39
Uit ~et Afdeelingslaboratorium D.V.G. Semarang, met steun van de Koningin Wilhelmina-jubileum stichting en de Vereeniging Oraniekruis. Een poging tot hot cultiveeren van lepra-bacillen DOOR Dr. SARDJITO en Dr. A. MOCHTAR. Slot. TWEEDE HOOPDSTUK. I. Onderzoek van de antigene eigenschappen der ge~soIeerde zuurvaste bactUen. Om nader te komen tot de vraag o[ wij, kier te doen he,bben met eer~ leprabacillencultuur, hebben w~jt deze verder on,derzocht op haar anti.gene eigen.schappen.. a. De agg,l~atinatie. Deze reactie is met .de bacillen van Sidik uit her bilabsces n,iet wel doenlijk. A1 is de ,gelijkmatige suspen,sie van de micro- organismen gemakkelijk te verkrij:gen, zij vertoonde daarentegen met contr61e sera van niet leprozen reeds positieve agglutinatie, die wat ,de hoo,gte van ,den titer en de qual'iteit der a.g,g.lutiTlatie betreft, niet te scheiden zij,n van .die, verricht met sera van leprozen. Na verschllende voorproeven verricht te hebben zoowel met cutturen uit Lubenau als met die van g!ycerine bouillon., werden de ag,glutinaties niet verder voortgezet. b. All ergische reactie. Als anti.geen voor deze reactie werd gebruikt een glycerine bouillon cultuur van de bacillen, Sidik uil bila'bsces van 2 maanden, oud, die gedood werd door ze te verhitten op 10(~ ~

Een poging tot het cultiveeren van lepra-bacillen

Embed Size (px)

Citation preview

Uit ~et Afdeelingslaboratorium D.V.G. Semarang, met steun van de Koningin Wilhelmina-jubileum stichting en de Vereeniging Oraniekruis.

Een poging tot hot cultiveeren van lepra-bacillen

DOOR

Dr. SARDJITO en Dr. A. MOCHTAR.

Slot.

T W E E D E HOOPDSTUK.

I. Onderzoek van de antigene eigenschappen der ge~soIeerde

zuurvaste bactUen.

Om nader te komen tot de vraag o[ wij, kier te doen he,bben met eer~ leprabacillencultuur, hebben w~jt deze verder on, derzocht op haar anti.gene eigen.schappen..

a. De agg,l~atinatie.

Deze reactie is met .de bacillen van Sidik uit her bilabsces n,iet wel doenlijk. A1 is de ,gelijkmatige suspen,sie van de micro- organismen gemakkelijk te verkrij:gen, zij vertoonde daarentegen met contr61e sera van niet leprozen reeds positieve agglutinatie, die wat ,de hoo,gte van ,den titer en de qual'iteit der a.g,g.lutiTlatie betreft, niet te scheiden zij,n van .die, verricht met sera van leprozen.

Na verschllende voorproeven verr icht te hebben zoowel met cutturen uit Lubenau als met die van g!ycerine bouillon., werden de ag,glutinaties niet verder voortgezet.

b. All ergische reactie.

Als anti.geen voor deze reactie werd gebruikt een glycerine bouillon cultuur van de bacillen, Sidik uil bila'bsces van 2 maanden, oud, die gedood werd door ze te verhit ten op 10(~ ~

295

gedurende 10 minuten, daarna steriel gefiltreerd door d.ubbel filtreerpapier. Het heldere filtraat, dat .gebruikt wer,d voor ant.igeen, wer.d geconserveerd met carbol tot een oplossin,g van, ~ o~. Dit at igeen, heeft weL veel van bouillon filtr6 Denys.

Als vergelij~king werd ook de Mitsuda reactie verricht. Her anti,geen werd bereild van een leproom, dat fij~geknipt, gewreven werd en ,gesuspendeerd in zoutsolutie en wel .in 20 voud.i,g gewieht van ~het leproom. Deze suspensie ~r door dubbel.gevouwen gaas gefiltreerd en her filtraat gesteriliseerd op 100 ~ ged.urende 15 rain. Deze vloeistof werd als anti.geen gebruikt. Bij~ de voorproef, waarbij een paar personen intra- cutaan met 1/20, cc van her bouillon filtraat aan ,den,. binnen- kant van den onderarm ingespoten werden, zagen wijl als reactie slechts een kleine zwelling en roo,dheid zooals men pleegt te zien ,bi], .de reactie van Mantoux.

Daarom werd de voorproef uitgebreid bij~ 20 leprozen van .de C:B.Z. Semarang. Ook hier zagen. ,wiL dat de react ie zonder heftige verschijnselen goe,d verdragen, werd.

Ten .slotte werd de werkelij~ke proef verricht bij, de pati6nten van .de leprozerie van Pelantoen,gan met medewerking van de doktoren Mej. E. A. van Teutum en, J. B. Sitanala. BehaI've leprozer~ wer,d.en .ook flog 32 ,gezonde personen, bedienden van de leprozerie, uit de aard personen, d..ie veel contact met leprozen hebben, in de proef betrokken.

Verder wer, d ook 1 framboesia pati6nt, niet lepreus, met de bei,de arLtigenen ge/~nt.

Op den rechterarm ,werd..intracutaan ingespoten met het antigeen volg'ens Mitsuda bereid en op den linkerarm werd met het bouillon antigeen ge/~nt.

De reacfie werd afgelezen op ,den volgenden' dag, een. week en twee weken ,daarop.

Negatief is het als er geen ontstekingsverschi]nselen zijn gedurende de observatietijd, van 2 weken.. Als pos.itief werd. de reactie beschouw,d, in,dien infiltraat en r.oo.d,heid waar te nemen is, al worden deze verschij~sele.n pas 2 weken na de i njectie geconstateerd.

Het resultaat is .in de volgende tatbel gerangsckikt.

296

A l l e r g i s c h e reac t i e v e r r i c h t d.d. 20 Juni 1933.

B o u i l l o n a n t i g e e n S i d i k M i t s u d a a n t i g e e n T o t a a l + +_ _ + • _

C 1 1 - - - - 1 - - - - 1

C 2 6 - - 1 3 1 3 7 C 2 18 4 1 10 4 9 2 3

N1 1 - - - - 1 - - - - 1

N.~ 4 - - 1 3 2 - - 5

N a 27 8 - - 2 5 9 1 35

C 1 N 1 Z - - - - 1 1 - - 2

C 2 N 1 - - 1 - - 1 - - - - 1 C=N2 5 - - - - 1 2 2 5

C 2 N a I - - - - - - 1 - - I

C a N 1 1 - - - - - - 1 - - 1

C a N 2 4 - - - - 2 - - 2 4

CaNa 6 1 - - 4 2 1 7

76 14 3 52 2 3 18 93

f i e z o n d e p e r s o n e n 32 32 32

l e p r o z e r i e b e d i e n d e n

F r a m b o e s i a pa t i en t 1 1 1

Onder de leprozen bij, v~ie de allergische reactie verricht werd, vertoonden. 7 9.ati~n.ten sterke ,verschi]~selen ten gevolge van de inspuiting met het bouillonfiltraat.

1. Heer L. C3: Aan den linkeronderarm een rood pijnlij'k infil- traat van 10 c.M. lan.g en .breed als de mediane zijde van ,den on derar,rn.

2. Heer K. C3: Zooals Heer L., daarbij, hog gezwollen oksel- klieren.

3. Mevr. E. C~: Als Heer L., daarbij, nog koorts

4. Heer C. C,: Als Mevr. E., ook met koorts.

5. Mej. K. C~: Als Heer L., daar,bij, kan zij den arm moeili}k strekken.

6. L. H.Y. C~: Als Heer L., daarbij nog hooge koorts met uit- breken van nieuwe lepromen op het hoof, d, rug, rechter schou.der en beenen, de klier van den linkeroksel pijnlijk gezwollen.

7. S .H.Y. C~: alsL. H.Y.

297

Uit het resultaat van ,de allergische proeven is te conclu- deeren, dat het bouill.on filtraat van de cultuur Sid.ik s terkere reactie geeft dan het Mitsuda anti.geen. Slechts bij, 3 van 93 leprozen was de reactie met 'het eerste antigeen n~gatief.

De uitslag van de M, itsuda reactie is ook niet precies zooals Mitsuda beschreven heeft. Deze onderzoeker komt tot een resultaat, dat de reactie pos,itief is bij, .de N ,gevallen en negatief bij de C gevallen. I-Iayashi herhaalde de proeven van Mitsuda en kreeg bij .de 64 N gevallen 62 positieve en bij: 125 C gevallen. 11 positieve reacties. .I-let resultaat van M]tsu,da wordt verder bevestiffd door Esseveld. Daar.bij. mer.kt deze laatste onderzoeker no.g op dat een groot percentage van. contr61e personen positief reageeren op de allerzische reactie.

Wij, hebben, daarentegen,:

bij 31 C gevallen 14 positief, 5 twijfelachtig en. 12 negatief ,, 41 N ,, 29 ,, 1l . . . . 1 ,, ,, 2 1 C N ,, 9 ,, 7 . . . . 5 ,,

Toch merkt men, als men de cij,fers aandachtig bekijkt, wel op, dat de reactie bij, de N gevallen meer positieverr aanwij,st, dan ,bij ,de CN ,en. de C .gevall.en, verhoudin.gsgewijs gesproken. Dit beteekent dat wij, .de proeven van Mitsuda err .die van. Hayashi slechts gedeeltelijk kunnen., bevest.igen. Daar wij; .de proeven verricht hebben hoofdzakelijk bij~ pati~nten van het Maleische ras (53) en voor een klein deel bi~ het C, hineesche (16) en bij, her Europeesche ras (24), is her denkbaar dat her quant.itatief ver- schil der resul.taten toe te schrijven is aan den, invloed van het ras, bij wie de reactie verricht werd.; immers Mitsuda en Hayashi dederl .hun proev.en .b,ij~ Japansche leprozen.

C. Complemen~b~ndingsproeven met konijnen antisera.

Met deze reactie t rachten wij. aan te toonen of de stare Si.dik uit het bila,bsces, dezelfde antigene eigen,schappen heeft als leprabacilien.. B.ijL het vergelij~ken hiervan dienen ter contr61e parallele onderzoekingen verricht te worden met an,dere zuur- vaste baci.llen. O p deze wijee hebben vcij, bij: onze proeven de volgende bacillen gebruikt:

le. leprabacillen uit lepromen verzamel'd 2e. s tam Sidik uit her ,bilabs.ces 3e. s tam t. b. c. 47

298

4e. stare t. b. c. 1773 5e. stare t..b.c, rund., af.k~mstig van den D'ir. Veeartsenij,kundig

Insfituut Prof. Dr. F. L. Hu'ber 6e. s tam t. ,b. c. kip 7e. stare Tentu chromogeen uit leproom geisoleerd 8e. stare t imotheebacil len (chromogeen,) afkomst ig van Prof. Dr.

J. E. Dinger en later nog andere s tammen.

De eerste s tap ,d,ie bij; deze proeven gedaan wordt , is bet zoek.en naar een voor een, bepaald doel' gesch.ikt antigeen.

Eitner, die als eerste .deze reactie bij de lepra verr.ichtte, ge'bruikte gewoon zoutsolutie ex t rac t van een huid leproom.

In n,avolg,i'ng van den eersten onderzoe,ker he,bber~ wij ' in den beginne waterig ant.igeen van ,den stare Sidik bereid,. De bacillen worden ge~xtraheerd in aqua dest ; bij, het waterig extract vcordt later NaC1 en carbol toegevoegd tot er een zoutconcentrat ie onts taat van 0,9 7O en 1/2 ~o car.bol'.

D~'t watef ig antigeen wordt eerst geprobeerd met sera van leprozen en met contr61e sera, .ore te zien hoe de reactie verloopt. Bi} herhaal.de voorproeven hebben w~j opgemerkt , .dat bet anti- geen. een wisselvalHgen uitslag gaf. Ook wanneer wij de bacillen eers t dooden d.oor verwar,ming 1/2 uur bij 60 ~ of 100 ~ konder~ wi~ geen goed anti,geen krijpgen; her bindt na verwarmi~lg juist geen, complement meer. Op gron'd hiervan wordt naar een andere methode van ext.ract-~bereiding gezocht.

In .de l i teratuur w.ord't ,nelding gemaakt , dat Babes aether- extract gebru'ikte voor z.ijaa proeven, terv~ij:l Lede rman zich bedien,de van de alcohol, waariri een lepreuze vinger bevcaard werd.

Jeanselme en Vernes verr ichten hun. complementbindings- proeven met a lcohol-aether-extract van leprabac.illen.

In .den laatsten tij!d wordt ook pyridine~benzol-extract van t. b. c. baci.Hen, gebruikt om complemenObind~ngsproeven te ver- r ichten met t . b . c . - en. lepra-sera. Dit extract van Witebsky, Klingenstein en Kuhn w.erkt volgens Wi tebsky zoo ,goed, dat de reactie daa rmede bij, 15 leprozen 14 maal pos,itief uitvalt, terwij.l ze hi}. lon.gen t. 'b. c. tier volwassenen 80--907o .positief aanwijst. Wi} meenen dat op deze wijce bereid extract voor ons doel on.geschikt zal zijn, waar juist hier een, verschil gezocht moet

299

worden tusschen de antigene eigenschap,perL van verscl~11en, de zuurvaste bacillen onderling en tegelijk ook een verschfl tusscher~ de immuunstoffer~ in de sera van dieren ingespoten: met de verscheidene zuurvaste bac~'II.en of tusschen le.pra- en t. b. c.- sera van 9ati6nter~ onderling.

Op deze gron.den viel onze keuze op het bereiden van een alcoholisch extract.

De lepra bacillen, die ge6xtraheercL worden, zij,n afkomstig van uitgesneden lepromen, d4e veel baciIlen bevatten.. Her weefsel wordt fij,n gekni'pt en fij~n gewreven in' een mortier. Langzaam en roeren,de voegt men aqua dest. toe. De hoeveelheid h~iervan behoeft niet bepaald te zij.n, doch wel zoo, dat, wanneer men de sus:pensie van de leprabacillen en de weefselstukjes 15 minuten I'an~g 'b,ij' 500 toeren pe.r minuut .centrifugeert, een centrifugaat gevormd wordt van ,de grove partikeltjes met een opalescente vloeistof er boven op. Deze vloeistof, waarl.n' de vriji liggende bacil'len gesuspen,deerd, zijn, wordt overgeheveld in een andere buis, om dan flink gecentrifugeerd, te vco,r'.den, geduren,de 1/2 uur bij~ 3000 toeren per m~nuut. Hierna wordt de vrij~ doorschijnende vloeistof uitge'heveld en bet centrifugaat, dat grootendeelS uit bacillen bestaat, wordt met aqua dest schoongewasschen,. De verzameLde bacil:len massa, zooveel mogelijk vrij van vloeistof, wordt in. een andere reeds getarreerde buis gewogen. Verder wordt in de b,uis de vereischte hoeveel;heid' spiritus fortior (4'0 mgr. leprabacillen + 1 c.c.. spir. fortior) langzaam en. met platina lus de bacil'len roerende, toegevoe~d. Ten slotte wordt de alcohol,ische bacillen suspen,sie bij gewone kamertemperatuur bewaard.

B~j. her verzamelen tier bacil'len he'bben wij. de methode van Steffen:hagen, d/e de leproom na verwrijrvirLg, met 10~o anti- forn~ne beh,an~delde, niet gevolffd, omdat wij den even,tueelen invloed van deze eiv~it oplossende stof willen vermij,d,en.

Oc~k werden .de lepra,bacil'len~ niet eerst d,oor verwarming gedoo.d, om den. slec,hten iuvloed van de hooge tempemtuur o.p bet ar~tigeen, te ontgaan.

De antigeen bereiding van de andere bacillen gaat gemak- kelijker.

Bij de voorproeven ~he'bben wij~ geen verschil kunnen constateeren, of vcij een, cul'tuur in glycerine-bouillon of een cuttuur uit Lubenau-voed4n'gsbodem nemen'.

300

Willen wij' een groote hoeveelheid r ,bereiden dan nemen wij, een cultuu.r in glycerine%ouillon, gekweekt in jeneverflesschen. De cultuur, d,ie zoowat 2 maanden oud. is, wordt ver~ameld op een f~ltreerpapier. Daarna wordt de bacil'lenmassa in e,en. getarreerde wijidmondsche flesch met een. geslepen stop ged~an, om gewo.gen, te worden, terwij,l d,e bacillenmassa gelijk- matig met een platina lus verdeeld wordt, met de verhoudin.g van 20 mgr. ,bacillen op 1 c.c. spiritus fortior.

Bij, het bereiden van her extract heeft men, ,in aanmerking te nennen de verho.uding van de b.acillen tot de h(>eveelheid alcohol en den duur van her extraheeren.

Om deze grootheden te kunnen bepalen, dienen voorproeven wrr ieh t te worden, waarbij, wij bet te onderzoeken extract laten imverken op lepra- en contr61e-sera. Wijzen de uitslagen der proeven naar .de goede ri,ehting, dan heeft men ~hieraan een houvast om de hoeveel,heid extractie vloeistof err den d.uur van her extraheererL te bepal'en.. Langs dezen weg hebben wij: de volgende verhouding gekregen van 40 mgr. leprabacillen in 1 c..c. spiritus fortior, en 20 mgr. andere . . . . . . met 2 weken als den kortsten duur der extractie

Langere duur van extraheeren geeft geen, verandering in de sterkte van het antigeen.

Op deze wij,ze hebb:en w~ij verseh~llen,de soorten antigenen of aleoholische extra.cten 'bereid.

Het extract van lepr.abacillen is kleurloos; extra'heert men lartge.r dan 2 maanden dan heeft her een gelige tint. In zouts.ol. verdund, blijft her kleurlooze extract .helder; her andere daaren- tegen geeft een opalescentie.

Het extract van de bacillen Sidi,k ~s kl:eurloos en geeft geen opalescentie in zoutsolutie; evenmin geschiedt dit met het reed,s gelig get, inte extract van de bacillen van Tan A. Y. Her kleurl.ooze extract van de t. 'b.c, bacillen geeft ook geer~ opalescentie. Daarentegen geven de extracten van de runder- en vogel-t.b.c.- bacillen en de chromogene microorganismen wel troe,beling in zoutsolutie.

Nu w.ij antigeen hebben, .beg~innen wij antisera tegen de tersch.illende zuurvaste bacillen te bereiden.

Konijnen, waarvan het serum geen antistoffen bevat tegen- over .de bovenhgenoemde ,baci'll.en,, werden regelmatig eens per

301

week intraveneus in stij,gende doses, ingespoten met baoillen- suspensie, welke .door verwarming 5 minutcn in kokend water gedood zijn. Her eene konijn werd behan.del:d met leprabacillen, een tweede met den stam Si,d, ik enz.

Bij her bereiden van de antisera, client in bet oog g~houden te worden het felt, dat het bier niet te doen is om hoogwaard.ige antisera do~h hoofdzakelij~k 9m zoo specifivk mogelij,k imuunsera, zonder groepsantigeen te kr~j,gen; doch her voorkomen van her ontstaan van groepsreacties is in' vele gevallen, n~iet mogeli}k gebleken.

Ter illustratie diene de volgende tabel.

Het winnen van immuun serum.

Konijn No. 86 intraveneus mgespoten met bacillen

van Tentu.

dd. hoeveelheid cultuur dd.

nog niet ingespoten

Vs lus I / 3 ~ ,

1 , ,

ltA tus

2 'h lus

Complementbindingsproeven van serum konijn 86 v66r en gedurende de behan- deling met de verschillende antigenen.

I

27-4 1 1/10cc 1/40cc

Antigenen

25-5

1-6

16-6

1/10 1/20 1/4o

1/10 1/9.o 1/4o 1/8o 1/160

1/10 1 10/I

I,

L t,

-F-F +

I t t q-q-+ . . . .

4-q- +

I I

I I I

+

q-t - -F-I- -q-+' + + -F-+-

m

D

E

m

m

m

m

Hier mo.ge volger~ eer~ korte beschrij~ving van de uitvoering der complemen thin din~gsreact.ie.

302

Voor het verr ichten van 'deze reactie hebben wij nood,ig: a. amboceptor b. sohapen,bloed c. complement d. antigeen. (in ons geval verschillende soorten) e. de te onderzoeken antisera afkomstig "van verschillen,de

kon:ij~en.. De berei.d, ing van den. ambocept.or, her schapenbloed en her

complement geschied.t zooals ze benoodig,d z~ij.~, voor her ver- richten van de Bordet-Wasserma.nn's reactie, die verder, als bekend wovdt veronderstel.d. Ook over het maken van her haemolytis.ch systeem, 'bestaande u.it am'boceptor en roode 'bl.oed.llichaampjes, over her onderzoek naar ,de deugdel.ijkheid van den amboceptor, roo'de bl'oedlich,aampjes en complement wordt h.ier niet uitgeweid.

De eerste stap .die ~ij! bij onze proeven d.oen,, is het verrrichten van de voorproef om te weten te komen de h'oe-veelhei:d antigeen, die wij later bij de hoofdproef zullen gebruiken.

Hiertoe worden ,,ran het te onderzoe,ken antigeen twee ver- d.un.nin,gen gemaakt n.1. 1 : 10 en 1 : 20 met zoutsolutie., Nu nemen ~j~ dr ie , rekken met 11 buisjes en doen daarin van links naar rechts van het 5 70 verdunde complement de volgende 'h.oeveelheder~ 1 cc, 0.9, 0.8, 0.7, 0.6, 0.5, 0.4, 0.3, 0.2 en 0.1 cc. De hoeveelheid vloeistof ,in elke buis wordt aan.ge-vuld met zoutso'lufie tot 1 .co. Ook de lege laatste buizen No. 11 worden met 1 ,cc zoutsolutie .ge~euld. Vervolgens voegt men in elke buis van het le rek 0.5 cc van ,het antigeen, verdund 1 : 10 en in. het 2e rek 0,5 cc an~igeen~ verdunning 1 : 20 en in het 3e rek 0.5 cc van de contr61e-vloeistof 'bestaande u'it alcohol-zoutsolutie oplossing, ook 1 : 20. De buizen worden een 1/2 uur lan,g in een xvater'bad van 37 ~ gezet, waarna 1 cc haemoqytisch sys teem in el'ke buis gedaan wor'dt. No grnaals worden de bu,izen een 1/2 uur op 37 ~ verwarmd, om dan afgelezen te worden.

Qew.oonlij~k wor.dt het bloed in de bu]zen in her 3e contr61e- rek gehaemolyseerd van links naar recSts tot en met de buis met 0,4 cc com.ple,ment, .dan vol'gt de buis met incomplete haemo'lyse, en ten slotte de laatste buis met een totale returning" van 'haemolyse.

In het rek met antigeen, verdunnin,g 1 : 20 is de haemoiyse in de meeste gevallen, ook zooats in her 3e contr61e-rek, omdat her

303

antigeen haast geen complement b,indt. Toch kan men zijn comp,lement absorbeerende eigensch'ap h.erkennen., aan de b.uis met 0,3 cc complement; hier is n.1. :de remming van haemolyse meer ,dan in de overeenkornstige buis in bet contr6,1e-rek. De grens tuss cken haemolyse en de re.mining der haemolyse is bij de proef met antigeen 1 : 10 verdun, d, naar links verschoven, omdat deze sterke antigeen-concentratie u.it zichzelf veel meer complement bindt dan die van 1 : 20. In de laatste bu4s aan den rec'hterkant in her le en 2e rek meet een to0ale remmin,g zijn; d.i. de contr61e, dat bet ant.igeen uit zichzel$ de roode bloed- Hchaampjes niet haeanolyseert.

V, oor .de ,hoofdproef moeten, wij~ d.ie d.osis extract kiezen, die iets heoger com.plemen~ tYin'dt .dan de contr61e met zout- solutie~alcohel..

Na her verrichten van zuI,ke voorproeven he,bben wij kunnen vaststellen, dat .de beste extract verd, unning is 1 extract + 19 zoutsolutie. Deze hoeveel'heid gel:dr veer alle soorten extract.

Iederen keer als er konij~,en antisera ef later pati6nten sera te onderzoeken zij,n, wordt de benoodigde hoeveelheid comple- ment veer elk antigeen apart doer z.g.n, complemen.t titratie bepaa.ld. Daar wij. 8 antigenen, h~erb.i]: inbegrepen hog een contr61eeNossing 'bestaande uit 1 alcohol + 19 zoutsolutie heN~en, zijn 8 rek, ken r~oo,d,ig veer de comp,lement titratie. Omdat in bet Afdeeringslaboratorium Sem,amn.g het bleed veer her complement steeds afgetap~ wordt van dezel~de groep cavia's, weter~ wii dat het co,mplemen, t meestal zoo sterk w, erkt, dat een ;hoeveel'heid van m,inder .dan 0.5 cc van 5 TO vokl~ende is om 1 cc haemelytisch systeem op te lessen.

Op deze wijze behoeven, wij, veer elk extract slechts 5 b,u,izen te he'bben., ,die .dan van rinks naar rechts gevuld w.ordt met 0.6, 0.5, 0.4, 0.3 en 0.2 van comptementverdunn'ing 1 : 20. Die hoeveel- heder~ worden aangevul~d met zeutsolutie tot 1 cc; daarop komt 0.5 cc extract of contr61e vloeistof. Na ~,~ uur bebroeden, wordt 1 ec haemolytisch systeem toegevoegd om dan weer 1./2 uur ,bebroed te veer.den. Ten slotte wor, dt het afgelezen. Bere.ikt bij .de proef met een bepaald extract .de h,aemotyse ,de buis met 0.3 cc complement van 1:20, dan beteekent het dat 0.3 cc van 5 To complement in aanwez.ig, he'id van extract in staat is om 1 cc haemolyfis, eh systeem op te lessen. Die. hoeveel,heid complement is gelijk aan' 0.5 cc (de :gebru.ikelijke wolume hoevee.lheid bij de

304

hoofdproef) van complement oplossing van 3 %. In de h,oo~.dproef gebruiken wij. er nog 2 % bovenop, zoo.dat volgens deze bereke- ning de benoodigde complementverdunni.ng in de hoof.dproef met bet gebruikte ant'igeen 3 % + 2 % -~- 5 % ,is.

Nu wij de dos,is an~geen d& 1 : 20 en die van het complecnent d.i. 5 % ,he,ben,, kunner~ wijl verder gaan met bet opzetten van de h.oofdproef.

De geinacfiveerde koniMen-antisera zonder carboltoevoeging w orden elk in de buizen zoo ver.dee}d, da t in, de le buis 0.5 cc vloeistof komt met 1[10 cc serttm, in de 2e 1/20 cc, in de 3e 1/40 cc in de 4e 1/80 cc serum komt enz. Hierop komt 0.5 cc complement van een boven bepaalde procen,tage en daarna 0.5 cc an~igeen van 1 : 20. Na 1/2 uur op 37 ~ wordt 1 c~ t~aemolytisch systeem in eiken buis bij',gedaan. Nogmaals worden ze ~/h uur bebroed om dan afgelezen te worden.

De uitslag van deze werkvdjze, waarbij de konijnen, a~tisera met de verschillende anfigen,en, uit.getitreevd worden, is in de vol, gen'de ta, bel vastgelegd, (bld'z. 305).

Uit de tabel 'car 'af te lezen, dat het lepra ,antigeen slechts goed reageert op lepta ant.iserum, lets minder op antiserum Sidik en weer minder or} ant'isera t..b.c. 1773, runder t. b.c. en op antisera van chromogene bacillen. Her minst reageert her op het antiserum van vogel t.b..c, bacillen.

Hieruit valt weer af te leiden, .dat de verwantschap van lepra ant:igeen tot dat varL ,~i.dik didater is dan tot dat van de vers,eh,illende soorten t. b. c. bacillen.

Het antigeen, Sidik rea.geert tot den eindtiter op .de antisera der pathogene bacillen, d,och slechts tot 1/16 t:iter van het antiserum. T, entu en, tot 1/4 titer van .bet antiserum tirnothee- bacillen.

Bi}na precies hetzelfde a ls ,het antigeen Sidik, werken de antigenen van alle typen van t. b. c. bacillen.

Her antigeen-Temu en -timotheebacillen werken .heel sterk tot hun eigen antisera, echter onderl ing-r ze slechts zwakke kruis-reactie., Da.arenteger~ wer,ken ze sterk met ,de anti- sera tier pathogenen, ba,ciller~.

Is het lepra-antigeen vri]~ sNcifiek te noemen, tlet lepta antiserum daarentegen bindt alle antigenen bij;n.a even, ster,k.

Het antiser.t~m Sidi'k ibindt ,her complement tot den eindtiter met de antigenen Sidik, t .b .c . 1773, vogel t. b.e. en de

305 Complernentbindingsreactie met konijnen sera.

Antiserum lepra

Antiserum Sidik

Antiserum t.b.c. 47

Antiserum Runder t.b.c,

Antiserum vogel t.b.c.

Antiserum Tentu

Antiserum Dinger timothee bacillen

Serum in ~ ~ r r

1/10 1/~.0 1/40 1/80 1/160

1/10 1i20 1/40 1/80 1/160 11320

1/lO 1/20 V40 i18o 1/16o 1/39.0 1/640

1/lO 1/9.0 1/4o 1/80 11160 11820 1/6~o 1/10 1/9.0 1/40 1/80 1/160 1/39.0 1/640

1/128o 1/9.500 1/5000

L10 1/9.0 1/40 1/80 1/160 1/320 1/640

1/10 1/20 1/40 1/80 11160 1/39.0 1i640

Antigenen

-n - + + + + + +

4-t-+ ~ [ I I I I I -H- ~ ~ I l l I l l

q- l -+ q -H - ~ i I I } I I

+ ~ q - l - I - I i I ~ q - t - I - I I I

- - + +

4-1- +-l- l- ~ I I I + - n - b ~ l i e + ~ ~ I I

- - + +

I

+ ~ + + + + + + I I I + 4 - - ~ ~ + + + + + +

- - + + + + + + + - ~ - i i I - - - H - + + + + + + + i I ]

- - + + +

t

- n - + + + + -n - + + + + + +

- - + - - +

E

+ + - ~ - ~ -H- ' + + +

d

i [

l t l I I I I t t . - - I l l l l i t + +

-H- -H- + + + +

, J

I I I I I 1 I I I [ 11 t l l I I I

I I I I I I I + q - k I I I I I I

I i t . i l l I l l I l l I l l I I I I l l I I I I I I

+ + + +

, t

t l l + + + I I I I l l - H - + + + +

I ~ + - H - I I I I - H - I t l

"t-t- + ~ + + - - + - -

- n - + + + + I i f 1 [ I

t I t - H - + I f I- I 1 1 + -H- t l l + + + I l l + -H- I l l I l l i t l I I , ~

- - I l l q - ~ - H - +

I

i l l - H - I l l + I I I - -

+ - H - - -

I I I - -

]

I t [ I I I I i I + + + + -H-

-H- + + + + + + + + I l l

- - - - + - - I l l

u o

m

m

m

m

m

m

m

m

m

m

m

B

D

M

m

i

m

m

m

m

305

eh,romogene bacillen Tentu ; met 1,epra-antigeen, run,der t. b. c. en t imothee bacilten tot ,den, halven titer.

Her an.tiserum t . b . c . 47 reageer t tot 1/4 titer met lepra ant igeen, tot 1/2 titer met ch romogene bacillen en tot den eind- titer met .de andere antigenen,

Het ant i serum runder t. b. c., is zooals her ant i serum t. b. c. met enkele kleine verseh,illen'..

Het ant i serum vogel t . .b.c.ibacillen reageer t ,haast niet op het Iepra ant igeen, doch met ,de rest gelijfkmatig tot aan' den eindt.iter. De antisera Tentu en t imothee bacillen werken sterk met hun, e igen anti.genen en veel minder :met .de andere antigenen.

Is uit de verkregen resultaten, boven reeds vermeld, da t er een groote ve rwan t schap bestaat tusschen, lepta- en Sid,ik antigeen, d,it laatste "r ook ~ e e r s.terke vervcants,eh'ap met alle drie s,oorten t.,b. c. anti,genen, ela omgekeerd . Daaren tegen staan de chro~nogene bacillen geheel apart .

Tot zoover ,he,bberL wij~ onze p.roe'ven ingericht o m de vraag te kunnen beantwoorden, of de bacillen van Sidik uqt her �9 bilabsces le,prabacillen ziin.

Met .deze complementbin,din,gsproeven krijlgen, wij, slec,hts een aanduid, ing, dat de s tam S,id.i,k tusscher~ de t . b . c .bac i l l en stammen, en ,den leprab:a,cil s taat . 'Verder zien wij, ,dat konij,nen ant i lepraserum even sterk a,1 .de andere soorten antigen,en:,bindt, war niet te verwonderen is, immers 'het konij!n is ingespoten met lepr~abacillen, die. s.lechts 5 rain. in koken, d water gedood ~ijri; zij! zij,n .dan te ver.gelijken met volwaard ig antigeen met al zijn samenste l lende fracties. De bonte samenste l lende bouvcsteenen van den lepraba,eil zijin natuurlij,k ook terug te v inden in, ,her bacillen l ichaam van andere zuurvaste baci.llen in den zelfden zir~ als ~het vers.ch.ij,nsel, dat w,ij ziert ,bij~ de salmonella bacillen.

Dat an t i lepra-sermn vers,chillen,de antigen.en bin:den kan, is bover~dien reeds eerder bekend naar aanleid,ing van de proeven van Gouoher en Abrami, die .gevonden ,hebben, da t menschen- lepraserum een bindin.gsvermogen, met al lerhande ant.igenen ,be'zit, ~ooals met ,de s~spens,ie van typhus- , FriedlS.nder-bacillen, s taphylococcus aureus en van de gele sarcina.

d. Cornplementbin.dingspr,oeven, met m.en,s,ehen sera.

Ofsohoon d,us ,de complemen~,ir~dingsproevert met alcoho- lisc'h ant igeen ons, in 'her boven, gesc.hetste v raags tuk n.iet ve rde r

307

kunnen l~rengen dan met de reeds verrichte proeven, .hebben wij het ~nderzoek voortgezet met lepra pati/~;nten sera in de 'hoop andere perspectieven te krij~g.en,.

Het u,itvoeren ,van de reactie ges,ch.iedt, zooals met de k onij,n, en sera, doch met menschen serum wordt slechts met 1/10 cc serum gewerkt en het wordt verder niet uitgetitreerd. Met :de sera wordt ook tegelijkertij, d ,de reactie van Bordet- Wasserman.n met 'alc~holisoh runderhart-extract verricht. Het afl,ezen van beide react.ies gesch, iedt op dezelfde wijze.

Als antigenen gebruiken veij: eerst lepra-, t.b..c. 1773 en Sidik antigenen. Het resultaat is in de volgende tabel ('bldz. 308).

Met .het opzetten van de bovenstaan, de proef willen, wi] .nagaan of ,het lepra antigeen met menschen leprasera dezelfde reactie geeft a]s .de t.b.c., el~ Sidik antigenen. Zooals uit de tabel te lezen is, zij~n be.houdens in: enkele gevallen deze antigenen g,e'heet met elkaar gelijk te stellen..

l)aar het lepra antigeen heel moeilijk in groote hoeveelheden te bereiden..is, worden, bij., ,de verdere .proef met sera van leprozen ,ge,bruik gemaakt van de antigenen bereid van verschil- lende ztmrvaste bacillen. Om nogmaals onderling te vergelij,ken, .he, ben. wij~ .de reactie verric'ht, zooals ,i.n de vo.lgend,e tabel is verduidelijkt, zonder l epra-antigeen, terwij.l het antigeen van timothee-bacillen, bereid w,erden, uit den, gelen en w.itten stare err verder uitgebreid met antigeen Tan A Y, Tentu, Soekiban, Sarko, t. b. c. uit kip, uit pauw en uit runderen (ta,bel bld.z. 309).

Uit ~het bover~ verri'ohte ond:eraoeq~ is te concludeeren:, .dat het antigeen ,berei,d van timothee-,bacillen n.iet .zoo gevoel.ig is als de andere, terwij,1 de antigenen Tan A Y, Tentu, Sidi,k, t.'b.c. 1773, Soeki,barL en dat van rundert . ,b.c. II 'het beste resultaat' aar~wijeen.

Op grond ,~ervan geb,ruiken wij~ voor de verdere proeven .met patignten sera sleehts de antigenen Tan A Y, Tentu, Sidik, Soekiban en t .b.c . 1773, apart of meerdere antigenerr te,gelijk.

In ,de eerste ser.ie proeven vergeleken wij, aan den eenen, kant a.ntigeen~ bestaande u, it het aleoholiscal extract arleen en aan den an,deren ,kant antigeen ibestaande uit het extract plus de ,baci,llen suspens,ie. De u.itsla.g laiervan was, d a t e r geen verschil beston.d tusschen, de twee antigenen, ~ o d a t er afgeleid kan worden, dat de invloed van de bacill.enli0hamert als n.ihit ,be- sc.houvcd kan worden.

308

Vergeli jkingsproef ,der antigenen.

No. uit patienten-

boek

146 147 148 149 150 151 152 158 154 160 163 165 166 169 176 174 176 177 178 179 41 42 43 44 45 46 47 48 49 50 51 52 53 54 55 56 57 58 59 6O 61 61 63 64 65 66

Initialen der

patienlen

A K Mevr. G S P R T R D S S H R ] K S K T G H S Tj S W P S O L H M D L D D T X S H A P T S P S G H

contr61e 8 sera 1 serum 2 sera 9 sera

Diagnose Lepra

N 2

N! Ca + + + NI-2 Ca N2 C3 + C! N2 Cz-a CaN i Cz Na Ca + Cz~t CiN2 C3 C2 CaN1 C2N1 C2 C~ +-6+ Cs +++ Ca +++ Ca + + + Ca Ca Ca +++ Ca Ca ++.6 Ca ++-6 Ca Ca + C2--3 Ca ++ Ca +++ Ca Cs ++.6 Cs +++ C~ Ca 4- C2-3 Ca +++ Ca C= +.6 Ca

+

Antigenen

t.b.c.

+ + +

+ + + +

+ + + + + +

+ + + + + +

+ + + +

+ + + + + + .6++ ++-6

++-6 +

+ + + +-6+ + + + + + +

+ + + + +

+-~+ + + +

+ +.6+

+ -6+

-6++

+ +

Border Sidik Wasser-

mann

+ i - + + + ; + + +

+ + +

- - +

-6++ -6+.6

- - +

�9 6++ + . 6++ -6-6

+ + + +

+

-6++ +-t- �9 6-6-6 +-6-6 -4++ + + -6-6-6 ++-6

-6 -6

�9 6 + . 6 + .6+

.6++ -6§ .6++ +-6-6 - - �9 6-6-6 -6-6-6

�9 6 + + + + +-6+ -6++

- - + + + +-6+ + + +-6+ remt

- - + + + +-6+

+ + + + +

�9 6 + -6+

i positief

+ + - - neg~tief

r , O u

m

+.6+

+

+

+

+

+ +

309

N o g m a a l s v e r g e l i ] k i n g s p r o e f d e r a n t i g e n e n .

No.

6 R. C3 7 K. C3

8 S. C3

9 I. N2 L0 W . NI

[1 P. N3 L2 T. C3 L3 M. C3 [~ T . C3

L5 S. N3 L6 K. CI t7 A. N 3

L9 D . C3 ]1 R. C3 ),3 N. N 3 ]4 K. C3

]5 M. N3 ~.6 T . C3

]7 S. C3 ]8 W. C3

COIl" trSle l e e n l e p r . 10 serR

A n t i g e n e n

Timothee Soe- l .b.o.T.b G. T.b o. T.b o. ~ T a n T e n T.b.o. Sar - ,- A wit Sidik ki- uit uit uit o ~ y tu gee l 1773 b a n k o k ip pauw r u n d f u n d U

I I I I I I I I I - : ', I ' : ', : ', ', : ~ : ', ', ', I [ I ', ', ',

+ + + - I I I : I ', : : - I I I - I I I I : : ', I I + + + q ', ', ', ', ', ', : : I : : , ~' , ', : ', I I I -

+ - + - + + + - _ _

: II : : II I, + - - I I ', ', ' , I : Jl ', I I : : : ! I I : : : 1 1 1 I

i , ~ : ~ + + • ', : ~ : I ' : : + + + + ~ + ~ I I I

+ + + + - _ + - _ + -

I I : : I I 11 I : F I I I I I I II II II I I I I I I l I I I 11 I ' I l l [11 - I

+ + + + 4 - + . . . . + - _ i

+ + + + + - - ', ' , ' : ', ', i I I + : : ' L I + + + + I I I --

t l t i l - I - • - - + - H I I : q - - H - + - H - + + I I I -

Wij. he,ben on.derzo~ht sera van leprozen, van t. b. c. pati~n- ten en sera voor Bordet-Wassermann's reactie niet van leprozen als contr61e.

De leprapati~nter~ waren, afkomst.ig van .de C.B.Z. en de lepra-polikl.inie:ken Semarang, van de leprozerie~n Pelantoengan, van de polikli~tieken in ,her Regentsc, hap Blora en uit de lepro- zerie Semaroeng te Soerabaj;a. De bloedmonsters van de ]aatste leprozeninrchting werden in venules naar Semaran.g verstuurd zonder vermelding van :de diagnose der pati~nten, van wie her bloed af, getapt was. De uitslag van .het or~derzoek is ge~heel gelijk te stellen met de onderzoekingen der bloedmonsters der leprozen uit de :buurt van Semaran,g. Her onderzo~k van de sera u.it .de leprozerie van Semaroeng is tot stand gekomen door de medewerking van Dr. de Nooy en den Ind. arts Darwis.

310

,Het resultaat is in tabelvorm gezet.

l-Iet resultaat van de complement,bindingsreactie van mens~hen sera met antigeen 'bereid van zuurvaste bacillen.

Diagamse hantal Aantal

C, 9 7 C2 32 21 Ca 107 85

148 113

Nl 17 3 Nz 48 9 Na 78 9

138 21

CN 78 61

Contr61c B-WR-- 318 B - W R • 184

Tbc-Sera B-WR-- 78 B - W R + 81

Z ---- anugeen

z . +

~ Aantal

77.8 :J= 13.8 1 65.7 + 8.4 1 79.4 + 3.9 3

76.4 • 3.5 5

17.6 • 9.2 1 18.8 _+ 5,6 1 12.3 ~ 8.8 4

15.2 ! 3.-- 6

78.2 • 4.7 2

0.3 + 0.3 1 1o.3 • 2.2 2

10,3 ! 2.2 1 22.3 _+ 7.4 1

zuurvaste bacillen.

z . + z . - -

%

11.1 + 10.4 3.1_+ 3.-- 2.8 + 1.6

3.4 _

6 + 2.1 + 5.5 _+

4.3 +

2.5 +

0.3+ 1.1 +

1.3 + 3.2+

Aantal

1 I0 19

1.5 30

5.8 13 2.-- 38 2.7 60

1.7 111

1.2 15

0.3 ] 313 0.7 1149

13 I 69 3.1 18

%

11.1 ! 10.4 31.2 + 8.1 17.8 + a.7

20.2 _ 8.a

76.4 -[- 15.5 78.1 • 5.9 82.2 _+ 4.5

80.5 -t- 3.3

19.3 + 4.7

97.8 -~ 0,8 80.9 -t- 2.9

88.4 __+ 3.8 58.1 -[- 88.--

Eiger r e m -

ming

5 14

Wij. hebben eerst gedacht, dat de graad van de ziekte iv.xloed zou kunnen fiebben op den react iegraad en daarom vcorden de pati/~nten in de verschillen,de typen .en graden gegroepeerd. Doch het aantal tier ver tegenwoordigers van sommige groepen is te gering om apart in beschouwing te worden ,genomen.

Zoo he,bben wij, slechts 9 C1 en 17 N1 gevall.en, vcaardoor de procentage cij,fers statistisc~h on,gesohikt zi}n om vergeleken te wor.den met die der andere C- en N-gevallen. Op deze gronden worden ,de cij{ers gegroepeerd in d,ie van. C-, N - e n CN-vormen.

De contrSIe sera zij~ genomen ui~ de voor de Bordet- Wasse rmann ' s reactie toegezonderL sera en: ook speciaal aan- ge,vraagde t .b .c , sera uit de C.B.Z. Semarang en uit het t. b. c. hospitaal voor gevan,genen uit Am'barawa. Hierb~j hebben de doktoren Mej. Flaumen,haft, (]afar en R. Soemakno hun mede- werking verleend.

311

De verkre,gen cijqers tier contr61es wc~rden weer gegroepeerd in die met posideve en die met negatieve Borde t -Wassermann ' s reactie.

De uitslag wordt slechts ui tgedrukt in negatief, tw/jfeI- achtig er~ positief; in deze Iaatste zijn oo,k begrepen..de zwak- en de sterke positieven. Verder he,'b~n wij~ 'b.ij: de cantr61e no,g eenige eigenremmers.

Van .de 148 C-gevallen was d'e uitslag ,bijr 113 gevallen positief (76.4 % + 3,5) ~ij, 5 tw,ij.felachti,g (3.4 % + 1,5) en. bij 30 negatief (2.0.2 % +- 3,5).

Bij, de N-gevallen zij~n de cij,fers omgekeerd n.l. van de 138 N-vormen reag'eerden slechts 21 sera l~ositief (15.2 70 + 3) 6 sera twij:felar (4.3 % -+ 1,7) en 111 sera negatief (80.5 70 + 3,3).

De uitslag ,der reactie ,bij, de CN gevallen ,komt overeen met die der C-ty.pen n.l'. van 78 CN, 61 1~ositief of 78.2 70 -+ 4,7, 2 twij,felaclati,g .of 2.5 70 + 1,2 en 15 negatief of 19.3 70 -+ 4,7.

Uit deze cij~fers ,kunnen w~j, concludeeren, dat de complement- bindingsreactie ,bij, de C en. CN gevallen 76--78 70 positief, 20 % negatief enl 5 70 twij,fela, chtig uitwij~st, terwij~l wij: hij, her N-type 15.4 70 l~ositieven, 80 70 negatieven en 5 70 twij,t~lar uitsla,g kfijLgen.

Bij~ de contr61e Bordet-Was:serm,an.rL negat.ieve sera is de complemerlrObin,ding b~j! 97.8 % negatief, 0.3 70 twijfelac, hti,g en b~j. 3 70 positief ,met 5 eigen, returners. De 2 niet neg'atief reageerende sera waxen af'komstig van I~at*ienten met gonorvhoe, zonder Iepra noeh t. ,b. c . -symptomen te vertoonen; daarbij, dient opgemerkt te worden dat bij! de eerie de reactie slechts zwak positief en de an.dere twijqelachti.g was.

~Het l age #ositieve prooentage 'bij, de t. b. c. sera is wel te verwachten, omdat het anti.geen, het'welk ju,ist complement ~.indt met de t . b . c , sera volgen's Wite,bs,ky, KlirLgenstein en Kuhn in het alco'hol-extra.ct niet in .die mate aan~ez.ig is, zoodat deze onderzoekers hun antigeen berei den uit ,de bacil.len,, die zij met heete aloohol gereinig, d hebbem Daarente,gen zouden volgens ,hen .in ,het al.co.hol--extra, ct zich juist stoffen bevinden wel:ke reag'eeren, op de lues-sera er~ w~jt zien o ok bier, dat bij, 10.3 70 der Border-Wassermann positieve sera de reactie met ons anti,geen positief uitvalt.

Vergelijken wi~ deze resultater~ met die der an dere onder- zoekers.

312

Eitner was de eerste onderz.oeker, die complementbindings- proeven met waterig extract van een huidleproom als antigeen verrichtte. Bi.~ een lepra pati6nt was de reactie positief.

Oou.~her en, Aibrami gebrui'kten ~b.ij~ hunne proeven ook waterig leproom extract en verkregen een positief resultaat bij 8 lepra tuberosa en 'bij een geval van zenuw lepra.

Sugai ~bediende zich eveneens van waterig .leproom extract als antigeen; ,hi} 7 lepromen viel de reactie positief uit.

Serra verkreeg met zij,n lepra antigeen de navolgende uitsla.g: 6 positieven van 6 huidlepra; 7 . . . . 8 gemen,gde lepra en, 2 negatieven ,, 3 zenuwlepra.

Steffen'ha:gen ~ereidde waterig lepra-extract na ,de leproom opgelost te hebben met antiformine. Daarmede .kreeg h.ij 4 positieve reacties van de 5 leprasera.

Met hun waterig lepra antigeen kregen Bie.hler en Eliasberg zoowel ,bij huid- als bU zenuwlepra een positieve complement- bindingsproef. Her verschil tier reactie bij die twee .lepra ty0en is, dat zi} b.ij~ de tu,bereuze lep.ra sterker is dan ,bij~ de lepra-anaest.hetica.

Jeanselme en Vernes verri.ohtten de proef met alco,hol-aether extract van gedroogd lel~roo~n en verkregen.

6 pos,itieven bij. 6 ,huid lepra en 1 positief ~ijt 4 zenuw lepta

Recio gebruikte alco,hol-extract van ,leproom als a.nti:geen en verkreeg van 14 tu~be.reuze -r 13 positieve en van 4 zenuw lepta slechts 1 positieve en 1 twij:felacktige en, 2 negatieve reactie.

De resultaten van Baermann en Wetter, die ook alco'holisch leproom extract getbruikten~ waren 70 % positief bij. huid en 50 p~sitief (meestal zvcak) ,bij, de zenuwlepra.

Ofschoon dus de wijze van antigeen bereidin,g nogal ver- schillend is, is er toch een, zekere overeen,komst op te merken tussohen de resultaten van Se,rra, van Jeanselme, Vernes en Re.cio eenerzUds en de onze anderzijds.

In de laatste aren z_;ij~a deze proeven nagmaals door ver- schillende onderzoekers ter hand genomen, naar aanleiding van de vooruit, gang i.n .de bereidin.g van t. ,b. c. antigeen volgens Witebsky, Klngen.stein en Ku.hn. Dit antigeen, bedoeld voor het onderzoek van t .b .c , sera, ,bleek ,heel specifiek (in ~het kader

313

van groeps,pecifiek) in te werken o9 lepra-sera. Nadat Witebsky gewezen heeft op hun goede resultaten, wordt door Joshio Aoki en Kitoshi ook lepra-antigeen be.reid in n.avolging van her voorsohrift van Witebsky c.s. Als resultaat ~heb~ben de laatste onderzoelcers in Japan, bij' 16 huidle~r'a 3 sterk positie~,e, 8 zwak positieve en 5 tw~jfe,lachtige ~bindin:gsreacties, bij. 14 zen.uwlepra viel de proef 1 X sterk positief, 8 X ;zwak positief, 3 X tw,ij.fel- achtig er~ 2 X negatief uit.

Met Wite,bsky ,c.s. antigeen zijn de resultaten reel beret: n.l. sterk positieve reactie kregen zij bij~ 8 :huadlepra en ~bij: 9 zenuw- lepra, terwij,l slechts 1 huidlepra t w~jffelachtigen uitslag gal.

O,o,k Brant ~verkte met Witebsky antigeen met een be- vredigend' resultaat: n.l. 50 positieve bij', 51) huidlepra, 4 positieve ,b,ij 4 gemegd .er~ 20 .positieven, bij 26 zenuwlep.ra.

Otto O. Bier en K~te Arnold werkten ook met antigeen van Witebsky c.s. bij, een paar honderd lepr,ozen en verkregen een resultaat als in de volgende tabel.

Positief Klinische vormen Aantal aantal % nervosa 14 8 57.1 cutana 31 29 93.5 mixta 155 146 94.2 insipiente gevallen 72 32 44.4

Uit de resultaten van vers.chillende onderzoekers is te con clu.deeren ,dat voor het stellen van de diagnose lepra de com.plemenetbindingsreactie met ,het antigeen Witebsky c.s. van ,groote ,beteekenis is.

Werkt .ons antigeen niet zoo gevoelig als dat van Wite,bsky c.s., toch kan ,met her dgor ~ns 'bereide alcoholische extract van lepra of t.b.c, bacillen een reactie verricht worden, die in ,bepaal.de gevallen, voor de differentieel diagnose tusscherL ,de h u i d - e n gemengd lepra eenerzij,ds en zenuwlepra anderzij~ds van belang kan zija, naar gelan.g de reactie positief (76--78 ~o bij de eerste twee t y ~ n ) of n egatief (81)% bij4 het laatste type) u.itval.t.

Verder 'kunnen, w~j daarmede aantoorLen, d a t e r een. ,bioche- misch verschil bestaat tusschen de t y ~ n huid- en .gemengd- lepra aan den eenen en her t y ~ zenuwlepra aan den anderen kant.

314

!1. Vergeli]tdng tusschen de resultaten der complementbindings- reactie met extract van zuurvaste bacillen en die met

aIcoholisch extract van runderhart bestemd voor Bordet-Wassermann's reactte

met theoretische beschomv#tgen.

In een. la,boratorium, waar het verrichtent van de Bordet- Wassermann's reactie tot :bet routine werk ,behoort, is het wel haast vanzelfsp, e:kend, dat avij; de sera, bij~ welke .de reactie met zuurvaste bacillen-extra.ct gedaan wordt, ook t.oetsen aan de reactie van Bordet-Wassermann. Doc, h onmiddellijk laten, wij h,ierop vol,gen ,de mededeeli.n,g dat v~ijj ,Nj, de leprozen met posi- tieve Bordet-Wassermann's, proef niet nagaan, of ze wel lues of framboesia ~he,bben. Wij: hebben ons ~eperkt tot ket verricht.en der twee reacties bij)de sera..

Reeds in 1906 fleeft Either op taet feit gewezen, dat leprasera pos]tief reageeren op antigeen, besteand voor Bordet-Wasser- mann's reactie. Sedert dien wordf de proef door vele onder- zoekers herhaald en, uitge,breid; zijl konden over bet algemeen Either bevestigen.

Statineanu en Danielopoulo gebruikten syp'hilis-leverextract en kregen, 11 positieve reacties, bij! 21 sera..

Qeorg Meier ,bediende zich van waterig luetis.ch leverextract. Zijn resultaat was 9 X .positief bij; 13 ,huidlepra en 10 X negatief bij 12 zenuwlep.ra.

Ook Bru,ck en Gessner .hebben zoowat dezelfde verhoudingen gekregen n.l. 5 posifieven b ij~ 7 huidlepra en .geheel negatieven 'bij 3 maculo-anaesthet.isc,he lepra.

Het is. ondoenlijk om alle schrij:vers (o.a. A~ker'berg, Alm,kvist en Ju.ndell, Azua en Covisa, Ehlers. en Bourret, Weehselmann en G. Meier), .die de reactie van Bordet-Wasserma.nn ,bi} lepra be- ,p~efd. 'herb:ben, aan te halen.

Het is wel ,op te merken, dat de eerste onderzoekers niet vermeld 'hebben of ,hun procentage positieve cij~ers n.iet ,beinvloed zou kunnen., zij~l ,door 'het ~bestaan van menginfectie met syphilis .'bij de lelnozen..

Zuivere ,berekening .:heb~en Baermann en Wetter in 1910 getraOht te ~ereiken door ook flet procentage van de Bordet- Wasse~,mann pos,itieven bijp de contr61e niet-lepreuze ,personen te bepalen en dit getal van ,het procentage positieve reacfie bij, de

Zwarte aap (Semnopilecus maurus) submuceus inge/2nt op den bodem van de rechter neusopening.

Rechter bovenkwab pneumonie bij de, met bacillen Sidik uit bilabsces ge~nle Semnopitecus maurus.

Milt 34.53 gr. van cavia ge/2nt met longmateriaal van Sidik.

,',lilt 10.80 gr. gevlekt uiterlijk, van cavia ge~nt met zu, vaste bacillen Sidik uit Iongmateriaal.

De nieren van patient Sidik. De linkernier met kaashaard.

315

.leprozen af te trekken. Deze. o.nderzoekers .gebruikten~ alcoholisch lues-leverextract als antigeen en, veI~kregen b~j, 124 tubereuze en ,gemen'g~de a, o rmen 80 of 65~o er~ Jb,ij~ 16 zenuwlepra sleohts 8 of 50 % ,positieve reactie. Dit proc.entage dien,t met 25 % ver- minderd te worden, omdat 25% .der contr61es niet-leprozen, positieve Border-Wassermann vertoonden.

Daarn,a pu,bliceerde Bloorn'berg in 1911 bet re,sultaat van zijn onderzoek ,over de~e reactie ~,ij! syl~hil.is, lerrra ell' framboesia met de opmerking, dat de 9.ositieve Bordet-Wasser.mann bij leprozen+ oo.k veroorzaakt ,kon worden door lues of framboesia, vooral in stre'ken~ waar fram,boesia reel vc~orkomt. Volgens Muir is h.et n.iet zeld.en ,gebeurd, da t latente lepra ten, gevolge tier complicatie met sypthi,lis tot manifestatie komt.

Betreffende de techniek Mees Sc'hiiffner er op, ,dat her alc~h.olisc,he hartextract te prefereeren is boven het waterige phartextract, omdat ;het eerste ,minder +de onspecifieke reactie met lepra~era ver~oont dan ,bet tweede..

Ko.lmer daarenteger~ t r a ~ t t e arlti,geen te bereiden, 5estaande uit alcoholisc,h extract zorLder toevoeg.ing "can c~holesterine of lecithine en bet complement te doen binden gedurende 18 uren op 6 ~ Celcius, met ~het doel om alleen reactie te krij+gen met 1-ues, doc'h niet met lepra sera. Met deze methode verkregen Kolmer en Denney g oheel, negatieve reacties ~j~ 12,5 lepta, d.ie niet aan lues leden; bij~ 27 leprozen, met sy~+hilis was de reactie positief. Negatief was +de reactie ,b~j: 6 lepro.~en,, bij, wie syp'hilis slechts verauoed werd. Deze reeCho.de va,n .onderzoek zou volgens .de ~beide onderzoe,kers een even sI~e.cifieke uitslag .geven al,s de reactie .van K,a,h,n.

Ook Pineda el~ R,oxas Pineda pasten Kolmer's met,b_ode toe .hi} 250 leo,rozen,, d,ie klinisclL noah anamnestisoh aan lues of fram'boesia led, en, en vonden stec'hts ~b~j+ 18 ,patR!ntel~ of 7.2 % positieare reactie.

Later trachtten deze .onderzoekers de com.pli,catie met syphilis of framboesia aan te toonen .door de toepassing van de reactie van Kah,n, ,die alleen: post/tel zou reageeren, 09 ,de compli- ceerende s.pirochaeten infect,ie. Deze meening is echter niet .door Ryrie, La,m~e en~ ,door Soule gedeeld.

In dezeIfde inri~hting waar Pineda en Roxas Pine.da hun onder~oekingen verric'ht .heb,ben, paste Soule .de complement- bin,dingsreactie volgens Ko.lmer .en~ daarnaast ook de reactie

316

van Kalhn toe. Hij, kreeg bij, 615 sera van ,h.uidlepro.zen~ zo,nder lues, 109 X sterk en 5 X positief ,of 18.5/~ met me~hode Kolmer en verder 121 X sterk en 70 X positief of 31 70 met meth.ode Kahn. De procentages z,ij,n ~34j~ 54 legrozen in her reactie stadium n,og hooger n.1. respectievelij,k 35.2 ~o en 33.4 700.

Welke beteekenis men, de reactie van Bordet-Wassermann bij de lepra ook toekent, heb~en, vele onderzoekers wel o~,er- eenkomende resu.ltaten in alien zi,n, dat de procentages der positieve rea'ctie bij de huid- of ge~nengde lepra grooter is .dan bij de zenuwlepra. Onze cijffers~ verduidelij'kt in .de volgende ta.bel, kunnen, z.ich wel aansluiten bij die tier vele onderzoe,kers.

Vergel i jkende result.aten der react ies met an t igeen zuurvas t e baci l len e n met ha r t ex t r ac t voor 'Bo rde r -Wasse rmann .

Aantal

N! Nz

Ns

N

CN

Totaal

9 32

107

148

17 48 73

138

Typen

Cl

C2 Cs

C

78

364

BW--

4 2 13 8 41 43

58 58

2 1 4 8 7 2

18 6

33 24

104 83

Z - Z - Z + I z + Bw- Bw+ Bw_+ nw+

1 - - 1 9 1 - - 1

17 2 1

27 3 2 1

12 1 33 5 2 1 48 12 8

93 18 2 4

14 1 4 1

134 22 8 6

Z + Z + Z + BW• BW--

3

-- 4

1 m

113 of 76,4 %

21 of 15,2 %

6l of 78,2 %

195 of 58,5 %

BW+

57 of 88,5 %

28 of 202 %

26 of 83,8 %

111 of s0,5 %

W.ij~ krij~gen, n.I. bij, 148 C gevallen 57 X of 38.6 7o posifieve Bordet-Wassermann ; ,b~jl 78 CN ge~allen is her cij,fer lets hooger n.1.26 X o.f 43.6 % ; daarente~en kregen ~r ,b.ij~ de 138 N ge"callen slechts 28 X of 20.3 70 positief.

Ofsohoon wij boven, reeds me'Iding hebben gemaakt, dat w~ geen onderzoek v,erric'ht ,hebben, in ;hoeverre de onderzochte leprozen o.ok co,mplioatie met lues of framboesia hel~ben, tooh kunnen wij. tot een conclusie komen, wanneer m e n het volgende feit in aanmerking neemt.

In 1936 werden 16002 X bloed naar bet Af.deelingsla'bora-

317

torium van Semarang ~gestuurd ter onderzoek op de reactie van Bordet-Wasserman:n. ET werd zeker bij, de pati6n,ten, van wie het bloed ter onderzoek is gestuurd, gedacht aan infectie met lues ,of framboesia. Van 16002 sera was de recatie bij 6323 positief of 39.5 ~o.

H,ier is her procenCage der positieven haast ,gelijk met dat bij, de huid- en de ge~nengde-lepra. Het is daarom wel 'haast niet aannemelij~ dat de hooge procentages der positieve reactie ,bi~ C en CN lepra-gevaHen veroorzaakt zouden worden alleen door .de compliceerende spirochaeten infecties, ofsc,hoon het voor- komen h.iervan ~b,ij een: ze,ker gedeelte der .door ons onderzoch,te leprozen niet te ontken~nen is.

Houden wij, dit felt voor oo,gen~ dan komen wij evenals Lampe, Ryrie en Soule tot de overtuiging, dat lepta alleen, tot een zeker proeen~age oo,k wel positief .met lues reacties reageeren karl.

H.ier constateeren wij', evenals de vroegere onderzoekers, her grooter procentage tier positieve Bordet-Wassermann 's reacties bij ,de C en, CN gevallen dan ,bij, de N vormen ; t.och zijla de cij.fers bij de ,huib- en gemengde typen weer belangrij,k kleiner, dan die verkre~gen: bij de proeven, met gebruikmaking van extracten, der zuurvaste 'bacillen.

Nu w.ij~ de resultaten van o.nze complementbind,ingsproeven in verband met de lepratypen gerangschikt en voorzien, van enkele beschouwingen gegeven heCeben, meenen wij volledig- hei.ds:halve de resultaten van een theoretisch standpunt oo:k te moeten, ,bekijken. Daartoe dienen w,ij', uit te gaan van de bereide antigenen.

Het eerste antigeen 'bestaande uit her alcoholisohe extract van zuurvaste baci.llen, 'bevat ,be,halve .de in oplossing overgegane vetachtige of l,ipoidachtige niet sp~cifie,ke bestanddeelen dezer microorganismen, ook de specifieke stoffen aan deze zuurvaste bacil.len eigen. Wel meent Prausni tz dat alco,holische extracten sleohts de onspecif, iek wer,kende bindingsstoffen bevatten, waarom lfij, juist de alco,holwasschingen voor her reinigen, der specifieke an,tigenen aanbeveelt; doch .de onderzoekingen van K. Meier, Much, C.itron, enz., wij~en op :het tegendeel en~ H. Sachs komt tot de conclusie, dat ba.cteri/~n oc~k lipoiden bezitten, die deels onspecifiek, deels specifiek en zelfs sores soort specifiek werken.

318

De aanwezigheid van .de .lipoidachtige lichamen in her extract, in het eerie meet dan in het andere, is te vermoeden, door het onts,taan van apalescentie 'b~j'. ;het samenbrengen van her extract met zoutsolutie. Deze onspecifiek werkende lipoiden zi]n volgens Witebs:ky c.s. en B.lumenthal de lastige stoffen,, die bij hun onderzoekingen gericht op bet zoeken naar een gesc'hikt antigeen om met t .b .c , sera te doerL reageeren, parten spelen, omdat .deze sloffen o0k com,plemen.t absorbeeren in samen- werking met lues sera, wat ons antigeen met 10.5 N dezer sera ook doet.

De veer de zuurvaste bacillen specifieke lichamen reageeren d'aarentegen slechts o9, eel~ gr.oep immuunstoffen, welke in ,her liohaam tot stan,d gebracht w,orden tengevolge van de innesteling of i.njecties van zuurvaste bacillen.

Zooals wij. boven b~j de reeks proeven met .konijnen gezien hebben, welke ingespoten zij,n, met zuurvaste bacil,len, reageeren de sera der proefd,ieren o,p ons antigeen. Deze reactie kunnen wi} 5esehouwen, als, een specifieke binding van antigeen en antistoffen. Daarentegen kunnen wii deze reactie niet identiek achten met ,de pos.itieve complementbindingsproeven ,bi]' 10.5 der Wassermann-posit ieve contr61e sera b,iji gebruikmakin.g van hetzelfde extract. Deze laatste worden, tot de onspecifieke labiliteitsreacties .gereken.d, waarvan her ontstaan te danken is aan de labiliseering tier eiwitlichamen', eerL verschuiv,ing van albumine-globuline spiegels ten ,gunste -,ran de glgbuline. Deze toes taM .is te vinden niet alleen bij: versch, il,lende cJhronisohe ziekten met weefselverval zooals .bij. carcinoom, lues, lep,ra t. b. c., doch~ ook bij: graviditeit. De in la,biele toestand verkeeren.de globuline moleculen. ,klonteren onder invloed van .de toevoeging van ~roor deze reactie geschikt gemaakte lipoiden samen, sorns tot zichtbare vlokken, ,die dan tegelijk her complement binden.

Boven is trier een enkel woor.d aannemelijJk gemaakt, dat de reacties met de konijnen sera teweeggebracht ~ij~l door specifieke imvn,uun, stoffen; vo,oral als, men ook a,naloge voorbeelden vindt zooals b~]l ,her bereiden van koni}nen imm~aunsera veer diagnos- tische doeleinden tegen andere microo.rganismen, is de verklarin~g zeer plausibel. Bovendien fiebben, wij; eerL wevkmethode gevol:gd, .waarbij .de sera tot den eindtiter verd,und worden. In deze minimale hoeveel,heden sera zou volgens H. Saohs de ons,peci- fieke labiliteitsreactie te verwaar.loozen zij.n.

319

Is dan de reactie nu met sera ,der leprozen, in vcier lichaam reeds jarenlang .de zuurvaste bacill, en, zich genesteld' 'hebben, met d:e optreden~de -versch,uivin.gert van glo,buline-albu,rrfi.'ne waar- schijha.l.ijk oo,k van lipoi.der~ sNegels in het bloed, wel. gelijk te stellen, a-net .de reactie hijl de sera der konijnen, die slechts een paar maand:en, behan,deld zijaa met doode zuurvaste bacillen?

Ore. deze vraa~g te i:~an,twoorden hebber~ wij' gemeend een proef op te zetten, die door H. Sachs, Klopstoek en Ta'kenomata aanbearolen, wordt om .de specifieke van de onspecifieke comple- mentbindingsreactie te kunnen onder.kennen.

Volgens Takenomata zou de la.bi.liteitsreactie uitgesohakeld kunnen, worden als de te onderzoeken sera verwarmd worden c~p 620--65 ~ Deze methode achten, wij ~ ongesehikt ~oor de toepassing, omdat sowanige Iepra sera err ook Iues sera bij, deze temgeraturen reeds dik vloeibaar w~rden.

I3e andere methode, oek door ti. Saehs c.s. aanbevolen ter voorkeming tier onspecifieke reactie is. ~het inwerken van antigeen., complement en h.et te onderzoeken serum te doen plaatsgrij,pen op temoeratuur van 0 ~ Kolmer .daarentegen laat .de reactie 18 uren 'Njl 6 ~ ver.loopen..

N~ h.ebben wii deze proef verricht, waarbij: de .inwerkings- d~ur slect~ts 21/2 u ur was bij, 0 ~ Het resu.ltaat hiervan is als volgt:

De ,proef oll de specifiteit der comglementbindingsreact ie .

, Serum + compl. + antigeen �89 uur op 87 ~

Serum + compl. + antigeen 2�89 uur. op 0 ~

No, Initialen Diagnose Antigenen Antigenen

Sidik Tentu Contr61e

+ + + + + + + + + - -

+ + + ~

+ + + +-+-+ - -

-4-++ + + + + + +

+ + + + + +

+ +-++ +

1 Sa C3N~ 2 Ta C3N3 3 Tad C3 4 Do N3 5 To C3 6 Ser C3 7 Sam (:3 8 Sarm C~ 9 Soe C2

10 M ak C~ 11 0 Cs 19, Kees N~ 13 Sock N~ 14 W CI 15 Goet Cs 16 Ho C~

Sidik

+ + + +

+

+ + +

+ + + + +

++-b

+

Tentu

-b-k+ - - +

+ +

+

• +

320

Bi~ ~het 'bekij,ken dezer tabel .dient in aanmerking te wordeu genomen,, dat het ant.igeen Sidi~k belangrij:ker is dan dat van Tenfu-,bacillen, omdat deze laatste votgens .de cultuureigen- svhappen tot de sapr.op.hytische zuurvaste bacillen behooren.

In de beide kolommen van antigenen Sidik zien w'ij, bij sera No. 1, 5, 6, 7, 11, 12, 13 en 14 geen, verschil betreffende den u.itslag; Jbij sera .no. 3, 8, 15 en 16 is de reactie op 37 ~ s terker dan op 0 ~ .daaren,tegen ,bij' sera no. 4, 9, 10 is zij; op 0 ~ beter dan op 37 ~

Volgens de ziensw~.ij~ze van H. Saohs zou dan de binding van antigeen Sidi~f met de lepta sera bij, onze proeven als specifie,ke immunifeits, rea.ctie te besch.ouwen zij~n. Deze binding gesehiedt soms op 0 ~ beter .dan op 37 ~ ('bij~ sera no. 4, 9 en 10). Dit verschijnsel is ook eerder .door H,. Saehs op,g'ecnerkt.

Dat daavbij; de onspecifieke labiliteits rea,ctie .ook een rol speelt, ofschoon heel gerin;g, zien vcijL in het feit, dat de reactie bijr sera no. 3, 6, 15 en 16 op 37 ~ sterker is. dan op 0 ~

Wanneer men het resultaat van de proev.en met her ant.igeen Tentu op de beide temperaturen vergeI,ij,kt, dan is het opmerke- lijk, dat de reactie op 0 ~ vrij,vcel tbij. alle positief reageerende sera belangrijk minder is ,dan op 37 ~ waaruit geconcludeerd kan worden, dat de invloed van de labiHteitsreactie hier grooter is dan :bij, het antigeen Sidik.

Bij her aannemen van ,her ,bestaan van specifieke en, on- specifieke complementbinding bijt gebrui.kmakin,g van alc.oholisch ext rac t van zuurvaste bacillen en, op grond van onze proeven bij de tempera turen van 0 ~ en 37 ~ ,kunaen wij' .de gevolgtrek,king maken, dat al de positieve proeven, met de antigenen, bereid van zuurvaste bacillen, o p a l .de lepra sera h.oofd'zakelij'k teweeg- gebra, cht worden door de s,pecifieke imnauniteitsrea,ctie en slechts voor een gering deel tot stand gebracht door de onspecifieke labiliteitsreactie.

Tot dezelfde conclusie n.1. dat de binding van Witebsky- antigeen met lepra sera te 6es.chouwen is als ,die tussch,en werkelijk antigeen-antilichaa,m, komen~ ook Otto G. Bier en Kfite Arnold als zij, de reagin,en, in lepra serum met her genoemde antigeen, konden a,bsort~eeren, ofsc,boon .de methode van onder- zoek wel valt te becritiseeren.

Gaan wij nu over tot het bes,chouv~en van de Bordet- Wassermann ' s reactie ,bij de lepra.

321

Het .door ons gebruikte antigeen is het alcoholisc.he extract van een normaal runder,hart met toev.oeging van ,eholesterine.

Het vermo,gen, van dit orgaanextract om comglement te binder~ is volgen,s H. Sach.s toe te schrij~en:

1. aan ,her gehalte aan S.l~ecif.iek antigeen en door de aangegane reactie met specifieke li.chamen;

2. aan bet ge.halte aan lipoi.d antigeen, dat inwerkt op l.ipoid antilich~men, zooals ~het geschiedt b~j de binding met menschen, luessera;

3. aan her ge,halte aarl ,pseudoanti,ge.en, dat een reactie aangaat met de in labile toestand verkeerende globuline.

De .door ons verriehte laroeven, van Bordet-Wassermann door de inwerking van ,her al, co~holisc.he runderhartextract met de sera der leprozen kunnen onmogelij,k gerekend worden tot sub 1 ; h.iermede wordt i.mmers bedoeld eert rea.ctie, welke zou ontstaan door de binding van ,het antigeen, in ons geval b ereid van runder.hart, met an,tiserum verkregen van proefdieren, na inspuitin,g met materiaal van hetz~Ifde hart.

Aan den anderen, ,kant, gezien 7aet felt, dat leprasera binding kunnen aangaan met verschillende antigenen' (Gaucher, A~bramie) wel.ke met lepra~bac.ill.en niets te maken hebben, ,kunnen, wij onmiddell,ijJk de meening onderstrepen, dat de reactie van het .hartextract met de :lepr.asera behoort tot de onspecifieke labiliteitsreacties, indien, de ,patient, van wien. ~het serum onder- zocht wordt, alleen aan .lelara lij,dt, welke niet gecompliceerd wordt door lues of f ramboesia.

Hetyben de te onderzoeken sera lues- of framboesia-reaginen, dan rekent H. Saohs de react.ie niet meet tot .de onspecifieke reacties, do.ch tot de inwerking van .lipoidantigeen o,p lipoidanti- liehamen,. Deze opvatting is gegrond o13 de opvatting van auto- antilichaamvorming, een t'heorie die eerst door Well en, Braun geponeerd wordt. Door de .belangrijke proeven van Sachs, Klopstock .en Well, wordt aannemel,ij~k gemaakt, dat gedurende de infe.c~ie met lues (of framboesia) waarbij de lichaamscellen gedestrueerd ~r de vrij~ ,geworden l.i.poiden, zi.ch: met de at~braakproducten .der spirochaeten binden tot vcrlwaardig antigeen, dat weer inwerkt op chet li~haam, waardoor antistoffen ,gevormd worden. De vrij, gekomen, lichaams,lipoiden ontstaan ,bij de cel.lenafbraak, zouden dan teruggevonden worden in de extracten van .de hartspieren. Dit extract, door Landsteiner

322

hapteen g,enoem, d is in staat een, binding aan te .gaan .met lipoid antistoff, en (reaginen) in ~et luesserum, zooals ,w~j zien bij Bordet-Wassermann 's reactie.

Deze voorstell'ing van zaken is. tbela.ngrij~k verduidelijkt geworden door de grondige studie van Forssman's~ .heterogene- tisch antigeen ,door Landsteiner c.s. verrioht.

Daar onder .de ,paar ,honderd on,derzoehte leprozen, zeker pati6nten aanwezig zAj~, die ,be'halve ,lepra o6k lues of fra~boesia hebben is de positieve 'Bordet-Wasserman,n's reacfie ,bij, deze personen te besoho.uvcer~ als ,de inwerking van 1.ipoidantigeen o,p lipoidantitichamen volgens, H. Sachs.

Wanneer wij; de ,bel'angrij,ke totalen der ,cij,fers van .de tabel (pag. 316) bekijken, dan zij~ van 364 leprasera

A 104 sera alleen positief met antigeen bereid van zuurvaste bacillen en, nog'atief met runderhart extract; dit beteekent, dat in de sera sleohts antiliohamen tegen zuurvaste bacillen aanwezig zij~ met een gering gehalte aan de onspecifiek reageerende globulinen,, die zich met de onspecifieke deelen van .hetzelfde antigeen b,inden; lues of framboesia reaginen wij~ hier af~wezi,g.

B 83 sera positi,ef naet ,bei.de antigen,en; deze reactie is toe te schrijFcen aan:

I antistoffen ,en glob~linen zooals ,bij s.ub A en .daarenboven hut voorkomen van lipoidantistoffen (LH. Sachs) in een ,gedeelte der sera at~kamstig van leprozen, die met lues of framboesia behept zij,n;

II antistoff,en en glo'bulinen, zooals bij. sub A en daar.en'boven dat nog andere in la~bielen toestan.d verkeerende globu- linen, welke met het har textract een ons.pe.cifieke reactie vormen; deze sera ~ij~n a~komstig van l.eprozen zonder complicatie.

C 22 sera negatief met bet zuurvaste bacillenextract en positief met het hartextract, dit is toe te s~hrij.~en aan:

I de afwezig'heid van in sub A .genoemde antistoffen en globulinen., doch aan her voorkomen van lipoidar~tistoffen (H. Sachs) in een gedeelte der sera afkomstig van ,leprozen, die ,bovendien aan lues of framboesia lijden~;

II de afwezig.heid van .in sub A genoemde antistoffen en gl~bulinen, doch aan ,het voorkomep, van onspecifiek

323

reageerertde glob,uli.nen, op orgaanextracten; deze sera zijaa afkoms.tig varL leprozen zonder ,complicaties.

D 134 sera negatief met beide antigenen; deze zi~n~ vr.ij, van reaginen.

Wat verder gevonden ~ ~al ~ o r d e n in de rest der sera is af te leiden uit .het bovenstaande.

Uit bet resultaat van boven verrieht onderzoek k'unnert wij tot ,het :besluit ,komen, dat in de leprasera azersch'illende anti- lichamen en versohill,ende in labiele toestand verkeeren.de globulinen naast el,kaar voorkovaer~.

In groote lij,nen, bij ~ her verklaren azan de reactie van Bordet- Wassermann voldoet de theorie van H. Sa~.s c.s. uitsteken.d; ondanks dat is to~h de immuniteits~heorie (sensu strictiori) en de ohemisch-physis.che t'heorie nog niet geheel van ,de baan.

Samenvatting en Concluste.

Bi) een lepra patient, type N3 met positief l'eprabaciHen, in bet neussl,ijqm, d.d. 11 Mei 1932, in de C:B.Z. Semarang opge- ,nomen., die behandeld werd met intramusculaire insp.uiting van ohau.lmogra ol.ie en later ,gejo.deerde aeth,ylester-chaulmograe, ontwik,kel.de zioh ultimo Jul'i op de entplaats e.en, bilabsces. Het puctaat hiervan, dat vol met zuurvaste bacillen zat, vcerd in cultuurmedia (Lubenau, Sauton enJ Kiroh.ner) ge~at en ,bijl ca~eiae ingespoten.

Na twee weken bebroeden, werd een. welige groei op de Lubenau voed,ingsbodem en lets a-ninder op .die van Kirchner geconstateerd, waardoor bij, ons onmiddel,lij~k de vraag opkwam: ,,Hebben. wijJ hier met lepra- dan ~el met t. b, c. ,bacil'len te do,en?"

Op grond 'hiervan werd nau~keur ig nagogaarL of de patient ook niet aan t. b. c.. leed.

De R6ntgen-foto van het ~bekken vertoo.nd, o een opheldering vermoedelijk van ,bet os ilium: bij! de articulatio iliosacralis. I-Iier werd gedacht aan t.b.,c, caries. Her bilabsces zou dan een verzak, kingsabsces, alkomstig van dat proces, kunnen zij,n.

Docah de mogelij,k, heid was ook n.iet uitgesloten, dat her bilabs,ces door .de woekering v-an leprabacillen, ontstond~ die, af.komsti,g van de neus, door .de bloedbaan verspreid zij,n.

Ultimo September 1932 waren in de longtoppen crepitatie en

324

op .den. rug overal ronohi gehoord. Het sputum bevatte nog geen zuurvaste bacillen.

Drie maanden l'ater in i)ecember 1932 werden, de longaf- wij~kingen d.uidelij~ker. De RSntgenfoto vertoonde in beide longen uitgebreide kleine ronde vrij., scherp omschreven vlekjes egaal versl~reid, die bier en daar ,met elkaar conflueeren. Het geheel had bet aspect van een. honingraat.

Het sputu~n 'bevatte nu 'zuurvaste bacillen. Een cavia hiermede intraperitoneaal en twee ,cavia's sub-

cutaan en intramuscul'air ingespoten na observatietijd van 1/2 tot 1 jaar, vertoor~den geell afwij,ki~ngen in .de organen. Een passage- proef met i,ij,n :geknipte longen., er~ liesklieren van 66n dezeT caviae en ingespoten bij~ een vierde cavia gaf afwijkingen, in her laatste proefdier te zien, .die 'lij~ken op t . b. c. veranderingen.

In Februari 1933 kreeg de patient aan beide liezen bubo- aden, iris veroorzaakt door zuurvaste ga.cillen, die overging in verweeking.

In April 1933 vertoon,de de pati/~nt .haematurie met zuurvaste baciller~ in de .urine. De cavia :met de urine ingespoten succom- beerde met zuurvaste bacil'len in de lon'gen en liesklier. 'Hier is der,halve een. duidelijtk positieve caviaproef op t.b.c..baccillen.

De toestand ging langzaam aOhteruit en de patient stierf op 19 December 1933.

De reactie van v.on Pirquet tijldens .het leven verricht, was positief, ,die door ons van weinig waarde geac~'ht word,t.

In de periode vanaf 'begin van de opname ultimo Mei 1932 tot aan de ontwikkeling van bet bilabsces in September 1932 was bet liohaamsgewicht van den, patient slechts van 47,8 KG tot 47,2 I(G ~ ged,aal'd. Hierna ging bet gewicht Jn September 1933 d.i. dus een~ jaar later, langzaam achteruit tot 42,5 KG.

De tem,peratuur en pols waren, tot de vorming van het bilabsces steeds normaal. Hooge temperaturen 'had de patient nooit ,gehad, behalve op 4 December 1933, toen .de temperatuur tot 39 ~ steeg.

De bIoedbezir~kin:g" was onafgebroken .hoog, bo.ven 63. Bij de sectie waren gevonden: atropihische tong, een dub-

beltje groote ulcus op de epiglottis, eer~ cent groote carverne in de linkevbovenkavab van de long met overal verspreide grijze bronchogene haardjes, vergroeiingen van de longen met de borstkas, vergroote bronchiale lymphklieren; lever met hobbelig

325

o p ~ r v l a k met vas,te consistentie; de lin/ker nier was verschrompel'd,, bij~ doorsnede geelwitte haarden te constateeren.

t~i~ .h, istologisch ~onderzo.ek ziju tuberkels gevonden, in ,de lon gen, lever enq in de linker nier..

De cavia inges,poten met bet lo,ngmateriaal s.uccombeerde met orgaanveranderir~g, en als door t. b. c. 'baecillen veroorzaa.kt. De ~ i l t is 34.55 gr. zvcaar.

Een stare van zuurvaste bacil'len werd ook uit her long- materiaal van Sidik gecultiveerd.

W i} ,hebben der.halve twee s tammen van zuurvaste bacillen culturen van pati/~nt Sid,ik

le. uit ,her ,b,ila,bsces en

2e. uit de 1,on~en.

De cultuureigenschapgen der .beid'e s tammen op Lubenau, Sauton, ~glycerinebouillon voed,ingsbodem en de morphologie der ba.cillen gelijken op die der gewone t. b. c. bacillen,.

Daaren~tegen, is er wel een :groot versohil in 9at~hogeniteit tegenover cavia tusschen de beide s,tarnmen te constateeren,.

De directe subcutane en intramusculaire entingen met de stam uit her b~labsces verwekten bij~ de caviae slechts een locale abscesvorming met verd.i,tCking ,der regionaire klieren; ook int ra~r i toneale inspuiting gaf bij de carla geen ziekte verschij,n- selen. Todh is her gelukt om de virulentie voor de c a v i a t e verhoogen ,ha her passeeren van de w itte muis. Dit felt doer demken aan, de proeven~ van Thiroux, die als passage proefd,ier eer~ kon.ijaa gebruikte.

In tegenstelling daarmede ,b,rac'ht de stare uit .de longen de caviae, die daarmede :ge/~nt ~jaa, zonder uitzonderin,g ruim 6 maanden, na de infectie tot den dood. met veranderingen, in de lor~ger~ err lever als door t. b. c. bacillen veroorzaakt.. Daarbij'. kon de milt ster~ vergroot zijaa tot eerL ge~ieht van 10,8 gr.

De voor de car la avirulente stare is wel pa~hogeen voor een, witte muis en voor de zwarte aap (Semnopit'hecus maurus) doch "~erder apat;hogeen voor k i p ~ n , kon,ijnen, witte rat en voor de .gri~ze aap (Mac. Cynornolgus).

De antigene eiger~seha.ppen van de stam Sidik .uit bet bilab;sces vcerde~ vergeleker~ met die van le,prabaciller~, van verschillende t.,b. e,,bacillen-stammen: en, ook met zuurvaste sa, prophytis,che bacillen.

326

Het bo.uillonfiltraat ge'bruikt voor de allergis.ohe reactie werkte s terker dan ,het . leproom-extract volgens Mitsuda.

De antigene eig'ensOhappen, der lbacillen Sidik ~bij kruis- comple~nen~bindirtgsreactie met immuunsera , ve rkregen door konij,nen in te spui ten ,met versdu:l lende zuurvas te bacillen wezen uit, dat de 'bacillen Sidik d.ichtere ve rwan t schap tot de lepra- bacillen, verfoonden d a n de andere zuurvas te bacillen.

Verder werden de antigenen, bereid van versc'hillende zuur- vaste bacillen, getoets t op menschense ra afkomst ig van leprozen, tuberculeuze pati~nten en sera beste.md voor ~ o r d e t - W a s s e r - mann ' s reactie.

Ten slotte werden de resul ta ten der .complemenNindings- reactie met antig, enen der zu.urvaste bacillen en met Borde t - Wasser .mann's ant igeen vergele~en, voorzien .van 'n t,heoretische besohouwing.

C onclusie.

1. De ,patient Sidik feed aan le,pra type N3 en kreeg" later complicatie met t. lb. c. in .de linker nier en in de longen'.

2. De infectie me t t.lb. c. is ook aange toond ~ij, de sectie, waar~ij~ bleok, d.at de linker nier, de lever erL de longen zoowel macroskopis.ch als microscopisr tulberkels ver- toonden.

3. Uit de longeu tier ,carla, .ge~nt met het 1.ongartateriaal, van Sidik, werd een cul tuur van zuurvas te 'bacilIen~ ~ge~'soteerd, die volgens de ~r caviaproeven, uit t .b .c . ,baci l len bestaat .

4. Voordat de pat ient de compliceerende t. b. c. infectie ,kreeg, v~erd .uit een ibila'b,sces een cul tuur van zuurvaste lbacillen op Lubena.u, Sauton: en Kirchner voedingsbode.m verkregen.

5. Deze cultuur is niet pa thogeen voor cavia 's, konijnen, witte rat, kippen en griize aap (Mac. Cynomolgus) , zoodat her

heel onwaarschi}n,14j~k is, .dat .zij .uit t. lb. c. bacill,en lbestaat; n o & behooreu de lbacillen tot de saprop.hytische soorten.

6. De voor cavia 's a pafhogene zuurvaste lbaciller~ zij~l virulent voor de zwar te aap (Simnopt.hecus maurus ) en voor een witte muis,.

7. Het 'bouillon filtr6 van de lbacillen werk t .bij'~ intrac.utane

327

injectie bij de lepro.zen sterker dan het antigeen van Mitsuda.

8. Bij kruis complementbindingsreactie ,blijkt, dat de stam Sidik uit ,her bilabsces dichter met den leprabacil verwant is dan de t .b .c , bacillen (,humane, bovine, aviaire type) en, de saprophytis,che chromogene zuurvaste bacillen, zoodat het mede door de avirulentie voor caviae zeer waarsch, ij,n.l.ij*k is, dat deze stam een le.prabacil,lencultuur is.

9. Het resultaat van de complementbindin.gs,reactie is 6at de alcaholische extracten der zuurvaste bacillen 76.4 % -+3,5 positief reageeren v. 148 leprasera v. ,pat.. type G 78.2% +4,7 . . . . . . 78 . . . . . . . . CN 15.2% -+3,3 . . . . . . 138 . . . . . . . . N

I0. Dezelfde reactie met runderhart-extract verri,cht geeft de volgende cijfers. 38.5% positief bij type C van 148 sera 33.3~o . . . . . . CN ,, 78 ,, 20.393o . . . . . . N ,, 138 ,,

11. Het is verder aangetoond, dat in de leprasera, zoewel de specifie'ke reaginen:, als de in labiele toestand verkeerende globutinen, welke de ons,pecifieke Iabiliteitsreactie teweeg .brengen, naast elkaar kunnen voorkomen.

Ten slotte zij,n wi} aan de onderstaande dames en heeren, die ons bij bet verri.ehten van bovenvermelden arbeid beh.ul,pzaam zijn geweest, ten zeerste verplioht: Mej. Dr. E. A. van Teutum, Mej. Dr. Chr. Flaumen,haft, ,Dr. R. Boenteran Martoatmodjo, Aohmad Darwis, Prof. Dr. J. E. Dinger, A'bd.ul Gafar, R.. H. Hadi- ,koesoemo, Prof. Dr. F. L. Huber, Dr. G. A. van der Horst, J. F. Malaihollo, Dr. J. A. ,de Nooy, R. M. Notokworo, G. H. Rehatta, J. B. Sitanala, R. Soemakno, R. Soeparmo en J. Terpstra.

Summary.

In August 1932 a strain of aci.dfast bacilli on Lubenau, Sauton and. Kirohner culture media was ~btained from an a'bscessus in the buttock of patient Sidik, suffering from leprosy N~, with acidfast bacilli in: t'he nasal rnu.cosa. The culture which was nonpath.ogenic for guinea ,pig, ra,bbit, fowl, white rat and

328

,grey monkey (mac. cynomolgus), only causing a local abscessus, proved pat:hogenic for t~he black monkey (Semnopithecus maurus) and for the mouse. T,he ~lack monkey contracted lobar pneumonia caused by ~hese bacilli when injected submucous~ly in the nose; inoculated u,h 1 s ocutaneous y in the abdomen the monkey showed caseous, lymp~hati,c glands on either side of the spinal column.

In December 1932' patient Sidik showed lung symptoms reminding of tuberculosis. T,he sputum oontained acidfast bacilli vchioh were non-palrhogenic for caviae.

In April 1933 the patient ;had hematuria containing acidfast bacilli whioh were virulent for caviae.

The patient flied in December 1933 with tuberculous lesions in the lung, the kidney and. it1 t, he liver.

When the lung juice was inoculated in a guinea "pig', this animal ,became siok and died., showing" tuberculos,is in Ohe lung and liver, t,he spleen was distinctly enlarged, weighing 34.155 gr, t.he surface is smooth and glacy. A strairL of acidfast bacilli was cultured, from fhe lung of ~his guinea .pig..

The allergic test with the filtrate of the brotTh culture of the strain Sidik from the 'b~attock abscessus shows a severer reaction than the Mitsuda test.

The antigenic pro.perty (complement fixation) of the alco- ,holic extract from t:he bacilli-Sidik with rabbit immune sera is more closely related, to that of t'he lepra-bacilli, t,han that of the t. b. c. bacilli is to the latter.

With human leprosy ,sera on the contrary, there is no difference in the antigenic ,property :between the extract from t~he strain Sidi,k and. extracts from the t .b.c , bacilli (mamma- lian, avium).

The result of t;he complemer~t fixation test with the acidfast bacilli antigen is: Leper C 148, of w.hich 113 (76.4~ 5 ,(3.4% )+; 30 (20.2%)m

,, :C~N 78 . . . . . 61 (78,Z%)+; 2 ,(2.5% )+; IS (19.3~ _ ,, N 138 . . . . . Z1 (15.2~ 6 (4.30/0)+; 11 (80.5~ -

C on t r ol- s e r a : (B.-Wr.)-- 318, of which 1 '(week) q-; 1 +; 313 (97.8%)-- S antic. (B, -Wr.)+ 184 . . . . . 19 (10.3Q/o)+;, 2 (1.1%)+; 149 (81% ) - - 14 antic,

t. b. c . - s e ra : (B.-Wr,)-- 78 . . . . . 8,(10.3% ) + ; 1 (1.3%)+; 69 (88.,5%)--; (B. -Wr.)+ 31 . . . . . 7 (?,2.,3%)+; 1 (3.2%)• 18 (88.50/0) _ 5 antic.

329

The resul t of ~he B o r d e t - W a s s e r m a r m test is:

38 .5~ posi t ive out of 148 sera t y p e C. 33.3 % . . . . . . 78 . . . . CN. 20.3 % . . . . . 138 . . . . N.

Our researGh b y means of the c o m p l e m e n t f ixat ion tes t at 37 ~ and at 0 ~ indicated, tha t some of ~he l ep rosy se ra .contain the specif ic a n t i b o d y ( reagin) as well a s the gl~bulin causin 'g the nons lxc i f i c reac t ion .

W e also h a v e two s t ra ins of acid{ast :bacilli f rom the 1~atient Sidi.k. T h e r e is a d i s t inc t d i f f e rence betweenp these two cu l t u r e s ; the f i r s t -one is n o n p a t h o g e n i c for gu inea -p igs an d on accoun t of its an t igen ic p r o p e r t y , is l ikely a cu l tu re of m u c o b a c t e r i u m leprae ; the s e c ond one, p a t h o g e n i c fo r .guinea-pigs, is a s t ra in of t. 'b. c. bacilli.

OERAADPLEE(3DE LITERATUUR.

MeL J. G. H. Broek: Les granules du virus tuberculeux aviaire. ('Diss.) G. Bruck: Serodiagnose der SyI~hilis. A. Galmette: L'infection ~bacillaire et la tuberculose. Prof. Dr. J. Jadassohn: Handbuch der pathogenen Mikroorganismen (Kolle, Wassermann). V. Klingmiiller: Die Lepra. Prof. Dr. K. Landsteiaer: Handbuc.h der pathogenen Mikroorganismen (KolIe, Wassermann). Prof. ,Dr. K. Laubenheimer: Handbuch der pathogenen Mikroorganismen (Kolle, Wassermann). E. Leuret et Caussimon: ,Les R6actions du Tissu .Pulmonaire darts la Tuberculose. Prof. Dr. H. Sachs: Handbuch der pathogenen Mikroorganismen (Kolle, Wassermann). A kerberg, Almkvist en Jundell: Lepra IX. 1910, pag. 7--9. Azua en Covisa: Pe9ra IX. 1910, 143. Babes en Busila: Zbl. Bakt. Ref. Bd. 47, 1910, 743. Baermann en Wetter: Munch. Med. W. 1910, 2131. Bergman, Sitanala en Sardjito: Med. D. V. (3. 1933, 189. Biehler en Eliasberg: Lepra IX. 1910, 207. Blumenthal: Zbl. Bakt. O. Bd. 122, 1931, 62. Bruck en (3ressner: Lepra IX. 1910, 52. Buehler en Eliasberg: Lepra IX. 1910, 207. Glegg: LepraIX. 1910, 125. Dinger: (3. T. N. I. 1935, 347. Eddy: Int. J. Leprosy. 1937, 31.

330

Either: LepraVIII. 1909, 113. Ehlers en Bourret: Lepra XI. 1910, 368. Essed: (3. T. N. I. 1936, 3135. F..sseveld: G. T. N. I. 1937, 86'5. Qaucher en Abrami: Lepra VIII. 1909, 152. Groh: Zbl. Bakt. O. Bd. 128, 1933, 353. Hayashi: Leprosy Rev. IV. 1933, 159. Houtum: (]. T. N. I. 1906, 159. Jundell, Almkvist en Sandmann: Lepra VIII. 1909, 236. Kolmer en Denney: Arch. of Der. 1923, 62. Lampe: (3. T. N. I. 1928, 994. Lampe en de Moor: (3. T. N. I. 1936, 3147. Lominski: Zbl. Bakt. O. Bd. 128, 1933, 276. Marchoux en Bourret, Lepra VIII. 1909, 123. Pat t i radjawane: Nledische Berichten. 1937, 3. Recio: Lepra IX. 1910, 179. Reenstierna: An. Inst. Pasteur. 1926, 78. Van Riemsdijk : Zbl. 'Bakt. O. Bd. 128, 1933, 503. Van Riemsdijk : Zbl. Bakt. O. Bd. 130, 1933, 247. Ryrie: Int. J. of Leprosy. 1934, 77. Schlossmann: Zbl. Bakt. O. Bd. 115. 1929, 474. Serra: LepraIX. 1910, 219. Shiga: Zbl. Bakt. O. Bd. 114. 1929, 511. Slatineanu en Danielopulo: Lepra VIII. 1909, 233. Soule: Int. J. of. Leprosy. 1935, 181. Sugai: Lepta VIII. 1909, 157. Valtis en van Deinse: Antonie van Leeuwenhoek. 1934, 27. Witebsky, Klingenstein .en Kuhn: Zbl. Bakt. Bd. 122, 1931, 65.