Upload
ozzy
View
38
Download
0
Embed Size (px)
DESCRIPTION
Gender en schoolloopbanen. Brussel, 18 oktober 2012 Jan Van Damme Centrum voor Onderwijseffectiviteit en –Evaluatie m.m.v. Georges Van Landeghem, Carl Lamote en Maarten Pinxten. Inhoud. Algemeen overzicht: loopbanen van jongens en meisjes Eerste focus: vroegtijdig schoolverlaten - PowerPoint PPT Presentation
Citation preview
Onderzoek gefinancierd door de Vlaamse Regering in het kader van het programma ‘Steunpunten voor Beleidsrelevant Onderzoek’
Gender en schoolloopbanen
Brussel, 18 oktober 2012
Jan Van Damme Centrum voor Onderwijseffectiviteit en –Evaluatie
m.m.v. Georges Van Landeghem, Carl Lamote en Maarten Pinxten
Onderzoek gefinancierd door de Vlaamse Regering in het kader van het programma ‘Steunpunten voor Beleidsrelevant Onderzoek’
Algemeen overzicht: loopbanen van jongens en meisjes
Eerste focus: vroegtijdig schoolverlatenTweede focus: verschillende keuzes
omwille van verschillen in belangstelling
Inhoud
Onderzoek gefinancierd door de Vlaamse Regering in het kader van het programma ‘Steunpunten voor Beleidsrelevant Onderzoek’
Kleuteronderwijs: Geen grote verschillen? Meer vertraging bij jongens
L.O.: Prestatieverschillen naargelang van vak Meer vertraging bij jongens Meer jongens in BLO
Basisonderwijs
Onderzoek gefinancierd door de Vlaamse Regering in het kader van het programma ‘Steunpunten voor Beleidsrelevant Onderzoek’
Evolutie van de omvangvan het buitengewoon lager onderwijs
11-jarigen
Leerlingen met GON-begeleidingzitten niet in deze cijfers
Onderzoek gefinancierd door de Vlaamse Regering in het kader van het programma ‘Steunpunten voor Beleidsrelevant Onderzoek’
Gemiddeld verschil is klein Spreiding onder jongens is groter (d.w.z. ook
meer zwakke jongens) Indruk dat schoolse activiteiten meer aansluiten
bij spontane voorkeuren van meisjes dan bij die van jongens
Hoe verklaren dat jongens het minder goed doen dan meisjes?
Onderzoek gefinancierd door de Vlaamse Regering in het kader van het programma ‘Steunpunten voor Beleidsrelevant Onderzoek’
Prestatieverschillen: meisjes doen het iets beter Meer vertraging bij jongens (gedeeltelijk vrijwillig) Meer ongekwalificeerden bij jongens Verschillende keuzes qua studierichting tussen
jongens en meisjes
Secundair Onderwijs
Onderzoek gefinancierd door de Vlaamse Regering in het kader van het programma ‘Steunpunten voor Beleidsrelevant Onderzoek’
Gelijkaardig als in Secundair Onderwijs
Hoger Onderwijs
Onderzoek gefinancierd door de Vlaamse Regering in het kader van het programma ‘Steunpunten voor Beleidsrelevant Onderzoek’
Algemeen overzichtFocus op BSO (excl. modulair BSO)Hoe verklaren?
Ongekwalificeerde uitstroom
Onderzoek gefinancierd door de Vlaamse Regering in het kader van het programma ‘Steunpunten voor Beleidsrelevant Onderzoek’
Kwalificaties in het leerplichtonderwijs
Diploma van secundair onderwijs via 6de leerjaar ASO, TSO, KSO
Studiegetuigschrift 6de leerjaar voltijds gewoon beroepsonderwijs
Kwalificatiegetuigschrift deeltijds beroepsonderwijs
Getuigschrift leercontract (SYNTRA) Kwalificaties via de opleidingsvormen 3
en 4 van het buitengewoon secundair onderwijs
Leerplichtonderwijs:Voltijds gewoon secundair onderwijs tot en met zesde leerjaarDeeltijds secundair beroepsonderwijsLeercontracten SYNTRABuitengewoon secundair onderwijs
SSL Stuurgroep 11 oktober 2012
Onderzoek gefinancierd door de Vlaamse Regering in het kader van het programma ‘Steunpunten voor Beleidsrelevant Onderzoek’
Vroege schoolverlaters per kalenderjaarZwarte curven: zonder kwalificaties BuSO
Witte curven: mét kwalificaties BuSO
SSL Stuurgroep 27 oktober 2011
Onderzoek gefinancierd door de Vlaamse Regering in het kader van het programma ‘Steunpunten voor Beleidsrelevant Onderzoek’
Vroege schoolverlaters per kalenderjaar Kalender-
jaar(cijfers mét BuSO)
Jongens Meisjes J+M
2004 14,9% 8,9% 12,0%2005 14,8% 9,1% 12,0%2006 15,8% 9,2% 12,6%2007 16,3% 9,5% 13,0%2008 16,0% 9,2% 12,7%2009 14,7% 9,2% 12,0%2010 13,6% 8,6% 11,1%
Globale trend 1999-2008: licht stijgend
Opvallende afname van de ongekwalificeerde uitstroom tussen 2008 en 2010, vooral bij de jongens
Op welk % mikken we? 7%?
SSL Stuurgroep 27 oktober 2011
Onderzoek gefinancierd door de Vlaamse Regering in het kader van het programma ‘Steunpunten voor Beleidsrelevant Onderzoek’
Leeftijdsverdeling 18-21-jarigenJongens Meisjes
SSL Stuurgroep 27 oktober 2011
Onderzoek gefinancierd door de Vlaamse Regering in het kader van het programma ‘Steunpunten voor Beleidsrelevant Onderzoek’
Kwalificatiepercentages per leeftijdJongens Meisjes
SSL Stuurgroep 27 oktober 2011
Onderzoek gefinancierd door de Vlaamse Regering in het kader van het programma ‘Steunpunten voor Beleidsrelevant Onderzoek’
Doorstroompercentages per leeftijdJongens Meisjes
SSL Stuurgroep 27 oktober 2011
Onderzoek gefinancierd door de Vlaamse Regering in het kader van het programma ‘Steunpunten voor Beleidsrelevant Onderzoek’
Conclusie
Factor die de daling in het percentage mannelijke vroege schoolverlaters tussen 2009 en 2010 bepaalt:Meer jongens die geen kwalificatie verwerven beslissen om door te gaan met leerplichtonderwijs in de plaats van zonder kwalificatie weg te gaan
Verandering in beslissingspatroon valt samen met abrupte wijziging in externe omstandigheden:Financieel-economische crisis 2008
SSL Stuurgroep 27 oktober 2011
Onderzoek gefinancierd door de Vlaamse Regering in het kader van het programma ‘Steunpunten voor Beleidsrelevant Onderzoek’
Jongens van 19 en ouder die een kwalificatie behalen, per leeftijd
Grotere doorstroom in 2009 gevolgd door grotere kwalificatiestroom in 2010
‘Langetermijneffect’ van de crisis
SSL Stuurgroep 27 oktober 2011
Onderzoek gefinancierd door de Vlaamse Regering in het kader van het programma ‘Steunpunten voor Beleidsrelevant Onderzoek’
Vroege schoolverlaters uit het BSOStroom schoolverlaters uit BSO heeft groter percentage vroege schoolverlaters dan stroom schoolverlaters uit leerplichtonderwijs als geheel.
‘Gender gap’ minder groot in BSO dan in geheel.
Onderzoek gefinancierd door de Vlaamse Regering in het kader van het programma ‘Steunpunten voor Beleidsrelevant Onderzoek’
Evolutie van ongekwalificeerde uitstroom verdeeld volgens leeftijd
Jongeren die een of meer jaren na het einde van hun leerplicht verder zijn blijven studeren in het leerplichtonderwijs, hebben hun risico op voortijdig schoolverlaten zien toenemen.
Dit geldt zowel in het BSO als in het het leerplichtonderwijs als geheel.
Tevoren al voor leerplichtonderwijs als geheel. Nu ook voor BSO.
Onderzoek gefinancierd door de Vlaamse Regering in het kader van het programma ‘Steunpunten voor Beleidsrelevant Onderzoek’
Indeling BSO volgens kans op voortijdig schoolverlaten Vertra-
gingLeerjaar
3 4 5 6
0 4%
1 12% 7%
2 24% 20% 14%
3 45% 32% 28% 18%
4 46% 39% 29% 19%
5 43% 27% 30%
Kans: percentage van de populatie in de cel die op het einde van het lopend schooljaar definitief weggaat uit het leerplichtonderwijs zonder een kwalificatie.
Voorbeeld: jongens, 2007.
Indeling van toepassing op meisjes en jongens van 2002 tot 2007.
G (‘Gunstig’): zwart kaderV (‘Vertraagd’): grijs kaderT (‘Tussengroep’): grijze achtergrond
Onderzoek gefinancierd door de Vlaamse Regering in het kader van het programma ‘Steunpunten voor Beleidsrelevant Onderzoek’
Evolutie van kans op voortijdig schoolverlaten per doelgroep Kalender-
jaarDoelgroep
G T V
2002 6,7% 18,0% 33,3%
2003 7,1% 17,8% 31,8%
2004 6,9% 18,1% 30,9%
2005 7,8% 19,3% 30,3%
2006 9,6% 24,4% 36,4%
2007 8,9% 21,4% 34,7%
Kans: percentage van de populatie in de doelgroep die op het einde van het lopend schooljaar definitief weggaat uit het leerplichtonderwijs zonder een kwalificatie.
Voorbeeld: jongens
Onderzoek gefinancierd door de Vlaamse Regering in het kader van het programma ‘Steunpunten voor Beleidsrelevant Onderzoek’
Componenten van ongekwalificeerde uitstroom uit BSO
Kalender-jaar
Doelgroep BSO
G T V G+T+V
2002 8,6% 6,6% 3,7% 18,9%
2003 9,2% 6,4% 3,8% 19,3%
2004 8,9% 6,5% 4,1% 19,5%
2005 10,0% 7,0% 4,0% 21,1%
2006 12,0% 8,3% 4,6% 24,9%
2007 11,3% 7,7% 4,6% 23,6%
Splitsing van de indicator van de vroege schoolverlaters uit het BSO volgens de herkomst (G, T, V).
Voorbeeld: jongens.
Twee factoren: (1) kans per doelgroep; (2) verdeling populatie over doelgroepen (hier niet getoond).
Onderzoek gefinancierd door de Vlaamse Regering in het kader van het programma ‘Steunpunten voor Beleidsrelevant Onderzoek’
Indeling BSO volgens kans op voortijdig schoolverlaten Vertra-
gingLeerjaar
3 4 5 6
0 4%
1 13% 6%
2 24% 17% 11%
3 43% 25% 27% 14%
4 37% 37% 25% 13%
5 70% 50% 16%
Kans: percentage van de populatie in de cel die op het einde van het lopend schooljaar definitief weggaat uit het leerplichtonderwijs zonder een kwalificatie.
Voorbeeld: meisjes, 2007.
Indeling van toepassing op meisjes en jongens van 2002 tot 2007.
G (‘Gunstig’): zwart kaderV (‘Vertraagd’): grijs kaderT (‘Tussengroep’): grijze achtergrond
SSL Stuurgroep 27 april 2011
Onderzoek gefinancierd door de Vlaamse Regering in het kader van het programma ‘Steunpunten voor Beleidsrelevant Onderzoek’
Evolutie van kans op voortijdig schoolverlaten per doelgroep Kalender-
jaarDoelgroep
G T V
2002 6,5% 20,4% 34,2%
2003 6,8% 20,5% 30,7%
2004 6,1% 18,9% 34,2%
2005 6,8% 19,7% 28,2%
2006 7,7% 21,9% 35,5%
2007 8,0% 19,7% 32,3%
Kans: percentage van de populatie in de doelgroep die op het einde van het lopend schooljaar definitief weggaat uit het leerplichtonderwijs zonder een kwalificatie.
Voorbeeld: meisjes
SSL Stuurgroep 27 april 2011
Onderzoek gefinancierd door de Vlaamse Regering in het kader van het programma ‘Steunpunten voor Beleidsrelevant Onderzoek’
Componenten van ongekwalificeerde uitstroom uit BSO
Kalender-jaar
Doelgroep BSO
G T V G+T+V
2002 8,3% 5,2% 2,9% 16,4%
2003 8,5% 4,9% 2,6% 16,0%
2004 7,8% 4,7% 3,2% 15,7%
2005 8,7% 5,1% 2,7% 16,5%
2006 9,7% 5,7% 3,6% 19,1%
2007 10,2% 5,4% 3,4% 19,0%
Splitsing van de indicator van de vroege schoolverlaters uit het BSO volgens de herkomst (G, T, V).
Voorbeeld: meisjes.
Twee factoren: (1) kans per doelgroep; (2) verdeling populatie over doelgroepen (hier niet getoond).
SSL Stuurgroep 27 april 2011
Onderzoek gefinancierd door de Vlaamse Regering in het kader van het programma ‘Steunpunten voor Beleidsrelevant Onderzoek’
Beleid differentiëren volgens doelgroepen
Vroege schoolverlaters vanuit een gunstige positie (G): Verrassend grote component Over de streep halen via flexibele vormen
van onderwijs? Samenwerking leerplichtonderwijs en
tweedekansonderwijs?
Vroege schoolverlaters vanuit een ongunstige positie (V):
Onderwijsloopbaan is fout gelopen Te oud voor lagere leerjaren Eenvoudige startersjob in de plaats van
verderzetten hopeloze onderwijsloopbaan?
Onderzoek gefinancierd door de Vlaamse Regering in het kader van het programma ‘Steunpunten voor Beleidsrelevant Onderzoek’
Verschillende verklaringen Geslacht en zittenblijven
o Jongens meer kans op zittenblijven -> zittenblijven verhoogt kans op vsv
Geslacht en prestatieo Jongens presteren lager dan meisjes -> toetsprestaties al zeer
vroeg voorspeller van latere vsv Geslacht en buitengewoon onderwijs
o Meer jongens in buitengewoon (lager) onderwijs (Van Landeghem & Van Damme, 2011) -> niet elke OV in BuO wordt gezien als volwaardige ‘kwalificatie’
Onderzoek gefinancierd door de Vlaamse Regering in het kader van het programma ‘Steunpunten voor Beleidsrelevant Onderzoek’
Schoolse betrokkenheid (school engagement) (Fredricks, Blumenfeld,
& Paris, 2004)
Gedragsmatige betrokkenheid Emotionele betrokkenheid Cognitieve betrokkenheid
Betrokkenheid en vsv: Vooral lage betrokkenheid én snel dalende
betrokkenheidsverlopen sterke voorspellers van vsv
Onderzoek gefinancierd door de Vlaamse Regering in het kader van het programma ‘Steunpunten voor Beleidsrelevant Onderzoek’
Onderzoek in Vlaanderen (Lamote, Speybroeck, Van Den Noortgate, & Van Damme, 2012)
Gedragsmatige betrokkenheid (huiswerkattitude) Emotionele betrokkenheid (leerling-leerkrachtrelatie)
In welke mate voorspelt het groeiverloop van deze betrokkenheidsindicatoren vsv?
Achtergrondkenmerken van leerlingen in bepaald groeiverloop?
Onderzoek gefinancierd door de Vlaamse Regering in het kader van het programma ‘Steunpunten voor Beleidsrelevant Onderzoek’
Data: 4063 gekwalificeerd, 541 ongekwalificeerdAchtergrondkenmerken: geslacht, SES, etniciteit,
cognitief aanvangsniveau, zittenblijven BaO, zittenblijven SO, instroom 1B.
‘discrete-time survival mixture analyse’
Onderzoek gefinancierd door de Vlaamse Regering in het kader van het programma ‘Steunpunten voor Beleidsrelevant Onderzoek’
Gedragsmatige betrokkenheid 3 verschillende groei
verlopen Hoog startende en relatief
stabiele groep Hoog startende en sterk
dalende groep Laag startende en relatief
stabiele groep
Onderzoek gefinancierd door de Vlaamse Regering in het kader van het programma ‘Steunpunten voor Beleidsrelevant Onderzoek’
Lidmaatschap in ‘hoge en dalende’ groep en ‘lage groep’ verhoogt significant kans op uitval!
Onderzoek gefinancierd door de Vlaamse Regering in het kader van het programma ‘Steunpunten voor Beleidsrelevant Onderzoek’
Hoe is de verhouding jongens/meisjes binnen deze groepen? Hoog en stabiel (n=3018)
o 35% jongens, 65% meisjes Hoog en dalend (n=609)
o 64% jongens, 36% meisjes Laag (n=977)
o 79% jongens, 21% meisjes
Onderzoek gefinancierd door de Vlaamse Regering in het kader van het programma ‘Steunpunten voor Beleidsrelevant Onderzoek’
Emotionele betrokkenheid
2 verschillende groei verlopen Hoog startend en relatief
stabiel/licht dalend Lager startend en relatief
stabiel/licht dalend
Onderzoek gefinancierd door de Vlaamse Regering in het kader van het programma ‘Steunpunten voor Beleidsrelevant Onderzoek’
Lage en dalende groep hogere kans op uitval
Onderzoek gefinancierd door de Vlaamse Regering in het kader van het programma ‘Steunpunten voor Beleidsrelevant Onderzoek’
Hoe is de verhouding jongens/meisjes binnen deze groepen? Hoge en ‘stabiele’ groep (n=3732)
o 40% jongens, 60% meisjes Lage en ‘dalende’ groep (n=872)
o 83% jongens, 17% meisjes
Onderzoek gefinancierd door de Vlaamse Regering in het kader van het programma ‘Steunpunten voor Beleidsrelevant Onderzoek’
Gedragsmatige betrokkenheid: verschil tussen jongens en meisjes ook gerapporteerd in voorgaand onderzoek, maar reden niet steeds duidelijk Jackson (2002): ‘laddishness’ (‘machogedrag’)
o Inspanning voor schoolwerk = vrouwelijke karaktereigenschapo Goed presteren met minste moeite = duidelijk signaal van talent
(falen zonder inspanning ≠ gebrek aan talent)o Maar: lagere attitude gevolg van daadwerkelijk minder
inspanning of enkel maar rapportering van minder inspanning (conformeren)?
Onderzoek gefinancierd door de Vlaamse Regering in het kader van het programma ‘Steunpunten voor Beleidsrelevant Onderzoek’
Emotionele betrokkenheid: ook in voorgaand onderzoek oververtegenwoordiging van jongens in lage(re) groep: Jongens vertonen meer storend gedrag in klas: verzuring van relatie
met leerkracht. Ook meisjes kennen een daling, maar minder steil. Probleem: nagenoeg al het onderzoek houdt geen rekening met feit
dat leerling steeds van leerkracht wisselt…o Zorgt deze wissel voor verlaging in relatie? Ervaren jongens hier
meer problemen?
Onderzoek gefinancierd door de Vlaamse Regering in het kader van het programma ‘Steunpunten voor Beleidsrelevant Onderzoek’
Vroegtijdig remediëren voor basisvaardigheden (kleuterschool, aanvangsjaren lager onderwijs)
Ook minder sterke leerlingen kunnen opteren voor meer tijd voor algemene vakken in aanvangsjaren S.O.
Een vertrouwenspersoon die individuele leerlingen volgt Ons concept van ‘algemeen onderwijs’ verruimen door o.a.:
Techniek en/of technologie in eerste én tweede graad Artistieke vorming wordt een volwaardig onderdeel van ASO (school doet aanbod van
mogelijkheden inzake actieve artistieke vorming, en leerling kiest voor 4 jaar)
Zo tot grotere binding tussen school en individuele jongere
Que faire?
Onderzoek gefinancierd door de Vlaamse Regering in het kader van het programma ‘Steunpunten voor Beleidsrelevant Onderzoek’
Overzicht: hoeft niet Invloed van belangstelling op studiekeuzes:
Uit het (nauwelijks gebruikte) LOSO-onderzoek blijkt dat gedurende het hele S.O. en ook in het H.O. de belangstelling van jongeren een grote invloed heeft op studiekeuzes
Belangstelling evolueert in de loop van het S.O.
Verschillende studiekeuzes
Onderzoek gefinancierd door de Vlaamse Regering in het kader van het programma ‘Steunpunten voor Beleidsrelevant Onderzoek’
De vergelijking van de gemiddelde belangstellingsscores van de leerlingen in de verschillende studierichtingen in het zesde middelbaar
Onderzoek gefinancierd door de Vlaamse Regering in het kader van het programma ‘Steunpunten voor Beleidsrelevant Onderzoek’
De vergelijking van de gemiddelde belangstellingsscores in het eerste middelbaar voor de leerlingen uit de verschillende studierichtingen van het zesde middelbaar
Onderzoek gefinancierd door de Vlaamse Regering in het kader van het programma ‘Steunpunten voor Beleidsrelevant Onderzoek’
Correlaties tussen belangstelling in eerste en zesde jaar S.O.
Correlaties Jongens (N=1558)
Correlaties Meisjes (N=1913)
Buitenhuisactiviteiten .51 .48
Kunst .41 .40
Handel .44 .51
Literatuur .54 .45
PSD .45 .45
Techniek .58 .42
Wetenschappen .46 .45
Onderzoek gefinancierd door de Vlaamse Regering in het kader van het programma ‘Steunpunten voor Beleidsrelevant Onderzoek’
Grote verschillen inzake belangstelling tussen jongens en meisjesWat is de hoogste interesse (voor beroepsdomeinen) in het eerste jaar S.O.?
Meisjes (N=1547) Jongens (N=1335)
Buitenhuisactiviteiten 5,3% 11,2%
Kunst 16,8% 13,9%
Handel 5,6% 1,4%
Literatuur 28,1% 9,4%
PSD 29,5% 4,0%
Techniek 1,8% 21,6%
Wetenschappen 13,0% 38,5%
Onderzoek gefinancierd door de Vlaamse Regering in het kader van het programma ‘Steunpunten voor Beleidsrelevant Onderzoek’
Cf. onderzoek van Eccles e.a. over de sociaal-cognitieve processen die aan de basis liggen van individuele en geslachtsverschillen inzake kiezen van wiskunde en wetenschappena. Mate van verwachting in die activiteit succesvol te zullen zijnb. De waarde die men aan die activiteit toeschrijft (intrinsieke
waarde, nuttigheidswaarde en waarde van goede prestaties)
Internationaal onderzoek
Onderzoek gefinancierd door de Vlaamse Regering in het kader van het programma ‘Steunpunten voor Beleidsrelevant Onderzoek’
Geslachtsverschillen:a. Succesverwachting: hoger bij jongensb. Waarde
Globaal: geen geslachtverschillen Opgesplitst:
o Intrinsieke waarde: hoger bij jongenso Nuttigheidswaarde en waarde van goede prestaties: geen verschil
Het onderwijs moet erin slagen de meisjes de relevantie te verduidelijken.
Internationaal onderzoek
Onderzoek gefinancierd door de Vlaamse Regering in het kader van het programma ‘Steunpunten voor Beleidsrelevant Onderzoek’
Lager Onderwijs: Best niet veel keuzes in functie van
belangstelling Sterke leerkrachten nodig o.a. voor z.g.
bijvakken, o.a. wetenschappen
Mijn suggesties
Onderzoek gefinancierd door de Vlaamse Regering in het kader van het programma ‘Steunpunten voor Beleidsrelevant Onderzoek’
Secundair Onderwijs Techniek in eerste graad (cf. Singapore: voor iedereen:
o Iets ontwerpen en het maken aan een werkbank?o Kooklessen?)
Techniek en/of technologie in tweede graad voor iedereen (Dit lijkt mij beter dan iedereen in het voor hem of haar passend belangstellingsgebied proberen te plaatsen)
Echte artistieke vorming (exemplarisch) Voor wie 4 jaar (nieuwsoortig) algemeen onderwijs
gevolgd heeft: keuze tussen ALLE richtingen voorzien
Mijn suggesties
Onderzoek gefinancierd door de Vlaamse Regering in het kader van het programma ‘Steunpunten voor Beleidsrelevant Onderzoek’
Referenties Deprez, E., Van Damme, J., Pinxten, M. (2012). De invloed van de belangstelling en de
specifieke begaafdheid op de studiekeuze in het secundair onderwijs. Tijdschrift voor Onderwijsrecht en Onderwijsbeleid, 3, 236-245.
Fredricks, J. A., Blumenfeld, P. C., & Paris, A. H. (2004). School engagement: Potential of the Concept, State of the Evidence. Review of Educational Research, 74, 59-109.
Jackson, C. (2002). ‘Laddishness’ as a self-worth protection strategy. Gender and Education, 14, 37-51.
Lamote, C., Speybroeck, S., Van Den Noortgate, W., & Van Damme, J. (2012). Different pathways towards dropout: the role of engagement in early school leaving. Submitted manuscript.
Lamote, C., Van Damme, J., Van Den Noortgate, W., Speybroeck, S., Boonen, T., & de Bilde, J. (2012). Dropout in secondary education: An application of a multilevel discrete-time hazard model accounting for school changes. Quality and Quantity, in press.
Onderzoek gefinancierd door de Vlaamse Regering in het kader van het programma ‘Steunpunten voor Beleidsrelevant Onderzoek’
Referenties Pinxten, M., De Fraine, B., Van Den Noortgate, W., Van Damme, J., Anumendem, D. (2012).
Educational Choice in Secondary School in Flanders: The Relative Impact of Occupational Interests on Option Choice. Educational Research and Evaluation, 18, 541-569.
Van Landeghem, G., & Van Damme, J. (2011). Twee cijferbladen over de evolutie van het buitengewoon lager onderwijs tot 2009. Leuven: Steunpunt Studie- en Schoolloopbanen (SSL).
Watt, H. M. G., Z. A. Morris, J. D. Shapka, A. M. Durik, D. P. Keating, and J. S. Eccles. 2012. Gendered motivational processes affecting high school mathematics participation, educational aspirations, and career plans: A comparison of samples from Australia, Canada, and the United States. Developmental Psychology, In Press.