VSF magazine 1 - 2012

N

Ondersteuningstrajectbeleidsplanning

Laagdrempelige sportclub

Vrijwilligerswerk 2.0

Spoka: win een sportinitiatie met de ganse klas!

Antidopingbeleid

Ethisch Verantwoord Sporten

Laagdrempeligheid in de sportsector

janu

ari -

febr

uari

- m

aart

2012

-

a

fgift

ekan

toor

Gen

t X

-

P30

3166

M

1.2012

magazine

E

ultimove

vi Van Acker

ieuwsbrieven

.be

.be

Waag

jij

ook

de s

pron

g me

t Sp

oka?

Zo b

egon

nen

zij...

meter

Kari

n Donckers

peter S

eppe S

mits

Spok

a is

een

initi

atief

van

Surf

naar

www.sp

oka.b

e en

vind ee

n sp

ortk

amp

op jouw

maat!

met steun

van

onze

gouden

partn

ers

aren

aY

OU

R C

OA

CH

IN

SP

OR

TS I

NS

UR

AN

CE

6 Nieuwe uitdagingen in het vrijwilligersbeleid

9 Rechte koers naar Londen

11 Spoka: win een sportinitiatie met de ganse klas!

12 Ondersteuningstraject Beleidsplanning

14 www.laagdrempeligesportclub.be

17 Antidopingbeleid. Recente ontwikkelingen in Vlaanderen

19 Multimove voor kinderen

22 Infosessie Ethisch Verantwoord Sporten

23 VSF Online

24 Spelregels voor digitale nieuwsbrieven

19 22 9

in dit nummer

6

ColofonVSFmagazineTijdschrift van de Vlaamse Sportfederatie vzwNummer 1 - 2012 - jaargang 19verschijnt vier maal per jaar

Verantwoordelijke UitgeverGeraldine MattensZuiderlaan 13 - 9000 Gent

HoofdredactieGeraldine Mattens

EindredactieGrace Hellinckx

RedactieteamGeraldine Mattens - Sophie Cools - Tim Lamon - Sofie De Bock - Leen Magherman - Sara Pannecoucke - Grace Hellinckx

Vormgeving Grace Hellinckx

DrukNevelland Graphics cvba-soIndustriepark - Drongen 219031 GentTel. 09 371 57 16Fax 09 371 87 [email protected]

Redactie adres - Advertenties - AbonnementenVlaamse Sportfederatie vzwZuiderlaan 139000 GentTel. 09 243 12 90Fax 09 243 12 [email protected]

Abonnementsprijs 15 euroGedrukt op 600 exemplaren

CopyrightNiets uit deze uitgave mag worden gereproduceerd door middel van boekdruk, foto - offset, fotokopie, microfilm of welke andere methode dan ook, zonder schriftelijke toestemming van de VSF.

voorzitter aan het woord

Laagdrempeligheid. Een term die men in de sportsector steeds vaker hoort terugkomen. Naast kwaliteit, lijkt laagdrempeligheid een tweede belangrijke sleutel tot succes in de realisatie van de sportparticipatie doelstellingen van de Vlaamse over-heid en de Vlaamse sportsector. Het verlagen van drempels moet nagestreefd worden doorheen alle geledingen van de sportsector, op-dat de uiteindelijke doelstelling, zoveel mogelijk mensen in de beste omstandigheden aan het sporten te zetten, kan verwezenlijkt worden.

Zo is het, in het kader van hun actuele beleidsplanningsproces, cruciaal dat sportfederaties aandacht hebben voor haalbare en concrete doelstel-lingen rond clubondersteuning. In het kader van het beleidsplanningstra-ject dat de Vlaamse Sportfederatie in 2012 aan haar leden aanbiedt, krij-gen de sportfederaties de kans om zich, samen met diverse experts, over deze belangrijke premisse tot succes te buigen. Naast een inhoudelijke laagdrempeligheid, is het echter ook belangrijk dat sportfederaties hierover op een duidelijke en transparante manier communiceren met hun doelpubliek. Het voeren van een efficiënt com-municatiebeleid is bijgevolg geen overbodige luxe in een federatie. In dit magazine geven we alvast handige tips rond het opstellen van een digitale nieuwsbrief.

Uiteraard dient de sportclub zelf ook laagdrempelig te zijn. Toegankelijk-heid dekt echter vele ladingen. Zo wordt van de sportclub verwacht dat het sportaanbod voor zoveel mogelijk doelgroepen wordt opengesteld. Voor vele sportclubs, waarvan de werking doorgaans steunt op het enga-gement van vrijwilligers, lijkt het vaak onbegonnen werk om toegankelijk te zijn voor de diverse geledingen van de maatschappij (jongeren, oude-ren, allochtonen, kansarmen, …). Toch volstaan vaak een aantal eenvou-dige ingrepen al om heel wat drempels tot de sportclubparticipatie te ver-lagen. Verderop in dit blad lees je meer over de manier waarop sportclubs de zogenaamde participatiedrempels kunnen wegnemen en weghouden. Ook in dit nummer, leer je meer over het nieuwe project Multimove, dat als doelstelling heeft een laagdrempelig sportaanbod voor jonge kinde-ren te ontwikkelen. Laagdrempeligheid moet er echter niet alleen voor de (potentiële) sporters zijn. Ook het broodnodige vrijwilligerswerk in de sportsector, moet toegankelijk zijn en blijven. In de huidige maatschappe-lijke context, waarin er steeds meer druk op de mensen wordt gelegd en waarin alles complexer wordt, is dit nochtans geen vanzelfsprekendheid. Sportfederaties en sportclubs dienen bijgevolg ook werk te maken van een modern en aantrekkelijk vrijwilligersbeleid, om ook de drempels tot het vrijwilligerswerk in de sport weg te werken. In dit magazine staan we, na afloop van het Europees Jaar voor het Vrijwilligerswerk 2011, stil bij de kernwaarden van het vrijwilligersbeleid anno 2012.

Willy PennoitVoorzitter

1 Infosessie Ethisch Verantwoord Sporten - maandag 23 januari 2012

2 Startsessie beleidsplanningsproces - maandag 30 januari 2012 3 Infoavond Multimove

voor kinderen, Gent - dinsdag 28 februari 2012 4 Ondersteuningstraject Beleidsplanning, sessie 1 -

donderdag 1 maart 2012 5 EU-project: Symposium Larnaca - maandag 6 en dinsdag 7 februari 2012

3

in beeld

1 2

4

5

Vrijwilligerswerk 2.0

GERALDINE MAT T ENS

6 VSFmagazine 1.2012

Nieuwe uitdagingen in het vrijwilligersbeleid

2001 en 2011. Twee sleuteljaren

voor het vrijwilligerswerk. 2001

werd door de Verenigde Naties uit-

geroepen tot Internationaal Jaar

van de Vrijwilliger, om wereldwijde

aandacht op het belang van het

vrijwilligerswerk te vestigen. Tien

jaar later, werd 2011 het Europees

Jaar voor het Vrijwilligerswerk “als

middel tot Actief Burgerschap” uit-

geroepen door de Europese Com-

missie. Wat brachten deze twee

jaren en het decennium ertussen

nu teweeg op het vlak van vrijwilli-

gerswerk in België en Vlaanderen?

En is alles hiermee gezegd en ge-

daan of is een vervolgtraject nood-

zakelijk?

IYV 2001: een moei-lijke start in BelgiëIn 2001 kreeg het vrijwilligerswerk voor het eerst internationale aan-dacht, toen de Verenigde Naties (VN) het Internationaal Jaar van de Vrijwilliger (IYV2001) uitrie-pen. Elke lidstaat van de VN kreeg de mogelijkheid om een Nationaal Comité op te richten dat zich over het vrijwilligerswerk kon buigen om desgevallend passende beleids-maatregelen voor te stellen. België

miste hier aanvankelijk de boot. Een zekere politieke desinteresse voor het thema en meningsver-schillen tussen de vertegenwoor-digers van het vrijwilligerswerk in de verschillende gemeenschappen, stonden de oprichting van een Na-tionaal Comité in de weg. Ondanks deze valse start, kwam er in 2001 alsnog een zekere dynamiek rond het thema op gang in ons land. De Hoge Raad voor Vrijwilligers werd opgericht en er werd weer actief nagedacht over een federale vrij-willigerswetgeving.

2005: een statuut voor de vrijwilliger In de nasleep van het IYV 2001, kwam voor België in juli 2005 de Vrijwilligerswet tot stand. Hoewel ze zeker niet perfect is, heeft deze wetgeving de grote verdienste een

Flickr: Lucas Ninno

7

vrijwilligers

VSFmagazine 1.2012

duidelijk statuut aan de vrijwilliger toe te kennen. Zowel voor de vrij-willigersorganisaties als voor de vrijwilligers zelf geeft de wet een vorm van rechtszekerheid. Elkeen kent immers zijn rechten en plich-ten. Met deze wet wordt het vrij-willigerswerk in ons land erkend, en de inbouw van een duidelijk sy-steem van onkostenvergoedingen en van een belangrijke aansprake-lijkheidsbeperking voor de vrijwil-liger, heeft zeker de drempels voor het verrichten van vrijwilligers-werk verlaagd.

2001-2011: sectorale beleidsinitiatieven in VlaanderenVlaanderen heeft traditioneel steeds een sterk verenigingsleven gekend, met de nodige aandacht voor vrijwilligerswerk. Het IYV 2001 zorgde er echter voor dat naast het werken middenveld, ook de beleidsmakers aandacht voor het vrijwilligerswerk toonden. Over de verschillende relevante beleidsdomeinen heen (sport, wel-zijn, jeugd, cultuur, …) gaven de Vlaamse ministers in hun beleids-nota’s en –brieven het vrijwilligers-werk een vaste stek. Dit leidde tot verschillende sectorale projecten rond de ondersteuning van vrijwil-ligerswerk. Voor de sportsector re-sulteerde dit onder andere in het Dynamo Project, dat managemen-tondersteuning biedt voor vrijwil-lige sportclubbestuurders.

EYV 2011: een ander debatToen de Europese Unie 2011 uit-riep tot Europees Jaar voor het Vrijwilligerswerk, bakende de Eu-ropese Commissie ook meteen vier doelstellingen af voor dit Jaar:

1. Het bevorderen van de ondersteuningsinfrastructuur voor vrijwilligerswerk in Europa.

2. Het verbeteren van de kwaliteit (en de organisatie) van het vrijwilligerswerk.

3. De erkenning van het vrijwilligerswerk.

4. De bewustwording over en de waardering van het vrijwilligerswerk.

Vlaanderen kon, in tegenstelling tot 2001, deze keer wel een trek-kersrol opnemen tijdens dit EYV 2011. Het Vlaams Steunpunt Vrij-willigerswerk (VSVW) werd voor Vlaanderen Nationaal Coördina-tieorgaan (NCO) en realiseerde in 2011 een Nationaal Programma dat gebaseerd was op twee pijlers. Eerst en vooral wilde het VSVW met haar acties een duurzaam ef-fect creëren, zodat er ook na afloop van het EYV een zekere nalaten-schap voor het vrijwilligerswerk zou ontstaan. Dit werd gerealiseerd door de ontwikkeling van een goede praktijkenbank en een instrument om de kwaliteit van het vrijwilli-gerswerk te verhogen. Anderzijds wenste het VSVW het EYV 2011, en de media-aandacht die hiermee gepaard gaat, aan te wenden om de diversiteit van het vrijwilligerswerk in de verf te zetten. Tijdens de verschillende Europese conferenties en Vlaamse discussie-groepen, die tijdens het EYV 2011 plaatvonden, bleek dat deze diver-siteit op twee niveaus te onder-scheiden valt. Niet alleen is de visie op en de organisatie van vrijwilli-gerswerk zeer divers in de verschil-lende Europese lidstaten, maar ook in eigen land is er sprake van een echt lappendekken aan vrijwilli-gersorganisaties én vrijwilligers. Deze diversiteit maakte de debat-ten over vrijwilligerswerk op Euro-pees niveau op zijn minst interes-sant. Daar waar lidstaten met een jonge, nog groeiende traditie op het vlak van vrijwilligers een sterk regulerende rol van de EU ver-wachten, pleiten landen met een sterker verenigingsleven vooral voor een faciliterende rol van de EU wanneer het om de ondersteu-ning van vrijwilligerswerk gaat. Zij verwachten van de EU dat zij uitwisseling van goede praktijken en kennis faciliteert via transnatio-nale ondersteuningsprogramma’s, maar wenst de EU zeker geen regu-lerende rol te zien opnemen op het

vlak van vrijwilligerswerk.

Doorheen het EYV 2011 toon-den de Europese instellingen een groeiende interesse voor het vrij-willigerswerk. Zo publiceerde de Europese Commissie een Commu-nicatie over het vrijwilligerswerk en kwam er vanuit de Raad van de Europese Unie een beleidstekst over de rol van vrijwilligerswerk in sociaal beleid en in de sport1. De in-steek van deze teksten is echter nog te vaak economisch georiënteerd. Zo wordt het vrijwilligerswerk in deze teksten nog te vaak geïnstru-mentaliseerd, en te vaak gezien als bijvoorbeeld opstap naar de ar-beidsmarkt of als lapmiddel om het gebrek aan professionele krachten in de groeiende zorgsector te com-penseren.

Het middenveld zal, idealiter met actieve ondersteuning van Europe-se parlementsleden, in de loop van de komende jaren zelf een duidelij-ke visie over de rol van vrijwilligers-werk in de Europese samenleving moeten ontwikkelen om zo mee het Europese beleid hierover uit te tekenen en ervoor te zorgen dat de essentie van vrijwilligerswerk niet wordt herleid tot een louter econo-misch gegeven.

2012: Vrijwilligers-werk 2.0Sinds de inwerkingtreding van de Vrijwilligerswet in 2005, lag de focus van de doorsnee vrijwilligers-organisatie vooral op een correcte implementatie van deze wet. Nu de mechanismen van deze regelge-ving stilaan ingeburgerd zijn, wor-den de organisaties met nieuwe uitdagingen geconfronteerd. Re-crutering, motivering, kwaliteits-zorg en behoud van vrijwilligers zijn vandaag de hete hangijzers. Hoewel recent cijfermateriaal aan-geeft dat het vrijwilligerswerk in Vlaanderen vrij stabiel blijft, en er dus niet echt sprake is van een da-ling van het aantal vrijwilligers, kampen heel wat organisaties toch met rekruteringsproblemen. Dit kan te wijten zijn aan tal van fac-

Flickr: Lucas Ninno


toren die zowel betrekking kunnen hebben op de organisatie zelf (geen of weinig naambekendheid, het soort activiteiten, …) als op de vrij-williger. De huidige maatschappe-lijke context, waarbij het individu steeds meer moeite ondervindt om het juiste evenwicht tussen werk en gezin te vinden, heeft bijvoorbeeld tot gevolg dat mensen steeds meer opteren voor een vrijwillig engage-ment op maat. Dit betekent dat vrijwilligersorga-nisaties hun aanbod hierop moeten afstemmen, willen ze voldoende vrijwilligers warm maken en hou-den voor hun project.

Naast flexibiliteit in aanbod, wordt kwaliteitszorg ook steeds meer een determinerende succesfactor in het vrijwilligersbeleid van een organi-satie. In het kader van de zoektocht van het individu naar verschillende niveaus van meerwaarde in het vrijwilligerswerk, is de mogelijk-heid tot competentieontwikkeling via het vrijwillige engagement, een zeer interessant gegeven. Organisaties staan bijgevolg voor de uitdaging om een kwaliteitsvolle omgeving aan te bieden aan hun vrijwilligers, waarin zij vaardighe-den en kennis kunnen vergaren en op deze manier een zinvol en ver-rijkend engagement kunnen aan-gaan.

Flexibiliteit en kwaliteitszorg kun-nen een organisatie dus onder-scheiden op de zeer diverse en ruime vrijwilligersmarkt. Gemakkelijker gezegd dan gedaan, denken deze vrijwilligersorganisa-ties vaak terecht. (Koepel)organisaties die vrijwil-ligersorganisaties ondersteunen, staan bijgevolg ook voor een inte-ressante en uitdagende evolutie in hun dienstverlening. Loutere ondersteuning op vlak van de im-plementatie en interpretatie van de Vrijwilligerswet is niet meer vol-doende.

Ook de Vlaamse Sportfederatie en het Dynamo Project hebben dit begrepen en enten hun ondersteu-ning van de sportfederaties en de sportclubs ook steeds meer op het ruimere vrijwilligersbeleid. Zo heb-ben wij vanaf 2012 in het kader van onze opleidingen ruime aandacht voor de aantrekkingskracht die sportorganisaties kunnen uitoe-fenen op de voor hen dierbare en onmisbare vrijwilligers (zie kader). De koers naar vrijwilligerswerk 2.0 is alvast ingezet!

1 : lees deze teksten op onze website www.vlaamsesportfederatie.be › Sportbeleid › Europa

Thema-avond VrijwilligersIn Vlaanderen zijn er 1.200.000 vrijwilligers actief. Dat is bijzonder veel, terwijl het aantal organisaties dat vrijwilligers aantrekt meer dan ooit is toegenomen. Wanneer (in de economie) de vraag stijgt bij een gelijk aanbod, verhoogt de prijs. Vrijwilligers worden dus "duurder", ze moeten bewust aangetrokken worden. Van zodra ze binnengehaald zijn, moeten we ze elke dag op-nieuw verdienen. Vrijwilligers anno 2012 willen permanent gemoti-veerd worden. Want honkvastheid als vrijwilliger is niet langer een uitgangspunt.

Tijdens de Thema-avond Vrijwilligers van het Dynamo Project, wordt dit thema door verschillende experts vanuit diverse uitgangspunten benaderd. Met een combinatie van theoretische en praktische voor-beelden van efficiënt vrijwilligersbeleid, geven wij jouw organisatie een leidraad voor een succesvol vrijwilligersverhaal.

Organisaties hebben de kans om deze thema-avond te volgen eind maart en eind juni.

Iets voor jou? Surf dan snel naar www.dynamoproject.be en schrijf je in!

vrijwilligers

9VSFmagazine 1.2012

Rechte koers naar Londen

SOPHIE COOLS

Interview met zeiltopper Evi Van Acker

Evi Van Acker is ondertussen niet

enkel een bekende sporter, maar

ook een bekende Vlaming. 2011

was dan ook een topjaar: Europees

kampioen, vicewereldkampioen

en de Olympische selectie. Deze

charismatische zeilster komt terug

in elk lijstje van absolute medail-

lekandidaten in Londen. Hoog tijd

dus voor een interview.

Evi, proficiat met je goede resulta-ten. Is de selectie voor de Olympi-sche Spelen in Londen definitief? Evi Van Acker: “De selectie is defi-nitief. Ze bestaat uit twee delen. De

norm voor het BOIC behaalde ik al vorig jaar in januari op de World Cup in Miami en de norm voor het IOC behaalde ik op het WK in de-cember 2011. Ik ben dus zeker van deelname aan de Olympische Spe-len.”

Wat is jouw sportieve achtergrond? Hoe kom je bij het zeilen?

Evi Van Acker: “Mijn sportieve ach-tergrond bestaat vooral uit zeilen. Ik ben begonnen in een Optimist toen ik zes jaar was. Mijn vijf jaar oudere broer deed het ook en als kleine zus vond ik het meteen ge-weldig! Toen ik oud genoeg was, zeilde ik mijn eerste metertjes op het Damslootmeer in Heusden. Ik heb op de lagere school ook veel getennist maar al snel werd al mijn tijd opgeslokt door het zeilen.”

Waarom de Laser Radiaal klasse?

Evi Van Acker: “Na 4 jaar in de Europe klasse werd de Laser in 2004 verkozen tot de nieuwe Olympische klasse voor vrouwen. Als je als vrouw dus alleen in een boot wil zitten en naar de Spelen wil, dan is de Laser Radiaal je optie. Vandaar dus mijn keuze. Ik heb mo-menteel geen ambities om te ver-anderen naar een tweemansboot, maar zeg nooit nooit…”

Wie vormt jouw vast begeleidings-team? En zijn daar nog noden op dat vlak?

Evi Van Acker: “Wil Van Bladel is mijn coach. Frank De Witte, Titi Mullie en Kristof Huts zorgen voor de fysieke begeleiding, samen met mijn kinesist Karlien Veugelers. Mentale begeleiding wordt voor-zien door Jef Brouwers, en voe-dingsadvies krijg ik van Raf Van Dyck. Tom Elegeert zorgt ten slotte

topsport

foto: www.evivanacker.be


topsport

voor de belangrijke weersinforma-tie. Mijn team is volledig en hele-maal top.”

Welke factor is het belangrijkste voor succes in Londen?

Evi Van Acker: “Er is geen kritische factor. Er zal succes in London zijn als alle stukjes van de puzzel in el-kaar passen. In onze sport heb je een deel zelf in handen en ben je voor de rest afhankelijk van een paar factoren waar je geen controle over hebt: het weer, de jury, het materiaal, de tegenstanders, …”

“Het is vanzelfsprekend dat je op de Spelen topfit aan de start moet verschijnen. Je moet over een goe-de uithouding beschikken en veel kracht hebben omdat de omstan-digheden er zeer zwaar kunnen zijn en omdat de wedstrijd maar liefst 8 dagen duurt. Het mentale aspect is in alle sporten belangrijk en zo is dat in de zeilsport niet anders. Het is zeer belangrijk dat je als atleet van je lichaam houdt en dat je ver-trouwen hebt in je eigen kunnen. Je moet ervan overtuigd zijn dat je potentieel hebt om je dromen waar te maken.”

De top van jouw discipline is Bel-gisch/Nederlands. Is dat toeval of hebben Belgen en Nederlanders een bepaald voordeel?

Evi Van Acker: “De Nederlandse Marit Bouwmeester en ik domi-neren al twee jaar onze discipline. Maar we krijgen fikse tegenstand uit onder andere de Verenigde Sta-ten en China.”

“Ik denk niet dat Nederland en België met elkaar te vergelijken zijn. In Nederland hebben heel veel mensen een boot en wordt er door jong en oud duchtig gezeild: een echt zeilland! Ze hebben een groot Olympisch team en doen in zeven disciplines zeker mee voor de medailles. In België ben ik de enige zeilster die echt aan de top staat.”

Hoeveel dagen per jaar ben je in het buitenland?

Evi Van Acker: “Ik ben veel weg van huis: zo’n 200 tot 250 dagen per jaar! Het vele reizen is in eerste in-stantie zeer leuk. Meestal ga ik naar het mooie weer, kom ik op plekken waar ik anders nooit zou komen en maak ik kennis met andere cul-turen. Aan de andere kant heb ik weinig kansen al die landen echt te bezichtigen omdat ik meestal enkel mijn boot, fiets, gym en bed zie.”

Ervaar je dat reizen als belastend?

Evi Van Acker: “Zolang alles goed gaat en ik goede prestaties behaal, geen blessures en geen zorgen in de familie heb, is het reizen niet echt belastend. Met Skype, What-sapp en de sociale media is het gemakkelijk om contact te houden met het thuisfront. Maar goed, ik ga er niet over liegen, soms mis ik natuurlijk trouwfeesten of leuke dingen met vrienden. En dat is niet altijd even leuk natuurlijk, maar het zijn opofferingen die nodig zijn om maximale prestaties neer te zet-ten.”

“Ik ben begonnen in een Optimist toen ik zes jaar was. Mijn vijf jaar oudere broer deed het ook en als kleine zus vond ik het meteen geweldig!”

Wat mogen we van je verwachten in Londen?

Evi Van Acker: “Ik mik op een top-prestatie waarvan ik na afloop kan zeggen: “beter dan dit kan ik niet!” Ik ben de nummer 1 van de wereld, regerend Europees kampioene, vicewereldkampioene en één van de topfavorieten voor London. Het zou raar zijn mocht ik zeggen dat ik voor een top 8 plaats ga. Natuurlijk mik ik op een medaille en natuurlijk is goud mooier dan zilver of brons, maar natuurlijk moet ik daar niet aan denken en gewoon keihard trainen en geloven dat ik het kan en zal waarmaken.”

Hoe is het contact met en de onder-steuning vanuit de VYF?

Evi Van Acker: “De samenwerking met de VYF verloopt heel goed. Het contact is altijd goed geweest en wordt eigenlijk alleen maar be-ter. De federatie zet zich in om mij maximaal te ondersteunen richting London. Als er problemen zijn dan proberen zij overal waar mogelijk bij te springen en te helpen! Daarnaast vind ik het ook erg posi-tief dat de federatie zich inzet voor de jeugd. Er is van alles gaande. Er worden talenten gescout, teams opgezet, er is goede fysieke bege-leiding,… Ik kan dat alleen maar aanmoedigen en ik hoop dat er door mij meer kinderen voor de zeilsport kiezen. In mijn ogen, de mooiste sport die er bestaat.”

foto: www.evivanacker.be

11VSFmagazine 1.2012

Meer weten?Neem dan contact op met Sara op [email protected] of 09 243 12 92.

over vsf

Beweging en sport op school, dé

perfecte ontspanning voor kin-

deren. Er bestaan zoveel leuke

sporten, maar er is zo weinig tijd

en middelen om ze allemaal te ont-

dekken. De Vlaamse Sportfederatie

vzw wil één klas uit een Vlaamse

basisschool graag een handje hel-

pen.

In het kader van het Spoka project lanceert de Vlaamse Sportfederatie vzw opnieuw een online wedstrijd. In 2012 wil Spoka de wedstrijd rich-ten naar de Vlaamse basisscholen en meer bepaald naar de leerkrach-ten en directieleden. Met deze wed-strijd kan één klas uit een Vlaamse basisschool een supertoffe én leer-rijke sportinitiatie winnen.

Wat houdt de wedstrijd precies in?Vanaf donderdag 1 maart tot en met maandag 2 april 2012 kunnen alle leerkrachten en directieleden van Vlaamse basisscholen hun klasfoto

online plaatsen of mailen naar de Vlaamse Sportfederatie. Er zijn dus twee manieren om deel te nemen.

De leerkacht of directie kan de klasfoto(‘s) online plaatsen op onze facebook wedstrijdpagina. Hier-voor kunnen de deelnemers surfen naar www.spoka.be en even door-klikken naar de wedstrijdpagina.Ze kunnen ook mailen naar [email protected]. Dan plaatst de VSF de foto’s op de facebook wedstrijdpagina. Indien men liever heeft dat de klasfoto niet online komt te staan, houden wij hier uiteraard rekening mee.

De deelnemer vermeldt bij de inge-zonden foto de school, gemeente en klas. Na afloop kiest de Vlaamse Sport-federatie vzw door middel van een loting één winnende klas uit alle in-zendingen. De winnaar heeft recht op een sportinitiatie en mag die zelf kiezen uit 7 aangeboden formules. Per school mogen er gerust meer-dere foto's doorgestuurd worden.

Nadat de winnaar bekend is, gaat de VSF samen op zoek naar een gepaste datum en locatie om de sportinitiatie te laten doorgaan. De initiatie kan ook dienen als een aanvulling of een alternatief op een geplande sportdag.

Sportinitiatie?Met de wedstrijd kan één klas dus een sportinitiatie winnen van een halve of een volledige dag. De verschillende sportactiviteiten zijn vooraf bepaald en worden georga-niseerd door verschillende Spoka-leden. Aangezien de sportactivitei-ten worden verzorgd door erkende Vlaamse sportfederaties, kunnen we de deelnemers kwaliteit en een professionele begeleiding garande-ren.

De winnende klas mag kiezen uit één van 7 aangeboden formules.

1. Challenge Games (Sportievak vzw)

2. Sportmix & Challenge Games (Sportievak vzw)

3. Challenge Games & badminton of petanque (Sportievak vzw, Badminton Vlaanderen vzw & Petanque Federatie Vlaanderen vzw)

4. Ski en snowboard (Vlaamse Ski en Snowboard Federatie vzw)

5. Reddend zwemmen (Vlaamse Reddingsfederatie vzw)

6. Paardrijden (Vlaamse Liga Paardensport vzw)

7. Beachfun (Sporta-Federatie vzw)

Meer informatie over de wedstrijd en de verschillende formules vind je via de website www.spoka.be.

De Vlaamse Sportfederatie vzw wil de deelnemende Spokaleden alvast bedanken voor het aanbod van de sportactiviteiten.

Wedstrijd Spoka

Win een sportinitiatie met de ganse klas!

SARA PANNECOUCKE


Ondersteuningstraject Beleidsplanning

LEEN MAGHERMAN

verbeter je werking

Beleidsplanning is geen nieuw ge-

geven voor de sportfederatiesector.

Bij de inwerkingtreding van het

huidige decreet op de sportfedera-

ties (2001) werden voor het eerst

de principes van Integrale Kwali-

teitszorg (IKZ) geïmplementeerd

aan de hand van een vierjarig be-

leidsplan (gekoppeld aan een mis-

sie, strategie, omgevingsanalyse

en outputindicatoren), jaaractie-

plan en jaarlijks werkingsverslag.

Door de opmaak van deze docu-

menten hebben de sportfederaties

de nodige instrumenten in handen

om een coherent en duurzaam be-

leid te ontwikkelen, in praktijk te

brengen, te evalueren en waar no-

dig bij te sturen.

In januari 2013 vangt voor de sport-federaties een nieuwe vierjarige beleidsperiode aan. Dit betekent dat zij tegen1 september 2012 hun beleidsplan voor de komende olym-piade (2013-2016) moeten indie-nen bij het Bloso.Het voorjaar van 2012 is dus een cruciale periode gezien nu alle voorbereidingen moeten worden getroffen voor de opmaak van een kwalitatief, goed onderbouwd be-leidsplan.

Moeilijkheden in beleidsplanningHoewel sommige sportfederaties al een sterk beleid voeren, zijn er nog veel federaties die het beleids-plan niet als een volwaardige basis gebruiken voor het beleid en de dagelijkse werkingen. Dit kan om diverse redenen.Zo kunnen bijvoorbeeld de struc-tuur en de verschillende beslis-singsniveaus binnen een federatie in de weg staan van de ontwikke-ling van een goed beleidsplan. Fe-deraties hebben het ook vaak druk (bijvoorbeeld in een Olympisch jaar) waardoor tijdsgebrek een spelbreker kan zijn. Daarnaast is het creëren van betrokkenheid in

en gedragenheid van het beleid bij de verschillende stakeholders en een goede communicatie over het beleid – hoewel primordiaal- niet evident voor federaties.Verder blijkt ook de vertaalslag van een goed beleidsplan op papier naar een werkinstrument in de praktijk niet evident.

OndersteuningsnoodDe vraag naar ondersteuning van-uit de federaties op het vlak van be-leidsplanning is en blijft dus groot en kan worden geïllustreerd aan de hand van enkele cijfers over de reeds georganiseerde activiteiten in dit kader:

• sessie beleidsplanning op de VSF Forumdag 29/09/2011: 27 deelnemers (volzet)

• sessie communicatieplanning op de VSF Forumdag 29/09/2011: 20 deelnemers (volzet)

• Bloso-opleidingen beleidsplan-ning: 102 deelnemers

• VSF opleiding “tips en tools voor bevragingen”: 50 deelnemers (eerste volzet, extra sessie georganiseerd)

• VSF infosessie ondersteunings-traject beleidsplanning: 76 deelnemers.

Flickr: siobh.ie


PraktischAlle informatie (timing, lo-catie, inschrijven,...) vind je op onze website onder het thema Verbeter je werking › beleidsplanning

Ondersteuningstraject VSFDe VSF gaat vanuit haar missie voor een kwalitatief hoogstaande sportfederatiesector in Vlaanderen en gelooft dat strategisch manage-ment en beleidsplanning kritische succesfactoren daartoe zijn. Een doordacht strategisch beleid is niet enkel voor de profit sector cruciaal, ook in de not-for-profit en openbare sector is het belangrijk om strategisch denken te integre-ren in het beleid teneinde een kwa-litatieve en professionele werking te verzekeren.

Met de steun van de Vlaamse over-heid krijgt de VSF de mogelijkheid om in 2012 een uitgebreid onder-steuningstraject aan te bieden aan haar leden-federaties om hen te begeleiden in beleidsplanning. Dit traject is enerzijds gericht op procesmatige ondersteuning en anderzijds op inhoudelijke onder-steuning. Via deze ondersteuning wil de VSF:• het beleidsplanningsproces voor

haar sportfederaties faciliteren• haar sportfederaties motiveren

om het beleidsplan te vertalen naar een gebruiksinstrument

• haar sportfederaties uitdagen tot voortdurende kwaliteitsver-hoging

• haar sportfederaties inhoude-lijke denkpistes en impulsen geven

Procesmatige ondersteuning

Wat?Deze ondersteuning is gericht op het beleidsplanningsproces zelf dat bestaat uit verschillende stappen/fasen die elk op zich opnieuw een proces omvatten. De bedoeling van deze ondersteuning is het aanrei-ken van een tijds- en procesmatig kader waarbinnen kan gewerkt worden. Er wordt toegelicht wat in elke fase belangrijk is, wat de beno-digde basisgegevens zijn, wie wel en niet betrokken moet worden,… Op die manier worden de sportfe-deraties als het ware op sleeptouw genomen zodat ze op 1 september een goed, inhoudelijk onderbouwd en gedragen beleidsplan kunnen indienen bij het Bloso en daar ach-teraf ook effectief mee aan de slag gaan. 33 sportfederaties schreven zich in voor deze ondersteuning.

Hoe?Via vijf workshops krijgen de geïn-teresseerde federaties intensieve ondersteuning in hun beleidsplan-ningsproces. Deze workshops zijn, zoals het woord het zegt, echte werksessies. Er wordt tijd en ruim-te gemaakt om effectief aan het beleidsplan te werken en dit onder begeleiding van een expert ter zake (Dewaele Consultancy). Er worden verder tools aangereikt die het aanpakken van elke fase fa-ciliteren.De federaties die in dit ondersteu-ningstraject instappen krijgen ook de mogelijkheid om individuele maatbegeleiding te krijgen.

Inhoudelijke ondersteuning

Wat?De inhoudelijke begeleiding is ge-richt op het voeden van de sport-federaties met nieuwe ideeën en impulsen bij de invulling van hun basiswerking en, indien van toe-passing, de facultatieve opdrachten jeugdsport en prioriteitenbeleid.

De VSF legt hierbij op vlak van de basiswerking de nadruk op volgen-de thema’s:• Hoe ga je als federatie om met

interne en externe uitdagingen?• Hoe onderhoud en versterk je de

band met je clubs?• Hoe creëer je een innovatief en

marktgericht sportproduct?• Hoe visualiseer je de eigen wer-

king en de producten van zowel federatie als clubs?

Hoe?De inhoudelijke ondersteuning op vlak van de basiswerking wordt in eerste instantie ingevuld via het klassieke VSF-opleidingsaanbod.De VSF voorziet in 2012 o.a. vol-gende onderwerpen:• Opmaken van een communica-

tieplan• Vrijwilligersmanagement• Ledenwerving en sponsoring in

je clubs• Externe communicatie (met

nadruk op sociale media)

Ten tweede wordt een studiedag georganiseerd met volgende drie thema’s:• aangaan en onderhouden van

productieve samenwerkingsver-banden

• de band met je clubs onderhou-den en versterken

• ontwikkelen van een innovatief en marktgericht sportproduct

Aan dit laatste thema wordt even-eens een doorgedreven ondersteu-ningstraject marketing gekoppeld. Dit bestaat uit zes sessies waarbij een marketingexpert (Galland.be) een vijftal geselecteerde federaties op sleeptouw neemt om marktge-richter te gaan denken en nieuwe dingen uit te proberen in de eigen situatie. Resultaten van dit traject zullen worden gecommuniceerd naar alle federaties. De bedoeling ervan is de positie van de federatie-sector in de sportmarkt te verster-ken.

De inhoudelijke ondersteuning op vlak van de facultatieve opdracht jeugdsport bestaat uit twee work-shops (één voor de federaties die reeds een project lopen hebben en één voor nieuw instappende fe-deraties) waarin “best practices” gedeeld worden. Ook worden tips meegegeven in functie van een goede concrete implementatie van het jeugdsportbeleid.

Voor de facultatieve opdracht pri-oriteitenbeleid wordt een sessie georganiseerd rond het thema voor de volgende beleidsperiode: gezond sporten met specifieke aandacht voor de jeugd. Federaties die hierin willen instappen, kunnen tijdens deze sessie inhoudelijke input krij-gen over wat er precies verwacht wordt. Ook zullen er voorbeelden gegeven worden van hoe dit kan ingevuld worden in praktijk.

Ondersteuning BLOSOVoor informatie over en ondersteu-ning bij de opmaak en opvolging van je beleidsplan kan je ook te-recht bij de afdeling Subsidiëring van het Bloso. Heb je vragen over de afbakening en invulling van de basisopdrachten bij het opstellen van je beleidsplan, het gebruik van de leidraden, de congruentie tus-sen de verschillende onderdelen van het beleidsplan, het formule-ren en meetbaar maken van doel-stellingen, … kan je contact opne-men met Chris Massez (02 209 45 59 of [email protected]). Zij helpt jullie graag verder.


www.laagdrempeligesportclub.be

Voor de sportclub waar iedereen welkom is

T IM LAMON

Sport lijkt bedrieglijk eenvoudig.

Je meldt je aan bij een sportclub,

je betaalt lidgeld en doet gewoon

mee. Was het maar waar. Hoe raar

het voor de doorgewinterde sport-

medewerker ook mag klinken: de

sportclub is voor heel wat mensen

ongekend terrein. Zij ervaren dan

ook drempels om tot sport(club)

participatie te komen.

De eerste stap naar een sportclub is voor heel wat mensen niet ge-makkelijk. Dat geldt voor kansen-groepen, maar ook voor “Jan met de pet”. We spreken over partici-patiedrempels. De sportfederaties beseffen dat deze drempels er zijn, al dan niet voor kansengroepen. Zo gaven heel wat federaties in de VSF-ledenbevraging aan dat on-

dersteuning op het vlak van Sport voor Allen, en specifiek ook voor algemeen doelgroepenbeleid, be-langrijk en wenselijk is vanuit de Vlaamse Sportfederatie vzw.

De VSF bundelde heel wat informa-tie over oplossingen voor participa-tiedrempels en ontwikkelde een website voor sportclubs die daar-rond willen werken. Vanaf nu is www.laagdrempelige-sportclub.be de website voor sport-clubs die hun eigen drempels wil-len verlagen. Elke potentiële sporter, maar ook elk huidig lid, heeft baat bij een laagdrempelige sportclub. Zo heeft elke sporter voordeel bij een sport-club die duidelijk communiceert met haar leden. Op de website krij-gen sportclubs inzicht in bestaande drempels en vinden ze oplossingen en praktische tips om participatie-drempels weg te werken.

De website is opgebouwd uit laag-drempelige informatie: voor wie wil werken aan de eigen laagdrem-

pelige sportclub, vraagt dat eigen-lijk geen extra belasting. Binnen de club zal immers één en ander verbeteren waardoor de efficiëntie verhoogt en de club meer tijd heeft voor de eigen basiswerking.

Drempels wegwerken, en vooral drempels laag houden, is een blijvende

zoektocht

Flickr: Gregg BK

Tips voor gevorderden

Filmpjes

sport voor allen

VSFmagazine 1.2012 15

Zes thema’s

De website is opgebouwd rond zes thema’s:

1. Sportclubcultuur2. Communicatie3. Inschrijving4. Financiën5. Toegankelijkheid6. Begeleiding

Tien belangrijke tips

Weet je niet waar te beginnen? Be-kijk dan eerst even de pagina “Tien belangrijke tips”. Je krijgt meteen een goed beeld over tien belang-rijke tips die je kan toepassen en waarmee je succes zal oogsten.

Goede praktijken

Goede praktijken werken motive-rend. Tal van sportclubs nemen reeds drempelverlagende initia-tieven. Op de website vind je een lijst met goede voorbeelden.

Documenten

Op de website vinden sportclubs een aantal documenten die hun werking zullen ondersteunen en verbeteren. Denk bijvoorbeeld aan een onthaalbrochure voor nieuwe leden of aan een checklist voor een succesvolle inschrijving.

Op de website vind je ook ver-schillende filmpjes over sport-clubs die reeds drempels aanpak-ken of waar een tip in de praktijk wordt toegepast.

Nieuws

De laagdrempelige sportclub is een actueel thema dat blijvende aan-dacht verdient. Onder de nieuws-rubriek verschijnen artikels rond dit thema, alsook de laatste ontwik-kelingen op de website.

De website in vogelvluchtwww.laagdrempeligesportclub.be is opgebouwd rond zes thema’s. Per thema vind je informatie en praktische tips. Daarnaast vind je op de site goede voorbeelden, interessante filmpjes en bruikbare documenten. We nemen je mee in een vogelvlucht doorheen de website.

Ben je reeds goed bezig en wil je een laagdrempelige sportclub blij-ven? Deze tips zijn al iets uitdagen-der en helpen je om een sportclub te blijven waar iedereen welkom is.

Flickr: Gregg BK


Meer weten?Heb je nog vragen? Neem dan contact op met Tim, onze me-dewerker Sport voor Allen, via [email protected]. Voor een sportfe-deratie is individuele onder-steuning mogelijk. Neem contact op voor een eerste kennismaking.

sport voor allen

Voor clubs

www.laagdrempeligesportclub.be richt zich tot alle sportclubs waar iedereen welkom is.

Sportclubs die iedereen de kans willen geven om te sporten… maar misschien nog niet weten hoe. We weten dat nog niet ieder-een de weg naar een sportclub vindt. En dat te weinig jongeren sporten, competitief of recrea-tief. De website geeft kleine (en grote) tips die je makkelijk kan implementeren.

Sportclubs waar iedereen welkom is en die hun dalend ledenaantal willen keren. Sommige clubs zien hun aantal leden langzaam dalen. Terwijl er veel kinderen, jongeren en volwassenen in de buurt wonen. Deze clubs kunnen met verschil-lende praktische tips aan de slag.

Sportclubs waar iedereen welkom is en die dat zo willen houden. Heel wat clubs zijn reeds goed be-zig, maar drempels wegwerken en vooral drempels laag houden is een blijvende zoektocht. Ook deze clubs kunnen op de website ideeën opdoen.

Rol van de federaties

Sportfederaties kunnen de idee van de laagdrempelige sportclub mee uitdragen. De VSF ziet voor de sportfederaties drie belang-rijke taken met betrekking tot het creëren van een meer laagdrem-

pelig sportaanbod: informeren van jouw sportclubs, sensibilise-ren van jouw sportclubs en zelf het goede voorbeeld geven door drempelverlagende initiatieven te nemen of te ondersteunen.

Door de boodschap van de laag-drempelige sportclub actief te communiceren en het thema re-gelmatig positief onder de aan-dacht te brengen, werk je aan de bewustmaking van jouw sport-clubs. Federaties die hierop wil-len inzetten, kunnen dankzij het overkoepelend werk van de VSF de website actief promoten bij de eigen clubs of zelf praktische tips verspreiden via de eigen website

of het eigen magazine. Voor goe-de praktijken en tips kan je als fe-deratie zelf ook terecht op www.laagdrempeligesportclub.be of bij de VSF.


medisch verantwoord sporten

Antidopingbeleid

Recente ontwikkelingen in Vlaanderen

GERALDINE MAT T ENS

Op 10 februari 2012 werden de

Vlaamse sportfederaties met eli-

tesporters door het Team Medisch

Verantwoord Sporten (MVS) van

het Departement Cultuur, Jeugd,

Sport en Media van de Vlaamse

overheid, uitgenodigd op de com-

municatiedag “Efficiënte doping-

bestrijding in Vlaanderen: een

gedeelde verantwoordelijkheid?”.

Doelstelling van deze dag was de

sportfederaties te informeren over

de recente ontwikkelingen in het

antidopingbeleid. Het nieuwe sa-

menwerkingsakkoord tussen de

verschillende gemeenschappen

over dopingpreventie en dopingbe-

strijding en het op stapel staande

nieuwe Antidopingdecreet werden

onder de loep genomen.

Korte historiekDe geschiedenis van de antido-pingreglementering in Vlaanderen loopt samen met een aantal inter-nationale bewustwordingen en evo-luties. Eind jaren ’80 ontstond in de schoot van de Raad van Europa de Antidopingconventie, waardoor de ondertekenende lidstaten zich en-gageerden om de strijd aan te gaan tegen het gebruik van doping in de sport. In deze periode was België al een federale staat en behoorde do-pingbestrijding tot de bevoegdhe-den van de gemeenschappen.

Het eerste Vlaamse decreet inzake medisch verantwoorde sportbeoe-fening (MVS) was dat van 27 maart 1991 en voldeed volledig aan de aanbevelingen van de Antidoping-conventie van de Raad van Europa. Tien jaar na de ondertekening van deze Antidopingconventie en een aantal dopingschandalen later, besefte de internationale sport-gemeenschap echter dat er nood was aan een meer geïntegreerde aanpak. Een onafhankelijk inter-nationaal antidopingagentschap, internationale standaarden en een coördinatie van de initiatieven van nationale overheden en sportor-ganisaties kregen vorm door de oprichting, in 1999, van het World Anti-Doping Agency (WADA). Het WADA is paritair samengesteld uit vertegenwoordigers van over-heden en intergouvernementele organisaties enerzijds en uit verte-genwoordigers van sportorganisa-ties anderzijds, en kan zo rekenen op een gedragenheid van alle acto-ren in de sportwereld. In 2003 keurde het WADA een reeks van regels en richtlijnen in-zake dopingpreventie en –bestrij-ding goed, die beter bekend staat onder de WADA-code. De principes van deze code werden bindend ge-maakt door de ondertekening van de Internationale UNESCO Con-ventie tegen doping in de sport in 2005. Ook België ondertekende dit internationaal verdrag, en maakte hiermee de bepalingen van de WADA-code rechtstreeks van toe-passing op de sportverenigingen in ons land. Hierdoor diende ook het Vlaams decreet MVS van 1991 aange-past te worden. De principes van de WADA-code inzake definities, controles, procedures en sancties moesten immers in onze wetgeving geïmplementeerd worden. Dit re-sulteerde in het huidige Vlaamse decreet van 13 juli 2007 inzake medisch verantwoorde sportbeoe-fening, dat de volgende basisprin-cipes hanteert:

• Een onderverdeling breedte-sporters / elitesporters

• Een actieve rol van het beleid inzake tuchtrecht voor breedte-sporters (disciplinaire organen Vlaamse Gemeenschap)

• Een passieve rol van het beleid inzake tuchtrecht voor elitespor-ters (Vlaams Doping Tribunaal of eigen disciplinaire organen van de federaties)

• Sancties voor zowel breedte-sporters als elitesporters op basis van de WADA-code

• Een depenalisering van overtre-dingen inzake doping.

In zijn beleidsnota sport 2009-2013 zette de Vlaamse minister van Sport de voorlopig laatste twee stappen op de weg naar een perfor-mant antidopingbeleid in Vlaande-ren:

• Er komt een zelfstandig, apart antidopingdecreet

• Er komt een betere coördinatie van het antidopingbeleid in België via een vernieuwd sa-menwerkingsakkoord tussen de verschillende gemeenschappen.

Dit laatste werd in 2011 reeds gere-aliseerd, de totstandkoming van het nieuwe antidopingdecreet zit in een laatste rechte lijn.

Samenwerkings- akkoord In ons VSF Magazine 02.2011 licht-ten we de inhoud van het nieuwe samenwerkingsakkoord tussen de verschillende gemeenschappen al uitgebreid toe. De hoofdlijnen van dit interge-meenschappelijk samenwerkings-akkoord betreffen:

• Een nieuwe, gemeenschappe-lijke definitie van de elitesporter

• De bepaling van een gemeen-schappelijke nationale doel-groep voor controles, waarbij


medisch verantwoord sporten

elitesporters worden onderver-deeld in 4 categorieën

• Verbintenissen tot een betere samenwerking door informatie-uitwisseling, een algemeen ge-bruik van het ADAMS-systeem en toegang tot elkaars elitespor-tergegevens, het meedelen van aangifteverzuimen en gemiste tests, het erkennen van elkaars disciplinaire beslissingen en een gecoördineerde toepassing van de Code en de Internationale Standaarden.

Het volledige samenwerkingsak-koord kan gelezen worden op www.dopinglijn.be.

Nieuw antidoping- decreetOm conform te blijven met de (wij-zigende) WADA-code, werd beslo-ten om de antidopingregels uit het huidige decreet MVS van 13 juli 2007 te lichten en ze in een apart, coherent Antidopingdecreet op te nemen. Een groot aantal bestaande regels blijven hierbij ongewijzigd, een aantal zaken zullen nieuw zijn.Zo zullen de volgende bepalingen gewoon overgenomen worden:

• Definities van dopingpraktijk en –controle

• Verplichtingen van de sport-verenigingen rond vaststellen nodige reglementen, informa-tieverstrekking aan de sporters en de overheid en doen naleven van de opgelegde disciplinaire maatregelen

• Alle bepalingen rond de contro-leartsen, -labo’s en chaperons

• Het territoriaal en personeel toepassingsgebied

• De strafsancties

Wat zal er wijzigen?

• De nieuwe definitie van elite-sporter en de daaraan gekop-pelde vereenvoudigde proce-dure rond de whereabouts (zie samenwerkingsakkoord)

• Vaststelling grenzen die over-heid moet naleven bij vaststel-ling van sancties niet-elitespor-ters

• De mogelijkheid wordt inge-voerd om boetes in te vorderen via dwangbevel

• Federaties die de verplichtingen van het decreet niet naleven, kunnen hun subsidies ingehou-den zien voor een periode van 12 maanden.

• Er komt een regeling rond het biologisch paspoort van sporters

• De kernverplichtingen rond preventie worden uitgewerkt

• Toestemming Therapeutische Noodzaak: de regering krijgt de mogelijkheid om voor verschil-lende categorieën van sporters verschillende procedures en voorwaarden voor T T N te bepa-len en er komt een mogelijkheid om de T T N aan te vechten bij / door WADA

• Er komt een regeling inzake het aanwenden van persoonsgege-vens

Tot slot zal het nieuw antidoping-decreet tegemoetkomen aan de recente opmerkingen van de Raad van State rond de huidige regeling van het doorgeven van de verblijfs-gegevens (wherabouts) waaraan elitesporters zijn onderworpen. Er zal een aangepast, proportioneel en evenredig stelsel van verplichte mededeling van verblijfsgegevens ingesteld worden. Elitesporters zullen enkel die verblijfsgegevens moeten doorgeven die volstrekt noodzakelijk zijn om efficiënt aan dopingbestrijding te kunnen doen.


sport voor allen

De voorbereidingsfase van het proefproject op kruissnelheid

SOFIE DE BOCK

Flickr: Lucas Ninno

Multimove voor kinderen

In september 2011 ging het pro-

ject “Multimove voor kinderen: een

breed en gevarieerd bewegings-

aanbod voor jonge kinderen” van

start. De samenstelling van het

projectteam en de selectie van de

pilootgroepen is nog maar net ach-

ter de rug of er staan alweer nieuwe

uitdagingen voor de deur. De voor-

bereidingsfase van het proefproject

zit m.a.w. op kruissnelheid. Tijd dus

om terug te blikken op de afgelopen

maanden en al eens te kijken wat

de toekomst brengt. In dit artikel

gaan we dieper in op de recentste

ontwikkelingen van het proefpro-

ject.

De Vlaamse Sportfederatie vzw speelt in samenwerking met en-kele van haar leden sportfederaties en sportclubs een belangrijke rol in het proefproject. Meer concreet zal projectmedewerker Sofie De Bock vanuit de Vlaamse Sportfederatie vzw in nauwe samenwerking met de 4 sportfederaties en een selectie van 24 sportclubs een breed bewe-gingsaanbod voor jonge kinderen opstarten en uitbouwen. “Multi-move voor kinderen” wil namelijk de ontwikkeling van de basismoto-riek op een verantwoorde en onder-bouwde manier stimuleren.

Selectie sportfederaties en sportclubsIn oktober 2011 werden op basis van een oproep vier sportfedera-ties voor de deelname aan dit pro-ject geselecteerd door de Vlaamse Sportfederatie vzw (VSF):

• Gezinssportfederatie vzw• Vlaamse Tafeltennisliga vzw• Vlaamse Zwemfederatie vzw• Voetbalfederatie Vlaanderen

vzw

In december 2011 kregen de sport-clubs aangesloten bij de Gezins-sportfederatie vzw, de Vlaamse Tafeltennisliga vzw, de Voet-balfederatie Vlaanderen vzw en de Zwemfederatie vzw de kans om in te tekenen als pilootclub binnen het project "Multimove voor kinderen". De sportfederaties ontvingen in to-taal 34 kandidaturen. Op basis van een aantal vooropgestelde criteria (motivatie, ervaring, engagement, werking, geografische ligging,...) én met het doel tot een gevarieer-de mix van complementaire clubs te komen, werden uiteindelijk 24 sportclubs geselecteerd. De 4 gese-lecteerde sportfederaties selecteer-den elk 6 clubs om in te stappen in

het pilootproject (zie kadertje).De 24 pilootprojecten zullen tot juni 2014 vanuit het projectteam (met VSF) intensief ondersteund worden bij de voorbereiding en uitvoering van hun lokaal proefproject.

Selectie lokale overhedenNaast een selectie van sportfede-raties met elk 6 sportclubs stelt het project ook voorop om in samen-werking met 10 lokale overheden een breed en gevarieerd bewe-gingsaanbod voor jonge kinderen op te starten. Bij de lokale initia-tieven is de samenwerking tussen de verschillende lokale diensten en organisaties van cruciaal belang. De sportdienst neemt hierin een trekkersrol op. In november richtte het Vlaams In-stituut voor Sportbeheer en Recrea-tiebeleid vzw (ISB) een oproep naar de gemeenten om als pilootgroep te fungeren. 45 lokale besturen dienden uiteindelijk een dossier in. Een interne adviescommissie van het ISB selecteerde zoals voorzien uit de 45 ingediende dossiers, 10 pilootprojecten om deel te nemen aan het proefproject. Gezien het potentieel aan dossiers heeft ISB de voorziene selectie van 10 projecten uitgebreid met 3 extra pilootgroepen. Lokale, innovatieve projecten krijgen hierdoor een ex-tra kans (zie kadertje).

In totaal nemen dus naast de 24 geselecteerde sportclubs ook 13 lo-kale initiatieven deel aan het proef-project “Multimove voor kinderen”.

OndersteuningHoewel de sportfederaties al er-varing hebben met projectmatig werken en sommige sportclubs al professioneel en sterk zijn uitge-

VSFmagazine 1.201220

bouwd, blijft het belangrijk dat ze op de nodige ondersteuning kun-nen rekenen.Het “Multimove” projectteam voor-ziet dan ook verschillende onder-steuningsmogelijkheden voor de pilootgroepen doorheen het pro-ject. Tijdens 5 provinciale informatie-avonden in maart worden de ver-schillende vormen van ondersteu-ning (inhoudelijke en praktische) gepresenteerd. De nodige krijtlij-nen worden er uitgestippeld en er zal bijkomende toelichting gegeven worden over de praktische invul-ling van het project "Multimove voor kinderen".

Enkele ondersteunings-vormen in de kijker!

BasispakketNaast de financiële steun waarop de pilootgroepen kunnen rekenen zullen ook bruikbare en praktische tools ter ondersteuning ontwikkeld worden. Het basispakket voor les-gevers kan als één van de belang-rijkste ondersteuningsvormen wor-den gezien. Het basispakket krijgt momenteel inhoudelijk vorm en zal binnenkort getest worden door een aantal vrijwilligers betrokken bij het “Multimove voor kinderen” project.

Het basispakket bevat concrete oefenstof die een lesgever na het volgen van een opleidingsdag in staat stelt om praktisch aan de slag te gaan binnen de geselecteerde sportclub. De betrokken jeugd-trainers/lesgevers zullen inten-sief opgeleid en begeleid worden in het praktisch hanteren van het basispakket. Hiervoor worden 3 opleidingsmomenten in het voor-jaar voorzien en één bijkomend moment eind augustus/begin sep-tember.

WebsiteWebsites hebben een definitieve plaats verworven in de communi-catiestrategie van vele projecten. Uiteraard heeft ook het “Multimove voor kinderen” project een eigen website: www.multimove.be.

Er zijn verschillende redenen waarom een eigen website voor het proefproject belangrijk is.

Ten eerste is het een belangrijk me-dium om informatie te verstrekken. De website geeft informatie over de stand van zaken van het project in het algemeen en over de piloot-groepen in het bijzonder. Belangrijke projectinformatie is via de website 24 uur op 24, 7 dagen op 7 beschikbaar voor alle betrok-ken actoren. Ten tweede is de website een be-langrijk middel om de verschillende praktische tools ook digitaal ter be-schikking te stellen. Logo’s en stan-daard Exceltools kunnen er op een eenvoudige manier gedownload worden. Ten slotte draagt de website de huisstijl van het project uit.

Het project “Multimove voor kinde-ren” richt zich naar jonge kinderen van 3 tot 8 jaar. Het spreekt dan ook voor zich dat de website eenvoudig, gestructureerd en “kindvriende-lijk” is opgebouwd.

Neem zeker en vast een kijkje op de website en ontdek welke schat aan informatie u terugvindt over het proefproject “Multimove voor kinderen”.

CommunicatieCommunicatie is een essentieel onderdeel van het proefproject. De communicatieacties voor het

“Multimove voor kinderen” project moeten net als het project zelf ge-structureerd en doelgroepgericht verlopen.

Na het bepalen van de doelstellin-gen, doelgroep, communicatiedra-gers, … komt de volgende stap. Hoe kunnen we dit alles visualiseren? De ontwikkeling van een aange-paste huisstijl is daar een antwoord op. Een huisstijl is een visuele re-presentatie die tot doel heeft om een zo consistent mogelijk beeld uit te dragen van waar het proefproject “Multimove voor kinderen” voor staat. De huisstijl is dus het verbin-dend element dat zorgt voor her-kenbaarheid in alle communicatie-initiatieven. De Multimove-huisstijl zal in alle communicatiedragers worden doorgetrokken, van de website over PowerPointpresenta-ties tot het basispakket naar de les-gevers. Aangezien het proefproject zich richt naar jonge kinderen van 3 tot 8 jaar is de huisstijl speels, dyna-misch, kleurrijk en kindvriendelijk.Een belangrijk onderdeel van een huisstijl is het logo. Het Multimove projectteam heeft gekozen voor een logo waarbij de naam van het proefproject wordt vormgegeven in combinatie met een afbeelding. De afbeelding zal mee de herkenbaar-heid van het logo vergroten: het is de “Multimove” mascotte “Moovie”.


Flickr: Dominique Godbout

Meer weten?Voor meer informatie over het project “Multimove voor kinderen” kan je terecht bij Sofie via [email protected] of 09 243 12 262.

sport voor allen

MoovieNee, het is niet de nieuwe “Plons de gekke kikker” of “Kermit”, maar wel de mascotte voor het proefpro-ject “Multimove voor kinderen”.Het proefproject kan uitpakken met een mascotte waar we trots op zijn. “Moovie” is een fictief diertje dat als symbool voor het proefproject staat. De naam “Moovie” legt in de eerste plaats de link met bewegen, maar staat daarnaast garant voor volgende eigenschappen:

• Maakt gemakkelijk vrienden• Kan niet stilzitten• Is enthousiast en trekt iedereen

mee• Heeft een hoog knuffelgehalte• Legt de lat altijd iets hoger• Doet elke oefening met plezier

voor

Tijdens de afgelopen informatie-avonden heeft het projectteam de Multimove mascotte op de piloot-groepen losgelaten. De dynamische en kindvriendelijke kikker, kan al-vast op veel sympathie rekenen bij de verschillende pilootgroepen.

We zijn ervan overtuigd dat de mascotte de Vlaamse kinderen zal vertederen en tot een breed en ge-varieerd bewegen zal stimuleren.

Geselecteerde sportfederaties en sportclubsGezinssportfederatie vzw:

• Basketschool GSF Omnisport Tienen• Beweeg je fit for kids – Gezinsbond Menen• GSF SamenFit Mechelen• Omnisport gezinsbond De Klinge• Sportclub Gezinsbond Huldenberg• Turnclub Hogerop Tongeren Vlaamse Tafeltennisliga vzw:

• T TC Zoersel • T TC Meerdaal Leuven• T T K Herckenrode• T TC Stekene• T TC Zandvoorde• PW Diest Vlaamse Zwemfederatie vzw:

• Zwemclub Iloka Kapellen (ZIK)• Zwemclub AEGIR• Aarschotse zwemclub Schoonhoven (AZS)• MEGA zwemteam Eeklo• Royal Ghent Swimming Club• Dolfijnen Middelkerke (DMI)

Voetbalfederatie Vlaanderen vzw:

• KV Kortrijk• VC E Aalst 2002 • SW Harelbeke• KFC Herent• K Diegem Sport• SL Wurfeld

Geselecteerde lokale overheden• Putte• Retie (intergemeentelijke vereniging Kasterlee-

Dessel-Retie)• Bilzen• Genk• Gent• Kruibeke• Diest• Gooik• Langemark-Poelkapelle• Roeselare• Kaprijke• Lubbeek• De Vlaamse Gemeenschapscommissie


sport en ethiek

Infosessie Ethisch Verantwoord Sporten

Meer weten?Neem zeker eens een kijkje op www.facebook.com/ethisch.sporten of op onze website-www.vlaamsesportfedera-tie.be › Sport en Ethiek

SARA PANNECOUCKE

Om de sportactoren te informeren

over de resultaten van twee ad hoc

onderzoeksprojecten rond ethisch

verantwoord sporten, organiseer-

de de Vlaamse Sportfederatie vzw

in opdracht van het Departement

Cultuur, Jeugd, Sport en Media een

"infosessie ethisch verantwoord

sporten" op 23 januari 2012.

De onderzoekers van KUL en VUB stelden er aan 41 geïnteresseerde sportfederaties, sportdiensten e.a. elk hun resultaten voor, waarbij de nadruk lag op de link met het werk-veld en de implementering ervan in de praktijk.

Wetenschappelijk onderzoek KU LeuvenDe onderzoeksgroep Humane Ki-nesiologie van de KU Leuven heeft in 2011 met steun van de Vlaamse overheid (Steunpunt Cultuur, Jeugd en Sport) een wetenschappe-lijk onderzoek uitgevoerd naar het medisch en ethisch verantwoord sporten in Vlaamse jeugdsport-clubs. Dit onderzoek resulteerde in twee rapporten. Op de infosessie lichtte Prof. Dr. Jan Seghers kort de belangrijkste resultaten van het onderzoek toe.

1. In het rapport Medisch en ethisch verantwoord sporten. Het promoten van fysiek, psychisch en sociaal welbevinden van jongeren in Vlaamse jeugdsportclubs wordt op basis van een online bevraging beschreven in welke mate en op welke wijze Vlaamse jeugdsportclubs een beleid uitwerkten en acties uitvoerden rond de zes ethische thema’s die in het decreet met betrekking tot ‘Medische en ethisch verantwoorde sportbeoefening’ aan bod komen.

2. In het rapport Medisch en ethisch verantwoord sporten. Praktijkvoorbeelden in Vlaamse jeugdsportclubs wordt op basis van interviews bij Vlaamse jeugdsportclubs een overzicht gegeven van meer dan 60 bestaande projecten met betrekking tot de zes ethische thema’s die in het decreet met betrekking tot ‘Medische en ethisch verantwoorde sportbeoefening’ aan bod komen.

De rapporten vind je terug op www.vlaamsesportfederatie.be › Sport en Ethiek

Onderzoek Vrije Universiteit BrusselDe Vrije Universiteit Brussel werk-te aan een studie die de effectivi-teit en bruikbaarheid testte van verschillende didactische werk-vormen rond ethisch verantwoord sporten in de opleiding/bijscholing van (toekomstige) jeugdsportbege-leiders. Dezelfde inhoudelijke the-ma’s werden in twee subgroepen met verschillende lescontexten aan de deelnemers overgebracht waar-na gekeken werd welke groep ach-teraf de hoogste score behaalde op een kennistest en welke les het best gepercipieerd werd door de deelne-mers. Op de infosessie lichtte Kris-tine De Martelaer van de VUB kort de belangrijkste resultaten toe.

Een aantal van de werkvormen die gebruikt werden in de studie kwa-men aan bod. Tijdens de infosessie werd aan de deelnemers een voor-beeldles gebracht, met focus op fair play en seksueel grensoverschrij-dend gedrag. (Joke De Bouw - VUB) De voorbeeldles werkte in op de eigen kennis en/of attitude rond het thema, en de les kan ook later gebruikt worden in de werking van jouw organisatie.

• Eerste deel: "Wat houdt fair play allemaal in en hoe kan je reage-ren als er zaken mis gaan?"

• Tweede deel : grensoverschrij-dend gedrag binnen de relatie

begeleider- sporter. "Mag een coach mee douchen?": waar leg jij de grens en met welke criteria moet je rekening houden?

PowerPoint presenta-ties en lesmateriaalDe verschillende PowerPoint pre-sentaties en het lesmateriaal van de infosessie vind je op onze web-site onder Sport en Ethiek › Docu-mentatie

Documentatie EVSDe Vlaamse Sportfederatie vzw wil haar leden zo goed mogelijk onder-steunen en informeren over inte-ressante en bruikbare documenta-tie omtrent ethiek in de sport. Op de VSF website bieden we daarom een oplijsting aan van het beschik-bare materiaal.Je vindt er:• verslagen van de werkgroepen• artikels uit het VSF magazine• andere downloads

PraktijkvoorbeeldenSinds 1 januari 2011 werkten de erkende Vlaamse sportfederaties rond één of meerdere ethische thema’s initiatieven uit. Verschil-lende sportfederaties waren reeds hiervoor actief rond ethiek in de sport. Op de VSF website lijsten we de praktijkvoorbeelden van de sportfederaties op.

Indien jouw sportfederatie over in-teressante documentatie beschikt of praktijkvoorbeelden wil delen met de andere sportfederaties via de VSF website, neem gerust con-tact op met Sara Pannecoucke via [email protected].

VSFmagazine 2.2011

VSF bedankt minister Muyters voor inspanningen rond perso-neelssubsidiesSportbeleid - algemeen27.01.2012

De sportfederatiesector bleef in 2011, dankzij de gewaardeerde inspanningen van minister Muyters, zijn medewerkers en het Bloso, gespaard van drastische besparin-gen. De VSF stuurde daarom een brief aan minister Muyters.

De VSF wil met de brief enerzijds de mi-nister bedanken voor de geleverde inspan-ningen. Anderzijds wil de VSF met de brief wijzen op het belang van een gewaarborgde basisondersteuning voor de sportfederaties en OSV’s in 2012.

Projectsubsidies: de vernieuwde webpaginaSport voor Allen - projectsubsidies23.12.2011

De Vlaamse Sportfederatie vzw wil haar aangesloten federaties informeren en ondersteunen met betrekking tot project-subsidies. De pagina “projectsubsidies” op onze website werd herwerkt en geeft een overzicht van de belangrijkste kanalen en subsidiemogelijkheden op Vlaams en provinciaal niveau. Ook worden enkele subsidiemogelijkheden buiten de sportsec-tor opgesomd.

Bij elke mogelijke subsidie worden volgende items steeds overlopen: projectoproep, voor sportfederaties en/of sportclubs, criteria en tips, maximale ondersteuning en de deadline.

Surf naar www.vlaamsesportfederatie.be › Sport voor Allen › projectsubsidies

Loonindexering in maart 2012Werkgeversmaterie - algemeen24.02.2012

De Vlaamse sportfederatie vzw kondigde in een vorig nieuwsbericht al aan dat de spilin-dex in januari 2012 werd overschreden, met een loonindexering van 2% in maart 2012 tot gevolg.

De laatste prognoses van het Planbureau duiden op een nieuwe overschrijding van de

spilindex in oktober 2012. Dit zou beteke-nen dat er in december 2012 een tweede indexering van de lonen met 2% zou komen (+ toepassing van deze indexering op de eindejaarspremies).

Je neemt dus het best contact op met jouw sociaal secretariaat om de geïndexeerde lonen vanaf maart 2012 door te geven. Ver-geet ook niet, indien nodig, om de begroting van jouw federatie aan te passen aan deze eerste loonindexering en hou het best ook al rekening met een mogelijke tweede indexe-ring in december.

Website (k)Rap op sportkamp onlineSport voor Allen – algemeen27.01.2012

Wil je als sportfederatie initiatieven nemen om sportkampen haalbaar te houden voor iedereen, raadpleeg dan zeker de online gids ‘(k)Rap op sportkamp’ voor concrete tips.

In het kader van het Vlaams Actieplan Ar-moedebestrijding ontwikkelde de Vlaamse Sportfederatie vzw, Bloso, Demos vzw, het Vlaams Netwerk voor verenigingen waar armen het woord nemen met medewerking van Sportievak vzw en Sporta in opdracht van minister Muyters een toolkit die sportfederaties stimuleert om initiatieven te nemen om de deelname van mensen in armoede aan sportkampen te verhogen. Het resultaat is een online gids www.krapop-sportkamp.be om sportkampen haalbaar te houden voor iedereen! Deze online gids is snel en gemakkelijk te raadplegen en bevat concrete tips, weetjes en praktijken voor beginners en gevorderden.

Online trends voor 2012Media - nieuwe media27.01.2012

De lokale harde schijf verdwijnt. In de cafe-taria betalen we met onze smartphone. En Google weet dankzij onze vrienden precies waar we naar op zoek zijn. Wij maakten een selectie uit de online trends voor 2012 volgens enkele internetspecialisten.

Lees de nieuwste ontwikkelingen op het vlak van nieuwe media op onze website onder de rubriek Media › nieuwe media

Voorontwerp decreet lokaal sport-beleid goedgekeurdSportbeleid - algemeen03.02.2012

Het Vlaams Parlement keurde het vooront-werp van het lokaal sport voor allen-decreet goed. Het voorontwerp bevat opdrachten voor sportdiensten op gemeentelijk, VGC- en provinciaal niveau.

Minister Muyters lanceerde hierover een persbericht. Je kan het nalezen op onze website onder de rubriek Sportbeleid › algemeen

Wijzigingen voorwaarden tijds-krediet vanaf 2012Werkgeversmaterie - algemeen23.12.2011

De regering Di Rupo I beperkte de toegang tot tijdskrediet voor aanvragen die ingaan na 31 december 2011. Welke gevolgen houdt dit juist in? Wat als een werknemer nu een aanvraag voor tijdskrediet indient?

Op de website van werkgeversorganisatie Sociare vind je alvast een tabel met de wij-zigingen die in het regeerakkoord werden opgenomen.

Zodra alle gewijzigde voorwaarden bekend zijn, houden wij jullie uiteraard verder op de hoogte.

Ethisch verantwoord sporten: de komende maanden...Sport en ethiek - algemeen24.02.2012

De Vlaamse ministers Muyters, Vandeurzen en Smet hebben zich geëngageerd om met hun sectoren een engagementsverklaring rond seksuele integriteit uit te werken en te ondertekenen. De sportsector zal inspan-ningen leveren om de integriteit te be-schermen van de jongeren die hen worden toevertrouwd.

Onder de rubriek Sport en Ethiek lees je meer over de initiatieven die de komende maanden op til staan: het Raamwerk rond Seksualiteit en Beleid, het Meldpunt Geweld, Misbruik en Kindermishandeling en de overheidsopdracht expertisecentrum EVS.

VSF Online is de maandelijkse e-nieuwsbrief van de Vlaamse Sportfederatie vzw. Iedereen kan die nieuwsbrief ontvangen. Wil je graag het sportbeleidsnieuws vol-gen, gezien vanuit de sportfederatiesector, dan kun je je op onze website abonneren op VSF Online.

In het VSF magazine focussen we op de belangrijkste realisaties van de afgelopen maanden. De volledige nieuwsberichten kun je raadplegen op www.vlaamsesportfederatie.be.

Online

over vsf


Spelregels voor digitale nieuwsbrieven

GRACE HELLINCKx

Een digitale nieuwsbrief is een

ideaal medium om te communice-

ren met je sportclubs, je leden of

je partners. Het is snel, flexibel en

goedkoop. Je houdt je lezers op de

hoogte van de laatste nieuwtjes en

ontwikkelingen binnen je organisa-

tie. En tegelijk kan je met een goede

nieuwsbrief een sterke betrokken-

heid bij je publiek opbouwen.

Mail is niet dood. In de privésfeer gaat het aantal mailtjes gevoelig naar beneden, omdat sociale net-werken een leukere manier van online babbelen bieden. Maar op professioneel vlak geeft maar liefst 8 op 10 de voorkeur aan e-mails om op de hoogte te blijven van vakge-relateerde informatie. Dat blijkt uit een onderzoek van communicatie-bureau Content Republic.

De grote kracht van een nieuws-brief is dat hij rechtstreeks bij een

persoon terechtkomt. Maar de Bel-gische wetgeving op e-reclame is strikt. Je moet je dus aan een aan-tal spelregels houden. Reclame via e-mail krijgt volgende definitief: “Elke vorm van communicatie be-stemd voor het direct of indirect promoten van de goederen, dien-sten of het imago van een onder-neming, organisatie of persoon die een commerciële, industriële of ambachtelijke activiteit of een ge-reglementeerd beroep uitoefent.” Het versturen van digitale nieuws-brieven valt onder de wet van 11 maart 2003, betreffende bepaalde juridische aspecten van de diensten van de informatiemaatschappij, en het Koninklijk Besluit van 4 april 2003. De Belgische wetgeving ba-seert zich op een Europese richtlijn. Dat betekent dat de spelregels voor reclame via e-mail in grote lijnen overeenstemmen met de andere Europese landen. Wanneer het gaat om communicatie naar privé-personen, is ook de Belgische pri-vacywetgeving van toepassing.

Spam! Wat mag niet?Je mag niet zomaar naar iedereen nieuwsbrieven versturen. Enkel

wie je daarvoor uitdrukkelijke toe-stemming geeft, mag je in je mai-linglist opnemen. Dit wordt het opt-in principe genoemd. Motiveer dus geïnteresseerden om zich zelf in te schrijven voor je nieuwsbrief. Promoten kan je op vele manieren. Zet een banner op je website die bezoekers naar het inschrijffor-mulier brengt. Motiveer je fans op Facebook door een extra tab aan te maken met een inschrijfformulier. Of neem een simpel zinnetje op in je e-mail handtekening: “Wil je op de hoogte blijven? Schrijf je nu in op onze nieuwsbrief.” Vraag je lezer ook om zijn aanvraag te bevestigen. Laat een automati-sche e-mail versturen met een ve-rificatielink. Dan ben je zeker dat mensen enkel geregistreerd wor-den met hun expliciete goedkeu-ring. Dit is dan een dubbele opt-in.

De wet voorziet twee uitzonderin-gen op het opt-in principe.

• Klanten mag je zonder voor-afgaande toestemming aan je mailinglist toevoegen. Je hebt er een commerciële band mee en je beschikt na een aankoop al over hun gegevens.


media

Heb je vragen over een onderwerp in dit magazine?Wil je graag dat we een onderwerp behandelen in VSF magazine?Heb je goede voorbeelden bij een verschenen artikel of over een ander onderwerp?

Laat het zeker weten aan de VSF magazine redactie via [email protected].

• Organisaties mag je zonder voorafgaande toestemming mailen op een onpersoonlijk e-mailadres zoals info@, con-tact@ en klantendienst@.

Je lezer moet je nieuwsbrief vlot kunnen identificeren als een vorm van reclame. Je bent daarom ver-plicht om er klaar en duidelijk een term als “promotie”, “actie”, “nieuwsbrief” of “reclame” aan toe te voegen.

Ook mag een nieuwsbrief niet ano-niem zijn. Zet zeker de gegevens van je organisatie erin en vermeld een contactadres. De ontvanger van je mailing heeft het recht zich te verzetten tegen meer van je re-clamemails. Zorg dat er altijd een link in je nieuwsbrief staat om uit te schrijven. Zo voorkom je dat ie-mand je nieuwsbrief zal markeren als spam.

Prikkel je lezerHet is een bittere realiteit: niemand zal je nieuwsbrief van a tot z lezen. Uit onderzoek blijkt dat de meeste ontvangers niet verder lezen dan het punt waar ze moeten scrollen. Slechts 11 procent scrolt verder naar beneden. Het komt er dus op aan om je lezer continu te prikkelen om verder te lezen of om door te klikken.

Het begint al bij het binnenlopen van de mail. Op basis van de afzen-der of de titel zal iemand beslissen of hij je nieuwsbrief wil openklik-ken, nu of later, of misschien wel meteen verwijderen? Denk dus goed na over je onderwerpregel. Bepaal de kernboodschap(pen) van je nieuwsbrief en zet die in je on-derwerp.

Probeer niet te veel tekst samen te proppen. Eén alinea per onderwerp is ruim voldoende om de belangrijk-ste informatie mee te geven. Mo-tiveer je publiek aan de hand van een korte teaser om door te klikken naar het volledige artikel.

Je nieuwsbrief heeft een recht-streekse koppeling met je website. Vergeet dat niet, want het is een groot voordeel. Een nieuwsbrief is dan ook goed geplaatst om bezoe-kers naar je website te lokken. Als iemand de URL van je website op een affiche ziet staan of op de achterflap van een brochure, zit hij niet voor zijn computer. Krijgt iemand je nieuwsbrief in zijn mail-box, dan is je website maar een klik ver. Als je nieuwsitem de lezer kan boeien, hoeft hij enkel maar op “lees meer” te klikken om op de juiste plaats op je website terecht te komen.

Stijl

Soms heeft een lezer niet meer nodig dan een paar kleuren of een specifiek lettertype om te weten welke nieuwsbrief hij voor zich heeft. Als je aandacht besteedt aan het design, zal je lezer dat appre-ciëren. Hij zal jouw specifieke stijl herkennen en ook dat stimuleert het open- en klikgedrag.

Het design van een goede nieuws-brief sluit aan op je online huis-stijl. Let wel dat je nieuwsbrief een eigen karakter heeft. Het mag dus geen kopie zijn van je website. Tip: gebruik de sterkste elementen van je huisstijl als basis voor het design.

Gebruik je (veel) afbeeldingen in je nieuwsbrief, stuur die dan nooit mee als attachment. Je loopt het risico op een spamfilter te botsen. Ook e-mails met verhoudingsge-wijs meer foto’s dan tekst, worden vaker beoordeeld als spam.

Denk digitaalCommunicatie is veelrichtingsver-keer. Je nieuwsbrief is slechts één communicatiekanaal uit een totaal-pakket. En de mailbox van je ont-vangers is zeker niet het eindstati-on. Maak de communicatiekanalen die je inzet complementair. Zet een


media

online versie van je nieuwsbrief op je website. Of post een linkje of je Facebookpagina.

De moderne internetgebruiker wil nuttige informatie kunnen delen met anderen. Het is een interes-sante denkpiste om knoppen voor sociale media te integreren in je digitale nieuwsbrief. Wil je hierin meegaan, zorg er dan ook voor dat je regelmatig aanwezig bent op sociale platformen als Facebook en Twitter. Op die manier kan je misschien wel een nieuw publiek bereiken.Vergeet niet om de nieuwste trends in de gaten te houden. Wees je ervan bewust dat mensen hun e-mails steeds vaker lezen via een smartphone of een tabletcomputer. Gaat het om een grote groep van je lezers, optimaliseer dan het design van je nieuwsbrief zodat die ook voor mobiele apparaten leesbaar is.

1. start met een prikkelende onderwerpregel

Denk goed na over je titels. Al bij de titel van een bericht kan je de aan-dacht van je lezer grijpen of verlie-zen. Bepaal de kernboodschap(pen) van je nieuwsbrief en zet die in de onderwerpregel.

2. pas op voor de spamfilter

Je mag niet zomaar naar iedereen nieuwsbrieven sturen. Hou je aan de wettelijke bepalingen: stuur enkel nieuwsbrieven naar wie uit-drukkelijk toestemming gaf.

3. vlot uitschrijven

Zorg dat er altijd een link in je nieuwsbrief staat om uit te schrij-ven. Een ontvanger die zich niet vlot kan uitschrijven, raakt geïrri-teerd en zal je nieuwsbrief vaak ten onrechte “als spam markeren”.

4. zet je lezer aan het werk

Wil je dat je lezer zich inschrijft voor een evenement? Of wil je dat hij doorklikt naar je facebookpa-gina? Zet dat dan ook duidelijk in je nieuwsbrief. Zet je lezers aan tot actie of reactie.

“Bekijk het volledige programma van de wielertweedaagse” trekt meer aandacht dan “wielertwee-daagse van start”.

5. meer tekst dan afbeeldingen

In veel mailboxen worden afbeel-dingen niet standaard getoond. De ontvanger moet deze activeren. Zorg dat je nieuwsbrief leesbaar blijft, ook als de afbeeldingen niet getoond worden. Let er ook op dat er meer tekst dan foto in je nieuws-brief staat. Anders loop je het risico als spammer gezien te worden.

6. integreer sociale media

Lezers zijn geneigd interessante nieuwtjes met elkaar te delen. Zorg ervoor dat ze bij ieder artikel een share-button kunnen aanklikken. Komen je artikels op sociale media terecht, dan profiteer je van extra promotie voor je organisatie.

7. vergeet de testversie niet

Test altijd je nieuwsbrief voor je hem verstuurt naar je volledige mailinglist. Zo haal je er op het laat-ste nippertje foutjes uit, of merk je het meteen als de nieuwsbrief niet helemaal juist op het scherm ver-schijnt.

8. kies het juiste moment

Ken je doelpubliek en probeer je nieuwsbrief op het juiste tijdstip te versturen. Probeer te mikken op een moment waarvan je denkt dat je publiek tijd heeft om te lezen. Stuur je naar een werkend publiek, vermijd dan dat je nieuwsbrief ver-dwijnt in de volle mailbox op maan-dagochtend.

9. analyseer statistiekjes

Een voordeel van digitale commu-nicatie is dat je perfect het succes van je nieuwsbrief kan meten. Hoe vaak werd hij gelezen? Wie klikt en waarop? Welk artikel trekt het meeste bezoekers naar je website? Besteed aandacht aan de statis-tiekjes, je haalt er ideetjes uit om je nieuwsbrief te verfijnen.

10. voorzie een online versie

Geef de verzonden nieuwsbrief een plaatsje op je website. Zo leg je een online archief aan. De bezoeker van je website ziet meteen of de inhoud van de nieuwsbrief voor hem inte-ressant is. Dat maakt de kans op inschrijven groter. Je kan de link naar de online versie ook posten op Facebook.

10 tips om te scoren met je nieuwsbrief

© 2012 KPMG Belastingconsulenten, a Belgian civil CVBA/SCRL and a member firm of the KPMG network of independent member firms affiliated with KPMG International Cooperative (“KPMG International”), a Swiss entity. All rights reserved.

Rijd met ons tot aan de aankomst!

Onze competentiegroep Sportpraktijk begeleidt u

op fiscaal en juridisch vlak

Uw contact: Pieter De Ranter

+ 32 3 821 19 50 [email protected]

kpmg.be

Als u zorgt voor het verbeteren van uw persoonlijk record...

...dan zorgt arena voor de rest. Sinds jaar en dag is arena vooraanstaand verzekeringspartner van talloze sportfederaties. Zo kan u gerust zijn dat u zelfs bij het beoefenen van uw favoriete sport kan rekenen op de steun van een deskundig team op die momenten dat het minder goed gaat.

Voor meer inlichtingen en advies surf naar www.arena-nv.be.

Documents

VSF magazine 1 - 2012