetenschappen aan Kulak.

Onze fotograaf Rob StevenS richt zijn lens op de mens achter de actualiteit aan de universiteit, en vuurt vrank en vrij vragen af.

uitgelicHt

t ijdens een bezoek aan Ku-lak loopt u bij het betreden van de grote hal het niet

onaangename risico verrast te worden door klanken uit een andere, en ook wel mooiere we-reld. verborgen in een hoekje tref ik zo eerstejaarsstudente onderwijskunde Flore van Doo-ren aan, in het gezelschap van haar harp.

“Ik speel al tien jaar harp, solo en als duo, met mijn vriendin Birgit”, vertelt ze. “Maar omdat ik ‘te laat’ ben begonnen aan het conservatorium zit ik nu een jaar achter op schema. Aangezien er in mijn thuisstad Brugge geen les wordt gegeven op zaterdag, was ik verplicht mijn laatste jaar muziek in Kortrijk te doen. en moest de harp dus mee.” een te klein kot, een vraag aan de universitaire overheden en een positief antwoord later mag Flore haar harp hier stockeren én bespelen, en nog wel aan de

voordeur van campusrector Jan Beirlant. “Het stoort niemand”, vertelt Flore, “het is dan ook een zacht instrument. Ik probeer elke dag te oefenen, maar dat lukt niet altijd.”

Komen er wel eens medestu-denten op de muziek af? “Af en toe komen er mensen even een kijkje nemen, ja. en mijn vriendinnen passeren geregeld. Ik doe ook mee aan de Kulak Proms in de stadsschouwburg. Dat is een festival voor podium-kunsten georganiseerd door ons Cultuurpresidium. Daar zal dus sowieso een groot publiek zijn.” en de toekomst? “Ik ga volgend jaar naar Leuven om klinische psychologie te studeren. Kin-derpsychologe worden in een ziekenhuis zie ik momenteel wel als een fijn plan. De harp zal een hobby blijven, ik denk dat ik het spelplezier wat zou verliezen als ik me in de competitieve profes-sionele wereld zou gooien.”

KuLAK-KALenDeR

MAARt· 1 maart: Infoavond· 5 maart: Bezoek Franse

ambassadeur Bernard valero· 5 maart: Studentenquiz· 6 maart: Kulak Proms· 12 maart: Bloedinzameling· 12 maart: Lezing Arnoud Raskin,

Mobile School – Streetwize· 14-15 maart: Studenten 24 uur· 20 maart: ‘tweespraak’ met

Wouter Beke en Rik van Cauwelaert

APRIL· 15-16-17 april: Kulaktoneel· 15 april: Opening tentoonstelling

‘Hartografie’ van Ruth Loos· 16 april: Lezing eric van Zele,

Manager van het Jaar· 17 april: Lezing rechtsfilosoof en

opiniemaker Paul Cliteur

MeI· 2 mei: Students on Stage· 7 mei: ‘tweespraak’ met

Jean-Claude trichet en Steven vanackere

· 8 mei: voetbaltornooi· 16 mei: Cantina Cubana

Meer info: www.kuleuven-kulak.be

Steven van Hecke (© Ku Leuven | RS)

(© Joris Snaet)

tweespraak ‘tweespraak’ zet viermaal per jaar twee interessante sprekers tegenover elkaar die nog niet samen in de media optraden, en laat ze reflecteren over actuele thema’s en gemeenschap-pelijke interesses. volgende data:· 20 maart 2013: Wouter

Beke en Rik van Cauwe-laert – ‘De toekomst van de (Belgische) democratie’

· 7 mei 2013: Jean-Claude trichet en Steven vanac-kere – ‘De eurocrisis’

Info en inschrijvingen: www.kuleuven-kulak.be/ tweespraak

tim vuylsteke

Van Hecke is Europaspecialist. Hij deed onderzoek naar de Europese politieke partijen, en wil nu de im-pact van de eurocrisis bestuderen. “Ik denk dat we de gevolgen van die crisis onderschatten. De Euro-pese Commissie heeft een groot deel van het financiële beleid over-genomen, doordat ze de nationale

begrotingen controleert. Op die manier worden de nationale par-lementen buitenspel gezet. Bo-vendien beseffen we nu meer dan ooit dat we afhankelijk zijn van elkaar. Vroeger was Berlusconi vooral amusant, vandaag zijn we echt bezorgd over de verkiezings-uitslag in Italië. Want wat daar be-slist wordt, heeft consequenties voor de hele eurozone.”

“Daarnaast focussen we te veel op landen als Italië en Grieken-land, en te weinig op het nieuwe zorgenkind, Frankrijk. De tweede grootste economie van de euro-zone staat er slecht voor – denk maar aan de historische verlie-zen die nationale iconen Citroën en Peugeot vorig jaar leden. Op middellange termijn kan dat dra-matische gevolgen hebben. De Frans-Duitse as is ook niet meer zo sterk als vroeger: beide landen zitten niet altijd meer op één lijn. Vandaar dat de Britse premier Cameron de grote overwinnaar was bij het akkoord over de Euro-pese begroting.”

Van Hecke heeft gelukkig ook positief nieuws voor Eu-ropa. “De grootste stappen vooruit danken we altijd aan een crisis. Mijn voorspelling is dat ook het laatste taboe- domein, de sociale zekerheid, ooit van Europa wordt. Stel dat in de toekomst bepaalde landen hun pensioenen niet meer kun-nen betalen. Ze zullen een be-roep moeten doen op de solida-riteit van de andere landen, maar wel onder Europese voorwaarden natuurlijk …”

Persoonlijker onderwijsDe opleiding politieke weten-schappen aan Kulak bestaat al enkele jaren, maar Kortrijk heeft met Steven Van Hecke pas sinds kort zijn eigen politicoloog, die alle politieke vakken doceert en het gezicht van de opleiding is. “Aan Kulak combineer je poli-tieke wetenschappen met rech-ten of geschiedenis. Zo krijgen studenten een bredere kijk, wat

zeker een meerwaarde biedt”, zegt professor Van Hecke. “Daar-naast hebben we het voordeel dat de kleine lesgroepen leiden tot persoonlijker onderwijs, en die kleine groepen kun je ook mak-kelijker warm maken voor extra-curriculaire activiteiten: een on-derzoekje naar aanleiding van de gemeenteraadsverkiezingen, een bezoek aan het Europees Parle-ment, onze lezingenreeks Twee-spraak (zie hiernaast) …”

Met deze aanpak wil de univer-siteit Kortrijk op de politicolo-gische kaart zetten. “Het is de bedoeling dat we een actieve rol gaan spelen in het maatschap-pelijk debat, dat ik af en toe een opiniestuk schrijf, en dat we hier nieuwe initiatieven opzetten. Met onze discipline kunnen we de maatschappelijke uitstraling van Kulak verbreden.”

Page 13: Campuskrant 24-nr06

27 februari 2013 Personalia 13

10% kortingVoor alle studenten van de KU Leuven

op al hun aankopen bij Bakkerij Sint-Lambertus*

Waversebaan 69, 3001 Heverlee • tel. 016 22 14 05 • [email protected] • www.sint-lambertus.be*Dieetbrood en chocolade inbegrepen.

ADveRtentIe

ine van HoudenHove

Waar zit je ergens?“Ik doe sinds half november on-derzoek aan de University of South Florida, in Tampa. Dankzij het Ju-nior Mobility Program mag ik hier zeven maanden werken aan mijn doctoraatsonderzoek. Eén van mijn copromotoren is aan deze universiteit verbonden.”

“We hebben een methode ont-wikkeld om data te analyseren uit observaties van individuele ‘cases’. Ik ben pedagoge, en het gaat dan bijvoorbeeld om een leerling met dyslexie of autisme: hoe reageert die met en zonder begeleiding of therapie? De me-thode is intussen gevalideerd en de volgende stap is: kijken of de resultaten kunnen worden gege-neraliseerd.”In wat voor omgeving ben je te-recht gekomen?“Florida wordt vaak geassocieerd met gepensioneerden, maar ze-

ker Tampa is een heel levendige stad, met veel uitgaansmogelijk-heden. Het is hier heerlijk weer natuurlijk, en de omgeving is prachtig: palmbomen, stranden,

moerassen, bossen … Aan alliga-tors ben ik intussen ook gewend geraakt. Ze liggen soms gewoon

langs de kant van de weg, maar ze doen niets als je hen niet las-tigvalt. De tuin van mijn gastge-zin grenst aan een meer en daar zitten er ook. Zwemmen in dat meer is geen goed idee … Ik ben onlangs met een groepje studen-ten gaan kajakken tussen de alli-gators, dat doen ze bij volle maan. Ik ben nog nooit zo bang geweest. Achteraf hoorde ik ook dat dit he-lemaal niet zo’n gangbare activi-teit is als ik dacht!”

“De universiteit ligt op een grote campus met een hamburgerres-taurant, een wellnesscenter, win-keltjes … Wel grappig: de campus dateert van de jaren vijftig en in de ogen van de mensen hier is dat dus oud. De meeste gebouwen zijn veel jonger.”Zou je in Florida kunnen aarden?“Ik heb het hier heel erg naar mijn zin, maar ik heb me toch wat moe-ten aanpassen. Alles is amazing en er wordt voortdurend gehugd. (lacht) Op het eten ben ik ook niet zo dol. Er wordt weinig thuis ge-

kookt, en het valt me vooral op dat niemand de tijd neemt om te eten. Als ik in een restaurant nog maar halfweg ben, zijn ze daar al met hun doggybag (lacht).”

“Ik mis mijn vriend ook wel, ge-lukkig komt hij volgende maand naar hier. En sinds begin dit jaar

ben ik gemeenteraadslid in Ieper – ik ben speciaal voor de installa-tievergadering van de gemeente-raad een paar dagen naar huis ge-gaan. Omdat de gemeenteraden sinds kort via livestream worden uitgezonden, kan ik ze van hieruit volgen!”

buiten de zoneIn deze rubriek jagen we de telefoonrekening van de KU Leuven schaamteloos de hoogte in. Maar wél met een achtenswaardig journalistiek doel: achterhalen waar onze professoren, onderzoe-kers en studenten in het buitenland zich zoal mee bezighouden. In deze aflevering Mariola Moeyaert (25) van de Faculteit Psycho-logie en Pedagogische Wetenschappen aan KU Leuven Kulak.

Mariola Moeyaert deelt een bank met Goofy. (© ingezonden)

in memoriamDe universitaire gemeenschap neemt afscheid van:

Professor Luc BaertEmeritus gewoon hoogleraar aan de Faculteit GeneeskundeGewezen diensthoofd Urologie UZ Leuvengeboren op 27 januari 1931en overleden op 25 januari 2013

Professor Hans VerplanckeDeeltijds docent aan de Faculteit Ingenieurswetenschappengeboren op 12 januari 1970en overleden op 29 januari 2013

De heer Pierre DekeyserTechnisch medewerker, Studentenvoorzieningengeboren op 25 maart 1948en overleden op 3 februari 2013

Professor marc Hooghe (Centrum voor Politicologie) bekleedt dit aca-demiejaar de Binnenlandse Francqui-Leerstoel aan de vrije universiteit Brussel, op voorstel van de Faculteit economische, Sociale en Politieke Wetenschappen (vuB) en Solvay Business School. In het kader van deze leerstoel zal hij de lezingenreeks ‘Burgers en de staat. Op zoek naar duurzame verhoudingen’ geven. Op

21 februari hield professor Hooghe de inaugurale rede, met de titel: ‘tussen wantrouwen en activisme: de plaats van de burger in de hedendaagse westerse democratieën’.

Onderzoekers liesbeth van parys, greet van dooren en professor ludo struyven (Onderzoeksgroep Arbeids-markt, HIvA) ontvangen de Prijs van de Stichting P&V voor Onderzoek naar Vroegtijdig Schoolverlaten en Jeugd-werkloosheid.

Professor michiel steyaert (Departe-ment elektrotechniek) ontving in San Francisco tijdens de zestigste editie van de International Solid-State Cir-cuits Conference (ISSCC) een award voor zijn waardevolle onderzoeksbij-

dragen. Bovendien is hij de enige eu-ropese onderzoeker die zowel tijdens deze ISSCC als tijdens de vijftigste editie deze onderscheiding van top ISSCC contributor kreeg.

Doctoraatsstudent koen torremans (Departement Aard- en Omgevings-wetenschappen) is bekroond met de Best Use of Move Student Structure Prize 2012 van Midland valley, een bedrijf dat zich toelegt op het ontwik-kelen van software voor structureel-geologische toepassingen. Hij won deze prijs voor zijn werk over ‘3D characterisation of fluid inclusion planes by optical sectioning and image processing methods’ .

benoemd of onderscHeiden

“Ik heb me tochwat moeten aanpassen.

Alles isamazing

en er wordt voortdurend

gehugd.”

Page 14: Campuskrant 24-nr06

14 Leven na Leuven campuskrant

socioloog en voorzitter groen

Wouter van Besien

geraken en mensen duidelijk ma-ken dat we belangrijke punten waarmaken, daar waar we in de meerderheid zitten. In de Brus-selse regering, bijvoorbeeld, waar zopas de stralingsnormen voor 4G goedgekeurd zijn. Dat is een belangrijke economische beslis-sing, die ook rekening houdt met de gezondheid. Dat debat wordt in Vlaanderen totaal niet gevoerd. Daaraan zie je dat Groen het ver-schil maakt.”

BondgenotenBij de laatste verkiezingen haalt Groen haar hoogste score ooit. Het aantal verkozenen gaat van 226 naar 307 en de partij is nu ver-tegenwoordigd in 158 steden en gemeenten, vijftien meer dan in 2006. “De kiezer geeft de voorkeur aan partijen die verandering belo-ven, of het nu is met een rechtser of linkser beleid. We moeten dat nu nog waarmaken, maar ik ben ervan overtuigd dat dat gaat luk-

ken. Ook voor 2014 ben ik er nog-al gerust in: we gaan winnen.”

“Geslaagde verkiezingen zijn momenten van grote voldoening, maar die is er ook als ik eensge-zindheid en enthousiasme voel binnen de partij. Die betrokken-heid van iedereen is nodig.” Van Besien profileert zich niet echt als baas, maar houdt wel van leiding nemen, zegt hij. “Ik heb altijd verantwoordelijkheid genomen, waar ik ook werkte.”

Wat wel veranderd is, is de aan-pak hier en daar. “Zo ging ik vroe-ger veel meer uit van het strijd-model, in de boksring treden. Nu zoek ik bondgenoten, zelfs in het

katrien steyaert

“Ik beschouw mezelf als een ge-nuanceerde mens, maar als ie-mand duidelijk over de schreef gaat, kan ik scherp zijn. Moet ik dat zelfs zijn, vind ik.” Wouter Van Besien (41) verklaart zijn boos-heid, bijvoorbeeld recent tegen het nieuwe bestuur in Antwerpen. Dat bevroor de plannen voor het Moorkensplein in Borgerhout, waar Van Besien tot eind vorig jaar districtsburgemeester was. “Het was moeilijk, maar belangrijk om zeven gezinnen te overtuigen hun huis te verkopen zodat de stad er een buurtpark kon maken. Dat het nieuwe bestuur die plannen nu terugdraait, is niet alleen een kaakslag voor die gezinnen, het is dodelijk voor de geloofwaardig-heid van de politiek.”

Betrokken is hij altijd geweest, ook al deed hij volgens zijn moe-der in de kleuterklas aanvankelijk zijn jas niet uit en praatte hij met niemand. Als tiener is hij een vol-waardige participant: bij 11.11.11, de Wereldwinkel en de Chiro. “Dat heb ik zeker van thuis. Mijn ouders zijn nog altijd zeer geëngageerd. Voor mij heeft vooral de Chiro veel bepaald. Ik was al groepsleider op mijn zeventiende.” Op die leeftijd bereidt hij ook mee de lokale ver-kiezingen in Haacht voor. “Ik was als onafhankelijke aangesloten bij De Nieuwe Aanpak, een plaatselij-ke lijst. Ik heb die engagementen nooit als plicht ervaren. Het was voor het plezier.”

EscapadesEen echt politiek profiel kristal-liseert zich pas uit in Leuven. “Na eerste kan ben ik overgeschakeld van politicologie naar sociologie, vooral op basis van de proffen: Karel Dobbelaere, Rudi Laermans en Jaak Billiet. Die laatste heeft ervoor gezorgd dat ik nu overweg kan met opinieonderzoek en een poll kan relativeren. Ik ben heel tevreden met mijn opleiding, want ze heeft me leren nadenken over politieke macht en sociale processen.”

“We zaten ook op een scharnier-punt in de geschiedenis. In mijn tweede jaar in Leuven viel de muur in Berlijn. Je voelde dat het politieke debat openbrak. Aan het einde van mijn studies, in 1992, was er de VN-top in Rio, waar de hele wereld het concept van duur-zame ontwikkeling omarmde.” De verzoening van economie en ecologie is nog altijd één van zijn stokpaardjes. “Ik vond het heel

uitdagend en inspirerend. Neem daar mijn engagement bij Poli-tika (de studentenkring – red.) bij en je begrijpt hoe die cocktail in mijn studententijd mijn politieke denken sterk heeft bepaald. Ik kon alleen maar besluiten: Eigen-lijk ben ik een groene (lacht).”

Voorbeeldig fietst hij elke dag de vijftien kilometer vanuit Haacht, althans in het eerste jaar. “In tweede kan zat ik op kot. Er waren geen gemeenschappelijke ruimtes, waardoor ik weinig con-tact had. Ik wilde een andere for-mule, en zo kwam ik in eerste lic terecht in het Meisjescentrum, voor kandidatuursmeisjes. In het bijgebouw had men een geschik-te kamer gevonden voor Peter, een doctoraatsstudent die in een rolstoel zat, en er werd een groep gevormd om hem bij te staan. Ik was één van hen.”

“We maakten zijn eten, hielpen hem in bed, maar gingen ook sa-men naar optredens en op café. Heel prettig, en nog zinvol ook. De jongens van de groep schre-ven geschiedenis als eerste in het Meisjescentrum. Maar voor je je allerlei seksuele escapades voor-stelt: die zijn in mijn geval heel beschaafd gebleven.”

DeftigZijn tijd bij Politika vond hij minstens even interessant. “We wilden een toonbeeld zijn van basisdemocratie. We hadden geen preses en presidium, maar een hoofdcoördinator – dat was ik in mijn laatste jaar – en een kring. Geen linten. Geen dopen, dat vonden we op het fascistoïde af. Iedereen was welkom, op de vergaderingen, in de fakbar, op de politieke debatten en activitei-ten zoals ‘De Deftige Dagen’. Dan droegen we allemaal een kos-tuum en organiseerden we een galabal en een klassiek concert. Een beetje tegen het cliché dat alle sociale wetenschappers sjo-fel waren.” Vandaag draagt Van Besien een zwart hemd en zwarte vest. Dat hoort erbij als je niet lan-ger achter de schermen werkt.

Na zeven jaren bij de Chiro, waar-van de laatste drie als nationaal secretaris, wordt hij in 2001 me-dewerker bij Agalev Antwerpen. De partij maakt dan zowel deel uit van de Vlaamse als federale regering. Daarna taant de ster van Agalev, maar die van Van Besien niet. Hij leidt het Horizondebat over de inhoudelijke vernieuwing van de partij en haalt verrassend 42 procent van de stemmen bij de

voorzittersverkiezingen in 2007. Een jaar later wordt hij de eerste ondervoorzitter van het nieuwe Groen! en in oktober 2009 schiet hij de hoofdvogel af.

Te soft, te radicaal“Ik moest echt wennen aan het publieke karakter van deze job”, bekent hij. “Mensen die mij aanspreken op de trein of in het zwembad vind ik geen probleem. Die zijn nooit agressief, in tegen-stelling tot sommige scheldmails die ik krijg. Van zodra ik iets kri-tisch zeg over bijvoorbeeld de N-VA of een gevoelig onderwerp als multiculturaliteit is het zover. Ga dan in Marokko wonen, schrij-ven ze dan. Ik laat me er niet door meeslepen.”

“De politieke polarisering is toe-genomen, vooral sinds de onder-handelingen (rond BHV in 2010-2011 – red.) zijn afgesprongen.” Groen! waadt lang mee door het moeras, zoals ze het noemen, maar wordt uiteindelijk door Alexander De Croo overboord ge-gooid. “Ge moogt niet samenwer-ken met de Franstaligen. Ge zijt een volksverrader. Dat kreeg ik toen allemaal te horen, terwijl ik vind dat we meegewerkt hebben aan een evenwichtig akkoord met be-langrijke punten voor de Vlamin-gen. Ach, Groen krijgt verwijten langs alle kanten: nu eens te soft, dan weer te radicaal. Als ik alleen nog kritiek uit één van beide hoe-ken zou krijgen zou ik me zorgen maken. Maar dat doe ik nu niet.”

“Het enige dat me echt stoort is de inertie van het politieke sys-teem als geheel. Groen doet per-fect haalbare voorstellen, waar-van de meeste mensen vinden dat ze moeten gebeuren. Denk aan de hervorming van het belas-tingsysteem: minder lasten op ar-beid, zodat er meer mensen aan het werk kunnen. En meer lasten op vermogenswinst en op milieu-vervuiling, zodat iedereen eerlijk bijdraagt en het milieu er beter van wordt. En toch realiseren de regeringspartijen dat niet. Ik heb nu geconcludeerd: dan moeten we het zelf doen.”

“Groen wil echt in de regering

bedrijfsleven. Vroeger vond ik dat de vijand, maar nu weet ik dat je met veel bedrijfsleiders het debat of zelfs allianties kunt aangaan. Niet dat het altijd simpel is. Maar zelfs als zo’n Didier Bellens in het stralingsdebat Fuck you! zegt, mag je je daar niet bij neerleggen. Je moet dan andere bondgenoten zoeken, want het is je verantwoor-delijkheid om de gezondheid van mensen te garanderen en reke-ning te houden met wetenschap-pelijke inzichten.”

Ik word ondernemerVan Besien maakt over het alge-meen een geruste indruk. Ook over zijn drie kinderen – die de ene week bij hem wonen, de andere week bij hun moeder – maakt hij zich weinig zorgen. “Ik maak tijd voor mijn gezin en geef ze ruimte om uit te zoeken wat ze echt willen doen. Mijn dochter van twaalf gaat nogal overtuigd naar de jeugdbeweging, terwijl de twee jongsten die neiging niet hebben. Dat hoeft ook niet. De oudste volgt de politiek al wat, ter-wijl mijn zonen van acht en tien wel supporter zijn van mij, maar niet om inhoudelijke redenen. Ze moeten hun leven zelf vormge-ven. Al zouden ze het wel met mij aan de stok krijgen mochten ze racisten worden”, lacht hij.

Er is duidelijk meer in zijn leven dan politiek. “Ik ga nog een hele tijd in de politiek blijven, maar ik ben er niet mee getrouwd. Ik weet zeker dat ik met plezier andere dingen ga doen.” Hij licht een tip-je van de sluier op. “Ik ga ooit een bedrijf starten. Dat zal natuurlijk duurzaam zijn, maar waar ik con-creet aan denk, verklap ik nog niet. Het wordt geen hernieuwba-re energie, mocht je dat denken. Het lijkt me gewoon plezant om nog meer dan nu je eigen baas te kunnen zijn en samen met gelijk-gezinden iets kleinschaligs uit de grond te stampen. En te zeggen: We zullen de wereld eens verbazen!”

“We zullen de wereld eens verbazen”

Als student schrijft Wouter Van Besien geschiedenis: hij is bij de eerste jongens die in het Meisjescentrum op kot gaan. Als voorzitter van Groen komt hij nog eens in de annalen: sinds de laatste verkiezingen heeft Groen meer gemeenteraadsleden dan ooit. “Ik ga nog lang mee strijden om de macht. Zelfs al moet ik daar tegenwoordig soms kwaad voor worden.”

“Vroeger stond ik inde boksring, nu zoek ik

bondgenoten.”

(© KU Leuven | Rob Stevens)

Page 15: Campuskrant 24-nr06

27 feBruari 2013 Alumni 15

clan-scenariste malin-sarah gozin

belde ik naar een vriesspecialist om te vragen hoelang het duurt om een groot stuk vlees in te vrie-zen. Toen ik preciseerde dat het ging om een stuk van ongeveer 1 meter 85 en 80 kilo, bleef het even stil aan de andere kant van de lijn. En de apotheker hier in het dorp lichtte me enthousiast in over de mogelijkheden van Ro-hypnol, zonder dat we door had-den dat er ondertussen andere klanten waren binnengekomen. Ik heb soms één en ander moeten uitleggen (lacht).”

In de aanloop naar het draaien van Clan volgde ze in Los Angeles een workshop voor showrunners. “Daar bezochten we bijvoorbeeld de writers’ room van Desperate Housewives. Aan Clan hebben Bert Van Dael en ik met zijn twee-en geschreven maar op Connie en Clyde zit ook een heel team sce-naristen: voor comedy werkt dat goed.”

Sinds Clan heeft ze alleszins vol-ledig de kaart van fictie getrok-ken. “Er zitten nog twee andere projecten in de pijplijn. Ik lig weer ’s nachts verhaallijnen en personages te bedenken, zoals ik als kind al deed. Er ligt altijd een notaboekje naast mijn bed.”

Wie de reeks heeft gezien, moet het zich wel afvragen: hoe zit het met haar eigen familiebanden? “Ik heb een zus en een broer en we zijn onwaarschijnlijk close. Ik heb de generiek van Clan trouwens sa-men met Isaac ontworpen, hij is regisseur. Het bloedbandritueel uit Clan hebben we zelf ook ooit uitgevoerd, al beweren de andere twee dat het onder lichte dwang van mij was. En ik heb wel dege-lijk een schoonbroer, die ook nog eens van Paul Severs houdt, net als De Kloot. Maar daar houdt de vergelijking op, het is een crème van een gast. Al krijgt hij sinds Clan weleens vreemde vragen, ja (lacht).”

ine van houdenhove

In haar loft in Werchter hangen de post-it’jes met de plotlijnen van de zussen Goethals en van Jean-Claude – aka De Kloot – nog aan de muur, samen met knipsels, foto’s en tekeningetjes: “Ik moet die muur dringend leegmaken, ik heb ‘m nodig voor mijn volgende projecten.” Waaronder Connie en Clyde, een lichtvoetig drama met net als Clan een aparte toon. Ook van die reeks, die ten vroeg-ste dit najaar te zien zal zijn, is ze niet alleen medeauteur maar ook showrunner. “Dat houdt in dat ik alles begeleid, van scenario tot montage.” Tijdens het interview zal haar gsm verschillende keren rinkelen: de opnames zijn al even bezig, maar er moeten nog enkele rollen gecast.

Het gaat hard voor Malin-Sarah Gozin (37), in 1998 afgestudeerd als germaniste en nadien zo’n zeven jaar creatief producer en eindredacteur, eerst bij produc-tiehuis TV De Wereld, vervolgens bij Caviar. “Ik was eerst aan Ro-maanse begonnen omdat ik in mijn middelbareschooltijd al zo-veel met Engelse literatuur bezig was geweest, maar na een jaar moest ik toch toegeven dat mijn hart elders lag. De leeslijst bij Germaanse, de lessen van profes-sor Latré en Doyen, dat was thuis-komen voor mij. Nadien zocht ik bewust naar een meer praktische opleiding, ik wilde graag iets in de media of met verhalen gaan doen. Vanwege de schrijfoefenin-gen werd het de master cultuur en communicatie aan de KUB. Maar ook al hebben we die praktische training bij Germaanse nooit ge-had, ik merk dat de studie me in-direct wel heeft voorbereid op wat ik nu doe. Al die close reading: de basisprincipes van een verhaal, verteltechnieken, … sluipen on-

bewust binnen en hebben voor een voedingsbodem gezorgd.”

Frozen dead guy daysNog voor ze was afgestudeerd bij cultuur en communicatie, had ze een vrijwillige stage beet bij TV De Wereld. “Ik deed er research voor onder meer Zalm voor Corle-one – die ligt nog steeds op mijn koelkast – en de productie voor programma’s als Kris Kras. En na afloop mocht ik blijven. Ik was er met mijn gat in de boter gevallen, reisde de halve wereld af voor Go 2, Gentse Waterzooi en De beste Belg. Je komt op plaatsen waar je anders nooit zou komen, ontmoet de meest bijzondere mensen ... Zo sprokkel je heel wat verhalen bij elkaar. Daar heb ik

dankbaar uit geput toen ik voor Clan een stuk of acht moordpo-gingen moest verzinnen. In Colo-rado woonden we bijvoorbeeld de frozen dead guy days bij: iemand had daar ooit zijn dode grootva-der ingevroren bewaard gehou-den in het tuinhuisje en dat gaf elk jaar aanleiding tot een soort einde-van-de-winter-feest. Heel inspirerend (lacht).”

TV De Wereld was intussen samengegaan met Caviar en ze mocht als freelancer nieuwe

formats bedenken en de pro-ductie doen voor uiteenlopende programma’s als De Olympische droom, Bedankt en merci, en An-neliezen.

Geloofwaardige moordenEn vier jaar geleden was daar dan die slapeloze nacht waarna ze op-stond met het idee ‘wat als vier

zussen zouden besluiten om hun eikel van een schoonbroer uit de weg te ruimen?’ Van een idee kwamen gesprekken met Caviar en VTM, een dossier om steun aan te vragen bij het Vlaams Au-diovisueel Fonds en heel veel op-zoekwerk. “Ik wilde dat alles zou kloppen. Hoe absurd het verhaal ergens ook was, de moordpo-gingen moesten geloofwaardig zijn. Omdat ik daar evenmin als de zussen Goethals ervaring mee had, deed ik mijn huiswerk: zo

“Ik heb een crème van een schoonbroer”Ze is het brein achter Clan, de reeks die af-gelopen najaar potten brak op VTM en de meeste nominaties binnenrijfde voor de Vlaamse Televisiesterren, die op 2 maart worden uitgereikt. “Ik ben wel een beetje fier, ja. Op de hele ploeg.”

“De apotheker lichtte meenthousiast in over de

mogelijkheden van Rohypnol. We hadden niet door dat er

ondertussen andere klantenwaren binnengekomen.”

agenda alumniEen overzicht van alle activiteiten van Alumni Lovanienses en de alumniverenigingen vindt u in de online alumni-agenda: www.kuleuven.be/agenda_alumni/

Alle informatie over de alumnireizen is te vinden op alum.kuleuven.be/reizen/

“Nadat ik gedineerd had met Bill Gates en Carlos Slim, vroe-gen ze mij of de maaltijd me had gesmaakt. Maar ik had er geen idee van wat we hadden gegeten, zo gefocust was ik op het gesprek met die twee.” Bio-ingenieur Bram Govaerts was, zo getuigde hij in De Standaard, behoorlijk van zijn melk na zijn ontmoeting met twee van ’s werelds bekendste miljardairs en filantropen. Die vond plaats ten noordoosten van Mexico-Stad, waar hij een onderzoeksproject leidt dat de maïsproductie tegen 2020 met 85 procent moet verhogen. De belangrijkste strategie van CIMMYT, het internationale onderzoeksinstituut waarbin-nen de bio-ingenieur een top-functie bekleedt, is planten-veredeling. Govaert gebruikt de kennis van de Mexicaanse boeren over wilde maïsrassen om granen te ontwikkelen die beter bestand zijn tegen droog-te en ziektes. Toen hij Gates en Slim half februari een rond-leiding gaf op de proefvelden, was het duo behoorlijk onder de indruk. “Dit is de toekomst van de landbouw”, zei Gates. Mooie woorden, maar belang-rijker zijn ongetwijfeld de mil-joenen euro’s die beide heren in het onderzoek investeren.

***Op een slordige twaalfduizend kilometer van Mexico probeert germaniste en journaliste Els De Temmerman (foto) haar steentje bij te dragen tot een betere wereld. Eind januari opende ze een rehabilitatiecen-trum voor kindsoldaten in het noordoosten van Congo. Het biedt psychologische begelei-ding en onderwijs aan slachtof-fers van het Verzetsleger van de Heer van rebellenleider Joseph Kony. Eerder leidde De Tem-merman al een gelijkaardig centrum in Noord-Oeganda, dat ze na drie jaar stopzette, in 2006. “De wreedheden werden me te veel”, zegt ze daarover in Knack. Het nieuwe centrum in de stad Dungu kwam er op ver-zoek van de VN-missie in Con-go. “Ik heb de vraag eerst nog afgewimpeld, maar toen ik de kinderen in Dungu zag, was ik weer zo geschokt dat ik er toch aan begonnen ben. We hebben al 68 kindsoldaten met hun fa-milie herenigd, nu verblijven er 83 in het opvangcentrum.” De Temmerman, die ook een krant leidt in Zuid-Soedan, heeft zelf een anderhalf jaar oude tweeling: Lara en Maya. “Als moeder van een tweeling word ik hier op handen gedra-gen. Nalongo noemen ze mij nu, een eretitel. Ik heb intus-sen al veel projecten in mijn leven achter mij liggen. Maar mijn tweeling is mijn mooiste project.” (rvh)

Telex Alumni

(© KU Leuven | Rob Stevens)

Page 16: Campuskrant 24-nr06

16 Cultuur campuskrant

Linde Declercq zingt en begeleidt zichzelf op piano. Vorig academiejaar oogstte ze veel succes met haar Loflied van de Gouden Valkjes. “De tekst van dat lied schreef ik – met wat hulp van mijn vader – op de melodie van Video Games van Lana Del Rey. Ik zong het bij de ope-ning van het Gala van de Gouden Valk-jes, de awardshow voor professoren die studentenkring VRG tweejaarlijks orga-niseert.”

In maart vorig jaar vond een filmpje van het nummer, dat niet altijd even mals is voor de professoren, zijn weg naar het internet. “Ik was verbaasd dat het zo snel circuleerde. Zelfs mijn moeder werd erover aangesproken! En op een feest kwam een onbekende me-vrouw naar mij toe en vroeg: ‘Ben jij dat van de Gouden Uiltjes?’” Dat ze met het lied in de problemen zou kunnen ko-men, was nooit een zorg. “Rechtenpro-fessoren hebben twee eigenschappen die ik zelf hoog in het vaandel draag: humor en zelfrelativering.” Op het eind van het lied wijdt ze uit over professor Jos Monballyu. “Hij zei me op het mon-deling examen in juni dat hij dat best geestig vond. Maar of het invloed heeft gehad op mijn punten moet ik toch nog eens navragen …”

Lindes meter is Sanne Clerinx van cul-tuurhuis 30CC. “Zij neemt me mee naar voorstellingen en events, en brengt me in contact met performers. Zo gingen we pas nog naar de nieuwe voorstel-ling van Wouter Deprez, Hier is wat ik denk.”

Als ‘Artist in Residence’ hoopt Linde te mogen voordragen op speciale eve-nementen, zoals de proclamatie van de

laatstejaars. “Op zulke gelegenheden breng ik graag iets wat herkenbaar is voor iedereen. Als ik de harten van de aanwezigen kan verwarmen, ben ik te-vreden. Van wat ik schrijf of op het po-dium breng, gaat altijd een positieve boodschap uit. (aa)

Fotografie, beeldende kunst, literatuur, cabaret, dans en muziek: net als vorig jaar vormen de Faculty STARs een bont gezelschap. Na een zoektocht van enkele maanden maakte de Dienst Cultuur onlangs de namen bekend van deze huiskunstenaars. De rest van het academiejaar zijn ze ‘Student Artist in Residence’ (STAR) aan hun faculteit. Een greep uit het nieuwe sterrenstof.

Fotograaf en fysicastudent Vincent Peeters nam voor de tweede keer deel aan de wedstrijd, en deze keer met succes. Zijn artistieke peter is Rob Stevens, huisfotograaf van de KU Leuven en alomtegenwoordig op onze pagina’s.

Nog voor hij zo’n zeven jaar gele-den zijn eerste fototoestel kreeg, was Vincent al in de ban van de fo-tografie. “Mijn grootvader, die ook fotograaf is, leerde me verschillen-de toestellen en lenzen kennen. We gaan ook weleens op stap om samen foto’s te maken. Hij verwijt me soms dat ik te vaak met ‘dat ding’ rondloop, maar ik kan het mij niet anders voorstellen.”

Het portfolio dat Vincent instuur-de, bevatte onder meer foto’s die hij maakte tijdens een reis door India. “Zo heb ik een foto gemaakt aan de ingang van het Amber Fort nabij Jaipur. Ik heb een tijdje moe-ten wachten tot ik een moeder met haar kind de trappen zag oplopen. Dan moet je snel zijn, want zo’n beeld verdwijnt weer even snel als het gekomen is. Je hebt weinig tijd om de juiste compositie te zoeken, al lijkt het vaak alsof het moment zelf voor de compositie zorgt.”

Andere beelden nam Vincent in het Groot Begijnhof. “Ik was er bij toeval beland en besloot terug te keren op een dag dat het licht mooi zou zijn. Het begijnhof heeft een heerlijk serene sfeer, en die probeerde ik in de foto’s te steken door steeds meer elementen uit beeld te halen en de compositie zo

simpel mogelijk te houden.”Vincent maakt elke week bewust

een dag tijd om door de binnen-stad te dwalen, op zoek naar het juiste licht en composities die hem aanspreken. “En binnenkort plan ik een nachtelijke uitstap in Keerbergen, waar ik woon. Ik wil er het licht van de lantaarns vastleg-gen, en de contrasten die daardoor ontstaan.” (aa)

De wijsgerige Faculty STARs Bram en Tom combineren beeldende kunst en literatuur. De ‘emble-men’ die ze maken doen denken aan de 17de-eeuwse emblemata-boekjes, waarin kleine prenten en verzen de lezer een moraliseren-de spiegel voorhouden. Tom: “We leerden die oude embleemkunst kennen in een cursus van profes-sor Marc Van Vaeck. Ik maak er nu zelfs mijn masterproef over.”

Bram schrijft de poëzie, de mo-nochrome doeken met acrylverf en lino’s die ernaast worden ge-plaatst, zijn van de hand van Tom. “We wisselen uit wat we maken”, zegt Tom. “Soms is er eerst een beeld, soms eerst een tekst. De bijdrage van de één verrijkt die van de ander.”

Tom en Bram leerden elkaar via-via al vóór hun studie kennen, maar de samenwerking is van re-

cente datum. Bram: “Dat we alle-bei met filosofie bezig zijn helpt zeker. Tegelijkertijd biedt ons ar-tistieke werk ook tegenwicht: we houden er nogal van om de draak te steken met de moderne intel-lectueel. Wat we overigens zelf ook zijn.”

Tom: “Ironie en zelfrelativering zijn nooit ver weg in ons werk, maar ook dat is dubbel: er is aan de ene kant de weergave van de

werkelijkheid, anderzijds genie-ten we ervan om daar afstand van te nemen.” Bram: “Onze speels-ironische aanpak sluipt vanzelf binnen, omdat hij deel uitmaakt van deze tijd. Al heb ik bijvoor-beeld in mijn laatste beeldge-dicht – over een meisje met een boek – erg mijn best gedaan om anti-ironisch te zijn …”

De verkiezing tot Faculty STAR zal deuren openen, hopen ze. Ze

dromen al luidop over tentoon-stellingen – er is al contact ge-weest met museum M – en over een publicatie. Tom: “Er staat een nieuwe reeks over meisjes met boeken op stapel. Tegelijk willen we ook komen tot drie reeksen van tien emblemen, om die dan te bundelen. Misschien vinden we wel een uitgever die geïnteres-seerd is … Nu komt het erop aan om verder te doen.” (js)

Op www.facultystars.be kunt u ken-nismaken met alle Faculty STARs. Op donderdag 16 mei vindt een groot slotevenement plaats.

anneleen aerts en Jos stroobants Foto’s rob stevens

Tom en Bram, met tussen hen in het doek getiteld De Kakkende Zeeman

Bram Vaassen en Tom Swaak (Wijsbegeerte)

“De draak steken met de moderne intellectueel”

Linde Declercq (Rechtsgeleerdheid)

“steeds een positieve boodschap”Vincent Peeters (Wetenschappen)

“Ik loop altijd met ‘dat ding’ rond”

Nieuwe sterbezetting aan de faculteiten

Linde Declercq Vincent Peeters

Page 17: Campuskrant 24-nr06

27 FebruarI 2013 Maatschappij 17

Johan bellemansorthopeDIsch chIrurg, olympIsch teamartsen ouD-olympIsch zeIler

“Als de zaak-Armstrong één ding bewezen heeft, dan is het dit: do-pingcontroles zijn absoluut on-toereikend. Hij fraudeerde over de hele lijn en is nooit gepakt. Wat mij daarbij vooral pijn aan het hart doet, is dat heel wat jonge carrières zijn gefnuikt door dat soort frau-deurs. Jonge, eerlijke sporters, die de verwachtingen niet inlossen, en niet begrijpen waarom. Ze ontgoo-chelen zichzelf en hun omgeving, en ze haken gedesillusioneerd af.”

“Voor mij kan het WADA, het We-reld Anti Doping Agentschap, niet streng genoeg zijn. Er moeten nog betere controles komen, en we moeten nog veel minder toestaan. Waarom mag een sporter tijdens

een race bijvoorbeeld nog altijd een narcoticum slikken, een zwa-re pijnstiller dus? Het is dan ook gangbare praktijk om die te slik-ken op het moment dat de sporter door de pijngrens moet.”

“Er moet ook dringend een ethisch charter komen dat de rol van ploegartsen vastlegt. Artsen zouden uitsluitend bij sport be-trokken mogen zijn op het mo-ment dat een sporter ziek of ge-kwetst is. Al de rest is uit den boze. Eenmaal je als arts preventief be-gint voor te schrijven, zit je al op

een hellend vlak. Betaalde ploeg-dokters vind ik sowieso een slecht idee: als je betaald wordt door een broodheer, kom je onder druk te staan. Ik ken veel Belgische ploeg-dokters: stuk voor stuk goede, be-

trouwbare mensen, maar ze vertel-len me tegelijk dat ze vaak op een dunne lijn moeten balanceren: de druk van de ploegleiding om wat ‘extra’ te doen is soms groot.”

“Voor onze Belgische sporters zouden strengere regels trouwens goed nieuws zijn. Onze sporters zijn over het algemeen brave men-sen. We zitten hier aan de goede kant van de grens: hoe noorde-lijker je gaat, hoe strikter de cul-tuur. Hoe zuidelijker je gaat, hoe permissiever men is: de grootste dopingprocessen vandaag lopen niet toevallig in de mediterrane landen. De individuele sporters zijn trouwens de echte sukkelaars in dit verhaal. Ze zijn zo manipu-leerbaar door hun team, en tege-lijk zijn zij de enigen die aan de schandpaal genageld worden. In armere landen kunnen atleten zich letterlijk uit de armoede lo-pen. Kan je het hen dan kwalijk nemen dat ze frauderen?”

“Ik geloof niet dat er vandaag spectaculair minder gepakt wordt, maar er is wel iéts veranderd. Het beste bewijs: onze brave atleten kunnen weer stilaan mee. De bo-nus die de fraudeurs hebben, is dus blijkbaar verminderd.”

De raaDeen actueel vraagstuk belicht vanuit drie expertises

peter hespelInspannIngsFysIoloog

“Bij topsport in een ethische context verwacht je dat de beste atleet wint. En de beste, dat is degene die de juiste erfelijke aanleg heeft, én juist traint, én op het juiste moment in topcon-ditie is. Alles wat indruist tegen dat rechtvaardigheidsbeginsel moeten we bestrijden. Doping toelaten is binnen die context dus geen optie, dan raak je aan het wezen van topsport.”

“Het argument van Lance Arm-strong, dat iedereen gebruikt, en dat er een level playing field zou zijn, stuit me tegen de borst. Hij

heeft het recht niet dat te zeg-gen, hij kan dat niet weten. Dat is platte zelfverdediging. Je mag ook iedereen die vandaag een fantastische prestatie neerzet, niet zomaar verdacht maken. Vlaanderen heeft op het vlak van controle één van de meest strikte systemen. Wij doen bij de Faculteit Bewegings- en Re-validatiewetenschappen zelf al meer dan vijftien jaar inspan-ningstests bij topatleten. Vroe-ger keken we soms raar op, als iemand in competitie een pres-tatie neerzette die niet strookte met onze testresultaten. Welnu: de laatste vijf jaar hebben we dat soort ‘verrassingen’ niet meer gezien.”

“Men vraagt mij soms: waar begint doping en waar eindigt ‘verstandig trainen’? Wat is bij-voorbeeld het verschil tussen een hoogtetent en epo? Allebei verhogen ze immers de aan-maak van rode bloedcellen. Is zo’n tent dan wel ‘natuurlijk’? Ja, want je pleegt geen inbreuk op het genetisch en fysiolo-gisch potentieel van een atleet. Of je in zo’n hoogtetent traint, of écht op hoogte gaat trainen: daar zit geen verschil op. Het is een puur praktische oplos-sing. Met doping ga je wel door die natuurlijke grenzen heen. Met epo kan je voorbij de grens van een ‘gezonde’ hematocriet-waarde van 50, dan vervals je de boel en speel je bovendien met je gezondheid.”

“Ik wil wel benadrukken dat doping zich niet beperkt tot het wielrennen, want vaak wekt men vandaag wel die indruk. In élke sport zitten valsspelers, en élke sport kan voordeel halen uit doping. We spreken hier over topsporters, bij wie elk half procentje extra kracht of uithouding het verschil maakt tussen winst en verlies, en in sommige ‘rijke’ sporten ook een enorme financiële impact heeft. Op de 100 meter sprint is het verschil tussen een mee-loper en het uithangbord van Nike letterlijk een fractie van een seconde.”

“Maar ik geloof dus wel dat er iets ten goede is veranderd. Lo-pers op de 800 en 1.500 meter, sleutelafstanden in de atletiek, gaan vandaag bijvoorbeeld niet zó veel sneller dan Ivo Van Dam-me en Sebastian Coe, meer dan 30 jaar geleden. In het recente verleden doken veel atleten probleemloos onder die tijden, vandaag niet meer. En het is niet zo dat het genetisch po-tentieel het laatste decennium plots verminderd is, hè?”

bart vanreuselsportsocIoloog

“Mijn vrienden vragen me wel-eens: kijk je nu nog altijd naar dat wielrennen? Ja, natuurlijk. Ik kijk naar een wielerwedstrijd zoals ik een boek lees. Zo’n wedstrijd heeft voor een kijker meerdere verhaal-lijnen, en doping is er daar slechts één van. Soms gooi je een boek in de hoek omdat je het slecht vindt, omdat het ongeloofwaardig is of wat dan ook, maar daarom geef je het lezen toch niet op. Waarom verwachten we toch van wielren-nen en andere topsport dat het een ideale wereld is?”

“Daarmee wil ik doping niet goedpraten, verre van. Ik ben sterk gekant tegen doping, maar ik ga niet zover om de individuele spor-ter te brandmerken. Die is slechts een schakel in een veel groter ver-haal waar we allemaal deel van uit-

maken, een verhaal van spektakel, van extreme competitie. Het pro-fiel van de topatleet is snel aan het veranderen: hij moet een eerlijke sporter zijn én tegelijk meedraai-en in die spektakelindustrie. De spanning tussen die twee neemt hand over hand toe, en het is maar de vraag hoelang een individuele atleet die druk aankan. Doen top-sporters niet gewoon wat wij met

z’n allen van hen verwachten, na-melijk mateloos presteren? Zuiver zolang het kan, maar een stapje verder als het moet …”

“In dat grotere geheel is doping voor mij een overroepen pro-bleem, hooguit een bliksemaf-leider voor veel fundamentelere problemen in de spektakelsport. De dopingwetgeving bij ons is top, en we zetten de overheid daarvoor maximaal in. Maar dé oplossing

voor een eerlijke sport zal van binnenuit moeten komen. We moeten naar een soort ‘fair trade-benadering’ in de topsport, waar-bij de atleten en organisatoren zichzelf reguleren, zich aan een aantal eerlijke ethische principes onderwerpen. Want er gaat véél mis. Om het met een boutade te zeggen: momenteel controleren we de invoer van fruit strenger dan de invoer van atleten. Of kijk naar de bouw van de infrastruc-tuur voor de Olympische Winter-spelen in Sotsji: dat is alweer een toonbeeld van gigantisme, het is een ecologische ramp, en ze wordt geleid door frauderende bouwhe-ren. Iedereen ziet dat, en we laten begaan. Ik vind dat soort zaken veel erger dan individuele overtre-dingen van atleten.”

“We worden momenteel meege-sleurd in een negatief verhaal, de prachtige kanten van de sport ra-ken ondergesneeuwd. Wat is top-sport anders dan een aanhouden-de poging om het menselijk tekort te overtreffen? We springen och-arme met veel moeite over twee meter. Maar áls dat lukt, dan is het pure schoonheid. Dat dreigen we vandaag uit het oog te verliezen.”

Sinds de biecht van Lance Armstrong en met het voortschrijden van het proces tegen do-pingarts Fuentes blijven de namen van do-pingzondaars binnendruppelen. Maar is het inmiddels beter gesteld in de topsport? En wat te denken van de achterliggende logica van Armstrong: “Iedereen pakt, de beste wint, dus wat is eigenlijk het probleem?”

Wouter verbeylen

“De inDiViDueLe SPoRTeRS zijn De echTe SukkeLaaRS in DiT VeRhaaL”

“DoPing iS een oVeRRoePen PRoBLeem, een BLikSemafLeiDeR”

“ik zie De LaaTSTe Vijf jaaR minDeR

‘VeRRaSSingen’”

(© k

u Le

uven

| Ro

b St

even

s)

(© k

u Le

uven

| Ro

b St

even

s)

(© k

u Le

uven

| Ro

b St

even

s)

topsport en doping:

Mogen de besten winnen?

Page 18: Campuskrant 24-nr06

ludo meyvis

“Dat klopt, ja, al van toen ik kind was. Ik was het type dat altijd het maximum aantal boeken ont-leende uit de bibliotheek, ook strips. Ik denk dat ik op een be-paald punt de boeken in de bib uit het hoofd wist staan. Het is ook vooral door mijn liefde voor boe-ken dat ik Germaanse ben gaan studeren. Paradoxaal genoeg las ik in die periode juist minder dan ervoor – alleen de boeken die op de lijst stonden, al waren er dat natuurlijk nog een hoop.”

“Tijdens mijn doctoraat las ik weinig buiten Michael Ondaatje, de Canadese auteur die ik in mijn dissertatie bestudeerd heb, en wetenschappelijke literatuur na-tuurlijk. Maar sindsdien heb ik mijn schade ruimschoots inge-haald. Ik kan weer in een boeken-winkel komen en het leuke gevoel van herkenning krijgen: dat heb ik gelezen, en dat ook. En in boeken-winkels kom ik nogal vaak. Dat verklaart ook mijn steeds groeien-de boekenvoorraad. Toen we thuis de nieuwe kast plaatsten, dacht ik dat ik nog ruimte zou overhebben voor uitbreiding. Niet dus. Met als gevolg dat de boeken nu ook de buffetkast in onze woonkamer zijn gaan inpalmen.”

“Ik koop graag boeken, maar leen ze ook graag uit – ik vind het altijd leuk om de liefde voor een boek te delen. En ik heb liever dat het er gelezen uitziet dan dat het er alleen mooi staat te wezen.”Welk boek heeft uw leven het meest beïnvloed? “Ik mag wel zeggen dat Anil’s

Ghost van Michael Ondaatje mijn leven echt heeft veranderd. Het is de roman die ik analyseerde in mijn licentiaatsverhandeling en die me het proza van de auteur van The English Patient ten volle leerde waarderen. Het jaar erop ben ik begonnen aan mijn docto-

raatsverhandeling over zijn werk – vier mooie jaren die bijzonder fijne mensen in mijn leven heb-ben gebracht, me verliefd deden worden op zowat de volledige Engelstalige Canadese literatuur, en op Canada zelf. Alleen al daar-voor zal ik Ondaatje altijd dank-baar blijven. Het is ook dankzij zijn laatste boek dat ik bij de boekenbijlage van De Morgen ben terechtgekomen, waar ik nu af en toe een stuk voor schrijf.”U bent ook heel actief op de li-teratuursite www.leesmenu.be. Wat vind ik daar?“Het is een site die ik een aantal maanden geleden gestart ben met een aantal gepassioneerde lezers. Momenteel zijn we met acht. We belichten boeken die niet de aandacht krijgen die ze verdienen, ook recente werken. Het leuke is dat we allemaal een andere smaak en schrijfstijl heb-ben, en zo continu nieuwe dingen ontdekken. Op de site vind je niet alleen recensies, maar bijvoor-

beeld ook interviews. De bedoe-ling is verder uit te breiden, vaker nieuwe dingen te publiceren en ook een brug te maken met het se-cundair. Er wordt zo vaak gezegd dat jonge mensen niet meer lezen of schrijven, maar de studenten die op de site actief zijn, bewij-

zen het tegendeel. Het internet is meer en meer de plaats om infor-matie te vinden over boeken, en met gebundelde krachten kom je verder. Nu alleen nog een ma-nier vinden om er meer tijd voor te maken, want we doen het alle-maal bovenop onze dagtaken.” Welk boek ligt er momenteel op uw nachtkastje?“Ik denk dat er geen enkele ka-mer in huis is waar er geen boek ligt. Boeken reizen vaak het hele huis of het halve land door voor ik ze uit heb. Ik heb er ook altijd een bij me als ik onderweg ben – voor als ik ergens moet wachten. Ik ben nu bezig in Train Dreams van Denis Johnson, een korte, bijzon-der krachtige novelle. Ook White Teeth van Zadie Smith ligt klaar. En op het toilet ligt steevast een hoop lectuur, met bovenaan The Funniest Thing You Never Said, een verzameling grappige citaten. En in de woonkamer staat een exem-plaar van The Red Tree van Shaun Tan op de kast – magisch mooie

tekeningen en een kernachtige verwoording.”Welk boek kan ons een idee ge-ven van uw vakgebied?“Iemand die graag iets uit de En-gelstalige Canadese literatuur wil lezen zou ik absoluut In the Skin of a Lion van Michael Ondaatje aan-raden. Ik blijf het zijn mooiste vinden, omdat zowel de taal als de beelden zo krachtig zijn en je er elke keer nieuwe dingen in ont-dekt. Ook Green Grass, Running Water van Thomas King is een parel, en nog grappig ook. Meer theoretisch zou ik gaan voor Psy-choanalysis and Storytelling van Peter Brooks, een boek dat dui-delijk maakt hoe belangrijk ver-halen zijn voor mensen. Verhalen vertellen is uiteindelijk wat we dag in dag uit doen. Brooks toont hoe we met dat besef ook boeken beter kunnen begrijpen en analy-seren.” Welk boek had u zelf geschreven willen hebben?“Een hele hoop. Beloved van Toni Morisson, bijvoorbeeld: zó’n ster-ke roman, en wat een taal. Meer recent ook The Art of Fielding van Chad Harbach. Hij heeft er tien jaar over gedaan om het boek af te werken. Ik zou niet alleen het schrijftalent maar ook het geduld willen.” Hebt u op boekenvlak ook een ‘guilty pleasure’? “Ik geloof niet echt in guilty plea-sures als het op boeken aankomt. Als ik plezier beleef aan een boek, of het nu belangrijk is of niet, is de missie geslaagd. Ik kan even-goed genieten van een pageturner zonder veel karakterisering als

18 Personalia campuskrant

Boek:delen

“de boeken hebben nu ookde buffetkast in de woonkamer

ingepalmd.”

de leeslijst van sofie de smyter

• Anil’s Ghost, The English Patient en In the Skin of a Lion van Michael Ondaatje

• Train Dreams van Denis Johnson

• White Teeth van Zadie Smith

• The Funniest Thing You Never Said

• The Red Tree van Shaun Tan

• Green Grass, Running Water van Thomas King

• Psychoanalysis and Storytelling van Peter Brooks

• Beloved van Toni Morisson

• The Art of Fielding van Chad Harbach

(© KU Leuven | Rob Stevens)

“Ik koop graag boeken, maar leen ze ook graag uit: ik vind het leuk om de liefde voor een boek te delen”, zegt Sofie De Smyter, praktijkassistente Engels en monitor aan KU Leuven Kulak. Als we-tenschappelijk medewerker is ze ook verbonden aan het project Junior College Taal, dat een brug wil vormen tussen secundair taalonderwijs en de universiteit (zie ook artikel p. 11). En ze leest veel.

van een talig juweeltje waarvan ik zinnen opnieuw lees omdat ze zo mooi zijn.”

Leesmenu – Boeken en schrijvers à la carte: www.leesmenu.be

& galerieWALRAVENSTiensestraat 94 - 3000 Leuven

13 maart > 21 april 2013Woensdag t/m zondag (van 13 tot 18u)

www.galeriewalravens.be

Vernissage & receptie vrijdag 15 maart 18 > 22u

Gastspreker Johan Van Cauwenberge (Klara)

Iedereen van harte welkom!

amnesiaPatrick Vertenten

ADveRTenTie

Leuven University PressSpring 2013

Leuven University PressSpring 2013

Onze lentecatalogus 2013 is er!

www.upl.be [email protected] +32 (0)16 32 53 45

Surf naar www.upl.be en ontdek onze

nieuwe en komende titels.

ADveRTenTie

Page 19: Campuskrant 24-nr06

toch geen lunch noemen!”“Ik heb in het begin wat te vaak

frieten gegeten”, zegt postdoc Chun Xia uit Nanjing (China). Hij houdt zich bezig met astro-computing en astrofysica en on-derzoekt een bepaald fenomeen – prominence – op het oppervlak van de zon. “De zon is zowat ons laboratorium, op die manier kan je inzichten opdoen over sterren in het algemeen.”

Postdoc Patrick Antolin – half Frans, half Colombiaans – bestu-deert de fysische impact van de zon op de aarde. Hij apprecieert de vele cafés en de biervariëtei-ten: “Ik heb wel moeten leren om het Belgische bier niet te snel achterover te slaan. Opmerkelijk is ook hoe laat het uitgaansleven

hier begint, terwijl iedereen de volgende ochtend toch weer vroeg aan de slag gaat.”

“De goedkope voorzieningen hier – gezondheidszorg, sportfaci-liteiten … – vind ik ook geweldig. En steden als Brussel, Parijs en Amsterdam zijn niet veraf. Leu-ven zelf is dan weer wat klein naar mijn smaak. Waar ik echt moeite mee heb, is de animositeit die je hier als niet-Vlaamssprekende soms ondervindt.”

Betaalbaar kajakkenOp doctoranda Anastasiya Boiko uit Kharkiv (Oekraïne) hebben de chocolade, de wafels en de historische gebouwen een on-uitwisbare indruk gemaakt. Ze bestudeert de radio-emissie van

de zon, net als postdoctoraal on-derzoekster Veronika Reznikova uit Nizhny Novgorod (Rusland): “Het wetenschappelijk niveau van deze groep is heel hoog. Wat mij aangenaam verrast heeft, zijn de sportfaciliteiten. Zwemmen, aerobics of eens gaan kajakken … In Rusland is dat onbetaalbaar.”

“Deze onderzoeksgroep stond al lang op mijn lijstje. En ik hou van het gevoel van veiligheid hier”, zegt postdoc Mag Selwa. Ze keert volgende week terug naar Lublin in Polen, na twee jaar Leuven. “Het is me hier wel te koud in de zomer, en niet winters genoeg in de winter. Ik verbaas me er ook over hoeveel eten er gefrituurd wordt. En wat ik écht vreemd vind, is dat gasten niet steevast eten aangeboden krijgen. Dat is in Polen ondenkbaar.”

Alexander Vapirev uit Bulgarije doet sinds twee jaar onderzoek naar ruimtefysica. Hij is fan van het bieraanbod, maar heeft moei-te met de administratieve malle-molen: “Overal is wel een regeltje en een papierberg voor nodig. En probeer maar eens een geïmpor-teerde auto te registreren: je kan geen verzekering krijgen zonder registratie en je kan je auto pas laten registreren als die eerst ver-zekerd is.”

Postdoc Mehmet Sarp Yalim woont al tien jaar in België. “Ik hou van de historische sites, de vriendelijkheid van de mensen en de rustige manier van leven hier.” Ook Francesco Zuccarello uit Sici-lië is al even in Leuven: “Na mijn masterproef voltooide ik mijn doc-toraatsonderzoek hier en sinds november doe ik een postdoc. Ik hou me bezig met het wiskundig modelleren van de fenomenen van de zon. Ik geniet enorm van de in-ternationale atmosfeer in Leuven. Aan tafel zitten met mensen uit tien verschillende uithoeken van de wereld is heel bijzonder …”

http://wis.kuleuven.be/CmPA

27 februari 2013 Personeel 19

ine van HoudenHove

“Just worked out that in my research group of 36 ppl at @KU_Leuven there are 12 different native langu-ages spoken ... pretty impressive” stuurde Kimberley Steed alias Kimmy Rocket de wereld in. Al die talen weerklinken in de Celestij-nenlaan 200 B in Heverlee, waar de Afdeling Plasma-astrofysica (CmPA) één hele en twee halve ver-diepingen bezet. “Onze afdeling barst een beetje uit zijn voegen”, zegt afdelingshoofd professor Rony Keppens. “Zelfs in ons kof-fielokaal huizen onderzoekers. De meesten komen inderdaad uit het buitenland. Ons domein is zeer internationaal, en mijn vier collega-professoren – Marcel Goossens, Giovanni Lapenta, Ste-faan Poedts en Tom Van Doors-selaere – en ik hebben mettertijd een groot netwerk uitgebouwd.”

“Onze doctorandi en postdocs zijn allemaal plasma-astrofysici – ze bestuderen zowel de fysica van plasma’s als de fysica van sterren – maar ze hebben een verschillende achtergrond: er zijn wiskundigen bij, maar ook fysici en ingenieurs. Het onderzoek gebeurt daardoor als vanzelf interdisciplinair.”

En hoe bevalt het in Leuven? “Wonen en werken is hier bijzon-der aangenaam, daar doet zelfs het slechte weer geen afbreuk aan”, zegt postdoc Jorge Amaya uit Colombia. “Ik simuleer com-plexe fysische fenomenen met zogenaamde supercomputers. Momenteel bestudeer ik de in-teractie van de zonnewind met het magnetisch veld van de aarde, met software die we hier hebben ontwikkeld. Op dit domein, ruim-teweer, staat het CmPA aan de top, dus toen ik de kans kreeg hier te beginnen, heb ik die gegrepen.”

Collega Sofia Paraskevi Mo-schou uit het Griekse Lamia is net begonnen aan haar doctoraat, over het modelleren van zonne-winden: “Waarom hier? De KU Leuven is één van de best beta-lende universiteiten in Europa en dit is een heel productieve groep. Het is hier alleen een beetje koud. Maar de sfeer in de groep is dan weer heel warm. Pas nog hebben we het Chinese nieuwjaar samen gevierd. En er wordt vaak gedis-cussieerd, over religie bijvoor-beeld. Ik heb het gevoel dat ik hier echt iets kan leren, en niet alleen op wetenschappelijk vlak.”

Fietsendictatuur“Leuven heeft precies het goede formaat”, vindt wiskundige Alec Johnson uit Wisconsin (VS). Hij

de afdeling plasma-astrofysica

elke maand gaan we op bezoek bij één van de vele diensten van de unief. Om een idee te krijgen van het werk dat onze collega’s er verzetten. en om de sfeer op te snuiven. een Twitterberichtje zette ons op het spoor van de Afdeling Plas-ma-astrofysica.

de collega’s

informeel overleg op de afdeling; van links naar rechts: veronika Reznikova, Jorge Amaya, Anastasiya Boiko, afdelingshoofd Rony Keppens, Alexander vapirev en Alec Johnson (© KU Leuven | Rob Stevens)

doet als postdoc onderzoek in het domein van de ruimteweers-voorspelling, en dat met groot enthousiasme: “I love this place!” Idem voor ingenieur Emanuele Cazzola uit Turijn, bezig met een doctoraat over de magnetische velden in ruimtefysica. “Als ik het eten thuis te hard mis, zijn er Ita-liaanse restaurants genoeg hier.”

Voor postdoc Slavik Olshevskyi uit Kiev (Oekraïne) voelt Leuven erg comfortabel: “Ik hou alleen niet van de fietsendictatuur en van de smalle geplaveide straat-jes. Ik kijk ook met verbazing naar van die huizen met brede ra-men en kamers die volledig in het wit zijn geschilderd. En dan de lunchcultuur: een paar sneetjes brood met kaas of choco kan je

“HeT iS een BeeTJe KOUD HieR in LeUven, MAAR De SFeeR in De gROeP iS DAn weeR HeeL wARM.”

“de zon is ons laboratorium”

Begin februari organiseerde de afdeling de conferentie eHeroes. Tijdens de pauze poseerden enkele collega’s voor een foto: op de achterste rij (v.l.n.r.) emanuele Cazzola, Francesco Zuccarello, Jens Pomoell, Katrien Bonte en Tom van Doorsselaere; vooraan Kimberley Steed en Sofia Paraskevi Moschou. (© KU Leuven | Rob Stevens)

Page 20: Campuskrant 24-nr06

Mettertijd wordt de kristalheldere ooglens waarmee we worden geboren, troebel. Boven de tachtig is dat bij één op twee het geval. tijdenlang was cataract of staar een belangrijke oorzaak van blindheid – en is dat nog steeds voor miljoenen mensen in ontwikkelingslanden. al in de oudheid werd ingegrepen door de lens met een instrument achterover te duwen zodat ze on-derin het oog kwam te liggen, waarna het zicht voldoende terugkeerde om zich te kunnen behel-pen. de operatie was niet heel pijnlijk, maar de patiënt moest toch stevig worden vastgehouden. een vierduizend jaar oude wettekst uit Babylon vermeldt een bedrag ter grootte van het jaarloon van een arbeider voor wie een edelman het zicht teruggeeft; de ingreep bij een gewone burger en een slaaf brachten heel wat minder op. in india reinigde men de naald voor de procedure met het binnenste blaadje van een pas ontloken roos – zowat het zuiverste ‘doekje’ dat men kon vinden.

KoppelbaasOp Valentijnsavond dompelden de klokken van de Universiteitsbibliotheek de stad onder in een romantisch sfeertje. Een veertigtal koppels kreeg bovendien de kans om de toren te beklimmen en beiaardier Luc Rombouts live in actie te zien. Zij kregen de gespeelde liefdesklassiekers – van Ne me quitte pas tot Nights in white satin – dus extra krachtig te horen.

20 Buitenkant campusKrant

[EVOLUtiELEER] De enige constante is veranDering.

Klare KijK op

cataract

Cataractoperatie in de zestiende eeuw: met een naald duwt de staarsteker de lens tot onderin de oogkas. (Ophthalmodouleia Das ist Augendienst, Georg Bartisch, 1583)

(© KU Leuven | Rob Stevens)

in de Middeleeuwen haalden rondreizende staarstekers een slaagpercen-tage van één op twee, al zaten er ook bedriegers tussen. Zo belandden in beslag genomen instrumenten rond 1700 bij de zoon van de rechter, de door-nikse arts Michel Brisseau. hij stelde vast dat het de lens zélf is die troebel wordt – tot dan meende men dat er een vlies voor de lens groeide. Pas na vier jaar vond zijn visie gehoor. jacques daviel was veertig jaar later in Parijs de eerste die het aandurfde een lens te verwij-deren. sinds halfweg de vorige eeuw wordt de lens met ultra-sound verpulverd, en vervol-gens uitgezogen en vervangen door een kunstlens. Patiënten wandelen vrijwel altijd die-zelfde dag buiten met perfect zicht, al hoort men weleens een dame met spijt opmerken dat haar spiegelbeeld in één klap tien jaar ouder lijkt geworden … tegenwoordig worden com-putergestuurde lasers gebruikt waardoor de ingreep nog snel-ler en accurater gebeurt.

(ivh)

Met dank aan emeritusprofessor Luc Missotten