Upload
others
View
5
Download
0
Embed Size (px)
Citation preview
Professionele Bachelor Lager OnderwijsCampus Noord 2
Oudesteenweg 81 2060 Antwerpen 03 613 14 05
http://praktijkweb.kdg.be
LESVOORBEREIDING nr: 40 A
naam: Ineke Vandael doelstage: 2 opleidingsgroep:
1PBLO F
school: Gesubsidieerde Vrije Basisschool Sint-Lievenscollege
leerjaar: 6 datum: 26/04
(uur) van: 13:00
tot: 15:15
mentor: Meester Kristof aantal lln: 23leergebied: Wereldoriëntatie leerdomei
n:Mens en maatschappij
lesonderwerp:
Planten geordend
nagekeken door:
op:
BeginsituatieBij observatiemomenten bleek dat de leerlingen veel interesse tonen in het vak WO. Ongeacht de leerstof lijken de leerlingen tijdens (bijna) alle lessen zeer betrokken en gemotiveerd om bij te leren.
Deze leerstof hangt samen met de volgende lessen en leergebieden van WO:- Tijd: evolutie van de planten- Ruimte: voorkomen van planten (de hoogte)- Techniek: technische ontwikkelingen hebben de indeling van de planten
preciezer gemaakt- Les 14: stabiliteit in de leefgemeenschap- Les 13: het dierenrijk geordend- Thema: leven in een groene stad.
Er werd reeds 1 les gegeven binnen dit thema (75’). De voorkennis van de leerlingen is dus geactiveerd.KerndoelenDe leerlingen kunnen criteria aangeven waaraan een voorwerp moet voldoen om als dat voorwerp herkend te kunnen worden.De leerlingen kunnen in hun dagelijkse leven planten identificeren binnen de categorieën.De leerlingen kunnen het belang van ordening verwoorden.De leerlingen kunnen minimaal 3 kenmerken bij planten opsommen.De leerlingen kunnen planten ordenen in de belangrijke verschillende afdelingen op basis van wetenschappelijke kenmerken.Situering (leerplan en/of leergebiedoverschrijdende eindtermen)Kenmerken van verschillende planten en zwammen in functie van de indeling van de levende wezens kennen.Verband tussen bouw en biotoop.(Kussé, P., Van Den Bosch, J., Van Hove, L., Van Steenbergen, J., 2013)
Aantal bijlagen 2
BronnenKussé, P., Van Den Bosch, J., Van Hove, L., Van Steenbergen, J. (2013). Mikado. Wereldoriëntatie: leerwerkboek. Pelckmans: Kalmthout
Kussé, P., Van Den Bosch, J., Van Hove, L., Van Steenbergen, J. (2013). Mikado. Wereldoriëntatie: handleiding. Pelckmans: Kalmthout
Kussé, P., Van Den Bosch, J., Van Hove, L., Van Steenbergen, J. (2013). Mikado. Wereldoriëntatie: bronnenboek. Pelckmans: Kalmthout
Aantal bijlagen 2
Duur
in min.
Fasering Leerinhoud (WAT)
per lesfase noteer je een duidelijke titel, tenminste één leerdoel en omschrijf je zeer gedetailleerd en eenduidig de leerstof of de vaardigheid
Onderwijsleer-middelen
(WAARMEE)
Onderwijsleeractiviteiten (HOE)
De leerkracht… De leerlingen…
Groep
35’ 1 Op zoek naar gemeenschappelijke kenmerken
De leerlingen kunnen minimaal 3 kenmerken bij planten opsommen.De leerlingen kunnen planten ordenen in de belangrijke verschillende afdelingen op basis van wetenschappelijke kenmerken.
Indeling plantenrijk- Wieren- Korstmossen- Mossen- Varens- Zaadplanten
Bedektzadigen Naaktzadigen
WB pg 46
Kopieerblad (23x afgedrukt, zie
bijlage)
Foto’s Mikado
Zegt: We hadden het gisteren over de indeling in het plantenrijk. Ik schreef deze op het bord. Weten jullie hem nog?
Schrijft op het bord:- Wieren- Korstmossen- Mossen- Varens- Zaadplanten
Bedektzadigen Naaktzadigen
Toont foto’s (bijlagen van Mikado zelf)
Vraagt: Waar horen deze foto’s thuis? (Waarom?)
Vraagt: Hoeveel van deze planten zouden jullie elke dag tegenkomen? Uit welke categorieën zien jullie veel planten terugkomen?
Antwoorden
Antwoorden:KorstmosMosBedektzadigeNaaktzadigeKorstmosNaaktzadigeNaaktzadigeVarenKorstmosWier
Antwoorden
G
75’ 2De link met het echte leven: werkelijkheidsnabij
De leerlingen kunnen in hun dagelijkse leven planten identificeren binnen de categorieën.
Indeling plantenrijk- Wieren- Korstmossen- Mossen- Varens- Zaadplanten
Bedektzadigen Naaktzadigen
Camera’s (8, te gebruiken van de
school)
Blocknote (1 per groepje)
Pennen (viertal per groepje)
Zegt: We gaan zo meteen naar een parkje wandelen. Daar worden jullie in groepen verdeeld per 3 of 4 leerlingen. Jullie krijgen de opdracht zo veel mogelijk planten te fotograferen die jullie zien die binnen één van onze categorieën thuishoren.
Overloopt afspraken veilig weggebruik (zie aparte fiche)
Start uitstap
Wanneer aangekomen op locatie: afspraken overlopen, terrein afbakenen, tijdslimiet afspreken, afspreken waar te verzamelen.
Luisteren en voeren opdrachten uit
Duur
in min.
Fasering Leerinhoud (WAT)
per lesfase noteer je een duidelijke titel, tenminste één leerdoel en omschrijf je zeer gedetailleerd en eenduidig de leerstof of de vaardigheid
Onderwijsleer-middelen
(WAARMEE)
Onderwijsleeractiviteiten (HOE)
De leerkracht… De leerlingen…
Groep
Loopt rond en begeleidt
Bordschema
- Wieren- Korstmossen- Mossen- Varens- Zaadplanten
Bedektzadigen Naaktzadigen
Aanvullingen
Indien er tijd over is, bladeren in bijlage 2 uitdelen, leerlingen hun werk laten ‘controleren’: zelf laten nakijken of hun categorisering kan kloppen aan de hand van uitleg op fiches. Leerlingen materiaal laten presenteren aan elkaar (SD kaartje in computer steken en foto’s laten zien)
Plannetje te wandelen route
Bijlage 2: onthoudfiches per groepje
1. Wieren
Bouw Wieren hebben de meest eenvoudige bouw. Ze hebben geen echte wortels,
stengels en bladeren. Ze kunnen hun eigen voedsel maken door middel van
fotosynthese.
Nut Ze leveren meer dan helft van de zuurstof in de atmosfeer.
Standplaats Ze leven in het water of hebben een vochtige omgeving nodig om te kunnen
overleven.
Voortplanting De ééncellige wieren en boomalgen: ongeslachtelijke d.m.v. celdeling
Meercellige wieren: geslachtelijke voortplanting d.m.v. sporen
2. Mossen
Bouw Mossen hebben geen transportsysteem van vaatbundels waarmee ze water
vanuit de bodem naar boven kunnen transporteren. Bovendien hebben
mossen geen echte wortels, maar een soort haartjes waarmee ze zich aan
de bodem vasthechten.
Nut /
Standplaats Mossen zijn landplanten, maar hebben wel een vochtige leefomgeving nodig. Ze nemen hun water met voedingsstoffen rechtstreeks op via hun dunne, eenvoudige blaadjes. Om het water goed vast te houden groeien mossen dicht bij elkaar. Er worden kussentjes gevormd van vele mosplanten bij elkaar.
Voortplanting Mosplanten produceren sporendragers of sporenkapsels. Hierin worden sporen gevormd. Sporen bestaan uit erfelijk materiaal, omgeven door een omhulsel. Bij droog weer springt de sporendrager open en worden de sporen als een soort stof via de lucht verspreid. Als een spore op een geschikte plaats terecht komt, groeit deze uit tot een dun draadje van cellen, waaruit nieuwe mosplanten kunnen ontstaan.
3. Korstmossen
Bouw Een korstmos (lichenen) is een samenlevingsvorm van een alg en een schimmel. Ze
vormen ze meestal een korstachtig plakkaat of enigszins struikvormige structuren.
Korstmossen hebben geen stengels, bladeren, bloemen of wortels, maar
schimmeldraden.
Nut /Standplaats Ze komen meestal als grijze, bruine of gele, oranje-achtige korsten voor op stenen
of bomenVoortplanting Korstmossen planten zich voort door vegetatieve vermeerdering oftewel door ongeslachtelijke voortplanting of via vruchtlichamen (geslachtelijke voortplanting).
4. Varens
Bouw Wortelstok, veernervige bladeren (elk bladje is vertakt in kleinere
deelbladeren). Klein en onopvallend gebouwd.Nut /
Standplaats Op het land.
Voortplanting Aan de onderkant van de bladeren ontstaan op een gegeven moment de
sporendragers die eruitzien als kleine bruine puntjes of streepjes.
6. Zaadplanten : naaktzadigen
Bouw Wortels, vaatbundels, bladeren, stengel.
Nut Zuurstof
Standplaats Het meest uitgerust voor het landleven.
Voortplanting Door middel van zaden, die zich ontwikkelen op de houtige schubben van de
kegel. De zaden ontwikkelen zich niet in een vrucht. Ze liggen open en bloot
op de schubben van de kegels.
7. Zaadplanten: bedektzadigen
Bouw Wortels, vaatbundels, bladeren, stengels
Eventueel stam en vruchten
Nut Zuurstof
Standplaats Op het land
Voortplanting Door middel van bloemen en zaad: stuifmeelverspreiding