View
217
Download
2
Embed Size (px)
DESCRIPTION
De achtste editie van ons relatiemagazine!
Citation preview
29
nr. 8 - maart 2011
Magazine van en over ATM Moerdijk, een Shanks bedrijf
Goed aansluiten, vastzetten en nog een keer nakijkenAad van de Bor heeft een extra
oogje in het zeil gehouden
Evacuatie kantoor soepel verlopenSandra de Graaf volgde
vooral haar intuïtie
Geen 100 maar1.300 tank- bewegingenGert-Jan Helmons:
alles zorgvuldig gebeurd
p. 02 | ATM heeft maatschappelijk functie p. 04 | Met goed nadenken problemen
oplossen p. 06 | Brandweer durft buiten eigen grenzen te kijken p. 14 | Er zit
geen aan- of uitknop op p. 16 | Flexibel, snel schakelen en soepel inspelen
p. 18 | Met nog meer voorzichtigheid p. 24 | Inspecties vergroten vertrouwen ATM
p. 26 | Hoe kan ik er zijn voor onze mensen p. 28 | ATM heeft zich sterk verbeterd
De berichtgeving tijdens en na de brand bij Chemie-Pack
heeft volgens Eric een eenzijdig beeld gegeven van de
gebeurtenissen, omdat vooral werd gezocht naar sensatie.
De chemische industrie is hiermee ten onrechte in een te
negatief daglicht komen te staan. “Wij hebben het als buren
op een andere manier ervaren als het over mogelijke risico’s
voor de gezondheid en gevaar voor de omgeving gaat.
Vanuit de maatschappelijke rol die we als verwerker van
afval vervullen, zijn we in actie gekomen. Als je bluswater in
riolen en sloten ziet stromen, moet je aan de bel trekken.
Dat hebben we gedaan, want er moest iets gebeuren om
nog erger te voorkomen. Daarom hebben we voorgesteld
het bluswater tijdelijk bij ons op te slaan.”
Tijdens de nasleep van de brand is er intensief overleg
geweest over het opruimen van het bluswater tussen alle
betrokken partijen: Waterschap Brabantse Delta,
Havenschap Moerdijk, Provincie Noord-Brabant en
diverse aannemers zoals Wilchem, Van Gansenwinkel en
Reym. Er is op een zeer constructieve manier met elkaar
samengewerkt.
Het opgeslagen bluswater wordt door ATM verwerkt. Er
moest zo snel mogelijk een oplossing worden gevonden
vindt de algemeen directeur. “Er zijn kosten mee gemoeid
en die moeten niet te hoog oplopen. Wij hebben een
innovatieve oplossing aangeboden en inmiddels hebben
we de toestemming en de gunning om het bluswater te
verwerken binnen. Op 7 maart zijn wij begonnen met
verwerken. Het vergde enige tijd om deze toestemming te
krijgen, omdat er een aantal formele procedures moesten
worden doorlopen en er afstemming noodzakelijk was
tussen diverse partijen zoals de provincie, het waterschap,
het havenschap en ATM.” Het alternatief van afvoeren naar
een buitenlandse verwerker voor het verbranden van het
bluswater vindt Eric geen reële optie. ”In dat geval wordt het
Via deze speciale uitgave van de ATMosfeer willen we met een aantal persoonlijke verhalen van
mensen, die betrokken zijn geweest bij de brand bij Chemie-Pack en de nasleep hiervan, een
beeld geven van deze ernstige gebeurtenis. Persoonlijk heb ik de intensieve samenwerking met
alle betrokkenen, onder deze bijzondere omstandigheden en om de verdere gevolgen van deze
grote brand te beperken, als zeer speciaal en stimulerend ervaren.
Op 15 december 2010 is Jack Droog, onze voormalige directeur, overleden. Jack heeft vorm
gegeven aan de groei en ontwikkeling die ATM heeft doorgemaakt. Bovendien betekende hij
persoonlijk ook heel veel voor menig medewerker. Met hem verliezen we een dierbare vriend
en collega. Graag verwijs ik u naar de dankbetuiging van zijn familie achterin deze uitgave.
Voor deze bijzondere uitgave is de vormgeving
van ATMosfeer aangepast. Het blad is duidelijk
herkenbaar, maar is in een moderner en zakelijker jasje
gestoken, een stijl die past bij een modern bedrijf als ATM.
Woord vooraf
Eric Langedijk
ATMosfeer | maart
ATM heeft maatschappelijke functie
ATM is een milieubedrijf dat gevaarlijke afvalstoffen op een duurzame en professionele manier
verwerkt tot herbruikbare grondstoffen. Algemeen directeur Eric Langedijk durft dat zonder meer
te stellen. Binnen het productieproces wordt bovendien de vrijkomende energie nuttig gebruikt voor
andere processen. “Het verwerken van afval is een noodzakelijk kwaad. Het afval is er nu eenmaal.
Wij zien afvalverwerking als een maatschappelijke functie waarmee we op een verantwoorde en
transparante manier willen omgaan zonder overlast voor onze omgeving te veroorzaken.”
milieu extra belast, terwijl wij het
bluswater op een duurzame en zeer
milieuverantwoorde wijze kunnen
verwerken.”
Sluitende kringloopATM sluit de kringloop voor anderen.
Van de afvalstoffen die binnenkomen
wordt 95% omgezet in herbruikbare
grondstoffen en energie. ATM is
beoordeeld door een onafhankelijke
commissie op het gebied van duur-
zaam en maatschappelijk verantwoord
ondernemen. De commissie heeft een
positief oordeel geveld en daarvoor
een certificaat afgegeven. Enkele
bevindingen: “Binnen ons bedrijf zijn
vrijwel alle processen en technieken
zelf ontwikkeld, zoals een bijzondere
biologische afvalwaterzuivering waarbij
geen slib wordt geproduceerd. De
warmte die in onze processen wordt
geproduceerd, wordt weer gebruikt
voor het wassen van schepen. Het
waswater wordt weer gevoed aan de
biologische zuivering en is de cirkel
rond.” Natuurlijk is Eric bijzonder
ingenomen met de lovende woorden
van de commissie. “Het is echt uniek
wat wij hier doen.”
Strengere eisenDe aanvoer van afvalstoffen wordt
voornamelijk bepaald door de
geldende en steeds strenger
wordende regelgeving in Nederland
en de rest van Europa. ATM verwerkt
grote hoeveelheden verontreinigde
grond die vrijkomt bij bouwprojecten
met een saneringverplichting. Daar-
naast verwerken we een groot
gedeelte van het in Nederland
ingezamelde Klein Gevaarlijk Afval
via de milieudepots. Een derde tak
van de bedrijfsvoering is de verwerking
van verontreinigde olie/water/sediment
stromen uit de industrie en scheep-
vaart. De in eigen beheer ontwikkelde
technologie en installaties voldoen aan
de laatste stand der techniek.
“Voor de verwerking van het afval
moeten wij aan zeer veel wet- en
regelgeving voldoen. Dat het niet
eenvoudig is om gevaarlijk afval te
verwerken, blijkt wel uit het feit dat
wij de enige mogelijkheid in Nederland
zijn voor het verwerken van zwaar
verontreinigde olie-, water- en
slibstromen. Daarnaast beschikken
wij over de grootste thermische
grondreiniger van Nederland. De
gereinigde grond wordt als vervanger
van zand en grind onder andere in de
wegenbouw toegepast. Het verfafval
dat wordt verwerkt middels een
unieke pyrolyse proces levert weer
bruikbaar metaal en energie op. Door
onze verregaande procesintegratie
worden de energiestromen die
vrijkomen direct weer nuttig gebruikt.
Uiteindelijk hoeven we slechts een
klein deel van de benodigde energie in
de vorm van elektriciteit in te kopen.”
03
ATM heeft maatschappelijke functie
Trots op zo’n organisatie
Eric wil ‘zijn’ mensen die tijdens en na een brand
een rol hebben gespeeld een groot compliment
geven. “Zonder dat er om is gevraagd zijn ze in
actie gekomen om onze buren te helpen. Ik ben
trots op zo’n organisatie. We zijn een flexibel en
servicegericht bedrijf dat oog heeft voor zijn
omgeving. Dat hebben we met z’n allen die
dagen ook laten zien.” ATM heeft meteen
na het uitbreken van de brand alle mogelijke
hulpmiddelen ter beschikking gesteld. ATM was
als eerste met een blusvoertuig en schuimvor-
mend middel bij Chemie-Pack aanwezig. “Onze
mensen hebben bijvoorbeeld ook met zand zo’n
grote crashtender over het spoor geholpen en het
waterschap geassisteerd met het indammen
van het riool. Andere hulpverleners hebben we
praktische adviezen gegeven en opgevangen.”
Eric Langedijk
Niek was gewoon aan het werk. Hij
zag wat rookwolken en dacht dat
erop kantoor brand was. “Ik heb
de fiets gepakt en ben die kant op
gereden. De rookpluimen werden
steeds groter en zwarter. Ik heb de
wachtchef gebeld en gezegd dat
onze brandweer moest uitrukken.”
Alarm geslagenOndertussen hadden collega’s
Danny van Leeuwen en John van de
Berg al vanuit kantoor alarm
geslagen. Niek kwam bij Chemie
Pack een ex-collega tegen die bij de
bedrijfsbrandweer had gezeten.
Er liepen nog meer mensen rond.
“Er waren er die met poederblussers
de brand probeerden te blussen. Ik
heb ze weggestuurd, want dat
zouden ze nooit redden. De brand
greep veel te snel om zich heen.
Tegen die ex-collega heb ik nog
gezegd dat ze op ons konden
rekenen en dat we alle medewerking
wilden verlenen.”
De ATM-brandweer is naar de plek
des onheils gereden om indien nodig
assistentie te kunnen verlenen. “Je
kan niet zomaar beginnen te spuiten;
dat bepaalt de bevelvoerder.
Bovendien weet je niet wat er ligt
opgeslagen.” Niek en zijn collega’s
Niek Snelders was er snel
bij. Niet alleen met het blus-
sen van de brand, maar ook
door te voorkomen dat het
bluswater het ATM-terrein
opliep. Zijn kinderen vinden
het optreden van hun vader
helemaal geweldig. “Papa
heeft de brand bij Chemie-
Pack geblust”, laten ze
iedereen die het maar horen
wil weten. Niek weet dat zijn
bijdrage beperkt was, maar
hij vindt het wel prettig dat
hij de handen uit de mouwen
heeft kunnen steken. Daar is
hij tenslotte brandweerman
voor.
Met een beetje nadenken zijn problemen vaakeenvoudigop telossen
ATMosfeer | maart
Papa Niek Sneldersheeft de brand geblust
Net als in de film
Meestal is het alleen in films te zien; Niek Snelders en Gert-Jan
Helmons hebben het huzarenstukje zelf uitgehaald. Een auto aan
de praat krijgen door het dashboard te slopen en met losse
draadjes contact maken zodat de motor start. Het was zeker niet
de bedoeling de wagen te ontvreemden. Niek: “Er stond bij de buren
een geladen trailer die er behoorlijk nieuw uitzag. De vlammen waren
nog niet echt in de buurt, maar de kans bestond dat ze toch die kant
op kwamen.” Niek en Gert-Jan, die waarschijnlijk de nodige films
hebben gezien waarin auto’s werden gestolen, vonden het verstandig
de vrachtwagen in veiligheid te brengen. Gert-Jan: “Zo hebben we het
idee dat we tenminste nog iets hebben kunnen redden. Je laat zo’n
wagen niet staan als hij nog te redden is.”
2905
hebben ervoor gezorgd dat de
brandweer niets te kort kwam. Dit
betekende slangen aansluiten op het
ATM-blussysteem en de branddie-
sels in werking stellen. “De normale
druk van ons systeem staat op
7 bar; met de buswaterpompen
wordt 12 bar bereikt. Dan heb je
heel veel water. Op een gegeven
moment is bij de directe buren onze
brandweerwagen blussend ingezet.
Aan de andere kant is geprobeerd
met het waterkanon de boel nat te
houden. Toen het te heftig werd
zijn we er weggehaald.”
Er was al genoeg materieel aanwezig
om de brand te bestrijden. Er
stonden zelfs twee crashtenders, die
op de luchthavens bij calamiteiten
worden ingezet. “Die stonden toch
maar mooi op ons bluswaternet te
draaien”, zegt Niek niet zonder trots.
Rioolsysteem en slotenDe brand is met zoveel water
bestreden dat het rioolsysteem en
de sloten snel vol liepen. Het
bluswater kwam ook de richting op
van ATM en begon bovendien vlam
te vatten. Niek en Gert-Jan hadden
het direct in de gaten en de tegen-
woordigheid van geest om het
probleem op een simpele maar
afdoende manier op te lossen.
“We hebben onze shovelmachinist
een dammetje laten maken. Het was
genoeg om het water op afstand
te houden en ons parkeerterrein
ervan te vrijwaren.” Met een beetje
nadenken zijn problemen vaak
eenvoudig op te lossen. Brandweer-
mannen weten dat.
We hebben onze
shovelmachinist
met zijn machine een
dammetje laten maken.
Niek Snelders
ATMosfeer | maart
Jaap is de veiligheidskundige van het bedrijf en tegelijkertijd
hoofd van de eigen bedrijfsbrandweer. Als een van de
weinige bedrijven in dit gedeelte van het industrieterrein
beschikt ATM over een eigen brandweer. Vanuit de
vergunningen is dat geen verplichting: ATM vindt zelf dat
een bedrijfsbrandweer noodzakelijk is om de risico’s tot
een minimum te kunnen beperken. Ondanks de extra
kosten die ermee gemoeid zijn. “Een brand begint altijd op
beperkte schaal maar breidt zich dan met een oplopend
tempo uit. Met een eigen brandweer op het terrein ben je er
veel sneller bij en kan worden voorkomen dat een brandje
een brand wordt. Voor objecten zonder een vast opge-
stelde blusinstallatie is onze responstijd ongeveer drie
minuten. Bij objecten die een sprinklerinstallatie hebben
nog korter. Dat is best snel en daarom waren we ook als
eerste bij onze buren. We hebben ook gewoon goed
materiaal; alles wat een ‘gewone’ brandweer ook nodig zou
hebben.”
Op en rond het terrein ligt een compleet blusleidingnetwerk
Hij is trots op de bedrijfsbrandweer van ATM en de inzet die is aan de dag is gelegd
tijdens de grote brand bij Chemie-Pack. Kordaat, met verstand van zaken, gedreven,
betrokken en enthousiast; zo omschrijft Jaap Cappon ‘zijn’ brandweer. “Onze brand-
weer durft over de eigen grenzen te kijken en niet uitsluitend naar het eigen bedrijf. Ik
vind dat mooi om te zien. Ze houden het hoofd erbij en doen zeker geen gekke dingen.”
Brandweer durft over eigen grenzen te kijken
Een brand begint altijd
op beperkte schaal en breidt
zich met oplopend tempo uit.
Jaap Cappon is trots op de bedrijfsbrandweer
met op diverse plaatsen hydranten om
de blusslangen op aan te sluiten.
Grote pompen halen water uit het
Hollands Diep en persen het onder
flinke druk door de leidingen. De
brandweerwagen is uitgerust met
een flinke voorraad schuimvormend
blusmiddel. “We kunnen 1.400 kuub
water per uur leveren en een
hectare onder schuim zetten.”
Jaap vindt dat een bedrijfsbrandweer
een niet onbelangrijk voordeel heeft
ten opzichte van de ‘gewone’ over-
heidsbrandweer. Dan bedoelt hij niet
alleen de veel langere responstijd.
Daar worden weliswaar wettelijke
eisen aan gesteld, het duurt altijd
langer om de doodeenvoudige reden
dat een bedrijfsbrandweer op het
terrein zelf is gestationeerd. “De
overheidsbrandweer is bijzonder
capabel; dat trek ik op geen enkele
manier in twijfel. Alleen moeten zíj
zijn voorbereid op allerléi vormen van
calamiteiten en branden en ze werken
voor hun eigen veiligheid volgens de
daarbij behorende procedures. Een
bedrijfsbrandweer is gericht op de
risico’s in het bedrijf zelf en is op de
hoogte van de specifieke omstandig-
heden, hoeveelheid en aard van
stoffen en de getrainde manier om
een specifieke brand op een
specifieke plaats te bestrijden.”
Geen risico’sEén potentieel risico van een
bedrijfsbrandweer wordt door Jaap
onderkend. Hij doelt op overgemo-
tiveerde brandweermannen die
kost wat kost hun bedrijf zouden
proberen te redden. “Zo werkt het
bij ons dus niet. Onze mannen zijn
stuk voor stuk gedreven en
gemotiveerd, maar ze nemen geen
onverantwoorde risico’s. Daar
oefenen we heel specifiek op.” Elke
ploeg traint zo’n zes keer in het jaar
de diverse calamiteiten die zich in
de zes verschillende installaties
zouden kunnen voordoen. Daar-
naast vindt bij Falck Risc op de
Maasvlakte nog een aantal specifieke
trainingen plaats zoals op het gebied
van extreme hitte, oppervlaktebran-
den en tankbranden. “Alles is erop
gericht om, als zich echt wat voor-
doet, dat brandje zo snel mogelijk
onder controle te krijgen en uit
maken.” Telkens blijkt dat blusschuim
een zeer adequaat blusmiddel is,
zeker bij branden met chemicaliën.
Volgens Jaap zorgt schuim voor
zekerheid. “Je spuit er een dikke
deken schuim overheen en je weet
dat het werkt.”
BedrijfsnoodorganisatieDe brandweer is onderdeel van de
bedrijfsnoodorganisatie, zoals de
veiligheidskundige het graag noemt.
Hij heeft alle vertrouwen in de eigen
bedrijfshulpverlening (BHV), de
officiële benaming voor een dergelijke
organisatie. “Wij hebben dat goed
voor elkaar en zijn op alles voorbereid.
Het is een aparte organisatie die loopt
als het nodig is. Bij een ongeval
komen onze EHBO’ers als eerste in
actie. Zij maken een inschatting en
zorgen ervoor dat alles netjes wordt
afgehandeld. Of onze bedrijfsbrand-
weer in actie moet komen, wordt
bepaald door de dienstdoende
bevelvoerder.” Bij de brand van
Chemie-Pack was voor iedereen
duidelijk dat er zo snel mogelijk een
brandweerwagen heen moest. Jaap
vindt dat normaal. “Het zijn je buren
en die moet je gewoon helpen. Als we
rook zien kringelen komen we in actie,
lijnen alles op, maar komen uiteraard
pas echt in actie als dat mag. We
doen wat we kunnen doen, maar we
gaan niet de held uithangen.”
07
We hebben
het goed
voor elkaar en
zijn op alles
voorbereid. Het is een
aparte organisatie
die loopt als
het nodig is.
Jaap Cappon
ATMosfeer | maart
Er moest een oplossing komen voor de grote hoeveelheden
bluswater die voor de bestrijding van de brand zijn gebruikt.
ATM lag het meest voor de hand. “De volgende dag zijn we
meteen ruimte in onze tanks gaan maken om het bluswater
te kunnen opslaan”, geeft Gert-Jan aan. “Tegelijkertijd
hebben we extra pompen gehuurd om de hele operatie
zo snel mogelijk te kunnen laten verlopen.”
Soorten afvalwaterDe verschillende soorten afvalwater die ATM al van de
diverse opdrachtgevers in opslag had, konden niet zonder
meer bij elkaar worden gevoegd. “Daar hebben we eerst
een plan voor moeten maken.” Het was ook duidelijk dat
de bestaande opslagcapaciteit niet voldoende was om het
bluswater tijdelijk op het terrein op te slaan. “We hebben
Op een normale dag krijgt ATM een kleine honderd tankwagens te verwerken. De
nasleep van de brand heeft in enkele dagen tijd voor 1.300 extra tankbewegingen
op het terrein gezorgd. Door de bijzondere omstandigheden is in samenspraak met
de overheden afgeweken van de bestaande procedures. “Met die hoeveelheden en de
tijdsdruk kon dat niet anders”, zegt supervisor Gert-Jan Helmons. “Het innemen van
het bluswater is uiteraard heel zorgvuldig gebeurd.”
Geen 100 maar 1.300 tankbewegingen
Gert-Jan Helmons:zorgvuldig gebeurd
09
Wintersportvakanite is erbij ingeschoten
Gert-Jan Helmons zat op het moment van het uitbreken van de brand net met zijn
wachtchefs in vergadering. De laatste die binnenkwam had gezien dat bij de buren de
vlammen uit het dak sloegen. Nadat uit eigen waarneming was vastgesteld dat het vrij
ernstig leek, 112 was gebeld en de eigen brandweer was gealarmeerd, is de vergadering
afgeblazen. “Op zo’n moment is dat niet het belangrijkste”, vindt Gert-Jan. Hij heeft
meteen opdracht gegeven de activiteiten aan het steiger te stoppen, de schepen los
te koppelen en weg te sturen. De productie kon met een minimale bezetting worden
voortgezet. “De installaties kunnen niet me één druk op de knop worden uitgezet. Dat is
ook onverantwoord. Voor zover het kon, zijn de anderen bij de brand gaan helpen.”
Er is geen sprake van paniek geweest. “Op ons terrein was niets aan de hand; we liepen ook
geen gevaar. Zelf had ik geen enkele angst dat het wel eens zou kunnen overslaan.” Gert-Jan
heeft zo veel mogelijk in het werk gesteld om de gevolgen van de brand zo veel mogelijk binnen
de perken te houden. “We zagen al snel dat er geen redden meer aan was.”
Aan gewoon werken is Gert-Jan die eerste dagen niet meer toegekomen. De eerste nacht was hij
pas om een uur of drie thuis. De volgende avond was het rond elf uur. En elke morgen was hij weer
om zeven uur present. Hij voelt zich verantwoordelijk. “In zo’n situatie kun je het niet maken om
bijtijds naar huis te gaan. Ik heb er geen moment aan gedacht. Het gaat vanzelf; je blijft zolang je
denkt dat je nodig bent.” De eerste weken na de brand is Gert-Jan nog erg druk geweest met de
nasleep. De geplande wintersportvakantie is erbij ingeschoten. “Het hoort er allemaal bij. Dan volgend
jaar maar naar de sneeuw; het is niet anders.”
daarvoor extra schepen ingehuurd om al het bluswater te
kunnen opvangen. Tijd voor het opmaken van contracten
was er niet. Daar denk je op zo’n moment ook niet aan;
dat wordt later wel geregeld. Je richt alle aandacht op wat
op dat moment nodig is.”
Vlekkeloos verlopenDe operatie is nagenoeg vlekkeloos verlopen. Op het
moment dat het sein brand meester werd gegeven, is bijna
direct met het opzuigen van het bluswater uit de sloten en
het rioolsysteem begonnen. De eerste tankwagens stonden
binnen de kortste keren voor de poort. Om de snelheid erin
te houden, is de losprocedure aangepast. “Daar beslissen
we natuurlijk niet zelf over. Dat is gebeurd in overleg met
de overheden die daarover gaan. Normaal gesproken gaat
elke tankwagen over de weegbrug om eerst het volle
gewicht en later het lege gewicht te kunnen vaststellen. Dat
zou te veel tijd in beslag nemen. Bij wijze van uitzondering
mochten we in dit bijzonder geval volstaan met de automa-
tische tankmeting. De analyses zijn naderhand uitgevoerd.”
Constante stroom bluswaterGert-Jan heeft vanaf 1984 al heel wat meegemaakt, maar
de brand en de nasleep ervan waren wel heel bijzonder.
Op een gegeven moment waren er meer dan twintig
vacuümwagens ingezet die af en aan reden en voor een
bijna constante stroom aan bluswater zorgden. “We
hebben het in een week nog nooit zo druk gehad.” Mede
door de deskundigheid en de ervaring met afvalstoffen
heeft ATM alles in goede banen kunnen leiden.
De eerste tankwagens stonden binnen de kortste keren voor de poort.
Gert-Jan Helmons
Sandra was die middag gewoon aan
het werk. Ze zit achter het bureau met
haar rug naar het raam en wist dus niet
wat zich buiten afspeelde. Een collega
die de zwarte rookwolken wel had
opgemerkt, maakte haar erop attent.
Sandra zag de vlammen hoog boven
de loodsen van de buren uitkomen en
wist dat het menens was. “Vervolgens
ging het allemaal heel snel. Danny van
Leeuwen draaide het alarmnummer en
ik heb instinctief de wachtchef gebeld:
er is brand bij de buren, stuur de
brandweer.”
Nadat de opdracht was uitgevoerd om
alle luiken te sluiten en het werk het
werk te laten, is Sandra naar Jac
Roovers gelopen. Hij zat in bespreking
met een andere collega. “Ik heb
gezegd dat ze weg moesten, omdat er
brand was bij de buren. Bij de boek-
houding heb ik ze ook gewaarschuwd.”
Ze zitten in een dode hoek. Normaal
gesproken komt Sandra daar niet
vaak. “Dit keer moest ik er blijkbaar
instinctief wel heen.” Vervolgens zijn ze
met z’n allen naar achteren gelopen en
heeft Sandra met collega’s van IT nog
even naar de brand staan kijken.
Eenmaal buiten stapten veel collega’s
in de auto om naar huis te gaan.
Sandra had daar geen goed gevoel
over. “Het was niet te doen. Er stond
een hele rij auto’s die mondjesmaat
werden doorgelaten. Een collega die al
in die rij had gestaan, kwam later terug.
In de auto was de hitte van de brand
voelbaar en ze was te bang om verder
te gaan. Bij ons voelde ze zich blijkbaar
veiliger. Die keus had ik al eerder
gemaakt: ik voelde me op de zaak
meer op mijn gemak dan buiten
bij de brand.”
Kauwgom uitgedeeldSandra heeft zich met haar collega’s
verschanst in de portiersloge. In
afwachting van de dingen die komen
gingen. Ze heeft zich geen moment
onveilig gevoeld. “Ik had gezien dat er
buiten het nodige aan apparatuur en
brandweer stond. Er waren voldoende
mensen die er verstand van hadden.
Mij kan niets gebeuren, was mijn
gedachte. Het was daarboven zelfs
ATMosfeer | maart
Evacuatie kantoor soepel verlopen
De ontruiming ging eigenlijk als vanzelf. Op het moment
dat duidelijk was dat het pand moest worden geëvacueerd,
deed Sandra de Graaf wat ze moest doen. Natuurlijk ligt er
bij ATM een plan met een procedure klaar voor het geval
zich een calamiteit voordoet, maar Sandra heeft vooral ook
haar natuurlijke intuïtie gevolgd.
Sandra de Graaf: het ging vanzelf
11
Evacuatie kantoor soepel verlopen
nog op een bepaalde manier gezellig. De situatie riep ook
een saamhoringsheidsgevoel op. Rond etenstijd heb ik
nog wat kauwgum uitgedeeld en gewaarschuwd dat ze
er vooral zuinig op moesten zijn; we wisten niet hoe lang
het nog zou gaan duren.”
Alternatieve routeDat viel uiteindelijk mee. Rond een uur of acht konden
ze naar huis. Niet over de gangbare weg - die was
door de brand volledig afgezet - maar onder
begeleiding van de brandweer via een alternatieve
route over het terrein van de achterburen. Eenmaal
thuis drong pas de ernst van de situatie tot Sandra
door. De tv-beelden en het commentaar maakten
duidelijk wat er werkelijk aan de hand was op een
steenworp afstand van de zaak. “We hadden
wel explosies gehoord en rook en vuur gezien,
maar vanuit onze positie hadden we geen
goed zicht. We zagen alles van de zijkant. Ik
heb trouwens geen moment het idee gehad
dat de brand zou kunnen overslaan. Dat
heeft ongetwijfeld ook te maken met het
vertrouwen dat ik in ons bedrijf heb.”
Geen paniekHet is Sandra opgevallen dat er op geen
enkele manier paniek is uitgebroken op
kantoor en dat iedereen de rust en de
kalmte heeft kunnen bewaren. “Nu ik er
achteraf over nadenk, is er die middag
in een kort tijdsbestek veel gebeurd.
En toch is alles soepel en vrij geruis-
loos verlopen. Iedereen wist wat hij
of zij moest doen.” Calamiteiten-
oefeningen zijn blijkbaar een nuttig
instrument. Ook het kantoorper-
soneel moet op het ergste zijn
voorbereid. Een onaangekon-
digde oefening kan Sandra zich
nog levendig voor de geest
halen. “We zaten gewoon te
werken en ineens stond het
hele kantoor vol rook. Het was
geen pretje, maar je leert er
wel van.”
Sandra de Graaf
Life te horen op tv
Grote calamiteiten krijgen veel aandacht van de
media. Journalisten en cameraploegen duiken er van
alle kanten bovenop en proberen bij alles en iedereen
nieuws los te krijgen. Een redacteur van Eén Vandaag
wist zelfs de portiersloge te bereiken. Sandra nam
toevallig de telefoon op met als gevolg dat ze life op tv
te horen is geweest. “Ik had niet veel te vertellen. Alleen
dat ik zwarte rook en paddestoelen van vuur had gezien.
Blijkbaar heeft heel de wereld gehoord dat ik het was, want
de dagen erop werd ik er door iedereen op aangesproken.
Behalve door mijn man en dochter, want die hadden het net
niet gehoord.”
ATMosfeer | maart
Als steigeroperator is
Aad betrokken bij zowel
het laden en lossen van
schepen als bij het
reinigen ervan. Per maand
krijgt hij gemiddeld zo’n 150
schepen onder handen. Op
het moment van de brand
lagen er vier schepen aan de
kade. Die konden er gezien
het potentiële gevaar niet blijven
liggen. De wachtchef had zijn
handen vol aan de telefoon en het
regelen van allerlei andere zaken.
Goed aansluiten, vastzettenen nog een keer goed nakijken“Je moet altijd goed opletten; iets zomaar doen kan niet”, weet steigeroperator Aad van
de Bor. “Dat betekent goed aansluiten, vastzetten en nog een keer goed nakijken. Een
keer niet goed opletten, kan grote gevolgen hebben.” Ondanks de bijzondere omstandig-
heden en de misschien wat grotere druk door de brand, heeft Aad zijn hoofd erbij
gehouden en is de evacuatie van de schepen aan het steiger zonder problemen verlopen.
Maar nu was het echt
Aad van de Bor was om twee uur net aan
het werk gegaan. Hij was druk bezig met
zijn dagelijkse werkzaamheden toen er
alarm werd geslagen. Dergelijke situaties
heeft de brandweer meermalen getraind,
maar nu was het echt. “Ik heb mijn werk netjes
overdragen en heb me bij de commandant
gemeld. Die heeft me met de brandweerwagen
richting brand gedirigeerd. Wij moesten het
achterste gebouw veilig stellen. Ik denk dat we
er zo’n twee uur hebben gestaan. Ondertussen
hadden we de slangen uitgerold. Op een gegeven
moment moesten we daar weg. Collega’s hebben
het vervolgens overgenomen en ik ben teruggegaan
naar de steiger om de schepen te evacueren.”
Aad van de Borhoudt hoofd erbij
13
Goed aansluiten, vastzettenen nog een keer goed nakijken
Aangezien er twee vrij nieuwe collega’s in de ploeg zaten,
kwam het merendeel van de ontruiming van de steiger neer
op de schouders van de ervaren, oude rot.
Aad heeft de bemanning op de hoogte gebracht en aange-
geven dat ze zo snel mogelijk weg moesten wezen met het
schip. Het betekende dat de ladende en lossende schepen
eerst ontkoppeld moesten worden. Terwijl op de achter-
grond de vlammen uit de loodsen sloegen, is er volgens de
vastgestelde procedures gewerkt. “Ik ben vrij nuchter”, zegt
Aad. “Natuurlijk vergeet je zoiets niet snel, want het was best
heftig. Ik lig er in elk geval niet wakker van.” Aad is bij de
evacuatie rustig gebleven wat ongetwijfeld ook een positief
effect heeft gehad op de bemanning van de schepen. Dus
eerst de slangen met stikstof richting opslagtanks leegblazen
en dan pas ontkoppelen. De schepen hebben vervolgens
stuk voor stuk en onder het toeziend oog van de inmiddels
gearriveerde waterpolitie een veilig heenkomen kunnen
vinden.
ZekerheidVervolgens heeft Aad een ronde over het terrein gemaakt
om ervan verzekerd te zijn dat er niemand nog ergens liep te
dwalen. Datzelfde heeft hij ook nog geruime tijd gedaan met
behulp van de camera’s in de controlekamer. “Eigenlijk ben
ik de rest van de dag constant aan het monitoren geweest.
De camera’s geven een aardig beeld van wat er op het
terrein gebeurt. De vonken zag je hier en daar naar beneden
komen. Later op de avond is de wind gedraaid en kwam
gelukkig wat verder van ons terrein af te staan. Je weet dat
hier alles goed beveiligd is, maar een extra oogje in het zeil,
in zo’n situatie, kan zeker geen kwaad.”
Je weet dat hier alles goed
beveiligd is, maar een extra oogje in
het zeil in zo’n situatie kan
zeker geen kwaad.
Aad van de Bor
ATMosfeer | maart
Door zijn jarenlange ervaring weet Adri
hoe hij in dit soort onvoorziene
situaties te werk moet gaan. Als
wachtchef draagt hij een grote
verantwoordelijkheid. “We zaten te
vergaderen totdat een collega vertelde
dat er bij de buren wat aan de hand
was. Ik ben naar de controlekamer
gegaan, ik zag de rook en dacht bij
mezelf: dit komt niet goed.” Adri wist
wat hem te doen stond. De schepen
die aan de kant lagen, moesten zo
snel mogelijk weg. “De benzinesche-
pen waren weliswaar leeg, maar ze
waren nog niet volledig ontgast. Op
zo’n moment is het belangrijk dat je
door de productiedirecteur goed op
de hoogte wordt gehouden.” De
coördinatie kwam echter op de
schouders van Adri terecht. Hij heeft
het aantal telefoontjes niet precies
geteld, maar het moeten er meer dan
tweehonderd geweest zijn. “Je kan
niet op elke oproep ingaan en alles
beantwoorden; dat moet je filteren.
Op zo’n moment vindt iedereen zich
belangrijk. Tot een uur of zes, zeven
is het behoorlijk hectisch geweest.”
Het is net de HemaAdri werkt al meer dan twintig jaar
bij ATM, waarvan zeventien jaar als
wachtchef. Hij ziet het als zijn taak
sturing te geven aan zijn ploeg en
erop toe te zien dat met de opdracht-
gevers op de juiste wijze wordt
Als geen ander weet Adri Troost dat een fabrieksinstallatie niet zomaar stil kan worden
gezet. “Er zit geen aan en uit knop aan; het moet gecontroleerd gebeuren en dat heeft
z’n tijd nodig.” Toch heeft hij dat verzoek als dienstdoende wachtchef tijdens de eerste
uren van de brand gekregen. “Die mensen hebben er niet echt verstand van.” Samen
met Rinus van het Westeinde, Danny van Leeuwen en Jacques de Jong heeft hij uitge-
legd dat alles meteen stilleggen nog meer en grotere problemen zou opleveren.
Adri Troost: we zijn met z’n allen goed bezig
Er zit geen
aan- en uitknop op;
het moet gecontroleerd
gebeuren
15
omgegaan. “Het is hier net de Hema;
het zijn allemaal klanten. Zo’n schip
kost toch zo’n zes of zeven miljoen
euro en daar moet je voorzichtig mee
omgaan. Een schipper wil zo snel
mogelijk geholpen worden en daar
probeer je dan in tegemoet te komen.
Hij moet tenslotte ook een boterham
zien te verdienen. Het leuke is dat
onze manier van werken ook nog door
die klanten wordt gewaardeerd.”
Vernieuwing en verbeteringDe laatste jaren is er veel geïnvesteerd
in vernieuwingen en verbeteringen van
de installaties en zijn er meer en
betere controlesystemen ingevoerd,
heeft Adri geconstateerd. Hij is
absoluut overtuigd van de noodzaak.
“Het is nodig om ons in deze markt te
kunnen handhaven. We moeten laten
zien dat we het afval op een goede en
verantwoorde manier verwerken.
Gelukkig kunnen we als personeel
ook meepraten over hoe het nog
beter en efficiënter zou kunnen. Het
betekent dat er meer werk op onze
schouders terecht komt, maar aan
de andere kant zorgt de steeds verder
gaande automatisering weer voor een
verlichting.”
Elk moertje en boutjeOver het management is Adri bijzon-
der goed te spreken. Tot voor een jaar
geleden was hij verantwoordelijk voor
het onderhoud van het blussysteem
op het terrein. “Ik weet bij wijze van
spreken elk moertje en boutje te
zitten. Als er wat gerepareerd of
vernieuwd moet worden, is dat nooit
een probleem. Er wordt niet op
veiligheid bezuinigd. Is er iets echt
nodig, dan wordt het aangeschaft.
Het nut van een goed onderhouden
en goed functionerend blussysteem
heeft zich al meermalen bewezen.
Dat hebben we met de brand bij
Chemie-Pack weer kunnen zien. Het
management zit er achterheen om
zoveel mogelijk verder te verbeteren.
Er wordt naar ons geluisterd. Ik vind
dat we met z’n allen gewoon goed
bezig zijn en dat werkt stimulerend en
motiverend.”
Er zit geen
aan- en uitknop op;
het moet gecontroleerd
gebeuren
Adri Troost
Er wordt niet op veiligheid bezuinigd.
Het nut van een goed onderhouden en
goed functionerend blussysteem heeft zich
al meermalen bewezen.
ATMosfeer | maart
“We zijn flexibel, we kunnen snel schakelen
en we kunnen soepel inspelen op de markt
en veranderende situaties. Dat is wat ons
groot heeft gemaakt en daardoor hebben
we kunnen overleven in de afvalmarkt.
Het heeft alles te maken met de cultuur
en de mensen die hier werken. We hebben
gedreven mensen, die weten wat ze
moeten doen en zich snel kunnen aanpas-
sen. Er hoeft zich bij de buren maar een
rookpluimpje voor te doen of iedereen
springt op. Niet om uit nieuws gierigheid
te gaan kijken, maar om te helpen en
de handen uit de mouwen
te steken.”
Flexibel, snel schakelenen soepelinspelen op situaties
Danny van Leeuwen vindt het typerend voor ATM. Hij is dan
ook trots op het bedrijf en prijst zich gelukkig dat hij er mag
werken. Dat doet hij al 23 jaar en nog elke dag met evenveel
plezier. “Ik zie het een beetje als mijn eigen bedrijf, mijn kindje.
Toen ik hier begon is de grondslag gelegd voor wat er nu
staat.” Danny heeft zijn bijdrage aan de ontwikkeling mogen
leveren. Op diverse plekken in het bedrijf heeft hij zich
verdienstelijk gemaakt, zowel operationeel als op kantoor.
Sinds oktober mag hij zich commercieel directeur noemen.
“Eigenlijk zou je als directeur niet met slangen moeten
sjouwen, maar ik doe het toch. Wij ATM’ers zijn doeners die
graag willen helpen. Als er handen nodig zijn om vaten te
kiepen, dan haal ik mijn pakkie uit de kast en ga aan de slag.
Als ik ervoor kan zorgen dat een auto sneller kan worden
gelost om zo een klant te kunnen helpen, dan denk ik daar
geen moment over na en ga aan de slag.”
Klein brandjeHet is niet verwonderlijk dat Danny vooraan stond bij de
brand. Hij was als een van de eerste ter plekke. Op dat
moment was het nog een klein brandje, maar het was al wel
duidelijk dat het vuur moeilijk meer te stoppen was. Vervol-
gens is er vanuit ATM met behulp van de eigen brandweer
alles aan gedaan om de schade zo beperkt mogelijk te
houden. “Ik heb geen moment het idee gehad dat we als
bedrijf door de brand in de problemen zouden komen.
We hebben het hier gewoon goed voor elkaar.”
Een concurrent had andere prioriteiten gesteld; die liep
visitekaartjes rond te delen om zijn diensten aan te bieden.
Danny heeft daar geen moment aan gedacht.
“Het verlenen van hulp vond ik het belangrijkst. En als ik
weer voor zo’n situatie kom te staan, doe ik precies hetzelfde.
Achteraf bedenk je dat we het misschien vooraf beter hadden
moeten regelen. Zodat we bij het waterschap, de gemeente
en het havenschap bekend waren als hulpverlener. Ik weet
nu dat we gewoon in het calamiteitenplan van de diverse
instanties moeten staan.”
Prominente rolDankzij de goede contacten van Danny in de afvalwereld,
heeft ATM toch vrij snel een prominente rol kunnen spelen.
“Dezelfde avond nog hebben we met elkaar zitten bomen om
het probleem op te lossen. Die eerste 9.000 kuub hebben we
dan ook goed kunnen opvangen. De volgende dag hebben
we meer ons stempel erop kunnen drukken en hebben we
ons zusterbedrijf Reym kunnen inzetten. En niet onbelangrijk,
er is afgesproken dat al het afvalwater bij ons zou worden
opgeslagen.” Inclusief Wilchem, AVR Van Gansewinkel en
Mourik zijn veertien bedrijven ermee bezig geweest en die
Er hoeft zich bij de buren
maar een rookpluimpje
voor te doen of
iedereen springt op.
hebben vanaf de diverse locaties het afvalwater afgeleverd. In
die eerste dagen is alles in het werk gesteld om de opslag van
het bluswater op een correcte manier tot een goed eind te
brengen. In totaal heeft het zo’n tien dagen een duidelijk
beslag gelegd op de bedrijfsvoering. “Het waren hele lange
dagen en daar moeten de weekenden dan nog eens bij
worden opgeteld.”
Commerciële jongensVoor het aan de gang houden van het gewone werk, heeft
iedereen een tandje extra bijgeschakeld, zoals Danny het
uitdrukt. Samen met zijn commerciële jongens heeft hij zich
over de klant ontfermd. Die wilden ook weten wat er precies
aan de hand was. Op de dag van de brand telde Danny 63
gemiste oproepen. “Als ik met een brandslang in mijn hand
sta, ga ik geen telefoontjes beantwoorden. Dat hebben de
jongens naderhand allemaal gedaan. Zelf heb ik me beperkt
tot het aansturen en helpen waar nodig.”
ATM was op dat moment geen partij in het geheel, geeft
Danny ter verduidelijking aan. “Wij hebben in opdracht van
onze klanten het bluswater en de vervuilde grond in opslag
genomen. Over de financiële afwikkeling maakt hij zich geen
zorgen. In de eerste dagen heeft hij daar helemaal niet bij stil
gestaan. “Er was een probleem en wij hebben gezegd, kom
maar op met dat bluswater. Ik ga er vanuit dat onze kosten
worden vergoed en dat alles gewoon wordt betaald. Zoals
ook wij aan onze financiële verplichting voldoen richting de
schepen die wij hebben ingehuurd. We hebben een goede
relatie met onze partners en hebben er alle vertrouwen in.”
Netjes en milieuverantwoord
Het terrein van Chemie-Pack is lang nog niet schoon. Er
liggen nog de nodige verbrande en half verbrande resten
en zelfs stoffen die de brand hebben overleefd. “We zijn
goed in het verwerken van afval”, geeft de commercieel
directeur nog maar eens aan. “Wij staan voor een
opgeruimde wereld en dat doen we al vele jaren. Elk jaar
wordt hier zo’n 1,6 miljoen ton chemisch afval verwerkt,
waarbij het onze insteek is om dat afval te verwerken tot
bruikbare producten. Met behulp van onze geavanceer-
de technieken en ver doorgevoerde controles zijn wij op
deze manier in staat om het milieu te beschermen en
vervullen we zo een belangrijke maatschappelijke functie.
Mensen willen van alles hebben, totdat het afval is
geworden. Dan komt ATM in beeld en wij zorgen ervoor
dat het netjes en milieuverantwoord wordt verwerkt.”
Danny Leeuwen
17
Danny van Leeuwen:gedreven mensen bij ATM
ATMosfeer | maart
Voor Cees-Jan Louwe was het geen onbekend terrein. Als chauffeur van Reym komt
hij meermalen per dag een vrachtje lossen bij ATM. Toch was het deze keer bijzonder,
want hij is ingezet bij het wegzuigen van het bluswater op het terrein van Chemie-Pack.
Hoewel Cees-Jan voor een dergelijke opdracht zijn hand niet omdraait, is hij met nog
meer voorzichtigheid te werk gegaan. “Je hoort allerlei verhalen, maar achteraf is het
gelukkig allemaal erg meegevallen.”
Met nog meer voorzichtigheid
Cees-Jan Louwe
De dag na de brand was Cees-Jan in
de buurt van Moerdijk aan het werk
toen hij van de zaak een telefoontje
kreeg om richting Chemie-Pack te
rijden. “Onze Rotterdamse vestiging
had op dat moment geen auto meer
beschikbaar. Ik was met een collega
aan een klus bezig en we waren wat
eerder klaar dan verwacht. Dan doe
je dat natuurlijk als de baas het vraagt.
Ook als je dan een nachtje in een
hotel moet blijven.”
MediaCees-Jan wist wat er een dag eerder
was gebeurd. In de kranten en op
televisie werd tenslotte grootscheeps
verslag gedaan van de brand. De
berichten over allerlei gevaarlijke
stoffen en de onduidelijkheid over
de effecten ervan, hebben hem niet
kunnen afschrikken. “Om eerlijk te
zijn heb ik er niet echt bij stilgestaan.
Ik kom bijna dagelijks bij chemische
bedrijven en ik weet hoe ermee moet
worden omgegaan. Alle noodzakelijke
beschermingsmiddelen liggen
standaard in de auto. Voor de
zekerheid heb ik alleen nog op de
zaak geïnformeerd naar maskers en
filters. Als je het goed doet,raak je
tijdens je werkzaamheden dat spul
helemaal niet aan. Je draagt hand-
schoenen en je hebt een overall aan.
Op een gegeven moment heb ik wel
zo’n maskertje met een snuitje
opgezet; voor de zekerheid. De kleur
van het water in dat slootje stond me
niet echt aan. Normaal gesproken
weet je waarmee je aan de slag gaat.
Daar stem je de beschermingsmidde-
len en veiligheidsmaatregelen op af.
In dit geval was niet bekend welke
stoffen zich in het water bevonden.”
AanpotenHet was flink aanpoten. Cees-Jan
stapt niet opzij voor hard werken; hij is
het een en ander gewend. “Het was
slang aansluiten en slurpen maar.
Binnen een half uur was de wagen vol,
kon je het monsterflesje vullen en bij
ATM gaan lossen. En dan snel weer
terug. De slang bleef gemakshalve bij
de put liggen. Ik heb geen enkel idee
hoeveel keer ik heen en weer ben
gereden. Op een gegeven moment
ben ik de tel kwijtgeraakt. Het is
natuurlijk wel door anderen bijgehou-
den.
De dag na de brand is Cees-Jan van
een uur of één tot half tien ’s avonds in
de weer geweest. Na een vrij korte
nachtrust in het hotel aan de overkant
van de snelweg was hij om zes uur ’s
morgens weer present. Aan het eind
van de middag werd hij door collega’s
afgelost die in het weekend hebben
doorgewerkt. Cees-Jan is alleen op
maandag nog terug geweest naar
Moerdijk. “Voor een andere klant heb
ik een vracht geladen en afgevoerd
naar ATM. Vervolgens heb ik daar nog
wat vrachtjes gereden en daarna kon
ik weer richting huis.”
In de media werd het veel erger afgeschilderd
Het was voor Cees-Jan een heel aparte ervaring. “Heel Nederland heeft het erover en jij bent er geweest. Ik heb die dagen
nog wat meer naar de televisie gekeken om te zien of ik misschien in beeld kwam. Helaas, was dat niet het geval. Ik heb nog
wel een collega zien lopen.” Op de zaak kreeg hij meteen van andere collega’s allerlei vragen op zich afgevuurd. Of het nu
echt allemaal zo gevaarlijk was. “Dan vertel je dat de slootjes oranje gekleurd waren en daar wordt dan wat ongeloofwaardig
op gereageerd. Ik vond het in elk geval allemaal wel meevallen. In de media werd het veel erger afgeschilderd.”
Op een gegeven moment
heb ik wel zo’n maskertje
met een snuitje opgezet;
voor de zekerheid.
19
ATMosfeer | maart
In het rampenbestrijdingsplan is een duidelijke rol wegge-
legd voor het Havenschap Moerdijk. Niet bij het bestrijden
van de calamiteit zelf; daar zijn de verschillende hulpver-
leningsorganisaties en de overheden voor. “De belangen
van de bedrijven zijn ons belang”, zegt plaatsvervangend
directeur Jacco Rentrop. “Even voor half drie kwam bij ons
het alarm van de brand binnen en om vijf voor drie hadden we
alle bedrijven geïnformeerd.” De rol van het havenschap heeft
vooral te maken met communiceren; wat is er aan de hand, wat
zijn de effecten en wat zijn de gevolgen. “De volgende dag zaten
we al met de ondernemers rond de tafel tijdens een door ons ge-
organiseerde bijeenkomst”, geeft accountmanager Miriam Melisse
aan. De eerste dagen na de brand is het havenschap 24 uur per
dag bereikbaar geweest.
Bedrijfsbelangenzijn ons belang
HavenschapMoerdijk
Het Havenschap Moerdijk
is verantwoordelijk voor de
exploitatie en het beheer van
het industriepark en de
zeehaven. Het havenschap
is een gemeenschappelijke
regeling van gemeente en
provincie. Met de inrichting
van het 2.400 hectare grote
terrein is veertig jaar
geleden een begin
gemaakt. Inmiddels zijn
er zo’n 400 bedrijven
gevestigd die directe
werkgelegenheid bieden
aan 11.000 mensen. De
indirecte werkgelegen-
heid is nagenoeg even
groot. Moerdijk is
bereikbaar over de
weg, het spoor en
het water. Het is de
vierde zeehaven van
Nederland. Van de
totale oppervlakte
kan nog 200 tot
220 hectare
worden uitgege-
ven. Het plan is
om Moerdijk in
de naaste
toekomst met
een logistiek
park uit te
breiden.
“In principe hebben we niets bij zo’n brand te zoeken”, geeft
Rentrop aan. Hij is binnen het havenschap tevens de verant-
woordelijke manager voor milieu en veiligheid. Het bluswater
dat in het riool van het havenschap terecht komt en de
bluswerkzaamheden die wegen blokkeren, waarvoor
afzettingen en omleidingroutes voor geregeld moeten worden,
zijn echter wel de verantwoordelijkheid van het havenschap.
Evenals meer basale zaken. ‘s Avonds bleken er nog zo’n
zeventig mensen in kantoren te zitten. Die moesten eten en
uiteindelijk worden ontzet. “Dat faciliteren we ook.”
Het havenschap heeft alle bedrijven in beeld, met naam en
toenaam. Rentrop vindt het bij dergelijke calamiteiten belang-
rijk om persoonlijk met de verantwoordelijken binnen de
bedrijven te kunnen communiceren. Alle contactpersonen
zijn met telefoonnummer en e-mailadres bij het havenschap
bekend. “De bedrijven in de gele zone hebben we telefonisch
benaderd. Alle andere bedrijven hebben een e-mail van ons
ontvangen. Een soort amber alert, maar dan voor bedrijven.
Bij een ramp versturen we een mail met een rode balk; gaat
het meer om informatie die wij kwijt willen, dan is de balk
blauw. De bedrijven weten wat die kleuren betekenen.”
Het havenschap constateerde dat er daags na de brand veel
vragen leefden bij de bedrijven. Miriam Melisse heeft daar alert
op gereageerd door meteen een informatiebijeenkomst te
organiseren. “Het signaal dat ermee wordt afgegeven is op
zich al belangrijk. We zeggen dat we begrijpen wat er speelt
en dat er behoefte is aan informatie. Hoewel de uitgenodigde
brandweercommandant een goed en open verhaal vertelde,
konden niet alle vragen worden beantwoord. Dat was niet zo
heel erg; men begreep dat in dit stadium nog niet alle
informatie beschikbaar kon zijn.”
Beperkingen door noodverordeningDe noodverordening die kort na het uitbreken van de brand
werd ingesteld, legde de overige bedrijven rond de Vlasweg
de nodige beperkingen op. Het havenschap heeft het initiatief
genomen om de coördinatie van de ontheffingen op zich te
nemen. “Wij kennen de bedrijven persoonlijk; je hebt er een
beeld bij en je weet waar het om gaat. Die bedrijven moeten
de volgende dag weer aan de slag en dat moet geregeld
worden. Dan kan het gebeuren dat je om half twee ’s nachts
het bedrijf aan de telefoon hebt en dat om vier ’s morgens de
ontheffing er ligt, zodat die vrachtwagen er terecht kan.”
Het havenschap is in allerlei overlegstructuren vertegenwoor-
digd. Bij calamiteiten opent dat soms deuren die voor
individuele bedrijven gesloten blijven. Rentrop wijst op de
relatie met Rijkswaterstaat. “Als havenschap krijgen we vaak
eerder en beter antwoord. We zetten zeker geen druk, maar
we vragen aandacht voor problemen en wijzen op mogelijke
oplossingsrichtingen. Zo hebben we Rijkswaterstaat duidelijk
proberen te maken dat er bedrijven voor hun activiteiten
afhankelijk zijn van de haven.”
Voor een gedeelte is het havenschap probleemeigenaar van
het bluswater. Het gaat met name om het deel dat in het eigen
riool van het industrieterrein terecht is gekomen. “Tijdens de
brand hebben we het riool dicht moeten zetten. Vervolgens
moest het bluswater eruit en vanaf dag twee hebben we
geprobeerd het riool weer zo snel mogelijk open te krijgen.
Er zijn tenslotte heel wat bedrijven op aangesloten en je wil als
verantwoordelijke organisatie de schade zo beperkt mogelijk
houden. Gelukkig hebben we dat vrij snel voor elkaar
gekregen.”
Open opstelling en hulpvaardigheidDe open opstelling en de hulpvaardigheid van het havenschap
heeft in Moerdijk veel waardering geoogst. “We doen het
natuurlijk niet alleen”, wil Rentrop er nadrukkelijk aan toevoe-
gen. Vooral de eerste dagen kreeg hij een nagenoeg continue
stroom van vragen te verwerken. “Het was voor mij duidelijk
dat ik hier op mijn post moest blijven. Je bent coördinator en
woordvoerder voor de pers. Je moet je heel goed bedenken
wat je in zo’n situatie naar buiten brengt. De boodschap moet
in elk geval duidelijk en transparant zijn. Waar wij als haven-
schap niet over gaan, daar zeggen we ook niets over.”
Opmerkingen als zouden chemische bedrijven niet thuis
horen op een industrieterrein als dat van Moerdijk, vindt
Rentrop niet terecht. Ze maken onlosmakelijk onderdeel uit
van de moderne maatschappij. “LCD-schermen worden
geproduceerd met chemische stoffen”, geeft Miriam Melisse
als voorbeeld. “Kunststoffen worden gemaakt omdat wij als
maatschappij ernaar vragen.” Rentrop vindt dat chemische
bedrijven ook een plek geboden moet worden. “Afvalstoffen
die bij chemische processen achterblijven, moeten ook
worden verwerkt. Dat kan heel goed hier.”
Nog niet klaar met de brandHet havenschap is voorlopig nog niet klaar met de brand.
Een stuurgroep gaat zich nu bezighouden met een zorgvul-
dige afronding van de rampverschijnselen, zoals de bodemsa-
nering, de financiële afwikkeling, diverse onderzoeken en de
evaluatie. “We zijn er nog wel even mee bezig en uiteindelijk
moeten we natuurlijk lering trekken uit wat er is gebeurd.”
21
Tijdens de brand hebben we het
riool dicht moeten zetten.
Havenschap Moerdijk
ATMosfeer | maart
Het voorstel werd meteen geaccep-
teerd door de overheden. Vervolgens is
direct begonnen om het bluswater op
te vangen en af te voeren naar ATM.
Die operatie heeft enkele dagen in
beslag genomen en is voltooid. Het
bluswater zit momenteel opgeslagen in
opslagtanks op het terrein en in
schepen die in de haven liggen. In een
later stadium is ook aangeboden om
het afvalwater te verwerken. Daarover
is nog geen definitieve beslissing
genomen.
Nog voor de brand helemaal onder
controle was en het terrein kon worden
betreden, waren de eerste vacuümwa-
gens al geregeld om het bluswater af te
voeren. Gelijktijdig is er ruimte gemaakt
in de opslagtanks om het bluswater uit
onder andere sloten en riolen op te
kunnen slaan.
Indicatieve monsters“Die nacht zijn er na de eerste 700
kuub die we hebben opgezogen,
indicatieve monsters van het bluswater
genomen. Dit om een eerste indruk te
krijgen van de samenstelling van het
aangevoerde bluswater. In het vervolg
van de operatie zijn individuele
opslagtanks en schepen representatief
bemonsterd en zijn monsters opge-
stuurd voor analyse. Natuurlijk zijn we
wel heel zorgvuldig met het bluswater
omgegaan. Naast ons eigen standaard
analysepakket, hebben we de mon-
sters tevens laten onderzoeken op de
zogenaamde zwartelijststoffen. Dat zijn
onder andere bestrijdingsmiddelen,
Bluswater kan hiergoed worden verwerktTerwijl de bluswerkzaamheden nog in volle gang waren, heeft ATM contact opgenomen
met de verantwoordelijke overheden en aangeboden om het bluswater op te slaan. Dit
om te voorkomen dat het bluswater zijn eigen weg zou zoeken en in het milieu terecht
zou komen, zoals in het oppervlaktewater en de bodem. “Wij zagen het probleem al
aankomen”, zegt milieucoördinator Oskar van de Berg, “en hebben daarom onze hulp
aangeboden.”
23
dioxines, gebromeerde difenylethers en
organotin. Gelet op de beschikbare
informatie ten tijde van de brand
konden we niets uitsluiten. Dergelijke
analyses worden overigens uitgevoerd
door gespecialiseerde laboratoria en
vergen relatief veel tijd. Met spoed
duurt het altijd nog vijf dagen.”
Achteraf is gebleken dat er in dit geval
niet onterecht is gekeken naar de
zwartelijststoffen. De ‘reguliere’
verontreinigingen lieten weinig specta-
culaire onderzoeksresultaten zien.
“Enkele van de zwartelijststoffen zaten
echter boven de aantoonbaarheids-
grens. Deze stoffen zijn in verschillende
samenstellingen in alle opslagunits
aangetroffen. We hebben het over
microgrammen en nanogrammen; een
enkele stof ligt zelfs op het niveau van
picogrammen.” Oskar wijst ter
vergelijking op de hoeveelheid
clenbuterol dat in het bloed van de
Tour de France winnaar Contador is
aangetroffen.
Eetbare olijfolieOf de aangetroffen gehalten echt
gevaarlijk zijn, is een vraag die moeilijk
te beantwoorden is. Ter illustratie het
volgende. In olijfolie die voor consump-
tie mag worden gebruikt, mogen op
grond van Europese regelgeving ook
dioxinen zitten. Het in het bluswater
aangetroffen gehalte dioxinen zit
minmaal een factor 40 keer onder
de norm voor eetbare oliën. Geconclu-
deerd kan worden dat het extreem
lage gehalten gaat in het bluswater.
ATM heeft een oplossing voor verwer-
king aangedragen.
“We denken dat we de overheid de
helpende hand kunnen bieden. Gelet
op de hoeveelheid water ligt het ook
niet voor de hand om het bluswater
te gaan transporteren. We hebben
het hier over zo’n 36.000 ton. Dat is
een bak water van 100 bij 100 meter
met een diepte van 3,6 meter.
Als het bluswater hier wordt verwerkt,
gebeurt dat in installaties die, op
basis van Europese regelgeving,
zijn aangewezen als best beschikbare
techniek. Oskar vindt de eigen stallatie
dan ook uitermate geschikt voor de
verwerking van het bluswater. “Het
beleid op het gebied van zwartelijst-
stoffen is gericht op het voorkomen
dat die stoffen na verwerking in het
milieu komen. Wij kunnen daar met
onze manier van werken en met onze
installatie voor zorgen.” Of het bluswa-
ter bij ATM wordt verwerkt is een vraag
die door de overheden moet worden
beantwoord. Tot die tijd blijven tanks
en schepen verzegeld.
Oskar van de Berg
ATMosfeer | maart
De revisievergunning is twee jaar
geleden verleend. Er is daarvoor twee
jaar met de diverse overheden rond de
tafel gezeten. Met als resultaat een pak
papier met een gewicht van 23 kilo.
Natuurlijk is de verantwoordelijke man
op het gebied van kwaliteit, veiligheid
(ARBO) en milieu een tevreden man dat
de milieuvergunning weer rond is. Maar
het eindresultaat had in zijn ogen beter
werkbaar moeten zijn. Hij doelt op alle
doorverwijzingen die in de vergunning
staan en het in één zin verbinden van de
gehele aanvraag (de bewuste 23 kilo)
aan de vergunning. “In feite wordt zo
een beschreven momentopname
bevroren. Elke kleine wijziging op het
terrein, in of aan installaties dient
hierdoor formeel te worden gemeld of te
worden aangevraagd bij het bevoegd
gezag. Die procedures kosten veel tijd,
waardoor direct inspelen op marktsitua-
ties vaak onmogelijk is.” Jacques vindt
dat de vergunning scherpe eisen aan de
output-kant moet stellen. Dus aan
emissie-eisen naar bodem, water en
lucht, geluid, energie en afzet (rest)
producten. “Dat er bij een afvalverwer-
kend bedrijf in de vergunning ook
aandacht is voor de inkomende kant
van de afvalstoffen en de verwerking
hiervan is begrijpelijk. Maar laat de
verdere bedrijfsvoering aan ons over.”
Doorn in het oogHet is Jacques een doorn in het oog.
“Onze vergunning is net lasagna en
daardoor op een aantal punten
behoorlijk ondoorzichtig. Soms wordt
drie tot vier lagen diep doorverwezen
naar andere wettelijke regelingen,
richtlijnen, beleidsregels, nationale en
internationale normen. Voor de toezicht-
houders is dat ook lastig. Ik ben voor
duidelijke afspraken en helderheid en
De Regionale Milieudienst (RMD), Inspectie Verkeer en Waterstaat, VROM-inspectie,
Rijkswaterstaat, waterschap Brabantse Delta, Arbeidsinspectie, Nederlandse Emissie
Autoriteit en de gemeente Moerdijk. Ze komen allemaal met enige regelmaat bij ATM over
de vloer. Jacques de Jong vindt het wat veel van het goede; het zorgt voor erg veel werk
en rompslomp. “Ik sta er dubbel in”, moet de KAM manager bekennen. “Het zijn wel mo-
menten waarop wij kunnen bewijzen dat we het goed doen, waardoor we het vertrouwen
in ATM verder kunnen laten groeien. Dan zeg ik: hoe meer inspecties hoe beter.”
Jacques de Jongstaat er dubbel in
Inspecties vergroten
vertrouwen in ATM
25
niet voor vage kretologie en regels die
met een vergrootglas gezocht moeten
worden en die soms ook nog voor meer
uitleg vatbaar zijn. Dat is beter voor
iedereen. Wij willen graag voldoen aan
de wet- en regelgeving, maar schrijf ze
alsjeblieft uit in duidelijke voorschriften.”
Jacques had de lasagnastructuur van
de vergunning zelfs graag bij de Raad
van State willen aanvechten. “Uiteinde-
lijk was de nieuwe vergunning ons toch
te veel waard om deze in een bestuurs-
rechtelijk proces op het spel te zetten.”
ATM is nu genoodzaakt zelf een soort
subvergunning te maken van alle
doorverwijzingen via het eigen compli-
ance-systeem (Core). Eigenlijk zou dat
volgens Jacques niet nodig moeten zijn.
“Als de overheid bepaalde zaken
belangrijk genoeg vindt om in een
vergunning op te nemen, moeten zij ook
de minimale moeite nemen om deze
voorschriften in een vergunning uit te
schrijven. Dan ontstaat er een heldere
vergunning die het enerzijds duidelijk
maakt waaraan moet worden voldaan
en die anderzijds gemakkelijker te
controleren is voor de toezichthoudende
instanties. Een win-win-situatie lijkt me.”
Zeven keer RMDDe RMD alleen al komt minimaal zeven
keer per jaar op bezoek. Naast deze
standaard inspecties wordt door de
milieudienst ook op klachten gerea-
geerd. “Vaak komt de RMD bij het
onderzoeken van geurklachten bij ons
uit; in de meeste gevallen onterecht
blijkt dan achteraf. Wij kijken niet op een
dubbeltje als het gaat om het voorko-
men van geurklachten. Recent hebben
we diverse grote investeringen op dit
gebied gedaan. En we controleren ons
zelf op dit punt. Jaarlijks geven we
alleen aan geuronderzoek al zo’n
50.000 euro uit. Dat zijn we nu volgens
de laatste vergunning ook verplicht,
maar daarvoor deden we het al op
eigen initiatief. Hoewel binnen de
vergunning een bepaalde geurcontour
is toegestaan, willen wij een goede
buurman zijn en zeker geen klachten
veroorzaken. Klagers kunnen altijd
direct met ons contact opnemen. Dan
kunnen we meteen onderzoeken of wij
de veroorzaker van de klacht zijn, en zo
ja het probleem oplossen.”
Nimby-syndroomVoor Moerdijk lijkt ATM synoniem voor
het industrieterrein. Op zich niet
onlogisch. In Klundert wordt geklaagd
over Shell en in Moerdijk is steevast
ATM de veroorzaker van elk luchtje.
Het heeft alles te maken met het
nimby-syndroom (not in my backyard).
Jacques begrijpt dat: “Niemand wil in
zijn achtertuin een verwerkingsfabriek
van gevaarlijk afval. Maar er moet toch
een bedrijf zijn die de rommel opruimt
die we als maatschappij met elkaar
maken. Het ergens in de grond stoppen
of naar een ver land sturen is ook geen
oplossing. Wij kunnen die verontreinigin-
gen eruit halen, zodat veel materiaal
weer kan worden hergebruikt. Boven-
dien heeft diezelfde maatschappij ons
vergunning verleent om dit werk te
doen. Zie ons maar als de mieren van
deze moderne maatschappij.”
BestaansrechtJacques realiseert zich dat alle regel-
geving op het gebied van milieu het
bestaansrecht vormt voor ATM. Als de
verwerking van afval niet aan zoveel
strenge regels was gebonden, kon
iedereen zich op de markt storten en
waren de geavanceerde installaties en
reinigingstechnieken niet nodig.
“Wij weten heel goed waar we mee
bezig zijn; wij hebben er verstand van.
Onze installaties vormen zeker niet één
grote blackbox, zoals wel eens werd
verondersteld. Integendeel; wij zijn de
experts als het om verwerking van
verontreinigd afval gaat en kunnen alle
stappen in onze processen laten zien
en verantwoorden. Dat is door alle
inspecties van de afgelopen jaren ook
bij de overheden bekend. Helaas zien
de inwoners van Moerdijk hier nooit iets
van terug. Hopelijk draagt deze
ATMosfeer hier iets aan bij. Als bewo-
ners van Moerdijk bij ons eens een kijkje
willen komen nemen, zijn ze altijd van
harte welkom. We laten altijd graag zien
waar we mee bezig zijn.”
Jacques de Jong
ATMosfeer | maart
Op de dag van de brand was Els niet op kantoor. In het kader
van de kennismaking met het bedrijf was ze net op snuffel-
stage bij Reym in Amersfoort. “Ik hoorde het in de auto op
weg naar huis, maar ik wist niet goed waar het precies was.
Pas ’s avonds begreep ik uit de berichten dat de brand erg
dichtbij was gekomen en dat ATM zelfs gevaar leek te lopen.
Gelukkig bleek dat niet zo te zijn.”De volgende morgen op de
zaak begreep Els dat collega’s hun verhaal kwijt wilden. Ze is
dat meteen gaan organiseren, hoewel een dergelijke situatie
ook voor haar nieuw was. Er is direct contact gelegd met de
Iedereen moet zijn of haar verhaal kwijt kunnen en elke klacht wordt serieus genomen.
Dat was de insteek van de nazorg en de nasleep van de brand. P&O adviseur
Els Schuijlenburg heeft die taak op zich genomen. Hoewel slechts een blauwe maandag
in dienst bij ATM, probeerde ze snel een beeld te krijgen van de situatie. “Hoe kan ik er
zijn voor onze mensen, heb ik me afgevraagd. Ik heb vooral geluisterd, dat vond ik het
belangrijkste. Natuurlijk ben ik geen arts en daarom heb ik iedereen die ook maar even
twijfelde geadviseerd met die klachten naar de huisarts of de bedrijfsarts te gaan.”
Hoe kan ik er voor onze mensen zijn ?
Els Schuijlenburg heeft vooral geluisterd
27
bedrijfsarts en de GGD om bij hen de vragen van de
medewerkers voor te leggen. “Sommigen medewerkers
waren wat angstig, bezorgd, anderen hadden hoofdpijn of
een wat looiige smaak in hun mond. Het waren in eerste
instantie niet ontzettend veel medewerkers die zich
melden, maar elke vraag is serieus opgepakt.” Wat
iedereen ongetwijfeld goed heeft gedaan was de
informatiebijeenkomst voor de medewerkers van het
bedrijventerrein van de GGD toen in de media allerlei
verhalen over mensen met klachten verschenen. “De
eerste dagen werd je er echt mee overstelpt. Maar wat is
er waar; dat is lastig om eruit te filteren. Wat me opviel
was dat er binnen het bedrijf nuchter werd gereageerd; ze
zijn tenslotte gewend om met gevaarlijke afvalstoffen te
werken. Door deze bijeenkomst ontstond er vertrouwen in
de deskundigheid van de mensen die er verstand van
horen te hebben. De toezegging, dat ze direct zouden
worden geïnformeerd als dat nodig was, heeft zeker ook
daartoe bijgedragen.”
Op de bijeenkomst speelde doctor Jans, een milieudes-
kundige en toxicoloog maar bovenal arts, een prominente
rol. Zijn boodschap was: ik laat jullie niet in de steek, zeker
als iets niet verantwoord is. Els heeft een verslag gemaakt
van de bijeenkomst en dat de volgende dag aan alle
medewerkers gestuurd. Daarin maakte ze onder meer
melding van het advies aan de bedrijven om filters van
luchtbehandelingssystemen preventief te vervangen. Dat
is in het laboratorium dan ook direct gebeurd. Het
opzetten van een medisch loket door de GGD, een
gezondheidscentrum voor mensen met klachten, vond
Els een uitstekende maatregel. “Wij hebben onze mensen
daarom aangemoedigd om er gebruik van te maken als
dat nodig was en in elk geval de vragenlijst in te vullen.
Ook als de klachten inmiddels verdwenen zijn. Op die
manier wordt elke klacht geregistreerd, ontstaat er een
goed beeld en kan later worden teruggevallen op de
registratie als er andere inzichten ontstaan.”
De bedrijven in de omgeving hebben de toezegging
gekregen dat ze van nadere stappen op de hoogte
worden gehouden. Het havenschap heeft regelmatig
nieuwsberichten rondgestuurd. Met name de bedrijven
in de directe omgeving hebben de toezegging gekregen
dat er tijdens de sanering van het gebied metingen
worden verricht. En als er aanleiding toe is, worden
bedrijven direct geïnformeerd, zodat er maatregelen
kunnen worden genomen. “In de tweede week was er
een klein brandje en we zijn daarvan inderdaad meteen
op de hoogte gebracht.”
Als betrekkelijke nieuweling binnen ATM heeft Els van
haar collega’s zoveel mogelijk informatie toegespeeld
gekregen. Met haar kennis en ervaring op P&O-gebied en
logisch nadenken, vervulde ze al snel een coördinerende
rol. Els heeft in elk geval alles gedaan wat in haar
vermogen lag om de nazorg in goede banen te leiden.
Van enige onrust is naar haar idee niet echt sprake
geweest. “In mijn eigen omgeving waren ze benauwder
dan de mensen die hier werken.” De taak van Els zit er
nog niet op. Ook tijdens de saneringsperiode blijft Els het
aanspreekpunt voor de medewerkers. Ze wil iedereen zo
goed mogelijk informeren over de situatie.
Sommigen medewerkers waren
wat angstig, bezorgd, anderen
hadden hoofdpijn.
Els Schuilenburg
ATMosfeer | maart
In de oude situatie is Chris enige malen met de SP Tweede-
Kamerleden Krista van Velzen en de bekende milieuvoor-
vechter Remi Poppe op bezoek geweest bij het afvalver-
werkingbedrijf. “ATM is de laatste jaren onder directie van
de helaas te vroeg overleden Jack Droog duidelijk op een
heel andere leest geschoeid”, meent Chris die voor zijn
partij ook in de gemeenteraad van Moerdijk heeft gezeten.
Hij is nog steeds afdelingsvoorzitter. “Vooral in de beginja-
ren had het bedrijf last van de erfenis van zijn voorganger,
maar het bedrijf is steeds beter gaan presteren. Ik kan me
nog herinneren dat het een enorme smurrieboel was. Nu is
het er echt schoon en de milieuregels worden goed
nageleefd. Ik vind dat ATM is uitgegroeid tot een van de
betere afvalverwerkers.”
Niet de grote boosdoenerChris weet dat er in Moerdijk wel eens wordt geklaagd over
stankoverlast. Vanuit het dorp worden klachten al snel aan
ATM toegeschreven. Ten onrechte, is ook zijn ervaring. “Ze
zien die schoorsteen en kennen het verleden of hebben wel
eens iets gehoord, maar die tijd heeft het bedrijf ver achter
zich gelaten. Als de regionale milieudienst dan op onder-
ATM heeft zich sterk verbeterd
Hij kent het bedrijf nog van vroeger en als
Chris Verschuuren de vergelijking met van-
daag de dag moet maken, kan hij maar tot
één conclusie komen: ATM heeft zich sterk
verbeterd. “Het is echt een schoon bedrijf
geworden. Als je ziet wat er allemaal wordt
verwerkt, begrijp je het zelf niet. Het is ook
een heel open bedrijf dat niets te verbergen
heeft en dat ook niet wil.”
ATMosfeer | maart
zoek uitgaat, vinden ze de oorzaak
meestal niet aan het eind van de
Vlasweg. Wij hebben nogal eens
uitgelegd aan deze en gene dat ATM
niet de grote boosdoener was. Er
zitten tenslotte meer chemische
bedrijven in die hoek. Aan de andere
kant blijft het natuurlijk lastig om
vervelende geurtjes te omschrijven en
daar naderhand de veroorzaker van te
achterhalen.”
Ondanks het feit dat ATM over alle
vereiste vergunningen beschikt en er
nauwelijks sprake is van overlast, vindt
de SP-voorman dat afvalverwerkende
bedrijven in de gaten moeten worden
gehouden. De goeden moeten in dit
geval onder de kwaden leiden. Chris
weet dat er een minimum aantal vaste
bezoeken van de RMD plaatsvinden
en dat de provinciale milieubewakers
daarnaast nog een paar keer per jaar
onverwacht binnenvallen. “Het is
vreemd dat BRZO-bedrijven (Besluit
Risico’s Zware Ongevallen), tenslotte
de zwaarste categorie als het om
gevaarlijke stoffen gaat, hier maar
twee keer in het jaar door de GGD in
opdracht van de gemeente worden
geïnspecteerd. En dan geven ze van
tevoren ook nog aan dat ze eraan
komen. Het gebeurt binnen de
wettelijke regels, maar ergens klopt er
toch iets niet.”
ProductieprocessenHij vindt het goed dat afvalverwerkings-
bedrijven als ATM er zijn. “Iemand moet
het toch doen. Bij productieprocessen
blijft er in negen van de tien gevallen
afval over. Dat moet worden verwerkt;
het afval transporteren naar een
ontwikkelingsland is natuurlijk geen
oplossing. In Moerdijk zit het enige
bedrijf in Nederland dat zoveel verschil-
lende vervuilende stoffen kan verwer-
ken. Eigenlijk zou het niet nodig moeten
zijn, dat afvalverwerkingsbedrijven
bestaansrecht hebben. Het probleem
moet bij de bron worden aangepakt,
zodat er geen afval ontstaat. Maar
zolang dit niet het geval is, want zo
eenvoudig is dat niet voor elkaar te
krijgen, blijft afvalverwerking nodig.”
Chris Verschuuren zat met zijn
kleindochter voor de televisie; ze wilde
graag weer een keer The Lord of Rings
zien. “Dat is een hele zit.” Tot hij werd
gebeld door een medewerker van zijn
partij uit de Tweede Kamer. “Ik wist van
geen brand. Samen zijn we in de auto
gestapt en richting Moerdijk gereden.
Toen ik de rookwolken en vlammen
zag, ben ik niet verder gegaan. Het zag
er dreigend uit en ik had niet het idee
op dat moment daar nuttig te kunnen
zijn.” De volgende ochtend is Chris, in
het gezelschap van dezelfde fractieme-
dewerker uit Den Haag, wel polshoog-
te gaan nemen.
Chris Verschuuren
29
ATMosfeer | maart
Het was voor Iris, Demi, Tijmen en mij een geweldige
steun om zoveel mensen om ons heen te hebben tijdens
het afscheid van Jack. We hebben deze dag als heel
bijzonder ervaren door jullie aanwezigheid, door de
mooie woorden die gesproken zijn, door de vele atten-
ties, bloemen en andere reacties van jullie. Jack had
het zich niet mooier voor kunnen stellen, hij hield echt
veel van een heleboel mensen, was oprecht betrokken
en had iedere dag weer plezier in zijn werk.
Op een nuchtere wijze heeft hij alles achter zich gelaten, afgesloten
met woorden als ´het was een mooie tijd ,́ zonder spijt, zonder treurnis
en ´gaan jullie vooral gezellig met elkaar door .̀ Jullie en wij, maar
voor ons is het nog niet voorbij, het een plaatsje geven´ betekent
het verlies en gemis durven aankijken, het verdriet niet uit de weg
gaan. Daar zijn wij nu mee begonnen, Jack zijn kracht en positivisme
geven daarbij veel steun, op naar een leven zonder hem. Wat
blijft zijn de mooie herinneringen, waar jullie ook deel van uitmaken,
velen van jullie zijn ook een stukje Jack, de reden waarom ik van
een aantal mensen nog graag wil blijven horen hoe het met hen
en ATM (en omgeving) gaat.
Dankbetuiging
Hartelijke,
lieve groeten van
Iris, Demi, Tijmen en Ella
Fam. Droog
Fam. Hobbelen
31
ATMosfeer | maart
Afvalstoffen Terminal Moerdijk B.V.
Industrieterrein - Seaport M 152Vlasweg 12, 4782 PW MoerdijkPostbus 30, 4780 AA Moerdijk
Nederland
t | 0168 389 289f | 0168 389 270
e | [email protected] | www.atmmoerdijk.nl
Shanks. waste solutions
Colofon
ATMosfeer is een uitgave van
Afvalstoffen Terminal Moerdijk B.V.
EindredactieEric LangedijkJacques de JongArno NijssenPiet Rolloos
t | 0168 389 225f | 0168 389 270
InterviewsJan Wolters
VormgevingDokkum communicatie | Brielle
DrukQuadraat | Oud-Beijerland