Lectori Salutem

Citation for published version (APA):Keeris, W. G. (1999). Lectori Salutem. SerVicE_Magazine, 7(1), 2-2.

Document status and date:Gepubliceerd: 01/01/1999

Document Version:Uitgevers PDF, ook bekend als Version of Record

Please check the document version of this publication:

• A submitted manuscript is the version of the article upon submission and before peer-review. There can beimportant differences between the submitted version and the official published version of record. Peopleinterested in the research are advised to contact the author for the final version of the publication, or visit theDOI to the publisher's website.• The final author version and the galley proof are versions of the publication after peer review.• The final published version features the final layout of the paper including the volume, issue and pagenumbers.Link to publication

General rightsCopyright and moral rights for the publications made accessible in the public portal are retained by the authors and/or other copyright ownersand it is a condition of accessing publications that users recognise and abide by the legal requirements associated with these rights.

• Users may download and print one copy of any publication from the public portal for the purpose of private study or research. • You may not further distribute the material or use it for any profit-making activity or commercial gain • You may freely distribute the URL identifying the publication in the public portal.

If the publication is distributed under the terms of Article 25fa of the Dutch Copyright Act, indicated by the “Taverne” license above, pleasefollow below link for the End User Agreement:www.tue.nl/taverne

Take down policyIf you believe that this document breaches copyright please contact us at:openaccess@tue.nlproviding details and we will investigate your claim.

Download date: 26. Jul. 2021

F,

ii

ii

SalutemF Prof. ir. WG. Keeris MRICS

In het vorige nummer van SerVicE_Magazine stelde ik dater werk gemaakt moestworden van gericht onderzoek op bet gebied van waarderen en daarmee 00k ophet gebied van de risico’s. Dat is van bet grootste belang voor de verdereprofessionalisering van bet vakgebied. Wij hebben een beter verhaal nodig als wijdoor de actoren op de financiële markten serieus willen worden genomen, om opbun niveau mee te kunnen praten en moeten de benodigde data en effectieveinformatie kunnen aanleveren. Parafraserend op het Chinees gezegde ‘je kunt dekikvors in de bron niet over de oceaan spreken’, stel ik ‘en zo weinig diepgangheeft bet verhaal van de kikvors’. Het op de a! decennia modern genoemdePortefeufle Theorie gebaseerde verbale geweld, met zijn rendement/risico-profiel,risico-demping via diversificatie op portefeuilleniveau en derge!ijke, waarmee wij

IIIIII11~. ~ onze bijdrage aan bet gesprek larderen, zijn tot nu toe hofle kreten die niets bieden,maar slechts wat moois beloven. En zoals de Letten a! weten: ‘Beloofde bessen

~~~igaiii~ 1≠II4~ vu!!en geen mand’.Dat moet dus snel veranderen en een bewijs daarvoor vond ik recent wéér; nu inde publicatie van bet Engelse onderzoek naar risico’s van Investment PropertyDatabank (dè IPD) en Investment Property Forum (de Britse IVBN). Dat onderzoekhad tot doe! de manieren te identificeren waarop binnen ons vakgebied tegen risico’swordt aangekeken en hoe bet management vervolgens deze denkt te kunnenbeheersen. De resu!taten zouden ons moeten overtuigen dat bet noodzake!!jk isdat wij eens uit onze bron kruipen en ons gaan oriënteren op de oceaan. Ons gaanbezinnen op een beterverhaa!, want deze ‘bronvermelding’ kan gewoon schokkendgenoemd worden, gezien vanuit de positie van de gesprekspartners in de financ!ë!emarkt, die bet over bun oceaan wil!en hebben.Het onderzoek geeft aan dat er maar liefst 1.600 spec/f/eke vastgoedbelegg/ngsris/co’s worden ondersche/den, vanaf bet niveau van bet object en deportefeui!le tot de hogere aggregatie niveaus van asset allocation enfundmanagement. Denk bijvoorbee!d aan bet te open va!utarisico tot bet risicovan de huurbetalingsachterstand bij een ‘getatoeëerde met bouvier’. Deze risicoaspecten kunnen in 57 clusters ondergebracht worden. Van die ris/co’s denktmen een kwart rn/n of meerte kunnen beoordelen. Daarvoorstaan dan een 23-talonderzoeksrnethoden ter besch/kk/ng. Deze methoden toonden een bandbreedtevan jaarlijks waarderen tot bet niveau van ‘dat voel ik aan mijn (bron)water’, 00k

we! genoemd professionele ervaring, of in bet jargon van de f!nancid!e markten‘Fingerspitzen gefuhl’.Al met a! moet geconc!udeerd worden, dat wij er nog geen chocola van kunnenbakken en dat wetende geldt: ‘wie (cacoa)boter op zijn hoofd heeft, moet niet in dezon lopen’. En ik ben do! op die zon, dus doe er wat aan! Wij moeten daarvoorbuiten ons eigen afgebakende vakgebied treden, want wanneer bet cu!tuurzonnetjelaag staat werpen ze!fs dwergen schaduwen.Ons verbale gewe!d moet dus meer bout snijden, of diepgang krijgen in de betekeniszoals Harry Mu!isch dat in ons jargon uitdrukte: ‘Het gaat niet om de diepte en nietom de oppervlakte, maar om de diepte van de oppervlakte’. Op dat punt hebbenwij een steek laten val!en. Praatjes vul!en immers geen gaatjes, zeker niet in dezetijd waar een oceaan geen barrière meer vormt. Dat is nog we! bet geval met deafstand tussen bron en oceaan.Het mooie is echter dat alles ontspringt aan de bron en terecht dat de kikkerkwaakt. Maar wie kwaakt, of kakelt, moet ook eieren leggen. Graag help ik meedaar een omelet van te maken. Maar om die afstand tussen bron en oceaan tebes!echten, zu!!en toch eerst vanuit de sector de benodigde middelen beschikbaargesteld moeten worden, want men kan geen omelet maken zonder eieren te breken.De chocola komt daarna we!.

p

Nummer 3 - Juli 200.