112
2015 Jaarverslag

Jaarverslag 2015 stichting kolom

Embed Size (px)

DESCRIPTION

 

Citation preview

Page 1: Jaarverslag 2015 stichting kolom

2015Jaarverslag

Page 2: Jaarverslag 2015 stichting kolom
Page 3: Jaarverslag 2015 stichting kolom

Inhoudsopgave jaarverslag 2015

Inhoudsopgave jaarverslag 2015

Voorwoord bestuur

Leeswijzer

deel A: Bestuursverslag

1 Inleiding en algemene informatie

1.2 Jaaroverzicht

1.3 Strategie

1.4 Governance

1.5 Kengetallen

1.6 Duiding kengetallen

2 Kwaliteit

2.1 Systematische kwaliteitszorg

2.2 Overige verantwoording en de omgeving van de scholen

2.3 Passend Onderwijs

2.4 Klachten

3 Onderwijs

3.1 Beleid en resultaten 2015

3.2 Scholen voor speciaal basisonderwijs

3.3 Scholen voor (voortgezet) speciaal onderwijs

3.4 Scholen voor praktijkonderwijs

3.5 Bevindingen Inspectie van het Onderwijs

3.6 Collegiale visitaties

3.7 Veiligheid op school

4 Personele zaken

4.1 Samenstelling personeel

4.2 Beleid en resultaten

4.3 Arbeidsomstandigheden en verzuim

5 Financiële zaken

5.1 Staat/Raming van baten en lasten 2015

5.2 Balans

5.3 Vooruitblik

6 Huisvesting en materiële zaken

6.1 Bouwprojecten en onderhoud

6.2 ICT-beleid

7 Verslag Raad van Toezicht

8 Vooruitblik

9 Presentatie Kolomscholen

Bijlage Afkortingenlijst

deel B: Jaarrekening

4

6

7

8

24

32

44

50

58

62

66

68

84

85

Page 4: Jaarverslag 2015 stichting kolom

4

In 2015 hebben een drietal van onze scholen het

predicaat excellente school behaald. Dit resultaat

heeft ook andere scholen geïnspireerd. Van onze

15 locaties hebben in januari 2016 vijf scholen het

predicaat ‘excellente school’ gekregen. Een schitte-

rende prestatie van directies en medewerkers.

Voorwoord College van BestuurDit jaarverslag van Kolom belicht enkele resultaten van 2015. Over de behaalde resultaten gaat het College

van Bestuur (CvB) graag met eenieder voor wie dit jaarverslag is geschreven of die met Kolom in contact staat

het gesprek aan.

Ons motto is ‘ruimte voor leren’. De focus op de scholen

van Kolom is gericht op onderwijskwaliteit in het primaire

proces. Kwaliteit is niet iets dat zich zomaar aandient. Kwali-

teit vereist – net als talentontwikkeling - permanent en plan-

matig onderhoud. Omdat alles wat aandacht krijgt groeit,

hechten wij aan het oordeel van de onderwijsinspectie. Hun

aanwijzingen en onze uitkomsten van collegiale visitaties,

zelfevaluaties en tevredenheidsenquêtes worden benut om

tijdig eventuele problemen te onderkennen en te voorko-

men. Kolom heeft geen zwakke scholen. De inspectie van

het onderwijs ziet geen risico’s. Onze scholen staan er goed

voor.

In 2015 hebben een drietal van onze scholen het predicaat

excellente school behaald. Dit resultaat heeft ook andere

scholen geïnspireerd. Van onze 15 locaties hebben in januari

2016 vijf scholen het predicaat ‘excellente school’ gekregen.

Een schitterende prestatie van directies en medewerkers.

Om onze kwaliteit te borgen zijn onze werkzaamheden vast-

gelegd in een kwaliteitshandboek. Succes zit echter in ge-

drag en niet in regels; alles kan mooi op papier staan, de

kwaliteit begint bij de medewerker. Onze medewerkers ma-

ken voor onze leerlingen het verschil. Excellentie begint met

vragen stellen, nieuwsgierig en gericht zijn op het verbeteren

van je eigen vakmanschap. Leren doe je met en van elkaar.

Onder het motto ‘delen is vermenigvuldigen’ organiseren

de scholen onderlinge uitwisseling en samenwerking door

middel van interne audits en schoolbezoeken. Deskundig-

heidsbevordering van schoolteams en individuele medewer-

kers wordt vanuit de Kolom-academie bevorderd. Leraren

worden gestimuleerd om d.m.v. een persoonlijke route op

masterniveau te komen. Dat alles komt ten goede aan onze

leerlingen.

In 2015 hebben we van een drietal vertrouwde directieleden

afscheid genomen. De directeur van KPC De Schakel vond

een nieuwe uitdaging in Amsterdam. De directeur van SBO-

Zuid St.Paulus en de adjunct-directeur van de VSO De Hel-

dring zijn met pensioen gegaan.

In dit verslagjaar zijn een aantal bouwactiviteiten voor nieu-

we schoolgebouwen gestart: nieuwbouw voor de VSO De

Heldring in Amsterdam West en voor KPC De Schakel in

Haarlem. Bij VSO Alphons Laudy in Amsterdam Zuid wor-

den onderwijs-zorglokalen gebouwd voor het flexibele arran-

gement, dat samen met Cordaan wordt verzorgd. In 2016

zal de nieuwe huisvesting in gebruik worden genomen. Met

dank aan de gemeentes Amsterdam en Haarlem die, met

veel ambtelijke inzet, ruimhartig investeren om eigentijds

onderwijs in mooie schoolgebouwen mogelijk te maken. Ge-

zien de toename in leerlingaantallen in zowel Amsterdam als

Haarlem zijn dat ook goede en maatschappelijk verantwoor-

de investeringen.

In het kader van Passend Onderwijs hebben de Amsterdam-

se schoolbesturen primair onderwijs gekozen voor het de-

centrale schoolmodel. Alle ondersteuningsmiddelen gaan

naar de schoolbesturen. Zij bepalen hoe passend onderwijs

en de zorgplicht op hun scholen vorm krijgt. De scholen van

Kolom maken onderdeel uit van het dekkende netwerk van

specialistische voorzieningen voor Amsterdamse leerlingen,

die daarop zijn aangewezen.

Omdat het speciaal (basis) onderwijs niet meer als een van-

zelfsprekende “kans” op succes wordt gezien en verwijzing

wordt ontmoedigd, constateren we een doorgaande relatieve

terugloop in de aantallen kinderen op deze scholen. Moei-

lijk te hanteren gedrag wordt steeds meer het springende

punt voor verwijzing. In de beeldvorming lijkt het speciaal

Page 5: Jaarverslag 2015 stichting kolom

5

(basis) onderwijs er dan alleen te zijn voor lastige leerlin-

gen. SBO-expertise dreigt verloren te gaan als dit proces

uitmondt in een verdere vorm van koude sanering van het

speciaal basisonderwijs in Amsterdam.

In 2015 heeft Kolom plannen ontwikkeld om haar activiteiten

uit te breiden met het verzorgen van regulier basisonderwijs

op humanistische grondslag in een ‘alles-in-een-school’. Dit

maakt het mogelijk SBO-expertise te borgen en op een an-

dere manier beschikbaar te houden: expertise naar kinderen

brengen i.p.v. kinderen naar expertise. Daarmee blijft het

dekkende netwerk van voorzieningen voor het SWV Passend

Onderwijs Amsterdam-Diemen ook in de toekomst geborgd.

Het voortgezet onderwijs met haar diplomeringsdoelstel-

ling is anders van karakter dan het primair onderwijs. Voor

leerlingen, die leren door te doen in plaats van uit boeken

of leerlingen waar bij de entree in het VO diplomabereik al

twijfelachtig is of alleen met veel ondersteuning haalbaar

blijkt, is het in stand houden van voorzieningen van belang.

Het passend onderwijs heeft in het VO van Amsterdam een

andere invalshoek. Het samenwerkingsverband onderhoudt

– al dan niet met extra ondersteuning vanuit de gemeente -

een fijnmazig netwerk van scholen en tussenvoorzieningen

voor uiteenlopende doelgroep scholieren, waardoor scholen

voldoende toegerust zijn om aan hun maatschappelijke op-

dracht gehoor te geven.

Kolom is qua bedrijfsvoering ook in 2015 ‘in control’ geble-

ken. De gestructureerde planning- en controlcyclus en de

samenwerking met het administratiekantoor Groenendijk

verloopt goed. In het kader van het convenant ‘horizontaal

toezicht’ onderhouden we regelmatig contact met de belas-

tingdienst. In 2015 is een nieuwe accountant BDO aange-

steld. BDO controleert de inkomsten en uitgaven op recht-

matigheid en een correcte administratieve afhandeling.

Doordat de beleidsvoorbereiding voor een belangrijk deel

geschiedt vanuit werkgroepen met directeuren, we zorgen

voor korte lijnen, een gestructureerde P&C-cyclus hante-

ren en er sprake is van een goede interne terugkoppeling

(vier-ogen-principe) heeft en houdt Kolom risico’s in beeld;

we zijn alert en er kan – bij onverwachte ontwikkelingen - tij-

dig worden geschakeld.

Onder het motto ‘ziekte overkomt je, verzuim is een keuze’

zijn in het voorkomen en terugdringen van het verzuim zoda-

nige resultaten geboekt, dat Kolom in 2016 overgaat tot het

eigen risicodragerschap.

In het verslagjaar is gewerkt met het tweede jaarplan uit

strategisch beleidsplan 2014-2018. Momenteel wordt op de

scholen al gewerkt aan de jaardoelen 2016. Graag bedank

ik de directies, medewerkers en samenwerkingspartners die

hebben bijgedragen aan onze prestaties in het afgelopen

jaar.

Mede namens mijn collega Hassan el Hachhouchi wens ik u

veel leesplezier toe,

Jos de Wit, Voorzitter College van Bestuur

Page 6: Jaarverslag 2015 stichting kolom

6

Leeswijzer In dit jaarverslag leggen we verantwoording af over het gevoerde

beleid en de behaalde resultaten op onderwijskundig en financieel

gebied. Het jaarverslag bestaat uit twee onderdelen: het bestuurs-

verslag (deel A) en de jaarrekening (deel B).

In het bestuursverslag rapporteren we over de belangrijkste sturingsgebie-

den te weten de kwaliteit, het onderwijs, personele, financiële en materiële

zaken. We kijken terug en blikken vooruit.

De jaarrekening beslaat de financiële aspecten van de organisatie en geeft

een toelichting op de cijfers.

Met dit jaarverslag krijgt u antwoord op de volgende vragen:

1. Wat is er in 2015 gedaan en welke doelen uit het strategisch meerjarenbe-

leidsplan en het jaarplan 2015 zijn behaald?

2. Wat waren belangrijke ontwikkelingen op de scholen?

3. Waar zijn de middelen aan besteed?

Page 7: Jaarverslag 2015 stichting kolom

7

2015Bestuursverslag

Deel A

Page 8: Jaarverslag 2015 stichting kolom

1

AlgemeenKolom biedt verschillende vormen van gespecialiseerd onderwijs aan 1956 leerlingen

in Amsterdam en Haarlem. Kolom heeft zes scholen voor Speciaal Basisonderwijs

(SBO), vijf scholen voor Praktijkonderwijs (PrO) en twee scholen voor (Voortgezet)

Speciaal Onderwijs ((V)SO) cluster 3 (twee SO-locaties en twee VSO-locaties).

Het CvB geeft leiding aan de professionele organisatie, bestaande uit 463 mede-

werkers waarvan 23 directieleden (13 directeuren en 10 adjunct-directeuren). In de

statuten, het bestuurlijk toetsingskader en het strategisch beleidsplan staan onze

visie, missie en (strategische) doelstellingen op de verschillende beleidsterreinen

verwoord. Vanuit het strategisch beleidsplan en het daaruit voortvloeiende jaarplan

worden de werkzaamheden uitgevoerd. Het CvB stuurt de schooldirecteuren aan en

toetst de door hen opgestelde schooljaarplannen aan het strategisch beleidsplan,

waarna vaststelling volgt. Medewerkers van het Centraal Buro en het administratie-

kantoor ondersteunen het CvB en de scholen daarbij.

Met elkaar staan wij voor kwalitatief goed en gespecialiseerd onderwijs aan leerlingen

met uiteenlopende ondersteunings- en begeleidingsbehoeften in de leeftijd van 4 t/m

20 jaar (en in de toekomst 2,5 t/m 20 jaar).

Inleiding en algemene informatie

Inleiding en algemene informatie

Kolom biedt verschillende

vormen van gespecialiseerd

onderwijs aan 1956 leerlingen in

Amsterdam en Haarlem.

1 8

Page 9: Jaarverslag 2015 stichting kolom

School Adres postcode plaats stadsdeel Directeur

SBO Prof. Dumont Woudrichemstraat 2-4 1107 NG Amsterdam Zuidoost R. Hogerwerf

SBO De Driesprong Sloterweg 1192 1066 CV Amsterdam Nieuw-West S. Kooks

SBO De Hasselbraam K. Klinkenbergstr. 40 1061 AN Amsterdam Nieuw-West J. Hemprig

SBO-Zuid Meander Winterdijkstraat 10 1079 GT Amsterdam Zuid I. van Vuuren

SBO-Zuid St. Paulus Dufaystraat 19 1075 GS Amsterdam Zuid H. Labots (tot 01-08-2015)

Directeur a.i.

I. van Vuuren

SBO De Zeppelin Bessenpad 1 1033 LW Amsterdam Noord I. Scalé

SO De Heldring Bosrankstraat 1 1032 LH Amsterdam Noord H. Kok

M. Stolwijk

SO Alphons Laudy Meer en Vaart 9 1068 KV Amsterdam Nieuw-West F. Knol

S. Hogenbirk

VSO De Heldring Zuidelijke Wandelweg 30 1079 RK Amsterdam Zuid H. Kok

S. Valkenburg

VSO Alphons Laudy Van Nijenrodeweg 648 1082 HZ Amsterdam Zuid F. Knol

B. Vloedbeld

KPC De Atlant Teilingen 4 1082 JS Amsterdam Zuid R. van der Vaart

KPC De Dreef A. Dumaslaan 7 1102 WD Amsterdam Zuidoost T. Pijpers

KPC Het Plein Jan de Louterpad 5 1063 ME Amsterdam Nieuw-West M. Marzguioui

KPC Noord Oostzanerdijk 139 1035 EX Amsterdam Noord S. de Ridder

KPC De Schakel N. v/d Laanstraat 25 2013 BL Haarlem S. Jacobs

1.1 Overzicht van de scholen van Kolom

Inleiding en algemene informatie 1

Page 10: Jaarverslag 2015 stichting kolom

Onderwijskundig Kolom Financiën Huisvesting

JAN SO De Heldring, VSO De Heldring

én VSO Alphons Laudy ontvangen

het predicaat Excellente School 2014

Start leergang Moreel Leiderschap

voor directies

Nieuwjaarsbijeenkomst 2015 in het

nieuwe gebouw van KPC De Dreef

Bijeenkomst administratief mede-

werkers en controller Kolom over

ProActive

FEB Inspectiebezoek SBO Zuid-Meander

Schoolbezoek CvB aan SBO Zuid-

Meander en St. Paulus en SBO

Professor Dumont

Aart Nolen en Danielle Besten

treden aan als nieuw lid bij RvT

Het oude gebouw van VSO De

Heldring wordt gesloopt

Voor de nieuwbouw van KPC De

Schakel is een kavel en een krediet

beschikbaar gesteld

MRT Inspectiebezoek SBO

De Driesprong

Schoolbezoek CvB aan SBO De

Hasselbraam, SBO De Driesprong,

VSO Alphons Laudy en KPC De

Atlant.

Studiedag voor interne contactper-

sonen van de scholen

Jaarlijkse ontmoeting van RvT, CvB

en directeuren

Bereikbaarheidsteam Kolom

bezoekt symposium Onderwijs en

crisis

Gesprek met belastingdienst over

voortgang horizontaal toezicht

APR Bezoek wethouders aan SO De

Heldring

Studiedag voor directies over Mo-

reel Leiderschap

Jaarlijks schoolbezoek RvT aan KPC

De Atlant, SO Alphons Laudy en

SBO Prof. Dumont

MEI Schoolbezoek CvB aan SO De

Heldring, SO Alphons Laudy en

KPC De Dreef

Laatste studiedag voor directies

over Moreel Leiderschap

Een groep medewerkers van Kolom

gaat op studiereis naar Marokko

RvT voert jaargesprek met de

accountant

JUN Schoolbezoek CvB aan KPC De

Schakel, KPC Het Plein, KPC Noord

en VSO De Heldring

Inspectiebezoek SBO De Hassel-

braam

Inspectiebezoek KPC Noord

Toekenning Amsterdamse leraren-

beurs voor vier scholen

Afsluiting schooljaar 2014-2015

Afscheid van RvT-leden Marion van

Sinttruije en Ruud Velthoven

Herbenoeming RvT leden Désirée

Verberk en Rob Heukels

BDO is de nieuwe accountant van

Kolom.

1.2 Jaaroverzicht

Inleiding en algemene informatie 1

Page 11: Jaarverslag 2015 stichting kolom

Onderwijskundig Kolom Financiën Huisvesting

JUL Hans Labots, directeur van SBO

Zuid-Paulus, gaat met pensioen

Zomervakantie

Adrie van Erp stopt als voorzitter

GMR, Hans Verboom neemt voor-

zitterschap tijdelijk over

De aanbesteding van de VSO De

Heldring is afgerond

AUG Zomervakantie

Interim directie op SBO-Zuid St.

Paulus

Teams van SBO Zuid-Meander en

St. Paulus zijn geïnformeerd over de

plannen van de unilocatie

Drie ouders zijn toegetreden tot de

GMR: Kiki Stoffels, Fatima ait Mes-

saoud en Ranada van Kralingen.

Ed van der Vuurst is vanuit de

personeelsgeleding toegetreden tot

de GMR

De gemeente Haarlem heeft

krediet beschikbaar gesteld voor de

bouw van de nieuwe school voor

praktijkonderwijs

SEPT Studiedag voor directies over Leren

en Innoveren

Sanya Valkenburg is benoemd

tot locatie-directeur van VSO De

Heldring

Evaluatie studiereis Marokko

Vervolg horizontaal toezicht belas-

tingdienst

OKT Bijeenkomst met de GMR en RvT

over passend onderwijs

Bijeenkomst RvT en CvB over

Governance

Afscheid van directieleden Ella

Montagne en Hans Labots

Met acht scholen zijn begrotingsge-

sprekken gevoerd

De eerste paal voor de nieuwbouw

bij KPC De Schakel is geslagen

NOV Bestuursgesprek met de Inspectie

van het Onderwijs

Studiebijeenkomst voor directies

over actualisering en digitalisering

van de gesprekcyclus

Studiebijeenkomst voor directies

over Leren en Innoveren

Uitslag directe meting onder ouders

over belangstelling voor Humanis-

tisch basisschool

Kolomfeest

Met zeven scholen zijn begrotings-

gesprekken gevoerd

De eerste paal voor de nieuwbouw

bij VSO De Heldring is geslagen

DEC Vertrouwenspersoon integriteit is

toegevoegd aan vertrouwensper-

sonen

Afscheid Sander Jacobs, directeur

KPC De Schakel

De statuten van Kolom zijn aan-

gepast

Faillissement aannemer KPC De

Schakel

Bouwvergunning flexibel arrange-

ment VSO Alphons Laudy

Inleiding en algemene informatie

1

Page 12: Jaarverslag 2015 stichting kolom

12

1.3 Strategie

Het doel van Stichting Kolom (zoals verwoord in de statuten) is in de meest ruime

zin des woords het verzorgen van verschillende vormen van (passend) speciaal on-

derwijs in scholen op Oecumenische, Algemeen Bijzondere en Openbare grondslag.

In december 2015 zijn de statuten aangepast en is Humanisme als grondslag toege-

voegd én het verzorgen van regulier onderwijs.

Daarmee willen wij een optimale ontwikkeling van onze leerlingen in Amsterdam en

Haarlem bereiken: zelfredzaamheid, participatie aan de maatschappij en een goede

aansluiting op vervolgonderwijs.

Deze visie gaat uit van de volgende kenmerken:

• iedere leerling zien en horen (aandacht voor de optimale plek, onder-

wijs en ondersteuning op maat)

• bevordering van zelfvertrouwen voor deelname aan de samenleving

• aandacht voor veiligheid, identiteit, diversiteit

• aandacht waarden, normen, verschillende culturen en levensbe-

schouwingen

• de leerling staat centraal, de medewerker maakt het verschil

• professionals die van en met elkaar leren

• investeren in ouderbetrokkenheid

• onderwijs in partnerschap met ouders en anderen om de toegevoegde

waarde van ons handelen te vergroten.

Inleiding en algemene informatie 1

Page 13: Jaarverslag 2015 stichting kolom

13

Wij werken aan dit doel vanuit de missie “Kolom realiseert ruimte voor leren voor leerlin-

gen van zo mogelijk 2,5 t/m 20 jaar oud door specialistisch onderwijs, ondersteuning en

begeleiding in samenwerking met anderen, aangepast aan wat de ontwikkeling van elke

leerling (binnen het ondersteuningsprofiel) vraagt.” Dit vraagt continu om focus en flexi-

biliteit omdat zowel de maatschappij als (daarmee samenhangend) de vragen van leerlin-

gen veranderen. Kolom werkt voortdurend aan kwaliteitsverbetering om op veranderende

vragen te kunnen blijven inspelen.

In het strategisch beleidsplan 2014-2018 “Samen in beweging voor de leerling”

staan de volgende uitgangspunten:

• Kolom blijft gericht op goede kwaliteit van het onderwijs. We zorgen

voor robuuste scholen en/of organisatie zodat we goede onderwijs-

kwaliteit op de scholen blijven realiseren.

• Van ‘good to great’; als we alle resultaten en acties van het stra-

tegisch beleid realiseren dan spreken we eind 2017 over “excellent

onderwijs”.

Het strategisch beleid 2014-2018 is gericht op optimale ontwikkeling van de leerlin-

gen. Voor medewerkers vraagt dat vooral flexibiliteit, vraaggerichtheid (inspelen op

onderwijsvragen van leerlingen en anticiperen op maatschappelijke ontwikkelingen)

en permanente professionalisering. Daarnaast vindt Kolom een goede samenwerking

met partners, ouderbetrokkenheid en solidariteit tussen Kolomscholen belangrijk.

We streven naar een dynamische beleid op passend onderwijs en creëren optimale

randvoorwaarden voor digitalisering. Tot slot blijft het verankeren van de gezonde

organisatie en perspectiefrijk financieel beleid een belangrijk speerpunt voor de ko-

mende jaren.

Bovengenoemde punten (succesbepalende factoren) vormden de basis voor het jaar-

plan 2015 en de schooljaarplannen. In het jaarplan van Kolom zijn doelen, prestatie-

afspraken en actiepunten opgenomen die voortkomen uit deze uitgangspunten. Doe-

len zijn concreet uitgewerkt en verdeeld in stappen, zoals het intern bespreken van

wat permanente professionalisering inhoudt, welke ondersteuning met betrekking tot

gedragsregulering de leerlingen nodig hebben en op welke wijze de sociale leerop-

brengsten in kaart worden gebracht. In de schooljaarplannen zien we een concrete

uitwerking van de doelen, waarbij elke school haar eigen accenten legt. In hoofdstuk

3 beschrijven we de belangrijkste resultaten uit het jaarplan 2015.

Inleiding en algemene informatie 1

Page 14: Jaarverslag 2015 stichting kolom

14

1.4 Governance

OrganisatiemodelHet organisatiemodel van Kolom is gelijk gebleven. Onderstaande figuur geeft de organisatiestructuur weer:

Statutair zijn de RvT en het CvB de enige twee organen. In lijn met de wetgeving kent Kolom een duidelijke scheiding van

bestuur (CvB) en intern toezicht (RvT). Het CvB onderhoudt de contacten met de directies van de scholen. Het CvB heeft regel-

matig overleg met de GMR. Op schoolniveau voeren directeuren regelmatig overleg met hun Medezeggenschapsraad (MR).

Raad van ToezichtDe RvT is het jaar 2015 begonnen met vijf leden en einde van dit jaar telde de raad zes leden. In september 2014 heeft me-

vrouw M. van Sinttruije zich herkiesbaar gesteld voor een overbruggingsperiode tot 23 juni 2015. Per 10 februari zijn mevrouw

D. Besten en de heer A. Nolen benoemd. In de vergadering van 16 juni 2015 zijn mevrouw D. Verberk en de heer R. Heukels

herbenoemd als lid voor een tweede termijn van drie jaar tot september 2018. Tevens zijn beiden voor een jaar herbenoemd

als voorzitter en respectievelijk vice-voorzitter.

Inleiding en algemene informatie 1

Page 15: Jaarverslag 2015 stichting kolom

15

Samenstelling Raad van Toezicht eind 2015

Naam en jaar van

aftreden / herbenoeming*

Functies

Drs. D.A.M. Besten

2018

Hoofdfunctie: Zelfstandig financieel interim manager, eigenaar administratiekan-

toor Besten Finance & Control

Nevenfunctie: Eigenaar T2Holiday, Voorzitter Stichting Duurzaam Heeten

R. Heukels (vicevoorzitter)

2018

Hoofdfunctie: Zelfstandig adviseur, consultant, interim-manager, eigenaar Heukels

Advies en Heukels Media Consultancy.

Nevenfunctie: Penningmeester Stichting Migranten Media Opleidingen te Amster-

dam

Drs. A. Nolen

2018

Hoofdfunctie: Zelfstandig adviseur, Mediation, vertrouwenszaken, advies en bege-

leiding, eigenaar Lijnbaan-Amsterdam

Nevenfunctie: externe vertrouwenspersoon diverse basisscholen in Amsterdam,

lid RvT Centram, voorzitter bestuur Stichting Dienstverlening serviceflat Kinheim te

Haarlem en extern voorzitter klachtencommissie personeel stichting Sein.

Drs. M.C. van Sinttruije

2015

Hoofdfunctie: zelfstandig bedrijfseconoom www.vansinttruije.nl

Nevenfuncties: Penningmeester Stichting Bach Cantorij Baarn

Begeleider vakantiereizen mensen met een beperking bij Set Reizen BV te Rotterdam

en Stichting het Buitenhof Gouda

Drs. D. Verberk (voorzitter)

2018

Hoofdfunctie: zakelijk directeur bij Onderwijsadvies & Training, Centrum voor

Onderwijs en Leren Universiteit Utrecht

Nevenfuncties: Voorzitter Stichting Uitgeverij Parrèsia, te Amsterdam

Penningmeester Stichting VHTO, Landelijk Expertisecentrum Meisjes/Vrouwen in

Bèta/Techniek, te Amsterdam (tot november 2015)

J. Wijgergangs

2017

Hoofdfunctie: Algemeen directeur ROCA12

Nevenfuncties: Adviseur trainer (ZZP) bij Juff training en advies

Drs. M. Vreeburg

2017

Hoofdfunctie: Zelfstandig onderwijsprofessional, onderwijs, onderzoek en advies.

Nevenfunctie: voorzitter Femconsult te Den Haag, een bureau gespecialiseerd in

ontwikkelingsprojecten.

* De leden van de RvT zijn benoemd voor een zittingsperiode van drie jaren. Op 17 december 2015 zijn de statuten van Kolom gewijzigd en is de zittingsperiode

verlengd van drie naar vier jaar. Een herbenoeming is maximaal eenmaal aansluitend mogelijk, dit kan ook voor een kortere periode dan vier jaar zijn. Voor de

zittende leden geldt in hun lopende termijn de oude zittingsperiode van drie jaar.

In 2015 bedroeg de bezoldiging voor de RvT in totaal €27.333. De RvT werkt niet met aparte vergoedingen voor commissies

omdat de leden ongeveer evenveel werkzaamheden verrichten.

Voor elk lid van de RvT is €4.000 inclusief BTW beschikbaar, voor de voorzitter €6.000 inclusief BTW. Deze honorering is

gebaseerd op het VTOI advies van eind 2013. De RvT heeft de honorering hierop per 1 januari 2014 aangepast middels toe-

passing van het laagste maximumbedrag binnen de bandbreedte die is opgenomen voor besturen met een omzet tussen de

€15.000.000 en €30.000.000 per jaar. De RvT van Kolom kent geen onkostenvergoedingen. Verder bedroegen deskundig-

heidsbevordering en vergaderkosten samen € 5.319. De RvT is sinds februari 2013 lid van de VTOI.

Inleiding en algemene informatie 1

Page 16: Jaarverslag 2015 stichting kolom

16

College van Bestuur Kolom heeft al jaren een stabiel bestuur, het CvB bestaat uit twee leden:

Samenstelling College van Bestuur eind 2015

Naam Functie

Drs. A.J.C. de Wit Hoofdfunctie: Voorzitter College van Bestuur

Nevenfunctie:

• Voorzitter Regionale Verwijzingscommissie Voortgezet Onderwijs, Leiden/Lisse

• Lid Provinciale Staten Noord-Holland

• Lid Beroepenveldcommissie Hogeschool van Utrecht

• Lid adviescollege CED

• Bestuurslid Arkade

• Voorzitter SWV Passend Onderwijs Amsterdam-Diemen

• Bestuurslid Stichting Steunfonds Speciaal Onderwijs

H. el Hachhouchi Hoofdfunctie: Lid College van Bestuur

Nevenfunctie: geen

In 2015 bedroeg de bezoldiging van het CvB € 202.812 conform WNT. Daarnaast werd voor het CvB € 10.461 aan scholings-

kosten uitgegeven.

Het CvB heeft maandelijks een CvB+ overleg, waar naast het CvB afhankelijk van onderwerp en/of relevantie verschillende

medewerkers van het Centraal Buro aansluiten.

De belangrijkste bestuursbesluiten waren:

• Het vaststellen van het Bestuurlijk Toetsingska-

der, managementstatuut en jaarplan 2015.

• Het vaststellen van de begroting 2015 en de

Kaderbrief met uitgangspunten bij de begroting

2016.

• Het vaststellen van het Meerjaren Bestuursfor-

matieplan 2015-2019 PO en VO.

• De aanstelling van een nieuwe adjunct-directeur

op VSO De Heldring, het omzetten van de tijde-

lijke aanstellingen van twee schooldirecteuren

en de senior beleidsmedewerker in vaste dienst

verbanden.

• De Meerjarenbegrotingen Planmatig onderhoud

2015-2018 en 2016-20102.

• De begrotingen Planmatig Onderhoud 2015 en

2016.

• De statutenwijziging.

• Het afsluiten van een 4-jarig contract met “de

Rolf Groep”. Het contract betreft de online

leeromgeving van het samengevoegde OinO-Ad-

vies en Teachers Channel, genaamd “Uw Be-

stuursacademie”.

• Met ingang van 1 januari 2016 gaat Kolom over

op Eigen Risico Dragerschap (ERD) voor de be-

kostiging en vervanging bij ziekte.

• Het vaststellen van het jaarplan 2016

• Het vaststellen van het jaarverslag en de jaarre-

kening 2014.

• Het vaststellen van de nieuwe schoolplannen

van alle SBO-scholen.

• Het vaststellen van de benoemingsprocedure

directie PO/VO voor (adjunct-) directeuren.

• Het vaststellen van het schoolveiligheidsplan

en de medische protocollen voor het SO/SBO en

het PrO/VSO.

Inleiding en algemene informatie 1

Daarnaast zijn de onderwerpen uit de planning- en controlcyclus: financiën (kwartaalrapportages), personele zaken (verzuim,

werkgelegenheid en ontslagbeleid, functiebouwwerk), huisvesting en kwaliteitsbeleid regelmatig besproken.

Page 17: Jaarverslag 2015 stichting kolom

17

Gemeenschappelijke Medezeggenschapsraad

De GMR bestond uit eind 2015 uit zeven leden; drie vertegenwoordigers vanuit de ouders

en vier vertegenwoordigers vanuit het personeel. Elke schoolsoort is vertegenwoordigd

door een personeelslid en daarnaast is één personeelslid voorzitter. Na een gerichte wer-

vingsactie is het in 2015 gelukt om meer ouders in de GMR te krijgen.

De GMR hanteert een jaarlijkse vergadercyclus, parallel aan de CvB-vergaderingen waarin

belangrijke onderwerpen van het bestuur, zoals financiën en personeelsbeleid, geagen-

deerd worden. De voorzitter van het CvB is op verzoek een groot deel aanwezig bij de

maandelijkse vergaderingen. In 2015 waren er negen reguliere vergaderingen en daarnaast

was er de jaarlijkse ontmoeting met de RvT. De voorzitters van GMR en RvT onderhou-

den naast de geplande bijeenkomsten informeel contact. De GMR publiceert een eigen

jaarverslag per schooljaar op intranet en de website van Kolom. Een GMR-lid is lid van de

benoemingsadviescommissie voor RvT-leden.

De belangrijkste onderwerpen van gesprek waren:

• Bestuurlijk Toetsingskader en jaarplan 2015.

• Werving van ouders voor GMR/MR en scholing GMR leden.

• Het Meerjaren Bestuursformatieplan 2015-2019 PO en VO.

• Verzuimbeleid en de Kolom-uitwerkingen van de CAO PO en CAO VO.

• Mobiliteit en Eigen Risico Dragerschap (en de daarmee samenhangen-

de vervangingspool).

• Stichting van een nieuwe school (uitbreiding activiteiten en grond-

slag van Kolom).

• Verantwoordingsrapportage bedrijfsvoering (aan de hand van kwar-

taalrapportages).

• De Kaders t.a.v. professionalisering en vervolg van de Kolom-acade-

mie.

• Kaderbrief met uitgangspunten bij de begroting 2016.

• Planmatig onderhoud.

• Het Schoolveiligheidsplan.

• Extra banen voor medewerkers met een arbeidshandicap.

• Jaarverslag en jaarrekening 2014.

• Aftreden voorzitter A. van Erp en verkiezingen.

• Voorbereiden gespreksonderwerpen diner pensant.

• Benoemingsprocedure directie PO/VO.

• Gemeenschappelijke scholing voor alle mr-en en gmr leden

• Beoordelingsformulieren

• Integriteitsplan

Inleiding en algemene informatie 1

De GMR bestond uit eind 2015 uit zeven leden;

drie vertegenwoordigers vanuit de ouders en vier

vertegenwoordigers vanuit het personeel.

Page 18: Jaarverslag 2015 stichting kolom

18

Centraal BuroEind 2015 werkten bij het Centraal Buro (CB) 12 mensen, die de scholen op verschillende terreinen ondersteunen. Naast de

twee CvB-leden werken twee personeelsadviseurs, een Arbo-/verzuimadviseur, een controller, een medewerker huisvesting,

een beleidsmedewerker kwaliteit en vier medewerkers voor (financiële) administratieve en secretariële ondersteuning op het

CB van Kolom.

Binnen Kolom is gekozen voor integrale verantwoordelijk-

heid van de directeuren. De schooldirecteur is onderwijskun-

dig leider en integraal manager. De medewerkers van het CB

hebben met name een signalerende, adviserende en onder-

steunende rol naar de directeuren.

Evaluatie van de dienstverlening van het CB vindt plaats vol-

gens een driejaarlijkse cyclus. In 2014 hebben we de dienst-

verlening geëvalueerd en in 2017 doen we dit opnieuw.

In 2015 is Kolom een verkenning aangegaan op adminis-

tratief gebied met ASKO. Een medewerker van Kolom was

werkzaam op de financiële administratie van ASKO. De

verwachting was dat beide organisaties voordeel van de sa-

menwerking zouden kunnen hebben door elkaar te kunnen

vervangen en door kennisdeling. De opbrengsten van de sa-

menwerking bleek te beperkt om voordeel te behalen. Om

die reden hebben beide organisaties besloten de samenwer-

king op te schorten.

Organisatieontwikkeling De schooldirecteuren hebben verschillende bovenschoolse overlegmomenten bij Ko-

lom, zoals directieoverleggen, schoolsoortoverleggen en overleg in werkgroepen. In

het directieoverleg bespreken de directeuren belangrijke ontwikkelingen, beleid en

lopende zaken. Dit overleg is het formele overlegmoment voor de directeuren en het

CvB. Daarnaast hebben de directeuren SBO/SO en PrO/VSO vijf keer per jaar een

schoolsoortoverleg, waarin met name inhoudelijke onderwerpen aan de orde komen.

Er wordt ook informatie uitgewisseld op basis van de actualiteit (zoals gevolgen

nieuwe cao’s, ontwikkelingen VO m.b.t. PrO en LWOO). Voor ontwikkeling van nieuw

beleid zijn vaste werkgroepen voor vijf beleidsterreinen. Zo denken directeuren mee

in de voorbereiding van beleidsvorming. Bij elke werkgroep is één van de directeuren

voorzitter en doen zij ook zelf verslag van de activiteiten van de werkgroep in het

directieoverleg.

Elke schooldirecteur bij Kolom heeft jaarlijks minimaal vier formele individuele ge-

sprekken met een bestuurder: een opbrengstengesprek, een voortgangsgesprek, een

managementcontractgesprek en een functionerings- of beoordelingsgesprek. Hierin

komt altijd het leiding geven aan het primaire proces aan de orde en wat is vastge-

legd in het managementcontract. De beleidsmedewerker kwaliteit voert apart twee

keer per jaar een kwaliteitsgesprek met de directie van een school. Dan bespreken zij

volgens een vast format verschillende kwalitatieve aspecten van de schoolorganisatie.

De gesprekken zijn informerend, bieden mogelijkheden voor verantwoording en feed-

back voor zowel de schooldirectie als het CvB.

Het CvB ziet toe op de uitvoering en kwaliteit van de P&C-cyclus. Mede door cyclisch

te werken vanuit een planning- & controlkalender borgt Kolom dat onderwerpen niet

van de agenda kunnen verdwijnen. Zo komen tijdens de schoolgesprekken (tenmin-

ste) de resultaatgebieden uit het strategisch beleidsplan aan de orde.

Elke maand schrijft het CvB een maandbrief voor de directeuren, CB-medewerkers,

GMR en RvT. Op basis daarvan wordt maandelijks een nieuwsbrief voor alle mede-

werkers op het intranet gepubliceerd. Het CvB bezoekt jaarlijks teambijeenkomsten

op alle scholen van Kolom.

Inleiding en algemene informatie 1

Page 19: Jaarverslag 2015 stichting kolom

19

Sturen op omvangDe samenwerkingsverbanden PO en VO zijn op 1 augustus 2014 van start gegaan. In het SWV PO zijn het afgelopen jaar

gesprekken gevoerd over het dekkend netwerk SBO/SO en het gemeenschappelijk sturen op kwaliteit en leerlingaantallen.

Dit heeft nog niet geleid tot concrete vervolgstappen. De samenwerkingsverbanden VO Amsterdam en Zuid-Kennemerland

waaraan onze praktijkcolleges en VSO-scholen deelnemen, blijven grotendeels op een zelfde manier doorwerken.

Overzicht leerlingenaantallen Kolomscholen

Naam school 1-10-2012 1-10-2013 01-10-2014 01-10-2015

SBO Professor Dumont 84 82 70 78

SBO-Zuid Meander 81 73 66 67

SBO De Hasselbraam 188 174 189 159

SBO-Zuid St. Paulus 83 72 60 60

SBO De Driesprong 91 89 94 102

SBO De Zeppelin 57 64

TOTAAL SBO 527 490 536 530

VSO/SO De Heldring 157/58 (215) 131/62 (193) 131/61 (192) 129/65 (194)

VSO/SO Alphons Laudy 180/86 (266) 178/82 (260) 165/87 (252) 164/88 (252)

TOTAAL WEC 490 453 444 446

KPC De Atlant 201 208 205 208

KPC De Dreef 162 159 173 203

KPC Het Plein 206 211 214 217

KPC Noord 210 199 210 205

KPC De Schakel 128 128 143 147

TOTAAL PRAKTIJKCOLLEGES 907 905 945 980

TOTAAL BESTUUR 1924 1848 1925 1956

Uit bovenstaand overzicht blijkt dat in oktober 2015 een toename van 31 leerlingen is t.o.v. oktober 2014. De effecten van Pas-

send Onderwijs vertalen zich vooralsnog niet in een grote afname van het aantal leerlingen op de SBO-scholen van Kolom. Bij

SBO De Zeppelin, SBO Professor Dumont en SBO De Driesprong is zelfs sprake van een lichte groei. SBO De Hasselbraam

heeft 30 leerlingen minder dan in 2014, dit is toe te schrijven aan de eerdere overname van SBO Iedersland. Door deze over-

name is er tijdelijk een forse groei van het leerlingaantal geweest, maar nu zijn er veel schoolverlaters die uitstromen. Op de

SBO scholen zijn er in totaal zes leerlingen minder dan het afgelopen jaar.

Het leerlingaantal op het (V)SO nam in vergelijking met vorig jaar toe met twee leerlingen, terwijl vorig jaar het leerlingaantal

daalde. Het leerlingaantal bij de praktijkscholen is bij vier van de vijf scholen toegenomen (met name een forse toename bij

KPC De Dreef). Bij KPC Noord is sprake van een lichte daling van het aantal leerlingen.

Inleiding en algemene informatie 1

Page 20: Jaarverslag 2015 stichting kolom

20

Directies en totaal medewerkersIn 2015 zijn drie directieleden vertrokken bij Kolom. Per 1 augustus ging Hans Labots, directeur op SBO-Zuid St. Paulus, met

pensioen. Sander Jacobs, directeur van KPC De Schakel, startte per 1 januari 2016 met een andere baan. Bij VSO De Heldring

vertrok Ella Montagne en is Sanya Valkenburg per 1 september aangesteld als locatiedirecteur.

Gedurende de periode van 1 augustus 2015 tot en met 31 december 2015 is een interim-directeur voor SBO Zuid St. Paulus

benoemd. De uitgaven voor de schooldirecteur a.i. in 2015 waren €. 27.632.

Inleiding en algemene informatie 1

Page 21: Jaarverslag 2015 stichting kolom

21

1.5 Kengetallen

Kengetallen Kolom (per kalenderjaar of stand 31 december en anders zie toelichting/voetnoot)

2008 2009 2010 2011 2012 2013 2014 2015

Norm

2015 trend

Aantal locaties 17 16 15 15 15 14 15 15

Aantal scholen 14 13 13 13 13 12 13 13

Aantal scholen met positieve kwaliteitsbe-

oordeling onderwijsinspectie

12 11 11 12 12 11 12 13

Aantal (zeer) zwakke scholen volgens

onderwijsinspectie

2 2 2 1 1 1 1 0 0

Aantal leerlingen (direct door het Rijk

bekostigd)

1971 1937 1941 1972 1911 1853 1925 1956

Leerlingen met een rugzakje 7,5% 6,3% 10,0% 9,5% 10,8% 12,5% n.v.t. n.v.t.

Leerlingen met niet-Nederlandse culture-

le achtergrond

64% 68% 68% 66% 69% 70% 66% 67%

Gemiddeld aantal leerlingen per groep 14 13 13 13 13 13 13 13

Gemiddeld aantal leerlingen per 1 FTE 4,5 4,5 4,6 4,8 5,0 5,2 5,6 5,7%

Gerealiseerde verplichte oudercontacten 95% 91% 87% 88% 96% 96% 96% 96% 100%

Instroom medewerkers 79 67 72 51 22 32 55 54

Uitstroom medewerkers 64 81 74 73 42 54 49 53

Aantal medewerkers 587 549 545 499 479 457 450 463

Aantal FTE 437 429 419 407 383 356 345 340,7

Verhouding OP t.o.v. OOP 2,3 2,2 2,1 2,3 2,1 2,1 2,1

Gewogen gemiddelde leeftijd (ggl) 44,5 45,3 45,9 45,6 47,4 47,2 48,3 48,2

Medewerkers die een

beoordelingsgesprek hebben gehad

10% 8% 8% 21% 23% 12% 16% 28% Min.

34%

Verzuimpercentage medewerkers 8,5% 7,8% 7,3% 6,8% 7,9% 7,4% 7,9% 7,1 6,9%/

7%

Rijksbijdragen *1.000 25.125 26.659 26.591 26.551 27.375 27.807 27,276 28.107

Personele lasten t.o.v. totale lasten 82,9% 78,6% 81,9% 82,3% 82,5% 83,2% 81,8% 82,6%

Rentabiliteit -2,7% -9,1% -3,2% -0,3% 4,8% 11,8% 6,8% 6,9% 0%-5%

Weerstandsvermogen (-/- MVA) 21,1% 7,7% 2,8% 2,6% 8,6% 21,7% 27,7% 34,1% Min.

9%

Kapitalisatiefactor 46% 30% 23% 27% 32% 48% 48% 57% Max

37,5%

Gerealiseerde bouwprojecten 0 1 1 0 0 3 2 0

Gemiddelde scholingskosten per mede-

werker

430 424 470 610 391 685 447 906

Gemiddeld aantal digitale schoolborden

per school

- - 9 10 11 12 12 11 Per

school

Gemiddelde ICT kosten per leerling 136 151 181 202 215 206 234 251 Incl

invest.

Inleiding en algemene informatie 1

Page 22: Jaarverslag 2015 stichting kolom

22

1.6 Duiding enkele kengetallen(uit tabel vorige pagina)

Eind 2015 beschikken alle Kolomscholen over een basisarrangement van de onder-

wijsinspectie. KPC Noord werd in september 2014 in eerste aanleg als zwak beoor-

deeld. Na een herstelactie kreeg deze school na het inspectiebezoek op 11 juni 2015

gewoon weer een basisarrangement.

Kolom heeft in oktober 2015 1956 leerlingen, dit is een toename van 31 leerlingen

t.o.v.2014. Op de SBO-scholen loopt het leerlingaantal licht terug (zes leerlingen

minder dan 2014). Op de SO en VSO scholen is het leerlingaantal redelijk stabiel

gebleven. Het leerlingaantal neemt op het VSO iets af en bij het SO juist iets toe. Het

leerlingaantal op de praktijkcolleges is met 35 leerlingen toegenomen.

Sinds 1 augustus 2014 is Passend Onderwijs van kracht en worden er geen indicaties

voor een rugzak meer afgegeven. Vandaar dat we dit ook niet meer registreren.

Het percentage leerlingen met niet-Nederlandse culturele achtergrond blijft stabiel.

Het gemiddeld aantal leerlingen per groep blijft stabiel, maar het aantal leerlingen per

FTE is de afgelopen jaren steeds toegenomen. Gemiddeld is het opkomstpercentage

van ouders/verzorgers bij verplichte oudercontacten 96%. Dit percentage is gelijk

gebleven met afgelopen drie jaar. Bij zeven van de dertien scholen van Kolom was

100% van de ouders aanwezig bij de verplichte oudercontacten, conform de norm

die Kolom stelt.

De in- en uitstroom van medewerkers in 2015 is bijna gelijk en vergelijkbaar met vorig

jaar. Het aantal medewerkers is afgelopen jaar toegenomen, terwijl het aantal FTE

minder is geworden. De gewogen gemiddelde leeftijd van de medewerkers van Kolom

blijft hoog.

Inleiding en algemene informatie 1

Sinds 1 augustus 2014 is Passend Onderwijs

van kracht en worden er geen indicaties voor

een rugzak meer afgegeven.

Sinds 1 augustus 2014 is Passend Onderwijs

van kracht en worden er geen indicaties voor

een rugzak meer afgegeven.

Page 23: Jaarverslag 2015 stichting kolom

23

In 2015 is tijdens de gesprekken tussen de directies en het bestuur geregeld aandacht be-

steed aan de gesprekcyclus. Dit heeft ertoe geleid dat het aantal beoordelingsgesprekken

fors is toegenomen. We kunnen m.b.v. de MIS goed volgen of medewerkers jaarlijks een

beoordelings-, functioneringsgesprek of een POP-gesprek voeren.

Het verzuim is in 2015 met 0,8% gedaald t.o.v. het vorig jaar maar blijft nog steeds iets

boven het vastgestelde maximum van 7,0% voor de SBO en (V)SO scholen en 6,9% voor

de praktijkcolleges.

In 2015 zijn we druk bezig geweest met twee bouwprojecten, de planning is dat in

2016 deze projecten worden afgerond.

De gemiddelde scholingskosten per medewerker zijn fors toegenomen. De focus op

deskundigheidsbevordering en scholing is terug te zien in deze cijfers.

Na het vaststellen van de jaarrekening 2014 blijkt dat deze jaarrekening een onjuiste

weergave geeft van de niet geoormerkte subsidies OCW, overige overheidsbijdragen,

overige baten en huisvestingslasten welke respectievelijk €104.898 hoger, €166.667

hoger, €285.264 hoger en €50.254 hoger dienen te zijn. Het resultaat 2014 valt hier-

door €506.575 hoger uit. De in deze tabel opgenomen vergelijkende cijfers zijn hierop

aangepast.

Inleiding en algemene informatie 1

De gemiddelde scholingskosten per

medewerker zijn fors toegenomen. De focus op

deskundigheidsbevordering en scholing is terug

te zien in deze cijfers.

In 2015 zijn we druk bezig geweest met twee

bouwprojecten, de planning is dat in 2016 deze

projecten worden afgerond.

Page 24: Jaarverslag 2015 stichting kolom

24

2Kwaliteit

Kwaliteit 2 24

Veel afspraken bij Kolom

zijn gericht op leren en

ontwikkelen. Scholing en

deskundigheidsbevordering

staan centraal in de cyclus

van continu verbeteren en het

borgen van kwaliteit.

2.1 Systematische kwaliteitszorgHet kwaliteitsbeleid staat bij Kolom hoog in het vaandel en wordt doorlopend geactu-

aliseerd en aangepast. Alle afspraken over wat wij doen om de gewenste kwaliteit te

borgen of te verbeteren en de instrumenten die we hierbij gebruiken zijn opgenomen

in het Handboek Kwaliteitsbeleid.

In 2015 vonden gesprekken tussen het CvB en directeuren plaats op basis van het

strategisch beleidsplan, het jaarplan en de managementcontracten. Vooral de kwali-

tatieve resultaatgebieden komen hierbij aan de orde.

De pilot met de integrale schoolbesprekingen is in het verslagjaar uitgebreid, elke

school heeft zo’n bespreking gehad. De opbrengsten en ontwikkelingen van de

scholen worden integraal besproken op basis van input van interne en externe in-

formatiebronnen. Deze pilot is met de directeuren geëvalueerd en afgesproken is

de gehanteerde formats op een aantal punten aan te passen. We hebben nog niet

besloten of het verslag van deze besprekingen een afdoende alternatief is om het

schooljaarverslag te vervangen. Deze vraag wordt meegenomen bij de nieuwe opzet

voor de cyclus van integrale schoolbesprekingen, audits en collegiale visitaties die in

2016 wordt voorbereid.

Page 25: Jaarverslag 2015 stichting kolom

25 Kwaliteit2

Voor de zelfevaluatie maken de scholen onder andere gebruik van enquêtes. Het ge-

bruik van tevredenheidsenquêtes vindt op verschillende wijzen en in verschillende cycli

plaats tussen de schoolsoorten van Kolom. Alle scholen laten hieraan het personeel,

leerlingen en ouders deelnemen. De veiligheidsenquêtes worden door alle scholen ge-

lijktijdig afgenomen en de uitkomsten zijn onderling goed vergelijkbaar. Alle scholen

laten het personeel en de leerlingen deze enquêtes invullen.

Op verschillende niveaus binnen Kolom bespreken medewerkers de uitkomsten van

de zelfevaluaties en de resultaten het geboden onderwijs. Er is veel aandacht voor leer-

opbrengsten, leerlinggedrag, houding en (sociale) competentieontwikkeling en acties/

interventies om dit te borgen en/of te versterken. In de afgelopen jaren is het bespre-

ken van leerkrachtgedrag, houding, inzet, prestaties en competentieontwikkeling steeds

meer onderwerp van gesprek geworden.

De directeuren van Kolom bespreken ook regelmatig met elkaar algemene resultaten

van personeelszorg op schoolniveau zoals verzuim, in- en uitstroom (mobiliteit), inzet-

baarheid en deskundigheidsbevordering en evaluatie van het zorgsysteem (PDCA-cy-

clus) en de ouderbetrokkenheid. Deze uitwisseling is mede mogelijk door een binnen

Kolom opgezet managementinformatiesysteem.

Veel afspraken bij Kolom zijn gericht op leren en ontwikkelen. Scholing en deskundig-

heidsbevordering staan centraal in de cyclus van continu verbeteren en het borgen van

kwaliteit.

Het CvB monitort ook de schooldirecties om vast te kunnen stellen welke scholen even-

tueel risico’s lopen en extra aandacht moeten krijgen. Naast integrale verantwoorde-

lijkheid ziet Kolom (bevlogen) onderwijskundig leiderschap als belangrijkste pijler van

permanente verbetering van de onderwijskwaliteit.

Alle schooldirecteuren voeren aan de hand van een kijkwijzer lesbezoeken uit en bespre-

ken de resultaten met de teamleden. In 2015 heeft dit aandacht gekregen in bijna alle

gezamenlijke bijeenkomsten en gespreksvoering tussen directeuren en bestuurders.

Het bestuur differentieert in eisen aan en ondersteuning van schooldirecteuren, verge-

lijkbaar met leraren die de lessen afstemmen op de onderwijs- en ondersteuningsbe-

hoeften van de leerlingen.

Het kwaliteitsbeleid van Kolom is zich de afgelopen jaren steeds meer gaan richten op

het permanent onderhouden en verder verbeteren van kwaliteit. Uitwisseling tussen

scholen helpt daarbij.

Het kwaliteitsbeleid

staat bij Kolom

hoog in het

vaandel en wordt

doorlopend

geactualiseerd en

aangepast.

Page 26: Jaarverslag 2015 stichting kolom

26

2.2 Overige verantwoording en de omgeving van de scholenHorizontale verantwoording aan ouders vindt vooral plaats in de gesprekken tussen school en ouders. Betrokkenheid van

ouders op de ontwikkeling van hun kind is belangrijk voor de leermotivatie en leersucces van onze leerlingen. Met de ouders

wordt periodiek over het OPP van de leerling (voor de SBO scholen en de (V)SO scholen ) of het OPP en het individueel

ontwikkelplan van de leerling (voor de colleges van praktijkonderwijs) gesproken. Hierbij komen de behaalde resultaten, de

nieuwe doelen en ambities en het verwachte uitstroomperspectief aan de orde.

De directies van de scholen zorgen ook voor een structurele dialoog met de schoolteams, stagebedrijven en samenwerkings-

partners. De directies van de scholen overleggen over het schoolbeleid met de medezeggenschapsraden, waarin zowel ouders

als medewerkers vertegenwoordigd zijn. Naast de opbrengsten van de school worden bijvoorbeeld ook de resultaten van

tevredenheids- en veiligheidsenquêtes teruggekoppeld naar betrokkenen.

Op de meeste scholen worden ook – voor zover dat mogelijk is - vormen gezocht van een horizontale dialoog met leerlingen,

bijvoorbeeld in de zogenaamde leerlingenraden. In het kader van het concretiseren van democratisch burgerschap voor onze

leerlingen, vinden we dit belangrijk.

Alle scholen van Kolom presenteren en verantwoorden zich naar buiten over hun

resultaten via ‘Vensters voor verantwoording’.

Het CvB hanteert intern een overlegstructuur met de schooldirecties, schoolteams,

GMR en de RvT. Extern voert het bestuur regelmatig overleg met gemeentes, ande-

re schoolbesturen uit Amsterdam en Haarlem, in overlegplatforms als BBO, OSVO,

RBO-ZK, SWV PO & VO en samenwerkingspartners.

Kolom heeft veel partners en stakeholders waarmee contacten worden onderhou-

den. Kolom is een netwerkorganisatie, de scholen staan in verschillende delen van de

stad en gemeenten met elk een eigen couleur locale. Kolom werkt met meer partijen

samen dan een gemiddeld schoolbestuur om voor leerlingen van de verschillende

soorten speciaal onderwijs de juiste ondersteuning te krijgen, kennis uit te wisselen

en toe te passen.

Onderstaande figuur illustreert de vele partners van Kolom (inclusief leerlingen, per-

soneel, schooldirecties, CvB en RvT).

Kwaliteit 2

Horizontale

verantwoording

aan ouders vindt

vooral plaats in de

gesprekken tussen

school en ouders.

Page 27: Jaarverslag 2015 stichting kolom

27

2.3 Passend OnderwijsHet Samenwerkingsverband Passend Onderwijs Amsterdam-Diemen houdt kantoor op Maasluisstraat 2 te Amsterdam. Me-

vrouw Liesbet Tijhaar is de directeur van het samenwerkingsverband. Voor meer informatie zie www.swvamsterdamdiemen.

nl Het samenwerkingsverband is het grootste samenwerkingsverband van Nederland met 46 schoolbesturen en ca. 67.000

leerlingen.

Het samenwerkingsverband heeft met instemming van de Ondersteuningsplanraad (OPR) gekozen voor een decentraal

schoolmodel. De verantwoordelijkheid voor de zorgplicht ligt bij de scholen zelf. Om dat optimaal vorm te geven, krijgen de

schoolbesturen zelf de ondersteuningsmiddelen om daarmee – al dan niet in onderlinge samenwerking - de zorgplicht en extra

ondersteuning voor leerlingen, die in aanmerking komen voor een aangepast arrangement te organiseren.

Kwaliteit2

Onze SBO en SO scholen vormen samen met vergelijkbare

scholen van andere schoolbesturen het dekkende netwerk

aan opvang- en ondersteuningsvoorzieningen. Deze voor-

zieningen zijn voor de leerlingen waar de reguliere scholen

de zorgplicht niet van kunnen realiseren binnen de eigen

schoolmuren. Na het volgen van de ontwikkelingen in het

zgn. groeidocument kan door scholen bij het SWV een toe-

laatbaarheidsverklaring (TLV) worden gevraagd die toegang

geeft tot het SO en SBO. Ten behoeve van de aanvragen en

beoordelingen van TLV zijn onderwijsadviseurs in elke regio

van Amsterdam werkzaam.

De gevolgen van Passend Onderwijs vertalen zich in een

verminderde instroom in het SO en SBO. Het lijkt alsof

zorgplicht ‘niet verwijzen’ betekent, tenzij er sprake is van

(overlast) gevend gedrag. O.i. moet het criterium voor een

aanvraag TLV de ontwikkeling van de leerling zijn en niet de

houdbaarheid van een leerling in de groep. Als bijtijds een

passende plek voor een leerling wordt gezocht, kan veel on-

nodig leed worden voorkomen.

Tot nu toe krijgen de SBO-scholen nog de bekostiging tot 2%.

Omdat het deelname percentage onder de 2% ligt, gaan er te

veel middelen naar de SBO-scholen. Het SWV heeft de inten-

tie om over te gaan tot bekostiging van SBO-scholen op basis

van het aantal leerlingen dat ook aanwezig is op de scholen

op een tweetal peilmomenten (1 oktober en 1 februari). Met

dit decentrale schoolmodel komt soms de samenwerking

tussen scholen onder druk te staan. In wijkverband willen

scholen gebruik maken van elkaars expertise (of naar elkaar

doorverwijzen) maar soms zijn op bestuurlijk niveau andere

afspraken gemaakt. Door min of meer gedwongen winkelne-

ring stagneert de samenwerking.

In 2015 is de transitie jeugdzorg van start gegaan. De gemeen-

te Amsterdam heeft gekozen voor een preventieve insteek

ter voorkoming van problemen in opvoeding- en ondersteu-

ning. Daarvoor hebben veel medewerkers uit de traditione-

le zorgaanbieders een functie als OKA’s gekregen. De inzet

van OKA in het SO en SBO loopt nog altijd niet gestroom-

lijnd. Nog niet op elke S(B)O school is een OKA aanwezig.

De werkzaamheden van de schoolmaatschappelijk werkers

en de OKA’s moeten goed op elkaar afgestemd worden en

ze moeten dezelfde ‘taal’ spreken. Doordat de gemeente wil

aansluiten op het zorgsysteem van de school zorgt dat voor

ongelijkheid. Scholen die hun zorgsysteem optimaal en met

inzet van eigen middelen hebben opgezet, worden voor hun

inspanningen ‘beloond’ , door een geringere inzet dan scho-

len die hun zorgsysteem minder goed op orde hebben.

Page 28: Jaarverslag 2015 stichting kolom

28Kwaliteit 2

Het voortgezet onderwijs is ondergebracht in Samenwer-

kingsverband VO Amsterdam-Diemen en het Samenwer-

kingsverband VO Zuid-Kennemerland. De directeur van

het SWV in Amsterdam is de heer Frits Otto en het be-

zoekadres is Buiksloterweg 85, 1031 CG Amsterdam. Voor

meer informatie zie www.swvadam.nl. De directeur-be-

stuurder van het SWV Zuid-Kennemerland is de heer Jo-

han Vermeer, het bezoekadres is Schipholpoort 2, 2034

MA Haarlem. Voor meer informatie zie www.samenwer-

kingsverband-zuid-kennemerland.nl

Voor onze praktijkcolleges is niet veel veranderd in 2015.

De criteria van toelating blijven hetzelfde en de Regionale

Verwijzingscommissies (RVC-VO) ging in dit verslagjaar

nog over de toelaatbaarheid.

Vanuit de transitie Jeugdzorg hebben ook de OKA’s hun

entree gemaakt op de scholen voor voortgezet onderwijs.

T.o.v. het PO verloopt dit voor onze praktijkscholen vrij

probleemloos.

In 2015 is er verder niet veel veranderd in de structuur van

en/of de toestroom van het aantal leerlingen naar onze

VSO-scholen en praktijkcolleges. Gezien de demografi-

sche ontwikkelingen in Amsterdam (toename aantallen

leerlingen), moet het VO zich voorbereiden op blijvende

uitbreiding van het onderwijsaanbod. Dat geldt waar-

schijnlijk ook voor onze scholen.

Vanuit de transitie Jeugdzorg

hebben ook de OKA’s hun entree

gemaakt op de scholen voor

voortgezet onderwijs.

Page 29: Jaarverslag 2015 stichting kolom

29

2.4 Klachten

BeleidOp alle scholen is een pestprotocol en is er jaarlijks aandacht voor preventie van on-

gewenst gedrag, zoals besprekingen over bejegening en gedrag. Op de colleges voor

praktijkonderwijs is een groot arsenaal aan programma’s beschikbaar zoals: Kies,

De vooroordelenkoffer, Leefstijl, Zo werkt dat, Go for it & Kikid. Daarnaast worden

programma’s als: Beware of loverboys, je lijf je lief, love limits, Marietje Kessels, No

Nonsense ingezet voor versterken van de seksuele weerbaarheid en het herkennen

van grensoverschrijdend gedrag. Op de VSO-scholen wordt ‘Liefde is ….’ ingezet en

is er veel aandacht voor omgangsgedrag en sova-training, het in praktijk brengen van

‘de gouden regels’ en vriendentraining (aangaan en onderhouden van waardevolle

vriendschappen). Op de SBO-scholen wordt gewerkt met Leefstijl, Zien, de Vreed-

zame School, PBS en SOVA-trainingen. Op het SO staan gedragsregels centraal en

wordt gebruik gemaakt van STIP en de Vreedzame School.

Op de scholen wordt ook gebruik gemaakt van het aanbod van samenwerkingspart-

ners als Bureau Halt en MEE.

Het bestuur en de directies van Kolom stimuleren een cultuur van openheid en pro-

fessionaliteit. Wij zijn laagdrempelig voor leerlingen, ouders, personeelsleden en an-

dere belanghebbenden en willen dat zij zelf meedenken en praten over (de uitvoering

van) het beleid van Kolom. In een open cultuur past ook dat iedereen die ergens on-

genoegen over heeft dit direct meldt bij degene die het aangaat. Als onderling overleg

naar aanleiding van ontevredenheid geen uitkomst biedt, kan een stap verder gegaan

worden in de klachtroute van Kolom.

Kwaliteit2

Bij een klacht over ongewenst gedrag kan een gesprek met de interne contactpersoon zinvol zijn (en indien aan de orde met

de externe vertrouwenspersoon). Bij een vermoeden van seksuele intimidatie van een volwassene jegens een minderjarige

leerling geldt een meld- en aangifteplicht (zedenmisdrijf). Deze meldplicht is ook uitgebreid naar (signalen van) radicalisering.

Schooldirecties vangen vaak gevoelens van ongenoegen en/of misverstanden door miscommunicatie op. Zij reflecteren hier-

op en bespreken dit intern met betrokkenen of het schoolteam om van te leren. Ook het bestuur beschouwt het in beeld krijgen

van meldingen en/of klachten als leermomenten om zaken te verbeteren.

Het bestuur en de directies van Kolom stimuleren een cultuur

van openheid en professionaliteit. Wij zijn laagdrempelig voor

leerlingen, ouders, personeelsleden en andere belanghebbenden

en willen dat zij zelf meedenken en praten over (de uitvoering

van) het beleid van Kolom.

Page 30: Jaarverslag 2015 stichting kolom

30

Interne Contactpersonen Op elke school is er een tweetal interne contactpersonen. Zij fungeren als wegwijzer bij eventuele klachten van leerlingen, ou-

ders en medewerkers. De klachtenregeling van Kolom geldt daarvoor als leidraad. Elke nieuwe interne contactpersoon wordt

apart door het bestuur benoemd. Daarmee wordt hun onafhankelijke positie benadrukt. Elke interne contactpersoon volgt een

basistraining gegeven door onze vertrouwenspersoon.

Om de interne contactpersonen bekend te maken en in beeld te houden voor leerlingen, ouders en medewerkers worden

verschillende instrumenten en activiteiten ingezet, zoals:

• Klachtenbrievenbus op school met foto van de contactpersonen.

• Rondje langs de klassen door interne contactpersonen.

• Informeren over en bespreken van het onderwerp “bejegening” met leerlingen.

• Verstrekken van informatie aan ouders over de taak van interne contactpersonen en hoe ouders gebruik

kunnen maken van de klachtregeling.

• Informatie op de website.

• Informeren van teamleden door de interne contactpersonen over taken en procedures inzake machtsmis-

bruik en het omgaan met klachten.

De interne contactpersonen komen minimaal 2x per kalenderjaar bij elkaar. Eenmaal om lopende afspraken over rol en inhoud

en rapportages met elkaar te bespreken, ervaringen en informatie uit te wisselen en – indien aan de orde - nieuwe regelgeving

in te passen. Daarnaast wordt er een jaarlijkse scholingsdag onder leiding van een externe deskundige georganiseerd. Met de

interne contactpersonen vindt overleg plaats over de keuze van het onderwerp van de nascholing. De kosten van de nascholing

van contactpersonen worden bovenschools gedragen.

Externe vertrouwenspersoonKolom heeft sinds 2011 een overeenkomst met een vaste vertrouwenspersoon Heleen de Jong. Indien nodig is er ook een

externe mannelijke vertrouwenspersoon beschikbaar.

Externe vertrouwenspersoon IntegriteitIn februari 2012 is voor Kolom in aanvulling op onze Klachtenregeling en integriteitsbeleid de regeling ‘Melding vermoeden

van een misstand’ vastgesteld. Dit is overgenomen van de ‘(model) Regeling Melden vermoeden van een misstand in de

sector VO’ van de VO-Raad. Kolom heeft hiervoor een overeenkomst afgesloten met een (externe) vertrouwenspersoon Inte-

griteit. Deze persoon is bewust niet onze externe vertrouwenspersoon (voor klachten) vanwege de vertrouwelijkheid en een

gewenste duidelijke scheiding tussen ongewenste omgangsvormen en integriteit.

Kwaliteit 2

Page 31: Jaarverslag 2015 stichting kolom

31

Meldingen en KlachtenDe interne contactpersonen op de scholen houden logboekgegevens bij over meldingen, klachten en officiële klachten.

In 2015 is er geen klacht ingediend bij de Landelijke Klachtencommissie.

Op basis van de aangeleverde informatie door de interne contactpersonen en de externe vertrouwenspersoon is onderstaand

overzicht1 van meldingen en klachten samengesteld.

2015 2014 *2013 2012 2011 2010

Meldingen 79 14 7 5 35 34

Klachten 0 12 2 3 3 12

Officiële klachten 0 0 0 0 1 0

Evaluatie externe vertrouwenspersonenDe externe vertrouwenspersoon heeft in 2015 een tweetal

meldingen n.a.v. een samenwerkingsprobleem gekregen.

Deze zijn voor verdere behandeling terugverwezen naar de

school/bestuur.

De kosten voor de externe vertrouwenspersoon voor 2015

bedroeg € 1.695.

In 2015 is geen contact gezocht met de (externe) Vertrou-

wenspersoon Integriteit betreffende een - vermoede - mis-

stand bij Kolom.

In 2015 heeft er een evaluatief gesprek plaatsgevonden met

beide vertrouwenspersonen. De huidige Vertrouwensper-

soon Integriteit stopt met zijn werkzaamheden. In het voor-

jaar 2016 moet een opvolger worden gezocht.

Op basis van de beschikbare cijfers zijn geen nieuwe trends

en/of knelpunten te distilleren. Maatschappelijke verschijn-

selen rondom de bekende thema’s zoals: pesten, social me-

dia en grensoverschrijdend seksueel gedrag tussen leerlin-

gen spelen ook op onze scholieren. De aandacht daarvoor

in de lessen, de zorgstructuur bij meer specifieke gevallen

en organisatie op de scholen zelf is zodanig dat hier intern

adequaat mee om wordt gegaan.

Maatschappelijke ontwikkelingenEen onderwerp dat na de gebeurtenissen in Parijs opnieuw

aandacht opeiste was alert zijn op signalen rondom radicali-

sering en de uitwassen daarvan, die scherp kunnen ingrijpen

op het samenleven. Op onze scholen hebben deze terreurac-

ties op leerlingen een behoorlijke impact gehad; het leidde

tot (tijdelijke) gevoelens van onveiligheid. Vanuit de gemeen-

te is er ook extra aandacht voor gevraagd.

Vanuit een vrije democratische samenleving bezien is radica-

lisering in welke vorm dan ook een ernstige vorm van onge-

wenst gedrag. Een vrije democratische samenleving doet een

beroep op gezond verstand, tolerantie en vertrouwen.

Kwaliteit2

1 Dit lijkt een forse toename. Een verklaring van de toename kan enerzijds liggen in de ‘open cultuur’ die nagestreefd wordt. Anderzijds is men gevoeliger geworden

voor registratie van uiteenlopende incidenten. Uiteraard draagt maatschappelijke aandacht ook verder bij aan de registratie van meldingen en klachten. Absolute

vergelijking is niet mogelijk omdat meldingen en klachten van verschillende aard en achtergrond zijn. Ook in 2015 hebben de interne contactpersonen en de externe

vertrouwenspersoon gegevens t.b.v. het jaarverslag aangeleverd.

Page 32: Jaarverslag 2015 stichting kolom

32

3

3.1 Beleid en resultaten 2015Hieronder beschrijven we de belangrijkste resultaten uit het strategisch beleidsplan

en jaarplan 2015.

Werken aan de sociale leeropbrengsten Het in beeld brengen van de sociale leeropbrengsten wordt één van de belangrijkste

speerpunten van het onderwijs. Daarom krijgen de sociale leeropbrengsten, naast de

cognitieve leeropbrengsten, op alle Kolomscholen veel aandacht.

Binnen onze scholen hebben we het volgende gerealiseerd:

• Alle scholen beschikken over een leerlingvolgsysteem (LVS) waar de

sociale leeropbrengsten gemeten en gevolgd worden.

• Alle scholen gebruiken methoden en programma’s om sociale compe-

tenties van leerlingen te vergroten en om te zorgen voor een veilig

en vreedzaam schoolklimaat.

• Op een aantal scholen zijn leerkrachten in staat een analyse te ma-

ken van de sociale opbrengsten en hun pedagogisch handelen hier

goed op af te stemmen, op andere scholen blijft dit een ontwikkel-

punt. Dit doel is deels gerealiseerd en zal daarom terugkomen in het

jaarplan 2016.

Onderwijs

Onderwijs 3 32

Het in beeld brengen van

de sociale leeropbrengsten

wordt één van de belangrijkste

speerpunten van het onderwijs.

We streven ernaar dat uit

lesbezoeken door de directie

blijkt dat leerkrachten de

instructie en het leerstofaanbod/

de praktijksituaties goed

afstemmen op de individuele

leerling.

Page 33: Jaarverslag 2015 stichting kolom

33 Onderwijs3

Ontwikkelingsperspectieven en behaalde uitstroomdoelenOp alle scholen van Kolom wordt binnen zes weken na plaatsing voor elke leerling een ontwikkelingsperspectief (OPP) opge-

steld. Het doel is om onze leerlingen met specifieke onderwijs- en ondersteuningsvragen de afgestemde hulp te bieden, zoals

dat omschreven is in het OPP. Daarnaast streven we naar het goed inschatten van het te behalen uitstroomdoel.

• Bij het SBO en (V)SO worden goede resultaten gehaald. Het goed formuleren van een OPP met daarin

opgenomen de ondersteunende en belemmerende factoren is onderdeel geworden van de schoolpraktijk.

De leerkrachten zijn goed in staat om hun didactisch handelen hierop af te stemmen en de ondersteu-

ning te bieden zoals omschreven in het OPP. Het gemiddelde percentages gehaalde uitstroomdoelen

voor het SBO en (V)SO samen is 92%. (SBO 93% (4 van de 6 scholen), SO 93% en VSO 90%).

• Op de praktijkcolleges wordt nog met wisselend succes gewerkt met een OPP. In 2015 is hard gewerkt om

de planning van de leerstof in overeenstemming te brengen met het OPP van de leerlingen. De scholen

hebben realistische verwachtingen geformuleerd over de uitstroom van de leerlingen, maar ook hier

kan nog een verbeterslag gemaakt worden.

Het percentage uitstroomdoelen behaald is 85%.

Afstemming van de aanpak en het aanbod op onderwijs- en ondersteuningsvragen van de leerlingen We streven ernaar dat uit lesbezoeken door de directie blijkt dat leerkrachten de instructie en het leerstofaanbod/ de praktijk-

situaties goed afstemmen op de individuele leerling. Op alle scholen wordt gewerkt met een kijkwijzer, aan de hand waarvan

de lessen regelmatig worden geobserveerd.

• Het SBO en (V)SO hebben al veel ervaring met de kijkwijzer opgedaan.

Het activerende directe-instructiemodel en het opbrengstgericht en

handelingsgericht werken waarin leerlingen en worden voorbereid

op de les en op maat ondersteuning krijgen tijdens de instructie zijn

– naast de terugblik of de beoogde doelen wel zijn behaald - elemen-

ten van de kijkwijzer. Het SBO en (V)SO maken a.h.v. alle individuele

observatielijsten een balans op voor de hele school. Het schoolover-

zicht wordt met het hele team besproken. Op basis hiervan wordt

samen met het team voor de volgende periode nieuwe doelen gesteld.

• Op de praktijkcolleges worden ook lesbezoeken aan de hand van een

kijkwijzer afgelegd. De terugkoppeling van de bevindingen naar het

hele schoolteam en het stellen van nieuwe doelen o.b.v. deze uitkom-

sten behoeft nog verdere aandacht. Met de directies van de praktijk-

scholen is de balans van een (eenzijdige blik) op het schoolse leren

(de AVO-isering van ook deze vormen van onderwijs) versus echt leren

door doen in de praktijk (wat wil en kan een leerling levensecht en

op de toekomstgericht leren) onderwerp van gesprek. Uit de lesob-

servaties blijkt dat de meeste leerkrachten voldoende ondersteuning

kunnen bieden aan leerlingen met specifieke ondersteuningsvragen.

Het gebeurt zelden dat een leerling doorverwezen wordt omdat de

school geen passend aanbod kan bieden.

Op alle scholen

wordt gewerkt

met een kijkwijzer,

aan de hand

waarvan de lessen

regelmatig worden

geobserveerd.

Page 34: Jaarverslag 2015 stichting kolom

34

Professionalisering Omdat de leerkracht voor de leerlingen het verschil maakt

ligt de focus op verdere professionalisering en het versterken

van de competenties van leerkrachten. Deze visie wordt op

alle niveaus en in alle overlegsituaties bij Kolom benadrukt.

De huidige ontwikkelingen in het onderwijs rondom directie-

en lerarenregistratie en het bijhouden van hun registratie on-

dersteunen het beleid van Kolom. We hebben op dit gebied

in 2015 het volgende bereikt:

• De Kolom-academie is verder doorontwikkeld, er

zijn gecertificeerde modules van demaster SEN

(special educational needs) ingekocht. Mede-

werkers werden gefaciliteerd in tijd en geld

om daarop in te schrijven. Ook voor directies,

contactpersonen en onderwijsassistenten zijn

leertrajecten georganiseerd die ook worden

gevolgd.

Ongeveer 90 medewerkers hebben in 2015 een cursus of een

module gevolgd (bijvoorbeeld Master SEN module gedrag

of module geletterdheid), daarnaast zijn er teamscholings-

dagen vanuit de Kolomacademie georganiseerd en zijn er

op de Kolomdag voor 417 medewerkers workshops verzorgd.

Doordat de website van de Kolom-academie bij aanvang van

2015-2016 is verbeterd en verrijkt met een persoonlijke pagi-

na en een ruim aanbod in de zgn. elektronische leeromge-

ving (blended learning) is gerealiseerd, kan een ruimer en

ook meer ‘op maat’ aanbod gerealiseerd worden voor indivi-

duele medewerkers. Daartoe worden de medewerkers in per-

soonlijke ontwikkelingsgesprekken (p.o.p.) met de directies

uitgedaagd. Alle schoolteams hebben een voorlichting ge-

had over hoe de website werkt en hoe de persoonlijke pagina

ingericht en beveiligd is.

• Bij Kolom worden de scholen uitgedaagd te ex-

celleren. In 2015 hebben drie Kolomscholen het

predicaat “excellente school” gekregen. VSO De

Heldring heeft dit predicaat al voor de 3e keer

ontvangen, voor VSO Alphons Laudy en SO De

Heldring was het de 1e keer.

Passend onderwijs

De Kolomscholen moeten met hun aanbod en voorzienin-

gen inspelen op wijzigingen in de leerlingpopulatie als effect

van Passend Onderwijs. De scholen moeten het onderwijs

kunnen afstemmen op meer complex gedrag en problema-

tiek van leerlingen, maar hierbij ook de grenzen bewaken.

• Het CvB en directies hebben met de SWVen

afspraken gemaakt over wie welk type leerling

opneemt, welke bedragen daarvoor gereserveerd

worden en welke uitzonderingen er zijn. Dit

blijkt ook nodig, omdat als gevolg van de terug-

loop van het aantal leerlingen op met name het

SBO de neiging ontstaat om leerlingen toegang

te verlenen, die voor onveilige situaties kunnen

zorgen en daardoor het volgen van ‘passend

onderwijs’ van andere leerlingen beïnvloeden.

• In het kader van de transitie Jeugdzorg zijn

in het najaar 2015 op het SBO en V)SO de OKA’s

mondjesmaat aan de slag gegaan. Zij moeten

gaan aansluiten op de bestaande zorgstructuur

(o.a. afstemming met schoolmaatschappelijk

deskundigen) van de scholen en fungeren als

intermediair naar de Ouder Kind Teams (OKT). In

het VO is het anders geregeld. De praktijkcolle-

ges hebben voor 16 uur een OKA.

• De SO en SBO scholen participeren in wijkteams

van het SWV PO. Dit SWV is bezig met het evalu-

eren van het eerste ondersteuningsplan en in

2015 is een start gemaakt met de voorbereidin-

gen voor het nieuwe plan.

Omdat de leerkracht voor de leerlingen het

verschil maakt ligt de focus op verdere pro-

fessionalisering en het versterken van de

competenties van leerkrachten.

Onderwijs 3

Page 35: Jaarverslag 2015 stichting kolom

35

DigitaliseringHet doel is om met digitale middelen aan te sluiten op de

leefwereld van leerlingen en om leerlingen wegwijs maken in

de digitale wereld. De expertise op dit gebied en het gebruik

van digitale middelen is bij onze scholen heel verschillend.

Bij een paar scholen is dit doel al gerealiseerd, maar bij veel

scholen nog volop in ontwikkeling.

• Er heeft nog te weinig scholing plaatsgevonden

op de digitale vaardigheden van leerkrachten.

Daarom zal de doelstelling gericht op des-

kundigheidsbevordering wederom opgenomen

worden in het jaarplan 2016.

• In 2015 is de norm m.b.t. hardware, afschrij-

vingstermijn en aanleg van netwerken bijge-

steld, zodat het gepersonaliseerde leren m.b.v.

ICT een verdere impuls kan krijgen.

• In 2015 zijn er zes scholen bezig geweest met het

vormgeven van een nieuwe website. De verwach-

ting is dat in het voorjaar 2016 de websites van

deze scholen online gaan.

Samenwerking

De scholen blijven steeds gericht op uitbouw van samenwer-

king met ouders, zorginstellingen en andere partners (zoals

het bedrijfsleven). Contractuitbreiding met Cordaan en De

Bascule in meerjarenperspectief is onderzocht. De (verplich-

te) oudercontacten staan hoog op de agenda en komen in

diverse besprekingen binnen teams en bij het directieoverleg

regelmatig aan de orde. Op de scholen is het volgende ge-

realiseerd:

• Kolom stelt zich al jaren tot doel dat 100% van

ouders bij verplichte oudercontacten bereikt

worden. Afhankelijk van de school gaat het

om oudercontacten als rapportbesprekingen,

twintig-minuten-gesprekken, huisbezoek en

bespreking van het IOP of OPP en het portfolio.

De scholen verlangen van ouders dat zij op de

hoogte zijn en blijven over de ontwikkeling van

hun kind. Op de Kolomscholen zijn gemiddeld

drie verplichte oudercontacten per leerling. Op

zeven van de dertien scholen is in het school-

jaar 2014-2015 de 100% score behaald. Gemiddeld

is het opkomstpercentage van ouders bij ver-

plichte oudercontacten 96%, we blijven streven

naar 100%.

• De samenwerking met Cordaan verloopt goed

en wordt bij VSO Alphons Laudy uitgebreid. Con-

tractuitbreiding met De Bascule is, vanwege vele

veranderingen binnen deze organisatie, voor-

lopig niet haalbaar. Er wordt naast deze twee

organisaties samengewerkt met andere partners

die van belang zijn voor de leerlingen.

• Veel activiteiten van externe onderwijs- en

jeugdzorgorganisaties vinden inmiddels plaats

op onze scholen zoals fysiotherapie, spelthe-

rapie, ondersteuning en begeleiding van de

OKA’s, trajectbegeleiding en gespecialiseerde

naschoolse opvang.

Vanaf het voorjaar 2015 is een ambitieplan ontwikkeld om

een nieuwe basisschool op humanistische grondslag te

stichten: het Alles-in-één-concept, naast de geplande Unilo-

catie SBO-Zuid (Paulus/Meander). Dit omdat de gemeente

Amsterdam voorziet dat er extra scholen moeten worden ge-

bouwd om de aanwas van kinderen in de basisschoolleeftijd

te kunnen plaatsen. De politiek, de directeuren van Kolom én

de medewerkers van de betrokken SBO-Zuid scholen (Pau-

lus en Meander) zijn positief over dit schoolconcept. Het

plan komt tegemoet aan diverse maatschappelijke wensen:

meerdere voorzieningen onder een dak; passend onderwijs

met passende ondersteuning en expertise. Deze uitgangs-

punten en het schoolconcept van een geïntegreerde ‘alles in

een school’ zelf bieden o.i. ook goede aanknopingspunten

Passend Onderwijs verder vorm te geven.

Onderwijs3

Page 36: Jaarverslag 2015 stichting kolom

36

3.2 Scholen voor speciaal basisonderwijsHieronder staat een aantal ontwikkelingen beschreven die, naast de reguliere activiteiten, op de SBO-scholen plaatsvinden.

Onderwijs 3

Op SBO-Zuid Meander heeft de groep PAssend Zuid (PAZ)

goed vorm gekregen, een samenwerking tussen SO Alphons

Laudy en SBO-Zuid Meander. Deze groep is bedoeld voor

leerlingen met een indicatie die zeer moeilijk lerend zijn

en baat hebben bij het pedagogisch klimaat van een SBO-

school. Het gaat om een kleine groep binnen het SBO met

een gespecialiseerde leerkracht en onderwijsassistent uit het

ZML-onderwijs.

SBO-Zuid Paulus en Meander hebben afgelopen jaar de (vrij-

willige) deelname aan de Kwaliteitsaanpak Basisonderwijs

Amsterdam (KBA) succesvol afgerond. De scholen hebben

veel profijt gehad van dit KBA-traject. Meander heeft inge-

zet op algemene schoolontwikkeling en op bijna alle items

waar de KBA aandacht aan schenkt een grote vooruitgang

geboekt. Het traject op de SBO-Zuid St. Paulus is vooral ge-

richt geweest op het optimaliseren van de basiskwaliteit van

de school. Beide scholen hebben het traject met een zelfeva-

luatie afgesloten.

SBO De Hasselbraam heeft meegedaan met een landelijk

televisieprogramma LifeStyleXperience.. De school werd in

de gelegenheid gesteld om de expertise van het SBO en het

bijzondere van de school te laten zien. Het beeld van veel

ouders - een school met allemaal drukke kinderen met ge-

dragsproblemen - wordt weggenomen door te vertellen over

het pedagogisch klimaat, de routines en de positieve hou-

ding naar kinderen.

SBO De Zeppelin is gestart met leerKRACHT, waarbij

het motto is: Elke dag samen een beetje beter. In de leer-

KRACHT-aanpak gaat het team op school aan de slag met

drie instrumenten; Lesbezoek én Feedbackgesprek, Ge-

zamenlijk lesontwerp en gestructureerd kort overleg. Dit

overleg vindt plaats in het team bij een bord om doelen en

verbeteracties te bespreken. Leraren leren zo van elkaar en

innoveren samen het onderwijs.

Twee SBO scholen (SBO Professor Dumont en SBO De Zep-

pelin) zijn een uitwisselingsproject gestart met twee praktijk-

scholen (KPC De Dreef en KPCN). De leerlingen van de SBO

scholen volgen praktijklessen op de praktijkscholen.

Aan het rekenonderwijs is in 2015 veel aandacht besteed.

SBO De Driesprong en SBO De Hasselbraam zijn samen

bezig met het vernieuwen van de rekenmethode. SBO Pro-

fessor Dumont, SBO Zuid-Meander en SBO De Zeppelin zijn

eveneens bezig het rekenonderwijs te vernieuwen.

Bij vier SBO scholen is in 2015 het continue rooster (vijf ge-

lijke schooldagen) ingevoerd. De twee scholen waar het nog

niet gelukt is proberen dit in 2016 alsnog te realiseren.

Page 37: Jaarverslag 2015 stichting kolom

37

3.3 Scholen voor (voortgezet) speciaal onderwijs

De (V)SO scholen werken samen met de Universiteit van Amsterdam en de Inspectie van Onderwijs in de Academische Werk-

plaats Sociale Opbrengsten. Het doel is om een zelfevaluatie instrument te ontwikkelen gericht op het zichtbaar maken van de

onderwijskwaliteit op de sociale opbrengsten.

Op SO De Heldring draait met subsidie van het SWV PO een trainingsgroep om leerlingen die dreigen uit te vallen op school

te handhaven en/of leerlingen die thuis zitten weer terug naar school te begeleiden.

Op SO Alphons Laudy en SO De Heldring zijn onderwijs/zorggroepen gestart in samenwerking met Cordaan. In deze groepen

zitten kinderen die het nog niet redden binnen het onderwijs, maar wel de potentie hebben hiervoor. Ook VSO Alphons Laudy

heeft subsidie gekregen om onderwijs- zorgarrangementen te realiseren. De verwachting is dat dit flexibele arrangement, dat

ook samen met Cordaan wordt vormgegeven, m.i.v. 1 augustus 2016 kan starten.

Bij alle vier de (V)SO scholen is het continue rooster (vijf gelijke schooldagen) ingevoerd.

Onderwijs3

Page 38: Jaarverslag 2015 stichting kolom

38

3.4 Scholen voor praktijkonderwijs

Om het niveau van (begrijpend) lezen te verhogen, is op verschillende praktijkcolleges veel aandacht voor lezen. Zo wordt bij

KPCN in alle klassen twee keer per week 20 minuten gelezen. Er zijn veel mooie, nieuwe leesboeken aangeschaft.

Alle praktijkcolleges gebruiken het leerlingvolgsysteem van Magister. Daarnaast zijn er drie praktijkscholen in 2015 bezig ge-

weest met het ontwikkelen en implementeren van een ander leerlingvolgsysteem (Profijt, Presentis, E&A-match).

KPC De Dreef heeft afgelopen jaar de deelname aan de Kwaliteitsaanpak Voortgezet Onderwijs Amsterdam (KVA) succesvol

afgerond. Op KPC De Dreef wordt met veel enthousiasme vorm gegeven aan het onderwijsconcept The Big Picture Learning

(BPL).

EindresultatenPraktijkonderwijs is in principe eindonderwijs. Dit onderwijs sluit niet af met een landelijk erkend diploma. De belangrijkste

doelstelling van het praktijkonderwijs is dat leerlingen via scholings- en stagetrajecten zich voor arbeid kwalificeren en daar-

mee een passende arbeidsplaats verwerven en behouden en op die manier zelfstandig participeren in de samenleving.

Belangrijkste uitstroomgegevens van schoolverlaters schooljaar 2014-2015

PrO Kolom PrO Landelijk

Werken (inclusief begeleid werken) 22% 32%

Werken en leren 7% 9%

Leren 50% 31%

Voortgezet onderwijs (naar andere vorm VO) 4%

VSO 3%

VMBO /andere PrOschool 1%

Anders 17%

Verhuizing naar het buitenland 1%

Dagbesteding 1%

Geen werk of school 12%

Onbekend 3%

Totaal 100%

Volgens de definitie van de landelijke uitstroommonitor praktijkonderwijs moet minimaal 90% van de leerlingen die het prak-

tijkonderwijs verlaten of een vervolgopleiding volgen of een werkplek hebben. Deze doelstelling voor de schoolverlaters van

2014-2015 op Kolom Praktijkcolleges samen niet gehaald. In totaal stroomden 83% van de leerlingen door naar een opleiding

en/of werk.

Wanneer we de uitstoomgegevens afzetten tegen de landelijke scores zien we dat leerlingen van praktijkcolleges van Kolom

minder doorstomen naar werk en de combinatie werk/leren dan het landelijk gemiddelde. We zien ook dat er veel meer leerlin-

gen van onze praktijkcolleges doorstomen naar een vervolgopleiding. De categorie ‘Voortgezet onderwijs’ en Anders’ konden

we niet vergelijken met het landelijk gemiddelde.

Onderwijs 3

Page 39: Jaarverslag 2015 stichting kolom

39

Behaalde diploma’s en certificaten in het schooljaar 2014-2015

PrO Kolom PrO Landelijk

Percentage leerlingen dat een branche certificaat heeft

behaald.

45% 50%

Percentage leerlingen dat een diploma heeft behaald. 43% 25%

Uit bovenstaande gegevens blijkt dat op de Kolomscholen minder leerlingen een branchecertificaat behalen dan het landelijk

gemiddelde. Het percentage leerlingen dat een diploma behaalt ligt aanzienlijk hoger dan het landelijk gemiddelde.

Op de praktijkcolleges haalden in het schooljaar 2014-2015 in totaal 74 leerlingen een AKA diploma, niveau 1 of het Entree.

Daarnaast behaalden 68 leerlingen (branche)certificaten.

BestendigheidOm te bezien of onze leerlingen één en twee jaar na schoolverlating nog een opleiding volgen of een werkplek hebben, wordt

de bestendigheid van onze leerlingen in beeld gebracht. Zitten leerlingen nog op de plek (school of werk), waar ze na het prak-

tijkcollege zijn ingestroomd of zijn ze doorgestroomd (en niet afgestroomd). Deze gegevens zijn van belang om de kwaliteit

en het duurzame effect van ons onderwijs aan te tonen.

Percentage leerlingen dat in 2012/2013 de school verliet en één jaar later aan het werken en leren is en het percentage leerlingen dat na twee jaar aan het werken en leren is

PrO Kolom PrO Landelijk

Werken

Situatie na 1 jaar 26% 29%

Situatie na 2 jaar 35% 35%

Werken en leren

Situatie na 1 jaar 11% 8%

Situatie na 2 jaar 9% 6%

Leren

Situatie na 1 jaar 37% 26%

Situatie na 2 jaar 27% 20%

Bij werken en leren is bij de situatie na twee jaar KPC De Schakel buiten beschouwing gelaten omdat we daar geen gegevens

van hebben. Het gaat daar dus om het percentage van vier praktijkcolleges.

Onderwijs3

Page 40: Jaarverslag 2015 stichting kolom

40

3.5 Bevindingen Inspectie van het OnderwijsHet CvB heeft in november 2015 voor alle schoolsoorten samen een bestuursgesprek met twee inspecteurs (3e inspecteur was

verhinderd) voor het PO, VO en het (V)SO gevoerd. Er is, naast een terugblik op afgelopen jaar, gesproken over de ontwikkelin-

gen bij Kolom en de SWVen. De ontwikkelingen op onze scholen, het monitoren op de kwaliteit en ons streven naar excellentie

werden positief gewaardeerd. Bij onze scholen worden vanuit de inspectie geen risico’s gezien.

Onderwijs 3

Er is gesproken over de gevolgen van Passend Onderwijs,

de flexibele arrangementen op het SO en de start ervan op

het VSO, het opzetten van trainingsgroepen om voortijdig

schoolverlaten te voorkomen en terugkeer van thuiszitters

naar onderwijs mogelijk maken, de signalen op de scholen

n.a.v. de gebeurtenissen in Parijs. Ook is gesproken over het

aangekondigde inspectiebezoek op SBO Professor Dumont

n.a.v. het veronderstelde achterblijven van de leeropbreng-

sten. Aangegeven is dat de school de normering aan het

bijstellen is en de opbrengstgegevens daardoor een verte-

kend beeld geven. Vervolgens heeft begin 2016 een positief

gesprek plaatsgevonden i.p.v. een inspectiebezoek.

In 2015 heeft de onderwijsinspectie drie Kolomscholen be-

zocht, twee SBO-scholen en één Praktijkcollege. De twee

SBO-scholen kregen verschillende inspectiebezoeken. De in-

spectie kwam in februari bij SBO Zuid-Meander. De inspectie

sprak grote waardering uit over de inzet en betrokkenheid

van de medewerkers en directeur, maar vooral ook over de

bereikte resultaten.

SBO De Hasselbraam kreeg een verificatieonderzoek, de in-

specteur was positief over de afstemming van het onderwijs

op de behoeften van de leerlingen, goede kwaliteitszorg en

het planmatig werken aan verbeteringen. De school is am-

bitieus, stelt hoge doelen en haalt uit leerlingen wat erin zit.

In 2014 werd KPC Noord door de inspectie als zwak beoor-

deeld. Deze waardering van de inspectie over de kwaliteit

van het onderwijs bij KPC Noord werd niet gedeeld door de

school zelf en het bestuur. Het bestuur en de inspectie heb-

ben hierover tweemaal met elkaar gesproken. De uitkomst

van de gesprekken was dat de inspectie vervroegd een onder-

zoek zou doen. Begin maart vond een vervolggesprek plaats

met de inspectie en in juni het herhaalonderzoek. KPCN

kreeg, zoals verwacht was, het basisarrangement terug en

oogstte veel waardering voor de kwaliteitsslag die de school

in korte tijd had weten te maken.

Op 12 juni 2015 hadden alle scholen van Kolom weer mini-

maal een basisarrangement.

Page 41: Jaarverslag 2015 stichting kolom

41

3.6 Collegiale visitaties

Onderwijs3

In aanvulling op lesbezoeken door directies, andere evaluaties en inspectiebezoeken vinden op aanvraag collegiale visitaties

plaats. Het doel van een collegiale visitatie is de kwaliteit van de school te verhogen én de samenwerking tussen scholen van

Kolom te vergroten. Leerkrachten en directeuren krijgen de gelegenheid om bij elkaar te kijken en van elkaar te leren. De visita-

ties leveren een rapport op met aanbevelingen en de bezochte school zorgt ervoor dat dit een vervolg krijgt. Ook de inspectie

maakt gebruik van de bevindingen uit de rapportages.

In 2015 is de werkgroep collegiale visitatie uitgebreid met vier mensen. De werkgroep bestaat nu uit tien (vaste) personen,

vanuit elke schoolsoort zijn er één of meerdere vertegenwoordigers. Bij een collegiale visitatie nemen naast een paar leden van

de werkgroep ook andere collega’s (meestal twee) eenmalig deel aan het bezoek van een school.

In 2015 is één school, KPC De Dreef collegiaal gevisiteerd. Aan de visitatiecommissie werd een oordeel gevraagd over in hoe-

verre de school in staat is om de leerling in het onderwijsleerproces centraal te laten staan volgens de uitgangspunten van Bic

Picture Learning (BPL). De visitatiecommissie heeft gekeken naar vijf kernpunten: Passie, Presentatie, Aandacht, Interactie

en Doorvragen. De school is op 27 maart 2015 bezocht en heeft daarna de bevindingen in een rapport met aanbevelingen

ontvangen.

Het afgelopen jaren zijn veel Kolomscholen bezocht door de onderwijsinspectie en de jury voor excellente scholen, daarom is

besloten om in 2015 geen externe audit te laten uitvoeren.

3.7 Veiligheid op school Een veilige en zorgzame schoolomgeving is basisvoor-

waarde om te kunnen leren. Vooral voor leerlingen met

extra onderwijs- en ondersteuningsbehoeften. Daarom

werken de Kolomscholen continu preventief aan een vei-

lige leeromgeving en meten we ook tweejaarlijks de vei-

ligheidsbeleving bij leerlingen en medewerkers om vast

te stellen of de uitkomsten daarvan overeenkomen met

de gestelde doelen. Op elke Kolomschool worden de uit-

komsten geanalyseerd, besproken en teruggekoppeld naar

betrokkenen. Op basis daarvan kan het veiligheidsbeleid

steeds worden geactualiseerd. De scholen die de Kolom-

norm niet halen, onderzoeken waar tekortkomingen op

het gebied van de veiligheid zijn en formuleren verbeter-

punten. Op basis van een plan van aanpak worden acties

ondernomen om de veiligheidsbeleving te verbeteren.

Wij hebben voor alle Kolomscholen twee doelstellingen

voor veiligheidsbeleving vastgesteld. Deze zijn opgeno-

men in het Bestuurlijk Toetsingskader onder het domein

‘onderwijs & identiteit’. Daarin staat: “Wij stellen veilig-

heid voorwaardelijk voor het bieden van ontwikkelingskan-

sen voor

leerlingen en personeelsleden.

• 95%-100% van het personeel voelt zich veilig

op school (met respons van minimaal 60%)

• 80%-100% van de leerlingen voelt zich veilig

op school. De ambitie is 100%.

Page 42: Jaarverslag 2015 stichting kolom

42Onderwijs 3

Alle scholen van Kolom, behalve SBO Professor Dumont, hebben in 2015 de veiligheidsenquête afgenomen. SBO Professor

Dumont heeft in 2014 de WMK afgenomen en zal deze vragenlijst nogmaals in het schooljaar 2015-2016 afnemen. De vragen-

lijsten (met bijbehorende instructie) voor de leerlingen en personeel zijn exact hetzelfde als voorgaande jaren. Hierdoor is het

mogelijk om de enquêtes over meerdere jaren met elkaar te vergelijken.

In totaal hebben 906 leerlingen (van de 1956 leerlingen geteld op 1 oktober 2015) de vragenlijst ingevuld en 321 medewerkers

(van de 438 medewerkers).

De uitkomsten van de enquête van 2015 en de uitkomsten van de jaren ervoor staan in onderstaand overzicht.

Kolom (respons tussen haakjes)

Personeel Leerlingen

Doelstelling 95%-100% (60%) 80% - 100%

Resultaat 2015 92,2% (ruim 70% ) 76,2% in de klas

70,9% in de school

Resultaat 2013 91% (60%) 78% in de klas

75% in de school

Resultaat 2011 93% (54%) 81% in de klas

78% in de school

Resultaat 2009 93% (50%) 73%

Resultaat 2007 94% (55%) 75%

Voor Kolom als totaal hebben we onze doelstellingen niet

gehaald. In 2015 voelen medewerkers zich iets veiliger dan

in 2013 maar helaas halen we niet de zelf geformuleerde

norm van 95%. Een groter aantal leerlingen voelt zich iets

minder veilig in de klas en in school dan voorgaande jaren.

Dit is een belangrijk aandachtspunt!

Bij de bespreking van deze resultaten in het directieover-

leg hebben we onszelf de vraag gesteld of wij wel op een

juiste manier de veiligheid meten. De uitkomsten komen

al jarenlang niet overeen met bevindingen van directeuren

op het gebied van veiligheid. De meeste leerlingen en me-

dewerkers op onze scholen lijken zich namelijk wel veilig

te voelen. Stellen we in de enquête de juiste vragen (begrij-

pen de leerlingen de vragen) en gebruiken we een juiste

normering (de soms scores worden achterwege gelaten)?

Of ligt de oorzaak in het feit dat we binnen het speciaal

onderwijs toch meer te maken hebben met gevoelens van

onveiligheid. Om inzicht te krijgen in bovengenoemde vra-

gen is besloten om de werkgroep de opdracht te geven

om bovenstaande vragen te onderzoeken. De uitkomsten

van het onderzoek zullen in 2016 besproken worden in het

directeurenoverleg. Mogelijk zal dat leiden tot een aanpas-

sing van de veiligheidsenquête.

De uitkomsten van het

onderzoek zullen in 2016

besproken worden in het

directeurenoverleg. Mogelijk zal

dat leiden tot een aanpassing

van de veiligheidsenquête.

Page 43: Jaarverslag 2015 stichting kolom

43 Onderwijs3

Page 44: Jaarverslag 2015 stichting kolom

4

4.1 Samenstelling personeel

Op 31 december 2015 had Kolom 463 medewerkers in dienst, 427 medewerkers heb-

ben een vaste aanstelling, waaronder 129 mannen (30%) en 298 vrouwen (70%).

De verhouding man/vrouw is gelijk gebleven. Opvallend is dat er ten opzichte van

2014 er 23 medewerkers meer in vaste dienst zijn. De landelijke trend is dat er steeds

minder mannen kiezen voor een baan als leerkracht. Deze trend is ook bij Kolom

zichtbaar.

De gemiddelde werktijdfactor van een Kolommedewerker is 0,74 FTE.

Personele zaken

Personele zaken 4 44

De landelijke trend is dat er

steeds minder mannen kiezen

voor een baan als leerkracht.

Deze trend is ook bij Kolom

zichtbaar.

Op 31 december 2015 had Kolom

463 medewerkers in dienst, 427

medewerkers hebben een vaste

aanstelling, waaronder 129

mannen (30%) en 298 vrouwen

(70%).

Page 45: Jaarverslag 2015 stichting kolom

45 Personele zaken4

Personeelsbestand op 31 december 2015 per schoolsoort (excl. tijdelijken)

V(SO) SBO PrO CB Totaal

Aantal 133 118 162 14 427

FTE 103 89 116 9 317

Personeelsbestand afgelopen 4 jaar (incl. tijdelijken)

2012 2013 2014 2015

Aantal 479 472 450 463

FTE 383 355 345 340,7

GGL 47,4 47,3 48,3 48,2

LeeftijdsopbouwDe gemiddelde leeftijd in 2015 is voor Kolom totaal 48,2 jaar (46,3 SBO, 44,8 SO, 49,7 VSO en 49,1 PrO). Dit is in het primair

onderwijs nagenoeg gelijk aan het Amsterdamse cijfer2 voor SO, namelijk 48,3 SBO en 47,1 (V)SO. Het Amsterdamse cijfer

in het voortgezet onderwijs is echter 49,2. De hoge leeftijd bij Kolom is voornamelijk in het VO een aandachtspunt. Het heeft

voor een groot deel te maken met het ophogen van de AOW leeftijd en het afschaffen van Flexibel Pensioen en Uittreden

(FPU). Medewerkers kunnen nu gebruik maken van ABP Keuzepensioen, waarbij ze vanaf hun zestigste met pensioen kunnen

gaan. Dit staat los van het individuele recht op AOW.

Ook al blijft het onzeker hoeveel personeelsleden gebruik gaan maken van het ABP

keuzepensioen, we verwachten een verdere stijging van de gemiddelde leeftijd tot

aan 2017. Daarna bereikt jaarlijks een grote groep medewerkers de leeftijd waarop

zij AOW zullen ontvangen. Hierdoor ontstaat vacatureruimte wat zal leiden tot een

verjonging van het personeelsbestand.

De gemiddelde

leeftijd in 2015 is

voor Kolom totaal

48,2 jaar

De grootste leeftijdsgroep binnen Kolom zit tussen de 45 en 54 jaar (zie bovenstaan-

de grafiek). De grafiek over de leeftijdsopbouw laat zien dat 33% van de medewerkers

zich bevindt in de leeftijdscategorie van 55 jaar en ouder. Hiervan is 17% ouder dan

60 jaar. Dit betekent dat binnen nu en 7 jaar zeker 20% van de medewerkers uit zal

stromen vanwege het bereiken van de pensioen (AOW) gerechtigde leeftijd.

3 Cijfers op www.stamos.nl.

Page 46: Jaarverslag 2015 stichting kolom

46

PersoneelsverloopDe in- en uitstroom van medewerkers in 2015 is ongeveer gelijk met vorig jaar. In 2014

zijn 55 medewerkers ingestroomd en 49 medewerkers uitgestroomd. In 2015 is in- en

uitstroom met elkaar in evenwicht.

Vanuit de loopbaangesprekken en andere personeelsgesprekken concluderen we een toe-

nemende voorzichtigheid bij medewerkers, ze kiezen voor zekerheid en blijven bij de hui-

dige werkgever. Verder geldt net zoals (gemeld) bij de leeftijdsontwikkeling een effect van

de afschaffing van Flexibel Pensioen en Uittreden (FPU) en ophoging van AOW leeftijd.

Uitstroom 2015

Reden uit dienst Aantal VO Aantal PO

Blijvend arbeidsongeschikt 1 2

Einde vervanging 4 7

Einde inleenperiode - 4

Pensionering 2 6

Beëindigingsovereenkomst 2 4

Eigen verzoek 5 13

Niet geschikt voor functie - 2

Op staande voet - 1

LIO - 1

Totaal 14 40 54

Instroom 2015

Reden uit dienst Aantal VO Aantal PO

Regulier 6 19

Tijdelijke vacature 3 3

Project basis - 1

Vervanging 6 14

Interne mobiliteit 1 -

Totaal 16 37 53

De in- en uitstroom van medewerkers in 2015

is ongeveer gelijk met vorig jaar. In 2014 zijn 55

medewerkers ingestroomd en 49 medewerkers

uitgestroomd. In 2015 is in- en uitstroom met

elkaar in evenwicht.

Personele zaken 4

Page 47: Jaarverslag 2015 stichting kolom

47

FunctiemixKolom benoemt excellente leraren in LC om meer loopbaanperspectief te kunnen bieden en tegelijkertijd de excellente leraar

te behouden voor de klas.

De verhouding van LB en LC3 binnen het onderwijzend personeel (OP) is in het kader van de functiemix vanaf 2009 gewijzigd.

Zowel voor SBO/(V)SO als voor PrO zijn met respectievelijk LC benoemingen van 15% en 46% de normen van 1 oktober 2014

behaald zoals onderstaand overzicht laat zien.

Overzicht leraren LB en LC benoemingen in % (in fte) op 31 december 2015.

2009 2010 2011 2012 2013 2014 2015

School

soort

%LB %LC %LB %LC %LB %LC %LB %LC %LB %LC %LB %LC %LB %LC

SBO/

(V)SO

98,7 1,3 96,7 3,3 94,5 5,5 91,6 8,4 90,6 9,4 85 15 83 17

PrO 85,9 14,1 81,3 18,7 57,8 42,2 55,5 44,5 50,2 49,8 54 46 58 42

Bij het PrO is in 2015 een daling t.o.v. 2014 te zien in het aantal LC functies. Dit heeft te maken met de uitstroom van me-

dewerkers met een LC functie waar medewerkers met een LB functie voor in de plaats zijn gekomen. Het is namelijk steeds

moeilijker om kandidaten te vinden die aan de criteria LC voldoen.

Personele zaken4

3 LA, LB, LC en LD zijn salarisschalen voor leraren in het onderwijs

Page 48: Jaarverslag 2015 stichting kolom

48

4.2 Beleid en resultaten 2015In 2015 heeft Kolom haar beleid voortgezet m.b.t. een personeelsbestand dat past binnen de structurele inkomsten. Vanwege

natuurlijk verloop (pensionering en ontslag op eigen verzoek) is er ook in 2015 geen sprake van boventalligheid. Eerder is er

sprake van vacatures die als gevolg van de arbeidsmarktontwikkeling soms lastig zijn in te vullen.

De markt voor onderwijspersoneel trekt aan en dit merkt Kolom. Het beleid richt daarom de komende jaren op toenemende,

permanente professionalisering en meer flexibiliteit en mobiliteit van de medewerkers. Doel hiervan is om medewerkers goed

inzetbaar te houden en te binden.

Mobiliteit en loopbaangesprekkenJaarlijks wordt vanaf februari geïnventariseerd welke mede-

werkers in aanmerking willen komen voor vrijwillige mobili-

teit. Vanwege de inzet van een vervangingspool m.i.v. 2016

en op een aantal scholen in het PO een toename van het

aantal leerlingen zijn er volop mogelijkheden voor vrijwillige

mobiliteit. Ook in 2015 was er voor medewerkers de moge-

lijkheid om zich aan te melden voor vrijwillige mobiliteit. Dit

heeft geresulteerd in de overstap van een medewerker van

het SBO naar het PrO.

In 2015 is er geen sprake geweest van situaties van onvrijwil-

lige mobiliteit.

Jaarlijks worden loopbaangesprekken gevoerd met medewer-

kers die aan bepaalde criteria voldoen of die aangeven dat ze

in aanmerking willen komen voor vrijwillige mobiliteit. In het

schooljaar 2014-2015 zijn loopbaangesprekken gevoerd met

alle onderwijsassistenten en lerarenondersteuners. Alle uitge-

nodigde werknemers hebben aan de uitnodiging gehoor ge-

geven en met hen is een loopbaangesprek gevoerd. In totaal

werken er bij Kolom 42 onderwijs-assistenten verdeeld over

SBO (6) (V)SO 30 en PrO 6. Ze zijn in dit loopbaangesprek ook

gewezen op de komende uitstroom van een grote groep leer-

krachten waardoor er een tekort aan leerkrachten ontstaat bij

Kolom (evenals op de arbeidsmarkt) in de komende 3 jaar. Met

deze medewerkers zijn de wensen en mogelijkheden van scho-

ling besproken. Dit heeft mede geleid tot het volgende resul-

taat op het gebied van scholing: 4x PABO, 1x Lerarenopleiding

consumptief, 1x pedagogiek, 1x creatief therapeut en 1x bevo.

Voor het schooljaar 2015-2016 is geen specifieke doelgroep

gedefinieerd voor het houden van loopbaangesprekken. Er

zijn wel aanvragen binnengekomen voor loopbaangesprek-

ken op eigen verzoek van de medewerker of op aanraden van

de directeur/leidinggevende. Al met al zit er een stijgende

lijn in de aantallen gevoerde gesprekken.

PensioengesprekkenKolom heeft ook in 2015 medewerkers de gelegenheid geboden

om een gesprek te voeren met een pensioenadviseur. Medewer-

kers weten niet goed wat de mogelijkheden zijn van keuze- en

deeltijdpensioen. Een ABP pensioenadviseur komt bij Kolom

en medewerkers kunnen zich voor het spreekuur inschrijven.

GesprekkencyclusIn 2015 zijn de formulieren voor de gesprekkencyclus na

evaluatie en in overleg met de directeuren van Kolom aan-

gepast. Belangrijke verandering is de onderverdeling en be-

schrijving van de benodigde competenties naar de niveaus

startbekwaam, basisbekwaam, vakbekwaam en vakbekwaam

LC. De beschreven niveaus sluiten hiermee aan op de cao.

Toekomstig beleidOm de scholen ook in de toekomst in staat te stellen hun ta-

ken kwalitatief goed te blijven verzorgen, moeten er voldoen-

de deskundige en gemotiveerde medewerkers op de scholen

aanwezig zijn.

De nadruk zal dan liggen op een gezonde verhouding tus-

sen startende leerkrachten afgezet tegen de uitstroom van

leerkrachten wegens natuurlijk verloop. Een evenwichtige

verhouding tussen startende en ervaren leerkrachten en tij-

delijke en vaste aanstellingen is essentieel.

De werkgelegenheid in het onderwijs komt de komende ja-

ren verder onder druk te staan door een oplopend tekort aan

ervaren leerkrachten op de arbeidsmarkt (vergrijzing versus

ontgroening) .

Het aantal studenten dat start met de pabo is in 2015-2016

met 33% gedaald ten opzichte van 2014-2015. Bij de werving

voor vacatures en de vervangingspool ondervindt Kolom nu

al dat er een tekort is op de arbeidsmarkt en dat er veel te

kiezen is voor leerkrachten.

Een grote meerderheid van de instroom aan de pabo, zo’n 76

procent, bestaat uit vrouwen. Naast het grote aandeel vrou-

wen, bestaat de instroom aan de lerarenopleidingen ook voor

een groot deel uit autochtonen. Bij de pabo is 5% van de in-

stromende studenten niet-westers allochtoon en nog eens 5%

is westers-allochtoon. Dit sluit niet aan bij de wens voor di-

versiteit als afspiegelingsbeginsel in ons personeelsbestand.

Kolom start in 2016 met een eigen vervangingspool om te

beschikken over kwalitatief goede vervangers. De vervan-

gingspool dient dan tevens als kweekvijver voor de toekomst.

Personele zaken 4

Page 49: Jaarverslag 2015 stichting kolom

49

4.3 Arbeidsomstandigheden en verzuimIn 2015 zijn bij diverse scholen een nieuwe RI&E gemaakt. Dit betref SBO scholen, waarbij dit een cyclisch proces is. Daar-

naast zijn bij scholen waarbij ver- en nieuwbouw heeft plaatsgevonden een RI&E uitgevoerd. Alle RI&E’s zijn getoetst door

een externe partij waardoor deze geborgd is en betrouwbare informatie geeft bij een eventueel bezoek van de arbeidsinspectie.

Het schoolveiligheidsplan is op alle scholen geactualiseerd. Beide aspecten: de sociale veiligheid en de fysieke veiligheid zijn

opgenomen in dit plan. In elk plan staan Kolombrede uitgangspunten t.a.v. schoolveiligheid aangevuld met schoolspecifiek

beleid. Het plan zelf geeft een korte beschrijving van de diverse aspecten die verwijzen naar de bijbehorende bijlages.

De ontwikkeling van het totale verzuim over 2015Kolom heeft vooraf (landelijke) cijfers als maxima gesteld aan de verzuimpercentages van de medewerkers in 2015: voor SBO

en VSO/SO 7,1%, voor PrO 6,2%. Het totale verzuim schommelt tussen de 6 % en 9 % (Gemiddeld 7,1 %). Daarmee blijft het

verzuim nog steeds boven het vastgestelde maximum (7,0 % en 6,9 %).Het totale gewogen verzuim vertoont wel een daling

van 0,8% ten opzichte van dezelfde periode in 2014.

In onderstaand overzicht is aangegeven in welke categorieën het verzuim onderverdeeld is en geeft de resultaten weer over

deze periode.

Verzuimtype in de tijd 2015 2014

Kortverzuim [0-8] 0,7 %; 0,7%

Middelverzuim [8-43] 0,9 %; 0,9%

Langverzuim [43-366] 2,9 %; 4,3%

Lang > 366 2,1 %. 2,3%

Meldingsfrequentie 1,00 1,02

Verzuimduur 16,27 15,70

De algemene tendens is dalend: Het totale gewogen verzuim vertoont een daling van 0,8 % ten opzichte van dezelfde periode

in 2014.

De lichte stijging in het gemiddelde verzuim in 2014 heeft zich niet doorgezet, maar heeft plaats gemaakt voor een sterkere

daling in 2015. Het gemiddelde komt daarmee uit onder het niveau van 2013.

Bij alle schoolsoorten heeft een daling van het verzuim plaatsgevonden. De sterkste daling is in het Praktijkonderwijs geweest

met 3,7%.

In totaal heeft Kolom € 25.040 aan bedrijfshulpverlening en arbeidsomstandigheden besteed. Voor de bedrijfsgezondheids-

zorg en de bedrijfsarts lagen de kosten hoger, dit bedroeg € 95.256.

Personele zaken4

Page 50: Jaarverslag 2015 stichting kolom

5

Het financiële resultaat over 2015 is €2,1 mln. positief; dat betekent een verdere toe-

name van het vermogen van Kolom. De financiële positie van Stichting Kolom is goed

te noemen. Een positief resultaat is echter geen doel op zich. Het bestuur streeft naar

een vermogen waarmee tegenslagen kunnen worden opgevangen.

Financiële zaken

Financiële zaken 5 50

De financiële positie van

Stichting Kolom is goed te

noemen. Een positief resultaat is

echter geen doel op zich.

Page 51: Jaarverslag 2015 stichting kolom

51 Financiële zaken5

5.1 Staat / Raming van baten en lasten 2015

X 1.000 euro 2014 2015

Begroting

2015

Begroting

2016

Begroting

2017

Begroting

2018

Begroting

2019

Baten

Rijksbijdragen 27.276 28.107 27.066 28.239 28.053 28.164 28.333

Overige overheidsbijdragen 1.412 1.061 475 816 506 506 506

en subsidies 0

Overige baten 1.036 1.034 272 131 88 88 88

Totaal baten 29.724 30.202 27.812 29.187 28.647 28.757 28.927

Lasten

Personeelslasten 22.690 23.264 23.195 23.588 23.850 23.907 24.002

Afschrijvingen 367 420 430 437 434 418 397

Huisvestingslasten 2.038 1.755 1.986 1.957 1.957 1.957 1.957

Overige lasten 2.656 2.731 2.174 2.517 2.532 2.551 2.581

Totaal lasten 27.751 28.170 27.785 28.500 28.773 28.833 28.937

Saldo baten en lasten 1.973 2.032 27 687 -126 -75 -10

Financiële baten en lasten 48 46 41 100 100 100 100

Resultaat (bestemming) 2.021 2.078 67 787 -26 25 90

Het resultaat over 2015 is positiever dan verwacht, namelijk €2,0 mln. positiever ten opzichte van de begroting. De baten vielen

€2,4 mln. hoger uit dan begroot en de lasten kwamen €0,4 mln. hoger uit dan begroot.

Alle schoolsoorten (SBO’s, Praktijkscholen en VSO-scholen) hebben positieve resultaten gerealiseerd. Voor alle schoolsoorten

geldt dat met name de incidentele inkomsten hoger waren dan verwacht.

Page 52: Jaarverslag 2015 stichting kolom

52

De toename in baten is vooral te verklaren door hogere

baten van het Rijk in verband met de groei van het aan-

tal leerlingen, doordecentralisatie van de vergoeding voor

huisvesting; additionele bekostiging voor het SBO vanuit

het samenwerkingsverband. Een deel was niet bekend ten

tijde van het opstellen van de begroting 2015 en was der-

halve niet meegenomen.

De daling van de baten overige overheidsbijdragen en

subsidies ten opzichte van 2014 wordt met name veroor-

zaakt door een daling van de bekostiging vanuit het sa-

menwerkingsverband PO. Daarnaast werden er in 2014

meer baten van de gemeente Amsterdam voor de zoge-

naamde KBA (kwaliteits) trajecten. Dat deze baten toch

hoger zijn dan de begroting komt met name door de be-

wust niet begrote ESF-subsidies van het agentschap SZW

voor de VO-scholen. Zodra de definitieve beschikkingen

van het agentschap zijn ontvangen kunnen scholen een

beroep doen op deze middelen.

De totale lasten zijn €0,4K hoger dan begroot. In 2015

hebben zich geen materiele negatieve verrassingen voor-

gedaan aan de lastenkant. De personeelskosten zijn iets

hoger uitgevallen dan begroot. Met name kosten voor na-

scholing (+€218.000) en externen (+ €61.000) zijn in 2015

ten opzichte van 2014 fors toegenomen.

De huisvestingslasten vallen lager uit dan begroot en lager

dan 2014. Dit wordt met name veroorzaakt door de hoge

energiekosten in 2014. In 2015 zijn de contracten voor de

leveranties van gas en elektriciteit opnieuw aanbesteed en

zorgen daarmee voor lagere energiekosten in 2015 en de

jaren daarna.

De overige lasten zijn ten opzichte van vorig jaar heel

licht gestegen. Echter ten opzichte van het budget zijn de

kosten fors hoger (€0,6 mln.). Met name de kosten voor

lesmateriaal zijn hoger dan begroot. De scholen hebben

moeite hebben om hun eigen verbruik van lesmateriaal

goed in te schatten.

In 2015 heeft Kolom in totaal €273.362 ontvangen van OCW

inzake de Prestatiebox. De scholen van Kolom hebben

elk een eigen invulling gegeven aan de besteding van deze

middelen. Belangrijke thema’s waarvoor de middelen zijn

ingezet, zijn: handelingsgericht werken, opbrengstgericht

begeleiden, werken met ICT, invoeren cito toetsen, cul-

tuureducatie, muziekeducatie en duurzaam leiderschap.

De scholen hebben geïnvesteerd in teamscholingen, indi-

viduele opleidingen en studiedagen om de competenties

van de leerkrachten te vergroten om met deze thema’s om

te gaan.

Financiële zaken 5

Page 53: Jaarverslag 2015 stichting kolom

53

5.2 Balans

X 1000 euro 31-12-14 31-12-15

Prognose

31-12-16

Prognose

31-12-17

Prognose

31-12-18

Prognose

31-12-19

Materiële vaste activa 2.344 2.390 2.146 2.250 2.400 2.400

Financiële vaste activa 0 0 0 0 0 0

Vorderingen OCW 974 907 900 900 900 900

Overige vorderingen 2.469 1.862 1.821 1.321 1.321 1.321

Liquide middelen 8.469 11.958 12.908 12.179 11.953 11.943

Totaal activa 14.256 17.117 17.775 16.650 16.574 16.564

Eigen vermogen 9.910 11.988 12.775 12.750 12.774 12.864

Voorzieningen 1.063 1.077 1.000 900 800 700

Kortlopende schulden 3.283 4.052 4.000 3.000 3.000 3.000

Totaal passiva 14.256 17.117 17.775 16.650 16.574 16.564

Ten opzichte van vorig jaar is het balanstotaal toegenomen

met €2,5 mln.

In 2015 is de materiele vaste activa iets toegenomen ten

opzichte van 2014. In 2015 was het totaal van de investe-

ringen hoger dan de afschrijvingen. In 2015 is extra geïnves-

teerd in ICT gerelateerde zaken zoals aanleg van draadloze

netwerken en investeringen in digiborden. Daarnaast is be-

sloten om met ingang van 1 januari 2015 de afschrijvingster-

mijn van de “ouderwetse” smartboards met 2 jaar (van 10

jaar naar 8 jaar) in te korten. Het effect op de afschrijvings-

kosten is ongeveer €38.000.

De post vorderingen OCW betreft het bedrag dat minder is

ontvangen van de personele bekostiging voor de scholen in

het PO voor schooljaar 2015/2016 dan dat er van de beschik-

kingen toegerekend kan worden aan het financiële jaar 2015.

Door een fout in het betaalritme van het ministerie OCW is

ook voor een deel van de bekostiging PAB (Personeel Arbeid

en Beleid) voor de VSO-scholen een vordering opgenomen.

De overige vorderingen zijn afgenomen met €1,0 mln.

doordat met de gemeente de nieuwbouwprojecten van KPC

Het Plein en SO De Heldring financieel zijn afgewikkeld. De

overige vorderingen bestaan voornamelijk uit vorderingen

inzake huisvesting (nieuwbouw en verbouwingsprojecten)

€0,5 mln., debiteuren €0,3 mln. en een vordering het agent-

schap SZW inzake ESF-subsidie 2014/2015 en 2015/2016.

Het saldo liquide middelen is in 2015 met €3,5 mln. ge-

stegen. Dit wordt met name veroorzaakt door het positieve

resultaat van 2015, daling van de overige vorderingen en een

stijging van de kortlopende schulden. Stichting Kolom heeft

geen beleggingen en een belangrijk deel van het saldo liqui-

de middelen staat op twee spaarrekeningen bij respectieve-

lijk de ING Bank en de ABN Amro bank.

Het eigen vermogen ultimo 2015 bedraagt €11,5 mln. In het

eigen vermogen wordt geen onderscheid gemaakt tussen

schoolreserves en algemene reserve. Met een deel van het

resultaat van 2015 is een bestemmingsreserve van €1,2 mln.

gevormd ten behoeve van kwaliteitsimpuls. Scholen kunnen

met een onderbouwd plan een beroep doen op deze reserve

bovenop hun eigen begroting. Ultimo 2015 bestaat het eigen

vermogen uit de eerdergenoemde bestemmingsreserve kwa-

liteitsimpuls, een bestemmingsreserve jonge leerkrachten

ad. €109.729 en een algemene reserve van €10,2 mln.

Het totale bedrag aan voorzieningen is ongeveer gelijk geble-

ven (toename van €14K) en bedraagt ultimo 2015 €1,1 mln.

De post voorzieningen bestaat uit een voorziening voor jubi-

lea uitkeringen personeel van €0,2 mln. en een voorziening

voor groot onderhoud aan de schoolgebouwen van €0,9 mln.

Onder de kortlopende schulden zijn posten opgenomen als

crediteuren, te betalen vakantiegeld, te betalen loonheffing

en vooruit ontvangen subsidies van diverse partijen. De

toename van €0,4 mln. wordt met name veroorzaakt door

een stijging van de post crediteuren met €0,1 mln. en een

stijging van de post te besteden huisvestingsprojecten ge-

meente (per saldo door de gemeente(n) vooruit gefinancier-

de nieuwbouwprojecten) met €0,5 mln.

Financiële zaken5

Page 54: Jaarverslag 2015 stichting kolom

54

De financiële kengetallen hebben zich in de afgelopen jaren als volgt ontwikkeld:

Norm inspectieSBO

gem.

2014 2014 2015 2016 2017 2018 2019

Onder

grens

Boven

grens

Solvabiliteit 1 0,7 0,7 0,7 0,7 0,8 0,8 0,8

Solvabiliteit 2 0,3 geen 0,8 0,8 0,8 0,8 0,8 0,8 0,8

Liquiditeit 0,5 1,5 3,9 3,6 3,6 3,9 4,8 4,7 4,7

Rentabiliteit 0% 5% 0,0% 6,8% 6,9% 2,7% -0,1% 0,1% 0,3%

Weerstandsvermogen 33,6% 27,7% 34,1% 37,6% 37,4% 36,8% 36,9%

Kapitalisatiefactor geen 35,0 56,6 47,9 56,6 60,7 57,9 57,4 57,1

Geen van de kengetallen per ultimo 2015 komen onder de normen van de inspectie. De kengetallen solvabiliteit en weer-

standsvermogen zijn lager of gelijk aan het landelijk gemiddelde van SBO-schoolbesturen. Voor zowel de kapitalisatiefactor,

liquiditeit en rentabiliteit geldt een signaleringsgrens (bovengrens) die is geadviseerd door de commissie DON. Per eind 2015

komen de kengetallen van Kolom boven deze maximumwaarden.

Financiële zaken 5

Geen van de kengetallen per ultimo 2015 komen

onder de normen van de inspectie.

Page 55: Jaarverslag 2015 stichting kolom

55

5.3 VooruitblikIn deze paragraaf worden de belangrijkste ontwikkelingen en risico’s beschreven die een financieel effect kunnen hebben.

Passend onderwijs gaat gepaard met een stelselwijziging

waarin geldstromen anders gaan lopen en het speciaal on-

derwijs deel uit gaat maken van de samenwerkingsverban-

den die een belangrijke rol gaan spelen bij de verwijzingen

naar het speciaal onderwijs. Dit leidt waarschijnlijk tot grote

personele verschuivingen.

Geldstromen die langzamerhand als structureel werden ge-

zien, zijn onzeker geworden en dwingen Kolom tot een her-

bezinning op de gewenste personele bezetting. Flexibiliteit

in personele inzet is noodzakelijk om adequaat in te spelen

op de veranderende positie van de scholen van Kolom. Dat

geldt niet alleen voor het speciaal onderwijs, maar ook voor

het speciaal basisonderwijs en het praktijkonderwijs.

Gezien de demografische ontwikkelingen in Amsterdam en

Haarlem (verwachte toename van de leerlingenaantallen) en

de ontwikkelingen t.g.v. passend onderwijs is het lastig in te

schatten hoe de ontwikkeling van de leerlingaantallen er uit

gaat zien de komende jaren. In het SBO wordt verwacht dat

de dalende trend van leerlingaantal stopt. Ook zijn er eerste

signalen van groeiverwachtingen van leerlingen op de SBO’s

van Kolom. Voor het praktijkonderwijs is de verwachting dat

het aantal leerlingen stabiel zal blijven de komende jaren.

Het aantal leerlingen op de (V)SO scholen van Kolom laat

de laatste jaren een dalende trend zien. Ook voor het (V)SO

wordt verwacht dat de daling tot staan is gebracht.

Ontwikkeling baten en lastenVoor 2016 heeft Kolom een begroting kunnen opstellen met

een positief exploitatieresultaat van €0,8 mln. Door mobili-

teit van personeel tussen de schoolsoorten is het waarschijn-

lijk dat Kolom ook voor de daaropvolgende jaren een sluiten-

de exploitatie kan realiseren.

Wel blijft er onzekerheid over geldstromen. Indien er geen

extra middelen worden ontvangen of wordt ingegrepen op

de formatie zullen de komende jaren negatieve exploitatiere-

sultaten kunnen ontstaan.

Financiële zaken5

X 1.000 euro 2014 2015

Begroting

2015

Begroting

2016

Prognose

2017

Prognose

2018

Prognose

2019

Baten

SBO 7.308 7.661 6.831 7.027 6.725 6.731 6.803

(V)SO 8.841 8.711 8.307 8.455 8.418 8.522 8.620

PRO 12.973 13.323 12.519 13.649 13.448 13.448 13.448

Overig 602 508 155 56 56 56 56

Totaal baten 29.724 30.202 27.812 29.187 28.647 28.757 28.926

Page 56: Jaarverslag 2015 stichting kolom

56

In onderstaande tabel is de verwachte ontwikkeling van het aantal leerlingen die is gebruikt bij het opstellen van de begroting

voor de komende jaren. De aantallen zijn gebaseerd op schattingen van de schoolleiders.

Leerlingaantallen

per 1 oktober

2014 2015 2016 2017 2018 2019

SBO scholen 536 530 530 523 532 537

(V)SO scholen 444 446 441 448 456 460

PRO scholen 945 980 975 967 967 967

Totaal 1.925 1.956 1.946 1.938 1.955 1.964

In onderstaande tabel is de verwachte ontwikkeling van het aantal medewerkers uitgedrukt in fte’s die is gebruikt bij het opstel-

len van de begroting voor de komende jaren. Dit aantal geldt zonder dat er actief op afbouw van de bezetting wordt gestuurd.

fte's 2014 2015 2016 2017 2018 2019

SBO scholen 79,1 89 85,6 84,9 84,9 84,9

(V)SO scholen 102,2 103 106,6 108,3 108,3 108,3

PRO scholen 125,9 116 137,7 137,1 135,2 134,3

Bovenschools 9,4 9 12,3 12,3 12,3 12,3

Totaal 316,6 317 342,2 342,6 340,7 339,8

Financiële zaken 5

Ontwikkeling balanspositieDe verwachting is dat Kolom de komende jaren mogelijk

niet zal interen op het vermogen. Scholen kunnen vanaf

2016 wel een beroep doen op de gevormde reserve kwali-

teitsimpuls van €1,2 mln. Het besteden van de reserve is in

de meerjarenopstelling niet meegenomen.

Van de materiele vaste activa is de verwachting dat deze

komende jaren niet zal stijgen. Bij bijna alle scholen is de

ICT en huisvesting op orde. Door het uitblijven van leer-

ling groei zullen grote uitbreidingsinvesteringen niet aan

de orde zijn maar zal de waarde van de jaarlijkse afschrij-

vingen geherinvesteerd worden.

De hoogte van de vorderingen wordt met name veroor-

zaakt door de nieuwbouwprojecten. Na 2017 worden op dit

moment geen nieuwbouwprojecten verwacht vandaar dat

de verwachting is dat het saldo van deze post zal afnemen.

Dit geldt eveneens ook voor de post overige schulden aan-

gezien hier de nieuwprojecten zijn opgenomen waarbij de

gemeente huisvestingsprojecten heeft voorgefinancierd.

Page 57: Jaarverslag 2015 stichting kolom

57

Risicomanagement en administratieve organisatieVoor het speciaal onderwijs geldt dat fluctuaties in leerlin-

gaantallen veel grotere consequenties hebben dan in het

regulier onderwijs en dat door de invoering van passend on-

derwijs het speciaal onderwijs afhankelijk wordt van het be-

leid van het samenwerkingsverband. Kolom is dan ook nauw

betrokken bij de ontwikkelingen rondom Passend Onderwijs.

Dit betekent dat het eerder geschetste financiële plaatje bij

toename van het leerlingenaantal er volledig anders uit kan

zien. Kolom heeft de afgelopen jaren veel geïnvesteerd in de

interne planning & control cyclus. Jaarlijks wordt de begro-

ting bottom-up opgesteld. Elke schooldirecteur maakt voor

zijn school een begroting. Alle schoolbegrotingen en de bo-

venschoolse begroting tezamen vormen de algehele Kolom-

begroting. Vier keer per jaar wordt aan het CvB en de Raad

van Toezicht over de voortgang ten opzichte van begroting

gerapporteerd. Daarnaast ontvangen de budgethouders

maandelijks overzichten over hun personele en materiele

uitgaven. Een dergelijk adequaat planning & control cyclus is

bij onzekerheden zeer belangrijk. Bovenstaande cijfers laten

zien dat een goede monitoring van de te verwachten baten

noodzakelijk is om de bijbehorende lasten tijdig te kunnen

bijsturen. Vanaf medio 2016 zijn de financiële resultaten van

de scholen op elk moment digitaal te raadplegen. Dit verbe-

tert de tijdigheid van de informatieverstrekking en helpt de

organisatie bij het tijdig bijsturen.

Voor de salarisadministratie maakt Stichting Kolom gebruik

van de diensten van Groenendijk B.V. in Sliedrecht. Zij be-

schikken ook over 2015 over een zogenaamde ISA3402 ver-

klaring waarin de administratieve processen zijn beoordeeld

door een externe accountant. Alhoewel Stichting Kolom

verantwoordelijk is voor de juiste verwerking geeft deze ver-

klaring extra vertrouwen in de administratieve processen die

extern zijn belegd.

In 2014 is de geplande risico-inventarisatie afgerond. De uit-

komst van de risico-inventarisatie is dat Kolom totaal gezien

geen verhoogd risicoprofiel heeft. Aandachtpunten in de ri-

sicobeheersing van Kolom die naar voren kwamen uit deze

inventarisatie zijn:

• ICT

• Leerlingadministratie

• Omgaan met personeelsgegevens

• Geformaliseerd beleid voor leerlingenzorg

• Personeelsbeleid

• Ziekteverzuim

• Toezicht gebruiksgoederen

Voor een aantal van deze aandachtspunten zijn er acties

uitgezet om te komen tot een verkleining van de risico’s op

deze aandachtsgebieden. In 2015 is niet gekeken of de acties

het gewenste resultaat hebben opgeleverd. Dit zal in 2016

tegelijkertijd met de bijstelling van de risico-inventarisatie

plaatsvinden. Kolom is in 2014 een convenant horizontaal

toezicht met de belastingdienst aangaan.

Financiële zaken5

De gemiddelde scholingskosten per

medewerker zijn fors toegenomen. De focus op

deskundigheidsbevordering en scholing is terug te

zien in deze cijfers.

Page 58: Jaarverslag 2015 stichting kolom

58

6

6.1 Bouwprojecten en onderhoud

BouwprojectenDit jaar zijn twee nieuwbouwprojecten gestart, die volgens de planning in oktober

2016 worden opgeleverd. Het betreft vervangende nieuwbouw van VSO De Heldring

aan de Burgemeester Eliasstraat, op de plaats waar de oude school stond. De om-

geving van de nieuwe school zal een parkachtig karakter krijgen. Daarnaast komt er

vervangende nieuwbouw voor KPC De Schakel in Haarlem, op een nieuw bouwkavel.

Nadat de uitvoerende hoofdaannemer in december 2015 failliet is gegaan, hebben

wij zonder financiële gevolgen een aangepast aannemingscontract ondertekend. Dit

komt omdat het eerste contract niet met de uitvoerende aannemer is aangegaan,

maar met het moederbedrijf, dat niet failliet is. Deze heeft nu een andere dochteron-

derneming ingeschakeld om het bouwwerk af te maken. Het tijdverlies beperkt zich

tot ongeveer twee maanden.

Huisvesting en materiële zaken

Huisvesting en materiële zaken 6 58

Dit jaar zijn twee

nieuwbouwprojecten gestart, die

volgens de planning in oktober

2016 worden opgeleverd.

De plannen voor de vervangende

nieuwbouw voor SBO-Zuid St.

Paulus en Meander (unilocatie)

wordt geïntegreerd in de

plannen voor de nieuwbouw van

een humanistische basisschool

(Alles-in-één-concept) met voor

en naschoolse opvang.

Page 59: Jaarverslag 2015 stichting kolom

59 Huisvesting en materiële zaken6

PlannenDe plannen voor de vervangende nieuwbouw voor SBO-

Zuid St. Paulus en Meander (unilocatie) wordt geïntegreerd

in de plannen voor de nieuwbouw van een humanistische

basisschool (Alles-in-één-concept) met voor en naschoolse

opvang. Beide scholen zullen op de Zuidelijke Wandelweg 30

(thans tijdelijke huisvesting VSO De Heldring) op een logi-

sche wijze verbonden moeten worden. Voorafgaand aan de

realisatie van de nieuwbouw zal het bestaande gebouw op

het kavel worden gesloopt.

In 2016 zal ook de uitbreidingsbouw met twee lokalen bij

VSO Alphons Laudy aan de Van Nijenrodeweg worden gere-

aliseerd ten behoeve voor Stichting Cordaan. De investering

van de bouw van de lokalen wordt met een langlopend huur-

contract terugverdiend.

O mogelijke uitvoer

O planfase

O uitvoerfase

O ingebruikname

School Bouwproject Besluitvorming 2015 2016 2017

VSO De Heldring Vervangende nieuwbouw HVO 2013 Krediet

Energieneutraal 2016

Praktijkcollege De

Schakel

Vervangende nieuwbouw HVO 2014 – Krediet Realisatie-over-

leg

SBO-Zuid St. Paulus

SBO-Zuid Meander

Vervangende nieuwbouw

Unilocatie SBO-Zuid

HVO 2015 – Krediet

Energieneutraal 2017

VSO Alphons Laudy Uitbreidingsbouw T.b.v. Cordaan

Page 60: Jaarverslag 2015 stichting kolom

60

OnderhoudHet Groot Onderhoud is na de verminderde productie van vorig jaar, weer volledig opgepakt. In het kalenderjaar is een bedrag

van afgerond € 320.000 uitgegeven aan groot onderhoud. Inhoudelijk is hiermee de achterstand van vorig jaar ingelopen.

Hieronder staat een selectie van belangrijke werkzaamheden die in 2015 plaatsvonden :

Bij SO Alphons Laudy is grootschalig binnenschilderwerk

verricht (€ 65.000), waarmee school weer geheel is opgefrist.

Bij SBO Professor Dumont is beklede lambrisering langs

de wanden van de gymnastiekzaal aangebracht, in het kader

van een nieuwe ARBO wettelijke eis voor gymzalen met bak-

stenen muren. De bedoeling is dat leerlingen zich niet beze-

ren bij het vallen en schuren tegen de ruwe muren.

Bij SBO De Driesprong is een deel van een verzakte vloer

in een leslokaal op de begane grond vervangen, omdat de

onderliggende balkenlaag deels door houtrot was aangetast.

Na de vervanging is de vloerafwerking in het gehele lokaal

vervangen. Ook zijn de muren van drie lokalen op de eerste

etage, een kantoorruimte op de tussenverdieping en langs

de trappengang geschilderd.

Bij SBO De Zeppelin is het gebouw geheel voorzien van

nieuw buitenschilderwerk en zijn rotte kozijndelen vervan-

gen. Voorts is een begin gemaakt aan het binnenschilder-

werk, dat vrijwel het gebouw betreft. Het zal zijn verdere be-

slag krijgen in 2016. Ook is de verwarming verbeterd.

Bij KPC Noord zijn de klimaatproblemen, veroorzaakt door

een niet goed functionerende verwarmingsinstallatie ener-

zijds en onvoldoende zonwering anderzijds grotendeels ver-

holpen. Het restprobleem aan zonwering zal in 2016 worden

opgelost.

Bij KPC De Atlant is door een interne verbouwing een nieu-

we haarverzorgingslokaal geformeerd. Daarnaast is een deel

van de keukenapparatuur van het leslokaal consumptief ver-

vangen en tevens de vloerafwerking van een gietvloer voor-

zien.

Bij SO De Heldring is al lange tijd een vochtprobleem in

de gang en ruimten naast het badgebouw. Doordat de aan-

nemer, die in 2013 de nieuwbouw heeft gerealiseerd, niet

met een adequate oplossing is gekomen, in een juridische

procedure gestart. Verwacht wordt dat deze actie in de loop

van 2016 tot een oplossing zal komen. Verder zijn de warm-

teklachten door verscheidene acties van het installatiebedrijf

die de verwarming en luchtbehandeling van de school in be-

heer heeft goeddeels weggenomen. In 2016 zullen verdere

afstelverbeteringen worden doorgevoerd.

Huisvesting en materiële zaken 6 60

Page 61: Jaarverslag 2015 stichting kolom

61

6.2 ICT-beleidVanuit natuurlijke nieuwsgierigheid leren kinderen omgaan met de mogelijkheden

van ICT. ICT biedt in al zijn vormen veel mogelijkheden voor het verbreden en verdie-

pen van het leren door kinderen. ICT is een onmisbaar en essentieel onderdeel van

het leven en leren van kinderen en jongeren. Bij het gebruik van ICT gaat Kolom uit

van mediawijsheid en een ethisch verantwoord gebruik van sociale media door zijn

medewerkers, leerlingen, ouders en andere betrokkenen, zoals vastgelegd in de Kol-

omrichtlijnen nieuwe media en ICT.

Kolom heeft ervoor gekozen de techniek uit te besteden aan een professionele or-

ganisatie. Dit betekent dat de infrastructurele voorwaarden vervuld zijn en dat de

coördinatoren op onze scholen zich, in de tijd die daarvoor beschikbaar is, kun-

nen concentreren op de onderwijskundige implementatie van ICT. Kolom regelt de

basisvoorziening op het gebied van ICT bovenschools. De digitale infrastructuur is

in samenspraak met de scholen ingericht. In alle groepen staan computers en/of

laptops en elke stam groep/klas is voorzien van een digibord of Touch screen . Het

beheer van de infrastructuur en de data is in handen van Heutink ICT en QLICT. Alle

scholen beschikken over goede internetverbindingen. De overgang naar draadloze -,

naast vaste netwerken, is bijna afgerond. In 2015 is op 8 locaties de WIFI installatie

en de bekabeling vernieuwd. Ook voor de drie locaties die in de nabije toekomst een

nieuw gebouw krijgen, wordt de WIFI vernieuwd. Er is op verschillende scholen een

start gemaakt met het werken met tablets, kleine laptops en het gebruik van mobiele

telefoon in de lessen.

De implementatie van Office365 is op een school na (mei 2016 volgt KPC Het Plein)

vrijwel helemaal afgerond. Binnen dit systeem is het mailverkeer en intranet voor de

hele organisatie geregeld. Het nieuwe intranet biedt aanzienlijk meer mogelijkheden

voor onderlinge communicatie, het delen van documenten en informatie tussen di-

verse groepen en kenniskringen binnen Kolom.

Dit kalenderjaar is € 67.000,- geïnvesteerd in digitale schoolborden. De scholen kie-

zen steeds meer voor touch screens in plaats van digiborden. Alle Kolomscholen zijn

voorzien van digitale schoolborden of touch screens, conform de norm.

In het verslagjaar is tevens verder geïnvesteerd in de computers. Alle computers die

op scholen aanwezig waren en die binnen de Kolomnorm (één computer per vijf leer-

lingen plus één computer per groep) vallen en afgeschreven zijn, werden vervangen.

In het verslagjaar ging het in totaal om een investering van ruim € 220.000,- (com-

puters, tablets en servers).

Huisvesting en materiële zaken6

Vanuit natuurlijke nieuwsgierigheid

leren kinderen omgaan met de

mogelijkheden van ICT.

Page 62: Jaarverslag 2015 stichting kolom

62

Verslag Raad van Toezicht2015 was naar het oordeel van de Raad van Toezicht (RvT) een goed jaar

voor Stichting Kolom. De financiële positie is goed, het personeelsbeleid

wordt met zorg uitgevoerd. Met behulp van de Kolom Academie wordt

gericht geïnvesteerd in het personeel. Er zijn moderne en aantrekkelijke

schoolgebouwen in gebruik genomen en de bouw van twee nieuwe scholen

is gestart. Een zeer eervolle en stimulerende ontwikkeling op het terrein

van onderwijskwaliteit, de Excellente scholen, is binnen Kolom verder uit-

gebreid. Weer meer Kolomscholen hebben in 2015 het predicaat Excellente

scholen aangevraagd met als resultaat dat begin 2016 vijf Kolomscholen

de toekenning hebben gekregen. Een goed bewijs dat binnen de stichting

veel aandacht is voor de ontwikkeling van de kwaliteit van het onderwijs.

In het jaar na de invoering van de wet Passend Onderwijs is gebleken dat deze invoe-

ring veel invloed heeft en gaat krijgen op het werk van de scholen van Kolom. Veel

inspanningen en uitwerking van nieuwe ontwikkelingen blijven nodig om samenwer-

king, onderwijskwaliteit en financiële bedrijfsvoering te blijven borgen. Kolom heeft

een duidelijke visie op het passend onderwijs. De ontwikkelingen op dit terrein zijn

echter nog volop gaande. Dat betekent dat met de positieve opstelling van Kolom

zorgvuldig gemanoeuvreerd moet worden in deze - voor het speciaal onderwijs - uit-

dagende tijd. Daarom is dit jaar besloten om de denominaties van de stichting te ver-

breden met het humanisme. Met het humanisme als uitgangspunt wil Kolom in de

grootstedelijke samenleving van Amsterdam en Haarlem diverse groepen ouders en

kinderen nieuwe kansen geven op kwalitatief goed onderwijs in een hechte gemeen-

schap. Om binnen de ontwikkelingen van het passend onderwijs een goede brug

te slaan tussen speciaal en regulier onderwijs heeft de stichting tevens een nieuw

schoolconcept “het alles in één concept” ontwikkeld. Hiermee verwacht de RvT dat

Kolom haar specifieke bijdrage aan het onderwijs in Amsterdam en Haarlem kan

blijven leveren.

2015 was naar het oordeel van de Raad van

Toezicht (RvT) een goed jaar voor Stichting

Kolom. De financiële positie is goed, het per-

soneelsbeleid wordt met zorg uitgevoerd.

7

Verslag Raad van Toezicht 7

Page 63: Jaarverslag 2015 stichting kolom

63

Activiteiten RvTDe RvT heeft in 2015 zeven keer vergaderd, dit waren de reguliere vergaderingen. Daarnaast is er een evaluatievergadering voor

het eigen functioneren en de relatie tot het CvB zonder het CvB.

Op 16 juni (1e deel) en 6 juli 2015 (2e deel) heeft de RvT net als voorgaande jaren een evaluatievergadering gehouden.

Daarnaast hebben de voorzitters van de RvT en het CvB maandelijks een bilateraal overleg.

De RvT werkt aan de eigen deskundigheid door het organiseren van themabijeenkomsten (zoals hiervoor genoemd), deelna-

me aan congressen en scholing, het bijhouden van literatuur en het volgen van de media.

Belangrijkste uitkomsten waren:

• Meer aandacht voor de lange termijnvisie bin-

nen Kolom.

• Meer aandacht voor de eigen informatieverga-

ring van de RvT

• Het bespreken van de samenwerking tussen de

RvT en CvB met speciale aandacht voor de cul-

tuur van kritische vragen stellen en informatie

op vragen.

• Actualisering van het toezichtkader en de be-

hoefte aan ondersteuning.

• De behoefte aan structurele informatie uit de

Samenwerkingsverbanden.

De RvT heeft als jaarlijkse extra activiteiten gehad:

• Een ontmoeting met de Gemeenschappelijke Me-

dezeggenschapsraad (GMR) over Passend Onder-

wijs: de invloed van het beleid van de Samenwer-

kingsverbanden op de scholen van Kolom.

• Een ontmoeting met de schooldirecteuren over

Passend Onderwijs en de verwachte ontwikke-

lingen.

• Schoolbezoeken.

• Een eigen themabijeenkomst over Toezicht /

Governance RvT/CvB

Verslag Raad van Toezicht7

Page 64: Jaarverslag 2015 stichting kolom

64

Het ToezichtIn 2015 heeft de RvT zich naast de financiële bedrijfsvoering sterker kunnen richten op het onderwijs, de strategie voor de

lange termijn en continuïteit van de stichting. De RvT ontvangt meerdere verantwoordingsrapportages van het CvB over de

P&C-cyclus en items uit het jaarplan van Kolom. De RvT heeft in 2015 een commissie kwaliteit ingesteld naast de remune-

ratiecommissie en de auditcommissie. Zo houdt de RvT niet alleen toezicht op de bedrijfsvoering maar ook op de volledige

doelstelling van de stichting en de realisatie van het strategisch beleid.

Documenten die in 2015 zijn goedgekeurd:

• Jaarverslag en Jaarrekening 2014

• Het treasurystatuut

• Begroting 2016

• Statutenwijziging

• Stichting van een nieuwe school

• Begroting planmatig onderhoud voor het ka-

lenderjaar 2016 en meerjarenbegroting planma-

tig onderhoud 2016-2020

• Financiële rapportage jan-dec 2014

• Begroting planmatig onderhoud voor het ka-

lenderjaar 2015 en meerjarenbegroting planma-

tig onderhoud 2014-2018

• Memo Voorkomen van fraude op de werkvloer

en integriteitsverklaring

• Managementstatuut

Daarnaast zijn de volgende documenten besproken:

• Jaarplan 2015

• Verantwoordingsrapportage managementcon-

tracten

• Evaluatie code goed bestuur

• Scholingsplan RvT

• Identiteit Kolom

• Verantwoordingsrapportage bedrijfsvoering

• Financiering realisatie flexibel arrangement

VSO Alphons Laudy

• Terugdringen verzuim

• Verantwoordingsrapportage realisatie Jaarplan

2015

• Evaluatie accountant / voorbereiding gesprek-

ken nieuwe accountant

• Meerjaren Bestuursformatie plan 2015-2019 PO

en VO

De auditcommissie is vier keer bijeen geweest als onderdeel van de toezichthoudende en klankbordrol. In de bijeenkom-

sten worden financiële onderwerpen meer in detail behandeld om de vaststelling en bespreking in de plenaire vergaderingen

adequaat voor te bereiden. Daarnaast vindt een diepgaande bespreking van financiële onderwerpen plaats met het CvB. De

auditcommissie geeft vooraf aan vergaderingen de RvT schriftelijk advies bij de financiële stukken.

De remuneratiecommissie heeft in 2015 namens de RvT de werkgeversrol voor het college van bestuur vervuld. Er zijn func-

tioneringsgesprekken gevoerd en de veranderingen in de cao zijn onderwerp van gesprek.

De commissie kwaliteit is per 1 oktober 2015 formeel gestart en is in 2015 één keer bijeen geweest. Deze commissie zal op

een verdiepende manier bezig zijn met het primaire onderwijsproces, waarbij de Rv-leden zich als critical friend opstellen.

De RvT meent met de eigen rolopvatting en het instrumentarium dat voorligt (waar-

onder toetsingskaders, strategisch beleidsplan en resultaatgebieden, management-

statuut, profielen, diverse reglementen, regeling vermelden van een vermoeden van

een misstand, klachtenregeling) voor de RvT en het CvB de voorwaarden te hebben

gecreëerd om te voldoen aan de inhoud van de Code Goed Bestuur. Deze Code heb-

ben het CvB en de RvT in 2013 volgens de afgesproken cyclus aangepast. Omdat op

het bevoegd gezag (van Kolom) codes vanuit meerdere onderwijssectoren van toe-

passing kunnen zijn, hebben het CvB en RvT in overleg gekozen voor een aangepaste

code op basis van de Code Goed Bestuur in het Primair Onderwijs (PO) met aanvul-

lingen uit de code Voortgezet Onderwijs (VO).

De RvT bedankt alle medewerkers voor hun inzet voor de leerlingen van Kolom.

Désirée Verberk,

Voorzitter Raad van Toezicht

Verslag Raad van Toezicht 7

Page 65: Jaarverslag 2015 stichting kolom

6565 Verslag Raad van Toezicht7

Page 66: Jaarverslag 2015 stichting kolom

66

8

In de vorige hoofdstukken hebben we soms al kort vooruitgeblikt over verschillende

onderwerpen. Onderstaande punten zijn daarnaast belangrijke onderwerpen voor

2016:

In het strategisch beleidsplan 2014-2018 is de ambitie uitgesproken volop aandacht

te geven aan de kwaliteit van de primaire processen en te streven naar excellentie. Op

dit moment hebben vijf van de vijftien locaties van Kolom het predicaat ‘excellente

school’ gekregen. Dat predicaat is voor de duur van drie jaar geldig. Voor 2016 heb-

ben zich drie nieuwe scholen aangemeld. De ontwikkeling van ‘good to great’ krijgt

ook in 2016 een verdere invulling.

Na- en bijscholing blijft hoog op de agenda staan, waarbij – naast de basiscompen-

tenties om te werken in het speciaal onderwijs - komend jaar de digitale vaardigheden

van docenten een belangrijk aandachtspunt zijn. De Kolomacademie verzorgt een

breed scholingsaanbod, waar alle medewerkers van Kolom gebruik van maken.

Op al onze scholen staat de (sociale) veiligheid hoog in het vaandel. In 2016 zullen

we het instrument waarmee we de veiligheid van onze leerlingen en medewerkers

meten aanpassen.

Vooruitblik

Vooruitblik 8 66

Op al onze scholen staat de

(sociale) veiligheid hoog in het

vaandel. In 2016 zullen we het

instrument waarmee we de

veiligheid van onze leerlingen en

medewerkers meten aanpassen.

We streven naar een

evenwichtige verhouding

tussen startende en ervaren

leerkrachten, naar meer mannen

en naar meer personeelsleden

met een zelfde etnische

achtergrond als onze leerlingen.

Page 67: Jaarverslag 2015 stichting kolom

67 Vooruitblik8

De diversiteit van ons personeelsbeleid zal in 2016 aan-

dacht vragen. We streven naar een evenwichtige verhouding

tussen startende en ervaren leerkrachten, naar meer mannen

en naar meer personeelsleden met een zelfde etnische ach-

tergrond als onze leerlingen.

Kolom heeft besloten om eigen risicodrager te worden en

te starten met een eigen vervangingspool. Door medewer-

kers aan te stellen in een eigen vervangingspool kunnen we

goede vervangers aan de organisatie binden en bijdragen

aan de ontwikkeling van deze medewerkers. Medewerkers

kunnen vanuit de vervangingspool doorstromen naar een

reguliere baan bij Kolom.

Bij de scholen en het Centraal Buro zullen in 2016 een aan-

tal personele wisselingen plaatsvinden. Er worden twee

nieuwe directeuren geworven voor SBO-Zuid St. Paulus en

KPC De Schakel. Daarnaast vertrekt eind april de controller

en de onderhoudsmedewerker en voor de zomervakantie

de Arbo- en Verzuimadviseur. De verwachting is dat voor de

zomervakantie deze vacatures vervuld zullen zijn, zodat het

Centraal Buro op sterkte blijft en nieuwe medewerkers ook

nieuwe inzichten kunnen geven aan verdere verbetering van

de dienstverlening aan de scholen.

In het najaar 2016 worden twee mooie nieuwe school-

gebouwen in gebruik genomen. VSO De Heldring gaat

terug naar de ‘oude plek’ in West waar een nieuwe school

wordt gebouwd. KPC De Schakel verhuist naar een andere

locatie en betrekt daar een nieuwe school. Bij VSO Alphons

Laudy komen twee extra lokalen ten behoeve van de onder-

wijs- zorg arrangementen.

In het SWV PO Amsterdam-Diemen gaan stemmen op de

bekostiging van de SBO scholen op basis van het werke-

lijke aantal leerlingen te laten lopen i.p.v. de 2% nu. Omdat

ook al de AB-middelen zijn weggevallen, zou dat een fikse

aderlating betekenen. Het SWV moet uiteraard een net-

werk van kwalitatief goede voorzieningen in stand houden.

Aangezien er sprake lijkt van de tendens dat ‘verwijzing op

basis van overlast gevend gedrag’ de hoofdmoot wordt, is

er steeds meer sprake van verdichting van problematiek op

de SBO-scholen. Daarom zijn er mogelijk meer ondersteu-

ningsmiddelen vanuit het SWV nodig de juiste ondersteu-

ning te kunnen (blijven) bieden op onze scholen.

De nieuwe basisschool op humanistische grondslag,

het Alles-in-één-concept, staat op het plan van scholen

van de gemeente Amsterdam. In 2016 zal daarover verre-

gaande besluitvorming gaan plaatsvinden. Vanuit Kolom

willen wij onze SO- en SBO expertise op een andere manier

inzetten, meer in overeenstemming met de doelstellingen

van Passend Onderwijs door onderwijsexpertise naar de

leerlingen brengen in plaats van andersom. Wij kunnen in

dit concept ontschotten en zo nog meer maatwerk leveren.

Door tijdig en tijdelijk (en soms in deeltijd) ondersteuning

in te zetten voor alle leerlingen, zowel voor kinderen met ge-

ringere als leerlingen met uitgesproken talenten. “Elk kind

een 10” is volgens ons mogelijk in een omgeving waar ge-

personaliseerd onderwijs aan alle kinderen kan worden gege-

ven. Daarnaast blijven we de taak van een gespecialiseerde

onderwijsinstelling in het dekkende netwerk van het SWV

Amsterdam-Diemen invullen.

Er ligt een wetsvoorstel bij de kamer waarin staat dat de

GMR altijd om advies gevraagd moet worden. De rol van de

GMR met betrekking tot bestuur en toezicht wordt hiermee

verder versterkt.

Alle samenwerkingsverbanden zijn op dit moment druk

bezig met de ontwikkelingen rondom passend onderwijs. In

2016 zal een nieuw ondersteuningsplan van kracht worden.

Ook zal de scheiding tussen bestuur en toezicht binnen het

SWV Amsterdam-Diemen gerealiseerd worden.

Page 68: Jaarverslag 2015 stichting kolom

9 Presentatie Kolomscholen

Presentatie Kolomscholen 9 68

SBO

SO

VSO

PrO

Page 69: Jaarverslag 2015 stichting kolom

Presentatie Kolomscholen9

SBO De Driesprong

1 oktober 2013 2014 2015

Aantal leerlingen 89 94 102

Aantal groepen 6 6 7

Gem. Groepsgrootte 15 16 15

Aantal fte personeel 13,3 13,3 12,4

Typering van de school Een dynamisch en professioneel team werkt op een hande-

lingsgerichte manier om de kinderen te ondersteunen bij hun

leerproces. De kleinschaligheid, aandacht voor structuur, be-

trokkenheid en constante ontwikkeling van pedagogische en

didactische inzichten, zorgen binnen de school voor een pro-

fessionele en prettige leer- en werkomgeving.

Wat maakt de school bijzonder naast de basiskwaliteit?Een gedegen analyse van de leeropbrengsten is een belang-

rijk onderdeel van onze werkwijze. Twee keer per jaar bespre-

ken we met het hele team de opbrengsten van ons onderwijs.

Naast de leeropbrengsten voor de kernvakken en de sociaal

emotionele opbrengsten, brengen we tevens de leerkracht-

vaardigheden in kaart. Uiteraard met als doel ons te blijven

professionaliseren, van elkaar te leren en onze onderwijsre-

sultaten te verbeteren.

Wat uit 2015 zal bijblijven?2015 bracht veel veranderingen. Vanwege groei in leerlin-

genaantal zijn we dit schooljaar begonnen met een zeven-

de groep. Ons team is uitgebreid met nieuwe betrokken en

enthousiaste personeelsleden. Tevens zijn we overgegaan op

het 5-gelijke dagenmodel en zijn we gestart met het aanbie-

den van naschoolse activiteiten.

Een dynamisch en

professioneel team werkt

op een handelingsgerichte

manier om de kinderen

te ondersteunen bij hun

leerproces

Belangrijkste ontwikkelpunt 2016Een goed pedagogisch klimaat is van essentieel belang. De afgelopen jaren zien we een verandering in onze populatie. Om een

antwoord te geven op de veranderende ondersteuningsbehoefte van de leerling, zijn daarom twee leerkrachten benoemd tot

gedragsspecialisten (LC-functie). Deze leerkrachten sturen de werkgroep gedrag aan. Doel van de werkgroep is de veiligheid waar-

borgen en ons pedagogisch klimaat optimaliseren. We hebben hiermee een start gemaakt en de drie V’s van De Driesprong geïn-

troduceerd: Vriendelijk, Vertrouwen en Verantwoordelijk. Deze kernwaarden vormen richtlijnen om goed met elkaar om te gaan.

Page 70: Jaarverslag 2015 stichting kolom

Presentatie Kolomscholen 9 70

SBO Professor Dumont

1 oktober 2013 2014 2015

Aantal leerlingen 82 70 78

Aantal groepen 7 6 6

Gem. groepsgrootte 12 12 13

Aantal fte personeel 12,9 11,6 12,3

Typering van de school SBO Professor Dumont is een school waar alle leerlingen mo-

gen zijn wie ze zijn. Iedere leerling is uniek. Wij bieden leerlin-

gen een veilig pedagogisch en gestructureerd leerklimaat. Wij

geven de leerlingen wat zij nodig hebben.

Wat maakt de school bijzonder naast de basiskwaliteit?Er is veel extra ondersteuning voor de leerlingen en ouders.

We hebben logopedie, leesbegeleiding, SOVA-training (door

professionals) en Kind en Motoriek. We werken nauw samen

met MOC ‘t Kabouterhuis, het Leger des Heils en met de on-

derwijsadviseur (OKA) van het samenwerkingsverband. Hier-

door kunnen we de leerlingen en ouders de ondersteuning

bieden die zij nodig hebben.

Wat uit 2015 zal bijblijven?2015 was opnieuw een goed jaar. De groei van de kleuter-

groep, de SOVA-training voor de jongste kinderen vanuit ’t

Kabouterhuis en het aanleren van gebarentaal en uitbreiding

woordenschat door de logopediste.

In de bovenbouw wordt er steeds meer thematisch gewerkt,

kinderen gebruiken meer hun handen en hun kwaliteiten. Een

onderdeel hiervan is de samenwerking met Praktijkcollege De

Dreef, waar onze oudste leerlingen lessen volgen. De kinde-

ren genieten hier volop van en leren veel.

In de school heerst een prettige en rustige sfeer (weinig tot

geen incidenten), mede door PBS en de pedagogische kwali-

teit van de leerkrachten.

De leerprestaties van de leerlingen gaan vooruit. Wij hebben

geconstateerd dat (ondanks een daling van het gemiddelde

IQ van onze leerlingen) er wel een stijgende lijn in de leerre-

sultaten te zien is.

Dit jaar zijn wij een stap verder gegaan met de Jump-in en

met de uitbreiding van de Brede School in eigen beheer, waar-

door wij de activiteiten kunnen aanpassen aan de behoeften

van de leerlingen (turnen, brassband, goals, techniek, koken,

muziek, creativiteit).

Belangrijkste ontwikkelpunt 2016• Visieontwikkeling met het team

• Aanpassen aanpak aan verandering doelgroep (nog meer thematisch onderwijs/ nog meer gebarentaal)

• Professionalisering van het team

• Vervolg implementatie van het rekenonderwijs

• Voor het eerst op kamp, dat wordt vast en zeker een hoogtepunt voor de schoolverlaters.

Page 71: Jaarverslag 2015 stichting kolom

Presentatie Kolomscholen971

SBO De Hasselbraam

1 oktober 2013 2014 2015

Aantal leerlingen 174 189 159

Aantal groepen 13 13 12

Gem. groepsgrootte 14 14,5 13,3

Aantal fte personeel 27,31 29 27,5

Typering van de school De Hasselbraam: Groei op maat !

Wat maakt de school bijzonder naast de basiskwaliteit?De Hasselbraam kenmerkt zich door een breed aanbod waar-

bij kinderen in een breed spectrum ondersteuning krijgen.

Zo volgen kinderen met een lage cognitie én kinderen die

vanuit hun sociaal emotionele ontwikkeling ondersteuning

nodig hebben, onderwijs op De Hasselbraam. De ontwikke-

ling van de kinderen wordt nauwlettend gevolgd binnen een

vastgestelde cyclus. De kinderen werken aan basisvaardighe-

den waarbij routines houvast geven en structuur bieden. De

betrokkenheid van de leerkrachten bij de ontwikkeling en het

welzijn van de kinderen is groot.

Wat uit 2015 zal bijblijven?Natuurlijk zal in 2015 de spectaculaire opening van het

schoolbrede project “Mijn ruimtereis” ons bij blijven.

De mooie musical voor meer dan 40 kinderen over geloof,

hoop en liefde liet zien dat de groep kinderen die van SBO

Iedersland op De Hasselbraam zijn gekomen gezamenlijk als

één grote groep schoolverlaters de stap naar het voortgezet

kunnen maken.

Wij hebben hard gewerkt om de mogelijkheden van coöpe-

ratieve werkvormen zichtbaar te maken in de lessen. We im-

plementeren de woordenschat binnen de projecten die we

samenstellen en we zijn in het schooljaar 2015-2016 gestart

met een nascholing over de juiste feedback geven aan de kin-

deren.

Wij missen vooral de zorg die we samen met De Bascule kon-

den bieden op De Hasselbraam. Door onder andere de tran-

sitie in de jeugdzorg moest er dermate bezuinigd worden bij

De Bascule, dat de samenwerking stagneert. Dit leidt tot een

beperkter aanbod in de ondersteuning voor kinderen van De

Hasselbraam en daardoor zijn we ook beperkt in de mogelijk-

heden om kinderen te plaatsen.

Belangrijkste ontwikkelpunt 2016Wij merken dat feedback geven aan kinderen samen valt met de doelen die je stelt bij de ontwikkeling van de

kinderen. Wij leren van de onderzoeken van Hattie en willen de juiste feedback geven aan de kinderen op hun

werk maar ook op hun gedrag. Wij werken daarnaast aan de keuze en implementatie van een nieuwe taalmetho-

de, waarbij de digitale ondersteuning een belangrijk aandachtspunt is.

Wij gaan de beeldende vorming met de vakleerkracht, die we al in huis hebben, extra aandacht geven. De lessen

worden door de groepsleerkracht en vakleerkracht samen gegeven.

Page 72: Jaarverslag 2015 stichting kolom

Presentatie Kolomscholen 9 72

SBO-Zuid Meander

1 oktober 2013 2014 2015

Aantal leerlingen 73 66 67

Aantal groepen 6 6 7

Gem. groepsgrootte 12 11 10

Aantal fte personeel 14.8 12,6 10,2

Typering van de school Een kleine school voor speciaal basisonderwijs in de Amster-

damse Rivierenbuurt.

‘Elk kind een 10!’ is ons motto. Elke leerling heeft een eigen

start en finish. De leerling wordt betrokken bij z’n eigen leer-

proces. ‘Die 10 heb je al, maar wat wil je nu nog leren en doen

zodat het over een half jaar nog een 10 is?’ Dit doen we met

kindgesprekken en kindplannen. De leerlingen verzamelen

werk waarop ze trots zijn in hun eigen portfoliorapport. Een

rapport betekent ogen die stralen!

Wat maakt de school bijzonder naast de basiskwaliteit?Op SBO-Zuid zitten veel kinderen met ‘gouden handen’. Dit

talent stimuleren wij door een wekelijks keuzeaanbod uit di-

verse creatieve workshops. Daarnaast zijn er elk jaar school-

breed 10 wereld-oriëntatiethema’s, de thema’s zie je in alle

klassen terug en zijn gekoppeld aan de taalmethoden. We zijn

een vreedzame school. Alle leerlingen leren naast de weke-

lijkse lessen Vreedzame School ook expliciet verantwoorde-

lijkheid te dragen voor hun eigen klas. We hebben een breed

naschools aanbod. We hebben onze eigen voetbalteams en

werken nauw samen met verschillende organisaties die een

aanbod verzorgen als de kookclub, kickboksles, judo, kleu-

tergym, gitaarles, djembé-les, keyboardles, vioolles en musi-

calles.

Wat uit 2015 zal bijblijven?In het najaar werd onze bovenbouw uitgenodigd voor het

Kids Crowd evenement. Leerlingen uit groep 6, 7 en 8 moch-

ten workshops volgen waarin zij gingen nadenken over de

school van de toekomst: hoe zag die eruit? In januari was er

een vervolgworkshop voor de leerlingen van groep 6/7 waar-

in zij hun ‘droomschool’ mochten gaan bedenken: ‘hoe ziet

die eruit? En wat is volgens hen nodig in het onderwijs om

tot hun droomschool te komen?’ Zo kregen onze leerlingen

een belangrijke stem in de ‘Staat van de Leerling’. En dat niet

alleen, ze mochten op 13 april naar Maarssen om dit docu-

ment met de hele groep aan Staatssecretaris Sander Dekker

te overhandigen! We zijn zo trots op onze leerlingen! En..

gaan als school natuurlijk aan de slag om onze droomschool

te realiseren!

Last but not least: kreeg SBO-Zuid Meander in juni 2015 de

kans zichzelf een 10! te geven door zich te presenteren voor

de jury Excellente Scholen. In september 2015 bracht de jury

Excellente Scholen een bezoek aan de Meander. Op 18 januari

het predicaat Excellente School toegekend en mocht de Me-

ander de vlag uithangen!

Belangrijkste ontwikkelpunt 2016Naast het borgen van de kwaliteitsverbetering ingezet door het KBA, het beter afstemmen van het lesaanbod

bij de leerlijnen van rekenen, het verbeteren van ons onderwijs in begrijpend lezen en het omgaan met agres-

sie als facet van de communicatie, waarbij SBO-Zuid Meander hard werkt aan het huidige onderwijs bouwen we

ook aan een uitdagende, deskundige, veelzijdige, betrokken, veilige, plezierige en groene nieuwbouwschool

samen met het team van SBO-Zuid St. Paulus.

Page 73: Jaarverslag 2015 stichting kolom

Presentatie Kolomscholen973

SBO-Zuid St. Paulus

1 oktober 2013 2014 2015

Aantal leerlingen 72 60 60

Aantal groepen 6 6 5

Gem. groepsgrootte 12 10 12

Aantal fte personeel 17 14 10

Typering van de school SBO-Zuid St. Paulus is een school voor speciaal basison-

derwijs. We hebben leerlingen in de leeftijd van 6 tot 13 jaar

met leer- en/of gedragsproblemen. De groepen zijn klein en

overzichtelijk, in een groep zitten maximaal zestien kinderen.

We gaan uit van veiligheid en zelfvertrouwen als basis om

te kunnen leren. Ons doel is om onze leerlingen met plezier

naar school laten komen. Elke nieuwe dag gaan de deuren

letterlijk open, ook voor de ouders. Een open en betrokken

houding van ouders én school staan bij ons voorop om alles

te doen wat voor elk kind nodig is.

Wat maakt de school bijzonder naast de basiskwaliteit?Op onze school zorgen wij ervoor dat de kinderen zich pret-

tig en veilig voelen. Wij laten merken dat wij hen waarderen.

De kinderen voelen daardoor dat ze de moeite waard zijn. Ze

leren bovendien dat problemen er zijn om te overwinnen. Ze

merken dat dit stapje voor stapje ook lukt en krijgen daardoor

zelfvertrouwen. Dit zelfvertrouwen zorgt ervoor dat ze beter

en met meer plezier gaan leren. Kinderen krijgen ook meer

zelfvertrouwen wanneer ze weten wat wij van hen verwach-

ten. Wij werken daarom met duidelijke regels en een vaste

structuur. Het uitstroomniveau is afhankelijk van de moge-

lijkheden van elk kind. Kinderen stromen bij ons door naar

verschillende vormen van voortgezet onderwijs.

De groepsleerkrachten en de vele specialisten bieden onder-

wijs op maat en hebben individuele aandacht voor het kind.

Speltherapie is een belangrijk speerpunt van de school. SBO-

Zuid St. Paulus gaat uit van de grondslag dat ieder kind uniek

is. Wij willen de kinderen besef van eigenwaarde bijbrengen,

waarmee ze zelfverzekerd de toekomst tegemoet gaan.

Wat uit 2015 zal bijblijven?In 2015 heeft de directeur Hans Labots afscheid genomen

van de school. SBO-Zuid St Paulus en SBO-Zuid Meander

groeien steeds meer naar elkaar, met een aanstaande fusie

in het verschiet. Het project ‘Kwaliteitsaanpak Basisonderwijs

Amsterdam (KBA)’ hebben we in 2015 succesvol afgesloten

Belangrijkste ontwikkelpunt 2016We zijn nu gestart met het traject leerKRACHT. We willen vanaf nu “elke dag samen een beetje beter”; we gaan

werken aan onderlinge communicatie, klassenbezoeken en feedback geven aan elkaar. Ook blijven we ons ont-

wikkelen in het werken met het ADI-model.

Page 74: Jaarverslag 2015 stichting kolom

Presentatie Kolomscholen 9 74

SBO De Zeppelin

1 oktober 2013 2014 2015

Aantal leerlingen 57 64

Aantal groepen 6 5

Gem. groepsgrootte 9,5 13

Aantal fte personeel 7,7 7,7

Typering van de school SBO De Zeppelin is een kleine school, gelegen in een groene

omgeving in Amsterdam Noord. De samenhorigheid en klein-

schaligheid geven de school iets extra’s. Wij bieden onze kin-

deren een veilige en gestructureerde leeromgeving, waarin de

kinderen elkaar accepteren en waar ze volledig tot hun recht

kunnen komen. De Zeppelin wil leerlingen de kennis en de

vaardigheden bijbrengen die ze nodig hebben om zelfstandig te

functioneren binnen onze steeds veranderende samenleving.

De leerkrachten zijn nauw betrokken bij hun leerlingen, zij

weten een ontspannen en uitnodigend pedagogisch klimaat

te realiseren. Leerlingen worden gezien en gehoord

Wat maakt de school bijzonder naast de basiskwaliteit?Op de Zeppelin kennen alle kinderen elkaar en de leerkrach-

ten. De school heeft veel gezamenlijke activiteiten, zoals

de opening en sluiting van de blokken van de Vreedzame

school, de natuurlessen in onze gemeenschappelijke tuin

en de groeps doorbroken BEVO lessen. De kinderen zijn ac-

tief betrokken bij hun leerproces. De kinderen in de hogere

groepen stellen zelf , met behulp van de uitgangspunten van

stichting leerKRACHT, doelen op. De kinderen nemen deel

aan een aantal commissie, zoals de feestcommissie, gang-

commissie en voetbalcommissie. De betrokkenheid van de

leerlingen staat bij ons hoog in het vaandel

Wat uit 2015 zal bijblijven?We zijn dit jaar gestart met het traject van stichting leer-

KRACHT. De school leverde een coach, die geschoold werd

door leerKRACHT en het team meenam in het leren van en

met elkaar. De bordsessie werden ingevoerd, de leerkracht-

consultaties zijn gestart en er werden vele verdiepingssessie

over meetbare doelen, feedback geven en krijgen gehouden.

Er is een cultuurverandering in gang gezet. Ook de leerlingen

zijn hierin meegenomen middels een leerling arena. Hier

worden de leerlingen bevraagd door de leerkrachten over

een bepaald onderwerp, zodat de mening van de leerlingen

wordt meegenomen.

De methode De wereld in getallen is ingevoerd op De Zep-

pelin. De discussie over vormen van differentiëren kwam

daarmee op gang.

Belangrijkste ontwikkelpunt 2016We gaan verder met:

• de invoering van de Vreedzame school,

• de invoering van het traject LeerKRACHT,

• ontwikkelen van een ICT visie.

Page 75: Jaarverslag 2015 stichting kolom

Presentatie Kolomscholen975

SO Alphons Laudy

1 oktober 2013 2014 2015

Aantal leerlingen 82 87 88

Aantal groepen 8 7 8

Gem. groepsgrootte 10 12 11

Aantal fte personeel 22 19,6 20

Typering van de school SO Alphons Laudy geeft onderwijs aan 4 tot 12 jarigen die

zeer moeilijk lerend zijn. De school heeft in 2015 de erkenning

“Excellente School” gekregen op basis van de hoge leerop-

brengsten, de kwaliteit van onderwijs (waarbij de kijkwijzers

als voorbeeld voor andere scholen zijn gebuikt) en de grote

ouderbetrokkenheid.

Naast een sterk aanbod op de cognitieve vakken ligt het ac-

cent op de sociaal emotionele ontwikkeling van de leerling.

De missie van de school “Willen worden wie ik ben” is de

leidraad in de hele schoolontwikkeling. Er staat een professio-

neel team dat zorgt voor een uitstekend pedagogisch klimaat

waar de leerling en zijn/haar ontwikkeling centraal staat.

Wat maakt de school bijzonder naast de basiskwaliteit?Het bijzondere pedagogische klimaat van de hele school en

de grote ouderbetrokkenheid zijn mede reden geweest voor

de erkenning Excellente School. Ook heeft de school een

groot aanbod op het gebied van Kunst en Cultuur. Daarnaast

heeft het SO een aanbod gecreëerd met SBO Zuid - Meander.

De zogenaamde PAZ-groep (Passend Zuid) biedt onderwijs

op maat aan zml-leerlingen op de SBO school. Dit is een

nieuw project dat in het tweede jaar zeer succesvol blijkt.

Wat uit 2015 zal bijblijven?De afgelopen drie jaar heeft de Stuurgroep Kwaliteit bestaan-

de uit personeelsleden van het SO en VSO gewerkt aan door-

lopende leerlijnen gericht op de uitstroomprofielen van de

leerlingen. Het totale onderwijsaanbod (OPP´s, aanpassing

leerlijnen, uitstroomperspectieven, streefniveaus, didactisch

pedagogische handelen van de docenten) en de kwaliteits-

zorg is verbeterd en aangepast op de doelgroep SO en VSO.

Eind 2014 heeft de locatiedirecteur een stap terug gedaan (hij

is docent geworden op het VSO) en er is een nieuwe locatie-

directeur aan getreden.

Belangrijkste ontwikkelpunt 2016De Stuurgroep Kwaliteit rondt in 2016 haar werkzaamheden af (ontwikkeling en afronding zorgplan, leer-

lijnen van 4 tot 20 jaar). Daarmee heeft ze de gestelde doelen ruimschoots gehaald. Het onderwerp “Sociale

Veiligheid” zal nu verder worden opgepakt. Ook wordt met medewerking van alle personeelsleden een nieuw

schoolplan gemaakt.

Page 76: Jaarverslag 2015 stichting kolom

Presentatie Kolomscholen 9 76

SO De Heldring

1 oktober 2013 2014 2015

Aantal leerlingen 62 61 65

Aantal groepen 5 7 7

Gem. groepsgrootte 12 9 9

Aantal fte personeel 20 21 21

Typering van de school SO De Heldring is een school voor speciaal onderwijs (zeer

moeilijk lerend) in de nieuwe wijk Buiksloterham. Het prachti-

ge, nieuwe schoolgebouw is het middelpunt van deze wijk. De

leerlingen van onze school zijn in de leeftijd van 4 tot en met

13 jaar en komen vanuit verschillende delen van de stad en de

plaatsen eromheen.

Wat maakt de school bijzonder naast de basiskwaliteit?Het onderwijs kenmerkt zich door het warme en veilige pe-

dagogische klimaat, het opbrengstgericht werken, de groeps-

doorbroken niveaugroepen en het uitgebreide aanbod voor

cultuureducatie.

De ouderbetrokkenheid binnen de school is hoog en dit

draagt bij aan een goede samenwerking met ouders. De kwa-

liteit binnen de school is goed op orde. In 2014 en 2015 heeft

de school het predicaat Excellente School ontvangen.

Wat uit 2015 zal bijblijven?Het ontvangen van het predicaat Excellente School 2015-

2017 was een bijzonder moment.

De allereerste week van de Lentekriebels was een succes.

Grote opkomst van ouders bij de presentatie en veel leermo-

menten binnen de groepen.

De bijzondere samenwerking met de muziekschool, dans-

docenten en kunstenaars zijn heel inspirerend en dragen

steeds bij aan nieuwe inzichten en uitdagingen.

De perikelen rondom een lekkage kabbelen voort en we ho-

pen dat hier in 2016 een eind aan komt.

Belangrijkste ontwikkelpunt 2016Ontwikkelen van een nieuwe visie op rekenen en het aanschaffen van een nieuwe methode om deze visie te

ondersteunen.

Page 77: Jaarverslag 2015 stichting kolom

Presentatie Kolomscholen977

VSO Alphons Laudy

1 oktober 2013 2014 2015

Aantal leerlingen 178 165 164

Aantal groepen 14 14 14

Gem. groepsgrootte 13 12 12

Aantal fte personeel 39,2 38,2 35

Typering van de school VSO Alphons Laudy geeft onderwijs aan 12- tot 20-jarigen

die zeer moeilijk lerend zijn. De school heeft de erkenning

“Excellente School” gekregen op basis van het grote aan-

bod in kunst en cultuur, de lerende schoolorganisatie, grote

ouderbetrokkenheid, goed pedagogisch klimaat én de hoge

leeropbrengsten. Naast een sterk aanbod op de cognitieve

vakken ligt het accent op werknemersvaardigheden en soci-

aal-emotionele ontwikkeling van de leerling. De missie van

de school “willen worden wie ik ben” is de leidraad in de hele

schoolontwikkeling.

Wat maakt de school bijzonder naast de basiskwaliteit?Bijzonder is dat er voor bijna alle vakken gespecialiseerde

vakdocenten zijn die goed afstemmen en samenwerken met

de mentoren. Met name de leerlijn “leren leren” is in alle vak-

ken doorgevoerd. Er staat een heel stabiel en professioneel

team dat zorgt voor een uitstekend pedagogisch klimaat. Het

aanbod kunst en cultuur staat op een hoog plan. De school

is sterk gericht op wat de leerlingen in de toekomst nodig

hebben. Daarvoor wordt samengewerkt met ouders en veel

verschillende organisaties. De school is een ondernemende

school die kansen benut en mogelijkheden zoekt voor de on-

derwijsvragen van de leerlingen. Er wordt in het team veel

aan scholing gedaan, zoals de master SEN modules die in

company worden gevolgd.

Wat uit 2015 zal bijblijven?In 2015 is het VSO voor de tweede keer excellent geworden

en dat is een grote erkenning voor het team. Er wordt ruim-

schoots voldaan aan de kwaliteitseisen van de inspectie. In

2015 zijn twee bijeenkomsten georganiseerd om de visie op

kunst en cultuur binnen het team te ontwikkelen en scherp

te krijgen.

Het VSO is aspirant lid van de Cultuur Profielschool gewor-

den en is één van de oprichtingsscholen van de vereniging.

De afgelopen drie3 jaar heeft de kwaliteitsstuurgroep be-

staande uit personeelsleden van het SO en VSO gewerkt

aan doorlopende lijnen gericht op uitstroomprofielen van de

leerlingen. Het totale onderwijsaanbod (OPP´s, aanpassing

leerlijnen, uitstroomperspectieven, streefniveaus, didactisch

pedagogische handelen van de docenten) en de kwaliteits-

zorg is verbeterd en aangepast op de doelgroep SO en VSO.

Belangrijkste ontwikkelpunt 2016De kwaliteitsstuurgroep rondt in 2016 haar werkzaamheden af (ontwikkeling en afronding zorgplan, leerlij-

nen van 4 tot 20 jaar). Daarmee heeft ze de gestelde doelen ruimschoots gehaald.

De school doet al 1,5 jaar mee met de academische werkplaats over de sociale kwaliteit, een project van de in-

spectie en universiteit van Amsterdam. In 2016 wordt de zelfevaluatie ten behoeve van sociale kwaliteit verder

ontwikkeld en uitgevoerd.

Page 78: Jaarverslag 2015 stichting kolom

Presentatie Kolomscholen 9 78

VSO De Heldring

1 oktober 2013 2014 2015

Aantal leerlingen 131 131 129

Aantal groepen 12 11 10

Gem. groepsgrootte 11 12 13

Aantal fte personeel 37 37 30,3

Typering van de school Wij bieden speciaal onderwijs aan leerlingen met een verstan-

delijke beperking (zeer moeilijk lerend) in de leeftijd van 12 tot

20 jaar. Het onderwijs is gericht op wonen, werken en vrije tijd.

De school is tijdelijk gehuisvest in Amsterdam Zuid, in oktober

2016 gaan we terug naar Amsterdam Nieuw-West. Daar wordt

momenteel een mooie nieuwe school gebouwd.

Wat maakt de school bijzonder naast de basiskwaliteit?Het onderwijs op onze school kenmerkt zich door een warm

en veilig pedagogische klimaat. We werken opbrengstgericht

en met groepsdoorbroken niveaugroepen. Er is een uitgebrei-

de aanbod voor cultuureducatie. De kwaliteit op onze school

is zeer goed op orde; in 2013, 2014 én 2015 heeft VSO De

Heldring het predicaat Excellente School ontvangen!

Via verschillende leerroutes en uitstroomniveaus wordt pas-

send onderwijs voor iedere leerling gerealiseerd. Het ontwik-

kelen van sociale competenties is een belangrijk leerdoel en

draagt bij aan actief burgerschap.

Wat uit 2015 zal bijblijven?Het behalen van het predicaat Excellente school voor een pe-

riode van drie jaar was een van de hoogtepunten. We werken

met z’n allen hard om een heel goede school te blijven waar

de leerlingen met veel plezier naar toe gaan.

Dit jaar zijn er vier leerlingen uitgestroomd naar dagbeste-

ding/arbeid en 15 leerlingen naar arbeid/ ROC1.

Wij hebben veel uitstapjes gemaakt. Zo zijn we dit school-

jaar met alle leerlingen naar Nemo geweest. Alle leerlingen

en collega’s zijn met een rondvaartboot over de Amstel naar

Nemo gebracht en ’s middags weer teruggebracht.

Belangrijkste ontwikkelpunt 2016Het rekenonderwijs wordt verder aangescherpt. We sluiten volgend schooljaar een driejarig traject af.

We zijn samen met OBA-Milesstone een e-planner (leerlingvolgsysteem) aan het ontwikkelen. Dit wordt vol-

gend jaar in gebruik genomen.

Page 79: Jaarverslag 2015 stichting kolom

Presentatie Kolomscholen979

Praktijkcollege De Atlant

1 oktober 2013 2014 2015

Aantal leerlingen 208 205 205

Aantal groepen 12 12 12

Gem. groepsgrootte 17 17 17

Aantal fte personeel 28,2 28,8 29

Typering van de school De commissie die een collegiale visitatie uitvoerde in februari

2016 typeert de school als volgt: er heerst een rustige sfeer

op school waar veel orde is en structuur geboden wordt. De

leerlingen voelen zich prettig en veilig op school. Tijdens

de lessen hebben we gezien dat er fouten gemaakt mogen

worden. Docenten tonen respect voor de leerlingen en geven

hierbij ook het goede voorbeeld. Docenten ondersteunen het

zelfvertrouwen van leerlingen in de vorm van complimenten

geven. Er is veel controle en er wordt veel voor de leerlingen

geregeld waardoor ze soms te weinig gelegenheid krijgen om

te ervaren dat ze bepaalde zaken goed zelf kunnen.

Docenten hebben goed zicht op het niveau van de leerlin-

gen en weten wat ze van elke leerling kunnen verwachten.

Docenten zorgen voor een gedifferentieerd lesaanbod dat is

afgestemd op het niveau van de leerlingen.

Wat maakt de school bijzonder naast de basiskwaliteit?We hebben in 2015 het leerlingvolgsysteem E & A match ver-

der gevuld en bruikbaar gemaakt, de meeste lesstof zit er

nu in.

Er is een intensieve samenwerking met Salto Altra, zodat wij

bij problemen tussen school en gezin bijna onmiddellijk de

hulpverlening kunnen starten.

Belangrijkste ontwikkelpunt 2016• Verder implementeren van intervisie.

• De uitwisseling van de kennis met VSO Alphons Laudy in het kader van de POS-groep.

• Het nieuwe schoolplan 2016-2020 is klaar.

• De aanvraag excellente school loopt.

• De bekendheid van het praktijkonderwijs bij reguliere basisscholen verder vergroten.

• De leraren moeten zich meer bewust worden van het eigenaarschap van de leerling met betrekking tot

zijn eigen leerproces, de controle en structuur moet geen keurslijf zijn.

In 2015 hebben we ons op het gebied van CKV verder ontwik-

keld, een grote groep is bij de theatervoorstelling Anne Frank

geweest.

We besteden veel aandacht aan het voorkomen en bestrijden

van pesten.

De school is nog steeds in staat om nagenoeg alle leerlingen

aan een stageplek te helpen.

Wat uit 2015 zal bijblijven?In het kader van de CKV-activiteiten hadden we in de taalweek

een theatervoorstelling op school van de cabaretier Bart. Het

thema van de taalweek was pesten, de voorstelling ging uiter-

aard ook over dit thema, op de foto zien we Bart bezig. Bart

roemde de school om zijn rust en gestructureerdheid, dit was

hij in zijn 88 bezoeken aan scholen nog maar weinig tegen

gekomen, zo’n rustig en positief publiek.

We hebben in het kader van zorg en zelfredzaamheid twee

kleedkamers omgebouwd tot een mooi haarverzorgingslo-

kaal.

Page 80: Jaarverslag 2015 stichting kolom

Presentatie Kolomscholen 9 80

Praktijkcollege De Dreef

1 oktober 2013 2014 2015

Aantal leerlingen 131 131 129

Aantal groepen 12 11 10

Gem. groepsgrootte 11 12 13

Aantal fte personeel 37 37 30,3

Typering van de school De Dreef is een praktijkschool in Zuidoost met leerlingen die

voornamelijk uit de wijk komen. We hebben de voeten in de

aarde. De foto hierboven is misschien wel illustratief. Open

en bereid om te leren. Onze school probeert de leerling cen-

traal te stellen.

Domani faccio la brava betekent: ‘ Morgen ga ik het goed

doen.’ Tussen haakjes staat ‘forse’ dat betekent: misschien.

Wat maakt de school bijzonder naast de basiskwaliteit?Naast de basiskwaliteit zijn er twee zaken die ons bijzonder

maken. Onze visie en onze manier van gespreksvoering.

Onze basiskwaliteit is eigenlijk opgebouwd uit deze twee ele-

menten. Onze visie is die van the Big Picture Learning (BPL),

een onderwijsfilosofie uit Amerika waarin onderdelen uit de

vrije school, jenaplan en montessori herkenbaar zijn. Samen

met ambitie is dit een uitstekende manier gebleken om het

leren persoonlijk te maken. Onze leerlingen gaan uit van hun

passie en stellen zelf hun persoonlijk leerplan op. Kernbe-

grippen van BPL zijn: Relatie, Relevantie en Resultaten.

De tweede steunpilaar is het gebruiken van de oplossings-

gerichte manier van werken, denken en gesprekken voeren.

De leerling wordt hiermee eigenaar van zijn of haar eigen

oplossingen.

Wat uit 2015 zal bijblijven?Uit 2015 blijft een aantal louter positieve zaken hangen.

Ons leerlingaantal stijgt gestaag omdat leerlingen en ouders

bewust voor onze school en visie kiezen. De aanvraag voor

excellentie was een geweldige impuls voor het hele team en

de leerlingen die meededen met hun presentaties. Ze heb-

ben het laten zien. De teleurstelling dat het nét niet gehaald

is heeft geleid tot een hernieuwde aanvraag. Ambitie is een

sterkte motivatie..

Wat vooral bijblijft is het oordeel van de visitatiecommissie

en de inspectie over de veiligheid van het pedagogisch kli-

maat. Volgens ons jaarplan lag in de tweede helft van 2015

vooral de nadruk op veiligheid. We zijn er nog lang niet, het

blijft altijd een aspect om hard aan te werken.

De start met een horizontaal rooster met elke dag stillezen

is ons bijgebleven omdat het een prettig ritme door de week

oplevert.

Naast vele gebeurtenissen is vooral de ouderavond met 150

gasten het opvallendst. De ouderbetrokkenheid neemt ieder

jaar toe.

2015 was een jaar waarin het vertrouwen in innovatie is om-

gezet in zichtbare resultaten!

Belangrijkste ontwikkelpunt 2016De belangrijkste ontwikkelpunten zijn het ondernemerschap en in het tweede halfjaar de lerende organisatie,

tevens onze inzet bij de nieuwe aanvraag excellentie.

We streven naar groei zonder in te boeten op kwaliteit.

In 2016 zal een aanzet tot uitbreiding van ons mooie schoolgebouw worden gegeven.

Page 81: Jaarverslag 2015 stichting kolom

Presentatie Kolomscholen981

Kolom Praktijk College Noord

1 oktober 2013 2014 2015

Aantal leerlingen 199 210 205

Aantal groepen 15 15 16

Gem. groepsgrootte 13 14 13

Aantal fte personeel 30 29,1 30

Typering van de school “Samen werken aan jouw toekomst”

Kleinschalige school voor praktijkonderwijs in een mooi ge-

bouw waar we in een open en betrokken sfeer werken aan de

persoonlijke ontwikkeling van de leerlingen. We zijn constant

bezig ons onderwijs verder te professionaliseren en verbe-

teren.

Wat maakt de school bijzonder naast de basiskwaliteit?De positieve energie die loskwam na de beoordeling van de

inspectie hebben we weten te behouden om ons onderwijs

verder te verbeteren. De leerlingen worden hier actief bij be-

trokken. Het leren van en met elkaar is hierbij een belangrijk

uitgangspunt.

Belangrijkste ontwikkelpunt 2016Blijven ontwikkelen als professionele organisatie met als speerpunten:

• Het verder ontwikkelen van coaching vaardigheden.

• Het geven en ontvangen van professionele feedback.

• Volledige implementatie van het nieuwe LVS Presentis.

Wat uit 2015 zal bijblijven?In 2014 werd KPC Noord door de inspectie als zwak beoor-

deeld. Deze waardering van de inspectie over de kwaliteit

van het onderwijs bij KPC Noord werd niet gedeeld door de

school zelf en het bestuur. Direct zijn we als team aan de

slag gegaan om onze basiskwaliteit te verbeteren en is een

plan van aanpak opgesteld. Insteek was om voor het einde

van schooljaar 2015-2016 de basiskwaliteit weer op orde te

hebben. Bijzonder trots waren wij dan ook toen wij in juni

weer het basisarrangement terugkregen. Het voltallige team

en alle betrokkenen hebben hier veel werk voor verzet en ver-

dienen hiervoor een pluim!

Er is afgesproken dat we niet stil blijven zitten en de school

nog verder zullen verbeteren.

Page 82: Jaarverslag 2015 stichting kolom

Presentatie Kolomscholen 9 82

Praktijkcollege Het Plein

1 oktober 2013 2014 2015

Aantal leerlingen 211 214 217

Aantal groepen 16 16 16

Gem. groepsgrootte 13 13 13,5

Aantal fte personeel 28,9 28,9 29

Typering van de school Praktijkcollege Het Plein is een aantrekkelijke en kleinschalige

school voor praktijkonderwijs in Amsterdam West, waar betrok-

ken medewerkers leerlingen stimuleren door het inzetten van

vernieuwend onderwijs en goed geregelde zorg. Leerlingen van

Het Plein zijn daarmee in staat zich te ontwikkelen tot zelfbe-

wuste jongvolwassenen met een goede toekomst.

Wat maakt de school bijzonder naast de basiskwaliteit?Het team van Praktijkcollege Het Plein zet zich al jaren in zo-

veel mogelijk branchecertificering te realiseren zodat de leer-

lingen in staat worden gesteld om de school te verlaten met

erkende branchecertificaten waar zij de arbeidsmarkt mee op

kunnen. In het schooljaar 2014-2015 is branchecertificering

gerealiseerd in vijf verschillende richtingen.

Het pedagogische klimaat op Praktijkcollege Het Plein is

erop gericht dat werkelijk iedere geplaatste leerling, ongeacht

de mogelijkheden en uitdagingen, zich gewaardeerd, gekend

en gehoord voelt. Onder leiding van het leerteam “pedago-

gisch klimaat” heeft het team de afgelopen jaren tal van ac-

ties op touw gezet om het pedagogische klimaat verder te

verbeteren.

Wat uit 2015 zal bijblijven?Een hoogtepunt in het schooljaar 2014-2015 was het vast-

stellen van de gezamenlijke kernwaarden van het team dat:

betrokken, positief, veilig, professioneel en innovatief is. Het

team heeft in een aantal sessies onder leiding van een exter-

ne deskundige overeenstemming bereikt over de kernwaar-

den door het hele team worden gedeeld. Deze kernwaarden

vormen de leidraad in het professionele handelen van onze

teamleden.

Belangrijkste ontwikkelpunt 2016• Verbeteren didactisch handelen teamleden in het geven van taalonderwijs door middel van het aanbie-

den van een mastermodule geletterdheid.

• Bevorderen professionele cultuur d.m.v. het traject “de wil om te winnen”.

• Pedagogisch klimaat verbeteren door passende inrichting kantine, aula en schoolplein.

Page 83: Jaarverslag 2015 stichting kolom

Presentatie Kolomscholen983

Praktijkcollege De Schakel

1 oktober 2015

Aantal leerlingen 147

Aantal groepen 10

Gem. groepsgrootte 15

Aantal fte personeel 17

Typering van de school Ambitieus in kleinschaligheid gekoppeld aan hoge opbreng-

sten! De Schakel kiest voor een tweesporenbeleid: enerzijds

toeleiden naar werk door in te zetten op branchecertificering

voor elke leerling. Anderzijds de weg naar het MBO open

houden door een ambitieuze benadering van de theoretische

vakken.

Wat maakt de school bijzonder naast de basiskwaliteit?Buitenstaanders ervaren de school als een warme en veilige

omgeving waar hard gewerkt wordt met veel aandacht voor

21e -eeuwse vaardigheden en respectvol met elkaar omge-

gaan wordt.

Belangrijkste ontwikkelpunt 2016Vanuit werknemersvaardigheden/competenties en de bijbehorende gedragsindicatoren een koppeling maken

met de ontwikkelfase van de leerling waarop wij ons onderwijs inrichten in een levensechte leeromgeving.

Er wordt een plan geformuleerd om te komen tot een eenduidige, systematische manier van handelen op

pedagogisch-didactisch gebied door alle personeelsleden van De Schakel. Dit op basis van de vastgestelde

criteria waarop gedrag en sociaal-emotionele ontwikkeling wordt beoordeeld.

Wat uit 2015 zal bijblijven?Binnen het gebied van ‘vrije tijd’ hebben alle leerkrachten met

elkaar activiteiten ontwikkeld van vijf weken a twee lesuren

gericht op het vergroten van de levensechte leerbronnen, zelf-

standigheid en sociale competenties, die qua inhoud buiten

het reeds bestaande programma vallen. Leerlingen in de on-

derbouw hebben al deze activiteiten doorlopen.

Veel personeelswisselingen aan het einde van het jaar zoals

het vertrek van de directeur Sander Jacobs, de schoolpsycho-

loog en een zwangerschapsverlof. Dit heeft veel extra inzet

van het team gevraagd.

Page 84: Jaarverslag 2015 stichting kolom

Bijlage AfkortingenlijstAKA Arbeidgerichte Kwalificatie Assistent of een kwalificatie op MBO-niveau 1

BPL Big Picture Learning

CB Centraal Buro

CvB College van Bestuur

FTE fulltime-equivalent

GMR Gemeenschappelijke MedezeggenschapsRaad

ID Instroom Doorstroom

IBL Intensief Begeleide Leerling

IOP Individueel Ontwikkelings Plan

KBA Kwaliteitsaanpak Amsterdam voor basisonderwijs

KPC Kolom Praktijkcollege

LGF Leerlinggebonden Financiering

LVS Leerling Volg Systeem

MBO Middelbaar Beroepsonderwijs

MIS Management Informatie Systeem

MLK Moeilijk Lerende Kinderen

MOP Meerjaren Onderhoudsplan

MR Medezeggenschapsraad

OCW Ministerie Onderwijs, Cultuur en Wetenschappen

OKA Ouder Kind Adviseur

OKT Ouder Kind Team

OOP Onderwijsondersteunend personeel

OP Onderwijzend personeel

OPP Ontwikkelingsperspectief

OPR Ondersteuningsplanraad

PBS Positive Behavior Support

PAZ Passend onderwijs Zuid

PO Primair Onderwijs

PrO Praktijkonderwijs

RDDF Risicodragend deel van de formatie

RI&E Risico-inventarisatie en -evaluatie

REC Regionaal Expertise Centrum

ROC Regionaal Opleidingscentrum

RvC Regionale Verwijzings Commissie

RvT Raad van Toezicht

SBO Speciaal Basisonderwijs

SO Speciaal Onderwijs

SOVA Sociale Vaardigheid

SWV Samenwerkingsverband

TLV Toelaatbaarheidsverklaring

VO Voortgezet Onderwijs

VSO Voortgezet Speciaal Onderwijs

WEC Wet op de Expertisecentra

WPO Wet op het Primair Onderwijs

WVO Wet Voortgezet Onderwijs

ZML Zeer Moeilijk Lerend

Page 85: Jaarverslag 2015 stichting kolom

2015Jaarrekening

Deel B

Page 86: Jaarverslag 2015 stichting kolom
Page 87: Jaarverslag 2015 stichting kolom

87

Inhoudsopgave Jaarrekening 2015

Inhoudsopgave Jaarrekening 2015

Toelichting op de jaarrekening

Balans per 31 december 2015

Staat van baten en lasten over 2015

Kasstroomoverzicht over 2015

Toelichting op de balans en staat van baten en lasten

Overige gegevens

Voorstel resultaatbestemming

Gebeurtenissen na balansdatum

Gegevens over de rechtspersoon

Controleverklaring

Page 88: Jaarverslag 2015 stichting kolom

88

Page 89: Jaarverslag 2015 stichting kolom

89

1 Algemene toelichting

1.1 ActiviteitenDe activiteiten van Stichting Kolom bestaan voornamelijk uit:

• dienstverlening op het gebied van onderwijs in het speciaal basisonder-

wijs, (voorgezet) speciaal onderwijs en praktijkonderwijs.

1.2 StelselwijzigingenGeen

1.3 Verbonden partijenGeen

1.4 Toelichting op het kasstroomoverzichtHet kasstroomoverzicht is opgesteld volgens de indirecte methode. De geldmiddelen

in het kasstroomoverzicht bestaan uit de liquide middelen. Ontvangsten en uitgaven uit

hoofde van interest zijn opgenomen onder de kasstroom uit operationele activiteiten.

1.5 SchattingenOm de grondslagen en regels voor het opstellen van de jaarrekening te kunnen toepassen,

is het nodig dat de leiding van de instelling over verschillende zaken zich een oordeel

vormt, en dat de leiding schattingen maakt die essentieel kunnen zijn voor de in de jaar-

rekening opgenomen bedragen. Indien het voor het geven van het in art. 2:362 lid 1 BW

vereiste inzicht noodzakelijk is, is de aard van deze oordelen en schattingen inclusief de

bijbehorende veronderstellingen opgenomen bij de toelichting op de betreffende jaarre-

keningposten.

1.6 RisicomanagementVoor de algemene risico’s wordt een financiële buffer aangehouden in het eigen vermogen.

Kolom hanteert geen doelstelling op het percentage weerstandsvermogen maar vertaalt

de benodigde buffer in een absolute doelstelling van het eigen vermogen. Het eigen ver-

mogen heeft een aantal functies: financieringsfunctie, transactiefunctie en bufferfunctie.

Voor de vertaling van het vereiste bufferfunctie naar eigen vermogen hanteert Kolom het

onderzoek van PWC naar de vermogenspositie in het primair onderwijs van 2008. Con-

form het PwC onderzoek is het vereiste eigen vermogen voor stichting Kolom minimaal

€5,0 miljoen. In 2014 heeft er bij Kolom een risico-inventarisatie plaatsgevonden. Deze

inventarisatie had als basis het risico-inventarisatiemodel van de PO-raad. De bijsluiter

van dit model geeft aan dat als er uit de inventarisatie geen verhoogd risicoprofiel blijkt,

de organisatie het minimaal vereiste vermogen kan aanhouden conform het onderzoek

van PwC. De uitkomst van de risico-inventarisatie bij Kolom is dat de organisatie geen ver-

hoogd risicoprofiel heeft volgens de definitie van het PO-raad model. Derhalve er is geen

noodzaak tot het aanhouden van een hoger eigen vermogen van €5,0 mln.

Page 90: Jaarverslag 2015 stichting kolom

90

2 Grondslagen voor waardering van activa en passiva

2.1 AlgemeenDe jaarrekening is opgesteld in overeenstemming met de wettelijke bepalingen van Titel 9 Boek 2 BW en de stellige uitspraken

van de Richtlijnen voor de jaarverslaggeving, die uitgegeven is door de Raad voor de Jaarverslaggeving. Richtlijn 150 (aange-

past in 2015) is eerder toegepast. Deze bepalingen zijn van toepassing op grond van de Regeling Jaarverslaggeving Onderwijs.

Voorts is rekening gehouden met de van toepassing zijnde ministeriele regelingen. De jaarrekening is opgesteld in euro’s.

Activa en passiva worden in het algemeen gewaardeerd tegen de verkrijgings- of vervaardigingsprijs of de actuele waarde.

Indien geen specifieke waarderingsgrondslag is vermeld, vindt waardering plaats tegen de verkrijgingsprijs. In de balans, de

staat van baten en lasten en het kasstroomoverzicht zijn referenties opgenomen. Met deze referenties wordt verwezen naar

de toelichting.

In verband met in de praktijk tegenvallende levensduur van één bepaald soort digitale schoolborden is de afschrijvingstermijn

hiervan ingekort van 10 jaar naar 8 jaar. Het financiële effect van deze schattingswijziging in 2015 is €16.187.

De indeling naar bedrijfssegmenten vindt plaats naar onderwijssector: PO (SBO en (V)SO) en VO (praktijkonderwijs). Baten

en lasten die direct zijn toe te rekenen aan de scholen worden toegerekend aan de onderwijssector van de betreffende school.

Niet direct toe te rekenen baten en lasten waaronder kosten van het bestuurskantoor en andere overheadkosten worden naar

rato van de hoogte van de basisbekostiging van het rijk in het betreffende jaar toegerekend aan de verschillende onderwijs-

sectoren.

2.2 Materiële vaste activaDe materiële vaste activa wordt gewaardeerd tegen verkrijgingsprijs inclusief direct toerekenbare kosten, onder aftrek van

lineaire afschrijvingen gedurende de verwachte economische levensduur.

Voor de toekomstige kosten van groot onderhoud aan de gebouwen is een voorziening voor groot onderhoud gevormd. De

toevoeging aan de voorziening wordt bepaald op basis van het geschatte bedrag van het onderhoud en de periode die telkens

tussen de werkzaamheden van groot onderhoud verloopt.

2.3 Financiële vaste activaDe eerste waardering en vervolgwaardering van effecten vindt plaats tegen reële waarde. Waardeveranderingen van deze effec-

ten worden direct verwerkt in de staat van baten en lasten. Transactiekosten die direct zijn toe te rekenen aan de verwerving

van de effecten worden direct in de staat van baten en lasten verwerkt.

2.4 Bijzondere waardeverminderingen van vaste activaDoor de instelling wordt op iedere balansdatum beoordeeld of er aanwijzingen zijn dat een vast actief aan een bijzondere waar-

devermindering onderhevig kan zijn. Indien dergelijke indicaties aanwezig zijn, wordt de realiseerbare waarde van het actief

vastgesteld. Van een bijzondere waardevermindering is sprake als de boekwaarde van een actief hoger is dan de realiseerbare

waarde.

Indien wordt vastgesteld dat een bijzondere waardevermindering die in het verleden verantwoord is, niet meer bestaat of is

afgenomen, dan wordt de toegenomen boekwaarde van de desbetreffende activa niet hoger gesteld dan de boekwaarde die

bepaald zou zijn indien geen bijzondere waardevermindering voor het actief zou zijn verantwoord.

Ook voor financiële instrumenten beoordeelt de instelling op iedere balansdatum of er objectieve aanwijzingen zijn voor bij-

zondere waardeverminderingen van een financieel actief of een groep van financiële activa. Bij aanwezigheid van objectieve

aanwijzingen voor bijzondere waardeverminderingen bepaalt de instelling de omvang van het verlies uit hoofde van de bijzon-

dere waardeverminderingen, en verwerkt dit direct in de staat van baten en lasten.

Page 91: Jaarverslag 2015 stichting kolom

91

Bij financiële activa die gewaardeerd zijn tegen geamortiseerde kostprijs wordt de omvang van de bijzondere waardevermin-

dering bepaald als het verschil tussen de boekwaarde van het actief en de best mogelijke schatting van de toekomstige kas-

stromen, contant gemaakt tegen de effectieve rentevoet van het financiële actief zoals die is bepaald bij de eerste verwerking

van het instrument. Het waardeverminderingsverlies dat daarvoor opgenomen was, dient te worden teruggenomen indien

de afname van de waardevermindering verband houdt met een objectieve gebeurtenis na afboeking. De terugname wordt

beperkt tot maximaal het bedrag dat nodig is om het actief te waarderen op de geamortiseerde kostprijs op het moment van

de terugname, als geen sprake geweest zou zijn van een bijzondere waardevermindering. Het teruggenomen verlies wordt in

de staat van baten en lasten verwerkt.

2.5 VorderingenVorderingen worden bij eerste verwerking gewaardeerd tegen de reële waarde van de tegenprestatie. Handelsvorderingen

worden na eerste verwerking gewaardeerd tegen de geamortiseerde kostprijs. Als de ontvangst van de vordering is uitgesteld

op grond van een verlengde overeengekomen betalingstermijn wordt de reële waarde bepaald aan de hand van de contante

waarde van de verwachte ontvangsten. Voorzieningen wegens oninbaarheid worden in mindering te gebracht op de boekwaar-

de van de vordering.

2.6 Liquide middelenLiquide middelen bestaan uit kas, banktegoeden en direct opeisbare deposito’s met een looptijd korter dan twaalf maanden.

Rekening-courantschulden bij banken worden opgenomen onder schulden aan kredietinstellingen onder kortlopende schulden.

2.7 VoorzieningenVoorzieningen worden gevormd voor in rechte afdwingbare of feitelijke verplichtingen die op de balansdatum bestaan, waarbij

het waarschijnlijk is dat een uitstroom van middelen noodzakelijk is en waarvan de omvang op betrouwbare wijze is te schatten.

De voorzieningen worden gewaardeerd tegen de beste schatting van de bedragen die noodzakelijk zijn om de verplichtingen

per balansdatum af te wikkelen. De voorzieningen worden gewaardeerd tegen de nominale waarde van de uitgaven die naar

verwachting noodzakelijk zijn om de verplichtingen af te wikkelen, tenzij anders vermeld.

Wanneer de verwachting is dat een derde de verplichtingen vergoedt, en wanneer het waarschijnlijk is dat deze vergoeding zal

worden ontvangen bij de afwikkeling van de verplichting, dan wordt deze vergoeding als een actief in de balans opgenomen.

Voor uitgaven voor groot onderhoud wordt een voorziening gevormd om deze lasten gelijkmatig te verdelen over een aantal

boekjaren.

Page 92: Jaarverslag 2015 stichting kolom

92

3 Grondslagen voor bepaling van het resultaat

3.1 AlgemeenDe baten en lasten worden toegerekend aan het boekjaar

waarop ze betrekking hebben. Winsten worden slechts geno-

men voor zover zij op balansdatum zijn verwezenlijkt. Verlie-

zen en risico’s die hun oorsprong vinden voor het einde van

het verslagjaar, worden in acht genomen, indien zij voor het

vaststellen van de jaarrekening bekend zijn geworden.

3.2 Overige batenOverige baten bestaan uit baten uit verhuur, detachering, ou-

derbijdragen en overige baten.

3.3 OverheidssubsidiesExploitatiesubsidies worden als bate verantwoord in de staat

van baten en lasten in het jaar waarin de gesubsidieerde kos-

ten zijn gemaakt of opbrengsten zijn gederfd, of wanneer

een gesubsidieerd exploitatietekort zich heeft voorgedaan.

De baten worden verantwoord als het waarschijnlijk is dat

deze worden ontvangen en de instelling de condities voor

ontvangst kan aantonen.

Subsidies met betrekking tot investeringen in materiële vaste

activa worden in mindering gebracht op het desbetreffende

actief en als onderdeel van de afschrijvingen verwerkt in de

staat van baten en lasten.

3.4 Afschrijvingen op materiële vaste activaMateriële vaste activa worden vanaf het moment van inge-

bruikneming afgeschreven over de verwachte toekomstige

gebruiksduur van het actief.

Indien een schattingswijziging plaatsvindt van de economi-

sche levensduur, dan worden de toekomstige afschrijvingen

aangepast.

Boekwinsten en -verliezen bij verkoop van materiële vaste

activa zijn begrepen onder de afschrijvingen.

3.5 PersoneelsbeloningenPeriodiek betaalbare beloningen

Lonen, salarissen en sociale lasten worden op grond van de

arbeidsvoorwaarden verwerkt in de staat van baten en lasten

voor zover ze verschuldigd zijn aan werknemers.

Pensioenen

De instelling heeft alle pensioenregelingen verwerkt volgens

de verplichtingenbenadering. De over het verslagjaar ver-

schuldigde premie wordt als last verantwoord. Behalve de

betaling van premies heeft de instelling geen verdere ver-

plichtingen uit hoofde van deze pensioenregeling.

3.6 Bijzondere postenBijzondere posten zijn baten of lasten die voortvloeien uit

gebeurtenissen of transacties die behoren tot het resultaat

uit gewone bedrijfsuitoefening, maar die omwille van de ver-

gelijkbaarheid apart toegelicht worden op grond van de aard,

omvang of het incidentele karakter van de post.

3.7 Financiële baten en lastenRentebaten en rentelasten

Rentebaten en rentelasten worden tijdsevenredig verwerkt,

rekening houdend met de effectieve rentevoet van de betref-

fende activa en passiva. Bij de verwerking van de rentelasten

wordt rekening gehouden met de verantwoorde transactie-

kosten op de ontvangen leningen.

3.8 FoutherstelNa het vaststellen van de jaarrekening 2014 blijkt dat deze

jaarrekening een onjuiste weergave geeft van het eigen ver-

mogen per 31-12-2014. De niet geoormerkte subsidies OCW

uit 2012 dienen te worden beschouwd als aanvulling op de

Rijksbijdrage in 2012 en niet als een overlopend passief,

waardoor het resultaat 2014 afneemt met €52.449 en het

eigen vermogen met €157.347 toeneemt. De overige over-

heidsbijdragen ESF over het schooljaar 2014/2015 dienen

te worden toegerekend aan het boekjaar 2014, waardoor het

resultaat 2014 toeneemt met €166.667.

De private middelen dienden onder het eigen vermogen te

worden gepresenteerd, waardoor het resultaat 2014 afneemt

met 50.254 en het eigen vermogen per met €285.264 toe-

neemt. Per saldo betekent dit dat het resultaat 2014 met

€63.964 toeneemt en het eigen vermogen voor resultaatbe-

stemming 2014 met €442.611 toeneemt, waarvan €235.010

private reserves betreffen. De in deze jaarrekening opgeno-

men vergelijkende cijfers zijn hierop aangepast.

Page 93: Jaarverslag 2015 stichting kolom

93

Balans(na resultaatbestemming)

31 december 2015 31 december 2014

Ref. in euro in euro

Activa

Vaste activa

Immateriële vaste activa - -

Materiële vaste activa 1 2.390.099 2.344.050

Financiële vaste activa 2 - -

2.390.099 2.344.050

Vlottende activa

Voorraden - -

Vorderingen OCW 3 906.828 973.637

Overige vorderingen 4 1.861.639 2.469.517

Effecten - -

Liquide middelen 5 11.958.346 8.469.281

14.726.813 11.912.435

Totaal activa 17.116.912 14.256.484

Page 94: Jaarverslag 2015 stichting kolom

94

Balans

31 december 2015 31 december 2014

Ref. in euro in euro

Passiva

Eigen vermogen

Eigen vermogen 6 11.988.384 9.910.674

11.988.384 9.910.674

Voorzieningen 7 1.076.615 1.062.846

Langlopende schulden - -

Kortlopende schulden 8 4.051.912 3.282.964

Totaal passiva 17.116.912 14.256.484

Page 95: Jaarverslag 2015 stichting kolom

95

Staat van baten en lasten

2015 2015 2014

Ref. in euro begroting in euro

Baten

Rijksbijdragen 9 28.107.409 27.065.702 27.118.946

Overige overheidsbijdragen en subsidies 10 1.061.196 474.713 1.411.645

College-, cursus-, les- en examengelden - - -

Baten werk in opdracht van derden - - -

Overige baten 11 1.033.670 271.575 750.451

Totaal baten 30.202.275 27.811.990 29.281.042

Lasten

Personeelslasten 12 23.263.990 23.195.137 22.689.445

Afschrijvingen 13 419.995 430.158 366.561

Huisvestingslasten 14 1.754.909 1.985.950 2.038.405

Overige lasten 15 2.731.324 2.174.015 2.656.439

Totaal lasten 28.170.218 27.785.260 27.750.850

Saldo baten en lasten 2.032.057 26.730 1.530.191

Financiële baten en lasten 16 45.798 40.555 47.807

Resultaat 2.077.855 67.285 1.577.998

Belastingen - - -

Resultaat deelnemingen - - -

Resultaat na belastingen 2.077.855 67.285 1.577.998

Aandeel derden in resultaat - - -

Nettoresultaat 2.077.855 67.285 1.577.998

Page 96: Jaarverslag 2015 stichting kolom

96

Kasstroomoverzicht

2015 2014

Kasstroom uit operationele activiteiten

Saldo exploitatie 2.032.057 1.530.191

Aanpassingen voor:

Afschrijvingen 419.995 366.561

Mutatie voorzieningen 13.624 -16.014

433.620 350.547

Veranderingen in vlottende middelen:

Voorraden - -

Vorderingen 674.687 237.616

Kortlopende schulden 768.948 -2.069.720

1.443.635 -1.832.104

Totaal kasstroom uit bedrijfsoperaties 3.909.311 48.634

Ontvangen interest 45.798 47.807

Betaalde interest - -

Buitengewoon resultaat - -

45.798 47.807

Totaal kasstroom uit operationele activiteiten 3.955.110 96.441

Kasstroom uit investeringsactiviteiten

Investeringen in materiële vaste activa -464.902 -879.764

Desinvesteringen materiële vaste activa -1.142 11.576

Investeringen in immateriële vaste activa - -

Desinvesteringen immateriële vaste activa - -

Investeringen in deelnemingen en/of samenwer-

kingsverbanden

- -

Mutaties leningen - -

Overige investeringen in financiële vaste activa - 235.868

Totaal kasstroom uit investeringsactiviteiten -466.045 -632.320

Kasstroom uit financieringsactiviteiten

Nieuw opgenomen leningen - -

Aflossing langlopende schulden - -

Totaal kasstroom uit financieringsactiviteiten - -

Mutatie liquide middelen 3.489.065 -535.879

Page 97: Jaarverslag 2015 stichting kolom

97

Toelichting op de balans per 31 december

Referentie 1 Materiële vaste activa Schoolgebouwen

De door de stichting beheerde schoolgebouwen zijn economisch niet, doch juridisch wel eigendom van de stichting.

Deze gebouwen zijn volledig gesubsidieerd en dienen, wanneer ze niet meer conform de bestemming worden gebruikt, om

niet te worden overgedragen aan de Gemeente. Voor een overzicht van de onder ons bestuur staande scholen verwijzen wij

naar het bestuursverslag.

Aanschaf

waarde t/m

31-12-14

Afschrij-

ving t/m

31-12-14

Boekwaar-

de per

01-01-15

Invest./

Desinvest.

2015

Afschrij-

ving

2015

Aanschaf-

waarde t/m

31-12-15

Afschrij-

ving t/m

31-12-15

Boekwaar-

de per

31-12-15

Inventaris, apparatuur 2.891.008 1.254.065 1.636.943 169.869 182.863 3.060.877 1.436.928 1.623.949

Digitale schoolborden 534.588 261.831 272.757 67.684 86.707 602.272 348.537 253.735

ICT 687.920 393.151 294.769 220.024 111.294 907.944 504.445 403.499

Auto's 92.680 39.370 53.310 - 18.952 92.680 58.322 34.358

Leermethodes 154.097 67.826 86.271 7.325 19.038 161.422 86.864 74.558

Totaal vaste activa 4.360.293 2.016.243 2.344.050 464.902 418.853 4.825.195 2.435.096 2.390.099

De lineaire afschrijvingsmethode wordt gehanteerd. De gehanteerde afschrijvingspercentages zijn:

Inventaris, apparatuur: 5%, 6,7% en 10%

Digitale schoolborden: 12,5% en 20%

ICT: 10% en 20%

Auto’s: 25%

Leermethodes: 12,5%

Referentie 2 Financiële vaste activa

2015 2014

Stand per 1 januari - 235.868

Lossing 233.301-

Koersresultaat 2.567-

Stand per 31 december - -

Page 98: Jaarverslag 2015 stichting kolom

98

Referentie 3 Vordering OCW

31-12-15 31-12-14

Vordering OCW 906.828 973.637

906.828 973.637

Brin Kenmerk Datum Bedrag

Toe te reke-

nen 2015

Ontvangen

in 2015

Te vorderen

31-dec-15

Personeel PO 15-16 01VF 690720-3 20-11-15 709.313 295.547 245.092 50.455

Personeel PO 15-16 06ZQ 690757-2 20-11-15 663.893 276.622 229.398 47.224

Personeel PO 15-16 12QB 699463-2 20-11-15 1.282.399 534.333 443.113 91.220

Pers. VSO 15-16 12QB 699727-2 20-11-15 1.802.066 750.861 622.676 128.185

PAB 15-16 12QB 700900-2 20-11-15 103.797 43.249 35.866 7.383

Personeel PO 15-16 14UA 699461-3 20-11-15 1.615.674 673.197 558.271 114.926

Pers. VSO 15-16 14UA 699748-2 20-11-15 2.432.357 1.013.482 840.463 173.019

PAB 15-16 14UA 700912-2 20-11-15 133.429 55.596 46.104 9.492

Personeel PO 15-16 18YA 690879-2 20-11-15 2.044.209 851.754 706.345 145.409

Personeel PO 15-16 19HM 690843-2 20-11-15 555.104 231.293 191.808 39.485

Personeel PO 15-16 19XM 690846-3 20-11-15 887.513 369.797 306.666 63.131

Personeel PO 15-16 20OF 690923-2 20-11-15 518.741 216.142 179.243 36.899

Auto's 39.370 53.310 - 18.952 92.680 58.322 34.358

12.748.496 5.311.873 4.405.045 906.828

Referentie 4 Vorderingen

31-12-15 31-12-14

Debiteuren i/z uitlening personeel 300.134 147.292

Vorderingen inzake huisvesting 798.422 1.396.864

Vordering ESF 621.667 668.729

AWBZ/PAB uren 32.313

SWVB i/z Clinic/LGF 4.166

Risicofonds/UWV 39.329 39.196

Vordering WAO premie - -

Vorderingen smv A'dam - Diemen 109.783

Lening personeel 45.953 47.298

Rente 11.648 45.773

Vooruitbetaalde kosten/overlopende activa 26.149 -

Overige vorderingen 98.337 58.103

Af: Voorziening wegens oninbaarheid 80.000 80.000

Totaal vorderingen 1.861.639 2.469.517

Het verloop van de voorziening wegens oninbaarheid is als

volgt:

31-12-15 31-12-14

Stand per 1 januari 80.000 150.000

Onttrekking

Vrijval - 70.000

Dotatie -

Stand per 31 december 80.000 80.000

De voorziening is opgenomen indien vorderingen gemeen-

ten inzake huisvestingsprojecten niet worden geaccepteerd.

Page 99: Jaarverslag 2015 stichting kolom

99

Referentie 5 Liquide middelenDe post geldmiddelen in het kasstroomoverzicht is als volgt samengesteld:

31-12-15 31-12-14

Tegoeden op bank- en giro rekeningen 1.714.374 1.807.678

Spaarrekening 10.237.657 6.653.764

Kas 6.315 7.839

Totaal liquide middelen 11.958.346 8.469.281

De liquide middelen staan geheel ter vrije beschikking.

Referentie 6 Eigen vermogenDe post geldmiddelen in het kasstroomoverzicht is als volgt samengesteld:

Stand per

01-01-15

Resultaat

2015

Overige

mutaties

Stand per

31-12-15

Algemene reserves 9.491.245 877.855 145- 10.368.955

Bestemmingsreserve publiek

Jonge leerkrachten 109.729 109.729

Kwaliteitsimpuls scholen - 1.200.000 1.200.000

Bestemmingsreserve privaat

Projecten 309.700 309.700

Totaal algemene reserves 9.910.674 2.077.855 145- 11.988.384

De bestemmingsreserve kwaliteitsimpuls scholen betreft een door het College van Bestuur gereserveerd bedrag waar de

Kolom scholen tot €80.000 een beroep op kunnen doen om te investeren in het onderwijs. Het CvB keurt de aanvragen

goed op basis van een door de schoolleider ingediend plan. Er geldt geen einddatum voor deze bestemmingsreserve.

De bestemmingsreserve jonge leerkrachten is gevormd ten gevolge van een besluit van het CvB. Indien bij een school

tijdelijke boventalligheid dreigt voor jonge leerkrachten kan een school een beroep doen op deze bestemmingsreserve.

Het CvB keurt de aanvragen goed. Voor de deze bestemmingsreserve is geen einddatum bepaald.

De bestemmingsreserve privaat betreft het opvangen van (eventuele) onoverkomelijke tekorten in huisvestingsdossiers in het

primair onderwijs. Er geldt geen einddatum voor deze bestemmingsreserve.

Page 100: Jaarverslag 2015 stichting kolom

100

Referentie 7 VoorzieningenDe post geldmiddelen in het kasstroomoverzicht is als volgt samengesteld:

Stand per

01-01-15

Resultaat

2015

Overige

mutaties

Stand per

31-12-15

Stand per

31-12-15

Jubileum 191.950 35.765 37.965 - 189.750

Grootonderhoud 870.896 340.000 324.030 - 886.866

Reorganisatievoorziening - - - - -

Totaal voorzieningen 1.062.846 375.765 361.996 - 1.076.615

Jubileum: kortlopend deel< 1 jaar € 73.000

Jubileum: langlopend deel > 1 jaar € 116.750

Onderhoud: kortlopend deel< 1 jaar € 340.000

Onderhoud: langlopend deel > 1 jaar € 546.866

Voorziening jubilea: De voorziening jubilea wordt opgenomen voor verwachte lasten gedurende het dienstverband van

de werknemers.

Voorziening grootonderhoud: De voorziening grootonderhoud wordt opgenomen voor verwachte lasten in de toekomst.

Referentie 8 Kortlopende schulden

31-12-15 31-12-14

Crediteuren 507.086 377.657

Loonheffing 1.014.678 892.575

Schulden terzake van pensioenen 249.283 283.408

Schuld vervangingsfonds 39.069 37.514

Schuld risicofonds 42.166 40.187

Te betalen btw 12.047 568

Te besteden huisvesting projecten gemeente 852.986 322.658

Vooruitontv. OCW niet geoormerkt (m.stage, f.mix) 18.306 26.460

Vooruitontv. OCW lerarenbeurs 2014/2015 27.717

Schuld OCW Toetsing PF, wachtgeld VO 24.807 50.682

Schuld OCW FRE 80.000

Schuld OCW lerarenbeurs 23.327

Vakantiegeld en bindingstoelage 757.793 763.601

Te betalen USZO/WAO gelden - 127.960

Nettolonen 39.056 4.759

Accountants en administratiekosten 30.000 30.000

Overig 464.635 193.891

Overlopende passiva 2.280.865 1.729.324

Totaal kortlopende schulden 4.051.912 3.282.964

Page 101: Jaarverslag 2015 stichting kolom

101

Overzicht geoormerkte doelsubsidies OCW (RJ 660 model G) G.1 Verantwoording van subsidies zonder verrekeningsclausule (regeling ROS art. 13, lid2 sub a)

Toewijzing

Kenmerk

Toewijzing

Datum

bedrag

van

toewijzing ontvangen tm

De prestatie is ultimo verslagjaar

conform de subsidiebeschikking

geheel uitgevoerd

Lerarenbeurs 645370-1 Datum 5.053 2015 ja

Lerarenbeurs 645910-1 22-09-14 5.053 5.053 ja

Lerarenbeurs 643919-1 20-08-14 4.386 4.386 ja

Lerarenbeurs 644583-1 20-08-14 3.658 3.658 ja

Lerarenbeurs 644373-1 20-08-14 5.432 5.432 ja

Lerarenbeurs 644726-1 20-08-14 6.440 6.440 ja

Lerarenbeurs 601994-1 20-01-14 184 184 ja

Lerarenbeurs 601987-1 20-01-14 5.617 5.617 ja

Lerarenbeurs 707345-1 21-09-15 5.810 5.810 nee

Lerarenbeurs 709805-1 20-10-15 9.684 9.684 nee

Lerarenbeurs 707724-1 21-09-15 9.108 9.108 nee

Lerarenbeurs 709132-1 21-09-15 6.779 6.779 nee

totaal 67.206 67.206

G.2 Verantwoording van subsidies met verrekeningsclausule (regeling ROS art. 13, lid2 sub b)

G2.A aflopend per ultimo verslagjaar

Omschrijvingkenmerk bedrag

van toewijzing

ontvangen tm

2015

ontvangen tm 2015 Te verrekenen

31-12-2015

G2.B Doorlopend tot in een volgend verslagjaar

Omschrijvingkenmerk bedrag

van toewijzing

saldo

2015

ontvangen tm

2015

lasten 2015 te besteden

31-12-2015

Page 102: Jaarverslag 2015 stichting kolom

102

Niet uit de balans blijkende rechten en verplichtingen

Niet uit de balans blijkende rechten

Vordering op het ministerie van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap

Per 1 januari 2006 vindt de bekostiging niet meer op schooljaarbasis, maar op kalenderjaarbasis plaats. Op basis van art. 5

van de Regeling ‘Onvoorziene gevallen bij invoering vereenvoudiging bekostiging voortgezet onderwijs’ (kenmerk; WJZ-

2005/54063802) is het toegestaan een vordering op te nemen op het ministerie van OCW. Deze vordering betreft maximaal

7,5% van de personele lumpsum VO van het boekjaar. Deze vordering kan pas worden geïnd bij discontinuïteit c.q. opheffing

van de onderwijsinstelling. Er is derhalve sprake van een voorwaardelijke vordering. Aangezien Stichting KOLOM uitgaat van

“going concern” is deze vordering niet opgenomen op de balans, maar opgenomen onder de niet uit balans blijkende rechten

en verplichtingen. De voorwaardelijke vordering op het ministerie van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap (OCW) heeft per

ultimo 2015 een waarde van € 742.000

Duurzame inzetbaarheid

Er is nog geen voorzieining voor duurzame inzetbaarheid in de jaarrekening opgenomen omdat hieromtrent nog geen indivi-

duele afspraken zijn gemaakt met de personeelsleden.

Gelden REC Boven Amtel

Per 31 december 2014 is het REC Boven Amstel (RBA) opgeheven. Bij opheffing van het RBA resteerde een saldo niet uitge-

geven AWBZ middelen. Aangezien de heer A.J.C. de Wit (voorzitter CvB Stichting Kolom) vereffenaar is van het RBA is het

saldo liquide middelen in juni 2015 aan Stichting Kolom overgedragen. In 2015 zijn nog enkele facturen voor het RBA betaald.

Per 31 december 2015 bedraagt het saldo te vereffenen of terug te betalen aan het Rijk €1.192.177.

Meerjarige financiële verplichtingen

Stichting Kolom is de volgende verplichting aangegaan:

Te betalen termijnen < 1 jaar

Tussen

1-5 jaar > 5 jaar

Kopieermachines tot 1 juli 2016 50.500 -

Eneco levering aardgas tot 1 januari 2021 214.000 856.000

DVEP levering elektriciteit tot 1 januari 20121 97.000 388.000

Aanneemcontract nieuwbouw de Schakel

Hegeman BV oplevering medio 2016 2.294.886

Aanneemcontract nieuwbouw Heldring VSO

Jansman BV oplevering medio 2016 2.010.107

Huurcontract bestuurskantoor tot 31 december 2017 47.250 47.250

Daarnaast is Stichting KOLOM is met de Gemeente Amsterdam de verplichting aangegaan voor het uitvoeren van de

huisvestingsprojecten bij de scholen van KOLOM. De gemeente heeft hiervoor gelden overgemaakt, welke onder

de kortlopende schulden zijn opgenomen.

Page 103: Jaarverslag 2015 stichting kolom

103

Toelichting op de onderscheiden posten van de staat van baten en lasten

Staat van baten en lasten naar onderwijssector 2015

PO

in euro

VO

in euro

Totaal

in euro

Rijksbijdragen 15.538.375 12.569.035 28.107.409

Overige overheidsbijdragen 584.087 477.109 1.061.196

Overige baten 474.333 559.337 1.033.670

Totaal baten 16.596.794 13.605.481 30.202.275

Personeelslasten 13.096.377 10.167.612 23.263.990

Afschrijvingen 176.588 243.407 419.995

Huisvestingslasten 1.043.108 711.801 1.754.909

Overige lasten 1.046.326 1.684.997 2.731.324

Totaal lasten 15.362.401 12.807.818 28.170.218

Saldo baten en lasten 1.234.394 797.663 2.032.057

Financiële baten en lasten 25.983 19.815 45.798

Netto resultaat 1.260.377 817.478 2.077.855

Referentie 9 Rijksbijdragen

2015

in euro

Begroting

2015

in euro

2014

in euro

Rijksbijdragen 25.980.358 25.297.787 24.950.829

Geoormerkte OCW subsidies 52.484 36.200 39.648

Niet geoormerkte OCW subsidies 1.469.365 1.415.243 1.972.429

Ontvangen doorbetaling Rijksbijdrage SWV 605.202 316.472 156.040

Af: inkomens overdrachten

Totaal rijksbijdragen 28.107.409 27.065.702 27.118.946

Page 104: Jaarverslag 2015 stichting kolom

104

Referentie 10 Overige overheidsbijdragen en - subsidies

2015

in euro

Begroting

2015

in euro

2014

in euro

SWVB verplichte overdracht - 200.861- 203.900

SWVB paburen 125.887 91.498 146.571

SWVB Jonge Risico Kinderen, projecten 142.101 137.306 105.688

SWVB inhuur personeel 61.760 170.400 94.787

SWVB tussentijdse instroom - -

DMO projecten (VSD,kwaliteit/prestatie) 141.514 125.370 244.603

ID banen 30.363 12.000 62.178

Overschrijdingsvergoeding

Gymzaal/huuropbrengsten/ozb 96.630 80.000 65.623

Op de Rails 7.940 24.044

ESF 455.000 59.000 464.250

Totaal overheidsbijdragen en - subsidies 1.061.196 474.713 1.411.645

Referentie 11 Overige Baten

2015

in euro

Begroting

2015

in euro

2014

in euro

Ouderbijdragen 124.733 60.150 127.485

Detacheringen 216.533 118.000 206.907

Lees-spellingcentrum 22.457 35.000 4.166

AWBZ (CIZ indicatie) 21.875 35.625 151.250

Consumptieve techniek 30.725 - -

Huuropbrengsten 86.271 10.864

Overig 531.076 22.800 249.780

Totaal 1.033.670 271.575 750.451

Page 105: Jaarverslag 2015 stichting kolom

105

Referentie 12 Personeelslasten

2015

in euro

Begroting

2015

in euro

2014

in euro

Bruto lonen en salarissen 17.198.482 16.035.552 16.970.838

Sociale lasten 3.755.662 3.496.834 3.626.799

Pensioenpremies 2.133.155 2.457.589 2.485.474

Totaal lonen en salarissen 23.087.298 21.989.974 23.083.111

Dotaties personele voorzieningen 2.200- - 16.050-

Personeel niet in loondienst 190.122 149.000 128.657

Nascholing 419.349 333.500 201.330

Overig 386.183 722.663 365.707

Totaal overige personele lasten 993.454 1.205.163 679.644

Af: Uitkeringen 816.763 - 1.073.310

Totaal personele lasten 23.263.990 23.195.137 22.689.445

Referentie 13 Afschrijvingen en bijzondere waardevermindering op materiële vaste activa

2015

in euro

Begroting

2015

in euro

2014

in euro

Materiële vaste activa 419.995 430.158 378.136

Afboeken vaste activa - 11.576-

Totaal afschrijvingen 419.995 430.158 366.561

Referentie 14 Huisvestingslasten

2015

in euro

Begroting

2015

in euro

2014

in euro

Huur 84.636 81.000 68.093

Onderhoud 322.541 305.950 327.297

Dotatie voorziening grootonderhoud 340.000 340.000 410.000

Energie en water 479.849 615.000 609.770

Schoonmaakkosten 475.489 533.000 453.388

Heffingen 32.515 95.000 50.214

Overig 19.879 16.000 119.644

Totaal huisvestingslasten 1.754.909 1.985.950 2.038.405

Gemiddeld aantal werknemers

Gedurende het jaar 2015 waren

gemiddeld 349 fte in dienst.

(2014: 359 fte)

Page 106: Jaarverslag 2015 stichting kolom

106

Referentie 15 Overige lasten

2015

in euro

Begroting

2015

in euro

2014

in euro

Onderwijskosten lesmateriaal 1.003.612 542.800 918.485

Onderwijskosten boekenfonds 64.940 65.750 71.661

Algemene schoolkosten 184.352 72.200 157.712

Ambulante dienst 45.738 - 17.737

ROC trajecten 246.011 132.500 302.207

ESF projecten 56.461 28.500 11.566

Overige projectkosten 147.375 142.115 126.814

Kopieerkosten, drukwerk 158.260 73.100 179.465

Telefoon, porti 63.486 92.700 84.258

ICT kosten 206.169 203.500 239.924

Administratie-en beheerslasten 279.328 540.798 201.426

Uitbesteding administratie 211.695 225.052 289.073

Accountantskosten 63.897 55.000 56.111

Ambulatorium,advisering, OSO gelden

Totaal overige lasten 2.731.324 2.174.015 2.656.439

Accountantshonoraria

In het boekjaar en voorgaand boekjaar zijn de volgende bedragen ten laste van het resultaat gebracht:

2015

in euro

Begroting

2015

in euro

2014

in euro

Controle van de jaarrekening 35.826 35.524

Andere controlewerkzaamheden 28.071 20.587

63.897 56.111

Referentie 15 Overige lasten

2015

in euro

Begroting

2015

in euro

2014

in euro

Rente baten 49.768 60.000 54.903

Bankkosten 3.970- 19.445- 4.529-

Waarde verandering financiële vaste activa

en effecten

- 2.567-

Totaal financiële baten en lasten 45.798 40.555 47.807

Page 107: Jaarverslag 2015 stichting kolom

107

Vermelding bezoldiging topfunctionarissen (WNT)

Vermelding bezoldiging topfunctionarissen en gewezen topfunctionarissen 1

(vermelding alle bestuurders met dienstbetrekking)

Naam Voorzitter

j/n

Ingangsda-

tum dienst-

verband

Bind-

datum

dienst-

verband

Omvang

dienst-

verband

in FTE

Beloning

€Belastba-

re onkos-

tenver-

goeding

Voorzie-

ning be-

loning op

termijn €

Uitkering

beëin-

diging

dienst-

verband

Motive-

ringen

overschrij-

ding norm

en andere

toelichtin-

gen

De heer A.J.C. de Wit J 21-07-11 1 96.408 164 12.961

De heer H. el

Hachhouchi

N 21-07-11 1 81.536 189 11.554

De beloning van de heer A.J.C. de Wit is inclusief een ambtsjubileumuitkering van € 6.901

Vermelding bezoldiging topfunctionarissen en gewezen topfunctionarissen 2

(vermelding alle bestuurders zonder dienstbetrekking)

Niet van toepassing

Vermelding toezichthouders

(lid van het hoogste orgaan)

Naam Voorzitter

j/n

Ingangsda-

tum dienst-

verband

Bind-

datum

dienst-

verband

Omvang

dienst-

verband

in FTE

Beloning

€Belastba-

re onkos-

tenver-

goeding

Voorzie-

ning be-

loning op

termijn €

Uitkering

beëin-

diging

dienst-

verband

Motive-

ringen

overschrij-

ding norm

en andere

toelichtin-

gen

mevr. D.A.J.M. Verberk J 01-09-12 4.959

mevr. D.A.M. Besten N 10-02-15 3.031

de heer A.P. Nolen N 10-02-15 3.031

de heer R.P. Heukels N 01-09-12 3.306

mevr. M.M. Vreeburg N 01-03-14 3.306

mevr. A.M.M. Wijger-

gangs

N 01-03-14 3.306

mevr. M.C. van Sinttruije N 01-02-11 23-06-15 1.653

Vermelding niet-topfunctionarissen

(andere functionarissen van wie de bezoldiging c.q. de ontslagvergoeding de norm overschrijdt)

Niet van toepassing

Vermelding niet-topfunctionarissen

(zelfde opgave als hierboven, maar dan over het voorgaande verslagjaar)

Niet van toepassing

Page 108: Jaarverslag 2015 stichting kolom

108

Overige gegevens

Voorstel bestemming saldo van baten en lasten

In de bestuursvergadering heeft het College van Bestuur besloten het resultaat als volgt te bestemmen:

2015

in euro

2014

in euro

Resultaat PO

Ten gunste van algemene reserves

(publiek)

460.377 931.311

Bestemmingsreserve kwaliteitsimpuls

scholen

800.000 -

Bestemmingsreserve jonge leerkrachten - 24.927

Resultaat VO

Ten gunste van algemene reserves (publiek) 417.478 621.760

Bestemmingsreserve kwaliteitsimpuls

scholen

400.000 -

Totaal resultaat 2.077.855 1.577.998

Gebeurtenissen na balansdatum

Er zijn geen gebeurtenissen te vermelden.

Page 109: Jaarverslag 2015 stichting kolom

109

Gegevens over de rechtspersoon

Naam

Stichting Kolom

Adres

Kalfjeslaan 380, 1081 JA Amsterdam

Telefoon

020-5148080

E-mailadres

[email protected]

Internetsite

www.stichtingkolom.nl

Bestuursnummer

77690

Contactpersoon

De heer A.J.C. de Wit

Telefoon

020-5148080

E-mailadres

[email protected]

Gegevens over de onder de KOLOM ressorterende scholen is opgenomen in het sociaal jaarverslag.

Controleverklaring

Page 110: Jaarverslag 2015 stichting kolom

110

Page 111: Jaarverslag 2015 stichting kolom

111

Page 112: Jaarverslag 2015 stichting kolom