96
Abstract In deze scriptie is onderzocht wat de invloed is van accountingbenaderingen, rules-based en principles-based, op de hoeveelheid winststuring bij beursgenoteerde ondernemingen. Winststuring doet afbreuk aan de getrouwe weergave van de jaarrekening en hierdoor kunnen gebruikers van de jaarrekening worden misleid. Het is daarom van belang dat winststuring zoveel mogelijk wordt beperkt. Voorgaande onderzoeken hebben aangetoond dat zowel rules-based accountingstandaarden als principles-based accountingstandaarden invloed uitoefenen op de hoeveelheid winststuring. Er is echter geen overeenstemming of de winststuring kan worden beperkt aan de hand van deze accountingstandaarden of juist wordt aangewakkerd. Aan de hand van het Modified Jones model en een regressieanalyse is onderzoek gedaan naar de invoering van de ONDERZOEK NAAR DE INVLOED VAN DE BENADERING VAN ACCOUNTINGSTANDAARDEN OP WINSTSTURING Sectie Accounting, Auditing & Control Nick van der Stelt|381014 [email protected] Bachelor Economie & Bedrijfseconomie Erasmus Universiteit Rotterdam Scriptiebegeleider: Dhr. H.J. Bouwer 18-07-2016

Onderzoek naar De invloed van de benadering van ... · Web viewOnderzoek naar De invloed van de benadering van accountingstandaarden op winststuringSectie Accounting, Auditing & Control

Embed Size (px)

Citation preview

Page 1: Onderzoek naar De invloed van de benadering van ... · Web viewOnderzoek naar De invloed van de benadering van accountingstandaarden op winststuringSectie Accounting, Auditing & Control

Abstract

In deze scriptie is onderzocht wat de invloed is van accountingbenaderingen, rules-based en

principles-based, op de hoeveelheid winststuring bij beursgenoteerde ondernemingen. Winststuring

doet afbreuk aan de getrouwe weergave van de jaarrekening en hierdoor kunnen gebruikers van de

jaarrekening worden misleid. Het is daarom van belang dat winststuring zoveel mogelijk wordt

beperkt. Voorgaande onderzoeken hebben aangetoond dat zowel rules-based

accountingstandaarden als principles-based accountingstandaarden invloed uitoefenen op de

hoeveelheid winststuring. Er is echter geen overeenstemming of de winststuring kan worden beperkt

aan de hand van deze accountingstandaarden of juist wordt aangewakkerd. Aan de hand van het

Modified Jones model en een regressieanalyse is onderzoek gedaan naar de invoering van de nieuwe

accountingstandaarden IFRS 10, IFRS 11 en IFRS 12. Deze accountingstandaarden hebben striktere en

gedetailleerdere regels dan voorheen en bieden de mogelijkheid te onderzoeken welke

accountingbenadering winststuring kan beperken. Uit de resultaten van dit onderzoek is gebleken

dat de hoeveelheid winststuring bij beursgenoteerde ondernemingen is afgenomen sinds de

invoering van de nieuwe accountingstandaarden. Er kan worden dus worden geconcludeerd dat

rules-based accountingstandaarden winststuring bij beursgenoteerde ondernemingen doet afnemen.

Onderzoek naar De invloed van de benadering van accountingstandaarden op winststuring

Sectie Accounting, Auditing & Control

Nick van der Stelt|[email protected]

Bachelor Economie & BedrijfseconomieErasmus Universiteit Rotterdam

Scriptiebegeleider: Dhr. H.J. Bouwer18-07-2016

Page 2: Onderzoek naar De invloed van de benadering van ... · Web viewOnderzoek naar De invloed van de benadering van accountingstandaarden op winststuringSectie Accounting, Auditing & Control

VoorwoordVoor u ligt mijn bachelor scriptie ter afronding van de opleiding Economie en Bedrijfseconomie aan

de Erasmus Universiteit te Rotterdam. Deze scriptie is het resultaat van het onderzoek op gebied van

Accounting, Auditing en Control. Dit betreft een onderzoek naar de verbanden tussen accounting

benaderingen (rules-based en principles-based) en winststuring bij beursgenoteerde

ondernemingen.

De aanleiding van mijn keuze voor dit onderwerp is gebaseerd op de discussies die zijn gevoerd

tijdens het werkcollege Externe Verslaggeving. Hierin is winststuring veelvuldig aan bod gekomen en

ontstonden er interessante discussies over welke accountingbenadering winststuring kan beperken.

Net als in de literatuur waren mijn medestudenten en ik niet in staat om tot een eenduidige

conclusie te komen.

Gedurende mijn scriptietraject ben ik begeleid door de heer H.J. Bouwer. Bij deze wil ik hem heel

graag bedanken voor alle ondersteuning en waardevolle terugkoppeling op mijn scriptie. Zijn

duidelijke suggesties en concrete opmerkingen hebben het niveau van deze scriptie enorm

bevorderd. Daarnaast wil ik ook mijn familie bedanken voor alle steun en support tijdens mijn

scriptietraject. Zonder deze mensen zou ik niet tot dit eindresultaat zijn gekomen.

Nick van der Stelt

1

Page 3: Onderzoek naar De invloed van de benadering van ... · Web viewOnderzoek naar De invloed van de benadering van accountingstandaarden op winststuringSectie Accounting, Auditing & Control

InhoudsopgaveHoofdstuk 1 Inleiding 4

1.1 Achtergrond 4

1.2 Doelstelling 5

1.3 Probleemstelling 5

1.4 Afbakening onderwerp 6

1.5 Structuur 6

Hoofdstuk 2 Winststuring 7

2.1 Inleiding 7

2.2 Definitie van winststuring7

2.3 Motieven van winststuring 7

2.4 Methoden van winststuring 9

2.5 Winststuring herkennen 11

2.6 Samenvatting 12

Hoofdstuk 3 Principles-based accountingstandaarden 13

3.1 Inleiding 13

3.2 Definitie Principles-based accountingstandaarden 13

3.3 Kwalitatieve kenmerken van het Stramien 16

3.4 Voordelen 17

3.5 Nadelen 19

3.6 Winststuring 20

3.7 Samenvatting 23

Hoofdstuk 4 Rules-based accountingstandaarden 25

4.1 Inleiding 25

4.2 Definitie Rules-based accountingstandaarden 25

4.3 Voordelen 28

4.4 Nadelen 30

4.5 Winststuring 31

4.6 Samenvatting 34

Hoofdstuk 5 Internationale ontwikkelingen 36

5.1 Inleiding 36

5.2 Terugblik 36

5.3 Ontwikkelingen IFRS 37

5.4 Hypothesen 38

2

Page 4: Onderzoek naar De invloed van de benadering van ... · Web viewOnderzoek naar De invloed van de benadering van accountingstandaarden op winststuringSectie Accounting, Auditing & Control

5.5 Samenvatting 39

Hoofdstuk 6 Data en Methodologie 40

6.1 Inleiding 40

6.2 Onderzoeksmethoden 40

6.3 Data 43

6.4 Opzet van het onderzoek 44

6.5 Samenvatting 48

Hoofdstuk 7 Resultaten 49

7.1 Inleiding 49

7.2 Beschrijvende statistieken 49

7.3 Regressiemodellen 51

7.4 Samenvatting 53

Hoofdstuk 8 Conclusie 54

8.1 Inleiding 54

8.2 Discussie deelvragen 54

8.3 Beantwoording onderzoeksvraag 55

8.4 Beperkingen van het onderzoek 57

8.5 Aanbevelingen voor verder onderzoek 57

Referentielijst 58

Appendix 1: Vergelijking tussen modellen om winststuring te herkennen 60

Appendix 2: Sample met beursgenoteerde AEX-ondernemingen 62

3

Page 5: Onderzoek naar De invloed van de benadering van ... · Web viewOnderzoek naar De invloed van de benadering van accountingstandaarden op winststuringSectie Accounting, Auditing & Control

1. Inleiding1.1 Achtergrond

Het bestuur van een onderneming is verplicht jaarlijks een enkelvoudige jaarrekening op te maken

en, indien van toepassing, tevens een geconsolideerde jaarrekening. Het doel van de jaarrekening is

om gebruikers van deze jaarrekening inzicht te geven over de financiële positie, de resultaten en de

eventuele wijzigingen in de financiële positie van een onderneming (Böhmer, Hoogendoorn &

Kruit, 2015). Aan de hand van deze informatie kunnen gebruikers van de jaarrekening economische

beslissingen nemen betreffende de onderneming. Het is daarom belangrijk dat de jaarrekening een

getrouwe weergave geeft van de actuele situatie van een onderneming. Daartegenover hebben

managers van ondernemingen belang bij een jaarrekening waarin de cijfers van de onderneming een

zo rooskleurig mogelijk beeld geven van de onderneming. Managers zullen daarom de neiging

hebben om de resultaten van de onderneming in een voor hen positieve richting te sturen, het

zogenaamde earnings management (winststuring). Managers zullen proberen mogelijkheden te

vinden binnen de accountingstandaarden om hun winsten te sturen (Healy & Wahlen, 1999).

Winststuring doet afbreuk aan de getrouwe weergave van de jaarrekening en hierdoor kunnen

gebruikers van de jaarrekening worden misleid. Het is daarom van belang dat winststuring zoveel

mogelijk wordt beperkt. De huidige accountingstandaarden zijn veelal niet afdoende om winststuring

te voorkomen. Het is dus belangrijk te onderzoeken hoe accountingstandaarden moeten worden

ingericht om winststuring te beperken.

In de zoektocht naar accountingstandaarden die winststuring zullen beperken, is het belangrijk te

onderzoeken of moet worden gekozen voor rules-based of principles-based benadering. Hiermee

wordt direct een koppeling gemaakt naar de oneindige discussie welke van de accountingsystemen,

rules-based of principles-based, de voorkeur geniet met betrekking tot de beperking van winststuring

(Collins, Pasewark & Riley, 2012). Rules-based accountingstandaarden zijn standaarden waarbij niet

of nauwelijks kan worden afgeweken van de specifieke regels. Daartegenover staat principles-based

waarbij gegronde redenen kunnen zijn om van de specifieke regels af te wijken. Het systeem van de

International Accounting Standards Board (IASB), International Financial Reporting Standards (IFRS),

kan worden gezien als een principles-based accountingstandaard in vergelijking tot het Amerikaanse

accountingsysteem, United States Generally Accepted Accounting Principles (US GAAP). US GAAP

wordt juist gekenmerkt als een accountingsysteem met strike regelgeving (Böhmer, Hoogendoorn &

Kruit, 2015).

4

Page 6: Onderzoek naar De invloed van de benadering van ... · Web viewOnderzoek naar De invloed van de benadering van accountingstandaarden op winststuringSectie Accounting, Auditing & Control

In het verleden is al het nodige onderzoek gedaan naar de invloed van beide systemen op de

accountingkwaliteit. Desondanks is geen eenduidig antwoord gevonden op de vraag welke van beide

systemen beter is. Ook is in voorgaande onderzoeken niet duidelijk geworden welke van beide

systemen de beste bijdrage heeft in de beperking van winststuring. Dit onderzoek hoopt daarom een

bijdrage te leveren in de discussie welk accountingsysteem de beste bijdrage kan leveren in de

beperking van winststuring om op deze manier de accountingkwaliteit van de jaarrekening te

verbeteren.

1.2 Doelstelling

De doelstelling van deze scriptie is het vinden van een oplossing om winststuring te beperken. Zoals

eerder aangegeven is het van belang voor gebruikers van de jaarrekening dat de jaarrekening een

getrouwe weergave geeft van de huidige situatie van een onderneming. Hiermee zal voornamelijk

een bijdrage worden geleverd in de vorm van aanbevelingen voor de vorming van nieuwe

accountingstandaarden die de mogelijkheden tot winststuring zullen beperken. In dit onderzoek zal

worden gekeken welk accountingsysteem, principles-based of rules-based, de beste bijdrage levert

aan het beperken van winststuring. Deze scriptie zal daarom ook een bijdrage leveren aan de rules-

based/principles-based discussie.

1.3 Probleemstelling

De volgende probleemstelling staat centraal in dit onderzoek:

“Welke benadering met betrekking tot accountingstandaarden moet worden gekozen om

winststuring bij beursgenoteerde ondernemingen te beperken?”

Om een antwoord te vinden op bovenstaande probleemstelling zal deels een literatuuronderzoek en

deels een empirisch onderzoek worden gedaan naar de invloeden van principles-based en rules-

based accounting op de winststuring bij beursgenoteerde ondernemingen. Ter beantwoording van

de probleemstelling zal gebruik worden gemaakt van een vijftal deelvragen, namelijk:

1. Wat is winststuring?

2. Wat zijn de motieven van managers om de winsten van een onderneming te sturen?

3. Wat zijn de methoden die managers aangrijpen om winsten te sturen?

4. Wat is de invloed van principles-based accounting op de hoeveelheid winststuring bij

beursgenoteerde ondernemingen?

5. Wat is de invloed van rules-based accounting op de hoeveelheid winststuring bij

beursgenoteerde ondernemingen?

5

Page 7: Onderzoek naar De invloed van de benadering van ... · Web viewOnderzoek naar De invloed van de benadering van accountingstandaarden op winststuringSectie Accounting, Auditing & Control

1.4 Afbakening onderwerp

In deze scriptie zal onderzoek worden gedaan welke benadering met betrekking tot

accountingstandaarden de voorkeur geniet bij het beperken van winststuring. Er zal onderzoek

worden gedaan naar de hoeveelheid winststuring bij Nederlandse beursgenoteerde ondernemingen.

De uitkomsten van deze scriptie zullen dus betrekking hebben op beursgenoteerde ondernemingen

die gebruik maken van de IFRS accountingstandaarden aangezien Europese beursgenoteerde

ondernemingen sinds 2005 verplicht zijn om IFRS accountingstandaarden toe te passen op de

externe verslaggeving. In de afgelopen jaren heeft de IASB de nodige accountingstandaarden

vervangen om de accounting kwaliteit te verbeteren. In dit empirische onderzoek zal worden

gekeken of de invoering van deze nieuwe (verbeterde) standaarden een bijdrage hebben geleverd

aan de beperking van winststuring en of dit aan de hand van een meer principles-based benadering is

gebeurd of een meer rules-based benadering. Er zal onder andere gekeken gaan worden naar de

invoering van IFRS 10 met betrekking tot Special Purpose Entities en IFRS 11 met betrekking tot Joint

Ventures. Met dit empirisch onderzoek wordt een koppeling gemaakt met het theoretische gedeelte

van deze scriptie. Zo kan worden gekeken hoe de praktijk zich verhoudt met conclusies uit

voorgaande onderzoeken.

1.5 Structuur van het onderzoek

Deze scriptie zal deels bestaan uit een literatuuronderzoek en deel uit een empirisch onderzoek. In

hoofdstuk 2 van deze scriptie zal worden ingegaan op de definitie van winststuring en de motieven

en methoden die managers hebben om de winsten te sturen. Vervolgens zal in hoofdstuk 3 worden

ingegaan op principles-based accountingstandaarden. In dit hoofdstuk zal een uiteenzetting worden

gemaakt over de voor- en tegenstanders van deze benadering met betrekking tot de beperking van

winststuring. Aansluitend zal in hoofdstuk 4 worden ingegaan op rules-based accountingstandaarden

en wederom een uiteenzetting worden gemaakt over de voor- en tegenstanders van deze

benadering met betrekking tot de beperking van winststuring. In hoofdstuk 5 zullen de recente

ontwikkelingen in accountingstandaarden van de IASB worden beschreven. De recente

ontwikkelingen zullen worden gekoppeld aan de conclusies uit voorgaande onderzoeken met

betrekking tot winststuring. In dit hoofdstuk zullen ook een tweetal hypothesen worden toegelicht

die zullen worden getoetst aan de hand van een empirisch onderzoek. Vervolgens zal in hoofdstuk 6

de opzet van het empirisch onderzoek worden beschreven. Aansluitend zullen de resultaten van dit

onderzoek worden beschreven in hoofdstuk 7. In het laatste hoofdstuk worden de verschillende

visies uit het literatuuronderzoek en de uitkomsten uit het empirisch onderzoek bediscussieerd en zal

6

Page 8: Onderzoek naar De invloed van de benadering van ... · Web viewOnderzoek naar De invloed van de benadering van accountingstandaarden op winststuringSectie Accounting, Auditing & Control

een antwoord worden gegeven op de probleemstelling en de bijbehorende deelvragen. Ook zullen in

dit hoofdstuk enkele tekortkomingen van dit onderzoek worden besproken en zullen suggesties

worden gedaan voor vervolgonderzoek.

2. Winststuring2.1 Inleiding

In dit hoofdstuk zal worden ingegaan op de definitie van winststuring. Aansluitend zal worden

gekeken naar de verschillende motieven die managers hebben om de winsten te sturen, zoals het

verkrijgen van (hogere) bonussen, het positief beïnvloeden van de aandelenkoers en emissiekoers en

het verlagen van belastingen. Daarnaast zullen de methoden die managers gebruiken om de winsten

te sturen aan bod komen. Hier zal onder andere ingegaan worden op big bath accounting, income

smoothing, misbruik van het begrip materialiteit en winstrealisatie. Tot slot zal een korte

samenvatting worden gegeven van de verschillende concepten en theorieën in dit hoofdstuk.

2.2 Definitie van winststuring

In bestaande literatuur zijn verschillende definities van het begrip winststuring te vinden. In deze

scriptie zal de definitie van Healy en Wahlen worden toegepast gezien dit veelal de juiste lading dekt

van het begrip winststuring in bestaande literaire werken. Healy en Wahlen (1999) definiëren het

begrip winststuring als het fenomeen dat ontstaat wanneer managers gebruikmaken van hun

beoordelingsvermogen met betrekking tot de toepassing van accountingstandaarden in de financiële

verslaggeving en in het structureren van transacties van de onderneming om ofwel gebruikers van de

jaarrekening te misleiden over de onderliggende economische prestaties van de onderneming, of

contractuele resultaten die afhankelijk zijn van gerapporteerde boekhoudkundige cijfers te

beïnvloeden. Healy en Wahlen (1999) spreken van twee situaties waar winststuring wordt

waargenomen; in het geval dat het management de financiële verslaggeving probeert te beïnvloeden

en daardoor de gebruikers van de jaarrekening te misleiden en als het management een poging doet

om contractuele resultaten die afhankelijk zijn van gerapporteerde boekhoudkundige cijfers te

manipuleren.

2.3 Motieven van winststuring

Managers hebben verschillende motieven om de winsten van een onderneming te sturen. Een van

de belangrijkste motieven voor winststuring is het verkrijgen of vergroten van bonussen of

beloningen. Daarnaast kunnen het verkrijgen van een hogere emissieprijs, het verhogen van de

aandelenkoers, het vermijden of verlagen van belastingen of het verkrijgen van kredieten tegen

betere voorwaarden worden aangemerkt als motieven voor winststuring (Xiong, 2006).

7

Page 9: Onderzoek naar De invloed van de benadering van ... · Web viewOnderzoek naar De invloed van de benadering van accountingstandaarden op winststuringSectie Accounting, Auditing & Control

2.3.1 Verkrijgen of vergroten van bonussen of beloningen

Zoals eerder aangegeven kan het verkrijgen of vergroten van bonussen of beloningen worden

aangemerkt als een van de meest voorkomende motieven van managers om de winsten te sturen.

Indien managers contractueel recht hebben op een beloning als zij bepaalde prestaties leveren,

kunnen zij een prikkel krijgen om de winsten te sturen. Immers, door de winsten te sturen en

hiermee de prestaties van een onderneming te stimuleren verkrijgen zij het recht op een (hogere)

beloning (Hall & Liebman, 1998). Daarnaast worden managers regelmatig betaald in de vorm van

aandelenopties. Door het sturen van de winsten kunnen managers de aandelenkoers bevorderen en

hiermee dus ook zorgen voor een hogere winstuitkering. Ook via deze weg zullen de managers

worden beloond voor het sturen van de winsten (Hall & Liebman, 1998).

2.3.2 Positieve beïnvloeding van de aandelenkoers

Ook het positief beïnvloeden van de aandelenkoers van de onderneming is een belangrijk motief

voor managers om de winsten te sturen. Door de winsten te sturen zullen de resultaten van de

onderneming positief worden beïnvloed waardoor ook de aandelenkoers van de onderneming

positief wordt beïnvloed. Zoals Hall en Liebman (1998) concludeerden zal een hogere aandelenkoers

leiden tot een hogere winstuitkering en hiermee dus ook tot een hogere beloning voor de managers.

Daarnaast is een hoge aandelenkoers ook belangrijk met het oog op een eventuele overname. De

financiering van een overname geschiedt veelal in de vorm van aandelen en met een hoge

aandelenkoers kunnen grotere overnames worden gedaan. Daarnaast zal een hogere aandelenkoers

ook meer geld opleveren bij verkoop (Xiong, 2006).

2.3.3 Verkrijging van een hogere emissieprijs

De verkrijging van een hogere emissieprijs kan ook een motief zijn om de winsten te sturen.

Onderzoek heeft aangetoond dat managers vóór de beursgang winsten sturen om een hogere prijs

voor de aandelen te ontvangen bij emissie. Doordat de gerapporteerde winsten van de onderneming

hoger zullen uitvallen, zal de aandelenprijs bij emissie hoger uitvallen en zal dit de onderneming

meer geld opleveren. Ook zal de liquiditeit van de onderneming toenemen door de hogere

aandelenprijs bij emissie (Xiong, 2006).

2.3.4 Verkrijgen van kredieten tegen betere voorwaarden

8

Page 10: Onderzoek naar De invloed van de benadering van ... · Web viewOnderzoek naar De invloed van de benadering van accountingstandaarden op winststuringSectie Accounting, Auditing & Control

Daarnaast kan ook het verkrijgen van kredieten van een financiële instelling tegen gunstigere

voorwaarden worden aangemerkt als een motief om de winsten te sturen. Indien de gerapporteerde

winsten van een onderneming hoger zullen zijn, zal deze onderneming als minder risicovol worden

beschouwd door financiële instellingen. Hierdoor zullen de financiële instellingen vaak eerder

geneigd zijn om kredieten te verstrekken en daarnaast ook tegen gunstigere voorwaarden. De bank

heeft namelijk meer zekerheid dat deze onderneming zijn betalingsverplichtingen kan voldoen

(Mulford & Comiskey, 2002).

2.3.5 Vermijden of verlagen van belastingen

Waar de eerdergenoemde motieven leiden tot winststuring waarbij de prestaties van een

onderneming positief worden beïnvloed, zal dit motief leiden tot winststuring waar de prestaties

zullen worden gedrukt. Door winsten uit te stellen zullen de resultaten van de onderneming worden

gedrukt waardoor de onderneming ook minder vennootschapsbelasting hoeft te betalen. Het kan

daarom voor ondernemingen aantrekkelijk zijn om de winsten uit te stellen (Xiong, 2006).

2.4 Methoden van winststuring

Managers grijpen verschillende methoden aan om de winsten te sturen. Deze verschillende

methoden kunnen worden verdeeld in een tweetal categorieën (Van Beest & Knoops, 2011):

Het optimaal benutten van interpretatiemogelijkheden en keuzevrijheden die

accountingstandaarden bieden. Hierbij moet worden gedacht aan de keuze van

waarderingsgrondslagen of stelselwijzigingen. Daarnaast maken managers hier vaak ook

optimaal gebruik van de interpretatiemogelijkheden in het geval van schattingen. Door hier

een optimale keuze in te maken kunnen managers de winsten van de onderneming

beïnvloeden.

Het uitstellen of naar voren halen van transacties. Hierbij kan worden gedacht aan het

uitstellen van leveringen van goederen of diensten zodat deze opbrengsten in een andere

periode zullen vallen. Doordat deze leveringen in een andere periode vallen kunnen de

winsten worden gestuurd.

Bovenstaande categorieën kunnen worden aangemerkt als de legale vormen om de winsten te

sturen. Naast de legale vormen wordt door Van Beest en Knoops (2011) ook gesproken over een

illegale vorm van winststuring; frauderen. De winsten worden in deze situatie beïnvloed door het

opzettelijk overtreden van wettelijke richtlijnen. In tegenstelling tot voorgaande legale categorieën

moet worden aangetekend dat frauderen strafbaar is (Van Beest & Knoops, 2011). In dit onderzoek

zal frauderen buiten beschouwing worden gelaten.

9

Page 11: Onderzoek naar De invloed van de benadering van ... · Web viewOnderzoek naar De invloed van de benadering van accountingstandaarden op winststuringSectie Accounting, Auditing & Control

De bovenstaande methoden om de winsten te sturen hebben verschillende verschijningsvormen in

de praktijk. Enkele voorbeelden hiervan zijn big bath accounting, income smoothing, misbruik van

het begrip materialiteit en wel of niet erkennen van winsten. Deze verschillende verschijningsvormen

zullen nader worden toegelicht in de onderstaande secties.

2.4.1 Big Bath accounting

Big bath accounting is een verschijningsvorm die veelal voorkomt in perioden waar een onderneming

mindere resultaten behaald. Deze verschijningsvorm valt onder de categorie van het uitstellen of

naar voren halen van transacties. Ondernemingen zullen er in geval van verliezen of hoge kosten bij

deze methode vaak voor kiezen om direct nog meer kosten te nemen aangezien er toch al een verlies

wordt gemaakt. Op deze manier zal eenmalig een groot verlies worden geleden, maar zullen de

prestaties in toekomstige perioden positief worden beïnvloed (Levitt, 1998). De managers maken

deze keuze omdat zij verwachten dat gebruikers van de jaarrekening over het eenmalige verlies heen

kijken en zullen kijken naar de positieve resultaten die in het verschiet liggen. Bij deze vorm van

winststuring kan worden gesproken van het “opschonen van de balans” aangezien de vele kosten in

één keer worden genomen en ondernemingen in het volgende jaar als het ware opnieuw kunnen

beginnen (Levitt, 1998).

2.4.2 Income smoothing

Een derde verschijningsvorm van winststuring is het zogenaamde income smoothing. Bij deze vorm

van winststuring zullen de winsten over meerdere jaren worden geëgaliseerd. Managers zullen in de

jaren met goede resultaten de winsten proberen te drukken en in jaren met verliezen of kleinere

winsten de winsten proberen te vergroten. Managers bereiken deze egalisatie door gebruik te maken

van reserves. Mangers maken onrealistische aannames met betrekking tot bijvoorbeeld de

voorziening dubieuze debiteuren of garantiekosten. Op deze manier kunnen de reserves op peil

worden gehouden om de winsten te egaliseren (Levitt, 1998). Deze verschijningsvorm van

winststuring kan worden onderverdeeld onder de tweede categorie. De winsten worden als het ware

uitgesteld en naar voren gehaald om zo de winsten over meerdere jaren te egaliseren. Een mogelijke

reden die managers kunnen hebben om deze vorm van winststuring toe te passen is het beïnvloeden

van de winsten om zo hun bonussen te behalen of zeker te zijn dat hun baan niet ter discussie komt

te staan in slechte tijden (Healy, 1985).

2.4.3 Misbruik van het begrip materialiteit

Bij het opstellen van de jaarrekening moeten managers keuzes maken of informatie moet worden

opgenomen in de jaarrekening. Een belangrijk begrip met betrekking tot deze keuzes is materialiteit.

10

Page 12: Onderzoek naar De invloed van de benadering van ... · Web viewOnderzoek naar De invloed van de benadering van accountingstandaarden op winststuringSectie Accounting, Auditing & Control

Informatie is materieel als het weglaten of het onjuist opnemen ervan de economische beslissingen

van de gebruikers van de jaarrekening kan beïnvloeden. Onderzoek heeft aangetoond dat managers

het begrip materialiteit vaak misbruiken om de winsten te sturen. Zo wordt informatie onterecht

opgenomen in de jaarrekening of wordt informatie onterecht uit de jaarrekening gelaten om zo de

resultaten van de onderneming te beïnvloeden. Deze verschijningsvorm kan worden onderverdeeld

in de eerste categorie aangezien managers gebruikmaken van de interpretatiemogelijkheden die de

definitie van materialiteit geeft (Levitt, 1998).

2.4.4 Winstrealisatie

De laatste verschijningsvorm van winststuring is winstrealisatie. Bij deze vorm van winststuring

worden opbrengsten van de onderneming onterecht als opbrengst geboekt of juist onterecht niet als

opbrengst geboekt. Deze vorm van winststuring ontstaat bijvoorbeeld als de opbrengsten al worden

geboekt, terwijl de producten nog niet of pas gedeeltelijk zijn geleverd en vice versa. De managers

proberen op deze manier de resultaten van de onderneming te beïnvloeden. Deze verschijningsvorm

kan worden onderverdeeld in de tweede categorie aangezien het tijdstip van het nemen

opbrengsten wordt gestuurd door managers (Schipper, 1989).

2.5 Winststuring herkennen

In de voorgaande paragrafen is een duidelijke definitie van winststuring gegeven en zijn de

verschillende motieven en methoden van managers om winsten te sturen besproken. Om onderzoek

te doen naar winststuring bij (beursgenoteerde) ondernemingen is het van belang om winststuring te

kunnen herkennen. Het is niet eenvoudig om winststuring bij ondernemingen te onderscheiden. In

de loop der jaren hebben verschillende economen modellen ontwikkeld die het mogelijk maken om

winststuring bij ondernemingen te herkennen. Een aantal voorbeelden hiervan zijn: het Healy model,

het Jones model, het Industry model en het Modified Jones model (Mohanram, 2003). Deze

verschillende modellen zullen in hoofdstuk 5 uitvoerig worden besproken. Een belangrijke

overeenkomst tussen deze modellen is het gebruik maken van accruals. Accruals kunnen worden

omschreven als de kosten en opbrengsten die de verschillen tussen de winsten van een onderneming

en de cash flows verklaren. Accruals ontstaan bij het maken van accounting keuzes. Concreet kunnen

keuzes met betrekking tot voorzieningen, afschrijvingen en transacties die financieel nog niet zijn

afgewikkeld worden beschouwd als voorbeelden van accruals (Mohanram, 2003).

Accruals kunnen worden onderverdeeld als discretionary accruals en non-discretionary accruals.

Non-discretionary accruals kunnen worden omschreven als accruals die ontstaan uit normale

bedrijfsactiviteiten. Het feit dat managers geen invloed kunnen uitoefenen op deze normale

bedrijfsactiviteiten is een belangrijk kenmerk van non-discretionary accruals. Daartegenover staan

11

Page 13: Onderzoek naar De invloed van de benadering van ... · Web viewOnderzoek naar De invloed van de benadering van accountingstandaarden op winststuringSectie Accounting, Auditing & Control

discretionary accruals. Discretionary accruals zijn de accruals die ontstaan uit invloeden van

managers, zoals winststuring (Mohanram, 2003). Discretionary accruals zijn dus een belangrijk

middel in dit onderzoek om de winststuring bij beursgenoteerde ondernemingen te kunnen meten.

2.6 Samenvatting

In dit hoofdstuk zijn de definitie van winststuring, de verschillende motieven van managers om de

winsten te sturen en de verschillende methoden van winststuring besproken. Het begrip winststuring

is gedefinieerd als het fenomeen dat ontstaat wanneer managers gebruikmaken van hun

beoordelingsvermogen met betrekking tot de toepassing van accountingstandaarden in de financiële

verslaggeving en in het structureren van transacties van de onderneming om ofwel gebruikers van de

jaarrekening te misleiden over de onderliggende economische prestaties van de onderneming, of

contractuele resultaten die afhankelijk zijn van gerapporteerde boekhoudkundige cijfers te

beïnvloeden. De belangrijkste motieven die managers hebben om de winsten te sturen zijn het

behalen van hun bonussen door bepaalde prestaties te leveren en het verkrijgen van een hoge

aandelenkoers en/of emissiekoers. Daarnaast kunnen managers ook gemotiveerd worden om de

winsten te sturen om belastingen te vermijden of te verlagen of gunstige voorwaarden te verwerven

bij het verkrijgen van kredieten bij financiële instellingen. Vervolgens is ingegaan op de verschillende

methoden die managers aangrijpen om de winsten te sturen. Zo kunnen managers

interpretatiemogelijkheden en keuzevrijheden die accountingstandaarden bieden optimaal benutten.

Een andere methode is het uitstellen of naar voren halen van transacties. Een laatste methode is het

plegen van fraude. Hier moet worden aangetekend dat deze vorm strafbaar is. Deze methoden om

de winsten te sturen hebben verschillende verschijningsvormen in de praktijk, zoals big bath

accounting, income smoothing, het misbruik maken van het begrip materialiteit en het wel of niet

erkennen van winsten. Tot slot is besproken hoe winststuring kan worden herkend bij

(beursgenoteerde) ondernemingen. In de loop der jaren zijn verschillende modellen ontwikkeld door

economen die het mogelijk maken om winststuring herkenbaar te maken. Deze verschillende

modellen maken allen gebruik van accruals. Accruals kunnen worden omschreven als de kosten en

opbrengsten die de verschillen tussen de winsten van een onderneming en de cash flows verklaren.

Accruals kunnen worden onderverdeeld als discretionary- of non-discretionary accruals. Non-

discretionary accruals kunnen worden omschreven als accruals die ontstaan uit normale

bedrijfsactiviteiten. Discretionary accruals zijn daarentegen accruals die ontstaan door invloeden van

het management op de bedrijfsvoering. Discretionary accruals zijn een belangrijk middel om

winststuring op te sporen.

12

Page 14: Onderzoek naar De invloed van de benadering van ... · Web viewOnderzoek naar De invloed van de benadering van accountingstandaarden op winststuringSectie Accounting, Auditing & Control

13

Page 15: Onderzoek naar De invloed van de benadering van ... · Web viewOnderzoek naar De invloed van de benadering van accountingstandaarden op winststuringSectie Accounting, Auditing & Control

3. Principles-based Accountingstandaarden3.1 Inleiding

In dit hoofdstuk zal om te beginnen worden ingegaan op de definitie van een principles-based

accountingstandaard. Vervolgens zal aan de hand van een literatuuronderzoek een antwoord worden

geformuleerd op de volgende deelvraag: wat is de invloed van principles-based accounting op de

hoeveelheid winststuring bij beursgenoteerde ondernemingen? Om deze deelvraag te

beantwoorden zal een uiteenzetting worden gemaakt tussen de voor- en nadelen van principles-

based accountingstandaarden. Vervolgens zal worden gekeken in hoeverre principles-based

accountingstandaarden als oplossing kunnen fungeren om winststuring bij beursgenoteerde

ondernemingen te beperken. Hierbij zullen de kwalitatieve kenmerken van het Stramien als leidraad

worden gebruikt om de kwaliteit van principles-based accountingstandaarden in kaart te brengen.

Tot slot zal in een korte samenvatting een antwoord worden geformuleerd op de bovenstaande

deelvraag en de behandelde concepten in dit hoofdstuk.

3.2 Definitie principles-based accountingstandaarden

Met betrekking tot de internationale accountingstandaarden kan onderscheid worden gemaakt in

twee verschillende benaderingen; de principles-based en rules-based accountingstandaarden.

Principles-based accountingstandaarden worden gekenmerkt als standaarden met algemene

uitgangspunten voor de verwerking en waardering van accounting aangelegenheden in de externe

verslaggeving (Van Beest, 2015). Rules-based accountingstandaarden daarentegen kenmerken zich

door gedetailleerde regelgeving waar onder geen enkele omstandigheid van mag worden afgeweken.

In hoofdstuk 4 zal verder worden ingegaan op rules-based accountingstandaarden.

3.2.1 Kenmerken principles-based accountingstandaarden

Zoals hierboven is benoemd worden principles-based accountingstandaarden gedefinieerd als

standaarden met (algemene) uitgangspunten zonder gedetailleerde regelgevingen (Van Beest, 2015).

Deze accountingstandaarden voor waardering en bepaling van elementen uit de jaarverslaggeving

bieden veel ruimte voor interpretatie aangezien er geen gedetailleerde regels zijn. Op het moment

dat de accountingstandaarden niet toereikend zijn om het beoogde doel van de jaarrekening, het

inzicht verschaffen van de huidige situatie van een onderneming, kunnen managers de

accountingstandaarden zodanig invullen dat wel aan het beoogde doel wordt voldaan.

Het is wel van belang dat afwijkingen van de accountingstandaarden worden onderbouwd in de

toelichting van de jaarrekening. Door dit toe te lichten in de jaarrekening blijft de jaarverslaggeving

begrijpelijk voor de gebruikers. Vanuit het perspectief van principles-based standaarden kan worden

14

Page 16: Onderzoek naar De invloed van de benadering van ... · Web viewOnderzoek naar De invloed van de benadering van accountingstandaarden op winststuringSectie Accounting, Auditing & Control

gesteld dat gedetailleerde regels niet het vereiste inzicht geven in een onderneming.

Door te werken met principes in plaats van gedetailleerde regels zijn managers beter in staat om de

economische werkelijkheid weer te geven (Nelson, 2003).

Een van de kenmerken van principles-based accountingstandaarden komt direct tot uiting in de

definitie; het ontbreken van gedetailleerde regels. Principles-based accountingstandaarden zijn

standaarden met algemene uitgangspunten en laten ruimte voor interpretatie. Een tweede kenmerk

van principles-based accountingstandaarden is een hoge mate van flexibiliteit. Door het ontbreken

van strikte gedetailleerde regels zijn de accountingstandaarden flexibeler toepasbaar. Principles-

based accountingstandaarden worden ook gekenmerkt als standaarden met een hoge mate van

subjectiviteit (Van Beest & Knoops, 2011). De principles-based accountingstandaarden omvatten

slechts algemene uitgangspunten waar opstellers van de jaarrekening rekening zich aan moeten

houden. Door het ontbreken van gedetailleerde regels is er dus veel ruimte voor interpretatie. Dit

biedt dus ook veel ruimte voor professionele oordeelsvorming door opstellers van de jaarrekening

(Van Beest & Knoops, 2011). Tot slot zijn principles-based accountingstandaarden ook als minder

complex te bestempelen. Indien accountingstandaarden veel gedetailleerde regels bevatten, kan het

gecompliceerd zijn om deze accountingstandaarden toe te passen. In het geval zich een

uitzonderlijke situatie voordoet bij een onderneming kunnen opstellers van de jaarrekening moeite

hebben met het verwerken van deze situatie in de jaarverslaggeving. Door het ontbreken van deze

gedetailleerde regels zijn de accountingstandaarden minder gecompliceerd (Nelson, 2003).

3.2.2 Nationale en Internationale accountingstandaarden

De Nederlandse wet- en regelgeving kent een principles-based benadering. Deze benadering komt

tot uiting in artikel 2:362 in het Burgerlijk Wetboek (BW). In dit artikel wordt verwezen naar “de

normen die in het maatschappelijk verkeer als aanvaardbaar worden beschouwd”. Concreet kan

worden gesteld dat de normen in het maatschappelijk verkeer leidend zijn bij de verwerking van

economische transacties van beursgenoteerde ondernemingen en laat de toepassing van deze

‘principes’ over aan de opstellers van de jaarverslagen (Van Beest, 2015). De Nederlandse wet- en

regelgeving voldoet aan de kenmerken van een principles-based benadering. Zo ontbreken

gedetailleerde regels in de accountingstandaarden. Door het ontbreken van gedetailleerde en strikte

regels zijn de accountingstandaarden minder complex en is er sprake van een hoge mate van

subjectiviteit. Daarnaast zijn de accountingstandaarden flexibel toepasbaar door het ontbreken van

strikte en gedetailleerde regels.

In vergelijking met internationale accountingstandaarden, zoals IFRS en US GAAP, kan worden

gesteld dat de Nederlandse wet- en regelgeving een sterkere principles-based benadering kent dan

15

Page 17: Onderzoek naar De invloed van de benadering van ... · Web viewOnderzoek naar De invloed van de benadering van accountingstandaarden op winststuringSectie Accounting, Auditing & Control

deze internationale accountingstandaarden. De Nederlandse wet- en Regelgeving wordt namelijk

gekenmerkt met accountingstandaarden zonder strikte richtlijnen. Daartegenover staat US GAAP

met strikte richtlijnen die geen ruimte bieden voor subjectiviteit en flexibiliteit. Daarnaast zijn

accountingstandaarden onder US GAAP complex door de aanwezigheid van gedetailleerde en strikte

regels. Hiermee voldoen de accountingstandaarden van US GAAP niet aan de kenmerken om als

principles-based te worden aangemerkt (Schipper, 1989).

IFRS-richtlijnen kunnen worden gezien als de middenweg tussen de Nederlandse wet- en regelgeving

en US GAAP. De IFRS-richtlijnen zijn namelijk strikter dan de richtlijnen van de Nederlandse wet- en

regelgeving, maar bieden meer ruimte voor subjectiviteit dan accountingstandaarden onder US GAAP

(Schipper, 1989). De aanwezigheid van striktere richtlijnen dan bij de Nederlandse wet- en

regelgeving gaat ten koste van de

flexibiliteit en de ruimte voor

interpretatie. De

accountingstandaarden zijn minder

flexibel toepasbaar door de striktere

richtlijnen en de ruimte voor

interpretatie is beperkter dan onder de

Nederlandse wet- en regelgeving. De

striktere richtlijnen maken de

accountingstandaarden ook complexer voor opstellers van de jaarrekening dan onder de

Nederlandse wet- en regelgeving. Desondanks voldoen IFRS-richtlijnen wel aan de kenmerken van

een principles-based accountingstandaard, maar in mindere mate dan de Nederlandse wet- en

regelgeving (Hoogendoorn & Mertens, 2001).

3.2.3 Voorbeelden principles-based accountingstandaarden

Binnen de IFRS zijn er verschillende standaarden die een hoge mate van subjectiviteit met zich

meedragen. Inbreng van managers is vereist om de economische werkelijkheid weer te geven. IAS 16

is een voorbeeld van een accountingstandaard waar een subjectief inzicht noodzakelijk is om de

economische werkelijkheid weer te geven. IAS 16 heeft betrekking op materiële activa, activa die

worden aangehouden om goederen of diensten aan te bieden of voor bestuurlijke doeleinden en

waarvan de verwachting bestaat dat deze activa meer dan één periode meegaan (Böhmer,

Hoogendoorn & Kruit, 2015). Een voorbeeld van een materieel actief is een machine. Op deze

machine moet volgens IAS 16 worden afgeschreven, maar er worden geen regels voorgeschreven

met betrekking tot de gebruiksduur van deze machine. Hier komt het subjectieve karakter van IAS 16

naar voren; managers moeten namelijk zelf de inschatting maken wat de gebruiksduur is van de

16

Page 18: Onderzoek naar De invloed van de benadering van ... · Web viewOnderzoek naar De invloed van de benadering van accountingstandaarden op winststuringSectie Accounting, Auditing & Control

machine om de economische werkelijkheid weer te geven en zo de afschrijvingskosten te bepalen

(Böhmer, Hoogendoorn & Kruit, 2015).

Een ander voorbeeld van een accountingstandaard waar een hoge mate van subjectiviteit tot uiting

komt is IAS 36. IAS 36 is de accountingstandaard die de verwerking van bijzondere

waardeverminderingen, ook wel impairment genoemd, voorschrijft. Om te bepalen of een

impairment noodzakelijk is moet een vergelijking worden gemaakt tussen de realiseerbare waarde

en de boekwaarde van de vaste activa, zoals een gebouw. Op basis van IAS 36 wordt de realiseerbare

waarde vastgesteld op de hoogste van de bedrijfswaarde en de directe opbrengstwaarde. De directe

opbrengstwaarde kan worden berekend door de reële waarde van het vaste activum te verminderen

met de verkoopkosten. De bedrijfswaarde kan worden berekend door de contante waarde te

berekenen van geschatte toekomstige kasstromen die kunnen worden gegenereerd door het vaste

activum. Een bijzondere waardevermindering dient plaats te vinden indien de boekwaarde hoger is

dan de realiseerbare waarde. Het subjectieve karakter van deze standaard komt tot uiting in de

berekening van de bedrijfswaarde aangezien de toekomstige kasstromen uit het vaste activum

moeten worden geschat door de managers (Böhmer, Hoogendoorn & Kruit, 2015).

3.3 Kwalitatieve kenmerken van het Stramien

Met betrekking tot de beperking van winststuring wordt door verschillende economen aangedragen

om accountingstandaarden volgens de principles-based benadering op te stellen. Echter, er zijn ook

verschillende economen die beweren dat principles-based accountingstandaarden winststuring juist

in de kaart spelen. De meeste economen maken in hun onderbouwing gebruik van kwalitatieve

kenmerken volgens het Stramien. Kwalitatieve kenmerken zijn de eigenschappen van informatie uit

de externe verslaggeving die de informatie nuttig maken voor gebruikers van de jaarrekening. Het

Stramien kent de volgende kwalitatieve kenmerken (Böhmer, Hoogendoorn & Kruit, 1998):

Begrijpelijkheid. Dit kwalitatieve kenmerk toetst in hoeverre de informatie in de jaarrekening

te begrijpen is door de gebruikers van de jaarrekening. Er wordt echter wel verwacht dat de

gebruikers van de jaarrekening een redelijke kennis hebben van de economische activiteiten

en externe verslaggeving.

Relevantie. Informatie uit de externe verslaggeving is relevant indien deze informatie als

nuttig kan worden beschouwd in de besluitvorming die gebruikers van de jaarrekening

dienen te maken.

Betrouwbaarheid. De informatie uit de jaarverslaggeving van ondernemingen is

betrouwbaar te noemen indien deze een getrouwe weergave geeft van de werkelijkheid. De

17

Page 19: Onderzoek naar De invloed van de benadering van ... · Web viewOnderzoek naar De invloed van de benadering van accountingstandaarden op winststuringSectie Accounting, Auditing & Control

informatie uit de jaarrekening dient volledig te zijn en vrij te zijn van enige vorm van

partijdigheid.

Vergelijkbaarheid. Externe verslaggeving van ondernemingen moet gebruikers van de

jaarrekening de mogelijkheid bieden om de informatie uit deze externe verslaggeving te

vergelijken tussen verschillende ondernemingen en tussen verschillende jaargangen van de

externe verslaggeving. Het is voor de vergelijkbaarheid van belang dat

accountingstandaarden uniform worden toegepast.

3.4 Voordelen

Binnen de economie zijn zowel voorstanders als tegenstanders van principles-based

accountingstandaarden. Beide soorten standaarden brengen zowel voordelen als nadelen met zich

mee. Daarom is geen van beide accountingstandaarden superieur ten opzichte van elkaar. Zoals

hiervoor is beschreven gebruiken economen kwalitatieve kenmerken van het Stramien om de

kwaliteit van de standaarden te meten en te vergelijken. Over het algemeen worden de kwalitatieve

kenmerken relevantie en (gedeeltelijk) begrijpelijkheid als voordelig beschouwd bij principles-based

accountingstandaarden, terwijl begrijpelijkheid, vergelijkbaarheid en betrouwbaarheid als minder

voordelig worden beschouwd voor principles-based accountingstandaarden.

3.4.1 Relevantie

Onder economen wordt de hoge mate van relevantie onder een principles-based benadering als een

van de grote voordelen genoemd. Door de hoge mate van subjectiviteit zijn managers namelijk beter

in staat om de economische werkelijkheid in kaart te brengen voor gebruikers van de jaarrekening.

Op deze manier kunnen deze gebruikers aan de hand van de jaarverslaggeving een goed beeld

krijgen van de situatie waar een onderneming zich in bevindt. Door de algemene uitgangspunten

naar eigen inzicht in te vullen, kunnen opstellers van de jaarrekening relevante informatie van een

onderneming duidelijk tot uiting laten komen in de jaarverslaggeving (Xiong, 2006).

3.4.2 Begrijpelijkheid

Omtrent het kwalitatieve kenmerk begrijpelijkheid bestaat de nodige discussie aangezien voor beide

accountingbenaderingen de begrijpelijkheid als sterk punt kan worden gezien. Onder een principles-

based benadering kan een hoge mate van begrijpelijkheid worden behaald door een toelichting op te

nemen in de jaarrekening. In deze toelichting kan worden beschreven wat de achterliggende redenen

zijn voor de gekozen verwerkingswijze van financiële gebeurtenissen (Mergenthaler, 2009). Er is

echter een keerzijde aan het opnemen van deze informatie in de toelichting van de jaarrekening.

Indien voor elk financieel feit een toelichting wordt opgenomen in de jaarrekening, krijgen gebruikers

van de jaarrekening een overdaad aan informatie die de begrijpelijkheid niet ten goede komt. Het is

18

Page 20: Onderzoek naar De invloed van de benadering van ... · Web viewOnderzoek naar De invloed van de benadering van accountingstandaarden op winststuringSectie Accounting, Auditing & Control

daarom van groot belang dat opstellers van de jaarrekening een goede afweging maken welke

informatie relevant is en welke informatie beter achterwege kan worden gelaten (Mergenthaler,

2009).

3.4.3 Overige voordelen

Buiten de kwalitatieve kenmerken zijn ook algemene voordelen van principles-based

accountingstandaarden te onderscheiden. Om te beginnen wordt met deze standaarden de focus

verlegd van de vorm naar de economische werkelijkheid. De standaarden zijn niet langer gebonden

aan strikte regelgevingen waardoor managers ruimte krijgen om de economische werkelijkheid beter

in beeld te brengen. Dit biedt gebruikers van de jaarrekening de mogelijkheid om een beter beeld te

krijgen van de economische werkelijkheid van een onderneming. Indien de focus op de vorm zou

liggen dan voldoen ondernemingen aan de strikte regels, maar deze strikte regels brengen niet altijd

de economische werkelijkheid in kaart. Het is daarom voor gebruikers van de jaarrekening voordelig

dat de principles-based standaarden een betere weergave geven van de werkelijkheid (Collins,

Pasewark & Riley, 2012).

Een ander voordeel van principles-based accountingstandaarden is de vereenvoudiging van de

standaarden en de vereenvoudigde uitvoerbaarheid van deze standaarden. Door een algemeen

uitgangspunt te geven en de verdere invulling over te laten aan de managers zijn regels eenvoudiger

te begrijpen voor opstellers van de jaarrekening dan wanneer er strikte regels moeten worden

gevolgd onder rules-based standaarden. Onder accountingstandaarden met strikte regels wordt

getracht de regels zo te formuleren dat elke situatie wordt afgeschermd. Dit heeft als gevolg dat de

regels vaak erg ingewikkeld worden voor opstellers van de jaarrekening als er zich een

omstandigheid voordoet die afwijkend is van de regels. Indien zich een dergelijke situatie voordoet,

zijn managers met principles-based accountingstandaarden beter in staat om de standaarden naar de

economische werkelijkheid in te vullen. Principles-based standaarden zijn daarom vaak eenvoudiger

en ook gemakkelijker uitvoerbaar (Xiong, 2006).

Ook worden bijna alle mogelijke gebeurtenissen en transacties onder principles-based standaarden

afgedekt door de subjectieve invulling die managers kunnen geven aan de accountingstandaarden.

Waar standaarden met strikte regels nogal eens tekortschieten in sommige situaties kunnen

managers bij afwijkende situaties de standaarden zo invullen dat deze passend zijn. Dit is niet

mogelijk bij accountingstandaarden die strikte en gedetailleerde regels hebben (Collins, Pasewark &

Riley, 2012).

Daarnaast zijn principles-based accountingstandaarden robuuster ten aanzien van wijzigingen in het

bedrijfsleven. Door het subjectieve karakter van de accountingstandaarden zijn managers beter in

19

Page 21: Onderzoek naar De invloed van de benadering van ... · Web viewOnderzoek naar De invloed van de benadering van accountingstandaarden op winststuringSectie Accounting, Auditing & Control

staat om veranderingen in het bedrijfsleven op te vangen. Indien een nieuwe invulling van de

accountingstandaarden noodzakelijk is om de economische werkelijkheid goed te blijven weergeven,

bieden principles-based accountingstandaarden meer ruimte tot aanpassing dan rules-based

accountingstandaarden (Benston, Bromwich & Wagenhofer, 2006).

3.5 Nadelen

Naast de nodige voordelen van principles-based accountingstandaarden zijn er ook nadelen

verbonden aan het subjectieve karakter van deze standaarden. Zo gaat het subjectieve karakter ten

koste van de vergelijkbaarheid tussen verschillende ondernemingen. Daarnaast wordt de

betrouwbaarheid in twijfel getrokken. Ook is er het nodige aan te merken op de begrijpelijkheid van

deze accountingstandaarden. Naast de toetsing aan de hand van de kwalitatieve kenmerken zijn er

ook nog algemene nadelen verbonden aan deze accountingbenadering.

3.5.1 Vergelijkbaarheid

Een van de belangrijkste nadelen van principles-based accountingstandaarden is de

vergelijkbaarheid. Door het subjectieve karakter van de accountingstandaarden worden deze

standaarden ook verschillend toegepast door opstellers van de jaarrekening. IAS 16 is een goed

voorbeeld van een principles-based standaard die de vergelijkbaarheid van de jaarverslaggeving

aantast (Mergenthaler, 2009). Zo kunnen managers van twee verschillende ondernemingen

bijvoorbeeld een verschillende gebruiksduur aanhouden voor precies dezelfde machine. Doordat

beide managers een andere inschatting maken van de gebruiksduur van deze machine is er ook een

verschil in afschrijvingskosten waar te nemen. Dit voorbeeld laat zien de subjectieve invulling die

managers geven aan de accountingstandaard ten koste gaat van de vergelijkbaarheid (Mergenthaler,

2009).

3.5.2 Betrouwbaarheid

Het tweede grote nadeel van principles-based standaarden is de aantasting van de betrouwbaarheid

van de jaarverslaggeving. Doordat managers veel ruimte krijgen om de accountingstandaarden naar

eigen inzicht toe te passen is er veel ruimte om de jaarcijfers te sturen. In extreme gevallen kunnen

managers de cijfers zo manipuleren dat er fraude wordt gepleegd. Zoals in hoofdstuk 2 is besproken

kunnen managers geprikkeld worden door winstbonussen om de winsten te sturen. Door de

accountingstandaarden op een voor hen zo gunstig mogelijke manier toe te passen kunnen de

winsten worden opgeschaald, terwijl de werkelijke winsten veel lager blijken te liggen. De

mogelijkheden tot winststuring komt de betrouwbaarheid van de jaarverslaggeving niet ten goede.

20

Page 22: Onderzoek naar De invloed van de benadering van ... · Web viewOnderzoek naar De invloed van de benadering van accountingstandaarden op winststuringSectie Accounting, Auditing & Control

Naast de winstbonussen zijn er nog meer prikkels die managers de winsten doen sturen (Field, Lys &

Vincent, 2001).

3.5.3 Begrijpelijkheid

Zoals besproken in de vorige paragraaf kunnen de principles-based accountingstandaarden de

begrijpelijkheid zowel aantasten als verbeteren. Door de achterliggende gedachtegang omtrent het

toepassen van een accountingstandaard op te nemen in de toelichting kan de jaarverslaggeving

begrijpelijker worden gemaakt. Echter, er zijn ook valkuilen met betrekking van het opnemen van

deze informatie in de toelichting. Indien elk financieel feit zou worden toegelicht in de

jaarverslaggeving krijgt de gebruiker van de jaarrekening een overdaad aan informatie. Deze

overdaad aan informatie komt de begrijpelijkheid van de jaarverslaggeving niet ten goede. Het is

daarom belangrijk voor de opstellers van de jaarrekening om alleen relevante informatie op te

nemen in de toelichting en enige structuur aan te brengen in deze toelichting. Op deze manier draagt

de toelichting bij aan het vergroten van de begrijpelijkheid. Echter, uit onderzoek is gebleken dat het

ondernemingen vaak schort aan een gestructureerde toelichting en daarom kan worden gesteld dat

de begrijpelijkheid vaak te leiden heeft onder principles-based accountingstandaarden

(Mergenthaler, 2009).

3.5.4 Overige nadelen

Naast de nadelen die tot uiting komen in de kwalitatieve kenmerken zijn er ook nog een aantal

andere nadelen die principles-based accountingstandaarden met zich meedragen. Om te beginnen is

naleving van de accountingstandaarden moeilijker te controleren gezien de grote mate van

subjectiviteit van de accountingstandaarden. Doordat elke manager een eigen inzicht heeft over de

toepassing van een accountingstandaard is het lastiger om na te gaan of er wordt voldaan aan de

accountingstandaard. Dit ontstaat door het ontbreken van afgrenzing van de accountingstandaarden.

Controle is met een hoge mate van subjectiviteit en het ontbreken van afgrenzingen binnen de

accountingstandaarden gecompliceerder dan wanneer elke opsteller van de jaarrekening zich aan

vaste regels moet houden (Burgstahler & Eames, 1998).

Daarnaast vergen principles-based accountingstandaarden meer professionaliteit bij opstellers van

de jaarrekening en toezichthouders. Managers krijgen ruimte om de accountingstandaarden naar

eigen inzicht toe te passen, maar het is wel belangrijk dat deze manager de nodige kennis heeft op

dit gebied. Ondanks dat de accountingstandaard naar eigen inzicht kan worden ingevuld, moet deze

wel voldoen aan de accountingstandaard. Daarnaast krijgen opstellers van de jaarrekening met de

hoge mate van subjectiviteit ook meer mogelijkheden en is kennis en kunde vereist om de juiste

verwerkingswijze te kiezen (Benston, Bromwich & Wagenhofer, 2006).

21

Page 23: Onderzoek naar De invloed van de benadering van ... · Web viewOnderzoek naar De invloed van de benadering van accountingstandaarden op winststuringSectie Accounting, Auditing & Control

3.6 Winststuring

In de voorgaande paragrafen zijn de voor- en nadelen besproken van principles-based

accountingstandaarden. Een van de nadelen van principles-based accountingstandaarden is de

mindere betrouwbaarheid die ontstaat door onder andere winststuring. Er is echter veel discussie in

hoeverre principles-based standaarden winststuring beperken of juist aanjagen. Wat is de invloed

van principles-based accounting op de hoeveelheid winststuring bij beursgenoteerde

ondernemingen?

De econoom Nobes (2005) is een voorstander van principles-based accountingstandaarden om

winststuring te beperken. Deze econoom is van mening dat economische transacties en

gebeurtenissen kunnen worden gestructureerd aan de hand van principles-based

accountingstandaarden en hiermee winststuring kan worden beperkt, omdat bij principles-based

accounting de economische betekenis de juridische betekenis overstijgt. Nobes gebruikt lease

accounting om zijn waarnemingen te bevestigen. In het geval er gebruik zal worden gemaakt van de

accountingstandaarden onder US GAAP zou een sale-and-leaseback transactie kunnen worden

gestructureerd zodat deze als operationele lease kan worden beschouwd, terwijl in werkelijkheid

sprake is van een financial lease. Het is belangrijk om de aard van de leaseovereenkomst te

onderscheiden aangezien het bij een operationele lease mogelijk is om een boekwinst te behalen,

terwijl dit niet mogelijk is bij een financial leaseovereenkomst. Dit verschil biedt dus de mogelijkheid

voor ondernemingen om de winsten te sturen. Indien de economische betekenis de voorkeur geniet

is het echter niet langer mogelijkheid om de aard van een dergelijke sale-and-leaseback transactie te

vervormen en hiermee wordt ook de winststuring beperkt (Nobes, 2005). In dit voorbeeld wordt

door managers optimaal gebruik gemaakt van interpretatiemogelijkheden en keuzevrijheden die

accountingstandaarden bieden, zoals besproken in hoofdstuk 2.

Prikkels tot winststuring zetten managers aan om de specifieke mogelijkheden binnen de

accountingstandaarden te benutten om winstdoelen te behalen. Uit onderzoek is gebleken dat onder

IFRS-richtlijnen zowel income smoothing als big bath accounting wordt toegepast om de winsten te

sturen (Knoops, 2004). Knoops geeft aan dat principle-based accountingstandaarden leiden tot meer

winststuring. Bij het bepalen van immateriële vaste activa onder IFRS de boekwaarde wordt

vergeleken met de realiseerbare waarde. De realiseerbare waarde is het hoogste bedrag van de

opbrengstwaarde en de bedrijfswaarde. Het is gebleken dat er prikkels zijn om de hoogte van de

bedrijfswaarde te beïnvloeden door de hoogte van de verdisconteringsvoet te beïnvloeden. De

hoogte van de verdisconteringsvoet wordt bepaald aan de hand van schattingen gemaakt door

managers. Hiermee wordt de bedrijfswaarde van de immateriële activa gemanipuleerd en wordt de

22

Page 24: Onderzoek naar De invloed van de benadering van ... · Web viewOnderzoek naar De invloed van de benadering van accountingstandaarden op winststuringSectie Accounting, Auditing & Control

hoogte van de impairment beïnvloedt en ontstaat de mogelijkheid om de winsten te sturen.

Managers maken in een dergelijke situatie dus optimaal gebruik van de subjectiviteit die de

principles-based accountingstandaarden bieden (Knoops, 2004).

Daarnaast is uit onderzoek gebleken dat principles-based accountingstandaarden leiden tot meer

winststuring met betrekking tot impairment loss accounting. Ook in dit geval kunnen managers met

deze accountingstandaarden optimaal gebruik maken van de subjectiviteit die deze standaarden

bieden om hiermee de winsten te sturen (Van Beest, 2015). Door optimaal gebruik te maken van de

keuzemogelijkheden die de accountingstandaarden bieden kunnen managers de hoogte van

impairment verliezen beïnvloeden en op deze manier de winsten van de onderneming sturen.

De heer Van Beest concludeerde uit zijn onderzoek dat zowel accountingstandaarden met een hoge

mate van subjectiviteit als accountingstandaarden waar geen ruimte voor interpretatie mogelijk is,

geen soelaas bieden om winststuring te voorkomen. Echter, de aard van de accountingstandaarden

kunnen wel invloed uitoefenen op de hoeveelheid winststuring bij beursgenoteerde ondernemingen

(Van Beest, 2015).

Uit onderzoek is gebleken dat ondernemingen die gebruik maken van principles-based

accountingstandaarden de bijzondere waardevermindering veelal gebruiken om hun winsten te

sturen. IAS 16 geeft managers namelijk de ruimte om de bijzondere waardevermindering te

vergroten of te verkleinen door het schattingselement in deze accountingstandaard (Field, Lys &

Vincent, 2001). Het meest opvallende aan het onderzoek van Field, Lys en Vincent (2001) is dat de

accountingbenadering geen significante invloed heeft op het gemiddelde bedrag waarmee de

winsten worden gestuurd. Uit hun onderzoek is gebleken dat het vergroten of verkleinen van de

flexibiliteit in de accountingstandaarden winststuring niet kunnen voorkomen, omdat er een

substitutie-effect ontstaat. Op het moment dat de accountingstandaarden meer ruimte geven voor

subjectiviteit zullen managers hun winsten bijvoorbeeld via de bijzondere waardevermindering willen

sturen. Als de ruimte voor subjectiviteit juist wordt teruggebracht, zullen managers de winsten

bijvoorbeeld willen sturen aan de hand van lease accounting. In het voorbeeld met lease accounting

worden de regels zo gestructureerd dat de winsten kunnen worden gestuurd. Winststuring zal

volgens dit onderzoek dus niet kunnen worden voorkomen door de flexibiliteit in

accountingstandaarden aan te passen (Field, Lys & Vincent, 2001).

Special Purpose Entities (SPE’s) zijn ook een middel voor managers om de winsten te sturen. Dit is

een entiteit opgericht voor het uitvoeren van specifieke activiteiten voor het moederbedrijf. De

daarbij behorende activa en passiva worden ondergebracht in een aparte balans en komen dus niet

voor in de balans van het moederbedrijf (Dechow & Skinner, 2000). Onderzoek van Dechow en

23

Page 25: Onderzoek naar De invloed van de benadering van ... · Web viewOnderzoek naar De invloed van de benadering van accountingstandaarden op winststuringSectie Accounting, Auditing & Control

Skinner (2000) heeft aangetoond dat managers risicovolle bezittingen en schulden onderbrengen in

SPE’s om op deze manier de eigen boekhouding op te schonen. Het management maakt optimaal

gebruik van de subjectieve inschattingen die IFRS (principles-based) geeft. Managers structureren

SPE’s op een dusdanige wijze dat de SPE’s niet hoeven te worden meegenomen in het

consolidatieproces. Risicovolle bezittingen en schulden verdwijnen hierdoor uit het moederbedrijf

waardoor het eigen vermogen toeneemt en de winsten kunnen worden gestuurd. De principles-

based accountingstandaarden bieden geen uitkomst om deze vorm van winststuring tegen te gaan

(Dechow & Skinner, 2000).

De verschillende onderzoeken ter kennisgeving aangenomen, kan worden gesteld dat er geen

eenduidig antwoord is te formuleren op de deelvraag. De verschillende onderzoekers zijn het eens

dat de principles-based accountingstandaarden invloed uitoefenen op de hoeveelheid winststuring

bij beursgenoteerde ondernemingen, maar de meningen zijn verdeeld over in welke richting deze

invloed wordt uitgeoefend. Nobes is namelijk van mening dat winststuring kan worden beperkt aan

de hand van principles-based accountingstandaarden, omdat economische transacties kunnen

worden gestructureerd. Het onderzoek van Knoops heeft echter aangetoond dat winststuring juist

wordt aangewakkerd door de interpretatiemogelijkheden die principles-based

accountingstandaarden bieden. De waarnemingen van Knoops worden bevestigd door het onderzoek

van Van Beest en door het onderzoek van Field, Lys en Vincent. Uit het laatstgenoemde onderzoek is

echter wel gebleken dat het gemiddeld bedrag waarmee winsten worden gestuurd niet kan worden

beïnvloed door de accountingbenadering.

3.7 Samenvatting

In dit hoofdstuk zijn de definitie van principles-based accountingstandaarden, de verschillende voor-

en nadelen van principles-based accountingstandaarden besproken en in hoeverre winststuring kan

worden beperkt aan de hand van principles-based accountingstandaarden. De kenmerken, voor- en

nadelen en een aantal kernpunten met betrekking tot de beperking van winststuring zijn opgenomen

in het onderstaande schema (figuur 2). Principles-based accountingstandaarden kunnen worden

gekenmerkt als accountingstandaarden met algemene uitgangspunten voor de verwerking en

waardering van accounting aangelegenheden in de externe verslaggeving. Belangrijke kenmerken

van dergelijke accountingstandaarden zijn de hoge mate van subjectiviteit en het ontbreken van

gedetailleerde regels. Daarnaast worden principles-based accountingstandaarden gekenmerkt als

flexibel toepasbaar en zijn deze accountingstandaarden minder complex dan accountingstandaarden

met gedetailleerde en strikte regels. De kwaliteit van accountingstandaarden wordt veelal gemeten

aan de hand van kwalitatieve kenmerken van het stramien. De voor- en nadelen van principles-based

24

Page 26: Onderzoek naar De invloed van de benadering van ... · Web viewOnderzoek naar De invloed van de benadering van accountingstandaarden op winststuringSectie Accounting, Auditing & Control

accountingstandaarden zijn ook uiteengezet aan de hand van de kwalitatieve kenmerken

betrouwbaarheid, relevantie, vergelijkbaarheid en begrijpelijkheid. Er is aangetoond dat principles-

based accountingstandaarden bijdragen aan een hoge relevantie. Daarentegen zorgt de hoge mate

van subjectiviteit voor een mindere betrouwbaarheid en vergelijkbaarheid. Met betrekking tot

begrijpelijkheid bestaat enige consensus; enerzijds draagt de toelichting bij aan een hogere mate van

begrijpelijkheid, anderzijds zorgt de overdaad aan informatie in deze toelichting juist tot een

onoverzichtelijke situatie die de begrijpelijkheid niet ten goede komt.

Met betrekking tot de beantwoording van de deelvraag is er geen eenduidig antwoord te

formuleren. Enerzijds is Nobes van mening dat principles-based accountingstandaarden winststuring

juist kan beperken, omdat economische transacties en gebeurtenissen kunnen worden

gestructureerd aan de hand van principles-based accountingstandaarden. Anderzijds concludeerde

Knoops dat prikkels tot winststuring, zoals winstbonussen, managers aanzet op mogelijkheden

binnen accountingstandaarden te benutten om winstdoelen te bereiken. De ruimte voor

subjectiviteit leidt daarom tot winststuring. Deze conclusies werden ook bevestigd in het onderzoek

van Van Beest. In dit onderzoek werd geconcludeerd dat winststuring niet kan worden uitgesloten,

maar dat de accountingbenadering wel invloed kan uitoefenen op de hoeveelheid winststuring.

Geconcludeerd kan worden dat principles-based accountingstandaarden wel degelijk invloed kunnen

uitoefenen op de hoeveelheid winststuring, maar er is geen overeenstemming of de winststuring kan

worden beperkt of juist wordt aangewakkerd door principles-based accountingstandaarden.

25

Page 27: Onderzoek naar De invloed van de benadering van ... · Web viewOnderzoek naar De invloed van de benadering van accountingstandaarden op winststuringSectie Accounting, Auditing & Control

26

Page 28: Onderzoek naar De invloed van de benadering van ... · Web viewOnderzoek naar De invloed van de benadering van accountingstandaarden op winststuringSectie Accounting, Auditing & Control

4. Rules-based Accountingstandaarden4.1 Inleiding

In dit hoofdstuk zal om te beginnen worden ingegaan op de definitie van een rules-based

accountingstandaard. Vervolgens zal aan de hand van een literatuuronderzoek een antwoord worden

geformuleerd op de volgende deelvraag: wat is de invloed van rules-based accounting op de

hoeveelheid winststuring bij beursgenoteerde ondernemingen? Om deze deelvraag te

beantwoorden zal een uiteenzetting worden gemaakt tussen de voor- en nadelen van rules-based

accountingstandaarden. Vervolgens zal worden gekeken in hoeverre rules-based

accountingstandaarden als oplossing kunnen fungeren om winststuring bij beursgenoteerde

ondernemingen te beperken. Hierbij zullen de kwalitatieve kenmerken van het Stramien als leidraad

worden gebruikt om de kwaliteit van rules-based accountingstandaarden in kaart te brengen. Tot slot

zal in een korte samenvatting een antwoord worden geformuleerd op de bovenstaande deelvraag en

de behandelde concepten in dit hoofdstuk.

4.2 Definitie rules-based accountingstandaarden

Binnen de internationale accountingstandaarden kan onderscheid worden gemaakt tussen

principles-based- en een rules-based accountingbenadering. Zoals in hoofdstuk 3 is besproken

worden principles-based accountingstandaarden gekenmerkt als standaarden met algemene

uitgangspunten, zonder gedetailleerde regels en ruimte voor interpretatie (Van Beest, 2015). Daar

lijnrecht tegenover staan rules-based accountingstandaarden. Deze accountingstandaarden worden

gekenmerkt door gedetailleerde regels waar onder geen enkele omstandigheid van kan worden

afgeweken. Bij deze accountingstandaarden bieden daarom ook geen ruimte voor interpretatie

(Collins, Pasewark & Riley, 2012).

4.2.1 Kenmerken rules-based accountingstandaarden

Rules-based- en principles-based accountingstandaarden zijn tegenpolen van elkaar. Dit is ook terug

te vinden in de kenmerken van beide accountingstandaarden. Waar principles-based

accountingstandaarden worden gekenmerkt als accountingstandaarden zonder gedetailleerde

regelgeving met een hoge mate van subjectiviteit en met interpretatiemogelijkheden, worden rules-

based accountingstandaarden juist gekenmerkt als accountingstandaarden met gedetailleerde en

strikte regels (Van Beest, 2015). Daarnaast hebben rules-based accountingstandaarden een

dwingend karakter die tweeledig kan worden uitgelegd. Zo bieden rules-based

accountingstandaarden geen ruimte om af te wijken van de gedetailleerde regelgeving. Daarnaast

zijn ondernemingen verplicht om de regels toe te passen (Schipper, 2003). Tenslotte worden rules-

27

Page 29: Onderzoek naar De invloed van de benadering van ... · Web viewOnderzoek naar De invloed van de benadering van accountingstandaarden op winststuringSectie Accounting, Auditing & Control

based accountingstandaarden gekenmerkt als accountingstandaarden die elke mogelijke

economische gebeurtenis afdekt. In de praktijk komt het echter voor dat een uitzonderlijke situatie

ontstaat waar deze accountingstandaarden niet op toepasbaar zijn. In een dergelijke situatie dienen

regels te worden toegevoegd of een herziening te worden gedaan van de accountingstandaard

(Nelson, 2004). Rules-based accountingstandaarden worden dus gekenmerkt als gedetailleerde en

strikte regels met een dwingend karakter die elke mogelijke economische gebeurtenis afdekken.

4.2.2 Nationale en internationale accountingstandaarden

In het voorgaande hoofdstuk is besproken hoe (inter)nationale accountingstandaarden zich

verhouden met de principles-based benadering. De Nederlandse wet- en regelgeving kan in

vergelijking met IFRS-richtlijnen en accountingstandaarden onder US GAAP worden gezien als een

principles-based accountingstandaard. US GAAP kan worden gezien als het minst principles-based en

de IFRS-richtlijnen kunnen worden gezien als een middenweg tussen beide standaarden. De

verhouding tussen eerdergenoemde accountingstandaarden met de rules-based benadering is

precies tegenovergesteld. De Nederlandse wet- en regelgeving kan niet worden omschreven als een

rules-based accountingstandaard. De Nederlandse wet- en regelgeving heeft geen gedetailleerde

regels en het dwingend karakter in de accountingstandaarden ontbreekt (Schipper, 1989).

Lijnrecht tegenover de Nederlandse wet- en regelgeving staat US GAAP. US GAAP wordt gekenmerkt

als accountingstandaard met strikte en gedetailleerde regelgeving. Daarnaast bevat US GAAP ook het

dwingend karakter aangezien er geen ruimte is om af te wijken van de accountingstandaarden. US

GAAP past daarom in het profiel van een

rules-based accountingstandaard. Wederom

kan IFRS worden aangemerkt als middenweg

tussen beide accountingstandaarden. IFRS

kan net als de Nederlandse wet- en

regelgeving worden aangemerkt als een

principles-based accountingstandaard

aangezien het dwingend karakter in deze

standaard ontbreekt en er weinig

gedetailleerde regels zijn. Daarentegen bevat

IFRS wel meer regels/richtlijnen dan de Nederlandse wet- en regelgeving waardoor er minder ruimte

wordt geboden om af te wijken van de accountingstandaarden dan onder de Nederlandse wet- en

regelgeving (Schipper, 1989).

28

Page 30: Onderzoek naar De invloed van de benadering van ... · Web viewOnderzoek naar De invloed van de benadering van accountingstandaarden op winststuringSectie Accounting, Auditing & Control

4.2.3 Voorbeelden rules-based accountingstandaarden

Binnen US GAAP zijn er verschillende accountingstandaarden met gedetailleerde regels en een

dwingend karakter. Een voorbeeld van een dergelijke standaard is FAS 13 met betrekking tot de

verwerking van een leaseovereenkomst in de jaarverslaggeving. Met betrekking tot

leaseovereenkomsten kan in de verwerking onderscheid worden gemaakt tussen operational lease

en financial lease. Een financial lease wordt verwerkt als een overname van activa en er ontstaan

betalingsverplichtingen voor de huurder van het activum. Indien een leaseovereenkomst wordt

aangemerkt als operational lease wordt deze behandeld als huidige operationele kosten en vindt

geen overname van het activum plaats. FAS 13 schrijft een aantal criteria voor die bepalen of een

leaseovereenkomst moet worden aangemerkt als financial lease of als operational lease. FAS 13

schrijft de volgende criteria voor:

Het activum wordt aan het einde van de periode aan de lessee (huurder) overgedragen;

De huurovereenkomst bevat een koopoptie;

De leasetermijn is gelijk aan of meer dan 75 procent van de economische levensduur van het

activum;

De contante waarde aan het begin van de leaseperiode van de minimale leasebetalingen is

gelijk aan of hoger dan 90 procent van de overschrijding van de reële waarde.

Indien een leaseovereenkomst voldoet aan minimaal een van bovenstaande criteria dan wordt deze

leaseovereenkomst aangemerkt als financial lease. Indien aan geen enkele van bovenstaande criteria

wordt voldaan dan wordt een dergelijke leaseovereenkomst aangemerkt als operational lease.

FAS 13 is bij uitstek een voorbeeld van een rules-based accountingstandaard. Voor de bepaling van

de aard van een leaseovereenkomst gelden gedetailleerde en strikte regels met een dwingend

karakter. FAS 13 is in elke situatie toepasbaar en biedt geen ruimte voor interpretatie of

mogelijkheden om af te wijken van deze regels.

Naast FAS 13 kan FAS 2 ook worden omschreven als een rules-based accountingstandaard. FAS 2

omvat de regels omtrent de verwerking van Research en Development (R&D) kosten. In FAS 2 is een

lijst met kostenposten opgenomen die mogen worden aangemerkt als R&D kosten. Daarnaast is ook

een lijst met kostenposten opgenomen die niet mogen worden aangemerkt als R&D kosten. In

onderstaand schema is een aantal voorbeelden beschreven van kosten die volgens FAS 2 wel of niet

mogen worden aangemerkt als R&D kosten.

29

Page 31: Onderzoek naar De invloed van de benadering van ... · Web viewOnderzoek naar De invloed van de benadering van accountingstandaarden op winststuringSectie Accounting, Auditing & Control

Tabel 1: Verwerking van kosten onder FAS 2.

Wel aangemerkt als R&D kosten Niet aangemerkt als R&D kosten

Laboratoriumonderzoek gericht op de verwerving van nieuwe ontwikkelingen.

Kosten gemoeid bij de kwaliteitscontrole tijdens de productie.

Kosten gemoeid met onderzoek naar toepassing van nieuwe onderzoeksresultaten.

Kosten voor het verfijnen en verbeteren van de kwaliteit van een bestaand product.

Kosten gemoeid met het ontwerpen, de bouw en het testen van prototypes en modellen.

Kosten gemoeid bij seizoensgebonden wijzigingen in bestaande producten.

Kosten gemoeid bij het ontwerpen van gereedschappen voor nieuwe technologieën.

Juridische kosten bij het aanvragen van octrooien of rechtszaken.

Bovenstaande tabel biedt een aantal concrete voorbeelden van kosten die wel/niet mogen worden

aangemerkt als R&D kosten. FAS 2 bevat gedetailleerde regels om te bepalen of gemaakte kosten

mogen worden aangemerkt als R&D kosten. Deze accountingstandaard heeft daarnaast een

dwingend karakter aangezien de regels verplicht moeten worden opgevolgd en er geen

mogelijkheden zijn om af te wijken van deze accountingstandaard. Hiermee voldoet FAS 2 aan de

kenmerken van een rules-based accountingstandaard.

4.3 Voordelen

Binnen de economie zijn er zowel voor- als tegenstanders van rules-based accountingstandaarden.

De kwaliteit van de accountingstandaarden wordt gemeten aan de hand van de kwalitatieve

kenmerken van het Stramien. Dit betreft de begrijpelijkheid, relevantie, vergelijkbaarheid en

betrouwbaarheid. Naast deze kwalitatieve kenmerken zijn uiteraard ook andere voor- en nadelen te

vinden. Aan de hand van deze kwalitatieve kenmerken kan een vergelijking worden gemaakt tussen

de principles-based- en rules-based benadering. In hoofdstuk 3 is duidelijk geworden dat principles-

based accountingstandaarden bijdragen aan een hoge relevantie en gedeeltelijk zorgen dat

informatie uit de jaarrekening begrijpelijk is. Rules-based accountingstandaarden scoren

daarentegen goed op het gebied van betrouwbaarheid, vergelijkbaarheid en begrijpelijkheid (Nelson,

2004).

4.3.1 Vergelijkbaarheid

Rules-based accountingstandaarden zorgen ervoor dat de vergelijkbaarheid van de jaarverslaggeving

toeneemt. Opstellers van de jaarrekening dienen zich te houden aan de gedetailleerde regels die

worden voorgeschreven door de rules-based accountingstandaarden. Aangezien elke manager zich

aan dezelfde regels dient te houden, wordt de jaarverslaggeving volgens dezelfde regels opgesteld.

30

Page 32: Onderzoek naar De invloed van de benadering van ... · Web viewOnderzoek naar De invloed van de benadering van accountingstandaarden op winststuringSectie Accounting, Auditing & Control

Dit biedt de mogelijkheid om de jaarverslagen van verschillende ondernemingen met elkaar te

vergelijken. Indien managers de mogelijkheid zouden hebben om accountingstandaarden naar eigen

inzicht in te vullen, zoals onder de principles-based benadering, gaat dit ten koste van de

vergelijkbaarheid. Managers kunnen namelijk een verschillende interpretatie hebben waardoor de

accountingstandaard op verschillende manieren wordt toegepast en de resultaten tussen

verschillende ondernemingen niet kunnen worden vergeleken. Door de strikte toepassing onder de

rules-based benadering worden de accountingstandaarden uniform toegepast en is het wel mogelijk

om resultaten van verschillende ondernemingen met elkaar te vergelijken (Schipper, 2003).

4.3.2 Betrouwbaarheid

Naast een toename van de vergelijkbaarheid dragen rules-based accountingstandaarden ook bij aan

een toename van de betrouwbaarheid van de jaarverslaggeving. Aangezien onder rules-based

accountingstandaarden gedetailleerde regels dienen te worden opgevolgd, is de verwerking van

economische feiten in de jaarverslaggeving gemakkelijker te toetsen door toezichthouders.

Toezichthouders kunnen eenvoudiger fouten in de jaarverslaggeving herkennen en managers de

opdracht geven om dit aan te passen voordat de jaarverslaggeving openbaar wordt gemaakt. De

informatie in de jaarverslaggeving geeft hiermee een getrouw beeld van de werkelijkheid. Rules-

based accountingstandaarden dragen daarom bij aan een hogere betrouwbaarheid (Mergenthaler,

2009).

4.3.3 Begrijpelijkheid

Ook de begrijpelijkheid van de jaarverslaggeving neemt toe onder rules-based

accountingstandaarden. Managers dienen zich aan strikte regels te houden waardoor gebruikers van

de jaarrekening gemakkelijker kunnen achterhalen hoe de informatie in de jaarverslaggeving tot

stand is gekomen. Hierbij moet wel worden aangetekend dat ervan uit wordt gegaan dat gebruikers

van de jaarrekening enige kennis op dit vakgebied hebben. Door de afwezigheid van

interpretatiemogelijkheden zijn de accountingstandaarden meer gestructureerd en beter te

herkennen. Gebruikers van de jaarrekening zijn daarom beter in staat om de informatie in de

jaarverslaggeving te begrijpen en te vergelijken (Schipper, 2003).

4.3.4 Overige voordelen

Naast de voordelen die tot uiting komen in de kwalitatieve kenmerken van het Stramien zijn er nog

meer voordelen van rules-based accountingstandaarden. Om te beginnen bieden rules-based

accountingstandaarden meer richting aan zowel opstellers van de jaarverslaggeving als aan de

toezichthouders. Door de gedetailleerde regels is het voor opstellers van de jaarverslaggeving

31

Page 33: Onderzoek naar De invloed van de benadering van ... · Web viewOnderzoek naar De invloed van de benadering van accountingstandaarden op winststuringSectie Accounting, Auditing & Control

gemakkelijker te herkennen hoe een economisch feit moet worden verwerkt. Daarnaast is het voor

toezichthouders ook beter toetsbaar of een managers zich houdt aan de regels voor de verwerking

van economische feiten in de jaarverslaggeving. Aangezien managers zich aan gedetailleerde regels

dienen te houden, kunnen toezichthouders gemakkelijker toetsen of zij hieraan hebben voldaan

(Xiong, 2006).

Daarnaast wordt ook de beoordelingsruimte van managers beperkt door rules-based

accountingstandaarden. Door de gedetailleerde regels en het dwingend karakter van rules-based

accountingstandaarden worden de mogelijkheden tot interpretatie uitgesloten. Hierdoor wordt het

voor managers moeilijker om economische gebeurtenissen of transacties naar eigen inzicht te

verwerken (Burgstahler & Eames, 1998).

Tot slot wordt ook de bedoeling van regelgevers duidelijker gecommuniceerd door de gedetailleerde

regelgeving. Regelgevers stellen de accountingstandaarden op om transparantie te bevorderen en

gebruikers van de jaarrekening in staat te stellen om ondernemingen te beoordelen. Door de

gedetailleerde regels en het dwingend karakter zijn managers niet in staat om af te wijken van de

accountingstandaarden. Op deze manier zullen managers worden gedwongen om economische

feiten te verwerken volgens deze accountingstandaarden en wordt de informatie die regelgevers tot

uiting willen laten komen in de accountingstandaard gepubliceerd in de jaarverslaggeving. Dit

bevordert de transparantie van ondernemingen en biedt gebruikers van de jaarrekening de

mogelijkheid om een onderneming te beoordelen (Benston, Bromwich & Wagenhofer, 2006).

4.4 Nadelen

Naast de nodige voordelen van rules-based accountingstandaarden zijn er ook de nodige nadelen

verbonden aan de gedetailleerde regels van deze accountingstandaarden. Zo wordt de relevantie van

informatie in de jaarverslaggeving in twijfel getrokken. Naast de toetsing aan de hand van de

kwalitatieve kenmerken is er ook nog een aantal algemene nadelen verbonden aan deze

accountingbenadering.

4.4.1 Relevantie

Indien een opsteller van de jaarrekening aan alle regels van een rules-based accountingstandaard

heeft voldaan en dit gecontroleerd is door de toezichthouder, kan worden gesproken van

begrijpelijke, betrouwbare en vergelijkbare informatie over de onderneming. De vraag is echter of

deze informatie voldoende relevant is voor gebruikers van de jaarrekening. Economische feiten

worden door managers volgens de gedetailleerde regels verwerkt, maar hierbij gaat regelmatig

relevante informatie verloren. Rules-based accountingstandaarden bieden houvast aan opstellers

32

Page 34: Onderzoek naar De invloed van de benadering van ... · Web viewOnderzoek naar De invloed van de benadering van accountingstandaarden op winststuringSectie Accounting, Auditing & Control

van de jaarrekening voor de verwerking van economische feiten, maar spelen niet altijd juist in op

uitzonderlijke situaties waardoor relevante informatie voor de gebruikers van de jaarrekening

verloren gaat (Xiong, 2006). Daarnaast wordt onder de rules-based benadering een aantal zaken niet

meegenomen in de jaarverslaggeving, omdat men meer waarde hecht aan de betrouwbaarheid dan

de relevantie van de jaarverslaggeving. Een voorbeeld hiervan is zelfontwikkelde immateriële activa,

zoals opgebouwde kennis en vaardigheden, ontwikkelde goodwill, uitgaverechten en

klantenbestanden niet worden opgenomen in de jaarverslaggeving (Brouwer, 2014). Deze zaken

kunnen relevante informatie bevatten voor gebruikers van de jaarrekening voor hun beoordeling

over de onderneming. Rules-based accountingstandaarden schrijven voor dat deze zaken niet mogen

worden opgenomen in de jaarverslaggeving, terwijl bij een professionele beoordeling wellicht was

besloten om deze informatie wel op te nemen in de jaarverslaggeving om een getrouwer beeld van

de economische werkelijkheid te verkrijgen. Rules-based accountingstandaarden kunnen door hun

gedetailleerde regels relevante informatie achterwege laten en niet relevante informatie opnemen in

de jaarrekening (Brouwer, 2014).

4.4.2 Overige nadelen

Naast de vraagtekens die worden gesteld bij de relevantie van informatie die rules-based

accountingstandaarden bieden zijn er ook nog andere nadelen die de rules-based benadering met

zich meedraagt. Om te beginnen zorgen de vele gedetailleerde regels binnen een rules-based

accountingstandaard ervoor dat de verwerking van economische gebeurtenissen complex is. Voor de

verwerking van deze economische gebeurtenissen is vaak een omvangrijke en professionele

begeleiding nodig. Managers kunnen door de vele regels “door de bomen het bos niet meer zien”

(Mergenthaler, 2009).

Daarnaast zijn rules-based accountingstandaarden minder goed in staat om met veranderingen om

te gaan. Indien bijvoorbeeld een nieuwe financieringsvorm ontstaat voor ondernemingen zijn rules-

based accountingstandaarden niet flexibel genoeg om dit op een juiste manier te verwerken in de

jaarverslaggeving. Er zal een toevoeging moeten worden gedaan aan bestaande regels om deze

verwerking voor te schrijven. Dit is echter een tijdrovend proces. In dergelijke situaties is het gebrek

aan flexibiliteit in de accountingstandaarden als nadelig te omschrijven (Brouwer, 2014).

Ook blijft het risico bestaan dat de uitvoerige regelgeving wordt omzeild door managers. Managers

zullen transacties en economische gebeurtenissen zo willen structureren en verwerken in de

jaarverslaggeving dat dit leidt tot een gunstiger resultaat. Nobes heeft aangetoond dat managers

transacties volgens gedetailleerde regels structureren om een financial leaseovereenkomst aan te

33

Page 35: Onderzoek naar De invloed van de benadering van ... · Web viewOnderzoek naar De invloed van de benadering van accountingstandaarden op winststuringSectie Accounting, Auditing & Control

kunnen merken als een operational leaseovereenkomst. Op deze manier kunnen managers invloed

uitoefenen op de resultaten van hun onderneming (Nobes, 2005).

4.5 Winststuring

In de voorgaande paragrafen zijn de voor- en nadelen besproken van rules-based

accountingstandaarden. Een van de nadelen van principles-based accountingstandaarden is dat het

risico blijft bestaan dat de uitvoerige regelgeving wordt omzeild door managers met winststuring tot

gevolg. Er is echter veel discussie over in hoeverre principles-based standaarden winststuring

beperken of juist aanjagen. Wat is de invloed van rules-based accounting op de hoeveelheid

winststuring bij beursgenoteerde ondernemingen?

Zoals in hoofdstuk 3 en in de voorgaande paragraaf al tot uiting is gekomen is Nobes een

tegenstander van rules-based accounting met betrekking tot het beperken van winststuring. Nobes

(2005) heeft onderzoek gedaan op het gebied van lease transacties. In dit onderzoek wordt

geconcludeerd dat managers sale-and-leasetransacties onder US GAAP (rules-based) dermate

structureren dat een financial lease kan worden aangemerkt als een operational lease. Het is

belangrijk om de aard van de leaseovereenkomst te onderscheiden aangezien het bij een

operationele lease mogelijk is om een boekwinst te behalen, terwijl dit niet mogelijk is bij een

financial leaseovereenkomst. Dit verschil biedt dus de mogelijkheid voor ondernemingen om de

winsten te sturen (Nobes, 2005).

De Special Purpose Entities zijn een ander voorbeeld waar rules-based accountingstandaarden (US

GAAP) tekortschieten om winststuring te beperken. Managers maken gebruik van SPE’s om schulden

en bezittingen met veel risico uit de boekhouding te houden. Managers structureren SPE’s op een

dusdanige manier dat de SPE’s niet meegeconsolideerd hoeven te worden. Op deze manier werd het

eigen vermogen van de onderneming vergroot en hiermee de winsten van de onderneming gestuurd.

De rules-based accountingstandaarden waren niet in staat om deze vorm van winststuring te

voorkomen (Soroosh & Ciesielski, 2004). In hoofdstuk 3 is tot uiting gekomen dat ook principles-

based accountingstandaarden geen uitkomst bieden. Uit onderzoek is namelijk gebleken dat

managers de grenzen van de accountingstandaarden met betrekking tot SPE’s opzoeken om hun

winsten te sturen. Door de winsten te sturen hopen managers tot gunstigere voorwaarden te komen

om kapitaal aan te trekken. Dechow en Skinner (2000) hebben aangetoond dat bedrijven die

verhoudingsgewijs meer behoefte hebben aan kapitaalinjecties, significant meer SPE’s gebruiken om

schulden uit de eigen boekhouding te houden.

Er zijn echter ook voorstanders van rules-based accountingstandaarden met betrekking tot het

beperken van winststuring. Onderzoek van Heemskerk en Van der Tas (2006) heeft aangetoond dat

34

Page 36: Onderzoek naar De invloed van de benadering van ... · Web viewOnderzoek naar De invloed van de benadering van accountingstandaarden op winststuringSectie Accounting, Auditing & Control

de verplichte invoering van IFRS voor Nederlandse, beursgenoteerde ondernemingen in 2005 een

positief effect heeft gehad op de kwaliteit van de jaarverslaggeving. Met de verplichte invoering van

IFRS hebben de accountingstandaarden voor Nederlandse ondernemingen een ‘meer’ rules-based

karakter gekregen. Door de verplichte invoering van IFRS is namelijk minder ruimte voor subjectieve

inschattingen van managers. Het onderzoek van Heemskerk en Van der Tas (2006) heeft aangetoond

dat deze verplichte invoering van IFRS de hoeveelheid winststuring bij beursgenoteerde

ondernemingen heeft doen afnemen.

Het onderzoek van Van Beest (2015) bespreekt een ander voordeel van rules-based accounting met

betrekking tot het beperken van winststuring. Onderzoek van Van Beest heeft aangetoond dat

managers optimaal gebruik maken van keuzemogelijkheden met betrekking tot impairment loss

accounting om hiermee de winsten te sturen. Door de grote mate van subjectiviteit in principles-

based accountingstandaarden kunnen managers aan de hand van impairments de winsten sturen.

Een strengere regelgeving biedt volgens Van Beest (2015) uitkomst om deze vorm van winststuring te

beperken. Door striktere regels voor te schrijven worden managers beperkt in de

keuzemogelijkheden en hiermee kan winststuring worden teruggedrongen. De aard van

accountingstandaarden kan namelijk invloed uitoefenen op de hoeveelheid winststuring bij

beursgenoteerde ondernemingen (Van Beest, 2015).

Tot slot bieden striktere regels ook een uitkomst bij winststuring aan de hand van Joint Ventures. Een

Joint Venture is een vorm van samenwerking waarbij samenwerkende entiteiten een deel van hun

vermogen inbrengen in een nieuw op te richten dochteronderneming (Nelson, Elliot & Tarpley,

2002). Managers kunnen namelijk geneigd zijn om winsten gemaakt door Joint Ventures mee te

nemen in het consolidatieproces, terwijl het moederbedrijf eigenlijk niet genoeg zeggenschap heeft.

Indien gebruik wordt gemaakt van accountingstandaarden met een hoge mate van subjectiviteit

kunnen managers de regels dusdanig structureren dat deze Joint Venture meegenomen wordt in het

consolidatieproces, terwijl er eigenlijk niet genoeg zeggenschap is in de Joint Venture. Een belangrijk

motief voor managers is het behalen van bonussen. Op deze manier kunnen managers meer winst

overleggen en neemt hun bonus toe. Door strikte regels op te stellen met betrekking tot het

opnemen van Joint Ventures in het consolidatieproces kan deze vorm van winststuring worden

beperkt (Nelson, Elliot & Tarpley, 2002).

De verschillende onderzoeken ter kennisgeving aangenomen kan worden gesteld dat er geen

eenduidig antwoord is te formuleren op de deelvraag. De verschillende onderzoekers zijn het eens

dat de rules-based accountingstandaarden invloed uitoefenen op de hoeveelheid winststuring bij

beursgenoteerde ondernemingen, maar de meningen zijn verdeeld over in welke richting deze

35

Page 37: Onderzoek naar De invloed van de benadering van ... · Web viewOnderzoek naar De invloed van de benadering van accountingstandaarden op winststuringSectie Accounting, Auditing & Control

invloed wordt uitgeoefend. Nobes is namelijk van mening dat winststuring toeneemt, omdat

managers regels dusdanig structureren dat hiermee de winsten kunnen worden gestuurd. Ook met

betrekking tot SPE’s bieden rules-based accountingstandaarden geen uitkomst om winststuring te

beperken. Daartegenover stellen Heemskerk en van der Tas dat met de verplichte invoering van IFRS

de kwaliteit van de jaarverslaggeving is toegenomen en de hoeveelheid winststuring is gedaald. Door

de verplichte invoering van IFRS kregen de accountingstandaarden voor beursgenoteerde

ondernemingen in Nederland minder ruimte voor subjectiviteit. Ook Van Beest concludeert dat door

middel van striktere regels keuzemogelijkheden van managers afnemen en de hoeveelheid

winststuring hiermee kan worden beperkt.

4.6 Samenvatting

In dit hoofdstuk zijn de definitie van rules-based accountingstandaarden, de verschillende voor- en

nadelen van rules-based accountingstandaarden besproken en in hoeverre winststuring kan worden

beperkt aan de hand van rules-based accountingstandaarden. De kenmerken, voor- en nadelen en

een aantal kernpunten met betrekking tot de beperking van winststuring zijn opgenomen in het

onderstaande schema (figuur 4). Rules-based accountingstandaarden kunnen worden gekenmerkt als

accountingstandaarden met gedetailleerde regels en een dwingend karakter. Managers zijn namelijk

verplicht om de regels toe te passen en er is geen mogelijkheid om een eigen interpretatie los te

laten op de accountingstandaarden. FAS 2 en FAS 13 (US GAAP) zijn voorbeelden van rules-based

accountingstandaarden. Ook de kwaliteit van rules-based accountingstandaarden kan worden

gemeten aan de hand van de kwalitatieve kenmerken van het Stramien. Rules-based

accountingstandaarden dragen bij aan een verhoogde betrouwbaarheid, begrijpelijkheid en

vergelijkbaarheid van de jaarverslaggeving. Daarentegen zorgt de gedetailleerde regelgeving met een

dwingend karakter ervoor dat in sommige situaties relevante informatie niet wordt opgenomen in de

jaarverslaggeving, omdat dit niet wordt voorgeschreven door de regels. Dit gaat ten koste van de

getrouwe weergave van de economische werkelijkheid van een onderneming.

Met betrekking tot de beperking van winststuring lopen de meningen uiteen. Uit onderzoek van

Nobes is gebleken dat winststuring juist toeneemt aan de hand van winststuring, omdat managers

transacties dusdanig structureren aan de hand van de strenge regelgeving dat hiermee de winsten

kunnen worden gestuurd. Daarnaast bieden rules-based accountingstandaarden ook geen uitkomst

met betrekking tot het beperken van winststuring aan de hand van SPE’s. Uit onderzoek van

Heemskerk en Van der Tas is echter gebleken dat winststuring juist is afgenomen aan de hand van

een verplichte invoering van IFRS gepaard met striktere regelgevingen. De keuzemogelijkheden

worden namelijk beperkt door de striktere regels. Rules-based accountingstandaarden hebben wel

36

Page 38: Onderzoek naar De invloed van de benadering van ... · Web viewOnderzoek naar De invloed van de benadering van accountingstandaarden op winststuringSectie Accounting, Auditing & Control

degelijk invloed op de hoeveelheid winststuring, maar er is geen overeenstemming of de

winststuring kan worden beperkt aan de hand van deze accountingstandaarden of juist wordt

aangewakkerd.

37

Page 39: Onderzoek naar De invloed van de benadering van ... · Web viewOnderzoek naar De invloed van de benadering van accountingstandaarden op winststuringSectie Accounting, Auditing & Control

5. Internationale ontwikkelingen5.1 Inleiding

In dit hoofdstuk zal stil worden gestaan bij de recente ontwikkelingen met betrekking tot de

accountingstandaarden. In de voorgaande hoofdstukken is gebleken dat er zowel voorstanders van

rules-based accounting als voorstanders van principles-based accounting zijn met betrekking tot de

beperking van winststuring. In hoofdstuk 3 en hoofdstuk 4 zijn verschillende voorbeelden van

winststuring behandeld waar accountingstandaarden worden gestructureerd door managers, zoals

SPE’s en Joint Ventures. Om te beginnen worden de verschillende problemen op het gebied van deze

economische gebeurtenissen en transacties besproken. Vervolgens zullen de ontwikkelingen in

accountingstandaarden om deze problemen op te lossen worden besproken. Aansluitend zullen deze

ontwikkelingen resulteren in een tweetal hypothesen die in hoofdstuk 6 zullen worden getoetst aan

de hand van een empirisch onderzoek. Tot slot zal een korte samenvatting worden gegeven van dit

hoofdstuk.

5.2 Terugblik

In hoofdstuk 3 en hoofdstuk 4 zijn verschillende onderzoeken aan bod gekomen die problemen met

accountingstandaarden beschreven. Zo werden SPE’s als voorbeeld gegeven van rules-based

accountingstandaarden die tekortschieten om winststuring te beperken. De huidige

accountingstandaarden van US GAAP en IFRS zijn niet in staat om winststuring aan de hand van deze

SPE’s te beperken (Soroosh & Ciesielski, 2004). Managers structureren de huidige regelgevingen op

een dusdanige manier dat het mogelijk is om de winsten te sturen. Onder US GAAP worden de

winsten gestuurd door het structureren van de regels, terwijl onder IFRS optimaal gebruik wordt

gemaakt van de keuzemogelijkheden die deze standaarden bieden. Managers worden gedreven door

incentives zoals bonussen of de mogelijkheden om kapitaal onder gunstigere voorwaarden aan te

trekken (Dechow & Skinner, 2000).

Een tweede onderzoek bracht de problemen met Joint Ventures in kaart. Managers kunnen namelijk

geneigd zijn om winsten gemaakt door Joint Ventures mee te nemen in het consolidatieproces,

terwijl het moederbedrijf eigenlijk niet genoeg zeggenschap heeft. Indien gebruik wordt gemaakt van

accountingstandaarden met een hoge mate van subjectiviteit, zoals principles-based

accountingstandaarden onder IFRS, kunnen managers de hoge mate van subjectiviteit uitbuiten

zodat deze Joint Venture meegenomen wordt in het consolidatieproces, terwijl er eigenlijk niet

genoeg zeggenschap is in de Joint Venture (Nelson, Elliot & Tarpley, 2002).

38

Page 40: Onderzoek naar De invloed van de benadering van ... · Web viewOnderzoek naar De invloed van de benadering van accountingstandaarden op winststuringSectie Accounting, Auditing & Control

5.3 Ontwikkelingen IFRS

De problemen met betrekking tot winststuring in bovenstaande situaties worden erkend door de

IASB. Met ingang van 1 januari 2013 heeft de IASB daarom nieuwe richtlijnen opgesteld met

betrekking tot het consolidatieproces van SPE’s (IFRS 10), het consolidatieproces van Joint Ventures

(IFRS 11) en de toelichtingsvereisten voor Joint Ventures (IFRS 12).

5.3.1 IFRS 10

Gezien de problemen met betrekking tot de verwerking van SPE’s heeft de IASB besloten nieuwe

richtlijnen in te voeren (IFRS 10). Met de invoering van IFRS 10 is de interpretatieruimte voor

managers afgenomen. Er is minder ruimte voor subjectiviteit als het gaat om het wel of niet ‘in

control’ zijn over een dochtermaatschappij. Het consolidatieproces onder IFRS 10 is toepasbaar voor

elke entiteit. Doordat het begrip ‘control’ een bredere definitie heeft gekregen onder IFRS 10 is er

minder ruimte voor managers een SPE buiten het consolidatieproces te houden indien men ‘in

control’ is (Böhmer, Hoogendoorn & Kruit, 2015). Door de beperking van de subjectiviteit en de

ruimere definitie van control hebben de accountingrichtlijnen onder IFRS meer rules-based

geworden dan voorheen. Er zijn namelijk striktere richtlijnen opgesteld en er is minder ruimte voor

subjectiviteit.

5.3.2 IFRS 11 en IFRS 12

Met de invoering van IFRS 11 worden de keuzemogelijkheden in het consolidatieproces van een Joint

Venture beperkt. Waar onder de oude accountingstandaard (IAS 31) kon worden gekozen voor de

proportionele consolidatiemethode of de equity-methode, is het onder IFRS 11 niet langer mogelijk

om Joint Ventures te consolideren aan de hand van de proportionele methode (Hal & Roelofsen,

2011). Door de beperking van de keuzemogelijkheden in het consolidatieproces kan een betere

consistentie worden bereikt tussen verschillende ondernemingen. Dit heeft een positief effect op de

vergelijkbaarheid van de jaarverslaggeving. Dit wordt daarnaast ook ondersteund door de invoering

van IFRS 12. Hierin zijn de nieuwe toelichtingsvereisten opgenomen met betrekking tot Joint

Ventures. Met de invoering van IFRS 11 en IFRS 12 hebben de accountingrichtlijnen een meer rules-

based karakter gekregen dan voorheen aangezien er minder interpretatiemogelijkheden zijn voor

managers door striktere en gedetailleerdere regels (Hal & Roelofsen, 2011).

De ontwikkelingen in de accountingstandaarden van IFRS bieden de mogelijkheid te onderzoeken

wat de invloed is van het strikter maken van (principles-based) accountingstandaarden op de

hoeveelheid winststuring. Door de invoering van deze nieuwe accountingstandaarden wordt de

verwachting geschept dat winststuring zal afnemen (Soroosh & Ciesielski, 2004). De exacte invloed

39

Page 41: Onderzoek naar De invloed van de benadering van ... · Web viewOnderzoek naar De invloed van de benadering van accountingstandaarden op winststuringSectie Accounting, Auditing & Control

van deze nieuwe accountingstandaarden op de hoeveelheid winststuring zal worden onderzocht aan

de hand van een empirisch onderzoek. Hiervoor dienen hypothesen te worden opgesteld.

5.4 Hypothesen

Voor gebruikers van de jaarrekening is het van belang dat de externe financiële verslaggeving

betrouwbaar is om een goed beeld te krijgen van de huidige situatie van een onderneming. In

hoofdstuk 2 is besproken dat de aanwezigheid van winststuring ten koste gaat van de

betrouwbaarheid van de financiële verslaggeving. Het is duidelijk geworden dat er geen eenduidig

antwoord is met betrekking tot de invloed van zowel rules-based- als principles-based

accountingstandaarden op de hoeveelheid winststuring. Door de invoering van IFRS 10, IFRS 11 en

IFRS 12 worden de huidige (principles-based) accountingstandaarden strikter en zijn er minder

interpretatiemogelijkheden voor managers. Hierdoor wordt de verwachting geschept dat de

invoering van deze nieuwe accountingstandaarden de hoeveelheid winststuring zal doen afnemen

(Soroosh & Ciesielski, 2004).

Om te beginnen zal moeten worden onderzocht of managers gebruik maken van SPE’s en/of Joint

Ventures om de winsten te sturen. De winststuring die ontstaat door het structureren van

accountingstandaarden met betrekking tot SPE’s en Joint Ventures wordt ook gekenmerkt door een

grote schommelingen van de waarde van de leverage (Dechow & Skinner, 2000). De leverage kan

worden omschreven als de verhouding tussen het vreemd vermogen en het totale vermogen van de

onderneming (Dechow & Skinner, 2000). Om aan te tonen dat managers de keuzemogelijkheden in

accountingstandaarden met betrekking tot SPE’s en Joint Ventures benutten om de winsten te

sturen, is de volgende hypothese opgesteld:

Hypothese 1: De schommeling in de leverage toont aan dat managers gebruik maken van SPE’s en

Joint Ventures om de winsten te sturen.

Indien is aangetoond dat managers gebruikmaken van de keuzemogelijkheden in de huidige

accountingstandaarden met betrekking tot SPE’s en Joint Ventures om de winsten te sturen, kan

worden onderzocht wat de invloed is van de invoering van de nieuwe accountingstandaarden op de

hoeveelheid winststuring. De verwachting wordt gewekt dat de invoering van de nieuwe

accountingstandaarden de hoeveelheid winststuring zal doen afnemen aangezien deze nieuwe

accountingstandaarden minder interpretatiemogelijkheden bieden voor managers. Uit verschillende

onderzoeken, besproken in hoofdstuk 4, wordt geconcludeerd dat het beperken van de

keuzemogelijkheden en het invoeren van striktere regelgevingen de hoeveelheid winststuring doet

beperken. Verschillende onderzoekers zijn het hier echter niet mee eens. Deze discussie staat

daarom centraal in de tweede hypothese van dit empirisch onderzoek. Deze hypothese luidt:

40

Page 42: Onderzoek naar De invloed van de benadering van ... · Web viewOnderzoek naar De invloed van de benadering van accountingstandaarden op winststuringSectie Accounting, Auditing & Control

Hypothese 2: De invoering van IFRS 10, IFRS 11 en IFRS 12 doet de hoeveelheid winststuring afnemen.

5.4 Samenvatting

In dit hoofdstuk zijn de internationale ontwikkelingen besproken met betrekking tot een aantal

accountingstandaarden. In hoofdstuk 3 en hoofdstuk 4 zijn een aantal onderzoeken beschreven

waaruit blijkt dat managers SPE’s en Joint Ventures gebruiken om de winsten van hun

ondernemingen te sturen. De oude accountingrichtlijnen bleken niet in staat om deze vormen van

winststuring te beperken. Aan de hand van de invoering van IFRS 10, IFRS 11 en IFRS 12 hoopt de

IASB deze vormen van winststuring te beperken. Deze nieuwe accountingrichtlijnen beperken

managers in hun keuzemogelijkheden en schrijven striktere regelgevingen voor. Met de invoering

van IFRS 10, IFRS 11 en IFRS 12 is de convergentie waar te nemen van de principles-based

accountingrichtlijnen van de IASB naar een meer rules-based karakter. Deze ontwikkelingen zijn

aanleiding voor het opstellen van een tweetal hypothesen die in het hoofdstuk 6 en hoofdstuk 7

zullen worden getoetst.

41

Page 43: Onderzoek naar De invloed van de benadering van ... · Web viewOnderzoek naar De invloed van de benadering van accountingstandaarden op winststuringSectie Accounting, Auditing & Control

6. Data en Methodologie6.1 Inleiding

In dit hoofdstuk zal de opzet van het empirisch deel van dit onderzoek worden behandeld. Het doel

van het empirisch onderzoek is de verschillende theorieën uit hoofdstuk 3 en hoofdstuk 4 te testen in

de werkelijkheid. Dit zal worden gedaan aan de hand van de hypothesen die zijn opgesteld in

hoofdstuk 5. Om te beginnen zullen verschillende onderzoeksmethoden worden beschreven die

toepasbaar zijn op dit vakgebied. Vervolgens zal de keuze tussen de verschillende

onderzoeksmethoden worden toegelicht. Aansluitend zal worden besproken hoe de dataverzameling

tot stand is gekomen en de keuzes hierin worden toegelicht. Tenslotte zal ook worden besproken

hoe de tot stand gekomen data zal worden verwerkt om tot een analyse te komen.

6.2 Onderzoeksmethoden

6.2.1 Soorten onderzoek

Het doel van empirische wetenschappen is het tot stand laten komen van empirische beweringen

aan de hand van een empirische cyclus. Aan de hand van inductie uit empirische waarnemingen of

theorieën kunnen hypothesen worden opgesteld. Bij inductie worden empirische waarnemingen van

het bijzondere naar het algemene geredeneerd. Een onderzoeker bekijkt aan de hand van bepaalde

data wat de reikwijdte is van deze waarnemingen. Een inductieve redenering is altijd generaliserend

en versterkend, omdat deze redenering verder gaat dan wat bekend is (Koning, 2006). De opgestelde

hypothesen kunnen vervolgens worden getoetst. Toetsing kan leiden tot verwerping of tot

bevestiging van de hypothesen. Met betrekking tot het toetsen van de opgestelde hypothesen kan

onderscheid worden gemaakt tussen twee verschillende soorten onderzoek, namelijk kwalitatief

onderzoek en kwantitatief onderzoek (Koning, 2006).

Een kwalitatief onderzoek wordt gekenmerkt als een onderzoek waar geen statistische technieken

worden gehanteerd in het toetsen van hypothesen. Dergelijke onderzoeken bestaan over het

algemeen uit casestudies. Kwantitatieve onderzoeken maken daarentegen wel gebruik van

statistische technieken om hypothesen te toetsen en de geldigheid van redeneringen proberen aan

te tonen. Een belangrijk aspect van deze vorm van onderzoeken is het verzamelen van een dataset.

Deze statistische gegevens kunnen op verschillende manieren worden verkregen, zoals enquêtes of

bestaande data. Kwantitatieve onderzoeken hebben als doel het vinden van causale verbanden

(Koning, 2006).

42

Page 44: Onderzoek naar De invloed van de benadering van ... · Web viewOnderzoek naar De invloed van de benadering van accountingstandaarden op winststuringSectie Accounting, Auditing & Control

In dit empirisch onderzoek zal gebruik worden gemaakt van een kwantitatief onderzoek, omdat aan

de hand van een dataset gezocht zal worden naar de verbanden tussen de keuze van

accountingbenadering en de hoeveelheid winststuring. Een kwantitatief onderzoek is door het

gebruik van statistische technieken een beter middel om deze verbanden te onderzoeken.

6.2.2 Onderzoeksmethoden met betrekking tot winststuring

Er zijn drie verschillende onderzoeksmethoden te onderscheiden met betrekking tot winststuring.

Een archival onderzoek is de meest gebruikte onderzoeksmethode met betrekking tot het opsporen

van winststuring. Daarnaast kan ook worden gekozen om winststuring op te sporen aan de hand van

een survey. Tot slot kunnen ook experimenten worden toegepast om winststuring op te sporen

(Van Beest & Knoops, 2011)

Een archival onderzoek (letterlijk: archiefonderzoek) maakt gebruik van databanken waar informatie

van veel bedrijven aanwezig is, zoals jaarcijfers. Een voordeel van een archival onderzoek om

winststuring op te sporen is dat de resultaten uit het onderzoek inductief kunnen worden toegepast.

Deze resultaten kunnen generaliserend worden toegepast. Er zitten echter ook nadelen aan een

archival onderzoek met betrekking tot de opsporing van winststuring. Er kunnen zich bijvoorbeeld

problemen voordoen met vergeten variabelen of de endogeniteit van het onderzoek. Een ander

belangrijk nadeel is dat winststuring slechts indirect kan worden gemeten en uiteindelijk slechts

vermoedens kunnen worden vastgesteld met betrekking tot de aanwezigheid van winststuring.

Winststuring zal namelijk moeten worden gemeten aan de hand van een proxy (discretionary

accruals), omdat een directe methode om winststuring te meten nauwelijks mogelijk is bij een

archival onderzoek (Van Beest & Knoops, 2011).

De problemen die zich voordoen bij een archival onderzoek zijn bij surveys en experimenten in

mindere mate aanwezig. Surveys en experimenten kunnen worden aangemerkt als onderzoeken

naar het gedrag van mensen. Beide onderzoeksmethoden creëren een situatie waar proefpersonen

een keuze zullen moeten maken. Deze keuze verschaft vervolgens waardevolle informatie voor

onderzoekers. Bij een experiment wordt een situatie gecreëerd waar alle overige variabelen geen

significante invloed uit zullen kunnen oefenen (Koning, 2006). In een dergelijk experiment is het wel

mogelijk om winststuring direct te meten en kan er ook worden geconcludeerd dat winststuring wel

of niet aanwezig is. Dit is een belangrijk voordeel ten opzichte van archival onderzoek waar slechts

vermoedens kunnen worden uitgesproken. Een groot nadeel van experimenten als

onderzoeksmethode om winststuring op te sporen is dat de resultaten niet kunnen worden

gegeneraliseerd. Surveys zijn daarentegen minder in staat om winststuring direct te meten dan

43

Page 45: Onderzoek naar De invloed van de benadering van ... · Web viewOnderzoek naar De invloed van de benadering van accountingstandaarden op winststuringSectie Accounting, Auditing & Control

experimenten. Daarentegen kunnen de resultaten uit een survey wel beter worden gegeneraliseerd

(Van Beest & Knoops, 2011).

In dit empirisch onderzoek zal gebruik worden gemaakt van een archival onderzoek. Ondanks de

nadelen die verbonden zijn aan deze onderzoeksmethode, geniet deze onderzoeksmethode wel de

voorkeur. Met een archival onderzoek kunnen de onderzoeksresultaten namelijk worden

gegeneraliseerd. Dit is van groot belang aangezien dit onderzoek de invloed van de

accountingbenadering op de hoeveelheid winststuring in het algemeen wil onderzoeken. De

resultaten moeten dus niet alleen toepasbaar zijn op de sample, maar ook in algemene zin.

6.2.3 Modellen om winststuring te herkennen

In hoofdstuk 2 is beschreven dat discretionary accruals een belangrijk middel zijn in het onderzoek

om winststuring bij beursgenoteerde ondernemingen te herkennen. Daarnaast is al kort besproken

dat in de loop der jaren verschillende modellen zijn ontwikkeld om winststuring in kaart te brengen.

Dechow, Sloan en Sweeney (1995) maken onderscheid in vijf verschillende methoden, namelijk het

Healy model, het DeAngelo model, het Industry model, het Jones model en tot slot het Modified

Jones model. Een belangrijke overeenkomst van deze modellen is het gebruik van discretionary

accruals om winststuring te herkennen. Er zijn echter ook verschillen in deze modellen te

onderscheiden. In Appendix 1 zijn deze verschillende modellen vergeleken.

De verschillende voor- en nadelen van deze modellen in ogenschouw genomen (zie Appendix 1), is

voor dit empirisch onderzoek gekozen om de Modified Jones model toe te passen om de winststuring

bij beursgenoteerde ondernemingen in kaart te brengen. De problemen van het Jones model zijn in

dit model namelijk opgelost waardoor het Modified Jones model de voorkeur geniet. Daarnaast

voldoen het DeAngelo- en Healy model niet voor dit onderzoek aangezien deze modellen

veronderstellen dat non-discretionary accruals constant blijven, terwijl Jones (1991) heeft

aangetoond dat deze accruals variabel zijn. Het Industry model brengt ook nadelen met zich mee met

betrekking tot de veronderstelling dat ondernemingen binnen eenzelfde industrie een gelijke

variëteit hebben in hun non-discretionary accruals. Tot slot zal in dit onderzoek niet één industrie

worden onderzocht waardoor dit model niet relevant is voor dit onderzoek.

Buiten de voordelen van het Modified Jones model ten opzichte van de overige modellen is ook voor

dit model gekozen vanwege voorgaande onderzoeken. De verschillende onderzoeken met betrekking

tot winststuring die zijn besproken in hoofdstuk 3 en hoofdstuk 4 zijn namelijk ook uitgevoerd aan de

hand van het Modified Jones model. De tegenstrijdige meningen met betrekking tot de keuze tussen

rules-based- of principles-based accounting kunnen op deze manier beter worden getoetst aangezien

dezelfde methodiek wordt toegepast.

44

Page 46: Onderzoek naar De invloed van de benadering van ... · Web viewOnderzoek naar De invloed van de benadering van accountingstandaarden op winststuringSectie Accounting, Auditing & Control

6.3 Data

6.3.1 Dataverzameling

In dit empirisch onderzoek zal een archival onderzoek worden gedaan waarbij gebruik zal worden

gemaakt van financiële gegevens van een databank. Deze gegevens zullen worden verkregen via de

company.info. Via deze databank zijn de externe financiële verslaggevingen van miljoenen bedrijven

over de hele wereld verkrijgbaar. Aan de hand van deze financiële gegevens zal dit empirisch

onderzoek worden uitgevoerd.

De sample van dit onderzoek zal bestaan uit beursgenoteerde bedrijven in Nederland. De

Amsterdam Exchange Index (AEX) ondernemingen biedt hierin uitkomst. De AEX bevat een grote

variëteit in ondernemingen aangezien er veel verschillende sectoren zijn opgenomen. Door de grote

variëteit kunnen uitkomsten van dit onderzoek universeel worden toegepast en niet in slechts één

sector. Echter, niet alle AEX-ondernemingen zijn bruikbaar in dit onderzoek. Ondernemingen zonder

Joint Ventures en/of SPE’s zijn niet bruikbaar voor dit onderzoek en zijn daarom geëlimineerd uit de

sample. Uiteindelijk heeft dit geleid tot een sample van 18 AEX-ondernemingen. Een lijst met deze

ondernemingen is opgenomen in Appendix 2.

In dit onderzoek zal de invloed van de invoering van IFRS 10, IFRS 11 en IFRS 12 worden onderzocht.

Deze nieuwe accountingstandaarden zijn ingevoerd per 1 januari 2013. Geen van de AEX-

ondernemingen in de sample heeft gebruik gemaakt van early adoption, de mogelijkheid om de

accountingstandaarden al eerder toe te passen, waardoor 1 januari 2013 als peildatum kan worden

genomen voor de invoering van de nieuwe accountingstandaarden. Om de invloed van de invoering

van deze accountingstandaarden op de hoeveelheid winststuring te meten, zal een vergelijking

worden gemaakt tussen twee jaargangen voor de invoering (jaarverslaggeving 2011 en 2012) en

twee jaargangen na de invoering (jaarverslaggeving van 2013 en 2014).

Om dit onderzoek uit te voeren zijn de volgende balansposten uit de verschillende jaarrekeningen

noodzakelijk: totale bezittingen, vlottende activa, vlottende passiva, totale schulden, kas en

kasequivalenten, netto ontvangsten, omzet, materiële activa en de afschrijvingen en amortisatie. De

verschillende waarden van deze balansposten van elk van de ondernemingen uit de sample zijn

noodzakelijk om het onderzoek uit te voeren.

6.3.2 Dataverwerking

45

Page 47: Onderzoek naar De invloed van de benadering van ... · Web viewOnderzoek naar De invloed van de benadering van accountingstandaarden op winststuringSectie Accounting, Auditing & Control

Om de grote hoeveelheid data in dit onderzoek te kunnen verwerken en analyseren, zal gebruik

worden gemaakt van de programma’s Microsoft Excel en Statistical Package for the Social Sciences

(SPSS). Microsoft Excel is belangrijk om de grote hoeveelheid financiële gegevens van

beursgenoteerde ondernemingen in kaart te brengen. Buiten het in kaart brengen van de financiële

gegevens zal Microsoft Excel ook worden gebruikt om de totale accruals, non-discretionary accruals

en discretionary accruals te berekenen aan de hand van verschillende vergelijkingen. Deze

vergelijkingen zullen in paragraaf 4 worden behandeld. Het programma SPSS stelt ons in staat om

regressieanalyses uit te voeren. Aan de hand van deze analyses kunnen relaties tussen verschillende

variabelen, de afhankelijke en onafhankelijke variabele, in kaart worden gebracht.

Regressieanalyses aan de hand van modellen zijn een belangrijk onderdeel van dit onderzoek. Met

deze analyses kunnen relaties tussen afhankelijke en onafhankelijke variabelen worden onderzocht.

Aan de hand van een regressiemodel kunnen regressiecoëfficiënten worden geschat. Deze

coëfficiënten kunnen vervolgens worden geanalyseerd en de relatie tussen de afhankelijke variabele

en onafhankelijke variabelen kan worden bepaald. In dit onderzoek zal een significantieniveau van

95% worden aangehouden.

Nadat de financiële gegevens in kaart zijn gebracht en regressieanalyses zijn uitgevoerd, zullen de

resultaten van het onderzoek worden gegeven aan de hand van beschrijvende statistieken. Deze

statistieken brengen de resultaten van het onderzoek overzichtelijk en informatief in kaart. Aan de

hand van deze beschrijvende statistieken kunnen uiteindelijk de hypothesen worden getoetst en

conclusies worden getrokken.

6.4 Opzet van het onderzoek

De voor- en nadelen van de verschillende modellen uiteengezet hebbende en het feit dat veel

voorgaande onderzoeken ook gebruik maken van het Modified Jones model om winststuring te

onderzoeken, is gekozen om het Modified Jones model te implementeren in dit onderzoek. In deze

paragraaf zal in worden gegaan op het technisch aspect van het Modified Jones model en de

methodiek van dit onderzoek worden besproken.

Het Modified Jones model maakt gebruik van accruals om winststuring bij beursgenoteerde

ondernemingen op te sporen. Er wordt een onderscheid gemaakt tussen discretionary accruals,

accruals die ontstaan door beslissingen vanuit het management, en non-discretionary accruals,

accruals die worden veroorzaakt door normale bedrijfsactiviteiten waar het management geen

invloed op heeft. Discretionary accruals zijn een indicatie voor winststuring door het management

van ondernemingen. De discretionary accruals kunnen worden afgeleid uit de totale accruals aan de

hand van een aantal stappen.

46

Page 48: Onderzoek naar De invloed van de benadering van ... · Web viewOnderzoek naar De invloed van de benadering van accountingstandaarden op winststuringSectie Accounting, Auditing & Control

Om te beginnen moeten de totale accruals van een onderneming worden berekend. In dit onderzoek

zal dit worden berekend aan de hand van een Excel-sheet. Om de totale accruals te berekenen dient

de volgende formule te worden toegepast:

TAt=( ΔCAt−ΔCLt−ΔCasht−Depreciationt )/( A t−1)

De elementen in bovenstaande formule hebben de volgende betekenis:

TAt = De totale accruals in jaar t

ΔCA t = De verandering in vlottende activa tussen jaar t en t-1

ΔCLt = De verandering in vlottende passiva tussen jaar t en t-1

ΔCasht = De verandering in kas en kasequivalenten (cash) tussen jaar t en t-1

Depreciationt = De afschrijvings- en amortisatiekosten in jaar t

At−1 = De totale bezittingen in jaar t-1

Zodra de totale accruals zijn afgeleid uit de informatie van ondernemingen aan de hand van

bovenstaande formule, dient onderscheid te worden gemaakt tussen discretionary- en non-

discretionary accruals. Om dit onderscheid te kunnen maken dienen eerst de bedrijfsspecifieke

parameters voor iedere onafhankelijke variabele te worden bepaald aan de hand van een

regressieanalyse. Deze regressieanalyse wordt uitgevoerd aan de hand van het programma SPSS.

Eerdergenoemde bedrijfsspecifieke parameters geven de verhouding weer tussen de afhankelijke- en

onafhankelijke variabelen in de regressievergelijking.

Aan de hand van onderstaande regressievergelijking en SPSS kunnen de bedrijfsspecifieke

parameters worden bepaald. In deze regressievergelijking worden de totale accruals (afhankelijke

variabele) beïnvloed door de totale bezittingen, de verandering in opbrengsten en de materiële vaste

activa. Daarnaast is een error term in de vergelijking opgenomen om de invloeden van variabelen die

niet zijn opgenomen in de regressievergelijking maar wel invloed hebben op de afhankelijk variabele,

te vertegenwoordigen.

De schattingen van de bedrijfsspecifieke parameters kunnen worden bepaald aan de hand van de

volgende formule:

TAt

A t−1=α 1( 1

A t−1 )+α2( Δ REV t

A t−1)+α 3( PPE t

A t−1)+εt

De elementen in bovenstaande formule hebben de volgende betekenis:

TAt = De totale accruals in jaar t

47

Page 49: Onderzoek naar De invloed van de benadering van ... · Web viewOnderzoek naar De invloed van de benadering van accountingstandaarden op winststuringSectie Accounting, Auditing & Control

At−1 = De totale bezittingen in jaar t-1

Δ REV t = De omzet in jaar t minus de omzet in jaar t-1

PPE t = De materiële vaste activa in jaar t

ε t = De error term in jaar t

α 1, α 2 ,α 3 = De bedrijfsspecifieke parameters

In dit onderzoek zullen de totale regressiecoëfficiënten van de sample worden toegepast. Deze totale

regressiecoëfficiënten zullen dus representatief zijn voor alle onderzochte ondernemingen. Echter,

voor elk boekjaar zullen afzonderlijke regressiecoëfficiënten worden bepaald.

De volgende stap in het opsporen van winststuring bij beursgenoteerde ondernemingen is het

berekenen van de non-discretionary accruals. Opnieuw zal gebruik worden gemaakt van een Excel-

sheet om deze afhankelijke variabele, in dit geval de non-discretionary accruals, te berekenen. Dit zal

worden gedaan aan de hand van de volgende formule:

NDA t

At−1=α1( 1

At−1 )+α 2( ΔREV t−Δ REC t

A t−1)+α 3( PPE t

At−1)

De elementen in bovenstaande formule hebben de volgende betekenis:

NDA t = De non-discretionary accruals in jaar t

At−1 = De totale bezittingen in jaar t-1

Δ REV t = De omzet in jaar t minus de omzet in jaar t-1

PPE t = De materiële vaste activa in jaar t

Δ REC t = De netto ontvangsten in jaar t minus de netto ontvangsten in jaar t-

1 α 1, α 2 ,α 3 = De bedrijfsspecifieke parameters

Gegeven dat aan de hand van bovenstaande formule de non-discretionary accruals kunnen worden

berekend en de totale accruals aan de hand van de tweede formule, kunnen ook de discretionary

accruals worden berekend. De discretionary accruals kunnen worden berekend door het verschil te

nemen tussen de totale accruals en de non-discretionary accruals. Dit komt tot uiting in de volgende

formule:

DA t=TAt−NDA t

De elementen in bovenstaande formule hebben de volgende betekenis:

DA t = De discretionary accruals in jaar t

TAt = De totale accruals in jaar t

NDA t = De non-discretionary accruals in jaar t

48

Page 50: Onderzoek naar De invloed van de benadering van ... · Web viewOnderzoek naar De invloed van de benadering van accountingstandaarden op winststuringSectie Accounting, Auditing & Control

In de volgende fase van dit empirisch onderzoek zal een verklaring worden gezocht voor de

discretionary accruals aan de hand van regressiemodellen met een tweetal verklarende variabelen.

De verklarende variabelen in deze regressiemodellen zijn “IFRS” en “leverage”. “IFRS” is een dummy

variabele die representatief is voor de invoering van IFRS 10, IFRS 11 en IFRS. Deze dummy variabele

zal de waarde 0 aannemen indien deze nieuwe accountingstandaarden nog niet van toepassing zijn

(2011 en 2012) en de waarde 1 aannemen indien deze nieuwe accountingstandaarden wel van

toepassing zijn (2013 en 2014). Een tweede verklarende variabele is de “leverage”. Deze waarde kan

voor iedere jaargang worden berekend door de verhouding tussen het vreemd vermogen en het

totale vermogen te nemen. De geringe omvang van dit onderzoek heeft doen besluiten om af te zien

van controlevariabelen. Naast de geringe omvang is de verwachting dat het nut van deze variabelen

minimaal zal zijn aangezien de sample bestaat uit ondernemingen die in verschillende sectoren actief

zijn. Daarnaast zijn de ondernemingen van eenzelfde omvang aangezien deze worden aangemerkt als

de grootste marktkapitalisatie in Nederland.

Om een verklaring te zoeken voor de discretionary accruals zal gebruik worden gemaakt van een

tweetal regressiemodellen met beide een tweetal verklarende variabelen. Aan de hand van deze

regressiemodellen kan worden onderzocht of er sprake is van een samenhang tussen winststuring

(discretionary accruals) en de verklarende variabelen “IFRS” en “leverage”. Het eerste

regressiemodel heeft de absolute waarde van de discretionary accruals als afhankelijke variabelen.

Het gebruik van de absolute waarde van de discretionary accruals is noodzakelijk om de eerste

hypothese te toetsen. In deze hypothese wordt namelijk alleen het verband tussen de nieuwe

accountingstandaarden en de hoeveelheid winststuring onderzocht. De richting (positieve of

negatieve invloed) die een eventuele invloed heeft, wordt buiten beschouwing gelaten. Dit

regressiemodel ziet er als volgt uit:

ADA i=α 0+α1 IFRSi+α 2LEVERAGE i+εi

De elementen in bovenstaande formule hebben de volgende betekenis:

ADA i = De absolute discretionary accruals

IFRSi = Dummy met waarde 1 indien accountingstandaarden van toepassing zijn

LEVERAGEi = De non-discretionary accruals in jaar t

ε i = Error term

Om te onderzoeken of de invoering van de nieuwe accountingstandaarden de hoeveelheid

winststuring doet afnemen, is bovenstaande regressie niet bruikbaar. Om te bepalen of er sprake van

een positieve of negatieve invloed op de hoeveelheid winststuring dient gebruik te worden gemaakt

49

Page 51: Onderzoek naar De invloed van de benadering van ... · Web viewOnderzoek naar De invloed van de benadering van accountingstandaarden op winststuringSectie Accounting, Auditing & Control

van discretionary accruals in plaats van absolute discretionary accruals. Het regressiemodel om dit te

onderzoeken ziet er als volgt uit:

DA i=α0+α1 IFRS i+α2 LEVERAGEi+εi

De elementen in bovenstaande formule hebben de volgende betekenis:

DA i = De discretionary accruals

IFRSi = Dummy met waarde 1 indien accountingstandaarden van toepassing zijn

LEVERAGEi = De non-discretionary accruals in jaar t

ε i = Error term

6.5 Samenvatting

In dit hoofdstuk zijn de verschillende onderzoeksmethoden besproken die toepasbaar zijn in dit

vakgebied. De verschillen tussen kwalitatieve- en kwantitatieve onderzoeken zijn besproken, de

verschillen tussen archival onderzoek, surveys en experimenten en de verschillende modellen om

winststuring op te sporen zijn beschreven. Dit onderzoek is een kwantitatief, archival onderzoek. De

verschillende voor- en nadelen van de modellen uiteengezet, is gekozen om het Modified Jones

model toe te passen in dit onderzoek.

Vervolgens is ook ingegaan op de data die zal worden gebruikt in dit onderzoek. De sample van dit

onderzoek bestaat uit 18 AEX-ondernemingen. Deze verschillende AEX-ondernemingen zijn actief in

verschillende sectoren waardoor resultaten uit dit onderzoek universeel toepasbaar zijn en niet

slechts in één sector. De data is afkomstig van de financiële databank Company.info. Deze databank

verschaft externe financiële verslaggevingen van de ondernemingen uit de sample. Om de invloed

van de invoering van deze accountingstandaarden op de hoeveelheid winststuring te meten, zal een

vergelijking worden gemaakt tussen twee jaargangen voor de invoering (jaarverslaggeving 2011

en 2012) en twee jaargangen na de invoering (jaarverslaggeving van 2013 en 2014).

De data zal worden verwerkt aan de hand van Microsoft Excel en het programma SPSS. Microsoft

Excel zal worden gebruikt om de discretionary accruals te berekenen. SPSS zal worden gebruikt om

regressieanalyses uit te voeren. Tot slot is ingegaan op het technische aspect van het Modified Jones

model. De totstandkoming van de verschillende regressievergelijkingen zijn behandeld en er is een

toelichting gegeven op de verschillende elementen in deze regressievergelijkingen. In het volgende

hoofdstuk zullen de resultaten van dit onderzoek worden gepresenteerd.

50

Page 52: Onderzoek naar De invloed van de benadering van ... · Web viewOnderzoek naar De invloed van de benadering van accountingstandaarden op winststuringSectie Accounting, Auditing & Control

7. Resultaten7.1 Inleiding

In dit hoofdstuk zullen de resultaten worden weergegeven van het besproken onderzoek in

hoofdstuk 6. Ten eerste zullen verschillende beschrijvende statistieken worden besproken die in dit

onderzoek tot uiting zijn gekomen aan de hand van de analyses in SPSS. In overzichtelijke tabellen

zullen deze beschrijvende statistieken worden weergegeven. Vervolgens zullen de uitkomsten van de

regressieanalyse worden besproken. Aan de hand van deze regressieanalyses zal worden gekeken

naar de mogelijke invloeden van de “leverage” en het invoeren van de nieuwe IFRS

accountingstandaarden op de hoeveelheid winststuring. Tot slot zal een korte samenvatting worden

gegeven over de resultaten in dit hoofdstuk.

7.2 Beschrijvende statistieken

Om de discretionary accruals te kunnen berekenen, dienen eerst de bedrijfsspecifieke parameters

voor iedere jaargang te worden berekend. Deze bedrijfsspecifieke parameters zullen representatief

zijn voor alle ondernemingen in de sample. Aan de hand van een lineaire regressie in SPSS worden de

verschillende parameters berekend. In onderstaande tabel zijn de uitkomsten van deze lineaire

regressie weergegeven. Opvallend aan deze resultaten is dat de onafhankelijke variabelen

(weergegeven in de linker kolom) niet in alle jaargangen significant zijn. In dit onderzoek is namelijk

een significantieniveau van 95% aangehouden. Dit kan mogelijk verklaard worden door de beperkte

omvang van de sample. Desondanks zullen de bedrijfsspecifieke parameters (B) worden gebruikt,

omdat deze noodzakelijk zijn voor het berekenen van de discretionary accruals.

Tabel 2: Geschatte bedrijfsspecifieke parameters per jaar a

2011 2012 2013 2014

B Sign .b B Sign.b B Sign.b B Sign.b

(Constant) -1,6E-06 0,156 7,9E-08 0,271 -2,7E-08 0,564 -5,8E-09 0,613

1/At−1 0,364 0,214 -0,09 0,049 0,029 0,012 -0,631 0,000

Δ REV t/ At−1 1,9E-08 0,001 1,3E-05 0,532 6,9E-07 0,542 4,7E-06 0,429

PPE t / At−1 1,7E-07 0,293 1,2E-05 0,278 5,3E-05 0,089 4,9E-07 0,835

a. Afhankelijke variabele: TAt / A t−1.b. Significantieniveau: 95% (α=0,05).

Aangezien de bedrijfsspecifieke parameters bekend zijn, kunnen nu de discretionary accruals worden

berekend. Aan de hand van het Modified Jones model inclusief bovenstaande parameters kunnen de

51

Page 53: Onderzoek naar De invloed van de benadering van ... · Web viewOnderzoek naar De invloed van de benadering van accountingstandaarden op winststuringSectie Accounting, Auditing & Control

discretionary accruals worden berekend. Hiervoor is gebruik gemaakt van Microsoft Excel.

Vervolgens is een analyse gemaakt van de belangrijkste variabelen voor de regressieanalyse. In tabel

3 is het aantal observaties, de gemiddelden en de standaarddeviaties van de totale bezittingen,

totale accruals, discretionary accruals, absolute discretionary accruals en de leverage opgenomen.

Deze verschillende gegevens zijn voor zowel de gehele sample opgenomen, maar er is ook

onderscheid gemaakt in de periode waar de nieuwe accountingstandaarden niet van toepassing zijn

(2011-2012) en de periode waarin deze nieuwe accountingstandaarden wel van toepassing zijn

(2013-2014). Daarnaast zijn in de rechter kolom van tabel 3 de resultaten van een two-sample t-test

opgenomen. Aan de hand van deze test is gekeken of de gemiddelden van de variabelen van de

periode waarin de nieuwe accountingstandaarden van toepassing zijn significant afwijken van de

gemiddelden in de periode waar deze niet van toepassing zijn.

Tabel 3: Beschrijvende statistieken

a. Significantieniveau: 95% (α=0,05). D.o.f. is de laagste van n1-1 en n2-1.b. Significant als t>t*.

Aan de hand van deze tabel kunnen een aantal zaken worden waargenomen. Om te beginnen is uit

de bovenstaande tabel af te leiden dat de discretionary accruals over de gehele periode een

negatieve waarde aannemen, namelijk -0,1063 met een standaarddeviatie van 0,59874. Wat

daarnaast opvalt aan deze beschrijvende statistieken is dat de gemiddelde omvang van de absolute

discretionary accruals groter is dan de discretionary accruals. Het gemiddelde van deze variabele

bedraagt namelijk 0,2438 en heeft een standaarddeviatie van 0,52178. Dit verschil kan worden

verklaard door het feit dat de discretionary accruals een gemiddelde van nul bevat, terwijl bij

absolute discretionary accruals deze nul zal ontbreken. In het geval dat bij discretionary accruals de

nul ook zal ontbreken, zal het gemiddelde van deze variabele ook groter worden. Zoals besproken in

hoofdstuk 6 zullen de absolute discretionary accruals worden gebruikt om de invloed van de nieuwe

accountingstandaarden op de hoeveelheid winststuring te toetsen. De discretionary accruals zullen

worden gebruikt om te bepalen of de winststuring zal afnemen aan de hand van deze nieuwe

accountingstandaarden.

52

Page 54: Onderzoek naar De invloed van de benadering van ... · Web viewOnderzoek naar De invloed van de benadering van accountingstandaarden op winststuringSectie Accounting, Auditing & Control

Ook is het gemiddelde van de leverage in de tabel waar te nemen, namelijk 0,6534. De gemiddelde

verhouding tussen het vreemd vermogen en het totale vermogen voor de beursgenoteerde

ondernemingen in deze sample ligt dus op 0,6534. De leverage heeft daarnaast een

standaarddeviatie van 0,13568. Het gemiddelde van de totale bezittingen ligt op 594.128. Dit

gemiddelde moet worden geïnterpreteerd als € 594.128.000.000 aangezien voor de

overzichtelijkheid de waarden van de totale bezittingen in miljoenen zijn weergegeven.

Daarnaast is gekeken naar de verschillen tussen de periode waar de nieuwe accountingstandaard nog

niet van toepassing was en de periode waar deze wel van toepassing was. De gemiddelden de totale

bezittingen, discretionary accruals, absolute discretionary accruals en de leverage liggen in de

periode na de invoering van de nieuwe accountingstandaarden hoger dan de periode ervoor. De

toename van de leverage kan worden geïnterpreteerd als een toename van het vreemd vermogen

ten opzichte van het totale vermogen. In de periode na de invoering van de nieuwe

accountingstandaarden ligt de hoeveelheid vreemd vermogen verhoudingsgewijs hoger dan in de

periode ervoor. Aan de hand van de two-sample t-test is gekeken naar de significantie van de

toename of afname van de gemiddelden. Aan de hand van de two-sample t-test kan worden

geconcludeerd dat alleen de gemiddelden van de discretionary accruals en absolute discretionary

accruals in de periode na de invoering van de nieuwe accountingstandaarden significant verschillen

ten opzichte van de periode hiervoor. Dit resultaat geeft een eerste indicatie dat de invoering van de

nieuwe accountingstandaarden een significante invloed heeft op de winststuring.

7.3 Regressiemodellen

Aan de hand van een tweetal regressievergelijkingen zal het verband tussen de invoering van de

nieuwe accountingstandaarden en de hoeveelheid winststuring worden onderzocht. Deze

regressieanalyse is uitgevoerd in het programma SPSS. Zoals in hoofdstuk 6 is besproken zal gebruik

worden gemaakt van een tweetal verklarende variabelen. De regressieanalyse is uitgevoerd aan de

hand van de volgende modellen:

ADA i=α 0+α1 IFRSi+α 2LEVERAGE i+εi

DAi=α0+α1 IFRS i+α2 LEVERAGEi+εi

Aan de hand van het eerste model zal getracht worden de eerste hypothese te toetsen. Aan de hand

van deze resultaten kan worden aangetoond of managers de keuzemogelijkheden in

accountingstandaarden met betrekking tot SPE’s en Joint Ventures benutten om de winsten te

sturen. Aan de hand van de tweede regressievergelijking zal de tweede hypothese worden getoetst.

Aan de hand van deze resultaten kan een conclusie worden getrokken over welke invloed de

invoering van de nieuwe accountingstandaarden heeft op de hoeveelheid winststuring.

53

Page 55: Onderzoek naar De invloed van de benadering van ... · Web viewOnderzoek naar De invloed van de benadering van accountingstandaarden op winststuringSectie Accounting, Auditing & Control

In tabel 4 zijn de resultaten van de regressieanalyses uiteengezet. De uitkomsten van de

regressieanalyse met betrekking tot de eerste regressievergelijking zijn onder de kop ADA i terug te

vinden en de uitkomsten van de regressieanalyse van de tweede vergelijking zijn uiteengezet onder

de kop DA i. Om te beginnen zal worden gekeken naar de regressievergelijking met de absolute

discretionary accruals. De coëfficiënt van de dummyvariabele IFRS kan als volgt worden

geïnterpreteerd: indien de dummyvariabele de waarde 1 aanneemt zal de ADA met 0,307 afnemen.

Uit de resultaten van de regressievergelijking blijkt ook dat de leverage een negatieve relatie heeft

met winststuring (B=-0,307). Dit kan als volgt worden geïnterpreteerd: bij een stijging van de

leverage met 0,1 zullen de absolute discretionary accruals met 0,0307 afnemen.

In dit model is te zien dat zowel de dummyvariabele IFRS (0,017 < 0,05) als de variabele “leverage”

(0,01 < 0,05) statistisch significant zijn bij een significantieniveau van 95%. Hieruit kan worden

geconcludeerd dat beide verklarende variabelen een significante invloed hebben op winststuring. De

eerste hypothese zal dus niet worden verworpen. Hiermee is aangetoond dat managers gebruik

maken van de keuzemogelijkheden in accountingstandaarden met betrekking tot SPE’s en Joint

Ventures om de winsten te sturen. Daarnaast kan worden geconcludeerd dat de invoering van de

nieuwe accountingstandaarden een significante invloed heeft op de hoeveelheid winststuring bij

beursgenoteerde ondernemingen. Er kan echter nog niet worden geconcludeerd dat de hoeveelheid

winststuring afneemt aangezien hier gebruik is gemaakt van absolute discretionary accruals.

Tabel 4: Resultaten regressieanalysen

Absolute discretionary accruals (

ADA i¿

Discretionary accruals (DA i)

B Sign.a B Sign.a

(Constante) 0,895 0,161 0,561 0,291

IFRS (dummy) -0,307 0,017 -0,354 0,048

Leverage -0,386 0,001 0,203 0,153

Adjusted R2 0,092 0,039

F (sign.) 8,136 (0,003) 4,826 (0,043)

a. Significantieniveau: 95% (α=0,05).

Om de tweede hypothese te toetsen zal gekeken worden naar de tweede regressieanalyse. De

resultaten van de tweede regressieanalyse laten zien dat de invloed van de leverage in dit

54

Page 56: Onderzoek naar De invloed van de benadering van ... · Web viewOnderzoek naar De invloed van de benadering van accountingstandaarden op winststuringSectie Accounting, Auditing & Control

regressiemodel niet significant is. Daarom kunnen er geen conclusies worden verbonden aan deze

verklarende variabele. De dummyvariabele IFRS heeft echter wel een significante invloed op de

discretionary accruals. De coëfficiënt in van deze variabele kan als volgt worden geïnterpreteerd:

indien de dummy variabele de waarde 1 aanneemt, zullen de discretionary accruals met 0,354

afnemen. Gezien de significantie van deze variabele en de negatieve invloed op de discretionary

accruals zal de tweede hypothese niet worden verworpen. Hieruit kan worden geconcludeerd dat de

invoering van de nieuwe accountingstandaarden de hoeveelheid winststuring doet afnemen.

Indien de twee modellen worden vergeleken, kan worden gesteld dat het model met de absolute

discretionary accruals een hogere verklaringskracht heeft (0,092>0,039). De Adjusted R2 neemt de

waarde 0,092 aan in dit model. Dit betekent dat dit regressiemodel 9,2% van de variantie in

winststuring verklaard.

7.4 Samenvatting

In dit hoofdstuk zijn de resultaten van dit onderzoek uiteengezet. Aan de hand van regressieanalyses

zijn de hypothesen uit hoofdstuk 5 getoetst. In het eerste deel zijn verschillende beschrijvende

statistieken uit het onderzoek beschreven. De interpretaties van de verschillende coëfficiënten zijn

hierin uiteengezet. Interessant voor het onderzoek zijn de resultaten van de two-sample t-test. Aan

de hand van deze test is gekeken naar de verschillen in de variabelen tussen de periode waar de

nieuwe accountingstandaard nog niet van toepassing was en de periode waar deze wel van

toepassing was. Aan de hand van de two-sample t-test kon worden geconcludeerd dat alleen de

gemiddelden van de discretionary accruals en absolute discretionary accruals in de periode na de

invoering van de nieuwe accountingstandaarden significant verschillen ten opzichte van de periode

hiervoor. Dit resultaat geeft een eerste indicatie dat de invoering van de nieuwe

accountingstandaarden een significante invloed heeft op de winststuring.

Vervolgens zijn de hypothesen getoetst aan de hand van een tweetal regressievergelijkingen. Aan de

hand van deze regressieanalyse is gebleken dat de invoering van de nieuwe accountingstandaarden

een significante invloed heeft op de hoeveelheid winststuring bij beursgenoteerde ondernemingen.

Er kon echter nog niet worden geconcludeerd dat de hoeveelheid winststuring afneemt aangezien

hier gebruik is gemaakt van absolute discretionary accruals. Daarnaast kon worden geconcludeerd

dat managers gebruik maken van de keuzemogelijkheden in accountingstandaarden met betrekking

tot SPE’s en Joint Ventures om de winsten te sturen. Aan de hand van de tweede regressieanalyse is

onderzocht of de winststuring afneemt door de invoering van de nieuwe accountingstandaarden. Uit

deze analyse is gebleken dat de invoering van de nieuwe accountingstandaarden de hoeveelheid

55

Page 57: Onderzoek naar De invloed van de benadering van ... · Web viewOnderzoek naar De invloed van de benadering van accountingstandaarden op winststuringSectie Accounting, Auditing & Control

winststuring doet beperken. Er is namelijk een negatieve relatie te onderscheiden tussen de

invoering van de nieuwe accountingstandaarden en de hoeveelheid winststuring.

56

Page 58: Onderzoek naar De invloed van de benadering van ... · Web viewOnderzoek naar De invloed van de benadering van accountingstandaarden op winststuringSectie Accounting, Auditing & Control

8. Conclusie8.1 Inleiding

In dit hoofdstuk staat de beantwoording van de onderzoeksvraag centraal. Om te beginnen zullen de

antwoorden van het vijftal deelvragen worden behandeld. Aan de hand van de uitkomsten van het

literatuuronderzoek en de resultaten van het empirisch onderzoek zal vervolgens een antwoord op

de onderzoeksvraag worden geformuleerd. Tenslotte zullen de beperkingen van dit onderzoek

worden beschreven en zullen aanbevelingen worden gedaan voor vervolgonderzoek.

8.2 Discussie deelvragen

Winststuring kan worden gedefinieerd als het fenomeen dat ontstaat wanneer managers

gebruikmaken van hun beoordelingsvermogen met betrekking tot de toepassing van

accountingstandaarden in de externe verslaggeving en in het structureren van transacties van de

onderneming om ofwel gebruikers van de jaarrekening te misleiden over onderliggende

economische prestaties van de onderneming, of contractuele resultaten die afhankelijk zijn van de

gerapporteerde boekhoudkundige cijfers te beïnvloeden.

De belangrijkste motieven die managers hebben om de winsten te sturen zijn het behalen van hun

bonussen door bepaalde prestaties te leveren en het verkrijgen van een hoge aandelenkoers en/of

emissiekoers. Daarnaast kunnen managers ook gemotiveerd worden om de winsten te sturen om

belastingen te vermijden of te verlagen of gunstige voorwaarden te verwerven bij het verkrijgen van

kredieten bij financiële instellingen.

Managers grijpen verschillende methoden aan om de winsten te sturen, zoals het optimaal benutten

van interpretatiemogelijkheden en keuzevrijheden die accountingstandaarden bieden. Een andere

methode is het uitstellen of naar voren halen van transacties. Een laatste methode is het plegen van

fraude. Hier moet worden aangetekend dat deze vorm strafbaar is. Deze methoden om de winsten te

sturen hebben verschillende verschijningsvormen in de praktijk, zoals big bath accounting, income

smoothing, het misbruik maken van het begrip materialiteit en het wel of niet erkennen van winsten.

In het literatuuronderzoek is ook onderzocht wat de invloeden zijn van zowel principles-based

accountingstandaarden als rules-based accountingstandaarden op de hoeveelheid winststuring bij

beursgenoteerde ondernemingen. Geconcludeerd kan worden dat principles-based

accountingstandaarden wel degelijk invloed kunnen uitoefenen op de hoeveelheid winststuring,

maar er is geen overeenstemming of de winststuring kan worden beperkt of juist wordt

aangewakkerd door principles-based accountingstandaarden. Enerzijds is Nobes van mening dat

57

Page 59: Onderzoek naar De invloed van de benadering van ... · Web viewOnderzoek naar De invloed van de benadering van accountingstandaarden op winststuringSectie Accounting, Auditing & Control

principles-based accountingstandaarden winststuring juist kan beperken, omdat economische

transacties en gebeurtenissen kunnen worden gestructureerd aan de hand van principles-based

accountingstandaarden. Anderzijds concludeerde Knoops dat prikkels tot winststuring, zoals

winstbonussen, managers aanzet op mogelijkheden binnen accountingstandaarden te benutten om

winstdoelen te bereiken. De ruimte voor subjectiviteit leidt daarom tot winststuring. Deze conclusies

werden ook bevestigd in het onderzoek van Van Beest. In dit onderzoek werd geconcludeerd dat

winststuring niet kan worden uitgesloten, maar dat de accountingbenadering wel invloed kan

uitoefenen op de hoeveelheid winststuring.

Ook rules-based accountingstandaarden hebben invloed op de hoeveelheid winststuring, maar ook

hier is geen overeenstemming of de winststuring kan worden beperkt aan de hand van deze

accountingstandaarden of juist wordt aangewakkerd. Uit onderzoek van Nobes is gebleken dat

winststuring juist toeneemt aan de hand van winststuring, omdat managers transacties dusdanig

structureren aan de hand van de strenge regelgeving dat hiermee de winsten kunnen worden

gestuurd. Daarnaast bieden rules-based accountingstandaarden ook geen uitkomst met betrekking

tot het beperken van winststuring aan de hand van SPE’s. Uit onderzoek van Heemskerk en Van der

Tas is echter gebleken dat winststuring juist is afgenomen aan de hand van een verplichte invoering

van IFRS gepaard met striktere regelgevingen. De keuzemogelijkheden worden namelijk beperkt door

de striktere regels.

8.3 Beantwoording onderzoeksvraag

De doelstelling van deze scriptie is het vinden van een oplossing om winststuring te beperken. In dit

onderzoek zal worden gekeken welk accountingsysteem, principles-based of rules-based, de beste

bijdrage levert aan het beperken van winststuring. De volgende probleemstelling staat centraal in dit

onderzoek:

“Welke benadering met betrekking tot accountingstandaarden moet worden gekozen om

winststuring bij beursgenoteerde ondernemingen te beperken?”

Het literatuuronderzoek is onvoldoende om deze onderzoeksvraag te beantwoorden aangezien er

discussie bestaat over wat de exacte invloeden zijn van beide accountingbenaderingen op de

hoeveelheid winststuring. Door middel van het empirisch onderzoek is getracht een antwoord te

vinden op de onderzoeksvraag. In dit empirisch onderzoek is onderzocht welke invloed de invoering

van IFRS 10, IFRS 11 en IFRS 12 heeft op de winststuring van beursgenoteerde ondernemingen. Dit

zijn accountingstandaarden met betrekking tot de verwerking van Joint Ventures en SPE’s in de

externe jaarverslaggeving. Met de invoering van deze nieuwe accountingstandaarden hebben de

IFRS-accountingstandaarden (principles-based) striktere en gedetailleerdere regels gekregen.

58

Page 60: Onderzoek naar De invloed van de benadering van ... · Web viewOnderzoek naar De invloed van de benadering van accountingstandaarden op winststuringSectie Accounting, Auditing & Control

Hierdoor kan worden gekeken of rules-based accountingstandaarden of principles-based

accountingstandaarden winststuring kunnen beperken. Daarnaast is onderzocht of managers Joint

Ventures en/of SPE’s gebruiken om de winsten te sturen. In het empirisch onderzoek zijn twee

hypothesen getoetst, namelijk:

Hypothese 1: De schommeling in de leverage toont aan dat managers gebruik maken van

SPE’s en Joint Ventures om de winsten te sturen.

Hypothese 2: De invoering van IFRS 10, IFRS 11 en IFRS 12 doet de hoeveelheid winststuring

afnemen.

Aan de hand van het Modified Jones model en een tweetal regressiemodellen zijn bovenstaande

hypothesen getoetst. Om te beginnen is een two-sample t-test uitgevoerd. Aan de hand van deze

test is gekeken naar de verschillen in de variabelen tussen de periode waar de nieuwe

accountingstandaarden nog niet van toepassing waren en de periode waar deze wel van toepassing

waren. Aan de hand van de two-sample t-test kon worden geconcludeerd dat alleen de gemiddelden

van de discretionary accruals en absolute discretionary accruals in de periode na de invoering van de

nieuwe accountingstandaarden significant verschillen ten opzichte van de periode hiervoor. Dit

resultaat geeft een eerste indicatie dat de invoering van de nieuwe accountingstandaarden een

significante invloed heeft op de winststuring.

Vervolgens zijn de hypothesen getest aan de hand van twee regressiemodellen. Uit de resultaten kan

worden geconcludeerd dat managers gebruik maken van de keuzemogelijkheden in

accountingstandaarden met betrekking tot SPE’s en Joint Ventures om de winsten te sturen. Aan de

hand van de tweede regressieanalyse is onderzocht of de winststuring afneemt door de invoering

van de nieuwe accountingstandaarden. Uit deze analyse is gebleken dat de invoering van de nieuwe

accountingstandaarden de hoeveelheid winststuring doet beperken. Er is namelijk een negatieve

relatie te onderscheiden tussen de invoering van de nieuwe accountingstandaarden en de

hoeveelheid winststuring.

Aan de hand van de resultaten uit het empirisch onderzoek, gecombineerd met de uitkomsten uit

het literatuuronderzoek, kan worden geconcludeerd dat rules-based accountingstandaarden beter in

staat zijn om winststuring te beperken dan principles-based accountingstandaarden. Door de

invoering van de nieuwe accountingstandaarden is de winststuring bij beursgenoteerde

ondernemingen namelijk afgenomen. Dit kan verklaard worden door de striktere en gedetailleerdere

regels in de nieuwe accountingstandaarden. Hierdoor hebben de managers minder

interpretatiemogelijkheden en keuzevrijheden en dus minder methoden om de winsten te sturen.

Om winststuring te beperken kan dus beter worden gekozen voor rules-based

59

Page 61: Onderzoek naar De invloed van de benadering van ... · Web viewOnderzoek naar De invloed van de benadering van accountingstandaarden op winststuringSectie Accounting, Auditing & Control

accountingstandaarden. Echter, rules-based accountingstandaarden brengen ook nadelen met zich

mee, zoals de complexiteit van deze accountingstandaarden en de negatieve invloeden op de

relevantie van financiële informatie in de externe verslaggeving. De IASB zal dus een afweging

moeten maken tussen de voordelen, afname van winststuring, en de nadelen die rules-based

accountingstandaarden met zich meebrengen.

De resultaten van dit onderzoek ontkrachten de conclusies van Nobes. Nobes is namelijk van mening

dat striktere regels in accountingstandaarden winststuring doet toenemen, terwijl de resultaten van

dit onderzoek juist hebben aangetoond dat winststuring wordt beperkt door het invoeren van

striktere regels. Hierdoor komen de resultaten van dit onderzoek wel overeen met het onderzoek

van Heemskerk en Van der Tas en het onderzoek van Nelson, Elliot en Tarpley. Uit beide

onderzoeken kon worden geconcludeerd dat winststuring kan worden beperkt aan de hand van

rules-based accountingstandaarden. De conclusie van beide onderzoeken wordt ondersteund met de

resultaten van dit onderzoek.

8.4 Beperkingen van het onderzoek

Een van de beperkingen van dit onderzoek is dat slechts naar de korte termijn invloeden van de

invoering van de nieuwe accountingstandaarden is gekeken. Op de korte termijn neemt winststuring

af door de invoering van de nieuwe accountingstandaarden. Over de lange termijn kunnen echter

geen conclusies worden getrokken, want wellicht vinden managers nieuwe methoden om de winsten

te sturen aan de hand van SPE’s en/of Joint Ventures. Daarnaast is alleen gekeken naar de

verschuiving van principles-based accountingstandaarden naar accountingstandaarden met een

rules-based karakter. Er is in dit onderzoek niet gekeken naar de invloeden op winststuring van een

verschuiving van rules-based accountingstandaarden naar accountingstandaarden met een

principles-based karakter.

8.5 Aanbevelingen voor verder onderzoek

In vervolgonderzoek zou kunnen worden gekeken naar de lange termijn invloeden van de invoering

van de nieuwe accountingstandaarden. Hierbij kan worden gedacht aan een termijn van vijf jaar.

Daarnaast zou onderzoek kunnen worden gedaan naar een verschuiving van rules-based

accountingstandaarden naar accountingstandaarden met een principles-based karakter en welke

invloed dit heeft op de winststuring bij beursgenoteerde ondernemingen. Daarnaast zou de invloed

van wijzigingen in andere accountingstandaarden op de hoeveelheid winststuring kunnen worden

onderzocht.

60

Page 62: Onderzoek naar De invloed van de benadering van ... · Web viewOnderzoek naar De invloed van de benadering van accountingstandaarden op winststuringSectie Accounting, Auditing & Control

LiteratuurlijstBenston, G.J., Bromwich, M. & Wagenhofer, A. (2006). Principles-based versus rules-based

accounting standards: The FASB’s standard setting strategy. Abacus, 42 (2), 165-188.

Böhmer, S., Hoogendoorn, M.N. & Kruit, R. (2015). Ernst & Young Handboek Jaarrekening 2015.

Deventer: Wolters Kluwer.

Brouwer, A. (2014). Innovatie in de jaarrekening. Spotlight special PWC, 21 (2), 16-20.

Burgstahler, D. & Eames, M. (1998). Management of earnings and analyst’s forecasts. Working paper

University of Washington, Washington.

Collins, D.L., Pasewark, W.R. & Riley, M.E. (2012). Financial reporting outcomes under Rules-based

and Principle-based accounting standards. Accounting Horizons, 26 (4), 681-705.

DeAngelo, L.E. (1986). Accounting numbers as Market Valuation Substitutes: A Study of Management

Buyouts of Public Stockholders. The Accounting Review, 61 (3), 400-420.

Dechow, P.M. & Skinner, D.J. (2000). Earnings management: Reconciling the views of Accounting

Academics, Practitioners, and Regulators. Accounting Horizons, 14 (2), 235-250.

Dechow, P.M. & Sloan, R.G. (1991). Executive incentives and the horizon problem: an empirical

investigation. Journal of Accounting and Economics, 14 (2), 51-89.

Dechow, P.M., Sloan, R.G. & Sweeney, A.P. (1995). Detecting earnings management. The Accounting

Review, 4 (1), 193-225.

Field, T.D., Lys, T.Z. & Vincent, L. (2001). Empirical research on accounting choice. Journal of

Accounting and Economics, 31 (1), 255-307.

Hal, R. & Roelofsen, E. (2011). IFRS 11 ‘Joint Arrangements’: meer dan het schrappen van een keuze.

Spotlight, 18 (3), 22-28.

Hall, B.J. & Liebman, J.B. (1998). Are CEOs really paid like bureaucrats. The quarterly Journal, 113 (3),

653-691.

Healy, P.M. (1985). The effect of bonus schemes on accounting decisions. Journal of Accounting and

Economics, 7 (6), 85-107.

Healy, P.M. & Wahlen, J.M. (1999). A review of the Earnings Management literature and its

implications for standard setting. Accounting Horizons, 13 (4), 365-381.

Heemskerk, M. & Van der Tas, L. (2006). Veranderingen in resultaatsturing als gevolg van de

invoering van IFRS. Maandblad voor Accountancy en Bedrijfseconomie, 17 (8), 1-9.

61

Page 63: Onderzoek naar De invloed van de benadering van ... · Web viewOnderzoek naar De invloed van de benadering van accountingstandaarden op winststuringSectie Accounting, Auditing & Control

Hoogendoorn, M.N. & Mertens, G.M.H. (2001). Kwaliteit van de financiële verslaggeving in

Nederland. Maandblad voor Accountancy en Bedrijfseconomie, 75 (10), 406-420.

Jones, J.J. (1991). Earnings Management During Import Relief Investigations. Journal of Accounting

Research, 29 (2), 3-18.

Knoops, C.H. (2004). Bijzondere waardevermindering van vaste activa. Maandblad voor Accountancy

& Bedrijfseconomie, 78 (6), 282-292.

Koning, F. (2006). Methoden voor wetenschappelijk onderzoek. Maandblad voor Accountancy en

bedrijfseconomie, 7 (3), 100-107.

Levitt, A. (1998). The numbers game. The CPA Journal, 68 (12), 14-20.

Mergenthaler, R. (2009). Principles-Based versus Rules-Based Standards and Earnings Management.

Working Paper University of Iowa, Iowa.

Mohanram, P.S. (2003). How to manage Earnings Management. Accounting World, 6 (2), 1-11.

Mulford, C.W. & Comiskey, E.E. (2002). The financial numbers game: Detecting creative accounting

practices. New York: John Wiley & Sons.

Nelson, M.W. (2003). How are earnings managed? Examples from auditors. Accounting Horizons,

17 (2), 17-35.

Nelson, M.W. (2004). Behavioural evidence on the effects of principle and rule based standards.

Accounting Horizons, 17 (1), 91-104.

Nelson, M.W., Elliot, J.A. & Tarpley, R.L. (2002). Evidence from Auditors about managers’ and

accountants’ earnings management decisions. The Accounting Review, 77 (3), 175-202.

Nobes, C.W. (2005). Rules-Based Standards and the Lack of Principles in Accounting. Accounting

Horizons, Vol. 19 (1), 25-34.

Schipper, K. (1989). “Commentary on earnings management. Accounting Horizons, 3 (4), 91-102.

Schipper, K. (2003). Principle based accounting standards. Accounting Horizons, 17 (1), 61-72.

Soroosh, J. & Ciesielski, J.T. (2004). Accounting for Special Purpose Entities Revised: FASB

Interpretation 46 (R). The CPA Journal, 74 (7), 1-27.

Van Beest, F. van (2015). Rules-Based and Principles-Based Accounting Standards and the Interplay

with Earnings Management. Journal of Modern Accounting and Auditing, 4 (3), 5-19.

Van Beest, F. van & Knoops, C.D. (2011). Verslaggevingsstandaarden en resultaatsturing. Maandblad

voor Accountancy en Bedrijfseconomie, 85 (10), 489-500.

Xiong, Y. (2006). Earnings management and its measurement: a theoretical perspective. The Journal

of American Academy of Business, 9 (1), 214-219.

62

Page 64: Onderzoek naar De invloed van de benadering van ... · Web viewOnderzoek naar De invloed van de benadering van accountingstandaarden op winststuringSectie Accounting, Auditing & Control

Appendix 1: Vergelijking tussen modellen om winststuring te herkennenOnderstaand zijn de verschillende modellen om winststuring te herkennen vergeleken. Een

belangrijke overeenkomst van deze modellen is het gebruik van discretionary accruals om

winststuring te herkennen. Er zijn echter ook verschillen in deze modellen te onderscheiden.

Het Healy model

Het doel van het Healy model is het maken van een voorspellingen met betrekking tot winststuring

door het management van een onderneming. Een belangrijke aanname van dit model is het constant

blijven van non-discretionary accruals in elke periode. Healy (1985) stelt daarentegen dat de

discretionary accruals variëren in verschillende perioden. Door het constant blijven van non-

discretionary accruals kunnen discretionary accruals in kaart worden gebracht door het verschil te

berekenen tussen de totale accruals en de non-discretionary accruals (Healy, 1985)

DeAngelo model

Het DeAngelo model borduurt verder op het Healy model. Ook in dit model wordt de aanname

gemaakt dat non-discretionary accruals constant blijven. Ook het berekenen van de discretionary

accruals verschilt niet van het Healy model. Het verschil tussen het DeAngelo model en het Healy

model is het feit dat het DeAngelo model slechts één periode terug in ogenschouw kan nemen,

terwijl het Healy model meerdere perioden op kan nemen in de berekening van de discretionary

accruals (DeAngelo, 1986).

Het Jones model

Het Jones model verschilt van bovenstaande modellen door te stellen dat non-discretionary accruals

variabel zijn in plaats van constant. Jones (1991) stelt dat dit kan worden verklaard door de

veranderingen in de verkoopopbrengsten en veranderingen in de waardering van vaste activa ten

opzichte van eerdere jaargangen. De berekening van de discretionary accruals is wel overeenkomstig

met het Healy model en het DeAngelo model. Nadelig aan het Jones model is dat

verkoopopbrengsten kunnen worden beïnvloed door het management en dit ten koste gaat van de

betrouwbaarheid van het model.

Het Industry model

Het Industry model van Dechow en Sloan (1991) is vergelijkbaar met het Jones model. Het Industry

model heeft net als het Jones model de veronderstelling dat non-discretionary accruals variabel zijn

63

Page 65: Onderzoek naar De invloed van de benadering van ... · Web viewOnderzoek naar De invloed van de benadering van accountingstandaarden op winststuringSectie Accounting, Auditing & Control

en ook de methode om de discretionary accruals te berekenen komt overeen. Waar het Industry

model zich in onderscheid is de veronderstelling dat de variabiliteit in non-discretionary accruals

gelijk is binnen eenzelfde industrie. Dechow en Sloan (1991) hebben met hun onderzoek aangetoond

dat de variabiliteit voor elke onderneming binnen de industrie eenzelfde patroon heeft. Er zijn echter

nadelen verbonden aan deze veronderstelling. Zo wordt de variabiliteit in non-discretionary accruals

die alleen binnen een onderneming plaatsvindt niet in ogenschouw genomen in dit model. Een ander

nadeel van dit model is dat alleen de correlatie non-discretionary accruals worden meegenomen in

het model, de correlatie van discretionary accruals wordt buiten beschouwing gelaten.

Het Modified Jones model

Het probleem binnen het Jones model was de mogelijke beïnvloeding van verkoopopbrengsten. Deze

manipulatie gaat namelijk ten koste van de betrouwbaarheid van dit model. Dechow, Sloan en

Sweeney (1995) hebben het Jones model aangepast (gemodificeerd) om dit probleem te voorkomen.

In het Modified Jones model wordt de netto omzet aangeduid als non-discretionary accruals.

Daarnaast worden afwaarderingen in voorraden als discretionary accruals aangemerkt. In het Jones

model worden deze afwaarderingen wel meegenomen in non-discretionary accruals. Door dit

onderscheid te maken in de verkoopopbrengsten hebben Dechow, Sloan en Sweeney het probleem

met gemanipuleerde verkoopopbrengsten op weten te lossen aangezien deze manipulatie werd

veroorzaakt door afwaarderingen in de voorraden (Dechow, Sloan & Sweeney, 1995).

De verschillende voor- en nadelen van deze modellen in ogenschouw genomen, is voor dit empirisch

onderzoek gekozen om de Modified Jones model toe te passen om de winststuring bij

beursgenoteerde ondernemingen in kaart te brengen. De problemen van het Jones model zijn in dit

model namelijk opgelost waardoor het Modified Jones model de voorkeur geniet. Daarnaast voldoen

het DeAngelo- en Healy model niet voor dit onderzoek aangezien deze modellen veronderstellen dat

non-discretionary accruals constant blijven, terwijl Jones (1991) heeft aangetoond dat deze accruals

variabel zijn. Het Industry model brengt ook nadelen met zich mee met betrekking tot de

veronderstelling dat ondernemingen binnen eenzelfde industrie een gelijke variëteit hebben in hun

non-discretionary accruals. Tot slot zal in dit onderzoek niet één industrie worden onderzocht

waardoor dit model niet relevant is voor dit onderzoek.

Buiten de voordelen van het Modified Jones model ten opzichte van de overige modellen is ook voor

dit model gekozen vanwege voorgaande onderzoeken. De verschillende onderzoeken met betrekking

tot winststuring die zijn besproken in hoofdstuk 3 en hoofdstuk 4 zijn namelijk ook uitgevoerd aan de

hand van het Modified Jones model. De tegenstrijdige meningen met betrekking tot de keuze tussen

64

Page 66: Onderzoek naar De invloed van de benadering van ... · Web viewOnderzoek naar De invloed van de benadering van accountingstandaarden op winststuringSectie Accounting, Auditing & Control

rules-based- of principles-based accounting kunnen op deze manier beter worden getoetst aangezien

dezelfde methodiek wordt toegepast.

65

Page 67: Onderzoek naar De invloed van de benadering van ... · Web viewOnderzoek naar De invloed van de benadering van accountingstandaarden op winststuringSectie Accounting, Auditing & Control

Appendix 2: Sample met beursgenoteerde AEX-ondernemingen

Naam AEX-onderneming Land van herkomst

1. Aalberts Industries N.V. NL

2. Akzo Nobel N.V. NL

3. ASML Holding N.V. NL

4. Gemalto N.V. NL

5. Heineken Holding N.V. NL

6. Koninklijke Ahold N.V. NL

7. Koninklijke Boskalis Westminster N.V. NL

8. Koninklijke DSM N.V. NL

9. Koninklijke KPN N.V. NL

10. Koninklijke Philips N.V. NL

11. Koninklijke Vopak N.V. NL

12. Randstand Holding N.V. NL

13. RELX NL

14. Royal Dutch Shell plc NL

15. TNT Express N.V. NL

16. Unibail-Rodamco SE NL

17. Unilever N.V. NL

18. Wolters Kluwer N.V. NL

66