Methoden en Technieken Van Onderzoek Samenvatting

8/18/2019 Methoden en Technieken Van Onderzoek Samenvatting

1/29

Hoofdstuk 1 De betekenis van onderzoek in het bedrijfsleven

en zijn management – opzet van het boek 1.1

• Methoden = technieken en procedures voor het verkrijgen en analyseren

van gegevens. (waarnemingen, interviews, vragenlijsten, kwantitatieve(statistische) en kwalitatieve (niet-statistische) analysetechnieken)

• Methodologie = verwijzen naar de theorie over hoe onderzoek moetworden uitgevoerd:

1.• !nderzoek hee"t een aantal kenmerken:

o #"spraken over de taal van wetenschapo $egevens worden systematisch verzameldo $egevens worden systematisch geintepreteerdo %r is een duidelijk doel: er moet iets worden uitgezocht

• Onderzoek = &ets wat mensen ondernemen om iets op een systematische

manier uit te zoeken, waardoor hun kennis toeneemt-• Systematisch onderzoek is ge'aseerd op logische ver'anden

• ets uitzoeken er is een veelheid aan mogelijke doelen voor hetonderzoek ('eschrijven, verklaren, 'egrijpen, 'ekritiseren en analyseren)

• !ennis = elke voorstelling, elk denk'eeld o" elke overtuiging waarvan weaannemen dat die met een zekere werkelijkheid overeenkomt

• "etenschap = menselijke activiteit die erop gericht is totgesystematiseerde en 'etrouw'are kennis te komen * resultaat van dieactiviteit in een 'epaald ge'ied

• %en wetenschap is een geheel van uitspraken, weten o" theorie+n'etreende een samenhangend pro'leemge'ied, die aan de volgende

eisen 'eantwoorden:o en kan ze mededelen aan andere menseno e vertonen een systematisch karaktero %r 'estaat een controle op de 'etrouw'aarheid ervan

• /ennis moet kunnen worden gecommuniceerd en 'eoordeeld.

• #ls kennis niet gesystematiseerd zou zijn, kan het niet als wetenschapworden omschreven.

• 0etenschappelijke kennis is superieur aan alledaagse kennis.1.

• 2edrij"s- en managementonderzoek = het systematisch uitzoeken vanvraagstukken over de 'edrij"svoering en het management.

• 3 aspecten die er voor zorgen dat het 'edrij"sleven en zijn managementeen apart doel vormen voor onderzoek (easter'y-smith):

o 4e manier waarop managers (en onderzoekers) ge'ruikmaken vankennis die door andere disciplines is ontwikkeld

o anagers zijn druk'ezette en invloedrijke personen en he''en nietde neiging om tijd en geld te investeren in onderzoek

o anagers zijn hoogopgeleido !nderzoek hee"t een 'epaalde praktische conse5uentie

• 0aarin onderzoek in het 'edrij"sleven en het management zichonderscheidt van onderzoek in andere vakge'ieden:

o 6et disciplineoverschrijdende karakter van onderzoek in het

'edrij"sleven en het management


2/29

o 6et ontwikkelen van ideeen die te maken he''en met de praktijk, inhet 'ijzonder de eis dat het onderzoek enig gevolg hee"t voor depraktijk

o 6et "eit dat onderzoek de heilzame cirkel van theorie en praktijkmoet doorlopen

o

6et aanpakken van pro'lemen die voortvloeien uit de interactietussen theorie en praktijk Modus 1-kennis: opstellen en oplossen van vragen van

academisch 'elang (nadruk op het "undamentele aspect, nietpraktijk)

Modus #-kennis: nadruk ligt op onderzoek in de wereld vande praktijk, 'elang van samenwerking zowel met als tussenmensen uit de praktijk op de voorgrond staan. (mode $kennis is niet belangrijk%

• 7ran8eld en 4enyer: pro'lemen door de scheiding tussenkennisproducenten en kennisge'ruikers scheuring = relevatiekloo"

• 0etenschappelijk managementonderzoek kan als ontwerpwetenschapworden 'eschouwd, met de missie om geldige kennis te ontwikkelen ompraktijkmensen te steunen. 9anuit het oogpunt van eenontwerpwetenschap hee"t wetenschappelijk managementonderzoek totvoornaamste doel om kennis te ontwikkelen ter ondersteuning van depro'lemen van organisaties.

• ousseau: kloo" tussen onderzoek en praktijk dichten (uitkomsten vanonderzoek worden niet goed overgedragen naar de praktijk). anagers'lijven vertrouwen op persoonlijke ervaring en niet op systematischekennis.

• 7ran8eld en 4enyer: 6et negeren van de kloo" zou ondenk'aar zijn inandere vakge'ieden

!&adrant Streng theoretisch enmethodologisch denken

praktischerelevantie

'edante &etenschap 6oger ;ager'opulariserende&etenschap

;ager 6oger

onvol&assen&etenschap

;ager ;ager

pragmatische&etenschap

6oger 6oger

(undamenteel onderzoek )&einigpraktijk% *oegepast onderzoek )advies&erk%

Doel+ Doel+

/ennis van processen in het'edrij"sleven en het managementvergroten

%en 'epaald pro'leem in het'edrij"sleven o" in het management'eter 'egrijpen

esulteert in universele principes, die temaken he''en met het proces en metde 'etrekking daarvan tot deuitkomsten

esulteert in oplossing van hetpro'leem

esultaten die 'elangrijk en waardevolzijn voor de maatschappij in hetpro'leem


3/29

esultaten van praktisch 'elang voormanager(s) in organisatie(s)

,onte-t+ ,onte-t+

itgevoerd door mensen opuniversiteiten

itgevoerd door mensen inverschillende situaties, waaronder

'edrijven en universiteiten/euze van onderwerp en doel 'epaalddoor de onderzoeker

!nderhandelen met initiator overdoeleinden

>le?i'el tijdschema @trak tijdschema

• &n het 'oek wordt onderzoek voorgesteld als een proces metverschillende "asen. 4it proces is zelden rechtlijnig, wat inhoudt dateerder doorlopen "asen opnieuw worden 'ekeken en herzien en datvooruit wordt gepland.


4/29

Hoofdstuk # Het onderzoeksonder&erp formuleren

en verduidelijken.1

• 9oordat je 'egint met het "ormuleren en verduidelijken, moet je wetenwat de kenmerken van een goed onderwerp voor onderzoek zijn.

.• !nderwerp:

o 6et onderwerp moet aan de criteria van demanagerA'egeleiderAetc. voldoen

o Be moet het onderwerp aankunnen (vaardigheden, interesse voorhet onderwerp, 8nanci+le middelen, toegang tot gegevens)

o 4e theorie kan aan de praktijk gekoppeld wordeno 2elangrijk genoeg zijn om een interessant projectverslag over te

schrijveno 4enken aan je carriCre (e?pertise ontwikkelen d.m.v. onderzoek)o $enoeg tijd om het a" te rondenD

.• ethoden om op ideeen te komen:

o .ationeel denken: Be eigen sterke punten en 'elangstellingsge'ieden

onderzoeken 7itels van eerdere projecten 'ekijken 4iscussieeren ;iteratuur 'estuderen (artikelen, rapporten, 'oeken) edia 'estuderen

o ,reatief denken+ %en notitie'oek met idee+n maken (ideeendagboek ) Eersoonlijke voorkeuren onderzoeken aan de hand van

eerdere projecten1. /ies F projecten die je aanspreken. 4e gedachten opschrijven die je erover he't. /ies projecten die je niet aanspreken3. @chrij" de gedachten hierover op

elevantie'omen maken ('reed concept waaruit je verdermeer speci8eke onderwerpen genereert)

2rainstormen1. 4e8nieer je pro'leem

. 9raag om suggesties die met het pro'leem temaken he''en

. ;eg alle suggesties vast3. $a alle suggesties na en zoek uit wat er met elke

suggestie wordt 'edoeldG. #nalyseer de lijst en 'esluit welke het meest

aantrekkelijk is• !nderzoeksidee+n verder uitwerken:

o Delphi/methode 4e leden van de groep op de hoogte 'rengen van het idee

voor onderzoek

4e leden van de groep verheldering laten geven en meerin"ormatie vragen


5/29

%lk lid cre+ert ona"hankelijk ma?imaal speci8ekeonderzoek idee+n die ge'aseerd zijn op het idee dat is'eschreven

4e idee+n voor onderzoek worden in on'ewerkte enanonieme vorm verzameld en onder de leden van de

groep verspreiden tAm 3 'lijven herhalen waar'ij individuen commentaargeven op de idee+n van onderzoek en hun eigen 'ijdragenherzien

!vereenstemmingo 0oorstudie = een idee voor een onderzoek verder uitwerken om

het om te zetten in een onderzoeksproject (o"tewel: hetonderwerp 'eter leren 'egrijpen, zodat de onderzoeksvraag uitkan worden gewerkt)

o 6et is van 'elang om de opgedane idee+n te integreren om hetonderzoek een duidelijke richting te geven en de doelstellingenen het onderzoeksrapport goed op elkaar aan te laten sluiten.

6et onderwerp uit'ouwen en vervolgens 'eperken.3

• !nderzoeksvragen opschrijveno Hriteria:

1. 6elder ge"ormuleerd. $ecompliceerd genoeg zijn om een project te cre+ren dat

voldoet aan de eisen die worden verwacht.


6/29

. 9aria'ele 2: ge'aseerd op de theorie dat dit eectieveresultaten gee"t

o %lke doelgerichte actie die we ondernemen is ge'aseerd op eentheorie: namelijk dat het 'esluit 'epaalde gevolgen zal he''en

o %en vergadering waarin managers 'eslissingen nemen is een

vergadering die sterk theorieafhankelijk is.o 6et doel van onderzoeken van 'etrekkingen tussen varia'elen'estaat uit het verklaren en voorspellen van deze 'etrekkingen

o 6et is van 'elang om verklaringen voor speci8eke uitkomsten tehe''en, want veel onderzoek leidt tot onduidelijke conclusies. $eenzinnige conclusies geen passende maatregelen om ge'reken teverhelpenAeKciency vergroten.

o !nderscheid tussen onderzoek en verzamelen van in"ormatieI("eiten verzamelen)

o eschrijvend onderzoek : wat-vragen nauwkeurige a"'eeldinggeven van personen, ge'eurtenissen o" situaties

o 0erklarend onderzoek : waarom-vragen uitdrukken als

hypothese die moet worden getoetsto 0erkennend onderzoek+


7/29


8/29

Hoofdstuk $ 5en kritisch literatuuroverzicht schrijven.1 &nleiding

• edenen om literatuur te 'estuderen:o oektocht waarmee je je onderzoeksidee+n genereert en uitwerkt

o /ritisch overzicht

onderdeel van je project * noodzakelijk.9oort'ouwen op idee+n. !p de hoogte zijn van 'estaande literatuur./ennis over het onderwerp vergroten.

. 6et kritische literatuuroverzicht = de 'asis waarop je onderzoek wordtge'ouwd.

• 6et doel van het lezen van de literatuur hangt a" van de methode die je in je onderzoek wilt ge'ruiken:

o 7heorie+n en idee+n vinden die je met gegevens wilt testen(deductieve methode)l

o $egevens onderzoeken theorie ontwikkelen vergelijken met'estaande literatuur (inductieve methode)

• #ndere doelen:o !nderzoeksvragen en-doelstellingen verder uitwerkeno


9/29

o /ritische 'enadering van de autoriteit: vragen stellen 'ij hetoverheersende standpunt in de literatuur

o /ritische 'enadering van de o'jectiviteit: waardevrij

• 9eelvoorkomende structuren:o 1 hoo"dstuk

o eeks hoo"dstukkeno 4oor het hele projectverslag heen (naarmate je verschillende

onderwerpen aanpakt)• &n alle projectverslagen moet je in je conclusies terugkeren naar de

hoo"dzaken uit de literatuur• /ritisch literatuuroverzicht: algemeen niveau kort overzicht van

voornaamste ideeen en themas onderzoek van de 'elangrijkste auteurssamenvatten, vergelijken en tegenover elkaar stellen alleen onderzoekge'ruiken dat relevant is voor eigen onderzoek gedetailleerd verslaggeven van resultaten en de ver'anden laten zien zaken naar vorenhalen waarover je onderzoek nieuwe inzichten zal verschaen de lezernaar volgende paragra"en leiden van je projectverslag die deze zakennader onderzoeken

• %vt uitleggen hoe je naar de literatuur he't gezocht (stap L). 2eschik'are literatuur'ronnen

• Hategorieen (werkelijkheid: overlappingen):o Erimair = eerste vastlegging van 'epaald werk

2ronnen: rapporten, disserties, mails, congresverslagen,'edrij"srapporten

o @ecundair = vormen de volgende pu'licatie van primaire literatuur('reder pu'liek)

2ronnen: tijdschri"ten, 'oeken, kranteno 7ertiair = zoekmiddelen om primaire en secundaire 'ronnen te

vinden 2ronnen: indices (=inde?en), a'stract (zel"de als inde? M

samenvatting), samenvattingen, catalogi, encyclopedie+n,woorden'oeken, 'i'liogra8e+n, citatie-indices

.3 %en literatuurstudie plannen• %en literatuurstudie plannen is nodig om literatuur te vinden die relevant

en recent is•


10/29

verdelen in relevante deelge'ieden nauwkeuriger verdelenin nauwkeuriger deelge'ieden 'epalen wat de 'elangrijkstege'ieden zijn tijdens het lezen nieuwe ge'ieden toevoegen

.G oeken in de literatuur oekproces:

o oeken met 'ehulp van tertiaire literatuur: gedrukte 'ronnen,,data'anken

7re"woorden moeten overeenkomen met inde?taal 4e juist gedrukte en data'ank'ronnen ge'ruiken %?acte details noterenI zoekstrings, "eitelijke zoekopdrachten e"erenties noteren

o elevante literatuur opzoeken waar 'oeken en tijdschri"ten naarverwijzen

o 4oorkijken en doornemen van secundaire literatuur in de 'i'liotheek Doorbladeren van recente pu'licaties = idee van de inhoud

krijgen Doornemen = individuele artikelen doornemen om punten te

vinden die met onderzoek te maken he''eno oeken op internet

/waliteit wisselt 4etails van zoekopdrachten 'ewaren:

• oekprogramma

• %?acte zoekopdracht

• 4atum waarop de zoekopdracht werd uitgevoerd

• #antal gevonden artikelen 6oe:

• Homepages (adressen van internetsites)

•

6oekmachineso #lgemene zoekmachines: oole/logica o" "raseo etazoekmachines: meerdere zoekmachineso $especialiseerde zoekmachines en

in"ormatieportalen: speci8eke onderwerpen(eerst algemeen zoekge'ied)

o !nderwerpdirectorys: hierarchischgeorganiseeerde indices verdeeld inonderwerpsge'ieden

.F ;iteratuur opzoeken en 'eoordelen• ;iteratuur opzoeken:

o


11/29

o #anvulllende in"ormatie

• 2i'liogra8sche details: alle relevante artikelen die je voor je project he'tgeraadpleegd

o .eferenties

• /orte samenvatting

• #anvullende in"ormatie (alles wat waardevol lijkt)• Elagiaat is ver'oden


12/29

Hoofdstuk 7 5en onderzoeksont&erp bepalen3.1 &nleiding

• 2egin onderzoek: ('ijv.) vragenlijst o" interviewD

• $u'a en ;incoln: vragen over onderzoeksmethoden zijn minder 'elangrijk

dan de vraag welk paradigma op je onderzoek van toepassing is• !nderzoeksui = gee"t een duidelijk 'eeld van de 'asis van je keuze voor

de methoden om gegevens te verzamelen.• !nderzoeksontwerp = het algemene schema van de manier waarop je je

onderzoeksvragen 'eantwoordt )o 4oeleindeno 2ronneno 2eperkingeno %thische kwesties

• Be moet een ge"undeerde reden kunnen geven voor al je 'eslissingen rond je onderzoeksontwerp. 4e rechtvaardiging moet ge'aseerd zijn op

onderzoeksvragen en -doelen en consistent zijn met jeonderzoeks8loso8e.o Ont&erp = algemeen schema voor je onderzoeko *actiek = gedetailleerde 'eschrijving van het verzamelen en

analyseren van data3. !nderzoeks8loso8e+n

• Onderzoeks8loso8e = ontwikkeling van kennis en de aard van kennis

• 4e onderzoeks8loso8e die je ge'ruikt 'evat 'elangrijke aannames over demanier waarop je naar de wereld kijkt.o 5pistemologie = de studie van kennis en aanvaard'aar geloo"

(kennistheorieAmodel)

'ositivisme 9 alleen empirische wetenschappen leverengeldige kennis op. /ennis kan verworven worden door hettoepassen van de wetenschappelijke methode.

.ealisme 9er is een werkelijkheid ona"hankelijk van hetmenselijk 'ewustzijn

nterpretivisme = verschillen tussen mensen in hun rol alssociale actoren

(enomenologie )voorloper interpretivisme% = er is geena'suluut standpunt mogelijk, aangezien de onderzoeker zel"eveneens door zijn psychische structuur 'epaald is.

o Ontologie = de studie van wat er is Objectivisme = kennis is geconcentreerde ervaring Subjectivisme = elke 'elevingAconceptualisering van de

werkelijkheid is su'jectie" Sociaal constructivisme = je snapt de werkelijkheid alleen als

je er zel" deel aan neemto 2-iologie = de studie van wat goed is en hoe goed het iso 'aradigma = een revolutie in het denken over het oplossen van

pro'lemen Symbolisch interactionisme = er is een voortdurend proces

'ezig de sociale wereld om ons heen te intepreteren aanpassing eigen meningen en handelingen

'ragmatisme = de waarheid van een theorie in haar

'ruik'aarheid moet voor een 'epaald doel worden gezocht


13/29

'aradigma:s maken een 'elangrijk onderscheid tusseno'jectivisme en su'jectivisme

adicaal humanisme, radicaal structuralisme, interpretatie","unctionalistisch

o 4e 'ruik'aarheid van een onderzoeks8loso8e is a"hankelijk van de

onderzoeksvraag die je pro'eert te antwoorden. !nderzoek valtzelden in 1 8loso8sch ge'ied.3. !nderzoeks'enaderingen

• Onderzoeksmethodeno Deductie = een theorie o" model wordt ontwikkeld die aan een

strenge test wordt onderworpen @tappen: 7heorie hypotheses data collectie 'evindingen

hypotheses ondersteund o" niet herziening theorie /enmerken:

• Hausale ver'anden tussen varia'elen verklaren

• /wantitatieve gegevens

•

9oorwaarden controleren die het toetsen van hypothesenmogelijk maken• eer gestructureerde methodologie

• !nderzoeker moet ona"hankelijk zijn van wat er wordtwaargenomen

• Honcepten moeten geoperationaliseerd worden op eenmanier die het mogelijk maakt om "eiten kwantitatie" temeten

• .eductionisme = vraagstukken kunnen 'eter worden'egrepen, als ze tot de eenvoudigst mogelijke elementenworden gereduceerd

•

4eneralisatie = om regelmatigheden in menselijk gedragstatistisch te kunnen generaliseren zijn grote steekproeveneen vereiste

o nductie = 'etekenis onderzoeken van verzamelde gegevens, door degegevens te analyseren.

!nderzoek dat deze methode ge'ruikt, houdt zich 'ezig met deconte?t waar'innen de ge'eurtenissen plaatshe''en.

/walitatieve gegevens 9erscheidenheid aan methoden om gegevens te verzamelen

• 0aarom keuze:o 2eter 'eargumenteerde 'eslissing nemen over onderzoeksontwerpo 2eter nadenken over welke onderzoeksmethoden en keuzes voor jou

geschikt zijn• !nderzoeks'enaderingen com'ineren is ook mogelijk

3.3 6et doel van je onderzoek• Be onderzoeksproject kan meer dan 1 doel he''en en het kan veranderen.

o eschrijvend: voor"ase van verkennend o" verklarend onderzoek 2eschrijvend-verklarend = 'eschrijvend onderzoek is een voor"ase

van verklarend onderzoeko 0erkennend;e-ploratief : pro'leem 'egrijpen, kwalitatie"

hypothesen ;iteratuuronderzoekAdeskresearch Eraten met e?perts op het des'etreende ge'ied >ocusinterview


14/29

o 0erklarend: ver'anden tussen varia'elen verklaren. 6ypothesen die je he't, ondersteundD >undamenteel onderzoek. EraktijgerichtD eect evalueren.

o 'rojecterend onderzoek =onderzoek wordt opgezet om in detoekomst het gedrag van mensen o" de werking van 'epaalde

mechanismen te optimaliseren3.G 4e noodzaak van een heldere onderzoeksmethode• !nderzoeksmethoden

o 5-periment = klassieke vorm van onderzoek 4oelI 'estuderen van causale verbanden !lassiek e-periment: groepen willekeurig ingedeeld

(e?perimentele * controlegroep). 1 groep wel aaninterventieAmanipulatie 'lootgesteld, andere niet. #"hankelijkevaria'ele wordt gemeten voor en na de manipulatie voor 'eidegroepen. !p 'asis van vergelijking wordt een verschil tussen degroepen toegeschreven aan interventie.

nterne validiteit = mate waarin resultaten kunnen worden

toegeschreven aan de interventies in plaats van "outen in jeonderzoeksontwerp

5-terne validiteit = e?terne validiteit is de mate waarin deonderzoeksresultaten generaliseer'aar zijn naar andere situatiesdan die in het onderzoek.

9oor veel onderzoeksvragen is de methode niet haalaar: ethiek,niet iedereen wil meedoen niet representatie

o 5n


15/29

o 2ction research = diagnose 3 themas:

• Honcentreert zich op het doel van onderzoek: (onderzoek inactie i.p.v. onderzoek over actie)

• 4e 'etrokkenheid van de mensen in de praktijk 'ij het

onderzoek•


16/29

ecente en historische documenten zijn mogelijk %lk onderzoek dat ge'ruik maakt van gegevens in administratieve

documenten vallen onvermijdelijk onder secundairegegevensanalyse.

&n een archie"onderzoeksmethode worden ze geanalyseerd omdat

ze een product zijn van dagelijkse activiteiten en vormen daaromeen deel van de werkelijkheid die wordt 'estudeerd %en archie"onderzoeksmethode maakt onderzoeksvragen mogelijk

die gericht zijn op het verleden en de veranderingen in de loopvan de tijd

6et vermogen om de vragen te 'eantwoorden worden 'eperktdoor de aard van de administratieve gegevens en documenten

3.F eerdere methoden ge'ruiken: dataverzamelingstechnieken enanalyseprocedures com'ineren

• !&antitatief : synoniem voor elke methoden om gegevens te verzameleno" een procedure om gegevens te analyseren die numerieke gegevensgenereert o" ge'ruikt

• !&alitatief = synoniem voor elke methoden om gegevens te verzameleno" een procedure om gegevens te analyseren die niet-numerieke gegevens genereert o" ge'ruikt

• !nderzoekskeuze = manier waarop je ervoor kiest om kwantitatievemethoden en procedures te com'ineren in je onderzoekskeuze

• Monomethode = 1 kwalitatieve methoden voor het verzamelen vangegevens ge'ruiken i.c.m. kwantitatieve of kwalitatieve methoden voorgegevensanalyse

• Multimethode = meer dan 1 methode voor het verzamelen vangegevens wordt ge'ruikt, met 'ij'ehorende analysemethoden, maar o"kwalitatie" o" een kwantitatie" wereld'eeld.

• 4emengde methode = het ge'ruik van zowel kwantitatieve alskwalitatieve methoden en procedures voor het verzamelen en analyserenvan gegevens in een onderzoeksontwerp

o $emengdemethodenonderzoek: kwantitatieve gegevens wordenkwantitatie" geanalyseerd en kwalitatieve gegevens kwalitatieworden geanalyseerd

o $emengdemodelonderzoek: kwantitatieve gegevens kun jekwalitatie" maken analyseren. /walitatieve gegevens kunnenkwantitatie" worden geanalyseerd

o 9oordeel voor het kiezen van meervoudige methoden: verschillendemethoden worden ge'ruikt voor verschillende doeleinden

o eerdere onderzoeksmethoden ge'ruiken is vaak niet doordacht.o 0anneer kwantitatieve en kwalitatieve methoden worden

gecom'ineerd, wordt de kans op onverwachte uitkomsten veel grotero 4e resultaten van een onderzoek worden 'ePnvloed door de

ge'ruikte methodeo edenen om een gemengde methode te ge'ruiken: triangulatie,

"acilitering, aanvulling, veralgemening, hulpmiddel 'ij deinterpretatie, verschillende aspecten 'estuderen, puzzel oplossen

3.N 7ijdshorizonten• !nderzoek: momentopnameD EeriodeD hangt van onderzoeksvraag ar"

• omentopname tijdshorizont: d&arsdoorsnedeonderzoek o

6et 'estuderen van een 'epaald verschijnsel op een 'epaald tijdstipo 9aak ge'ruik gemaakt van en5uetemethoode


17/29

o /walitatieve methoden zijn ook mogelijk ('ijv. case-study)

• dag'oek perspectie" (periode): longitudinaal onderzoek o 6et stelt je in staat veranderingen en ontwikkelingen te 'estudereno 4e onderzoeker kan, door mensen o" ge'eurtenissen waar te

nemen, een zekere controle itoe"enen op de te 'estuderen

varia'elen, mits ze niet dor het onderzoeksproces zel" worden'einvloed.o 2asisvraag: &s er een o" andere verandering opgetreden over een

'epaalde tijdsperiodeD3.Q $eloo"waardigheid van onderzoeksgegevens

• $eloo"waardigheid van onderzoeksgegevens is 'elangrijk

• /ans verkleinen op het verkeerde antwoord het door een goedonderzoeksontwerp

• /ans verkleinen op het verkeerde antwoord:o etrou&baarheid = de mate waarin je

gegevensverzamelingstechnieken tot consistente 'evindingen

leiden Hontroleren:

• ;everen de metingen 'ij andere gelegenheden dezel"deresultatenD

• 4oen andere waarnemers gelijksoortige waarnemingenD

• &s manier waarop ruwe gegevens zijn gePnterpreteerdtransparantD

• >actoren die de 'etrouw'aarheid aantasten: subject/ ofdeelnemersfout= subject/ of deelnemersvertekening=&aarnemersfout= &aarnemersbias

o 0aliditeit = o" de resultaten werkelijk over datgene gaan waarover

ze lijken te gaan >actoren die validiteit kunnen aantasten:

• $eschiedenis

• 7ests (het meten zel" is van invloed op het eindresultaat)

• &nstrumentatie (verschillen in meetresultaat doorveranderingen in het meetinstrument)

• ortaliteit (uitvallen van deelnemers)

• aturatie (veranderingen die automatisch plaatsvinden inde tijd)

• #m'iguiteit omtrent de causale richtingo $eneraliseer'aarheid (e?terne validiteit)

o ;ogische sprongen en verkeerde aannames: het onderzoeksontwerpzal ge'aseerd zijn op een logische gedachtegang en op een reeksaannames.


18/29

Hoofdstuk > Onderhandelen over toegang en

onderzoeksethiek G.1 &nleiding

• 7oegang tot gegevens en ethische aspecten zijn van cruciaal 'elang voorhet slagen van elk onderzoeksproject.

G. Ero'lemen rond het verwerven van toegang• Erimaire o" secundaire gegevens verzamelenD hangt a" van de toegang

tot geschikte 'ron• @oms is toegang tot gegevens moeilijk:

o !rganisaties en groepen personen zijn niet 'ereid om toegang teontwikkelen vanwege de 'enodigde middelen en tijd.

o 9erzoek tot toegang en medewerking wekt de 'elangstelling niet vande persoon die het verzoek krijgt o" van de poort&achter

Eersoon ziet waarde van het werk niet #ard van het onderwerp is gevoeligA'ezorgdheid over de

vertrouwelijkheid 7wij"els over geloo"waardigheid enAo" competentie

o oeilijke situatie vanwege interne o" e?terne ge'eurtenissen die nietsmet het verzoek te maken he''en

• #ndere niveaus van toegang verkrijgen waarmee je rekening moet houdenis een voortdurend proces. vormen:o 6et regelen van toegang 'lij"t zich herhalen (steeds opnieuw)o 4e mensen van wie je de gegevens wilt verkrijgen, zijn niet de

mensen over wie je met de poortwachter overeenstemming he't'ereikt 'ij je vraag om toegang

• /un je een representatieve steekproe" van deelnemers verkrijgen, zodat deresultaten 'etrouw'aar zijn )cognitieve toegang = alleen "ysieke

toegang tot het 'edrij" is niet voldoende)• vragen:

o 0elke toegang he' je nodig en in welke vormDo /un je wel voldoende toegang krijgenDo 'eiden zijn aan elkaar gekoppeld wat 'etre"t duidelijkheid

• 7oegang is pro'lematisch wat 'etre"t: het verkrijgen van toegang,'ehouden ervan en ruimte cre+ren om de onderzoeksvragen te'eantwoorden uitvoer'aarheid is leidend principe (kunnen 'otsen metleidende principes voor goed onderzoek)

• Bohnson: het opzetten van een onderzoek kan in de praktijk kan 'etekenendat je eerst nagaat waar je kans he't op toegang om vervolgens een

onderwerp te vinden dat past 'ij de speci8eke toegang.• 0il je toegang verkrijgen tot onlinegemeenschappen, dan moet je eerst

geschikte online "orums vinden:o ulletin boards: opgezet rond 'epaalde producten, diensten o"

levensstijleno Onafhankelijke &ebpagina:s: communiceren van consument tot

consumento 5/maillijsten: opgezet rond 'epaalde themaso ,hatrooms

• 4e aard van deze toegangspro'lemen kan ook vari+ren a"hankelijk van jestatus. $e'rek aan status 'etekent dat het verkrijgen van "ysieke toegang

'lij"t een voortdurend pro'leem en speelt een rol 'ij het onderhandelenover voortdurende en cognitieve toegang.


19/29

• %?terne onderzoekers moeten vertrouwen op de goodwill van deorganisatieAgroep M leden.

• %en intern onderzoeker o" participerend onderzoeker he' je nogsteeds te maken met toegangspro'lemen, alhoewel anders als die vane?terne onderzoekers cognitieve toegang: argwaan van

onderzoekdeelnemers rangstatus t.o.v. onderzoekdeelnemers.• @trategie+n voor persoonlijke toegang tot een organisatie (minder van

toepassing als je geen "ysieke toegang nodig he't tot secundairegegevens):o orgen voor achtergrondkennis over de organisatieAgroep voordat je

contact legto Bezel" voldoende tijd gunneno 2estaande contacten ge'ruiken en nieuwe contacten op'ouweno 4uidelijk maken om wat voor soort toegang en welk doel het gaato 2ezwaren vanuit de organisatie wegnemeno ogelijke voordelen voor de organisatie 'elichteno Eassende taal ge'ruikeno eageren gemakkelijk(er) makeno @tap voor stap toegang verwerveno $eloo"waardig overkomeno !penstaan voor waardevolle onverwachte ge'eurtenissen

G.3 !nderzoeksethiek en waarom je ethisch zou moeten handelen

Onderzoeksethiek = hoe we onderzoek doen op een moreelverantwoorde manier.

4e manier waarop je onderzoek doet moet methodologisch gezond enmoreel verdedig'aar zijn tegenover allen die 'ij het onderzoek zijn'etrokken.

!" het moreel verdedig'aar is wordt 'ePnvloed door 'redere socialegedragsnormen (sociale norm = welk gedrag een persoon in eenspeci8eke situatie 'ehoort te vertonen)

&n het onderzoek op ge'ied van het 'edrij"sleven en management zijn er overheersende 8loso8sche standpunten:o Deontologisch standpunt = de doeleinden van je onderzoek kunnen

nooit het ge'ruik van onethisch onderzoek rechtvaardigeno *eleologisch standpunt: doeleinden van je onderzoek rechtvaardigen

de middelen 4e manier waarop je je onderzoek uitvoert, wordt geleid door een

ethische code (lijst met principes en procedures voor het uitvoeren vanonderzoek) ethische commissie controle

#lgemene ethische kwesties he''en te maken met:o Erivacy van deelnemerso 9rijwillige karakter van de deelname en het recht om zich terug te

trekkeno 7oestemming van deelnemers en hun eventuele misleidingo 6andhaven van de vertrouwelijkheid van gegevens en het 'ewaren van

anonimiteito eacties van deelnemers op de manier waarop je gegevens pro'eert te

verzameleno %ect op de deelnemers van de manier waarop je gegevens ge'ruikt,

analyseert en rapporteerto $edrag en o'jectiviteit


20/29

?etti


21/29

Hoofdstuk @ Secundaire gegevens gebruikenN.1 &nleiding• Secundaire gegevens: gegevens die al eerder zijn verzameld (kan voor

onderzoeksvragen 'eantwoorden opnieuw worden geanalyseerd) ruwe

gegevens en samenvattingen• 2edrijven verzamelen veel gegevens en slaan deze op voor ondersteuning

van activiteiten.• !nderzoeksorganisaties voor consumenten verzamelen gegevens die door

hun klanten worden ge'ruikt.• 2eroepsorganisaties verzamelen gegevens van hun leden die vervolgens

worden 'ijeengevoegd en gepu'liceerd.• @ommige gegevens zijn alleen verkrijg'aar 'ij de 'edrijven die ze produceren

onderhandelen over toegang tot die gegevensN. @oorten secundaire gegevens en hun ge'ruik in onderzoek:• .u&e gegevens (weinigAgeen 'ewerking) o" gecompileerde gegevens

•

@ecundaire gegevens:o 4ocumentair

@chri"telijk materiaal


22/29

o Mogelijk minder middelen nodig: tijd en geldo Onopvallend: luistervinken. 2eter dan gegevens die je zel" zou

verzamelen.o Aongitudinale studies kunnen uitvoebaar zijn: tijds'eperkingen. 0el

opletten op welke gegevens je ge'ruikt. 6andig voor regionale o"

internationale vergelijkingen.9ergelijkingen die ge'ruikmaken van niet-gepu'liceerde gegevens zijn duur. !nderzoek is a"hankelijk van toegang die je krijgt van de eigenaren van de gegevens.

o !unnen gegevens leveren &aarmee eigen gegevens kunnen&orden vergeleken en in een conte-t geplaatst: nuttig omverzamelde gegevens te vergelijken met secundaire gegevens. &n eenalgemene conte?t plaatsen o" trianguleren.

o !unnen resulteren in onvoorziene ontdekkingeno Duurzaamheid van gegevens: kunnen door anderen worden

gecontroleerd. Be gegevens en onderzoeksresultaten staan meer open vooreen kritisch onderzoek door derden.

•


23/29

• @teekproe": methode, steekproeout, responspercentage

• @ommige documentaire 'ronnen he''en geen "ormele methodologie 'etrouw'aarheid moeilijk vast te stellen. 9aak in conte?tgeschreven.

• 2ij een compilatie van gegevens oet er aandacht worden 'esteed aan

de vraag hoe de gegevens geanalyseerd zijn en hoe de resultaten zijngerapporteerd• 6oe verder je van de originele 'ron, des te moeilijker om de kwaliteit

te 'eoordelen eetvertekening:

• !pzettelijke vertekening van gegevensI moeilijk op te sporeno kruislcontroleveri8catie: vergelijken met andere

ona"hankelijke 'ronnen• 9eranderingen in de manier waarop gegevens worden verzameld

(longitudinaal)o ) /osten en 'aten

/osten voor het verkrijgen van gegevens moeten vergelijk'aar zijn metde 'aten #ls de gegevens al op de computer staan 'espaart dit veel tijdI niet zel"

invoeren


24/29

Hoofdstuk B 'rimaire k&antitatieve gegevens verzamelen

met behulp van gestructureerde &aarnemingR.1 &nleiding

• Erimaire kwalitatieve gegevens verzamelen:o $estructureerd waarnemeno $estructureerd interviewen

R. $estructureerde waarneming: inleiding• %en goed onderzoeksontwerp dat op duidelijke onderzoeksvragen en J

doelstellingen is ge'aseerd moet zeer systematisch zijn.• &n hoge mate een vooropgezette structuur. #"standelijke positie, want het

gaat om kwanti8ceren van gedrag.• 6et is een deel van de methode om gegevens te verzamelen.

• @ituaties waarin gestructureerde waarneming kan worden ge'ruikt:o 2eschrijvend onderzoeko &n werkomgevingo &nternet: niet-invasie" en geen vertekening door waarnemer.• 9oordelen:o /an door iedereen worden gedaan uit'estedeno 2etrouw'are resultaten door herhaal'aarheido


25/29

• 'roefpersoonfoutI kies personen die in zo veel mogelijk opzichtennormale voor'eelden zijn van de populatie die je 'estudeerd

• *ijdfout: het is van 'elang dat de tijd waarop je de waarneminguitvoert geen gegevens oplevert die niet karakteristiek zijn voor detotale tijdsperiode waarin je 'ent gePnteresseerd.

•

"aarnemereCect: de waargenomen persoon verandert gedragomdat hij zich ervan 'ewust is dat hij wordt waargenomen.9oorkomen: minimale interactie en ge&enning.

R. $estructureerde interviews• 4estructureerde intervie&s )of+ k&antitatieve onderzoeksintervie&s%:

vraag voorlezen, noteren op standaardschema, meestal met voora"gecodeerde antwoorden.

• @teekproe":o 9ragenlijsten gedrukt o" so"tware geprogrammeerd en getesto Hontact opnemen met respondenten en zeggen wanneer ze 'ezoek kunnen

verwachten van interviewero

(grootschalige en5uStes) steekproe" op'reken in deleno Eersoonlijk contact opnemen met (potentiele) respondenten, tijd vastleggen

en vastleggen o" interview welAniet is a"gerondo islukte contacten minstens ? pro'ereno espondenten 'ezoeken op a"gesproken tijden

R.3 6et ge'ruik van vragenlijsten• 0ragenlijsten vaak ge'ruikt 'ij de en5uStes, maar kan ook 'ij e?perimenten

en casestudys.• $estructureerde interviews en tele"onische vragenlijsten, maar ook situaties

zonder dat er een interviewer aanwezig is.• %Kciente manier om antwoorden te verzamelen uit een grote steekproe",

voora"gaand aan een kwantitatieve analyse.• Ero'lemen: 6et is wel moeilijk om een goede lijst op te stellen want je kunt

mensen niet heel gemakkelijk nogmaals te 'enaderen.• esponspercentages, validiteit en 'etrouw'aarheid ma?imaliseren:

o &ndividuele vragen zorgvuldig opstelleno >ormulier duidelijke lay-outo 6eldere uiteenzetting over doel vragenlijsto ;ijst eerst testeno #dministratie plannen en uitvoeren

• %erst je methoden kiezen voor het verzamelen van gegevens die geschikt zijnvoor je onderzoek om te kijken o" vragenlijsten geschikt zijn. (


26/29

o 6et 'elang van het 'ereiken van een 'epaalde persoon als respondento 6et 'elang van de voorwaarde dat antwoorden niet verstoord o" vervormd

zijn.o !mvang van steekproe" die je nodig he't voor analyse (let op verwachte

responsT)o

@oorten vragen die je moet stellen voor 'enodigde gegevenso #antal vragen die je moet stellen

• %lke vervorming van de antwoorden van respondenten zal de'etrouw'aarheid verminderen, 'ijvoor'eeld niet/genformeerde respons.

• 6et soort vragenlijst dat je kiest zal van invloed zijn op het aantal personendat deze invult. 4e omvang van je steekpreo" en de manier waarop deze isgekozen, zullen van 'elang zijn voor het vertrouwen dat je in je gegevens kanhe''en en in de mate waarin je deze kan generaliseren.

• ;angere en comple?ere vragenlijsten: het 'este als gestructureerd interview

• /euze voor een soort vragenlijst zal worden 'ePnvloed door de middelen die jetot je 'eschikking he't:o

7ijdo >inanci+le conse5uenties van verzamelen * invoeren gegeven (nvt 'ij H#@&,

H#E& o" H#7&)o 2eschik'aarheid personeelo $emak van automatiseren gegevensinvoer

• 2esluiten welke gegevens moeten worden verzameldo %isen met 'etrekking tot het onderzoeksontwerp

4e vragen moeten nauwkeurig worden gesteld. 4e steekproe" moet zo representatie" mogelijk zijn voor je populatie 6et is 'elangrijk om juiste kenmerken te kiezen om je onderzoeksvragen

te 'eantwoorden en doelstellingen te kunnen realiseren literatuur

'estuderen en idee+n met anderen 'espreken. !p de hoogte zijn van 'edrijven waarin onderzoek wordt uitgevoerd en'ij een internationaal en intercultureel onderzoek op de hoogte zijn vanculturen.

6et moet duidelijkheid 'estaan over welk soort ver'anden er volgens joutussen varia'elen staan:• #"hankelijke varia'ele: verandert als reactie op andere varia'elen

• !na"hankelijke varia'ele: veroorzaakt verandering

• %?terne varia'ele: kan veranderingen in a"hankelijke varia'eleveroorzaken (alternatieve verklaring)

• @oorten varia'elen:

1. Meningvariabelen: hoe respondenten ergens over denkenAmening. 4edragsvariabelen: data over wat personenA'edrijvendedenAdoenAzullen doen

. !enmerkvariabelen: gegevens over kenmerken van de respondenteno $aranderen dat de essenti+le gegevens worden verzameld

$egevensvoorwaardeta'el opstellen:

• 4oel onderzoek: 'eschrijvend o" verklarendD

• !nderzoeksvragen en Jdoelstellingen in speci8eke onderzoeksvragenverdelen

• %ventueel e "ase herhalen indien niet speci8ek genoeg

• 2epaal de varia'elen waarover je gegevens moet verzamelen om alle

vragen te 'eantwoorden• 2epaal hoe de gegevens voor elke varia'ele moeten worden gemeten


27/29

• !ntwikkel meetvragen om de gegevens te verzamelen op het niveauvan gegevens die vereist zijn voor elke varia'ele

!nderzoekende vragen: vragen die je moet 'eantwoorden om elkeonderzoeksvraag te kunnen 'eantwoorden en elke doelstellingen tekunnen realiseren. Be met deze voor je onderzoeksvragen en J

doelstellingen 'edenken. 7a'el compleet controle om er zeker van te zijn dat alle gegevens die

nodig zijn om de onderzoeksvragen te 'eantwoorden hierin zijnopgenomen.

• 4e vragenlijst opstellen:o >asen die moeten worden doorlopen als een vraag valide en 'etrouw'aar

moet zijn: !nderzoeker weet welke in"ormatie nodig is en stelt de vraag op espondent 'egrijpt de vraag op de manier zoals door de onderzoeker is

'edoeld espondent 'eantwoordt de vraag !nderzoeker 'egrijpt het antwoord op de manier zoals door de

respondent is 'edoeldo 9aliditeit 'eoordelen:

nterne validiteit = vermogen van vragenlijst om datgene te meten dat je wilt meten

!nderzoekers omzeilen dit pro'leem door naar ander relevant'ewijsmateriaal te zoeken dat de antwoorden 'evestigt die met devragenlijst zijn verkregen.

,ontentvaliditeit = de mate waarin het meetinstrument (vragenlijst)de onderzoeksvragen voldoende dekt

,riteriumvaliditeit = het vermogen van het meetinstrument(vragenlijst) om nauwkeurige voorspellingen te doen

,onstructvaliditeit = de mate waarin je meetvragen werkelijk deaanwezigheid meten van die 'egrippen waarvan je wilt dat ze die meten

• 2etrouw'aarheid (consistentie) testeno %en vragenlijst moet 'etrouw'aar zijn om valide te zijno #nalyse wordt na het verzamelen van de gegevens uitgevoerd, maar je

moet er al rekening mee houden tijdens het opstllen van je vragenlijst: *est/hertest: gegevens te correleren met gegevens van dezel"de

vragenlijst die zijn verzameld onder gelijkwaardige voorwaarden vragenlijst ? laten invullen

nterne consistentie: correleren van de antwoorden op elke vraag inde vragenlijst met de antwoorden op andere vragen in de vragenlijst

2lternatieve vorm: antwoorden vergelijjken met alternatieve vormenvan dezel"de vraag o" groep vragen (controlevragen)

• &ndividuele vragen opstellen:o !nderzoekers doen een van de volgende drie dingen:


28/29

o 4esloten vragen: alternatieve antwoorden waar respondent wordtgevraad te kiezen ;ijstvragen: lijst met mogelijkheden waar uit gekozen kan worden Hategorie-vragen: 1 antwoord kiezen uit een lijst categorieen angorde-vragen: iets in volgorde te plaatsen

@chaal o" 'eoordeling: 'eoordelingssysteem om de antwoorden vast teleggen• Aikert/schaal: in hoeverre de respondent eensAoneens is met een

vraag• ?umerieke beoordelingsschaal: getallen komen overeen met

mening• Semantische/diCerentiatieschaal: vaak in consumentenonderzoek

om de meningen te peilen. eeks 'ipolaire 'eoordelingsschalen. /wantiteitsvraag: antwoord is een getal, dat een hoeveelheid aangee"t atri?vragen: waar'ij antwoorden op o" meer vragen in 1 rooster

kunnen worden vastgelegdo

>ormulering van vragen is 'elangrijko 9ragen in andere talen vertalen:

• ;e?icale 'etekenis: precieze 'etekenis van individuele woorden

• &diomatische 'etekenis: 'etekenis van een groep woorden

• %mpirische 'etekenis: e5uivalentie van 'etekenissen van woorden enzinnen voor mensen in hun dagelijkse ervaringen

• $rammaticao 9ragen coderen: indien gegevens met de computer worden geanalyseerd

9oor kwantiteitsgegevens: "eitelijke getallen. #ndere vragen:coderingsschema opstellen. !pen vragen vereisen een comple?erecodeercode dan gesloten vragen

•9ragenlijst ontwerpeno 9olgorde en verloop: logisch

9erloop van vragen vergemakkelijken 8ltervragen 9ragen aan het 'egin makkelijk te 'eantwoorden, vragen in 'egin

relevant, comple?ere vragen in het midden, persoonlijke en gevoeligevragen aan het eind en duidelijk uitgelegd, duidelijke route vragenlijst,vragen in groepen verdeeld, "ormulering goed

o !pmaak: oplezen en invullen van vragen moet makkelijk zijn. #antrekkelijk,niet lang lijken.

o aak de vragenlijst niet langer dan strikt nodig is voor vragen endoelstellingen

•

itleggen wat het doel van de vragenlijst iso 2egeleidende 'rie" stureno 9ragenlijst introduceren (geldt ook voor vragen via internet en intranet)

4uidelijk en 'eknopt uitleggen waarom je wilt dat de vragenlijst wordtingevuld

4uidelijke, neutrale titel die het onderwerp aangee"t en deze interessantmaakt

!ndertitel die het onderzoekskarakter van het onderwerp aanduidt


29/29

o $een pro'lemen met het vastleggen van de gegevenso &nzicht in validiteit en 'etrouw'aarheido 9oor vragenlijsten op kleinere schaal is er waarschijnlijk niet genoeg tijd en

middelen om dit goed te doen, maar het is 'elangrijk dat het wel ge'eurt.o 9oor zel" in te vullen vragenlijsten kan in"ormatie worden verkregen voor

eventuele pro'lemen door respondenten nog een korte e?tra vragenlijst uitte leggen.o 9ragenlijsten die door de interviewer worden ingevuld moeten ook getest

worden.• 4e vragenlijst aan'ieden:

o %thische code is 'elangrijko 0elke methoden je ge'ruikt om het responspercentage zo groot mogelijk te

maken zal a"hangen van de manier waarop je je vragenlijst aan'iedt. !nlinevragenlijsten: duidelijk tijdschema, respons a"hankelijk van

motivatie van de ontvanger, duidelijk vragenlijstontwerp, via mail o"we'site, geen spam, niet naar meer dan L mensen tegelijk, niet naarmeerdere mailinglijsten versturen (sommigen krijgen de mail dandu''el), vermijd het ge'ruik van 'ijlagen, lage responspercentages,moeilijk om representatieve steekproe" te krijgen• ail: contact lijstAlink 1e "ollow-up e "ollow-up e "ollow-up

• &nternet: we'site vragenlijst online, hyperlink adverteren in 'redekring gegevens'estanden automatisch 'ewaren en zorgen datiemand een lijst niet meerdere keren kan invullen e-mail sturen met'edank herinneringsmail

9ragenlijst per post: goedgeschreven 'egeleidende 'rie", goed ontwerp,duidelijk tijdschema, goed uitgevoerd administratieproces• >asen: a"drukken en adresseren contact opnemen lijst M 'rie"

sturen 1e "ollow-up: 'edank de respondenten en stuur herinneringen e "ollow-up na weken, kopie vragenlijst e "ollow-up: genoegtijd en laag responspercentage.

9ragenlijsten die worden uitgereikt en opgehaald: lijkt op vragenlijstenper post, "ollow-up is niet nodig, hoge responspercentages

7ele"onische vragenlijst

• >asen: vragenlijsten a"gedrukt contact met respondenten dat zetele"oon kunnen verwachten respondent 'ellen, goede administratie nog ? pro'eren terug'ellen

Documents

Methoden en Technieken Van Onderzoek Samenvatting